Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op...

28
Module 1: loopbaandenken – concreet aan de slag in de klas Met deze bundel willen we een aantal kapstokken en oefeningen aanreiken om loopbaandenken concreet met je leerlingen te bespreken. Deze oefeningen zijn bedoeld om klassikaal te behandelen. INHOUD 1. Vind samen met je leerlingen de aanleiding 2. Concrete oefeningen rond de gekozen loopbaanvragen 2.1 Oefeningen over KWALITEITENREFLECTIE: WAT KAN IK EN WIE BEN IK? 2.2 Oefeningen over MOTIEVENREFLECTIE: WAT WIL IK? 2.3 Oefening rond netwerken: WIE KAN ME HELPEN? 2.4 Oefeningen rond arbeidsmarktexploratie: WAAR KAN IK WERKEN ? 3. Loopbaansturing: HOE PAK IK HET AAN? 4. Een competentieprofiel opstellen

Transcript of Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op...

Page 1: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Module 1: loopbaandenken – concreet aan de slag in de klas

Met deze bundel willen we een aantal kapstokken en oefeningen aanreiken om loopbaandenken concreet met je leerlingen te bespreken. Deze oefeningen zijn bedoeld om klassikaal te behandelen.

INHOUD

1. Vind samen met je leerlingen de aanleiding

2. Concrete oefeningen rond de gekozen loopbaanvragen

2.1 Oefeningen over KWALITEITENREFLECTIE: WAT KAN IK EN WIE BEN IK?2.2 Oefeningen over MOTIEVENREFLECTIE: WAT WIL IK?2.3 Oefening rond netwerken: WIE KAN ME HELPEN?2.4 Oefeningen rond arbeidsmarktexploratie: WAAR KAN IK WERKEN ?

3. Loopbaansturing: HOE PAK IK HET AAN?

4. Een competentieprofiel opstellen

Page 2: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

1. Vind samen met je leerlingen de aanleiding

Wat leeft er in je klas? Vanuit welke gedachtegang benaderen je leerlingen hun (toekomstige) loopbaan? Waar zitten zij mee? Het antwoord hierop is hetgeen wat hen zal aanspreken om verder over hun loopbaan na te denken. Zo wordt het duidelijk dat dit een persoonlijk proces is en dat het geen toekomstmuziek is.

Opdracht 1: bevraag in je klas met welke vragen je leerlingen zitten betreffende hun schoolloopbaan. Vraag hen te noteren wat hun het meeste tegenhoudt om werk te maken van hun schoolloopbaan.

Mogelijke aanleidingen die we bij VDAB vaak horen van jongeren:

- Ik heb een onvolledig beeld van de arbeidsmarkt- Hoe maak ik het verschil tussen zoveel sollicitanten- Ik heb weinig ervaring als jonge werkzoekende, dit ontmoedigt- Ik weet niet wat ik wil- Ik weet niet wat ik kan doen met wat ik wil

Op al de vragen individueel ingaan in de klas is tijdrovend. Het is leuker om thema’s en gemene delers doorheen alle vragen te vinden. Alle aanleidingen en vragen van leerlingen kun je sorteren en onderbrengen in de vijf loopbaanvragen. Elke bovenstaande aanleiding is te linken aan een loopbaanvraag van het lemniscaat. Deze loopbaanvragen vormen de structuur doorheen het proces.

Opdracht 2: sorteer alle aanleidingen en vragen van je leerlingen binnen de 5 loopbaanvragen. In ons bovenstaand voorbeeld zou het dit worden:

o Jongeren hebben een onvolledig beeld van de arbeidsmarkt:= waar kan ik werken?o Hoe maak ik het verschil tussen zoveel andere sollicitanten:= wie ben ik en wat kan ik?o Ik heb weinig ervaring als jonge werkzoekende, dit ontmoedigt:= wat kan ik ?o Ik weet niet wat voor werk ik wil:= wat wil ik?o Ik weet wat ik wil doen van job, maar weet niet goed waar ik kan zoeken:= waar kan ik werken?

Opdracht 3: selecteer de loopbaanvragen waar de meeste leerlingen met vragen zitten

Op deze manier heb je een beeld van wat leerlingen er onder leerlingen het meeste leeft en kun je hier met onderstaande oefeningen concreet mee aan de slag.

