In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November...

40
www.houvast.nu - 1 - November 2004 E-zine voor gereformeerde jongeren nummer 1 November 2004 In dit nummer De twee wegen .................................... 1 Psalm 1 ................................................ 3 Waarom............................................... 5 Uitgangspunten ................................... 6 Colofon.............................................. 9 Gods trouw in de bijbel..................... 10 Adviezen voor een goede loopbaan..16 Van wie zijn de Psalmen? ................. 19 Voor Joden een aanstoot, voor heidenen een dwaasheid… ............... 31 Wij geloven met hart en mond.......... 35 De twee wegen Welzalig de man die niet wandelt in de raad der goddelozen... maar aan des HEREN wet zijn welgeval- len heeft en diens wet overpeinst bij dag en bij nacht... De Psalmen, het liedboek dat God aan zijn volk gegeven heeft, begint met een paar liederen die je ‘thematisch’ kunt noemen. Dat wil zeggen: ze ge- ven een paar thema' s, grote lijnen, aan in de omgang tussen God en zijn kin- deren, grondlijnen die je in de hele bijbel terugziet. En Psalm 1 staat niet voor niets voorop: het thema van ' de twee wegen' is heel belangrijk. Namens God zingen we elkaar toe (samengevat): “Je staat op een twee- sprong. En welke weg kies je nu, Gods weg of die van de goddelozen?” Die keus is niet onzeker, een sprong in het duister, zoals zoveel van onze keuzen. Je krijgt precies te horen waar je moet gaan, en waarom: de weg van Gods geboden is de weg naar het leven dat nooit verwelkt, en de weg van de god- delozen loopt uit op de ondergang. Kies dan het leven! Onze voorouders spraken in dit verband van ‘de antithese’. Ik zal uitleggen wat ze daarmee bedoelden. Je ziet in de eerste hoofdstukken van de bijbel, hoe door de zondeval het volmaakte leven aan diggelen is gegaan, dat mooie leven dat God ons mensen gegeven had. Je ziet ook hoe God een nieuw perspectief gaf in de ‘moe- derbelofte’ (Genesis 3 : 15): En Ik zal vijandschap zetten tussen u (de slang) en de vrouw, en tussen uw zaad en haar zaad; dit zal u de kop vermorzelen en gij zult het de hiel vermorzelen. HOUVAST.NU is een internet- uitgave, te vinden op www.houvast.nu U ziet hier de papieren versie er- van. De eigenlijke internet-versie bevat dezelfde teksten, maar biedt ook gemakkelijke verwijzingen voor verdere studie. Dit eerste nummer mag vrij ver- spreid worden onder vrienden en kennissen. Zie ook bladzij 9

Transcript of In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November...

Page 1: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 1 - November 2004

E-zine voor gereformeerde jongeren

nummer 1 November 2004

In dit nummer De twee wegen....................................1

Psalm 1................................................3

Waarom...............................................5

Uitgangspunten ...................................6

Colofon..............................................9

Gods trouw in de bijbel.....................10

Adviezen voor een goede loopbaan..16

Van wie zijn de Psalmen?.................19

Voor Joden een aanstoot, voor heidenen een dwaasheid… ...............31

Wij geloven met hart en mond..........35

De twee wegen Welzalig de man die niet wandelt in de raad der goddelozen... maar aan des HEREN wet zijn welgeval-len heeft en diens wet overpeinst bij dag en bij nacht...��

De Psalmen, het liedboek dat God aan zijn volk gegeven heeft, begint met een paar liederen die je ‘thematisch’ kunt noemen. Dat wil zeggen: ze ge-ven een paar thema's, grote lijnen, aan in de omgang tussen God en zijn kin-deren, grondlijnen die je in de hele bijbel terugziet. En Psalm 1 staat niet voor niets voorop: het thema van 'de twee wegen' is heel belangrijk. Namens God zingen we elkaar toe (samengevat): “Je staat op een twee-sprong. En welke weg kies je nu, Gods weg of die van de goddelozen?” Die keus is niet onzeker, een sprong in het duister, zoals zoveel van onze keuzen. Je krijgt precies te horen waar je moet gaan, en waarom: de weg van Gods geboden is de weg naar het leven dat nooit verwelkt, en de weg van de god-delozen loopt uit op de ondergang. Kies dan het leven!

Onze voorouders spraken in dit verband van ‘de antithese’. Ik zal uitleggen wat ze daarmee bedoelden. Je ziet in de eerste hoofdstukken van de bijbel, hoe door de zondeval het volmaakte leven aan diggelen is gegaan, dat mooie leven dat God ons mensen gegeven had. Je ziet ook hoe God een nieuw perspectief gaf in de ‘moe-derbelofte’ (Genesis 3 : 15):

En Ik zal vijandschap zetten tussen u (de slang) en de vrouw, en tussen uw zaad en haar zaad; dit zal u de kop vermorzelen en gij zult het de hiel vermorzelen.

HOUVAST.NU is een internet-uitgave, te vinden op www.houvast.nu

U ziet hier de papieren versie er-van. De eigenlijke internet-versie bevat dezelfde teksten, maar biedt ook gemakkelijke verwijzingen voor verdere studie.�

Dit eerste nummer mag vrij ver-spreid worden onder vrienden en kennissen.

Zie ook bladzij 9

Page 2: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 2 - November 2004

Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp van God met degenen die bij God horen, aan de andere kant dat van de duivel met de-genen die aan zíjn kant staan. Een vijandschap die doorgaat tot het eind van de ge-schiedenis. Sindsdien lopen wij mensen op de ene weg of op de andere, de weg van God of die van zijn tegenstander; een derde weg is er niet. Daarom is sindsdien de belangrijk-ste vraag in ons leven, voor ons allemaal: welke weg kies jij?

Tegenwerping: Is dat niet veel te simpel voorgesteld? Het leven, en de keuzen die we moeten maken, zijn toch veel ingewikkelder! Kies je voor leefstijl A dan is dat bijvoorbeeld goed voor je gezondheid, maar niet voor je psychisch welbevinden, en bij B ligt het andersom. Trouwens, wat goed is voor je gezondheid - daarover ver-schillen de deskundigen ook van mening... Studie A lijkt je geweldig interessant, maar je buurjongen is eraan begonnen en gil-lend weggelopen omdat het er zo schools toeging. Voor studie B, die je ook wel aanlokt, heb je misschien toch niet genoeg talent. En met studie C kun je later waarschijnlijk maar moeilijk werk vinden... Kerk A heeft een prachtige schriftgetrouwe belijdenis, op papier, maar in de prak-tijk is het vaak een dode letter. Kerk B houdt het heel simpel, wil zich liever ner-gens op vastleggen, maar intussen wordt daar soms verrassend bijbels gepreekt. Alleen, als je dan weer kijkt naar het gemeenteleven, dan zou je misschien toch be-ter af zijn met kerk C, waar de mensen zo hartelijk met elkaar meeleven en ook naar buiten toe een geweldig gave inzet hebben...

Dat is waar, het leven is ingewikkeld geworden. Wij hebben het zelf met elkaar zo ingewikkeld gemaakt. Soms heb je het gevoel dat je alleen maar verkeerd kunt kie-zen. Dan hak je ten einde raad maar een knoop door en krijg je er vervolgens spijt van. Dat is een van die onoverzienbare gevolgen van de zondeval. Daarom mag je er zo blij om zijn dat onze Schepper zélf ons een gids gegeven heeft: de bijbel. Al staan er voor de details van ons leven lang niet altijd pasklare antwoorden in, het is een betrouwbare gids. Als je die gids werkelijk volgt, er dag aan dag mee bezig bent, en de Here om wijsheid vraagt, dan zul je op een gegeven moment wel de weg ontdekken die je gaan kunt. Zelfs al lijkt het een sprong in het duister. Dat heeft Hij zelf beloofd. Voorbeelden:

Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad (Psalm 119 : 105). Gods weg is volmaakt; des Heren woord is zuiver. Hij is een schild voor allen die bij Hem schuilen. Want wie is God behalve de Here, wie is een rots buiten onze God? (Psalm 18 : 31-32)

De eenvoud en helderheid waarmee God ons in dit ingewikkelde leven de weg wijst, kom je op veel manieren tegen in de bijbel. Onder andere in het boek Spreu-ken. Maar ook, gewoon, in de geschiedenis van het volk Israël. En in de profetieën. En natuurlijk ook in het Nieuwe Testament, in het onderwijs van de Here Jezus en

Page 3: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 3 - November 2004

zijn apostelen. Laten wij dan ook streven naar die eenvoud en helderheid voor ons eigen leven.

Een kleine selectie, om in de komende tijd te lezen en te overdenken:

Spreuken 12��

Lees een paar keer een kleine serie spreuken (niet te veel tegelijk, zodat er ruimte is om over een concrete toepassing in je leven na te denken). Zie je hier iets van ‘de twee wegen’ waartussen je moet kiezen?

1 Samuël 15�� Waar zat de fout? Wat ging er mis? Zie je ook hier de keus tussen de twee wegen?

Micha 6 : 6-8�� God heeft ons bekendgemaakt wat goed is, eigenlijk is het heel eenvoudig...

Matteüs 6 : 19-34��

Ook hier: de keus. Kun je die formuleren? Is het een andere keus dan in het Oude Testament? Hoe maak je de keus concreet in je eigen leven?

Galaten 5 : 13-26�� Weer: de twee wegen: die van het vlees en die van de Geest

Psalm 1��Benoem de verschillen tussen de twee wegen. (lees evt. ook Jeremia 17 : 5-8: hetzelfde beeld, verder uitgewerkt). Kun je dit toepassen in je eigen leven?

Een voorbeeld van hoe je zo'n bijbelgedeelte kunt bestuderen staat hierna.

H. Vreugdenhil-Busstra

Bijbelstudie

Psalm 1 Zie je hem voor je, die man? Eerst loopt hij een eindje met hen op, die lui uit ‘de wereld’, wat onwennig omdat hij wel beseft dat ze er ‘andere opvattingen’ op na houden. Maar af en toe denkt hij verrast: hé, zo gek nog niet wat ze daar beweren; daar kan ik best nog wat van le-ren. Dat gevoel wordt steeds sterker: bar interessant eigenlijk, hun kijk op het le-ven! Op een gegeven moment blijft de groep staan. Zij vinden hem blijkbaar ook erg de moeite waard; hij mag zijn zegje doen en zij reageren er positief op. Een kwartiertje later zie je hen zitten, in een kring. Hij ook, hij is in hun kring op-genomen, hij is één van hen, en hij praat, lacht en spot met hen mee.

Tussen haakjes: er komt nog een kring voor in deze psalm, in vers 5: de vergadering der rechtvaardigen. Nou, de man die opgenomen is in de kring der spotters, krijgt in déze vergadering geen poot aan de grond; hij wordt door allen weerlegd (vgl. 1 Kor. 14 : 24).

Page 4: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 4 - November 2004

Dat is het ene plaatje Daar tegenover staat die andere man: Hij is bezig met Gods wet (een ander woord voor de bijbel van toen), hij studeert daar met plezier in en denkt erover na. Waarom wordt hij 'welzalig' genoemd? Hij leeft. En hoe! Kijk maar: hij wordt vergeleken met een groene boom, die niet zonder water zal komen te zitten: hij staat aan het water, een beek ofzo. Zie je hem daar staan in de loei-hete zon? En toch is er geen dor blad aan te bekennen! Je kunt er van op aan dat je in de herfst appels (of peren, of wat voor andere vrucht dan ook) aan kunt vinden. Heerlijk!

Als je een bijbel hebt met tekstverwijzingen (erg handig!), zie je waarschijnlijk een tekstverwijzing onder Psalm 1: Jeremia 17: 5-13. Lees dat gedeelte eens. Je ziet er hetzelfde beeld als in deze psalm, en ook een dode struik. Zie je hoe dood hij is? Zelfs als er regen komt, merkt die struik dat echt niet. In de psalm wordt die struik niet genoemd. In plaats daarvan worden de goddelo-zen met een ander beeld getekend: kaf dat door de wind wordt verstrooid. Net zo doods... Nutteloos...

Wat heb je nodig om niet zulk kaf te worden, of zo'n dorre struik? Wat is dat stro-mend water uit Psalm 1? Wat is dat levende water uit Jeremia 17:13? Hé, dat is een bekende uitdrukking: levend water. Jezus is die bron (zie o.a. Joh. 4:14 en iets ver-derop in Joh. 7: 37-44). Als je Hem afwijst, word je in de aarde geschreven, staat er in Jeremia 17:13 bij. En dat gebeurde ook: kijk maar eens: Joh. 8:1-11 (een dag nadat Jezus had geroepen dat je voor levend water bij Hem moet zijn). Op home.tiscali.nl/ebrink vind je een preek hierover, van ds. E. Brink)

Laten we deze bijbelgedeelten met elkaar in verband zien!

Dan ontdek je dit: die rechtvaardigen uit Psalm 1 drinken van dat levende water dat Jezus geeft. Zij zijn bezig met wat God belangrijk vindt. En dat is precies wat Jezus ook verkondigde: zoek eerst Gods koninkrijk! In het Oude Testament én in het Nieuwe Testament is dat de kern!

Ik word blij van het slot van Psalm 1: God kent de weg van wie rechtvaardig is. Maar de weg van de goddelozen vergaat. Dorre struiken gaan vanzelf dood. Kaf zie je ook vanzelf niet meer. Wat een grote tegenstelling zie je in deze psalm: 2 wegen. En er is geen derde weg!

Hmm ik weet wel wat ik wil. Ik wil leven. En dus geen dorre struik, geen kaf zijn. Maar een groene boom, geplant aan Gods waterstromen.

E-line

Page 5: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 5 - November 2004

Van de redactie

Waarom Christen zijn is niet altijd even makkelijk. Je leeft in een wereld die zich van God noch gebod veel aantrekt. En dat levert spanning op. In de kerk, maar ook in ons persoonlijke leven. Hoe kun je nog Christus volgen? Hoe houd je je relatie met God 'op peil'? Kortom: hoe moet en kun je christen zijn vandaag?

