Warmwater-warmtepomp VIESMANN · warming door de warmtepomp. Voordelen ACompressor BVerdamper...

VIESMANN VITOCAL 161-AWarmwater-warmtepomp

VITOCAL 161-A

Type WWK

Warmwater-warmtepomp voor ventilatiewerking Afvoerluchtwerking tot 300 m3/h afvoerluchtstroom mogelijk

(met toebehoren) Boilerinhoud 308 l, met Ceraprotect-emaillaag

Type WWKS

Uitrustingscompensatie bij type WWK, bovendien metinterne zonnewarmtewisselaar en zonneregeling

Boilerinhoud 300 l, met Ceraprotect-emaillaag Met afvoerluchtdeksel (toebehoren) Afvoerluchtwerking tot 300 m3/h afvoerluchtstroom mogelijk Woningsventilatiefunctie met 3 schakeltrappen en tijdspro-

gramma's

5793 281 B/fl 5/2016

Planningsaanwijzing

Inhoudsopgave

1. Vitocal 161-A 1. 1 Productbeschrijving .................................................................................................... 3 Toestelvarianten ...................................................................................................... 3 Voordelen ................................................................................................................ 4 Leveringstoestand Type WWK ................................................................................ 5 Leveringstoestand Type WWKS ............................................................................. 5

1. 2 Technische gegevens ................................................................................................. 6 Technische gegevens ............................................................................................. 6 Afmetingen .............................................................................................................. 7 Ventilatorkarakteristiekenn ...................................................................................... 9 Debietweerstanden ................................................................................................. 10 Tapwater vermogensgegevens in combinatie met externe warmtegenerator ......... 10

2. Luchtverdeelsysteem afvoer-lucht/voortgeleide lucht

2. 1 Warmtepomp .............................................................................................................. 11 Afvoerluchtafdekking ............................................................................................... 11

2. 2 Luchtverdeelsysteem .................................................................................................. 112. 3 Luchttoevoer-/luchtafvoeropeningen (rond) ................................................................ 11

Luchttoevoerelement wand-/buitenaansluiting DN 100 .......................................... 11 Luchttoevoerfilter (G3) ............................................................................................ 12

3. Installatietoebehoren 3. 1 Warmwaterboiler ......................................................................................................... 13 Elektrisch verwarmingselement .............................................................................. 13 Zwerfstroomanode .................................................................................................. 13 Veiligheidsgroep conform DIN 1988 ....................................................................... 13

3. 2 Werking met zonnecollectoren (type WWKS) ............................................................. 13 Zonnecollectoren .................................................................................................... 13 Veiligheidstemperatuurbegrenzer ........................................................................... 13 Collectortemperatuursensor .................................................................................... 14

3. 3 Fotovoltaïsch systeem ................................................................................................ 14 Energiemeter 1-fasig ............................................................................................... 14 Energiemeter 3-fasig ............................................................................................... 14

4. Planningsaanwijzingen 4. 1 Inbrenging ................................................................................................................... 154. 2 Eisen aan de opstelling ............................................................................................... 154. 3 Geluids- en trillingsontkoppeling ................................................................................. 164. 4 Elektrische aansluiting ................................................................................................ 174. 5 Condenswaterafloop ................................................................................................... 174. 6 Aan tapwaterzijde aansluiten ...................................................................................... 184. 7 Ventilatiewerking (enkel afzuigtoestel) ........................................................................ 19

Luchtwisselcijfer ...................................................................................................... 19 Luchtdichtheid geïsoleerd gebouw ......................................................................... 19 Brandbeveiliging ..................................................................................................... 19 Toepassingsbereik .................................................................................................. 19 Open stookplaatsen en afvoerluchtinrichting .......................................................... 20 Afvoerluchtdebiet .................................................................................................... 20 Luchtverdeelsysteem afvoerlucht/voortgeleide lucht (toebehoren) ......................... 20 Isolatie voor het luchtverdeelsysteem ..................................................................... 21 Luchtgeleiding tussen vertrekken ........................................................................... 22

4. 8 Drukverliesbepaling voor luchtverdeelsysteem afvoerlucht/uittreelucht (enkelafvoerluchttoestel) ...................................................................................................... 22

4. 9 Aansluiting zonnecircuit (type WWKS) ....................................................................... 23 Hydraulische integratie ........................................................................................... 23 Aansluiting van zonnecollectoren ........................................................................... 23 Dimensionering van het zonne- expansievat .......................................................... 24

4.10 Reglementair gebruik .................................................................................................. 24

5. Warmtepompregeling ............................................................................................................................................ 25

6. Index ............................................................................................................................................ 26

Inhoudsopgave

2 VIESMANN VITOCAL 161-A

5793

281

B/fl

1.1 ProductbeschrijvingDe Vitocal 161-A is een warmwater-warmtepomp met geïntegreerdewarmwaterboiler.De inhoud van de warmwaterboiler bedraagt 308 l en is voor eengroter gezin (max. 5 personen) volkomen voldoende.Door de praktische buisaansluitingen en de stekkerklare elektrischebedrading kan de Vitocal 161-A eenvoudig worden geïnstalleerd,bijv. in de kelder, in de technische of opbergruimte.

Het gebruik van de energie uit de lucht van het gebouw gebeurt zeerefficiënt en is daarmee goedkoop. Bij een luchttemperatuur van15 °C en een opwarming van het tapwater van 15 °C naar 45 °Cbereikt de warmtepomp een prestatiecoëfficiënt (COP) van 3,7(meetprocedure conform EN 255).

Bij zuivere warmtepompwerking bedraagt de max. tapwatertempera-tuur 65 °C, zodat een hoge tapwaterhygiëne kan worden verzekerd.Bij verhoogde warmwaterbehoefte kan optioneel een elektrisch ver-warmingselement (1,5 kW) worden gemonteerd.Tijdens de tapwateropwarming wordt de opstelruimte gekoeld enontvochtigd.

Toestelvarianten De Vitocal 161-A, type WWK is speciaal voor de tapwateropwar-

ming zonder verdere externe warmtegenerator geconcipeerd(monovalente werking).

De Vitocal 161-A, type WWKS is voor de tapwateropwarming metzonneondersteuning geconcipieerd.Met de geïntegreerde zonnewarmtewisselaar is de aansluitingmogelijk van vlakke collectoren tot 5 m2 of buiscollectoren tot 3 m2

collectoroppervlak. Een elektronische temperatuurverschilregelingis in de Vitocal 161-A geïntegreerd.

De Vitocal 161-A, type WWK en WWKS worden als ventilatietoe-stel geleverd:Tapwateropwarming met de kamerlucht van de stookruimte.

De ombouw naar het luchtafvoertoestel gebeurt ter plaatse.Daarbij wordt de circulatie-afdekking tegen de afvoerluchtafdek-king (toebehoren) vervangen.Tapwateropwarming met de afvoerlucht uit meerdere kamers.

Systeemweergave circulatie-apparaat

BAC

Weergave met type WWK

A CondenswaterafvoerB Vitocal 161-AC Koudwateraansluiting

De Vitocal 161-A, type WWK/WWKS gebruikt de omgevingstempe-ratuur (kamerlucht van de stookruimte) voor de tapwateropwarming.

Bij het type WWKS schakelt de elektronische temperatuur-verschil-regeling de zonnecircuitpomp aan of uit, afhankelijk van het inge-stelde temperatuurverschil tussen warmwaterboiler en zonnecollec-tor. Bij ingeschakelde zonnecircuitpomp gebeurt geen tapwaterop-warming door de warmtepomp.

