Werkbundel

2e leerjaar

Naam: …………………………………………………………………………………………………….

Klas: ………………….

Beste leerling

Deze werkbundel is bedoeld om de leerstof die je al geleerd hebt, te blijven

herhalen. Op de volgende pagina’s zie je een overzicht van wat je allemaal de

komende dagen en weken moet doen; je vindt er ook een mogelijke planning

om de taken te maken. Probeer dit te volgen zodat je elke dag leerstof herhaalt.

Zijn er opdrachten die echt niet lukken, laat deze dan over. We bekijken dit dan

van zodra je terug op school bent.

Op Bingel staan er heel wat taken voor je klaar die je zeker al kan maken. Je

mag kiezen welke je maakt. Er wordt wel verwacht dat je elke week een

leestaak op Bingel maakt. Deze leestaken zijn verplicht!

Er zit in de bundel ook een vrijblijvende leesbingo. Op deze manier proberen we

je tijdens de komende weken toch te motiveren om elke dag te lezen. Ik ben

benieuwd wie als eerste ‘bingo’ haalt!

Op de site bij documenten komt de correctiesleutel van de oefeningen. Zo

kunnen jullie de oefeningen samen met je mama en/of papa verbeteren.

We hopen dat we jullie zo helpen met wat je al leerde niet te laten vergeten.

De juffen hopen jullie zo snel mogelijk terug te zien.

Zorg voor elkaar en tot snel!

Juf Julie, juf Veerle & directie,

VBS de Papaver Adegem

Taaknummer:

Vak: Week: Omschrijving: Waar te maken? (bundel, Bingel)

Gemaakt op: Verbeterd? Schrijf OK

Hoe ging het? of

Nog vragen? Omkring ja of neen

1 Wiskunde 1 donderdag/vrijdag

Herhaling tafel van 4.

Bundel

… /… /20

ja neen

2 Spelling 1 donderdag/ vrijdag

Herhaling cht en gt – herhaling kort en lange klinker.

Bundel

… / … / 20

ja neen

3 Taal 1 donderdag/ vrijdag

Leestaak 1: zie Bingel Bingel … /… / 20

ja neen

Taaknummer:

Vak: Week: Omschrijving: Waar te maken? (bundel, Bingel)

Gemaakt op: Verbeterd? Schrijf OK

Hoe ging het? of

Nog vragen? Omkring ja of neen

4 Schrijven 2 maandag

Herhaling hoofdletters. Bundel

… /… /20

ja

neen

5 Wiskunde 2 maandag

Herhaling bewerkingen tot 20. Bundel

… / … / 20

ja neen

6 Spelling 2 dinsdag

Woorden zoals katten of honden. Bundel

… /… / 20

ja neen

7 Wiskunde 2 dinsdag

Kloklezen. Bundel

… /… /20

ja neen

8 Taal 2 woensdag

Leestaak 2: zie Bingel Bingel … / … / 20

ja neen

9 Wiskunde 2 woensdag

Herhaling getallenkennis. Bundel

… /… / 20

ja neen

10 Spelling 2 donderdag

Woorden met d of t. Bundel

… /… /20

ja neen

11

MUZO 2 vrijdag

Joan Miró Bundel (+zie taak 11)

… / … / 20

ja neen

12 Wiskunde 2 vrijdag

Tafels inoefenen. Bundel

… /… / 20

ja neen

Taaknummer:

Vak: Week: Omschrijving: Waar te maken? (bundel, Bingel)

Gemaakt op: Verbeterd? Schrijf OK

Hoe ging het? of

Nog vragen? Omkring ja of neen

13 Schrijven 3 maandag

Herhaling hoofdletter V Bundel … /… / 20

ja neen

14 Wiskunde 3 dinsdag

Herhaling bewerkingen tot 100.

Bundel

… /… /20

ja neen

15 Spelling 3 woensdag

Herhaling woorden met d of t. Bundel

… / … / 20

ja neen

16 Taal 3 woensdag

Leestaak 3: zie Bingel. Bingel … /… / 20

ja neen

17 MUZO 3 donderdag

Hippe paashaas! Bundel (+zie taak 17)

… / … / 20

ja neen

18 Wiskunde 3 donderdag

Herhaling: bewerkingen. Bundel … / … / 20

ja neen

19 Wiskunde 3 vrijdag

De meter. Bundel … /… / 20

ja neen

1. Taak 1: herhaling van de tafel van 4.

- Kleur de uitkomsten van de tafel van 4.

- Kleur de maaltafel en de uitkomst in dezelfde kleur.

