TEKENVAARDIGHEDEN VOOR HET VORMGEVEN VAN ......Bij het technisch tekenen werk je nauwgezet em...
Transcript of TEKENVAARDIGHEDEN VOOR HET VORMGEVEN VAN ......Bij het technisch tekenen werk je nauwgezet em...
Samenstelling CORM-AUGC, aug 2017
Reader
TEKENVAARDIGHEDEN
VOOR HET VORMGEVEN
VAN PRODUCTEN
Inhoud
Tekenkunst
Objecten kun je tekenen door deze terug te
brengen tot hun basisvormen. Ook de ver-
houdingen lengte, breedte en diepte zijn be-
langrijk voor de herkenbaarheid.
Onderstaand zie je het stilleven van de Ne-
derlandse kunstschilder Willem Cleasz Heda
uit 1635. De afzonderlijke voorwerpen op in
dit stilleven kun je weergeven volgens een
bepaald stappenplan. Dit plan bestaat uit:
een analyse van de vorm, het bepalen van de
verhoudingen en de plaatsing van het voor-
werp in de ruimte.
In de lessen vormgeven besteden we aan-
dacht aan deze weergavetechniek.
Bladzijde 2
Inleiding en introductie
1) Uitleg over verschillende type tekeningen
2) Enkele belangrijke wetenswaardigheden
3) De kubus in relatie met een horizon
4) De cilinder in relatie met een horizon
5) Schaduw aanbrengen
6) Regelmatige verdeling van een vlak in perspectief
7) Regelmatige verdeling van een ellips in perspectief
8) Het maken van een gebogen buisvorm
9) Het vermenigvuldigen van een kubus
10) Schetsen van constructies
11) Kleur en kleurcombinaties
12) Het tekenen van complexe vormen
Blz. 3
Blz. 4
Blz. 7
Blz. 9
Blz. 10
Blz. 12
Blz. 13
Blz. 14
Blz. 15
Blz. 16
Blz. 16
Blz. 19
Blz. 22
Inleiding
Dit is een reader tekenvaardigheden voor het vormgeven van producten
voor de opleiding Creatief Vakman, bedoelt om je vaardigheden bij het
maken van schetsen en presentatietekeningen te vergroten. Tekenen ver-
eist natuurlijk enig talent, maar minstens zo belangrijk is je inzet door veel
te oefenen.
In de lessen komen de verschillende materialen waarmee je tekent, de
soorten papier en gereedschappen aan de orde. We tekenen liefst in een
tekenboek (dummy) op hagelwit papier. We tekenen uit de hand en on-
derzoeken diverse weergave methoden.
Er zijn vijf verschillende soorten tekeningen (zie ook rechts). Er zijn ont-
werpschetsen en technisch tekeningen die je product optimaal laten zien.
Bij het technisch tekenen werk je nauwgezet em gebruik je een liniaal en
een vulpotlood. Deze tekeningen worden tot op de millimeter nauwkeurig
geconstrueerd en gemaatvoerd. Hoe je dit moet doen zullen wij in de les-
sen behandelen.
Ontwerpcyclus
Als je een nieuw product wilt bedenken en uitvoeren maak je gebruik van
de ontwerpcyclus, deze bestaat uit 6 fases, te weten:
1. Probleem verkennen en definiëren
2. Idee verzinnen en genereren in ideeschetsen
3. Concepten uitwerken in ontwerptekeningen
4. Product/object maken
5. Product/object testen en optimaliseren
6. Presenteren
Een belangrijke 1ste fase is ‘problem finding’, het definiëren of vaststellen
van een probleem. Het ‘probleem’ is de vraag wat je gaat maken en aan
welke eisen (programma van eisen) het product moet voldoen.
Om snel een idee uit het hoofd in deze wereld te brengen wordt er gebruik
gemaakt van een tekenpen of tekenpotlood en papier. Deze schetsen zijn
ruwe opzetjes van een idee dat nog verder uitgewerkt moet worden.
Meestal gaan deze schetsen over vorm, een constructie oplossing of het
aangeven van materiaal.
Maten, verbindingen, productiemogelijkheden en afwerking komen in een
ontwerptekening in beeld, dit is het uitwerken van het concept (idee).
