A vision of splendourEllen Raven en Gerda Theuns-de Boer

In het Na tional Mu seum in New Delhi stond in de eerste maandenvan 2008 de Leidse hoogleraar San skrit en Indische archeologie, Jean Philippe Vogel (1871-1958), centraal in een tentoonstelling dievanuit Leiden werd georganiseerd door Gerda Theuns-de Boer. Zo'n80 originele foto's uit de collecties van de Vereniging van Vriendenvan het Instituut Kern illustreerden Vogel's nauwe betrokkenheid bijhet Indiase erfgoed. Een oogstrelende catalogus Pho to graphic splen -dour: early In dian her i tage views from the Vogel col lec tion, the Neth -er lands plaatst de foto's in een archeologische en fotohistorische con -text. Tentoonstelling en boek werden geheel in Leiden voorbereid. Inde tentoonstelling kon via een uitgekiende selectie ex tra nadruk worden gelegd op Vogels fotografische

documentatie van vroege Islamitische monumenten in Delhi. De catalogusbiedt veel meer illustraties, zo'n 150, en draait om Vogel's werk in In dia bij deAr chae o log i cal Sur vey of In dia.

Su per in ten dent

Vogel promoveerde in 1897 in Am ster dam en werd aansluitend do cent Indischeliteratuur. Omdat hij zijn kennis wildeverbreden, vertrok hij in 1899 naar In dia,waar hij vanaf 1 januari 1901 Su per in ten dentvan de North ern Cir cle werd, met alsstandplaats La hore. Hij had de opdracht demonumentenzorg aan te sturen, debeginselen van de professionele archeologietoe te passen in zijn veldonderzoek, en eenbrede museale ontsluiting te realiseren. Eeneven uitdagende als onmogelijke missie,waarvoor hij per jaar wel 6.000 km te paardrond reisde. Hij werd in zijn werk bijgestaan

door een team van zes mensen, waaronder een tekenaar, een fotograaf en een archeologisch onderzoeker.

Instituut Kern

In 1914 werd Vogel in Leiden hoogleraar San skrit met ruimte om de Indische archeologie te beoefenen. Tien jaarlater, in 1924, richtte hij samen met prof. dr. Nicolaas Krom van de archeologische dienst van Nederlands-Indi deVereniging Instituut Kern op, die werd vernoemd naar Hendrik Kern, de eerste hoogleraar San skrit in Leiden. Hetinstituut was indertijd de eerste onderzoeksinstelling in Europa die zich speciaal richtte op In dia en de regio's dieeen aantoonbare invloed van de Indiase cultuur hadden ondergaan. Vanuit het Instituut Kern begeleidde Vogel tienIndiase en Sri Lankaanse promovendi. Hij verzamelde zo'n 10.000 foto's uit de periode 1870-1940 en startte ooknog een geannoteerde bibliografie, de An nual Bib li og ra phy of In dian Ar chae ol -ogy. Vogel liet bij zijn afscheid in 1939 een indrukwekkend archief achter. In zijnwetenschappelijk werk zette Vogel zijn kennis van het San skrit, de epigrafie ende archeologie van In dia in om de Indiase cultuur te doorgronden. Mede door zijn multidisciplinaire benadering gelden een aantal van zijn publicaties nog steedsals standaardwerken.

In A vi sion of splen dour belicht Gerda Theuns Vogels werkzaamheden voor de Ar chae o log i cal Sur vey.

Hij gaf bijvoorbeeld drie seizoenen leiding aan opgravingen in Kusinagara, de plaats van het

overlijden van Gautama Boeddha. In haar boek belicht Theuns vooral Vogels visie op de vroeg

20e-eeuwse koloniale archeologie en de rol van de fotografie daarin. Die visie kon zij ontlenen aan

Vogel's dagboeken, brieven en publicaties, die in het Instituut Kern bewaard zijn gebleven.

VVIK Nieuws

Nieuwsbrief van de Verenig ing van Vrien den van het In sti tuut Kern

Nummer 9 Copyright 2008 VVIK Nieuws Leiden MEI 2008halfjaarlijkse uitgave

A vi sion of splen dour: In dian her i tage

in the pho to graphs of Jean Philippe

Vogel, 1901- 1913

Gerda Theuns-de Boer

Leiden: The Kern In sti tute Col lec tion of

Pho tog ra phy / Ahmedabad: Mapin,

2008. ISBN 9780944142745

Winkelprijs ca. 42. VVIK-leden

betalen slechts 27,50. Verkrijgbaar aan

de balie van de bibliotheek.

Delhi, afschermingswand in de Tasbih Khanavan het Rode Fort (17e eeuw). Fotograaf Jo -seph Beglar, 1871-1880, inv. nr. P-041407,

In deze Nieuwsbrief onder an dere:Epigrafisch werk van J. Ph. Vogel

Nieuwe VVIK publicatie

Promotie Gijs Kruijtzer

Salman Rushdie's Midnight'sChildren

Randstad Agenda

Het Mahabharata beschrijft de familievete die zich ontwikkelt tussentwee partijen binnen het koninklijk geslacht der Bharata's: de vijf Pandava'sen hun neven, de honderd Kaurava's, van wie de boosgezinde Duryodhana de oudste is. De tegenstelling ontaardt in een verschrikkelijke veldslag, diealleen door de Pandava's wordt overleefd. Boek I bevat een uitvoerigeinleiding, die voornamelijk gewijd is aan de omstandigheden waaronder hetepos voor het eerst is overgeleverd, en aan de genealogie van dehoofdpersonen. Dit 'Boek van het be gin'vormt een eenheid op zich, eenwonderbaarlijk geheel van verhalen,religieuze motieven, gedichten en folk lore.Het epos is in de eeuwen rondom het be ginvan onze jaartelling (naar schatting tussen400 v. Chr. en 400 na Chr.) gedicht in eenietwat gepopulariseerde vorm van San skrit.

