Structuur verslag scouting van best persons - Dick de...

218
Verslag scouting best persons 2009-2010 Dick de Ruijter Rotterdam, Nijmegen 31 maart 2010 1

Transcript of Structuur verslag scouting van best persons - Dick de...

Page 1: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Verslag scouting best persons 2009-2010

Dick de RuijterRotterdam, Nijmegen31 maart 2010

1

Page 2: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Verslag scouting best persons 2009-2010

Leeswijzer

Dit verslag is als volgt opgebouwd. Vooraf geef ik op grond van mijn ervaringen met multi-etnische wijken een samenvatting van mijn visie op de culturele ontwikkelingen in Nederland. Hiermee beschrijf ik tevens mijn blikveld op deze wijken en bied ik tegelijkertijd inzicht in de wijze waarop ik de best persons heb geselecteerd.

Naast mijn visie op best persons speelt in de selectie ervan ook mijn manier van werken een rol. In het kort kun je stellen dat dit een werkwijze is met een persoonlijke toets. Deze werkwijze staat beschreven in paragraaf 2.

Gedurende de gesprekken met en de selectie van best persons heb ik vele aantekeningen gemaakt: van mijn ervaringen met het onderzoek, van mijn observaties van steden en wijken en van mijn persoonlijke indrukken van best persons. Mijn ervaringen met het onderzoek en mijn wijze van opereren zijn opgeschreven in een Methodologisch Logboek. Dit logboek is integraal als bijlage opgenomen. Deze aantekeningen dienen vooral als achtergrondinformatie voor dit verslag. De lezer zal zien dat de reflexies in dit onderzoeksverslag worden ondersteund door aantekeningen uit het logboek. Dat geldt in zijn algemeenheid, maar zeker voor paragraaf 2. In deze paragraaf beschrijf ik in 10 stappen mijn werkwijze in de selectie van de best persons. De beschreven stappen in de werkwijze en de aantekeningen uit het logboek dubbelen dan ook in een aantal opzichten.

De notities over de stad en de wijk staan in paragraaf 3 ‘de stedelijke context’ beschreven. Deze paragraaf verwoordt de achtergrond waartegen best person functioneren. In mijn opvatting is een best person geen persoon op zichzelf, maar iemand die om redenen actief wordt op een voor de buitenwereld zichtbare manier.

Uiteindelijk hebben mijn visie op de krachtwijken, mijn manier van werken en het beeld van de stedelijke context geleid tot een selectie van best persons. De 50 best persons die conform de opdracht zijn voorgedragen, zijn allen individueel omschreven. Deze aantekeningen zijn opgenomen in paragraaf 4. Overigens is deze informatie al eerder verstrekt.

Naast het logboek zijn nog twee bijlagen opgenomen: een fine fleur van karakteriseringen en opmerkingen over best persons van mijn gesprekspartners en tot slot een min of meer uitgeschreven versie van mijn introductie van het onderzoek naar best persons. Dit is een soort van samenvatting van dit hele verslagg.

2

Page 3: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Verslag scouting best persons 2009-2010

Index

0.Facts & Figures....................................................................................................................................4

1. Vooraf: persoonlijke notie..................................................................................................................5

2. Werkwijze.........................................................................................................................................14

3. Stedelijke context.............................................................................................................................19

3.1. Den Haag.............................................................................................................................23

3.2 Utrecht.................................................................................................................................24

3.3 Amsterdam...........................................................................................................................26

3.4 Zwolle...................................................................................................................................30

3.5 Leeuwarden..........................................................................................................................32

4. Best persons: 50x.............................................................................................................................35

4.1 Best persons Amsterdam.....................................................................................................35

4.1.1 Netwerk Amsterdam...............................................................................................53

4.2 Best persons Den Haag.........................................................................................................58

4.2.1 Netwerk Den Haag..................................................................................................77

4.3 Best Persons Utrecht............................................................................................................82

4.3.1 Netwerk Utrecht....................................................................................................100

4.4 Best Persons Leeuwarden..................................................................................................106

4.4.1 Netwerk Leeuwarden............................................................................................116

4.5 Best Persons Zwolle............................................................................................................121

4.5.1 Netwerk Zwolle.....................................................................................................131

Bijlagen

Methodisch logboek.................................................................................................................134

Typeringen best persons..........................................................................................................147

Introductie gesprek..................................................................................................................149

3

Page 4: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

0. Facts & FiguresSelectie van 50 sterke personen uit 5 verschillende steden in Nederland

Inwoners Namen Gesprekken PersonenAmsterdam 743.600 290 65 12Den Haag 475.680 270 45 12Utrecht 258.520 180 43 12Zwolle 113.980 140 34 7Leeuwarden 93.600 120 38 7totaal 1.685.380 1000 225 50

Verdeling Personen naar:

stad en wijkaanpak absoluut procent Verhouding stad-wijk 9 18Verhouding fysiek, sociaal, onderwijs/cultuur 12 24In de sfeer van de interventie 8 16In de sfeer van de bewonersparticipatie 21 42

geslacht, achtergrond, sector absoluut procent Man 30 60Vrouw 20 40Allochtoon 36 62Nederlander 14 28Bewoners 13 26Ambtenaar 12 24Woningbouwvereniging 7 14Welzijnswerk 7 14Onderwijs 4 8Politie 3 6Kunst 3 6

4

Page 5: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

1. Vooraf: persoonlijke notieWat opvalt in de wijkaanpak is dat kwesties als veiligheid, leefbaarheid, herstructurering een zeer centrale plek innemen, naast thema’s als schooluitval, jeugd en de problematiek achter de voordeur. Het zijn zaken die van belang zijn, maar wel vraagstukken die stuk voor stuk min of meer van buitenaf zijn ingebracht. Verder wil de wijkaanpak met participatie bevorderen dat bewoners zich meer bij de wijk betrokken voelen. Ook hier – uitzonderingen daar gelaten – is de participatieagenda eerder exterieur dan interieur. De wijkaanpak straalt met een agenda van achterstand tot de Nederlandse samenleving, de rechtstaat en de Nederlandse cultuur, de urgentie van Nederland uit. De vraag is of deze agenda ook aansluit bij de urgentie van de wijk? Althans, dat is hier mijn uitgangspunt.

Met het ontstaan van etnische volkswijken is ook een nieuw stuk Nederlandse samenleving ontstaan. Niet alleen heeft de meerderheid van deze wijkbewoners een niet Nederlandse achtergrond (een onderscheid met Nederland dat zich in veel gevallen tot in de 3e en 4e generatie doorzet), ook de samenstelling van de wijkbewoners is enorm pluriform. Soms wonen in deze wijken wel mensen uit tientallen verschillende culturen. Ook volgens de Integratiemonitor 2009 groeit het onderscheid van deze wijken met de Nederlandse samenleving en cultuur nog steeds verder door.

De structuur van deze wijken (bestuur, voorzieningen, wijkverenigingen, huurdersverenigingen etc) en het professionele kader van deze wijken (welzijnswerkers, opbouwwerkers, wbv-en) is daarentegen vaak nog klassiek Nederlands getint. Het zal niet verbazen dat dat voortdurend schuurt en wringt. Dat komt zelfs in wijken voor die bekend staan om hun vooruitstrevende participatieprojecten. Zoals bijvoorbeeld de Indische buurt in Amsterdam. Veel van deze projecten worden aangejaagd vanuit de Timorplein Community met zijn uitvalsbasis aan het Timorplein in een oude door de woningbouwvereniging Ymere opgeknapte school. Centraal daarin is het eetcafé Studio K gelegen. De locatie straalt ook een bijzondere energie uit. Zeker voor zo een wijk. Maar als je beter kijkt valt op dat de locatie, en vooral Studio K, wordt bezocht door Nederlandse jongvolwassenen. Je ziet bijna geen Turkse en Marokkaanse leeftijdgenoten. Laat staan ouderen. Die zitten allemaal bij hun eigen project elders in de wijk. Marokkanen en Turken die komen daar niet. ‘Het is niet van ons’, zeggen ze. En we zien, hoe vooruitstrevend wijken en projecten ook kunnen zijn, dat de scheiding der geesten altijd op de loer ligt.

In de zogeheten krachtwijken vindt een voortdurend gevecht om de m2 meters plaats. Niet zozeer met de Nederlandse samenleving in zijn geheel. Dat ook wel, maar als beeld is het is te grofmazig. Nee, het gevecht waar ik op doel speelt zich vooral af in de wijk, tussen de gemeenschappen, waarbij ik ook de Nederlandse bewoners reken en tussen de zich individueel ontplooiende wijkbewoners. Die gevechten spelen zich meer in het verborgene af en gaan deels om de zeggenschap over de wijkvoorzieningen, om de verdeling van de (beperkte) overheidsgelden, over subsidies. Maar ook in de gemeenschappen zelf kan het schuren over de posities in de gebedshuizen en de zelforganisaties en over wie met de Nederlanders samenwerkt en wie niet.

Regeren Regeren is vooruitzien. Veel beleid in de krachtwijken is echter regeren via de achteruitkijkspiegel, met de blik achteruit. Niet vanwege de sociaaleconomische opvattingen, maar vanwege de culturele blik, waarmee naar deze wijken wordt gekeken. Op de schaal van achterstand hebben

5

Page 6: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

maatschappelijke problemen en culturele achtergrond veel overeenkomsten. Dat is althans de idee. In het huidige denken over integratie worden achterstand en achtergrond ook vaak in een zelfde historische context geplaatst. Vroeger kende Nederland ook veel migratie met veel sociale achterstand tot gevolg en dat is toen door het aanpakken van de sociaaleconomische problemen ook opgelost. Dus dat zal nu ook het geval zijn.

Echter op de schaal van de actuele culturele veranderingen is ‘maatschappelijke achterstand’ maar één argument en als enig argument is het vaak een uiting van onmachtig beleid. Ondanks alle inspanningen in de wijkaanpak neemt de culturele en sociale segregatie toe. Althans, vanuit beleidsmatig en politiek oogpunt. Men investeert in integratie en men oogst segregatie. Hoe komt dat? Dat komt – en dat is mijn tweede uitgangspunt – omdat het niet modern is in termen van cultuur te denken. De huidige samenleving durft en kan niet met een culturele blik naar de ontwikkelingen in de multi-etnische wijken kijken.

DiversiteitDe moderne opvatting van cultuur heet diversiteit. Het begrip diversiteit maakt onderscheid tussen mensen in sekse, geloof, culturele achtergrond, etniciteit, seksuele voorkeur, sociale afkomst, leeftijd en geestelijke gesteldheid. Dat is de portee van het diversiteitbeleid. Hoewel men wel ‘verschillen’ benoemt, gebeurt er feitelijk toch iets anders. Het beleid wijst niet zozeer op onderscheidende karakter tussen mensen, maar naar de overeenkomst in verschil. Anders gezegd: mensen zijn verschillend en in dat verschil, volgens de redenering van diversiteit, dus (weer) gelijk. In het moderne begrip ‘diversiteit’ wordt elke vorm van menselijk onderscheid vermalen tot gelijkvormigheid. Toen ik de heer Santohki, de voorzitter van het Diversiteitnetwerk uit Zwolle uitlegde dat in het Nederlandse diversiteitbeleid verschillen tussen homoseksuelen, laaggeletterden, psychiatrische patiënten of migranten gelijkelijk worden beoordeeld, omdat ze allen met evenveel recht afwijken van het gemiddelde, keek hij vreemd op. Hij had zich niet gerealiseerd dat hij als liberale Azeri op dezelfde wijze in zijn goede naam kan worden aangetast als een invalide of homoseksueel. Dat was voor hem een wonderlijke gewaarwording. Zeker ook als voorzitter van een ‘Diversiteitnetwerk’.

VolkswijkenVanuit dit zelfde perspectief van diversiteit worden klassieke Nederlandse volkswijken als de Wielepolle uit Leeuwarden en de Zwolse Kamperbuurt gelijkgeschakeld met de nieuw ontstane multi-etnische wijken als het Overtoomse Veld in Amsterdam en de Transvaalbuurt uit Den Haag. Uit oogpunt van achterstand hebben klassieke volkswijken natuurlijk evenveel recht op extra aandacht. Maar dat is een legalistisch argument. In termen van culturele verschillen spelen in de Wielepolle en het Overtoomse Veld toch andere processen een rol. Weliswaar zal een culturele blik op deze klassieke arbeiderswijken tot een beter inzicht leiden, maar sociale achterstand is anders van karakter dan verschil in culturele achtergrond. In veel arbeiderswijken manifesteert het ‘volkse’ leven zich als een conservering van de traditionele Nederlandse cultuur: een klassieke opvatting over de rolverdeling tussen man en vrouw, een sterke nadruk op de sociale cohesie van de straat en buurt met inbegrip van alle vormen van achterdocht en uitsluiting, etc. Dit volksleven is vaak vormgegeven in een carnavaleske uitvergroting van de kleinburgerlijke moraal, zoals we die zien in de zomerse straattaferelen, de oranjeversieringen bij de grote voetbaltoernooien en de uitbundige kerstversieringen en vuurwerk rond oud en nieuw. In de uitvergroting en dit excentrieke karakter

6

Page 7: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

ontwijkt men bewust of onbewust de aansluiting met de ‘normale’ burgerij. Het is een verzet tegen assimilatie, een verzet tegen overheersing, het is het verzet van de Nederlandse kleinburgerij tegen bureaucratie en overheidsbemoeienis. Kortom: het is een typisch Nederlands cultureel gevecht.

Dit gevecht vindt niet plaats in de multi-etnische wijken, althans niet met en in de migrantengemeenschappen. Migranten zoeken juist naar aansluiting met de samenleving en naar hun eigen vierkante meters in de wijk om te kunnen leven. Er vindt een strijd plaats om de erkenning van hun plaats in de wijk en de stad, om de erkenning van hun achterstandspositie en het verlies van talent van hun kinderen en om de erkenning van de door hun ervaren dwang zich neer te moeten leggen bij de Nederlandse mores.

OnvredeVeel Nederlanders voelen zich niet senang bij de integratie van migranten en migranten ervaren geen erkenning van hun positie in Nederland. Dit verschil in houding en ervaring loopt eerder uiteen dan dat het convergeert. De tweedeling in de samenleving neemt toe en heeft in veel gevallen een kleur. Het falend integratiebeleid leidt tot frustraties bij Nederlanders en migranten. Deze onvrede beperkt zich allang niet meer tot de multi-etnische wijken. Ook ver buiten de wijken klaagt men over het achterblijven van de integratie van migranten. In die onvrede klinken twee klachten door. Aan de ene kant de vrees voor het onbeheersbaar blijken van migratie en integratie. Men is bang overspoeld te worden door vreemde culturen en gewoonten. Aan de andere kant de weerstand tegen een overheid die hierin dubbelhartig optreedt. De overheid staat niet overtuigend in haar aanpak. Er wordt geen winst geboekt in het proces van integratie. Daarentegen focust de overheid op de negatieve gevolgen van migratie, op de maatschappelijke achterstand en sociale onveiligheid, alsof dat migranten te verwijten is. Het is te cynisch om te beweren de huidige aanpak de maatschappelijke onvrede eerder uitvergroot. Maar overwinnen doet de overheid met de huidige wijkaanpak deze onvrede ook niet.

CultuurHoe moet het dan verder met het integratiebeleid en de aanpak van de multi-etnische wijken? Natuurlijk is aandacht voor onderwijs, werk, zorg en welzijn, huisvesting – de pijlers onder de verzorgingsstaat – van belang. Ieders plek daarbinnen moet maximaal worden geactiveerd. Maar het is niet voldoende. Er moet veel bewuster worden ingezoomd op de betekenis van sociale en culturele verschillen. Al was het alleen maar om de doorwerking daarvan in het leven van alledag te doorgronden en meer impliciet de aansluiting van migranten bij Nederland te doordenken. Als verschil in cultuur het wezenlijke kenmerk van de multi-etnische wijken is, dan is het toch vreemd dat dat niet mede uitgangspunt is van beleid. Pak het vraagstuk van de integratie bij de wortel aan. Trek de angel uit het integratiedebat door juist in te zoomen op de werking en betekenis van cultuur. En dat kan.

Denkt u dat cultuur geen rol speelt in die wijken? Nu, daar wordt ‘on the ground’, op straat, onder elkaar, thuis en bij de families wel anders over nagedacht. Daar is men zeer goed op de hoogte van het verschil in achtergrond, in cultuur en in religie. Het leven in de wijk is categoraal tot in het detail. Niet altijd om moverende redenen: de uitsluiting en geslotenheid ten opzichte van elkaar wordt er ook vaak mee bevestigd.

7

Page 8: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Maar er staan ook mensen op – migranten en Nederlanders – die deze verschillen tussen mensen tot instrument van handelen maken. Deze mensen gaan door de verschillen heen en zoeken voorbij het contrast naar nieuwe verbanden. Die brengen het geduld op elkaar te leren kennen en brengen zaken ter sprake, die aan de orde moeten komen. Zij kennen de gemeenschappen inmiddels van de hoed en de rand en weten heel goed wat de sterke en zwakke kanten van de migrantengemeenschappen zijn. Die weten de gemeenschappen ook in het detail van de cultuur te beschrijven en soms zelfs te duiden. Niet als oordeel, maar als uitgangspunt. En vandaar gaat het verder. Stilaan ontstaat er een nieuw sociaal contract binnen wijken, in buurten en tussen mensen. Vaak nog informeel, buiten bestaande instellingen om, soms tussen scholen of als nieuwe organisatie betitelt. Ik denk hierbij aan het netwerk van vertrouwenspersonen in Transvaal (Den Haag) en Slotervaart en aan het samenwerkingsverband van een christelijke, een openbare en een islamitische school in de Bijlmer.

WeerbaarheidNee, deze wijken veranderen, ondanks het beleid. De afgelopen jaren is er een nieuwe weerbaarheid ontstaan. Een weerbaarheid, die voor een deel voortkomt uit het feit dat men leert dealen en whealen met het verschil in culturele achtergrond. Niet in woorden, wel in daden. De conferentie van januari 2010 over de vertrouwenspersonen in de zorg in Slotervaart stelde de vragen centraal hoe migranten in een verdrukte positie te bereiken en hoe voor hen de reguliere zorg toegankelijk te maken. Via een 0de lijnsaanpak wil men de barrières slechten tussen de nieuwe migrantengroepen en de traditionele Nederlandse hulpverlening. Op een dag dat de werking van cultuur centraal stond, werd het woord cultuur niet een keer in de mond genomen.

Cultuur is niet het toverwoord. Er bestaat wel degelijk een relatie tussen maatschappelijke achterstand en culturele achtergrond. Dat verband verwijst meer naar de afstand tot de culturele macht, dan naar de veelheid aan verschillen in cultuur met elkaar. Die afstand wordt bepaald door sociale positie, door afkomst (juiste families, juiste netwerken) en culturele achtergrond. Een ongeletterde Marokkaanse familie uit het Rifgebergte scoort mogelijk op alle fronten nadelig: armoede, laaggeletterdheid, traditionele levenshouding, gesloten wereldbeeld etc. Overigens is die afstand een wederzijds principe en kleeft die niet alleen migranten aan. Bij een presentatie van Hotel Transvaal in Den Haag in 2009 wist een wethouder van de stad onverbloemd te vertellen dat ze voor een bezoek aan een hotelkamer in de wijk Transvaal wel even een survivalpakketje met een lakentje daarbij had gekocht. ‘Je weet maar nooit waar je terechtkomt als je gaat logeren in Transvaal. Houden ze het daar wel schoon?’, was haar commentaar. Niet alleen haar woordkeus – de stad als een jungle – maar ook de preoccupatie op schoon, markeert de afstand.

Fascinatie voor de krachtwijkOndanks alle commentaren, opmerkingen en negatieve aandacht gaat er blijkbaar ook een enorme fascinatie uit van de multi-etnische wijken. Laatst las ik een column van Heleen Mees over de veranderende levenswijze in de stad New York. Als je daar een vergadering hebt met alleen nog maar blanke mensen of met mensen van een andere gelijksoortige huidskleur, dan doe je iets niet goed. Dan heb je daar de boot gemist. Dan ben je cultuurconservatief.

De wereld verandert in een hoog tempo en de moderne open samenleving en cultuur misschien nog wel het meest. Stel je voor dat het gewicht van die veranderingen zich niet langer beweegt op het

8

Page 9: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

niveau van regelgeving, planning, handhaving en bureaucratie – de klassieke bestuursagenda – maar zich veel meer afspeelt op het niveau van richting, verandering en perspectief, kortom: de leidinggevende waardes. In dat beeld zit de moderne cultuur met haar huidige verzorgingstaat en hedendaagse bureaucratie inhoudelijk aan een maximum. Daar zit intellectueel niet veel groei meer in. Ja, regels zijn regels en de rechtstaat moet worden gehandhaafd, daarover zijn we het allemaal eens. Maar het bevat niet de antwoorden waarmee we de nieuwe vragen van globalisering, migratie, duurzaamheid en milieu, de vragen van de 21ste eeuw tackelen.

Deze nieuw gevraagde leidinggevende waardes worden eerder opgeroepen door de ontwikkelingen in de multi-etnische wijken dan door bijvoorbeeld klassieke burgermanswijken. De middenklasse is voorspelbaar en staat voor regelgeving en handhaving. Dat is 20ste eeuwse bestuurskunde. Onze kennispositie van de middenklasse wijken staat ook niet ter discussie; van de multi-etnischmulti-etnische wijken zeker wel. Waar middenklasse een ‘uitroepteken’ is, zijn de multi-etnische wijken een groot ‘vraagteken’. Waarbij het vraagteken verwijst naar de roep om een ‘nieuwe ordening’. Het integratiebeleid nu richt zich op maatschappelijke emancipatie met als idee dat het inlopen van achterstand automatisch leidt tot een culturele verheffing. Via dat beleid probeert men ‘greep’ te krijgen op de ontwikkelingen in de multi-etnische wijken. Maar misschien moeten we wel vaststellen dat dat beleid niet meer is dan het op bureaucratische wijze ‘herordenen’ van de wijk. De bureaucratie heeft niet afgedaan, maar haar werkingskracht is niet langer accuraat. Als enige vorm van beleidsinzet werkt het onvoldoende. De huidige politieke mores draagt nog steeds de gedachte uit dat de berg maar naar Mohammed moet komen. De maatschappelijke werkelijkheid vraagt echter een omgekeerde houding: Mohammed moet maar naar de berg.

Tot slot nog een laatste opmerking. Mondiaal veranderen de verhoudingen in de wereld. De dominantie verschuift van het Westen naar China, India, Brazilië en zelfs Afrika. Die omslag vraagt om een andere culturele houding. Niet de 19de en 20ste eeuwse omgang van eurocentrisme en het alleen recht op normering en handhaving, maar een moderne opvatting over cultuur van wederkerigheid. Om die houding te leren hoeven we geen kosmopoliet te zijn. Omgang met cultuur kunnen we ook dichtbij huis leren en wel in de multi-etnische wijken zelf. Het succes van een bloeiende en welvarende stad zal eerder liggen in een organische integratie (naast een effectieve omgang met de sociale vraagstukken en milieu), dan in het rationaliseren van het bestuur en de bureaucratie. Schoon, heel en veilig is belangrijk, de omgang met culturele verschillen belangrijker. Dat tekent de fascinatie voor de multi-etnische wijk.

Keuze best personsIn mijn keuze van best persons heeft de houding tot culturele veranderingen voorop gestaan. Eenkennigheid kan maatschappelijk een krachtige waarde zijn, mijns inziens leidt die tot een star cultureel perspectief: of die nu door migranten wordt geuit of door Nederlanders. Een best person moet kunnen schakelen op cultureel niveau binnen de migrantengemeenschappen en Nederlandse gemeenschap. Een best person moet kunnen whealen en dealen met verschillen in cultuur en sociale afkomst vanuit zijn eigen gemeenschap (bottom up); of blijk geven van een cultuurgevoeligheid voor de samenleving en vanuit een bestuurlijk of beleidsmatige optiek daarin zo diepgaand mogelijk kunnen penetreren (top down) of juist kunnen schakelen tussen de diverse niveaus (middle-up-down).

9

Page 10: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Dit veronderstelt een vorm van culturele strategie. Niet alle verschil in cultuur is een probleem, waarin alles wat vreemd is – geen handen geven, gescheiden zwemmen, een onderscheid tussen man en vrouw – als on-Nederlands wordt afgedaan. We kunnen ook een meer bemiddelde houding tegenover cultuur aannemen en ons afvragen tegenover welke verschillen we ons verweren, waar culturele uitgangspunten te delen zijn of waar opvattingen en omgangsvormen kunnen worden overgenomen. En vooral waarom! Dat leidt niet alleen tot een gedifferentieerde aanpak, maar het uitgangspunt is totaal anders. Hierin wordt uitgegaan van culturele zeggenschap, van culturele macht. Afwijzen, aangaan van committent of overnemen van opvattingen vraagt om argumenten, over en weer. Vanuit de Nederlands culturele traditie en vanuit de culturele opvattingen van de ander. Handhaven, opgeven of delen van culturele posities is een strategisch culturele vraag, waarin Nederlandse culturele argumenten moeten worden afgewogen met de argumenten van de ander. Cultuur kun je niet opleggen, je kunt het wel bespreekbaar maken. Deze benadering geeft ook de ruimte om de verschillen tussen de culturele gemeenschappen onderling te overzien, deze aan de orde te stellen en in te zetten in een beleidsstrategie.

Strategisch inzichtIn het licht van een culturele strategie zijn veel discussies in Nederland over integratie geneuzel. We moeten er niet aan denken dat de wijkprofessionals – onze best persons dus – over de eerste de beste handdruk of hoofddoek zouden struikelen. Die krijgen geen poot aan de grond in die wijk. Denken en handelen onze best persons dan allemaal op een cultureel strategisch niveau? Laat ik het zo zeggen: aan die houding wordt nog niet veel woord gegeven. Wel zie je een toename aan ‘cultural awareness’. Er is meer oog voor verschil in cultuur en de betekenis van dat verschil. Dat zie je terug in alle lagen: bij professionals, burgers en migranten, in projecten, op de vloer, in de wijkprogramma’s en op bestuurlijk niveau. Maar cultureel bewustzijn is nog geen cultureel strategisch niveau. Bijvoorbeeld. Als de minister roept dat vrouwen niet gescheiden mogen inburgeren, dan heeft hij principieel gelijk, maar praktisch niet. Hier wordt cultuur boven taal geplaatst. Blijkbaar is cultureel emanciperen voorwaardelijk voor het leren van de Nederlandse taal. Eerst de taal leren en dan pas emanciperen, gaat blijkbaar niet op. Ik denk dat de meeste geselecteerde best persons, minus de topambtenaren, deze redenering zullen onderschrijven. Wat zullen overigens de buurtbewoners van zo’n opmerking van de minister denken? Het zal zeker niet worden opgevat als stimulans om in te burgeren.

Een cultuur strategische houding is natuurlijk wederzijds. Ook van migranten mag een cultureel inzicht worden gevraagd. Gedurende het onderzoek sprak ik een voorzitter van een Marokkaanse vereniging, die voor jongens en meiden in de wijk gescheiden activiteiten organiseerde. Ik zei: ‘Ik snap dat je dat nu doet. Die jongens en meiden apart, dat is tactisch. Daarmee spreek je ze nu aan. Maar wat doe je over 10 jaar. Heb je dan nog die gescheiden houding?’ Daar had hij geen enkel antwoord op. Daar had hij nog nooit over nagedacht.

Tot slot: in mijn zoektocht naar best persons kwam ik vanuit dit cultuur strategisch perspectief twee valkuilen tegen. In het ene geval denkt en handelt een best person volledig vanuit het beeld van de wijk. Zijn empathie valt samen met de wijk. Op zichzelf geen groot verlies, het beperkt hooguit het blikveld. De tweede valkuil is de motivatie, waarmee de overheid kiest voor een best person. Die valkuil werkt wel beperkend. Met het grootste gemak ruilen overheden de idee van best practices in voor best persons. Als het maar werkt, hoor je ze denken. Maar dat gebeurt dan niet uit een

10

Page 11: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

nieuwsgierigheid naar onbekende domeinen: wat brengt die man en vrouw in de wijk terecht wat wij niet kunnen? Nee, met een soort eenkennigheid: als men best person is, dan toch alleen in relatie tot de overheid. Een sterke persoon buiten de overheid of zelfs buiten het overheidsparadigma, wordt niet gewenst. (zie notulen febr. 2010). Naar die invulling van best person heb ik, geloof ik, niet nadrukkelijk gezocht.

Wie welWat levert mijn selectie dan voor best persons op? Wie wel? Welke personen komen bij mij boven drijven en waarom? Ik denk dat ik dat het beste kan illustreren door een paar voorbeelden.

Waarom ds. Dube uit de Bijlmer. Zijn werk is niet opzienbarend, Don Bosco als organisatie ook niet. Zijn achtergrond, een oud-guerrillastrijder van het ANC, die nu dominee is en binnenkort aan de VU promoveert op migrantenkerken, is dat weer wel. Zo ook zijn plaats in de Bijlmer. Het belangrijkste is de rol die hij vervult: hij is buitenstaander, observator en betrokkene tegelijkertijd. Er zijn maar weinig mensen in de Bijlmer, die vanuit die rol de zwarte gemeenschappen van binnenuit kennen en de betekenis van de migrantenkerken onderkennen. Dube fungeert als een gids in een domein wat onbekend is voor de Nederlandse beleidsmakers en wat veelal niet eens in het vizier is.

Derwisj Maddoe uit Den Haag had al snel door dat nabijheid de enige manier was, en is, om migranten persoonlijk in hun problemen te begrijpen en aan te spreken. Dat is op zichzelf geen opmerkelijke verdienste. Die vormen van caritas zijn er altijd wel geweest. Wat hem bijzonder maakt is dat hij vanuit die vorm van betrokkenheid een weg terug bewandelt naar de reguliere hulpverlening en vanuit een positie van nabijheid een verandering van het systeem opgang brengt.

Waarom Ali Adiguzel uit Zwolle wel en Moayad Abdulkadir, voorzitter van de Koerdische migrantenorganisatie in Leeuwarden, niet. De Turkse voorzitter van de Ulu moskee in Zwolle spreekt niet eens goed Nederlands. Hij komt niet uit zijn woorden en heeft een compagnon nodig om naar buiten te treden. De Koerdische voorzitter staat in dat opzicht zijn mannetje. Hij is welbespraakt, voorkomend en vervult daarom ook als woordvoerder een landelijkr rol. Het verschil zit in charisma: de Turkse voorzitter weet op basis van zijn persoon een band te scheppen, tussen de buurt en de moskee, tussen de stad en het moskeebestuur en tussen Zwolle en de Turken. Hij ziet vraagstukken, maakt deze bespreekbaar en breekt ze open. Abdulkadir kent de problemen in de Koerdische gemeenschap maar al te goed en hij begrijpt dat al deze kwesties de Koerden in diskrediet kunnen brengen. Hij gebruikt zijn charme en welbespraaktheid om de gemeenschap af te schermen en tussen de Koerden en Nederland in te kunnen staan. Abdulkadir functioneert niet als brug, maar als onderhandelaar, als regulator. Hij wil de agenda bepalen.

Wat andersWat levert een culturele benadering van de wijkaanpak voor andere agenda op? Ondanks alle goede intenties, ondanks de terechte aanpak van achterstandsbeleid neemt de verwijdering toe. De huidige aanpak heeft het in zich dat er meer afstand ontstaat. Een bureaucratisch perspectief vraagt aanvulling van een persoonsgerichte benadering. Niet dat een persoonlijke benadering de ambtelijke aanpak moet vervangen. Want dan konden we wel eens even ver van huis zijn: of we nu naar de ene oever afdrijven of naar de ander. Dat maakt niet uit. De kunst is op koers te komen en daadwerkelijke veranderingen realiseren. Een culturele interventie moet mijns inziens leiden tot een

11

Page 12: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

meer empathische benadering (Van den Brink), die vandaar uit ook het systeem weet te infecteren. Dus van systeem naar persoon en terug naar het systeem.

Deze aanpak vraagt om een nieuwe moderne houding van burgers, professionals en overheidsfunctionarissen. In deze houding is nabijheid het sleutelbegrip. Sluit in je aanpak aan op processen en personen in de wijk zelf. Ga uit van de werking van cultuur, doorgrond de verschillen in achtergrond. Haak daar met een moderne vorm van stedelijke antropologie op aan. Zoek naar een gezamenlijke agenda, die verder reikt dan de achterstandsagenda van wonen, weten en werken. Stel je eens voor dat maatschappelijke emancipatie (wonen, weten en werken) als de grens gaat dienen van cultureel zelfstandige enclaves. Dan is er op de korte termijn een succes geboekt, maar op de langere termijn ontstaat er toch een onzekere factor. In vaktermen: bonding leidt in dit geval niet tot bridging.

Een paar suggesties voor de wijkaanpak vanuit een politiek van nabijheid:

1. Pak de achterstand direct aan en wel op het meest gevoelige punt voor de gemeenschappen: op het weglekken van (jong)talent. Veel hoger opgeleiden haken óf gedurende hun opleiding af, óf vinden na hun studie geen passende baan. Deze jongeren voelen zich letterlijk en figuurlijk opgesloten in hun wijk. Dat leidt tot diepe frustraties. (Zie Integratiemonitor 2009). Breng alle hoger opgeleiden jongeren in de wijk bijeen (in opleiding en afgestudeerd). Geef ze een rol in de wijkontwikkeling en de wijkaanpak. Laat ze die cultuur-strategische agenda ontwerpen.

Hetzelfde geldt voor de kinderen op de basisschool en daarna. In de krachtwijken kun je geen deur van een wijkgebouw of moskee open doen of er zit wel een klasje huiswerkbegeleiding achter. Het is de onmacht ten top, maar men doet er alles aan de kinderen een betere toekomst te bezorgen. Organiseer deze huiswerkbegeleiding in een breder professioneel verband. Breng de initiatieven bij elkaar, wat op zichzelf al een tour de force is. Breng hogeropgeleiden als begeleiders in. Dat gebeurt al. Pak die initiatieven op en breid ze uit (Zie Transvaal, Den Haag; Boot, Amsterdam).

2. Het land van herkomst is belangrijk voor een ieder met een migratieachtergrond. Voor jong en oud bestaat er een vorm van positieve schuld tot dat verleden. Men heeft het land verlaten, maar niet in de steek gelaten. Zo gauw men de kans ziet wil men graag iets terug doen voor het land. Dat gebeurt in het klein – geld dat per week aan familie wordt overgemaakt – i n het verborgene –uitwisselingsprogramma’s, ondersteuningstichtingen die worden opgezet – of men maakt het als inzet van opleiding en werk. We zullen ervan verstelt staan om te zien hoeveel migranten, oud en jong, met concrete activiteiten op hun land van herkomst betrokken zijn. Focus die aandacht, vertaal dat in stage, in werk en maatschappelijk ondernemerschap. Gebruik die kracht in de wijkaanpak.

3. Ken de wijk, ken de wijk- en zelforganisaties, ken de buurt- en speeltuinverenigingen, ken de religieuze organisaties. Let wel, dit betreft de migrantenorganisaties als de verenigingen van de oorspronkelijke Nederlanders. In de hulpverlening kennen we het begrip bemoeizorg. Organiseer hier een vorm van sociale bemoeizorg. Bemoei je met die organisaties. Ga verbindingen aan. Niet zomaar geld geven en achteraf vaststellen dat het verkeerd is besteed. Stuur ondersteuning mee met de vaststelling van de projecten. Van veel organisaties is bekend dat ze grote moeite hebben om hun administratie op een goede manier af te handelen. Bied coaching en begeleiding aan, stuur mensen

12

Page 13: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

mee met de projectsubsidie. Ga één op één begeleiding aan: van ondernemers, van wijkorganisaties en zelforganisaties, van actieve bewoners …

Migrantengroepen en de oorspronkelijke witte Nederlanders verdienen beide dezelfde culturele en maatschappelijke aandacht. Niet los van elkaar, ook niet perse met elkaar, maar wel in een zeker strategisch verband in de wetenschap dat de ontwikkeling van deze groepen burgers met elkaar in verhouding moet zijn.

4. Geef het opbouwwerk en het welzijnswerk een meer strategische rol. Hun oorspronkelijke aangrijpingspunt is altijd ondersteunen van bewoners en bewonersinitiatieven geweest. Bewoners konden zich daardoor emanciperen en zich beter in het krachtenveld van de wijk en stad manifesteren. Maak het welzijnswerk mede verantwoordelijke voor de culturele ontwikkeling van de wijk als geheel. Geef ze een rol in de culturele strategie van de wijk. Volgens mij wordt dit nu ‘nieuw’ welzijn genoemd.

13

Page 14: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

2. WerkwijzeDe selectie van 50 best persons die ik hier presenteer, zijn allen sterke personen op hun terrein en in hun werkomgeving. Ik heb in die selectie niet gekeken naar het personeelsbeleid van de betreffende stad of organisatie. De 50 personen vormen op zichzelf ook geen voorbeeld van ‘goede functionarissen’. Het is niet de top 12 of top 7 van de betrokken onderzoekssteden. De selectie van best persons per stad staat wel voor een profiel van de stad met zijn thematische en tactische keuzes voor de wijk. In dat stedelijk profiel vertegenwoordigt de best person een eigen rol.

Per stad is gezocht naar voldoende diepte in de selectie van de best persons. De wijkaanpak is stedelijk veelal verticaal georganiseerd, top down. Vandaar. Concreet is er gezocht is naar topambtenaren, naar actieve burgers in wijken en buurten en naar professionals. Bij deze laatste groep is de mate van (eind)verantwoordelijkheid ook een aandachtspunt geweest. Er zijn geen wethouders geselecteerd, ook geen politici. Dit om praktische en politieke redenen. Dat neemt niet weg dat deze personen wel deel uitmaken van de netwerken en werkafspraken van de geselecteerde best persons. Afhankelijk van de invulling van het verdere onderzoek kan men de politici alsnog tegenkomen.

Tussen de best persons – en dan bedoel ik niet alleen binnen de steden, maar ook over de steden heen – staat de selectie voor een breedte aan thema’s die binnen de wijkaanpak spelen: de omslag van fysiek naar sociaal, interventies in de persoonlijke levenssfeer variërend van vrijwillig tot drang en dwang en de diversie interpretaties van bewonersparticipatie.

De selectie van best persons vertegenwoordigt in totaal het profiel van de betrokken steden en wijken en de diverse projecten en invalshoeken, die zich in de wijkaanpak afspelen.

StappenplanIk heb vanaf het begin met een vaste structuur gewerkt. In de loop van het project heeft mijn werkwijze zich wat verfijnd, maar ik ben niet wezenlijk van mijn route afgeweken.

Mijn werkwijze is hier in 10 stappen samengevat.

1. De selectie van de gesprekken en de benadering van de stad verloopt altijd van breed naar specifiek. Zeg maar een trechterperspectief. De gesprekspartners worden in het begin breed geselecteerd met inbegrip van alle elementen: stedelijke wijkaanpak, verhouding stad – wijk, omslag van fysiek naar sociaal, het aanzoeken van actieve personen, waar ook in de wijk. De selectie van de eerste gesprekken vindt plaats op basis van voordracht (bureau wijkaanpak), stedelijke sociale gidsen, namen uit (lokale) media, eigen netwerk etc. Per stad scherp ik na een aantal gesprekken mijn indruk van de best persons en de stedelijke omgeving steeds aan. In mijn methodologisch dagboek noem ik dat op ‘vlieghoogte’ komen (zie bijlage 1.) Aan het einde van de gesprekcycli wordt de keuze voor gesprekken ook veel gerichter. In een aantal gevallen – zeker toch 5 a 7 – ga ik voor mijn gevoel een gesprek aan met een zo goed als zeker geselecteerde best person, omdat deze precies in de voorafgaande bevindingen past.

14

Page 15: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Dat trechterperspectief wordt min of meer vormgegeven door drie aspecten van beoordelen: ‘context’, ‘doen’ en ‘zeggen wat je doet’. Normaal luidt het laatste gezegde als ‘doen wat je zegt’. De volgorde is hier bewust omgedraaid, omdat dat spoort met mijn volgorde van analyse. Mijn kijkrichting was steeds: wat is de context van de taak, wat doet de best person daarin en hoe spreekt hij/zij daarover? Belangrijk is de overtuiging die de best person uitstraalt. Is hij/zij zich bewust van de omgeving waarin de best person werkt of actief is? Hanteert hij/zij daarin een gesloten opvattingensysteem (follow the leader, regel is regel, doe nu maar gewoon) of heeft hij/zij een zoekende en open mind? Klinkt daarin een gevoeligheid door voor de zaken die spelen: in de lokale belangen, cultureel, religieus, moreel? En tot slot: staat de best persons met al zijn vragen en twijfels wel een richting voor, trekt hij/zij iets voort?

2. Mijn aanpak is altijd zo direct mogelijk: kort in de tijd, er op af en altijd bij de gesprekspartner op locatie. Of dat nu in de moskee is, bij de directeur op school, in een kantoortje van een zelforganisatie, bij iemand thuis of in de onderzoekskamer van een consultatiebureau. De combinatie tussen eigen observatie en een gesprek ter plekke is voor mij beslissend.

Als er tijd over is loop ik wat door de wijk. Daarbij probeer ik zoveel mogelijk de sfeer op te snuiven. Ik breng ter plekke tijd in de wijk door. Ik eet en drink er wat, soms zit ik in een shoarmatent een tijdje te werken (lezen, bellen, typen). Waar het kan, loop ik achterom de huizen of een gebouw. In een gesprek werkt het zeer overtuigend als je je observaties kunt inbrengen of met je eigen beeld een opvatting van je gesprekspartner kunt aanvullen of relativeren.

3. De stijl van het gesprek dat ik voer is vertrouwd, cosey. Ik stel me van begin af aan op als gesprekspartner. Dat heeft ook met de introductie te maken (zie resumé aan het einde van punt 3). Ik kom niet om te horen of iemand zijn werk wel goed doet. Ik wil weten wat mijn gesprekspartner beweegt, hoe die in zijn werk staat, wat hij/zij meemaakt. Ik probeer met zijn ogen naar de stad te kijken en zien wat hij/zij doet.

Ik wil weten wat de ander vindt, zijn positie en opvattingen snappen. Ook al zijn de standpunten tegendraads, of niet passend in de common sense. Ik geef aan dat ik dat niet erg vind, dat me dat niet interesseert. Ik laat de gesprekspartner vertellen in welke projecten hij/zij betrokken is, wat zijn rol daarin is. Welke mensen en andere projecten die tegenkomt. Wie vallen op? Met wie werkt hij/zij graag samen? Etc.

Ik vraag altijd om verduidelijking, zeker bij vanzelfsprekende open formuleringen; daarin zit al vaak discussie. Ik zeg vaak: “O, je bedoelt dit of dat.” Of: “Interessant, je zegt wel dit, maar daar zitten twee standpunten in.” Ik confronteer hem/haar met tegenbeelden, met een verduidelijkende en soms kritische vraagstelling. Soms zoek ik het randje op, maar ik neem altijd weer de irritatie terug.

Ik ben duidelijk in het gesprek aanwezig. Ik vat samen, probeer in de samenvatting de standpunten te verhelderen, ik prijs mijn gesprekspartner om zijn standpunt, maar scherp het ook aan. Soms voeg ik er bewust een mening aan toe om het te overstijgen en een breder perspectief te schetsen. Ik ben dan op zoek naar de reactie: hoe wordt er gereageerd? Zoekt mijn gesprekspartner naar nieuwe aansluitpunten of vernauwt ie zijn standpunt? Hoe intellectueel flexibel is hij/zij?

15

Page 16: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Alles is er op gericht om een prettig en een goed gesprek te hebben. Op het einde kan het soms in een discussie uitlopen, vooral als er inspirerende gezamenlijke standpunten ter tafel komen. Één op drie keren gebeurt dat. Het uur is altijd zo om en in bijna alle gevallen gaan we met meer plezier uit elkaar, dan dat we elkaar in het begin hebben ontmoet.

Introductie gesprek, resumé: tijdens het voorstellen aan mijn gesprekspartners geef ik aan dat we met het onderzoek naar best persons an sich geïnteresseerd zijn in hun rol en werkwijze, maar tegelijkertijd via de best persons inzicht willen krijgen in het proces van stedelijke verandering. “De stad verandert, zeg ik dan, daarover zijn we het met elkaar wel eens..” “Maar zo gauw we die verandering gaan duiden, ontstaan er wisselende beelden. Dat geldt niet alleen voor de visie op de stedelijke veranderingen, maar ook voor de aanpak..” “Want stel je voor, vervolg ik, dat we alle projecten op elkaar leggen, dan komt daar niet een eenduidige richting van aanpak uit voort.” “Ook de aanpak is uiteenlopend..” En ik ga verder: “Met dit onderzoek willen we meer inzicht krijgen in en meer draagvlak generen voor een aanpak in de stedelijke veranderingen..” Als ik, daarbij vertel dat we nog niet zo lang geleden dachten dat ‘Nederland af was’ en daarbij het hitje ‘15 miljoen Nederlanders’ uit het midden van de jaren ‘90 in herinnering roep, dan beaamt iedereen dat. Met de vraag: ‘wat verandert er nu eigenlijk in Nederland en hoe stellen we ons daarin op?’ vinden we elkaar bijna altijd. Dat het daarbij om perspectief en richting gaat in het proces van stedelijke veranderingen, wordt door allen geaccordeerd.

Als dat inzet is van dit onderzoek, dan moet dat perspectief ook min of meer verborgen zitten in de keuze van de best persons. Misschien niet feitelijk, maar wel potentieel. Tot slot leg ik dan uit dat dat de reden is dat ik geïnteresseerd in hun werk. Het gesprek komt dan als vanzelf opgang (zie verder bijlage 2 Introductie gesprek).

4. Tijdens de gesprekken houd ik oog voor de informele observaties: tussentijds gaat de telefoon, een collega of personeelslid komt binnen, maar ook wat is de sfeer op kantoor, de afdeling en in de werkkamer. Die informele observaties zijn soms goud waard. Net zo goed als het rondlopen door de wijk een ‘buitenbeeld’ geven, geven die kleine observaties een ‘binnenbeeld’. Hoe reageert je gesprekspartner aan de telefoon? Hoe neemt iemand de telefoon op? Is die makkelijk of moeilijk in het maken van afspraken, flexibel of formeel? Reageert hij anders dan tegenover mij? Hoe reageert men als ik mij er mee bemoei of een terloopse opmerking maak? Word ik verder in de ontmoeting betrokken, hoe dan? Wat zegt ie tegen zijn personeel, wat is zijn toon, zijn houding? Vult dat het beeld van het gesprek aan of juist niet. In een van de gesprekken in Den Haag werd ik aan de college voorgesteld met de opmerking: “kijk dit is nu die mijnheer die komt kijken of we goed functioneren..” Het is dat je niet mag weglopen, maar mijn gesprek was klaar. Of soms zet ik zelf iets op. In Zwolle kon ik moeizaam aan algemene informatie komen net toen ik op het bureau van de collega van mijn gesprekspartner de sociale gids van Zwolle zag liggen. Ik zei tegen hem: “Als je nu even de andere kant op kijkt, zit die gids in mijn tas en is mijn probleem opgelost..” Mijn gesprekspartner bleek in elk geval geen formele ambtenaar.

5. Op gezette tijden maak ik aantekeningen over het verloop van de gesprekken, mijn ervaringen daarbij, opmerkingen ten aanzien van het onderzoek, kwalificaties en definities van best persons etc. (zie bijlage 3, Methodologisch Logboek). De aantekeningen zijn niet thematisch opgezet, maar wel in chronologie weergegeven. Het methodologisch dagboek moet ook gelezen worden naast de

16

Page 17: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

aantekeningen over de steden en de wijken en de al eerder ingeleverde beschrijvingen van de best persons. Het logboek betreffen primaire aantekeningen, die ik ten behoeve van dit verslag licht heb bewerkt (zie bijlage 1).

6. Verder maak ik parallel aan het methodologisch logboek aantekeningen per stad. Deze zijn in paragraaf 3 verwerkt. De aantekeningen betreffen observaties over de wijkaanpak, rol van professionele organisaties, typeringen van de wijk en bestuursstijlen in stad en wijk.

7. Van elk gesprek houd ik in een notitieblokje aantekeningen bij van ontwikkelingen, projecten, namen en instellingen die worden genoemd. Waar mogelijk noteer ik ook de belangrijkste beleidsrapporten en literatuur als daarnaar wordt verwezen. Overigens zet ik tijdens het gesprek onder de pagina van mijn notitieblokje altijd een streep, waaronder ik in steekwoorden de informele observaties en mijn bijgedachten noteer. Eigenlijk lopen er dus twee gesprekken: het gesprek dat ik voer en datgene wat ik hoor en zie.

Tijdens het schrijven is er ook even tijd om na te denken, even te reflecteren op het gesprek en nieuwe vragen in te laten invallen. Ik gebruikte mijn notitietijd ook wel eens als adempauze.

In elk gesprek vraag ik mijn gesprekspartners ook met wie zij graag samenwerken, of wie zij belangrijk vinden voor een thema, een taak en een ontwikkeling in de stad. Daarbij geef ik aan dat ik zo snel mogelijk na het gesprek een lijstje met namen, rapporten en andere genoemde informatie zal toesturen met het verzoek dat te corrigeren en aan te vullen. Het voordeel daarvan is dat de gesprekspartners niets hoeven te onthouden of vast te leggen en zich volledig kunnen concentreren op het gesprek. Bijkomend signaal is: ik doe het werk, u hoeft niets te doen. Althans niet op dit moment.

8. Binnen een week na het gesprek stuur ik de namen en notities toe met het verzoek om deze te corrigeren en aan te vullen met NAW-gegevens. Daarvoor heb ik een standaardbrief opgesteld, die ik op naam toestuur met soms een persoonlijke noot er aan toegevoegd. Mocht een reactie uitblijven, dan bel ik binnen twee weken deze mail na. Blijft dan nog antwoord uit dan beraad ik mij op een andere aanpak.

Het spreekt voor zich dat een goed verlopen gesprek ook altijd goede vervolgsuggesties oplevert. Een gesprek dat qua inhoud tegenvalt heeft vaak ook zijn weerschijn op de aangedragen namen. Een actieve buurtbewoner in Leeuwarden zette zich volledig in voor zijn eigen wijk en wist daarbij ook een aantal belangrijke krachten uit de stad te betrekken. De wijk zelf ademde de sfeer uit van een gegoede gated community en zijn grootst behaalde trofee bleek het wijkcentrum inclusief parkje/speeltuin pal voor zijn eigen voordeur. Voor sommigen geldt: Not In My Backyard, maar voor hem gold het tegenovergestelde: Only In MY Frontyard. Zijn suggesties heb ik niet met veel enthousiasme nagetrokken.

9. Alle genoemde namen en NAW-gegevens zijn verwerkt in een Excel-bestand, aangevuld met organisatie, taak en functie. Verder is de briefwisseling opgeslagen alsmede verkregen informatie en vergaarde randinformatie. Deze dossiers zijn inmiddels per stad aan de onderzoekers verstrekt.

17

Page 18: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

10. Tot slot zijn van de 50 geselecteerde best persons korte verslagen geschreven, waarin gegevens zijn verwerkt als organisatie, functie, taak, rol, karakterisering en kwalificaties van de best person en mijn persoonlijke beeld van zijn/haar projecten en rol daarin. Per best person zijn ook hun doorverwijzingen vermeld. Van deze namen zijn overigens korte resumés bijgevoegd in de verslagen. De verslagen van de best persons zijn hier in paragraaf 4. opgenomen. Deze zijn overigens al eerder rondgestuurd.

18

Page 19: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

3. Stedelijke contextNederland is niet uniform. Steden zijn niet elkaars gelijke. Waar we gevoelig zijn voor tradities binnen culturele gemeenschappen, zouden we dat ook moeten zijn voor het Nederlandse culturele landschap. Elke stad heeft een eigen stijl. Dat heeft te maken met de omvang en de ligging van de stad, de daarmee samenhangende schaalgrootte van de stedelijke vragen, de mate van sociale achterstand, omvang migrantengemeenschappen, wijkindeling van de stad, opgaven van herstructurering etc. Dat alles werkt door in de ‘wijkaanpak’.

Steden veranderen, het beleid verandert, maar dus telkens op andere en eigen wijze. Dat geeft de mogelijkheid om de steden onderling te vergelijken. Die mate van verschillen spelen door in de kwalificatie van de best persons. Simpel gezegd: een sterke persoon in Zwolle zal mogelijk in Den Haag niet tot wasdom komen en vice versa.

Ik heb in mijn onderzoek vier dimensies van verandering vastgesteld, die mijns inziens invloed hebben op het aard en karakter van de daarin werkzame best persons. Drie daarvan bevinden zich hoofdzakelijk in de sfeer van de overheid, en een daarvan meer in de burgermaatschappij.

Als eerste de drie aan de overheid gerelateerde veranderingsdimensies.

1. Verhouding wijk en stadDe stedelijke verhoudingen tussen de ‘centrale’ stad en de wijk zijn direct terug te vinden in de organisatie van de wijkaanpak. In die relatie spelen begrippen als gemeentelijke diensten, deelgemeentes, wijkteams, wijkmanagers, wijkpanels etc. een rol.

Soms is de wijkaanpak duaal georganiseerd als een samenwerkingsverband tussen overheid en woningbouwcorporaties. Soms in een tripartiete overleg: overheid, woningbouwcorporaties, welzijn en opbouwwerk. Soms wordt de wijkaanpak heel gebiedsgericht uiteengelegd in een samenwerking tussen overheid, woningbouwcorporaties, welzijnsinstellingen, onderwijs, politiecorps etc.

Binnen deze structuur zijn ook de bevoegdheden verdeeld: centraal, decentraal, programmamanagers en wijkmanagers en het belang van front office en back office. De plaats en rol van de best person in deze structuur is altijd een belangrijk gegeven.

2. Omslag van fysiek naar sociaalMet stenen alleen bouw je geen stad. De gevleugelde uitspraak van nu, die iedereen onderschrijft als een waarheid als een koe. Toch verschilt de werkelijke omslag daarvan per stad, per wijk en zelfs binnen woningbouwcorporaties.

Naast vastgoedstrategieën als sloop, nieuwbouw en renovatie of aankoop van maatschappelijk woningbezit (scholen, wijkgebouwen, opvangcentra, bejaardentehuizen etc.) is de aandacht voor de woonomgeving toegenomen. Maar deze aandacht is geschaald. Aan de ene kant is er de zorg voor leefbaarheid en veiligheid, wat direct vastgoed gerelateerd is, want het verhoogt de verhuurbaarheid en de verkoopbaarheid van het woningbezet. Aan de andere kant nemen sommige woningbouwvereniging verantwoordelijkheid voor de samenhang in de wijk en richt men zich op

19

Page 20: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

achterstandsbeleid (verzorgen van ontbijt voor kinderen opschool) of op ontplooiing en maatschappelijke emancipatie. (huiswerkbegeleiding, jongerenwerk, community art) Je zou kunnen zeggen dat deze investeringen indirect vastgoed gerelateerd zijn.

Binnen de woningbouwverenigingen speelt het debat over de betaalbaarheid: is het beleid vastgoed gerelateerd of sociaal gerelateerd? Vastgoed staat dan aan de batenkant, sociaal aan de lastenzijde van de balans. Maatschappelijke investeringen houden het midden. Deze betaalbaarheid van het woningbeleid speelt ook tussen corporaties en de overheid en tussen corporaties en maatschappelijke partners. Altijd wordt er een kostenafweging gemaakt. In die zin speelt de financiële crisis deze omslag in beleid parten.

Of ligt de discussie dieper, meer in de aard van het beestje? Een van de regiodirecteuren van HaagWonen verwoordde dat treffend: “Het is het kloppend hart van elke corporatie. De eerste reflex is altijd woongerelateerd: eerst de aannemer en opknappen die huizen, dan pas de opbouwwerker om de problemen aan te pakken. Zo was het altijd en zo is het nu nog..”

3. Interventie strategieënDe overheid moet voor de handhaving van haar beleid kunnen ingrijpen tot achter de voordeur. Die aanpak wordt in alle steden onderschreven, zij het dat men verschilt in de mate van drang, dwang en/of vrijwilligheid en/of men de aanpak normerend dan wel activerend inzet.

Deze frontlijnbenadering is mede geboren uit de noodzaak van professionals en overheid om een integraal, volledig en direct beleid te voeren. Het spoort met de houding van antibureaucratisch, een uitvoeringsgericht en ontkokerd beleid. De aanpak van multi-problem gezinnen is daarvan het meest sprekende voorbeeld. De idee is om een wijk of buurt integraal op problemen te scannen en daarbij óf problemen direct aan te pakken (interventieteams in Rotterdam en Leeuwarden) óf het enkel inventariseren van bewonersproblemen en -wensen óf hen te activeren tot een bijdrage aan de wijk (Zwolle, Kamperbuurt, Utrecht, Overvecht). Vaak geldt hier herstructurering als de methode om bewoners huis–aan-huis te benaderen en aan te spreken. In sommige wijken intervenieert men na het melden van klachten (geluidsoverlast, drugsgebruik, rommel, Zuidoost Amsterdam, Palestrina flats in Zwolle).

In sommige steden reikt de interventie ook verder dan overlast, herstructurering en probleemsituaties. Er zijn interventies op schoolverzuim, als opvoedingsondersteuning of in de vorm van preventieve activiteiten gericht op de levensstructuur en de persoonlijke ontwikkeling van met name kinderen. Zie de inzet van brede scholen om kinderen 7 dagen in de week 24 uur een perspectief en structuur te bieden. Er zijn inmiddels scholen in Nederland die maar 7 dagen in het jaar dicht zijn. Vergelijkbare tendensen zijn vinden in het welzijnswerk, het jongerenwerk en de politie.

De 4e veranderdimensie komt voort uit de burgermaatschappij.

4. Bewonersparticipatie‘Participatie’ is beleidstaal voor sociale activering en integratie. Daarbij dienen de bestaande wijkstructuur en de veiligheidsagenda en leefbaarheidagenda van de wijk als voorbeeld. De

20

Page 21: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

nieuwkomers worden geacht zich daarnaar te voegen. Soms zijn er vanuit de wijk rechtstreekse relaties met zelforganisaties, moskeeën en tempels. De bewonersparticipatie is of te nauw – een te Hollandse agenda in een te Hollandse structuur – of is juist te open en te multicultureel. Zelden wordt de participatie ingezet vanuit een culturele strategie.

Je kunt er ook anders naar kijken en dan is participatie niet het domein van de overheid, maar van de burger. Participatie staat voor de rol die de bewoner inneemt in zijn straat, buurt of wijk en de mate waarin hij/zij de ruimte vindt om een goede relatie met andere bevolkingsgroepen en betrokken instellingen aan te gaan. Bewonersparticipatie bepaalt de mate van zeggenschap en richting die de burger aan zijn leven kan geven. Juist hierin speelt het onderscheid in cultuur en afkomst een cruciale rol. In multi-etnische wijken verdeelt het sociale leven zich langs de verfijnde structuur van culturele, religieuze en sociale codes en verschillen. Dat wisselt per wijk. De Marokkaanse gemeenschap in de Indische buurt presenteert zich heel anders dan de gemeenschap in Slotervaart. Het kost tijd en aandacht om inzicht te krijgen in al die processen, net zo veel als dat het betrokkenen moeite kost om daaraan te ontsnappen. In de meeste gevallen is die culturele component van participatie geen onderwerp van beleid of discussie. De segregatie en culturele opdeling verloopt als vanzelf. De wijk staat dan in een soort ‘nulstand’. Dat is de structuur van de wijk als men deze zonder enig inzicht en strategie tegemoet treedt.

Voor de grote steden vormt de ‘participatie’ de feitelijke frontlinie van integratie. Met alle respect voor de eerder genoemde frontlijnbenadering, daar doe ik ook geen afbreuk aan, maar die ambtelijke frontlinie loopt eigenlijk door de overheid en de bureaucratie: kan er ontkokerd worden, is er regie over de beleidsketen, mag en kan interventie achter de voordeur?