Page 3: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

2. Concrete oefeningen rond de gekozen loopbaanvragen

2.1 Oefeningen rond kwaliteitenreflectie: WAT KAN IK EN WIE BEN IK?

Doel:Leerlingen krijgen zicht op hun kwaliteiten, sleutelvaardigheden (generieke competenties) enberoepscompetenties. Waar ben ik goed in? Waar kan ik goed in worden? Op welke terreinen onderscheid ik me van anderen? Hoe word ik door anderen gezien?

OEFENING 1: MIJN STERKE EN ZWAKKE PUNTEN - STELLINGEN

Als je weet wat je leuk vindt en wat je goed kunt, wordt het voor jou een stuk gemakkelijker om erachter te komen welk werk je echt wilt doen. Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een werkgever. De lijst op de volgende bladzijden helpt je te benoemen wat jouw sterke en zwakke punten zijn.

STAP 1: duid op de lijst jouw sterke en zwakke punten aan. Zet een kruisje achter de stellingen die voor jou van toepassing zijn.

Mijn sterke punten

Ik kan goed met anderen omgaan. Ik ben een harde werker.

Ik werk graag onder toezicht van een baas.Ik denk altijd eerst na voor ik iets doe.

Ik vind altijd wel een oplossing voor een probleem. Men kan altijd op mij rekenen.

Ik vraag uitleg als ik iets niet begrijp. Ik sta open voor veranderingen.

Ik werk ordelijk en met zorg. Ik ken mijn grenzen en durf ’nee‘ te zeggen.

Ik heb graag dat alles volgens plan verloopt. Ik kan mij goed beheersen.

Ik kan me goed concentreren. Ik ben beleefd en vriendelijk.

Ik kan me aanpassen in onverwachte situaties. Ik heb veel geduld.

Page 4: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Ik ben een doorzetter.Ik heb een goede fysieke conditie.

Ik weet heel goed wat ik kan wel en niet kan. Ik leer graag bij.

Ik kan opmerkingen goed verdragen. Ik heb een goed ruimtelijk inzicht.

Ik help graag mensen. Ik werk graag de dingen tot in de puntjes af.

Ik kom nooit te laat. Ik heb oog voor detail.

Ik geef mijn fouten toe en ik kan er uit leren. Ik ben positief ingesteld.

Ik respecteer de mening van anderen.Ik leer vlug bij.

Ik kan werken onder stress. Ik kan goed omgaan met conflicten.

Ik verzorg mijn uiterlijk. Ik heb een goed geheugen.

Ik houd rekening met anderen. Ik heb mijn eigen mening

Ik werk graag en goed met andere collega’s. Ik kan zelfstandig werken.

Ik ben flexibel. Ik ben klantvriendelijk.

Ik ben stipt. Ik werk snel.

Ik ben rustig, kalm. Ik werk geconcentreerd.

Ik werk nauwkeurig. Ik ben actief, altijd bezig.

Page 5: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Mijn zwakke punten

Ik ben graag alleen. Ik flap er nogal eens iets uit.

Ik kan niet goed samenwerken. Ik trek me tegenslagen te snel aan.

Ik pak de dingen soms verkeerd aan. Ik ben niet altijd vriendelijk en beleefd.

Ik ben nogal slordig en nonchalant. Ik ben nogal ongeduldig.

Ik ben vlug afgeleid. Ik kan moeilijk omgaan met gezag.

Ik geef nogal vlug op. Soms begrijp ik iets niet en durf geen uitleg vragen.

Ik kan niet goed tegen kritiek. Ik zwijg liever als ik het ergens niet mee eens ben.

Ik ben niet stipt. Ik doe maar en ik zie wel wat er gebeurt.

Ik ben nogal bang om fouten te maken. Ik overschat/onderschat mezelf wel eens.

Werken onder druk maakt me zenuwachtig. Ik ben niet zo goed in het helpen van anderen.

Ik ben eerder egoïstisch. Ik heb snel vooroordelen.

Ik ben bang voor ruzies en conflicten. Ik dring mijn mening vaak op.

Ik ben gemakkelijk te beïnvloeden. Ik besteed weinig aandacht aan mijn uiterlijk.

Ik ben soms liever lui dan moe. Ik ben nogal traag om iets te leren.