Daarnaast is het belangrijk om je tekenvaardigheden optimaal te ontwik-
kelen als je in gesprek bent met een (potentiële) klant. Je wilt snel, effici-
ënt en duidelijk met deze klant kunnen communiceren over de mogelijkhe-
den van de vormgeving en samenstelling van een product.
Computervaardigheden zijn minstens zo belangrijk en deze komen na de
uitwerkfase in beeld.
Deze reader is gemaakt om je te ondersteunen in de eerste stappen van
het leren vormgeven. In de lessen ga je de fasen ook daadwerkelijk door-
lopen.
De Verschillende Tekeningen
1) Idee schetsen
Dit zijn schetsen die snel gemaakt
worden om even een idee op papier
te zetten. Zo kan je snelle ingevin-
gen even “parkeren”, opdat je plot-
selinge ingevingen niet kwijt raakt.
2) Ontwerpschetsen
Dit zijn schetsen die de ideeschet-
sen verder uitwerken en nauwkeu-
riger zijn. Deze tekeningen zijn
vaak inzichtelijker voor anderen
dan een snelle ideeschets.
3) Detail– en Maattekeningen
Detailtekeningen geven in detail
oplossingen voor materiaalverbin-
dingen en constructies weer.
4) Technische Tekeningen
Technisch tekeningen zijn alle teke-
ningen waarin constructies, onder-
delen, maten en derg. in worden
vastgelegd. Denk aan een exploded
view of een constructie tekening.
Deze zijn met name relevant voor
uitvoerenden.
5) Presentatietekening (Artist Im-
pression)
Uitgewerkte tekening die een hel-
der beeld geven van een product,
van kleuren, materiaalgebruik,
grootte, functioneren etc.. Deze
zijn met name relevant voor pre-
sentaties aan potentiële opdracht-
gever.
Bladzijde 3
Inleiding en introductie
1) Uitleg over de verschillende type tekeningen
Ideeschetsen
Ideeschetsen houden er andere regels op na dan alle andere type tekeningen en schetsen in het vormgevings-
proces. Het is niet belangrijk of het perspectief klopt, of dat iets uitvoerbaar is. Bij ideeschetsen is het belangrijk
dat je door niets gehinderd wordt in je gedachte vorming bij het onderzoeken van één of meerdere ideeën.
Er is eigenlijk maar één regel; zorg dat je je idee zo snel en efficiënt mogelijk op papier krijgt, zodat je hem hebt
geparkeerd om er later weer op terug te kunnen komen.
Ontwerpschetsen
Met een ontwerpschets werk je de beste ideeschetsen uit. In deze fase wordt nagedacht over vorm en verhoudin-
gen, materiaalgebruik, constructie(s) en afwerking.
Ook wordt er gekeken naar het programma van eisen, alle eisen die gesteld kunnen worden aan het product.
Wat zijn de specifieke wensen van de klant of de opdrachtgever? Zijn er wettelijke eisen te stellen aan het product,
worden bijzondere materialen of bewerkingen waar rekening mee gehouden moet worden?
Voor dit type tekening heb je de basis kennis nodig van het realistisch tekenen. Denk hierbij aan het gebruik van
isometrie, perspectief, volume, schaduw en kleur.
Daarnaast moet je goed kunnen schakelen tussen 2 dimensionaal en 3 dimensionaal denken.
Verderop in deze reader komt de laatstgenoemde ook aan bod.
Voorts is het belangrijk dat je een prettig en leesbaar handschrift ontwikkelt (indien je dat nog niet hebt) om begelei-
dende teksten mee te kunnen schrijven.
Bladzijde 4
Bladzijde 5
Detailtekeningen
Detailtekeningen worden gebruikt om, zoals het woord al zegt, een detail van het product te verhelderen.
Dit kan bijvoorbeeld een hoek van een kistconstructie zijn om te laten zien hoe de verbinding tussen de afzon-
derlijke delen gemaakt gaat worden of hoe een rits inzet met
voering van een tas wordt uitgevoerd (zie afbeelding).
Maattekeningen, Aanzichten en Amerikaanse Projectie
Goede maattekeningen zijn essentieel om een product in grotere oplage te kunnen vervaardigen, maattekeningen
worden vaak gegeven aan uitvoerders. Deze tekeningen geven o.a. inzicht in de maten, verhoudingen en wijze van
wijze van construeren. Ook geeft het inzicht in de hoeveelheid materiaal dat je nodig hebt. Dit laatste helpt bij het
opstellen van een materiaalstaat (overzicht van alle materialen en hun hoeveelheden).
