SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken"...

55
BÓ YIN RÁ HET GEBED SERVIRÉ / DEN HAAG Oorspronkelijke titel: DAS GEBET Geautoriseerde vertaling: M. Ter MARSCH-KEEN AAN ALLEN DIE WILLEN LEREN BIDDEN

Transcript of SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken"...

Page 1: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

BÓ YIN RÁ

HET GEBED

SERVIRÉ / DEN HAAG

Oorspronkelijke titel: DAS GEBET

Geautoriseerde vertaling:

M. Ter MARSCH-KEEN

AAN ALLEN DIE WILLEN LEREN BIDDEN

Page 2: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 1

HET MYSTERIE VAN HET BIDDEN

Naar een van ouds heilig bericht moeten de leerlingen van de wijze

timmerman, de verheven „Rabbi" uit Nazareth, eertijds tot Hem zijn

gekomen met de bede:

„Heer, leer ons bidden".

Hierop — zo zegt het oude bericht verder — zou de

met-God-vereende Levensleraar hen hebben onderricht, voortaan niet

meer zoals de niet-wetenden, de van oudsher bekende lange litanieën

op te dreunen, maar die wonderlijk-mooie, eenvoudige woorden

slechts te gebruiken, die nu nog liggen op de lippen van allen die in

een of andere geloofsvorm de van Liefde vervulde leer van de

verheven grote Godsmens belijden, of menen te belijden.

Toch kunnen tot op deze dag maar heel weinig mensen werkelijk

„bidden", en nog minder zal men iemand aantreffen die heeft

begrepen wat het wil zeggen: te „bidden" op de heilig-verheven wijze,

zoals de grote

Liefde-rijke die wenste toegepast te zien. -------- ——

Men kent nu wel de woorden die Hij volgens het oude bericht Zijn

leerlingen zeide te gebruiken — maar ook déze woorden „dreunt" men

op, niet anders dan voorheen die andere, die door Hem niet bijzonder

werden gewaardeerd.

Het verandert niets aan de ontwijding, of men op de meest zalvende

toon spreekt — het vrome mee-gevoe-len van de betekenis, die zich in

het denken ontsluit, maakt van het naspreken van die heerlijke

woorden zelfs nog volstrekt geen werkelijk „gebed".———

Het is daarom nodig, weer te leren wat het werkelijk „bidden" in

waarheid is — te leren, hoe uit woorden ener mensentaal een „gebed"

kan ontstaan, en wat het diepe geheim is dat zich in het gebed

verbergt!

De heilige priesterkunst om „gebeden" te scheppen

en werkelijk te „bidden", is nu welhaast verloren ge-

gaan, en waar men ze nog beoefent, wordt dit mechanisch en zonder

Page 3: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 2

leven of bijgelovig verricht. —

Ook daar echter waar men nog meent te bidden,

ziet men in het gebed slechts het verzoek aan de Godheid, de

uitdrukking van dank of verheerlijking, en

weet niet meer dat dit alles in het gebed wel kan

worden gevonden, maar volstrekt niet het wezen uitmaakt van het

gebed. ——

Men heeft er geen vermoeden meer van, dat de samen-

voeging van zelfs de heerlijkste woorden van lof, dank

of bede eerst werkelijk moet worden „gebeden", vóór

ze een „gebed" kan worden. ———

Dat we „God" alleen in onszelf kunnen bereiken — dat het hart van het

zuiver eeuwig-Zijn in ons aller-innerüjkste alleen zichzelf in een

eindeloos veelvuldige individuele zelfverwekking „opnieuw" kan

„baren" — is het eerste en absoluut onvermijdelijke inzicht, waartoe

ieder die werkelijk wil leren „bidden", zich moet hebben

doorgeworsteld! — Tevens echter moet hij weten, dat de oereeuwige

„Vader" — hoe de gelovige voor zichzelf dit woord mag uitleggen —

dank noch verheerlijking begeert naar menselijke opvatting, en dat het

laster is, wanneer men werkelijk gelooft, dat het hart van het Zijn eerst

een menselijk smeken zou verwachten, om zich door dit „smeken" ten

slotte te laten „vermurwen" — want „smeken" in de betekenis van het

ware bidden is werkelijk iets geheel anders dan het afbedelen,

waarmee zo menigeen treedt voor de „God" zijner voorstelling.Ik leg hier de nadruk op de woorden: de „God" der

voorstelling, omdat het merendeel der mensen helaas

niet verder komt dan tot dit produkt van hun voorstellingsvermogen,

daar ze door een ontoereikend of verkeerd onderricht menen, dat de

weg tot God hoog omhoog moet leiden, in ieder geval naar buiten. —

Zo kunnen ze trouwens de levende Godheid nimmer

aanvoelen, omdat niet wordt gezocht, waar ze de levende, eeuwige

God alleen zouden kunnen bereiken. ——

Page 4: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 3

Naar oude berichten werd echter ook gezegd:

„Zoekt en ge zult vinden!"

„Bidt en ge zult ontvangen!"

„Klopt, en u wordt opengedaan!"

————————————————————————

Hier willen we toeven en in stilte verwijlen, tot het geheim dat in deze

woorden verscholen ligt, zich voor ons innerlijk oog wil ontsluieren...

Intussen zal ik trachten in woorden te tonen, wat getoond kan worden!

„Zoeken" kan stellig alleen leiden tot vinden, wanneer wordt gezocht

op de plaats waar het gezochte werkelijk verborgen is! —

„Bidden" in de hier bedoelde betekenis, die alle „af-

bedelen" volkomen buitensluit, zal het ontvangen al-

leen kunnen bewerken, wanneer hij die zo bidt het

recht heeft om te ontvangen! —

„Kloppen" evenwel om toegang te verkrijgen tot het

huis, stelt dan alleen resultaat in het vooruitzicht, wan-

neer hij die klopt er volkomen zeker van is waar hij

moet kloppen, en daar zó vermag aan te kloppen, dat

men hem in het huis verneemt en onmiddellijk her-

kent als één die toegang mag verwachten! —

„Zoeken", „bidden" en „kloppen" kunnen hier echter

niet worden gescheiden, want verenigd alleen hebben

ze — het „gebed" tot resultaat! ———

Wèl hem die zo kan „bidden".

Hij wordt „verhoord", nog terwijl hij „aanklopt"! Aanstonds zal hij

„ontvangen", nog terwijl hij „bidt"!

Page 5: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 4

Met alle zekerheid zal hij „vinden" wat hij „zoekt" op zulk een wijze,

dat het kan worden gevonden!

In zijn allerbinnenste zal deze biddende ervaren wat de woorden

willen zeggen die door de grote Levensbrenger werden gesproken tot

degenen die hij ver genoeg gevorderd oordeelde:

„Alles waarom ge de „Vader" vraagt in Mijn „Naam", zal Hij u geven."

Klaar zal zich de biddende openbaren, wat besloten ligt in de

lofwoorden:

„Uw „Naam" worde geheiligd" — en ten slotte zal hij inzien, waarom

de Meester eens in Zijn „Naam" heeft leren vragen, want:

„Alles wat de „Vader" heeft is Mijn!"

—————————————————————————————

Dan zal ieder die aldus bidt, ook in het helderst Geesteslicht inzien, dat

alles „waarom" men de „Vader" in de „Naam" van Zijn

Zelfuitbeelding kan vragen, in alle eeuwigheid reeds is gegeven en

aangeboden, hoewel het de „bede" nodig heeft, om ook in het tijdelijke

„in verschijning" te treden — om te veroorzaken wat in het tijdelijke

waarneembaar is ...

Niemand echter leert op deze wijze „bidden", die zijn eigen wil niet

volkomen leert verenigen met de wil van de „Vader"! —

Voor hem die dan, verenigd met de wil van de eeuwige „Vader",

vermag te „bidden", zal al zijn bidden — onverschillig waarom hij bidt

— een bidden zijn om „vleugels": — om die vleugels die waarlijk

„hoger dragen dan adelaarswieken"!

Page 6: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 5

„ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN"

Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder

dan een piekeren met het verstand! — Reeds de belofte dat dezoekende — geheel vanzelfsprekend — zal „vinden", wijst er in haar

lapidaire eenvoud zo dwingend op, dat hier van iets anders sprake isdan van hetgeen gewoonlijk „innerlijk zoeken" wordt genoemd — wat

meestal niets anders is dan een op goed geluk af woelen en speuren in

het hersenverstand, van het vinden volstrekt niet zeker.zoals dit beslist wordt beloofd. ——

„Zoeken" zoals men gewoonlijk naar iets in zichzelf zoekt, is altijd eenuitdrukking van innerlijke onrust en — onverschillig wat het

voorwerp van het zoeken mag zijn: — steeds wordt het gezocht omdoor het vinden ervan rust te verkrijgen. —

Nu zal menigeen zeggen, dat ook dat andere „zoeken", waaraan zostellig het „vinden" wordt toegezegd, eveneens zijn oorsprong heeft in

een onrust die rust wil worden.

Het „zoeken" echter dat voor het juiste „bidden" nodig is, stelt diegrote rust voorop: — de rust die in zichzelf berust en van buitenaf niet

meer kan worden beïnvloed. — —Dit „zoeken" vereist de gehele mens en niet alleen het verstand, dat

voortdurend onrustig als een speurhond krabt!Het is een rustig neerdalen in het binnenste der ziel —

zonder de minste opwinding — zonder enig begeren—en zonder het geringste gespannen ongeduld.

Dwaas is het, wanneer iemand zou denken dat door een vurig,

onstuimig willen-dwingen, het gezochte eerder zou kunnen wordengevonden!

Daarmee kan men zichzelf slechts bedriegen — om ten slotte, uitgeputen teleurgesteld, iedere poging om te „zoeken" in het begin reeds

ontmoedigd op te geven.De zoekende moet hier veeleer weten, dat hij zichzelf in het zoeken in

de weg staat, wanneer hij niet zoekt als één die van het vinden zeker is— als één die weet dat een voorwerp op een bepaalde plaats wordt

bewaard, waar hij het móét vinden, wanneer alles wat het gezochte

Page 7: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 6

voorwerp bedekt, zal zijn weggeruimd.

De bron van deze zekerheid mag niet alleen worden gezien in debelofte dat de zoekende zal „vinden"!

Het zoeken op zichzelf sluit hier het moeten-vinden in, omdat in hetgeheel niet kan worden gezocht, zonder dat ook dadelijk het vinden

volgt.