Ik doe eerst iets en denk dan pas na. Ik ben nogal vergeetachtig.

Page 6: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Op mij kan men niet altijd rekenen. Ik geraak in de war als er iets onverwachts gebeurt.

Ik heb iemand nodig die zegt wat ik moet doen.

Ik kan moeilijk 'nee' zeggen.

Ik ben nogal onhandig. Ik kan nogal opvliegend zijn.

Ik zie altijd eerst de negatieve dingen. Ik ben nerveus, in een moeilijke situatie ben ik vlug onrustig.

Ik praat graag en soms te veel.

STAP 2: Noteer al de sterke en zwakke punten die je in de lijst hebt aangeduid in de onderstaande tabel:

Mijn sterke punten Mijn zwakke punten

Page 7: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

STAP 3: vraag aan anderen wat jouw sterke en zwakke punten zijn

Leg jouw sterkste en zwakke punten voor aan een aantal mensen die jou zeer goed kennen (bijvoorbeeld partner, broer/zus, vrienden, ouders).Zijn dit ook volgens hen jouw sterke en zwakke punten?, Herkennen zij jou daarin? Zijn er sterke of zwakke punten waaraan jij nog niet hebt gedacht maar zij wel?

Bekijk of je op basis van hun reactie de vorige tabel moet aanpassen.

STAP 4: geef voorbeelden van jouw drie sterkste punten

In de vorige tabel heb je in de eerste kolom jouw sterke punten genoteerd. Kies hieruit jouw drie sterkste punten. Beschrijf hieronder situaties die je hebt meegemaakt die aantonen dat dit echt jouw drie sterkste punten zijn.

Sterk punt 1 = ……………………………………………………………………………………………… Situatie waarin je dit sterk punt hebt aangetoond:(Wat was de situatie en jouw taak? Hoe heb je gereageerd? Wat was het resultaat hiervan?)………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Sterk punt 2 = …………………………………………………………………………………………….… Situatie waarin dit sterk punt hebt aangetoond:(Wat was de situatie en jouw taak? Hoe heb je gereageerd? Wat was het resultaat hiervan?)………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Sterk punt 3 = ……………………………………………………………………………………………… Situatie waarin je dit sterk punt hebt aangetoond:(Wat was de situatie en jouw taak? Hoe heb je gereageerd? Wat was het resultaat hiervan?)………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Page 8: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

STAP 5: Bekijk jouw zwakke punten in detail

Je hebt in de tabel op de vorige bladzijde een aantal zwakke punten van jou op een rijtje gezet. Vaak zitten achter zwakke punten ook positieve eigenschappen verborgen.

TIP: vermeld in sollicitatiegesprekken enkel die zwakke punten die je ook kan ombuigen tot positieve eigenschappen, bijvoorbeeld:‘ik ben koppig’ → posi;eve eigenschap kàn zijn: ‘ik ben een doorzetter’‘ik ben te veeleisend’ → posi;eve eigenschap kàn zijn: ‘ik wil mijn werk goed doen en verlang dat ook vananderen’.

Doe zelf dit ook bij jouw zwakke punten:Zwak punt 1 = …………………………………………………………………………………………………..→ positieve eigenschap = ……………………………………………………………………………………

Zwak punt 2 = …………………………………………………………………………………………………..→ positieve eigenschap = ……………………………………………………………………………………

Zwak punt 3 = …………………………………………………………………………………………………..→ positieve eigenschap = ……………………………………………………………………………………

OEFENING 2: MIJN STERKE EN ZWAKKE PUNTEN - WOORDEN

Als je weet wat je leuk vindt en wat je goed kunt, wordt het voor jou een stuk gemakkelijker om erachter te komen welk werk je echt wilt doen. Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een werkgever. De lijst op de volgende bladzijden helpt je benoemen wat jouw sterke en zwakke punten zijn.

STAP 1: bepaal jouw sterke en zwakke punten

Zet een kruisje bij de woorden waar je jezelf in herkent. Kies minimum 3 sterke punten en 3 zwakke punten.

