Weekbericht st Jorisparochie jaar 2011 no 2232 Zevende zondag van Pasen jaar A 2011
Thomas (tweede zondag na Pasen C)
Transcript of Thomas (tweede zondag na Pasen C)
Niet zien en toch geloven –o God, als Jij mij helpt
dan zal ik Jou toch loven,hoezeer ik, overstelpt
door allerhande plagen,door twijfel en verdriet,
naar het waarom blijf vragen –toch zing ik Jou dit lied!
Niet zien en toch geloven:vertrouwend verdergaan,niet horend, als een dove,
niet ziende, blind voortaan,niet reikend met mijn handen
naar meer dan Jij mij geeft,maar wijs door scha en schande
geloven dat Je leeft!( Troost André / ‘Geef vrede’ )
Heer ontferm U over ons Christus ontferm U over ons. Heer ontferm U
(Wyl
lin J
osé)
Dan nog, dan nog klamp ik mijklamp ik mij vast aan jou,
of je wil of niet,op ongenade of genade,
Ik zal red mij, red mij roepenof zoiets als heb mij lief.
Diep in ons hart weerklinkt er een stem die zingt: 'Eer aan God de Vader. Gloria!'Zoon van de mensen, door Uw groot lijden zijn wij dichter bij U. Gloria!Geest van hoop en liefde, Geest van licht en leven, Geest van echte vrede. Gloria!
G e l u k k i g w i e n i e t z i e t e n t o c h g e l o o f t ,
d i e h o o p t o p l e v e n u i t d e d o o d g e b o r e n , -
h i j d i e h e t h o u d t b i j w a t e r i s b e l o o f d :
' u i t s t e r v e n d g r a a n o n t k i e m d h e t n i e u w e k o r e n ' ;
d e m i n s t e m e n s , g e m a r t e l d , l e e g g e r o o f d ,
h i j z a l , b i j G o d , n o g o o i t v a n z i c h d o e n h o r e n !
Maar ongelukkig hij die niet gelooft,eer hij Gods toekomst tastbaar ziet bewezen.
Al zag hij mensen, ooit het licht ontroofd,
bij duizendtallen uit de dood verrezen;al zag hij draak en duivelstuig onthoofd,hij zag zijn ongeloof nog niet genezen!
(van
Opb
erge
n Ja
n / ‘
Zo v
riend
elijk
en
veili
g )
[Voorganger]
Ik geloof dat het leven mij geschonken werd
door God, onze Vader, bron van liefde.[Allen]
Ik geloof dat ik geroepen benom mee te werken aan een toekomstdie voor elke mens menswaardig is.
238
[Vg]
Ik geloof in die uitzonderlijke mensdie niet geleefd heeft voor zichzelf.
[Al]
Ik geloof in die mensdie wij kennen als Zoon van mensen
en Zoon van God,die een ereplaats gaf aan mensendie over het hoofd werden gezien.
238
[Vg]
Ik geloof dat zijn Geest onder ons werktals wij in zijn naam samen zijn
en wij elkaar levenskansen geven.
238
[Al]
Ik geloof dat zijn Geestons telkens weer aanspoortom naar elkaar om te zienen zo mensen te worden
met en voor elkaar
238
[Voorganger]
Ik geloof dat ons levenniet zal eindigen in het zinloze niets
[Allen]
Maar dat wij eens zullen levenbij de bron van liefde
die voor ons dit leven schonk.Amen.
238
Laat onze woorden stijgen voor uw aangezicht als wierook.Zie in ons het verlangen een mens te zijn van U.Kom, adem ons open, Kom, adem ons open, adem ons open
(Prin
s S
ieds
/ Lö
wen
thal
Tom
)
[Voorganger] In jouw naam zijn wij hier samen.Wij noemen Jou God en Vader.Niemand heeft Je ooit gezien,
maar elke dag opnieuwis het duidelijk hoe Je werkzaam aanwezig bent
daar waar mensen elkaar vinden en van elkaar houden,
waar mensen de handen in elkaar slaanen kleine stappen zetten
om deze wereld om te bouwentot jouw wereld..
