Met wijkpartners werken aan leren Vakgemeenschap Sociale Stijging, 26 april 2012.
Statistisch verslag 2018...2 1. Aangiften : In 2018 werden 168.462 aangiften genoteerd. De stijging...
Transcript of Statistisch verslag 2018...2 1. Aangiften : In 2018 werden 168.462 aangiften genoteerd. De stijging...
2
1. Aangiften :
In 2018 werden 168.462 aangiften genoteerd. De stijging sedert 2016 zet zich ook in 2018
verder door. Het betreft in 2018 een stijging van het aantal arbeidsongevallen van 2,2 % ten
opzichte van 2017 (stijging van 2,5 % in 2017 t.o.v. 2016).
Van de aangegeven ongevallen werd in 2017 ongeveer 11,7 % geweigerd. In 2018 bedraagt
dit 12,7 %.
202.208
202.415
207.384185.628
197.883
190.381
178.186
171.229
161.829
157.242
160.717
164.786
168.462
0
50.000
100.000
150.000
200.000
250.000
2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Evolutie van de ongevalsaangiften
185.039184.717188.300168.201178.499170.203157.131150.519141.865137.219 142.229145.538147.124
17.169 17.698 19.08417.427 19.384 20.178 21.055
20.71019.964
20.02318.488 19.248 21.338
0
50.000
100.000
150.000
200.000
250.000
2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Aangiften: evolutie aanvaard/geweigerd
AANVAARD GEWEIGERD
3
Bij de arbeidsplaatsongevallen betreft het een weigeringspercentage van 12,2 % in 2018,
t.o.v. 11,1 % in 2017, 10,9 % in 2016 en 12,3 % in 2015. Bij de arbeidswegongevallen betreft
het een weigeringspercentage van 15,1 % in 2018 t.o.v. 14,4 % in 2017, 14,5 % in 2016 en
15,0 % in 2015.
22.013 23.793 20.670 20.772 22.347 24.627 24.389
135.118
126.726 121.195 116.447119.882 120.911 122.735
0
20.000
40.000
60.000
80.000
100.000
120.000
140.000
2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Evolutie van de aanvaarde arbeidsongevallen
Arbeidsweg Arbeidsplaats
4
2. Gevolgen van de aanvaarde arbeidsongevallen
Bron: tabel 1.2.1
In 2018 (net als in 2017) wordt door de verzekeraars voor 9,8 % van de ongevallen een
blijvende ongeschiktheid voorzien.
In werkelijkheid is het aandeel met tijdelijke ongeschiktheid groter, omwille van de
volgende twee redenen:
1. Een deel van de ongevallen zonder tijdelijke arbeidsongeschiktheid op 31 december
2018, blijkt later wel een tijdelijke arbeidsongeschiktheid te hebben. Het betreft hier
de ongevallen van de maand december waarvoor de verzekeraars op 31 december
2018 nog over geen informatie beschikken met betrekking tot de periodes van
arbeidsongeschiktheid.
2. Een deel van de arbeidsongevallen waarvoor een blijvende arbeidsongeschiktheid
werd voorzien in december 2018, worden achteraf afgesloten (“geconsolideerd”)
met genezenverklaring.
zonder tijdelijke
ongeschiktheid; 42,3%
tijdelijke ongeschiktheid;
47,9%
voorziene blijvende
ongeschiktheid; 9,8%
dodelijke; 0,1%
2018
5
Bron: tabel 1.2.1
Bron: tabel 1.3.2
In het totaal stijgen de arbeidsplaatsongevallen met 1,5 % en de arbeidswegongevallen
dalen met 1 %.