Een participatie direct gerelateerd aan sociale en culturele verschillen van bewoners kent mijn inziens drie invalshoeken:

1. Het opheffen van sociale en culturele achterstanden. Daarbij gaat het om zaken als onderwijsachterstand, huiswerkbegeleiding, sociale cohesie, sociaal beheer, veiligheid, empowerment, doorbreken van sociale en culturele barrières, emancipatie, huisvesting en gezondheid, ofwel het voor een ieder toegankelijk maken van de welvaartstaat. De hier opgelopen achterstanden kun je iemand niet op basis van zijn culturele achtergrond verwijten. Of op zijn minst heeft dat geen zin, want met de vaststelling van dat verwijt, verander je niets aan de achterstand. Op het punt van sociale achterstand is de afkomstvraag – Nederlander of migrant – principieel niet relevant. Hier geldt: er op af en oplossen.

Anders ligt dat voor de vraag naar de preventie van de achterstand: hoe voorkom je dat achtergrond en afkomst tot een maatschappelijke achterstand leidt? Het mechanisme hierachter scharniert op een veel verfijndere en gevoelige culturele ondergrond. Hier moet je preciezer kijken naar en analyseren van opvoeding, overdracht van sociale rollen (meisjes, jongens, migrantenkinderen), toekomstverwachtingen, ontvangst op school, houding van het docentencorps etc.

2. De zeggenschap over de wijk tussen de bewonersgroepen – Nederlanders en migranten – in buurthuizen, bewonersorganisaties, huurdersverenigingen en dergelijke. Zoals gezegd, wordt dit

21

Page 22: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

geacht de plaats te zijn je je bewonersbelang kan vertegenwoordigen naar wijk, het stadsdeel en de gemeente.

Voor veel migranten is de structuur van wijkvertegenwoordiging, de thematiek en wijze van overleggen te Nederlands en te ‘wit’. Dat pakt men niet en men vindt daarin niet hun weg. Daartegenover trekken de Nederlanders zich juist vaak terug in deze bolwerken om het karakter van hun wijk te bewaken. Of dat nu een buurthuis is, een speeltuinvereniging, een sportvereniging, een café of een huizenblok, die ‘bolwerken’ manifesteren zich als ‘witte’ eilanden, enclaves, waarin Nederlanders zich staande houden in hun eigen wijk. Het is tragisch, maar waar. Deze vorm van segregatie zet zich vaak onzichtbaar en scherper door in de zeggenschap over de wijk. Nogal eens leidt dit tot openlijke confrontaties. In veel wijken is deze omslag om de zeggenschap in de buurt aan de orde van de dag. De doelgroep verkleurt, terwijl de vrijwilligers en de staf bijna tegen beter weten in ‘wit’ blijft. Alle organisaties op wijkniveau maken die transitie mee. Dat blokkeerde uiteindelijk ook het werk van St. Eigenwijks, een bewonersorganisatie in Slotervaart. Binnen die organisatie heeft men zich via een soort coup uiteindelijk ontdaan van hun Nederlandse voorzitter. Die kon niet mee in de gevraagde omslag en persisteerde openlijk in het voortrekken en weren van bepaalde bewonersgroepen. Pas na zijn vertrek ontstond er ruimte voor een nieuwe weg in het opbouwwerk, die beter aansloot bij de realiteit van de wijk. Dat de voorzitter zich vervolgens nestelde in het 4 en 5 mei comité van Amsterdam, was blijkbaar veelzeggend.

Vaak zijn Nederlanders, politici en ambtenaren blind voor deze conflicten. Sterker: een eenzijdig gekleurde, ‘witte’ invulling van bewonersorganisaties wordt door welzijnsinstellingen, opbouwwerk en de overheid maar zelden geproblematiseerd. Het moge duidelijk zijn, dat cultuurgerelateerde blokkades in de wijkvertegenwoordiging de integratie van migrantengroepen (in de wijk) sterk vertraagt.

3. Tot slot, de eigen inbreng van migranten op de ontwikkeling in hun leven en hun leefomgeving. Multi-etnische wijken zijn anders van karakter en uitstraling dan een gemiddelde Nederlandse wijk of dorpsgemeente. Zelfs binnen steden verschillen wijken en stadsdelen van kleur en karakter. Toch voert het te ver deze wijken bijvoorbeeld Turks, Marokkaans of Surinaams noemen. De sfeer is mogelijk anders, maar toch is het een wijk in een Nederlandse stijl. Dat voel je ook. In die wijken leven migranten, die loyaal zijn aan Nederland en een Nederland voor ogen hebben wat zij voor zichzelf koesteren en verdedigen. Natuurlijk staan de ongemakken van de eigen wijk tegenover de kansen die Nederlanders elders in de stad krijgen en natuurlijk doorziet men ook de onbeholpenheid van ‘Nederlanders’ in de omgang met ‘hun’ wijk. Maar toch, er ontstaat een nieuw stuk Nederlandse samenleving met migranten die voor zichzelf een plek scheppen in Nederland, in de wijk en zelfs ook in de wijkaanpak. Kijk naar de Marokkaanse politieagent, de migrantenstraathoekwerker, de Turkse moskeevoorzitter, een Ghanese ambtenaar, betrokken moeders in de wijk met en zonder hoofddoek. Actieve burgers die heel goed weten hoe Nederland in elkaar steekt. Die kennen de zwakke en sterke kanten van Nederland, zonder de ogen te sluiten voor de zwakke plekken van de eigen community. Luister naar Turkse vrouwen uit Slotervaart over hun mannen: ‘Ach, die mannen zijn veel te veel met zichzelf bezig. Die doen niks.” Of de Marokkaanse vrouwen over hun imam: “Tsje, die man was al jaren opnieuw getrouwd, zonder dat we het wisten. Hield die zijn vrouw verstopt in zijn appartement en in de moskee maar praten over gelijkheid tussen man en vrouw.” Of de dominee uit de Bijlmer, die heel goed weet dat de migrantenkerken de gelovigen een ‘save heaven’ biedt, maar hen

22

Page 23: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

tegelijkertijd ook sterk psychisch en moreel belast. Maar dat is hun uitgangspunt. Geen standpunt of oordeel. Daarmee gaan zijn aan de slag. Zij dealen met die kennis en vandaar verder. Niet afwijzen. Doorgaan.

Hier wordt binnen het kader van de Nederlandse maatschappij nieuwe verbanden gesmeed, een nieuw stuk samenleving gecreëerd. Niet met het oprekken van de wet en mores, wel met oprekken van de gewoonten en de manier van leven. Dat spreekt. Maar dat kan niet anders.

Per stadUitgaande van de dimensies van verandering schets ik de situatie per stad: hoe is dan de situatie per stad, waarin verschillen ze, hoe is de wijkaanpak georganiseerd, wat valt er te zeggen over de wijken?

3.1. Den Haag

Verhouding wijk en stad: Den Haag kent een sterke centrale ambtelijke aansturing en een positionering van de ambtelijke diensten in de wijkaanpak. Er is al langere tijd sprake van decentralisatie (deconstructie) in de vorm van stedelijke wijkbureaus: Escamp en Centrumwijken. Voor de krachtwijken zijn er 4 wijkteams ingesteld: Transvaal, Centrum, Schilderwijk en Zuidwest. Per wijkteam is er een projectleider en zijn 3 specifieke taken vastgesteld: sociaal, fysiek en deconcentratie.

Omslag van fysiek naar sociaal: In Den Haag zijn de woningbouwverenigingen actief betrokken in de wijkaanpak. In Transvaal/Schildersbuurt, HaagWonen, in Escamp, Vestia. In Den Haag is de wijkaanpak vastgelegd in een 90tal businesscases met afspraken omtrent fysieke ingrepen, herstructurering, veiligheid, leefbaarheid, participatie, jeugdaanpak etc. Op basis daarvan werken de corporaties samen met de gemeente. Zij maken deel uit van de wijkteams.

Interventie-strategieën: Den Haag kent geen specifieke interventie projecten, met uitzondering van de bijzondere aandacht voor de kinderen tot twaalf jaar. Zie verder de businesscases.

Bewonersparticipatie: de eigen inbreng van migranten wisselt per wijk. Transvaal kent veel particulier initiatief vanuit migranten, jong en oud. Bijzonder is de samenwerking tussen de migrantenondernemersvereniging en het STEK voor huiswerkbegeleiding voor middelbare scholieren. In Transvaal, maar vooral ook in de Schildersbuurt is nog veel discussie over de rolverdeling tussen oorspronkelijke Nederlanders en migrantengroepen. Escamp staat bekend als een anonieme wijk. Dat betreft ook de bewonersorganisaties. Die functioneren nog sterk terughoudend.

Opmerkingen per wijkCijfermatige gegevens over de krachtwijken zijn via internet verkrijgbaar.

Rivierenbuurt: is een nog hoofdzakelijk ‘witte wijk. Ook volkser en dorpser van aard. De wijk kent nog prostitutie.

23

Page 24: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Stationsbuurt: is een meer gemengde wijk, naar etniciteit, naar opleidingsniveau etc. In de wijk wonen veel studenten met dito problemen als huisjesmelkers ed.

Escamp: is indertijd gebouwd voor lage ambtenaren en de betere arbeiders. Het is een wat kale, saaie wijk. De wijk is in zichzelf gekeerd, anoniem. Er heerst een doodse sfeer. De wijk verkleurt, 50% van de inwoners is allochtoon en vergrijst, 50% is blank en bejaard. Zuidwest/Escamp is in naam een groene wijk, maar veel van de groenvoorziening (gebruiksgroen) is verlopen waardoor de wijk zijn armetierige indruk krijgt. De middenklasse in de wijk is afgezakt naar een onderklasse. Met het Wateringsveld als vinexlocatie heeft men geprobeerd de wijk op te peppen. Nieuwzuid is een hele aparte wijk geworden, die met de rug naar Zuidwest ligt. De Erasmusweg vormt nu de scheidslijn tussen het multi-etnische deel van Zuidwest en de blanke middenklasse uit Wateringsveld.

Er is een grote fysieke ingreep nodig om sociale agenda om te buigen. In de wijkaanpak is fysiek dienstbaar aan sociaal. De participatie moet worden versterkt en verder speelt het drama van de wijk zich af in anonimiteit, achter de voordeur.

Transvaal: meer dan 80% van de bewoners heeft een migratie-achtergrond en dat aandeel groeit nog steeds. 30% daarvan is Turks met een grote groep Koerden in de Lange Marginellalaan. Verder wonen er veel Marokkanen in de wijk. Marokkanen zijn als gemeenschap sterk verdeeld vanwege hun regionale (= clan) banden. Verder wonen er veel Hindoestanen in de wijk. Hindoestanen zijn vaak erg conservatief en cultureel gesloten wat veel stil leed met zich meebrengt. Het aandeel Nederlanders bedraagt nog 4-6%.

De wijk maakt een sterke indruk, ondanks de onderwijssituatie. De schooluitval is gigantisch en 75% van de kinderen zit op het VMBO, kader en theorie.

Schilderswijk: in de jaren 70 al sterk geherstructureerd met veel sloop en nieuwbouw. Nu zijn er geen bouwplannen. De aandacht in de wijkaanpak gaat vooral uit naar leefbaarheid en participatie. Zoals gezegd is de plaats van oude bewonersorganisaties een issue in de wijk.

3.2 Utrecht

Verhouding wijk en stad: Utrecht heeft een complexe bestuursstructuur. Het besluitvormingsproces en ambtelijk proces is zo ingericht dat er steeds bij elke nieuw te zetten stap terugkoppeling is naar de wijk en intern in de gemeente. De draagvlakmeting in dit beleid is optimaal. Het is een open systeem, maar qua besluitvorming ongewis en onduidelijk. Volgens sommigen is Utrecht een softe stad, het product van welzijnsstrategieën.

Per krachtwijk zijn programmateams georganiseerd met een aparte portefeuille sociaal, fysiek en veilig. De portefeuilles zijn verdeeld over de stad en de betrokken woningbouwverenigingen. Utrecht kent geen deelgemeentes, wel Wijkbureaus per wijk met een uitvoerende bevoegdheid. Voor zover van belang sluiten de programmateams op deze structuur aan.

24

Page 25: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Omslag van fysiek naar sociaal: de woningbouwverenigingen zijn sterk vertegenwoordigd in de wijkaanpak. Zij maken ook volop deel uit van de wijkteams. De agenda van de corporaties is duidelijk verbreed. Naast forse fysieke ingrepen richt men zich op maatschappelijk vastgoed, sociale interventies en zelfs investeringen in wijkactiviteiten (sociaal werk, kunst etc). Mitros huurt waar nodig zelf opbouwwerk in. De Rotterdamse connectie in Mitros is overigens sterk vertegenwoordigd.

Interventie-strategieën: De interventie-strategieën verschillen per wijk. Kanaleneiland staat bekend als projecteneiland. Daarin is de welzijnsorganisatie leidend. In Overvecht wordt volop geïnvesteerd in gebiedsgerichte aanpak, waarbij welzijnswerk, politie, wbv en gemeente samenwerken. In Overvecht wordt tevens de herstructurering aangegrepen om interventies achter de voordeur te plegen. Verder kent Overvecht een uitgebreid programma voor basisscholen, ‘De Vreedzame School’. Naast specifieke aandacht voor taal en rekenen krijgen de kinderen directe ondersteuning in hun gedrag en onderlinge communicatie.

Bewonersparticipatie: In Kanaleneiland zijn veel sociale- en participatieprojecten uitgezet. Daarnaast kent Kanaleneiland een sterke bewonersparticipatie. Met name ook vanuit de 2e generatie migrantenjongeren. De eigen inbreng van met name de Marokkaanse gemeenschap is groot. Overvecht is veel diffuser. De wijk is ook omvangrijk met hier en daar sterk verkleurende buurten.

Opmerkingen per wijkDe vier krachtwijken zijn Zuilen, Ondiep; Lunetten, Overvecht en Kanaleneiland.

De welzijnsinstellingen zijn per deel van de stad georganiseerd: Portes voor Zuilen, Hoograven, Lombok en Oog in Al; Doenja voor Kanaleneiland en Leidse Rijn en Cumulus is actief in Overvecht, Centrum en Oost-West

Kanaleneiland bestaat vooral uit Kanaleneiland Noord en Kanaleneiland Zuid, twee door de Churchilllaan onderscheiden woonblokken. In Oog en Al, het betere deel van Kanaleneiland wonen vooral dokters en advocaten. Van de bewoners van Kanaleneiland Noord is bijna 80% van Marokkaanse afkomst en daarmee een van de door Marokkanen gedomineerde woonwijken van Nederland. Het maakt ook een onwerkelijke indruk, zo een ‘homogene’ Marokkaanse wijk in Nederland. Niet dat de wijk cultureel een eenheid vormt, want ondanks de opbouw van de wijk is Kanaleneiland sociaal en cultureel gesegmenteerd: jong, oud, Nederlands, migrant, Marokkaans, Turks. Ook binnen de gemeenschappen zelf zet de verkokering door.

Overvecht: in deze wijk vertonen de statistieken een neergaande trend. De wijk is langzaam afgegleden van kleine burgerij naar een cultureel diverse onderklasse met bijbehorende problemen. De verhouding Nederlanders en migranten is nu gemiddeld 50/50. Van de migranten is 40% Marokkaans; 8% Turks; 2% Somalisch en Kaapverdisch.

In de wijkaanpak bestaat de doelgroep voor 90% uit Marokkanen en dan met name de 2e en 3e generatie in Nederland geboren jongeren. Ook de Marokkaanse Faroek moskee staat in de belangstelling. Dit is een traditionele gesloten orthodoxe moskee, die zich ook huldigt met een klassieke Marokkaanse houding: naar buiten bescheiden, vriendelijk en communicatief (bij het

25

Page 26: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

boerenslimme af), naar binnen terughoudend en conservatief. Dit is ook de moskee die in het kader van de wijkaanpak publieke loketten heeft geopend: een voor de mannen, een voor de vrouwen.

In Overvecht wordt in de wijkaanpak samengewerkt met meerdere instellingen en professionals. De aanpak en structuur in Overvecht is ordelijk. Er wordt duidelijk op effect gestuurd, aldus een van de gesprekspartners.

3.3 Amsterdam

Verhouding wijk en stad: dat speelt in Amsterdam sterker dan in andere steden. De relatie tussen het stedelijk Bureau Wijkaanpak en de deelgemeente is sterk verpolitiekt. De eigen inbreng van de stadsdelen in de wijkaanpak is van belang, maar is ook groot. Amsterdam bevat eigenlijk meerdere steden. Binnen bureau Wijkaanpak is de taak ‘verbinden’ belangrijk. Die taak richt zich niet op het bij elkaar houden van de bevolkingsgroepen binnen Amsterdam, maar op het afstemmen van de verschillende uitvoeringsorganen. Intern heet de ‘Wijkaanpak’ ook een groeimodel. Elk jaar moet het beter gaan. Blijkbaar typisch Amsterdams: eerst de aanpak, dan het beleid, ofwel ‘strategy follows structure’, de omgekeerde wereld (zie dagboek Hans Hoogvorst).

Aan de andere kant verschillen de stadsdelen onderling naar organisatieniveau. De verhouding stadsdeelbestuurders versus ambtenaren is niet in balans. De vraag wie dominant is, speelt altijd. Stadsdeelbestuurders zijn politiek wel sterk, maar als manager zwak. Ze lijken op de schaal van het stadsdeel te veel op elkaar; taken en aanpak overlappen wat leidt tot bestuurlijk kluitjesvoetbal.

Het gewicht van de wijkaanpak ligt op uitvoeringsniveau. Juist daar scoort Amsterdam hoog. Amsterdam kent veel sterk individueel geladen projecten, die naar complexiteit en nieuwe vormen van aanpak ver vooruitlopen op andere steden. De individuele motivatie van de trekkers leidt tot een eigenzinnige houding. De spanning tussen stad, stedeling, burger en migrant stuwt elkaar blijkbaar op. Die persoonlijke toon in de projecten leidt wel tot een solistische werkwijze en profileringdrang: het is mijn project, het is mijn werk. Voor iedereen is daarin het eigen verhaal het belangrijkst. Van elkaars projecten weet men weinig en derhalve werkt men met het grootste gemak langs elkaar heen.

Een factor die van invloed is, is de grote media aandacht van de wijkaanpak. Waar mogelijk worden in de wijkaanpak bekende Amsterdammers betrokken. In veel gevallen zijn dat ook allemaal bekende Nederlanders uit de media, de politiek, de sport etc. Mercedes Zandwijken speelt hierop in. Naar haar idee heeft integratie twee kanten: een aanpak van onderop en van bovenaf. In het beleid is de aanpak van onderop dominant. Zij zet haar projecten van bovenaf in en organiseert de samenwerking met excellerende burgers. Per stadsdeel (Noord, Zuidoost, Slotervaart, etc.) heeft zij denktanks georganiseerd van hoger opgeleiden of hogere functionarissen, die in dat stadsdeel wonen of werken.

Maar goed, even terug naar de media aandacht. Als Prem Radhakishun een debat bijwoont in het Overtoomse Veld staat het de dag daarop op zijn weblog en een dag later vertelt hij daarover op

26

Page 27: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

televisie. Die exposure kent geen enkele stad en krachtwijk in Nederland. Dat heeft direct effect op de hele wijkaanpak.

Omslag van fysiek naar sociaal: in de Amsterdamse stedelijke vernieuwing is de vastgoedstrategie dominant. Sommige woningbouwverenigingen staan terughoudend in het aangaan van een sociaal conmitment met de wijk.

Ymere is op dit terrein de meest actieve corporatie. Zij zijn op tal van plekken betrokken bij het activeren van het buurtleven, zoals op Timorplein en Fashion Academy in Slotervaart. Ymere komt voort uit het Amsterdams Woningbedrijf. De ervaring die men toentertijd heeft opgedaan met aanpakken en opknappen van grote kraakpanden, komt nu goed van pas. Men heeft leren denken in grote en ondoorzichtige projecten.

De Eigen Haard heet een corporatie te zijn, die de eigen rol in de sociale agenda nog moet ontdekken. Men bezint zich op het thema maatschappelijk vastgoed (t.a.v. een schoolgebouw). In Amsterdam zegt men dat Eigen Haard langzaam wakker wordt.

Rochadale heeft een sterke rol genomen in het versterken van de leefbaarheid van Zuidoost. De corporatie werkt met secundaire aanpak, het ondersteunen van de ondersteunders: ondersteuning buurtwerk (openen ontmoetingsruimtes), samenwerken met de hulpverleners, faciliteren van de strijd tegen drugsoverlast, opknappen van woningen en versterken van de leefbaarheid als link tussen huurder en verhuurbaarheid. Daarnaast treedt men strenger op tegen overlast en huurachterstanden (na 2 maanden huurachterstand wordt de schuldhulpverlening ingeschakeld; na 3 maanden huurschuld wordt uitzetting in werking gesteld). Men streeft ernaar 1x per jaar in alle woningen te komen.

Far West is de belangrijkste corporatie in Nieuw West. De invalshoek is gericht op stedelijke vernieuwing, maar de corporatie committeert zich ook met wijkgerichte projecten als onderwijs, sociale vernieuwing etc. Far West is een trekker in de wijkaanpak.

Interventie-strategieën: geen speerpunt van beleid zoals in Rotterdam of Leeuwarden. De van ‘8 tot 8’ aanpak in Slotervaart richt zich rechtstreeks op de opvoeding van kinderen; de schoolinspectie komt aan huis bij verzuim, schuldhulpverlening wordt ingezet om de armoede terug te dringen, corporaties pakken de overlast direct aan etc., maar sprake van interventiebeleid is er niet.

Bewonersparticipatie: per stadsdeel worden er participatieteams ingericht, per stadsdeel zijn participatie-makelaars aangesteld, de participatie wordt centraal aangestuurd. In Amsterdam wordt een hele structuur opgetuigd om het burgerinitiatief per stadsdeel te bevorderen. Daarin hebben de oude huurdersverenigingen en bewonersorganisaties een belangrijke plaats. Niet alleen die aanpak is bijzonder, maar ook het feit die dat huurdersverenigingen nog bestaan.

Opmerkingen per wijkUiteindelijk is Amsterdam een liberale stad. De individualiteit staat voorop. Afkomst en achtergrond is een persoonlijke aangelegenheid, belangrijk zijn de kansen die je aangereikt krijgt. Dat is ook de portee van de wijkaanpak. In de kern overheerst de klassiek sociaaldemocratische agenda van de

27

Page 28: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

maatschappelijke en economische emancipatie. Er zijn sociale en ordeproblemen. Die moeten met urgentie worden aangepakt. Maar in de kern staat het sociaal economisch beleid voorop: huisvesting, onderwijs, werkgelegenheid, leefbaarheid. Wel is de aanpak veranderd: men wacht niet langer af, maar gaat er op af en werkt het liefst van binnenuit, direct met iedereen apart.

Achter dit sociaal liberalisme verschuilt zich een bijzonder moralisme. Aan de buitenkant overheerst de vrije wil en de directe communicatie, maar aan de achterkant staan strikt cultureel gecodeerde termen fier overeind. In de Cybersook aan het Timorplein, waar men computercursussen verzorgt voor de buurt, ziet men er strikt op toe dat er alleen Nederlands wordt gesproken, wordt bij afwezigheid zonder bericht direct naar huis gebeld en accepteert men wel vrouwengroepen, maar wordt de mannelijke docent gewoon ingeroosterd. Evenzogoed staat men in Nieuw West vrij tegenover de idee dat het park voor iedereen is, maar het daarbij direct wijzen op en beïnvloeden van het opruimgedrag, is tegelijk weer heel Nederlands.

Zoals gezegd verschillen de wijken in Amsterdam onderling. De ene wijk is veel meer gesloten dan de andere. Soms ontstaan binnen wijken ‘culturele enclaves’ zoals het Mercatorplein in De Baarsjes, het Overtoomse Veld in Slotervaart of de Bijlmer in Zuidoost. Maar vaak staat de afstand van de buitenwijk tot het centrum, de wijken buiten de ring, metafoor voor de afstand tot een meer moderne levenshouding. De culturele gedifferentieerdheid binnen een stad als Amsterdam is veel complexer dan men denkt. Atusa Lalizedah van Vlam, een vrouwenondersteuningsproject in Slotervaart, signaleert dat op haar manier: “De vrouwen in Slotervaart kennen veel taalproblemen, in de Indische buurt wonen vrouwen met veel meer kennis; de Surinaamse vrouwen uit Zeeburg komen om informatie te vragen en pakken de problemen vervolgens zelf aan; dat geldt ook voor de Nederlandse vrouwen uit Noord. De Marokkaanse vrouwen uit Slotervaart hebben veel meer behoefte aan persoonlijke begeleiding. Die tonen veel minder eigen initiatief.”

Tot slot: Amsterdam is niet alleen extroverter, ook radicaler. Dat spoort wel weer wel met het beeld van de stad. Het islamisme wordt in Amsterdam veel radicaler geuit dan in andere steden. Vooral ook in vorm, in het dragen van de burka of het je kleden in de traditie van de profeet Mohammed (een baard, een djellaba en een te korte broek met sandalen). Ook de interne culturele processen zijn scherper gearticuleerd. Meiden radicaliseren om naar buiten een wedstrijdje vroomheid op te houden en daarmee de aandacht van de mannen te controleren: wie laat ik wel toe, wie niet. Nisa voor Nisa: “Al na 5 lessen Arabisch hullen die jonge meiden zich in traditionele lappen. De jongens zien die meiden echt niet staan. Die meiden zijn voor hen niet oprecht..”

Zuidoost, de Bijlmer bestaat uit 90.000 inwoners met 120 verschillende nationaliteiten, waarvan een aanzienlijk deel van de bewoners in een overwegend zwakke economische positie verkeert. Van de inwoners heeft 40% een Nederlandse achtergrond en 60% een migratie achtergrond. Het grote aantal migranten in de wijk staat ook voor een groot aandeel jongeren: 30% is jonger dan 25 jaar.

De bevolkingsopbouw tekent de tweedeling in de wijk. De nieuwbouw en laagbouw is voor de (gekleurde) middenklasse, de niet gesloopte flats zijn voor de herhuisvesters uit de Bijlmer en uit andere wijken. Deze bewoners zijn veelal niet zelfredzaam en kampen met veel problemen als armoede, drugs, criminaliteit. In de Bijlmer heerst een flatmentaliteit. Daarin is het ieder voor zich en dan maar zien te overleven. Deze mentaliteit selecteert zichzelf uit. Bijna 100% van de bewoning is

28

Page 29: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

problematisch. Er wonen bijna geen serieuze mensen meer. ‘Als je niet vertrekt, dan haalt het je naar beneden’, bekende een van de bewoners tegen mij. Alles verkeert in een grijsgebied: vergunningen, zaalhuur, verkoop van eten en men hosselt voor een beetje geld op korte termijn. De achterstand en armoede van de Bijlmerbewoners is zowel economisch als cultureel bepaald. De deelgemeente heeft onderzoek gedaan naar het cultuurgebonden karakter van armoede. Ghanezen geven veel geld aan de kerk en aan hun uiterlijk (kleding en kapper) om verzorgd ter kerke te gaan. Antilianen eten te veel buiten de deur in de McDonalds e.d.. Zij koken niet. Surinamers koken wel, maar besteden juist weer te veel aan inkopen. Nederlanders gaan te veel op vakantie (zie ‘Armoede, tussen cultuur en structuur’, AABA Consultancy).

De wijkaanpak richt zich vooral op de buurten E, G en K, ofwel de EGK buurt genoemd. Ondanks de grote aanwezigheid van migranten wordt de eerste aanzet in de bewonersactiviteiten in de Bijlmer gegeven door de 1e generatie witte bewoners en actieve Surinamers. De Nederlanders maken ook het meest deel uit van de bewonersvertegenwoordiging. Onder Hollanders zijn nog echte gestaalde kaders. Zij zijn mondig, weten hoe de hazen lopen, zijn goed in staat hun eigen belangen te organiseren. De ontmoetingsruimtes van de Alliantie worden door ‘witte’ mensen beheerd. Zelfs in de Bijlmer is het moeilijk om meerdere gemeenschappen om te organiseren, vertelde een van de beheerders. “Bewonerswerk is vergaderwerk en dat is toch Nederlands. Dat selecteert zich vanzelf uit. Bovendien als het gaat om ‘schoon, heel en veilig’ fungeren de Nederlanders in het bewonerscomité als veiligheidslampje. Pas als wij gaan klagen, is er echt iets aan de hand”, aldus de beheerder.

Het stadsdeel is verkokerd langs de lijnen van etniciteit. Surinamers, Ghanezen en Afrikanen zijn onderling meer gesegregeerd dan feitelijk wordt toegegeven. Daarbinnen hebben Afrikanen, Ghanezen en Turken een sluitend onderling netwerk; Creolen, Antillianen en Marokkanen hebben dat juist niet.

Het overheersende beeld is dat Surinamers het goed doen. Voor een deel klopt dat, voor een deel ook niet. Surinamers hebben de aansluiting op de arbeidsmarkt en op de samenleving wel gevonden, zodat de culturele aspecten niet meer van belang zouden zijn. Men heeft ook helemaal geen behoefte deel te nemen aan het integratiedebat, omdat men bang is zelf weer ter discussie te worden gesteld. Het is zelfs andersom. Surinaamse vrouwen staan Marokkaanse vrouwen bij in hun emancipatie. Ook hen valt het op dat Berberse vrouwen hun blik naar binnen hebben gericht en Arabisch Marokkaanse zelfbewuster zijn en meer op kansen gericht. Toch streven Marokkanen en Turken Surinamers voorbij. Dat steekt in de Bijlmer. Maar wordt daar ook openlijk over gesproken?

Indische buurt, een oude volkswijk binnen de ring. Bewonerssamenstelling: 16% Turks; 24% Marokkaans; 20% divers; 40% Nederlands. Het aandeel Nederlanders neemt toe als gevolg van stedelijke vernieuwing en verkoop van starterswoningen. Zie ook IJburg. De Balistraat en Atjehstraat worden gerenoveerd. Verder bulkt de wijk van de bewonersparticipatie: er zijn 300 organisaties actief in het stadsdeel.

Volgens de Amsterdammers is de Indische buurt de wijk van de toekomst. Hier gebeurt alles in het openbaar en is zichtbaar op straat. In de wijk ontstaat een eigentijdse stedelijke community. Met de vele politieke vluchtelingen en hogeropgeleide migranten en Nederlanders is er een sterke creatieve

29

Page 30: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

klasse aanwezig. Deze mensen ontplooien zich als een nieuw stedelijke moderne middenklasse en nemen buurtfuncties over als welzijnswerk en opbouwwerk. Zo ontstaat er een vrije buurt waar de multiculturele omgang norm wordt. Het karakter van de wijk selecteert de bewoners uit en weert cultuurpessimisten. Over 5 jaar kent de wijk een ideale mix zonder dat een groep dominant is, schat men in. Cultuur en religie passen niet in dit beeld. Volgens sommigen zijn dat de ‘folkloristische elementen’ van de buurt. Als iets van vroeger.

Vanuit de wijkaanpak zijn contacten met de moskeeën ook niet diepgaand. De relatie met de Turkse moskee is formeel. Met de Marokkaanse Moskee aan de Celebestraat is geen contact. Er zijn ook geen contacten met de jongerenverenigingen van de moskee, niet Turks, niet Marokkaans.

Nieuw West: Slotervaart, een oude tuinstad buiten de ring. De teneur in Nieuw West is islamitisch. Conform het karakter van een tuinstad is de wijkontwikkeling meer secundair. Hier gebeurt alles meer verholen: in de moskee, op school, in de buurthuizen, op de pleintjes. Om die reden wordt er in Slotervaart heel concreet ingezoomd op de leefstijl van de jongeren. Onder het motto: ‘we gaan naar school, wat er ook gebeurt: thuis, in de familie of op straat’ richten bijvoorbeeld gezinscoaches zich op de situatie van jongeren thuis. De inzet is disciplinerende afspraken te maken op de vijf centrale leefgebieden: gezin, veiligheid, onderwijs, werk, zorg en vrije tijd. Volgens een van de straatcoaches moet je in die disciplinering ook durven forceren: “Dat past bij de doelgroep..” Hoewel men zich op huiselijke thema’s richt, speelt cultuur voor hen daarin geen rol. De inzet is tamelijk instrumenteel: “Als de afspraken werken, doet cultuur er niet toe..” Wat werkt, geeft vertrouwen, luidt de stelling, de rest geeft achterdocht. Dat alles ondanks het feit dat meer dan 90% van hun jongeren van Turks, Marokkaanse afkomst zijn.

In Slotervaart neemt het aandeel migranten af als gevolg van een toename aan koopwoningen. In Geuzenveld neemt het aandeel migranten juist weer toe. Nieuw Sloten is een chique Nederlandse buurt. De Piet Mondriaanstraat daarentegen de slechtste straat van het stadsdeel.

3.4 Zwolle

Verhouding wijk en stad: Zwolle is een stad zonder problemen, in het rijtje van goede steden de 3de beste stad van Nederland. Zwolle is een redelijk welvarende stad zonder grote achterstanden. De stad kent geen oude industrie, geen oude arbeiderswijken, geen oude werkloosheid.

De stad heeft een subregionale functie. Het ligt op het kruispunt van Noord naar Oost Nederland wat een concentratie van hogescholen met zich heeft meegebracht (Artez, Conservatorium). Dagelijks komen en gaan duizenden mensen naar Zwolle: docenten, studenten etc. Dat versterkt de centrumfunctie van de stad.

De aansturing vanuit de centrale overheid is sterk. Weliswaar kent Zwolle een in betongegoten beleidskader – begroting, beleid, uitvoering – toch lijkt de samenwerking in de stad eerder collegiaal, dan dwingend. De wijkontwikkeling wordt uitgevoerd via wijkmanagers en wijkbureaus. De woningbouwverenigingen en de stedelijke welzijnsinstelling zijn daarin natuurlijke partners.

30

Page 31: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Overigens is in Zwolle maar één welzijnsinstelling actief, Travers. Die heeft dan ook gelijk een heel breed takenpakket: kinderopvang, welzijn, opbouwwerk, jongeren, ouderen, migranten etc.

Omslag van fysiek naar sociaal: Fysieke ingrepen, bewonersinterventies en sociaal projecten worden zoveel mogelijk in samenhang ontwikkeld. De gemeente neemt daarin de taak van overleg en onderzoek, de corporaties zijn meestal concreter en meer direct in hun aanpak.

De woningbouwverenigingen hebben in Zwolle de laatste jaren nogal wat imagoschade opgelopen. De directie van SWZ is zelfs in het verleden veroordeeld voor corruptie. Onder leiding van de nieuwe directeur Veenstra is de weg naar boven weer gevonden. Ook Openbaar Belang kent een onvrijwillige bestuurswisseling. De nieuwe directie is zich nog aan het profileren zoals dat heet: veel aandacht voor persberichten, minder aandacht voor bewonersbelangen.

Interventie-strategieën: de aandacht voor bewonersinterventie loopt vaak parallel aan herstructureringsplannen en is vooral gericht op vrijwilligheid en activering. Verder kent Zwolle Gebiedbeheersteams (GBT) gericht op een integrale wijkbenadering, bestaande uit de samenwerking met de wijkagent, de woningbouwvereniging en Travers. Het GBT Kamperpoort is tijdelijk uitgebreid tot een OK team. Daarin worden dan ook persoonlijke gegevens over bewoners uitgewisseld. In het OK team heeft ook de hulpverlening zitting.

Bewonersparticipatie: Zwolle kent een Integratieraad met een onafhankelijke door het door College van B&W benoemde voorzitter. De Integratieraad brengt adviezen uit zonder last en ruggespraak. Een papieren tijger dus. Dat is ook wel het beeld van de stad. De wijkorganisaties hebben hun rol in de wijkontwikkeling, terwijl de migrantenorganisaties daarin minder zijn vertegenwoordigd. De positie van migranten in de stad is volgens de Integratieraad in 30 jaar ook niet wezenlijk veranderd. De migranten zijn in het beleid te marginaal gebleven. De politiek moet de migranten meer als Zwollenaar aanspreken. Die positie hebben ze blijkbaar nog niet.

Opmerkingen per wijkIn plaats van Vogelaarwijken kent Zwolle wel preventiebuurtjes: buurten, woonblokken, wijkjes in de stad die extra aandacht verdienen.

Holtenbroek een vroeg na-oorlogse oude middenstandswijk, die nu aan het vergrijzen en verkleuren is. De wijk krijgt een sociaal zwakkere samenstelling met bijkomende verschijnselen als multiproblem gezinnen, concentratie van migrantengroepen, verkleuring van het jongerenwerk. Op de Palestrina flats, een drietal hoge flats aan de rand van de wijk, is de herstructurering afgerond.

Kamperpoort, een klein wijkje van 400 huizen met het aureool van een klassieke witte volksbuurt: een dorpje in de stad in een mix van arbeiders, kampers, oude veehandelaren, scharrelaars in lorre en auto’s. Het opleidingsniveau van de wijk is laag en de wijk kampt met een hoog analfabetisme. De wijk wordt volledig geherstructureerd, waarbij 25% van de bewoners terugkeert.

De wijk kent een bewonersorganisatie met een karakter als de wijk zelf: achterdochtig en eigenwijs. De bewonersorganisatie heeft zichzelf benoemd als Raad van Toezicht om nog maar eens te

31

Page 32: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

benadrukken dat zij als bewoners de belangrijkste partij (zouden) moeten zijn. De RvT heeft wel zichzelf moeten kronen, want volgens de huidige voorzitter “denkt de wbv dat wij de bouwplannen niet kunnen begrijpen. De overheid wil de hele tijd het verschil in denken overbruggen. En wij krijgen als inspraak enkel de kleur van de deur voorgelegd. Dat is geen inspraak. Dat is geen bewonersparticipatie..” De bewoners willen begrijpelijk op een hoger niveau meedenken. Dat wringt in een sfeer van belangenafweging (wie betaalt, bepaalt), in abstractieniveau (men heeft vaak wel de klok horen luiden) en emotionele betrokkenheid (feiten en ontwikkelingen worden vaak louter persoonlijk gewaardeerd). Dat leidt tot gevoelens van onbehagen, over en weer.

Overige wijken:

Diezenpoort, veel corporatie bezit, behoefte aan een facelift, vooral ook de goedkope woningen.

Diezen Oost is een zwakke buurt. Er is een GBT opgericht.

Indische buurt, een buurtje van een paar straten met 300 woningen; een klassieke arbeiderswijk, 100% Nederlands, lage sociale klasse, leeft op straat en onderhoudt daarmee de sociale controle.

Zwolle Zuid, buiten de snelweg, licht problematisch.

Stadshage, Vinex locatie van 40 duizend inwoners, toename aan relatiegericht geweld en echtscheidingen.

3.5 Leeuwarden

Verhouding wijk en stad, een stad van 93.000 inwoners. De stad kent 3 HBO instellingen, tezamen goed voor 5.000 studenten. Daaronder bevinden zich een relatief grote groep buitenlandse studenten: Chinezen, Afrikanen (agrarische opleiding) en Arubanen.

Leeuwarden is een centraal aangestuurde stad. Dat geldt ook voor de wijkaanpak. De wijkaanpak wordt aangestuurd door 3 wijkmanagers vanaf letterlijk en figuurlijk één bureau. De lijntjes zijn net zo kort als de tafel lang is. De werkstijl is ook directief. Of minder autoritair uitgedrukt: streng en rechtvaardig. Die directe aansturing leidt overigens wel tot veel verdeel- en heerspolitiek aan de ambtelijke top. Dat belemmert het zoeken naar strategische coalities in de stad.

In Leeuwarden lost men de problemen liefst snel op. Daarvoor kent men de werkwijze van de ‘pressure cooker’. Als er een vraag rijst, dan belegt men met de ambtelijke top een ‘stoomoverleg’ om in een middag brainstormen tot een oplossing te komen.

De wijkaanpak is opgezet in een structuur van projectteams, wijkverenigingen en wijkpanels. In de projectteams zijn de taken sociaal, fysiek en economisch vertegenwoordigd. In de wijkaanpak zelf nemen de woningbouwverenigingen een sterke positie in en de welzijnsinstellingen een zwakke.

32

Page 33: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Elke buurt in Leeuwarden heeft een wijkpanel. De leden daarvan, maar zeker ook de voorzitters zijn belangrijke contactpersonen voor de gemeente. In de wijkaanpak hebben de wijkpanels een zwaardere adviserende rol. Zij worden ook bij de planontwikkeling betrokken. De wijkpanels worden door opbouwwerkers aangestuurd. De wijkpanels mogen zelf hun advies inkopen en vaak kiest men voor de bekende weg als ondersteuning: het opbouwwerk. Gemeenteraadsleden hebben ieder een of meerdere wijken geadopteerd en zij schuiven aan bij de wijkpanels.

In de wijken zijn wijkverenigingen actief. Soms zijn die versmolten met het wijkpanel, soms niet. In elk geval nemen beide op buurtniveau de honneurs waar. De wijkorganisaties zijn hoofdzakelijk bemenst met ‘witte’ Nederlanders; veel daarvan hebben ook een hoge leeftijd (70+).

Omslag van fysiek naar sociaal, de verhouding tussen fysiek en sociaal is in Leeuwarden vanwege de schaalgrootte praktisch van aard. De fysieke en sociale agenda zijn vaak met elkaar vervlochten. De vraagstukken zijn overzichtelijker en er zijn minder personen en partijen bij betrokken. In combinatie met fysieke ingrepen is er steeds aandacht voor interventie, leefbaarheid, sociale activering en participatie.

Interventie-strategieën: Leeuwarden heeft twee frontlijnteams: één voor Heechterp Schieringen en één in de Mondriaanbuurt. Heechterp Schieringen geldt als een voorbeeldproject voor de overheid, omdat men de ambitie heeft in een periode van 10 jaar alle bewoners te hebben bezocht en alle problemen achter de voordeur te hebben aangepakt. In de frontlijnteams zijn merendeels ambtenaren uit de eigen dienst aangesteld. In plaats van het bestaande welzijns- en opbouwwerk aan te spreken en te activeren, nemen de frontlijnteams die rol min of meer over. Het karakter van de interventie is dwingend en normerend.

Bewonersparticipatie: de wijkorganisaties vervullen een zelfstandige rol. Die eigenstandigheid is minder weggelegd voor de migrantenorganisaties. Leeuwarden kende voorheen een Kleurrijk Beraad, dat opereerde vanuit een door mannen gedomineerd pand in het centrum van de stad. Het Kleurrijk Beraad is terzijde geschoven in voordeel van een Adviesraad Multicultureel Leeuwarden onder voorzitterschap van een Marokkaanse vrouw.

Opmerkingen per wijkLeeuwarden kent twee welzijnorganisaties HWL, Hulp en Welzijn Leeuwarden en WL, Welzijn Leeuwarden. De relatie tussen de overheid en het welzijnswerk is niet optimaal. Er wordt gewerkt in een opdrachtensfeer, met resultaatverplichtingen en maluscontracten. Van een strategische samenhang is geen sprake.

In Leeuwarden zijn opvallend veel oudere opbouwwerkers werkzaam en oudere buurtbewoners actief. Ondanks de waardering voor bewezen diensten, die de oude garde ontmoet, gedraagt men zich toch een beetje als de laatste der Mohikanen in de stad. Er komt een jongere generatie jongerenwerkers en opbouwwerkers aan met een nieuwe en eigen werkstijl.

Buiten de rondwegEerste uitleg van de stad met jaren 60-70 woningen, gebouwd om aan de vraag naar goedkope woningen te kunnen voldoen. Vanaf de jaren 70 en 80 neemt de instroom aan migranten toe. Aandeel nu 35%.

33

Page 34: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Bilgaard kent een diverse bevolkingssamenstelling: jong, oud, grote migrantengezinnen. De Vrijheidswijk is geherstructureerd. Daar is het aantal migranten teruggebracht van 40% naar 30%.

Mondriaan, in deze wijk wonen veel migranten, Turken en Marokkanen. De wijk kent een groot verloop en verval. 50% van de bewoners zit in de bijstand. De buurt wordt in zijn geheel geherstructureerd. Er is een frontlijnteam actief, dat voor de herstructurering uitwerkt. De bedoeling is dat iedereen die in de wijk woont na de herstructurering weer terugkeert. De bewoners worden begeleid bij verhuizing en herhuisvesting.

Vrijheidswijk: in de wijk tekent zich een scheidslijn af tussen oud en blank, jong en gekleurd (veel Antillianen). De oude garde maakt deel uit van het kader in de wijk. De jongeren hebben die positie niet. De school in de wijk is de ‘zwartste’ school van de stad. Sommige ouders sturen hun kinderen naar Lekkum op school, een dorpje net buiten de stad.

Overige wijken:

Valariuskwartier, een wijk van 1500 bewoners, veel goedkope flats, grote aanloop van studenten, een toenemend aantal problematische gezinnen. Situatie wordt door sommigen erger ingeschat dan Heechterp Schieringen.

Camminghaburen Noord, veel Surinamers, veel uitgewoonde buitenruimte en groenvoorziening, verloop van middenklasse naar lagere klassen.

Oldegalileen, een bloemkoolbuurt (naar de structuur van het stratenplan), verloop van goede middenklasse naar een sociaal armere klasse, men leeft hier steeds meer op zichzelf, bewoners zijn moeilijk te organiseren.

Binnen de rondwegHet oude stadsdeel met klassieke stedelijke problemen: huisjesmelkers, drugshandel en gebruik, criminaliteit, veel studentenwoningen.

Hechterp Schieringen gold in 2004 als de armste wijk van Nederland, nu aangemerkt als krachtwijk. Uit een onderzoek van het NICIS bleek de wijk veel verborgen problematiek te kennen: psychosociaal, psychiatrisch, verslavings-, opvoedings- en veel schuldenproblematiek.

Ongeveer 25-30% migranten, veel Turken, Marokkanen en Antillianen. Vrij spontane groei vanwege goedkope woningen.

Wielepolle, een klein gesloten buurtje, klassiek volks, veel sociale druk, sterke controle, 100% wit; dorpshuis als buurtkroeg, waar naar horen zeggen altijd iedereen zit.

Huizun West, een wijk met afhakers en achterblijvers.

34

Page 35: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

4. Best persons: 50x

In deze paragraaf worden de geselecteerde ‘best persons’ per stad in het kort omschreven. De beschrijving per persoon is steeds in een zelfde stramien gedaan: typering van de best person, CV, sterkste punt en voorbeelden van dit laatste. Per ‘best person’ is ook steeds zijn/haar netwerk aangegeven. Voor zover daar al niet geselecteerde personen in zijn genoemd, is het netwerk van de best persons per stad tezamen kort in alfabetische volgorde weergegeven.

4.1 Best persons Amsterdam

In Amsterdam zijn 12 best persons geselecteerd. Hierbij de beschrijving van elk van hen.

Henk Krauwel, 16 juli 2009Gemeente Amsterdam, Hoofd Bureau Leerplicht. BBest person: macher, onconventioneel, everyday fixer

CVHenk ‘stuur een sms-je’ Krauwel is oud-directeur van het ROC in Rotterdam geweest. Hij kent Rotterdam ook goed. Je zou hem kunnen typeren als de ‘Amsterdamse’ Piet Boekhout.Hij vindt Rotterdam ook een beter ‘bestuurde’ stad dan Amsterdam. In Amsterdam zijn alle besluiten zo stroperig. Praten is belangrijker dan beslissen: “In Rotterdam zijn er maar 90 kinderen die met behulp van de Nederlandse kinderbijslag in het buitenland verblijven; in Amsterdam 1100.”

Henk Krauwel is direct en duidelijk. Hij heeft een broertje dood aan de Amsterdamse stijl. Hij voelt zich eerder VVD-er dan een PvdA man. Daar komt hij ook zonder omwegen voor uit. Krauwel is daar de persoon ook naar. Hij is dan ook geen ‘Asscher adept’, zoals zo velen.Hem gaat het om het resultaat, maar dan om het beleid. Dat geeft hem ook de legitimatie onconventioneel te kunnen zijn: “De scholen hebben de opdracht hun leerlingen te registreren. Zeker als het om schooluitval gaat of spijbelgedrag is dat van belang. Toen ik hier begon waren er in het totale systeem ‘1700’ leerlingen kwijt. Denk je dat de scholen zich daar sores om maakte? Ik heb ze met naam en toenaam genoemd. ‘Shaming en blaming’. Nu missen we er nog maar 26. Dat bedoel ik..” Wat is sterkste puntHenk Krauwel staat voor zijn beleid. Dat is zijn aanstekelijke kracht. Onderwijs is in Amsterdam nummer 1 in termen van participatie en maatschappelijke emancipatie. Vastgesteld is dat iedereen in Amsterdam tussen de 5 en 23 jaar of op school zit of aan het werk is. Tegelijkertijd is het onderwijs nu niet het systeem dat uitblinkt in toezicht en handhaving; de registratie is zwak, de uitval groot, het toezicht op spijbelen minimaal. Als je daarbij rekent dat in Amsterdam onderwijs weliswaar als beleid centraal wordt geregeld, maar de deelgemeenten de opdrachtgever zijn, dan lijkt het schier onmogelijk om de eerdere doelstelling ook te halen.

35

Page 36: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Krauwel heeft in zijn aanpak de kwaliteit van het onderwijs vooropgesteld. De handhaving daarvan is een verantwoordelijkheid van de centrale stad is. Door de kwaliteit aan de orde te stellen, kon hij allerlei voorwaarden stellen om de doelfuncties van het onderwijs te versterken, Daarmee kreeg hij meer regie en greep op de scholen en kon de uitvoering en handhaving van het onderwijsbeleid meer naar zich toetrekken.

VoorbeeldenKrauwel staat voor dat beleid. Naast eten, een dak boven je hoofd is onderwijs een van de basisbeginselen voor een kind. Maar niet alleen in naam, ook in persoon.Toen zijn visie in het beleid duidelijk werd, gaf dat veel commotie in de politiek. ‘ “Op gegeven moment lag het onderwijsbeleid met een set sancties voor, met name om de signalering van knelpunten, uitvoeren van nieuwe afspraken en handhaven van de regels meer handen en voeten te geven. Je kon de reactie van de politici wel raden: Dat kon zo niet’, ‘scholen hebben een eigen verantwoordelijkheid’, ‘Waarom moeten scholen zo hard en openlijk worden aangepakt’. Ik had afgesproken met de wethouder dat als de vraag naar voren kwam wie dat beleid dan wel niet verzonnen had, dat hij dan naar boven zou kijken, naar de publieke tribune. Daar zat ik: strak in het pak met de insignes van Amsterdam op. Toe ik het woord kreeg, nou ja, nam, heb ik alle commentaren en reacties naar mijn toegetrokken en ze allemaal vanuit mijn perspectief met mijn kennis en ervaring van het onderwijsveld van repliek bedient. Niemand zij meer wat..”

NetwerkNova College, bekend;Rupare school, bekend;Koers Nieuw West, bekend;Marijke Andeweg, gegevens bekend;Joke Patmos, bekend;Joke Goedhart, Indische buurt, kwartiermaakster stadsdelen;Sjoerd Slavenburg, onderwijs en jeugd.

Eric van Kaam, 25 maart 2009Ymere, gebiedsmanager Best person: zakelijk, geëngageerd, vernieuwend

CVRegio-directeur Zuid Oost, Zeeburg en binnen Ymere in zijn geheel portefeuillehouder leefbaarheid.

Voor Ymere is vastgoedontwikkeling een middel. De corporatie-gedachte, ofwel de emancipatie van de burger is het doel. Deze opvatting is in discussie met de idee van wbv als ontwikkelaars en beleggers. Sinds het jaar 2000 hebben wbv meer ruimte gekregen om marktconform te werken. Een verandering, die veel invloed heeft gehad op de bedrijfsvoering van corporaties. Nu kwam ondernemerschap voorop te staan, terwijl de wbv in het verleden beoordeeld werden op hun kwaliteit als beheerder en administrateur van de woningvoorraad van de overheid. Twee uitersten, die nog steeds opgeld doen als de dipolen in de discussie over de toekomst van de corporaties.

36

Page 37: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Die omslag vraagt ook andere netwerkpartners en coalities variërend van banken tot KvK en samenwerking met andere corporaties (Alliantie en Eigenhaard in Zeeburg).

Maar ook binnen de wbv zie je deze tweeledigheid terug, maar dan in termen van sociaal beheer of woning zaken versus projectontwikkeling en vastgoed. Ymere is sterk in de ontwikkelkant. De wbv is in veel wijken actief. Maar Ymere vervult deze ontwikkeltaken vaak in het sociale domein taak. Dat heeft met het verleden van Ymere te maken. Ymere komt voort uit het oude Amsterdamse Woningbedrijf. Dat was in haar jaren al expert in het aanpakken van bijzondere projecten als oude overheidsgebouwen, herinrichten van kraakpanden ed. Mede door die ervaring is Ymere een van de grote ontwikkelaars in Nederland.

Wat is sterkste puntYmere profileert zich het sterkst rond de modernisering en de vermaatschappelijking van de wbv.Maatschappelijk rendement is moeilijk vast te stellen. Kaam daarover: “Een ding weet je zeker: doe je niets, dan gebeurt er niets, vandaar dat we redelijk actief zijn in het maatschappelijk investeren..” De grondhouding van Ymere kun je vangen in de gezegde: ‘laat 1000 bloemen bloeien’. Daarbij richt de wbv zich op ondersteuning van ideeën, coalities en ontwikkelingen in buurten zelf. Het initiatief, dat is een belangrijke peiler, moet bij de burger liggen.

Dit laatste punt komt ook voort uit het moderner worden van de samenleving. De participatie, ofwel de deelname aan de samenleving verandert. Werd vroeger nog veel gestuurd vanuit klassieke huurderverenigingen, nu is dat niet meer zo. De hedendaagse participatie is veel losser georganiseerd, en is ook in generatie jonger dan de oude verenigingen, waarbij ook de verkleuring van de wijk een grote rol speelt. Dit alles gaat niet voorbij aan de organisatie van de wbv zelf. Voorheen kende veel corporaties een centrale sturing en waren de wbv vaak langs de lijnen van de verzuiling (religieus en politiek) over de stad verdeeld. Ook gekenmerkt door het type autocratische bestuurders. Nu wordt van een bestuurder veel meer flexibiliteit verwacht, die zich weet aan te sluiten op andere en nieuwe vormen van samenwerking. Ymere past zich in die zin aan.

VoorbeeldenIn Slotervaart waren meerdere jongeren actief met kledij. Dat gegeven is opgepakt en Ymere begon met het ondersteunen van ateliers. Vanuit die ateliers konden jongeren een ‘eigen’ modelijn ontwikkelen en via een catwalk in de wijk presenteren.Na enige jaren is in samenwerking met het ROC dit initiatief van ‘Modeatelier Slotervaart’ uitgeroeid naar het Fashion centre, wat nu een duurzame en reguliere mode-opleiding is geworden.

De ‘Timorplein’ community in de Indische buurt is een van de recente sterke voorbeelden. Midden op het Timorplein staat een oude school, waarin al verschillende wijkfuncties zijn gehuisvest, alsmede ook een theaterzaaltje. Na interventie van Ymere herbergt het plein nu een jongerenhotel, Cybersoek (het digitale trapveldje moderne stijl) een filmtheater en theaterzaal, een café restaurant en kantoorruimtes voor zelfstandig ondernemers, die een deel van hun orderportefeuille juist op de wijk richten (zie verder Rob van Veelen).

Netwerk

37

Page 38: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Danielle Driessen, Ramon Schleijpen, de Nieuwe Maan, zie netwerk;Dennis Straat, DB (VVD), Stadsdeel Zeeburg.

Elvire Sweet, 24 juni 2009Stadsdeel Zuid Oost, bestuursvoorzitterBest person: sluw, zakelijk, vooruitstrevend, wegberijder

CVElivira Sweet staat voor haar stadsdeel. Maar zij staat ook duidelijk voor haar zwarte stadsdeel met alle sociaal economische problemen van dien. Niet etniciteit maar sociaal economische positie is voor haar kenmerkend. Zonder geld geen sociale mobiliteit. Maatschappelijke achterstand is aangrijpingspunt voor haar beleid, niet de culturele afkomst. Dat doet zij met een zakelijk en streng air. Niet alleen naar buiten toe, maar ook naar het stadsdeel zelf.Sweet is van Surinaamse afkomt in een wijk ook dominant Surinaams is. Overigens zijn er meer Afrikanen actief in de deelraad: bestuurlijk en ambtelijk.

Wat is sterkste puntDe wijkaanpak in Zuidoost kenmerkt zich op twee waarin Elvira Sweet duidelijk haar ‘say’ in heeft gehad: structureel en sociaal. De afspraken rond de wijkaanpak zijn duurzaam, hebben een structureel karakter en beantwoorden aan de sociale problematiek van de wijk.

Met de woningbouw verenigingen, met name Rochdale, is ingezet op een omvangrijk herstructureringsprogramma. Daarbij is gekozen voor nieuwbouw boven herbouw. De nieuwbouw moet een nieuw imago aan de wijk geven, alsmede de ruimte voor een nieuw initiatief. Binnen nieuwbouw is bewust gekozen voor een balans tussen sociale huur en koopwoningen. Binnen Zuidoost ligt de focus voor deze aanpak als eerste op de vastgestelde vogelaarwijken, de EGK buurt. Daarnaast ook op zwakkere wijken als Holendrecht en Vensterpolder.

Deze fysieke aanpak wordt onmiddellijk gevolgd door een sociale aanpak. In Zuidoost ligt dat noodzakelijkerwijs tegen elkaar aan. Zeker in het beleid.

Ook binnen het sociale beleid zijn door Sweet structurele wijzigingen aangebracht.De traditionele weg via de bestaande welzijnskaders en opbouwwerk is verlaten. Het contract met de de betreffende welzijnsinstelling, LSA, is zelfs opgezegd. Daarvoor in de plaatst is men een projectenstructuur gaan ontwikkelen, die uit de bewoners voortkomt en ook door hen wordt uitgevoerd.In samenwerking met de wbv zijn adviserings-, financierings- en uitvoeringsafspraken gemaakt. Zo zit de wbv in een adviesraad die beslist over de projecten en de toekenning van de financiering daarvan en heeft de deelraad iemand in dienst genomen, die de uitvoering ondersteunt. Deze aanpak heeft een enorme projectenmachine opgang gebracht. Zie verder: www.stadsdeel. Gezien het animo lijkt het of deze nieuwe aanpak de slag heeft gewonnen.Ook het zwakke profiel wordt niet uit het oog verloren. Het beleid focust op de kwetsbare groepen: migrantenvrouwen en jongeren. Binnen het cluster ‘prostitutie, drugs, verslaving, hiv’ is de aanpak versterkt in een combinatie van hulpverlening (verslaafde zijn ook bewoners, maar dan wel

38

Page 39: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

registreren en een traject aangaan) en hardere aanpak van de is criminaliteit (de dealers verpesten onze kinderen). Op de achtergrond werd tegelijkertijd het ingrijpen op de problematiek achter de voordeur aangescherpt. Juist dit sociaal beleid, aanpak drugs, interventie, is juist in combinatie met de wbv een succes geworden.

VoorbeeldenElvira Sweet heeft vanaf het begin van het programma van de wijkaanpak ingezet op samenwerking met de wbv. Zij heeft benadrukt dat een aanpak zonder inzet van beide kanten – stadsdeel en wbv – geen betekenis zou hebben en niet zou lukken. Niet alleen voor wat betreft de bouwplannen, ook het sociaal beleid. In beide opzichten heeft zij een conmitment met Rochdale gevonden: leidend in de fysieke aanpak moest nieuwbouw zijn en in het sociaalbeleid moest het initiatief vanuit de bewoners komen en een verscherpte aanpak doorklinken op armoede en drugs.

