Sectorale informatie Partena

6
Partena - Vereniging zonder winstoogmerk - Erkend sociaal secretariaat van werkgevers bij M.B. van 3 maart 1949 onder het nr. 300 Maatschappelijke zetel : Kartuizersstraat 45 te 1000 Brussel BTW BE 0409.536.968 Aanvullend nationaal paritair comité voor bedienden paritair comité 218 Bijw.: september 2011- doc. nr. 120 Akkoord 2011-2012 Sectorale informatie - Juridische Dienst PARTENA – september - doc. nr. 120 blz. 1 Op 24 juni en 8 september 2011 hebben alle sociale partners een sectoraal akkoord 2011-2012 afgesloten die o.a.de maximale onderhandelingsenveloppe van 0,3 % in 2012, waarover beslist werd in het kader van het koninklijk besluit van 28 maart 2011 (BS 01.04.2011), en de wet van 12 april 2011 tot uitvoering van het compromis van de Regering met betrekking tot ontwerp van interprofessioneel akkoord 2011-2012 (BS 28.04.2011), invoert op sectoraal niveau. De omzettings-cao’s werden op 19 september 2011 opgesteld. Deze bepalingen gelden voor alle werkgevers en bedienden (uitvoerend personeel, vertegenwoordigers, kaderleden, directiepersoneel, …) die onder de bevoegdheid van het ANPCB vallen. Zij zijn geldig van 1 januari 2011 tot 31 december 2012, met uitzondering hoofdzakelijk de bepalingen betreffende de vorming (punt I), die in werking treden op 1 januari 2012 en die gelden tot 31 december 2013. Dit document geeft een gedetailleerde beschrijving van de maatregelen die werden genomen ter bevordering van de koopkracht van uw bedienden voor 2011 en 2012. We geven ook een overzicht van de beslissingen die werden genomen in andere materies, zoals de opleiding, het brugpensioen en het tijdskrediet. Inhoud I. Verplichting inzake vorming (2012-2013) ........................................................................................................ 3 A. Principe ........................................................................................................................................................................... 3 1. Welke opleidingen?..................................................................................................................................... 3 2. Voor welke bedienden? .............................................................................................................................. 3 3. Wanneer moeten deze opleidingen plaatsvinden?..................................................................................... 3 4. Aanvullend recht op één onbetaalde opleidingsdag ................................................................................... 4 B. Modaliteiten ..................................................................................................................................................................... 4 Ondernemingen met een vakbondsafvaardiging 1. Verlenging van het opleidingsplan 2010-2011 eigen aan de onderneming ............................................... 4 2. Opmaak van een opleidingsplan eigen aan de onderneming .................................................................... 4 3. Toetreding tot het suppletief opleidingsplan ............................................................................................... 5 4. Er is geen opleidingsplan ............................................................................................................................ 5 Ondernemingen zonder vakbondsafvaardiging 1. Verlenging van de toetreding tot het suppletief opleidingsplan 2010-2011 ................................................ 6 2. Toetreding tot het suppletief opleidingsplan ............................................................................................... 6 3. Er is geen suppletief opleidingsplan ........................................................................................................... 6 C. Ondersteunende maatregelen......................................................................................................................................... 6 1. Financiële steun van CEVORA................................................................................................................... 6

description

Gedetailleerde analyses van de bepalingen die gelden in de belangrijkste paritaire comités

Transcript of Sectorale informatie Partena

Page 1: Sectorale informatie Partena

Partena - Vereniging zonder winstoogmerk - Erkend sociaal secretariaat van werkgevers bij M.B. van 3 maart 1949 onder het nr. 300 Maatschappelijke zetel : Kartuizersstraat 45 te 1000 Brussel BTW BE 0409.536.968

Aanvullend nationaal paritair comité voor bedienden

paritair comité 218

Bijw.: september 2011- doc. nr. 120

Akkoord 2011-2012

Sectorale informatie - Juridische Dienst PARTENA – september - doc. nr. 120

blz. 1

Op 24 juni en 8 september 2011 hebben alle sociale partners een sectoraal akkoord 2011-2012 afgesloten die

o.a.de maximale onderhandelingsenveloppe van 0,3 % in 2012, waarover beslist werd in het kader van het koninklijk

besluit van 28 maart 2011 (BS 01.04.2011), en de wet van 12 april 2011 tot uitvoering van het compromis van de

Regering met betrekking tot ontwerp van interprofessioneel akkoord 2011-2012 (BS 28.04.2011), invoert op

sectoraal niveau. De omzettings-cao’s werden op 19 september 2011 opgesteld.

