Voordracht Ada de Visser

6
Mini symposium “Functionele pijn in multidisciplinair perspectief” 1 november 2012 Westfries Gasthuis, Hoorn Voordracht Ada de Visser, mw.er/seksuoloog NVVS “Plezier in seks en pijn bij het vrijen gaan niet samen” Mijn verhaal gaat over vrouwen die met dyspareunie bij de seksuoloog komen. En, er komen nogal wat vrouwen met pijnklachten! Vrouwen van alle leeftijden. Meestal is de pijn al maanden en jaren aanwezig. Pijn tast het plezier in een vrijpartij aan. Het wordt iets om tegenop te zien. De zin verdwijnt en er kan afkeer ontstaan. Soms wordt zelfs aanraking niet meer verdragen. Vanmiddag heb ik het niet over de meestal jonge vrouwen, die alweer pijnvrij kunnen vrijen, na een korte behandeling. Dan denk ik aan lichamelijk onderzoek en geruststelling. Kennisoverdracht over anatomie, opwinding en hygiëne. De partnerrelatie en de omstandigheden waaronder de liefde bedreven wordt en houdingen bij de coïtus. Ondersteuning door oefeningen bij de bekkenfysiotherapeut zijn vaak welkom. Nee, ik beperk me vanmiddag tot die vrouwen die al een flinke tijd pijnklachten hebben en dikwijls ook bij diverse hulpverleners zijn geweest. Pijnklachten zijn van invloed op het zelfbeeld en op de relatie. Van Ellen Laan, die veel onderzoeken over seksuele opwinding bij vrouwen op haar naam heeft staan, nam ik de uitspraak over: “de bekkenbodem is de spiegel van de ziel” Voor mij staat de ziel in dit verband voor de innerlijke waarheid van de vrouw. De eigen waarheid van waaruit zij leeft en die vanzelfsprekend en automatisch haar handelen bepaalt. De ziel houdt zich schuil, is veilig gesteld achter een levenshouding die is ontwikkeld op basis van ervaringen tijdens het opgroeien. Die levenshouding maakt dat mensen zo lang met een klacht rond blijven lopen. De pijn is de bescherming van de ziel, de pijn biedt bescherming tegen een openheid die als onveilig en te kwetsbaar ervaren wordt. en is het resultaat van een levenshouding die emoties moet afschermen en weghouden,waar eerder geen aandacht voor was. Zo kwam het dat mevrouw P. in de spreekkamer voor het eerst, 40 jaar na het overlijden van haar vader, kon huilen om zijn dood. Haar ervaring, niemand vroeg hoe het met mij ging, wat ik wilde of wat ik vond, had gemaakt dat zij haar emoties opzij had leren zetten en verbergen. Als de verstoring van de bekkenbodem activiteit emotioneel gestuurd is, dan is het begrijpelijk dat ondanks het goed opvolgen van alle adviezen en trouw doen van de bekkenbodem oefeningen, er geen verandering in de klachten optreedt. De niet bewuste maar wel sturende emotie, moet dan aangesproken worden. Als de ziel in het geding is ontkom je niet aan een persoonlijke benadering.

description

De bekkenbodemgroep Westfriesland hield op 1 november 2012 het symposium:"Functionele pijnklachten in multidisciplinair perspectief".

Transcript of Voordracht Ada de Visser

Page 1: Voordracht Ada de Visser

Mini symposium “Functionele pijn in multidisciplinair perspectief” 1 november 2012

Westfries Gasthuis, Hoorn

Voordracht Ada de Visser, mw.er/seksuoloog NVVS

“Plezier in seks en pijn bij het vrijen gaan niet samen”

Mijn verhaal gaat over vrouwen die met dyspareunie bij de seksuoloog komen.

En, er komen nogal wat vrouwen met pijnklachten!

Vrouwen van alle leeftijden. Meestal is de pijn al maanden en jaren aanwezig.

Pijn tast het plezier in een vrijpartij aan. Het wordt iets om tegenop te zien. De zin verdwijnt en er

kan afkeer ontstaan. Soms wordt zelfs aanraking niet meer verdragen.

Vanmiddag heb ik het niet over de meestal jonge vrouwen, die alweer pijnvrij kunnen vrijen, na een

korte behandeling. Dan denk ik aan lichamelijk onderzoek en geruststelling. Kennisoverdracht over

anatomie, opwinding en hygiëne. De partnerrelatie en de omstandigheden waaronder de liefde

bedreven wordt en houdingen bij de coïtus. Ondersteuning door oefeningen bij de

bekkenfysiotherapeut zijn vaak welkom.