NetwerkRochdale, Marion Middelbeek;Marjon Pluimers, Stadsdeel Zuid-Oost, programmamanager wijkaanpak, zie netwerk;Zie voor projecten: naw bestand en website

BartJan Comissaris, 9 juli 2009Basisschool De Polstok, directeur, Best person: inspirerend, bruggenbouwer, wegberijder

CVBartJan Comissaris is opgegroeid in Indonesië, heeft een tijd voor Shell in Zuid Afrika gewerkt en is sinds 1987 actief (?) in Zuidoost. Zijn partner is werkzaam in het bedrijfsleven en heeft een goed betaalde baan. BartJan is een schooldirecteur met hoogopgeleide en zakelijke achtergrond.

De Polstok is een onderdeel van een cluster van 3 scholen, die tegen elkaar aan hartje Bijlmer liggen. De eerste initiatieven om de school een aanvullend karakter te geven stammen al van 1991. Toen werd de ‘brede school’ avant la lettre al genomen. Het wijkleven om de school heen veranderde sterk van karakter, waarbij de problemen van de wijk zo de school in werden geschoven. Vanaf het jaar 2000 namen de spanningen in de wijk toe. Ook etnisch religieus gerelateerd: er ontstond een Ghanese orthodoxie, de islam in zijn soennitisch en Surinaamse verschijningsvorm manifesteerde zich. De spanningen ontaardden in gevechten tussen jongeren onderling.Vanaf het jaar 2000 is hij directeur/leraar, of beter ‘directeur/trouble shooter’, zoals hij het noemt. “Vanaf die tijd ben ik er aan gaan trekken de 3 scholen met elkaar te laten samenwerken om met name weerstand te bieden tegen het wegvallen van de gezamenlijke verantwoordelijkheid. Als iedereen op een eiland zit, is niemand meer verantwoordelijk.”

Wat is sterkste puntBartjan Comissaris is met zijn school in een lacune gestapt, die door de ontwikkelingen in de wijk als vanzelf ontstond. Hij heeft verantwoordelijkheid genomen en met de mogelijkheden van de school een kader gecreëerd, waarmee hij nieuwe verbanden in de wijk kon smeden en verschillen tussen kinderen en ouders overbruggen.

39

Page 40: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Voor hem en in zijn schoolplan staat het welbevinden van de kinderen en de leerkrachten centraal. Hij gelooft niet in separatistisch denken. Daartegen verzet hij zich ook. Kinderen zijn geen eenheidsworst, leerkrachten geen machines. Uitgangspunt moet respect zijn, ook voor de verschillen.Ook de ouders worden zo benaderd. Op zich logisch, maar je kunt het een pedagogische grondwet noemen, dat ouders op dezelfde manier worden aangesproken, als dat de kinderen in de school, worden benaderd.

De school is er ook niet alleen voor ‘gekleurde’ ‘probleemkinderen’ uit de wijk. Er wordt druk geworven onder kinderen van blanke hoger opgeleide ouders uit de wijk. Daarbij moet je aldus BJ zeker ook openstaan voor hun vragen of voor die kwestie die zij vrezen.

VoorbeeldenBJ heeft de ‘Brede School’ in de Bijlmer opgericht. De Brede School is een Campus van drie scholen bestaande uit: De Polsstok, een basisschool op levensbeschouwelijke grondslag; As-Soeffah, een islamitische basisschool met een regio functie en de Bijlmerhorst, de openbare basisschool.

De school fungeert als voorschool, als 24-uurs opvang en is op basis van externe activiteiten 51 weken (!) per jaar open. Dus alle vakanties, alle weekenden, alle middagen en avonden, behalve een week met Kerst en Oud en Nieuw. De brede School is aanvullend, schooldoorbrekend en wordt extern gefinancierd. De bijdrage vanuit de overheid is minimaal. De Brede School krijgt bijdragen van de sportbonden, het bedrijfsleven, welzijn en professionele organisaties als de wbv-en.

Met de Brede School wordt de wijk overbrugd. Het draagvlak onder zelforganisaties (alle), bewonersorganisaties (alle) en de professionele organisaties is groot. Alle activiteiten buiten de school om worden ‘gemengd’ uitgevoerd: met de kinderen en de leerkrachten van de drie scholen door elkaar.De kinderen krijgen daarmee een nieuw kader aangereikt. Een kader waarin verschil bestaat en naast elkaar kan bestaan. De VU doet onderzoek naar identiteitsontwikkeling van de kinderen. De vraag is of kinderen nu vast houden aan een eigen identiteit en die correleren met die van anderen of een nieuwe, meer transculturele identiteit ontwikkelen.

NetwerkJantje Beton, geen naw gegevens;Gilbert Moslim, geen naw gegevens;Cor Smit, wijkregisseur, geen naw gegevens;Rachman Rachman, geen naw gegevens.

Msizi Dube, 7 juli 2009Don Bosco ZO, coordinatorAfrican Methodist Church, voorganger, domineeBest person: zelfbewust, woordvoerder, zoekt naar samenhang

40

Page 41: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

CVDube is een indrukwekkend persoon, diep getekend door het Afrikaanse leven.Hij heeft als jongeling in Zuid Afrika gewoond en gediend bij de gewelddadige tak van het ANC. Als gevolg van zijn ANC strijd heeft hij 7 jaar in dezelfde gevangenis gezeten als Nelson Mandela. Na de val van de apartheid was er voor hem geen mogelijkheid terug te keren naar het publieke leven in Zuid Afrika. In die tijd leefde hij op straat met de criminelen. Onder een speciaal Nederlandse hulpprogramma en met directe interventie van Jan Pronk is hij naar Nederland gehaald. In Nederland heeft Dube diverse opleidingen gevolgd en afgerond: theologie, rechten, planning en management. Binnenkort promoveert aan de VU bij professor Brinkman op het thema ‘migranten en geloof’. Zijn kennis over de betekenis en functioneren van de migrantenkerken is groot. Zie verderop

Nu werkt hij als coördinator van Don Bosco in de Bijlmer. Overigens een opmerkelijke combinatie voor een protestants-christelijke dominee in een katholieke welzijnstichting. Don Bosco is een sociaal-religieuze instelling en streeft naar de samenhang tussen wijk, school en kerk. In die zin spoort de doelstelling van Don Bosco bijna als vanzelf met de wijkaanpak. Vanuit Don Bosco voert hij een min of meer reguliere welzijnsagenda gericht op sociale cohesie, opvoeding, veiligheids- en criminaliteitspreventie etc. Hij is vooral actief in Groeneveen (EGK).

Wat is sterkste puntDube streeft naar een andere insteek in de wijkaanpak. De Amsterdamse wijkaanpak is teveel doorspekt van calvinisme: eenmaal voor een dubbeltje geboren, wordt je nooit een kwartje. Heel veel maatschappelijke problematiek kent eigenlijk een klasse-basis en een raciale afkomst. Dat lijkt de samenleving, althans in de Bijlmer te definiëren. In die zin draagt Dube een duidelijke Angelsaksische opvatting uit, gecentreerd op ‘mensenrechten’. In zijn benadering stelt hij de bewoner centraal en gaat hij uit van de mogelijkheden van de mens.

VoorbeeldenIn zijn werk zet Dube vormen van getrapte bewoners denktanks op. Hij noemt dat de ‘consultatie approach’. Anders dan de wijkaanpak, die programma’s voorhoudt en oplegt aan de bewoners, ontwikkelt hij zijn projecten en plannen in samenwerking met de buurt. Ook in zijn benadering is hij direct en rechtstreeks. Geen nota’s en formele brieven, maar directe consultatie, er op af, er naar toe en praten, en praten maar ... Dat werkt.

De kerken: in de Bijlmer maakt de kerk onderdeel uit van de wijkgemeenschap. In veel gevallen is de kerk een open instituut met een transparante en actieve maatschappelijke rol. Dat zijn vooral de kerken die ook deel uit maken van de landelijke protestantse koepel van Kerken (NPK). Voor veel migrantenkerken gelden deze kwalificaties niet. Vaak zijn dat gesloten geloofsgemeenschappen, tribaal georganiseerd, die eerder bijdrage aan marginalisering van de gelovigen, dan aan deelname en een vorm van burgerschap. Soms moeten kerkleden een substantieel deel van hun inkomen (10%) als contributie aan de kerk afstaan of dwingt de sociale controle hen tot zulke hoge uitgaven (verzorging van kapster en nagels, kledij etc), dat vaak het gezinsleven en de kinderen er onder leiden. Cultureel is de afstand groot tot de Nederlandse mores. Ook in politiek opzicht zijn de migrantenkerken nog niet uitgekristalliseerd. Nu nog stemmen veel kerkgangers op de sociaal democratie (PvdA). In Amerika vormen de migrantenkerken allang de drijvende kracht achter het conservatieve deel van de Republikeinen. Als de ‘emancipatie’ van de migrantengelovigen vorm

41

Page 42: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

krijgt, dan is het denkbaar dat uit deze hoek nog een krachtig politiek-rechts en cultureel-behoudend kiezerspotentieel gaat opklinken (CU, GPV etc).

Uit deze hoek komen ook opvattingen als healing van HIV. Natuurlijk moet je dat aldus Dude niet accepteren, maar de vraag is hoe je de kerken aanspreekt. Kerken kunnen niet genezen en het gebed is geen geneesmiddel. Dude gelooft ook niet in de bekering, maar meer in de overtuiging. Dat is ook zijn strategie in dit soort moeilijke vraagstukken. Een confronterend oordeel en het louter afwijzen, werkt eerder averechts. Ga de discussie aan. Praat.

Netwerknvt

Ahmed Ben Yerrou, 27 mei 2009St Asri, initiatiefnemer, secretaris Best person: innemend, druk, eigen dunk, binder en breker

CVIn de wijk heet Ahmed ‘Ben Ahmed’, wat een verbastering is van zijn volledige naam: Ahmed ben Yerrou. Ik noem hem bij zijn normale naam.

Ahmed is 3e jaars HBO-student Accountancy en tevens 2e jaarsstudent Fiscaalrecht. Ook tijdens zijn Havo studie heeft Ahmed twee studieprofielen tegelijk gedaan. Een gemotiveerde jongen dus.Hij heeft in de wijk enige bekendheid gekregen door zijn medewerking aan de NPS documentaire: ‘Mij tref je niet op straat’. Naast voorzitterschap van St. Asri is Ahmed in de wijk ook toegetreden tot de denktank sociale vernieuwing. Zie voor meer info bij Rob van Veelen en Mercedes Zandwijken (netwerk).

St Asri is opgericht in juni 2008. Het bestuur en de stichting kent een gemengde samenstelling van jongeren: Turken, Pakistani, Molukkers, Surinamers en Marokkanen. Er zitten nog geen meiden in het bestuur en de organisatie, ‘maar dat moet wel komen’ (Ahmed).

Asri betekent vernieuwing en het begrip vernieuwing staat voor wat de stichting aan verandering kan brengen in de buurt. Als stichting richten zij zich op jongeren die het goed (willen) doen en de stichting tracht hen daarin zoveel mogelijk te steunen. Op basis van eigen ervaring begrijpen zij dat de Indische buurt niet altijd een goed sociaal pedagogisch klimaat schept om jongeren te ondersteunen. Daarin wil St. Asri verandering brengen. In het begin was de inzet echt uit idealistische motieven. “Geld was daarbij niet een beslissende factor.” Nu wordt de stichting wel ondersteund door het stadsdeel, zodat hun rol in de wijk sterker kan zijn. Ze beschikken over een eigen ruimte, een jaarlijkse subsidie etc. En over een eigen bakfiets (hoe Amsterdams) om hun activiteiten uit te voeren.

Het bestuur kent 6 portefeuillehouders, die elk verantwoordelijk zijn voor een werkgroep. De werkgroepen beslaan de activiteiten van de stichting als ‘sport en beweging’, ‘kunst en cultuur’, ‘levensbeschouwing’, ‘buurt en burgerschap’, ‘educatie’ en ‘PR en media’.

42

Page 43: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

PR en media is qua budget de belangrijkste portefeuille. Daaraan wordt eenderde van het budget besteed.Levensbeschouwing betreft lezingen en debat over thema’s als moslim- en christenjongeren, omgangsvormen en overeenkomsten.Ahmed is verantwoordelijk voor de portefeuille buurt en burgerschap. Dat dwingt hem om een vinger aan de pols te houden over alle ontwikkelingen in de buurt. Dat is wellicht ook de reden waarom hij is gevraagd voor de denktank sociale vernieuwing in de wijk.Ahmed heeft ook politieke aspiraties. Hij is actief lid van de D66 jongeren vereniging.

Wat is sterkste puntDe jongeren van Asri zetten hun eigen inzicht, vaak gemotiveerd vanuit hun studie, in om zich bewust te worden van hun eigen lefomgeving en daarin vervolgens veranderingen aan te brengen.Voor jongeren in en rond Asri, veelal studerende jongeren, handelden veel van hun studievragen en scriptie-onderwerpen direct over kwesties uit hun eigen jeugd en leefomgeving. Vragen over opvoeding, leven in de wijk: veiligheid en criminaliteit, de zorg en aanpak over hangjongeren. Tijdens hun studie werd men zich steeds meer gewaar dat leefomgevingen van elkaar verschillen, dat niet elke wijk en sociaal culturele achtergrond dezelfde zijn en dat dit verschil uitmaakt in de wijze waarop een sociale omgeving bijdraagt aan een sociaal pedagogische klimaat of niet. Voor de jongeren van Asri was dit inzicht de reden om daar zelf en actief op in te grijpen. Niet de omgeving cq anderen de schuld geven, maar zelf aanpakken, zelf doen, zelf aanzet geven tot verandering.

VoorbeeldenIn hun beginperiode organiseerde Asri nog een soort instuif. Eigenlijk een passief concept waaraan jongeren kunnen deelnemen of niet. Nu richt men zich actiever tot de jongeren, sluit aan op wat ze willen en kunnen om daarmee bij te dragen aan een positief en motiveert klimaat.Zo richt men zich op talentontwikkeling in schrijven bijvoorbeeld, waarbij jongeren een tijdschrift voor poezie ontwikkelen.Verder richt men zich op schooluitval en de terugval naar criminaliteit en probeert men concreet een oplossing te bieden. Binnen het kader van Asri begeleiden 4 coaches op het moment 22 havo en vwo jongeren, die uit de boot dreigen te vallen.Men traint elkaar in gedrag, bijvoorbeeld omgaan met kritiek. Dat is voor velen een moeilijk punt. Wat betreft sport gaat het er voor Asri vooral om de bestaande sportverenigingen meer open te stellen voor jongeren uit de buurt. Nu is er een actieve inloop van 60 a 70 jongeren uit de wijk.

Het belang van al deze activiteiten is te leren dat opleiden belangrijk is en dat vrije tijd de mogelijkheid biedt om met nieuwe zaken in aanraking te komen, andere mensen te ontmoeten en nieuwe ontwikkelingen in gang zetten.

NetwerkHarun Yildrim, St. SUN, Turkse Studenten Vereniging;Arkan, jongerenpodium, Overtoom, Amsterdam, geen naw gegevens; MDLI?, netwerk gericht op Marokkaans Leadership, ondersteund door Mckenzie, Ernest & Young, geen naw gegevens;Ellen van Eeden, Cybersoek, zie netwerk.

43

Page 44: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Mustapha Eljarmouni, 22 mei 2009Schaakclub St Bouya, initiatiefnemer, organisatorBest person: innemend, sociaal bewogen, intelligent, van bovena, in staat een olievlek te creeren

CVOpen blijk, blauwe guitige ogen. Een zachtaardige man, die kinderen juist op hun kwaliteiten wil aanspreken en hen niet op straatniveau, maar meer intellectueel wil stimuleren. De meeste aandacht gaat uit naar rotjochies. Voor hen die goed doen en goed willen is er geen aanbod. Mustapha (48 jaar) is opgegroeid in Noord Marokko en als Berber onderdrukt door de Arabieren. Van de marokkanen in Amsterdam is 80% Berbers en 20% Arabier. De Arabieren kijken op de Berbers neer als een achtergebleven groep. In de moskee is vaak de Imam Arabisch en het bestuur ook. Die gedragen zich vaak als een soort ‘maffia’, daar kom je niet tussen. M. is niet gelovig. Hij heeft met een andere gestudeerden en intellectuelen een eigen groepje opgericht. De progressisten, mensen die op basis van vaak maatschappelijke opvattingen (links, Marxistisch) voorstander van de vooruitgang zijn.

Wat is sterkste puntMustapha heeft Natuurkunde en Scheidkunde gestudeerd. Op school is hij betrokken geraakt bij een Unicef programma. Die boden oa voedselhulp (brood, melk). In het Unicefgebouw werden de kinderen aangetrokken door de broodjes die ze kregen. Als ze dan binnen waren, werden de kinderen naast hulp ook onderricht in schaken, muziek, poezie ed. Dat heeft hem gevormd. Naar zijn idee hebben kinderen er recht op om slim te zijn. Recht om ook een goede toekomst te hebben. Dat heeft hij van het Unicefgebouw geleerd: verleid de kinderen tot iets goeds.

Mustapha is indertijd flink ziek geweest en heeft om die reden geen werk kunnen vinden in Nederland. Naast de schaakclub geeft hij ook nog wiskunde bijles.

VoorbeeldenAan de schaakclub nemen nu 32 kinderen deel. Een daarvan is een Nederlandse jongere. Zijn zoontje van 10 jaar (een van de 3 kinderen) zit ook op de club. Nederlandse schaakclubs zijn duur. Bij hem kost de les 1 euro per keer. Liefst wil die gratis schaakles geven. Dat is ook goede reclame voor de club. Want folders en ander reclame materiaal is hem te duur.De schaakclub is nu open maandag t/m vrijdag. Er zijn geen wachtlijsten. De kinderen kunnen altijd schaken. Wie komt krijgt limonade; wie wint krijgt nog een glas. Na 10 lessen krijgen de kinderen hun eigen schaakbord De meeste leden van de schaakclub komen uit gezinnen met hoger opgeleide ouders. De kinderen zitten dan in elk geval naar de idee van hun ouders bij ‘goede’ kinderen. Naast aanbod van agressieve sport om de kinderen rustig te maken, is er ook behoefte aan een rustige, denksport. Dat spoort meer met een rustige opvoeding. Karate is een antwoord op ruzie. Schaken doe je met een vriend. Karate creeert afstand tussen vader en zoon; schaken brengt beiden juist bij elkaar. Schaken kent geen afkomst, het overstijgt juist de verschillen tussen mensen. Het schaken bevordert naar zijn mening de sociale cohesie.

Verder moet het schaken ook een antwoord bieden op de slechte opvoeding thuis. Of eigenlijk nog sterker: ouders die hun eigen kinderen goed opvoeden een netwerk en aanbod bieden van goed

44

Page 45: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

opgevoede kinderen. Ofwel een dam opwerpen van goed opgevoede kinderen tegenover de kinderen van de 2e generatie, die nu vaak maar een gemankeerde opvoeding genieten.

De schaakclub heeft onlangs nog een prijs gewonnen in de deelraad van het best georganiseerde project.

Het project wordt methodisch ondersteund vanuit de Hogeschool van Amsterdam (?).Ook actief in Bos en Lommer met St. Akkarij

De schaakclub moet uitgroeien tot een schaakschool, waarin kinderen in een combinatie van school, huiswerk en schaken tot een betere prestaties moeten worden gemotiveerd. De schaakschool is afgeleid van een Russisch schoolsysteem.

NetwerkRob van Veelen, stadsdeel, zie bp;Ab Cherribi, wethouder stadsdeel de Baarsjes.

Rob van Veelen, 19 maart, 28 april 2009 gemeente Amsterdam, Stadsdeel Zeeburg, participatiemakelaar,Best person: open mind, creatief, verbinder, secundair.

CVRob van Veelen kun je omschrijven als de opbouwwerker van de 21ste eeuw. Als functionaris is Van Veelen nog niet uitgevonden. Misschien dat je her en der een evenknie van hem vindt, maar in het reguliere welzijnswerk en opbouwwerk kom je hem niet tegen. Vandaar dat hij ook participatiemakelaar van het Stadsdeel Zeeburg is en werkzaam is in het kader van de wijkaanpak. Hij heeft zijn ‘vak’ als wijkmanager in Geuzenveld. Daar heeft hij bekendheid gekregen met het project WijkWeb en het kennisveld Poseidon. (Voorbeeld. In Geuzenveld hing een negatieve atmosfeer: niemand wil ons, dus kunnen we niks en hebben we niks. Vooral Marokkanen kopieerde deze negatieve sfeer. Maar er was ook niks: geen enkele extra wijkvoorziening. Geen muziekschool oid, niks. Van Veelen heeft ism het Nederlands Filharmonisch Orkest, coaching en begeleiding een muziekschool gerealiseerd met oa Marokkaanse Muziek.)Ambtelijk is hij zeker niet. Als hij iets nieuws op het spoor is, dan werkt hij evenzogoed ‘s avonds als in het weekend. Hoewel overal present is zijn werkstijl eerder secundair te noemen. Hij pakt zaken op, stuurt ze bij en laat ze los. Regie voeren op de achtergrond, zo noemt hij dat: zichtbaar zijn, meedenken, luisteren. “Ik streef een Socratische werkwijze na. Via open vragen maar met een kritische blik probeer ik aansporingen te geven en ideeën en projecten aan te sterken.”

Wat is sterkste puntDie open houding en een fijnbesnaard gevoel voor sociale veranderingen is Rob’s sterke punt. Hij voelt de kracht van de wijk goed aan. De Indische buurt is een wijk met veel politieke vluchtelingen. Deze zijn gemiddeld hogerop geleid dan in de wijk wonende migranten en oorspronkelijke Nederlanders. In de wijk is een sterke creatieve klasse aanwezig. Ze fungeren als de nieuwe moderne middenklasse, die mogelijk uitgroeit naar een eigentijdse stedelijke community. In de buurt bestaat

45

Page 46: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

al een atmosfeer dat een multiculturele omgang norm wordt. Daardoor lijkt de buurt cultuurpessimisten vanzelf uit te selecteren. Van Veelen: “ Over 5 jaar is de Indische buurt de ideale gemixte buurt, zonder dat een groep dominant is. De nieuwkomers hebben dan als vanzelf een waardesysteem van bridging.” Nu al is het regulier beleid dat bij het opleveren van een straat bewoners bijeen worden gebracht om elkaar te leren kennen.

Van Veelen ondersteunt in sterke mate die nieuwe stedelijke community. Zij zijn ook van zins zelf de problemen in de wijk op te lossen. Deze bewoners vullen niet alleen de lancune op die het traditionele welzijnswerk in deze wijken laten ontstaan, maar doen dat beter en effectiever. De ontwikkeling van de Balistraat is daarvan een voorbeeld. Of St. Asri, Cybersoek (zie verder) of Amikino, een op de Nederlandse taal gericht voorleesproject onder vrouwen, waarbij Nederlandse vrouwen als maatje fungeren.

De eigentijdsheid roept je inderdaad in de Indische buurt tegemoet. Maar het is ook voorspelbaar. Of beter: er klinkt een sterk en onuitgesproken moralisme in door. Alle voorbeeldprojecten kenmerken zich door een grote mate van individualisme en internationalisme met de levenshouding van de vrije – in dit geval – interculturele burger. Het is het streven van het wereldburgerschap in eigen stad.

VoorbeeldenVan het idee van de ‘tussenorganisatie’, zoals Van Veelen die noemt, de organisatie die de overgang voorstaat van welzijnswerk naar zelfstandig burgerschap, is de Timorplein Community misschien wel de meest aansprekende.De Timorplein Community bestaat uit een netwerk van zo’n 200 zelfstandige ondernemers, vernoemd naar het gebouw en plein waarin zij zijn gevestigd. Deze ondernemers, althans merendeel hebben hun eigen werk. Een deel van dat werk is echter gekoppeld aan functies in de wijk. Via ‘buurtpitches’ wordt hun mogelijke expertise verbonden aan vragen uit de wijk. Er ontstaat als het ware een openbare aanbesteding, waarin buurt en marktpartijen bij elkaar worden gebracht. In deze vorm van aanbesteding verandert de verhouding tussen overheid en particuliere instellingen. Ondernemers, creatieve ondernemers nemen daarin de plaats van opbouwwerker in en de wijkgebonden community rollen en taken van het reguliere welzijnswerk. Zo is de ontwikkeling van de Balistraat ter hand genomen. De vrije markt is overigens in deze pitch ook wel beteugeld. De idee is dat met deze taken uitvoert voor een vastgesteld uurtarief van 50 euro/uur. Bij navraag in de community werd dat onmiddellijk betwijfeld.

NetwerkSuzanne Klein Schiphorst, ZWIND/Civic Zeeburg, de ‘commerciële’ welzijnorganisatie, zie netwerk;Ellen van Eeden, CyberSoek, Timorplein, zie netwerk;Michel de Rooy, jongerencentrum Nowhere;Hanneke van der Aalst, Solid Amsterdam, de opbouwwerkorganisatie, zie netwerk; Firoez Azarhoosh, St Veranders, organisatieadviseur, zie netwerk; Jeffry Sparrenburg, organisator buurtpitch?, is dat zijn rol?, graag naw gegevens;Leonie Biervliet, programmamanager Ymere;Floor Arts, Ymere, ontwikkelt een website voor het Buurtleven;

46

Page 47: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Salih Türker, Diversiteitsland, een migrantenwelzijnsorganisatie, oprichter, zie netwerk;Ahmed el Mesni, Asaadaaka, voorzitter, zie netwerk;Jemal Abdoe el Katabi, van de Marokkaanse Raad;Faitma Elatik, bestuursvoorzitter stadsdeel Zeeburg;Ahmed ben Yerrou, St Asri, voorzitter, zie bp;Rogier Schravendeel, Eltheto kerk, kinderwerk op straat;Elly Ludenhoff, Zina Platform, De Balie; Marijke Prins, Van der Pek Blok, seniorenflat, contactpersoon;Jos Zandvliet, Jalan Jalan, Maleisische optocht, vh Dogtroep, zie netwerk;Lied Nolet, gebiedscoordinator Zeeburg;Mustapha Eljarmouni, St Bouya, een migrantenschaakclub, oprichter, zie bp;Simone Hoogevorst, buurthuis Karrewiel, kie art Zeeburg:Jounis, Kickbox Dojo Amsterdam;Hmimou Elhoussaine, St. StreetsmArt, initiator, zie netwerk;Fanneke Verhallen, Studio 52nd, oprichtster, zie netwerk;Zeraja Terluin, organisator Indische Buurtfestival;

Esther Haverkort, 25 november 2009BOOT, programmaleiderHogeschool van AmsterdamBest person: organisator, deskundig

Wat isBOOT is een initiatief van de HvA ism met de wbv en het stadsdeel. In de Baarsjes dus Stadsdeel de Baarsjes en Ymere. HvA is de trekker. Met BOOT organiseert de hogeschool een intelligente schanierfunctie tussen betrokkenheid bij de wijkaanpak (huiswerkbegeleiding, talentontwikkeling, buutgeboden onderzoek), onderwijs en onderzoeksverplichting van studenten (studenten worden in het kader van hun opleiding op vragen uit de stad ingezet), de kwaliteit van het onderwijspersoneel (docenten begeleiden studenten in hun taken voor BOOT) en de inzet van docenten en staf in stedelijke vraagstukken (in het kader van jobrotating, outplacement, functieplanning etc.).De belangrijkste activiteiten van BOOT in de Baarsjes zijn: huiswerkbegeleiding, juridisch spreekuur, talentontwikkeling (mentoring, studiekeuze) …

CVEsther is van origine jurist. Haar eerste functie was bij de rechtbank in Haarlem, waar zij zich bezig hield met arbeidsrecht: “allemaal mensen met CWI fraude en dergelijke; dat ging wel ergens over.”Om een of andere reden wilde zij van baan verwisselen en kwam uit als freelance docent bij de Hogeschool van Amsterdam en de HES. Ook daar doceerde zij arbeidsrecht. Zij kreeg een vaste aanstelling, haalde haar Master en een toekomst in het hogeronderwijs lag voorhanden. Toch bevredigde dit niet. Het werk was te afstandelijk en zij zocht naar ander werk. De HvA wilde haar niet kwijt en bood haar een nieuwe functie en taak aan: het oprichten van een nieuw educatief initiatief in de Baarsjes, BOOT.Esther: “Dat was echt pionieren. Er was nog helemaal niks. Geen huisvesting, geen personeel, niks: alleen een plan dat moest worden uitgevoerd. Ik heb in het begin alles zelf moeten doen: locatie

47

Page 48: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

zoeken, verbouwing regelen, personeel aannemen. In het begin waste ik zelfs de theedoeken hier bij mij thuis. Maar het ging ergens over. Ik stond weer met mijn benen in de echte wereld. Heerlijk.”

Het initiatief BOOT (Buurtwinkels voor Onderwijs, Onderzoek en Talentontwikkeling) wordt uitgebreid naar 3 nieuwe locaties. Naast de Baarsjes worden er ook BOOT initiatieven geopend in Zuid Oost, in Noord en in de Indische buurt. Esther gaat de vier initiatieven leiden en wordt programmamanager. Zij krijgt nu meer verantwoordelijkheid over het eindresultaat: financieel, resultaat, toekomstontwikkeling. BOOT is in financiële zin gekoppeld aan de financiering van de wijkaanpak. De bijdrage van de wbv loopt in 2009/2010 ten einde, die van het rijk en de gemeente 2 jaar later. Er moet sowieso worden nagedacht over de toekomst van het BOOT initiatief.

Wat is sterkste puntMisschien is onbedoeld het ‘cultuur neutrale’ karakter van BOOT in de Baarsjes wel de reden van succes. Veel van het aanbod van BOOT (huiswerkbegeleiding, juridische hulpverlening, jobcoaching etc) behoort vaak standaard tot het aanbod van zelforganisaties en gebedshuizen. Die initiatieven zijn er ook in de Baarsjes, maar onzichtbaar voor het algemene publiek en dus besloten van karakter. BOOT is een soort nutsvoorziening in een ‘cultureel en religieus’ gekleurd aanbod. Een seculiere voorziening zonder stigma en bijbedoelingen. Hulp zonder voorwaarden dus. Als daarbij blijkt dat het aanbod van BOOT kwalitatief beter (inhoudelijk, hulpvaardiger) is en in haar totale aanbod (van huiswerkbegeleiding tot studieplek en sollicitatie advies) ook sterker, verklaard dat de laagdrempeligheid en grote toeloop. Esther: “Zelfs de imam komt nu zijn belastingformulier laten invullen en mensen met schuldenproblemen krijgen hier meer aandacht en advies dan via de reguliere aanpak.” Wat verder ook opvalt is dat belendende initiatieven als de ‘Jongerendenktank’ en het ‘Jongeren Service Punt’ ook aanhaken bij BOOT. Het krijgt ook een zwaan-kleef-aan effect.

VoorbeeldenNu al heeft BOOT 80 kinderen per week die huiswerkbegeleiding volgen uit groep 4 t/m 8. Sowieso is het richten op basisschoolkinderen uniek in de wijk, maar ook in verhouding tot het andere aanbod in de wijk is het aantal kinderen een enorm succes. “Wij hebben zelfs kinderen moeten weigeren. Huilende moeders en kinderen voor de deur gehad, die hun kind ook hier graag naartoe hadden gebracht.” Ook hier vormt aandacht een belangrijke succesfactor. Esther: “Op de 6 kinderen zijn 3 begeleiders. Zoveel aandacht bij schoolzaken hebben ze nog nooit gehad. Ook de limonade en het koekje, dat ze elke middag krijgen is voor hen iets bijzonders.” De huiswerkbegeleiding is ingebed in een sociaal pedagogisch programma: “Het is natuurlijk studeren, maar ook toneel en breuken en drama om de sociale vaardigheid te oefenen.” De kinderen in de huiswerkbegeleiding zijn vooral kinderen uit de reguliere achterstandgroepen: kinderen met een migratieachtergrond en kinderen die van huis uit niet veel studiebegeleiding krijgen. Maar er zitten ook kinderen met een Nederlandse achtergrond in klas.

NetwerkBob Andeweg, Hogeschool van Amsterdam, projectleider BOOT, zie netwerk.

Jacques Thielen, 8 juli 2009Wbv Far West, algemeen directeur,

48

Page 49: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Best person: zakelijk, macher, leider

CVJacques is een bestuurder pur sang en altijd actief geweest in de PvdA.In Nijmegen als raadslid begonnen is hij tot 2000 als wethouder in de stad werkzaam geweest. Vanaf 2000 is hij bestuurder, directeur van wbv Far West in Slotervaart, Amsterdam. Huisvesting en woningbouw is altijd een aandachtspunt van Thielen geweest. In Nijmegen als raadslid en wethouder al, nu weer in Amsterdam.Thielen woont nog in Nijmegen.

Wat is sterkste puntJacques durft door te pakken. De overgang van Nijmegen naar Amsterdam was voor Thielen niet eenvoudig. Niet alleen de schaal speelde parten, vooral ook de bestuurscultuur en dan met name de jarenlange dominantie van de PvdA in de stad: ambtelijk-politiek en in de stedelijke uitvoering. Jacques Thielen is een macher, is iemand die zaken wil realiseren, die in zijn ogen nuttig en goed zijn. Dat staat voor hem op een eerdere plaats, dan een achterliggende opvatting of ideologie. Jacques is beslist niet ideologie-gestuurd, terwijl hij een dergelijke ideologische houding in Amsterdam naar zijnoordeel toch iets te vaak is tegengekomen – politiek, bestuurlijk en ambtelijk. Het is een understatement dat hij op alle terreinen in de stad en in de uitwerking van zijn agenda vrienden heeft gemaakt.

VoorbeeldenFar West staat voor de grootste herstructureringsoperatie van Nieuw West sinds de bouw van het stadsdeel. In dat proces is Far West leidend.Verder is Far West bij alle expliciete plannen van aanpak in Nieuw West en zeker ook in Slotervaart betrokken.Zo zit Jacques tezamen met Ymere in het bestuur St. Vooruit, een stichting die ijvert voor de participatie van studenten in de wijk door als tegenprestatie van een actieve bijdrage van studenten aan de wijk (1 dag in de week) hen huisvesting in de wijk aan te bieden.Tevens is Far West partner in de herwaardering van de basisschool Rupare nabij het August Allebeplein in Slotervaart en bouwt Far West mee aan de Campus Nieuw West, een op jongeren gericht educatieproject.

Verder is Far West ook actief in meer innovatieve projecten als de St. Beehive, een kunstinitiatief dat investeert in wijken en buurten vooral op basis van ondernemerschap. De stichting staat een sociaal directief handelen voor en kan zich als creatieve industrie legitimeren door opdrachten te genereren en niet zozeer door subsidie te verwerven. Hier staat ondernemendheid voor maakbaarheid. Die directe aanpak spreekt Thielen zeer aan. De St. Beehive is ook bezig een kopgroep in de wijk te installeren, die een regelluwte in de wijk realiseren om ruim baan aan de creatieve industrie te geven met personen als Marcouch. Thielen etc.

NetwerkAhmed Marcouch, bestuursvoorzitter DB Slotervaart;Geert Dales, voorzitter Denktank Sociale Cohesie, zie Mercedes Zandwijken;Pieter de Jong, wbv bestuursvoorzitter Ymere.

49

Page 50: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Hans Krikke, 24 juni 2009Protestantse Diakonie, STEK, staflidBest person: verkenner, systeembouwer, overtuiger

CVHans Krikke is een breed opgeleid persoon: filosoof, journalist, filmmaker. De moord op Theo van Gogh in 2004 overtuigde hem, dat het anders moest, dat het leven in de stad zo niet verder kan. Zelf woonde hij toen in Bos en Lommer. Daar wonen allemaal mensen met een verschillende culturele achtergrond door elkaar en ook naast elkaar. Hij begreep toen dat dat stadsleven alleen via processen van bonding en bridging was vorm te geven. Dat bepaalde vanaf toen zijn werkinzet.

Krikke werkt bij het STEK van de protestantse diaconie. Het STEK (Stad En Kerk) is daarvan een zusterorganisatie. Vanuit die functie wist hij dat migranten in de stadsdelen een kwetsbare groep vormen. De vraag naar zorg en hulpverlening onder die groepen is groot, maar wanneer ze in aanraking komen met de zorg dan komt meer dan 60% niet eens door de intake. Hun leefwereld sluit op een of andere manier totaal niet aan op de systeemwereld van hulp en zorg. Niet alleen van de zijde van de migranten, ook omgekeerd. Er is sprake van een grote mismatch. Deze mismatch kan door vele omstandigheden zijn getekend: religieus, cultureel, sociaal, gender, migratie.

Krikke is op zoek gegaan naar sleutelfiguren in de verschillende gemeenschappen: wie zijn ze, wat doen ze en kunnen deze mensen op de een of andere manier worden ondersteund.Zijn inzet was web te bouwen van sleutelfiguren en intermediairs, die op een of andere manier in deze mismatch kunnen interveniëren. Blijkbaar zijn die sleutelfiguren voor zichzelf en hun omgeving in staat om die mismatch te overbruggen. Zij vertalen wel de systeemwereld naar de leefwereld, zij kennen het systeem en begrijpen de context van hun vraag en weten een verbinding te leggen. Deze personen creëren een werkbare levensomstandigheid in hun eigen leefomgeving. Zij scheppen hun eigen ‘good practice’. Wanneer het lukt deze sleutelfiguren op een of andere manier te organiseren, hun vertrouwen te winnen en de erkenning te krijgen van de instellingen van hun bijzondere kwaliteit, ontstaat de mogelijkheid van een bijdrage tot effectieve zorg. Want blijkbaar weten deze mensen hulp te organiseren en hulpvragen naar het systeem te vertalen en omgekeerd. Of breder gesteld: zij weten de context van de gemeenschap te vertalen naar de systeemwereld van de samenleving en omgekeerd. Want zij winnen daardoor ook aan vertrouwen in de gemeenschap. Er ontstaat een match. De match ligt dan in het feit dat het individu hulp krijgt, de vraag in de gemeenschap wordt geduid en er ruimte komt voor een collectieve herwaardering en herstelDat was Krikke’s gedachte.

Inmiddels kent alleen Nieuw West al 140 sleutelfiguren. Deze personen worden bijgestaan door een ondersteuningsprogramma en verder getraind via deskundigheidsprojecten en supervisie. Zij zijn geen erkende professionals, maar zeker wel professionals in hun werkgebied. Het merendeel zijn gewone burgers met een migratie-achtergrond.

Wat is sterkste punt

50

Page 51: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Krikke’s sterkste punt is het inzicht dat de mismatch in het detail schuilt, zoals cultuur in het detail schuilt. Het is mensenwerk en het kan en moet door mensen een op een worden opgebouwd. Dat is een.Een ander aspect van de mismatch is het exclusieve karakter van de nieuwe sociale omgeving. Een multi-etnische wijk is een archipel van contacten. Iedereen bestiert daar zijn eigen koninkrijkje. De buurtburgemeesters, de koningen en koninginnen rollen over elkaar heen. Dat heeft hij ook goed begrepen. De sleutelfiguren van Krikke overstijgen deze eilanden. Zij zijn voor iedereen beschikbaar. Hun rol en bijdrage is inclusief. Zij bouwen de contacten van binnenuit op, verbinden de archipel en zorgen voor een vorm van bonding en bridging van onderop.

VoorbeeldenHoe ziet dat hulpnetwerk van onderop en binnenuit er uit. Twee voorbeelden.

Een: Eergerelateerd geweld is een veel voorkomend probleem in deze wijken. Eergerelateerd geweld is besloten geweld. Geweld dat in de leefwereld van personen en families zit gevangen. Door sleutelfiguren is een zelfhulpgroep van slachtoffers van eergerelateerd geweld opgericht. Daardoor is er een vorm van collectieve weerbaarheid ontstaan. Een netwerk aan contacten die onderling steun verlenen, maar ook de personen individueel sterker maken. (empowerment) Belangrijker is dat de beslotenheid van eergerelateerd geweld wordt doorbroken. Wat tot nu toe besloten bleef in het leven van de slachtoffers, wordt nu openlijk gedeeld. Er ontstaat openheid: in het leven van de slachtoffers, rond de personen, in de families en in de sfeer van de wijk.

Twee: de mannen van Al Mawadda, de eerste buurtvaders van Nederland. De aandacht van de hulpverlening is meestal gericht op vrouwen en kinderen. Mannen komen niet in beeld, zij moeten zich zelf maar redden. Dat heeft voor een deel te maken met het gescheiden leven van mannen en vrouwen in veel migrantengemeenschappen, voor een deel ook door de hulpverlening. In het perspectief van de hulpverlening zitten mannen in de beklaagdenbank. Zij zijn de aanstichters van opvoedingsproblemen, huiselijk geweld, overspeligheid etc. Het beeld van mannen is dat de zorg eerst hun kinderen heeft afgenomen en nu ook hun vrouwen. Het erge is dat zij ook alleen staan in dat gevoel. Krikke is begonnen aan het bouwen aan mannenzorg. Aanvankelijk waren dat gesprekjes met enkele mannen over het leven en de ondergaande zon. Nu heeft hij bijeenkomsten over verslaving, huiselijk geweld en andere onderwerpen met 60 tot 100 mannen tegelijk soms. Ook hier speelt vertrouwen (van binnenuit bouwen) en openheid een belangrijke tol.

NetwerkMohammed el Fadil, Stichting Al Mawadda, voorzitter, zie netwerk.

Fatima Sabbah, 23 juni 2009Nisa voor Nisa, oprichtster, directie, Best person: frontlijnvechtster, tegen de keer

CVHet verhaal van Fatima is vooral een persoonlijk verhaal. Zij komt uit Zuid Marokko en de mensen van daar zijn ‘warme’ persoonlijkheden, mensen die willen delen en vertellen. Dat doet ze. Volop.

51

Page 52: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Fatimah Sabbah is bekend van media en publicaties. Zij wordt gezien als een van de frontlijnvechters voor vrouwenemancipatie met een islamitische achtergrond. Nisa voor Nisa betekent ‘vrouwen voor vrouwen’. Een strijdster met een hoofddoek. Zij vertelt chronologisch.

30 jaar geleden is zijn naar Nederland gekomen. Plots vanuit het zuiden van Marokko op Schiphol bij Amsterdam. Vanaf 1977 heeft zij 5 jaar bij de Bijenkorf gewerkt. Zij sprak geen Nederlands, wel een aantal andere talen.Na die tijd is zij voor een periode van 16 jaar (?) terug geweest naar Marokko. Toen zij later weer naar Nederland kwam, werd haar paspoort ingenomen (?).Dat was in 1995. Zij heeft toen enige tijd in de catering gewerkt. Zij moest wel, hoewel zij liever wilde gaan studeren en de taal leren.Zij kreeg haar 1e kind toen ze 19 jaar was. Zij bracht haar kind altijd naar school. Maar het ging niet goed: “het kind was altijd ongelukkig, zij huilde vaak. Wat ik ook probeerde te verbeteren. Het lukte me niet. Ik liep steeds met mijn hoofd tegen de muur.”In 1998 startte de welzijnsorganisatie in Slotervaart, Impuls, een project buurtmoeders met twee Marokkaanse vrouwen en twee Turkse vrouwen. Fatima was er daar een van. Zij kreeg steeds commentaar van de directie, dat zij veel te betrokken was: “Ik beloofde te veel, gaf meer dan ik kon waarmaken. Maar opeens besefte ik dat ‘ik zelf de doelgroep ben’. Wat ik om me hen zag, maakte ik zelf ook mee. Ook ik was zo uit Marokko uit de lucht Nederland binnen vallen. Ik wist niks. Nederland was voor mij een fantasieland.” Naar de idee van Fatima snapte zij beter wat er speelde in de wijk en onder de vrouwen dan Impuls. Ondanks alle waarschuwingen ging zij toch door met haar manier van werken. “Ik snapte meer en was ook een stuk mondiger geworden. Ik had inmiddels geleerd voor mezelf op te komen en vroeg de vrouwen ook of zij wel wisten waar hun kind op school zat en wat voor school het was ....”In 1999 werd haar contract bij Impuls niet verlengd en dat was het signaal voor zichzelf te beginnen. Zij richtte de 1e stichting voor ondersteuning van Marokkaanse vrouwen in Nederland op. “Er was geen geld, wel veel passie en gedrevenheid en dito voldoening.” In 2000 ontstond ‘Nisa voor Nisa’ net de eerste professionele ondersteuning vanuit ID banen.

Wat is sterkste puntFatima is gaan beseffen dat haar leven schoolvoorbeeld was voor het leven van anderen. Als zij zichzelf kon redden, dan kon zij wellicht anderen ook vooruit helpen. ‘Ik ben de doelgroep’ is hier niet een naar binnengekeerd perspectief, maar een concrete doorvertaling van het persoonlijk is politiek: als niemand mij begrijpt, dan ben ik mijn eigen hulpverlener.

“Ik maakte het toch zelf allemaal mee. Niemand uit mijn omgeving was geïnteresseerd in onderwijs. Waarom niet? Ik weet niet. Misschien de taal, de cultuur. Mijn kind zat eerst op de Montessorischool. Dat ging niet. Hij werd alleen maar als rotjochie gezien. Toen heb ik hem naar de Islamitische school gestuurd. Dat was van de regen in de drup. De docent sprak haast geen woord Nederlands. Dat pikte ik niet. Maar ik mocht mijn zoontje niet van school halen. Ik heb een stennis geschopt. Als ze me geen toestemming zouden geven, dan komt dit verhaal in alle kranten, dreigde. Het was ook een enorme zwijnenstal die school. Daar heb ik de inspectie op af gestuurd.Maar ook ouders zijn niet geïnteresseerd in kinderen. Een jongetje had zelf azijn gemaakt op school. Kwam er trots mee thuis. Daar zeiden ze: ‘wat heb je nu weer gemaakt, ga weg met die troep’.

52

Page 53: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Ouders weten niet wat aandacht is, kennen geen liefde geven anders dan op instrumentele wijze en op uiterlijk vertoon: jongetjes van 5 met dure leren schoenen, buskaarten ipv een praktische fiets, ja eten, maar geen liefdevolle aandacht. Opvoeden is ouders opvoeden. De huwelijken hier in de wijk zijn vaak nog zo traditioneel. Mannen en vrouwen leven gescheiden, de man gedraagt zich autoritair, omdat de familietraditie dat zo bepaald. Of de imam. Laatst kwamen we er achter dat de imam al jaren getrouwd was met een nieuwe vrouw had. Die had ie al die tijd verborgen houden op zijn flat. Opgesloten. Zij kwam het huis niet uit. Nou dat heeft ie wel geweten.” Nee, Marokkanen kennen veel stress. Migratie geeft zorgen. Iedereen reageert dat af op zijn omgeving en gezin. Jongens worden vernederd: ‘je kunt niks, je doet niks.” Dochters als hoer bestempeld op het moment dat ze zich maar iets te vrij gedragen. Nee ik zie dat er nog veel moet veranderen. Bij de politiek, bij de instellingen, binnen de gemeenschap. Het kan niet allemaal in een keer. Dat geeft bij mij ook stress. Ook binnen Nisa voor Nisa. Maar we blijven kennis en discipline bijbrengen. De mentale klok moet om.”

VoorbeeldenNisa voor Nisa is het voorbeeld van Fatima. In al die jaren is dde stichting uitgegroeid tot een buurtcentrum voor vrouwen. Nisa kent nu 2 betaalde krachten, 300 vrijwilligers, waarvan 15 bijna full time actief. De stichting moet uitgroeien tot een open en moderne club. Ook met Nederlandse vrouwen.

NetwerkRenee de Zwart, Nissa voor Nissa, coördinator, zie netwerk.

4.1.1 Netwerk AmsterdamKorte typering per genoemde persoon:

Danielle Driessen, 27 mei 2009 Ramon Schleijpen, 9 juni 2009De Nieuwe Maan, directie Best person: procesgericht, tactisch denkvermogen

De Nieuwe Maan is een commercieel adviesbureau dat zich richt op participatieprofessional. Bij de Nieuwe Maan staan niet de bewoners centraal, maar de wijze waarop de bewoners worden benaderd. Zij ondersteunen daarin de werkers (ambtenaren, welzijn, opbouwwerk, wbv. etc) en hun plannen van aanpak. De Nieuwe Maan is procesgericht itt tot het doelgerichte karakter van de werkers. Zij faciliteren werkers ook niet in hun plannen of hun financiering, het gaat hen om strategie en tactiek.De Nieuwe Maan is actief in de Wijkaanpak.

Ellen van Eeden, 26 mei 2009Cybersoek, oprichtster, coördinatorBest person: vriendelijk, toegankelijk, vasthoudend

53

Page 54: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Voortzetting van de ‘oude’ digitale trapveldjes uit 2001, die tegen de afbouw in zijn gehandhaafd. Nu 100K basisfinaniering vanaf 2004. Nu ook rol van chique buurthuis en welzijnorganisatie nieuwe stijl. Veel toegankelijker. Cybersoek richt zich op digitalisering, niveau van de cursist is uitgangspunt (van 0 niveau tot specialisme); voertaal is Nederlands. Als iemand niet komt opdagen, wordt dat nagevraagd. Er mag binnen niet worden gemopperd. M/V onderscheid niet beslissend. Aanbod is breder, om meer toegang tot informatica te krijgen. Zie project Stitch as a Bitch, een Nederlandse breiclub om Marokkaanse vrouwen te trekken. Ook excursies, ook steun bij kinderopvang indien gewenst. Ook jongerenprojecten in combinatie met jongerenwerk.

Suzanne Klein Schiphorst, 3 juni 2009ZWIND / Civic Zeeburg, projectleider jongerenBest person: onderkoeld, zakelijk, resultaatgericht

Civic Zeeburg is onderdeel van de B&A Groep en heeft zich via aanbesteding een taak verworven in Zeeburg. Civic is een van de eerste commerciële aanbieders. ZWIND is de opdrachtnemer, Civic de uitvoerende partij. In de aanbesteding zitten vooral taken als jeugdwerk, hulpverlening en schuldhulpverlening. De opdracht vanuit het stadsdeel loopt voor 4 jaar.De uitbesteding van het welzijnswerk vindt in Amsterdam per stadsdeel plaats.

Het welzijnswerk zelf kleurt zich met een moderne terminologie: jongeren in de regie, plaats hen in een netwerk, organiseer eventainments, freelancers als onderaannemer, werken op afspraak (itt tot open spreekuur), stop de bbq’s, etc, maar of het beter gaat is de vraag. In de buurt leeft wel enig ongenoegen. Van de 4 jaar zit er 1,5 jaar op. Spannend wordt het.

Hanneke van der Aalst, 22 mei 2009Solid Amsterdam, coördinator samenlevingsopbouwDenktank Sociale CohesieBest person: bedrukt, vasthoudend

Een klassieke opbouwwerker: geïnformeerd en betrokken. Actief in Zeeburg en Amsterdam Noord.

Bij Solid heeft onder druk van de tijd een verschuiving van werkzaamheden plaats gevonden van ondersteuning van bewonersorganisatie naar het organiseren van bewonersactiviteiten. Civic is welzijnsorganisatie van Indische buurt, geen opbouwwerktaken meer;

Firoez Azarhoosh, 5 juni 2009Community Veranders, oprichter,Oud voorzitter van de denktank Sociale Cohesie Indische Buurt,Zelfstandig adviseurBest person: ondernemend, actief, meer verbinder, dan trekker

54

Page 55: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Een verbinder pur sang, een schoolvoorbeeld van een ‘moderne’ burger zoals Rob van Veelen die voor ogen heeft: Iraans vluchteling, moderator van de Timorplein Community (200 zzp-ers), oprichter van de Community Veranders (een LinkedIn weblog van 50% Nederlanders, 50% vluchtelingen) en publiekondernemer in de eigen buurt (filmavonden, leerwerkbedrijven, organisator expertmeetings, oprichter buurtacademy)

De wijk is op zichzelf een sociaal investeringsgebied. Als je de vragen en de kwaliteiten die er leven aan elkaar koppelt, aldus Firoez, kun je ook zonder overheid of instelling uit.

Jeffry Sparrenburg, 27 mei 2009Timorplein Community, directie Best person: ondernemend, secundair, intelligent

Kernwaarde van de Timorplein Community is het inzetten van lokale ondernemers op vragen uit de buurt. Als tegenpool van de globalisering wordt de beleving van de buurt belangrijker. De lokale economie vertegenwoordigt een belangrijk kapitaal. Het vergroten van die lokale economie, het aantrekkelijker maken van het bezoek aan de wijk, versterkt de positie en leefbaarheid van de wijk. Dat kan op het gebied van wijkeconomie (retail, good), maar ook tav sociaal culturele projecten. Het Hotel Stay Okay trekt nu al 400 bezoekers per dag of door het scheppen van een ‘eet’ imago (eastern cooking), het uitwerken van een ‘good design’ ism HAS Den Bosch voor de Javastraat, het opzetten van eigentijdse eethuizen voor vrouwen en halal restaurants voor een breed publiek.

Salih Türker, 22 mei 2009St. Diversiteitsland, directie Best person: formeel, hoger opgeleid, ondernemend

Salih, 28 jaar, een zakelijke wat formele Turkse jongeman, een managers type. Voor hem komt eerst het talent, dan pas de culturele achtergrond.Diversiteitsland is in oktober 2008 opgericht met als doel een welzijnvoorziening te organiseren voor migranten door migranten. Zo’n beetje de eerste migrantenwelzijnsorganisatie dus. De Nederlandse aanpak is thematisch gericht, niet categoraal. Een welzijnsinzet moet functioneren voor alle etnische groepen.D-land bestaat nu uit 3 personen in loondienst en meerdere en vrijwilligers en stagiaires. Doelgroep: Marokkanen, Turken, Surinamers, jong en oud.Projecten: een wooncafe, duurzame etnische ontmoetingen, kind/kleuter activiteiten tav opvoeding, huiselijk geweld, onderwijs, mantelzorg etc.

Ahmed el Mesni, 22 mei 2009Asaadaaka, voorzitter (Assadaaka = vrienschap)St. Onze Hoop, voorzitterBest person: een terrier, cynisch en somber (5)

55

Page 56: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Een selfmade zelforganisatie. Geridderd in de Orde van Oranje Nassau en gehuisvest in een van de kantoren van de welzijnsinstellingen. Een man met aanzien in de Marokkaanse gemeenschap. Waarschijnlijk door zijn niet aflatende inzet voor de gemeenschap en mogelijk ook door zijn handicap. Zorg en aanzien vallen hier samen. Maar dat is het ook. Een positie zal hij door zijn vastbijtendheid nooit verwerven. Afstoten kunnen ze hem ook niet. Ahmed el Mesni is full time vrijwilliger binnen zijn eigen stichtingen. Actief in ondersteuning en begeleiding van zorgvragen en de WMO. Een papierstalker, hij kan je achtervolgen met nodeloos lange notities en artikelen.

Jos Zandvliet, 22 mei 2009St Akku, initiator, vh DogtroepBest person: creatief, romanticus, aanjager

Organisator van Jalan Jalan, Maleisische optocht in de Indische buurt. Yalan Yalan, een thematische optocht: een straatoptocht waarin mensen elkaar ontmoeten. Volkstheater als verbindend podium voor de buurt. Een prettige stoorde man: creatief: ja!, geordend: nee!. Zie zijn vrouw Septimia Kuhlmann.Een charismatische bruggenbouwer, een kunstenaar organisator met kreten als: Kunst levelt; Kunst geeft positieve aandacht, Kunst is dienstbaar, eerlijk, gelijkwaardig. Kunst verandert.

Fanneke Verhallen, 22 mei 2009Studio 52nd, taal en kindertheater, initiator, trekkerBest person: aanjager

“De een doet aan voetbal, de ander aan vechtsport, ik doe theater met de kinderen uit de wijk.” Fanneke is opgeleid theaterdocent, woont in de buurt; richt al haar activiteiten op ‘die multi-etnische kids’ uit de buurt. Een moderne moeder Theresa, maar dan niet cynisch bedoelt. Een dochter uit een welvarend gezin, haar moeder is ook actief in Studio 52nd, die zich opwerpt voor kansarme kinderen in een poging deze uit hun sociaal maatschappelijke isolement te halen. Dat isolement is huiselijk (opvoeding), persoonlijk (gedrag) en maatschappelijk (werk). Zij snapt het; weet hoe het systeem werkt (de grote neger die geen baan kan vinden niet); weet hoe de vicieuze cirkel te doorbreken: “want als je altijd op je kop krijgt, als er altijd op je gelet wordt dan ….”Studio 52nd is een project dat afkomstig is uit New York; richt zich op taalbevordering voor kinderen in een achterstandssituatie door middel van theater. Bezig aan har eerste cyclus.

Elhoussaine Hmimou /Hoessein, 22 mei 2009St. StreetsmArt, initiatorBest person: initiatiefnemer, humor, iemand die kan whealen en dealen

Gesprek op Malakkaplan. Hoessein, een jongen van de straat, geboren (op 4 maanden na) en getogen in de buurt, een beetje manisch.

56

Page 57: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Een klassieke jongerenwerker: anti institutioneel (Civic doet niets, er is niets in de buurt), spontaan en altijd in direct contact met de jongeren. Hem is het uiteindelijk goed gegaan (uiteindelijk via MBO nu in 3 HBO) en wil nu iets terugbetalen (‘payback time’) en die jongeren op zijn manier motiveren. Voorbeeld: “Ze moeten leren hoe het systeem werkt en niet steeds als een lone ranger achter je eigen feilen aanhollen.”

Streetsmart is een schilderproject voor hangjongeren in de buurt (16 tot 23 jaar). Schilderen en tentoonstellen. Steeds workshops van 8 jongeren voor een periode van 2 a 3 maanden en dan tentoonstellen: “geef ze de indruk dat ze het zelf allemaal doen, dan vliegen ze ….”

Marjon Pluimers, 26 maart; 28 april 2009gemeente Amsterdam, Stadsdeel Zuid-Oost, programmamanager wijkaanpakBest person: kwartiermaakster, zoekend, post-raciaal

Afkomstig uit Utrecht. Voelt zich senang in de wijk. Heeft een kleurloze houding. Wel geïnteresseerd in culturele achtergrond en de doorwerking daarvan. Komt dat dagelijks tegen.De schakeling en terugkoppeling met de wijkaanpak is beperkt. Wat hier wordt bedacht is ook gelijk beleid. Te weinig ruimte voor reflexie.Verschil in culturele gemeenschappen: Surinaams, Ghanees, Afrikaans, meer gesegregeerd, niet allen onderling, maar ook in de eigen gemeenschap, dan feitelijk wordt beseft. Veelal ook door religieuze verschillen. Surinamers raken in de integratieagenda meer achterop. Is geen thema, speelt wel. Wordt ook zo verwoord: ‘zijn wij niet meer in trek?’.Zie typische ‘characters’ van die harde zwarte mannen en vrouwen.

In het kader van de wijkaanpak zijn veel nieuwe projecten opgestart. Vroeger werden dit soort projecten via Buurtbudgetten gefinancierd. Nu vindt er een rechtstreekse financiering plaats, soms via de privé rekening van de projectleider. De vraag is of dit de transparantie dient.

Rob Andeweg, 5 juni 2009Hogeschool van Amsterdam, HvA, projectleiderBest person: verbinder, niet inhoudelijk, meer organisatorisch, zelfingenomen

Rob Andeweg is de broer van … De appels zijn bij de Andewegs niet ver van de boom gevallen. Hij vindt hen allebei een best person, maar “als ik dan moet kiezen, dan wordt Marijke het ….”Met BOOT wordt een van de prioriteiten van Lodewijk Asscher vormgegeven: sterke aandacht voor onderwijs, en verbeteren van het kwalitatieve resultaat. BOOT moet wijkgebonden zijn, waar kennis uit de wijk (studenten, docenten) wordt ingezet op de vragen van de wijk (huiswerkbegeleiding, advies bij stage en werk). BOOT is een van de initiatieven waarbij de Hogeschool aansluit bij de wijkaanpak. De HvA ontwikkelt ook een leergang wijkontwikkeling bedoeld voor alle werkers in de wijkaanpak. Tegelijkertijd wil de leergang ook alle vergaarde kennis en ervaring v astleggen en borgen. Verder lopen er een paar onderzoeksprogramma’s als naar de effectiviteit van community art in de wijkaanpak, ofwel de

57

Page 58: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

samenhang tussen fysieke, sociale en culturele strategieën; de effectiviteit van bewonersparticipatie, interventiestrategieën etc.

