Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te...

51
Team Dagbehandeling Invulling van P-taak 5.2, Samenwerken met andere professionals Door: Ruth Noordmans Studentnummer: S1046908 Docent: Betty van Goor Stagebegeleider: Marjo Veldman P-taak: 5.2, Samenwerken met andere professionals Datum: 15 april 2014

Transcript of Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te...

Page 1: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Team DagbehandelingInvulling van P-taak 5.2, Samenwerken met andere professionals

Door: Ruth Noordmans

Studentnummer: S1046908

Docent: Betty van Goor

Stagebegeleider: Marjo Veldman

P-taak:

5.2, Samenwerken met andere professionals

Datum: 15 april 2014

Page 2: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Voorwoord

Voor u ligt het verslag ‘team dagbehandeling’, een invulling van P-taak 5.2, samenwerken met andere professionals. Ik heb dit verslag geschreven naar aanleiding van de teamanalyse aan de hand van de Belbintest en feedback op mijn samenwerkingsvaardigheden. Mijn stageplaats is de naschoolse dagbehandeling van Ambiq in Deventer. Ambiq is een instelling voor cliënten met een licht verstandelijke beperking. Op de naschoolse dagbehandeling komen op maandag tot en met donderdag dagelijks maximaal twaalf kinderen in de leeftijd van 8 tot ongeveer 16 jaar. Al deze kinderen hebben een licht verstandelijke beperking en andere daarbij komende problematieken. De kinderen worden begeleidt door een team van zes groepsleiders en twee stagiaires.

Ik wil al mijn collega’s bedanken voor het invullen van de Belbintest, hun inbreng in het bespreken daarvan en de feedback die zij voor mij op papier hebben gezet. Daarnaast wil ik Marjo bedanken voor het beoordelen van dit verslag.

Page 3: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Inhoudsopgave

Inleiding..................................................................................................................................................4

Deel I. Het team.....................................................................................................................................5

Teamrollen en –taken........................................................................................................................5

Teamanalyse.......................................................................................................................................7

Samenwerkingsrelaties......................................................................................................................9

Synergie..........................................................................................................................................9

Tegenwerking.................................................................................................................................9

Spanning.......................................................................................................................................10

Deel II. Ik en samenwerken..................................................................................................................12

Feedback..........................................................................................................................................12

Mijn visie..........................................................................................................................................13

Deel III. Reflectie..................................................................................................................................15

Literatuurlijst........................................................................................................................................20

Bijlagen.................................................................................................................................................21

Bijlage 1. Beoordelingscriteria..........................................................................................................21

Bijlage 2. Uitslagen Belbintests.........................................................................................................22

Bijlage 3. Ingevulde feedbackformulieren........................................................................................24

Page 4: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Inleiding

Dit verslag is een invulling van P-taak 5.2 en hoort bij de vijfde beroepscompetentie samenwerken. Het verslag is geschreven aan de hand van het team groepsleiders van de naschoolse dagbehandeling van Ambiq. In het eerste deel van dit verslag, wordt er gekeken naar dit team. Allereerst naar de verdeling van de rollen en taken binnen het team. Daarna volgt een analyse van de het team aan de hand van de Belbintypologie. Het laatste hoofdstuk van dit deel bestaat uit een beschrijving van verschillende samenwerkingsrelaties binnen het team, waarin ik betrokken ben; situaties waarin sprake was van synergie, tegenwerking en spanning worden beschreven.Het tweede deel van dit verslag gaat over de manier waarop ik in samenwerkingsrelaties sta, hoe mijn collega’s mij zien in de samenwerking en wat mijn visie op samenwerken is. In het derde deel van dit verslag blik ik terug op het proces rondom het schrijven van dit verslag door middel van een reflectie. De uitslagen van de Belbintest en de feedback waarvan in dit verslag gebruik is gemaakt, zijn terug te vinden in de bijlagen aan het eind van dit verslag.

De namen die in dit verslag worden gebruikt, zijn de echte namen van de teamleden. Alle teamleden hebben toestemming gegeven voor het gebruik van hun naam.

Page 5: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Deel I. Het team

Teamrollen en –takenHet team waarin ik werk, bestaat uit zes groepsleiders en twee stagiaires. Van deze zes groepsleiders is er een langdurig ziek. Voor haar komen invallers in de plaats werken. Het team waarin ik op dit moment werk bestaat dus uit vijf groepsleiders en twee stagiaires, aangevuld met een invaller.

De rol van alle groepsleiders is in principe het zelfde. Namelijk het begeleiden van groepje van maximaal vier jongeren tijdens hun activiteiten op de naschoolse dagbehandeling. Naast het begeleiden van deze jongeren, is het ook de taak van alle groepsleiders, om de kinderen te behandelen. Alle jongeren hebben behandeldoelen die bij alle groepsleiders bekend (moeten) zijn. Aan de hand van verschillende methodes wordt er met deze jongeren aan hun behandeldoelen gewerkt. Dit gebeurt veel aan de hand van een scorekaart. Het is de taak van de groepsleider om actief bezig te zijn met vaardigheden of gedragingen waarmee de jongeren scores kunnen verdienen en de jongeren hier ook op te wijzen. Naast het begeleiden en behandelen van een groepje kinderen per dag, is ook elke groepsleider mentor van één of meer kinderen. Het is de taak van de mentor om samen met (de ouders van) de cliënt behandeldoelen op te stellen en SMART uit te werken in het registratieprogramma van Ambiq. Na het opstellen van de behandeldoelen is het de taak van de mentor om de andere groepsleiders op de hoogte te stellen van deze doelen en de werkwijze, zodat alle groepsleiders met deze jongere met de behandeling bezig kunnen. De mentor voert mentor gesprekjes met de jongere en verzorgt de ouder begeleiding(dit laatste tenzij er een ambulant werker in het gezin werkt). Het schrijven van voortgangsverslagen, het updaten van doelen en het onderhouden van contact met andere betrokkenen (bv school), valt ook onder de taken van de mentor. De twee stagiaires vervullen tijdens hun stage ook de rol van groepsleider. In het begin van hun stage hebben zij nog niet alle taken van een groepsleider, maar dit wordt gedurende het jaar langzaam uitgebreid tot de stagiaire de rol van groepsleiding volledig zelfstandig kan vervullen tegen het eind van het jaar.Naast de rol van groepsleiding, met alle taken die daarbij horen, heeft elke groepsleider ook een aantal andere taken, de zogenoemde ‘teamtaken’. Dit zijn taken die door één van de collega’s wordt uitgevoerd/waar een van de collega’s verantwoordelijk voor is en die de andere collega’s daarvan op de hoogte houdt. Een deel van die teamtaken zoals seksualiteit en middelen komen elk jaar een of meer keer op de agenda van de teamvergadering te staan. De ‘taakhouder’ zoals dat genoemd wordt, heeft dan de mogelijkheid om haar taak te bespreken met de rest van het team. Nieuwe ontwikkelingen op bijvoorbeeld het gebied van beleid, kunnen dan besproken worden. Hieronder volgt een overzicht van de collega’s en de teamtaken die zij naast hun taken als groepsleider hebben.

Team taak VerantwoordelijkeKas Kim en Femke 2e.User MarjoEKC MartineSeksualiteit MartineBHV FemkeStagebegeleiding Marjo en MarijkeBoodschappen Marijke en SandraPandbeheer/contact MarijkeMiddelen FemkeBeloningsdoos/knutselspullen RuthFietsen FemkeLeefstijl Marijke en Sandra

Page 6: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Roosters MarjoActiviteiten Kim, Marjo en RuthMedicatie JoëlleInval map Kim en FemkeVerjaardagen Allemaal

Zoals te zien bij de verdeling van de teamtaken, zijn er twee collega’s die verantwoordelijk zijn voor de stagebegeleiding. Deze collega’s zijn beide stagebegeleider van een van de stagiaires. Zij dragen echter niet alleen de verantwoordelijkheid voor de begeleiding van de stagiaires. Mijn stagebegeleider is namelijk al een tijd ziek. Daarom heeft een andere collega tijdelijk haar taak overgenomen; zij voert nu de begeleidingsgesprekken met mij. De teamtaken zijn dus niet statisch, maar ook afhankelijk van de omstandigheden. De collega, Femke, die nu tijdelijk mijn stagebegeleiding op haar heeft genomen, is ook de collega die mij begeleidt in mijn mentorschap van Patty. In deze samenwerkingsrelatie is de rol/taakverdeling als volgt.Ik ben de mentor van Patty en draag de verantwoordelijkheid voor alle taken die daaraan gekoppeld zijn, zoals hierboven beschreven. Het is ook mijn taak om Femke om hulp te vragen als ik ergens niet uit kom, of om feedback te vragen op de dingen die ik doe. Femke is mijn begeleider. Het is haar taak om mij te helpen als ik ergens niet uit kom en om mij feedback te geven, bijvoorbeeld op de gesprekken die ik met de moeder van Patty voer. Femke is eindverantwoordelijke voor het mentorschap van Patty. Wanneer ik bepaalde dingen niet (goed) doe of vergeet, is het haar verantwoordelijkheid om mij hier op te wijzen.

Page 7: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Teamanalyse

De teamanalyse maak ik aan de hand van de Belbin typologie. Al mijn collega´s hebben de Belbintest ingevuld. De resultaten van deze tests beschrijf ik in dit hoofdstuk.

Van elke collega, inclusief mijzelf, benoem ik de top drie teamrollen. Ik benoem er drie in plaats van één, omdat ervaring mij heeft geleerd dat per keer dat een test ingevuld wordt, de uitkomst kan verschillen. De verschillen die ik heb gezien zijn vaak niet erg groot, de top drie bestaat vaak uit dezelfde teamrollen maar in een andere volgorde. In bijlage 2 is ook te zien dat er bij de meeste collega’s weinig puntenverschil zit in hun top drie teamrollen. Voordat ik per collega de top drie teamrollen benoem, beschrijf ik eerst wat elke team rol in houdt.

De rol die iemand in een team aanneemt, kan verdeeld worden in drie hoofdgroepen. Je hebt relatie-gerichte personen, denkers en doeners. Binnen elke hoofdgroep zijn er drie teamrollen te onderscheiden. Bij elke team rol horen bepaalde eigenschappen. De teamrollen en eigenschappen zijn weergegeven in onderstaande tabel (trainers van nu).

Denkers Doeners Relatie-gerichtenMonitor Nuchter Kritisch Zakelijk Voorzichtig

Bedrijfsman behoudend Voorspelbaar Praktisch Harde werker

Brononderzoeker Extravert Communicatief Vlotte babbel Nieuwsgierig

Plant Fantasie Intellect Onorthodox Individualistisch

Vormer Extravert Dynamisch Ongeduldig Onsubtiel

Voorzitter Kalm Zelfvertrouwen Doelgericht Vooroordeel- vrij

Specialist Bron van kennis Defensief Deskundig Introvert

Zorgdrager Nauwgezet Ordelijk Perfectionistisch Gespannen

Groepswerker Sociaal Positief Gevoelig Teamgeest

Tabel 1. 9 teamrollen van Belbin

In de vergadering waar de resultaten van de Belbintest worden besproken, krijgen alle teamleden een uitgebreidere beschrijving van de teamrollen. Deze uitgebreidere beschrijving is afkomstig van de volgende website: www.carrieretijger.nl. Vanwege plagiaat zijn deze beschrijvingen niet opgenomen in dit verslag.

