Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta...

26
Gyp. vBRscKAeAtti` Tutee Vlaam sehe VOORDRAGJ -ITE$ GEHOUDEN OP DEN GOUWDAG DER W.-VL. MEISJES TE GHISTEL 6t OP DEN GOUWDAG DER LIMBURGSCHE STUDENTEN TE HASSELT (GROOT VERLOF 1920) Deuk en Uitguve It A/ t/too.. 11ASs Ieperaehe s treat, ZZ •• Z4, Thielt

Transcript of Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta...

Page 1: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

Gyp. vBRscKAeAtti`

Tutee Vlaamsehe

VOORDRAGJ-ITE$ GEHOUDEN OP DEN GOUWDAG DER W.-VL. MEISJES

TE GHISTEL 6t OP DEN GOUWDAG DER LIMBURGSCHE

STUDENTEN TE HASSELT (GROOT VERLOF 1920)

Deuk en Uitguve ItA/t/too.. 11ASs

Ieperaehe streat, ZZ •• Z4, Thielt

Page 2: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche
Page 3: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

VERSCj1AfiuE

Tutee Vlaamsehe \Ioo RDRACHTEN

GEHOUDEN OP DEN GOUWDAG DER W.-VL. MEISJES

TE GHISTEL & OP DEN GOUWDAG DER LIMBURGSCHE

STUDENTEN TE HASSELT (GROOT VERLOF 1920)

DnU.k en ilitgave LcANIS1OO . jYiAES

iepensahe stnaat, 22.24, Thielt

cytr. VE~SC{-lA.EVE

Twee Vlaamsehe

VOORDRAGtlTEN GEHOUDEN OP DEN GOUWDAG DER W.-VL. MEIS]ES

TE GHISTEL & OP DEN GOUWDAG DER LIMBURGSCHE

STUDENTEN TE HASSELT (GROOT VERLOF 1920)

Dtluk en lHtgave ltJ:l.l'il'iOO~lI'lJ:l.ES

lepettsche stttaat, 22. ~ 24, Thielt

Page 4: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche
Page 5: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

pede el-puden fe Fise1

of

, u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- * ,. p oge e * e* gaderde Vlaamsche vrouwenschare om u to spreken....

I^ '' 4t waarvan ? Van uwen Vlaamschen plicht ? of van uwe

^1 ` l . Vlaamsche liefde ? Och kom 1 Wie bemint doet zijn plicht. ^^,^ f Dus van uwe liefde. Steeds van hetzelfde 1 Wat kan ik er

aan doen ? Dezelfde gedachte, dezelfde droom, vatten me steeds

opnieuw aan, als ik voor u sta : Gij zelf verwekt ze. Vrouwen doen

de mannen denken aan der vrouwenliefde zegenrijke macht en de zaligheid van hare zegepraal.

Wint de brutale macht dan wint ze een vloek, wint de liefdemacht,

dan is haar zege louter zaligheid. Mannendrommen, kanonnenkolommen, ruiterij en krachtwagens,

weg met zulk een leger ! Maar vooruit het leger, dat liefde draagt, met liefde strijdt, dat het heil der liefde zal stichten.

Vlaamsche meisjes en vrouwen, laat me weerom over liefde tot u

spreken, over uwe liefde tot Vlaanderen, over Vlaanderens hoop heel

en alleen op uwe liefde nog steunende, op de zachte almacht van de

liefde der Vlaamsche vrouwen tot Vlaanderen.

3

~ede ~eh0uden te @histel

reeds den derden opvolgenden keer voor uwe ver­::m5Dm gaderde Vlaamsche vrouwenschare om u te spreken ....

waarvan? Van uwen Vlaamschen plicht? of van uwe Vlaamsche liefde ? Och kom! Wie bemint doet zijn plicht.

\'~~~~ Dus van uwe liefde. Steeds van hetzelfde I Wat kan ik er aan doen? Dezelfde gedachte, dezelfde droom, vatten me steeds opnieuw aan, als ik voor u sta: Gij zelf verwekt ze. Vrouwen doen de mann en denken aan der vrouwenliefde zegenrijke macht en de zaligheid van hare zegepraal.

Wint de brutale macht dan wint ze een vloek, wint de Iiefdemacht, dan is haar zege louter zaligheid.

Mannendrommen, kanonnenkolommen, ruiterij en krachtwagens, weg met zulk een leger ! Maar vooruit het leger, dat !iefde draagt, met liefde strijdt, dat het heil der Iiefde zal stichten.

Vlaamsche meisjes en vrouwen, laat me weerom over Iiefde tot u spreken, over uwe Iiefde tot Vlaanderen, over Vlaanderens hoop heel en aileen op uwe !iefde nog steunende, op de zachte almacht van de Jiefde der Vlaamsche vrouwen tot Vlaanderen.

3

Page 6: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

Ik ontleen het beeld, waarmede ik van uw liefde spreken wil, aan de oude Kerkvaders der Christenheid. Dikwijls hebben ze de liefde vergeleken bij de olie.

Ik wil dit beeld ontwikkelen en op u toepassen. Dompelt de olie in alle andere vloeistoffen neder, niets kan ze er

onder houden. Ze stijgt weer naar boven. Rolt al het water der zee er over en er op, toch borrelt ze naar de oppervlakte weer en blijft als een vreedzame vlek stilte drijven op 't wild gewentel van den oceaan.

Giet ze uit op de hardste, ruwste steenen en delfstoffen, niets houdt ze tegen. Ze dringt door waar niets doordringt. Door steen, over ijzer vloeit het water voorbij, de olie kleeft er aan vast, vindt er onzicht- bare ingangen in, zijpelt door de wezensvoegen zelf en bereikt het hart van 't steen, het hart van 't ijzer.

Zacht breidt de olie zich uit, gemakkelijker laat zich geen stof aan- voelen, openspreiden, behandelen, maar onweerhoudbaar breidt zich de olievlek uit en heeft ze eenmaal iets doordrenkt, niets haalt ze er weer uit. Pakt ze maar aan met reuzenvuisten, legt er maar macht aan van paarden en stoom.... wat ze doortrok, kunt ge in stukken trekken, maar haar niet er uit. E6n is ze er mee geworden in levens- eenheid.

Geen stof is zoo volgzaam als olie : lenig laat ze zich vloeien, glijdt plooiend langs alle bochten, schikt zich naar elken vorm, laat zich door alles opzuigen, gedwee en zacht.... Doch, wat haar ook opzoog, al was het een broos draadje, een zijig blad papier, wordt taai, wordt

stevig, wordt verdubbeld in weerstandskracht, wordt menige malen zich zelf waard.

Stil is de olie ; geruischloos werkt ze haar wondere werken. Stom vloeit ze voort en zwijgend. Ze is geweldig, z6 is onheimelijk stil, diep-stil. als de groote eenzaamheden, als de hooge hemel, als de nacht, als de dood, als 't mysterie. En toch is haar stilte hemelbreed van die andere holle, ijdele, ledige stilten verschillend. Zij zwijgt uit volheid., Vult de zee er mee en die eeuwig rustelöoze valt voor eeuwig stil en kent noch gebulder noch storm meer. Al zwijgende werkt ze toch, werkt ze meer dan al 't luidruchtige. De vernielingskrachten, al

^

Page 7: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

de trawanten des doods, gillen, gieren, loeien, maken krakend scheur- gerucht, zij, de olie, gelijk al de levens krachten, gelijk het groeien, gelijk de lente, gelijk de z9mer, werkt zegenrijk grondeloos stil, haar werk van levensstichten uit levensvolheid.

Wat knarste, prangle, knerpte, knelde, schuurde, laat de olie weer zacht over elkaar glijden ; wat stijf en stram verstard, versteend en verijzerd was, maakt ze weer kneedbaar, vloeibaar los en vrij.

Olie geneest alle wonden, verzacht alle zeeren, weert alle bederf af, doch haar eigen, zeer en wonden vermag er niets te genezen.

Olie is 't voedsel van 't vuur. 't geweldigste vuur, dat razend snel aangrijpt, dooreet en verteert, 't snelle laaiende, schietende, doch kortstondige vuur, stervend aan zijn roes, door machtiger leven sneller gedood.... giet one op zijn brand en terzelfvertijd slaat de vlam reuzenvoudig krachtiger uit en krijgt toch tegelijk lengte van leven en blijvenden duur.

Wondere olie waar zooveel tegenstrijdige werkingen van uitgaan door niets is ze onder, door niets uit te krijgen, biedt geen tegenstand aan niets, niets biedt tegenstand aan haar ; ze maakt taai, ze maakt lenig ; ze bindt stevig alles samen, ze maakt het los en vrij ; ze is het heelmiddel voor alles en kent geen he,: lmiddeI voor haarzelf ; ze jaagt het geweld van het vuur aan en vestigt het toch in bestendigheid l...

Onze wereld bestaat echter uit dag en nacht, uit hard en zacht, uit dood en leven, uit vele elkaar bekampende tegenstrijdigheden. Waar zou het met haar heen moeten, bestond ook in haar dat element niet, waarin al die tegenstrijdigheden vereenigd en verzoend en leven-stichtend leven

**

Erkent gij in dit beeld niet trek voor trek de liefde, uwe zackte en sterke vrouwenliefde ?