Het doel van Houvast.nu is, samen te ontdekken wat God ons vandaag te zeggen heeft. Wat is je houvast vandaag, in je leven en ook als je gaat sterven? Ons uitgangspunt site is dat we willen luisteren naar wat God ons in de bijbel wil zeggen. Daarom staat de bijbel centraal, ook als we van daar uit lijnen trekken naar het verleden, naar vandaag en naar de toekomst. En van onze situatie uit kijken naar wat de bijbel te zeggen heeft over actuele vragen. Hierbij gebruiken we als hulpmiddel de gereformeerde belijdenis uit het verleden. We hanteren de '3 formulieren van enigheid': De Heidelbergse Catechismus, de Nederlandse Geloofsbelijdenis en de Dordtse Leerregels. Op deze manier willen we meer (geloofs)kennis krijgen. Dat is ook een opdracht die we in de bijbel tegenkomen. In een aanklacht heeft Hosea namens God gezegd:

Mijn volk gaat te gronde door het gebrek aan kennis. Omdat u de kennis verworpen hebt, verwerp Ik u! (Hosea 4:6).

De 'kennis' - dat is niet alleen 'rationeel', verstandelijk, áfstandelijk. Als je een relatie met iemand hebt, is wat je van de ander weet, ook niet afstandelijk, maar juist emo-tioneel en persoonlijk.

Zo krijgen we steeds beter zicht op Wie God is, en wie wij, als kleine mensen, zijn. En dan zien we pas écht hoe groot, breed, diep en hoog de liefde van God is. (Efeze 3:18)

Met de naam 'Houvast Nu' willen we het volgende zeggen: • De bijbel geeft houvast ook als de tijd en de cultuur veranderen, dus nu ook. • Wij weten ons verbonden aan de Here Jezus Christus. Dat we van Hem zijn,

is onze enige troost, ons enige houvast in leven en sterven. • Wij willen Hem trouw blijven. Hij heeft zijn kerk, dus ook ons, gewaar-

schuwd: "Hou vast wat u hebt, opdat niemand uw kroon neme" (Openbaringen 2:25). Dat is geen opdracht om conservatief te zijn. Maar wél een opdracht om in Hem te blijven geloven.

Gang van zaken 6 x per jaar komen er nieuwe artikelen bij. Als je gewaarschuwd wil worden als er nieuwe artikelen zijn, kun je je laten registreren. Je krijgt dan elke keer een mailtje met daarin van de nieuwe artikelen de inleiding. En je hebt gelijk ook toegang tot het forum, waar je op de artikelen kunt reageren. Uiteraard kun je de reacties van anderen ook lezen. Heb je een onderwerp voor een artikel? Een vraag waar je niet uit komt? Dat kun je daar ook vertellen.

Page 6: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 6 - November 2004

Uitgangspunten Veel jonge christenen zijn aan een zoektocht bezig. Houvast.nu wil aan de hand van Gods Woord bij deze zoektocht een hulpmiddel zijn.

Zoektocht Vind jij het leven boeiend? Wij wel! Wat is er veel te genieten, zeker als je jong bent, én van harte christen bent. - Jawel, maar... het is ook wel ingewikkeld. Niet het minst voor een gereformeerde jongere. Bijvoorbeeld: je hebt wel Jezus leren kennen - je bent zelfs enthousiast voor Hem, en je leest veel in de bijbel - maar veel structuur heeft dat allemaal niet. En er is zoveel wat je niet begrijpt, in de bijbel, in de kerk, in je eigen leven. Je zou wel wat meer willen mérken van Gods werk in jou, van zijn Geest... Of: je bent ‘vrijgemaakt’. Van veel broeders en zusters in de kerk kun je horen, dat er tot voor kort van alles fout was met de manier waarop ‘we’ kerk waren, en dat veel vernieuwingen alleen al daarom hárd nodig zijn. Terwijl anderen beweren dat de manier waarop ‘we’ nu bezig zijn juist richting afgrond gaat. Kom daar maar eens uit! Kijk, je wilt niet met oogkleppen op lopen, kortzichtig of verkokerd. Of maar wat aanmodderen. Je voelt je verantwoordelijk, voor jezelf en ook (een beetje) voor anderen, maar hoe kun je daarmee aan de slag? Kortom: hoe moet je christen zijn, vandaag? Zou je het moeten zoeken bij evenementen als de EO jongerendag, Flevo Totaal? Moet je je voor honderd (en meer) procent gaan inzetten voor Jeugd met een Op-dracht of voor een jongerenkerk? Moet je kluizenaar worden? Theologie gaan stu-deren?

Als je hier wat van herkent, lees dan eens verder op onze site. Verwacht niet een recht-toe-recht-aan antwoord op die zoekvragen. Maar misschien helpt het je toch wel, om meer zicht te krijgen op je christen-zijn nu. In elk geval zijn wij zelf en-thousiast om alles wat wij bezig zijn te ontdekken.

Aan de hand van Gods Woord Wij hebben met een paar gereformeerde jongeren (en een paar ouderen) doorge-praat over een manier om samen verder te komen in ons christen-zijn. Wij vinden de band met onze Here Jezus van levensbelang, en we bidden of God ons met zijn Geest wil vervullen. Voor de invulling van ons leven gaan we dan ook vooral bij Hemzelf te rade. Daarvoor heeft Hij ons immers zijn Woord gegeven, niet als een bundel regeltjes en wetten, maar als zijn ‘brief’ aan ons. Daarop willen we ons concentreren.

Die concentratie op de bijbel werken we op verschillende manieren uit. Hieronder vertellen we daar globaal wat over; het gaat om de onderwerpen:

• Bijbel��

Page 7: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 7 - November 2004

• Belijdenis��• Kerkgeschiedenis �• Andere onderwerpen��

a. De bijbel Alles wat in de bijbel staat willen we van harte aannemen, want het is Gods Woord. Hij vertelt ons daarin wie Hij is, wie wij zijn, en hoe Hij wil dat wij met Hem, met elkaar en met zijn schepping omgaan. Door de bijbel te lezen en te over-denken leren we de Here steeds beter kennen, en zo groeien we in het geloof.

- Hoezo? Hoe weet je dat het in de bijbel God Zelf is die je aanspreekt? Tja, dat is een van de moeilijkste punten om uit te leggen. Want je kunt het niet bewijzen. Dit geloof je. Dit heb je leren zien, langzamerhand of plotseling, dit heb je ervaren, dit weet je. Gods Geest zelf heeft dit in je hart gelegd, en het wordt steeds meer het meest waardevolle in je leven. Of: je twijfelt er best wel vaak aan, maar je kunt er toch niet los van komen. Het dóet wat met je, trekt aan je. Je hebt het (sterke) vermoeden dat het waar is wat je in de bijbel leest, en dat je alleen zó je bestemming zult vinden.

Juist daarom willen we er eigenlijk veel meer en dieper mee bezig zijn dan tot nog toe gebeurde. Alleen, maar graag ook samen met anderen. Uit de bijbel zelf weten we immers dat we sámen verder komen in het leren kennen van God (zie bijv. Efeziërs 3 : 18). Want in je eentje kun je heel gemakkelijk allerlei eigen(wijze) in-vullingen geven aan Gods woorden. En zo van God Zelf afdwalen. Daarom proberen we er echt werk van te maken: dagelijks bidden en bijbellezen, ook samen met anderen, en er regelmatig over doorpraten. Dat ga je dan zelfs erva-ren als ‘schatgraven’ in de bijbel: je vindt er ‘juwelen’ in - lees maar eens hoe (bij-voorbeeld) Psalm 19 dat omschrijft.

We zijn verschillend, natuurlijk. Maar al die verschillende ‘typen’ kunnen elkaar best aanvullen, bemoedigen en opscherpen, o.a. door geloofs-, lees- e.a. ervaringen uit te wisselen. Net zoals een hand en een voet - je weet wel (1 Korintiërs 12). En waarom zouden we dat ook niet via internet doen?

We willen bijbelgtedeelten bespreken, en kijken naar de grotere verbanden, maar ook kijken naar vragen als:

• hoe lees je de bijbel? • waarom zou de bijbel gezag hebben? • is het letterlijk Gods Woord? • is het een boek van mensen óver God?

b. Belijdenis De bekendste van de gereformeerde belijdenisgeschriften is de Heidelbergse Cate-chismus. Deze wordt gebruikt bij catechisatie, maar er wordt ook vaak uit gepreekt. Een 'korte' samenvatting van wat we uit de bijbel leren. Als je wilt weten waar die samenvatting op gebaseerd is, heb je heel veel aan de tekstverwijzingen die onder elk antwoord staan (lees ze in hun verband!). We hebben in de gereformeerde ker-ken nog twee andere belijdenisgeschriften: de Nederlandse Geloofsbelijdenis en de

Page 8: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 8 - November 2004

Dordtse Leerregels. Misschien ken je die niet eens echt... Eigenlijk zouden we daar ook eens aandacht aan moeten besteden: lezen en er samen over doorpraten. Is dat nou nodig, zo bezig te zijn met onze gereformeerde erfenis? We begonnen immers met de stelling dat het vooral gaat om geloven nu? Bovendien, die geschriften zijn mensenwerk, niet op één lijn te stellen met het Woord van God... Inderdaad, maar ze zijn wél de neerslag van wat vele gelovige voorouders uit de bijbel begrepen hebben, en daarom de moeite waard om serieus te onderzoeken. Het geloof is toch niet bij óns pas begonnen (1 Kor. 14:36)? We kunnen dan ook veel uit de bijbel leren met de hulp van deze geschriften.

c. Kerkgeschiedenis Over historische achtergronden gesproken: een duik in de geschiedenis is soms heel leerzaam. - Niet alleen omdat het interessant is om te zien hoe men vroeger geloofde, maar ook om wijs te kunnen omgaan met de actuele vragen van vandaag en morgen: wat heb ik eraan voor m’n eigen leven? Vandaar dat we op deze site ook geschiedenis behandelen.

d. Andere onderwerpen Andere series zouden kunnen gaan over allerlei onderwerpen die te maken hebben met ons leven als christen in deze tijd. Maar ook gewoon over feiten en weetjes. Zoals, bijvoorbeeld, over kenmerken van allerlei kerken in ons land en daarbuiten, en de verschillen daartussen.

Hulpmiddel Deze site is een hulpmiddel. Geen vervanging voor bijbelstudie in de gemeente. We willen niet vergeten dat de basis gewoon in onze eigen gemeente ligt - als het goed is. In de kerkdienst, en in de omgang met broeders en zusters in de kerk. Ga maar na wat we daar vinden:

- De preek: heel belangrijk. Het is ook goed om achteraf met broeders en zusters door te praten over de preek. Misschien zou je meer willen weten; de prediker kan het niet al te moeilijk maken natuurlijk; mensen die maar weinig van de bijbel we-ten zouden afhaken omdat ze het te ingewikkeld vinden. Hoe dan ook - zelfs als je soms (vaak?) het gevoel hebt dat je te weinig te horen krijgt; dat dit niet het hele verhaal is; dat bepaalde aspecten over- en andere onderbelicht worden - probeer in elk geval te verwerken wat je wél hoort. En verder: opbouwende kritiek mág.

- Bijbelstudie op verenigingsavonden (kerk of studentenvereniging): goed om sa-men door te praten over een bijbelgedeelte. Je kunt je er zelf extra aan bijdragen door je goed voor te bereiden. (Er zijn heel wat hulpmiddelen, bijvoorbeeld schet-sen en bijbelcommentaren.) En als er meer zijn die dat doen, kan het enthousiasme groeien!

- Catechisatie (heb je misschien al ‘achter de rug’): onderwijs in de leer van de bij-bel, met meestal op de achtergrond de Heidelbergse Catechismus, een samenvat-ting van die leer in de vorm van een (16e eeuws) leerboek. Misschien kwam er minder van terecht. Zelf was je (toen nog) niet altijd even ge-

Page 9: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 9 - November 2004

enteresseerd, en het meeste ben je allang weer vergeten. Zoals gezegd wordt er in de tweede dienst ook wel gepreekt aan de hand van de catechismus. Wat een schat aan geloofskennis en -ervaring is daarin samengevat!

Deze site is voor deze aspecten geen vervanging. Ze is juist bedoeld als ondersteu-ning. Je kunt door hiermee bezig te zijn, de fundamenten van je geloof sterker ma-ken. En misschien kun jij er anderen mee helpen.

Kortom: er is heel veel om samen te ontdekken, ook veel om stevig over door te praten. Doe je mee?

Colofon

De redactie van Houvast.nu bestaat uit: Eline Vreugdenhil - Zeist [email protected] Wilco Moerman - Utrecht [email protected] Harmjan Menninga - 's Gravenhage [email protected] Uitgangspunten en doelstelling worden beschreven op blz 5 en 6 Alle evt. stukken voor het blad zenden aan [email protected] of aan E.C. Vreugdenhil, Laan van Vollenhove 2039, 3706 GR Zeist. Het auteursrecht van de artikelen van Houvast.nu berust bij de redactie of de au-teurs, tenzij anders aangegeven. Verspreiding van artikelen binnen een kleine groep (minder dan 50 personen) is toegestaan, op voorwaarde dat de artikelen ongewijzigd zijn, en voorzien van bronvermelding. Deze bronvermelding dient te bevatten: het internetadres www.houvast.nu, de naam van het artikel en de au-teur. Voor overname op grotere schaal of anderszins moet vooraf toestemming van de redactie worden verkregen. Financiële bijdragen voor de instandhouding van Houvast.Nu, of ter stimulering en/ of honorering van meer en betere auteurs, kan worden gestort op giro 409 93 71, tnv J.P.C. Vreugdenhil te Hoensbroek

Page 10: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 10 - November 2004

Gods trouw in de bijbel Inleiding Hebben jullie dat ook, ’s winters?

Een duf, soms zelfs somber gevoel, als je ’s morgens wakker wordt,

en de lichten moeten aan want het is nog hartstikke donker... en om half vijf wordt het alweer schemerig in de kamer...

- Maar gelukkig, we gaan alweer de goede kant op: elke dag weer een beetje langer licht. Daar réken je natuurlijk op, zo gaat het elk jaar:

een onwrikbare natuurwet, die het blijft doen - zelfs als jouw hele wereldje op z’n kop staat.

In november maakten we een wandeling, ergens in Zuid-Limburg Er lagen al veel bladeren op de grond,

en terwijl ik ernaar keek, voelde ik weer de bewondering opkomen.

We weten tegenwoordig wel aardig goed hoe het werkt:

die blaadjes vallen doordat de sapstroom vanuit de boom stil is komen te staan, en zo wordt hij beschermd tegen de winterkou. Als het weer zachter wordt in het voorjaar, komt de sapstroom weer op gang voor nieuwe groei en bloei. Wat een ingenieus systeem eigenlijk!

De lucht was wat dreigend,

maar op een gegeven moment had de zon het toch gewonnen en we konden een paar prachtige herfstfoto’s maken: felle kleuren groen, rood, oranje, geel en bruin tegen een donkere blauwgrijze lucht.