Martine:1. Bedrijfsman2. Voorzitter3. Plant

Marijke:1. Plant2. Specialist3. Brononderzoeker

Femke:1. Groepswerker2. Bedrijfsman3. Vormer

Joëlle:1. Bedrijfsman2. Groepswerker3. Zorgdrager

Kim:1. Groepswerker2. Monitor3. Bedrijfsman

Marjo:1. Bedrijfsman2. Voorzitter3. Specialist/Monitor

Sandra:1. Groepswerker2. Monitor3. Voorzitter

Ruth:1. Bedrijfsman2. Zorgdrager3. Groepswerker

Tabel 2. Teamrollen collega’s

Page 8: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

In tabel 2 staan de teamrollen van mijn collega’s weergegeven. In deze tabel is te zien dat alle negen teamrollen van Belbin, in ons team terug te vinden zijn. Opvallend is wel dat ons team voornamelijk bestaat uit bedrijfsmannen en groepswerkers. De meeste teamleden hebben in ieder geval een van deze twee teamrollen in hun top drie staan. Tijdens de teamvergadering is tabel 2 in het team besproken. Elk teamlid mocht voor zichzelf na gaan of zij zich wel of niet herkend in haar team rol(len). Marjo was niet bij deze vergadering aanwezig, dus zij heeft dit niet kunnen bespreken tijdens de teamvergadering. Femke herkende zich in alle drie haar teamrollen, maar het minst in de groepswerker en het meest in de vormer. Voor haar gevoel zouden nummer 1 en 3 omgedraaid moeten zijn. Femke herkende zich bij de vormer vooral in het tempo; doen, ergens mee beginnen. Ook het stukje van het willen weten hoe anderen ergens in staan en wat anderen willen was voor Femke herkenbaar. Deze punten herkenden alle collega’s ook duidelijk bij Femke. Kim herkende zich in zowel de groepswerker als in de monitor. Bij beide teamrollen waren herkenningspunten maar ook punten die Kim totaal niet op zichzelf vond slaan. De omschrijving van de groepswerker klopt voor Kim met haar gevoel. Joëlle zag veel herkenningspunten in de beschrijving van de bedrijfsman. Het verantwoordelijkheid nemen, de orde en de structuur herkende Joëlle echt bij zichzelf.Martine herkende zich in alle drie haar teamrollen, maar het meest in die van de bedrijfsman en de plant. In de beschrijving van de bedrijfsman staat dat er spanning kan zijn met een plant. Bij de beschrijving van de plant staat dat er spanning kan zijn met een bedrijfsman vanwege de ‘wazigheid’ en het ‘lang van stof’ zijn van de plant. Martine herkende deze spanning als innerlijke spanning die zij zelf wel eens ervaart. Marijke herkende zich het meest in de plant en de brononderzoeker en niet zozeer in de specialist. De vrijheid en tijd die een plant nodig heeft en de uitspraak ‘ik weet nog wel iemand die..’ van een brononderzoeker, herkent Marijke bij zichzelf. Wanneer de vrijheid en tijd ontbreken, heeft dit volgens Marijke invloed op haar functioneren. Sandra herkende zich in zowel de groepswerker als de monitor. Wat bij de monitor voor herkenning zorgt, is het kunnen blijven hangen in kritisch denken en moeilijk tot een besluit kunnen komen. Ik herkende me vooral in de bedrijfsman, in het verantwoordelijkheid nemen en structuur, orde en duidelijke afspraken nodig hebben. Ook in de valkuilen herkende ik mij, bijvoorbeeld in het weinig flexibel zijn en niet snel kunnen schakelen en het gestrest raken als er geen strak plan ligt en afspraken vaag zijn.

Page 9: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Samenwerkingsrelaties

SynergieTwee weken terug gingen we op woensdagmiddag met de hele groep (8 jongeren) naar de dag camping op de Holterberg. Ik stuurde twee meisjes aan, A en K. Halverwege de middag ging mijn collega met wie ik die dag het groepje draaide, Femke, terug naar de groep om de twee andere jongeren van ons groepje op te halen. Zij waren namelijk later vrij. Toen Femke met de twee jongens, M en R, weer op de dag camping was, ging mijn andere collega en de andere stagiaire terug naar de groep om alvast te koken. Wij bleven met vijf jongeren achter op de dag camping. Op een gegeven moment zei R dat hij op de terugweg voor in de bus zou gaan, want hij heeft wagenziekte. A is ook wagenziek en haar was al beloofd dat zij voor in de bus mocht. R en A kunnen niet erg goed met elkaar overweg en daarom niet samen voor in de bus. Er kwam een discussie op gang tussen R en A. De twee jongens die bij ons waren, kozen partij voor R en K koos partij voor A. Ondertussen probeerden Femke en ik met elkaar de opties af te wegen over de plaats indeling in de bus. We kwamen er op uit dat het de beste optie was om A met mij voor in de bus te laten zitten en dat R en de andere jongeren achterin moesten. De discussie begon ondertussen de vorm van ruzie aan te nemen. Op dat moment nam ik A en K apart en maakte met hen de afspraak dat zij R moesten negeren. Wanneer hen dat zou lukken, mochten ze op de groep een beloning uitzoeken. A gaf ondertussen aan of ik samen met haar en K een stukje het bos in wilde lopen, want zij voelde zich heel erg boos en had een moment nodig om rustig te worden. Ik overlegde dit met Femke en ging vervolgens een stukje wandelen met A en K. Femke bleef ondertussen bij de drie jongens. Hier was voor mij wel sprake van Synergie. Wanneer een van ons hier niet bij was geweest, had de ander een groter probleem gehad dan nu. Nu hadden wij namelijk de mogelijkheid om ons op te splitsen en bijvoorbeeld aan de wens van A te voldoen. Ook zorgde ons overleg tussendoor er voor dat wij beiden dezelfde boodschap aan de jongeren konden geven. Toen ik met A en K weer bij de groep was, gingen wij naar de bus. A mocht voorin, de rest van de jongeren moest achterin. R had inmiddels kenbaar gemaakt dat wanneer hij niet voorin mocht, hij zijn moeder ging opbellen zodat zij hem kon ophalen. Anders ging hij lopen. A had dezelfde boodschap afgegeven voor wanneer zij samen met R voor in moest. Toen A eenmaal voor in zat en K, M en G ook in de bus zaten, was R richting de weg gelopen. Hij weigerde in te stappen. Uiteindelijk besloot Femke om richting de weg te rijden. Ondertussen probeerde ik contact te zoeken met de groepsleiding en stagiaire die al terug naar de groep waren, om overige opties te bekijken. Toen Femke langs R reed, stopte zij. De jongere die bij de deur zat, moest van mij de deur open doen. R stapte in, ik deed de deur dicht en Femke reed weg. Uiteindelijk was het ons gelukt om iedereen in de bus te krijgen en terug naar de groep te kunnen, zonder dat er echt ruzie was ontstaan tussen de jongeren. Zonder de samenwerking die er in deze situatie tussen Femke en mij was, was de situatie heel anders (waarschijnlijk veel slechter) verlopen. De synergie was in deze situatie niet perse afhankelijk van de teamrollen die Femke en ik ‘vervullen’. Femke is een vormer en ik een bedrijfsman. Wanneer ik in deze situatie had gestaan naast een collega die een andere team rol vervult, een rol die misschien meer in de spanning van de bedrijfsman zit, was er misschien geen synergie geweest. Maar dat zijn maar aannames.

TegenwerkingEr zijn geen momenten die ik mij kan herinneren, waarin er echt sprake was van tegenwerking. In ieder geval heb ik dat voor mijn gevoel nog niet meegemaakt. Het zou kunnen zijn dat er voor mijn collega’s wel eens sprake is geweest van tegenwerking in een situatie waar ik bij betrokken was. Dit is mij tot nu toe nog niet verteld. De enige situatie waarin enigszins sprake was van tegenwerking is de volgende. Ik stuurde twee of drie jongeren aan. Een andere collega, volgens mij was het Kim, stuurde in een andere ruimte een ander groepje jongeren aan. Ik had met een van ‘mijn’ jongeren afgesproken dat hij iets voor zichzelf moest gaan doen. Hij had als doel dat hij leert zich met zichzelf te bemoeien en op de afgesproken plek te blijven. Dat betekende dus dat hij een activiteit zelfstandig moest doen, om dit te kunnen

Page 10: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

oefenen en hierop te kunnen scoren. Daarbij kwam dat deze jongen voor dit moment al had samen gespeeld met andere jongeren. Hij was hiervan drukker geworden in zijn gedrag. Zelfstandig een activiteit doen, kon hem helpen weer rustig te worden. De jongen mocht zelf bedenken wat hij zelfstandig ging doen. Hij liep naar de andere ruimte en kwam na een paar minuten terug met een andere jongen. Ze gingen samen een spel doen. De groepsleiding van de andere jongen had gezegd dat dat mocht. Dit was in strijd met wat ik met de jongen uit mijn groepje had afgesproken. Op dit moment werkten Kim en ik elkaar eigenlijk tegen. Zonder te overleggen hadden wij andere afspraken gemaakt met dezelfde jongen. Er was hier voornamelijk sprake van miscommunicatie. Kim wist niet wat ik met de jongen uit mijn groepje had afgesproken. Op de vraag van de jongen uit haar groepje, of hij mocht samenspelen met de jongen uit mijn groepje had zij ‘ja’ gezegd. Toen ik dit ontdekte, ben ik naar Kim toe gegaan en heb ik de afspraak die ik met ‘mijn’ jongere had gemaakt aan haar uitgelegd. Kim begreep dit en samen hebben wij aan de jongen om wie het gaat uitgelegd dat er sprake was van miscommunicatie en dat hij zich aan de afspraak die ik met hem had gemaakt moest houden. Kim gaf daarna aan mij aan dat zij beter eerst met mij had kunnen overleggen voor zij toestemming gaf voor het samenspelen. Ik had de jongen misschien niet naar de andere ruimte moeten laten gaan, of zelf mee moeten gaan om de afspraak die ik met hem had aan de groepsleiding in de andere ruimte uit te leggen. Op die manier hadden zij geweten waar ze deze jongen wel of geen toestemming voor hadden kunnen geven. De tegenwerking waarvan hier sprake was, had volgens mij niet te maken met de teamrollen van mij en Kim.

