VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

40
verf&inkt magazine van de vereniging van verf- en drukinktfabrikanten VVVF - 24 - 2012 Grote milieuwinst mogelijk door hergebruik verfrestanten Weg met die halflege blikken uit de schuur Export: Nog een wereld te winnen Kredietmanagement: Dilemma rond de dubieuze debiteur Ons beroep op verf en drukinkt: de autobusspuiter De mens achter… Het sociaal hart van Baril-directeur Geert Duijghuisen Vierseizoenenonderhoud: Geen angst voor de winterschilder

description

Twee-maandelijks blad van de VVVF

Transcript of VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

Page 1: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

verf&inktm a g a z i n e v a n d e v e r e n i g i n g v a n v e r f - e n d r u k i n k t f a b r i k a n t e n V V V F - 2 4 - 2 0 1 2

Grote milieuwinst mogelijk door hergebruik verfrestanten

Weg met die halflegeblikken uit de schuurExport: Nog een wereld te winnen

Kredietmanagement: Dilemma rond de dubieuze debiteur

Ons beroep op verf en drukinkt: de autobusspuiter

De mens achter…Het sociaal hart van Baril-directeur Geert Duijghuisen

Vierseizoenenonderhoud: Geen angst voor de winterschilder

Page 2: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

ASCOTT ANALYTICALTQCTQC

TQC TQCTQC

Vision on qualitywww.tqc.eu

N E D E R L A N D S E N I G E FA B R I K A N T VA N T E S T- E N M E E TA P PA R AT U U R V O O R D E V E R F I N D U S T R I E

TQC B.V. 2908 LL Capelle a/d IJssel 31(0)10 - 79 00 100 [email protected] 19 Nederland 31(0)10 - 79 00 129 www.tqc.eu

AUTOMATISCHE FILM APPLICATOR

Voor het aanbrengen van een uniforme, reproduceerbare filmlaag.

• Geschikt voor folies en /of glazen, papieren, metalen ondergronden • Geschikt voor spiraalapplicatoren en / of standaard blok applicatoren• Intuïtieve bediening• Vele instelmogelijkheden

WASBAARHEID / SLIJTVASTHEIDTESTER

Voor het testen van bijv. coatings, inkten, textiel, hout en plastic op slijtvastheid.

• Voor droge en natte testen• Test tot vier proefstalen tegelijk• Dubbele pomp voor simultaantest met twee verschillende testvloeistoffen

AUTOMATISCHE CUPPING TESTER

Voor het testen van coatings bij verschillende stadia van deformatie conform ISO 1520.

• Ergonomisch: tester instelbaar naar werkhouding• Led verlichting instelbaar in kleur en hoek voor optimale beoordeling testplaat• Deformatie vooraf instelbaar in mm

GLANSMETERS

Voor het meten van mat, zijde- en hoogglans oppervlakten

• Drie modellen: SoloGloss 60°, Duogloss 60°/20°, Polygloss 60°/20°/85° • Uniek in stabiliteit en robuustheid• Geïntegreerde kalibratie standaard• Voldoet aan alle gangbare normen (muv 45°hoek)• Incl. Ideal Finish Analysis software

AUTOMATISCHE VISCOSITEITSMETERS

Diverse modellen voor het bepalen van de viscositeit in mPa·s, cP, cSt en KU (Krebs Units).

• Volledig automatisch, dus zeer hoge reproduceerbaarheid• Ook handmatig instelbaar

CORROSIE TESTKASTEN

Voor versnelde corrosietesten.

• Vochtigheids corrosietest• Zoutsproei corrosietest• Cyclische corrosietest• Alle modellen in div. maten leverbaar• Modern vormgegeven• Zeer gebruiksvriendelijk

Page 3: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

24 - 2012verf&inkt 3

HTM-autobusspuiter Roy Somaroe:

“Toen ik voor het eerst bij Den Oudsten Bussen in Woerden kwam, imponeerde dat meteen. Schit-terend hoe daar een bus in elkaar werd gezet. Een bus vind ik technisch ook complexer dan een gewone auto. Ik heb er dertien jaar gewerkt en vrijwel alle af-delingen doorlopen. Uiteindelijk als aftersalesmon-teur, waardoor ik ook met de HTM in contact kwam. Of ik daar niet in vaste dienst wilde komen, kreeg ik te horen, want ik wist natuurlijk alles van ‘mijn’ bus af. Bij de HTM zijn het tegenwoordig vrijwel alleen nog bussen van het Duitse merk MAN. En we rijden

niet meer op diesel, maar voornamelijk op aardgas.”‘’Het liefst loop ik hier met een binnengekomen bus mee: eerst schade herstellen, schuren, plamuren en spuitklaar maken en dan naar de spuitcabine voor het laatste traject. Dan sta je ook niet continu op één plek. Wat het werk vooral leuk maakt is dat geen dag hetzelf-de is. Wat wil je ook met een wagenpark van 165 bussen, die dagelijks heelhuids door de drukte moeten zien te komen. We zijn mensen, dus gaat er wel eens iets fout op de weg. Gelukkig maar voor ons, zou ik bijna willen zeggen. Zolang het maar bij materiële schade blijft.”

“Schade en soorten schade genoeg: frontaal, dan weer een zijkant, soms zelfs een heel dak er af! Wij zitten nooit om werk verlegen! Daarnaast verzorgen we ook het spuitwerk van HTM-specials, zoals de promotie-bus van ADO Den Haag. Op het aantal schadegevallen is geen peil te trekken. Als het ijzelt of sneeuwt, heb je natuurlijk al gauw de handen vol. Maar schade kan ook te maken hebben met bepaalde wegwerkzaamhe-den. Dan herken je al heel gauw het traject van een buslijn, waar blijkbaar wegversmallingen zijn, of an-dere obstakels.”“Zeker carrosserietechnisch vind ik de oude Den Oudsten-bussen beter. Maar de fabriek in Woerden is helaas niet meer. Dat bedrijf is al vroeg op kunststof plaatwerk overgegaan, dat je er in delen af kon halen. Andere bussen zijn vaak nog helemaal van staal. Na-deel daarvan is dat je – ook al is de schade plaatse-lijk – meer hebt te bewerken en te spuiten. Zonde van de tijd en het materiaal. Zeker als je bedenkt dat wij hier werken met lakken en plamuren van A-kwaliteit. Meestal in RAL-kleuren, zoals nummer 9016 voor de voorkanten, 9016 voor de zijkanten, 7047 voor de ach-terzijdes en bij zwart heb je het weer over 9050.”“Goed spuitwerk staat of valt met de juiste voorberei-ding. Elke kras of deuk kan weer een andere bewer-king nodig hebben. Maak je daar al fouten in, dan kun je kampioen autospuiter zijn, maar die blijf je zien in het eindresultaat. Het mooiste van mijn werk is het moment waarop een bus af is. Dan ben je tevreden of niet. Ikzelf ben niet zo gauw tevreden. Als ik er zelf niet tevreden over ben, kan ik dat ook nooit van een ander verwachten. Mijn kwaliteitslat ligt hoog. Te-vredenheid is voor mij hetzelfde als: een mooi egaal gespoten laksysteem erop, helemaal lekker strak in de lak. En zeker als het gaat om zwart, dan moet je daar bij wijze van spreken je haar in kunnen kammen!”

In deze rubriek komen mensen aan het woord die beroepsmatig met verf & inkt van doen hebben en daar enthousiast over vertellen. Deze keer: de autobusspuiter.

‘In de glans moet je je haar kunnen kammen’

Roy Somaroe (1968) herstelt de schade aan plaatwerk van stadsbussen van de Haagse Tramweg Maatschappij (HTM) en Ve-olia. Op de locatie Radarstraat, waar nauw wordt samengewerkt met monteurs, worden beschadigde bussen opnieuw ge-spoten. Roy werkt er ruim tien jaar. Voor die tijd was hij aftersalesmonteur bij Den Oudsten Bussen in Woerden. Roy volgde de LTS-opleiding motorvoertuigen en machinebankwerken, lascursussen en de MTS-opleiding werktuigbouw. Via de HTM behaalde hij de papieren als eerste autoschadehersteller en eerste autospuiter.

T e k s t : A n t o n S t i g F o t o : P e t v a n d e L u i j t g a a r d e n

ONS BEROEp Op vERf & INkT

Page 4: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)
Page 5: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

wereld te winnenBiedt export naar verre landen soelaas voor de crisis in Europa? Ja,

blijkt uit de ervaringen van verfproducent Veluvine en Koninklijke Drukinktfabrieken Van Son. Deze MKB-bedrijven hebben op tijd de

bakens verzet. Hun verhalen vertonen veel parallellen. “Er is nog een wereld te winnen.” Pagina 12

weg met die halflege blikken uit de schuur

Een Olympisch wedstrijdbad vol. Zoveel ongebruikte verf komt jaarlijks in aanmerking voor hergebruik. Een werkgroep van de VVVF is ver met

de ontwikkeling van plannen die de recycling van verfresten uit die halflege blikken in onze kelders en schuurtjes mogelijk moet maken. De

stand van zaken op Pagina 18

het dilemma rond de dubieuze debiteurCrisis, teruglopende betalingsmoraal, faillissementen. Geld incasseren

van uitstaande rekeningen gaat moeilijker. En soms moet het als oninbaar worden afgeboekt. Wat moet een ondernemer doen om het risico van

de dubieuze debiteur te verkleinen en wat doe je als het mis gaat. Creditmanager Tim van der Weiden (Cannock Chase) hakt dagelijks met het

bijltje en heeft tips. Pagina 28

24 - 2012verf&inkt 5

Verder in dit nummer:

3 Ons beroep op verf & inkt: de autobusspuiter 7 Branchenieuws en voorwoord 9 Branchenieuws en colofon15 Gespot16 Interview: Fosag-directeur

Spruijt20 De mens achter: Geert

Duijghuisen 22 Titaandioxide: het Gouden Wit24 Statistieken uit kinderziektes29 Geen angst voor de

winterschilder30 Kleurrijk V erleden: Halte

Verffabriek32 Mooi werk: CS Rotterdam34 Zelfherstellende lak36 VVVF-nieuws

24 - 2012

InHOuD

Page 6: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

Waarom afvalcreëren als hetniet nodig is?

Mus Verpakkingen BV | Herfordstraat 9 | 7418 EX | NL - DeventerT +31 (0)570 629 229 | [email protected] | www.musverpakkingen.nl

Mus VerpakkingenBlik bepalend

cradletocradle gecertifi ceerd

Meer informatie over

Cradle to Cradle en blik?

Neem vrijblijvend contact met ons op.

Page 7: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

24 - 2012verf&inkt 7

Kiezer heeft gesproKen,nu aan de slag

De kiezer heeft gesproken en de politiek mag chocola maken van de uitslag. Een mooie opdracht. Het goede nieuws is dat Nederland heeft

gekozen voor een krachtige, pro-Europese lijn. Het minder goede nieuws lijkt me dat de Nederlandse burger op twee gedachten hinkt: er is niet gekozen of we links- of rechtsaf willen gaan. De helft wil naar links, de andere helft naar rechts. Dat betekent waarschijnlijk, om te beginnen, een lastige formatie en wellicht een coalitie waarin veel wordt geknokt en (te) weinig wordt geregeerd. En dat zou rampzalig zijn. Nederland moet zich uit een lange en vervelende recessie worstelen en daarvoor is daadkracht en eensgezindheid nodig. Ik wens de politiek daarbij veel succes en ik zal nog maar eens wijzen op het belang voor de binnenlandse markt om de bouw en de woningmarkt vlot te trekken. We gaan ze dat in Den Haag, als er weer aan regeren wordt gedacht, maar weer eens duidelijk maken.In deze Verf&Inkt schetst Fosag-directeur Okke Spruijt de moeilijke situatie waarin zijn branche verkeert. Samen met zijn voorzitter Ruud Maas pleit ik daarom verderop in het blad voor het weer op de kaart zetten van het viersei-zoenenonderhoud. Daarvoor is de belangstelling, na een periode van groei, aan het afnemen en dat is zonde, want er zijn goede argumenten om juist wél in de winter aan onderhoud te doen. Ik wijs graag op onze gezamenlijke oproep.Onze branche zit overigens toch niet stil. Dat blijkt onder meer uit de voortgang van ons streven om de verfrestanten die veel mensen in hun schuur of garage hebben staan, in te zamelen en te gebruiken als grondstof voor nieuwe verf. Volgens berekening kan zo per jaar een Olympisch zwembad aan verf worden gerecycled en dat is goed nieuws aan het einde van onze lange sportzomer. Binnenkort zijn de eerste liters van hergebruikte verfrestanten te verwachten. We zien ook dat onze bedrijven over de wereld vliegen om markten te bewerken die de tegenvallende Europese afzet moeten compenseren. Wij van de verfin-dustrie doen er alles aan om de recessie het hoofd te bieden en daardoor bij te dragen aan het aanjagen van onze economie en het herstel van werkgelegen-heid. Wij doen wat van ons verwacht mag worden. Ik hoop dat de politiek snel hetzelfde gaat doen. Ik wens ze daarbij alle succes.

Marlies van Wijhe, voorzitter VVVF

voorwoordbranchenieuws

oscar Weber algemeen directeur procoatings

nieuWe zoutmeter

oud-directeur oscar weber van PPG/sigma coatings neemt per 1 oktober het stokje over van ed warger als algemeen directeur van Procoatings in almere. weber was al aan het bedrijf verbonden als commissaris. Terugtredend directeur warger wordt commissaris bij het bedrijf. de directie van Procoatings bestaat verder uit adjunct-directeur Kris warger en financieel directeur Peter broerse.

hedon electronic developments uit delft heeft zijn digitale zoutmeter voor sta-len oppervlakken vernieuwd. de nieuwe versie wordt salt measurement 2.0 ge-noemd. binnen de toepassingsgebieden voor staal waar langdurige conservering gewenst is, is het belangrijk dat het staal zo zoutvrij mogelijk is alvorens het gecoat wordt, stelt het delftse bedrijf. de digitale zoutmeter van hedon heeft als belangrijkste voordeel “dat de meting zo is geautomatiseerd, dat de invloed van de gebruiker hierop is uitgesloten; de meetwaarden worden opgeslagen en kun-nen later op een pc verwerkt worden tot een meetrapport. veel potentiële kopers zagen de voordelen, maar hadden geen budget voor de benodigde investering”, aldus het bedrijf dat ook oplossingen biedt in de leasesfeer.

4

VerKoop reliusde in oktober vorig jaar aangekondigde verkoop van de bouwverfactiviteiten on-der de naam relius door basF is een feit. de duitse verfgroothandel prosol farben is de koper. over relius nederland wordt apart onderhandeld. de import en ver-koop van relius-bouwverven in nederland zal op peil blijven. relius bouwverven worden in nederland verkocht door het bedrijf d+f coatings, eigendom van Victor franke en frits van druten. van druten: “we zijn een zelfstandig bedrijf en een grote afnemer van producten van relius. direct met Prosol hebben we nog niet gesproken, maar ik mag aannemen dat ze die situatie graag zo gehandhaafd zien. Temeer omdat Prosol een sterk op de duitse markt gerichte fabriek is.”

inducoat: toelatingsnummersVoor bacterieWerende coatingsinducoat heeft ‘als eerste en op dit moment als enige europese verffabrikant’ van het college voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (ctgb) unieke toelatingsnummer voor schimmel- en bacteriewerende coatings verkregen voor zowel haar inducoat bacteria als haar inducoat fungi. dat claimt het bedrijf in een persbericht waarin wordt verwezen naar de staatscourant van 24 augustus. de toelatingsnummers geven de nederlandse verfindustrie zowel in nationaal als internationaal opzicht leiderschap in dit snelgroeiende segment van biocide coatings. de nummers moeten ook de schilders- en onderhoudsbranche duide-lijkheid verschaffen.inducoat wordt gezien als specialist in antimicrobe coatings. de producten wor-den gedistribueerd via de professionele verfgroothandel.

Page 8: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

DSM - the Life Sciences and Materials Sciences Company

DSM creates innovative products and services in Life Sciences and Materials Sciences that contribute to the quality of life. DSM's products and services are used globally in a wide range of markets and applications, supporting a healthier, more sustainable and more enjoyable way of life.

The Business Group Resins & Functional Materials is a leading solution provider and global supplier of innovative resins, uniquely suited for the needs of composites, coatings, graphic arts and adhesives industries. For the Business Unit Coating Resins we are looking for a

Senior Application Chemist (location Waalwijk)

The primary goal of the position is to carry out laboratory tests with the focus on application work. The main tasks include:

Schedule, prepare and execute tasks for the testing and optimization of application properties of binders developed by DSM Coating Resins;

Interpret and analyze the results as obtained from the application tests; Confirm the reliability and reproducibility of the obtained results; Develop new and adapt existing applications of the binder systems; Prepare new or improved formulations by performing application tests; Working in projects and act as project manager of (small) projects; Technical service activities; Plant support activities.

We are looking for a team member with the following qualifications: More then 10 years work experience in a similar function; Experience in working with water borne products is required; Experience with Industrial paints and coatings is advantageous; Independent and open attitude; Good analytical and communication skills; Good knowledge of English in word and writing.

The Industrial team is looking for a candidate with passion and a “whatever it takes” mentality. Developing and implementing appropriate work methods, whilst acting as a team member is essential. Candidates who support this approach and want to help the Industrial team grow are in particular invited to apply.

For further information please contact Bert Schiphorst, Resource Manager Industrial (+31 38 4569671). Written applications including your CV can be sent to Corné Hoogerdijk, HR Business Partner Marketing & Sales, before 3 October 2012 to [email protected].

Page 9: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

9 24 - 2012verf&inkt

TQC uit Capelle aan den IJssel introduceert een nieuwe serie glansmeters: de SoloGloss, de Duogloss en de PolyGloss. Aan de introductie is jarenlang onderzoek voorafgegaan, meldt het bedrijf. TQC noemt de apparatuur ‘uniek in stabiliteit en robuustheid.’ Het ontwikkelen van een glansmeter begint bij het begrijpen van de basisprincipes van glans, stelt TQC in een begeleidend persbericht. “Oppervlaktestructuren, trans-parantie en kleur spelen allemaal een rol bij de menselijke waarneming van glans, maar hebben ook invloed op de fijne optiek van de glansmeter. Oppervlakvervormingen op micro-niveau veroorzaken verstrooiing van licht en verdelen deze in spiegelend en niet-spiegelend. Dit is het gebied waar een TQC Glansmeter zijn weg vindt om met de hoogste nauwkeurig-heid de glans vast te stellen.” Het bedrijf noemt met name de spectrale gevoeligheid, stabiliteit en lineariteit ‘de stabiele factoren’ van een TQC Glansmeter.

Glansmeter

Op 7 september vierde Van Wijhe Verf met medewerkers en bouwers het bereiken van het hoogste punt van de nieuw-bouw. In april 2012 werd het startsein gegeven voor de reali-sering van de uitbreiding op locatie 2 van Van Wijhe Verf aan de Russenweg in Zwolle. BAM verwacht het nieuwe kantoor-gebouw 1 november te kunnen opleveren. Het pand krijgt vier verdiepingen met een totaal oppervlak van 1.500 m2. Het nieuwe pand zal worden verbonden met de bestaande bouw. Op de begane grond, bij de entree komt een Expe-rience ruimte. Op de eerste verdieping het Wijzonol Infor-

Van Wijhe viert bereiken

hoogste punt nieuwbouw

Verf&Inkt is een uitgave van de Vereniging van Verf- en Drukinktfabrikanten VVVF. De VVVF behartigt de belangen van de Nederlandse verf- en drukinktindustrie. Het blad wordt verspreid onder leden van de branche-organisatie en externe relaties. Verf&Inkt verschijnt zes keer per jaar.Verf&Inkt wil een opinieblad zijn. Dat betekent dat van VVVF-standpunten afwijkende meningen niet uit het blad geweerd worden.