76.814 76.239 76.987 69.475 75.490 70.766 65.596 64.735 60.534 57.921 59.550 61.543 62.171
92.453 92.864 93.603
82.70886.655
83.74176.997 71.538
67.292 65.003 68.017 69.584 70.465
15.77215.614
17.710
16.01816.354
15.696
14.53814.246
14.039 14.295 14.662 14.411 14.489
0
50.000
100.000
150.000
200.000
2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Evolutie van de gevolgen van de ongevallen
Zonder Gevolg Tijdelijke ongeschiktheid Voorziene blijvende ongeschiktheid + Dodelijke
68.93268.272 67.875 61.078 64.594 62.443 57.442 55.646 52.148 49.844 50.640 51.595 52.398
82.400
82.498 82.396
71.246 73.123 72.44465.779
59.520 57.454 54.975 57.314 57.744 58.664
13.25913.158 14.855
13.22213.227 12.967
11.89711.560
11.593 11.628 11.928 11.572 11.674
0
20.000
40.000
60.000
80.000
100.000
120.000
140.000
160.000
180.000
2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Evolutie van de gevolgen van de ongevallen -Arbeidsplaats
Zonder Gevolg Tijdelijke arbeidsongeschiktheid Volledige blijvende ongeschiktheid + dodelijke
6
Bij de arbeidsplaatsongevallen heeft men in 2018 een stijging van 0,9 % t.o.v. 2017 voor de
groep van de arbeidsongevallen met voorziene blijvende ongeschiktheid en de dodelijke
arbeidsongevallen. Voor de arbeidsongevallen met tijdelijke arbeidsongeschiktheid heeft
men een stijging van 1,6 % en voor de arbeidsongevallen zonder gevolg heeft men een
stijging van 1,6 % t.o.v. 2016.
Bron: tabel 21.3.2
De stijgende trend voor de arbeidswegongevallen zet zich in 2018 niet verder.
Bij de arbeidswegongevallen heeft men in 2018 een lichte daling t.o.v. 2017 van 0,8 % voor
de groep van de arbeidsongevallen met voorziene blijvende ongeschiktheid en de dodelijke
arbeidsongevallen. Voor de arbeidsongevallen met tijdelijke arbeidsongeschiktheid heeft
men een lichte daling van 0,3 % t.o.v. 2017 en voor de arbeidsongevallen zonder gevolg
heeft men een daling van 1,8 %.
78827967 9112 8397
108968323 8154 9089 8386 8077 8910 9948 9773
1005310366
11207 11462
13532
11297 1121812018
9838 1002810703
11840 11801
25132456
2855 2796
3127
2729 26412686
2446 26672734
2839 2.815
0
5000
10000
15000
20000
25000
30000
2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Evolutie van de gevolgen van de ongevallen -Arbeidsweg
Zonder Gevolg Tijdelijke arbeidsongeschiktheid Volledige blijvende ongeschiktheid + dodelijke
7
Bron: tabel 2.1 en 21.1
De ongevallen op de arbeidsweg hebben ernstiger gevolgen, zoals ook in vorige jaren het
geval was. Het percentage van ongevallen met voorziene blijvende ongeschiktheid bedraagt
11,3 % bij arbeidswegongevallen tegenover 9,4 % voor de ongevallen op de arbeidsplaats.