Opeens werd het nóg mooier:

in die donkere lucht verscheen de regenboog, met een vage tweede boog daaronder:

Het teken van trouw

dat God, onze Vader in de hemel, aan de mensen op aarde gegeven heeft.

- Op zo’n moment zie je dan opeens minder tegen de winter op. �

In het begin Laten we eens in de bijbel lezen hoe het begonnen is:

een paar stukjes uit Genesis 8 en 9.

Page 11: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 11 - November 2004

- Maar voor een goed begrip moet ik eerst nog iets weergeven uit de hoofdstukken daarvóór. Daar wordt verteld over het begin van de wereld:

hoe God deze wereld geschapen heeft met alles erop en eraan, en - als sluitstuk en kroon op die schepping - de mens, geschapen naar zijn eigen beeld, om zijn vertegenwoordiger te zijn op aarde.

Er wordt ook verteld hoe de eerste mensen, Adam en Eva, de gehoorzaamheid aan hun Schepper opgezegd hadden

en hoe fout het daardoor gegaan is. Hun nakomelingen zijn steeds slechter en gewelddadiger geworden; tot ze dat prachtige kunstwerk van God

door en door verknoeid hadden. - Wat doen wij, als we iets moois gemaakt hebben,

en het gaat kapot, of het raakt door en door bedorven? We gooien het weg, slaan het aan barrels of verbranden het. En als we er moed genoeg voor hebben,

maken we met nieuw materiaal een nieuw begin. Toch? Maar God deed het anders.

Je zou het, op onze menselijke manier, zó kunnen zeggen: Hij liet zich niet op de kop zitten door tegenslag of tegenwerking,

maar paste zijn strategie aan. Een gigantisch werk van heel lange adem, waarin Hij het project ‘aarde’ tóch afmaakt,

met het ‘oude materiaal’: recycling op goddelijke schaal!

Zo zal er straks toch een volmaakte aarde zijn, schoon en blinkend, vol met mensen

die allemaal blij en vol bewondering voor Gods werk Hem zullen dienen, volmaakt en heilig.

Ook ons leven is in dat project opgenomen. Wij bevinden ons ergens tegen het einde van die lange weg. Hij begon met een ingrijpende schoonmaakbeurt: Hij spoelde de aarde schoon door een geweldige watervloed

die de hele aarde overdekte: de zondvloed.

Daarbij spaarde Hij een handvol mensen

Page 12: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 12 - November 2004

en van alle diersoorten een paar exemplaren. Met hen maakte Hij een nieuw begin, hoewel Hij wist dat Hij daarmee het kwaad zelf nog niet uitgeroeid had. Maar ook met dat kwaad zou Hij eens afrekenen.

Dit kan allemaal best wel wat afstandelijk klinken. Is de maat van het verhaal niet te groot voor ons,

kleine mensjes in een grote bedreigende wereld? Maar in de bijbel zie je juist hoe God zich naar onze kleine maat toe buigt,

en ons troost. �

Israël Nu sla ik even het stuk over Abraham en Sara over (die bespreek ik een andere keer graag). Zij werden apart gezet om Gods volk voort te brengen.

En door heel die geschiedenis van hen en hun nakomelingen heen zie je hoe ongewoon Gods reddingsacties waren.

Kinderen die eigenlijk niet kónden, bijvoorbeeld; om te beginnen: Isaak, geboren uit een negentigjarige vrouw, met een vader van honderd...

Zijn nakomelingen zie je een poos later terug als slavenvolk in Egypte.

Maar zoals Hij beloofd had, voerde God hen daarvandaan “met een sterke hand en met een uitgestrekte arm”

en Egypte bleef in dodelijke verwarring achter, volkomen op apegapen voor de komende paar honderd jaar.

Hij bracht dat slavenvolk, zijn volk naar het land dat Hij al aan Abraham beloofd had,

een land “vloeiende van melk en honing”. Waren zij dan zo’n bijzonder volk,

dat Hij al die moeite voor hen overhad? Nou, lees dat maar na in de volgende boeken van Mozes

(Exodus, Leviticus, Numeri en Deuteronomium): Het waren ondankbare mopperkonten,

die stiekem de beeldjes van Egyptische goden in hun bagage meegenomen hadden.

En vlak nadat de HERE dat duidelijk en nadrukkelijk verboden had, gingen ze ook nog een beeld van Hem maken: ze maakten een kalf van goud en zeiden: “Dit is de God die ons uit Egypte verlost heeft”.

Page 13: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 13 - November 2004

Ze knielden ervoor en aanbaden het

en ze organiseerden een woest en zedeloos volksfeest rondom dat kalf.

Vlak voor ze het beloofde land binnengingen

moest Mozes het namens de HERE nog eens heel duidelijk zeggen:

“Denk nou niet: Hij geeft ons dit land omdat wij er recht op hebben.

Rechten kunnen jullie niet laten gelden: de HERE verdrijft die andere volken alleen maar omdat zij zo slecht zijn en omdat Hij de belofte aan jullie voorouders Abraham, Isaäk en Jakob wil nakomen.

Jullie zijn immers een koppig volk, dat weet je best:

Jullie hebben je steeds tegen de HERE verzet.” (Deut. 9 : 4-7, gedeeltelijk)

Door de hele bijbel heen zie je dit patroon:

Tegen de klippen op blijft God vasthouden aan zijn voornemen. Hij doet altijd wat Hij belooft.

Een gemakkelijk, glad verhaal? Niet bepaald!

De ellende in Egypte was echt vreselijk! En door eigen schuld veertig jaar lang door de woestijn te moeten zeulen was heus om wanhopig van te worden.

Toen ze voor het beloofde land stonden, en er niet in durfden,

omdat ze niet vertrouwden dat God hen kon helpen tegen de reuzen die daar woonden, had Hij tegen de volwassen Israëlieten gezegd: “Wíl je er niet in? – Je mág er niet eens in! Ik laat jullie allemaal achter in de woestijn en over veertig jaar ga Ik wel weer verder met jullie kinderen. Díe komen in het land, maar jullie zullen allemaal sterven in de woestijn.”

Wie niet geloofde, stond met lege handen. Alleen wie op de HERE vertrouwde, had perspectief.

David Een paar eeuwen later, in het land van de belofte,

was er een koning van Israël, David, die de HERE oprecht liefhad.

God gaf hem een heel bijzondere belofte:

Jouw dynastie zal blijven, voor altijd. Die belofte geldt zelfs als je opvolgers van Mij afdwalen.

Page 14: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 14 - November 2004

Dan zal Ik hen wél straffen, maar Ik zal altijd speciaal aan jouw huis mijn liefde en trouw bewijzen.

Het gebeurde inderdaad:

koningen uit Davids huis die, samen mét hun volk, al Gods grote daden uit het verleden, en zijn voorschriften en beloften aan hun laars lapten, generaties lang.

Ze werden gestraft: in ballingschap gevoerd,

naar Assyrië en naar Babel.

Maar dankzij Gods trouw aan zijn beloften

kwam een rest van het volk na zeventig jaar weer terug - precies de tijd die Hij zelf van tevoren genoemd had.

Alleen... er kwam geen koning uit Davids huis meer op de troon.

In plaats daarvan werd Israël steeds weer bezet door andere volken; zij zuchtten onder de last daarvan.

Uit die tijd stamt ook een lied dat daarover klaagt: Psalm 89.

“HERE, U hebt zélf gezegd dat we U op die belofte konden aanspreken. Waar blíjft nu de vervulling?”

Eigenlijk heel bijzonder dat dit in de bijbel staat:

God zelf heeft ervoor gezorgd dat zulke klachten in zijn Woord opgenomen werden. Blijkbaar wíl Hij dat wij Hem niet met rust laten!

“U bent toch trouw, HERE?”

- dat lees je heel vaak in de Psalmen - “U bent toch trouw, HERE? Réd ons dan nu! Geef toch antwoord!”

Christus En God gaf antwoord.

Want Hij doet altijd wat Hij beloofd heeft. Op zijn tijd... Daar kun je je hand voor in ’t vuur steken, zeg maar. Want Hij zélf heeft er, zacht gezegd, zijn handen aan gebrand. Aan die koningsbelofte, toen Hij die waar ging maken.

Weer eeuwen later,

op een dieptepunt in de geschiedenis van zijn volk, toen het land bezet was door de Romeinen en er een vijand aangesteld was tot koning, tóen kwam DE Zoon van David.

Page 15: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 15 - November 2004

Sterker nog: toen kwam Gods eigen Zoon. Door Hem zijn en worden al die beloften van vroeger vervuld,

maar op een manier die geen mens had kunnen uitdenken.

Onze Here Jezus Christus, die zijn bloed stortte voor de zonden der wereld,

is nu Koning, voorgoed, niet maar over Israël, maar over deze hele wereld.

De voltooiing Toch is het grote werk, aan het begin van de geschiedenis gestart,

nog niet helemaal af. Zeg eens eerlijk: lijkt het er soms niet verder van af dan ooit, zóveel ellende, oorlog, honger, haat, onrecht?

Net als in Egypte en in de ballingschap en onder de Romeinse bezetting... -- Verkijk je er niet op!

Al dat kromme is er nog steeds, maar dat is onze eigen schuld. Wij zijn niet beter dan Adam, en de nakomelingen van Noach, en de Israëlieten.

En als jij je hevig tegen Christus’ koningschap blijft verzetten kan het ook jou je leven kosten. Voor eeuwig zelfs.

Maar dwars door alle onrecht en zonde van mensen heen komt tóch zijn Rijk.

Heeft Hij beloofd. En dus zal het gebeuren. Het zal er plotseling zijn. Hij zal er plotseling zijn. Onverwacht. En op dat moment is het te laat om nog te bedenken of je misschien toch wel onderdaan van deze Grote Koning wilt zijn...

Wees maar blij dat we nog steeds de tijd krijgen om de keus voor Hem te maken.

Maar wacht er niet mee tot het te laat is!

Ter afsluiting – en samenvatting - nog een tekst uit de bijbel,

opgeschreven door Paulus, een heraut van onze Koning:

“Als we volharden (volhouden in het uitzien naar zijn komst),

zullen we ook met Hem heersen (zoals Adam, over Gods schepping). Als we Hem verloochenen, zal Hij ons verloochenen; worden wij ontrouw, Hij blijft trouw: zichzelf verloochenen kan Hij immers niet.” (2 Timoteüs 2 : 12, 13)

H. Vreugdenhil-Busstra�

Page 16: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 16 - November 2004

Adviezen voor een goede loopbaan Wat doe je? Ik studeer. Waarom?

Je wil wel een leuke carrière maken… Huisje, boompje, beestje… nu misschien nog niet, maar over een jaar of tien toch wel – zou wel ideaal zijn. Misschien wil je stiekem ook wel een beetje beroemd worden? Nou, adviezen om die idealen te be-reiken, zijn altijd welkom.

Ik dacht: laat ik eens kijken wat voor adviezen daarover staan in het meest-gelezen boek ter wereld. In dat boek vond ik o.a. een verhaal van iemand die heel hoog was opgeleid. Hij studeerde af bij een bekende hoogleraar, en werd daarna nog bekender dan die hoogleraar. En toch is hij enorm arm geweest, heeft honger geleden. En hij vond dat iets om trots op te zijn! Nee, hij ging niet voor ‘het grote geld’, hij ging niet voor ‘het grote aanzien’. Hij vond zelfs sterven beter dan leven…

Over wie ik het heb? Over een tentenmaker uit het jaar nul. Saulus, een vrome Jood, die heel veel studeerde in de bijbel. Hij was opgeleid door Gamaliël (een rabbijn die door hedendaagse rabbijnen nog steeds als een van de grootste wordt gezien), kreeg dingen gedaan bij de Hoge Raad, kreeg volmacht van de Hogepries-ter. Hij was heel ijverig, trok stad en land door om tegenstanders van de Hoge Raad in de gevangenis te zetten. Als hij zo door zou gaan, zou hij zelf ook een heel be-langrijke positie krijgen.

Maar op een gegeven moment keerde zijn hele carrière om. Hij ging nota bene de tegenstanders helpen! Die keken vreemd op! Kun je zo iemand nog wel serieus nemen? Stel dat het een val is… Maar hij spreekt wel heel overtuigend! De gemeente die hij eerst het felste had bestreden, in Jeruzalem, vertrouwde hem niet…

Uiteindelijk heeft die gemeente ingezien dat hij écht was veranderd. Lees Hande-lingen maar eens; let maar eens op de carrière die hij heeft gemaakt. Waar eindigt die carrière mee? Met de gevangenis, uiteindelijk zelfs met executie…

Niet echt een carrière om naar te streven, toch? En dat hij in de gevangenis zou komen, dat wist hij van tevoren:

Toen we er enkele dagen waren, kwam er een profeet uit Judea, een zekere Aga-bus. Hij liep naar ons toe, pakte Paulus’ riem, bond daarmee zijn handen en zijn voeten en zei: ‘Zo spreekt de heilige Geest: op deze manier zullen de Joden de ei-genaar van deze riem in Jeruzalem binden en hem aan de heidenen uitleveren.’ Bij het horen hiervan smeekten wij en de gelovigen daar Paulus, toch niet naar Je-ruzalem te reizen. Toen zei Paulus: ‘Waarom maakt u het me met uw tranen zo moeilijk? Ik ben niet alleen bereid om me in Jeruzalem te laten vastbinden, maar ook om er te sterven voor de naam van de Heer Jezus.’ Omdat hij zich niet liet over-reden, berustten we erin en zeiden: ‘Laat wat de Heer wil, gebeuren.’�(Handelingen 21: 10 – 14).

Page 17: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 17 - November 2004

Hoe kun je blij zijn met zo’n carrière? Dan moet je óf idioot zijn, óf iets anders verstaan onder een ‘geslaagd leven’ dan wij tegenwoordig.

