Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding...

338

Transcript of Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding...

Page 1: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,
Page 2: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

J.E. VAN DEN BRINK

DE BRIEVENAANTIMOTHEÜS

WWW.RHEMAPRINT.NLISBN 90 6261 511 2

Page 3: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

WOORD VOORAF

Wanneer de apostel Paulus een oud man geworden is enhij bovendien in de gevangenis vertoeft, heeft hij de zorgvoor de gemeente in Eféze toevertrouwd aan zijn jongemedewerker Timotheüs. Het was voor hem niet meermogelijk deze geestelijke zoon zelf te begeleiden, maartoch wil de apostel hem nog enige richtlijnen geven hoemen zich in het huisgezin Gods moet gedragen en alsvoorgaande broeder moet handelen. Paulus ontleent dezeaanwijzingen aan de leidingvan de Heilige Geest, die hijzo duidelijk ervaren had tijdens de jaren van het stichten,funderen en pastoraal verzorgen van talrijke gemeenten.

Het is wel merkwaardig dat mijn kanttekeningen bij dezebrieven in een tijd verschijnen, dat de pioniers van hetvolle evangelie in ons land ook op een leeftijd zijngekomen, dat zij hun arbeid in de gemeenten moetenoverdragen aan een jongere generatie. Zij verlangenhierbij intens dat hun levenswerk geestelijk en ookpraktisch in het juiste spoor zal worden voortgezet. Deapostolische voorschriften die Paulus aan zijn opvolgergaf, waren ook voor hen van groot belang en tot voorbeeldbij het vormenvan de gemeenten. Ze blijven ook vankracht voor een geslacht dat in anderetijdsomstandigheden leiding moet geven.

Zelf heb ik vijf en twintig jaren in zo'n nieuw gevormdegemeente gearbeid en in verschillende situaties derichtlijnen van de apostel geraadpleegd. Ze waren voor mijals het ware tot een grondwet geworden. Tijdens de laatstejaren van mijn voorgangersschap heb ik de brieven aanTimotheüs op de bijbelstudie van onze gemeente

Page 4: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

behandeld en toen in de praktijk ervaren, dat de toestandenen problemen die Paulus erin beschrijft, ook nu nogvoorkomen. Ik hoop dat de regels die de apostel in dezebrieven geeft, maar ook mijn kanttekeningen die op dehuidige praktijk van het gemeenteleven zijn gebaseerd,voor de voorgangers en leden van groot belang zullen zijn.

Tenslotte dank ik de Here voor de toegewijdemedewerkers, die de verzorging van deze uitgave mogelijkmaakten. Ook ben ik de lezers van 'Kracht van Omhoog'erkentelijk dat door hun financiële steun deze tekst-aan-tekstverklaring weer mogelijk was.

Gorinchem, september 1985

J.E. van den Brink

Page 5: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

INLEIDING BIJ DE EERSTE TIMOTHEÜS-BRIEF

Na de brieven van Paulus die aan de gemeenten gerichtzijn, volgen nog vier epistels aan particuliere personen,namelijk 1 en 2 Timotheüs, Titus en Filémon, dezogenaamde pastorale brieven. Timotheüs en Titus warenjong en bekeerlingen van de apostel (1:2 en Titus 1:3) enze hadden hem op zijn vele zendingsreizen vergezeld. Zijwaren aangesteld als voorgangers van gemeenten en dezebrieven waren aan hen gericht om hun instructies te gevenin zake de leiding der georganiseerde lokale gemeenten.De brieven bevatten wel een speciale boodschap voorjonge voorgangers, maar zijn toch ook van belang voor degemeenteleden van toen en nu.

De brieven hebben vrijwel dezelfde vorm, slaan opdezelfde historische toestanden en wel voornamelijk opdie in Eféze en op Kreta. Ze dragen een zeer vertrouwelijkkarakter en hoewel het dogmatische niet ontbreekt, hebbenzij toch een meer persoonlijke inslag.

In de eerste brief aan Timotheüs wordt veel aandachtgeschonken aan het leven van opzieners, diakenen enoudsten. Dezen moeten onberispelijk zijn en evenalsTimotheüs zelf, doorkneed zijn in de christelijke leer,zodat ze de dwaalleraars kunnen weerleggen enontmaskeren. Zij moeten in alle situaties tot voorbeeldenzijn, vooral in zelfbeheersing, en door hun wandel eensieraad zijn voor het volle evangelie dat Paulus predikte.

Uit deze brief kunnen we opmaken dat er in Eféze eengevestigde gemeente was. Deze had zeer hoog gestaan,maar uit de opdracht die Paulus hier aan Timotheüs geeft,

Page 6: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

merken we op dat de dwalingen al op verschillende wijzenwaren binnengeslopen (1:20). Deze gemeente was beziguit de hemelse gewesten op aarde te vallen (Openb. 2:5).Timotheüs, die zeer goed op de hoogte was van hetevangelie dat Paulus predikte, moest in Eféze blijven omhet geestelijke onkruid te wieden.

De opvallende tekst die het thema van deze briefweergeeft, is die in hoofdstuk 3:15, waar opgemerktwordt: 'Dan weet gij, hoe men zich behoort te gedragen inhet huis Gods, dat is de gemeente van de levende God, eenpijIer en fundament der waarheid'. Het naderende eindevan de apostolische periode en de toename van nieuwegemeenten vereisten een duidelijke uiteenzettingaangaande 'de gezonde leer', het geloof en de tucht. Eerstwerd alles vanzelfsprekend door de apostelen geregeld,maar nu waren al duidelijke en algemene instructies nodig,die aan de kerk van alle eeuwen in alle mogelijke situatiesleiding zouden geven.

De bedoeling van de brief aan Timotheüs was om hem tebemoedigen in zijn strijd tegen de dwalingen (1:3-7, 18-20; 6:3-5, 20,21). Verder ondersteunt de apostel in dezebrief het gezag van de jonge evangelist-voorganger(1:3,4). Hij instrueert hem in zake de leiding in degemeente (3:14, 15). Hij vermaant hem in zijn pastoralebezigheden ijverig en trouw te blijven (4:6; 6:3).

Het is merkwaardig dat in de latere brieven van Paulus eenduidelijke kentering aanwijsbaar is als gevolg van eenontwikkelingsproces. De gebeurtenissen die zich bij zijnlaatste bezoek aan Jeruzalem afspeelden, gaven daartoewel de doorslag. Hij was immers op aandrang van dewetsgetrouwe christen-Joden naar de tempel gegaan om

Page 7: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

daar deel te nemen aan de offeranden van vier mannen, dieeen gelofte op zich hadden genomen (Hand. 21:23-26).

De Joden uit Asia, dus ook uit Eféze, die hem zomenigmaal hadden, beluisterd, kwam deze houding alsdubbelzinnig en huichelachtig voor. Zij brachten devolksmassa in beweging en dit had tot gevolg dat Paulusin de gevangenis te Caesaréa en te Rome kwam, waar hijmeer dan vier jaren van zijn vrijheid werd beroofd. Zijnbrieven vanuit de gevangenis en ook daarna getuigenervan, dat hij met deze tweeslachtige houding hadgebroken. Wij denken hierbij aan een typerende uitspraakin 1 Corinthiërs 9:20: 'Ik ben de Joden geworden als eenJood, om Joden te winnen; hun, die onder de wet staan, alsonderde wet - hoewel persoonlijk niet onder de wet - omhen, die onder de wet staan, te winnen'.

Vanuit de gevangenis schreef hij evenwel aan de Eféziërs:'Want Hij is onze vrede, die de twee één heeft gemaakt ende tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap,weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet dergeboden, in inzettingen bestaande, buiten werking gesteldheeft' (Efz. 2:14,15). Vanuit de gevangenis schreef hijook: 'Daar gij de oude mens met zijn praktijken afgelegd,en de nieuwe mens aangedaan hebt, die vernieuwd wordttot volle kennis naar het beeld van zijn Schepper, waarbijgeen onderscheid is tussen Griek en Jood, besneden ofonbesneden'(Col. 3:9-11).

In deze eerste brief aan Timotheüs schuift hij allespijswetten aan de kant, want over hen die afvallen van hetgeloof in 'zijn evangelie' zegt hij: 'Het genot van spijzenverbiedende, welke God toch geschapen heeft om metdankzegging te worden gebruikt door de gelovigen, die tot

Page 8: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

erkentenis der waarheid (zoals Paulus die predikte)gekomen zijn. Want alles wat God geschapen heeft, isgoed en niets daarvan is verwerpelijk' (4:1-4). Hij schrijftover de Judaïsten die leraars der wet willen zijn, zonderdat zij beseffen, waarover zij zo stellig spreken (1:7).

Ook valt het op dat in deze brief duidelijk geleerd wordt,dat God goed is. Alleen déze leer is 'betrouwbaar' en'gezond'. Door zijn spontane liefde wil God, onze Heiland,alle mensen redden. Men moet ook voorbede doen vooralle mensen. De mens Jezus Christus heeft Zich gegeventot een losprijs voor allen. God is een Heiland voor allemensen (1:10, 11; 2:1,3,4; 4:10). De taakvan deambtsdragers is dat zij meewerken aan de verwezenlijkingvan deze gedachten Gods en het voorgestelde heil doorzelf een nauwgezet leven te leiden, want leer en levengaan samen.

Wanneer deze eerste brief aan Timotheüs geschrevenwerd, is onbekend, en men kan er alleen naar gissen,hoewel zij wel na Paulus' laatste verblijf in Jeruzalem valt.Men veronderstelt dat Paulus en Timotheüs samen nietlang voor het schrijven van deze brief te Eféze werkzaamwaren geweest. De apostel liet zijn metgezel daar achterom zelf naar Macedonië te reizen (1:3; 3:14 en 4:13). Ditmoet dan wel een heel andere reis zijn geweest dan inHandelingen 19:21,22 wordt vermeld. Daar bleef immersde apostel zelf in Asia achter, terwijl Timotheüs juist naarMacedonië in Griekenland ging. In Handelingen 20:3,4verlaat de apostel wel Asia, maar neemt hij Timotheüsmee, wat ook niet met onze brief overeenstemt. Inhoofdstuk 21 wordt genoemd verblijf in Jeruzalem reedsvermeld, zodat de brief na zijn gevangenneming moet zijngeschreven.

Page 9: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Wat de levensloop van Timotheüs betreft, valt hetvolgende in het kort mee te delen:Timotheüs was een half Jood afkomstig uit Lystra inLycaonië. Zijn naam betekent: God erend, een algemeenvoorkomende, heidense naam. Zijn vader was een Griek,wiens naam niet wordt vermeld. Zijn moeder was 'eengelovige Joodse vrouw' (Hand. 16:1), die echter zoalszovele Joden, een Griekse naam had: Eunice, watbetekent: die een goede overwinning behaalt. De gelovigegrootmoeder heette Loïs, de betere. Eunice en Loïs haddenTimotheüs in de schriften onderwezen, waardoor hij ookeen Messiasverwachting koesterde.

Ofschoon hij ver van Jeruzalem woonde, was hijopgevoed in een Joodse atmosfeer. Zijn vader zal wel deoorzaak zijn geweest, dat hij niet besneden was en dus nietin het oude verbond was opgenomen. Op de eerstezendingsreis van Paulus was Timotheüs tot bekeringgekomen, en op de tweede zendingsreis wordt hij al eendiscipel genoemd (Hand. 16:1).

Waarschijnlijk was hij in het evangelie onderwezen doorde oudsten der gemeente, die ook te Lystra warenaangesteld (Hand. 14:23). Dezen waren het wellicht dieover de jongeman hadden geprofeteerd en hem alsevangelist hadden aangewezen (1Tim.1:18,4:14).

Paulus besneed hem waarschijnlijk met de bijbedoeling,dat Timotheüs bij zijn prediking ook door de Joden zouworden geaccepteerd. Onder oplegging van handen werdhij geroepen als evangelist. Timotheüs vergezelde deapostel op diens tweede zendingsreis. Hij behoordedaarmee tot de eerste broeders die in Europa het evangelie

Page 10: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

verkondigden. In Filippenzen 2:22 roemt de apostelTimotheüs: 'Zijn beproefde trouw kent gij echter, dat hij,gelijk een kind zijn vader, mij in de dienst van hetevangelie heeft geholpen'.

Paulus liet de jonge evangelist ook telkens in de nieuwegemeenten, die hij had gesticht, achter, om de leden dergemeenten verder te onderwijzen en hun geloof op tebouwen. Het vertrouwen van de apostel in hem was zogroot, dat hij hem zelfstandige opdrachten liet uitvoeren.Niet alleen in de stichting van de gemeente te Filippi hadhij een groot aandeel, maar ook in die van Beréa en inThessalonica (Hand. 17:14,15 en 1 Thess. 3:2). Ook inCorinthe predikte hij menigmaal op verzoek van deapostel (1 Cor. 4:17; 16:10 en 2 Cor. 1:19). Hij vervingPaulus dikwijls, toen deze gevangen zat (Filip. 2:19). Zelfraakte hij volgens Hebreeën 13:23 ook tijdelijk ingevangenschap.

De jonge, onbaatzuchtige evangelist had zich geheel aanhet grootse werk van Paulus gewijd. Hij had diensdenkwijze volledig overgenomen (1 Cor. 4:17 en 2Tim.3:10). Moge hij misschien zwak van gezondheid zijngeweest, dit heeft hem niet belet veel te reizen en eeningespannen leven te leiden. Toch had hij moeite omstrijdbaar te zijn en fel door te zetten. Vandaar deherinnering van de apostel aan de Geest van kracht die hijhad ontvangen en aan de opwekking zijn vreesachtigheidte overwinnen (2 Tim. 1:6,7). Verder lezen we in dekerkelijke geschiedenis van Eusebius nog: 'Van Timotheüswordt verhaald, dat hij eerst het bisschopsambt ontvingvoor de kerk van Eféze, evenals Titus die van Kreta'.Volgens een oude overlevering stierf Timotheüs demarteldood onder keizer Nerva.

Page 11: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

HOOFDSTUK 1

1, 2. Paulus, een apostel van Christus Jezus naar deopdracht van God, onze Heiland, en van Christus Jezus,onze hoop, aan Timotheüs, mijn waar kind in het geloof.-genade, barmhartigheid en vrede zij u van God, de Vader,en van Christus Jezus, onze Here.

Naar de gewoonte in de antieke wereld begint Paulus zijnbrief aan Timotheüs met de naam van de afzender en dievan de geadresseerde te vermelden. Hij doet dit opdezelfde wijze als eenmaal de centunio een brief schreef,die aanving met: 'Claudius Lysias aan de hoogedele Felix,groetenis', of zoals staat in de 'kanselboodschap' dienamens het apostelconvent werd meegegeven: 'Deapostelen en oudsten aan de broeders uit de heidenen, diein Antiochië en Syrië en Cilicië zijn, groetenis' (Hand.23:26; 15:23).

Denk ook aan de formule waarmee Johannes zijn derdezendbrief begint: 'De oudste aan de geliefde Gajus... ikbid, dat het u in alles welga'. De apostolische zegegroet inde eerste brief aan Timotheüs luidt dan: genade,barmhartigheid en vrede zij u van God, de Vader, en vanChristus Jezus, onze Heer'.

Paulus noemt hier Timotheüs zijn waar, wettig of echtkind, wat natuurlijk in overdrachtelijke zin is bedoeld. In 2Timotheüs 1:2 schrijft hij over zijn 'geliefd' kind. Hij heeftimmers dit geestelijk kind 'geteeld' door het woord vanGod. Zo schreef hij aan de Corinthiërs, dat hij hen inChristus Jezus door het evangelie had verwekt (1 Cor.

Page 12: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

4:15). Zij waren zijn 'geesteskinderen' en vormden dusgeen democratische instelling, maar een huisgezin Gods(3:15).

Omdat Timotheüs de leer die Paulus verkondigde, goedhad opgenomen en ook doorgaf, spreekt de apostel dat hijeen wettige nakomeling van hem was. Hij had een 'aardjenaar zijn vaartje'. De geestelijke nalatenschap van Pauluskon hem worden toevertrouwd. Omdat hij aan zijn kindschrijft, is de brief zeer persoonlijk gesteld in zijntoespelingen, vermaningen en gemaakte reisplannen. Wedenken bijvoorbeeld ook aan de raad die hij Timotheüs gafom een weinig wijn te gebruiken in plaats van alleenwater, een advies waarover men zelfs in onze tijd nogdiscussieert.

Het lijkt enigszins vreemd dat Paulus zich aan zijn jongevriend en medewerker voorstelt als 'apostel', alsofTimotheüs dit niet wist. Deze brief reikt evenwel verderdan een vertrouwelijk en persoonlijk schrijven. Bij hetgebruik van het woord 'apostel' weet Paulus dat hij vooriedere zin die hij schrijft, voor God verantwoordelijk is.Hij doet dit immers in opdracht van God, zijn zender enmet diens gezag. Daarom heeft ook dit epistel voor onsautoriteit en behoort het tot het ingegeven schriftwoord,dat nuttig is om te onderrichten, te weerleggen, teverbeteren en op te voeden in de gerechtigheid (2 Tim.3:16).

Ook weet de evangelist-voorganger Timotheüs dat zijnoptreden hiermee volledig door het apostolische gezagwerd gedekt. Paulus was een 'apostel' of 'gezondene' vanChristus Jezus, want hij bracht het evangelie dat zijn Heerook eenmaal predikte, namelijk dat van het Koninkrijk der

Page 13: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hemelen. Op de weg naar Damascus had Jezus dezeafgevaardigde voor het eerst geroepen voor zijnaposteltaak. Zelf was hij dus een legitiem 'kind' vanChristus, zoals Timotheüs dit weer van hem was. Op dezewijze werd de belofte aan Jezus vervuld: 'Wanneer HijZichzelf ten schuldoffer gesteld zal hebben, zal hijnakomelingen zien' (Jes.53:10).

Paulus ontvouwde de gedachten van God, niet zoals deprofeten van het oude verbond dit hadden gedaan, wantdie hadden geen kennis van de hemelse gewesten nochvan de genade die voor Jood en heiden die zich in ChristusJezus bevond, was bestemd. Hij was een apostel voor deonbesnedenen, die door zijn prediking werden besnedennaar de innerlijke mens. Hij was zeker geen tweede-rangsapostel, want alleen 'zijn' evangelie was in staat hetganse menselijke geslacht te redden.

Heel merkwaardig noemt Paulus hier God onze Heiland ofZaligmaker, want hij wist maar al te goed dat hetreddingsplan van de Vader der lichten was uitgegaan,zoals ook in Jesaja 4 5:21 staat: 'Er is geen God behalveIk, een rechtvaardige, verlossende God is er buiten Mijniet'. De psalmist schreef menigmaal over' de God desheils', of ook over 'de Here is mijn licht en mijn heil'.

De apostel noemt Christus Jezus onze hoop, omdat deze isaangewezen en op Zich heeft genomen het goddelijkeherstelplan ten uitvoer te brengen. Onze hoop is, dat Hijdie een goed werk is begonnen door de schuld dermensheid weg te nemen, het voornemen van God ook zalvolbrengen, zodat wij mensen Gods zullen zijn, tot allegoed werk volkomen toegerust, en een gemeente zullen

Page 14: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

vormen zonder vlek of rimpel, een woonstede Gods in degeestelijke wereld.

Op zijn waar kind Timotheüs legt nu de apostel zijn zegen.De jonge evangelist-voorganger ontvangt genade, dat ishet gehele pakket van Gods gunstbewijzen. Hij bevindtzich dan in de realiteit van de uitspraak, dat Godbarmhartig is jegens allen die Hij barmhartig zal zijn(Rom. 9:15). In deze barmhartigheid ligt de oorzaak vande verheffing en begenadigingvan de zondaar. Timotheüswas door het geloof aan de prediking van Paulus, inChristus Jezus gekomen, want de genade, debarmhartigheid en de ontferming van God zijn door Jezusnaar ons toegekomen. (Joh. 1:17). Ook de vrede Gods, datis de afwezigheid van elke levensstoornis in de geestelijkewereld, is in Hem, die sprak: 'Vrede laat Ik u, mijn vredegeef Ik u'. (Joh. 14:27).

Wij willen de aandacht vestigen op de verschillendepersoonsnamen die voor onze Heer en voor zijn gemeentein het Nieuwe Testament worden gebruikt:1. Jezus, de naam van de Zoon des mensen die Hem bij

zijn geboorte werd gegeven en die betekent: redder ofhersteller.

2. Jezus Christus, ook een naam persoonlijk voor onzeHeer, waarbij de nadruk wordt gelegd, dat Hij gezalfdwas met de Heilige Geest om Zich een gemeente tevergaderen, waarover Hij koning en priester zou zijn.

3. Christus Jezus is de naam voor de met de HeiligeGeest gedoopte gemeente, wier hoofd de mens Jezusis.

4. Christus, dit is gezalfde, waarmee Jezus wordtaangeduid en ook soms de gemeente, die toch ook uitgezalfden met de Heilige Geest bestaat. Wij zien deze

Page 15: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

naamsoverdracht meer in de Heilige Schrift. Zo wordtde naam Israël gebruikt voor een aartsvader, maar ookvoor het volk dat tot zijn nageslacht behoort. Zo staatin Openbaring 11:15, dat het koningschap over dewereld is gekomen aan onze Heer en aan zijn gezalfde,dat is zijn gemeente.

In onze korte perikoop is tot driemaal toe sprake van'Christus Jezus', dit wil zeggen van het lichaam vanChristus of de gemeente, waarvan Jezus het hoofd is endie aan zijn gemeente deze apostel schonk.

3,4. Doe zoals ik u bij mijn reis naar Macedoniëaangeraden heb: blijf nog te Eféze, om sommigen tebevelen geen andere leer te brengen, noch zich bezig tehouden met fabels en eindeloze geslachtsregisters, dieveeleer moeilijkheden tengevolge hebben dan doorGodgegeven leiding in het geloof.

Met deze verzen begint de eigenlijke brief en wel met eenvermaning of bevel. Paulus had er een bedoeling meegehad toen hij Timotheüs in Eféze achterliet, want daarwas nog een en ander te doen. Er waren daar mensen dieeen leer verkondigden, welke afweek van het evangeliedat de apostel had verkondigd. Deze gebruikt nu zijnautoriteit over Timotheüs en die over de gemeente om inte grijpen. Er staat: 'Zoals ik u heb opgedragen in Eféze teblijven, toen ik naar Macedonië vertrok, opdat gij zekerepersonen zoudt bevelen niets vreemds te leren'.

Paulus heeft het recht zijn medewerker iets op te dragen inverband met diens prediking. Deze zal op zijn beurt weermet gezag moeten optreden in de gemeente van Eféze.

Page 16: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

God wil immers niet dat ieder lid van de gemeente maarleert en doet wat goed is in eigen ogen. Men behoort zichte onderwerpen aan de door God gegeven leiding enleiders. De bevelen van Paulus en van Timotheüs nichtenzich op de geestelijke welstand van de gemeente.Timotheüs moet sommigen in Eféze gelasten geen andereleer te brengen. Het gaat hier dus om 'beveel en leer dit'(4:11).

Zo moet Timotheüs ook bevelen dat de gemeenteleden eenonberispelijk leven leiden (5:7). Hij moet ook de rijken depin op de neus zetten, opdat zij zich niet hooghartig zullengedragen (6:17). Wij merken hier dus iets van degezagsverhoudingen in de eerste christengemeenten. Ookdaar gold het gebod: 'Ieder mens moet zich onderwerpenaan de overheden, die boven hem staan' (Rom. 13:1). Hetgaat bij de apostel niet om zeggenschap over denatuurlijke dingen, want daartoe heeft God zijndienstknechten niet geroepen, maar om een zuivergeestelijk gezag uit te oefenen.

Paulus weet dat zijn jonge medewerker precies zo denktals hij en daarom ook zo zal leren als hijzelf zou doen.Deze wetenschap vormt de onverbrekelijkevertrouwensband tussen de oude apostel met de jeugdigeevangelist. Zij is een schoolvoorbeeld van samenwerking,die er is tussen een geroepen voorganger en de oudstenvan een gemeente. Deze verbondenheid berust op eeneenheid van denken en een zelfde gezindheid. Hiervansprak de Heer, toen Hij bad: 'Opdat zij één zijn, gelijk Wijéén zijn: Ik in hen en Gij in Mij, dat zij volmaakt zijn totéén'(Joh. 17:22,23).

Page 17: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Timotheüs mocht dus niet met Paulus meereizen, ook nietweglopen van zijn post vanwege gerezen moeilijkheden,maar hij moest zijn gezag laten gelden. Zo mag eenvoorganger ook zijn post niet verlaten vanwege bepaaldetegenstand in de gemeente. Hij is de leider en mag dus nietopzij gaan voor hen die de leiding uit zijn handen willennemen. Wie zich tegen de van God gegeven leiderverzet,doet beter heen te gaan, want hij heeft zich immersvrijwillig onder de voorganger gesteld. Daarom zien weook hier: 'Wie zich tegen de overheid verzet, wederstaat deinstelling Gods, en wie dit doen, zullen een oordeel overzich brengen'(Rom. 13:2).

Timotheüs moet niet discussiëren maar het woordverkondigen, hetzij het de gemeente gelegen komt ofongelegen (2 Tim. 4:2). In haar kunnen Paulus en daaromook Timotheüs hun leergezag laten gelden. Niet deleerlingen geven de lessen maar de leraars.

Hoogstwaarschijnlijk waren er onder de dwaalleraarsgoede redenaars, maar dezen stelden zich het doel van hetevangelie, namelijk het herstel en de volkomenheid nietvoor ogen, 'want elk van God ingegeven - of geïnspireerdschriftwoord is ook nuttig om te onderrichten, teweerleggen, te verbeteren en op te voeden in degerechtigheid, opdat de mens Gods volkomen zij, tot allegoedwerk volkomen toegerust' (2 Tim. 3:16,17).

De tegenstanders verdiepten zich niet in het evangelie vanhet Koninkrijk der hemelen dat Jezus verkondigde, maarzij hielden de gelovigen met allerlei interessante maaraards gerichte weetjes bezig.

Page 18: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Zij vertelden fabeltjes die niet geworteld waren in dewaarheid van het eeuwige, reddende evangelie, of zoals erletterlijk staat, vertelden zij 'mythen' of verhalen waarinheidense goden of halfgoden een rol speelden.Waarschijnlijk vulden zij dan voor deze goden enhalfgoden de namen van de Vader en zijn Zoon Jezus in.Ook pluisden de judáisten onder hen de aloudegeslachtsregisters na. Deze genealogischeonderscheidingen bewerkten bij hen een occulte band metde voorgeslachten en zij waren volkomen in strijd met deleer van het Koninkrijk der hemelen, waar geen enkelenatuurlijke afstamming rechtsgeldig is of erkend wordt.

In de dagen van Paulus was het Jodendom in verband metdeze geslachtsregisters ook bezig met de getallen mystiek,wat tot allerlei voorspellingen leidde. Dit alles werd voorde Joodse christenen in een gemeente uit de heidenen eenoorzaak, dat zij zich op hun afstamming lieten voorstaan.Het gevolg was dat er in de gemeente, die gemengd Joodsen heidens was, allerlei moeilijkheden en wrijvingenontstonden, en de prediking niet aan haar doel konbeantwoorden.

Merk nu op dat de apostel in de verzen 12-17 God ervoordankt dat hij geroepen was zo'n voorname plaats in deevangelieverkondiging in te nemen. God zelf had hem inde bediening gesteld. In de verzen 18-20 van dit hoofdstukkomt hij dan weer terug op zijn oorspronkelijk thema ennoemt hij zelfs twee notoire tegenstanders van zijnevangelie bij name.

De leer mag niet uitlopen op allerlei getwist overonwezenlijke zaken, die geen redding en heil voor demens beogen. Het onderricht moet evenwel leiding geven

Page 19: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

in het geloof. Dit is immers door het horen en het horenweer door het gepredikte woord van God. Wanneer deprediking zuiver is afgesteld op de eeuwige gedachten vanGod om de mens te verlossen, te vervullen en op de troonvan God te brengen, zal het geloof de inhoud van deprediking overnemen en het zal versterkt en opgebouwdworden.

Een dwaling is een leer welke dingen verkondigt, die nietter zake dienende zijn en die niet overeenkomen met hetheilsplan van God. Het gaat over leiding van God in hetgeloof. Er staat hier 'economie' van God in het geloof. Ditwoord betekent: huishoudkunde, beheer of bestuur. Hetgaat dan over de goddelijke 'heilsorde' (Leidse vert.), ofgoddelijke 'heilsopvoeding' in het geloof (vert. Brouwer)of 'geloofsbedeling' Gods (Can. Vert.). Er is dus sprakevan leiding in de geloofshuishouding.

Al moet men in de natuurlijke dingen toegevend zijn en inplaats van één mijl, twee mijlen met de tegenstandermeegaan, wat de leer betreft, geldt het: 'Maar ook alzouden wij, of een engel uit de hemel, u een evangelieverkondigen, afwijkend van hetgeen wij u verkondigdhebben, die zij vervloekt!' (Gal. 1:8). Het christendom isniet te verenigen met Joodse gedachten en ook niet metheidense filosofieën, maar het gaat een eigen weg door hetKoninkrijk der hemelen. Deze leer moetcentraal staan enwij mogen de aandacht niet laten afleiden door ons metallerlei kwesties bezig te houden, die het plan van Godniet raken. Conservatisme, traditie, en het verheffen vanhet bestaande, blokkeren de ontwikkeling van hetevangeliezaad tot stengel, tot aar en tot de volle vrucht.

Page 20: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

5. En het doel van alle vermaning is liefde uit een reinhart, uit een goed geweten en een ongeveinsd geloof.

Het doel van de vermaning, van het gebod (St. vert.), ofvan de prediking (Can. vert.), of zoals in vers 3 wasweergegeven 'het bevelen', is om iemand, wiens liefde totGod en zijn naaste is verkild, of wiens hart door bozemachten of zondige daden is verontreinigd, of wiensgeweten onzuiver werkt en dreigt toegeschroeid teworden, of wiens geloof niet meer gericht is op dewaarheid maar op de dwaling of de leugen, om zo'npersoon terug te brengen in het goede spoor van de eersteliefde, van reinheid, van zuiverheid en van waarheid. Zoiets wordt niet bereikt door de gelovige die bezig is metverhaaltjes, geslachtsregisters en andere misschieninteressante dingen, maar alleen door hem die de .zuivereleer van Jezus aangaande het Koninkrijk der hemelenverkondigt en het herstel beoogt en die er dan zelf ook uitleeft. Ook Paulus beoogde dit doel met zijn vermaningen.

Men moet zich dus ernstig afvragen: waarom ga ik iemandvenmanen of hem voorschriften geven? Is het om zijnpersoon aan eigen gedachten of cultuurpatroon aan tepassen? Is het misschien om zichzelf te verheffen en eenander te kleineren, hem eens goed de waarheid te zeggenof zelfs te kwetsen, of 'tegen de muur te zetten'? Is hetmisschien om eigen gezag te laten gelden of eigengeïrriteerdheid of agressie af te reageren? Of is er zoveelgoddelijke liefde in het hart dat men werkelijk de anderwil behouden en hem terug wil brengen in de zuiveregemeenschap met God en zijn naaste, opdat het leven vanGod weer in de persoon die vermaand moest worden, kanfunctioneren?

Page 21: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Men kan om iemand tot dit doel te brengen ook niet detalrijke dwalingen gebruiken, waarin het christendom aleeuwen lang is verstikt geraakt. Wie de erfzondeleeraanhangt, kan niet verwachten dat zijn prediking de mensGods te voorschijn brengt, maar wel dat de mens zondaarblijft tot de dood. Een uitverkiezingsleer maakt de hoorderonmachtig om zich zelfs te bekeren. De Israël-leer heeftgeen enkel nut om het leven in een toehoorder te heiligenen te reinigen.

Evenmin kan dit een 'evangelie' dat zich voortdurendbezighoudt met de politiek, met de sociale ontwikkelingvan de derde wereldlanden - op zijn best met humanebedoelingen - maar die niets uit te staan heeft met hetevangelie van het Koninkrijk der hemelen. Om het goedein de ander te bewerken zal men discipel van hetKoninkrijk der hemelen moeten zijn, die uit zijn voorraadnieuwe en oude dingen tevoorschijn brengt en diezodoende goede leiding geeft aan het geloof (Matth.13:52).

Slechts de liefde Gods die met de Heilige Geest isuitgestort in een rein hart, kan zich volkomen positiefinstellen op God en op de naaste. Een rein hart is deinwendige mens die gereinigd is van alle besef van kwaadvanwege het bloed van Christus, en dat rein blijft door dewerking van de Heilige Geest. In zo'n hart kan dan de elsder wet vervuld worden: God liefhebben boven alles en denaaste als zichzelf (Rom. 8:4).

Het geweten is het gesprek tussen de geest, de drager vande wetten van God, en de ziel, die zo menigmaal blootstaat aan de verleidingen van boze geesten. Dit gewetenzal zuiver functioneren en geen enkel compromis met de

Page 22: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

leugen en de zonde aangaan, wanneer het rekering houdtmet het Woord van God en zich afstemt op de HeiligeGeest. Een mens met een goed geweten, die dus innerlijkniet aangeklaagd wordt, weet dat hij recht tegenover Godstaat en ook tegen alles wat vanuit de onzienlijke wereldtot hem komt. De geest van de christen wordt immersversterkt door de Heilige Geest, die in het bijzonder dewet van God in het hart en in het verstand schrijft. Hetzielenleven van zulk een mens zal dan onder leiding staanvan de menselijke geest verbonden met de Heilige Geest.

Tenslotte betekent het geveinsd geloof een gedachtewerelddie zich voordoet als komende van God, maar die met dewoorden en de mening van de Geest niet overeenstemt.Het is het geloof van een 'hypocriet' of van eentoneelspeler, die zich voordoet als iemand die hij inwerkelijkheid niet is. Een ongeveinsd geloof aanvaardt dewoorden en de gedachten van God, die de mens tot hetdoel voeren van het zoonschap.

Men kan iemand niet vermanen, indien mengeen liefde totde broeder en zuster heeft, en als men zelf niet leeft meteen rein hart, een goed geweten en een ongeveinsd geloof.Men kan voorde ander slechts een doel najagen, dat ineigen leven ook een realiteit is. Ook is het onmogelijkmensen te vermanen en tot bekering te brengen, indien zijhet fundament van het geloof gekend en ervaren hebben,en zelfs bezig zijn geweest erop te bouwen, maar hethebben verworpen (Hebr. 6:4-6).

6, 7. Door dit spoor te verlaten zijn sommigen vervallentot ijdel gepraat; zij willen leraars der wet zijn, zonder

Page 23: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

ook maar te beseffen wat zij zeggen of waarover zij zostellig spreken.

Christendom is een manier van denken en leven. Het heefttot doel: heiliging, dat is afzondering van de boze geesten,herstel en volkomenheid. De drie in vers 5 genoemdenoodzakelijke eigenschappen: liefde uit een rein hart, uiteen goed geweten en een ongeveinsd geloof, mogendaarom nooit uit het oog worden verloren. De prediking ofde vermaning moet hier voortdurend op gericht zijn.Verlaat men de weg van de waarheid, die van degerechtigheid en die van de volkomenheid, dan wordt deprediking zinloos gepraat en wordt niemand meeropgebouwd. Men kan lezen: sommigen verliezen het doeluit het oog, wijken af en houden zich bezig met een ijdelwoordenspel. Zij vervallen dan in eindeloze discussieswaardoor de gemeente niet wordt opgebouwd, maar welonrustig wordt. Er komen dan spanningen en de eenheidwordt verstoord.

Ongetwijfeld had Timotheüs in Eféze last van dejudáiserende broeders. Dit blijkt wel uit de opmerking datsommigen 'wetsleraars' wilden zijn. Dezeoudtestamentisch georiënteerde christenen baseerden dushun oordeel over goed en kwaad op de inzichten, die zijaan de wet van Mozes ontleenden. Zij spraken dan meteen zeker gezag als mensen, die het konden weten. Zijbegrepen niet dat de oude bedeling had afgedaan en dat'verandering van wet' had plaatsgevonden.

De wet van Mozes was verjaard en verouderd en nabij deverdwijning (Hebr. 7:12; 8:13). De judaistisch gezindeleraars trachtten hun leerlingen het verschil duidelijk temaken tussen goed en kwaad. Hun oordeel berustte

Page 24: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

evenwel niet op eenjuist inzicht in het Koninkrijk derhemelen, maar zij onderscheidden alleen de dingen diezich in de zichtbare wereld voordeden: sabbatsviering,spijswetten en besnijdenis. Dan konden ze ook nog wijzenop uitbrekende zonden, waardoor de wet van God werdovertreden, zoals diefstal, doodslag of echtbreuk. Deonzichtbare machten die de mens verleiden, pressen,verzieken en doen zondigen, merkten zij evenwel niet op.Daarom begrepen zijniet eens wat ze zeiden en wat ze zostellig beweerden, omdat ze niet doordrongen tot hetwezen van goed en kwaad in de geestelijke wereld.

Wie leraar 'wil' zijn, zal er des te strenger om wordengeoordeeld, schreef Jacobus. Wanneer de leraarvan eenverkeerd principe uitgaat, bijvoorbeeld van het nalevenvan de Mozaïsche wet, doet hij zijn leerlingen dwalen. Hetonderhouden van bepaalde voorschriften wordt dan debasis van de verlossing, en niet Christus. Daarom streedPaulus tot aan het einde van zijn leven tegen dezepredikers, die niet zagen dat de Mozaïsche wet tot eenvoorbijgaand tijdperk behoorde. In zijn brief aan deGalaten merkte de apostel op, dat door wetsinspanningniemand gerechtvaardigd wordt, want de rechtvaardigeleeft uit zijn geloof.

De wet gaat buiten Christus om. Ze heeft Hem niet nodigen daarom kan ze niemand helpen. Ze kan alleen gebruiktworden door de ordenende, zwakke wereldgeesten diewerkzaam zijn in overheidspersonen, die het zwaard vande vergelding niet tevergeefs dragen.

8. Wij weten, dat de wet goed is, indien iemand haarwettig toepast,

Page 25: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Paulus schrijft aan Timotheüs: 'Wij weten.... ' Hij heeft duswél inzicht in de overgang van het oude naar het nieuweverbond. Hij kende de volledige wet van Mozes in haartheorie en in haar praktische toepassing, maar hij wist ookwaarom hij met het oude systeem had gebroken. De wetwas eenmaal een goed en voortreffelijk hulpmiddel datGod had gegeven om een natuurlijk volk in het goedespoor te houden: 'Om de overtredingen te doen blijken,was zij erbij gevoegd, totdat het zaad zou komen, waaropde belofte sloeg'. Zij was destijds een goede tuchtmeester'geweest' tot Christus. Deze leidde evenwel een nieuwtijdperk in, namelijk die van de gerechtigheid die door hetgeloof is (Gal. 3:19, 24).

In Romeinen 7:12 schrijft de apostel: 'De wet is heilig, enook het gebod is heilig en goed'. 'Men moet haarovereenkomstig haar eigen aard weten toe te passen' luidtonze tekst in de vertaling Brouwer. Een auto kanvoortreffelijk zijn, maar men moet wel zijn rijbewijshebben om haar te kunnen besturen, anders wordt hetgoede voorwerp de oorzaak van veel ellende. Zo kan eengebonden mens in wie de boze geesten mee vibreren dewet niet houden, want de demonen zijn wetteloos. Alleenvrije mensen zijn in staat om de wet te houden.

Wanneer gebonden mensen dit trachten, beginnen de bozemachten in hen zich te roeren en dwingen ze hen wettelozedaden te doen. Paulus schreef als vertegenwoordiger vaneen wetsgetrouw volk, dat evenwel bezet was doormachten der duisternis: 'De zonde(macht) heeft, uitgaandevan het gebod, mij misleid en door middel daarvangedood'(Rom. 7:11). Een volk dat een wet tergerechtigheid najaagde, werd zo door de machten der

Page 26: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

duisternis opgezweept, dat het tenslotte de Rechtvaardigeaan het kruis sloeg en doodde. De goedwillendewetsbetrachter moest belijden: 'Indien ik nu wat ik nietwens, toch doe, stem ik toe dat de wet goed is. Doch danbewerk ik het niet meer, maar de zonde(macht) die in mijwoont'(Rom. 7:16, 17).

Daarom heeft een gebonden mens niets aan de wet, wantdeze prikkelt alleen maar de boze geesten in de mens totfeller verzet. De wet veroordeelt zo'n mens en deze moetbelijden: ik, ellendig, afgetobd en afgebeuld mens, die demoed heeft opgegeven, - want 'het gebod dat ten levenmoest leiden, bleek voor mij juist ten dode te zijn'- wie zalmij bevrijden uit het lichaam dezes doods, waarin de Godevijandige machten opereren? Het blijde antwoord wordtdan: 'Gode zij dankdoor Jezus Christus, onze Here!' (Rom.7:10,24,25). Verloste en bevrijde mensen kunnen de wetwettig toepassen en haar eisen vervullen.

9-11. wel wetend, dat de wet niet gesteld is voor derechtvaardige, maar voor wettelozen en tuchtelozen, voorgoddelozen en zondaars, voor onverlaten en onheiligen,voor vadermoorders en moedermoorders en doodslagers,hoereerders, knapenschenders, zielverkopers, leugenaars,meinedigen, en al wat verder ingaat tegen de gezondeleer, in overeenstemming met het evangelie derheerlijkheid van de zalige God, dat mij is toevertrouwd.

De wet is niet gemaakt voor rechtvaardige mensen, wantdezen leven met God en onderhouden vanzelfsprekendzijn geboden. De geest van de niet gebonden, vrije mens isimmers de drager van de wet Gods. Deze is ingeschrevenin zijn hart en gelegd in zijn verstand. Een waarlijk vrij

Page 27: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

mens kiest altijd het goede en doet het goede, want demens is goed! Job had geen enkele kennisvan de wet vande Sinaï, maar toch getuigde God van hem: 'Niemand opaarde is als hij, zó vroom en oprecht, godvrezend enwijkende van het kwaad' (Job 1:8).

Hoewel Job geen volmaakt geestelijk mens was, werd hijtoch een rechtvaardige genoemd en beantwoordde zijnleven aan de els der wet: hij had God lief boven alles enzijn naaste als zichzelf. Abraham, Izak en Jakob hadden dewet ook niet nodig, want zij geloofden in God en dit werdhun tot rechtvaardigheid gerekend. Israël evenwelgeloofde niet in de woorden en beloften van God. Het waseen murmurerend en opstandig volk met een verhard hart,dit wil zeggen dat het door boze geesten was bezet.

Daarom gaf God het een wet, opdat het zou zien waarinhet verkeerd ging. Bovendien gaf Hij in de offerandenwelke in geloof werden gebracht, een middel totverzoening. Deze verwierf men door het geloof dat zonderbloedstorting er geen toegang was tot de vergeving vanzonden. De nauwkeurige wetsbetrachting leidde tot eengerechtigheid die naar de wet is. Zo staat van Zacharias enElisabeth opgetekend: 'Zij waren beiden rechtvaardig voorGod en leefden naar alle geboden en eisen des Heren,onberispelijk'(Luc. 1:6).

De apostel schrijft hier: de wet is niet gemaakt voorrechtvaardigen, maar voor zondaars van allerlei soort, omhen een spiegel voor te houden, en een mogelijkheid teschenken toch nog gerechtvaardigd te worden door hetdoen van goede werken, zoals ook het brengen van offersde verzoening afschaduwde, of door de straf te ondergaandie de wet oplegde, of door een boete te betalen.

Page 28: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Zo is het gebod: gij zult niet stelen, niet gegeven aanmensen die geneigd zijn hun naaste wel te doen. Hetgebod: gij zult niet echtbreken, is niet voor derechtvaardige, trouwe echtgenoot, die zijn vrouw liefheeftevenals Christus zijn gemeente heeft liefgehad en Zichvoor haar overgegeven heeft (Ef 5:25). Hij behoeft dehuwelijkswetten niet te kennen. Zo wijst het feit, datiemand zich bij een advocaat op de hoogte gaat stellen vande huwelijkswetten, erop, dat zo'n persoon de bedoelingheeft zich te laten scheiden van zijn vrouw.

Alle zonden die genoemd worden, gaan ook in tegen derechtvaardigheid van het nieuwe verbond. Deze zondelijstheeft wel een unieke plaats in het Nieuwe Testament. Zijgeeft ons een kort overzicht van allerlei verdorvenhedenvan de mens. die vanwege de inwoningvan boze geestenelke eerbied voor de goddelijke wetten en heiligevoorschriften mist.

De eerste twee genoemde zondaars zijn de wettelozen entuchtelozen of letterlijk de niet-onderworpenen, deweerspannigen. Zij storen zich niet aan enig gezag.Wetteloosheid is een speciaal kenmerk van de eindtijd.Men erkent geen autoriteit meer in staat en maatschappij,in gezin en in huwelijksleven, maar ook is er eengezagscrisis in ,de kerken. Zij die geheel doorwettelozegeesten worden geleid en die weigeren zich aan eniggezag te onderwerpen, vormen de gemeente van deantichrist, die dit demonisch geheimenis der wetteloosheidin haar volle realiteit zal openbaren. De tuchtelozenspreken tegen de Here en zijn gezalfde: Iaat ons hunbanden verscheuren en hun touwen van ons werpen' (Ps.2:2,3).

Page 29: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Goddelozen zijn zij die geen enkel ontzag voor degoddelijke autoriteit hebben en die zich van deAllerhoogste niets aantrekken. Zondaars zijn hier demisdadigers, die een ergerlijk leven leiden. Dan is de wetook gegeven aan onverlaten en onheiligen'. Ze zijn zondereerbied tegenover hetgeen heilig is en rein. Men vindthaarvertegenwoordigers in de moderne literatuur, in demuziekwereld, in radio en pers.

De volgende zonden zijn de ergste vormen vanovertredingen van de tweede tafel der wet. Ze betreffenallereerst het gebod: gij zult niet doodslaan. Ze sparenzelfs het leven niet van vader en moeder. Het zijn duskinderen die misschien nog niet letterlijk doodslagers zijn,maar die toch de oorzaak zijn van een fel verdriet bij deouders: een nagel aan hun doodskist. In onze tijd zouPaulus erbij kunnen voegen: kindermoorders, vanwege degruwelijke abortuspraktijken waardoor openlijk de wettenGods geschonden worden.

Dan komen de zonden tegen het zevende gebod, tegen hetsexuele kwaad in zijn gruwelijkste vormen: hoereerders,waarin het Griekse woord 'porno' gebruikt is.Knapenschenders of pederasten of homoseksuelen,bedrijvers van kwaad dat allerwegen in onze samenlevingis aanvaard, tot in de zogenaamde christelijke kerken toe.Ontucht is voor velen een normale zaak geworden.

Dan volgen de mensenrovers of zielverkopers (Deut.24:7). Denk eens aan de gijzelingsdrama's, waarbijonschuldigen als koopwaar worden behandeld. Verderworden de leugenaars en meinedigen genoemd, die tegenhet negende gebod zondigen. Dit kwaad voert naar demaatschappelijke chaos, waar niemand meer de ander

Page 30: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

vertrouwen kan en het gehele gezagsapparaat ondermijndwordt.

Een leer is gezond wanneer zij de mens gezond maakt naargeest, ziel en lichaam. Zij leidt op een weg waar allegenoemde zonden niet worden gevonden, maar die inovereenstemming is met het evangelie, dat de mens voertvan de rechtvaardigheid door het geloof tot heil enheerlijkheid. Een gezonde leer bevordert het ware leven,zodat de mens aan zijn bestemming gaat beantwoorden.De gezonde leer staat tegenover de dwaling, waaruit geenlicht en leven stralen, maar waaruit angst enneerslachtigheid voortkomen.

De zalige God is zelf vol van heerlijkheid en Hij schenktheerlijkheid. Dit is het evangelie dat God aan Paulustoevertrouwde en ook Timotheüs moest verkondigen. Hetis het evangelie dat de roem van de zalige God bevat, het'roemrijke evangelie' (Katholieke Bijbelstichting). Hetevangelie is dus een boodschap van overwinning door deroemrijke God, en door Hem bedacht, terwijl onze HeerJezus Christus het bekend maakte en op betrouwbare wijzeaan Paulus overleverde.

12. Ik breng dank aan Hem, die mij kracht gegeven heeft,Christus Jezus, onze Here, dat Hij mij getrouw geachtheeft, daar Hij mij in de bediening gesteld heeft,

Paulus schreef in de vorige perikoop over de gezonde leeren hier brengt hij dank aan zijn Heer, dat hij dieheilsboodschap mag verkondigen. Hij looft Christus Jezusdie hem tot de taak had bekwaamd en gesterkt om hetheerlijke, bevrijdende evangelie van het Koninkrijk der

Page 31: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hemelen overal bekend te maken. Daarbij was Paulus zichdiep bewust dat hij deze uitverkiezing tot apostel niet aanenige verdienste zijnerzijds had te danken.

Hij had immers nooit in de kring van de discipelenverkeerd, had ook hun geestelijke opleiding niet genoten,terwijl daarentegen zijn antecedenten, de omstandighedenuit zijn vroeger leven, de toets van de kritiek niet kondendoorstaan. Hij was niet alleen zonder enige verdienste,maar had wel vele slechte, godsdienstige prestatiesgeleverd. Het was daarom louter genade dat ook zijn naamwas geschreven te midden van de namen der apostelen vanhet Lam op de fundamenten der muren van het hemelseJeruzalem.

Christus Jezus zélf had hem uitgekozen zoals Hij ook deandere discipelen had geroepen. De grote kenner derharten had hem betrouwbaar geacht en waardig gekeurdom in de 'bediening' te staan. Dit woord 'bediening' is eenecht Paulinische uitdrukking voor zijn apostolaat,waardoor de dienstbaarheid (diakonia) aan de mensheid inhet algemeen en de christenheid In het bijzonder wordtgeaccentueerd. De Heer wist dat deze fanatieke vijand nazijn bekering in staat zou zijn het evangelie derheerlijkheid van Christus door te geven als een krachtGods tot behoud. Evenals de hogepriester Jozua, die metvuile klederen bekleed voor de engel des Heren stond, wasook Paulus als een brandhout uit het vuur gerukt (Zach.3:2).

Duidelijk beklemtoont Paulus hier zijn autoriteit vanwegezijn hemelse roeping met uitsluiting van enig menselijkegeschiktheid of bevoegdheid. Hij dankte zijn apostelschapniet aan zijn religieuze opvoeding, of aan liefde tot de

Page 32: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

naaste, of aan een deugdzaam leven, of aan allerleigodsdienstige activiteiten, of zelfs niet aan een uitgebreidekennis van wet en profeten. maar louter en alleen aan eenrechtstreekse roeping uit de hemel, toen hij op wegwasnaar Damascus met de bedoeling daar de gemeente vanJezus Christus te vervolgen.

Zo moet ook iedere dienstknechtvan God, hoe hoog ofgering ook, zeker zijn van zijn roeping. De christen diegeen roeping heeft en toch iets wil zijn in het Koninkrijkder hemelen, zal altijd de van God geroependienstknechten voor de voeten lopen. Uiteindelijk heefteenware dienaar van Jezus Christus zijn aanstelling nietvan mensen maarvan God en dit zal blijken uit zijn rust,uit zijn zekerheid, uit zijn standvastigheid en uit zijnwerken.

13. hoewel ik vroeger een godslasteraar en een vervolgeren een geweldenaar was. Maar mij is ontferming bewezen,omdat ik het in mijn onwetendheid uit ongeloof gedaanheb,

Paulus is zich terdege bewust dat het niet aan zijnverdienste te danken was, dat de Heer hem het apostolaathad toevertrouwd. Zijn stipt getrouwe wetsbetrachting wasvoor de Heer van nul en generlei waarde geweest.Christendom en Jodendom werken met onverenigbareprincipes, want de apostel kon belijden: 'Naar mijn ijvereen vervolger van de gemeente, naar de gerechtigheid derwet onberispelijk' (Filip. 3:6).

Met de uitspraak: doe dit en gij zult leven, speculeert dewet immers op de onafhankelijkheidszin en de innerlijke

Page 33: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

kracht van de goedwillende mens, die evenwel in demeeste gevallen toch ergens is gebonden aan de machtender duisternis, die in hem rebelleren, indien hij het goedetracht te doen. 'Want wie de gehele wet houdt, maar opéén punt struikelt, is schuldig geworden aan alle geboden'(Jac. 2:10). Een gebonden mens kan de wet van God niethouden (zie verder de aantekeningen bij vers 8).

Wat doen nu vele wetsbetrachters? Zij verleggen de voorhen onvervulbare eisen naar voorschriften en inzettingen,die ze met enige inspanning wél kunnen houden. Bij deJoden waren dit bijvoorbeeld: het geven van tienden, desabbatsviering, het vasten, het lange bidden, het zichonthouden van bepaalde spijzen, de vele wassingen en debesnijdenis. Parallel hiermee loopt de levenshouding vanbepaalde consciëntieuze, orthodoxe christenen, die eenwettische zondagsheiliging voorstaan, die een bepaalde'stemmige' kleding voorschrijven, die de vrouwenverplichten in de samenkomsten een bedekking op hethoofd te hebben, of hen daar het zwijgen opleggen, diehun religie verbinden met ernst, die gehecht zijn aan oudeformulieren en belijdenisgeschriften, die zweren bijtraditie en overleveringen der vaderen, welke allebetrekking hebben op uitwendigheden, en de reiniging vanhet hart niet kunnen bewerken.

Dit soort wetsbetrachters staat altijd vijandig tegenover deware christen, die van zijn vijanden verlost, de wet dervrijheid in zijn hart heeft geschreven. In de brief aan deGalaten beeldt de apostel deze tegenstelling uit door haarte vergelijken met de twee zonen van Abraham: Ismaël, dezoon van de slavin en Izak, de zoon van de vrije vrouw.Paulus concludeert dan mede door de kennis die hij uiteigen levenservaring had verworven: 'Maar zoals destijds

Page 34: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hij, die naar het vlees verwekt was, hem, die naar de geestverwekt was, vervolgde, zo ook nu' (Gal. 4:29).

Mensen die zich moeten inspannen om God te dienen,staan altijd vijandig ten opzichte van hen die door hungeloof zijn gerechtvaardigd zonder werken der wet.'Vrome', religieuze geesten dwingen de wetsonderhoudertot steeds grotere inspanningen in de zichtbare wereld,terwijl zij nimmer de zekerheid van het doel der wet,namelijk de gerechtigheid, kunnen verschaffen. Zo'nvoortgedreven, wettische christen heeft een afkeer van derechtvaardige, die blijmoedig en zonder inspanning zo'gemakkelijk' in gerechtigheid kan leven vanuit zijngeloof.

Hier erkent de voormalige wetsgetrouwe Farizeeër dat hijeigenlijk een godslasteraar was geweest. Hij had immersJezus, die het Woord Gods genoemd wordt, verworpen enbelasterd. Voor hem gold de uitspraak van de Heer: 'WieMij verwerpt, verwerpt ook de Vader'. Wie Jezus veracht,tast ook het goddelijke wezen aan. Paulus was eengodslasteraar geweest, omdat hij de waarheid voor deleugen hield, omdat hij de werken die Jezus gedaan had,veroordeelde als uitingen van Beëlzebul, de overste van deduivelen (Matth. 12:24).

Paulus noemt zich een vervolger van de gemeente, wanthij had zijn afkeer van de christenen omgezet in daden. Hijvervolgde de gemeente ten dode toe (Hand. 22:4). Doorfanatieke ijver gedreven, sloeg hij zowel mannen alsvrouwen in boelen. Hij gebruikte dus geweld en dat isaltijd van de duivel en dus ook van religieuze duivelen.Wanneer dezen het niet kunnen winnen door verleiding enleugen, gebruiken zij pressie, kracht en geweld, terwijl

Page 35: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

God zegt dat wij door zijn Geest zullen overwinnen.'Vrome' geesten zijn eigenlijk geweldgeesten, die zichevenwel in een vroom kleed hebben gehuld.

Er staat: 'En Saulus, nog dreiging en moord blazende tegende discipelen'(Hand. 9:1). Achter dreigen en blazen staateen geest van geweld. Geweldenaars zijn driftig, knarsenmet de tanden, en zijn uit op de vernedering en devernietiging van hun menselijke tegenstanders. De 'vrome'geweldenaars hebben instellingen als de inquisitievoortgebracht waar vele kinderen van God werdengefolterd, verminkt en gedood. De ware christen gebruiktnimmer geweld, want dit is onverenigbaar met het wezenvan de Heilige Geest. Jezus sprak: 'Leert van Mij dat Ikzachtmoedig ben' (Matth. 11:29 St. Vert.).

Paulus had in zijn leven oprecht naar God gezocht. Hijhongerde en dorstte naar de gerechtigheid, en de oprechtengaat het licht op. Er staat: 'Omdat ik onwetend was,handelde ik in ongeloof . Wanneer iemand geen kennisheeft en de dingen niet weet, kan hij ook niet geloven.Paulus handelde naar de wetenschap die hem door devaderen was bijgebracht en die hij na zijn bekeringradicaal had losgelaten. Zo zijn ook velen van ons in hunjeugd vaak op een dwaalspoor gebracht en moesten ook zijlater breken met vele dingen, die ze vroeger haddenaanvaard.

In 1 Petrus 1:18 staat, dat wij zijn vrijgekocht van onzeijdele wandel, die ons van de vaderen was overgeleverd!Deze onwetendheid was ook bij velen van ons de donkeretijd in ons leven, want wij waren buiten het KoninkrijkGods gesloten. Velen van ons waren ook vergroeid metwetticisme, met tradities, met voorschriften en met

Page 36: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gedachten der vaderen die het evangelie van Christus nietkenden.

Men kan 'willens en wetens' zondigen, maar ook inonwetendheid (2 Petr. 3:5). Bij onwetendheid vinden weeen samengaan met Gods barmhartigheid, in onze tekstuitgedrukt door het voegwoord 'omdat'. Zo kon dehogepriester eenmaal per jaar alleen verzoening doenvoorde zonden van het volk in onwetendheid bedreven(Hebr. 9:7). 'Indien wij echter opzettelijk zondigen, nadatwij" tot erkentenis der waarheid gekomen zijn, blijft ergeen offer voor de zonden meer over'(Hebr. 10:26). Paulusdiende God wel met zijn geweten, maar dit werkte nietmeer zuiver (2 Tim. 1:3). Op het kritieke ogenblik werdhet door boze geesten bespeeld, die hem tot eenbloeddorstige en wrede vervolger maakten.

Tenslotte rijst de vraag of men iemand, die een zondigleven geleid heeft, na zijn bekering tot een ambt of eenfunctie in de gemeente mag toelaten. Het voegwoord'omdat' wees er al op, dat iemand eerlijk en te goedertrouw kan hebben gehandeld. Wie evenwel 'willens enwetens' in zonde geleefd heeft, zal in dit geval wel eenzeer lange periode van voorbereiding moeten meemaken,want hij mag geen 'pas bekeerde' zijn en moet ook 'gunstigbekend staan bij de buitenstaanders' (3:6,7). Het is welopmerkelijk dat Paulus, die in onwetendheid hadgezondigd en die meende 'trouw' te zijn aan de God zijnervaderen, zeventien jaren lang zich in de eenzaamheid heeftteruggetrokken, teneinde vernieuwd te worden in zijndenken en zich open te stellen voor 'gezichten enopenbaringen des Heren' (Gal. 2:1 en 2 Cor. 12:1,2).

Page 37: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

14. en zeer overvloedig is de genade van onze Heregeweest, met het geloof en de liefde in Christus Jezus.

'Onze Here' is hierin verband met 'Christus Jezus' aan heteinde van de zin, waarschijnlijk de hemelse Vader. Dezehield geen rekering met de verkeerde daden van Paulus,maar ontfermde Zich op bijzondere wijze over hem, doorhem 'in Christus' op de weg naar Damascus te roepen endoor zelf krachtdadig in diens leven in te grijpen. Alzo liefhad God ook de verblinde maar oprechte Saulus! Dezegetuigde tegen koning Agrippa: 'Ik ben dat hemelsegezicht niet ongehoorzaam geweest' (Hand. 26:19).

Zo was Saulus zelf 'getrokken uit de duisternis tot het lichten uit de macht van de satan tot God'(Hand. 26:18). DeHere verhief hem uit de afgrond van het verkeerde Joodsedenken en gaf hem een plaats in de hemelse gewesten inChristus Jezus (Ef. 2:6). Wat aan hem geschiedde, was zogeweldig, dat hier alleen gesproken kan worden van eenzeer overvloedige of een alles te boven gaandegenadewerking. Hier was een uitverkiezende ontfermingmet een 'hyper'-overvloedige genade, die hem zelfs hetapostelambt schonk.

'Met het geloof en de liefde in Christus Jezus' wordt hierniet bedoeld, dat Paulus zou geloven in Christus Jezus enzijn liefde naar Hem zou uitgaan - wat natuurlijk op zichwel waar was - maar 'met geloof en liefde, die er is inChristus Jezus'. Zo luidt ook de Statenvertaling. De genadevan God was in Christus Jezus, het geloof van God was inChristus Jezus en de liefde van God was in Christus Jezus,toen deze Paulus nep. De volheid Gods van genade, vangeloof en van liefde woonde in Hem. Paulus kreeg dus

Page 38: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

deel aan de genade van God, dus aan het ganse pakket vandiens gunstbewijzen.

Het geloof van God dat Hij in zijn schepping en inde mensheeft, woonde ook in Christus en was nu ook in Paulusgekomen. Jezus had zelfs de smaad en het kruis aanvaardvanwege de heerlijkheid die Hij door het geloof zag. Hijgeloofde dat Hij erin zou slagen de wedergeboren mens zover op te voeren dat deze een koning en een priester zouzijn in zijn Koninkrijk, onberispelijk en gaaf en tot allegoed werk volkomen toegerust.

God had geloof in zijn Zoon en deze weer in de mens. Hijdurfde hem zelfs het hele herstelplan en de uitvoeringervan toe te vertrouwen, zoals er staat: 'Want metreikhalzend verlangen wacht de schepping op hetopenbaar worden der zonen Gods' (Rom. 8:19). Dezuchtende schepping wordt door hen bevrijd en zij nemende pressie wegvan de boze. Hier is dus sprake van hetgoddelijke geloof, dat door de Heilige Geest aan Pauluswas geschonken.

Deze gave nam in kracht toe door de vernieuwing van zijndenken evenals de liefde hierdoor een rijkere inhoudkreeg. Ook de schenkende liefde, de agapè, was door deHeilige Geest als een gave in zijn hart uitgestort (Rom.5:5). Het geloof van God door de liefde van God in onzeharten werkende is de prikkel tot een volmaakt leven.Paulus schreef. 'Zo leef ik door het geloof 'van' (en niet'in') de Zoon van God (Gal. 2:20 Staten vert. en Can.Vert.).

Hyper-overvloedig was de genade van Christus Jezusgeweest, omdat Paulus zo'n grote vijand was. Er was van

Page 39: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Christuswege ook een groot geloof nodig om van dezegeweldenaar een goed dienstknecht te maken. Er was ookveel goddelijke, schenkende liefde voor nodig geweest.Deze drie eigenschappen vormden zijn ontferming enlankmoedigheid (vers 13 en 16).

Jezus rekende het vroegere leven van Paulus hem niet toe,'want God verkondigt, met voorbijzien van de tijden deronwetendheid. heden aan de mensen, dat zij allen overaltot bekering moeten komen' (Hand. 17:30).

15. Dit is een getrouw woord en alle aanneming waard,dat Christus Jezus in de wereld gekomen is om zondarente behouden, onder welke ik een eerste plaats inneem.

Uit ervaring weet Paulus dat Gods Woord waar is enwaard is om door leder te worden aangenomen. Er staat:'Getrouw de Logos en volle aanneming waard'. Het WoordGods of de Logos is vlees geworden. Dat Woord isgetrouw, een gevleugelde uitdrukking die meerdere malendoor de apostel werd gebruikt, zoals in 3:1; 4:9; 2 Tim.2:11 en Titus 3:8. Het vleesgeworden Woord is ChristusJezus en de grondwaarheid van zijn existentie is: Hij is inde wereld gekomen om zondaars te redden en te verlossenuit de macht van de satan, teneinde ze zo temetamorfoseren dat ze zijn beeld gelijkvormig worden.

Daarom is het Woord waard om geaccepteerd te worden,want allen die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hijmacht gegeven om kinderen Gods te worden, hun die inzijn naam dus in zijn wezen geloven (Joh.. 1:12-14).Paulus getuigt dat hij onder de zondaars een eerste ofvoornaamste plaats inneemt, maar vanwege de hem

Page 40: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

bewezen ontferming stond hij ook onder de gereddezondaars vooraan. Schreef hij niet: 'Waar evenwel dezonde toenam, is de genade meer dan overvloediggeworden'? (Rom. 5:20).

Hij was een levende illustratie van de kracht van hetverlossende en herstellende Woord. Nam ook onze Heertijdens zijn leven op aarde niet menigmaal zijn intrek bijzondige mensen en sprak Hij toen niet: 'Want de Zoon desmensen is gekomen om het verlorene te zoeken en teredden'? (Luc. 19:1-10).

Paulus noemt zich hier de voornaamste der zondaars, of inEfeziërs 3:8 'de geringste van alle heiligen' of ook in 1Corinthiërs 15:8 'een ontijdig geborene', niet omdat hij deallerslechtste mens op aarde zou zijn geweest, maar omdathij als Farizeeër en dus als geestelijke leidsman, zijnvolgelingen op het verkeerde spoor had geleid. Hij zouhierom des te strenger worden geoordeeld. Hij was - instrijd met zijn eerwaardige positie - een godslasteraar eneen vervolger van de gemeente geweest. Dit alles bewijstwel dat God uit de grootste tegenstanders, indien zijoprecht zijn, nog de krachtigste getuigen te voorschijn kanbrengen. Hij bevrijdt hen van de wolven om hen totgehoorzame volgelingen te maken, die zelfs kunnenuitgroeien en ontwikkelen tot herders der schapen.

Onze Heer was gekomen om zondaars te redden. Hij wasvan Godswege geopenbaard, opdat Hij de werken desduivels in die zondaars zou verbreken (1 Joh. 3:8). Hetbehoud wordt pas volledig, wanneer eenmaal de werkenvan de boze: de leugen, de zonde, de gebondenheid, en deziekte in de mens worden vernietigd. Het Woord of ookhet evangelie van Christus Jezus verschaft ons de kennis

Page 41: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

en het inzicht om met de kracht van de Heilige Geest deduivel te weerstaan en te overwinnen.

Het redden van zondaars en hun omvorming tot heiligen isde kern van de evangelieprediking. Daarom sprak hetvleesgeworden Woord tot allen die in Hem zoudengeloven, dat zij in zijn naam de boze geesten met hun bozewerken zouden uitdrijven (Marc. 16:17). Het is dus welduidelijk dat een gemeente bezig moet zijn metevangelisatie en zending. Ook zijn haar leden geroepenom het fundament van het geloof bij pas bekeerden teleggen, opdat in de gemeente hierop kan wordenvoortgebouwd.

Behouden worden ziet niet alleen op bekering en redding,maar ook op het verdere herstel en op verdere ontplooiing.Deze tekst luidt in de Statenvertaling: Christus Jezus is inde wereld gekomen om zondaren zalig te maken, wat meerop het doel van God met de mens wijst, namelijk deontwikkeling tot man Gods.

16. Maar hiertoe is mij ontferming bewezen, dat JezusChristus in de eerste plaats in mij zijn ganselankmoedigheid zou bewijzen tot een voorbeeld voor hen.die later op Hem zouden vertrouwen ten eeuwigen leven.

Waarom heeft Jezus een man als Paulus persoonlijkgeroepen en hem genade bewezen? De apostel noemt alsreden: Christus Jezus heeft dit gedaan om de rijkdomvanzijn ontferming te tonen, daar Hij het uitgedrukte beeldvan God is. Aan Paulus werd bewaarheid dat God hetgehele menselijke geslacht zo liefhad, dat Hij zijneniggeboren Zoon ook voor de grootste der zondaren gaf.

Page 42: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Voor de tweede maal merkt de apostel op, dat er in zijnleven sprake was geweest van een volle lankmoedigheidvan Gods zijde. Deze maakte een diep gevallen zondaartot een volwaardig instrument in zijn hand.

Hij maakte iemand die zich ten dienste had gesteld aan deleugen. tot een medewerker en verkondiger van dewaarheid. De voormalige vijand en vervolger van Jezus(Hand. 9:5) zou het evangelie van het Koninkrijk derhemelen, dat de Heer in alle steden, dorpen engehuchtenvan Palestina had gepredikt, tot het zijnemakenen de hoogte en diepte ervan openbaren. Hij schrijfthierover: 'Zo heb ik van Jeruzalem uit rondreizende totIllyrië toe, de prediking van het Evangelie ván Christusvolbracht'(Rom. 15:19).

Gewoonlijk worden zonden en ziekten tot de grootstewerkzaamheden van de boze gerekend, maar hier blijktduidelijk dat de leugen en de dwaling de zwaarsteovertredingen zijn, want dit oerkwaad is uit de leugenaaren de vader der leugen.

Er staat letterlijk dat Jezus aan Paulus -'als eerste' zijnvolle lankmoedigheid zou betonen (zie vert. Brouwer). Dit'eerste' ziet dan niet op tijd of op graad, maar op 'als type'van hen die de barmhartigheden van God in ruime matezouden ondervinden. Zo was Paulus van Tarsen eenexempel geworden voor de miljoenen die in de toekomstin Christus zouden geloven en op Hem zoudenvertrouwen, teneinde het eeuwige leven te beërven. Ditlaatste in tegenstelling met al het geschapene, hetvergankelijke en het tijdelijke leven.

Page 43: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Paulus is het voorbeeld hoe de Heer de hardste hartenontvankelijk kan maken, omdat men zijn heerlijkheid, zijnmacht en zijn liefde bespeurd heeft. Men roept dan met detollenaar uit: 'O God, wees mij, zondaar, genadig'! Debekering van Paulus is het bewijs, dat iemand nooit te verweg is, of te slecht, om behouden te worden. Het gaat ermaar om of iemand geloof en vertrouwen heeft in dereddende macht van Christus Jezus.

17. De Koning der eeuwen, de onvergankelijke, deonzienlijke, de enige God, zij eer en heerlijkheid in alleeeuwigheid! Amen.

Op dit punt aangekomen gaat de apostel over in eendoxologie of lofprijzing, de hoogste vorm van gebed, wantom God te loven, moet men Hem eerst goed kennen. Menkan toch een schilder niet roemen, als men nimmer eenkunstwerk van hem heeft gezien, of als men geen enkelverstand van de schilderkunst heeft. Paulus ziet de ganserijkdom van Gods liefde, genade. wijsheld en kracht. Hijgaat God aanbidden en verheerlijken, een bezigheid in dehemelse gewesten, die de christen in de onmiddellijkenabijheid van de troon van de Almachtige brengt.

Paulus roemt God als de Koning der eeuwen of die deraeonen (spreek uit eonen), dus als degene die boven alletijdperken staatvan de eerste en van de nieuwe scheppingen die ook het herstelplan bedacht heeft. Iedere aeoonvormt een afgepast stukvan de eeuwigheid, welkezonderbegin en eindeloos is. Hij noemt God deonvergankelijke of niet corrupte, dat is die dezelfde blijft:gisteren, heden en tot in eeuwigheid, zoals ook zijn WoordJezus Christus, dezelfde is. Bij God is geen verandering of

Page 44: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

schaduw van omkeer. Hij is de onzienlijke, want God isgeest, en niemand heeft Hem ooit gezien.

De Zoon heeft Hem ons doen kennen. Tegenover deonzienlijke Koning staan de zichtbare aardse koningen dieheerschappij voeren. De titel 'koning' wordt in het NieuweTestament niet voor God gebruikt, behalve in enkeleaanhalingen uit het Oude Testament, zoals in Mattheüs5:35 en Openbaring 15:3. Het koningschap behoortimmers nu aan Christus, want deze heeft alle macht inhemel en op aarde. Hieruit blijkt het onwankelbaargeloofvan God in zijn schepping, dat Hij het koningschapweer overgeeft aan de mens. Zo schreef de apostel in 2Timótheüs 4:1, dat hij een beroep deed op het koningschapvan Christus. Diens heerschappij heeft haar hoogtepunt,wanneer 'Hij al zijn vijanden onder zijn voeten gelegdheeft'. Daarna 'zal ook de Zoon zelf Zich aan Hemonderwerpen, die Hem alles onderworpen heeft, opdatGod zij alles in allen' (1 Cor. 15:25-28).

In onze tekst zinspeelt de apostel niet op het koningschapvan Christus, dus op het Messiaanse koningschap, maar ophet eeuwige koningschap van God dat alle eeuwen oftijdperken in zich bevat, want zijn heerschappij is vaneeuwigheid tot eeuwigheid.

