RESCURA HERSTELT 18e EEUWSE … · NS-gebouw Teun: ‘Er was nog een andere partij bij de...

1
SchildersVakkrant geeft uitleg ‘in woord en beeld’ over technieken uit de praktijk. Een techniek onder de aandacht brengen? Mail naar [email protected] SCHILDERSVAKTECHNIEK 27 april 2010 13 Er waren tijden dat ze vaker in de krant kwam. Projecten wis- selden wat sneller. Het bedrijf van haar man Teun Bleijenberg, Rescura bv, met vestigingen in Den Haag en Amsterdam doet nu eenmaal bijna niet anders dan heel bijzondere restauratie en renovaties, zowel in steen als in stuc als in schilderwerk. En Antoinette, met haar feilloos kleurgevoel en grote schilders- vakmanschap, streed altijd in de voorste linies mee. Teun Bleijenberg: ‘Je had wel degelijk ervaring met schilderingen op doek. Weet je nog die wand- schilderingen van Dolf Henkes in het Feyenoord Stadion? Of de doeken die we ontdekten bij de restauratie van de Amster- damse bioscoop Tuschinski?’ Antoinette: ‘Dat is waar, maar die stamden uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Hier gaat het om schilderingen uit 1755.’ Doek prepareren Het verschil van deze onder- grond met bijvoorbeeld ge- stucte rijk gedecoreerde wan- den en gewelven zoals, om maar eens wat te noemen, die van de Amsterdamse kerk De Kruijtberg, is volgens Antoi- nette zeer groot. ‘Ik heb erg veel geleerd van Hetty van Eeghen, met wie ik samen dit project geleid heb,’ vertelt ze, ‘Zij is een echte schilderijen- restaurator. Zij weet hoe zo’n kostbaar oud doek moet wor- den geprepareerd voor het retoucheren.’ Teun: ‘De gemeente Haarlem had goede ervaringen met ons. We hebben mooi werk mogen maken in de Grote- of Sint Bavokerk. Daarom werden we uitgenodigd om een aanbie- ding te doen voor de restaura- tie van de regentenkamer. Het Dolhuys is opgericht in 1362 en is sindsdien onafgebroken een instelling voor psychiatrie ge- weest. In 1755 werd deze regentenkamer ingericht, een vergaderkamer voor het be- stuur van het tehuis. Sinds 5 jaar is het Dolhuys een mu- seum, en daarom moest de regentenkamer worden geres- taureerd.’ Antoinette: ‘Een schilder als Augustini, die eigenlijk Jan Degelenkamp heette, en afkomstig was uit het Groning- se Roderwolde, was zowel kunstschilder als decorateur. Hij deed álle schilderwerk in de regentenkamer, zowel de schil- deringen op gespannen doek, het “behang”, als de schildering van de kozijnen, de lambrize- ring en het plafond. Zo werd het echt één geheel. De schil- dering stelt een bijbels verhaal voor: de profeet Elias geneest een gewonde legergeneraal, maar weigert de dankbare beloning. Dat was een duidelij- ke vermaning aan het Dolhuys- bestuur, dat ze het niet om het geldelijk gewin moesten doen.’ NS-gebouw Teun: ‘Er was nog een andere partij bij de aanbesteding be- trokken. We hebben het op onze aanpak, maar zeker ook op onze prijs gewonnen. Rescura heeft een sterke no-nonsense benadering. We restaureren zo goed mogelijk, maar we doen daar niet hoogdravend of geheimzinnig over. We vragen een redelijke uurprijs en daar houden we ons ook aan.’ Antoinette: ‘We hadden natuur- lijk een restauratieatelier nodig. Daarvoor konden we de voor- malige directeurswoning van het Centraal Station in Haarlem huren. Daar is Rescura overigens ook bezig met een restauratie.’ De schilderingen werden heel voorzichtig van de wanden gehaald, en opgerold op grote pvc buizen. Eenmaal in het atelier werden ze voorzichtig opgespannen en aan de achter- kant heel zorgvuldig gereinigd. Daarna werden de doeken op een grote tafel ‘gedoubleerd’ door ze op speciaal, uit Italië afkomstig, doubleerdoek te ver- lijmen met behulp van warmte- apparatuur. Daarna kon het restauratiewerk pas beginnen. Kleur-over-kleur Antoinette: ‘De schildering was ernstig beschadigd. In een hoek waar regelmatig vocht- problemen waren was de voor- stelling zelfs vrijwel helemaal verdwenen. Die hebben we moeten reconstrueren uit de snippers die er nog over waren. Wat je doet is eerst het doek heel voorzichtig reinigen, met wattestaafjes en alcohol en speciale kleine stofzuigertjes. Ook retouches uit afgelopen eeuwen, en daar waren er veel van, moesten verwijderd wor- den. Daarna breng je een trans- parante laag aan, die jouw ver- dere ingrepen van het origineel scheiden. Ingrepen worden zo altijd ‘reversibel’, ze kunnen on- gedaan worden gemaakt. Dan komt het prepareren: gaten in de schildering opvullen met een krijtoplossing, en daarna het echte retoucheren.’ En over dat laatste hoef je Antoinette Bleijenberg-Van de Wal niets te vertellen. ‘Ik ben al mijn hele leven bezig met pigmenten, kleuren en verven,’ glimlacht ze, ‘Als ik een verflaag zie weet ik al uit welke periode hij stamt, hoe de kleur is opge- bouwd en uit welke ingrediën- ten de verf bestaat.’ Want kleuren op olieverfschil- derijen zijn gebaseerd op kleur- over-kleur, waarbij de onderste laag zijn rol speelt in de lagen daarboven. Die laagjes moes- ten dus één voor één, soms maar ter grootte van een stipje, opnieuw worden aangebracht. Lijnolieverf ‘Je leert zo’n Augustini van heel dichtbij kennen,’ lacht Antoinet- te, ‘Maar het is bepaald niet zo dat ik het idee heb dat ik hem door heb. Eerder is hij mysteri- euzer geworden. Dit is bijvoor- beeld een ‘vroege’ Augustini. Er is werk van later datum van hem bekend, en daar schildert hij aanmerkelijk ingewikkelder. Hier zijn de schilderingen rond- uit naiëf, al zie je wel waar hij zijn leerlingen het werk heeft laten doen en waar hij zelf heeft geschilderd. Hij was echt een vakman én een zich ontwikkelende schilder.’ Dat vakmanschap is ook goed te zien aan het houtwerk. Na ons kleuronderzoek bleken daar maar liefst vijf verschillen- de tinten roze te zijn gebruikt. Antoinette: ‘En drie verschillen- de soorten grijs als grondering. De lakken in de zeventiende eeuw waren ook deels transpa- rant, net als bij de olieverf. Dan doet het er enorm toe wat voor ondergrondkleur je gebruikt. De verf hebben we speciaal laten maken op basis van lijn- olie en de zelfde pigmenten door de firma De Bok & Zonen in Amsterdam, een traditionele verfmaker. Dat was oplosmid- delhoudende verf, ja. Toege- staan in een Rijksmonument als het Dolhuys.’ Op de website van Rescura zijn filmbeelden te zien van het hele restauratieproces. HAARLEM – De afgelopen twee jaar leerde kleurdeskun- dige en restauratie- en decoratieschilder Antoinette Bleijenberg-Van de Wal er een vak bij: preparatie en restauratie van metersgrote schilderingen op doek. Minutieus werkte ze met een team van Rescura aan een ‘totaalkunstwerk’ van de Haarlemse schildermeester Augustini. ‘Op de lambriseringen en het plafond vonden we vijf verschillende tinten roze.’ Antoinette Bleijenberg van de Wal; ze is twee jaar bezig geweest met herstel van achttiende-eeuws behang De toestand zoals Rescura het aantrof: het houtwerk was in een niet-oorspronkelijke kleur geschilderd, de wandbekleding was vervuild en zat vol retouches en beschadigingen Verffabrikant De Bok & Zonen maakte op basis van oude pigmenten de lijnolieverf die Augustini gebruikt moet hebben: vijf soorten roze op drie soorten grijs Deze voorstelling kwam tevoorschijn nadat een bord met daarop de namen van de Dolhuys-regenten voorzichtig verwijderd werd De restaurateurs aan het werk. Uiterst links Susan Seunke, dan Hetty van Eeghen, schilderijenrestaurator, Teun Bleijenberg, directeur Rescura en rechts Antoinette Bleijenberg-Van de Wal De wandbespanning loopt door over deuren en door hoeken. Uiterst rechts de knielende dankbare generaal wiens gift door de profeet Elia wordt geweigerd (foto’s: JMS) RESCURA HERSTELT 18 e EEUWSE REGENTENKAMER IN HAARLEMS PEST- EN DOLHUYS ‘Een mysterieuze man’ 10SVK04_dolhuis.qxp 4/17/10 12:24 PM Page 13