Boven alle andere gevoelens, in 't harte geboren ; eischt de liefde haar eerste plaats op. Tracht men ze te stikken om haar onverdraag-lijk zoeten en pijnlijken prikkel niet meet - te gevoelen, niets krijgt ze onder. Rolt men er een heel leven vol koortsachtig bewegen en werk

-zaamheid op, duizend kommernissen er boven.... niets baat ; van onder 't heele leven beurt ze zich op, van onder alle zorgen klautert

5

de trawanten des doods, gillen, gieren, loeien, maken krakend seheur­gerueht, zij, de olie, gelijk al de levens kraehten, geIijk het groeien, gelijk de lente, geIijk de z!)mcr, werkt zegenrijk grondeloos stil, haar werk van kvensstichten uit levensvolheid.

Wat knarste, prangle, knerpte, knelde, sehuurde, laat de olie weer zacht over elkaar glijden; wat stijf en stram verstard, versteend en verijzerd was, maakt ze weer kneedbaar, vloeibaar los en vrij.

Olie geneest aile wonden, verzaeht aile zeeren, weert aIle bederf af, doch haar eigen, zeer en wonden vermag er niets te genezen.

Olie is 't voedsel van 't vuur. 't geweldigste vuur, dat razend snel aangrijpt, dooreet en verteert, 't snelle laaiende, sehietende, doeh kortstondige vuur, stervend aan zijn roes, door maehtiger leven sneller gedood.... giet olie op zijn brand en terzelfvertijd slaat de vlam reuzenvoudig krachtiger uit en krijgt toeh tegeIijk lengte van leven en blijvenden duur.

Wondere olie waar zooveel tegenstrijdige werkingen van uitgaan: door niets is ze onder, door niets uit te krijgen, biedt geen tegenstand aan niets, niets biedt tegenstand aan haar; ze maakt taai, ze maakt lenig ; ze bindt stevig alles samen, ze maakt het los en vrij ; ze is het heelmiddel voor alles en kent geen he,elmiddei voor haarzeIf; ze jaagt het geweld van het vuur aan en vestigt het toch in bestendigheid I...

Onze wereld bestaat echter uit dag en naehi, uit hard en zacht, uit dood en leven, uit vele elkaar bekampende tegenstrijdigheden. Waar zou het met haar heen moeten, bestond ook in haar dat element niet, waarin al die tegenstrijdigheden vereenigd en verzoend en leven­stiehtend leven ?

Erkent gij in dit beeld niet trek voor trek de liefde, uwe zaehte en sterke vrouwenIiefde ?

Boven aile andere gevoelens, in 't harte geboren; eiseht de liefde haar eerste plaats op. Tracht men ze te stikken om haar onverdraag­lijk zoeten en pijnlijken prikkel niet men te gevoelen, niets krijgt ze onder. Rolt men er een heel leven vol koortsachtig bewegen en werk­zaamheid op, duizend kommernissen er boven .... niets baat; van onder 't heele leven beurt ze zich op, van onder aile zorgen klautert

5

Page 8: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

haar zorg naar boven en gaat weerom haar plaats innemen : de hoogste, de plaats der kroon, van de doornekroon misschien wel, maar toch van de kroon.

Krone des Lebens, Glück ohne Rüh, Liebe, bist du 1

Met andere woorden : gij zijt tegen uw eigen liefde onmachtig. Maar de anderen zijn het ook tegen de Uwe. Niemand weerstaat haren drang. Zacht maar onweerstaanbaar breidt ze zich nit. Was er ook iemand zoo gröf, zoo lomp, zoo reusachtig verwaand, zoo dom, zoo heelemaal van 't hoofd tot de voeten in ijdelheid, lompheid en ijzer gepantserd als Goliath het was, toch zal de spleet tusschen helm en vizier te vinden zijn, waar de kei kan treffen. Is de spleet onaanzien-baar fijn,.... liefde heeft scherpe oogen.

Overal dringt liefde binnen. Sloop ze een duimpje ver binnen. dan gaat ze tot het einde, stilaan, stilaan verder tot dat alles vol is.

Stil en stom treedt ze nader ; ongehoord gelijk een sluipmoordenaar met den dood, alzoo zij met de levensgave.

Zacht streelt ze de hardste harten, plooit zich Haar de meest gene-, lijke, kregele, misselijke menschen, schikt zich volgens de meest onhandelbare karakters; langs den weg der ondeugden zelf, door de poort der gebreken en onhebbelijkheden sluipt ze zoet en aaiend binnen. Is ze eenmaal binnen, heeft ze eenmaal haar zoet laten voelen, dan is ze zoo een kostelijk en eenig levensbezit gebreken, dat niets ter wereld nicer bij machte is haar buiten te krijgen.

Voelt zich iemand vol van liefde, dan voelt hij zichzelf los en vrij ; de liefde bond hem in vrijheid vast : niets houdt hem 'ouiten zijn liefde gebonden ; de zelfzucht sprong stuk, de hoogmoed viel Heer, zelfs de vrees voor last en lijden verdween ; de levensgane ligt open en zonder hinderpalen met al de macht van zijn mogelijkheden, dubbel sterk omdat hij alles durft en niets ontziet, niets meer vreest maar alles verlangt, gaat hij met zijn liefde 't leven en al 's !evens mogelijkheden te gemoet, de Machtige mensch.

Hij gaat vooruit met goede gaven, met lieilszaden zijn banden vol, met 's levensbloei en genezing, met balsem voor alle wonden, tulip in allen nood, troost 'nor alle tranen, met zijn zonne, de liefde I Doch

6

Page 9: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

wordt de liefde zelf gekwetst, -- ach hartewonden zijn doodelijk ---

niets is er dat l paar genezen kan.

" Gebroken liefde is als een handvol scherven Die niets tot ouden samenllang kan heelen „

zingt die vrouwe met het groote hart, Henriette Roland Holst -Van der Schalk.

En dat ze 't your voedt, 't gulzigste monster, dat ze in zijn open moil springt en zij alleen daar blijft Leven en duren waar alles sterven zou, dat is de grootste triemf der liefde. Ontsteek den vuuroven van hartsdrift, geestdrift, offerverlangen, zelfroltering, versterving, mystieke gloed.... en de liefde alleen kunt ge er binnen werpen om er to blijven leven om al die doodskrachten in levenskrachten om te zetten en te stempelen met den stempel der ceuwige liefde : den bestendigen duur.

Liefde leeft met al die tegensprakelijkheden in zieh zelf, waar dat ze ook heersche, maar niets beheerscht ze zoo onbeperkt en algeheel als 't harte der vrouwen.

" Want sterk is het vrouwenhart Als het geld voor liefde te lijden Maar het vrouwenhart is zwak Als het tegen liefde moet strijden, Liefde het in zieh zelf verdeelt „

zingt er eene die 't vrouwenhart moet kennen, de daareven vernoemde grootste dichteres uit onzen laatsten tijd.

Zoekt dus en vindt in uzelf, in uw eigen vrouwenhart, die wondere kracht van de liefde.

Zoekt ze om ze te gebruiken. De wereld bestaat zoo ellendiglijk uit loutere vijandige bestand

-deelen : uit het lnijne en het uwe, nit ja en neen, uit boven en beneen, uit rechts en links, uit vioek en zegen, uit kamp Legen kamp.... Waar moet die wereld been, in welken put van den afgrond rnoet ze terecht-komen, zoo de liefde tusschen de twee vijandige deelen niet vloeien komt ?

En ons Vlaanderen in die wereld vertoont zoo allerellendigst die twee k ampen fegen elkaar gekaut, vertoont haast niets anders dan sclierp afgescheiden, afgescheurde deelen.

7

wordt de liefde zelf gekwetst, - ach hartewonden zijn doodelijk -niets is er dat haar genezen kan.

" Gebroken Iiefde is als een hand vol scherven Die niets tot ouden samenhang kan heel en "

zingt die vrouwe met het groote hart, Henriette Roland Holst-Van der Schalk.

En dat ze 't vuur vordt, 't gulzigste monster, dat ze in zijn open muil springt en zij aIleen daar blijft leven en duren waar alles sterven zou, dat is de grootste triomf der liefde. Ontsteek den vuuroven van hartsdrift, geestdrift, offerverlangen, zelfioltering, versterving, mystieke gloed .... en de liefde aIleen kunt ge er binnen werpen om er Ie blijven leven 0111 al die doodskrachlen in levenskrachten 0111 Ie zetten en te stel11pelen met den stempel der eeuwige liefde: den bestendigen duur.

Liefde leeft met al die tegensprakelijkheden in zich zelf, waar dat ze ook heersche, maar niets beheerscht ze zoo onbeperkt en algeheeJ als 't harte der vrouwell.