SpanningEchte spanning in de samenwerking heb ik nog maar weinig ervaren binnen dit team. Dit komt voornamelijk doordat het team waarin ik nu werk, nog maar zes weken samenwerkt. De enige spanning die ik momenteel wel eens ervaar, komt vanuit het feit dat ik sommige collega’s nog niet goed ken. Ik weet daardoor niet goed wat ik van hen kan verwachten en dat levert bij mij persoonlijk spanning op, het maakt mij enigszins onzeker.Een situatie waarin ik wel duidelijk spanning ervoer ik de samenwerkingsrelatie, vond plaats ik het vorige team met een van de collega’s die ook in het huidige team werkt. Het gaat om een situatie die ik met Kim heb meegemaakt. Ik was samen met een andere collega en een invaller de dienst aan het voor bespreken. Ik vertelde over een bepaalde jongere en het feit dat deze jongere altijd probeert om de regels wat op te rekken als er een invaller is. Zo probeert zij altijd om extra schepjes suiker te krijgen, extra koekjes of extra fruit. Ik legde daarbij ook de regels aan de invaller uit. Op een gegeven moment kwam Kim de ruimte waar wij zaten binnen en begon tegen mijn collega te vertellen dat zij het niet eens was met de regels die ik allemaal aan het opnoemen was. Kim sprak daarbij niet tegen mij, maar over mij tegen een andere collega. Kim was op dat moment boos of geïrriteerd wat aan haar houding en stem te zien en horen was. Kim ging vervolgens naar huis, zonder dat mijn collega of ik de kans had gehad om hier iets over tegen Kim te zeggen. Ik vond dat een hele vervelende situatie omdat ik het gevoel had gehad dat er over mij gesproken werd alsof ik er niet bij was, terwijl ik er wel bij was. Ook voelde ik me onzeker over wat ik had gezegd, terwijl het volgens mij klopte met wat mij verteld was. De eerste keer dat ik daarna met Kim moest werken, voelde ik mij gespannen. Ik zat nog met de beschreven situatie en voelde me niet op mijn gemak bij Kim. Ik durfde echter mijn gevoel ook niet goed naar haar uit te spreken, juist vanwege de manier waarop Kim in de beschreven situatie had gereageerd. Ik kon tijdens die dienst en een aantal daarop volgende diensten met Kim moeilijk mijzelf zijn. Ik deed alsof er niets aan de hand was, maar voelde mij erg onzeker en gespannen. Ik was hierdoor minder open naar Kim over hoe het met mij ging en over wat ik vond van bepaalde situaties die zich voor hadden gedaan op stage. Ook durfde ik niet zo goed meer feedback te vragen, omdat ik erg bang was voor negatieve feedback. Uiteindelijk besloot ik toch in gesprek te gaan met Kim hierover. Op het moment dat ik dit wilde doen begon Kim er over, omdat zij en de collega die in de beschreven situatie bij mij was, erover hadden gesproken. Kim vertelde dat zij niet door had gehad dat zij over mij sprak, maar niet tegen mij terwijl ik er wel bij zat. Zij had de situatie heel anders beleefd. Ook gaf Kim aan dat haar boosheid op dat moment niet op mij en wat ik zei gericht was. Kim ervoer al wat frustraties en door wat ik zei, kwam dat er uit en leek het op mij

Page 11: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

gericht te zijn. Ik vertelde op mijn beurt dat ik die situatie als vervelend had ervaren, dat ik mij aangevallen had gevoeld. Kim kon dat goed begrijpen en bood haar excuses aan voor wat er was gebeurd. Op dat moment voelde ik mij erg opgelucht. Ik was blij dat Kim en ik erover gesproken hadden en dat de situatie opgehelderd was. Vanaf dat moment ervoor ik ook die spanning niet meer in het samenwerken met Kim. Deze spanning in de samenwerkingsrelatie had dan ook niet echt te maken met de team rol die Kim vervult.

De team rol die het best bij mij past is de bedrijfsman. Deze is uit de test naar voren gekomen en hier herken ik mijzelf ook duidelijk in. Volgens de beschrijving van www.carrieretijger.nl kan een bedrijfsman spanning hebben met twee andere teamrollen. De eerste is de brononderzoeker, die voor de bedrijfsman te ‘springerig’ en steeds met iets nieuws komen. De tweede is de plant, die volgens de bedrijfsman lang van stof zijn en nooit over haalbaarheid nadenken. In principe zou ik dus spanning kunnen ervaren met collega’s die een van deze teamrollen ‘vervullen’. Gekeken naar de top drie teamrollen van mijn collega’s, zou ik spanning kunnen ervaren met Martine vanwege de plant en met Marijke vanwege zowel de brononderzoeker als de plant. Martine en Marijke zijn voor mij allebei nieuwe collega’s. Ik werk nog maar zes weken met hen. Met Marijke heb ik in de afgelopen zes weken ongeveer 4 of 5 keer gewerkt. Ik ken haar daardoor nog niet goed. Ik heb ook nog geen spanning ervaren in mijn samenwerking met Marijke. Wel geeft Marijke in haar feedback weer, dat ik als persoon dominant kan over komen en dat dit negatief zou kunnen werken in samenwerking met een wat meer introvert persoon. Marijke geeft aan dat ze dit in haar samenwerking met mij niet ervaart, maar wel ziet dat dit zou kunnen gebeuren. Als ik kijk naar welke team rol wat meer introvert is, kom ik bij specialist zoals in tabel 1 op pagina 6. Volgens de uitkomsten van de Belbintest van mijn collega’s, zou ik dan spanning kunnen ervaren in mijn samenwerking met Marijke en Marjo. Marijke heeft echter al aangegeven zich niet in die team rol te herkennen. Met Marjo werk ik al langer samen, maar ik heb nog niet ervaren dat zich op dit gebied spanningen voordoen in onze samenwerking. Het is wel iets voor mij om op te letten.Met Martine heb ik al wel wat vaker samengewerkt en haar ken ik al wat beter. Ik heb in mijn samenwerking met Martine nog geen echte spanning ervaren die zorgde voor een verminderde samenwerking. Wel heb ik bij Martine duidelijk gemerkt dat zij soms wat ‘lang van stof’ is, wat kan zorgen voor spanning. Martine vindt het soms lastig om haar punt duidelijk te maken en kan daardoor lang van stof zijn. Dit is iets wat Martine van zichzelf weet en wat vooral gebeurd wanneer zij overzicht of structuur mist. Dit heeft Martine al snel over zichzelf verteld zodat haar ‘nieuwe’ collega’s daar rekening mee kunnen houden. Dit lang van stof zijn, roept bij mij soms wel wat ongeduld of spanning op. Vooral aan het eind van de dag, wanneer ik zelf al wat vermoeid ben. Ik vind het dan soms moeilijk om Martine uit te laten praten en haar niet te onderbreken en haar verhaal in te gaan vullen. Dit is iets wat ik (nog) niet kenbaar heb gemaakt naar Martine toe. Dit komt omdat Martine van zichzelf heeft verteld dat zij zo kan zijn. Het feit dat dat spanning bij mij op roept, ligt bij mij en niet bij Martine. Dat is iets waar ik mee moet leren om gaan en waar ik misschien ook aan moet wennen. Ik ken Martine immers nog maar zes weken als collega. Terwijl ik hier over na denk, bedenk ik me dat het misschien wel goed zou zijn om dit met Martine te bespreken.

Page 12: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Deel II. Ik en samenwerken

Feedback

In bijlage 3 zijn de feedbackformulieren te vinden die mijn collega’s voor mij hebben ingevuld. Dit feedbackformulier heb ik gemaakt aan de hand van de indicatoren uit competentiemeter 5. Ik heb ervoor gekozen om mijn collega’s mij te laten beoordelen met een cijfer van 1 tot 5 met de volgende betekenissen:1 = onvoldoende2 = zwak3 = matig4 = voldoende5 = goedDaarnaast heb ik gevraagd waarom zij mij dat cijfer/die beoordeling geven. Op die manier krijg ik zelf een beter beeld van hoe collega’s mij zien en waarom. Wanneer een collega mij namelijk een 3 geeft voor het kunnen omgaan met feedback, zonder een uitleg daarbij, weet ik niet wat ik moet veranderen om te zorgen dat ik een 4 of 5 als beoordeling krijg. Hieronder beschrijf ik de meest opvallende punten van feedback. Bij het eerste punt, blijven meedenken en een bijdrage leveren, zonder persoonlijk belang, krijgt van al mijn collega’s een 4 of een 5. Het opvallende hierbij vind ik dat mijn collega’s dat allemaal aan verschillende dingen zien. Voor Joëlle, Kim en Marijke is dit zichtbaar door mijn aandeel in de teamvergaderingen en het voor en nabespreken van een werkdag. Voor Martine, Femke en Sandra is dit zichtbaar door de ‘regel’ dingen die ik oppak, zoals het maken van een vakantieplanning van de jongeren en collega’s. Voor mij laat dit zien dat ik dus op meerdere vlakken een bijdrage lever en blijf meedenken, ook als daar geen sprake is van eigenbelang. De feedback op punt vijf, het nakomen van afspraken, is ook verschillend. Wat betreft afspraken rondom taken op stage, het begeleiden van jongeren en afspraken vanuit de vergaderingen, geven collega’s mij een 4 of een 5. Wat betreft het inleveren van opdrachten met betrekking tot school, geeft Marjo mij een 2/3. Ook Femke benoemt dat zij weet dat het nakomen van dit soort afspraken moeilijk gaat. Dit herken ik zelf ook duidelijk. School heeft voor mij op dit moment een lagere prioriteit dan stage en alle taken/verantwoordelijkheden die daarmee samenhangen. Dit heeft denk ik ook te maken met het verantwoordelijkheidsgevoel dat Femke in haar feedback bij punt drie en vier noemt. Ik vind het belangrijk dat ik mijn taken op stage goed uitvoer, zodat collega’s en jongeren hier baat/ geen last van hebben. Dit vraagt soms veel tijd en energie waardoor mijn schoolwerk achterop komt en ik een afgesproken inleverdatum niet haal. Het punt over delegeren, punt elf, heeft hier ook mee te maken. Mijn collega’s die dit kunnen beoordelen, geven mij hiervoor een 3 of een 4. Marjo benoemt in haar uitleg daarbij dat zij vermoed dat ik dit lastig vind en dat klopt ook. Ik vind delegeren lastig, omdat ik graag overzicht heb. Dat overzicht heb ik het best als ik iets zelf doe. Misschien dat ik daarom ook wel graag dingen regel (punt één). Wanneer ik meer zou delegeren, heb ik meer tijd en energie om andere zaken te regelen, waaronder mijn verslagen voor school. Iets wat ik volgens mijn collega’s goed kan en op verschillende manier laten zien is het uitvoeren van coördinerende taken (punt acht). Zij geven mij hiervoor een 4 of een 5. Ik laat volgens hen zien dat ik kan coördineren door het mede organiseren van de open avond voor ouders, de taken die ik uitvoer binnen mijn mentorschap en het maken van de vakantieplanning, zoals al eerder genoemd. Bij de open avond was ik samen met de andere stagiaire Sandra, verantwoordelijk voor het organiseren en regelen van de hele avond. Dit hield in dat wij een uitnodiging moesten maken en versturen, inventariseren wie er ging komen, boodschappen doen, hapjes voorbereiden, ruimte klaarmaken enzovoorts. Het coördineren hield niet in dat wij alle genoemde taken zelf moesten uitvoeren, maar wel moesten zorgen dat deze taken uitgevoerd werden. Ik heb hierin laten zien dat ik kan coördineren en delegeren door met mijn collega’s af te spreken wie welke hapjes ging maken en wie

Page 13: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

de ruimtes ging versieren. Hoe dat verder werd gedaan, heb ik overgelaten aan mijn collega’s. Ik zorgde er wel voor dat ik controleerde of het inderdaad werd/was gedaan.

