VACCM
description
Transcript of VACCM
VACCM
De veilige en duurzame winkel
VACCM
De veilige winkel
Veiligheid van een winkel wordt door verschillende onderdelen bepaald:– arbeidsomstandigheden– criminaliteit– calamiteiten.
arbeidsomstandigheden
criminaliteit
calamiteiten
Arbowet
sociale veiligheid
risico’s lopen, herkennen en voorkomen
overval
diefstal en fraude
vals geld
brand
agressie
VACCM
Arbowet
Arbowet
– Arbeidsomstandighedenwet of Arbowet verplicht bedrijven om te zorgen voor goede arbeidsomstandigheden.
– Doel van de wet is om ongevallen en ziekten, veroorzaakt door werk, te voorkomen.
Veiligheid
Om het risico op ongevallen te verminderen moet elke winkel veiligheidsmaatregelen nemen.
Gezondheid
– Arbeidsomstandigheden kunnen invloed hebben op de gezondheid van medewerkers.
– Er zijn verschillende factoren uit de omgeving die invloed op de gezondheid hebben.
soort factor voorbeeld
fysischgeluid, mechanische trillingen, schokken,straling, werkomgeving en elektriciteit
chemisch
psychisch
lichamelijk
biologisch
brandbare en giftige stoffen
dieren, planten, bacteriën en schimmels
tillen van zware lasten en repeterendebewegingen
te hoge werkdruk en te veel stress
Welzijn
– Medewerkers voelen zich goed in het bedrijf.
– Goede maatregelen voor de veiligheid en gezondheid van de medewerkers dragen bij aan hun welzijn.
Wetgeving arbeidsomstandigheden– Arbowet
– kaderwet
– Arbobesluit– uitwerking Arbowet
– arboregeling– verdere uitwerking Arbobesluit.
Arbowet
– normen waaraan werkgever en werknemer zich moeten houden
– voorbeeld verplichting werkgever
– ontwikkelen en uitvoeren van arbobeleid
– opstellen en uitvoeren van RI&E en een plan van aanpak
– zo veel mogelijk voorkomen en beperken van eentonige en tempo-gebonden werkzaamheden
– voorkomen en beperken van zware ongevallen door gevaarlijke stoffen
– op juiste manier gebruiken van machines, toestellen, transportmiddelen en andere hulpmiddelen
– niet verwijderen van aangebrachte beveiliging op machines
– meewerken aan voor medewerkers georganiseerde voorlichting en onderwijs
voorbeelden verplichtingen werknemers
Naleving en invulling van de Arbowet door de werkgevers en werknemers wordt door de arbeidsinspectie gecontroleerd.
Arbeidstijdenwet
– Hoe lang mag een werknemer werken?
– Wanneer heeft hij recht op pauze?– Werktijden kennen vier grenzen:
– hoogstens 12 uur per dienst– niet meer dan 60 uur per week– in een periode van 4 weken gemiddeld
niet meer dan 55 uur per week– in een periode van 16 weken
gemiddeld niet meer dan 48 uur per week.
VACCM
Risico’s lopen, herkennen en voorkomen
Risico’s in kaart brengen
Elke werkgever moet onderzoeken of het werk risico’s voor de gezondheid van zijn medewerkers oplevert: een risico-inventarisatie en –evaluatie (RI&E).– risico’s inventariseren en
beoordelen– plan van aanpak (PvA) opstellen
Veiligheidssignalen
– verbod– gebod– waarschuwing– verwijzing
– verbodsbord
– gebodsbord
– waarschuwingsbord
– reddingsbord
– boord voor brandbestrijding
Veiligheidsmaatregelen
Nemen van een aantal eenvoudige maatregelen bij je werkzaamheden verhoogt je veiligheid.
Bukken, tillen, dragen en reiken
– Houd je rug zo recht mogelijk.– Leg goederen bij het inpakken of
controleren op een plaats waar je goed bij kunt.
– Gebruik de aanwezige hulpmiddelen op de juiste manier.
– Til geen goederen die zwaarder zijn dan 23 kilo.
– Vraag om hulp als je zwaar en/of veel moet tillen.
Tillen en dragen
– Veiliger om rolcontainers en pallettrucks te duwen in plaats van te trekken.
– Te lang zitten en staan is belastend voor je lichaam. Wissel daarom zoveel mogelijk af.
– Houd je altijd aan de bedienings- en schoonmaakinstructies van snij- en zaagmachines en andere gereedschappen en machines.
– Pas goed op met reinigings- en desinfecteermiddelen.
EHBO
Weet wat je moet doen bij een ongeluk of calamiteit.
– Wie is de BHV’er?– Waar is de verbanddoos?– Waar bevinden zich de
brandblussers en hoe werken ze?
– Waar zijn de nooduitgangen?
VACCM
Sociale veiligheid
Omgeving van de winkel
– Houd de winkelomgeving schoon.
– Werk samen met gemeente, politie, brandweer en andere winkeliers.
In de winkel
– Overzichtelijke, opgeruimde winkel geeft een veilig gevoel.