"Want sterk is het vrouwenhart Als het geld voor !iefde te Iijden Maar het vrouwenhart is zwak Als het tegen !iefde moet strijden, Liefde het in zich zelf verdeelt "

zingt er eene die 't vrouwenhart moet kennen, de daareven verno em de grootste dichteres uit onzen laatsten tijd.

Zoekt dus en vindt in uzelf, in uw eigen vrouwenhart, die wondere kracht van de !iefde.

Zoekt ze om ze te gebruiken. De wereld bestaat zoo el\endig!ijk uit loutere vijandige bestand­

deelen : uit het mijne en lid uwe, uit ja en neen, uit boven en beneen, uit rechts en lini<s, uit vloek en zegen, uit kamp tegen kamp .... Waar moet die werrld heen, in welken put van den afgrond moetzeterecht­komen, zoo de liefde tusschen de twee vijandige deelen niet vloeien k0111t ?

En ons Vlaanderen in die wereld vertoont zoo al\erellendigst die twee 1< Clmpen tegen elkaar gekant, vertoont haast niets anders dan scherp afgescheiden, afgescheurde declen.

7

Page 10: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

Wilt ge er u van yergewissen, beziet enkel het vaandel van Vlaan-deren,

Geen vaandel geeft trouwer het beeld van zijn volk weer dan 't onze. Uit twee kleuren bestaat het, enkel uit twee : zwart en goud, de

twee tegenvoeters van elkaar, zonder overgangskleur midden in, zwart en goud gelijk Vlaanderen zelf, gelijk zijn geschiedenis, gelijk zijn volk.

Het hangt daar geweven uit het goud van zijn dagen, uit het zwart van zijn nachten ;

uit het goud van zijn Zomervelden dubbel verguld door de zonne en den oogst, uit het zwart van zijn barren en donkeren winter ;

uit het goud van zijn bliksems, uit het zwart van zijn onweerswolken ; uit het goud van zijn verleden, uit het zwart van zijn heden ; uit het schitterend goud van den ouden roem, uit het donker zwart

van zijn tegenwoordigen rouw ; uit het goud der hoogste glorietoppen, bestegen op alle gebied van

menschelijk zijn en menschelijk werken, uit het zwart van den put des afgronds, waarin donkerte van elk verval woelt en verdikt ;

uit het goud van zijn vrijheid standgehouden tegenover de mach-tigste vorsten der aarde, uit het zwart van de slaafsche onderwerping aan de minste ezeltjes in zijn kleinen staat ;

uit het goud van zijn zegepralen, uit den glans van 1302 bovenal ; uit het zwart van zijn nederlagen, van zijn hemdloopen, stropdragen, en van deze jaren 1918 en volgende bovenal ;

uit het goud van die sterren van Vlaanderen, zijn denkers, zijn geniaal klaarzienden, van Artevelde, de eeuwen door tot nu toe, uit het zwart van 's yolks domheid of lafheid, dat ze niet kon of durfde volgen naar waarheid en heil ;

uit het goud van den allerhoogsten kunstroem, in zijn morgen-schoonheid te Brugge, in zijn middagmacht te Antwerpen, en nit het zwart van de onkunde, de onwetendheid, 't gebrek aan geleerdheid en kennis, zelfs aan scholen waar men die verkrijgen kan ;

uit het goud van de zieleschoonheid, nit het cethergoud van Ruis-broec's wereldvergetenden hemeldroom en uit het zwart van zijn volksgrofheid, slemperijen en geldzucht ;

uit het goud zelfs van de oude, eerlijk en verstandig verworven

Wilt ge er 11 van vergewjs\len, beziet enkel het vaandel van Vlaan­deren.

Geen vaandel geeft trouwer het beeld van zijn volk weer dan 't onze. Uit twee kleuren bestaat het, enkel uit twee: zwart en goud, de

twee tegenvoeters van elkaar, zonder overgangskleur midden in, zwart en goud gelijk Vlaanderen zelf, gelijk zijn gesehiedenis, gelijk zijn volk.

Het hangt daar geweven uit het goud van zijn dagen, uit het zwart van zijn naehten ;

uit het goud van zijn Zomervelden dubbel verguld door de zonne en den oogst, uit het zwart van zijn barren en donkeren winter;

uit het goud van zijn bliksems, uit het zwart van zijn onweerswolken; uit het goud van zijn verleden, uit het zwart van zijn heden ; uit het sehitterend goud van den ouden roem, uit het donker zwart

van zijn tegenwoordigen rouw ; uit het goud der hoogste glorietoppen, bestegen op aile gebied van

mensehelijk zijn en mensehelijk werken, uit het zwart van den put des afgronds, waarin donkerte van elk verval woe It en verdikt ;

uit het goud van zijn vrijheid standgehouden tegenover de maeh­tigste vorsten der aarde, uit het zwart Viln de slaafsehe onderwerping aan de minste ezeltjes in zijn kleinen staat;

uit het goud van zijn zegepralen, uit den glans van 1302 bovenal ; uit het zwart van zijn nederlagen, van zijn hemdloopen, stropdragen, en van deze jaren 1918 en volgende bovenal;

uit het goud van die sterren van Vlaanderen, zijn denkers, zijn geniaal klaarzienden, van Artevelde, de eeuwen door tot nu toe, uit het zwart van's volks dOl11heid of lafheid, dat ze niet kon of durfde volgen naar waarheid en heil ;

uit het goud van den allerhoogsten kunstroem, in zijn 1110rgen­sehoonheid te Brugge, in zijn middagmaeht te Antwerpen, en uit het zwart van de onkunde, de onwetendheid, 't gebrek aan geleerdheid en kennis, zeIfs aan seholen waar men die verkrijgen kan ;

uit het goud van de zielesehoonheid, uit het rethergoud van Ruis­broee's wereldvergetenden hemeldroom en uit het zwart van zijn volksgrofheid, slel11perijen en geldzueht ;

uit het goud zelfs van de oude, eerlijk en verstandig verworven

Page 11: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

geldmacht, uit het zwart van de door zijn onbewustzijn bestendigde Vlaamsche Koeliesarmoede en zwakheid ;

uit goud, dat steeds vermindert, uit zwart dat steeds toeneemt ; uit het smalle goud van de Vlaamsche idealisten, willers en durvers

tot aan den uitersten boord van 't laatste noodige, en uit het breede zwart van ziin practische berekenaars, compromissemannen, Vlaamsch tot aan 't eerste begin van 't geringste offer ;

uit het strookje goud, dat de oude bewaarde gezondheid van spie-ren en pezen in 't lichaam van den Vlaming bediedt, en uit het ein

-deloos veld zwart, dat de nacht van onbewustheid, heel des Vlamings hoofd vol, beteekent ;

uit het streepje goud der nog ras-echte Vlamingen, uit de wijd uitwaaiende bane zwart van de Vlaamsche Franskiljons van beide geslachten ;

uit het biesje goud van degenen, die lijden om Vlaanderen, en uit het heele doek zwart van hen, die Vlaanderen aan hun genietingen, geld, postjes en gemak opofferen ;

uit het vlekje goud — goud zeg ik, want martelaarsbloed is niet rood maar you i van glorie, en hun ketenen ook zijn geen zwart ijzer, maar 't louterste goud --y uit het vlekje goud van Van den Reeck's bloed en Dosfel's boeien, en uit het zwart, een heel vaandel vol, van de honderduizenden Vlamingen, die, uit vrees dat de glorie van dat vlekje hen in de schaduw mocht terug duwen, hun glicht niet durven ver-vullen noch de vrijheid voor dien gekerkerde en zijns gelijken vragen ;

uit goLid en zwart. 't Goud wordt langzamerhand zoo smal en het z wart zoo breed als de gouden afzetselboorden op de fluweelen zwarte koorkap van den priester, die een plechtige uitvaart begaat. De Vlaamsche kleuren krijgen stilaan de wederzijdsche evenredigheden, die dienen tot een begrafenis.

Welaan dan, Vlaamsche meisjes, "Vlaamsche vrouwen, er is maar een redmiddel voor dien nood

Uwe liefde. Giet ze overal als olie uit in dat arme Vlaanderen, overal opdat het

weer opleve, opdat het wassende zwart als van een vallenden nacht niet de laatste goudstrepen in 't Westen verdoove.