Op maattekeningen maken we gebruik van projecties. In een projectie zie je het product van een bepaalde zijde.
Een veel gebruikte manier van projecteren is de Amerikaanse Projectie. Je tekent dan het vooraanzicht, daarboven
het bovenaanzicht en het rechteraanzicht aan de rechterkant. Dit is een goede manier om de verhoudingen binnen
je ontwerp niet vertekend en vaak op schaal weer te geven.
Belangrijk is dat de aanzichten precies op de juiste plaats getekend zijn:
het VOORAANZICHT staat in het midden
het LINKERAANZICHT staat links
het RECHTERAANZICHT staat rechts
het BOVENAANZICHT boven het vooraanzicht
In de praktijk volstaan vaak een Voor– Zij-Bovenaanzicht omdat veel
ontwerpen symmetrisch zijn.
In het mededelingenvak* wordt met een symbool aangegeven om
welke projectie het op de maattekening gaat. We maken onderscheid
tussen een Europese of een Amerikaanse projectie.
*In de tekening, hierboven bevindt
zich een voorbeeld van een mede-
delingenvak, rechts onder.
Dit vak wordt gebruikt om relevante
informatie in te zetten, zoals:
Maateenheid en schaal
Naam maker
Naam van het ontwerp
Datum
Formaat van de tekening
Nummer van de tekening
Amerikaanse projectie
Bladzijde 6
Presentatie tekening of Artist Impression
Een presentatietekening of Artst Impression (de impressie van de kunstenaar) heeft als doel om een ontwerp opti-
maal te presenteren aan een geïnteresseerd publiek. Dit kunnen potentiële opdrachtgevers of klanten zijn. Deze
tekeningen worden ook ingezet voor marketing en promotie doeleinden. Een technisch tekening is daarvoor veelal
ongeschikt en ook minder aantrekkelijk aangezien deze het gebruik niet toont.
Technisch tekeningen
Op het moment dat je aan de technisch tekening begint, ligt het ontwerp op alle punten definitief vast. Voor deze
tekening gebruik je een A-formaat papier (A4 tot A0) en teken je met een H of een 2H potlood. Eventueel kun je
met een fineliner de potloodlijnen overtrekken. Je kunt ook tekenen op transparant papier. De tekening wordt uit-
eindelijk teruggevouwen naar een A4 formaat voordat je ermee de werkplaats in gaat. Een technisch tekening is
bedoelt voor de uitvoerders. Realiseer je dat niet iedereen
een technische tekening kan lezen, je moet dit leren.
Vandaag de dag wordt veelal CAD programma’s gebruikt
voor het maken van een 2D tekeningen. Soms wordt deze
fase overgeslagen en worden machines direct vanuit het
computermodel aangestuurd. Rechts een voorbeeld van
een constructietekening van een tafeltje met achthoekig
blad.>>
Deze tekeningen hebben verschillende soorten lijnen waar-
mee onderscheidt kan worden gemaakt tussen de verschil-
lende onderdelen. Ook worden voorwerpen ‘doorgesneden’
weergegeven waarmee je het materiaal aan het type arce-
ring kunt zien
Exploded view
Links: In een exploded view worden de onderdelen van een product, die normaal
gesproken aan elkaar bevestigd zijn, los van elkaar getoond. Je kunt daardoor de
constructie en de details van de verbindingen goed zien.
Boven: Een bureau dat een geometrische basisvorm
heeft kun je tekenen met behulp van kubussen die als
blokken om de vorm heen geplaatst worden. Daarna ga
je meer specifiek de werkelijke details tekenen.
Bladzijde 7
2) Enkele belangrijke wetenswaardigheden
Algemeen
Er zijn veel boeken over tekentechnieken, ook in het studiecentrum van het HMC. Deze zijn velen malen uitgebrei-
der dan deze reader kan zijn en kunnen je ondersteunen als je je verder wilt ontwikkelen op het tekengebied. Hier-
onder volgen enkele basale regels die je zou kunnen toepassen bij het maken van een overtuigende tekening.