42,7%
47,8%
9,4%
0,1%
40,1%
48,4%
11,3%
0,2%0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
zg tao bao dodelijk
Gevolgen: arbeidsplaats en arbeidsweg
AP AW
8
Bron: tabel 2.2 en 21.2
44,1%
11,4%
30,7%
9,8%
4,0%
41,9%
15,0%
28,3%
10,4%
4,5%
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
35%
40%
45%
50%
0 dagen 1-3 d 4 - 30 d 1- 3 mnd > 3 mnd
Duur van de tijdelijke ongeschiktheid:arbeidsplaats en arbeidsweg
AP
AW
9
Voorziene blijvende ongeschiktheid 2018: arbeidsplaats en
arbeidsweg
Bron: tabel 2.3
Bron: tabel 21.3
Waar de arbeidswegongevallen een groter aandeel met voorziene blijvende ongeschiktheid
kennen is de graad van voorziene blijvende ongeschiktheid ook hoger dan voor de
arbeidsplaatsongevallen. Bij de arbeidsplaatsongevallen wordt immers voor 52 % een
90,5%
5,0%
3,4%
0,8%
0,2%
0,1%
9,5%
Arbeidsplaatsongevallen 2018met voorziene blijvende ongeschiktheid
zonder voorziene BO met voorziene BO + dodelijke 1 tot 4,5 %5 tot 9,5 % 10 tot 15,5% 16% en meerdodelijk
88,5%
5,3%
4,3%
1,4%
0,4%
0,2%
11,5%
Arbeidswegongevallen 2018 met voorziene blijvende ongeschiktheid
zonder voorziene BO met voorziene BO 1 tot 4,5 % 5 tot 9,5 %
10 tot 15,5% 16% en meer dodelijk
10
blijvende ongeschiktheid kleiner dan 5% voorzien. Bij de arbeidswegongevallen omvat deze
klasse van ongeschiktheid slechts 46 % van de gevallen.
Tewerkstelling: aantal ongevallen per 1000 VTE
Bron: tabel 3.2.3
Bron: tabel 22.2.3
Het aantal arbeidsplaatsongevallen per 1000 VTE toont in 2018 een lichte daling t.o.v. 2017,
maar het aantal arbeidswegongevallen per 1000 VTE blijft in 2018 gelijk to.v. 2017.
38 37 3633 33 32
2926 25 24 24 24 24
6 6 7 6 6 6 5 5 5 5 5 5 5
76 73 7367 68
6559
5553 50 51 50 49
0
10
20
30
40
50
60
70
80
2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Arbeidsplaats
TAO VBO Alle AO
5 5 5 56
5 5 54 4
5 5 5
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
9 9
10 10
12
1010 10
9 9 910 10
0
2
4
6
8
10
12
14
2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Arbeidsweg
TAO VBO TOTAAL
11
Leeftijdscategorie en tewerkstelling - arbeidsplaatsongevallen
Bron : tabel 3.2.3
Bron : tabel 3.2.4
7571
6865 67 66
63
4244
40 3936
31 32
0
10
20
30
40
50
60
70
80
2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Aantal ongevallen per 1000 VTE
20-29 jaar 30-39 jaar 40-49 jaar
50-59 jaar 60 jaar en ouder GEMIDDELDE
4,5 4,3 4,2 4,3 4,3 4,0 3,8
5,9 5,8 5,8 5,7 5,95,5
5,8
6,77,1
6,2 6,3
5,7
4,6 4,6
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Aantal ongevallen met VBO per 1000 VTE
20-29 jaar 30-39 jaar 40-49 jaar
50-59 jaar 60 jaar en ouder GEMIDDELDE
12
De leeftijdscategorie van 20-29 jaar kent een meer dan gemiddelde graad van aantal
ongevallen. De overige leeftijdscategorieën hebben een graad onder het gemiddelde.
Leeftijden lager dan 20 jaar (1 %) en hoger dan 60 jaar (3 %) werden niet opgenomen
omdat ze een zeer klein aandeel in de tewerkstelling omvatten.
Het aantal ongevallen met voorziene blijvende ongeschiktheid per 1000 VTE toont een
omgekeerde verdeling. Hier kent de leeftijdscategorie van 20-29 jaar een minder dan
gemiddelde graad; de graad neemt toe samen met de leeftijd van het slachtoffer.
Dus jongere werknemers hebben meer ongevallen maar met minder zware gevolgen (deels
ook te verklaren doordat men op jonge leeftijd sneller/beter herstelt dan op latere leeftijd).
Voor 2018 stellen we vast dat er een lichte daling (0,1 %) is voor alle leeftijdscategorieën
behalve voor de leeftijdscategorie van 50-59 jaar waar er een stijging is van 0,3 % t.o.v.
2017.