De onzienlijke God is ook de enige God, want Hij is eenGod van gerechtigheid en ongerechtigheid wordt in Hemniet gevonden. In Jesaja 45:21 staat: 'Er is geen Godbehalve Ik, een rechtvaardige, verlossende God is erbuiten Mij niet'. Een god is een inspirator en een voorwerpvan aanbidding en verering. Alle andere goden die zichwillen laten vereren, voeren tot onrechtvaardigheid. Zijbrengen de mens buiten de wetten van God. Paulus eindigt

Page 45: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

met: 'Hem zij de eer en glorie in de eeuwen der eeuwen'(Can. vert.).

Het is zijn eer, wanneer zijn plannen worden gerealiseerden Hij opnieuw kan zeggen: 'Het is zeer goed'. Glorie staatin verband met overwinning. Deze zal Hij behalen en totin eeuwigheid bezitten. De doxologie is niet alleen eenuiting van eer en dank, maar ook een van vertrouwen in dezegevierende kracht van het evangelie van Jezus Christusdat aan de gemeente is toevertrouwd. Het woordje 'amen'drukt zekerheid en bevestigingvan de waarheid uit vanhetgeen door de apostel hier werd geschreven.

18. Deze opdracht vertrouw ik u toe, mijn kind Timotheüs,overeenkomstig de profetieën, die vroeger aangaande uzijn uitgesproken.

De opdracht voor Timótheüs was om toezicht te houdenop de leer en het leven van de gemeenteleden in Eféze(vers 3). Dit was hem toevertrouwd of letterlijk: 'op hem'dat is op zijn schouders - 'gelegd'. Er waren in Efézepredikers gekomen, die dwalingen brachten en Paulusachtte dit kwaad niet geding. Hij kon en moest Timótheüsals zijn 'geesteskind' deze aanwijzing geven. Bovendienkende hij de profetieën die over Timótheüs warenuitgesproken, toen deze in de bediening werd gesteld. Ookover Paulus zelf waren profetieën geweest in demoedergemeente te Antiochië, waar hij door de HeiligeGeest werd uitgezonden (Hand. 13:1-3).

De leidende broeders hadden toen de opdracht van deHeilige Geest om Paulus en Barnabas af te zonderen enhen ondervasten, gebed en handoplegging te laten gaan.

Page 46: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De profetieën bevestigden toen de roeping van de apostel.In die over Timótheüs was waarschijnlijk gesproken overzijn bekwaamheid om 'voor te lezen, te vermanen en teonderwijzen' (4:13). In leder geval wist Timótheüs zelfnatuurlijk heel goed waarop Paulus hier zinspeelde.

Het ging dus over persoonlijke profetieën die in degemeente over leiding gevende broeders warenuitgesproken. Hier was geen sprake van baby's over wiesoms bij een opdrachtdienst een profetie wordt gegeven.Door een godsspraak kan men bij wijze van spreken delevensloop van een kind dat nog geen enkele keuze gedaanheeft, vastleggen, en God misschien voor het blok zetten.Geheel anders is dit, wanneer sprake is van een man Godsin wie reeds' een ongeveinsd geloof aanwezig is (2 Tim.1:5).

Ook Paulus en Barnabas waren al lang mannen Gods,voordat er een profetie voor hen was uitgesproken in hetmidden der broeders. Zulke geestesuitingen zijn veeleerder tot vertroosting en bemoediging voor hen op wie dezwaarte van een geestelijk werk drukt. In hen wordt danbevestigd dat zijniet met een eigen werk bezig zijn, maarin dienst van de Heer der gemeente staan. Het is daaromeen verblijdend verschijnsel dat onze Heer ook in onzegemeenten nog op dezelfde wijze tot zijn dienstknechtenspreekt.

Ook wordt meegedeeld dat Timótheüs in zijn prille jeugdin de boeken van Mozes en de profeten was onderwezen,waarschijnlijk door zijn grootmoeder Lois en zijn moederEunice en later in het volle evangelie verder werd gebrachtdoor Paulus en de oudsten (2 Tim. 1:5). Geen wonder datPaulus zoveel van Timótheüs hield. Hij vond in deze jonge

Page 47: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

broeder een persoon die hij niet meer de allereerstebeginselen behoefde te leren. De jonge evangelist wasthuis in de Schriften. Bovendien trok hij geruime tijd metPaulus mee en kreeg daardoor veel kennis van hetevangelie van Jezus Christus en van de openbaringen diePaulus aangaande de gemeenten had ontvangen.

19. opdat gij, u daarnaar richtende, de goede strijd strijdtmet geloof en met een goedgeweten. Omdat sommigen dithebben verworpen, heeft hun geloof schipbreuk geleden.

Timótheüs was geroepen om zijn verworven kennis alsleraar door te geven en ook de gemeente te vermanen,wanneer een dwaling die van de gezonde leer afweek,binnen sloop. Terwijl hij dit deed, moest hijzelf blijvenstaan in het geloof aan de waarheid en de goede strijdstrijden, dat wil zeggen vechten in de geestelijke wereldmet de wapenen der gerechtigheid en niet met vleselijke.Hij moest daarbij opletten zelf een goed geweten tehebben, dus in zijn inwendige mens moest vrede en rustzijn. Iemand heeft een goed geweten als zijn geest en zielhet volkomen eens zijn en de geest, die de drager is van dewetten Gods, de ziel niet steeds behoeft te vermanen.

Dan is de innerlijke mens gereinigd van besef van kwaad(Hebr. 10:22). Het geweten - letterlijk samen weten - isdus het gesprek tussen de geest en de ziel. Iemand heefteen 'ergerlijk' geweten als zijn ziel geleid wordt doormachten der duisternis, waartegen zijn geest en GodsGeest zich verzetten.

Page 48: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Wanneer iemand zelf in rust is en in de volle wapenrustingde goede strijd in de hemelse gewesten strijdt, is hij ookbekwaam om te leren en te vermanen.Timótheüs had tot versterking van zijn bedieningprofetieën ontvangen, die hem stimuleerde tot eenworsteling tegen de overheden, de machten en de bozegeesten. Door de overwinning op deze demonen zou hij degemeente tot een lichtend voorbeeld zijn. Er is hierevenwel geen sprake van profetieën in verband metspectaculaire wonderen die hij zou verrichten, want dezemoeten de prediking volgen.

Letterlijk staat er: opdat je in hen de goede strijd strijdt, ditwil zeggen in de profetieën gelovende, ze vasthoudende enzich daarin bewegende als in een wapenrusting. Zo moestTimótheüs zijn krijgsdienst verrichten en zijn roepingvervullen. De pijlers van zijn bestaan waren daarbij zijngeloof in de woorden van God en zijn goed geweten,welke hem duidelijk maakten dat hij de kracht der dwalingzou overwinnen.

Wie een leraar wil zijn, moet weten dat zijn levenbeantwoordt aan hetgeen hij predikt (Jac. 3:1,2). Pauluskende voorbeelden van leraars, wier geloof schipbreuk hadgeleden, dit wil zeggen een verkeerde kant was opgegaan.Die leraars hadden valse leringen verkondigd en hungeloof was niet meer op de waarheid gericht. Zij hieldenhet plan van God met de mens en met de schepping nietmeer voor ogen en richtten het geloof van hun hoorders opdingen, die daar niets mee te maken hadden, zodat degemeenteleden van het goede pad afraakten en in noodkwamen.

Page 49: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Ze waren opgehouden om de goede strijd te strijden. Zehadden de stemvan hun geweten gesmoord en haarverworpen of als een zware last van zich afgestoten, zoalsde scheepslieden in Handelingen 27:18 alle lading overboord wierpen (Can. vert.). Dit eindigde met deschipbreuk van het geloof zelf Wie geen schipbreuk lijdenwil, zal het ware geloof en het goede geweten - de zuiverebedoelingen - moeten hebben om rustig zijn levensschipdoor de stortzeeën heen te manoeuvreren. Dit unieke beeldvan een geestelijke schipbreuk van het geloofwijst wel opde mogelijkheid van een afval der heiligen.

20. Tot hen behoren Hymenaeüs en Alexander, die ik aande satan heb overgegeven, opdat hun het lasteren wordeafgeleerd.

Paulus noemt hier nu twee mannen wier geloof eenverkeerde kant was opgegaan en die het hem moeilijkmaakten. Zij behoorden uiteraard tot de vooraanstaandenin de gemeente, tot de hoge bomen van het bos. Paulusverwijt deze Hymenaeüs en Alexander 'blasfemie', dat is(gods)lasterlijke taal. Deze kon allereerst gericht zijn tegenhun medechristenen en wel speciaal tegen hem die deleiding had. In 2 Timótheüs 4:14 schrijft de apostel overeen Alexander, de koperslager, die hoogstwaarschijnlijkidentiek was met de persoon in onze tekst.

Deze had de apostel veel kwaad berokkend en daaromschreef Paulus: 'De Here zal hem vergelden naar zijnwerken'. Alexander maakte dus de apostel door zijnondermijnende praatjes, verdacht. Hij werd hierbijondersteund door zijn kleine achterban. Er wordt immersgesproken over 'sommigen', terwijl de uitdrukking 'tot hen

Page 50: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

behoren' hem tot een bepaald type stempelde, die vanwegezijn negatieve invloed schadelijk was voor de gemeente.'Tot hen behoorden' ook Hymenaeüs en Filétus, die uit hetspoor der waarheid warengeraakt met hun bewering, datde opstanding reeds had plaatsgevonden (2 Tim. 2:17).

Hymenaeüs lasterde dus God met zijn verkeerde leer. Hijlasterde de weg der waarheid en ook de heerlijkheden, diemet de opstanding in verband staan (vergelijk 2 Petrus 2:2en Judas 8). Hymenaeüs behoorde dus tot de 'sommigen'die het beter wisten dan de geroepen apostel des Heren.Merk hierbij op dat Hymenaeüs en Alexander eenbondgenootschap hadden aangegaan, want zij spanden -hoewel uit verschillende motieven - samen tegen dedienstknecht des Heren. Zij lasterden Paulus, dit wilzeggen dat zij zijn eer in de gemeente trachtten te rovendoor kwaadsprekerij. Zij werden hierbij wellicht gedrevendoor een demon van leugen en van jaloersheid. WieAlexander was uit Handelingen 19:33 is onbekend en ditvers is voor alle commentators onduidelijk.

De dwalingen met de afkeer ten opzichte van Paulus enTimótheüs waren natuurlijk geïnspireerd door de vader derleugen. Paulus wilde met deze mannen niet redetwisten,maar gaf hen over aan hun verwerpelijk denken dat slechtsspanning in het huisgezin Gods veroorzaakte. Zij zoudendan wel zien waar ze met hun bedenksels terechtkwamenen zich misschien dan 'nog bekeren (vergelijk ook 1 Cor.5:5).

Overgegeven aan de satan betekent dat Paulus henlosmaakte van de geestelijke bescherming die hethuisgezin Gods hen bood. Zij hadden zich immersvermeten een hoge toon aan te slaan in een gemeente, die

Page 51: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

door Paulus onder leiding van de Heilige Geest wasgesticht. Zij kwamen nu buiten het Koninkrijk Gods testaan en werden een prooi van de machten die zij haddenopgeroepen en die hen nu zouden verslinden.

Om het beeld van het schip te gebruiken: deze mannenhadden de leer van de apostel en ook de gemeenschap methem, losgelaten, 'afgestoten' als ballast. Zij kwamen nu opeen hoger niveau op de wateren te liggen. Zij vingen naarhun mening meer wind en voeren sneller en onstuimigernaar hun doel! Als gevolg van dit fanatieke drijven brakevenwel hun levensschip en verzonk het in de diepte derzee. Ook wij willen ballast uitwerpen, maar dan alles watnegatief is en wat ons belet ons te verheffen naar dehemelse gewesten. Lukt dit niet, dan zullen wij onsmoeten laten bevrijden.

Page 52: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

HOOFDSTUK 2

1. Ik vermaan u dan allereerst smekingen, gebeden,voorbeden en dankzeggingen te doen voor alle mensen,

Paulus gaat nu verder met Timótheüs instructies te gevenen wel allereerst aangaande de plaats en de functie, die degemeente in deze wereld heeft. Zij is het heilsorgaanwaardoor God, onze Heiland, kan werken en waardoor hetherstel aller dingen zal plaats grijpen. Zij is daarbij eenbiddende gemeenschap en deze positieve beïnvloeding zalzich naar alle mensen uitstrekken. De ruimte van hetchristelijk gebed wordt geaccentueerd door het woordje'alle': bidden voor alle mensen, voor alle hooggeplaatsten,opdat alle mensen gered worden. De gemeente bidt, dit wilzeggen beweegt zich in de hemelse gewesten ter wille vanhet heil van alle mensen.

De gemeente leeft niet op een geïsoleerd eiland, maar isbij het lot van de gehele mensheid betrokken. Daaromdringt de apostel erop aan dat in de samenkomst eenopenbaar gebed zal zijn voor hen die buiten zijn. Hijnoemt hierbij vier vormen van gebed, die evenwel nietnauwkeurig te scheiden zijn: allereerst het normale gebedwaarbij het vragen of de 'smeking' op de voorgrond staat.Zo stond Abraham in zijn gebed, voor Sodom en Gomorraop de bres, toen hij God verzocht deze steden te sparen.Bij 'gebeden' of aanroepingen denkt men meer aan dehouding van de christen ten opzichte van God en diensgemeenschap met Hem. Dit betreft dus het bidden in zijnalgemene vorm.

Page 53: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Het woord 'voorbeden' komt in het Nieuwe Testamentalleen hiervoor en drukt hier de arbeid uit van de gemeentein de hemelse gewesten ten behoeve van debuitenstaanders. In 2 Corinthiërs 1:11 wordt het woord dathier voor 'smekingen' staat in de Nieuwe Vertalingweergegeven door 'voorbede'. Dan komt de 'dankzegging'(eucharistia. vergelijk 1 Cor. 14:16), die nog kan wordenopgezonden, omdat er nog zoveel goede, natuurlijkemensen zijn, ondanks het feit dat zij allen op het domeinvan de overste dezer wereld vertoeven.

De gebeden moeten voor alle mensen worden opgezonden,dus zowel voor de kwaden als voor de goeden, niet alleenvoor vrienden maar ook voor vijanden. De liefde van Goddie met de Heilige Geest in onze harten uitgestort is. doetons ook bidden voor hen die het niet met ons eens zijn.Deze gebeden mogen zich niet in vaagheid verliezen enniet in het wilde weg worden opgezonden, maar ze zijngericht en ze omschrijven het doel dat men ermee wilbereiken.

'Alle mensen' zijn de buren, de kennissen en defamilieleden met wie de christenen contact hebben. Dekleine huisgemeenten uit die tijd zouden op deze wijzekunnen uitgroeien, want God wil niet dat iemand verlorengaat, maar dat allen tot bekering komen (2 Petr. 3:9). Dehemelse Vader wil niet dat de mens in de poel des vuurskomt, want deze is bestemd voor de duivel en zijnengelen. We vinden hier dus niet in de eerste plaats eenoproep om voor ons onbekende volken - waarmee wij opgeen enkele wijze contact hebben - te bidden of voor henin de bres te springen.

Page 54: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

We zouden dan even goed kunnen bidden voor komendegeneraties van wie wij nog geen weet hebben. Ons gebedgeldt voor allen die wij met de waarheid van het evangelievan het Koninkrijk der hemelen in aanraking kunnenbrengen. Wij bidden en strijden dan in de hemelsegewesten om in hen en bij hen de wetteloze machten tebeteugelen, zodat hun ogen geopend kunnen worden voorde waarheid, voor de gerechtigheid en voor de liefde vanGod.

Uiteraard wordt de kring van mensen voor wie gebedenkan worden, groter, naarmate in de gemeente deevangelisatiedrang en de zendingsliefde toenemen.

2. voor koningen en alle hooggeplaatsten, opdat wij eenstil en rustig leven mogen leiden in alle godsvrucht enwaardigheid.

De verplichting om in de onzienlijke wereld tussen tetreden geldt ook ten behoeve van de overheid. Door háárwerken immers de ordenende wereldgeesten, die het levenop aarde draaglijk moeten maken. Wij moeten hengehoorzamen, omdat de autoriteiten door God zijnaangesteld (Rom. 13:1). Ze zijn een scheppingsordeningvan de Allerhoogste. Zó wil Hij dat de aarde wordtbestuurd. Deze overheid heeft als Gods dienaresse eenzware taak en wij moeten haar in de geestelijke wereld terzijde staan, opdat zij haar opdracht naar behoren kanvervullen.

Wanneer de overheidspersonen hun gezag goeduitoefenen, is dit ten allen tijde tot bescherming van degoeden. Dan resulteert hun optreden erin dat de christeneneen stil en rustig leven kunnen leiden. Falen de overheden

Page 55: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

en worden zij door demonen geïnspireerd, zoals dit in degeschiedenis maar al te vaak voorkwam vanwege debeïnvloeding van de valse kerk, dan moeten de christenenGod smeken dat deze machthebbers dit gaan inzien, dat zijdus de nodige wijsheid en kracht ontvangen om geenkinderen Gods te onderdrukken.

Bij de voorbede voor hen worden de boze geesten, diedeze hooggeplaatste personen misleiden of die hen in huntaak bemoeilijken, weerstaan. Wanneer het gebed resultaatheeft en wij als christenen stil en rustig kunnen leven enbijeenkomen, mogen wij ook voor zulk een regeringdanken. Zo kregen de Joden tijdens de ballingschap deraad om de vrede te zoeken voor het vijandige Babel en tebidden voor een bestendige rust, want de vrede van dezestad hield tevens de vrede van het volk van God in (Jer.29:7).

Het gaat er bij de apostel evenwel niet om in dechristelijke kerk dode formulieren en ambtelijke gebedenin te voeren, want die zijn nietszeggend en kleurloos. In detijd van Paulus dreigde de Romeinse overheid vijandig teworden en ging ze al spoedig over tot vervolgingen. Hetwrede optreden van Nero was niet ver meer af. De rustigeen kalme sfeer, die het mogelijk maken degodsdienstoefeningen op waardige wijze te houden,dreigde verstoord te worden. Denk ook aan de slechteinvloed der Joden, van wie de apostel moest schrijven:'Die zelfs de Here Jezus en de profeten gedood en tot hetuiterste vervolgd hebben, die Gode niet behagen en tegenalle mensen ingaan, daar zij ons verhinderen tot deheidenen te spreken tot hun behoud' (1 Thess. 2:15,16).

Page 56: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De apostel schrijft hier: doe voorbede, smeek God dat Hijingrijpt, dat de vervolgingen die het werk van de demonenzijn, ophouden. Sta evenwel niet op tegen de overheid,ook al is zij vijandig, scheld niet op haar, maargehoorzaam haar voor zover mogelijk.

Met 'koningen' (basileus) worden hier vermoedelijk deRomeinse keizers bedoeld en niet de plaatselijke koningenzoals de Herodessen. De hooggeplaatsten zijn de hogeambtenaren en waardigheidsbekleders. Dezen kunnen metelkaar, indien zijniet door boze geesten wordengemanipuleerd, de rust en vrede bevorderen, zodat dechristenen met worden opgejaagd, verdrukt en verstrooid.Let nu eens op het gewenste resultaat voor de gemeente.Haar leden verlangen een stil en rustig leven te leiden inalle godsvrucht en waardigheid of eerbaarheid. Het gaatdan bij hen niet om een bepaalde welvaart te genieten, omrijk te worden, in eer en aanzien toe te nemen, maar omeen rustig leven te leiden.

Rust en vrede zijn immers kenmerken van het KoninkrijkGods. Het woordje 'godsvrucht' is typerend voor dezeeerste Timótheüsbrief (zie 2:2;10;3:16; 4:7,8; 5:4; 6:3,5,6en 11). Godsvrucht en waardigheid duiden op een innerlijkrespect voor de wetten van God en op eerbied voor de vanGod gestelde orde in de samenleving en voor die in hethuis Gods. Godvruchtige mensen zijn nimmeronbeschaafd en lomp, maar altijd waardig.

Het is voor het huisgezin van God geen geestelijkeachteruitgang wanneer er vrede, stilheid en rust heersen,want deze sfeer bevordert de gezonde groei enontwikkeling van de gemeente. Er komt onrust, wanneerer valse leringen worden gepredikt, wanneer men geen

Page 57: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

vertrouwen heeft in de leidende broeders, wanneer deleden door drijvende geesten worden opgejaagd tot daden,waartoe niemand nog bekwaam is. De ware christen mintde stilte en de rust, want zij typeren de goddelijke sfeer.

Jezus sprak ook: 'Ik zal u rust geven. Inspanningen,ascetische onthoudingen, vormen van opwinding,opgeschroefde geloofsuitingen, zijn van geen enkel nutvoor de verwerking en realisering van Gods heilsplan,zoals er staat: 'In stilheid en vertrouwen zou uw sterktezijn, - maar gij hebt niet gewild. Gij hebt gezegd: Neen, oppaarden zullen wij voortvliegen' (Jes. 30:16). Daaromwaarschuwt de Heer zijn volkvoor een zenuwachtigvoortrennen, want zulke christenen raken bij het snellebestijgen van de berg Sion buiten adem en zij wordenonrustig. Stilheid, godsvrucht en waardigheid zijnonafscheidelijk verbonden met een christelijkelevenswandel.

Natuurlijk zullen wij het bidden in de geest, het bidden intongen, niet verwaarlozen, ook niet in de gemeente, maardaarnaast kennen wij ook de geregelde voorbede endankzegging, de smekingen en het bidden met onsverstand in de openbare samenkomsten of op onzebidstonden. Uit deze opmerking van de apostel mogen wijconcluderen dat de ware christenen niet door geestenworden voortgedreven, geen luidruchtige figuren zijn diewillen opvallen en ongevraagd de leiding willen nemen,maar geestelijke mensen, die rustig en tevreden zijn.

3,4. Dit is goed en aangenaam voor God, onze Heiland,die wil, dat alle mensen behouden worden en toterkentenis der waarheid komen.

Page 58: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

'Dit is goed en welgevallig aan God' - zoals de Canisius-vertaling heeft - ziet terug op de aansporing totvoortdurend gebed voor alle mensen, ook natuurlijk voorde zwakken, zieken en aangevochtenen. Deze opmerkingheeft evenwel ook betrekking op de genoemdelevenswijze van de christenen. Christendom is door devernieuwing van denken een maniervan leven waar rustvanuit gaat. Een bezadigd en waardig optreden trekt zielendie hongeren en dorsten naar gerechtigheid. Hierinbetonen de christenen zich een koninklijk priesterschap eneen heilige natie. Op deze wijze verkondigen zij de grotedaden van God aan allen met wie ze in aanraking komen.God werkt immers niet door kracht en geweld maar doorzijn Geest.

Hij kan geen negatieve, onrustige mensen gebruiken, maaralleen positieve en rustige gemeenteleden. De wereld moettot erkentenis van de waarheid komen, dit wil zeggen dathaar ogen moeten worden geopend voor de kracht enharmonie in het ware christendom, dat uit de leer van hetKoninkrijk der hemelen leeft, de gerechtigheid beoefent ende liefde Gods in het hart heeft. Dan zal de wereldgeloven, dat God zijn Zoon heeft gezonden (Joh. 17:2 1).

God is de bedenker van het heerlijke verlossingsplan. Deapostel noemt Hem zelfs onze Heiland, Zaligmaker ofRedder. Hij wil alleen het goede en beoogt het herstel vanalle mensen. Dit is evenwel alleen mogelijk, indien demensen de waarheid verstaan, opdat zij vrijkomen van alhun gebondenheden. Door de bestudering van het Woordvan God kunnen zij de bedoelingvan de Schepper met demens begrijpen. Dit leren verstaan kan alleen, wanneer degemeenteleden hun priesterlijke taak verstaan en het

Page 59: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

evangelie verkondigen, en het horen door het woord vanChristus.

En hoe zullen zij horen zonder prediker (Rom. 10:14,17).De leden der gemeente bidden opdat de wetteloze geestenworden beteugeld, zodat de ogen ook voor de waarheidkunnen opengaan. Zij getuigen door hun levenswandelmet blijdschap en in eenvoud en zij prediken het evangelievan Jezus Christus, hun Heiland.

Tenslotte merken wij op dat God het goede, hetwelgevallige en het volkomene wil voor alle mensen. Hijwil dat alle mensen behouden of gered worden. Daaromkan Hij nooit de auteur van een uitverkiezingsleer zijn,waarin sprake is dat praktisch een gehele wereldgepredestineerd is voor een eeuwig verderf. De uitspraak:'God wil dat alle mensen behouden worden en tot kennisder waarheid komen is tegelijkertijd zijnuitverkiezingsplan.

God neemt de engelen niet aan maar de mens. Godsuitverkiezing gaat nooit tegen deze wil in. Hij heeft demensheid lief en zijn Zoon, die de uitdrukking is van zijnwezen, kocht het ganse menselijke geslacht vrij uit declaim van de satan. God zij daarvoor eeuwig lof endankzegging toegebracht.

5. Want er is één God en ook één middelaar tussen God enmensen, de mens Christus Jezus.

De kennis der waarheid waarover het vorige vers spreekt,heeft te maken met het onderscheiden van goed en kwaad.Wij willen het goede, dat is de waarheid, met ons geloof

Page 60: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

aanvaarden en worden ons hiervan bewust door middelvan ons verstand. De waarheid dat er slechts één Godbestaat, is de basis van alles wat wij verder geloven.Tegenover het polythéisme (veelgodendom) van deheidenwereld stelt de apostel de uitspraak: 'God is één'(vert. Brouwer en The Centenary Translation). Hij is dusde ene en enige bronvan alle leven, van alle wijsheid envan alle kennis, van alle goedheid, van alle kracht, van alleheiligheid, van alle vrede, blijdschap en gerechtigheid, metuitsluiting van een godenwereld waarin iedere god weereen andere identiteit en andere eigenschappen bezit.

De boze geesten sidderen voor deze onverbreekbareeenheid van God waarop zij geen enkel vat kunnen krijgen(Jac. 2:19). Als gevolg van het feit dat God één enonverdeeld is, schreef de apostel: 'Eén Here, één geloof,één doop, één God en Vader van allen, die is boven allenen door allen en in allen' (Ef. 4:5,6). Omdat God één is, isons geloof ook één en onze doop - in de Heilige Geest -ook één. Wij* zijn immers allen met een en dezelfde Geestgedrenkt, zodat wij deel hebben aan het eneonveranderlijke, goddelijke wezen. Die ene doop in deHeilige Geest staat daarom in Eféziërs 4 tussen één Heeren één God in, want de Geest gaat van belden uit diewezens één zijn.

De Heilige Geest verbindt dus de mens met God en met deZoon in een eeuwige drie-eenheid. In onze goddeloze tijdaccentueren wij tevens de waarheid dat er een God is,want wie tot God komt, moet geloven dat Hij bestaat eneen beloner is voor wie Hem ernstig zoeken' (Hebr. 11:6).In de bijbelse tijden waren er nog geen godloochenaars ofatheïsten.

Page 61: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Evenals in Hebreeën 8:6; 9:15 en 12:24 wordt Christushier een middelaar genoemd. In het oude verbond warenMozes en de hogepriester middelaars tussen God en Israël,maar Christus is de éne 'middelaar van een beter verbond,waarvan de rechtskracht op betere beloften berust'. Eenmiddelaar stelt zich tussen de partijen. Mozes en dehogepriester behoorden zelf tot het volk waarvoor zijtussenbeide traden. Zo is Christus Jezus als Zoon desmensen de vertegenwoordiger van het gehele menselijkegeslacht, waartoe Hij zelf behoort. Daarom wordt Hij ookde tweede of laatste Adam genoemd. In dit verband wordtde vraag: 'Of is God alleen de God der Joden? Niet ookder heidenen?' beantwoord met: 'Zeker ook der heidenen'(Rom. 3:29).

Mozes was middelaar tussen God en Israël vanwege deovertredingen van het volk. Hij sprak: 'Maar nu, vergeeftoch hun zonde - en zo niet, delg mij dan uit het boek datGij geschreven hebt' (Ex. 32:32). De hogepriester wasmiddelaar, wanneer hij op de grote verzoendag eenmaalper jaar het heilige der heiligen binnentrad met 'het bloed,dat hij offerde voor zichzelf en voor de zonde door hetvolk in onwetendheid bedreven' (Hebr. 9:7).

Een middelaar is iemand die geschillen bijlegt en eenverzoening tot stand brengt tussen twee partijen, die in 1twist en onvrede met elkaar leven. In Galaten 3:20 staat:'Een middelaar is niet de vertegenwoordiger van één; Godechter is één'. De mens moet tot God worden gebracht.God verandert daarbij niet, maar de mens moet veranderenen ook één worden, evenals God. Jezus bad: 'Opdat zij éénzijn, gelijk Wij één zijn' (Joh. 17:22). Daarom kan ookgezegd worden: 'Weest heilig, want Ik ben heilig' (1 Petr.1:16). Wanneer we alleen heilig zijn, zijn we één en niet

Page 62: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

meer innerlijk verdeeld. Door het middelaarsschap vanChristus wordt de mens teruggebracht tot God die één is,en hieruit ontstaat de ene hoop, het ene geloof, de enedoop, en ook het ene lichaam, de gemeente.

6. die Zich gegeven heeft tot een losprijs voor allen; endaarvan wordt getuigd te juister tijd.

Hoe heeft Jezus dit geschil bijgelegd of deze verzoeningtot stand gebracht? Door zijn leven te geven tot eenlosprijs voor allen of liever ten bate van allen. Daarmeeheeft Hij namelijk de schuld der ganse mensheid betaald,dus voor alle mensen van alle plaatsen en van alle tijden.'Zo luidt het getuigenis voor onze tijd' heeft deCanisiusvertaling, dus dit betreft het evangelie van hetnieuwe verbond.

Christus gaf Zich als losprijs voor allen. Deze tekst looptparallel met Marcus 10:45 waar staat: 'Want ook de Zoondes mensen is niet gekomen om Zich te laten dienen, maarom te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen'.De verlossing der mensheid wordt hier uitgebeeld door hetbetalen van een losprijs aan hem die de mensen gevangenhield. De losprijs zelf bestond uit het volmaakte leven vanChristus. De bedoeling van God was daarmee dat nietslechts één Zoon des mensen het doel zou bereiken, maardat vele zonen tot heerlijkheid zouden worden gebracht envelen de troon Gods zouden beklimmen.

Maar al deze mensen waren als slaven onder de claim vande boze, zowel degenen die hij in het dodenrijk gevangenhield, als zij die op aarde onder de bezetting van demachten der duisternis leefden. De verwachting van de

Page 63: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

duivel was dat hij allen die nog geboren zouden worden,ook onder zijn heerschappij zou weten te krijgen en hendus ook onnut zou maken.

Wilde de Vader met de mensheid ook verder zijn doelbereiken, dan zou Hij deze, met schuld beladen,beschadigde en onderdrukte schepselen onder hetslavenjuk vandaan moeten halen. Kon God dit dan nietmet geweld? Het antwoord is dat Hij rechtvaardig is ennimmer geweld gebruikt om zijn doel te bereiken. God isgeen rover of dief, maar is rechtvaardig en daarom kóchtHij de mens vrij. Er is sprake van een losprijs en vanvrijkopen (1 Petr. 1:18). Een losprijs is het geld dat vooreen krijgsgevangene of voor een slaaf wordt betaald.Daarnaast kan dit woord ook 'zoengeld' betekenen.Degene die losgeld betaalt, geeft de slaaf of de gevangenegelegenheid om een nieuw leven te beginnen.

Alle mensen waren gevangenen van de dood, want deze istot alle mensen doorgegaan. Jezus kwam om aangevangenen vrijlating te prediken. Dr. J.F. Nielsen schrijftin zijn commentaar op Mattheüs 20:28: 'Naar onze meningis het niet juist te stellen dat Jezus zijn leven als 'losgeldvoor velen' aan God zou hebben betaald' (De predikingvan het Nieuwe Testament). God voorzag als offeraarZichzelf van een lam ten brandoffer (Gen. 22:8). Het zoudwaasheid zijn te veronderstellen dat een offeraar aanzichzelf offert. Jezus gaf zijn heerlijk leven wel over aanGod, maar om dit door de Vader te laten gebruiken alslosgeld.

Dat de duivel onrechtvaardig en wetteloos is, mag bekendworden geacht. Hij houdt zich niet aan deze transactie,maar God wel. Een slavenhouder kan wreed en gemeen

Page 64: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zijn, maar desondanks kan iemand voor een hoge prijs eenslaaf bij hem kopen. Wanneer dan de slaafzijn vrijheidverkrijgt, is het zaak voor hem niet te dicht in de buurtvan zijn vorige eigenaar te komen, want deze is niet tevertrouwen.

Het aanbod van een losprijs ging van de Vader uit. Hij washet die in Christus de wereld met Zichzelf verzoende. Eengaaf en volmaakt geestelijk mens aan wie de Vader 'allesovergegeven had', werd gesteld tegenover velegeschonden en beschadigde zondeslaven die onderdeclaim van de boze leefden. Wanneer gezegd wordt: 'Demens Christus Jezus, die Zich heeft gegeven tot eenlosprijs voor allen', betekent dit dat Hij Zich gegeven heeftaan de Vader om door deze als losprijs te worden gebruikt.

In Romeinen 8:32 staat, dat God zijn Zoon niet heeftgespaard, maar voor ons allen heeft overgegeven. DeVader gaf dus zijn Zoon prijs aan de boze, zoals iemanddie een offer prijsgeeft aan het vuur. Hierdoor verloor deduivel zijn claim op de mensheid. Jezus heeft ons voorGod gekocht met zijn bloed (Openb. 5:9).

In de natuurlijke wereld werd Jezus aan het einde van zijnleven op aarde overgeleverd in de 'handen van wettelozemensen', die dus in verbinding stonden met de duivel(Hand. 2:23). In de onzienlijke wereld werd Jezus eenvervloekte, want er staat: 'Christus heeft ons vrijgekochtvan de vloek der wet door voor ons een vloek te worden;want er staat geschreven: Vervloekt is een leder, die aanhet hout hangt' (Gal. 3:13). Jezus was dus door de Vaderprijsgegeven aan de machten der duisternis, want Hij waseen vervloekte.

Page 65: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Hij was omringd door 'stieren' en omsingeld door 'buffels'van Basan. Een verscheurende 'leeuw' sperde zijn muiltegen Hem open en 'honden' hadden Hem omringd (Ps.22:13-17). Op deze wijze kocht Hij de mens vrij uit demacht van de satan en bracht hem tot God, opdat hijvergeving van zonden en een erfdeel onder de geheiligdenzou ontvangen (Hand. 26:18). In de natuurlijke wereldsprak de Heer tot zijn belagers: 'Indien gij dan Mij zoekt,laat deze heengaan' (Joh. 18:8). Hij drukte hiermee uit datHij deel had aan een transactie, waarvoor gold: één voorallen. Deze parel van grote waarde werd als losprijs voorde wereld aangeboden.

Dat hier staat dat onze Heer Zich gegeven heeft tot eenlosprijs voor allen, en niet voor vélen, zoals in Marcus10:45 te lezen is, houdt verband met de wil van God,welke zich richt op het behoud van alle mensen. 'Voorvelen' zegt niet dat Jezus niet voor allen is gestorven. Hetduidt ook niet aan dat niet allen daardoor het heildeelachtig kunnen worden, maar het is een aansluiting opJesaja 53:12 waar staat, dat Hij veler zonden gedragenheeft. Het gaat dan over de tegenstelling tussen de 'ene'Jezus en het groot aantal der anderen, dus in feite eenaanduiding van allen gezamenlijk.

Paulus schreef: 'Daar wij tot het inzicht gekomen zijn, datéén voor állen gestorven is' (2 Cor. 5:15). Daarom gaanalleen mensen vanwege eigen gezindheid verloren, wantze hebben dan de duisternis liever gehad dan het licht enhebben vrijwillige banden met de boze geestenaangeknoopt. Jezus stierf om een algemeen behoud tegaranderen. Dit getuigenis, dit wil zeggen dezeverkondiging van dit heilsfeit is in de tijd van het

Page 66: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

welbehagen des Heren over de aarde uitgegaan en ook wijhebben de opdracht deze boodschap bekend te maken.

7. En ik ben daartoe als een verkondiger en een apostelgesteld - ik spreek waarheid en geen leugen - als eenleermeester der heidenen in geloof en waarheid.

De vertaling Brouwer legt verband tussen het slot van vers6 en het begin van vers 7. Zij luidt: 'Het getuigenis datthans te rechter tijd gebracht wordt, en waarvan ik totprediker en apostel ben aangesteld'. Natuurlijk behoort ditgetuigenis tot de heilswil van God, die zijn Zoon als eenlosprijs overgaf, tot vrijkoping van alle mensen, dus ookvan de heldenen of de volken. Paulus moest deze waarheidverkondigen, dus Gods herstelplan bekend maken. Hijmoest de volken tot het geloof brengen, zodat zij dezeredding ook voor eigen leven zouden aanvaarden. Zomoest hij de volken bewerken tot de gehoorzaamheid vanhet geloof in de waarheid (vergelijk Rom. 16:26).

Jezus Zelf had gezegd dat hij tot de heidenen zou wordengezonden 'om hun ogen te openen ter bekering uit deduisternis tot het licht en van de macht van de satan totGod, opdat zij vergeving van zonden en een erfdeel onderde geheiligden zouden ontvangen door het geloof in Mij(Hand. 26:18). Zo gehoorzaamde Paulus aan de groteopdracht: 'Gaat heen in de gehele wereld, verkondigt hetevangelie aan de ganse schepping' (Marc. 16:15).

Het is duidelijk dat bij zo'n geweldige taak er geenverschil mag en kan gemaakt worden tussen Joden enheidenen. De volken of 'alle mensen' staan centraal, wantde middelmuur van de afscheiding was op Golgotha

Page 67: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

geslecht. De apostel kende evenwel het altijd durendeverzet van de judaïsten In zijn tijd dat parallel loopt met deoppositie tegen het verlossingsplan van een gansemensheid in de Israël theologie van onze tijd. Dezeweigert immers een evangelie te aanvaarden dat allemensen betreft en waarin geen onderscheid gemaakt wordttussen Jood en heiden. Vandaar de uitroep van Paulus: 'Ikspreek waarheid en geen leugen' en 'ik ben de trouwe(gelovige) en oprechte leraar'.

Zijn lezers en hoorders konden zich rustig aan hemtoevertrouwen. Zij noch wij zullen met zijn evangeliebeschaamd worden of aan de verkeerde kant van descheidslijn terecht komen. Paulus weet zich hier de heraut,de apostel en de leraar van de volken in de verkondigingvan een algeheel herstelplan voor de ganse schepping.Noch Johannes noch Petrus hebben zichzelf ooit als leraaropgeworpen of aangeduid. Deze functie was naast zijnroeping als apostel speciaal aan Paulus toevertrouwd.

Wij komen het woordje 'leraar' daarom praktisch alleentegen in de brieven van Paulus, die gericht zijn aan deheiden-christenen. Paulus gaf aan het christendom eennieuwe koers en hij maakte het los uit de Joodse traditie enleringen, die de leraars onderde wet onderwezen. Hij*transponeerde de woorden en beloften van God uit hetoude verbond naar de hemelse gewesten. Hij leerde hetvolk van God in het nieuwe verbond de betekenis van het'vergeestelijken'.

8. Ik wil dan, dat de mannen op iedere plaats bidden metopheffing van heilige handen, zonder toorn en twist.

Page 68: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Onder de Joden was het de gewoonte om te bidden met totschouderhoogte opgeheven handen, de handpalm daarbijnaar boven gekeerd, als een gebaar om uit te drukken datzij de goddelijke gaven in ontvangst wilden nemen.Natuurlijk konden ook zij 'op iedere plaats bidden', zoalsbijvoorbeeld in hun synagogen, maar 'heilige handen'konden ze eigenlijk maar alleen in de tempel opheffen,want daar werden hun zonden verzoend en werden zijgereinigd van het kwaad. Daar zong men: 'Heft uwehanden naar omhoog, slaat naar het Heiligdom uw oog'.

Voor dit laatste kenden de Joden ook nog eengebedsrichting die hen met het heiligdom verbond. Zo badDaniël in ballingschap driemaal daags voor een openvenster in de richting van Jeruzalem (Dan. 6:11). Zo sprakSalomo bij de inwijding van de tempel: 'Wanneer uw volkten strijde trekt tegen zijn vijanden langs de weg waaropGij hen zendt, en zij bidden tot U in de richting van dezestad die Gij verkoren hebt, en van het huis dat ik voor uwnaam gebouwd heb, hoor dan uit de hemel naar hun gebeden smeking, en verschaf hun recht' (2 Kron. 6:34). Zo bidtde gelovige moslem heden ten dage nog in de richting vanMekka.

Het was bij de Joden de gewoonte om met opheffing vanhanden hun smeking bij God bekend te maken. Als volleevangelie christenen kennen wij ook de gestrekte,opgeheven hand, die uitdrukking is van aanbidding en eengetuigenis van onze gemeenschap met God. Paulusverlangt hier dat de christenmannen overal waar zijbidden, reine handen opheffen, omdat zij weten dat hunschuld is verzoend en dat zij gebroken hebben met iederevorm van ongerechtigheid (2 Tim. 2:19).

Page 69: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Wanneer zij bidden en de naam van Jezus noemen, tredenzij de geestelijke tempel binnen in het Koninkrijk Gods.Daarom kent de christen op aarde geen heilige plaatsen,waar God in het bijzonder zijn zegeringen zou schenken,maar hij mag overal zijn hart 'verheffen'. De Heer heeftimmers gezegd: 'De ure komt, dat gij noch op deze berg,noch te Jeruzalem de Vader zult aanbidden;.... maar de urekomt en is nu, dat de waarachtige bidders de Vaderaanbidden zullen in geest en waarheid' (Joh. 4:21-23).

Bidden betekent bezig zijn in de onzienlijke wereld en hetis vangroot belang zich daaraan de juiste zijde op testellen, dus in het Koninkrijk Gods. Bij zijn gebed moet dechristen innerlijk vrij zijn, want anders wordt hijafgeremd. Kenmerkende mannenzonden als toom, drift- enhaatgevoelens, die door geweldgeesten aangewakkerdworden, mogen niet mee vibreren. De bede: vergeef mijmijn schulden, gelijk ook ik mijn schuldenaren vergeef, ishet levensprincipe tijdens het christelijke gebed.

Dan heeft men het ook niet meer moeilijk met zijn naasteof met zijn broeder. Ook kan men niet vrij voor iemandbidden, als men innerlijk nog met hem redeneert endiscussieert. Men kan ook niet bidden met een ruziegeestbij zich. Denk ook aan Mattheüs 5:23,24. In plaats van'twist' hebben de Canisiusvertaling, de Lutherse vertalingevenals de King James Version 'twijfel' staan. We denkenhierbij aan Jacobus 1:6, waar staat dat men moet bidden ingeloof en geen enkele twijfel mag toelaten, omdat iemanddan niets van de Heer kan ontvangen.

Van deze tekst mogen we wat het uitwendige betreft, geenvoorschrift maken, alsof het een verplichting zou zijn metopgeheven handen te bidden. Ook behoeven wij niet

Page 70: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

evenals de apostel met zijn oudsten van Eféze, knielend tebidden, hoewel hier natuurlijk niets op tegen is (Hand.20:3 6). Wel is het noodzakelijk om 'heilige handen' tehebben. Sprak God niet tot de godsdienstigetempelgangers in Jeruzalem, dat hun handen tijdens hetgebed 'vol bloed' zaten? (Jes. 1:15).

Niet wat men ziet, dus de gebedshouding, is belangrijk,maar wat men niet ziet, de innerlijke heiliging. Wij mogenevenwel ook niet naar de andere kant doorslaan door temenen. dat een onverschillige houding tijdens het gebed:onderuit gezakt zittend op een stoel, de handen in dezakken, met geopende ogen, ook God welgevallig zouzijn. Deze uitwendige zaken drukken immers ook eeninnerlijke, oneerbiedige en nonchalante levenshouding uit.

Duidelijk zien we hier dat het gebed in samenkomsten, invergaderingen, in het gezin, in huisgemeenten, nietbeperkt mag blijven tot de enkeling die vooraan staat of deleiding heeft. In dit vers gaat het over allerlei soortmannen, want de opzieners en oudsten worden in hetvolgende hoofdstuk aangesproken.

9, 10. Evenzo, dat de vrouwen zich sieren met waardigeklederdracht, zedig en ingetogen, niet met haar vlechtenen goud of paarlen en kostbare kleding, maar - zó immersbetaamt het vrouwen, die voor haar godsvrucht uitkomen -door goede werken.

In de Joodse tempel werden de vrouwen niet toegelatendan alleen in een aparte ruimte, de voorhof der vrouwen.Een deel der gelovigen was in Israël hiermeegediscrimineerd. De tempeldienst was een mannen-

Page 71: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

'bedrijf. Zo is het de boze gelukt ditzelfdeoudtestamentische onderschei 1 in de christelijke kerkbinnen te brengen. Daarmee werd het grootste aantal ledenvan de gemeente van Jezus Christus op non-actief gesteld.De bekende bijbelverklaring van Dächsel merkt bij vers 8op, dat de mannen in de oud christelijke gemeente'uitsluitend' de openbare gebeden zouden doen: 'Paulusbepaalt dat de vrouwen zich daarvan geheel zullenonthouden, wat zij" in de laatste tijd niet altijd gedaanhadden'.

Zo wordt door deze bijbelverklaarder 1 Corinthiërs 11:5waar sprake is, dat een vrouw bidt of profeteert, tot eenongeoorloofde handeling gemaakt. Wij lezen vers 8evenwel als volgt: 'Ik wil dan, dat de mannen op iedereplaats bidden met opheffing van heilige handen, zondertoom en twist (twijfel), en de vrouwen evenzo 'of opdezelfde wijze. De Coneybearebijbel voegt in zijnkanttekeningen evenals de bekende kerkvaderChrysostomus dit deed, het woordje 'bidden' achter'vrouwen' toe: 'Evenzo dat de vrouwen bidden, dusdeelnemen aan de eredienst'.

Er is niet het minste verband te leggen tussen hetvoegwoordelijke bijwoord 'evenzo' en de uitspraak, dat devrouwen zich zullen sieren met waardige klederdracht. Hetwoordje 'evenzo' kan alleen terugzien op iets dat mannenen vrouwen met elkaar gemeen hebben, dus hier het gebeden het opheffen van heilige handen. Paulus verlangt of'wil' dat ook de vrouwen 'op iedere plaats bidden'. Deverkeerde punctuatie in onze vertalingen wil ons doengeloven, dat de vrouwen zich moeten kleden op gelijkewijze als de mannen die met opgeheven handen bidden.Wel een zonderlinge kledij!

Page 72: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Zowel mannen als vrouwen moeten heilig leven. Wanneerechtgenoten bijvoorbeeld ruzie hebben, kunnen zemoeilijk samen bidden of danken. Wanneer zij zich nietverzoenen, kunnen ze niet gaan slapen onder hetaanroepen van de naam des Heren. Ook wordt de geestvanhet gebed gedoofd, wanneer ijdelheid, pronkzucht enbegeerte om in het oog te lopen, bij de vrouwenoverheersen. Zij kunnen dan immers niet tegelijkertijd hunhart tot God verheffen.

We beginnen vers 9 met: Ik wil dat de vrouwen.... zichsieren in een gepaste 'catastole', eerbaar en ingetogen. Hetis duidelijk dat de apostel de nadruk wil leggen op eenonopvallend gewaad voor vrouwen die aan de openbaresamenkomsten deelnemen. De vertaling Brouwer luidt:'Desgelijks, dat de vrouwen zedig optreden'. De morelestandaard was zeer laag in die tijd en de christenen werdenaan alle kanten verdacht gemaakt en belasterd. Zo wasbijvoorbeeld het praatje rondgestrooid, dat zij in hungeheime bijenkomsten zich te buiten gingen aan orgiën oflosbandige drinkgelagen en aan sexuele uitspattingen.

Vandaar de vermaning een voegzame 'catastole' te dragenom geen enkele aanstoot te geven. Dit woord komt alleenhiervoor en ook in de Septuaginta in Jesaja 61:3. De'catastole' was een kleed dat tot de voeten reikte en meteen gordel werd gedragen, dus een eenvoudige kledij. Hetzou goed zijn dat onze christenvrouwen zich ook in onzetijd aan dit apostolisch vermaan zouden houden. Zij gaanimmers niet naar een samenkomst om er een mode-showvan te maken of om de aandacht te trekken. In dit opzichtwordt er nog veel gezondigd. De aandacht moet niet

Page 73: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

worden getrokken door natuurlijke schoonheid, noch doorwelstand of rijkdom, maar door goede werken te doen.

Het gaat er hier niet over hoe de kledij der vrouw in hetalgemeen moet zijn, of zij al of niet sieraden zal dragen,maar dat in de vergadering van de gelovigen de aandachtniet mag worden afgeleid. Bidden is immers bezig zijn inde hemelse gewesten en sierlijke kleding, juwelen enhaarvlechten trekken de aandacht naar het natuurlijkeleven. De vrouwen willen immers er toch ook naar strevenvoor God vruchten te dragen ten leven in de hemelsesferen, en goede werken te verrichten die God geschapenheeft, opdat de gelovigen hierin zouden wandelen. Hetgaat in de gemeente dus om een priesterlijke taak teaanvaarden ten aanzien van het herstel van allen.

De hele houding van de christen moet daarop gericht zijn.Op soortgelijke wijze vermaant Paulus in een huisregel,dat de vrouwen hun ongelovige echtgenoten zullen winnendoor innerlijke waardigheid en niet door uiterlijke opsmuk(1 Petr. 3:3,4). In de geestelijke wereld vormen derechtvaardige daden der heiligen het fijne linnenkleed(Openb. 19:8).

Het woordje 'Ingetogen' wijst op een zich verstandigbinnen de perken houden en op een rijkdom aan goedewerken. Waarlijk 'goede werken' doet de christen, wanneerhij of zij de voetsporen van de Meester drukt. Dit ziet nietalleen op weldadigheid, maar ook op het bieden vangeestelijke hulp en van troost, in het bijzonder aan alleswat zwak en aangetast is. De invloed van de vrouw bij deverbreiding van het evangelie is hierdoor zeer grootgeweest.

Page 74: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De kleding der vrouw was in principe gelijk aan die vande man, met slechts geringe verschillen in vorm en dracht.De fraaiheid van een kleed hing niet af van de pasvorm -er bestond geen maatkleding - maar van de plooien waarinhet hing en van de wijze waarop het was geweven. Denkbijvoorbeeld aan de rok zonder naad en aan het fijngeweven lijnwaad. Kleurige zomen en boorden werdenniet aangenaaid, maar aangeweven. Ook kende de antiekewereld geen knopen maar wel spelden en gespen vanzilver of goud. Dat de rijken veel meer kleren bezaten danzij konden dragen, is wel zeker, want de mot bezorgdeveel hoofdbreken (Matth. 6:19 en Jac. 5:2).

Een weelde-artikel was ook het purperen gewaad. Dezekleurstof werd bereid uit het vocht van de fijngestamptepurperslak. Vooral de stad Tyrus was om dit productbekend. Deze stad leverde de schoonste soorten op. Menwas gewoon er verschillende tinten aan te geven, vandieprood tot violet. De kostbaarheid van dit artikel maaktedat de handelaren over een groot bedrijfskapitaal moestenbeschikken. Minerale verfstoffen waren nog onbekend.Daarom mogen we aannemen, dat Lydia, depurperverkoopster, bij wie Paulus en zijn metgezellen eengastvrij onderdak vonden, een gefortuneerde vrouw moetzijn geweest.

Ook kende de wereld van het Nieuwe Testament dekostbare zijde, waaruit blijkt dat er reeds een tussenhandelbestond en een verkeer was met China. Openbaring 18:12toont ons, dat de kooplieden hier ook veel aan verdienden.Parels waren bij de dames in de oudheid meer geliefd danedelstenen. Er werden vaak enorme prijzen voor betaald.Julius Caesar gaf eens voor één parel meer dan eenmiljoen gulden. Dit doet ons begrijpen dat in de gelijkenis

Page 75: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

van een koopman wordt gesproken, die al wat hij had,verkocht om één parel te kunnen kopen (Matth. 13:46).

11. Een vrouw moet zich rustig, in alle onderdanigheid,laten onderrichten,

De vrouw moet niet trachten door haar uiterlijk in degemeente de aandacht te trekken, maar evenmin mag zedoor haar spreken zich op de voorgrond plaatsen. In eenwereld waarin de man het alleen voor het zeggen had,mocht de christelijk geëmancipeerde vrouw geen aanstootgeven. Dit zou immers de uitbreiding van het evangeliegeen goed doen.

De vrouw moet zich in alle onderdanigheid, zwijgend, ofin alle rust laten onderrichten. Het woord 'onderdanigheid'heeft hier wel een andere gevoelswaarde als'gehoorzaamheid'. Zo staat er niet dat wij God onderdanigmoeten zijn, maar wel gehoorzaam (Hand. 5:29).Onderdanig zijn betekent dat men naar iemand luisterenwil. Er staat bijvoorbeeld: 'Weest elkander onderdanig inde vreze van Christus' (Ef. 5:21).Ditzelfde woord vindtmen ook in 1 Petrus 5:5 terug: 'Evenzo gij, jongeren,onderwerpt u (weest onderdanig) aan de oudsten'.

In 1 Corinthiërs 16:16 wordt de gemeente voorgehouden,dat zij zich zou opstellen onder, of onderdanig zou zijnaan een leder die met de apostel meewerkte of in hetevangelie werkzaam was. Onder de medewerkers van deapostel, 'die met hem gestreden hadden in de predikingvan het evangelie' waren vele vrouwen. Wij noemenEuódia en Syntyche (Fil. 4:2,3). Verder Fébe, de dienaresvan de gemeente te Kenchreae, Prisca, de medearbeidster

Page 76: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

van Paulus, Tryféna en Tryfósa en Pérsis, die zich veelmoeiten hadden gegeven in de dienst van de Heer (Rom.16:1,2,3,12).

Wanneer over onderdanigheid van vrouwen gesprokenwordt, staat dit altijd in verband met hun eigen mannen.Zij moeten naar deze luisteren, zoals Sara dit deed naarAbraham. In de dagen van Paulus waren er evenalstegenwoordig vele ongehuwde vrouwen. Hun positieschijnt veelal buiten de gezichtskring van de apostel tehebben gelegen, maar in de gemeente zal ze wel gelijkgestaan hebben met die van de ongetrouwde mannen.

Volgens het evangelie van het Koninkrijk der hemelen datPaulus verkondigde, is de vrouw de gelijke van de man. InChristus - dus als lidvan zijn lichaam, de gemeente - isimmers geen man of vrouw. Deze visie zette de Joodsetraditie op haar kop. De apostel bedoelde hier nu tot devrouwen te zeggen: ga nu niet te ver, laat de slinger nuniet al te zeer naar de andere kant doorslaan, maar laat jein alle rust onderwijs geven. Wanneer voor mannen geldtdat zij zonder toom of twist moeten bidden, geldt hier datde vrouwen zich rustig moeten houden in allebescheidenheid.

De christelijke emancipatie van de vrouw ging niet ineens,maar zij had een kalm verloop nodig. In de Talmud - hetbelangrijkste religieuze Schriftwerk van het Jodendom,een soort bijbeluitleg - stond: 'Je kunt beter de wetverbranden dan haar aan de vrouw toevertrouwen' en 'wiezijn dochter in de wet onderwijst, is als iemand die haar totzonde brengt'. Onder de christenen mocht en moest devrouw wel onderricht ontvangen, hoewel dit in vroegeretijden onder de Joden niet werd getolereerd. Het

Page 77: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

rabbinisme van na de ballingschap had het etiket vanminderwaardigheid op de vrouw geplakt.

Zo had de vrouw oorspronkelijk in de tabernakel evenalsde priester en de leviet, een functie. De technische term inExodus 38:8 en 1 Samuël 2:22 spreekt over 'dienstdoendevrouwen, die dienst verrichtten bij de ingang van de tentder samenkomst'. De Septuaginta die ongeveer 200 jaarvoor Christus de vertaling van het Oude Testament uit hetHebreeuws in het Grieks gaf, en onderinvloed stond vanhet Judaïsme, sprak over de 'vastende' of laat de zinsnedegeheel weg. Andere misleidende vertalingen zijn: de'biddende', de 'te hoop lopende' of de 'verzamelde'vrouwen, om maar niet te denken aan vrouwen, die detabernakel zouden schoonhouden!

In navolging van deze laat-Joodse onderwaardering van devrouw interpreteerde men in de christelijke kerk onzetekst, dat alle vrouwen zich in Gods wetten moesten latenonderrichten naar het inzicht (wet) van hun eigen mannen.Maar hoe zat het dan met de ongehuwde vrouwen of metde zusters die een ongelovige man hadden? Niet de wetvan Mozes zei, dat de vrouwen, die iets wilden te wetenkomen, thuis haar mannen om opheldering moestenvragen, maar de Joodse traditie, die niet toestond dat devrouwen in de synagoge hun mond opendeden.

Het is logisch dat een leerling zich aan het gezag van eenleraar onderwerpt. Deze regel geldt zowel voor mannenals voor vrouwen. De vrouwen moeten zich ook rustighouden, wanneer de Judaïstisch ingestelde christenen zichboos maakten over het onderwijs dat aan hen werdgegeven. Verder kan men opmerken dat het woordje'rustig' geen absolute betekenis heeft. In 2

Page 78: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Thessalonicenzen 3:12 schrijft de apostel dat de mannen,die zich ongeregeld gedroegen en die niet arbeidden,rustig bij hun werk moesten blijven. Dit duidt op eenlevensstijl maar niet op stilzwijgendheid.

12. maar ik sta niet toe, dat een vrouw onderricht geeft ofgezag over de man heeft; zij moet zich rustig houden.

Wanneer Paulus begint met 'maar ik sta niet toe', gaat hethier niet over 'een bevel des Heren' maar over eenIevenshouding die volgens de inzichten van de apostel devrouwen het beste paste in hun moeilijke omstandigheden.Zo schreef hij in 1 Corinthiërs 7:25 dat hij voor de jongedochters geen opdracht van de Heer had, maar hij gafenkel zijn mening weer. Om een voorbeeld te geven uit depraktijk: eenjonge gelovige komt bij de voorgangeromgedoopt te worden; hij is evenwel nog minderjarig enzijn ouders zijn fel tegen. Zo'n voorganger kan danzeggen: je komt erdoor in moeilijkheden en ik acht hetbeter dat je nog wat wacht. De persoon in kwestie zalevenwel de beslissing moeten nemen.

De apostel kan hier bedoelen: ik sta niet toe dat een vrouwonderricht geeft of gezag heeft over haar eigen man.Paulus acht het dus beter dat een vrouw, indien nodig, haarman of ook haar man voor haar laat spreken. Het gaat hierdan over gehuwde vrouwen die met haar man meekwamennaar de samenkomst. Het staat immers lelijk, wanneer eenvrouw in het openbaar bij een discussie met haar man vanmening zou verschillen en hem tegenspreken. Dit zoueven ongepast zijn als wanneer bijvoorbeeld eenvolwassen kind in de gemeente zich openlijk ten opzichtevan zijn ouders op de voorgrond zou stellen en met hen

Page 79: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zou debatteren. Een vrouw moet haar man nietpubliekelijk onderwijzen en laten blijken dat zij het beterweet.

In verband met de toenmalige opvattingen deden devrouwen er verstandig aan niet rond te bazuinen dat zijchristelijk onderwijs genoten, maar zeker niet indien zijhet ook gaven. Het onderwijs aan vrouwen geschieddedikwijls door vrouwen (Titus 2:3,4). Het NieuweTestament verhaalt evenwel ook dat mannen doorvrouwen werden onderricht. Timótheüs was door zijngrootmoeder en moeder onderwezen. Let erop dat Priscaals helpster van Paulus steeds vóór haar man wordtgenoemd. Zij was de voornaamste persoon bij hetonderricht aan Apóllos (Hand. 18:26 en Rom. 16:3).

Gezien de verhoudingen in die dagen liet de apostel inbepaalde situaties niet toe, dat de vrouwen openlijkonderricht aan mannen gaven of autoriteit over henuitoefenden. In mohammedaanse streken is het ook nietmogelijk dat zendelingen aan vrouwen onderricht zoudengeven of vrouwelijke zendelingen aan mannen. Maar hetzou wel al te dwaas zijn om te veronderstellen dat eengelovige vrouw haar ongelovige echtgenoot geenonderricht in de Schriften zou mogen geven. Daaromschreef de apostel: 'Want hoe kunt gij weten, vrouw, datgij uw man zult redden?' (1 Cor. 7:16).

De vrouw moet zich rustig houden. We zagen dat mannengeen uitbarstingen van drift mogen hebben, omdat zetoornig worden (3:3 en 2:8). Vrouwen moeten evenwel bijuitstek een stille en zachtmoedige geest hebben, diekostbaar is in het oog van God (1 Petr. 3:4). De Heerwilniet dat vrouwen hun mannen prikkelen tot toom en hun

Page 80: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

driften opwekken, of inspelen op hun eerzucht, bekendstaan om hun stekelige opmerkingen, hun bazigheid ofhun jaloerse geest. Zij moeten waardigheid ten toonspreiden, een edel karakter openbaren en van hoog niveauzijn. Vrouwen (evenals natuurlijk mannen) met eenscherpe tong zijn onbruikbaar in de dienst van de Heer.Voorgangers, evangelisten en oudsten met zulkeechtgenoten worden in hun bediening afgeremd en kunnenslechts moeizaam tot ontplooiing komen.

13,14. Want eerst is Adam geformeerd, en daarna Eva. EnAdam heeft zich niet laten verleiden, maar de vrouw isdoor de verleiding in overtreding gevallen;

De verzen 13-15 geven nog een verduidelijking van hetvoorafgaande. Er staat niet dat Adam eerst werdgeschapen, maar er wordt een woord gebruikt, dat kneden,modeleren, gestalte geven, betekent. We vinden ditGriekse werkwoord 'plasso' terug In ons woord 'plastisch'.We zouden dus kunnen lezen: Adam was eerder gevormdof ontwikkeld dan Eva. Toen de vrouw er nog niet was,had Adam al een vormingsproces achter de rug en wieweet hoe lang.

Paulus bedoelt: zo gaat het ook met de emancipatie van devrouw. Die is eeuwen en eeuwen tegengehouden, maar devrouw zal tot gelijke hoogte komen als de man, want inChristus is er echt geen verschil tussen man en vrouw.Hij* schrijft: 'Eerst Adam dan Eva!' Wat een belofte. Deorthodoxe theologie stelt evenwel: dát nooit! Derechtzinnigheid heeft de aspiraties van de vrouw tenopzichte van haar ontwikkeling algemeen beschouwd alseen zonde tegen God en haar natuur.

Page 81: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Verder merkt de apostel op dat Adam zich niet heeft latenverleiden, want deze zondigde opzettelijk, tegen beterweten in. Eva kon evenwel verleid of bedrogen worden.Zij werd 'door en door bedrogen' (The New Testament inModern Speech van Richard Francis Weymouth). 'Zijwerd geheel bedrogen' (The Emphasized New Testament:A New Translation door J.B. Rotherham). Daarom isAdam beslist niet de meerdere van Eva.

Wij weten dat het huwelijk tussen man en vrouw in denatuurlijke wereld de geestelijk eenheid uitbeeldt tussenChristus en zijn gemeente. Christus is de Heer, demeerdere, maar Johannes schreef, dat wij Hem eenmaalgelijk zullen wezen als waarlijk geestelijke mensen, als'het' zal geopenbaard zijn (1 Joh. 3:2). Dan wordtwaarheid: 'Maar een ieder in zijn rangorde: Christus alseersteling, vervolgens die van Christus zijn bij zijn komst',opdat God tenslotte zal zijn: alles in allen!

Wij zien in deze perikoop die algemeen gebruikt wordt alssterkste argument om de vrouw te diskwalificeren en haarte onderwaarderen, dat deze tekst de wens van de aposteluitdrukt dat ook de vrouw 'op iedere plaats bidt' en dat devrouw niet alleen onderwezen zal worden, maar dat zijevenals de man in alle rust mag onderwijzen, enkelemoeilijke en gevaarlijke situaties daargelaten. Zo is inonze maatschappij ook reeds de tijd verstreken dat eenvrouw niet zou mogen studeren of zelfs les geven.

15. doch zij zal behouden worden, kinderen ter wereldbrengende, indien zij blijft in geloof, liefde en heiliging,met ingetogenheid.

Page 82: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Paulus wist dat de vrouw alle eeuwen door eenondergeschikte plaats had ingenomen en dat zij te allentijde zeer kwetsbaar was geweest. Daarom merkt hij nu tottroost voor haar, naar de meest letterlijke vertaling, op: 'Devrouw wordt gered door het Kind te baren' (The CentenaryTranslation: The New Testament in Modern English).Geen vrouw wordt behouden vanwege haar moederschap,want hoe zou het er dan voorstaan met onze ongehuwdezusters?

De rooms-katholieke uitlegger Dr. Th. de Kruyf merkt op,dat de apostel 'in een wat onhandige formulering zegt, datde vrouw, die evenals Eva zich gemakkelijk laat misleidenen tot overtreding kan komen, toch aan het heil deelachtigwordt, en wel doordat zij haar taak van huisvrouw goedvervult, waar haar eigen roeping ligt'. De bijbelverklaringvan Dächsel merkt op: Niet te leren, maar moeder te zijn,dat is de eigenlijke bestemming der vrouw! 'Wijontkennen dit, want dan zou de eigenlijke bestemming vande man zijn om kinderen te verwekken. Het doel van deman en van de vrouw, gehuwd of ongehuwd, is dat zij hunplaats innemen in de hemelse gewesten en een geestelijkmens worden, naar Gods beeld en als zijn gelijkenis.

Het Zaad der vrouw is Jezus Christus. De vrouw heeft hetgeweldige voorrecht gehad Jezus als mens voort tebrengen. De man had daar geen deel aan. De apostelspreekt niet over het eeuwig gered worden der vrouw inverband met haar zonde en overtreding, want dat is hierzijn onderwerp niet. Het gaat immers over de positie vande vrouw in de kerk en in de maatschappij. De vrouw ishier een collectief evenals bijvoorbeeld in Openbaring12:1.

Page 83: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Vandaar dat Paulus de zin beëindigt: 'Indien zij(meervoud) blijven in geloof, liefde en heiligheid, gepaardaan ingetogenheid' (Leidse vert.). De vrouw heeft nietalleen haar eeuwig heil aan deze Zoon te danken, maarook haar maatschappelijke verheffing uit de heerschappijen de slavernij van de man. Tot de heidense Galatenschreef de apostel: 'Want gij allen, die in Christus gedooptzijt, hebt u met Christus bekleed. Hierbij is geen sprakevan Jood of Griek, van slaaf of vrije, van mannelijk envrouwelijk: gij allen zijt immers één in Christus Jezus'(Gal. 3:27,28).

Ook de vrouw komt tot het niveau van Christus. Zij heeftdeel aan een heerlijke emancipatie, dat is de ontheffingvan alle beperkende bepalingen en de toekenning vangelijke rechten met de man. De voorwaarde is: dit alles,indien zij evenals Maria, de moeder des Heren, en evenalsalle oprecht gelovige mannen, blijven in geloof aan Goden zijn Woord, blijven in de liefde tot God en de naaste, envoortgaan op de weg der heiliging, dat is die van deafzondering van het kwade, en heel gemaakt of genezen.

Wordt van de vrouw nog gezegd: met ingetogenheid, dangeldt dit natuurlijk ook voor de man. Een vrouw moet zichonthouden van alle onmatigheid, ook in haar spreken. HetGriekse woord voor 'ingetogen' kan ook vertaald wordendoor 'zelfbeheersing'. De Coneybeare-vertaling heeft self-restraint', dat is zelfbedwang. Rustige vrouwen, zichzelf inallerlei situaties weten te beheersen, zijn een sieraad voorhet gezin en voor de gemeente.

Page 84: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

HOOFDSTUK 3

1. Dit is een betrouwbaar woord: indien iemand staatnaar het opzieners-ambt, dan begeert bij eenvoortreffelijke taak.

Het gebruik van de plechtige inleidingsformule 'dit woordis betrouwbaar' of 'dit woord is waarachtig 'wijst op eengangbare uitdrukking in het gemeentelijke leven van diedagen (vergelijk 4:9, 2 Tim. 2:11, Titus 1:9 en 3:8).Sommige vertalingen zetten deze uitdrukking aan het slotvan hoofdstuk 2 (Leidse vert. en Can. vert.), wat de inhoudvan dit gezegde nog niet verduidelijkt. Men kanveronderstellen dat zij een belangrijke leeruitspraak of eenbijzondere regeling in de gemeente inleidde.

Om in de dienst des Heren te staan en daar een leidendepositie te bekleden is een goede zaak. Men wil zich danimmers ten dienste stellen van het volk van God, hethelpen en er niet over heersen. Maar zoals Jacobus dit vande leraars zegt, geldt ook voor de opzieners: 'Gij weetimmers, dat wij er des te strenger om geoordeeld zullenworden' (Jac. 3:1).

Het woord is evenwel betrouwbaar, dat het ambt vanoudste niet minder is dan bijvoorbeeld van eencharismatisch begaafde broeder, zoals bijvoorbeeld eenprofeet. Het is van groot belang dat bekwame mensen hetbestuur van een gemeente op zich nemen. Deze taak steltzware eisen en brengt grote verantwoordelijkheid mee,terwijl degenen die zich ermee belasten niet altijddankbaarheid oogsten. Moest Paulus zelf niet getuigen datallen in Asia zich van hem hadden afgekeerd en Eféze

Page 85: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

waar Timótheüs verbleef was de hoofdstad van dezeprovincie.

Aan het begin van de brief blijkt dat de apostel daarTimótheüs had geplaatst om de gemeente te leiden. Dezebroeder was dus niet door de gemeente gekozen, maardoor Paulus als stichter van de gemeente, aangesteld.Daarom moest hij Timótheüs een hart onder de riemsteken, toen hij schreef. 'Niemand schatte u gering om uwjeugdige leeftijd, maar wees een voorbeeld voor degelovigen' (4:11,12). Niet alle oudsten schenen dusTimótheüs te accepteren, hoewel deze jonge man doorPaulus als leider was aangesteld.

De verkiezing van oudsten vond waarschijnlijk op devolgende wijze plaats: onder leiding van Paulus kwam degemeente bijeen en dan wees de apostel enkele gelovigenaan, die hij voor het ambt geschikt achtte. Deze mensenwerden dan verder aan de gemeente voorgesteld. InHandelingen 14:23 staat dat Paulus en Barnabas 'in elkegemeente oudsten aanstelden'. De Statenvertaling voegthieraan toe 'met opsteken der handen', dus met instemmingvan de gemeente, en de Canisiusvertaling luidt 'dooroplegging der handen'. Een democratische verkiezingwaarbij ieder persoon, ongeacht zijn leeftijd en positie, eenstem heeft, was een onbekende zaak in de oudheid, zowelin de politiek als in de kerk. Denk alleen maar aan deslaven die praktisch geen enkel recht bezaten.

Het geestelijke leven van een bepaalde gemeente vraagteigen plaatselijke ambtsdragers en daar ligt het terrein vande oudsten. Dat het later in Eféze misging, werdveroorzaakt door onderlinge naijver en jaloezie deroudsten, die naar de macht grepen. De apostel voorzag de

Page 86: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

vijandschap tegen zijn bediening en die van Timótheüs, debisschop van Eféze. Hij sprak immers tot de oudsten: 'Zelfweet ik, dat na mijn heengaan grimmige wolven bij uzullen binnenkomen, die de kudde niet zullen sparen; enuit uw eigen midden zullen mannen opstaan, die verkeerdedingen spreken om de discipelen achter zich aan tetrekken' (Hand. 20:29).

Er waren dus ongeestelijke mensen onder de oudsten diezich op vleselijke wijze wilden handhaven en het gezagvan de apostel, de stichter van de gemeente,ondermijnden. De Heer sprak tot deze gemeente, dat zenog wel zuiver waren in de leer en zich voor vele dingeninspanden, maar dat ze hun eerste liefde hadden verzaakten daarom van hun hoogte waren gevallen (Openb. 2:3-5).

2. Een opziener dan moet zijn onbesproken, de man vanéén vrouw, nuchter, bezadigd, beschaafd, gastvrij,bekwaam om te onderwijzen,

Er is hier sprake van 'opziener', een vertaling van'episkopos', ook weergegeven door 'bisschoppen' of'bestuurders' der gemeente. In Handelingen 20:28 zegtPaulus tot de oudsten van Eféze, dat zij waren aangesteldtot 'opzieners' om de gemeente Gods te welden. Hetonderscheid tussen oudsten en opzieners zit waarschijnlijkhierin, dat de oudsten het plaatselijke bestuursapparaatvormden, terwijl zij die de kudde moesten hoeden, dus dietoezicht op leer en leven hadden, als opzieners werdenaangesproken.