Mijn visie

Ik vind samenwerken belangrijk, omdat ik geloof dat je samen meer kunt bereiken dan alleen. Neem bijvoorbeeld een team van groepsleiders op een naschoolse dagbehandeling. Een van deze groepsleiders loopt tegen een probleem aan in de begeleiding van een jongere. Andere groepsleiders ervaren dit probleem niet. Deze groepsleiders zouden de groepsleider met het probleem kunnen helpen door hun ervaringen te delen, kennis te delen of tips te geven. De groepsleider met het probleem beschikt waarschijnlijk niet over deze ervaringen, kennis of tips, want anders had hij/zij zichzelf wel kunnen helpen. Zonder de ervaringen, kennis en tips van de andere collega’s, zou de groepsleider met het probleem, het probleem misschien nooit kunnen oplossen. Door samen te werken kun je dus meer bereiken dan alleen. Voor een samenwerking zoals hierboven beschreven, gelden wel een aantal voorwaarden. Deze voorwaarden zal ik hieronder beschrijven en zijn punten die ik belangrijk vind in samenwerking. Voordat de groepsleiders zonder probleem, de groepsleider met probleem kunnen helpen, moeten zij wel weten dat deze groepsleider een probleem heeft. De groepsleider met het probleem, moet dit communiceren naar zijn/haar collega’s. Communicatie, in dit geval interpersoonlijke communicatie, is alle uitwisseling van symbolische informatie tussen mensen die zich bewust zijn van elkaars aanwezigheid. Deze communicatie kan zowel bewust als onbewust verlopen (Oomkes, 2000) (Van der Molen & Kluijtmans, 2005). In dit geval gaat het om bewuste communicatie. Communicatie is in de samenwerking essentieel, omdat je op die manier een boodschap kan overbrengen aan iemand anders. Bij communicatie komt veel kijken. Zo kan communicatie via verschillende kanalen gaan, heeft communicatie verschillende niveaus, kan er ruis optreden enzovoorts (Oomkes, 2000). Voor goede communicatie en dus goede samenwerking, is het belangrijk om je hier bewust van te zijn bij zowel het zenden als het ontvangen van een boodschap. Een boodschap kan door de ontvanger heel anders geïnterpreteerd worden, dan hoe de zender het bedoeld heeft. Communicatie over de communicatie, metacommunicatie vind ik daarom heel belangrijk. Door metacommunicatie kunnen onduidelijkheden of misverstanden in de communicatie besproken en uit de weg geruimd worden, wat ten goede is van de samenwerking (Van der Molen & Kluijtmans, 2005). Om als groepsleider een dergelijk probleem te communiceren naar collega’s, is het van belang dat er sfeer van veiligheid en vertrouwen is. Niet alleen voor de communicatie, maar voor de gehele samenwerking is het nodig dat de leden van een team/groep zich veilig voelen. Daarvoor moeten zij elkaar kennen. Zoals beschreven wordt in de fasen van team/groepsvorming, is vertrouwen niet vanzelfsprekend bij een nieuwe groep. Groepsleden moeten elkaar eerst leren kennen, hun plek in de groep ontdekken en elkaar leren vertrouwen. Pas wanneer de verwachtingen en verhoudingen in het team/de groep helder zijn, kan er effectieve samenwerking plaatsvinden (ten Berge & Oteman, 2009) (Remmerswaal, 2006). Het creëren van een sfeer van veiligheid en vertrouwen vind ik daarom erg belangrijk. Soms is het nodig om hier eerst tijd en energie in te stoppen, voor er gefocust kan worden op het boeken van vooruitgang. Wanneer deze sfeer er is, kan er open gecommuniceerd worden. De teamleden weten dan wat zij aan elkaar hebben en wat zij van elkaar kunnen verwachten.Het mooie aan samenwerken vind ik dat de samenwerking vaak plaats vindt tussen mensen die heel verschillend zijn. Ieder lid van een team of groep heeft zijn of haar eigen kwaliteiten/specialiteiten. Wanneer deze kwaliteiten van een teamlid bekend zijn, kunnen andere teamleden gebruik maken van deze kwaliteiten. In het voorbeeld aan het begin van dit hoofdstuk heeft een van de groepsleiders zonder probleem misschien wel de kwaliteit heel creatief/inventief te zijn in het bedenken van oplossingen. De groepsleider met probleem kan hier gebruik van maken door zijn/haar probleem met de creatieve collega te delen en hem of haar om tips vragen. Op die manier kunnen teamleden elkaar aanvullen. Om gebruik te kunnen maken van elkaars kwaliteiten, is het wel

Page 14: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

belangrijk dat de kwaliteiten van de teamleden bij het hele team bekend zijn. Sommige kwaliteiten komen duidelijk naar voren in direct contact met anderen en zijn al snel bij andere bekend. Andere kwaliteiten komen niet zo duidelijk naar voren. Het invullen en bespreken van een Belbintest kan deze kwaliteiten naar boven halen. Op die manier worden ze toch bekend bij het hele team. Het invullen van een Belbintest is denk ik ook een mooie manier voor een (relatief) nieuw team of nieuwe groep om elkaar en elkaars kwaliteiten sneller te leren. Dit kan het proces van het vormen van een nieuw team/nieuwe groep versnellen. De teamleden weten dan sneller wat ze van elkaar kunnen verwachten en de productieve samenwerking kan sneller beginnen (ten Berge & Oteman, 2009). Naast kwaliteiten, heeft ook iedereen valkuilen, of punten waar hij of zij minder goed in is of nog kan ontwikkelen. Deze valkuilen of ontwikkelpunten, kunnen goede samenwerking in de weg staan. Daarom vind ik het heel belangrijk dat er in samenwerking veel feedback gegeven wordt, zowel positieve als negatieve feedback. Het kan namelijk zijn dat eigen valkuilen of ontwikkelpunten niet bekend zijn. Dit wordt ook wel de blinde vlek genoemd. Het krijgen van feedback, geeft inzicht in dit gedrag en kan er voor zorgen dat de blinde vlek kleiner wordt. Hiervoor moet degene die feedback krijgt, wel open staan voor de feedback (Remmerswaal, 2006). Om feedback te kunnen geven en ontvangen is het ook weer belangrijk dat er een sfeer van veiligheid en vertrouwen is. Door regelmatig feedback te geven binnen de samenwerking, kunnen teamleden leren elkaar nog beter aan te vullen waardoor de samenwerking nog beter wordt. Ook in het geval van het voorbeeld aan het begin van dit hoofdstuk, is feedback belangrijk. Door feedback kan de groepsleider met het probleem bijvoorbeeld inzicht krijgen in eigen gedrag dat het probleem in stand houdt of door feedback in de vorm van een tip leren welk gedrag beter kan werken in de begeleiding van die jongere.

Page 15: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Deel III. Reflectie

In dit deel van het verslag ga ik reflecteren op het schrijven van dit verslag en op mijn aandeel in samenwerkingsrelaties. Voor dit laatste maak ik onder andere gebruik van de feedback van mijn collega’s. Ik gebruik ook de opnieuw ingevulde competentiemeter 5 voor deze reflectie. Ik schrijf de reflectie volgens de STARR methode.

SituatieIn december wilde ik al beginnen met deze P-taak. Op dat moment kreeg ik te horen dat ons team zou gaan samenvoegen met het team van de andere dagbehandeling per 1 januari. Daarom besloot ik deze P-taak uit te stellen. Ik dacht dat het weinig zin zou hebben om een team te analyseren dat een paar weken later geen team meer zou zijn. Het leek me nuttiger om een aantal weken na het starten van het nieuwe team, dat team te analyseren. Uiteindelijk werd de samenvoeging uitgesteld tot 3 maart. Het team dat er op dat moment was, kwam nog een persoon te kort. De diensten die daardoor open stonden werden ingevuld door invallers. Voor mij nog geen goede situatie om met deze P-taak te starten. Eén of twee weken na de start, werd mijn stagebegeleider Marjo ziek. De clustermanager vertelde ons dat dit een aantal weken zou gaan duren, hoeveel weken precies was niet bekend. Zo’n drie weken geleden is onze nieuwe collega Joëlle gestart, Marjo was nog steeds ziek. Uiteindelijk besloot ik om toch met deze P-taak te gaan starten. Op dat moment was namelijk nog niet bekend wanneer Marjo weer terug zou komen. Vermoedens waren dat dat misschien zelfs pas tegen de zomervakantie zou zijn. Ik kon daar voor de P-taak niet op wachten. Gevolg was dus wel dat ik een teamanalyse moest gaan maken over een team waarmee ik op dat moment nog maar vijf of zes weken werkte, waarvan ik een teamlid nog maar twee weken kende en waarvan een teamlid ontbrak. Voor mij niet de ideale situatie. Toch besloot ik om de aanvraag in te dienen en in de volgende teamvergadering mijn plannen met het team te delen.

TaakIn de teamvergadering van 10 april stond ik op de agenda. Ik wilde vertellen dat ik met deze P-taak wilde gaan starten en aan mijn collega’s vragen of zij voor mij de Belbintest in wilden vullen. Het was mijn taak om de teamleden op de hoogte te stellen en om medewerking te vragen. Daarnaast was het mijn taak om de ingevulde tests in mijn verslag te verwerken en mijn teamleden hiervan op de hoogte te stellen.

ActieToen mijn agendapunt aan de beurt was, vertelde ik aan het team dat ik met deze P-taak wilde gaan starten. Ik gaf daarbij ook wat mijn reden was om juist nu met deze P-taak te gaan starten en dat ik hoopte dat ondanks het nieuwe team ik er toch een mooi verslag van zou kunnen maken. Ik voelde me wel een beetje zenuwachtig, zenuwachtiger dan wanneer ik ‘zomaar’ iets vertel in de vergadering. Ik had de Belbintests uitgeprint en deelde deze aan mijn collega’s uit met de vraag of zij deze voor mij wilden invullen en de donderdag daarop weer bij mij wilden inleveren. Ik vond het lastig om die deadline te stellen, maar ik wist dat het nodig was. Bij eerdere P-taken heb ik namelijk mijn verslag niet op tijd bij Marjo in kunnen leveren omdat ik geen deadline had gesteld voor de feedback die ik nodig had. Om dit keer wel mijn verslag op tijd in te kunnen leveren, moest ik dus wel een deadline stellen. Ik vond het spannend om te zeggen, maar mijn collega’s pakten het goed op. Iedereen vond het goed om het dan in te leveren. Dat luchtte mij wel op. Ik vertelde mijn collega’s ook dat ik een feedbackformulier ging maken, waarvan ik wilde dat zij die ook zouden invullen. Ik sprak met hen af dat ik in de teamcommunicatie zou zetten wanneer ik het feedbackformulier had uitgedeeld (in de postvakken) en de datum waarop ik de ingevulde formulieren terug wilde hebben. In de dagen na de vergadering ging ik bezig met het invullen van de Belbintest voor mijzelf. Dit vond ik nog wel lastig. Bij sommige vragen herkende ik me eigenlijk nergens in en bij andere vragen