13
3. Kenmerken
Bron: tabel 1.6
De criteria voor de beoordeling van de ernst van de ongevallen worden bepaald in
artikel I.6-2. van de Codex over het welzijn op het werk.. Bijzonder ernstige ongevallen zijn
de ongevallen begrepen onder artikel I.6-2., 1° en 2° a), de ernstige ongevallen zijn de
ongevallen onder artikel I.6-2., 2° b). We zien hier dat het totaal aantal ernstige ongevallen
3907 4057 3850 3895 3877 4031 4157 44753803
5698 55955128 4895 4601 4285 4363 3914
4581
0
2.000
4.000
6.000
8.000
10.000
12.000
2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Ernstige ongevallen - absolute aantallen
Zeer ernstig Ernstig
2,59% 2,74% 2,85% 3,07% 3,20% 3,46% 3,47% 3,70%3,10%
3,77% 3,78% 3,80%3,86% 3,80% 3,68% 3,64% 3,24%
3,73%
0%
1%
2%
3%
4%
5%
6%
7%
8%
2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Ernstige ongevallen - aandeel in percentage
Zeer ernstig Ernstig
14
ongeveer gelijk blijft in 2018 in vergelijking met 2017. Het aandeel binnen de groep van de
zeer ernstige ongevallen in 2018 gedaald is met 0,6 % ten opzichte van 2017, terwijl het
aantal van de ernstige ongevallen gestegen is met 0,5 %.
Geslacht van het slachtoffer 2012-2018
Bron : tabel 3.1.1
Indien men een opdeling maakt van de ongevallen volgens geslacht en arbeidsplaats stelt
men vast dat het aandeel van de arbeidswegongevallen is toegenomen en dit zowel bij de
0
1.000
2.000
3.000
4.000
5.000
6.000
2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Evolutie van de ernstige ongevallen
Accidents particulièrement graves Accidents graves
2012; 26,1%
2012; 58,1%
2012; 8,8%
2012; 7,0%
2018; 26,9%
2018; 56,5%
2018; 8,9%
2018; 7,7%
AP Vrouwen AP Mannen AW Vrouwen AW Mannen
15
mannen als de vrouwen; waar in 2012 het aandeel arbeidsplaatsongevallen nog 84,2 %
(26,1 % V, 58,1 % M) bedroeg is dit in 2018 83,4 % (26, 9% V, 56,5 % M); het aandeel
arbeidswegongevallen is gestegen van 15,8 % (8,8 % V, 7,0 % M) naar 16,6 % (8,9 % V, 7,7 %
M). Vrouwen (8,9 %) hebben zichtbaar meer arbeidswegongevallen dan mannen (7,7 %).
Veel arbeidswegongevallen doen zich voor bij huishoudelijke hulpen en schoonmakers in
particuliere huishoudens, hotels en kantoren, verpleegkundigen en bij administratieve
medewerkers in het algemeen, beroepen waarin nog altijd opmerkelijk meer vrouwen dan
mannen werken.
Afwijkende gebeurtenis
Bron : tabellen 6.2.1 en 6.2.2
0 Geen informatie 1 Elektrische storing, explosie, brand
2 Overlopen, kantelen, lekken, leeglopen, verdampen, vrijkomen 3 Breken, barsten, glijden, vallen, instorten van het betrokken voorwerp
4 Verlies van controle (geheel of gedeeltelijk) over een machine, vervoer- of transportmiddel, handgereedschap, voorwerp, dier
5 Uitglijden of struikelen met val, vallen van personen 6 Bewegen van het lichaam zonder fysieke belasting (doorgaans leidend tot uitwendig letsel)
7 Bewegen van het lichaam met of zonder fysieke belasting (doorgaans leidend tot inwendig letsel)
5,0%
0,7%
4,3%
11,5%
20,3%
17,2%
19,7%
13,4%
4,0% 3,8%4,8%
0,7%1,0%
10,9%
16,5%
28,0%
17,0%
15,4%
3,4% 2,5%
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
0 1 2 3 4 5 6 7 8 9
Arbeidsplaats : code afwijkende gebeurtenis (1 positie)
ongevallen vbo - dod
16
8 Verrassing, schrik, geweldpleging, agressie, bedreiging, aanwezig zijn 9 Overige afwijkende gebeurtenissen, niet in deze lijst vermeld
Wanneer we de ongevallen in beschouwing nemen dan zien we dat verlies van controle
over een machine, vervoer- of transportmiddel, handgereedschap, voorwerp, dier (4),
uitglijden of struikelen met val (5) en bewegen van het lichaam (6) het grootste aandeel
uitmaakt. Wanneer we evenwel enkel de ongevallen met voorziene blijvende
ongeschiktheid of dodelijk gevolg beschouwen is het vooral groep 5 die naar voor komt.