Nee, ik beperk me vanmiddag tot die vrouwen die al een flinke tijd pijnklachten hebben en dikwijls

ook bij diverse hulpverleners zijn geweest.

Pijnklachten zijn van invloed op het zelfbeeld en op de relatie. Van Ellen Laan, die veel onderzoeken

over seksuele opwinding bij vrouwen op haar naam heeft staan, nam ik de uitspraak over:

“de bekkenbodem is de spiegel van de ziel”

Voor mij staat de ziel in dit verband voor de innerlijke waarheid van de vrouw. De eigen waarheid

van waaruit zij leeft en die vanzelfsprekend en automatisch haar handelen bepaalt.

De ziel houdt zich schuil, is veilig gesteld achter een levenshouding die is ontwikkeld op basis van

ervaringen tijdens het opgroeien. Die levenshouding maakt dat mensen zo lang met een klacht rond

blijven lopen.

De pijn is de bescherming van de ziel, de pijn biedt bescherming tegen een openheid die als onveilig

en te kwetsbaar ervaren wordt. en is het resultaat van een levenshouding die emoties moet

afschermen en weghouden,waar eerder geen aandacht voor was.

Zo kwam het dat mevrouw P. in de spreekkamer voor het eerst, 40 jaar na het overlijden van haar

vader, kon huilen om zijn dood. Haar ervaring, niemand vroeg hoe het met mij ging, wat ik wilde of

wat ik vond, had gemaakt dat zij haar emoties opzij had leren zetten en verbergen.

Als de verstoring van de bekkenbodem activiteit emotioneel gestuurd is, dan is het begrijpelijk dat

ondanks het goed opvolgen van alle adviezen en trouw doen van de bekkenbodem oefeningen, er

geen verandering in de klachten optreedt. De niet bewuste maar wel sturende emotie, moet dan

aangesproken worden. Als de ziel in het geding is ontkom je niet aan een persoonlijke benadering.

Page 2: Voordracht Ada de Visser

In het gesprek over het hoe en wanneer van de klachten en de impact hier van op de relatie, kijk ik

naar het gezicht en de lichaamshouding. Soms onderbreek ik haar wanneer ik zie dat de ogen

volschieten, het gezicht verkleurt, er een brok in de keel schiet, de schouders omhooggetrokken

raken of achterover gegooid worden.

Ik benoem de emoties die aanwezig zijn terwijl zij haar verhaal vertelt en toets of het klopt wat ik

waar neem. Of het klopt dat het haar hoog zit, of ze zich schaamt, of ze zich wanhopig voelt, of dat

ze niet gelooft dat het over kan gaan. Of ze boos op zichzelf is omdat zij deze klacht heeft. Het is

belangrijk het zo te doen dat zij zich niet “betrapt” voelt of aangetast. Door het benoemen van al die

emoties en de bevestiging dat deze er allemaal kunnen en mogen zijn worden de eerste stappen in

het proces van verandering en beweging gezet.

In die gesprekken in de spreekkamer, en nergens in de bestaande literatuur ben ik dat

tegengekomen, kan ik steeds vaker twee typen vrouw onderscheiden: de ambitieuze vrouw en de

volgzame vrouw.

Ik begin met de ambitieuze vrouw.

In eerste oogopslag oogt de ambitieuze vrouw zelfbewust. Soms is er een klein cynisch, arrogant

lachje. Ze zit achteruit in haar stoel, houdt afstand. De motivatie voor seks is: omdat het hoort. Seks

moet goed gaan, iedereen kan het. Klaagt aan: waarom ik niet!

Haar levenshouding is: willen is kunnen. Zij heeft graag overal controle op, kan geen steek laten

vallen. Trekt alles naar zich toe (huishouden, organiseren van feesten) onder het motto: als ik het

niet doe gebeurt het niet. Gunt zich geen tijd om stil te staan. Weet zich niet te ontspannen. Heeft

geen vertrouwen in de ander. Heeft geen verlangen naar de ander/partner. Is het liefst alleen. Gaat

voorbij aan eigen behoeftes en emoties, kent deze vaak niet

De omgeving: partner en kinderen moeten mee in haar uitgestippelde spoor. De zelfwaardering is

gekoppeld aan wat “bereikt”is, hoeveel werk ze aankunnen (meestal bovenmatig), nooit stil zitten.

Paniek ligt op de loer bij de suggestie “of alles niet een onsje minder mag”. Het oordeel van de

buitenwereld weegt zwaar. Het eigen falen roept veel schaamte op en verlies van zelfzekerheid.

