Reybrouck_VJ10_def

2
Congo EEN GESCHIEDENIS -3 | | | : - | : - /: - | -: @. www.debezigebij.nl : - . | 37-41 | : - | : - | -: @. DAVID VAN REYBROUCK Vijftig jaar geleden werd Congo, na een fascinerende en soms uiterst gewelddadige geschiedenis, onafhankelijk. Maar de toekomst die aanbrak was nog gruwelijker dan het verleden. David Van Reybrouck, auteur van het bejubelde De plaag , beschrijft de geschiedenis van de Congolezen op een meeslepende wijze. Congo. Een geschiedenis is een meesterproef.

description

David Van Reybrouck, auteur van het bejubelde De plaag, beschrijft de geschiedenis van de Congolezen op een meeslepende wijze. Congo. Een geschiedenis is een meesterproef. Vijftig jaar geleden werd Congo, na een fascinerende en soms uiterst gewelddadige geschiedenis, onafhankelijk. Maar de toekomst die aanbrak was nog gruwelijker dan het verleden. E E N G E S C H I E D E N I S www.debezigebij.nl

Transcript of Reybrouck_VJ10_def

Page 1: Reybrouck_VJ10_def

CongoEEN GESCHIEDENIS

-3 | | |

: - | : - /: - | -: @.

www.debezigebij.nl :

- . | 37-41 | : - | : - | -: @.

DAVID VAN REYBROUCK

Vijftig jaar geleden werd Congo, na een fascinerende en soms uiterst gewelddadige geschiedenis,

onafhankelijk. Maar de toekomst die aanbrak was nog gruwelijker dan het verleden.

David Van Reybrouck, auteur van het bejubelde

De plaag, beschrijft de geschiedenis van de Congolezenop een meeslepende wijze. Congo. Een geschiedenis

is een meesterproef.

Page 2: Reybrouck_VJ10_def

F R A G M E N T

Het is 4 januari 1959 en in Léopoldville is het snikheet. Het regenseizoen is nog lang niet voorbij, de lucht voelt plakkerig en benauwd. In de residentie van de gouverneur-generaal wordt alles in gereedheid gebracht voor de jaarlijkse nieuwjaarsreceptie in de tuin. Glazen worden opgeblonken, taken verdeeld. De nieuwe gouverneur-generaal heet Rik Cornelis, hij weet nog niet dat hij de laatste zal zijn. Het is de eerste zondag van 1959. Het zal een stijlvolle receptie worden. Er zijn ook enkele Congolezen uitgenodigd, dat past binnen de filosofie van de Belgisch-Congolese gemeenschap. De champagne zal schuimen, het kristal fonkelen. Men zal ‘hoop uitdrukken’, ‘vertrouwen bevestigen’ en veel praten over ‘wederzijds begrip’, dat alles uiteraard ‘in een sfeer van vriendschap’. Het is 4 januari 1959 en enkele kilometers verderop in de stad, in Bandalungwa, een nieuwbouw-wijk voor évolués, is Patrice Lumumba te eten gevraagd in het huis van een nieuwe vriend. Tijdens zijn gevangenschap las hij in de krant Actualités africaines geregeld stukken van ene Joseph Mobutu, de militair die journalist is geworden en bij de Expo in Brussel was. Na zijn vrijlating raakt Lumumba met hem bevriend. Die zondag maken ze tijdens de maaltijd plannen voor de namiddag. Om twee uur staat er in het centrum van de cité, in een lokaal van de y, de christelijke jeugdherberg, een meeting gepland van Abako, weten ze. Een week eerder heeft Lumumba een publiek van zevendui-zend toehoorders toegesproken over zijn reis naar Accra. Het was zijn beste optreden ooit geweest. De massa reageerde laaiend enthousiast. ‘Dipenda, dipenda! ’ scandeerde de menigte na afloop, de verbas-tering in het Lingala van het Franse indépendance. Allicht is het daardoor dat de eerste burgemeester van de stad, de Belg Jean Tordeur, te elfder ure besloten heeft dat de meeting van vandaag maar beter niet door kan gaan. Lumumba en Mobutu besluiten toch een kijkje te gaan nemen. Een auto hebben ze niet, maar Mobutu heeft een scooter, waarmee ze samen naar de meeting kunnen. Dat beeld hou-den we even vast: Mobutu en Lumumba samen op de brommer, twee nieuwe vrienden, de journalist en de bierverkoper, de een is 27, de ander 32. Lumumba zit achterop. Ze rijden door de warme lucht en praten luid om het geknetter van de uitlaat te overstemmen. Twee jaar later zal de een de ander mee helpen vermoorden. Het is 4 januari 1959 en het Stade Roi Baudouin stroomt vol voor een belangrijke topper in de Congolese voetbalcompetitie. Het grote sportstadion ligt slechts enkele honderden meters van de y verwijderd. Twintigduizend supporters komen van heinde en ver. Ze dragen kleurrijke hemden en panen. Sommigen hebben veren op hun hoofd en strepen op hun gezicht, zoals vroeger, brede, witte kleistrepen die fel glimmen op hun voorhoofd en wangen. Ze dansen met bezwerende gebaren en opengesperde ogen. De steile, betonnen tribune rondom het veld vult zich met mensen en trom-geroffel. Het lijkt wel oorlog. Het lijkt wel de oever van de Congorivier in de jaren 1870, toen Stanley voor het eerst met zijn bootje voorbij dreef. In de catacomben van het stadion spannen de spelers hun veters aan en schuiven ze scheenbeschermers in hun kousen. Elders in de stad, in de residentie van de gouverneur, zijn de flessen champagne uit de koelkast gehaald en staan ze te parelen in de zon. Nog steeds is het 4 januari, en op de Avenue Prince Baudouin, bij de y, vertelt Kasavubu de opgetrommelde massa dat de meeting helaas niet door mag gaan. Luidruchtig gemor en protest zijn het gevolg, trekken en sleuren. Als pacifist en bewonderaar van Gandhi draagt hij zijn aanhangers op kalm te blijven. Dat lijkt te lukken. Hij is de leider, hij is de chef, hij is de burgemeester. Opgelucht en gerustgesteld keert hij terug naar huis. Maar het is 4 januari 1959, de dag waarop alles anders zal worden, al zou je het nog steeds niet zeggen.