Mohammed el Fadil, 23 juni 2009St Al Mawadda, annex de buurtvaders, oprichter, voorzitterBest person: secundair, uitgeblust.

Zij waren de eerste buurtvaders in Nederland. Zetten een trend: Marokkaanse mannen die na de rellen in 1998 in Slotervaart zelf hun problemen in de buurt aanpakken. Elke dag patrouilleren van 20.00 in avond tot 01.00 uur ’s nachts. Dat was een houding en gedrag die in het oog sprong. Van die mannelijkheid lijkt nu niet veel meer over. St Al Mawadda is meer een gezelligheidsclub voor mannen (thee, spelletjes etc). Voor mannen die na hun werk en buiten hun gezin enig vertier zoeken. Er worden wel voorlichtingsavonden georganiseerd over opvoeding, verslaving, huiselijk geweld, maar dat geeft geen nieuwe inspiratie.Fadil, 45 jaar, drs in de Franse literatuur had na jaren rondlopen in de buurt wel enige behoefte aan meer verdieping. Alleen die lijkt nog niet gevonden

René de Zwart, 5 juni 2009Nisa voor Nisa, medeorganisatorBest person: rots in de branding, sneeky, opofferingsgezind

René de Zwart is een financieel onafhankelijke vrouw. Haar man heeft een goede baan, zij hoeft niet te werken en kan haar tijd inzetten voor Nisa voor Nisa. René voelt zich verantwoordelijk voor Nisa: zij fungeert als de financieel organisatorische ruggengraat. Nisa zelf is een chaotische organisatie, die als club nog zeker niet is geland. Ook de positie in de wijk van Nisa is niet zeker. Er is veel directe en persoonlijke strijd tussen Fatima en Marcouch. Marcouch betitelt haar als ‘een Dolle Mina’. René maakt binnen Nisa veel zaken mee, ook veel problemen, waarmee ze geen raad weet.

4.2 Best persons Den Haag

In Den haag zijn 12 best persons geselecteerd. Hierbij de beschrijving van elk van hen.

Annet Bertram, 9 juli 2009Gemeente Den Haag, gemeentesecretaris, Best person: analyserend, ordenend, richtinggevend, vasthoudend

CVAnnet Bertram heeft Sociologie en rechten gestudeerd en is als oud directeur generaal Volkshuisvesting gaan werken bij de gemeente Den Haag. Betram: “Ik had behoefte om concreet aan een bestuurlijke opdracht te sturen. Ik zag zoveel misgaan, ondanks alle goede inspanning. Het beleid en daarmee het geld liep als water door onze vingers. Dat is nog tot daaraan toe, maar erger is dat de problemen ook toenemen en daarmee de onrust. Ik kan dat niet aanzien.”

58

Page 59: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Wat is sterkste puntAls het gaat om de noodzaak om jezelf te verheffen, refereert ze aan haar Katwijkse achtergrond, waarin zij in een Christelijk Gereformeerd, een SGP-gezin, is groot gebracht (Annet: “mijn oma droeg nog klederdracht”). Dit spoort met haar rechtgeaarde opvatting over doelmatigheid en rechtvaardigheid. Maar het doet nog iets meer. Als zij terugkijkt in de tijd, dan beseft zij hoeveel moderniteitwinst en cultuurwinst zij heeft geboekt. De verwachting legt zij ook op de actieve migrantenmoeders in de wijk. Als zij dezelfde kans krijgen en nemen, dan zullen haar kinderen (= lees haarzelf) een toekomst hebben. Zij heeft ook niet voor niets grote interesse in de verrichtingen van de buurtmoeders als Rachma el Hamdaoui en Karima Sahla. Dit is een persoonlijke motivatie, die niet op feiten berust (zie econometrist uit Harvard), maar haar wel drijft.

VoorbeeldenAls voormalig DG van Volkshuisvesting heeft Annet Betram grote bestuurlijke ervaring in het dossier van de wijkaanpak. Ze beschouwde het ook als haar ambitie om dwars door de ambtelijke kokers heen de agenda van de wijkaanpak te organiseren. Er moest naar haar idee een integrale op doorzettingskracht gerichte aanpak tot stand komen, die zowel bestuur, beleid en uitvoering omvatte.

In voorbereiding van de wijkaanpak heeft zij zich direct op de analyse van de wijken gestort. Twee wijken kwamen er slechter uit dan zij had gedacht. Zij heeft een ordening aangebracht in de vraagstelling en de vele bestaande projecten (projectencarrousel) dmv 5 richtinggevende peilers. Op basis van deze peilers is het businesscases model ontworpen, die sturend is voor de wijkaanpak (zie archief). Binnen deze businesscases zijn de sociale kwesties vervat als veiligheid, wijkbeheer, fulltime ondersteuning van kinderen (7 x 24u) in de wijken. Concreet leidt dit laatste thema ook tot de oprichting van de Zaterdagschool en de Zomerschool vanuit het Nova College in de Schilderswijk. Bertram heeft zich hiervoor laten inspireren door onderzoek van Wilson (econometrist) van de Harvard University, waarin deze aantoont dat kinderen met achterstand in de vakanties en zomerperiode meer kennis verliezen dan gemiddelde kinderen. De zomer is voor deze kinderen een trap van de maatschappelijke ladder naar beneden. Permanente aandacht, extra ondersteuning is de manier om op niveau te blijven of te klimmen. Het Nova College heeft plannen ontworpen om de faciliteiten van de school buiten de reguliere lestijden (dag, week-end, vakantie) in te zetten voor de wijk.

Verder wordt hard ingezet op multi problem gezinnen. Daarbij wordt gestreefd op basis van vrijwilligheid naar een coach per elk probleem gezin.

Haar tweede belangrijke vraag was hoe de ambtelijke besturing en de stroperige bureaucratie te doorbreken en weer directe aanspraak op burgers te maken. Zij kwam situaties tegen waarin in een bepaald programma 27 partijen betrokken waren bij 27 vraagkwesties. Het starten van de ene aanpak had niet geleid tot het stoppen van de vorige: “men ruimde gewoonweg geen oud beleid op.” De vraag is wat werkt, welk programma is efficiënt. Voor haar is dat een vraagstuk, een bestuursvraag wat opnieuw moet worden heruitgevonden = hervonden. Focus en efficiëntie zijn sturende begrippen in de wijkaanpak. In totaal moet de sociale aanpak worden verbeterd en versterkt en met name de zorg voor kinderen (opvoeding, school ed) toenemen. Daarbij is het inlopen van de diversiteitvraag en het boeken van cultuurwinst de verwachte bijvangst.

59

Page 60: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Nu zijn er per wijk wijkteams ingericht samengesteld uit leden van de ambtelijke staf en stafleden van de wbv-en, om daarmee de gezamenlijkheid van de wijkaanpak te onderstrepen. Deze wijkteams voeren de businesscases uit en zijn daardoor weidt vertakt in de wijk. De wijkteams zijn vertegenwoordigd in het directieberaad, dat 1x 2 weken bijeenkomt olv Annet Bertram.

NetwerkMohammed Ajoeb, directeur onderwijs Nova College, aanjager zaterdag- en Zomerschool;Kars Veling, directeur Johan de Witt College miv Nova College, idemTed Zwietering, directeur Krachtwijken;Mohammed Akbal, St. Stabij, Bollywood TransvaalRachma el Hamdaoui, St Moeders en Dochters, Marokkaanse vrouwKarima Sahla, St Sabr, Marokkaanse vrouw

Maria Klein, 10 juni 2009Gemeente Den Haag, BSD, contactambtenaar TransvaalBest person: formeel, ontstopper/ontschotter, humor, dwingend

CVFantastische dame, fors voorkomen, klassiek geknipt kapsel, spreekt licht geaffecteerd, maar met een geweldige humor en doortastendheid. Maria Klein is vanuit de bestuursdienst actief in de deconcentratie van beleid en in die zin direct betrokken bij de ontwikkelingen in Transvaal. Het wijkgericht beleid –welzijn, opbouwwerk, bewonersorganisaties, jeugdbeleid ed- moet in die zin een dekkend netwerk vormen voor de bestaande populatie bewoners. Veranderen de bewonersgroepen, dan moet ook het netwerk mee veranderen.

Wat is sterkste puntDe vertegenwoordiging, de woordvoering en het aanbod aan hulpverlening en ondersteuning moet een afspiegeling zijn van de wijk. Dat is niet altijd het geval. Er bestaan nogal wat fossiele organisaties, die naar aanspraak nog uit het verleden stammen, maar niet met de huidige ontwikkelingen meegroeien of mee willen groeien. Waar nodig grijpt zij direct in op personele ontwikkelingen in de wijk. De een (Joke van Doorn van de Haagse Hopjes) vraagt zij een stapje terug te doen (“ik houd haar een spiegel voor en vraag haar of ze wel weet hoe er over haar wordt gedacht”), de ander stimuleert zij een rol te nemen (Ahmed el Hadioui). Aan de ander kant is zij er ook beducht voor dat niet de ene buurtburgemeester wordt afgelost door de andere. Het gaat soms simpelweg om macht in de wijk en deze macht organiseert zich langs de nieuwe structuren in der wijk, die nu vaak etnisch zijn gedefinieerd en cultureel worden geuit.Zie ook twee laatst genoemde.Laatst liep de bestuursvertegenwoordiging van de bewonersorganisatie in Transvaal vast. Dat ontwikkelde uiteindelijk concreet tot een conflict tussen de oude zittende bewoners en de actieve jonge Marokkanen. Uiteindelijk is daar de politie bijgekomen. Als oplossing is een interim bestuur aangesteld olv van Derwish Maddoe met de opdracht een nieuw bestuur aan te stellen en nieuwe statuten te formuleren. Bij een dergelijk proces is Maria Klein nauw betrokken. Beter gezegd: zonder instemming van de gemeente gaat de wisseling van bestuur niet door. Klein ziet hierop toe.

Voorbeelden

60

Page 61: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Vanuit het Deconstructiebeleid wordt ook een andere wijkagenda geinitieerd. Die agenda is vervat in beleid gericht op Welzijn, Jeugd en Burgerschap (WJB) en Stadsbeheer, met aandacht voor veiligheid en leefbaarheid. Die agenda is veel activerender gericht op participatie, taalvaardigheid, emancipatie van vrouwen en mannen binnen als buiten de eigen kring. Vanuit haar rol in de wijk is Maria Klein ook voortdurend betrokken bij de feitelijke inhoudelijke uitvoering van deze agenda. De wijk zelf kent ongeveer 80 migrantenorganisaties. Van belang is dat deze organisaties meer samenwerken, in elkaar opgaan of een duidelijke rol vervullen. Waar mogelijk stuurt zij bij. Een van de kansrijke organisaties is de St. Jongeren 4 Youth van Ahmed el Hadioui. Functioneert als een kleine welzijnorganisatie en loopt als snel tegen dezelfde problemen op als een reguliere organisatie: tegen de bureaucratie, de bewonersbelangen, maar ook tegen de eigen beperkingen (tekort aan professionalisme) dan wel eenkennigheid. De stichting vraagt veel aandacht, vraagt om informatie, maar ze krijgen ook antwoorden. Maar dan wel antwoorden die passen binnen de gewenste wijkontwikkeling.

De tendens die je ziet is dat het reguliere welzijnswerk nog veelal ‘wit’ georiënteerd is, ondanks het gedifferentieerde karakter dat daaraan vaak wordt gegeven en dat het ‘open’ jongerenwerk juist vaak sterk gekleurd is. Dat laatste komt om dat dit type jongerenwerk meestal direct aansluit op een problematische vraag en daarmee al een selectieve = gekleurde groep aanspreekt.

Het kan ook anders. Het wijkcentrum aan het Boerenplein is ook zo’n plek in transitie. Er zijn steeds meer nieuwe groepen migranten komen wonen, die voor een deel ook het aanbod bepalen. Toch wordt vanuit het wijkcentrum direct ingezoomd op de 10% Nederlandse oudbewoners, die nog in de wijk wonen. Met name voor de groep 55+-ers wordt een klassieke ‘witte’ bingo georganiseerd of projecten als ‘breien voor de missie’. Maar dat niet alleen. Ook in het nieuwe meer eigentijdse aanbod (kunst, sociale activering) worden deze groepen concreet betrokken.

NetwerkAhmed el Hadioui, St. Jongeren 4 Jouth, voorzitter, trekkerDerwish Maddoe, STION, Nieuwe Sporen, coördinatorJoke van Doorn, Haagse HopjesAlet Knol, Boerenplein, coördinatorSonja Perquin, Zebra, JulianakerkRobbert de Vlerk, St. jeugdwerk, directieBert van de Zwan, buurthuis SamsonFaroek Dahoe, St. Boog, opbouwwerkerAbdelzadek Maas, OBS Unus Emre, directeurMulticulturele Instelling, MCI

Ahmed el Hadioui, 8 mei 2009St. Jongeren 4 Youth, voorzitterWijkambassadeur, actief lid/bestuur Bewonersorganisatie Transvaal (BOT)Randstadrail, tramconducteurBest person: samenbinder, onderhandelaar, probleemoplosser, oudere broer/zus

61

Page 62: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

CVAhmed is in Transvaal opgegroeid. Hij was 4 jaar oud, toen hij naar Nederland kwam. Ahmed ziet zichzelf als een echter Transvaler. Hij woont niet alleen in de wijk, is er ook actief en vervult de rol van ambassadeur met plezier. In die hoedanigheid is hij aanspreekpunt, zowel voor interne en externe contacten en leidt hij op verzoek ambtenaren, politici en andere hoogwaardigheidsbekleders rond.

Zoals hij voor de buitenwereld aanspreekpunt is, is hij voor zijn naaste omgeving een rolmodel, ‘een oudere broer’. Ahmed is sociaal intelligent. Hij is in staat om beide kanten op te kunnen communiceren.

Wat is sterkste puntIn de bewonersorganisatie (BOT) worden steeds meer migranten actief. Dat ging moeizaam. De oude Nederlandse garde hield lang de macht in handen: kennis, geld, verantwoordelijkheden. Men hield soms echt activiteiten tegen. Soms liep het zo hoog op dat de politie erbij werd gehaald (werden jongeren beschuldigd van overlast, muziek draaien, terwijl de ‘witlingen’ zaten te vergaderen). Daar werd overigens door de politie wel goed en eerlijk op gereageerd. Maar ook andere activiteiten werken belemmerend. Er gaat veel geld naar uiteenlopende projecten, zonder dat ze effect hebben. Vaak worden die projecten begrepen als subsidietrekkers, waarvan het geld in de eigen zak verdwijnt en de jongeren in de buurt als camouflage worden opgevoerd om de subsidie te legitimeren. Ook de lopende initiatieven trekken aandacht en geld. Weinig ruimte voor nieuwe dingen. Zeker geld dat voor traditionele organisaties als Boog (opbouwwerk) en Zebra (welzijnswerk). Deze organisaties zijn volgens Ahmed bijna niet zichtbaar in de wijk: “Ik ben nu 6 jaar actief in de wijk, ik zie geen opbouwwerk (Boog) en Zebra heb ik nooit gesproken’. De bewonersorganisaties vervulden in het recente verleden lange tijd een negatieve rol. Buurthuizen waren daarentegen vaak veel opener. Het gaat voortvarend met Ahmed, maar ook hij vertoont trekjes van de nieuwe buurtbaron. Zo maakt hij ruzie met Joke van de Boomen (de buurtburgemeester) en coördinatrice van het project de Haagse Hopjes. Naar haar zeggen, dreigt hij haar plek bij de Haagse Hopjes over te nemen en op den duur voorzitter te worden van de bewonersorganisatie (zie Maria Klein).

VoorbeeldenJongeren 4 Youth opereert vanuit de Infowinkel ‘Jongeren Transvaal’ en organiseert activiteiten voor jongeren door jongeren. Er zijn nu zo’n 50 actieve jongeren van de ruim 100 vrijwilligers. De stichting slaat een brug tussen groepen jongeren en reguliere organisaties en instellingen; tussen de systeemwereld en de leefwereld van jongeren. De Stichting functioneert als een platform. Het is laagdrempelig, eenvoudig. Biedt naast activiteiten ook hulp en ondersteuning. De werkzaamheden zijn sterk op en in Transvaal geconcentreerd en dan ook nog in een specifiek deel van de wijk. Voor Transvaal Noord hebben ze een bijna 100% dekking van de jongeren. Ze kennen iedereen. Voor Midden en Zuid Transvaal is dat een stuk minder. De leeftijd van de jongeren, die worden bereikt, ligt tussen de 10 en 24 jaar. De actieve jongeren daaronder zijn ouder dan 15 jaar. Vooral de jongsten willen graag meedoen.De meeste actieve jongen hebben een MBO opleiding gehad. Er zijn ook HBO-ers actief. Verder werken een groot aantal jongeren. Onder HBO-ers is de frustratie groot. Men heeft vaak moeite met de studiekeuze en de schooluitval is groot.

62

Page 63: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Het bijzondere is ook het verschil in nationaliteiten van de aangesproken jongeren: Marokkanen, Turken, Pakistani, Somali, etc. Somaliers en Marokkanen kunnen onderling goed met elkaar opschieten. Marokkanen en Turken ook. Somaliers en Turken minder. Bij Marokkanen onderling speelt het verschil tussen Berbers en Arabieren. Dat komt vaak ook tot uiting in verschil in huidtinten: donkere Marokkanen en lichte Marokkanen. Hier gaat het dus om discriminatie. Volgens Ahmed “discrimineert in feite iedereen elkaar.” Hoewel hij het ook minder ziet worden. “Alleen met Antillianen, zegt ie, heeft men wel moeite. Die zijn echt van de straat. De meiden ook. Dat gebeurt bij Marokkanen niet. De Marokkaanse jongens hangen wel rond, de meiden niet. Dat geeft geen respect.”Naast de jongens zijn ook de meiden bij Jongeren 4 Youth goed georganiseerd. De verschillende meidengroepen, Marokkaans, Somalisch en Afrikaans hebben hun eigen activiteiten. Dat wil niet zeggen dat de meiden en jongeren strikt gescheiden leven. De activiteiten zijn wel gescheiden. Niet dat de meiden dan niet komen. Ook de jongens kunnen dat niet handelen. Tegelijkertijd treffen ze elkaar wel en makkelijker. De jongens en meiden mengen ook veel meer met elkaar en het is in de wijk steeds minder vreemd dat iemand trouwt met een persoon buiten de gemeenschap of zelfs buiten de islam. Natuurlijk maken de ouders bezwaar, maar de kinderen verweren zich steeds makkelijker met de opmerking: “Ja pap, dan had je ons maar niet naar Nederland moeten halen.”

Activiteiten van de stichting zijn redelijk gangbaar: buurtfeesten, festivals (vrijheidsfestival), ontmoet je buren (kerstdiner voor oudere Nederlanders), sport, voorlichting, voorleesactiviteiten, huiswerkbegeleiding, ondersteuning bij stage en werk, etc. Het gaat meer om de breedte en de animo. Nu doet men zelfs mee aan veegacties in de buurt. De idee daarvan is dat iedereen zijn eigen straat en eigen pleintje schoonhoudt. Vroeger werd daar negatief tegenaan gekeken. Daaraan deed je niet mee. In plaats van als pion te worden ingezet, is de jongeren gevraagd hun veegacties zelf te organiseren. Het werk wordt nu meer samen gedaan, de jongeren dragen eigen verantwoordelijkheid, waardoor die acties veel transparanter zijn.Maar ook de aanspraak op de jongeren wordt sterker. Laatst heeft een groepje ‘klieren’ zich als actief lid aangemeld. Men wilde van de straat af. Ze wilden zelf iets organiseren en zochten daarvoor een ruimte. Zij konden terecht in de infowinkel van de Stichting.Overigens heeft de politie volgens Ahmed de laatste tijd goed werk verricht. Er zijn veel hosselaars opgepakt. De criminaliteit neemt af. En men weet elkaar goed te vinden.

NetwerkAnnie Jahangir, St. Asra, voorzitter, trekkerMark van Schaik, wijkagentSaher Akyol, Zebra Welzijn, coördinator mobiel jongerenteamDerwish Maddoe, STION, Nieuwe Sporen, coördinatorMaria Klein, gemeente Den Haag, BSDAbdelzadek Maas, OBS Unus Emre, directeur

Karel Bun, 8 mei 2009Scholengemeenschap Zuidwest, VMBO, HAVO, VWO, directeur bestuurderPartner in een onderwijsadviesbedrijfBest person: ondernemer, non-conformist, people manager, een voorganger

63

Page 64: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

CVKarel Bun is van vele markten thuis: van profvoetballer tot gymnasiast, van leraar MO Frans naar interim directeur en leidinggevende, van adviseur tot zeer ingenieuze en efficiënte schooldirecteur.Sinds 1 juni 2007 (?) is de Scholengemeenschap Zuidwest gehuisvest in een nieuwe dependance in Wateringseveld. Een hele nieuwe wijk met als bijkomend voordeel dat er nog geen gevestigde orde is.

Wat is sterkste puntIn totaal betreft de schoolorganisatie 3 vestigingen van 1000 leerlingen elk. Inzet van de scholengemeenschap is de best denkbare school te worden van de regio. Dat geldt voor de vmbo (98% zwart) en voor het havo/vwo (60% blank). “Dat is een ambitie die uitstraalt’ stelt Bun. “Dat trekt juist goede docenten aan. Mensen willen bij een school met een missie horen.” Scholen, ambtelijke diensten, wethouders neigen naar een behoudende inzet. Volgens Bun zeggen die eerder nee tegen een nieuwe ambitie, dan ja. In het voortgezet onderwijs gaat het volgens Karel Bun om kwaliteit en niet zozeer als in het primair onderwijs om zwarte of witte scholen. Voor het basisonderwijs kun je daarbij de toegang mogelijk nog reguleren, dat kan voor het vervolgonderwijs moeilijker of niet. Een bijzondere school die tot mijn verbazing niet is opgenomen in het VMBO onderzoek van Pieter Winsemius uit voorjaar 2009: “Ik heb Winsemius nog nooit ontmoet. Wij kennen elkaar niet.”

Bun is de directeur van het Terra College waar in 2003 een Turkse jongen een docent heeft doodgeschoten. Een tragische gebeurtenis op een voor de school tragisch moment. Bun is de sfeer en de kwaliteit van de school al hard aan het omgooien, toen de school zo negatief in het nieuws kwam. Er is sinds die tijd gefuseerd en van locatie verandert, naar mijn idee alles volgens plan. Nu heeft de school 320 man personeel in dienst: “300 daarvan ken ik, persoonlijk. Dat is nodig om draagvlak te kweken. Ik ben de visie op school. Ik draag die ook uit te midden van het personeel. 3x per jaar laat ik het voltallige personeel gezamenlijk het motto van de school roepen: “xxx”. Je zou je rot lachen als je je het zou zien. Ik pomp het er in en ik draag het uit. Ik ben de bindende factor in de strategie en de koers van de school.”Sinds de fusies (na het Terra College) zijn 150 mensen ontslagen. De interne veranderingen in de school zijn niet zonder slag of stoot gegaan. Ook het docentencorps is noodzakelijkerwijs verkleurd. Dat moest wel.De school accepteert een duidelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van het welzijn van de kinderen en ouders. Veel investering in hen worden in de randvoorwaarden van het onderwijs versleuteld, dan wel zoveel mogelijk in het onderwijsprogramma of begeleidingsprogramma betrokken.

VoorbeeldenVeel schoolactiviteiten en scholingshandelingen alsmede veel externe activiteiten worden teruggeploegd naar studie en stage-activiteiten. De school produceert zijn eigen oplossingen, zijn eigen werkgelegenheid, eigen stages, maar ook zijn eigen aanbod. Bijvoorbeeld: Het stageaanbod van de schoolopleidingen opleidingen catering en horeca (5 x 2 weken per jaar) is gekoppeld aan 160 bedrijven en instellingen in de wijk Zuidwest. Personeelsfeesten, buurtfeesten en dergelijke kunnen op school of door de school worden verzorgd als onderdeel van de stage. De instellings- en bedrijfsactiviteiten kunnen in de school worden verwerkt. Door uit eigen middelen

64

Page 65: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

nieuwbouw aan de school te realiseren kunnen deze activiteiten in het ‘restaurant’ van de school worden opgevangen. Deze nieuwbouw heeft natuurlijk nog een bredere functie meegekregen, zodat ook andere gerealiseerd met een buurtactiviteiten vanuit den door de school kunnen worden verzorgd. Denk dan aan sport, kinderopvang, zorg etc, waarbij dan opleiding en stage weer met deze activiteiten zijn verbonden.

Een tweede voorbeeld: de presentatie van de ouders van de kinderen op school was bedroevend laag (10%). “En de ouders, die kwamen kregen ook nog eens regelmatig onderling ruzie. De stoelen vlogen soms door de Aula.” Bun heeft de volgende maatregel ingevoerd: de boeken voor de kinderen zijn gratis, vermits de ouders aanwezig zijn. Boekengeld als premie op aanwezigheid. Daar stond tegenover dat ouders die niet kwamen ook alles moesten betalen een dat de ouders die wel kwamen zich in hun taalachterstand moesten laten bijscholen. “Het was een effort, maar het is gelukt: 90% van de ouders komt en het is rustig en het mooiste is van 70% van de ouders van de schoolkinderen wordt de taalachterstand kleiner.” De deal was: “Ik zorg voor het aanbod volwassenen en de inburgeringorganisatie voor de taalcursus.”

De school staat voor intelligente vormen van samenwerking, die controverses overstijgen (wit-zwart, opvoedingsachterstanden) en de kwaliteit van het onderwijs en maatschappelijke vorming verbeterd. Alles snijdt aan twee kanten. Waar nodig wordt ‘een op een’ begeleiding gerealiseerd. Ouderejaars coachen jongerejaars in de toeleiding tot een stage: pet af, capuchon af, rechtop zitten, hand geven, verstaanbaar praten. In de school is het ondenkbaar dat je in je stage moet afhaken door je gedrag. Ook dit mes snijdt aan twee kanten. Als een kind problemen thuis heeft, dan wordt deze, vermits steun van uit het gezin of de familie is toegezegd via Staedion vervangende woonruimte aangeboden. Afgezien van de eigen middelen realiseert de school ook een eigen geldstroom dmv contractactiviteiten. Ook zo’n mooi voorbeeld. In sommige opzichten genieten leerlingen IT, gaming, design etc meer kennis van Informatica dan leraren. In die gevallen geven leerlingen docenten ‘bijles’ tegen een uurtarief van 7euro. Bun: “Moet je je voorstellen dat een donker jongetje les geeft aan een blanke leraar. Weet je wat dat betekent.”

NetwerkWethouder Norder, gemeente Den HaagGreta Jansen, wbv Vestia, regiodirecteurJan van Galen, wbv Staedion, regiodirecteurJan de Bruin, gemeenteraad Den Haag, raadslid PvdA

Hassan el Houari, 4 maart 2009Projectleider Wijkteam SchilderswijkBest person: bescheiden, vasthoudend, gedreven, gevoel voor de nwe sociale verhoudingen, zoekt eigen weg, heeft gevoel voor urgentie, agendeert, oplossingsgericht

CVHassan is 45 jaar. Hij is op zijn 16de jaar naar Nederland gekomen. Na een studie MTS heeft hij de Sociale Academie gevolgd. Hij is werkzaam geweest in Leiden en nu dan in Den Haag.Op zijn cv staat ook nog een reis van 1 jaar door Zuid Amerika (!)

65

Page 66: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Hassan heeft al 15 jaar werkervaring op het niveau van beleid en uitvoering. Voorheen is hij stadsdeelcoordinator in Laak geweest. Dat was een functie zonder bevoegdheden: “als je daar iets wilde bereiken, dan moest je dat echt doen op basis van eigen inspiratie en persoonlijke vaardigheden.”

Wat is sterkste puntNu is hij Projectleider van het Wijkteam Schilderswijk. Hij kent de sociale kaart van de Schilderswijk op zijn duimpje. Heeft feeling bij de samenleving. Ziet de urgentie. Zoekt altijd naar mensen en professionals met gedrevenheid. Mensen, die de wil hebben om iets te veranderen. Dat spoort met zijn eigen ambitie: “Ik heb ook de behoefte om problemen op te lossen. Dat is mijn eerste drive.” Hij zorgt ervoor dat hij in de wijk aanwezig is: hij belt aan, maakt een praatje, kopje thee, is er op alledaagse momenten, niet alleen op de feesten en recepties, zoekt nieuwe coalities. Het bijzondere is dat hij is zijn presentie van rol kan wisselen: waar mogelijk stelt hij zich terughoudend en bescheiden op, maar als erom gevraagd wordt treedt hij naar voren en gedraagt hij zich vooraanstaand.

Hassan werkt niet vanuit een bepaald kader. Hij tracht zoveel mogelijk om te gaan met de vragen en problemen die hij op zijn pad tegenkomt en waar nodig anticipeert hij op de omstandigheden en de gestelde regels. (whealen en dealen). Als er een oplossing gevraagd wordt, schuwt hij niet de grenzen van het mogelijke op te zoeken. Ook als het ‘gemeentelijk’ beleid betreft en ongeacht of dat tot confrontaties met eigen organisatie leidt.

VoorbeeldenSchilderswijk herbergde onlangs een van de slechtste scholen van Nederland. Ondanks herhaalde opmerkingen kwam geen enkel signaal aan. Niet bij de school en niet bij de ambtelijke directie –“geen van beiden gingen gebukt onder een gevoel van urgentie. “Ik heb het probleem toen rechtstreeks via de bestuursadviseur (BA), die ik goed kende aan de wethouder gemeld. Je moest eens zien hoe snel het probleem toen geagendaard was ….”Kortom: Hassan vindt zijn weg wel in de ambtelijke diensten.

NetwerkLeo Offers, Wijkberaad Laak Centraal, voorzitterRagma al Hamdoui, St. Moeders en DochtersKarin Strikwald, basisschool Startpunt, directieJoost Manousana, Politie Haaglanden, Bureauhoofd Hoefkade Kars Veling, JWC, directieJeroen Vrolijk, Nova College, Zaterdagschool, docentRobert van de Vlerk, St. Jeugdwerk, directieAtalay Celenk, winkeliersvereniging Paul Kruger, ondernemerKarim Bergoual, supermarkt Tanger, Hoefkade, oprichter winkeliersvereniging

Constance Bogers, 10 juni 2009Oud voorzitter bewonersorganisatie Stationsbuurt, nu actief burger

66

Page 67: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Werkt in onderwijsaandachtsbeleidBest person: aanjager en verbinder, activiste, agendeert dmv projecten

CVGeboren in Grave, waar haar vader als gemeenteraadslid actief in de politiek was. Dat heeft ze dus niet van een vreemde: actief in de politiek zijn. Want alles wat Constance doet –binnen en buiten de politiek – is politiek. Zij is voortdurend bezig ideeën te lanceren en burgers in een betere positie te brengen tov de politiek en de bureaucratie.Zij is al op vroege leeftijd in de ‘grote stad’ Den Haag komen wonen. Daar is zij vrijwel direct betrokken geraakt in de onderwijsachterstand en welzijnsbeleid van wijken als de Schilderswijk. Zij is vroeger raadslid geweest voor GL in Den Haag.

Wat is sterkste puntHaar kracht is organiseren, activistisch organiseren: “Ideeën genereren, mensen bij elkaar brengen, netwerk inzetten. Dat doe ik telkens weer. Ik heb wel 100 duizend ideeën. Soms denk ik ‘ik dien ze niet meer in’, want dan moet is ze straks ook nog zelf uitvoeren.” Constance werkt niet ‘by the book’. Ze is heel doelgericht: wat zijn de mogelijkheden, wat valt er te realiseren. Dat is de richtlijn. Zij functioneert meer als een open source: als een plek waar suggesties, gedachtes, betrokkenen en mogelijkheden kunnen samenvloeien. Vanwege haar politieke functie en haar werkzaamheden in de stad kan zij daarvoor ook uit een ruim arsenaal aan contacten putten: hoofden van dienst, directies, wethouders

VoorbeeldenConstance is geen gewone activiste. Zij trekt erop uit. Ze speurt, kent de binnenkant, de achterkant. Ze is in veel opzichten onconventioneel. Bewust bijna, kun je wel zeggen. De gemeente zet in de wijkaanpak in belangrijke mate in op de agenda van ‘schoon, heel en veilig’. Misschien belangrijk, maar wel een heel traditionele agenda. Ze noemt het echt een ‘ambtelijke agenda’, maar goed stelt ze: “de ambtenaren willen het zelf bedenken. Zij zien zich zelf als de professionals. Ook al is lang niet alles wat ze doen succesvol. De wijk is voor hen een doel op zich geworden.” Dat deert haar niet: “Ik was sowieso niet van plan dat te doen wat zijn voor schrijven. De wijkteams blijven mij te bureaucratisch. Ik heb in het begin van mee vergaderd, maar toch.Als ik iets wilde realiseren belde ik gewoon met Ella Vogelaar.”

Er is veel meer dan achterstand en veiligheid in de stad te halen. Je kunt een hele wereld in je eigen stad ontdekken. Naast alle ellende is dat er ook. Er zijn ook initiatieven te ontwikkelen los van achterstand. Zij zoekt liefst een andere invalshoek. “Laatst kwam ik een jongen tegen met een groot honkbal talent. Dat kon nergens financiële ondersteuning krijgen. Dat heb ik toen zelf maar betaald. Vanaf dat moment heb ik mij gestort op het oprichten van een fonds voor talentvolle kinderen. Daar heb ik 2 jaar aangetrokken. Nu is het er ...”

Laatst kwam ik een groep vrouwen tegen, allemaal migrantenvrouwen, die allemaal goed konden koken. Ik heb hen toen rond het haardvuur uitgenodigd en gevraagd wat ze eigenlijk wilden en konden. Ze bleken graag van hun hobby een beroep te willen maken. Dat was het: vrouwen, koken, werken. Daar kwam niemand op. 4 jaar geleden ben ik me gaan inzetten voor een restaurant voor hen. Nu heb ik subsidie en een pand.”

67

Page 68: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Haar broer werkt ook in de Schilderswijk. Voor wat het waard is. En zij overweegt weer actief in de Raad te worden. Voor een lokale lijst.

NetwerkNiet opgegeven, wel van belang.

Hans Rasenberg, 10 juni 2009Politiekorps Haaglanden, chef wijkzorg VrederustBest person: gaat eigen weg, ontwikkelt eigen koers, present, overtuigend en zelfverzekerd

CVVolgens mij is Rasenberg geboren en getogen in Den Haag. Ik weet het niet zeker meer. Wel gevraagd dacht ik.

Hans Rasenberg leidt een team van 8 wijkagenten. Een politieman stelt vast of iets strafbaar is of niet. Een wijkagent handhaaft de afspraken en doet aan netwerkvorming en nazorg in zijn wijk. De onderscheiden wijken in Escamp zijn per wijkagent verdeeld. Hij stuurt zijn team aan dmv een wekelijks overleg. Dit duurt 3 tot 4 uur en is vaak gericht op casuïstiek, het zoeken naar een gezamenlijke aanpak en regie van de gebruikelijke vraagstukken als scholen/jongeren, overlast, radicalisering, verkeer, criminaliteit, etc.Waar nodig worden wijkagenten ook in direct in het werk gecoached, hetzij door het uitleggen van de werkwijze of het bijsturen van de aanpak.Op gezette tijden worden er ook studiedagen georganiseerd. Vaak wordt daarbij een wat langere visie voor ogen gehouden (een stip op de horizon) en doel en missie aangescherpt.

Zijn stijl van leidinggeven noemt hij ondemocratisch: “Ik probeer een rolmodel te zijn. Ik doe het politiewerk voor. Ik werk hard. Laat zien wat er moet gebeuren, ook als de manschappen zich daardoor schuldig voelen.” Hij haalt ook wel eens de bureauchef erbij om zijn team waardering mee te geven.

Broer werkt in Schilderswijk, voor wat het waard is.

Wat is sterkste puntVolgens de Stadsdeel directeur Fred Dukel is Hans Rasenberg een opmerkelijke wijkpolitie, maar een man met een gebruiksaanwijzing. Rasenberg is in elk geval een ras rechercheur, een geboren netwerker. Hij is voortdurend bezig netwerken en onderliggende structuren (hij noemt ze ketens) in kaart te brengen. Hij gaat het gesprek aan en houdt de eerder gelegde contacten vast. Of hij nu in uniform gaat of in zijn burgerkloffie, dat laat hij afhangen van de situatie. Als hij maar informatie verkrijgt. De politie is de enige organisatie in de wijk die een 24-uurs beeld van de wijk heeft. Dat is voor hem belangrijk.Zijn houding in zijn algemeenheid spoort wel met deze stijl van werken: gereserveerd, afwachtend, maar ook alert en nieuwsgierig. Hij kijkt voortdurend de kat uit de boom, zonder maar een moment in aandacht te verslappen.

Voorbeelden

68

Page 69: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Zijn grote doel is weer vingers in de wijk te krijgen. Weer als politie vaste grond onder de voet te krijgen en regelmatiger te surveilleren op meldingen. Escamp is een wijk met zwakke netwerken. Dat is karakteristiek voor dit type wijken. (zie Escamp). Het is van belang meer informatie te verkrijgen voor het regulier politiewerk als over radicalisering, extremisme, multi-etnisch geweld in en buiten huis en school, vrouwenbesnijdenis ed.

Voor Rasenberg is het belangrijk hoe je de mensen inschat. Hoe kijk je naar ze. 99,9% van de sociale en criminele ketens zijn burgers, zijn mensen. Het is van belang het vertrouwen te wekken en achter de deur bij mensen in huis te komen en informatie te vergaren over families en familiegeschiedenissen. Dit netwerk moet in kaart worden gebracht of het nu hoog opgeleide mensen zijn of de sociaal zwakkere milieus. Hij houdt dit netwerk bij in een burgernet en databestand. Burgernet zijn speciaal belegde bijeenkomsten over veiligheid of spreekt hij ook op andere bijeenkomsten. Zo bouwt hij zijn netwerk aan burgercontacten uit. Hij is altijd opzoek naar netwerken om ze te kennen of daarin te worden geaccepteerd. Of dat moeilijk is?: “Meestal is dat in een paar seconde duidelijk. Ze pruimen je wel of niet. Je merkt het wel hoe ze over je praten. Dat is goed of slecht.”

Verder spreekt hij personen in de wijk zoveel mogelijk aan op hun rol en functie. “Sommige mensen vertegenwoordigen toch belangrijke vindplaatsen van informatie.” Daarbij gaat het natuurlijk onderwijzers, docenten, moskeebestuurders, de imam, jongerenwerkers, buurtverenigingen, wbv-en etc. Nu wil de politie graag aan dossiervorming doen, maar dat wordt blijkbaar niet door iedereen in dezelfde mate omarmt. Volgens Rasenberg zijn de wbv-en hier nogal eens huiverig voor. De gesprekken die hij voert, betitelt hij als ‘nooit’ vrijblijvend: “Ik haak altijd in op eerdere en andere contacten. Ik kom ook altijd op vorige gesprekken en contacten terug. Ik wil de mensen ook persoonlijk kennen. Dat wil ik ook omdat de politie meer smoel moet hebben dan alleen maar iemand die de boetes uitschrijft. Het gezag van de wijkagent is niet vanzelfsprekend. Dat moet gedragen worden door een werkhouding.” Aan al die straatcontacten kleeft ook een bezwaar. Vaak lijken die ketencontacten of die netwerken op papier wel strek, maar leveren ze in de werkelijkheid -op straat- geen rendement op. “Als het effect op de recidive 0,0% is, dan stop ik met de samenwerking. Dan heeft dat helemaal geen zin.” Wijkagenten dienen resultaat te halen en worden daarop beoordeeld.

Alle wijknetwerken zijn hetzelfde. Zo is er volgens Rasenberg geen verschil russen het netwerk in Transvaal of Escamp. “Ik moet er hier in Escamp alleen veel meer voor doen. Ik moet hier op zoek naar mijn contacten, terwijl die in Transvaal veel meer op straat liggen en zichtbaar zijn. Zoals elders wijken als Escamp een vertrager worden genoemd geldt dat hier ook voor de netwerken, want ook de lokaal strategische partijen in de wijk lijden hieronder volgens Rasenberg, “die hebben ook geen netwerk of het kost hen te veel moeite deze te onderhouden. Die clubs functioneren vaak ook heel anoniem.”

NetwerkKarel Bun, Zuidwest College, gegevens bekend;Jan de Bruin, voorzitter bewonersplatform; Filiz Akbulut, gegevens?Fred Dukel, gegevens bekend;

69

Page 70: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Voorzitter van de Turkse moskee.

Gerben Helleman, 14 april 2009 HaagWonen, projectleider Sociaal, Wijkteam Transvaal-Schilderswijk Best person: kritisch, huisvestingsman, trekker, verbindingsofficier: bottom up en van binnenuit

CVIn zijn vorige functie werkte Gerben bij KEI, het Kenniscentrum Stedelijke Vernieuwing in Rotterdam. KEI gaat programmatisch met de stedelijke vraagstukken om. Zij organiseren op nationaal niveau kennisuitwisseling, kennisateliers ed. voor ontwikkelaars, planners, stedenbouwkundigen, architecten en wbv-en. In die zin heeft Gerben een sterk theoretische achtergrond. In zijn huidige functie combineert Gerben deze kennis ook met zijn betrokkenheid bij de wijkgebonden vraagstukken. Voor hem was het in praktijkbremngem van zijn kennis ook een van de motivaties om bij een wbv te gaan werken. Gerben is in die zin ook te typeren als een echte ‘volkshuisvestingsman’: hij is maatschappelijk geëngageerd, denkt in huisvestingstermen en vanuit en concrete doelstellingen.

De wijkaanpak in Den Haag is gedefinieerd in 77 business cases. In Schilderswijk zijn er daarvan 16 stuks actief. Vanuit zijn rol als projectleider Sociaal is hij actief in cases op het gebied van Bewonersparticipatie, Wijkcommunicatie en Wijk, Identiteit en Imago. In de meeste cases zijn de eigen (wijk)organisaties het voertuig van ontwikkeling, in sommige gevallen kan ook de wbv, in dit geval HaagWonen de trekker zijn. Dat is naar ik meen voor de business case ‘Veiligheid in de wijk’ het geval.

Wat is sterkste puntZijn theoretische achtergrond en kennis van de volkshuisvesting zie ik als Gerben’s sterkste punt. Hij denkt conceptueel en beleidsmatig. Die kennis paart hij aan een concrete uitvoeringsagenda, die eerder conceptueel is ingezet, dan louter pragmatisch. In combinatie met zijn betrokkenheid, maakt hij een gedreven indruk. Hij weet waar hij over praat en hij weet wat hij wil (bereiken).

VoorbeeldenVoor de aanpak van de krachtwijken is een gebiedsgerichte strategie ontwikkeld, die dus ‘per definitie’ integraal werkt. Nu lijkt of blijkt de ambtelijke dienst niet erg happig te zijn op het uitwisselen van hun werkwijzen en doelstellingen met de verschillende krachtwijkteams. Naar de idee van Gerben is de verhouding tot de ambtelijke diensten nog te onduidelijk. Naar zijn observatie komt het in Den Haag te weinig voor dat de wethouder, de directeur en de betreffende ambtenaren op een lijn zitten. Daarbij komt dat de dienst Stedelijke Ontwikkeling zelf al gebiedsgericht is ingedeeld. Dat zou de samenwerking met de wijkteams vergemakkelijken, of juist in de hand werken – en dat is wat naar oordeel van Gerben gebeurd- dat men het ‘gemeentelijk beleid’ eenkennig uitvoert. Tactisch en dus conceptueel ijvert hij vanuit zijn rol als projectleider Sociaal ervoor dat de gemeente Den Haag de organisatie rond de krachtwijkteam verder optuigt, zodat deze in staat zijn de wijkprogramma’s zelf uit te voeren.

In de uitvoering typeert Gerben de Schilderswijk als een wijk met veel ‘lieve’, kleine projecten. Naar zijn idee is het de kunst deze projecties met elkaar te verbinden en kleine geldstroompjes aan elkaar

70

Page 71: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

te knopen, zodat er een groter, gedragen strategisch project ontstaat. Zo heeft hij ism studenten van Haagse Hogeschool een ‘wijkcommunicatie bureau’ ontwikkeld, waarin kleine wijkinitiatieven als Schilderswijk TV en het Wijkkrantje aan elkaar zijn gekoppeld tot een groter initiatief. Door een wijkgerichte website te realiseren door HaagWonen in te zetten, organiseert hij ook de smeerolie van deze verbanden. Tegenover het oude ‘pappen en nathouden’ staat zijn streven naar vitale netwerken en het zoeken naar sterke vertrouwenspersonen. Het te bereiken resultaat is wat hem betreft net zo belangrijk als de wijze waarop dat ontstaat. Ofwel: output vs outcome.

Nog zo’n type voorbeeld van resultaatgericht werken. De wijk laat zich maar moeilijk schoonhouden. Nu al worden er vaker veeg- en ophaalploegen ingezet. Daarmee wordt misschien de vervuiling wel tegengegaan, maar dat toch eerder uit oogpunt van beheer dan als een structurele oplossing. Op een of andere manier vervuilt de wijk makkelijker, dan dat het een mate opgeruimdheid weet te realiseren. Dat spoort met de bewoners van de wijk, maar daarmee is er nog niets opgelost. Gerben heeft in dit kader laatst een Turkse vrouwengroep ondersteuning aangeboden op voorwaarde dat zijn onder hun achterban voorlichting gingen geven over het ophalen en het omgaan met (grof)huisvuil in de wijk. Zo leert de ene hand de andere hand helpen en ontstaat er mogelijke meer implicite vorm van vuilbestrijding.

NetwerkPetra van de Berk, directeur woonbedrijf HaagWonen, algemeen projectleider Wijkteam Transvaal, Schilderswijk;Ted Zwietemink, directeur Wijkaanpak;Annet Bertran, zie beschrijving bp;Hassan el Houari, zie beschrijving bp;

Derwisj Maddoe, 8 mei 2009STION, Nieuwe Sporen, initiator, coördinator Best person: bruggenbouwer, vertrouwenspersoon

CVMaddoe is van Surinaamse afkomst en een Surinaamse islamiet. Hij staat bekend als een liberaal gelovige, die in staat is om het geloof open en communicatief in de samenleving te plaatsen. Aan de andere heeft Maddoe ook die klassiek islamitische uitstraling: ongeschoren baard, oosterse kledij, sandalen. Het kan dus goed zijn dat hij voor zichzelf een orthodoxe geloofsovertuiging heeft. Maar goed dat is de indruk van de buitenkant.

Wie Maddoe zegt, zegt de Nieuwe Sporen. De Nieuwe Sporen vormt als project van het Stion en intake traject tbv migranten voor de hulpverlening, de ggz. Een vertrouwenspersoon neemt in dit traject een sleutelpositie in tussen de betrokkene en de hulpverleningsinstantie. De vertrouwenspersoon neemt als het ware de betrokkene bij de hand en begeleid hem van intake, naar doorbegeleiding en behandeling. Ook bij verdere doorverwijzing blijven de cliënten onder de hoede van de vertrouwenspersonen = warme overdracht. Het project de Nieuwe Sporen is eerder preventief, omdat het zich immers richt op het versterken van het individu, dan als curatief. Wordt er om redenen van behandeling doorverwezen, dan nog blijft de betrokkene ondersteund worden door een vertrouwenspersoon vanuit Nieuwe Sporen. De

71

Page 72: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

aard van de klachten die men tegenkomt zijn vaak psycho-sociaal voortkomend uit de opvoeding, culturele achtergrond en sociaal maatschappelijke problemen (lesbische dochter, scheiding, werkloosheid etc). Verder sluit Nieuwe Sporen ook aan op vormen van ‘informele’ hulpverlening als gebedsgenezing door imams, winti etc.

In totaal zijn er 22 vertrouwenspersonen actief verbonden aan het Stion met 7 verschillende nationaliteiten: Turks, Marokkaans, Surinaams, Hindoestaans, Pakistaans, Somalisch en Irakees. Zij werken op basis van een kostenvergoeding. Per jaar realiseren zij zo’n duizend afspraken. Soms wordt Nieuwe Sporen ook bezocht door Nederlanders, die ook de weg in hulpverleningsland niet meer kunnen vinden.

Deze vertrouwenspersonen staan niet alleen voor traditie, cultuur en religie, zij waarborgen ook een verbonden en rechtstreeks contact. Ook staan de vertrouwenspersonen voor de ‘vindplaatsen’, waarin migranten en migrantengemeenschappen benaderbaar en aanspreekbaar zijn (familienetwerk, migrantenorganisaties, gebedshuizen etc).

Nieuwe Sporen functioneert in een netwerk van GGD, Parnassia (IMT =intercultureel M? team) en wordt gefinancierd uit de WMO en subsidie.

Wat is sterkste puntBescheidenheid is van Maddoe zijn sterkste kant. Maddoe straalt met zijn modeste houding uit dat het niet om zijn persoon, maar om het gezamenlijke gedragen resultaat. Hij is in staat om als ‘non’ persoon een collectief belang uit te dragen. Dat maakt hem sterk.

Daarbij draagt Maddoe een belangrijke overtuiging uit, waardoor hij voor de verschillende groepen –gelovig, seculier en cultureel – de ideale samenwerkingspartner is. Hij is de islamiet met een moderne extern gerichte communicatie. Hij is voor openheid en zelfkritiek, en tegen verzuiling en culturele verkokering. Als het om gezondheid gaat, dan moet je z.i. het vele eten tijdens de iftars ook aan de orde kunnen stellen. Of als we elkaars feesten in de wijken vieren, waarom wordt dan wel het suikerfeest in de wijk gevierd en niet de kerst.Ook wijst hij nieuwe wijkbaronnen af alsmede de idee dat migrantenorganisaties nieuwe heilige huisjes kweken, waar je niet mag aankomen. Daarmee vervult Maddoe de rol van grootste gemeenschappelijke noemer van de wijk en vormt hij een brug tussen vele personen en organisatie.

VoorbeeldenHet project Nieuwe Sporen met 22 actieve vertrouwenspersonen is op zichzelf een voorbeeld. Een van de inmiddels meest bekende vertrouwenspersoon is de vader van Ahmed Aboutaleb. Dit netwerk stelt hem in staat outreachend te werken. Nu kent de wijk een Alzheimercafé met een laagdrempelige instap. Alleen dit wordt bezocht door allemaal witte Nederlanders. Niet door migranten. Via de Nieuwe Sporen kunnen die verbindingen wel worden gelegd.

Verder is Maddoe ook de gevraagde persoon in allerhande conflicten. Zo wordt hij de de gemeente benaderd om het bestuursconflict met de Bewonersorganisatie Transvaal op te lossen, is hij het aanspraakpunt voor Jongeren4you etc.

72

Page 73: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Maddoe is bestuurslid van de Surinaamse moskee aan de Schepenstraat. Vanuit die rol draagt de taak van de moskee uit om bij te dragen aan de openheid van de wijk. Zo is er aan de moskee in de Schepenstraat een dialoogcentrum verbonden. Dat zou naar zijn idee standaard voor elke moskee moeten gelden.

Tot slot is met name Maddoe gevraagd het Vadercentra mede op te richten ter ondersteuning van mannen in hun maatschappelijke, sociale en familiaire rol. Maddoe is daarbij actief om het centrum vooral een open karakter te geven en te voorkomen dat het vanuiteen gesloten cultureel of religieus perspectief wordt ingericht.

NetwerkDe 22 vertrouwenspersonen. Gegevens niet allemaal beschikbaar;Bert van Alphen, wethouder gemeente Den Haag;Rachma el Hamdaoui, St. Moeders en dochters;Geert Groenewegen, de Witte Paters, zie netwerkaantekeningen;Kor Hoffer, schrijver en publicist over cultuur en gezondheid.

Sedat Bugdaci, 19 mei en 9 juli 2009TV Den Haag, directeur, Best person: ondernemend, (post)modern, werkt van bovenaf

CVHoog opgeleid: HBO Communicatie en Commerciële Economie.Een man met een commerciële achtergrond: stage bij een autodealer uitlopend in een jaarcontract en stage bij KPN. Via het lidmaatschap van een luisterpanel is hij in aanraking gekomen met Den Haag TV. Vandaar uit is hij projecten gaan ontwikkelen, wist steeds meer subsidies te vergaren en is langzaamaan doorgegroeid naar de functie van de directeur.

Sedat is een Arabische Turk, afkomstig uit Hatay. Althans zijn familie: ‘mijn oma kende geen woord Nederlands toen ze hier kwam, zelf ben ik geboren en getogen Haags. Hij voelt zich zowel verbonden aan Nederland als aan Turkije. Door zijn Arabische achtergrond komt hij ook vaak met andere ontwikkelingen in aanraking. Zo valt het hem op dat veel films en muziekstijlen vaak sterk pro Europa zijn. Maar hij is ook kritisch tegenover zijn eigen achtergrond. Zo mengt hij zich in het debat over de modernisering van de islam en vroeg hij zich bijvoorbeeld af waarom Allah altijd mannelijk wordt geduid. “Dat werd me niet in dank afgenomen. Ik word zelden nog voor een Iftarmaaltijd uitgenodigd.” Hij beschrijft zichzelf als een ‘jas met meerdere zakken’. Voor hem speelt integratie in het ‘hoofd’ af. “Daarin moet je een volledige keuze maken. Anders ontloop je voortdurend je eigen verantwoordelijkheid.”

Wat is sterkste puntDie metafoor van ‘jas met vele zakken’ is ook zijn sterkste punt. Hij is relatief jong, ambitieus en vanuit een kwalitatief en een meercultureel perspectief in staat een gemixed netwerk aan talenten en ideeën aan zich te binden. Zijn bureau en redactie bestaan uit talentvolle jonge stedelijke mensen met een Antilliaanse, Surinaamse, Haagse, Somalische achtergrond etc. Voor hem telt wat je doet en kunt en niet waar je vandaan komt of wat je bent.

73

Page 74: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Voor hem moet televisie onbevangen zijn in verschillen en overeenkomsten. Niet naïef en zeker niet uitsluiten of domweg vergeten; niemand en geen enkele bevolkingsgroep. Het publiek maakt zijn eigen waardering, die kun je naar zijn idee niets van weghouden of aan hen wijsmaken. In de krachtwijken bestaan er veel moeilijke kwesties. Veel van die berusten op achterstand en dat moet worden ingelopen. Hoewel er druk op staat, heeft dat ook tijd nodig. In elk geval moet je niet om de kwesties heen draaien.

VoorbeeldenIn zijn werk streeft hij naar vernieuwende journalistiek. Den Haag TV heeft het stempel van migranten-tv. Dat kleurt de blik en drukt de kijkcijfers. Hij haalt dus geheel tegengesteld aan de verwachtingen juist van die klassieke Hagenezen bij het programma: ‘van die bolsters en blanke pit types, die op alles kankeren wat los en vast zit’. Of hij doorbreekt in zijn programma juist het stereotyepe beeld. Zo zet hij een Turkse gehoofddoekte vrouw in een tuin aan het werk naast een nette tuinierende Haagse vrouw. Twee vrouwen, zeer verschillend, maar beide houden van tuinieren.

Daarnaast werkt hij bewust samen met nieuwe onbekende, maar talentvolle jongeren, zoals een Somalische jongerengroep, Nedson. Met hen maakt hij een Somalisch radioprogramma. Zijn commerciële inzicht zet hij in om netwerken te slaan, waar anderen ze niet verwachten. Toen FC Den Haag in de moeilijkheden zat qua club en vanwege de houding van de supporters naar buiten toe, heeft hij een groep jonge Turkse ondernemers (MKB) in contact gebracht met FC Den Haag. Geheel tegen de keer in. Nu hebben ze daar een VIP box en bezoeken deze Turkse ondernemers het stadion regelmatig.

NetwerkWel van belang, niet opgegeven.

Robbert van der Vlerk, 15 juli 2009St. Jeugdwerk, directeur, Best person: people manager, verfijnd netwerk, werkt van binnenuit

CVRobbert van der Vlerk is al zijn hele werkzame leven (30 jaar) in dienst van de St. Jeugdwerk. Begonnen als opbouwwerker en doorgegroeid tot directeur. Als we daarbij weten dat de St Jeugdwerk de laatste representant van het oude ´particuliere´ welzijn in Den Haag is en in dit geval ook nog voortkomend uit de kerk (ds. Hoekstra), dan vertegenwoordigt Van der Vlerk als directeur het oude stiel van samenlevingsopbouw. De stichting heeft de professionaliseren en bureaucratisering van het welzijnswerk doorstaan. Zij zijn steeds onafhankelijk gebleven. Het gevolg is wel dat de St. Jeugdwerk in vergelijking tot de huidige stedelijke welzijnsinstellingen (Zebra, Mooi ed) een kleine organisaties is gebleven: 30 beroepskrachten, 20 inleners, naast stagiaires en vrijwilligers etc. In totaal beheert de stichting nog een drietal buurthuizen in delen van de schildersbuurt: Samson, de Jeugdhaven, De Mussen, Boerenplein, Korte BosMaar met die kleine instellingen nemen zij wel een bijzondere plek in de wijk in. ‘Beschouw ons maar als een 0de lijnsinstelling. Wij gaan voor de instituties uit, kennen geen drempel en werken met een

74

Page 75: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

zeer verfijnd netwerk’. Dit netwerk wel te verstaan, heeft zich inmiddels geheel aan het multi-etnische karakter van de wijk aangepast en doorvertaald naar te hanteren werkvormen.

Wat is sterkste punt0e lijn als metafoor van de instelling, is terug te vinden de manier van werken van Robbert van der Vlerk. Hij is in alle opzichten een people manager, in de wijze waarop hij zijn organisatie leidt, als in de wijze waarop hij in het werk in de wijk staat. Daarmee is niet gezegd dat hij een ‘softe’ indruk nalaat, hoewel die ook niet direct een krachtig toonbeeld voorstaat, maar hij slaagt in zijn werkwijze de combinatie van aansluiten bij personeel en werk en samenwerken met zijn organisatie en bewoners en partners te maken. In zijn manier van werken staat hij een 1 op 1 benadering voor. Zo geeft hij zijn 4 coördinatoren veel ruimte, maar volgt hij ze ook van nabij.Aansluiten en kleinschaligheid als troef.

VoorbeeldenHij heeft een plan opgevat om de NUG-gers (= Niet UitkeringsGerechtigden) 1 op 1 te begeleiden. Omdat NUG-gers nergens recht op hebben, zijn zij bij de meeste instanties niet bekend. Het maatschappelijk bereik vanuit het beleid van deze mensen is vaak nihil. Zijn stichting heeft wel contact met hen. Vanuit dat netwerk is Van der Vlerk een 1 op 1 aanpak gestart. Dat liep aanvankelijk traag en stroef (want 1 op 1), maar nu daar eenmaal successen uit worden geboekt, gaat de informatie daarover als een lopend vuurtje door de wijk. Overigens geldt er in zijn algemeenheid dat ‘werkgelegenheid’ nauwelijks onderdeel uitmaakt van de wijkaanpak, omdat in belangrijke mate de arbeidsvoorzieningen zijn gecentraliseerd. De NUG-gers zijn daarvan een uitingsvorm.