Systeemweergave circulatie-apparaat met afvoerluchtafdekking(afvoerlucht-apparaat)

BC

D

DA

Weergave met type WWK

A CondenswaterafvoerB Vitocal 161-A met afvoerluchtafdekkingC KoudwateraansluitingD Luchttoevoerelement

De Vitocal 161-A, type WWK/WWKS kan voor de tapwateropwar-ming via een luchtverdeelsysteem (warme) afvoerlucht uit meerderekamers toegevoerd worden, bijv. uit WC, badkamer, keuken. De bijde tapwateropwarming afgekoelde afvoerlucht van de Vitocal 161-Aals voortgeleide lucht naar buiten gevoerd.Voor het vermijden van onderdruk in het gebouw moet de kamersover aparte toevoerluchtelementen gecontroleerde buitenlucht wor-den toegevoerd. In deze werkwijze is naast de tapwateropwarmingbijkomend een gecontroleerde verluchting en ontluchting van hetgebouw mogelijk. De dimensionering van het luchtverdeelsysteemvoor afvoer- en uittreelucht gebeurt in aansluiting op een woningven-tilatiesysteem.

Vitocal 161-A

VITOCAL 161-A VIESMANN 3

5793

281

B/fl

1

De ingebouwde ventilator maakt een luchtdebiet mogelijk tot300 m3/h. Daardoor is de Vitocal 161-A geschikt voor de gecontro-leerde verluchting en ontluchting van eengezinswoningen tot eentotaal oppervlak van ca. 180 m2.De ventilatiewerking is ook zonder tapwateropwarming mogelijk.Met behulp van het tijdprogramma voor ventilatie en de keuze van inhet totaal 3 ventilatietrappen wordt een continue verluchting gega-randeerd.Onafhankelijke tijdprogramma's voor ventilatie en tapwateropwar-ming creeëren een comfortabele en volledige toepassing voor eenafvoerlucht-ventilatietoestel.

Bij het type WWKS schakelt de elektronische temperatuur-verschil-regeling de zonnecircuitpomp aan of uit, afhankelijk van het inge-stelde temperatuurverschil tussen warmwaterboiler en zonnecollec-tor. Bij ingeschakelde zonnecircuitpomp gebeurt geen tapwaterop-warming door de warmtepomp.

Voordelen

A CompressorB VerdamperC WarmtepompregelingD Warmwaterboiler met 300 l inhoud (type WWKS) of 308 l inhoud

(type WWK)E MagnesiumanodeF Alleen bij type WWKS:

Warmtewisselaar zonnesysteemG Condensor

Vitocal 161-A (vervolg)


1

5793

281

B/fl

Sanitaire warmwater-warmtepomp voor circulatie- of luchtafvoer-werking Naar keuze met intern liggende warmtewisselaar en zon-neregeling voor de aansluiting van vlakke en buiscollectoren ofexterne warmtegeneratoren

Hoge COP-waarde van 3,1 bij A15/W10-55 (XL) conformEN 16147

Eenvoudige inbedrijfstelling door stekkerklare bedrading en voorin-gestelde regeling

Opwarming van het tapwater naar 65 °C via warmtepompmodule Snelopwarmingsfunctie met optioneel elektrisch verwarmingsele-

ment Voorbereid voor het geoptimaliseerd verbruik van zelf opgewekte

energie uit fotovoltaïsche installatie Geschikt voor Smart Grid

Leveringstoestand Type WWK Stekkerklare warmwater-warmtepomp met geïntegreerde regeling Afdekking circulatielucht Geïntegreerde warmwaterboiler met 308 l inhoud

Leveringstoestand Type WWKS Stekkerklare warmwater-warmtepomp met geïntegreerde regeling

en met zonnewarmtewisselaar Afdekking circulatielucht

Geïntegreerde warmwaterboiler met 300 l inhoud en ingebouwdezonnewarmtewisselaar (gladde buis)

Zonneregelingsfunctie, boilertemperatuursensor



5793

281

B/fl

1

1.2 Technische gegevens

Technische gegevens

Vitocal 161-A, type WWK 161.A02 WWKS 161.A02Vermogensgegevens conform EN 255-3:1997 bij A15/W45 Nom. vermogen kW 1,67 1,67Elektrisch opgenomen vermogen kW 0,51 0,51Prestatiecoëfficiënt ε (COP) 3,7 3,7Vermogensgegevens conform EN 16147:2011 bij A15/W10-55 entapprofiel XL

Prestatiecoëfficiënt ε (COPdhw) 3,11 3,11Opwarmtijd h:min 10:42 10:42Onderhoudsverlies (Pes) W 37 37Max. bruikbare waterhoeveelheid l 425 425Elektrische waarden Max. elektrisch opgenomen vermogen kW 0,85 0,85Elektrisch opgenomen vermogen van het elektrisch verwarmingsele-ment (toebehoren)

kW 1,5 1,5

Nominale spanning (zonder elektrisch verwarmingselement) 1/N/PE 230 V/50 Hz 1/N/PE 230 V/50 HzNominale stroom (zonder elektrisch verwarmingselement) A 2,22 2,22Zekering A T 10 A T 10 AKoelcircuit Werkmedium R134a R134a– Vulhoeveelheid kg 1 1– Broeikaspotentieel (GWP) 1430 1430– CO2-equivalent t 1,430 1,430Toegestane werkdruk bar

MPa252,5

252,5

Stookwerking Maximumdebiet vrijblazend m3/h 425 425Geïntegreerde warmwaterboiler Materiaal Staal geëmailleerd Staal geëmailleerdInhoud l 308 300Inhoud onderste verwarmingsspiraal l — 6,5Max. toegestane tapwatertemperatuur °C 65 80Max. toegestane tapwatertemperatuur met elektrisch verwarmings-element

°C 65 70

Max. toegest. bedrijfsdruk bar 10 10 MPa 1 1Onderhoudsverlies qBS kWh/24 h 2,3 2,3Warmteverlies volgens EnV c kWh/24 h 2,5 2,5Vermogenscoëfficiënt NL bij max. tapwatertemperatuur (in aansluitingbij DIN 4708)

– Zonder elektrisch verwarmingselement 1,5 1,5– Met elektrisch verwarmingselement 1,9 1,9Aftapbare waterhoeveelheid bij max. tapwatertemperatuur (mengwa-tertemperatuur 45 °C, aftapcijfer 15 l/min)

l 380 380

Afvoerluchtwerking Luchtdebiet basisventilatie m3/h 50 50Luchtdebiet gereduceerde ventilatie: m3/h 50 tot 300 50 tot 300Luchtdebiet nominale ventilatie (normale ventilatie) m3/h 50 tot 300 50 tot 300Luchtdebiet maximale ventilatie (tijdens tapwateropwarming) m3/h 160 tot 300 160 tot 300Max. toegest. drukverlies ΔpTotaal (bij luchtdebiet 300 m3/h) Pa 150 150Warmtewisselaar zonnesysteem Warmtewisselaarsoppervlak m2 — 1Inhoud onderste verwarmingsspiraal l — 6,5Max. toegest. bedrijfsdruk bar — 6 MPa 0,6Max. toegest. temperatuur °C — 80Max. aansluitbaar oppervlak platte collectoren m2 — 5Max. aansluitbaar oppervlak buiscollectoren m2 — 3Afmetingen – Lengte mm 761 761– Breedte (7) mm 666 666– Hoogte mm 1812 1812Kantelmaat mm 1917 1917Gewicht kg 145 160



1

5793

281

B/fl

Vitocal 161-A, type WWK 161.A02 WWKS 161.A02Aansluitingen Koud water, warm water Ra 1 1Tapwatercirculatie Ra 1 1Aanvoer/retour solarcircuit Ra 1 1Condenswaterafvoer (7) mm 19 19Geluidsvermogensniveau L W(meting in overeenstemming met EN 12102/EN ISO 9614-2, nauw-keurigheidsklasse 2)