De Horizon
Aangezien de door jou ontworpen objecten zich in deze wereld zouden moeten gaan bevinden heb je ALTIJD te
maken met een horizon. De horizon zelf hoef je niet in het eindresultaat te laten zien, maar het helpt bij het con-
strueren van een goede tekening. Voor de horizon gelden drie vuistregels.
1) De horizon is altijd horizontaal
2) De horizon is altijd een rechte lijn
3) De horizon is altijd op ooghoogte
Kubus en Cilinder
Moeilijk is een object te tekenen in de ruimte. Hoe
lang is het object ten opzichte van de breedte of
diepte en hoe hoog? Je kunt de vormen van een
object in een cilinder of een kubusvorm plaatsen.
In totaal zijn er zeven generieke basisvormen.
Nevenstaand zie je deze afgebeeld. Indien je een
object gaat tekenen kijk je als eerste stap welke
basisvormen je kunt ontdekken. Deze analyse
helpt bij het construeren van vormen.
Bladzijde 8
Een andere mogelijkheid om een gebogen vorm te tekenen is om een kubus– of cilindervorm over het voorwerp te plaatsen en daarna de eigenlijke vorm te tekenen. Je kunt er dan voor zorgen dat je de juiste verhoudingen weergeeft. Verhoudin-gen zijn cruciaal bij de herkenbaarheid.
Boven, een opzet van een tas binnen een balkvorm; een
van de 7 basisvormen. Een middenlijn helpt om de tas er
symmetrisch uit te laten zien.
In onderstaande tekening is een ronde tafel ge-construeerd met behulp van ellipsen. Een verti-cale lijn geeft de hoogte aan en de afstand tus-sen de voet en het bovenblad.
Gebruik altijd een scherp potlood en
leun niet op je potlood als een bejaarde
op een rollator. Hierdoor kun je later het
verschil aangeven tussen hulplijnen en
permanente lijnen.
Schetsen doe je met een potlood met
hardheid B of 2B en technisch tekenen
met HB of 2H.
Een vulpotlood heeft een dun grafiet
stiftje en is daardoor scherper dan een
houten potlood. Het helpt als je het pot-
lood draait tijdens het trekken van een
lijn. Probeer diverse technieken uit en
kijk wat het beste resultaat geeft.
De ellips is een cirkel op een gekanteld vlak.
3) De kubus in relatie met een horizon
Eénpunts perspectief Rechts zie je
een afbeelding van een kubus in
éénpuntsperspectief. Je kijkt recht
tegen de voorzijde van de kubus en je
ziet nog net het bovenste vlak.
Het verdwijnpunt ligt ACHTER de ku-
bus op de horizon (VP1). De vier hori-
zontale ribben van de zijvlakken heb-
ben één verdwijnpunt. De horizontale
ribben van het voor- en achtervlak
lopen parallel aan de horizon.
Tweepunts perspectief. Rechts zie
je een afbeelding van een kubus 45
graden gedraaid ten opzichte van de
horizon.
Deze kubus heeft twee verdwijnpun-
ten, één links (VP1) en één rechts
(VP2) van het object. Zoals je ziet
gaan de lijnen van het linkerzijvlak
naar een verdwijnpunt links en van
het rechterzijvlak naar een verdwijn-
punt rechts.
Meerpunts perspectief. Rechts zie
je diverse kubussen met verschillen-
de gezichtshoeken ten opzichte van
de horizon. Ieder object heeft eigen
verdwijnpunt(en).
In deze tekening vallen de verdwijn-
punten van drie verschillende kubus-
sen samen.
Let op dat je niet te ver uit het mid-
den van de twee verdwijnpunten
komt anders vervormt vertekent de
kubusvorm te veel.
Tip: Kijk eens wat er gebeurt als je
de tekening 180 graden draait.
Bladzijde 9
Bladzijde 10
4) De cilinder in relatie met een horizon
De kubus als uitgangspunt voor de cilinder
Hoe een juiste cirkel in perspectief te tekenen?
Rechts zie je een afbeelding van een kubus.
Op de zichtbare zijden (voor- zij- en boven) is
een ellips geconstrueerd. Dit doe je door de
hoeken van een kubusvlak met diagonalen te
verbinden (rood). De ellips raakt het midden
van iedere ribbe.
Indien je de ellipsen op het boven en ondervlak
met elkaar verbind krijg je een cilinder. Dit
geldt ook voor de cilinders op de zijvlakken
indien zij tegenover elkaar liggend zijn.