– Huisregels dragen bij aan de veiligheid van een winkel, bijvoorbeeld:– winkelmandje verplicht– maximaal drie kledingstukken
in de paskamer– niet roken.
Pesten
– Plagen is een eenmalige handeling waarbij je een grap uithaalt die niet kwetsend is.
– Plagen kan uitlopen op pesten.– Pesten is het door een of
meerdere personen macht uitoefenen op iemand die zich niet kan verdedigen.
Verschillen plagen en pesten
plagen
grap
gelijkwaardig
afwisseling tussen plageren geplaagde
meestal een tegen een
kortdurend
spontaan
pesten
altijd dezelfde pester en gepeste
kwetsen
meestal groep tegen een
ongelijk
langdurend
gepland
Maatregelen tegen pesten
– Herken het pesten, dan kun je er wat tegen doen.
– Zeg altijd dat je pesten niet accepteert.
– Praat erover met iemand die je vertrouwt.
– Neem contact op met de OR, bedrijfsarts, vakbond of klachtencommissie.
In een pestprotocol staat welke maatregelen een werkgever heeft genomen om pesten tegen te gaan.
Ongewenst gedrag
– intieme vragen– suggestieve opmerkingen– betasten– chantage– aanranding
Bij ongewenst gedragStel duidelijk je grenzen.– Geef duidelijk aan dat de dader moet stoppen.– Houd schriftelijk gebeurtenissen bij.– Ga na of anderen dezelfde problemen hebben.– Praat met een vertrouwenspersoon.– Bekijk de klachtenregeling.– Bij verkrachting of aanranding altijd aangifte
doen.– In het uiterste geval kun je naar de rechter
stappen.– Voor ondersteuning kun je een beroep doen op
Slachtofferhulp Nederland.
VACCM
Vals geld
Chartaal geld
– munten en bankbiljetten– wettig betaalmiddel– vanwege
veiligheidsoverwegingen weigeren veel winkels briefjes van 100, 200 of 500 euro.
Controle op echtheid
– Het moet stevig aanvoelen en knisperen
– Als je met je vingers over het biljet gaat, dan voel je reliëf.
watermerkdoorzichtcijfer veiligheidsdr
aad
hologram
hologramoptisch variabele
inkt
Hulpmiddelen
– uv-lamp– vergrootglas– moneychecker– infraroodlamp– apparaat dat met een lampje
of een geluid aangeeft dat een biljet echt is.
VACCM
Diefstal en fraude
Diefstal
Plegers van diefstal zijn:– eigen personeel– klanten– derden.
50%
40%
10%
personeel
klanten
derden
Maatregelen om diefstal door eigen personeel te
voorkomen
– Stel duidelijke regels voor het kopen van artikelen voor eigen gebruik.
– Wijs iedere nieuwe medewerker op de huisregels.
– Maak interne criminaliteit bespreekbaar door het er tijdens werkoverleg over te hebben.
– Laat medewerkers nooit afrekenen bij de kassa in bijzijn van familieleden of vrienden.
– Controleer de inhoud van de jassen en tassen van medewerkers regelmatig, maar onverwacht.
– Geef medewerkers verantwoordelijkheid over hun eigen werk.
– Betrek medewerkers bij het bedrijf.– Meld diefstal onmiddellijk bij de
leidinggevende.
Diefstal door derden
Personen die niet in de winkel werken, maar er wel moeten zijn voor hun werk.
Maatregelen om diefstal door derden tegen te gaan.
– Houd de achterdeur gesloten als er geen medewerkers in de buurt zijn.
– Begeleid derden naar de locatie waar ze moeten zijn.
– Noteer wie er wanneer binnenkomt en wie wanneer de winkel verlaat.
Diefstal door klanten
Meenemen van een artikel uit de winkel zonder er voor te betalen.
Maatregelen om diefstal door klanten te
voorkomen– Begroet een klant bij binnenkomst.– Observeer de klant.– Spreek een klant, die lang voor een
schap staat, aan.– Signaleer een verdachte klant.– Gebruik de hulpmiddelen die in de
winkel zijn aangebracht.– Zorg ervoor dat alle
beveiligingssystemen goed werken.
Een dief op heterdaad betrappen
– Als je een dief op heterdaad betrapt, mag je hem aanhouden.– heterdaad: op het moment dat er
een strafbaar feit wordt gepleegd.– aanhouden: tegenhouden,
verhinderen verder te gaan.
– Je moet de dief wel zo snel mogelijk overdragen aan de politie.
Preventieve maatregelen
tegen criminaliteit– organisatorische
maatregelen– technische maatregelen
VACCM
Overval
Voorkomen van een overval
Maatregelen die winkels nemen om een overval te voorkomen:
– buit beperken– duidelijk maken dat er niets te
halen valt– op verdacht gedrag letten– medewerkers inzetten.
RAAK
Houd je bij een overval aan de RAAK-formule:– Rustig blijven– Aanvaarden van de bevelen en
deze opvolgen– Afgeven van het geld waar om
gevraagd wordt– Kijken en proberen een goed
signalement op te nemen voor de politie.