Door de kleinschalige aanpak realiseert Van der Vlerk op tal van terreinen juist een natuurlijke voorsprong in de wijk. Bijvoorbeeld daar waar hij opvoedingsondersteuning ten aanzien van probleemjongeren aanbiedt in relatie tot het buurthuis, peuteropvang realiseert in combinatie met een wijkcentrum of juist in het wijkcentrum in relatie met de Van Ostadeschool (basisonderwijs) een invulling geeft aan de idee van de brede school. Zo slaagt hij er ook in het Jeugdwerk min of meer vanuit het bestaande ‘familienetwerk’ in de wijk te organiseren en daarmee een directere en effectieve werkvorm aan te bieden. Door in dit verband groeps- en individuele begeleiding in te zetten is hij in staat vroegtijdig ontwikkelingen te signaleren.

Samen met het STEK en Derwisj Maddoe is hij ook betrokken bij de oprichting van het Vadercentrum. Daarin heeft hij met Maddoe een voortrekkers functie. Zijn inzet bij dit centrum is een krachtig zelfbeeld van volwassen mannen te realiseren ten voorbeeld van jongeren en jongvolwassenen. Er moet weer een natuurlijke overdracht van kennis en ervaring tussen mannen en jongeren gaan ontstaan.

Tot slot noem ik nog zijn bestuursfunctie bij De Volharding om zijn verfijnde netwerk in de week mee te benadrukken. De Volharding, het oude Ziekenfondsgebouw, fungeert in de wijk als een verzamelgebouw van migrantenorganisaties van zeer uiteenlopende signatuur: Somalisch, Turks, Surinaams, etc. Daar waar de traditionele wijkcontacten via het wijkgebouw De Paraplu lopen, is De Volharding nu het knooppunt van de ontwikkelingen onder de migrantengemeenschappen. Juist daarvan is hij een dragend bestuurslid.

75

Page 76: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

NetwerkDerwisj Maddoe, Vadercentrum;Kees Buist, STEK; zie netwerk;Omar Shakot, wijkbeheerder;Frank Nannenkamp, mede-bestuurslid vd Volharding;Dhr. Ousrouti, Marokkaanse zelforganisatie, de Volharding;Dhr. Ergul, Turkse zelforganisatie, de Volharding;Dhr. Hoessein, Surinaamse zelforganisatie, idem;Abdel Rahman, van de Somalische zelforganisatie;Nienk van der Drift, wijkteam Schilderswijk;GJ Bunck, zie netwerk;An van Erkel, buurthuis De Paraplu;Renald Gunsch, directeur Van Ostadeschool;Morald Ashebar van El Wahda;Mohammed Khadir, Bureau Next.

Paul Cornelissen, 10 maart 2009 Cultuuranker Escamp, kwartiermaker, directeurBest person: netwerker, geïnformeerd, verbinder

CVAfkomstig uit Tilburg, alwaar hij ook in de kunststector werkte.Als cultuurmakelaar aangesteld door Jette Kleinsma, juist door een verbinding te leggen tussen reguliere kunstsector, de wijkgerichte kunstinitiatieven en bewoners. Dit netwerk beperkte zich niet alleen tot zijn eigen sector, ook strekt het zich ook uit tot de werkvelden daarbuiten. “Als iemand een brug weet te slaan tussen de sociale agenda en de fysieke agenda dan is Paul dat wel”, aldus een van de gesprekspartners. Dat hij in deze omslag juist kunst een rol weet te geven, behoort tot zijn credits.

Wat is sterkste puntPaul is een netwerker, maar dan een die contacten aan elkaar weet te verbinden. Paul weet op een intelligente manier mensen te inspireren en hun drives en motivaties aan elkaar te koppelen. In dat opzicht spreekt hij net zo gemakkelijk de buurtbewoner aan als de directeur van de school en wbv. Hij overziet de sociale en strategische mogelijkheden van een wijk, daardoor is hij in staat zowel naar ‘beneden’ te communiceren als naar ‘boven’. Daarbij weet hij deze agenda ook in de breedte in coalities en samenwerkingsverbanden uit te werken.

VoorbeeldenPaul heeft in korte tijd dat hij actief is als cultuurmakelaar een sterk netwerk opgebouwd, dat niet alleen zijn eigen netwerk bestrijkt, maar juist ook vele contacten daarbuiten. Ik denk dat Paul in zijn stiel een van de sterkste gidsen van Den Haag is. En dat in 3 jaar tijd.

Op het moment is hij kwartiermaker van het Cultuuranker Escamp en beoogt directeur. Het cultuuranker is een initiatief dat voortkomt uit de wijkaanpak Escamp en mede wordt gefinacierd en gerealiseerd door Vestia. Gevestigd in een oude school moet het cultuuranker vanuit het perspectief van kunstparticipatie gaan bijdragen aan het versterken van de sociale functie van de wijk, alsmede

76

Page 77: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

aan het imago. Het cultuuranker is een typisch resultaat van het verleggen van de fysieke agenda, naar een meer sociale aanpak uitmondend in kunst als strategie, als werkwijze. Daarmee is het cultuuranker een uitgelezen voorbeeld van de inzet van Paul Cornelissen en de resultaten die hij boekt.

NetwerkAnita Schwab, coordinator weggeefwinkel en het vaderhuis, zie netwerk;Fred Dukel, stadsdeel directeur, zie netwerk;Hans Buurman, gemeente Museum;Tonie Boxman, bureau Sociale Architectuur, zie netwerk;Rob van IJekeren, Vestia;Greta Janssen, Vestia;Emine Aydin, directeur bibliotheek Schilderswijk, Transvaal;Karel Bun, directie VMBO Zuidwest;Carla de Boer, Bestuurs Adviseur van wethouder Bolle;Ashok Ballotera, architect;Rabiaâ Benlahbib, directeur Kosmopolis Den Haag, zie netwerk; Atie Mol, VSB fonds;Jaap Westbroek, ontwerp Laak Noord;Charles Schmitz, directie? Basisschool De Buntplaats, Hoefkade;Tom Kaper, directie HTM.

4.2.1 Netwerk Den HaagKorte typering per persoon:

Mohammed Ajoeb, gesproken op 14 april NOVA College, onderwijsdirecteur, Schilderswijk Best person: agendaverleggend, doortastend, iedereen vind hem goed, stoere man

De man is cool, stoer, een man met de bekende Hindoestaanse overkill: overtuigend, de wil is er, maar ook de resultaten?

Zaterdagschool en straks Zomerschool geven de school een plek in de wijk geven in de vorm van een community centre. Wijkvoorzieningen zijn vaak dicht. Dat is een vorm van ‘kapitaalvernietiging’. Nu al aanbod van computercursussen, techniek, kunst en cultuur, huiswerkbegeleiding (VO vooral Engels, wiskunde en Nederlands), volwasseneneducatie (60x); techniek voor meiden. Bezoek: 140 leerlingen per zaterdag gemiddeld bestaande uit een gemengd publiek. Het betreft een samenwerkingsinitiatief met Zebra, gemeente Den Haag, Culturalis, bewonersorganisaties Paraplu, SamSam, etc.

Rabiaâ Benlahbib, 10 juni 2009Kosmopolis, directeurBest person: idealistisch, romantisch, intelligent.

77

Page 78: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Geboren in Utrecht, gestudeerd in Rotterdam, woont nu in Amsterdam en werkt in Den Haag, miss Kosmopolis ten voeten uit.

Kosmopolis is opgericht als podium om door middel van kunst een brug te slaan tussen migrantengemeenschappen en de Nederlandse samenleving. In alle grote steden is een dependance gerealiseerd, met een centrale organisatie als koepel. De koepel is inmiddels failliet en de Amsterdamse pendant is nooit goed van de grond gekomen. In Den haag functioneert Kosmopolis in een netwerk van stedelijke kunstcontacten. Kosmopolis brengt zelf ook een programma. Rabiaa is daarin een drijvende kracht.

Tonie Boxman, 15 aprilRAAM, bureau voor Sociale Architectuur, Escamp, StationsbuurtBest person: opbouwwerker pur sang, initiatiefrijk, docerend, helder

Eigenlijk een klassieke opbouwwerker. Hij heeft in 1994 in Rotterdam de 1e Opzoomerdag georganiseerd. Daarna 4 jaar in sociale vernieuwing gewerkt en bij Rotterdam Culturele Hoofdstad. Later heeft hij tot 2006 bij BOOG gewerkt. Omdat hij daarin alleen maar werkte aan van bovenaf gedicteerde buurtprojecten is hij in 2007 zijn bureau gestart voor de sociale architectuur. Hij noemt zich ook wel een social engineer.

Een van zijn belangrijkste projecten is een jongerenproject in Ypenburg, waarin hij de overlast moest tegengaan. Zijn aanpak betrof een overlappende ketenafspraken van breed palet aan organisaties als de politie, het jongerenwerk, gemeentelijke diensten, maar wel met conmitment met en afstemming van elkaars taken.

Hij is de initiatiefnemer van Villa Escamp. De Villa functioneert in de vorm van een Stads-Tussen-kantoor als een programma-initiatief, die op basis van culturele en sociaalmaatschappelijke activiteiten de grootscheepse herstructurering van Escamp gaat begeleiden. In Escamp worden 7000 woningen gesloopt, waarvoor 80% nieuwbouw terugkeert voor bestaande bewoners en 20% voor nieuwe en rijkere mensen. Aan de Leyweg wordt het 2e centrum van Den Haag gerealiseerd met onder andere het 2e stadhuis van Den Haag. Escamp is een wijk van in totaal 110 inwoners. De Villa geeft inhoud aan de overgang van sloop naar nieuwbouw. Zij bestaat in feite bij de gratie van de tussenfase in de herstructurering.

Kees Buist, 19 mei 2009STEK Transvaal, buurtpastor, coördinatorBest person: bescheiden, samenbinder, open houding, reflectief, kritisch

STEK staat voor Stad en Kerk, komt voort uit de Protestantse Diaconie en is een vorm van urban mision. In Den Haag zijn 50 mensen bij het STEK werkzaam op verschillende locaties. Het STEK vervult zoals zoveel kerken een laagdrempelige sociale functie, voor diegenen die buiten alle opvangnetten vallen. Veel van deze mensen vertonen overlevingsgedrag. Ze zijn vaak afwachtend en achterdochtig. “Als je je afspraak niet nakomt, dan ben je ze kwijt”, aldus Buist.

78

Page 79: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

In inzet van de Wijkaanpak is de problemen van de wijk op te lossen via de herstructurering. Daarbij worden 50% van de bewoners over de wijk wordt verspreid en 50% van de bewoners over andere wijken (Spoorzone, Moerwijk).STEK hanteert een meer directe begeleiding, bijvoorbeeld door buddies in te zetten in het begeleiden van ouders en gezinnen of door het organiseren van studiebegeleiding voor jongeren varierend van vmbo tot gym. In dit traject zitten nu 20 jongeren, die worden begeleid door studenten van de Haagse Hogeschool, RU Leiden en TU Delft. Met deze aanpak wil met ‘toppers’ in de wijk kweken. Niet jongeren met een ‘apologetische houding’-wat kan mij het schelen-, maar jongeren die een onderscheid aanbrengen.

Gert Jan Bunck, 4 maartStadsdeel directeur Centrum, 4 maart Best person: geïnformeerd, relativerend, humor, open minded, strategisch

Succes van wijkteams is gelegen in het maken van kleine stapjes, per straat, per plein. Zowel fysiek als sociaal. De tijd van het grand design lijkt voorbij. Daarmee komt ook een einde aan de oude PvdA gedachte antwoorden te geven voordat de vraag feitelijk bekend en begrepen is. Zie de periode Duivenstijn. De krachtwijken zijn gecentreerd rond 77 business cases, die zich juist via een fysieke en sociale inbreng richt op de betrokkenheid en participatie van mensen.

Bijzonder van Den Haag is dat de bekende krachtwijken ook nog steeds de bekende gestaalde kaders uit de middenklasse kent: de ruitjesjassen, de bloemenjurken, de speenmoeders van de wijk. De tragiek is wel dat deze personen vaak door de nieuwe gekleurde werkelijkheid worden voorbijgestreefd. Bunck signaleert een parallel met het reguliere welzijnswerk en het traditionele opbouwwerk en de bewonersorganisaties (BOOG, Mooi, BOT etc). Deze staan vaak met een grote afstand tot hun eigen werkers en de wijk … Daartegenover ziet hij een commercialisering van de hulpvraag optreden. Voor particuliere initiatieven, activiteiten in de sportschool ed, wordt steeds vaker geld gevraagd.

Atelay Celenk, 15 april 2009IVNO, winkeliersvereniging, bestuurslid, Transvaal Best person: zelfbewust, arrogant, bepaald zelf zijn agenda, initiërend, niet coöperatief

Een ‘rasechte’ Transvaler: geboren en getogen. Zit al 12 jaar in de detailhandel. Sinds 1998 actief in het vrijwilligerswerk gericht op ondernemerschap en onderwijsOntpopt als een nieuwe buurtburgemeester: weinig medewerkend, uit de hoogte handelend, bepaalt zelf wel wat belangrijk is en met wie die spreken wil. Heeft geen interesse om zomaar samen te werken met een onderzoek of zijn netwerk beschikbaar te stellen, ook niet als mevr Bertram achter het onderzoek zit. Atelay praat.Het IVNO, Instituut voor nieuw Ondernemerschap is een coöperatief bestuur van ondernemers. Ieder legt per jaar 5k aan contributie in ter financiering van projecten op het gebied van onderwijs en ondernemerschap. Denk aan het project ‘Veilig Ondernemen’. Zij zijn ook betrokken bij het huiswerkbegeleidingproject van het STEK, Julianakerk.

Fred Dukel, 4 maart 2009

79

Page 80: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Gemeente Den Haag, Stadsdeeldirecteur Escamp, Best person: doener, prater, weinig focus, laat zich aanspreken op onafhankelijke geest

Streeft in de aanpak van de krachtwijken naar een directe band met de bewoners. Het wezen van de aanpak moet zo meer opdrachtgericht en vraaggestuurd. Fred Dukel is daar niet optimistisch over. 80% van de ideeën komen uit de koker van de overheid en professionals. Dat betekent dat in feite nog 80% van het beleid top down is en de burger voor 80 % daarbij niet uitvoerend. Kerntaak van overheid is gedragsverandering bij bewoner realiseren. Formeel blijft de overheid ook in dit proces opdrachtgever, waarbij de uitvoering in handen blijft van de reguliere instellingen als het opbouwwerk en welzijnswerk. Deze structuur biedt wel de mogelijkheid andere en nieuwe partijen in te schakelen.Deze zoektocht is bij hem ook terug te vinden in de verhouding tussen een fysieke en sociale aanpak. Ook in de sociale aanpak constateert hij dat men aan de veilige kant blijft: leefbaarheid (schoon, heel, veilig), zorg en welzijn (wo sport); openbare ruimte, groen. Er is weinig animo voor een nieuwe agenda, voor nieuwe initiatieven. Hoewel er via EscArt wel in een kunstvoorziening wordt geïnvesteerd.

Rob van Eijkeren, 10 juni 2009Vestia, regiodirecteurBest person: manager, wel een ideeënman

Vestia is als investeerder de grootste partij in de wijkaanpak. Vaak is de wbv financieel de laatste instantie die kan bijdragen. Naast fysieke investeringen is het maatschappelijk investeren part of de deal. Die maatschappelijke investeringen kunnen bredescholen betreffen of het cultuuranker in Escamp etc. De structurering van wijkaanpak via business cases heeft als voordeel dat de aanspreekbare personen zijn gedetecteerd. Daarmee is echter nog niet de overlegcultuur van de overheid doorkruist. Voor Vestia is de gemeente een belangrijke partner, maar niet tot elke prijs. Het moet wel effectief en doelmatig blijven.

Ten aanzien van de sociale problematiek in de wijken wil Vestia zijn verantwoordelijkheid niet ontlopen, integendeel, maar het is wel van belang de grens van verantwoordelijkheid vast te stellen. De kwesties kunnen uiteenlopend zijn: huurschuld, gezondheid, eenzaamheid, psychische problematiek etc. Dat de wbv een rol heeft in het signaleren, dat spreekt. Maar ook in de oplossing? Zo niet, dan rijst onmiddellijk de vraag waar de gesignaleerde feiten dan kunnen worden neergelegd. Evenzogoed heeft het signaleren, het klikken en het handhaven van de vertrouwenspositie van de wbv ook zo zijn evenwicht. Kortom: achter de voordeur, ja, maar eenvoudig is het niet.

Geert Groenewegen, 1 juli 2009Willibrord Parochie, Heilig Hart Kerk, priester Best person: betrokken, dienstbaar, cultuurgevoelig, realist

De Heilig Hart Kerk wil te midden van de geloofsgemeenschappen staan: interkerkelijk, inter moskee en inter tempel. Om die reden is Groenewegen als priester uit Afrika teruggehaald naar Nederland om binnen de Haagse multi-etnische wijken deze opdracht uit te werken. Voor Groenewegen is de

80

Page 81: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Schilderswijk en Transvaal een archipel van religies: de islam kent vele gedaanten mede gekleurd door het verschil in etnische achtergrond (Koerden, Surinamers, Indonesiërs etc), de migrantenkerken dragen vanuit het katholicisme en het christendom bij aan dit palet, zelfs de Hindoestanen kennen verschillende geloofsrichtingen, om dan over Chinezen en de vele volksreligies (Winti, Rue, voodoo ed) nog maar te zwijgen. Sommige migranten kerken kennen een sterk antisociale houding: ‘de mainstream van de samenleving is koloniaal geïnspireerd’, andere kerken zijn nog sterk tribaal georganiseerd of vragen een aanziendeel van het inkomen (10%) als contributie. De sociale (huiselijke vraagstukken, ggz) en juridische (criminaliteit, illegaliteit) positie van de gelovigen is soms ronduit zwak. Sowieso veel Afrikanen bewust illegaal, omdat ze dat beweeglijker maakt voor de import en export, de 2e hands autohandel en de criminaliteit. Deze circuits gelden als goed georganiseerd. (Zie verder Mbesi)

Deze rol als spil van religies leidt zo nog onvoldoende tot discussie, wat veelal is terug te voeren op een verband tussen orthodoxie en culturele geslotenheid. Wel is er contact. Verder vervult de kerk in de wijk ook een sterke sociale rol: ondersteuning van de voedsel bank, plaats voor overleg, ondersteuning van bewonersorganisaties. Vaak vervult de kerk de rol van laatste instantie, van laatste opvang mogelijkheid. Ook van uitgestoten of afgegleden migranten. De andere gebedshuizen staan niet bepaald bekend om hun sociale opvang. Opvallend daarbij is dat de achtergebleven Nederlanders vaak deel uitmaken van de passieve onderklasse, terwijl Turken en Marokkanen zich juist als de actieve bovenklasse van de wijk manifesteren.

Je kunt de wijk ook typeren als ‘opstapwijk’, niet als achterstandswijk alleen: opstap naar een verdere of nieuwe weg in de samenleving. In zijn algemeenheid worden de vraagstukken en de veranderingsopgave van de wijk meer beseft en zijn meer doorleefd, zowel bij Nederlanders als bij migranten. Langzaamaan zien we alle mogelijke maatschappelijke voorzieningen aantrekken en verbeteren: het onderwijs, de hulpverlening, de wbv-en etc.In veel opzichten is de wijk zich aan het versterken.

Arlette Knol, 9 juli 2009Buurthuis Boerenplein, coördinatorBest person: gemoedelijk, naief, procesgestuurd, bottom up

Arlette is afkomstig uit de kinderopvang en was altijd al geïnteresseerd in teamgericht werk. Dat is ook het bijzondere van haar manier van werken: het team stuurt, zij geeft leiding. Dit is haar eerste leidinggevende baan.

Mark van Schaik, 1 juli 2009Politie Haaglanden, wijkagent Transvaal, Best person: cool, zelfverzekerd, begaan

De werkzaamheden van Van Schack concentreren zich vooral rond het Paul Krugerplein. Naast hem zijn er nog 7 wijkagenten actief in Transvaal. Als wijkagent is hij aanspreekpunt van de wijk. Het is veel je gezicht laten zien, je netwerk opbouwen, ‘praatje pot’ voeren en op de hoogte zijn van alle politie gerelateerde ontwikkelingen. Hij kent alle jongeren van naam, toenaam en auto. De

81

Page 82: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

verkleuring van de buurt geeft ook zo zijn eigen problemen: eergerelateerd geweld, familiekwesties, opvoedingsproblemen, jeugdcriminaliteit (nu is soms al duidelijk welk kind van 8 straks een probleemgeval is) etc. Hij doet zijn kennis op uit artikelen, boeken, internet.

Anita Schwab, 10 juni 2009Vadercentrum Adam, initiator, trekkerBest person: klein en dapper, boerenslim

8,5 jaar geleden heeft Anita Schwab het vadercentrum Adam opgericht ter ondersteuning van de sociaal zwakken mannen uit de buurt. Het Vadercentrum functioneert in een net van sociale activiteiten als de weggeefwinkel, een sociale corporatie, een Van Harte Restaurant en G3, dress for succes. Een initiatief om iemand te kappen en te kleden als die op sollicitatiegesprek moet. Allemaal initiatieven onderaan de maatschappelijke ladder in Laak. In de wijk wonen 2800 mannen met 52 verschillende culturen als achtergrond. De meeste van deze mannen hebben moeite om zich sociaal vaardig overeind te houden. In het vaderhuis trekt met elkaar, gemixed, op. 20% van de bereikte mannen zijn van Nederlandse afkomst.Anita is afkomstig uit Groningen, opgeleid als opbouwwerker en de oprichter van tevens het 1e moedercentrum in Nederland.

4.3 Best Persons Utrecht

Ook in Utrecht zijn 12 best persons geselecteerd. Hierbij de beschrijving van elk van hen.

Antoniek Vermeulen, 11 februari, 8 juli 2009Gemeente Utrecht, oud programmamanager wijkaanpak, gebiedsmanager SpoorzoneBest person: analyserend, ordenend, doelgericht, vasthoudend

CVAntoniek Vermeulen heeft een sterke band met de ‘wijk’. Na de studie is zij direct in de wijk gaan werken. Heeft werkervaring opgedaan in Rotterdam en Den Haag. In al die jaren heeft ze in verschillende rollen en functies gewerkt: van opbouwwerker tot adviseur van de burgemeester, in de wijk en in de ambtelijke dienst. Zij kent het ‘werken in de wijk’ van binnen en van buiten. Dat heeft haar tot haar huidige taak gebracht. Zij is vrij inzetbaar in het ambtelijk en wordt telkens naar een andere taak gedelegeerd: in de breedte, in de diepte, op diverse niveau’s. Haar laatste taak was het voorbereiden van de wijkaanpak. “Dat beleid staat voor 10 jaar. Dat vraagt een eigen en nieuwe projectorganisatie, doelen, planningen, afstemmingen tussen wijkbureaus en stedelijke diensten. Dat moest worden voorbereid en ik ben daarvan de kwartiermaker geweest.” Voor de periode van 2 jaar. Voor Antoniek genoeg: “ Nu schrijf ik voor de 2e maal een voortgangsrapportage. Dat wordt routine en dan wil ik ook weer weg. Dat is het fijne van tijdelijke taken. Dan ik me weer op iets anders gaan richten.”

Wat is sterkste puntDie tijdelijkheid dat is Antoniek haar sterkste punt. Zij kan in korte tijd veel inspanning leveren. “In het begin is alles nog een doolhof, dat boeit, dat vraagt om een nieuwe aanpak en andere oplossingen.” Dat spreekt aan en dat enthousiasme kan zij ook op andere overdragen. Antoniek: “Ik

82

Page 83: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

oogst ook veel succes in het begin. Dan schiet ik flink op. Natuurlijk blijven er altijd restproblemen liggen. Vaak vallen die vraagstukken me ook zwaar. Die zijn ook moeilijk bespeelbaar. Niet zelden omdat die voortkomen uit een slecht functionerend iemand.” Kortgesteld is Antoniek beter in ontwikkelen dan in beheren.Zij is in staat snel overzicht te creëren. Zij analyseert de feiten en weet deze op een werkzame wijze te ordenen. Zij kan schakelen in rol en positie en mensen op verschillende niveau’s inschatten en aanspreken. “Het niveau waarop je werkt, definieert ook de duidelijkheid die gevraagd wordt. Cru gesteld kan wat op het ene niveau een ‘ja’ is, op een ander niveau beter als een ‘nee’ worden verwoord.”

Oplossen is haar eerste doel. Volgens Antoniek heb je wel invloed op de realisatie van doelstellingen, niet zozeer op de acceptatie ervan. Een deel van de oplossing ligt vaak in de duidelijkheid die aan bewoners moet worden gegeven. Dat geldt ook voor de aansturing van derden. Ook dat verschilt per fase, van een innovatieve fase, een planningsfase of de fase van uitvoering. De wijze van aansturen verloopt dat van open naar strak. Dat moet je kunnen, dat moet je aanvoelen en die ervaring draagt Antoniek met zich mee.

VoorbeeldenHaar nieuwe taak is het begeleiden van het Gebiedsplan Spoorzone, waarin een duidelijke fysieke ingreep wordt voorbereid (het slopen van een aantal grote flats, 12 hoog, aan de rand van Overvecht, zie Petra van der Plas). Of zoals Antoniek het definieert: “als het probleem in het gebied ligt, dan moet in dat gebied ook de oplossing worden gevonden worden.” Kortom een taak, die weer gericht is op bewoners en meer aan de rand van het beleid richting de uitvoering. Haar belangrijkste rol wordt het managen van het proces. “Beheren van het escalatie-mechanisme”, noemt Antoniek het. Want rond dit project tussen de belangen van de buurt/bewoners en de politiek, de wethouder Harrie Bos hangt nogal wat potentiële spanning. Alles staat nu nog onder druk: überhaupt de planontwikkeling, de uitvoering en de verwachte planning. Antoniek manoeuvreert tussen deze verschillende lagen: in de breedte, naar boven en beneden. Weer op vertrouwd terrein, zou je denken.

Netwerknvt

Omar Benali, 1 april 2009Multi 2000, ondernemer, zzp-erBest person: verbinder, behoedzaam, modern, flexibel

CVOmar heeft een Marokkaanse achtergrond. Hij werkt sinds 2000 (?) voor zichzelf op een eigen bureau met andere Marokkaanse collega’s. Omar spreekt zowel Marokkaans (Berbers en Arabisch) en Turks (!) Hij woont in Kanaleneiland Noord. Omar heeft een moderne kijk en opvatting over migranten en hun geloof. Zelf is hij belijdend islamiet. Zeker niet orthodox. Naar zijn idee beperkt de orthodoxie. Geloof moet volgens Omar juist behulpzaam zijn in de ontplooiing van het leven, zeker in het Westen: “De omgeving hier in Nederland vraagt dat je naar buiten treedt en je niet opsluit in je geloof.”

83

Page 84: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Voor Omar zijn cultuurverschillen een feit. Daarbinnen is burgerschap het gezamenlijke oriëntatiepunt. Dat bindt. Vanuit een verschil in achtergrond kan daaraan wisselende invulling worden gegeven, maar de rechten en plichten zijn naar zijn opvatting voor iedereen overeenkomstig.

In zijn vrije tijd is hij voetbaltrainer bij de club waar zijn zoontje speelt. Dat hij het team van zijn zoon traint, spreekt voor zich. Belangrijker is, dat hij naast de rol van vrijwilliger bij een ‘Nederlandse’ club ook mooi de trotse vader kan uithangen.

Wat is sterkste puntBenali fungeert als een ‘cultureel’ opbouwwerker: hij hamert in al zijn werkzaamheden op de eigen verantwoordelijkheid van migranten en gemeenschappen. En dat eerder bij ‘gewone’ burgers, dan bij het kader van de bestaande (zelf)organisaties. Hij gaat een betrekking aan met de bewoners zelf en spreekt ze aan op hun potentie. Omar wijst erop dat het beter is een eigen rol te nemen en een bijdrage te leveren aan activiteiten, dan te wachten op overheid of nog erger: te wijzen naar het feit dat er niets gebeurt. ”Vaak antwoorden migranten en hun organisaties in eerste instantie met ‘NEE’ als hen iets wordt gevraagd. Dat ‘NEE’ accepteer ik niet en ik ga op zoek naar het antwoord achter die afwijzing”, aldus Benali. Wat hij ziet is dat de afstand tussen projecten en bewoners te groot blijft. Bewoners ervaren de overheid niet als partner, laat staan als organisatie om mee samen te werken. Omar sluit aan op de leefwereld van zijn contacten. Hij spreekt ze direct aan op hun ervaringen: “dit betekent dit voor je eigen leven”; “dit voor dat van je kinderen, dat voor je omgang met de buurt in de straat.” “Dat bevatten de migranten ook.” Doordat hij meerdere talen spreekt, zijn eigen ervaring en achtergrond meeneemt, schept hij de mogelijkheid om ‘van binnenuit’ te werken. “Taal ofwel de manier van aanspreken van mensen -en dat is een cesuur in zijn manier van werken- creëert een brug als je die spreekt en schept afstand als je die niet spreekt.”

VoorbeeldenBenali is actief in projecten met buurtvaders, bewonersparticipatie, professionalisering van zelforganisaties en in de trias ‘opvoeding, school en vrije tijd’.

Over het verschil in cultuur spreekt hij in zijn werk geen oordeel uit. Althans, zoals hij dat zegt “niet in de communicatie.” “Jongens worden anders opgevoed dan meisjes. Als je de ouder daarop wijst, dan wordt dat gewoon ontkend. De vraag is dus: ‘hoe maak je dat nu kenbaar”?. “Ik leg hen die vragen over opvoeding en hun leven als een dilemma voor: ‘Is het wel goed dat je dochter niets leert en je je jongen zoveel ruimte geeft …’? Omar leert zijn contacten dat het loslaten en ombuigen van een bepaalde houding, ook leidt tot iets anders, een andere houding , een andere identiteit. Hij maakt veranderen positief. Het louter loslaten of verbieden van gedrag, zonder dat het weglaten een nieuwe betekenis en functie krijgt, leidt niet tot het gevoel van verlies. Dat leidt niet tot een verandering, maar tot het tegenovergestelde: het handhaven van de eigen identiteit en het zich afscheiden van de omgeving. Omar brengt een simpel motto van wederkerigheid tot leven: geef uitleg bij datgene wat anders en beter kan.

NetwerkNvt

84

Page 85: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Hassan el Aarjaoui, 20 mei 2009Cumulus, ambulant jongerenwerkerBest person: sterke persoonlijkheid, zelfbewust, open blik

CVVoor bij de naam: Argent is een dorp uit de streek; Aoui staat voor de Arabische J-klank.

Hassan (29 jaar) is in Marokko geboren en in Nederland opgegroeid. Hij heeft in Marokko zijn opleiding gevolgd. Spreekt Berbers en Arabisch. In 1990 is hij teruggekeerd naar Nederland. Heeft toen 2 jaar in een schakelklas gezeten en vandaar uit een praktijkopleiding in de bouw gevolgd.

Hassan komt zelf ook van de straat. Hij heeft alle stadia van straatgroei doorlopen: hangjongeren, crimineel, gaan twijfelen en uiteindelijk gekozen voor een positief zelfbeeld. Zijn loopbaan/levensloop volgt dat spoor. Hij is eerst als jongere, als klant bij Cumulus terecht gekomen. Later is hij naast zijn opleiding voor timmerman vrijwilliger bij Cumulus geworden om tot slot vanaf 2000 daar in dienst te treden. Bij Cumulus heeft hij in verschillende regio’s gewerkt: bij bureau Stad, in Overvecht en nu in Oost West.

In Overvecht kwam hij in beeld door activiteiten rond het Vader Rijn College van Bert Engbers. In die tijd had hij een uitgebreide documentatie gemaakt over een vies poep-trapveldje met een voorstel dit veldje met jongeren uit de wijk te verbeteren. Dit plan werd opgepikt door Engbers en in zijn hoedanigheid als raadslid op gemeente niveau aangekaart.

In Overvecht heeft hij alle jongerengroepen in kaart gebracht: wie is wat, wie doet wat, waar zit die en die, etc. Voor deze jongeren, niet de minste lieverdjes, organiseerde hij allerhande participatieprojecten. Bijvoorbeeld een bezoekproject van jongeren aan bejaarden in de wijk. Deze jongeren gingen wandelen met de bejaarden en deden boodschappen voor hen. “Kun je je het voorstellen: de grootste schoffies uit de wijk en ze vonden het nog leuk ook; de bejaarden trouwens ook.”

Wat is sterkste puntHassan werkt als een rolmodel. Hij kan met de jongeren waarmee hij werkt -medio twintig, crimineel gedrag: diefstal, drugs en geweld- lezen en schrijven. Die jongeren zoeken een soort helden, mensen waaraan ze zich kunnen optrekken. Die held is hij, maar pas nadat hij de jongeren geleerd heeft anders naar de werkelijkheid te kijken. Hassan: “De jongeren zijn welkom in mijn activiteiten als ze zich maar aan de regels houden die bij de inloop (een laagdrempelige activiteit) gelden. Daar ben ik kort op. Als iemand de regels overschrijdt, zit ik daar bovenop. Als hij zich gedraagt om mij te confronteren, dan ga ik dat niet uit de weg. Ik roep hem tot de orde. Laatst had ik zo’n persoon, daar was geen land mee te bezeilen. Zo’n leidertje. In zijn hoofd was ie wel in orde, maar in zijn gedrag niet. Die had schijt aan de wereld. Dat liet ie iedereen weten. Vooral in de groep. Daarmee wilde ie zijn plaats veiligstellen. Daarop heb ik hem zeker aangesproken. En of dat hoog opliep. Dat was een gevecht, maar ze moeten weten dat ik dat foute gedrag niet accepteer. Later kwam ik hem op straat tegen. Toen heeft ie wel toegegeven dat die ie niet goed bezig was. Lukt dat niet met zo’n jongen, dan isoleer ik hem langzaamaan van de groep en dan gaat ie eruit.”

85

Page 86: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

“Maar er is ook een menselijke kant. Iedereen moet de mogelijkheid hebben om zich te verbeteren. In de groep laat ik dat niet zien. Daar moeten ze weten dat ze fout bezig zijn. Ik sta open voor elk gesprek, maar ik laat wel mijn grenzen zien: waar ik voor sta. Jongeren checken onmiddellijk je houding en spelen daar op in. Ik houd altijd mijn ogen en oren open, ongeacht mijn houding. Ik kan blind zien wat voor jongeren ik tegenover me heb, tot welke categorie die behoort.”

“Dit werk vraagt wel doorzettingsvermogen. Je moet niet bang zijn, een dikke huid hebben en alttijd blijven zoeken naar oplossingen. Ik maak onderscheid tussen positieve jongeren en negatieve types. De positieve trek ik voor, die geef ik een leidende rol, die geef ik werk en taken en maak ik belangrijk in de groep. Je moet sociaal intelligent gedrag hebben, kunnen omgaan met verschillen tussen de jongeren. Als er maar twee van de hele groep kloppen, dan moet je met die 2 aan de slag en doorgaan. Je hebt een lange adem nodig. Als je eenmaal een afspraak maakt, moet je daaraan vasthouden en daarop inzet blijven tonen.”

VoorbeeldenHassan’s werk is verbonden aan overlastmeldingen. Als er een groep jongeren wordt gesignaleerd, dan gaat hij er op af, maakt contact en brengt ze in kaart. Vroeger was hij werkzaam in Overvecht, nu in Utrecht Oost. Zijn netwerk en contacten zit nog volledig in Overvecht, zowel met de werkers als met de jongeren.

Doenja in Kanaleneiland bijvoorbeeld doet niks met categorie 3 en 4 jongeren. Dat zijn de draaideurcriminelen. De jongeren die nooit zonder schroevendraaier het huis uit gaan. Bij mij zijn die welkom, als ze zich aan de regels houden.“Dat soort gasten weten niet of willen niet weten hoe de wereld in elkaar zit. Als een project om activiteiten met hen te doen subsidie krijgt, dan kunnen ze rustig stellen dat dat geld van hen is. Maar niet alleen dat geld, ook de werkers en het project: ‘alles is van ons’. De jongerenwerkers komen hier aan hun project werken. Zij verdienen hun brood aan ons, zeggen ze. Dus ze moeten doen wat wij zeggen..” “Als ze het geld niet zien, zullen ze je verwijten dat je hun geld in je eigen zak steekt. Uit de media lezen ze dat een bepaalde wijk 3 tot 4 miljoen voor het jongerenwerk krijgt en dat wordt onmiddellijk als hun geld gezien. Als ze niet zien waar het geld blijft, dan is er altijd wel een schuldige aan te wijzen: het wijkteam, de welzijnsorganisatie, of desnoods hun eigen jongerenwerkers. Hoe dan ook: ze worden altijd bestolen. Dat is de beleving die ze (willen) hebben. Waarom moeten er anders jongerenwerkers uit Amsterdam worden ingevlogen. In Kanaleneiland zijn toch ook jongerenwerkers. Er is altijd een belang, dat wel of niet gediend wordt. Die verhalen horen de jongeren ook en die worden weer openlijk op straat uitgespeeld.”

NetwerkJohn Bondrop, jongerenwerker Cumulus, Overvecht;Abdelhalim el Ouazizi, jongerenwerker Cumulus, Overvecht;Astrid Prik, gemeente Utrecht, wijkbureau Veiligheid;Khalid el Bardje, jongerenwerker.

86

Page 87: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Carolien Verhoeff, 5 maart 2009 Directrice Openbaar Basisonderwijs Overvecht, Coordinator Bredeschool Overvecht, Regisseur Vreedzame School Overvecht,Best person: richtinggevend, natuurlijk leiderschap, ordenend, sterk intern kompas.

CVOp het moment van het gesprek geeft Carolien Verhoeff leiding aan de volledige koker van het basisonderwijs in Overvecht: aan de 5 locaties in de wijk, aan de Bredeschool en aan het project de Vreedzame school. Zie verder.Vrouwen als Carolien Verhoeff kom je niet vaak tegen. Carolien is van goede komaf. Dat merk je voor een deel aan haar zelfverzekerdheid. Maar die overtuiging is geen pose. Die is innerlijk, van binnenuit en geleefd, wat haar charisma geeft. Voor haar team is zij de ‘minister-president’: zij is overtuigend, zij is het eindstation. Na haar zijn er geen andere opvattingen en meningen meer nodig.

Wat is sterkste puntHet aangaan van de uitdaging: leiding geven aan de grootste shit van de stad (het basisonderwijs in de multi-etnische wijken). Zij wil zowel voorbeeld zijn als voorbeeld geven, maar alleen als ze weet waarover ze spreekt. En zij weet alles van haar school, de kinderen, haar docenten. De kinderen uit de wijk verdienen het beste onderwijs van de stad, dat betekent dan ook dat de docenten ook de beste leerkrachten moeten zijn. Zij volgt de docenten met een systeem van evaluaties en coaching.In dat proces van onderwijsverbetering geeft zij leiding, klassiek leiding: volg mij, ik weet de weg, ik geef de richting aan. Het is niet onlogisch dat zij veel toegewijde mensen, op haar kantoor vooral vrouwen, om haar heen organiseert, wat haar in haar omgeving status geeft. Ik kreeg er een beeld bij van een barones, een chique patrones.

In haar communicatie, intern en extern, weet zij hoe de hazen lopen en hoe het werkt met mensen en instellingen. En dat inzicht benut zij ook, waarmee zij in staat is om zowel met bestuurders en beslissers te communiceren, als met haar directe omgeving en de werkvloer. Zij kan ‘wealen en dealen’. Als we willen weten wat dat is: zij kan het.

VoorbeeldenOvervecht en de schoolvereniging van de openbare school (?) staan bekend als scholen met de zwaarste categorie achterstand. In het programma van de wijkaanpak is er bewust voor gekozen maximaal in te zetten op de kinderen en hun opleiding. Dit heeft zijn uitwerking gekregen op twee terreinen:

1. Het leveren van een hoge onderwijsprestatie, geconcretiseerd in:- Het nastreven van efficiënt en geordende lessen;- Taal, lezen en rekenen zijn de voorwaarde voor goed onderwijs (voor wat betreft taal en woordenschat wordt gebruik gemaakt van de methode van Marianne van Hallen); - Het voeren van wekelijkse 1 op 1 gesprekken met docenten voor een periode van 9 maanden met als doel de pedagogische en didactische kwaliteiten te optimaliseren.

87

Page 88: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

In dit laatste traject zitten 80 leerkrachten. Van al die gesprekken worden verslagen gemaakt en deze verslagen worden allemaal door Carolien gelezen. In deze vorm van begeleiding zit zij aan het einde van de rit. Zij vormt het laatste (af)vangnet.

2. De kinderen worden maatschappelijk verantwoord opgevoed, opgevoed tot een goed mens. Dit is geconcretiseerd in het volgende:- Het belang van het kind staat voorop;- Er worden mediation lessen gegeven en lessen in conflicthantering. Kinderen leren hoe op elkaar en de omgeving te reageren. Zij leren luisteren en passen daarop hun reacties af.

Dit is de kern van het project de Vreedzame school. Of het werkt? Carolien gaf een fraai voorbeeld: “een kind van hun school maakte thuis een ruzie tussen de ouders mee vol miscommunicatie. Op het geven moment zegt dat kind: ‘mama, als papa dat zegt, moet je niet zo antwoorden, maar dat vragen en papa als mama dit antwoord moet je zo reageren’. En het kind had gelijk.”

De Vreedzame school is een project onder begeleiding van Mischa de Winter vanuit zijn onderzoek naar democratisch burgerschap. Zie verder: www.vreedzameschool.nl.

NetwerkWijnand van de Giessen, directeur Cumulus, Overvecht, zie netwerk:Gerry Quist, gemeente Utrecht, programmateam Overvecht.

Petra van der Vat, 30 juni 2009Bewonersplatform ACA Dreven, Spoorzone, voorzitter Best person: woordvoerster, trekker, betrokken.

CVPetra van der Vat is een Nederlandse vrouw, die pas na haar pensioen actief in de wijk is geworden. Zij heeft altijd als psychotherapeute gewerkt. Petra is een echte laatbloeier als het om de wijk gaat: “Ik heb 23 jaar anoniem in de flat geleefd. Ik ging ’s ochtends naar mijn werk en kwam in de avond weer terug. Vrienden, vakantie: voor mij was de flat een slaapplek, waar ik rustig kon wonen. Prima zo.” Dat kan ze nu niet meer zeggen, over die anonimiteit dan. Door de gezamenlijke acties tegen wbv en de gemeente zijn er veel meer sociale contacten ontstaan. Ze zit nu in een kookgroep van vrouwen uit de flat met allemaal een verschillende achtergrond. Dat levert volgens Petra ook nog eens enorm veel onvermoede interessante verhalen op.

Wat is sterkste puntZij grijpt in, zeker als de zaken niet zo lopen als het moet.

De flats aan de Dreven zijn strategisch gelegen aan de rand van de stad. Er zijn 3 van die grote flats, elk 12 hoog met 360 appartementen per flat. De flats liggen gunstig en de locatie vertegenwoordigt een veel hogere waarde dan de sociale woningbouw die er nu staat. Dat verschil in waarde wil men ‘verzilveren’ door de oude flats te ‘herstructureren’ (lees: slopen) en daarvoor in de plaats duurdere woningen neer te zetten.

88

Page 89: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Petra: “De huidige bewoners moeten dan verhuizen, terwijl een aantal van hen pas net voet aan de grond krijgen. Zij moeten verkassen omwille van de wooncariere van een ander. Dat is het paard achter de wagen spannen.”

De informatievoorziening naar de bewoners liep niet goed. Er functioneerde wel een platform, maar dat bestond uit hoofdzakelijk Nederlanders en een Marokkaanse man. “Die man was gelijk verantwoordelijk voor de informatie verstrekking van de hele migranten-achterban. Dat gaat niet.” Sinds Petra toegetreden is, zijn er nieuwe mensen bijgekomen en functioneert het overleg beter.

VoorbeeldenZij is in 2008 (?) lid geworden van het Platform. Het Platform bestaat nu uit 6 leden: 3 ouderen en een Marokkaanse man. “In de wijk en zeker met de flats staat veel op stapel. Bewoners willen weten wat er aan de hand is en ik zag dat de informatie-voorziening niet goed liep. Dat was een reden voor mij om actief te worden.” Het Platform zit blijkbaar op een lastige positie. Zo’n tussenpositie, waarin men niet altijd serieus wordt genomen. “Ik had nogal eens het gevoel met een kluitje in het riet te worden gestuurd. Je moet blijkbaar vasthoudend zijn om op juiste moment en de juiste wijze te worden geinformeerd.” Tussen de gemeente Utrecht en wbv zijn huurdersprotocollen afgesproken. Daaraan moet worden voldaan. Een draagvlakmeting onder de bewoners aangaande de herstucturering is daarvan een onderdeel. “Het vreemde is nu, aldus Petra, als wij navraag doen onder de bewoners dan is 60% tegen. Voert de wbv een peiling uit, dan komt die veel lager uit. Zij meten het draagvlak ook met het aanbieden van een andere huurwoning of andere beloftes. Dat kan niet. Dat zijn zaken die me storen. Zeker als het oneerlijk lijkt en onzuiver is.”Nog een voorbeeld, maar dan meer vanuit haar persoonlijk. Petra: “Bij de koopgroep in de flat zit een jonge Nigeriaanse vrouw. Zij volgt een HBO opleiding. Ik dacht in de gezondheidszorg. Op gegeven vroeg zij mij of ik haar HBO scriptie wilde meelezen en op taal corrigeren. Dat wilde ik wel, maar toen ik de scriptie begon te lezen, viel mij het niveau zo tegen. Ik vroeg mij af wat zo’n school aan begeleiding doet. Maar daar had zij niets aan. Dus ik ben maar met haar begonnen de eindscriptie te verbeteren op taal en inhoud. Nu is zij in ieder geval op een beter niveau afgestudeerd, dan eerst. Gelukkig.”

NetwerkNvt

Marieke Sillevis Smitt, 6 maart 2009 Oecemenisch Buurtpastoraat Kanaleneiland, domineeBest person: bottom up, werkt van binnenuit.

CVSillevis Smitt is sinds 2001 werkzaam vanuit het pastoraat buiten de kerk om. In Kanaleneiland zijn nog drie kerken actief: een katholieke, een protestantse en een apostolische Kerk. Verder zijn er twee moskeeën: een Marokkaanse moskee aan het Atleeplantsoen en de Ulu Moskee aan de Kanaalstraat. Sillevis Smitt werkt in de protestantse kerk.

89

Page 90: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Haar kerk, net zo als de andere, vergrijst enorm. Om te overleven moeten de kerken zich verweren. Dat is voor de eigen geloofsgemeente heel belangrijk. Maar veel stadskerken hebben zich altijd ingezet voor mensen, die maatschappelijk niet meer konden aanhaken, voor mensen waarnaar niet meer wordt omgekeken. In Kanaleneiland zijn dat de achtergebleven blanke buurtbewoners. Gelovigen en niet gelovigen. Die voelen zich hier in de steek gelaten. Sillevis: “Ook die Nederlanders willen aandacht. Die willen hier niet weg. Ook die hebben een identiteit, die moet worden veilig gesteld.”

Sillevis ervaart Nederland in wezen als een racistische samenleving: het is wij tegen zij, goed versus kwaad en superieur tegenover inferieur. Nederland maakt in wezen nog een onderscheid tussen rassen. Zij ervaart dat aan de wijk, maar ook aan de manier waarop zij zelf soms reageert.

Wat is sterkste puntZij springt in de bres voor mensen die afhalen en zij blijft zoeken naar de juiste ingangen en aansluitpunten in de wijk.

Toen Marieke in de wijk kwam te werken, wist zij absoluut niet waar te beginnen. Zij zag nergens aansluitpunten. Kanaleneiland is een harde wijk, een wijk met een harde leefomgeving en moeilijke leefomstandigheden. Er gaat veel fout, Sillevis: “Deze wijk deugt niet. Als herstructureringswijk worden groepen mensen uitgerookt, gewoon in de steek gelaten en de rug toegekeerd. Aan eenmaal aangemerkte slooppanden wordt geen enkel onderhoud meer verricht. Deze flats staan in de wijk te boek als de grotten van Ali Baba: 10 jaar slopen duurt een hele kindertijd lang. Dat is desastreus.”

Zij kon tussen de bevolkingsgroepen geen gemeenschappelijke noemers ontdekken. Er is eigenlijk alleen maar beeldvorming over en weer naar elkaar. Dat leidt volgens Marieke ook tot het onveiligheidgevoel. Soms voel je de Gaza gewoon hier in de wijk. “Joodse mensen in de wijk worden bedreigd. Op 11/9 ging hier en daar de vlag uit. Nederlandse vrouwen zeggen te worden bespuugd of uitgescholden.”

De mensen hier leven allemaal op hun eilandje, volgens Marieke. Behalve de kinderen. De kinderen spreken elkaar en andere mensen aan: op straat, op school. “Kinderen hebben behoefte aan aandacht en dat geven ze ook.” Voor Marieke was dat de aansluiting in de wijk. De kinderen vormen de verbinding tussen de verschillende bevolkingsgroepen. Maar dat lukte pas nadat ze voor de kinderen de drempel naar de kerk had overwonnen: “De kerk is haram. Daar mochten zij niet komen.”

Het wijkgerichte werk van Sillevis gaat om het vinden van een plek in een nieuw ontstaan sociale krachtenveld. “De kerk wordt niet eens uitgedragen. Het gaat mij om presentatie en exposure. Ik stel me open voor de ontwikkelingen in de wijk en zoek voortdurend naar nieuwe aansluitpunten.”

VoorbeeldenHet pastoraat organiseert inmiddels een aantal sociale activiteiten, als:- Ontwikkelgroepen met kinderen, gericht op koken, zodat ze kunnen koken voor anderen in de wijk; gericht op mode, zodat ze een modeshow voor bejaarden in de wijk kunnen organiseren en theater met voorstellingen op straat;

90

Page 91: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

- Het initiëren van de ‘vreedzame straatschool’, waarbij kinderen leren hun gevoelens te benoemen, leren luisteren, conflicten hanteren en het inzien van hun eigen verantwoordelijkheid;- Een eetproject voor eenzame ouderen ism katholieke kerk;- Het afleggen van wijkbezoeken;- Een voedselbank in het pastoraat ism 3 vrijwilligers.

NetwerkFatooch Chanaat, Al Amal, zie bp;Pauline Rozema, ISKB, Kanaleneiland;Wycher, ISKB, Kanaleneiland;Tilly Prinsen, voorzitter Werkgroep Samen, Kanaleneiland;Mohammed Dahmane, St. Image, zie bp;Turkse Moskee, Halil Nalbantoglu, zie netwerk;Turkse Moskee, Ekrem Koçak, Mastik Kanis;Abdelselam Belmouden, Doenja, Bureau Jeugdzorg, zie netwerk.

Peter Gieling, 18 februari 2009 Politie Utrecht Noord, Commissaris, Best person: manmoedig, hart op zijn tong, grensverleggend, liefde voor het vak.

CVUtrecht is zijn stad. Hij is opgegroeid in een echte volkswijk. De helft van zijn vrienden gingen de verkeerde kant op, de andere helft naar de goede. Hij heeft de goede kant gekozen. Dat lag niet aan hem. Dat is de verdienste van zijn ouders.

Nadat hij zijn atheneumdiploma heeft gehaald, wat in de wijk al bijzonder was, is hij direct naar de politie gegaan. Niet naar de academie, maar naar de straat. Hij wilde ‘zijn ding’ doen, zoals die dat altijd heeft gedaan. Pas veel later is hij naar de academie gegaan en nu is hij, zoals Gieling het zegt “ als kleine jongen toch maar mooi commissaris geworden. Nu durf ik ook leiding te geven. Dat zelfvertrouwen heb ik gedurende mijn werkperiode gevonden.”

Gieling heeft een lange staat van dienst in het politieapparaat. In de 33 jaar die hij bij de politie werkte, heeft hij altijd taken aangepakt die moed vereisten, die een grens voor hem verleggen. Bijvoorbeeld: hij is wachtmeester binnenstad geweest en voerde het peloton ME-ers aan die de rellen tijdens het EK 2000 moesten bestrijden; heeft in een arrestatieteam gezeten, is chef van een arrestatieteam geweest en heeft natuurlijk in het IRT team gezeten, waarbij hij mede betrokken was bij de gecontroleerde deals. Zijn werk moet altijd ergens over gaan.

Wat is sterkste puntNiet zijn moed is het sterkste of meest kenmerkende punt van hem, nee, zijn wens om mensen om hem heen sterker, weerbaarder te maken. In zijn algemeenheid vindt hij dat mensen weer op hun gedrag moeten worden aangesproken. Dat leert hij zijn corps ook. In zijn positie doet hij dat ook. Zijn doel is mensen sterker maken, weerbaarder of dat nu bewoners, burgers of agenten zijn. Dat maakt hem niet uit. “Er is zo’n hoge tolerantie op het gedrag van anderen ontstaan, dat je niet meer weet

91

Page 92: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

wanneer je kunt zeggen dat iemands gedrag je stoort of wanneer niet.” Gieling: “Sommige zaken hoef je niet meer te accepteren. Dat kun je elkaar weer aanleren.” Naar zijn overtuiging maak je een wijk sterker, als je die houding in je wijkgerichte werk uitstraalt. Hij kent de voorbeelden. Men moet elkaar meer weerwoord bieden. “Even judoën”, zoals hij het noemt.

VoorbeeldenZijn corps wordt veel getraind op praktisch gedrag bij het uitvoerend politiewerk. Wie spreekt wie aan, waar en hoe. Dat is belangrijk. Niet ontwijken, niet angstig zijn, en zeker niet vanuit een vooroordeel werken. Dat betekent voor het corps dat ze de buitenwereld moeten kennen om op straat en in de stad scherp te zijn. Dat geldt ook voor het leiderschap over het corps. Het doel daarvan is groei van het corps en sterker worden: het gaat erom scherper en beter te zijn, niet om elkaars kop af te hakken.

Netwerknvt

Gera Esser, 18 februari 2009Wbv Mitros, programmamanager Kanaleneiland Best person: oplossingsgericht, wilskrachtig, lacht veel, communicatief.

CVEen ervaren kracht: projectleider in Rotterdam en Den Haag geweest en directeur van wbv HaagLanden. Zij is door Marien de Lange, de huidige directeur van Mitros naar de wbv gevraagd. Marien is de oud-directeur van de dS+V in Rotterdam. Dat is niet de enige Rotterdam connectie. Er worden door Gera ook opbouwwerkers uit Rotterdam voor Mitros in Kanaleneiland ingehuurd.

Wat is sterkste puntHaar ervaring en daarmee haar praktisch en strategisch inzicht is haar sterkste punt. Volgens Gera vraagt Kanaleneiland een aanpak die van binnenuit naar buiten gaat, van onderop naar boven. “Je kunt ze niet zomaar een plan opleggen.” In de wijk wonen veel ouderen, die geen Nederlands spreken. Bij die doelgroep is het niet zomaar duidelijk waar en wanneer vragen ontstaan en wanneer en waarover overeenstemming.Haar aanpak met de wijk is strategisch gericht op het behalen van ‘quick wins’. Op korte termijn inzetten op direct resultaat: vuil, overlast, onderhoud, portiek aanpak om op langere termijn duidelijkheid en vertrouwen te winnen.

VoorbeeldenGera vervult haar taak als programmaleider bij Mitros met een open opdracht. Zij zit weliswaar in het MT van Mitros, maar hoeft daar niet alles terug te koppelen. Zij mag in haar functie ondernemen en experimenteren.In de wijkaanpak vervullen wbv-en steeds meer een verbindende en sociale rol. Gera Esser daarover: “Vaak zien we de overheid werken volgens een strikt beleidsformat: alle voorzieningen in de stad moeten voor iedereen gelijk en gelijkmatig bereikbaar zijn. Daardoor mist Utrecht in Kanaleneiland de aansluiting op de wijk. Mitros nu stapt in dat gat.” Dat kan zijn via investeringen van maatschappelijk vastgoed, via het verstrekken van kantoor en werkruimtes of het gericht

92

Page 93: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

ondersteunen en stimuleren van gewenste ontwikkelingen. In het uitvoeren van deze agenda heeft Gera een vrije rol.

Een van de quick wins was de strijd tegen het straatvuil. Ondanks afspraken met de gemeentelijke reinigingsdienst bleef het een enorme rommel op straat. Wat bleek. De gemeente had eenzijdig het vuilniveau voor de stad en dus ook Kanaleneiland verlaagd en was navenant een dag minder vuil gaan ophalen. Terwijl de wbv volgens afspraak de publieke tuintjes bleef schoonmaken. Die afspraak liep niet meer parallel dus, waardoor het er altijd rommelig uit zag. Afgezien van de rommel was dat ook geen goed voorbeeld naar de bewoners om hen op hun gedrag –niet alles laten slingeren- aan te spreken. Die afspraak is door Gera weer snel rechtgetrokken.

NetwerkPortaal, Reijnder Jan Spits, gebiedsmanager, zie netwerk;Willem Kwekkeboom, interim projectleider, extern.

Abdel Majed Khairoun, 28 september 2009Moskee Omar Al Faroek, voorzitter bestuur,Best person: woordvoerder, onderhandelaar.

CVDe heer Khairoun is landelijk actief in de ontwikkelingen van de islam in Nederland. Hij zit in de Nederlandse Moslimraad, NMR, coördineert menig bouwproject van moskeeën en wordt vaak als woordvoerder van de Marokkanen en de islam aangesproken. Khairoun komt oorspronkelijk uit Chefchouan, Noord Marokko, westzijde Rifgebergte, waar zijn vader omroeper van de moskee was.Khairoun is als docent informatica actief geworden in de moskee. In die begintijd had hij een groep van 60 leerlingen. Later is hij zich meer met de PR van de moskee gaan bemoeien en hield oa contact met de overheid en politie. Vanaf 2001 is hij voorzitter. Gold voorheen de 1e generatie bestuurders nog vooral als de in zich zelf besloten conservatieve bewakers van de moskee, nu is ook 3e generatie actief in de moskee en bij het bestuur betrokken.Het huidige bestuur is veel meer geprofessionaliseerd met 7 uitvoerende commissies op het gebied van onderwijs, gezondheid, activiteiten, pr en media.

Wat is sterkste puntKhairoun is een nuchter bestuurder en een bestuurder die transpirantie nastreeft. “Als je iets doet, moet je het goed doen”, zou zijn lijfspreuk kunnen luiden.Combineer je die twee zaken, dan kun je ook koddige uitkomsten krijgen. Zo adviseerde hij Marcouch indertijd in plaats van zoveel aandacht aan de Koran te besteden, zich beter te kunnen inzetten voor zwemles op school. “Wie weet zit er wel een potentiele kampioen onder al de Marokkaanse leerlingen”, was zijn broodnuchtere commentaar op Marcouch ongewenste interventie in het koranonderwijs.

VoorbeeldenAls het om openheid gaat, geldt de moskee in Overvecht zelf als voorbeeld. Om de informatieverstrekking van de overheid naar de marokkaanse gemeenschap in de wijk te verbeteren,

93

Page 94: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

heeft de mosklee aan het wijkbureau de ruimte geboden een loket in de moskee te openen. Op zich was dat geen punt van discussie. Pas toen duidelijk werd dat de overheid meewerkte aan een scheiding tussen mannen en vrouwen, kwam de functie van het loket en de rol van de moskee ter discussie.Dit voorbeeld laat overigens ook goed de tweestrijd zien in veel Marokkaanse moskeeen. Deze moskee hanteert zeker een scheiding tussen een publieke presentatie van de islam en de vrijheid de islam naar eigen inzicht te beleven. Dat voorbeeld rond Marcouch liet ook al die tweedeling zien. Khairoun is absoluut een tegenstander van een te gereglementeerde islam, zoals die in Saoedie Arabie wordt gepredikt. Kahiroun: “Over de burka staat niets in de Koran.” Maar daarmee is Khairoun nog geen liberaal gelovige, want in zoiets als de Westerse Islam gelooft hij niet. “Islam is gewoon islam en die gaat niet met zijn tijd mee.” Als er iets in de islam moet veranderen, dan loopt dat altijd via de wetscholen en de geleerden. Naar zijn idee kan dat niet anders. Hij is wel open en bestuurlijk aanspreekbaar, maar daarmee niet in voor elke verandering. “Nee, de Poldermoskee gaat mij te snel. Die dreigen in hun tempo de greep op de achterban te verliezen.”