Max. A-beoordeeld totaal geluidsvermogensniveau in stookplaat dB(A) 56 56Energie-efficiëntieklasse conform EU-verordening nr. 812/2013 Tapwateropwarming – Tapprofiel XL A A

Geluidsvermogensniveau in circulatiewerking bij tapwateropwarming van 15 naar 60 °C en luchtinlaattemperatuur 15 °C Geluidsniveau LW [dB (A)]

bij octaaf-middenfrequentie [Hz] Totaal63 125 250 500 1000 2000 4000 8000

In de stookruimte 16 41 46 50 52 49 46 34 56

Afmetingen

Met circulatieafdekking

7527

753

691

311

771193

1665

1374

1701

761Ø 666

M

NO

P

R

BA

C

D

E

F

G

H

K

L

1812

1500

735

A Opening voor aansluitleiding 230 V~B Netaansluitkabel met geaarde stekker (in de fabriek aangeslo-

ten)C Opening voor aansluitleiding laagspanningD Warm water R 1E Alleen bij type WWKS:

Dompelhuls voor veiligheidstemperatuurbegrenzerF Condenswater 7 19 mmG Circulatie R 1H Alleen bij type WWKS:

Aanvoer zonnecircuit R 1

K Alleen bij type WWKS:Retour zonnecircuit R 1

L Koud water/aftap R 1M BedieningseenheidN Boilertemperatuursensor bovenaanO Elektrisch verwarmingselement (toebehoren)P Kijkopening en magnesiumanodeR Boilertemperatuursensor onderaan



5793

281

B/fl

1

Met afvoerluchtafdekking (toebehoren)

M

NO

P

R

7527

753

691

311

771193

1665

1374

1701

761

Ø 666

BA

D

E

F

G

H

K

C

370

T S

L

FBA DEG L, , -

1857

1500

DN160735

A Opening voor aansluitleiding 230 V~B Netaansluitkabel met geaarde stekker (in de fabriek aangeslo-

ten)C Opening voor aansluitleiding laagspanningD Warm water R 1E Alleen bij type WWKS:

Dompelhuls voor veiligheidstemperatuurbegrenzerF Condenswater 7 19 mmG Circulatie R 1H Alleen bij type WWKS:

Aanvoer zonnecircuit R 1

K Alleen bij type WWKS:Retour zonnecircuit R 1

L Koud water/aftap R 1M BedieningseenheidN Boilertemperatuursensor bovenaanO Elektrisch verwarmingselement (toebehoren)P Kijkopening en magnesiumanodeR Boilertemperatuursensor onderaanS Uittreelucht DN 160T Afvoerlucht DN 160



1

5793

281

B/fl

Ventilatorkarakteristiekenn

A

550500450400350300250200150100500

500

450

400

350

300

250

200

150

100

50

0Exte

rn d

rukv

erlie

s in

Pa

Luchtdebiet in m³/h

90 %

80%

70 %

60 %

50 %

40 %

100 %

30 %

20 %

B

C

A Kenlijnschaar van de installatiekenlijnenB Kenlijnschaar van de ventilatorkenlijnenC Aanbevolen bereik voor het dimensioneringspunt (nominaal

debiet)



5793

281

B/fl

1

Debietweerstanden50

060

080

010

00

2000

3000

4000

5000

6000

8000

1000

00,3

0,40,50,60,81,0

2,0

3,0

4,05,06,08,0

10,0

20,0

30,0

40,050,060,080,0

100,0

Deb

ietw

eers

tand

inm

bar

Verwarmingswaterdebietin l/h

3

4568

10

20

30

40506080

100

200

300

400500600800

1000

kPa

Verwarmingswaterdoorstroomweerstand bovenste verwarmingsspi-raal

500

600

800

1000

2000

3000

4000

5000

Tapwater-debietin l/h

6000

8000

0,30,40,50,60,81,0

2,0

3,04,05,06,08,0

10,0

Deb

ietw

eers

tand

inm

bar

34568

10

20

3040506080

100

kPa

Debietweerstand aan tapwaterzijde

Tapwater vermogensgegevens in combinatie met externe warmtegenerator

Nominaal vermogen van de externe warmtegene-rator

kW 16 18 19 22 24 25 32 45 60

Tapwater-continuvermogen bij tapwateropwarmingvan 10 naar 45 °C en een gemiddelde ketelwater-temperatuur van 78 °C

kW 16 18 19 22 24 25 26 26 26 l/h 390 440 465 540 590 614 638 638 638Prestatiecoëfficiënt NL conform DIN 4708 1,3 1,4 1,4 1,4 1,4 1,4 1,4 1,5 1,5Kortstondig vermogen gedurende 10 min l/10 min 159 164 164 164 164 164 164 168 168



1

5793

281

B/fl

2.1 Warmtepomp

Afvoerluchtafdekking

Best.nr. 7596 129 Voor het gebruik van de warmwater-warmtepomp als afvoerlucht-

toestel. Compatibel met type WWK en WWKS. Voor luchtverdeelsysteem DN 160

2.2 LuchtverdeelsysteemZie planningsdocument ”Leidingsysteem ventilatie”.

2.3 Luchttoevoer-/luchtafvoeropeningen (rond)

Luchttoevoerelement wand-/buitenaansluiting DN 100

Bestelnr. 7299 302Debiet tot 35 m3/h, met montagehuls.

127

255 - 400

40

Ø13

0

Luchtverdeelsysteem afvoerlucht/voortgeleide lucht


5793

281

B/fl

2

Drukverlies Luchttoevoerelement wand-/buitenaansluiting DN 100

Dru

kver

lieze

n in

Pa

0

60

50

40

30

20

10

Luchtdebiet in m³/h10 20 30 40 50 60

B

A

A zonder filterB met filter

Luchttoevoerfilter (G3)

Bestelnr. 7299 301 Passend bij luchttoevoerelement, bestelnr. 7299 302. Verpakking van 10 stuks

Luchtverdeelsysteem afvoerlucht/voortgeleide lucht (vervolg)


2

5793

281

B/fl

3.1 Warmwaterboiler

Elektrisch verwarmingselement

Best.nr.: 7509 841 Vermogen 1,5 kW. Elektrisch verwarmingselement voor inbouw in de warmwaterboi-

ler. Veiligheidstemperatuurbegrenzer met sensor en capillaire buis. Elektrische aanstuurmodule voor inbouw in de regeling.

Technische gegevens

Elektrisch verwarmingselementNominaal vermogen W 1500Nominale spanning 1/N/PE 230 V/

50 HzKoudweerstand Ω 33,0 tot 38,5Toegel. bedrijfsdruk bar 10 MPa 1Inbouwlengte mm 473Lengte voelerbeschermbuis mm 279Aansluitschroefdraad G 1½Sleutelmaat 60

VeiligheidstemperatuurbegrenzerUitschakeltemperatuur °C 70

Zwerfstroomanode

Bestelnr. 7182 008 Onderhoudsvrij In plaats van de meegeleverde magnesiumanode

Veiligheidsgroep conform DIN 1988 10 bar (1 MPa): Best.nr. 7180 662a 6 bar (0,6 MPa): Best.nr. 7179 666 DN 20/R 1 Max. verwarmingsvermogen: 150 kW

Onderdelen: Afsluitklep Terugstroomblokkering en testaansluiting Manometeraansluiting Membraanveiligheidsklep

3.2 Werking met zonnecollectoren (type WWKS)

ZonnecollectorenZie Viessmann-prijslijst Aanwijzing

De regeling van de Vitocal 161-A ondersteunt geen circulatiepompmet PWM-signaal.Wij adviseren het in de Viessmann prijslijst als toebehoren aangebo-den zonnepakket (best.nr.: SK05 743).