Page 16: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

herkende ik me bijna overal in. Ik vulde daardoor de test in met bij veel antwoorden een 1 of een 2. Dit resulteerde in een uitslag die ik totaal niet bij mezelf vond passen. Ik was monitor en zorgdrager, deze staken ruim boven de anderen uit. Dit klopte niet met hoe ik mijzelf zie. Daarom heb ik de test opnieuw gemaakt. Dit keer met minder spreiding van de punten. Nu kwam er uit dat ik in de eerste plaats bedrijfsman ben en ook groepswerker. Dit herkende ik heel goed bij mezelf. Naast het invullen van mijn eigen Belbintest ben ik ook bezig gegaan met de rol- en taakbeschrijving van het team. Ik was eerst aan het nadenken over beschrijven van de rol en taak in het team van de individuele teamleden. Dit lukte me alleen helemaal niet en dat zorgde bij mij voor een beetje stress. Ik voelde me onrustig en onzeker worden en was bang dat ik mijn verslag niet op tijd af zou krijgen. Dat ik moeilijk een individuele rol- en taakbeschrijving kon maken, kwam voornamelijk doordat ik een aantal van de teamleden nog niet goed ken en de rol en taakverdeling tussen de teamleden nog geen vaste vorm heeft. Toen ik hierover in gesprek was met een oud klasgenoot, vertelde zij me dat zij die rol- en taakverdeling niet individueel heeft beschreven, maar voor de verschillende functies die binnen haar team zijn. Dit bracht mij op het idee om ook van de individuele rol- en taakbeschrijving af te stappen en meer naar de functie van groepsleider te kijken. Maandags heb ik een feedbackformulier gemaakt. Ik gebruikte de formats van sharenet als voorbeeld en heb toen aan de hand van de indicatoren uit competentiemeter 5 een feedbackformulier opgesteld. Dinsdags heb ik deze uitgedeeld aan mijn collega’s en in de postvakjes gelegd van de collega’s die die dag niet werkten. Ook heb ik in de teamcommunicatie geschreven dat ik de feedbackformulieren had uitgedeeld en de vraag of mijn collega’s deze donderdag de week erop bij mij in wilden leveren. Ik ontdekte toen ook dat ik voor de donderdag waarop ik de feedbackformulieren terug wilde hebben, ik Marijke niet meer zou zien. Daarom besloot ik haar te mailen met de vraag of zij het feedbackformulier digitaal voor mij zou willen invullen. De donderdag erna had ik bijna alle ingevulde tests van mijn teamleden terug. Ik kon dus bezig gaan met het uitwerken van deze tests en een overzicht maken van hoe ons team er uit ziet. Alleen van Kim had ik de test nog niet terug gekregen. Hier baalde ik wel een beetje van, want ik kon het op die manier niet meteen ‘af’ maken in mijn verslag. De eerstvolgende keer dat ik weer met Kim zou werken was dinsdags, maar die dinsdag moest ik eerst bij een behandelplanbespreking zijn en zou ik Kim pas later op de dag zien als ook alle jongeren er al waren. Daarom besloot ik een mailtje te sturen naar de groep, met de vraag of Kim alsnog de test voor mij wilde invullen en bij mij inleveren. Ik stuurde het mailtje ook omdat ik nog wel eens wat vergeet. De behandelplanbespreking vond ik wel een beetje spannend, dus daar was ik erg mee bezig. Ik wist ook dat ik na de behandelplanbespreking in mijn hoofd daar ook nog mee bezig zou zijn. Ik was bang dat ik daardoor en door de drukte op de groep zou vergeten om Kim er naar te vragen en dat wilde ik voorkomen. Ik vond het wel lastig om het mailtje te sturen omdat het zo onpersoonlijk is en ik niet wilde dat mijn boodschap verkeerd geïnterpreteerd zou worden. Ik voelde me opgelucht toen Kim niet negatief op mijn mail reageerde. Toen ik al even terug was op de groep, vroeg Kim aan mij of ze eigenlijk al te laat was met inleveren. Ik had er zelf al niet meer aan gedacht, zoals ik al verwacht had. Ik zei tegen Kim dat ik de test eigenlijk de donderdag ervoor al terug had gewild, zoals ik in de vergadering had aangegeven. Kim zei dat zij het verkeerd in haar agenda had opgeschreven en dat ik hem daardoor nog niet terug had. Zij bood haar excuses hiervoor aan en zei dat ze hem die dag nog in zou gaan vullen. ’s Avonds kon ik haar test inderdaad ingevuld meenemen. Ik had toen gelukkig nog genoeg tijd om de informatie uit haar test in mijn verslag te voegen en voor te bereiden wat ik in de teamvergadering van donderdags wilde bespreken met het team aan de hand van de tests. Ik gebruikte tabel 2 met de top drie teamrollen en zocht op internet naar een uitgebreidere beschrijving van elke team rol. Ik kwam toen op de website van carrièretijger terecht. Ik twijfelde eerst of dit een betrouwbare bron zou zijn, tot ik de bronvermelding op de website zag staan. Zij hadden het boek van Meredith Belbin als bron gebruikt. Dit deed mij besluiten dat de bron betrouwbaar genoeg was voor mij om te gebruiken. Tijdens de teamvergadering deelde ik de uitslagen van de tests en de uitleg van de teamrollen uit. Ik vroeg mijn collega’s of zij voor zichzelf wilden kijken of zij zich herkenden in hun top drie teamrollen en of zij ook vonden dat hun top drie in die volgorde klopte. Nadat zij dit gedaan hadden, ging ik

Page 17: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

iedereen langs met de vraag of zij zich herkenden in hun top drie en de beschrijving van die rollen. Alle collega’s deden serieus mee en hadden echt nagedacht over of ze zichzelf er in herkenden en waarom. Dit vond ik heel erg prettig, want vooraf voelde ik me wel een beetje opgelaten. Ik wist niet goed of mijn collega’s het leuk of prettig zouden vinden om de resultaten op die manier te bespreken. Na het bespreken maakte een van mijn collega´s de opmerking dat dit eigenlijk mooi aansloot op het thema kwaliteiten. Ook werd aan mij gevraagd of ik de resultaten nog een keer terug zou willen laten komen in de teamvergadering, maar dan eventueel in combinatie met het thema ´kwaliteiten´. Ik vond het heel leuk dat dit aan mij gevraagd werd. Het gaf mij het gevoel dat ik goed bezig was geweest met de Belbintest en dat mijn collega´s het leuk/interessant gevonden hadden.Na de vergadering kreeg ik een deel van de feedbackformulieren terug. Een paar collega’s hadden het nog niet klaar of vergeten mee te nemen en zouden het mij later die dag via de mail sturen. Ik vond het best spannend om de feedbackformulieren door te lezen. Ik was erg nieuwsgierig naar de feedback, maar ergens was ik denk ik ook bang om hele negatieve feedback te lezen. Mijn nieuwsgierigheid had de overhand, wat er voor zorgde dat ik de feedbackformulieren door ging lezen. Na het lezen van de feedback ben ik bezig gegaan met het hoofdstuk ‘samenwerkingsrelaties’. Doordat ik voor de tijd de feedback al had doorgelezen, kon ik de feedback goed in dit hoofdstuk verwerken. Ik vond het schrijven van dit hoofdstuk wel lastig. Ik moest lang nadenken over situaties waarbij sprake was geweest van synergie, tegenwerking of spanning. Ik kon maar moeilijk wat bedenken, maar eigenlijk helemaal niets wat mijns inziens te maken had met de teamrollen. Daardoor vond ik het wel lastig om te starten met dit hoofdstuk, maar toen ik eenmaal bezig was kwam de inspiratie.

ResultaatHet resultaat van al mijn acties is het verslag dat in deel 1 en 2 van dit verslag staat beschreven. Zoals ik al schreef, vond ik het wel lastig om dit verslag te maken terwijl het team waarin ik werk nog maar kort in deze vorm bestaat. Toch vind ik dat het me goed gelukt is om een analyse van het team te maken en ook de andere hoofdstukken goed in te vullen. Het resultaat van het stellen van de deadline voor het inleveren van de test en het feedbackformulier, was dat vrijwel iedereen het op tijd bij mij had ingeleverd. Alleen Kim was het vergeten en kon het niet op tijd inleveren. Doordat iedereen alles op tijd bij mij inleverde, kon ik het op tijd gaan verwerken en mijn eigen verslag ook op tijd inleveren. Ik heb ook al beschreven dat ik het lastig vond om het mailtje naar Kim te sturen met de vraag of zij alsnog de test in wilde vullen en inleveren. Ik ben blij dat ik dat wel gedaan heb, vooral omdat ik toen ik weer op de groep was, al was vergeten dat ik dat aan haar wilde vragen. Als ik dat mailtje niet had gestuurd, had ik de test die dag niet van Kim gekregen denk ik. Zoals ik bij actie beschreef, lukte het me in eerste instantie niet goed om een rol-en taakbeschrijving van mijn team te maken, totdat een oud klasgenoot mij een tip gaf. Toen ik was afgestapt van het kijken naar individuele rollen en taken, maar meer ging kijken naar de rol en taak van een groepsleider, lukte het me beter. Ik kreeg meteen ideeën van wat ik kon beschrijven en op welke manier. Dit zorgde bij mij meteen voor een stuk meer rust en ontspanning. Doordat ik zelf een feedbackformulier heb gemaakt, kon ik feedback vragen op alle punten waarop ik graag feedback zou willen hebben. Deze feedback heb ik dan ook gekregen. Doordat een aantal van mijn collega’s mij nog niet zo goed kennen, hebben zij mij niet op alle punten kunnen beoordelen. Marjo heeft mij al een tijdje niet zien werken, dus zij kon ook niet overal ‘recente’ feedback op geven. Toch heb ik wel veel aan de feedback die mijn collega’s mij hebben gegeven. Dat een aantal collega’s mij nog niet zo goed kennen, heeft volgens mij namelijk ook voordelen. Deze collega’s kijken anders naar mijn gedrag dan collega’s die mij al sinds september kennen en mij hebben zien groeien. Dingen die de bekende collega’s misschien niet meer opvallen, kunnen nieuwe collega’s wel opvallen. Ik vind het ook fijn dat ik feedback heb gekregen van de andere stagiaire. Zij kijkt namelijk vanuit nog een ander perspectief naar mij en mijn handelen, zij zal het eerder vergelijken met haar handelen denk ik. Dat is wel iets wat ik zou doen als ik een andere stagiaire feedback zou moeten geven.

Page 18: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Het bespreken van de Belbintest met het team, was voor mij ook erg waardevol. Voordat ik ze namelijk met mijn collega’s ging bespreken, had ik er zelf al naar gekeken en het uitgewerkt in mijn verslag. Bij elke collega bekeek ik of ik haar in de teamrollen herkende. Bij de nieuwe collega’s kon ik dit moeilijker inschatten, maar bij het lezen van de uitleg van de team rol, herkende ik wel punten bij die collega en kon ik me direct een beter beeld vormen. Bijvoorbeeld bij Marijke. Marijke heeft als derde team rol de brononderzoeker. Kenmerkend voor de brononderzoeker is de uitspraak ‘ik weet nog wel iemand die..’. Dit herkende ik bij Marijke, deze uitspraak had ik van haar al eens gehoord tijdens een vergadering. Door de rest van de uitleg over een brononderzoeker, kon ik me een beter beeld vormen van hoe Marijke in een team kan zijn. Door het te bespreken in het team, kwam ik er bijvoorbeeld achter dat Femke zich het meest als vormer ziet, terwijl deze niet bovenaan staat. Ik had bij het doornemen voor mezelf het idee dat de vormer Femke beter beschrijft dan de bedrijfsman en groepswerker. Dat Femke dat zelf ook zo ziet, liet zien dat ik dat goed had ingeschat, dat gaf mij een goed gevoel.