R e d a c t i ePeter Boorsma, Jos de Gruiter (hoofdredactie), Adriaan van Hooijdonk, Marloes Hooimeijer, Annet Huyser (eindredactie), Hans Klip en Anton Stig

R e d a c t i e a d r e sLoire 1502491 AK Den HaagPostbus 2412260 AE Leidschendam070 [email protected]

V o r m g e v i n gGrafischeZaken, Den Haag

D r u kDeltahage, Den Haag

A d v e r t e n t i e - a c q u i s t i t i eMooijman Marketing & Sales,Julius Röntgenstraat 172551 KS Den HaagTelefoon 070 [email protected]

© V V V FAlle rechten voorbehouden. Behoudens de door de Auteurswet 1912 gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd (waaronder begrepen het opslaan in een geautomatiseerd gegevensbe-stand) of openbaar gemaakt, op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de VVVF.De bij toepassing van art. 16B en 17 Auteurswet 1912 wettelijk verschuldigde vergoedingen wegens fotokopi-eren, dienen te worden voldaan aan de Stichting Reprorecht, Postbus 882, 1180 AW te Amstelveen.Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de auteur(s), redacteur(en) en uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten of onvolkomenheden.

COLOFON BRANCHENIEuWS

4

ING: Bouw zwaar getroffen door

hogere btw De beoogde hogere btw-opbrengst komt in 2012 voor een deel uit de zak van de ondernemer. In alle consumentensec-toren zijn er ondernemers die pas vanaf 2013 prijsverhogingen aan de consument doorvoeren. Vooral voor de detailhandel non-food en de bouw lijkt een een-op-een doorberekening per 1 oktober uitgesloten. Dat stelt het ING Economisch Bu-reau.Beide sectoren hebben al last van de lage koopbereidheid en hevige (prijs)concurrentie. Daar komt bij dat de maatregel de concurrentiepositie van nieuwbouwwoningen verder ver-slechtert. Voor de detailhandel non-food zorgt de invoering tijdens het seizoen ervoor dat er wordt ingeteerd op de mar-ge. Direct doorvoeren van het 21 procentstarief in de prijzen houdt het risico in dat ondernemers zich voor korte termijn uit de markt prijzen.Het ING Economisch Bureau verwacht dat ondernemers in de meeste sectoren de btw-verhoging in 2012 nog niet volledig doorberekenen aan hun klanten. Dit is sterk afhankelijk van de sector waarin een ondernemer opereert en zijn financiële uitgangspositie. Vooral voor nieuwbouwwoningen en andere duurzame goederen is de koopbereidheid op dit moment zo gering dat een prijsstijging potentiële kopers verder af-schrikt. Benadrukken dat men tijdelijk tegen het oude tarief blijft verkopen stemt de klant mogelijk positiever in de laat-ste maanden van dit jaar. Ook stimuleren ondernemers met die maatregel een anticipatie-effect waardoor klanten hun (grote) aankopen naar voren halen om nog van de oude prijs te profiteren.

matie Centrum (WIC) waar trainingen, presentaties en se-minars gehouden worden. Het huidige WIC is vooralsnog gehuisvest op industrieterrein de Marslanden in Zwolle.Ook grossier Mooij Verf zal haar vestiging in Zwolle ver-plaatsen naar de Russenweg. Per 1 januari 2013 opent Mooij Zwolle zijn deuren op het nieuwe adres. Van Wijhe Verf ontwikkelt, produceert en levert decora-tieve en beschermende verfproducten voor de professio-nele schilder, timmerfabrieken en de consument onder de merken Wijzonol, Ralston en Marlise Designverven.De bouw wordt gerealiseerd door BAM utiliteitsbouw re-gio Oost naar een ontwerp van BDG Architecten uit Zwolle.

Page 10: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

Voedingssystemen voor mengers :AZO • betrouwbaar

• nauwkeurig• economisch

Bedrijfszekere en economische oplossingenvoor de automatisering van uw grondstoffen en processen.

Automatischefficiënt

Optimaalvoeden vanmengers enprocessen

www.azo.be

AZO N.V. Katwilgweg 15B-2050 AntwerpenTel. : +32-3-250 16 00Fax : +32-3-252 90 02

AZO N.V. Verf & Inkt Anzeige N1 ndl 107x297 4c:Layout 1 23.12.11 11:57 Seite 1

Uw partner voor kunststof verpakkingen voor: · Pigmentpasta · Watergedragen autoreparatielak · Verf · Drukinkt Zowel standaard potten als speciaalverpakkingen.

Kom voor informatie en voorbeelden van 7 t/m 9 oktober naar naar onze stand 8408 op de Eurofinish 09 in Gent of kijk op www.bema.nl .

Deltastraat 14, Tel. +31 111 418807 4301 RC Zierikzee [email protected]

Zowel standaard potten als nagenoeg restloos leegbare speciaalverpakkingen.

Voor meer informatie en voorbeelden kijk op www.bema.nl

Reitsma & Koree BV • P.O.B. 56684 • 1040 AR Amsterdam • Nederland+31(0)203377464 • +31(0)620003947 • info@reitsma–koree.com • www.reitsma–koree.com

TITANIUM DIOXIDE • EFFECT PIGMENTENORGANISCHE PIGMENTEN • IJZEROXIDES

Reitsma & Koree BV importeert hoogwaardige pigmenten voor een aantrekkelijke prijs uit China naar Europa. Wij vertegenwoordigen toonaangevende Chinese producenten van titanium dioxide, ijzeroxides, organische pigmentenen effect pigmenten. Ga naar www.reitsma-koree.comvoor een uitgebreid overzicht van ons product assortiment.

Page 11: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

11 24 - 2012verf&inkt

Branchenieuws

Nieuwe Aqua-interieurlijn

Wijzonol“een technologische doorbraak in ontwikkeling van de watergedragen interieurverven.” Zo noemt wijzonol zijn onlangs geïntroduceerde vernieuwde ‘aqualijn’. Het gaat om een verflijn voor binnen, bestaande uit een hechtpri-mer, corrosiewerende primer, zijdeglanslak, hoogglans-lak en een blanke lak. in het ontwikkeltraject heeft een groep schilders de verschillende verven samen met het laboratorium getest. Daarbij werden alle noodzakelijke eigenschappen, zoals geur, verwerking van de verf en het eindresultaat beoordeeld. Vooral de ‘hogere viscositeit en een betere dekking’ worden gezien als ‘fundamen-tele verbeteringen.’ uitgangspunt bij de ontwikkeling was ‘het gevoel behouden van werken met traditionele lakken.’ “De weerstand in de kwast bij het gebruik van het product is daarbij erg belangrijk. Dat dit geslaagd is, kwam duidelijk naar voren uit de reacties van schilders bij de testsessies, die variëren van prettige geur, fraaie volle zijdeglans tot waanzinnige dekking”, aldus wijzonol. Ter ondersteuning van de introductie nodigt het bedrijf schil-ders uit een proefproject aan te dragen, waarbij men de mogelijkheid krijgt de vernieuwde eigenschappen zelf te ervaren. aanmelden kan via de e-mail: [email protected] of telefonisch: 038 429 11 00.

TU Eindhoven in de prijzen voor

milieuvriendelijke coating

een team van de Technische universiteit eindhoven heeft een prijs gewonnen voor ‘de meest kansrijke ontwikkeling van een milieuvriendelijke coating’ in de collaborative univer-sity competition (cuc). In het Zweedse Karlskrona ontvingen de winnaars de bijbehorende prijs van 20.000 euro. cuc is een concept waarbij teams van verschillende universiteiten een probleem proberen op te lossen voor een bedrijf en waarbij samenwerking en kennisuitwisseling tussen de teams wordt gestimuleerd. De wedstrijd strekte zich uit over zes maanden en omvatte tal van experimenten op het gebied van coatings.

Surface 2012: beurs voor

oppervlaktetechniekin de Brabanthallen in Den Bosch wordt van 9 tot en met 11 oktober surface 2012 gehouden, de vakbeurs voor oppervlaktetechniek. De beurs is georganiseerd door 2XPO cV in nauwe samenwerking met de Vereniging voor Oppervlaktetechnieken van Materialen (VOM). Het oppervlak speelt een cruciale rol bij vrijwel elk product. Behandeling daarvan maakt materialen geschikt voor hun toepassing en kan producten meerwaarde geven. Bijvoor-beeld qua duurzaamheid, uitstraling of functionaliteit. En dus ook qua verkoopbaarheid, stellen de organisatoren in een persbericht. “Met meer dan 175 exposanten vindt u op surface 2012 het grootste aanbod oppervlaktetech-niek ooit in nederland gepresenteerd”, zo belooft de beursorganisatie. in 2010 bezochten 4.300 vakmensen de beurs. De branche is volgens de organisatie goed voor 3,5 miljard euro omzet.

Verfproducent wijzonol heeft een assortiment verven samengesteld voor het onderhoud van metalen gevel-beplating. Bedoelde verven zijn volgens de fabrikant eenvoudig aan te brengen met spuit of roller. het as-sortiment bestaat uit wijzonol uni Primer, een univer-sele, roestwerende primer op basis van epoxyester, die uitsluitend voor het kale metaal bestemd is. als afwer-king voor Plastisol beplating is er wijzoplex elastdecor, een elastische, zijdeglanzende (structuur-)coating. “De Wijzoplex Elastdecor is in één laag aan te brengen over de oude plastisollagen, met een sublieme dekking en hech-ting, óók op verweerde oppervlakken. Bovendien heeft deze verf een uitstekende buitenduurzaamheid en kent het een geringe vuilaanhechting. als strakke, gladde afwer-king van gecoilcoate beplating is er wijzonol industrielak in hoogglans en Zijdeglans. Deze lak heeft een actief corrosiewerende werking, is zeer goed buitenduurzaam en kras- en slijtvast. Volgens het persbericht wordt de le-vensduur van de beplating met een wijzonol verfsysteem “gemiddeld met ongeveer vijftien jaar verlengd”, aldus het bedrijf dat meldt dat alle kleuren leverbaar zijn met het eigen kleurmengsysteem.

Verven voor metalen

gevelbeplating Samenwerking

Van Wijhe verf en meubellabel Weder

Vanuit maatschappelijke betrokkenheid gaat Van wijhe Verf nauw samenwerken met weder, een meubellabel dat zich richt op het hergebruik van bestaande meubelen. De meu-belen worden geproduceerd door mensen met een achter-stand op de arbeidsmarkt. Bij de samenwerking moeten met name de kleurlakken en beitsen van de Zwolse verffabriek het ‘natuurlijke en pure karakter’ van het meubellabel versterken. weder werd in 2010 opgericht door drie ontwerpers vanuit de gezamenlijke affiniteit met hergebruik en maatschap-pelijk verantwoord ondernemen: caroline Molenaar, esther Jonge Poerink en hans van der Kraan. het drietal stelt zich ten doel ‘afgeschreven’ meubilair een tweede kans te geven. weder richt zich met name op hergebruik van houten stoe-len, krukken en tafelbladen. “Door toevoeging van nieuw geproduceerde onderdelen en de karakteristieke wijze waarop de materialen worden voorbewerkt, ontstaat er een krachtige, eigen signatuur.” weder kiest bewust voor een ambachtelijke en arbeidsintensieve productie, omdat daarmee ook werk wordt gecreëerd voor mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt.

Vermogensbeheerder The carlyle Group en DuPont hebben be-kendgemaakt een definitieve overeenkomst te hebben gete-kend waarmee carlyle DuPont Performance coatings (DPc) zal kopen voor 4,9 miljard dollar in contanten. De transactie wordt naar verwachting afgerond in het eerste kwartaal van 2013. DPC is één van ’s werelds toonaangevende leveranciers van coatings in de automobielsector en de industrie, met een verwachte omzet van meer dan vier miljard dollar in 2012 en een personeelsbe-stand van meer dan 11.000 medewerkers. De investering zal worden gefinancierd met vermogen van carlyle Partners V en carlyle europe Partners iii.

Carlyle Group koopt DuPont Performance

Coatings

Page 12: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

verf & innovatie

Biedt export naar verre landen soelaas voor de crisis in Europa? Ja, blijkt uit

de ervaringen van verfproducent Veluvine en Koninklijke Drukinktfabrieken

Van Son. Deze mkb-bedrijven hebben op tijd de bakens verzet. Hun verhalen

vertonen veel parallellen.

T e k s t : H a n s K l i pF o t o ’ s : P e t v a n d e L u i j t g a a r d e n

Bedrijven zoeken soelaas voor crisis in Europa

‘Nog een wereld te winnen’

Cyril Taminiau (Veluvine):

‘Wees betrouwbaar en straaldat uit’

“Ik pak het vliegtuig zoals ande-ren de bus nemen.” Cyril Tami-niau wil maar zeggen: hij grijpt overal in de wereld kansen die zich voordoen. De directeur van Veluvine geeft een mooi voor-beeld: “Tien jaar geleden wist ik bij wijze van spreken niet dat

Midden- en Zuid-Amerika bestonden. Nu exporteren wij naar de meeste landen in deze regio. Ik ben net een week in Ecuador geweest. Daar hebben we al tot 2016 werk.”Veluvine bestaat sinds 1895 en is van oudsher gespeci-aliseerd in producten voor het markeren van wegen. Het bedrijf bedient met verven, twee-componenten en ther-moplasten vooral de bovenkant van de markt. In 1989 verhuisde Veluvine naar een bedrijventerrein in Breda-Noord. Dat was ook het moment dat de nu 55-jarige Tami-niau directeur werd. Hij was in 1984 in dienst getreden als verkoopmedewerker Benelux.

Continu proces“Mijn toko zou zonder export waarschijnlijk nog wel heb-ben bestaan, maar er heel anders hebben uitgezien”, stelt Taminiau. Rond 1990 haalde Veluvine 70 procent van de

12

VERf & INKT & MARKT

omzet in ons land en 30 procent in het buitenland. Dan ging het voornamelijk om België en frankrijk. Nu is de verhouding precies omgekeerd en exporteert het bedrijf naar alle werelddelen. Taminiau noemt dit het resultaat van een continu proces. “Ik heb indertijd bewust geko-zen voor export, omdat ik wel zag dat de thuismarkt van wegmarkeringsproducten stagneerde. Nederland is niet te verwaarlozen, maar er gebeurt zeker op dit moment weinig. Het kabinet bezuinigt zwaar op infrastructuur. Wij hebben op tijd de bakens verzet. We zijn als een van de weinige Nederlandse bedrijven in deze niche overeind gebleven.”

Sterke positieVeluvine concentreerde zich eerst op uitbreiding van de verkoop in Europa. Met succes, aldus Taminiau. “Wij hebben onder meer in het vroegere Oost-Europa een sterke positie opgebouwd. Er gaan vele tonnen van onze producten naar landen als Hongarije, Kroatië en Roeme-nië.” De export naar andere werelddelen is pas het laatste decennium echt van de grond gekomen. “Wij leveren nu zelfs voor wegprojecten in allerlei voormalige oorlogs-gebieden. Zoals de stad Sulaimaniya in het noorden van Irak. We hebben ook productiebedrijven in het buitenland opgericht. Deze bedrijven zijn eigendom van lokale men-sen. Wij werken met hen samen volgens het Coca-Cola principe: zij houden 80 procent van de winst en dragen 20 procent aan ons af. Daarvoor krijgen ze productformules.”Taminiau onderneemt ook pogingen om in China voet aan de grond te krijgen. Dat blijkt erg lastig. “Ik ben er intus-

sen drie keer geweest. De taal is een obstakel voor het opbouwen van een relatie met een klant. Ik hoor het zelfs niet wanneer iemand in een gesprek mijn naam noemt, omdat hij die zo anders uitspreekt. We hebben tot nu toe voor één project producten geleverd: een grote busbaan in Xiamen.”

VoorfinancierenVeluvine is sinds 2005 in handen van het grote franse concern Bouygues. De dochteronderneming opereert volledig onafhankelijk, maar kan wel een beroep doen op het moederconcern wanneer het bedrijf krap bij kas zit. Dat zorgt voor de broodnodige financiële armslag, vertelt Taminiau: “Wij moeten bijna alles voorfinancieren. Het duurt vaak geruime tijd voordat klanten betalen, terwijl we de grondstoffen wel snel moeten betalen. De beta-lingsmoraal is door de crisis ook minder geworden. Zo is Italië nu een drama. Bouygues helpt ons wanneer we ‘short’ zitten. Veel exporterende bedrijven hebben deze mogelijkheid niet en gaan daaraan kapot.”Niet alleen de uitvoer is fors opgeschroefd, ook het pro-ductenaanbod is aanmerkelijk verbreed. Veluvine heeft zeshonderd recepten in de aanbieding. Dat heeft een positieve invloed op de omvang van de productie. Tami-niau: “Wij produceren ongeveer 18.000 ton per jaar. Ter vergelijking: een kwart eeuw geleden was dat slechts 2.500 ton. De productie is ondanks de crisis hetzelfde gebleven. Er is wel een duidelijke verschuiving in wat we produceren. De productie van wegenverven loopt al lange tijd terug. Thermoplasten nemen juist een hoge vlucht.”

Page 13: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

verf & innovatie

In 2007 is een volledig nieuwe productie-installatie ge-bouwd. Waar voorheen vier medewerkers nodig waren om drie ton per uur te produceren, is nu met anderhalf man tien ton mogelijk. Taminiau: “Dat scheelt giga natuurlijk. Een wegmarkeringsproduct wordt steeds meer een com-modity. De prijzen staan onder druk door de crisis en een groeiende mondiale concurrentie. Door de efficiënte pro-ductie kunnen we de concurrentie goed de baas. Ik hoef niet het onderste uit de kan, maar wil wel een gezonde marge halen.”

Klappen van de zweepHet klinkt zo eenvoudig: we gaan exporteren. Maar de hele organisatie moet er wel op zijn ingericht, waarschuwt Taminiau. “Er werken nu 25 mensen bij Veluvine. De meeste medewerkers zijn al erg lang in dienst. Zij kennen door hun grote ervaring het klappen van de zweep. On-derschat het belang van een goede back office niet. Onze dames regelen de logistieke kant van de export perfect. Zij gaan regelmatig bij buitenlandse ambassades langs voor het hele gedoe met papieren.” Taminiau hamert op het belang van persoonlijk contact en integer handelen. “Ik behandel iedereen gelijk. Soms hebben we de mazzel dat iets ons in de schoot wordt ge-worpen. Maar ook dan wil ik mensen zien, anders doe ik niets. Je moet betrouwbaar zijn en dat uitstralen. Daar zoek ik mijn klanten ook op uit. Ik heb één geluk: ik móet niet. Dat maakt het makkelijker om nee te zeggen tegen een potentiële klant die ik niet vertrouw.”

Lieve mensenHet vele reizen hoeft voor hem na alle jaren niet meer. Het werk blijft echter onverminderd boeien. “Het is topsport. Maar ook een prachtige sport. Ik zie natuurlijk het een en ander van de wereld en ik ontmoet veel leuke en lieve mensen. Soms maak je iets heel bijzonders mee. Zoals de keer dat ik Moskou bezocht, toen hardliners in opstand kwamen tegen Gorbatsjov en Jeltsin. Kun je de beelden van Boris Jeltsin op een tank nog herinneren? Het leek wel een wereldoorlog. Zo’n ervaring is onvergetelijk.”