In dit „zoeken" is de zoekende voor zichzelf het voorwerp van het

zoeken!Hoe minder hij naar zichzelf verlangt, hoe eerder hij zichzelf zal

vinden!

Geen beeld of gelijkenis mag hij zich maken van hetgeen hij hoopt tevinden!

Hij moet zich in eigen bodemloze diepte laten zinken— zonder vrees of tegenstand!

Flink moet hij zich in zichzelf verdiepen en hij mag zijn rust niet latenvaren, al verliezen zijn voeten het gewone houvast!

Vol vertrouwen moet hij zich in zijn diepste diepte laten trekken,volkomen zeker ervan, dat hij hier geen vernietiging kan vinden, maar

alleen — zichzelf!

Een van te voren gevormd produkt zijner fantasie mag zijn blik nietvertroebelen!

Ook mag hij niet denken in het innerlijke of uiterlijke „beelden" tezullen zien zoals hij die nog nimmer heeft aanschouwd: — visioenen

van andere wezens en verborgen werelden!

Hij mag niet hopen op verschijningen uit de Geesteswereld!

Laat hij zich dus neer in de diepte in hemzelf, dan zal hij in het begin

alles om zich heen in het duister zien — naarmate hij echter dieperkomt, zal dit duister langzaam wijken voor een nieuw wonderbaar

licht, tot hij zichzelf in de allerdiepste diepte doorstraald vindt — tot

hij in de innerlijkste afgrond van zichzelf tot een kristallen klaarheidwordt. Zo zal zijn verdiepen vanaf het eerste ogenblik een

voortdurend vinden zijn, om ten slotte datgene in zich te ontdekkenwat niet gezegd, maar alleen gevoeld kan worden, daar zelfs het

stralendst woord duister blijft, vergeleken bij die onbeschrijfelijke

Page 8: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 7

innerlijke klaarheid...

Wie op deze wijze wil „zoeken" om te vinden, late eerst zijn geheleaardse lichaam volkomen tot rust komen, tot hij zich ternauwernood

meer bewust is dat een dierlijk lichaam zijn bewustzijn „draagt". Dansluite de zoekende langzaam de ogen en verbinde beide handen, tot hij

gevoelt hoe een stroom van levende kracht in grote rust door hemheen gaat.

Spoedig zal ieder voor zichzelf ontdekken, hoe deze toestand vanintens beleefde rust het best door hem wordt verkregen ...

De een bereikt hem door te gaan liggen, een ander zittend of knielend,

en weer anderen zullen hem alleen rechtop staand kunnen bereiken. Isde toestand van van-leven-vervulde rust verkregen, dan moet men

zich verder niet meer om de uiterlijke houding van het lichaambekommeren! Nu moet men nog slechts trachten zichzelf in het in-

nerlijk gewaar te worden.

Na enige tijd gaat men zich meer en meer in het innerlijk gevoelen, tot

langzaam een gevoel, in het bewustzijn doordringt alsof men vanbinnen geheel door zichzelf wordt „gevuld".

Dan is het of men zelf iets vloeibaars is — en het lichaam een vat — en

dit vloeibare zich steeds duidelijker gevoelt als de inhoud van het vat...Hierbij moeten de gedachten rustig zijn en in geen geval mogen ze de

gevoelde toestand babbelachtig stuk denken. —Zolang het gegons der gedachten aanhoudt, lette men , er niet op, tot

het vanzelf langzaam bedaart. —Is het gevoel van zichzelf in het innerlijk eenmaal een gesloten geheel

geworden, dan houdt toch al alle verder denken op, omdat door hetnieuwe bewustzijn van zichzelf alle aandacht in beslag wordt

genomen.

Het zal voorlopig goed zijn, zich met het bereikte

kunnen-gevoelen-van-zichzelf in het innerlijk tevreden te stellen — alsmet een werkelijk reeds zeer belangrijk resultaat. —

Zodra het gevoel begint af te nemen, kere men opgewekt tot zijndagelijkse bezigheden terug! Bij vermoeid worden mag het nooit met

Page 9: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 8

geweld worden vastgehouden!

Wanneer men allengs — al zou dit weken of maanden duren —eindelijk zover is gekomen, dat men te allen tijde zonder

buitengewone inspanning, in de stilte van zijn zelfgekozeneenzaamheid op de zoeven beschreven wijze zichzelf kan gevoelen en

beleven als de „inhoud" van zijn aardse lichaam — gevormd als ditzoals een vloeistof de vorm aanneemt van het vat waarin ze wordt

uitgeschonken — dan is men waardig voorbereid om nu het „zoeken"in de betekenis van het ware „bidden" te beginnen...

De zoekende moet zich nu met een duidelijk gevoelde wil geheel inhanden geven van zijn innerlijkst leven en zich gevoelend in de

bodemloze diepte laten zinken van dit vermoede leven — steeds zichvolkomen helder bewust en zonder zich ook maar voor een ogenblik

toe te vertrouwen aan een half-wakende dromerij! —Duiken er gestalten en beelden op in het innerlijk, dan worde daaraan

niet de geringste aandacht geschonken, en vooral wake men ervoor zete willen „uitleggen". Nog dwazer zou het zijn ze te willen bestrijden,

waardoor ze slechts zouden worden vastgehouden en sterker

gemaakt...Wanneer men door er niet op te letten zich er toch niet van kan

bevrijden, is het nodig voor ditmaal en dit uur, de verdieping teonderbreken en zich aan intensieve bezigheid te wijden in de uiterlijke

wereld, tot men op een andere dag meent weer in staat te zijnongestoord te kunnen voleindigen wat nu moest worden

onderbroken.Eerst wanneer het gevoel der verdieping in eigen innerlijke diepte

geheel vrij is geworden van beelden, mag men zich onbezorgd eraan

toevertrouwen. ———

Het onuitsprekelijk duister dat de ziel in het begin schrik wil aanjagen,moet gelaten maar bovenal zonder de minste vrees worden verdragen,

ook wanneer het dikwijls verdragen moet worden eer zich innerlijk heteerste lichtverschijnsel doet gevoelen! Zodra het duister dan lichter

wordt, ontwikkelt zich ook meer en meer een nieuw innerlijkbewustzijn — op een wijze zoals men zich tevoren nog nimmer bewust

Page 10: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 9

is geweest. —

Dit nieuwe bewustzijn wordt nu steeds helderder, tot ten slotte blijkthoe de wil van de zoekende ondeelbaar is verenigd met de wil van het

eeuwig Oer-zijn...Wie zover is gekomen, weet dan uit eigen ervaring wat „vinden"

betekent, en aan de eerste voorwaarde voor het werkelijk „bidden"werd door hem voldaan.

—————————————————————————————Spreekt hij nu de heerlijke en zo eenvoudig-duidelijke woorden die de

hoge Meester van Nazareth Zijn leerlingen eens heeft gezegd te

„bidden", dan zal het verworven nieuwe bewustzijn elk van dezewoorden nog slechts kunnen gevoelen als de bevestiging van eigen

wil. —Het gehele „gebed des Heeren" zal voor de zoekende niets anders

meer zijn dan de volkomenste belijdenis van eigen onscheidbareeenheid met de wil van het eeuwig-Zijn...

Wat innerlijk werd beleefd, vindt in dit gebed vorming in woordenener mensentaal en werkt vanuit de vorm terug in eigen ziel, waar het

vanzelf een „bede" wordt die haar inwilliging in zichzelf draagt. — De

zoekende zal in het vervolg bevrijd zijn van de dwaze waan dat hetgebed een middel zou zijn om de Godheid „anders te stemmen".

Hij weet nu, dat „bidden" niets anders wil zeggen dan: met eigen wilwillen in de wil van het eeuwig Oerzijn, hetgeen sinds alle eeuwigheid

daar wordt gewild, opdat het, vrijgemaakt door de juiste „bede", nuin verschijning trede, zich ontplooie en van zich getuige. ——

Zijn zoeken is waarlijk „vinden" geworden!In alle eeuwigheid kan hij niet meer verliezen wat hij op deze wijze in

zichzelf heeft gevonden!

Page 11: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 10

„BIDT, EN U WORDT GEGEVEN"

Hier zal nu worden beslist, of de zoekende die bij de tweede eis is

aangekomen, in werkelijkheid reeds een recht heeft tot de „bede"!„Bede" is hier geen smeken om een of andere inwilliging, waarop men

als het ware van buitenaf zou mogen hopen!

„Bede" is hier het vrijmaken van een Geestelijke kracht, die maakt dathetgeen men door „zoeken" en „vinden" reeds heeft verkregen, in

verschijning treedt.In het ware „gebed" kan om niets anders worden „gevraagd", dan om

hetgeen sinds eeuwigheid in de wil van het Oerzijn reeds is gegeven.Wat zo is gegeven, kan echter dan alleen worden verkregen, wanneer

men in de zelf-verdieping van de eigen-wil heeft afgezien en hem lietzinken in de wil van het eeuwig-Zijn. ——

Daarom is de werkelijk „biddende" van tevoren reeds toegestaan wat

hij vraagt, onverschillig wat dit is...

Het werkelijk „gebed" kan voorzeker ook zijn gericht op zeer bepaaldeen bijzondere dingen — maar de werkingskracht der „bede" is

volstrekt niet zonder grenzen! ——Deze werkingskracht wordt nauwkeurig bepaald door hetgeen de

vragende zich in werkelijkheid heeft kunnen eigen maken — van alleswat is gegeven —, waarom het beslist geen dwaasheid was, wanneer

vroeger van gloeiend geloof vervulde tijden tot de overtuiging

kwamen, dat het gebed van sommige mensen leidde tot een gewisresultaat, terwijl al het bidden van anderen niets uitrichtte...

Hier is het van geen belang, of degenen wier gebed voor krachtdadigerwerd gehouden, verstandelijk op de hoogte waren van het geheim van

het ware „bidden", of de waarheid slechts duister aanvoelden. — Zelfswanneer ze zich door bijgeloof lieten verleiden om onbewust het juiste

te doen, konden ze hun gebed waarlijk opvoeren tot eenwerkingskracht die anderen aan „wonderen" deed denken. ——

Toch wordt ook van deze meesters van het werkelijk „gebed" heel

vaak bericht, dat hun gebed in sommige gevallen niets vermocht —òf door het ongeloof en de innerlijke koude van degenen voor wie ze

Page 12: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 11

baden, òf doordat ze voor zichzelf iets trachtten „af te bidden", wat ze

voor zichzelf niet konden „afbidden"...