Transcript of RESCURA HERSTELT 18e EEUWSE … · NS-gebouw Teun: ‘Er was nog een andere partij bij de...

Page 1: RESCURA HERSTELT 18e EEUWSE … · NS-gebouw Teun: ‘Er was nog een andere partij bij de aanbesteding be-trokken. We hebben het op onze aanpak, maar zeker ook op onze prijs gewonnen.

SchildersVakkrant geeft uitleg ‘in woord en beeld’ over technieken uit de praktijk. Een techniek onder de aandacht brengen? Mail naar [email protected] SCHILDERSVAKTECHNIEK

27 april 2010 13

Er waren tijden dat ze vaker inde krant kwam. Projecten wis-selden wat sneller. Het bedrijfvan haar man Teun Bleijenberg,Rescura bv, met vestigingen inDen Haag en Amsterdam doetnu eenmaal bijna niet andersdan heel bijzondere restauratieen renovaties, zowel in steenals in stuc als in schilderwerk.En Antoinette, met haar feillooskleurgevoel en grote schilders-vakmanschap, streed altijd inde voorste linies mee. TeunBleijenberg: ‘Je had wel degelijkervaring met schilderingen opdoek. Weet je nog die wand-schilderingen van Dolf Henkesin het Feyenoord Stadion? Ofde doeken die we ontdekten bijde restauratie van de Amster-damse bioscoop Tuschinski?’Antoinette: ‘Dat is waar, maardie stamden uit de jaren dertigvan de vorige eeuw. Hier gaathet om schilderingen uit 1755.’

Doek preparerenHet verschil van deze onder-grond met bijvoorbeeld ge-stucte rijk gedecoreerde wan-

den en gewelven zoals, ommaar eens wat te noemen, dievan de Amsterdamse kerk De Kruijtberg, is volgens Antoi-nette zeer groot. ‘Ik heb ergveel geleerd van Hetty van Eeghen, met wie ik samen ditproject geleid heb,’ vertelt ze,‘Zij is een echte schilderijen-restaurator. Zij weet hoe zo’nkostbaar oud doek moet wor-den geprepareerd voor het retoucheren.’Teun: ‘De gemeente Haarlemhad goede ervaringen met ons.We hebben mooi werk mogenmaken in de Grote- of Sint Bavokerk. Daarom werden weuitgenodigd om een aanbie-ding te doen voor de restaura-tie van de regentenkamer. HetDolhuys is opgericht in 1362 enis sindsdien onafgebroken eeninstelling voor psychiatrie ge-weest. In 1755 werd deze regentenkamer ingericht, eenvergaderkamer voor het be-stuur van het tehuis. Sinds 5jaar is het Dolhuys een mu-seum, en daarom moest de regentenkamer worden geres-

taureerd.’ Antoinette: ‘Een schilder als Augustini, die eigenlijk Jan Degelenkamp heette, en afkomstig was uit het Groning-se Roderwolde, was zowelkunstschilder als decorateur. Hijdeed álle schilderwerk in de regentenkamer, zowel de schil-deringen op gespannen doek,het “behang”, als de schilderingvan de kozijnen, de lambrize-ring en het plafond. Zo werdhet echt één geheel. De schil-dering stelt een bijbels verhaalvoor: de profeet Elias geneesteen gewonde legergeneraal,maar weigert de dankbare beloning. Dat was een duidelij-

ke vermaning aan het Dolhuys-bestuur, dat ze het niet om hetgeldelijk gewin moesten doen.’

NS-gebouwTeun: ‘Er was nog een anderepartij bij de aanbesteding be-trokken. We hebben het oponze aanpak, maar zeker ook oponze prijs gewonnen. Rescuraheeft een sterke no-nonsensebenadering. We restaureren zogoed mogelijk, maar we doendaar niet hoogdravend of geheimzinnig over. We vrageneen redelijke uurprijs en daarhouden we ons ook aan.’Antoinette: ‘We hadden natuur-lijk een restauratieatelier nodig.

Daarvoor konden we de voor-malige directeurswoning vanhet Centraal Station in Haarlemhuren. Daar is Rescura overigensook bezig met een restauratie.’De schilderingen werden heelvoorzichtig van de wanden gehaald, en opgerold op grotepvc buizen. Eenmaal in het atelier werden ze voorzichtigopgespannen en aan de achter-kant heel zorgvuldig gereinigd.Daarna werden de doeken opeen grote tafel ‘gedoubleerd’door ze op speciaal, uit Italië afkomstig, doubleerdoek te ver-lijmen met behulp van warmte-apparatuur. Daarna kon het restauratiewerk pas beginnen.