Hoe een cirkel in stappen in perspectief te tekenen
Afbeelding 1
Op deze afbeelding is een éénpuntsperspectief gebruikt
om een vierkant te tekenen in perspectief.
Afbeelding 2
Vervolgens zoek je het midden op door de hoeken van
het vierkant kruiselings te verbinden.
Dit is aangegeven met de groene lijnen.
Afbeelding 3
Je kunt nu met behulp van het middelpunt het vierkant in
vier vlakken verdelen, aangegeven met de groene lijnen.
Iedere rib heeft nu een middelpunt. Je kunt zien dat door
de vertekening de eerste helft van de kubus veel langer
lijkt dan de tweede .
Afbeelding 4
Als vierde stap verbind je de vier middelpunten op de ribben waardoor een ruit ontstaat. Dit is aangegeven door de groene lijnen.
Afbeelding 5
Het vlak is in vier vierkanten verdeeld door diagonalen en een horizontale en een vertikale lijn. De diagonaal van het middelpunt van één vierkant naar het hoekpunt aan de buitenzijde verdeel je in drie gelijke delen. Je krijgt dan twee punten op deze lijn waarvan je het eerste punt gezien van het middelpunt gebruikt.
Afbeelding 6
Je kunt nu een cirkel construeren met behulp van de acht punten. Op Afbeelding 7 kun je zien hoe je dit doet. Het vereist enige oefening om de punten door een mooie egale lijn te verbinden.
Als je deze stappen voldoende oefent dan
zul je steeds betere resultaten krijgen en
een mooie overtuigende cirkelvorm kunnen
tekenen.
Bladzijde 11
Indien je twee geconstrueerde ellipsen met
elkaar verbindt door een middellijn krijg je
een cilinder en dus een ruimtelijke vorm.
Bron: http://wiki.bk.tudelft.nl/bk-wiki/File:Cilinders_constructies.jpg
5) Schaduw aanbrengen
Licht en lichtval
Zonder licht kun je geen vormen zien, want dan is alles zwart. Het licht laat de specifieke vorm zien en schaduw zorgt ervoor dat een object op de grond staat en ergens in de lucht.
We gaan een kubus tekenen met een lichtbron aan de linker bovenzijde. We gaan niet de werkelijkheid probe-ren na te bootsen maar tekenen vanuit een cliché ge-dachte.
Het aanbrengen van schaduw op de kubus
Door de verschillende vlakken van de kubus ook ver-schillende lichttinten te geven krijgt het object volume.
In het voorbeeld komt het licht van linksboven (aangegeven met een pijl). Dit betekent dat de scha-duwkant zich aan de andere kant van de kubus bevindt; aan de rechterkant. De bovenkant van de kubus vangt het meeste licht en is daarom ook het lichtst van kleur. Het voorvlak krijgt een kleur tussen heel licht en donker in.
De kubus staat ergens op
De kubus zweeft niet door de ruimte maar staat op een (wit) tafelblad.
Het tafelblad is in de afbeelding verder niet te zien. Te-ken een extra donker randje tussen de kubus en het tafelblad. In de tekening zijn dat de onderste ribben links en rechts.
De kubus veroorzaakt een slagschaduw op het tafelblad
De kubus veroorzaakt door het volume een slagscha-duw op het tafelblad. De contouren van de kubus en de stand van de lichtbron bepalen de vorm van de slag-schaduw.
Bladzijde 12
Het resultaat
Als de slagschaduw ingekleurd is ontstaat er een
redelijk overtuigend resultaat.
De slagschaduw verloopt van donker naar licht
naar mate de afstand tussen het object en het
oppervlak waar de slagschaduw op valt groter
wordt. Dit heet een tonale overgang.
Ook wordt de contour van de slagschaduw steeds
vager als deze verder van het voorwerp valt.
Extra kennis met betrekking tot licht en schaduw
Zoals je wellicht gezien hebt is er in de tekening een dunne ruimte opengehouden tussen de verschillen-
de vlakken. In de opzet van de tekening zijn dit potloodlijnen. Echter in werkelijkheid zijn deze dunne
ruimtes (de ribben) meestal lichter dan de vlakken. Op deze plek zit een hoek in het materiaal en daar
valt meer licht op. Dit komt niet direct door de lichtbron maar indirect door het reflectielicht vanaf het
witte tafelblad.