Bron : tabellen 6.2.1 en 6.2.2
52 Uitglijden of struikelen met val, vallen van personen - op ± dezelfde hoogte 64 Ongecoördineerde, onbeheerste of verkeerde bewegingen
51 Vallen van personen - van hoogte 71 Optillen, dragen, opstaan
44 Verlies van controle (geheel of gedeeltelijk) - over een voorwerp (dat wordt gedragen, verplaatst, gehanteerd enz.
50 Uitglijden of struikelen met val, vallen van personen - niet gespecificeerd 33 Glijden, vallen, instorten van het betrokken voorwerp - hoger gelegen (op het slachtoffer vallend) 42 Verlies van controle (geheel of gedeeltelijk) - over een vervoer- of transportmiddel (al dan niet gemotoriseerd)
63 Door een voorwerp of de vaart daarvan gegrepen of meegesleept worden
Contactwijze verwonding
14,5%
11,4%
7,8%
5,7% 5,5% 5,1%4,2% 3,8% 3,6%
0%
2%
4%
6%
8%
10%
12%
14%
16%
52 64 51 71 44 50 33 42 63
Arbeidsplaatsongevallen met VBO of dodelijk: code afwijkende gebeurtenis (2 posities)
17
Bron : tabellen 6.4.1 en 6.4.2
1 Contact met elektrische stroom, temperatuur, gevaarlijke stof, … 2 Verdrinking, begraving, …
3 Verplettering ... tegen een onbeweeglijk voorwerp (het slachtoffer beweegt)
4 Stoot door een bewegend voorwerp, botsing 5 Contact met een snijdend, puntig, hard of ruw voorwerp
6 Beknelling, verplettering , enz. 7 Fysieke belasting van het lichaam, psychische belasting
8 Beet, trap enz. (dier of mens) 9 Overige
Hier kan men zien dat 1 ongeval op 4 een code van de groep 5 als contactwijze verwonding heeft,
maar ook dat de groepen 3 en 7 het meest vertegenwoordigd zijn bij dodelijke ongevallen of
ongevallen met VBO.
6%
0,6%
20% 19%21%
7%
20%
3%4%
1%0,3%
28%
15%
11%
9%
23%
2% 3%
0%
5%
10%
15%
20%
25%
30%
1 2 3 4 5 6 7 8 9
Arbeidsplaats: code contactwijze verwonding (1 positie)