Paulus’ carrière-advies : Nu is de godsdienst inderdaad een grote rijkdom, voor wie tevreden is met wat hij heeft. Want wij hebben niets meegebracht in deze wereld, en we kunnen er ook niets uit meenemen. Als we ons kunnen voeden en kleden, moet ons dat genoeg zijn. Wie rijk wil worden, komt in verleiding en raakt verstrikt in veel dwaze en schadelijke verlangens, die een mens in verderf en ondergang storten. Want geld-zucht is de wortel van alle kwaad. Door achter geld aan te jagen zijn sommigen van het geloof afgedwaald en hebben zichzelf allerlei leed berokkend. Maar jij, man van God, moet dat alles uit de weg gaan. Streef naar gerechtigheid, vroomheid, geloof, liefde, volharding en zachtmoedigheid. Span je in voor de goede wedloop van het geloof en behaal de prijs van het eeuwige leven. Daartoe ben je geroepen (..). (1 Timoteüs 6: 6 – 12, lees de rest van het hoofdstuk ook eens…)

Paulus sluit hierin duidelijk aan bij wat Jezus heeft verteld in de Bergrede (Matteüs 5 – 7). Jezus gaat daarin nog een stap verder dan Paulus: zelfs als je geen onderdak en geen eten hebt, moet dat niet je eerste zorg zijn, maar zoek eerst het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid… en dit alles zal je bovendien geschonken worden.

En wat Jezus hier vertelde was ook geen nieuws: al in het Oude Testament waren er profeten die dat duidelijk moesten laten zien in de praktijk. Kijk naar Elia, die in een tijd van hongersnood aanklopt bij een weduwe. Die weduwe heeft echt geen eten meer in huis, maar als ze de profeet van de Here voorrang geeft boven haar eigen zorgen, dan zorgt de Here dat haar zorgen ook daadwerkelijk weggaan! (1 Koningen 17) En kijk in psalm 1: Welzalig de man die niet wandelt in de raad van de goddelozen (…) maar die aan de wet van de Here zijn welgevallen heeft, die overpeinst, over-dag en ’s nachts(…) alles wat hij onderneemt gelukt (andere psalmen die hier alles mee te maken hebben: 37, 49, 52, 73).

In Klaagliederen (een intrigerend boek, een lied uit de diepte, en toch niet depres-sief) staat o.a. het volgende stukje:

Wie kan zeggen: ‘Ik wil’ en het is er? Wie anders dan de Heer? Niets gaat buiten hem om, het goede niet, het kwade niet. Wat klaagt de mens toch. Laat hij klagen over zijn zonden. De wegen die we zijn gegaan, laten wij ze nagaan, stuk voor stuk, laten wij terugkeren naar de Heer. Wij strekken wel de handen naar Hem uit, maar laten we ook ons hart aanbieden aan onze God in de hemel (Klaagliederen 3: 37 – 41)

En dat terwijl er een heleboel was om over te klagen: Israël was verwoest, alle rijke mensen waren weggevoerd, er waren veel doden gevallen, er was niet veel te eten…

Wat dacht je trouwens van de Israëlieten in de woestijn? De grote les die zij te le-ren hadden, was: vertrouw helemaal 100% op God, wijs Hem op zijn beloften, dan komt het goed. Volledige afhankelijkheid dus…

En wij? Is het voor ons anders dan in de tijd van die weduwe, de ballingschap, Pau-lus? Er zijn grote verschillen. Maar onze opdracht is nog steeds dezelfde: vertrouw

Page 18: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 18 - November 2004

100% op God! Jezus’ oproep geldt altijd. Juist in een tijd waarin er wordt geroepen dat carrière maken erg belangrijk is, moeten zijn volgelingen opvallen omdat zij andere dingen belangrijker vinden: Andere Dingen.

Hoe doe je dat dan in de praktijk, Gods koninkrijk zoeken? Hoe vind je Gods ge-rechtigheid? In de bergrede geeft Jezus ook daar antwoord op: Bid en het zal je gegeven worden, zoek, en je zult het vinden. (Matteüs 7:7) Bidden om inzicht dus. Bidden om Gods koninkrijk te leren zien en te leren ken-nen. Uw koninkrijk kome, Uw wil geschiede… Waar bid jij om? Wat vind jij belangrijker: dat jij een fijn leven hebt, zonder geld-zorgen, met veel vrienden? Of dat God krijgt waar Hij recht op heeft: alle eer van alle mensen, dat alle mensen doen wat Hij wil? Zoeken naar Gods koninkrijk: Dat is o.a. in de bijbel lezen om God te leren ken-nen. Dit is het eeuwige leven: dat zij U kennen… (Johannes 17: 3) Lees jij de bijbel om God te leren kennen? Bijvoorbeeld door te zien hoe Israël el-ke keer afdwaalde, en hoe God daarop reageerde? Of om te lezen wat je zelf al had bedacht? Neem je de bijbel ook serieus als er dingen in staan die je niet snapt? Of dingen die tegen je gevoel ingaan?

Het beste carrière-advies: zoek niet het grote geld, of aanzien. Maar zoek eerst het koninkrijk van God, en zijn gerechtigheid. Je zult niets tekort komen!

E-line

Page 19: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 19 - November 2004

Van wie zijn de Psalmen? Van wie zijn de Psalmen? "Van Israël," zegt de een. "Nee, van de Kerk," zegt de ander, "want de Kerk is in de plaats van Israël geko-men." "Heus niet," antwoordt de eerste weer, "de Psalmen zijn het onvervreemdbaar ei-gendom van Israël en wij mogen haar niet anders in de mond nemen dan als gesto-len goed."

Dit gesprek doet mij denken aan Bartje. Bartje is een hoogbegaafd jongetje. Hij at altijd braaf zijn bordje leeg. Totdat zijn ouders hem meenamen naar een kinder-boerderij. "Wat is dat?" vroeg Bartje, terwijl hij naar een gevleugeld beestje wees. "Een kipje," zei zijn moeder. "En dat?" "Een biggetje," zei zijn vader. "En dat?" "Een kalfje," zeiden zijn vader en moeder, allebei tegelijk. Vanaf dat moment wei-gerde Bartje te eten. Kwam er kip op tafel, dan zei hij: "Dat is niet van mij, maar van het kipje." Bij een karbonaadje riep hij uit: "Dat is niet van mij, maar van het biggetje!" En bij een biefstuk zei hij, na enige aarzeling: "Niet van mij, van het kalfje" - want het jochie was écht slim. De ouders waren ten einde raad en raadpleegden een psycholoog. "Benader hem met volwassen argumenten," ried de psycholoog hun aan, "laat merken dat het hier gaat om zaken die van levensbelang zijn." Dat bracht Bartje's moeder op een idee. De eerstvolgende keer dat er weer eens kip op tafel kwam en Bartje het weigerde te eten met het argument: "Dat is niet van mij, maar van het kipje," reageerde zij: "Dat is inderdaad ván het kipje - maar het is vóór jou, en als je het niet opeet ga je dood!" Nu had Bartje, die ondertussen vier geworden was, al heel wat over de dood nage-dacht - maar de gedachte dat iets wat niet ván jou was, wel vóór jou kon zijn en je zelfs uit de klauwen van de dood kon houden, was voor hem volstrekt nieuw. Voortaan ontleedde hij het kipje tot op het bot, bekeek het aan alle kanten en at het dan op, alsof het bruine bonen waren. Van Israël Natúúrlijk zijn de Psalmen van Israël. Natuur-lijk, d.w.z. naar hun natuur. Als je naar de anatomie van de Psalmen kijkt, zoals Bartje naar het kipje, dan zie je de anatomie van Israël. Veren, vel en vlees: Israël! Kop en vleugels en poten: Israël! Kijk maar:

• Jeruzalem is het centrum van de wereld. • God troont op de berg Sion.

Page 20: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 20 - November 2004

• Alle volken moeten Hem loven om wat Hij doet voor zijn volk, Israël. Alle volken zullen komen en buigen voor de HERE op de berg Sion.

• De koning van Israël is de Gezalfde van de HERE en hij zal regeren van de Rivier tot aan de einden van de aarde.��

Typisch Israëlitisch, zeg maar: Joods, is ook de stijl van de Psalmen. Ik noem nu maar één typisch Joods kenmerk in deze poëzie (al zijn er veel meer): er wordt heel veel gebruikgemaakt van de 'masjaal', de overdrijving.

In Psalm 18 wordt de hele kosmos in beweging gebracht, als de HERE David, zijn gezalfde, komt redden.

"Toen dreunde en beefde de aarde en de grondvesten der bergen sidderden en daverden, omdat Hij in toorn ontbrand was" (vs. 8). "Toen werden de beddingen der wateren zichtbaar en de grondvesten der wereld kwamen bloot vanwege uw dreigen, o HERE, vanwege het blazen van de adem van uw neus. Hij reikte van omhoog, greep mij, trok mij op uit grote wateren." (vs. 16 en 17).

De beeldspraak die David hier gebruikt is natuurlijk ontleend aan de doortocht van de Israëlieten door de Schelfzee en de kosmische rampen die plaatsvonden bij de intocht van Israël in Kanaän. Toen hielp 'de natuur' inderdaad op Gods bevel zijn volk. Maar in Davids eigen leven lezen we niets van zulke kosmische rampen.

Iets soortgelijks zien we gebeuren als David beschrijft hoe intens zijn lijden is. In Psalm 22 roept hij uit:

Honden hebben mij omringd, een bende boosdoeners heeft mij omsingeld, die mijn handen en voeten doorboren. Al mijn beenderen kan ik tellen: zij kijken toe, zij zien met leedvermaak naar mij. Zij verdelen mijn klederen onder elkander en werpen het lot over mijn gewaad (vs. 17-19).

Bij dat laatste kunnen we ons iets voorstellen: misschien hebben Absalom en zijn kameraden Davids kleren soldaat gemaakt. Maar of David ooit zó vel over been is geweest, dat je z'n ribben kon tellen? Ach, misschien... Maar dat ze ooit zijn han-den en zijn voeten hebben doorboord wil er bij mij niet in. Als ik een 'nuchtere Ne-derlander' was, zou ik zeggen: David overdrijft. Poëzie kan niet zonder beeldspraak, leeft bij de gratie van de aanschouwelijkheid. Dat geldt van poëzie in het algemeen en van de oosterse poëzie in het bijzonder. Kijk maar eens naar de volgende passage uit Psalm 22:

Als water ben ik uitgestort, al mijn beenderen zijn ontwricht, mijn hart is geworden als was, gesmolten in mijn binnenste, verdroogd als een scherf is mijn kracht, mijn tong kleeft aan mijn gehemelte; in stof van de dood legt U mij neer (vs. 15-17).

In Psalm 69 schildert David hoe hij het verraad van zijn vrienden en raadgevers heeft ervaren:

Page 21: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 21 - November 2004

De smaad heeft mij het hart gebroken en ik ben verzwakt. Ik wachtte op een teken van medelijden, maar vergeefs, op troosters, maar vond ze niet. Nee, ze gaven me gif tot spijs, en lieten mij azijn drinken in mijn dorst (vs. 21-22).

Zou David ooit azijn gedronken hebben? Ik denk het niet. Maar het verraad van zijn vrienden was zuur, azijnzuur. Ook wanneer David zijn ver-trouwen op God belijdt, gebruikt hij de masjaal.��voorbeeld: psalm 86��Aan het slot van Psalm 22 gaat hij erg ver in zijn verwachting: de ma-nier waarop God David uitredt, leidt tot niets minder dan de beke-ring van alle einden der aarde.��Psalm 22:27-29���Davids verwachtingen zijn hoog gespannen: de manier waarop God hem uitredt is maar niet een hoogstpersoonlijke geloofservaring, maar één met mondiale gevolgen, een gebeurtenis met internationale uitstraling en globaal effect. Dit is overdrijving in optima forma!

Door Christus Blijkbaar hebben we in de Psalmen te ma-ken met méér dan beeldspraak die door middel van overdrij-ving lijden en uitred-ding aanschouwelijk maakt. De Psalmis-ten hadden, net als de profeten, een overspannen verwachtingspatroon van de toe-komst en een tomeloos optimisme. Dat optimisme heeft meer dan eens iets schrij-nends. Dacht David in Psalm 16 echt dat hij nooit dood zou gaan? Lieve mensen, ik hoop dat ik, zonder van ketterij te worden beschuldigd, vrijuit tegen jullie mag zeggen van de aartsvader David, dat hij gestorven en begraven is,

Psalm 86 begint dicht bij huis: Luister naar mij, Heer, en geef mij ook antwoord; arm ben ik en hulpeloos. Waak over mij, ik ben u toch trouw. Red mij, ik ben toch uw dienaar; ik vertrouw op u, mijn God.

Maar als hij wonderen en uitreddingen verwacht, doet hij dat meteen in het groot:

Er is geen god zoals u, Adonai, en niemand doet wat u hebt gedaan. U hebt alle volken geschapen, voor u zullen zij zich buigen, zij komen u vereren, Adonai, Want u bent groot, u doet wonderen, u alleen bent God.

Psalm 22:27-29 (GN aangepast) Want hij veracht de armen niet, aan hun ellende gaat hij niet voorbij. Hij keert zich niet van hen af, hij antwoordt als zij om hulp roepen. Heer, wanneer uw dienaars bijeen zijn, zal ik mijn beloften nakomen, u eren om wat u gedaan hebt. De ootmoedigen zullen volop te eten hebben, en wie zich tot u wenden, zullen u eer bewijzen. Het zal hun altijd goed gaan. Iedereen zal dit ter harte nemen, heel de wereld zal terugkeren (zich bekeren) naar de Heer. Alle volken zullen zich voor hem buigen. Want de Heer is koning, hij heerst over de volken.

Page 22: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 22 - November 2004

want zijn graf is bij ons tot op deze dag. Dit zei Petrus in zijn preek op Pinksteren. Het eerste wat we hoorden na de uitstorting van de Heilige Geest, was tongentaal, het tweede een stuk exegese van het Oude Testament. Wat zegt Petrus onder invloed van de Heilige Geest over deze Psalm 16?