Het is daarom teveel gezegd, wanneer het ware „gebed" „almachtig"wordt genoemd, omdat de kracht van het eeuwig Oerzijn in zichzelf

haar grenzen ziet, omdat de eeuwige Godheid niet tegen Zichzelf kanwerken. —

Heel weinig mensen weten tegenwoordig nog uit eigen ervaring, wathet werkelijk „gebed" toch vermag. ———

Sommigen werd de kracht van het „gebed" bekend, al hadden ze er

stellig geen vermoeden van, waarom ze werden „verhoord"; zeschiepen dan een verklaring op hun wijze, omdat hun onvolkomen

inzicht hun geen opheldering vermocht te brengen.Geheel onbewust waren ze, in grote zielenood, gekomen tot het

zich-verdiepen in hun diepste diepte en zo tot het „vinden", waardoorze hier hebben verkregen, wat ze vervolgens — even onbewust — op

de juiste wijze konden „vragen". —Op dezelfde wijze leerden ze het ware „kloppen", waarop de deur

naar de Tempel zich moest openen. ———

Daar ieder mens op aarde, geheel bewust van het verheven doen, instaat is op de juiste wijze te bidden, wanneer hij het „bidden" slechts

wil leren en niet wacht tot de nood van het lichaam of een bitterzieleleed het hem eens vanuit het onbewuste leren zal, — zou het

't versmaden betekenen van Goddelijke hulp, wanneer ieder die dejuiste leer heeft ontvangen, voortaan niet zou trachten nu ook naar

deze leer te handelen...Zal het nu velen vreemd voorkomen, dat men het „bidden" moet leren,

— even goed als ieder ander „kunnen" dat geleerd moet worden?

Allen die voorheen hier op aarde ooit het „gebed" hebben beoefend alseen heilige hemelkunst, zijn alleen door belering en eigen leren zover

gekomen.Het oude heilige bericht zelfs verraadt, dat de leerlingen van de grote

Liefde-rijke, die Hem vroegen hun te willen leren bidden, reeds menigverheven inzicht moesten hebben verkregen, want alleen hun weten

dat men het bidden kon leren, deed hen die vraag tot de Meesterrichten.

Page 13: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 12

Gebedsformules kenden ze immers genoeg; ook vroegen ze niet:

„Heer, leer ons een nieuw „gebed"," maar duidelijk en klaar zeiden ze:„Heer, leer ons bidden"!

———————————————————————————————Zelfs wanneer dit gehele oude verhaal verdichting zou zijn, heeft toch

de dichter hier bewezen een wetende te zijn, want zo iemand alleenkon deze onmiskenbaar duidelijke woorden de leerlingen van de hoge

Meester in de mond leggen. ——

Thans moet worden geleerd, hoe moet worden „gevraagd", om te

„ontvangen".Nogmaals herhaal ik opzettelijk, dat het „vragen", zoals het werkelijk

„gebed" dit vereist, ver moet staan van alle gebedel en gesmeek.Het is niet de bedoeling eindelijk een stenen hart week te stemmen, of

een gave af te zeuren die de bedelende niet toekomt!Wie door een juist „zoeken" en „vinden" voor zichzelf het recht heeft

geschapen tot de „bede", moet er slechts op letten, dat hij als het wareduidelijk vraagt: — dat hij de juiste stemming bewaart, die leidt tot het

vrijmaken der krachten, waardoor het „ontvangen" werkelijkheid

wordt.Dit „vragen" is een kalme, volkomen rustige en zekere vorming van

een nauwkeurige voorstelling, die een „voorbeeld" kan zijn vandatgene waarom men „vraagt". —

Zo spoedig de wil van de biddende deze voorstelling heeft geschapenen tot de grootst mogelijke vastheid verdicht, moet hij zich met zijn

werk geheel en al overgeven, overlaten en toevertrouwen aan deeeuwige wil van het Oerzijn.

Dan komt alles erop neer, of de gehele eigen-wil met het „voorbeeld"

dat hij heeft geschapen, zodanig wordt neergelaten in de wil van hetOerzijn, dat zelfs niet de geringste opwelling van de wil nog uitsteekt

buiten de zee van de eeuwige wil, — dat ook niet het aller-geringstedeeltje van het „voorbeeld" overschiet, dat niet vervuld wordt en

doorstroomd door de golven dezer zee.Wanneer datgene waarom op deze wijze vragend wordt „gebeden",

ten slotte „gegeven" is in de eeuwige wil van het Oerzijn, en hij die opdeze wijze vraagt, dit door zijn „zoeken" en „vinden" reeds heeft

Page 14: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 13

verkregen, is ook de inwilliging der bede voltrokken op liet zelfde

ogenblik waarop het absoluut neerlaten in de Oerwil is tot standgekomen en de tijd — die in het aardse onvermijdelijk noodzakelijk is

— is nog slechts nodig voor de uitwerking van het gebed, om inverschijning te kunnen treden — vooropgesteld, dat de biddende

tevens op de juiste wijze vermag „aan te kloppen".

De enige, maar ook werkelijk onoverkomelijke tegen stand die zulkeen „bede" in de mens-zelf kan ontmoeten, is de twijfel! ——

Wat de mogelijkheid der inwilliging aangaat, hieromtrent kan de

biddende slechts tasten en vermoeden.Hij kan niet met zekerheid weten of datgene waarom hij bidt, behoort

tot de dingen die sinds alle eeuwigheid in de Oerwil reeds zijngegeven; evenmin weet hij beslist, of hij reeds „gerechtigd" is om zijn

bede in volle omvang te „ontvangen".Zo kan hij ook niet weten of hij in een bijzonder geval reeds inwilliging

heeft verkregen, en het zou aanmatigend vermetel zijn, die onder alleomstandigheden te verwachten...

Toch mag hij het geen ogenblik betwijfelen, dat alles wat naar

omstandigheden toegestaan kan worden, moet zijn toegestaan!De vraag of hij wel zou „ontvangen" wat hij vraagt, moet hij geheel uit

zijn denken en gevoelen verbannen! ——Hij moet in zekere zin alle wensen en hopen in zichzelf neutraliseren"!

Zonder voorbehoud moet hij zich verenigen met de wil van hetOerzijn — met deze wil moet hij zich geheel samensmelten, zonder de

minste twijfel aan de zekerheid der inwilliging te laten opkomen, voorzover er inwilligingsmogelijkheid bestaat! —

Ook dit wil „geleerd" worden, en alleen wie het leert, zal iedere twijfel

beheersen!Hoe hoger zich dan mettertijd de bewijzen opstapelen, dat de ware

„bede" de inwilliging, zoals ze kàn tot stand komen, in zichzelf draagt,des te gemakkelijker Zal het vallen, alle twijfel te overwinnen, nog eer

hij remmend in de weg kan treden.

Toch mag de biddende, al heeft hij de twijfel overwonnen, in zijnvertrouwen niet aanmatigend worden!

Page 15: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 14

Bovenal mag hij niet denken zelf de soort en de wijze te mogen

bepalen waarop aan zijn bede inwilliging moet worden verleend —ook mag hij zich niet vermeten een tijd die hem daarvoor het best

schikt, als liet ware te willen afdwingen...Dit alles past hem niet!

Hij moet dit overlaten aan die hóógste machten, die uit de eeuwigeOerwil de opdracht hebben, de lotsbeschikkingen op zulk een wijze

onder hun Geestelijke invloed te houden, dat steeds de keten van hetgebeuren juist die schakels in elkaar doet grijpen, die nodig zijn om,

zonder het werken van aards-stoffelijke wetten te storen, effecten

teweeg te brengen die in het gebied van de Geest — in het gebied deroorspronkelijke oorzaken worden veroorzaakt...

Zo kan het gebeuren dat het de schijn krijgt als vond een „bede" geenverhoring, terwijl alle krachten reeds in beweging zijn om de

inwilliging tot stand te brengen, zij het dan ook dat die op anderewijze zal plaats vinden, dan de biddende meende haar te zullen

ontvangen.Voor de biddende verschijnt dikwijls eerst na lange tijd de dag waarop

hij gaat inzien, dat de inwilliging van zijn bede reeds lang door hem

werd verkregen, op betere wijze dan hij had durven hopen...

De belofte dat de biddende met zekerheid zal „ontvangen", magevenwel niet alleen worden betrokken op de dingen van het aards

bestaan; en wie haar slechts vanuit het aards gezichtspunt beschouwt,moet bedenken, dat ze bewaarheid kan worden, al ontvangt de

vragende iets anders dan wat hij vraagt.In deze belofte, die zo leerrijk is voor de leer die moet worden

gegeven, wordt er vóór alles over gesproken, dat hetgeen vanuit de

Eeuwigheid voor alle Eeuwigheid de aardse mens blijftvoorbehouden, kan worden „ontvangen" door de juiste bede.

Het ene moet men doen en het andere niet nalaten!Waar de mens der aarde voorlopig ten zeerste wordt gekweld door de

dingen van zijn aardse leven, moet hij werkelijk de macht van het„gebed" gebruiken om ook aardse omstandigheden voor zichzelf te

verlichten, of zijn medemensen nog hulp te bieden, waar alleuiterlijke mogelijkheden om te helpen reeds lang zijn uitgeput of

Page 16: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 15

ontoereikend bleken. —

Bovenal echter wordt de mens het „gebed" gegeven, om opnieuw inhet bezit te komen van zijn eeuwig erfdeel: — om te „ontvangen" wat

met een zeer dubieus woord in de taal der zogenaamde„godgeleerden" de genade wordt genoemd. ——

Hetgeen door degenen die nog wisten waar het hier om gaat, werdbedoeld, is echter alles eerder dan een eigendunkelijk geschenk!

Ook de eeuwige Oerliefde, waaruit alles voortkomt wat is in het „Zijn"en in het „bestaan", kan haar eigen „structuur" niet veranderen —

kan geen „wet" die door haar eigen eeuwig-Zijn bestaat, negeren

terwille van de Liefde, maar moet, wil ze weer in zich kunnenopnemen wat van haar is vervreemd, de gestelde voorwaarde vervuld

zien. ——Het is daarom de ware „bede", die het weer mogelijk maakt voor de

stroom der eeuwige Liefde, te vloeien door het bewustzijn van deaardse mens. De bede die geen bedelen is of een

willen-zien-te-ver-krijgen, maar een rustig zich-aanbieden in destelligste zekerheid dat het ontvangen van de Goddelijke

Liefdesstroom haar nu niet wordt onthouden — haar nu niet kan

worden onthouden. ———Dit is een Geestelijke wetmatigheid, die moet worden vervuld, vóór de

uitwerking tot stand komt.