[Allen]
Wij zien Je aan het werk, God,in de ontluikende liefde tussen mensen,
in de groeiende solidariteit,in blijvende verbondenheid,
in de kleine en grote inzetvoor vrede en gerechtigheid.
238
[Vg]
Wij zien Je aan het werkin Jezus, jouw Zoon:
de woorden die Hij sprakwaren jouw woorden en worden nu de onze.
Zijn keuze voor kleine mensen was jouw keuzeen wordt nu de onze.
238
[Al]
In Hem heb Je jouw droomin onze handen gelegd:
dat lammen niet lam blijvenen doven niet doof.
Dat er voor elke mens leven mogelijk is, leven in overvloed.
238
[Vg]
Hem willen wij hier noemen als inspiratie,als wegwijzer voor ons leven,
als blijvende oproep om te blijven doenwat Hij heeft gedaan.
238
[Al] Daarom bidden wij Jou:beziel ons met jouw Geest.
Dat wij vanuit zijn inspiratieweten wat groeikracht heeft.
Dat wij midden de ontmoedigingde fantasie bewaren en wegen blijven vinden
naar de nieuwe toekomstdie Jij ons in handen hebt gegeben.
Dat onze hand niet slaat,dat onze mond niet verraadt,
dat wij geen mens verloochenen.
238
[Vg]
En dat wij niet vergetenhen die op ons blijven rekenen:
zij van wie wij houdenen zij van wie wij nog niet genoeg houden.
238
[Al]
Dat wij niet vergetenhen die naast ons staan,
ons voorgaan en bemoedigen,en hen met wie wij samen op weg zijn
naar menswaardiger samenleven.
238
[Vg]
Dat wij evenmin vergeten hen die van ons zijn heengegaan:
dat zij tot ons blijven spreken,onder verder oproepen en inspireren,
ook nu zij gestorven zijn.
238
[Al]
Beziel ons met Jouw Geest,dat wij elkaar bewaren
en voortstuwen in de rechting van menswaardigheid.
Dat wij waakzaam zijnom de tekens van de hoop te zien
en dat wij zelf zo een teken mogen worden.Daarvoor willen wij ons inzetten
- samen – met Jou en voor Jouvandaag en alle dagen. Amen.
238
Vrede voor alle mensen, de vrede van de Heer.Vrede voor jou, voor mij, voor ons: de vrede van de Heer.
(Schollaert Paul )
W i j g a a n w e e r v e r d e r, v o l v a n h o o p
o p o n g e b a a n d e w e g e n
m e t o n z e d r o o m o p h i n d e r l o o p
d e m e e s t e f e i t e n t e g e n .
D e o n r u s t h o u d t o n s o p d e b e e n
e n d o e t o n s v e r d e r r e i z e n ,
e e n s t e m d i e k l i n k t d o o r a l l e s h e e n
e e n G o d n i e t w e g t e p r i j z e n .
Z i j n w o o r d h o u d t a a n i n o n s g e m i s
d a t a l l e s k a n v e r k e r e n ,
d a t v r e d e h i e r b e s t a a n b a a r i s
e n o n r e c h t o m t e k e r e n
H i j d o e t o n s k i e z e n v o o r d e m e n s
b e d r e i g d , v e r a r m d , v e r g e t e n .
H i j v o e r t o n s n a a r d e l a a t s t e g r e n s
o m v a n e l k a a r t e w e t e n .
S j a l o o m , g e l u k o p d e z e r e i s .
H e t d u u r t m i s s c h i e n n o g e e u w e n
m a a r t w i j f e l n i e t m e e r a a n d e w i j s :
' h e t l a m h u i s t b i j d e l e e u w e n ! '
(van
Opb
erge
n Ja
n / J
an W
illem
van
de
Veld
e )