Netwerknvt

Fatouch Chanaat, 30 november 2009Al Amal, coordinatorBest person: pionier, realist, nuldelijnshulpverlener,

CVIn 2001 bestonden er alleen maar mannengroepen in de wijk. In overleg met de mannen is toen het initiatief genomen een vrouwengroep rond Arabische les op te richten. Daar kwamen al snel 120 vrouwen op af en van studeren kwam praten, over opvoeding, over kinderen, het huwelijk, het leven in de wijk …Fatouch was een van eerste leerlingen, maar werd gelijk gevangen door al die kwesties, die tijdens de lessen opkwamen. “Ik heb geen Arabisch geleerd, ik heb me gelijk als vrijwilliger ingezet. In het begin was ik nog met de dochters, met de jonge meiden bezig. Even later heb ik met toch op de vragen van al die vrouwen gestort.”

De vervolgstappen laten zich makkelijk uittekeken. De hulpvraag van de vrouwen was gesteld. Wat bleek, was dat de reguliere hulpverlening daar geen antwoord op had. De hulpverlening bereikte deze vrouwen niet eens. De Nederlandse hulpverlening gaat uit van de zelfbeschikking van de client en neemt dientengevolge dus een afwachtende houding aan. Zo wordt het onderwezen, want zo staat het in de theorie: ‘het moet vanuit de client komen’.

Deze vrouwen kwamen niet vanzelf en uit dat hiaat tussen hulpvraag en aanbod is Al Amal ontstaan. Eerst kleinschalig, later steeds zelfstandiger. Nu is Al Amal een begrip in Utrecht met de nodige financiering en een groot aantal vrijwilligers. Het netwerk van Al Amal strekt zich inmiddels uit over heel Utrecht en zelfs daarbuiten. Al Amal werkt nu vanuit twee ruimtes in Kanaleneiland.Een van de drijvende krachten achter Al Amal is Carolien Sarolea, oud raadslid, Spaanse van huis uit en fungeert als een liason tussen de dames van Al Amal en de buitenwereld en omgekeerd.

94

Page 95: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Haar inzet is het om Al Amal verder te professionaliseren, zowel organisatorisch, financieel en naar werkwijze. Waar de vrouwen van Al Amal ingrijpen waar het moet, tracht Carolien daarin richting en structuur te brengen.

In 2003 is Al Amal een eigen stichting geworden, zodat men meer zelfstandig de afspraken met de vrijwilligersters konden maken en hun eigen financieringsvragen konden afhandelen

Wat is sterkste puntHet sterkste punt van Fatouch laat zich in het verschil met de reguliere hulpverlening beschrijven: “In de multiproblem gezinnen kom je soms meerdere hulpverners tegen. Ik zie ze dan parmantig door het huis heen lopen en over de troep heen stappen. Wat ik doe? Ik ga eerst die troep opruimen. Ik pak alle praktische klussen aan, schep orde en rust en dan ga ik pas praten over wat er aan de hand is.” “De hulpverlening komt als noodhulp met speelgoed voor de kinderen aan, terwijl die kinderen niet eens een goed bed hebben.” Daden in plaats van woorden: dat is de kracht van Fatouch. Naar haar overtuiging hebben deze vrouwen direct hulp nodig, sturing vanaf het begin. Niet na onderzoek van de vraag de vrouwen uitnodigen voor een intake gesprek op bureau. De hulpverlening moet er zelf op af. Er naar toe. Dat is haar devies.

Bijzonder is, dat dit een vorm van outreachend werken is, een vorm van interventie, niet opgekomen vanuit het reguliere beleid, maar vanuit de boezem van de zelforganisatie, vanuit migranten. Qua weerstand lijkt dat overigens geen verschil te maken, want vanuit de hulpverlening krijgt Fatouch vaak genoeg het verwijt voor de voeten geworpen dat zij het heft uit de handen neemt van de hulpvragers: zij bepaalt het en niet de vrouwen. Of dat zij met haar werkwijze op een Marokkaans eiland blijft zitten. So what, zegt Fatouch: “Deze vrouwen hebben zoveel aanpassingsproblemen, dat ze eerst tot rust moeten komen. Laat ze aarden, dan komen de veranderingen vanzelf. Belangrijk is eerst het probleem oplossen. Want wat staat eigenlijk centraal: het probleem of de regeltjescultuur.” Haar deert alle kritiek niet: “Ik bepaal zelf mijn manier van werken. Ik werk ook niet van 9 tot 5. Mijn aanpak vraagt een inzet van dag en nacht. Ik word regelmatig door de politie of andere instanties gebeld om in te springen bij een gezin in nood. Als het ergens mis gaat, dan vertrouwt men het eerste op mij ….”

VoorbeeldenHet grote verschil met de reguliere hulpverlening is dat Al Amal tijd en aandacht terugbrengt bij de hulpvraag. Het resultaatgerichte werk van de huidige hulpverlening uit zich in urenschrijven. Al Amal brengt concrete hulp: de noodzakelijke telefoontjes plegen, brieven sorteren, samen naar de huisarts … Ter legitimatie verwijst Fatouch naar de werkwijze van hulpverlening en het maatschappelijk werk van 20 jaar geleden. Toen kwam de hulpverlening nog gewoon in het gezin, was op het volledige gezin gericht en werkte volgens een integrale aanpak. “Net als wij nu nam de hulpverlening ook het roer in begin bewust over. Niet om het gezin buiten de orde te stellen, maar om vertrouwen te winnen, om weer op het goede spoor te komen.” Nu heet de hulpverlening geïndividualiseerd te zijn, gespecialiseerd met hulpverlening op maat, maar het effect is een gebureaucratiseerde hulpverlening op afstand.

95

Page 96: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Dat vertrouwen overigens is in de Marokkaanse kring een heikele kwestie. Veel vrouwen houden de hulpverlening buiten de deur uit vrees dat hun verhalen worden rond verteld. Die angst bestaat bij hulp direct uit de eigen kring feitelijk nog veel sterker. Door juist direct en concreet in te grijpen, wordt het vertrouwen van deze vrouwen gewonnen. Het stelt aan de andere kant de vrouwen van Al Amal ook in staat om alle smoesjes en kletspraatjes waarachter het wantrouwen zich kon verschuilen te weerleggen.

Een tweede invalshoek van Al Amal haakt in op emancipatie. Marokkaanse vrouwen hebben mannen altijd als meerdere en als meer deskundig gezien: in het persoonlijke leven, thuis, in de samenleving, in de religie.Nu zien vrouwen dat ze zelf ook een ontwikkeling moeten aangaan. Daarbij vormen al die problemen thuis een blokkade. Zolang die er zijn, komen die vrouwen nooit vooruit en staat dat een emancipatie, maar ook een breder perspectief op het leven in de weg. Nu wordt nog heel traditioneel op de kuisheid van het meisje gelet en heeft men nauwelijks oog voor de uitwerking van de seksuele vrijheid van de jongens. Ook niet als zich dat uit in seksueel misbruik van de jongeren op straat of in de buurt. Door de moeders er op te wijzen dat jongens net zoals meisjes daarin kwetsbaar zijn, houden zij hun zonen beter in de gaten en meer van de straat.

Netwerknvt

Mohammed Dahmane, 27 februari 2009St Image Support, directeurregistercontroller, NijenrodeBest person: vastberaden, open persoon, manager.

CVMohammed Dahmane is opgeleid als register accountant in Nijenrode. Zijn dagelijkse werk ken ik niet. Mohammed is een sterke persoonlijkheid: bereid om vragen te stellen over zijn eigen positie als Marokkaan en over de toekomst van de Marokkanen in Kanaleneiland, maar dat wel vanuit een herkenbaar traditioneel kader: Islam, Marokkaan, man. Zo is uit St. Image ‘LadyFit’ voortgekomen. Waar Image zich volledig op jongens en mannen richt, is LadyFit exclusief voor meiden en vrouwen. Mohamed begeleidt en coacht LadyFit nog vanuit St. Image. “Maar ik ben de enige man die zich met hen bemoeit”, haast hij zich te zeggen om onbedoeld de strikte scheiding tussen mannen en vrouwen op Kanaleneiland te bevestigen.

St. Image is begonnen met sport als middel voor integratie en participatie. Daar is een succesvolle talentbegeleiding uit voortgekomen met de voetballer Aisatti (eerst PSV, nu Ajax) als sprekend bijvoorbeeld. St. Image heeft ertoe bijgedragen dat talenten als deze konden doorbreken. Dat gaat overigens allemaal kosteloos. De stichting verdient er niets aan. Dat is zo de afspraak. Jacques van Weel, hoogleraar etniciteit en sport (RUU) is als lid van de Raad van Toezicht een van de bekende namen achter de stichting.

St. Image zit in een ruim kantoor in Oog in Al.

96

Page 97: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Wat is sterkste puntMohamed ziet waar het ‘mis’ gaat in de wijk en is in staat zich daartegen op een hoog niveau te verweren.De kerntaken van St. Image komen voort uit het feit dat organisaties als Doenja de kwesties van de wijk niet effectief aanpakken. Het reguliere welzijnswerk bereikt de jongeren van de straat niet. ‘Ze laten een groot gat vallen ’is zijn letterlijke tekst. Daardoor raakt de ‘wijk in verval’. Voor de overheid is dat een bestuursfeit; voor de gemeenschap betekent dat concreet het verlies van sociaal kapitaal.

Door St.Image springt Mohamed op een professioneel niveau in het gat dat is ontstaan tussen het ‘officiële’ beleid en de dagelijkse vraagstukken in de wijk. Daarin toont Mohamed zich een goede manager: iemand met een krachtige greep op het functioneren van de stichting, met duidelijke standpunten en sterke contacten in de wijk.

VvoorbeeldenDe laatste jaren verschuift de kerntaak ‘sport’ van de stichting meer naar een maatschappelijke rol: enerzijds de sociale coaching van risicojongeren en tegelijk het opleiden en begeleiden van vrijwilligers. Vaak komen die vrijwilligers voort uit de doelgroep en kunnen deze jongeren door de aanpak van St. Image doorgroeien naar een grotere rol in de wijk.

St. Image geeft jongeren tegendruk in hun ontwikkeling: afspraak is afspraak. Talentvolle jongeren worden daarop harder aangepakt, dan jongens van de straat. Talenten worden geacht zich aan te passen aan de nieuwe regels van de organisatie. Zij worden per slot klaargestoomd voor St. Image.Natuurlijk gelden de regels van St. Image en hun activiteiten, alsmede het respect voor leiding en coach, ook voor de jongeren van de straat. Voor hen is het bij de stichting blijven een belangrijk uitgangspunt. Die jongens hebben volgens Mohamed toch al een ‘achtergestelde ontwikkeling’: “als je die nu ‘uitsluit’ dan verban je ze naar de straat.” Die jongens wordt vooral weerbaarheid geleerd en waar nodig kunnen ze zich afreageren in een vechtsport, als een van de georganiseerde activiteiten. Er bij blijven is voor hen voorwaarde om hun gedrag te kunnen aanpassen. Mocht geldgebrek een plausibele reden zijn om af te haken, dan wordt dat zelfs opgevangen.

Een tweede nieuwe aspect in de kerntaak van St. Image richt zich op opvoedingsondersteuning van jongeren. Het nummer 1 probleem van Kanaleneiland, aldus Mohamed. Zij voeren dat zelf uit en ondersteunen daarbij andere zelforganisaties. “Het moeilijke van opvoedingsondersteuning isdat de groep bij wie de ondersteuning aanslaat, het eigenlijk niet nodig heeft en de groep die de steun feitelijk het hardste nodig heeft, bereik je nooit.” Voor hem geldt die groep als verloren. Blijkbaar is het een relatief klein clubje – “maar een handje vol, ik kan ze zo aanwijzen”- en in de wijk nog steeds twijfelaars over de streep weet te trekken. Mohamed onderscheidt in de wijk de criminelen, de supporters van criminelen, sympathisanten, de neutralen en de toppers. De grens wordt vanaf de supporters getrokken. Daar is alle hulp opgericht, ook ten aanzien van de ouders. Van de kant van de officiële instanties ervaart hij niet veel steun. In geval van nood kan hij altijd contact opnemen met de politie. Die reageert dan wel adequaat.

Voor hem zijn de criminelen onbereikbaar. Daarvoor houdt hij Nederland ook schuldig om nog een voorbeeld van zijn cultuurconservatieve inslag te geven. In het openlijke negatieve straatgedrag

97

Page 98: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

hebben Marokkaanse jongeren een slechte eigenschap van de Nederlanders overgenomen: het sterk naar buitengerichte, extraverte, assertieve gedrag. Vroeger heerste er een veel meer duidelijke sociale schaamte, die in stand werd gehouden met een strengere sociale controle vanuit de gemeenschap. Dat gevoel van publieke schaamte is mede weggevallen in het moderne Nederland, zodat jongeren onvoldoende sociale tegendruk ervaren en zich excentriek negatief kunnen uiten.

NetwerkNvt.

Hicham Bentalab, 30 juni 2009Trendy jongerenproject, oprichter en trekker,Best person: gefocused, hard en rechtvaardig, streetwise.

CVHicham werkt op een plek in de stad. Zijn focus is Kanaleneiland. Daar is hij geboren en getogen. Daar kent hij alles en iedereen in de buurt.In augustus 2007 is de stichting Trendy opgericht. De stichting bestaat uit 13 bestuursleden, allemaal studerende en werkende jongeren uit de wijk (Portes, Streetcornerwerk, Doenja).

In de stichting ziet hij voor zichzelf maar een doel: jongeren van het foute pad terugbrengen naar het goede pad, ze ervan weerhouden dat ze terugvallen naar het foute pad of van het goede afraken. Daarin is hij een kei: hij staat in het leven van die jongens en daarin toont hij zich een rolmodel.

En niet zonder succes: van de 42 ‘ontspoorde’ jongens heeft hij er inmiddels 37 aan het werk geholpen. Met het grote aantal bestuursleden ontsluiten ze een omvangrijk netwerk aan vrienden en kennissen, die kennen allemaal weer mensen kennen om zo tot een aanbod van banen en klussen te komen.

Wat is sterkste puntHoewel je zou denken dat de nabijheid die Hicham in zijn werk kan leggen een sterk punt is – wat het ook is – is het feit dat hij het leven snapt, weet hoe de maatschappij functioneert, het beslissende punt. Daarin toont hij zich een gids, een rolmodel voor die jongeren: op het meest moeilijke punt weet hij die jongeren de weg terug te wijzen.

VoorbeeldenTrendy gaat verder dan alle andere projecten in de wijk. Hicham is er ook voor de criminele jongeren, voor de jongens van de harde kern. “Wij zien ze niet zo. Wij bewegen met ze mee. We zien elkaar als een persoon, als een groep. De solidariteit onderling is groot. Het zijn jongens met veel problemen, die als een kat in het nauw zitten. Deze jongens zijn de weg kwijt. Ze hebben schulden, staan zelf weer onder druk en hebben sociaal niks meer te makken. Wat wij doen is ze helpen: zonder voorwaarde, zonder plan. We pakken het werk gewoon aan, niet planmatig, maar direct. Het komt altijd goed.” Hicham houdt ze ook de werkelijkheid voor en proberen ze ook te interesseren voor een opleiding, want “wat verdienen die gasten nu met de diefstal van een laptop: 100 euro. In een keer ja. Dat klinkt veel, maar hoeveel per maand moet je er dan niet jatten, hoeveel zorgen en ellende moet je

98

Page 99: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

daarvoor niet trotseren. Stel je voor, zeg ik dan, je werkt in vaste dienst en je verdient 1000 tot 1500 euro per maand. Elke maand, maand in maand uit. Geen zorgen, geen gezeik, gewoon gewerkt.” Als het even kan, wordt de trekker van zo’n groep jongeren, de trendsetter zo snel mogelijk aan het werk te krijgen. Als dat lukt, volgt de rest makkelijker.

Het begeleiden van deze jongeren is vaak heel intensief: op straat, instanties, rechtszaak etc. Soms kennen de jongeren ook een terugval, maar dan nog “laten wij zij niet vallen. Wij kennen de jongeren, wij hebben inzicht in hen.”

Trendy gaat bewust ongesubsidieerd door het leven. Zelforganisaties staan in zijn ogen onder aan de ladder van de overheid. “Al die clubs moeten werven en leuren voor hun caseload. Ik niet. Ik ben er gewoon. Ik ben aanwezig op straat. Ik heb geen subsidie, hoef ook geen verantwoording af te leggen. Ik kan mijn eigen manier van werken bepalen en nog met een beter resultaat. Er is nog een andere reden geen subsidie willen en dat ligt besloten in de waarheid van de straatcultuur. Subsidie corrumpeert: hoe meer subsidie, des te meer men in zijn eigen zak steekt. De discussie over geld en de besteding ervan wordt openlijk op straat besproken. Men weet soms op de euro nauwkeurig hoeveel geld een project kent en hoeveel er al is uitgegeven. Hier regeert de achterdocht van de street-accountancy. Hicham wil om die reden geen subsidie. Hij wil niet besproken worden onder de jongeren. Hij wil die discussie niet. Sterker, hij voert hem liever zelf.

Netwerknvt

4.3.1 Netwerk UtrechtKorte typering per persoon:

Wijnand van de Giessen, 31 maart 2009Cumulus Welzijn, directeurBest person: bedachtzaam

Van de Giessen begeeft zich op het niveau van de regie van het welzijnswerk in de stad. Met de gemeente is hij in discussie over de verhouding tussen overheid en dienstverlening. Beter is een vorm waarbij de gemeente ‘opdrachtgever’ en moderne vorm van beleidsregie nastreeft met het werkveld. Dat is anders dan het huidige ‘aanbesteden’ van het welzijnswerk, wat vaak neer komt op ‘uitbesteden’. In de het uitoefenen van de diverse welzijnstaken in de stad, moeten de reguliere welzijnsinstellingen niet altijd dominant aanwezig te zijn, aldus Van de Giessen.

In het werk streeft Van der Giessen meer naar een programmatische aanpak, dan naar een werkwijze van losse projecten. Cumulus zelf werkt met een integrale analyse van kinderwerk, jongeren, opbouwwerk, matschappelijke dienstverlening etc. Als het om veiligheid gaat werken zij ook met integrale teams bestaande uit wbv, politie etc.In de integrale aanpak gaat men meer uit van de culturele kwaliteiten van de wijk (aansluiten op zelforganisaties), het streven naar weerbaarheid van burgers, organisatie en de wijk.Volgens Van er Giessen wordt er op dit punt (weerbaarheid) vooruitgang geboekt.

99

Page 100: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Halil Nalbantoglu, 12 mei 2009St. Turkse Ouders, voorzitter,Moskeebestuur, Dyanet, secretaris,Best person: nuchter, selfmade, leergierig.

In het dagelijkse leven is hij groepsleider bij DE Koffie in Oog in Al. Binnen de Turkse gemeenschap is hij een van de sleutelfiguren. Zijn Nederlands is goed. “Toen ik als 1e generatie hier kwam, moest ik wel Nederlands praten. Nu zie je alleen maar Marokkanen en Turken op straat. Die leren elkaar de Nederlandse taal af.”

De Turkse gemeenschap is te weinig bij de wijk betrokken. 60% in deze wijk is Marokkaans. Alle aandacht, formatie, geld en ruimte gaat in deze wijk naar Marokkanen, met name naar de problemen van Marokkanen. Halil: “Als je hier in de wijk iets wilt organiseren, moet je bijna altijd toestemming vragen aan een Marokkaanse meneer of mevrouw. Er zijn ook veel Marokkaanse professionals in de wijk.”

Dat is moeilijk bespreekbaar te maken. In het reguliere overleg met het wijkbureau is Halil de enige Turk, de rest is Marokkaan. Zo zijn de verhoudingen in deze wijk. Bij de wijkmanager kaart hij het verschil tussen Marokkanen en Turken wel eens aan, maar die zegt: “Zolang jullie geen probleemgroep zijn, hebben jullie ook minder prioriteit.” Dat snapt Halil ook wil. Aan de andere moet hij toegeven “organiseren de Marokkanen ook heel veel. Ze brengen ook veel mensen op de been. Dat lukt mij met Turken niet zomaar.”

Abdelselam Belmouden, 12 mei 2009Bureau Jeugdzorg, casemanager,Doenja, operationeel manager,Best person: werkt van binnenuit als enige optie, nieuwsgierig.

Zijn vader heeft hem aangezet een opleiding te volgen. Hoewel hij verschillende opleidingen heeft gevolgd, is hem niet gelukt iets af te ronden. Toch hij gestructureerd in systemen (ouders-kind) en structuren (cultuur, afkomst en islam).

In Kanaleneiland is hij bekend om zijn Tawazoun project, waarmee hij kinderen uit de wijk (Marokko, Liberia, Sierra leone, overig Afrika) direct in hun opvoeding en opleiding ondersteunt. Tawazoun staat voor balans en evenwicht.

Naar inhoud een van de vele bekende projecten: gericht op moeilijk bereikbare gezinnen, kinderen van 8 tot 12 jaar, kinderen die staand eten, waarbij altijd de TV aan is etc.De Nederlandse opvoeding reikt verder dan privé en de eigen voordeur. Bij Marokkanen gaat men uit van een zekere autonomie op straat. Daar heerst blijkbaar een eigen verantwoordelijkheid.Verder zie je in veel opvoedingsondersteuning dat professionals zeggen wat opvoeden is. De steun van de ouders wordt niet zelden gevraagd. Tawazoun gaat veel meer uit van draagvlak van de ouders. Ouders krijgen de ruimte om ook andere zaken in te brengen. Het project zoekt ook naar een positieve stimulering: het belonen met prijsjes en kado’s om het vertrouwen terug te geven op

100

Page 101: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

school en in opvoeding. Een mooi voorbeeld is het Museum van het Kind, waarbij het kind aan de ouders vertelt, wat deze heeft gemaakt. Hier staat het positieve beeld voorop ipv negatie, slecht luisteren en soms afkeuring.

Ook de moskeeën richten zich vaak op de opvoeding, maar volgens Belmouden voeden godsdiensten niet op: “Die geeft geen overstijgend perspectief, die heeft geen kennis van opvoedingstijlen en invloed op man vrouw verhoudingen thuis. Als de moskee iets over opvoeding zegt, dan verschilt dat vaak van imam tot imam.”

Reijnder Jan Spits, 5 maart 2009 Wbv Portaal, gebiedsmanager wonen, Utrecht Zuid, Best person: nuchtere woningbouw jongen, meer organisch dan planmatig

Het opdrachtgeverschap rond herstructurering is in de krachtwijken gekanteld naar een gebiedsgerichte benadering. In de trias -fysiek, economisch en sociaal- ontwikkelt de laatste poot naar een eigen agenda met nieuwe projecten. Rode draad in die nieuwe agenda is het bieden van een perspectief door het aanbieden van kansen gericht op een sociale en maatschappelijke stijging en het investeren in sociaal kapitaal. Leefbaarheid en veiligheid in de wijk is een voorwaarde voor het kunnen aanbieden en aanpakken van kansen. Spits vindt deze sociaal-economische agenda meer motiverend dan de vastgoed agenda. Daar is investeren louter fysiek investeren. Voor elke wbv geldt wel dat er een balans tussen de commerciële taken van de wbv en de sociale agenda. Let wel: het rendement van het vastgoed financieren de sociale taken van wbv.

Jamila Achahchah, 19 februari 2009 LadyFit, Kanaleneiland, oprichster en coordinator, Werkzaam bij Movisie op het onderwerp leefbaarheid en participatie.Best person: charmant, onderzoekend, vasthoudend

Jamila heeft de opleiding fysiotherapie gedaan, vandaar de fascinatie voor het bewegen, maar is uiteindelijk afgestudeerd in Management, Economie en Recht op WO niveau.Voor Jamila was de inactiviteit van Marokkaanse vrouwen in Nederland een schok toen zij op 16-jarige leeftijd (?) naar Nederland kwam. Zij was dat in Marokko totaal niet gewend. Vrouwen zaten hier niet alleen thuis, maar ook opgesloten in hun eigen gemeenschap.Dat is nog steeds een groot probleem. Haar broer bijvoorbeeld komt niet verder dan zijn Marokkaanse kennissenkring. Daarbij heeft hij een vrij gesloten opvatting over de Islam, wat zijn blik op Nederland niet bepaald veruimt. Zij en haar broer wonen nog bij haar vader. Vader heeft hen opgevoed. Moeder overleden? Weet niet beter dan dat een man ook in het huishouden kan werken. Daarmee een liberaal mensbeeld. Voor wat betreft het geloof is zij gericht op de Saoedische Islam, Wahabisme (?).Zij is overtuigd van haar eigen geloof. De imam hoeft haar niet te adviseren over haar werkzaamheden bij LadyFit. Zij weet meer van de Islam dan de Imam in Kanaleneiland.

LadyFit is een vereniging met 800 betalende leden, gericht op sport en beweging als fitness, aerobics, wandelen, afslankcursussen. LadyFit richt zich op bewegen, maar streeft vooral maatschappelijke activiteit en gezondheid na.

101

Page 102: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Van de leden is 10% Nederlands, 60% uit de wijk (K’eiland Noord), 30% uit de stad en 10% uit de provincie Utrecht.De orthodoxie kan een rol spelen bij het sporten. Maar daar gaat men soepel mee om. Als vrouwen niet met muziek willen dansen of bewegen, dan doet dat groepje dat niet. Anderen kunnen dan gewoon hun eigen activiteiten doorzetten. Dat beslist zijzelf. Zie verdere aantekeningen.

Onlangs heeft LadyFit ook een damesvoetbalclub opgericht, waar van de helft van de meiden allochtoon is. Ism Paul Vanweel en St Image.

Naast het aanspreken van vrouwen, zorgt LadyFit ook voor de activering van eigen staf en kader. Dat is in de meeste gevallen vrijwilligerswerk.

Bart Engbers, 27 februari 2009 Directeur VMBO Vader Rijn College, Overvecht, Raadslid gemeente UtrechtBest person: dienstbaar, vriendelijk, historicus, sociaal leiderschap, neemt positie

Het Vader Rijn College is een van de voorbeeldscholen voor overbelaste kinderen van Winsemius. De VMBO staat duidelijk als voorbeeld in het WRR advies.

De VMBO is weliswaar een zwarte school, maar een arme school is een beter dekkende term. In arme gezinnen komen de problemen voor die je bij veel migrantengezinnen ook aantreft: lage opleiding ouders, armoede, gezinsproblemen en dito opvoedingsproblemen.Deze gezinnen zijn meer sociaal arm dan cultuur arm.Op school staan de ankervakken centraal

60% van de leerlingen komen uit Overvecht. Verder uit Ondiep en Zuilen, maar ook uit K’eiland.

De migrantengemeenschap in de school en uit de buurt bestaat voor 60% uit Marokkanen en voor 40% Turken. De verhouding van de migranten tot Nederland is het beste te typeren als de relatie tussen ‘Gemeinschaft’ vs ‘Gesellschaft’. Veel migranten, en dat geldt zeker voor de kinderen, krijgen de vaardigheden niet aangeleerd om om te gaan met de nieuwe omgeving.Dat leren ze op school in het competentiegericht onderwijs: dat is leren dealen en omgaan met de moderne Nederlandse samenleving. Ofwel: je leren overeind houden in een Nederland (cultuur, ddr) kader. In de opleiding wordt je aangesproken op competenties, die je in de Nederlandse samenleving nodig hebt. Je ontwikkelt inzicht in je eigen leerontwikkeling. De docenten hebben daarmee meer moeite dan de leerlingen.

De school is open en gaat vandaar uit ook de wijk in. Zowel de kwaliteit van de school wordt bewaakt (en mede de tradities van de kinderen) alsdat de school de wijk in wil, modern en toegankelijk wil zijn. In beide streeft de school de top na.

De school worstelt op de cm2 in de samenleving. Niet iedereen heeft gelijke kansen in het leven. We kunnen wel iedereen kansen geven. Daarin past geen differentiatie. Inzet van de school is vooral maatschappelijke stijging realiseren: stijgen om de stijging.

102

Page 103: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Ali Esadik, 5 maart 2009St. Van en Voor Jongeren, oprichter, bestuurslid, Best person: ondernemend, initiatiefrijk, open minded.

Van en Voor jongeren bestaat uit 2x coördinatoren (Ali en Sedik), 8x projectleiders; 100 vrijwilligers en 15 stagiaires;team is hoogopgeleid.

Ali, 22 jaar, zelf is ook hoogopgeleid (Havo, HBO, Management, Economie en Recht) met vooropleiding aan de St Gregorius College. Na de herstructurering kwam hij in een andere wijk op een totaal witte school te zitten. Als Marokkaan geboren en getogen uit Kanaleneiland (ik woon in de wijk van mijn vader), werd hij met argwaan bejegend.School heeft hem goed gedaan, heeft hem veel zelfvertrouwen gegeven. Druk met school, (met maar drie andere jongens) wilde een positief beeld uitdragen (ook als je bij de disco geweigerd werd), wel in discussie gaan, maar ook je verlies leren nemen.

Daarin ligt het motief voor oprichting St. Van en Voor Jongeren. Onmiddellijk al samengewerkt met een gemixt groepje: Nederlands, Turks Er speelden ook veel vragen en onduidelijkheden over jongeren: met de ouders, bij de politie, in de media.Hij wilde positief nieuws brengen; organiseerde discussieavonden tussen jongeren en bedrijven, ism Rabo Bank over veiligheid en overlast, zie de actie geef Kanaleneiland een Stageplaats …

Nu heeft de stichting een programma met als hoofdthema’s: Kunst en cultuur, educatie, sport … Werkwijze is vanuit en door de jongeren, waar mogelijk ondersteund met professionals, zie bijvoorbeeld het blad, dat is gesuperviserd door journalisten, maar geschreven door jongeren uit de wijk.

Hij werkt vanuit een groot persoonlijk netwerk; legt en onderhoudt de contacten nu nog zelf; persoonlijke inbreng is dus belangrijk, persoonlijke betrokkenheid bij stichting ook en werk ook.Samenwerking berust op vertrouwen (niet op afspraken, ddr); er wordt geen misbruik van je gemaakt, je moet je afspraken nakomen, anders word je er zelf op aangesproken.

Relatie met jongeren, drop-outs is ook persoonlijk. Zij moeten iemand kennen. Er moet sprake zijn van een directe band (met de projectleiders) anders is er geen ‘overdracht’ van kennis, afspraken ed ..

Jongens en meidenactiviteiten gescheiden, sport ed: jongens niet mengen met meiden in sportkleding. De vraag is of dat houdbaar is op langere termijn. Ali: niet voor de toekomst, nu wel

Anne Heinsbroek, 6 maart 2009 Soda producties, directie, Best person: inventief, sociaal ondernemend

Voorleesproject een grote organisatie: projectbureau van 9 meiden van rond de 30 (een man, de boekhouder) en 150 vrijwilligers als voorlezers. Een bijna volledig wit project. Ook de projectbureau

103

Page 104: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

is een wit eilandje van 9 vrouwen in een bijna volledige Marokkaanse mannelijk dominante omgeving. Zo gelopen, nu niet meer terug te draaien (kunnen geen mannen meer werven!).Projectbureau zit in een sloopflat van Mitros, huur gratis, gwl zelf betalen. Project gestart vanuit een fascinatie voor de vreemdeling; zusje van Turkse vriendin gaan voorlezen om sociaal contact te krijgen, begin moeizaan, lukte opeens steeds beter, op gegeven moment is de zus van Anna, Marieke er ook meebegonnenZo project geboren, nu franchise van project in andere steden.Werving loopt via via (eigen netwerk) of via docenten Nederlands als 2e taal en sleutelfiguren uit de gemeenschap.Particulier initiatief, niet serieus genomen door overheid of programmateam; geen structurele subsidie, wel subsidie van: Oranje fonds, St Lezen, Bieb, Vrom, sponsors …

Erwin de Boer, 31 maart 2009Cumulus Welzijn, integrale jeugdmanagerBest person: vernieuwend, samenbinder (6)

Richt zich sterk op een beheersagenda: veiligheid, gedragBovenwijk Veiligheidshuis, crisisbeheer, gericht op jongeren van 4 tot 23 jaar

Wijkbeheer en welzijnswerk werken samen. Gevolg: 8 wijkbureaus met acht aparte welzijnsstrategieën en methodieken.

Integraal = aanbod voor alle jongen, naschools, in het week-end, overal met dezelfde aanpakBuurtgericht = alle inzet van zorg, wbv, welzijn, politie etc richt zich op een specifieke buurt cq huizenblok; een bombardement van aandachtGebiedscoordinator = vz wijkbureauCoordinatie werkzaamheden: cumulus en wbvMethodiek:- Gedifferentieerde aanpak; - Aanpak met bewoners tezamen: wat kun je zelf, hoe doe we het gezamenlijk;Doel: - Terugbrengen van gemeenschapszin;- Activeren bewonersinitiatieven.

Wbv bouwen gemengder; geen hoge anonieme flats meer; veel problemen komen voort uit anonimiteit; maar ook geen grote taal en cultuurverschillen accepteren, deze aanpak van fysiek en sociaal heeft succes; grens van welzijnswerk vervaagd, nu doen bewoners meer zelf. Voorbeelden: Jongen worden ingezet in bingo avonden van ouderen; Overlast in een winkelcentrum wordt bestreden met een corrigerende groep uit de eigen doelgroep;Activiteiten organiseren dwars door groepen jongeren met diverse culturele achtergrond heen;

Ida Thoenis, 1 april 2009Wijkbureau Overvecht, staflidBest person: ontwikkelaar, brengt mensen bij elkaar, initiatiefnemend (6)

104

Page 105: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Directe, bijna impulsief reagerende vrouwKritisch, afkomstig uit het opbouwwerkGeinteresseerd in de bijdrage van kunst aan stedelijke processen

Heeft een clubje kunstenaars en kunstintermediairs uit de wijk bijeen gebracht (Ziminic, Vrede van Utrecht, Mira Kho, Kosmopolis, DMO-culturele zaken, wbv?, Rob Kouwijzer etc) met als inzet antwoord te krijgen op de vraag naar de houding tov kunst in de wijk:Wat doet de overheid tav kunst: regievoeren of facilliteren.Voor welke projecten wordt gekozen, op grond van welke criteria, kwaliteitskader (zie oa Wijkaktieplan van Mitros)

Ida heeft een voorzet gegeven tav de criteria:Ter ondersteuning van eigen trost, sfeer, herkenning, eigenheid cq identiteitOpdoen van nieuwe inzichten cq ervaringen = verruiming van het eigen perspectief = vergroten wereldbeeld.Stimuleren en vergroten van eigen creativiteit, omgaan met kunst zet aan (motiveert) tot eigen inspiratie = geloof in je zelf.

Linn den Hollander, 25 mei 2009Zimihc, cultuurcoach Overvecht Best person: culturele opbouwwerkster, verbindt en leidt door, in de breedte en de diepte/hoogte (6)

Oud opbouwwerkster (8 jaar) geweest van Cumulus, dus altijd actief geweest met bewonersparticipatie. Beschikt daardoor over een actief wijknetwerk van vaak moeilijk bereikbare mensen (vrouwen): Somali, Marokkaanse, Turks ed ... ook contact met Nederlandse buurtbewoners. Daarnaast opleiding gevolgd als dramaturg aan de opleiding voor Theaterwetenschappen.

Zihimic is het huis van de amateurkunst; het bestaat al zo’n 20 jaar. Het wordt gefinancierd vanuit de provincie Utrecht en de gemeenste; die hebben vooral een 2e lijnsfunctie: aanjagen, versterken (educatie) en doorverwijzen, niet zelf produceren. Zihimic daarentegen programmeert zelf ook dwz brengt zelf aanbod op de planken, organiseert zelf aanbod voor publiek.Utrecht financiert ook cultuuraanjagers, dat zijn in andere termen: cultuurmakelaars. Professionals die vraag en aanbod bij elkaar brengen, bemiddelen in nieuwe projecten ed. Dat is rol van Linn. Zihimic is gevestigd in de Stephanuskerk, een cultuurverzamelgebouw in Overvecht. Doel van Zihimic/Stepahnuskerk is om topaanbod uit de stad naar de wijk te brengen, dus ook wijkbewoners in aanraking te brengen met hoogwaardig kunstaanbod. Verder worden ook goede wijkproducties naar de stad bemiddelt. Dus een tweeledige schakelfunctie.

4.4 Best Persons Leeuwarden

In Leeuwarden zijn 7 best persons geselecteerd, waarvan hierbij van elk van hen de beschrijving.

105

Page 106: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Ellen de Bruin, 13 maartGemeente Leeuwarden, senior integratie en inburgeringBest person: open minded, gekend in de stad, geïnformeerd

CVRond het thema Integratie en inburgering is Ellen de Bruin de enige verantwoordelijke ambtenaar op senior niveau. Binnen de afdeling Welzijn neemt zij in die zin ook een relatief zelfstandige rol in het apparaat in. Zij concipieert de beleidsnota’s, informeert en adviseert de wethouder en onderhoudt de contacten in de stad. Het stedelijk integratiebeleid kent niet alleen een externe betekenis, het wordt ook intern uitgedragen om zo een integraal beleid tussen diensten te bewerkstellingen.Ellen kent de stad goed, maar de stad, althans de migranten en instellingen die daarop betroken zijn, kennen Ellen ook goed. Zij kent de meeste betrokkenen van naam en spreekt hen ook regelmatig.

Wat is sterkste puntBinnen het integratiebeleid heeft Ellen duidelijke richting: zij kiest meer voor actief burgerschap en een actieve vorm van inburgering, dan voor het inmiddels klassieke achterstandsbeleid. Haar inzet gaat uit naar activering en het zelf leren verantwoordelijkheid en kansen te nemen. Zij zoekt om die reden bewust aansluiting bij de 2e generatie en de actieve migranten in de stad. Daarbij is zij zich bewust van de wederkerigheid van integratie. Als oorspronkelijke bewoners zich vastbijten in hun eigen positie, kan dat in bepaalde wijken een barrière in de integratie vormen.

VoorbeeldenOp de eerste plaats het Kleurrijk Beraad. Het Kleurrijk Beraad is een van de 1e migrantenorganisaties in Leeuwarden, waarmee de stad een min of meer gezamenlijk overleg met migranten en migrantenorganisaties wilde realiseren. Inmiddels is het Kleurrijk Beraad een bolwerk geworden van 1e generatie Surinamers, Antillianen, Turken/Koerden, Marokkanen en Somali. Een ieder heeft zijn eigen m2 en zijn eigen ruimte. Van samenwerking is niet veel sprake, van een stedelijke representatie al lang niet meer. Als er nog wordt samengewerkt dan zal het de beheerskant van het pand van het Kleurrijk Beraad zijn. En dat beheer wordt geteisterd door een autarkische leiding en financiële tekorten. De rek is uit dit overleg.

Ellen heeft nadrukkelijk geopperd voor de oprichting van een Adviesraad Multicultureel Leeuwarden, die een nieuwe overleg start kan maken met actieve en jonge (2e generatie) migranten. Het Kleurrijk Beraad heeft in dit overleg geen inbreng gekregen, maar is wel gedwongen de adviesraad te erkennen. De adviesraad is na de zomer in functie getreden.

Het tweede: heet samenklitten van ‘Nederlandse’ belangen. In de wijken functioneren met name de wijkcentra vaak als ‘witte’ bolwerkjes van oorspronkelijke bewoners. De oude bewoners hebben de macht in handen en geven die niet zo makkelijk meer af. Mede op aandringen van Ellen wordt er een nieuwe beheersstructuur gecreëerd, waarin de bevoegdheden van de oude ‘witte’ besturen overgaan. De beheerstructuur wordt gegroepeerd in een gezamenlijke stichting van de Leeuwardens welzijnsinstellingen: HWL en WL.

106

Page 107: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Aan de andere kant is in de Vrijheidswijk een multifunctioneel centrum (MFC) opgericht, waarin tevens de oude voorzieningen en hun bevoegdheden zijn opgegaan. (Deze twee ontwikkelingen kan samenvallen, is mij niet helmaal meer duidelijk, ddr).

NetwerkRobby Karamat, voorzitter Kleurrijk Beraad, Voorstreek 106;Ana Paula, contactpersoon Ark of Convenant Church, zie netwerk;Carmen Ceder, Mondriaanbuurt, Adviesraad Multicultureel Leeuwarden;Hodayfa Bentaieb, jongeren vertegenwoordiger Marokkaanse Moskee ad Esdoornstraat, zie netwerk;Cem Kaya, jongerenvereniging Turkse Moskee ad Zuidvliet, zie netwerk;Adiep Autar, migrantenopbouwwerker HWL;Iqbal Aslam, Pakistaanse man, opbouwwerker HWL, zie netwerk;Fhari Minteş, netwerk Parasol, werkzaam bij de KvK, zie netwerk;Said el Bazi, Politie Fryslan, aandachtsfunctionaris minderheden;Nadia el Habziz, voorzitter van de Adviesraad Multicultureel Leeuwarden, bp;Samira Zoundri, WL, opbouwwerkster;mw Hikmet Cesici, WL, medewerkster.

Astrid de Bue, 14 augustus 2009 Frontlijnteam Heechterp Schieringen, coördinatorBest person: ambitieus, veranderingsgezind, ongedurig, een trekker.

CVAstrid heeft een lange staat van dienst in het welzijnswerk (HWL, Provinciale Ondersteuningsfunctie) en heeft daarin talloze taken vervuld. Tot nu toe houdt zij zich bezig met sociale teams. In die tijd en door die ervaring groeide bij haar de gedachte alle welzijnsfuncties ineen en gebiedsgericht in te zetten. Daarbij moesten werkers meer ruimte krijgen en van hun bureau vandaan. Een ‘frontlijn’ aanpak avant la lettre. Toen onlangs de coördinatiefunctie voor van het Frontlijnteam in Heechterp beschikbaar kwam, was het voor haar een logische stap daarop te solliciteren.Nu vervult zij deze functie (3 dagen) in combinatie met een baan bij de GGD aangaande ‘sociale teams’. (2 dagen)Voor wat betreft haar taak in het Frontlijnteam is zij onderdeel van een onderzoek aan de UvT (!!!).

Wat is sterkste puntAstrid kan de interventie bij bewoners bijna inhoudelijk uittekenen: ze is naar karakter niet afwachtend, weet wat er moet gebeuren en pakt aan en zet door. Ze heeft ook een duidelijk idee wat frontlijnwerk is. Naar haar idee is de ‘interventiewerker’ een breed inzetbare sociaal werker, die op een ‘concrete’ manier nabijheid met bewoners kan aangaan, zonder daarin zijn professionaliteit te verliezen. De frontlijnwerker stelt zich naar de bewoner als generalist op, maar vertegenwoordigt in de samenwerking met zijn collega’s welzeker een specialisme. Astrid leeft zich als het ware in de rol van frontlijnwerker in, omdat dat ook veel van haar loopbaan en werkwijze vertegenwoordigt.

Voorbeelden

107

Page 108: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Dit geldt in wezen ook voor de manier waarop zij haar team aanstuurt. De wijze waarop Astrid haar team definieert en daaraan leiding geeft, zijn feitelijk de kenmerken van haarzelf. Veel van haar werkers zijn door een te bureaucratische baan in toom gehouden en bloeien hier op. Zij is dus een klassieker als het gaat om meewerkend leidinggeven: een echte voor(beeld)vrouw. Haar team moet de drive hebben om mensen te leren kennen, flexibel werken, niet van 9 tot 5, geen ambtelijke houding en ruimte nemen voor creatieve afspraken. Zij laat haar team in vrijheid groeien. Heeft 1x per maand een gesprek met de teamleden. Aan de andere kant wordt er elke ochtend gebrieft en zet zij het team aan tot zelfsturend werken. Er zijn dus grote lijnen, maar er is ook nadrukkelijk sturing.

Voor haar is ‘interventie’ en ‘frontlijnwerken’ een snellere en effectievere manier om de problemen in een wijk aan te pakken. Hierin is ze zelfs wat ongedurig. Dat door de interventiestrategie het welzijnswerk de pas wordt afgesneden, deert haar niet. In de huidige discussie is het welzijnswerk weinig vernieuwend en plaatst zichzelf ook in een slachtofferrol. Het welzijnswerk heeft de boot gemist in de aanpak van ‘kwetsbare’ groepen. Het lijkt alsof Astrid zelf altijd ook door het ‘welzijnswerk’ is tegengehouden in haar ambitie. Nu ziet ze haar kans schoon. Wat hier voor het welzijnswerk geldt, geldt ook voor het maatschappelijk werk: “Die leunen achterover en blijven het liefst vanachter hun bureau de therapeut uithangen.”

NetwerkDietske Bouwman, gemeente Leeuwarden, directeur Welzijn.

Sietske Ingberg, 3 april 2009 Wijkcentrum Bilgaard, coördinatie (0.5 fte), vrijwilligBest person: formalistisch, oppositioneel, agenderend, eigenzinnig

CVOud D66 raadslid gemeente Leeuwarden en is in die rol leidend geweest in het conflict tegen de burgemeester Loeki van Manen. Zij werkt voor 0.5 fte als coördinatie van de wijkvereniging in Bilgaard, gehuisvest in het wijkcentrum. De wijkverenigingen worden gefinancierd aan de hand van alle bewoners in de wijk. Het aantal ‘koppen’ in de wijk, noemt zij dat, ofwel: ‘koppen’ geld. Van de huishoudens in de wijk is 20% lid van de wijkvereniging.

Wat is sterkste puntSietske Inberg heeft een duidelijke mening over het functioneren van wijken en wijkverenigingen. Zij kan die ogenschijnlijk wat stuurs en formeel brengen, maar zij agendeert wel en is sterk toekomstgericht met haar standpunten. Visionair kun je het ook noemen. Hoewel visionair is vaak beeldend. Veel van haar opvattingen zijn vaak in een bestuurlijk en beheersmatig jasje gestoken. Maar toch? Zij heeft een scriptie geschreven over het wijkwerk. Zie archief?

Op het moment bouwt zij aan een nieuw wijkcentrum pal tegenover het bestaande. Het nieuwe centrum moet een open karakter uitstralen, dat daarmee een plaats kan bieden aan verschillende bevolkingsgroepen in de wijk: jong, oud, Nederlands, divers. Dit wijkcentrum is ook een alternatief voor de idee van multifunctionele centra (zie verder MFC).

108

Page 109: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Als het om de verkleuring van de wijk gaat neemt Ingberg een vrouwen standpunt in. Naar haar idee zijn de problemen rond Kleurrijk Beraad een mannenprobleem. Er is behoefte in Leeuwarden aan een vrouwencentrum. Wat haar betreft komt dat er ook. In de wijk merkt ze dat vrouwen moeilijk bereikbaar zijn. Ze gaan niet makkelijk de wijk uit. Vanuit het wijkcentrum worden de vrouwen nog wel bereikt: 50% van de activiteiten is gericht op vrouwen.

VoorbeeldenNaar haar idee zijn de wijkpanels de wijken opgedrongen. Zij zijn naast de bestaande wijkverenigingen geplaatst. Begrijpelijk waar de wijkverenigingen niet goed functioneerden, maar in geval van Bilgaard onterecht. Wijkpanel en wijkvereniging werken ook in Bilgaard niet goed samen. De campagne ‘Bilgaard: het wonen waard’ is op gezag van het wijkpanel gelanceerd met ondersteuning van de opbouwwerker. De wijkvereniging (lees: Sietske Ingberg) steunde deze campagne niet. Zonde van het geld. (Opmerkelijk is dat Jurjen mij juist vanwege deze campagne naar Bilgaard stuurde, ddr). Inberg is meer voorstander van wijkraadplegingen en voor wijkconferenties. Deze vorm van basisdemocratie moet de agenda voor de wijk bepalen. Dat levert meer draagvlak op dan het instellen van panels en verenigingsbesturen. Door juist bevoegdheden in deze wijkconferenties te leggen, kan er een meer duurzame wijkstructuur ontstaan. Niet iedereen hoeft op alle momenten gelijke kansen te hebben, althans dat idee hoeft men niet per se hoog te houden. “Zoek naar sterke initiatieven, aldus Ingberg, die nemen de rest wel mee. Durf te differentiëren.” Volgens haar moeten die overlegstructuren zo zijn ingericht, oplopend, dat zij een achtervang kunnen zijn voor de bestaande ontevredenheid in de wijk.

Het gebiedsgericht werken, aldus Ingberg, kan de gemeente in staat stellen meer taken en bevoegdheden af te stoten naar de wijk. In plaats daarvan is naast de al bestaande opbouwwerker er ook nog de wijkmanager aangesteld (zie Jurjen en zijn 2 collega’s, ddr). Ook zoiets als het MFC = Multifunctioneelcentrum is volgens Insberg is een nieuwe strategie van de overheid in de welzijnstaken en welzijnsfunctie. Volgens Ingberg beklijven veel van deze nieuwe initiatieven niet. Ze ondermijnen eerder bestaande structuren en tasten vrijwilligersnetwerken aan.Zo leidt de gebiedsgerichte aanpak niet tot beter overleg. Op dit punt toont Sietske Inberg zich wel van haar formele kant: “de nieuwe en bestaande overlegstructuren moeten beter worden geborgd in de verhouding wijkmanager vs wijkvereniging om met name verantwoordelijkheden en taken beter af te stemmen. Opeens bleek in de Mondriaanbuurt (een deel van Bilgaard) eenzelfde soort bewonersoverleg te zijn gestart als hier. Daar wisten wij niets van af. Vreemd.”

Naar haar idee moeten de wbv en de wijkvereniging meer met elkaar optrekken: “Die hebben een gezamenlijke sociale agenda. Wij weten elkaar te vinden. Als het gaat om beheerstaken als veiligheid, leefbaarheid, huurachterstand en samenwerking met de politie dan is de wijkvereniging juist goed op de hoogte. Zij wil en kan verantwoordelijk blijven voor de wijk.”

NetwerkGerard Dijkstra, voorzitter wijkvereniging, directeur Opstap;Mw Wil Vogelzang, voorzitter van de activiteitencommissie;Rikkie Hagen, gemeente Leeuwarden, wijkmanager Bilgaard, zie netwerk;Feiko de Boer, gemeente Leeuwarden, zie netwerk;

109

Page 110: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Moayed Abdulkadir, voorzitter van het Kleurrijk Beraad, zie netwerk;Leon Zwerver, HWL, jongerenwerker Bilgaard.

Erik Dekker, 2 april 2009Politie Leeuwarden, jeugdagent, Best person: pionier, neemt verantwoordelijkheid, gaat er op af, doener met overleg

CVGrote sterke kerel, atletisch, strakke kop, kortgeschoren, diepliggende ogen: onverschrokken, klaar voor het gevaarlijke werk. Sinds 2005 jeugdagent op initiatief van St Welzijn Leeuwarden (Beimin, Draaisma). Na een jaar is dit initiatief door de gemeente overgenomen.Hij viel op door zijn werkzaamheden in een ‘politiewoning’ in Bilgaard (van 1999 tot 2004). Hij werkte direct vanuit de wijk. De jeugdagent is ingesteld, omdat sommige jongeren een meer gerichte aanpak verdienen. De wijkagent alleen blijkt onvoldoende. Bovendien als er sprake is van veel wisselingen onder wijkagenten en jongerenwerkers, waardoor er te makkelijk mazen om tussendoor te ontsnappen ontstaan. Veel van de jongeren waarmee hij te maken heeft, kampen met gedragsproblemen. Dat vraagt soms ook vroegtijdig ingrijpen in gezinnen.

Inmiddels heeft hij een eigen netwerk opgebouwd van alle jongerenwerk. In dit netwerk zit hij aan het einde van de pijplijn, bij het repressief jongerenwerk. Hij werkt met strafzaken. Zijn werk is daarmee terug naar kerntaken: zaken draaien, rechercheren, boeven vangen. Bij extra inzet krijgt hij ‘personele’ steun van het corps. Wordt hij ‘gefacilliteerd’, zoals dat heet.

Wat is sterkste puntVeel van dit politiewerk blijkt afhankelijk van persoonlijke contacten. En precies dat levert hij. Hij kent alle jongeren in de stad. Als er feest is in de stad of kermis, dan draait hij altijd diensten. Op straat zijn, je gezicht laten zien, altijd in uniform, herkenbaar, kijken wie er zijn, praatje maken met de jongeren, wie komt waar vandaan etc. Hij gaat duidelijk op zijn werk af.

VoorbeeldenDekker pioniert in het werk. Nu kijkt hij veel meer naar de groepen jongeren: Marokkaans, Nederlands, bepaalde wijk- of straatgroepen. Hij doet onderzoek naar bepaalde bewegingen, naar de veelgepleegde overtredingen en misdaden. Niet alleen de zwaardere gevallen, ook het kattenkwaad. Hij legt dat vast en probeert een patroon te ontwaren. Ook de jongeren daarachter brengt hij in kaart.

Zijn werk bestaat uit veel losse eindjes. Het is zijn taak daarin overzicht te scheppen., Dat doet verder niemand bij het corps. Vanuit het corps wordt hij slechts op eindtermen gevolgd. Op het resultaat, niet op de manier van werken. Dat is zijn verantwoordelijkheid en die neemt hij ook.

NetwerkJaap Braaksma, directeur St. Wijkwerk, zie netwerk;Jan Geert Nutma, oud jongerenwerker, nu directeur Internaat Probleemjongeren;Dris Taouik, vh St Jessur, trekker, voorzitter; Astrid Wassenaar, politie Fryslan, integrale veiligheidszorg;

110

Page 111: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Wietse de Bruin, politie Fryslan;Andre Visser, S = Straat Team.

Erika Hepping, 12 maartWoonFriesland, vastgoedstrateeg, 12 maartBest person: zoekt samenwerking, sluit nieuwe coalities, open minded

CVHaar voorlaatste functie betrof een baan als staflid van de Rijksgebouwendienst in Den Haag. In haar voorlaatste functie werkte ze in Groningen (?). Het feit dat ze van buiten de stad komt geeft haar de rol van nieuwkomer en buitenstaander. Daarmee heeft zij een redelijke voordelige positie in het leggen van nieuwe contacten en het aangaan van samenwerkingsverbanden. Maar het geeft haar ook een kritische blik op de stad. In Leeuwarden zijn er te veel mensen met een ‘een-opdrachtfunctie’. Die hebben maar een taak om uit te voeren. Deze mensen kunnen niet relativeren en niet twijfelen aan hun doelstelling, want daarmee zijn zij in een keer de grip op hun werk kwijt. Die worden heel taakgericht op pad gestuurd, terwijl de stad juist mensen nodig heeft die over hun project heen kunnen kijken. Niet alleen de functionarissen is dat te verwijten, ook de bazen: zij die hen aansturen. De aansturing is in veel gevallen te lijngericht, directief. Het is een uiting van autoritair leiderschap en vorm van ‘verdeel en heers’ strategie. Met elkaar maakt dat de stad tot bestuurlijk veelkoppig monster. Er zijn volgens Hepping veel belangentegenstellingen.

De wbv kent drie werkgebieden: productie (bouw), verhuur (klant) en vastgoedbeheer (het eigenaarschap). Erika legt zich toe op het instandhouden en vermeerderen van de vastgoedwaarden. Als vastgoedstrateeg ziet zij het belang van vastgoed, maar zij tracht die waarde te overstijgen in een sociale agenda. De laatste jaren in de sociale inzet in de wijken sterk veranderd. Vroeger was het meer wonen en het woningbestand beheren, nu wordt het sociaal beheer ook als een duidelijke werkgebied geaccepteerd.

Inzet van een sociaal plan is het scheppen van veiligheid, het vergroten van de betrokkenheid van bewoners bij de woonomgeving en het aansterken van de onderlinge contacten in de buurt. Dit creëert een meerwaarde van de omgeving en die betaalt zich terug in een grotere kapitaalswaarde van het vastgoed. In die zin is de relatie tussen omgeving en vastgoed(waarde) strategisch te kiezen. Een meer specifieke vorm van strategisch vastgoedbeheer vormt het dossier van het maatschappelijk vastgoed. Voor wbv WF betekent dat mede investeren in wijkvoorzieningen en zorgfuncties als brede school, buurthuizen, verzorgingstehuizen ed. Zo is het buurtcentrum van Achter de Hove met geld van de wbv opgeknapt.

Wat is sterkste puntDe relatie tussen vastgoed, sociaal beheer en maatschappelijk investeren is haar thema. Op dat gebied zoekt en vindt zij nieuwe coalities. Samenwerking en het sluiten van coalities is op dit terrein een sleutelbegrip.Voor Erika vormt een gezamenlijk draagvlak voor de te behalen doelen wat een meerwaarde is ten opzichte van louter in kaart brengen van de problemen en deze vervolgens als takenpakket zo goed mogelijk te verdelen over de betrokken partijen. “Dat inspireert me niet en bovendien krijg je altijd

111

Page 112: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

gezeur over werk en geld. Beter is het om de vraag voor te leggen: wat willen we bereiken en hoe gaan we dat doen.” Haar devies is: doelen formuleren in plaats van mitsen en maren. Erika streeft naar een strategische agenda tezamen met gemeente, corporaties en andere investeerders.

VoorbeeldenRuimte maken voor een sociale aanpak:In Heechterp Schieringen en de Mondriaanbuurt heeft de wbv WF tezamen met de andere wbv en de gemeente een lumpsum bedrag gestort in een sociaal fonds. Het ‘sociaal team’, dat de projectgroep in de wijk adviseert, kan daaruit zijn plannen financieren. Deze vorm van ondersteuning is bewust globaal gekozen, zodat men niet kruidenierachtig naar de wijk gaat kijken hoeveel woonbestand men daar heeft en dus dito belangen.(Het sociaal team is samengesteld uit wbv’en, buurtcoaches en de projectleider sociaal van de gemeente Leeuwarden)

Effectieve interventie:Volkshuisvesting is meer dan renoveren en bouwen. Hepping heeft een hand in deze omslag. Zo wordt er in wijken als Heechterp Schieringen, de Mondriaanbuurt en de Vrijheidswijk in het kader van de volkshuisvesting directer geïntervenieerd:- Er wordt ook kleinschaliger gewerkt; - Er zijn sociale teams opgezet;- De afspraken tussen overheid en de wbv zijn versterkt (voorbeeld: als aan bewoners duidelijk is gemaakt de tuin ed te onderhouden dan kan de gemeente het groen in de wijk niet laten verslonzen);- Er zijn buurtcoaches aangesteld met een bredere taak; vroeger begeleidden ze mensen met hun verhuizing en de bijkomende kosten ed; nu betrekken ze de bewoners in de planontwikkeling;- In de Mondriaanbuurt hebben deze coaches op instigatie van wbv WL (Hepping) tevens een frontlijnfunctie gekregen.

De behoefte om de bewoners beter te kennen is dus sterk toegenomen. Vooral ook in wat er achter de voordeur gebeurt. Erika heeft hierin de onderhoudsdienst, ‘de mannen met de busjes’, een belangrijke rol gegeven. Zij komen toch al de woningen binnen en op basis daarvan koppelen zij terug wat ze zien en meemaken. Per wijk kent de wbv nu een team dat zich concreet richt op bewonersvragen en problemen.

NetwerkGossé Postumus, wbv Nieuw Wonen Friesland;Betty Bannink, gemeente Leeuwarden;Roel Sluiter, gemeente Leeuwarden, wethouder;Fridus van de Berg, wijkcentrum Heechterp Schieringen, zie netwerk;Piet van de Wal, raadslid, PAL/GLDietske Bouwman, sectorhoofd sociale contacten, gemeente Leeuwarden;Jurjen van der Weg, gemeente Leeuwarden, wijkmanager, zie netwerk.