In het eerste geval zullen dan ook de diakenen onder deoudsten zijn begrepen, dus zij die met de stoffelijke

Page 87: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

belangen van de gemeente gemoeid waren. Vandaar dat dewoorden oudsten en diakenen nooit naast elkaar wordengenoemd. Er is sprake van oudsten zonder meer of vanopzieners en diakenen, zie vers 2 (opziener) en vers 8(diaken). Zo wordt ook de brief aan de Filippenzen gerichtaan 'opzieners en diakenen'. De opzieners in ons versbehoren dus tot de oudsten (presbuteris).

Paulus noemt nu verschillende eigenschappen waaraanopzieners moeten voldoen. Het gaat dan niet om specifiekchristelijke deugden, maar over kwaliteiten die men in hetalgemeen van mensen moet verwachten die een leidendefunctie vervullen en een voorbeeld moeten geven. Zijmoeten hoogstaande, evenwichtige en zedelijk sterkepersonen zijn, want zij hebben een hoge taak.

De opzieners moeten 'onbesproken' of 'onberispelijk' zijnzoals vijf andere vertalingen hebben. Niemand mag iets ophen kunnen aanmerken vanwege hun optreden en vanwegehun levenswijze. Zij moeten een goed getuigenis hebbenin de gemeente en ook daarbuiten. De gemeente komt niettot de onberispelijkheid, indien haar vertegenwoordigersvoor God en de mensen dit niet zijn. De oudsten moetendus beantwoorden aan het christelijke ideaal van eenzuivere levenswandel.

Het christendom herstelt het huwelijk zoals het in hetbegin was: één man gehuwd met één vrouw. Polygamie(veelwijverij) zoals dit bij Joden en heidenen voorkwam,is niet toegestaan. Voor bekeerde heidenen gaf en geeft ditvaak moeilijkheden. De vraag is: moet zo'n heiden zijn(bij)vrouwen, met wie bij wettig is getrouwd, wegzendenen misschien aan zedelijke en financiële ondergangprijsgeven? Ook zou men eruit kunnen lezen dat een

Page 88: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gescheiden en opnieuw getrouwde man niet in aanmerkingkan komen voor dit ambt. Ook kan het betekenen dat eenman trouw moet blijven aan één vrouw, een vermaan datin het Joodse en heidense milieu op zijn plaats was.

De discipelen merkten in dit verband al op: 'Indien vooreen man de zaak met zijn vrouw zó staat, is het nietraadzaam te trouwen' (Matth. 19:10). Dat een man na dedood van zijn vrouw niet zou mogen hertrouwen, kan deapostel niet bedoelen, want hij raadt in deze brief zelfsaan, dat de jonge weduwen weer zullen huwen (5:14).Toch sprak men van een gescheiden man of van eenweduwnaar die hertrouwde, dat hij polygamie pleegde insuccessie (opeenvolging). Deze klassieke, foutieveopvatting leidde tenslotte tot het celibaat, dus tot deonthouding van het huwelijk.

Nuchter zijn, wil zeggen: behoedzaam, bedachtzaam ofmatig zijn. De vertaling Brouwer heeft beheerst, ook eennoodzakelijke eigenschap voor een geestelijk leider. Hijmoet zijn hoofd koel houden en ook niet door allerleiwilde ideeën worden meegesleept. Hij die anderengeestelijk moet leiden, moet zelf beheerst zijn. Natuurlijkkan nuchter ook nog zien op vers 3: 'niet aan de wijnverslaafd'.

Verder volgen eigenschappen die voor ieder hoofd van eengezin noodzakelijk zijn: bezadigd of ingetogen, matig,bezonnen. Een oudste mag niet spoedig uit zijn evenwichtworden gebracht. Hij moet zijn woorden goed overwegen,niet overdrijven en geen grote mond hebben teneinde eenander te overbluffen of te kleineren.

Page 89: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Dan volgt de opmerking dat een oudste beschaafd moetzijn. Dit heeft niets te maken met het eten met mes envork, met uiterlijke wellevendheid, al behoeft men deze inde maatschappij zeker niet te minachten. Vormen enmanieren verheffen een gezin, dus ook het huisgezin vanGod. Beschaafd of 'gebildet' of gevormd hebben hier temaken met een innerlijke ontwikkeling. Anderevertalingen hebben eerbaar of zedig. Een oudste is dusnooit onbeschoft in zijn doen en laten ten opzichte van degemeenteleden. Hij krenkt en kwetst niemand. Hij magdus geen bokkige man zijn, die door ontactisch optredende mensen afstoot en tegen zich in het harnas jaagt. Eenoudste zij bekend om zijn zachtmoedig optreden.

Een opziener moet ook altijd klaar staan om anderen teherbergen, inzonderheid de broeders en zusters in hetgeloof. Denk ook aan de vervolgingen en aan demoeilijkheden met reizen in die dagen. Vandaar hetvermaan: 'Vergeet de herbergzaamheid niet'. De reizenvan Paulus waren voor een groot deel mogelijk, doordathij door zijn geloofsgenoten gastvrij werd ontvangen.Gastvrijheid vereist hartelijkheid, gulheid, mensenkennis,beleefdheid, fijngevoeligheid, belangstelling,zelfbeheersing en zelfverloochening. Als tegenstellinghiermee tekent de Schrift de herberg waar voor Jezus geenplaats was, of de Samaritanen die Hem weigerden teontvangen, of een Diotrefés die weigerde de broeders teontvangen (3 Joh. 9). Voor de gastvrije geldt: 'Wieontvangt, die Ik zend, ontvangt Mij, en wie Mij ontvangt,ontvangt Hem, die Mij gezonden heeft' (Joh. 13:20).

Ook is het van belang dat een opziener onderwijs kangeven in de leer. Hij moet dus niet alleen de waarheidkennen, maar hij moet haar ook kunnen overbrengen.

Page 90: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Vandaar dat Schriftkennis een eerste vereiste voor eenoudste is. Ook de vraagstukken van onze tijd moeten doorde oudsten aan de hand van de bijbel kunnen wordenopgelost en dit vereist een diep inzicht. Zij moeten in staatzijn om bijvoorbeeld op bijbelstudies op gestelde vragenaangaande allerlei problemen en situaties een schriftuurlijkgefundeerd antwoord te geven. Oudsten die weinig kennisvan de bijbel hebben, zijn van weinig nut voor degemeente. In de strijd tegen de boze moeten ze te allentijde de waarheid Gods tegenover de dwaling en deverleugening naar voren kunnen brengen, zoals de Heerdit ook deed bij zijn verzoekingen.

3. niet aan de wijn verslaafd, niet opvliegend, maarvriendelijk, niet strijdlustig of geldzuchtig,

Wijn was in het Oosten de gewone drank, maar voor eenchristen was het toch niet raadzaam er teveel van tegebruiken. Een opziener mag dus niet aan alcohol, tabakof welk genotsmiddel ook verslaafd zijn. Waar hetalcoholgebruik overal en helaas ook onder de christenenstijgt, moet hiertegen stelling worden genomen. Bijhuisbezoek en vooral op feestjes moet de opzienerzeerbeheerst zijn in het gebruik van wijn. Hij zal in allesimmers het goede voorbeeld moeten geven.

Een opziener mag ook niet opvliegend zijn, dus ook nietprikkelbaar, snel geïrriteerd of agressief Hij moet zichgemakkelijk kunnen voegen,' zodat een ander zich nietaltijd aan hem moet aanpassen. Opvliegende mensengebruiken geweld, hetzij in woorden hetzij in daden. Devoorgaande broeders moeten evenwel inschikkelijk zijn enzachtzinnig. Wie leiding geeft in de gemeente, moet te

Page 91: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

allen tijde het beeld van Christus uitdragen, die sprak:'Leert van Mij dat Ik zachtmoedig ben'.

Een opziener mag ook niet strijdlustig zijn, dus geengeweld-gebruiker, hetzij in woord of daad. Jacobusschrijft: 'Waaruit komt bij u strijden en vechten voort? Ishet niet hieruit: uit uw hartstochten, die in uw leden zichten strijde toerusten?' (Jac. 4:1). Van al de goede gavenGods is door vechten en strijden niets te verkrijgen. Ookde voorbede die de oudsten zo dikwijls moeten doen, looptdan op niets uit.

Daarnaast wordt verlangd dat een opziener onbaatzuchtigis in geldzaken. Gierigheid is de sterkste en gevaarlijkste'begeerte des vlezes'. Zij zegt immers nooit: 'Het isgenoeg'. Gierigheid en geluk hebben elkaar nooitgevonden. Gierigheid is de wortel van alle kwaad, omdatde gierigaard tenslotte zover komt, dat hij alle geestelijkewaarden verzaakt om de mammon te dienen. Hij mist hetvermogen om schatten in de hemelen te verzamelen.Gierige opzieners zullen de geur van hun gebondenheidook in de gemeente verspreiden, zoals Judas dit deed, toenMaria met de heerlijke, kostbare nardusmirre de voetenvan Jezus overvloedig zalfde. Zo'n mens houdt altijdrekering met schatten verzamelen, terwijl het toch delaatste dagen zijn (Jac. 5:3).

Niettegenstaande de vele waarschuwingen van Jezus, datmen God niet kan dienen en de Mammon, kent dekerkgeschiedenis de vele verzamelaars van rijkdommen ende geldpotters, zodat de 'godshuizen' tot kostbare museawerden en de diaconieën akker aan akker trokken. Maarhoe voller de beurs, hoe leger het hart.

Page 92: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

4,5. een goed bestierder van zijn eigen huis, die met allewaardigheid zijn kinderen onder tucht houdt; indienechter zijn eigen huis niet weet te bestieren, hoe zal bijvoor de gemeente Gods zorgen?

Een opziener-oudste moet zijn eigen huis goed besturen,zodat daar alles rustig en ordelijk verloopt. Hij moetimmers in de gemeente in alles het voorbeeld geven hoede leer van Jezus in de praktijk wordt uitgewerkt. Dit isbijvoorbeeld zeer belangrijk ten opzichte van de jongegezinnen.

Paulus gaat uit van het normale beeld dat de oudstegehuwd is en kinderen heeft. Hieruit blijkt dat de rooms-katholieke kerk met haarverplicht celibaat voor haargeestelijkheid, geen enkel bijbels argument kan aanvoeren.Men verklaart daarom deze tekst als een gelijkenis: deeigenschappen van de kerkelijke bestuurders moeten inwezen overeenkomen met die van een goede huisvader,terwijl de priester zelf geen echtgenoot mag zijn. Debisschoppen hebben 'patriarchaal' gezag: ze moeten geenlieve vader zijn, maar wijze, rechtvaardige en vooralwaardige bestuurders. Hun kinderen zijn dan de'gelovigen' en de geestelijken die onder hen staan.

Over de vrouw van de opziener wordt hier niet gerept.Voor haar geldt uiteraard wat de apostel in de verzen 9-15van hoofdstuk 2 schreef en verder nog in wat hij in vers 11opmerkt. Een oudste die een goede, geestelijk ingestelde,zachtmoedige en wijze vrouw heeft, is te benijden. Hij kandan de leiding van zijn gezin in onze moderne tijd rustigaan haar delegeren.

Page 93: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Een moeilijke opgave is dat een oudste niet alleen zijnkinderen onder tucht of in onderdanigheid moet houden,maar dat hij dit moet doen zonder dat hij zijn waardigheidals vader en als christen prijsgeeft. Hij mag geenuitbarstingen van woede hebben of onbeheerst zijn in zijntaalgebruik. Wie tiranniek en autoritair in zijn gezinoptreedt, is geen figuur voor het ambt van oudste. Hij kanzich moeilijk onderwerpen aan de verdere door Godgegeven leiding in de gemeente en zal zich daar kritischtegen opstellen.

De sfeer in het goede gezin moet zo zijn dat vrouw enkinderen voor hun man en vader niet beven, maar ook nietover hem heenlopen. Een oudste moet daarom zijnkinderen niet met gestrengheid maar met alle'stemmigheid' (St. vert.) of waardigheid in het goede spoorhouden.

De apostel vervolgt dan in vers 5: zulke opzieners moetenwij hebben. Als iemand het in eigen gezin niet kan klaren,hoe moet hij het dan redden in het huisgezin Gods, waarde problemen vaak meer complex zijn. Als hij een rustigen gedisciplineerd gezinsleven weet te scheppen, is hij ookwat waard in het besturen van het grote gezin dergemeente. Daar is hij dan ook rechtvaardig, zachtmoedigen een vredestichter. Het besturen van eigen huisgezinmoet dus door de oudsten op waardige wijze geschieden,maar dit betekent niet dat de zonden van hun kinderen hunzullen worden toegerekend.

Ook mag men hun niet de verkeerde keuze die deopgroeiende of volwassen kinderen doen, aanrekenen.Genade is immers geen erfgoed, evenmin als zonde.Verwacht wordt dat een oudste in zijn gezin wijs,

Page 94: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

verstandig en beheerst optreedt, ook en juist in moeilijkeomstandigheden. De hechte band der liefdevan ouder totkind is een garantie dat ondanks bijna onoplosbaremoeilijkheden er geen sprake is van het verstoten of hetwegdoen van het in hem 'geheiligde' zaad. Op dezelfdewijze zal dan zo'n leidende broeder in de gemeenteoptreden tegenover de gemeenteleden. Allen zijn voorhemhetzelfde en hij* zoekt het goede voor allen.

6. Hij mag niet een pas bekeerde zijn, opdat hij niet dooropgeblazenheid in het oordeel des duivels valle.

Voor een taak als opziener-oudste aan wie zulke hogeeisen gesteld worden, moet men geen 'neofiet', geen nieuwgeplante in de wijngaard des Heren, kiezen. Pas bekeerdenhebben misschien wel een groot enthousiasme, maar in degeestelijke wereld moet men hen nog tot zuigelingen ofkinderen in het geloof rekenen. Zij werken de verwarringen de irritatie van andere gemeenteleden in de hand. Eenpas toegetreden lid mist de kennis, de autoriteit en devereiste bezonnenheid, om als opziener-oudste opwaardige wijze in de gemeente te kunnen functioneren.

In pinksterkringen ziet men vaak 'bekeerde' priesters ofdominees ogenblikkelijk prediken of op de voorgrondtreden en een leidende functie vervullen, terwijl ze nogvernieuwd moeten worden in hun denken. Ieder die vanmelk leeft, heeft geen weet van de rechte prediking en hijis nog een zuigeling (Hebr. 5:13). Wordt een pas bekeerdeal te zeer naar voren geschoven, dan loopt hij het gevaarverwaand of hoogmoedig te worden, want hij mist hetinzicht in het Koninkrijk der hemelen en ook de

Page 95: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

bezonkenheid. Zijn zinnen zijn niet geoefend in hetonderscheiden van goed en kwaad.

Hij rekent dan in zijn geestelijke positie met aardsemaatstaven en valt door deze beneveling in het vonnis vande duivel. Deze kende zijn plaats ten opzichte van Godniet. Hij wilde zich aan de Allerhoogste gelijk stellen enverhief zich, omdat hij geen inzicht had in het plan Godsmet de mens. Daarom wordt hij aan het einde van dezebedeling in het dodenrijk neergeworpen (Jes. 14:14,15).Het vonnis of het oordeel betekende zijn val en hetverstoten worden uit het Koninkrijk Gods. Zo behoren deoudsten hun plaats te kennen ten aanzien van hunvoorganger, hun medeoudsten en de gemeenteleden. Wieonderdanigheid vraagt, moet zelf ook kunnen luisteren engeleid willen worden.

Let erop dat door de val van de duivel die zo'n hogepositie bezat, ontelbare scharen engelen en mensen tenonder zijn gegaan. Wanneer hooggeplaatsten in hetKoninkrijk Gods vallen, slepen zij meestal vele anderebroeders en zusters mee. Het murmurerend volk was voorMozes minder gevaarlijk dan de opstand van Korach,Dathan en Abiram met de 250 mannen van naam. Hunzonde was dat zij zich aan Mozes gelijk stelden en zeiden:'De gehele vergadering, zij allen zijn heiligen, en de Hereis in hun midden. Waarom verheft gl* u dan boven degemeente des Heren?' (Num. 16:3).

Zij wilden in een theocratie de democratie invoeren:gelijkheid voor allen. Zo wilde de duivel zich ook gelijkstellen aan de Allerhoogste. De rebellerende leiders tasttenin hun 'opgeblazenheid' de van God gegeven positie vanMozes aan. Hun oordeel was dat ook zij 'levend in het

Page 96: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

dodenrijk afdaalden' (Num. 16:33). 'Dit is hun overkomentot een voorbeeld voor ons en het is opgetekend terwaarschuwing voor ons', opdat ons niet het vonnis treft datde duivel trof (1 Cor. 10:11).

7. Hij moet ook gunstig bekend staan bij debuitenstaanden, opdat bij niet z'n opspraak kome en in eenstrik des duivels valle.

Een opziener moet te goeder naam en faam bekend staanen een goede reputatie genieten wat zijn levensgedragaangaat. Het afsluitend vers aangaande de opziener grijptterug op vers 2, waar gezegd wordt dat een opzieneronberispelijk of van onbesproken gedrag moet zijn. Eengoede naam bij hen die buiten de gemeente staan, is voorde voorganger en oudsten onontbeerlijk.

Een onzorgvuldige levenswandel wordt gemakkelijk doorkwaadwilligen tegen een bestuurder van de gemeenteuitgespeeld. Hij mag in zijn omgeving niet bekend staanals lui, oneerlijk, ruw, onrein, baatzuchtig, drankzuchtig.Wanneer men dit immers in zijn buurt vertellen zou, kandit gemakkelijk een oorzaak van opspraak, spot, hoon enminachting worden. Wanneer iemand die een functie in degemeente vervult, zich in zijn dagelijks leven alswerknemer of werkgever misdraagt, leidt hij een gespletenleven en dit zal hem ten val brengen.

We zien dat Paulus beslist geen strenge eisen aan eenopziener stelt. Deze moet alleen een duidelijke christelijkelevenswandel hebben, zoals eigenlijk leder gemeentelidbehoort te bezitten. Het mag niet voorkomen dat men kanzeggen: onze buurman is oudste in die volle-evangelie

Page 97: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gemeente maar je moest eens weten wat bij hem allemaalpasseert. Of- je moet eens in zijn gezin komen: altijd ruzie,onbetrouwbaarheid, en naar hun kinderen zien ze niet om.Een christen die op deze wijze leeft en over de tong gaat,moet niet naar het ambt van opziener streven (vers 1).

Hij heeft er geen recht op en als hij dit toch aanvaardt,verheft hij zich en blaast zich op. Hij haalt dan iets naarzich toe dat niet bij zijn levenswijze past. Zo strekt deduivel zich ook uit naar de troon van God, terwijl hij daargeen recht toe heeft. Die is voor de echte 'zonen Gods'bestemd. Zijn hoogmoed is voor hem een strik geworden.In zo'n strikvallen allen die iets in de geestelijke wereldwillen grijpen, waar zegeen recht op hebben. Jezus sprakook over zulke 'Strebers' dat zij met geweld het KoninkrijkGods willen binnendringen.

Wij kunnen ons natuurlijk afvragen wie nu tot zulk eentaak bekwaam is (2 Cor. 2:16). Het antwoord luidt dat mendan dit ambt begeren moet uit zuivere bedoelingen, opgezag van God en staande voor zijn aangezicht. Hetvereist zelfverloochening, toewijding, ijver, trouw,waakzaamheid en liefde tot God en zijn naaste om eengeschikt opziener te zijn. Wie de beslissing heeft genomenom op deze wijze de gemeente Gods te dienen, zal zaligzijn indien hij in dit voornemen volhardt. De Heilige Geestis hem daarbij tot een onmisbare steun en kracht enschenkt hem bovendien de nodige wijsheid.

8. Evenzo moetende diakenen waardig zijn, niet met tweetongen sprekende, niet verzot op veel wijn, niet opwinstbejag uit,

Page 98: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Na de eisen voor een opziener komen die voor de diaken.Naar het woordgebruik treffen we in deze brief driebegrippen aan voor de leiders in een plaatselijkegemeente. Allereerst dus 'episkopos', dat is de opziener,bewaker, of op de klank afvertaald door bisschop. In hetmaatschappelijke leven waren bij de Grieken de opzienersde marktopzichters, de scheepsreders en de bestuurders instaat en gemeente.

Ten tweede noemen wij de presbyters (presbyteros), eenwoord dat letterlijk 'oudere' of 'oudste' betekent. Hetwoord priester is hiervan afgeleid maar dit woord mist hetbijbelse begrip van een geroepen vertegenwoordiger dergemeente. Reeds bij de Grieken verloor het woordgeleidelijk de gedachte aan ouderdom. Ook wij sprekenvan een jonge 'oudste'. Het woord kreeg al spoedig deinhoud van 'eerwaardig' en 'in aanzien zijnde'. Iets voor'presbyteron' houden, wilde zeggen: iets een hogere eerwaardig achten.

Het Joodse sanhedrin werd gevormd door de overpriesters,de priesteradel; de schriftgeleerden of adel der geleerden;en de oudsten des volks, de invloedrijkste lekenfamilies(Matth. 26:3 en Marc. 8:3 1). In de Talmud waren dezeoudsten 'de groten van het geslacht' of 'de groten vanJeruzalem'. In Lucas 19:47 is sprake van de voomaamsten,aanzienlijksten of oversten des volks. De oudsten in Israëlwaren de plaatselijke overheden, die rechterlijke enpolitiële macht bezaten. In het christendom werd met deoudsten van de gemeente, de plaatselijke leiders ofvoorgangers bedoeld.

Het Griekse woord 'diakonein' betekent' aan tafel dienen',met de bijbetekenis dat dit uit liefde geschiedt (vergelijk

Page 99: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Joh. 2:5). Een 'diakonos' voerde de bevelen van een hogergeplaatst persoon uit (Matth. 20:26). Het woord 'diakonos'wordt gebruikt voor dienstknechten van de koning (Matth.22:13), voor overheidspersonen als 'dienaar van God'(Rom. 13:4). Paulus noemde zich een 'dienaar' van hetevangelie (Ef. 3:6). Er zijn 'dienaren van Christus' maarook 'dienaren van de satan' (2 Cor. 11:23 en 15). In degemeente heeft het woord diaken te maken met een ambtdat met liefdadigheid verbonden is.

Ook in de Joodse synagogen had men diakenen, die deaalmoezen ontvingen en onder de armen verdeelden. Hetchristendom heeft al deze benamingen overgenomen en ereen geheel nieuwe inhoud aan gegeven. Diakenen warenvolgens de oud christelijke traditie dus personen, diebelast waren met de armenzorg. Ook zullen zij welgepredikt hebben, indien met ervan uitgaat dat men bij deaanstellingvan de zeven in Handelingen 6 ván diakenenmoet spreken.

Diakenen zijn dus ook oudsten en wel zij die zich speciaalmet de natuurlijke belangen en natuurlijke gang van zakenin de gemeente belasten. Er wordt in 1 Timótheüs 5:17ook gesproken over oudsten die leren en onderwijzen, diezich dus bezighouden met de geestelijke verzorging enmet de opbouw van de gemeente. Hoewel de diakenen inhoofdzaak bezig zijn in dienst van de gemeente op hetnatuurlijke vlak en daar dus capaciteiten voor moetenhebben, behoren zij toch geestelijke mensen te zijn,evenals de opzieners, want er staat immers 'evenzo'. Zijmoeten waardig of eerbaar zijn, dit wil zeggen dooriedereen kunnen worden gerespecteerd. Zij traden immersook veel naar buiten op en hun was veel toevertrouwd.Eerbaarheid en waardigheid past alle christenen, maar

Page 100: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

voornamelijk hun die de gemeente naar buitenvertegenwoordigen.

De diakenen mogen niet tweetongig zijn, dit wil zeggendat hun natuurlijke adviezen in zouden gaan tegen hetleven in geloof en naar de Geest Gods. Ze mogen het dusnooit op een akkoordje gooien als het gaat tussen hetgeestelijke en het natuurlijke leven. Wie bijvoorbeeld inhet geloof leeft, moet geen mensen onder pressie zetten tothet geven van geld of tot het bewijzen van diensten. Eendiaken mag ook niets anders zeggen dan dat hij denkt enook niet bij huisbezoeken tot de een anders spreken dan totde ander, omdat zijn belang dit meebrengt. Een dubbeletong spreekt uit een dubbel of verdeeld hart.

In onze tijd geeft het dienstbetoon aan armen, weduwen,wezen, werklozen en zieken nog weinig problemendaarvan overheidswege voldoende wordt gezorgd. Dezesituatie is evenwel nog maar van korte duur en geldttrouwens alleen nog maar voor de zogenaamde rijkelanden.

Ook mag de diaken geen verslaafde zijn, een liefhebbervan veel wijn of andere alcoholische dranken. Dit isimmers een ontering voor de mens, vooral voor de christenen maakt hem ongeschikt voor de dienst des Heren. Hetwijngebruik opent trouwens de deur voor velerleiverzoekingen. In onze tijd zou ongetwijfeld het roken enhet gebruik van andere verslavende genotsmiddelen ookgenoemd kunnen worden. Bij het doen van veelhuisbezoeken is het gevaar van overmatig gebruik vansterke drank niet denkbeeldig.

Page 101: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Ook mochten de diakenen geen winst maken voor zichzelfnoch voor de gemeente. De Statenvertalers gebruiken hetwoord 'vuil-gewinzoekers' wat zeggen wil dat zij geldzouden verduisteren dat voor de openbare dienst dergemeente was bestemd, of tot eigen voordeel zoudengebruiken. De verleiding om zichzelf bij het werk in dienstvan de Heer te verrijken, moet niet onderschat worden.

Vandaar dat een voorganger beter geen penningmeesterkan zijn. Gierige diakenen zijn eeuwenlang ook een grootgevaar geweest voor de gemeente Gods, want dekerkgeschiedenis leert dat de schatrijke diaconieën huisaan huis en akker aan akker trokken, of grote kapitalen opde banken hadden staan. Christendom en het verzamelenvan aardse schatten zijn onverenigbare begrippen.

9, 10. maar het geheimenis des geloofs bewarend in eenrein geweten. Laten ook dezen eerst op de proefgesteldworden, om daarna, als zij onberispelijk blijken, hundienst te vervullen.

Een duidelijke omschrijving en afgrenzing van hetdiaconale ambt vinden wij nergens, maar het is blijkbaareen roeping voor bepaalde oudsten. Diakenen moetenmensen zijn in op wie men kan vertrouwen. Ze mogen nietop de penning zijn, want christenen die eerst denken: watkan ik eraan verdienen, kunnen in de gemeente nietvrijgevig zijn en dat is juist voor een diaken enpenningmeester van belang.

Verder moeten de diakenen broeders zijn, die degeheimenissen des geloofs, namelijk die van de verborgenomgang met God en van een wandel in de hemelse

Page 102: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gewesten, kennen. Wie het Koninkrijk der hemelenwerkelijk binnengegaan is, jaagt niet meer naar aardseschatten of natuurlijke zekerheden. Men doet dan ookgeen zaken die eigenlijk niet door de beugel kunnen enwaartegen het geweten protesteert. Volgens hoofdstuk1:19 moeten dus ook diakenen de goede strijd strijden metgeloof en met een goed geweten. Ze zijn als het wareermee gewapend.

Het werkwoord 'bewaren' wordt ook weergegeven door'bezitten'. Om de goede strijd te strijden moet men dus hetgeloof en het goede geweten als wapenen dergerechtigheid hebben. Iemand met een rein geweten heeftaltijd goede bedoelingen, wat zeer belangrijk is voor eendiaken.

Diakenen moeten óók eerst op de proef worden gesteld,dus gekeurd en getest worden, evenals alle oudsten. Hetmoet blijken uit hun levenswandel in de gemeente en uithun capaciteiten of zij geschikt zijn voor hun bediening.Het diakenambt vraagt niet alleen of men het geld goedkan beheren, maar het vereist ook het charisma om 'uit tedelen in eenvoud' en of men capabel is 'om barmhartigheidte bewijzen' (Rom. 12:8). Diakenen moeten de nodigegeestelijke bekwaamheden en de nodige wijsheid hebbenom het natuurlijke leven van de gemeente in goede banente leiden.

Het is niet goed om financiële belangen in handen tegeven van personen die niet eerst beproefd werden engeschikt werden bevonden. In de diaken treedt immers degestalte van Christus naar voren, die zelf arm zijnde,sprak: 'In zoverre gij dit aan één van deze mijn minstebroeders hebt gedaan, hebt gij het Mij gedaan' (Matth.

Page 103: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

25:40). Ook mogen zijniet door middel van het geld dat zijbeheren en uitkeren, persoonlijke macht uitoefenen. Velediakenen zijn berucht geweest omdat zij hun persoonlijkevoorkeur of afkeer mee lieten spreken bij het uitreiken vanhun liefdegaven. Deze mensen in het verleden warenverstoken van de inwoning van de. Heilige Geest, en decharismatische bekwaamheden om mee te delen enbarmhartigheid bewijzen, waren niet aanwezig. Bij henwas dus niet de Heilige Geest, met de liefde Gods en zijnonpartijdigheid, in het hart uitgestort.

De kerkgeschiedenis is vol met voorbeelden, hoe diakenenhun macht misbruikten ten opzichte van de armen, dewezen en de weduwen. Slechts wanneer zij onberispelijkzijn en er geen klachten binnenkomen, kunnen zij vanuithet midden der gemeente worden aangesteld. Laten wijniet vergeten dat de armen 'recht' bezitten, want "t Is deHeer, die 't recht der armen, der verdrukten gelden doet'(Ps. 146:8 berijmd).

11. Evenzo moeten hun vrouwen zijn: waardig, geenkwaadspreeksters, nuchter, betrouwbaar in alles.

De moeilijkheid bij de verklaringvan dit vers is, dat hetniet duidelijk is wat voor soort vrouwen de apostel hierbedoelt. Er staat letterlijk: 'Vrouwen evenzo waardig, geenkwaadspreeksters, nuchter betrouwbaar in alles'. Gaat hethier dus over vrouwen van de diakenen, zoals de NieuweVertaling suggereert, of gaat het over vrouwen,diaconessen die naast de diakenen hun ambt vervullen?Dit laatste speciaal in verband met de verzorging vanweduwen die in die tijd geen uitkering kregen en ook geenbaan konden krijgen, en van zieken en van armen.

Page 104: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Vóór de mening dat wij hier met vrouwen te doen hebben,wier mannen kandidaat waren voor het diaconaat, Pleit datvers 11 anders de eenheid over het gedeelte dat over hetdiakenambt gaat, verstoort. De verzen 8-10 gaan over dediakenen en ook de verzen 12 en 13 spreken weer overhen. Verder wordt pas in hoofdstuk 5:9-15 over eendiaconale taak gesproken, die speciaal door weduwenboven de zestig mag worden vervuld. Ook zou men bijspecifieke vrouwelijke diakenen een andere uitdrukkingmogen verwachten dan alleen maar de aanspreekvorm:vrouwen.

Paulus kan dus bedoelen dat men bij het kiezen enaanstellen van diakenen en uiteraard ook bij het kiezenvan oudsten rekering moet houden met de persoon metwie zo'n ambtsdrager gehuwd is. Wij lezen dat hunvrouwen ook eerbaar van gedrag moeten zijn, geenlasteraarsters, geen babbelkousen die allerlei verhaaltjesuitstrooien, waardoor ze ongenoegen verwekken entweedracht zaaien. Ze moeten ook gematigd zijn in hundenken en handelen, dus beheerst zijn en geen onbekookteopmerkingen maken.

Ze moeten hun echtgenoten dus ondersteunen tot goede enpositieve uitspraken en handelingen en hen niet opstokenmet allerlei dwaze en impulsieve opmerkingen die tot eenonverantwoord optreden leiden. Vrouwen van oudsten,onder wie dus als ze er zijn ook de diakenen zijn begrepen,moeten betrouwbaar zijn in alles, dus een voorbeeld zijnvan rust, evenwichtigheid en godsvrucht. Het is bekenddat een vrouw haar man geestelijk omhoog kan stuwen,maar hem ook tot een laag, platvloers niveau kan brengendoor allerlei holle en, ijdele praat.

Page 105: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Als argument vóór vrouwelijke diakenen wijzen wijallereerst op het bijwoord 'evenzo', dat ook in hoofdstuk2:9 en 3:8 een nieuwe groepering aanduidt. Verder valt hetop dat de apostel in vers 12 na de onderbreking met dediaconessen opnieuw het woord 'diakenen' gebruikt. Deargumenten tegen vrouwelijke diakenen zijngemakkelijker op te lossen dan omgekeerd. Vermoedelijkwaren de diaconessenweduwen op leeftijd (zie 5:9), maarde kerkgeschiedenis wijst ook op jonge diaconessen.Phébe was dienares of letterlijk 'diacones' van degemeente te Kenchrea. Zij was hiervoor aangesteld enstond in dienst van de gemeente aldaar (Rom. 16:1,2).Naast het ambt van diaken was er dus een vrouwelijkeequivalent van 'wie dient, in het dienen'. Dat was ook welnodig. daar de bijzondere zielszorg en ook de hulp aanvrouwen wegens de welvoeglijkheid niet aan mannen konworden overgelaten.

In een brief van Galus Plinius Secundus aan keizerTrajanus schrijft deze ambtenaar over twee slavinnen, diedienaressen geweest waren en die hierover op de pijnbankwaren ondervraagd. In de Bithynische gemeentenwaarover het hier gaat, werden dus ook diaconessengevonden, ongetwijfeld ter verzorging van armen enzieken. Uitdrukkelijk vermeldt deze schrijver dat ze'dienaressen' genoemd werden, evenals Paulus Phébe alsdienares der gemeente aanduidde. Omdat ze slavinnenwaren, werden ze onder foltering ondervraagd.

De voorwaarden die Paulus aan deze vrouwelijkediakenen stelt, lopen vrijwel parallel met die van hunmannelijke collega's: eerzaamheid, nuchterheid, vrij zijnvan kwaadsprekerij en betrouwbaar in alles wat hun wasopgedragen. Ze moesten dus respectabele vrouwen zijn die

Page 106: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

bij huisbezoeken niet roddelden, die zakelijk waren in hetnatuurlijke leven en wijs en met veel inzicht waren in hetgeestelijke leven. Men moest op deze vrouwen volkomenkunnen vertrouwen. Bij hen mochten geen lekken naarbuiten zijn, zodat geheimen en schuldbelijdenissen vanmensen in nood goed werden bewaard.

12,13. Diakenen moeten mannen van één vrouw zijn, hunkinderen en hun eigen huis goed bestieren. Want zij, diehun dienst goed hebben vervuld, verwerven zich eenereplaats en veel vrijmoedigheid om te spreken door hetgeloof in Christus Jezus.

De diakenen mogen evenmin als de opzieners, polygamiebedrijven. Wellicht wordt ook bedoeld dat zij geengescheiden mannen mogen zijn, die hertrouwd waren,want ze moeten de man van één vrouw zijn. De Leidsevertaling, die van Brouwer en de Canisius-vertalinghebben: 'Diakenen mogen slechts éénmaal gehuwd zijn'.Anders is hun huwelijk geen voorbeeld meervoor degemeente. Het zal in die tijd wel moeilijk zijn geweest omzulke mannen te vinden. Verder vinden we hier ook eenaanwijzing dat de leiders in de gemeente zeer zorgvuldigmoeten leven, want ze moeten innerlijk zuiver zijn.

Ze zullen geen 'zwak' voor andere vrouwen mogenhebben, zodat ze niet in hun gedragingen veranderen ofgaan flirten, wanneer knappe, jonge en vlotte vrouwen inhun buurt zijn. Onze Heer stelt geen charmeurs in zijngemeente aan. Dit alles is in strijd met de waardigheid vaneen dienstknecht des Heren.

Page 107: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Uit het liefdevol besturen van zijn eigen gezin, uit hetharmonisch samenleven met zijn eigen vrouw, zal blijkenof een christen ook geschikt is om leiding te geven in hethuisgezin Gods, want indien iemand zijn eigen gezin nietweet te bestieren, hoe zal hij voor de gemeente Gods zorgdragen?' (vers 5). Evenals bij de opzieners is dus het eigengezin de testcase of de toetssteen. Besturen is leidinggeven met zachtmoedigheid en vriendelijkheidzondergeweld en dwang. De ouders zijn ervoor dekinderen en de opzieners en de diakenen zijn er tenbehoeve van de gemeenteleden. Ze hebben een dienendefunctie.

De diakenen kwamen destijds met veel mensen inaanraking die materieel in nood verkeerden. In eenwelvaartsland ligt dit tegenwoordig anders, maar desituatie kan veranderen. Diakenen moeten veelbelijdenissen aanhoren in het natuurlijke, maar nauwermee verbonden ook in het geestelijke leven. Wanneer zijhun ambt goed vervullen, hebben zij eenvertrouwenspositie, een 'ereplaats'. 'De ererang' die zij'veroveren' vertaalt 'Het Nieuwe Testament metcommentaar'. Dit beeld is waarschijnlijk ontleend aan hetmysteriewezen der Grieken. Het wijst dan op de tredenvan de hemelse troon, die naar de nabijheid van God voert.

De diakenen hadden bij die natuurlijke hulp die zeverleenden, ook veel gelegenheid om vrijmoedig over hetgeloof te spreken. Zij moesten het ene doen en het andereniet nalaten. Ambtsdragers die niet voldoen aan debepaalde eisen die hier de apostel noemt, verliezen hungezag in de gemeente en het respect van hun omgeving. Erwordt dan gedacht of misschien wel openlijk gezegd, datze zelf hun levenssfeer maar eens moesten veranderen. Op

Page 108: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

den duur worden zulke onbekwame ambtsdragersgefrustreerd en trachten zich dan te handhaven metnatuurlijke middelen en autoritair optreden. Zij verliezendaarmee hun innerlijke vrijmoedigheid in de gemeente,dus het zedelijke recht om vrijmoedig over het christelijkegeloof te spreken. Ze gebruiken dan grote en hardewoorden om zich waar te maken.

Let erop dat het woordje 'vrijmoedigheid' dikwijls, wijstop een vertrouwelijke omgang met God. Zo staat er: 'Latenwij met vrijmoedigheid toegaan tot de troon der genade',dus zijn 'treden' bestijgen (Hebr. 4:16). Zo ontvangenzulke getrouwe dienstknechten daar een 'ereplaats', want'in Christus Jezus hebben zij de vrijmoedigheid en detoegang met vertrouwen door het geloof in Hem' (Ef. 3:12,vergelijk ook 1 Joh. 2:28; 4:17 en 5:14).

14,15. Dit schrijf ik, hoewel ik vrij spoedig tot u hoop tekomen. Mocht ik nog uitblijven, dan weet gij, hoe men zichbehoort te gedragen in bethuis Gods, dat is de gemeentevan de levende God, een pijler en fundament derwaarheid.

In het begin van zijn brief had Paulus aan Timótheüsgeschreven om nog in Eféze te blijven teneinde daar allesgoed te regelen. Hoewel de apostel hoopte binnen niet alte lange tijd te komen, schreef hij er al vast over, omdathet een urgente zaak was dat de gemeente in Eféze goedfunctioneerde. Moest de gemeente van alle eeuwen er ookniet aan wennen het ook zonder de tegenwoordigheid vande apostel te doen? De uitdrukking 'zo ik vertoef werddoor zijn spoedig verscheiden reëel (2 Tim. 4:6).

Page 109: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Paulus gaf aan Timótheüs aanwijzingen en raad, opdat zijbeiden in één geest zouden handelen en optreden.Ongetwijfeld voorzag Paulus ook moeilijkheden metbepaalde oudsten, die een eigen weg gingen en verkeerdedingen spraken, teneinde de leden der gemeente achterzich te krijgen (Hand. 20:30). Vandaar de opmerking datzijn jonge helper moest weten, hoe men zich in het huisGods behoorde op te stellen.

De uitdrukking 'huis' heeft meerdere betekenissen. Zij kaneen aanduiding zijn voor mensen die een huisgezinvormen, maar ook voor een gebouw waarin zij wonen ofdat zij gebruiken, en soms ook voor een geslacht dat inzo'n huis zijn oorsprong vond, bijvoorbeeld, 'huis Davids'.Het 'huis Gods' zou de tabernakel of de tempel kunnenaanduiden (Matth. 12:4). Het evangelie van het Koninkrijkder hemelen sluit evenwel een aardse woonstede Gods uit.In de brief aan de Eféziërs schreef Paulus over degemeente als een woonstede Gods in de geestelijkewereld.

Het 'zich gedragen' heeft dus niet te maken met een zichfluisterend en vol eerbied bewegen in een grotekathedraal. De eerste christenen kwamen in particulierehuizen samen ofwel in scholen, zoals in Eféze 'in degehoorzaal van Tyrannus' waarschijnlijk een heidensewijsgeer die het gebruik van zijn lokaal afstond, wanneerzijn eigen lessen waren geëindigd. Het ging er hier bij deapostel evenwel om hoe men zich moet opstellen als ledenvan de gemeente, wat natuurlijk niet uitsluit dat er rust envrede moeten zijn in onze samenkomsten. Discipelen vande Heer behoren gedisciplineerde mensen te zijn!

Page 110: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Een huisgezin is een organisch geheel waar alle leden ineen bepaalde orde functioneren en waar ieder zijnverantwoording heeft. De gemeente is het huisgezin vanGod, waar God de Vader is en Jezus Christus de oudstebroeder en alle verdere ledenbroeders en zusters zijn,weliswaar met verschil in geestelijke leeftijd enontwikkeling, maar met dezelfde rechten. In een gezingaat het individu niet onder in de gemeenschap en is ookniet aan haar onderworpen, maar de gemeenschap is er omhet individu tot ontwikkeling te brengen en totzelfstandigheid.

De gemeenteleden zijn, wanneer ze hun juiste plaatsinnemen - zich dus goed gedragen - met elkaar de zullenen de stutten van de waarheid of van het plan van God.

Voor 'fundament' heeft de Statenvertaling 'vastigheid'.Andere vertalingen hebben: ondersteuning, stut of schoor,bolwerk, voornaamste steun, basis. De gemeenteledenhouden samen de waarheid omhoog in tegenstelling metde goddeloze mensen, die de waarheid in ongerechtigheidten onder houden (Rom. 1:18). Zullen of stutten zijn diechristenen, die overwinnaars zijn geworden (Openb. 3:12,vergelijk Gal. 2:9).

16. En buiten twijfel, groot is het geheimenis dergodsvrucht: Die Zich geopenbaard heeft in het vlees, isgerechtvaardigd door de Geest, is verschenen aan deengelen, is verkondigd onder de heidenen, geloofd in dewereld, opgenomen in heerlijkheid.

Paulus sprak in het vorige vers erover dat degemeenteleden de waarheid van het plan Gods doorhun

Page 111: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

geloof en levenswandel schoorden. Nu gaat hij verder metdoor te dringen in de verborgen wijsheid Gods, die Godreeds van eeuwigheid voorbeschikte tot onze heerlijkheid.Het gaat bij hem nu over 'wat geen (natuurlijk) oog heeftgezien en geen (natuurlijk) oor heeft gehoord en wat ingeen mensen hart is opgeklommen, over al wat God heeftbereid voor degenen die Hem liefhebben'. De Geest in onsdoorzoekt dan alle dingen, zelfs de diepste gedachten vanGod, want ons heeft God door zijn Geest al dezeheerlijkheden geopenbaard (1 Cor. 2:9, 10).

Het geheimenis is, dat de gemeente tot volkomenheerlijkheid zal komen door de rijkdom van Gods genadeen door de werking van de Heilige Geest. Dit kan alleengerealiseerd worden door de prediking van het evangelievan het Koninkrijk der hemelen. Verschillende Engelsevertalingen hebben: ongetwijféld of boven alle vragenverheven, is het geheim van onze religie. Groot is dus derijkdom van Gods genade, van zijn plan en van zijnbemoeienissen met de mens, wat in de Nederlandse zesvertalingen weergegeven is door de woorden:godzaligheid, vroomheid, godsvrucht en godsdienst.

De geweldige rijkdom van genade in de mysteries van hetKoninkrijk der hemelen is allereerst geopenbaard in hetvlees door de geboorte van de mens Jezus Christus. In deontwikkeling en groei van het evangelie wordt ditgeheimenis der godsvrucht, deze rijkdom van genade,verder waar gemaakt door de Heilige Geest in tal vanmensen, zoals er staat: 'Maar toen de goedertierenheid enmensenliefde van onze Heiland en God verscheen, heeftHij, niet om werken der gerechtigheid, die wij zoudengedaan hebben, doch naar zijn ontferming ons gered doorhet bad der wedergeboorte en der vernieuwing door de

Page 112: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Heilige Geest, die Hij rijkelijk over ons heeft uitgestortdoor Jezus Christus, onze Heiland, opdat wij,gerechtvaardigd door zijn genade, erfgenamen zoudenworden overeenkomstig de hope des eeuwigen levens'(Titus 3:4-7).

De engelen waren begerig om in te zien in dit heil, dus inhet geheimenis Gods (1 Petr. 1:12). Nu in deze laatste tijdwordt door de gemeente, die haar plaats in het Koninkrijkder hemelen heeft ingenomen, de veelkleurige wijsheidGods ook aan hen bekend gemaakt in de hemelsegewesten (Ef. 3:10). Wij denken hierbij ook aan hetspreken doorons in talen van engelen (1 Cor. 13:1).

De apostelen en evangelisten die uitdelers zijn van demenigerlei genade Gods hebben dit heil aan alle creaturenverkondigd (Marc. 16:15 St. Vert.). Vele mensen namendit heil aan en geloofden en het werd door hen opgenomenof aanvaard in zijn volle heerlijkheid.

Waarschijnlijk waren de regels van dit vers een gedeelteuit een oude, bestaande hymne ter verheerlijking van hetmysterie der genade Gods. Dit blijkt wel uit deeigenaardige zinsbouw en uit het begin van iedere regel.

Page 113: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

HOOFDSTUK 4

1. Maar de Geest zegt nadrukkelijk, dat in laatre tijdensommigen zullen afvallen van het geloof, doordat zijdwaalgeesten en leringen van boze geesten volgen,

Er zijn vage maar ook scherp omlijnde profetieën, die niet'ten dele' zijn. Wanneer de Geest nadrukkelijk of duidelijkdoor profeten spreekt, kan dit ook betekenen, dat zo'nboodschap door verschillende profeten leder op zijneigenwijze geformuleerd, telkens terugkeert. Het isdaarom van groot belang dat een gemeente profeten heeft,die door de Heilige Geest worden geïnspireerd, opdat zij'stichtend, vermanend en vertroostend' spreken, en degemeente een vaste koers doen houden. In het bijzonder inde laatste dagen openbaren de ware profeten dan ook eenopmerkelijke eenheid van gedachten en gezindheid.

Paulus spreekt overeen afval in 'laatre tijden'. Wij kunnenconstateren dat deze profetieën zijn uitgekomen, want weleven er midden in. De bijbel leert met nadruk een afvalder heiligen, want hetgeen afvalt, heeft ergens aanvastgezeten: men heeft het Woord van God geloofd en toenweer losgelaten. Gelukkig staat hiertegenover hetopenbaar worden van de zonen Gods, van een gemeente'stralend, zonder vlek of rimpel of iets dergelijks, heilig enonbevlekt' (Ef. 5:27). De apostel schreef in 2Thessalonicenzen 2:3 dat men zich niet door dwaalgeestenmoest laten misleiden, want eerst zou de afval komen.Johannes schreef over deze 'laatre tijden 'als over 'delaatste ure' (1 Joh. 2:18). In 'laatre tijden ' en in 'de laatstetijd worden alle dingen tot vervulling gebracht vanwege de

Page 114: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

laatste openbaring van de antichristen en van de zonenGods.

De afval is massaal en op velerlei wijzen gekomen. In deeindtijd, wanneer de verachtering haar climax bereikt,wordt Babylon, de 'grote' stad genoemd, want hetverbasteringsproces is constant doorgegaan. In hetbeginstadium van deze 'tijden ' waren het 'sommigen', vanwie enkelen in deze brief worden genoemd, zoalsHymenaeüs en Alexander (1:20). Ook onkruid vormt eersteen kleine plant, maar het overwoekert tenslotte het goedezaad. Het geloof moet gericht zijn op de waarheid, op hetzuivere Woordvan God, op het evangelie zoals Jezus Zelfpredikte en ook de apostelen brachten.

Men heeft evenwel het evangelie van het Koninkrijk derhemelen losgelaten en zelfs in Eféze, in deze begenadigdehoogstaande gemeente, viel men van een grote hoogte, vande hemel naar de aarde, van de onzienlijke wereld naar dezienlijke (Openb. 2:5). De gemeente in Eféze zou nooitkunnen zeggen, dat zij niet vermaand was. Aan het eindevan zijn loopbaan had Paulus haar oudsten reedsgewaarschuwd voor 'grimmige wolven, die de kudde nietzouden sparen '. Uit haar eigen midden zoudendwaalleraars opstaan (Hand. 20:28-30).

Duidelijk wordt meegedeeld dat dwalingen en valseleringen geïnspireerd worden door boze geesten en huninspiraties door mensen worden gevolgd. Evenals achterzonden en ziekte werken ook achter valse leringen dedemonen uit het rijk der duisternis en zij zitten nooit stil.

Paulus had in het vorige gedeelte al uiteengezet hoe menzich in het huis Gods diende te gedragen, zodat de

Page 115: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gemeente pijler en fundament van de waarheid zou kunnenblijven. De boze geesten zouden evenwel in de loop dertijden verwarring stichten, teneinde de weg naar devolkomenheid te blokkeren. Er staat in Eféziërs 4:14 datde geestelijk onmondige christenen door dwaalleraars'heen en weder worden geslingerd onder invloed vanallerlei wind van leer door het valse spel der mensen, inhun sluwheid 'die tot dwaling verleidt'.

Wie zich evenwel aan de waarheid houdt, groeit toe naarhet beeld van Christus, het hoofd van het Lichaam. In delaatste tijden zullen de geesten in de kerk als nooit tevorenverdeeld zijn en op elkaar botsen. De kracht der verleidingzal zo groot zijn, dat men de leugen zal geloven alsof dezede volle waarheid was (2 Thess. 2:11). In tegenstellingmet de grote 'afval' in de eindtijd heeft de ware en trouwgebleven gemeente de belofte van haar Heer, dat zij zalworden 'opgenomen in heerlijkheid' (1 Thess. 4:17).

2,3. door de huichelarij van leugensprekers, die in huneigen geweten gebrandmerkt zijn, het huwelijk verbiedenen het genot van spijzen, welke God toch geschapen heeftom met dankzegging te worden gebruikt door degelovigen, die tot erkentenis der waarheid gekomen zijn.

Paulus noemt de brengers van dwalingen: huichelachtigeleugensprekers. Zij weten immers innerlijk dat zij niet devolle waarheid belijden. Inzonderheid de leer van hetKoninkrijk der hemelen, welke zuiver op de geestelijkewereld gedicht is, staat buiten hun denken. Altijd hebbende boze geesten wel personen kunnen vinden, die hunleringen doorgaven en die door de apostel huichelaarsworden genoemd. Het verschrikkelijke is, dat mensen die

Page 116: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

deze dwalingen in de wereld brengen meestal niet wetendoor wie ze worden gebruikt. Ze denken vaak dat ze zichin dienst stellen van God. Ze menen Gode een dienst tebewijzen.

De leugenaars over wie de apostel hier spreekt, leven bijgeboden en verboden in de zichtbare wereld. Ze doen zichwel serieus voor, maar zij bewegen zich in de natuurlijkewereld, omdat zij geboden opleggen: raak niet, smaak niet,roer niet aan; dat alles zijn dingen, die door het gebruik teloor gaan, en slechts dienen tot bevrediging van het'vrome' vlees (Col. 2:20-23). 'Ze zijn in hun eigen gewetengebrandmerkt', want ze dragen in het Koninkrijk derhemelen het slaventeken van hun dienstbaarheid aan deduivel, van onoprechtheid en slechtheid.

Er is geen stuk van het fundament van het geloof en geendeel van de weg naar de volmaaktheid, die niet door deleugengeesten zijn aangetast. Vanaf de bekering tot aan deopenbaring van de zonen Gods hebben de boze geestendoor middel van dwaalleraars en valse profeten getrachtalles op losse schroeven te zetten, te veranderen en teverdraaien. Dit soort lieden dat zich op uiterlijke plichtentoespitst, weet weinig van bekering, wedergeboorte,oplegging der handen of doop in de Heilige Geest, wantdeze zaken staan in verband met de geestelijke wereld.

Maar ook op het natuurlijke leven van de gelovigenhebben de leugensprekers hun verwoestende enontwrichtende invloed laten gelden. Paulus noemt hier dantwee voorbeelden, namelijk van leiders die het huwelijkverbieden en daardoor menen een meer aan God gewijdleven te kunnen leiden, en de dwaling van de onthoudingvan spijzen, zoals het judaïsme en bepaalde heidense

Page 117: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

filosofieën dit voorschrijven. In de christelijke kerk zijnlater te allen tijde kringen geweest, die de bevredigingvande natuurlijke en lichamelijke begeerten verwerpelijkachtten.

Maar de seksualiteit in het huwelijk is geen uitvinding vande boze, want zij berust op een scheppingsuitspraak, datman en vrouw één vlees zullen zijn. Tegenover deovertrokken spijzenascese, welke uitgaat van de opvattingdat de materie minderwaardig en slecht zou zijn, steltPaulus dat alles wat God heeft geschapen, goed is. De'verboden' spijzen zijn deel van Gods schepping, waarvanHij sprak dat zij goed was.

De gelovigen zijn 'tot erkentenis der waarheid gekomen 'door het evangelie van het Koninkrijk der hemelen. Zijmogen daarom in de natuurlijke wereld zeggen: alles ismij geoorloofd, maar ze zijn zich daarbij wel bewust datzij matig en kuis zullen leven, teneinde geen slaaf teworden van hartstochten, die in hun leden werken om voorde dood vruchten te dragen (Rom. 7:5).

Paulus gaat in op de in zijn tijd opkomende dwalingen,waarmee hijzelf al te maken had gehad. Geen natuurlijkmens wordt in zijn geweten aangeklaagd, wanneer hijhuwt of eet. Alleen boze geesten verbieden deze normalelevensfuncties. Denk aan het kloosterleven, ook bij deprotestanten (Mariënschwestern).

In het oude verbond kwam het monnikenleven niet voor;het is van heidense oorsprong. Het oude verbond kendewel spijswetten, maar deze zijn door Jezus opgeheven.Alleen wat de mond uitgaat, wat uit het hart komt, kan demens onrein maken. Jezus verklaarde alle spijzen rein!

Page 118: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

(Marc. 7:19). De gelovige, die het werkelijke plan vanGod en zijn gedachten kent, mag dankbaar gebruik makenvan alles wat God heeft geschapen. Men mag Hem dankenvoor de natuurlijke dingen, voor wat nodig is voor hetonderhoud van het lichaam, maar ook voor het huwelijk enhet gezinsleven. Bij onthouding van het huwelijk denkt deapostel aan mensen, die deze onthouding bewust kiezen enpropageren om God meet welgevallig te zijn. Het gaat hierbeslist niet om ongetrouwden, tot wie hij waarschijnlijkzelf behoorde.

4,5. Want alles wat God geschapen heeft, is goed en nietsdaarvan is verwerpelijk, als het met dankzeggingaanvaard wordt: want het wordt geheiligd door het woordGods en door gebed.

Natuurlijk kan men alle 'goede gaven' misbruiken. De mandie overspel bedrijft of die zich bedrinkt, zondigt, en devrouw die zich een indigestie aan iets lekkers eet,overtreedt ook een wet van God. De regel die Jezusinstelde, is die van de 'smalle weg'. Lustgeesten drijven deman naar meerdere of andere vrouwen en religieuzegeesten dwingen hem tot het celibaat. De smalle weg isevenwel dat de man zich bepaalt tot zijn eigen vrouw. Zois het ook met eten en drinken waarvoor matigheid isvoorgeschreven. Daarom is het noodzakelijk zijn leven teheiligen, dit is af te zonderen van de verleidende enpressende boze geesten, en geleid te worden door hetWoord van God dat kennis verschaft aangaande zijn wil.Het gebed voert daarbij de christen in de hemelsegewesten met het gevolg dat de Heilige Geest in hemwerkzaam kan zijn.

Page 119: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De gewoonte van het dank- of tafelgebed voor of na demaaltijd is ontleend aan de bijbel. Toen onze Heer deschare spijzigde, zag Hij op naar de hemel en sprak Hij dezegen over deze massale maaltijd uit. Het dankgebedverbetert het voedsel niet, maar doet wel degeestesgesteldheid van de bidder kennen en zijngerichtheid naar de gedachten en bedoelingen van degoddelijke Gever. Het vasten is een voorbereiding tot eenintensiever geestelijk leven.

De mens tracht dan te ontkomen aan de zorgvuldighedenvan het leven die zijn gemeenschap met God verstikken.Dit behoeft dan niet alleen gepaard te gaan door minder ofin het geheel niet te eten ofte drinken, maar misschien ookdoor wat minder tijd te besteden aan zijn dagelijkse arbeiden bezigheden, of ook door wat meer in tongen te spreken,waardoor men zich geestelijk verheft. Wij verwerpenevenwel de ascese, de religieuze 'koketterie', omdat al hetgeschapene Gods eer verkondigt.

Paulus appelleert aan de woorden van Jezus in Marcus7:19, die alle spijzen rein verklaarde. Geen enkele spijs isuit religieus oogpunt verwerpelijk, hoewel natuurlijk nietalle spijzen goed voor ieders lichaam zijn. Er zijn immersook vergiftige en verdovende planten, maar deze dienenniet tot spijze. Men mag rustig vlees eten dat aan afgodenis gewijd, als men er maar geen enkele geestelijke waardeaan hecht. In dit geval heft het gebed van de gelovigeiedere occulte beïnvloeding op. Het woord van God is datalle spijzen rein zijn, ook al zouden ze eerst aan deafgoden zijn geofferd. De Joodse gewoonte van hettafelgebed werd door Jezus overgenomen en ook door deeerste christenen (Matth. 14:19 en Rom. 14:6).

Page 120: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De vraag rijst hoe wij tegenover de zogenaamdeNoachitische wetten staan, dus dat geen vlees gegeten magworden met 'zijn bloed', dus waar het bloed nogfunctioneert (Gen. 9:4). Er staat daar niet dat geen bloedmag worden gegeten, maar het vlees met zijn bloed, duslevend gebruikt. Uit het vervolg blijkt dat men eerbiedmoet hebben voor het leven!

Wat het besluit van de vergadering te Jeruzalem betreft,welke voorschreef dat de heidenen die zich tot Godbekeerden, zich moesten onthouden van hetgeen aan deafgoden was geofferd, van het verstikte, van bloed enhoererij, kunnen wij opmerken dat men daar een regelingtrof om het verkeer tussen heidense en Joodse christenengemakkelijker te maken, want in iedere stad woonden welJoden en proselieten met wie men rekering moest houden(Hand. 15:19-21). Denk bijvoorbeeld aan degemeenschappelijke maaltijden die men had! Paulusschrijft later dat offervlees rustig mag gegeten worden (1Cor. 8:4-13).

6,7. Als gij dit de broeders voorhoudt, zult gij een goeddienaar van Christus Jezus zijn, wél onderlegd in dewoorden des geloofs en der goede leer, die gij gevolgdzijt; maar wees afkerig van onheilige oude-vrouwenpraat.Oefen u in de godsvrucht.

Als Timótheüs de dwaalleraars en de Judaïsten bestrijdt ende gemeente de zuivere wil van God voorhoudt, doet hijwél. In eerste instantie slaat 'dit' natuurlijk op de juisteinzichten aangaande het verbod om te huwen en op hetzich ontzeggen van bepaalde spijzen. Het algemene vandit voornaamwoord blijkt evenwel uit vers 11, waar het

Page 121: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

een ruimere inhoud heeft. Het woord 'broeders' past bij deopmerking van hoofdstuk 3:15, dat de gemeente eenhuisgezin is (vergelijk 5:1; 6:2; en 2 Tim. 4:21). Uiteraardwillen v; wij door het herstel van de positie der vrouwhierin ook onze zusters betrekken (vergelijk 2:13-15). Hetwoord 'adelphos' betekent broeder of zuster, zelfs inruimere zin ook bloedverwant.

Het is van belang dat de voorgaande broeders de gemeenteop de rechte weg houden en dit kan alleen als zij zelfgoede inzichten hebben. Paulus had Timótheüs opgeleiden deze kende de Schriften, de woorden Gods, waaraanhet geloof zich moet vastgrijpen teneinde niet op allerleidwaalwegen te worden gebracht. Deze prediker had de'goede leer' gevolgd', hetgeen letterlijk betekent: vandichtbij benaderd of bestudeerd.

Wie op enigerlei wijze het woord verkondigt, moet er eengedegen studie van maken, zodat het tot zijn eigendom isgeworden en hij niet vervalt in oudevrouwenpraat, inallerlei hobby-achtige onderwerpen, in slogans, in (volleevangelie) kreten, of in wat men zelf aardig en mooivindt, maar de spreker eenzijdig gericht maken.

In onze dagen zijn er christenen die zeggen dat het met deleer niet zo nauw komt: niet de leer maar de Heer, of hetdenigrerende gezegde: leer zit onder mijn schoenen. Zijgaan liever op de emotionele toer teneinde hun geestelijkeonkunde te compenseren. De apostel spreekt hier evenwelover de 'goede' leer en in hoofdstuk 1:10 had hij het overde 'gezonde 'leer. Wie de juiste leer brengt, is een goed'diaken' van Christus. Dwalingen zijn juist heel gevaarlijk,want zij misleiden de mensen massaal door hun blik af te

Page 122: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

trekken van het doel, de volkomenheid, en hen te richtenop natuurlijke en zichtbare zaken.

De grote ellende van vele gemeenten bestaat hierin, datmen predikers heeft, die niet zelfstandig de bijbelonderzoeken, maar die zich houden aan de traditioneleopvattingen der vaderen, die geen enkel perspectief gevenineen antichristelijk tijdperk. Zulke mensen wordendaarom gemakkelijk meegesleept door allerlei eindtijd-uitleggingen, die het zielenleven in beroering brengen.

Paulus hekelt de 'oudwijfse fabelen ' (St. Vert.), het zichbezighouden met allerlei geslachtsrekeringen, metverhaaltjes, met inzettingen, met tradities, metvoorschriften van mensen, met inspanningen en metonthoudingen, welke geen enkele vrucht afwerpen. Hetlijkt alles wel verbazend interessant, maar ze betekenenniet meer dan de 'muthos', de mythen of de fabelen uit deheidense godenleer, die geestelijk op gelijk niveau staanmet de sprookjes en spookgeschiedenissen die oudevrouwen aan hun kleinkinderen vertellen. In onze tijdendenken we aan een boek zoals 'De planeet die aarde heette'van Hal Lindsey.

Natuurlijk namen de heidense godsdienstleraren en deJoodse rabbijnen Paulus zulke uitdrukkingen heel kwalijk,evenals men dit ook in onze tijd allen doet die het nuchtereen reële evangelie van het Koninkrijk der hemelenverkondigen. Denk ook eens aan wat de 'vrome' geesteneeuwen lang met hun schijnbare diepzinnigheden hebbenbereikt: zij konden hun volgelingen geen enkele zekerheidtot behoud schenken!

Page 123: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Timótheüs moest zich oefenen in de godsvrucht. Van ditwoord 'oefenen ' dat Paulus hier gebruikt is ons woordgymnastiek afkomstig, oorspronkelijk desportbeoefeningen in het 'gymnasion', de plaats waargeworsteld en getraind werd. Bij de apostel dienen dezesporttermen als beelden om hogere en geestelijkeoefeningen aan te duiden. Op deze wijze zou Timótheüsdan deel krijgen aan de ontwikkeling tot zonen Gods. Hijzou zich moeten inspannen om gemeenschap te hebbenmet God door de Heilige Geest. Wie aan topsport doet,ontzegt zich vele dingen om in goede conditie te blijven.Zo oefent zich ook de christen in de geest, want hij wilniet dat in zijn gedachteleven het goede zaad verstiktwordt door de zorgvuldigheden van het leven.

8. Want de oefening van het lichaam is van weinig nut,doch de godsvrucht is nuttig tot alles, daar zij een belofteinhoudt van leven in heden en toekomst.

Paulus leefde in een tijd waarin Joodse en heidense,godsdienstige mensen door allerlei onthoudingen,kastijdingen en verstervingen van het vlees, meenden totbevrijding van de geest te komen. Zij zochten dus eenoplossing in de zichtbare wereld door allerlei oefeningenzoals wij deze nu nog vinden bij de beoefenaars van yogaen het monnikenwezen, bij de protestantseheiligingsbewegingen, die het dragen van sieradenverbieden, die veelal de mensen opwekken tot langegebeden, vasten, stille tijd, het dragen van ouderwetsekleding en lichaamstrainingen of onthoudingen.

Het is duidelijk dat de apostel dit soort oefeningendezelfde geestelijke waarde toekent als die van de sport.

Page 124: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De Griekse wereld kende ook al de sportverdwazing methaar body-building en aanbidding van lichamelijke kracht.Denk maar aan de Olympische spelen en debeeldhouwwerken die bewaard zijn gebleven. Natuurlijkbedoelt de apostel niet dat lichamelijke oefening en sportte veroordelen zijn. Deze zijn vaak nodig voor degezondheid van het lichaam, vooral in een tijd waarin veelmensen een zittend leven leiden. Uiteraard had de apostelweinig behoefte aan lichamelijke training, gezien de velelange voetreizen die hij maakte, indien hij tenminste nietin de gevangenis zat. Paulus stelde de 'vrome kastijding'van het vlees, waarover hij ook in Colossenzen 2:23schreef, op dezelfde lijn als de overdreven en nuttelozesportprestaties.

De gemeenschap met God is geen fysische of natuurlijkemaar spirituele of geestelijke zaak. Hiervoor is eengeestelijke oefening nodig. Denk bijvoorbeeld aan deoefening der zinnen in het onderscheiden van goed enkwaad (Hebr. 5:14). Als een begeerte of gedachte bij jeopkomt, moet je deze leren onderscheiden. Paulus oefendezich erin om geen aanstoot te geven, maar om eenonergerlijk of zuiver geweten te hebben (Hand. 24:16).Men moet zich ook in geduld oefenen (Jac. 5:8 en Hebr.6:15). In de geestelijke strijd moet er geoefend worden.

Een godvruchtig leven, het zoeken naar God, het ingenade leven. Het leven naar het plan en naar degedachten van God, heeft een belofte voor het heden envoor de toekomst. Het woord 'godsvrucht' dat de NieuweVertaling gebruikt, is de vrucht die God zoekt, namelijk devolkomen geestelijke mens. Deze is ook het doel dat wijzoeken en wij moeten ons oefenen om deze te openbarenen dit doel te bereiken, want wij lopen in een wedloop.

Page 125: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Jezus sprak: 'Zoek eerst het Koninkrijk Gods en zijngerechtigheid en al het andere zal u toegeworpen worden '.Onze hemelse Vader weet wat wij nodig hebben voor hetnatuurlijke en geestelijke, voor het heden en voor detoekomst. Hij garandeert ons dat wij altijd onbezorgdzullen kunnen leven, nu en in eeuwigheid.

9,10. Dit is een betrouwbaar woord en alle aannemingwaard. Ja, hierom getroosten wij ons moeite en groteinspanning, omdat wij onze hoop gevestigd hebben op delevende God, die een Heiland is voor alle mensen,inzonderheid voor de gelovigen.

Opnieuw gebruikt de apostel de bekende uitdrukking vandie tijd: 'Dit is een betrouwbaar woord' (zie 3:1 en 2 Tim.2:11). Deze uitspraak is waard om zich erop te richten endeze in gedachten te houden. Uit vers 10 blijkt wel datPaulus geen overtrokken geestelijk mens is, die maar meteen boekje in een hoekje zit. Hij getroost zich met zijnhelpers veel inspanning, maar dit is geen nuttelozeoefening, die God niet welbehaaglijk is. Hij spant zich alseen atleet in om het evangelie verder uit te dragen. Paulusweet wat God bedoelt en wat Hij heeft weggelegd voor demens in de geestelijke wereld.

Daarop heeft hij zijn hoop gevestigd voor zichzelf, maarhij kent ook zijn roeping om dit evangelie te verkondigen.Voor zichzelf hoopt hij op het heil en op de heerlijkheid,op de overwinning op de boze machten en het uitgroeientot een man Gods in Christus. Hij weet dat God niet alleenvoor hem, maar voor alle mensen de mogelijkheid heeftgeschapen. Zijn hoop heeft hij daarbij op een 'levende' engeen dode God, zoals de dwaalleraars die hadden met hun

Page 126: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

vormendienst. Ieder mens die wil, kan het heil ontvangenzonder natuurlijke inspanningen. Hij kan zelfs degoddelijke natuur deelachtig worden.

God heeft een bijzondere taak voor de gelovigen, want zijkennen Hem als hun Heiland. Roept Hij in de eerste plaatsde mensen in de wereld op tot bekering, de gelovigenworden geroepen om het beeld van de Zoon gelijkvormigte worden en Paulus spant zich in om de gemeenteledenonberispelijk te krijgen. Hij heeft hen onderwezen enterecht gewezen of vermaand, dikwijls onder veel tranen.Hij had niet nagelaten de gemeente al de raad Gods teverkondigen (Hand. 20:27,3 1). Ter wille van zijnbediening had hij verdrukking, smaad en vervolgingverdragen.

De oefeningen en inspanningen waren bij Paulus geenbezigheden die bedoeld waren zijn persoonlijkheid teontwikkelen, maar ze sproten voort uit zijn gezindheid omzich als zoon Gods te openbaren, om Gode 'vrucht' tedragen. Denk ook aan de engel van satan die hem hetleven trachtte te vergallen door hem extra lasten op teleggen bij de verkondiging van het Woord. Hij vulde inzijn lichaam door zijn inspanningen en lijden aan, watontbrak aan de verdrukkingen van zijn Heer tijdens diensleven op aarde.

Deze was immers bij zijn prediking aan de ruimte vanPalestina en aan de tijd van drie en een half jaar gebonden.Hij kon in zijn vlees niet lijden voor het geen wij ook nuin onze plaats en in onze tijd verkondigen (Col. 1:24).

Page 127: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

11, 12. Beveel en leer dit. Niemand schatte u gering omuw jeugdige leeftijd, maar wees een voorbeeld voor degelovigen in woord, in wandel, in liefde, in geloof en inreinheid.

Timótheüs wordt opgewekt om in het spoor van zijnleermeester Paulus verder te gaan. Hij moest allereerst duseen 'goede' en 'gezonde' leer verkondigen, waarvan dekern omschreven kan worden met de woorden, dat zij devolmaakt geestelijke mens te voorschijn brengt (2 Tim.3:17).

Timótheüs was een jonge ambtsdrager die door de apostelop zijn verantwoordelijkheid werd gewezen. Het woord'jeugdig' doet vermoeden dat hij niet ouder dan 35 jaarwas. In Handelingen 26:4 gebruikt de apostel dit woordvoor zichzelf, toen hij als jonge man uit Tarsus naarJeruzalem verhuisde ter wille van zijn godsdienstigestudiën (vergelijk 'de vrouw uwer jeugd' In Spr. 5:18 enMal. 2:14).

In de kring van de 'oudsten' was Timótheüs zeker nog eenjonge bestuurder, maar ondanks zijn leeftijd moest hij metgezag en autoriteit optreden en glashelder zijn in zijnprediking. De Lutherse vertaling luidt enigszins'dictatoriaal': 'Gebied en leer dit! 'Ongetwijfeld was er inEféze een zekere spanning tussen de betrekkelijk jonge'episkopos' (opziener) en de groep 'presbyters' (oudsten).Vandaar de opmerking dat de oudsten die goede leidinggaven, een dubbel eerbewijs toekwam (5:17) en hier:'Niemand verachte uw jonkheid' (St. Vert.).

Natuurlijk mocht zijn verantwoordelijkheid niet alleensteunen op zijn roeping en ambt, maar ook op zijn

Page 128: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

levenswandel. Hij moest laten zien dat de boodschap inzijn eigen leven werkte, zodat hij een voorbeeld was voorde gelovigen en voor de oudsten. Zijn woorden moestenwerkelijk door de Heilige Geest zijn geïnspireerd, dus'woorden Gods' zijn (1 Petr. 4:11). Uit zijn verhouding totde broeders en zusters moest uitkomen, dat de liefde Godsmet de Heilige Geest in zijn hart was uitgestort. Uit allesmoest blijken dat hij vaststond in het geloof, ook wanneerhij in verdrukking kwam, en hij vanuit de gemeente of vandaarbuiten werd aangevallen.

Als jonge man moest hij opvallen door een reine enonbevlekte levenswandel. Dan zou de autoriteit van zijngedrag het tekort van zijn jeugdige leeftijd vervangen. Uitdeze vermaning blijkt weer dat de ambtsdragers te middenvan de gemeenteleden moeten uitblinken door hunlevenswandel. Dit is dan nog de beste manier om mensendie boordevol met kritiek zitten, de mond te snoeren.