Zoals de zoekende eerst in zichzelf heeft gevonden, wat hij tevoren inhet uiterlijke tevergeefs heeft gezocht, ontvangt nu de vragende in

zichzelf de noodzakelijke levensstroom der Liefde. ——Eerst kon hij worden vergeleken met een elektromotor die in alle

onderdelen is nagezien en nu geschikt zou zijn om te arbeiden, indien

de elektrische stroom der centrale er slechts doorheen ging. Nu is hetcontact echter gesloten: — de motor wordt door de stroom in

beweging gezet, maar wacht op het gebruik van zijn arbeidsprestatie:de kracht zou er tevergeefs doorheen gaan, indien er geen

mogelijkheid bestond om zijn beweging ook produktief te maken. —De drie eisen van het ware „gebed" vinden we hier in een vergelijking

aangetoond.Het „zoeken" en „vinden" kan worden vergeleken bij het technisch

Page 17: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 16

onderzoek van de motor tot in zijn in innerlijkste delen.

Het „vragen" en „ontvangen" kunnen we herkennen in het sluiten vanhet contact en het doorstromen van de elektrische stroom.

Met het „aankloppen" en „opendoen" kan echter het aansluiten van demotor op de machines die hij moet drijven, en de daardoor tot stand

gebrachte werkzaamheid zeer goed worden vergeleken.

Deze vergelijking, die uit het gebied der techniek van detegenwoordige tijd werd genomen, mag echter vol strekt niets meer

zijn dan een aanwijzing, die mijn woorden wellicht ondersteunt.

Wie deze aanwijzing niet nodig heeft, of zich gehinderd voelt, omdatik hier er niet tegenop zie een gelijkenis te vormen uit het dagelijks

leven, schenke aan hetgeen ik toch gaarne in mijn woorden wensingelast te zien, eenvoudig geen aandacht.

Ik meen op deze wijze van de tweede eis van het ware „gebed" reedsde brug te hebben gespannen naar de derde, en hoop, dat allen tot wie

ik hier spreek, mij verder over deze brug zullen willen volgen.

Page 18: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 17

„KLOPT EN U WORDT OPENGEDAAN"

Wanneer in de oude belofte het beeld van „aankloppen" wordtopgenomen, is dit geen willekeur!

Is „zoeken" een zich-verdiepen in zichzelf, om daar de innerlijkste,diepste diepte te vinden — indien de „bede" een willen is, in vast

vertrouwen op het „ontvangen", — dan is „aankloppen" — kloppen

om toegang te verkrijgen — een uiterlijke, werkzame houding indaden, die aan een eis uitdrukking verleent. — Hier wordt als het ware

gezegd tot hem die wil leren „bidden", dat hij een recht heeft om teverlangen, om te eisen — hoe vermetel dit schijnbaar moge klinken"

— en dat hij dit hoge recht voor zichzelf alleen verkrijgt, wanneer hijook door daden vermag te bidden wanneer zijn handelingen

overeenstemmen met de voorwaarden van het ware „gebed".——Dit geldt voor de gehele instelling bij alle bidden — Ook wanneer het

dingen betreft van het uiterlijk leven.

Slechts wie werkelijk „aanklopt" — werkelijk klopt —wordt verhoord — wie zijn gerechtvaardigde „bede", zijn verwachting

versterkt door een ermee overeenstemmend actief leven en haardaardoor in wezen tot een eis doet worden, die uit noodwendigheid

wordt vervuld. — — —Al waren in het oog van de biddende „zoeken" en ,,vragen"

onberispelijk, dan mag hij zich niet verwonderen, wanneer hij nietwordt verhoord — zolang hij niet even juist

vermag „aan te kloppen".——

Dan ontbreekt nog de derde voorwaarde voor het volkomen „gebed"!Hij bidt misschien om dingen die hemzelf ten deel moeten vallen —

maar steekt, terwijl zijn gebed hemzelf betreft en het aangrijpen vandeze dingen nodig is, geen hand uit...

Door zijn bede wil hij misschien hulp zenden aan een ander, trachtenhem uit materiële nood te bevrijden maar hij is er verre van, uit eigen

middelen iets voor hem te doen, of kansen aan te grijpen die de andervan praktisch nut zouden kunnen zijn...

Hij zou zichzelf of anderen door zijn gebed van ziekt bevrijd willen

zien, maar versmaadt de dokter en doe geen moeite om naar een ofander middel ter genezing om te zien...

Page 19: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 18

In al deze en nog duizenden andere gevallen ontbreekt de vervulling

van de derde grondvoorwaarde voor het ware „gebed", die in debelofte wordt uitgebeeld door het beeld van een mens die niet alleen

buiten staat en wacht tot hij wordt binnen geroepen, maar „aanklopt",opdat men hem zal „opendoen". —

Ook in de manier van dat vrome hemelgebedel, da in het algemeenvoor „bidden" wordt gehouden, dwalen de hulpzoekenden in

hoofdzaak, doordat ze hef werkzaam „bidden" voor geheel overbodighouden. —

Menigeen zou anders geholpen kunnen worden, al weet zijn

voorstelling nog niets van wat werkelijk „bidden" is, want deze ofgene dringt door zijn innigheid toch vaag en onbewust door tot een —

hoewel onvolkomen — „vinden" en „ontvangen".Al zou zelfs zijn „aankloppen" even ontoereikend plaats vinden, dan

zou het toch kunnen bewerken, dat hetgeen men goedgelovig naaralgemeen gebruik voor „bidden" houdt, niet tevergeefs is geweest. —

Ook onder degenen echter die nog niet inzien, wat werkelijk „bidden"is, zijn er nog genoeg anderen, die vanuit een innerlijk gevoel in alle

drie delen het juiste doen, al zouden ze veel méér kunnen, indien ze

met het gehele geheim van het ware bidden vertrouwd waren. —

Ook het juiste „aankloppen" heeft in de belofte echter volstrekt nietalleen betrekking op het „bidden" om aardse dingen, maar moet in de

eerste plaats ertoe leiden, toegang te verkrijgen tot de heilig-hogeTempel der Eeuwigheid, om hier het mysterie van de mens:

— zijn uitgang uit het Licht en zijn terugkeer in het licht — huiverendte beleven ...

Niemand wordt in deze tempel toegelaten, die tevoren niet heeft

bewezen in zoeken en vinden beproefd te zijn — die eerder niet zóheeft leren „vragen", dat hij mocht „ontvangen".

„Binnen" weet men — en ook hier moet het binnenste van de Tempelalleen in de mens-zelf worden gezocht — zeer nauwkeurig, wie het is

die buiten „aanklopt", en men zal hem niet eerder opendoen, vóór hijaan de beide andere voorwaarden van het ware „bidden" heeft kunnen

voldoen.

Page 20: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 19

„Aankloppen" betekent hier: — zijn leven actief zó

vormen, dat iedere handeling de gegronde eis vormtom in het binnenste van de Tempel te worden opgenomen; en waarlijk

— wie op deze wijze „aanklopt",die wordt „opengedaan", omdat hijzelf de voorwaarde

ervan vervult. ——Men heeft in de loop der eeuwen achter deze woorden „aankloppen"

en „opendoen" de zonderlingste geheimzinnigheden vermoed engezocht, waardoor hier en daar door lege, maar ook door maar al te

knappe koppen de meest verwarde „oefeningen" werden

uitgevonden, die zogenaamd het juiste „aankloppen" zouden zijn.Ook nu nog ken ik enkele mensen die vol eerbied orakelspreuken van

verwarde dwepers als een kostbaar heilig iets bewaren en bescheidengenoeg zijn, om het feit dat al dit „oefenen" hun geen enkel resultaat

heeft opgeleverd, hieraan te wijten, dat ze niet tegenstaande al hunvurige inspanning het zeker „niet helemaal goed hebben gedaan",

want hun orakelpriester moet dit gevolg voor zichzelf hebben bereiktdaar hij anders de van dwaasheid overvloeiende aanwijzingen

— o, sancta simplicitas —

niet had kunnen! neerschrijven. —Steeds weer zijn er gelovigen voor deze onzin te vinden, en altijd weer

staan er mystagogen op, die òf zelf werden voor de mal gehouden, òf— omdat hun zaken anders niet willen floreren — met een

geheimzinnig gebaar opdrijversdiensten verrichten voor deweerzinwekkendste dwaasheid.

Dat dit mogelijk is, is alleen te verklaren, doordat zeerveel zoekenden hetgeen werkelijk van hen wordt verlangd, te

eenvoudig vinden en te weinig ongerijmd,

en eerst in een geloofwillige opwinding geraken, wanneer het absurdegeloof van hen eist. ——

De mensenvriend schrikt, wanneer hij deze dwalingziet, en met alle macht zou hij de verblinden willen

redden; alle wil om te helpen is hier echter misplaatst.Men kan slechts waarschuwen wie nog niet is verdwaald, en de

dingen waarvan ze reeds weten door horen-zeggen, voor hen bij derechte naam noemen.

Page 21: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 20

Men kan slechts trachten aan te tonen, dat de belofte

met al deze zonderlinge „oefeningen", die zo doorzichtig zijnverzonnen, niet het minste heeft te maken.

„Aankloppen" in de betekenis der belofte betekentmet daden en werken „bidden", en wie daartoe niet

bereid is, zal tevergeefs wachten of hem wordt „opengedaan"!——

Nu mag men evenwel ook weer niet vertrouwen op de verkeerdevoorstelling, dat het „opendoen" in de betekenis onzer belofte een

plotseling openen zou zijn van een niet-vermoede Geestelijke

heerlijkheid — een onmiddellijk openbaren van de geheimste wijsheid— een openstoten van alle deuren van de Tempel en een

ogenblikkelijk wegtrekken van het verhullend voorhangsel, dat hetallerheiligste beschermt tegen onvoorbereide blikken.

Ook de Tempel der Eeuwigheid heeft zijn voorhallen, en de novietmag zich werkelijk reeds gelukkig prijzen, wanneer hij zijn voet

— figuurlijk gesproken — mag zetten in de uiterste dezer voorhallen ...Wie met grote ambities komt en zichzelf als waardig beschouwt om, zij

het dan niet dadelijk in het allerheiligste, dan toch in een der

omliggende sanctuariën binnen te gaan, — die wordt beslist niet„opengedaan", ook niet om zelfs maar de voorhoven te kunnen

aanschouwen.Toch wordt hier niemand „onrechtvaardig" behandeld!