⬜ aandachtig ⬜ creatief ⬜ handig

⬜ aanpassingsvermogen ⬜ bitter ⬜ hardnekkig

⬜ onzeker ⬜ dapper ⬜ hard voor jezelf

⬜ actief ⬜ denker ⬜ hebzuchtig

⬜ afhankelijk ⬜ voorzichtig ⬜ huiselijk

Page 9: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

⬜ afstandelijk ⬜ doener ⬜ humoristisch

⬜ afwachtend ⬜ doorzetter ⬜ spontaan

⬜ arrogant ⬜ aandringend ⬜ initiatiefnemer

⬜ streng ⬜ dynamisch ⬜ ijverig

⬜ babbelaar ⬜ eerlijk ⬜ inlevingsvermogen

⬜ braaf ⬜ intuïtief ⬜ gedisciplineerd

⬜ behulpzaam ⬜ egoïstisch ⬜ leergierig

⬜ bescheiden ⬜ enthousiast ⬜ kil

⬜ beslisser ⬜ ernstig ⬜ koppig

⬜ twijfelend ⬜ bezeten ⬜ gierig

⬜ betrouwbaar ⬜ flexibel ⬜ kritisch

⬜ denk altijd alles beter te weten ⬜ gedreven ⬜ leider

⬜ opschepper ⬜ geduldig ⬜ levensgenieter

⬜ bot/grof ⬜ keihard ⬜ lichtgeraakt

⬜ chaotisch ⬜ strikt ⬜ gevoelig

⬜ lusteloos ⬜ grappig ⬜ lui

⬜ sociaal ⬜ sluw ⬜ haantje de voorste

⬜ mensenkenner ⬜ plantrekker ⬜ verlegen

⬜ moedig ⬜ pietje precies ⬜ verdraagzaam

⬜ goedgelovig ⬜ plichtsbewust ⬜ verstandig

⬜ nauwkeurig ⬜ realistisch ⬜ verstrooid

⬜ negatief ⬜ rechtuit ⬜ vlug

⬜ nieuwsgierig ⬜ rechtvaardig ⬜ voorzichtig

⬜ nochalant ⬜ rusteloos ⬜ vriendelijk

⬜ nuchter ⬜ rustig ⬜ vrijgevig

⬜ onbeleefd ⬜ bang ⬜ volgzaam

⬜ onderdanig ⬜ gevoelig ⬜ vrolijk

⬜ onderhandelaar ⬜ slim ⬜ waaghals

Page 10: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

⬜ ondernemend ⬜ slordig ⬜ wantrouwend

⬜ onpartijdig ⬜ snel van begrip ⬜ verander snel van gedacht

⬜ ontspannen ⬜ sociaal ⬜ zakelijk

⬜ houd rekening met gevoelens ⬜ spontaan ⬜ zelfstandig

⬜ onzeker ⬜ wil niet snel aanpassen ⬜ zelfverzekerd

⬜ val niet op ⬜ stijlvol ⬜ zorgeloos

⬜ open ⬜ streng ⬜ zorgvuldig

⬜ opmerkzaam ⬜ koppig ⬜ zorgzaam

⬜ oppervlakkig ⬜ dromer ⬜ kritisch

⬜ optimist ⬜ vurig ⬜ stil

⬜ ordelijk ⬜ traag ⬜ beleefd

⬜ passief ⬜ trouw ⬜ niet afhankelijk

⬜ perfectionist ⬜ veeleisend ⬜ onrustig (niet kalm)

⬜ pessimistisch ⬜ verantwoordelijk ⬜ praktisch

⬜ theoretisch ⬜ gul ⬜ neem beslissingen

⬜ doelgericht ⬜ afstandelijk ⬜ stabiel

⬜ prater …………

STAP 2: noteer jouw sterke en zwakke punten

Noteer al de sterke en zwakke punten die je in de lijst hebt aangeduid in de onderstaande tabel:

Sterke punten Zwakke punten

Page 11: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

STAP 3: Vraag aan anderen wat jouw sterke en zwakke punten zijn

Leg jouw sterkste en zwakke punten voor aan een aantal mensen die jou zeer goed kennen (bijvoorbeeld partner, broer/zus, vrienden, ouders).Zijn dit ook volgens hen jouw sterke en zwakke punten?, Herkennen zij jou daarin? Zijn er sterke of zwakke punten waaraan jij nog niet gedacht hebt maar zij wel?Bekijk of je op basis van hun reactie de tabel hierboven moet aanpassen.