ReflectieIk ben erg tevreden met het resultaat van dit verslag en alles wat ik daaromheen geleerd heb. Ik ben trots op mezelf dat ik, ondanks dat ik het lastig vond, toch twee keer een deadline heb gesteld voor het inleveren van de test en het feedbackformulier. Ik heb gemerkt dat hier niet negatief op gereageerd wordt, waar ik in eerste instantie wel bang voor was. Door de deadlines te stellen, heb ik alles op tijd binnen gekregen en kon ik ook op tijd mijn deel doen. Zoals ik bij actie heb geschreven, was Kim te laat met het inleveren van de test en de feedback. Dit vond ik best vervelend. Het zorgde er namelijk voor dat ik onderdelen van mijn verslag niet af kon maken op het moment dat ik dat wilde. Toch heb ik dit niet tegen Kim gezegd. Toen zij haar excuses aan bood voor het vergeten de test in te vullen, had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd. Nu ik er achteraf over na denk, had ik alsnog mogen en misschien wel moeten vertellen hoe ik me erbij voelde. Dat is open en eerlijke communicatie wat ik belangrijk vind in samenwerken. Het is niet zo dat ik er op dat moment bewust niets meer van zei, maar op dat moment had ik het idee dat de situatie door de sorry afgerond was. Dit is nog wel iets wat ik denk ik met Kim moet bespreken, want ik voel me er nog niet prettig bij. De andere kant van het verhaal is wel dat ik nu zelf heb ervaren hoe vervelend het is als iemand zich niet aan de afspraak houd en iets te laat inlevert. Zoals blijkt uit de feedback van Marjo bij punt vijf, ben ik niet sterk in het op tijd inleveren van mijn verslagen. Misschien komt dat ook wel doordat ik nog niet echt had ervaren hoe vervelend het is als iemand iets niet op tijd, volgens afspraak, inlevert. Nu ik dat wel heb gemerkt, snap ik de irritatie van Marjo daarover beter. Ik kon me al wel indenken dat het irritatie oplevert, maar nu heb ik zelf ook ervaren. Ik voelde me namelijk best geïrriteerd toen Kim haar test en feedback niet op tijd inleverde en ik daarop moest wachten. In het begin van het verslag liep ik vast bij de rol- en taakverdeling. Nadat ik met een oud klasgenoot hier over had gesproken, kon ik wel verder. Door met haar over mijn ‘probleem’ te praten, kon zij mij een tip geven waardoor ik weer verder kon. Ik heb bij een vorig verslag in mijn reflectie ook beschreven dat ik vast liep en daardoor het verslag een paar dagen aan de kant legde, in de hoop dat ik na een paar dagen wel verder zou kunnen. Dit keer deelde ik het met iemand anders, die mij op weg kon helpen. Ik kon daardoor sneller weer aan de slag, als wanneer ik er alleen zelf over nagedacht zou hebben. Ik denk dat het mij bij andere verslagen of zelfs in andere situaties zou kunnen helpen om het met iemand te delen. Deze persoon zou dan misschien een tip kunnen geven waardoor ik sneller verder kan. Wat betreft mijn verslagen, zou ik mijn problemen met mijn stagebegeleider kunnen delen en er samen over kunnen praten hoe ik wel verder zou kunnen gaan. Dit heb ik eigenlijk nog niet eerder gedaan, ik deed het allemaal zelf. Ik heb nu gemerkt dat het met een beetje hulp veel makkelijker gaat als ik vast loop. Nu ik dit heb ervaren, denk ik dat ik makkelijker opnieuw iemand om hulp vraag en niet zelf blijf lopen denken over wat een oplossing zou kunnen zijn. De feedback die ik middels de feedbackformulieren heb gekregen, vond ik in eerste instantie spannend om door te lezen. Ik was bang voor negatieve feedback. Achteraf was er eigenlijk niet iets

Page 19: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

om bang voor te zijn. Ik heb bij bepaalde punten wel een lage score behaald, zoals de 2 van Marjo bij het houden aan afspraken. Maar eigenlijk herkende ik mij altijd wel in de uitleg die erbij gegeven werd. Zo ook bij punt negen, waar Femke mij een 3 geeft voor het open en transparant organiseren van mijn werk of Marijke die mij daar een 4 geeft maar wel aan geeft niet altijd op de hoogte te zijn van wat ik doe, voornamelijk met welke doelen en opdrachten ik voor school bezig ben.(Ik had Marijke namelijk gemaild met de vraag wat ze precies met die uitleg bedoelde.) Het klopt inderdaad dat ik niet vaak vertel over de verslagen waar ik mee bezig ben en wat de inhoud van die verslagen is. Wanneer ik feedback nodig heb van een van mijn collega’s, vertel ik diegene wel meer over het verslag. Toch vind ik het ook wel een beetje dubbel. Marijke gaf namelijk aan dat zij niet weet wat mijn doelen zijn. Nog voordat de teams samengevoegd werden, heb ik mijn stage werkplan samen met mijn evaluatie van het eerste half jaar naar de andere groep gemaild en bij mijn eigen groep op de computer gezet. Daarbij had ik ook in de teamcommunicatie gezet dat het op de computer stond en iedereen het door kon lezen. Daar staan al mijn leerdoelen in, de activiteiten die ik (wil) doe(n) en welke verslagen ik moet maken. Mijn collega’s zouden dus wel meer op de hoogte kunnen zijn, dan dat sommige van hen nu zijn. De feedback van Sandra, de andere stagiaire, vond ik leuk om te lezen. Ik was vooraf ook heel erg benieuwd hoe zij naar mijn handelen kijkt. Het is haar voornamelijk opgevallen dat ik veel regel en doe en haar vermoeden is dat dit voortkomt uit het feit dat ik wil dat alles gestructureerd verloopt. Dit klopt ook wel. Komt in andere feedback ook wel terug en ik herken het (inmiddels) ook bij mezelf. Haar tip voor mij is om wat meer achterover te leunen, omdat ik een stagiaire ben en dus niet alles hoef te weten, regelen en kunnen (wat groepsleiding wel moet). Ik ben het hier niet helemaal mee eens. Ik wil als stagiaire juist mee functioneren als volwaardige groepsleiding en alles weten, regelen en doen wat groepsleiding ook doet. Ik wil dus niet achterover leunen vanuit mijn positie als stagiaire. Toch ben ik het er ook wel mee eens dat ik soms wat meer achterover zou moeten leunen, maar meer vanuit het feit dat ik moeite heb met delegeren en dat meer zou moeten doen. Ik vind dat Marijke het mooi beschrijft in het extra stukje feedback dat zij mij heeft gegeven. Ik heb snel de neiging om dingen naar mij toe te trekken en te regelen of te doen. Dit zijn niet altijd dingen die ik hoef te regelen of te doen. Dat kan ik ook aan iemand anders vragen om te regelen of te doen, of dat gewoon aan iemand anders overlaten. Op die manier ben ik het er zeker mee eens dat ik soms wat meer achterover zou mogen leunen. Dit is iets wat ik echt actief moet gaan leren, want dat zit niet van nature in mij. Mijn verantwoordelijkheidsgevoel (wat Femke bij punt vier noemt) zorgt er voor dat ik het lastig vind om te delegeren. Nu ik dat zelf zo duidelijk heb ervaren en terug heb gehoord van collega’s, is het iets waar ik mee aan de slag kan en waar ik aan het eind van de diensten feedback op kan gaan vragen zodat ik er elke dag op moet letten.

Page 20: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Literatuurlijst

Oomkes, F. R. (2000). Communicatieleer. Amsterdam: Boom.

Remmerswaal, J. (2006). Begeleiden van groepen, groepsdynamica in de praktijk. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

Ten Berge, L., & Oteman, M. (2009). Inleiding organisatiekunde. Bussum: Coutinho.

trainers van nu. (sd). Opgeroepen op april 7, 2014, van www.trainersvannu.nl

Van der Molen, H. T., & Kluijtmans, F. (2005). Gespreksvoering, basisvaardigheden en gespreksmodellen. Groningen: Wolters Noordhoff.

Page 21: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Bijlagen

Bijlage 1. Beoordelingscriteria

1De student beschrijft van één of meer samenwerkingsrelaties de rol- en taakverdeling van de betrokken personen.

Van mijn team zal ik beschrijven welke rol zij vervullen in het team en welke taken zij hebben.Teamtaken

2De student maakt een analyse van het team waarin hij werkt op basis van de Belbin typologie of een andere benadering om teams te analyseren.

Aan de hand van de uitslagen van de test die mijn collega’s hebben ingevuld, zal ik een analyse van mijn team maken.

3De student geeft concreet aan wanneer er sprake was in een samenwerkingsrelatie van synergie en wanneer de student en de ander elkaar kennelijk tegenwerkten.

Aan de hand van de teamrollen die uit de ingevulde tests van mijn collega’s zijn gekomen, zal ik beschrijven waar er sprake is van synergie of tegenwerking. Ik beschrijf hierbij of deze synergie of tegenwerking al dan niet specifiek samenhangt met de team rol.

4De student omschrijft hoe hij omgaat met spanningen in de samenwerking.

Dit punt verwerk ik in het onderdeel van punt 3. Ik beschrijf of samenwerking met bepaalde ‘teamrollen’ wel of geen spanning op levert en hoe ik daar mee om ga.

5De student geeft aan in welke samenwerkingsrelaties hij een of meerdere collega's heeft gecoacht, geleid, feedback gegeven, gemotiveerd.

Ik beschrijf tenminste twee situaties waarin er sprake was van een van de begrippen uit de beschrijving van deze p-taak in de reader. Ik maak hiervoor eventueel gebruik van de feedback van mijn collega’s.

6De student verwerkt feedback van collega’s (360° feedback) en verbindt deze aan de eigen kwaliteiten en leerdoelen op competentie 5 ‘samenwerken’.

Aan de hand van competentiemeter 5 maak ik een feedbackformulier welke ik bespreek in een vergadering. Deze feedback zal ik proberen door het hele verslag te verwerken.

7De student beschrijft een eigen visie op professionele samenwerking onderbouwd vanuit theorie (bijv. groepsdynamica, communicatietheorie).

Ik zal mijn visie op professionele samenwerking beschrijven aan de hand van eventuele ontdekkingen die ik doe in het proces van de teamanalyse. Ik zal mijn visie onderbouwen met theorie. Welke theorie zal ik in het verslag duidelijk naar voren laten komen.

8De student reflecteert op de uitvoering van het assessment, waarin wordt aangegeven hoe dit assessment heeft bijgedragen aan de persoonlijke ontwikkeling van de student tot professional.

Ik maak hierbij in ieder geval gebruik van de verkregen feedback van mijn collega’s. Daarnaast vul ik voor mijzelf de competentiemeter 5 in, welke ik ook zal gebruiken in mijn reflectie.

