Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer...

252
Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 Inleiding Het Cartularium van het Sint-Elisabethsconvent te Huissen In 1448 werd in de toenmaals Kleefse stad Huissen een klooster gesticht van zusters van de Derde Regel van Sint-Franciscus. Dit klooster kreeg als patrones de heilige Elisabeth van Thüringen en stond daarom bekend als het Sint-Elisabethsconvent. De hoofdgebouwen stonden recht tegenover de uit 1313 stammende stadsparochiekerk van Huissen. Zoals zoveel middeleeuwse kerkelijke instellingen werd ook het Sint- Elisabethsconvent door tientallen vrome mensen begiftigd met geld en jaarrenten. Dat leverde een enorme hoeveelheid akten en oorkonden op, temeer omdat bij een gift uit grond vaak oudere documenten (zogenaamde ‘retroacta’) werden bijgevoegd. In het jaar 1583 besloot Peter Boegell, rentmeester in Huissen van hertog Willem van Kleef, de vele akten uit het conventsarchief in één boek bijeen te brengen. Hij deed dat zeker niet uit historische belangstelling en zelfs niet ten bate van het klooster alleen. In dezelfde tijd was hij namelijk bezig om orde te brengen in de chaotische registratie van de grondakten in Huissen. De oorkonden van het Sint-Elisabethsconvent leverden hem daarvoor veel nuttige informatie. Die informatie is bijeen gebracht in het zogenaamde Legerboek van Huissen uit 1586. Boegell kopieerde in het cartularium (zó werd de oorkonden- verzameling genoemd) niet alleen de stukken van het Sint-Elisabethsconvent, maar ook die van de veertiende-eeuwse vicarieën uit de stadsparochiekerk. Dat betrof de Heilig Kruisvicarie uit 1349 en de Sint-Nicolaasvicarie uit 1359. Verder noteerde hij vermoedelijk uit de stukken die hij als rentmeester beheerde in de kantlijn informatie over de eigenaren van grond sinds het opmaken van de betreffende oorkonde. Een zeer secuur werk! Blijkens opmerkingen in het boek was het in later tijd wel in het bezit van het klooster. Daardoor werden er in de loop der tijd voorin gegevens genoteerd betreffende de paters (rectoren) van het convent en werden hier en daar door een pater of door een moeder-overste notities gemaakt over latere ontwikkelingen. Ook werd achterin een proces beschreven, dat het klooster voerde over dijkrechten (folio 195a verso -195d recto). In de loop der eeuwen werden overzichtslijsten gemaakt van de inhoud. Boegell deed dat zelf al in 1584 (bladzijde 6-VIII verso). In 1710 werd voorin nog een lijstje gemaakt van voor de nonnen belangrijke stukken (bladzijde 3). Omdat Huissen tot het Hertogdom Kleef behoorde, overleefde het Sint- Elisabethsconvent de reformatie. In 1812 werd het klooster echter in opdracht van

Transcript of Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer...

Page 1: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Registrum Literarum Conventus in Huÿssen

1583

Inleiding

Het Cartularium van het Sint-Elisabethsconvent te Huissen

In 1448 werd in de toenmaals Kleefse stad Huissen een klooster gesticht van

zusters van de Derde Regel van Sint-Franciscus. Dit klooster kreeg als patrones de heilige

Elisabeth van Thüringen en stond daarom bekend als het Sint-Elisabethsconvent. De

hoofdgebouwen stonden recht tegenover de uit 1313 stammende stadsparochiekerk van

Huissen. Zoals zoveel middeleeuwse kerkelijke instellingen werd ook het Sint-

Elisabethsconvent door tientallen vrome mensen begiftigd met geld en jaarrenten. Dat

leverde een enorme hoeveelheid akten en oorkonden op, temeer omdat bij een gift uit

grond vaak oudere documenten (zogenaamde ‘retroacta’) werden bijgevoegd. In het jaar

1583 besloot Peter Boegell, rentmeester in Huissen van hertog Willem van Kleef, de vele

akten uit het conventsarchief in één boek bijeen te brengen. Hij deed dat zeker niet uit

historische belangstelling en zelfs niet ten bate van het klooster alleen. In dezelfde tijd

was hij namelijk bezig om orde te brengen in de chaotische registratie van de grondakten

in Huissen. De oorkonden van het Sint-Elisabethsconvent leverden hem daarvoor veel

nuttige informatie. Die informatie is bijeen gebracht in het zogenaamde Legerboek van

Huissen uit 1586. Boegell kopieerde in het cartularium (zó werd de oorkonden-

verzameling genoemd) niet alleen de stukken van het Sint-Elisabethsconvent, maar ook

die van de veertiende-eeuwse vicarieën uit de stadsparochiekerk. Dat betrof de Heilig

Kruisvicarie uit 1349 en de Sint-Nicolaasvicarie uit 1359. Verder noteerde hij –

vermoedelijk uit de stukken die hij als rentmeester beheerde – in de kantlijn informatie

over de eigenaren van grond sinds het opmaken van de betreffende oorkonde. Een zeer

secuur werk!

Blijkens opmerkingen in het boek was het in later tijd wel in het bezit van het

klooster. Daardoor werden er in de loop der tijd voorin gegevens genoteerd betreffende

de paters (rectoren) van het convent en werden hier en daar door een pater of door een

moeder-overste notities gemaakt over latere ontwikkelingen. Ook werd achterin een

proces beschreven, dat het klooster voerde over dijkrechten (folio 195a verso -195d

recto). In de loop der eeuwen werden overzichtslijsten gemaakt van de inhoud. Boegell

deed dat zelf al in 1584 (bladzijde 6-VIII verso). In 1710 werd voorin nog een lijstje

gemaakt van voor de nonnen belangrijke stukken (bladzijde 3).

Omdat Huissen tot het Hertogdom Kleef behoorde, overleefde het Sint-

Elisabethsconvent de reformatie. In 1812 werd het klooster echter in opdracht van

Page 2: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Napoleon opgeheven. Omdat het ging om de kloosterbezittingen nam Gerard van

Riemsdijk, die namens de Prefect van het Departement van Boven-IJssel op 28 januari

1812 het klooster overnam, kennelijk ook het cartularium mee. Zo belandde het in het

archief van de Prefect van Boven-IJssel en daarmee op termijn in het Gelders Achief.

Omdat er aldaar geen ander archiefmateriaal van het Sint-Elisabethsconvent berust,

vormt het daar een afzonderlijk archiefje (0320-1).

De tekst van het cartularium is zorgvuldig afgeschreven door Rein van Berkel en

Gonny van Dijk, leden van de Transcriptiegroep van de Historische Kring Huessen. Zij

hebben zich het handschrift van Peter Boegell tot in detail eigen gemaakt. Lastiger waren

de latere toevoegingen. Een extra probleem waren de oudste oorkonden. Tot ongeveer

1380 werden oorkonden van de schepenen van Huessen opgemaakt in het Latijn. Voor

oorkonden van de bisschop van Utrecht geldt dat ook nog in later tijd. Daarom waren de

transcribenten blij met het feit, dat Lars van Nigtevegt deze Latijnse akten transcribeerde

en vertaalde. Voor de eindcontrole en als trouble-shooter tekende Emile Smit.

Hiermee is naar ons oordeel een bron voor de middeleeuwse geschiedenis van

Huissen ter beschikking gekomen, zoals er nog geen was. Met behulp hiervan zal het

mogelijk zijn om het grondbezit binnen Huissen in beeld te krijgen. Ook voor degenen

die stamboomonderzoek willen plegen over een periode vóór de beschikbaarheid van

doop- en trouwboeken ligt hier een bron van groot belang. Een belang, dat de grenzen

van Huissen zeker overstijgt.

redacteur en corrector: Dr. Emile Smit

transcribenten: Rein van Berkel

Drs. Gonny van Dijk

Drs. Lars van Nigtevegt

Geldersch Archief: archiefnummer 0320

Het hoofddeel van het manuscript bestaat uit verzamelde akten die door Peter Boegell,

Zolner und Rendtmeister in Huessen, in 1584 zijn afgeschreven (zie folio zA) als Register

van Siegel und brieve des Susteren Convents to Huessen van de verzegelde originelen,

naar beste weten van woord tot woord conform de originelen.

Daaraan voorafgaand is blad 3 uit 1710, met een korte (onvolledige) inhoudsopgave van

belangrijk geachte akten.

Blad 4 en 5 bevatten een eveneens na 1584 toegevoegde lijst van paters van het Convent

die loopt van 1449 tot 1783.

Blad 05, 06 en 07 en de folio’s I tot en met XI bestaan uit een korte samenvatting van de

letterlijke akten.

Page 3: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Inhoudsopgave van het Cartularium uit 1583

* De eerste 7 (8) pagina's bevatten diverse lijsten. Deze bladen zijn genummerd als Blad

01, Blad 02, etc.

* Daarna volgen 9 bladen die op de rechterkant (door ?? ) onduidelijk zijn gemerkt met

Romeinse cijfers. De linker ommezijde van het blad is niet gemerkt. In de transcriptie

zijn rechts en links genummerd als Fol I recto en Fol I verso, Fol II recto, Fol II verso,

etc.

* De bladen van de rest van de inhoud zijn oorspronkelijk genummerd op elke zijde, te

beginnen met 5. In de transcriptie zijn deze bladen aangeduid met Fol-5, Fol-6, Fol-7,

etc, etc.

* De tekstbladen bevatten tot Fol 166 bijna steeds aanvullende, klein geschreven, teksten

in de marges van de bladen. Daarna zijn geen margeteksten meer aanwezig,

De margeteksten zijn na elke akte in kleiner letterformaat weergegeven.

* De volgende bladen ontbreken of zijn niet gevuld:

Fol X ontbreekt

Fol-1 t/m Fol-4 ontbreken

Fol-8 ontbreekt

Fol-19 t/m 21 niet gevuld

Fol-29 t/m 33 niet gevuld

Fol-37 niet gevuld

Fol-51 niet gevuld

Fol-71 t/m 73 niet gevuld

Fol-76 t/m 89 niet gevuld

Fol-114 en 115 niet gevuld

Fol-139 niet gevuld

Fol-157 niet gevuld

Fol-161 niet gevuld

Fol-170 t/m 181 niet gevuld

Fol-197 ontbreekt

* vanaf folio 167 zijn er geen margeteksten meer (m.u.v. blad 187)

* na folio 195 volgen folio’s in afwijkend handschrift en lettertype en papierformaat,

genummerd 195a t/m 195d.

* de bladen na folio 206 zijn niet genummerd in het origineel. Ze zijn door mij (RvB)

aangeduid als Fol-zA t/m Fol-zM. De bladen zC en zI zijn wegens dubbelheid

verwijderd.

Page 4: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Blad 01

Registrum Literarum Conventus

in Huÿssen

1583

Blad 02

Uit het Archief van de Prefecture van het Departement van de Boven-IJssel

doch niet specifiek geinventariseerd

Zie Inv: p 14, Convent de Huissen Blad 03

Ao 1710 zijn aen geteijcken dese naervollende brieven uut het prottokols boeck van

van ons Convent,

folio, 206, staat den brief van de karbrugh

folio, 184, staat een brief dat de oplaegh is gekoft Ao 1491

folio, 190, een brief van't geeven van Haldersendijck op de oplaegh

folio, 196, een brief van datter brant in ons Clooster is geweest Ao 1491

folio, 162, een brief van 5 ½ Marge aen de Carbrugh in dat hoofmeesters Ampts,

daer booven naest gelegen is die landts Weeteringh van Overbetuwe,

Noortwardts de Susteren, etc.

folio, 162, den brief van 't Campstuck en goutijthuijsen onder Angeren

folio, 136, een brief van 14 hondt landts, en nogh een van 3 Margen op 't

Schrevenvelt

folio, 132, een brief van 9 Margen tot een mede gaef op 't Schrevenvelt

folio, 135, nogh een stuck landts op 't Schrevenvelt

folio, 126, staat van 't hoeckien landts van 8 stuij bij 't Rosendael op St Martin

folio, 123, een brief van 2 stucken landts int Rosendael, nogh een Margen int

Rosendael

folio, 118, is den brief der Stadts previlegie

folio, 108, Confirmeert Hartogh Adolf het huijs van Hadiwig van Rijswijck tot te

timmeren een Clooster, en vrij het, etc.

folio, 74, verkoopt Hartogh Jan, voor etc, om een moulen te timmeren

folio, 102, staet van de 2 Margen daer op St Petri, 5 gulden uut gaen, modo den

Grutter

folio, 94, den brief van 't huijs hof, den Engel, daer op Paesschen 8 guldes uut gaet,

modo Jan van Brinck

Page 5: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Blad 04

1449 Pater tho huessen her Gerhardt Negeler van Ress 1449

Anno 1461 Pater tho huessen her Matthis van den Gevel Ao 1461

1486 Pater to Huessen her Willem Ingen Nuulant Ao 1486 usque ad (tot aan)

1525

1522 Pater toe Huissen heer Henrick Visser Anno 1525

1538 b Pater tho Huissen heer Gerrit Voet Anno 1538 obiit 1559

1536 a Pater toe Huissen heer Hermen Huls Anno 1536 obiit 1539

1560 Pater toe Huissen heer Heer Hermenius van Hasselt Ao 1560

1563 Pater toe Huissen heer Otto van Hoxsum Anno 1563

1566 Pater toe Huissen heer Jan Beeck Anno 1566

1600 Pater to Huissen heer Frans Vermaet Anno 1600. Obiit in conventu

Huessensi anno 1616 in vigilis Simonis et Jude hora sexta Mane 27

Octobris cuius Anima requiescat in sancta pace.

Pater in Huissen de heer Frans Vermaet anno 1600. Hij overleed in het

klooster van Huessen anno 1616 op de vooravond van Simon en Juda om 6

uur in de ochtend op 27 oktober. Zijn ziel ruste in heilige vrede.

Anno 1617 Pater tho Huijssen Heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus. Obiit

in conventu anno 1623 die 10 maij, hora 5 matatina cuius anima

requiescat in pace.

Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het

klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur des morgens. Zijn ziel ruste in

vrede.

1623 Pater conventus in Huijssen Bernardus Werhaenius a decimo Maij.

discessit, fuit pastor Schijdamensis factij 1637 27 Septembris.

1623 Pater van het convent in Huijssen Bernardus Werhaenius op 10 mei.

Hij ging weg en werd pastoor in Schiedam gemaakt op 27 september

1637.

Anno 1637 Pater conventij in Hussen Johannes Swennius Trudonensis. Obiit in

conventu anno 1670, 26 Maj Hora 12 meridiana requiescat in pace.

Pater van het convent in Hussen Johannes Swennius uit Sint-Truiden. Hij

stierf in het convent in 1670 op 26 mei om 12 uur ‘s middags. Hij ruste in

vrede.

Page 6: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Anno 1670 Pater Conventus in Hussen Johan Vosch Ultraiectensis. Discessit Anno

1676 die 17 Augusti, ut tibi pie viveret. Exinde Joannes E(pi)s(co)pus

Castoriensis Vicarius Apostolicus ordinata Conventus clausura et delecto

tibi Domicilis in anteriori aede, desiderans monasterio benefacere, eiusque

onera minuere decrevit, ut Religiosis divine officia et sacramenta per RR

viros contubernales sacerdotis suos, sine ulla temporali emolumento

administraresitur.

Pater van het convent in Hussen Johan Vosch uit Utrecht. Hij ging weg in

het jaar 1676 op 17 augustus om voor zichzelf vroom te leven. Vervolgens

gaf Joannes, bisschop van Castorië, Apostolisch Vicaris, opdracht het

klooster van een clausuur (slotgedeelte) te voorzien. En nadat hij het voorste

gebouw als zijn woning had gekozen, wenste hij het klooster wel te doen.

Hij schreef voor, dat de bediening en de heilige sacramenten voor de

religieuzen door de eerwaarde heren uit zijn gevolg werden verzorgd

zonder dat daarvoor een tijdelijke vergoeding werd gerekend.

Anno 1680 Jacobus Hellingh. Abcoudanus Pastor in Huissen, Pater factus conventus

In festo in Huissen ob senium aliisque de causis Regimine Conventus abdicato

purificationis

(2 februari) Jacobus Helling uit Abcoude, was pastoor in Huissen. werd pater gemaakt

van het convent in Huissen. Wegens ouderdom en om andere redenen deed

hij afstand.

Blad 05

15 April 1709: ab eo tempore nullas pro fui Monialibus functiones fecit:

usque ad diem obitus in Conventu commoratus et Sustentatus est. Obiit 31

Maii 1712 et in Templo Parochiali Sepeliri voluit.

15 April 1709: vanaf deze tijd heeft hij geen werkzaamheden meer verricht

voor de kloosterlingen; tot de dag van zijn overlijden werd hij verpleegd

in het klooster. Hij stierf op 31 mei 1712 en wenste in de parochiekerk

begraven te worden.

Anno 1709 Petrus van Beest Ultraiectensis. SS. Theol. Doctor. Postquam II annis

Leydae Rdo

. nunc Revendissimo Do Theodoro de Cock ut missionarius

cohabitavi. deinde 12 annis in pago Voorburg prope Hagam pastor fui,

unde decreto praepot. DD. Stadium Hollandiae 10 Maii 1704 pertubatis

illis temporibus Missionis nostrae primus Missionariorum ob singularem

erga S. Sedem Apostolicam adhaesionem sum proscriptus. Duobis circiter

annis effluxis tunc per triennium Conventis Stae

Agnetis Embricae

Monialium praepositus fui inde ad instantiam Mmi

Dr Adami Daemen

ArchiEpiscopi Adrianopolitani et Vicarii Aplici ac ad preces Monialium

Conventus Stae

Elisabet Huyssiae, eo profectus sum ut huius Conventus

Page 7: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Pater essem, ac 16 Maii 1709. Huyssiam adveni, et affectuose ab omnibus

exceptus sum.

Petrus van Beest, Doctor in de Heilige Theologie (Utrecht) waarna 2 jaar

te Leiden, werkte als missionaris samen met de eerwaarde nu

zeereerwaarde Doctor Theodorus de Cock. Vervolgens was ik 12 jaar

pastoor in het dorp Voorburg bij Den Haag, vanwaar ik door een decreet

van de Edelgrootmogende Staten van Holland op 10 mei 1704 in die

verwarde tijden als leider van de missionarissen in onze Missie

verbannen ben wegens al te grote verkleefdheid aan de H. Stoel. Na

verloop van ongeveer twee jaar ben ik drie jaar aangesteld aan het St.

Agnesconvent te Emmerik op voorspraak van de Hooggeachte Dr. Adam

Daemen, Aartsbisschop van Adrianopel en Apostolisch Vicaris, en op

verzoek van de zusters van het convent van de Heilige Elizabet te Huyssen

ben ik daar beroepen om daar Pater te zijn en op 16 mei 1709 ben ik in

Huyssen aangekomen en aldaar hartelijk ontvangen.

Is gestorven in't Convent Anno 1738 den 8 December geboortig te

Utreght.

Ao 1739 den 1 Meij. Pater in't Convent van Huissen D'Eerwr. Heer Teodorus

van den Broek gebooren in den bos, is weder vertrocken 1740 in de maant Juni.

Ao 1740 den 7 Meij Pater in't Convent van Huissen den Eerwr. Heer Joannes

Josephus Potse gebooren tot Sardam en en overleden den 8 Februarij 1751 den Heer laat

hem rusten in vreden.

Ao 1751 den 26 maert Pater in't Convent van Huissen den Eerwr Heer Michael

van Oijen en overleden den 29 Julij 1782.

Anno 1783 den 4 maart Pater in't Convent van Huissen den seer Eerwr Heer

Johannes Fredericus Josephus Goders is door een subiete doodt van ons weg gerukt den 2

augustus deszelve jaars, daar is opgevolgt den geleerden Heer Jacobus Som

Anno 1783 den

Blad 06

(NB. margeteksten weergegeven onderaan de tekst van elke akte)

Index siue

T a b u l a R e g i s t r i L i t e r a- rum Conventus fœminei sexus in Huÿssen. 1584

Index ofwel Convents

husingen

Page 8: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Lijst van het brievenregister van het vrouwenklooster in Huijssen. 1584

1373 Johannes de Angeren resignauit et uendidit domum et aream cum 57 solidis et 4

denariis parvorum denariorum et cum uno pede aggeris et cum via pertinenti ad eandem

domum apud Cymeterium Ottoni de Lent nu her Herman Roevers huijss

folio ...........................................36

Johannes van Angeren deed door verkoop afstand van huis en erf met 57 schellingen en 4

penningen klein met een voet van de dijk en met de weg naar dat huis, bij het kerkhof

Aan Otto van Lent. Nu Herman Roevers huijss folio ............36

1373 Johannes de Angeren constituit fideiussores et promittit warandizare domum

supradictam fol: ........................................................35

Johannes van Angeren heeft garantstellers aangesteld en heeft beloofd bovengenoemd

huis in onderpand te geven. fol ........................35

A 1349 Jacobus de Palude et Hermannus Hoecke eius gener quandam petiam terre cum

uno pede aggeris sitam in longitudine inter fossam ecclesie ex uno fine et inter fossam

Bernhardi generi Gerhardi de Wallam et eiusdem Gerhardi ex alio dederunt Johanni de

Angeren in heredetarium et annuum censum 57 solidorum e 4 denariorum parvorum.

Reservantes quod pro dictam petiam terrae habebunt viam transeundi et redeundi etc.

folio ......................35

Jacob van den Broick en Herman Hoecke, zijn schoonzoon, hebben een stuk land met één

voet van de dijk, in de lengte liggend tussen de kerkgracht aan de ene zijde en de sloot

van Herman, schoonzoon van Gerard van der Wal en diezelfde Gerard, aan de andere,

gegeven aan Johannus van Angeren als erfgoed en met een jaarlijkse last van 57

schellingen en 4 penningen klein. Met de causule dat zij recht van overpad houden op dit

grondstuk.

folio .......................35

1375 Ott van Lent verpantschapt sijn husz van Johannes van Angeren gekoft. Herwich

Hector vur 100 alde schilt datselve te besitten bis an die wederlosz dat gelopen is bij den

kerkhoff tusschen Borren van Dornick Ridder an die ein sidt ende hoffstede Henricks

wijffs van Brijnen ende oere kindere an die ander sidt fol........................................

1401 Jacob van Velle verschrieft Liszbet huijsfrow Maes Henricksen uiter oer husz ende

hofstede gelegen nest husz ende hofstede Jacob Houcken mit ein sidt ende nest Jan

Corthals mit die ander sidt ende Evert Houcken einen alden schildt jarrenthen.

fol ...........................

1401 Liszbet Maes Henricksons wijff gift Jacob van Vell zu erfpacht die vurssz

hoffstede nest Jacob Heucken mit ein sidt ende Jan Corthals und Evert Houcken mit die

ander sidt vur I alde schilt jarlix up Petri. Des soll Jacob daruit betalen ein pont in S.

Niclas altar ende XXVIII groten in afslach an den alden schilt an Jacob Hoijcken.

Page 9: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

fol. ................................

1450 Berndt Snijpert verkopt den Susteren einen alden schilt min ein pont ende XXVIII groit die die Susteren van den alden schilt betalen sollen uith husz, hoffstat ende erfnis

Jacobs van Vell to wesen plach, mit die ein sidt an erfnis der Susteren dat Mechtelt

Sdriesen to wesen plach ind mit der anderen siden Bruns van den Rhin ende erffnis Janst

van Vell, schietende mit den einen eijndt an erfnis Mechtelden van Möl to wesen plach

ende erfnis Evert Hoijcken ende mit den anderen ende an den kerkhoff.

fol. ............................................

1450 Mechtelt wilner Gossen Vriesen wijff gift S. Elizabeten Convent I alden Schilt

ende I alden Vlemsch uit Jan Hacken huijs zaliger angen Sandt mit die ein sidt an erff des

junge Jan Hacken, schietende mit den einen eijndt an erf IJwen Makicx ende mit den

anderen eijnd an die Duijsterstrait sielmissen memorie ende almissen darvan to doin.

Gift ock den Susteren umb Gotzwil oer helft van XXVIII groten jarlix gainde uith hus,

hoffstede ende erfnis dat die Susteren hebben van Jan van Vell bij den kerckhoff dat H.

Sacrament darmit to beluchten. fol ............................................

1477 Stadt Huijssen verschrieft uiter oer aller zisen ende Renthen dem Convent ijlff

Rinsch gulden up Petri ad Cathedram doch so dat Convent der Stadt jarlix schuldig is

solle datselve daran ingehalden worden. Item XXIX alde Vlemsch so dat Convent der

kercken II alde Vlemsch dem Gasthuse VII alde Vlemsch dem Schoilmeister unnd

Custer, II malder haveren der Pepelicker provende. II lb in des H. Cruijs altar. I pont in S.

Jans Vicarie jarlix schuldig. Sall die Stadt betalenn unnd an die XI gulden korten. Up ein

wederloss. fol..............................................

Margetekst bij 1373

Brief van her Herman Roevers huijsz der noch

Ao 1584 im leve gewest

Blad 07

In die Vierackersche strait wilner Willem van Oeffel to behoerende mit der einer siden

Steven van Balten mit der ander siden den watergang tusschen den vurss huijs unnd Jan

Hasen und mit den anderen eijnde die strait. fol ............................

1485 Geurt van Huijssen verkoept Jacob Dockelspoel einen alden Schilt domals XXX

stuver gense ind geve uiter husz ende hoff gelegen nest erfnisse Henrick van Kessel ind

erfnisse Jan Basen to wesen plach mit der einer siden, mit der ander siden nest husinge

Gabel Gris schietende mit den einen eijnde an die Wedumgrafft ende mit den anderen

eijnde vur an die Vierackersche strait nu junffer van Hessen fol. ...................

1457 Mijer van Eijmeren verkopt Gerrit van Damme III gude alde schilde II Rinsch

golde overlendse gulden vur elcken schilt uith husz, hofstat ende erfnis gelegen mit der

einer siden an huijsz, hoff ende erfnis Derick Dumers to wesen plach, mit der anderer

Page 10: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

side an husz, hofstat ende erfnis Daem Belsters. Schietende mit den einen eijnde an erfnis

Gabel Brisz ende Jan Hasen ende mit den anderen ende up die strait up Passchen.

fol Ao 1584 Bartolomeus Rutgers.

1462 Derick ter Heiden verkopt Hern Derick Bartolomeuss Priester einen alden schilt

erflicker Jarrenthen II golden Rinschen gulden vur den schilt up Passchen uit allen

guderen ende Renthen Dericks vurssz und so man sich daran uit verhalen en kunde uit

erff und gut Gerrets van Riszwick to penden fol ..................................................

1482 Her Derick Bartholomeus Priester genant Hamer verkopt Her Herman Tack

Priester den vurssz alde schilt gainde uit erve Dericks ter Heidenn fol. .........................

1490 Her Herman Tack Priester verkoept H. Willem Ingen Niulandt Pater den vurssz

alden schilt jarrenten uit husinge Jans van der Heijen gelegen der Stadt Hoge Huijsz nu

Rutger Velthof. fol. ...............................................

1509 Henrick Verschuijren verkopt Jan Molners einen golden Hertog Philips gulden

ende ein half ort van einen philippus gulden uiter huijsz, hoffstat ende erfnis negst die

Rosmul ende husinge ende erfnisse Lucas van Beinhem mit die ander sidt negst erfnis

Zegewaltz ter Heren Have up Paschdag to betalenn. Schietende mit den eine eijnde an

erffnis des Conventz ende mit den anderen eijnde nest die Arnhemsche strait.

folio .........................................

1532 Jan Molners weduwe unnd kinder verkopen Her Henrick Fisscher Pater ende

Convent die vurssz renth van einen philippus gulden siare ende ein halff ort van einen

Philippus gulden .

folio ................................................

1523 Alheidt, weduwe Willem van Bockhorst Ridders, gift dem Convent ein malder

Weits Jarrenthen uit husz, hoffstede ende erfnis mit die ein sidt nest die Berchertsche

strait, mit die ander sidt nest erfnisse Segewaltz ter Heren Have strecken mit den einen

eijndt up die Huijssensche Seeg und mit den anderen eijnde an die vurssz strait mit XVI

malder of die werd darfur ende einen pacht to lossenn.

fol .......................................98.

1417 Jan van Vliederden verkopt Jan Derecksen einen kamp landts nest erfnisse Jan

Brendsons mit die ein sidt ende nest erfnisse Rolofs Caen mit die ander sidt. Mit den

einen eijndt schietende up die wade mit den anderen eijnd up die strait. Uitgang IIII lb

[pond] IX hoenre , ein gans, XIII brabans. fol ..............................................

1450 Jan Dericksen verkopt den Susteren huijsz, hoffstede, have, bongardt ende erfnis an

den Sande mit ein sidt an erfnis Seeger Bollix, mit die ander sidt an die Gemeint dat Sant.

Schietende mit den einen eyndt an die Legstrait, mit den anderen eijndt an die

Duijsterstrait fol 99

Margetekst bij 1462

Page 11: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Einen alden Schilt uit Rutger Velthofs hus;

huijs den moriaen dit is afgemaeckt

Margetekst bij1509

Derick van Wils huijs

Margetekst bij 1417

Ein kamp lantz beneven die Waij die Anno 1583

Bart Bruijsch was.

Uund huijsz hoffstede, have ende Bongardt die

Anno 1583 Hans Albertz guit Ranen was.

Margetekst bij 1523

Dese renthe van een malder weijts is affgeloost

met XVI. malder weijts. 6. martij. ano. 1621.