Extra kennis
Het kan voorkomen dat je in een tekening een regelmatige verdeling wil maken op een schuin vlak in perspectief.
Je kunt dan werken met maten of meten in je tekening. Er is wel een methode vanuit de meetkunde die werkt met
verhoudingen. Hier volgt de uitleg over hoe je dit in een tekening kunt aanpakken.
Op het nevenstaand voorbeeld zie je dat je een zijvlak van een kubus kunt opdelen in kleinere zijvlakken. Je ge-
bruikt dan de verhoudingen die je met het oog kunt inschatten.
We maken onderscheid tussen een even verdeling (links) en een oneven verdeling van een zijvlak (rechts).
Op de volgende pagina wordt dit stap voor stap toegelicht.
6) Verdeling van een vlak in perspectief
Bladzijde 13
Begin met de ver-
deling van de
staande ribbe in
het aantal delen
dat je nodig hebt.
De ribbe wordt
niet vertekent
door het perspec-
tief.
Breng vervolgens
een diagonaal aan
op het vlak dat je
wilt verdelen.
In dit voorbeeld
wordt het vlak in
drieën verdeeld. De
punten geven de
verdeling aan.
Teken horizon-tale lijnen vanaf de punten op de ribbe naar het verdwijn-punt (ligt buiten de tekening).
De snijpunten op de diagonaal markeren de plaats waar ver-ticale lijnen kunnen worden getrokken.
7) Regelmatige verdeling van een ellips in perspectief
Je kunt veelvlakken construeren in een cirkel en in een ellips. In bovenstaande afbeeldingen van links naar rechts
een driehoek in een cirkel en een ellips. Op de midden-afbeelding zie je een zeshoek (hexagoon), en op de afbeel-
ding rechts zie je een vijfhoek (pentagoon). Bij de driehoek en de hexagoon verdeel je de diameterlijn in vier delen.
Bij de pentagoon verdeel je de diameter lijn vanuit het middelpunt naar boven in drie delen en van het middelpunt
naar onder in vier gelijke delen.
Bladzijde 14
1 2
3 4
De achthoek in perspectief
Een achthoek kan worden geconstrueerd door een vierkant te combineren met een
ruit. Indien we alle uitstekende hoeken weglaten ontstaat de achthoek.
Bladzijde 15
8) Het maken van een gebogen buisvorm
De Nederlandse ontwerper Mart Stam heeft de stoel
links ontworpen in 1926. Het is typerend voor de stro-
ming die het Functionalisme wordt genoemd. Het frame
kan worden gemaakt door verchroomde stalenpijpen
met machines in verschillende hoeken te buigen, waar-
door de stoel sterk, vormvast en relatief licht is. Dit type
stoel kan met behulp van machinale processen in grote
aantallen worden geproduceerd.
Een product kan onderdelen met ronde hoeken hebben,
zoals bijvoorbeeld een handgreep. Naar de waarneming
tekenen van een ronding geeft meestal niet zo’n goed
resultaat. Je kunt rondingen ook construeren. Dit doe je
met behulp van geometrische vormen.
Nevenstaand een voorbeeld van een gebogen buis.
Bron: http://wiki.bk.tudelft.nl/bk-wiki/File:Cilinders_constructies.jpg
9) Het vermenigvuldigen van een kubus
vooraanzicht van rechts af gezien bovenaanzicht
Bladzijde 16
10) Schetsen van constructies
Producten bestaan vaak uit verschillende onderdelen. Op de afbeelding
links zie je een tafeltje met achthoekig blad. De technisch tekening van
dit tafeltje staat op bladzijde 6. Dit tafeltje bestaat uit een bovenblad,
twee regels welke elkaar in het midden kruizen en vier tafelpoten die
door een pen en gat verbinding verbonden zijn met de regels. We kun-
nen deze verbinding schetsen.
Je begint met het tekenen van een cirkel (zie nevenstaande principe
tekeningen) welke je in drie gelijke stukken verdeeld als een isometrie.
Vervolgens teken je de rechthoekige vorm van de poot en construeer je
aan de bovenzijde een afgetopte piramide vorm (rechts).