Wim van Mastrigt (Van Son):

‘Wij hebben een sterke band met onze distributeurs’

“Wij leven voor 95 procent van de export. We zijn structureel actief in zo’n 80 à 90 landen”, vertelt Wim van Mastrigt. Hij is directeur van de Koninklijke Drukinktfabrieken Van Son in Hilversum. De internationale oriëntatie is volgens hem bittere

noodzaak. “Wij beschouwen Europa als onze thuismarkt voor drukinkten. Deze markt stagneert al jaren. Daarom stoppen we veel energie in de uitvoer naar andere we-relddelen. Dat geldt trouwens niet alleen voor ons. Ook andere drukinktbedrijven zoeken hun heil in export.”Van Son is een familiebedrijf dat net zijn 140-jarig bestaan heeft gevierd. In de persoon van Maurits van Son staat de vierde generatie aan het roer. Wereldwijd werken er twee-honderd mensen bij het bedrijf, van wie de meesten bij de twee productievestigingen in Hilversum. Verder is er een aparte verkooporganisatie in de VS met drie verkoopkan-toren. Ook zijn er nog twee verkoopkantoren in Azië. Van Mastrigt (53) is zelf rond 1995 begonnen op de export-afdeling. Hij is in 2011 benoemd tot algemeen directeur.

Exclusiviteit of selectiviteitHet bedrijf is van oudsher sterk gericht op export, vertelt Van Mastrigt. “Onze kracht is dat we altijd kiezen voor onafhankelijke distributeurs die de situatie in hun eigen land goed kennen. Zij werken met ons samen op basis van exclusiviteit of selectiviteit. Nieuwe klanten zijn hun klanten. Dat creëert een zeer sterke band. Door deze filo-sofie kan Van Son als middelgrote speler wereldwijd zijn inktproducten afzetten. Een voordeel is dat we flexibeler dan grote bedrijven zijn. Wij kunnen vaak marktspeci-fieke producten leveren.”

Het bedrijf bedient de bovenkant van de markt, vervolgt Van Mastrigt. “Wij zijn niet tegen elke prijs geïnteres-seerd in volume. Daarnaast is produceren in Nederland natuurlijk relatief duur. We hanteren een bepaald prijsni-veau zodat we genoeg marge overhouden. We verwachten dezelfde filosofie van onze partners.”

Groot afzetgebiedVan Son heeft bij de offset inkten een sterke positie in West- en Oost-Europa en in het Midden-Oosten. Ook Noord-Amerika is een groot afzetgebied. Het bedrijf wordt daarnaast steeds actiever in Midden- en Zuid-Amerika. Deze regio wordt speciaal bediend vanuit het kantoor in Miami.In Afrika is Van Son goed vertegenwoordigd in het zuiden en noorden. In Oost- en West-Afrika ontstaan ook kansen voor hoogwaardige producten, vertelt Van Mastrigt. “Na-tuurlijk is met onze prijs-kwaliteitverhouding de markt in bijvoorbeeld Nigeria relatief klein. Maar het is wel interessant voor ons. Wij zoeken naar gerenommeerde drukkerijen die met ons in zee willen gaan. We leggen het contact onder meer bij toonaangevende vakbeurzen als Drupa.”

Enorme groeimarktIn het Verre Oosten is voor Van Son nog een wereld te winnen. Het bedrijf heeft daarom sinds zes jaar verkoop-kantoren in Sjanghai - puur voor de Chinese markt - en het Zuid-Koreaanse Busan. Van Mastrigt: “China zou voor ons een enorme groeimarkt kunnen zijn. Het nadeel is dat er erg veel lokale producenten zijn. Daar kom je moeilijk tussen. We zien vooral kansen als het gaat om inkt voor de verpakkingen van producten die in het westen worden verkocht. Dit is een kwestie van een lange adem.”Het is ook lastig om binnen te raken in India en Brazilië, zegt Van Mastrigt. “De landen beschermen hun eigen in-dustrie met allerlei maatregelen. Daarom laten we deze opkomende markten grotendeels links liggen. We zijn al blij dat één of twee distributeurs met ons willen samen-werken. Het gaat niet over grote hoeveelheden inkt.”

Meer speelruimteDe crisis is niet helemaal aan Van Son voorbijgegaan. De omzet kende een dip in de jaren 2009 en 2010. Nu is volgens Van Mastrigt het niveau van daarvoor bereikt. “Ons voordeel is dat de crisis niet overal even hevig is. Ook is niet elke distributeur even hard getroffen. De situatie in West-Europa is ronduit moeilijk, maar bij-voorbeeld in Afrika ontwikkelen de markten zich nog. Doordat wij mondiaal onze producten verkopen, heb-ben we wat meer speelruimte.”Van Son heeft een aantal reorganisaties achter de rug. De laatste dateert van ruim een jaar geleden. Toen moesten zo’n twintig mensen vertrekken, van wie een deel door gedwongen ontslag. Hij noemt het “een ver-velende maar noodzakelijke maatregel.”“Door de reorganisatie hebben we onze kosten in de hand kunnen houden. Een groot probleem vor-

13 24 - 2012verf&inkt

VErf & INKT & MArKT

4

Licht herstel export?De buitenlandse activiteiten van de VVVf-leden heb-ben de afgelopen jaren zwaar onder druk gestaan, zoals blijkt uit de tabel. Vóór de crisis waren zij voor 40 procent van hun omzet afhankelijk van export. Naar schatting ging het voor meer dan 80 procent om uitvoer binnen Europa. Sinds 2008 is de export sterker getroffen dan de binnenlandse handel. De export bereikte in 2010 een dieptepunt met 31 pro-cent van de totale omzet. In bedragen: een daling van 420 miljoen euro in 2008 naar 270 miljoen euro in 2010. Er is een lichtpuntje: op basis van de cijfers over 2011 en het eerste halfjaar van 2012 lijkt het erop alsof de export toeneemt (nu 33 procent van de totale omzet).

2007 420 639 1059 40%2008 373 647 1021 37%2009 316 606 922 34%2010 270 608 878 31%2011 284 632 916 31%2012 302 609 912 33%

Jaar

Expo

rt(x

1.00

0.00

0 eur

o)

Binn

enlan

d(x

1.00

0.00

0 eur

o)

Tota

al(x

1.00

0.00

0 eur

o)

Expo

rt als

% va

nto

tale

omze

t

Page 14: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

The ASCONIUM® can be used both in solventborneand waterborne systems where, in most cases, they can replace total part of anticorrosion pigments. ASCOTEC has performed many comparison studies, in metal coatings using different resins types. The following examples concern direct-to-metal coatings, one based on solventborne pure alkyd, the other based on waterborne styrene/acrylic.

YOUR QUALIFIED PARTNER FOR ANTICORROSIONYOUR QUALIFIED PARTNER FOR ANTICORROSIONYOUR QUALIFIED PARTNER FOR ANTICORROSIONYOUR QUALIFIED PARTNER FOR ANTICORROSION

A FULL RANGEOF ANTICORROSION ADDITIVESASCOTEC® is a high-technology Company locatedin Saint-Etienne, France, specialized in the design,manufacturing and commercialization of corrosion inhibitors for various industrial sectors.

The experience of ASCOTEC® in Paint and Coatings sector is today recognized by the biggest manufacturers, with a full range of liquid-form anticorrosion additives, acting at any stage of needs in the following fields : -Industrial metal coatings ;-Architectural and DIY coatings ;-Coil-coatings ;-Wood paints ;-Glues and mastics...

ASCONIUM® RANGE : LONG-TERM PROTECTION

solventborne direct-to-metal alkyd50 µm dry – cold-rolled steel – 400 h salt spray

Blank 10% Zn phosph. 2% Asconium-111

waterborne direct-to-metal styrene/acrylic100 µm dry – cold-rolled steel – 500 h salt sprayPROTECTION

ASCOTEC® has developed and patented this new generation of anticorrosion additives, using organic materials only, acting by synergic effects (see thescheme below) ,on the metal substrates and in the paint layer itself.The ASCONIUM® range is able to replace anticorrosion pigments, like zinc phosphate, in many systems, offering better performances and big advantages :-low-use dosages (1 to 3%) ;-reduction of blistering phenomenon ;-no effect on the gloss ;-adhesion improvement ;-possible use on ferrous and non-ferrous substrates.

Blank6%

Mod. Zn Phosph.2,5 %

Asconium-142DA

ASCOTECFRANCEwww.ascotran.com

ASCOTRAN® RANGE : FLASH-RUST AND PACKAGING PROTECTIONASCOTEC® has developed a complete range of VOC-free and Ecolabel compliant additives for the flash-rust and in-can protection, providing additional water-resistance properties to the paint layer.

Asconium mechanism of action

Mild-steel panels coated with a waterborne varnish and dipped 72h in tap water

With an usual additive With an ASCOTRAN grade

DISTRIBUTED BY

Vaartweg 89 NL 5106 NB DONGEN (Vaart) The Netherlands

Tel : +31-(0) 162 387010 Fax : +31-(0) 162 316196 E-Mail : [email protected]

DISTRICHEM b.v. DISTRIBUTION CHEMICALS

Page 15: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

24 - 2012verf&inkt 151515

duurzaam onderhoud

GespotRegelzucht

“Laten we wel de feiten van de fictie scheiden. De Europese regelzucht bestaat niet. Het aantal Europese regels daalt al jaren, het aantal Neder-

landse regels stijgt al jaren en voorzover er Europese regels worden vastgesteld, zijn ze door de lidstaten

gewenst”(Docent Europees Bestuur Gijs Jan Brandsma aan

de Universiteit van Utrecht, in De Volkskrant van 22 augustus)

Gezanik“Het gezanik over het ontslagrecht, dat is gewoon

een icoon geworden. Daar wordt veel te veel de focus op gelegd. Maar het is onzin als je denkt dat als je

dat doorvoert de hemel op aarde ontstaat”(CNV-voorzitter Jaap Smit in een interview met NU.nl

op 22 augustus)

Boterberg“Het spaargeld van de Chinezen is een soort

boterberg. Daardoor zal de rente nog jarenlang laag blijven. Dat is slecht nieuws voor pensioenfondsen”

(Econome Heleen Mees, hoofddocent aan de New York University, naar aanleiding van haar

proefschrift Changing Fortunes – How China’s boom caused the Financial crisis, waarin ze de oorzaak van de financiële crisis voor een belangrijk deel

toeschrijft aan de enorme Chinese spaartegoeden, in De Volkskrant van 23 augustus)

Collectieve psychose“Ik ben verbaasd, het lijkt wel een collectieve psy-chose. Alsof een overheidstekort immoreel is. Voor

een overheid is het volstrekt normaal”(Oud-VVD-minister en IMF-topman prof. dr. J.

Witteveen vindt de focus op bezuinigingen ten bate van een laag financieringstekort gevaarlijk, in De

Volkskrant van 7 september)

onderbuikgevoelens“Europese en OESO-cijfers weerleggen de onder-

buikgevoelens over Grieken, die gemiddeld 740 uur per jaar langer werken dan Nederlanders, zeven da-

gen per jaar minder vakantie hebben dan Duitsers en van een laag pensioen genieten op een gemiddelde

leeftijd van bijna 65 jaar”(CDA kandidaat-Kamerlid van Griekse afkomst

Efstathios Andreou in De Volkskrant van 6 september)

15

men de stijgende grondstoffenprijzen. Die kun-nen we slechts gedeeltelijk of zelfs helemaal niet doorberekenen in onze eigen prijzen. Er zijn vooral arbeidsplaatsen bij ondersteunende diensten ge-schrapt. Het productieapparaat is zoveel mogelijk in stand gehouden. Wij hebben nu een goede basis van waaruit we kunnen werken aan een nieuw evenwicht. Mits de eurocrisis niet uit de hand loopt want dan zijn de negatieve gevolgen voor het bedrijfsleven niet te overzien.”

Nieuwe strategieVroeger verkocht Van Son zijn inktseries voor offset al-leen onder de naam Quickson. In 2005 is een nieuwe strategie uitgestippeld. Van Son werkt sindsdien met meerdere soorten branding. Dat heeft de exportmo-gelijkheden vergroot. Van Mastrigt: “Wij hebben een tweede productreeks ontwikkeld: de Vs-series. Vs is uiteraard de afkorting van Van Son. Deze inkten heb-ben licht andere karakteristieken dan de Quickson-series. We kunnen zo spelen met exclusieve en selec-tieve distributie. Wij blijven onze klanten beschermen omdat zij exclusief een productreeks distribueren. Te-gelijkertijd kunnen we nu meer dan één distributeur in een land aanstellen.”Het bedrijf zet tevens sterker in op andere vormen van branding. Bij dual branding staat zowel de naam van Van Son als die van de distributeur op het label. Bij een private label verkoopt de distributeur het product on-der zijn eigen merknaam. Van Mastrigt: “Er is dus veel meer mogelijk dan tien jaar geleden.”

Drie benen Van Son heeft ook op een andere manier het roer om-gegooid. De aandacht was voorheen te eenzijdig ge-richt op offset inkten. Van Son houdt zich tegenwoor-dig tevens bezig met watergedragen flexo inkten en wide format inktjetinkten. Van Mastrigt is blij met de uitbreiding van het productenportfolio. “Wij hebben te lang op slechts één been gestaan. In de toekomst wil-len we echt op drie benen staan.”De markt van flexo inkten is volop in ontwikkeling, zegt hij. “Deze inkten zijn geen standaardproducten. Zij zijn vaak geografisch begrensd. Wij zijn op dit moment vooral actief in Europa. Omdat de flexo producten in-middels hooggeconcentreerd zijn, is overzeese export mogelijk geworden. We zijn hiermee gestart in Noord-Amerika. Andere regio’s volgen.” Ook de markt van wide format inktjetinkten levert volgens Van Mastrigt kansen op. “De inkten worden onder andere gebruikt voor opmaakproeven en posters in de grafische indus-trie. Wij stappen nu deze markt in.”

Kleine stappenAl met al ziet Wim van Mastrigt de toekomst van zijn bedrijf met vertrouwen tegemoet. “Onze kracht is dat we ons goed kunnen handhaven in de landen waar we vertegenwoordigd zijn. Wij willen elk jaar weer kleine stappen maken bij de export van offset inkten. Verder bieden de twee andere inktsoorten interessante groei-mogelijkheden.” •

Handige adressen en informatieAgentschap NLU kunt informatie en advies over export krijgen bij Agentschap NL, een onderdeel van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innova-tie. De divisie NL EVD Internationaal (de vroegere Economische Voorlichtingsdienst) is hiervoor ver-antwoordelijk. Agentschap NL ondersteunt vooral mkb-bedrijven, onder meer bij het vinden van buitenlandse zakenpartners. U kunt u abonneren op de wekelijkse exportnieuwsbrief en het maan-delijkse e-zine Wereldzaken. U kunt ook digitale uitnodigingen ontvangen voor evenementen zo-als handelsmissies en seminars. Meer informatie: www.agentschapnl.nl/internationaal.

Netwerk Internationaal ondernemenHet Netwerk Internationaal Ondernemen (NIO) is een zelfstandig overlegorgaan van handelsbevor-derende organisaties en het ministerie van Eco-nomische Zaken, Landbouw en Innovatie. De site www.internationaalondernemen.nl is de webpor-tal voor internationale ondernemers in Nederland en ontsluit de grote hoeveelheid informatie bij de deelnemende organisaties.

Kamer van KoophandelU kunt bij de Kamer van Koophandel terecht voor informatie en ondersteuning. De KvK kan bijvoor-beeld uw exportdocumenten certificeren. Kijk op het onderdeel ‘internationale handel’ van de site www.kvk.nl/ondernemen.

FenedexFenedex is een particuliere vereniging van Ne-derlandse exporteurs en andere internationaal opererende ondernemingen. Deze onafhankelijke, niet-commerciële organisatie brengt kennis en ervaring bij elkaar. Fenedex heeft ruim 1.150 leden. Een volledig lidmaatschap kost € 975 per jaar. Meer informatie: www.fenedex.nl en www.export.nl.

Nederlands Centrum voor HandelsbevorderingHet Nederlands Centrum voor Handelsbevordering (NCH) steunt de aangesloten bedrijven die inter-nationaal actief zijn of dat willen worden. Het NCH maakt gebruik van een netwerk van landencentra. De jaarlijkse kosten variëren van € 380 voor een landenlidmaatschap van een klein bedrijf tot iets meer dan € 10.000 voor een totaallidmaatschap. Meer informatie: www.handelsbevordering.nl.

Boekje exportHet boekje Export is erg nuttig als u geen of weinig ervaring met uitvoer heeft. U leest in deze publicatie van Agentschap NL over alle stappen: van export-plan tot de aankomst van de eerste lading. U kunt het boekje gratis bestellen of downloaden via www.agentschapnl.nl/onderwerp/starten-met-export.

Page 16: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

16

De crisis treft de bouw, de

schildersbranche en de verfindustrie

in hoge mate. Geen nieuwbouw, geen

beweging op de woningmarkt, geen

verfbeurt, geen verf. Ook in 2012 bleef

de verwachte opleving achterwege.

Toch ziet nieuwe Fosag-directeur Okke

Spruijt lichtpuntjes. “Maar het is wel

zaak dat het nieuwe kabinet snel de

noodzakelijke maatregelen neemt.”

T e k s t : J o s d e G r u i t e rF o t o : P e t v a n d e L u i j t g a a r d e n

verF & MarkT

Fosag-directeur Spruijt ziet lichtpuntje in barre tijden:

‘Bij particulieren is nog een boterham

te verdienen’

komende tijd zullen twee bestuurlijke werkgroepen de eenwording verder uitwerken. Doel is om per 1 januari 2013 onder de nieuwe naam OnderhoudNL verder te gaan. De leden van Fosag moeten formeel nog instemmen met de plannen. In het najaar staat een algemene ledenver-gadering op de rol.

WerkvoorraadDe crisis treft de schildersbranche en daarvan afgeleid de Fosag hard. Het aantal lidbedrijven daalde door de ver-grijzing en de daarmee gepaard gaande verkoop van be-drijven in korte tijd van 2.800 naar 2.600, en dat ondanks het feit dat zich ook weer 500 nieuwe leden aanmeldden, vult Spruijt aan. “Maar de leden hebben minder mede-werkers in vaste dienst.” “Er zijn veel fusies en overnames”, legt hij uit. “Oudere eigenaren vinden de crisis een mooi moment om ermee te

Zijn naam zou een jongensboekenheld niet misstaan en hij is opgegroeid op een boerderij bij Waddinxveen, niet ver van zijn huidige werkplek. Maar sinds een paar maanden is Okke Spruijt directeur van Fosag, de on-dernemersorganisatie van de schilders-, onderhouds-, metaalconserverings- en glasbranche. een onverwachte stap voor de man die tien jaar geleden als hoofd projec-ten, marketing en communicatie bij Fosag begon, want de organisatie had andere plannen. In mei 2011 maakten de besturen van Fosag en NOa (Nederlandse Onderne-mersvereniging voor afbouwbedrijven) bekend per 1 juli van dat jaar te gaan werken met een gemeenschappelijk secretariaat voor beide verenigingen. Uiteindelijk zou de samenwerking moeten resulteren in vestiging in een gezamenlijk pand en de benoeming van NOa-secretaris Frank rohof tot directeur van de samengevoegde vereni-gingen. De samenvoeging vond echter vooralsnog geen doorgang, volgens verklaring van Fosag-Noa vanwege de slechte vastgoedsituatie, zeker op de kantorenmarkt: beide panden zijn eigendom van de verenigingen en bei-de zijn op dit moment onverkoopbaar. Het gevolg is dat de integratie van de secretariaten tot stilstand is gekomen. rohof bleef directeur van de NOa, Spruijt werd benoemd tot directeur van Fosag.“Voorlopig werken we op afstand samen”, legt hij de situ-atie uit. “Als de markt aantrekt en samenwonen mogelijk blijkt, bekijken we het opnieuw.”Inmiddels heeft Fosag opnieuw een samenwerkingsver-band aangekondigd: per 1 januari 2013 moet de fusie met de ondernemersvereniging WvB vastgoed Onderhouds-bedrijven gerealiseerd zijn. De ledenraad van WvB heeft zich al unaniem achter de voorgenomen fusie geschaard.