Folio I

1492 Dewijl dat Convent up muren und up oeren kost maeken sullen laten ein groit

gesack muijren bij Ranensberch und ein stuck versuncken muijeren bij die Arnemsche

port. Und die Stadt dem Convent jarlix schuldig was ijlff golde Rintsche gulden dartegen

dat Convent weder schuldig was ijlf marck XIII krumstarten, II blencken und so der brief

van die XI gulden weder vermach van pantgelt vlemschen die Stadt in

afkortinge der oevering van den XI gulden den Pastor, Vicarien, und der kercken jarlix to

betalenn. So sijn die XI gulden, XI marc, XIII kromstarten, II blencken, pantgelt,

vlemschen dat ein tegen den anderen gefrijet, geqwit, ind alle brieve doot gededingt unnd

dat Convent scheldet die oevering qwijt. Darfur wirdt dat Convent frij gegeven van

Aczisen, Gruten, schattung, Beden, onrait, Dinsten, Gebaden, Wacken vort wachtenn.

Bouwwerken sullen besunder mit frij wesen genieten der Stadt privilegien, rechten, gude

alde gewoenten etc; doch Gerrit Penning ontfengt einen hoff achter die schoel, darfur hie

erflick vur dat Convent wacken sall. fol .......................... 118

1448 Hertog Adolph van Cleve consentirt dat Gerrit van Riszwicks husz achter den

kerckhoff tot ein Susteren vergaderinge und woninge muge getijmmert werden. Datselve

husz frijende van alre schattinge, dienst, last ende onrait. Und sullen ein Capelle mit

Altaren dar ock mogen doin macken .

fol ..............................108

1438 Ermgardt weduwe Engbert Butkens und oere kindere verkopen Hadwich van

Riszwick oer husz, hoffstat, hoff und bongardt mit der einer siden nest der straten

streckende van den wech nest der Stadt muer tot beneven den kerckhoff und mit der

ander siden nest erfnis Hadwigen vurssz ende nest erfnis Gossens Vriesen. Schietende

mit den einen ende an erve Jan Kocks und mit den anderen eijnde an den wech negst der

Stadt muijr und an erfnis der kercken dat Peter van Merem in erfpacht heft.

Uitgang I hoen, II lb , XVIII groit, VIII brabants fol ....................................

Page 12: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1448 Hadwig van Riszwick verkoept oer huijs, hoffstede, hoff ende bongart ende erfnis

mit die ein sidt an huijsz, hoffstadt eertitz Jan Kocks und Gerrits Rietstegen und vort al

umb und umb an den Langen Wall an erfnis Ceel Loomans ende an die gasse. Streckende

van den kerkckhoff an den Langen wall und mit einen horninck an die gasse tusschen den

kerckhoff und dese erfnis hern Gerrit Negeler.

Uitgang erfrenth an die kerck van Huijssen, Derick van Wijlick , mijns genedigen hern

tinss fol ...............46

1461 Gerrit van Riszwick verkoept Mathis van den Gevel Pater tot behoif des Convents

oer recht sie gehadt mugen hebben an husz, hoffstat ende erffnis dat nu dat Susterhus is,

so dat Gerritz van Riszwick ende Hadwigen sijnes wijffs te wesen plach ende Hadwig

van Riszwick ende Henrick oer sohn dat vortitz den Susteren verkoft, ende gelegen is

tusschen erfnis Gerrits Rietstegen unnd den Langenwall. Beheltlich Gerrit sijnes rechten

an twee alden schilden die Hadewich van Riszwick Gerritz moder uit demselven huijse

unnd hoffstat heft. fol ....................................

1451 Ceel Loomans verkopt den Susteren einen hof gelegen mit einer siden an den

Langenwalle ende mit der andere siden an erfnis der Susteren, schietende mit den einen

endt an die Stege. Uitgang VI alde vlemsche groit und einen halven brabans.

folio ..........

1453 Stadt Huijssen belieft deijl den Susteren georloft in friheit to hebben und to

betijmmeren huijsz, hoffstede, bongart ende erfnis Hadewichs van Riszwick mit einen

horninck beslat tusschen den wech nest den wall in der gassen. Streckende van den

kerckhoff an den wech. Dat sie Zeel Loomans haefken mit betijmeren ende in friheit

hebn mugen. fol ................................................

1433 Gossen die Vriese verkopt Jan Kock husz, hofstat ende bongardt mit die ein sidt

nest husz, hofstat ende bongart Gossens vurss ende mit die ander sidt nest husz, hoffstat

ende bongert Gerritz van Riszwick mitten halven grave. Wilch grave sich verliesen sall

an dat alde huijsz scharp angainde ende so recht vort uith langs den gevel van der

kameren up den gemeinen wech, schietende mit den einen eijnd an die Stege

Margetekst bij 1492

Notum dat ein gans uit Pennongs hoff nu Herman Roeversz

an Jan van Wijlick gegain und afgekofft is to finden.

Conventz hoff van Jan van Vell die anno 1584 her Herman

Roevers was.

Margetekst bij 1448

Conventz husinge van Hadwig van Riszwick

Margetekst bij 1433

Jan Kocks husinge dat na des Paters husinge gewordenn.

Page 13: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Folio II recto

tusschen der kerckmuyren unnd dem hause vurss mitten anderen eijnde up Gossens hoff,

deels ende mitten halven grave. Uitgang II lb . fol ..................................

1453 Jan van Aller, Willem Kock unnd Bessel oer kindere bekennen van die Susteren

to Hussen geleent to hebben VIII Rinsche gulden up die husinge Jan Kocks mit bescheidt

so sie die husinge nit verdedingen bij den Hertogen te Cleve etc. die alsdan

wedertogeven und so sie die husinge verdedingen, wollen sie die niemant anders

verkopen dan den Susteren, die die husinge drie jar in oer huijszwer behaldenn und darna

die VIII Rinsche gulden korten sollenn. fol ...............................

1453 Johan Hertog van Cleve etc. verkoept den Susteren vur IC Rinsche gulden die

husinge bij denselven Convent gelegen Gossens die Vriese und darna Jan Kock mit have,

reidung und tobehoering up ein wederlosz. folio .........................

1454 Willem Kock leent van dem Convent noch III Rinsche gulden f(acit) mit die vurss

acht tosamen XI gulden und so fern sie mit den Hertog van Cleve nit scheiden kunten,

willen sie die XI gulden wedergevenn fol ..........................................

1458 Weduwe Jan Kocks unnd Willem die Kock verkopen den Susteren oer husz,

hoffstat ende erfnis mit die ein sidt an erfnis der Susteren, mit die ander sidt und einen

ende an erffnis Gerrit Rietstegen, schietende mit den einen eijnde an die strait nest den

kerkckhoff. fol............................................................

1459 Weduwe Jan Kocks quitirt dat Convent van IC Rinsche gulden darfur sie oen oer

huss verkoft.

1423 Rolof van Rutenberg verkoept hern Kerstant Willemsen huijs, hofstede, have ende

erfnisse, darvan her Kerstant die helft gekoft van Jan van Dornick nest erf Gossen Vriese

mit der einer siden ende nest have der kercken und Stadt Wall mit der anderer siden, mit

den einen eijnde up die strait tusschen dem kirckhave und dem hause vurss, mit den

anderen eijnde Gossen vurss ende Henrick Henxt.

folio ..................................

1471 Cathrin Rietstegen verkoept Berdt Smits ein golden Rinschen gulden XX stuver

vur einen gulden uiter oer huijsz, hoff ende alingen geseet achter der kercken mit der eine

siden nest den Convent mit der ander siden nest husinge und erfnis Jans van Huijssen.

Mit den einen eijnde schietende up der Stadt Wall, ende mit den anderen eijnde die strait

achter den kerckhoff. Noch uiter drie morgen lants in die Loostrait mit die ein sidt Mais

van Rhijn, mit der ander siden nest der Kercken landt van Huijssen. Dat ein eijndt

schietende up der Begijnen kempken, dat ander eijnd die strait. Noch uiter twee morgen

in die Loostrait mit ein sidt an des Convents landt, die ander sidt Daem Belster. Dat ein

eijndt schietende up erfnis Herman Snijperts, dat ander eijnd up die Loostrait etc.

folio ..............................................

Page 14: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1488 Carl Kije overgift dem Pater des Susteren Convents ein verwiesbrief und koep up

husinge unnd erf Kathrin Rietstegen to wesen plach nest erfnisse Dericks van Huijssen to

wesen plach. folio ..................................................

1453 Her Derick Borckel Priester verkopt den Susteren einen Bongardt gelegen an

erfnis Gerrit Rietstegen ende Peters van Torn, mit die ander sidt an den Langenwall ende

an die Alijmul so dat afgefracht. Schietende mit den einen eijnde an erffnis hern Arntz

van Hessenn to wesen plach ende erfnis Henrick Smits. Mit den anderen eijnd an die

gasse, mit alsolich recht Jan van Huijssen to hebben plach an den Molenberg.

folio................

1459 Jan Hase verkoept Herman van Vliederden ein hoffstede dar die Alijmul to stain

plach. Mit die ein sidt an den Langenwalle ende mit die ander sidt ende mit einem eijnde

an erffnis der Susteren ende mit den anderen eijnd an erfnis Arndts van Hessenn

folio ...........................

1459 Herman van Vliederden verkopt den Susteren die nest vurss hoffstede.

folio..............................

Margetekst bij 1423

volgt under darumb hir nit propter serium literarum

Margetekst bij 1453

hirunder up sijn platz to findenn hic Nihil

Folio II verso

1468 Jan van Overschald unnd Luijmb sijn husfrow doin uiten erfpacht vur X

burgundische witte stuvers jarlix Jan Mathien einen hof gelegen an den Langen Wall

mitter einre siden an erve Geritz van der Merwick ende mit den ander ende an erve

Kathrin Rietstegen ende oeren kinderen. Schietende mit den einen eijndt up vurss der

Susteren ende mit den anderen eindt up den Walstrait.

Uitgang III alde Vlems und I tins. folio ....................................................

1476 Jan van Overschald ende Luijm sijn huijsfrow geven den Susteren tot ein ewig

Testament ein haefken gelegen mit ein sidt an erve Geritz van Merwick und mit den

andere ende an der Stadt Wall dar sie einen halven Rinschen gulden uith hebn den sie mit

overgevenn. folio ................................................................

1447 Henrick Liemens verkoept Jan van Huijssen einen bongardt ende erfnis die vortits

Jan van Huijssen to wesen plach mit ein sidt an den Langen Wall, mitter anderen an erf

Henrick Lamaijen, schietende mit den einen eijndt an die Alijmul, so ein gebunt huijsz an

die Alijmul mede up dat vurss erff getijmmert is, mit den anderen eijndt die gasse.

folio ............................................

A

Page 15: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1438 Jan van Huijssen gift in erfpacht Jan van Vliederden einen hoff ende bongart mit

ein gebunt huijsz mit ein uitlait, mit ein sidt an den gemeinen wech langs die Stadt muijr,

mit die ander sidt an erff Henrick Lammaij ende Mechtelt van Meel. Mit den einen eijndt

an die Alijmul, mit den anderen eijnde an die gasz vur I schilt unnd IIII capun.

fol ...........................................................

Uitgang XV st. voer kercken van Huijssen und noch V st. und sal desen erfpacht lossen

mugen mit XIIII schilden unnd I schilt erffpachts.

1452 Jan van Huijssen verkopt Henrick Hasen einen bongardt gelegen mit ein sidt nest

Gerrit Rietstegen ende Peters van Torn, mit der ander sijden an den Langen Wal ind an

die Alijmul. Schietende mit ein eijnde an erff hern Arntz van Hessen to wesen plach

ende erfnis Henrick Smeetz, mit den andern eijndt an die gasse. Mede overgevende oer

recht an den alden windtmolenberg an den Langenwall.

Uitgang II alden schilden, XX st. klein. folio ..........................................................

1452 Henrick Hase verkopt hern Derick van Borckel Priester den nest vurss bongardt

mit dat vurss recht an den Molenberg als hie dat van Jan van Huijssen gekoft hadde sol.

1453 Her Derick van Borckel Priester verkoept den Susteren einen bongardt gelegen an

erfnis Gerrit Rietstegen ende Peters van Torn, mit die ander sidt an den Langenwal ende

an die Alijmul so dat affgefracht. Schietende mit den einen eijnde an erffnis her Arntz

van Hessen to wesen plach ende erfnis Henrick Smidts, mit den anderen eijnd an die

gasse mit alsolich recht Jan van Huijssen to hebben plach an den Molenberg.

folio ...................

1461 Heiseler van Kempen verkoept Gerrit Rietstegen einen bongeat gelegen mit

beiden siden an erfnis des Convents. Schietende mit einen eijnde an erfnis Hadewich van

Torn ende mit den anderen eijnde an die strait. fol. .....................................

Uitgang I gans.

1461 Gerrit Rietstege gunnet ein loese die Heiseler van Kempen sal doin mugen an den

bongardt die Pilgrinn van Kempen to wesen plach. Mit beiden siden gelegen an erfnis der

Susteren mit XX alde schilt. Und Heiseler gaf die losse wort aver Herman Snijpert

fol. ...........................................................................................

1462 Herman Wellenss geheiten Snijpert gift over und mechtigt Suster Baet van den

Rhin Procuratrix in behoif der gemein Susteren ein lose to doin vernuge der brieve

ontfangen van Heiseler van Kempen und Fijen sijner frouwen an einen bongert Pilgrums

van Kempen to wesen plach nest erf der Susteren. fol.............................................

Margetekst bij 1447

Jan van Huijssens Bongart tegen dat Convent over

Folio III recto

B

Page 16: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1458 Jan van Langerack unnd sijn huijsfrow geven mit oer dochter dem Convent einen

bongardt mit ein sidt an erfnis Gossen Vriesen to wesen plach, mit der anderer siden und

ein eijndt an der straten. Schietende mit den anderen eijnde an erffnis Gertrudt Bruns

fol. ............................................................................................

Uitgang VIII alde vlems, XII groit und unsers genedigen hern Tins.

A

1423 Rolof van Rutenberg verkopt hern Kerstant Willemsem husz, hoffstede, have und

erfnisse, darvan her Kerstant die helft gekoft van Jan van Dornick nest erff Gossen

Vriese. Mit der einder siden ende nest have der kercken unnd Stadt Wall mit der ander

siden mit den einen eijnde up die strait tusschen dem kerckhave ende dem hause vurss,

mit den anderen eijnde Gossen vurss unnd Henrick Henxt fol

...........................................

1450 Gossen Vriese verkopt den Susteren husz, hofstede, hoff, bongardt ende erfnis mit

der einer siden an den kerkckhoff, mit der ander siden an erff Gerrir Rietstegen ende

Mechtelt Suntz. Schietende mit den einen eijnde an erfnis der Susteren dat Jans van Vell

to wesen plach ende mit den anderen eijnde an die gasse.

Uitgang III alden schilt ende III vlemsche groit. fol.............................................

1480 Johan Hertog to Cleve etc. verkopt vur IC Churfurster Rinsche gulden dem

Convent, dat sie binnen oer platz ein Rosmul timmeren und darup malen mugen sunder

mulffter togevenn vur die personen des Convents. fol ............................................ 74

1483 Johan Hertog to Cleve etc. verkopt up ein wederlosz uit S.G. Rentmeisterie

etlichen erfpacht tins unnd höner van des Conventz gekocht unnd lenderie

fol.....................

1456 Jan van Tije bekent schuldig to sijn Daem Belster XV golde gulden darfur to

underpant stellende einen overlendschen Rinschen gulden jarlicker renthen uit sijn husz

ende hoffstede mit die ein sidt an erfnis Jan Hasen, ende mit die ander sidt ende einen

eijnde an erfnis Hillen van Bouten ende mit den anderen eijnde an die Vierackersche

strait. fol. ................................................

1463 Daem Belster verkopt den Susteren den vurss overlendsche Rinschen gulden mit

den vurss brief up S. Matthis dag toboeren uit husz, hoffstat ende erfnis dat Jans van Tije

to wesen plach. Gelegen mit der einer siden nest erfnis Jan Hasen ind mit der ander siden

ende mitten einen eijndt an erfnis Rolofs van Bouten to wesen plach. Schietende mit den

anderen eijnde an die Vierackersche strait. In gebreck der mistalung und of die hoffstat

verargert wurde ende dat husz nit so gut en bleve to penden uith Daems husz gelegen mit

der einer siden nest erfnis Wiers van Eijmere ende mit der anderen siden nest erfnis Alit

Winckelmans ende oerer dochter, ende Albert Kalkers ende sijnre stiffkinder, schietende

mit den einen eijndt an die Arnhemsche strait ende mit den anderen eijnde an erffnis

Gabol Grisz. fol.......................................................

1458 Alheidt echte huijsfrow Henrick Kerszkorfs verkopt den Susteren die helft van

einen Arnoldus Arnhemschen gulden erfrenthen up Petri ad Cathedram uit huijsz, hofstat

Page 17: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ende erfnis Jans van Tije to wesen plach. Mit ein sidt nest erfnis Jan Hasen, mit die ander

sidt ende einen eijnde dat Rolofs van Bouten to wesen plach. Schietende mit den anderen

eijnde an die Vierackersche strait. Item verkoept oen IX alde vlems groet erfrenthen

uith huijsz, hoffstat ende hoff Henrick van Horsen. Mitter einer siden an erfnis dat Peter

Reinerssons to wesen plach, mit den ander siden an erfnis Berndt Snijperts. Schietende

mit den einen eijnde an erfnis Henrick van Riszwick, mit den anderen eijnde an die

Arnhemsche strait. fol.........................................

1474 Alheidt Kerszkorfs dreegt up unser liever frouwen Gildtmeisteren tot behoif des

Gildts und des Convents einen golden Arnoldus Arnhemschen gulden uiter husinge ende

hofstede.

Margetekst bij 1456

Conventz Renthen

Einen golts uit Jans van Tije huss

beneven Jan Hasen nu Junffer van

Hessenn

Folio III verso

In die Vierackersche strait wilner Willem van Dessel tobehoerende mit der einer siden

Steven van Balten mit der ander siden den watergang tusschen den vurss huijse unnd Jan

Hasen und mit den anderen eijnde die strait. fol ...........................................

1485 Evert van Huijssen verkoept Jacob Dockelspool einen alden schilt damals XXX

stuver gense ind geve uiter husz ende hoff gelegen nest erfnisse Henrick van Kessel ind

erfnisse Jan Hasen to wesen plach mit der einer siden, mit der ander siden nest husinge

Gabel Grisz. Schietende mit den einen eijnde an die Wedumgrafft ende mit den anderen

eijnde vur an die Vierackersche strait nu junffer van Hessenn. fol ....................

1457 Mijer van Eijmeren verkopt Gerrit van Damme III gude alde schilde II Rinschen

golden overlense gulden vur elcken schilt uith husz, hofstat ende erfnis gelegen mit der

einer siden an huijsz, hoff ende erfnis Dirck Dumers to wesen plach, mit der anderer

siden an husz, hofstat ende erfnis Daem Belsters. Schietende mit den einen eijnde an

erfnis Gabel Grisz ende Jan Hasen ende mit den anderen ende up die strait up Passchen.

fol Ao 1584 Bartolomeus Rutgers.

1462 Derick ter Heiden verkopt hern Derick Bartolomeuss Priester einen alden schilt

erflicker Jarrenthen II golden Rinschen gulden vur den schilt up Passchen uit allen

guderen ende Renthen Dericks vurss und so man sich daran nit verhalen en kunde uit erff

und gut Gerrits van Riszwick to penden fol. ................................................

1482 Her Derick Bartholomeus Priester genant Hamer verkopt her Herman Tack

Priester den vurss alde schilt gainde uit erve Dericks ter Heidenn fol........................

Page 18: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1490 Her Herman Tack Priester verkoept her Willem Ingen Niulandt Pater den vurss

alden schilt jarrenthen uit husinge Jans van der Heijen gelegen der Stadt hoge huijsz nu

Rutger Velthof. fol ........................................... 96

1509 Henrick Verschuijren verkopt Jan Molners einen golden Hertog Philips gulden

ende ein half ort van einen philippus gulden uiter huijsz, hoffstat ende erfnis negst die

Roszmul ende husinge ende erfnisse Lucas van Beinhem. Mit die ander sidt negst erfnis

Zegewaltz ter Heren Have up Passchdag tobetalenn, schietende mit den eine eijnde an

erfnis des Conventz ende mit den anderen eijnde nest die Arnhemsche strait.

folio ......................................

1532 Jan Molners weduwe unnd kinder verkopen her Henrick Fisscher Pater ende

Convent die vurss Renth van einen Philippus gulden siars ende ein halff ort van einen

Philppus gulden. folio ...................................................................

1523 Alheidt weduwe Willem van Bockhorst Ridders gift dem Convent ein malder

weits Jarrenthen uit husz, hoffstede ende erfnis. Mit die ein sidt nest die Berchersche

strait, mit die ander sidt nest erfnisse Segewaltz ter Heren Have. Streckende mit den

einen eijndt up die Huijssensche Seeg und mit den anderen eijnde an die vurss strait mit

XVI malder of die werd darfur und einen pacht tolossenn. fol

............................................... 98

1417 Jan van Vliederden verkopt Jan Dericksen einen kamp landts nest erfnisse Jan

Brenssons mit die ein sidt ende nest erfnisse Rolofs Caen mit die ander sidt. Mit den

einen eijndt schietende up die wade mit den anderen eijndt up die strait.

Uitgang IIII lb, IX hoenre, ein gans, XIII brabans, fol .........................................

1450 Jan Dericksen verkopt den Susteren huijsz, hoffstede, have, bongart ende erfnis an

den Sande mit ein sidt an erfnis Seeger Bollix, mit die ander sidt an die Gemeint dat Sant.

Schietende mit den einen eijndt an der Legstrait, mit den anderen eijndt an die

Duysterstrait. fol ...................................................... 99

Margetekst bij 1462

Einen alden schilt uit Rutger Velthofs husz.

huijs den moriaen Dit is afgemaeckt

Margetekst bij 1509

Derick van Wils huijs

Margetekst bij 1417

Ein kamp landtz beneven die Waij die Anno 1583 Bart Bruijsch was.

Unnd huijsz, hoffstede, have ende bongardt die Anno 1583

Have Albertz gut Ranen was

Page 19: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst bij 1523

Dese renthe van een malder weijts is affgeloost met

XVI malder weijts. 6. martij. ano . 1621

Folio IV recto

Item ein stuck lands mit die ein sidt an erfnis Jan Schudmou Priesters, mit die ander sidt

an erfnis Geert Bruns, schietende mit den einen eijndt an die Wai, mit den anderen eijnde

an die Legstrait. Uitgang uit dat husz, hoffstede, have, bongarden II alde schilde, I quart

schiltz, VI lb, II lb, IIII honer, I tins. Uit dat landt IIII lb, XIII brabants, X honer, I gans.

folio ...............................................

1450 Willem Knops weduwe verkopt her Gerrit Negeler van Ress Priester einen alden

schilt , I quart alde schilt erffrenthen van II alden schilden ende I quart so sie heft uit

huijsz, hoffsteden, have ende erfnis Jan Dericksens mit die ein sidt an erfnis Jan

Dericksens, mit die ander sidt nest dem Sande. Schietende mit den einen eijnde an die

Legstrait mit den anderen eijnde an die Duijsterstrait

fol...........................................................

In gebreck der mistalung to penden an den einen alden schilt so sie behelt uith dem selve

huijse und twee Arnhemsche Rinsch gulden so sie heft uit ein stuck lantz, have ende

bongardt gelegen an die Laijck dat Hermans van Bercheren to wesen plach ende vort uit

al erf und gut Dericks van Loeffen to wesen plach.

1451 Willem Knoops weduwe verkopt den Susteren einen alden schilt ende vier hoener

sie tho boeren plach uit husz, hoffstede, have ende bongarden Jan Dericksenss na

Conventz angen Sande tusschen die Legstrait unnd Duijsterstrait als nest vurss gelegen.

In gebreck der mistalung to penden an twee Wilhelmus schilde renthen gainde uit III

morgen lantz Peters van Torn up Sgrevenveldt mit beiden siden an erfnis Berendt

Snijpertz, schietende mit den einen eijnd an die Loostrait mit den anderen eijndt an

Holthus fol ....................................................................

1492 Gerrit Dericksen ontfangt in erfpacht van dem Convent II morgens lantz gelegen

mit ein sidt nest erfnis Gerritz van Cleve, mit die ander sidt nest erve Gerrit Dericks.

Schietende mit den einen eijnde nest die Bloom, mit den anderen eijnde nest die strait vur

III Rinsche gulden 102

1454 Bernt Jansen geheiten Schaep ontfangt van Jan van Huijssen in erfpacht einen

bongart gelegen mit ein sidt an die Legstrait, mit der ander siden ende mitten einen eijnde

an erfnis Evert Loeffs ende erfnis Goderts van den Poll to wesen plach. Schietende mit

den anderen eijnde an erfnis Jan Schudmouwen Priester, vur III Capun ende einen

Rinschen gulden up Martini [11 nov] folio ......................................

1449 Her Jan Schudmouw Pastor to Huijssen verkopt dem Convent II golde Rinsche

gulden renthen uit tween stucken landts die vortitz Jan van Huijssen to wesen plagen. Dat

ein mit einer siden an erff Jan Dericksen, mit der einder siden an erff Jan van Huijssen

ende erf dat Goderts van den Poll to wesen plach, schietende mit den einen eijndt an die

Waij mit den anderen eijndt an die strait. Dat andere stuck mit ein sidt an erfnis dat

Page 20: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Goderts van den Poll to wesen plach ind erffnis Robert Custers to wesen plach,

schietende mit der ander siden ende einen eijnd an die Waij ende mede rurende dat stuck

vurss lands. folio .............................................................................

1449 Contractus concessionis erigendi altaria capellam cum altaribus et cimeterio in

ipsisque coram se omnia divina officia celebrari omniaque ecclesiastica reservari

faciendum, in quo contractu pro iure matricis ecclesiae sorores duos florenos

Renenses superdictos Curato Ecclesia in Hussen et successoribus transportarunt

folio……………………………..104

Overeenkomst van de toestemming tot het oprichten van een altaarkapel met

altaren en begraafplaats in dezelfde om in het openbaar alle kerkelijke diensten

uit te voeren en alle kerkelijke zaken te verrichten, in welke overeenkomst naar

het recht van de moederkerk de zusters twee florijnen Rijns bovengenoemd aan de

Curator van de kerk in Hussen en zijn opvolgers zullen overhandigen.

fol..........................................................104

1468 Derick Henricksen verkopt den Pater ende Convent ein hoffstede ende erfnis an

den Sande mit ein sidt nest erve Jan Arntsen die Molner ende mit die ander sidt ant Sandt

geheiten die gemeint, mit den einen eijnde up die Duijsterstrait, mit den anderen eijnde

up die Leegstrait. folio............................................................

1483 Cathrin van Loe nimpt in erfpacht van dem Convent ein huijsz ende hoffstat mit

einer siden die gemeint dat Sant, mit die ander sidt Jan Molners mit beiden eijnden an

twee straten vur III gulden ende einen stoeter ende III honer. up Martini

fol. ......................................................

Margetekst bij 1449

sacramenta et sacramentalia

Margetekst bij 1451

Dit heeft Hendrick den metselaer in den Valck

Margetekst bij 1492

Dit heeft Peter Spiker modo capellan et Ralince

Margetekst bij 1449

Twee golde gulden dem Pastor upgedragen

Margetekst bij 1458

Anno 1584 erfpechter Jan Laurents

Folio IV verso

Page 21: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1430 Henrick van der Hoeven bekent Steven van den Loo schuldig to sijn XX

overlendse Rinsche gulden up S. Lambert Anno 1430 tobetalen und stellet darfur to

underpant ein renth van einen overlendse Rinschen gulden als hie heft uit husz, hoffstede,

have ind bongardt wilner Dericks Droegen nest her Derick van dem Bilandt Ridders mit

der einer siden ende nest huijsz, hoffstede, have ende bongardt Henricxs Leuwenn mit

der ander siden. Mit den einen eijndt up have Johan van Conincxwerde ende mit den

anderen eindt up die gemeint. Wilcher gulden im fall der mistalung oen verfallen wesen

sall. Beheltlich Derick Droegen seiner loessen.

1437 Steven van den Loo verkopt Herman Hessel einen overlendse Rinschen gulden

erfrenthen uit husz, hoffstat, have ende bongardt mit ein sidt nest hoffstede ind have Jan

Hacken dat Henricxs Leuwen to wesen plach ende mit der ander siden nest erf her

Dericks van dem Bilandt Ritters. Schietende mit den einen eijndt up die strait, mit den

anderen eijndt up erff Herman Butkens. Beheltlich Jan Hacken sijner loessenn.

fol.............................................................

1439 Henrick Bars verkopt Jan Hacken als einen mumbar Jans Leuwen ende sijner

suster Jutten ende in behoif derselven all sijn recht ende thoseggen an husz ende

hoffstede mit der einer siden nest erffnis Jan Hacken, mit der ander sidt nest erff Jan

Dericksens. Schietende mit den einen eijndt an erf Mechtelt Beatris ende mit den anderen

eijnd an die gemeint. folio .............................................................

1442 Jut van den Walle bekent oerem Broder Jan die Leuw ein losz an einen Rinschen

gulden so sie heft uit Jan die Leuws huijsz ende hoffstat angen Sandt mit ein sidt nest erff

Jan Dericksens ende mit die ander sidt nest erff Jan Hacken, na uitwiesunge eines

Schepenbriefs den Jutte vurss darvan spreckende hefft. folio ................................