ongevallen vbo + dod
18
Bron : tabellen 6.4.1 en 6.4.2
31 Verticale beweging, verplettering op/tegen (gevolg van een val)
71 Fysieke belasting - van het bewegingsapparaat
42 Stoot door voorwerp - vallend
53 Contact met een hard of ruw voorwerp
63 Beknelling, verplettering - tussen
51 Contact met een snijdend voorwerp (mes enz.)
99 Overige contacten - wijzen van verwonding, niet in deze lijst vermeld
32 Horizontale beweging, verplettering op/tegen
30 Verplettering door verticale of horizontale beweging op of tegen een onbeweeglijk voorwerp (het
slachtoffer beweegt) - niet gespecificeerd
70 Fysieke belasting van het lichaam, psychische belasting - niet gespecificeerd
22,8%
19,8%
6,5% 6,5% 6,4%
4,1% 3,6% 3,5% 3,4% 3,2%
0%
5%
10%
15%
20%
25%
31 71 42 53 63 51 99 32 30 70
Arbeidsplaatsongevallen met VBO of dodelijk: code contactwijze verwonding (2 posities)
vbo + dod
19
Arbeidsongevallen in het verkeer
Bron : thema’s 10 en 29
Verkeersongevallen tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst stijgen verder in
2018 vooral voor de verkeersongevallen op de arbeidsweg.
100,0
95,497,2
93,792,8
102,6104,0 104,4
100,0100,8
105,8
100,0
102,3
109,4
111,7113,1
80
85
90
95
100
105
110
115
2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
AP AW
20
Bron : thema 11
In de grafiek werden de klassen 1-4 wn en 5-9 wn samengevoegd tot 1-9 wn en 50-99 wn
en 100-199 wn omdat deze een zelfde tendens vertonen en zich beide respectievelijk onder
en boven het gemiddelde bevinden.
1-9 wn
1-9 wn
50-199 wn
50-199 wn
1000 en +
1000 en +58,755,4
52,750,3 50,8 49,9 49,2
30
35
40
45
50
55
60
65
70
75
2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018
arbeidsplaatsongevallen per 1000 VTE volgens grootte onderneming
1-9 wn 10-19 wn 20-49 wn
50-199 wn 200-499 wn 500-999 wn
1000 en + alle ondernemingen
21
Graden
A. Frequentiegraad per activiteitensectie
Bron: thema 13
36,8
28,4
26,3
17,5
16,2
16,0
15,4
13,6
12,9
10,8
10,0
6,9
6,5
3,0
2,2
1,7
35,8
29,4
27,2
17,4
16,2
15,3
16,4
13,9
12,9
13,2
10,6
7,2
6,1
3,0
2,2
1,6
34,1
28,3
27,9
16,7
16,2
15,1
16,3
12,3
12,9
12,3
9,9
6,9
6,1
2,7
2,0
1,5
32,5
28,5
28,3
16,6
16,2
15,0
16,4
11,5
12,5
11,6
10,3
7,3
7,4
2,9
2,1
1,6
0 5 10 15 20 25 30 35 40
F BOUWNIJVERHEID
H VERVOER EN OPSLAG
N ADMINISTRATIEVE EN ONDERSTEUNENDE ACTIVITEITEN
C INDUSTRIE
GEMIDDELDE
R KUNST, AMUSEMENT EN RECREATIE
Q MENSELIJKE GEZONDHEIDSZORG EN MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING
I VERSCHAFFEN VAN ACCOMMODATIE EN MAALTIJDEN
G GROOT- EN DETAILHANDEL; REPARATIE VAN AUTO'S EN MOTORFIETSEN
E DISTRIBUTIE VAN WATER; AFVAL- EN AFVALWATERBEHEER EN SANERING
ANDERE
P ONDERWIJS
S OVERIGE DIENSTEN
M VRIJE BEROEPEN EN WETENSCHAPPELIJKE EN TECHNISCHE ACTIVITEITEN
J INFORMATIE EN COMMUNICATIE
K FINANCIËLE ACTIVITEITEN EN VERZEKERINGENFG
FG 2018 FG 2017 FG 2016 FG 2015
22
Uitleg activiteitensecties :