Deze bepalingen gelden voor alle werkgevers en bedienden (uitvoerend personeel, vertegenwoordigers,

kaderleden, directiepersoneel, …) die onder de bevoegdheid van het ANPCB vallen. Zij zijn geldig van 1 januari

2011 tot 31 december 2012, met uitzondering hoofdzakelijk de bepalingen betreffende de vorming (punt I), die in werking treden op 1 januari 2012 en die gelden tot 31 december 2013.

Dit document geeft een gedetailleerde beschrijving van de maatregelen die werden genomen ter bevordering van de

koopkracht van uw bedienden voor 2011 en 2012. We geven ook een overzicht van de beslissingen die werden

genomen in andere materies, zoals de opleiding, het brugpensioen en het tijdskrediet.

Inhoud

I. Verplichting inzake vorming (2012-2013) ........................................................................................................ 3 A. Principe ........................................................................................................................................................................... 3

1. Welke opleidingen?..................................................................................................................................... 3 2. Voor welke bedienden? .............................................................................................................................. 3 3. Wanneer moeten deze opleidingen plaatsvinden? ..................................................................................... 3 4. Aanvullend recht op één onbetaalde opleidingsdag ................................................................................... 4

B. Modaliteiten ..................................................................................................................................................................... 4 Ondernemingen met een vakbondsafvaardiging

1. Verlenging van het opleidingsplan 2010-2011 eigen aan de onderneming ............................................... 4 2. Opmaak van een opleidingsplan eigen aan de onderneming .................................................................... 4 3. Toetreding tot het suppletief opleidingsplan ............................................................................................... 5 4. Er is geen opleidingsplan ............................................................................................................................ 5 Ondernemingen zonder vakbondsafvaardiging

1. Verlenging van de toetreding tot het suppletief opleidingsplan 2010-2011 ................................................ 6 2. Toetreding tot het suppletief opleidingsplan ............................................................................................... 6 3. Er is geen suppletief opleidingsplan ........................................................................................................... 6

C. Ondersteunende maatregelen ......................................................................................................................................... 6 1. Financiële steun van CEVORA ................................................................................................................... 6

Page 2: Sectorale informatie Partena

sectorale informatie

paritair comité 218: aanvullend nationaal paritair comité voor bedienden

Sectorale informatie - Juridische Dienst PARTENA – september - doc. nr. 120

blz. 2

a) Vormingspremies voor ondernemingen...................................................................................................... 6 b) Vormingspremies voor individuele bedienden ............................................................................................ 7 c) Kortingen voor opleiding ............................................................................................................................. 7 d) Financiële begeleiding : knelpuntberoepen ................................................................................................ 8 2. Opleidingsaanbod ....................................................................................................................................... 8 3. Andere tegemoetkomingen van CEVORA ................................................................................................. 9

II. Lonen ................................................................................................................................................................. 9 A. Maximale loonmarge 2011-2012 ..................................................................................................................................... 9 B. Loonindexering ................................................................................................................................................................ 9 C. Minimumlonen ............................................................................................................................................................... 10 D. Reële lonen ................................................................................................................................................................... 10 E. Volgorde van de loonaanpassingen .............................................................................................................................. 10 F. Ecocheques ................................................................................................................................................................... 10

1. Principe ..................................................................................................................................................... 10 2. Andere omzetting op ondernemingsvlak .................................................................................................. 11

G. Eindejaarspremie .......................................................................................................................................................... 12 H. Vervoerskosten ............................................................................................................................................................. 12

III. Brugpensioen ................................................................................................................................................. 13 A. Brugpensioen op 60 jaar of ouder ................................................................................................................................. 13 B. Brugpensioen tussen 58 jaar en minder dan 60 jaar ..................................................................................................... 13 C. Brugpensioen vanaf 56 jaar voor nachtprestaties ......................................................................................................... 14 D. Brugpensioen vanaf 56 jaar indien 40 jaar loopbaan .................................................................................................... 14 E. Werkgeversbijdrage voor sociale zekerheid op de aanvullende vergoeding ................................................................. 15

IV. Tijdskrediet .................................................................................................................................................... 16 V. Arbeidsduur .................................................................................................................................................... 16 VI. Financiering van het Sociaal Fonds ............................................................................................................ 17 VII. Diverse bepalingen....................................................................................................................................... 17

A. Proefperiode .................................................................................................................................................................. 17 B. Waardig werk ................................................................................................................................................................ 17 C. Diversiteit ...................................................................................................................................................................... 18

VIII. Sociale vrede ............................................................................................................................................... 18 IX. Nuttige adressen ........................................................................................................................................... 18 X. Bijlagen ............................................................................................................................................................ 18