Daar David nu een profeet was en wist dat God hem onder ede gezworen had één uit de vrucht van zijn lendenen op zijn troon te doen zitten, heeft hij in de toekomst gezien en gesproken van de opstanding van de CHRISTUS, dat HIJ niet aan het dodenrijk is overgelaten noch zijn vlees ontbinding heeft gezien. Deze Jezus is door God opgewekt, waarvan wij allen getuigen zijn. �Hand. 2:30-32���

In deze exegese van het Oude Testament is Christus Zelf zijn discipel voorgegaan. Ik herinner me hoe ik eens, zwaar depressief, met een stuk of wat vrienden, ook al depressief, voortsjokte van Jeruzalem naar Emmaüs, toen er opeens een vreemde man ons inhaalde. Hij liep het hele eind naar Emmaüs, ongeveer zestig stadiën, met ons op. Hij begon bij Mozes en de profeten en legde ons uit wat in al de Schrif-ten op de Messias betrekking had. "Trage geesten", zei Hij, "dat je niet gelooft alles wat de profeten gesproken hebben! Móest de Messias dit niet lijden om in zijn heerlijkheid te kunnen ingaan?" Reken maar, dat onze harten in brand stonden, terwijl Hij onderweg met ons sprak en ons de Schriften opende! Toen we Hem herkend hadden bij het breken van het brood, zijn we zo snel als on-ze benen ons dragen konden, naar Jeruzalem teruggelopen - zestig stadiën, jawel! - om het aan de elf discipelen te vertellen. Petrus was ons weer vóór geweest, maar dat vonden we deze keer niet erg. We waren nog niet klaar met het uitwisse-len van onze ervaringen, toen Hij opeens Zelf in ons midden stond. Na een stuk gebakken vis te hebben gegeten om te bewijzen dat Hij geen geest was, begon Hij weer met het openen van de Tenach en zijn buitengewoon originele exegese. Hij zei: "Dit zijn mijn woorden die Ik tot u sprak toen Ik nog bij u was, dat alles wat over Mij geschreven staat in de wet van Mozes en de Profeten en de PSALMEN moet vervuld worden." Toen opende Hij ons verstand, zodat wij de Schriften begrepen. Hij zei: "Zó staat er geschreven, dat de Christus móest lijden en ten derde dage opstaan uit de doden en dat in zijn naam moest gepredikt worden bekering tot ver-geving der zonden aan alle volken, te beginnen bij Jeruzalem." (Lucas 24)

U begrijpt, dat ik sinds die tijd de Psalmen heel anders ben gaan lezen. Een hele-boel dingen waar ik vroeger niet mee klaarkwam, vielen opeens op hun plaats.

a. Om te beginnen begreep ik dat wij, Israëlieten, eigenlijk nooit aan de Psal-men zijn toegekomen. Het lijden in de Psalmen is voor ons te diep, de heer-

In Psalm 16 troost David zich met de wetenschap dat zijn erfdeel de HERE Zelf is, en daar kunnen we goed inkomen:

HERE, mijn erfdeel en mijn beker, U Zelf bestendigt wat het lot mij toewees. De meetsnoeren vielen mij in liefelijke dreven, mijn erfdeel bekoort mij. Ik stel mij de HERE bestendig voor ogen. Daarom verheugt zich mijn hart en juicht mijn ziel...

Tot zover kunnen we hem volgen. Maar hij gaat verder:

zelfs mijn vlees zal in veiligheid wonen, want U geeft mijn ziel niet prijs aan het doden-rijk noch laat U uw gunstgenoot de groeve zien.

Page 23: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 23 - November 2004

lijkheid te mondiaal, de rechtvaardigheid ver boven onze maat, het koningschap van Israël te klein, onze koningen te kleinzie-lig.

b. Het tweede dat ik be-greep was dat onze Psalmisten profeten waren. Hun overdrij-vingen waren meer dan dichterlijke beeld-spraak - met al hun masjaals tastten ze naar een werkelijkheid en een toekomst, naar een geheimenis waarin zelfs engelen dolgraag een blik zouden wer-pen. Zij begrepen dat Gods doel met Israël hoger moest zijn dan de triviale werkelijk-heid die zij waarna-men. - De God van Israël was immers bo-ven alle goden en vol-ken verheven, niemand minder dan de Schep-per van hemel en aar-de, dus zou Hij Zich door beperkingen laten opsluiten?

c. Het derde wat ik be-greep, was dat Jezus - wilden uitreddingen die in de Psalmen be-schreven zijn, Hem toevallen, wilde de heerlijkheid waar de Psalmen over zingen zijn deel worden, wil-de het koningschap

Voorbeelden overdrijving m.b.t. De Ge-zalfde

Davids zoon en opvolger Salomo gaat nog een stapje verder. Hij heeft niet alleen hooggespannen verwachtingen van de HERE en zijn koning-schap; bijna net zo hoog gespannen zijn de ver-wachtingen die hij heeft over de Gezalfde, de koning op Davids troon, de opvolger:

Voorwaar, hij zal de arme redden die om hulp roept, de ellendige en wie geen helper heeft, hij zal zich ontfermen over de geringe en de arme, hij zal de zielen van de armen verlossen.

Die Salomo toch. Had ie ooit kunnen denken dat na zijn dood ene Jerobeam en de hele gemeente van Israël zijn koningschap als volgt zouden type-ren in een petitie aan zijn zoon Rehabeam:

Uw vader heeft ons juk hard gemaakt, maak u nu de harde dienst van uw vader en het zware juk dat hij ons opgelegd heeft lichter, dan zullen wij u dienen.

En wat antwoordt de verlichte opvolger: Mijn pink is dikker dan mijns vaders lendenen. Mijn vader heeft u een zwaar juk opgelegd, maar ik zal uw juk nog verzwaren; mijn vader heeft u met zwepen getuchtigd, maar ik zal u tuchtigen met gesels. (1 Kon. 12 en 2 Kron. 10��

Daar gaat de 'goede naam' waarop Salomo in Psalm 72 had gerekend:

Zijn naam zij voor altoos, zolang de zon er is, bloeie zijn naam. Mogen alle volken elkaar daarmee zegenen, hem gelukkig prijzen.

���������� ��� ������������ ������ ���

�� ���� ������

Men vreze u, zolang de zon er is, en zolang de maan er is, van geslacht tot ge-slacht. Hij zij als de regen die neerdaalt op het grasland, als regenbuien die de aarde besproeien. In zijn dagen bloeie de rechtvaardige en grote vrede, totdat er geen maan meer is. Hij heerse van zee tot zee, van de Rivier tot de einden der aarde.

Page 24: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 24 - November 2004

waar de Psalmen van zingen, op Hem overgaan - (dat Hij) eerst ál het lijden in de Psalmen op zijn schouders moest nemen. Dus ook alle overdrijvingen van David, alle masjaals. Ja, alle beeldspraak moest Hij waarmaken, letter-lijk. Het lijden in de Psalmen overkómt Hem niet, Hij neemt het bewust óp Zich om ze naar letter en geest te vervullen.

Zijn handen en voeten werden werkelijk doorboord - je hoeft The Passion of the Christ niet gezien te hebben om ineen te krimpen bij de gedachte - zoals in psalm 22 stond. En als je goed kijkt naar de psalmen, zie je dat Hij ze meer vervuld heeft dan je van te voren had kunnen bedenken.

Zijn handen en voeten werden werkelijk doorboord - je hoeft The Passion of the Christ niet gezien te hebben om ineen te krimpen bij de gedachte. Zijn ribben kon men wérkelijk tellen nadat de gesels over zijn rug waren gegaan. Hij heeft écht azijn gedronken. Ze zijn Hem inderdaad komen bekijken en bespotten en ze hebben inderdaad zijn kleren onder elkaar verdeeld. Zijn keel was zo droog als een potscherf, toen Hij kreunde: 'Ik heb dorst.' En Hij kon met recht roepen: 'Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?' Laten we eerlijk zijn, aartsvader David is nooit echt door God verlaten: niet toen Hij voor Saul de woestijn invluchtte, niet toen hij voor Absalom de Kidron over moest steken. Kijk Psalm 4 er maar eens op na:

In vrede kan ik mij te ruste begeven en aanstonds inslapen, want Gij alleen, o Here, doet mij veilig wonen.

Maar toen Jezus de Kidron overstak en de woestijn van de diepste eenzaamheid binnentrok, ging Hij de uiterste verlatenheid tegemoet. De Psalmen zijn Jezus op het lijf geschreven. En dat niet alleen. Al onze rabbi's kennen de Schriften, maar Jezus is de enige rabbi die de Schriften heeft uitgevoerd, die de Psalmen 'gedaan' heeft. In�Psalm 40�zegt David:

In slachtoffer en spijsoffer hebt Gij geen behagen,br> - Gij hebt mij geopende oren gegeven, brandoffer en zondoffer hebt U niet gevraagd. Toen zei ik: Zie, ik kom, in de boekrol is over MIJ geschreven; ik heb lust om uw wil te doen, mijn God, uw wet is in mijn binnenste.

David bedoelde: het gaat God niet om de uitwendige offers van wierook en beesten, maar om mij, om het offer van mijn hart en mijn leven, om het doen van zijn wil, het onderhouden van zijn geboden. Maar Jezus gaat veel verder, wanneer Hij deze Psalm voor zijn rekening neemt. Als ik me niet vergis heeft onze broeder Apollos aan onze verstrooide landgenoten een brief geschreven, die de brief aan de Hebreeeën genoemd wordt, waarin hij deze Psalmwoorden in een bijzonder licht zet. Hij schrijft �10:4���

Het is onmogelijk dat het bloed van stieren of bokken zonden zou wegnemen. Daarom zegt Hij (Jezus) bij zijn komst in de wereld: Slachtoffer en offergave heeft U niet gewild, maar U heeft Mij EEN LICHAAM bereid; in brandoffers en

Page 25: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 25 - November 2004

Van Christus Omdat Christus al het lijden uit de Schrift, uit de Psalmen met name, op Zich ge-nomen heeft, komt Hem ook alle heerlijkheid toe waarvan de Psalmen zingen. Zoals zijn lijden mondiale betekenis had, zo hebben ook zijn uitredding, zijn ver-heerlijking en zijn koningschap kosmische omvang. Apostel Paulus heeft daar meermalen in hooggestemde bewoordingen over geschreven, maar ik wil me be-perken tot een aantal Psalmcitaten in de brief aan de Hebreeën.

Psalm 8:7:

U doet hem (de mens) heersen over de werken uwer handen, alles hebt U onder zijn voeten gelegd.

zondoffers heeft U geen behagen gehad. Toen zei Ik: zie, hier ben Ik - in de boekrol staat van MIJ geschreven - om uw wil, o God, te doen. In de aanhef zegt Hij (vervolgt Apollos): Slachtoffers en offergave, brandoffers en zondoffers hebt Gij niet gewild noch daarin een webehagen gehad, hoewel zij naar de wet gebracht worden. Daarna heeft Hij (Jezus) gezegd: Zie hier ben IK, om uw wil te doen. Hij heft het eerste (de dienst van de offers, JHK) op, om het tweede (de dienst van Jezus, JHK) te laten gelden. Krachtens die wil zijn wij eens voor altijd geheiligd door het offer van het LICHAAM van Je-zus Christus.

David bedoelde dat het doen van Gods wil belangrijker is dan het brengen van offers: Het gaat niet om uiterlijkheden, maar om mijzélf, betoogt hij. Toch is hij zijn leven lang blijven offeren en volgens Kronieken heeft hij de groot-scheepse offerdienst in de tempel van zijn zoon Salomo tot in de details voor-bereid. Jezus maakt alle offers overbodig door het offer van zijn LICHAAM. Zijn of-fer had niet alleen rechtskracht voor Hemzelf, maar voor het hele volk, zoals hogepriester Kajafas zo fijntjes profeteerde. De Wet werd Hem op het lijf ge-schreven, met dorens, gesels en spijkers: de Wet waaraan Israël, zoals onze Paulus schreef, niet was toegekomen. Hoe bewust Jezus de Wet, de profeten en de Psalmen voor zijn rekening nam, viel me pas echt op toen ik later een biografie las van Jezus van de hand van de voorganger van Efeze, de apostel Johannes. Toen David in Psalm 41 klaagde over het verraad van zijn vriend en raadgever Achitofel, moet hij daardoor vol-ledig zijn verrast:

Zelfs mijn vriend, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zijn hiel tegen mij opgeheven.

Maar Jezus wees zijn verrader bewust aan.�Johannes 13:21���"Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: een van u zal Mij verraden. Johannes werpt zich aan zijn borst en vraagt: "Heer wie is het?"

Het antwoord van Jezus is verbluffend: "Die is het, voor wie Ik het stuk brood indoop en wie Ik het geef." Hij doopte dan het stuk brood, en nam het, gaf het aan Judas, de zoon van Simon Iskari-ot.

Page 26: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 26 - November 2004

Maar nu zien wij nog niet dat hem (de mens) alle dingen onderworpen zijn, maar wij zien Jezus, die voor korte tijd beneden de engelen gesteld was, vanwege het lijden des doods, met heerlijkheid en eer gekroond. Want het voegde Hem (God), dat Hij de Leidsman van hun behoudenis door lijden heen zou volmaken, om vele zonen tot heerlijkheid te brengen. Want Hij die heiligt en zij die geheiligd worden zijn allen uit één, daarom schaamt Hij (Jezus) Zich niet hen broeders te noemen, als Hij zegt:

Uw naam zal Ik aan mijn broeders verkondigen, in het midden der gemeente zal Ik U lofzingen. (Psalm 22:23)

(Hebr. 2:6-12)

En na dit stuk brood, toen voer de satan in Judas, schrijft Johannes. Een paar minuten daarvóór had Jezus gezegd:

"Ik weet wie ik heb uitgekozen (nl. als volgelingen), maar het Schriftwoord moet vervuld worden: Hij die mijn brood eet, heeft zijn hiel tegen Mij opgeheven. Thans reeds zeg Ik het u, eer het geschiedt, opdat gij, wanneer het geschiedt, gelooft dat Ik het ben."

Het lijden in de Psalmen overkómt Hem niet, Hij neemt het bewust óp Zich om ze naar letter en geest te vervullen. Als Hij sterft, neemt Hij weer een woord van David in de mond��Psalm 31:6���

In uw hand beveel ik mijn geest.

Bij David betekende dat niet méér dan een zich toevertrouwen aan God: "Gij verlost mij, HERE, getrouwe God," zegt David er achteraan. Bij Jezus is het veel méér: Hij legt zijn aardse leven bewust en vrijwillig af en legt het in de handen van zijn Vader. Dokter Lucas, die het tafereel beschrijft, voegt er aan toe: "En toen Hij dat gezegd had, gáf Hij de geest." Johannes Marcus, de particulier secretaris van Petrus, schrijft in zijn evangelie (15:39):

Toen de hoofdman, die tegenover Hem stond, zag dat Hij zó de geest gegeven had, zei hij: waarlijk, deze mens was een zoon Gods!