Page 17: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

17 24 - 2012verf&inkt

hoog geweest”, weet Spruijt, “en het is de vraag of al die vierkante meters ooit weer worden bezet. Maar er zit geld in, dus er wordt niet snel tot sloop overgegaan.” De markt van particulieren én van kwalitatief zakelijk werk levert, alles overziend, nog de minste problemen op. “Ik hoor van kleine bedrijven en ozp-ers (ondernemers zonder perso-neel – red.) dat daar nog een boterham is te verdienen. Dat is het lichtpuntje.” Wel heeft de massale acquisitie gevol-gen voor de prijs, erkent hij. En over de hele branche ge-nomen zijn de werkvoorraden fors verminderd. “Voor de winter ziet het er zorgelijk uit. Een werkvoorraad tot een half jaar is gezond, maar dat is nergens het geval. Verder dan één tot twee maanden reikt de horizon nergens.”

StuurloosEen jaar geleden sprak Fosag-voorzitter Ruud Maas in Verf&Inkt nog de verwachting uit dat in de loop van 2012 eerste signalen het herstel van de markt zouden aankondigen. “We kunnen nu dezelfde hoop uitspreken voor 2013”, merkt Spruijt zuinig op. “Het herstel is in 2012 uitgebleven en er is zelfs sprake geweest van een verslechtering. De kabinetscrisis heeft ons land misschien niet stuurloos gemaakt, maar het nemen van noodzakelijke maatregelen is ernstig vertraagd. We weten nog altijd niet wat er met de hypotheekrente-aftrek gaat gebeuren, dus de huizenbezitter beweegt niet. Verder willen we zeker-heid dat de btw op onderhoudswerk laag blijft en vragen we om een versoepeling van het ontslagrecht. Ik weet dat dit onderwerp ter discussie staat en dat werkgevers uit andere sectoren vraagtekens zetten bij de wenselijkheid ervan, maar onze branche neemt een uitzonderingspositie in. Wij kampen al járen met afnemende omzetten en on-

VERF & MaRkt

stoppen. Hun bedrijven worden overgenomen, maar vaak gaat dat ten koste van het aantal vaste banen.”Dat heeft consequenties voor de contributie-inkomsten en dus voor de mogelijkheden van de Fosag. afgelopen zomer was de organisatie dan ook gedwongen een kwart van haar medewerkers te ontslaan. tegelijkertijd beleeft een belangrijk deel van de leden zware tijden. Zelfs be-staande afspraken met vaste klanten moeten heronder-handeld worden, hoort Spruijt vanuit de branche.“Het geld van woningcorporaties zit voor een belangrijk deel vast in hun bezit en onderhoudsbudgetten staan ter discussie. Schilders zijn veel tijd en geld kwijt om binnen te krijgen wat eigenlijk al was afgesproken.” Daarnaast heeft de branche te lijden onder leegstand in de kantorenmarkt. De schattingen lopen uiteen, maar tussen de zeven en tien miljoen vierkante meters wach-ten op nieuwe ‘bewoners’. “De leegstand is nog nooit zo

“De Nederlandse winters zijn mild en de heden-daagse verven zijn prima geschikt om in koudere omstandigheden aan te brengen.”

verantwoord hoge kostenniveaus. En er staat ons nog het een en ander te wachten. Ik vrees een toenemend aantal faillissementen in de bouw en dus navenant stijgende pro-blemen voor ons. Het is zaak dat het nieuwe kabinet snel de noodzakelijke maatregelen neemt.”

VierseizoenenonderhoudWat de schildersbranche zelf kan doen, staat hem ook helder voor ogen. “We proberen onze leden te helpen bij een kwaliteitsslag. Juist deze tijd, waarin schaalver-groting aan de orde is omdat bedrijven fuseren of elkaar overnemen, leent zich voor professionalisering van de organisatie en de presentatie. Ons project Knap Werk richt zich daarop. We wijzen op het belang van commu-nicatie. Neem de klant bij de hand en wijs hem er op dat eerst de ondergrond moet worden bewerkt voordat de schilder kan aflakken en dat daarin de uren en kosten zit-ten. En maak serieus werk van de evaluatie als het werk klaar is. Dat soort dingen.”Spruijt hoopt daarnaast dat schilders en verffabrikanten in nauwe samenwerking aarzelende opdrachtgevers kun-nen overtuigen van de mogelijkheden van vierseizoe-nenonderhoud. “We leken op dat vlak winst te boeken, maar er blijkt toch weer sprake van lichte huiver. En daar is geen enkele reden voor. De Nederlandse winters zijn mild en de hedendaagse verven zijn prima geschikt om in koudere omstandigheden aan te brengen. Het probleem zit ‘m niet in de kwaliteit van de schilder of de verf, maar zit uitsluitend tussen de oren van opdrachtgevers.” •

‘Een werkvoorraad tot een half jaar is gezond, maar dat is nergens het geval’

Page 18: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

18

Een Olympisch wedstrijdbad vol. Zoveel ongebruikte verf komt jaarlijks in aanmerking

voor hergebruik. Een werkgroep

van de VVVF is ver met de ontwikkeling van plannen die

de recycling van de verfrestjes uit blikken en potten in onze

kelders en schuurtjes mogelijk moet maken.

T e k s t : J o s d e G r u i t e rF o t o ’ s : P e t v a n d e L u i j t g a a r d e n

In elke schuur en elke kelder zijn ze te vinden: blikken met resten niet-gebruikte verf. Ze blijven staan om ooit nog eens gebruikt te worden, maar als het slecht geslo-ten blik op een dag wordt geopend, blijkt de verf een uitgedroogde plak rubber of is de inhoud beschimmeld. En dus blijven ze staan, op die plank, tot de dag van de grote schoonmaak. Dan worden ze verzameld en naar het gemeentelijk milieudepot gereden om te worden ver-nietigd in de vuilverbrandingsoven. Dat levert nog een beetje energie op, maar erg duurzaam is het proces niet. En zeker geen cradle-to-cradle. Over hergebruik van verfrestanten wordt de laatste jaren veel gepraat. En niet voor niets: een recent, in opdracht van een VVVF-werkgroep uitgevoerde life cycle analysis (lca) brengt aan het licht dat recycling van verfrestanten leidt tot een 72 procent lagere milieubelasting ten op-zichte van de bestaande productiemethoden. De lca is uit-gevoerd door IVAM, een onderzoeks- en adviesbureau op het terrein van duurzaamheid, dat is voortgekomen uit de Interfacultaire Vakgroep Milieukunde (IVAM) van de Uni-versiteit van Amsterdam en de Chemiewinkel Amsterdam. Uit milieu-oogpunt is hergebruik van de verfrestanten in kelders en schuren dus zeer profijtelijk. Waar het nu om gaat is de vraag of recycling van verfrestanten rendabel is, of de kwaliteit van gerecyclede verf voldoende is en of de markt het product omarmt.In het buitenland is het hergebruik van verfrestjes al langer goed gebruik. In Canada is het merk Boomerang al vijftien jaar op de markt. Boomerang wordt in zestien stan-daardkleuren gemaakt op basis van niet-gebruikte verven

VErF & MIlIEU

Grote milieuwinst mogelijk door hergebruik verfrestanten

Weg met die halflege

blikken uit de schuur

en verfrestanten en vindt er zijn weg naar de particuliere schilder. Marc van Ginneken van de afgelopen zomer geopende verfgroothandel Fair Paints in Heemstede, im-porteert de latexverf via Engeland. Onder licentie van fa-brikant Boomerang recycled Paint wordt de verf daar ge-produceerd. “En binnenkort ook in Nederland. Daarover zijn we met een afvalverwerker druk in onderhandeling”, liet Van Ginneken onlangs optekenen op een website van uitgever Eisma Bouwmedia.

Met de verfrestjes in Nederlandse kelders en schuren is een Olympisch zwembad aan herwinbare verf te vullen.

Mylanus: “Sita moet de juiste bandbreedte toe-passen. Niet te ruim, waardoor een niet te ver-werken grondstof ontstaat, maar ook niet te smal, waardoor het aanbod te beperkt wordt. Dan klopt de business case niet meer.”

Page 19: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

19 24 - 2012verf&inkt

schrobvastheid en afpoederen. De selectie en techni-sche analyse wordt uitgevoerd door afvalverwerker Sita.Leden van de VVVF-werkgroep – bestaande uit vertegen-woordigers van AkzoNobel, PPG, Ursa Paint en Sita – zijn aanwezig geweest bij de samenstelling van een proef-batch. Daaruit bleek dat de technische realisatie van op restanten gebaseerde verf mogelijk zou moeten zijn. Als uit de business case blijkt dat de productie ook be-drijfseconomisch haalbaar is, lijkt niets de productie van ‘groene’ verf in de weg te staan.

Positief gestemdKees Mylanus, directeur van verffabrikant Keim en voor-zitter van de werkgroep, is “buitengewoon positief ge-stemd” over de kansen van recyclede verf.“Tot nu toe zijn de uitgevoerde proeven geslaagd en ik neem aan dat de volgende proef ook geen onverwachte problemen oplevert”, reageert hij. “We zijn er in geslaagd een strijkbare verf te maken uit restanten en daarna kij-ken we naar de resultaten van de volgende proef, waarin een aantal fabrikanten gerecycled materiaal als grond-stof toevoegen aan hun eigen batch.” Mylanus verwacht dat die proef gunstig zal uitpakken. “Als dat het geval is, denk ik dat we veel mensen kunnen overtuigen. Tot nu toe zijn we niet gestuit op technische onmogelijkheden en de kwaliteit is in orde.”Volgens Mylanus kunnen eerste producten “binnen en-kele maanden” beschikbaar zijn. Dat is dan watergedra-gen acrylaat muurverf op basis van een percentage her-gebruikte verfrestanten. Als een jaar later een constante afvalstroom beschikbaar komt, zullen alle Nederlandse verffabrikanten materiaal kunnen afnemen van afvalver-werker Sita en op basis daarvan hun eigen verf produceren.

VerdelingMylanus: “We moeten nog afwachten welke partijen ge-interesseerd zijn in de grondstof. De gedachten gaan uit naar een contingenteringsmodel of verkoop bij inschrij-

ving. Het lijkt ons onwenselijk dat één partij de hele voor-raad zou kunnen opkopen, maar de vrije markt zal zichzelf hierin bewijzen.” De kans lijkt klein dat er potten ‘100 procent gerecy-clede verf’ op de markt komen. Mylanus: “Wij pleiten daar niet voor. Nieuwe acrylaat muurverf die door Ne-derlandse producenten wordt geleverd heeft een hoge kwaliteitsstandaard, die nooit helemaal te vergelijken zal zijn met een blend opgewerkt uit uitsluitend gerecy-cled en restmateriaal opgewerkte blend. Dat is nu een-maal zo. Een percentage gerecyclede verf echter tast het kwaliteitsniveau niet aan. En het gaat om het doel: we hergebruiken de verfrestanten, die daardoor niet in het milieu komen en waardoor we tevens de ecologi-sche voetafdruk van onze producten verminderen. Dat verandert niet als er 100 procent gerecyclede verf op de markt komt.” In de plannen van de verfindustrie is een belangrijke plaats ingeruimd voor Sita. Zo moet de afvalverwerker een goede selectie van aangeboden verfrestanten hante-ren. Mylanus: “Sita moet de juiste bandbreedte toepas-sen. Niet te ruim, waardoor een niet te verwerken grond-stof ontstaat, maar ook niet te smal, waardoor het aanbod te beperkt wordt. Dan klopt de business case niet meer.”Afvalverwerker Sita noemt het initiatief “haalbaar” en “veelbelovend”.“Ten onrechte wordt de indruk gewekt dat andere lan-den op dit vlak veel verder zijn dan wij, maar Nederland loopt hiermee voorop. Zeker ten opzichte van Amerika”, reageert business innovation manager Vincent Mooij van de afvalverwerker. “De Amerikaanse initiatieven leiden er hooguit toe dat verfrestanten niet op de stortplaats te-rechtkomen, maar via inzameling bij de fabrikant. Dat wil niet zeggen dat op grote schaal wordt hergebruikt, zoals de verfindustrie en wij dat wel gaan doen.”Volgens Mooij heeft de afvalverwerker een goed beeld van de investeringen in mensen en kennis die nodig zijn om het initiatief van de grond te tillen en de grond-stof te laten voldoen aan de gevraagde kwaliteitseisen. Het bedrijf is bereid en in staat om die investeringen te doen. “Een belangrijke voorwaarde is dat we voor de milieuwetgeving de status van de verfrestanten kunnen veranderen van afval naar product. Dat is de uitdaging waarmee we aan de slag moeten. Vanuit milieu-optiek is er geen discussie: dit is een erg mooie oplossing van een afvalprobleem, dat het milieu, de verfindustrie en Sita ten goede komt. Maar we hebben wel te maken met wetgeving die is gebaseerd op Europese regelgeving”, aldus Mooij. Een andere voorwaarde voor het slagen van het project is de garantie dat de ingezamelde en geselecteerde verfrestanten worden afgenomen. Mooij: “Maar ik verwacht op dat vlak, mede gezien de stijgende grondstofprijzen, geen problemen. Ik ga ervan uit dat de kwaliteit en de prijsstelling partijen enthousiast zal maken om af te nemen.” Als de statusverandering dan ook voor de milieuwetgeving is aanvaard, kan snel met de productie worden begonnen, is Mooijs overtuiging. “Dat is nu de belangrijkste bottle neck.” •

VErF & MILIEU

Ook in de Verenigde Staten is een begin gemaakt van re-cycling. In de staat Oregon is het inzamelen van oude verf en verfresten voor hergebruik of - als dat niet mogelijk is - verantwoorde afvoer, bij wet geregeld. De staat hoopt op deze wijze jaarlijks twee miljoen liter verf terug te ha-len. Als de maatregel zijn vruchten afwerpt zullen andere staten het voorbeeld van Oregon volgen. Californië heeft dat besluit al genomen. Onder de naam PaintCare hebben fabrikanten en overheid de handen ineengeslagen en is een inzamelingssysteem in het leven geroepen dat par-ticuliere consumenten en beroepsschilders in staat stelt hun verfresten in te leveren. De fabrikanten zorgen ver-volgens voor ‘verantwoorde verwerking’. Om het systeem te laten draaien betalen particulieren en beroepsschil-ders een kleine toeslag.

‘Groene’ verfIn Nederland wordt jaarlijks 10.000 ton restanten van watergedragen verven ingezameld. Die hoeveelheid gaat nu op gecontroleerde wijze de verbrandings-oven in. Een derde deel daarvan zou echter geschikt zijn voor hergebruik. Oplosmiddelhoudende verf komt voorlopig niet in aanmerking. Om van de ingezamelde hoeveelheid opnieuw verf te kunnen maken, moeten de restanten voldoen aan een tiental eisen op het ge-bied van dichtheid, viscositeit, vloeigrens/thixotropie, serumvorming/sedimentvorming, vaste stofgehalte, vosgehalte, fijnheid, ph-waarde, kleur grijsschaal, CIE-labwaarde, dekking, zware metalen, ftalaten, bacteriële besmetting, geur, formaldehydegehalte, wasbaarheid/

De eerste proefbatch in productie bij Sita

Page 20: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

20

Geert Duijghuisen ‘sociaal bewogen’ directeur van Baril Coatings:

‘Mijn sociaal hart komtbeter tot zijn recht op links’

Geert Duijghuisen, directeur van Baril Coatings in Den Bosch, begrijpt niet waarom de VVD in

ondernemersland meestal wordt gezien als ‘natuurlijke partij’ voor de werkgever. “Ook als je VNO-NCW-

voorzitter Wientjes hoort, denk ik wel eens: jongens, jullie hebben het niet in de gaten. Let ook eens op

de kleintjes, zzp’ers, familiebedrijven, de winkeliers die zoveel inspanningen doen om de boel overeind te

houden. Koester ze, schep een beter klimaat voor ze. Dan houd je niet alleen werkgelegenheid in stand, maar

wordt ook de sociale cohesie groter. Zij staan bij uitstek midden in de lokale samenleving.”

T e k s t : A n t o n S t i g F o t o : P e t v a n d e r L u i j t g a a r d e n

Duijghuisen raadt zijn collega’s van harte aan om bij gelegenheid het MKB-plan van ‘zijn’ partij nog eens tot zich te nemen. Want: “Het MKB is toevallig de grootste werkgever van Nederland. Concentreer je niet louter op de multinationals of op banken”, benadrukt hij. “Het MKB brengt in elk geval de meeste belastingcenten naar de staat, maar heeft het tegelijkertijd het moeilijkst. Het MKB zorgt voor dynamiek in de samenleving. Maar wie hoor je daarover in de politiek?”

S o c i a a l b e w o g e nDuijghuisen is werkgever van een man of zestig, die voor Baril Coatings, Farball Coatings en voor Durable Compli-ant Coatings in Den Bosch, Etten-Leur en Angola (USA) hoogwaardige coatings ontwikkelen, produceren en vermarkten. Hij is daarnaast actief voor de lokale afde-ling van de SP. Omdat, zo legt hij uit, die partij structu-reel opkomt voor sociaal zwakkeren in de samenleving en omdat daar zijn sociaal hart beter tot zijn recht komt. Die ‘sociale bewogenheid’ deelde hij met zijn vorig jaar op 90-jarige leeftijd overleden vader Wim en deelt hij met zijn vrouw, die lang vrijwilligerswerk deed in de opvang van kinderen van asielzoekers. Geerts vader,

boerenzoon uit Groesbeek, bestierde decennialang een eigen schildersbedrijf in Vught. Bood in de hoogtijda-gen meer dan dertig man werk en een goed inkomen. Geert: “Wat ik zeker van hem heb meegekregen is dat hij behoud van werkgelegenheid belangrijker vond dan winstbejag. Hij zei altijd: werk geven moet je koesteren. Daar probeer ik ook in eigen huis naar te handelen.”

M o t t o ‘ d e l e n ’“Als je rijkdom kunt delen, ben je als mens geslaagd.” Dat is een belangrijk motto van Geert. Hij verstaat er niet alleen materiële zaken, maar ook zijn eigen com-petentie onder. “Als je die kunt inzetten ten dienste van anderen, zal dat een wederzijdse verrijking tot gevolg hebben”, is zijn overtuiging. Duijghuisen gaat ook prat op zijn salarisbeleid, waarbij ‘zo mogelijk’ rekening wordt gehouden met iemands thuissituatie. En mensen kunnen er ook extra verdienen door middel van ‘een soort prestatieladder.’ Verder is hij van plan de bedrijfs-tijd flexibel te maken, wat het personeel meer vrije tijd moet opleveren en Baril meer bedrijfstijd. Kortom, Geert kijkt net als zijn vader ‘om zich heen’. Om in zijn eigen woonplaats Boxtel de integratie te bevorderen tussen

de verschillende bevolkingsgroepen, maakte hij van de jaarlijkse Bazaar op wijkniveau als voorzitter van de organiserende stichting ’een verbindings- of verbroe-deringsfestival’ voor de hele gemeenschap. Met name door doelgroepen er meer zelf in te betrekken met pro-grammaonderdelen. “Schitterend om te beleven dat dat werkt”, zegt de medesponsor trots.

