Wat is het verschil tussen inkomen en vermogen?

1
34 mijn praktijk mednet 02I2014 Q & A Wat is het verschil tussen inkomen en vermogen? “Ik hoor regelmatig over het verschil tussen inkomen en vermogen, ook in de gezondheidszorg. Waarom is het van belang om duidelijk verschil te maken tussen deze twee?” Louis Vollebregt, adviseur/eigenaar Means in Progress: D oordat mensen iets weten of kunnen, wordt wat ze aan de samenleving toevoegen iets waard. Als we dat uit- drukken in geld, dan is de een niet eens het minimum- loon ‘waard’ terwijl er ook mensen zijn die blijkbaar zo’n schaarse kennis en vaardigheid bezitten dat zij hiervoor mil- joenen per jaar ontvangen. Geld is ons ruilmiddel. Zodra iemand meer geld ontvangt dan uitgeeft, vormt hij vermogen. Hij kan voor geld werken, Hij kan het krijgen of hij kan het zich toe-eigenen. Aan de andere kant kan hij geld uitgeven, verliezen of schenken. Bij uitgeven moet hij onderscheid maken waaraan. Immers als hij een ‘vermogensobject’ koopt, zoals een huis, dan gebeurt er in eerste instantie niets met zijn vermogen, maar wanneer hij een vakantie of een etentje betaalt, dan wordt hij daar wel degelijk armer van. Los van geld dat in de familie aanwezig is en op een zeker moment door schenking of vererving op hem zal overgaan, is toch de belangrijkste bron om vermogen te vormen arbeids- productiviteit. Vooral als we jong zijn gaan we er tamelijk blind vanuit dat we deze ‘melkkoe’ een leven lang tot onze beschikking zullen hebben. De realiteit is anders. Vooral de arts weet dat het noodlot op alle leeftijden kan toeslaan. Het gebrek aan inkomen en voortslepende verplichtingen kunnen dan een onaangename wending geven aan die eerst zo opti- mistische vermogensgroeiverwachtingen. Inkomen is de oorsprong en vermogen het resultaat, ook als het vermogen hiervoor van iemand anders was, is het uitein- delijk toch door iemand ‘verdiend’. Er zijn in Nederland inmiddels ruim 3500 Federatie Financial Planners die het hun vak hebben gemaakt om alle facetten van vermogen en inkomen voor de arts in kaart te brengen. Hoe kan ik mijn tijd vrij houden voor patiëntcontacten? “Ik heb een drukke huisartsenpraktijk, waarin ik verschil- lende assistenten en praktijkondersteuners aanstuur. Ik ervaar hierdoor veel werkdruk. Ik merk dat ik het gevoel heb te moeten beknibbelen op patiëntcontacten en dat wil ik niet. Hoe kan ik hier het beste mee omgaan?” Frits Schmidt, teammanager medisch advies bij Movir: V eel huisartsen ervaren hoge werkdruk en er komen successievelijk steeds meer taken bij. De laatste jaren is er een flinke toename aan administratieve handelin- gen. Op zich belangrijke en nuttige zaken, maar ze slurpen tijd. Tijd die de huisarts eigenlijk niet heeft! Uit onderzoek dat Movir heeft gehouden, is gebleken dat patiëntenzorg, autonomie en samenwerking met collega’s zorgen voor positieve energie. De ANW-diensten, de financi- ele kanten van de praktijkvoering en de managementtaken kosten daarentegen juist energie. Welke prioriteiten stelt de arts? De oplossing van de hoge werkdruk is niet om kortere of effi- ciëntere patiëntencontacten te bewerkstelligen. Artsen moe- ten de tijd nemen voor patiënten en niet beknibbelen op spreekuurtijd. De oplossing zit ook niet in administratieve handelingen die nodig zijn voor goede, verantwoorde prak- tijkvoering. Maar wat wel? Een oplossing zit in het effectief managen van de praktijk. Ondanks dat artsen managementta- ken misschien als energielek ervaren, is hier winst te beha- len. Niet alleen voor de arts, maar voor de gehele praktijk en daarmee uiteindelijk voor de patiënt. De arts moet zich peri- odiek een aantal zaken afvragen en zo nodig verbeterplan- nen opstellen. Dat hoeft hij niet alleen te doen; hij kan gebruikmaken van de expertise binnen praktijk en netwerk. Heeft de arts een duidelijke visie, is financieel alles op orde, verlopen werkprocessen efficiënt, zijn zaken optimaal geau- tomatiseerd? Is de arts actief met personeelsmanagement, is er een goede taak- en rolverdeling en is iedereen voldoende uitgerust voor zijn of haar functie? Geeft u voldoende feed- back, grijpt u in bij disfunctioneren, of gaat u het zelf doen? Dit is weliswaar niet eenvoudig, maar het loont de moeite om in dit soort vragen te investeren. De huisarts kan hierbij uiter- aard, altijd ondersteuning vragen.” ´Gebrek aan inkomen kan een onaangename wending geven aan verwachte vermogensgroei´

Transcript of Wat is het verschil tussen inkomen en vermogen?