In een andere biografie van Jezus, geschreven door een bekeerde tollenaar, valt het me op hoe vaak hij op een bepaalde gebeurtenis laat volgen: "opdat vervuld zou worden het Schriftwoord". Alleen Johannes overtreft hem daar nog in. Maar ook wanneer hij die toevoeging weglaat, valt het aantal citaten uit de Tenach, en met name uit de Psalmen op. In Matteüs 27 word je tenminste vier keer aan�Psalm 22�herinnerd. En als ik zijn verhaal over de opstanding��Matteüs 28:1-5��bekijk, dan kan ik me niet aan de indruk onttrekken, dat hij�Psalm 18 in gedach-ten heeft gehad. Ik zet ze even naast elkaar. Matteüs 28:2:

En zie, er kwam een grote aardbeving, want een engel des Heren daalde uit de hemel neer en kwam nader en hij wentelde de steen weg en zette zich daarop. Zijn uiterlijk was als een bliksem en zijn kleding wit als sneeuw. En de bewakers werden door vrees voor hem bevangen en zij werden als doden.

David in Psalm 18:

Page 27: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 27 - November 2004

In Psalm 45, een lied van de Korachieten, wordt de Messiaanse koning op een bijna ongehoorde wijze toegezongen (vs. 7):

Uw troon, o God, staat voor altoos en eeuwig, uw koninklijke scepter is een recht-matige scepter. U hebt gerechtigheid lief en haat goddeloosheid: daarom heeft, o God, uw God U gezalfd met vreugde-olie boven uw metgezellen.

Misschien ooit gedicht voor koning Salomo, maar de brief aan de Hebreeën (1:8) kent deze eer aan Christus toe. Hij gaat nog een stapje verder wanneer hij ook Psalm 102:26-27 op het conto van Christus schrijft:

U, HERE, hebt in den beginne de aarde gegrondvest en de hemelen zijn het werk van uw handen: die zullen vergaan, maar U blijft - zij zullen alle als een kleed ver-slijten, als een mantel zult U ze oprollen, als een kleed zullen ze ook verwisseld worden, maar U bent dezelfde en uw jaren zullen niet ophouden.

Hier wordt Jezus met God Zelf gelijkgesteld en als Schepper aanbeden! Ook het vers dat volgt (1:13) geeft weer een Psalmcitaat:

Tot wie van de engelen heeft God ooit gezegd: Zet u aan mijn rechterhand, totdat Ik uw vijanden gemaakt heb tot een voetbank voor uw voeten?��Psalm 110:1���

En uit dezelfde Psalm citeert de schrijver nog eens in�Hebreeën 5:6���U bent priester in eeuwigheid naar de verordening van Melchisedek.

Christus heeft Zichzelf die eer niet toegekend, maar Hij die tot Hem sprak: Mijn Zoon bent U, Ik heb U heden verwekt (Psalm 2).

De Auteur van de Psalmen, de Heilige Geest, heeft de Psalmen Christus op het lijf geschreven. Op de vraag "Van wie zijn de Psalmen?" is dan ook maar één ant-woord mogelijk: DE PSALMEN ZIJN VAN CHRISTUS.

Banden van de dood hadden mij omvangen en stromen van verderf hadden mij overvallen, banden van het dodenrijk hadden mij omgeven, valstrikken van de dood lagen op mijn weg. (...) Toen dreunde en beefde de aarde en de grondves-ten der bergen sidderden en daverden, omdat Hij in toorn ontbrand was. (...) Hij neigde de hemel en daalde neer, donkerheid was onder zijn voeten, Hij reed op een cherub en vloog en zweefde op de vleugels van de wind. (...) De HERE deed de donder in de hemel weerklinken, de Allerhoogste verhief zijn stem - Hij schoot pijlen en verstrooide hen, Hij slingerde bliksemen en bracht hen in ver-warring. (...) Hij reikte van omhoog, greep mij, trok mij op uit grote wateren. Hij ontrukte mij aan mijn machtige vijand, en aan mijn haters, omdat zij sterker wa-ren dan ik. Zij traden mij in de weg ten dage van mijn ongeluk, maar de HERE was mij tot steun: Hij leidde mij uit in de ruimte, Hij redde mij, omdat Hij welge-vallen aan mij had.

Page 28: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 28 - November 2004

Voor mij De Psalmen zijn van Christus. En alles wat van Christus is, is voor mij. Daarmee heb ik een antwoord gegeven op de vraag: "Mag ik mij de Psalmen zo-maar toe-eigenen?" Nee, niet zomaar - ik mag ze me toe-eigenen door het geloof in Jezus Christus. En als ik ze me niet toe-eigen (bijv. uit afstandelijke eerbied voor Christus of uit verkeerd begrepen piëteit met het Joodse volk of uit afkeer van dat 'onevangelische' Oude Testament), dan ga ik dood, morsdood om precies te zijn. Zoals Bartjes moeder tegen haar hoogbegaafde peuter zei:"Het vlees is ván het kip-je, maar het is vóór jou - en als je het niet opeet, ga je dood!" Zei Jezus Zelf niet zoiets over zijn eigen vlees en bloed in Johannes 6 (vs 53)? Daar spoort Hij zijn discipelen aan om Hemzelf hen toe te eigenen - en dat bete-kent: Hij, met alles wat van Hem is (al zijn schatten en gaven, zoals de dominees vroeger zeiden), inclusief de Psalmen. Betekent dat dat wij ook het lijden in de Psalmen op onszelf mogen (ik bedoel: moeten) toepassen? Laten we er opnieuw het Nieuwe Testament op naslaan. In de Psalm waarin David klaagt dat hij azijn te drinken krijgt (Psalm 69), zegt hij op een gegeven moment ook (vs 10):

De smaadwoorden van wie U smaden, kwamen op mij neer.

���������������������������� ��Romeinen 15:3�������������������Ook Christus heeft Zichzelf niet behaagd, maar, zoals geschreven staat: De smaadwoorden van hen die U (nl. God) smaden, kwamen op Mij neer.

Dús deze Psalmwoorden zijn ván Christus. Ja, en dan laat Paulus erop volgen:

Al wat namelijk tevoren geschreven is, werd tot óns onderricht geschreven, opdat wij de hoop zouden vasthouden in de weg van de volharding en vertroosting van de Schriften. De God van de volharding en vertroosting geve u eensgezind van het-zelfde gevoelen te zijn naar Christus Jezus, opdat u eendrachtig uit één mond de God en Vader van onze Heer Jezus Christus mag verheerlijken.

Deze Psalmwoorden zijn dus vóór ons, voor volharding en vertroosting. Opmerkelijk is de context waarin Paulus dit Psalmvers aanhaalt: wij moeten reke-ning houden met de zwakke, onze naaste behagen, ten goede, tot opbouwing, want... ook Christus heeft Zichzelf niet behaagd, maar... - en dan volgt het psalm-vers. Christus' gebod 'elkaar liefhebben' is alleen maar te volbrengen, wanneer je je de troost van de Schriften, de troost van de Psalmen, toe-eigent. Met minder kun je niet toe. Zonder vertroosting geen volharding. Het lijden van Christus in de Psal-men is een diepe troost in ons lijden. De Psalmen wijzen ons de weg te delen in zijn lijden en te delen in zijn verheerlijking. Zo worden we steeds meer één met Hem. Paulus vertelt dat in Romeinen 8��en Stefanus bracht het in de praktijk: zij passen de Psalmen ook op zichzelf toe...��

Page 29: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 29 - November 2004

Nu hoor ik je denken - en anders denk ik het zelf wel - Paulus, Stefa-nus, logisch, dat waren mensen die leden en zelfs stierven vanwege het evangelie. Martelaren. Zíj mogen de Psalmen van Christus in hun mond nemen, want zij waren één met zijn lijden en dood. Maar dat geldt niet van mij, dus de Psalmen zijn niet voor mij. Vreemd, dat Paulus in het hierbo-ven geciteerde fragment uit Romei-nen 15, waarin hij Psalm 69:10 aanhaalt, daar helemaal niet op aandringt. Hij gebruikt het als een aansporing tot eensgezindheid in de gemeente en het rekening houden met de zwakken. Trouwens, waar had Paulus zélf eigenlijk het meeste last van? Van vervolging omwille van het evange-lie? Van vijandschap van de kant van de Joden? Het lijkt er eerder op dat hij trots is op zijn boeien. Maar van één ding heeft hij zóveel last, dat hij driemaal God bidt om hem ervan af te helpen. Hij noemt het 'een engel van de Satan, om mij met vuisten te tuchtigen' (2 Kor. 12:7). Ik houd het op een oogkwaal, een lichamelijke ziekte dus, die veel ongemak met zich meebrengt. Al dat andere kan hij prima verdra-gen, want hij wil best voor Christus lijden, maar dit is net even te veel: een engel des Satans, die hem met vuisten tuch-tigt. Een lichamelijke kwaal, maar toch ervaren als lijden van de kant van de tegen-stander, die het leuk vindt om juist die vurige apostel Paulus, niet bang voor de Joden, niet bang voor de stadhouders, niet bang voor de keizer, te pesten. Als wij ons leven aan dat van Christus hebben vastgeknoopt, hebben we gegaran-deerd één tegenstander, één figuur die de pest aan ons heeft. En hij probeert ons te treffen in onze zwakke plekken. Dat kan een rug- of oogkwaal zijn, maar ook bijv. vatbaarheid voor depressiviteit, moeite om met je omgeving om te gaan, seksuele geaardheid, stress in je studie of op je werk, een moeizame relatie, een broer of zus die de Heer niet wil volgen, enzovoort enzovoort enzovoort. "Vernedert u dan onder de machtige hand van God", schreef Petrus in 1 Petrus 5:6,

Lees Romeinen 8:35 er maar eens op na. Daar jubelt Paulus:

Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Verdrukking of benauwdheid, of vervolging, of honger of naaktheid of gevaar of het zwaard?

En dan komt het weer: Zoals geschreven staat (nl in Psalm 44:23): Om Uwentwil worden wij de ganse dag ge-dood, wij zijn gerekend als slachtschapen. MAAR in dit alles zijn wij meer dan overwin-naars in Hem die ons heeft liefgehad!

Daarom schroomt bijv. Stefanus niet om, op het moment dat hij gestenigd wordt, zich de laatste woorden van de Heer Jezus toe te eige-nen:

Vader, in uw handen beveel ik mijn geest.

Een Psalmwoord (uit�Psalm 31), van David, die hiermee zijn leven aan God toevertrouwde, door Jezus Zich toegeëigend als een machts-woord:

Ik heb macht om mijn leven af te leggen en het weer terug te nemen,

had Hij tegen zijn discipelen gezegd. Stefanus had die macht niet: bij hem klinkt dit woord weer zoals David het bedoeld heeft, maar nu om zijn eenheid met Christus te onderstrepen, op het moment van zijn dood! "Ik hoor bij Je-zus, in zijn dood en in zijn opstanding."

Page 30: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 30 - November 2004

"opdat Hij u verhoge te zijner tijd." En dan volgt er weer een Psalmwoord (Psalm 55: 23): "Werpt al uw bekommernis (zorgen) op Hem, want Hij zorgt voor u." In de Psalm zelf komt er nog achteraan: "Hij zal nimmermeer toelaten, dat de recht-vaardige wankelt." 'Al uw bekommernissen', staat er - dus niet een paar zorgen achterhouden, omdat die er eigenlijk niet hoorden te zijn -- alsof die andere zorgen er wél horen te zijn. Dus ook de zorgen die gevolg zijn van bijv. een driftig karakter. Wie zijn zonden bij Christus' kruis brengt, mag al zijn moeiten op Jezus gooien. Er staat niet zoiets als 'voorzichtig neerleggen', maar 'werpen', 'slingeren'.

Ik eindig mijn exegetische rondgang door het Nieuwe Testament met een staaltje van Psalmexegese, van toe-eigening van een Psalmwoord, zó vrijmoedig, dat al-leen Christus Zich zoiets kan permitteren. Ik doel op Psalm 2:8, waar God tot zijn Gezalfde spreekt:

Vraag Mij en Ik zal volken geven tot uw erfdeel, de einden der aarde tot uw bezit. U zult hen verpletteren met een ijzeren knots, hen stukslaan als pottenbakkerswerk.

In�Openbaring 19:15�wordt dit toegepast op het Woord van God, op Christus: En Hijzelf zal hen hoeden met een ijzeren staf en Hijzelf treedt de persbak van de wijn van de gramschap van de toorn van God, de Almachtige. En Hij heeft op zijn kleed en op zijn dij geschreven de naam: Koning der koningen en Heer der heren.

Maar kennelijk kan Jezus wat van Hemzelf is, weggeven aan wie van Hem is, of beter gezegd: Christus kan wie van Hem is, laten delen in wát van Hem is. Want in�Openbaring 2:26 zegt Hij: �

Wie overwint en mijn werken tot het einde toe bewaart, hem zal Ik macht geven over de heidenen, en hij zal hen hoeden met een ijzeren staf - als aardewerk wor-den zij verbrijzeld - zoals ook Ik van mijn Vader ontvangen heb, en Ik zal hem de Morgenster geven.

Wat ik me daar precies bij voor moet stellen, weet ik niet. Voor dit leven geeft Je-zus ons het gebod onze vijanden lief te hebben en voor hen te bidden. 'Heidenen' moeten gewonnen worden door het evangelie en door onze 'evangelische' levens-houding. Toch krijgen we bij het eindoordeel kennelijk een andere taak - als we zelf volhard hebben in het geloof. Paulus schrijft in 1 Kor. 6:2:

Of weet u niet dat de heiligen de wereld zullen oordelen?

En even verderop: Weet u niet dat wij over engelen oordelen zullen?

Ja, ik knipper óók met m'n ogen.

J.H. Klein

Page 31: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 31 - November 2004

Voor Joden een aanstoot, voor heidenen een dwaasheid…

In Amerika kun je spijkers kopen, naar het model van de spijkers die in Mel Gib-sons film ‘The Passion of the Christ’ gebruikt worden om Jezus aan het kruis te nagelen. Bij evangelische christenen worden deze spijkers soms als sieraad ge-bruikt!

In Nederland stonden de kranten een paar maanden geleden vol met koppen als ‘een orgie van geweld’ of ‘bloeddorstig’, en werd in tv-reportages uitgebreid de nadruk gelegd op de overdreven bloederigheid en gruwelijkheid van de film ‘the Passion’. Ook het vermeende anti-semitische karakter van de film passeerde uitge-breid de revue.

De film ‘the Passion’ maakt kennelijk nogal wat los bij mensen. Ik wil het hier niet hebben over anti-semitisme en of het nu wel of niet in de film zit, en ook niet over het tweede gebod, en de vraag of je Jezus nu wel of niet mag afbeelden of filmen. Dit artikel zou dan alleen een herhaling van zetten worden. Veel interessanter lij-ken me die opmerkingen over de gewelddadigheid van ‘the Passion’. Is de film wel realistisch (ik heb in de kerk nooit over zoveel wreedheden gehoord)? Waarom zijn veel christenen zo geschokt door de film?