K a t h o l i e k n e s tGeert Duijghuisen werd in 1957 geboren. Hij is gehuwd, vader van drie kinderen en hij komt uit een katholiek nest. Noch Geert, noch zijn broer of twee zussen hebben ooit de ambitie gehad de zaak van hun vader in Vught over te nemen. Bij de werkplaats aan huis was het een dagelijks komen en gaan van schilders. Lachend: “Alles was verf bij ons in die tijd. In eigen huis ook. Want pa had een tamelijk hoge verfraaiingsambitie.” Door een slepende ziekte van mededirecteur en oprichter van zijn ‘eigen’ bedrijf Baril - Hans Broeders - heeft Geert het momenteel extra druk met het ondernemerschap. Maar door intern te schuiven kan hij zich ‘gelukkig’ nog altijd focussen op het bedrijven van een van zijn belangrijk-ste passies: het maken van een potje verf. “En het met

DE MENS ACHtEr

Page 21: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

21

mijn verfcompetentie scheppen en behouden van werk-gelegenheid”, voegt hij er onmiddellijk aan toe. Het ‘kunstje’ van Baril is kwalitatief goede verf maken voor een branche die vooral producten nodig heeft die mak-kelijk te verwerken zijn. Tegen niet al te hoge kosten. “Als een coating moeilijk te verwerken is, is dat killing in onze sector; bedrijven moeten ook meters kunnen maken. Daarom zit er dan ook heel veel kennis in ons potje verf. Met name eigenschappen die ervoor zorgen dat een coating ook echt doet wat hij móet doen!”

L i e f d e v o o r p r o d u c tGeert weet hoe belangrijk onderzoek en ontwikkeling is. Na mavo en havo volgde hij een opleiding tot chemisch analist op de Hogere Laboratoriumschool in Oss. Nog niet meteen met de idee en het besef dat hij daarmee een toegangsbewijs voor de verfbranche op zak had. Dat kwartje viel pas later. Op het laboratorium bij Ameron in Geldermalsen kreeg hij in de gaten hoe verf in elkaar zit. “Daar is mijn liefde voor het product ontstaan. Of liever gezegd: voor wat er allemaal achter zit.”Bij Tollens Breda kwam hij in aanraking met bouwverven. Verhuisplannen van dit bedrijf naar Frankrijk deden hem

vervolgens kiezen voor een baan op de researchafdeling van het nog relatief kleine Baril Coatings in Den Bosch (1990). Hetzelfde bedrijf waarvan hij rond de eeuwwis-seling mede-eigenaar werd. De oorsprong van Baril ligt in een schuur in Moerkapelle. Daar werden ooit boom-pasta’s vervaardigd: smeersels die door Rijkswaterstaat werden gebruikt om boomstammen te beschermen na-dat takken waren afgezaagd.

B a r i l i n d e l i f tBaril zit volgens Geert, na twee lastige jaren, weer in de lift, zeker nu op grotere schaal is ingezet op export. On-der meer naar landen in Oost-Europa, waar infrastructu-rele werken volgens hem een inhaalslag hebben te ma-ken. Duijghuisen heeft bovendien hoge verwachtingen van een relatief nieuwe vinding van zijn bedrijf waarmee hij de wereld hoopt te kunnen veroveren en waarop in 2009 patent is verkregen. Het gaat om een systeem waarbij een coating uithardt met behulp van vocht uit de lucht. “Een derde component die je er als het ware gratis bijkrijgt en die zorgt voor een extra polymerisatie”, vat hij samen. Dat zou de coating ‘bijzondere eigenschap-pen’ geven, variërend van extreme duurzaamheid (drie

24 - 2012verf&inkt

tot vijf keer beter), toegenomen flexibiliteit en een betere hechting, tot en met een veel hogere krasvast-heid, aldus de Baril-directeur. Volgens hem gaat het om “een trucje dat we kunnen toepassen op ons hele productengamma.” Praktische proeven, onder meer op wegmeubilair van Rijkswaterstaat, moeten uitwijzen of dat ook werkelijk het geval is. Volgens Duijghuisen ziet de toekomst er positief uit. Hij spreekt bij voorbaat van een meerwaarde die alle Baril-klanten straks gaan meebeleven en ontdekken. “Ik hoop in elk geval dat we als bedrijf ook de tijd krijgen om dit veelbelovende proces af te maken. Ik kan niet de hele wereld in mijn eentje veroveren. Maar als bedrijf kunnen we daar hoe dan ook een mooi begin mee maken.” Zijn bedrijfsvol-leybalteam Baril en mountainbiken houden hem als vijftiger fit. Of één van zijn kinderen hem ooit zal op-volgen is nog niet aan de orde. Maar zoon Teun heeft als grafisch ontwerper wel zijn vader aan een nieuwe huisstijl geholpen.

Geert Duijghuisen: “Ik kan niet de hele wereld in mijn eentje veroveren. Maar als bedrijf kunnen we daar hoe dan ook een mooi begin mee maken”

DE MENs ACHTER

Page 22: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

22

Wat is de overeenkomst tussen onvergelijkbare producten als porselein, zout

en asperges? In de literatuur worden ze alle drie aangeduid als ‘het witte goud’.

Als variatie daarop zou titaandioxide ‘het gouden wit’ kunnen heten. Enerzijds

vanwege de unieke eigenschappen van de grondstof om witte verven mee te

maken, anderzijds helaas vanwege de buitensporige prijsstijgingen van de

afgelopen jaren, waardoor de stof bij wijze van spreken goud waard is geworden.

Nooit steeg de prijs sneller dan afgelopen jaren.

T e k s t : J o s d e G r u i t e rF o t o ’ s : P e t v a n d e L u i j t g a a r d e n

geval stopten verschillende fabrieken met de verwer-king van het erts tot titaanwit, de simpele naam voor titaandioxide. Kwade tongen beweren dat de produc-tiestop centraal werd afgesproken, zodat schaarste zou ontstaan en de prijs zou stijgen. Voor die beschuldiging is nooit overtuigend bewijs geleverd. In elk geval ont-stond wel schaarste en waren prijsstijgingen het gevolg. Zeker toen de vraag vanuit de groeiende economieën in Azië, Rusland en Brazilië exponentieel steeg.

Geen alternatiefDe slechte beschikbaarheid en hoge prijs heeft grote gevolgen voor de verfindustrie, want er zijn geen gang-bare alternatieven voor titaanwit. Het lang gebruikte loodwit is inmiddels verboden omdat het giftig bleek en het alternatief zinkwit staat onder verdenking. Een grondstof als krijt lijkt een voor de hand liggend al-ternatief, maar de zogenoemde brekingsindex (de mate waarin de stof licht weerkaatst) van krijt is een derde van die van titaanwit. Het heeft alleen zin om

VERf & mARKt

Voorzichtige signalen prijsdaling titaandioxide

Het gouden wit

krijt te mengen als aanvullende stof, naast titaanwit. Fabrikanten proberen dus oplossingen te vinden in beperking van het gebruik van het pigment, maar elke vermindering heeft gevolgen voor de helderheid van de verf. Er is dus eigenlijk geen oplossing tot het moment waarop de fabrikanten van titaanwit de productieca-paciteit opvoeren.De verfindustrie is wereldwijd de grootste afnemer van titaandioxide. De jaarproductie van de grondstof overstijgt de vijf miljoen ton. Daarvan gaat 60 procent naar de verfindustrie. Andere belangrijke groepen afnemers zijn de plasticindustrie (23 procent) en de papierindustrie (9 procent). Daarnaast zit titaanwit in producten als tandpasta (‘poetst witter dan wit’) en medicijnen en wordt titaniumdioxide aan asfalt toege-voegd. Dat laatste gebeurt om door het verkeer gecre-eerde vervuilende stoffen af te breken. titaandioxide werkt als een katalysator. Als zonlicht op de titanium-oxidekristallen schijnt, komt er energie vrij voor het afbreken van de vervuilende stoffen. De uitlaatgassen

In toch al kommervolle tijden zucht de verfindustrie onder het probleem van permanent stijgende grond-stofprijzen. Het pigment titaandioxide vormt daarop geen uitzondering. Sterker: geen enkele andere grond-stof is de afgelopen jaren zo sterk gestegen als titaan-dioxide. En niet eerder steeg de prijs van de stof zo snel tot zulke grote hoogten. De verfindustrie kan niet zonder: het is vrijwel de enige grondstof waarmee wit-te verven gemaakt kunnen worden. Het is, met andere woorden, een onmisbaar bestanddeel.Waar sommige grondstoffen te kampen hebben met (naderende) schaarste, waardoor de prijzen stijgen, is dat met titaandioxide niet het geval. Er is nog voor vele jaren titaanerts en de winning is op de meeste plaatsen niet gecompliceerd. In sommige mijnen is zelfs sprake van dagwinning. Als er al schaarste is, dan is het ge-creëerde schaarste. Een paar jaar geleden was er op de wereld voldoende voorraad. De prijzen waren daardoor normaal tot aan de lage kant. Over wat er vervolgens gebeurde doen verschillende lezingen de ronde. In elk

Dankzij de hoge brekingsindex is titaanwit een goed dekkend pigment, met het bijkomende voordeel dat het niet giftig is.

Page 23: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

23 24 - 2012verf&inkt

de producten tegen de schadelijke gevolgen van uv-straling. Het wordt niet alleen in witte verven en lakken toegepast, maar zit in alle mengsels waarin wit de kleur lichter heeft gemaakt, zoals pasteltinten.De hoge prijs en de beperkte beschikbaarheid zouden op termijn van grote invloed op de beschikbaarheid van witte verven kunnen zijn. Helder witte verf zou niet meer gefabriceerd kunnen worden. Een kleine vermin-dering van het percentage titaanwit zou nauwelijks zichtbaar zijn, maar omdat het gaat om tonnen (in hoeveelheid en in geld) zou een kleine beperking op korte termijn iets kunnen uitmaken. Een structurele oplossing is het echter niet.

HoopGelukkig is er licht aan het eind van de tunnel. De fabrikanten hebben aangekondigd dat zij productie-capaciteit gaan bijbouwen, dus op enig moment in de toekomst zal de schaarste verminderen en (dus) de prijs dalen. In elk geval is de hoop van de titaan-

vErf & markt

(waaronder benzeen, NOX en Pak’s) worden omgezet in water en koolstofdioxide of zouten. tot slot wordt het gebruikt in inkt, cement, correctievloeistof, rub-ber, glas en producten voor huidverzorging

Grote invloedDe grootste producenten van de stof zijn DuPont de Nemours, National titanium Dioxide Company, tro-nox, apollo/tioxide, kronos en Ishihara. Het erts komt vooral in twee vormen voor: als fijn poeder (rutiel) en als kristal (anataas). De verfindustrie maakt sinds 1920 gebruik van titaanwit. aanvankelijk werd de anataas-vorm toegepast, maar omdat de verf ging afpoederen werd overgestapt op rutiel. Sindsdien is dat het meest gebruikte witpigment. Dankzij de hoge brekingsindex is titaanwit een goed dekkend pigment, met het bijko-mende voordeel dat het niet giftig is. Het heeft sterke optische eigenschappen, zoals witheid en helderheid, het laat zich gemakkelijk dispergeren in water, kunst-stoffen en bindmiddelen en beschermt de kwaliteit van

‘Geen andere grondstof steeg zo sterk in prijs’

witgebruikers daarop gericht. Daarnaast maakte de Schildersvakkrant onlangs melding van een austra-lisch rapport waarin ook positieve signalen kunnen worden gelezen. Het TiO2 Pigment Industry Report van de australische tZ minerals International (een be-drijf dat gegevens over grondstoffen verzamelt) heeft de markt voor titaanwit geanalyseerd en stelt dat de titaandioxidemarkt in 2008 nog zo ruim was dat de prijzen laag waren en verschillende fabrikanten stop-ten met produceren. Daardoor nam de schaarste toe, terwijl tegelijkertijd de vraag, met name vanuit groei-economieën, enorm toenam. met scherpe prijsstij-gingen en zelfs slechte verkrijgbaarheid tot gevolg. Deze trend vertoonde, citeert de Schildersvakkrant, eind 2010, begin 2011 een piek. maar in dat jaar nam de Chinese overheid maatregelen om de oververhitte woningbouwmarkt in het land te kalmeren. Dat leidde eind 2011 tot een daling van de import van titaanwit met meer dan 45 procent. Dat voedt de hoop dat de prijs zal dalen, stelt de vakkrant vast. •

Er is nog voor vele jaren titaanerts en de winning is op de meeste plaatsen niet gecompliceerd.

Page 24: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

24

Sinds 2006 vraagt

marktonderzoekbureau Panteia/

Stratus bij de VVVF-leden ieder

kwartaal gegevens op over afzet,

omzet en export van de belangrijkste

marktsegmenten. De statistieken

vormen een belangrijke ondersteuning

van de belangenbehartiging van

de VVVF. Maar ook deelnemende

bedrijven benutten de cijfers voor de

bepaling van hun positie. En dankzij

een nieuwe invoermodule kost het

aanleveren van de gegevens de

bedrijven steeds minder tijd.

T e k s t : P e t e r B o o r s m aF o t o ’ s : P e t v a n d e L u i j t g a a r d e n

VErF & Markt

Branchestatistiek VVVF laat kinderziektes achter zich

Vinger aan de pols

Norway Coatings, de officiële importeur van Jotun voor de Benelux en Noord-Frankrijk. Iedere drie maanden levert zij gegevens aan bij marktonder-zoekbureau Panteia/Stratus en binnen zes weken ontvangt zij vervolgens de VVVF-statistiek retour. “Uit die statistiek lees ik af hoe de markt zich ont-wikkelt, maar ook hoe Norway Coatings het zelf doet. De tabellen vinden dan ook gretig aftrek bij de financiële mensen en het salesteam, die snel willen checken of ze boven of juist onder de verwachting presteren.”

BranchebelangMaar ook voor de VVVF als vereniging is het be-langrijk te beschikken over goede cijfers, bena-drukt Jessurun. “Voor een goede belangenbeharti-ging is het essentieel te weten hoe de branche zich ontwikkelt. Groeit de markt of is er juist sprake van krimp? Dat wil je graag weten als bijvoorbeeld de cao-onderhandelingen van start gaan. Verder in-vesteert de verf- en drukinktindustrie veel in wa-tergedragen producten. Maar hoe snel verloopt die overschakeling? En zit de export alweer in de lift? Voor een goede lobby moet je dit weten.”toch kan de deelname nog steeds beter, oordeelt Jessurun. “alle grote bedrijven doen gelukkig mee, zodat we in ieder geval een vrij compleet beeld van de markt hebben. Maar het is belangrijk dat ook alle kleine bedrijven hun gegevens aanleveren. Die kunnen immers op een specifiek segment van de markt zitten.”

Eigenlijk vindt anja Jessurun dat het er gewoon bij hoort: je bent lid van een vereniging en dat schept verplichtingen. En één van die dingen die er bij horen is dat je ieder kwartaal cijfers aanlevert voor de VVVF-branchestatistiek. “Ook al zijn het heftige tijden, je moet gewoon meedoen om het collectieve gevoel van de vereniging vast te houden.”Jessurun is voorzitter van de commissie-Statistiek van de VVVF en in het dagelijks leven directeur van

Anja Jessurun (Norway Coatings): “Voor een goede belangenbehartiging is het essentieel te weten hoe de branche zich ontwikkelt”

Page 25: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

25 24 - 2012verf&inkt

verf & markt

Jessurun erkent dat het voor kleine bedrijven vaak meer inspanning kost om de gegevens in te voe-ren omdat ze geen afzonderlijke afdeling hebben. “Ze moeten het er bij doen. tegelijkertijd hebben kleine bedrijven veel baat bij de branchegegevens omdat het vaak te kostbaar is zelf marktonderzoek op te zetten.”

StratusOok volgens rené vogels van Panteia/Stratus, het marktonderzoekbureau dat de vvvf-branchege-gevens sinds 2006 uitvraagt en verwerkt, kunnen uitgerekend de kleine bedrijven profiteren van de branchesystematiek. Zeker nu het aanleveren van de gegevens steeds makkelijker is. “In 2006 zijn we begonnen de gegevens op te halen door de leden van de vvvf te vragen de gegevens in een excel-sheet te zetten. Dat kostte veel tijd en bovendien waren er veel invulfouten. We hebben daarom een invoermo-dule gebouwd waarmee de gegevens sneller en beter kunnen worden aangeleverd. Bovendien kunnen we de statistiek nu 40 procent goedkoper maken dan zes jaar geleden.”volgens vogels zijn de meeste problemen met het invullen nu overwonnen. “Het gebeurt nog wel eens dat iemand vergeet op ‘akkoord’ te drukken.”Om te voorkomen dat er per ongeluk foute gegevens worden ingevoerd, worden de opgaven vergeleken met die van vorig jaar. vergissingen in bijvoorbeeld de eenheid, kilo’s in plaats van tonnen, worden zo voorkomen. Zijn er grote verschillen, dan wordt de

Welke gegevens zijn beschikbaar?

De vvvf branchestatistiek geeft een beeld van afzet en omzet van de in Nederland gevestigde fabrikanten van coatings. Import van coating wordt niet meegenomen. De cijfers worden bijgehouden voor enkele grote marktsegmenten, zoals bouw, autoreparatie en doe-het-zelf, en type coating, zoals lakken, muurverven en poedercoating. Ook de - afnemende - hoeveelheid gebruikte vluchtige organische stoffen wordt bijgehouden.De informatie op geaggregeerd niveau wordt door de vvvf gebruikt voor de ondersteuning van de belangen-behartiging. Deelnemende bedrijven ontvangen een overzicht van hun score ten opzichte van het gemiddelde.

René Vogels (Panteia/Stratus): “Het gebeurt nog wel eens dat iemand vergeet op ‘akkoord’ te drukken”

invuller gevraagd of dit wel klopt. als extra check worden de ingevoerde gegevens teruggerekend naar kengetallen zoals prijs per kilo. “Natuurlijk kan het zijn dat er een goede verklaring is voor een grote af-wijking. Maar de invuller wordt dan wel gevraagd om een bevestiging en eventueel een toelichting.”

Overige productentwee jaar geleden waren er veel twijfels over de be-trouwbaarheid van de statistiek omdat een ontwik-keling niet goed viel te verklaren. Uiteindelijk bleek dat bij een grote speler de post ‘overige producten’ steeds maar uitdijde. vogels: “Die ene speler heeft vervolgens zelf een heel team ingezet om de fout te achterhalen en te herstellen. Overigens hebben in die periode ook enkele andere deelnemers hun op-gave verbeterd. Uiteindelijk hebben wij zelf ook veel werk gehad aan deze herstelactie, maar we willen gewoon dat de statistiek goed is.” •

Page 26: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

26

Crisis, teruglopende betalingsmoraal, faillissementen.

Geld incasseren van uitstaande rekeningen gaat moeilijker.

En soms moet het als oninbaar

worden afgeboekt. Wat moet een ondernemer doen om het

risico van de dubieuze debiteur te verkleinen en wat doe je als

het mis gaat. Directeur Tim van der Weiden (Cannock Chase) hakt

dagelijks met het bijltje en heeft tips.