Bovenstaand is in twee vervolg stappen de tafelpoot gete-
kend die met pen- en gatverbinding met de regel is verbon-
den. De tafelpoot is naar beneden toe iets verjongd. Om niet
de gehele tafelpoot te hoeven tekenen is een deel weggela-
ten. Om de verbinding optimaal te kunnen bekijken wordt
deze bij voorkeur ‘exploded’ getekend, wat wil zeggen dat de
regel iets van de poot wordt weggeschoven. Je doet dit in
twee stappen. Eerst teken je de verbinding in elkaar en ver-
volgens schuif je de regel van de poot af. Je construeert ver-
volgens de pen en de specifieke vorm van de regel.
Links zie je de verbinding als schets. De lijnen lopen nu niet
meer zo strak als in de principe tekeningen en er is een klei-
ne vertekening te zien. Dit noemen we de charme van een
schets. De kopse kanten zijn allen gearceerd waardoor deze
beter te herkennen zijn.
Bladzijde 17
De twee regels van de tafel met daaraan
de pennen kunnen ook worden geschetst.
Dit kan los als een mono deel of haaks in
elkaar geschoven door een halfhout ver-
binding. Het is voor de herkenbaarheid
van de regel belangrijk de verhoudingen
goed weer te geven. Deze kun je ontlenen
aan de maten in de constructietekening, of
door deze in te schatten.
Bladzijde 18
Het tafelblad wordt op het onder-
stel, bestaande uit regels en poten,
wordt met deuvels bevestigd. Het
blad bestaat uit gefineerd plaatma-
teriaal met een herlijst. Bijzonder is
de achthoekige vorm van het blad
(zie ook bladzijde 15). De bevestiging
van de herlijst aan het blad is als een
detail uitvergroot getekend.
Bovenstaand een schets van de romp van een kastje met lade door Dirk Oosterink. De onderdelen van het kastje zijn als een
exploded view (van elkaar af, zie bladzijde 6) getekend en laat alle bewerkingen zien. De onderdelen en bewerkingen zijn in de
tekening gemaatvoerd. Door de toepassing van licht en donker krijg je diepte in de schets.
11) Kleur en kleurcombinatie
Alles waar licht op valt krijgt vorm en daarmee volume. Ook kunnen wij door het licht kleuren waarnemen. Kleuren
kunnen heel bepalend zijn voor de vorm of de uitstraling van een product. Een product kan bestaan uit één kleur of
uit een combinatie van kleuren.
Kleurenleer van Johannes Itten: Itten was Bauhaus docent en zijn kleurenleer is gebaseerd op de beleving
van de werking van kleur, hij bestudeerde de esthetische waarde. De basis van de kleurenleer van Itten is de kleu-
ren tendens cirkel (zie onder). De kleuren tendens cirkel is gebaseerd op de drie primaire kleuren: rood, geel en
blauw en deze staan in het centrum. Direct daaraan gekoppeld zijn de secundaire (meng-)kleuren groen, oranje en
paars. Tertiaire kleuren zijn de kleuren die zich tussen de primaire en secundaire kleuren bevinden. Door kleuren te
mengen, eventueel met zwart en wit, zijn in principe alle kleuren samen te stellen.
kleuren tendens cirkel zwart/wit waarde van gekleurde vlakken
Kleuren bevinden zich in zogenaamde kleurfamilies. We maken daarbij onderscheidt tussen kleuren die elkaar aan-
trekken en elkaar afstoten. Bovenstaand drie vlakken met kleurcombinaties die dicht bijeen liggen. Onder drie vlak-
ken met combinaties die elkaar afstoten.
Bladzijde 19
Samenstelling van kleuren
Het mengen van kleuren vereist inzicht in hoe
kleuren zijn samengesteld. Newton heeft met
behulp van een prisma de opbouw van het licht
aangetoond. Het witte licht dat wij zien bestaat
uit verschillende kleuren, de regenboogkleuren,
welke je kunt zien als water vernevelt. Door kleu-
ren additief te mengen (als een optelsom) ont-
staat ‘wit’ licht. Bij kleurwaarneming speelt reflec-
tie een rol.
Bij een rode kubus worden alle kleuren geabsor-
beerd behalve rood en een kleine hoeveelheid
andere kleuren, bijvoorbeeld oranje of paars. In
de nevenstaande afbeeldingen zie je dit principe
schematisch weergegeven.