Kennelijk is dat harde werken en vooral bezig zijn een houvast geworden.

De trots over wat zij allemaal doen, dekt meestal emoties van eenzaamheid, verlatenheid en verdriet

af.

Op de reactie van “zo ben ik nu eenmaal” reageer ik meestal met de instemming dat zij zichzelf nù zo

kennen, maar dat je volgens mij zo niet wordt geboren. En dat ik besef dat er voor hen veel op het

spel staat.

In haar geschiedenis zijn vaak periodes van overspannenheid en depressiviteit. En naast de partner is

er in de omgeving niemand op de hoogte van de klacht.

Zij bevinden zich in een isolement wat ze maar al te goed kennen.

Page 3: Voordracht Ada de Visser

EEN VOORBEELD

Ingrid, 40 jaar, getrouwd, 2 dochters. Heeft na de geboorte van haar nu 9jr. dochter minder zin in

vrijen gekregen. Er zijn diverse klachten: pijn, jeuk, afscheiding en ze kan de plas slecht ophouden.

Inmiddels is ze helemaal opgehouden met vrijen en wil ook niet meer aangeraakt worden. De

gynaecoloog kan geen lichamelijke verklaring voor haar klachten vinden en verwijst naar de

seksuoloog.

Volgens haar man, die ik apart spreek, gaat het vrijen al zeker 15 jaar moeizaam, en zit het paar nu

echt op een dieptepunt. De relatie staat sterk onder druk. Zolang als hij zijn vrouw kent zijn er

problemen. Hij heeft haar tot nu weten op te vangen en te steunen. Daarbij verdroeg hij dat het om

haar draaide en trok hij zich terug. Nu is hij de 40 gepasseerd en wil niet weer op de zijlijn staan en

afwachten. Hij ziet een verder leven zonder seks niet zitten.

Ingrid stelt zich zeer terughoudend op. Ze komt omdat ze het naar vindt voor haar man dat ze niet

vrijen. Ze wil de relatie graag behouden. En lijdt onder de afstand die er nu is.

Als ik haar schaamte benoem en de haar hoogzittende emoties, komt er een heel verhaal op tafel vol

zelfbeschuldigingen. Bijvoorbeeld dat zij niet heeft doorgehad en niet voorkomen dat haar vader

kinderen in zijn buurt seksueel misbruikte .

In haar jeugd was Ingrid de vertrouwenspersoon voor zowel haar moeder als haar vader. De ouders

hadden een slechte relatie en Ingrid had de rol van bemiddelaarster op zich genomen. Als 10-jarige

adviseerde zij ouders in de omgang met elkaar en hun omgeving. Moeder maakte met iedereen

ruzie. Al jong wist Ingrid van haar ouders dat zij jarenlang geen seks met elkaar hadden. En ze had het

dan met vader te doen als hij weer eens door moeder afgesnauwd werd. Ingrid trok zich terug op

haar kamer met de kat. Daar kon ze aan kwijt hoe ze zich voelde.

Seksuele voorlichting kreeg zij niet. Door te zwijgen en haar ogen en oren open te zetten bij

vriendinnen kwam ze een en ander te weten. Zo wist ze toen ze –gelukkig laat- begon te

menstrueren hoe ze dit kon opvangen. Ingrid heeft nooit gemasturbeerd. Haar lichaam vindt ze te

dik. Ze staat er nooit bij stil en kijkt er niet naar. Ingrid gaat onder de douche omdat het moet, snel,

snel en dan weer snel in de kleren: altijd een spijkerbroek en een wijd shirt van een onbestemde

donkere kleur. Haar onverschillige houding tegenover haar uiterlijk verbergt dat ze niet zou weten

wat bij haar past en eigenlijk geen winkel in durft.

Eerder zijn er periodes van depressie en overspannenheid geweest. Nu is zij daar weer bang voor: ze

voelt zich heel onrustig en overbelast in haar werk. En nog steeds bellen haar ouders op met hun

problemen.

Als ik haar vraag wat ze nu het liefst zou willen antwoordt zij: op een onbewoond eiland zijn met

alleen maar boeken.

Ingrid begrijpt dat er iets in haar houding moet veranderen en wordt daar angstig van. Tot dan heeft

ze geen bemoeienis toegestaan en ze ziet in dat zij inmenging en hulp moet leren toelaten. Zodat ze

meer tijd krijgt om te onderzoeken wat bij haar past: haar smaak van kleding, de verzorging van haar

lichaam, hoe ze zich kan ontspannen en hoe ze een vriendin durft te betrekken bij dit proces van

verandering.