112

Page 113: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Nadia el Habziz, 16 juni 2009Adviesraad Multicultureel Leeuwarden, voorzitterMCL, management assistenteBest person: gedreven, vasthoudend, straight, pro-actief, dwingend, jong

CVEen Marokkaanse vrouw van rond de 30 jaar. MBO opgeleid, volgt opleiding International Office manager aan het HBO. Zelfverzekerd, ik-gericht, als het om publieke vraagstukken gaat denkt zij vanuit het individu en niet vanuit de gemeenschap.Zij werkt verder voor het Medisch Centrum Leeuwarden. Spreekt met een Fries accent ‘momentje hoor’ met het bijbehorende straight gedrag.

Zij is lid geweest van werkgroep vrouwen, een brede migrantengroep in Leeuwarden. Haar viel het niet-professionele gedrag op. Het stoorde haar. Het gemak waarmee zaken die misgingen werden toegedekt, het gebrek aan structuur, er was geen sprake van organisatietalent in de groep. Ze noemde het voorbeeld van een reisje, waarbij of de bus niet was georganiseerd of dat de helft van de vrouwen die hadden toegezegd niet kwamen opdagen. In elk geval ging er teveel mis zonder daarvan iets te zeggen.Leeuwarden kende tot voor kort een migrantenplatform in de hoedanigheid van het Kleurrijk Beraad. Ook dat is ten onder gegaan aan gebrek aan professionaliteit. Rond het beheer heerste er geen openheid van zaken. Er werden zaken achtergehouden en het bestuur functioneerde niet transparant. Intern raakte men verstrikt in een machtsstrijd tussen de onevenwichtig samengestelde migrantengroepen. De Hindoestanen of Surinamers streden als oudste gebruikers om de macht. De anderen migrantengroepen waren vaak ongeorganiseerd en ongeschoold. Men toonde intern in elk geval geen initiatief om uit de problemen te komen. Overheidsingrijpen was ook niet mogelijk omdat de beheersstructuur dat niet toe liet. Het eenvoudig opzeggen van de huur had geen zin.Om verdere reputatieschade van Kleurrijk Beraad te voorkomen, is de Adviesraad Multicultureel Leeuwarden ingesteld. Deze gaat in het najaar 2009 van start en Nadia is daarvan de eerste voorzitter.

Wat is sterkste puntNadia is vastberaden en gedreven. Zij is zakelijk in haar manier van doen. Je herkent een zekere Friese nuchterheid terug in haar houding: straight, direct, eerlijk, rationeel. Ook in het oordeel van de migrantengemeenschappen is zij transparant. De traditie van de verschillende gemeenschappen kan wel in veel gedrag en houdingen een rol spelen, maar dat staat volgens Nadia een duidelijk standpunt en een transparante keuze niet in de weg. Zij geniet veel vertrouwen van haar omgeving.

VoorbeeldenNadia wordt de eerste voorzitter. De Adviesraad kent een onafhankelijke positie en hanteert een eigen doelstelling. De Adviesraad kent 7 leden, waaronder Nederlands lid. De raad is mede door Nadia ingesteld. Zij wil zich gaan richten op concrete vraagsrukken. Jongeren en zeker ontsporende jeugd is er daarvan een. Zij zal pleiten voor meer jongerenvoorzieningen bijvoorbeeld in de Vrijheidswijk, een van de bestaande probleemgebieden. Hoe concreet de agenda ook zal zijn, zij verwacht de gemeente te kunnen adviseren met een gevoeliger oog voor de behoefte en positie van de migrantengemeenschappen.

113

Page 114: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

NetwerkCarmen Ceder, lid Adviesraad, gegevens bekend.

Douwe Beimin, 10 juli 2009 St. Wijkwerk Leeuwarden, mededirecteurvh Welzijn LeeuwardenBest person: antibureaucratisch en ondernemend: een problemsolver en een macher.

CVDouwe Beimin is een van de oprichters van St. Wijkwerk Leeuwarden, een soort privé alternatief van het welzijnswerk in Leeuwarden. De stichting maakte naam door hun doortastendheid en non-conformistische manier van werken. Douwe Beimin en zijn collega Jaap Draaisma zaten nooit om werk verlegen. In Leeuwarden zijn zij beiden een begrip, waarbij Beimin een monument in het opbouwwerk is.Het laatste plan dat Draaisma en Beimin hebben opgezet, is voorbeeldvormend voor de heren en hun werkwijze. De idee was de St. Wijkwerk Leeuwarden te fuseren met Welzijn Leeuwarden. Dan kon Draaisma ermee ophouden en zijn oude stiel van vastgoedondernemer weer gaan oppakken en Beimin zou in de uitloop van zijn carrière op een degelijke arbeidsplaats terecht komen. Bovendien ontstond er zo een grotere stichting, die op den duur de strijd kon aangaan met de Welzijn en Hulpverlening Leeuwarden (WHL), de andere stichting. Het achterliggende tactische plan was -of the record- echter dat Beimin daarmee in een positie gebracht werd om mogelijk de directiepost van de nieuw gefuseerde stichting over te nemen. Het liep helaas anders. Beimin kwam onder de zittende directeur te functioneren en dat leidde vrijwel onmiddellijk tot een botsing van karakters en werkstijlen. De een (Beimin) creatief en innoverend en de ander (de zittende directeur) terughoudend en functionerend met een zeer behoedzaam personeelsbeleid. Ze kregen ruzie over alles. Toen de voorzitter van de Raad van Toezicht terugtrad, een medestander voor een meer offensief welzijnsbeleid, mislukte de opzet. Douwe Beimin stond in januari 2009 al op non-actief en is per 1 augustus jl. weer werkzaam bij de stichting Wijkwerk Leeuwarden.

Leeuwarden kent twee grote welzijnsinstellingen: Welzijn Leeuwarden en Hulp en Welzijn Leeuwarden. De St. Wijkwerk is een kleine projectgerichte organisatie. De ambtelijke top streeft wel naar een grote welzijnorganisatie. De politiek denkt daar anders over. De opzet van Beimin samen met zijn collega Jaap Draaisma omdat van binnenuit te realiseren, is dus niet echt gelukt. De situatie in Leeuwarden wordt door Bouwe als er een van verdeel en heers geschetst: ambtelijk is men de baas, zij voeren overleg naar hun eigen goed dunken en trekken daarmee aan de touwtjes. (ddr: of daarmee ook een situatie met een grote welzijnsorganisatie wordt verondersteld, weet ik niet. Ik ken de ambtelijke policy niet).

Wat is sterkste puntDouwe Beimin is een klassieke opbouwwerker, zowel naar uitstraling als houding. Het is een voorkomende, geestdriftige man. Niet iemand die je zomaar opzij zet, of sterker: niet iemand die zomaar opzij gaat. Want wat dat betreft verloochent ie zijn achtergrond niet. Hij is een klassiek voorbeeld van een rechtgeaarde Friese oud-communist met een vleesgeworden betrokkenheid. Als oud CPN-er is hij raadslid geweest van de Provinciale Staten en staat hij, zoals hij dat omschrijft ‘graag met zijn voeten in de wijk’.

114

Page 115: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Uit zijn politieke periode heeft hij wel geleerd dat wat ambtelijk moeilijk voor elkaar te brengen is, politiek veel gemakkelijker en directer gaat. Dat verklaart voor een deel zijn anti-bureaucratische houding. Dat voor hem het doel de middelen heiligt, gaat te ver. Maar als je naar zijn overtuiging ergens achter staat, dan moet je ook onconventioneel kunnen handelen. Naar zijn zeggen kunnen ambtelijke projecten ook nooit mislukken: ‘Daar zit de uitvoering en het toezicht in een hand’. Hij is veel meer voorstander voor opdrachtgeverschap. Ook in het welzijnswerk: ‘stel vast, stuur bij en reken af’. Over de gemeente: ‘Nu zitten er wel 50 kneusjes op onze ‘figuurlijke’ stoelen en die houden de ontwikkelingen in de stad tegen.’ De contacten met de stad en in het bijzonnder met wethouder Roel Sluiter zijn warm. Overigens heeft die een zelfde politieke achtergrond als Douwe. Zij zien elkaar regelmatig (lunchen) en daarbij wordt dan besproken welke taken Douwe in de gemeente kan oppakken. In het licht van een te ambtelijke opstelling, kan een macher als Douwe Beimin oplossingen en de nodige versnellingen bieden. Beimin zorgt goed voor zijn contacten en onderhoudt ze ook goed. Het is een echte netwerker, die op het niveau van Leeuwarden en de provincie wel weet hoe de hazen lopen. Naar eigen zeggen voert hij een bewuste PR en spreekt hij deze en gene regelmatig. Zijn netwerk is ook breed (top en stedelijk) en uitgebreid (meerdere sectoren). Het verhaal gaat dat hij op een gegeven moment vanuit het stadhuis een elektronische sleutel op zijn naam kreeg, zodat hij zich vrijelijk onder ambtenaren en wethouders kon bewegen en zich niet voortdurend bij de balie hoefde te melden. Dat scheelde veel balietijd. Beimin staat overigens in contact met 4 wethouders. Daaruit komen altijd werkzaamheden

VoorbeeldenBinnen de st Wijkwerk Leeuwarden worden vanaf augustus 2009 tal van projecten geïnitieerd op het gebied van onderwijs, Antilianenproblematiek, ondersteuning van de wijkpanels, het Graffiti Patform …

Ter illustratie:“Als het om Antilianen gaat, zegt Douwe, dan moet je met hen gaan praten. Vaak kiest men voor een brede aanpak. Maar breed is hier dan synoniem voor ‘op afstand’, ‘vermijdend’ en ‘ver weg’. Geef de sleutelfiguren uit de gemeenschap als de ‘big mama’s’ een rol, zul je eens zien hoe goed die mannen luisteren. En juist bij Antilianen: speel de aanpak niet via de ambtelijke weg, maar direct naar de politiek. Dat heeft veel meer effect.”

Het Graffiti Platform is indertijd door zijn college Jaap Draaisma opgezet, om overlastgevende graffiti tegen te gaan en tegelijkertijd toch ruimte te creëren voor tekkers en spuiters. Naar zeggen van beide heren is dat een belangwekkend project geworden met een voorbeeldfunctie voor West Europa. Navraag in Rotterdam leert dat men nog nooit van graffiti in Leeuwarden heeft gehoord. Voor wat het waard is: Beimin gaat de komende tijd deze aanpak uitrollen over Nederland.

NetwerkAd van Alphen, interventieproject Heechterp Scheringen, participatieproject Doen, zie netwerk;Dietske Bouma, directeur Welzijn;Roel Sluiter, wethouder;Leo van Lierop, directeur Piter Jelles;

115

Page 116: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

HW van de Panne, directeur Bredeschool;Elly Blom, directeur Piter Jelles Old Land;Warder Blauw, directeur Medisch Centrum Leeuwarden.

4.4.1 Netwerk LeeuwardenKorte typering per persoon:

Moayed Abdulkadir, 16 juni 2009Midia, Koerdische Vereniging Leeuwarden, voorzitterWoordvoerder Koerden in NederlandBest person: sluw, sociaal intelligent, woordvoerder, intern oplossingsgericht

Moayed, 51 jaar, is van huis uit hoogleraar = professor = docent Engels aan de Universiteit van Iraaks Koerdistan geweest. Hier heeft hij geen werk, behalve dan woordvoerder zijn van de Irakese Koerden in Leeuwarden en Nederland. Vanuit die rol vervult hij veel advies en ondersteuningswerk. Hij is een echte voorman. Hij schept ruimte voor zichzelf om intern problemen aan te pakken en op te lossen. Hij treedt ook vaak als bemiddelaar op in huiselijke conflicten (opvoeding, huwelijksproblemen). Het bijeffect is dat hij ook de gemeenschap afschermt voor externe bemoeienissen en het aankaarten van interne problemen (m/v, eerwraak, gezondheidstaboes, abortus ed, opvoeding, criminaliteit, participatie etc). De klassiek Koerdische cultuur is een gesloten dorpelingencultuur.

Moayed is actief in het Kleurrijk Beraad. Dat beraad is naar zijn idee overbodig. Hij ziet meer heil in het Multicultureel Overleg Leeuwarden. Hij steunt Nadia. Verder moeten de wijkpanels meer samenwerken met migranten. Bilgaard is wat dat betreft de beste wijk. Zie Ingberg.

Als persoon is hij makkelijker. Hij is een liberaal islamiet, seculier = niet praktiserend, eet varken en drinkt alcohol. Een gescheiden man, een dochter. “Ik voed haar vrij op. Zij mag zelf kiezen (…) Zij heeft een Antilliaans meisje als vriendin. Maar als mijn dochter bij haar is, dan bel ik haar elk half uur.”

Ad van Alphen, 13 maartGemeente Leeuwarden, Sectormanager Welzijn, projectleider Frontlijnteam Heechterp, Best person: vakbondsman, voert de persoonlijke maat, gedreven.

Van Alphen ziet de overheid als regisseur. Daarin komt zijn vakbondsachtergrond tot uiting: ook daar gold zorg en aandacht in het belang van het individu. De overheid heeft de taak individuen tegen zichzelf te beschermen en of aan te zetten tot een actieve, zelfredzame rol. Dat bewonersparticipatie en bewonersinterventie zijn thema’s zijn, verbaasd niet. Het project DOEN gold als voorbeeld van bewonersparticipatie (in het kader van de Pechtholdgelden). De Frontlijnaanpak in Heechterp Schieringen was het project waarin zijn aandacht voor bewonersinterventie aandacht kreeg. De doelstelling is alomvattend en ambitieus: in 10 jaar tijd moeten 2000 deurcontacten worden gedaan, waarbij de inzet is, dat iedereen er op vooruit moet gaan. De ontwikkeling van soft power in de vorm van concreet beleid.

116

Page 117: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Hodayfa Bentaieb, 3 april 2009 Marokkaanse Moskee, jongerenvertegenwoordiging, de zoon vanBest person: toegankelijk, weinig beslissend, praatgraag

Geboren en getogen in Leeuwarden, 27 jaar, HBO opleiding P&O, HRM.

Zijn vader is woordvoerder en bestuurder van de Marokkaanse moskee, hij is de zoon van en wellicht een van de potentiële opvolgers; gelovig, draagt de leer van de islam uit, doceert als het kan. De moskee kent 20 nationaliteiten. De preek wordt uit het Arabisch naar het Nederlands vertaald. Vaak zijn de 1e generatie instrumenteel, te hoekig in de oplossingen. Zijn vader niet. Heeft Pabo opleiding gehad en is docent geweest in ‘eigen taal en cultuur’.

In zijn werk is hij als het ware ‘verliefd’ geworden op het krijgen van eigen verantwoordelijkheid. Dat compenseerde voor hem de vele tegenwerking die hij in zijn jeugd en opleiding als Marokkaan heeft ervaren. Hij wilde verantwoordelijkheid dragen, hij wilde manager worden. Maar als teamchef pikte men niet alles van hem: “Kom jij als Marokkaan mij de les lezen.” Zijn chef steunde hem –een Amsterdammer (!), die ook vond dat Friezen maar lompe boeren waren. Toen die vertrok, was het gedaan met zijn functie.

Fridus van de Berg, 12 maart 2009Wijkcentrum Heechterp Schieringen, beheerderWijkpanel Heechterp Schieringen, voorzitterBest person: intermediair

De titel beheerder is te zwak uitgedrukt. Fridus is eindverantwoordelijk en dus inhoudelijk verantwoordelijk voor de activiteiten van het wijkcentrum. Het wijkcentrum organiseert diverse activiteiten, waaronder Nederlandse taalles.

Het wijkpanel heeft per jaar een budget van 13K te besteden aan fysieke en sociale verbeteringen in de wijk. Het panel bestaat uit 9 leden. Als voorzitter neemt hij ook deel aan het bestuurlijk overleg: wethouder, projectleider, wbv-en en de overige wijkpanels (vz-ers). Daar wordt vaak strategischer over de wijk gesproken: fronlijnteam, sloop, herstructurering etc. Soms is dat moeilijk terug te vertalen naar zijn wijkpanel, laat staan naar de bewoners.

Feiko de Boer, 12 maart 2009Gemeente Leeuwarden, projectleider, Best person: betrouwbaar, woningbouwman, geen notie van sociale agenda

Feiko is projectleider van het projectbureau, dat de bouwplannen trekt in wijken als de Mondriaanbuurt, de Vrijheidswijk miv van de voorzieningen (Multi Functioneel Centrum). Voor hem geldt eerst bouwen, dan praten. Hij haalt de anekdote aan van een ontwerper uit het stadhuis, die al luisterend naar bewoners, plannen schetst en zo hun wensen in beeld brengt. Dat functioneert voor hem beter dan een sociaal programma: “Dat is vaak zo oeverloos en daar kun je bewoners niet mee lastig vallen.”

117

Page 118: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Jaap Braaksma, 12 maart 2009St. Werk en Welzijn Leeuwarden, SWWL, directeurBest person: eigenheimer, ongebonden, omtinker.

Collega van Douwe Beinim. De stichting heeft willen fuseren met Stichting Welzijn Leeuwarden (WL). Dat is uiteindelijk niet gelukt. Zie Beinim. Net als Douwe is Braaksma een ondernemer, een eigenheimer, een omtinker noemt hij het zelf, sterk in onmogelijke opdrachten.Braaksma is een financieel onafhankelijk. Hij is na een opleiding aan de sociale academie onroerend goed handelaar geworden. Uit ongenoegen met de stad en de ontwikkelingen is hij zich steeds meer met de ontwikkeling –fysiek en sociaal – van Leeuwarden gaan bemoeien. Overdag praatte hij over geld, ‘s avonds was hij vrijwilliger. Hij denkt aan afbouwen van zijn huidige taken (vandaar fusie en overgang van Douwe naar fusiestichting) en het onroerend goed weer te gaan oppakken. Zal met zijn financiële situatie te maken hebben.

Rikkie Hagen, 16 juni 2009gemeente Leeuwarden, wijkmanager Bilgaard en Vrijheidswijk

Leeuwarden kent drie wijkmanagers, die met elkaar de stad verdelen. Jurjen is het aanspreekpunt van deze managers. Naast Rikkie is completeert Bram Louwerse het trio wijkmanagers. De drie zitten gezamenlijk op een kamer, waardoor de lijnen kort zijn en een ieder van elkaars werk op de hoogte blijft. De kamer is een soort cockpit van de stad.

Rikkie Hagen maakt een dienstbare indruk. Richt zich vooral op de bewonerskant van de wijk: huisvesting, kwaliteit wonen, leefbaarheid, diversiteit (ook migranten moeten een plek in de wijk hebben), participatie, sociale problematiek etc.Sociale interventie vindt volgens haar vooral via woningbouw af: sloop, renovatie, nieuwbouw & huur of koop.

Aslam Iqbal, 2 april 2009HWL, opbouwwerker Vrijheidswijk, Best person: Engelse Humor (‘Hoe los je al die problemen nu op? Ik neem vliegles’), management by speach, kritisch en open

Opleiding gevolgd in Schotland, met een Friese getrouwd, van Pakistaanse afkomst. Opbouwwerk bij HWL sinds 2007, zijn vrouw is daar leidinggevende.

Ondersteunt als opbouwwerker het wijkpanel, verschillende bewonersgroepen en werkgroepen in de wijk. Werkt wijkgericht = gebiedsgericht = vraaggericht.Investeert ook in de keten: wijkonderzoek, wijkplan, bewonersvisie, participatie en regie over de eigen wijk.Actief in het pas geopende multifunctioneel wijkgebouw met daarin alle wijkfuncties. Ook het oude wijkgebouw, wat een wit bolwerk van oudere Friezen was. Leven z.i. met de dominantie van vroeger:

118

Page 119: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

vroeger was alles beter. Als het aan hen ligt krijgen migranten een hoekje in het nieuwe gebouw en pakken zij de grote ruimtes in. Spreken niets af, nemen het gewoon in. Taak van Iqbal is het pand op gang te brengen. Laatste nieuws is (september 2009) is dat hij problemen in het nieuwe wijkgebouw heeft.

Cem Kaya, 9 juli 2009ISN Ulu Moskee Leeuwarden, bestuurslid, Adviesraad Multicultureel Leeuwarden, lidFortis, ASR verzekeringen, telefonisch adviseurBest person: prater, defensief, gericht op gemeenschap en geloof (5)

Op Nederland georiënteerd. Hoogst afgeronde opleiding: MAVO. Uitbreiding kwalificaties door middel van cursussen. Hij is het jongerenlid in het bestuur van de moskee en vervult de taak van PR, dialoog en fondswerving. De moskee telt ongeveer 60 gelovige leden.De inslag van de Ulu Moskee is liberaal, althans in de communicatie: open voor mannen en vrouwen, dialoog. Zoekt ook contact met bijvoorbeeld de Marokkaanse moskee.In de relatie van de islam met de moderne samenleving, neemt hij een defensieve houding aan. “De problemen zijn niet door ons ontstaan; cultuur en islam zijn een, vernieuwing in de islam is niet vanzelfsprekend etc.Over het integratiebeleid in Leeuwarden neemt hij een veel meer zelfbewuste houding aan: “Het beleid in Leeuwarden moet met migranten worden gemaakt, niet voor migranten. Zo is het nu.”

Fahri Minteş, 10 juli 2009Netwerk Parasol, voorzitter;KvK Leeuwarden, stafmedewerker;Best person: man met een missie, bovenlangs verbinden en overtuigen.

Afkomstig uit de provincie Bursa in Turkije en woont sinds zijn 9 jaar in Leeuwarden. Hij heeft 5 jaar in Groningen gestudeerd aan de Lerarenopleiding, Engels en Geschiedenis en daarna Economie aan de Nederlandse Business School.

Parasol is opgericht als een issue netwerk met leden in allerhande maatschappelijke organisaties: KvK, CWI, GGD etc etc. De kracht van het netwerk is dat men met elkaar vraagstukken omtrent de multiculturele samenleving doelgericht oplost. Met gaat niet politiseren of klagen, maar pakt het knelpunt aan en maakt de situatie beter. Onderling en aan nieuwe leden verleent men informatie, steun en soms intervisie cq hulp. Men streeft naar een zich zelfversterkend netwerk. Merendeel van de leden is hoger opgeleid.

Ana Paula, 3 april 2009Ark of Convenant Church, voorgangsterBest person: brengt mensen bij elkaar, geen bruggenbouwer

119

Page 120: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Daar waar haar man de mannen leidt in de kerk, en dus voorganger is, is zij de vrouwelijke voorgangster en richt zich vrouwen en op jongeren. Zij is afkomstig uit Angola, hij uit Congo. Al het werk rond de kerk, besturen, activiteiten organiseren etc is vrijwillig.

In Leeuwarden zijn nog 3 migrantenkerken actief. Zij richten zich specifiek op bijbellessen. Hun omvang is beperkt: respectievelijk 35x, 10x en 26x leden. (!, dat Ana Paula dat zo precies weet, ddr).Ark of Convenant Church telt 150 kerkleden uit Antillen, Afrika, VS, NederlandDe kerk is een vindplaats van sociale en culturele problemen die herkenbaar aan de Afrikaanse gemeenschap kleven. Niet uniek, maar wel aanwezig. Veel vrouwen zitten in een verdrukte positie: vrouwenhandel, sex, drugs. Via vrouwenprojecten (beauty salon, modeshow) probeert men vertrouwen te wekken, deze vrouwen te bereiken en bescherming te bieden. Kerk wil een feel good gevoel geven, maar is ook actief.De kerk os overheidssteun ontzegd, vanwege de band met het geloof. Toch vervult de kerk een sterke sociale functies in de zin van sport, talentenjacht, muzieklessen, contactavonden etc, voor stedelijk juist zo’n moeilijk benaderbare groep. Ana Paula: “Donkere mensen zijn vaak wantrouwig. Zij geloven nog in de wond van de slavernij en juist zijn hebben juist vertrouwen van de overheid nodig.” Voor jongeren geldt deze kwestie idem dito.

Jurjen van de Weg, 16 juni 2009Gemeente Leeuwarden, wijkmanagersBest person: ambitieus, eager, streng, rechtvaardig

Van de Weg is duidelijk een extrovert type: present en aanwezig. De wijkmanagers kennen een dubbele rol: zij hebben de taak om de processen doorgang te laten vinden (intern, ontstoppers) en de taak om het bestuur op besluiten voor te bereiden. Ten tweede moeten ze de kloof tussen burgers en uitvoering verkleinen. In dit verband onderhouden de wijkmanagers een relatie met hun wijkpanels.

De keuze is gemaakt eerst het interne proces strak te trekken en te streven naar meer verantwoordelijkheid en dynamiek. Zo hebben diensten de neiging hun verantwoordelijkheid te ontlopen en de wijkmanagers als hun ‘projectleiders’ in te zetten ipv het werk op te knappen. Daarna (in de tijd: nu) moet de slag naar buiten worden gemaakt. Naar meer samenwerking bijv met wbv (partners of kemphanen); naar inzet op uitvoering (frontlijn heechterp),naar profilering van de wijk als succesverhaal, naar bewonersparticipatie, naar coalities tussen bewoners en professionals etc.

4.5 Best Persons Zwolle

In Zwolle zijn eveneens 7 best persons geselecteerd. Hierbij van elk de beschrijving.

Jan Schinks, 22 augustus 2009 Gemeente Zwolle, Concernafdeling, bestuursadviseur (BA)Best person: netwerker, doener, creatief, agendazetter.

120

Page 121: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

CVJan Schinks zit als bestuursadviseur met zijn vingers in het beleid. Niet op de voorgrond, als een frontliner, maar in de backoffice. Hij is betrokken bij veel ‘hoogwaardig’ bezoek. Bereid uitwisselingen tussen collegeleden voor uit steden in Nederland, maar richt zich ook op concreet beleid. Juist vanuit die positie trekt hij aan vele touwtjes. In het stadshuis en in de stad. Schertsend worden hij en Arthur ten Have, de griffier, wel eens de muppets van de gemeente genoemd: ze bemoeien zich met alles en hebben overal contacten: in alle diensten, in de voetbalwereld, de tennis- en klaverjasverenigingen. Overal.

Schinks komt uit de GSB. Hij heeft in 1995 tezamen met de toenmalige burgemeester van Zwolle Jan Fransen bijgedragen aan de start van het GSB-beleid, aan de uitbreiding naar de G-27 en de uiteindelijke oprichting van NICIS. Jan is ook lange tijd voorzitter (?) geweest van de G27. In die tijd was hij meer op Den Haag gericht dan op Zwolle. Uit die GSB periode heeft Schinks een soort sociëteit overgehouden van actieve personen binnen het grootstedenbeleid. Deze sociëteit bestaat uit ongeveer 50 leden. Zij zien elkaar jaarlijks.Het ‘GSB’ werk heeft hem geleerd strategieën op langere termijn vorm te geven in concrete stappen. Dat draagt bij in een van zijn belangrijkste werkzaamheden, namelijk: het positioneren van de stad Zwolle.

Wat is sterkste puntJan Schinks is een ideeënman. “Ik ben altijd met de stad bezig. Mijn hoofd werkt 24 uur. Soms krijg ik ’s nachts de mooiste ideeën.” Zeker lijkt dat de GSB-tijd Schinks veel inspiratie heeft bezorgd. Tegelijkertijd is hij in staat uit veel halve gedachten vaak een heel idee voor Zwolle te destilleren. Zo heeft hij aan de wieg gestaan van ontwikkelingen en nieuw beleid als wijkgericht werken, de aanstelling van wijkmanagers, vormgeven van het maatschappelijk aanbesteden; het aanstellen van bezoekvrouwen als eerste vorm van beleid achter de voordeur; buurtbemiddeling en mediation; de idee van een gebouwenmakelaar (zie de herbesteding van bejaardenhuizen, scholen, kerken ed). Dit is nog steeds actueel beleid wat door hem al jaren geleden is geopperd en ingezet. En die rol vervult hij nog steeds. Nu bijvoorbeeld volgt hij de ontwikkelingen rond de WMO discussie. Wat is daarin de taak van de overheid? Wat kan en moet de burger zelf doen? Dat zijn voor hem de leidende vragen. Daarbij weet hij dat op de achtergrond een mogelijke bezuiniging speelt als uitloper van de kredietcrisis (8 miljoen). Volgens Schinks zal dat een forse kostenverschuiving op gang brengen, die ook drukt op de huidige WMO discussie. Vandaar Schinks bezorgdheid en aandacht.

Loopt Schinks nu voor de troepen uit en trekt hij aan de stad? Weet hij alles op de agenda van de stad te plaatsen? Hij relativeert zijn rol: “Ik breng veel ideeën te berde. Zwolle als stad kan niet altijd mijn ideeën borgen. Veel niet, in 19 van de 20 keer zelfs niet. Maar als het raak is, is het ook een hit.” Daarbij komt dat je Jan Schinks sneller ziet denken, dan dat hij zijn ideeën en redeneringen kan verwoorden. Hij wil nog wel eens struikelen over zijn eigen gedachten. Als hij in de loop van het gesprek op stoom raakt, zie je hem op gegeven moment overlopen en dan roept ie: “nu is het genoeg, nu moet ik ophouden.”

VoorbeeldenEen van de lange termijn projecten is de regio. Zwolle is een provincie hoofdstad, strategisch gelegen in Oost Nederland. De stad kan als deze dat wil zich los van de regio ontwikkelen. Toch trekt Schinks

121

Page 122: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

aan een regio-overleg. “De regio is van belang. Je kunt de regio ook niet overvragen. Door de uitbreiding van Dronten moest Kampen opeens 2000 woningen bijbouwen. Dat viel niet goed. Je hebt elkaar nodig. Ook strategisch. Stel je voor je wil werken aan een soort stedennetwerk als Brabantstad of zoals Leeuwarden en Groningen, dan moet de band met de regio goed zijn. Anders roept dat teveel weerstand op.”Schinks begrijpt als geen ander dat het eerste contact meer gericht is op de ontmoeting dan welke samenwerkingsagenda dan ook. “Dan is het de benen op tafel. Koffie drinken en ouwe hoeren.” De 1e

bijeenkomst heeft plaatsgevonden, een 2e ontmoeting staat in de steigers. “Als het kan krijgt die bijeenkomst meer agenda. Ik denk dan vooraal aan samenwerking ten aanzien van recreatie ed.”

Ook rond het thema ‘maatschappelijk aanbesteden’ blijkt het strategisch vermogen van Schinks. Bij maatschappelijk aanbesteden is het vooral van belang de vraag die speelt goed te formuleren. Hoe is die vraag samengesteld, uit wat voor aspecten bestaat die vraag, op wat voor beleid en werkzaamheden preludeert die vraag. Vervolgens is het zaak in de markt te kijken wat er gebeurt. Waar Schinks in slaagt is op een intelligente wijze deze vraag en dat aanbod bij elkaar te brengen. “Dat is beter dan dikke notities schrijven.” Zo is het Palestrina project ontstaan. Voor hem draaide dat project uiteindelijk om de vraag naar ‘participatie’. Toen hij de vraag formuleerde wie de gemeente kon helpen bij deze vraag, stapte wbv SWZ naar voren en een onderzoeksbureau St MVP van de politie. Palestrina project geboren.

NetwerkNvt

Linda Nugter, 17 juni 2009Gemeente Zwolle, Dienst Maatschappelijke OntwikkelingProjectleider Centrum Jeugd en Gezin, CJGBest person: samenbindend, coachend en sturend, procesgericht en doelgericht tegelijk, een tacticus.

CVLinda is 29 jaar, een jonge, talentvolle ambtenaar. Zij heeft de opleiding Algemene Sociale Wetenschappen gevolgd aan de RU Utrecht en haar scriptie als publicatie uitgegeven onder de titel: ‘Integratie atlas 2005’. (zie bijlage). Ten tijde van haar studie woonde zij in Zwolle. De scriptie gaat dan ook over Zwolle.Linda heeft een zachtmoedige uitstraling: lief en aandachtgevend kun je bijna zeggen. Tegelijkertijd is zij ondervragend en kritisch. Zij is een geoefend luisteraar.

Zij is bij de gemeente Zwolle komen werken in het project ‘Samen maken we de stad’, een breed stedelijk initiatief om de afstand tussen overheid en burgers te verkleinen. Dat project rustte in sterke mate op haar initiatief en zij heeft dat verder uitgewerkt met Bert de Wild (directie?). ‘Samen maken we de stad’ betekende een expliciete introductie in Zwolle: bestuurlijk en stedelijk.Linda is een moderne backoffice ambtenaar. Zij geeft vanuit het stadhuis vorm aan beleid, maar haalt de bouwstenen daarvoor uit de stad.

Wat is sterkste punt

122

Page 123: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Linda is een doelgerichte procesmanager. Voor haar is het doel van het werk een stip aan de horizon. Eenmaal het doel bepaald, is de weg (= proces) daartoe belangrijk, maar niet het belangrijkste. Haar focus is het doel dat zij letterlijk voor ogen heeft en niet zozeer de procedure waarlangs dat bereikt moet worden. Linda haar manier van werken is sterk procesgericht en daarbij vaart zij op een duidelijk intern kompas. Als de inhoud van het doel duidelijk is, dan kan zij voor uit. Soms is zijzelf ook verbaasd over het uiteindelijke resultaat. Niet dat er plots een oplossing met een heel andere taak en doelstelling als uitkomst op tafel licht. Nee, wanneer richting en doelstelling een gegeven zijn, dan is zij in staat relatief vrij te koersen naar een goede inrichting ervan. Zie bijvoorbeeld de uiteindelijke invulling van CJG.

VoorbeeldenZij is betrokken geweest bij het jeugdcentrum Level Z van Bart Demmers. Level Z staat voor het hoogste niveau van jeugdparticipatie. Naar haar zeggen een bijzonder initiatief, waarbij jongeren zelf alles organiseren: het pand, de programmering, de uitvoering etc. Dit project is een goed voorbeeld voor haar houding in stedelijke initiatieven. Als zij overtuigd is van de kwaliteit van een project, weet zij zo te manoeuvreren dat het project in het vizier van de beslissers komt. Zij geloofde in ‘Level Z’ en was overtuigt van de kwaliteiten van Bart Demmers, de initiatiefnemer. Uiteindelijk heeft ze de wethouder zover gekregen dat deze met haar meeging naar een van de jeugdavonden om zo met eigen ogen het resultaat van Level Z te zien. Overtuiging en overreding gaat hier dus op een mooie manier samen.

Op het moment coördineert zij het brede jeugdbeleid in Zwolle en richt zich op de introductie van de CJG’s: het Centrum voor Jeugd en Gezin. Zij vervult die rol als een ervaren procesmanager. Zij kent het netwerk, weet het uit te breiden en nieuwe partners erbij te betrekken. Inmiddels zijn 11 organisaties (waaronder inlooppunten, consultatiebureaus, de brede school etc.) bij de toekomstige introductie betrokken en 11 organisaties betekenen ook dito personen en even zovele belangen en wijzen van aanpak. In dat proces staat zij de houding voor ‘elkaar nodig te hebben’ en stelt zij in alles ‘het belang van het kind’ centraal. Dat zijn feitelijk haar interne meetgegevens. Tegelijkertijd weet zij ook hoe de hazen lopen, wie de sterke stakeholders zijn. Als ze het moet gaat ze er alleen op af, bespreekt ze de agenda en de dienende belangen vooraf of desnoods stuurt ze de wethouder naar de instelling toe. Dat is de tacticus in haar, die alles in het belang van een gezamenlijke agenda weet te vertalen. Ze zal niet met haar vuist op tafels slaan of zich bewust kwetsbaar opstellen. Ze hoeft niet dwingend op te treden, want ze stuurt het proces wel degelijk vanuit de achtergrond. Zij speelt het spel met geduld en overtuiging. Wat de coach en samenbinder in haar is.De uiteindelijke invulling van de CJG licht voor haar nog niet vast. Wel dat hij er moet komen en met welke doelstelling. Maar goed we hadden ook niets anders verwacht.

NetwerkFerry Rahantoknam, gemeente Zwolle, beleidsmedewerker integratie, zie netwerk;Bart Demmers, Travers, jongerenwerker;Patrick van Neerden, jongerenwerker;Petra Staasen, Travers, coördinator Bezoekvrouwen, zie netwerk;Herbert van Petersen, directeur De Kern;Lily Uiterwinkel, vrijwillger in Stadshage.

123

Page 124: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Bart Demmers, 9 juli 2009Travers, Jongerencentrum Level Z, Stadshage, jongerenwerker, initiatorBest person: idealist, missionair, verbinder

CVBart is een man met een missie. Hij is al 10 jaar actief in het proces van jongerenparticipatie. Naar zijn idee gaat jongerenwerk uit van probleemjongeren en is vanuit die optiek jongerenwerk bedoeld voor jongeren in een kansarme positie. Zijn inzet is door jongerenparticipatie jongeren juist in een kansrijke positie te brengen. Level Z staat voor het hoogst haalbare niveau daarin. Dat is zijn doel en streven. Het jongerencentrum Level Z, waar we hier over spreken wordt geheel door jongeren gerund. Randvoorwaardelijk zijn 2.5 formatiekracht actief en in de ondersteuning staan 60 vrijwilligers. De rol van Bart Demmers in het geheel is coachen en ondersteunen. De methodiek van het jongerencentrum is vastgelegd in de ABC methode. In de wijk Stadshage wonen 1800 jongeren. 900 daarvan zijn op een of andere manier bij het jongerencentrum betrokken. De weerslag naar de wijk is evident: de onderlinge tolerantie is toegenomen en jongeren uit de verschillende gemeenschappen werken ook veel meer samen. Level Z staat in landelijke aandacht en kent nationale exposure.

Wat is sterkste puntZijn idealisme en zijn geloof in zijn missie: maximale zeggingskracht van jongeren. Die kracht stelt hem in staat om het jongerencentrum Level Z voor 100% volgens de principes van de jongerenparticipatie in te vullen en uit te werken. Het is een biotoop van zelfsturing. Je zult hem dan ook niet snel van zijn apropos zien raken. Bijvoorbeeld stel je voor dat jongeren in hun wijsheid op een avond geen zin hebben het centrum open te gooien, wat dan? “Dan doe ik het toch zelf. Ik ben per slot ook jongerenwerker.”

VoorbeeldenZijn jongerencentrum is ook zijn voorbeeld. Level Z is het hoogst haalbare ‘game level’. Hier dus metafoor voor het hoogst haalbare niveau van jongerenparticipatie. Het jongerencentrum Level Z is door jongeren bedacht, beslist, ontworpen en wordt ook volledig door jongeren gerund. De norm is dat jongeren zelfstandig beslissen met in achtneming van de regel van onderlinge gelijkwaardigheid. Voor besluiten kunnen zij experts en volwassenen ínhuren’ en aanspreken. Ook over uitgaven beslissen zij. Maar ook hier geldt een regel: het geld kan maar eenmaal worden uitgegeven en de totaaluitgaven zijn gebudgetteerd.

Het spreekt dat de motivatie onder jongeren groot is.Men krijgt andere rollen toebedeeld dan vanuit de school of thuis. Met leert verantwoordelijkheid dragen en delen. Men leert beslissen, zeggenschap nemen over de eigen taak, informatie uitwisselen en zich te verdiepen in de kwesties de spelen. Ook conflicten worden onderling uitgesproken. Wie een oplossing nastreeft blijft, en wie het conflict wil moet weg. Bij conflicten onderling (vrijwilligers) moet men zelf een oplossing aandragen. Bij conflicterende belangen moet samen worden beslist.

Netwerk

124

Page 125: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Linda Nugter, gemeente Zwolle;Niek van de Sprong, festivalorganisator.

Ad Dijkshoorn, 12 augustus 2009 gemeente Zwolle, wijkmanager Holtenbroek plus buitengebiedBest person: sluwe vos, ervaren rot, tacticus

CVEen ervaren ambtenaar, die zich zelf omschrijft als verbindingsschakel tussen de verschillende wijkorganisaties. Maar hij is meer. Dijkshoorn is in staat die verbindingen te voeden, of te polijsten en ze zelfs een zekere richting mee te geven, zodat de wijkprocessen ook beter verlopen. Dijkshoorn is bestuurlijk vakbekwaam. Hij weet hoe de processen werken: op de werkvloer van de wijk, in de organisaties van de wijkgebonden instellingen, ambtelijk en bestuurlijk.

Uit hoofde als wijkmanager is hij ook voorzitter van het gebiedsbeheersteam, een overleg over probleemgevallen in de wijk tussen de corporaties Delta Wonen en SWZ, het welzijnswerk Travers en de wijkpolitie.

Wat is sterkste puntZijn ervarenheid, die stelt hem op de achtergrond te functioneren en toch belangrijk te zijn. Ik schat dat dijkshoorn rond de 60 jaar is en met die leeftijd is het een man die zijn ego heeft leren doseren en vanuit zijn inzichten in de werkprocessen precies weet welke rol hij moet aannemen: duwen, terechtwijzen, initiëren, mobiliseren, agenderen, faciliteren, noem maar op. Dijkshoorn is typisch een voorbeeld vaneen persoon die functioneert als de smeerolie van een proces, maar daarbij nog in staat is de aard en dikte van de olie te reguleren. Een man om er bij te hebben.

VoorbeeldenHet Palestrina project vormt een fraai voorbeeld. Met de herstructurering (er zijn meerdere fases geweest) van Holtenbroek werden de Palestrinaflats aangewend als herplaatsinglocatie voor veelal sociaal zwakkere gezinnen uit de wijk. De Palestrinaflats vormen 3 (of 5) hoge flats (12 hoog?) aan de rand van de wijk. De flats staan haaks op de wijk en liggen ook iets naar achteren in het groen. De achter gelegen flats liggen wel 100 meter uit de wijk, waardoor de bewoning zich makkelijk aan de wijk onttrekt. Hoewel de flats een ruim wooncomfort bieden en voor sommige ook een ‘rustige’ en enigszins landelijke leefomgeving biedt, verwerden de flats toch snel in de woningtoewijzing tot een afvoerputje van de wijk en de stad. De diversiteit aan bewoning nam toe –nu 69 nationaliteiten op 1300 bewoners – en in de schaduw daarvan de overlast, huiselijke problemen, drugs en criminaliteit. De Palestrinaflats werd onderdeel van een project van de St MVP dat zich richt op actief burgerschap in multi-etnische wijken, waardoor er tot 2010 een expliciete aanpak voor de flats kon worden ontwikkeld. In dot project vervult Ad Dijkshoorn (als wijkmanager) de rol van stuurman in laatste instantie. Hij zorgt al de afspraken worden gemaakt en nagekomen. Ook de heel praktische.

Het Palestrina project kent het beproefde twee sporen beleid:Aantrekken van de contacten met de bewoners en het aanhalen van het netwerk aan organisaties;Het stellen van de norm, het stimuleren daaraan te voldoen en het handhaven van de naleving ervan.

125

Page 126: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

De regie van de aanpak kwam in handen van een kernteam olv Ad Dijkshoorn. Dit kernteam vestigde zich bewust in een van de flats en heeft vooral de functie van samenwerken en aanpakken. Om die reden is het team bewust klein gehouden en bestaat uit de corporaties, opbouwwerk, de wijkpolitie en een flatbeheerder. Ook de wijkteams en het GBT hebben een kantoor in de flats. Hiervan gaat een preventieve werking ter plekke uit.Het aanstellen van een flatbeheerder, een huismeester was een van de maatregelen ter handhaving van de afspraken. De huismeester heeft in de flats ook zeggenschap in de toewijzing van nieuwe bewoners.

Via buurtraadplegingen al dan niet met sociale functie als een Praatkar (iets Zwols) en brassband (vanuit de buurt) werd draagvlak onder de bewoners gerealiseerd. De idee was de afspraken niet op te leggen, maar juist in samenspraak vast te stellen. De eerste type afspraken sloten nauw aan op de agenda van ‘schoon, heel en veilig’, maar wel noodzakelijk. De handhaving werd mede gestimuleerd onder de bewoners door een wedstrijd te organiseren in de schoonste galerij.

In tweede belangrijke interventie in de Palestina flats is het organiseren van gerichte gesprekken achter de voordeur. Deze gesprekken worden gevoerd door de huismeester, een opbouwwerker en de wijkagent. Aanwijzing van deze gesprekken geschiedt op instigatie van wijkgebonden instellingen, scholen, buurtcentra ed, de politie, de huismeester of op verzoek van het GBT team. De afhandeling van de gesprekken dmv hulpverlening of doorverwijzing geschiedt weer via het GBT team. De interventie achter de voordeur is een verlengde arm van het GBT team, maar doordat het GBT-team de regie houdt blijven de lijnen kort. Dijkshoorn heeft hier een ‘say’ in.

NetwerkBart van de Pol, Travers, opbouwwerker;Harrie van Werven, Politie Zwolle, teamchef;Eddie Veenstra, directeur SWZ; zie bp;Hanneke Valkeman, gemeente Zwolle, wijkmanager;Wim van Hattum, gemeente Zwolle, wijkmanager; zie netwerk;Ben Coenen, bewoner, etage regisseur;Jan Schinks, gemeente Zwolle, concernstaf, zie bp;Linda Nugter, gemeente Zwolle, leidsambtenaar, zie bp.

Joke Braam, 16 april 2009Delta Wonen, projectleider sociaal wijkvernieuwingBest person: meewerkend leidinggeven, eigenzinnig, resultaatgericht.

CVDelta Wonen kent net een nieuwe directie. Ik heb het niet specifiek nagevraagd, maar volgens mij is de vorige directie gedwongen om af te treden (overigens net als bij SWZ)!). Er zit in elk geval een nieuw directieteam, die zich aan het herbezinnen is. Ten tijde dat ik Braam sprak was daarover nog geen uitsluitsel te geven. De idee was dat de nieuwe directie aanstuurt op een ‘integrale aanpak’, waarbij zowel de klantgerichtheid ten aanzien van de bewoner als de kwaliteit van de leefomgeving in het vizier komt. Maar dit is net zo algemeen als dat het waar is.

126

Page 127: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Joke Braam komt uit de school van Travers. Travers is de organisatie in Zwolle die al het welzijnwerk en opbouwwerk in Zwolle organiseert. In die hoedanigheid heeft Braam als opbouwwerker gewerkt en dat ook in meerdere wijken van de stad (wo Holtenbroek). Haar rol bij Delta Wonen beweegt zich tussen wonen en vastgoed: zowel gericht op de handhaven van de woonfunctie als het bewaken van de waarde van het vastgoed. DeltaWonen kent een sociaal beleid vanuit een vastgoed optiek. Men richt zich vooral op de leefbaarheid van de woonomgeving, omdat dat naast de bewoner (sociaal) ook ten goede komt aan de woningen zelf (vastgoed). Ook bij Delta Wonen speelt de vraag of de wbv een taak heeft in de interventie achter de voordeur. Als dat al een taak is, is dat voor Braam “zeker geen taak voor de mannen in de witte busjes” (de onderhoudsbeheerders). Aangezien de beheerders toch al achter de voordeur komen, zou men hen een signaleringsrol kunnen geven. Niet dus volgens Braam: “zij hebben het vertrouwen van de bewoners en dat moeten ze op dat punt houden. Anders kunnen we straks niet eens meer reparaties in huis uitvoeren.”

In de huidige functie is zij actief in Kamperpoort, een herstructureringsgebied. Delta Wonen heeft daar een dislocatie en op die locatie geeft zij leiding aan een ‘zelfsturend team’ woonfunctionarissen. Deze coacht zij, maar zij doet zelf ook huisbezoeken en neemt deel aan het GBT team Kamperpoort. Kerntaak van het team is het proces van uitverhuizen begeleiden. Daartoe hanteren zij een eigen protocol en methodiek. Binnen die aanpak krijgen bewoners/gezinnen met 3 of meer problematische leefgebieden op een binnen de hulpverlening vastgestelde schaal. Doel van deze aanpak is ontzorgen (oplossen) en kansen bieden (nieuw perspectief aanreiken).

Wat is sterkste puntJoke Braam is in alle opzichten een opbouwwerker gebleven, maar dan een opbouwwerker die is opgestaald in een sturende en leidinggevende functie. Zij heeft meer verantwoordelijkheid dan een reguliere opbouwwerker, die zij ook met haar kwaliteiten draagt. Haar opbouwkarakter blijkt vooral uit het feit hoe zij haar functie inkleedt: 1. zij geeft leiding, coacht en pakt zelf ook aan; 2. in geval van probleem oplossen is zij concreet en slagvaardig en vaart zij een eigenzinnige koers, los van protocollen, gericht op de oplossing.

VoorbeeldenJoke Braam kent een sterk sociale taakopvatting. Zij ziet het tot haar taak bewoners tot aan de uitverhuizing te begeleiden, dus tot aan de nieuwe woning en garant te staan voor de leefbaarheid van de wijk tot het moment van de sloop. Vanuit die optiek heeft zij een directe band met veel bewoners en het bewonerscomité in Kamperpoort. (Overigens luidt dit bewonerscomité naar de naam ‘Raad van Toezicht’, waarmee het comité aangeeft vooral toezicht te willen houden op het beleid over en de sturing van de plantontwikkeling in plaats van zich te richten op de planuitvoering: “ dat doen de ambtenaren maar.”) Joke Braam kenmerkt zich door haar individuele, rechtstreekse aanpak. Voor een deel komt die tot uiting in de begeleiding van bewoners, mar evenzogoed in haar benadering van directies en bestuurders. Waar nodig zet voor de uitwerking van haar taken ook haar eigen netwerk uit vorige functies in. Voor haar staat het resultaat voorop.

NetwerkJack Stewart, extern adviseur bewonerscomité, zie netwerk;Rene van Rijn, Travers, programmamanager, opbouwwerker, zie netwerk;

127

Page 128: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Ron Eggink, gemeente Zwolle, projectleider Herstructurering, zie netwerk;Liesbeth van de Pol, Rijksbouwmeester, architect;Erwin Stuiver, DeltaWonen, ontwikkelmanager vastgoed, een ‘stenen jongen’, zie netwerk;Eddie Veenstra, directeur SWZ, zie bp.

Eddie Veenstra, 12 augustus 2009wbv SWZ, directeurBest person: vasthoudend, zakelijk

CVEddie Veenstra is via functies in de volkshuisvesting in Wijk bij Duurstede en Meppel in Zwolle terecht gekomen.Veenstra heeft bij SWZ de draad opgepakt, toen de wbv in een moeizame financiële situatie verkeerde. In die periode daaraan voorafgaande was de voormalige directie wegens wanbeleid ontslagen en zelfs gearresteerd en veroordeeld tot voorwaardelijke en onvoorwaardelijke celstraffen. Vanaf 2001 heeft SWZ met Veenstra de ruimte gekregen volop te ontplooien. Veenstra streeft ernaar SWZ in de stad op alle fronten de beste te laten zijn. Misschien compensatiegedrag vanuit het verleden, het komt wel over. SWZ wordt overal in Zwolle geprezen.

Voor Eddie Veenstra spelen ‘best persons’ in dit streven een rol. Dat zijn naar zijn zeggen “mensen met lef en vasthoudendheid. Die tonen doorzettingsmacht. Als er onder directies, bestuurders en elders in de stad geen mensen met lef zijn, kun je projecten als in Holtenbroek en Diezen niet ontwikkelen. Je moet kunnen en durven doorpakken.”

Wat is sterkste puntSWZ is er voor de cliëntèle, de huurders en gebruikers, niet voor de wbv. SWZ is bewust geen lid van Aedis. Dat geeft hen meer speelruimte en de mogelijkheid een eigen koers uit te zetten (?? geen afdracht, vrij personeelsbeleid, lagere norm).SWZ is een wbv voor lagere inkomens en bijzondere bewonersgroepen, als dak- en thuislozen, vrouwenopvang ed. De afdeling sociaal beheer van SWZ is in relatie tot de vastgoedpoot ook even groot. Vastgoed, beheer, sociaal beleid voor bijzondere groepen hebben binnen SWZ allemaal dezelfde bevoegdheden.

In dat kader klinkt het logisch dat voor Veenstra het oplossen van problemen in de wijk belangrijker is dan wie het doet. Desnoods als SWZ zelf het initiatief moet nemen. Het komt dan ook voor dat SWZ taken van Travers overneemt. Passend binnen dit kader, maar dan geredeneerd vanuit de optiek van de huisvesting is de 1e prioriteit in een wijkoplossing voor Veenstra altijd ‘woon’ gerelateerd: “in een wijk gaan we eerst de huizen opknappen en daarna gaan we investeren in opbouwwerk.” In dat opzicht zijn voor Veenstra voorliggende keuze duidelijk te maken: kerstverlichting is belangrijker dan een kunstwerk in de wijk en het financieren van maatschappelijk vastgoed gericht op opvang en ondersteuning van andere bijzondere groepen, belangrijker dan het oprichten van een wijkkunstpodium. Veenstra staat een beleid zonder franje voor met de leefbaarheid voorop.

Voorbeelden

128

Page 129: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Misschien wel het meest overtuigende voorbeeld van het moment is het jaarverslag uit 2008. Naast de bekende feitelijkheden is het beleid van de SWZ verteld in termen van wat er in 2008 niet goed is gegaan. De klant met zijn klacht staat centraal. Pas in tweede instantie vertelt de wbv hoe die klacht is ontvangen en opgepakt. De omweg spoort met de inzet van SWZ. De behoefte om zich krachtig te profileren ook.

NetwerkGerard Meyering, Diezen-OostlTim Kwakman, wijkbeherder Diezen OostlGisca Ysma, projectleider SWZlMelisca van Dieren, HoltenbroeklVan Zon, de heer, bewonerlVan Doorenmalen, wethouderlJan Schinks, Zwolle, zie bp;Rob van Kessel, ROC, MBO, bestuurder.

Ali Adiguzel, 10 juli 2009Ulu Camii / Moskee Zwolle, voorzitter, NS dochter, materiaalverzorger (schoonmaker?)Best person: leider, voorganger

Hamdi Erdem, 10 juli 2009Moskee Zwolle, bestuurslid externe betrekkingenWerkzoekend, vh papierfabriek gewerktBest person: bruggenbouwer

CVBeide heren wonen al 30 jaar in Zwolle. Ali Adiguzel is de oudste (60 jaar) en Hamdi Erdem is jonger (50 jaar). Adiguzel is sinds enige jaren voorzitter van de stichting. Hij ambieerde de functie niet, maar de taak bleef vacant en ‘iemand moet het doen’. Die houding is waarschijnlijk Adiguzel ten voeten uit. Adiguzel heeft ook in het landelijke bestuur van de moskeeën gezeten.

Hamdi spreekt goed Nederlands en is om die reden al jaren verbonden aan de moskee. Hij is met Adiguzel het bestuur mee ingegroeid. Nu vormen ze een tandem: Ali is op de gemeenschap gericht; Hamdi neemt de externe zaken waar.

De moskee neemt een centrale plaats in voor de Turken in Zwolle, maar is ook een kruispunt in integratie in de stad. Bij elke nieuwe integratieactiviteit of informatieronde wordt de moskee wel benaderd. Zij zijn volwaardig in de activiteiten van Zwolle betrokken. In Zwolle wonen ongeveer 5000 Turken. 2000 daarvan worden via de moskee bereikt: hoofdzakelijk soennieten en hier en daar gelovigen uit een andere gemeenschap. (Marokkanen, Somali, Surinamers …).De moskee vormt ook een bindende schakel tussen de Turken onderling: Aleviten, sji’ieten, Koerden. Binnen de moskee weet men dus de culturele en religieuze grenzen te overschrijden.

129

Page 130: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

De Ulu Camii is lid van de Islamitische Stichting Nederland tezamen met 164 andere Turkse moskeeën. Deze vereniging staat bekend onder de naam Dyanet (= de van overheidswege gestuurde islam).

Wat is sterkste puntDe externe contacten: het functioneren als moskee in de samenleving. Die verandering is vooral ingezet nadat Ali Adiguzel aantrad als voorzitter. Hij is op dat punt de sturende kracht. Niet zozeer Hamdi Erdem, die vervult meer een dienende rol. Het oude bestuur was erg intern gericht. Zij hadden ook geen contact bijvoorbeeld met de naaste omgeving, terwijl juist uit de buurt klachten van overlast kwamen. Adiguzel heeft dat als eerste aangepakt. Hij heeft onmiddellijk de buren uitgenodigd en is gaan praten over de problemen.

De moskee vervult ook zijn maatschappelijke taken. Ruimhartig, hoewel als we alle activiteiten opsommen waaraan wordt deelgenomen, dan is dat ook wel weer plichtmatig: computerlessen voor de 1e generatie; huiswerkbegeleiding; jongens- en meidenactiviteiten; (er is ook een jongerenbestuur); vrouwenactiviteiten; publieke iftar maaltijden; voorlichtingsactiviteiten (loverboys, WMO), open dagen, bezoekdagen etc.

Dit aanbod treffen we in elke Turkse moskee in de Nederlandse steden aan. Voor de Ulu Camii sluiten deze activiteiten sterk aan op de eigen gemeenschap, maar men toont zeker de bereidheid tot samenspraak.

VoorbeeldenDe moskee ligt aan een buurtplein, waarop nogal wat activiteiten worden georganiseerd. Inmiddels doet de moskee daar volwaardig aan mee. Men organiseert activiteiten rond Koninginnedag, de dodenherdenking op 4 mei, een Oost West cultuurdag, de Dag van de Dialoog.

Het belang van de moskee voor Zwolle wordt op dit moment gewogen in hun wens te verhuizen. De locatie is bekend, het gebouw beschikbaar en een plan staat op papier. De inspraak met de buurt in Zwolle is positief verlopen en nu ligt er een financieringsvoorstel voor aan de wethouder. Het feit dat het verzoek serieus wordt opgepakt onderstreept de publieke rol van de moskee in Zwolle.

NetwerkRond het bouwproject zijn verschillende interne werkgroepen actief. Bij deze werkgroepen zijn ook een aantal mensen uit Zwolle betrokken (Bea ?, maatschappelijk werkster).

4.5.1 Netwerk ZwolleKorte typering per persoon:

Ron Eggink, 26 mei 2009 (Laurens)Gemeente Zwolle, senior projectmanagerBest person: fysieke oriëntatie, bureaucraat, overzicht, rustig, maar dwingend (5)

130

Page 131: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Zwolle is de 7e gemeente waarin hij werkzaam is (Gouda, Reeuwijk, Ridderkerk, Lichtevoorde, Epe en Enschede). Hij is senior manager projectontwikkeling en houdt zich vooral bezig met herontwikkeling van Kamperpoort. In Zwolle wordt er naast ‘het fysieke ook over het ‘niet-fysieke’ gesproken. We spreken ook wel over de sociale pijler. “Wat waardevol is, proberen we vast te houden.” De gemeente probeert zoveel mogelijke samen met de markt te doen. De gemeente doet ‘zelf’ het openbaar gebied. ‘We verplichten ontwikkelaars en corporaties te participeren met bewoners.’

Wim van Hattum, 17 april 2009Gemeente Zwolle, Wijkmanager (Kamperpoort, Holterbroek)Best person: rustig, backbencher, geïnformeerd.

Als wijkmanager heeft Van Hattum een belangrijke rol in de GBT’s, de Gebiedsbeheersteams. Deze teams (GBT) hebben vaak een dubbele functie: het regisseren van de fysieke agenda in de wijk, en het handhaven van de sociale vraagstukken. De trend van de teams is wijkgericht werken. De wijkmanagers moeten tweezijdig kunnen communiceren en tweezijdig kunnen managen: naar beneden, naar de wijk en de wijkinstellingen en naar boven naar het bestuur en beleid. Hun werkvloer is zowel de wijk als het bestuur en het stedelijk beleid.

Ferry Rahantoknam, 26 mei 2009Gemeente Zwolle, beleidsadviseur integratieBest person: goed geïnformeerd, einzelganger

Rahantoknam voert een klassieke integratie agenda: wegwerken achterstand (onderwijs, werkgelegenheid etc), werken aan de bewustwording dat wijken duurzaam veranderen/verkleuren, vergroten participatie in de samenleving en dat alles met geduld en beleid.Zwolle kent zo’n 40 migrantenorganisaties, waarvan 40% niet actief is. In 2004 is de laatste Integratienota verschenen.

Verder is Ferry actief in een netwerk van (100) succesvolle migranten. Dit netwerk helpt elkaar bij praktisch maatschappelijke kwesties: sollicitaties, stages, werk, bestuursleden etc.