Veiligheidstemperatuurbegrenzer

Best.nr.: 7172 825

In combinatie met zonnecollectoren Max. activeringstemperatuur 95 °C Behuizing voor de aanbouw aan de retourleiding Temperatuurvoeler voor de inbouw in de dompelhuls

Installatietoebehoren


5793

281

B/fl

3

Technische gegevensNominale spanning 230 V~Nominale stroom AC 16 (2,5) A

AC 2 (0,4) ABeschermingstype IP 41 volgens EN 60 529, waarborgen door opbouw/inbouwOmgevingstemperatuur Max. 60 °CTemperatuurvoeler: – Temperatuur max 110 °C– Lengte 65 mm– Diameter 6,5 mmCapillaire buizen: Lengte 500 mm

Collectortemperatuursensor

Best.nr. ZK02 575Dompeltemperatuursensor voor de inbouw in de zonnecollector.Verlenging van de aansluitkabel (installateur): 2-aderige kabel, kabellengte maximaal 60 m bij een kabeldoor-

snede van 0,5 mm2 koper Kabel mag niet samen met 230/400-V-kabels worden gelegd

Technische gegevensLeidinglengte 2,5 mBeschermingsgraad IP 32 conform EN 60529, te waarbor-

gen door opbouw/inbouwSensortype Viessmann Pt500Toegelaten omgevings-temperatuur

– Werking −20 tot +200 °C– Opslag en transport −20 tot +70 °C

3.3 Fotovoltaïsch systeem

Energiemeter 1-fasig

Best.nr. 7506 156

Met seriële modbusinterface Voor het optimaal gebruik van zelf opgewekte stroom van fotovol-

taïsche installaties door de warmtepomp Alleen in combinatie met 1-fasige fotovoltaïsche installaties tot

4,6 kWp vermogen

Aansluiting: Montage op DIN-rail 35 mm (volgens EN 60715 TH35) Leidingsdiameter hoofdstroomcircuit: max. 6 mm2

Leidingsdiameter stuurstroomcircuit: max. 2,5 mm2

18

89

63

Technische gegevens1-fasige energietellerNominale spanning 230 V~−20 tot +15 %

Nominale frequentie 50 Hz−20 tot +15 %

Stroom– Referentiestroom 5 A– Max. meetbare stroom 32 A– Startstroom 20 mA– Min. stroom 0,25 AOpgenomen vermogen 0,4 W werkelijk vermo-

genIndicatie– Werkelijk vermogen, spanning, stroom LCD, 7-cijfers– Telbereik 0 tot 999999,9– Impulsen 2000 per kWh– Nauwkeurigheidsklassen B volgens EN 50470-3

1 volgens IEC 62053-21Toegelaten omgevingstemperatuur– Werking −10 tot +55 °C– Opslag en transport −30 tot +85 °C

Energiemeter 3-fasig

Best.nr. 7506 157

Met seriële modbus-interface. Voor een optimaal gebruik van de zelf geproduceerde stroom door

fotovoltaïsche installaties door de warmtepomp

Aansluiting: Montage op DIN-rail 35 mm (volgens EN 60715 TH35) Kabeldoorsnede hoofdstroomcircuit: 1,5 tot 16 mm2

Kabeldoorsnede stuurstroomcircuit: Max. 2,5 mm2

Installatietoebehoren (vervolg)


3

5793

281

B/fl

70 8262

Technische gegevensNominale spanning 3 x 230 V~/400 V~−20 tot +15 %

Nominale frequentie 50 Hz−20 tot +15 %

Stroom– Referentiestroom 10 A– Max. meetbare stroom 65 A– Startstroom 40 mA– Min. stroom 0,5 A

Opgenomen vermogen 0,4 W rendement per faseIndicatie– Per fase: rendement,

spanning, stroom LCD, 7-cijferig, voor 1 of 2 tarieven– Telbereik 0 tot 999999,9– Impulsen 100 per kWh– Nauwkeurigheidsklas-

senB volgens EN 50470-31 volgens IEC 62053-21

Toegelaten omgevingstemperatuur– Werking −10 tot +55 °C– Opslag en transport −30 tot +85 °C

Planningsaanwijzingen

4.1 InbrengingDe warmwater-warmtepomp kan staand of liggend getransporteerdworden.

Aanwijzing bij liggend transportWarmwater-warmtepomp opstellen en voor inbedrijfstelling min-stens 30 min laten staan.

4.2 Eisen aan de opstelling

b

a

500 kg

V 20 m³

AB

5 °C 35 °C

b

A Warmwater-warmtepompB Afvoerleiding voor condenswater

Afmeting a Met circulatieafdekking:2100 mm

Met luchtafvoerafdekking:2200 mm

Maat b Bij hoekopstelling:≥ 650 mm

Bij opstelling aan een rechte muur:≥ 150 mm

AanwijzingDe min. afstand bij hoekopstelling moet gerespecteerd worden. Klei-nere afstanden met de muur kunnen een kortsluiting van de luchtde-bieten veroorzaken.

Het ventilatietoestel bij voorkeur binnen het luchtdichte en geïso-leerde gebouw opstellen.: Indien mogelijk korte kabelgeleiding voor de voortgeleide lucht

nakomen. Bij stilstand van de warmwater-warmtepomp kan in de winter via

de uittreeluchtdoorvoer koude buitenlucht in de opstelruimte bin-nendringen. Om dit te vermijden, door de installateur te plaatsenterugslagkleppen met beperkte weerstand installeren.

Om condenswater te vermijden, uittreeluchtleidingen en aansluitin-gen van de afvoerluchtafdekking met een dikte van min. 50 mmdampdiffusiedicht isoleren.

De condenswaterafvoer moet aan een afvoerleiding worden aan-gesloten.

Om contactgeluidsoverdracht te voorkomen mag het toestel nietop houten vloeren (bv. op zolder) worden opgesteld.

Leidingen, wanddoorvoeringen en aansluitingen op de warmwater-warmtepomp geluids- en trillingsgedempt uitvoeren.

Afzonderlijk beveiligd geaard stopcontact moet aanwezig zijn. De stookruimte moet droog en vorstvrij zijn.

Installatietoebehoren (vervolg)


5793

281

B/fl

4

De aangezogen lucht moet stofvrij, vetvrij en vrij zijn van verontrei-nigingen door halogeenkoolwaterstoffen (bijv. in sprays, verf,oplos-, was- en reinigingsmiddelen).

Minimumafstanden voor service- en onderhoudswerkzaamhedenin acht nemen.

Volgende omgevings- en afvoerluchttemperaturen garanderen: Voor tapwateropwarming met afzuigtoestel:

15 °C tot 35 °C Voor tapwaterverwarming met circulatieluchttoestel en voor venti-

latiewerking met afzuigtoestel:5 °C tot 35 °C

Andere eisen voor het afvoerluchttoestel: (zie pagina 21) Kabelgeleiding naar de afvoerluchtgebieden zo kiezen dat het

drukverlies in het luchtverdeelsysteem zo klein mogelijk is. Afvoerluchtleidingen die door niet verwarmde bereiken van het

huis lopen, moeten met dampdiffussiedichte materialen wordengeïsoleerd (bij gebruik van EPP-buis of -bochtstuk niet vereist).Isolatie conform DIN 1946-6 uitvoeren.