STAP 4: Geef voorbeelden van jouw sterke punten

In de vorige tabel heb je in de eerste kolom jouw sterke punten genoteerd. Kies hieruit jouw drie sterkste punten. Beschrijf hieronder situaties die je hebt meegemaakt die aantonen dat dit echt jouw drie sterkste punten zijn.

Sterk punt 1 = ……………………………………………………………………………………………… Situatie waarin je dit sterk punt hebt aangetoond:(Wat was de situatie en jouw taak? Hoe heb je gereageerd? Wat was het resultaat hiervan?)…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Sterk punt 2 = …………………………………………………………………………………………….… Situatie waarin dit sterk punt hebt aangetoond:(Wat was de situatie en jouw taak? Hoe heb je gereageerd? Wat was het resultaat hiervan?)…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Sterk punt 3 = ……………………………………………………………………………………………… Situatie waarin je dit sterk punt hebt aangetoond:(Wat was de situatie en jouw taak? Hoe heb je gereageerd? Wat was het resultaat hiervan?)

Page 12: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

STAP 5: Bekijk jouw zwakke punten in detail

Je hebt in de tabel op de vorige bladzijde een aantal zwakke punten van jou op een rijtje gezet. Vaak zitten achter zwakke punten ook positieve eigenschappen verborgen.TIP: vermeld in sollicitatiegesprekken enkel die zwakke punten die je ook kan ombuigen tot positieve eigenschappen, bijvoorbeeld:‘ik ben koppig’ → positieve eigenschap kàn zijn: ‘ik ben een doorzetter’‘ik ben te veeleisend’ → positieve eigenschap kàn zijn: ‘ik wil mijn werk goed doen en verlang dat ook van anderen’.

Doe zelf dit ook bij jouw zwakke punten:Zwak punt 1 = …………………………………………………………………………………………………..→ positieve eigenschap = ……………………………………………………………………………………

Zwak punt 2 = …………………………………………………………………………………………………..→ positieve eigenschap = ……………………………………………………………………………………

Zwak punt 3 = …………………………………………………………………………………………………..→ positieve eigenschap = ……………………………………………………………………………………

2.2 Oefening rond motievenreflectie: WAT WIL IK?

Doel:Leerlingen denken na over hun interesses, loopbaanwensen en –waarden.

Deze vraag kan variëren van vrij abstracte reflectie over waarden, over het in kaart brengen van droomjobs en interesses, tot praktischer denkoefeningen rond specifieke arbeidsomstandigheden en –voorwaarden (bijv. arbeidsregime, salaris).

Wat vinden ze echt belangrijk in hun toekomstige loopbaan? Wat drijft hen? Wat maakt hun toekomstige loopbaan al dan niet geslaagd?

Page 13: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Oefening 1

Onderstaande lijst geeft een overzicht van mogelijke vragen die je aan een leerling kan stellen om een individueel gesprek rond interesses aan te vatten. Dit kan ook als thuisopdracht meegegeven worden of als groepsopdracht waarbij leerlingen elkaar in kleine groep bevragen.

Interesses – Wat vind ik leuk?

Als je weer een dag kind zou zijn, wat zou je dan willen doen?

Is er iets wat je graag wilt doen, maar waar je steeds niet aan toe komt? Wat?

Je hebt de eerste prijs gewonnen met een prijsvraag en mag een jaar lang gratis een opleiding volgen. Wat ga je doen?

De redactie van Volkskrant Banen vraagt jou om een interview te houden met iemand naar eigen keuze en daar verslag van te doen. Wie zou jij graag willen interviewen?

Welke dingen hoorden 5 jaar geleden tot je leukste vrijetijdsbesteding? Doe je deze nog steeds? Met welk ‘doe-kado’ zou men jou echt blij kunnen maken?

Met wie van je vrienden zou je een maand lang van studentenjob willen ruilen? Welk spel vind je leuk om te doen en waarom?

Welke boeken of tijdschriften lees je graag en waarom?

Welk tv-programma vind je zo leuk dat je er voor thuis zou blijven en waarom?

Vertel waar je als kind het liefst mee speelde en/of hoe je als tiener het liefst je tijd doorbracht. Welke relatie heeft dat met de dingen die je nu leuk vindt?

Als je mocht optreden in het circus, welke act zou je dan willen doen? Wat zegt dit antwoord over jou en wat jij leuk vindt?