T e k s t : J o s d e G r u i t e rF o t o ’ s : P e t v a n d e L u i j t g a a r d e n

Nederland is in crisis, de betalingsmoraal verslechtert. Er zitten meer consumenten in de schuldhulpverlening dan ooit tevoren, de Nationale Hypotheek Garantie kampt met een groter wordende berg restschulden. In mei rapporteerde onderzoekbureau Panteia/EIM problemen in de business-to-business (B2B) relatie. Liefst 60 procent van de grotere bedrijven houdt zich niet aan de afgesproken betalingstermijn als het gaat om rekeningen van een MKB-leverancier. Eén op de vijf kleine ondernemers in de B2B-markt meldt problemen die het gevolg zijn van niet of te laat betaalde rekenin-gen, aldus het onderzoek. De problemen manifesteren zich in de vorm van eigen betalingsachterstanden, rood staan bij de bank, incassoprocedures en leveringsstops. Daarbij komt het stijgende aantal faillissementen. In de eerste zeven maanden van 2012 gingen 4.473 be-drijven en instellingen failliet, bijna 30 procent meer dan in dezelfde periode van 2011. Een aantal dat het CBS als ‘uitzonderlijk hoog’ kwalificeert. En de golf faillissementen is nog niet ten einde. Kortom: Neder-land is in crisis en het kost bedrijven meer moeite om rekeningen binnen de afgesproken termijn betaald te krijgen. Hoe gaat een bedrijf om met wanbetalers, wanneer wordt de stap naar het incassobureau gezet, wanneer wordt het verlies genomen en wat betekent een geschil over de betaling voor de relatie leverancier-afnemer?Tim van der Weiden is directeur van Cannock Chase, een in Den Haag gevestigd bedrijf dat diensten levert op het gebied van creditmanagement en onder meer de beschikking heeft over een eigen incassobureau. Een incassobureau overigens dat zijn oorsprong vond in de

vErf & MarKT

‘Nieuwe klant werven soms duurder dan afscheid nemen van een wanbetaler’

Dilemma rond de dubieuze

debiteurverfindustrie: in 1995 nam Cannock Chase het Informa-tie & Incassobureau over. Het bedrijfje groeide uit tot een belangrijk onderdeel van Cannock Chase.

Oorzaak zoeken“Het aantal incassodossiers bij Cannock Chase is de afgelopen twee jaar snel toegenomen.” vertelt van der Weiden. Cannock Chase, anders dan de naam doet ver-moeden een puur Nederlands bedrijf, maar vernoemd naar een natuurgebied in Engeland, bestaat ruim twin-tig jaar. Het is groot geworden door de tijdelijke deta-chering van financieel specialisten bij klanten. als het ware om de debiteurenafdeling te professionaliseren, licht van der Weiden toe. Later veranderde het bedrijf van een detacherings- naar een outsourcingsorga-nisatie. Bedrijven werden niet meer op locatie bij de hand genomen, maar besteedden hun debiteurenbe-heer uit aan Cannock Chase. Het bedrijf treedt daarbij in de regel op als vertegenwoordiger van de klant.van der Weiden: “Debiteurenbeheer of creditmanage-ment is in de loop der jaren erg veranderd. Vroeger stuurde de boekhouder een briefje naar de wanbetaler en als er na het derde briefje niets gebeurde gaf hij het in handen van een incassobureau. Dat leidde niet al-tijd tot betaling. In elk geval duurde het lang tot het probleem was opgelost en in de meeste gevallen was de relatie ten einde.” Dat is niet verstandig, vindt hij. “Ten eerste moet je voorkomen dat het zo ver komt en moet je dus al in een vroeg stadium de communicatie op gang brengen. Het is zaak boven tafel te krijgen wat er aan de hand is: is de afnemer ontevreden en is zijn klacht onvoldoende opgelost, heeft hij een tij-

Page 27: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

27 24 - 2012verf&inkt

geschiedenis leert dat nieuwe klanten altijd voor meer betalingsproblemen zorgen dan bestaande klanten. Ook is het van belang om je incassoproces te koppelen aan de visie van het bedrijf. Wil je als bedrijf zo snel mogelijk geld innen en de wanbetaler kwijtraken of moet het geld op de rekening komen en de relatie zo weinig mogelijk schade ondervinden.Van der Weiden: “Vroeger was het vrijwel altijd einde relatie als je in de incassofase belandde. Tenzij het gaat om onverbeterlijke recidivisten is dat tegenwoordig minder vanzelfsprekend. Afscheid nemen van een klant is makkelijk en lijkt de oplossing van een probleem, maar een nieuwe klant werven kost dure marketing-euro’s.”

SpecialistenwerkHet alsnog innen van uitstaande rekeningen is specia-listenwerk, benadrukt Van der Weiden. “Een klant aan-spreken op zijn betalingsgedrag is niet leuk. Je loopt al snel in de val dat je tevreden bent met de toezegging dat hij ‘binnenkort’ zal betalen en dan opgelucht het gesprek beëindigt. Dan heb je geen enkele garantie en je weet niet waarom de rekening niet eerder is voldaan. Er komt een beetje psychologie bij kijken om achter de oorzaak van de betalingsachterstand te komen en je moet concrete afspraken maken met de man aan de andere kant van de lijn. Je spreekt bijvoorbeeld af dat het geld de eerstvolgende vrijdag op de rekening staat. Is dat niet het geval, dan pak je op vrijdag de telefoon en wijs je je gesprekspartner erop dat je met hem een afspraak had gemaakt. Zo kom je er redelijk snel achter of je te maken hebt met een goedwillende man die een probleem heeft of met een echte wanbetaler. Dat is van belang voor de keuze welke vervolgstappen je neemt.”“Voorkom daarnaast het bestaan van verschillende lij-nen tussen debiteur en crediteur. Dat vergroot de kans op vertraging. Als andere afdelingen binnen het bedrijf hun best hebben gedaan de vordering te innen en de vordering uiteindelijk in de incassofase is beland, laat alleen hiervandaan dan nog de communicatie verlo-pen.”

No cure no payIncassowerk gebeurt doorgaans op basis van no cure no pay. Op het moment dat we meer dossiers krijgen die be-trekking hebben op particulieren waar niets te halen is, verdienen wij dus niets. We zien regelmatig dat bedrijven hun incassoproces inkorten. Waar ze voorheen drie aan-maningen in drie maanden stuurden, zijn dat er nu vier in zes weken en wordt de inning vervolgens in handen van een incassobureau gegeven. Dat betekent dat het aandeel dat niet kan betalen, groter wordt. We moeten dus meer doen om succes te hebben. Dat betekent ook dat dossiers soms tijdelijk in de kast verdwijnen, erkent Van der Weiden. “We moeten kosten-bewust zijn en dus snel beoordelen of een dossier iets zal opleveren. Opdrachtgevers snappen dat overigens best.

Die zien ook wel in dat het geen zin heeft om dagelijks bij een wanbetaler op de stoep te staan als er niets is te halen.”

Geen plezierig beeldWeinig particulieren hebben bij de begrippen deur-waarder en incassobureau een plezierig beeld. Het is de man die op een regenachtige woensdag aanbelt met een niet-betaalde nota, snelle betaling eist, dreigementen uit en er in het slechtste geval met de breedbeeld tv vandoor gaat. Ook in het bedrijfsleven ziet niemand het incassobureau graag komen. Wat bezielt iemand, een oud-bankmedewerker als Van der Weiden bijvoorbeeld, om over te stappen naar credit-management?“Iedereen denkt aan lastige gesprekken”, reageert hij, “maar het plezier zit in het voortraject en de uit-daging dat het een win-win situatie wordt voor alle betrokken partijen. Dus als je kunt voorkomen dat je opdrachtgever naar de rechter of het incassobureau moet en de debiteur de openstaande vordering betaalt zonder dat daar hoge gerechtelijke kosten bovenop zijn gekomen. Daarnaast is het plezierig werk omdat je snel effect ziet: als de betaling op de rekening van je opdrachtgever staat, heb je resultaat. En verder heb je te maken met tal van facetten van het ondernemen en moet je een beetje psycholoog zijn. Het beeld van de man met de voet tussen de deur is achterhaald, zo-wel bij particulieren als in het bedrijfsleven. Je moet uitstralen dat je wilt helpen om een gezamenlijk pro-bleem op te lossen.” •

VErf & mArkt

delijk cashflow-probleem of verkeert het bedrijf echt in moeilijkheden. In het eerste geval moet je naar je eigen organisatie kijken en de klacht goed afhande-len, als er een tijdelijk cashflow-probleem is moet je heldere afspraken maken wanneer de rekening wel be-taald kan worden en als een relatie echt in de proble-men zit, moet je afwegen of je tegen elke prijs alsnog je geld wilt binnenhalen.”“maar ja”, stelt hij vast, “je kunt met het vonnis van de rechter in je hand naar de wanbetaler stappen, maar daarmee heb je je geld nog niet. Dan heb je dus kosten gemaakt waar niets tegenover staat.”

VoorkomenHet is beter om tijdig voorzorgsmaatregelen te treffen dan aan het eind van de rit puin te moeten ruimen, is daarom zijn stelling. Voorkomen is beter dan genezen. Van der Weiden adviseert bedrijven hun klantenbe-stand door te lichten en debiteuren te rangschikken in categorieën op basis van factoren als betalingshisto-rie, belang van de relatie (“wil je die in stand houden of ben je de klant liever kwijt”), en het potentiële ri-sico dat de afnemer in de problemen komt. “Dan kun je per afnemer bepalen of je krediet verstrekt en zo ja hoeveel en voor hoelang of dat je uitsluitend tegen con-tante betaling levert.”Verder is het natuurlijk zaak via de bekende handels-registers informatie in te winnen over potentiële klan-ten. “maar vraag ook rond in de branche”, adviseert van der Weiden. “Zeker in crisistijd kan de positie van een bedrijf snel veranderen.” En, waarschuwt hij: de

‘Je kunt met het vonnis van de rechter naar de wanbetaler stappen, maar daarmee heb je je geld nog niet’

Van der Weiden: “Beeld van man met voet tussen de deur is achterhaald, zowel bij particulieren als in het bedrijfsleven”

Page 28: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

OUR PROFESSION

Want to focus on your profession?

Safety is

vandenAnker.com

Steeds meer moderne bedrijven in de industriële sector werken met gevaarlijke

producten en chemische stoffen. De sector ziet zich geconfronteerd met steeds

stringentere wettelijke eisen die in de bedrijfsvoering de nodige aandacht

vergen. De opslag en distributie van deze stoffen brengen risico’s en forse

investeringen met zich mee. Wanneer u niet de vereiste kennis in huis heeft

of liever de ‘focus on your profession’ legt, is uitbesteden een voor de hand

liggende keuze. Safety is our profession. Wij leveren de specialist die u de

zekerheid geeft die nodig is. In Van den Anker vindt u een partner die uw

vertrouwen waarmaakt. Naast onze logistieke diensten biedt ons transport- en

kennisnetwerk u grote voordelen.

COT bv Jan Tademaweg 40 2031 CV HAARLEM T 023 - 531 95 44 F 023 - 527 72 29 E [email protected] I www.cot-nl.com

Centrum voor Onderzoek en Technisch advies

Uw partner voor onafhankelijk onderzoek en testen van coating producten en/of systemen. □ Onderzoek en testen van coatings □ Corrosie testen □ Qualicoat, Qualanod en Qualisteelcoat □ Onderzoek en testen van bouwmaterialen □ Trouble shooting □ Printerkeuringen □ COT-kwaliteitswaarborgsysteem □ Beleidsstudies Onze opdrachtgevers zijn o.a. verffabrikanten, kitfabrikanten, printerfabrikanten, oliemaatschappijen, ministeries, consumentenorganisaties, handelsondernemingen, industrie, applicatie en aannemingsmaatschappijen, detailhandel en rechtbanken.

Page 29: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

29 24 - 2012verf&inkt

Fosag - VVVF

VVVF en Fosag:

Winterwerken opnieuw op de kaart zettenDe schildersbranche en de verfindustrie slaan de handen ineen om marktpartijen en overheid te wijzen op onderhouds-projecten in de winter. In de maalstroom van de economische teruggang in de bouw is het winterwerk namelijk ook aan het teruglopen. Hier is strikt genomen geen goede reden voor. Talloze schilders- en vastgoedonderhoudsbedrijven zijn namelijk toegerust om winterwerken concurrerend uit te voeren. ook is de nieuwe 2010-technologie door de verfindustrie in de nieuwe winterverven geïncorporeerd en Nederland kent, net als scandinavië, een complete conditioneringsindustrie, die van kachels tot afschermingen levert. Waar schort het dan aan?

Fosag-voorzitter Ruud Maas: “grote opdrachtgevers voor winterwerken zijn bijvoorbeeld de woningcor-poraties. Maar deze kampen naast enorme financiële problemen ook met een governance-problematiek. Het klinkt bizar, maar een van de gevolgen die wij van onze leden terughoren is dat corporaties minder vaak bereid zijn om een project over de datum van 31 december heen te laten lopen. Verder zien we dat het Kabinetsbesluit van 2007 om schilderwerken bij voorrang in de winter te laten uitvoeren bij rijksgebouwen onvoldoende uitstraalt naar de lagere overheden zoals gemeenten. gelukkig hebben wij daar nu weer po-litieke aandacht voor gekregen.”

VVVF-voorzitter Marlies van Wijhe: “De VVVF is trots op het productengamma voor winterverven van de bedrijfstak, omdat dit gamma illustreert hoezeer technologische innovatie in onze leden zit ingebakken. Winterprojecten moeten weer net zo normaal worden als een paar jaar geleden. Daarom slaan de Fosag en de VVVF de handen ineen.”

Niet alleen de rijksoverheid is overtuigd van de vele voordelen van winterprojecten. Winterprojecten leiden ook tot opti-malisering van de interne tijd- én kostendruk bij de opdrachtgeversorganisatie. Een bekend voorbeeld is het afvlakken van telkens terugkerende periodes van piekbelasting binnen de opdrachtgeversorganisaties. De projecten hebben schildersbe-drijven geleerd om nog betere voorspellingen voor planning en kwaliteit te leveren, waardoor winterprojecten regelmatig goedkoper zijn. Een bekend voorbeeld is geen of minder tijd- en productiviteitverlies om reden van weerwisselingen en een constantere kwaliteit door beter geconditioneerde werkomstandigheden. In het verleden werd vaak ook nog het belang ge-noemd van maatschappelijk verantwoordelijk actief zijn. De opdrachtgever draagt met winterprojecten bij aan het voorkomen van seizoenswerkloosheid en is dus maatschappelijk betrokken. Beide voorzitters concluderen: één ding is zeker, winterpro-jecten moeten opnieuw op de kaart worden gezet zodat opdrachtgevers opnieuw de vele voordelen herkennen.

Page 30: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

gekleurd verleden

Op de route van tramlijn 1 tussen Den Haag en Delft, halfweg het traject langs de Vliet naar de Prinsenstad, heet één van de halten simpelweg ‘Verffabriek.’ Op Rijswijks grondgebied gelegen, bevindt deze halte van de Haagse Tramweg Maatschappij (HTM) zich pal voor een bedrijfsterrein bij Klein Kraaijenburg, waar-op nog van alles wordt ondernomen. Maar geen tast-baar spoor meer van een, laat staan dé ‘verffabriek.’ Aan welke verffabriek heeft de tramhalte zijn naam ontleend? Wat voor verf werd er gemaakt?

De tramlijn tussen Den Haag-Delft bestaat al jaren. Reed vanaf 1887 tot in de jaren twintig van de twin-tigste eeuw op stoom en is daarna op elektriciteit overgegaan. Op het aanpalende bedrijfsterrein weet iemand met stelligheid te melden dat de halte zijn naam te danken zou moeten hebben aan verffabriek R.F. Reuter & Zoon. In archieven, onder meer in die van het Gemeentelijk Archief in Delft, duiken echter meerdere namen op van verfgerelateerde bedrijven in combinatie met de locatie Delftweg in Rijswijk. ‘Fa-brikant’, F.A.W. Gelder, ‘wonende te Vrijenban’ (Delft) vraagt de gemeente Rijswijk bijvoorbeeld al in 1881 “de fabriek Kraaijenburg tot heden gebruikt als sui-kerraffinaderij” te mogen inrichten tot “een fabriek van Chemische Verfwaren en daaraan verwante artike-len.” En om in datzelfde perceel op te mogen richten “een bergplaats voor benzine en terpentijn.” Of het daarvan is gekomen, is niet bekend. Andere namen die rond diezelfde periode opduiken in combinatie met de locatie Delftweg zijn nog de ‘Delftsche Loodwit en Verffabriek te Rijswijk’ en de ‘Naamloze Vennootschap Fabriek van Chemisch Bereide Verf Kraaijenburg’ ook wel ‘NV Rijswijkse Stoomverffabriek’ genoemd. Waar-uit geconcludeerd kan worden dat meerdere verffa-brieken zouden kunnen schuilgaan achter de tram-halte ‘Verffabriek.’ Hetgeen verder niets afdoet aan de

30

bedrijfshistorie van verffabriek ‘Reuter & Zoon’ met de Delftweg langs de Vliet als oorspronkelijk thuishonk.

K o k e n v a n o l i ë nR.F. – Reinhard Friederich – Reuter vraagt in februari 1906 bij de gemeente Rijswijk een vergunning aan voor een ‘Stoomketel en inrichting voor het koken van oliën en het stoken van lakken en vernissen in sectie F nr. 916.’ Dat is aan de Delftweg gelegen. En die vergunning wordt ook verkregen! “Op het genoemde perceel bevindt zich een gebouw geheel van steen met ijzeren binten en ijzeren overkapping”, zo luidt de omschrijving. “De bedoeling is hier een inrichting te hebben voor het koken van oliën en het stoken van lakken en vernissen. De fornuizen zijn

van steen en ijzer, de rook wordt afgevoerd door gemet-selde schoorstenen. De bereiding der lakken, vernissen en oliën geschiedt in ketels welke hangen in gemetselde fornuizen. Deze fornuizen zijn evenzo ingericht als die waarop de boer zijn veevoerder kookt.” Dat fabrikant Reuter toestemming krijgt, wordt bevestigd in een schrij-ven van de ‘Rijkstoezicht op Fabriek en Werkplaatsen’ die in een brief aan de gemeente Rijswijk in maart 1906 laat weten dat de inrichting voldoet aan ‘de eisen krachtens artikel 6 van de Veiligheidswet.’

S p e u r t o c h tZouden er nog leden van de familie Reuter zijn die van de hoed en de rand weten? Een speurtocht op Internet levert een paar treffers op, die waarachtig leiden tot, zo blijkt, een nazaat van de oprichter van de fabriek. Deze Rein J. Reuter (1944), gepensioneerd scheeps-werktuigkundige, durft er echter niet de hand voor in het vuur te steken dat de tramhalte zijn naam daad-werkelijk te danken heeft aan de fabriek van zijn fa-milie. “Want”, zegt hij veiligheidshalve, “wat is zeker in deze wereld?” Maar dat het bedrijf langs de Delft-weg is gevestigd geweest, staat zo vast als een huis. Het fabrieksgebouw met daarbij ook huizen voor de oprichter en familie lagen volgens zeggen ‘middenin de weilanden aan de Schie.’ “Als kinderen kwamen we vanuit Rijswijk aan de overkant van de Vliet heel vaak aan de Delftweg, omdat daar nog familie van ons woonde tot ergens in de jaren zestig van de twintigste eeuw. Halte Verffabriek kennen we dus als geen ander. Een van onze tantes is bij een ongeluk met de tram he-laas een deel van haar arm kwijtgeraakt!”

R e l a t i e m e t D e l f tVerffabriek Reuter & Zoon (grondgebied van Rijswijk, maar post en telefoon op naam van Delft) is in de loop der jaren vanuit Rijswijk naar het nabijgelegen Delft

Wat gaat er schuil achter tramhalte

Verffabriek?

Nederland telde ooit honderden verffabrieken en am-bachtelijke verf- en inktmakers: van kleinschalige familiebedrijven tot robuuste ondernemingen met in-dustriële potentie. ‘Kleurrijk Verleden’ gaat terug in de tijd en verhaalt op basis van fragmenten uit de rijke geschiedenis van de Nederlandse verf- en inktindus-trie. In deze aflevering: verffabriek R.F. Reuter & Zoon uit Delft-Rijswijk.

KLEuRRIJK VERLEDEN

Tramhalte Verffabriek met eigen bord (zie ook inzet) langs de Delftweg aan de Vliet/Rijn-Schiekanaal anno 2012 (foto: Mediamiek).

Page 31: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

gekleurd verleden

31 24 - 2012verf&inkt

fabriek’ met ‘concurrerende prijzen en uitstekende kwaliteiten.’ In ‘Zuid-Hollands nijverheid in beeld’ (1920) wordt het daarin met foto geportretteerde be-drijf omschreven als ‘Fabriek van Lakken – Vernissen – Standolie – Siccatief – Japanlakken – Vernisverven – Scheepshuid- en Industrieverven.’