Niets hangt hier af van een of andere willekeur!Alles wordt door een Geestelijke wet geregeld, en deze wet is geen

verzonnen werk, maar een consequent resultaat van het Geestelijkleven, even onveranderlijk als de Godheid-zelf, wier aard en wezen ze

de wetenden openbaart, nadat zij door haar te vervullen „wetend" zijn

geworden! ——

Wèl is de Godheid ook in de mens-zelf — wèl is i het binnenste van demens haar hoog-heilige Temp el — en wèl kan „GOD", hoe men voor

zichzelf dat woord mag uitleggen, door de mens slechts in hetbinnenste der menselijke ziel worden bereikt en gevoeld!

De meesten hebben er echter geen vermoeden van, welke eindelozeverten hun eigen „ziel" omvat, die steeds in het eeuwig ritme trilt!

Page 22: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 21

De meesten vermoeden niet, welke onmetelijke verten liggen tussen

hun bewustzijn en het bewust-Zijn Gods, hoewel „God" hen vervult enzij alleen in „God" hun bestaan hebben.

Ze tutoyeren God in hun voorstelling, zonder ook maar even demisdaad te beseffen die in deze voorstelling is gelegen. ——

Heel moeilijk is het hun bij te brengen, dat God wat het Goddelijkleven aangaat, voor hen wel het allernaaste — wat het bewuste

Goddelijk-Zijn echter betreft, het allerverste is —, dat een„Jacobsladder" moet worden opgericht in henzelf, op welker sporten

alle Lichtgraden der Geestelijke hiërarchieën eerst omlaag moeten

dalen en elkaar de hand reiken, wil het aards-menselijk bewustzijnwakende communicatie beleven met het eeuwige, ondenkbare,

Goddelijk bewuste-Zijn, zonder voor vernietiging te behoeven vrezen.Een dom-trotse Geestelijke hoogmoed meent, dat er tussen God en de

mens niets mag staan — hier is deze bede slechts het juiste antwoord:„Heer, vergeef het hun, want ze weten niet hoezeer ze u smaden." ——

Wie dus werkelijk wil dat hem zal worden opengedaan, wanneer hij

met geheel zijn leven, met al zijn aardse doen en werken, het waagt

„aan te kloppen", verwachte niet, dat „God" — in welke vorm hij aanGod mag geloven — als eeuwig Oerzijn aan de poort zal staan om hem

„open te doen"!——Wie op de juiste wijze wil „aankloppen", moet vóór alles zoveel

eerbied voor de Godheid in zich dragen, dat hij bovenmatig gelukkigzou zijn wanneer — vergelijkenderwijs gesproken — slechts de

geringste tempeldienaar Gods hem zou willen „opendoen"…Op geen andere wijze zal ooit voor de werkelijk biddende worden

geopend, wat alleen in hemzelf „opengedaan" kan worden.

Page 23: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 22

GEESTELIJKE VERNIEUWING

Zou iemand innerlijk van mening zijn, dat de gehele mensheidGeestelijke vernieuwing kon verkrijgen door het werkelijk „gebed",

dan was hij geenszins op een dwaalspoor!Waar „de mensheid" hier op aarde uit vele afzonderlijke mensen

bestaat, kan deze vernieuwing echter slechts plaats grijpen vanuit de

afzonderlijke mens; we zullen hier daarom alleen spreken over deafzonderlijke mens en ons niet verliezen in het geheel, waardoor voor

het individu teveel verloren zou gaan.Indien op deze aarde ook maar één afzonderlijk mens bereid en

willens is, zichzelf door het ware „gebed" te vernieuwen, is daardoorvoor de gehele mensheid reeds veel gewonnen: wij mensen staan niet

geïsoleerd in de lege ruimte, hetgeen de één doorstroomt, in het goedezowel als in het kwade, stroomt van hem uit verder door alle

mensenzielen, al zouden ze hun werk op de afgelegenste plaatsen op

aarde verrichten — en hiervan afweten of niet...

Wanneer ik in de voorafgaande hoofdstukken zo uitvoerig hebuiteengezet, wat tot het ware „gebed" behoort en waarom het bij het

juiste „bidden" gaat, dan geschiedde dit hoofdzakelijk, omdat zoveelmensen zich niets gemakkelijkers kunnen voorstellen dan „bidden" —

omdat zoveel mensen denken, dat reeds werd gebeden, wanneer zezich in hun voorstelling in zeer aanmatigende vertrouwelijkheid

onderhouden met een ingebeeld iets, dat ze hun „God" noemen, en

dan de zelf-suggestieve terugwerking op hun gevoelens als goedkopetroost in zich opnemen. —

Uit deze soort van vermeend bidden kan werkelijk slechts zelfbedrogen een voorbijgaand vals-klinkend gevoel van verheffing voortkomen

— nimmer echter een werkelijke Geestelijke vernieuwing, die debiddende zo bitter nodig heeft.

Niets zou echter meer verkeerd zijn, dan zich naar aanleiding van mijn

uiteenzettingen ook maar in het minst ontmoedigd te gevoelen.

Het is begrijpelijk, wanneer deze of gene nu tot zichzelf zegt: — „Sluithet juiste bidden al deze voorwaarden in, dan zal ik het wel nooit

Page 24: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 23

leren! —

Voor mijn God wil ik mijn hart uitstorten en troost vinden in degedachte dat ik gehoord, misschien zelfs verhoord zal worden."

Wie dit boek tot dusver echter met aandacht heeft gelezen, en toch nogzo kan spreken, heeft mijn woorden waarlijk niet geheel begrepen!

Waar ik aan de hand van de belofte van „zoeken", „bidden" en

„aankloppen" de eisen van „het ware bidden" heb trachten aan tetonen, moest ik stellig tot in bijzonderheden doordringen, om te

maken dat de lezer er niet langer over in twijfel zal verkeren, dat het

bij het ware „gebed" om iets anders gaat dan om het in vromestemming opzeggen van bepaalde gebedsformules.

Wie op deze wijze werd onderricht, zal door zijn inzicht spoedig zékerworden van zichzelf en weten wat voor hem hieruit voortvloeit.

Dan zal hij zien, dat het slechts mogelijk is waarlijk te „bidden",wanneer een volledige omzetting van zijn denken, gevoelen en

handelen is voorafgegaan, waardoor in hem reeds werd voldaan aanalle voorwaarden voor het werkelijk „gebed", alvorens hij begint te

„bidden".

Alleen ter wille van de al-te-angstigen leg ik er hier echter de nadrukop, dat ik wel heb beschreven wat bij bet werkelijk „gebed" plaats

vindt, maar dat dit alles zich geheel vanzelf vertoont, wanneer hetgehele leven zó werd gevormd, dat het steeds tot-bidden-bereid is. —

Tot hen die zich het bidden slechts kunnen voorstellen als eenaangelegenheid voor schijnheiligen en bedroefden, moet ik zeggen dat

een tot-bidden-bereid Leven werkelijk van geen enkele nobelevreugde behoeft afstand te doen en gewoon een onderpand kan

worden voor een voortdurende opgewektheid — een voortdurend

tot-geluk-bereid-zijn. ——Wat het „uitstorten van zijn hart" betreft — de mens die zich hiertoe

gedrongen gevoelt, beseft maar al te diep de waarheid, dat hij niet inde wereldruimte staat als iets dat geheel is afgescheiden en slechts

aangewezen is op zichzelf — dat hij niettegenstaande zijn kosmischeisolering en wilsvlucht uit de Geest, nog altijd —zij het op passieve

wijze — met zijn Oervaderland: — het Rijk van de werkelijke, zuivereGeest — in verbinding staat, en dat de hulp die vandaar kan uitgaan,

Page 25: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 24

een groter werkingsgebied omvat, dan alle hulp in de

stoffelijk-zintuiglijke wereld der grof-ruimtelijke dingen.Alleen vergist hij zich in de uitlegging van zijn gevoelens, wanneer hij

meent het eeuwig Oerzijn als het ware als persoonlijke partner, zondertussentrede tegenover zich te gevoelen; niet minder dwaalt hij,

wanneer hij deze zelfbekentenis van zijn zorgen tegenover onzichtbaregetuigen — wat een ware, juiste, heilige „biecht" is — beschouwt als

een „gebed".——Zulk een „biecht" beantwoordt echter aan een ingeboren behoefte der

menselijke natuur en is een bevrijdingswerk der ziel van onschatbare

levensbetekenis, waarom ieder aards mens, wie hij zij, zich van tijd tottijd tegenover de onzichtbare ware „priesters" op deze wijze behoorde

uit te spreken, om in staat te zijn steeds nieuwe krachten te ontvangenuit het onzichtbare. —

Met het besluit tot deze ware „biecht" — die altijd haar eeuwig geldige„absolutie" in zichzelf draagt — wachte men niet tot men door de

zwaarste zielenood wordt overvallen.Eerst na deze biecht en de door haar verkregen bevrijding der ziel

moet men in het ware „gebed" vragen om hetgeen men wil

„afbidden"!———De mens die dan op de juiste wijze „bidt", zoals gebeden moet worden,

zal werkelijk Geestelijke vernieuwing ontvangen, en dezevernieuwing is steeds weer nodig, wanneer het uiterlijk leven de

voelhorens der ziel gevoelloos heeft geslagen. —

Geestelijke vernieuwing is echter geen vernieuwing van de Geestelijkelevensvonk in de mens, maar een vernieuwing van de

opnemingsgeschiktheid der ziel voor alle invloeden die haar vanuit

het gebied van de zuivere Geest over de „antenne" van haar eigenGeestelijke wezenskern kunnen bereiken en willen bereiken. —

Het is ternauwernood mogelijk in woorden der mensentaal de geheelunieke wijze uit te beelden waarop „Geestesvonk" en „ziel" in de

aardse mens zijn verbonden, of haar met behulp van beeld engelijkenis te verklaren.

Hoewel onze „ziel" het „enig werkelijke" voor ons is, dat wil zeggen:het enige wat door ons als iets actiefs in het innerlijk kan worden

Page 26: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 25

waargenomen, is ze in wezen toch niets anders dan een organische

vorming uit de eeuwige oceaan der zielekrachten, welke vorming naarbepaalde ritmische, harmonische wetten is opgebouwd en als het ware

haar kristallisatie-middelpunt heeft in de „Geestesvonk", die in dezeoceaan is ingedompeld.