De sectie A omvat de sectoren 01 , 02 en 03
De sectie B omvat de sectoren 05 tot en met 09
De sectie C omvat de sectoren 10 tot en met 32
De sectie D omvat de sector 33
De sectie E omvat de sectoren 35 tot en met 39
De sectie F omvat de sectoren 41, 42 en 43
De sectie G omvat de sectoren 45, 46 en 47
De sectie H omvat de sectoren 49 tot en met 53
De sectie I omvat de sectoren 55 en 56
De sectie J omvat de sectoren 58 tot en met 63
De sectie K omvat de sectoren 64 ,65 en 66
De sectie L omvat de sector 68
De sectie M omvat de sectoren 69 tot en met 75
De sectie N omvat de sectoren 77 tot en met 82
De sectie O omvat de sector 84
De sectie P omvat de sector 85
De sectie Q omvat de sector 86,87 en 88
De sectie R omvat de sector 90 tot en met 93
De sectie S om vat de sectoren 94, 95 en 96
De sectie T omvat de sectoren 96,97 en 98
De sectie U omvat de sector 99
23
B. Werkelijke ernstgraad per activiteitensectie
Bron: thema 13
1,14
0,87
0,60
0,45
0,42
0,40
0,34
0,33
0,32
0,29
0,29
0,18
0,16
0,06
0,05
0,04
1,19
0,94
0,64
0,45
0,42
0,37
0,36
0,37
0,34
0,31
0,41
0,19
0,17
0,06
0,06
0,04
1,09
0,88
0,64
0,42
0,42
0,39
0,39
0,32
0,33
0,29
0,36
0,19
0,17
0,07
0,05
0,04
1,06
0,91
0,67
0,44
0,44
0,40
0,38
0,30
0,33
0,32
0,36
0,20
0,22
0,06
0,04
0,03
0,00 0,20 0,40 0,60 0,80 1,00 1,20
F Bouwnijverheid
H Vervoer en opslag
N Administratieve en ondersteunende activiteiten
C Industrie
Gemiddeld
R Kunst, amusement en recreatie
Q Menselijke gezondheidszorg enmaatschappelijke dienstverlening
I Verschaffen van accommodatie en maaltijden
G Groot- en detailhandel; reparatie van auto's enmotorfietsen
Andere
E Distributie van water; afval- enafvalwaterbeheer en sanering
P Onderwijs
S Overige diensten
M Vrije beroepen en wetenschappelijke entechnische activiteiten
J Informatie en communicatie
K Financiële activiteiten en verzekeringen
WEG
WEG 2018 WEG 2017WEG 2016 WEG 2015
24
C. Globale ernstgraad per activiteitensectie
Bron: thema 13
5,02
3,94
2,24
2,19
1,81
1,75
1,69
1,26
1,19
1,15
1,09
0,69
0,59
0,29
0,28
0,28
5,22
4,07
2,29
2,10
1,73
1,60
1,69
2,50
1,32
1,21
1,17
0,71
0,63
0,29
0,28
0,23
4,48
3,57
2,30
2,16
1,55
1,51
1,69
1,72
1,23
1,20
1,19
0,64
0,68
0,19
0,31
0,18
4,48
4,08
2,35
1,90
1,68
1,76
1,68
1,54
1,10
1,14
1,16
0,73
0,93
0,15
0,28
0,21
0 1 2 3 4 5 6
F BOUWNIJVERHEID
H VERVOER EN OPSLAG
N ADMINISTRATIEVE EN ONDERSTEUNENDE ACTIVITEITEN
R KUNST, AMUSEMENT EN RECREATIE
C INDUSTRIE
ANDERE
GEMIDDELD
E DISTRIBUTIE VAN WATER; AFVAL- EN AFVALWATERBEHEER EN SANERING
I VERSCHAFFEN VAN ACCOMMODATIE EN MAALTIJDEN
G GROOT- EN DETAILHANDEL; REPARATIE VAN AUTO'S EN MOTORFIETSEN
Q MENSELIJKE GEZONDHEIDSZORG EN MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING
P ONDERWIJS
S OVERIGE DIENSTEN
J INFORMATIE EN COMMUNICATIE
M VRIJE BEROEPEN EN WETENSCHAPPELIJKE EN TECHNISCHE ACTIVITEITEN
K FINANCIËLE ACTIVITEITEN EN VERZEKERINGEN
GEG