D u i t s e r o o t sDe verffabriek zou rond 1900 vanuit Amsterdam naar de Geestbrugkade in Rijswijk zijn verhuisd. Er werd rond die tijd midden in de weilanden een nieuwe fabriek aan de Delftweg gebouwd met woonhuizen, waarin leden van de familie Reuter zijn gaan wonen, onder wie de oprichter R.F. Reuter en diens zoon de ‘lakstoker’ Wumbke Reinhard Gottlieb met zijn gezin. Wumke was vader van zes kinderen, onder wie Reins vader, naamgenoot van de oprichter. De oorsprong van verffabriek Reuter gaat terug naar het jaar 1884, waar-in R.F. Reuter senior (1834-1917), van Duitse komaf, in Amsterdam een fabriek opricht: Firma Röcpke & Reuter met Lauriersgracht 114 als adres. Medefirmant

verhuisd. Nieuwe locatie: Coenderstraat. Dat de in de Prinsenstad geboren, maar in Rijswijk opgegroeide ‘achterkleinzoon van de oprichter’ niet alles van de bedrijfshistorie weet, is voor te stellen. Toen zijn eigen vader Rein Reuter de fabriek in de Coenderstraat in de jaren dertig vaarwel had gezegd, moest hij zelf nog geboren worden. Zijn vader ging op aanraden van zijn vrouw bij een andere verffabriek in loondienst werken, omdat de eigen verffabriek niet meer rendeerde. Hij werd bedrijfsleider bij de Fabriek van Compositieverven van de Delftse familie Stoutjesdijk. Dat was een vooral in scheepsverven gespecialiseerd bedrijf, waarmee de fa-milie Reuter al sinds jaar en dag had samengewerkt als toeleverancier. “Thuis heeft mijn vader verf nooit gepro-pageerd”, vertelt Rein over zijn eigen vader die overleed toen hij achttien was. “Wel mocht ik vaak mee om verf te bezorgen. Zodoende zag ik veel scheepswerven. En mooie schepen, tot in de machinekamer. Mede daardoor ben ik gaan varen en ben ik machinist geworden.”

L o c a t i e D e l f t w e gVolgens Rein heeft zijn vader ‘tot ergens achter in de jaren dertig van de vorige eeuw’ verf gemaakt onder eigen naam. Hoeveel mensen in het familiebedrijf daarmee hun boterham verdienden, weet hij niet. Thuis hoorde hij wel regelmatig de naam Brinkman vallen.Deze Brinkman heeft net als zijn vader eind jaren der-tig de overstap gemaakt naar de Delftse Fabriek van Compositieverven. Dat de verffabriek ‘Reuter en Zoon’ aan de Delftweg naast lak en vernis ook stopverf en verf op basis van lijnolie moet hebben gemaakt, kan opgemaakt worden uit oude vergunningaanvragen. In 1929 vervingen elektromotoren een ‘locomobiel’ die dienst deed als ‘krachtwerktuig voor 4 verfmachines, zijnde 1 stopverfmolen, 2 mengmachines, 1 verfwals en 1 kollergang.’ In die jaren omschrijft het bedrijf zich in het eigen briefhoofd als ‘Delftsche Vernis- en Verf-

G. Röckpke trok zich echter vóór 1894 terug. Rond de eeuwwisseling verhuizen de Reuters naar Rijswijk, waar ook de zoon van de oprichter – Wumbke Reinhard Gottlieb Reuter (1868-1923), eerst nog ‘lakstoker’ van beroep – actief in de fabriek gaat meewerken. Deze latere ‘fabrikant’ Reuter was ‘een onzer bekendste ingezetenen’, meldt het Haagse dagblad het Vader-land bij zijn overlijden in september 1923. Volgens de krant stelde hij belang ‘in alles wat de publieke zaak in onze gemeente betrof.’ Verder was hij bestuurslid van verschillende verenigingen,‘uiterst actief lid bij verkiezingen voor de Liberale Unie’ en ‘werkzaam pro-pagandist van de vereniging voor Vrijzinnig Hervorm-den.’ Reins eigen vader – Rein(hard) F. Reuter ‘junior’ (1898-1963) – was ook een verenigingsman. Onder meer (ere)voorzitter van voetbal- en cricketvereni-ging Concordia in Delft, waar vandaag de dag nog altijd ‘zijn’ verenigingsyell wordt gescandeerd als er wat te vieren valt.

T e k s t : A n t o n S t i g

kLEURRIJk VERLEDEN

Nazaat Rein Reuter vond nog een foto van de fabriek langs de Delftweg met toen nog zichtbaar een afdeling ‘Japan-lakken.’

Briefhoofd van de verffabriek uit vervlogen jaren.

Links ‘lakstoker’ Wumbke Reinhard Gottlieb Reuter met zijn gezin in een gewaad dat volgens zijn familie als overall werd gebruikt. Tweede van rechts zoon Reinhard Friedrich ‘junior’, die het bedrijf later nog zou voortzetten in de Delftse Coen-derstraat (foto’s/illustraties: collectie R. Reuter).

Page 32: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

verf & veiligheid

32

Tientallen bouwvakkers zijn

momenteel aan het werk op het

nieuwe Rotterdam Centraal. De

stationshal, de sporenkap en de

reizigerspassage ondergaan een

ingrijpende metamorfose. Om

de veiligheid voor de reizigers

te vergroten heeft het Belgische

staalconstructiebedrijf Iemants op

de staalconstructie van de nieuwe

stationshal een brandwerende coating

van 32.000 m2 aangebracht van

leverancier International Paint van

AkzoNobel. En de nieuwe spoor- en

perronoverkappingen zijn door de

Belgische firma CSM voorzien van een

drielaagse coating van

60.000 m2 van verffabrikant

Zandleven uit Leeuwarden.

T e k s t : A d r i a a n v a n H o o i j d o n kF o t o ’ s : P r o j e c t m a n a g e m e n t e n

P e t v a n d e L u i j t g a a r d e n

vERf & vEILIghEID

Brandwerende coating verhoogt veiligheid Rotterdam Centraal

Werkzaamheden nieuw vervoersknooppunt in volle gang

het nieuwe Rotterdam Centraal moet uitgroeien tot een belangrijk vervoersknooppunt van regionale en internationale betekenis. Momenteel verwerkt het stationsgebied met 110.000 reizigers per dag evenveel reizigers als de luchthaven Schiphol. Door de aanslui-ting op het Europese net van hogesnelheidstreinen en een aansluiting op de RandstadRail verwacht ProRail dat het aantal reizigers in 2025 zal zijn toegenomen tot 323.000 per dag. Tot grote vreugde van de vooral wat oudere Rotterdammers, die het oorspronkelijke station uit 1957 nog steeds zien als een symbool van de we-deropbouw, hebben de architecten een aantal karakte-ristieke onderdelen of replica’s in het nieuwe ontwerp verwerkt. Zo komen niet alleen de voormalige klok, maar ook de beeldbepalende oude neonletters ‘Cen-traal Station’, terug aan de noord-of Provenierszijde van het nieuwe station. Daarnaast heeft het bouwteam een aantal duurzame elementen ingebracht. Zo wordt bijna de helft van het glazen dak van de stationsover-kapping voorzien van 10.000 m2 zonnecellen. De cel-len kunnen 340 megawattuur per jaar energie leveren, wat overeenkomt met de energiebehoefte van honderd huishoudens. verder gaat Rotterdam Centraal gebruik-maken van een warmte-koude opslag. Daarbij wordt het grondwater in de zomer gebruikt om het station te koelen terwijl in de winter het opgewarmde water voor verwarming zorgt.

StaalconstructieDe Rotterdammers en de vele tienduizenden reizigers die dagelijks op het station komen, zijn inmiddels al wel gewend aan de overlast en het ongemak dat de aanpassingen met zich meebrengen. het station en de omgeving zijn al jaren een grote bouwput. De eerste werkzaamheden zijn dan ook al in 2005 gestart met de nieuwbouw van het metrostation onder het stati-

onsplein. Daarna werd het tramtracé aan de voorzijde van het oude station verplaatst naar het Weena. ver-volgens is er onder het Weena een nieuwe verkeers-tunnel aangelegd en zijn de metrolijnen aangesloten op het nieuwe metrostation. In 2007 werd een tijdelijk stationsgebouw geopend om de functies van het oude station over te nemen zodat het gesloopt kon worden. Tientallen bouwvakkers zijn momenteel bezig om de nieuwe stationshal, de sporenkap en de reizigerspas-sage klaar te maken voor de verwachte toename van het aantal reizigers. Een van de belangrijkste onder-delen is de staalconstructie van de nieuwe stationshal waarin het Belgische staalconstructiebedrijf Iemants ruim 3.500 ton staal heeft verwerkt. Onlangs werden de acht delen van de constructie door de grootste kraan van Europa omhoog gehesen, zodat de bouw-vakkers konden starten met de isolering en beplating.

Brandwerende coatingDaarvoor was het echter eerst nodig om op het staal een brandwerende coating aan te brengen. Protective coating specialist Ronny van Poppel is hierbij nauw betrokken geweest. vijfendertig jaar geleden begon hij als straler en hulpschilder bij Iemants. vervolgens werkte hij zich op tot schilder en inmiddels is hij ver-antwoordelijk voor de inspecties bij de verschillende projecten van Iemants, het opmaken van verfspeci-ficaties en ondersteuning van de projectleiders. van Poppel volgde onder meer verschillende cursussen bij de International Association for Corrosion Engineers (NACE) en de Society for Protective Coatings (SSPC) in de verenigde Staten. “Tijdens deze tweewekelijkse cursussen leer je alles wat met oppervlaktebehande-ling te maken heeft. hoe kun je bijvoorbeeld het beste stralen? Of wat komt er allemaal kijken bij de keuze voor de juiste coating? Ook leer je verfdiktes en hech-

Page 33: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

verf & veiligheid

33 24 - 2012verf&inkt

tingen inspecteren. Verder is er veel aandacht voor het opmaken van de juiste verfspecificaties voor de klant. De coating voor een windmolenpark op zee stelt im-mers heel andere eisen dan die aan een park op land. Daarom heb ik ook regelmatig contact met verffabri-kanten om op de hoogte te blijven van de laatste ont-wikkelingen op coatingsgebied.”

Hoge eisenDe gemeente Rotterdam stelt volgens hem hoge eisen op het gebied van de brandveiligheid. “Zo is in het bestek voorgeschreven dat er een brandwerende coating moest worden aangebracht. Wij kozen voor de opzwellende coating Interchar van leverancier International Paint van AkzoNobel. Deze coating beschikt over de specifieke ei-genschappen die nodig zijn om de stalen balken bij een brand tegen de hitte te beschermen. De verf zwelt dan op waardoor het even duurt voordat de balken worden aangetast. Reizigers hebben dan genoeg tijd om bij een brand het station te verlaten.” Het is overigens geen een-voudige klus om de coating egaal aan te brengen. “Akzo-Nobel heeft een tabel aangeleverd waarmee wij de dikte van de coating kunnen bepalen. Die is weer afhankelijk van de omvang van de balken en varieert tussen de 400 en

2000 mu. De stalen constructie krijgt straks een houten bedekking, waardoor het schilderwerk aan de balken niet meer zichtbaar is.”Hij benadrukt dat International Paint van AkzoNobel al jaren de huisleverancier is van de Belgische onderne-ming. “Voor verschillende projecten, onder andere in de Parijse kantoorwijk La Défense en het Ferraripark in Abu Dhabi, hebben we gebruikgemaakt van de producten van International Paint. De medewerkers beschikken over de meest actuele kennis op het gebied van de heden-daagse verfsystemen. Bovendien besteedt het bedrijf veel aandacht aan innovatie, waardoor wij onze klanten weer volgens de laatste inzichten op verfgebied kunnen ondersteunen.”

Spoor- en perronoverkappingenDe afgelopen twee jaar zijn vier schilders in België bezig geweest om delen van de staalconstructie met een lucht-spuit van de coating te voorzien. Vervolgens zijn de delen naar Rotterdam getransporteerd, waar ze op de bouwplaats in elkaar zijn gezet en verder zijn afgewerkt. “In totaal heb-ben we in onze schilderloods in België met de luchtspuit 45.000 liter verf aangebracht. En op de bouwplaats nog eens 3.500 liter met de kwast”, aldus Van Poppel.

Een ander belangrijk onderdeel van Rotterdam Centraal zijn de nieuwe spoor- en perronoverkappingen. Daarvoor is volgens projectmanager Harry Follon van de Belgische staalconstructeur CSM in totaal 4.000 ton staal gebruikt. “De staalconstructie is voorzien van een drielaagse coa-ting, waarvan we er twee in onze eigen werkplaats hebben aangebracht en één op de bouwplaats. Na het staalstralen volgt een zinkrijke epoxy, gevolgd door een sealer en een eindlaag van in totaal 240 mu. Alles bij elkaar gaat het om ruim 60.000 m2 verf. Daarvoor hebben we verffabrikant Zandleven uit Leeuwarden gekozen. In de eerste plaats omdat hun producten aan de gestelde eisen voldoen. Bovendien was de verf gunstig geprijsd en werken we al jaren naar volle tevredenheid met Zandleven samen. Het bedrijf heeft eigen laboratoria in Nederland en Duitsland waar nieuwe applicaties uitvoerig worden getest.”

Nieuw meubilairDe werkzaamheden aan het nieuwe Rotterdam Centraal verlopen voorspoedig. Als alles volgens plan verloopt zijn de nieuwe stationshal en sporenkap in 2013 gereed. Ook de nieuwe inrichting van de perrons moet dan zijn afge-rond. ProRail maakte onlangs bekend ruim 125 miljoen euro te investeren in nieuwe banken, wachtruimten en windschermen op verschillende stations in ons land. Veel banken en afvalbakken zijn immers al meer dan twintig jaar oud en dringend aan vervanging toe. Nieuw is de poef van het Bossche bureau Blom&Moors waarop reizi-gers kunnen wachten. Door een ritmische en symetrische opstelling van meubilair en de toepassing van koele kleu-ren krijgt ook het perron een heldere en frisse uitstraling, stellen de Brabantse ontwerpers op hun website. Op het voorplein van Rotterdam Centraal valt voor de verfindus-trie weinig eer te behalen. Dat is namelijk volledig van natuursteen en bevat geen objecten waar verf aan te pas komt. •

VERF & VEILIgHEID

Page 34: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

34

Coatings die zichzelf repareren: deze zomer met trots gepresenteerd door

onderzoekers van de TU Eindhoven. Vooral de toepassing in de autolakindustrie

zou veelbelovend zijn. Maar hoe nieuw is nieuw in dit geval? Bestaan er al niet

lang zelfherstellende autolakken? Guus Winkelman, commercieel directeur bij

Valspar, geeft antwoord.

T e k s t : M a r l o e s H o o i m e i j e r F o t o : P e t v a n d e L u i j t g a a r d e n

gaan produceren. Die nanolak wordt inmiddels alom gebruikt bij kleine schades en voor spot repairs, waarbij je niet meer een heel autoscherm hoeft te behandelen om de aangedane plaats onzichtbaar te repareren.”

Dus de ontdekking van de TU/E is niets bijzonders?“Ja, toch wel, want zij onderzoeken coatings op basis van nanosteeltjes. De nanodeeltjes in onze blanke lak zijn anders van samenstelling. De TU beweert dat hun nanocoating niet alleen een sterk zelfherstellend, maar

VErf & innoVaTiE

nieuw onderzoek naar zelfherstellende coating

Nanolak poetst vuil en kras

vanzelf weg

ook een zelfreinigend vermogen heeft. Dat zou natuur-lijk prachtig zijn: dat je je auto in plaats van eens per maand nog maar eens per zes maanden door de was-straat hoeft te halen. ”

Er zijn twee grote verffabrikanten bij het TU-onderzoek betrokken. Is Valspar daar één van?Winkelman (de glimlach verraadt misschien iets - of toch niet?): “Valspar behoort tot de tien grootste verf- en lakproducenten van de wereld en is een amerikaans bedrijf. in de berichtgeving over het onderzoek staat dat het om twee nederlandse partners gaat, dus… Het is hoe dan ook belangrijk dat de kennis straks met de gehele industrie wordt gedeeld. Uiteindelijk gaat het om commerciële toepasbaarheid op de markt, maar wel graag in een situatie van gelijkwaardige concurrentie. al mogen de twee betrokken bedrijven best een kleine voorsprong krijgen. Momenteel schijnt het Dutch Poly-mer institute – als medefinancier van het onderzoek – patent op de kennis te hebben, maar in het algemeen verlopen patenten na verloop van tijd en komt de tech-nologie vrij beschikbaar.”

Lange ademDe onderzoekers zeggen nog zes tot acht jaar nodig te hebben om hun onderzoek te voltooien. “De voorlopige resultaten uit het onderzoek - zelfherstellend en zelf-reinigend - moeten nog in de praktijk worden bewezen.

(On)schadelijkheid nano niet aangetoond

afgelopen voorjaar werden de resultaten gepre-senteerd van een onderzoekspilot naar het ge-bruik van nano in de verf- en drukinktinustrie. Het eindrapport concludeert dat gegevens die nodig zijn voor risicobeoordeling van verf met nanoma-terialen schaars zijn. Daarom meent de VVVf dat ‘verf- en drukinktfabrikanten die grondstoffen van nanogrootte gebruiken dit moeten doen onder beheerste condities, bijvoorbeeld in gesloten sys-temen of met gebruik van afdoende persoonlijke beschermingsmiddelen. Zij zouden een op nano-deeltjes gerichte risico-inventarisatie en -evalu-atie (ri&E) dienen uit te voeren.’

nanotechnologie, het blijft nogal abstract, vindt com-mercieel directeur Winkelman van Valspar nederland in Lelystad (voorheen De Beer Lakfabrieken). Maar hij maakt graag de vertaling naar zijn branche van au-toreparatielakken. Want daar gaat het om bij dit soort ontwikkelingen: de praktische toepasbaarheid. “infor-matie over nanotechnologie is bij consumenten geen dagelijks thema; de gemiddelde consument weet het verschil niet tussen autolak en bijvoorbeeld huisschil-derverf. Ze krijgen pas interesse in het onderwerp als ze er zelf direct voordeel bij hebben.”

En wie kent niet die buurman - of is zélf die buurman - die in het weekend zijn auto al wrijvend van minus-cule wasstraatkrasjes probeert te ontdoen? Dat is straks misschien verleden tijd als de auto is voorzien van een zelfherstellende laklaag. Winkelman: “Zolang die kras-jes zich tot de primer beperken, is er niet zo veel aan de hand, maar uit esthetisch oogpunt willen consumenten de krasjes toch liever weg hebben.”Een paar jaar geleden kwamen diverse autofabrikanten al met een zelfherstellende blanke lak op hun auto’s. De meeste krasjes zitten immers in de blanke-laklaag en niet in de kleurlaag. Dat nieuws had volgens Winkelman direct gevolgen voor zijn branche. “automobilisten die een deuk in hun auto reden, wilden natuurlijk wel dat bij reparatie weer een soortgelijke lak werd gebruikt. Vanaf dat moment zijn ook wij blanke lak met nanomaterialen

Page 35: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

35 24 - 2012verf&inkt

Maar vooralsnog is er geen wetgeving die de industrie hiertoe aanzet, zoals bij de overgang naar watergedra-gen lakken?“Dat kan nog komen. Als deze technologie maakt dat er straks nog maar 100.000 in plaats van vijf miljoen auto’s per maand worden gewassen, kan de politiek deze tech-nologie vanuit milieuoogpunt willen bevorderen.”