1442 Johan die Lewe verkopt seiner suster Jut van den Wall einen Rinschen gulden uit

husz, hofstede angen Sande mit ein sidt an erff Jan Dericksens, mit die ander sidt an

erfnis Jan Hacken. Schietende mit den einen eijndt an erffnis Mechtelt Beatris, mit den

anderen eijndt an die gemeint ende darmit sijn Jan ende Jutt gescheiden van dem huuse

ende hoffstede, dien oen van oerer tweier moder angeerft was . Beheltlich Jutten oeres

rechten an allen anderen gude oerer moder folio.........................................................

1446 Jelis van Tuel verkoept den Susteren in die Nijestatt up die Beeck to Arnhem den

nest vurss Rinschen gulden uit huijsz ende hoffstat Johans Leuwen angen Sande na

uitwiesinge eines brieffs den Jelis mit vorgedragen folio............................

1446 Johan van den Wall Gerrits gelast den Susteren in die Niestat up die Beeck tho

Arnhem den Overlendse Rinschen gulden vurss gekoft van Jelis van Tuell uith huijsz

ende hofstat Jans Leuwen to warenn, beheltlich Jan die Lew sijner lossen daran

fol ........................................................

1452 Dot van Kessel verkopt den Susteren binnen Huijssen twee pachthoner erfrenthen

ende I Rinschen gulden erfrenthen uit hoffstede Johans Leuwen to wesen plach angen

Sande nesst erff Jan van der Voirst mit die ein sidt, mit die ander sidt Jan Hacken to

Page 22: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

wesen plach. Schietende mit den einen eijndt an erf Jans van Bercheren Beatris mit den

anderen eijndt an die gemeint. Up Petri ad Cathedram. [22 feb] folio ..........................

1461 Johan van Bercheren verkopt Gerrit van Riszwick einen golden Duerlen Rinschen

gulden uith huijsz, hoffstat ende erffnis angen Sant mit einer siden, mit die ander sidt an

erff Godertz van den Poll. Schietende mit den einen eijndt an erfnis Jans van Bercheren

Beatris. Mit den anderen eijndt die Gemeint. Up Petri ad Cathedram. folio ..................

1500 Jan van Wijlick ambtman to Huijssen verkopt dem Convent aldar twee morgen

lands up Kampstuck, die Jan van Boom to wesen plegen mit der einer siden

Margetekst bij 1437

mit den brieff darvan spreckende

Folio V recto

nest erve des Convents, mit der ander siden nest die Seege. Schietende mit den einen

eijndt nest erve des Ambtmans, mit den anderen eijnde den tochgrafft. Item die panden

ende jarrenthen sijn vuralteren uit des Conventz husinge to hebn plegen und aen

togedeilt. Ock ein gans uiter Pennongshoff folio.................................................

1401 Stadt Huijssen verkopt Engelbert Butken dat vierdedeel van IIIII hont lants

gelegen up den alden Stadtgraven nest erfnis Rickquin van Dalre mit der einer siden ende

nest erve Engelbertz vurss mit der ander siden. Mit den einen eijndt schietende up

Henrick Custers hoff, mit den anderen eijnde up erff Clais Vlemings.

folio............................

1407 Johan die Smijt Simonsson bekent Herman Butkens, Engelberts sohn, schuldig to

sijn L Gelrische rider up domals nest to komende Jacobi tobetalenn und settet darfur to

underpant ein stuck landts gelegen nest erve Engelbert Butkens mit der einer siden ende

nest erve Jacobs van dem Broick mit die ander side, mit den einen eijnde schietende up

erff Henrick Butkens ende mit den anderen eijnde up erve Engelbert Butkens.

fol...........................

1428 Vlent weduwe Wilhelms van Hoijckmate verkopt Henrick van Lantorp ein

derdendeil van VIII hont lantz gelegen mit beiden siden tusschen erfnis Herman Butkens

mitten einen ind mitten anderen eijnde up den alden Stadtgrave. Uitgang I derdendeel

van ein marck bij I derdendeel van VI brabants und X honer to tins und sollen Henrick

ende Herman malckanderen uitwegen up den minsten schaden.

folio..........................

1439 Herman Butken verkopt Berndt Brunssoen II deel van II morgen landt int

Rosendail mit die ein sidt nest erff Herman Butkens vurss, mit die ander sidt nest erff

Henrick van Lantorp. Schietende mit den einen eijnde an erff Arnts van Holthusen ende

Herman Butkens vurss, mit den anderen eijnde up den alden Stadtgraven.

Uitgang II deel van ein marck, II deel van VI brab. II honer to tins. fol.................

Page 23: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

B Henrick van Lantorp verkoept Berndt Brunssoen ein derden deel van VIII hont

1438 lantz tusschen erff Herman Butkens to beiden siden ende, mit den einen eijndt

ende mit den anderen eijnde up den alden Stadtgrave schietende. Und sollen Herman

Butkens ende Berndt malkanderen uitwegen up den minsten schade.

Uitgang I derdendeil van ein marck brabants, I derdendeil VI brabants ende II honer tins.

fol.....................................

A Berndt Bruijnssoen dreegt Herman Butken ad vitam ende sijnem lijve up ein

1439 derdendeil van II morgen lantz so dat stuck to samen gelegen int Rosendail, mit

ein sidt nest Herman Butken, mit die ander sidt nest Henrick van Lantorp. Schietende mit

den einen eijnd an erf Arnts van Holthusen ende Hermans vurss, mit den anderen eijnde

an den alden Stadtgraven. folio..........................................................

1449 Lisbet Herman Butkens weduwe verkopt her Gerit Negeler twee stuck lands int

Rosendail. Dat ein mit einer siden an den alden Stadtgrave ende mitter ander siden an erff

her Geritz vurss dat ock Herman Butkens to wesen plach. Schietende mit den eijnen eijnd

an einen graven nest erff Gerritz van Riszwick to wesen plach ende mit den anderen eijnd

an erf dat Henrick Zeelanders to wesen plach. Dat ander mit einer siden an erfnis hern

Geritz vurss ende mit der ander siden an erfnis Berndt Brunssons. Schietende mit den

einen eindt an erfnis dat Arndts van Holthusen to wesen plach ende mit den anderen

eijnde an einen graven nest erfnis Geritz van Riszwick tho wesen plach. Und mede to den

vurss lande to gebrucken einen uitwech doer erfnis dat Henrick Zeelanders to wesen

plach an die strait so die van alde gelegen is. folio............................................. 123

H Berndt Brunssoen verkopt hern Gerit Negeler Priester einen morgen lands

1449 gelegen int Rosendail mit beiden siden an erfnis dat Herman Butkens to wesen

plach, mit den einen eijnde an erffnis Arnts van Holthusen to wesen plach ende dat

Margetekst bij 1401

Convents Rosendail

Folio V verso

ander eijnde an erfnis dat Gerrits van Riszwick to wesen plach.

Uitgang II deil van ein marck brabants ende unsers genedigen hern tins.

folio................123

1472 Capittel Cleve verkopt den Susteren XII unnd I alden vlemschen groten jarlichs

tins uit erff Herman Butkens bij der Laeck. folio...................................................124

1427 Derick Kijdsken gift den Susteren testamentlich ein pont jarlicher renthen so hie

hadde uijtter oer Rosendail. folio.....................................................124

1479 Berndt Snijpert gift den Susteren testamentlich ein pont jarlicher Renthen uiter ein

stuck lands geheiten Rosendail mit ein sidt nest den Pastor, mitter ander siden nest

Page 24: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Bernds Snijpertz ende Tonis Odick Tonissen.Mmitten einen eijndt die Susteren. Dander

eijndt Jacob Dockenspoel in die Laijck. folio .................................................126

1571 Jan van Beck Pater gift Henrick Fosberg in erfpacht ein hoixken lands mit ein sidt

nest erf Henrick Foszbergs, mit die ander sidt nest Henrick van Huijssen. Schietende mit

den voirsten eijnde an die Laijck, mit den achtersten eijnde an des Conventz Rosendaill.

Vur VIII valuirde stuver jarlix. folio .........................................126

1572 Collatoren van S. Barbaren Vicarie vergunnen dem Convent ein losz der

verschreven III rider gulden uit oer Rosendail in die vurss Vicarie mit L rider gulden to

doin fol......................................................

(Ander handschrift)

Dit heeft h. Frans Vermaet pater afgeloszt en voldaen mit dij achterstallijge verschenen

renten den XIII decembris 1606

1450 Gerrit van Merwick gift mit sijn dochter in dat Convent II morgen lands up

Sgerevenfeldt mit die ein sidt an erff Ott van Hessen ende mit die ander sidt an erf dat

Herman van den Rhin to wesen plach. Schietende mit den einen eijndt an erf Henrick

Henricksens, Henrick Smidts ende sijner kinder ende mit den anderen eijndt an die

Loostrait.

Item ein stuck lands up Sgrevenfeldt mit ein sidt an erff Hermans van den Rhijn to wesen

plach, mit die ander sidt an einen uitwich. Schietende mit den einen eijndt an erf Henrick

Henricksons, Henrick Smeetz etc. ende mit den anderen eijndt an die Gemeint ende den

Dijck. Item ein stuck lands up Kampstuck mitter einer siden an erff Henrick

Kerszkorfs, mitter ander siden ende ein eijndt an erf Peter Reinerssons to wesen plach,

mit den anderen eijndt an die grote strait.

Item einen alden schilt jarlicher Renten uit ein stuck lands an den Sande mit der einer

siden an erff Peter Reinerssons to wesen plach, mit der anderer siden ende einen eijnde an

erff Rolof Verwalts, mitten anderen eijndt an die strait.

Item twee lb erfrenten uit ein kempken lands dat Gerrits van Ansem to wesen plach mit

ein sidt an erf Derick Rosenouwen ende mitter ander siden an erf Bertrit Tonisz ende

oeres sohns. Schietende mit den anderen eijndt an erff Arnts van Holthusen to wesen

plach ende mit den anderen eijndt an eine uitwech.

Item ein tinszhoen ende einen tinszgroten uith einen hoff bij der Borch die Stynen Wijers

to behoeren plach.

Item ein losz an ein stuck lands int Rosendail mit ein sidt an erff Bernt Brunssons ende

mit der ander siden an erff Derick Rosenouwen ende Bertrijdt Tonissen ende oeres sohns.

Schietende mit den einen eijndt an erff des Conventz ende mit den anderen eijndt dat

Brun Snijers to wesen plach ind an die Laijck. folio...........................................

1399 Jan Lubbertsen verkopt Elbert van Angeroij III morgen landtz min X roden mit

halven graven an beiden siden ende an dat ein eijndt tot Gerrit Masscops lantwart, an dat

ander eijnde tot Jan Bongart wardt den alingen grave, als die grave buten dwarsz

geplellinckt is ende van den plellingen III voet dwersz int lant gemeten linrecht over, mit

die ein sidt an landt Jans vurss ende mit den einen eijnd ende mit der ander siden an

Derick Voet ende mit den anderen eijnde Gerrit Masscops vurss. fol ....................

Page 25: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst bij 1571

hedde der Pater sijn kap hirfur gelapt

Margetekst bij 1450

Sgrevenfeldts landt Folio VI recto

1399 Jan Lubberts son gelaift to waren Engelbert van Angeroije die drie vurss morgen

lantz up Sgrevenveldt. Ind so dar gebreck an viele so sett hie einen bongardt mit ein

stuck lands gelegen alre naest Elbert vurss, dat Johans was vurss mit der einre siden an

Wendel bastards. folio...........................................................

1404 Elbert van Angeroije verkopt Derick die Duijmer ein stuck lands mit sijne

tobehoering nest erf Jan Koets mit der einer siden ende nest Aleit wilner Jan Lubbertsons

dochter was mit der ander siden, schietende mit den einen eijnde up erve Derick Bonarts,

ende mit den anderen eijnde up die meinte streckende langs den dijck. Uitgang XXVII

groten uit elken morgen jarlicher renthen der Stadt. Und settet tot ein war sijn husz ende

hoffstat nest husz ende hoffstat Henrick Elbertsons mitter einer siden ende nest die

Roszmul mit die ander sidt. folio .............................................

1390 Stadt Huijssen verkopt Henrick Pieck den jungen IIII lb ende X st. jarlicker renthe

uit II morgen ende II hont lands up Sgrevenfeldt tusschen lant Herman Reiners sons mit

der einer siden ende tusschen lant Jacob Heucken ende Maes Henricksons mit der ander

siden vur ein sum gelds, darmit sie van Alarde van Jamerloe gelost hebben ein deil van

ein kamp lands upten Sande. fol..................................................................

1424 Her Everwin Duijmer, Derich ende Jacob sijne brödere geven in der deilung oerer

Suster Liszbet huijsfrow Giszbert Bijmminck van oerer moder versterff ein derdedeel van

III morgen lands up Sgrevenveldt nest erf Stijn Bonarts mit der einre siden ende nest erve

Derick Dumers mit der ander sijden, mit den einen eijnde schietende up die gemeint ende

mit den anderen eijndt up erff her Arnts van Hessen Ridders. Item I alden schilt

erfrenthen uit huijsz ende hoffstat Jan Konigs wilner, gelegen nest huijs ende hoffstat

Pilgrums van Kempen mit der einre siden ende nest ein hoffstedeken Evertz Hoijcken dat

Hermans Willenssons was mitter anderer siden ende uit sijn erffnisse .

folio.........................................................

1450 Her Everwin die Duijmer, Canonick to Xanten, her Derick die Duijmer Pastor to

Gennep ende Jacob die Duijmer verkopen Derick Kijdsken oeren swager oer recht an drie

morgen lands up Sgrevenfeldt mit ein sidt an erf der Kercken ende an erfnis Henrick

Bonarts ende mitter ander siden an erf Jan van Duerschald ende Bruns van den Rhin.

Schietende mitten einen eijnde an erf her Arnts van Hessen to wesen plach ende mitten

anderen eijnde an erf Henrick Bonarts ende an die gemeint. folio ................................

Page 26: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1450 Arnt van Gesperden, Jan van den Rhin ende Hijmerick van den Rhin, gebroeders,

geven mit Baten van den Rhin, Arnt van Gesperdens huijsfrouwe dochter Jans Maesses

ende Heimericx van den Rhin, Suster in dat Convent, al oers vaders Hermans van den

Rhins gut dat oer angeerfft is van dode oeres vaders. Negen morgen lands up

Sgrevenfeldt mit ein sidt an erf Berndt Snijperts ende mit die ander sidt an erff der

Susteren, Henrick Henricksons ende Henrick Smeeds. Schietende mit den einen eijndt an

Holthusen, mit den anderen eijnd an die Loostrait. Beheltlich Pater Henrick van der Mul

sijnes erves an den vurss kamp. folio................................................

1409 Bate Henrick Piecks wijff unnd Jacob Gerrits verkopen Peter van den Mulle ein

stuck landts up Sgrevenfeldt nest erff Hermans van den Rhijn mit die ein sidt ende mit

den eijnen eijnde, ende mit die ander sidt nest erve Herman Reinerssons ende mit den

anderen eijnde up die Loostrait folio.................................................

1422 Arndt van den Bongardt, Berndt van Huijssen, Henrick Rolofsson ende Gerrit van

Ewick bekennen Peter van der Mule schuldig to sijn XII alde schilden.Stellen darfur to

underpant IIII pont, X st. jarlicher renthen uith II morgens II hont lands desselven Peters,

mit die ein sidt nest erf Hermans van den Uhm, mit die andere sidt nest erff Gerrits van

Riszwick. Imfal der mistalung sollen die IIII pont X st. verfallen.

folio........................................ Margetekst bij 1390

ponatur infra

(wordt geplaatst onder)

Folio VI verso

1390 Stadt Huijssen verkoept Henrick Pieck den Jungen IIII pont ende X st. jarlicher

Renthen uit II morgen ende II hont lands up Sgrevenveldt tusschen landt Herman

Reinerssons mitter einer siden, und tusschen landt Jacob Houcken ende Maes Henricks

sons mitter ander siden vur ein sum gelds darmit sie van Alarde van Jamerloe gelost

hebben ein deil van ein kamp lands up ten Sande. folio....................................

1454 Henrick Smijt, Willem Klerck ende Gertrudt Henrick Smijts dochter, verkopen

Arnt van Gesperden II stuck lands up Sgrevenfeldt. Dat ein mit ein sidt ende mit den eine

eijndt an erffnis der Susteren, mit die ander sidt en mit den anderen eijndt an erff Henrick

Henricksons. Dat ander stuck mit ein sidt an erff Henrick Heijncken to wesen plach, mit

die ander sidt ende mit den einen eijndt an erf Henrick Henricksons. Schietende mit den

anderen eijnd an die gemeint. fol.

Uitgang an die Stadt. Die wahr sol sijn huijsz ende hoff dar Henrick Smijt wonet in die

Arnhemsche strait mit ein sidt an erff Otten van Hessen, mit die ander sidt an erff Peters

van Torn ende an die Roszmul. fol...................................

1457 Henrick Henricksson verkopt Arnt van Gesperden II stuck lands up Sgrevenveldt.

Dat ein mit ein sidt an erf Alijt Heijncken ende mit die ander sidt ende mit einen eijndt an

erf Arnts van Gesperden. Schietende mit den anderen eijndt an erff der Susteren. Dat

Page 27: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ander mit ein sidt ende mit ein eijndt an erff der Susteren ende mitter anderer sidt ende

mit den anderen eijnd an erff Arnts vurss.

Uitgang V ort Vlemsch. fol....................................................

1458 Arndt van Gesperden, Thomas ende Heimerick van den Rhin, gebroder, verkopen

den Susteren ein stuck landts up Sgrevenfeldt mit ein sidt an erff Henrick Heijncken to

wesen plach, mit die ander sidt ende mit beiden enden an erff der Susteren ende an die

gemeint.

Uitgang an die Stadt. folio.........................................................

1460 Derick Kijdsken verkopt Lisbet Huijsfrow Harman Beiers ende Derick oeren sohn

III morgen lantz up Sgrevenveldt mit ein sidt an erff der Kercken ende Henrick Bonartz

ende mitter ander siden an erf Jans van Averschald ende Bruns van Rhin. Schietende

mitten einen eijndt an erff Arntz van Hessen to wesen plach, ende mit den anderen eijnde

an erff Henrick Bonarts ende die Gemeint.

Uitgang uit elcken morgen IX st. folio......................................................

1461 Liszbet wilner Harman die Beiers wijff ende Derick oer sohn verkopen den

Susteren III morgen up Sgrevenfeldt mit ein sidt nest erff der Kercken ende Henrick

Bonarts ende mit die ander sidt an erf Jans van Averschald ende Bruns van den Rhin.

Schietende mit den einen eijnde an erf Arntz van Hessen to wesen plach ende mit den

anderen eijnde an erf Henrick Bonarts ende an die Gemeint.

Uitgang uit iederen morgen IX st. fol:.................................................

1461 Bennemar Boll verkopt den Susteren XIIII hont lands up Sgrevenveldt mit beiden

siden ende eijnen eijndt an erf der Susteren ende mit den anderen eijndt an die Loostrait.

folio............................................................................................................

1468 Cathrin Rietstegen verkopt Jan van den Boom II Rinsche gulden jarrenthen uit

viff morgen landts. Darvan drie up Sgrevenfeld gelegen mit ein sidt nest erff Mais ende

Heimerix van den Rhin gebruederen ende Bruns van de Rhin, mit der ander sidt nest erff

der Kercken. Schietende mit den einen eijndt up erff der Susteren ende mit den anderen

eijnd up die Loostrait. Die andere twee ock up Sgrevenfeldt mit ein sidt an erff Daem

Belsters, mit die andere sidt an erf der Susteren. Schietende mit den einen eijndt up erve

Harman Snijperts ende mit den anderen eijnd up die Loostrait etcetera. To lossz mit

XXV gulden vur iederen gulden XX Burgundischer stuver. folio...................................

Folio VII recto

1486 Jan van den Boom verkopt den Convent II gulden erfrenthen uit die vurss viff

morgen landts. fol......................................................................

1469 Gerrit van der Merwick gift over hern Mathis Pater des Convents alsoliche

willigen als sie stainde hebben an ein stuck lands up Sgrevenveldt in den dijck binnen

dijcks dat dem Convent tohort. Und imfal oen die bespirt wurden, sall dat Convent so

Page 28: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

veel willigen an der Meinten binnen dijks tusschen Grevenfelt ende Grevenfeldts ende

Nielands dijck darfur hebben. folio............................................................................138

1434 Herman Butken verschrijvet III Arnoldus Arnhemsche gulden uit ein stuck lands

in die Laijcke mit ein sidt nest erfnis Gossen Vriese ende mit die ander sidt nest erff Peter

Reinerssons. Schietende mit den einen eijndt an erff Gossen Vriesen ende mit den

anderen eijnde an die Laijke, an Evert Heijnxt. folio..........................................

1449 Evert Heijnxt verkopt Jan Hacken ein stuck lands geheiten Kerckhof, gelegen mit

ein sidt und einem eijnde an erf Gossen Vriesen to wesen plach, mitter anderen sijden an

erf Peter Reinerssons. Schietende mit den anderen eijnde an die Gemeint geheiten die

Laijck folio...........................................................

1449 Harman van Gent dregt up Griet Hacken, Jan Hacken wijff, al sijn recht an ein

stuck lands dat vurtits Harman Butkens to wesen plach ende na Evert die Heijnxt

geheiten die kerckhof mit ein sidt ende eijn endt an erf Gossen Vriesen to wesen plach,

mitter anderen siden an erff Peter Reinerssons, schietende mit den andere eijnd an die

Gemeint. folio...................................................................

1451 Griet, Jan Hacken wijff, offert dem Convent mit oer dochter ein stuck lands

geheiten Kerckhof gelegen in der Laijck mit ein sidt ende mit den einen eijnde an erff dat

Gossen Vriesen to wesen plach, mit der anderer siden an erff Peter Reinerssons to wesen

plach, mit den anderen eijnd an die Laijck. folio..............................................

Bericht: Anno 1470 manendag post Agnete, Matthis van den Gevel Pater in erfpacht

uitgedain Giszbert Derecksen einen morgen landts geheiten Kerkckhof mit ein sidt nest

Arnt van Wijck und die ander sidt nest Jan Has, mit den einen eijndt an erff dat her Gerrit

Bijnen to wesen plach, dat ander eijndt die Laijck vur XI ort golde Rinsche gulden als

unse Stadt jarlichs van erfpacht doit boerenn unnd IIII capuijn vermoge des Erfpachtz

brieff so Ott ten Ends dochter besitters des landts darvan hefft.

1451 Henrick Kerszkorf gift dem Convent mit sijn Bastart dochter IIIII morgen landts

up Kampstuck mit ein sidt an den Hadelschen tochgrave ende mitter anderer siden an erff

der Susteren ende Peter Reinerssons to wesen plach ende Gertrudt van Bael, mit den

einen eijndt an die Stege, mit den anderen eijnd an die Grote strait.

Item husz, hoffstat ende erff dat Harwechs Kuninx to wesen plach in die Arnhemsche

strait mit ein sidt an erff Bruns van Rhin und mit die ander sidt an erff Alijt Pilgrums

ende Mechtelt Smitz. Schietende mit den einen eijnd an erff Mechtelt vurss ende mit den

anderen eijnd an die strait. Darto XVII alde schilde darmit to frien IIM

schilde uitgangs.

folio...................................................................

1438 Derick van Dalre ende Alit sijn echte wijff verkopt Herman uiten Werde II alde

schilde ende III quart van einen schild uit III morgen ende V hont lands op Kampstuck

mit ein sidt nest Hadel ende erf Herwick Kunings ende mit der ander sidt nest erf dat

Everts ten Hage to wesen plach ende nest erf Peter Reinerssons ende nest erf dat Herman

Snijperts to wesen plach. Schietende mit den einen eijnde an die Stege ende an erffnis

Herwig Kunigs ende mit den anderen eijndt an die Grote strait

Page 29: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst bij 1434

Kerckhof hof an die Laijck

die Anno 1584

Margetekst bij 1451

Dit is een extensie van de tekst van de hoofdpagina.

De tekst is daarin verwerkt

Kampstuck

Folio VII verso

strait ende ock an erfnis Herwichs vurgenoemd. Item uit twee morgen lands up Nielant

mit ein sidt nest erff Geritz van Averfeldt mit die ander sidt nest erff Bruns van den Rhin,

schietende mit den einen eijndt an die Loostrait ende mit den anderen eijndt an erff

Arents van Holthusenn. folio...................................................................

1445 Herman uit den Werde verkopt Henrick Kerszkorf die nest vurss II alde schilden

ende III quart schilden eertits van Derick van Dalre gekofft uit III morgen ende V hont up

Kampstuck ende II morgen up Nielant. folio..................................

1447 Agnes, wiff Derick Dumers, slijt Derick Mommen erf ende gut dat Harwich

Kunigs to wesen plach. Nemblich husz, hoffstede ende erff mit ein sidt an erf Pilgrums

van Kempen to wesen plach ende erfnis Arntz van Aem, mitter ander siden an ein ledige

hoffstede die ligt tusschen deser erffnisse ende erfnisse Bruns van den Rhin ende mede an

erfnisse Bruns vurss. Schietende mit den einen eijndt an erfnisse Arnts vurss ende mit

den anderen eijnde an die strait.

Item IIIII hont lands up Kampstuck mit ein sidt an Haijdel, mit die ander sidt ende beiden

eijnden an erfnisse Henrick Kerszkorffs, die dat pant an sich gekoft vur II alden schilden.

fol....................................................................

1491 Jan van den Sant verkopt her Wilhem Ingen Niulant, Pater, IIII morgen lands mit

ein sidt nest erfnis des Conventz, des hoffmeisters Maes van Rhin ind der Vicarie landt

van S. Johansaltar, mitter ander siden nest erfnis Jan Heijkamps. Schietende mit den

einen eijndt an die Hoeven mit den anderen eijndt an Haijdell.

Uitgang uit iederen morgen XIII herngroeten min I hollans. folio.............................

Mahr II alde schilden jarrenthen uit husinge Frederick Poppings.

1521 Gerdt Keteler slijt ein stuck lands an die Breede strait, genompt dat Kampstuk, dat

Ricquin Heijmerick zeliger mit sijnen tween dochteren dem Convent gegeven hefft vur I

tins mijn gnedeger her sijn huijsz jarlichs heft ende den achterstant. Vur wilchen I tins

dat Kampsctuck tho warburg gelacht mit ein sidt ende ein eijndt an erf Arnt Everwins,

mit die ander sidt nest erff Juncker Dericks van Wijlack, erffhofmeisters, streckende mit

den einen eijndt an die Breede strait. folio...................................

Page 30: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1521 Gerdt Keteler verkopt dem Convent dat vurss verwin, und gelaft dat Kampstuck

to frien van den halven tins jarlix als uiter sijnen huijse an die Stadt Wal tegen dat alde

Tolhusz, geet darfur to pande leggend als warburg dat vurss stuck landtz dat ingesloten

was. fol...........................................................................

1451 Bossen die Henxt, Jan van Horlen ende Griet Hacken bekennen dem Convent

schuldig te sijn XX golde overlandse Rinsche gulden up damals nest folgendt Lichtmis

tho betalenn ende setten darfur to onderpant ein morgen lands up Uiter Haijdel mit ein

sidt an erf der Susteren, mit die ander sidt an erf Derick Smeets ende Lila Butkens.

Schietende mit den einen eijndt an Stege, ende mit den anderen eijndt an die Loostrait.

Imfal mistalung sal der morgen verfallen sijn. folio.................................................

Uitgang I herengroit, I brabans

1451 Lila, wilner Henrick Butkens wijff, ende Hadewig, echte wiff Geritz van

Riszwick, verkopen den Susteren einen morgen lands up Uiter Haijdel mit ein sidt an erf

Derick Smeetz ende erf Jan van Wensen to wesen plach,mit der ander siden an erf Derick

Smeeds ende an die Steegstrait. Schietende mit den einen eijndt an Stege ende mit den

anderen eijndt an die Loostrait. folio........................................................

1452 Derick Smijt verkopt den Susteren einen morgen lands up Uiter Haijdel mit ein

sidt an erf der Susteren, mit der ander sidt an die Stegestrait. Schietende mit den einen

eijndt an Stege ende mit den anderen eijnd an die Loostrait. Uitgang mijns gnedigen hern

pacht. Wahr Derick Smeetz husz tusschen husz ende erf Daem Bolsters ende tusschen

husz ende hofstat Derick Dumers to wesen plach folio...........................................

1458 Jan die Lew, Rembolt van Vlodorp verkopen Herman Wellensson geheiten

Snijpert, II morgen lands up Uiter Haijdell mit ein sidt an der Susteren mit die

Margetekst bij 1451

Uiter Haijdell

Folio VIII recto

ander sidt an erf dat Henrick Heijncken to wesen plach, schietende mit den einen eijndt

an Stege ende mit den anderen eijndt an die Loostrait.

Uitgang mijns genedigen hern pacht. folio........................................

1450 Berndt Snijpert verkopt den Susteren einen morgen up Uiter Haijdell mit ein sidt

an erf Susteren, mit die ander sidt an erff Rembolts van Vlodorp. Schietende mit den

einen eijndt an die Stege, ende mit den anderen eijndt an die Loostrait. Uitgang XVIII

herngroit mijn g(enedigen) her daruit heft. Wahr IIIII morgen landtz Op Loe mit ein sidt

an erf Herwech Kunings, mit die ander sidt an erfnis dat Gerits van Averfeldt to wesen

plach. Schietende mit den eijnen eijndt an Holthusenn, mit den anderen eijndt an die

Loostrait. folio...........................................................