Page 3: Sectorale informatie Partena

sectorale informatie

paritair comité 218: aanvullend nationaal paritair comité voor bedienden

Sectorale informatie - Juridische Dienst PARTENA – september - doc. nr. 120

blz. 3

I. Verplichting inzake vorming (2012-2013)

Overeenkomstig de wens in het interprofessioneel akkoord (IPA 2011-2012) hebben de sociale partners van het

ANPCB besloten om, in het kader van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst van 19 september 2011

afgesloten met rechtstreekse uitwerking, bijzondere aandacht te blijven schenken aan opleiding voor de jaren

2012-2013. Het doel is de deelnemingsgraad aan de beroepsopleiding voor het geheel van de sector met 5 % te

doen stijgen.

Deze stijging zal gerealiseerd worden door de voortzetting van de bestaande maatregelen en door de optimalisatie

van de beschikbare middelen. Een evaluatie wordt voorzien eind 2012.

A. Principe

Concreet gezien verbinden de werkgevers uit de sector zich toe om over de periode van 1 januari 2012 tot 31

december 2013 een recht op 4 dagen vorming toe te kennen aan hun voltijdse werknemers. Deze dagen mogen

voortaan op om het even welk ogenblik in 2012 en/of 2013 worden toegekend.

1. Welke opleidingen?

Behalve een opleidingsplan eigen aan de onderneming (zie hieronder), kan het gaan om opleidingen die worden

aangeboden door CEVORA (= de opleidingsinstelling die werd opgericht in het ANPCB) of door een andere door

CEVORA erkende instelling (OSP, VIZO, VDAB, IFPME, ACTIRIS, BGDA, Vorming Brussel in commerciële

instellingen) of door de ondernemingen of sectoren in kwestie. In bijlagen 6 en 7 vindt u meer informatie over het

opleidingsaanbod van CEVORA.

Over het algemeen is het doel van de verplichte opleidingsdagen de beroepskwalificatie van alle bedienden te

verbeteren. Toch hebben de sociale partners een zekere souplesse in dit principe aangebracht door de werkgever

te laten kiezen welke onderwerpen er in de opleiding aan bod zullen komen. De opleiding kan immers rechtstreeks

betrekking hebben op de huidige functie van de werknemer binnen de onderneming, maar ook op de toekomstige

evolutie van zijn loopbaan (het begrip “employability”).

2. Voor welke bedienden?

Deze maatregel heeft betrekking op alle bedienden (uitvoerend, kaderleden, directie, gebaremiseerd of niet…) onder

voorbehoud van de eventuele overdracht van het opleidingskrediet naar andere bedienden (zie hierna).

Hebben echter geen recht op de vorming, bedienden in hun opzeggingstermijn evenals bedienden die werden

aangeworven met een overeenkomst voor bepaalde tijd van een jaar of minder. Opeenvolgende

arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur geven alleen recht op de opleiding als de totale duur van de

arbeidsovereenkomsten één jaar overschrijdt.

Voor deeltijdse bedienden wordt het recht toegekend naar rato van hun prestaties. (b.v. een bediende met een 4/5de

tewerkstelling zal 3 dagen opleiding genieten, bijvoorbeeld 2 dagen in 2012 en 1 dag in 2013).

3. Wanneer moeten deze opleidingen plaatsvinden?

Idealiter worden de verplichte 4 dagen opleiding toegekend tijdens de werkuren. Indien de opleiding plaatsvindt

buiten de werkuren, moet de werkgever betaalde uren (of dagen) inhaalrust voor een gelijkwaardige duur

toekennen. De opleiding die buiten de werkuren gevolgd werd (bv. ’s avonds of op dagen dat er niet gewerkt wordt)

wordt niet beschouwd als overwerk waarvoor een overloon van 50 % of 100 % uitbetaald wordt. Een dergelijke

opleiding heeft geen andere verplichtingen tot gevolg, afgezien van het recht op inhaalrust die overeenkomt met de

duur van de gevolgde opleiding. Die inhaalrust moet worden toegekend tijdens de normale arbeidstijd op data die in

onderling overleg moeten worden vastgesteld door de partijen.

Page 4: Sectorale informatie Partena

sectorale informatie

paritair comité 218: aanvullend nationaal paritair comité voor bedienden

Sectorale informatie - Juridische Dienst PARTENA – september - doc. nr. 120

blz. 18

C. Diversiteit

De sociale partners bevelen opnieuw om aan de evenredige arbeidsdeelname van kansengroepen op de

arbeidsmarkt te faciliteren en in uitvoering van CAO nr 95 bewuste of onbewuste discriminatie te bestrijden in alle

fasen van de arbeidsrelatie.