Mogelijk opstelruimtes: Aparte technische ruimte, stookruime of bijkeuken kelder

4.3 Geluids- en trillingsontkoppeling

G

F

B

A

E

H

L

K

D

M

C

A Warmwater-warmtepompB Flexibele verbindingen voor hydraulische aansluitingenC Flexibele buis voor luchtverdeelsysteem afvoerlucht/uittreeluchtD Vibratie-isolatie voor wanddooorvoeringE Vibratiegeïsoleerde ophanging van de luchtafvoerleidingF Geluidsdemper afvoerluchtG Geluidsdemper uittreeluchtH Vibratiegeïsoleerde ophanging van de uittreeluchtleidingK Vibratie-isolering uittreeluchtwanddoorvoer

L Vibratie-isolering vloerM Stelpoten

Met betrekking tot richtwaarden voor geluidsuitstoot en de geluids-meting geldt de VDI-richtlijn 2058, blad 1.

Bij geluidsoverdracht binnen gebouwen en bij contactgeluidsover-dracht gelden volgende richtwaarden voor woonruimtes, onafhanke-lijk van de plaats van het gebouw: dag 35 dB (A) 's nachts 25 dB (A)

Kortstondige geluidspieken vermijden, die de richtwaarde met meerdan 10 dB (A) overschrijden.

Om geluid- en vibratieoverbrenging van de ingebouwde ventilator ophet gebouw te verminderen moet het volgende worden gerespec-teerd: Bijgevoegde stelpoten gebruiken (M). Voor het vermijden van stromingsgeluiden en verhoogd energie-

verbruik door drukverliezen de leidingsdoorsneden pas na eendebietopdeling (bijv. door T-stukken) reduceren.

De geluidswaarden op de voortgeleide luchtsteun moeten in achtworden genomen. Om de wettelijke grenswaarden na te komen,geluidsdemper voorzien (afhankelijk van de opstelling).

Geluidsontkoppeling:– Van de vloer van de stookruimte tot wand en fundering (L).– Van het luchtverdeelsysteem afgevoerde lucht/voortgeleide lucht

naar de Vitocal 161-A (bij afvoerluchtwerking).Hiervoor geluidsdempers in de luchtafvoer- en luchtuittreeleidin-gen aanbrengen (F en G).

Planningsaanwijzingen (vervolg)


4

5793

281

B/fl

Geluiddemper:– Om stromingsgeluiden te voorkomen geluidsdempers monteren.– bij hogere eisen bijkomende geluidsdempers voorzien tussen

aangrenzenden woon- en slaapvertrekken en toiletten. Trillingsontkoppeling:

– Door flexibele verbindingen (B) bij hydraulische aansluitingen.– Voor aansluiting op luchtverdeelsysteem afvoerlucht/uittreelucht

flexibele buis gebruiken (C).

– Voor wanddoorvoeren trillingsisolering voorzien (D en K).– Buisleidingen voor luchtafvoer en uittreelucht vibratievrij bevesti-

gen (E en H).

4.4 Elektrische aansluiting

AB

1500≥

A Warmwater-warmtepompB Geaard stopcontact

De warmwater-warmtepomp wordt met een in de fabriek gemon-teerde netstekker geleverd.

Voor de netaansluiting is een afzonderlijk beveiligd geaard stopcon-tact vereist: 230 V/50 Hz Beveiliging max. 10 A.

Netaansluiting en beschermmaatregelen volgens volgende voor-schriften uitvoeren: IEC 60 364-4-41 VDE-voorschriften Aansluitvoorwaarden van het lokale energiebedrijf

4.5 CondenswaterafloopZowel bij de tapwateropwarming uit de omgevingslucht als bij pureventilatiewerking wordt in het binnenste van de warmtepompmoduleconsenswater gevormd. Dit moet via de condenswaterafvoer naarde riolering worden gevoerd. Vanwege het terugstuwingsgevaar is integratie van de condens-

waterafvoer aan de regenpijp niet toegestaan. Als de condenswaterafvoer gedeeltelijk door onverwarmde ruimtes

loopt, moet deze hier tegen vorst worden beschermd (bijv. isolatieof aanvullende verwarming).



5793

281

B/fl

4

Condenswaterafloop via sifon60

Ø 19

Condenswaterafvoer via waterafsluiter

Ø 19

≥ 60

4.6 Aan tapwaterzijde aansluitenVoor de tapwateraansluiting DIN 1988 en DIN 4753 in acht nemen.Voorschriften SVGW respecteren).

Bovendien moet het volgende worden gerespecteerd: Alle buisleidingen aansluiten met demonteerbare verbindingen. Circulatieleiding voorzien van een omlooppomp, terugslagklep en

tijdschakelklok. Zwaartekrachtwerking slechts beperkt mogelijk.

A

B

C

D

S

M

E

F

G HKLMG

N

GMO P GRNT

A Warm waterB Circulatieleiding

Als er geen circulatie wordt aangesloten de daarvoor voorzieneopening afdichten.

C CirculatiepompD Terugslagklep, veerbelastE Zichtbaar uiteinde van de uitblaasleidingF VeiligheidsklepG AfsluitklepH Debietregelklep

K ManometeraansluitingL TerugstroomblokkeringM AftapklepN Koud waterO TapwaterfilterP DrukreduceerklepR Terugstroomblokkering/buisscheiderS Expansievat, geschikt voor tapwater (nietc)T Thermostatische mengklep (door de installateur te plaatsen)



4

5793

281

B/fl

Als toebehoren is een veiligheidsgroep volgens DIN 1988 verkrijg-baar. Deze veiligheidsgroep bevat de volgende elementen: Afsluitklep Membraanveiligheidsklep Terugstroomblokkering en testaansluiting Manometeraansluiting

Instructie naar de thermostatische mengautomaatDe warmwater-warmtepomp kan tapwater op temperaturen boven60 °C verwarmen. Daarom moet ter bescherming tegen verbrandin-gen een thermostatisch mengautomaat in de warmwaterleiding wor-den ingebouwd.

Aanwijzingen bij de veiligheidsklepAls de veiligheidsgroep volgens DIN 1988 niet aanwezig is, moet deinstallatie ter bescherming van overdruk met een typegekeurdemembraanveiligheidsklep worden uitgerust.

Montageaanwijzingen: De veiligheidsklep in de koudwaterleiding plaatsen. Deze mag niet

van de warmwaterboiler kunnen worden afgesloten. Vernauwingen in de leiding tussen de veiligheidsklep en de warm-

waterboiler zijn niet toegestaan. De uitblaasleiding van de veiligheidsklep mag niet afgesloten wor-

den. Uittredend water moet zonder gevaar en zichtbaar in eenafvoersysteem worden afgevoerd. In de buurt van de uitblaaslei-ding van de veiligheidsklep, en het meest praktisch op de veilig-heidsklep zelf, moet een bordje worden aangebracht met detekst: ”Tijdens het verwarmen kan om veiligheidsredenen water uitde uitblaasleiding komen! Niet afsluiten!”

De veiligheidsklep via de bovenkant van de warmwater-warmte-pomp monteren.

Technische eisen: Toegestane tapwatertemperaturen:

Type WWK: 65 °CType WWKS:– Zonder elektrisch verwarmingselement: 80 °C– Met elektrisch verwarmingselement 70 °C

Max. boilertemperatuur: 95 °C Toegelaten bedrijfsdruk: 10 bar (1 MPa), a: 6 bar (0,6 MPa) Testdruk: 13 bar (1,3 MPa) Aansluitdiameter: R 1

c Extra eisen: Bij de aansluiting van de warmwaterboiler aan de tapwaterinstalla-

tie moeten het regelwerk W3 ”Principes voor de aanleg van eentapwaterinstallatie” en de plaatselijk geldende en landspecifiekevoorschriften in acht genomen worden.