Met welke bekende persoon (dood of levend) zou je graag eens willen praten? Waarover?

Wat interesseert je het meest in andere mensen?

Welke uitdagingen ga jij graag aan?

In welke situaties bied jij graag je hulp aan?

Wat waren het afgelopen jaar de 2 fijnste momenten?

Page 14: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Welke vakantie heeft een grote indruk op je gemaakt in positieve zin?

Ben jij een ‘mensenmens’ (iemand die graag met mensen werkt), een ‘dingenmens’ (iemand die graag met zijn handen werkt en iets wil bouwen of onderhouden) of een ‘informatiemens’ (iemand die graag met feiten, gegevens en cijfers werkt)?

Oefening 2

Onderstaande lijst kan gebruikt om een eerste algemeen beeld te krijgen over wat leerlingen mogelijks belangrijk vinden in een job. Met het resultaat kan je dan verder aan de slag door o.a. te concretiseren en dit te koppelen aan beroepen.

Stap 1:

Lees de lijst op de volgende bladzijden. Zet achter iedere zin een kruisje in het vakje ‘Ja’: als je dit belangrijk vindt. in het vakje ‘?’: als je het niet zeker weet. In het vakje ‘Neen’: als je dit niet belangrijk vindt.

Ja ? NeeIk wil het liefst werken met mijn handen.

Ik wil beweging in mijn job.

Ik vind netheid en orde tijdens het werk belangrijk.

Ik houd van afwisseling in mijn werk.

Ik wil het werk zelf kunnen bepalen of indelen.

Ik wil zelf beslissingen nemen.

Ik wil op mijn eigen tempo werken, zonder stress en druk van anderen.

Ik wil in mijn werk veel contacten met mensen hebben.

Ik vind een goede sfeer op het werk heel belangrijk. Ik wil werken waar ik me thuis voel en op mijn gemak ben.

Page 15: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Ik vind een goed loon belangrijk.

Ik wil voldoende mogelijkheden krijgen om te groeien in mijn job.

Ik wil creatief kunnen bezig zijn, zelf mooie dingen maken.

Ik wil op mijn manier bijdrage leveren aan de maatschappij.

Ik wil waardering, erkenning en respect voor wat ik doe.

Ik wil door andere mensen gekend zijn als iemand die goed werk levert.

Ik wil met anderen samenwerken.

Ik houd van een omgeving waarin ruimte is voor humor, vrolijkheid en speelsheid.

Ik vind het belangrijk om te kunnen praten over mijn ideeën en gevoelens.

Ik wil werken met mensen en voor een baas die me steun, advies, hulp en raad geven.

Ik wil naast mijn werk nog genoeg tijd hebben om in mijn vrije tijd de dingen te doen die ik graag doe.

Ik wil graag andere mensen kunnen helpen.

Ik wil werken in een omgeving die voldoende structuur biedt zodat ik weet wat men van mij verwacht.

Andere: ...

Page 16: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

STAP 2: noteer jouw waarden

Bekijk jouw score op de stellingen en kies de 3 belangrijkste eruit. Noteer deze in onderstaande tabel en stel jezelf de volgende vragen: Wat zegt dit over mij? Waar geef ik om? Wat vind ik belangrijk? Noteer dit in een aantal woorden in de tabel hieronder.

STAP 3: bekijk welke beroepen het beste bij jou passen

Je hebt hierboven genoteerd wat jij belangrijk vindt, wat jouw waarden zijn. Het komt er nu op aan beroepen en werkplekken te vinden waarin je met jouw waarden aan de slag kan.

Op de VDAB-website vind je heel wat informatie over beroepen: Welke beroepen zijn er?, Wat zijn de arbeidsvoorwaarden in deze beroepen?, Wat moet je ervoor kennen en kunnen?, …

Kijk dus zeker eens naar: https://www.vdab.be/cobra .

Oefening 3: Waarden rond werk- stellingenspel ‘Waarom werken?’

Doel:Aan de hand van concrete uitspraken of stellingen, staan de leerlingen stil bij de verschillende redenen waarom mensen gaan werken (economisch nut, psychisch nut, sociaal nut). Ze leren hun meningen hierover delen en eventueel bijschaven.