Het is hoog tijd.

geldmacht, uit het zwart van de door zijn onbewustzijnbestendigde Vlaamsche Koeliesarmoede en zwakheid ;

uit goud, dat steeds vermindert, uit zwart dat steeds toeneemt; uit het smalle goud van de Vlaamsche idealisten, willers en durvers

tot aan den uitersten boord van 't laatste noodige, en uit het breede zwart van zijn practische berekenaars, compromissemannen, Vlaamsch tot aan 't eerste begin van 't geringste offer;

uit het strookje goud, dat de oude bewaarde gezondheid van spie~ ren en pezen in 't lichaam van den Vlaming bediedt, en uit het ein­deloos veld zwart, dat de nacht van onbewustheid, heel des Vlamings hoofd vol, beteekent;

uit het streepje goud der nog ras-echte Vlamingen, uit de wijd~

uitwaaiende bane zwart van de Vlaamsche Franskiljons van beide geslachten ;

uit het biesje goud van degenen, die lijden om Vlaanderen, en ult het hcele doek zwart van hen, die Vlaanderen aan hun genietingen, geld, postjes en gemak opofferen;

uit het vlekje goud - goud zeg ik, want martelaarsbloed is niet rood maar gouj van glorie, en hun ketenen ook zijn geen zwart ijzer, maar 't louterste goud - uit het vlekje goud van Van den Reeck's bloed en Dosfel's boeien, en uit het zwart, een heel vaandel vol, van de honderduizenden Vlamingen, die, uit vrees dat de glorie van dat vlekje hen in de schaduw mocht terug duwen, hun plicht niet durven ver~ vullen noch de vrijheid voor dien gekerkerde en zijns gelijken vragen i

uit goud en zwart. 't Goud wordt langzamerhand zoo smal en het zwart zoo breed als de gouden afzetselboorden op de fluweelen zwarte koorkap van den priester, die een plechtige uitvaart begaat. De Vlaamsche kleuren krijgen stilaan de wederzijdsche evenredigheden, die dienen tot een begrafenis.

Welaan dan, Vlaamsche meisjes, 'Vlaamsche vrouwen, er is maar een redmiddel voor dien nood

Uwe liefde. Giet ze overa! als olie uit in dat arme Vlaanderen, overal opdat het

weer opleve, opdat het wassende zwart als van een vallenden nacht niet de laatste goudstrepen in 't Westen verdoove.

Het is hoog tijd.

Page 12: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

Het is overal noodig. Kwetsuren, krankheden, zwakheden, halfheden, verbotheden, knol-

len, verval en bederf vindt ge in al de lagen van uw volk. Giet de olie van uw liefde naar beneden. Beneden, gij verstaat mij, beteekent naar het onontwikkelde volk,

wiens geest beneveld, wiens hart traag is, maar dat een groot verlan-gen heeft naar verlichting en liefde, van zoohaast het niinste straaltje doordrong. Gaat er naartoe, want het komt niet tot u. Verlicht het op de wijze waarop liefde verlicht : met het voorbeeld te geven, islet de leer te leven, die men prediken wil, en 't yolk, de grootste volger der wereld, zal u volgen. 't Voorbeeld is niet genoeg : rechtstreeksche, onmiddellijke omgang met het volk, warme aanraking er mee, innig samenvoelen moet er komen. Daarom hebt ge aristocratische afge-sloten bondjes gesticht, waar schoone muziek gespeeld, schoon voor-gedragen en gesproken en gestudeerd wordt, dan hebt ge zeker veel lof verdiend, maar niet allen lof. Uw werk is niet volledig. Wat goed is stort zich uit en : " het is gelukkiger te geven dan te krijgen „ dat psalmwoord moogt ge niet vergeten ; eerst als ge uw schoon Vlaamsch leven medegedeeld hebt, als ge uw schoone Vlaamsche liefde in de volksmeisjes hebt voortgeplant, moogt ge uw taak als voltooid aanzien.

Giet uw olie naar boven uit. Boven, weerom verstaat ge mij. Boven beteekent wat men gewoon-

lijk zoo noemt : de rijkere, meer geleerde standen van Vlaanderen, o volstrekt niet " boven „ in absoluten zin ! Ik kan en niemand kan als werkelijk de bovenste laag van Vlaanderen de Vlaamsche rijkere klassen aanzien. Men moet het hoofd zijn van zijn volk om waarlijk er boven te staan, d. i. in zijn plaats, voor bun denken, van hun droo-men, om hun bezorgd zijn, 't vaderhoofd vol minnend en zcirgend denken zijn van zijn volk om waarlijk boven zijn yolk te staan, al zijn geleerdheid, voornaamheid, kunst en smaak aanwerven en gebruiken.

" Voor alles wat den volke goed was. „ dan staat men gelijk die ideale koning Hiawattha wezenlijk als 't vor

-stelijk hoofd boven zijn volk Maar als men BOVEN zijn yolk staat of waar men wezenlijk staat

als men alleenlijk daarom denkt om een vreemd volk na te apen en te

10

Het is overal noodig. Kwetsuren, krankheden, zwakheden, halfheden, verbotheden, knol­

len, verval en bederf vindt ge in al de Iagen van uw yolk. Giet de olie van uw liefde naar beneden. Beneden, gij verstaat mij, beteekent naar het onontwikkelde Yolk,

wiens geest beneveld, wiens hart traag is, maar dat een groot verlan­gen heeft naar verlichting en liefde, van Zllohaast het minsle straaltje doordrong. Gaat er naartoe, want het komt niet tot u. Verlicht het op de wijze waarop liefde verlicht: met het voorbeeld te geven, met de leer te leven, die men prediken wil, en 't Yolk, de grootste volger der wereld, zal u volgen. 't Voorbeeld is niet genoeg : rechtstreeksche, onmiddellijke omgang met het Yolk, warme aanraking er mee, innig samenvoelen moet er komen. Daarom hebt ge aristocratische afge­sloten bondjes gesticht, waar schoone l11uziek gespeeld, schoon voor­gedragen en gesproken en gestudeerd wordt, dan hebt ge zeker veel lof verdiend, maar niet allen lof. Uw werk is niet volledig. Wat goed is stort zich uit en : " het is gelukkiger te geven dan te krijgen" dat psalmwoord moogt ge niet vergeten ; eerst als ge uw schoon Vlaamsch leven medegedeeld hebt, als ge uw schoone Vlaamsche liefde in de volksmeisjes hebt voortgepJant, moogt ge uw taak als voltooid aanzien.

Giet uw olie naar boven uit. Boven, weerom verstaat ge mij. Boven beteekent wat men gewoon­

Iijk zoo noemt : de rijkere, meer geleerde standen van Vlaanderen, o volstrekt niet " boven " in absoluten zin! Ik kan en niemand kan als werkelijk de bovenste laag van Vlaanderen de Vlaamsche rijkere klassen aanzien. Men moet het hoofd zijn van zijn yolk om waarlijk er boven te staan, d. i. in zijn plaats, voor hun denken, van hun droo­men, om hun bezorgd zijn, 't vaderhoofd vol minncnd en zc;rgend denken zijn van zijn yolk om waarlijk boven zijn yolk te staan, al zijn geleerdheid, voornaamheid, kunst en smaak aanwerven en gebruiken.

" Voor alles wat den volke goed was. " dan staat men gelijk die ideale koning Hiawaltha wezenlijk als 't vor­stelijk hoofd boven zijn volk.. ....

Maar als men BOVEN zijn yolk staat of waar men wezenlijk staat als men alleenlijk daarom denkt om een vreemd yolk na te apen en te

10

Page 13: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

bevoordeeligen, alleenlijk daarvan droomt om den staart te zijn van een vreemd yolk.... dat bepaal ik niet verder, de zake zelf wijst aan onze bovenste standen de plaats aan waar alle ontaarden en ver-basterden, onverbiddelijk door den gang van naturen terecht komen.

Giet er toch uw liefde naartoe, naar die staartverlengers van Frank-rijk. Giet ze naar boven, dewijl ze zich boven wanen.

Naar boven gieten is moeilijk uit zijn eigen, en boven vindt ge al 't harde, dorre, kale, koude, weerbarstige : de toppen zijn rotsen, en 't goud verkoud. Veel steilten zult ge op moeten klouteren, steilten van hoogmoed en verwaandheid, aan veel scherpe kammen u schu-ren, scherpten van misprijzen en haat, veel voetpaden, eng en nauw moeten volgen vooraleer ge binnentreedt in de harten en hoofden zoo eng en gesloten geworden als hun beurs, die enkel voor geld nog open gaat. Bemint ze toch en giet uw liefde naar hen uit opdat ze veranderen, maakt die menschen weerom menschelijk. Menschelijke menschen, die Vlaanderen bewonen, moeten toch Vlaanderen beminnen.

Giet uw liefde neven en rondom u uit. Onder uws gelijken bedoel ik daarmee : dit zijn de meisjes van

Vlaanderen en ook de jongelingen van Vlaanderen. Het staat treurig vast, dat het noodig is, zeer noodig. Gij weet het allen dat lang niet al de meisjes van Vlaanderen

Vlaamsche meisjes zijn, dat er zoo geweldig vele het nog niet zijn. En die worden zelf duiden zoo een treurige en beschamende wanverr-houding van onnatuurlijkheid aan : meisjes van Vlaanderen en geen Vlaamsche meisjes. Van 't yolk en met den vreemde 1 Kind van 't huis en voelend voor den buurman 'k Druk er niet op, het is te smart& ijk klaar.