Rode kubus
Bovenstaande kleurencirkel laat zien dat één kleur is opge-
bouwd uit verschillende andere kleuren die hun invloed heb-
ben. Rood kan bijvoorbeeld bestaan uit een hoeveelheid oranje
of een hoeveelheid Chinacridon (rechts), dit is
een pigment waarvan één van de varianten
de primaire kleur magenta dicht benadert.
Bij het mengen van kleuren is het van belang
een kleur vooraf te analyseren, door je bijvoorbeeld af te vra-
gen: Heb ik te maken met een oranje geel of een groene geel
(citroen geel)? Bij het mengen van blauw en geel speelt dit een
rol. Een geel met iets oranje en een blauw geven een modderi-
ge kleur, want blauw en oranje zijn tegengestelde kleuren en
zullen elkaar absorberen.
Kleuropbouw rood bestaande uit
rood, oranje en magenta Bladzijde 20
Subtractief mengen
Subtractief mengen is het zodanig plaatsen van kleuren over
elkaar heen dat zij elkaar beïnvloeden. Onderaan bladzijde 16
zie je tegengestelde kleuren, die naast elkaar geplaatst elkaar
versterken. Rood wordt naast groen roder en het groen groener.
Als je deze kleuren over elkaar heen plaatst krijg je een donker
resultaat, de kleuren voorkomen elkaars reflectie. Van dit effect
kun je gebruik maken als je contrast wil bereiken in een teke-
ning.
Kleuropbouw in daglicht
Daglicht op een rood voorwerp
Voorbeeld
Stel dat wij een blokje teke-
nen in een isometrische
projectie (je kunt alle zijden
in evenredige maten zien)
dat op een tafel ligt en een
schaduwvlak heeft aan de
rechterzijde; het licht komt
van links boven.
De tekening van de kubus
kunnen we verdelen in 5
vlakken.
bovenvlak
zijvlak links zijvlak rechts
schaduw
vlak waar de kubus op staat
Bladzijde 21
Stel we tekenen een ro-
de kubus. De contourlij-
nen tekenen we met de
kleur van de kubus, in dit
voorbeeld rood. De licht-
bron is linksboven.
We selecteren een set kleurpotloden.
We nemen rood (kleur van de kubus),
helder groen (tegengestelde kleur van
rood en zorgt voor de donkere schaduw-
kant), licht blauw (als een tussenkleur)
en paars (voor het vlak waar de kubus
op staat) .
We nemen groen voor de
donkere schaduw van de
kubus, in dit geval de
rechterzijde. Ook het
schaduwvlak op de tafel
wordt groen gekleurd.
Met licht blauw potlood
kleuren we het linker en
het rechterzijvlak (over
de groene kleur heen).
We kleuren ook de scha-
duw.
De zijvlakken links en
rechts en de bovenzijde
wordt met een rode kleur
afgedekt, zodanig dat we
geen andere kleuren
meer kunnen waarne-
men. Ook het schaduw-
vlak wordt rood.
Om de kubus niet te la-
ten ‘zweven’ kleuren we
ook het oppervlak waar
de kubus op staat. In dit
geval met paars. Deze
paarse kleur gaat ook
over het schaduwvlak.
Tekenen van een ronde vorm
Bij een ronde vorm is de techniek
van het kleuren eenzelfde als bij de
kubus. We nemen enkel andere
kleuren. Een paarse cirkel met scha-
duwvlak is het vertrekpunt. Vervol-
gens wordt citroengeel en daarna
oranje over elkaar gekleurd. Het
schaduwvlak is oranje. Dit kleur je
ook over de schaduw.
12) Het tekenen van complexe vormen
Op deze laatste pagina zie je een overzicht van verschillende vormen, opgebouwd met behulp van een kubus en
cilinder. Overeenkomstig is dat ze allemaal symmetrisch van vorm zijn. Daarom zie je in elke tekening dat de
“baksteenvorm” (balk) in het perspectivische midden nog een hulplijn heeft. Bij complexe vormen is het extra be-
langrijk om het verschil aan te geven tussen een hulplijn en een permanente lijn. Een permanente lijn wordt dikker
opgetekend.
Bladzijde 22
Bron: http://wiki.bk.tudelft.nl/bk-wiki/File:Dubbel_gekormt.jpg