Page 22: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Bijlage 2. Uitslagen Belbintests

Martine:1 2 3 4 5 6 7 Totaa

lTeam rol

A 5 C H I D E C 5 MonitorB 4 D 5 I 3 H 3 A 3 F F 5 23 BedrijfsmanC A F B F 5 B 5 I 10 GroepswerkerD B C G E H B 3 3 VormerE H 3 G D C C 4 E 7 BrononderzoekerF I A 5 E 4 B 4 G 3 H 16 VoorzitterG F B F I D D 4 4 ZorgdragerH 3 E 4 E 4 A 5 H A G 16 PlantI G D C G I A 0 Specialist

Marijke:1 2 3 4 5 6 7 Totaa

lTeam rol

A C 1 H 1 I D E 3 C 1 6 MonitorB D 2 I 1 H 1 A F F 1 5 BedrijfsmanC A F B 3 F B I 3 6 GroepswerkerD 1 B 3 C G E 2 H 1 B 3 10 VormerE 1 H G 2 D 2 C 3 C 1 E 3 12 BrononderzoekerF 2 I A 3 E B G 3 H 8 VoorzitterG F 1 B F I D 3 D 4 ZorgdragerH 3 E 2 E 2 A 3 H 6 A G 1 17 PlantI 5 G 3 D 3 C 3 G 1 I 1 A 16 Specialist

Femke:1 2 3 4 5 6 7 Totaa

lTeam rol

A C H 2 I D E C 2 MonitorB 2 D 3 I 2 H A 5 F F 5 17 BedrijfsmanC 2 A 2 F 3 B 3 F 4 B 4 I 18 GroepswerkerD 1 B 3 C 3 G 3 E H B 5 15 VormerE 2 H G 2 D C 2 C 4 E 10 BrononderzoekerF 3 I A E 3 B 1 G 1 H 8 VoorzitterG F 2 B F I D 2 D 4 ZorgdragerH E E A H A 1 G 1 PlantI 2 G 2 D C 3 G I A 2 9 Specialist

Joëlle:1 2 3 4 5 6 7 Totaal Team rolA 3 C 1 H I 2 D 1 E C 7 MonitorB 5 D 5 I 4 H 2 A F F 2 18 BedrijfsmanC A 1 F B 5 F 6 B I 12 GroepswerkerD B 1 C 2 G 1 E 3 H B 2 9 VormerE 2 H G 1 D C C 4 E 1 8 BrononderzoekerF 2 I 2 A 1 E B G 4 H 9 Voorzitter

Page 23: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

G F B 2 F I 1 D 2 D 5 10 ZorgdragerH E E A H A G 2 2 PlantI G 2 D 2 C 2 G 1 I 2 A 9 Specialist

Kim:1 2 3 4 5 6 7 Totaa

lTeam rol

A 4 C H 3 I 5 D E 4 C 16 MonitorB 4 D I H A 4 F F 6 14 BedrijfsmanC 4 A F 3 B 3 F 8 B 4 I 22 GroepswerkerD B 4 C G E H B 4 VormerE H G 3 D C C E 3 BrononderzoekerF I A E 4 B G H 4 VoorzitterG F B F I D D 6 6 ZorgdragerH E 4 E A H A G 4 PlantI G 4 D 3 C G I 4 A 11 Specialist

Marjo:1 2 3 4 5 6 7 Totaal Team rolA 2 C H 2 I 3 D E 5 C 12 MonitorB 1 D 4 I 3 H 3 A 2 F 1 F 5 19 BedrijfsmanC 1 A 2 F B 2 F B I 5 GroepswerkerD B 2 C 1 G E H 3 B 2 8 VormerE H G D C C 2 E 2 BrononderzoekerF I A 1 E B 10 G 1 H 1 13 VoorzitterG 5 F B 3 F I D D 8 ZorgdragerH E E A H A G 2 2 PlantI 3 G 4 D 2 C 4 G I A 2 12 Specialist

Sandra:

1 2 3 4 5 6 7 Totaal

Team rol

A 6 C H 6 I D E 6 C 6 24 MonitorB D I H A F F 0 BedrijfsmanC 6 A 8 F 6 B F 7 B I 27 GroepswerkerD B C G 6 E H B 6 VormerE H G D C C E 0 BrononderzoekerF I A E 6 B 5 G H 11 VoorzitterG F 4 B F I D 6 D 10 ZorgdragerH E E A H A G 6 6 PlantI G D C G I A 0 Specialist

Ruth:1 2 3 4 5 6 7 Totaa

lTeam rol

A 1 C H 2 I D E 1 C 4 8 MonitorB 2 D 4 I 2 H 2 A 3 F F 4 17 BedrijfsmanC 1 A 2 F 3 B 5 F 1 B 3 I 1 16 GroepswerkerD 2 B C G 3 E 3 H B 3 11 Vormer

Page 24: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

E H G D C C E 0 BrononderzoekerF 2 I 2 A 4 E B G 4 H 12 VoorzitterG 4 F 4 B F 2 I 5 D 2 D 17 ZorgdragerH E E A H A G 0 PlantI G D 1 C G I 2 A 3 Specialist

Page 25: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Bijlage 3. Ingevulde feedbackformulieren

Feedbackformulier ´Samenwerken´

Ingevuld voor: Ruth NoordmansIngevuld door: Marijke SlagterDatum: 25-04-2014

Hoi collega. Zou je voor mij onderstaande vragen in willen vullen als feedback op mijn handelen? De vragen zijn gebaseerd op de vijfde competentie van mijn opleiding, ‘samenwerken’. Alvast bedankt!

1 = onvoldoende2 = zwak3 = matig4 = voldoende5 = goed

1. De student blijft meedenken en levert een bijdrage, ook wanneer er geen sprake is van een persoonlijk belang.

1 2 3 4 5Dit heb ik kunnen zien aan:Je houding tijdens een werkdag of tijdens de vergaderingen is proactief. Je bent aanwezig, luistert, stelt vragen en denkt mee over oplossingen. Vaak draait dit juist niet om persoonlijk belang, maar om het belang van de jongeren en/of collega’s. Hierin laat je een prettige, open houding zien, neem je initiatief en lever je actief een bijdrage en de behandeling van de jongeren en de teamvorming.

2. De student biedt hulp aan collega’s.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Ik merk dat je goed in de gaten houdt wat er tijdens een dag op de dagbehandeling gebeurt en moet gebeuren. Dit heb je zelf overzichtelijk en je zorgt dat jouw eigen taken voor elkaar zijn. Daarnaast merk ik dat je, wanneer je merkt dat het druk is op de groep, aanbiedt te helpen of iets over te nemen van één van je collega’s. Ook tijdens de vergadering, wanneer er gesproken wordt over de werkdruk of taken waar collega’s niet aan toekomen, bied je aan om te helpen. Een voorbeeld: de vakantieplanning. Die heb je maar even mooi en duidelijk uitgewerkt! Hier heb je ons erg mee geholpen.

3. De student vraagt hulp van collega’s.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Ik geef je hierin een voldoende. Ik zie je eigenlijk pas een maand op de groep en ik merk dat je actief feedback vraagt, overlegt en hulp vraagt wanneer je ergens niet uit komt. Een voorbeeld is de behandeldoelen van P. Je vroeg mij om even mee te kijken en te denken, maar had het eerst zelf geprobeerd.

4. De student stelt eigen grenzen en is duidelijk over wat zij wel/niet wil of kan.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:

Page 26: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Je gaf kort na de samenvoeging duidelijk aan dat het werk, de belasting, voor jou als stagiaire te veel voelde. Je hebt dit gecommuniceerd binnen het team, maar ook naar het clusterhoofd en de orthopedagoog. Je bent hier echt op tijd mee gekomen en er niet te lang mee doorgelopen. Ook nu bespreken we je grenzen goed, waarvan de aanleiding je eigen mailtje hierover is geweest. Dus goed gedaan!

5. De student komt afspraken na.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Je bent er altijd, je hebt je voorbereiding klaar voor de teamvergadering, je geeft het aan als iets niet op tijd lukt en geeft aan wanneer het dan wel lukt.

6. De student motiveert, begeleidt en coacht anderen.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Ik geef je hier een voldoende voor. Soms merk ik dat je erg veel bezig bent met je eigen leerproces en persoon, wat natuurlijk ook de reden is waarom je hier bent. Je hebt het in je om anderen te stimuleren en motiveren en ik denk dat je, wanneer je stage afgerond is, daar sneller aan toe komt.

7. De student toont respect voor de inbreng van anderen en kan daar gebruik van maken.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Tijdens de vergadering luister je (actief) naar de inbreng van anderen. Je reageert respectvol en neemt tips en feedback aan.

8. De student kan coördinerende taken uitvoeren.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Bijvoorbeeld de opening en het overnemen van het mentorschap van M. Dit neem je over, je coördineert, delegeert waar nodig.

9. De student organiseert haar werk efficiënt en transparant. 1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Ik merk dat je met veel bezig bent en dit allemaal op de juiste manier wil doen. Je spreekt goed uit wat je taken zijn en hoe je daar mee bezig bent. Je communiceert hier over. Soms is het voor mij niet helemaal duidelijk met welk achterliggend doel (vanuit je opleiding en je persoon) hierbij centraal staat.

10. De student kan inhoudelijk leiding geven aan collega’s met kennis over en affiniteit met professioneel handelen.

1 2 3 4 5Dit heb ik kunnen zien aan:Een mooi voorbeeld hiervan vind ik de dag dat jij samen met een invaller (van buiten Ambiq) stond in een groepje van 4 jongeren hebt aangestuurd en daarbij ook de invaller hebt begeleidt. Dit deed je duidelijk, met goed instructies en overleg.

11. De student kan delegeren.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Ik heb je dit nog niet zoveel zien doen. Naar mijn idee trek je soms veel naar je toe en wil je ook graag weer doen. Misschien dat ik dit komende maanden nog meer van je ga zien!

Page 27: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

12. De student kan omgaan met feedback en weet dit constructief om te zetten om haar functioneren te optimaliseren.

1 2 3 4 5Dit heb ik kunnen zien aan:Je vraagt geregeld om feedback en geeft ook jouw mening op deze feedback.

13. Welke team rol van Belbin neem ik volgens jou in, in het team en waarom deze rol?Bedrijfsman en voorzitter. Ik vind je extravert, soms wat dominant in je houding, je houdt de werkwijze onder controle en houdt alles goed in de gaten. Je bent stabiel en beheerst, jezelf zoals je bent. Je doet graag veel, je werkt hard en je houdt goed in de gaten of alles goed verloopt of niet. Je bent gedisciplineerd en je bent betrokken.

14. Heb je nog andere feedback voor mij?Tops:Je werkt hard, wil graag leren, laat zien dat je inzicht hebt in het gedrag van de jongeren en je hebt plezier in je werk. De kinderen reageren goed op je, omdat je duidelijk bent en gestructureerd werkt. Je laat zien dat je plezier hebt in je werkt, dat straal je uit en dat komt terecht bij de kinderen.

Tips:Ik vind je een prettig persoon om mee samen te werken! Soms merk ik wel dat ik je wat dominant vind in je houding en uitspraken. Dit is denk ik een stukje van je persoonlijkheid en dat maakt je ook juist sterk. Ik denk alleen dat mensen die heel introvert zijn wel eens wat stiller zouden kunnen zijn, als jij (ook vanuit je enthousiasme) praat. Ik vind het geen negatieve eigenschap, ik denk juist dat je het positief kan inzetten, maar misschien wel een aandachtspunt.

Een voorbeeld hierbij is de dag dat Jeroen kwam invallen. Jeroen liet niet een heel proactieve houding zien en ik merkte aan jou dat jij de boel aan het regelen en coördineren was. Dit is prima, want het was op dat moment nodig om de dag door te komen. Jeroen leunde daardoor nog wat meer achterover. Jij wilt, naar mijn idee, graag goed je werk doen en bent ook geneigd om werk naar je toe te trekken (iets wat ik herken bij mezelf. Toen ik net begon na mijn stage deed ik dit ook en soms vind ik het nog lastig). Jij bent iemand met een duidelijk mening, als je er bent ben je er ook en je praat duidelijk. Dit is positief. Wat ik bedoel met bovenstaand punt is, dat het soms goed kan zijn om zelf wat meer achterover te leunen, te luisteren en een ander iets te laten doen waarvan jij geneigd bent om dit zelf te doen. Misschien is het woord dominant dat ik gebruikte niet het juiste woord, ik denk dat ik meer bedoel aanwezig en geneigd werk naar jezelf toe te trekken. 

Page 28: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Feedbackformulier ´Samenwerken´

Ingevuld voor: Ruth NoordmansIngevuld door: Marjo VeldmanDatum: 24 april 2014

Hoi collega. Zou je voor mij onderstaande vragen in willen vullen als feedback op mijn handelen? De vragen zijn gebaseerd op de vijfde competentie van mijn opleiding, ‘samenwerken’. Alvast bedankt!

