Volwassenheid in testdata management door Edwin van Vliet

3
Volwassenheid in testdata management door Edwin van Vliet Dit artikel is een gastblog van Edwin van Vliet. Edwin is senior consultant Testdata management, auteur van het boek “Testdata management” en partner van Valori TDM. Om te kunnen testen heb je drie primaire onderdelen nodig: het testobject, de testomgeving en testdata. Zonder één van deze onderdelen kun je geen testactiviteiten uitvoeren. Dit betekent dat iedereen op enige manier testdata en ook testdata management nodig heeft om te kunnen testen.

Transcript of Volwassenheid in testdata management door Edwin van Vliet

Page 1: Volwassenheid in testdata management door Edwin van Vliet

Volwassenheid in testdata management door Edwin van Vliet

Dit artikel is een gastblog van Edwin van Vliet.

Edwin is senior consultant Testdata

management, auteur van het boek “Testdata

management” en partner van Valori TDM.

Om te kunnen testen heb je drie primaire

onderdelen nodig: het testobject, de

testomgeving en testdata. Zonder één van

deze onderdelen kun je geen testactiviteiten

uitvoeren. Dit betekent dat iedereen op enige

manier testdata en ook testdata management

nodig heeft om te kunnen testen.

Page 2: Volwassenheid in testdata management door Edwin van Vliet

Testdata management is de wijze hoe men omgaat met testdata, zogenaamd het managen

van testdata. Er is niet één variant van testdata management die past in elke organisatie.

Iedere organisatie heeft bijvoorbeeld een andere wijze van ontwikkelen, testen en een

andere infrastructuur.

Variatie in testdata management bestaat uit een combinatie van processen, organisatie en

tooling. Door de juiste keuze te maken ontstaat een effectieve wijze van testdata

management die past binnen jouw organisatie. Voor iedereen is er een passende variant.

Ook in de loop der tijd kan de variatie binnen een organisatie wijzigen. Het ontwikkel-

testproces binnen een organisatie wordt namelijk ook volwassener. Daarmee ontstaat een

andere behoefte op het gebied van testdata management. Hoe volwassener het ontwikkel-

testproces is, hoe volwassener testdata management hoort te worden.

Vijf basis varianten

Er zijn vijf basis varianten van testdata management. In deze varianten is ook een mate van

volwassenheid te herkennen doordat de verschillende processen efficiënter en beter

georganiseerd worden. Hieronder ga ik dieper in op elk niveau.

Niveau 1: Ieder voor zich

Een organisatie heeft een standaard niveau “Ieder voor zich”. Daar hoeft niets voor ingevuld

te worden. Waarschijnlijk haalt de organisatie op brede schaal een kopie van productie en

laadt die in een testomgeving.

Niveau 2: Kopie productie

De volgende stap, niveau 2, is dat de kopie van productiegegevens gedepersonaliseerd is.

Dit niveau is met name gericht op het voorkomen van privacy problemen, datadiefstal et

cetera. Ook in niveau 2 moet de tester veel inspanning doen om de benodigde testdata te

achterhalen. Er is wel inzicht in de structuur, relaties en velden gekomen. De kennis is voor

de volgende niveaus juist van belang om verder te kunnen groeien.

Niveau 3: Projectmatig loket

Een projectmatig loket neemt de taak van de tester van het zoeken naar testdata uit handen.

Niveau 3 is daarmee meer gericht op procesmatige verbetering. De verbeteringen van

niveau 2 zijn ook meegenomen.

Niveau 4: Datamining loket

Niveau 4 is gericht op het hergebruik en beheren van testdata. Het dataminingloket kan de

data die een project gebruikt heeft inlezen, herwaarderen en opnieuw uitgeven.

Page 3: Volwassenheid in testdata management door Edwin van Vliet

Niveau 5: IJzeren testdata set

Bij niveau 5 ontstaat de behoefte aan totale controle over testdata management. Bij het

begin van de testactiviteiten wordt een vaste testdataset ingeladen. Deze wordt gebruikt

tijdens het testen en na gebruik verwijderd uit het systeem. Doordat er altijd een vaste

dataset wordt gebruikt, kun je deze dataset integreren met de testgevallen.

Niet elke organisatie hoeft het hoogste niveau van volwassenheid na te streven. Per

organisatie moet bepaalt worden welk testdata-volwassenheidsniveau het meest efficiënt is

voor het huidige ontwikkel- testproces. De ervaring leert wel dat de volwassenheid in de loop

van de tijd groeit. Op een bepaald moment merk je dat er een bepaalde behoefte ontstaat en

dat de huidige processen en organisatie niet meer voldoen.

Op dit moment zit 85% van testend Nederland op niveau 1. Veel banken en verzekeraars

zijn bezig met een proces om te komen tot volwassenheidsniveau 2. Alleen zeer

datagevoelige organisaties, zoals creditcard organisaties, hebben momenteel

volwassenheidsniveaus 5.

Wil je meer weten over dit onderwerp? Klik hieronder voor meer informatie:

Auteur: Boris de Hingh