Page 1: Wat is het verschil tussen inkomen en vermogen?

34  mijn praktijk  mednet 02I2014

Q & AWat is het verschil tussen  inkomen en vermogen?

“Ik hoor regelmatig over het verschil tussen inkomen en vermogen, ook in de gezondheidszorg. Waarom is het van belang om duidelijk verschil te maken tussen deze twee?” 

Louis Vollebregt, adviseur/eigenaar Means in Progress:

Doordat mensen iets weten of kunnen, wordt wat ze aan de samenleving toevoegen iets waard. Als we dat uit-drukken in geld, dan is de een niet eens het minimum-

loon ‘waard’ terwijl er ook mensen zijn die blijkbaar zo’n schaarse kennis en vaardigheid bezitten dat zij hiervoor mil-joenen per jaar ontvangen. Geld is ons ruilmiddel. Zodra iemand meer geld ontvangt dan uitgeeft, vormt hij vermogen. Hij kan voor geld werken, Hij kan het krijgen of hij kan het zich toe-eigenen. Aan de andere kant kan hij geld uitgeven, verliezen of schenken. Bij uitgeven moet hij onderscheid maken waaraan. Immers als hij een ‘vermogensobject’ koopt, zoals een huis, dan gebeurt er in eerste instantie niets met zijn vermogen, maar wanneer hij een vakantie of een etentje betaalt, dan wordt hij daar wel degelijk armer van. Los van geld dat in de familie aanwezig is en op een zeker moment door schenking of vererving op hem zal overgaan, is toch de belangrijkste bron om vermogen te vormen arbeids-productiviteit. Vooral als we jong zijn gaan we er tamelijk blind vanuit dat we deze ‘melkkoe’ een leven lang tot onze beschikking zullen hebben. De realiteit is anders. Vooral de arts weet dat het noodlot op alle leeftijden kan toeslaan. Het gebrek aan inkomen en voortslepende verplichtingen kunnen dan een onaangename wending geven aan die eerst zo opti-mistische vermogensgroeiverwachtingen. Inkomen is de oorsprong en vermogen het resultaat, ook als het vermogen hiervoor van iemand anders was, is het uitein-delijk toch door iemand ‘verdiend’. Er zijn in Nederland inmiddels ruim 3500 Federatie Financial Planners die het hun vak hebben gemaakt om alle facetten van vermogen en inkomen voor de arts in kaart te brengen.

Hoe kan ik mijn tijd vrij houden voor patiëntcontacten?

“Ik heb een drukke huisartsenpraktijk, waarin ik verschil-lende assistenten en praktijkondersteuners aanstuur. Ik ervaar hierdoor veel werkdruk. Ik merk dat ik het gevoel heb te moeten beknibbelen op patiëntcontacten en dat wil ik niet. Hoe kan ik hier het beste mee omgaan?”

Frits Schmidt, teammanager medisch advies bij Movir:

Veel huisartsen ervaren hoge werkdruk en er komen successievelijk steeds meer taken bij. De laatste jaren is er een flinke toename aan administratieve handelin-

gen. Op zich belangrijke en nuttige zaken, maar ze slurpen tijd. Tijd die de huisarts eigenlijk niet heeft! Uit onderzoek dat Movir heeft gehouden, is gebleken dat patiëntenzorg, autonomie en samenwerking met collega’s zorgen voor positieve energie. De ANW-diensten, de financi-ele kanten van de praktijkvoering en de managementtaken kosten daarentegen juist energie. Welke prioriteiten stelt de arts? De oplossing van de hoge werkdruk is niet om kortere of effi-ciëntere patiëntencontacten te bewerkstelligen. Artsen moe-ten de tijd nemen voor patiënten en niet beknibbelen op spreekuurtijd. De oplossing zit ook niet in administratieve handelingen die nodig zijn voor goede, verantwoorde prak-tijkvoering. Maar wat wel? Een oplossing zit in het effectief managen van de praktijk. Ondanks dat artsen managementta-ken misschien als energielek ervaren, is hier winst te beha-len. Niet alleen voor de arts, maar voor de gehele praktijk en daarmee uiteindelijk voor de patiënt. De arts moet zich peri-odiek een aantal zaken afvragen en zo nodig verbeterplan-nen opstellen. Dat hoeft hij niet alleen te doen; hij kan gebruikmaken van de expertise binnen praktijk en netwerk. Heeft de arts een duidelijke visie, is financieel alles op orde, verlopen werkprocessen efficiënt, zijn zaken optimaal geau-tomatiseerd? Is de arts actief met personeelsmanagement, is er een goede taak- en rolverdeling en is iedereen voldoende uitgerust voor zijn of haar functie? Geeft u voldoende feed-back, grijpt u in bij disfunctioneren, of gaat u het zelf doen? Dit is weliswaar niet eenvoudig, maar het loont de moeite om in dit soort vragen te investeren. De huisarts kan hierbij uiter-aard, altijd ondersteuning vragen.”

´Gebrek aan inkomen kan een onaangename wending geven aan verwachte vermogensgroei´