Jij gebruikte

waarschijnlijk andere

kleuren; kijk als je

dezelfde maaltafel

en uitkomst,

dezelfde kleur gaf als

hier.

2. Taak 2: herhaling spelling.

Ik zeg volgende woorden hardop. Ik luister naar de

klinker in het eerste deel. Ik plaats een kruisje in de

juiste kolom. Let op: het is wat je hoort, niet wat je ziet!

Vb. plassen: plas-sen: a is korte klinker (a – e – i – o – u)

slapen: sla-pen: aa is lange klinker.(aa – ee – oo – uu)

vroeg

gracht

autopech

tocht

gezicht

leeg

zorg

gerucht

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

Beloning voor je inzet!

Volg de stapjes.

Teken hier jouw uiltje. Gebruik de volledige ruimte. Teken dus niet te klein!

4. Taak 4: schrijven van hoofdletters.

(schrijf tussen de grijze lijntjes)

Hier zijn meerdere mogelijkheden mogelijk.

We kijken dit na als je je bundel afgeeft.

Lette je op de hoofdletters en leestekens?

Super!

5. Taak 5: bewerkingen tot 20.

6. -

16

20

16 17

0

3

14

18

15

9

1

2

5

9

1

16 4

18

16

16

6

3

18

17

10

13

16 17

16 18

19

16 6

3

2

20

11

10

5

18

7

1

14

6

4

18

20

1

15

20

12

9

18

18

7

20

19

15

4

9

7. Taak 6: Woorden zoals katten of honden.

handen

kasten

poppen

sokken

nesten

tenten

vissen

bessen

straffen

tonnen

pompen

liften

herten tassen

slakken, vissen, mollen, muggen,

kippen

varkens, ganzen, honden, wolven,

herten

8. Taak 7: kloklezen

- Zet een kruisje bij de juiste klok.

Ik sta op om 7 uur in de ochtend.

De les begint om half negen.

- Kleur de hokjes bij de klokjes.

x

x

9. Taak 9. Herhaling getallenkennis.

- Vul de getallenrijen in.

- Vul de lege hokjes in.

- Kleur de even getallen in het groen en de oneven getallen in het rood.

68 69 71 74 76 77 79 80 81

48 50 51 53 54 55 56 58 59 60 61

91 88

89

56

57 59

69 71 72

36 38 40

68

34

48 65 61

98

10. Taak 10: Woorden met d of t.

d

d

d

d

d

d

d

d

d

d

d

d

t

t

t

t

t

t

t

d

oud

wind

hout

vriend

voet

naald

hoofd

d

oud paard

feest

11. Taak 11: Joan Miró

Deze Spaanse schilder sprak een eigen taal, die iedereen kon

waarderen zonder hem te begrijpen. Kijk eens goed naar de

kleuren, vormen en lijnen die hij gebruikte. Hij vond zijn

figuurtjes uit door zijn herinneringen en fantasie te

gebruiken. Ze zijn vloeiend en het lijkt alsof de vormen voor je

ogen bewegen. Miró bedacht op voorhand niet wat hij zou

tekenen. Hij begon er gewoon aan en keek dan wat het werd.

Wist je dat hij soms met zijn ogen dicht tekende, op de tast?

Nu is het jou beurt!

Stap 1:

Je kan veel soorten lijnen bedenken: recht, gebogen, gegolfd, zigzag, dik, dun …

Teken er hieronder een vijftal.

Stap 2: Neem een potlood en een wit blad. Begin ergens op je blad een lijn te tekenen. Je

moet uiteindelijk terug bij het begin uitkomen. (zie voorbeeld)

Stap 3: Als Miró er dan terug naar keek, zag hij van alles in de vormen en begon hij zijn

figuren af te werken. Daar zag hij een hoofd, dus tekende hij er een paar ogen in. Daar zag hij

een zon… In zijn werk komen regelmatig figuren terug: ladders, planeten, ogen, vrouwen,

sterren … Ga eens ver van je werk staan en kijk er naar. Wat zie je er in?

- Maak de figuren af met potlood.

- Als je tevreden bent, ga je er ook over met zwarte stift.

Stap 4: Zo, nu ben je klaar om met kleuren te beginnen!

Ik ben heel erg benieuwd naar jullie resultaten!

Voorbeeld:

12. Taak 12: tafels inoefenen.

45

30

36 40

28

35

32 24

8

40

50

16

10

6

25

12

35

20

45

50 18

30

4

15

D

I

I

K K O

O O O O

B E N Z S T E

E E E E

E E

R

R

R A L S N B

N W N T M

13. Taak 13: herhaling hoofdletter V.

We kijken dit na als je je bundel afgeeft.