Page 31: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

B

1419 Derick Bonart stelt warburgen Jacob van den Wiel to waren ein stuck lands in die

Stege nest Kampstuck mit die ein sidt nest erf Goderts van Linden, mit die ander sidt mit

den einen eijndt schietende up Haijdell ,mit den anderen eindt up die Hueven.

fol...................................................

Uitgang XXVI groten, I d(enarius) klein

A

1419 Derick Bonart verkopt Jacob van den Wiel ein stuck lands in die Stege nest dat

Kampstuck mit ein sidt ende nest erf Goderts van der Linden mit der ander sidt, mit den

einen eijndt up Haijdel mit den anderen eijndt up die Hueven. folio......................

1447 Derick Rosenow verkopt Hadewich van Riszwick ende Lilen Butkens I morgen

landt mit ein sidt an erff Derick Smeeds ende erf dat Jan van Wenshem to wesen plach,

mit der ander siden an erf Derick Smeeds ende an die Stegestrait. Schietende mit den

einen eijndt an die Stege, mit den anderen eijndt an die Loostrait.

folio...............................

1449 Henrick van der Mull verkopt Rotert Godertsson ein stuck lands up Stege mit ein

sidt an erf Roters vurss ende mit der ander siden an erf Hermans uit den Werde to wesen

plach. Schietende mit den einen eijndt an die Hoeven, mit den anderen eijndt an Haijdell.

Uitgang XVII groit. folio..................................................

1451 Henrick van der Lijnden mit sijnen Broder Godert verkopen Godert Roterts sohn

ein stuck lands dar Godert Rotertssohn II deil af tho hoeren gelegen in die Stege. Mitter

einer siden an erff Godert Rotersson, mit der ander siden an erf Henrick ende Goderts van

der Linden gebroeders. Schietende mit den einen eijndt an Ha(ij)del mit den anderen

eijndt an die Hoeven. Uitgang mijns g(enedigen) hern pacht.

folio.....................................

1452 Gertrudt van der Lijnden, wilner Jacobs van der Lijnden dochter, gift den

Susteren oer huijsz ende hofstat dat Brun Mennen was, gelegen an den marckt nest husz

ende hoffstat Peter Puelmans to wesen plach ende nest huijsz ende hoff Hermans van

Trist des Kupers an der straten ende vort al gut ende erf oer angeerft is van dode Brun

Mennen ende van dode Jacobs van der Landen ende Gertruden oeres vaders ende moders.

folio.............................................

1458 Jut wilner Goddert Roterssons wijff verkopt Gerrit van Damme IIII morgen lands

ingen Stege mit ein sidt an erff Hermans uit den Werde ende sijns sons Goderts, mit der

anderer siden an Kampstuck. Schietende mit den einen eijndt an Haijdel mit den anderen

eijndt an die Huevenn.

Uitgang mijns g(enedigen) h(ern) pacht. folio.............

1458 Albert Krachten ende IJsebel sijn wijff geven dem Convent mit Liszbet van der

Linden echte dochter wilner Jacobs van der Linden ende Ijsebelen vurss ein stuck lands

van II morgens in die Stege, mit ein sidt an erve Daem Belsters ende mitter

Page 32: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst bij 1419

Op Stege

Folio VIII verso

anderen siden an erfnis dat Evert van Vasen to wesen plach. Schietende mit den einen

eijndt an die Hoevenn ende mit den anderen eindt an Uiter Haijdell.

Uitgang mijns g(enedigen) hern Erfpacht. folio..........................................

1471 Derick ende Henrick Roetersson verkopenn Gerrit van Damme ein stuck lands in

der Stegen mit die ein sidt an erfnis der Begijnen to Huijssenn, der kerckenlandt to

Huijssenn, Derick van Wijlack, Maes van Rhijn und der Vicarien landt van S. Johans

Altar, mit die ander sidt Willem van Wannem mit den einen eijndt an die Hoeven ende

mit den anderen eijndt schietende an Haijdell.

Uitgang mijns genedigen hern pacht. folio..........................................

1486 Her Willem van Ambstel Priester verkopt her Willem Ingen Niulant, Pater, IIII

Rinsche gulden jarlix uit erfnis Griet van Gesperdenn. Und twee schilde uiter einen

bongardt tobehoorende Frederick Poppinx ende sijner husfrouwen, gelegen an den

Rosendail und II Rinsche gulden uit erfnisse Cathrin Rietstegen to wesen plach. fol .......

1494 Convent dreegt dem Pater up II golde Franckricksche schilde erflicker renthen

gainde uit bongardt ende erfnisse Frederick Poppinx in die Laijck. Mit die ein sidt ende

mit den einen eijnde nest erfnisse Jan van Huijssen to wesen plach. folio.....................

1505 Henrick van Huijssen dreegt up Derick van Huijssen sijnem naturlichen broder

ein kempken lands int Rosendael tusschen erfnisse Ermgardt Enckelmans, Frederick

Popping, der heren van Wisschel ende meer anderen daran schietende.

folio..........................................

1514 Adolph van Wijlick Erfhofmeister doit in erfpacht dem Convent IIIII morgen

lants an die Karbrugge dar nest gelegen die Lantwetering van Overbetow, noortwart erf

der Susteren, suijdwart streckende mit der straten langs Bosenkamp. Westwart die

Karstrate vur viff golde Rinsche gulden jarrenthenn. fol.............................................

1509 Frederick Lepput mit Elisabet Verborch, Derick, Elisabet unnd Heil van Gent

verschrijven dem Convent VII Churfurster Rinsche gulden jarrenthen up Petri ad

Cathedram uiter III morgen landts geheiten Campstuck und VI morgen geheiten

Gruijthuse in dem kerspell van Angerenn. folio..................................................

1522 Gerrit Jansen koept in einen erfpacht van dem Convent to Huijssen ein hofstat in

dem kerspel van Angeren geheiten die Uplaeg, vur VIII philippus gulden jarrenthen

fol.....................................................

Wahr viff morgen lands up Vergert

Page 33: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1524 Evert ten Haeff unmundig als der vurss erfpacht angenomen consentirt, dat sijn

drie deel van viff morgen up Vergert mit ein warschap bliven sollen. folio.....................

1520 Frow Merrij van Homoijt, weduwe Sweers van Montfort, gift dat penninggelt

ende tins als sie uit dat Vergert des Convents heft, dem Convent. folio........................

Folio IX recto

1447 Arnt van Hessen stelt to underpant vur II C XXIIII Churfurster Rinsche gulden

Otte van Hessen VI morgen lands geheiten Stevenskamp in dem kerspel van Malbergen,

mit den einen siden ende mit einem eijndt an erfnis Jans van Dornick die imfal der

mistalung verfallen sijn sollenn. folio.......................................................166

1453 Twee loszbrieff fol...............................................................

1464 van XXIIII enVIII alde schilde

1453 Arnt van Hessen verschrieft Herman Hermanssohn van Ambsterdam IIII alde

schilde uit sijn erff unnd gut to Malbergen ende mit uit Stevenskamp

folio........................

Margetekst bij 1447

Ossenkamp to Malberge

Folio X

Folio X is niet aanwezig in het manuscript

Folio XI recto

Index van St Niclas und des H. Crus geunierder Vicarien Rentbrief.

1359 Fundatie van S. Niclas Vicarie darin Burgermeister Schepen und Raith

consentiren dat die Parrocipape und kerckmeister van der fabricken und kerckenrenthen

ein Altar reinthen folio..........................................................................................14.

1359 Slabbart van Hezehusen Seelsorger der kercken to Huijssen ende fabricmeister

stift S. Niclas Altar in die eer Gots unnd legt dartho X pont to boerenn wie folgt:

1. Ein marck kleiner penningen uiter kamp Henrick Zeskin gelegen tusschen landt

Gisz Marre ter einer siden ende landt der van Holthusen ter anderer siden.

2. Thien schillinge brabants uit hof ende bongardt geheiten Hel Hollekens Vreijde

buten Liszbet Vierackers port.

Page 34: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

3. Twee pont unnd VI guder honer uit hus, hoffstede ende hoff Gossen van

Doringen tosamen gelegen tusschen Liszbet Vierackers bongardt an ein sidt ende

tusschen hoff Dericks van dem Bilandt Ritters an die ander sidt.

4. Achtien stuver klein bij Bercheren, in dem Furstendumb van Gelre, uit Herwich

Hectors kamp gelegen tusschen einen kamp geheiten Dornixacker an einer siden

ende tusschen landt genompt Hectors Kamp an die ander sidt.

5. Thien stuver klein uit Gossen Bongers Kamp gelegen an ein sidt tusschen hoff

ende bongardt geheiten die Vreede ende land Gossens van der Horst mit die ander

sidt.

6. Thien stuver klein uit huijsz, Schuijr unnd hoff Clais Musers bij den Wall tosz

gelegen, mit der einer siden nest hoff unnd gemeinen Henrichs van Gent

ende nest hof Henrick Buermeisters mit der anderer siden.

7. Viff stuver klein uiter hoff Gerritz van Ansem, gelegen nest hoff Jan Moerman

mit der eine siden ende nest hoff Henrick Bruns mit der anderer siden.

8. Viff stuver klein uit huijs ende hofstede Jan Snijders gelegen nest huijs ende

hoffstede Henrick Loomans mit der einer siden ende hus ende hofstede Dericks

van den Bilandt Ritters mit der anderer siden.

9. Vif stuver klein uit huijs ende hofstede Jans uit den Werde gelegen nest huijs

Henricks van Passchen mit der einer siden ende nest huijs ende hofstede Gordts

van Angeren mit der anderer siden.

10. Viff stuver klein uit huijsz ende hofstede Peters van Achter an gelegen nest husz

ende hofstede Klein Gerritsens mitter einer siden ende nest husz ende hoffstede

Gerritz geheiten Mouwe mit der anderer siden.

11. Vier stuver klein uit Kamp Helwichs Engelken Butkensson genompt

Peerboms Kamp nest kamp Jan Brammarts mit der einer siden ende nest kamp

Aleit Jordans mitter ander siden.

12. Thien brabans uit landt Gerrit Casselmans zeliger, gelegen im Kerspel van

Malborgen tusschen landt des Greven van Cleve mit der einer siden, ende nest

landt her Otten van den Bilandt Ritters mit der anderer siden.

Summa I marc klein, X stuver brabans, II pont, LXII stuver klein, X brabans, VI

honer. fol:.............14

1359 Willem Borre van Dornick Vande Ridder gift Arnt den Custer, geheiten

Menneken, und darna kommenden Priesteren tot vollest ein Altar to reinthen ein lb siars

klein uit husz ende alinge hoffstede Jans van Angerenn gelegen bij den kerkhave

tusschen sijn huijsz ende hoffstede ende huijsz ende hoffstede Herwichs Hectors des

anden an die ander side, gekoft van Herman Hencken up S. Walburggendach [25 feb

1359] fol..................15

1360 Her Ott van dem Bilandt Ridder gift tot vollest des vurss altars uit husz, hoffstede

ende hoff Wilhelmus van Angeren nest hoffstede Henrick Loomans mitter einer siden

ende nest husz ende hoffstede Derick Smeeds mit der ander siden vier pont kleiner

penningen. fol.........................................15

1370 Bisschop van Utrecht ratificirt dese fundatie. fol.......................................16

Page 35: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1457 Presentatie her Dericks van Borckel tot beiden Altaren des H.Cruijs ende S.

Niclais eertitz gevuijrt ende geincorporert vur ein beneficiuden. fol.........................16

1485 Investitur her Willems Ingen Newlant Bichter unnd Pater des Convents tot die

vurss Altarenn. folio...............................16

Folio XI verso

1364 Henrick Pijer der alde ende Gertrudt sijn husfrow geven ein pont jargelts uiter

husz, hoffstede ende bongardt. Ock den hoff gelegen nest bowhoff hern Jans van Lijn

Ritters an die ein sidt ende nest husz des Gasthauses ende die schuijr an die ander sidt

ende tegen die muijr des kerckhaves unser kerckemauer tot behoif hern Arnt Menneken

Pastors eines Altars uptorichten in die eer S. Niclas ende folgen Rectorn desselven.

Up S. Martin to boerenn. folio....................................5

1369 Henrick Pijer der alde ende Gertrudt sijn huijsfrow bekennen schuldig to sijn X

stuver klein jargeltz uiter huijsz, schuijr ende hoff ende bongart, tesamen gelegen nest

den kerckhave stieft hoff Everts Koernken, eertitz hern Johans van Lijn Ritters, an die ein

sidt ende nest husz, hoffstede ende lantz Gossen Hongers, ock tusschen hoff, bowhoff,

husz ende hoffstede frow Fije van Hulhusenn ende oerer kinder an die ander sidt, wilch

jargelt her Gerhardt Vriese Rector des H. Cruis Altars gekoft hadde van den vurss Hein

Piecken und dem vurss Gerhardt Vriese van Spaen Lippelt besat was up Martini

fol........6

Folio 5

Nos Cesarius Mychtildis et Gerardus Gerardi Hector Scabini Hussenses

per presentes

testamur quod coram nobis constituti Aleidis relicta chelonis dicti Dader per plenum

consensum et voluntatem suorum puerorum, videlicet Gerhardi Vrisi clerici, Henrici

Vrise et Hille, ad honorem dei et divini cultus augmentationem annuos redditus sedecim

solidorum paruorum denariorum legalium et bonorum quos habent et habuerunt ex domo

et area Arnoldi et Gese suae legitimae, iuxta Renum in oppositum domus Wolteri de

Aerde senioris sitis, ac annuos redditus viginti quatuor solidorum dictorum denariorum ex

orto suo integrali appud Wallam in fine orti haeredumTheodorici Zeskin sito, dedit et

legavit in subsidium dotationis et fundationis altaris in Ecclesia de Hussen consecrati in

honore Sanctae crucis, sanctorum Petri et Pauli Apostolorum et beatae Marie Magdalene,

pro salute animarum suorum et dictorum puerorum, parentium et successorum ac

eorundem Aleydis et puerorum, ut perpetua de eis fiat memoria et habeatur dictis quod

annuis redditibus festo sancti Petri ad Cathedram proxime venturo et deinceps annis

singulis dicto festo quodlibet persolvendis perpetue sub poena expandationis ut iuris est

in Hussen expandari annuos redditus et census detentos. Et omni iuri quod habet et habuit

in eisdem per eorundem puerorum consensum penitus renunciavit.

In cuius rei testimonium sigillum Scabinorium in Hussen presentibus est appensum.

Datum anno Domini MCCCmo

XLmo

nono (=1349) feria tertia post octavas dictorum

apostolorum Petri et Pauli.

Page 36: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij, Cesarius Mychteldsz en Gerard Gerardsz Hector, Schepenen van Hussen, verklaren

hierbij dat voor ons verschenen Aleid, weduwe van Chelo genoemd Dader, met volledige

instemming en overtuiging van haar kinderen, te weten Gerard de Vries, geestelijke,

Hendrik de Vries en Hille. Zij verklaren een jaarlijks bedrag te schenken van 16

schellingen bestaande uit penningen wettig betaalmiddel, ter ere van God en de

bevordering van de eredienst. Dit bedrag, voortkomend uit huis en erf van Arnold en

Ghese zijn wettige echtgenote, gelegen aan de Rijn tegenover het huis van Wolter van

Aerdt senior, en een jaarlijks bedrag van 24 schellingen uit haar gehele tuin, bij de wal

aan het eind van de tuin van de erven van Theodoric Zeskin gelegen, [welk bedrag] zij

geeft en nalaat als bijdrage aan de schenking en stichting van een altaar in de kerk te

Hussen gewijd aan het Heilig Kruis, de Heilige Apostelen Petrus en Paulus en de zalige

Maria Magdalena, voor het heil hunner zielen en die van hun kinderen, ouders en

nakomelingen en die van Aleid en kinderen voornoemd, opdat hun herinnering eeuwig zij

en blijve; dat genoemde schenking zal plaatsvinden op het aanstaande feest van St Petrus

van de H. Stoel en vervolgens ieder jaar op dit feest tot in de eeuwigheid, op straffe van

invordering zoals rechtsgeldig in Hussen t.a.v. jaarlijkse giften en in te houden

belastingen. En ieder recht dat zij heeft of gehad heeft in dezen door hun toestemming

heeft zij geheel en al opgegeven.

Als bewijs in deze is door de aanwezigen aangehecht het zegel van de Schepenen van

Hussen.

Gedaan A.D. 1349, op de derde dag na het octaaf van genoemde Apostelen Petrus en

Paulus.(9 juli 1349)

Mechtelt van den Putte

Up den rug steet geschreven Jan die Moelener

Gerrit Dijck

Margetekst

Van XVI schelling klein und XXIIII schelling klein

uit huijss hoff und erfnis Conraitz van Meckeren und

Johan Willems Anno 1583

Nos Johannes Wolteri ex Wada magistercivium in Hussen, Et nos Johannes Stoppart et

Hector Reyneri Scabini ibidem, testamur quod coram nobis sconstituti Henricus Pycke

senior et Gertrudis eius uxor legitima recognoverunt sponte et scienter necnon bona et

libera eorum voluntate se debere annalum pecuniam unius librae paruorum denarium

legalium et bonorum tempore solutionis ex integris bonis suis, videlicet ex domo, area,

magali ac pomerio necnon orto sitis inter predium domini Johannis de Lijn militis ex uno

latere, et inter domum hospitalis et aream ex alia latere et in oppositum muri cimeteriii

ecclesiae nostrae ad usus discreti viri domini Arnoldi Mennekens presbiteri Rectoris

Cappelriae et altaris in Ecclesia Parochiali Hussense construendi, donandi et consecrandi

in honore sancti Nycholai epscopi et ad usus cuiuslibet Rectoris eiusdem capelriae et

altaris existentis post dictum dominus Arnoldum Mennekem solvendam et donandam,

perpetuis temporibus et hereditariis dicto domino Arnoldo et Rectori ipsius Capellrie et

Altaris post eundem dominum Arnoldum et specialiter primo festo beati Martini hiemalis

proxime futuro et sic deinceps singulis annis eodem quolibet festo hereditarie et perpetue

Page 37: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

sub poena expandationis ut iuris est in Huyssen expandari annalem pecuniam. annos

census et pactus debito termino non solutos.

In cuius rei testimonium sigillum Scabinorum Huessenses presentibus est appensum.

Datum Anno Domini Millesimo Trecentesimo Sexagesimo quarto in octava Paschae.

Wij, Johan Wolters van Wada, burgemeester te Huissen, en wij, Johan Stoppart en

Hector Reiners, Schepenen aldaar, verklaren hierbij dat voor ons verschenen:

Hendrik Pycke senior en Gertrud zijn wettige echtgenote, die uit eigen beweging en

verstand en uit eigen vrije wil verklaren, dat zij een jaarlijks geldbedrag van 1 pond

kleine penningen verschuldigd zijn op de vervaldag uit het totaal van hun boedel, te

weten huis, erf, opstallen, boomgaard en tuin, gelegen tussen de weide van heer Johan

van Lyn, ridder, aan de ene zijde en tussen het gebouw van het hospitaal en het erf aan

de andere kant tegenover de muur van het kerkhof van onze kerk, ten bate van heer

Arnold Mennekens, Priester en Rector, van de kapel en het altaar in de parochiekerk te

Hussen te stichten, te begunstigen en te wijden ter ere van de heilige bisschop Nicolaas

en hierna ten gebruike van genoemde Rector van de dan bestaande kapel en altaar na

genoemde heer Arnold Menneken te betalen en te geven tot in eeuwigheid en aan de

erfgenamen van genoemde Arnold en de Rector van deze kapel en altaar na genoemde

heer Arnold en wel op het eerstkomende feest van St. Martinus in de winter en vervolgens

ieder jaar op dezelfde dag, erfelijk en eeuwig, op straffe van beslaglegging zoals in

Hussen gangbaar is inzake jaargelden, jaarlijkse belasting en overeenkomsten niet

ingelost op de vervaldag.

In deze zaak is ten bewijze het zegel van de Schepenen van Huessen door de aanwezigen

aangehecht.

Gedaan A.D. 1364 op het octaaf van Pasen (31 maart 1364).

Up den rug steet geschreven: Nunc Goessen die Vrieze

Margetekst

Van I lb uit Gossen die Vriese, na Jan Kocks, na des

paters hus tegen die kerkemuijre.

Folio 6

Nos Gosswinus Honger et Marsilius Vriese, Scabini Huessenses testamur quod coram

nobis constituti Heijno Pycke senior, Gertrudis eius uxor legitima, Wellinus & Ghysella,

pueri dictorum Heynonis Pijcke & Gertrudis coniugum, bona et libera eorum voluntate

recognoverunt se debere ex iusta causa venditionis precedente annalem pecuniam decem

solidorum parvorum denariorum tempore solutionis legalium et bonorum ex domo, area,

orto ac pomerio integris ac magali cum area sua situatis iuxta cimiterium inter ortum

Everardi Koernken quondam domini Johannis de Lyn, militis, ex uno latere, et inter

domum et aream ac petiam terrarum predicti Goswinus Honger, nec non inter ortum ac

predium, domum et aream Domicelle Fye de Hulhusen et suorum puerorum ex alio

latere.

Quam annalem pecuniam decem solidorum predictorum honesta persona dominus

Gerhardus Vrieze presbyter, rector et vicarius perpetuus Altaris siti in Ecclesia de

Huessen consecrati in honore sancte crucis, beatorum Apostolorum Petri et Pauli necnon

Page 38: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

beata Maria Magdalene emit et comparavit erga predictos Heynonem Pijcke, Gertrudem,

Wellinum et Ghiselam. Quam quidem annalem pecuniam decem solidorum predictorum

dictus Spaen Lippolt contulit et legavit ob honorem dei omnipotentis et virginis Marie

eius matris et pro salute et remedio animae suae et suorum parentum et fratrum in lecto

mortis sua coram Gerardo Lippolt et Suedero lippolt, fratribus suis, qui confirmaverunt et

consenserunt dictam legationem predictae annalis pecuniae decem solidorum ad usus

predicti Gerardi de Vrieze presbyteri necnon rectoris regentis et consecrantis super

dictum altare post mortem predicti domini Gerardi Vrieze festo beati Martini Hyemalis

proximo futuro persolvendos et donandos et sic deinceps sigulis annis eodem quolibet

festo beati Martini predicto sub poena expandationis prout iuris est in Huessen expandari

annalem pecuniam et annuos census debito termino non solutos. In cuius rei testimonium

sigillum scabinorum Hussensium presentibus est appensum. Datum Anno domini

millesimo CCCmo

sexagesimo nono vigilia beate Agnetis virginis en martyris.

Wij Gosswinus Honger en Marcilius Vriese, schepenen te Huissen ,verklaren dat voor

ons verschenen zijn Heyno Pycke senior, zijn wettige echtgenote Gertrudis en hun

kinderen Wellin en Ghisela, die oprecht en vrijwillig verklaard hebben, dat zij op grond

van een wettige verkoop verschuldigd zijn een jaarlijks bedrag van tien pond kleine

penningen van op de vervaldag geldige munt uit woning, erf, tuin en de gehele

boomgaard, benevens optrekken met bijbehorend erf, gelegen naast de begraafplaats,

tussen de tuin van Everhard Koernken, voorheen van heer Johan van Lyn, ridder, aan de

ene zijde, benevens de tuin en weide, huis en erf van Vrouwe Fye van Hulhuizen en haar

kinderen aan de andere zijde. Welk jaargeld van tien pond voornoemd de eerwaarde heer

Gerhardus Vrieze, priester, rector en vicaris van het Eeuwig Altaar in de kerk van

Huissen, gewijd ter ere van het heilige kruis, de zalige Apostelen Petrus en Paulus

benevens de zalige Maria Magdalena, gekocht heeft en mede verschenen is wegens de

voornoemde Heyno Pycke, Gertrudis, Wellum en Ghisela.

Naar verluid heeft genoemde Spaen Lippolt het jaarlijks bedrag van tien pond

voornoemd op zijn sterfbed bijgedragen en nagelaten ter ere van de Almachtige God en

de maagd Maria, zijn moeder, en tot heil en troost voor zijn ziel en die van zijn ouders en

broers, in aanwezigheid van zijn broers Gerard en Zweder Lippolt, die bevestigden en

beaamden genoemde nalatenschap van tien pond ten gebruike van voornoemde Gerard

de Vrieze, priester en huidig rector, en gewijd aan voornoemd altaar na de dood van

voornoemde heer Gerard de Vrieze, het eerst op St Maarten (11 november) aanstaande te

betalen en te geven, en vervolgens jaarlijks op dezelfde datum voornoemd op straffe van

beslaglegging zoals in Huissen gangbaar is inzake jaargelden, jaarlijkse belasting en

overeenkomsten niet ingelost op de vervaldag.

Ter getuigenis van welke zaak het zegel der Schepenen van Huissen is aangehecht aan

deze brief. Gedaan in het jaar des Heren 1369 op de vigiliedag van de zalige Agnes

maagd en martelares . (20 januari 1369)

Up den rug steet geschreven litera domini Goswini die Vriese

Margetekst

Van X st. klein uith ein huijs bij der kerckemuijr

Page 39: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Nos Everhardus de Humen Judex in Huyssen. Jacobus de Palude et Gerhardus Gerhardi

Hector, ibidem Scabini tenore presentium testamur:

Quod propter hoc in nostra presentia tanquam in iudicio personaliter constituti Wyerus

Jacobs et Jacobus eius filius ac Jutta eius filia cum vero et electo tutore eius et

sententialiter sibi dato, videlicet cum Crachtone suo legitimo marito ex iusta venditione

precedenti bona liberaque eorum voluntate supra hoc prehabita manibus et ore

supportarunt resignaverunt effectuantes annuos redditus duarum librarum parvorum

denariorum legalium et bonorum quos ipsi Wyerus, Jacobus et Jutta habuisse dinoscuntur

et habere dinoscuntur ex domo et area integraliter attinenti Rubbekini rasoris sitis ex

utraque latere inter domos et areas Henrici dicti Velinc, nec non ex campo seu orto

eiusdem Rubbekini sito supra fossatum antiquum inter campo Gheze Thome ex uno

latere, et inter hortum Johannis Rosemont ex alio. Ad usus Wilhelmi de Vyracker et

suorum heredum in festo Sancti Martini hyemalis proximo venturo et deinceps in antea

singulis annis eodem quodlibet festo beati Martini hyemalis predicti persolvendos sub

poena expandationis ut iuris est in Hussen expandari Census pensiones et annuos redditus

supersessos et debito termine non solitos ita quod ordine iuris observato sententialiter

definitum est dictos annuos redditus supersessos duarum librarum ad ipsos Wilhelmum et

ad suos heredes iure perpetuo fore devolutos dictosque Wierus et suos pueros nihil iuris

in eisdem obtinuisse. In cuius rei tes

Wij, Everhard van Humen, rechter in Huissen, Jacob van Palus en Gerrit Gerritsz.

Hector, schepenen alhier, verklaren hierbij dat wegens het volgende voor ons en onze

rechtbank persoonlijk verschenen zijn:

Wyer Jacobs, zijn zoon Jacobus en zijn dochter Jutta met haar gekozen en officieel

toegewezen voogd te weten Crachton haar wettige echtgenoot, vanwege een voorgaande

rechtsgeldige verkoop, verklaren en bevestigen ten aanzien van het vermelde voldaan te

hebben aan de betaling van een jaarlijks bedrag van 2 pond in kleine penningen

Schellingen wettig betaalmiddel, waarvan Wyer, Jacob en Jutta bevestigen gehad te

hebben of nog te hebben ontvangen uit het gehele erf en huis behorende aan de scheerder

Rubbekijn, aan beide zijden gelegen tussen huis en erf van Hendrik genaamd Velincs, en

uit het veld en tuin van dezelfde Rubbekijn gelegen boven de oude gracht tussen het veld

van Ghese Thomas aan de ene kant en de tuin van Johan Rosemont aan de andere

[kant]ten bate van Willem van Vieracker en zijn erfgenamen, op het eerstvolgende feest

van St. Martinus Winter (11 nov.) en vervolgens ieder jaar op het feest van voornoemde

St Martinus Winter in te lossen, op straffe van heffing zoals die van rechtswege geldt te

Huissen t.a.v. belasting, pensioenen en jaargelden die niet zijn ingelost en op de

vervaldag niet betaald zijn. Voornoemde twee pond schenking zullen tot in de eeuwigheid

ten laste komen van Willlem en zijn erfgenamen en genoemde Wierus en zijn kinderen

hebben hierop geen recht.

Ter bevestiging van deze zaak Margetekst

Van II libra die Wyer Jacobs verkopt Willem van

Vijracker uiter huys und hofstat Rubbeken Scherers

und uith einer kamp oder hoff desselven up den alden

Stadtgrafft

Page 40: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Folio 7

testimonium Siggilum opidi nostri presentes est appensum. Datum Anno Domini Millesimo

cccmo

xlmo

quinto ferio quarta post beati Bricti episcopi (13 november).