Het waarnemen van de eigen „Geestesvonk" in ons is ons slechtsmogelijk voor zover we „ziel" zijn en slechts door de bijzondere

krachten der „ziel", die tot in het zuiver Geestelijke doordringen en alshet ware als haar „voelhorens" kunnen worden beschouwd...

Al het Geestelijke dat ons aards bewustzijn wil bereiken, moet zijn weg

nemen over de eeuwige „Geestesvonk" in ons, waar het door de,„voelhorens" der „ziel" wordt ontvangen en uit de „ziel" door

bepaalde „ziele-organen" weer wordt meegedeeld aan onshersenmembraan. ———

Daar nu omgekeerd ook alle luide waarnemingen van het uiterlijkaardse leven door het hersenbewustzijn de „ziel" doen meetrillen,

wordt het onzegbaar-subtiele organisme der „ziel" voortdurendgeschokt, wat niet alleen haar opnemingsgeschiktheid voor het

Geestelijke nu eens meer, dan weer minder verzwakt, maar soms, en

soms zelfs voor langere duur, gewoonweg een soort „verlamming" der„ziel" kan veroorzaken. — — —

Wie dit wellicht in zichzelf reeds heeft ervaren — en er zullen maarweinigen zijn die dit niet hebben ervaren — behoef ik zeker niet te

zeggen, hoe deze „verlamming" der „ziel" weer terugwerkt op hethersenbewustzijn ...

Op deze wijze bestaat er in het innerlijk van de mens eenvoortdurende wisselwerking, en een hygiëne der „ziel" is werkelijk

niet minder gewichtig dan de hygiënische verzorging van het

zichtbare, aardse lichaam en zijn organen.„Geestelijke vernieuwing" hebben we voortdurend nodig, in de

betekenis van vernieuwing der spankracht van de ziel, om de „ziel"geschikt te doen blijven het Geestelijke op te nemen en door te geven

— zoals we ook de vernieuwing van onze aards-lichamelijkkrachten niet kunnen ontberen, willen we voldoen aan het aardse

leven.

Page 27: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 26

Een krachtdadiger wijze om tot een voortdurende Geestelijke

vernieuwing te komen is er niet, dan een altijddurendtot-bidden-bereid-zijn, — dan een „zon-der-ophouden-bidden", dat

hieruit voortvloeit!Wie altijddurend gebedsbereid is door de gehele instelling van zijn

innerlijk en uiterlijk: — van zijn beschouwend en zijn actief leven, voordie behoort het werkelijk „bidden" evenzeer tot zijn

evensnoodzakelijkheden, als de aardse voeding van het stoffelijklichaam, en een bijzondere aanleiding om hem tot „bidden" te

bewegen heeft hij niet meer nodig, al zal het hem aan de andere kant

stellig nimmer aan zulk een aanleiding ontbreken...Dan zijn het niet alleen de op elkaar volgende gulden kettingschakels

van bewust-gevormde gebedshandelingen, die aan zijn leven wijdinggeven! —

Het is zijn voortdurende gebeds-wil, die als het ware ook dan te zijnerplaatse „bidt", wanneer de plichten van het dagelijks leven en de

uiterlijke afleiding het bewust-gevormde „gebed" onmogelijk maken.

Is men eenmaal op deze trede aangekomen, dan is een dagelijks werk

dat zonder werkelijk „gebed" wordt begonnen of voleindigd,ondenkbaar.

Ook werd echter gezegd: — „Wilt ge bidden, sluit u dan op in uwkamer!"

Daarom is het volstrekt niet nodig — het zou zelfs indruisen tegen de„schaamte der ziel" — wanneer de omgeving van de biddende op de

hoogte is van zijn gebedshandelingen — tenzij meerdere mensen indezelfde gebedswil bijeen zijn en één hunner aan deze wil in woorden

vorm tracht te geven.

Maar dan moeten dit ook mensen zijn van wie ieder afzonderlijk weetwat werkelijk „bidden" is, en ieder moet zijn leven reeds tot een

voortdurend tot-bidden-bereid-zijn hebben opgevoerd. —Het gemeenschappelijk bidden wordt anders tot een hol gebaar, of in

het beste geval, zoals bijv. bij een gemeenschappelijk „tafelgebed", tothet betrachten van een vrome gewoonte, die eens werkelijk is

voortgekomen uit de gemeenschappelijke gebedshandelingen vanmensen die het geheim van het ware „bidden" kenden en ook de

Page 28: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 27

voeding van het aardse lichaam niet zonder „gebed" wilden laten.

Het kind echter geve men gerust gebedsformules die passen bij zijngevoelen en gewaarworden, zonder voorlopig een innerlijke instelling

van hem te verwachten, die de concentratie zijner zielekrachten nog teboven gaat!

Eerst leide men de opgroeiende mens zo behoedzaam mogelijk in inde praktijk van het werkelijk „bidden", vóór hem wordt medegedeeld

hoe alles hier Geestelijk in elkander grijpt.Op deze wijze zal hij die reeds praktisch heeft leren bidden, slechts iets

vertrouwds vernemen, wanneer hem de gehele leer in samenhang

wordt gegeven. —

De woordvorm die ieder die werkelijk kan „bidden" aan zijn gebedenwil geven, moet alleen aan hemzelf worden overgelaten.

Met hetzelfde effect kan hij zich aan gegeven gebedsformules houden,die hem van kindaf wellicht lief en vertrouwd zijn geworden, als hij uit

de volheid van zijn gevoel zelf de woorden kan vormen — al zou ditgebed, wat de volgorde der woorden betreft, slechts een ontroerd

stamelen zijn.

Al kan zulk een stamelen werkelijk een „gebed" worden, dan mag dedwaling niet ontstaan, dat een waar gebed liever een „stamelen" moet

zijn, dan een gevormde woordenreeks. —Het betreft hier het hoogste resultaat van Geestelijke wetten en het

gebruikmaken ervan, waarom reeds de eerbied voer het Geestelijkegebiedt, zoveel mogelijk naar volmaking te streven in de vorm der

gebedshandeling.Verder zijn er nog woordenreeksen mogelijk die veel hoger reiken, die,

gerangschikt naar Geestelijke waarden, onuitsprekelijk weldadig

inwerken op de ziel, waardoor het „bidden" ervan zich als het waremet verdubbelde kracht verheft.

Waarom men nu „moet bidden", wanneer men werkelijk bidden kan,

zal ieder wel voor zichzelf menen te weten, en toch is het nodighierover nog een en ander te zeggen, zal niet ad infinitum dezelfde

fout worden begaan die zovelen maken, die wel niet op de hoogte zijnvan het mysterie van het ware „bidden",

Page 29: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 28

maar goedgelovig naar hun vrome wijze menen te bidden, zoals zij het

opvatten.Voor bijna al deze vermeende bidders is het eenvoudig

vanzelfsprekend, dat ze in de eerste plaats moeten bidden voor eigenwelzijn en voor dat van hen die hun — zoals men gewoonlijk zegt —

in het aardse leven „het naast staan"...Wel heeft men de waarschuwing vernomen: — „Bidt voor degenen die

u haten en vervolgen" — en op de dag van Golgotha wordt in de„roomse" kerken zelfs voor „ketters", joden en „heidenen" met veel

nadruk gebeden, — men denkt er echter niet aan, dat we, gezien van

het standpunt van Geestelijk ontwaakten, ook met onze vijanden enverachters en zelfs met de verste mensen die we nog nimmer hebben

gezien, Geestelijk evenzeer zijn verbonden als met onze allernaastebloedverwanten, al kunnen we degenen die we niet kennen, en

degenen die ons groot leed hebben aangedaan, stellig niet dezelfdesoort en graad van liefde toedragen — wat ook waarlijk door geen

Goddelijke wet wordt „verlangd", daar deze zelf de verscheidenheidstelt en veroorzaakt.

Wie het werkelijk „bidden" echter heeft geleerd, zal zijn gezichtskring

voortaan moeten verruimen, om vóór alles en in de eerste plaats tebidden voor ALLEN die op aarde mens willen worden en zich

inspannen om mens te zijn — die lijden onder het dier-zijn en ditdier-zijn aan banden trachten te leggen!

Dan eerst zal de biddende aan bepaalde mensen-groepen mogendenken — daarna aan zijn vrienden en verwanten — dan aan zijn

naaste familie en ten slotte ook: — aan zichzelf.Het is juist de tegenovergestelde volgorde van onze levensplichten in

de uiterlijke wereld: daar moet de mens eerst zelf een vaste plaats

hebben veroverd, vóór hij de verantwoording op zich kan nemen omeen huisgezin te stichten, moet hij eerst voor zijn familie zorgen, vóór

hij verwanten en vrienden mag helpen, en hij moet hier niet meernodig zijn, wil hij verdere mensengroepen helpen of zijn krachten ter

beschikking stellen van het mensheidsgeheel. Voor de gehelemensheid hangt er iets onbeschrijfelijk belangrijks van af, of ieder die

werkelijk heeft leren „bidden", op deze wijze eerst „bidt" voor allen,alvorens het „gebed" te beginnen voor zijn verdere en nadere

Page 30: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 29

„particuliere" vragen — afgezien nog van het zuiver persoonlijke

waarvoor hij de hulp van het „gebed" wil gebruiken.Zo kunnen na verloop van tijd steeds groter delen der mensheid tot

Geestelijke vernieuwing komen, alleen door de uitwerking van het„gebed" van weinige afzonderlijke mensen!

Hier zal het echter niet bij deze enkele weinigen blijven, want dekracht van het werkelijk „gebed" zal spoedig allen weten te bereiken

die reeds rijp en voldoende gevestigd zijn om te kunnen leren„bidden" ...

Van dezen zijn er echter in onze dagen niet weinigen te vinden! ——

Zij die nu nog de lasten en moeiten der aarde dragen, mogen degenenniet vergeten die vóór hen over deze aarde zijn gegaan, belast met

dezelfde zorgen en moeiten. ——Dat men toch niet denke, dat zij nu boven alle verlangen naar hulp

zouden verheven zijn, of zover van aards-menselijke hulp af zoudenstaan, dat deze hulp hen niet meer zou kunnen helpen!