Een stukje geschiedenis Kruisiging was alleen bedoeld voor het laagste van het laagste, het uitschot. Alleen misdadigers die geen Romeins staatsburger waren, verdienden deze gruwelijke straf (denk bv. Aan Paulus: zodra hij zich beroept op zijn Romeins staatsburger-schap, krijgt hij direct een betere behandeling, zie Hand. 22:22-29). De executie werd publiekelijk uitgevoerd zodat er geen misverstand over kon bestaan: Rome laat niet met zich spotten. De Romeinen deinsden niet terug voor massa-executies wanneer dit nodig was om hun ‘punt’ duidelijk te maken. Zo werden in 71 voor Christus 6472 slaven tegelijk gekruisigd omdat ze meegedaan hadden aan de Spart-acus-opstand. De kruizen stonden opgesteld langs een 200 kilometer lange weg (de Via Appia)!

Toen de Joden tegen het Romeinse gezag in opstand kwamen, gaf keizer Nero (die ook Petrus en Paulus had laten executeren), één simpele opdracht: Vernietig de stad, en maak de tempel met de grond gelijk. In Lucas 19:43-44 voorspelt Jezus de val van Jeruzalem al: “Want er zullen dagen over u komen, waarin uw vijanden een bolwerk tegen u zullen opwerpen en u omsingelen en u van alle zijden in het nauw brengen en u en uw kinderen in u vertreden en zij zullen in u geen steen op de an-dere laten”. Tijdens het beleg van de stad, kruisigden de Romeinen onder leiding van generaal Titus (die later keizer werd) wel 500 gevangen Joden per dag recht tegenover de muren!

Page 32: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 32 - November 2004

De ‘uitvinding’ van het kruis.

Wij denken bij kruisiging altijd aan de Romeinen, die ten tijde van Jezus’ leven de bezetters waren van Palestina, maar de Romeinen hebben het kruisigen niet uitge-vonden, sterker nog, net als vele andere zaken (denk maar aan hun mythologie of het rechtssysteem) hadden ze ook kruisiging van een ander volk overgenomen. Kruisiging is waarschijnlijk in het oude Perzische rijk bedacht, en door de Griekse keizer Alexander de Grote in het Middellandse-zee-gebied geïntroduceerd, waarna het via de Foeniciërs (Carthago) bij de Romeinen belandde. De Romeinen ‘verfijn-den’ de kruisiging, een paar honderd jaar lang, tot een zeer effectief executiemid-del.

Martelingen Wanneer de Romeinen wat meer tijd hadden (zoals bij de berechting van misdadi-gers) werd de veroordeelde eerst flink gegeseld met een leren zweep waar scherven of loden kogels in zaten. Hij werd met z’n handen boven z’n hoofd aan een paal gebonden, waarna twee soldaten hem geselden totdat de rug volledig open lag en de spieren en zenuwen kapot waren, en hij uitgeput aan de paal hing. Volgens de joodse wet mocht een veroordeelde niet meer dan 40 slagen gegeven worden (zie Deut. 25:3. In de praktijk gaf men maximaal 39 slagen, voor de zekerheid, om ver-gissingen te voorkomen), en als de Romeinen in een goede bui waren, wilden ze de Joden nog wel eens tegemoet komen in hun religieuze gevoelens.

Na deze marteling werd het slachtoffer gedwongen de dwarsbalk (en niet het hele kruis) naar de executieplaats te dragen, begeleid door soldaten, die een bord mee-droegen met daarop de misdaden die hij begaan had. Dit bord werd dan boven de gekruisigde bevestigd (o.a. Joh.19:19-22. Daarom weten we dat het kruis waaraan Jezus gestorven is, ook echt een kruisvorm had, hoewel de Romeinen in Jezus’ da-gen meer gebruik maakten van een T-vormig kruis). Daarna werd hij neergelegd op de dwarsbalk en eraan vastgenageld met enorme spijkers (20 cm. Lang). De spij-kers gingen door de polsen, waar een belangrijke zenuw zit, zodat er een vlam-mende pijn ontstond die niet meer ophield. Daarna werd de balk omhooggehesen en aan de (al klaarstaande) paal vastgemaakt. Ook door de voeten werd een spijker gejaagd.

De kruisiging De gekruisigde stierf niet aan bloedverlies, maar aan het gewicht van z’n eigen li-chaam. Je lichaam zakte naar beneden, wat een ondraagelijke pijn in de handen en de polsen veroorzaakte, en het enige dat je kon doen, was jezelf omhoog duwen, wat kon omdat je voeten vastgespijkerd zaten, maar dat verplaatste de pijn dus al-leen maar naar je voeten (en je open rug die over het hout schuurde), waardoor je na een korte tijd weer terugviel. De macabere ‘dodendans’ van hangen, omhoog-duwen en weer terugvallen veroorzaakte verkramping, waardoor je steeds langer bleef hangen aan je armen, waardoor je het steeds benauwder kreeg (omdat je in die houding amper kon uitademen). In ademnood probeerde je jezelf weer omhoog te duwen, steeds weer, om niet te stikken.

Page 33: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 33 - November 2004

Omdat het bijna Pasen was, en de Romeinen omwille van de lieve vrede de Joden niet teveel tegen zich in het harnas wilden jagen, versnelden ze de dood, door het stukslaan van de benen. Je kon je dan niet meer omhoog drukken en stikte dus snel-ler. Jezus was echter al gestorven, zodat dit niet nodig was (ook bij offerdieren mochten de benen niet gebroken zijn). Een soldaat doorstak Hem ter controle in de zij, tussen de ribben, in de hartstreek. Het vocht en bloed, dat hierbij vrijkwam (Joh. 19:34) gaf aan dat de gekruisigde overleden was aan een hartstilstand, en niet aan verstikking.

Waarom staan er zo weinig details in de bijbel?

Nu hoor je wel eens de tegenwerping, dat al deze gruwelijkheden helemaal niet in de evangeliën beschreven staan! Misschien was het dan wel niet zo erg als in de film? Opvallend is, dat zelfs Romeinse geschiedschrijvers (Tacitus en Livius bijvoor-beeld) kort zijn over kruisigingen. Het was nu eenmaal te gruwelijk voor woorden, je wilde er niet meer over zeggen. Iedereen kon het zelf zien (en velen hadden het ook met eigen ogen gezien), omdat de executieplaaten zo publiek mogelijk lagen. Professor Bob Smalhout (een medicus) heeft een uitgebreid onderzoek gedaan naar de kruisiging. Een verslag daarvan staat op www.solcon.nl/sbvdm/kruisiging.htm. Op de site www.sharethelife.nl is ook veel te vinden over de kruisiging. Het is een site van Agapè, een interkerkelijke evangelische organisatie, die ‘the Passion’ aan-wendt voor evangelisatie.

De geschiedenis van het kruis De eerste eeuwen waren de christenen nog zo onder de indruk van de gruwlijkheid van het kruis dat ze er geen afbeeldingen van durfden te maken uit respect. Ze wer-den ook nog geregeld geconfronteerd met de keiharde werkelijkheid van deze brute manier van executie. Pas generaties nadat Constantijn, de eerste christelijke keizer, de kruisiging in het Romeinse rijk had afgeschaft (in 337 na Chr.) en de herinne-ring aan de gruwelijkheden vervaagd waren, zien we de eerste christelijke afbeel-dingen van de kruisiging van Jezus. In de middeleeuwen wordt de kruisiging zelfs steeds kunstzinniger en fraaier afgebeeld! De gruwelijke executiemethode verwordt tot een symbool, om verheven gedachten bij te hebben. Later, in de Renaissance, komt er veel meer belangstelling voor de gruwlijke details van de kruisdood. Aan-gezien de evangeliën, en Romeinse schrijvers echter zo weinig over deze details spraken, gingen veel kunstenaars de mist in, door b.v. de spijkers door de hand-palmen in plaats van door de polsen te schilderen (n.b. ook in ‘the Passion’ wordt deze fout gemaakt).

Natuurlijk is dit niet het enige detail wat in de film niet klopt. Je hoeft alleen maar de evangeliën te lezen, om te zien dat de regisseur ook andere bronnen heeft ge-bruikt. De invloed van een paar katholieke mystieke nonnen is dan duidelijk zicht-baar. Waar we echter niet onderuit kunnen, denk ik, is: te accepteren dat de kruisiging inderdaad een afschuwlijk bloederig en wreed gebeuren was! We kun-nen het kruis, en de betekenis die het voor de vroege christenen had, misschien nog wel het beste vergelijken met een galg, of een elektrische stoel. Het kruis was ech-

Page 34: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 34 - November 2004

ter ontworpen om de marteling zo lang mogelijk in stand te houden en is daarmee waarschijnlijk de verschrikkelijkste manier om dood te gaan.

Maareh, God is toch liefde? Misschien reageren veel christenen zo geprikkeld, omdat het eigenlijk tegenstrijdig klinkt: God is liefde (1 Joh. 4:8), toch? Wat moeten we met een God, die kennelijk achter zulke gruwelijkheden zit? Dat is toch wel erg barbaars! Kan dat nog wel in deze tijd? Als we er achter komen, hoe gruwelijk de kruisdood van Jezus eigenlijk was, worden we met onze neus op de grove feiten gedrukt. Daar voelen we ons toch wel erg ongemakkelijk bij als christenen. Dat is geen vreemde reactie: als Je-zus echt alleen maar een profeet was, een gewoon mens – maar dan met een hele goede band met God – dan zou dat inderdaad onbegrijpelijk zijn! Een god, die zo-maar iemand pakt, juist iemand die zo goed leefde, om hem te straffen voor onze rotzooi. Zo’n bloeddorstige god verdient zelfs geen hoofdletter.

Gelukkig maakt Jezus zelf duidelijk in de evangeliën, wie Hij is. Hij is de Goede Herder��Joh. 10:1-21) , het Licht der Wereld (Joh. 8:12), en nog veel meer: Jezus is Gods eniggeboren Zoon (Joh. 3:16). God zelf kwam naar ons toe, en Hij onder-ging ook de straf, die eigenlijk bedoeld is voor ons (zie Jesaja 53, de profetie over de knecht des Heren).

Jezus is dus Gods offer, te vergelijken met de offerlammetjes uit het Oude Testa-ment. Hij ging in onze plaats, vanwege onze zonden, vrijwillig door de diepten van de hel. Volgens de joodse wet (namelijk in Deut 21:22-23) was iedereen die aan een paal gehangen werd, door God vervloekt, en we kunnen dan ook beter begrij-pen dat Jezus aan het kruis uitriep: “Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?”, een citaat uit Psalm 22.

Wij zullen het wel nooit helemaal kunnen begrijpen, maar volgens mij is dit wel de enige manier om in ieder geval iets te snappen van de kruisiging en opstanding van Jezus. De apostel Paulus spreekt vaak geleerd en soms wat warrig, maar hij sprak ‘geen woord grieks’, toen hij zei: “de Joden verlangen tekenen en de Grieken zoeken wijsheid, maar wij prediken een gekruisigde Christus, voor Joden een aanstoot, voor heidenen een dwaasheid, maar voor hen die geroepen zijn, Joden zowel als Grieken, (prediken wij) Christus, de kracht Gods en de wijsheid Gods. Want het dwaze van God is wijzer dan de mensen en het zwakke van God is sterker dan de mensen” (1 Kor. 1:22-25).

Wilco Moerman

Page 35: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 35 - November 2004

Wij geloven met hart en mond Wat moet je nu nog met een belijdenisgeschrift? Zo'n oud, stoffig document? Goed voor een museum, boeiend voor een historicus. Maar niet ván deze tijd en niet vóór deze tijd... Bovendien zijn zulke documenten vaak hinderlijk. Waarom zou je die ballast mee-nemen? De Bijbel is toch genoeg? Zijn ze niet extra - en dus te veel - naast Gods eigen Boek? Lopen die oude belijdenissen ons niet voor de voeten als we proberen de Bijbel te begrijpen? Met andere woorden: de Heilige Geest leidt ons in alle waarheid; is het dan niet ronduit verkeerd als we onszelf vastpinnen op zo’n menselijk hulpmiddel?

Deze vragen mag je stellen. Maar wacht nog even met ze instemmend te beant-woorden. Het is namelijk goed eerst na te denken over drie belangrijke punten:

• de rijkdom van de bijbel; • de beperktheid van ons mensen; • het bijbelse gegeven dat we als gelovige niet alleen staan, maar zijn verbon-

den met anderen. Over alle drie willen we nu eerst kort iets zeggen. En daarná proberen een ant-woord op die vragen te geven.

De rijkdom van de Bijbel De Bijbel is een heel rijk boek. Je kunt erin blijven lezen. Steeds weer ontdek je nieuwe verbanden, nieuwe aspecten. Al eeuwenlang is het het meest verkochte, meest gelezen en meest onderzochte boek ter wereld. Zelfs dominees en professo-ren in de theologie zijn er nog nooit op uitgestudeerd. Er staat ook voldoende in de Bijbel. We hoeven niet te denken dat we daarnaast nog iets nodig hebben, een supplement voor onze tijd of zo.

De menselijke beperkingen Een geweldig geschenk van God dus! Maar de mensen die de Bijbel lezen, zijn be-perkt. Die kunnen al die rijkdom niet bevatten. Stel je eens voor dat iemand nog nooit heeft gehoord van God, of van Jezus Christus, en dan begint de Bijbel te le-zen. Zou hij eruit komen? Of zou hij verzuchten, net als die man uit Ethiopië: “hoe kan ik dit begrijpen als niet iemand mij de weg wijst?” (Hand. 8:30, 31). Calvijn wilde een uitleg van de bijbel gaan schrijven. Maar hij zag in dat het nodig was eerst een samenvatting van de hele Bijbel te schrijven, zodat hij elk onderdeel, elke tekst, kon uitleggen binnen het grote geheel. Wat begon als samenvatting groeide in de loop der jaren uit tot de Institutie, zijn beroemdste boek. Het wordt nog steeds gelezen.

Er is nog een menselijke beperking waar we rekening mee moeten houden: de zon-de. Als wij, mensen de Bijbel gaan lezen, zijn we ook nog eens geneigd verkeerd te gaan lezen, en verkeerde conclusies te trekken. In de kerkgeschiedenis kun je daar-

Page 36: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 36 - November 2004

van veel voorbeelden vinden, maar je vindt ze ook al in de Bijbel. Bijvoorbeeld in 2 Kor. 3:15,16. Daar schrijft Paulus over de Joden dat ze de Bijbel wel lezen, maar – zolang ze zich niet bekeren – met een bord voor de kop. Ook Petrus kent zulke misverstanden. Hij schrijft over ingewikkelde gedeelten van Paulus’ brieven, dat mensen die soms verdraaien, tot hun eigen ongeluk. Het komt doordat ze niet onderlegd zijn en geen houvast hebben, zegt hij (2 Petrus 3:16).