De sociale partners zullen alle aangesloten organisaties uit de sector verders sensibiliseren en ondersteunen.

Ook wordt aanbevolen het thema diversiteit in de eigen onderneming eenmaal per jaar op de agenda te plaatsen

van het sociaal overleg.

VIII. Sociale vrede

De vakorganisaties verbinden zich ertoe tijdens de periode van 1 januari 2011 tot 31 december 2012 geen

bijkomende eisen te stellen in het paritair comité of de onderneming met betrekking tot de onderwerpen die in het

akkoord 2011-2012 aan bod komen.

Dankzij deze clausule mogen de ondernemingen elke eis van de vakorganisaties weigeren betreffende een

collectieve verhoging van de lonen van de personeelsleden van de onderneming waarvan het bedrag de

loonprogrammatie overschrijdt die in dit document beschreven wordt.

IX. Nuttige adressen

Sociaal Fonds ANPCB

Stuiversstraat 8 – 1000 Brussel (Tel .: 02/512.93.36 – Fax: 02/514.59.94). Het Fonds stelt gratis brochures ter

beschikking waarin uitleg wordt gegeven over de tegemoetkoming in het kader van het brugpensioen.

Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor Bedienden (ANPCB)

FOD Arbeid, Werkgelegenheid en Sociale Overleg

Dienst voor collectieve arbeidsbetrekkingen

Ernest Blerotstraat 1 - 1070 Brussel

Tel : 02/233.41.11

CEVORA – Centrum voor Vorming van het ANPCB

E. Plaskylaan 144 - 1030 Brussel

Tel : 02/734.62.11 – Fax: 02/734.52.32

E-mail: [email protected] Website: http://www.cevora.be

Voor het adres en de verdere gegevens van de 4 gewestelijke bijkantoren kunt u zich wenden tot de hoofdzetel

(waarvan u de gegevens hierboven vindt).

X. Bijlagen

1. Brief ter verlenging van een opleidingsplan 2010-2011 die aan het Sociaal Fonds voor het ANPCB toegestuurd

moet worden voor de ondernemingen met een vakbondsafvaardiging.

2. Registratieformulier dat aan het Sociaal Fonds van het ANPCB gestuurd moet worden voor de ondernemingen

met een vakbondsafvaardiging met een eigen vormingsakkoord.

3. Registratieformulier dat aan het Sociaal Fonds van het ANPCB gestuurd moet worden voor de ondernemingen

met een vakbondsafvaardiging die zijn toegetreden tot het suppletief plan van het ANPCB.

4. Brief ter verlenging van de toetreding tot een opleidingsplan 2010-2011 dat aan het Sociaal Fonds voor het

ANPCB toegestuurd moet worden voor de ondernemingen zonder vakbondsafvaardiging.

Page 5: Sectorale informatie Partena

sectorale informatie

paritair comité 218: aanvullend nationaal paritair comité voor bedienden

Sectorale informatie - Juridische Dienst PARTENA – september - doc. nr. 120

blz. 19

5. Registratieformulier dat aan het Sociaal Fonds van het ANPCB gestuurd moet worden voor de ondernemingen

zonder vakbondsafvaardiging die zijn toegetreden tot het suppletief plan van het ANPCB.

6. Suppletief opleidingsplan van het ANPCB.

7. Thema’s die ontwikkeld werden in het suppletief opleidingsplan van het ANPCB.

Page 6: Sectorale informatie Partena

CAO 19 september 2011 - ANPCB

BIJLAGE 1

BRIEF TER VERLENGING van een opleidingsplan 2010-2011 eigen aan de onderneming voor de

ondernemingen met een vakbondsafvaardiging

Terug te sturen naar het Sociaal Fonds van het ANPCB, Stuiverstraat 8, 1000 Brussel, of te faxen op het nummer

02/514.59.94, tussen 01/10/2011 en 31/03/2012.

Naam van de onderneming : ................................................................................................................................

Adres : ...................................................................................................................................................................

..............................................................................................................................................................................

RSZ-nummer : ......................................................................................................................................................

De onderneming legt als bijlage het bedrijfsopleidingsplan 2010-2011 neer, waarover met de meerderheid van de

leden van de vakbondsafvaardiging een verlengingsakkoord voor de periode 2012-2013 werd gesloten.

Handtekening van de werkgever of van de gemachtigd vertegenwoordiger.

Naam en functie - stempel Datum :

Bijlage : ingevuld en ondertekend akkoord inzake opleidingsplan.