13. In afwachting van mijn komst moet gij u toeleggen ophet voorlezen, het vermanen en het leren.

Weer herinnert Paulus zijn leerling Timótheüs eraan dathij spoedig naar Eféze hoopt te komen. Met bijzonderenadruk op 'in afwachting van mijn komst', wijst hij eropdat Timótheüs in die tussentijd de inzichtenvan zijngeestelijke vader moet blijven doorgeven. Hij had hemhiertoe duidelijke instructies gegeven zoals uit hoofdstuk3:15 blijkt, waar hij erop wees dat op deze wijze degemeente een zuil en grondslag der waarheid zou worden.Timótheüs moet de gemeente opbouwen doorschriftlezing, dat is het hardop en duidelijk voorlezen van

Page 129: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

de oudtestamentische geschriften, zoals dit bij de Jodenook gebeurde.

Bovenal moest hij dit natuurlijk doen met de brieven vande apostelen voor zoverre deze toen bekend waren en in degemeenten circuleerden, en natuurlijk ook met deaantekeningen die hij als leerling van de apostelongetwijfeld van diens lessen bezat. Dit voorlezen wasoveral een vast en belangrijk onderdeel van iedere dienst.Zo schreef Paulus aan het einde van de Colossebrief.'Wanneer deze brief bij u is voorgelezen, zorgt dan, dat hijook in de gemeente te Laodicéa voorgelezen wordt en datook gij die van Laodicéa laat voorlezen '. Het is mogelijkdat Archippus in die gemeente de speciale opdracht haddit te doen (Col.4:16 en 17, vgl. Filemon 2).

Timótheüs moest ook zielzorg doen en onderricht geven inhet evangelie zoals hij dit van Paulus had gehoord,vermoedelijk evenals de Schriftlezing, in de openbaresamenkomsten der gemeente. De godsdienstoefeningen inde eerste gemeenten volgden hiermee de gewoonte van deeredienst in de synagoge. Wanneer Jezus te Nazareth desjoël bezoekt, wordt Hem eerst het boekvan de profeetJesaja ter hand gesteld om er uit voor te lezen; daarnavolgde zijn toespraak met vermaningen en leringen (Luc.4:17 e.v.).

Uiteraard moeten wij rekering houden met het feit datboekrollen in die tijd zeer schaars en kostbaar waren endat maar weinig gemeenteleden zich de weelde kondenpermitteren ze te kopiëren. Heel duidelijk spoort deapostel hier dus aan tot nauwgezet Schriftonderzoek. Hetonderwijs heeft ten allen tijde in de ware kerk eendominerende plaats in de godsdienstoefening ingenomen

Page 130: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Gods volk gaat immers verloren door gebrek aan kennis.Wel een waarschuwing om de samenkomsten dergemeenten niet te laten verwateren door toe te geven aaneen vleselijke gezindheid waar, door muziek, zang, dansen andere op het zielenleven ingestelde manifestaties eente zwaar accent krijgen en lering en onderricht wordenverwaarloosd.

Ook moest Timótheüs de gemeente vermanen, dus alonderwijzende al diegenen terecht wijzen, die het goedespoor dreigden te verlaten of hadden verlaten, hetzij doorte zondigen of door het aanvaarden van dwalingen. Somsging de vermaning uit tot de gehele gemeente en somsmoest dit op het persoonlijke vlak gebeuren. Ook ditvermanen had Timótheüs van Paulus kunnen leren, wantdeze sprak van zichzelf, dat hij in Eféze drie jaren langnacht en dag niet had opgehouden ieder afzonderlijk ondertranen terecht te wijzen (Hand. 20:3 1).

14. Veronachtzaam de gave in u niet, die u krachtens eenprofetenwoord geschonken is onder handoplegging van degezamenlijke oudsten.

Paulus herinnert Timótheüs eraan, hoe bij het begin vanzijn bediening de oudsten hem de handen hadden opgelegden hoe toen de Heilige Geest een profetie gaf aangaandezijn werkzaamheden en zijn functie, waarschijnlijk alsevangelist (vergelijk 2 Tim. 4:5). Er is hier sprake van eencharismatische gave die de jonge Timótheüs hadontvangen onder handoplegging door de raad van oudsten.In eerste instantie was hem door de apostel de handenopgelegd en de oudsten te Lystra hadden hierbijgeassisteerd (2 Tim. 1:6).

Page 131: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Bij deze handeling werd een zegen overgedragen en aanTimótheüs werd de kracht Gods meegedeeld, die vanaf datogenblik in zijn leven begon te werken. Daar dit alles in degeestelijke wereld zich afspeelde, is het duidelijk dat in hetbijzonder personen de handen worden opgelegd, die toteen geestelijk ambt zijn geroepen en die daartoe eenbijzondere toerusting nodig hebben. Zij behoeven specialebegaafdheden om de hun door God gegeven taak naarbehoren te kunnen verrichten. Reeds in het begin van dekerkgeschiedenis zien wij dat de apostelen de handenlegden op zeven broeders, die aangewezen waren omonder meer de armen in de gemeente te verzorgen.

Men kan het op prijs stellen, indien men ambtsdragers metnatuurlijke gaven in de gemeente heeft, maar men zal inde eerste plaats moeten uitzien naar mannen 'die goedbekend staan, vol van Geest en wijsheid' (Hand. 6:3).Paulus en Barnabas ontvingen door middel van enigevooraanstaande broeders in de gemeente te Antiochië debenodigde zegen voor hun zendingsarbeid (Hand. 13:3). Inde gemeente zullen wij daarom oudsten, voorgangers,evangelisten en zendelingen ook op deze wijze eenbijzondere kracht meegeven.

Zo deelt men van de genade en wijsheid van de HeiligeGeest, die in de gemeente aanwezig zijn, mee aan deleidende broeders. Waarom zou men bovendien nietgemeenteleden, die voor een moeilijke taak staan, die eenernstig probleem hebben of die verregaande beslissingenmoeten nemen, ook onder handoplegging zegenen metkracht van omhoog? Het opleggen van handen is geenijdele ceremonie of niets zeggende vorm, maar het is eenmiddel om langs de wegvan het geloof concreet heil en

Page 132: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

goedertierenheid te doen toekomen. Ook onder deoplegging van handen wordt de gelovige een 'uitdeler vande menigerlei genade Gods' (1 Petr. 4:10 St. Vert.). Leterop dat Timótheüs door mensen tot zijn bediening werd'geordend', hoewel hij zijn gave van Christus hadontvangen.

Zij die in een gemeente leiding geven, moeten toch weleen of ander charisma bezitten. Timótheüs wordtgewaarschuwd zijn ontvangen gave niet teveronachtzamen of er zorgeloos mee om te gaan. In eengelijkenis waarschuwde de Heer zijn dienstknechten zeerernstig om het hun toevertrouwde talent niet te begraven,dit wil zeggen te verzuimen het te gebruiken. De mensblijft verantwoordelijk, want het is mogelijk deel tekrijgen aan de Heilige Geest en zijn gaven te ontvangen,en daarna af te vallen door zorgeloosheid ofonverschilligheid. Er bestaat een toename in de genademaar ook een verachtering (Hebr. 4:5; 6:6; 12:15). Hetdoor God geïnspireerde profetenwoord had de hemelseroeping van Timótheüs omschreven evenals dit bij Paulusen Barnabas in Antiochië het geval was geweest.

Dat de apostel Timótheüs moest vermanen en bemoedigenwijst er wel op, dat hij het als Paulus zelf, in Eféze nietgemakkelijk had. Het is wel opvallend dat de apostel aandeze gemeente onder haar soms rebellerende oudsten eenbrief schreef, die hen tot het allerhoogste in de hemelsegewesten opvoerde. In dit verband zegt men wel eens datde profetische sterrenhemel het felst straalt in een donkerenacht. Uiteraard was hun gevorderd zijn in leer en levenvoor de duivel een reden om extra aan te vallen.

Page 133: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Wij wijzen er ook nog op dat in de geschiedenis der kerkonder invloed van de clerus, de kerkelijke overheid, diesteeds meer de macht naar zich toetrok, de oplegging derhanden door de oudsten werd afgeschaft. Voortaan werddit het privilege van de 'geestelijke' stand. Men ging zelfsspreken van een apostolische successie, dat isopvolgingvan het ambt der apostelen door bisschoppen,die in een onafgebroken reeks op elkaar volgden en dietelkens door hun voorgangers onder handopleggingwerden gewijd.

Deze hoogwaardigheidsbekleders wijdden dan weer depriesters die onder hen stonden. Hoewel de reformatorenaan deze hiërarchische opvolging geen waarde toekenden,is zij toch altijd latent aanwezig gebleven, doordat men depredikanten vanwege hun wijding onder handopleggingvan een andere predikant bijzondere geestelijkevoorrechten toekende, zoals het bedienen van de doop, hetuitreiken van het avondmaal, het geven van de zegegroetof zelfs het gebruik van de kansel.

15,16. Behartig deze dingen, leef erin, opdat aan allenblijke, dat gij vooruit gaat. Zie toe op uzelf en op de leer,volhard in deze dingen; want door dit te doen zult gijzowel uzelf als hen, die u horen, behouden.

Timótheüs moet als ambtsdrager zich voortdurend bewustzijn van zijn roeping en zijn verantwoordelijkheid. Hemwordt aangeraden deze dingen te behartigen of lievererover na te denken. Het is goed de dingen te bedenkenofte bepeinzen die boven zijn, zodat men de goede leerkan brengen. Elk lid van de gemeente heeft een hogewaarde voor God en de prediking heeft tot doel in leder de

Page 134: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

mens Gods te voorschijn te brengen. Een dienstknecht vande Heer zal daarom voortdurend met de dingen van hetKoninkrijk der hemelen bezig moeten zijn, zoals deStatenvertaling luidt, maar er ook positief in moeten levenzoals de Nieuwe Vertaling heeft.

Ambtsdragers kunnen het zich niet permitteren de kantjeseraf te lopen. Ze hebben geen 'baan ' die een rustig engemakkelijk leven garandeert en ze hebben weinig of geentijd voor allerlei hobby's. Wanneer iemand geen zin meerheeft in zijn gewone beroep, moet hij niet denken dat hijdan wel in het evangelie kan vluchten. Letterlijk staat er:wéés in deze dingen, dus nicht je aandacht op niets andersdan op de dienst des Heren. Deze eist de gehele christenonverdeeld op. De dienstknechten die zo'n instellinghebben, die zich volkomen aan hun Heer wijden, gaanvooruit en dit zal bij allen openbaar worden.

Hun kennis verdiept zich door intense bijbelstudie en zijworden steeds meer door de Heilige Geest geleid. Zulkepredikers zijn als een heer des huizes, die uit zijn voorraadvoortdurend nieuwe en oude dingen te voorschijn weet tebrengen. Ze raken niet uitgeput en hun gedachtelevenwordt steeds rijker. Ieder kan opmerken dat zo'nevangelist, zo'n voorganger of oudste niet opdroogt, maardat stromen van levend water uit hun binnenste vloeien.Ze zijn gezegend en zegenen ieder die met hen inaanraking komt.

Paulus vervolgt dan: zie toe op jezelf, zodat je in GodsWoord blijft en in de rust en vrede van het KoninkrijkGods. Zie toe dat de bijbelstudie en de woordverkondigingin de gemeente centraal staan en dat je er niet meeschippert ter wille van de vleselijk' gezinde christenen.

Page 135: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Een belangrijke vermaning voor allen die het volleevangelie van Jezus Christus liefhebben. Het is immersGods wil dat de volle waarheid bekend wordt gemaakt ener geen leugens worden verkondigd. Zie ook toe op jezelfdat je fris blijft door veel te lezen, te studeren, na tedenken, zodat je geen routine-prediker wordt, die zichzelfgaat repeteren en die altijd op hetzelfde geliefkoosdeonderwerp terecht komt.

Zo'n dienstknecht raakt leeggepreekt. De Heer wil jeevenwel inspireren, zodat je gedachteleven van dag tot dagwordt vernieuwd. Ook moet de timide Timótheüs toeziendat hij zich niet laat wegdrukken door de grote mondenvan hen die zichzelf zoeken te behagen en die wat willenbetekenen in de gemeente, maar die niet door de Heer zijngeroepen of die hun roeping ontrouw zijn geworden. Hijmag zichzelf niet gering schatten, maar moet op zichzelfletten of hij volhardt in het realiseren van de dingen die hijpredikt, of hij zuiver in de leer blijft, dus de gezonde leerblijft brengen. Dan is hij een voorbeeld van leer en leven.

Slechts langs deze weg wordt de gemeente gesticht enopgebouwd en zal ook Timótheüs zelf zich ontwikkelen,want 'behouden ' worden betekent de eindstreep desgeloofs bereiken, de mannelijke rijpheid, de maat van dewasdom der volheid van Christus (Ef. 4:13).

Page 136: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

HOOFDSTUK 5

1,2. Word niet heftig tegen een oude man maar vermaanhem als een vader; doe het jonge mannen als broeders,oude vrouwen als moeders, jonge vrouwen als zusters, inalle reinheid.

Paulus geeft nu enkele adviezen in zake het vermanenwaarover hij het in hoofdstuk 4:13 had. Het gaat dan overde opstelling die Timótheüs moet hebben tegenoververschillende leeftijdsgroepen en geslachten (1,2),tegenover weduwen (3-16), tegenover oudsten (17-25), enoverslaven (6:1,2).

Vermanen is het met klem waarschuwen tegen verkeerdegedragingen en de weg wijzen tot verbetering. Dit behoorttot de moeilijkste taken van voorganger en oudsten enheeft te maken met hun gezag en dienstwilligheid in degemeente. Hiervoor is tact en zorgzaamheid vereist, wilmen het juiste resultaat bereiken. Wanneer men degevoelens van de betrokken personen kwetst, krijgt meneen negatief effect. Men kan ook niet vermanen, wanneermen zelf geïrriteerd is en zich door gedragingen ofwoorden van een ander beledigd gevoelt.

In Romeinen 12:8 rangschikt de apostel het vermanenonder de charismatische bekwaamheden. Het doel ervan ishet opwekken van liefde uit een rein hart (1:5). Hij dievermaand wordt, zal dan weer het gevoel hebben dat hijbij de gemeente behoort en niet is uitgestoten. Men magook geen wrevel, toom, verwijdering of een beledigd zijnteweeg brengen, want dan kan men beter zwijgen. Ookmoet de vermaning bewerken dat de andere er een goed

Page 137: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

geweten door verkrijgt, omdat bepaalde zondeproblemenbij hem worden opgelost en uit zijn leven wordengebannen.

Men verkrijgt dit laatste niet, indien de vermaandepersoon niet de schenkende liefde van Christus in devermaner opmerkt. Zo vermaande Paulus de gemeente teEfeze dag en nacht onder tranen, dit wil zeggen met liefdeen bewogenheid. Men moet zich dan wel bewust zijn datdegene die men op zijn fouten wijst, ook tot het huisgezinvan God behoort.

Paulus geeft hier enkele wenken aan de bestuurders vaneen gemeente en hij noemt bepaalde eigenschappen die zijmoeten bezitten, die niet zozeer de gezonde leer betreffendan wel de uitwerking ervan in het praktische leven. Zijmoeten in de afgedwaalde gemeenteleden het overigeversterken dat dreigde te sterven (Openb. 3:2). Door devermaning zullen dan het geloof en het vertrouwen inChristus weer krachtig worden en ook de band met debroeders worden aangehaald.

In het bijzonder moet de jongere 'geestelijke' voorzichtighandelen met het vermanen van een broeder die in leeftijdveel ouder is. Dat is een zaakvan piëteit en schroom.Paulus bedoelt: hij kan gezien zijn leeftijd immers je vaderzijn voor wie je toch eerbied hebt. Men kan ook vertalen:ga tegen een oude man niet hard te keer, maar spreekliefderijk. Niet voor niets waarschuwt de profeet voor eenkomende wetteloze generatie, die geen eerbied meer heeftvoor haar ouders en ongehoorzaam zal zijn en die zich weldegelijk heftig tegen hen uitlaat.

Page 138: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De profeet constateert in dit verband: 'De knaap zal op deoude losstormen' (Jes. 3:5). Dit gemis aan respect is eenteken van de antichristelijke eindtijd. De raad is dus: valniet hard tegen een oude man uit, want de Schrift zegt:'Voor het grijze haarzult gij opstaan en aan de oude zult gijeer bewijzen '(Lev. 19:32). Men kanvan zijn kinderen welgehoorzaamheid eisen, maar hoe handelt men zelf in degemeente tegenover oudere personen? Pastorale zorg gaatnooit met de botte bijl, maar met liefde enzachtmoedigheid.

Timótheüs was nog jong en moest de bejaardenbehandelen als waren zij zijn vader of zijn moeder. Indieniemand bovendien op latere leeftijd tot de Heer komt,zoals toen veel gebeurde, is er heel wat te vernieuwen. Hetis niet gemakkelijk om het oude zuurdesem helemaal uit tezuiveren. Men moet daarbij voorzichtig en met liefde tewerk gaan. Wie tegen een oude man tekeer gaat, tekentzichzelf onder zijn medebroeders door zijn gemis aanfijngevoeligheid en zelfbeheersing. Hij komt dan overeenmet een ongehoorzaam en weerbarstig kind.

Ook ten opzichte van jongeren moet de sfeer van het inharmonie levend gezin het gedrag van de leider bepalen.De jongeren moeten niet uit de hoogte wordenaangesproken - want dit werkt averechts - maar in eengeest van broederlijkheid worden benaderd, ook wanneerzij terecht worden gewezen. In een broederlijkeverhouding wordt er niet gecommandeerd maar gaat menuit van gelijke rechten voor allen.

Ook de oude vrouwen moeten indien nodig als moedersworden bestraft. Men moet naar haar eerbiedig en metachting opzien zoals het een kind past. Oude mensen

Page 139: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hebben recht op respect van de zijde der jongeren.Tenslotte past tegenover jonge vrouwen een tactvollereserve en het in acht nemen van de egards(voorkomendheid). Men moet hen zien als zusters uithetzelfde gezin, hetgeen wil zeggen dat men tegen hen vrijmoet staan van iedere onreine gedachte of van sex-gevoel.

De waarschuwing 'in alle reinheid' staat er niet voor niets.Zij is beslist niet overbodig, want er is op dit gebied veelgezondigd. Predikers en oudsten moeten ook geen jongevrouwen aan zich binden. Ze mogen niet voortdurendomgeven zijn door ongehuwde zusters. Indien Timótheüs,die zo nauwgezet leefde, zulk een vermaning nodig had,hoeveel te m eer velen in onze tijd, die maar al te vaakblijk geven dat ze gevoelig zijn voor de charmes van jongevrouwen.

Men ziet sommige broeders al veranderen als er eenaardige, jonge vrouw binnenkomt! Men moet als oudste envoorganger troebele vertrouwelijkheid tegenover jongezusters vermijden. Anders veranderen de vermaningen inverwerpelijke koketteren en gaat men zich vrijhedenveroorloven, omdat men de door God gestelde grenzenniet eerbiedigt door verdenking wekkendevertrouwelijkheid. Een jonge oudste moet op deze wijze erniet op uit zijn harten te veroveren!

3,4. Houd weduwen in ere, wie waarlijk weduwen zijn.Maar indien een weduwe kinderen of kleinkinderen heeft,laten zij dan eerst aan eigen familie godsvrucht tonen enaan het vorig geslacht vergelden wat zij hun te dankenhebben, want dit is welgevallig aan God.

Page 140: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Weduwen moeten door de gemeente worden ondersteund,indien ze werkelijk weduwen zijn, die dus op iemandssteun kunnen rekenen. In het Grieks betekent het woord'weduwe': beroofde, verlatene of alleen staande. Denormale gang van zaken is evenwel dat in eerste instantiede familieleden voorde weduwe zorgen, vooral dekinderen en de kleinkinderen voor wie ze vroeger hadgezorgd. Dat is dan kinderplicht en hier betekent 'eren ' heterop letten dat ze geëerbiedigd worden door ze bij te staanin hun nood.

Het voorschrift van de apostel is eigenlijk een uitbreidingvan het gebod: eer uw vader en uw moeder. Jezus weeserop dat iemand het recht niet had om in de tempel eenoffergave te brengen, indien hij zijn ouders niet hadgeëerd, dit wil zeggen had verzorgd (Matth. 15:5). Watfinanciële steun betreft, kent onze tijd vanwege de socialevoorzieringen praktisch geen 'ware' weduwen. Dezekwestie is dus bij ons niet actueel en er blijft slechts eengeestelijke bijstand vanuit de gemeente over. Deze moetdan wel vaak georganiseerd worden, willen zulkealleenstaande vrouwen regelmatig huisbezoek ontvangen.

Het christendom legt bij de natuurlijke verzorging niet hetaccent op het geestelijke huis Gods, maar op de naastebloedverwanten. Het keert de oorspronkelijke ennatuurlijke orde niet om. Het mag niet voorkomen dat eenkind zich van zijn oude moeder afwendt door haar niet teondersteunen. De zorg voor weduwen was een bekendthema in het Oude Testament. In Deuteronomium 26:12lezen we, dat de weduwen de opbrengst der tiendendeelden met de levieten. de vreemdelingen en de wezen.Waar ter wereld vond men zulke barmhartige wetten? Welezen evenwel ook herhaaldelijk dat te midden van een

Page 141: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

afvallig volk de weduwen en wezen werden verdrukt. Hunwerd geen recht gedaan.

Denk bijvoorbeeld aan de gelijkenis van deonrechtvaardige rechter, een verhaal dat zo uit het levengegrepen was (Luc. 18:2-5). Van de Farizeeën staat dat zijhun gebeden opzonden ten behoeve van de weduwen,maar dezen zo zwaar lieten betalen dat zij hun huizenervoor moesten verkopen. Zij aten de huizen der weduwenop, terwijl ze voor de schijn lange gebeden uitspraken(Matth. 23:14).

De eerste christenen hadden al spoedig de taak op zichgenomen om de ware weduwen te verzorgen en deapostelen stonden ervoor garant dat hierbij geendiscriminatie plaatsvond tussen de Griekstaligen en deHebreeuwse vrouwen (Hand. 6:1). Veronachtzamingvanouders en grootouders als zij alleen komen te staan istegen de natuur, is ondankbaar en zondig.

5,6. Een ware weduwe dan, die alleen staat, heeft haarhoop op Godgevestigd en volhardt in haar smekingen engebeden dag en nacht; doch zij, die een los leven leidt, islevend dood.

Een weduwe zonder kinderen of zij die vanwege haargeloof geestelijk alleen staat, moet wat het natuurlijke engeestelijke betreft, haar hoop op God stellen. Hij heeftbeloofd dat het zoeken van het Koninkrijk Gods inhoudt,dat men zich over het tijdelijke levensonderhoud nietbezorgd behoeft te maken. Het natuurlijke wordtbovendien geschonken (Matth. 6:33). De Heer schakeltvoor deze geestelijke en materiële hulp meestal de

Page 142: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gemeenteleden in. De weduwe moet evenwel met haarinnerlijke mens volhardend bezig zijn in de hemelsegewesten. 'Dag en nacht bidden' betekent niet, dat zij altijdop de knieën ligt, maar wel dat zij de dingen zoekt enbedenkt die boven zijn, waar Christus is (Col. 3:1,2). Ditgeldt trouwens niet alleen voor weduwen, maar voor lederoprecht kind van God (Ef. 6:18).

Een weduwe die niet meer werken kan, heeft uiteraardveel tijd om te bidden. Denk bijvoorbeeld aan Anna deprofétes, een 84-jarige weduwe, die 'God diendeonafgebroken in de tempel, met vasten en bidden, nacht endag' (Luc. 2:3 7). De slapeloosheid is dan ook nog aanGod gewijd. Het gevaar om af te glijden is evenwel vooreen eenzame vrouw groter dan voor een echtpaar dat ineen normaal christelijk gezin elkaar tot steun is.

Wij zien dat in de christengemeenten slechts diegenenwerden geholpen, die het waardig waren. Men bood geenbijstand aan hen, wier levenswandel niet geheelovereenkwam met de ware christelijke levenswijze en vanwie men ook niet zeker was hoe ze het hun geschonkengeld zouden besteden. Het gaat hier over weduwen, die opGod vertrouwden (Jer. 49:11).

Het gemis aan omgang met een man kan een weduwe erook toe brengen in het natuurlijke leven hiervoor eenoplossing te zoeken. Vaak valt de duivel zulke vrouwendie liefde en bescherming zoeken, in haar begeerten aan.Ook hiervoor is een oplossing te vinden bij de Heer, dieeen man wil zijn voor de weduwen, dus die dooreenbijzondere geestelijke gemeenschap met Hemvergoedingschenkt. Een weduwe die evenwel door flirt en dartelheidcompensatie zoekt voor haar gemis, 'die haar wellust volgt'

Page 143: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

(St. Vert.), leeft wel in de natuurlijke wereld maar zij isdood in geestelijke sferen, want zij heeft het contact methaar God verloren.

Een weduwe kan door leed zich naar God toekeren en zichtot de eeuwige dingen wenden, maar zij kan ook haarverdriet overstemmen door een ongeremd leven te leidenals 'vrolijk weeuwtje'. Zo'n vrouw is niet 'waarlijk'weduwe voor de gemeente van Jezus Christus. Zij heeftmisschien nog de naam dat zij leeft, maar zij is dood(Openb. 3:1). Hierbij verbiedt de apostel aan de (jonge)weduwen natuurlijk niet opnieuw te huwen (vers 14).

7,8. Ook deze dingen moet gij bevelen, opdat zijonberispelijk blijven. Maar indien een vrouw voor deharen, en nog wel voor haar huisgenoten, niet zorgt, danheeft zij haar geloof verloochend en is zij erger dan eenongelovige.

In iedere gemeente zijn weduwen wier bijzondere noodook onze aandacht vraagt. In onze kinderrijke volleevangelie gemeenten valt meestal het accent op dejeugdproblemen, maar het getuigt van kortzichtigheid eneenzijdigheid, indien er nooit wordt gesproken over debijzondere strijd, die niet alleen weduwen hebben, maarook weduwnaars en alleenstaanden, naast de zieken enbejaarde echtparen. Allen vragen onze aandacht opdezelfde wijze aan hen te besteden als de apostel dit deed.

De weduwen behoren tot de gemeente en het is dus vanhet grootste belang, dat zij evenals de weduwnaars enverder alle leden der gemeente, een onberispelijk levenleiden. Timótheüs moet daarom deze christelijke

Page 144: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

levenswandel bij alle weduwen inscherpen, inzonderheidbij hen die te kampen hebben met 'dartelheid', 'wellust' ofeen 'los leven '. Dit bevel is in het belang van dezevrouwen en in dat van de gehele gemeente.Wereldgelijkvormigheid voert tot een alternatief leven, datde christen wegtrekt uit de sfeer van de hemelse gewesten.

Het woord in vers 8 dat hier door 'vrouw' vertaald is, kanevengoed 'man' betekenen. Andere vertalingen luiden 'zoiemand' of 'zo een'. Hier wordt dus gesteld dat mannen envrouwen voor hun familie zoveel als in hun vermogen is,zorg moeten dragen, inclusief voor hun weduwen. Hetfamilieleven was toen uitgebreider dan nu en men woondemeestal dichter bij elkaar. De Statenvertaling luidt: 'Dochzo iemand de zijnen, en voornamelijk huisgenoten, nietverzorgt, die heeft het geloof verloochend'. Onder 'dezijnen 'vallen dan zelfs de slaven en horigen. Cyprianus,een kerkvader in het begin van de 3e eeuw, eiste dat dechristenen tijdens een pestepidemie ook hun zieke slavenzouden verzorgen.

Uit het werkwoord 'bevelen' dat de apostel verder maarzeiden gebruikt, blijkt dat de trend in de hellenistischewereld er niet op gericht was, het zwakke en verlatene teondersteunen. Het christelijke barmhartigheidprincipewas bij de heidenen onbekend. Het verwaarlozen van zijnfamilieplichten staat bij de apostel evenwel gelijk metafval van het geloof. Men kan daarmee zelfs ónder hetniveau van de heidenen staan, want dezen kénden immersde wil van God niet.

9,10. Als weduwe kome in aanmerking iemand nietbeneden de zestig jaren, die de vrouw geweest is van één

Page 145: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

man; in zake goede werken moet van haargetuigd kunnenworden, dat zij kinderen grootgebracht heeft, gastvrijheidbewezen, de voeten der heilige gewassen, verdruktenondersteund en alle goed werk behartigd heeft.

Hier wordt over weduwen gesproken, die in aanmerkingkonden komen voor een functie in de gemeente, dus vooroudste of voor diacones. De vertaling Brouwer heeft: 'Eenweduwe worde ingeschreven ', een woord dat in het Grieksdezelfde afkomst heeft als ons woord catalogus, watzeggen wil dat ze dan op een officiële lijst is gezet. Hetzou natuurlijk in strijd zijn met de hele tendens van dezeperikoop, dat hier bedoeld zou zijn dat slechts een weduweboven de zestig ondersteuning zou genieten. Ook devolgende voorwaarden waaraan zo'n weduwe moetvoldoen, wijst erop dat het hier over een bestuurlijkebediening gaat.

We zouden hier van een vrouwelijke 'ambtsdrager' kunnenspreken, maar daarbij dan wel eraan denkend, dat hetwoord 'ambt' eigenlijk in het Nieuwe Testament nietvoorkomt, hoewel het Grieks er wel woorden voor heeft.De Nieuwtestamentische schrijvers gebruiken de woorden'diakonia', dat is 'dienst' of 'bediening'. Het woord'opzienersambt' in hoofdstuk 3:1 in onze brief is inHandelingen 1:20 in de Nieuwe Vertaling weergegevendoor 'opzicht' (episkopè). Onze Heer geeft geen ambten ofbanen, maar mensen. In Titus 2:3 is in onze vertalingsprake van 'oude vrouwen '. Er staat daar vrouwelijkepresbyters, presbyterinnen of vrouwelijke oudsten.

De vrouwen van voorgangers en oudsten mogen toch ookgeestelijk werk verrichten, zoals huisbezoek, of tezamenmet hun mannen: leren of vermanen. Daarom zijn er zulke

Page 146: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hoge eisen gesteld aan het huwelijksleven van oudsten.Hier gaat het over een weduwe die aparte arbeid verrichtzonder steun van haar echtgenoot. Zij moet ouder danzestig jaar zijn, de 'canonieke' leeftijdsgrens, waarbovenniet meer van een vrouw verwacht wordt, dat zij op eenhuwelijk uit is. Bovendien kan dan verwacht worden datook haar jongste kinderen al dicht bij de volwassenheidzijn gekomen en dus haar handen vrij heeft om dienstbaarte zijn aan de gemeente.

Een weduwe-ambtsdrager mag niet in eenechtscheidingsproces gewikkeld zijn geweest, maar zijmoet haar man trouw zijn gebleven. De apostel bedoeltniet dat zijna het overlijden van haar man niet opnieuwgetrouwd kan zijn geweest. Ook wordt aan haargeestelijke instelling en haar bekwaamheid nog al wateisen gesteld. Zij moet evenals Dorcas algemeen bekendstaan om haar milddadigheid en hoogstaand karakter(Hand. 9:36).

Van de lijst van haar goede werken worden in hetbijzonder genoemd dat zij zelf haar eigen of aangenomenkinderen goed heeft opgevoed en ze niet heeftverwaarloosd. Zij moet herbergzaam zijn geweest, ook alin verband met de omstandigheid dat reizende broeders envluchtelingen moeilijk een onderdak konden krijgen. Ookde oudsten moesten immers aan deze voorwaardenvoldoen, zie hoofdstuk 3:1, dus een open huis hebbenwaar leder welkom was. Het voetwassen behoorde in hetOosten tot de gastvrijheid, zie de geschiedenis van Jezusin het huis van Simon. Het was een betuiging van eerbieden liefde jegens de heiligen, dus aan allen die afgezonderdwaren van de machten der duisternis en Jezustoebehoorden.

Page 147: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Ook wanneer zij in aanraking komen met mensen, jong Ofoud, die onder druk leven, hetzij vanuit de geestelijkewereld, hetzij vanuit de natuurlijke wereld, is zij geroepenhen te helpen. Ze mag ze niet wegzenden of zichonttrekken aan haar roeping. Dit is nog maar eenopsomming van enkele goede werken, die van zulk eenvrouwelijke oudste of diacones worden verwacht. Zij moetsteeds vooraan staan in godsvrucht en goede werken. Hetzijn ook hier weer hoge eisen van een onbesproken,waardige en betrouwbare houding, die aan allen wordengesteld, die in de dienst des Heren werkzaam willen zijn.

11,12. Maar wijs jonge weduwen af, want wanneer dezinnen haar van Christus aftrekken, willen zij huwen, enhalen een oordeel over zich, omdat zij haar eerste trouwhebben verzaakt.

De natuurlijke begeerten bij jonge weduwen kunnen zosterk zijn, dat ze willen huwen, waarmee ze dan afbreukdoen aan het geestelijke werk waarvoor zij zich eersthadden ingezet. Allereerst had Paulus bezwaar tegen hethertrouwen van een weduwe die een functie had in degemeente, omdat ze niet langer vrij was, maar rekeringmoest houden met de verlangens van haar nieuweechtgenoot, aan wie ze in het natuurlijke levenondergeschikt was. Ze zou met haar man bijvoorbeeldgeen huisbezoeken kunnen afleggen, omdat deze erwellicht ongeschikt voor was. In het nieuwe gezin zoudener conflicten kunnen komen vanwege de arbeid van devrouw in de gemeente.

Page 148: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Het lijkt ons daarom ook niet te verdedigen dat een zusterin de broederraad zou zitten, die met een ongelovigegehuwd is of die misschien wel tot een anderekerkformatie behoort. In 1 Corinthiërs 7:8,9 merkt Paulusop: 'Maar tot de ongehuwden en weduwen zeg ik: Het isgoed voor hen, indien zij blijven, zoals ik. Indien zij zichechter niet kunnen beheersen, laten zij trouwen '. Pauluswil in geen geval dat iemand in spanning zal leven, omdathij of zij zich niet onthouden kan of niet tegen hetalleenzijn bestand is.

Opgemerkt moet worden dat de apostel in dit gedeelteover de weduwen, geen rekering houdt met een periodiekeaftreding. Deze methode biedt misschien wel eenspraktische voordelen, omdat men ongeschikteambtsdragers kan vervangen door betere krachten, maarbijbels is deze oplossing niet. Dit behoeft natuurlijk niet tebetekenen dat het beslist verkeerd zou zijn, indien men omeen bepaald aantal jaren de oudsten herkiesbaar stelt.

Ontegenzeggelijk vervulden de weduwen in het bestuurvan de gemeente een aparte taak. Aan allen die op 'de lijst'stonden was wellicht de verzorging opgedragen van ziekezusters of van wezen, die er in die tijd vanwege devervolgingen veel waren. Zij hadden het toezicht op dejonge vrouwen voor wie het aan de broeders ter wille vande goede zeden, niet was toegestaan die te bezoeken. Zijmoesten hen met raad en daad bijstaan. Waarschijnlijkhadden zulke weduwen een belofte afgelegd om datmoeilijke werk gedurende hun hele leven te doen. Huwdenze, dan moesten ze met hun geestelijke arbeid ophouden.Ze haalden dan een oordeel over zich, dus de afkeuringvan de overige gemeenteleden, omdat ze zich onttrokkenaan de door hen aangegane verplichtingen.

Page 149: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Denk alleen maar aan het dagelijks verzorgen van wezenen aangenomen kinderen. De gemeente raakte hierdoor ingrote moeilijkheden. Er staat letterlijk dat zij hun , eerstegeloof in hun roeping verzaakten. Het is trouwens altijdverwerpelijk, wanneer broeders of zusters plotseling hunwerk neerleggen zonder dat zij zich rekenschap afleggenvan de gevolgen ervan. Soms is de oorzaak van zo'nhandelwijze een negatieve instelling ten opzichte vanandere gemeenteleden en een gemis aanverantwoordelijkheidsgevoel.

13-16. Maar tegelijk wennen zij zich eraan de huizen rondte gaan bij gebrek aan bezigheid, en niet alleen zonderbezigheid, maar ook bezig met praatjes en al te bezig methet spreken over onbehoorlijke dingen. Ik wil daarom datde jonge weduwen huwen, kinderen krijgen, haar huisbestieren, en niet door lasterpraat aan de tegenpartij vatop zich geven. Want reeds zijn sommigen afgeweken, desatan achterna. Indien een gelovige vrouw weduwen bijzich heeft, laat zij die ondersteunen, zodat de gemeente erniet door bezwaard wordt; dan kan deze de werkelijkeweduwen ondersteunen.

Voor jonge weduwen kan ook het liefdewerk gevaaropleveren, vooral als zij op huisbezoek gaan en zielzorgdoen. Zij missen de waardigheid, de bezonnenheid en hetplichtsbesefvan de oudere vrouwen. Daardoor kan hetliefdadigheidsbezoek ontaarden in een onnuttetijdspassering, waarbij wel veel gepraat wordt, maar menzich tegelijkertijd bemoeit met en zich mengt in allerleizaken waarmee men niets te maken heeft. Men komt dantot allerlei zonden van de tong, het spreken over

Page 150: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

onbehoorlijke dingen', tot roddel en laster. De apostelmerkt op dat men zich kan 'wennen ' of kan 'leren ' omvele huisbezoeken te doen, omdat men zich andersverveelt. Het aflopen der huizen is dan een tijdverdrijfgeworden. Wanneer zulke weduwen niet al hun aandachtop God vestigen en het van Hem verwachten, is hetbetervoor hen te huwen, opdat de gemeente niet in eenkwade reuk komt te staan vanwege de nietszeggendepraatjes die uitgestrooid worden.

Zulke vrouwen zijn de oorzaak dat de naam van Jezuswordt gelasterd, want hun omgeving let scherp op hunlevenswandel. Zulke jonge weduwen kunnen betertrouwen, kinderen krijgen en de verantwoording van eengezin dragen dan maar overal rond te hangen. Wanneer zijvoorbeeldige huisvrouwen worden, heeft de omgevinggeen reden meer de gemeente te diskwalificeren enbehoeven ze ook niet meer financieel ondersteund teworden. Blijkbaar had men toen ook al slechte ervaringenmet huisbezoekers die negatief waren ingesteld en niet hetcharisma bezaten van wijsheid, barmhartigheid ofblijmoedigheid.

Ondanks hun gejakker langs de huizen verachteren zulkepersonen in de genade. Men ziet ze 'afwijken ', dit is vande rechte weg afdwalen om tenslotte 'de duivel achterna tegaan '. Men gaat met het ambt omhoog of anders wordt hette zwaar en gaat men dingen doen, die ongeestelijk zijn.

Paulus eindigt met een samenvatting. Het is mogelijk dateen gelovige vrouw zulke weduwen, die dus door degemeente in een bediening zijn gesteld, in haar huisopneemt. Zo'n welgestelde vrouw kan dan ook voor hetlevensonderhoud van zo'n vrouwelijke oudste of diacones

Page 151: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zorgen en daarmee de gemeente financieel ontlasten. Zemoet zo'n weduwe dan maar zien als een oude moeder. Degemeente wordt dan in staat gesteld de overige, werkelijkeweduwen te helpen. Uit deze laatste opmerking zouden wekunnen constateren dat we hier met een soort weduwen-diakonaat te doen hebben, waarbij de diaconessen zielzorgdoen en charitatief bezig zijn.

17. De oudsten, die goede leidinggeven, komt dubbeleerbewijs toe, vooral hun, die zich belasten met predikingen onderricht.

In de gemeenten zijn het de oudsten of de presbyters, diebelast zijn met een bestuurlijke functie. De vraag kangesteld worden: waarin moeten ze leiding geven? Wie zijnde uitblinkers die dubbele eer toekomt? Hoofdstuk 1:4geeft als antwoord: zij die door God zijn geroepen omleiding te geven in het geloof. Zij zijn het die in iederesituatie de gemeenteleden de gedachten Gods moetenvoorhouden, zodat dezen zich eraan kunnen vastgrijpen enhun handel en wandel ermee in overeenstemming kunnenbrengen.

Een oudste moet dus een geestelijk mens zijn, wil hij opwaardige wijze besturen. Hieruit blijkt wel wat Paulus vande oudsten verlangt, hoe hoog hij* dit ambt aanslaat enook in de gemeente wil gerespecteerd en erkend zien.Zulke hoogstaande mannen en vrouwen die voorbeeldenzijn voor de kudde, vormen de kern van de gemeente enhebben recht op een dubbel eerbewijs. Zij verdienen ditrespect niet vanwege hun ambt, maar vanwege hun werken hun optreden. Zo staat er in 1 Thessalonicenzen 5:12,13de vermaning: 'Wij verzoeken u broeders, hen, die onder u

Page 152: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zich moeite getroosten, die u leiden in de Here enterechtwijzen, te erkennen, en hen zeer hoog te schatten inliefde, om hun werk'. In Hebreeën 13:7 staat in deStatenvertaling: 'Gedenkt uw voorgangers, die u hetWoord Gods gesproken hebben; en volgt hun geloof na'.

Oudsten die zich op bijzondere wijze verdienstelijkmaken, hebben dubbel en dwars recht op erkentelijkheiden waardering. In vers 3 ziet 'ere' op een geldelijketegemoetkoming voor weduwen. Het dubbele eerbewijskan dus ook het honorarium betreffen, een woord dat hierdan een ruimschootse vergoeding betekent voor eenonbetaalbare, geestelijke arbeid. Dit blijkt trouwens ookuit het volgende vers. De oudsten moeten dus door degemeente worden onderhouden naar de mate dat zij meerwerk in en voor de gemeente verrichten.

Zulke dienstknechten moeten vrijgesteld worden vannatuurlijke arbeid, vooral zij die bovendien het Woordprediken of onderricht geven in de leer van Jezus Christusen in de wandel in de hemelse gewesten maar ook die opaarde. Deze arbeid vergt immers veel tijd, eist diepgaandevoorbereiding en geestelijke inspanning. Zo stelde Paulusbijvoorbeeld in zijn eigen leven de verkondiging van hetevangelie hoger dan het dopen (1 Cor. 1:17). Zij betekentook meer dan het doen van huisbezoeken, daar door deprediking de harten van velen radicaal veranderd worden.Hiermee doen we verder niets te kort aan debelangrijkheid van doop en huisbezoek.

Aan beide gaat evenwel de leer vooraf. Het 'dubbeleerbewijs' kan men ook associëren met het dubbel deel datde oudste zoon in vroeger tijden van de erfenis ontving.Eliza ontving een dubbel portie van de geest van Elia zoals

Page 153: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

een eerstgeborene die kreeg. De uitdrukking 'dubbeleerbewijs' kan niet vervangen worden door een 'dubbelsalaris', maar zij betekent wel een hogere aanspraak opeer, dus op een hogere ereschuld die de gemeente moetinlossen. In hoofdstuk 6:1 betekent het woord 'eer'natuurlijk geen loon, maar respect'.

Het verband wijst er verderop dat Timótheüs een hogerepositie of bevoegdheid en meer verantwoordelijkheidbezat dan de oudsten. Zo moesten klachten aangaande deoudsten bij hém worden ingediend (vers 19). Hij was danin staat om in het midden van de gemeente een oordeel uitte spreken.

18. Immers, de Schrift zegt: Gij zult een dorsende os nietmuilbanden, en: De arbeider is zijn loon waard.

Het 'dubbel eerbewijs' heeft krachtens de redengevendeverbindingswoorden 'immers' en 'want' in deStatenvertaling, te maken met de vrijstelling vannatuurlijke loonarbeid voor een oudste, zodat deze zichgeheel aan geestelijk werk in dienst van de gemeente kanwijden. Dit blijkt uit de vergelijking die de apostel hierallereerst uit Deuteronomium 25:4 trekt: 'Gij zult eendorsende os niet muilbanden '. Een os werd voor de sledegespannen om het koren te dorsen. Had het dier eenmuilband om, dan kon het al werkende zijn honger nietstillen, door van het stro te vreten.

In 1 Corinthiërs 9:9, 10 gebruikt Paulus ook deze tekst alseen gelijkenis, want hij tilt haar op uit het natuurlijkeleven met de opmerkingen: 'Bemoeit God Zich soms metossen? Of zegt Hij dit in elk geval om uwentwil? Ja, om

Page 154: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

uwentwil werd het geschreven '. Paulus gaat uit van hetmindere om de grootheid van het meerdere te accentueren.De Romeinen spraken van een conclusie 'aminore admajus', dat is van het kleine naar het grote. Dezelfdestijlfiguur vinden we bijvoorbeeld ook in de bergrede,waar Jezus zegt: 'Indien dan gij, hoewel gij boos zijt,goede gaven weet te geven aan uw kinderen, hoeveel temeer zal uw Vader in de hemelen het goede geven aan hendie Hem daarom bidden ' (Matth. 7:11).

In het voorschrift in onze tekst blijkt dat de rechtvaardigehet levenvan zijn beest kent, dus weet wat aan een levendschepsel toekomt (Spr. 12:10). Zoveel te meer zal degemeente zich ervan bewust zijn wat een predikertoekomt. Opmerkelijk is dat het tweede citaat: de arbeideris zijn loon waard, niet rechtstreeks in het Oude Testamentte vinden is, maar wel in Mattheüs 10:10 en in Lucas 10:7.Paulus heeft deze uitspraak van Jezus waarschijnlijkontleend aan een mondelinge overlevering, of de eerstebrief aan Timótheüs is later geschreven dan de synoptischeevangeliën (Matth., Marc. en Luc.).

De geestelijke arbeider is zijn loon pas waard, wanneer hijzich even hard inspant als de dorsende os. Wij zoudenzeggen: als hij werkt als een paard. Hij moet dan evenweldit loon wel ontvangen! De full-timer moet goed wordenbetaald. De apostel wijst er immers op dat dit niet karigmaar gul en royaal moet gebeuren. Hoewel Paulus zelf ineigen onderhoud voorzag, stelde hij deze regel op.Opmerkelijk is het ook, dat de apostel altijd eerbied voorhet gezag inscherpt: onderdanen jegens de overheid,kinderen ten opzichte van de ouders, slaven tegenover hunmeesters en respect van de gemeenteleden voor de oudstenen dezen weer voor de voorganger.

Page 155: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

19. Gij moet geen klacht tegen een oudste aannemen,tenzij er twee of drie getuigen zijn.

Een nieuwe aanwijzing voor de eerbied die de apostel tenaanzien van de oudsten verwacht, is de raad dat tegen hengeen beschuldiging mag worden aanvaard, tenzij twee ofdrie gemeenteleden getuige zijn geweest van zijn falen opwelk gebied dan ook. Uiteraard heeft degene die aan deweg timmert, het meeste bekijks. Het is er de boze veelaan gelegen een oudste in een kwaad daglicht te stellen, ofover een voorganger te doen roddelen. Daarom is het zaakdat een oudste ook geen aanleiding tot laster geeft dooronzorgvuldige levenswandel of door gebrek aanzelfbeheersing.

Ook hier doet de schrijver weer een beroep op eenoudtestamentisch rechtsprincipe, zoals dit inDeuteronomium 19:15 is geformuleerd: 'Eén enkelegetuige zal niet tegen iemand kunnen optreden ter zakevan enige ongerechtigheid of zonde, welke ook, die hijbegaan mocht hebben; op de verklaring van twee of driegetuigen zal een zaak vast staan '. Ook onze Heer sprak inMattheüs 18:16 over een verklaring van twee of driegetuigen, teneinde een zaak geloofwaardig te maken (zieook 2 Cor. 13:1 en Joh. 8:17). Dit voorkomtkwaadsprekerij en achterbakse gesprekken, waarin hetnegatieve denken hoogtij viert. Paulus zelf had menigmaalte maken gehad met ophitsende campagnes van jaloersebroeders tegen zijn persoon en zijn boodschap, en de engelvan satan sloeg niet alleen toe doorvijanden buiten degemeenten, maar ook door de degenen die zich broedersnoemden.

Page 156: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

In een gemeente als die te Efeze waren oudsten die openstonden voor verkeerde beïnvloedingen en valse leringen(Hand. 20:29.30). In zo'n situatie gebruikt de duivelgemakkelijk voorwendsels om een oudste of voorgangeraan te vallen. Partijzucht, jaloersheid, gekwetst eergevoel,minderwaardigheidsbesef, rebellie en het aanhangen vandwalingen veroorzaken veel leed aan oudsten, die men vanhun eer of van hun invloed wil beroven.

20. Wie in zonde leven moet gij in aller tegenwoordigheidbestraffen, opdat ook de overigen ontzag hebben.

Wanneer een oudste werkelijk in zonde leeft, dit wilzeggen een zonde continueert, deze niet belijdt noch ervergeving voor ontvangen heeft, moet hij integenwoordigheid van alle oudsten worden bestraft.Wanneer hij zich dan nog niet bekeert, moet zijn zondevolgens Mattheüs 18:17 aan de gehele gemeente wordenmeegedeeld. Iemand die zich verhardt, is niet bekwaamom oudste te zijn. De overige oudsten en leden moetenzien, dat er tucht is, en dat het de leiding ernst is om degemeente zuiver te houden.

Uit het verband merken we op dat Paulus nog steeds overde oudsten spreekt (zie ook vers 22), maar uit Mattheüs 18weten we, dat ook bij zondevan gemeenteleden de zaakpasin de publiciteit moet komen, indien er geen bekering ofverandering plaatsvindt.

In zijn brieven gaat de apostel dikwijls openlijk in opbepaalde moeilijkheden. Wanneer de eerste Corinthebriefvoorgelezen wordt, weet iedereen dat het over aanwijsbarepersonen gaat, die zich erover beroemden achter bepaalde

Page 157: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

geestelijke leiders te staan en die op deze wijzescheuringen veroorzaakten door te zeggen: ik ben vanPaulus, ik ben van Apóllos, ik van Petrus en ik vanChristus. Zij typeerden de vleselijkheid in de gemeente enbeletten het uitgroeien naar de volwassenheid. De apostelschreef ook over de 'opgeblazenen' die zijn positie haddenaangetast, over een man die met de vrouw van zijn vadersamenleefde, over hen die recht zochten bij de wereldserechter, over hen die de leer van de opstanding haddenaangetast, over schijn-apostelen en over bedrieglijkearbeiders.

In de brief aan de Filippenzen vermaande hij met nameEuódia en Syntyche en beval hij hen met ruziezoeken opte houden. Bij het voorlezen zullen sommigen wel elkaaraangestoten hebben, omdat deze vrouwen zo in hetzonnetje werden gezet. Als pleister op de wonde voegt deapostel er nog bij, dat beiden met hem in de prediking vanhet evangelie mee hadden gestreden en dat hun namenstonden in het boek des levens. Ook durfde Paulus 'tenaanhoren van allen' Petrus terecht te wijzen. Petrus zag hetgevaar van het judaïsme immers niet zo in, maar laterroemt hij de van God gegeven wijsheid van Paulus.

Dit soort opmerkingen van de apostel hebben ongetwijfeldhun positief werk gedaan, hoewel sommigen zich er ookaan hebben gestoten, omdat ze 'kittelachtig van gehoor',dat is lichtgeraakt waren. De opmerkingen haddenevenwel tot doel dat de anderen zouden wordenafgeschrikt, zoals er reeds in Deuteronomium 13:11 staat:'Dan zal geheel Israël het horen en vrezen en men zal nietopnieuw een wandaad in uw midden doen '.

Page 158: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Een voorganger zal soms openlijk moeten waarschuwentegen verkeerde leringen, kwade praktijken, slechtehuwelijksverhoudingen, foutieve opvoedingsmethoden,waardoor vaders hun kinderen verbitteren, tegen bepaaldedrinkgewoonten, tegen het roken, tegen het gevaarvantelevisie kijken, allemaal onderwerpen die bij bepaaldepersonen als kwetsend kunnen overkomen. Zo berisptePaulus sommige Thessalonicenzen dat zij te lui waren omte werken en weigerden met hun handen hun brood teverdienen. Het spreekt vanzelf dat zulke openlijkeberispingen niet mogen worden ingegeven doorantipathieën jegens bepaalde personen, want dan valt devoorganger zelf onder het oordeel.

21. Ik betuig u voor God en voor Christus Jezus en voorde uitverkoren engelen, dat gij daaraan de hand houdt,zonder vooroordeel en zonder iets te doen uitvooringenomenheid.

Paulus stelt zich nu in de hemelse gewesten op voor Goden voor Christus Jezus die op de troon zijn gezeten. Eromheen zijn de uitverkoren engelen, dat zijn hemelingendie bij de val van Lucifer geweigerd hadden rebellie teplegen en die nu worden uitgezonden ten dienste van hendie het heil beërven. Laat dus Timótheüs bij iederebestraffing en bij het uitspreken van een oordeel zichbewust zijn, dat God de Vader, Christus Jezus de Zoon ende heilige engelen in zijn oordeel zijn betrokken. Zo staater bijvoorbeeld: 'Wanneer dan de Zoon des mensen komtin zijn heerlijkheid, - dus in het midden van zijn gemeente- en al de engelen met Hem, dan zal Hij plaats nemen opde troon zijner heerlijkheid', waar ook de zonen der

Page 159: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

mensen als overwinnaars op de boze, aanwezig zijn(Matth. 25:3 1).

In de heilige sfeer der godheid en der engelen bezweert deapostel Timótheüs om niet 'lafhartig' (2 Tim. 1:7) en nietbevreesd te zijn voor wat mensen denken of zeggen zullen.Het gaat immers om de heiligheid en het goedfunctioneren van het lichaam van Christus, de gemeente.Er is sprake van principes die konsekwent moeten wordentoegepast en waarbij de jonge evangelist onbeweeglijkmoet staan, maar zich niet mag laten leiden doorpersoonlijke sympathieën of antipathieën. Eigen gevoelensen emoties mogen hierbij dus geen rol spelen. Hij zal zichbewust moeten zijn van zijn hoge roeping in de gemeenteen zich moeten laten leiden door de Heilige Geest en doorhet Woord Gods.

Bij iedere bestraffing behoort hij zich rekenschap te gevendat hij een dienstknecht is van de levende God en zijnZoon, en hij de heilige engel niet mag bedroeven, zodatdeze zich moet terugtrekken, zoals Michaël, de engel vanMozes, genoodzaakt was dit te doen. Soms moet erbestraft worden, want schreef de apostel niet in eenmoeilijke situatie: 'Moet ik met de roede tot u komen, ofmet liefde en in een geest van zachtmoedigheid?'(1 Cor.4:21). Wel moet er te allen tijde zonder aanzien despersoons tegen bepaalde broeders of zusters wordenopgetreden, opdat er geen scheuring in de gemeente zalkomen. Timótheüs is de geestelijke bestuurdervan degemeente en als hij gebruik moet maken van zijnbevoegdheid, zal hij de strengste onpartijdigheid in achtmoeten nemen. Dit is trouwens het grondbeginsel vaniedere rechtspraak.

Page 160: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

We kunnen begrijpen dat Timótheüs met zijnzachtmoedige aard er moeite mee heeft gehad ombepaalde broeders openlijk te corrigeren en te berispen.Ware christenen zijn ook niet zo snel met hun oordeel.Denk dan ook nog aan het latente conflict dat zouuitbreken, omdat sommige oudsten te Eféze ondanks hunuiterlijke vriendelijkheid de demonische wolven onder hunschapenvachten hadden binnengelaten, door welke dekring der oudsten en daarna de gehele gemeente zouworden opgesplitst.

Tenslotte nog een opmerking die hier zijdelings mee inverband staat, en de andere zijde van de medaille toont.Onder invloed van moderne opvattingen meent men dateen goede verstandhouding verkregen wordt, indien men'open 'tegen elkaar is. Wanneer iemand evenwelopenhartig is, toont hij wat er in zijn binnenste aanwezigis. Ondanks alle goede bedoelingen dreigt dan het gevaar,dat ook inwonende machten een stem in het kapittelkrijgen. Dan wordt er luid gesproken en wordenkwetsende woorden en beledigende uitdrukkingengebruikt.

Men verwacht dan dat de andere partij op hetzelfde niveauzal gaan staan. De niet gebonden christen zal dan lieverzwijgen, zoals de Heer dit ook deed, omdat in dit opzichtbij hem niets te vinden is. Deze passiviteit vereist grotegeestkracht. In een gezin wordt de sfeer nogal eensbedorven door heerszuchtige kinderen met een grote monddie de anderen allerlei verwijten maken. De beste reactievan vader en moeder maar ook van de verstandigekinderen is, om niet op de onbekookte gezegden van zo'nopgejaagd kind in te gaan. De overige gezinsleden wetenwel bij wie de schoen wringt en wie steeds de onruststoker

Page 161: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

is. Alleen vrije mensen kunnen openlijk tegen elkaarspreken. Petrus schreef ter waarschuwing van alleopenhartige christenen: 'Spreekt iemand, laten hetwoorden zijn als van God ... opdat in alles Godverheerlijkt worde door Jezus Christus'.(1 Petr.4:11).

22. Leg niemand overijld de handen op, heb ook geen deelaan de zonden van anderen, houd u rein.

De oplegging der handen is een onderdeelvan hetfundament waarover in Hebreeën 6:1-3 wordt gesproken.Evenals de doop in water is zij een uiterlijk teken van ietsdat in de onzienlijke wereld gebeurt. Wanneer in dezichtbare wereld de handen op een persoon gelegdworden, betekent dit dat degene die deze handelingverricht, zich geestelijk met hem één maakt. In deonzienlijke wereld van het Koninkrijk Gods houdt dit in,dat een dienstknecht des Heren, die vervuld is met deHeilige Geest, iemand claimt voor dit Koninkrijk en eenzegen overdraagt. Hij kan dit zelfs door middel vanonverstaanbare tongentaal doen (1 Cor. 14:16).

Hij doet dit niet, omdat de eigen menselijke geest metbijzondere krachten zou zijn begiftigd, maar vanwege dekracht van de Heilige Geest waarin hij werd gedoopt endie in hem woont. Ook de aartsvaders gaven hun zegenonder oplegging van handen vanuit de kracht van 'deGeest van Christus in hen' (1 Petr. 1:11). Van zichzelfbezit de christen geen enkele paranormale begaafdheid.Dit geldt trouwens voor ieder mens. Zou er evenwel tocheen occulte macht in hem werkzaam zijn, dan zal hij eerstzelf bevrijd willen worden van zulk een magische kracht.

Page 162: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Een christen accepteert alleen de begaafdheden van deHeilige Geest, die de normale begaafdheden van demenselijke geest stimuleert en ondersteunt. Wanneer dehanden opgelegd worden, komen in de onzienlijke wereldde krachten van de Heilige Geest in beweging enmanifesteren zich de geestelijke wetten van het Koninkrijkder hemelen, zoals in Romeinen 8:2 staat: 'Want de wetvan de Geest des levens heeft u in Christus Jezus vrijgemaakt van de wet der zonde en des doods'.

De oplegging der handen is nooit bedoeld als eenhandeling, die de Heilige Geest dwingend de weg kanvoorschrijven, maar zij gaat steeds gepaard met geloof inde kracht Gods. Zij is middel en voertuig, maar geen bronvan deze kracht. Zij kan ook geen voertuig zijn, indiendegene die de handen oplegt, zelf niet de Heilige Geestontvangen heeft.

Wat is nu de zegen die iemand onder handoplegging tendeel kan vallen? In de eerste plaats: genezing, naar geest,ziel en lichaam. Maar ook: verlossingen bevrijding. Bij hetontvangen van de Heilige Geest kan het ondersteuningbetekenen. Bij het ontvangen van een geestelijk ambt:toebereiding. Tenslotte noemen wij ook nog de bijzonderezegen die kinderen door middel van oplegging der handenkunnen ontvangen. Denk ook aan een opdrachtdienst.

Op de vraag, wie de handen mogen opleggen, is hetantwoord dat volgens Marcus 16:17 alle gelovigen zozullen handelen, ieder in de kring van zijn eigenverantwoordelijkheid. Met 'gelovigen 'worden diegenenbedoeld, die zelf de rijkdom der genade door geloofdeelachtig werden. Ze zijn dus kinderen van God die

Page 163: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gedoopt zijn in water, die zelf verlost zijn van de machtender duisternis en die gedoopt zijn in de Heilige Geest.Wanneer iemand niet vrij van boze geesten is, moet hijgeen handen opleggen, want ook dan gaan er geestelijkewetten in werking en zullen de onreine geesten die bij hemzijn langs deze weg ook anderen trachten te penetreren ente beïnvloeden.

Het is een gevaarlijke zaak, zich door onbekende personende handen te laten opleggen, maar in onze tekst wordtgewaarschuwd dat men zelf evenmin iemand overijld dehanden zal opleggen, omdat men op deze wijze ook deelkan krijgen aan de zonden van anderen. De vermaningeindigt daarom met de oproep: 'Houd u rein!'

Men moet zich eerst op de hoogte stellen van degezindheid van de desbetreffende persoon. Zijn diensgeloof en verlangen gericht op de Heer? Men verontreinigtzich, omdat men bij de oplegging der handen in zulk eengeval zich identificeert met een zondaar, die zijn kwaadniet beleden heeft, noch van plan is dit na te laten. Wie inhet Koninkrijk der hemelen wil functioneren en daar opwettige wijze tegen de boze geesten strijden wil, kan zichniet permitteren met de zonde gemeenschap te hebben. Hijzal zichzelf ook ter wille van hen die hij helpen wil, reinmoeten bewaren. Ook hier is sprake van 'opheffing vanheilige handen '(2:8).

Ons vers betekent geen overgang naar een nieuwonderwerp, namelijk handoplegging op zieken, opkinderen, op bruid en bruidegom bij hun in zegening, opgebondenen tot bevrijding, of voor de doop in de HeiligeGeest, maar het gaat nog steeds over het presbyterschap,dat met oplegging der handen werd overgedragen. De

Page 164: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

onaangename scène in het vorige vers is een begrijpelijkeaanleiding om Timótheüs nog eens ernstig op het hart tedrukken niet oppervlakkig en overhaast de oudsten aan testellen.

Men moest niet te haastig onrijpe en geestelijkonvolwassenen tot dit doel de handen opleggen. Het is aldroevig genoeg indien oudsten niet mee ontwikkelen metde verkondigde boodschap en zij achter blijven bij hetbestijgen van de berg Sion. Zulke ambtsdragers wordendoor de 'hielbijter' gebruikt om Gods werk in de gemeentetegen te staan en af te remmen. Zij missen de gezindheidom het werk Gods op te bouwen in eenheid des geestes.

Reeds in het begin van de kerk zien we dat de apostelen dehanden legden op de zeven broeders, die aangewezenwaren om onder andere de armen in de gemeente teverzorgen (Hand. 6:6). Zij waren mannen die aan devoorwaarde, die Paulus hier stelt, voldeden, want zijstonden goed bekend en waren vol Geest en wijsheid.Barnabas en Paulus ontvingen door middel van enigevooraanstaande broeders in de gemeente te Antiochië debenodigde zegen voor hun zendingsarbeid. (Hand. 13:3).

Ook Timótheüs die het werk van een evangelist en leraardeed, waren de handen opgelegd door de gezamenlijkeoudsten en ook nog door Paulus zelf (4:14 en 2 Tim. 1:6).In de gemeente zullen wij daarom oudsten, voorgangers,evangelisten en zendelingen ook op deze wijze eenbijzondere kracht meegeven. Zo brengt men de genade ende wijsheid van de Heilige Geest die in de gemeenteaanwezig is, in de bediening van het ambt.

Page 165: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

23. Drink voortaan niet alleen water, maar gebruik eenweinig wijn voor uw maag en voor uw gedurigeongesteldheden.

Hier geeft de apostel een praktische aanwijzing in hetprivé-leven van Timótheüs. Deze mocht niet enkel waterdrinken, maar ter wille van zijn gezondheid wat wijngebruiken. De uitroep: 'Houd u rein!', of 'houd je zuiver'wordt door enkele vertalers bij dit vers getrokken. Dit zouerop kunnen wijzen dat Timótheüs zich terecht tenvoorbeeld stelde door geen wijn te drinken. Het is dusmogelijk dat deze evangelist geen wijn dronk, omdat dezetot de dranken behoorde, die veelvuldig aan de afgodenwerden geofferd. Zo deed men wijn over het offervlees ofgoot men een hoeveelheid ervan als een plengoffer op degrond. Het plengen van wijn, die beslist geen weelde-artikel was maar tot de dagelijkse dranken behoorde, werdook meermalen in de Mozaïsche wetgevingvoorgeschreven (Ex. 29:40; Lev. 23:13 en Num.15:5,7,10).

Dikwijls maakte men in de heidense tempels gaten in debodem waarin wijn werd gegoten, die dan dooraardgeesten zou worden gedronken. De dienst van de godDionysius was in het bijzonder verbonden met het gebruikvan wijn, die de tempelgangers in een roes moest brengen.Het gevaar bestond dus dat een christen in een heidenseomgeving niet alleen offervlees te eten kreeg, maar ookdat hem offer wijn werd aangeboden. Waarschijnlijk wasTimótheüs 'geheel-onthouder' geworden ter wille van dezwakke broeders, die meenden dat zij door het drinken vanofferwijn in gemeenschap zouden komen met bozegeesten.

Page 166: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Hij herinnerde zich dan de waarschuwing van zijnleermeester: 'Het is goed geen vlees te eten of wijn tedrinken, noch iets, waaraan uw broeder zich stoot' (Rom.14:21). Paulus bedoelde dus in onze tekst: Timótheüs,overdrijf je ascetisme niet door nu maar alleen water tedrinken. Houd je gezondheid in het oog en denk aan jemaagklachten. Drink gerust maar wat wijn, als eengeneesmiddel.

Natuurlijk kan men ook uitgaan van de tegenstelling:water of wijn. In bepaalde landen is water dikwijls besmet.Het veroorzaakt infectieziekten. Men drinkt daarom uithygiënische overwegingen liever vruchtensap of gekooktwater. Een man als Timótheüs die veel reisde, kon dusbeter wijn, de volksdrank, gebruiken. Deziekteverschijnselen van zijn maag en hunnevenverschijnselen wezen op gevolgen van besmetting.Met zo'n kwaal dreigt ook onevenwichtigheid of irritatie,terwijl Timótheüs bij de leiding van zijn gemeente juistlijdzaamheid en zelfbeheersing nodig had.

Merk op dat de apostel het heeft over 'een weinig wijn' endat deze opmerking gericht was aan een man, die alleenmaar water dronk. Met deze tekst kan men dus moeilijkeen wereldgelijkvormige levensinstelling verdedigen.

24,25. Van sommige mensen zijn de zonden zo duidelijk,dat zij voor ben uitgaan naar bet gericht, bij anderenkomen zij achteraan. Zo zijn ook de goede werkenaanstonds duidelijk, en die, waarmede het anders gesteldis, kunnen niet verborgen blijven.

Page 167: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Wanneer wij de slotopmerkingen van dit hoofdstukbestuderen, lijkt het ons waarschijnlijk dat die nogverband houden met de voorafgaande verzen. Hoewel zedus in het algemeen waar zijn voor 'sommige mensen',gaat het hier dus in het bijzonder over oudsten, dievanwege bepaalde zonden in aller tegenwoordigheidmoesten worden bestraft (vers 20). Het gedrag van'sommigen' van hen had Timótheüs natuurlijk in eenenorm spanningsveld gebracht, zelfs zo erg dat zijn tochniet al te sterke gezondheid eronder leed.

Wellicht had Timótheüs zich afgevraagd hoe het mogelijkwas geweest dat hij ooit onder handoplegging zulkepresbyters had helpen aanstellen. Welnu, schrijft deapostel, dat kun je ook niet altijd van te voren zien. 'Vansommige mensen zijn de zonden reeds vóór de rechterlijkeuitspraak bekend, van anderen eerst daarna. (Can. Vert.).Sommige christenen hebben verkeerde eigenschappen, diezo opvallend zijn, dat men zulke personen beslist niet opde voordracht tot verkiezing van oudsten zet. Hunverleden, hun onjuiste mentaliteit en hun gebondenhedengetuigen duidelijk tegen hen. Wanneer zij openlijk inzonden vallen en bij een rechtsgeding in de gemeentemoeten bestraft worden, is niemand verbaasd. We zoudenzeggen: het zat erin en het was te verwachten. Bij zulkenrijst dus geen verschil van mening over het toepassen vantuchtmaatregelen.

De moeilijke problemen geven evenwel die mensen bijwie de machten der duisternis in het verborgen werken,namelijk achter een masker van strenge godsdienstigheiden vroomheid. Men dacht bij hun verkiezing of benoemingmisschien: wat een aanwinst voor de gemeente en wat kandeze broeder machtig door de Heer worden gebruikt. In

Page 168: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Eféziërs 5:10-12 waarschuwt de apostel voor hen, die'onvruchtbare werken der duisternis' voortbrengen. Zijbrengen dus in de gemeente of in een broederraad nietspositiefs tot stand, maar veroorzaken twist enverdeeldheid, omdat ze negatief denken en spreken.

Ook kunnen zij verkeerde leringen brengen, zoalsHymenaéüs en Filétus deden (2 Tim. 2:17,18). De apostelvervolgt dan zijn waarschuwing tot de gemeente in Eféze,dezelfde waar Timótheüs de leiding had: 'Ontmaskert zeveeleer, want het is zelfs schandelijk om te noemen, watheimelijk door hen wordt verricht'. Wie werkelijkonderscheiding van geesten bezit, ziet dat hun vroomheidslechts een vernislaag is. Ze zijn overdreven in hunreligieuze uitingen, zodat de ware kinderen Gods dit alseen show zien. Er is grote wijsheid en voorzichtigheidnodig om zulke machten openlijk ten toon te kunnenstellen.

Bovenstaande verschillen gelden ook voor de goedewerken, die de mens doet uit kracht van de Geest Gods.Bij sommigen herkent men ogenblikkelijk het werk van deHeilige Geest in hun leven en bij anderen moet men ernaarzoeken. Tenslotte zal altijd blijken welke geest in de menswoont of huist. Alles ontwikkelt zich, groeit en brengtvruchten voort.

Bij het aanstellen van oudsten is het dus van belang datmen met de uiterste voorzichtigheid te werk gaat enslechts die mannen naar voren brengt, die in hun leventezamen met hunvrouwen blijk hebben gegeven positieften opzichte van de gemeente en de leiding te staan. Zijmoeten dus beproefd zijn in hun waarachtigheid eninnerlijke waardigheid.

Page 169: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

HOOFDSTUK 6

1. Allen, die onder een slavenjuk zijn, moeten hunmeesters alle eer waardig achten, opdat de naam Gods ende leer geen smaad lijden.

In ons moderne denken en levende in een democratie valthet moeilijk om de slavernij te accepteren. Het bestaanervan was evenwel in de antieke wereld doodgewoon enmen kon zich geen maatschappij zonder slavenvoorstellen. Hoewel excessen voorkwamen en soms vanwrede behandeling sprake was, valt het ons toch op datJezus zelf noch de apostelen ooit hierop zinspeelden. Zijspraken niet over afschaffing der slavernij. Ook dechristelijke meesters hebben voor het merendeel hunslaven behouden en nooit gemeend dat ze dezen moestenvrijlaten. Men heeft dit wel eens in verband willenbrengen met hun toekomstverwachting.

De Heer zou immers spoedig komen en in zijn rijk zoudener geen sociale -problemen meer zijn. In de latere eeuwen,toen deze verwachting niet meer leefde, heeft de kerk erevenwel ook nooit aan gedacht de slavernij af te schaffen.Vele kerken hadden zelfs slaven in hun dienst. Bij deJoden werden evenals bij de andere volken dekrijgsgevangenen als slaven verkocht. Ook schuldenaarsdie aan hun verplichtingen niet voldeden, raakten somsmet hun hele gezin in dienstbaarheid. De Mozaïsche wetbevatte heel wat bepalingen, waardoor de slavernij werdverlicht en zelfs werd opgeheven. In het jubeljaar vierdehet volk het feest van de rechten van de mens, het jaar dervrijheid. Dan was men verplicht zijn Joodse slaven vrij telaten.

Page 170: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

In het Nieuwe Testament is vooral sprake van slaven inde gelijkenissen van onze Heer. We lezen van slaven dieleiding hadden over de huishouding van hun meester, dieals 'rentmeesters' of in het Griekse woord als 'economen'optraden (Luc. 12:42, 16:1). Anderen hadden de opdrachtzaken te doen met hun toevertrouwde geld (Matth.25:1430). Ook is er sprakevan geringe taken als portiers enbewakers (Luc. 12:36, Marc. 13:34). We lezen vanMalchus, de slaafvan de hogepriester (Joh. 18:10), vanRhóde, de slavin van Maria (Hand. 12:13) en vanOnésimus, de slaaf van Filémon.

Ook de 'tuchtmeester'(Gal. 3:24,25) of de 'opvoeder'(1Cor.4:15) was een slaaf. Het Griekse woord dat voor hemwerd gebruikt is 'paidagogos', ons woord pedagoog, watletterlijk knapengeleider betekent. Deze slaaf begeleiddede kinderen van zijn heer op straat en naar school. Devertaling 'tuchtmeester' leidt de gedachten van velen in deverkeerde richting.