GEG 2018 GEG 2017 GEG 2016 GEG 2015
25
D. Aantal uren blootstelling per activiteitensectie
267.247.686
240.347.655
436.581.010
704.963.562
43.589.288
577.532.721
142.458.640
743.591.234
49.581.169
130.375.429
77.451.209
99.323.246
241.877.498
144.238.382
199.840.741
271.189.227
248.437.372
461.904.850
707.143.338
45.506.488
589.332.100
151.390.020
751.650.127
50.073.464
132.910.478
78.078.388
97.135.713
249.347.299
150.728.727
199.480.025
274.099.281
264.973.323
477.434.767
715.735.319
49.858.812
598.897.290
158.021.619
755.409.238
50.348.836
135.390.502
79.439.175
95.216.237
259.199.321
158.240.157
196.460.528
283.510.965
271.191.446
489.189.185
731.882.731
47.811.684
612.407.865
165.236.187
51.775.467
138.767.849
77.382.392
81.695.197
263.968.583
161.279.567
194.593.722
-40000000 160000000 360000000 560000000 760000000
F BOUWNIJVERHEID
H VERVOER EN OPSLAG
N ADMINISTRATIEVE EN ONDERSTEUNENDE ACTIVITEITEN
C INDUSTRIE
R KUNST, AMUSEMENT EN RECREATIE
Q MENSELIJKE GEZONDHEIDSZORG EN MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING
I VERSCHAFFEN VAN ACCOMMODATIE EN MAALTIJDEN
G GROOT- EN DETAILHANDEL; REPARATIE VAN AUTO'S EN MOTORFIETSEN
E DISTRIBUTIE VAN WATER; AFVAL- EN AFVALWATERBEHEER EN SANERING
ANDERE
P ONDERWIJS
S OVERIGE DIENSTEN
M VRIJE BEROEPEN EN WETENSCHAPPELIJKE EN TECHNISCHE ACTIVITEITEN
J INFORMATIE EN COMMUNICATIE
K FINANCIËLE ACTIVITEITEN EN VERZEKERINGEN
AANTAL UREN BLOOTSTELLING 2018 AANTAL UREN BLOOTSTELLING 2017
AANTAL UREN BLOOTSTELLING 2016 AANTAL UREN BLOOTSTELLING 2015
26
In bovenstaande grafieken omvat de rubriek ANDERE de secties A, O, L, D, U, T, B met elk
minstens 1 % van de totale tewerkstelling.
In 2017 daalt de frequentiegraad of blijft hij tenminste gelijk aan deze van 2015 en 2016 in
alle activiteitensecties. Dit geldt niet voor 2018. De frequentiegraad stijgt lichtjes in
vergelijking met één van de vorige jaren en dit in de sector S van de overige diensten en de
sector P van het onderwijs.
In de activiteitensectie N van de administratieve en ondersteunende activiteiten stijgt de
frequentiegraad in 2018 ten opzichte van de voorgaande jaren 2015, 2016 en 2017. De
tewerkstelling is echter gedaald in 2018 ten opzichte van de voorgaande jaren. Vooral in de
sector van de terbeschikkingstelling van personeel en de diensten in verband met
gebouwen; landschapsverzorging doet zich een aanzienlijke stijging voor van de
frequentiegraad.
De ongevallen doen zich in deze sectoren vaak voor bij magazijniers, verkopers en
verkoopsassistenten, huishoudelijke hulpen en schoonmakers in particuliere huishoudens,
schoonmakers in hotels, kantoren en dergelijke accommodatie, inpakkers, ongeschoolde
arbeiders in de industrie, laders en lossers (transport en opslag) en manusjes-van-alles.
In de sectie F van de bouwnijverheid daalt de frequentiegraad en de werkelijke ernstgraad
verder .