A tergo literarum scriptum est Jacob Steimetzeler

is het zegel van de stad in onze aanwezigheid aangehecht. Gedaan AD 1345, de vierde

dag na zalige St. Brixtus bisschop (=17 november)

Op de rug van de brief is geschreven Jacob Steinmetzeler

Nos Gosswinus de Horst iudex, Johannes Butkini, Gerhardus Hector et Wilhelmus

Wolteri Scabini Hussenses

testamur per presentes quod in nostra presentia tanque in

iudicio constituti Elizabet relicta Wilhelmi de Vijracker et Mechteldis eius filia cum

Henrico de Hussen suo electo tutore et sententialiter sibi dato ex legitima venditione

precedenti necnon Stephanus dicte Elizabet filius bona et libera voluntate sua super hoc

prohabita manibus et ore supportarunt et resignarunt effestucantes annuos redditus

duarum librarum pariorum denariorum

legatus quos ipsi ex bonis Rubbekini rasoris habere

et habuisse dinoscuntur, videlicet ex domo et area et area integraliter attenti sitis ex

utroque latere inter domum et aream Henrici dicti Velinc, ac ex campo ex uno latere inter

inter campum Ghese Thome, et ex alio latere inter ortum Johannis Rosemont sito. Ad

usus altaris in Ecclesia Hussense

constituti parrochiali et consecrati in honore sancti

Crucis, sanctorum Petri et Pauli Apostolorum et beatae Marie Magdalene ad festum

sancti Martini hyemale proximo venturm et deinceps annis singulis eodem quodlibet

termino in perpetuum persolvendum sub poena expandationis ut iuris est in Hussen

expandari annuos census et rediitus termine debito non solutos. In cuius rei testimonium

sigillum scabinorum Hussensium

presentibus est appensum. Datum anno Domini MCCCmo

Lmo

Domenica post beati Pontiani martyris.

A tergo invenitur: Rubbeken Scherers na Jacob Messmaiker

Wij, Goswin van Horst, rechter, Johan Butkin, Gerhard Hector en Willem Wolters,

schepenen te Huissen, verklaren hierbij dat voor ons in onze functie als gerecht

verschenen zijn: Elizabet, weduwe van Willem van Vieracker, haar dochter Mechtild met

Hendrik van Huissen, haar gekozen en officieel toegewezen voogd, benevens Steven, zoon

van Elizabet voornoemd.

Zij verklaren en bevestigen uit vrije wil, afstand te hebben gedaan, schriftelijk en

mondeling van een jaargeld van twee pond en evenveel penningen nalatenschap uit de

opbrengst van het goed van Rubbekin de scheerder, die zij ontvangen en ontvangen

hebben respectievelijk uit huis en erf dat hem geheel toebehoorde, gelegen tussen huis en

erf van Hendrik genaamd Velinc aan de ene kant en de tuin van Johannes Rosemont aan

de andere, [een en ander] ten bate van het altaar in de parochiekerk gevestigd in Huissen

en gewijd aan het Heilige Kruis, HH Apostelen Petrus en Paulus en de zalige Maria

Magdalena, op het eerstvolgende feest van St. Martinus winter en vervolgens ieder jaar

op dezelfde vervaldag te voldoen tot in eeuwigheid,

Op straffe van heffing zoals rechtsgeldig in Huissen mbt tot heffing van de jaargelden,

belasting en nog niet afgeloste termijnen.

Page 41: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Ten bewijze hiervan is aangehecht het zegel van de schepenen van Huissen.

Gedaan AD 1350, eerste zondag na St. Pontianus martelaar. (18 januari 1350).

Op de ruig vindt men: Rubbeken Scherers na Jacob Messmaiker

Margetekst

Willem van Vieracker Weduwe verkofft die vurss

twee lb tot behoiff des H. Cruijs Vicarie

Nos Goswinus de Horst iudex Johannes Butkini, Gerhardus Hector et Wilhelmus

Wolteri Scabini Hussenses

per presentes testamur, quod in nostra presentia tanquam in

iudicio constituti Elizabet relicta Wilhelmi de Vyracker et Mechtildis eius filia

cum Henrico de Huyssen suo tutore electo et sententialiter sibi dato necnon Stephanus

dictae Elizabeth filius ex legitima venditione precedenti bona et libera

sua voluntate super hoc prehibita supportarunt et resignarunt effestucantes annuos

redditus viginti quatuor solidorum parvorum denariorum legalium et bonorum. Ad usus

Altaris Ecclesia Hussensis

parichiali consecrati in honore sanctae Crucis sanctorum

apostolorum Petri et Pauli et beatae Marie Magdalene ex domo et area quondam

Bartoldekini que bona pro nunc inhabitant Ghiso dictus Merre et Johannes de OpWeeden

a festo sancti Petri ad Cathedram proximo venturo ad annum et deinceps annis singulis

quolibet eodem terminus in perpe tuum persolvendos, sub pena expandationis ut iuris est

in Hussen annuos census et redditus termino debito non solutos et hos annuos redditus

viginti quatuor solidorum Elizabet, Mechtildis et Stephanus predicti ex bonis supra dictis

habere et habuisse ante dictas supportationem, resignationuem et effesctucationem

dinoscuntur. In cuius rei testimonium Sigillum Scabinorum Hussensium

presentibus

est appensum. Datum anno Domini MCCCL dominica post beati Pontiani martiris (18

januari 1350)

A tergo invenitur Fia Smeets

Wij, Goswijn van Horst, richter, Johan Butken, Gerard Hector en Willem Wolters,

schepenen te Huissen verklaren hierbij dat voor ons in onze functie als gerecht

verschenen Elizabet, weduwe van Willem van Vyracker, haar dochter Mechteld met

Hendrik van Huyssen, haar gekozen en officieel toegewezen voogd, benevens Steven,

zoon van Elizabet voornoemd. Zij verklaren en bevestigen uit goede en vrije wil

[=vrijwillig en ongedwongen]dienaangaande dat zij uit een eerdere wettige verkoop een

jaarlijkse schenking doen van 24 schellingen kleine penningen wettig betaalmiddel ten

behoeve van het altaar in de parochiekerk te Huissen ter ere van het H. Kruis en de

Heilige Apostelen Petrus en Paulus en de heilige Maria Magdalena, uit huis en erf van

wijlen Bartoldekijn, nu bewoond door Ghiso genaamd Merre en Johan van OpWeeden, te

betalen op de eerstvolgende feestdag van de Heilige Petrus van de Stoel (22 februari),

vervolgens ieder jaar op dezelfde vervaldag tot in eeuwigheid te voldoen, op straffe van

heffing van rechtswege zoals dit geschiedt in Hussen inzake jaarlijkse belastingen en

terhandstellingen die niet zijn ingelost op de vervaldag, en Elizabet, Mechteld en Steven

bevestigen gerechtigd te zijn dit bedrag te ontvangen en ontvangen te hebben uit

bovengenoemde bezittingen, hetgeen zij beamen en bevestigen. Als bewijs in deze is door

Page 42: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

de aanwezigen het zegel der schepenen van Hussen aangehecht. Gedaan Anno Domini

1350, zondag na H. Pontianus martelaar (18 januari).

Op de rug vindt men: Fia Smeets

Margetekst

Willem Vierackers Weduwe dreegt up 24 solidos tot

behoff des H. Cruijs Vicarie uit huijss und hoff

Bartoldekin Scherers die oer Sohn Steffen Becker

gekoft hadde.

Universis presentes visuris. Nos Henricus dictus Utenhove iudex in huijssen. Bruno

dictus Vischer et Everhardus ex insula Scabini ibidem notum facimus lucide protestantes.

Quod propter hoc personaliter coram nobis tanquam in figura iudicii

Aan allen die deze brieven zullen zien. Wij, Henricus genaamd Utenhove, richter in

Huijssen, Bruno Vischer en Everhardus Utenwerde, schepenen aldaar maken allen die

hiervan getuigen bekend, dat wegens deze zaak in persoon voor ons als gerecht

Folio 8 is niet aanwezig in het manuscript

Folio 9

constituti Arnoldus dictus Cobrued et Aleydis eius legitima uxor cum suo vero en electo

tutore ac sententialiter sibi dato videlicet cum Arnoldo suo marito predicto ex iusta et

legitima venditione precedent0 sponte et libere supportarunt et resignarunt effectuantes

annuos redditus viginti quatuor solidorum parvorum denariorum pro tempore usualium et

bonorum dictae Aleydi competentes de sua paterna hereditate, videlicet ex morte

Bartoldekini Senioris quondam patris eiusdem Aleydis ex domo et area sitis ex una parte

inter aream Godefridi de Oy ex alia parte inter aream Bernardi generi Gerhardi de Walla,

quae bona Bartoldekinus iunior, frater saepedictae Aleydis inhabitat. Ad usus Stephani

dicti Becker et eius haeredum liberorum hereditarie annis singulis in quolibet festo beati

Petri ad Cathedram ex dicta bonis persolvendos. Sub poena expandationis ut iuris et

consuetudinis est expandare census in Hussen. Presentium testimonio literarum sigillo

nostri oppidi munitarum. Datum Anno domini CCCmo

tricesimo feria quinta post festum

beati Gregorii Papae.

A tergo literarum Fije Smedts

zijn verschenen Arnoldus Cobrued en zijn wettige echtgenote Aleydis met haar daartoe

verkoren en wettig toegewezen voogd, te weten haar genoemde echtgenoot Arnoldus. Zij

hebben uit een gerechtigde en wettige voorafgaande verkoop vrijwillig overgedragen en

afstand gedaan van een uit te keren jaargeld van 24 pond kleine penningen zoals die in

de tijd gangbaar en goed zijn, die aan de genoemde Aleydis toekomen uit haar vaderlijk

erfdeel, te weten uit de dood van Bartoldekinus de oudere, wijlen de vader van Aleydis,

uit huis en hof gelegen aan de ene kant naast de grond van Godefridus van Oy en aan de

andere kant naast de grond van Bernardus, de kleinzoon van Gerhardus de Walla, op

Page 43: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

welke goederen Bartoldekinus de jongere, de broer van de meergenoemde Aleydis,

woont. Dit ten gebruike van Stephanus Becker en zijn erfgenamen, elk jaar te betalen op

het feest van de heilige Petrus Stoel (22 februari) op straffe van beslaglegging zoals

beslaglegging op lasten in Hussen gebruikelijk is. Ten getuige hiervan hebben wij het

zegel van onze stad aangehangen. Is gegeven in het Jaar des Heren 1330 op de vijfde dag

na het feest van de Heilige Paus Gregorius (7 september 1330).

Margetekst

Arndt genant Cobrued dreegt Steffen Becker up 24

solidos uiter den alden Bartoldekens sijner frouwen

Vaders huijss und hoffstat tusschen hoffsteden

Gordts van Oij und Berndts Lidumb Gerrits van

den Walle

Nos Cesarius Mychteldis et Gerardus Gerardi Hector Scabini Huessenses per presentes

testamur quod coram nobis constituti Rudolf Ghisanis et Hilla eius legitima uxor, sua

libera voluntate et bona ,super hoc prehabita ex legitime venditione precedenti

recognoverunt: se debere ex bonis suis integralibus- videlicet ex domo et area sitis ex uno

latere inter domum et aream quondam Rudolfi Hallekini, et inter domum et aream Hille

Cranen ex alio, necnon ex decem et septem solidis et quatuor denariis bonis et legalibus

quos ipsi coniuges habent et dictis bonis ipsius Hille Cranen annuatim et et hereditarie -

annuos redditus unius libre dictorum parvorum denariorum Joanni dicti Vleminc

persolvendum, sub poena expandationis ut iuris est in Hussen expandari annuos redditus

et censos detentos et termino debito non solutes quos quidem annuos redditos unius libre

idem Johannes ipso vice coram nobis ad honorem Dei et divini cultus augmentationem ex

ipsis bonis dedit et legavit in subsidium dotationis et fundationis altaris in ecclesia de

Hussen consecrati in honore Sanctae Crucis beatorum Petri et Pauli Apostolorum et

beatae Mariae Magdalene pro salute animarum suorum parentum et successorum et suae

anime, ut perpetua de eis et de eo fiat memoria et habeatur. Et dictis annuis redditibus

unius libre et cum iure quod habet et habuit in eiusdem renunciavit.

In cuius rei testimonium sigillum scabinorum Hussen presentibus est appensum.

Datum Anno Domini MCCCXLMO

nono, in octava Pentecostis

A tergo: Cathrin Roloffs I lib

Wij, Cesarius Mechteldsz en Gerard Gerardsz Hector, schepenen te Huessen, verklaren

hierbij dat voor ons verschenen zijn Rudolf Ghijsens en Hilla zijn wettige echtgenote, uit

eigen vrije wil, die verklaarden over het hieronder geschrevene dat zij uit een wettige

eerdere verkoop verschuldigd zijn, uit hun gehele bezit, te weten uit huis en erf aan de

ene kant gelegen tussen huis en erf van wijlen Rudolf Hallekin, en tussen huis en erf van

Hille Cranen aan de andere kant, [een bedrag van] 17 schellingen 4 penningen wettig

betaalmiddel die de echtgenoten zelf hebben uit genoemde bezittingen van Hille Cranen

zelf, jaarlijks en erfelijk . Een jaarbedrag van een pond in genoemde kleine penningen

door Johan genaamd Vleminc te betalen, op straffe van heffing zoals gebruikelijk is in

Hussen te heffen inzake ingehouden belasting en niet-ingeloste termijnbetalingen, op zijn

beurt in onze tegenwoordigheid voor de glorie van God en de bevordering van de

eredienst. Hij heeft dit uit genoemde middelen gegeven en nagelaten als bijdrage tot het

geven en oprichting van een altaar in de kerk van Hussen gewijd ter ere van het Heilige

Page 44: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Kruis van de zalige Apostels Petrus en Paulus en de zalige Maria Magdalena voor het

heil hunner ouders’ zielen, die van hun nakomelingen en die van henzelve, opdat in de

eeuwigheid hun herinnering blijve en beklijve.

Ten bewijze in dezen is het zegel van de Schepenen van Hussen door de aanwezigen

aangehecht. Gedaan Anno Domini MCCCXLMO

nono (1349) op het octaaf van

Pinksteren.(7 juni 1349)

Op de rug: Cathrin Roloffs I pond

Margetekst:

Rolof Gijsen verschrijfft uit sijn huss und hoffstat

tusschen huijs und hoffstede Rolof Hallekin

und Hill Cranen und uit 17 solidis und IIII denario hir

uit Hil Cranen gut hefft ein lb Johannen Vlemic.

Die dat vort aver gifft des H. Cruijss altar.

Nos Johannes Butkini, Gerhardus Hector et Wilhelmus Wolteri Scabini Hussenses

testamur quod coram nobis constituti Elizabet relicta Wilhelmi de Vieracker, Mechteldis

et Stephanus eius pueri ut debitores principales Henricus de Hussen et predictus Johannes

ut fide iussores manu coniuncta promiserunt

Domino Gerhardo dicto Vriese clerico Dyacono Rectori altaris consecrati in honore

Sanctae crucis, Sanctorum Petri et Pauli Apostolorum et beatae Marie Magdalene in

parochiali ecclesia Hussense warandizare per annum et diem proximo venturo annuos

redditus trium librarum et quatuor solidorum parvorum denariorum legalium et bonorum

emptos per dictum dominum Gerardum erga dictos debitores, ad usus dicti Altaris

persolvendum perpetue ex bonis prout in literis super hoc confectis continetur contra

omnes personas dictos annuos redditos iure impetentes.

Item ut super promiserunt deponere omne praegravamen dictum voercommer

Factum in ipsis annuis redditibus usque in hodiernum diem.

Item ut prius promiserunt: Quod Lya et Johannes pueri dictae Elisabet

Wij Johannes Butkin, Gerardus Hector en Willem Wolters, schepenen te Hussen

verklaren dat voor ons verschenen zijn: Elizabet, weduwe van Willem van Vieracker

Mechteld en Steven haar kinderen als voornaamste debiteuren [en]Hendrik van Hussen

en voornoemde Johannes als gezworenen met handdruk beloofd hebben aan Heer

Gerardus genaamd Vrieze, geestelijke, diaken en Rector van het Altaar gewijd aan het

Heilige Kruis, van de Heilige Apostels Petrus en Paulus en de zalige Maria Magdalena

in de parochiekerk van Hussen, een garantie [te geven] in de toekomst jaar en dag van

drie pond en vier schellingen in kleine penningen wettig betaalmiddel aanvaard door

genoemde heer Gerarus van debiteuren voornoemd, ten bate van het genoemde altaar tot

in eeuwigheid te voldoen uit het bezit naar gelang omschreven in brieven over dit

onderwerp tegen alle personen die deze jaargelden aanvechten.

Tevens dat zij alle bezwaren genaamd ‘voercommer’ ten aanzien van dezelfde jaargelden

tot op heden weerleggen.

Tevens, zoals zij al eerder beloofden: Dat als Lya en Johan, kinderen van Elizabet

voornoemd

Margetekst:

Page 45: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Elisabeth Weduwe Willem Vierackers mit Steven

Becker oeren sohn stellen warschap und

warburgen vur III lb und IIII solidos vurss die her

Gerhardt Vriese Vicarius S. Crucis van oer gekoft

willen ock allen vurkommer affdoin.

Folio 10

cum annosi fuerint, facient resignationem ac effestucationem de dictis annuis redditibus

ad usus ipsius altaris coram iudice et Scabinis Hussensis. Alioquin si in aliquo

premissorum defectus fuerit extunc admonitionem dicti Gerhardi aut pro tempore rectoris

dicti Altaris promiserunt bona fide intrare Hussen unum hospitium de tribus sibi

demonstrandis more proborum ibidem in suis propriis expensis ad comestum iacendo,

donec de dicto defecto dicto Gerhardo aut rectore pro tempore dicti Altaris ad usus

eiusdem fuerit satisfactum, et si fideiussorum predictorum quisquam interim decesserit,

reliquorum fideiussorum eque ad monitionem saepedicti Gerhardi aut rectoris ipsius

Altaris tempore loco mortui , restituetur sub poena iacentrae antedictae et de premissis

omnibus, dicti principales debitores promiserunt ipsos fideiussores penitus conservare .

In cuius rei testimonium sigillum Scabinorum Hussensium presentibus est appensum.

Datum Anno Domini MCCCLMO

dominica post Pontiani martyr.

bij hun meerderjarigheid bezwaar zouden maken ten aanzien van genoemde jaargelden

ten behoeve van ditzelfde altaar, ten overstaan van Rechter en Schepenen te Hussen. Of

anderszins, als er in iets van het voorgaande een ingebrekeblijving zou zijn, [dat] dan

een aanmaning van Gerardus voornoemd of van de rector van genoemd Altaar in die

tijd, dat zij zullen beloven uit vrije wil een hospitium van de drie in Hussen binnen te

gaan ten bewijze van hun goede gezindheid [en] daar op eigen kosten maaltijden te

verteren, totdat het genoemd tekort door Gerhardus voornoemd of de rector in die tijd

geacht wordt te zijn voldaan, en als ondertussen een van de gezworenen voornoemd zou

overlijden, van de overige gezworenen voornoemd gelijkelijk op aanmaning van al vaker

genoemde Gerardus of rector van genoemd Altaar in plaats van de gestorvene. Alles

conform het strafbeleid ten aanzien van het voorgenoemde beloven genoemde debiteuren

de gezworenen zelf geheel en al te zullen handhaven.

Ten bewijze van deze zaak is door de aanwezigen het zegel van de Schepenen van Hussen

hier aangehangen. Gedaan AD 1350, zondag na de zalige Pontianus martelaar (17

januari 1350).

Provisor et decanus Christianitatis Bethue Notum facimus universis quod dominus

Gerardus dictus Vriese, vicarius perpetuus Capellarie sive Altaris Sanctae Crucis in

Hussen presbiter, pro domo et area quondam Godefridi de Oy et Hadwigis eius uxore doti

dicti Altaris assignatis;, et Johannes dictus Vleminc pro quibusdam annuis redditibus ex

certis loco fundo et area inferius annotatis, videlicet una libra ex domo et area Theodorici

de Paeschen, una libra ex domo et area Henrici de Ewick, una libra ex domo et area

Christinae relictae quondam Petri et quinque solidos parvorum denariorum ex domo et

Page 46: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

area Joannis Duchteric recipiendis, reddituum annuorum ad invicem legitime et rite

permutarunt Ita quod Vicarius dicti Altaris pro tempore predictos annuos redditus

superius assignatos cum iuribus suis pro predictis domo et area perpetuis temporibus

tollet et recipit ad festum beati Martini hyemalis vel ad alios terminos debitos deputatos

annuatim . Necnon Johannes Vleminc predictus domum et aream cum omnibus suis

pertinentiis perpetuis temporibus pro predictis annuis redditibus libere possidebit et

usibus suis penitus applicabit ac eis utifruetur pacifice et quiete. Quam permutationem

predictam admissimus, ratificavimus et confirmavimus et confirmatam a nobis vice et

auctoritate nostra presentibus protestamus.

In cuius rei testimonium presentes literas una cum sigillo domini Slabbaerdi curati

ecclesiae de Hussen presbiteri presentibus nobiscum apposito sigillo nostri Decanatus

duximus sigillandas. Datum AD Millesimo trecentesimo quinquagesimo octavo (1358)

in crastino beati Mathie apostoli.

Wij, Provisor en Decaan van de Christenheid in de Betuwe doen allen weten dat heer

Gerard genaamd Vriese, eeuwigdurend vicarius van de Kapel ofwel het Altaar van het

Heilige Kruis in het priesterhuis van Hussen, betreffende huis en erf van wijlen Godfried

van Oy en Hadewich zijn vrouw geschonken en toegewezen aan voornoemd Altaar; en

betreffende Johannes genaamd Vleminc voor een aantal jaarlijkse bijdragen uit zekere

boerderij en erf hieronder beschreven. Te weten een pond uit huis en erf van Theodoor

van Paeschen, een pond uit huis en erf van Hendrik van Ewijk, een pond uit huis en erf

van Christina weduwe van wijlen Pieter en vijf schellingen in kleine penningen uit huis

en erf van Johan Duchteric te ontvangen, deze jaargelden beurtelings, van rechtswege

en naar believen te ontvangen. Zullen zij veranderen zodat vicaris van genoemd Altaar

tijdelijk voornoemde jaargelden heft en op St Maarten van de Winter ofwel op andere

jaarlijks afgesproken vervaldagen; bovendien zal voornoemde Johannes Vleminc huis en

erf en alles wat daarbij hoort na betaling van genoemde jaargelden vrijelijk bezitten en

geheel en al benutten voor zijn gebruik en vredig en ongestoord benutten.

Wij verklaren: Voornoemde verandering hebben wij toegelaten, bekrachtigd en

bevestigd, onzerzijds en op onze autoriteit.

Ten bewijze hiervan hebben wij deze brief tesamen met het zegel van Heer Slabbaerd,

pastoor van de kerk te Hussen, priester van het zegel van ons Decanaat voorzien.

Gegeven AD 1358, op de vooravond van heilige apostel Matheus (20 september 1358).

A tergo literarum haec scripta sunt: Bernt Bruijnssen I lb

Gerar Steenhorst et Bruno de Reno

quolibet I lib

Jan van Horsen I lb . Belij Reijners I lb

Guda uiten Werde ex area prope

stipitum Wade iarz varia V st.

Op de rug van deze brief is geschreven: Bernt Bruijnssen 1 pond

Gerard Steenhorst en Bruno van Rijn

ook 1 pond

Jan van Horsen 1 pond, Belij Reijners 1

pond

Guda uiten Werde uit het terrein bij de

Page 47: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wade jaarlijks ongeveer 5 stuivers.

Margetekst:

Der lantdecken in Betow consen-

tirt dat her Gerrit Vriese Vicarie

des H. Cruijs altars verbuijt kopt

mit Jan Vleminc vur dat huss

und hoffstat eertits Gordts van

Oij ein lb uit huss und hoff

Derick van Passchen, ein lb

uith huijss und hofstat Henricks

van Ewick. Ein lb uith huijss

und hofsat Stijn Peters. S

solidos uith huss und hoff Jan

Duchteric.

Margetekst:

Henrick van Ewicks hofstat

schijnt perboomskempken te sijn.

Jan Duchterics hofstat schint Bellerts

hoffstat to sijn an die Bloem.

Margetekst met verwijzing naar de namen Steenhorst en Reno:

Die palung to sehendaer Gossen Vriese gesat ein

stuck lantz to war vur Jan Kock hus mit den einen ende

ant Kampstuck mit den anderen ende an

die Loostrait data literarium 1433

Nos Hermannus ex insula et Herwycus Ector Scabini Hussenses testamur quod coram

nobis constitutus Johannes Wolteri ex Wada recognovit sponte et scienter et expresse

dixit quod parentes sui et ipse consuebant dare magistro et procuratori ecclesiae

Hussensis per plurimos annos annalem pecuniam decem et octo solidorum parvorum

denariorum ex petia seu campo terrarum dicto Bergheren sito in iurisditione Ghelreniense

super quem campum quondam Herwicus Ector senior solebat morari, avunculus predicti

Johannis Wolteri. Item iam intervallo coram nobis constitutus Henricus Arnoldi, magister

et procurator predicte Ecclesiae plane nobis asseruit quod ipse eandem annalem

pecuniam subtulit ad usus predictae ecclesiae et postmodum Magistercivium et Scabini et

communitas Huβensis opidi ex parte eiusdem ecclesiae contulerunt in altare seu Vicariam

consecratum seu consecratam in honore

Wij, Herman Utenwerde en Herwic Ector, Schepenen te Hussen verklaren dat voor ons

verschenen is Johan Wolters Uterwaden, die uit vrije wil en bij vol verstand verklaarde

en uitdrukkelijk gezegd heeft dat zijn ouders en hijzelf meerdere jaren gewoon waren aan

de magister en procurator van de kerk in Hussen een jaarlijks bedrag te geven van 18

schellingen in kleine penningen, uit weide ofwel veld van de landerijen van Bergheren

gelegen in het rechtsgebied van Gelre op welk veld wijlen Herwic Ector senior placht te

wonen, de oom van genoemde Johan Wolters. Tevens is kort daarna voor ons verschenen

Henrick Arnolds, magister en procurator van voornoemde kerk, die in klare taal ons

Page 48: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

bevestigde dat hijzelf een dergelijk bedrag ontving ten bate van voornoemde kerk, en

vervolgens van de kant van burgemeester, schepenen en de raad van Hussen aan de kerk

bijdragen voor het altaar ofwel de Vicarie

Margetekst

Jan Wolters uiter Waden bekent

schuldig to sijn uit einen kamp

landtz geheiten Bergheren in

landt van Gelre 18 solidos, die

Henrick Arntz kerk

meister to behoif der kerck

to Huissen to boeren plege.

Vort dragen Burgermeister

Schepen und Gemeint to

Huissen die jarrenth up dem

Altar van S. Nicolas dar her Arnt

Menneken irste und Jan van

Angeren der II rector van gewest.

Folio 11

Sancti Nicolai episcopi et situatum in predicta ecclesia parochiali Hussense de quo

Altari predicto primus Rector fuerat dictus Arnoldus Menneken presbiter felicis

recordationis pronunc sequens et proximus Rector eiusdem altaris est dominus Johannes

de Angheren presbiter et Curatus ecclesiae in Babelonien broec qui pro nunc est

perceptor predicte annalis pecunie ex parte predicti Altaris.

De qua quidem annali pecunia decem et octo solidorum predictorum collata et legata per

predictos Magistrum civium,Scabinos et communitatem opidi predicti ad usus Rectoris

eiusdem Vicarie seu Altare vidimus patentes literas sanas et intergras opidi predicti

sigillatas sigillo vero opidi Hussensis predicti. In cuius rei testimonium sigillum

Scabinorum Hussensis presentibus est appensum. Datum Anno domini millesimo cccMO

octuagesimo proxima feria quarta post diem beati Viti martyris.

Up den rug steet geschreven: Otto de Hessen pro nunc de suis bonis in Ber

gheren in terra Gelren.

van de Heilige bisschop Nicolaas, gevestigd in de genoemde parochiekerk van Hussen,

van welk altaar de eerste rector was de genoemde priester Arnold Menneken zaliger

gedachtenis, terwijl de nu volgende rector van dit altaar is de heer priester Johan van

Angheren, beheerder van de kerk in Babelonienbroec, die nu de ontvanger is van

genoemd jaargeld ten behoeve van genoemd altaar. Ten aanzien van dit jaargeld van 18

schellingen goed en wettig is door de genoemde burgemeester, schepenen en raad van de

genoemde stad ten behoeve van de rector van deze vicarie of dit altaar een goedgekeurde

brief met het zegel van de genoemde stad Hussen verstrekt.

Ten bewijze hiervan is het zegel der Schepenen van Hussen door ons aangehecht.

Gedaan AD 1380 voor de vierde dag na St. Vitus martelaar (18 juni 1380).

Nos Wijerus de Beijnhem in Hussen Judex et nos Henricus Utenhave et Henricus Thome

in ipso oppidi Scabini tenore presentes testamur, quod propter hoc in nostra presentia

Page 49: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

tanquam in iudicio personaliter constituti Heynricus filius Ghenonis, Luta eius uxor

legitima, Gerardus et Batha dicte Lute pueri cum iamdictorum Lute et puerorum vero et

electo tutore ac sententialiter eis dato, videlicet cum ipso Heynrico Ghenonis dicte Lute

legitimo marito et dictorum puerorum vitrico, ex causa iuste venditionis antecedentis

eorum libera voluntate super hoc prehabita manibus et ore ex bonis suis integralibus

videlicet ex domo et attinenti area sitis ex una parte inter antiquum aggerem et campum

quondam Stephani, ex alia quem nunc inhabitat Wyerus Jordani supportarunt et

resignarunt annuos redditus unius libre parvorum denariorum legalium et bonorum

quorum sedecim valeant bonum veterem que denariorum grossum Turonensem monete

regis francie, Ad usus Hermanni Calcificis sororii ac Bernardi dicti Bischop et suorum

heredum legitimorum hereditariae et in antea anniis singulis ad quodlibet festum Sancti

Martini hyemalis persolvendorum ex integro sub poena expandationis ut iuris est in

Hussen expandare census, pensiones et redditus annuos qui debito solutionis termino non

solvuntur. Harum presentium testimonio literarum quibus Sigillum dicti opidi firmiter est

appensum.