Kleur-over-kleurAntoinette: ‘De schildering wasernstig beschadigd. In eenhoek waar regelmatig vocht-problemen waren was de voor-stelling zelfs vrijwel helemaalverdwenen. Die hebben wemoeten reconstrueren uit desnippers die er nog over waren.Wat je doet is eerst het doekheel voorzichtig reinigen, metwattestaafjes en alcohol enspeciale kleine stofzuigertjes.Ook retouches uit afgelopeneeuwen, en daar waren er veelvan, moesten verwijderd wor-den. Daarna breng je een trans-parante laag aan, die jouw ver-dere ingrepen van het origineelscheiden. Ingrepen worden zoaltijd ‘reversibel’, ze kunnen on-

gedaan worden gemaakt. Dankomt het prepareren: gaten inde schildering opvullen meteen krijtoplossing, en daarnahet echte retoucheren.’En over dat laatste hoef je Antoinette Bleijenberg-Van deWal niets te vertellen. ‘Ik ben almijn hele leven bezig met pigmenten, kleuren en verven,’glimlacht ze, ‘Als ik een verflaagzie weet ik al uit welke periodehij stamt, hoe de kleur is opge-bouwd en uit welke ingrediën-ten de verf bestaat.’ Want kleuren op olieverfschil-derijen zijn gebaseerd op kleur-over-kleur, waarbij de onderstelaag zijn rol speelt in de lagendaarboven. Die laagjes moes-ten dus één voor één, somsmaar ter grootte van een stipje,opnieuw worden aangebracht.

Lijnolieverf‘Je leert zo’n Augustini van heeldichtbij kennen,’ lacht Antoinet-te, ‘Maar het is bepaald niet zodat ik het idee heb dat ik hemdoor heb. Eerder is hij mysteri-euzer geworden. Dit is bijvoor-beeld een ‘vroege’ Augustini. Eris werk van later datum vanhem bekend, en daar schilderthij aanmerkelijk ingewikkelder.Hier zijn de schilderingen rond-uit naiëf, al zie je wel waar hijzijn leerlingen het werk heeftlaten doen en waar hij zelfheeft geschilderd. Hij was echteen vakman én een zich ontwikkelende schilder.’Dat vakmanschap is ook goedte zien aan het houtwerk. Naons kleuronderzoek blekendaar maar liefst vijf verschillen-de tinten roze te zijn gebruikt.Antoinette: ‘En drie verschillen-de soorten grijs als grondering.De lakken in de zeventiendeeeuw waren ook deels transpa-rant, net als bij de olieverf. Dandoet het er enorm toe wat voorondergrondkleur je gebruikt.De verf hebben we speciaal laten maken op basis van lijn-olie en de zelfde pigmentendoor de firma De Bok & Zonenin Amsterdam, een traditioneleverfmaker. Dat was oplosmid-delhoudende verf, ja. Toege-staan in een Rijksmonument alshet Dolhuys.’ Op de website van Rescura zijnfilmbeelden te zien van hethele restauratieproces.

HAARLEM – De afgelopen twee jaar leerde kleurdeskun-dige en restauratie- en decoratieschilder Antoinette Bleijenberg-Van de Wal er een vak bij: preparatie en restauratie van metersgrote schilderingen op doek. Minutieus werkte ze met een team van Rescura aan een‘totaalkunstwerk’ van de Haarlemse schildermeester Augustini. ‘Op de lambriseringen en het plafond vondenwe vijf verschillende tinten roze.’

Antoinette Bleijenberg van de Wal; ze is twee jaar bezig geweestmet herstel van achttiende-eeuws behang

De toestand zoals Rescura het aantrof: het houtwerk was in een niet-oorspronkelijke kleur geschilderd,de wandbekleding was vervuild en zat vol retouches en beschadigingen

Verffabrikant De Bok & Zonen maakte op basis van oude pigmenten de lijnolieverf die Augustini gebruikt moet hebben: vijf soorten roze op drie soorten grijs

Deze voorstelling kwam tevoorschijn nadat een bord met daarop de namen van de Dolhuys-regenten voorzichtig verwijderd werd

De restaurateurs aan het werk. Uiterst links Susan Seunke, dan Hetty van Eeghen, schilderijenrestaurator, Teun Bleijenberg, directeur Rescura en rechts Antoinette Bleijenberg-Van de Wal

De wandbespanning loopt door over deuren en door hoeken. Uiterst rechts de knielende dankbare generaal wiens gift door deprofeet Elia wordt geweigerd (foto’s: JMS)

RESCURA HERSTELT 18e EEUWSE REGENTENKAMER IN HAARLEMS PEST- EN DOLHUYS

‘Een mysterieuze man’

10SVK04_dolhuis.qxp 4/17/10 12:24 PM Page 13