Vrouwen worden in schoonheid voltooid door de liefde, die ze voelen, is 't niet doodjammer, dat duizenden van de onzen die vol-tooiing missen door haar tegennatuurlijke liefde voor den vreemde, voor den buurman 1... Doodjammer dat ze worden wat ze moeten worden : liefde immers werkt het zedelijk wezen uit, en onnatuurlijke liefde maakt halfslachtigen voor het minst, en meestal wanstaltigen, verbasterden, ontaarden, parasiten. Dat mag niet. Geeft haar 't voor-beeld van uw schoone liefde. Leert haar den eersten stelregel der

11

Page 14: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

lleHde, die luidt : " de welgeordende liefde begint met de liefde tot zieh zeif, „ die op volkeren toegepast klinkt : Men moet eerst zijn eigen volksaard en beschaving minnen eer men nuttig den vreemden aard en beschaving minnen kan. „

En onder de Vlaamsche jongelingen, is dat noodig, dat uw liefde er onder uitga ? In plaats van ze te ontvangen ?

Helaas ja. 't Getijde van hun geestdriftig edelmoedig idealisme schijnt verloopen ; bij velen vindt men grijze wijsheid in plaats van edelen waanzin der liefde, de hoogste zekerheid; voor velen is Vlaan-deren te arm en te naakt, ze wenschen het niet tot bruid hunner ziel gelijk St-Franciscus de armoede in den onmetelijken rijkdom van zijn hart. Meer wensch ik daarover niet to zeggen. Giet uw liefde naar hen uit als een beschamend voorbeeld; ze zijn te edel om het niet te volgen.

Giet uw liefde naar alle zijden uit, breidt ze uit als olie over heel uw volk, dan doet ge 't goud toenemen en 't zwarte slinken in de vlagge van Vlaanderen. Liefde is immers goud, en eenmaal wordt de Vlagge door U een heel veld goud enkel nog omboord aan de vier zijden met een smal lint zwart, de herinnering aan 't lijden waaruit al die glorie geboren werd.

En uw volk herrijst ook naar 't beeld van zijn Vlag, gehouden in heele vrijheid en zelfbewustzijn met enkel nog 't zwart van zijn oude lidteekens.

En dat zou heerlijk zijn, want dan geleken Vlag en Volk op Christus verrezen, over heel zijn lichaam glorieus, met de bewaarde lijdens-herinneringen er in : de vijf wonden.

12

Page 15: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

pede @Fouden fe 'Fasse 1f

ET is er zoo stil in de heide

In de heide zoo lief en frisch Als ik die verzen uit Benoit's liedje zoo in mij voel

1-̂ opkomen, dan weet ik wel waarom. Stil is 't hier wel niet, mag het ook niet zijn. Stilte is Been

deugd voor Vlaamsche jongelingen die vergaderen. In de heide zijn we or)k niet. Ze staat in bloei nu en gelijkt op

't verloren Paradijs in de WILDE en onvervalschte PRACHT van al haar bloemen en groen Jammer dat ge uw vergadering midden in de heide niet houdt

Maar hier is 't frisch. Frisch beteekent versch, onmiddellijk uit den natuurgrond opge-

schoten, nog ruikend naar de moederaarde, door 's levens groei en

werk nog niet gewijzigd, vervormd, geknakt, verwelkt, nog heelemaal zijn eigen, met zijn eigen kleur, zijn eigen geur, zijn eigen zwier en zwaai, zijn eigen gedaante, zijn gezondheid, zijn eensheid, zijn gaaf-heid, met een woord zijn ongerepte maagdelijkheid.

Die hooge, die edele frischheid, dit bloeiende levensgoed, drinken

mijn oogen op uit uwe wezens, uit uwe ledematen Gij zijt frissche

jongens van de heide ; de heide staat in bloei voor mij. Men zegt dat

ze heinde en verre, zoo ver als de oogen dragen, bloemen en nog bloemen golven laat, welaan dan, 'k getroost mij er in, slechts in een zaal en niet in de heide to staan, nu ik deze zaal, van hier aan mijn voeten tot aan den versten rand der muren, heel en al in frissche

jongens bloeien zie, en 'k herinner mij den indruk dien d° soldaten uit Limburg op al de menschen uit onze streek, op de almoezeniers

die uit West-Vlaanderen waren, maakten : Wat frissche, wat heldere jongens zijn dat

13

Page 16: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

Gij zegt zeker bij u zelf : is Verschaeve nu van zoo verre gekomen om ons complimentbloemen te offeren ? Of staat hij niet goed vast in de redevoering die hij ons houden wil : verwart hij de eene redevoe-ring met de andere ? hooren we hier wellicht niet een brok uit diegene van Maandag laatst, voor de m eisjes bestem i ? Ja, dan begrijpen we waarom hij zijn rede vol bloemen fleuren laat en van 't loven geuren

Ik zou u kunnen antwoorden dat bloemen te offeren op een vijf en twintigjarig jubelfeest wel degelijk past, ook nog dat er geen treffender jubelgeschenk zou kunnen gevonden worden dan de jubelvierenden zelf aan zich zelf op te offeren, als nog ongerepte frissche bloemen, ook nog dat de scherp hoorenden in dien u tegenbloeienden lof wel de les kunnen vernemen : gij moet frisch blijven, geiijk ge nu zijt, in een waarin die h)o;e frischheil overal, ook in de jeugd te loor gaat, en gij moet dus bewaren wat die frisschheid voedt en onder-houdt : uwen eenvoud, uwe kracht en uw geloof. Uit zielen die en-voud, kracht en geloof in zich vereenigen, schiet de bloem van 't ideaal het schitterenst op, zweven de geuren der droomen, die kunst en schoonheid worden, het betooverenst in de hoogte, rij ien de mas-ten op, die trotseeren en de donkere glorie worden en blijven van hun land.

Doch geen enkel van die drie antwoorden heb ik noodig, daar ik hier voor den dag treed met een heel wat eenvoudiger reden :

Ik spreek van uwe heide en hare bloemen omdat ik van de zee en haar stormen wil spreken tot u.

Ik spreek van den heikant omdat ik van den zeekant ben en dat die beide kanten zoowel elkaar beantwoorden.

Wij zijn de twee kanten van Vlaanderen. Aan zijn twee uiteinden liggen West-Vlaanderen en Limburg, omtrent gelijk Achilles yolk en Ajax yolk lagen in het schepenlegerkamp der Grieken vöor Troja. De twee eindvleugels hadden de Grieken aan de twee sterksten toever-trouwd. Laat ik dit heel stil zeggen, opdat het de Sinjoren niet vernemen : dat men aan de beide uiterste einden van Vlaanderen de gedachten van zijn hoofd en de gevoelens van zijn hart ook tot het uiterste laat gaan, en aan middelwegen, hoe gulden ook, als men ze te midden van vijanden moet inslaan, al niet veel gelooft.

14

Page 17: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

Laat ik luide zeggen : dat Limburg eerst en steeds best op de geweldige stemmen geantwoord heeft, die weleer uit West-Vlaanderen zijn opgegaan, en dat West-Vlaanderen de stemmen uit het diep Limburgsch gemoed in 't binnenste van zijn hart laat neerzinken, ze nleevoclt en in volle harmonie met haar meezingt.

Rodenbach's kreet : " Vliegt de Blauwvoet „ wekte wilde echo's in de stille heide, en naar " 't Daghet in den Oosten „ beurde West-Vlaanderen zijn hoofd op als naar de zoete hoop van de dageraad-stralen van een schoonen dag.

Dat ging zoo voort en nu nog antwoorden innig diepe stemmen uit het geheimzinnig hart der heide op de zangen en 't gebruis van 't zeeland : Hilarion Thans op Gezelle en Arthur Meulemans op Peter Benoit.

Ik kom dus uit het land van de zee, uit het oude Veurne-Ambacht, waar de Moeren, de Kerels, de Blauwvoeters woonden, waar de lucht van 't zout der zee doortrokken bitter en sterkend ruikt, waar dag en nacht de zeewind rondom de hui yen zuckt, waar de boomen ruischen al de jaren van hun bestaan onverpoosd, waar de weiden wijd en vlak order de nevelen uitgestrekt liggen naar het beeld van de zee en wat zou ik u uit dat oude, historische, romantische zeeland wel anders brengen, dan den ouden Vlaamschen zeegroet, die uwe scharen vijf en twintig jaren lang heeft doen golven, de eene na de andere, alle in dezelfde beweging van geweld en van grootheid, naar Vlaan-deren's ontvoogding, den kreet : Vliegt de Blauwvoet! Storni op zee !.

Dat is geen oproerskreet. Dat is een levensl eet. Opdat hij Moor U een levenskreet worde, dit wil zeggen opdat hij

u waarlijk leide in uw strijd voor 't leven van Vlaanderen, laat mij hem omkeeren en op u toepassen.

Stormt het op zee dan vliegt de Blauwvoet! Hij vliegt, riet olle te vluchten het veilige land in, maar hij vliegt

met den vliegenden wind lnee, midden er in ; dat is zijai wjze oln mee te stornier met den storm, zijn plicht en zijn adel.