Page 4: Voordracht Ada de Visser

Zo neemt ze meer afstand van haar ouders en verdraagt het inzicht dat die eigenlijk bar weinig met

haar adviezen gedaan hebben, maar haar wel telkens opgeschrikt hebben met hun verhalen.

Nu gaat Ingrid accoord met de inschakeling van de bekkenfysiotherapeut. Zij vindt het fijn om met

haar niet over al die ingewikkelde emoties te praten want schaamte blijft een grote rol spelen. Zij

staat mij toe dit met de bekkentherapeut af te stemmen.

Inmiddels is zij vertrouwder geraakt met haar lichaam. Er komen keurrijker shirts en de kapper mag

een andere coupe knippen.

Intussen leren de partners meer tijd met en voor elkaar in te ruimen, beginnend met elke avond

samen de hond uitlaten. Ze leren met elkaar praten en op lichamelijk gebied contact maken. Ingrid

begint te genieten van zelf leiding nemen in plaats van afwachten.

Dan komt er een kink in de kabel. Vanuit haar werk krijgt Ingrid de vraag om een zieke collega te

vervangen en meer uren te gaan werken. Ze wil er op ingaan en beroept zich op haar

verantwoordelijkheidsgevoel en trots. Haar oude houding is weer helemaal terug. Terwijl alles haar

te veel is en zeker haar werk, verhardt en verkilt zij: “ik laat mijn werk niet in de steek”.

Ik zag het voor mijn ogen gebeuren. Gelukkig was onze werkrelatie inmiddels zo stevig dat ze het

verdroeg dat ik haar confronteerde met de gevolgen van haar uitspraak. Dat het om een keus ging

met wie zij wilde leven: met het werk of met haar gezin.

Ingrid realiseerde zich dat als ze voor het werk zou kiezen, zij dan zou loslaten wat ze bereikt had:

meer verbondenheid voelen met man en kinderen, meer rust en plezier. Zij besloot dat zij niet meer

uren ging werken, en was later opgelucht en blij dat ze kon kiezen voor een leven met meer tijd voor

ontspanning en saamhorigheid.

Na een jaar, is naast het denken ook het voelen aanwezig geraakt en de schaamte op de achtergrond

verdwenen. Vrijen is voor Ingrid spelen geworden, opwindend en zonder pijn. De partners beleven

plezier met elkaar en in het gezin wordt meer gelachen.

Dat was Ingrid en nu Henny.

Een vrouw zoals zij kijkt je hoopvol aan, wil graag een advies en wil graag doen wat je voorstelt.

Ze deed me denken aan de opmerking van de architect die ons oude huis zou verbouwen. Nadat hij

het van dak tot fundering had onderzocht sprak hij de verontrustende woorden: dit huis staat er niet!

Voor de volgzame vrouw is van toepassing dat “ze er niet is”. Dat ze beter weet wat iemand anders

nodig heeft dan wat bij haar zou passen. Ze heeft geen eigen mening, geen eigen wil. Ze ziet er goed

verzorgd en gekapt uit: dat is voor de buitenwereld. Want ze stuurt haar eigen leven niet. Zij neemt

het leven zoals het op haar pad komt. Ze zit meestal wat achterover in de stoel, kijkt afwachtend en

ziet er wat vleugellam uit. Hoop houdt haar op de been.

Haar levenshouding is: je hebt het niet voor het zeggen, je moet het leven nemen zoals het is, het zal

wel ergens goed voor zijn, als ik iets wil komt er altijd iets tussen. Ze is hulpeloos en machteloos.

Deze vrouw hoopt dat je haar zult redden, maar ook daar kan ze niet in geloven.

Page 5: Voordracht Ada de Visser

Boos of verontwaardigd zal zij niet zijn, eerder “geslagen”. Ondanks wat zij meegemaakt heeft blijft

zij “het goede in de mens zien”. Het zijn de vrouwen die geen indruk achter laten, die zich aanpassen

en makkelijk weg laten sturen. Zij verontschuldigen zich al het ware voor hun bestaan en willen je

niet lastig vallen.

Nu terug naar Henny. Zij is getrouwd, 60 jaar oud en door de gynaecoloog verwezen.

Sinds 3 jaar doet de samenleving pijn en is zij opgehouden de liefde te bedrijven. Henny zelf dacht

eerst aan overgangsklachten, haar vagina voelde ook een beetje droog aan en ze vertelt dat ze haar

hele leven al moeilijk plast.