Page 17: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Draaiboek – verloop van de activiteit Inhouden

1. De leerkracht legt de activiteit uit en ook wat debedoeling is van de activiteit.

2. Elke leerling leest om beurt een stelling voor. Mogelijkheid 1: De andere leerlingen moeten zich verplaatsen naar het vak van hun mening. Wanneer er bij een stelling lln in beide vakken staan, wordt er gevraagd aan een lln uit elk vak om zijn of haar keuze te verdedigen. Nade pleidooien mogen de lln nog veranderen van mening.

Mogelijkheid 2: Er worden telkens twee lln aangeduid die een standpunt moeten innemen. Wanneer de mening verschilt, moeten zij elk een pleidooi geven voor hun mening. De andere lln beslissen na de pleidooien achter welke lln ze gaan staan, dus welke mening ze delen.

Opmerking : Er kan ook gekozen worden om met groene en rode kaartjes te werken om de mening te geven. Dan kan het spel al zittend gespeeld worden.

3. Nabespreking: Na afloop kunnen de voornaamste argumenten best herhaald worden en eventueel ook bijgehouden worden door de deelnemers .

1. De groep staat in een lokaal of buitenruimtedat in 2 vakken werd verdeeld. Het ene vak symboliseert ‘ik ga akkoord met de stelling’, het andere vak symboliseert ‘ik ga niet akkoord met de stelling’.

2. Mogelijke stellingen zijn:

“De enige reden om te gaan werken is geld verdienen.”

“Het allerbelangrijkste aan een job is andere mensen te kunnen helpen. (Vb. door een huis te repareren, voeding te transporteren, te zorgen voor een zieke, …”)

“Als de collega’s tegenvallen, wil ik de job niet doen.”

“Het werk zorgt voor structuur. Zonder die structuur is er geen verschil tussen week en weekend.”

…Alle stellingen moeten heel expliciet en extreemgeformuleerd worden. Anders geven ze geen aanleiding tot discussie.

2.3 Oefening rond netwerken: WIE KAN ME HELPEN?

Ga eens na wie je allemaal kent en wie van deze mensen je nuttige tips of informatie over openstaande of toekomstige jobs, over interessante werkgevers, enz. kunnen geven. Informatie, die ze uit eerste hand hebben én informatie, die ze op hun beurt van vrienden en kennissen hebben. Al deze mensen vormen jouw netwerk van contactpersonen. Via je persoonlijk netwerk krijg je gemakkelijker toegang tot de bekende, maar vooral ook tot de verborgen arbeidsmarkt. Spreek je netwerk dus aan!

Oefening

Stel je eigen netwerklijst op en noteer naast iedere persoon welke informatie zij aan jou zouden kunnen geven of wat je hen zou kunnen vragen. Gebruik hiervoor het ecogram op de volgende bladzijde.

Page 18: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

2.4 Oefeningen rond arbeidsmarktexploratie: WAAR KAN IK WERKEN ?

Page 19: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Een werkgever, die personeel nodig heeft, kan dit op vele manieren bekendmaken. Hoe beter je ze kent, hoe groter je waaier van beschikbare jobs, hoe groter je keuze en hoe groter je kansen om snel een job te vinden die je bevalt. Er zijn meer sporen naar werk dan je op het eerste gezicht zou denken.

Oefening 1: Welke wegen naar werk ken je? Noteer deze in de ballon.

Page 20: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Sommige sporen naar werk zijn vanzelfsprekend, andere vergen enig speurwerk.

◗ Enerzijds zijn er de vacatures, die publiek worden bekendgemaakt. Dat noemen we de “bekende arbeidsmarkt”. Die vacatures zijn gemakkelijk te vinden en dus is ook de concurrentie met andere sollicitanten groot.

◗ Er is ook een “verborgen arbeidsmarkt”. Een heleboel vacatures worden immers nooit publiek bekendgemaakt. Toch kun je, mits enige inspanning en vindingrijkheid, de jobaanbiedingen op die verborgen arbeidsmarkt ook opsporen. Een voordeel is dat de concurrentie met andere sollicitanten heel wat minder groot is .