Daar de Vlaamsche beweging ilu staat in het teeken vadden storm,

15

Page 18: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

aloeten we weten hoe we mee moeten stormen. Verschrikt niet voor

dit woord storm, laat er enkel voor verschrikken hen die een siecht geweten hebben. Wij hebben geen siecht geweten en storm beteekent voor ons noch omwenteling, noch oproer, maar strijd, ongenadigen strijd, strijd die niet zoozeer landen, instellingen, gebouwen enz. breekt,

maar die wel ons zelf kan breken onder de zwaarte van 't offer, dat

hij ons eischen kan. Hoe moeten we ons waardig maken om mee te stormen in dien

storm ? Laten we bij de zee op school gaan. Zij doet wel niet wat de mensch doet : zelf haar eigen stormen

verwekken, maar zij is door God op zoo een wijze geschapen gewor-den, dat ze onder alle schepselen der aarde het best kan stormen en

voor al de andere dus als leerm eesteres in het stormen kan optreden.

Hebt ge nog eenen storm op zee gezien ?

Hij verschilt heelemaal van den storm op het land.

Al 't geweld bij de landstormen ligt in de lucht ; de hemel is zijn

tooneel ; daar rollen en ijlen de wolken ; daar slingeren de donder-slangen ; daaruit stroomt de regen ; 't lan lijdt doch komt in geen beweging ; boomenkruinen worden 't felst aangegrepen en staan onder de rukkende winden te wringen en te buigen ter plaatse. Maar de zee wordt evenfel aangegrepen als de lucht, heel haar oppervlakte komt in geweld en beweging, ze wedijvert met den hemel in donkerte

en drift ; de stormharmonie is volledig tusschen bov n en beneden. Geen stukken van de zee maar heel hare eindelooze oppervlakte gaat

in gang, 't gegolf en 't gewentel rolt van kimme'tot kimme, baren en rollers drijven allemaal als een enkel leger dezelfde richting uit, -^-

dezelfde als de wolken daarboven ; heel de zee en heel de hemel schuiven vooruit : de geest en 't hart van den toeschouwer staan stil

voor dit ongehoorde ; heel de brok wereld, daar voor hen, schijnt op-gestaan en op gang gegaan naar andere streken en tijden. Geen volkeren- maar een wereldverhuizing.

Diep in den grond der zee, in haren afgrondschoot schijnt een even-redig sterke verandering plaats te grijpen. 't Hart van de zee woelt

zich om, 't breekt open en 't wil ook heel, maar heelemaal anders

16

Page 19: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

worden. Schijnt heel de massa der zee op te rukken naar 't heilland, dat, gelijk altijd, over den horizont ligt, dan wil de zee zelf ook anders worden en met een omgekeerd hart die betere tijden te gemoet. Ziet ! ze draagt overal het teeken van die wezensomwen-teling : Ze brengt overal het tegenovergestelde voort van wat ze is. Ze is somber, ze is donker, haar schoot is hellezwart en hij barst open in schitterwitte wonden. Wat men in landstorm slechts op een paar plaatsen van den hemel ziet gebeuren, de donkere stormwolk den gloeienden bliksem uitslingeren, 't meest nachtelijke 't meest lichtende, dat ziet men op zee overal : duizenden en duizende baren heffen om-hoog zwart als de nacht en smijten uit wat ze daarbinnen dragen : een zilverwitten sikkel schuim. Wonderbaar ! heel de zwarte zeevlakte wemelt van schittervlekken, al de donkere golvenkoppen rollen met zilver gekuifd, de sombere afgrond braakt niets dan witheid.... Men luistert toe : ieder braken lijkt een breken, uit duizenden brekingen groeit een zoo onmetelijk treurig gebruis dat men begint te begrijpen : dat is het hart der zee dat breekt, en haar duizenden golvenbreuken werpen het witte leven uit, dat ze draagt en dat ze droomt.

En een vaart en een worp van al die baren vooruit, van al die wolken daarboven ! Geen aarzeling, geen weifeling, geen vertraging nergens, van 't eer e Binde der zee tot aan het andere een zelfde razend tempo. Rijst er een klip, een sprong en er over, staan daar de eeuwige remmen van 't strand toch den kop voorover recht er naar toe en er tegen. Een beukend rammeien, dan een gisten, een koken, schuimen en zieden, zoodat men den dood der wateren tegen het strand branding moet noemc:n.

Dat is de storm op zee. Wie hem ziet staat er verbijsterd voor. 't Oog ziet, maar de ziele

vraagt. Hoe komt dat nu ? Hoe verlost hier de storm de ruimte zelf van haar

rust en van haar gebondenheid, hoe lost hij ze van den keten van haar grondvesting zelf ?

Hoe dwingt hij de donkerte om witheid te baren ? Hoe bezielt hij de zee met zoo een leven dat het ijlt naar den dood

en stelt hij aan den kottden dood in het beeld van de zergende hitte ?

17

Page 20: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

Hoe, met ben woord, geeft de storm macht aan de zee tegen de ruimte die ze omvat en tegen haar zelf ?

** Als we, geschokt door 't benauwend groote van den zeestorm, dat,

gelijk al 't benauwend groote, in dat brekend bouwen van levende tegenstellingen en paradoxen uitloopt, aan 't zoeken en aan 't ontleden gaan, dan komen we eerst tot kleine en nuchtere vaststellingen, die na een oogenblik, noch klein, noch nuchter meer blijven.

Wij zeggen tot ons zelf : De macht van den storm komt uit de zwakheid der zee, en die

zwakheid op hare beurt bestaat nit die willooze eenvoudigheid van de elementen der zee.

Ze is dus maar water, dun water, dat glijdt en vloeit en stroomt naarmate men het belt en stuwt ; alle druppels van dat water gelijken op elkaar, zijn niet te onderscheiden, hebben geen perken van eigen kracht, bieden aan de andere geen weerstand, zelfs geen wezensweer-stand : ze vloeien in en door malkaar, worden 't een het andere, saamgesmalten....

En toch, en toch is de zee de stormster bij ultmuntendheid, en ze is gebouwd door den Wezenkenner en den Wezenmaker

Laten we niet zoo waterachtig er over denken en ook onzen geest niet laten glijden zonder houvast of rempunt.

God heeft alles wel gedaan. Heeft hij de zee gesteld in dat groote teeken der eenheid, die zoo

prachtig reeds uitstraalt in de grootheid van hare Gene, eindelooze uitgestrektheid, maar die haar ook naar binnen even sterk doordringt, in al hare deelen en deeltjes, zoodanig dat men waarlijk geen dee'en noch deeltjes in haar vindt, geen afscheidingen, niets, maar haar droppels zelf niet uit elkaar kon houden, zoo heelemaal gelijk gemaakt zijn ze.... is dat zwakheid te noemen dan wel de felste samenhoorig-heid en dos de hoogste wezenskracht ?

Heeft God daarbij nog aan de zee een zekere eenzijdigheid gegeven, zoodanig dat, gaat er stowing tot beweging uit, alles in haar op het eerste oogenblik gehoorzaamt, denzelfden druk ontvangt, hens on-verzwakt, geheel en volledig mededeelt en voortplant, evenveel

18

Hoe, met een woord, geeft de storm macht aan de zee tegen de ruimte die ze omvat en tegen haar Z('\f ?

:I< :I< :I<

Ais we, geschokt door 't benauwend groote van den zcestorm, dat, gelijk al 't benauwend groote, in dat brekend bouwen van levende tegenstellingen en paradoxen uitloopt, aan 't zoeken en aan 't ontleden gaan, dan komen we eerst tot kleine en nllchtere vaststellingen, die na een oogenblik, noch klein, noch nuchter meer blijven.

Wij zeggen tot ons zelf : De macht van den storm komt uit de zwakhcid dcr zee, en die

zwakheid op hare beurt bestaat uit die willooze eenvoudigheid van de elementen der zee.

Ze is dus maar water, dun water, dat glijdt en vlocit en stroomt naarmate men het helt en stuwt; aile drllppels van dat water gclijken op elkaar, zijn niet te onderscheiden, hebben geen perken van eigen kracht, bieden aan de andere geen weerstand, zelfs geen wezensweer­stand: ze vloeien in en door malkaar, worden 't een het andere, saamgesmoiten ....

En toch, en toch is de zee de stofmster bij uitmuntendheid, en ze is gebouwd door den Wezenkenner en den Wezenmaker !

Laten we niet zoo waterachtig er over denken en ook onzen geest niet laten glijden zonder houvast of rem punt.

God heeft alles wei gedaan. Heeft hij de zee gpsteld in dat groote tee ken der eenheid, die zoo

prachtig reeds uitstraalt in de grootheid van hare cene, eindelooze uitgestrektheid, maar die haar ook naar binnen even sterk doordringt, in al hare deelen en deeltjes, zoodanig dat men waarlijk geen dee'en noch deeltjes in haar vindt, geen afscheidingen, niets, maar haar droppels zelf niet uit elkaar kon houden, zoo heelemaal gelijk gemaakt zijn ze .... is dat zwakheid te noemen dan wei de felste samenhoorig­heid en dus de hoogste wezenskracht ?