Datum Anno domini M CCCMO

tricesimo octavo feria sexta post beati Georgii martyris.

Up den rug steet geschreven: Smalevelt

Wij, Wyer van Beynhem, rechter in Hussen en Henrik Utenhave en Henrik Thomasz,

Schepenen in dezelfde stad, onafgebroken aanwezig, verklaren dat wegens het volgende

voor onze aanwezigheid in de vorm van rechtbank persoonlijk verschenen zijn: Heynric

zoon van Gheno, Luta zijn wettige echtgenote, Gerard en Batha, kinderen van Luta

voornoemd, met hun ware en zelfgekozen en van rechtswege toegewezen voogd, te weten

met Heynric Ghenozoon, wettig echtgenoot van Luta voornoemd en stiefvader van

genoemde kinderen, die uit vrije wil, zowel schriftelijk als mondeling in dezen verklaren

en bevestigen dat zij vanwege een voorgaande rechtsgeldige verkoop , uit hun gehele

bezit, te weten huis en bijhorend erf, gelegen tussen de oude dijk aan de ene kant en het

veld van wijlen Steven en aan de andere kant – dat wat nu bewoond wordt door Wyer

Jordaans - hebben geschonken een jaarlijks bedrag van een pond in kleine penningen

wettig betaalmiddel, waarvan zestien het goede oude gewicht waard van een Tourse

groot van de Koning van Frankrijk, ten bate van Herman Schoenmaker, zwager van

Bernhard Bischop, en van zijn wettige erfgenamen, erfelijk ieder jaar op iedere St

Maarten in de Winter te betalen opnieuw op straffe van heffing zoals juridisch

gebruikelijk is in Hussen inzake belasting, pensioenen en jaargelden die op de vervaldag

niet voldaan worden.

Ten bewijze hiervan is aan deze brief het zegel van genoemde stad stevig aangehecht.

Gedaan AD 1338, zesde dag na St.Georgius martelaar (28 april 1338).

Margetekst:

Henrick Ghenen verschrijvet

Herman Schoemecker Berndt

Bisschops Suster man, ein lb

uith sijn huss und hofstat tusschen den

alden dijck und tusschen einen

kamp Ghele Steffans dar Wijer

Jordens in wondenn /

Is der Steen Anno 1584 Gerrit

Page 50: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

van den Voort

Universis adquos presentes litere pervenerint Bertoldus dominus de Oij salutem et rei

geste cognoscere veritatem. Cum olim domina Elizabeth legitima quondam domini

Gerhardi domini de Hemiskircke militis matertera presbiteris nostri et domini domini

Gerhardi domini de Oij et nata domini Everhardi de Hussen militis felicium

recordationum quosdam redditus videlicet nonem librarum parvorum denariorum

legalium et bonorum ex bonis Huesen sitis apud Maiorem Wadam ipsi donates ex morte

diciti Domini Everhardi progenitoris sui derivatis pro salute et perpetua memoria ante

dicti progenitoris suis, suaque et suorum progenitorum Ad usus unius Altaris dotandi in

ecclesia de Huesen cum consensu dicti mariti sui ad hoc accidente prout in literis super

hoc confectis contineri novimus dederat, donaverat et legaverat perpetue durationis. Nos

vero ut pia intentio dicte domine debitum sortiatur effectum et ne divinus cultus in hiis

substrahatur sed per nos potius augmentetur dictam dotationem et dotationes dictorum

reddituum sic per ipsam dominam factam et ad usus altaris in honore Sanctae Crucis

sanctorum Petri ac Pauli Apostolorum et beatae Marie Magdalene in ipsa ecclesia

consecrati et nondum dotati in ipsa Ecclesia, per ipsos redditus dotandi approbamus et

ratificamus et omni iuri si quod nobis in eis modo quocunque competere

Aan allen tot wie deze brief zal toekomen en die de waarheid van wat er geschied is

willen weten wenst Barhold heer van Oy zijn groeten. Toen eens Vrouwe Elizabeth , de

wettige tante van Heer Gerhard, ridder van Heemskerk, onze priester, en dochter van

Everhard ridder van Hussen zaliger nagedachtenis zekere schenking heeft gedaan, te

weten negen pond in kleine penningen wettig betaalmiddel uit haar bezittingen bij de

Grote Bloem haar toegevallen uit het versterf van genoemde heer Everhard, haar

verwekker voor zijn zielenheil en eeuwige herinnering van haar verwekker voornoemd,

en van haar en zijn voorouders. Ten bate van een altaar, te stichten in de kerk van

Huessen met instemming van haar echtgenoot voornoemd, zoals wij weten uit brieven

dienaangaande vervaardigd heeft zij geschonken, gedoneerd en nagelaten voor eeuwige

duur.

Opdat de vrome wens van genoemde Vrouwe het verschuldigd effect zal hebben en de

eredienst in dezen niet te kort zal komen maar door ons beter zal worden aangewend zal

genoemde schenking en schenkingen van genoemde gelden zo door de Vrouwe zelf

gedaan gebruikt worden ten behoeve van het Altaar van het heilige Kruis, van de heilige

Apostelen Petrus en Paulus en de zalige Maria Magdalena in dezelfde kerk gewijd en nog

niet aan deze kerk gedane donaties, keuren wij goed en bevestigen met alle recht deze

gelden te schenken, van alle recht dat ons in deze toe kan komen, doen wij bij deze

afstand,

Margetekst:

Bertolt her van Oij bestedigt die gift sijner vuralderen in

dat Altar des H. Cruijs van IX lb jarlix uith oer gut bij

die grote wade bij Huijjssen geheiten die Bloom und noe

minirt tot einen Rector der Vicarien hern Gerrit Vriese.

Folio 12

Page 51: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

possit per presentes renuntiamus cupientes horum reddituum fieri confirmationem et

emunitati ecclesiastice donari per Reverendum in in Christo presbiterem et dominum

dominum Episcopum Traiectensem. Ad quos quidem redditus dicti Altaris una cum aliia

redditibus per alios Christi fideles pro dotatione, sustentatione et competentia ipsum

Altare regentis addendis Gherardum dictum Vriese Clericum nominamus et petimus

admitti et ad sanctos ordines promoveri iure matricis Ecclesiae in omnibus semper saluo.

Et in premissorum robur testimonium et perpetuam firmitatem rogavimus et rogamus

strenuos iuris et honestas dominos Arnoldum de Erckel, dominum de Noerdeloes,

Theodoricum de Arnhem, Wilhelmum dictum Borre juniorem de Doernic milites et

Bartholdus de Oy predicti cum adhuc proprio sigillo careamus ut sua sigilla presentibus

apponant nostra Sigilla ad rogatum Bertoldi domini de Oy nostri consanguinei predicti

sigillo proprio adhuc carentis presentibus duximus apponenda. Datum Anno domini

MOCCC

MO XL

MO nono feria tertia post diem Marci Evangelistae.

verzoekende een bevestiging en kerkelijke vrijstelling te geven aan de Eerwaarde priester

in Christus, de heer Bisschop van Utrecht. Ten aanzien van schenkingen aan genoemd

altaar benoemen wij Gerard, genaamd Vriese, geestelijke, en over alle schenkingen door

andere getrouwe Christenen wat betreft schenking, onderhoud en beheer van dit altaar.

Wij verzoeken hem toe te laten en tot de heilige orde te bevorderen volgens het recht van

de Moederkerk, tot eeuwig heil.

En ter bekrachtiging van voorgaande getuigenis en eeuwige bevestiging vragen en

hebben wij gevraagd op kracht van wet ook de waarde heren Arnold van Erkel, heer te

Noordeloos, Theodorik van Arnhem, Willem Borre de Jonge, Ridder van Doornik en

voornoemde Barthold van Oij om met ons eigen zegel op verzoek van Berthold van Oij,

onze bloedverwant voornoemd, eigenhandig hun zegels aan te hechten.

Gedaan in het Jaar des Heren MCCC XL negen (1349) derde dag na de dag van Marcus

de Evangelist (27 april 1349).

Nos Everhardus de Hummen Judex in Hussen et nos Wyerus Jacobi Henricus Heuke et

Johannes Butkini in eodem oppido Scabini tenore presentium testamur. Quod propter hoc

in nostra presentia tanquam in iudicio personaliter constitutus Hermannus Calcifex

sororius quondam Gerhardi Bisscop ac Hilla eius uxor legitima cum suo vero electoque

tutore et sententialiter sibi dato videlicet cum Hermanno suo marito legitimo prenotato ex

causa iuste venditionis antecedentis libera eorum voluntate super prehabita manu et ore

supportaverunt effestucantes ex bonis integralibus Henrici Ghesonis et Lute eius legitime

ac Gerardi et Bate puerorum dicte Lute videlicet ex domo et area sitis ex una parte inter

antiquum aggerem et campum quondam Ghele Stephani ex alia quem campum nunc

inhabitat Wijerus Jordani annuos redditus unius libre parvorum denariorum legalium et

bonorum quorum sedecim valeant bonum veterem quod denarium grossum Turonensem

monete Regis Francie in omni forma sicut dicti Hermannus et Hilla coniuges dictos

annuos redditus ex dictis bonis habere et habuisse dinoscuntur, prout in literis patentibus

et autenticis Scabinorum et Judicis Huissensium super hoc confectis plenius continetur.

Ad usus Mygteldis uxoris Henrici de Hussen et suorum heredum legitimorum

hereditarie et in perpetuum annis singulis in quolibet festo Sancti Martini Hÿemalis

persolvendum sub pena expandationis ut iuris est in Hussen expandari census pensiones

et annuos redditus qui debito solutionis termino non solvuntur. Ita quod ordine iuris

observato sententiatum est dictos annuos redditus unius libre ad ipsos Megteldim et ad

Page 52: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

suos heredes fore devolutos iure hereditario et quod ipsi coniuges videlicet Hermannus et

Hilla nihil iuris plus obtinuerint in eisdem.

In cuius rei testimonium sigillum dicti nostri opidi presentibus est appensum.

Datum Anno domini M.CCCXL MO

secundo, vigilia beaturum Petri et Pauli

Apostolorum.

Up den rug steet geschreven Uit den stein

Henric van den Steen Robert die Coster

Hille van den Steen bij der groter Waden

Smalevelt

Wij, Everhard van Hummen, rechter te Hussen, en wij, Wyer Jacobs, Henric Heuke en

Johan Butken, Schepenen in deze stad verklaren bij deze:

Dat inzake het volgende voor ons en onze rechtbank persoonlijk verschenen Herman

Schoenmaker, zwager van wijlen Gerard Bisscop, en Hilla zijn wettige echtgenote met

haar echte en gekozen voogd haar van rechtswege toegewezen, te weten Herman haar

wettige echtgenoot voornoemd; zij verklaarden en bevestigden uit vrije wil, schriftelijk en

mondeling, ten aanzien van het volgende: dat zij, wegens een wettige eerdere verkoop,

zullen vrijmaken uit de gehele boedel van Henric Gheno en Luta, zijn wettige echtgenote,

en Gerard en Bata kinderen van genoemde Luta, te weten uit huis en erf gelegen aan de

ene kant tussen de oude dijk en het veld van wijlen Ghele Stevens en aan de andere kant

het veld waar nu Wijer Jordens woont, een bedrag van een pond in kleine penningen

wettig betaalmiddel, waarvan zestien de waarde hebben van een ouderwetse Tourse

groot van de Franse koning , in alle opzichten, zoals gezegde echtelieden Herman en

Hilla erkennen deze jaargelden ontvangen of te hebben ontvangen zoals ten overvloede

blijkt uit authentieke patentbrieven van Schepenen en rechter van Hussen in dezen

vervaardigd.

Ten behoeve van Megteld, zuster van Henrik van Hussen en haar wettige erfgenamen,

erfrechtelijk en permanent: een jaarlijkse betaling van één pond, te betalen op iedere St

Maarten in de Winter, op straffe van inning zoals van rechtswege geschiedt in Hussen

inzake belasting, pensioenen en jaargelden die op de vervaldag niet betaaldt zijn. Zo is

met inachtneming van de rechtsorde besloten dat genoemde jaargelden aan deze

Mechteld en haar erfgenamen zullen toevallen volgens het erfrecht en dat genoemde

echtgenoten, te weten Herman en Hilla in dezen geen recht meer zullen hebben.

Ten bewijze hiervan is door de aanwezigen het zegel van onze stad voornoemd

aangehecht.

Gedaan AD 1342, Petrus en Paulus Apostelenavond (28 juni 1342).

Margetekst:

Herman Schoenmecker Gerit Bisschops Suster

man dreegt up uit sijn huss ende hoffstede

mit die ein sidt tusschen den alden dijck und

landt eertitz Gheel Steffans mit die ander

sidt wilch landt nu bewoent Wijer Jordens

I lb. tot behof Mechtelt Suster Henricks van

Hussenn Is der Steen nu Gerrits vanden

Voort to Bemmel

Page 53: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Nos Theodericus de Hussen Judex, Bernhardus Rodolfi et Gerardus Hector Scabini

Hussenses testamur quod in nostra presentia tanquam in iudicio constitutus Henricus de

Walla sano corpore et conscius mentis sue ex consensu et voluntate Mechteldis suae

legitime uxoris adhoc plenarie accedente dedit et legavit pro salute et remedio anime sue

nec non libera et bona volutate sua super hoc prehabita manu et ore supportavit et

resignavit effestucando discreto viro domino Gerhardo dicto Vrieze presbytero

Wij, Theoderic van Hussen, rechter, Bernard Rudolfs en Gerard Hector, Schepenen te

Huissen, verklaren dat in onze aanwezigheid als rechtbank verschenen is Henricus van

de Wal, gezond van geest en lichaam, en met instemming en toestemming van Mechteld

zijn wettige echtgenote hiertoe volledig instemmende gegeven en nagelaten heeft voor

zijn heil en het behoud van zijn ziel, bovendien uit vrije en goede wil, over het hieronder

vermelde, schriftelijk en mondeling bevestigd en verklaard heeft dat hij vrij zal maken

voor de eerwaarde man heer Gerhard genaamd Vrieze, priester

Folio 13

rectori Altaris constituti in ecclesia dicti oppidi consecratique in honore sancte Crucis

sanctorumque Petri et Pauli Apostolorum et beate Marie Magdalene et successoribus

presbyteris rectoribus dicti Altaris annuos redditus decem solidorum parvorum

denariorum legalium et bonorum festo Palmarum proximo venturo et deinceps annis

singulis eodem quolibet termino in perpetuum ex quadam petia terrarum iuxta viam qua

itur ad campos comitis in oppositu terrarum Aleydis relicte Everhardi Korneken et

suorum puerorum sita persolvendos sub pena expandationis ut iuris est in Hussen

expandari annuos redditus et censos termino debito non solutos. Dicti quoque domini

Gerardus Presbyter et ceteri sui successores presbyteri rectores dicti altaris memoriam

ipsius Henrici in vita et in morte fideliter facient et peragent.

In cuius rei testimonium Sigillum Scabinorum Hussense presentibus est appensum.

Datum Anno domini MO CCC

MO L

MO primo dominica post festum decollationis Johannis

Baptiste.

Up den rug steet geschrevenn Lisbet Maes

Rector van het Altaar van genoemde stad en gewijd ter ere van het Heilig Kruis en de

heilige Petrus en Paulus Apostelen en zalige Maria Magdalena, benevens zijn

opvolgende priesters, rectoren van voornoemd Altaar: een bedrag van tien schellingen in

penningen wettig betaalmiddel op de eerstvolgende Palmzondag en vervolgens ieder jaar

op dezelfde tijd, tot in de eeuwigheid, uit zeker stuk lands naast de weg die leidt naar het

Grevenveld tegenover het land van Aleid, weduwe van Everhard Korneken en zijn

kinderen gelegen, te voldoen op straffe van heffing zoals rechtens in Hussen geheven

wordt inzake jaargelden en belasting niet voldaan op de vervaldag. Ook zullen de

genoemde heer Gerard, priester, en zijn verdere opvolgers rectoren van genoemd altaar

de nagedachtenis van deze Henrik bij leven en dood getrouwelijk doen en voortzetten.

Ten bewijze hiervan is het zegel der Schepenen van Hussen aangehecht. Gedaan A.D.

1351, zondag na onthoofding van Johannes de Doper (4 september 1351).

Margetekst links (fol 13a)

Page 54: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Gerrit van den Wal dreegt up vur

her Gerrit Vriese Vicarien des

H. Cruis X stuiver uit ein stuck lantz

bij den wech na dat Grevefelt

kempken tegen landt Alherdts

weduwen Evert Kornekins

3 regels zijn niet meer leesbaar,

waarschijnlijk weggekrast.

Folio 14

Fundatio Vicariae Sti Nicolaj in ecclesia Civitatis de Huijssen

Stichting van de Vicarie van Sint-Nicolaas in de kerk van de stad Huijssen

An allen luijden die desen brief sullen sien oft hoeren lesen, Wij Borre van Dornick

daude, Dideric van Bijlant, Otte van Bijlandt, Ridders, Didderic van Huijssen in der tit

Burgermeister, Schepen ende Rait ende gemein Burger der Stadt Thuessen doin te

wetenn, allen luden dat wij eindrechtelicken ende mit onsen vrien guden wille alinck

averdragen siin um den dienste Gads in onser kercken to Huessen te meerren ende te

beteren. Soe hebbe wii orlof gegheven ende consent, orlof geven ende consentiren mit

desen apenen brijven tewelicken dagen ende ewelick te duren onsen Parrocipape ende

onsen kermeister tot Huessen te geven in die eere Gads ende sijnre moder Marien. Ende

des guden Sunte Nijcolaus des Confessors ein altar te stichten ende te reijnten ende te

geven enen person die des werdich is. van unser kercken reijnthen ende gude dar oen

orbarlixte duncket in onser Kircken tot Huessen dagelix te bidden voer alle der gheinre

Zile die tot dier vorsagte kircken ijr goet geghaven ein Gades wille ofte namals geven

sullen. Want wii dat weten dat onse kircke tot Huessen also rike in reijnten is tot oerre

tijmmeringe behoef dat ons des duncket dat sij des billix ontberen mach in den dienste

Gods te kerenn. Alle argelist uitgenomenn. In orkonde des so hebbe wii Burgermeister

Schepen Rait ende gemeine Burger vor desen brief mit onser Stadt segel besegelt.

Gegeven int jaer ons heren Dusent Drie hondert negen ende viftich des sonnendages als

men singet Judica [zondag 7 april 1359].

Reverendo in Christo Presbyterio ac domino domino Episcopo Traiectense seu eius

vicario in spiritualibus quali reverentiam et honorem .Nos Slabbardus de Hezehusen

curator ecclesiae Parrochialis de Hussen et magister fabrice ecclesiae parochiale in

honorem omnipotentis Dei et beate Marie virginis et beati Nycolai confessoris altare in

nostra ecclesia civitatis de Huessen nostre diocesis fundamus,dotamus eT assignamus de

consensu providum virorum burgimagistri Scabinorum consulum et communitatis

burgentium dicte civitatis de redditibus ecclesie predicte ad fabricam eiusdem

pertinentibus.

Quarum quidem auctoritate et consensu predictas decem liberarum annuatim monete in

dicta civitate Hussense currentes in dotem huiusmodi Altare in dei nomine damus et

assignamus per presentes. Qui quidem redditus decem librarum annuatim perpetuis

temporibus per sacerdotem ad dictum altare presentandum seu per suos successores

perpetue recipiendos,

Page 55: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

1 videlicet unam marcam denariorum parvorum ex campo Henrici Zeskin sito inter

terram Gisonis Marre ex uno latere et terram de Houthusen ex alio latere

2 Item decem solidos brabantinorum ex orto et pomerio vulgariter nuncupato Helle

Hollekens Vrede quondam extra porta Elizabet de Vieracker

3 Item duas libras et sex bonos pullos ex domo et area et orto Goswini de

Doringhen integraliter sitis inter pomerium Elisabet de Vieracker parte ex una et inter

ortum domini Theoderici de Bylant militis ex alia parte.

4 Item decem et octo solidos denariorum parvorum apud Bercheren in ducatu

Gelrense ex campo Herwici Hectoris sito inter campum qui dicitur Doenixacker ex una

latere et inter terram qui dicitur Hectors kampe ex alio latere.

5 Item decem solidos parvorum denariorum ex Campo Goswini Hongeris sito ex

uno latere inter ortum et pomerium vulgariter dictum Vrede et terram Goswini van dee

Horst ex alio latere.

6 Item decem solidos parvorum denariorum ex domo et area et orto Nicolai Muser

apud Wallam sitis integraliter inter ortum et placendum aream Henrici de Gent ex una

parte et inter ortum Henrici Buermeijsteris ex alia parte

7 item quinque solidos parvorum denariorum ex orto Gergardi de Ansem sito inter

orto Joannis Moerman ex una parte et ortum Henrici Brunonis ex alio latere

8 Item quinque solidos parvorum denariorum ex domo et area Johannis Hendonis

sitis inter domum et aream Henrici Lomans ex una parte et domum et aream domini

Theoderici de Bilant militis ex alio latere.

9 Item quinque solidos parvorum denariorum ex domo et area Johannis ex Insula

sitis inter domum Henrici van Paschen ex una parte et inter domum et area Goderfridi de

Angheren ex alio latere.

10 Item quinque solidos parvorum denariorium ex domo et area Petri dicti van

Achteraen sitis inter domum et aream parvi Gerardi ex uno latere et inter domum et

aream Gerardi dicti Mouwe ex alio latere.

11 item quator solidos parvorum denariorum ex campo Helewigis filio Engelkini

Butkens vulgariter

Aan de eerwaarde priester in Christus, heer Bisschop van Utrecht of zijn plaatsvervanger

in geestelijke kwaliteiten, respect en eer.

Wij Slabbard van Hezehusen, pastoor van de Parochiekerk te Hussen en opzichter van de

kerkfabriek van de parochiekerk verklaren het altaar ter ere van de almachtige God, de

gezegende maagd Maria en de gezegende Nicolaas de belijder te stichten, te schenken en

toe te wijzen met instemming van de vroede mannen burgemeester, schepenen, raad en

gemeente der burgers van genoemde stad over de schenkingen aan voornoemde kerk

voor de benodigdheden ter vervaardiging hiervan.

Waarvan op last en toestemming voornoemd: jaarlijks tien pond in muntspecie geldig in

genoemde stad Hussen verklaren wij hierbij te geven en toe te wijzen als gift voor zulk

een Altaar in naam van God. Van dit bedrag van tien pond per jaar door de priester of

zijn opvolgers aan genoemd altaar, te schenken resp. te ontvangen:

1. Te weten: een mark in kleine penningen uit het veld van Henrik Zeskin gelegen tussen

het veld van Giso Marre aan de ene kant en het veld van Houthusen aan de andere kant.

2. Eveneens tien Brabantse schilden uit de tuin en appelbongerd, bekend als Helle

Hollekens vrede, buiten de poort van wijlen Elisabet van Vieracker.

Page 56: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

3 Eveneens twee pond en zes goede kippen uit huis en erf van Goswijn van Doringhen in

zijn geheel gelegen tussen de appelbongerd van Elisabet van Vieracker aan de ene kant

en tussen de tuin van heer Theodorik ridder van Bijlant aan de andere.

4 Eveneens achttien schild in kleine penningen bij Bergheren in het hertogdom Gelre, uit

het veld van Herwig Hectorsz, gelegen tussen het veld genaamd Doenixakker aan de ene

kant en tussen het land genaamd Hectorsveld aan de andere.

5. Eveneens tien schild in kleine penningen uit het veld van Goswijn Hongersz. Gelegen

aan de ene kant tussen tuin en appelbongerd, in de volkstaal genoemd Vrede, en de tuin

van Gowsin van der Horst aan de andere kant.

6. Eveneens tien schild in kleine penningen uit huis en erf en tuin van Nicolaas Muser bij

de Muur, in zijn geheel gelegen tussen tuin en grond van Henrik van Gent aan de ene

kant en de tuin van Henrik Buermeyster aan de andere.

7. Eveneens vijf schild in kleine penningen uit de tuin van Gerard van Ansem gelegen

tussen de tuin van Joannes Molerman aan de ene kant en de tuin van Henrik Brunosz.

aan de andere kant.

8. Eveneens vijf schild in kleine penningen uit huis en erf van Johan van Hend gelegen

tussen huis en erf van Henrik Lomans aan de ene kant en huis en erf van heer Theoderik

Ridder van Bilant aan de andere kant.

9 Eveneens vijf schild in kleine penningen uit huis en erf van Johannis Utenwerde

gelegen tussen het huis van Henrik van Paschen aan de ene kant en tussen huis en erf van

Godfried van Angheren aan de andere kant.

10 Eveneens vijf schild in kleine penningen uit huis en erf van Pieter genaamd van

Achteraen gelegen tussen huis en erf van kleine Gerard aan de ene kant en tussen huis en

erf van Gerard genaamd [de] Mouwer aan de andere.

11. Te weten: vier schild in kleine penningen uit het veld van Helewig zoon van Engelkin

Butkens, in de volkstaal

Folio 15

dicto Peerboemscampe sito inter campum Johannis Brammarts ex uno latere et campum

Aleidis Jordanis ex alio latere

12 Item decem brabantinos ex terra Gerardi Casselmans pie memorie sita in

parochia de Malburgen inter terram Comitis Clevensis ex uno latere et terram domini

Ottonis de Bilant militis ex alio latere persolvendos annis singulis in festo beati Martini

Hyemalis ad fabricam nostre ecclesie pertinentibus.

Ad quod altare discretum virum literatura ydoneum Arnoldum dictum Menneken

Clericum ad dictum Altare nobis pro institutione prima et confirmatione eiusdem

canonica tenore presentibus presentamus.

In cuius rei testimonium duximus sigilla nostra presentibus appendere.

Datum anno domini Millesimo Tricentesimo quinquagesimo nono ipso die Divisionis

Apostolorum.

genoemd Pereboomskempke gelegen tussen het veld van Johan Brammarts aan de ene

kant en het land van Aleid Jordans aan de andere.

12 Eveneens tien Brabantinos uit het land van Gerard Casselmans zaliger nagedachtenis,

gelegen in de parochie Malburgen tussen het land van de Graaf van Cleef aan de ene

Page 57: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

kant en het land van Otto Ridder van Bilant aan de andere Jaarlijks te voldoen op St.

Maarten in de Winter ten behoeve van bouw en onderhoud van onze kerk.

Voor dit altaar stellen wij bij dezen als geschikt voor: de eerwaarde en belezen heer

Arnold genaamd Menneken, geestelijke voor dit altaar als eerste aanstelling en

canonieke bevestiging in dezen. Ten bewijze hiervan hebben wij opdracht gegeven ons

zegel aan deze brief te hechten. Gedaan in het jaar Onzes Heren 1359 op de dag van de

Scheiding der Apostelen (15 juli 1359).

Wij Willem Borre van Doernic daude Ridder ende vrouwe Elisabet sijn wittelicke wijff

doen cond ende kenlic allen luden die desen apenen brieff sullen sien oft koeren lesen.

Dat wii gegeven hebben mit desen brieve ende geven tewelicken dagen te duren mit

onsen vrien wille ende bij onsen gesonden lijve Arnt den Custer tot Huessen ein pont

siars cheinre penghinne paijmens als genge ende geve is in der stadt tot Huessen. In enen

ewelicken testament ende in einre ewiger memorien vur onse Ziele end alle onser onder

ende dar alle wege vor to bidden te volst in einen altar dat te reijnten ende te fundiren in

die parochiekirck tot Huijssen . In die ere Gods ende sijnre liever moder Sinte Marien end

den goden sunte Nijcolaus des Bisscops. End vort alle den genen die na Arnt vurss comen

sullen ende dat altar hebben sullen. Wellic pont alle jar op dien dach vurss onder pene der

peindinge als tot Huijssen recht is ende iaergelt uit pleget te peinden ut huss ende die

alinge hoffstede Jans van Angeren dat gelegen is bij den kirchove, tusschen onse huss

ende hoffstede an die eine side ende huijss ende hoffstede Herwich Hectors des ouden an

die ander zide. Willic pont siars wii wittelicken ende rechtelicken gekocht hebben weder

Herman Hencken ende Fien siin wijff ende dat gelt oen wael betalt hebben nae allen

formen ende maniren als onse scepene brieve hauden die sii ons darve gegeven hebben.

Ende wij Borre ende vrouwe Elisabet vorss en kennen ons gein recht meer an dat pont

gelds vurss. Mer voert so ist vurwerde dat wij Borre ende vrouwe Elisabet vurss ende ons

erven dit pont siars vurss alle tit losen mugen mit tien ponden cleinre

penghenge paijments als vurss is opten dach die vurss is oft wij mogen ein ander pont

siars in dat altar vurss geven ende bewiesen ende wanneer wij dat hebbengedain, so is dat

pont siars huijss van Angeren vurss quit ende vri ende sal weder an ons kommen ende

aen onse erven commerloes ende vri sunder ijmants wederseggen. Alle argelist ende nije

ronde uitgenomen. In orkonde einre warheit. So hebben wij Willem Borre daude vurss

ende vrouwe Elisabet onse segelen an desen brief gehangen. Gegeven int jar ons heren

Dusent Drie hundert negenende viftich up sunte Martiins dach in den Winter (11

november 1359).