Het evangelie is geen 'social-gospel', dit wil zeggen dat hetzich niet bezighoudt met politieke of sociale situaties.Paulus schrijft over slaven en heren, en dan gaat het bijhem alleen over de geestelijke instelling die ze tenopzichte van elkaar hebben, dus niet overarbeidsvoorwaarden of contracten.

De christenen zijn koningen in de onzichtbare wereld,maar in de zichtbare zijn ze werkgevers of werknemers,ieder met zijn eigen prestaties en verantwoordelijkheden.In de natuurlijke wereld krijgen de slaven hun opdrachtenvan hun heer en zij moeten deze precies uitvoeren. Niet zijmaar hun meesters zijn verantwoordelijk voor de opdracht.

Page 171: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De slaven moeten gehoorzamen en hun meester de eergeven die hun toekomt. Zij moeten goede dienaars zijn.

Zijn ze dit niet, dan valt de smaad daarvoor op hunchristen-zijn en daardoor op de naam van God en hetevangelie wordt hierdoor geminacht. Het woord 'juk' wijstop het traditioneel symbool voor het slavenbestaan. Paulusgebruikt dit woord voor slaven die een heidense meesterhadden en die niet konden rekenen op christelijkebarmhartigheid en liefdebetoon. De christenslavenmochten op geen enkele wijze rebelleren, want danzouden de heidenen de christelijke godsdienst als eenopruiende leer hebben beschouwd.

Voor velen is het teleurstellend om te lezen dat Paulus hierniet fel tegen de slavernij ingaat. Hier is in ruime matesprake van het tolereren van onvrijheid en wij leven juistin een tijd, dat de mens vrij wil zijn op elk gebied. Hetevangelie begint evenwel in de onzienlijke wereld tewerken. Het ontwrichtte niet plotseling het economischeleven en het schafte de slavernij niet af, maar de predikinggroef de bodem weg waarop de slavernij rustte. Dearbeidsvrede en de vrijheid van de mens is evenwel nietgekomen met de afschaffing van de slavernij, want in devorige eeuw trad een nieuwe slavernij op in dezogenaamde christelijke landen, hoewel daar formeel geenslaven meer waren.

Bepaalde groepen van mensen waren niet vrij om naareigen keuze hun leven in te richten, want er kwamenarbeidsomstandigheden, waarvan men terecht kon zeggendat er 'loonslaven' in dienst stonden van harde meesters.De afhankelijkheid van het proletariaat bleef, zodat zezichzelf 'de verworpenen der aarde' begonnen te noemen.

Page 172: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De eigenaars van de vroegere slaven gingen uit eigenbelang nog zorgvuldig met hun 'bezit' om, maar deindustrie-baronnen ontsloegen hun personeel met grotewillekeur en zonder zich verder van hun moeilijkhedeniets aan te trekken.

De zuchtende schepping ziet echter uit naar het openbaarworden van de zonen Gods. Onder de heerschappij van deZoon van God zullen zij een koninkrijk stichten, datgebaseerd is op recht en gerechtigheid in grote vrijheid.

2. Zij, die gelovige meesters hebben, moeten hen nietgeringschatten, omdat zij broeders zijn, doch des te betereslaven wezen, omdat hun meesters gelovigen en geliefdenzijn, die zich beijveren wél te doen.

De andere omstandigheid voor de gelovige slaven konzijn, dat zij christenen, dus broeders, als meesters hadden.Het gevaar dreigde dan dat zulke slaven hun heren ook inde natuurlijke wereld als huns gelijken gingen benaderenen hen niet meer als werkgevers erkenden ofrespecteerden. Zij werden misschien wel amicaal enkenden hun plaats niet meer. Zij meenden kritiek te mogenuitoefenen of vervelende opmerkingen te kunnen makenof mede de verantwoordelijkheid te dragen. De opdrachtenvan hun meesters negeerden zij en voerden ze niet of maarhalf uit. Paulus zei evenwel dat de christenslaven zich nogmeer moesten inspannen en nog meer dienstbaar moestenzijn en nog ijveriger moesten werken dan hun medeslavendie God niet dienden.

Dit dan niet uit een slaafse onderworpenheid maar uitovertuiging. Zij moesten het hun meesters zoveel als in

Page 173: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hun vermogen lag naar de zin maken, want deze gelovigenen beminden zouden op hun beurt zich beijveren hunondergeschikten zo rechtvaardig mogelijk te behandelen:met liefde en barmhartigheid.

Dit evangelie verscherpt de maatschappelijkeverhoudingen en afstanden niet, maar versoepelt ze enwijst alle rebellerende en revolutionaire gedachten enhandelingen van de hand. juist de kennis dat slaaf en heergelijk zijn voor God, maakt de menselijke verhoudingenen rangorden weer aanvaardbaar. De gelovige heren tonenaan de andere kant hun mildheid en goedheid enbereidheid om met hun personeel in goedeverstandhouding te leven en naar hun stem te willenluisteren. Hardheid, gefrustreerdheid, koppigheid,minderwaardigheidsgevoelens en het geven van grotemonden tasten de broederband aan, verwekken spanningenen bederven de goede sfeer.

Na deze woorden schreef de apostel zoals alle andereNederlandse vertalingen dit verder hebben erogenblikkelijk achter: 'Leer en vermaan deze dingen '.Timótheüs moest dus niet in het algemeen de plichten vande christenen prediken, maar in bepaalde gevallen devinger op de wonde leggen. Wat de apostel in hoofdstuk4:12 gezegd had, wordt dus hier nog eens herhaald.

3. Leer en vermaan in deze zin. Indien iemand een andereleer verkondigt en zich niet voegt naar de gezondewoorden van onze Here Jezus Christus en de leer dergodsvrucht,

Page 174: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De leer 'van onze Here Jezus Christus' is die Hijzelfverkondigde en die de naam draagt 'evangelie van hetKoninkrijk der hemelen'. Dit moet door de dienaren desWoords worden gepredikt. Deze leer moet zowel in deonzienlijke als in de zienlijke wereld door haar belijdersworden gerealiseerd. Zij is gezond, omdat ze de mens naarlichaam, ziel en geest herstelt. Wanneer werkgevers enwerknemers haar praktiseren, heerst er een uitnemendewerksfeer. Men is dan ingesteld op het onderscheiden vanwetteloze geesten die werkzaam zijn, en leert dan de mensvan de macht te scheiden.

Andere woorden dan die Jezus heeft verkondigd, dusvreemde leringen die niet eigen zijn aan het evangelie vanhet Koninkrijk, mogen in de gemeente niet wordengepredikt. Er is maar één evangelie dat naar het doel voert,namelijk om de mens Gods die tot alle goed werkvolkomen toegerust is, te voorschijn te brengen (2 Tim.3:17). De apostel spreekt in dit verband over de leer dergodsvrucht, dus een leer die de mogelijkheid schept omvruchten voor God voort te brengen, of zoals bijvoorbeeldde Statenvertaling heeft, 'de leer, die naar de godzaligheidis', welke dus in staat is de mens naar geest, ziel enlichaam te behouden. Letterlijk staat er: 'eusebeia', dat iseerbiedigheid, piëteit, vroomheid of vroom geloof. Dat isdus de eerbied waarmee men zich aan God onderwerpt endie tot resultaat heeft dat men de door Jezus geprediktevorm van Godsverering de enige juiste acht.

Paulus geeft ons hier dus richtlijnen aan om geen anderekoers te volgen. De leer van het Koninkrijk der hemelen isexclusief en alléén zalig makend. De uiteenzettingen vande apostel aangaande het gedrag van werkgevers enwerknemers drukten geen pnivé-mening van de apostel

Page 175: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

uit, maar sproten voort uit de vernieuwing van zijndenken, dat elk ruw optreden uitsluit en gericht is op deinnerlijke harmonie en beschaving van het kind van God.Paulus verbindt nu in de volgende verzen de inhoud vande valse leer met de gevolgen ervan in de gemeente,namelijk onenigheid, conflicten en het verrichten vangeestelijke arbeid uit geldzucht. Telkens moet degemeente op de gevaren van verkeerde Ieringen wordengewezen. Daarom wordt ook wel vertaald: 'Blijf leren envermanen ', of men het horen wil of niet!

4. dan is hij opgeblazen, hoewel hij niets weet, en heeft hijeen zwak voor geschillen en haarkloverijen, een bron vannijd, twist, lasteringen, en kwade vermoedens,

Paulus geeft hier een somber maar waar beeld van degevolgen van dwalingen. Hij gebruikt daartoe allerleivormen en zinswendingen die in de loop van zijnbediening door contacten en gesprekken met valsebroeders bij hem waren opgekomen. Door zijn groteervaring in talrijke gemeenten waren hem de gedachtenvan de satan niet onbekend. Hij had menigmaal hetegoïsme en het fanatisme van sommige dwepers bij zijnrondreizen opgemerkt. Zonder enige aarzeling en ronduitsomt hij nu voor de vuist wegenkele kenmerkende eigenschappenvan hen op, en wijsthij op hun ondermijnende activiteiten in de gemeente.

Hun diepste motieven berusten niet op eerbied voor dewoorden van Christus, zoals bij Paulus het geval was,maar op trotse inbeelding en gebrek aan rechte kennis. Deapostel had opgemerkt dat zulke onruststokers geengedegen Schriftkennis bezaten. Zij namen de moeite zelfs

Page 176: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

niet om te studeren teneinde hun kennis te vermeerderen,maar zij vingen hier en daar wat op, hetgeen ze dan alshun eigen mening doorgaven, zonder dat ze in staat warendie met de schriften te staven.

Onwetendheid en opgeblazenheid, domheid en hoogmoed,gingen bij hen hand aan hand. Door hun foutieveopvattingen ontstonden kwesties over allerlei futiliteiten.Ze misten een kerngezonde leer en daarom hadden zij een'zwak', dus een ziekelijke voorliefde voorspitsvondigheden en woordenzifterij. Ze deden alsof zediep over de dingen hadden nagedacht, accentueerdendaarbij een soort innige vroomheid, maar misten hetrustgevende klimaat van de ware christen, dat blijdschapen geluk verspreidt.

Paulus legt de nadruk op de wijze waarop die verwaandemensen hun ideeën propageren en op hun mentaliteit.Deze dwaalleraars zijn geen misleide idealisten maarijdeltuiten en betweters. 'Hun onzinnigheid zal evenwelaan allen overduidelijk worden '(2 Tim. 3:9). Door ditsoort mensen komt er verwijdering tussen de broeders enontstaan er nijd en jaloersheid tegen hen die meer talentenen gaven hebben, of die het vertrouwen genieten van degemeente. De twisten worden gevoed door de opgeworpenproblematiek van deze onwetenden, en die leiden weer totverwarring, geroddel, en verdachtmakingen aan het adresvan hen die leiding geven in de gemeente. Dit alles is welver verwijderd van de gezonde woorden van Christus.

5. en geharrewar bij mensen die niet helder meer zijn vandenken en het spoor der waarheid bijster geraakt zijn,daar zij de godsvrucht als iets winstgevends beschouwen.

Page 177: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Mensen die verleugend worden, die kwade vermoedenskoesteren, die wantrouwend zijn, die dwalingenverkondigen, die kwaadspreken of roddelen en zich methaarkloverijen bezighouden, zijn niet helder meer vandenken. Ze zijn 'van hun verstand beroofd', luidt devertaling Brouwer.

Let op dat al het verkeerde in het denken begint. Degedachten zijn verduisterd onder beïnvloeding van bozegeesten en het is dan geen wonder dat velen de weg derwaarheld zijn kwijtgeraakt en op het pad der leugen zijnterecht gekomen, dat het begin is van allerlei valseleringen en verwarring door overtrokken ideeën. 'Mensendie een verdorven verstand hebben 'zijn 'van de waarheidberoofd'(St. Vert.). Vandaar het geharrewar over allerleifutiliteiten, en het gekrakeel die deze mensen veroorzaken.Ze leggen de 'gezondmakende' woorden van Jezus naastzich neer, misschien ondanks hun geloof in de genezing.

De kennis die zij etaleren rust op schijn en bedrog.Wanneer mensen de liefdesgemeenschap in de gemeenteen onder de broeders aantasten en permanent wrijvingenveroorzaken, weten we dat dit slechts mogelijk is, omdatze ergens de ware leer hebben losgelaten en daardoorinnerlijk uit hun balans zijn geraakt. Men ziet hunblijdschap verdwijnen om plaats te maken voor hardheid,scherpte van tong, cynisme, vreugdeloosheid, allesgemaskeerd door uitwendige vroomheid, welke steedsbezig is anderen te veroordelen, en te overtuigen hoe groothun geloof, rust en zekerheid dan wel zijn. Bij zulkemensen schiet het onkruid hoog op en overwoekert alspoedig het goede.

Page 178: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Door de verzieking van denken treedt bij sommigen ookhet facet van winzucht naar voren. Wie blind is voor degeestelijke wereld en voor het Koninkrijk der hemelen,verbindt zijn godsdienst logischerwijze met het zichtbare.Zo wordt dan ook de leugen geïnfiltreerd dat het geloof ende dienst van God op aarde winst zouden opleveren. Ookin bepaalde pinksterkringen wordt geleerd dat godsvruchtgepaard gaat met aardse voorspoed.

Men grondt deze mening maar al te vaak opoudtestamentische voorstellingen, waarbij menbijvoorbeeld denkt aan Abraham of aan Job na diensvolledig herstel. Ze waren rijk en leefden lang. Degezichtseinder van deze mensen richtte zich evenwel nietverder dan de aarde, terwijl Jezus zijn volgelingen detoezegging deed, dat hun loon groot zou zijn in de hemel.Er zijn evangelisten die de toeloop van belangstellendenen de indruk die zij door hun streng orthodoxe leer wetente maken, uitbuiten om zichzelf te verrijken. Ook vragenzij de mensen geld voor hun arbeid met de belofte dat degevers het veelvoudige van het geschonken bedrag van deHeer zullen terug ontvangen.

In de Statenvertaling lezen we aan het einde van dit versnog de toevoeging: 'Wijk af van dezulken '. Goedechristenen en dienaars van God onttrekken zich bewustaan de omgeving van hen die steeds moeilijkheden enwrijvingen veroorzaken. Zij vertrouwen zich niet aan hen -al heten zij broeders en zusters - toe (Joh. 2:24).

6. Nu brengt inderdaad de godsvrucht grote winst, indienzij gepaard gaat met tevredenheid.

Page 179: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Er is veel met de godsvrucht te verdienen, voegt de aposteler nu met lichte spot aan toe, maar niet in natuurlijkebetekenis. Het dienen van God brengt allereerst een grootgeestelijke gewin, want men ontvangt immers heteeuwige, onverderfelijke leven en verzamelt daarbijschatten in de hemel, waar mot noch roest ze ontoonbaarmaakt en waar geen dieven inbreken of stelen. Wat deaarde betreft, belooft de Heer dat zijn volk onbezorgd magleven. Hij weet wat het nodig heeft en met wat Hijschenkt, zal het tevreden zijn.

De godsvrucht is immers nuttig tot alles, daar zij eenbelofte inhoudt van leven, in heden en toekomst (4:8).Niemand moet denken dat hij ook recht heeft op wat eenandere broeder of zuster bezit. Het woord 'autarkie' datPaulus hier gebruikt, bedoelt 'tevredenheid' of naar deStatenvertaling' vergenoeging', dus iets waarmee jegenoegen neemt. Bij de stoïcijnse wijsgeren in de tijd vande apostel betekende het woord 'autarkie', dat menonafhankelijk was van de omstandigheden, op zich zelfkon staan, en behoefteloos was.

Hierdoor kon men altijd tevreden zijn. Innerlijketevredenheid vloeit voort uit het christelijke denken.Paulus gaf een getuigenis hierover van zichzelf, toen hijschreef; 'Want ik heb geleerd met de omstandigheden,waarin ik verkeer, genoegen te nemen. Ik weet watarmoede is en ik weet wat overvloed is.... Ik vermag alledingen in Hem, die mij kracht geeft'(Filip. 4:11-13).

Het rijke, christelijke leven is alleen bij hem die God dienten die leven heeft in zichzelf Dan zijn, omdat hij GodsGeest bezit, al zijn bronnen in hemzelf Hij kan God dienenin alle situaties door een positieve levenshouding te

Page 180: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

bewaren door Christus, die hem kracht geeft. Niets kan deware christen uit zijn geloofsvertrouwen halen. Verder ismen in een gemeente vaak zonder reden ontevreden overde leiding, omdat men ontevreden is in eigen leven. Onzetevredenheid hangt niet af van hetgeen wij hebben: een tonwas groot genoeg voor Diogenes (een Grieks wijsgeer diein een ton woonde), maar een wereldrijk te klein voorAlexander.

7,8. Want wij hebben niets op de wereld medegebracht;wij kunnen er ook niets uit meenemen. Als wij echteronderhoud en onderdak hebben, dan moet ons dat genoegzijn.

Toen wij in de wereld kwamen, brachten wij geen enkelbezit mee. Wanneer wij bij het sterven het natuurlijkeleven vaarwel zeggen, kunnen wij ook niets dat aan hetvergankelijke bestaan toebehoort, bij ons houden. Jobsprak: 'Naakt ben ik uit de schoot mijner moeder gekomen,naakt zal ik daarheen wederkeren (Job 1:21). De mens kannooit bezitlozer worden dan toen hij op aarde kwam, en hijzal er rekering mee moeten houden dat zijn stoffelijkomhulsel niet meer toebedeeld krijgt dan een kist en eengraf.

Aards bezit is slechts tijdelijk en onze hemelse Vader weetwat wij nodig hebben. Wij kunnen Hem rustig latenbepalen wat en hoeveel dit is. Een christen moet tevredenzijn met zijn nooddruft. Hij mag geenminderwaardigheidsgevoel krijgen indien het inkomen vanzijn broeder het dubbele is van het zijne. Zijn begeren magniet uitgaan naar rijkdom en bezit. Heeft de Heer hemevenwel rijkdom toevertrouwd, dan moet hij haar beheren

Page 181: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

als een goed rentmeester. Bij sommige christenen valt derijkdom in de schoot. Rijkdom heeft echter zijn gevarenvoor het geestelijke leven. Men stelt zo licht zijnvertrouwen erop en het zijn sterke (geestelijke) benen, diede weelde kunnen dragen.

De christen bouwt zijn geluk en de vrede van zijn gemoedniet op de wankele bodem van de vergankelijke goederender aarde, die hij niet heeft meegebracht en niet zalkunnen meenemen. Als hij voedsel, kleding en onderdakheeft, bezit hij nog altijd zoveel, dat hij met zijn broederkan delen, 'opdat gij in alle opzichten te allen tijde vanalles genoegzaam voorzien, in alle goed werk overvloedigmoogt zijn, gelijk geschreven staat: Hij heeft uitgedeeld,aan de armen gegeven, zijn gerechtigheid blijft ineeuwigheid'(2 Cor. 9:8,9).

Agur bad: 'Geef mij armoede noch rijkdom, voed mij methet brood, mij toebedeeld'(Spr. 30:8). Zodra de christendoor begeerte naar bezit gevangen wordt, is het gedaanmet zijn 'autarkie'. Hij moet zich eens afvragen in onze tijdvan vermindering der welvaart: kan ik met minder toe?Zijn mijn radio, t.v., het nieuwe zeiljacht, het luxe eigenhuis, de overvloedige voorraad aan kleding, de geriefelijkeapparatuur, het gebak, de snacks en ook de drank voor mijonmisbaar? Laat ik hier eens tegenover stellen wat ikuitgeef als bijdrage voorde gemeente, voor de zending,voorde verbreiding van het evangelie van het Koninkrijkder hemelen.

Het is haast een wet dat de welvaart ontevreden mensenkweekt. In onze maatschappij zijn weinig echt blijdemensen. Deze regel ziet men zelfs ook bij het volk vanGod dat een prediking heeft gehoord, die hen tot in de

Page 182: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hemel verhief Ook onder hen slaan de geesten vanontevredenheid en negativisme toe en wordt vervuld, watook Mozes moest constateren bij het volk Israël: 'Toenwerd Jeschurun vet, en sloeg achteruit'(Deut. 32:15).

9. Maar wie rijk willen zijn, vallen in verzoeking, ineenstrik, en in vele dwaze en schadelijke begeerten, die demensen doen wegzinken in verderf en ondergang.

Wanneer iemands begeerte koste wat het kost uitgaat omrijk te worden - er wordt niet gesproken over hen die rijkzijn - wordt hij een prooi van de satan, die op zijnbezitsdrift speculeert. Jacobus schreef dat de verzoeking inde mens begint met de zuigkracht van zijn eigen begeerte.Een boze geest bevrucht dan die begeerte, speelt dus in ophet aanwezige verlangen en wekt dan allerlei wettelozegedachten op, zodat de mens zijn lusten gaat bevredigen.

Jacobus drukt dit als volgt uit: wanneer die begeerteeenmaal bevrucht is, dus wanneer de mens het zaad van deboze of diens inspiraties ontvangen en gekoesterd heeft,wordt de zonde gebaard. Uit de verkeerde gedachten diede boze in de mens gebracht heeft, ontspruiten deverkeerde handelingen. Op deze wijze wordt de mens toteen gebondene gemaakt van de mammon, de geest van degeldzucht. Het woordje 'strik' wijst op de binding,waardoor dan de christen erkennen moet, dat hij niet meerin staat is het goede dat hij eigenlijk wil, te doen. Wie zalhem verlossen en op welke wijze is dit mogelijk?

Alleen het evangelie van het Koninkrijk der hemelen geefter het juiste antwoord op. Zo'n binding doodt iedere vormvan geestelijk leven en vervreemdt de mens van God, want

Page 183: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

men kan Hém niet dienen en de mammon. Dikwijls vallendit soort mensen dan nog in handen van 'vrome' geesten,die gespecialiseerd zijn in allerlei voorschriften, vormenen ceremoniën, die naar buiten opgeld doen en de illusiewekken dat men een nauwgezet christen is.

De boze stimuleert vaak de begeerte door eerst zijnslachtoffer te confronteren met begeerlijke of verleidendevoorwerpen, die zijn hebzucht moeten opwekken. Zo zagAchan in het verwoeste Jericho een mooie mantel liggenen een flink bedrag aan goud en zilver. Hij moest belijden:'Uit begeerte ernaar heb ik ze weggenomen (Joz. 7:21). Zokwam Gehazi, de knecht van Eliza, in bekoring door hetlokaas van de boze, die hem voortdurend na het vertrekvan Naäman, met diens mooie geschenken bezighield.Door bedrog en leugen wist hij uiteindelijk het zilver en dekledingstukken te verkrijgen. Denk ook aan dezelfbedieningszaken, waar de uitgestalde artikelen hetwinkelende publiek in verzoeking brengen, omdat de bozeinspeelt op de begeerte; want de gelegenheid maakt dedief!

Wat is het gevolg van de verbinding met die geesten, diede mens in hun houdgreep hebben om steeds te denkenaan uitbreiding van hun bezit? Dat zo'n persoon tot allerleionzuivere en kwade praktijken komt, dat hij mensen gaatbedriegen, de belasting gaat ontduiken of zelfs gaat stelenof geld verduisteren, en ook nog anderen te kort doet. Hijpraat wellicht zijn verkeerde daden nog goed, want hij kanimmers niet zuiver meer denken, omdat de drang naarbezit hem geheel in beslag heeft genomen.

Dwaze begeerten zijn domme begeerten. Ze zijn eigenlijkniet rationeel te verklaren. De mens wil eigenlijk iets

Page 184: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

bezitten waar hij in wezen niets aan heeft. Hij heeft dezaken die hij begeert, helemaal niet nodig. De begeertewordt dan vaker door afgunst dan door behoefteingegeven. Men houdt uiteindelijk meer van de begeertedan van het begeerde, want in het bezit van de zaak ligthet einde van het vermaak. Het is daarom van belang datwij eerder trachten onze begeerten te verminderen danonze bezittingen te vergroten. Wie rijk wil worden, zalmet twee tragedies in zijn leven te maken krijgen: je krijgtniet wat je begeert, of je krijgt wel wat je begeert. Hetverworven bezit maakt een gebonden mens nooit tevreden.De hebzucht zegt nooit: het is nu genoeg!

De smalle weg door het Koninkrijk Gods wordt volkomengeblokkeerd door de begeerte naar de zichtbare entijdelijke dingen. De christen komt dan op de brede wegdie naar het verderf leidt. Het wegzinken wijst op eengeestelijk moeras, waarin hij zich bevindt en waar hijsteeds dieper weggezogen wordt. Er is dus een toenamevan zijn gebondenheid. Zo'n slaaf van zijn begeerte is'onnut' geworden voor het goede. Hij is een speelbal derdemonen, die hem steeds verder onderwerpen aan demacht van de engel des afgronds, Apollyon, de verderver.

10. Want de wortel van alle kwaad is de geldzucht. Doordaarnaar te haken zijn sommigen van het geloofafgedwaald en hebben zich met vele smarten doorboord.

Wanneer de mens 'liefde tot geld' heeft, stelt hij zijnvertrouwen niet op God, maar verwacht zijn geluk van zijnaardse bezit. Hij gelooft dan dat hij alleen met geldgelukkig kan leven. Dit (on)geloof is de wortel van allekwaad. Men kan geen goed christen zijn, dus zijn hoop

Page 185: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

alleen op God stellen en tegelijkertijd zijn begeerteuitstrekken naar de rijkdommen in de wereld. Wie dit tochdoet, verliest zijn tevredenheid', zodat hij afhankelijkwordt 'van de omstandigheden (vers 6).

Hij heeft dan ook geen tijd om schatten te vergaderen inde geestelijke wereld. Hij raakt ook onherroepelijk zijnvisie op het onzienlijke Koninkrijk Gods kwijt en daarmeeverdwijnen zijn gerechtigheid, vrede en blijdschap. Danwordt smart zijn deel en ervaart hij stekende pijnen '(Can.vert.), want het verwerven van geld kost moeite eninspanning, het bewaren en bewaken ervan kost tijd,aandacht en zorg en is een onaangename zaak, en hetverlies ervan wordt een pijnlijke ervaring.

Geldzucht kan men vergelijken met het drinken vanzeewater: de dorst wordt steeds erger, want de mammonzegt nooit: het is genoeg. Aards bezit is wankel en deduivel manipuleert ermee. Door begeerte naar geld verliestmen de winst die de ware godsvrucht met zich brengt (vers5). De geschiedenis leert dat ook in de kerk veel geldzuchtwordt gevonden. De kerken werden rijk en hadden grotebezittingen. Zij die de gelden beheerden, oefenden ermacht mee uit. Er is wijsheid en genade nodig en bovenalde leiding van de Heilige Geest, om in deze dingen dejuiste koers te volgen.

Paulus schrijft in 2 Timótheüs 4:10 over zijn medewerkerDemas, dat deze hem uit liefde voor de wereld in de steekhad gelaten. De tegenwoordige wereld was hem liever dande toekomende en de vergankelijke rijkdom bekoordehem. Wie geldzuchtig is, komt tot allerlei ongerechtigheid:hardheid, liefdeloosheid, fraude, oplichting en diefstal.

Page 186: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Judas is een waarschuwend voorbeeld van een discipel vanJezus, die zich innerlijk met geld bezighield.

Hij was een zuinige penningmeester, maar dit weerhieldhem om de boodschap van het Koninkrijk der hemelen ineigen leven te realiseren. Hij viel over de'onverantwoordelijke' uitgave van Maria, die met dekostbare nardusmirre spontaan de voeten van Jezus zalfde,want hij had het geld meer lief dan de Meester. Tenslotteverviel hij in diefstal. Wat hebben de christenen diegeldgierig zijn, voorde zaak des Heren over? Meestalmaken zij opmerkingen dat het geld slecht wordt besteed,of voor zaken gegeven die zijniet urgent achten. Mensendie naar geld jagen, worden geestelijk steeds armer. In henwordt de uitdrukking bewaarheid: arme mensen met geldnoemt men rijk!

11. Gij daarentegen, o mens Gods, ontvlucht deze dingen,doch jaag naar gerechtigheid, godsvrucht, geloof, liefde,volharding en zachtzinnigheid.

Met het voegwoordelijk bijwoord' daarentegen' komtPaulus tot een tegenstelling tussen de geldgierige en demens Gods. leder christen die een man Gods wil wordendie tot alle goed werkvolkomen toegerust is, zal debegeerte om rijk te worden, moeten ontvluchten en zijnaandacht daarentegen vestigen op de schatten van hetKoninkrijk Gods. Zijn inwendige mens zal rijk wordendoor in gerechtigheid te leven naar de wetten van God.Door zich volkomen aan de Heer toe te wijden, zal degodsvrucht, dat is de vrucht van de menselijke geestgestimuleerd en bekrachtigd door de Heilige Geest, in hemworden geopenbaard.

Page 187: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Timótheüs wordt hier een man Gods genoemd en dit welondanks zijn schuchterheid en zijn jeugdige leeftijd. Detitel 'man Gods' duidt de plaats aan, die Timótheüs in hetrijk Gods innam. Deze aanduiding werd in het OudeTestament menigmaal voor Mozes (Ps. 90:1) en voor deprofeten (1 Sam. 2:27) gebruikt. Deze knechten des Herenmoeten om geestelijk fit te blijven, veel loslaten ofontvlieden, want de opdracht die zij hebben, is van eenzeer hoog geestelijk niveau.

Ook moeten ze weten dat ze niet vanzelf een man Godsworden. Zo'n positie eist de ganse inzet van de mens, diezich bewust losmaakt van 'de begeerte des vlezes, debegeerte der ogen en een hovaardig leven '. Evenals inFilippenzen 3:12-14 gebruikt de apostel hier het beeld vande wedstrijdloper. Deze wil de overwinning behalen en dehoogste prijs in de wacht slepen. Hij begeert de geestelijkevolwassenheid te bereiken, namelijk het zoonschap, doorde hoge weg tot het einde toe af te lopen.

Hier geldt dan de regel: de rechtvaardige zal door geloofleven, dit wil zeggen dat hij vanuit de toegerekendegerechtigheid ook lééft, dus spreekt en handelt. Voor zulkeen gerechtigheid moet de christen zich inzetten. Degeestelijke volwassenheid waait hem niet aan, maar zijwordt bereikt door volharding, geduld enzelfverloochening.

Het geloof in de gezonde leer zal steeds toenemennaarmate de christen zich erin verdiept. Geloof is niet ietswat de christen automatisch en op onverklaarbare wijzeontvangt, maar hij moet zich erin oefenen en er naar'streven' of er naar 'jagen'. leder mens bezit geloof, maar

Page 188: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

dit moet gericht worden op het Woord van God, want hetis de hand waarmee men in de onzienlijke wereld debeloften van God grijpt en ze in de zichtbare wereldrealiseert.

De 'agapè' of liefde is een wezenskenmerk van God. Hijwordt er zo mee geïdentificeerd, dat gezegd kan worden:'God is liefde'. Deze eigenschap nicht zich specifiek op demensheid, want het ganse herstelplan is erin geworteld.Als beeld van God behoort de christen deze liefde tot allemensen over te nemen, want de ganse wet van God is eropgebaseerd. De 'agapè 'is de schenkende liefde, die nietvraagt maar geeft, en erop gericht is andere mensen goedte doen. Ook deze goddelijke eigenschap moet bewustdoor de christen tot ontwikkeling worden gebracht, opdatde geest zal heersen over het vlees.

Door 'volharding', 'standvastigheid' (vert. Brouwer) of'geduld' (Can. vert.) zal de christen Iedere belofteverwerven. Deze hebbelijkheden brengen vanzelf vruchtvoort. Men kan de toezeggingen die God gedaan heeft,nooit zich toe-eigenen door ze te forceren, want dit geeftalleen maar spanningen in en rond de mens. Doorvolharding en geduld worden alle beloften verkregen! Ooknaar deze 'volharding', dit 'geduld' of deze'standvastigheid' moet men ijveren. Het woordje'lijdzaamheid' dat de Statenvertaling heeft in plaats van'volharding' lijkt ons te passief. Men kan wel iets lijdzaamverwachten, maar naar lijdzaamheid jagen vereist activiteiten is dus in strijd met de betekenis van dit woord, datberusting veronderstelt.

Een naar de volwassenheid opgroeiende man Gods moetde gezindheid van Jezus Christus hebben, die eenmaal

Page 189: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

sprak: 'Leert van mij, want Ik ben zachtmoedig'.Zachtmoedige of zachtzinnige mensen zijn niet geneigdtot heftigheid, schikken zich gemakkelijk en zijnvriendelijk jegens allen. De zachtmoedigen zullen de aardebeërven. Daarom is de zachtmoedigheid een eigenschapdie speciaal noodzakelijk is voor leiding gevendebroeders, die toch geacht worden 'mannen Gods' te zijn enaan wie de Heer het vergunt mede met Hem te regeren.Wie zachtmoedig is, lijkt op de Here Jezus en de HeiligeGeest kan zijn leven besturen.

12. Strijd de goede strijd des geloofs, grijp het eeuwigeleven, waartoe gij geroepen zijt en de goede belijdenisafgelegd hebt voor vele getuigen.

In het bijzonder moeten de ambtsdragers de goede strijdstrijden. Zij zijn immers het voorbeeld der kudde. Inhoofdstuk 1:18 schreef Paulus daarom aan Timótheüs, datdeze zich richten moest naar bepaalde profetieën die overhem uitgesproken waren, 'opdat gij, u daarnaar richtend,de goede strijd strijdt'.

Voor de christen is er slechts één strijd en deze wordt 'degoede strijd' genoemd. Hij is niet tegen vlees en bloed,maar tegen de overheden en boze geesten in de hemelsegewesten. Deze vijanden kunnen wij niet zintuiglijkwaarnemen, maar wij weten alleen dat ze bestaan en hoeze zich gedragen, omdat Gods Woord erover spreekt. Dezestrijd berust dus alleen op gris geloof in het Woord vanGod, en wij zien de realiteit ervan in de praktijk bevestigd.Door deze openbaring in het geloof te aanvaarden, wetenwij ook wat Gods bedoeling is met deze strijd.

Page 190: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Zoals wij God en Christus alleen door het geloof lerenkennen, zo zijn wij ook alleen door geloof op de juistewijze van het bestaan van de boze op de hoogte. Wijkennen Gods bedoeling met de mens en weten ook debedoeling van de satan, namelijk om door leugen,verleiding, pressie, overweldiging, ziekte engebondenheden, de mens uit het plan van God te halen envan de weg der waarheid af te brengen. De kamp die wijin het geloof hebben, is dat wij ons niet door de boze latenmeevoeren, maar dat wij blijven vasthouden aan Godsbedoeling met ons leven, welke Hij met hulp van de krachten de macht van de Heilige Geest in ons wil manifesteren.

De vertaling Brouwer begint met: 'Strijd in het worstelperkdes levens de goede strijd des geloofs'. Wij staan dan metonze gedachten in het midden van de arena en telkenswordt een luik opengehaald, waardoor de wilde dieren,beeld van de machten der duisternis, ons komen belagen.In 1 Corinthiërs 15:32 spreekt Paulus erover dat hij teEfeze 'naar de mens'- dat is beeldsprakig - met 'wildedieren 'had gevochten.

Ongetwijfeld ging de engel des satans, die hem 'metvuisten sloeg' daar in Efeze, waar zich nu Timótheüsbevond, heftig te keer. De voortdurende intimidaties,kwellingen, pressies van deze macht vergeleek hij met hetsteken van een doorn, of met het slaan van vuisten. In zijnbrief aan de Efeziërs spreekt de apostel ook nog van'vurige pijlen 'die door de tegenstander op hem werdenafgeschoten. Gelukkig gaan er in zo'n worsteling ookvoortdurend weer luiken achter de terugdeinzende beestendicht!

Page 191: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De ware christen kent slechts één strijd, niet tegen eigenvlees, niet tegen mensen, maar alleen tegen de satan endiens trawanten. Hij leert daaruit dat hij niet met de liftnaar boven gaat, wanneer hij zich wil 'verheffen'. Er issprake van een 'goede' strijd, omdat het voor een 'goede'zaak is en de kampvechter bekroond wordt door een'goede' uitslag. Zij die als overwinnaars te voorschijntreden, moeten zich de weg naar de troon vrijvechten. Hetis een strijd des geloofs, omdat de wapenen van onzeveldtocht niet vleselijk zijn, maar geestelijk, dit wil zeggenbij ons denken en in ons verstand gebruikt worden (2 Cor.10:3,4). Ons geloof verzekert ons tenslotte dat wij in dezestrijd zeker zullen overwinnen.

Jezus zei, dat wie in Hem gelooft, eeuwig leven heeft.Wanneer wij Hem volgen, ontvangen wij een leven dataltijd standhoudt, dat goed functioneert, dat beantwoordtaan de wetten van God en eeuwig kan blijven bestaan. Metde hand des geloofs grijpen wij dus actief dit eeuwigeleven, want het is een strijd om des woords wille. Wijlaten dit leven niet meer los, zoals er staat: 'Houd vast watgij hebt, opdat niemand uw kroon neme'(Openb. 3:11).

Tot dit heerlijke leven heeft God ons geroepen. Het is zijnwil dat wij komen, bevrijd worden uit de macht van deduisternis en losgemaakt worden van de banden der bozegeesten. God heeft ons bestemd om langs deze weggelijkvormig te worden aan het beeld van zijn Zoon, opdatdeze de eerstgeborene zou zijn onder vele broeders; en dieHij tevoren bestemd heeft, hen heeft Hij ook 'geroepen'(Rom. 8:29,30). Hij heeft ook zijn Zoon gegeven tot onzeverlossing en deze doopt ons met de Heilige Geest, opdatwij krachten begaafdheid zullen krijgen om de

Page 192: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

heerlijkheid, die ons beloofdis, door onze overwinningendeelachtig te worden.

Het eeuwige leven grijpt de christen als hij al strijdendeeen waarlijk geestelijk mens blijkt te zijn. De woorden:'Grijp het eeuwige leven 'zijn immers gericht tot degevorderde mens Gods en niet tot een beginneling.Timótheüs had niet alleen al deze waarheden in het geloofaanvaard, maar ook in het bijzijn van vele getuigenbeleden dat ze zijn eigendom waren, 'immers met de mondbelijdt men tot behoudenis'(Rom. 10:10). leder christenmoet wel onderzoeken of hetgeen hij gelooft uit God is,door God zo gezegd is, of geopenbaard.

Anders is er geen sprake van een 'goede' belijdenis. Hijmoet ook goed opletten wat zijn mond spreekt. Zijn ditwoorden Gods, overeenstemmend met de gedachten Gods,dus de waarheid, of zijn het negatieve dingen die door deduivel in hem worden geïnspireerd?

De apostel zwijgt over het tijdstip waarop Timótheüs inhet bijzijn van vele getuigen Jezus als hogepriester vanzijn belijdenis openlijk aanvaardde. Was dit bij zijnwaterdoop waarvele gemeenteleden aanwezig waren, ofwas deze belijdenis uitgesproken op dat gewijde ogenblik,toen de gezamenlijke oudsten met Paulus hem de handenoplegden in verband met een geestelijke gave en hetaanvaarden van zijn ambt? De ceremonie van zijnbesnijdenis kunnen we buiten beschouwing laten, wantdaar kwamen uiteraard geen getuigen bij te pas! Dewoorden in Handelingen 16:3, dat Paulus Timótheüs 'totzich nam en besneed' wijst op de intimiteit van deze daad.Voor een volwassene was deze operatie zeer pijnlijk!

Page 193: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

13. Ik beveel voor God, die alle leven wekt, en voorChristus Jezus, die de goede belijdenis voor PontiusPilatus betuigd heeft,

Wanneer Paulus nu aan Timótheüs enkele bevelen geeft,doet hij dit niet uit zichzelf, maar staande voor God of'voor het aangezicht van God' (vert. Brouwer). Op datogenblik ervaart hij de nabijheid van zijn God, dat is vanzijn inspirator en van het voorwerp zijner lof enaanbidding. Hij is zich volledig bewust van het geheimvan dit goddelijk wezen: alles wat leven bezit, heeft ditvan God ontvangen. God is leven en buiten Hem is geenleven maar alleen dood. In de ganse kosmos is er nietsbegeerlijker dan uit deze bron van leven als een dorstige tedrinken, zodat het water in de mens wordt tot een fontein,opspringende tot in het eeuwige leven.

God verwekt alle leven, want Hij is de vader of deoorsprong ervan. Door de gemeenschap met God is bij deapostel elke levensstoornis, elke onrust en elke vrees voorde dood weggenomen, want deze zijn verzwolgen in deoverwinning van de opstanding ten leven. Allewaarachtige leven wordt verwekt door het onvergankelijkezaad, namelijk door het blijvende woord van God (1 Petr.1:23). De mens Christus Jezus was het vleesgewordenWoord en Hij was de drager van het goddelijke leven. Hijwerd God gelijk, omdat Hij zeggen kon: 'Ik ben het leven'.

Wie het leven wil beërven, moet geloven dat Jezus deweg, de waarheid en het leven is. Hij was in de wereldgekomen om de waarheid of het plan van God met demens, dat als een geheimenis altijd verborgen wasgeweest, te openbaren en te verwezenlijken. Jezus beleedvoor Pilatus: 'Hiertoe ben ik geboren en hiertoe ben Ik in

Page 194: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

de wereld gekomen, opdat Ik voor de waarheid zougetuigen '(Joh.. 18:37). In Pontius Pilatus was het aardsegezag en het fiasco van de Helleense filosofie belichaamd.Hij sprak: 'Weet Gij niet, dat ik macht heb?' en 'wat iswaarheid?'

Jezus getuigde evenwel dat zijn Koninkrijk niet van dezewereld was. Hij was bezig een hemels Koninkrijk op terichten. Hij werd hiermee de apostel en Hogepriester vanonze belijdenis. Wij nemen dus deze belijdenis van Jezusvoor Pilatus, over, want wij zijn deelgenoten van eenhemelse roeping (Hebr. 3:1). Wanneer christenen bij hundoop belijdenis afleggen van hun geloof, is het wenselijkdat zij zich deze goede belijdenis in herinnering brengen.

14. dat gij dit gebod onbevlekt en onberispelijk handhaafttot de verschijning van onze Here Jezus Christus.

De genoemde zaken moet Timótheüs onveranderdvasthouden en doorgeven. Hij mag daarvan dus nietsafdoen en er ook niet aan toevoegen. Hij mag de waarheidGods niet bevlekken of haar veranderen en dit ondanksalle pressie en verleiding volhouden, totdat het einddoel isbereikt en de Here terugkeert en in heerlijkheid verschijnt.Met indringende kracht betuigt Paulus deze opdrachtzuiveren onbeschadigd te houden. Timótheüs mag geenenkel compromis aangaan, want er is geen ander evangeliedan het 'gezonde' volle evangelie.

Het woord 'verschijning' (epifanie) komt met uitzonderingvan 2 Tessalonicenzen 2:8 alleen voor in de pastoralebrieven (1 Tim. 6:14; 2 Tim. 1:10; 4:1,8 en Tit. 2:13). Bijzijn wederkomst treedt Jezus vanuit zijn onzichtbare

Page 195: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

tegenwoordigheid (parousie) in de zichtbare wereld. Zowas Hij tussen Pasen en Hemelvaart wel tegenwoordig,maar Hij verscheen op gezette tijden. Het woord'verschijning' had bij de Grieken een feestelijke, blijde enluisterrijke gevoelswaarde.

Ook de heidenen geloofden in de mogelijkheid van eenzichtbare verschijning van bepaalde goden. We denkenhierbij aan Handelingen 14:11, toen de inwoners vanLystra naar aanleiding van een spectaculaire genezing,uitriepen dat de goden in mensengedaante warenneergedaald. Zij noemden toen Barnabas Zeus en Paulusgaven zij de naam Hermes.

15. welke te zijner tijd de zalige en enige Heerser zal doenaanschouwen, de Koning der koningen en de Here derheren,

Wanneer Christus met zijn volk komt, zal iedereen bijdeze verschijning kunnen zien wie God is. Zowel Christusals die met Hem zijn, zullen dan de afstraling vormen vanGods heerlijkheid en de afdruk van zijn wezen vertonen(Hebr. 1:3). Wanneer Christus verschijnt, dat is de mensJezus met degenen die Hem toebehoren, zal men kunnenzien wie God is.

Deze verschijning zal niet alleen zijn kracht engoddelijkheid openbaren, maar ook zijn barmhartigheid,ontferming, goedertierenheid en trouw ten opzichte van demensen zullen zichtbaar worden. Op de bestemde tijd diede Vader in zijn eigen hand gehouden heeft, zal menChristus zien verschijnen als het overwinnende WoordGods. Hij is de vertegenwoordiger van God aan wie alle

Page 196: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

macht is overgegeven. In Hem woont de volheid dergodheid lichamelijk (Col. 2:9). Daarom is Hij degezegende en enige Potentaat, op wiens kleed en dij denaam is geschreven van Koning der koningen en Here derheren (Openb. 19:16).

Hij is in alles de eerste en zij die Hem gevolgd zijn waarHij ook heenging, zijn koningen en heren in de nieuweschepping. Hij is de voornaamste koning en de grootsteheerser. Er is dus sprake van een volk van koningen of vaneen koninklijk priesterschap, een heilige natie, een volkGode ten eigendom, een volk bestaande uit louter vorstenen wetgevers (1 Petr. 2:9). Dit sublieme koningschap duidtde macht aan en de autoriteit, die de heiligen in dehemelse gewesten bezitten. Zij zijn daar de heerscharendie in de hemel zijn, uit wie een machtig leger geformeerdis van edelen of heren.

16. die alleen onsterfelijkheid heeft en een ontoegankelijklicht bewoont, die geen der mensen gezien heeft of zienkan. Hem zij eer en eeuwige kracht! Amen.

Paulus zet zijn lofverheffing voort en zegt dat God de bronis van de onsterfelijkheid. Hij bewoont hetontoegankelijke licht, dit wil zeggen dat in Hem alleenlicht is, dat door een sterveling niet benaderd kan worden.Dit licht is het leven der mensen (Joh. 1:4). Deonsterfelijkheid is hier dus verbonden met het licht of hetleven. Wij moeten deze woorden van de apostel in hunverband zien. Hij had gezegd: 'Grijp het eeuwige leven',dat dus niet in de mens is, en ook gezegd, 'dat God alleleven wekt'.

Page 197: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De onsterfelijkheid van God staat dus in verband met heteeuwige leven. In Christus en in de gemeente maakt Goddit licht of leven, dat altijd in Hem verborgen was,zichtbaar. Het gaat hier dus niet over een eeuwigvoortbestaan, want dat hebben de engelen ook. Ook zijhebben in die zin onsterfelijkheid, maar de betekenis vandit woord reikt hoger. Het gaat hier over eenonvergankelijk, eeuwig leven, dat rijk en vreugdevol is,over een verbinding met God. Het woordjeonsterfelijkheid komt alleen nog voorin 1 Corinthiërs 15:53. Het staat daar tegenover vergankelijkheid.

God woont in zijn tempel, dat is dus in de mens. Paulusschreef aan de gemeente: 'Gij hebt de volheid verkregen inHem, die het hoofd is van alle overheid en macht'(Col.2:10). Deze woning van God vol leven en licht blijft eenontoegankelijk domein voor de engelen. Zij mogen nooitin de mens dringen. Op het natuurlijke terrein kunnen demenselijke geesten met elkaar gemeenschap hebben, maarde ware en eeuwige gemeenschap die zij met elkaarhebben berust op het feit, dat zij dan dezelfde HeiligeGeest bezitten. De Vader blijft door de inwoning van deHeilige Geest toch onzichtbaar.

De tijd breekt dus aan dat God zal zijn alles in allen. Doorzijn onzichtbare Geest drukt Hij Zich uit, en creëert Hij denieuwe dingen vanuit zijn tent die bij de mensen is(Openb. 21:3). Niemand kan God zien dan in Jezus endiens gemeente. De Heer sprak: 'Wie Mij gezien heeft,heeft de Vader gezien' en wat de gemeente betreft, staat ergeschreven: 'Wij zullen Hem zien, gelijk Hij is' (1 Joh.3:2).

Page 198: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Aan God komt alle lof en eer toe en Hem behoort allekracht, dus ook het leven tot in alle eeuwigheid. Leven isimmers een vorm van kracht. Wij bezitten dus deonvergankelijkheid, omdat de Vader en de Zoon woningin ons hebben gemaakt door hun Geest.

17-19. Hun, die rijk zijn in de tegenwoordige wereld, moetgij bevelen niet hooghartig te zijn, en hun hoop gevestigdte houden niet op onzekere rijkdom, doch op God, die onsalles rijkelijk ten gebruike geeft, om wél te doen, rijk tezijn ingoede werken, vrijgevig en mededeelzaam,waardoor zij zich een vaste grondslag voor de toekomstverzekeren om het ware leven te grijpen.

Na de verheven uitweiding gaat Paulus weer verder metzijn vermaning ten opzichte van hen die rijk zijn (vergelijkvers 9). Wanneer de rijken alleen rijk in de zichtbarewereld zijn, komen ze hierdoor gemakkelijk op de bredeweg. Ze laten zich dan voorstaan op hun bezit en zien trotsneer op anderen die minder bedeeld zijn met aardsegoederen, kennis, eer of aanzien. De apostel vermaant henom hun hoop en vertrouwen niet te stellen op wisselvalligerijkdom, want deze is een onzeker bezit, een rietstaf die dehand doorboort.

Het grote gevaar is dat de rijke aan zijn bezit gebondenwordt en zijn leven hierop concentreert. Het beheren enbewaren van de aardse rijkdom vragen veel tijd en veelaandacht, want de Heer zegt dat mot en roest zeontoonbaar kunnen maken, en de inbrekers ze kunnenstelen (Matth. 6:19,20).

Page 199: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De bezitter komt daarmee niet toe aan de zekerheid vanhet geloof in de geestelijke wereld. Het gaat dus om eenhoop die men put uit de ongewisse rijkdom óf een hoop opGod die eeuwige geborgenheid schenkt. In Spreuken 2 3:5staat dat de rijkdom zich vleugels maakt om als een arenddie naar de hemel stijgt, weg te vliegen. Jezuswaarschuwde: 'Ziet toe, dat gij u wacht voor alle hebzucht,want ook als iemand overvloed heeft, behoort zijn levenniet tot zijn bezit'. De christen moet rijk zijn in God (Luc.12:15,21).

Hij is de vaste rots waarop men zijn levenshuis bouwt endie onvergankelijke rijkdommen schenkt. Wat zijn aardsegoederen betreft, mag de christen daarvan rijkelijk gebruikmaken als een goed rentmeester en ervan 'genieten 'zoalsde Statenvertaling nogal uitbundig luidt. Hij moet erevenwel goed mee doen en anderen ermee helpen. Eenchristen die de nood van anderen niet opmerkt, ook nietvan die der gemeente, is misschien rijk aan goederen,maar naakt aan goede werken die zijn statuur moetenvormen voor de eeuwigheid. De zonde van onzewelvaartstaat is, dat de mensen zich steeds meer door luxeomringen. Ze zitten vast aan hun gemakken en gelief

Paulus roept hier de christenen op tot liefdebetoon inwoord en daad. Op deze manier verzamelen zij schatten inde hemel die vast zijn. Jezus sprak: 'Maarlaat, als gijaalmoezen geeft, uw linkerhand niet weten wat uw rechterdoet, opdat uw aalmoes in het verborgen zij, en uw Vader,die in het verborgen ziet, zal het u vergelden '(Matth.6:3,4). Christenen moeten zich vrienden maken doormiddel van de onrechtvaardige mammon, dus hun geldbesteden om anderen wél te doen en te winnen voor deHeer.

Page 200: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Vrijgevigheid en mededeelzaamheid zijn de bijbelsemanier om rijk te worden, een veilige belegging voor eenzekere toekomst. Er is een tegenstelling tussen rijkdom engodsdienst die overbrugd wordt door het geven van hulpaan leder die erom vraagt zonder dat men ietsterugverwacht. De goede werken zijn een wissel op deeeuwigheid en de aardse rijkdom biedt ook eengelegenheid ze te verrichten. Het is opmerkelijk dat deapostel Timótheüs adviseert om de rijken te bevélen, ookal hebben zij invloed en financiële inbreng. Ook zijmoeten leven als niets hebbende en toch alles bezittende(2 Cor. 6:10).

20,21. 0 Timótheüs, bewaar wat u is toevertrouwd, houd ubuiten het bereik van de onheilige, holle klanken en detegenstellingen der ten onrechte zo genoemde kennis.Sommigen, die woordvoeders daarvan zijn, zijn het spoordes geloofs bijster geraakt. De genade zij met ulieden.

Timótheüs moet dit evangelie vasthouden en zich nietbezighouden met allerlei praatjes, die geen heil brengen endie de mens niet voeren op de hoge weg. DeStatenvertaling luidt: 'Bewaar het pand u toebetrouwd',waarvoor men ook lezen kan 'bewaar of liever bewaak hetdeposito'. Timótheüs moet dit bewaken zoals de soldaat deapostel bewaakte 'in diens eigen gehuurde woning teRome (Hand.28:16). Het pand ziet op zijn roeping, op zijngeestelijke begaafdheden en op zijn toerusting.

De dienstknechten van God hebben menigmaal eenbijzonder charisma. Ook Timótheüs had een genadegaveontvangen krachtens een profetenwoord onder

Page 201: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

handoplegging van de gezamenlijke oudsten. Zo wasPaulus aangesteld tot apostel en leraar om het evangelievan het Koninkrijk der hemelen te verkondigen. Hij wistdat God hem de macht had gegeven zijn 'deposito' te'bewaken' en eveneens aan Timótheüs 'door de HeiligeGeest die in ons woont' (2 Tim. 1:11-14). Paulus wistwelke werfkracht de dwaalleraars hadden, die eenbedreiging vormden voor het zuivere evangelie.

Tegen deze beïnvloeding moest Timótheüs de hemtoevertrouwde opdracht zorgzaam bewaken en zich nietlaten intimideren door de schijnvroomheid eneigenwijsheid van hen, die geen inzicht hadden in hetgeheimenis van Christus, dat ten tijde van vroegeregeslachten niet bekend was geworden aan de kinderen dermensen, zoals het toen werd geopenbaard aan de heiligen,de apostelen en de profeten (Ef. 3:5). Wie deze 'bediening'niet kent, vervalt in een evangelieprediking die niet verderreikt dan de bekering en vergeving van zonden, maar diezich verre houdt van alles wat de geestelijke wereldbetreft.

Het 'deposito' of 'onderpand' staat dus ook in verband metde leer of met de waarheid waarvan de gemeente pijler enfundament is. Het is de 'goede' leer of de 'gezondmakende'leer. Het is de leer die Jezus zelf bracht, 'de leer van God,onze Heiland'(Tit. 2:10), de oerverkondiging die deapostelen op betrouwbare wijze hadden doorgegeven.

Om de bovenstaande reden vermaant de apostelTimótheüs nogmaals zich verre te houden van het ijdelgezwets der zogenaamde gnosis of kennis. Deze van huisuit heidense religie was al spoedig in het christendombinnengeslopen. Denk bijvoorbeeld aan een figuur als

Page 202: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Simon de tovenaar in Samaria, die zich de grote krachtGods noemde, die tot geloof kwam, zich liet dopen en zichuitstrekte naar de doop in de Heilige Geest (Hand. 8:9-24).

Hij had part noch deel aan het heil. Het gnosticismemaakte onderscheid tussen de God van de schepping dieslechts regeert vanuit een blinde noodlotsgedachte, en deVader van Jezus Christus, de God van het evangelie, dieenkel liefde is en die de mensheid en de schepping metgrote wijsheid naar een zekeren gelukzalig doel voert. Hetkende dus tweegoden en was dus dualistisch. Hetchristendom werd door het gnosticisme vermengd met deastrologie en het occultisme van het oosten en met dediepzinnige formules en fijne onderscheidingen van defilosofie der Grieken.

De waarschuwing van de apostel: 'Laat niemand u de prijsdoen missen door gewilde nederigheid en engelenverering,als ingewijden m wat hij heeft aanschouwd' wijst op dezestrijd met het gnosticisme of 'kennis'(Col. 2:18).Timótheüs mag zich daarmee niet bezighouden, wantanders zou hij van het goede pad afraken. Velen zijn ooklater door de zogenaamde geheimwetenschappen in eenleegte terecht gekomen, waar de duivel tenslotte doormiddel van het occultisme zijn slag sloeg.

Hoewel deze brief aan Timótheüs gericht was, schijnt zijtoch door meerderen te zijn gelezen. Vandaar in het slot,dat de genade met 'ulieden 'zal zijn. Het verlangen van deapostel is, dat allen met wie Timótheüs samenwerkt,deelgenoten mogen zijn van de rijkdom en de genade vanGods gunstbewijzen, teneinde zo door het geloof deel temogen hebben aan het waarachtige leven.

Page 203: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

INLEIDING BIJ DE TWEEDE TIMOTHEÜS-BRIEF

Het antwoord van Timótheüs op de eerste brief doorPaulus aan hem gericht is ons onbekend. Ongetwijfeldheeft hij uitvoerig uit de doeken gedaan hoe de situatie teEfeze - waar hij volgens de kerkelijke geschiedschrijverEusebius, bisschop was - zich had ontwikkeld.

Wie de brief van Paulus aan de Efeziërs leest, is geneigd tedenken dat zij wel de meest geavanceerde gemeentevormden, die in de brieven van Paulus wordt vermeld. Wijmoeten dan evenwel aan de waarschuwing van de aposteldenken, die hij in Handelingen 20:28-32 aan de oudstenvan de gemeente te Efeze, gaf Onder hen zouden immersmannen opstaan, die verkeerde dingen zouden spreken endie de discipelen achter zich zouden weten te krijgen.Ondanks hun vrome show vergeleek de apostel dezeindringers met grimmige wolven, die de kudde nietzouden sparen.

In Efeze had men 'de prediking van het Koninkrijk' en 'alde raad Gods' drie lang horen verkondigen, dus beslist nietalleen 'de prediking van het kruis'. Naar hun uitspraken tehoren stonden de leidende broeders achter de boodschapvan Paulus. Ze hadden zelfs rondreizende predikers diezich apostelen noemden, op hun leer getoetst en als valseprofeten afgewezen (Openb. 2:2). Er waren onder deoudsten evenwel mannen die het beter wisten dan Paulusof Timótheüs. Zij verkeerden in de mening dat zij al veelverder waren dan deze godsmannen. Hun realisering vande heerlijke boodschap van het Koninkrijk der hemelenwas echter fout.

Page 204: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Deze leer met haar verborgenheden werd door henaangevuld en verbeterd met eigen theorieën en inzichten,die zij elders hadden opgestoken. Daarom schreef Paulusin deze tweede brief dat 'hun onzinnigheid aan allenoverduidelijk zou worden' (3:9). Deze nieuwkomers enonervarenen in het geloof der schriften misten de gedegenachtergrond van Paulus, door wie' de verkondiging tothaar recht was gekomen' (4:17) en ook die van Timótheüs,die 'van kindsbeen af de heilige schriften kende' (3:15).

Wellicht meenden ze dat zij zonder intense en volhardende'bijbelstudie', dus die van wet en profeten, spontaan doorinspiraties en indrukken van buiten af geleid, meer inzichthadden dan de oude apostel en de jeugdige ambtsdragerTImótheüs. Deze 'Strebers', die zichzelf zo uitnemendachtten, hadden hun 'eerste liefde verzaakt'. Hun wandelwas niet langer in de hemel, teneinde de onberispelijkheidnaar geest, ziel en lichaam te verkrijgen, maar zij waren 'inde strik des duivels gevallen, die hen gevangenhield'(2:26). Ze waren van een 'grote hoogte gevallen',evenals de boze die hen inspireerde - zelf eenmaal.Daarom was ook hun eerste liefde jegens de door Godgeroepen apostel Paulus en hun opziener Timótheüsverkoeld en in afkeer veranderd (Openb. 2:24).

Dit weten we uit de brief van Timótheüs aan Paulus, datzij vol met klachten en 'onder tranen 'was geschreven.Daarom kwam in Paulus het verlangen op om zijn jongevriend persoonlijk te ontmoeten. Hij schreef zijn tweedebrief maar alvast om hem te troosten (1:4). Timótheüs ishet type van een voorgaande broeder, die te lijden heeft bijde vervulling van zijn plichten. Hij moest door zijngeestelijke vader worden aangemoedigd. Paulus deed dit

Page 205: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

op unieke wijze onder het motto: 'Word mijn navolger,gelijk ook ik Christus navolg' (1 Cor. 11:1).

De apostel wees zijn vriend op zijn eigen lijden:gevangenschap, beproevingen en vooral op het feit, dat hijook door vele volgelingen in de steek was gelaten (1:15;4:10). Talrijken die aanvankelijk de prediking van hetvolle evangelie met blijdschap aangehoord en aanvaardhadden, konden de ontwikkelingen niet verder bijhouden.Zij kwamen op een dood punt terecht. Er gebeurde toenwat ook in Johannes 6:66 aangaande Jezus wordt vermeld:'Vanaf toen keerden velen van zijn discipelen terug engingen niet langer met Hem mee'.

Zijn weg ging niet over rozen zomin als die van meniggetrouw voorganger in onze tijd. Vader en geestelijkezoon waren lotgenoten geworden. Deze pastorale briefvanPaulus heeft men wel de 'zwanenzang' van de apostelgenoemd, omdat zij de laatste boodschap van hem zoubevatten. Wij menen echter dat de Hebreeënbrief ook doorPaulus is geschreven en die is van een nog latere datum. Inleder geval is dit schrijven het testament van de oudemeester aan zijn leerling.

De brief aan Titus gaat die aan 2 Timótheüs vooraf In dezetweede brief is er een toon van diepe ernst aanwezig diesoms droefheid openbaart. Maar de boventoon is er eenvan triomf. 'Want wat mij aangaat, reeds word ik alsplengoffer geofferd en het tijdstip van mijn verscheidenstaat voor de deur. Ik heb de goede strijd gestreden, ik hebmijn loopbaan ten einde gebracht, ik heb het geloofbehouden ' (4:6,7). In deze brief worden wij bepaald bij depersoonlijke wandel en bij het getuigenis van een trouwsoldaat van Christus in een tijd van grote afval.

Page 206: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Uit de brief merken we dat Paulus opnieuw te Rome ingevangenschap is (1:8,17). Dit was na een lange reis langszijn oude werkterrein rond de Egeïsche Zee met plaatsenals Milete, Corinthe en zelfs het noordelijk gelegen Tróas(4:13, 20). Zijn eerste verblijf in Rome stond in verbandmet zijn gevangenneming te Jeruzalem en Caesaréa. Toenwas hij ook in Miléte geweest, maar had Trófimus nietziek achtergelaten, maar hem mee naar Jeruzalemgenomen. Het verschil met zijn eerste hechtenis isopvallend.

Toen een verblijf van twee jaar in zijn eigen gehuurdewoning, waar hij gelegenheid had zijn vrienden engeloofsgenoten te ontvangen, en hij na vastgesteldetermijn weer vrij kwam zonder dat er eigenlijk een proceshad plaatsgevonden. Nu is de situatie geheel verschillend.Hij zit gevangen wegens zijn prediking en is in ketenengeklonken en wordt als een misdadiger behandeld(1:12,16; 2:9). Nu ook geen bezoekers meer, want hijschrijft: 'Allen hebben mij in de steekgelaten '(4:16).

Page 207: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

HOOFDSTUK 1

1,2. Paulus, een apostel van Christus Jezus door de wilGods naar de belofte des levens in Christus Jezus, aanTimótheüs, mijn geliefd kind.- genade, barmhartigheid envrede zij u van God, de Vader, en van Christus Jezus, onzeHere.

Op enkele varianten na is de vorm van de begroetinggelijkluidend met die in de eerste brief. Ook nu klinkt deabsolute zekerheid door van de hoge roeping van Paulusals apostel of als gezondene, om het evangelie vanChristus Jezus te verkondigen. Paulus ontleent zijnautoriteit steeds aan de geopenbaarde wil van God(vergelijk 1 Cor. 1:1; 2 Cor. 1:1; Ef. 1:1 en Col. 1: 1). Wathij predikt of schrijft, betreft de eeuwige gedachten vanGod met de mens. Deze bevatten de belofte van levenvoor allen die 'in Christus' zijn, dat wil zeggen in dienslichaam, de gemeente. Wie dit evangelie aanneemt,ontvangt de stellige toezegging van overwinning op dedood door het bezit van dit kwaliteitsleven, dat het eeuwigvol kan houden.

Het hoofdthema van het evangelie van Jezus is: 'Ik bengekomen, opdat zij leven hebben en overvloed' (Joh.10:10). Zijn volgelingen vormen het geboomte des levens,dat goed functioneert, dat tot volle wasdom komt en danvoortdurend vrucht draagt. Al het andere waarover hetevangelie spreekt, heeft tot doel dit onvergankelijke levenaan het licht te brengen (1: 10). De weg daartoe isChristus. Deze belofte van leven is voor 'heden entoekomst' (1 Tim4:8). Zij geldt voor elke situatie in hetleven van de christen: in dagen van ziekte, zorg, nood,

Page 208: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

druk en kommer, en in dagen van gezondheid, voorspoeden vreugde.

Paulus is in de gevangenis een gezant van Christus Jezusdie op de troon van God zit. In de natuurlijke wereld heefthij geen enkele macht en geen enkel aanzien. Paulus kanzelfs in Rome geen enkele groep volgelingen meervormen, want hij is een gevangene. Hij heeft alleen noghet woord tot zijn beschikking, dat van waarachtig, eeuwigen toekomstig leven spreekt. Hij is er trots op zo'n'afgevaardigde' te mogen zijn. Dit alles staat wel in schrilletegenstelling met onze materialistische tijd, waarin mengeen begrip meer heeft van hemelse zaken en waar menzich bezighoudt met aards gerichte leringen. Hetoorspronkelijke christendom was echter geheel hemelsgeoriënteerd en hield zich bezig met een toekomstig heilen de belofte van het leven in Christus Jezus.

De gevangen zittende apostel schrijft zijn hoopvollewoorden als een getuigenis van zijn eigen leven, dat hij ingemeenschap met zijn Heer geleid had. Zij blijven ookzijn denken vervullen in de nabijheid van zijn sterven,want hij weet dat hij dan 'bij de Heer zijn intrek zal nemen' (4:8 en 2 Cor. 5:8). Het geloof van de uitverkorenenGods culmineert 'in de hoop des eeuwigen levens, datGod, die niet liegt, vóór eeuwige tijden beloofd heeft'.Deze woorden schreef de apostel 'm zijn groet aan Titus,zijn plaatsvervanger in de gemeente van Kreta, vóór dezebrief aan Timótheüs.

Dit onvergankelijke leven is het geheim van deherschepping of wedergeboorte, bewerkt door het levendeen blijvende woord van God (1 Petr. 1:23). 'Want de wet

Page 209: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

van de Geest des levens heeft u in Christus Jezus vrijgemaakt van de wet der zonde en des doods'(Rom. 8:2).

Timótheüs is het geestelijk kind van Paulus. Deze noemthem zijn 'echt' of 'wettig' kind, omdat hij hem tot hetgeloof had gebracht (1 Tim 1:2). Hij heeft hem zeer lief,omdat zijn 'kind' eensgeestes met hem is. In de moeilijkeomstandigheden waarin zijn jonge vriend nu verkeert, bidtde apostel hem de genade, de barmhartigheid en de vredevan God toe. Wanneer Timótheüs zich bewust is, dat Godenkel goed is en diens goedertierenheid ook met hem totieeuwigheid is, kan hij de toekomst rustig tegemoet zien.

Dit geldt natuurlijk ook voor ons. Vandaar dat wij dezezegeringen ook toewensen aan onze broeders en zusters inde gemeentesamenkomst. Wij bidden dat zij de genade,dat is het ganse pakket van Gods gunstbewijzen, mogenontvangen, dat zij zijn barmhartigheid mogen ervaren inde vergiffenis van hun zonden en in het herstel van detotale mens, en dat de vrede Gods, dat is de afwezigheidvan iedere Ievensstoornis, hun deel mogen zijn. Dezeweldaden komen van God door Christus Jezus totTimótheüs, en ook tot ons die Hem als 'Kurios' hebbenaangenomen en dienen.

3. Ik breng dank aan God, die ik, evenals mijn voorouders,met een rein geweten dien, dat ik u onophoudelijk maggedenken in mijn gebeden, nacht en dag,

Een dankzegging is in de brieven van Paulus een normaleovergang van het opschrift naar de eigenlijke inhoud.Dikwijls wordt zij door hem gebruikt om vriendelijkedingen te zeggen aan de geadresseerden (vergelijk Rom.

Page 210: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

1:8; 1 Cor. 1:4; Filip. 1:3; Col 1:3; 1 Thess. 1:2; Philémon4). Het motief van déze dankzegging staat in verband metde rechtschapenheid en betrouwbaarheid van degeslachten waaruit Paulus en Timótheüs afkomstig waren.

De voorvaderen van Paulus waren onkreukbare Joden, dieoprecht de Heer 'dienden' of 'vereerden'. Zij haddenuiteraard hun kinderen op oudtestamentische wijze in devreze des Heren opgevoed, waarbij het onderhouden vangeboden en inzettingen een belangrijke plaats innam. Zedoen ons denken aan Zacharias en Elisabeth, van wiegezegd werd, dat 'zij beiden rechtvaardig voor Godleefden, naar alle geboden en eisen des Heren,onberispelijk' (Luc. 1:6).

Het geslacht waaruit Paulus voortgekomen was, trachtte inalles een rein geweten te hebben. De ziel met haarbegeerten onderwierp zich dus aan de geest, die de dragervan de wetten van God is. Paulus getuigt van zichzelf: 'Enhierin oefen ik mijzelf altijd een onberispelijk geweten tehebben voor God en de mensen' (Hand. 24:16). Nog steedsvoelde de apostel zich in positieve zin met zijn Joodsvoorgeslacht verbonden. Hij had bij zijn bekering terechtgeen afscheid genomen van zijn huisgenoten enfamilieleden (Luc. 9:6 1). Hij noemde zich een Hebreeëruit de Hebreeën (Fil. 3:5).

In zijn gevangenis gaan zijn gedachten terug naar dezuivere familietraditie om zich aan God ter beschikking testellen. De geweldige omwenteling in zijn leven waseigenlijk een logisch gevolg van deze afhankelijkegezindheid jegens God. Zijn leven onder de wet zag hij nuals een voorbereiding tot haar vervulling in eigen leven, entot een verdere en heerlijker openbaring van de God zijner

Page 211: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

vaderen. Nooit heeft de apostel zijn afkomst verloochend.Hij was geen afvallige Jood maar een bekeerde, die welterdege inzag dat zijn kennis van de Schriften van huis uitook hadden meegewerkt ten goede. Augustinus schreefterecht: 'Het Oude Testament is in het Nieuwe geopend,het Nieuwe Testament is in het Oude verborgen '.

De serieuze apostel heeft eigenlijk nooit kunnen wennenaan een soort christenen, die zeiden Jezus lief te hebben,maar die onzorgvuldig leefden en wars waren van dediscipline des Geestes, en die naar het vlees wandelden enniet naar de Geest. Daarom was hij zo blij met de jongeevangelist-voorganger Timótheüs, die van moederszijdesoortgelijke opvoeding had genoten en die ook zo goed opde hoogte was van de godsspraken der profeten.Timótheüs kende van kindsbeen af de heilige schriften, diehem wijs konden maken tot zaligheid, mits het geloof inChristus Jezus het goede licht op hen wierp (3:15).Daarom kon Paulus - met enige overdrijving - zeggen, dathij onverpoosd dag en nacht voor hem bad. De strijd dieTimótheüs in Efeze meemaakte, kwam overeen metPaulus 'eigen ervaringen met de broeders die een gedegenschriftkennis misten.

4. immers, als ik denk aan uw tranen, verlang ik u te zienom met blijdschap vervuld te worden;

Voor Paulus is het in het bijzonder een grote droefheid,dat de gemeenten in Asia, waarvan Efeze de hoofdstadwas en waar de Heer hem destijds zo rijk had gezegend,zich van hem hadden afgewend (1:15). Wat verlangt hij ernu naar om Timótheüs, de betrouwbare volgeling, teontmoeten. Ook deze ervaart dezelfde tegenstand in zijn

Page 212: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

eigen gemeente te Efeze. Paulus weet hoe zijn vriend lijdt.Als hij denkt aan diens tranen, komt het verlangen omhem persoonlijk te spreken.

Dienstknechten van God die in de vrijheid staan, schamenzich niet voor de uitingen van hun emoties. Ook Jezusheeft tijdens zijn leven op aarde gebeden, dus zich in dehemelse gewesten bewogen, terwijl Hij zijn smekingenonder sterk geroep en tranen offerde aan God (Hebr. 5:7).Natuurlijk stond dit ook in verband met zijn strijd tegen.het rijk der duisternis en zijn velerlei verdrukkingen. OokPaulus had in Efeze onder 'tranen en beproevingen 'deHeer gediend (Hand. 20:31).