Signalement
– beschrijving van het uiterlijk en kleding van een persoon
– volgende kenmerken zijn het makkelijkste te beschrijven:
– postuur– haar, huid en ogen– kleding en bijzonderheden.
Na de overval
– Waarschuw de politie via 112.– Doe de deur op slot zodat er
geen klant meer in of uit kan.– Winkels kunnen een beroep
doen op Slachtofferhulp Detailhandel.
– Soms is er pas na enkele dagen begeleiding nodig.
VACCM
Brand
Brandpreventie en brandbestrijding
– Brandpreventie is het treffen van voorzorgsmaatregelen om brand te voorkomen of te beperken.
– Brandbestrijding is het doven van een brand of het voorkomen dat een brand uitslaat.
Oorzaken van brand
– kortsluiting– laten aanstaan van een
elektrisch apparaat– verouderde elektrische
installatie– verouderde gas- en
ketelinstallatie– criminele oorzaak– blikseminslag
Acties bij brand
– Waarschuw de BHV’er en alarmeer de brandweer.
– Isoleer de brand door de ruimte af te sluiten en de toevoer van gas en elektriciteit te stoppen.
– Blus een kleine brand eventueel zelf.
Brandblusmiddelen
– Brand kan alleen ontstaan als er zuurstof, een brandbare stof en ontbrandingstemperatuur aanwezig is.
– Verwijder je een van deze componenten, dan dooft het vuur.
Bekendste blusmiddelen zijn:
– blusdeken/branddeken– water– blusapparaat.
Bedrijfshulpverlening
Vier belangrijke taken van een BHV’er zijn:– eerste hulp verlenen– brand bestrijden– alarm slaan– medewerkers en klanten
evacueren.
Calamiteitenplan
– veiligheidsplan waarin staat wat er moet gebeuren in geval van een calamiteit
– bevat ook alle belangrijke namen en telefoonnummers en de plaatsen waar belangrijke spullen liggen.
Ontruimingsplan
– Bij een ontruiming verlaat iedereen zo snel mogelijk het pand.
– Iedereen gaat naar een verzamelpunt dat is aangewezen door de BHV’er.
– Wat er bij een ontruiming allemaal moet gebeuren en wie daarvoor verantwoordelijk is staat in het ontruimingsplan.
VACCM
Agressie
Agressief gedrag
Probeer bij agressief gedrag de situatie in de hand te houden door:– rustig te blijven, je correct te
gedragen en geen geweld te gebruiken
– niet met een agressieve klant in discussie te gaan
– ervoor te zorgen dat er collega’s in de buurt zijn.
STOP-regel
Houd je bij agressie die tegen jou persoonlijk is gericht aan de STOP-regel.
– Stoom afblazen– Tot de orde roepen– Opnieuw beginnen– Passen bij herhaling
VACCM
Verpakkingen en afval
Verpakking
– primaire verpakking– verkoopverpakking
– secundaire verpakking– verzamelverpakking
– tertiaire verpakking– transportverpakking
Verwijderingsbijdrage
– Bij aankoop van bepaalde apparaten betaalt de klant een verwijderingsbijdrage.
– Deze bijdrage wordt gebruikt om de kosten te dekken voor het inzamelen en verwerken van deze apparaten.
Consumenten kunnen oude apparaten op twee manieren inleveren:
– oud-voor-nieuwregeling: de consument koopt een nieuw apparaat en kan zonder bijbetaling het oude apparaat inleveren
– consument kan het oude apparaat inleveren bij de reinigingsdienst van de gemeente.
Emballage
– verpakkingsmateriaal dat vaker gebruikt kan worden
– meestal moet je er statiegeld voor betalen
Afval
Je kunt de volgende soorten afval onderscheiden:– papier en karton– plastic– groente-, fruit- en tuinafval (gft)– klein chemisch afval (kca)– glas– tempex (piepschuim)– biologisch afbreekbaar plastic– metaal– overig afval.
Logo’s voorverwerking van afvalkringloop/recycle
papier/kartonkringloop
kunststof
glasbak
klein chemisch afval
zwerfafval
gft-afval
kiemplant
Groene Punt
VACCM
Duurzaam assortiment
Duurzaam assortiment
Een artikel kent 3 fasen:– productie (inclusief vervoer)– gebruik– afval.
Een duurzaam artikel is:– milieuvriendelijk gemaakt of
zonder dwang-/kinderarbeid geteeld
– gaat lang mee, omdat het slijtvast, te repareren of te hergebruiken is
– levert weinig afval op, omdat eventuele resten gerecycled kunnen worden.
Duurzaam produceren
– Ons dagelijks voedsel veroorzaakt zware belasting voor het milieu.
– Productie en vervoer kosten veel energie en leveren afval op.Twee duurzame manieren van
produceren door boeren en telers zijn:
– biologische landbouw– biologisch-dynamische landbouw.
VACCM
Energie besparen
Energiebesparing
Manieren om te achterhalen hoe je nog meer energie kunt besparen in de winkel zijn:
– maatwerkadvies energiebesparing aanvragen
– energielabel voor gebouwen.
In de winkel kun je energie besparen door verstandig om te gaan met:
– verlichting– verwarming– koelen en vriezen.