Ach! — er zijn er maar al te veel voor wie de hulp door het werkelijk„gebed" zelfs dringend nodig is, omdat ze nu verkeren in een

ontwikkelingsfase der ziel die hun niet meer toestaat zelf-handelend

hun lot te verbeteren.Wanneer in een oud heilig boek de woorden staan: — „Het is een

heilige en heilzame gedachte, te bidden voor de afgestorvenen, opdatze worden verlost!" — dan kan men er werkelijk van verzekerd zijn,

dat deze woorden alleen konden worden neergeschreven door één dieachter de dichte verhulling heeft gezien, welke voor de mens die niet

hierop werd voorbereid, de blik in „het land zonder wederkeer"onmogelijk maakt...

Wanneer ik ieder die wil leren „bidden", hier verzoek, zo spoedig hij

dit kan, zijn werkelijk „gebed" ook in te zetten voor hen die van dezeaarde zijn afgescheiden, dan spreek ik krachtens mijn zekerst „weten",

en volstrekt niet beïnvloed door welke aards-menselijke voorstellingenook van het leven na de aardse dood!

Ook hier denke men er echter aan: eerst te „bidden" voor allen, eermen de krachten van het ware „gebed" leidt op enkelen! ——

Laat ook niemand bezorgd zijn, of zijn „gebed" voor afzonderlijkenniet tevergeefs zou wezen, omdat deze wel geen hulp meer zouden

Page 31: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 30

nodig hebben!

Hier kan ik slechts zeggen, dat er onder degenen die nog deze of genedie nu op aarde leeft, hebben gekend, of die zijn ouders zich

herinnerden, geen enkele ziel is die hulp op haar weg niet dankbaarzou begroeten, ook al behoort ze niet tot degenen voor wie deze

hulp door het ware „gebed" rechtstreeks „verlossing" kanworden. ———

Ook in die zieletoestand, waarin de „ziel" zich vrij van het aardselichaam beleeft, die in het algemeen het „aan gene zijde" wordt

genoemd, is Geestelijke vernieuwing, in dezelfde betekenis als waarin

ik dit woord reeds eerder heb toegelicht, een voortdurendenoodzakelijkheid, want nog steeds wordt de „ziel" nawerkend

geschokt door het aards bewustzijn, terwijl ze tevens trilt in nieuwebelevenissen, die ze passief zich moet laten welgevallen, zonder, zoals

eens op aarde door het aardse lichaam, er actief aan te kunnendeelnemen. — — —

De weinigen onder de afgestorvenen echter die tijdens hun aardseleven reeds actief tehuis waren in de wereld van de Geest, zouden de

hulp van het ware „gebed" voor anderen werkelijk goed kunnen

gebruiken, wanneer ze tot hen werd geleid.Ieder kan erop vertrouwen, dat niets verloren gaat van hetgeen ooit

door de liefde over de grenzen der stoffelijk-zintuigelijke wereld werdgezonden in het „aan gene zijde".

Geldt dit reeds voor ieder van liefde doordrongen gevoel — vooriedere van liefde vervulde gedachte, — dan geldt het eerst recht voor

de waarlijk wonderbaarlijke hulp die door de beoefening van het ware„gebed" mogelijk wordt! ——

De juiste wijze van „bidden", zoals ik hier in dit boek „bidden" leer,werkt op die manier niet alleen over de gehele aarde, maar nog ver

boven deze stoffelijk-zintuigelijke verschijningswereld uit!Het werkelijk „gebed" verbindt alles wat ziel is, wat de Geestesvonk in

zich draagt in de zichtbare zowel als in de onzichtbare kosmos, en zetstromen van kracht in werking, die langs de weg over de hun gestelde

stations, in waarheid ten slotte het hart bereiken van het absoluuteeuwig-Zijn, om van daaruit, met „genade" als het ware geladen, terug

Page 32: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 31

te vloeien op de biddende en op allen op wie zijn gebed zich richtte...

Het werkelijk „gebed" doet de „Hemelladder" ontstaan, die dan in hetinnerlijk van de mens omhoogrijst tot de innerlijkste Oerzijns-wil — de

„Hemelladder" die het voor de hoge hiërarchieën van de Geestmogelijk maakt, het eeuwig stralend Licht omlaag te voeren tot in het

aards beleven van de aardse mens. Het werkelijk „gebed" is de hoogsteverheerlijking van de eeuwige Liefde — liefdevol geschonken

verenigings-mogelijkheid met de eeuwige, scheppende Almacht, dieuit de Oer-Liefde eeuwig nieuw leven verwekt ...

Het is daarom voor de aardse mens niet meer dan de vervulling van

een heilige plicht, wanneer hij zich inspant om het ware „bidden" teleren!

Uit dit „bidden" zullen heil en zegen voortvloeien voor hem en allezielen, en het aangezicht der aarde zal zich langzamerhand geestelijk

opnieuw vormen door dit werkelijk gebed, tot welzijn van allen dieeens na ons zullen komen.

Allen die waarlijk kunnen „bidden", zijn bereiders der toekomst.Zij zijn de voorlopers en wegbereiders voor de NIEUWE MENS, die in

ongeduld reeds naar bestaan op aarde verlangt, maar eerst kan

verschijnen, wanneer hij de aarde op zijn nieuwe wijze om mens te zijnvoorbereid vindt!

Het werkelijk „bidden" zal voor hem op aarde een tehuis scheppen —voor hem: — de nieuwe mens, die alles wat tegenwoordig nog

gespleten is en verscheurd, — verenigt, omdat hij nog slechts uit deLIEFDE leeft! ———

Page 33: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 32

Zo moet ge bidden

IN HET UUR VAN ONTWAKEN

Heilige Heerschaar! Wil hedenmijn nieuwe dag behoeden!

Hoge hulphelpe mij,die vertrouw,mijn taak te verrichten!

Rein is mijn gevoelen —

het blijve rein!

Helder is mijn denken —

het blijve helder!

Klaar zijn mijn woorden —

ze blijven klaar!

Ik onderwerp

mijn gedachten

aan de liefde!

Ik onderwerp

mijn woorden

aan de liefde!

Ik onderwerp

mijn handelingen

aan de liefde!

Page 34: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 33

BIJ DE VOEDING VAN HET LICHAAM

I

Dank zij de Verwekkendevoor hetgeen werd verwekt! —

Mogen drank en spijsder oereeuwige Liefde

zijn gewijd!

IIGave der aarde,

behoud voor de aardewat tot haar behoort! —

Word een zegenvoor lichamelijk leven!

IIIKracht des levens!

Werk het wonder:

Verander,in wijze wil —

wat ik vernietigenen verwoesten moet

om mij te behouden!

AAN HET EINDE VAN DE DAG

O, geluk der rust!Geluk der stilte!

Geluk der nacht!Door de zorgen,

de drukte,het leven van de dag

moe geworden,verlangen lichaam en ziel

thans uit te rusten,

uit te trillen, uit te klinken.

Page 35: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 34

Het werk der aarde

werd weer volbracht!Ziel,

keer thans in tot uzelf!Leer nu

het lichaam vergeten!Laat het

op zijn legerstede rusten!De heilige hoede van hoge wachters

bewaart het tegen schade.

Gij echter —mijn ziel —

bidintussen!

IN GELUK

Vrij!Vrij van

kwellende vragen!

Vrij vanwoelende wensen!

Zó bevrijd,wil ik

uw meester zijn —wil ik u

beheersen,mijn geluk!

Dank aan

wat u aan mijgezonden heeft!

Dank aan watmij u scheppen deed!

Dienen —wil ik

Page 36: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 35

u echter niet!

Ziet g'in mijde knecht,

dan moet gemij verlaten——

want vrij wil ik zijn,ook van u!

IN RAMP EN ZORGEN

Help mij!

Help mij,wanneer ge

helpen kunt!Helpende machten!

Hulpvaardige helpers!Gij weet,

welk een grote rampmij heeft getroffen —

hoe zorg mij

boosaardig kwelt!Gij zult

hulp brengen —wanneer

ge kunt!Is het u

echter ontzegd —de last die mijn rug moet dragen,

van mij weg te nemen —

Helpmij dan slechts

dragen!Al ga ik gebukt,

'k wil toch nietvallen!

Page 37: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 36

Willig wil ik

dragenwat ik dragen

moet —en wil niet

morren,wil niet

klagen!

IN ZORGEN OVER EEN ZIEL

Oereeuwige Liefde,

maak vrijuit rampen

en gebondenheid,uit verblindheid

en nacht,uit pijn

en beperking,

wat mijn liefdeen kracht

niet vrij maken kunnen!Giet Gij

uit Uw krachtmacht in deze vermoeide wil,

om zelf het leedte stuiten,

voor zover de wil

het stuiten kan!Zend hulp

van hoge helpers —werende wachters!

Het euvel wijke!Kwellingen vlieden!

Smart verdwijn'!

Page 38: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 37

Gebrek ga voorbij!

Het kwaadverga!

Mogen gevaar en misleidingten einde zijn!

Het duister wijke!Overwinne het Licht!

Zodat deze zielspoedig vrij —

en uit alle banden

verlost moge zijn!

IN VERZOEKING

Hoge helpers!

Leiders van het Licht!Gij die vermoogt

onzichtbaarbij me te zijn —

U roep ik

in mijn marteling!'k Roep om redding!

'k Wil nietverloren zijn!

Ach,mocht toch één van U

bij me zijn —Maak me vrij

van mezelf —

vrij!Eén

van U!Grijp mij,

laat mij niet los, —bevrijd mij

Page 39: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 38

uit knellende banden

van pijnlijke boeien!Verlos mij

van neiging en driften!Dat hij verjaag'

de helse plaag,die het oordeel verduistert,

dwaling veroorzaakt,onheil sticht,

drijft tot het kwaad,

de zinnen verwart,de wil

besluiteloos doet zijn!Help mij,

Behoeders!Houd mijn hand!

Tot ik zelfmij aan de waan

heb ontworsteld!

VOOR EEN MOEILIJKE PLICHT

Leiders in het Licht!Zie mij bereid!

Bereid in de wil!Bereid

alle moeilijkhedente overwinnen!

Tot handelen bereid!

Mijn plicht erkennend,zal ik werken

wat worden wildoor mijn kracht!

Wat ik vermagen niet vermag,

Page 40: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 39

treedt thans aan de dag.

Dat uw krachtvoleinding scheppe,

wanneer ik verslap —dat is mijn bede,

mijn gebed!Laat mij

niets slecht doen!Laat mij alles

goed doen!

Laat mij niet wankelen!Leid mijn gedachten!

Leer mijvoleinden!