Aan de Corinthiërs schreef hij eenmaal in benauwdheiddes harten de voor ons onbekende 'tranenbrief', opdat zijallen zijn grote liefde jegens hen zouden leren kennen (2Cor. 2:4). Pas in een komende tijdsbedeling zal Godimmers alle tranen van de ogen afwissen (Openb. 7:17;21:4). Ook Jezus weende en Hij sprak tot allen die hetzwaar te verduren hebben: 'Zalig, gij, die nu weent, wantgij zult lachen '(Luc. 6:2 1).

Hoe heerlijk zou het daarom voor de apostel zijn, wanneerTimótheüs en hij elkaar zouden kunnen vertroosten en hijondanks zijn zware verdrukking de onuitsprekelijke enverheerlijkte vreugde in de geest zou ervaren. Beidenwisten immers dat zij het einddoel des geloofs, dezaligheid hunner zielen, zouden bereiken (1 Petr. 1:9).Ook met spontane uitingen van blijdschap hebben vrijemensen geen moeite. Ze spreken elkaar toe in psalmen,lofzangen en geestesliederen. Ze jubelen en juichen in hunhart voor de Heer en betuigen zonder ophouden voor alles

Page 213: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hun dank aan hun God en Vader, in de naam van JezusChristus, hun Heer (Ef. 5:19,20).

5. en dan komt mij voor de geest uw ongeveinsd geloof,zoals het eerst gewoond heeft in uw grootmoeder Lóis enuw moeder Eunice, en ook - daarvan ben ik overtuigd -woont in u.

Er zijn vrouwen in de Schrift die in hun gezin een lichtendspoor achterlieten, geloofsheldinnen die dicht bij de Heerleefden. Wij denken aan Sara, die zich achter haar manstelde die de belofte had, en die zich geen vrees lietaanjagen, ook niet toen haar man met driehonderd achttiengeoefende, strijdbare knechten, haar verliet omKedorlaomer te achtervolgen (Gen. 14:1-17). Verder aanHanna' de moedervan Samuël, die haar kind aan de dienstdes Heren wijdde. Zij kwam haar gelofte na en bracht haarzoon in de tabernakel ondanks de aanwezigheid van degoddeloze zonen van Eli, Hofni en Pinehas.

Of aan Elisabeth, de moeder van Johannes de Doper, diehaar zoon opvoedde in de weg van zijn roeping. Of aanMaria, de moeder des Heren, die haar kind ontving enleidde in het geloof Ook Paulus noemt een moeder,namelijk die van Rufus, de uitverkorene in de Heer, wantzij was voor de apostel evenzo een moeder geweest (Rom.16:13). Zo hield de gemeente in Jeruzalem haarbidstonden in het huis van Maria, de moeder van JohannesMarcus. Deze jongeman schreef later het evangelie datzijn naam draagt.

Na een rijpingsproces in zijn bediening was hij degevangen gezette apostel van groot nut (4:11). Timótheüs

Page 214: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

had zijn oprecht geloof als het ware door zijn opvoedingvan zijn moeder en grootmoeder overgenomen. Men zegtwel dat genade geen erfgoed is - zonde zou ditdaarentegen wel zijn - maar zij staat toch dikwijls inverband met de levenswandel der ouders of zelfs dervoorouders.

In de levensloop van een geslacht is het van groot belangof men wandelt in de wegen des Heren of overeenkomstigde loop dezer wereld, die in het boze ligt. Het volk Israëlwerd daarom opgeroepen de grote daden van God aan hunkinderen en kindskinderen te vertellen. Zei de wet ook nietdat de zonden der vaderen bezocht wordt in het derde envierde geslacht, maar dat God barmhartigheid doet aanduizenden nakomelingen van hen die Hem liefhebben enzijn geboden bewaren.

Uiteraard staat dit voor ons die in het nieuwe verbondleven naast de onderwijzing, in nauw verband met hetheiligen van onze kinderen, dat is het afzonderen van deboze geesten. Dit kunnen wij natuurlijk alleen doen,wanneer wijzelf een heilig leven leiden. Er staat immers:wees heilig, want Ik de Here ben heilig. Wij behoevenonze kinderen niet af te zonderen van alle goede ennatuurlijke levensgenietingen, maar van de boze.

Uit Handelingen 16:1 weten wij dat Timótheüs de zoonwas van een gelovige Joodse vrouw, die hier de Grieksenaam Eunice of Eunike draagt (eu is goed en nike isoverwinning). Niet alleen was haar Helleense, dit wilzeggen heidense man in haar geheiligd - dus beschermdtegen de boze geesten - maar ook haar zoon. Zij volharddeconsequent in haar taak om Timótheüs de onmisbarekennis van de heilige schriften bij te brengen. Het

Page 215: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

geestelijk klimaat dat deze moeder en ook zijngrootmoeder Lóis (betere) bij hun opvoedingverspreidden, vormde de jongeman.

Paulus kende hen persoonlijk door zijn verblijf te Lystraen het voorbeeldig geloofsleven van belde vrouwen washem opgevallen. Het is een troost voor ieder die eengemengd huwelijk heeft, dat de vastberaden envolhardende goede vader of moeder met sterkere,geestelijke krachten is toegerust dan de ongelovige man ofvrouw die slechts een natuurlijk of zondig leven leidt. Dewoorden uit 3 Johannes 4 gelden ook voor onzenatuurlijke kinderen: 'Groter blijdschap ken ik niet, dandat ik hoor, dat mijn kinderen in de waarheid wandelen'.

Krachtens de opvoeding van Timótheüs en ook krachtensdiens eigen geloofsleven kon de apostel schrijven: 'Wantik heb niemand, die zó eensgeestes is' (Filip. 2:20).Timotheüs had een ongeveinsd geloof, dus hij kende geenverdeeldheid des harten of huichelarij. Dit levensbeginselvan zijn jonge medewerker was de reden van dedankzegging van de oude apostel.

6. Om die reden herinner ik u eraan de gave Gods aan tewakkeren, die door mijn handoplegging in u is.

Paulus is overtuigd dat Timótheüs een oprecht gelovige isen hij denkt dan terug aan de tijd dat hij Timótheüs dehanden had opgelegd, opdat deze evangelist de 'gaveGods' zou ontvangen. Nu is in Handelingen 2:3 8; 8:20;10:45 en 11:17 óók sprake van 'de gave Gods', waarmeede doop in de Heilige Geest wordt bedoeld. In dit gevalstaat dan het Griekse woord 'doréa', dat geschenk of gift

Page 216: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

betekent. In zijn gesprek met de Samaritaanse vrouwnoemt Jezus Zichzelf ook 'de gave Gods', dus eengeschenk waarvoor niet betaald behoeft te worden (Joh.4:10).

In Eféziërs 3:7 schrijft de apostel, dat zijn kennisaangaande de verborgenheden van het Koninkrijk derhemelen ook een geschenk van God is. Door eigeninspanning of studie zou hij deze inzichten nooit hebbenverworven.

In ons vers gaat het evenwel om een 'charisma' van God,dus om een geestelijke begaafdheid, welke ten nauwstesamenhing met de persoonlijke talenten, met hetongeveinsd geloof en met de roeping van Timótheüs. Dezebleef verantwoordelijk voorde hem toevertrouwdecapaciteiten, zoals in de gelijkenis van de talenten inMattheüs 25:14-30 duidelijk door de Heer wordtuiteengezet. Voor Timótheüs gold: 'Veronachtzaam degave (charisma) in u niet' (1 Tim 4:14).

Men moet het verschil in formuleringen aldaar door eenprofetenwoord onder oplegging van handen door de kringvan oudsten geschonken - en hier in onze tekst door deoplegging van mijn handen - niet al te zeer benadrukken,tenzij men zou menen dat ervan twee verschillendegebeurtenissen sprake zou zijn. Een voorganger in onzegemeenten zou hetzelfde kunnen schrijven.

Te midden van zijn broeders-oudsten heeft hij de leidingbij zo'n plechtigheid gehad. terwijl terzelfder tijdprofetieën werden uitgesproken, die betrekking hadden opde roeping en het ontvangen van geestelijke begaafdhedenvan de ingezegende broeder of zuster. In Antiochië waren

Page 217: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

bij de uitzending van Saulus en Barnabas ook profeten enleraren aanwezig. Tijdens deze uitzenddienst gaf deHeilige Geest een profetie voor de belde zendelingen enwerden hun ook de handen opgelegd (Hand. 13:1-3). Wijwezen er bij de bespreking van 1 Timotheüs 4:14 uitvoerigop, wat de betekenis van de handoplegging kan zijn en hoewij in onze eigen kringen de bijzondere werking van deHeilige Geest ook kunnen ervaren.

In de strijd met de fanatieke dwaalleraars en de rebellieder oudsten had Timótheüs, gezien zijn jeugd, een sterkestimulans van de Heilige Geest nodig om zijn nietgemakkelijke opdracht te kunnen vervullen. Paulusherinnert deze evangelist-voorganger aan dat uur van zijnwijding, zodat hij weer ruimer kan ademhalen, ondanks detegenstand. Voor Timótheüs gold in deze moeilijke tijden:'Dooft de Geest niet uit, veracht de profetieën niet' (1Thess. 5:19,20).

Hij moest het uitdovende vuur aanwakkeren, of letterlijk:nieuw leven in het vuur blazen. Hij moest in zijn kamptegen de boze geesten in de hemelse gewesten, 'krachtigzijn in de Here en in de sterkte zijner macht' (Ef. 6:10).Wanneer de druk zwaarder wordt, zal ook de genade vanGod toenemen, indien men vertrouwt op de beloften vande Heer en op de kracht van zijn Geest!

7. Want God heeft ons niet gegeven een geest vanlafhartigheid, maar van kracht, van liefde en vanbezonnenheid.

Wanneer Timótheüs vertrouwde op de Heilige Geest, diede Heer hem had geschonken en die zijn geestelijke

Page 218: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

begaafdheden mede ontwikkelde, behoefde hij nooit meerbang te zijn. hoe moeilijk de omstandigheden ook warenwaarin hij zich bevond of waarin hij arbeiden moest. Desterke band die Paulus met hem had, komt in het gebruikvan het persoonlijke voornaamwoord 'ons' wel goed uit,want de oude apostel was hierin ook in alles zijnvoorbeeld.

In Romeinen 8:15 schreef hij over een geest van slavernijwaardoor we vreesachtig worden en van de Geest van hetzoonschap waardoor we sterk worden. In het KoninkrijkGods behoren Geest en kracht bij elkaar. De Heilige Geestdie in Timótheüs woonde, was de Geest van de Scheppervan hemel en aarde, die van kracht, wijsheid, kennis enrust. Daarom kon Timótheüs in bezonnenheid, inzelfbeheersing of in bezadigdheid zijn weg gaan.Bovendien schrijft de apostel in Romeinen 5:5 dat met deHeilige Geest ook de liefde Gods, dat is de agápe ofschenkende, ontfermende en standvastige liefde, uitgestortis in onze harten.

'Er is in de liefde geen vrees, maar de volmaakte liefdedrijft de vrees uit; want de vrees houdt verband met strafen wie vreest, is niet volmaakt in de liefde' (1 Joh. 4:18).Deze liefde had Timótheüs in zijn bediening nodig.Schreef de apostel niet vol vreugde overtuigd te zijn, datnoch dood noch leven, noch boze engelen, noch machten,noch heden noch toekomst, noch negatieve krachten, nochde machten uit de hoogte, noch die uit de diepte, deafgrond, noch enig ander schepsel hem zou kunnenscheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus,onze Here? Jezus is overwinnaar en wij zijn in dit allesmeer dan overwinnaars door Hem, die ons heeft liefgehad(Rom.8:37-39).

Page 219: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Timótheüs mag zich ook niet verontschuldigen vanwegezijn gebrek aan moed, omdat hij wellicht door tweevrouwen was opgevoed. Zijn geestelijke vader wijst hemimmers op de alles omvattende kracht van de HeiligeGeest die in hem is. Het was vanwege zijn vrees dat deslechte dienstknecht zijn talent in de aarde verborg.Daarom zegt onze Heer telkens: vrees niet, niet voormensen noch voor demonen, die de moeilijkhedenveroorzaken. Is het niet zo, dat wie van de sterren houdt,niet bang is voor de nacht? Eenmaal waren wij in hetdonker van de nacht op een prairie in het midden vanCanada. In de diepe duisternis zagen wij een sterrenhemelschitteren, zoals wij nimmer tevoren hadden gezien. Wijvergaten de nacht vanwege deze onbeschrijfelijkeschoonheid.

Wanneer iemand geroepen is om leiding in een gemeentete geven, moet hij wel iedere vrees uitbannen, anders is hijongeschikt. De ware dienstknecht des Heren valt in eenconflictsituatie altijd terug op zijn roeping en daarmee opHem, die alle macht heeft in hemel en op aarde. Hij'bezint' zich dus op de plaats en de taak, die God hem heeftgegeven.

8. Schaam u dus niet voor het getuigenis van onze Here ofvoor mij, zijn gevangene, maar wees mede bereid voor hetevangelie te lijden in de kracht van God.

Paulus wekt Timótheüs op om zich niet te schamen voorhet getuigenis van onze Heer, dit wil zeggen voor diensevangelie van het Koninkrijk der hemelen. Dit is Immerseen kracht Gods tot behoud voor leder mens en niet iets

Page 220: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

waarvoor men niet durft uit te komen. Hij moet ook nietbang zijn om te erkennen dat hij een leerling en navolgervan Paulus is, hoewel deze in de gevangenis zit. Dit wasnatuurlijk niet gemakkelijk, want men kan beter getuigenvan een leraar of profeet die massameetings leidt en zo'gezegend' wordt, dan van iemand die om des Heren wilwordt veracht of in boeien is geklonken.

Paulus vraagt nu of Timótheüs ook het lijden wilaanvaarden dat met de verkondiging van het evangeliegepaard gaat, een verdrukking zoals hijzelf rondreizendeook had ondergaan en ook nu nog in de gevangenismeemaakte. Paulus zal wel de hoop gekoesterd hebben datTimótheüs zijn voetsporen zou drukken en zijn werk zouvoortzetten nazijn heengaan. De apostel werd in zijn celals een misdadiger behandeld, een situatie die goed pastein de tijd van vervolgingen onder keizer Nero in het jaar64 of later.

Het feit dat hij Christus toebehoorde, moest hij boeten methet lijden in de kerker. Het woord martyrium (getuige)heeft hier reeds de betekenis dat het getuigen overgaat inmartelaarschap. Timótheüs moest evenwel door het lijdenen door de verdrukkingen niet worden ontmoedigd ofóndergaan, maar hem wordt aangeraden in de kracht vanGod stand te houden. Hij moest vertrouwen dat de krachtvan God in hem groter was dan alles wat mensen hemaandeden of wat de demonen tegen hem in het geweerkonden brengen.

Hij moest zich maar spiegelen aan zijn oude leermeester.Lijden in de kracht Gods betekent dus staande blijven inde verdrukkingen, wetende dat de Heer de uitkomst zalgeven en de overwinning, zodat men ertegen bestand is.

Page 221: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Wat hier voor Timótheüs geldt, is van toepassingvooriedere voorgaande broeder, dus ook voor heel degemeente, want de door God geroepen herder is devertegenwoordiger der kudde. Het is wel opmerkelijk datvele christenen zo slap zijn geworden, dat zij zich voor hetvolle evangelie schamen, wanneer zij zich bevinden in detegenwoordigheid van goddeloze of wereldse mensen. Zijdurven bij hen niet voor hun geloof uit te komen uit valseschaamte, terwijl ze niet eens vervolging ofgevangenschap behoeven te ondergaan.

9. die ons behouden heeft en geroepen met een heiligeroeping, niet naar onze werken, maar naar zijn eigenvoornemen en de genade, die ons in Christus Jezusgegeven is vóór eeuwige tijden,

De apostel vervolgt: God heeft ons gered of behouden enHij heeft ons geroepen met een onberouwelijke en heilige,dat is onaantastbare roeping. De heilige God roept eenheilig volk, dat afgescheiden is van de geesten derduisternis. Hij heeft ons gered uit de duisternis derdemonen en overgebracht in het Koninkrijk van de Zoonzijner liefde. Hij heeft ons verlost van de zonde engeroepen om het beeld van zijn Zoon gelijkvormig teworden. Wij kunnen dit doel realiseren door devernieuwende kracht van de Heilige Geest en niet doormiddel van menselijke inspanning, zoals de Joden derechtvaardigheid die naar de wet is, trachtten te bereiken.

De weg die wij gaan, is vastgelegd in het eeuwigeraadsplan van God, terwijl de wet met haar eisen maartijdelijk was ingevoegd. In de eeuwige gedachten en in deeeuwige voorbeschikking van God, 'het gemaakt bestek

Page 222: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

van zijn gunstbewijzen ', staat Jezus Christus, de volmaaktgeestelijke mens, de eerstgeborene der ganse schepping,centraal. In deze raad Gods staat Hij vóór de eerstgeboreneder engelen, Lucifer, en vóór de eerstgeborene dermensen, Adam, want zijn plaats is als heerser in tweedimensies, dus in de ganse schepping van hemel en aarde.In dit eeuwig voornemen van God was Christus ook vóórAbraham als eerst geroepene, zoals Hij sprak: 'EerAbraham was, ben Ik' (Joh. 8:58)

In de genade van God die ons in Christus Jezus gewordenis, was het heil of het herstel reeds ingevoegd, dat God opgrond van het verzoenend sterven van zijn Zoon zouschenken, want Hij was het Lam Gods dat in het plan vanGod geslacht is vanaf de grondlegging der wereld. Vóórdeze eeuwige tijden zag God ook als één hecht collectiefallen die in Christus zijn. God heeft de mensheiduitverkoren in Christus zijnde. Haar roeping is gebaseerdop de kern van de eerste en oorspronkelijke gedachte vande eeuwige God, dat Hij een mensheid zou krijgen naarzijn gelijkenis.

In dit voornemen heeft de mens geen enkele stem of'inbreng gehad, want niemand heeft in de raad Godsgezeten (Jes. 40:14). De roeping komt voort uit deschenkende liefdevan God en uit de gunstbewijzen, die erzijn voor ieder individu die door zijn eigen geloof inChristus Jezus is. leder mens wordt afzonderlijk geroepenen getrokken door de heerlijkheid en de macht van God enChristus, die verborgen zijn in het eeuwige voornemen. Deverantwoordelijkheid van de mens is om de roepstem vanGod te gehoorzamen en zijn roeping en verkiezing inChristus vast te maken (2 Petr. 1:10).

Page 223: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Het kan zijn dat in het tijdelijke leven de christen verdruktwordt of zelfs zoals Paulus, gevangen zit ter wille van hetWoord, maar het geloofsoog richt zich dan niet op hettijdelijke of voorbijgaande, want dit is slechts eenfragment van de eeuwigheid, een afgeknipt stukje ervan.Het richt zich op de eeuwige beslissing en roeping vanGod om gemeenschap te krijgen met zijn heerlijkheid. Dechristen heeft immers deel aan het heil en de glorie van deeniggeboren en eeuwig uitverkoren Zoon, omdat hij totdiens lichaam behoort. Daarom zal hij niet denken aan devele verdrukkingen, waardoor hij het Koninkrijk Godsmoet binnengaan, maar aan de voltooiing van het eeuwigeheilsplan waarin God allen wil behouden.

10,11. doch die nu geopenbaard is door de verschijningvan onze Heiland, Christus Jezus, die de dood van zijnkracht heeft beroofd en onvergankelijk leven aan het lichtgebracht heeft door het evangelie. En ik ben daartoeaangesteld als verkondiger, apostel en leraar.

Het heilsplan was dus van eeuwigheid in Gods gedachten,maar het werd in de volheid des tijds geopenbaard door degeboorte, het leven en sterven van Christus Jezus, die onzeschuld wegnam. Het Woord of de uitgesproken gedachtevan God is vlees geworden. Hierbij is sprake van deverschijning van onze Heiland, dat is het zichtbaar wordenvan het herstelplan van God in de mens. Deze 'epifaneia'ziet hier dus niet op de verschijning van Jezus bij zijnparousie of wederkomst zoals in 1 Timótheüs 6:14.

Na de roeping, verlossing en het gelijkvormig worden aanhet beeld van de Zoon, volgt de vernietiging, deafschaffing of de onttroning van de dood, die als een tiran

Page 224: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

over de mensen regeert (Rom. 5:14). In de handen vanJezus zijn nu de sleutels van dood en dodenrijk. Totdegenen die in Hem geloven, sprak Hij dat zij de dood ineeuwigheid niet zouden aanschouwen noch smaken (Joh.8:51,52).

De wetsovertredingen zijn immers alle verzoend door zijnbloed. De dood heeft geen recht meer op hen die inChristus Jezus zijn. De kracht van de dood is het recht datde dood heeft op allen die de wet overtreden en daardoormet schuld zijn beladen. Zij hebben zich 'schatten destoorns' verzameld door als slaven te werken voor de boze(Rom. 2:5 St. Vert.).

Jezus heeft hen niet alleen vrijgemaakt van de dood, maarook het eeuwige leven - dat geen dood kent - geschonken.Dit betekent leven in gerechtigheid, dus dat beantwoordtaan de wetten van God. Daarom schreef Paulus: 'Opdat deeis der wet vervuld zou worden in ons, die niet naar hetvlees wandelen, doch naar de Geest' (Rom. 8:2). Hetevangelie brengt het eeuwige leven en deonverderfelijkheid en de onsterfelijkheid aan het licht. Hetis bovendien een kracht Gods tot behoud voor een lederdie gelooft.

Wanneer de gevangen apostel deze woorden opgetekendheeft, voelt hij zich ondanks zijn ketenen opgetrokken inde hemelse gewesten. Hij had de heerlijke opdracht van deHeer zelf ontvangen en hij was geroepen om devreugdevolle tijding als heraut of verkondiger teproclameren, als apostel haar geheimenissen te ontsluierenen als leraar haar in alle wijsheid aan zijn volgelingen 'teonderrichten, in het bijzonder' aan die uit de heidenen'zoals de Statenvertaling eraan toevoegt.

Page 225: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Paulus' titels waren het verweer tegen de onophoudelijkeondermijningen van zijn werk door zijn tegenstanders, inhet bijzonder die uit de besnijdenis. De arbeid van Paulushad recht op een hemelse beloning. Hij verzamelde zichimmers geen schatten op de aarde maar in de onzienlijkewereld.

Ook de heidenen kenden vanwege een ingeschapen hoopeen vage toekomst van geluk, wanneer het aardse leveneindigde. De filosoof Cicero sprak over een vermoedenvan toekomende eeuwen. Seneca noemde deze hoop iets,dat onze wijze mannen beleven zonder haar te bewijzen.Socrates sprak bij het drinken van de gifbeker: 'Ik hoop tegaan naar rechtvaardige mannen, doch ik ben er niet zekervan en het betaamt geen wijs man om vast te stellen, dathet zo zal zijn '. Aristoteles achtte de dood verschrikkelijk,omdat het ongegrond is te zeggen dat iemand gelukkig kanzijn na zijn dood, want het geluk bestaat hierin dat demens werkzaam is.

Epicurus sprak: 'De dood gaat mij niet aan. Zolang ik ben,is de dood er niet; wanneer de dood er is, ben ik er niet'.Geen wonder dat de Epicureïsche en Stoïcijnse wijsgerenmet Paulus in Athene redetwistten (Hand. 17:18).

Op ironische wijze schreef Paulus eens over predikers dieeen ander evangelie verkondigden, dat zijonvergelijkelijke apostelen waren. Die 'heel groteapostelen' hadden bijzonder veel kennis van de Joodsewetten, van ceremoniën en van geslachtsregisters. Ookberoemden zij zich erop dat zij echte Joden waren (2 Cor.11:5,21 en 1 Tim. 1:4). Indien er echter één

Page 226: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

'onvergelijkelijke apostel' was met een uitzonderlijkeboodschap, was dit Paulus.

Wat zouden wij als christenen zijn zonder zijn bedieningen wat zouden wij van de heilsweg weten zonder zijnbrieven? Wellicht zou dan de kerk nooit zijn losgekomenuit de beïnvloeding van het Jodendom en wij allen nogdoor een synagogepoortje het Koninkrijk der hemelenmoeten binnengaan, indien dit mogelijk was. Niemandheeft het heerlijke evangelie van Jezus Christus aangaandehet Koninkrijk der hemelen zo duidelijk en zo helderuiteengezet als deze apostel, die van huis uit zo gebondenwas aan voorvaderlijke inzettingen en die uit de Hebreeënwas, naar de wet een Farizeeër, naar zijn ijver eenvervolger van de gemeente, naar de gerechtigheid der wetonberispelijk (Filip. 3:5,6).

Deze grote schriftgeleerde was met recht een discipelgeworden van het Koninkrijk der hemelen en hij bracht uitzijn voorraad telkens nieuwe en indien nodig ook oudedingen te voorschijn (Matth. 13:52, Hebr. 6:2).

12. Om die reden draag ik ook dit lijden en ik schaam mijdaarvoor niet, want ik weet, op wie ik mijn vertrouwen hebgevestigd, en ik ben ervan overtuigd, dat Hij bij machte is,hetgeen Hij mij toevertrouwd heeft, te bewaren tot diedag.

Paulus wist waarom hij leed en in de gevangenis zat. Hetevangelie dat hij bracht, was immers de openbaringvan hetplan Gods met de mens. Wanneer 'zijn evangelie' over degehele wereld zou gepredikt worden tot een getuigenisvoor alle volken, zou ook het einde ervan gezien worden,

Page 227: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

namelijk de kostelijke vrucht. Met dit evangelie gewapendals een tweesnijdend zwaard zullen de geopenbaardezonen Gods de werken des duivels verbreken. Dan zal ereen gemeente zijn zonder vlek of rimpel.

Daarom wist Paulus dat de vijand al zijn troepensamentrok om hem, de heraut van het evangelie van hetKoninkrijk der hemelen, te weerstaan en te elimineren. Eris ook een ander evangelie dat door de vleselijk gezindemens wordt geaccepteerd en zich bezighoudt met de aarde.Dit vormt de grondslag waarop het grote Babylon rust enwaarmee al de koningen der aarde hoereren. Het evangelievan het Koninkrijk der hemelen wordt echter overaltegengesproken en als sektarisch geboycot.

Paulus wist ook dat hij zich voor zijn evangelie nietbehoefde te schamen en het niet behoefde te verbergen.Zijn lijden overkwam hem niet vanwege een begane zondeof omdat de toorn des Heren op hem rustte, maar het waseen 'verdrukking om des woords' wil. Het was niet omdathij iets verkeerds had doorgegeven, want hij had juist degeheimenissen van het Koninkrijk geopenbaard zoalsJezus dit ook had gedaan. Hij wist dat hij het evangelie derwaarheid predikte, dat geopenbaard was in Christus, wantdeze is de waarheid, dus de verwoording van het eeuwigeplan van God. Op Hem had hij zijn volle vertrouwen enzijn geloofsoog gericht.

Hij wist in wie hij geloofd had (St. Vert.). Hij stond op devaste rots. Hij wist dat Jezus nu alle macht heeft in hemelen op aarde en dat het door hem gepredikte woordaangaande het hemels Koninkrijk niet onder zou gaan.Jezus zou het bewaren, zodat het zou doen wat Hembehaagde en datgene volbrengen waartoe Hij het had

Page 228: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gezonden. Het zou zijn werk doen tot die dag dat heteinddoel bereikt wordt en vervuld is dat de ganse aardeaan de Here toebehoort mitsgaders haarvolheid, dat is demens Gods die volkomen is en tot alle goed werkvolkomen is toegerust (3:17).

De apostel kent bij zijn afgang in de natuurlijke wereldgeen enkele frustratie, want hij weet dat hij een geslaagdeen succesrijke dienstknecht des Heren is. De kerker kanhem daarom geestelijk niet breken, want hij heeft zich inhet geloof boven zijn lijden verheven. De dood kan hemniet meer schaden, want de kroon des levens ligt in dehemel voor hem klaar (4:8). Hij weet het zeker en is ervanovertuigd dat het hem toevertrouwde goed of 'zijn pand'door anderen zal worden overgenomen en dat ditevangelie in zijn loop door niets kan worden gestuit.

13,14. Neem tot voorbeeld de gezonde woorden, die gijvan mij gehoord hebt, in het geloof en de liefde, die inChristus Jezus is. Bewaar door de Heilige Geest, die inons woont, het goede, dat u is toevertrouwd.

Wanneer Timótheüs predikt, moet hij steeds voor ogenhouden wat Paulus hem had geleerd, want dat warengezonde woorden. De uitspraken van de apostel beoogdende gezondheid, het herstel en de volkomen ontwikkelingvan de mens naar geest, ziel en lichaam. In het bijzonderwaren deze woorden voor Timótheüs nodig om zijn juistehouding te bepalen tegenover de dwaalleraars, over wie inhoofdstuk 2 en 3 wordt geschreven en tegenover bepaaldeoudsten, 'die verkeerde dingen spraken om de discipelenachter zich te trekken' (Hand. 20:30).

Page 229: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Tegen de gezonde woorden stelden ook die mannen zichop, die 'zich bezig hielden met fabels en eindelozegeslachtsregisters' en die Judaïserende 'leraars der wet' inhet midden der jonge gemeente, die geen inzicht haddendat de wet slechts een tuchtmeester voor de gelovigen wasgeweest, totdat het Zaad zou komen, waarop de beloftesloeg. De wet was immers bestemd voor 'wettelozen engoddelozen', en niet voor hen die door de kracht van deHeilige Geest hun wandel in de hemel hadden (Gal.3:19,24 en 1 Tim. 1:9-11). Het evangelie dat Paulusverkondigde, had de straffende wet niet nodig, want hetschonk de gelovigen bij de aanvaarding ervan, ongekendekracht tot behoud. Het schonk hun liefde tot ChristusJezus, tot de broeders en tot alle medemensen.

Geheel buiten de eeuwenoude wet om gold voorTimótheüs de vermaning: Maar schraagt om deze redendat gij door zijn goddelijke kracht met alles wat tot levenen godsvrucht strekt - met betoon van alle ijver uwerzijds,door uw geloof in de gezonde leer, de deugd; door dedeugd of de wandel met God, de kennis van Hem en hetKoninkrijk der hemelen; door de kennis de zelfbeheersing,omdat je dan Je ware vijanden onderscheidt; door dezelfbeheersing de volharding in de geestelijke strijd dieniet tegen vlees en bloed is; door de volharding degodsvrucht die een voortbrengsel is van de Heilige Geest;door de godsvrucht de broederliefde en door debroederliefde de liefde jegens allen (2 Petr. 1:5-7).

Timótheüs moet het geloof en de liefde, die essentiële enkenmerkende bestanddelen van het evangelievan ChristusJezus zijn, in alle omstandigheden vasthouden. Door dekracht van de Heilige Geest die in Paulus en in hem - alsdienarenvan God - in het bijzonder woonde, was hij

Page 230: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hiertoe in staat. Het gebod: bewaar door de Heilige Geesthet goede, wijst op de verantwoordelijkheid van dechristen. Hij moet door een absoluut vertrouwen in deHeilige Geest het goede, dat is het evangelie Gods,ongeschonden bewaren. Wanneer Timótheüs de gezondewoorden bewaart, zal de Heilige Geest hem in iedereconflictsituatie bewaren voor struikelen. 'Hij is getrouw,die het ook doen zal'.

Met de uitspraak: 'Neem mijn gezonde woorden totvoorbeeld', tilt de apostel Timótheüs boven zijn moeilijkeomstandigheden uit. Timótheüs, zie maar opJezus, die alsHij gescholden werd, niet terugschold, en als Hij leed, nietdreigde. Zie ook maar op Paulus die een navolger is vanJezus. Hij zit in een kerker ter wille van het woord. Leterop dat deze godsman zichzelf niet beklaagt en ook nietbezig is de schuld bij bepaalde mensen te zoeken.

Wanneer Timótheüs lijdt aan 'voortdurendeongesteldheden', misschien wel in verband metspanningen in de gemeente te Eféze, moet hij ook degezonde, of zoals ook wel vertaald wordt, de helendewoorden vasthouden. Er is immers genezende kracht inhet woord van God, 'want Hij zond zijn woord en genashen' (Ps. 107:20).

15. Dit weet gij, dat allen in Asia zich van mij hebbenafgekeerd, onder anderen Fygelus en Hermógenes.

Als 'bisschop' van Efeze wist Timótheüs heel goed hoe dehouding van vele gemeenteleden ten opzichte van de oudeapostel in ongunstige zin was gewijzigd. Asia was niet hetwerelddeel Azië zoals de Statenvertaling spelt, ook niet

Page 231: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Klein-Azië, maar de Romeinse provincie in het westelijkedeel van dit schiereiland. In de tijd van Paulus was Efézede hoofdstad van Asia en een welvarende en bloeiendewereldhaven. Met 'allen in Asia' bedoelde Paulus dushoofdzakelijk de gemeenteleden in Eféze.

Hij had deze stad minstens tweemaal bezocht en tijdenszijn derde zendingsreis had hij zich veel moeite getroostde gemeente aldaar op te bouwen. Tot de oudsten sprakhij: 'Waakt dan en herinnert u, dat ik drie Laren lang nachten dag niet heb opgehouden leder afzonderlijk ondertranenterecht te wijzen'(Hand. 20:3 1). Hij had in Eféze driemaanden lang in de synagoge met de Jodengediscussieerd. Toen dit verkeerd uitpakte, huurde hij voorde middaguren van een zekere Tyrannus, een soort rector,een zaalruimte. Het gevolg was dat na twee jarenonderricht, 'allen die in Asia woonden, het woord desHeren hoorden, Joden zowel als Grieken' (Hand. 19:10).

In die tijd gebeurden er grote genezingswonderen. Goddeed 'buitengewone' krachten, dit wil zeggen zeidenvoorkomende. In deze stad werd hij ook geconfronteerdmet Joodse geestenbezweerders, die tevergeefs hemtrachtten te imiteren. Daar werden ook de toverboekenverbrand ter waarde van honderdduizenden guldens. In diedagen brak ook het tumult der zilversmeden los, omdatdezen vanwege de verkondiging van het volle evangelieminder afgodsbeelden verkochten. Nu zit de apostelevenwel als een geboeide in een kerker te Rome. Nuschudden de grondvesten der gevangenis niet, de deurengaan niet open en de boeien raken niet los zoals eenmaalte Filippi.

Page 232: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Voor velen was Paulus zijn vroegere glorie kwijt. Wellichtzei men dat hij niet meer in zijn oude kracht stond en zijngeloof kleiner was geworden. Daarin Rome gebeurdengeen spectaculaire tekenen. Paulus is een navolger vanzijn Meester die meer was dan hij, en die in zijn lijdenervoer dat 'allen Hem alleen heten en allen wegvluchtten'(Marc. 14:50). Slechts zij die in het Woord gefundeerdwaren, hielden stand en bleven trouw, omdat zij deuitspraak van hun apostel beaamden: 'Maar al vervalt ookonze uiterlijke mens, nochtans wordt de innerlijke van dagtot dag vernieuwd. Want de lichte last der verdrukking vaneen ogenblik bewerkt voor ons een alles te boven gaandeeuwig gewicht van heerlijkheid, daar wij niet zien op hetzichtbare, maar op het onzichtbare; want het zichtbare istijdelijk, maar het onzichtbare is eeuwig'(2 Cor. 4:16-18).

Paulus noemt nu twee vooraanstaande mannen die in Asiazich van hem hadden gedistantieerd. Het gaat overbekendegroepsleiders, die hij voor Timótheüs niet verder behoeftte beschrijven, omdat deze wel op de hoogte is.Teleurgesteld en met grote smart wijst de apostel dantweevan hen aan, die zich van hem hebben afgewend,namelijk Fylegus en Hermógenes. Toen Paulus in groteverdrukking kwam, toonden zij hem hun afkeer enkrenkten zij de man, die vele gemeenten in Asia hadgesticht en aan wie zij zoveel dank schuldig waren.Waarschijnlijk schaamden zij zich ervoor nu nog zijnnaam te noemen en zich met hem te identificeren.

Wij begrijpen de droeve klacht over zijn vroegerevrienden en medestanders. Paulus zou in dit verbandkunnen zeggen: 'Wee mij! de trouwelozen handelentrouwelooslijk, en met trouweloosheid handelen detrouwelozen trouwelooslijk' (Jes. 24:16 St. Vert.). Over

Page 233: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

een verloochening van de leer schrijft de apostel hier niet,maar deze mannen spraken en deden verkeerde dingen enzij verloochenden een trouwe dienstknecht van de Heer inde tijden van zijn beproevingen. Op deze wijze waren zijook bezig de gemeente te scheuren en het werk Gods,waarvan Paulus het fundament had gelegd, af te breken.

16-18. De Here bewijze barmhartigheid aan het huis vanOnesiforus, daar bij mij dikwijls heeft verkwikt en zichvoor mijn ketenen niet heeft geschaamd. Integendeel, toenhij te Rome gekomen was, heeft hij mij ijverig gezocht enmij ook gevonden; - de Here geve hem, dat hijbarmhartigheid bij de Here vinde op die dag - en hoevelegoede diensten bij te Eféze bewezen heeft, weet gij zelf hetbest.

Geheel anders was Onesiforus geweest. Deze was uitEféze naar Rome gegaan om Paulus op te zoeken. Menwas immers het contact met de apostel volkomenkwijtgeraakt. De broeders in Rome konden Onesiforusgeen aanwijzigen geven. Eerst na een naarstig of ijverig enlang speurwerk waarbij veel kerkers afgezocht werden,vond hij de gevangenis waar Paulus zich bevond. Hij wistdoor de gevangenisdeuren binnen te komen om zijngeliefde leermeester te midden van andere gevangenen teontdekken.

In zo'n antieke kerker heersten verschrikkelijketoestanden, vooral wanneer ze vol zaten. Degevangenissen in Nederland zijn daar in vergelijkingrecreatie-oorden bij. Tijdens de regering van keizer Nerowaren er heel wat gestraften en wij moetenhoogstwaarschijnlijk deze gevangenistijd van Paulus

Page 234: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

omstreeks 64 dateren. De verblijven waren donker, vunzigen vuil, en een ondraaglijke stank vermeerderde deellende. De sterfte onder zulke gevangenen was uiteraardzeer groot.

Voor Onesiforus gold met recht 'nomen est omen', denaam is een teken, want hij betekent 'hulp-brenger'.Onesiforus wordt evenals Fygelus en Hermógenes verderniet in het Nieuwe Testament vermeld, maar wel heeft hijin de overlevering en in de legende - dankzij zijn naam -een grote rol gespeeld. Ongetwijfeld heeft deze broederdoor zijn positieve inbreng Paulus niet alleen opgemonterdmaar ook in diens nooddruft voorzien, want voedsel enkleding werden veelal niet of weinig verstrekt. Verdermiste de apostel voor zijn schrijven iemand als Tertius aanwie hij zijn brief kon dicteren (Rom. 16:22).

Ook hierin kon Onesifórus hem hebben bijgestaan, wantde ogen van de oude apostel zullen in het duisterekerkerhol er niet beter op geworden zijn en een goedebrief schrijven duurde geen uren maar dagen. Zo schreefPaulus aan de Galaten dat zij vroeger zoveel van hemhielden, dat ze gaarne hun ogen zouden hebben uitgerukten ze aan hem zouden gegeven hebben. Als een groteuitzondering had de apostel de Galatenbrief zelfgeschreven en getuigde hij: 'Ziet met hoe grote letters ik uschrijf met eigen hand'(Gal. 4:15 en 6:11).

Paulus zat te Rome als een misdadiger in ketenengeklonken, maar Onesiforus had zich niet voor de apostelgeschaamd en hij had deze uitgestoten godsmanopgezocht. Zo moest ook Timótheüs leren om dapper tezijn en zich niet voor Paulus te schamen (1:8). Zijn liefdetot de apostel moest zo groot zijn dat hij zelfs de barre reis

Page 235: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

in de winter ervoor over zou hebben en het erop wagenzou Paulus in de gevangenis op te zoeken (4:21).Onesiforus was een voorbeeld van een vriend die inmoeilijke tijden trouw bleef en hierin was hij eenvoorbeeld voor Timótheüs.

Wat er eigenlijk in Rome met Onesiforus gebeurd is, blijfteen duistere zaak. Is hij later weer behouden in Eféze bijzijn gezin teruggekeerd? Of is hij in deze poel van ellendeomgekomen? Allereerst wordt de bede uitgesproken of deHeer aan het huisgezin van Onesiforus barmhartigheidwilde bewijzen voor al het goede dat deze oprechtechristen aan Paulus had gedaan. Dan volgt aan het eindeeen bede, dat de Here Jezus Christus hem in 'die dag' - vanhet rechtvaardig oordeel Gods en volgens de vertalingBrouwer: op de jongste dag - zou geven, dat hij erbarmingzou vinden bij Hem, de Here, 'want wij moeten allen voorde rechterstoel van Christus openbaar worden, opdat eenleder wegdrage wat hij in zijn lichaam verricht heeft, naardat hij gedaan heeft, hetzij goed, hetzij kwaad'(2 Cor.5:10).

Paulus verlangde dus dat Onesiforus ook de kroon derrechtvaardigheid zou ontvangen, welke 'te dien dage' deHere, de rechtvaardige rechter, hem zou geven maar ookallen die zijn verschijning hebben liefgehad (4:8). Hij dieimmers een profeet als Paulus goed doet, zal het loon vaneen profeet genieten!

De rooms-katholieken gaan aan de hand van deze verzener stellig vanuit, dat Onesiforus in de gevangenis isbezweken en een martelaar werd voor de zaak van dedienstknecht des Heren, de apostel Paulus. Deze zou danhier allereerst voor het achtergebleven gezin in Eféze

Page 236: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hebben gebeden, dat hij in hoofdstuk 4:19 nog eens extragedenkt. In het laatste vers zou Paulus dan voorbede doenvoorde gestorven Onesiforus. De rooms-katholiekengebruiken deze tekst om hun leer omtrent het vagevuur enhet bidden voor overledenen te ondersteunen.

Wij merken echter op dat het niet vast staat dat Onesiforuswas gestorven en dat het gevaarlijk is een leer te bouwenop een eenvoudige wens van de apostel dat de Here dezedienstknecht voor zijn goede werken aan hem bewezen,zou belonen. Er is ook geen sprake van een voorbede voorde doden, maar van een zegenwens voor achtergeblevenhuisgenoten en voor een gestorvene die men tezamen aande eeuwige barmhartigheid van God toevertrouwt. Erstaat: 'De Here geve hem'. Paulus hoopt dat de Zoon desmensen in 'die dag' zal zeggen: 'Komt, gij gezegende mijnsvaders, beërft het Koninkrijk, dat u bereid is van degrondlegging der wereld af .... Want Ik ben in degevangenis geweest en gij zijt tot Mij gekomen'(Matth.25:34,36).

Wanneer Onesiforus als martelaar is gestorven, zal deHere hem in 'die dag' barmhartigheid bewijzen. Eenmartelaar kan zijn goede werken immers niet volmaken ofvoltooien, maar hem wordt een wit gewaad gegeven,namelijk dat van de gerechtigheid (Openb. 6:10,11). Ookin Eféze had Onesiforus een lichtend spoor achtergelatenen dat wist Timótheüs nog beter dan de apostel Paulus inzijn gevangenschap.

Page 237: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

HOOFDSTUK 2

1,2. Gij dan, mijn kind, wees krachtig in de genade inChristus Jezus, en wat gij van mij gehoord hebt onder velegetuigen, vertrouw dat toe aan vertrouwde mensen, diebekwaam zullen zijn om ook anderen te onderrichten.

Paulus drukt zijn genegenheid jegens Timótheüs, die zolang bij hem in de leer was geweest, uit, door hem 'mijnkind' te noemen, een woord dat in het Grieks inniger klinktdan 'zoon'. Dit kind zou groeien tot een geestelijkvolwassen man, die het werk van de apostel zou kunnenvoortzetten. Paulus weet dat Timótheüs het in Efeze nietgemakkelijk heeft. In Asia had men zich immers van hemafgekeerd en Timótheüs, die aan zijn leermeesterverknocht was, zal hierdoor wel moeilijkheden hebbenondervonden.

De apostel vermaant nu zijn toegewijde volgeling om naarde inwendige mens met kracht versterkt te worden door degenade, die hij in Christus Jezus bezit. Door Hem isimmers de genade geworden, dat wil zeggen dat Godsgunstbewijzen door Jezus Christus naar ons toe zijngekomen en dat wij door het geloof in Hem deze genadeons kunnen toe-eigenen. In deze genade moet Timotheüsblijven geloven en daarop vertrouwen zonder te twijfelen.Met de genade wordt het hele pakket van Godsgunstbewijzen bedoeld, dat in de gemeente aanwezig isvanwege een onverbrekelijke band met haar hoofd,Christus Jezus.

We denken hierbij onder meer aan de schuldvergeving metde rechtvaardiging, aan de doop met de Heilige Geest met

Page 238: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zijn gaven, aan de bevrijding uit de hand van alle vijanden,aan de genezing en het herstel naar het beeld van God enzijn Zoon, en aan de hoop op de toekomstige heerlijkheid.Als voorganger mag Timótheüs in het bewustzijn leven,dat de Heer hem de bijzondere genade wil schenken, diehij voor zijn leidende functie nodig heeft. Dan kan hij toteen rots in de branding zijn, 'krachtig in de Here en in desterkte zijner macht' (Ef. 6:10).

Paulus had 'rondgereisd met de prediking van hetKoninkrijk' en hij had in Eféze 'niet nagelaten al de raadGods te verkondigen' (Hand. 20:25-27). Hij stond voor dewaarachtigheid ervan in met vele anderen, zoalsbijvoorbeeld de apostelen. Hij stond met vele getuigenborg voor de zuiverheid, betrouwbaarheid en voor deongelofelijke rijkdom van het evangelie van hetKoninkrijk der hemelen. Met vele anderen had hij deopdracht van zijn Heer opgevolgd: 'Gij zult mijn getuigenzijn'(Hand. 1:8). Ook zal de apostel bij de aanstelling vanTimótheüs in de gemeente waarvan dus de leden getuigenwaren geweest - er wel duidelijk op hebben gewezen watde inhoud van de prediking als belijdenis van het geloof,behoorde te zijn.

De jonge voorganger-evangelist had nu de opdracht ditevangelie verder te verbreiden. Hiervoor had hij eerlijke,zuivere en betrouwbare mannen en vrouwen nodig. In hetbijzonder bij de aanstelling van oudsten, 'die zich belastenmet prediking en onderricht', zou Timótheüs zeervoorzichtig te werk moeten gaan (1 Tim. 5:17). Dezemannen moesten niet alleen de gemeenteledenonderwijzen, maar tegelijkertijd de ingeslopen dwalingenontmaskeren. In de gemeente van Jezus Christus mogenslechts die mensen leiding geven, die in alle opzichten

Page 239: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

blijk hebben gegeven, dat zij nauwgezet met de Heer levenen goed op de hoogte zijn van de gezonde leer.

Zulke betrouwbare mannen op wier geloofsleven staat kanworden gemaakt, kunnen ook als evangelist en zendelingworden uitgezonden. Op deze wijze komt Gods heil indeze wereld: eerst door Paulus en de apostelen, dan doormannen als Timótheüs die door de apostelen warenonderwezen, dan door de volgende generaties die het opbetrouwbare wijze weer aan anderen overleveren (Hebr.2:3). In dit verband spreekt men in de officiële kerken welvan apostolische successie.

De opvolging in het ambt wordt dan een onafgebrokenreeks, waarbij telkens de ambtsdrager door zijnvoorganger wordt ingewijd onder oplegging der handen.Het gaat dan veelal over een magische handeling waarbijautomatisch bijzondere krachten en begaafdheden aan deambtsdrager worden meegedeeld. Deze weet zich dan opdie manier verbonden met de apostelen. Bij Paulus ginghet evenwel om betrouwbare mannen, 'die goed bekendstaan, vol van Geest en wijsheid' (Hand. 6:3). Zijverbinden de volgende generaties met de pioniers van hetbegintijdperk, omdat zijnauwkeurig doorgeven wat deapostelen en profeten hadden geleerd. Dit zal dan altijd opeen wijze gebeuren, die aan de oude leer nieuwe glansverleent in een altijd veranderende maatschappij.

Een man Gods als Timótheüs had onderscheiding vangeesten. Hij was in staat de juiste, kundige, betrouwbareen geestelijk rijpe personen in de gemeente er uit te halen.Waar bijvoorbeeld oudsten op zuiver democratische wijzegekozen worden, kan men niet verwachten dat het grosvan de kiezers dit onderscheidingsvermogen heeft. Het

Page 240: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gevaar is dan groot dat men niet alleen tal van leraars maarook oudsten zal bijeen halen naar eigen begeerte (4:3).

Bij de juiste ontwikkeling der prediking zal het evangelievan het Koninkrijk steeds voller en rijker worden, totdatde eindfase is bereikt: de mens Gods die volkomen is entot alle goed werk volkomen toegerust (3:17). Door zulkeen getrouwe woordbediening wordt de gemeentevoortgebracht, die zonder vlek of rimpel is. De prediker inons huidig tijdsbestek zal moeten bouwen op hetfundament van apostelen en profeten. Hun leer heeft veleeeuwen lang weinig vrucht gedragen vanwege de veledwalingen die in het grote Babylon werden gevonden.

Daar dreigde het onkruid het goede zaad menigmaal teverstikken. Toch zal het oorspronkelijke evangelie vanJezus Christus de volle vrucht opbrengen waarop dehemelse Landman geduldig wacht. Dit gebeurt dan doorde verkondiging van het volle evangelie, dat zijn krachtten volle ontwikkelt tijdens de late regen, die nieuweimpulsen schenkt aan de boodschap die in de aanvangdoor 'vertrouwde mensen' werd doorgegeven. Hierdoorwerd aan het waarachtige leven een continuïteit verzekerd,die door de Heer zelf met een beeld werd geïllustreerd:'Eerst een halm, daarna een aar, daarna het volle koren inde aar' (Marc. 4:28).

3. Lijd met de anderen als een goed soldaat van ChristusJezus.

De verkondiging van het evangelie van het Koninkrijk derhemelen is bij de aards gerichte mens en ook bij devleselijke christen niet welkom. Zij gaat gepaard met

Page 241: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

strijd, verdrukking, bespotting en religieuze boycot.Timótheüs mag hiervoor niet opzij gaan, maar in dezestrijd moet hij sterk worden. In hoofdstuk 1:8 vermaandezijn leermeester hem: 'Wees bereid voor het evangelie telijden in de kracht Gods'. Jezus zelf had gewaarschuwd dater verdrukking of vervolging komt om der wille van hetwoord van het Koninkrijk der hemelen (Matth. 13:21). Ditis een specifiek begeleidend verschijnsel bij dit evangelie.

De duivel gaat immers als een brullende leeuw te keer,wanneer een mens op grond van zijn rechtvaardiging doorhet bloed van Christus, krachtens zijn wedergeboorte envanwege zijn kennis van het Koninkrijk der hemelen,bewust zijn plaats gaat innemen in de hemelse gewesten.Vele christenen zien de brullende leeuw alleen maar inmensen of in omstandigheden, maar ze zijn geestelijk doofen blind om hem te horen en te zien in de onzienlijkewereld. De plaats die de geestelijke mens in de hemelsegewesten inneemt, vormt een reële bedreiging voor deduivel. Zijn komst verstoort de rust in de hemelsegewesten en veroorzaakt daar oorlog (Openb. 12:7). Metdit feit zullen wij als geestelijke christenen dus rekeringmoeten houden.

Timotheüs en met hem vele anderen zijn soldaten vanJezus Christus. Zij behoren tot 'de heerscharen, die in dehemel zijn' (Openb. 19:14). Zij zullen daarom de pressievan de boze geesten moeten weerstaan 'vast in het geloof,zonder aan het woord van God te twijfelen of zich te latenintimideren en deprimeren. Zoals een soldaat ingezet werdom voor zijn keizer tegen de vijand te strijden, zo zaliedere dienstknecht des Heren het evangelie van hetKoninkrijk der hemelen moeten verdedigen, en detegenstander die op alle manieren de voortgang en

Page 242: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

realisering ervan probeert te verhinderen, bestrijden enoverwinnen. Alle geestelijke christenen zijn frontsoldaten,vooral de door God aangestelde dienstknechten. Metelkaar dienen zij de gevaren, de smaad en demoeilijkheden het hoofd te bieden.

De zwakheid of weekheid van Timotheüs was begrijpelijkmaar wel verkeerd. Een soldaat van Christus moet immersieder zelfmedelijden van zich afschudden. Paulus had inCorinthe ook al voor hem in de bres moeten springen. In 1Corinthiërs 16:10,11 vermaant de apostel de gemeentedringend om zijn jonge vriend te ontzien, hem niet af teschrikken of gering te schatten, want Timotheüs deedprecies hetzelfde werk als de apostel. Paulus had hemaangesteld. Hij had de benodigde capaciteiten en kennisom een gemeente te leiden, maar hij moest niet timide ofbevreesd zijn. Het Romeins imperium kon slechts in standworden gehouden, indien zijn soldaten de militaireuitdrukking: lijd verdrukking, zich tot levensregel haddengesteld.

Onder deze voorwaarde had de grote legeraanvoerder enleidsman Jezus, de Koning der koningen, ook Timótheüsin zijn armee opgenomen. Christus dienen betekent voorHem strijden en lijden en de heilige oorlog aandurven (1Tim. 1:18 en 6:12). 'Goede' krijgsknechten zijn niet vanhun stuk te brengen door moeilijke situaties, maar ze zijnmeer dan overwinnaars door Hem' (Rom. 8:37). Zijbeheersen de situatie, waarin zij verkeren.

4. Tijdens de veldtocht wordt geen soldaat gemoeid in dezorg voor zijn onderhoud; hij heeft slechts hem te voldoen,door wie bij aangeworven is.

Page 243: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Wanneer iemand zich ten dienste stelt van Jezus Christusen diens evangelie, behoeft hij niet bezorgd te zijn voorzijn natuurlijke leven of voor zijn levensonderhoud. Heeftde Heer niet beloofd: 'Weest niet bezorgd over uw leven,wat gij zult eten of drinken, of over uw lichaam,waarmede gij het zult kleden'? (Matth. 6:25). Wanneer inhet bijzonder een dienstknecht van God de opdracht die hijheeft ontvangen, nauwkeurig uitvoert om zijn Heer tebehagen en aan diens begeerte te voldoen, zal zijn meestervoor hem zorgen naar de inwendige mens maar ook naarhet natuurlijke leven.

Het is niet de bedoeling van de Heer dat een voorganger,een zendeling of evangelist een geloofsstrijd moet voerenter wille van een paar schoenen of een ander kledingstukvoor zijn kinderen. Ook niet dat zij afhankelijk zullen zijnvan goedwillende familieleden of vrienden die hen ietstoestoppen. De Heer sprak tot hen die Hij hadaangeworven: 'Toen Ik u uitzond zonder beurs of reiszakof sandalen, hebt gij toen aan iets gebrek gehad? Zijzeiden: Aan niets' (Luc. 22:35).

Wie had hen dan tijdens deze uitzending onderhouden?Het antwoord hierop is, dat het woord dat zij haddengepredikt, ook de harten van de hoorders had bewogen omde discipelen van Jezus van hun goederen mee te delen.Reeds in zijn eerste brief aan Timótheüs had Paulus eropgewezen, dat de oudsten die zich bezighielden met deprediking des woords, een dubbel 'honorarium' toekomt (1Tim. 5:17).

Zeer vele malen ontleent de apostel zijn voorbeelden vanhet christelijke leven aan de militaire dienst. 'Want niet

Page 244: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

tegen vlees en bloed geldt onze strijd, maar tegenheerschappijen en machten, tegen wereldbeheersers dezerduisternis, tegen de boze geesten in de lucht' (Ef 6:12 Can.vert.). De vrienden van de apostel werden medestrijders'genoemd (Filip. 2:25 en Filémon 2). De worsteling met dedemonen is reëel voor de apostel, want hij schrijft overeen zware strijd'(Col. 1:29).

Ook over een engel van de satan, die hem met vuistenbewerkte (2 Cor. 12:7). Had hij ook niet in 1 Timótheüs1:18 zijn jonge vriend opgewekt 'de goede strijd' testrijden met geloof en een goed geweten? Aan de hemelseworsteling denkende, schrijft hij in 2 Timótheüs 4:7, dathij de goede strijd had gestreden, dat is de juisteworsteling tegen het rijk der duisternis.

Zoals een oorlog een algehele inspanning vergt, zo vraagtde strijd in de hemelse gewesten een concentratievangeloof en de inzet van de gehele mens. Het beeld datPaulus gebruikt, is niet die van een dienstplichtig soldaat,die op zijn best een algemene liefde tot zijn vaderlandheeft, maar van een beroepsmilitair die zich persoonlijkmet zijn opperbevelhebber verbonden weet en voor hemdoor het vuur wil gaan. Zo'n beroepsmilitair neemt nietdeel aan een korte en voorbijgaande oorlog, maar aan eenlangdurige veldtocht, die zijn gehele leven duurt en waarhij voor zijn onderhoud geheel afhankelijk is van deravitaillering uit het depot in het hoofdkwartier.

Zijn enige zorg is om zijn bevelhebber te behagen en bijdeze goed aangeschreven te staan. Zo is de grote zorg voorde christen om de overste leidsman van zijn geloof, diehem ook heeft aangeworven, welgevallig te zijn. Naasthun strijderswerk behoeven de heerscharen die in de

Page 245: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hemel zijn en die hun overste volgen, niet bovendienbezorgd te zijn voor hun natuurlijke bestaan en dat vanhun gezin.

Wat de vergelijking betreft met de Romeinse soldaten, kanvan dezen worden gezegd dat ze vrijwilligers waren. Erbestond wel een zekere dienstplicht, maar men konevenals vroeger bij ons, plaatsvervangers aanwijzen enbijna altijd waren er vrijwilligers genoeg. Ze werdenaangenomen na keuring, wanneer ze althans de vereistelengte van 1.72 m hadden. De soldaten bleven 20 á 25jaren in dienst. Ze waren dus vaklui.

Een nadeel was dat de soldaat niet gehuwd mocht zijn.Velen, die jarenlang in een garnizoen leefden, hielden eenhuishoudster. Kinderen uit zulk een buitenechtelijkeverhouding geboren, werden vaak weer soldaat. Eenvoordeel was hun vrij goede financiële positie. Een soldaatverdiende in die tijd 225 denariën, dat is f 90,-. Een grootgezin kon ruimschoots van een denarie - een penning - perdag leven.

Wanneer een soldaat op ongeveer 42-jarige leeftijdontslagen werd, kreeg hij de kapitale som mee van 3000denariën, dus f 1200,-. Van dit voor die tijd grote bedragkon hij dan grond kopen om te bouwen of een zaak op tezetten. Johannes de Doper stelde echt geen onredelijkeeisen, toen hij zei dat soldaten met hun soldij tevredenmoesten zijn. (ontleend aan 'De antieke wereld' van dr. A.Sizoo).

Page 246: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

5. En is iemand een kampvechter, dan ontvangt bij dekrans alleen, als hij volgens de regels van het kamp heeftgestreden.

Opnieuw geeft Paulus een vergelijking om denoodzakelijkheid aan te tonen dat men bereid moet zijnzich geheel in te zetten voor de dienst van de Heer. Hijspreekt nu over een worstelaar in de arena, die er op uit isom zijn tegenstander te overwinnen en zegevierend uit destrijd te komen. Dit beeld wijst Timótheüs op de'worsteling tegen de boze geesten', waarbij hij zijnaandacht volledig moet wijden aan de vijand, zonder terugte schrikken voorzware en langdurige geestelijkeinspanning. Hij kan het zich daarbij niet permitteren eenogenblik afleiding te zoeken in de natuurlijke wereld.

In 1 Corinthiërs 9:26,27 vergelijkt Paulus zichzelf met eenvuistvechter, dat is een worstelaar die eerste zijn tegenstander op de grond werpt en daarna met vuistslagenbuiten gevecht stelt. Dit worstelen en boksen is een beeldvan de dagelijkse strijd die Paulus te voeren had, evenalszijn Meester, die sprak: 'Zie, Ik drijf boze geesten uit envolbreng genezingen, heden en morgen' (Luc. 13:32).Denk aan de strijd van Paulus tegen een engel van satan,die hem met vuisten sloeg. Is de vijand al worstelendetegen de aarde geworpen, dan kan de overwinnaar nog nietop zijn lauweren rusten, maar volgt er nog eenvuistgevecht. Om geschikt te zijn voor zo'n strijd, tuchtigtPaulus zijn lichaam en houdt het in bedwang, teneinde destrijd niet te verliezen.

In Filippenzen 3:12-14 maakt Paulus een toespeling op hethem vertrouwde beeld van een wedstrijdloper in derenbaan. Hij doet slechts één ding en kent maar één doel:

Page 247: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zijn voltooiing te bereiken in Christus, de hoogsteontplooiing van het beeld Gods. Daartoe vergeet deapostel alles wat achterhem ligt. Hij wil ook niet meer aanzijn leven als Farizeeër in dienst van de wet denken, wantdat had voor hem het verschrikkelijke resultaat gehad, dathij de gemeente Gods ten bloede toe had vervolgd. Paulusstormt nu in de renbaan vooruit om in het Koninkrijk Godsde overwinningsprijs te ontvangen. Door de kracht vanGods Geest rent hij, maar wordt daarbij niet moede en ookniet moedeloos.

De lauwerkrans is die waarvan Openbaring 2:10 zegt:'Wees getrouw tot de dood en Ik zal u geven de kroon deslevens'. Men ontvangt deze als men in de geestelijke strijdgebruik gemaakt heeft van de wapenen des lichts en vande kracht van Gods Geest. De toerusting bestaat uit hetWoord van God en de begaafdheden van de Heilige Geest.

De overwinning wordt nooit behaald door geweld ofnatuurlijke inspanning, maar door geloof in het volleevangelie van Jezus Christus. Men krijgt de lauwerkransalleen, wanneer men zich stipt gehouden heeft aan debepalingen van de wedstrijdregels en zijn vlees de juistezelftucht heeft opgelegd. Wie in de tijd van de grote afvalwaarin wij leven, het door God voorgestelde doel bereikenwil, zal zich beslist niet kunnen spiegelen aan dechristenheid van onze tijd, maar zich deonvoorwaardelijke levensovergave van de eerstechristenen moeten voorhouden. Zij vormen debetrouwbare wolk van getuigen. De christen die gedrevenwordt door de begeerte van het vlees en de begeerte derogen en die al zijn inspanningen richt om in dezevergankelijke wereld te slagen, is onbekwaam voor hetKoninkrijk Gods.

Page 248: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Onze vertaling luidt: Is iemand een kampvechter? Dit isnog niet zo vanzelfsprekend in onze tijd. Misschien zegtiemand wel dat hij regelmatig deelneemt aandemonstraties van de vredesbeweging, of dat hij deguerrillastrijders in de derde wereld ondersteunt.Misschien is de strijd van het volk Israël in het Midden-Oosten voor sommigen wel het voorbeeld van een heiligeoorlog. Maar hiermee zal hij toch de lauwerkrans nietontvangen. Hij zal zich met zijn antwoord moeteninstellen op de gedachtewereld van de apostel, die in dezebrief schreef. 'Ik heb de goede strijd gestreden' en dat isdie in de hemelse gewesten.

Ook schreef hij: 'Wees mijn navolgers gelijk ik Christusnavolg'. Bent u een kampvechter of worstelaar in bijbelsezin, of vermijdt u deze strijd tot iedere prijs? Misschienvindt u het gemakkelijker dat men voor u strijdt. Soldatenen kampvechters waren vrijwilligers die ongeveer eenkwart eeuw onafgebroken hun beroep uitoefenden. Zijmoesten zich voortdurend trainen en altijd in goedeconditie zijn voor de strijd. Zo zal de tijd aanbreken dat degemeente de zonen Gods voortbrengt, die altijd paraat zijnen aan wie het zal gelukken de vijand ter aarde te werpenen hem met vuistslagen volkomen uit te schakelen.

6,7. De landman, die de zware arbeid verricht, moet heteerst van de vruchten genieten. Let wel op wat ik zeg, wantde Here zal u in alles inzicht geven.

Het derde beeld dat Paulus voor de arbeiders in GodsKoninkrijk gebruikt, is dat van de landman. Deze ploegt,zaait, egt en wiedt. Dit is zwaar werk. De

Page 249: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Canisiusvertaling heeft: 'De landman die zich afslooft'. Hijbehoort immers tot een categorie mensen die bekend staatom haar vlijt en geduld en dit ondanks de telkensteleurstellende wisselvalligheden van de natuur. Maar deboer ploegt altijd voort. Aan deze inspannende arbeidheeft de Heer een belofte verbonden, die vele van zijndienstknechten heeft vertroost en gesterkt.

Zo'n landman moet ook het eerst van de opbrengst eten.Zo gaat dit toe in de onzienlijke wereld. Wie hetevangelie, van het Koninkrijk predikt, zal ook van devrucht van de Heilige Geest het eerst genieten. Hij magdan reëel leven in de blijdschap, de vrede en degerechtigheid van het rijk van God, onverschillig hoedeomstandigheden ook zijn. Wie zich niet laat afleiden vanzijn geestelijke taak, maar zich volledig wijdt aan zijnambt, is de eerste die de overwinnaarskroon ontvangt ende vrucht van zijn arbeid mag plukken.

De apostel denkt hierbij niet zoals in 1 Corinthiërs 9:7 aande stoffelijke vrucht in salaris en recht op verzorging,maar aan de geestelijke vrucht vanwege de groei in degenade. Ook uit zulke trouwe predikers komen degeopenbaarde zonen Gods voort.

Al met al behoeft Timótheüs ook in geen ding bezorgd tezijn en zeker niet over zijn financiële toestand, zoals mendit haast tussen de regels doorleest. De regel is: wanneeriemand voor het voedsel van een ander zorgt, zal hijdubbel terug ontvangen, dus zowel in de natuurlijke als inde geestelijke wereld.

Timótheüs moet de drie beelden maar goed onthouden. Inzijn bediening zal hij hier profijt van hebben. Misschien

Page 250: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

bedoelen de merkwaardige woorden van vers 7 wel eenafsluiting van heel het voorgaande. Paulus zou dan enkelevragen uit de brief door Timótheüs aan hem geschreven,hier beantwoord hebben, evenals hij dit ook had gedaanaan de Corinthiërs. Timótheüs moet goed over dezeantwoorden nadenken en mogen er nog dingen zijn, dieniet geheel duidelijk voor hem zijn, dan zal de Here,wanneer hij zich getrouw door de Heilige Geest laatleiden, ook de andere problemen en vragen die zich nogkunnen voordoen, oplossen.

Timótheüs had verschillende geestelijke begaafdhedenontvangen, maar wie heeft, zal gegeven worden. Paulusbidt daarom: 'De Here geve u verstand in álle dingen' (St.Vert.). Dit zal hem tevens behoeden voor vervlakking eneigen wijsheid. Hij kan er nog genoeg bij leren. Wanneerzo'n geestesgesteldheid ontbreekt, raakt men verstrikt inverstarring en doodsheid. Dan moet men zich steedsbezighouden met de leer der vaderen om geestelijkvoedsel te kunnen uitdelen. De ware schriftgeleerde in hetKoninkrijk der hemelen wordt evenwel voortdurendgeïnspireerd en brengt uit zijn voorraad steeds nieuwe enoriginele gedachten naar voren maar ook indien nodigoude waarheden, waardoor de gemeente van JezusChristus wordt gevoed en groeien kan.

8. Gedenk, dat Jezus Christus uit de doden is opgewekt, uithet geslacht van David, naar mijn evangelie.

Het is voor Timótheüs van levensbelang om steeds. terugte denken aan het feit, dat zijn Heer uit de doden wasopgestaan en dat Hij leeft. Deze kennis is eenbemoediging voor hem in zijn strijd en in zijn lijden en zij

Page 251: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

is dit nog voor allen, die door boze machten wordenaangevallen en die verdrukking lijden. Zij allen doen ergoed aan om deze geloofsbelijdenis voortdurend voorogen te houden. Jezus Christus is niet alleen op een vagewijze uit de 'dood' opgestaan zoals bijvoorbeeld iemandvan een zware ziekte herstelt, maar Hij is uit de 'doden'opgewekt, dat wil zeggen opgestaan te midden vanontelbare gestorvenen door wie Hij omgeven was.

De laatste vijand, de koning des doods, kon Hem nietvasthouden. De poorten van de hades waren niet bijmachte Hem te overweldigen. Paulus hunkerde ernaar ookin dit opzicht aan de Zoon des mensen gelijkvormig teworden, want hij schreef in Filippenzen 3:11, dat hij óókwilde komen tot de opstanding tussen de doden uit.

Timótheüs moet in al zijn lijden alleen 'het ooggerichthouden op Jezus, de leidsman en voleinder van zijngeloof, die om de vreugde, wélke vóór Hem lag, het kruisop Zich genomen heeft, de schande niet achtende, engezeten is ter rechterzijde van de troon Gods' (Hebr. 12:2).Zo leert hij dan met Jezus te leven (vers 11). Hij mag zichidentificeren met de Verrezene, die met eer en heerlijkheidis gekroond, teneinde deelgenoot te zijn van eenglorierijke, hemelse roeping.

Ook is Jezus het zaad van David, want zegt de Schrift niet,dat de Messias uit diens geslacht en uit het dorpBethlehem zou komen? (Joh. 7:42). Op grond van dit soortprofetieën is Hij nu de beloofde Koning, die op de troonvan zijn vader David is gezeten. Dan moeten we hierevenwel bij bedenken dat David eenmaal devertegenwoordiger van God op aarde was. Israël wasimmers een theocratie of godsregering. In 1 Kronieken

Page 252: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

28:5 en 29:23 staat dat David op de troon van Jahweh zat.Op de Pinksterdag verwees Petrus naar dit koningschapmet de woorden: 'Daar David nu een profeet was en wist,dat God hem onder ede gezworen had één uit de vruchtzijner lendenen op zijn troon te doen zitten, heeft hij in detoekomst gezien, en gesproken van de opstanding van deChristus'(Hand. 2:30,3 1).

Jezus is geen mythische figuur, maar Hij was de zoon vanDavid. Als verheerlijkt en geestelijk mens kennen wijHem evenwel thans niet meer naar zijn vleselijke afkomst,want de aardse troon van David was een tijdelijke zaak enwaardigheid, maar de hemelse troon is eeuwig (2 Cor.5:16). Jezus heeft nu alle macht in hemel en op aarde enwie in Hem is - dus wie in zijn woorden blijft - heeft deelaan zijn hemels koningschap (Hebr. 3:1).

Daarom vervolgt Paulus in vers 12: 'Indien wij volharden,zullen wij ook met Hem als koningen heersen'. Wie echterdeel krijgt aan zijn macht en glorie, zal ook op gelijkewijze als Hij moeten beginnen, dus wel in de hemelheersen over de machten der duisternis in de kracht van deHeilige Geest en omringd zijn door de dienende engelen,maar op aarde smaadheid en verdrukking ondergaan. Onskoningschap is nog niet van de wereld, maar alleen van dehemel (Joh. 18:36). Eerst moeten wij de strijd in dehemelse gewesten winnen om later de aarde te kunnenvernieuwen.

Met het evangelie van het Koninkrijk reisde Paulus ronden hij was er in zijn denken volkomen mee verweven, duséén mee geworden. Daarom heeft hij het hier over mijnevangelie'. Hij had ermee rondgereisd van Jeruzalem totIllyrië toe, dat is het huidige Joego-Slavië (Hand. 20:25 en

Page 253: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Rom. 15:19). Het evangelie van Paulus was 'het evangelieGods', dus dat in Gods raad ontstaan was (Rom. 1:1).

Het opent de hoge weg door het Koninkrijk der hemelen.Zo schreef de apostel: 'Hem nu, die bij machte is u teversterken - naar mijn evangelie en de prediking van JezusChristus (dus zoals deze het ook gepredikt had), naar deopenbaring van het geheimenis, eeuwenlang verzwegen,maar thans geopenbaard' (Rom. 16:25,26). Ook Jezusverkondigde 'wat sinds de grondlegging der wereldverborgen gebleven is en Paulus zette diens prediking vande specifieke evangelie met zijn inzichten en kennis vande geestelijke wereld, voort (Matth. 13:35).

Wie in onze tijd dit evangelie van Christus en van Paulusverdraait tot een aardse aangelegenheid 'is vervloekt', datwil zeggen verbonden met leugenmachten der duisternis(Gal. 1:8). Daarom richten wij de aandacht niet op debevrijdingsbewegingen in de derde wereld en ook niet ophet natuurlijke volk Israël, maar op een wandel, een strijd,een bevrijding en een herstel in de geestelijke wereld. Ditevangelie van het Koninkrijk der hemelen moet over degehele wereld worden verkondigd' aan alle volk en stamen taal en natie'. Het is 'het eeuwig evangelie', omdat hetzich niet bezighoudt met de tijdelijke en vergankelijkedingen, maar met hemelse realiteiten (Matth. 24:14 enOpenb. 14:6).