De montage van expansievaten in tapwaterleidingen is volgens dewaterprincipes van de SVGW niet toegelaten.

De terugstroomblokkering volgens type EA moet altijd tussen delaatste afsluitklep en de veiligheidsklep in stroomrichting boilergemonteerd worden.

4.7 Ventilatiewerking (enkel afzuigtoestel)

LuchtwisselcijferDe richtwaarde voor het luchtwisselcijfer voor woningen bedraagt0,5. Dat betekent dat de totale luchthoeveelheid in gebouwen om de2 uur vervangen wordt.De exacte berekening van de vereiste luchtdebieten moet conformDIN 1946-6 worden uitgevoerd.

a Berekening conform ÖNORM H 6036c Berekening conform SIA 382/1

Luchtdichtheid geïsoleerd gebouwOm via de ventilator van de warmwater-warmtepomp een bepaaldeluchtverversing te kunnen waarborgen, moet het gebouw zo veelmogelijk luchtdicht zijn.

Een dicht omhullend gebouwenoppervlak kan door de ”BlowerDoor-test” worden aangetoond. Bij deze test wordt door een ventilator eendrukverschil van 50 Pa (0,5 mbar) tussen de binnenkant van hetgebouw en de buitenkant opgewekt.

BrandbeveiligingIn een eengezingswoning bestaan in Duitsland geen bijzondereeisen aan de brandbeveiliging (hoogte van de bovenste verdiepings-vloer < 7 m).Bij het doordringen van brandbeveiligingssectoren en brandwandenin gebouwen met meer dan 2 verdiepingen moet de norm DIN 4102(brandbeschermingskleppen, schachtvorming) gerespecteerd wor-den.

Voor de brandbeveiliging moeten de richtlijnen van de betreffendenationale bouwverordening in acht genomen worden.

ToepassingsbereikHet luchtafvoersysteem mag alleen in een afgesloten gebruikerseen-heid (bijv. ééngezinswoning of woning) worden gebruikt. De ontluch-ting van meerdere kleine woningen of appartementen wordt door deDuitse verordening inzake warmte-isolatie niet toegestaan wegenshet ontbreken van de mogelijkheid tot beïnvloeding door de gebrui-kers.

Het luchtafvoersysteem is niet ontworpen voor gebruik in commerci-ele ruimten (zoals restaurants, winkels, enz.). Het gebruik als ont-luchting voor zwembaden, garages of ruimten met een speciale fun-ctie is niet toegestaan.



5793

281

B/fl

4

Open stookplaatsen en afvoerluchtinrichting

De gelijktijdige werking van een open stookplaats (bijv. open haard)en de warmwater-warmtepomp in hetzelfde verbrandingsluchtsys-

teem leidt tot gevaarlijke onderdruk in de ruimte. De onderdruk kanertoe leiden dat rookgassen in de kamer terugstromen. De warmwater-warmtepomp niet samen met een openstookplaats

(bijv. open haard) bedienen. Stookplaatsen enkelgesloten met een afzonderlijke verbrandings-

luchttoevoer bedienen. We adviseren stookplaatsen, die over eenalgemene bouwvergunning alsgesloten stookplaats van het Deut-sche Instituts für Bautechnik DIBt beschikt.

Deuren naar verwarmde ruimtes die niet qua verbrandingslucht inverbinding met het woonbereik staan, moeten dicht zijn en geslo-ten worden gehouden.

Afvoerluchtdebiet

AanwijzingHet geïnstalleerde afvoerluchtsysteem moet. met basisventilatie(ventilatie voor vochtbescherming) permanent lopen.Als het afvoerluchttoestel wordt uitgeschakeld, bestaat hetgevaarvan condensatie in het ventilatietoestel en op de fundatie(vochtschade).

De minimumwaarde voor het totale afvoerluchtdebiet voor gebruiks-eenheden wordt door de DIN 1946-6 vastgelegd en kan gevondenworden in onderstaande tabel. De dimensionering van het afvoer-luchttoestel gebeurt voor de normale ventilatie (nominale ventilatie).Andere toelichtingen bij dimensionering van de ventilatorsteunenventilatie zijn te vinden in de planningsaanwijzing ”Vitovent” .

Minimumwaarde van het totale afvoerluchtdebiet voor gebruikseenheden (NE) conform DIN 1946-6Oppervlakte van de ge-bruikseenheid

m2 ≤ 30 50 70 90 110 130 150 170 190 210

Basisventilatie (ventilatie voorde vochtbescherming)Warmtebescherming hoog

m3 15 25 30 35 40 45 50 55 60 65

Basisventilatie (ventilatie voorde vochtbescherming)Warmtebescherming gering

m3 20 30 40 45 55 60 70 75 80 85

Gereduceerde ventilatie m3 40 55 65 80 95 105 120 130 140 150Normale ventilatie(Nominale ventilatie)

m3 55 75 95 115 135 155 170 185 200 215

Maximale ventilatie m3 70 100 125 150 175 200 220 245 265 285

AanwijzingIntensieve ventilatie moet conform DIN 1946-6 door vensterventilatieworden verzekerd.

Luchtverdeelsysteem afvoerlucht/voortgeleide lucht (toebehoren)

LuchttoevoerelementenOm onderdruk in de vertrekken te voorkomen luchttoevoerelemen-ten (zie pagina 3 en 11) voor een gecontroleerde ventilatie van dezevertrekken gebruiken.

Positionering in kamer: Om trek te voorkomen luchttoevoerelementen niet direct in de

buurt van slaap- en zitplaatsen positioneren. Voor een voorverwarming van de buitenlucht in het koude jaarge-

tijde, luchttoevoerelementen in het bereik van de luchtconvectievan radiatoren installeren.

Dimensionering: Luchttoevoerelementen overeenkomstig het bepaalde nominale

luchtdebiet dimensioneren (conform DIN 1946).

Planningsaanwijzing ”leidingsysteem ventilatie”

Het maximale luchtdebiet (tijdens de tapwateropwarming) moet

door de luchttoevoerelementen kunnen nastromen.Toegelaten bereik voor de maximale luchtdebiet: 160 m3/h tot300 m3/h

Het drukongelijkgewicht tussen luchttoevoerdebiet en afvoerlucht-debiet mag max. 8 Pa bedragen.Advies: Dimensionering van de luchttoevoerelementen voor dedrukverlies van max. 8 Pa bij het maximale luchtdebiet

AfvoerluchtkleppenDe afvoerluchtkleppen zijn op verschillende debieten in te stellen.De som van de debieten van alle gebruikte luchtafvoerkleppen moet300 m3/h zijn.



4

5793

281

B/fl

Afvoerlucht- en uittreeluchtleidingen Om gecompliceerde kabelgeleidingen te vermijden, heeft de plaat-

sing van het luchtverdeelsysteem prioriteit op het verwarmings-,water- en rioolwaterleidingen.

Luchtafvoer- en uittreeleidingen direct bij de warmtepomp horizon-taal of met een lichte stijging naar de luchtaansluitingen voor afge-voerde lucht aanleggen. Daarmee wordt condenswater via dewarmtepomp naar het afvalwater gevoerd (zie pagina 17).

Voor het vermijden van stromingsgeluiden en verhoogd energie-verbruik door drukverliezen de leidingsdoorsneden pas na eendebietopdeling (bijv. door T-stukken) reduceren.

De aansluiting van keukenafzuigkappen op het luchtverdeelsys-teem afvoerlucht is niet toegestaan.

Het max. toegestane drukverlies ΔpTotaal voor alle componentenincl. buitenwanddoorvoeringen in het luchtverdeelsysteembedraagt 100 Pa.