Heeft God daarbij nog aan de zee een zekere ecnzijdigheid gegevcn, zoodanig dat, gaat er stuwing tot beweging uit, alles in haar op het eerste oogenblik gehoorzaamt, denzelfden druk ontvangt, hem on­verzwakt, geheel en volledlg mededeelt en voortplant, even vee I

18

Page 21: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

macht ontvangt en uitoefent als de machtbron zelf er bezat en in-stootte, de gegeven richting volgt tot het uiterste, door haar geweld onmachtig om zijdewaarts of waar dan ook of te wijken.... is dit weerom zwakheid te noemen van willooze eenvormigheid, dan wel wezenskracht van wilvaste eensgezinde eenzijdigheid ?

Heeft Hij haar eindelijk zoodanig gebouwd, dat de Berste windstoot evenmin als de laatste, geen enkel deeltje in heel de zee van banden los moet rukken, van zijn eigen zwaarte bevrijden, eigen tegenstrib-beling helpen te overwinnen, eigen weifeling te boven te komen, grilligheid of voorliefde ter zij te schuiven, maar dat Hij de heele zee als van zelf, automatisch, gelijktijdig en gelijkig ziet vooruitbewegen.... komt dit v oort uit slaafsche zwakheid, dan w el uit de kracht van de wonderste, algeheel over zichzelf beschikkende vrijheid ?

Zouden we nu niet nader bij de waarheid gekomen zijn ?

Zou de stormmacht van de zee niet liggen in haar wezensecnheid die 't voelen naar 't evenbeeld van 't zijn maakt, bij de eerste als bij de laats' e bare, m. a. w. in ongeevenaarde rasechtheid, in haar geheelheid ?

Zou ze niet liggen in de geheelheid van haar wil en werk, waardoor ze heel wil wat ze wil, nicts anders dan wat ze wil, en zoo lang en zoo fel tot dat de wil heeft wat hij wil ?

7cu ze niet liggen in die geheelheid van haar zichzelf bezitten, waardoor ze feel hare macht in haar bezat heeft, en tot al wat ze vermag ook waardig en bel eid staat ?

En kon ze ons die drie zaken leeren : geheelheid in wezen, geheel-heid in wi1, geheelheid in vrijheid ; zouden we dan niet heelemaal vaardig zijn voor den storm, cn onze storm niet zeker van zege ?

Vlaamsch in ons wezen. Was het Vlaamsch geheel 1 Telkens als 't storm moet 2 ihn, stormde dan Vlaanderen maar

geheel, van den heikant tot den zeekant ! Stormde in elken rnirg, die zieh Vlaming nocmt, maar geheel

zijn ziel ! Was elkeen van ons maar geheel Vlaming ! Geheelheid is waarheid. Geheelheid geeft zekerheid.

19

macht ontvangt en uitoefent als de machtbron zelf er bezat en in­stootte, de gegeven richting voIgt tot het uiterste, door haar geweld onmachtig om zijdewaarts of waar dan ook af te wijken .... is dit weerom zwakheid te noemen van will ooze eenvormigheid, dan weI wezenskracht van wi!vaste eensgezinde eenzijdigheid ?

Heeft Hij haar eindelijk zoodanig gebouwd, dat de eerste windstoot evenmin als de laatste, geen enkel deeltje in heel de zee van band en los moet rukken, van zijn eigen zwaarte bevrijden, eigen tegenstrib­beling helpen te overwinnen, eigen weifeling te boven te komen, grilligheid of voorliefdl' ter zij te schuiven, maar dat Hij de heele zee als va:1 zelf, automatisch, gelijktijdig en gelijkig ziet vooruitbewegen .... komt dit \oari uit slaafsche zwakheid, dan weI uit de kracht van de wonderste, algeheel over zichzelf beschikkende vrijheid ?

louden we nu niet nader bij de waarheid gekomen zijn ? lou dc storll1macht van de zee niet liggen in haar wezemecnheid

die 't voeIen naar 't evenbeeld van 't zijn maakt, bij de eerste als bij de laats'e bare, m. a. w. in ongeevenaarde rasechtheid, in haar geheelheid ?

lou ze niet Iirgen in de geheelheid van haar wit en werk, waardoor ze heel wil wat ze wil, nicts anders dan wat ze wil, en zoo lang en zoo fel tot dat de wi! heeft wat h'ij wit ?

Zuu ze niet liggen in die geheelhcid van haar zichzelf bezitten, waardoor ze heel hare macht in haar bezit heeft, en tot al wat ze vermag ook waardig en bel eid staat?

En kon ze ons die dric zaken Iceren: geheelheid in wezen, geheel­heid in wil, geheelheid in vrijheid; zoudcn we dan niet heelemaal vaardig zijn voor den storm, en onze storm niet zeker van zege ?

Vlaamsch in ons wezen. Was het Vlaamsch geheell Telkcns a!s 't storm moet 2ijn, stormde dan Vlaanderen maar

geheel, van den heikant tot den zeekant! S(ofmde in elk en Vlcl11irg, dic zich Vlaming 110(111t, maar gcheeI

zijn ziel ! Was elkeen van ons maar geheel Vlaming! Geheelheid is waarheid. Geheelheid geeft zekerheid.

19

Page 22: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

Geheelheid geeft vastheid. Geheelheid geeft onmiddellijkheid. De geheele Vlaming durft Vlaanderen's nood inzien gelijk hij is ; klampt zich niet aan lieven twijfel vast om dien nood en zijn plicht

te verminderen ; vast volgt hij zijn weg ; op elke bockt of kruispunt of verwikkeling zet hij onmiddellijk zijn

staf onfeilbaar juist. En komt dat niet hierop neer : op 't oogenblik dat het " vooruit 1 „

weerschalt, gaat de geheele Vlaming, ook geheel vooruit met al zijn mogelijke macht !

En komt het ook hierop niet neer : Met geheele Vlamingen went Vlaanderen heel zijn recht ? Wie wil er minder dan heel Vlaanderens recht ?

De zee, de prachtig geheele zee, geeft ons goede lessen. — Ze leert ors ook geheel te willen. Zoo 't wezen, zoo de wil. Door niets echter geeft het wezen zijn aard zoo bloot als door zijn

liefde, door zijn hart. 'k Mag dus ook zeggen : zoo een liefde, zoo een wil. Is 't hart heel door zijn liefde ingenomen, dan schiet er de wil uit,

als een bliksem zoo snel, als een zwaard zoo recht, en als de mensch zelf zoo machtig. Geheele liefde offert alles. Die twee woordjes zijn tweelingen : geheel

en alles. En de oude eerste Vlamingen, die hun hart heel en gansch door de Vlaamsche liefde ingenomen voelden, hebben, door de ziele gedwongen, den eenigen kreet gevonden, die het volle hart kon vin-den : Alles voor Vlaanderen

Vlaanderen voor Christus Alles voor Vlaanderen 1 de eerste reeds volledige leuze, wier " alles„

nog gebiedender en vollediger wordt door de tweede : Vlaanderen, voor Christus : De heele leuze beteekent immers niets anders dan Alles voor Vlaanderen in den tijd en in God, of nog korter : Alles overal!

Met een halven wil wordt Vlaanderen half gered en dit beteekent geheel verloren. Slechts zij die alles willen zullen Vlaanderen redden. Wilt gij, de frissclle, d. i. de gave jongens van de beide, slechts halve redders worden van 't land uwer liefde ? 20

Geheelheid geeft vastheid. Geheelheid geeft onmiddeIlijkheid. De geheele Vlaming durft Vlaanderen's nood inzien gelijk hij is; klampt zich niet aan Iieven twijfel vast om dien nood en zijn plicht

te vermind eren ; vast voIgt hij zi.in weg; op elke bocht of kruispunt of verwikkeling zet hij onmiddeIlijk zijn

staf onfeilbaar juist. En komt dat niet hierop neer : op 't oogenblik dat het "vooruit I "

weersch~!t, gaat de geheele Vlaming, ook geheel vooruit met al zijn mogelijke macht !

En komt het ook hierop niet neer: Met geheele Vlamingen wint Vlaanderen het! zijn recht ? Wie wil er minder dan heel Vlaanderens recht?

De zee, de prachtig geheele zee, geeft ons goede lessen. - Ze Ieert OilS ook geheel te willen. Zoo 't wezen, zoo de wi!. Door niets echter geeft het wezen zijn aard zoo bloot als door zijn

liefde, door zijn hart.'k Mag dus ook zeggen : zoo een liefde, zoo een wi!. Is 't hart heel door zijn Iiefde ingenomen, dan schiet er de wil uit,

als een bliksem zoo snel, als een zwaard zoo recht, en als de mensch zelf zoo machtig. Geheele liefde offert alles. Die twee woordjes zijn tweeIingen : geheel

en alles. En de oude eersle Vlamingen, die hun hart heel en gansch door de Vlaamsche Iiefde ingenomen voelden, hebben, door de ziele gedwongen, den eenigen kreet gevonden, die het volle hart kon vin­den: Alles voor Vlaanderen I

Vlaanderen voor Christus I Alles voor Vlaanderen I de eerste reeds volledige leuze, wier" alles"

nog gebiedender en vollediger wordt door de tweede : Vlaanderen voor Christus: De heele leuze beteekent immers niets anders dan Alles voor Vlaanderen in den tijd en in God, of nog korter: Alles overal!