Dit evangelie is het licht van de dageraad. Het voert dechristen tot het zoonschap van God en maakt hem tot eenpretendent van Davids troon, dat is dus Gods troon. Het ishet evangelie van de nieuwe of vernieuwde mens en vanhet herstel der ganse schepping. Voor onze christenheidgeldt daarom het vermaan om Wit de slaap te ontwaken,

Page 254: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

want de nacht is ver gevorderd en de dag is nabij (Rom.13:11,12).

9. waarvoor ik kwaad lijd en zelfs boeien draag als eenmisdadiger. Maar het woord van God is niet geboeid.

In zijn volle-evangelie prediking ligt de oorzaak van hetlijden van Paulus. Zij had tot gevolg dat hij overal op groteweerstand stuitte en dikwijls werd vervolgd. De Joden inJeruzalem en in Asia hadden bevonden dat hij met 'zijnevangelie' een pest was en een onruststoker. Hij was voorhen een aanstoot. Voor de Grieken was zijn evangelie eendwaasheid en de geleerden in Athene gaven openlijk blijkvan hun verachting.

Voor de Judaïserende 'broeders' was hij een omstredenfiguur en een ketter (Hand. 15:1, 17:32, 24:5 en 1 Cor.1:23). Hij bracht een leer die overal werd tegengesproken(Hand. 28:22). Zelfs in de door hem gestichte gemeentenin Asia had men zich op dit tijdstip van hem afgekeerd,omdat er een bedekking lag op hun denken. Nu zat hijvanwege zijn prediking als een boosdoener in een kerkerte Rome. Het is waarschijnlijk dat hij onder Nero alsaanvoerder en prediker der belasterde christenen wasaangehoudenen ingesloten.

Deze beruchte keizer had de naam van de christenenverbonden aan een grote brandstichtingsaffaire om zijntegenstanders te kunnen vervolgen, op dezelfde wijzezoals later Adolf Hitler de Rijksdagbrand organiseerde omzijn politieke vijanden uit de weg te kunnen ruimen. Is hetwonder dat Paulus tijdens dit zware lijden in zijn

Page 255: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gevangenschapsbrieven de naam 'Heiland' telkensgebruikte?

Het was een voorrecht van een Romeins burger dat hijnooit met ketenen mocht worden geboeid. In Handelingen21:33 wordt verhaald dat de overste Paulus met tweeketenen liet binden. Hiermee zijn kettingen bedoeld die uitijzeren schakels bestonden. Later liet de tribuun deze vanPaulus afnemen (Hand. 22:29). Wel mocht een Romeinmet touwen worden gebonden om hem het vluchten tebeletten. Vaak werd zo'n gevangene met een lange band oftouw met één pols aan een soldaat vastgemaakt.

Paulus had dit menigmaal ervaren, wat hem dan nietverhinderde nog te schrijven. Ketenen vormden echter eenaparte straf en marteling vanwege de pijnlijke druk die zeuitoefenden en hun ongemakkelijke zwaarte. De boelenwaar in ons vers over gesproken wordt, zijn ketenen(1:16). Paulus draagt ze als een misdadiger zonder dat errekering mee was gehouden dat hij het Romeinseburgerrecht bezat. Hij was dus buiten de wet geplaatst. Ditwas wel een bijzondere vernedering (vergelijk hiermeeHand. 12:6,7 en 28:20). Ook voor Jezus gold dat Hij alsboosdoener door de Joden aan Pilatus was overgeleverd enals iemand zonder enige rechten werd gekruisigd. (Joh.18:30).

Het is alsof de apostel dit zware lijden had voelenaankomen, toen hij in zijn eerste brief aan Timótheüsschreef, dat er in de gemeente smekingen, gebeden,voorbeden en dankzegging plaats moesten hebben voorkoningen en alle hooggeplaatsten, opdat 'wij een stil enrustig leven mogen leiden'. Protestacties en demonstratieszijn uitingen van geweldgeesten. Zij worden door

Page 256: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

vleselijke christenen gebruikt om aan hun eisen kracht bijte zetten. Had de moeilijk te leiden gemeente te Efeze aande oproep van de apostel gehoorgegeven? Wij weten hetniet.

Welke christenen houden zich ook nu eigenlijk bezig methet bidden voor de overheid? Of was in dit geval hetantwoord van de Heer hetzelfde als bij de bede vanPaulus, dat de engel van satan van hem zou wordenweggenomen? Toen hoorde de apostel de stem van deGeest in hem: 'Mijn genade is u genoeg, want de krachtopenbaart zich eerst ten volle in zwakheid' (2 Cor. 12:9).

Wij moeten ons niet over het lijden van Paulusverwonderen, want hij trad met zijn evangelie de vijand opdiens eigen terrein in de hemelse gewesten tegemoet.Paulus stelde echter zijn persoonlijk leven achter bij zijnarbeid. Zijn vreugde in de gevangenis was, dat het woordvan God niet geboeid was. De verkondiging ervan zoudoorgaan en het woord zou tot zijn Zender niet terugkerendan voldragen en voldaan. Het zou zelfs tot in onze tijdeen zelfstandig bestaan leiden, want de apostel spreekt nognadat hij gestorven is.

Zijn voorbeeld en zijn brieven stuwen nog allen voort, diemet Gods Geest zijn vervuld en die kennis bezitten van hetevangelie van het Koninkrijk. Ook in het geestelijkgesluierde christendom van onze tijd zullen devervolgende machten dit evangelie in zijn loop trachten testuiten, maar het is niet te boelen. Het volle evangelie zalzijn werk blijven doen inde gewetens en hartenvan hen,die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid en naar devolle waarheid.

Page 257: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

10. Om deze reden wil ik alles verdragen, om deuitverkorenen, opdat ook zij het heil in Christus Jezusverkrijgen met eeuwige heerlijkheid.

Er is maar één doel waarvoor de apostel leeft, namelijkvoor het Koninkrijk Gods dat door zijn prediking binnenin de hoorder kwam. Daar doet het dan zijn vernieuwendwerk in degene die het hoort en aanneemt. Dit woordwordt dan weer verder verkondigd en allen die hetgeloven, behoren tot de uitverkorenen. Tezamen vormenzij het lichaam van Christus, de Uitverkorene. Paulus weetdat hij zijn deel door zijn prediking en bediening heeftbijgedragen. Hij bezit dat onwrikbare geloof dat zijnwoord ook verder heil zou brengen.

Het zou de gelovigen van alle tijden tot eeuwigeheerlijkheid voeren, dat betekent tot de gelijkvormigheidaan Jezus Christus die de afdruk is van het goddelijkeOpperwezen. Deze genade zou bij hen aanvangen, zodrazij dit evangelie van het Koninkrijk met blijdschapaannamen. Ter wille van deze heilsopenbaring wil deapostel alles verdragen en deze innerlijke zekerheidvervult zijn kerker met een sprankelend licht. Hij kanschrijven dat hij zich verblijdt over hetgeen hij om dieuitverkorenen lijdt. Hij is immers bezig in zijn vlees aan tevullen wat nog ontbreekt aan de verdrukking van Christusten behoeve van zijn lichaam, de gemeente (Col. 1:24).

Jezus had voor zijn tijd op aarde de raad Gods gediend.Hij predikte het evangelie van het Koninkrijk binnen debegrenzingen van het Jodendom. Hierbij leed Hijverdrukkingen. Ook Hij werd geboeid en ondergingonrecht. Ook Hij had alles verdragen, in het bijzonder de'tegenspraak van de zondaren' (Hebr. 12:3). Paulus reisde

Page 258: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

in het volgende tijdsbestek de toenmalig bekende wereldaf en vervulde het restant, dat aan het lijdenvan Christusontbrak. Ook hij werd gebonden, gevangen genomen envoortdurend belaagd door de vijand. Ook zijn lijdendiende ergens voor en zijn werk droeg en draagt nu nog derijke vrucht. Met de andere apostelen en profeten was hijeen legger van het fundament van het huis Gods, waarvanJezus Christus de uiterste hoeksteen is.

De lijdensgedachte heeft in het christendom maar weinigbegrip gevonden. Men heeft het lijden van Christus zoapart gesteld en de christenen door de alles beheersendegenadeleer zo passief gemaakt, dat verdienstelijke werkenen verdienstelijk lijden niet meer nodig zijn. Toch spreektde Heer duidelijk dat zijn volgelingen in alletijdperkendeel zullen hebben aan zijn lijden, willen ze ookdeel hebben aan zijn heerlijkheid. Hij is ons in alles tenvoorbeeld geweest, ook in het dragen en 'verdragen' vanlijden en smaad.

Van Hem werd gezegd, dat Hij tijdens zijn lijden stemlooswas als een schaap voor zijn scheerders, dat wanneer Hijgescholden werd, niet terugscholden als Hij leed, nietdreigde. Wanneer aan het einde der tijden of in de volheidder eeuwen de zonde tot volheid komt, zal ook het lijdender christenen tot volheid komen. Jezus sprak dat dan degróte verdrukking zou komen, zoals er niet geweest wasen ook niet meer zou wezen, omdat dan de strijd en hetlijden zich niet meer op aarde zullen afspelen, maar in dehemelse gewesten en in het onzienlijke Harmageddon.

11. Het woord is betrouwbaar: immers, indien wij metHem gestorven zijn, zullen wij ook met Hem leven;

Page 259: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Paulus citeert nu enkele regels uit een bij de eerstechristenen veel gezongen Hebreeuws lied. Hij leidt het inmet de bekende woorden: het woord is betrouwbaar ofwaarachtig. Wij zouden zeggen: het gaat precies met onszoals er in dit lied staat: 'Indien wij met Hem gestorvenzijn, zullen wij ook met Hem leven'. 'Met Hem gestorvenzijn' betekent dat men met het oude leven, waarin de geestder ongehoorzaamheid werkzaam was en waarin menvoldeed aan de begeerten van het vlees, heeft gebroken. InJacobus 1:15 wordt opgemerkt dat de zonde in de mensontstaat, wanneer hem iets verlokkends door de bozewordt voorgehouden en dit door de begeerte naar binnenwordt gezogen.

Deze zuigkracht noemt de broeder des Heren een procesvan bevruchting, waardoor de kiem der zonde in de menswordt gelegd. De nieuwe schepping, de geestelijke mens,is echter voor deze begeerte gekruisigd. 'Met Christusgestorven zijn' betekent met Hem aan het kruis zijngeweest. Onze Heer werd daar door de werelduitgeworpen, omdat deze Hem haatte. De machtenoverspoelden Hem en daar werd openbaar, dat Hij niet vande wereld was, dat deze voor Hem dood was en Hij doodvoor de wereld was. Er bestond dus ook daar geen enkelegemeenschap tussen Christus en de wereld die in het bozeligt.

Aan het kruis werden de boze machten, die in deze wereldin de kinderen der ongehoorzaamheid werkzaam zijn,ontmaskerd, herkend en ten toon gesteld. Aan dit kruiswordt door zijn geloof ook de christen voor de wereldgekruisigd en- de wereld voor hem (Gal. 6:14). Zo wordthet kruislijden van Christus in de gedachten van de

Page 260: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

christen tot een reële zaak. Hij sterft daarvoor de werelddie in het boze ligt, dit wil zeggen dat hij met haargedachten geen enkele gemeenschap meer heeft naar deinwendige mens.

De wereld is voor hem dood, dat wil zeggen dat zij hemgeen leven te bieden heeft. Bij zijn opstaan wordt hetdenken van de christen vernieuwd door de Gekruisigde.'Met Christus leven' betekent voldoen aan de wetten vande geest. Onze geest hunkert naar de gemeenschap met deHeilige Geest. Wordt deze begeerte bevrucht, dan wordener goede werken voortgebracht.

De geciteerde regel stemt geheel in met het Paulinischedenken. Zo lezen wij bijvoorbeeld in Romeinen 6:8hierover: 'Indien wij dan met Christus gestorven zijn,geloven wij, dat wij ook met Hem zullen leven'. Of in 2Corinthiërs 4:11 waar staat: 'Want voortdurend wordenwij, die leven, aan de dood overgeleverd - dat is met dedood geconfronteerd - om Jezus' wil, opdat ook het levenvan Jezus zich in ons sterfelijk vlees openbare'. Van ditsterven en van deze opstanding leggen wij een eerstegetuigenis af in onze doop.

Voor de lijdende soldaten van Jezus Christus en in hetbijzonder ook voor de apostel, die in zijn cel rekeringmoest houden met een aflopend leven op aarde, wordt hetsterven aan de zonde letterlijk het medesterven met hunHeer tijdens hun martelaarschap ter wille van hetevangelie, ten einde deel te hebben aan de zaligheid enheerlijkheid van de eerste opstanding bij de wederkomstdes Heren (Filip. 3:10,11).

Page 261: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Het is zeker - want het woord Gods is waarachtig - datwanneer wij gesmaad en vervolgd worden en wanneermen op leugenachtige wijze kwaad over ons vertelt, wijons mogen verheugen in de heerlijkheid van detoekomstige wereld. Dan zal God alle tranen van onzeogen afwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw,noch geklaag, noch moeite zal er meer zijn.

12,13. indien wij volharden, zullen wij ook met Hem alskoningen heersen; indien wij Hem zullen verloochenen,zal ook Hij ons verloochenen; indien wij ontrouw zijn, Hijblijft getrouw, want Zichzelf verloochenen kan Hij niet.

Volharden betekent in de woorden van de Heer blijven, zeniet loslaten, ook niet als de engelvan satan ons aanvalt enneer wil drukken, opdat wij ons niet zouden verheffen.Dan ontvangen wij hetgeen beloofd is. Door volharding engeduld wordt ook de belofte verkregen dat wij met JezusChristus eenmaal op zijn troon zullen zitten en met Hemzullen heersen over al de werken van de goddelijkeSchepper. Het gaat bij zulk hoog streven niet om macht,eer en aanzien op aarde, maar om de heerschappij in dehemel. Deze valt de christen niet vanzelfsprekend ten deel,maar ze wordt verworven door een geestelijke inspanningen ontwikkeling.

Hier ligt dus een voortdurende strijd met de bozegeestenwereld aan ten grondslag. Allen die het gezag datzij bij de doop in de Heilige Geest ontvangen hebben,gebruiken om op slangen en schorpioenen te treden endeze autoriteit richten tegen de gehele legermacht van devijand, zullen dit hemelse koningschap verkrijgen. Doorde onwrikbare standvastigheid van de geopenbaarde zonen

Page 262: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Gods zal de satan eenmaal uit de hemel worden geworpen.Daarna wordt dan alles wat op aarde is, als eenrechtmatige buit hun in de schoot geworpen. De Heersprak immers: zoek eerst mijn hemels Koninkrijk en degerechtigheid ervan. Dan zal alles op aarde aan u,geestelijke christenen, worden geschonken (Matth. 6:33).Wij zoeken de gerechtigheid van het Koninkrijk Gods,indien wij het Koninkrijk der hemelen zuiveren van deboze geesten. Daarna zal ook de heerschappij op aarde onsten deel vallen.

De Leidse vertaling luidt: 'Indien wij het lijden uithouden,dan zullen wij ook met Hem heersen'. Deze waarheidrealiseerde Paulus zich, toen hij ter wille van het evangeliein boelen was geklonken en hij hield ze Timótheüs voorals een samenhangend geheel van oorzaak en gevolg. Erzijn evenwel christenen die verlicht zijn geweest en die opweg waren naar het koningschap, maar het lieten afweten.

In Hebreeën 6:4,5 staat, dat zij van de hemelse gave oferfenis hadden genoten, deel hadden gekregen aan deHeilige Geest en aan het goede, betrouwbare woord Gods,dat zij als deelgenoten van de hemelse roeping ook dekrachten der toekomende eeuw hadden gesmaakt, en tochdaarna waren afgevallen. In de ure van de strijd en van deverzoekingen verloochenden zij hun Heer. Zij stoottendaar niet alleen de Heer van zich af, maar maakten ookzichzelf van Hem los.

Deze verwijdering was de verloochening van zijn wezen,want Hij bleef wél staande in zijn diepste lijden. Daaromwerd Hij waardig gekeurd om als Lam van God de boekrolte openen, dat is het gehele reddingsplan van God met demens en met zijn schepping uit te voeren. Indien wij

Page 263: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

evenals Hij het lijden uithouden, dus volharden zonder tewankelen of te bezwijken, zullen ook wij waardig zijn omgesteld te worden voor het aangezicht van de Zoon desmensen (Luc. 21:3 6). Jezus zegt immers: wie overwintgelijk Ik overwonnen heb, zal deel hebben aan mijnheerschappij (Openb. 3:21). De valse dwaalleraars overwie de volgende perikoop spreekt, die ketterijeninvoerden, verloochenden de Gebieder die hen hadvrijgekocht (2 Petr. 2:1).

De christen ontvangt toegang tot het eeuwige leven doorhet geloof dat Jezus Christus zijn zondeschuld heeftweggenomen. Dit is de betekenis van het kruis vanGolgotha. Dit is het begin van de weg des heils waarbijmen de schuldvergeving ontvangt uit louter genade., Aanhet einde van de weg wacht evenwel het koningschap, datverworven wordt, wanneer de christen steeds waakzaam isen de boze geesten wederstaat en overwint. Paulus zagdeze weg als een renbaan waarover hij liep om dit doel tebereiken. Door niet te waken en door de boze niet op allefronten te weerstaan verwerft de christen niet debekwaamheid tot het koningschap, want hij blijftonderworpen aan de vijand.

Christus zal ons als troonverwervers verloochenen, indienwij Hem in zijn lijden als Lam Gods niet volgen waarheenHij ook eenmaal zelf ging. Indien wij hierin ontrouwworden, zullen wij bemerken dat Hij dit hoge principe nietloslaat. Hij bleef er zelfs trouw aan tot de dood deskruises. Hij sprak eenmaal waarschuwend tot zijndiscipelen: 'Wie Mij verloochenen zal voor de mensen, diezal verloochend worden voor de engelen Gods' (Luc.12:9). Deze kunnen ons dan niet dienen.

Page 264: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Jezus wil Zich een parlement vormen van louter koningen.Dan is Hij de Koning der koningen. In Openbaring 12:10staat, dat de zonen Gods de draak zullen overwinnen doorhet bloed van het Lam - dat is op basis van de huntoegerekende gerechtigheid - en door het woord van hungetuigenis tijdens hun verzoekingen en lij den. Ten eindede algehele en absolute zege te behalen hebben zij hunnatuurlijk leven zelfs tot in de dood niet lief Adeldomverplicht!

Jezus kan Zichzelf niet verloochenen door de krans deroverwinning te schenken aan kampvechters, die de strijdopgeven en ontrouw zijn aan hun roeping. Hij is immersgisteren en heden dezelfde en ook zijn woord blijft altijdvan kracht. Dit is een tweesnijdend zwaard dat het kwadeen het goede vaneen scheidt. Het geeft de belofte van heilen heerlijkheid aan hen die trouw blijven, maarveroordeelt allen die het levensprincipe van Christusloslaten. Er is dus duidelijk een samenhang tussenChristus en de Zijnen, zoals die er is tussen de wijnstok ende ranken. In Johannes 15:4 zegt Jezus: 'Evenals de rankgeen vrucht kan dragen uit zichzelf, als zij niet aan dewijnstok blijft, zo ook gij niet, indien gij in Mij niet blijft'.

14. Blijft dit in herinnering brengen in detegenwoordigheid van God, dat men geen woordenstrijdmoet voeren, die tot niets nut is, ja verderf brengt aan wieernaar horen.

Het voorgaande in deze brief bevat waarheden, die temaken hebben met de diepte van wijsheid en van kennisGods. Deze belangrijke zaken moest Timótheüs naarvoren brengen. Hij had de opdracht de gemeente te Efeze

Page 265: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

tot een hemelse hoogte op te voeren. Het gevaar wasevenwel aanwezig dat sommigen in deze gemeente vaneen grote hoogte zouden vallen (Openb. 2:5). In de loopder jaren was de eerste liefde en de heilige geestdriftverminderd in plaats van toegenomen. Bij gebrek aangeestelijk leven gingen bepaalde woordvoerders enoudsten zich in allerlei spitsvondige verklaringen derSchriften verliezen.

Men raakte de werkelijke bedoeling van de leer van JezusChristus kwijt. De Schriften zijn ons immers niet allereerstgegeven om onze kennis te vergroten, maar om ons levente veranderen. Zij brengen ons kennis bij hoe wij onszelfkunnen verloochenen, hoe wij elkaar kunnen verdragen,respecteren en liefhebben, op welke wijze wij blijmoedigsmaadheid en verachting kunnen ondergaan en hoe wij eenonberispelijke en heilige levenswandel kunnen hebben.Christendom is een manier van leven en de prediking moethierop zijn gericht. Deze moet ons omvormen tot mannenen vrouwen Gods, tot koningen en priesters in hetKoninkrijkvan de hemelse Vader.

Door religieuze leergeesten misleid waren sommigen teEfeze op zijpaden terecht gekomen. Zij hielden zich bezigmet fabels of mythen met hun spectaculaire verhalen, enmet eindeloze en onbetekenende geslachtsregisters, dieniets te maken hebben met geloof, hoop en liefde, of methet herstel en de ontwikkeling van de beschadigde mens (1Tim. 1:4). De Canisius vertaling laat Pauluswaarschuwend schrijven: 'Scherp hun deze dingen in, enbezweer hen bij God, geen woordenstrijd te voeren, die totniets anders dient dan tot verderf der hoorders', of zoals erletterlijk staat: die een catastrofe bij hen bewerken.

Page 266: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Het zijn immers allemaal listige afleidingsmanoeuvres vanreligieuze geesten, die geen heil en heerlijkheid kunnenbrengen en die niet willen dat de christen zijn hemels doelbereikt. Men kan van dwalingen geestelijk niet groeien,want zij binden de gelovige meestal aan de aarde. Menmoet het evangelie der waarheid verkondigen en er nietover discussiëren. Jezus is als het Woord Gods de weg derwaarheid en deze gaat alleen door de hemelse gewesten.

Het heeft bijvoorbeeld geen nut om in onze tijd te twistenover het doen en laten der christenen op zondag, ofvrouwen wel of niet met een hoofdbedekking in desamenkomsten moeten verschijnen, wat voor soort broodmen bij het avondmaal mag gebruiken en of men daar wijnof druivensap zal drinken. Ook kan men twisten over hetaantal oudsten dat aanwezig moet zijn bij het zalven vanzieken, welke doopformule de enige goede is, en welkezinnen men moet gebruiken om bij het avondmaal brooden wijn te zegenen.

Zo werden in het tsaristische Rusland in de tijd dat derevolutie al dreigde, vele duizenden levend verbrand,omdat zij het kruisteken met twee vingers maakten inplaats van met drie! Zo kan men bij het uitdrijven vanboze geesten vanwit een psychologische kennis helelijsten van demonen samenstellen of ook wel formulesvoorschrijven, die aanleiding geven tot twistgesprekken,maar waarbij de inspirerende werking van de HeiligeGeest gedoofd wordt.

Timótheüs moest zijn door God geschonken autoriteitgebruiken om een einde te maken aan al deze nuttelozepraktijken en zinloze woordenstrijd. Hij moest zichbepalen bij de gezonde leer, die herstelt, vertroost en

Page 267: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

opbouwt. Hij moest zich opstellen tegen de dwaalleringenwaarvan de innerlijke leegheid openbaar werd, omdat zijde vrede en de vreugde in de gemeente roofden. Hetgevaar zat niet in de grote afwijkingen, maar in deverschuivingen van de hoofdwaarheden naar allerleiaccenten en afgeleide inzichten, die dwangmatig doorzogenaamde rechtzinnige en leerstellige broeders werdenvoorgeschreven.

Deze dwaalleraars hielden zich bezig met allerlei scherpafgebakende formuleringen. Zij schokten hunmedechristenen door hun gebrek aan soepelheid envrijheid van denken. Zij vermoeiden hun toehoorders methun lange uiteenzettingen en woordgevechten. Steedsheeft men in de gemeente van Jezus Christus zulke liedenaangetroffen, die het discussiëren tot eenhoofdbestanddeel van hun christelijk leven maken.

15. Maak er ernst mede u wél beproefd ten dienste vanGod te stellen, als een arbeider, die zich niet behoeft teschamen, doch rechte voren trekt bij het brengen van hetwoord der waarheid.

Evenals de apostel Paulus werd Timotheüs van alle kantenaangevallen, een bewijs dat de boze vele vurige pijlen opdeze dienstknecht des Heren had gericht. Dan mankeerdehij dit en dan dat, en vooral zijn maagpijnen hinderdenhem. Wellicht stond dit alles in verband met zijn strijd inde oudstenraad en met bepaalde leidinggevende figuren,die hem door geweld intimideerden. Paulus adviseert zijnjonge medewerker om alleen met God te rade te gaan enzich voor Hem betrouwbaar te tonen.

Page 268: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Timótheüs moet niet gaan debatteren met zijntegenstanders, want dit dient nergens toe. In zijn gevalheeft hij te maken met leergeesten, die nooit te overtuigenzijn. Zelfs aan Jezus lukte dit niet. Hij moet ook uitkijkenniet door een geest van (verbaal)geweld te wordengegrepen. Zo moeten ook wij het bij een discussie alleenvan onze gemeenschap met de Heer verwachten, die onsdoor de Heilige Geest zijn woorden indachtig maakt. Hijwil het ons immers 'in die ure geven'. De leer aangaandehet Koninkrijk der hemelen is niet samen te bundelen ineen aantal dogma's en afgebakende begrippen.

Jezus bracht geen stelsel en dit deden ook de apostelenniet. De ware leer is de gezonde leer, want zij brengtgeestelijke mensen voort, die de vrucht van de HeiligeGeest in hun leven openbaren. Het is niet nodig om ad remof goed van de tongriem gesneden te zijn. Dat warengodsmannen als Mozes en Paulus ook niet, maar zijstelden zich in moeilijke situaties ogenblikkelijk op voorGod met 'de hand op de troon des Heren', dat wil zeggendat zij zich onder de leiding van de Heilige Geest stelden.Zo brengt men het evangelie niet alleen in woorden maarook in kracht, namelijk door een juiste levenswandel.

Het woord 'beproefd' werd door de wisselaars gebruikt die'zuiver' geld verhandelden. Door de Geest van God geleidgeeft men 'zuivere' antwoorden. Hiervan gaf Jezus menigvoorbeeld. Denk ook niet in de eerste plaats wie en wat jemoet bestrijden, maar aan je verantwoordelijkheid voorGod. Het is van groot belang dat je na een moeilijkgesprek je niet voor God behoeft te schamen, omdat jejezelf door boze geesten liet leiden, die de hartstochtendeden oplaaien en verkeerde argumenten naar vorenbrachten.

Page 269: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Paulus raadt Timótheüs aan om rechte voren te trekken bijhet brengen van het woord der waarheid. Deze uitdrukkingzou dan ontleend zijn aan de ploeger. Daar dit woordevenwel in het Nieuwe Testament alleen hier voorkomt, isde betekenis ervan onzeker. De Statenvertaling heeft: 'Diehet woord der waarheid recht snijdt'. Calvijn werkte ditbeeld uit in een vergelijking met een vader, die voor zijngezin het brood voorsnijdt. Zo zou dan ieder kind zijnbescheiden of toegemeten deel ontvangen: niet te weinigen niet te veel.

Het 'recht hakken' of 'snijden' kan ook ontleend zijn aaneen metselaar of steenhouwer, die een steen in de passendevorm hakt. Deze past dan weer in het geheel van hetbouwsel. Men vertaalt ook wel: 'Ga met het woord derwaarheid recht door zee'. De Septuaginta, de Grieksevertaling van het Oude Testament, geeft in Spreuken 3:6het 'recht snijden' weer in: 'Ken Hem in al uw wegen, danzal Hij uw paden recht maken'. In Spreuken 11:5 staatongeveer: gerechtigheid traceert, grift of snijdtkaarsrechte, onberispelijke paden, zonder kronkelingen,recht op het doel afgaande.

Wie dus het woord der waarheid, dat is het evangelieaangaande het plan van God met de mens, op de juistewijze brengt en het zelf beleeft, ook al is hij nogonvolmaakt, zal zich niet behoeven te schamen. Dit integenstelling met de dwaalleraars, die het spoor bijster zijngeraakt en die een huichelachtig leven leiden. Bij eentwistgesprek gaat het om gelijk hebben, maar bij God gaathet erom dat wij gezond geestelijk voedsel uitdelen.

Page 270: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De uitdrukking in vele vertalingen, dat een dienstknechthet woord der waarheid recht moet snijden, is aanleidinggeworden tot een gevaarlijke dwaalleer in de evangelischewereld. Men spreekt daar namelijk over 'bedelingen' (inhet Engels dispensations). Men bedoelt hiermee dat erverschillende perioden in de bijbel zouden zijnaangewezen waarin de mens op zijn gehoorzaamheid aanGod wordt getest. Dit dan in verband met een specialeopenbaring van Gods wil voor een bepaalde 'bedeling' oftijdperk.

De vader van het dispensationalisme, dr. C. I. Scofield,schreef in een boekje 'Die het woord der waarheid rechtsnijdt': 'Iedere nieuwe bedeling - dus afgesneden deel vande Schrift moet worden beschouwd als een nieuwe testvan de natuurlijke mens en ieder ervan eindigt in eenoordeel, dat de misslagen en zonden van de mensmarkeert. Iedere bedéling heeft hierbij haar eigenkarakter'. Algemeen onderscheidt men zeven'dispensations' tussen het herstel van de aarde uit deoorspronkelijke chaos - zoals zij dit leren - en deel en denieuwe aarde. Ze zijn die van de onschuld (Gen. 3), hetgeweten (Gen. 4-8), het menselijke gezag (Gen. 9-11), debelofte (Gen. 12:1 -Ex. 12:3 6), de wet (Ex. 12:37, Matth.3), de genade (Matth. 3:1, Openb. 19:2 1), het Koninkrijk(Openb. 20:1-15).

Iedere bedéling eindigt dus met een mislukking en elkekeer schenkt God een nieuw proeftijdperk. De tweedebedéling zou die van het geweten zijn, maar Paulus wijster al in Romeinen 2:14,15 op, dat het geweten ook onderde heidenen werkzaam is. Ook de voorouders van Paulushadden God met een rein geweten gediend (l:3).Verondersteld wordt dat de bedéling van de belofte

Page 271: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

eindigde met die der wet, maar deze bevat ook veleheerlijke beloften, ook in haar schaduwdienst. Verderneemt de genade de wet niet weg, maar de mens wordt vande vloek der wet verlost.

Het gevaarlijke van de bedélingenleer is, dat ook hettijdperk der genade met een geestelijk echec zou eindigen.Er is dus geen zicht voor de gemeente op een spade regen,op een opgaande lijn die eindigt bij de openbaring van dezonen Gods. Wel is er een abrupte afsluiting van dittijdperk - waarin de mens Gods nimmer is te voorschijngekomen - door middel van de opname van een gemeente,die de strijd in de hemelse gewesten niet heeft gekend engevoerd en die ook geen overwinningen heeft behaald.

In het laatste tijdperk, het duizendjarige rijk, zou dan hetvolk Israël zijn schaduwachtige, levitische tempeldienstweer gaan verrichten. Het geestelijk Israël, het hemelsJeruzalem en de hemelse tempel hebben in hun allesoverheersende en eeuwige betekenis geen plaats in debedelingenleer.

16. Maar vermijd de onheilige, holle klanken; want zijzullen de goddeloosheid nog verder drijven,

De apostel geeft nu Timótheüs in verband met dedwaalleraars de raad om zich niet bezig te houden metonheilig en banaal gepraat, dus met kreten en slogans diegeen enkele innerlijke waarde hebben. Het is een christenonwaardig een godsdienstig gesprek te voeren dat niets temaken heeft met het grote herstelplan van God voor demens en de schepping. Dat geeft alleen maar blijk vangeestelijke leegheid. Ongetwijfeld moeten we hierbij

Page 272: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

denken aan 1 Timotheüs 1:4, waar de apostel zijn leerlingwaarschuwt zich niet in te laten met eindeloze mythen,geslachtslijsten en twistvragen over de wet, welkemeerbijdragen tot het ontstaan van discussies dan totverwezenlijking van het plan Gods door het geloof.

Holle klanken hebben wel betekenis, maar de inhoudervan gaat verloren door een overmatig gebruik vanwoorden en termen. Zo kon men in pinksterkringen te pasen te onpas de uitroep horen 'prijs de Heer', zelfs al was erop zo'n ogenblik geen bijzondere reden tot vreugdeaanwezig. Wij denken ook aan de geforceerde belijdenisvan sommigen, die bij zware ziekte zo gemakkelijk totanderen kunnen zeggen: 'Jezus Christus gisteren en hedendezelfde', zonder dat zij zich van de inhoud van dezeuitspraak serieus rekenschap hebben gegeven.

Zo zijn ook de woorden: kruis, christendom en bloeddikwijls tot uitgeholde begrippen geworden, waarvan dewezenlijke betekenis de christen ontgaat. Men spreekt vanchristelijke, politieke partijen, christelijke volken enchristelijke organisaties, die veelal met de verwarring vanhet grote Babylon van doen hebben. Denk ook aan deuitdrukking 'dek je onder het bloed', wanneer men in eenworsteling tegen de boze geesten wordt betrokken. Hetbloed van Jezus reinigt ons evenwel van de zondeschuld,maar de Heilige Geest schenkt ons de kracht totoverwinning in de geestelijke strijd. Wat ook te zeggenvan de veel gebruikte uitdrukking 'wij zijn allemaalzondaars'?

Iemand die deze woorden belijdt, bewijst dat hij geen weetheeft van de felle vijandschap tussen het zaad der vrouwen dat van de slang. Het gevolg van een profaan

Page 273: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

woordgebruik is, dat dit geen heil en heerlijkheid brengt,maar het christen-zijn erdoor wordt vervlakt. Men zietimmers de werkelijke waarde en de betekenis van hetevangelie niet meer. Daarom is het nodig dat een christenzich steeds weer bezint op woorden en uitdrukkingen diede verzoening, de schulddelging, de oude mens en het metChristus gestorven en opgewekt zijn, betreffen. Wie hetonheilig gepraat niet vermijdt, zal steeds meervervreemden van de gemeenschap met God. Gedachteloosspreken over heilige zaken bevordert de wetteloosheid, diehet ware leven aantast en verwoest.

Bij deze waarschuwing denken we ook aan de casuïstiek,die het verval der kerk eeuwen lang heeft bewerkt. Menbedoelt hiermee dat men algemene, principiële begrippenen abstracte regels tot in het minutieuze toe aan degemeenteleden oplegt. Wanneer de leiding van de HeiligeGeest ontbreekt, zoekt men zijn kracht in voorschriften enregels. De handboeken over moraal en ethiek wordensteeds dikker. Zo spreekt men bijvoorbeeld van lichte enzware (hoofd) zonden, die worden uitgewist door goedewerken, waarbij dan ook weer spitsvondige verschillenworden gemaakt in de verdienstelijkheid ervan.

Zo kwamen kerken en kringen ook in beroering over dewijze van de kledij, over de hoofddracht der vrouw, overhet zingen van psalmen en gezangen, of op welke wijzemen lof- en prijsliederen behoort te zingen, als hiervoortenminste een plaats werd ingeruimd. Kenmerkend isdaarbij dat de christenheid over de werkelijke grotevraagstukken in onze tijd sterk verdeeld is en geen leidingkan geven. Denk bijvoorbeeld aan abortus, euthanasie,kinderbeperking, echtscheiding, het ongehuwd

Page 274: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

samenwonen, het feminisme, de homofiele praktijk, devredesbeweging, burgerlijke ongehoorzaamheid, enz.

Geen wonder dat men gezien de vele christelijkegedragsregels van vroeger, het individu de laatste jaren wilbeschermen tegenover de dwingende overmacht van dereligieuze gemeenschap en men de persoonlijke vrijheiden verantwoordelijkheid wil doen zegevieren. Dit laatstedoet dan weer de balans naar de andere zijde doorslaan,zodat leder handelt naar wat goed is in eigen ogen. Demens die tenslotte ten einde raad is en het niet meer zietzitten, stelt zich dan maar weer onvoorwaardelijk onder dediscipline van de geestelijke leiders, die hem tot in dedetails voorschrijven wat hij doen en laten moet.

17,18. en hun woord zal voortwoekeren als de kanker. Tothen behoren Hymenaéüs en Filétus, die uit het spoor derwaarheid geraakt zijn met hun bewering, dat deopstanding reeds heeft plaats gehad, waardoor zij hetgeloof van sommigen aftreken.

In onze tekst wordt eigenlijk niet het gewone woord'kanker' gebruikt. Dr. A. Sizoo schrijft hierover ondermeer in 'De antieke wereld en het Nieuwe Testament': 'Eris sprake van het ook bij onze dokters gebruikelijke woord'gangraena', dat is een voortvretende verzwering. Hetwoord kanker is Latijn en betekent eigenlijk kreeft. Hoe deziekte aan deze naam is gekomen, weet men niet'.Gangraena is dus een weefselversterf als gevolg van eenafsluiting van de bloedtoevoer. Plaatselijk weefselversterfkan onder invloed van bacteriën in rotting overgaan.

Page 275: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Paulus bedoelt dat tegen het onheilige gezwets vanbepaalde schriftuitleggers geen kruid is gewassen.Wanneer men ze tegenspreekt gaan ze steeds verder metonderscheidingen en gevolgtrekkingen te maken, zodathun woorden zich uitbreiden als een 'rottend gezwel'. Erontstaat dan een sfeer welke haar vernietigende uitwerkingheeft op de liefde, de gerechtigheid, de blijdschap en devrede van het Koninkrijk Gods.

Bij valse leringen denken we aan de benen van de letter V.Eerst zijn deze nog wel met elkaar verbonden, maar dangaan ze voorgoed uiteen. De dwaling gaat dan een eigenbestaan leiden en raakt steeds verder af van de klare enheldere gedachten van het plan van God. Daarom moetiedere nieuw aangediende leer getoetst worden aan deuitspraken van Jezus en zijn apostelen. Dezen hebben alskundige bouwmeesters het fundament gelegd, waarop wijmoeten voortbouwen, ieder met zijn eigen begaafdhedenen inspiraties en in verband met de tijd waarin hij leeft.

Zo missen bijvoorbeeld de erfzondeleer, deuitverkiezingsleer waardoor de mens van eeuwigheid albestemd zou zijn tot zaligheid of tot verderf - en dekinderdoop de verbondenheid met hetnieuwtestamentische fundament. Zo zullen wij in zake deleer van het Koninkrijk der hemelen en de strijd in dehemelse gewesten er nauwkeurig op moeten letten, dat wijons telkens opnieuw baseren op de bijbelse terminologieen geen 'eindeloze onderscheidingen maken, die veeleermoeilijkheden ten gevolge hebben dan door God gegevenleiding van het geloof.

Paulus noemt met name twee dwaalleraars, Hymenaéüs enFilétus. Zij ondermijnden immers de leer van de

Page 276: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

opstanding, een hoofdpijler van het christelijke fundament.Van de eerste staat in 1 Timótheüs 1:20 dat de apostel hemde satan had overgeleverd. Waarschijnlijk leerden dezeEfeziërs dat de christen reeds bij zijn doop als volwaardiggeestelijk mens uit de dood was opgestaan tot een nieuwleven. Zij ontkenden dus het groeiproces van degeestelijke mens en loochenden het lichaam als wezenlijkonderdeel van hem.

Naar heidense gedachten was het uitgesloten dat er eenlichamelijke opstanding en verschijning zou volgen,omdat de stof onbelangrijk werd geacht. Het lichaam werdimmers vergeleken met een kerker, waarin de ziel wasopgesloten. Het sterven was een definitieve bevrijding uithet lichaam.

Onder de Joden waren er ook heel wat die leerden dat demens opstaat in zijn kinderen. Ook in de gemeente teCorinthe waren er die leerden dat er geen opstanding derdoden was dan alleen in zuiver geestelijke zin (1 Cor.15:12). De waarheid is, dat de gelovige bij zijnwedergeboorte eerst opstaat naar de inwendige mens enzich daarna zo ontwikkelt dat hij later na zijn ontslapen bijde opstanding der doden zijn verheerlijkt lichaam kantransformeren in een stoffelijk lichaam, zoals er staat: 'Erwordt een natuurlijk lichaam gezaaid, en een geestelijklichaam opgewekt' (1 Cor. 15:44).

De stof is dan volkomen onderworpen aan de geest. Dit isde ware weg waardoor de mens naar geest, ziel en lichaamdeel heeft aan de vernieuwing. Jezus sprak na zijnopstanding, dat een geest of engel geen vlees en beenderenheeft en daarin dus niet verschijnen kan, zoals Hij dit welkon bij zijn verschijning (Luc. 24:39). In Openbaring 20:6

Page 277: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

staat dat de gezaligden 'deel hebben aan de eersteopstanding'. Deze is dus wel begonnen maar nog nietvoltooid.

Aangaande de geestelijke opstanding sprak Jezus:'Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, de ure komt en is nu, datde doden naar de stem van de Zoon van God zullen horen,en die haar horen, zullen leven'. Daarna wees de Heer opeen kómende opstanding der doden met de woorden: 'Deure komt, dat allen,. die in de graven zijn, naar zijn stemzullen horen, en zij zullen uitgaan, wie het goede gedaanhebben, tot de opstanding ten leven, wie het kwadebedreven hebben, tot de opstanding ten oordeel'(Joh. 5:25-29).

Maar reeds in het allereerste begin van zijnevangelieverkondiging had Paulus ook geleerd dat erchristenen zouden zijn, die niet zouden sterven. maarlevend zouden worden weggenomen om zich te voegen bijhen, die deel hebben aan het glorierijke afsluitingsprocesder opstanding (1 Thess. 4:16,17). Voor deze categorie zaldus de opstanding voltooid zijn bij de opname dergelovigen in een punt des tijds.

De legendevorming om de apostel Johannes dat deze nietsterven zou, zal wel door bepaalde dwaalleraars gebruiktzijn om de opstanding der doden te ontkennen. Van al deloochenaars der opstanding kan worden gezegd, dat dezeonkundige en onstandvastige lieden de schriftwoordenverdraaien tot hun eigen verderf (2 Petr. 3:15,16).

Page 278: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

19. En toch staat ongeschokt het hechte fundament Godsmet dit merk: De Here kent de zijnen, en: Een ieder, die denaam des Heren noemt, breke met de ongerechtigheid.

Tegenover het afbreken van het gezonde geloof door dedwaalleraars blijft de waarheid onverwrikbaar staan alseen hecht fundament dat door God zelf is gelegd. Ook deopstanding der doden, die door Hymenaéüs en Filétuswerd geloochend, behoort tot de grondvesten van hetgeloof Deze 'eerste beginselen' vormen een stevigegrondslag, omdat geen enkel onderdeel ervan kan wordengemist. Dit fundament dat in Hebreeën 6:1-3 genoemdwordt, moet volkomen zuiver geleerd en beleefd worden.

Het zegel, waarmerk of kenmerk van het fundament desgeloofs is de inscriptie van de bouwmeester zelf. Het is opde hoeksteen ervan aangebracht en daaraan ontleent hetgehele gebouw zijn authenticiteit. Zo schrijft de apostel in1 Corinthiërs 3:11 dat Jezus Christus het fundament is. InOpenbaring 21:14 is sprake van de namen der twaalfapostelen en in Eféziërs 2:20 worden ze tezamen gevoegd:'Gebouwd op het fundamentvan de apostelen en profeten,terwijl Christus Jezus zelf de hoeksteen is'. Zijnleeraangaande het Koninkrijk der hemelen domineert inalle onderdelen. Wanneer de gemeente op deze grondslaggebouwd wordt, is zij zelf pijler en fundament derwaarheid (1 Tim. 3:15).

Paulus schreef aan de gemeente te Corinthe dat zij hetzegel van zijn apostelschap was. Haar leden hadden zijnprediking aanvaard en waren hierdoor in het lichaam vanChristus gekomen (1 Cor. 9:2).

Page 279: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Het zegel van de bouwmeester typeert op twee wijzen deaard van het gebouw of de gemeente. De apostel zegtallereerst: 'De Here kent de zijnen'. Deze uitspraak isontleend aan Numeri 16:5 volgens de lezing van deSeptuaginta. In dit vers zegt Mozes tegen de rebellerendeLeviet Korach: 'God heeft de zijnen bezocht en gekend'.Korach, Dathan en Abiram meenden dat Israël eendemocratie was. Zij spraken: 'De gehele vergadering, zijallen zijn heiligen, en de Here is in hun midden'.

Dathan en Abiram weigerden bij Mozes verantwoordingaf te leggen van hun gedrag. Zij zeiden: 'Wilt gij u ooknog als heerser over ons opwerpen?' (Num. 16:13). Opovereenkomstige wijze stonden in de gemeente te Efeze dedwaalleraars met de rebellerende oudsten op tegenTimótheüs en Paulus. Zij erkenden eenvoudig het doorGod gegeven gezag niet en ook niet de mannen Gods diedit gezag vertegenwoordigden. Deze wetteloze opstellingheeft later in vele gemeenten aanleiding gegeven totscheuringen. De nieuw ontstane groepen kwamen danweer bijeen zonder dat men door God gegeven leidingbezat.

Men voelde zich als 'broeders' onder elkaar. Waar men zoop het natuurlijke vlak vergadert, kan de Heilige Geestmoeilijk meer als autoriteit worden gezien, daar demannen door wie Hij werkt, niet erkend werden. 'De Herekent de zijnen', wil zeggen dat Hij een bijzondere bandheeft met hen die van Hem zijn, in wier leven hetfundament Gods is gelegd. Jezus sprak: 'Ik ken de mijneen de mijne kennen Mij (Joh. 10:14), dus ook de herdersdie Hij gegeven heeft.

Page 280: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De eis die de Here aan de zijnen stelt, is, dat zij iederkontakt met de zonde en de wetteloze geesten verbrekenmoeten. Het is immers onmogelijk om twee heren tedienen. In dwaalleraars, die ook wel goede dingenverkondigen, vibreren de demonen mee. Onze Heer vraagteen wilsdaad, waaruit blijkt dat wij onzeverantwoordelijkheid beseffen. Wij moeten bewust met dezonde breken, en wanneer dit niet gelukt, zullen wijvoorbede in de gemeente vragen en hulpvan de oudsten.Zo wordt ook de christen opgeroepen om met de valsekerk te breken, met het grote Babylon dat in zijndenksysteem aards gericht is. Er staat: 'Vertrekt, vertrekt,gaat uit van daar; raakt het onreine niet aan, gaat weg uithaar midden, reinigt u, gij die de vaten des Herendraagt'(Jes. 52:11 en Openb. 18:4).

'In de stad Gods' zal niets onreins binnenkomen, enniemand, die gruwel en leugen doet' (Openb. 21:27). Debijbel karakteriseert de gemeente als een heilig gezin,waarvan de leden gewend zijn op iedere plaats te biddenmet opheffing van heilige handen, zonder toom en twist' (1Tim. 2:8). Dan kunnen zij met de psalmist zingen: 'Godkent hun weg, die eeuwig zal bestaan, maar 't heilloosspoor der bozen zal vergaan' (Ps. 1:4).

Zij die de naam des Heren noemen, die in zijn naam zijngedoopt en in zijn naam boze geesten uitdrijven en opzieken de handen leggen, die in zijn naam profeteren,zullen ver moeten staan van iedere boosheid, anders zal deHeer hen niet erkennen, maar in de grote dag van hetgericht zeggen: 'Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij,gij werkers der wetteloosheid' (Matth. 7:23).

Page 281: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

20,21. Doch in een groot huis zijn niet alleen voorwerpenvan goud en van zilver, maar ook van hout en aardewerk,en wel deels met eervolle deels met minder eervollebestemming, indien iemand zich nu hiervan gereinigdheeft, zal bij een voorwerp zijn met eervolle bestemming,geheiligd, bruikbaar voor de eigenaar, voor iedere goedetaak gereed.

In het huisgezin van God zijn leden met een grootgeloofsleven en er zijn er die een natuurlijk leven leiden.Paulus vergelijkt ze met gouden en zilveren vaten en methouten en aarden vaten. Hij voegt eraan toe: sommige zijneervol en sommige zijn oneervol. Vergelijk bijvoorbeeldeen gouden of zilveren kandelaar van hoge waarde meteen houten of stenen voederbak van weinig waarde en meteen gering doel. Er is dan sprake van hoogwaardig enminderwaardig gebruik. Het woord 'bestemming' dat deNieuwe Vertaling heeft ingevoegd, lijkt ons minder juist.

God heeft immers in ieders hart de eeuw gelegd (Pred.3:11). Sommige christenen leven bij de hoge enonvergankelijke dingen en bij andere ligt er een bedekkingop hun denken of op hun hart. Bij dezen komt deverborgen hunkering naar de eeuwige dingen niet tot haarrecht. De hogere dingen zijn de onzichtbare en eeuwige,de lagere dingen zijn de zichtbare en tijdelijke (2 Cor.4:18). Eervolle vaten zijn zij in wie de Heer wordtverheerlijkt en grootgemaakt. De bijbel noemt ze dejongelingen en vaders in Christus. Zij jagen naar hetkoning- en priesterschap in de hemelse gewesten en zienernaar uit om mee te regeren over al de werken van Godshanden. Zij vormen de tempel van God in de geestelijkewereld.

Page 282: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

De oneervolle vaten stellen het natuurlijke en vleselijkechristendom voor. Dit kent wel de vergevingvan schuld enhoewel meestal vaag ook de wedergeboorte, waardoormen een inwoner wordt van de stad Gods. Maar het vormtniet de tempel Gods in de geestelijke wereld, want hetbrengt geen geestelijke mensen voort, die als een goudenkandelaar hemels licht verspreiden. Om een ander bijbelsbeeld te gebruiken: het bouwt met hout, hooi en stoppelen,die niet (vuurvast' zijn.

Zulke mensen zijn niet bestand tegen het geweld derdemonen met wier bestaan ze ook geen rekering houden.Zij worden behouden als door vuur heen. Het doel vanGod met de mens, de volkomenheid, kennen ze niet. Zebelijden dat ze zondaar blijven tot de dood en daaromstijgen ze niet boven dit geloof uit. Zij gaan geestelijkbeschadigd de stad Gods binnen.

Het gaat hier dus om de ongelijke innerlijke waarden enhet daaraan beantwoordende ongelijke gebruik. Zo zaliemand die telkens weer in een bepaalde zonde valt of dieeen dwaling vasthoudt, geen rein of heilig vaatwerkkunnen zijn, dat afgezonderd is ten dienste van deMeester. De bedoeling is, dat zo iemand 'zichzelf reinigt','want hij die uit God geboren werd, waakt over zichzelf`(1 Joh. 5:18 St. Vert. of Can. Vert.).

Hij wordt dan van een natuurlijk christen een geestelijkchristen. Het sluimerende eeuwigheidsprincipe begint inhem te ontwaken. Hij begint open te staan voor hetevangelie van het Koninkrijk der hemelen en het teverstaan. De Heer kan hem inschakelen bij het herstel vanzijn zuchtende schepping, omdat hij toegerust is met degeestelijke begaafdheden, en inzicht en wijsheid bezit in

Page 283: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

de onzienlijke wereld. Ook de liefde Gods jegens allemensen is in zijn hart uitgestort. Hij is dan een geheiligden bruikbaar vat geworden voor de eigenaar. Hij is op weggegaan om door middel van de gezonde leer een manGods te worden, die volkomen is, tot alle goed werkvolkomen toegerust (3:17). Heiligmaking van het hart isde voorwaarde voor een hogere bestemming, voor eengoddelijke promotie.

22. Schuw de begeerten der jeugd en jaag naar degerechtigheid, naar trouw, naar liefde en vrede met hen,die de Here aanroepen uit een rein hart.

Er zijn duistere machten die speciaal bij de jeugdverlangens trachten op te wekken. Natuurlijk kan dit eenzonde zijn als onreinheid of genotzucht, maar hiervan kanechter niet gezegd worden dat deze speciaal aan de jongemensen eigen zijn. Wij denken hier meer aan impulsiviteiten ongeduld, waardoor jonge mensen gewelddadigeveranderingen willen aanbrengen of open staan voorrevolutionaire ideeën, die een gezagscrisis in de gemeenteuitlokken. Of dit nu een tekort bij Timótheüs was, valt tebetwijfelen, daar deze jonge prediker meer gewaarschuwdmoest worden zich niet te laten intimideren door allerleibetweters en opstandige figuren.

Paulus waarschuwt zijn vriend voor begeerlijkhedenwaaraan in het bijzonder zeer jonge voorgangersblootstaan. Ze zijn af te leiden uit de eigenschappen dieTimótheüs biddend moest najagen. Wellicht wasTimótheüs te onevenwichtig, omdat hij met iedereen opgoede voet wilde staan, dus ook met de onruststokers, degezagsondermijners en de dwaalleraars. Wanneer hij tegen

Page 284: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zulke gemeenteleden niet zijn door God gegeven gezaggelden liet, had hij deel aan hun ongerechtigheid. Hijmoest eerder de banden met hen verbreken, 'opdat hij geendeel zou hebben aan hun zonden' (Openb. 18:4).

Hij moest zijn volle aandacht richten op het KoninkrijkGods en zijn gerechtigheid, en niets prijsgeven ter willevan de 'lieve vrede' met ongeestelijke mensen. Hij mochtniet weifelen en innerlijk heen en weder wordengeslingerd uit vrees voor de 'kopstukken' in de gemeente,die het zoveel beter wisten dan de door God gegevenvoorganger. Hij moest trouw zijn aan de verkondiging ende beleving van de 'gezonde' leer en hiermee nietmarchanderen.

Dan zou de liefde Gods in hem kunnen functioneren, diezich in de allereerste plaats uit in een positieve opstellingten opzichte van de broeders, die de Here van harteliefhadden en die leefden uit de principes van GodsKoninkrijk. Zij waren de zachtmoedigen die zich nietlieten meeslepen door de dwaalleraars, omdat zijonderscheiding van geesten bezaten. Zij vormden de kernvan de gemeente en uit en door hen zou de vrede Gods inde gemeente doorwerken, de vrede die alle verstand teboven gaat.

Het woord 'vrede' moet hier dan wel gezien worden in desituatie van strijd in de gemeente (1 Tim. 6:11). Wat doornatuurlijke aanleg en maatschappelijke verschillen inpositie, onderlinge problemen geven zou, wordt door deGeest van God en zijn liefde tot een harmonische eenheidbij hen, die rein zijn van hart, in wie de boze geen plaatsof invloed meer heeft, ook niet door een valse leer.

Page 285: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

23. Maar wees afkerig van de dwaze en onverstandigestrijdvragen; gij weet immers dat zij twistenteweegbrengen;

Die jong zijn moeten ook oppassen voor dwaze vragen,waaruit men niets leert, maar die wel tot twist leiden. Deleer van Christus beoogt de verandering van de mens,waardoor deze vrijkomt van zonde en ongerechtigheid.Het gaat bij het evangelie van het Koninkrijk der hemelenom de mens Gods tevoorschijn te brengen, die tot allegoed werk volmaakt is toegerust. Daaraan moet men eenleer beoordelen en haar geestelijke waarde.

Richt zij zich op het herstel van de mens of niet? Brengtzij de christen tot aanbidding of lof van zijn Heer, of blijfthet bij een verstandelijke discussie. Wij wijzen erop datgebonden, godsdienstige mensen hun driften vaak trachtente sublimeren door zich bezig te houden met leringen dieaards gericht zijn. Dan komen zij tot domme en dwazestrijdvragen, waarvan menwel zegt, dat zij koude harten enhete hoofden veroorzaken.

Het is hier de derde maal dat de apostel Timótheüswaarschuwt om zich niet in te laten met allerleidisputabele leerstukken. Toen ging het over het houdenvan allerleiwetten en voorschriften, over ceremoniën engeslachtsregisters. Nu gaat het bij velen over de toekomstvan Israël, over de goddelijke eenheid, het sabbattisme, dekleding of misschien over de betekenis van Ufo's in debijbel, of over Brits Israël. Men moet met beslistheid eenvaste, geestelijke koers varen, en zijn standpunt in alle rustverkondigen en ook beleven.

Page 286: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Christendom is allereerst een manier van leven. Daarommoet onze visie steeds gericht zijn op de hoge weg en hetdoel van God, de volkomenheid (3:16). De hoge weg isdie van het fundament gevolgd door die van de opbouwvan de geestelijke mens.

24. en een dienstknecht des Heren moet niet twisten, maarvriendelijk zijn jegens allen, bekwaam om te onderwijzen.

Wanneer Paulus nu Timótheüs een dienstknecht des Herennoemt, gebruikt hij hier het woord 'doulos' dat slaafbetekent. Men vindt het woord ook in 1 Timótheüs 6:1,waar sprake is van een 'slavenjuk'. De apostel stelt zichzelfgraag met dit woord voor. Hij' noemt zich dan 'slaaf vanGod', of 'slaaf van Christus', of 'slaaf van Christus Jezus'.Hiermee wordt tot uiting gebracht dat men geen eigenbegeerten en willen ten uitvoer brengt, maar die van deMeester. Paulus en Timótheüs ontlenen hungezag in degemeenten aan deze onvoorwaardelijke gehoorzaamheid.

Ze zijn beiden volledig het eigendom van Jezus Christus.Ze zijn geen slaven der zonde of van de wetteloosheid ofvan de vleselijke begeerten, of van de wereldgeesten, maarze zijn bevrijd uit de slavernij van de machten derduisternis. 'Niemand kan immers twee heren dienen, wanthij zal óf de ene haten en de andere liefhebben, óf zich aande ene hechten en de andere minachten'(Matth. 6:24).

Een goede slaaf verspreidt de sfeer van het huis van zijnheer. Daarom moet de vriendelijkheid van Timótheüs aanalle mensen bekend zijn (Filip. 4:5), immers ook 'Godsvriend'lijk aangezicht, geeft vrolijkheid en licht'. Wel eenopgave voor iemand die maagklachten heeft! (1 Tim.

Page 287: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

5:23). Als voorganger van de gemeente is Timótheüsherderen leraar, twee bedieningen die de bijbel in Efeziërs4:11 tezamen voegt. De herder van de kudde openbaartdus de goddelijke eigenschappen van geduld,zachtmoedigheid en lankmoedigheid, die 'de grote Herderder schapen' zo ruimschoots bezit.

Van deze werd immers gezegd: 'Hij zal niet twisten ofschreeuwen, en niemand zal op de pleinen zijn stem horen'(Matth. 12:19). De herder is mild in zijn oordeel, want hijhoudt van zijn schapen evenals de goede Herder, die 'defilantropie van God' bezit (Tit. 3:4). De leraar bezit eengrondige kennis van Gods Woord en is in staat anderen in'de gezonde leer' te onderrichten.

Een voorganger is dus niet alleen herder maar ook leraar.Hij is een oudste, die 'goede leiding geeft', maar die zichook belast met prediking en onderricht' (1 Tim. 5:17).Wanneer zo'n dienaar des Woords doorkneed is in deSchriften, kan hij zeker zijn van zijn zaak. Hij behoeft zichdan in geen enkel opzicht op te winden of te twisten. Is hijonbekwaam om te onderwijzen, dan is hij meestal wélbekwaam om te twisten. Het is vooral de vriendelijkheidin het spreken waardoor de herder de weg vindt naar hethart van zijn gesprekspartner.

Door een debat bereikt men dit meestal niet. Paulus kendedit laatste nog maar al te goed uit zijn verleden: de hevigewoordenstrijd, die ontsierd werd door gebrek aanzelfbeheersing. Na zijn bekering had hij door eenvoortdurende gebedsgemeenschap met zijn Heer de warechristelijke levenshouding van mildheid verworven. Hijkon de Heer aanroepen met een rein hart.

Page 288: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

25,26. geduldig met zachtmoedigheid de dwarsdrijversbestraffende. Het kon zijn, dat God hun gaf zich toterkentenis der waarheid te keren en, ontnuchterd, zich tewenden tot de wil van Hem, losgekomen uit de strik desduivels, die hen gevangen hield.

Jezus sprak: 'Leert van Mij dat Ik zachtmoedig ben'. Dezeeigenschap komt niet zo zeer uit, indien iemand door goedwillende en volgzame leden der gemeente is omringd,maar juist wanneer hij in aanraking komt met hen die deleiding in de gemeente weerstaan, die hen in spreken enhandelen dwarsbomen.

De herder en leraar kan met deze kenmerkende eigenschapvan de Heer en aan de hand van Gods Woord, met geduldde afwijkende meningen ter zake kundig weerleggen enbestrijden, waardoor de weerspannigen openbaar worden.Zij voelen zich dan bestraft, omdat hun leugens ofongerechtigheden overduidelijk naar voren treden. Menmoet echter noch de zondaar noch de valse leraar doorhardheid of onvriendelijkheid op het natuurlijke vlak, vanzich vervreemden. Het zou immers kunnen zijn dat zij dewaarheid en de gerechtigheid niet goed kennen en verblindzijn door onwetendheid en vooroordeel.

Zij worden immers misleid door leugengeesten. Wanneerde waarheid Gods hun nog eens duidelijk wordtverkondigd, zouden ze deze misschien kunnen erkennenen aanvaarden en dan constateren hoe ze in de strik van deleugenaar gevangen hadden gezeten. Altijd moet deredding en het herstel van de mens het hoofddoel zijn(vergelijk 1 Tim. 1:5). De afgedwaalden moeten nietworden bestreden, maar terecht gewezen of opgevoed entot 'bekering' worden gebracht ,zoals de Statenvertaling

Page 289: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

heeft. Bekering tot de kennis der waarheid houdt dan eenverandering en vernieuwing van denken in. De kennis isdan de gezonde leer en zij staat tegenover 'de dwaze enonverstandige strijdvragen' (vers 23).

Alleen de waarheid kan iemand vrijmaken, hem doenontwaken uit de roes waarin leugengeesten hem haddengebracht. Zo'n ontnuchterd mens wordt dan bevrijd uit destrik van de leugenaar die hem gevangen hield. Let eropdat het woordje 'strik' op een gebondenheid wijst van Godskinderen! De rechte prediking kan hun behulpzaam zijn,wanneer zij zich willen bekeren om los te komen uit denetten van de boze. Dan kunnen zij zich gaan richten op dewil van God: het goede, het volkomene en hetwelgevallige (Rom. 12:2).

Page 290: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

HOOFDSTUK 3

1. Weet wel, dat er in de laatste dagen zware tijden zullenkomen:

Het proces van het verval der gemeente zou in de loop derjaren niet verminderen maar juist toenemen. Het onkruidzou met het goede graan tezamen opgroeien tot de dag vande oogst. Dan zouden beide rijp zijn en de scheidingzichtbaar worden. Zo is het toch ook met het volk van hetoude verbond gegaan. Er was wel altijd een onzichtbarescheiding geweest tussen het ongelovige deel van Israël enhet ware, 'dat de knie voor Baäl niet had gebogen'. In devolheid des tijds werd evenwel' een overblijfsel naar deverkiezing' apart gezet.

De takken van de edele olijfboom die het ongehoorzamedeel voorstelden, werden toen afgehouwen, terwijl hetgeestelijk Israël overbleef tezamen met de geënte, wildeloten uit de heidenen. De scheiding werd toen zichtbaar.Zo zal het ook in de laatste dagen zijn. In het groteBabylon klinkt dan de oproep: 'Gaat uit van haar, mijnvolk, opdat gij geen gemeenschap hebt aan haar zonden enniet ontvangt van haar plagen' (Openb. 18:4).

In ons vers beschrijft de apostel niet de toestand in dewereld, zoals de Heer dit deed in Mattheüs 24:37-39,welke daar vergeleken wordt met de dagen van Noach.Hier wordt over de verwording der kerk geschreven, waarhetzelfde zou plaatsvinden als in de gemeente te Efeze. Zijzou van een grote hoogte - dus uit de hemel - op aardevallen. Daarentegen zou ook 'in de laatste dagen' God vanzijn Geest uitstorten, zodat de zonen en dochters, de

Page 291: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

jongelingen en de ouden, hemelse gaven zoudenontvangen.

Tegelijkertijd zouden de boze geesten inde afgevallen kerkhun wetteloos werk verrichten. De profeet Joël had ditreeds inbeelden uitgedrukt met de woorden: bloed, vuur enrookwalm. De verschijnselen die het heidendomkenmerken en die Paulus opsomt in Romeinen 1, zullendan ook in ruime mate in de gedegenereerde christenheidworden gevonden. Dat Paulus het in onze tekst over deafgevallen kerk heeft, blijkt uit zijn opmerking in vers 5:'Die met een schijn van godsvrucht de kracht daarvanverloochend hebben'.

Ook in 1 Timótheüs 4:1 had de apostel duidelijk door deHeilige Geest geïnspireerd, gesproken, dat in latere tijden -dus in de geschiedenis der kerk - sommigen zoudenafvallen van het geloof Hij gaf daar ook een opsommingvan zonden waardoor het verbasteringsproces zou wordengekenmerkt. In onze tekst gaat het niet in de eerste plaatsover de vervolgingen die de christenen in de laatste tijdenzullen ondergaan, maar die boze dagen zullen komen overallen, 'die een gedaante van godzaligheid hebben, maar diede kracht ervan hebben verloochend' (vers 5 St. Vert.).

De laatste dagen waarover de apostel spreekt, wijzen op deeindtijd, wanneer de profetieën over onze bedeling alle invervulling gaan. Deze dagen eindigen, wanneer eerst hetonkruid is verzameld en in bossen bijeen wordt gebondenom verbrand te worden (Matth. 13:30). Met dezescheiding is ook de dag aangebroken, dat de Heerverheerlijkt zal worden in zijn heiligen en met verbazingaanschouwd zal worden in allen, die tot geloof zijngekomen (2 Thess. 1:10).

Page 292: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

'Want zie, duisternis zal de aarde bedekken en donkerheidde naties, maar over u zal de Here opgaan en zijnheerlijkheid zal over u gezien worden' (Jes. 60:2).

Natuurlijk komen er ook moeilijke tijden voor hen die hetevangelie van het Koninkrijk der hemelen in al zijnvolheid willen vasthouden, maar in dit antichristelijketijdperk zal de genade Gods overvloedig aanwezig zijn.Legioenen boze geesten worden dan op aarde geworpen.Ook de afgrond wordt geopend en de demonen grijpen demensen, inspireren, overweldigen en binden hen. Hetgevolg is dat het leef klimaat op aarde geheel verandert.Het natuurlijke in de mens verdwijnt en maakt plaats voorhet demonische.

Zij die een schijn van godsvrucht hebben, die dus deinwoning van de Heilige Geest missen, hebben geen deelaan de belofte van de Heer: 'En zie, Ik ben met u - en in u -al de dagen, tot aan de voleinding van de aeon'. Men kan'de laatste dagen' niet berekenen, want het is geentijdsaanduiding maar een toestand, een tijdperk dat duurttot de wederkomst des Heren. Wie ogen en oren heeft omin de geestelijke wereld te zien en te horen, kan deze tijdzien aankomen.

Het is wel merkwaardig dat Paulus deze religieuzeinstorting in nauw verband ziet met de rebellie derdwarsdrijvers, en de aantasting van de waarheid van hetevangelie van het Koninkrijk door de dwaalleraars. Zijbanen de weg van het kwaad der wetteloosheid, dat in hetverborgene reeds in werking is (2 Thess. 2:7). OmdatPaulus het plan van God met de gemeente kende en ook de

Page 293: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gedachten van de satan hem niet onbekend waren, was hijin staat de toekomende tijden te schilderen.

Hetzelfde zien wij bij Jezus, toen Hij tot de scharen zei:'Waartoe tracht gij Mij te doden?' Het antwoord van degeestelijk doven en blinden in de kerk van het oudeverbond luidde toen: 'Gij zijt bezeten; wie tracht U tedoden?'(Joh.. 7:19,20). Jezus wist welke machten in ditgodsdienstige volk aanwezig waren. Wie zou er te Efezedenken dat de wet van de letter V daar in werking trad? Debenen beginnen wel bij hetzelfde punt maar dan gaan zeallengs van elkaar, totdat ze zover van elkaar verwijderdzijn als het westen van het oosten. Wij zien hier waar hetverzet tegen de waarheid tenslotte naartoe voert, namelijknaar de gemeenschap met de mens der zonde, deantichrist.

Daarom kon ook Johannes schrijven: 'Kinderen, het is delaatste ure; en gelijk gij gehoord hebt, dat er een antichristkomt, zijn er nu ook vele antichristen opgestaan, endaaraan onderkennen wij, dat het de laatste ure is' (1 Joh.2:18).

2. want de mensen zullen zelfzuchtig zijn, geldgierig,pochers, vermetel, kwaadsprekers, aan hun oudersongehoorzaam, ondankbaar,

In de laatste dagen zullen de mensen in de verwilderdekerk totaal vervreemden van de gezonde leer zoals Jezusen de apostelen deze verkondigden (4:3). In 1 Timótheüs4:1 had de Geest duidelijk door Paulus gesproken dat ereen toename zou zijn van dwalingen en leringen van bozegeesten, welke de christenheid zouden verdelen en de

Page 294: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

intermenselijke verhoudingen op allerlei wijzen verstoren.Het kenmerk van de ware christen is echter, dat hijondanks de leerverschillen, de natuurlijke liefdebandenniet verbreekt.

Men ziet dat bijvoorbeeld in een gezin dat geestelijkverdeeld raakt. Een kind van God zal dan ten opzichte vanzijn huwelijkspartner of zijn kinderen altijd een positievegezindheid openbaren. Hij zal zo'n beproeving aanvaardenom juist des te meer door zijn zachtmoedigheid en rustigegeest, door zijn reine en godvruchtige levenswandel,zonder woorden de afgedwaalden, de andersdenkenden ende ongelovigen voor zijn Heer en diens leer trachten tewinnen.

De apostel tekent hier het resultaat van de valse leringen inhet persoonlijke leven van vele misleide christenen. Hijverweeft hier de trekken van de dwaalleer in zijnschildering en hij toont aan waartoe het verzet tegen dewaarheid leidt. Zo zien wij hoe lagere en hogere scholen,godsdienstige opleidingsinstituten, tijdschriften enkranten, radio en televisie in onze tijd geleid worden dooralternatieve figuren, die welbewust de door God ingesteldemaatschappelijke orderingen ondermijnen en defundamentele en eeuwige waarheden loochenen.

In verband met de komende antichrist schreef de apostelreeds over het geheimenis der wetteloosheid, dat reeds inde eerste christengemeenten werkzaam was (2 Thess. 2:7).Johannes zag al in zijn tijd dat vele antichristen warenopgestaan om de weg te bereiden voor de zoon desverderfs, de wetteloze, de tegenstander die zich verheffenzou boven alles wat God of voorwerp van verering heet,zodat hij zich in de tempel Gods, dat is in de mens,

Page 295: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

nederzet en zichzelf voor God uitgeeft. De apostelwaarschuwt nu dat wij wel moeten beseffen dat de komstvan de zware tijden zichtbaar wordt door tal vankentekenen:

Zelfzuchtig. In het komende ik-tijdperk maakt de zelfliefdede laatste dagen zo zwaar. Men heeft de naaste niet meerlief en bekommert zich niet om hem. De mens wordtharder, waardoor de menselijke samenleving van haargrondslagen wordt beroofd. In de eindtijd zullen velegodsdienstige mensen hetzelfde verwerpelijk denkenhebben en dezelfde wetteloze levensstijl volgen als degoddeloze wereldlingen, wier gedrag in de Romeinenbriefwordt beschreven (Rom. 1:18-32).

Geldgierig. Door de ik-zucht ontstaat de geldzucht, 'dewortel van alle kwaad'(1 Tim. 6:10). Hoe menigmaalwaarschuwde Paulus niet tegen de egoïstischekapitalistische geestesgesteldheid van sommigechristenen, waardoor zij blind werden voor de noden vanhun minder bedeelde broeders. Zo merkte hij dat bij hetavondmaal te Corinthe de een hongerig was en de anderdronken. Jakobus waarschuwde de rijken dat zij schattenhadden bijeenvergaderd en dat zij het loon van hunarbeiders hadden ingehouden (Jac. 5:4).

In plaats van de voorgeschreven christelijke liefdadigheidte beoefenen, welke zorgt voor het welzijn van de armen,denkt de geldgierige alleen aan zichzelf'. Eigen genoegensen pleziertjes stelt hij boven de opbouw van de gemeente,waarvoor hij geen milde gave over heeft, maar slechts eenafgeperste gift (2 Cor. 9:5).

Page 296: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Pochers. Er openbaren zich snoevers of grootsprekers, diemenen boven alle wetten te staan. Zij plaatsen zichsmalend boven hun geloofsgenoten en laten zichlaatdunkend over anderen uit. Zij trachten de aandacht opzich te richten en anderen te overbluffen. De psalmist wistevenwel al, dat God de eenvoudigen gadeslaat en Jezussprak: 'Leert van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederigvan hart' (Matth. 11:29). Pochers zijn in de strik desduivels gevallen en zij bezitten een trotse en hoogmoedigegeest. Zij veroorzaken onrust in de gemeente, omdat zijzich boven hun broeders en zusters verheffen.