Laat het werkdoor mij

slagen,hoge Helpers!

Gij Leiders

in het Licht!

IN DIEPE DUISTERNIS

Niet meer bidden,

niet meer roepen——schreeuwen —

slechts kan ikom Licht!

Verward,

verdwaald,kan ik

de wegin het diepe duister om mij heen

niet meer vinden.Gepijnigd,

Page 41: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 40

bevreesd,

roep ik —luidkeels

om Licht!Stralende Liefde-rijken,

laat mij niet alleenin deze marteling

van wilde twijfel —!Zonder troost!

Door de schijn zelfs

van schijnbare troostreeds lang verlaten!

Ach, bidt voor mij,Gij, die leeft

in het Licht —ik— —

kan niet meerbidden!

Hoor mij!

Verhoormijn roepen!

Tot u roep ikluidkeels

uit mijn diepe,diepe nood

om Licht —om weer —

te kunnen bidden!

AAN EEN BAAR

Koud —verstard —

verstomd —Toch

Page 42: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 41

heb ik lief

wat ik steedsheb liefgehad —

Toen warm,vol leven,

welsprekende mond —Toen levenslang

drageren tot uitdrukking willige

uitbeelding

ener glansrijke ziel.Vreselijk —

nog onbegrijpelijk —dat dit nu

moet vergaan —dat deze geliefde vormen

nu vernietigd worden!Somber gevoel ik

d'aardse vergankelijkheid!

Nu echterbidt

mijn liefdevoor u,

lieve ziel —wie dit koude,

verstardeniet meer dienen kan —

dat dadelijk

hoge Helperszich aan u kenbaar maken,

opdat geonverwijld

de weg moogt vinden naar het Licht,zelf Licht moogt worden,

zoals geLicht eens waart

Page 43: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 42

vanaf het begin!

Leidt,richt

en leert,Stralende leraars

der hoogste wereld van het Licht!Voert naar 't verheven doel —

tot stralende voleindingin de eeuwige Geest —

wat ik liefheb

met alle liefdekracht,nu — zoals voorheen!

AAN EEN WIEG

Vragende ogen —nooit geweest,

nooit wederkerend —nog begrijpt ge niet

wat zich aan u vertoont

in het aardse licht1.Moge zegen

u wekken,om vol vertrouwen

spoedig te aanschouwenuw wereld,

zonne-doorlicht!Moge het bestier van de zuivere Geest

ziele zich vormen in u —

wat nog „slaapt" in uontplooien!

Liefdevolle beschermers,bewaakt dit kind —!

Leidt zijn wordinghier op aarde

Page 44: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 43

in lichte banen!

Voert dit leven,leidt zijn streven

door een langevreugdevolle

aardse tijdsteeds nader eeuwig

stralen tegemoet! —Behoedt het

op alle wegen,

tot het vol gelukééns —

aan d' aard ontrukt —met u verenigd,

op zal staan in het Lichtvoor alle eeuwigheid!

IN GROTE VREUGDE

U dank ik,

bron van alle vreugd —oereeuwig Licht,

levenschenkende Liefde —dat ik

heb mogen beleven

wat mij nugelukkig maakt —

mij thans aan alle klachtenontrukt —.

Vervuld werdenhoop en dromen!

Nog kan ik niet begrijpen,dat wat ik heb gekregen

werkelijkheid is geworden.

Gij echter,

Page 45: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 44

Liefde-rijken

in de Geest,gij,

die wegen wijze kent,

gij,wie Liefde

gebiedt te helpen —zendt mij,

Helpers,

Uwe kracht!Leer mij

inzien,hoe ik

mijn vreugdewaardig word!

Worde mij ten zegenwat deze dag voor mij verlicht.

O, laat mij niet

alleen,alleen met mijn vreugd!

Beschermers,beschermt

mijn ziel,dat haar nu

geen overmoed overvalle!

OM ZICHZELF TE VINDEN

Innerlijks! leven,Zijn van mijzelf!

Gij stralende stervan oer-Goddelijk Licht

in het aar de-duister!Gij,

Page 46: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 45

wiens „beeld"

ik ben —aards vervlochten

met het aardse —mijzelf

niet begrijpend —in U slechts

begrependoor U.

Vèr

werd ik aan mezelf —zoals ik ben

in U —vèr werd ik aan mezelf

ontrukt!Waar is mijn weg—?

Mijn wegtot mijzelf —

zoals ik

eeuwigben

in U?O, help mij!

Laat Uw „beeld" nietdoor het aardse

mis-vormen!O, laat mij weer komen

tot mijzelf——

tot U,Licht in mij!

Maakmijn zelfvervlechting los!

Bevrijd,uit der dwaling knechting,

wat slechtsmet U verenigd

Page 47: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 46

het Leven vinden kan!

OM VERLICHTING

Van alle troost verlaten,roep ik,

roep ik tot U —Licht der Euwigheid!

Licht des Levens —Licht der Liefde!

Laat

zielen zinnen

niet blijven in de duistre nachten,zonder Licht!

Verjaaghet somb're!

Doe 't duisterverdwijnen!

Laat mij

verlichtingontvangen

in U!Zend hen

op mijn wegdie stralen

in Uw Licht!Zeg hun

te letten

op mijn zoeken,mijn zoeken

naar Licht!Willig volg ik

leidende handen!Willig beklim ik

Page 48: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 47

steile paden!

Leiders,leidt mij

uit het duistre land!Leidt mij

naar het Licht: —naar het stralen

der genade!

NA REDDING UIT GEVAAR

Vaders in het Licht —heilige Helpers —

hulpvaardig allennabij

die om redding worstelen!Innig —

met bevend hart —worde dank

U gebracht!

Uit dreigend duisterontwaakt tot Licht —

uit nood gered,het gevaar ontrukt,

bevrijd uit ketenenvan 's vijands macht —

worde thans mijn levenU gegeven!

Aan Uwe hoede

wil ik toevertrouwenwat gij nu

in mijuit mijn streven

op zult bouwen!Al mijn leven

Page 49: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 48

op aarde

wordeéén Tempel van dank.

OM WELSLAGEN

Scheppende,bouwende

Meesters,die het werk kent!

Wijs mij

de juiste wijzeom werkend

het werkte voleinden!

Gij,die maat kent

en getal —het verborgenste

noemt bij de naam —

geef inzicht,kracht

en ook geduld!Begenadig mij

uit hoge genade!Dat niets mij

mislukke!Dat alle dingen

die werk

geven,zich onder mijn handen

mogen voltooienen zich tot werk

verheffen! ———

Page 50: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 49

OM WIJSHEID

Laat mij niet

in het nietsverzinken!,

nietin de schijn

verdrinken!

Zal het denkenmij niet binden —

wil ikwaarlijk

Wijsheidvinden —

dan moet ikbidden

om hulp,

wijze Wetenden,bij U!

Die alleende wegen voor mij

kentuit dwaling

en verwarring.Wijst,

wetende Liefde-rijken,

liefdevolLicht!

Laat mijinzien

het ware wezender waarachtige

Werkelijkheid!Leid mij,

Stralenden,

uit leugen

Page 51: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 50

en schijn

de eeuwige, wareWijsheid binnen!

OM HET WARE GELOOF

Vader van allendie aan U geloven,

die zijt,wijl ge

in Uzelf gelooft —

die, gelovend,leven wekt,

zoals gegelovend,

zelf U verwekkend,zelf Licht en Leven

zijt voor Uzelf!Wek geloof

ook in mij,

dat ikwaarachtig leer geloven —

gelovenals Gij!

Verlicht mij,overtuig mij

uit U!Verwek Leven —

verwek mijzelf

in mij!Laat mij,

gelovendU verkrijgen!

Laat mij niet,door nacht omgeven,

Page 52: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 51

'n prooi worden

van mijn gelovensnood!

VERLOSSING UIT DE TWIJFEL

Meedogenloos gekweld

door taaie twijfel,Vader,

roep ik tot U!Zend spoedig

door Uw boden

Uw hoge hulp tot mij!Schenk aan 't geplaagde hart

genade!Licht in het Oerlicht,

leid GijLicht

uit Uwe overvloedop mijn

aardse paden.

Dat ik helderhet ware moge zien,

leugen van waarheid leer' scheiden,mij niet verder nog

verwijderen geen

verkeerde wegen ga.

OM INNERLIJKE ZEKERHEID

Nog is mijn geloofvoortdurend wankelend,

als riet in de wind —dan opgericht,

Page 53: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 52

dan neergeslagen. —

Dan kan ikgeloven

als een kind —dan is alles

mij weer ontnomen.Verlangend

zoek ikvaste grond

om vast

te staanals een rots —

ben moe van het denken,het hart is gewond —

zo kan het nietverder gaan!

Gijdie

in zekerheid leeft!,

helpt mijuit deze smart!

Geeft vaste grondaan mijn geloof!

Leidt mij,Leiders,

met sterke handUwe

zékerheid binnen!

IN ZIEKTE EN SMART

Willigwil ik

op me nemenwat mijn wil

Page 54: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 53

niet meer kan keren,

al zalwat mij

verwondt,mijn aardse dagen

eindigen!Alles wat ik wil

en hoop,is

dat deze aardse plaag,

die ik met geduldverdraag,

mij zoveel krachtzal laten,

dat ik steedsduidelijk begrijp, —

hoe al het leedmij slechts bevrijdt

uit aardse horigheid.

DE HEENGEGANEN HERDENKEND

Gijdie

zonder het aardse lichaamu nu in het zielelichaam

beleeft —het aardse

nog nabij

en tochaan d'aard ontrukt —

ugeleide de Liefde

een Stralende Leiding tegemoet!Liefde

Page 55: SERVIRÉ / DEN HAAG24-NL].Bo.Yin.Ra.-.Het.Gebet.pdf · „ZOEKT EN GIJ ZULT VINDEN" Het „zoeken" dat wordt vereist om te leren „bidden", is alles eerder dan een piekeren met het

HET GEBED Bô Yin Râ 54

make u vrij

uit aardse ban.Een klaar vertrouwen

lere u de helpende handengrijpen

van hoge Helpers,verblijvend bij d'aard —

heilige Liefde-rijken!Aardse beletselen

vallen weg!

Waanworde vergeten!

Wil ontwake!Volg in vreugde,

verlostuit gevangenschap,

van alle boeienbevrijd,

de wijze leiding

van Stralende Leiders!Moge spoedig

Eeuwig Licht voor u schijnen!