Met al de heiligen God heeft ons niet op een eiland gezet met alleen maar een Bijbel. Hij geeft ons broeders en zusters. Bijbellezen is groepswerk. Dat zegt Paulus ook, in Efeziërs 3:18,19: samen met alle heiligen zullen we in staat zijn Gods heilswerk te vatten en de liefde van Christus te kennen. Dat houdt ook in dat we mogen leren van wat vroegere generaties al hebben begrepen van Gods Woord.

Het nut van een belijdenis Terug naar die vraag over belijdenisgeschriften: wat moet je er (nu nog) mee? - Ja, wat is een belijdenisgeschrift eigenlijk? Kort gezegd: een samenvatting van de bijbelse boodschap. Een samenvatting die is opgesteld en aanvaard door een kerk of groep van kerken, en publiek gepresenteerd. Je kunt ook zeggen: een belijdenis is een hulpmiddel, met verschillende functies. Laten we die functies eens nader bekijken.

1. Samen met anderen

Een belijdenis geeft je de inzichten van andere gelovigen als het ware onder hand-bereik. Gelovigen van vroegere tijden of andere plaatsen die eraan hebben meege-werkt. Vaak is in een belijdenisgeschrift samengevat wat verschillende generaties gelovigen in de loop van de tijd in de Bijbel hebben ontdekt. Dus een belijdenis geeft je een schat aan bijbels inzicht.

2. Een samenvatting van de Bijbel

Als je de Bijbel leest, merk je dat het niet een verzameling is van losse verhalen, gedichten en spreuken. Het is uiteindelijk één boek met één (hoofd)boodschap. Daarom kun je er allerlei verbanden in ontdekken (net als in de meeste andere boe-ken trouwens - als ze goed geschreven zijn). Een samenvatting kan dan een goed hulpmiddel zijn om de draad vast te houden. En daar is de belijdenis dus voor, on-der andere.

Een voorbeeld. In Johannes 12:47 zegt Christus: “Ik ben niet gekomen om de we-reld te oordelen, maar om de wereld te behouden”. Als je dit oppervlakkig leest zou je kunnen denken dat Hij alleen maar gekomen is om de wereld te behouden, en dus nooit zal oordelen. Maar het oudste belijdenisgeschrift dat we hebben, de apostolische geloofsbelijdenis (of ‘de twaalf artikelen’), zegt al dat Christus zal te-rugkomen om te oordelen de levenden en de doden. Van tweeën één dus: óf die belijdenis zit er al eeuwenlang naast, óf je hebt die tekst uit Johannes nog niet goed begrepen...

Page 37: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 37 - November 2004

3. Een gids bij de Bijbel

De meeste belijdenisgeschriften zijn niet alleen samenvatting van de Bijbel. Ze verwijzen er ook steeds naar. Kijk maar eens in het Gereformeerd Kerkboek bij de verschillende belijdenissen; daar zie je heel veel verwijzingen naar bijbelteksten. Die zijn een hulpmiddel om te vinden wat de Bijbel zegt over een bepaald onder-werp.

Zoek bijvoorbeeld p. 449 op. Daar geeft de Heidelbergse Catechismus in vraag + ant-woord 52 commentaar op het artikel dat we noemden over Christus’ wederkomst. Daar staat een hele rij bijbelteksten onder, zodat je kunt zien hoe vaak dit oordeel van Christus voorkomt in de Bijbel. Dan ligt de conclusie voor Johannes 12 ook voor de hand: in vers 47 gaat het over Jezus’ eerste komst in de wereld, niet over zijn weder-komst aan het einde van de tijd.

4. Een waarschuwingsignaal

Een belijdenis is ook een goed hulpmiddel als waarschuwingssignaal. Als je de Bijbel bestudeert, en je leest daarin iets dat niet lijkt te kloppen met wat je in een belijdenis leest, wat dan? Het zou kunnen dat die belijdenis er op dat punt naast zit, dat het geen betrouwbare samenvatting van de Bijbel is. Maar het kan ook zijn dat we zelf een fout hebben gemaakt, en dat al die andere gelovigen die we in de belijdenis ontmoeten, een be-ter inzicht hadden. Denk aan de waarschuwing uit Filippenzen 2:3: “Wees beschei-den en acht anderen belangrijker dan jezelf”. Hoe dan ook: reden genoeg om er nader studie van te maken.

5. Bescherming

Zelfs dominees en andere voorgangers in de kerk lopen de kans verkeerde paden in te slaan. Stel, er is een predikant die allerlei eigen(wijze) opvattingen uit de Bijbel gaat afleiden. En hij gaat die aan iedereen als bijbelse wijsheid presenteren. Moet de gemeente daaraan worden blootgesteld? Maar wie zal hem tegenhouden? De Gereformeerde Kerken hebben al sinds eeuwen een afspraak om de gemeenten te beschermen tegen al te eigenaardige ideeën van predikanten. Predikanten en ou-derlingen moeten beloven zich te houden aan wat er in de belijdenis staat. Als zij denken dat de Bijbel iets anders leert dan wat er in de belijdenis staat, dan mogen ze dat niet zomaar meteen rondvertellen in preken, boeken en artikelen. Ze moeten dat bespreken met ouderlingen en met andere predikanten. Zodat iedereen mee kan profiteren van beter inzicht in de Bijbel. Of: zodat die ene man wordt bijgestuurd. Op deze manier wordt de eenheid in het geloof bewaard.

6. Duidelijkheid

Een belijdenis geeft ook duidelijkheid. Helaas zegt het al eeuwenlang niet meer genoeg als je zegt: "ik ben christen" of "ik geloof wat er in de bijbel staat". Dat hebben mensen met de vreemdste ideeën ook gezegd. Maar als iemand je een belij-denis laat zien, en zegt: zo versta ik Gods Woord, dan geeft dat duidelijkheid. Er zijn ook groepen die beweren dat ze geen belijdenis hebben. Maar meestal is er in de praktijk is er binnen zo’n groep wel degelijk sprake van gemeenschappelijk

Page 38: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 38 - November 2004

aanvaarde hoofdlijnen. Alleen staat het niet op papier; het is niet officieel. Daardoor staat zo'n groep bloot aan allerlei invloeden; je mist duidelijkheid.

7. Onderwijs

Belijdenisgeschriften zijn ook hulpmiddel bij het onderwijs van de jeugd in de kerk. Je kunt ze bijbelse verhalen vertellen, maar leren ze daarmee het grote ver-band te zien tussen al die verhalen? Er was een tijd dat het onderwijs in de kerk vooral ging over drie onderwerpen: de 10 geboden, het Onze Vader, en de Twaalf artikelen. Maar leer je zo het verband tussen die onderwerpen? De Heidelbergse Catechismus laat ook zien hoe die drie bij elkaar passen.

8. Antwoord met hart en mond

Het begin van de Nederlandse Geloofsbelijdenis is: “Wij geloven met het hart en belijden met de mond”. Dat begin is een directe verwijzing naar Romeinen 10:9, 10, waar staat: Als je met je mond belijdt: ‘Jezus is de Heer’ en met je hart gelooft dat God Hem uit de dood heeft opgewekt, word je gered. Want geloven doen we met ons hart, en dat rechtvaardigt ons; belijden doen we met onze mond, en dat brengt ons redding. Het woord dat daar wordt gebruikt voor belijden betekent letterlijk zoiets als het-zelfde zeggen. Als je hetzelfde zegt als Paulus, als je het nazegt, is dat je behoud. Belijden is geen intellectuele hobby, maar het is een actie van hart en mond: het zit van binnen en komt er ook uit. Het gaat om het woord van het geloof (Romeinen 10:8): het Woord van God, dat door ons heen gegaan is en (als een echo) in onze omgeving weerklinkt (vgl 1 Tessalonicenzen 1:8).

Een geschenk van de Heilige Geest? Kun je de belijdenis een geschenk van de Heilige Geest noemen? In ieder geval geen 'geestesgave' in de gebruikelijke zin van het woord. De belijdenis is mensen-werk. Maar aan de andere kant moeten we niet vergeten dat de Heilige Geest vaak menselijke activiteiten gebruikt voor zijn werk op aarde. Voorbeelden daarvan vind je in de Bijbel.

Denk aan de geschiedenis van Petrus en de Romeinse hoofdman Cornelius. De Heilige Geest had de engel vast wel rechtstreeks over Christus kunnen laten vertellen. Maar dat gebeurde niet, Cornelius moest de mens Petrus roepen. Ook had de Heilige Geest wel direct tegen Petrus kunnen zeggen dat hij naar Ceasarea moest gaan. Maar Hij liet gewone menselijke boodschappers het werk doen. (Hand. 10:5-6, 20-22) Een ander voorbeeld vinden we in 2 Tim 4:13. Paulus, die echt wel de kracht van de Heilige Geest kent, vraagt toch om gewone hulpmiddelen: boeken en perkamenten.

Zo mogen we ook een belijdenis dankbaar aanvaarden als een geschenk van de Heilige Geest. Want Wie anders is de Gever van zulke goede gaven?

De beperktheid van een belijdenis De belijdenisgeschriften hebben beperkte waarde. Als samenvatting van de Bijbel zijn ze altijd minder dan het origineel. Er staat minder in, en je moet er ook nog

Page 39: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 39 - November 2004

rekening mee houden dat er verkeerd samengevat kan zijn. Als je ze vergelijkt met de Bijbel, zie je nog een opvallend verschil. De Bijbel is voor een groot deel een historisch boek: er worden heel veel geschiedenissen ver-teld. Ook zijn er veel brieven of toespraken die je alleen goed kunt begrijpen bin-nen een bepaalde historische situatie. Met andere woorden: de Bijbel vertelt vooral over de manier waarop God in het verleden omging met mensen. De belijdenisgeschriften vertellen maar heel weinig geschiedenis. Daarin wordt vooral uitgelegd: hoe God is, hoe wij zijn, hoe wij ons nu moeten gedragen. Ter-wijl de Bijbel een leerzame geschiedenis vertelt, geeft de belijdenis de lessen weer die we uit die geschiedenis hebben geleerd. We noemen dat meestal de bijbelse leer, een naam die in de Bijbel ook al gebruikt wordt (o.a. Matteüs 7:28, Handelingen 13:12, Titus 1:9).

Wat een belijdenis niet is In de Rooms-katholieke kerk kent men geen belijdenis, wel pauselijke leeruitspra-ken. Dat zijn gezaghebbende en onveranderlijke uitspraken, die daar hetzelfde ge-zag hebben als de Bijbel. Eigenlijk verdringen ze de Bijbel van zijn unieke plaats. Dat mag een belijdenis dus nooit doen: die blijft altijd ondergeschikt aan de Bijbel.

In de pas gevormde Protestantse Kerk van Nederland (PKN) kent men ook wel be-lijdenisgeschriften, maar die zijn vrijblijvender dan vroeger. En sinds er ook een Lutherse belijdenis en de Konkordie van Leuenberg bij gekomen zijn, spreken ze elkaar zelfs op sommige punten tegen. Belijdenissen zijn daar niet veel meer dan historische documenten, museumstukken. Ze zijn wel leerzaam, maar eigenlijk niet meer bij de tijd.

Vraag: Hierboven staan acht functies van een belijdenis. Welke van die acht zijn nog zinvol als belijdenissen binnen één kerk elkaar tegenspreken?

Verder lezen Een een lezing van ds. Geertsma: http://www.derank.nl/lezingen/lezingbelijdenis.htm Is Engels geen bezwaar? In de presbyteriaanse traditie is preken uit de catechismus nauwelijks bekend. Hier is de ervaring van een presbyteriaan die het jarenlang ge-praktiseerd heeft: www.opc.org/OS/html/V7/1e.html En een doperse visie (ook in het Engels): www.reformedreader.org/ccc/hbd.htm

J.P.C. Vreugdenhil

Page 40: In dit nummer De twee wegen - home.kpn.nlhome.kpn.nl/vreug242/houvast001groot.pdf · - 2 - November 2004 Deze vijandschap is dus door God zelf ingesteld. Aan de ene kant het kamp

www.houvast.nu - 40 - November 2004

"Wat is waarheid?" Een van de bekendste vragen uit de bijbel. Pilatus vroeg aan Jezus: wat is waarheid, maar hij verwachtte er geen ant-woord op. En vandaag de dag ben je 'arrogant' als je zegt dat je de waarheid kent. Dat is niet gek: in de geschiedenis zijn er oorlogen om ge-voerd. En vandaag nog steeds. Dus nu is de vrijheid van meningsuiting het belangrijkste; iedereen heeft recht op z'n eigen waarheid. Jezus ís de Waarheid in eigen Persoon. Ken jij Hem? De leugenaar vanaf het begin, de duivel, heeft geprobeerd de Waarheid te vermoorden, maar Hij stond weer op. Waarheid overwint leugen. Durf jij voor de Waarheid uit te komen? Dan komt Hij ook voor jou op! Straks bij het laatste oordeel, en nu al, bij de Schepper van hemel en aarde, die ook van-daag jouw houvast wil zijn.

Joh. 18:38, Pilatus zei: ‘U bent dus koning?’ ‘U zegt dat ik koning ben,’ zei Jezus. ‘Ik ben geboren en naar de wereld gekomen om van de waarheid te getuigen, en ieder die de waarheid is toegedaan, luistert naar wat ik zeg.’ Pilatus zeide tot Hem: Wat is waarheid?

Joh 8:44, Uw vader is de duivel, en u doet maar al te graag wat uw vader wil. Hij is vanaf het begin een moordenaar geweest. Hij hoort niet bij de waarheid, omdat er geen waarheid in hem is. Wanneer hij liegt, spreekt hij zoals hij is: een aartsleugenaar, de vader van de leugen. Maar mij gelooft u niet, want ik spreek de waarheid.

Joh. 14:6, Jezus zei: ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Niemand kan bij de Vader komen dan door mij.

Matteüs 10:32 Iedereen die mij zal erkennen bij de men-sen, zal ook ik erkennen bij mijn Vader in de hemel. Maar wie mij verloochent bij de mensen, zal ook ik verloochenen bij mijn Vader in de hemel.