Woord Woord vanvan

LevenLeven

Juli 2009Juli 2009

"Verkoop je bezittingen en geef aalmoezen. Maak voor jezelf een geldbuidel die niet

verslijt, een schat in de hemel die niet opraakt, waar een dief niet bij kan en die door geen

mot kan worden aangevreten.“ (Lucas 12,33)

Ben je jong en wil je een leven vol met idealen, een leven dat radicaal is en heel je inzet vraagt?

Luister dan naar Jezus. Er is niemand op de wereld die zoveel van je vraagt. Je krijgt bij Hem de gelegenheid om je geloof, je edelmoedigheid

en je heldhaftigheid te laten zien.

Ben je volwassen en verlang je naar een serieus leven waarin je je kunt inzetten voor anderen, een leven waarin een heldere lijn

te zien is?

Of ben je oud en wil je de laatste jaren van je leven

echt kunnen vertrouwen op iemand die je niet bedriegt,

zonder door allerlei zorgen te worden geplaagd? Ook voor

jou gelden dan deze woorden van Jezus.

Ze vormen de afsluiting van een reeks aansporingen waarin Jezus je uitnodigt je niet druk te maken over wat je zult eten en wat je zult aantrekken. Hij verwijst naar

de vogels in de lucht die niet zaaien en naar de lelies op het veld die niet weven.

Je kunt dus iedere bezorgdheid over de dingen van de aarde uit je hart bannen. Want de Vader heeft veel meer liefde voor jou dan voor de vogels en de bloemen. Hijzelf zorgt

voor jou.Daarom zegt Jezus:

"Verkoop je bezittingen en geef aalmoezen. Maak voor jezelf een geldbuidel die niet

verslijt, een schat in de hemel die niet opraakt, waar een dief niet bij kan en die door geen

mot kan worden aangevreten.“ (Lucas 12,33)

Heel het evangelie en

elk woord daarin bevat

een uitnodiging

om alles los te laten wat we hebben en

wat we zijn.

Heel het evangelie en

elk woord daarin bevat

een uitnodiging

om alles los te laten wat we hebben en

wat we zijn.

Vóór de komst van Christus vroeg God niet zoveel

van ons. Het Oude Testament

beschouwde de aardse rijkdom als iets goeds, als een zegen van God. En wanneer het vroeg om aalmoezen te

geven aan de behoeftigen was

dat om de Almachtige

welwillend te stemmen.

In de latere ontwikkelingen van

de joodse opvattingen was het idee van een beloning in het hiernamaals al

meer verbreid. Een koning werd

verweten dat hij zijn bezittingen

uitdeelde, waarop hij antwoordde:

“Mijn voorvaderen verzamelden

schatten voor het leven hier. Ik heb

schatten verzameld voor het

hiernamaals”.

Het nieuwe in de woorden

van Jezus is dat Hij je alles vraagt, een

totale gave van alles. Hij wil dat je een

onbezorgd kind bent, dat niet bekommerd is over materiële

zaken, een kind dat alleen op Hem steunt.

Hij weet dat rijkdom en bezit een enorme

hindernis voor je kunnen

vormen, want ze nemen heel

je hart in beslag, terwijl

Jezus jouw hart juist

helemaal voor zich wil hebben.

Vandaar zijn aansporing:

"Verkoop je bezittingen en geef aalmoezen. Maak voor jezelf een geldbuidel die niet

verslijt, een schat in de hemel die niet opraakt, waar een dief niet bij kan en die door geen

mot kan worden aangevreten.“ (Lucas 12,33)

Het kan zijn dat je gebonden bent aan mensen of dat je maatschappelijke positie je verplicht tot een bepaalde,

waardige levensstijl. Maar, op zijn minst geestelijk, moet je jezelf wel losmaken van je bezittingen en er alleen maar de

beheerder van zijn.

Als je op die manier met je

rijkdom omgaat en ze beheert voor anderen, ben je in de

liefde voor hen en verzamel je

een schat die de mot niet kan

aanvreten en de dief niet kan wegnemen.

Maar ben je er wel zo zeker van dat je alles

moet behouden? Luister naar de stem

van God in je binnenste, vraag raad aan anderen als je niet

kunt beslissen.

Geef aan wie niet heeft. Breng de woorden van

Jezus in praktijk: “Verkoop ... en geef”. Zo zul je

beurzen vullen die niet verslijten.

Je zult zien hoeveel

overbodige dingen je nog zult vinden

bij alles wat je hebt. Niet

vasthouden.

God wil dat je daarvoor zorg

draagt, maar niet dat je je daarover

zorgen maakt. Zorg voor dat beetje dat nodig is om te leven

volgens jouw maatschappelijke

positie, jouw specifieke

omstandigheden. Voor de rest geldt:

Om in de wereld te

kunnen leven moet je

vanzelfsprekend ook met geld en met dingen

omgaan.

"Verkoop je bezittingen en geef aalmoezen. Maak voor jezelf een geldbuidel die niet verslijt, een

schat in de hemel die niet opraakt, waar een dief niet bij kan en die door geen mot kan

worden aangevreten." (Lucas 12,33)

Paus Paulus VI was echt arm. Dat bleek ook uit de manier waarop hij begraven wilde worden: in een eenvoudige kist, gewoon in de

aarde. Vlak voor hij, in 1978, overleed had hij tegen zijn broer gezegd: "Voor deze belangrijke reis heb ik mijn koffers al lang

klaargemaakt.” Dat is wat je moet doen: je koffers klaarmaken.

In de tijd van Jezus noemde men dat misschien

geldbuidels. Maak je koffers klaar, dag na dag. En vul ze

zoveel mogelijk met wat nuttig is voor anderen. Wat je

weggeeft, dat heb je pas echt. Denk eens aan alle honger in de wereld. Aan al dat lijden.

Aan al die behoeftigen…

Stop in je koffers daden van liefde, alles wat je doet om je medemensen te helpen. Doe al die dingen voor Hem. Zeg in je hart tegen Hem: voor U. En doe de dingen goed, perfect.

Ze zijn bestemd voor de hemel en zullen in eeuwigheid blijven.

"Verkoop je bezittingen en geef aalmoezen. Maak voor jezelf

een geldbuidel die niet verslijt, een schat in de hemel die niet opraakt, waar een dief niet bij kan en die door geen mot kan worden aangevreten.“ (Lucas

12,33)

“Woord van Leven”, uitgegeven door de Focolarebeweging.Tekst van: Chiara Lubich, maart 1979.

Grafica di Anna Lollo in collaborazione con don Placido D’Omina (Sicilia - Italia)