Up den rug steet I libris Walburgis Jacob van Vell

Nos Everhardus Koernken, Gosswinus Hongher et Johannes Wouteri ex Wada, Scabini

Hussenses testamur. Quod coram nobis constitutus domine Otto de Bilant miles sua bona

et libera voluntate super hoc prehabita dedit, legavit et donavit in perpetua memoria per

sua anime ac suorum parentum animarum remedio et salute in subsidium capelriae et

altaris in ecclesia parochiali Huyssense construendi, dotandi et consecrandi in honore

Sancti Nycholai episcopi ex domo et area ac orto Wilhelmi de Angheren inbter aream

Page 58: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Henrici Looman ex uno latere et inter domum et aream Theoderici fabri ex alio sitis,

quatuor librarum denariorum parvorum legalium et daturorum annuos redditus in

Wij, Everhard Koernken, Goswijn Hongher en Johan Wouters Uterwade, Schepenen van

Hussen verklaren dat voor ons verscheen heer Otto ridder van Bilant uit eigen oprechte

en vrije wil verklaarde dat hij ten aanzien van het volgende gaf, naliet en schonk, ten

behoeve van eeuwige herinnering aan zijn ziel en tot nut en heil van de zielen van zijn

ouders, ter ondersteuning van de kapel en altaar van de parochiekerk te Huyssen dit te

bouwen, te schenken en te wijden ter ere van de heilige Nicolaas bisschop: Uit huis, tuin

en erf van Willem van Angeren tussen het erf van Henrik Looman aan de hele [ene] kant

en tussen huis en erf van Theodoor Smit aan de andere kant: een bedrag van vier pond in

kleine penningen wettig betaalmiddel jaarlijks

Folio 16

omni forma sicut ipse dominus Otto eosdem annuos redditus ex dictis bonis dicti

Wilhelmi habet et habere dinoscitur persolvendos discreto iure domino Arnoldo dicto

Menneken Presbitero tanquam primo dicti Altaris festo pentecostes proximo venturo et

sic deinceps singulis annis eodem quodlibet festo in perpetuum sub pena expandationis ut

iuris est in Huyssen expandari redditus anuales e census debito termino non solutos. Et hi

modi annui redditus quator librarem post mortem dicti domini Arnoldi persolventur suis

successoribus rectoribus ipsius altaris omni eo modo quo iam est distinctum. Item

addictum est, quod dictus Wilhelmus aut sui heredes ab ipso domino Arnoldo aut suis

successoribus rectoribus dicti Arnoldi poterunt redimere et reemere annuos redditus

duarum librarum de dictis annuis redditibus quatuor librarum festo Pentecostes proximo

venturo predicto cum viginti libris dictorum denariorum aut eodem festo Pentecostes

deinde ad annum continue subsequentem cum viginti duabus libris eorundem

denariorum, alioque ipsi annui redditus insimul et integraliter ut prefactum est absque

ulla redemptione aut reemptione in perpetuum persolventur. In cuius rei testimonium

Sigillum Scabinorum Huessensium presentibus est appensum. Datum et actum anno a

nativitate domini Millesimo, Tricentesimo, Sexagesimo, Dominica qua cantatur Oculi.

Up den rug stet geschrevenn: Bruijn Snijder.

geheel en al zoals genoemde heer Otto al bevestigde een bedrag uit genoemd bezit van

Wilhelm te hebben en te bezitten , te betalen volgens de wet aan Arnold genaamd

Menneken, priester benevens eerste rector van genoemd altaar op de eerstkomende

Pinksteren en vervolgens jaarlijks op datzelfde feest tot in eeuwigheid, op straf van

heffing zoals rechtens gebeurt in Huijssen inzake jaarlijkse betalingen en belastingen niet

betaald op de vervaldag. Evenzo zal een jaarlijks bedrag van vier pond na de dood van

genoemde heer Arnold aan de opvolgende rectoren van het altaar, op geheel dezelfde

wijze als reeds is bepaald. Tevens wordt vermeld dat genoemde Wilhelm of zijn

erfgenamen van deze heer Arnold of zijn opvolgende rectoren twee pond kunnen afkopen

en terugnemen van genoemde vier pond op het feest van eerstkomende Pinksteren

genoemd met twintig pond in genoemde penningen, of op hetzelfde Pinksterfeest met

Page 59: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

tweeëntwintig pond van dezelfde penningen in het jaar daarop; anders moet hetzelfde

jaargeld precies zo, geheel en totaal zoals vooraf bepaald, zonder enige mogelijkheid tot

afkoop of terugkoop worden betaald tot in eeuwigheid.

Ten bewijze hiervan is door de aanwezigen het zegel der Schepenen van Huissen

aangehecht.

Gedaan en verricht in het jaar van de geboorte Onzes Heer 1360, de zondag dat men

zingt Oculi (8 maart 1360).

Johannes dei gratia Episcopus Traiectensis: Notum facimus universis Quod nos

fundationem et dotationem altaris de novo in honore omnipotentis dei glorioseque eius

matris virginis Marie et beati Nicholai episcopi et confessoris in ecclesia parochiali de

Huessen nostre diocesi fundati, dotati et erecti de quo quidem Altari fit mentio in literis

exinde confectis quibus hec nostra presens cedula est transfixa, prout pie, iuste, rite ac

canonice facte sunt ratificamus, approbamus en in dei nomine auctoritate nostra ordinaria

hiis presentibus confirmamus.

Decernentes predia, fructus, redditus et alea qua eius bona ad dictum altare assignata et

inposterum assignata fore ecclesiastia ipsaque debere de cetera ecclesiastica gaudere

libertate. Instituentes in dictum Altare discretum virum dominum Arnoldum dictum

Menneken presbyterum et investientes eundem tenore presentium in eodem. Jure tamen

dicte parrochialis Ecclesiae in omnibus semper saluo. Harum nostrarum testimonio

literarum. Datum Anno Domini MCCC septuagesimo mensis februarii die nona.

Dieser vurss brief ist durch vurgainde vier brieve mit ein transfix ghestecken

Johannes bij de gratie gods bisschop van Utrecht: Wij laten allen weten dat wij de

stichting en schenking van het altaar ter ere van de almachtige god en zijn glorierijke

moeder maagd Maria en van de gezegende bisschop en belijder Nicolaas in de

parochiekerk van Huessen in ons diocees gesticht, begiftigd en opgericht over welk

altaar sprake is in daarover opgestelde brieven waardoor ons huidige ceduul is gestoken

voor zover dit op juiste, rechtvaardige en volgens de kerkelijke riten gedaan is,

bekrachtigen wij, keuren wij goed en in de naam van god met onze gewone autoriteit ten

overstaan van deze aanwezigen.

Wij onderscheiden de prijs, opbrengst en inkomsten en andere zaken die aan genoemd

altaar zijn toegewezen en later toegewezen zullen worden aan kerkelijke zaken en wij

dienen ons te verheugen in verdere vrijgevigheid voor de kerk. Aanstellende voor het

genoemde altaar de eerwaarde heer Arnold genaamd Menneken, priester, en benoemen

hem tegenover de aanwezigen hiervoor. Het recht van genoemde parochiekerk in al deze

zaken respecteer ik altijd. Het bewijs hiervan uit deze onze brieven. Gedaan Anno

Domini duizend driehonderd zeventig, op de negende dag van de maand februari (9

februari 1370).

Johannes dei gratia Dux Clivensis

et comes de Marca domino perpetuo Traiectensis et

Archidiacono ibidem. Salutem et affectum nostrum sincerum. Ad altaria situata in

ecclesia nostra parochiale in Hussen olim unita et incorporata pro uno solo benifico

propter dictorum Altarium reddituum et fructuum exiguitatem et tenuitatem necnon

moneta alleviationem et peiorationem ad presens per liberam resignationem domini

Page 60: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Everwini Dumer presbiterine aut aliis quovis modo vacantes, quorum unum dotatum est

in honore beate Marie viriginis, Sanctae Crucis, sanctorum Petri et Pauli apostolorum ac

beate Marie Magdalene, alterum vero in honore Sancti Nicolai episcopi et confessoris.

Quorum collatio, presentatio seu in patronatus quoties eadem vacare contigerit ad nos

pleno iure dinoscitur pertinere. Vobis dominum Theodericum de Borckel presbyterium

Traiectensis diocesis presentamus.. Hortantes quatenus eundem ad regimen dictorum

altarium admittatis et investatis cum solemnitatibus ad hoc debitis et consuetis faciendis

sibi de fructibus redditibus et proventibus universis eorunde integre responderi

temporibus debitis et oportunis. Harum nostrarum testimonio literarum sigilli nostri

appensione munitamur et datarum Anno Domini Millesimo Quadragesimo

quinquagesimo septimo Sabbato post scolastice virginis.

Johannes bij de gratie Gods hertog van Kleef en graaf van Mark aan de eeuwige heer

van Utrecht en aartsdiaken aldaar. Groet en onze oprechte affectie.

Betreffende het altaar zich bevindend in onze parochiekerk in Huissen vroeger verenigd

en geïncorporeerd voor een enkele beneficie van genoemd altaar vanwege de schaarste

aan bijdragen en opbrengsten en de schraalheid van geldelijke ondersteuning en de

verslechtering daarvan, die op dit moment uit vrije wil door de heer Priester Everwijn

Dumer of op andere wijze zijn vrijgevallen. Waarvan een geschonken ter ere van

gezegende maagd Maria, het Heilige Kruis, de heilige apostelen Petrus en Paulus en de

gezegende Maria Magdalena, het andere ter ere van St Nicolaas bisschop en belijder. De

vergeving hiervan bij vrijvallen komt ons onverminderd toe. Wij stellen u priester

Theoderik van Borckel voor uit het diocees Utrecht. Aansporende dat ge hem tot het

beheer van genoemde altaren toelaat en hem inhuldigt met de plechtigheden hierbij

behorende en gewoontegetrouw uitgevoerd, hem doet toekomen de vruchten, bijdragen

en algemene inkomsten op de verschuldigde en passende tijden. Ten getuigenis van onze

brief hebben wij deze vergezeld doen gaan door aanhechting van ons zegel en dit is

gedaan in het Jaar des heren 1457 de zaterdag na Scholastice Virginis 12 februari 1457).

Margetekst rechts

Presentatio D. Theodoria de Borckel

ad altaria olim unita et incorporata pro

uni solo beneficio Sancte Crucis et Sancti Nicolaj.

Voorstelling van de eerw. Theodoor van Borckel

tot de eertijds verenigde en gezamenlijke altaren

nu een enkel van het H. Kruis en St. Nicolaas.

Officialis Archidiaconi Traiectensis iudex. Universis et singulis presbiteris Canonicis

Clericis Notariis et tabellionibus publicis quibuscumque nobis subditis et eorum cuilibet

De officiële rechter van de Aartsdiaken van Utrecht: Aan alle en afzonderlijke priesters,

kanunniken, geestelijken, documentschrijvers en aktenschrijvers en alle schrijvers in onze

dienst

Folio 17

Page 61: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Insolidum ad quem vel ad quos presentes nostrum mandatum pervenerit, Salutem in

domino sempiternam. Presentato domino nostro domino Archidiacino prdd predicto seu

nobis ipsius vices in hoc habendui et gerendi honorabili viro domino Willhelmo Ingen

Nulant presbytero ac Confessore Conventus sancte Elisabeth in Huessen eis ad Altariam

ecclesie in Huijssenn unita unum in honore beate Marie semper virginis, sancte crucis,

sanctorum Petri ac Pauli apostolorum ac beate Marie Magdalene, alterum vero in honore

sancti Nicolai ibidem ad presens per mortem seu liberam resignationem quondam

domini Theodorici de Borckell ultimi rectoris et possessoris eorundem dum vixit aut alias

qualitercumque vacantia Ab illlustrissimo domino dominorum Johanne Duce Clivense et

comite de Marca, Vero, ut dicitur dictorum altarium patrono & collatore pro institutione

canonica ad eadem a nobis obtinenda. Nos vero iuxta doctrinam Apostolicam nemini cito

manus imponere volemus. Vobis et cuilibet vestrum supradictorum in virtute sancte

obligatione districto precipiemus mandamus Quatenus accedentem ecclesiam

parochialem in Huÿssen antedictam inibi palam et publice proclamatio et intimetis

duobus diebus festivis & uno non festitvo a se distantem prefatum dominum Willhelmum

sic nobis fore presentatum Citam nihilominus preemptorie coram honororabili viro

domino N. pastore dicte ecclesie in Huijssen cui vices nostras in hac parte committimus

donec eas nos duxerimus revocandem ad diem martis post festum sancti Mauricii et

sociorum eius proxime futurem omnes et singulos tam in geno quam in specie qui se

dicto presentato aut sue presentatione honorem opponere voluerunt aut sua crediderunt

interesse contra dictum presentationem Ad opponendum eidem ostendendumque &

docendum de iure suo. Cum intimatione debita & consueta, Nominamus vero

opponendum si qui fuerint et dies veandrum proclamationum ac quid alius in promissis

faceritis seu alter vostrum duxerit faciendum dicto nostro Commissario literis vostris

presentibus transfixis aut aliis sub competentia testimonio liquide rescribates vos

presentum executoris

Datum Traiecti Anno domini Millesimo quadringentesimo octuagesimo quinto, die vero

undecima mensis Septembris.

Executum per vir Johenne Duijsborch pastorem

in Malborg infra tempus prescriptum ut pretestor.

manu propria.

Johannes Zigeri notarius

aan wie onze opdracht zal toekomen. Gegroet in de eeuwige Heer.

Op wens van de eerwaarde heer aartsdiaken van Utrecht, de heer Willem Ingen Nuulant,

priester en biechtvader van het Convent van de H. Elizabeth in Huessen, ten aanzien van

het altaar in de kerk te Huijssenn, samengevoegd uit het ene ter ere van de gezegende

Maria altijd maagd, het heilig Kruis, en van de heilige apostelen Petrus en Paulus en de

gezegende Maria Magdalena, en het andere ter ere van de H. Nicolaas, dat aldaar, door

de dood ofwel vrije afstand van wijlen heer Theodoric van Borkell de laatste rector en

bij leven bezitter van deze zaken en andere zaken is vrijgevallen. Door de heer Johan

hertog van Kleef en graaf van Mark, die het recht van patroon en collator heeft volgens

kanoniek recht, is ons deze toegezegd.

Wij echter willen – in overeenstemming met de Apostolische leerstelling – niemand snel

onze hand opleggen. Aan u en ieder van u van de bovengenoemden, krachtens de heilige

Page 62: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

verplichting niet wetend wat te doen. Inzoverre ik mij zou inlaten met de voornoemde

parochiekerk, zou openlijk en publiekelijk te verkondigen en duidelijk te maken

twee feestdagen en één niet-feestdag af te kondigen door heer Willem voornoemd indien

hij voor ons gekozen zou worden.

Ik heb niettemin uit voorzorg ten overstaan van de eerwaarde heer pastoor van

genoemde kerk te Huijssen aan wie wij de vicarieën aldaar hebben toevertrouwd tot

herroeping op de dag in maart na het eerstvolgende feest van de H. Mauricus en gezellen

allen en individueel zowel groepgewijs als soortgewijs, die zich tegen de voornoemde

kandidaat of kandidaatstelling zouden willen verzetten, of zich tegen de genoemde

voorstelling zouden willen verzetten, hen zijn recht te duiden en uit te leggen. Met

verschuldigde en gebruikelijke eerbied, vermelden wij dat voorkomen dat er [zulke]

mensen zouden zijn, en dat zij een dag bepalen voor de verkondiging en dat gij zult doen

wat ge beloofd hebt, of wat u verder meent dat er gedaan moet worden volgens de brief

door onze gevolmachtigde, hieraan bevestigd, voornoemd.

Gedaan te Utrecht in het jaar des Heren 1485, de elfde dag van september.

Uitgevoerd door de heer Johan Duijsborch pastoor

te Malborg, binnen de geldende termijn, zoals ik

eigenhandig bewijs.

Johan Zigersz., notaris.

Margetekst links

Scriptura Wilhelmi Ingen Nuulandt

ad altaria predicta olim unita S. Crucis

et Sancti Nicolai investia in Huessen.

Geschrift van Wilhelm Ingen Nuulandt

ten aanzien van het voorheen verenigde altaar van het heilig Kruis

en de heilige Nicolaas gevestigd te Huessen

Folio 18

Anno 1463, fridag vur Palmen, Wolter van der Oplagen ende Griet van der Aerd echte

huijsfrow Wolters bekent schuldig to sijn jarlix erflick ende ewelick der Vicarien twijer

Altaren gelegen in der kercken van Huijssen die gesticht ende gewijet sijn in die eer

godtschs H. Crusz Sunte Peters ind Pouwels, S. Marien Magdalenen ind des H.

Confessors sinter Claes einen golden rinschen gulden jarrenten of payment gelick gut in

tit der betalunge to betalen als pacht alle jar up S. Peters dach ad Cathedram uit einen

hoff gelegen in dem Kerspel van Angeren mitter einre sidt an erve Jans van Betow, mitter

andere side an hofstat ende erve Wolters vurss, mitten einen eijndt over den Bandijck an

den Hogen Werdt ende mit den anderen eijndt an die Peddepoelsche strait ter halver

straten tho welcken rinschen gulden jarrenthen omgewisselt is vur alle alsulcke pontgelt

ende schillinggelt, als die Altaren gehadt muchten hebben uiter Oplage ende uiter allen

gude Henricx van der Oplagen na inhalt der brieve ende instrumenten die daraf

spreckende sijn.

Page 63: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Dese renth is in einen besunderen brief dem Tinshern Henrich van Huijssen orkunt

tinszgenoten upgedragen uund van den vurss Tinszheren hern Derick van Borckel

Priester ende Vicarius der vurss altaren overgegeven, mit furwarden als vurss stain.

Deser gulden is in den dijck to Halderen gegeven und die dijckbrief folgt am

ende deses Registers.

Bericht van Gerrit van Ansems Kempken, na bij die Vierackersche port

gelegenn, dat anno 1585 Jaspars Schönsteins was, uit gecancellirden

brieven des Convents.

Anno 1424 op sunter Clais dach Johan Johanssoens, geheiten Kemp, in einen erfpacht

ontfangen und angenomen van Jan van Husselingen ein kempken lantz gelegen in den

Rosendail nest erfnisse Dericks van Loeffen mit der einre siden ende neest erfnisse

Johans Johanssoens vurss mit der ander siden, mit den einen eijndt schietende op erfnisse

Johan Johanssoens vurss ind Griet Gaderts ende mit den anderen eijndt up die grote strait,

als vur II alde schilde jarlich renthen ende vur twee capun jarlicker renthen.

Anno 1427 donredag na S. Scholastickendag Jan van Husselingen verkoft Henrick van

Lantorpe dese vurss twee alde schilde jarlicker renthen etc. und dartho twee capun uit ein

kempken lantz gelegen int Rosendail etc.

Anno 1441 dinstag na S. Martinsdach [11 nov 1441], Berndt Bruijnssoen ende Vlent sijn

echte wijff, Rolof Hagedorn ende Mechteld sijn echte wijff, hebben verkoft Henrick van

Lantorp twee alde schilde jarlicker erfrenthen gainde uit erfnisse ende gude dat Geritz

van Ansem to wesen plach na uitwiesunge der brieve darvan spreckende. Ende mede

twee alde schilde erfrenthen gainde uit einen kempken lantz gelegen int Rosendail na

uitwiesunge der brieve darvan spreckende.

Up den rug deses briefs steet geschreven: Van dese vier schilde plach

Gerit Willemsen twee to geven. Die heft hie van den Capittel van

Wisschel gelost int jar van XXIX unnd die ander twee schilde

und dar tho II capun betalt nu Jan Egberts.

Die folgende brieff van die twee ongeloste schilt und twee capuijn heft

Segewalt ter Heren Haeff.

Folio 18a (los ingevoegd blad)

Uith eine verschrijvingh Winantz van Arnhem und IX golde Rinschen Kromstaarten of

XII gulden.

van data 1528

uith husz, hof, erfnis mit die eine sidt nest husinge dat die Busz pleg teheiten, nu heit In

die H. drie Koningen und mit die ander sidt nest dat Struifstraitgen streckende mit den

eine eijnde an husinge und hoff Henrick van Lottums und dat Loomans to wesen plach

und mit der anderen einde und an die Arnhemsche strait. Noch uitter ein husz und hoff

gelegen mit der ein sidt nest husinge und erff die alde Jan Por und mit die ander sidt nest

Page 64: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

die Rusz nu die H. Drie Kuningen, streckende mit den einen eijnde an erfnisse und hoff

Henrick van Lottems und mit den anderen eijndt vorn an die Lange strait.

in het manuscript zijn niet gevuld Folio 19, 20 en 21

Folio 22

Wij Peter Bellert Burgermeister ind Arnt Everwin, Frerick Vogel ind vort gemein

Schepen tot Huijssen tugen ind bekennen: dat vur ons gekoemen ind erschenen is Derick

Smalevelt Schepen, mede tugende over hem selven ind Alijt van Halderen sijn echte

huijsfrow, ind hebben her Johan van Doesborch, Vicarius binnen unser kercken van

Sunte Antonis ind Sebastianus Altar, ind sijnen nacoemelingen in behoif der vurss

Vicarien erflicke ind ewelicken alle jar na vermugen brieff ind Segel to heffen ind to

boeren maennen eenen gulden sjars erflicker jarrenth, als die echte ende vurss geldende

hadden uiter einen hoff die nu tertit tobehoert Dirck van Lottem Henricks, gelegen in die

Wingartz haeven der Arnhemscher porte die nu Arndt van Betouwe van Rijck vurss in

pacht heft, gelegen mit beiden siden an erfnisse Henrick Theuss Lazarus ind mitten einen

ende an erfnisse Joncker Wanner van Pallandt ind mitten anderen eijnde an den uitwech.

Also dat die eelude vurss ende oer erven van den vurss gulden sjars ind renthbrieff onterft

ind ontrechtigt sullen wesen ind geen recht meer daran behalden. Ind dat die Vicarius

vurss ind sijne nakomelingen in behoif der Vicarien daran geerft ind gerechtigt sullen

wesen darmit doin ende laten gelick die echte lued vurss vur datum dis briefs hebn

mogen doin ind laten. Vur wilchen gulden sjars vurss die vurss Vicarius mit believen ind

toedoin Burgermeister, Schepen ende Raidt vurss als sijn rechte patronen ind Collatoren

erflicke ende ewelicken verlaten ende qwijt gescholden heft einen gulden sjars, als die

vurss Vicarie jarlix vermoegen segel inde brief uitter huijs ind hoff geldende had Claes

Smaleveltz Richter, dat hie gekoft heft van die Lang her Jan van Wills dochter Neefs,

also dat die opgemelte Clais Richter vurss ind sijn erven erflick ende ewelicken verlaten

ende ontledigt sal wesen ind bliven ind den Renthbrieff dar voer hij nue afgemackt inde

gegeven is, gecancellirt, machteloos ind crachteloos gedoet ind to nijt sall sijn ind bliven.

Sunder Argelist. In urkunt ind getueg der warheit hebben wij Schepen vurss onsen

Schepen segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren

dusent viff hundert ind viftich up dinstag post Reminiscere miserationum. [dinsdag 4 mrt

1550] Margetekst

Derick Smalevelt gift in S. Anthonii Vicarie einen

gulden jarlicher renthen to boeren uit Rijck van

Lottems hoff in die Wingartz haeven vur die

Arnhemsche port mit beide siden an erfnisse

Henrick Theuss Lazarus. Mitten einen eijnde an erf

Werners van Palands, mit den anderen ende an de

uitwech nu Henrick Tengnagell Anno 1584. Dartegen

der Vicarien besitter einen gulden sjars quitscheldet

als die Vicarie gelden hadde uiter husz und hof

Clais Smaleveltz, dat sie gekoft hadde van des

Vicarien dochter Nees van Will nu Jan Brust.

Page 65: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Segewalt ter Heren Haeve ind Arnt Everwin Schepen tot Huijssen tugen, dat vur uns

gekommen is her Gerit Noet, Pater ind Bichtvader des Sustern huijs ende Conventz

binnen Huijssen, Vicarius van Sente Niclas Altar binnen unser kerspels kercken ind

Johan van Dalre ind Alijt sijn suster echte nagelaten kindere zeliger Rick ind Geert van

Dolris, der echter lued, ind hebn bekant. Also sie twist ind geschillen hadden als van vier

pont siars erflicke jarrent, die Vicarius vurss na vermugen segel ind brieve jarlix uiter

Dalris gut geldende had der vurss kinder oer vuralderenn. So binnen sie nu gutlicken mit

malkanderen verleecken ind verdragenn. Also dat sie nu vortan ind oer erven den vurss

Vicario jarlix ind sijnen nakomelingen Vicarien erflicke betalen sullen alle jar up Sinte

Peters dach ad Cathedram na datum dis briefs irst angains einen halven golden gulden

van gewicht of die weerd an anderen guden paijment in tit der betalinge gelicke gut

darfur. Uiter ein kempken landts gelegen buten der Stadt

Margetekst

Veur IIII lb erflicker jarrenthen der Vicarius S. Niclas

altars uit Jan van Dolres gut to hebben plege, sall

durch verdrach der vurss Vicarius uiter einen kamp

landts mit die ein sidt nest Henrick Porren Bongart

mit die ander sidt nest die gemeine strait, streckende

mit den einen eijnd an dat klein Duijsterstraitgen

ende mit den anderen eijndt an die strait van den

alden kerckhoff kumpt boeren I golde gulden van

gewicht.

Folio 23

dat oer tegescheiden is vur oer vaders ind moders verstarf, gelegen mit der einre sidt nest

Henrick Porren Bongart ind mit die ander sidt neest die gemeine strait. Streckende mit

den einen eijndt an dat klein Duijster straitgen ind mitten anderen eijndt an die strait van

den alden kerckhof kempt. Tobetalen erflick up den vurss taldag onder een peen der

peindinge bij den Richter tot Huessen an ind uit dat vurss kempken ind vort uiter al

ander huijsz ende gut reet ind onreet als die vurss broeder ind suster nu in den

Schependumb van Huijssen hebben off noch krigen mugen, mit die einre handt te

peinden ind die pand mit die ander verkopenn ind darmit vortfaren als tot Huijssen recht

is. Ind hirmit sal den brief der vier pont siars gecansellirt, gedodet ind to nijt wesen. Hir

binnen aver ind an gewest an der eenre van wegen her Geritz Vicarius dese vurss

Schepenn ind an die ander sidt van wegen der kinderen her Wilhem van Halderenn Pastor

ind Jan van Halderen Rentmeister ons genedigen herenn oer neven. Sunder Argelist. In

orkunt onser Schepen segel van Huijssen an diesen brief gehangenn. Gegeven in den jar

ons heren dusent viff hundert ind negeninddartich up Sunte Marcus dag Evangelist.

[vrijdag 25 april 1539]

Wij Berendt Snijpert ind Johan van Langhraick Schepen tot Huessen tugen dat vur ons

komen sijn Henrick Bonert ende Hilla sijn echte wijff ende bekanden mit oere frijen

wille, dat sie vur memori oerer alderen zielen ende oerer zielen gegeven hebben ende

jarlichs schuldig sijn hern Derick van Borckel Priester ende sijnen nakomelingen, die

ghene die nu Vicarius is ende namals worden mach der twijer Altaren in onser kercken te

Page 66: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Huessenn. Welcke een altar gesticht is in die eer des Heiligen cruce, sunte Peter ende

Pauwels, Maria Magadalene ende het ander altar gesticht is in eere sunte her Claes einen

alden Vlemschen uit sijnen huse, hoffstat ende erfnis, so dat gelegen is mit der eenre

siden nest erfnis Arntz van den Berge ende mitten anderen siden ende mitten einen eijnde

an erfnis Johan Ceelmans, schietende mit den anderen eijnde an die gemeinstrait nu sinte

Peters dach ad Cathedram naest to komende na datum dis briefs, ijrstwarf ind so vort alle

jare opten vurss dach erflich ende ewelich uitten vurss huijse, hoffstat ende erfnis te

betalen onder een peen der peindingen als tho Huijssen recht is van pacht, tinsz ende

jargelde. Ende darmede sullen Henrick ende Hilla vurss ende oere erven gefrijet hebben

den alden Vlemschen die her Derick vant stain in sijnen register de jarlix plege tegain uit

eenre hoffstat die Wellen Custers to wesen plach gelic dat Register dat uitwiest. Sunder

Argelist. In orkonde onser Schepen segel van Huessen an desen brief gehangenn.

Gegeven in den jare ons heren dusent vier hundert drie ende tsestich des sonnendages na

Sinte Margrieten dach Virginis. [zondag 17 juli 1463]

Op den rug steet Henrick Bonart einen alden Vlemschen uith sijne hoffstat

buten die Arnhemsche porte.

Margetekst

Henrick Bonert gift in die Vicarien des H. Cruijs unnd S. Niclas

einen alden Vlemsch uit sijn husz und hofstat, mit die ein sidt

nest erfnis Arnts van den Berge ende mitter ander siden und

mit den einen eijnde an erfnis Jan Ceelmans. Schietende mit

den anderen eijndt an die gemein strait vur einen Vlemschen

uit einre hoffstat die Wellen Custers to wesen plach.