Het is op 30 juni 2010 vijftig jaar geleden dat Congo onafhankelijk werd van België. Van 1885 tot 1908 had het dienstgedaan als privéterrein van koning Leopold II.

Genadeloze uitbuiting en miljoenen slachtoffers waren het gevolg. De kolonisatie door de staat België die erop volgde, zorgde voor industrialisatie en vooruitgang, naast paternalisme en betutteling. De onverhoedse overgang van kolonie naar onafhankelijke staat rond 1960 is een adembenemend verhaal vol idealisme, bruuske gebeurtenissen,

gekonkel en politieke moorden. Het nieuwe land stortte zich in een turbulent avontuur dat steeds wilder en chaotischer werd en na tweeëndertig jaar dictatuur onder Mobutu

leidde tot een van de dodelijkste conflicten sinds de Tweede Wereldoorlog.

David Van Reybrouck beschrijft voor het eerst de hele roerige geschiedenis van het land, van 1850 tot 2010, van ruim vóór de komst van de ontdekkingsreiziger Stanley tot de invloed van China, Obama en de recente economische crisis. Hij baseert zich

niet alleen op zeldzaam archiefmateriaal en baanbrekend onderzoek over alle mogelijke deelaspecten, maar vooral ook op honderden interviews die hij in Congo, China en Europa afnam. Zijn ooggetuigen gaan van eeuwlingen tot kindsoldaten,

van rebellenleiders tot smokkelaars, van ministers tot maniokverkoopsters. Hun verhalen heeft Van Reybrouck in zijn grote geschiedenis geïntegreerd. Het resultaatis een bijzondere beschrijving van anderhalve eeuw Congo, een

meeslepende geschiedenis die systematisch het perspectief van de Congolezen belicht.

2010 | , ca. 640 pag. | ï | 15 x 23 cm | . € 24,90

978 90 234 5866 1 | , ca. 640 pag. | ï | 15 x 23 cm | . € 29,90

978 90 234 5663 6 | 680 | Studio Jan de Boer | Stephan Vanfleteren

P

• Presentatie • Interviews • Lezingen• Advertenties • Advertorials • Voorpublicatie

• Affiches • Lezersacties

Overweldigende geschiedenis van een van de roerigste landen ter wereld

David Van Reybrouck (1971) is cultuurhistoricus, archeoloog en schrijver. Hij debuteerde in 2001 met De plaag, dat veelvuldig werd

bekroond en vertaald. Zijn roman Slagschaduw en zijn pamflet Pleidooivoor populisme bevestigden zijn naam als een van de meest veelzijdige

auteurs van zijn generatie. Van Reybrouck schrijft ook poëzie en is eveneens zeer succesvol als toneelschrijver, onder andere van Missie, een toneelstuk

waarin een missionaris in Oost-Congo centraal staat.

Congo

9 789023 458661 9 789023 456636