Als het veilig genoeg wordt bevonden?“Ja, dat is natuurlijk wel een punt. Ik weet niet of de Eindhovense onderzoekers ook naar veiligheidsrisico’s kijken. Als dit soort technologieën straks grootschalig wordt toegepast, de norm wordt, vind ik het een verant-woordelijkheid van de overheid en het bedrijfsleven om dat goed te onderzoeken. Bedrijven binnen de verfin-dustrie zijn zich zeker bewust van hun verantwoorde-lijkheid en doen er alles aan om veiligheidsrisico’s zo veel mogelijk uit te sluiten.Voordat wij met nano blanke lak gingen werken, hebben we eerst zelf onderzocht welke risico’s dat voor ons als productiebedrijf kon opleveren en welke maatregelen er nodig waren. Binnen Valspar heeft veiligheid een zeer hoge prioriteit. Net als de VVVF hebben wij gecon-cludeerd dat persoonlijke beschermingsmiddelen nodig zijn. Bij het produceren van de huidige nano blanke lak-ken dragen onze medewerkers altijd beschermings-handschoenen en -kappen.”

En hoe zit het met de prijs? De onderzoekers zeggen dat de prijs vergelijkbaar kan zijn met die van huidige producten.“Daar zet ik mijn vraagtekens bij. De kostprijs van onze huidige blanke lak met nanomaterialen is aanzienlijk hoger dan lakken zonder nanotoevoeging. De inkoop van grondstof waar nano in zit, is duurder. Als nano op termijn massaal wordt toegepast door verschillende in-dustrieën, kan het misschien goedkoper worden.”

Betekent het geen hap uit jullie omzet als autolakken zichzelf gaan repareren?“Laten we nu eerst maar de verdere ontwikkelingen afwachten. Onze huidige blanke lak met nanomateri-alen is slechts een klein gedeelte van onze afzet. Veel consumenten laten kleine krasjes op dit moment nog niet repareren. Maar als een nieuwe technologie meer of andere mogelijkheden gaat bieden, zal Valspar zich zonder twijfel onder de aanbieders scharen. Overigens zal een deuk of schade aan de carrosserie altijd gere-pareerd dienen te worden en in veel gevallen moeten worden overgespoten.” •

VErF & INNOVAtIE

En als dat bewijs er straks ligt in de vorm van een con-creet product, moet de hele keten - van grondstofle-verancier tot producent tot reparateur - nog overscha-kelen, ervaring opdoen met het nieuwe product. Daar is ook weer tijd voor nodig. Je kunt het vergelijken met de overgang van solvent naar watergedragen lakken, des-tijds een initiatief van overheid en industrie. We hebben toen één-op-één met onze klanten gesproken over de veranderingen. Dat zal ook het geval zijn als we eventu-eel overschakelen op nanotechnologie.”

Tovercoating

De zelfherstellende coating die de tU Eindhoven heeft ontwikkeld, maakt gebruik van speciale na-nosteeltjes. De nanosteeltjes worden door de coa-ting gemengd en richten zich op zodra het buiten-oppervlak beschadigd raakt. Bijvoorbeeld als de lak van een auto door een sleutel of tak wordt bekrast. De steeltjes willen in contact blijven met de lucht en hierdoor herstelt de lak zich van binnenuit en is de auto weer als nieuw. Een beperking van de nieu-we technologie is dat het zelfherstellend vermogen alleen werkt bij ondiepe krassen, die niet volledig door de coating heen gaan.

Nooit meer autowassen

Onderzoekers van de technische Universiteit Eind-hoven (tU/E) hebben een coating ontwikkeld met ‘functionaliteit aan het buitenoppervlak die vanzelf herstelt na beschadiging.’ Potentiële toepassingen ervan zijn volgens de onderzoekers legio. Ze den-ken aan mobieltjes waar nooit een vingervlek op komt, auto’s die nooit gewassen hoeven worden en aan vermindering van het aantal overschilderbeur-ten voor vliegtuigen, aldus de onderzoekers.Functionele coatings, die bijvoorbeeld sterk wa-terafstotend of antibacterieel zijn, hebben op hun buitenoppervlak moleculaire groepen, op ‘steeltjes’ van nano-afmetingen, die zorgen voor deze speci-ale eigenschappen. Maar die moleculaire groepen gaan door lichte aantasting van het oppervlak (zo-als krasjes) al snel verloren. En daarmee ook hun werking. Dat beperkt de mogelijkheden van deze coatings tot nu toe sterk. Onderzoekster Catarina Esteves van de faculteit Scheikundige technologie van de tU Eindhoven en haar collega-onderzoekers hebben daar een oplossing voor gevonden. Ze ont-wikkelden oppervlakken met speciale steeltjes, met aan de uiteinden de functionele chemische groepen. Deze mengen ze door de coating. Wanneer het buitenste laagje eraf gekrast wordt, richten de steeltjes in de onderliggende laag zich vanzelf weer op uit het materiaal, waardoor de functie herstelt. De vinding kan van groot belang zijn voor allerlei toepassingen, aldus de onderzoekers. Zo wordt het mogelijk om een auto blijvend zelfreinigend te maken, met een sterk waterafstotende coating: de druppels rollen van de lak af en nemen het vuil mee. Een regenbui volstaat dan voor een schone auto, waarop bovendien geen krasjes te zien zijn. Op een soortgelijke manier kunnen mobieltjes, zonnepane-len en vliegtuigen permanent schoon blijven, met alle denkbare positieve gevolgen.Onderzoekster Esteves en haar team gaan de vinding nu verder ontwikkelen in samenwerking met andere universiteiten en industriële partners. Ze verwach-ten dat de eerste coatings binnen zes tot acht jaar productierijp zullen zijn, voor prijzen die vergelijk-baar zijn met de prijzen van huidige coatings. Voor meer informatie: dr. Catarina Esteves ([email protected], 040 247 3034) of weten-schapsvoorlichter Ivo Jongsma ([email protected], 040 247 2110, 06 4194 2160).

Page 36: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

36

vvvf verenigingsnieuws

“Het komt met regelmaat voor dat een bedrijf zijn producten verlieslijdend verkoopt, zonder dat het daarvan weet heeft.”

niet echt een geruststellende uitspraak in businessblad feM van ruud schmeink (Marketredesign Consulting).

Op 7 november spreekt hij op een ledenbijeenkomst van vvvf en vLK over strategisch prijsbeleid.

vvvf organiseert bijeenkomst over strategisch prijsbeleid

Omzet = Hoeveelheid x ?

producten en klanten het risico om het zicht op hun prijzen kwijt te raken. Of, zoals Pille het zegt: “Ze lij-ken een mooie prijs te hanteren, maar toch vervliegt de winst, doordat hoge verkoop-, servicekosten of nadelige leverings- of betalingsvoorwaarden niet in de prijs zijn meegenomen.” Tijdens de bijeenkomst zal schmeink een aantal goede voorbeelden beschrijven van industriële be-drijven die aan de slag zijn gegaan met hun prijspo-sitionering. Daarna kunnen deelnemers aan de hand van smeinks model een snelle zelf-assessment doen om te kijken of prijs en marge te verbeteren zijn. Pille: “uiteraard zullen we het niet hebben over prij-zen van individuele bedrijven.” Tot slot, voor wie nog twijfelt om te komen, een citaat van schmeink in businessblad feM: “Het gaat erom op een slimme manier onlogische kortingen te corrige-ren. Daarmee kan een bedrijf winstverbeteringen van 5 tot 20 procent realiseren.” •

InformatieDatum: woensdag 7 november 2012Plaats: AC utrecht De MeernTijd: 13.30 – 17.00 uurPrijs: gratis voor vvvf-ledenAanmelden: stuur een e-mail aan [email protected] informatie: Ledennet

Omzet = prijs x hoeveelheid. Maar waarom richten veel bedrijven zich vooral op afzet en veel minder op een gezonde prijsstelling? vaak geldt dat de prijs het resultaat is van scherpe onderhandelingen met (po-tentiële) afnemers. Om grote orders binnen te halen, zijn bedrijven bereid met de prijs te stunten. Maar op termijn komen ze vaak helemaal niet uit met deze prijs. Ook de veel gehanteerde kostprijsplusmethode wordt lang niet altijd even tactisch en strategisch toegepast. Directeuren, marketing- en salesmanagers die zich afvragen of hun prijsstelling wel tactisch en strate-gisch is, kunnen op 7 november gratis deelnemen aan de ledenbijeenkomst die vvvf en vLK hierover houden. Cees Pille, organisator namens de vvvf: “we willen de nieuwste inzichten op dit gebied delen met onze leden, zodat zij de juiste prijzen weten te berekenen en zichzelf niet in de vingers snijden.”

Snelle zelf-assessmentvolgens schmeink, zelf in het verleden verantwoor-delijk voor prijsverbeteringsprojecten bij DsM en Linde gas, lopen bedrijven met veel verschillende

Page 37: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

37 24 - 2012verf&inkt

Onlangs sloot Eco-Point uit Halste-ren zich aan bij de VVVF. Het nieuwe lid noemt zichzelf ‘een innovatieve groep van bedrijven die zich bezig-houden met ontwikkeling, productie en marketing van onderhouds- en reinigingsmiddelen’. Het bijzondere schuilt in het uitsluitende gebruik van herwinbare grondstoffen: ecolo-gisch verantwoorde alternatieven als sinaasappelen, kokosolie, maïs en suikerbieten in plaats van traditionele oplosmiddelen. Het ruim twintig jaar oude bedrijf kwam in contact met de

VVVF VErEnigingsniEuws

VNCI VeiligheidsdagDe Vereniging van de nederlandse Che-mische industrie (VnCi) houdt op 27 september 2012 de Veiligheidsdag ‘Vei-ligheid Voorop’. De dag is in het bijzon-der bedoeld voor BrZO-bedrijven.

BrochuresVnO-nCw, MKB-nederland en LTO-ne-derland hebben de brochure ‘nederland moet het weer gaan verdienen’ en de brochure ‘nederland leeft van Europa’ uitgebracht. Ze willen het belang van Europa hierbij in kaart brengen.

VVVF tijdens procesanalyses naar de markt van ontvettingsmiddelen voor in eerste instantie de scheepvaartin-dustrie.inmiddels heeft Eco-Point bio-based producten die voor allerlei opper-vlaktebehandelingen gebruikt kunnen worden.Oprichter en directeur-eigenaar van Eco-Point is Ferry samuels. “Een vi-sionair”, aldus general manager wim serno, die samen met sales managers John scheepers en Arnold Veenstra de dagelijkse leiding voor zijn rekening

neemt. Eco-Point produceert in Hal-steren en heeft verkoopvestigingen in Duitsland, België en Engeland. Afgelopen voorjaar werd een pro-ductievestiging in China geopend. Eco-Point telt 45 medewerkers en le-vert vrijwel uitsluitend aan bedrijven. wim serno hoopt dat aansluiting bij de VVVF zal leiden tot uitwisseling van kennis met de organisatie en collega-lidbedrijven.

Eco-Point nieuw lid van de VVVF

4

Page 38: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

38

Workshop Pricing MethodesLeden van de VVVF en VLK kunnen deel-nemen aan de workshop Pricing Metho-des op 7 november 2012. Door het ge-bruik van geavanceerde prijsmethodes en -technieken kunnen marketing- en salesorganisaties de winstmarge van een bedrijf optimaliseren.

Website VeiligmetVerf.nlSinds 3 september 2012 is het voor ge-bruikers van verf mogelijk om snel en makkelijk VeiligheidsInformatieBladen (VIB’s) en WerkplekInstructieKaarten (WIK’s) van verfproducten te downloa-den via www.VeiligmetVerf.nl. De VIB’s en WIK’s geven gebruikers van verf informatie over het veilig werken met verfproducten van verschillende leve-ranciers.

Factsheet CE-MarkeringDe VVVF heeft de factsheet CE-Markering gepubliceerd op de ledensite. CE-marke-ring is het initiatief van de EU om meer transparantie te krijgen over de kwaliteit van producten in brede zin. Dit wordt de ‘Nieuwe Aanpak’ genoemd. CE staat voor Conformité Européenne. De Nieuwe Aan-pak is van toepassing voor een groot aan-tal productgroepen. Voor de verfindustrie zijn vooral de bouwproducten van belang.

VVVF VErENIgINgSNIEUWS

Factsheet BRZODe VVVF heeft de factsheet BrZO (Be-sluit risico’s Zware Ongevallen) gepu-bliceerd op de ledensite. De factsheet geeft informatie over de ontwikkelin-gen betreffende de externe veiligheid (BrZO, BEVI, rEVI). Of een bedrijf onder het BrZO valt, wordt bepaald door de hoeveelheid gevaarlijke stoffen die op het terrein van het bedrijf (de inrich-ting) aanwezig zijn. (BEVI staat voor Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen en rEVI voor regeling Externe Veilig-heid Inrichtingen.)

Nieuw CAO–boekjeIn het najaar van 2012 zal het CAO-boek-je voor de bereide verf- en drukinktin-dustrie (1 april 2012 - 31 mei 2013) be-schikbaar worden gesteld aan de leden. Meer informatie hierover volgt op de VVVF-ledensite.

Onderzoek naar nanomateriaal De Europese Commissie heeft het ini-tiatief genomen tot het instellen van een onderzoek naar de blootstelling aan nanomateriaal en nanotechnologie in het algemeen op de werkplek. Mede aan de hand van de resultaten van dit onderzoek zal vervolgens worden na-gegaan of de relevante Europese wet-geving dient te worden aangepast en of het ontwikkelen van handleidingen voor het veilig gebruik van nano nood-zakelijk is.

De VVVF en FOSAg organiseren een net-werkbijeenkomst ‘Duurzame verf & on-derhoud!’ op 24 oktober 2012 van 13.00 tot circa 14.00 uur tijdens de SgA Dagen in gorinchem. Tijdens de bijeenkomst worden de laatste ontwikkelingen op het gebied van duurzaam vastgoedon-derhoud gepresenteerd aan de hand van een aantal concrete voorbeelden. Daarnaast zal naar verwachting de of-

VVVF-FOSAG Netwerkbij-eenkomst ‘Duurzame verf

& onderhoud!’

IncassokostenPer 1 juli 2012 is een besluit over buiten-gerechtelijke incassokosten in werking getreden. De wetgever heeft geoordeeld dat de vorige wetgeving te veel onzeker-heid gaf over welk bedrag precies ge-rekend kon worden voor incassokosten. Hierdoor werd in de praktijk met enige regelmaat te veel in rekening gebracht. Het besluit neemt deze onzekerheid weg en beschermt de consument tegen onre-delijk hoge incassokosten. In de nieuwe wetgeving wordt de vergoeding voor incassokosten berekend als percentage van het bedrag dat de schuldenaar aan de schuldeiser is verschuldigd. De VVVF laat de Uniforme Verkoops- en Leve-ringsvoorwaarden toetsen.

OndernemingsdossierHet ondernemingsdossier is een project in het kader van Slim geregeld goed Ver-bonden dat gericht is op verlichting van administratieve lasten. De bedoeling is om samen met de overheid te komen tot een systeem gebaseerd op het delen van informatie om het naleven van de regels makkelijker te maken, zowel voor de on-derneming als voor de handhaving. Kern is het Ondernemingsdossier waarmee een onderneming bepaalde informatie uit de eigen bedrijfsvoering eenmalig beschikbaar stelt aan overheden zoals toezichthouders en vergunningverle-ners. Om de belangstelling te peilen wordt in de komende weken een presen-tatie verzorgd waar enkele VVVF-leden voor zullen worden uitgenodigd.

ficiële ondertekening plaatsvinden van de intentieverklaring ‘Duurzaam On-derhoud’ door de VVVF en FOSAg. De bijeenkomst is onder meer bestemd voor directie en management van (po-tentiële) opdrachtgevers, schilders- en onderhoudsbedrijven, en andere geïn-teresseerden. Voor meer informatie en aanmelding kunt u contact opnemen met de VVVF.

VerpakkingenbelastingDe verpakkingenbelasting verdwijnt per 1 januari 2013. Staatssecretaris Atsma (Infrastructuur en Milieu) en het ver-pakkende bedrijfsleven hebben een overeenkomst getekend waarin dit wordt bevestigd.

Factsheet over regis-tratie van stoffenCefic, DUCC en FECC hebben een fact-sheet gepubliceerd over de registratie van stoffen en de communicatie over het gebruik van deze stoffen in de keten. In de factsheet is onder meer vermeld hoe gehandeld dient te worden als het ge-bruik niet is geregistreerd. Dit is van be-lang voor de tweede registratiefase van rEACh die eindigt op 1 juni 2013.

BiocidenverordeningDe Biocidenverordening is op 27 juni 2012 in het Publicatieblad van de Eu-ropese Unie gepubliceerd. Vanaf 1 sep-tember 2012 is de verordening in alle lidstaten van de EU van kracht.

Green Deal De VVNH wil in samenwerking met de Nederlandse Bond van Timmerfabrikan-ten de vraag naar duurzaam hout struc-tureel vergroten met behulp van een green Deal. In deze overeenkomst met de overheid spreken diverse partijen af om het gebruik van duurzaam hout te vergroten. Met elkaar wordt ernaar ge-streefd om ‘duurzaam hout, de norm in Nederland’ te maken. De planning is om in het najaar van 2012 de green Deal te ondertekenen.

@verfeninkt Volg ons op Twitter

Overzicht evenementen:

24 oktober: Netwerkbijeenkomst Duurzame verf & onderhoud! (gasten op uitnodi-

ging welkom)7 november:

Workshop Pricing Methodes (voor VVVF- en VLK-leden)

14 november: Informatiebijeenkomst rEACh/CLP

(voor VVVF- en VLK-leden)12 december:

VVVF-ledenvergadering (gasten op uitnodiging welkom)

Page 39: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

Caldic levert direct uit voorraad:

Caldic, distributeur in de verf- en drukinktindustrie levert alle ingrediënten die u nodig heeft. Wij vinden samen met de producent de juiste oplossingen op maat.

010 - 7117 268 / 010 - 7117 [email protected] www.caldic.com

It’s time to take control of colour

Als uitzendbureau begrijpen wij heel goed

dat u per direct behoefte kunt hebben aan

versterking. Als het gaat om de flexibele

inzet van arbeidskrachten, bent u bij SWA

aan het juiste adres, want SWA weet van

werken.

Frisse kleuren, frisse krachtenSWA is arbeidsmarktspecialist in de techniek,

dus ook in de inkt & verf-branche. U kunt bij

ons terecht voor uitzending of detachering,

maar ook voor loopbaanadvies, outplacement

en nieuwe instroom via leer/werktrajecten.

Zaken doen met SWA?

Neem contact op met een van onze vestigin-

gen of mail naar: [email protected]

Vestigingen:

SWA Amsterdam (020) 627 81 17

SWA Beverwijk (0251) 27 88 10

SWA Breda (076) 572 21 66

SWA Utrecht (030) 232 61 40

weetvanwerken.nl

Page 40: VVVF Verf&Inkt 24 (september 2012)

Zandvoortstraat 69 1976 BN IJmuiden The NetherlandsT +31 (0)255 510 409 F +31 (0)255 512 801 [email protected] www.hildering.com

COLORCAN laat uw product opvallen in het schapNieuw binnen onze succesvolle COLORCAN-serie is de mogelijkheid om uw blikverpakking te voorzien van

een full colour folie, mat of glanzend. Dankzij de 7 kleurendruk zijn er onbeperkte kleurcombinaties mogelijk,

waaronder alle metaalkleuren. Het folie kan zelfs (deels) transparant gemaakt worden waardoor u op

unieke wijze gebruik kunt maken van de uitstraling van het blik zelf. Ook bij kleine drukoplages maakt

COLORCAN het mogelijk om uw producten in de hoogst denkbare kwaliteit te verpakken.