ΔpTotaal

Isolatie voor het luchtverdeelsysteem Om condenswater te vermijden, uittreeluchtleidingen en aansluitin-

gen van de afvoerluchtafdekking met een dikte van min. 50 mmdampdiffusiedicht isoleren.

Alle afvoerluchtleidingen conform DIN 1946-6 dampdiffusiedichtisoleren.Isolatiedikten in overeenstemming met DIN 1946-6 in acht nemen,zie volgende tabel.

Voor optimale warmterecuperatie in het afvoerluchttoestel moetende warmteverliezen van het luchtverdeelsysteem gering wordengehouden:Alle leidingen in onverwarmde bereiken conform DIN 1946-6dampdiffusiedicht isoleren, zie volgende tabel.

Isolatiemaatregelen: Isolatie volgens de regels der techniek uitvoeren. Voegen goed dichtplakken. Sleuven voorkomen. Plafond- en wanddoorvoeringen door isolatiestrips ontkoppelen. Als isolatiemateriaal is bijv. Armaflex geschikt.

AanwijzingVoor EPP-buizen of -bochtstukken is geen extra isolatie nodig.



5793

281

B/fl

4

Isolatiedikten voor het luchtverdeelsysteem conform DIN 1946-6Luchttype en luchttempera-tuur in de leiding

Leidingsplaatsing buiten de thermi-sche isolatie, binnen het gebouw

Leidingsplaatsing binnen de thermische isolatie

ϑUL < 18 °C ϑUL ≥ 18 °CIsolatiedikte in mm Isolatiedikte in mmMinimaal Minimaal

Afvoerlucht ϑAbL ≥ 25 0Vortgeleide lucht ϑFL (stoom-dicht)

50 50

ϑUL Temperatuur van de omgevingsluchtϑFL Luchttemperatuur in de uittreeluchtleidingϑAbL Luchttemperatuur in de afvoerluchtleiding

Luchtgeleiding tussen vertrekken

Overstroming via luchtspleet onder de deurVoor de luchtstroming uit de luchttoevoerzones tot in de luchtafvoer-zones moet voor een kamerluchtverbinding worden gezorgd.Hiervoor kan een vrije spleet onder de deurbladen volstaan. Dehoogte van de spleet afhankelijk van het luchtdebiet volgens de vol-gende tabel instellen.Bij dichtsluitende binnendeuren moeten geluidsdempende over-stroomopeningen in de binnenwand of in de deurvleugel wordenaangebracht. Het max. drukverlies bij nominale ventilatie moet daar-bij onder 1,5 Pa liggen Voor de overstroomopening drukverliesgege-vens van de fabrikant in acht nemen.

Spleetoppervlakken conform DIN 1946-6 Luchtdebiet in m3/h

10 20 30 40 50 60 70 80 90 100Deur met afdichting Vereist spleetoppervlak cm2 25 50 75 100 125 150 175 200 225 250Spleethoogte bij deurbreedte89 cm

mm 3 6 8 11 14 17 20 22 25 28

Deur zonder afdichting Vereist spleetoppervlak cm2 0 25 50 75 100 125 150 175 200 225Spleethoogte bij deurbreedte89 cm

mm 0 3 6 8 11 14 17 20 22 25

4.8 Drukverliesbepaling voor luchtverdeelsysteem afvoerlucht/uittreelucht (enkelafvoerluchttoestel)De warmwater-warmtepomp bereikt het max. debiet van 300 m3/henkel dan, als het totale drukverlies Δptotaal in het luchtverdeelsys-teem onder 100 Pa ligt (zie karakteristiek luchtdebieten op pagina 9).

Voor de berekening van het totale drukverlies in het leidingssysteemwordt geadviseerd als volgt te werk te gaan:1. Berekening van de benodigde debieten voor de luchtafvoerver-

trekken en vergelijking met de minimumdebieten volgensDIN 1946-6 (zie pagina 20).

2. Planning van het luchtverdeelsysteem op de tekening (zie vol-gende afbeelding).

3. Verdeling van het luchtverdeelsysteem in afzonderlijke segmen-ten (deeltrajecten) en invullen van het formulier. De drukverliezenvan de afzonderlijke segmenten ontstaan uit drukverliezen van deafzonderlijke componenten.

4. Berekening van het totale drukverlies volgens formulier.

RekenvoorbeeldPlanningsaanwijzing Vitovent



4

5793

281

B/fl

4.9 Aansluiting zonnecircuit (type WWKS)Door de combinatie met een zonne-installatie kunnen de kosten voorde tapwateropwarming nog verder worden verlaagd.De Vitocal 160-A, type WWKS beschikt over een geïntegreerde zon-newarmtewisselaar en een geïntegreerde temperatuur-verschil-rege-ling.

Aanvoer en retour van het zonnecircuit worden op de aansluitsteun(R 1) van de zonnewarmtewisselaar aangesloten.

Hydraulische integratie

P

WW

HG

K

F

E L

C

B

A

D

M

A Vitocal 161-A, type WWKSB Geïntegreerde warmwaterboiler met zonnewarmtewisselaar

C WarmtepompmoduleD Tapwatercirculatiepomp (door de installateur te plaatsen)E Solar-DiviconF ZonnecircuitpompG CollectortemperatuursensorH ZonnecollectorenK VeiligheidsklepL ExpansievatM Boilertemperatuursensor beneden (zonnesysteem)

Aansluiting van zonnecollectoren

Aan de Vitocal 161-A, type WWKS kunnen max. 5 m2 vlakke collec-toren of 3 m2 buiscollectoren worden aangesloten.Buisleidingen vande collectoren naar de Vitocal 161-A moeten door de installateurworden voorzien. Aanvullend moet in het zonnecircuit een pompsta-tion worden gemonteerd.

AanwijzingDe regeling van de Vitocal 161-A ondersteunt geen circulatiepompmet PWM-signaal.Wij adviseren het in de Viessmann prijslijst als toebehoren aangebo-den zonnepakket.

De isolatie van de buisleidingen moet van hittebestendig materiaaltot 185 °C worden uitgevoerd. Deze eis geldt ook voor de te gebrui-ken bevestigingsklemmen.Aan het te installeren buissysteem moet een overeenkomstig gedi-mensioneerd expansievat worden aangesloten.Om de benodigde volumes te bereiken, moet het buizensysteemmet collectoroppervlak qua drukverlies worden berekend. Metbetrekking tot de uitvoering, montage, berekening en inzetgrenzenvan het zonnesysteem gelden de planningsaanwijzing, de servi-ceaanwijzing en de montageaanwijzingen van de zonnesystemen inkwestie.



5793

281

B/fl

4

Dimensionering van het zonne- expansievat

Expansievat voor zonnesystemen

Opbouw en functieMet afsluitklep en bevestiging

A Warmtedragend mediumB StikstofvullingC StikstofbufferD Veiligheidsvoorraad, min. 3 lE VeiligheidsvoorraadF Toestand bij levering (voordruk 3 bar, 0,3 MPa)

G Zonnesysteem gevuld zonder warmte-inwerkingH Onder maximumdruk bij de hoogste temperatuur van het warm-

tedragend medium

Het solar-expansievat is een gesloten vat, waarvan de gasruimte(stikstofvulling) van de vloeistofruimte (warmtedragend medium)door een membraan is gescheiden en waarvan de voordruk afhan-kelijk is van de installatiehoogte.

Technische gegevens

b

b

a a

Expansievat Best.nr. Inhoud Ø a b Aansluiting Gewicht l mm mm kg

A 7248 241 18 280 370 R ¾ 7,5 7248 242 25 280 490 R ¾ 9,1 7248 243 40 354 520 R ¾ 9,9B 7248 244 50 409 505 R 1 12,3 7248 245 80 480 566 R 1 18,4

AanwijzingBij zonnepakketten in de leveringsomvang

Gegevens voor de berekening van het vereiste volume zie plan-ningsaanwijzing ”Vitosol”.