Checklist sporen naar de bekende en de verborgen arbeidsmarkt

De bekende arbeidsmarkt:

Kranten - Reclamebladen - VDAB – Uitzendkantoren - Vacatures/Advertenties - Job@ - vacature.com - Intermediair - Selor – Selectiebureaus – Vakbonden - Internet - Eures – Carrièregidsen

De verborgen arbeidsmarkt:

Gouden Gids - Sociale Kaart - Lijsten Beroepsverenigingen - Krantenartikels - Beurzen - Scholen - Familie - Vrienden - Kennissen - Buren - Oud-collega’s - Stagebegeleiders - Ex-werkgevers - Oude schoolvrienden - Vroegere leraren - Internet …

Oefening 2

Leg de sporen naar werk, die jij noteerde, naast die op de checklist en vergelijk. Zijn er nieuwe mogelijkheden bijgekomen?

Oefening 3

Noteer beroepen die leerlingen interessant vinden

Bekijk deze beroepen in de diepte adhv filmpjes, fiches en testjes op o.a. www.vdab.be/cobra en http://www.roadies.be/

Zoek eens jobs voor deze beroepen op www.vdab.be Bekijk ook studiemogelijkheden op www.onderwijskiezer.be Leerlingen kunnen zoekopdrachten doen in hun eigen dossier in Mijn Loopbaan en

deze opdrachten bewaren en verfijnen: www.vdab.be/mijnloopbaan

Page 21: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

3. Loopbaansturing: HOE PAK IK HET AAN?

Bedoeling is dat de leerlingen na het verkennen van zichzelf en de arbeidsmarkt, een actieplan opstellen. Dit kan klassikaal, maar is voor iedereen individueel. Een greep uit de mogelijkheden tot verdere acties:

- Sommige leerlingen merken dat ze verder interne verkenning nodig hebben (wat kan ik – wat wil ik)- Sommige leerlingen verkennen verder de arbeidsmarkt (wie kan me helpen – waar kan ik werken)- Sommige vragen zijn zo specifiek dat ze best individueel verder besproken worden

Oefening

Laat de leerlingen voor zichzelf enkele acties noteren met daar tegenover tegen wanneer ze dit doen. Op dat volgend moment kunnen de resultaten besproken worden en kan er opnieuw gestuurd worden: wat zijn de volgende stappen.

4. Een competentieprofiel opstellen

Spreken in vaardigheden is een universele taal. Als je los van jobtitels denkt, zie je een waaier van mogelijkheden. Deze oefening komt overal van pas: als je je vaardigheden op je cv beschrijft, als je je dossier in Mijn Loopbaan up to date maakt zodat werkgevers precies weten wat je kunt, wanneer je op zoekt bent naar verschillende soorten jobs waar jou vaardigheden van pas komen, …

Oefening: competenties sprokkelen: hoe begin je hieraan?

Stap 1: Het doel is vooral vragen te stellen aan de leerlingen en deze verder open te breken. Als je blijft filteren kom je uiteindelijk aan de vaardigheden die achter elke ervaring schuilen.

Voorbeeld 1: Wat doe je graag in je vrije tijd?

Sport- Welke sport?Voetbal

- Dus dit doe je in team en er is een trainer?Ja- Wat moet je hiervoor allemaal kunnen?Teamspirit, collegialiteit, doelen halen, discipline, op tijd komen (match), omgaan met een leidinggevende (trainer)

Page 22: Web viewHoe word ik door anderen gezien ... Ook kan je dan beter jouw sterke punten uitspelen op sollicitatiegesprek bij een ... Werken onder druk

Voorbeeld 2: Wat doe je graag in je vrije tijd? Gamen- Welk soort game?Spelletjes waar we samen een stuk land veroveren- In welke taal communiceer je dan?Engels- Werk je samen met anderen teamgenoten?Ja- Lukt het om bij een aanval snel te anticiperen?Ja- Welke vaardigheden zijn dit?Talenkennis, motoriek, anticiperen, snel kunnen denken, in team spelen

Nog voorbeeldvragen:

- Wat doe je van studentenjob?- Help je thuis in het huishouden of jouw familieleden soms?- …

Stap 2: uitkomst vragen in een lijst gieten en bijhouden voor integratie van verdere oefeningen

- Ofwel bijhouden voor sollicitatiegebeuren (integratie in gesprek, cv opmaak, …)- Ofwel bijhouden om studiekeuze en jobkeuze te benaderen (cobra fiches)