Het epos werd in de oude tijd doorverteld door beroepsvoordragers. Hetvoordragen was toentertijd een ambacht dat van vader op zoon placht over te gaan.Later namen brahmanen hun plaats in. In de trant van deze traditie heeft TeunGoudriaan in 2001 een voordracht gehouden voor de leden van de Vereniging vanVrienden van Instituut Kern waarbij hij een selectie van zijn Nederlandsesamenvatting van boek I op inspirerende wijze ten gehore heeft gebracht.

Met de huidige uitgave in de KIM reeks wordt dit werk nu voor een groterpubliek beschikbaar gesteld. Het is een bijzondere en mooie samenvatting. De tekst leest prettig en rustig. Een aantal cruciale of anderszins interessante pas sages zijnniet samengevat maar vrij vertaald in een potische stijl. De samenvatting valt ook op door de Nederlandse vertaling van de meeste eigennamen van personen en geografische begrippen, door de bijzondere woordkeus en door het inhet Nederlands overbrengen van subtiele nu ances, aangegeven door een bepaald San skrit compositum.

De publicatie is te verkrijgen bij de balie van de bibliotheek van het Instituut Kern of bij Barkhuis Pub lish ing via www.barkhuis.nl.

In 1918 Pro fes sor Vogel pub lished an ar ti cle en ti tled "The yupa in scrip tionsof King Mulavarman, from Koetei (East Bor neo)", in the Bijdragen of theKITLV. These four stone yupas date back to the 4th cen tury A.D. and they are ofut most im por tance for the study of early con tacts be tween In dia and South eastAsia. Vogel's trea tise dis plays his great learn ing as an epig ra phist in a lin eage ofDutch San skrit schol ars founded at Leiden by Prof. Hendrik Kern.

Vogel's 1918 study came shortly af ter his 1914 con tri bu tion on in scribed sac -ri fi cial posts at Isapur (a sub urb of Mathura) com mem o rat ing large-scale rit ualcel e bra tions. Sev eral more in scribed pil lars of this type have been found in In dia, as listed by a learned pu pil of Vogel, the epig ra phist B.Ch. Chhabra, in his con tri -bu tion to the Vogel fe lic i ta tion vol ume (1947). All South Asian yupas de rivefrom a re stricted area in North west ern In dia cor re spond ing to UP and Rajasthan.Cu ri ously enough the only other known group of in scribed stone pil lars call ingsthem selves yupa co mes from Kalimantan. The script used on the In do ne sian pilars, how ever, con nects them notwith North In dian forms of writ ing, but with the script used un der the South In dian Pallava dy nasty around AD 400.

To Vogel's dis ap point ment, he had not been able to train any of his own com pa tri ots for ser vice in the Ar chae o -log i cal Sur vey of In dia, but an other of Vogel's pu pils, viz., Hans de Casparis, be came a lead ing epig ra phist em -ployed in In do ne sia and ul ti mately teach ing in Leiden. Re gret ta bly ar chae ol o gist-sanskritists of the cal i ber ofVogel, Chhabra and De Casparis, are hardly be ing trained any more now a days, whether in In dia or the West. Nev er -the less, much work still needs to be done on the many new in scrip tions that are be ing dis cov ered in South andSoutheast Asia to this very day.

The Vihagavamsa and yupa in scrip tions: theepigraphical work of J.Ph. Vogel and his pu pils

Arlo Griffiths

Nummer 9 - Mei 2008 Copyright 2008 VVIK Nieuws Nieuwsbrief voor de Vrienden van het Instituut Kern

Yupa in scrip tion of king Mulawarman.OD-15163 VVIK.

Boek I van het Mahaabhaarta 'Hoe

het begon'(Aadiparvan)

samenvatting door Teun Goudriaan

Leiden/Groningen : Kern In sti tute &

Barkhuis 2007

ISBN 978 90 77922 33 0

ISSN 0924-0861

Kern In sti tute Mis cel la nea 12

Prijs in de boekhandel 19,50

VVIK-leden 17,50; studenten 14,50

Nieuwe VVIK publicatieDory Heilijgers

Zowel In dia als Nederland kentgroepstegenstellingen; in Nederlandbijvoorbeeld tussen autochtonen enallochtonen en in In dia tussen Hindoes en Moslims. Komen zulke scherpafgebakende groepsgrenzen voort uitde menselijke natuur, of uit een in hetWesten uitgevonden manier vandenken? Deze vraag staat centraal inhet proefschrift van Gijs Kruijtzer,waarop hij op 12 maart 2008 in Leidenpromoveerde.

In zijn proefschrift onderzochtKruijtzer zes groepstegenstellingen in centraal In dia in de 17deeeuw, dus voordat het westerse kolonialisme zijn sterkste invloeddeed gelden. Het blijkt dat identiteit een belangrijke fac tor was inhet 17de eeuwse Indiase leven. Tegenstellingen speelden ook toen al een belangrijke rol.

Een tegenstelling die in de late 17de eeuw in belang toenam wasdie tussen Hindoes en Moslims, en deze is nu nog steeds van grootbelang. Kruijtzer pleit echter tegen erfgoeddenken, namelijk hetidee dat bepaalde groepen heden ten dage de schuld of eer dragen voor of van daden van hun to