Met een halven wi! wordt Vlaanderen half gered en dit beteekent geheel verloren. Slechts zij die alles willen zullen Vlaanderen redden. Wilt gij, de frissche, d. i. de gave jongens van de heide, slechts hal ve redders worden van 't land uwer Iiefde ? 20

Page 23: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

Welaan, de zee leert ons goed, laten we paar hare la fitste lesse luisteren.

Dc les in vrijheid. Voor de vrijheid zingt Limburg het aardigste lied.

Onzalig dc man die Haar den strijd geroepen wordt en niet in de ziele vrij is. Zijn lichaam smeekt hem om zijn gemak, zijn genietingen, zijn gezondheid, zijn belloud ; zijn bezittingen, have en goed, zijn huis, zijn vrouw blinken bedwelmend hem tegen ; zijn halide], zijn amt, zijn betrekkingen leggen hem aan banden ; zijn toekomst benevelt hem met al hare aantrekkelijkheid, werpt al haar droomen als lasso's om hem vast, legt zieh dwars over zijn baan...

Maar : los ! roept de zee, maakt u lös van dit alles. De boeien los, de banden breekt van 's lichaams lieve rust, van 's harten zoete ban-den, van de vruchten van 't eigen werk, van de zwaarte der bezittingen, van de gulden hoop. Wie te veel neven zieh bezit, bezit zichzelf niet!

Raapt u zelf op en werpt u zelf vooruit, wilt ge iets winnen dat wezenlijk voor u zelf is en blijft.

Worstelaars worstelen het best naakt. Volgt inijn water na, dat niets heeft dan zijn gladde, naakte waterstof : bezit niets dan uw ziel, en gij wordt de hoogste, de feiste mensch, de beste worstelaar ; de mensch die zijn ziel bezit, bezit zijn kracht.

Bezit uwe ziel, en al 't overige zult ge verwerven. De naakte ziel is de beste strijder, maar ook de zekere overwinnaar, de veroveraar van de eenig begeerenswaardige goederen. De bezitter van zijn ziel is de groote vrije, die de grootste vrijheid wint : de vrijheid om zich-zelf te zijn.

Bezit uwe ziel tegenover al 't bekorende van verleden en heden, verliest ze niet tegenover de duchtelijkheden van de toekomst, al waren ze ook gevaar en dood. Ziet naar mijn stormende, zieh irrden-kende en brandend stervende baren, en leert van nlij de laatste en hoogste vrijheid, dc vrijheid der helden

De held ziet zijn duel loggen over zijn lijden, en llij gaat naar zijn lijden en er over tot zijn doel.

Daar hebt ge de lessen van de zee. 1k heb er niets bij te voegen, tenzij dat ik u nog met eon paar

woorden wijzen wil op de zege der zee.

21

Welaan, de zee leert ons goed, laten we naar hare la ltste lesse luisteren.

De les in vrijheid. Voor de vrijheid zingt Limburg het aardigste lied.

Onzalig de man die naar den strijd geroepen wordt en niet in de ziele vrij is. Zijn lichaam smeekt hem om zijn gemak, zijn genietingen, zijn gezondheid, zijn behoud ; zijn bezittingen, have en goed, zijn huis, zijn vrouw blinken bed wei mend hem tegen; zijn handel, zijn amt, zijn betrekkingen leggen hem aan banden ; zijn toekomst benevelt hem met al hare aantrekkelijkheid, werpt al haar droomen als lasso's om hem vast, legt zich dwars over zijn baan ...

Maar: los! roept de zee, maakt u los van dit alles. De boeien los, de banden breekt van's lichaams lieve rust, van's harten zoete ban­den, van de vruchten van 't eigen werk, van de zwaarte der bezittingen, van de gulden hoop. Wie te veel nevcn zich bezit, bezit zichzelf niet!

Raapt u zelf op en werpt u zelf vooruit, wilt ge iets winnen dat wezenlijk voor u zelf is en blijft.

Worstelaars worstelen het best naakt. Voigt mijn water na, dat niets heeft dan zijn gladde, naakte waterstor : bezit niets dan uw ziel, en gij wordt de hoogste, de felste mensch, de beste worstelaar; de mensch die zijn zieI bezit, bezit zijn kracht.

Bezit uwe ziel, en al 't overige zult ge verwerven. De naakte ziel is de beste strijder, maar ook de zekere overwinnaar, de veroveraar van de eenig begeerenswaardige goederen. De bezitter van zijn ziel is de groote vrije, die de grootste vrijheid wint : de vrijheid om zich­zelf te zijn.

Bezit uwe ziel tegenover al 't bekorende van verIeden en heden, verliest ze niet tegenover de duchtelijkheden van de toekomst, al waren ze ook gevaar en dood. Ziet naar mijn stormende, zich inden­kende en brandend stcrvende baren, en Ieert van lllij de laatste en hoogste vrij\Jeid, dc vrij\Jcid der heiden:

De held ziet zijn doel Iiggen over zijn lijden, en hij gaat naar zijn Iijden en er over tot zijn doel.

Daar hebt ge de lessen van de zee. Ik heb er niets btj tc vocgcn, tcnzij dat ik 11 nog met ecn paar

woorden wijzen wi! op de zege der zee.

21

Page 24: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

Als de wind verstilt en de Wolken breken, dan komt heel de lucht vol licht en zonnestralen, en de zee ook. Gelijk ze met den hemel gewedijverd heeft in geweld, zoo wedijvert ze met hem in glorie. En gelijk er geen enkel deeltje in heel de zee, niet deelnam in den storm, dewijl al haar baren gelijkig hebben meegestreden, zoo wordt er riet een enkele uit den glans van den zege verstoken : allen deelen in dien glans En 't schouwspel is eenig, is verblindend grootsch als de zonne zelf in gulden glorievegen de zee beschildert, al hare eereteekens uitdeelt, dan rollen alle baren,alle rimpeltjes op de baren met de zonne geteekent en vereeremerkt.

Als Vlaanderen, eenmaal in plaats van te lijden en arm te zijn, zal zegepralen en rijk, machtig, weeldig zijn, als Vlaanderen van zijn zwarten kant naar zijn gouden zal zijn overgegaan, dan wensch ik u allen uw deel toe in zijn glorie en zijn rijkdom, doch 'k wensch u nog meer toe : dit deel verdiend te hebben.

Men loont met goud, doch verdienste is 't louterste goud.

22

Page 25: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche
Page 26: Tutee Vlaamsehe VOORDRAGJ-ITE$ - dbnl · 2013. 10. 29. · pede el-puden fe Fise1 of * ,. , u sta ik reeds den derden o v 1 nd n keer voor uwe ver- p oge e * e* gaderde Vlaamsche

0 0

UITGAVEN DER DRUKKERIJ C] C] C7

:111: I.ANNOO = MAES : • : 0 ^ I PE SCH STR., 22, T^II E R E . R, , ELT

H. SIENCKIEWICZ, BARTEK DE OVERWINNAAR 2.00 fr. F. DE PILLECYN EN J. SIMONS, UNDER

DEN HIEL 3.50 fr. A. COUSSENS, PENNETREKKEN UI'T' DENE-

MARKEN K

2.80 fr. A. COUSSENS, PENNETREKKEN VAN OVERZEE 2.80 fr. J. EECKHOUT, VERRIJZENIS, Bijbelspel in twee

bedrijven en een naspel 1.40 fr. KUNSTPORTRET van C. VERSCHAEVE, in kleu-

rendruk, naar de schilderij van Joe English 2.25 fr. L. DOSFEL, JOAS, Kerst- en Driekoningenspel

in drie bedrijven (2e herwerkte druk) 2.00 fr. L. DOSFEL, TEN AANVAL, treurspel in een bedrijf

met voorspel en slottooneel (2e uitgaaf) 1.25 fr. WARD HERMANS, GEDICHTEN VAN LIEFDE

EN STRIJD 3.50 fr. C. VERSCHAEVE, AAN DE VLAAM. VROUWEN,

2e Uitgaaf 0.60 fr. L. DOSFEL, VLAAMSCH GEWETENSONDERZOEK

(2de uitgaaf) 0.60 fr. L. DOSFEL, LEVENSGROOTHEID, (3e uitgaaf) 0.50 fr.

JORGENSEN, IN DEN HOOGE, vertaald door Pater Stanislas Van de Velde O.F.M. (3e duizendtal) 3.50 fr.

JORGENSEN, REISBEELDEN UIT NOORD ZUID, vertaald door P. Stanisl. Van de Velde O.F.M. 3.50 fr.

LIEDERENBOEK VAN HET ALG. K. VL. ST UDEN-

TENVERBOND (4e uitgaaf) 0.50 fr. DE VLAAMSCHE VLAGGE, driemaandelijksch

tijdschrift voor 't Vlaamsch Studentenvolk, 43e jaargang. 2.00 fr.

GUDRUN, tweemaandelijksch tijdschrift voor Christene Vlaamsche Vrouwen, 2e jaarg. 5.00 fr.