4.10 Reglementair gebruikHet toestel mag conform de voorschriften alleen in gesloten verwar-mingssystemen volgens EN 12828 rekening houdende met de bijge-leverde montage-, service- en bedieningsaanwijzingen geïnstalleerden gebruikt worden.

Afhankelijk van de uitvoering kan het toestel voor de volgende doel-einden gebruikt worden: Kamerverwarming Kamerkoeling Tapwateropwarming

Met extra componenten en toebehoren kan de functieomvang uitge-breid worden.

Het reglementaire gebruik bepaalt dat een vaste installatie in combi-natie met installatiespecifiek toegelaten componenten werd uitge-voerd.

Het commercieel of industrieel gebruik voor een ander doeleinde alsvoor kamerverwarming/-koeling of tapwateropwarming geldt als nietreglementair.

Verkeerd gebruik van het toestel of een ondeskundige bediening(bijv. door het openen van het toestel door de gebruiker van deinstallatie) is verboden en leidt tot uitsluiting van aansprakelijkheid.Er is sprake van fout gebruik als componenten van het verwarmings-systeem in hun reglementaire functie veranderd worden.

AanwijzingHet toestel is uitsluitend voor huishoudelijk gebruik en dergelijkebestemd, d.w.z. ook niet-geïnstrueerde personen kunnen het toestelveilig bedienen.



4

5793

281

B/fl

5.1 WarmtepompregelingOpbouw

Printplaat: Aansluitingen voor de zonnecircuitpomp 230 V~ Aansluitingen voor temperatuursensoren, energieteller, smart-grid

Bedieningseenheid Duidelijke segmentweergave 3 bedieningsknoppen Instelling gewenste temperatuur Instellen van een tijdprogramme voor de tapwateropwarming:

Dag- of weekprogramma

Instellen van een tijdprogramme voor de ventilatie:– Dag- of weekprogramma– 3 Ventilatietrappen voor de normgerechte omzetting van een

ventilatieconcept Instelling van datum en tijd. Automatische zomer-/wintertijdomschakeling. Activering van het elektrische verwarmingselement (toebehoren):

– Voor vorstbescherming– Voor snelle opwarming

Warmtepompregeling


5793

281

B/fl

5

AAansluiting zonnecircuit................................................................... 23Aansluitvoorwaarden .......................................................................17Aan tapwaterzijde aansluiten........................................................... 18Aanzuiglucht.....................................................................................16Afmetingen.........................................................................................7Afvoerluchtafdekking........................................................................ 11Afvoerluchtdebiet conform DIN 1946-6............................................20Afvoerluchtklep.................................................................................20Afvoerluchtleiding.............................................................................21

BBasisventilatie.................................................................................. 20Berekening drukverlies.....................................................................22beschermmaatregelen..................................................................... 17Bevestigingsklemmen...................................................................... 23BlowerDoor-test............................................................................... 19Brandbeveiliging...............................................................................19

CCirculatieleiding................................................................................18Collectoroppervlakken......................................................................23Condenswaterafloop........................................................................ 17– via sifon.........................................................................................18Condenswaterafvoer – via waterafsluiter...........................................................................18Contactgeluidsoverdracht................................................................ 15

DDebietweerstanden.......................................................................... 10DIN 1946-6.......................................................................................20drukverlies........................................................................................21Drukverlies– Luchttoevoerelement wand-/buitenaansluiting..............................12Drukverliesbepaling..........................................................................22

EElektrische aansluiting..................................................................... 17Energieteller.....................................................................................14Expansievat......................................................................................18– Montage, werking, technische gegevens......................................24– Volumeberekening........................................................................ 24

FFlexibele buis................................................................................... 16Fotovoltaïsch systeem..................................................................... 14

GGeaard stopcontact..........................................................................17Gebruik.............................................................................................24Geïsoleerd gebouw..........................................................................19Geïsolleerd gebouw......................................................................... 15Geluidsdemper.................................................................................17Geluidsontkoppeling.........................................................................16Gereduceerde ventilatie...................................................................20

HHaard............................................................................................... 20

IInstellingen.......................................................................................25Intensieve ventilatie..........................................................................20Isolatiedikte...................................................................................... 21Isolatie luchtverdeelsysteem............................................................21Isolatiemaatregelen..........................................................................21Isolatie zonneleidingen.....................................................................23

KKabelgeleiding..................................................................................15Kabelgeleidingen..............................................................................21Kamerluchtverbinding...................................................................... 22Karakteristiek luchtdebiet.............................................................9, 22Keukenafzuigkap..............................................................................21

LLeveringstoestand..............................................................................5luchtdebiet........................................................................................22Luchtdebiet.........................................................................................9Luchtdichtheid geïsoleerd gebouw...................................................19Luchtgeleiding tussen vertrekken.....................................................22Luchttoevoerelement– Dimensionering.............................................................................20– Positionering................................................................................. 20Luchttoevoerelementen....................................................................11Luchttoevoerfilter..............................................................................12Luchtverdeelsysteem afvoerlucht/voortgeleide lucht..................11, 20Luchtverversing................................................................................19Lucttoevoerelement..........................................................................12

MMaximale ventilatie...........................................................................20Minimumafstanden...........................................................................16Mono-energetische werking...............................................................3Monovalente werking......................................................................... 3

NNetstekker........................................................................................17Nominale ventilatie...........................................................................20Normale ventilatie............................................................................ 20

OOpstelling......................................................................................... 15Opstelpoten......................................................................................16Opstelruimte.....................................................................................16Overstroomopening..........................................................................22

PPlaatsingsaanwijzingen afvoerlucht-/uittreeluchtleidingen...............21Planning leidingssysteem.................................................................22Pompstation..................................................................................... 23

RRegenpijp.........................................................................................17Reglementair gebruik.......................................................................24

SSegment luchtverdeelsysteem.........................................................22Solar-Divicon....................................................................................23Stookplaats...................................................................................... 20Stromingsgeluiden........................................................................... 16

TTechnische gegevens.........................................................................6Temperatuur-verschilregeling.............................................................3Terugslagklep...................................................................................15Totaal drukverlies....................................................................... 21, 22Totale afvoerluchtdebieten conform DIN 1946-6..............................20Trillingsontkoppeling........................................................................ 16

UUittreeluchtleiding.............................................................................21

VVDE-voorschriften............................................................................17Veiligheidsklep................................................................................. 19Vochtbescherming............................................................................20

Index


5793

281

B/fl

WWarmtepompregeling– Bedieningseenheid....................................................................... 25– Printplaten.....................................................................................25Warmteverlies.................................................................................. 21Werkingsprogramma........................................................................25

Zzomer-/wintertijdomschakeling.........................................................25Zonnecircuit aansluiten.................................................................... 23Zonnecollectoren..............................................................................13zonne-expansievat...........................................................................24Zonneregeling.................................................................................... 3Zonnewarmtewisselaar...................................................................... 3Zwerfstroomanode........................................................................... 13

Index


5793

281

B/fl


5793

281

B/fl

wijzigingen voorbehouden.

Viessmann Belgium bvba-sprlHermesstraat 14B-1930 ZAVENTEMTel. : 02 712 06 66Fax : 02 725 12 39e-mail : [email protected]

Warmwater-warmtepomp VIESMANN · warming door de warmtepomp. Voordelen ACompressor BVerdamper...

Documents

Transcript of Warmwater-warmtepomp VIESMANN · warming door de warmtepomp. Voordelen ACompressor BVerdamper...