René van Rijn, 17 april 2009 Travers, staflid wijkgericht werken, senior opbouwwerk KamperpoortBest person: doceert, structureert

Van Rijn is 40 jaar, en is vakinhoudelijk en maatschappelijk betrokken bij het vakgebied opbouwwerker. Naar zijn idee is er te weinig ondernemerschap in het opbouwwerk. Dat is weg gesubsidieerd. Het opbouw- en welzijnswerk is niet meer actueel, de CMV opleidingen zijn niet adekwaat en te opgeleukt met kunst en recreatie. Er heerst onvoldoende maatschappelijk ondernemerschap.Van Rijn heeft een eigen bureautje naast zijn werk bij Travers. Dat runt hij met een vriend van hem. Travers heeft sinds kort een commercieel manager aangesteld, die zich richten gaat op de acquisitie van werk.

131

Page 132: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Hij is werkzaam in het GBT team Kamperpoort (incl OK team). Centrale vraag voor Van Rijn in zijn werk is: “wat kunnen en willen bewoners zelf. Dat moet uitgangspunt zijn.” Wat resteert: “wat toch moet en de bewoners niet kunnen”, valt zijns inziens onder de taak van de professionals. De inzet van het opbouwwerk is dat wat kwetsbaar is, weer weerbaar maken.Voorbeeldprojecten daarvan zijn de ‘Wijkschat’ (Kamperpoort), ‘De buit van Zuid’, de Buurtkracht (Diezen). “Daarin gaan we in eerste instantie uit van wat mensen kunnen en willen betekenen voor hun buurt. Dat pakken we op en werken we uit. Dat is een kansgerichte benadering. Dat is de core business van Travers”, aldus van Rijn.

Petra Staasen, 12 augustus Travers, coördinator Bezoekvrouwen;

Het project bezoekvrouwen bestaat al 15 jaar in Zwolle. Het project is even simpel als dat de naam klinkt: daartoe opgeleide vrouwen uit de gemeenschap bezoeken vrouwen uit dezelfde gemeenschap met het aanbod hulp te bieden. De te bezoeken vrouwen zijn door een indicatie van andere (instanties) bekend geworden en men vreest dat het sociale isolement waarin de vrouwen leven, de mogelijke problemen waarin men verkeert alleen maar versterken. Het project bezoekvrouwen heeft een sterk preventieve inslag. De bezoekvrouwen vervullen ook een rol in het bespreekbaar maken van cultureel gevoelige kwesties rond sexualiteit, opvoeding ed.Na het winnen van een prijs ‘Het appeltje van Oranje’ van het Oranjefonds kon het project landelijk worden uitgedragen.In totaal zijn er 7 bezoekvrouwen actief (2x Turks en verder Mar, Irakees, Chinees, Afrikaans en Antill). Petra coördineert en begeleid deze vrouwen.

Jack Stewart, 15 juni 2009Bureau Tr3um Advies, bewonersondersteuningBest person: onafhankelijk, ter zake

De Stichting Kamperpoorters hebben een onafhankelijke ondersteuning bedongen in de persoon van een extern bureau uit Utrecht. De financiering van deze stichting verlipe via de gemeente en de wbv DeltaWonen. Stewart heeft deze functie nogal scherp ingevuld. Hij was polemisch in taal en geschrift en stelde zich als harde onderhandelaar op ten opzichte van de gemeente, zeker daar waar de gemeente een te gesloten koers voer. Hij is nu extern begeleider af.

Erwin Struiver, 26 mei 2009wbv Delta Wonen, ontwikkelingsmanagerBest person: stug maar sterk, technocraat

Aardige man, betrekkelijk jong (35 jaar). Welbespraakt, maar gericht op zijn eigen vastgoed taak. Redeneert vanuit de vraag. De verschuivingen in de vraag bepalen wat er in het aanbod verandert. “Zo houdt je je vastgoedwaarde op peil”Afwijkingen van de regel zijn:- Bouwen voor bijzondere groepen, zie zorginstellingen, welzijn;- Verschuiven in aard van bewoning, waardoor de woning(voorraad) niet meer past: van gezin naar eenpersoons, grotere mobiliteit;

132

Page 133: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

- Duurzaamheidvraag;- Aandacht voor leefomgeving etc. In deze kwesties schuilt het maatschappelijk ondernemen van de wbv, waarbij wel altijd de vraag actueel blijft: “hoe breed kun je je als wbv organiseren.” Zijn uitvalshoek is de waarde van het vastgoed. Vandaar uit kun je en moet je je sociale functie bepalen.

133

Page 134: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Bijlage 1

Methodisch logboek

De aantekeningen in het logboek geven inzicht in mijn opgedane ervaringen en mijn gedachten bij de gesprekken. De verwerking van deze aantekeningen is chronologisch, niet thematisch. In combinatie met de paragraven over mijn werkwijze, de steden en mijn verslagen van de selectie best persons zijn de dagboekaantekeningen min of meer compleet.

11 februari, Leeuwarden (na 3 gesprekken)Jurjen van de Weg: coördinerend projectleider wijkaanpak (een van de drie). Jurjen presenteert een lijstje mogelijke gesprekspartners. Daarop staat hij zelf ook en solliciteert tevens naar een afspraak. Het is niet zo dat hij op eigen gezag namen noemt. Zo gauw ik met suggesties komt, wil hij die eerst kortsluiten met anderen. Voor zich zelf heeft hij overigens een idee, wie de best persons zijn. Hij is benieuwd wat ik uit de stad haal. Het kan zijn dat rond de best persons de sfeer van beoordeling hangt.

26 februari, Amsterdam (na 10 gesprekken)Marijke Andeweg en Bob Kassenaar: De afspraak was om een opdeling van stadsdelen te maken en de ingangen voor de selectie van best persons te bespreken. Marijke geeft gelijk te kennen dat ze uit de begeleiding van het onderzoek stapt en dat Bob Kassenaar van de bestuursdienst haar taak overneemt. Haar besluit is voor een deel door drukke werkzaamheden ingegeven, maar ook uit ergernis naar het verloop van het onderzoek. Zij heeft niet het idee dat het onderzoek consistent wordt uitgevoerd en dat er gericht wordt gezocht. Ze stoort zich aan de aanstelling van een scout, die nu min of meer gaat bepalen wat er wordt gezocht. Ze zal dat zelf wel kenbaar maken; “of heb ik dat al gedaan ….”Vervolgens somt ze een lijstje namen op die volgens haar best persons zijn. Dat lijstje is niet voor mij bedoeld, maar om Bob op het goede spoor te zetten. Op mijn vraag of er ingangen zijn, een inperking nuttig is, reageert Marijke afwijzend: “Heb je de website al bestudeert dan? En je hebt zelf toch zulke goede ingangen in de migrantengemeenschappen?. Nee, iedereen in Amsterdam is in beeld.”

Wat speelt er. De wijkaanpak, haar directeur, de politieke druk en de publiciteit er omheen geeft urgentie. Hier is de frontlinie actueel en maatgevend. In die zin ziet zij zichzelf en haar directe omgeving ook als best persons. Dat is niet louter ijdelheid, maar ook een bevestiging van het feit dat zij de juiste persoon op de juiste plaats is. En een bevestiging of haar gevoel van urgentie klopt en haar functioneren juist is. Amsterdam scout al veel langer in de frontlinie van het beleid op de beste mensen. Mensen die vooraan in de ontwikkelingen staan en die iets nieuws bewerkstelligen. Blijkbaar is daar in de krachtwijken behoefte aan en dat bepaald hun blikveld op de idee van ‘best persons’. De problemen zijn natuurlijk ook kwadratisch ten opzichte van veel andere steden. De stad vindt ook veel nieuw beleid uit. Marijke is bevreesd dat de uitkomsten van dit onderzoek hen terugwerpen in de tijd. Zij zoekt ondersteuning en aanvulling op het ingeslagen selectiebeleid. Blijkbaar is er eerder de astrologie aangegrepen om een profiel voor personeelsbeleid te zoeken. Nu dus best persons. Bob is daar overigens rustiger onder. Voor hem moet eerst het beeld van best persons worden vastgesteld (verkenning) en nader worden ingevuld en omschreven (onderzoek). Het

134

Page 135: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

gaat wat hem betreft toch vooral om de competenties, die worden aangesproken. Vooral dat goed onderzoeken. Helden zijn er altijd, maar die zijn meestal ook tijdelijk en momentaan.

Het gesprek met Amsterdam (Marijke en Bob) laat een tweedeling in het begrip best person zien. Aan de ene kant een sterke subjectieve benadering, waarbij de eigen kwaliteiten worden geprojecteerd op het profiel van de best person. (Op een gegeven moment zegt Marijke: “die wordt nooit een best person”). Aan de andere staat best person louter voor een nieuw argument in de personeelsselectie. Het scouten van mensen op hun kwaliteiten voor bijzondere taken in de frontlinie van de stad, is begrijpelijk. Behalve als het begrip een kwalificering voor goed of slecht functioneren wordt, dan krijgt het weer de dimensie van personeelsbeoordeling.

6 maart: Den Haag (na 26 gesprekken)Algemeen: Wat opvalt is dat het bespreekbaar maken van best persons onder buurtbewoners en professionals gewaardeerd wordt en aangemerkt wordt als een waardering van hun inzet en werkzaamheden. Bij actieve burgers en professionals verloopt ook het doorverwijzen naar andere projecten en personen spontaan en soepel. Het tegenovergestelde ervaar ik bij ambtenaren of beter gezegd: overheidsdienaren. Die ervaren het begrip best persons veel meer als een classificatie, als een (negatieve) waarderingsmogelijkheid. Doorverwijzen naar nieuwe contacten verloopt bij hen ook stroef. Soms heb ik het idee dat ik hen aanzet tot commentaar op anderen. De uitvoerend ambtenaar vergeet zijn baas niet te noemen, de leidinggevende noemt zijn belangrijke werkers. Stel je voor dat ik het doorvertel. Aan de andere kant is het ook wel logisch, want waarom zou je als medewerker publiekelijk je collega’s gaan beoordelen. Dat is toch mijn taak. Misschien is het beter hoge leidinggevenden qualitate qua best person aan te wijzen en ze in het onderzoek louter aan te spreken als kenners en gids van de ambtelijke organisatie. Misschien staan zij daar vrijer in.Na inmiddels een redelijk aantal gesprekken te hebben gevoerd, scherpt het onderzoek zich toe op twee specifieke vragen. Niet alleen op de vraag waarop ik best persons onderscheid (wie wel, wie niet, waarom), maar ook hoe zoek ik”? De steden zijn in totaal zo geweldig groot, het vizier van de wijkaanpak is zo breed en iedereen heeft zijn eigen invalshoek. De strategie en vragen die ik mij stel, zullen toch een ander karakter moeten hebben dan de latere onderzoeksfase zelf. Ik moet breder en weidser kijken en zoveel mogelijk contacten vangen, om maar enigszins aan te sluiten bij het weidse karkater van de steden en de wijkaanpak. Ik ga niet beantwoorden waarom en op grond van welke kwaliteiten mijn selectie best persons zijn. Daar heb ik de tijd niet voor. Dat past niet in mijn aanpak. Dat is iets voor het vervolgonderzoek. Ik haal 50 best persons uit het veld. De aanduiding van best person spoort sterk met toegenomen persoonsgerichte benadering in het publieke leven. Het beeld van de ambtenaar als ‘grijze muis’ is voorbij en die dient een opwaardering te krijgen onder de titel ‘best person’. Aan de andere kant, grijs staat voor gemiddeld en dat is de teruggetrokken houding van de beleidsvoorbereiding en de beheers- en toezichtfunctie die in het openbaar bestuur noodzakelijk is. In beleid en toezicht wordt iedereen in gelijke mate en vanuit een zelfde optiek beoordeeld. Hiermee wordt cliëntelisme, ongelijkheid en corruptie voorkomen. Dat is volstrekt helder. De vraag is of dat adagium voor een overheid die naar buiten treedt en zich in de frontlinie positioneert, ook nog geldt.De andere vraag is: bestaan er in de backoffice ook ‘best persons’?

11 maart, Amsterdam (29 gesprekken)

135

Page 136: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Bob Kassenaar: de wijkaanpak is het meest financieel gevoelige deel van de gemeentelijke financiering. Door de kredietcrisis is een verlaging van het gemeente fonds voorzien. Dat is een financiele klap. Amsterdam wil zorgen dat dat niet ten koste gaat van de wijkaanpak. De stadsdeelraden worden in aantal teruggebracht van 13 naar 7. Die herindeling spoort met een verlangen in de stad veel gebiedsgerichter te gaan werken. Dat geldt ook voor de bevoegdheden en taken in de wijkaanpak.Ik heb Bob voorgesteld tot de volgende afbakening in de selectie naar best persons te komen:1. In functionele gelaagdheid: welke rol vervullen mensen. In de frontlinie gaat het om mensen die rechtstreeks dealen met de burgers; in het middenkader, backofficie, gaat het om functies, die frontliners faciliteren. Denk aan programmamanagers, schooldirecteuren etc. Die zijn ook belangrijk.2. Gebiedsafbakening: eerst peilen in vijf wijken, waarna we kiezen uit 2 of 3 stadsdelen annex wijken.Hij moet eerst overleg plegen met Marijke. Dat is ook geen blijk van eigen kracht. Mijn vraag wordt ook door Bob nu afgedaan als academisch gezeur. Men heeft haast, terwijl ze zelf geen stap vooruit zetten. Allemaal praatjes voor de vaak.

13 maart, Leeuwarden (na 38 gesprekken)Algemeen: mijn verhaal over best persons begint strategischer te worden. Ik slaag er in het meer open te brengen. Naast de projecten carrousel zijn best persons uitdrukking van het feit dat de stad een andere verhouding zoekt met zijn stedelijke ontwikkelingen. Stedelijk is dan voor mij overheid, professionals en burgers.De overheid maar ook de stad kan niet langer volstaan met een planmatige strategie. Er wordt initiatief gevraagd. Dat vraagt op zich zelf al om een persoonsgerichte inzet.De idee van best practices was weliswaar overdrachtelijk bedoeld, maar functioneerde niet. Ook daarin bleek een persoonlijke inbreng belangrijk. Hierin schuilt mogelijk de definitie van best persons: als trekker van een project en vanwege de individuele klik daarin. Maar het onderzoek naar best persons is ook metafoor voor een nieuwe aanpak.Best persons kent een sterk subjectieve invulling, dat valt toch in de gesprekken op. Of het zijn klonen van de leidinggevenden (naar persoon of van zijn opvattingen) of er klinkt een sterke neiging tot personeelsbeleid in door. Daarin is ‘best’ een positieve kwalificatie, maar wat is de ‘rest’ dan? Beide benaderingen verengen de betekenis van het begrip en nemen de strategische inzet van de idee van best persons weg. Beide doe ik niet. Ik zoek in mijn gesprek naar een oriëntatie op de stad: welke projecten, welke personen, van breed naar smal. Sommige mensen spreek ik mogelijk meerdere keren. Op basis van al die gesprekken kom ik tot een profiel van de stad. Mijn keuze van best persons is een weergave van dat profiel. Dan gaat het niet om de top tien, maar om de beste fit met de stad. Deze benadering is veel spannender en vermijdt de invalshoek van de personeelsbeoordeling.

16 maart, algemeen (na 38 gesprekken)Mijn werkwijze wordt constanter. Eerst verwerk ik mijn algemene aantekeningen: opmerkingen in algemene zin, notities per stad, karakteristieken per wijk. Vervolgens teken ik mijn persoonlijke aantekeningen op: opmerkingen over de gesprekspartners en typeringen van de persoon als best person en waaruit dat blijkt.

136

Page 137: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Tot slot destilleer ik een lijstje namen en notities uit het gesprek dat ik ter verificatie en aanvulling per mail nastuur aan de gesprekspartners. Dat geef ik tijdens het gesprek al aan. Dan hoeft men daar zelf geen aantekeningen over te maken en is er alle ruimte voor het gesprek

18 maart, Den Haag (na 41 gesprekken)Hans Hoogvorst, over de spanning tussen back office en front office. In de back office ligt het klassieke beleidsdeel en beheersdeel van de overheid. Front office was vroeger het uitvoerende beleid. Het belang lag bij beleid. In de wisseling van positie (van back office naar frontlijnsturing) is ook het belang van beleid (schakerend en ondersteunend) verschoven naar uitvoering en beheer. Was er vroeger nog sprake van een noodzakelijke ‘verbinding’ tussen beleid en uitvoering, die band is nu veel minder sterk geworden. Nu wordt zelfs in de uitvoering beleid gemaakt. Wijkmanagers nemen een steeds centralere rol in uitvoerding en het maken van nieuw beleid. De waardering is navenant: wijkmanagers hebben nu schaal 14, dat is net zo zwaar beloond als een sector hoofd.

Amsterdam kent veel sterke stadsdeelbestuurders. Veel sterker dan in andere steden als Rotterdam en Den Haag. Dat belemmert voor een deel de centrale aansturing van de wijkaanpak. Die coördinatie wordt niet door de stadsdelen geaccepteerd. Dat is klassiek Amsterdams: het voortdurende spel tussen de centrale overheid en de stadsdelen over de knikkers en de macht. Daarin is de persoonlijke presentatie van belang. Heel Amsterdams, maar goed te verklaren door het interne circuit van de PvdA. Dat is altijd sjacheren en netwerken geweest. Amsterdam is praten. Praten is ook een vorm van gezelligheid, het sjacheren ook.In de wijkaanpak nemen de huurverenigingen en bewonersorganisaties een bijzondere plaats in. In Amsterdam zijn die nog als enige stad in Nederland centraal georganiseerd met deelorganisaties in de wijken. Deze oude verenigingen hebben nog veel macht.(Hans Hoogvorst is nog gevraagd om een lijstje suggesties aan te vullen over Den Haag, Zwolle en Amsterdam, tot drie maal toe zelfs. Helaas geen reactie ontvangen).

19 maart, Amsterdam (na 45 gesprekken)Hettie Politiek: De wijkaanpak doet een appel op ego’s. De urgentie zet de verhoudingen in de stad onder druk: tussen de centrale overheid en de deelgemeenten en tussen de stad en de maatschappelijke instellingen (wbv-en, scholen). Ook is de nieuwe werkwijze veel ego-gerichter: frontlijnsturing, er op af, resultaatverplichting, uitvoeringsdoelen. Er worden mensen ingevlogen om ‘het verschil te maken’. Vooral aan de top werkt dat belemmerend. ‘Verbinden’ van personen, van beleidsdoelen met instellingen is in de wijkaanpak het toverwoord.Men gaat in Amsterdam voor de uitvoering. Ook Marijke Andeweg. Zij is bewust aangesteld om het verschil te maken. Alle doelstellingen zijn veel meer opgepompt – de fysieke agenda moet om naar een sociale impact, de uitvoering (frontlinie) moet tot resultaten leiden, de participatie moet versterkt etc. Het afbreukrisico van de wijkaanpak is dan ook groot.

Algemeen: Het personeelsbeleid in Amsterdam richt zich al langer op coachen, opleiden en outilleren van personeel in de frontlinie. In Amsterdam is persoonsgericht management een tool en werft men competentiegericht. Door personeel op de juiste manier te ondersteunen trekt men nieuwe mensen aan en houdt deze vast. Elders brandt personeel af in de lijn. In Amsterdam niet. De wijkaanpak is gericht op de relatie tussen omgeving en mensen met hun daarbij passende eigenschappen. De

137

Page 138: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

doelstelling voor Amsterdam bij het onderzoek naar best persons is dat er gescout en gezocht wordt naar de werkzame bestanddelen.

Ondanks de hectische en bijna chaotische presentatie van de wijkaanpak, geeft de website www.wijkaanpak een volstrekt professioneel en zakelijk overzicht van personen, beleid en werkzaamheden. Dit laat toch een bijzonder spanningsveld zien: aan de ene kant de soms sterk extraverte, subjectieve en losse presentatie naar buiten toe, aan de andere kant een inbedding van het persoonlijk functioneren in een strenge en professionele werkhouding. Het is subjectief aan de voorkant en zakelijk aan achterkant. Het persoonlijke is ook veel meer toetssteen geworden: wie ben jij, wat doe jij, hoe presenteer jij je? Een gevolg daarvan is dat men ook op het persoonlijke vlak competitiever is. Er is een persoonlijke verstandhouding, maar men probeert elkaar ook vliegen af te vangen of voor het blok te zetten. Zo luister ik ook naar de sneer van Marijke dat ik zo’n uitgebreid migrantennetwerk heb. Het is competitie (laat jij meer eens zien wie je bent) en kinnesinne tegelijk.

3 april, Leeuwarden (na 72 gesprekken)Algemeen: het door Jurgen van de Weg uitgezette lijstje met gesprekpartners is blijkbaar informatie, die iedereen met elkaar heeft gedeeld. “O, heb je die al gesproken. Wanneer spreek je die en die dan?.” Het is een circuit, waarin ieder elkaar kent en volgt. Toch voelt niet iedereen zich vrij in het gesprek. Zeker niet de personen, die dichtbij Jurjen werken. Zij zien het niet als een zoektocht naar een nieuwe stedelijke aanpak, maar meer als een bevestiging dat men met elkaar op de goede weg zit. Ik proef niet dat men bevreesd is voor kritiek. Wel is men bewust voor een oordeel dat kan worden uitgesproken. Veel van de gesprekspartners zitten in een underdog positie.

7 april, Amsterdam (na 72 gesprekken)Bob Kassenaar: mijn voorstel is om voor een doorsnede door de stad te kiezen die via de Bijlmer en de Indische Buurt naar Slotervaart loopt. Hij gaat akkoord met deze invalshoek, maar niet zonder te vermelden dat het hem en Marijke lood om oud ijzer is. Men vindt welke invalshoek dan ook niet interessant. Ze willen resultaten zien.

17 april, Zwolle (na 91 gesprekken)Zwolle: mijn benadering van de steden en best persons vanuit een meer algemene stedelijke invalshoek, vanuit dimensies van grootstedenbeleid (zie eerdere aantekeningen) naar projecten en naar personen, werpt in Zwolle zijn vruchten af. Zwolle is als stad overzichtelijker dan Den Haag en Utrecht, maar toch. Zwolle volgt het patroon van Leeuwarden. Het is een stad, die meer vanuit een punt is georganiseerd: een stad met een duidelijke indeling en structuur.

Algemeen: In mijn hoofd laten de steden zich steeds meer op elkaar afstemmen. Ik krijg meer een algemeen beeld, waarbij de gesprekken tenderen naar een soort fuik of trechter. De gesprekken vallen steeds beter op hun plaats. De gesprekken die ik voer, scan ik op meerdere niveaus tegelijk: Wat zegt dit gesprek over de stad? Wat voor type project cq vraag betreft het eigenlijk? Hoe verhoudt zich dat tot de andere steden? Wat zegt dit weer over de persoon of over de relatie tot de andere personen in de stad en in verhouding tot de landelijke selectie best persons? Tegelijkertijd probeer ik mij ook een beeld te vormen van de stedelijke agenda en ontwikkeling per stad of per wijk. Het beeld dat zich daaruit vormt, is het decor en kader waarbinnen de best persons

138

Page 139: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

worden geselecteerd. In die zin is de selectie van best persons per stad voorbeeldvormend, exemplarisch voor de ontwikkelingen in de stad. De selectie van best persons is dus meer dan een opsomming en verzameling sterke individuen. De samenstelling van best persons is voorbeeldvormend voor de ontwikkelingen van de stad.

23 april, Rotterdam (na 91 gesprekken)Algemeen: Vandaag kreeg ik voor het eerst een mail terug van een van mijn gesprekspartners met de klacht dat ik te veel vroeg in het corrigeren en aanvullen van het lijstje opgestuurde namen. Van alle gesprekken vat ik de belangrijkste namen en suggesties samen en die stuur per mail na. Daarbij vraag ik de namen ed te corrigeren en deze desgevraagd van naw gegevens te voorzien. Hiermee breid ik het stedelijk netwerk per gesprek uit. Bovendien zet me dat op mogelijk nieuwe sporen, dan wel op vanzelfsprekende personen in de wijk/stad. Mijn vraag ligt als het goed is in het directe bereik van de gesprekspartners, zodat het aanvullen van namen en gegevens niet al te veel werk is. In dit geval van deze persoon dus blijkbaar wel, waarmee het waarschijnlijk ook geen namen uit het eigen netwerk waren.

28 april, Amsterdam (na 95 gesprekken)Na een aantal gesprekken in Amsterdam, vindt een van de gesprekken plaats in Slotervaart. Het gesprek gaat over de basisscholen in de wijk, over een islamitische school en een algemene basisschool. Beide hebben een slechte reputatie en staan onder inspectietoezicht. Op de algemene basisschool is Wim Ponsen directeur. Blijkbaar nog niet zo lang. Volgens mijn gesprekspartner is het een zeer actieve man, maar bestaat er een gemengd beeld over hem. De vraag is – niet zozeer wat hij in werking zet, wat hij aanpakt – maar of hij ‘het’ voor elkaar krijgt. Die typering heb ik in Amsterdam vaker gehoord. Niet zozeer wat iemand doet, hoe men zijn zaken aanpakt, maar of de persoon in kwestie het redt. Of hij overeind blijft. Men is allang niet meer procesgericht, maar vooral geïnteresseerd in het resultaat. Amsterdam dus: in het licht van een gepersonifieerde benadering van de best person, een interessante opmerking. Amsterdam is een sterke, maar ook moeilijke stad. Elk stadsdeel is naar formaat een Nederlandse stad op zichzelf, zeker straks na de stedelijke herindeling. Verder kent elk stadsdeel min of meer zijn eigen karakterisering en ontwikkeling en is daarop op bijna alle fronten weer verder in ontwikkeling dan elke vergelijkbare stad van Nederland. Elke wijk in Amsterdam is een leerschool van stedelijke ontwikkeling voor iedereen in Nederland. Wat in Amsterdam gebeurt, is pas later een fact of life in andere steden. Dit krachtenveld vraagt om sterke personen. Niet alleen is de aandacht groot, het is ook een open en geïndividualiseerd speelveld en daarmee een arena en een vechtstructuur. Dat lijkt mij ook moeilijk meer te regisseren en te redresseren. Logisch dat de individuele kracht van de persoon belangrijk wordt: niet hoe je functioneert is van belang, maar of je overeind blijft. Maar het is niet alleen ‘voorsprong’ wat de klok slaat in Amsterdam. Er is ook zijn keerzijde. In een aantal andere opzichte is Amsterdam weer veel conservatiever dan Nederland. Neem het belang en inzet van huurdersverenigingen en bewonersorganisaties. Dat maakt de stad op wijkniveau weer sterk behoudend.

7 mei, Rotterdam (na 95 gesprekken)

139

Page 140: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Algemeen: de meivakantie zijn moeilijke dagen gebleken. Als je afspraken plant over heel Nederland, duurt die vakantie wel twee of drie weken. Steeds is een deel van de mensen niet beschikbaar. Ik kan geen complete sets van gesprekken meer plannen.

Ik kom weliswaar steeds meer op de vlieghoogte van het perspectief op de stad; dat levert ook wel richting op, maar nog geen afronding, nog geen definitief inzicht. Het lijkt net alsof ik na mijn vertrek wel tot zekere hoogte stijg, maar nergens aankom. Ik merk dat ik meer twijfel over de keuze van gesprekspartners. Soms lijkt het allemaal van het zelfde laken een pak. Er is te weinig reliëf tussen hen, alsof ik elk type al heb gesproken. De enige remedie is doorgaan tot ik ergens aankom. Nu de vakantie voorbij is, kan ik weer gaan plannen. Krijg ik weer mensen aan de lijn en kan ik weer verschil in geluid gaan horen.

Vandaag had ik nog een leuke confrontatie met de oudvoorzitter van St Mork, een van de eerste buurtvaders in Utrecht. Ik vroeg hem of hij een goede ingang had bij Nordin Talhaoui, de ongekroonde koning van Kanaleneiland Noord, de directeur van de Marokkaanse moskee. Ik proefde onmiddellijk dat ie mijn klacht herkende: “Nordin is niet te bereiken.” Ik antwoordde: “Nee, die beste man neemt nooit de telefoon op. Wanneer ik ook bel.” “O bij jou ook niet”, was zijn antwoord, “dat doet hij bij niemand.” “Wat moet ik doen”, vroeg ik. “Gewoon langs de moskee gaan, s’avonds. Of anders vrijdagmiddag. Dan is ie er zeker. Of in het weekend.” “Ik ben al langs geweest”, zei ik. “Mooie moskee, maar alles dicht en niemand daar.” “Weet je wat” stelde ik voor, “zal ik gewoon doen alsof ik de burgemeester ben, neemt hij dan op?.” “Ja”, lachte mijn gesprekspartner, “goed idee. Zeg gewoon dat de burgemeester je gestuurd heeft, dan reageert hij zeker. Dat is een goed plan.” We lachten allebei. We wisten allebei dat er weer een buurtburgemeester was geboren. Een 1e generatie Marokkaan met een mooi relativeringsvermogen. Die heeft veel geleerd, een goede man.

14 mei, Leeuwarden (na 112 gesprekken)Algemeen: veel sociale projecten herhalen zich in een dwingende volgorde van zetten. Op den duur is dat dodelijk saai. Iemand moet zich toch afvragen welke vraag nu weer aan de orde is en of er nog een nieuw antwoord te verwachten valt?

20 mei, Utrecht (na 122 gesprekken)Hassan el Jaouri: Kanaleneiland kent zoveel projecten, dat die elkaar wel in de wielen moeten rijden. Die zijn concurrent van elkaar en die praten elkaar ook een slecht imago aan. Probleemjongeren en probleemgezinnen kun je maar een keer in je case load hebben en dan eigenlijk alleen in die van jou. Dus je moet de ander wel zwart maken om er zelf beter uit te komen. Verdeel en heers politiek is in Kanaleneiland geen ongewone situatie. Je moet op je positie en je geld letten. Soms lijkt het project belangrijker dan de wijk. De wijk kan ook beter verpauperd blijven, dan komt er meer binnen. Een wijk in slechte staat, levert meer geld en positie op dan een wijk die is opgeknapt en waar de rust is weergekeerd.[In Marokko ontmoette ik tijdens mijn vakantie in de zomer een zelfde achterdocht ten opzichte van projecten (wegenbouw huizenbouw etc) die door de overheid worden gefinancierd. Iedereen praat over de bedragen, niemand ziet iemand werken. De conclusie is snel getrokken: er moet wel corruptie zijn. In die redenering is iedereen corrupt, behalve diegene die de conclusie trekt en de

140

Page 141: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

koning. De koning is de enige in Marokko die niet corrupt is en die dit probleem kan oplossen. Aldus de opvatting van Marokaanse reisgenoten.]

22 mei Amsterdam (na 129 gesprekken)Indische buurt: het lijkt alsof de Amsterdamse Nederlanders nu pas goed ontwaken. Er breekt een inzicht door. Migranten integreren niet zomaar. Het verschil in achtergrond kon dat wel eens in de weg staan. Dat moet worden aangepakt. Hoewel, over verschillen praat men niet. Dat is te neerbuigend, maar ondertussen is elke activiteit voor of ten behoeve van migranten zwanger van moraal: wat hoort, wat moet, etc. In de Indische buurt heerst een grote inzet op de emancipatie en maatschappelijke stijging van de migrant. Men maakt werk van de sociale verheffing vanuit een klassieke sociale verontrusting en een mild beschavingsperspectief. Dit uit zich in een vorm van culturele verwondering en de morele plicht om de migrant bij te staan. Dat dat ook leidt tot een zachte vorm van superioriteit, dat ziet men niet. Dat zien de migranten uit de wijk echter wel. Studio K en de Timorplein Community aan het gelijknamige plein wordt gezien als de voorhoede van de wijkintegratie. Alleen komen daar nauwelijks migranten. Mustapha el Jarmouni: “Dat is niet voor ons. In het café zitten alleen maar jonge witte studenten, bij Cybersook zijn we alleen welkom op afspraak en in het theater moeten we voor elke ruimte betalen. Wij hebben onze eigen plekken of gaan wel naar Civic (het wijkgebouw).” Die laatste klacht is ook onderdeel van het goede nieuws. Migranten beseffen steeds beter dat zij zelf hun boontjes moeten doppen. Ze pakken zelf hun initiatieven op en ontwikkelen nieuwe projecten en organisaties. In de Indische Buurt zijn 300 projecten/organisaties bekend. Men is weerbaarder. Ze laten zich ook niet door een rechts vertoog uiteendrijven. Dat besef en die weerbaarheid is er overigens ook van Nederlandse zijde. Ondanks dat blijft men toch vaak gescheiden van elkaar: sociaal, in projecten en in de wijk.

4 juni, Amsterdam (na 146 gesprekken)Mercedes Zandwijken. Zoals bij zoveel mensen werkt de klassieke openingsvraag van Jörgen Raymann altijd goed: ‘wie is je vader, wie is je moeder’. Aan de andere kant is het oog hebben voor randverschijnselen tijdens het gesprek van belang. Ik werd bij binnenkomst direct gekapitteld omdat ik te laat was en blijkbaar zonder excuus het gesprek begon, terwijl ik vooraf had gebeld en zelfs de reden van de vertraging met excuus had ingesproken. Ze had geen zin gehad haar telefoon op te nemen. Tijdens het gesprek werd er ‘helemaal vanuit New York’ gebeld, wat werd afgedaan alsof het een foontje om de hoek was. Ik sprak met een dame van stand. Wat overigens ook klopte.Mercedes Zandwijken werkt van bovenaf. Na de moord op Theo van Gogh zag zij in dat al die sociale projecten van onderop niet werkte. Zij had al jaren in de shit van de stad gewerkt. Ze weigerde nog langer weg te duiken en besloot het over een heel andere boeg te gooien. Van bovenaf dus: zij wil de sterke mensen in de vorm van ‘denktanks sociale cohesie’ bij de stad betrekken en de middenklasse motiveren zich met de stad te bemoeien. Het is ook hun stad. Inmiddels bestiert zij met steun van het College van B&W 6 tot 7 denktanks in evenzoveel stadsdelen en slaagt zij erin de bovenkant van Amsterdam voor ‘hun’stad te interesseren.

9 juni, Amsterdam (na 151 gesprekken)Margriet Muis. In de gesprekken is het belangrijk te kunnen schakelen op een persoonlijk en informeel niveau en vanuit een idde van erkenning en een gevoel van vertrouwdheid. Elke ervaren diplomaat zal herkennen wat hiermee wordt bedoeld, iedere onderhandelaar past dit mechanisme

141

Page 142: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

automatisch toe. Meegaan in de opvattingen, meegaan in de ervaringen en twijfels en proberen te begrijpen wat de ander ziet, geeft het gesprek veel meer openheid, dan je gesprekspartner te attaqueren met vragen en opmerkingen. Blijkbaar maakt het in deze gesprekken ook uit of het glas als halfvol wordt gepresenteerd of als half leeg. Dat geldt zeker op het gevoelige domein van culturele verschillen. Pas nadat ik met Magriet Muis de juiste gesprekstoon had bereikt, gaf zij aan hoe groot het culturele onderscheid in Zuidoost is en dat cultuur en huiskleur in de wijk de scheidslijnen vormen. Ook in de zwarte gemeenschap. Vanuit de Afro-Caribische gemeenschap wordt de buitenwereld vaak met achterdocht tegemoet getreden en presenteert men zich daartoe als een front. Dat geldt ook voor de vertegenwoordigers van de gemeenschap. Sta je eenmaal met elkaar on common ground, dan breekt het pantser open.Met Elvira Sweet had ik dezelfde ervaring. Pas toen duidelijk werd dat ik de verschillen tussen mensen en culturen wel zag, maar ik deze elkaar niet aanrekende, dat ik wilde begrijpen, niet veroordelen, kwam ze over de brug.

10 juni, Den Haag (na 157 gesprekken)Algemeen: Ik kom nu toch echt op vlieghoogte. Ik hoor veel dezelfde geluiden. Kom nog wel verschillende projecten en interessante gesprekspartners tegen, maar het onderscheidend vermogen per project en persoon valt steeds verder weg tegen het beeld van de eerdere ervaringen. Ook mijn eigen waarnemingsvermogen raakt verstopt. Ik zit vol. Zelfs hele domeinen en stadsdelen als in Amsterdam, vertonen datzelfde beeld. Ik ben gesprekken aan het voeren in plaats van ik iemand anders ontmoet en iets nieuws tegenkom. Om binnen de metafoor te blijven: ik dreig met de automatische piloot te gaan vliegen. Aan de andere kant kan het ook zijn dat de achtergrondinformatie uit de verschillende steden, juist het onderscheidend vermogen heeft aangesterkt en dat mensen als ze opvallen ook bijna gelijk een best person zijn. Dat is ook wat ik in de steden ervaar.Hoe dan ook, ik heb de behoefte om meer afstand te nemen en mijn eigen raster meer te ordenen. Ik ga nu ook per stad mijn gesprekken gerichter selecteren: met wie heb ik al gesproken en welk type gesprekspartner mis ik nog? Ook ga ik nu meer gesprekken plannen met mensen met meer afstand tot het concrete werkveld, met hogere functionarissen dus. Met name om ook meer diepte en reflexie te krijgen. Waarschijnlijk dient de eindfase van de selectie zich aan en voltrekt die zich sluipend en dus organisch.

10 juni, Den Haag (na 157 gesprekken)Den Haag, Escamp volgens Rasenberg: Escamp is een wijk zonder leven, een wijk van anonimiteit: flats, openbare ruimtes, stille plekken. In deze wijk slapen mensen ’s avonds en s nachts, overdag zijn ze weg: dan werken ze elders. Wat voor interventie en investering zou je nu in zo’n doodse wijk willen plegen? Escamp werkt in die zin als een soort vertrager. Alle processen: de bureaucratie, de politiek, de wijkverenigingen, de buurtorganisaties, de professionals, het huur en verhuurproces verlopen hier langzamer. Alles gaat trager dan elders in de stad. Behalve de misdaad: criminaliteit en maffiose praktijken gloriëren bij anonimiteit. Die maken daarvan gebruik.Escamp is het afvoerputje geworden van kansarme migranten in de stad. Er trekken veel oudere bewoners weg en de Nederlanders die achterblijven beschikken meestal niet over de sociale tools om met de verkleuring van de wijk om te gaan. Dat geldt overigens ook voor de nieuwkomers, de Turken en Marokkanen, die beschikken ook niet over de sociale vaardigheden om de brug tussen

142

Page 143: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

wijkbewoners te slaan. Gevolg is veel onbekendheid, afstand, negatieve beelden, angst en ondermijning van de sociale cohesie.

17 juni, Zwolle (na 168 gesprekken)Martin Ekkel, voorzitter Kamperbuurt: “In een wijk als deze kun je alleen maar functioneren op basis van gelijkheid.” Hier heerst het patroon van een klassiek egalitarisme. De overheid geldt in deze als ongelijk en dan is het hebben van ‘geen hiërarchie’ onderling het natuurlijke startpunt. Immers in het gezamenlijk verzet tegen de overheid, is iedereen gelijk. Onveranderlijkheid is een tweede kenmerk voor een klassieke volkswijk. Ekkel verwoordt het zo: “De wijk is net een snack. Daaraan mag je best iets nieuws toevoegen, maar je moet er wel voor zorgen dat het zijn smaak behoudt. Anders wordt het niet meer verkocht.”

17 juni, Zwolle (na 168 gesprekken)Miluschka van Uyten, voorzitter van de Antiliaanse zelforganisatie. In Zwolle staan 1274 Antilianen geregistreerd: “Antillianen komen naar Nederland vanwege hun kinderen. Om ze in de gaten te houden, zowel hun zonen als hun neven. 65% van de jongens heeft werk. De rest zwerft rond. Joost en mijn tante mogen weten waar ze zijn. Als er meiden in de buurt van die jongens zijn, zorgt dat alleen maar voor koppijn, jaloersheid, argwaan en egoïsme.”Antilianen zijn moeilijke trotse mensen. Ze zijn alleen gemotiveerd als ze iets leuk vinden. Informatie vragen ze pas als het strikt noodzakelijk is en hulp vragen ze op het moment dat de problemen over de voeten lopen. Ze kennen voor alles een drempelvrees, maar dan vanwege hun karakter, hun argwaan. Niet vanwege de taal.

23 juni, Amsterdam (na 175 gesprekken)Mustapha Akka, een jongerenwerker in Slotervaart. Veel van het welzijnswerk in de wijk borduurt voort op de bestaande culturele mores. In deze wijk veronderstelt dat een scheiding van de sexen. Over de omgang met jongens en meiden op straat in Slotervaart: “Je moet durven forceren, dat past ook bij de doelgroep. Die jongens zien meiden als materiaal, als speelgoed. Op straat dan. Vaak weten ze niet beter, ze hebben het niet anders geleerd. Thuis zijn die jongens een ander type. Meisjes zijn voorzichtig en religieuzer. Daarom dragen ze ook vaker een hoofddoek. De meisjes gaan terughoudend met jongens om. Ze willen ook niet te veel worden gezien met jongens. Dat geldt eigenlijk ook voor een jongen. Voor hem is het ook beter als ze niet teveel met meiden worden gezien.”

24 juni, Amsterdam (na 180 gesprekken)Mustapha Rahali, buurtregisseur Slotervaart, staat voor een duidelijke en gerichte aanpak, maar wel binnen het frame van de Marokkaanse cultuur. Dat bleek vooral toen ik, na een lecture van Rahali over straatleven en Marokkaanse cultuur, hem vroeg naar verdere gesprekscontacten. Dat was een te directe vraag. Dat was vragen naar de onbekende weg en dat riep argwaan op. Blijkbaar opereerde Rahali ook zelf nog in een ‘gesloten’ culturele setting. Zeker, hij is van zins de beslotenheid van het Overtoomse Veld open te breken. Maar die openheid heeft ook een grens. De positie van mensen zoals Rahali moet daarin wel overeind blijven. Via het werk bij de Nederlandse politie heeft hij zowel een rol in het corps gekregen, als in gemeenschap. En die rol geeft hij niet zomaar prijs.Nu dan de lecture: “Er is verschil tussen buiten en binnen. Binnen heerst cultuur, buiten de subcultuur. Thuis heerst macht, eer en angst en moet je je mond houden en gehoorzamen. Je praat

143

Page 144: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

niet over problemen en het verschil tussen meisjes (controle, eer zit tussen haar benen) en jongens (geen controle) wordt daar gedicteerd. Kleinere jongens dicteren hun oudere zussen. Binnen en op straat. De houding van jongens ten opzichte van vrouwen is bazig en minachtend. Op straat is het leven anders. Meisjes kunnen daar niet komen. Stel dat de status van een meisje aan de orde komt, dan ontstaat er een enorme roddelcultuur. Het leven op straat is ook niet in overeenstemming met het leven thuis, binnen. Thuis is geen liefde of geborgenheid. Op straat is solidariteit: jongens kennen elkaars problemen, steunen elkaar, leren omgaan met hun emoties. Buiten is de ontsnapping aan binnen. Hier delen de jongens elkaars emoties en problemen. De groep biedt bescherming en veiligheid. De jongens zullen zonder elkaars goedkeuring ook niets doen. Soms zie je wel eens zo’n groep jongens in de Kalverstraat voor een van hen een spijkerbroek kopen. Stel je voor hij koopt een broek die niet door de anderen wordt gewaardeerd. Jongens kijken ook op tegen oudere, beter geklede en verzorgde jongens. De verkeerde jongens masseren het geweten langzaam weg: eerst word je ontweken, dan word je ergens bij betrokken, even later vragen ze je om wat informatie en of je iets voor hen wilt doen, een boodschapje en weer wat later vragen ze of je 5 euro wilt verdienen, of je even op de uitkijk wilt gaan staan. Die jongens glijden met plezier de criminaliteit in.” Rahali over zijn werk: “Mijn kennis van de wijk haal ik voor 40% uit briefings, voor 60% uit het werken op straat. Ik kom zoveel mogelijk bij de mensen binnen. Ik de jongens, de meiden en de gezinnen en weet wat er speelt. Ik spreek iedereen (ieder Marokkaans gezin). Mijn strategie is: alle bewoners kennen. In deze wijk gaat dat om 4500 personen. Daarvan is 1500 illegaal. Ja dat is bekend. Het is niet strafbaar. Met een repressieve houding kom je nergens binnen, met een te sociale houding loopt iedereen over je heen. Je moet dus een modus in de omgang vinden. Ik ga met iedereen in gesprek, ongeacht achtergrond. Ben zachtaardig als het kan, hard als het moet. Ik treed altijd in uniform op. Worden mij zaken meegedeeld, die ik moet aangeven, dan meld ik dat aan mijn gesprekspartner en verbreek ik het contact met hem. Mensen uit de wijk zwijgen over wat ze weten. Praten past niet. Een manier om die zwijgzaamheid te doorbreken, is anoniem melden. Je hoeft dan niet (publiekelijk) over problemen van anderen te praten, terwijl je toch een crimineel feit kunt melden. Dat werkt onder Marokkanen goed. Noord Marokko heeft altijd afstand tot de overheid gekend. Men had geen verwachtingen gekoesterd, voelde geen loyaliteit. De Rif was altijd een opstandige regio. Deze houding hebben de ouderen meegenomen naar Nederland en overgedragen aan hun jongeren. Daarnaast heeft Nederland juist veel verantwoordelijkheid van de ouders afgenomen: jongens uit huis geplaatst, ouderlijke macht onder toezicht gesteld of afgenomen. Dat heeft het bestaande wantrouwen verder gevoed. Deze overheid biedt geen bescherming, dus verdient zij in hun beeld ook geen loyaliteit.”

24 juni, Amsterdam (na 180 gesprekken)Youssef Chakri, een jongerenwerker: “Marcouch stond voor repressie, het jongerenwerk stond in deze wijk voor recreatie. Nu is het meer sam sam. Het jongerenwerk biedt een vrije ruimte naast thuis en school en een tegengewicht tegen de roep van de straat. De meeste jongeren hier uit de buurt hebben thuis problemen: lage inkomens, schulden, ruzies etc. Eigenlijk allemaal (99%).”

30 juni, Utecht (na 189 gesprekken)Heinz Schiller, directeur Doenja. “Welzijnswerk toont aan dat het er niet toe doet.” Schiller heeft een interview in de Volkskrant gegeven dat het welzijnswerk de slag mist in de krachtwijken. Dit zeer tot ongenoegen van de stad (ambtelijk) en de werkers. Schillers redenering: aan Kanaleneiland zie je dat

144

Page 145: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

achterstand zichzelf reproduceert. We zien dat de onderwijsprestaties terugvallen. Van de 3e generatie migrantenkinderen scoort 90% onder het gemiddelde van de citotoets. Daarbij is het nog maar de vraag hoeveel kinderen eigenlijk aan de toets deelnemen. De wijk kent een beperkte sociale mobiliteit. Eenmaal in de wijk geboren, blijf je er ook hangen. Dat geldt zowel voor lager opgeleide en hoger opgeleide jongeren.Doenja moet streven naar een agenda die er toe doet. Minder uitvoeren, meer begeleiden. Dat is modern (nieuw) welzijnswerk. Doenja steunt al groepen als Al Amal en Ladyfit. Het welzijnswerk moet uit de 1e lijn en naar de 2e lijn.

30 juni, Utrecht (na 189 gesprekken)Al Amal houdt het handje vast van vrouwen. In plaats van de vrouwen te ondersteunen, neemt zij de zeggenschap over. Ze werken nog met de zorgstijl van de jaren 50. Dat is de kritiek die Al Amal krijgt. Maar Al Amal bereikt blijkbaar vrouwen, die de reguliere hulpverlening niet eens ziet, laat staan bereikt. Dat wekt wrevel. Temeer daar de reguliere hulp structureel gesubsidieerd is en zij niet. Maar ook de hulp en ondersteuning die ze krijgen wordt met achterdocht begroet. Als ze naar de urgentie van hun eigen werkagenda kijken, is het de vraag wat die externe contacten hen te bieden hebben. Laat gewoon ieder zelf zijn eigen problemen aanpakken, zeggen ze bij Al Amal. Men ervaart de buitenwereld (welzijnswerk, hulpverlening, gemeente) als weerstand. Het is alleen maar knokken voor een eigen positie en een werkbaar budget.

30 juni, Utrecht (na 189 gesprekken)Hind Dhassi, Cumulus, over nabijheid. De ontmoeting, het directe contact doorbreekt de anonimiteit, ook bij mensen thuis. Met bemoeien verover je de schaamte. Sociale controle heeft een negatieve uitwerking, net als geroddel. Als ik iets hoor of weet, grijp ik in. Ik zoek vaak naar een lichtvoetige aanpak. In plaats van een harde toon. Dat blokkeert. Maar ik stel wel grenzen, ik stuur wel aan op meer assertiviteit.

1 juli, Den Haag (na 194 gesprekken)Luc Meeuwisse, wijkmanager: de wijkaanpak is nog te veel geschoeid op de leest van alle wijken in gelijke mate aanpakken. Dat is anno nu onzin. De krachtwijken lopen daarop spaak. Er ontstaat verkokering, de uitvoering blijft hangen en er wordt niet effectief doorgepakt.” Transvaal is beter dan Schilderswijk: het is meer gelaagd, er is meer participatie en meer publieke presentatie van de migrantengemeenschappen. Alleen Transvaal kent geen gentrification of yuppieficatie als in de Amsterdamse Pijp (Meeuwisse).

1 juli, Den Haag (na 194 gesprekken)Geert Groenewegen, Witte Paters, zijn beeld van de wijk: “De diversiteit in de wijk is impliciet. Onderling tussen migranten vindt geen integratie plaats. Daar heeft niemand oog voor. Moslims en Hindoes staan tegenover elkaar als geloof en afgoderij. Christenen en moslims wijken uiteen door interne geloofsverschillen. Hier in de wijk worden de keuzes meer religieus dan cultureel bepaald.”

15 juli, Den Haag (na 217 gesprekken)Alwin Marenga: Veel mensen uit de wijk zien een parallel tussen ontwikkelingshulp en de financiering van de vogelaarwijken. Voor hen is het hun geld, geld voor de wijken. Dat heeft Nederland gegeven en daarover in tweede instantie niets meer te zeggen.

145

Page 146: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Het beeld dat veel migranten van Nederland hebben, wijkt soms ver af van het zelfbeeld van Nederland. Nederland staat voor openheid, overleg, samenspraak en transparantie. Dat is niet de overheid die veel migranten kennen uit hun land van herkomst. De eigen overheid is vaak autoritair, de gemiddelde politicus en ambtenaar is ook vaak niet opgeleid. De overheid gedraagt zich als de oude kolonisator, wat leidt tot achterdocht en afwachtend gedrag. Marenga: Zo heeft de Surinamse man moeite inzet en ambitie te tonen. Het heeft nooit nut gehad. De slavernij is in zijn genen gekropen.

22 juli, Amsterdam (na 222 gesprekken)Said Zemmouri, hulpverlener in de Indische buurt, een tweede interessante vermenging van een Hollandse aanpak in een Marokaanse mores. Said’s werkwijze is eigenzinnig, individueel en vanuit een eigen opvatting. Hij is dus Nederlands geschoold. Zijn werkhouding gaat sterk uit van nabijheid, zijn eigen ervaring geldt als richtsnoer. Said is door de islam weer op het rechte pad gekomen en die levenservaring draagt hij over. Marokkaans dus. Said: “Ik betrek het geloof erbij. Ik vraag hen hoe ze hun gedrag gaan verantwoorden straks in het hiernamaals. Wij Marokkanen zeggen: ‘wat je anderen aandoet, komt ook tot jou’.” “Ik blijf ze achtervolgen. Ik ben hun kwelgeest. Als zo’n jongen in de bak zit, is die kwetsbaar, dan moet je hem aanpakken.” Hij komt soms erge probleemgezinnen tegen. De oudste zoon is draaideurcrimineel en in handen van jeugdzorg. De 2e zoon is een dealer, de 3e ook. Beide zijn in handen van jeugdzorg. Bij de 4e de jongste, is pas onlangs het belletje gaan rinkelen. Die is nu 11 jaar en aan de drugs. Vaak is de oudste criminele zoon ook nog kostwinnaar.

22 juli, Den Haag (na 225 gesprekken)Frans de Rijke over de rol van de wbv: in de loop der jaren is deze verruimd van belegger in vastgoed naar speler in de stedelijke vernieuwing en stadsvernieuwing. In economisch en sociaal opzicht dragen wbv-en bij aan leefbaarheid en dus mede aan de waardevastheid van het vastgoed. Daarin worden duidelijke keuzes gemaakt met als inzet het ondersteunen van projecten met kop en staart; met een doel. Als voorbeeld noemt hij een ontbijtproject op school, zodat kinderen eten kunnen waar ze thuis geen ontbijt krijgen of met cola en chips naar school worden gestuurd. “Misschien niet logischerwijs onze taak, aldus de Rijke, maar alles beter dan nutteloze projecten. Ik ben ziek van al die lulprojecten.”

146

Page 147: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Bijlage 2

Typeringen best persons

Op het snijvlak van professiesOrde handhaven in een zaal met woeste mensenDe wijk inUrgentie creëren als systeembrekerUrgentie creëren als oplosserMediatiorsDwars, niet via gebaande paden, onorthodoxVan wethouders tot bewoners, verticaal en horizontaal kunnen whealen en dealenSlagkracht WeerstandGedrevenheidKwaliteit afhankelijk van niveau van functionerenKwaliteit afhankelijk van type vraag, van moment van vraagVia het strategisch bestuursniveau, bovenlangs kunnen passerenHet hebben van doorzettingskracht persoonIemand die agendeertDe juiste klik, de juiste chemie hebben: bieden wat de omgeving op dat moment nodig heeft Mensen die sturenMensen die ergens kunnen binnenkomenMensen die iets voor elkaar krijgen, die buiten hun boekje gaan om hun taak te bereikenIn een kwetsbare positie kunnen staan en gevoelig zijn voor de wind die er waaitIn zijn domein staan, in zijn element zijnKritisch naar zichzelf kunnen zijnMensen die over hun project/taak heen kunnen kijkenMensen die zaken makkelijk en behapbaar maken The movers en de shakersIemand die de heartbeat zietAansturen op de menselijke factorElkaar weten te vinden, de juiste structuren vindenMoeten ook als kleine dictatortjes kunnen functioneren. Moeten ook weer kunnen verdwijnen, anders worden het vervelende mensen.Duwers en trekkersSitueren in beste projecten en beste netwerken: geen eenlingen, zeker niet alleen in de uitvoering Kartrekkers en effectieve mensenIemand die zijn nek uitsteekt en zijn ideeën ook waarmaaktIemand die herkend wordt door de bewonersHet juist inschatten van de kwaliteit van een medewerkerVakmanschapToch wel helden toch wel. Het geheim van de smid kennen.Kansen zien vs belemmeringen opwerpen

147

Page 148: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

SmaakmakersHyper-actieve buurtbewoners

148

Page 149: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Bijlage 3

Introductie gesprek

“De stad xx is betrokken in een onderzoek naar best persons. Best persons is een begrip dat het meeste lijkt op het begrip best practices. Dat is bij de meeste gesprekspartners wel bekend. Beide begrippen drukken uit dat steden als xx sterk aan het veranderen zijn voor wat betreft hun houding tegenover en aanpak van stedelijke ontwikkelingen. Deze verandering in houding zien we niet alleen bij de overheid, maar ook bij individuele burgers, bij stedelijke instellingen of particuliere initiatieven. Belangrijkste verandering is dat iedereen een veel meer actieve houding aanneemt tegenover de veranderingen in de stad. We gaan er veel meer op af. De klassiek beleidscyclus van analyse maken, maatregelen nemen, resultaten evalueren en nieuw beleid initiëren wordt allang niet meer gedaan, allang niet meer overtuigend. Dat duurt vaak veel te lang.

Die verandering in houding is niet van gisteren. Steden zijn de laatste decennia enorm veranderd, alleen al als gevolg van migratie of het moderner worden van het leven van alledag. Een verandering die ook niet meer terug te draaien is. Dit is het en zo gaat het verder.

Hoe die veranderingen nu precies in zijn werk gaat, hoe steden ten aanzien van deze ontwikkelingen reageren wordt onderzocht in het onderzoek naar best persons.

De eerste reactie van steden ten aanzien van deze nieuwe ontwikkelingen was het formuleren van een groot aantal projecten, waarbij we hoopten dat de goede projecten – best practices – als voorbeeld kon dienen voor andere wijken of andere steden. We weten nu dat dat niet zo makkelijk gaat. Wat hier ontwikkeld wordt in deze wijk, kunnen we niet zomaar verplaatsen naar een andere wijk of naar een andere stad.

Sterker nog, als we inzoomen op die goede projecten dan valt steeds meer op dat de persoonlijke inbreng van betrokkenen van belang is. Iemands persoonlijke inzet, of juist de klik die tussen mensen in het project ontstaat, kan wel eens doorslaggevend zijn in het succes van het project. Overigens spoort die aandacht voor de inbreng van personen in activiteiten en projecten met de hedendaagse tijdgeest, waarin presentatie en persoonlijke inbreng belangrijk wordt gevonden. Dat is wat met best persons in dit onderzoek wordt bedoeld.

Als we nu dat begrip best persons eruit lichten, dan vallen op het eerste oog twee zaken op. Op de eerste plaats is er het gevaar van een heel subjectieve benadering, waarbij we dan in het beleid of in stedelijke activiteiten opeens overal hetzelfde type mensen gaan zien. Allemaal klonen van de baas bijvoorbeeld, waarmee we overal zijn idee van best persons tegen komen. Met iedereen naar het front toe sturen, is volgens mij nog geen oorlog gewonnen. Dus dat lijkt in een frontlijn benadering van veel steden, ook niet de meest afgewogen oplossing.

Of het wordt onmiddellijk inzet gemaakt van personeelsbeleid, waarmee diegenen die aangemerkt worden als ‘best’ mogelijk goed af zijn, maar de rest dan?

149

Page 150: Structuur verslag scouting van best persons - Dick de Ruijterdickderuijter.nl/.../RapportageBestPersons.2010.docx  · Web viewNaast mijn visie op best persons speelt in de selectie

Beide benaderingen van best persons vernauwen het zicht op die veranderende stad. Want dat is de inzet van dit onderzoek naar best persons. Door beter in beeld te brengen wat best persons en wat ze doen, proberen we meer inzicht te krijgen in de manieren waarop een stad zich opstelt in en tegenover die grootstedelijke actuele veranderingen. Dat is de verandering die zich de laatste decennia heeft ingezet en dat inzicht is gewenst. Die veranderingen spelen zich het sterkst af in de zogeheten krachtwijken. Vandaar ook dat het onderzoek zich vooral op die delen van de richt, die als krachtwijk zijn aangemerkt, of in buurten, die duidelijk om aandacht vragen. Zoals gezegd zien we dat niet alleen de overheid in houding veranderen, ook maatschappelijke instellingen, burgers en particuliere initiatieven. En al die veranderingen zijn voor ons onderzoek van belang. Vandaar dat ik ook geïnteresseerd ben in uw werk/activiteiten.

Mij is gevraagd dit onderzoek voor te bereiden door als een verkenner een beeld te schetsen van de steden die betrokken zijn bij dit onderzoek. Vooral dan van ontwikkelingen, projecten in de zogeheten krachtwijken en natuurlijk van de personen die daarbij betrokken zijn.

Wat ik nu graag van u wil weten, is – naast uw rol en functie in de wijk – wat u nu voor belangrijke ontwikkelingen en projecten in uw omgeving ziet. Dat kan in deze wijk zijn, dan kan elders in de stad. Ik wil graag met uw kennis en ervaring eens door uw ogen naar de stad kijken en met u bespreken wat u ziet, wat er verandert, wat er moet gebeuren. Natuurlijk ben ik ook benieuwd welke mensen u daarin belangrijk vindt. Wie voor u belangrijk is en welke mensen in uw ogen een sterke rol vervullen.

Laten we maar beginnen. Ik volg u wel.”

150