Vermetel. Vermetel is afgeleid van het werkwoordvermeten, dat is zich aanmatigen, de maat van zijnkrachten overschatten. Vennetelen zijn arrogant enhovaardig. Zij matigen zich dingen aan die niet passen. Zijmissen daarbij de wellevendheid en beleefdheid die dechristen in wie de Geest van God werkzaam is,kenmerken. Deze zal nooit zijn medemens opzettelijkkwetsen. Vennetelen bederven in de samenkomst de goedeen de beminnelijke sfeer van het Koninkrijk Gods, welkenodig is om gemeenschap met God en elkander te hebben.

Kwaadsprekers. Het Griekse woord dat hier wordtgebruikt, is 'blasphemos', dat wij kennen in ons woordblasfemie. De Engelse King James Version gebruiktdaarom in onze tekst het woord 'blasphemers'. Het gaatdan inzonderheid over mensen in de gedegenereerde kerkder laatste dagen, die de zware tijden veroorzaken doorlasterlijk van God of van de heilige dingen te spreken. Zoponeert men in zo'n kerk dat God dood zou zijn en menontheiligt zijn naam en inzettingen door onnatuurlijkezonden openlijk goed tepraten en voor het kwade altijd 'begrip' op te brengen.

Page 297: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Wij denken ook aan de lastering van Gods naam, wanneermen leert dat zowel het goede als het kwade van Hemafkomstig zou zijn. Men is dus een kwaadspreker van Godgeworden! Hiermee associeert men immers zijn heiligenaam met de werken van di duivel. Leerde Jezus ons nietbidden dat wij de naam van de goede hemelse Vader altijdmoeten heiligen?

Hun ouders ongehoorzaam. De Heer vraagt van kinderenom te gehoorzamen aan de door Hem gegeven leiding.Een ongehoorzaam kind is onopvoedbaar. Het goddelijkegebod is: eert uw vader en uw moeder, maar wij zien datin de laatste dagen wetteloze opvoeders het gezag derouders ondergraven. Hun kinderen wordt eenonnatuurlijke zelfstandigheid opgedrongen en dan zeggenzij: ik doe wat ik wil. Ze zijn echter niet in staat om teonderscheiden wat zij willen en worden daarom een prooivan de boze machten. Het laatste bijbelboek spreekthierover in een beeld: al het groene gras verbrandt.

Ondankbaar. Ook deze zonde maakt de tijden zwaar. Zowordt in een verzorgingsstaat iedere goede gave als eenvanzelfsprekendheid aangenomen door de minderbedeelde. Men is ondankbaar jegens iedere instantie diehet goede doet. Denk aan het voortdurende gemopper opde regering door grote groepen ontevredenen. Hoedikwijls merkt men ook de kritieken de ondankbaarheid opin de gemeente bij hen in wier ogen de leiding het nooitgoed doet. Omdat men zonder vreze Gods is, wordt menondankbaar voor diens barmhartigheden en voor zij tigaven die in het midden van zij ti volk worden geschonkenen geopenbaard.

Page 298: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

3. onheilig, liefdeloos, trouweloos, lasteraars, onmatig,onhandelbaar, afkerig van het goede.

Onheilig. Onheilig wil zeggen: verbonden met de machtender duisternis, beschadigd en niet geheeld. Het evangelieheeft dus zijn vernieuwende werking in de leden van dekerk der laatste dagen niet kunnen verrichten. Paulusschreef eenmaal tot de voormalige zondaars te Corinthe,dat sommigen van hen gerekend werden tot de categorievan: hoereerders, afgodendienaars, overspelers,schandjongens, knapenschenders, dieven, geldgierigen,dronkaards, lasteraars en oplichters. Hij vervolgde echtermet de verblijdende woorden: 'Maar gij hebt u latenafwassen, maar gij zijt geheiligd' (1 Cor.6:10,11).

Deze vrijmaking en dit herstel missen wij veelal in onzedagen, omdat er geen duivelen worden uitgedreven in denaam van Jezus Christus. Velen weten ook niet hoe zijzondemachten moeten weerstaan en daarom worden zijeen prooi van de brullende leeuw, die rondgaat om teverslinden. De tijden zijn zwaar, als de zonen Gods die deboze kunnen overwinnen, niet worden geopenbaard.

Liefdeloos. De apostel gaat voort met de zonde te noemenvan het koude egoïsme. Bij het woord 'a-storgos' moetenwe allereerst denken aan het gebrek aan liefde tussenouders en kinderen. De Statenvertaling heeft daaromterecht: 'zonder natuurlijke liefde'. De tijden zijn zeerzwaar, wanneer aan de ingeschapen natuur geen gehoormeer wordt gegeven. Ouders en kinderen leiden dan ledereen eigen bestaan en de daaruit voortkomende spanningenontwrichten het gezinsleven. Uiteraard kan de boze danruimschoots zijn slag slaan. En waar de gezinnen uitelkaar vallen, wordt ook het gezag van de ordenende

Page 299: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

wereldgeesten aangetast. Dan zien wij de mens derwetteloosheid opkomen, die zich aan geen enkelenatuurlijke ordering meer stoort.

Ook in de ontaarde kerk zien wij het ontbindendeverschijnsel der liefdeloosheid.- Bemerkte de apostel dezezelfzuchtige geestesgesteldheid niet reeds in de gemeentete Corinthe, toen hij de situatie bij de avondmaalsvieringbeschreef met de woorden: 'De een is hongerig en de anderis dronken'? Een gemeente bloeit, wanneer haar leden tenopzichte van elkaar altijd een positieve houding bewaren.

Men moet zich daarbij niet laten verblinden door leuzenvan hen, die voortdurend het woord liefde op de lippenhebben, maar wier hart onoprecht is. Hun daden stemmenmeestal niet overeen met hun woorden. In plaats vanchristelijke liefdadigheid te betonen. die voor het welzijnvan anderen zorgt, denken deze gespleten personen alleenaan zichzelf. Zij stellen de bevrediging van hun begeertenboven de opbouw en de stichtingvan de gemeente. Menmoet zich daarbij ook niet laten misleiden door politiekeleuzen als: hulp aan onderontwikkelde gebieden,ontferming over hongerigen in verre landen, vrede voor deAziatische, Afrikaanse of Latijns-Amerikaanse volken.

Niet het spreken over de liefde is belangrijk, maar haar ineigen omgeving beoefenen. Waarschuwde Paulus inRomeinen 12:9 niet voor het vroom bedrog van hen diesteeds het woord 'liefde' op de lippen nemen, met zijn opervaring berustende uitspraak: 'De liefde zij ongeveinsd'.De fanatieke pressie- en actiegroepen der interkerkelijkevredesbewegingen treden in eigen omgeving veelal demeest elementaire beginselen van liefde, van

Page 300: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

barmhartigheid en van 'een stil en rustig Ieven' met devoeten.

Paulus schildert de leden der gedegenereerde eindtijd-kerkals zelfzuchtig, op zichzelf geconcentreerd en begerig naargeld en goed welke hun in staat stellen hun lusten tebevredigen. In vers 5 spreekt de apostel over mensen diewel een gedaante van godsvrucht hebben, maar de krachtvan de Heilige Geest missen, die met de goddelijke liefdewordt uitgestort in de harten van de oprecht gelovigen.

Trouweloos. Het woord 'a-spondos' betekent: aan wie geenplengoffer wordt gebracht. De Grieken offerden aan hungoden ten einde met hen een verdrag te sluiten. Ze gingenvan het simpele idee uit: voor wat, hoort wat. Dit offerbracht men echter niet aan de dood, want deze was niet tevertrouwen. Iedere concessie aan deze god was tochvruchteloos. Hij bracht je toch vroeg of laat in de hades.De dwaasheid van de spotters in Juda was, dat zijbeweerden: 'Wij hebben een verbond met de dood geslotenen met het dodenrijk een verdrag gemaakt' (Jes. 28:15).

De dood kan immers met iemand geen redelijke afspraakmaken, want hij is afhankelijk van andere machten, die hetgeweld des doods bezitten, dus naar de dood toevoeren.Onze God gedenkt echter eeuwig zijn verbond dat Hij metons heeft gesloten. Hij is trouw en daarom brengen wijHem voortdurend dank- of lofoffer, namelijk de vruchtonzer lippen, die zijn naam belijden (Hebr. 13:15). Wiezijn verbond bewaart, kan er ook zeker van zijn, dat hij hetKoninkrijk Gods binnengaat.

Er zijn echter mensen met wie men geen afspraken kanmaken, want ze houden ze toch niet. Men vertrouwt ze

Page 301: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

belangrijke zaken toe en ze hebben zelfs leidende functiesin de gemeente. Plotseling ontpoppen zij zich echter alsvijanden.

De profeet merkte typerend op: 'De trouwelozen handelentrouwelooslijk, en met trouweloosheid handelen detrouwelozen trouwelooslijk'(Jes. 24:16 St. Vert.). Bij zo'nverbondsbreuk breken zware tijden voor Gods volk aan.De trouwelozen zullen immers altijd trachten de gemeentete verscheuren, omdat ze gedreven worden doorzelfzuchten hun eigen belang zoeken.

Lasteraars. Lasteraars verspreiden niet alleen iemandskwaad gerucht, maar ze zien er zelfs niet tegenop om ditkwaad gerucht te máken. Ze zijn als de nachtvlinders: zehouden van de duisternis en zwermen om het licht.Vandaar dat slechts weinig goede voorgangers aan dezeplaag ontkomen. Het Griekse woord voor lasteraar is'diabolos', belasteraar of duivel. De duivel is immers deleugenaarvan het begin en de door hem geïnspireerdendragen zijn naam. Zij klagen de broeders aan zonder enigbewijs te leveren.

Daarom leverde Paulus eenmaal Hymenaeüs en Filétusover aan de satan, opdat hun het lasteren zou wordenafgeleerd. Zij zouden dan 'aan den lijve' ondervinden wathet betekent in dienst van zo'n meester te staan. Laster isde kracht van de lafaard en zijn woord woekert voort alsde kanker (2:17 en 1 Tim. 1:20). De lasteraar veroorzaaktde zware tijden in de gemeente Gods. Als hij de klok luidt,roept de duivel zijn'gelovig' volk bijeenl

Onmatig. In het uitleven van zijn lusten kent de onmatigegeen beperkingen. Hij mist de zelftucht en

Page 302: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zelfverloochening en ook de intoming door de wetten vande samenleving. Hij eet en drinkt op zodanige wijze dathet natuurlijke organisme schade lijdt. Denk aan roken,drinken en andere verslaafdheden. Ook is er bij dehedonist een overtrokken belangstelling voor seks ensubcultuur. Hij roemt alles wat wetteloos is in kunst enliteratuur, maar het goede dat naar de wetten van God is,veracht hij.

De bijbel leert dat de mens de smalle weg moetbewandelen. De 'vrome' geest verbiedt het huwelijk. Deonreine geest tracht zelfs leden der gemeente naarsekshuizen te sturen, maar de smalle weg of het gebod desHeren is, dat de Schepper bij de ene man één vrouwvoegde om samen het leven te delen.

Onhandelbaar zijn mensen, die op het kritieke ogenblikaltijd negatief reageren en dan anders handelen danverwacht mag worden. Het woord betekent 'ongetemd,wild of ruw'. De Canisiusvertaling heeft 'verwilderd', zoalsmen dit bij planten kan waarnemen. De van nature goedemens is dan 'onnut geworden' en de boze geesten wordenniet meer in hem afgeremd of weerstaan. Geweldmachtendrijven de misleidende en verleidende geesten op,waardoor het innerlijke verweer wordt lamgelegd. Zo'nmens mist de zelfbeheersing en wordt als een stad metbressen in de muur, waardoor de wilde dieren ongehinderdnaar binnenkomen.

Vele vertalingen hebben hier 'wreed' in plaats van'onhandelbaar' staan, want wie een speelbal van de duivelis, kent geen barmhartigheid. In de laatste dagen - en wijleven daar al in - is de aarde vol 'geweldenarij' evenals inde tijd van Noach. Wij zien hoe tegenwoordig de jeugd

Page 303: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

wordt opgezweept tot vandalisme en grof geweld. Zonderaanwijsbare motieven in de zichtbare wereld worden doorhen nietsvermoedende en onschuldige voorbijgangersonverwacht gemolesteerd.

Afkerig van het goede. Tot de afvallige kerk van het oudeverbond sprak de profeet: 'Wee hun die het kwade goednoemen en het goede kwaad; die duisternis voorstellen alslicht en licht als duisternis'(Jes. 5:20). Deze verwordingvan de moraal zien we in de gedegenereerde kerken.Zonden als homoseksualiteit, echtbreuk,ongehoorzaamheid aan en verzet tegen het wettig gezagworden openlijk goedgekeurd. Voor alles wat tegen Godswetten indruist, heeft men begrip en eenverontschuldiging. Men ziet zelfs neer op christenen dierein zijn van hart en die zich aan de overheden, welke overhen zijn gesteld, onderwerpen. De tijden zijn zwaar als hetgoede en het kwade in het denken stuivertje verwisselen.

4,5. verraderlijk, roekeloos, opgeblazen, met meer liefdevoor genot dan voor God, die met een schijn vangodsvrucht de kracht daarvan verloochend hebben; houdook dezen op een afstand.

Verraderlijk of verraders zijn zij, die de uiterlijke,godsdienstige schijn of de naam van christen enchristelijk, gebruiken, terwijl zij het wezen van hetchristendom en de kracht van de Heilige Geest met hundaden loochenen. Niet voor niets waarschuwde Paulus in 1Timotheüs 4:2 reeds voor de huichelarij vanleugensprekers en in 1 Timótheüs 6:5 voor mensen in degemeente, die niet helder meer waren van denken, en diehet spoor bijster waren geraakt. Wat de toekomende tijden

Page 304: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zwaar maakt, is, dat de christen plotseling zal ontdekken,dat broeders die met hem optrokken, zonder aanwijsbareredenen nu tot vijanden zijn geworden.

Zo kan men jaren lang met iemand omgaan zoals Jezusmet Judas, en in een ure der duisternis door hem verradenworden. Dan werkt in zo'n mens of in een groep mensenplotseling een leugengeest die de ware christen valsbeschuldigt. Jezus waarschuwde dat een broeder eenbroeder zou overleveren ten dode, dat een vader in blindfanatisme onverwacht zijn kind zou doden en eenopstandig en onhandelbaar kind het op het leven van zijnouders zal gemunt hebben (Matth. 10:21). Dezehaatexplosies waarbij mensen tot duivelen worden, zullende komende tijden zwaar maken.

Roekeloze mensen houden geen rekering met dreigendegevaren. Roekeloos betekent letterlijk zonder 'roec', dat iszonder zorg of bekommernis. Zij spotten met hun leven enmet alles wat voor het leven waarde heeft. Wij denkenhierbij ook aan de opgeschoten jeugd, die in het verkeer ofin de sport onverantwoordelijke risico's op zich neemt. Zehandelen overijld en zonder na te denken. De modernemogelijkheden werken deze roekeloosheid in de hand. InHandelingen 19:36 gebruikt de stadssecretaris van Efezehetzelfde Griekse woord, als hij zijn stadsgenotenwaarschuwt om geen 'overijlde' dingen te doen. Wieroekeloos of 'rücksichtslos' handelt, ontziet niemand enniets.

Opgeblazen christenen weten het altijd beter dan de vanGod gegeven leiding in de gemeente. Ze voelen zich zelfsboven het Woord van God verheven. Dit achten zij voorde nieuwe tijd en vanwege de nieuwe inzichten der

Page 305: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

moderne theologie niet meer geschikt. Zulkehoogmoedigen vallen in de strik des duivels (2:26). Zijgedragen zich arrogant en missen het natuurlijke respectvoor degenen die God boven hen heeft geplaatst, of voorhen die ouder zijn, en voor de bescheiden en nederigebroeder die naar de wil des Heren rein wil leven.

Het Griekse woord voor 'opgeblazen' betekent: zijn alsrook die opstijgt en zich verheft, en op deze wijzebijvoorbeeld een kamer vervult. Verder betekent hethovaardig en trots maken. Opgeblazen christenen hebbeneen verstikkende uitwerking in de gemeente. Ze grijpen inhun hoogmoed naar de heerschappij op de wijze zoals deduivel dit ook eenmaal deed.

Met meer liefde voor genot dan voor God. De dagen zijnkwaad als het christelijke volk zoveel mogelijk uit hetnatuurlijke leven tracht te halen om daarvan te genieten.De aandacht is dan geheel gericht op de bevrediging vanhun 'wellusten', zoals de Statenvertaling luidt. Hungenotzucht staat in hun leven en in de omgang met hunkennissen centraal. Deze vleselijke gezindheid isvijandschap tegen God, want zij houdt geen rekering metdiens geboden. Zij onderwerpt zich niet aan zijn wetten.

Bovengenoemde verschijnselen doen zich voor bij hen, diede naam van christenen dragen en die nog een schijn vangodsdienstigheid hebben. Kerkelijke bladen verdedigentegenwoordig de grofste afwijkingen van de moraal. Allegezag van ouders, ambtsdragers, leraars en regerings-autoriteiten wordt ook hier ondermijnd en onder pressiegezet. Let in dit verband op de woorden: inspraak enmedezeggenschap. De kracht Gods die de mens voert naarbehoud, leven, heiligheid en reinheid wordt echter niet

Page 306: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

meer erkend, evenmin als de behoudende kracht van de'zwakke wereldgeesten' of menselijke geesten aan wie hetordenende gezag is opgedragen.

De apostel trekt nu de scheidingswand hoog op. Met éénzin doet hij al deze uitwassen af, door Timótheüs en metdeze alle dienstknechten van God te adviseren: houd ze opeen afstand. Wend je af van dit soort christenen, schuw zeen vermijd ze.

6,7. Want tot hen behoren zij, die zich in de huizenindringen en vrouwtjes weten in te palmen, die met zondenbeladen zijn en gedreven worden door velerlei begeerten,die zich te allen tijden laten leren, zonder ooit tot deerkentenis der waarheid te kunnen komen.

Paulus heeft het hier over een soort evangelisten die zichals echte christenen voordoen. Zij spreken graag over dedingen die het geloof betreffen, maar ze doen dit ondereen schijn van vroomheid. Zo zien wij ook nu hoe mensenoveral bezig zijn om het volle evangelie te verkondigen enuitdrukkingen ervan te lanceren, maar die deze leer vanJezus in eigen leven niet waar weten te maken. Ze brengendit evangelie in opspraak door hun vrijpostig optreden enzondig, onrein leven. Overal zoeken ze kontakten teleggen en zij komen bij hun huisbezoeken speciaal bijovergevoelige en geestelijk beschadigde personen, hetliefst bij vrouwtjes'.

Dit verkleinwoord heeft hier iets verachtelijks, want hetbetreft hier vrouwen die geestelijk niet tot ontwikkelingzijn gekomen. De huisbezoekers komen niet openlijk maarin het geheim bij deze vrouwtjes binnen. De meeste

Page 307: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

vertalingen hebben dan ook: ze sluipen er binnen, want zevrezen voor hun goede naam, en trachten zo op slinksewijze onder een bepaald soort vrouwen bekeerlingen temaken. Ook sluipen ze binnen, als ze bij hun gesprekkenbinnendringen, in het innerlijke leven van deze vrouwtjes,die in hun nood tot hen zijn gekomen, omdat zeaangetrokken werden door hun speciale visies eninzichten.

Deze vrouwtjes wilden van zo'n dienstknecht van God watleren om op een hoger niveau te komen. Vele van dezezwakke zielen kunnen ook het geloof in derechtvaardiging door het bloed van Jezus Christus nietopbrengen. Zij gaan daarom nog steeds gebukt onderhunschuld, terwijl de boze hen blijft wijzen op bedrevenzonden in hun vroeger leven. De bepaling 'die met zondenbeladen zijn en gedreven worden door velerlei begeerten'ziet uitdrukkelijk op het woord vrouwtjes' en niet op hunbezoekers. Deze 'leraars' wijzen die vrouwtjes niet op dewaarheid, maar zij sluiten met hun eigen vleselijke lustenaan bij deze letterlijk 'opgehoopte' (beladen)schuldgevoelens.

Zij verlokken deze benarde, emotionele, onevenwichtigeen gefrustreerde zielen opnieuw tot ongebondenheid. Inplaats van deze wankele gelovigen te leren hoe ze iederevorm van schadelijke begeerten overwinnen kunnen,tolereren ze die. Ze praten met deze vrouwtjes mee,palmen hen in en wekken de latente lusten weer op. Zoveroveren ze de vrome zusjes (Leidse vert.). Vooral hetsexuele leven maken ze tot het onderwerp van gesprek. Zedrijven de onreine geesten niet uit, maar maken ze wakkeren activeren ze.

Page 308: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Zoals kinderen met katten dolen of sollen, zo zijn zij metde onreine geesten bezig. Ook benaderen ze dezevrouwtjes met geweldige nieuwe theorieën enspectaculaire uitleggingen van de Schriften. Op deze wijzekunnen die vrouwtjes en zwakke zielen wel veel Ieren,maar de waarheid die vrij maakt, leren ze niet kennen enzeker niet in hun leven realiseren.

De apostel Petrus had zulk slag valse, onreine leraars ookmenigmaal waargenomen en typeert ze dan met dewoorden: 'Zij hebben ogen, die altijd uitzien naar eenoverspeelster en nooit ophouden met zondigen' (2 Petrus2:14, vergelijk Judas 12,13). De vrouwtjes willen welleren, want ze verlangen ernaar, hun kennis van dewaarheid te vergroten, maar ze komen onder dezeverkeerde leiding nooit tot de 'volle kennis der waarheid' -zoals er letterlijk staat in plaats van 'erkentenis' - zodat zedeze niet alleen weten, maar ook beleven.

Men kan pas tot deze volle kennis komen, indien men hetplan van God met de mens niet alleen kent maar ook vanharte liefheeft en in zijn leven wil waarmaken. Ook inverband met deze dubieuze werkers in het KoninkrijkGods, die steeds door bepaalde vrouwen omringd worden,geldt Paulus' raad: laat zulke mensen lopen, keer ze de rugtoe, houd ze op een afstand!

8,9. Zoals Jannes en Jambres, de tegenstanders vanMozes, staan ook dezen de waarheid tegen; het zijnmensen, wier denken bedorven is, en wier geloof de toetsniet kan doorstaan. Maar zij zullen het niet veel verderbrengen, want hun onzinnigheid zal aan allenoverduidelijk worden, zoals ook bij genen het geval was.

Page 309: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Mozes moest aan het volk en aan Farao door tekenen latenzien, dat hij werkelijk door de God van Israël wasgezonden en dat hij Gods bedoelingen met het oudebondsvolk zuiver doorgaf. Achter de persoon van Faraostond evenwel de voornaamste wereldbeheerser dezerduisternis, de satan zelf. Dit wordt ons duidelijk als wezien met welke namen Egypte en de Farao in degeestelijke wereld waren verbonden. Allereerst werd ditland gesymboliseerd door Rahab, een mythischnatuurmonster. Zijn naam betekent onbeschaamdheid,trots of geweld. Ook werd Egypte aan geduid onder denaam leviathan, het monster in de zee, de snellewriemelende slang, het beest met de zeven koppen.

In de onzienlijke wereld moest Mozes tegen dezedemonische machten strijden, tegen de draak, de oudeslang, die duivel en satan wordt genoemd. Bij hetbrandende braambos ontving Mozes macht over delegermacht van de vijand. Vandaar dat de slang die Mozesmoest gehoorzamen, op bevel van Mozes de slangen vande tovenaars verslond. Hierdoor verloren ze hun staven, detekenen van hun occult gezag. Daarna nam Mozes deslang op, zodat deze weer zijn staf werd.

De twee hoofdtovenaars heetten volgens de laat Joodsetraditie Jannes en Jambres. Hun namen komen echter nietin het Oude Testament voor maar wel in het apocriefeboek 'Jannes en Jambres' en ook in andere rabbijnsegeschriften. In de Talmoed worden zij - waarschijnlijkbeeldsprakig - de zonen van Bileam genoemd. Zij wildenhet getuigenis van Mozes en Aäron doorkruisen, zodat dekoning zei: het is niet waar dat zij moeten offeren, maar zezijn te lui om te werken. Zo doorkruisen ook dit soort

Page 310: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

dwaalleraars het plan van God. Zij wandelen zelf opdwaalwegen en proberen ook anderen erop te brengen.

Deze mensen kennen de ware bedoeling van God niet,want ze zijn verduisterd in hun verstand; hun denken isniet vernieuwd maar bedorven. Zij geloven wel enkelewaarheden, maar niet de volle raad Gods, en het doel vanHem inzake de volkomenheid houden ze niet voorogen,zoals er in vers 5 gezegd werd: Ze hebben een schijn vangodsvrucht, maar de kracht Gods van de Heilige Geest dieons vernieuwt en ons tot volwassenheid voert,verloochenen ze. Zij lasteren de heerlijkheid Gods. (Judas8).

Op deze wijze komt men niet ver op de weg, want opzeker ogenblik vallen de dwaalleraars door de mand enworden hun dwaasheid, zonde en onreine begeertenopenbaar, ook hun krachteloosheid evenals bij Jannes enjambres. Paulus weet zeker dat de dwaalleraars te Efezedoor hun geestelijke leegheid de klem legden vanverval enondergang in de gemeente, 'want hun onzinnigheid zal bijallen in het oog springen .

10,11. Gij daarentegen hebt volle aandacht geschonkenaan mijn onderricht, wijze van doen, bedoeling geloof,lankmoedigheid, liefde, volharding; vervolgingen enlijden, zoals mij getroffen hebben te Antiochië, te Icóniumen te Lystra. Al die vervolgingen heb ik doorstaan en deHere heeft mij uit alle gered.

Paulus gaf aan Timótheüs wel een scherpe tekening vaneen verworden christenheid, maar hij deed het onder zulkebewoordingen, dat de evangelist tegelijkertijd de zwakheid

Page 311: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

en het dwaze van de dwaalleraars zag. Nu wendt deapostel zich opnieuw tot Timótheüs om deze jongeman opte beuren en te bemoedigen. Paulus had hem de vollewaarheid verkondigd en Timótheüs had met volleaandacht geluisterd en de woorden van zijn leermeesteraangaande de hoge weg van God in zich opgenomen. Ookhad hij gezien hoe Paulus ernaar leefde, hoe diens wijzevan doen was en welke doelstellingen hij najaagde als hijmensen tot de Heer bracht.

Hij had opgemerkt dat Paulus een geloofsheld was en hoedeze in moeilijke omstandigheden de toezeggingen enbeloften van zijn Heer niet losliet. De oude apostel bleefaltijd lankmoedig en verdraagzaam ten opzichte van deleden der gemeenten die hij gesticht had. Ook was hij teallen tijde vol liefde jegens alle mensen. Hij had altijd eenpositieve instelling jegens God en mensen. Ook bleef hijvolharden, wanneer alles hem tegenliep, en vervolgingenen strijd zijn deel waren. Wanneer de apostel lijden moestom Christus' wil en in zijn vlees aanvulde wat aan deverdrukkingen van Christus ten behoeve van zijn lichaam,de gemeente, ontbrak, bleef hij standvastig en trouw (Col.1:24).

Paulus prijst zijn jonge vriend, omdat deze zoveelvertrouwen in hem had gesteld en hem tot richtsnoer hadgenomen in leer en levenswandel: 'Gij zijt een navolgergeworden van mijn onderwijs, van mijn levenswandel enlevensopvattingen' (vert. Brouwer). En ook aan onsschrijft deze historische fundamentlegger: 'Wordt mijnnavolgers, gelijk ook ik Christus navolg'(1 Cor. 11:1).

Als illustratie noemt Paulus nu enkele voorbeelden vanvervolgingen ten tijde van zijn eerste zendingsreis, toen

Page 312: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Timótheüs hem nog niet zo goed kende. In Antiochië werdhij de stad uitgedreven. In lcónium moest hij vluchten enin Lystra, waar Timótheüs gewoond had, werd hijgestenigd en meende men dat hij dood was (Hand. 13:50-14:20). Natuurlijk had Timótheüs al deze verhalen uit deeerste hand gehoord. Zij hadden hem waarschijnlijkaangespoord zich bij Paulus aan te sluiten en hem tevolgen 'waarheen hij ook ging'. De zwakke en vaak nogonstandvastige jongeling begon daar Paulus tebewonderen en diens evangelie werd toen ook zijnevangelie.

Altijd waren het de verstarde, 'wetsgetrouwe' Joden, die zonegatief op de boodschap van het Koninkrijk der hemelenreageerden, want in al de genoemde vervolgingen haddenzij de hand gehad. Waar dit evangelie van Jezus Christusook in onze tijd weer gepredikt wordt, zullen deverkondigers ervan opnieuw bemerken dat de zogenaamdefundamentalisten en 'bijbelgetrouwe' christenen dezelfdeafkeer van het Israël Gods tonen. Dat Paulus werkelijk eengezant van Christus was en de waarheid Godsverkondigde, bleek ook wel uit zijn optimistische kijk ophet lijden, want de Here had hem in al deze verdrukkingenbewaard en uitgered, zoals Hijzelf ook beschermd wasgebleven, zolang zijn ure nog niet was gekomen'.

Wat in het wapenvan onze provincie Zeeland staat, goldook voor Paulus: 'Luctor et emergo', ik worstel enontzwem. Dit ondervonden ook de vrienden van Daniël inde brandende oven. Daniël in de leeuwenkuil, Davidtijdens zijn vluchten voor Saul (1 Kon. 1:29) en Elia in dedagen van Achab.

Page 313: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

12. Trouwens, allen, die in Christus Jezus godvruchtigwillen leven, zullen vervolgd worden.

Het gaat hier over christenen die de gezonde leervasthouden en daarnaar ook willen leven. De apostelgebruikt hier de bekende uitdrukking 'die in ChristusJezus' leven, dat is die voortdurend in zijn woorden blijvenen deze voor ogen houden. Zo sprak de Heer: ' Indien gijin Mij blijft en mijn woorden in u blijven.... '(Joh. 15:7).Zo werden in de begintijd niet de Judaïserende broedersvervolgd, want zij leefden gedeeltelijk vanuit hetcompromis met de tempel.

Stéfanus sprak echter tegen de tempel vanuit de leer vanhet Koninkrijk der hemelen zoals Jezus deze hadverkondigd. Hij bleef alleen in de woordenvan Jezus. Hijwerd vervolgd en gedood, maar zijn gedrag werd eenvoorbeeld voor Paulus. Zo werden diens standvastigheiden geloof weer tot voorbeeld voor Timótheüs. Desteniging van Stéfanus maakte diepe indruk op Saulus vanTarsen, zo ook de steniging van Paulus te Lystra opTimótheüs. Is niet het bloed der martelaren het zaad derkerk?

Wanneer de apostel spreekt over de vervolgingen en hetlijden, zoals hij deze moest doorstaan, wijst hetvoegwoord 'zoals' (vers 11) niet alleen opovereenkomstige gevallen zoals vermeld in 2 Corinthiërs11:23-28, maar ook op de zwaarte van het lijden. Deapostel voegt hier nu aan toe, dat deze verdrukkingen zichbeslist niet beperken tot enkele vooraanstaande leiders.

Allen die het volle evangelie aanhangen, zullenvervolgingen ondergaan. Dit geldt dan niet voor de

Page 314: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

passieve en gemakzuchtige gemeenteleden, maar voor hendie zich actief bezighouden met de strijd in de hemelsegewesten, want dan komt er immers oorlog in de hemel. Inalle tijden zullen de vastbesloten christenen vervolgd,gesmaad, achteruit gezet, geboycot en uitgestoten wordendoor hen, die een schijn van godsvrucht bezitten, maar dekracht van het volle evangelie loochenen (vers 5).Wanneer zulk een discriminatie uitblijft, is met de christeniets niet in orde. Zo trachtten zij die in de dagen vanPaulus de Joodse en de christelijke leer samen wildenvoegen, de vervolging te ontkomen (Gal. 6:12).

13. Maar slechte mensen en bedriegers zullen van kwaadtot erger komen; zij verleiden en worden verleid.

Slechte mensen zijn zi die de zonde vasthouden enbedriegers zijn zij die leugens en dwalingen brengen. Zijzullen het heil en de heerlijkheid niet ontvangen, maar hetzal hoe langer hoe erger met hen worden: wie vuil is,wordt nog vuiler en wie onheilig is, wordt nog onheiliger.Dit geldt dan in het bijzonder voor 'de laatste dagen',wanneer 'zware tijden zullen komen'. De afvalligechristenen zullen dan in snel tempo van kwaad tot ergerkomen, want het pad der zonde is een hellend vlak.Deugnieten en misleiders trachten de mensen op deverkeerde weg te brengen, maar de bedriegers wordenaltijd zelf bedrogen.

Zij komen bedrogen uit! Steeds sterkere, verleidendegeesten overweldigen hen en zij worden steeds verder naarhet verderf gevoerd. De regel is dat zij, die onder Godsvolk hun slachtoffers maken, zelf slachtoffer worden derdemonen.

Page 315: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Het Griekse woord voor 'bedrieger' kan ook vertaaldworden door 'tovenaar' en daarmee herinnert de apostelzijn kind Timótheüs aan de figuren van Jannes en Jambres,die in rechtstreekse verbinding stonden met het rijk derduisternis (vers 8). De uitdrukking 'verleide verleiders'was toenmaals een gevleugeld woord. Zij die echter omChristus' wil vervolgd worden en die de goede strijdgestreden hebben, wacht de krans der rechtvaardigheid(4:8). 'Zij gaan van kracht tot kracht steeds voort', zodat demens Gods in hen wordt geopenbaard (vers 17).

14. Blijf gij echter bij wat u geleerd en toevertrouwd is,wél bewust van wie gij het hebt geleerd,

In tegenstelling met hen die verleid werden, vermaant deapostel Timótheüs om vast te houden wat hij had geleerden dit ook door te geven. Het zuivere evangelie was hemtoevertrouwd zoals aan een rijke zijn kapitaal of aan eenrentmeester de goederen. Dezen behoren alles goed tebeheren, zodat het hun toevertrouwde goed, rente envrucht zou opleveren. Paulus voegt er nog bij datTimótheüs zich bewust moet zijn aan wie hij dit geestelijkbezit te danken had. Het voornaamwoord 'wie' is in hetGrieks een meervoudsvorm.

Verscheidene personen hadden hem dus onderwezen. Tothen behoorden in de eerste plaats zijn grootmoeder Lóisen zijn moeder Eunice, die hem in de kennis van het OudeTestament hadden opgevoed, terwijl Paulus hem latervoortgezet onderwijs gaf in het volle evangelie, waarbij hijeen dankbaar gebruik maakte van de kennis die Timótheüsal bezat. Voor ons is dit een aanwijzing hoe belangrijk het

Page 316: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

is om van de jeugd af aan met de waarheid vertrouwd teworden en ook een goede kennis van de bijbel te hebben.Het voordeel van een opvoeding in een christelijk gezin,op een christelijke school, een zondagsschool of eenjeugdclub is voor het gehele verdere leven kenmerkendvoor vele christenen.

Wij voeden onze kleinen op als natuurlijke kinderen, maarbrengen hunwel kénnis bij van het Koninkrijk der hemelenen van de heilsgeschiedenis. Wanneer ze dan later hunkeus maken, weten ze ook waarvoor ze kiezen. Wijdwingen hen niet voortijdig tot een keuze, maar leven hunde waarheid en de werkelijkheid van het evangelie voor.Wij brengen hen ook niet voortijdig tot de doop in waterof tot die in de Heilige Geest, maar wachten daarmeetotdat ze zelf een beslissing hebben genomen om voor deHeer te leven.

Timótheüs moest volharden in wat hij geleerd en gelovigaanvaard had, omdat degenen die hem hadden onderwezenzeer betrouwbare mensen waren. Zijn grootmoeder Loïsen zijn moeder Eunice hadden immers 'een ongeveinsdgeloof evenals later de apostel Paulus. Zij waren alsleesbare 'brieven van Christus' voor hem geweest, 'niet metinkt geschreven, maar met de Geest van de levende God'(2 Cor. 3:3).

15. en dat gij van kindsbeen af de heilige schriften kent,die u wijs kunnen maken tot zaligheid door het geloof inChristus Jezus.

Ook de kennis van het Oude Testament was voorTimótheüs en is voor leder christen van groot belang,

Page 317: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

omdat men daar veel wijsheid uit kan putten en die dienttot behoud van de mens. Van de vaders in Christus zegt deapostel Johannes: 'Gij kent Hem, die van den beginne is'.Om deze kennis te verwerven moet men met Genesisbeginnen, dus met de Schepper van hemel en aarde. Dezekennis van het Oude Testament moet wel gepaard gaanmet geloof in Christus Jezus. Men mag het OudeTestament niet op zichzelf lezen en onderzoeken, maar inhet licht van het Nieuwe, want anders ontgaat iemand debedoeling van het geschrevene.

Men heeft immers niets aan de schaduw van een persoon,want die komt een dimensie te kort. Petrus schreef dat deoudtestamentische profeten over de voor óns bestemdegenade hebben geprofeteerd. Zij speurden daarbij na opwelke en hoedanige tijd de Geest van Christus, die heninspireerde, in hen doelde. Hun werd dan geopenbaard datzijniet zichzelf en hun tijdgenoten dienden, maar óns (1Petrus 1:10- 12). Schaduw en werkelijkheid behoren bijelkaar en 'de werkelijkheid is van Christus' en behoort aanallen die in Hem zijn en Hem toebehoren (Col. 2:17).

Het Oude Testament alleen kan geen zaligheid schenken.Het kon slechts de gestorven rechtvaardigen in de schootvan Abraham voeren. Door Christus werd evenwel ookvoor de oudtestamentische heiligen de weg naar hetparadijs Gods geopend, want daartoe werd ook aan dezedoden het evangelie verkondigd (vergelijk 1 Petr. 4:6).Ook kunnen deze gestorvenen niet zonder ons, die de vollewaarheid bezitten, tot de volkomenheid komen (Hebr.11:40).

De uitdrukking 'heilige schriften' had te maken met deeredienst in het oude verbond. Zij was onder de Joden

Page 318: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

gebruikelijk, zoals dit blijkt uit de werken van FlaviusJoséfus. De aanduiding 'heilige' wijst erop, dat ze evenalsde tempeluitrusting afgezonderd waren van de profaneboeken die met menselijke wijsheid werden geschreven.Zo is de profétie van het Oude Testament nietvoortgekomen uit de wil van een mens, maar, door deHeilige Geest gedreven, hebben mensen van Godswegegesproken (2 Petrus 1:2 1).

Van deze heilige schriften sprak onze Heer: 'Zij zijn het,welke van Mij getuigen'(Joh. 5:39). De predikingvan Jezusen van de apostelen gaf deze boeken een nieuwe en hogerewaarde. De leidslieden der Joden hadden deze schriftengedevalueerd tot een aantal voorschriften en wetten en toteen zuiver historische kennis, maar de Heer en zijnapostelen revalueerden ze, zodat ze een hemelse dimensieontvingen. Toen bleek het dat ze deel uitmaakten van 'heteeuwige evangelie'. Zo is ook het oude verbond niet los temaken van het nieuwe, maar samen vormen zij het 'eeuwigverbond', dat door God met de mens werd gesloten vanafde grondlegging der wereld.

Ook Paulus kwam uit een geslacht van mensen dat Godmet een rein geweten diende. Hij werd ook bij de kennisder heilige schriften opgevoed, dus bij het traditioneelvastgelegde woord van God. Hij leefde als kind ver vanJeruzalem en kon getuigen, dat hij eertijds zonder wetleefde, dus in een vrije en ontspannen sfeer van een goedgezin, waar Gods geboden in hart en verstand warengeschreven, want er was sprakevan een rein 'geweten'.

Toen hij echter de theologische school te Jeruzalem gingbezoeken en daar door de rabbijnen onderwezen werd,ging het mis. Toen kwamen er theologische speculaties die

Page 319: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zijn eenvoudige opvoeding te niet deden. De geboden enmenselijke inzettingen kwamen als een zware last op hemte liggen. Hij kon ze niet dragen, zag het niet meer zittenen begon 'te sterven'.

Het gebod dat door God ten leven bedoeld was, bleek daarvoor hem ten dode te zijn. Hij was in handen gevallen vanmensen, die hem verleidden en zelf verleid werden. Hijwerd een fanatieke vrome 'ijveraar en 'een godslasteraar eneen vervolger en een geweldenaar' (1 Tim. 1:13 en Rom.7:8-12). Dit duurde zo lang, totdat de Here hem van dieschool afhaalde, want hij werd 'van de schoot zijnermoeder - van de leerstoel der rabbijnen - afgezonderd' ofgesepareerd (Gal. 1:15). Toen kreeg hij een anderemoeder, namelijk het hemelse Jeruzalem, en zij schonkhem de ware vrijheld en de zaligheid! (Gal. 4:26).

16. Elk van God ingegeven schriftwoord is ook nuttig omte onderrichten, te weerleggen, te verbeteren en op tevoeden in de gerechtigheid,

Nu volgt de beroemde tekst voor de inspiratie-theorie,waarvan de uitleg grote voorzichtigheid naar links en naarrechts vereist. Wij aanvaarden dat de bijbel onder leidingvan de Heilige Geest is ontstaan. Mensen hebben, door deHeilige Geest gedreven, van Godswege geschreven (2Petr. 1:21). leder schriftwoord is belangrijk om degedachten van God te leren begrijpen. Het OudeTestament waarover in verband met het vorige versgesproken wordt, is dus nuttig om de dingen van degeestelijke wereld te leren verstaan.

Page 320: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Vandaar de vraagvan de evangelist Filippus aan dekamerling: 'Verstaat gij ook wat gij leest?' Hieruit blijktwel dat de woorden en zinnen in het Oude Testament nietvanzelfsprekend letterlijk in de natuurlijke wereld moetenworden genomen. Ook het Oude Testament heeft eengeestelijke betekenis.

Men zegt wel eens: wat de duivel of een goddeloze koninghebben gesproken, of ook een natuurlijk mens 'onder dezon', is toch niet door God geïnspireerd? Dit is waar, maarGod heeft alles laten optekenen, opdat wij ervan zoudenleren en zijn gedachten, maar ook die van de vijand, onsniet onbekend zouden zijn. De Heer geeft ons tevens ditOude Testament als een wapen om de boze te weerleggen.Denk maar aan de antwoorden die Jezus aan de satan gafhij de verzoeking in de woestijn.

God schenkt ook het Oude Testament om de mens terug tebrengen van zijn dwaalweg, dus om hem te corrigeren ente verbeteren. Allereerst dienen deze geschriften om degedachten van God, zijn heilsplan met de mens' te lerenkennen. God wil hem zodanig opvoeden, dat hij wandeltnaar de geboden die in de bijbel zijn bekend gemaakt doorprofeten en apostelen, en in het bijzonder door de Zoon,die het volledige Woord Gods is, en die daarom het warelicht op het Oude Testament wierp.

Door het lezen en het overpeinzen van hetgeen in dieschriften opgetekend is, komt de mens op de weg derwaarheid en der gerechtigheid. In verband met deopvoeding van onze kinderen zullen ook wij ze daarom demooie geschiedenissen van het Oude Testament voorlezenen verklaren. Op een eenvoudige en illustratieve wijzebrengen wij ze dan in aanraking met het leven van

Page 321: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

godsmannen die wel niet bekend waren met hetevangelievan het Koninkrijk der hemelen, maar die in denatuurlijke wereld, waarin ook onze kinderen leven, dejuiste koers hielden.

Wij wijzen bij deze tekst ook op het verschil in overzettingtussen de Statenvertaling, de Leidse vertaling en deCanisiusvertaling enerzijds en de Lutherse vertaling, dievan Brouwer en de Nieuwe Vertaling anderzijds, om bij debekende 'Zes Nederlandse vertalingen' te blijven. Deeerste groep heeft: 'Al de Schrift is van God ingegeven',terwijl het tweede drietal heeft: 'Alle Schrift van Godingegeven', of 'Elk van God ingegeven schriftplaats'. Deopvatting van de eerste groep is dus, dat de gehele bijbeldoor God is geïnspireerd en de tweede groep laat doorhaar wijze van vertalen de mogelijkheid open, dat er ookschriftplaatsen zijn die niet werden geïnspireerd.

Nu is het zo dat het hulpwerkwoord 'is' er oorspronkelijkniet staat. We zouden letterlijk moeten lezen: 'Elkeschriftuur (door) God ingeblazen of ingeademd', waarin deadem of Geest van God is. Hiermee wordt dan de waardeder Schrift afhankelijk gesteld van de inspiratie inbepaalde gedeelten. Zo heeft de King Jamesversion, diegelijkluidend is met de Statenvertaling, toch het woordje'is' cursief gedrukt. Wij moesten dus in het begin van onzeverklaring eigenlijk al tussen twee soorten vertalingen eenkeus maken.

Wij volgden dan de Statenvertaling waar staat, dat al deSchrift van God is ingegeven, omdat de bedoeling vanPaulus dan beter tot haar recht komt. De apostel heeft hetimmers in vers 15 over de heilige schriften waarinTimotheüs was opgevoed. Hij ziet deze als bij elkaar

Page 322: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

behorende en als heilig of afgezonderd van de profaneliteratuur. Daarom is het vanwege het verband logisch omdan ook de gezamenlijke schriften als door Godgeïnspireerd te beschouwen, waarbij wij het voorbehoudmaken, dat ze niet woord voorwoord maar als totaliteitonder de werking van Gods Geest zijn ontstaan,samengesteld en ons overgeleverd.

Zo wordt over de schrijvers ook gesproken als over heiligemannen Gods, hoewel in hun leven nog vlekken enrimpels werden gevonden. Denk maar aan Mozes die deeerste vijf boeken van de bijbel schreef en aan David, diezulke heerlijke psalmen dichtte. Verder maken we derestrictie dat de profetische schrijvers hun inspiratieshebben opgetekend naar de mate van hun geloof (Rom.12:7). Er werden in hen gedachten gewekt die zijweergaven overeenkomstig de denkwereld waarin zeleefden.

Zo geloofden ze veelal dat alles wat uit de onzienlijkewereld kwam, van God afkomstig was, zowel het goedeals het kwade. Alleen Jezus openbaarde de volle waarheiden wij mogen leven bij het licht dat Hij en zijn navolgersop de heilige schriften van het oude verbond wierpen. Ookvoor de schrijvers in het Oude Testament geldt, dat ze nogdoor een spiegel in raadselen zagen en dat zij trachtten teweten te komen op welke wijze of hoedanige tijd de Geestvan Christus in hen doelde.

Ze werden 'omwaaid' door de goddelijke adem. Derabbijnen spraken overeen aanwaaiing van God'. Vanuit deNieuwe Vertaling lezen we dan, dat het Oude Testament'óók' van profijt is voor de uitgroei en ontwikkeling van

Page 323: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

het christelijke leven, maar alleen wanneer het gepaardgaat met 'het geloof in Christus Jezus'(vers 15).

Het woord 'ingegeven' kan dus in onze tekst vervangenworden door 'geïnspireerd'. Deze laatste term isingeburgerd, omdat de Vulgata hier luidt: 'Omnis Scripturadivinitus inspirata utiles est', dat is: 'Al de Schrift, vanGodswege geïnspireerd, is nuttig'. Ook in 2 Petr. 1:21gebruikt deze Latijnse vertaling het woord 'geïnspireerd':'Door de Heilige Geest geïnspireerd hebben heiligemensen gesproken' in plaats van 'door de Heilige Geestgedreven'. De inspiratie gebeurde niet mechanisch, zodatde menselijke auteurs gedegradeerd werden totstenografen van de Heilige Geest, die letterlijkneerschreven wat gedicteerd werd.

De bijbelschrijvers gebruikten echter hun gaven entalenten bewust om de gedachten Gods te vertolken, want'de geesten der profeten zijn aan de profeten onderworpen'.Zij waren meer dan alleen kanalen waardoor het waterheenstroomt. Wij spreken daarom liever van eenorganische inspiratie, waarbij de persoonlijkheid, de gave,het denken en doen, de ervaringen, de belevenissen, hettaalvermogen. de stijl, het (oosterse) milieu, de cultuur, debeperkte woordenschat en de verworven Godskennis eenbelangrijke rol spelen.

De godsspraken van de profeet hebben dus bepaaldekleurschakeringen of kenmerken, die ten nauwste inverband staan met zijn ontwikkelingen persoonlijkheid.Dit zien wij ook in de profetieën die in onze gemeentenworden uitgesproken. Bij het meerdere licht dat wij doorhet evangelie van het Koninkrijk der hemelen bezitten,mogen en moeten wij de oudtestamentische profetieën

Page 324: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

oordelen en hierdoor beter leren verstaan (vergelijk 1 Cor.14:29). In de volheid des tijds spreekt Gods Geest meervolledig en duidelijker dan in de oude bedeling. GodsGeest wijst ons immers in deze bedéling de weg tot devolle waarheid (Joh. 16:13).

Verder zien wij nog een selectieve inspiratie zowel in hetOude als in het Nieuwe Testament. Johannes merkte aanhet einde van zijn evangelie op, dat Jezus nog vele anderedingen gedaan en gesproken had die hij niet hadopgetekend. Door de Heilige Geest geleid had hij dus degebeurtenissen maar ook de woorden van Jezusgeselecteerd. Wanneer de Heilige Geest die in Jezus wasook in ons woont, is het mogelijk dat Hij ons de gedachteningeeft die door Johannes of de evangelisten niet zijnopgetekend.

De selectieve inspiratie merken wij bijvoorbeeld ook in dehistorische boeken, zoals die van Samuël, de Koningen enKronieken. In een tijdsbestek van ruim vijfhonderd jarenzijn er vele gebeurtenissen geweest en is er veelgesproken. De Heilige Geest die de schrijvers van dezeboeken leidde, maakte een keuze die beperkt bleef tot noggeen 200 pagina's in onze bijbel, waarbij nog veledoublures. Dezelfde keuze zien wij ook bij degeslachtsregisters. Van deze dingen geldt eveneens:'Indien alles één voor één beschreven was, dan zou, naar ikmeen, de wereld zelf de boeken, die geschreven waren,niet kunnen bevatten'(Joh. 21:25).

Ook voor de Joden waren niet alle bijbelboekengelijkwaardig. Als men zich de Joodse indeling van deTenach, de aanduiding van het Oude Testament, in drieconcentrische cirkels denkt, behoort de Thora, de vijf

Page 325: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

boeken van Mozes, tot de binnenste cirkel. Zij is het hartvan de openbaring. In de cirkel erom heen zijn dan deprofetische boeken, die de Thora actualiseren, dus debeleving in het heden tonen. De buitenste cirkel wordtgevormd door de Geschriften, waarin de reactie van demens op de Thora en de Geschriften naar voren komt.Hiertoe behoren bijvoorbeeld de Psalmen, Prediker, Job,Esther.

17. opdat de mens Gods volkomen zij, tot alle goed werkvolkomen toegerust.

Duidelijk wordt hier door de apostel het door God gewildeen zekere gevolg van het aanvaarden van de Schriften,meegedeeld. Met het doelaanwijzend voegwoord 'opdat'wijst hij erop, dat de mens Gods de volmaaktheid nietalleen wil maar ook zal bereiken. Het Woord Gods gaatimmers uit, overwinnende en om te overwinnen, ondanksde tegenstand van het legioen der hielbijters. Deuitverkoren christen, die hier mens van God genoemdwordt, is dus het eigendom van zijn Meester en behoortHem volledig toe. Hij werd door het 'zaad Gods', dat is hetlevende en blijvende woord van God, wedergeboren ofvernieuwd in zijn denken.

Hierdoor is hij ook geschikt gemaakt om volledigtoegerust te worden teneinde goede werken te doen. Hetgaat daarbij niet om 'enige' goede werken, maar om eenalgehele toerusting tot 'alle' goed werk. De christenfunctioneert dan naar alle goddelijke wetten en in hémheeft God een welbehagen. Hij leeft immers als een zoonvan het welbehagen zoals de Schepper dit van den beginnebedoelde, toen Hij sprak: 'Laat Ons mensen maken naar

Page 326: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

ons beeld en als onze gelijkenis'. Door de kracht en degaven van de Heilige Geest rust de Heer zo'n christen toe,zodat hij goede werken kan verrichten zowel in dezichtbare als in de onzichtbare wereld.

Zo'n man Gods kan zeggen: 'Ik dank God door JezusChristus, want wat ik wil, doe ik, en wat ik niet wil, doe ikniet! Ik gelukkig mens'. Geen wettische voorschriften,geen overleveringen der vaderen, geen geforceerdeemoties kunnen dit bereiken. Dit kan alleen de predikingvan de gezonde leer. Op deze wijze heiligt de God desvredes ons geheel en al, en geheel onze geest, onze ziel enons lichaam zullen blijken op aarde onberispelijk bewaardte zijn bij de parousie van Jezus Christus (1 Thess. 5:23).

Het aanvaarden van de mogelijkheid om de volkomenheidte bereiken heeftbij de geestelijke leidslieden nimmer eengoede pers gehad. Zij achten het maar een vrome wens,die dus nimmer tijdens het aardse leven in vervulling gaat,zoals de Heidelbergse Catechismus het uitdrukt, 'dat wijtot deze voorgestelde volkomenheid ná dit levengeraken'(zondag 44). Men verbond dus deze zaligheid methet wonderbare, ongrijpbare 'hiernamaals' zonder haar tekoppelen aan een dergelijke wandel in de hemel tijdenshet aardse leven. Paulus was echter geen extreme,ongebreidelde fantast, want de Geest had heel duidelijk inhem gesproken, dat de zonen Gods naar wie de zuchtendeschepping reikhalzend uitziet, hier ook zullen wordengeopenbaard. Zij zullen immers de werken van hersteldoen die Jezus deed en zelfs nog grotere (Joh.. 14:12).Daarom begeren wij, hoe meer wij die grote dag desHeren zien naderen, die doelstelling van het Woord vanGod in ons eigen leven hier en nu te bereiken.

Page 327: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

HOOFDSTUK 4

1. Ik betuig u nadrukkelijk voor God en Christus Jezus, dielevenden en doden zal oordelen, met beroep zowel op zijnverschijning als op zijn koningschap:

De zin luidt in verkorte vorm: 'Ik bezweer u voor God enChristus Jezus: verkondig het woord’ Deze vermaning iszeer indringend, en geschreven door een man dievoortdurend tussen zijn militaire bewakers verkeerde. Zijheeft misschien wel zo'n zwaar accent vanwege demogelijkheid, dat dit op aarde de laatste brief van deapostel was aan zijn leerling. De woordverkondiging, hetkerygma, is hoogst belangrijk. Ook voor Timótheüs geldt:'Wee mij indien ik het evangelie niet verkondig!' (1 Cor.9:16).

Ook hij zal op de dag van het oordeel verantwoordingmoeten afleggen over de vervulling van zijn taak, die hijonder geen beding mag veronachtzamen. Dit woord is 'degezonde leer', die tot herstel leidt van de zuchtendeschepping. Het heeft te maken met de hoogste rechtspraakover het menselijk handelen, omdat het eeneschatologische betekenis inhoudt. De christen leeft methet evangelie van het Koninkrijk der hemelen ergensnaartoe. Het heeft te maken met leven en dood.

In een tussenzin wordt in een plechtige bezwering evenalsdit in 1 Timótheüs 5:21 het geval is - van Christus Jezusgezegd, dat Hij zal komen om levenden en doden teoordelen, zowel 'in zijn verschijningen in zijn Koninkrijk'(St. Vert.). De wasdom van het evangelie voert naar deparousie of de tegenwoordigheid van de Zoon des mensen

Page 328: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

bij zijn volk, zoals Hij ook eenmaal tussen zijn opstandingen hemelvaart een korte tijd bij zijn discipelen was.

De parousie heeft haar hoogtepunt in de epifanie, letterlijk'de lichtende verschijning' van Christus. Zijn volkaanschouwt Hem dan persoonlijk in zijn verheerlijktegestalte, 'zoals de bliksem komt van het Oosten en licht tothet Westen' (Matth. 24:27). Door deze verblindendeverschijning maakt Hij zijn vijanden machteloos en kanzijn gemeente, de mond van God, en met eengezagswoord, de adem van die mond, de vijand doden (2Thess. 2:8).

Dit alles tezamen is de apokalupsis of openbaring vanJezus Christus. Hij maakt dan een scheiding tussendegenen die op aarde leven. De levenden, die in de groteverdrukking achterblijven, zullen dan in een punt des tijdsworden veranderd en de anderen niet. De doden die inChristus ontslapen zijn, zullen tegelijkertijd met hun Heerin een verheerlijkt lichaam gaan functioneren, terwijl deanderen in het dodenrijk blijven.

Oordelen betekent hier: separeren, selecteren envaststellen, om daarnaar te handelen en te vonnissen.Heeft de Here het koningschap aanvaard, dan zullen aanhet einde ervan ook de overige doden worden geoordeeldbij een tweede opstanding (Openb. 20:12). 'Wanneer allesHem onderworpen is, zal ook de Zoon zelf Zich aan Hemonderwerpen, die Hem alles onderworpen heeft, opdatGod zij alles in allen'(1 Cor. 15:28).

Page 329: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

2. verkondig het woord, dring erop aan, gelegen ofongelegen, wederleg, bestraf en bemoedig met allelankmoedigheid en onderrichting

Het woord dat verkondigd moet worden, is dat van deverhoogde Meester bij wie alle macht in hemel en opaarde berust. Alle andere woorden vanuit het natuurlijkedenken geboren of die van valse religies zijn als het grasdat verdort en waarvan de inhoud als een bloem is, dieafvalt. Het woord van Jezus Christus blijft echter tot ineeuwigheid. De apostel Petrus voegt aan deze waarheidnog toe: 'Dit nu is het woord, dat u als evangelieverkondigd is'(1 Petr. 1:25).

Om zo mogelijk velen voor Christus Jezus te winnen moetTimótheüs en iedere dienaar der gemeente bezig zijn metde evangelieverkondiging. Ze moeten erop aandringen dathun hoorders een beslissing nemen. Zij moetenvoortdurend met dit evangelie bezig zijn enonverschrokken in de gemeente optreden tegen hen, diedeze verkondiging trachten af te remmen. Zij behoren zichook te allen tijde beschikbaar te stellen, of dit hun gelegenkomt of niet. Hier wordt niet gezegd dat deevangeliedienaar op onbescheiden wijze bij de mensenmag binnendringen, indien dat bij hén ongelegen komt.

De dienende broeder moet zich aanpassen, rekeringhouden met de verscheidenheid van zijn hoorders endaarom allerlei vormen van onderricht gebruiken. Devertaling Brouwer heeft het over 'allerlei onderricht'.Wanneer iemand tegenwerpingen heeft, zal de predikerdiens argumenten weerleggen met het Woord van God endaarmee de leugen of de dwaling ontmaskeren.

Page 330: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Wanneer een gemeentelid zondigt, zal de dienendebroeder deze persoon erop wijzen, dat hij door zijnlevenswandel de gemeenschap met zijn Heer verliest endaarmee ook die met de ware gemeente. Zijn straf is dathij tenslotte geen deel heeft aan het Koninkrijk van God.Wanneer iemand aangevallen wordt en de moed verliezengaat, zal de voorganger of oudste hem door middel van hetwoord ondersteunen, opdat hij staande kan blijven. Dedienstknecht van God zal niet geprikkeld zijn als er wordttegengesproken, niet hard worden wanneer de jeugd zichmisschien misgaat, of door ongeduld het kontakt stukbreken als een persoon niet ogenblikkelijk verandert.

Hij zal hem geduldig blijven onderwijzen uit het Woordvan God, zodat het afgedwaalde lid weer de goede weggaat zien en nieuwe hoop krijgt en nieuwe moed vat. Eenlankmoedig voorganger weet te wachten, zoals eentuinman rustig naar huis gaat en niet ieder ogenblik bij hetbed met zaaigoed gaat kijken of alles wel opkomt. Degoede voorganger tracht met voorzichtigheid iets op tebouwen in het Koninkrijk van God.

In het licht van de geweldige eindtijd, waar het over levenen dood gaat en over eeuwig behoud, zien we dat devoorgaande broeder rustig en trouw verder gaat. Hierworden geen spectaculaire dingen vermeld, maar wat degrote apostel Paulus bezat, heeft ook de eenvoudigewerker in Gods Koninkrijk nodig, namelijk een gedegenkennis van het Woord Gods.

3,4. Want er komt een tijd, dat de mensen de gezonde leerniet meer zullen verdragen, maar omdat hun gehoorverwend is, naar hun eigen begeerte zich tal van leraars

Page 331: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

zullen bijeenhalen, dat zij hun oor van de waarheid zullenafkeren en zich naar de verdichtsels keren.

Het is van groot belang om een gezonde leer en eengezond leven in de gemeente te brengen. De gezonde leervoert de mens naar bevrijding, herstelen naar devolmaaktheid. De gezonde leer bewerkt dat de, mens Godsvolmaakt zal zijn, dus tot algehele ontwikkeling wordtgebracht en dan tot leder goed werk geheel is toegerust(3:17). In het christendom zien we nu echter het haastongelofelijke gebeuren: men verdraagt deze gezonde leerniet meer. Men heeft het doel van God, dat bij deschepping zo duidelijk werd uitgesproken, namelijk ommensen te verkrijgen naar Gods beeld en als zijngelijkenis, niet meer voor ogen.

Men kent zelfs de weg Gods niet meer om dit doel tebereiken. Ook in het nieuwe verbond dwalen allen alsschapen en wenden zij zich, een leder naar zijn eigenweg.Men wil zelfs niet meer naar de gezonde leer luisteren enheeft er een afkeer van.

Paulus wijst dan profetisch vanuit zijn (geïdealiseerde) tijdop een komende eeuwendurende afval, die in onze tijd weleen dieptepunt bereikt. Het woord van God wordt verdichtof verdraaid en met een leven in waarheid engerechtigheid neemt men het niet zo nauw. Velen zoekennaar leraars die hen op doolwegen willen voorgaan. Deeen helt over naar het rechtse orthodoxisme en de andernaar het linkse modernisme. De een hoort graag eenemotionele evangelische prediking en de ander zoekt eenwoordverkondiging die alleen het intellect bevredigt.

Page 332: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Bij al deze mensen ligt het zwaartepunt der prediking opaarde en als men nog over de hemel spreekt, is men nietbezig met de zuiver onzienlijke wereld, maar met eengefantaseerd verlengstuk van het aardse, natuurlijke leven.Er is echter slechts één weg der waarheid, die wij gaandoor middel van het evangelie van het Koninkrijk derhemelen dat Jezus ons verkondigde. Hij is de enge poorten zijn boodschap is de smalle weg die naar het doel leidt,namelijk de volmaakte mens Gods.

Zoals in een democratie de bevolking zich een eigenoverheid verkiest, die een weerspiegeling moet zijn van depolitieke en maatschappelijke verdeeldheid, zowaarschuwt hier de apostel ons voor het komendeindividualisme, waarbij de christen van de ene theorie naarde andere verhuist. Vanwege een geestelijke verblindingmerkt hij de van God gegeven leiders niet meer op, maarhij kiest zijn eigen 'talrijke' leraars. Het toestromen vanmensen naar zulke predikers wordt niet teweeggebrachtdoor het zoeken naar de waarheid en door de eerbied voorhet Woord van God, maar vindt zijn oorsprong in de doorde boze bespeelde en geleide begeerten, die het vlees - ookhet vrome - willen verzadigen.

Dit streven naar bevrediging door allerlei prikkelende,sensationele en pikante toespraken door een menigteleraars met een wirwar van leringen wordt vergeleken metdatgene wat de prikkelende jeuk in het oor bevredigt: 'Menhunkert naar wat het oor kittelt'(Leidse Vert.).

Men is kind van onze tijd, als men, zoals er letterlijk staat,'zich leraars bij massa's ophoopt'. Op deze wijze wordt deware gemeente gescheurd en ontstaan overal kleinekringen waar christenen elkaar ontmoeten die de waarheid

Page 333: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

hebben verloren en deze vervangen hebben door mythen'of 'fabels' die passen in onze moderne tijd.

5. Blijf gij echter nuchter onder alles, aanvaard het lijden,doe het werk van een evangelist, verricht uw dienst tenvolle.

Timótheüs mag zich niet door allerlei 'verdichtsels' endwalingen laten verstrikken, maar hij moet een nuchterevisie bewaren op de hemelse gewesten en op denatuurlijke wereld. De ware of 'rechte' nuchterheid (zie 1Cor. 15:34) ontdoet het geloofsleven van alle opsiering enverdichting. Zij is kalm, beraden en helderonderscheidend. Zij laat zich niet meeslepen doorglitter enuiterlijk vertoon. Deze nuchterheid wordt niet aanvaarddoor hen die een troep leraars bijeengehaald hebben, endie verzot zijn op sensatie en door de wisselende inzichtentelkens in een roes of verdoving leven.

Door zijn nuchterheid zal de ware christen verdrukkingvan zijn tijdgenoten ondervinden, evenals Jezus dezeonderging. Dit lijden vanwege de geest van de(christelijke) eeuw wordt evenwel door hem metblijdschap aanvaard, want hij is niet meerder dan zijnMeester. De apostel Petrus schreef. 'Wordt nuchter enwaakzaam. Uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als eenbrullende leeuw, zoekende wie hij zal verslinden.Wederstaat hem, vast in het geloof, wetende dat aan uwbroederschap in de wereld hetzelfde lijden wordttoegemeten'(1 Petr. 5:8,9).

Wie met zijn beide benen stevig op de grond des Herenstaat, is nuchter. In de geestelijke wereld komt hij dan wel

Page 334: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

in conflict met de boze die hem attaqueert. De predikingvan het evangelie van het Koninkrijk der hemelen en hetfunctioneren van de christen in de onzienlijke wereldmaakt de vijand tot een brullende leeuw. Wanneer ditevangelie niet wordt verkondigd, kan de overste dezerwereld zijn domein rondwandelen en zeggen: 'de ganseaarde is in rust'. Ook wij zullen de aversie die hij in onzemedechristenen opwekt als een vanzelfsprekend feitaccepteren. Daaraan kunnen wij tevens bemerken dat ditevangelie werkt.

De taak die niet alleen Timótheüs had, maar ook leder lidvan de gemeente heeft, is het brengen van dit evangelievan het Koninkrijk aan de buitenstaanders en in zijnvolheid aan de gelovigen. We moeten hier het woord'evangelist' niet te beperkt opvatten en het een te engebetekenis toedichten. Timótheüs was ook leraar,voorganger en zendeling. Paulus voegt er tenslotte ooknog de vermaning aan toe, die alle dienstknechten van deHeer ter harte moeten nemen: 'Vervul uw ambt ten volleen wijd u geheel aan uw dienst'. Zijn bediening eiste degehele inzet van zijn leven en gaf weinig speelruimte. Erblijft voor de geroepen knecht van de Heer ook nu nogweinig tijd over voor liefhebberijen en voor recreatie in denatuurlijke wereld.

6. Want wat mij aangaat, reeds word ik als plengoffergeofferd en het tijdstip van mijn verscheiden staat voor dedeur.

Een plengoffer is een drankoffer van wijn, sterke drank ofsoms water, dat werd uitgegoten bij een brand- ofspijsoffer. Het werd eraan toegevoegd en hoorde erbij (Ex.

Page 335: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

29:40, Num. 28:7). Paulus zat in de gevangenis te Romeom der wille van het evangelie van Jezus Christus. Hijvoelde hoe de tijd was gekomen dat zijn leven zouwegvloeien en hij de marteldood zou sterven. Het groteoffer was door Jezus zelf gebracht en de apostel vergelijkthet afsnijden van zijn leven nu met een plengoffer, dat bijhet brandofferaltaar werd uitgegoten.

Het oorspronkelijke woord voor 'verscheiden' betekentlosmaken, bijvoorbeeld van een schip, van ketenen, of vanhet losmaken of het afbreken van een tent. Daarmeevergelijkt Paulus nu zijn sterven. Er zal een scheidingworden gemaakt tussen zijn inwendige en zijn uitwendigemens. Deze laatste zal op aarde blijven om tot stof tevergaan maar de eerste zou zijn intrek bij zijn Heernemen.

De sterke, geestelijke band die de gevangen apostel metzijn jonge vriend en medewerker heeft, blijkt wel uit hetvoegwoord 'want', waarmee hij zijn persoonlijke relatieaccentueert. Timótheüs moest erop rekenen dat de tijd wasaangebroken, dat de grote apostel en fundamentlegger vanvele gemeenten voorgoed afwezig zou zijn. Want naPaulus zou een nieuwe generatie van 'apostelen enprofeten moeten opstaan om de arbeid voort te zetten,zodat de woonstede Gods in de geestelijke wereld haarvoltooiing zou verkrijgen (Ef. 2:20-22). Deze oproep geldtdaarom ook de dienstknechten van de Heer in onze tijd.Ook zij zullen zich ten volle moeten inzetten.

De situatie waarin Paulus verkeerde, was bijzonder slecht,maar of de apostel werkelijk daar in Rome tijdens dezezware kerkerstraf overleden is, valt te betwijfelen. Ook inFilippenzen 1:23 en 2:17 drukte hij zich op soortgelijke

Page 336: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

wijze uit. Hij schreef deze woorden ook niet vanuit eendepressie maar vanuit een hoopvolle verwachting. Hijverlangde heen te gaan om met Christus te zijn, want datwas voor hem verreweg het beste. Zijn verscheiden wasvoor hem geen verschrikking, want het bood hem alleenmaar het genot van rust, vrede, overwinning enheerlijkheid.

Bleef hij echter leven, dan was hij niet de uitgebluste enafgewerkte dienstknecht, maar de vitale en onvermoeideboodschapper des heils, die weer zou gaan rondreizen omde prediking van het evangelie van Christus - dat van hetKoninkrijk der hemelen - wat hem betrof, te volbrengen(Rom. 15:19).

7. Ik heb de goede strijd gestreden, ik heb mijn loop teneinde gebracht, ik heb het geloof behouden;

Paulus had het er niet moeilijk mee om heen te gaan, wanthij wist dat hij de goede strijd had gestreden, dat is die inde hemelse gewesten waarover hij in Efeziërs 6 hadgeschreven. Het is de worsteling om in voor- entegenspoed. in verdrukking en vervolging het geloof in dewoorden van God vast te houden. Hij wist dat zijnlevensweg ten einde liep, maar hij had het geloofbehouden. Hij had de waarheid tot aan het einde toeonverwrikt vastgehouden. Hij was op de juiste weggebleven. Dit is van groot belang om nietgediskwalificeerd te worden, zoals bepaaldeschaatsenrijders die door een verkeerd parcours te rijden,niet in aanmerking komen vooreen prijs. Zij reden welhard, maar zij bevonden zich op de verkeerde baan.

Page 337: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Na een lang leven met de Heer, na een onafgebrokendienst in zijn wijngaard kan de christen de innerlijkezekerheid verkrijgen: mijn anker ligt nu onverwrikbaarvast. Ik ben verzekerd dat dood noch leven, engelen nochheerschappijen, heden noch toekomst, geen machten, geenhoogte of diepte, noch enig ander schepsel mij nog zalkunnen scheiden van Gods liefde in Christus Jezus, mijnHeer (Rom. 8:38,39).

Bij het ouder worden weet hij dat zijn taak is beëindigd,maar wellicht heeft de Heer toch nog iets voor hemweggelegd, dat een extra toegift wordt, een bijzonderegenade die hem nog ten deel zal vallen. En zo niet, dan ishij blij en tevreden dat hij zijn wedloop trouw heeftvolgehouden en volbracht heeft. Paulus kan Timótheüsbemoedigen met de gedachte: je zult zien, bestemedestrijder, dat wij in dit leven al in een opgaande lijnzijn. Je zult er nooit spijt van krijgen, want het leven metde Heer wordt steeds mooier en rijker. In dezestaatsgevangenis ben ik wel erg eenzaam maar met Godgemeenzaam. Het deert mij niet, want mijn innerlijkemens vertoeft voortdurend in het Koninkrijk Gods.

Paulus ziet dan nog eenmaal het beeld van een wedloopvoor zich. Bij de aanvang ervan werd hem op de weg naarDamascus een plaats op de beginstreep aangewezen. Hijherinnerde zich het lange wachten van veertien jaar in dewoestijn van Arabië en in Tarsus. Daar bevond hij zich alsdie renner, die voorovergebogen, soms op één knie en metde hand licht op de bodem steunend, op het startseinwachtte. Dit bestond hierin dat een touw. dat vóór hemgespannen was, werd neergelaten. Gebeurde dit, dan zettede loper zich met de ene voet af tegen de drempel, die bijde beginstreep was aangebracht.

Page 338: Rhemaprint, De internet-site voor diepgaande Bijbelstudie - J ...de tussenmuur, die scheiding maakte, de vijandschap, weggebroken heeft, doordat Hij in zijn vlees de wet der geboden,

Dan ging het snel voorwaarts en: vergetende hetgeenachter was - dat duistere, religieuze tijdperk onder de weten dat voortgedreven worden door 'vrome' geesten - nuzich uitstrekkende tot hetgeen vóór was, om te jagen naarhet einddoel des geloofs tot de prijs (Filip. 3:14). Dit wasde loop van zijn leven als christen en als apostel - dat isuitgezondene - geweest.