1 = onvoldoende2 = zwak3 = matig4 = voldoende5 = goed

15. De student blijft meedenken en levert een bijdrage, ook wanneer er geen sprake is van een persoonlijk belang.

1 2 3 4 5Dit heb ik kunnen zien aan: de manier waarop je de leiding nam tijdens de eerste weken aan de vHetenstraat. Jij nam besluiten tijdens het voor bespreken van de dienst; gaf aan welke groepjes waar t beste konden; kon je keuzes goed onderbouwen.

16. De student biedt hulp aan collega’s.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:De 4 is voor de praktische hulp die jij bied tijdens een dienst; je springt in waar nodig, geeft een jongere bijvoorbeeld even extra aandacht. Draait een groepje wanneer een collega even van de groep is…De 3 is voor t feit dat ik meer de vraag zou willen horen; “kan ik iets voor je doen?” “Kan ik je ergens mee helpen?”

17. De student vraagt hulp van collega’s.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Ik zie absoluut dat je hulp vraagt, daar waar je zelf even niet goed weet hoe je moet/kan handelen.

18. De student stelt eigen grenzen en is duidelijk over wat zij wel/niet wil of kan.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Ik vermoed dat je wat eerder aan de bel zou kunnen trekken; maar ik zie dat je uiteindelijk wel de grens aangeeft! Heel goed! Op papier ben je heel sterk om zaken helder neer te zetten/uit te leggen. Mondeling ben je wat minder sterk in het aangeven van je grenzen.

19. De student komt afspraken na.1 2 3 4 5

Page 29: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Dit heb ik kunnen zien aan:Hierbij denk ik aan het inleveren van de P-taken bij mij als stage begeleidster; en vooral de manier waarop je dit doet. Ik heb je een tijdje geleden aangegeven dat het bij mijn irritatie oproept. Lijkt mij goed om je hier bewust van te zijn en mee aan t werk te gaan.

20. De student motiveert, begeleidt en coacht anderen.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:4; Je motiveert in je manier van werken; je enthousiasme naar de jongeren toe. De jongeren begeleid en coach je heel erg goed. 3; Wat mij betreft mag je nog meer groeien in het begeleiden en coachen van je collega’s.

21. De student toont respect voor de inbreng van anderen en kan daar gebruik van maken.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Je gaat respectvol om met anderen, en doet zeker iets met de inbreng van anderen. Let er wel op, wanneer je in een team werkt dat er niet ‘geroddeld’ wordt. Dat er niet ‘over’ elkaar gesproken wordt, maar ‘met’ elkaar.

22. De student kan coördinerende taken uitvoeren.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Je invulling van je mentorschap! Dit doe je erg goed!

23. De student organiseert haar werk efficiënt en transparant. 1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Je blijft het lastig vinden om goed te plannen. En ik vraag mij af of je team goed helder heeft waar jij mee aan t werk bent?

24. De student kan inhoudelijk leiding geven aan collega’s met kennis over en affiniteit met professioneel handelen.

1 2 3 4 5Dit heb ik kunnen zien aan:Je neemt niet het voortouw, bijvoorbeeld tijdens een teamvergadering. Maar over bijvoorbeeld zaken binnen je mentorschap, ligt je collega’s goed in, legt uit wat de bedoeling is, onderbouwd je werkwijze.

25. De student kan delegeren.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Dit weet ik niet goed, maar ik vermoed dat je dit lastig vindt.

26. De student kan omgaan met feedback en weet dit constructief om te zetten om haar functioneren te optimaliseren.

1 2 3 4 5Dit heb ik kunnen zien aan:

Page 30: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Dit kun je heel erg goed! Je vraagt voldoende om feedback, krijgt deze ook regelmatig en het is zichtbaar dat je iets doet met de feedback die je krijgt.

27. Welke team rol van Belbin neem ik volgens jou in, in het team en waarom deze rol?Oh, lastig; ik zie wel dingen terug van jou in de rol van Monitor, en ook wel bij Bedrijfsman (vrouw)

28. Heb je nog andere feedback voor mij?Neem even mee bij mijn feedback dat ik je de afgelopen 6 weken niet aan het werk heb gezien, door mijn afwezigheid. Ik vermoed dat zaken misschien alweer veranderd zijn. Ik ben benieuwd hoe je gegroeid bent de afgelopen tijd, zal t ervaren wanneer ik weer terug ben op de groep ;)

Page 31: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Feedbackformulier ´Samenwerken´

Ingevuld voor: Ruth NoordmansIngevuld door: Sandra Datum: 25 april

Hoi collega. Zou je voor mij onderstaande vragen in willen vullen als feedback op mijn handelen? De vragen zijn gebaseerd op de vijfde competentie van mijn opleiding, ‘samenwerken’. Alvast bedankt!

1 = onvoldoende2 = zwak3 = matig4 = voldoende5 = goed

29. De student blijft meedenken en levert een bijdrage, ook wanneer er geen sprake is van een persoonlijk belang.

1 2 3 4 5Dit heb ik kunnen zien aan:Je regelt veel.

30. De student biedt hulp aan collega’s.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Je neemt iets over als dat nodig is (heel goed), maar naar mijn mening soms iets te snel.

31. De student vraagt hulp van collega’s.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Bewust bezig met wat je doet en hoe, vraagt hier ook om.

32. De student stelt eigen grenzen en is duidelijk over wat zij wel/niet wil of kan.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Duidelijk aangegeven toen je de druk niet aan kon en je het gevoel had dat alles op de stagiaires neer kwam.

33. De student komt afspraken na.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:

34. De student motiveert, begeleidt en coacht anderen.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Motiveert de jongeren iets te doen.

35. De student toont respect voor de inbreng van anderen en kan daar gebruik van maken.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan: je hebt duidelijk je eigen mening, maar dringt niet op.

Page 32: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

36. De student kan coördinerende taken uitvoeren.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Je regelt veel.

37. De student organiseert haar werk efficiënt en transparant. 1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Ik heb dit nog niet gezien, dus ik kan hier niet echt iets over zeggen/beoordelen.

38. De student kan inhoudelijk leiding geven aan collega’s met kennis over en affiniteit met professioneel handelen.

1 2 3 4 5Dit heb ik kunnen zien aan:Ik heb dit nog niet gezien, dus ik kan hier niet echt iets over zeggen/beoordelen.

39. De student kan delegeren.1 2 3 4 5

Dit heb ik kunnen zien aan:Ik heb dit nog niet gezien, dus ik kan hier niet echt iets over zeggen/beoordelen.

40. De student kan omgaan met feedback en weet dit constructief om te zetten om haar functioneren te optimaliseren.

1 2 3 4 5Dit heb ik kunnen zien aan:Je vraagt er veel om, maar het is me niet duidelijk wat je er mee doet (vast wel iets natuurlijk ;-))

41. Welke team rol van Belbin neem ik volgens jou in, in het team en waarom deze rol?Een bedrijfsman. Volgens mij heb je het liefst dat alles georganiseerd en gestructureerd verloopt. Alles moet duidelijk zijn. Hier kom ik op, doordat ik merk dat je de teamcommunicatie veel leest en het vervelend vind als er dingen niet in staan.

42. Heb je nog andere feedback voor mij?Tops:Je regelt veel en hebt een duidelijke mening. Je staat ergens voor en dat laat je ook zien.

Tips:Soms krijg ik het idee dat je te veel wil regelen/weten. Je bent stagiaire dus je hoeft nog niet alles te weten, regelen en kunnen. Probeer soms ook een beetje achterover te leunen.

Page 33: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd
Page 34: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd
Page 35: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd
Page 36: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd
Page 37: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd
Page 38: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd
Page 39: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

1 5; actieve bijdrage tijdens voor en na bespreken, actieve bijdrage in vergaderingen en actief meedenken in het bedenken van plannetjes, oplossingen. 2 4; je zou je hierin nog kunnen verbeteren door tijdens een dienst aan te bieden hoe je een collega kunt ondersteunen of taken over kunt nemen/ kunt ondersteunen. Dit zie ik al wel voldoende. Voorbeelden zijn je bijdrage aan de bpb M en behandelingsplan opstellen met Marloes. 3 4/5 tijdens diensten vraag je voldoende om hulp. Als je vragen hebt of als je tijdens het aansturen even een moeilijk moment hebt. Hierin mag je meer op jezelf vertrouwen en je eigen kennis/ wijsheid. Dit is ook ervaring, dus helemaal passend bij het leerproces waar je in zit. 4 4 je hebt laatst mooi je grenzen aan gegeven. Mooi om te zien. Mijn vraag; had je je grenzen ook aangegeven zonder het gesprek met Laura? In je grenzen aangeven mag je nog wel meer van jezelf laten zien. Wat doet het met je en deel je dit met je team. 5 5 Je komt je afspraken na voor zover ik dit kan beoordelen. Of je alle afspraken omtrent het inleveren ed nakomt weet ik niet, maar de afspraken in het team en alles wat voorkomt uit de samenwerking en vergadering, hou je je netjes aan afspraken. 6 3/4 Dit zie ik eigenlijk niet zo heel veel terug. Denk dat jouw rol binnen het team anders is, dan je colllega's motiveren, begeleiden en coachen. Misschien een mooi aandachtspunt in het laatste periode van je stage? 7 4 hierin zou je nog kunnen groeien door collega's meer kritische vragen te stellen om een mening, situatie of meningsverschillen concreter te krijgen voor jezelf. Heb soms het gevoel dat je wel geneigd bent bij je eigen visie te blijven. Hierin is de uitdaging; bekijk iets vanuit meerdere kanten en formuleer dan je mening. 8 4 de ouderavond was hiervan een mooi voorbeeld. 9 4 10 4 hierin zou je nog meer verdieping kunnen aanbrengen door meer de leiding te nemen/ in het verlengde van punt 6. In het professioneel handelen; belicht meerdere kanten en denk kritisch na over welke keuzes je maakt en waarom. verwoord dit ook naar collega's. Probeer hier ook naar de functie van gedrag te kijken. 11 3-4 Ik zie het soms, maar nog meer. In het aansturen van jongeren of praktische dingen op de groep. 12 4 Je gaat goed met feedback om. Heb soms het gevoel dat je hiervoor na de dienst minder de tijd neemt. Probeer kritische vragen te stellen of laat collega's eens naar nieuwe dingen observeren. 13 Heb deze even niet bij de hand. 14 tops; dit compliment heb ik je al gemaakt. mooie stappen gezet in het worden van een volwaardige collega; taken oppakken, bijdrage leveren tijdens bpb; overzicht maken in chaos, behandelplan schrijven, feedback geven, Sander kritische vragen stellen. Goed bezig! tips; blijf kritisch naar jezelf en naar collega's, laat iets meer van je gevoelsleven zien, neem tijd voor feedback en neem tijdens diensten tijd om leiding te geven, andere te steunen, taken over te nemen.

Page 40: Web viewSociaal. Positief. Gevoelig. Teamgeest. ... had ik het idee dat ik geen recht meer had om te vertellen hoe ik me erbij voelde omdat zij al sorry had gezegd

Maar je ontwikkeling is een mooi proces. Vindt dat je heel goed bezig bent en op de hele goede weg! je mag al best trots op jezelf zijn! Ook met alle veranderingen die wij als team hebben doorgemaakt. Is leerzaam maar ook weer even zoeken naar je teamrol, enz (dit geldt ook voor mij!) Groetjes Kim