Lette je op de hoofdletters en leestekens?

Prima!

Beloning voor je inzet!

14. Taak 14: herhaling bewerkingen.

TE + E

27 + 2 = 29

74 + 5 = 79

31 + 7 = 38

52 + 6 = 58

43 + 5 = 48

12 + 7 = 19

21 + 3 = 24

38 + 1 = 39

93 + 4 = 97

TE + T

54 + 20 = 74

61 + 30 = 91

13 + 50 = 63

39 + 60 = 99

41 + 40 = 81

28 + 60 = 88

32 + 40 = 72

57 + 40 = 97

11 + 10 = 21

T + T

10 + 70 = 80

40 + 30 = 70

20 + 60 = 80

10 + 90 = 100

50 + 20 = 70

Taak 14 (vervolg bewerkingen)

TE – E

89 – 4 = 85

72 – 2 = 70

75 – 4 = 71

63 – 2 = 61

96 – 5 = 91

48 – 5 = 43

37 – 2 = 35

TE – T

96 – 20 = 76

65 – 30 = 35

97 – 60 = 37

56 – 50 = 6

68 – 40 = 28

44 – 30 = 14

81 – 10 = 71

T – T

70 – 30 = 40

80 – 40 = 40

60 – 20 = 40

40 – 30 = 10

90 – 50 = 40

100 – 20 = 80

100 – 70 = 30

100 – 90 = 10

T – TE

Vb. 80 – 66 = 20 – 6 = 14

70 – 24 = 50 – 4 = 46

80 – 39 = 50 – 9 = 41

90 – 45 = 50 – 5 = 45

60 – 23 = 40 – 3 = 37

40 – 15 = 30 – 5 = 25

30 – 19 = 20 – 9 = 11

100 – 84 = 20 – 4 = 16

15. Taak 15: woorden met d of t.

koud

rood

eend

tijd

vriend

paard

straat

lint

groot

feest

hert

geit

d

d

d

d

d

d

d

d

t

t

t

t

paard paard

hoofd hoofd

mat mat

tijd tijd

tand tand

grond grond

bed bed

oud oud

wit wit

staart staart

koud koud

feest feest

17. Taak 17: Hippe paashaas.

De paashaas wil dit jaar er piekfijn uitzien voor het paasfeest. Hij vindt zijn witte vacht

maar niets. Helpen jullie hem om er mooi en feestelijk uit te zien?

Stap 1:

Kies een zwart(e) potlood of stift. Teken overal mooie streepjes. Kies gerust of je

rechte, schuine of platte streepjes zet.

Stap 2:

Kies een bril uit en pimp deze in de mooiste kleuren.

Stap 3:

Neem een nieuw wit blad en versier dit op een zelfgekozen manier. (= achtergrond)

Tips: Stempelen, kleuren met wasco, verven …

Stap 4:

Knip je konijn in stukjes (zie voorbeeld) en kleef het op de achtergrond die je maakte.

Stap 5:

Geef het een mooi plaatsje in jullie huis!

Veel plezier!

18. Taak 18: herhaling bewerkingen

TE + TE

Vb. 32 + 43 = 72 + 3 = 75

44 + 32 = 74 + 2 = 76

35 + 62 = 95 + 2 = 97

54 + 45 = 94 + 5 = 99

26 + 53 = 76 + 3 = 79

33 + 54 = 83 + 4 = 87

21 + 47 = 61 + 7 = 68

12 + 77 = 82 + 7 = 89

35 + 35 = 65 + 5 = 70

42 + 38 = 72 + 8 = 80

64 + 36 = 94 + 6 = 100

TE – TE

Vb. 35 – 22 = 15 – 2 = 13

88 – 66 = 28 – 6 = 22

57 – 32 = 27 – 2 = 25

47 – 33 = 17 – 3 = 14

29 – 15 = 19 – 5 = 14

68 – 24 = 48 – 4 = 44

75 – 74 = 5 – 4 = 1

63 – 32 = 33 – 2 = 31

45 – 31 = 15 – 1 = 14

88 – 45 = 48 – 5 = 43

99 – 47 = 59 – 7 = 52

19. Taak 19: de meter.

- Vul in: kies uit cm of m.

- Noteer de lengte van deze lijnstukken.

- Teken de volgende lijnstukken.

cm cm

cm

m

m m

9

5

10,5

G H

I J

Door in te scannen, is de lengte van dit lijnstuk veranderd. Als je kind 10 cm of 11 cm heeft, is

het goed want in het tweede leren we nog geen komma’s.

Beloning voor je inzet!