De gynaecoloog die bij onderzoek geen bijzonderheden vaststelde had voorzichtig gevraagd of er

sprake kon zijn van een trauma. Henny had niet het idee, maar stemde in met een verwijzing naar de

seksuoloog omdat ze altijd een plezierig seksleven met haar man heeft gehad en ze het innige

contact miste.

Omdat ze zo’n duidelijke periode in de tijd aan geeft, neem ik met haar door wat er in die periode

mogelijk in haar leven heeft gespeeld. Er is te veel in korte tijd gebeurd. Ze kreeg de sleutel van een

nieuw huis, een kleinkind werd geboren en haar moeder overleed.

Al snel komen verdriet en schuldgevoelens naar voren rond moeders overlijden. Moeder was als

gevolg van mishandeling in een tehuis overleden. Schaamtevol vertelt Henny hoe ze bij de directie

geroepen was en ze geconfronteerd werd met een kamer vol functionarissen. Die toegaven dat wat

er gebeurd was niet goed was. En die haar overvielen met voorstellen over wat er nu ging gebeuren.

Daarmee verdween de zaak in de doofpot. Henny stond dat toe en durfde er later niet meer op terug

te komen.

Met haar zus durfde ze het onderwerp niet aan te snijden omdat zij zich altijd door haar

gekoeioneerd voelde. Ze vertrouwde er niet op dat haar zus haar zou begrijpen.

Bovendien was het zo schaamtevol omdat er diverse aanwijzingen waren dat moeder ook seksueel

misbruikt was. Daar durfde Henny niet aan te denken, maar het kwam wel telkens in haar hoofd

terug. Ze durfde er met niemand over te praten.

Henny herkent al pratend hoe ze als kind zich terug trok als er dingen om haar heen gebeurden die

ze pijnlijk en naar vond. Dat ze zo anders dacht en voelde als moeder en zus. Die waren als twee

handen op een buik. Vaak voelde zij zich eenzaam en buitengesloten. Ze zag dat haar ouders het

druk hadden in hun bedrijf en wilde het hen niet moeilijk maken. Ze paste zich aan en hield haar

eigen wensen voor zichzelf. Ze mocht geen ziekenverzorgster worden, maar werd secretaresse

omdat ouders vonden dat dit beter bij haar paste.

Pas op haar 40e was ze wat meer voor zichzelf opgekomen en was ze bij de thuiszorg gaan werken.

Nog steeds betrok ze anderen weinig bij wat er in haar omging, praatte ze eigenlijk nooit over

zichzelf.

De situatie rond moeders overlijden was zo onvoorstelbaar en emotioneel heftig dat ze terugviel op

haar oude patroon: terugtrekken, emoties wegzetten en doen wat er van haar verwacht wordt,

gehoorzaam zijn aan de autoriteit, de directie van het verzorgingstehuis.

Page 6: Voordracht Ada de Visser

Nu zij opnieuw voelt hoe verdrietig en boos ze is, zich schaamt en tegelijk de opluchting beleeft dat

zij weer kan voelen komt ze emotioneel in beweging. Na 4 gesprekken vrijt ze weer pijnvrij.

Doordat Henny haar emoties leerde verwoorden en aanvaarden en zich daardoor zekerder voelde,

durfde ze ook met haar zus en een goede vriendin te gaan praten. Tot haar verbazing reageerde zus

veel begripvoller dan ze ooit had verwacht.

Henny vertelt dat ze zich nu ook veel vrijer voelt, dat ze makkelijker contact maakt en tot haar

verrassing veel blijer in het leven staat. Ze zegt: ik beleef dat ik in beweging ben gekomen, dat ik me

kan openen en dat nu ook in mijn lichaam voel.

De ambitieuze vrouw en de volgzame vrouw. Hoeveel verschilt hun uiterlijke verschijning van hun

zieleleven. Hoezeer kan hun partner zich daarop verkijken en hoe onveilig wordt daarmee hun

liefdesrelatie. Dat is een ander hoofdstuk. Want vrijen is communiceren.

Ik hoop dat ik u met deze voorbeelden herkenningspunten heb kunnen geven voor uw werk in de

spreekkamer.

Dat u, de misschien wat vijandige, afwijzende houding van de ambitieuze vrouw of de afhankelijke,

vragende houding van de volgzame vrouw kunt verdragen en haar kunt aanmoedigen ook zelf haar

pijnklachten serieus te nemen.

Ada de Visser, m.w.er/seksuoloog NVVS

Nieuwe Steen 2A 304. 1625 HV Hoorn

Tel.0229 270095; www.adadevisser.nl