Wij Berendt Snijepert ende Johan van Langerack Schepen to Huessen tugen dat vur ons

komen is Bruijn van Rhin ende bekant mit sijnen frijen wille. Dat hie vur memori sijnre

alderen sielen ende sijnre zielen gegeven heft ende jarlix schuldig is hern Derick van

Borckel ende sijnen nakomelingen, die gene nu Vicarius is ende namals werden mach der

twijer altaren in unser kercken to Huessen. Welcke een altar gesticht is in eere des

heiligen Cruce, sunte Peter ende Pouwels ende Maria Magdalene ende dander altar

gesticht is in eere sunte her Claes ein half pont uit sijnen bongart. So die gelegen is mitter

eenre siden nest eijnre straten dar men unser Vrouwen bildt van den dijck pleeg to dragen

ende mitter anderer sijden an erfnis Alijden van Dolre ende oerer kinder. Schietende

mitten einen ende an erfnis Arntz van den Grave ende mede op erfnis Willems van den

Poll ende mitten anderen eijnde an die Duijsterstrait. Sunte Peters dach ad Cathedram

nest to kommende na datum disz briefs ijrstwarf, ind so vort alle jare opten vurss dach

erflick ende ewelick uitten vurss bongart van Bruns deel tobetalen onder een peen der

peindingen als to Huessen recht gelegen is van pacht, tinsz ende jargulde ind darmede sal

Bruijn uitgedain worden uitten alden Register dar hem her Derick vurss mede mainden

van dit vurss half pont siars. Sunder Argelist. In orkunde unser Schepen segel van

Huijssen an diesen brieff gehangen. Gegeven in den jare ons heren dusent vier hundert

drieendtsestich op sunte Marcus dach des heiligen Evangelist. [vrijdag 25 april 1463]

Up den rug stet: Een half pont uit einen bongart vur die Vierackersche

port Rutger Balcken.

Page 67: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst

Brun van Rhin gift in die Vicarie der tweer altaren des H. Cruis

und S.Niclas ein half pont uit sijnen bongardt, mit ein sidt nest

einer straten dar man unser frouwenbildt van den dijck pleeg to

dragen ende mit der ander siden an erfnis Alit van Dalre ende

oerer kinder ende mit den einen eijnd an erfnis Arntz van den

Grave ende mede up erfnis Willems van den Poll ende mit den

anderen ende an die Duijsterstrait vur ein halfpunt dar hie vur

gemaint plach to werden.

Folio 24

Wij Johan van Dolre ind Henrick van Overschald Schepen to Huijssen tugen, dat vur ons

komen sijn Koene van Riszwick weduwe ind Johan ter Hern Have, Ott Vogel ind

Kathrine sijn echte huijsfrouwe, echte nagelatene husfrouwe ind kinderen zelige

Lambertz ter Hern Have ind hebben bekant mit oeren vrijen willen voir oin ind oeren

erven, dat sie umb heil ind troost der zielen zelige Lamberts ter Heren Have ind

Henrickszens sons umb oer twijer memorien to halden mit vigilien ind zielmissen to

singen ind to lesen des jars twee reisen up sulcke tiden, dat na vermugen segel ind brieve

die Pastoir darvan hebn gefundirt is, den Vicario Sunt Peter ind Pouwels altar binnen der

kercken van Huijssen besatt, upgedragen ind overgegeven hebn einen Rinschen gulden

sjars erflicher jarrenthen gainde uiter husinge, hoffstat ind erfnisse Johan Wintgens die

Gerit Claissen to wesen pleech, gelegen an den Sande. Also dat Koene, Johan, Ott,

Katherine ind oer erven darvan ind van allen brieven darvan spreckende onterft sijn ind

geen recht mere noch to seggen an behalden en hebben ind dat Vicarius des vurss Altars

daran geerft wesen sall erflicken ind ewelicken to mogen besitten, gebrucken, doin ind

laten gelick Koene, Johan, Ott ind Kathrin vurss vur datum sbriefs hebben mogen doin

ind latenn. Doch weert sack dat dese vurss Vicarius to eniger tit uit tegenwoordig en were

in der Vigilie ind missen to singen ind to lesen. So sal die Pater des Susterhuijss in der tit

den gulden boeren ind dar fur doin datselve, dat dese vurss Vicarius gedain sold hebn ter

tit to die vurss Vicarius sulx wederumb doinde wort ind allet ongeverlich ind sunder

Argelist. Inne orkunde onser Schepen segel van Huijssen an desen brief gehangen.

Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert ind vierindtnegentich des neesten

fridags na den Sonnendag Esto mihi. [vrijdag 14 febr 1494]

Margetekst

Koen van Riszwick weduwe ind Johan ter

Herenhave, Ott Vogell ind Kathrin sijn echte

husfrouwe, husfrouwe und kindere zeliger Lambertz

ter Hernhave stiften Lambert ter Hernhave memorie

mit vigilien ind sielmissen to singen ind to lesen und

geven darto den Vicarien S. Peter ende Pouwels altar

einen Rinschen gulden jarrenthen uit husz, hofstat

ende erf Jan Wintgens die Gerrit Claissen to wesen

plach, gelegen an den Sande.

Page 68: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Johan van Dolre ind Henrick van Overschald Schepen tot Huijssen tugen, dat vur ons

komen sijn Koene ter Hern Have, Johan ter Herenhave, Ot Vogell ind Kathrin sijn echte

wijff ind hebben mit oeren frijen willen dat sie umb heil, trost der zielen zelige Lambertz

ter Heren Have ind Henrick sijnes soens in einen ewigen testament besat, upgedragen ind

overgegeven hebben den Vicarius Sunt Peter Pauwels ind Senter Claes altar gefundirt

binnen der kercken van Huijssen ind sijnen nakomelingen einen Rinschen gulden sjars

gainde uiter husinge, hoffstat ende erfnisse Johan Wintgens gelegen anden Sande mitter

einre sijden ind mitten einen eijnde nest erfnisse Feenne Heimerix, mitter anderer siden

nest erfnisse Herman die Vriese ind mitten anderen eijnde dat Sant mit allen brieven

darvan spreckende. Also dat Koene, Johan, Ott und Kathrin darvan onterft sijn und geen

recht mere noch toseggen an behalden en hebben. Ind dat die vurss Vicarius daran geerft

is erflicken ind ewelicken mogen besitten, gebrucken darmede doin ind laten gelick

Koene, Johan, Ott ende Kathrin vur datum sbriefs hebben mugen doin ind laten. Doch

also dat der Vicarius ind sijn nakomelingen alle jar twee reisen, vigilien, zielmissen

sullen helpen singen ind lesen up sulcke tiden als men Lambertz ind Henricks vurss

memorie haldende is, ind altit getrowlicken besorgen dat die memori jarlix twij gedain

ind gehalden wort. Ind wert sack dat die Viacarius to einiger tit des nit en dede of in der

vigilien ind missen nit tegenwordich en were, so sal die Pater des Susterhuss desen selven

gulden boeren ind dit vurss doin bis ter tit der Vicarius wederumb doinde als vurss is. Ind

allet sunder Argelist. Inne oirkonde unser Schepen segel van Huijssen an diesen brief

gehangenn. Gegeven in den jaren ons hern dusent vierhundert ind vierindtnegentich des

neesten fridages na den sonnendag Esto mihi [vrijdag 14 febr 1494]

Margetekst

Koen van Riswick anders geheiten ter Hernhave, Jan

ter Hernhave, Ott Vogell ind Kathrin sijn echte

wijff dragen up uit husz, hofstat ende erfnisse Jan

Wintgens gelegen an den Sande mitter einre siden

ind mitten einen eijnde nest erfnisse Feen Heimerix,

mit der ander siden nest erfnisse Here ende die

Vriese ind mitten anderen eijndt dat Sant, dem

Vicarios Peter Pouwels ind Senter Clais I Rinschen

gulden umb jeders jars II reis vigilien sielmissen to

sullen helpen singen ind lesen als men Lambertz ter

Hernhave ind Henrick sijns sons memori haldende is.

Folio 25

Wij Arndt van Gesperden ende Derick die Beier Schepen to Huessen tugen, dat vur uns

kommen is Daem Bolster ende heft bekant mit sijnen vrijen wil vur oen ende sijnen

erven, dat hie in einen steden erfkoep verkoft heft ende jarlix schuldig is Zegewalt van

Riszwick ende sijnen erven twintich kaelsche witpeninge of ander gut paijment den vurss

witpenninge gelic gut in elker tit der betalungen uit huijse, hoffstede ende erfnis mitter

helfte van Heucken hoffstat so dat tosamen gelegen is an der Borchtstraten. Mitter einre

siden nest erfnis Henrisken Rosz ende Tonis oers soens ind mitter ander siden neest erve

Alijt Heucken te wesen plach ind die van Zedem. Schietende mitten enen eijnd op

Gasthus ind mitten anderen eijnd op die strait up sente Peters dach ad Cathedram nu neest

Page 69: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

komende na datem dis briefs irstwarve angainde ind so vort alle jar erflich ende ewelich

die vurss twintich Caelsche witpennige erflicker jarrenten vurss uiter vurss husingen,

hoffsteden ende erfnis op den vurss dach te betalenn, onder een peen der peindingen als

to Huessen recht is van pacht, tins ende jargelde. Ind wert sack dat Zegewalt vurss of sijn

erven ind peinding vurss enich gebreck of hinder leden, dat gebreck mugen Zegewalt

vurss ende sijne erven vort verhalen ende peinden bij den Richter to Huessen uitt die

helfte van einen kamp lands gelegen up Sgrevenveldt. Mitter einre sijden Liszbet Beiers

ende Derick oers sons erve ind mitter ander siden nest erve Ott van Hessen te wesen

plach ende mitten einen eijnd schietende up erve Wijers van Eijmeren ende mitten

anderen eijnd op die Loostrait. Ind vort uit allen Daems vurss gude rurende ende

onrurende hie nu tertit heft ende hiernamals werven mach mitter einre handt te peinden

ende die pand mitter ander handt te vercopen. Sunder Argelist. In orkunde onser Schepen

segel van Huessen an diesen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier

hundert negenendetsestich op den ijrsten satersdach in den Mert. [zaterdag 4 maart 1469]

Margetekst

Daem Belster verschriefft Zegenwalt van Riszwick XX

Colsche witpenninge uit huijsz, hoffstat und erfnis

mitter helfte van Heucken hoffstat so dat tosamen

gelegen is an die Borchstrait, mit die ein sidt nest erfnis

Henrisken Ros ende Tonis oers sons ind mit die ander

sidt nest erve Alit Heucken to wesen plach ind die van

Zedem schietende mitten enen eijnd op Gasthus und

mit den anderen eijnd up die strait.

Wij Johan van Dolre ind Henrick van Overschaldt Schepen tot Huessen tugen, dat vur

ons komen sijn Koene ter Hern Have, weduwe Johan ter Hern Have, Ott Vogel ind

Kathrina sijn echte huijsfrouwe ind hebn bekant mit oeren vrijen willen vur oen ind

oeren erven. Also zelige Henrick van Riszwick, Koenen vurss vader, in testament besat

had den Vicarius Sent Peter, Sent Pouwels ind Sent Clais altar binnen der kercken van

Huijjssen twintich alde vlemsche uiter husinge Wolter Orinx. Welck husinge verfallen

ind dat onderpant verargert is. Darome hebn dese vurss Koene, Johan, Ott ind Kathrin vur

dese vurss twintich vlemschen gevestigt opgedragen ind overgeven den vurss Vicarius

ind sijnen nakomelingen twintich Cailsche witpennongen gainde uiter Flistis stall ind

uiter Heucken hofstat, mitten brieven darvan spreckende. Also dat Koene, Johan, Ott en

Kathrin vurss van den vurss twintich Caelsche witpenningen ind van den brieven darvan

spreckende onterft sijn ind geen recht meer noch to seggen an behalden en hebben ind dat

die Vicarius vurss ind sijn nakomelingen an den vurss twintich Cailsche witpennongen

geerft sijn erflick ende ewelicken vur die vurss twintich vlemschen mogen boeren, doin

ende laten gelick Koene, Johan, Ott ende Cathrin vurss vur datum sbriefs hebn mogen

doin ind latenn. Ind allet sunder Argelist.

Inne orkonde unser Schepen segel van Huijssen an diesen brief gehangenn. Gegeven in

den jaren ons heren dusent vier hondert ind vierindtnegentich des neesten fridages na den

Sonnendag Esto mihi [vrijdag 14 febr 1494].

Op den rug steet geschrevenn:

Van II Hornsch gulden die gift Jan van Lent.

Page 70: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst

Koen ter Heren Have, weduwe Jans ter Herenhave mit

Ot Vogel oeren bijdumb. Dwijl Henrick van Riszwick

besat had den Vicario S. Cruis und S. Niclas altar XX

alde vlemschen uiter husinge Wolter Orinx dat ver-

fallen was, vesten dem selven und geven over XX

Calsche witpenningen uit Flistis stal und Hencken

hoffstat mitten brieven darvan spreckende.

Folio 26

Gerrit van Ansem extra Vieracker

Register darvan in vurgainden brieven melding gedan ludet also

Item Derick van Passchen uit sijne huijs ende hoffstede dat nu Bernt Berntssen heft

bij Henrick Mennen I pont Martini.

Item Coster uit sijne hoffsteden II pont. Ansem modo Herman van Trijest

et fiale solvetur ex pomerio. Zelander

Item Derick Bastart uit sijnre hoffsteden, die nu Engelbert Butken heft bij der

Borchportenn. modo Henrick Wijer

Item Wellen Coster uit sijnen have ende bongert nu Henrick Elbertssen bij den alden

kijrchave X stuiver. ex domo in qua inhabitat Henrick Kijvoet litera

scabinalis

Item Lijsebeth Houwers uit ore have bij den alden kijrchave dat nu Derck van den alden

have heft, IX stuiver IIII denarii. modo Wolter Wolters

Item Gerit Voet uit sijnen hues ende hofstede dat nu Mechtelt van Medel heft ende na

Ghijsbert van Eijmeren X stuiver. Gertken Boenart, modo Henric van

Riswick in vico ubi introitus suus est

Item Lijszbet Maes uit oeren have ende bongardt buten die Arnhemsche porte X stuiver. Buermont Hinrici Bonart uut sine hoffstat

Item uit h nu Beel Roelofs heft ende Henrick Wijerssoen IIII stuiver. modo Emelijck modo Peter Wijerssen.

Item uit einen kamp die eermals Henrick Zeskens was tusschen landt Ghijse Merren ind

Holthusen dat nu Arnt die Jode heft I marc. Gerit vann Marwrick, Arnt van Holthusen

of Dirick in den Bonghert

Item uit have Helle Hellekens Vrede nu Trude Butkens X stuiver. i Coen Knoeps Hinrich van Lenghel

Page 71: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Item Aleit Henric Pijers wijff uit oere hus bij den Wedeme dat nu Gaderts wijff van

Wijnsen heft II hoenren , I pont. Jan van Huessen

Item Gaederts wijff van Wijnsen uijt den huuse ind hoffstede darneest gelegen IIII

hoenren I pont. Jan van Huessen

Item op Berchen Enenkamp die gelegen is tusschen lant geheiten Doernixacker ende lant

Hectors kamp XVIII stuiver. Otto de Hessen modo Henrick van Hessen

litera scabimalis

Item uit kamp Gössen Hongers eermals gelegen tusschen hoff ende bongart geheiten die

Vreede ende kamp Gossens van der Horst X stuiver. modo Goessens Vriese. modo her Jan

Schudmow. modo Ott ten Ende dochterken.

Item Derck Voet uijt sijnen huus ende hofstede die eermals

wall dat nu Coenebertss heft X stuiver. modo Henric van Riszwick dar sijn berch steet.

Margetekst

Der tho sat is vur unnd na van den Vicarien darbij gesatt.

Folio 27

Item Henrick Stapelman uit sijnen have die eermals Gherit van Anssem was ende nu

Henrick Zeelanders is V stuiver. modo Gherit Zeelanders

Item Beernt van Zeedem uijt sijen huus ende hoffstede dat nu Henrick Amelonck heft V

stuiver. alrenaest Jan Auerschald Gerit die Wael

Item uit huus ind hoffstede Johannis

V stuiver. Jan Pyn, Willem van den Poll, Onser vrouwen stock

Item uit Peerboomskamp dat Gherit Masscops was IIII stuver nu Derick van Loeffenn.

Item uit enen kamp to Malbergen geheiten Kasselmanskamp gelegen tusschen landt hern

Otten van Bilandt ind des hertogen van Cleve X brabans. Seelman, Henrick Deus, Bagutte ex pascua circa aggerem

Item uit erfnisse Gaderts van der Oplagen bij Cornits wade mit der eine siden ende des

rijnstroem, mitter ander sijdenn XXI stuiver.

Item uijt enen stuck lands geheiten wijfkens plellinge XXI stuiver.

Page 72: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Item uijt erfnisse eermals Henrick van der Oplaijhen III pont Andree.

Quatuor solidi faciunt unam Vlemse

X solidi faciunt dimidiam LVIII

XX solidi LVIII faciunt

Vier schellingen maken één Vlaams (pond)

10 schellingen maken de helft van 58

20 schellingen maken 58

Margetekst

restat a multis annis (bij: Item uit erfnisse Gaderts...)

restat (bij: Item uijt enen stuck lands ....)

Folio 28

Wij Henrick Butken ende Gerit van den Walle, Schepen to Huessen, tugen dat vur ons

komen sijn Gerit Maesacker ind Bate sijn echte wijff ende hebben bekant mit oeren vrijen

wille dat sij in einen steden erfkope verkocht hebben Gerit van Riszwick ind sijnen erven

drie marck ind een pont jarlicker renthen als sie gekocht hebben tegen die Stadt van

Huijssen uit den erfnisse geheiten die Oplaghe, also als die gelegen is nest erfnisse hern

Arnts van Hessen Ridders mit der einre siden ende neest erfnisse Johan Donde mit der

ander siden. Also dat Gerit van Rijszwick vurss ende sijne erven an dit vurss jargelt

geerft wesen sullen ende dat erflich ende ewelich besitten ind gebrucken sullenn. Ende

dat Gerit ind Bate vurss ind oere erven darvan onterft sijn ind geen recht noch to seggen

dar meer an en behaldenn, sunder Argelist. In orkunde onser Schepen segel van Huessen

an diesen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hondert ende sestien des

neesten manendags na sunte Joriens dach [maandag 27 april 1416]

Folio 29 tot en met 33 zijn in het manuscript niet gevuld

Folio 34

Wij Rolof van Rutenberge ind Agnete sijn witlicke wijff bekennen mit desen apenen

brieve, dat wij voir ons ind onse erven in enen witlicken steden erfkope verkocht hebben

heren Kerstant Willemssoen Priester ind sijnen erven huis, hoffstede, have ind erfnisse

mit alle sijnen rechten tobehoir, so dat gelegen is bijnnen der Stadt van Huessen achter

denn kerchave dair her Kerstant vurss die vorderdeil afgekocht heft tegen Johan van

Doernick. Vortmere alle recht ind to seggen als wij an den vurss huijsz, hofstede, have

ind erfnisse hebben in eniger wies. Welc huijsz, hoffstede, have ind erfnisse toesamen mit

eggen ind mit eijnden ind mit alle sijnre toebehoeringe gelegen is nest erfnisse Goessens

Vriesen mit der eenre sijden ende nest have der kercken van Huessen ind der

Page 73: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Stadt walle mit der ander sijden, mit den einen eijnde schietende op die strate streckende

tusschen den kirchave ende den vurss erfnisse. Ende mit den anderen eijnde op erfnisse

Goessens vurgenoemd en Henric die Henxt. Ende wij hebben mede overgegeven ind

gemechtigt overgeven ind mechtigen mit desen brieve hern Kerstant vurss ind sijnen

erven alle alsulcke brieve op die vurss erfnisse spreckende.

Also dat her Kerstant vurss ind sijne erven aen dit vurss huijs, hoffstede, have ind

erfnisse vurss geerfft wesen sullen ende an die brieve darup spreckende ende die erflich

ende ewelich besitten ind gebrucken sullen ende daertoe an alle recht ind toeleggen als

wij dar an hebbenn in eniger wiesz. Ende dat wij noch onse erven geen recht noch

toeseggen dair meer an en hebn noch in geenre wiesz en behaldenn ende dair klairlicke

van onterft wesen sullen.

Voirtmede so gelaven wij voir ons ind onse erven hern Kerstant vurss ind sijnen erven

dese vurss huijs, hoffstede, have ind erfnisse to waren jair ind dach als erfkoep recht is to

Huessen tegen alle die geene die des ten rechten kommen willen ende allen voirkommer

af te doin. Uitgenamen alsolich jarrenthen, dijc ende weteringe als dair mit recht uit geet.

Ende wert saec dat her Kerstant vurss off sijne erven anders enigen voirkommer, hinder

of gebreck in eniger wiesz dairbij leden dairvan, gelaven wij vur onss ind onse erven bij

alle onsen gude te verhalen hern Kerstant vurss ind sijnen erven tontheffen, to vrijen ende

to qwiten ind voelkoemelicke schadelois to halden. Sunder ons ijet dar in to beschudden

mit geestlicken off weerlicken rechten, of mit enigen sacken die hern Kerstant vurss of

sijnen erven dair in te hinder koemen mogen. Sunder enigerhande Argelist. In oirkonde

ind getuge der warheit so hebben wij, Rolof ind Agnese vorss onse segelen an desen

apenen brieff gehangenn ende om eenre meerre vestenisse des vurss erfkoeps want wij

Roelof ende Agnese vurss over willen. Dat her Kerstant vurss ind sijnen erven dit vast

stede is ind bliven sall. So hebben wij gebeden den ersamen mannen Johan die Vriese

Richter tho Huessen ende Gheride van Riszwick Scepen toe Huessen want sie aver desen

koep gewest hebn ende oen dese sacken aldus kundich sijn. Dat sie desen brieff mede an

ons besegelen willenn. Ende wij Johan die Vriese ende Gherit van Riszwick vurss om

beden wille Roelofs unnd joncfrouwe Agnese vurss ende mede want wij over desen vurss

koep gewest hebben, so hebben

Margetekst

Rolof van Rutenberg verkopt hern Kerstant

Willemsen huijsz, hoffstede, have ind erfnisse

darvan her Kerstant die helft gekoft van Jan van

Dornick nest Gossen Vriese mit der einer siden

ende nest have der kercken und Stadt Wall mit der

ander siden, mit den einen ende up die strait

tusschen dem kerckhave und dem hause vurss mit

den anderen ende Gossen vurss und Henrick Henxt.

Folio 35

Wij onse Segelen mede voir oen aen desen brief gehangenn. Gegeven int jair ond heren

dusent vier hondert ende drieende twintich des neesten Satersdaghs na Sunte Servaes

dach.

Page 74: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Nos Johannes Stoppart Iudex in Huessen & nos Goswinus Hongher et Hermannus ex

Insula Scabini ibidem testamur quod coram nobis tanquam in forma iudicii constituti

Johannes de

Angeren filius quondam Rutgheri et Stina filia Hermanni de Weylhusen de Gent eius

uxor legitime cum iamdicto Johanne de Angeren suo marito legitimo electo tutore &

signaliter deputato bona et libera voluntate super hoc prehabita manibus & ore

supportaverunt et effestucando resignaverunt ex iusta vendicione precedenti domum

eorum & aream cum quinquaginta septem solidis & quatuor denariis parvorum

denariorum legalium et bonorum et cum uno pede aggeris cum sua via pertinenti ad

eandem domum et aream sitam apud Cymeterium ad usus Ottonis de Lent et eius

heredium hereditarie permanenda.

Sic quod ordine iuris observatio signalitum est predictas domum et aream cum predictis

suis iuribus et pertinentiis ad prefatum Ottonem de Lent et ad suos hæredes iure

hereditario permanendaspredictosque Johannem de Angeren et Stinam coniuges in

predictis domo & area obtinuisse nihil iuris. Etiam resignaverunt coram nobis predicto

Ottoni et eius hæredibus predicti coniuges litteras scabinales Huessenses caventes et

concinentes de predictis annali pecunia quinquaginta

septem solidorum & quatuor

denariorum. Item de uno pede aggeris et de dicta permanentibus ad predictas domum et

aream hereditarie & perpetue. Omni dolo et fraude penitus exclusis. In cuius rei

testimonium sigillum Scabinorum Huessensium est appensum. Datum Anno domini

Millesimo CCCmo

Septuagesimo tertio proxima domenica post diem sanctorum

Apostolorum Symonis et Jude.

A tergo litterarum scripta sunt Jan Korfs husinge

Wij Johannes Stoppart, Rechter te Huessen & wij Gosewin Hongher en Herman

Utenwerde, Schepenen alhier, verklaren dat voor ons in onze functie van gerecht

verschenen Johannes van Angeren, zoon van wijlen Rutger, en Stina, dochter van

Herman van Weylhusen uit Gent, zijn wettige echtgenote, met reeds genoemde Johannes

van Angeren haar wettig gekozen echtgenoot als beschermer & inzonderheid namens

haar optredend. Zij verklaarden en bevestigden uit vrije wil ten aanzien van het

volgende, in woord en gebaar, dat zij uit hoofde van een voorafgaande rechtmatige

verkoop afstand deden van hun huis en erf met zevenenvijftig schellingen en vier

penningen in kleine penningen wettig betaalmiddel en met één voet van een dijk met

bijbehorende weg, horende bij hetzelfde huis en erf gelegen bij het Kerkhof ten gebruike

door Otto van Lent en blijvend erfdeel van zijn erfgenamen.

Zo is met inachtneming van de rechtsgang vastgesteld dat genoemd huis en erf met de

rechten van voornoemde en betrekking hebbende op voornoemde Otto van Lent en zijn

erfgenamen volgens het erfrecht en dat de voornoemde echgenoten Johan van Angeren

en Stina geen enkele aanspraak hebben op huis en erf voornoemd. Eveneens hebben

echtgenoten voornoemd ten overstaan van ons bevestigd t.a.v voornoemde Otto met

instemming met, en inachtneming van de brieven van de Huessense schepenen over het

jaargeld ten bedrage van 57 schellingen en vier penningen. Evenzo, over de voet dijk en

genoemde weg horende bij voornoemd huis en erf [als] permanent erfgoed, elke [vorm

van] list en bedrog geheel en al uitgesloten. Ten bewijze waarvan door de aanwezigen

het zegel der Schepenen van Huessen werd aangehecht. Gedaan Anno Domini 1373, de

eerste zondag na de Heiligen Simon en Judas (2 november 1373).

Page 75: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Op de rugzijde van de brief staat geschreven Jan Korf Husinge.

Margetekst

Johannes de Angeren resignavit et vendidit domum et

aream cum 57 solidos et 4 denariorum parvorum

cum uno pede aggeris cum via pertinente ad eandem

domum apud Cymeterium Ottoni de Lent.

Nu her Herman Roevers hus

Johannes van Angeren erkende en verkocht huis en

erf met 57 schellingen en 4 kleinpenningen [=pacht?]

met één voet van het dijkje met bijhorende weg naar

genoemd huis bij het kerkhof, aan Otto van Lent.

Nu her Herman Korvers huss.

Nos Goswinus Hongher et Hermannus ex insula Scabini Huessenses testamur: Quod

coram nobis constituti Johannes de Angeren filius Rutgeri ut debitor principalis,

Bernhardus de Huessen et Engbertus Butken filius Engberti ut fide iussores manu

coniuncta recognoverunt se promisse Ottoni de Lent et suis heredibus warandizare

domum et aream cum quinquaginta septem solidis et quatuor denarios parvorum

denariorum annalis pactus seu census, cum uno pede aggeris et cum via sua pertinentibus

ad eandem domum et aream sitas apud Cymiterium per annum et diem proximo futuros

contra omnes & singulas personas easdem domum et aream iure impetentes Item eodem

modo predicto promiserunt predicti debitor principalis et fideiussores predicto Ottoni et

eius heredibus deponere omnem præoccupationem factam in predictis domo & area

usque in hodiernum diem, excepte semper annali pecunia quinquaginta septem solidorum

et quatuor denariorum, et excepto uno pede aggeris et excepta illa via predicta. Et si in

premissis aut aliquo premissorium predictus Otto aut eius heredes defectum aliquem

haberet seu haberent, extunc predicti debitor principalis et fideiussores promiserunt bona

fide admonitionem dicti Ottonis vel eius heredum intrare hueβen unum hospitium de

tribus sibi demonstrandum more proborum in suis propriis expensis continue iacendo

donec dicto Ottoni vel eius heredibus de dicto defectu sit plenius satisfactum. Et si

dictorum fideiussorum aliquis interim obierit alter aequebonus fideiussor loco mortui

relocetur ad monitionem sepedicti Ottonis vel eius heredibus sub poena iacentie comestus

antedicte. Et de premissis omnibus debitor principalis promisit pro se et suis heredibus

predictos suos fideiussores indempnes penitus conservare ad eorum simplicia dicta. In

cuius rei testimonium sigillum Scabinorum Huessensium est appensum. Datum Anno

domini Millesimo CCCmo

Septuagesimo tertio proxima dominica post diem sanctorum

Apostolorum simonis & Jude.

Wij, Gosewin Hongher en Herman Utenwerde, Schepenen van Huessen verklaren dat

voor ons verschenen Johannes van Angeren, zoon van Rutger, als hoofddebiteur,,

Bernard van Huessen en Engbert Butken, zoon van Engbert, als borgen. Zij verklaarden,

met de hand erop, dat zij Otto van Lent en zijn erfgenamen [het volgende] gegarandeerd

hadden: Huis en erf met 57 schellingen en vier kleinpenningen als jaarlijkse pacht c.q.

heffing, met één voet van de dijk en met bijbehorende weg, horende bij datzelfde huis en

erf gelegen bij het kerkhof, een jaar en een dag, komend en in de toekomst tegen tegen

Page 76: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

eenieder persoon die aanspraak zou maken op dit huis en erf. Voorts beloofden

hoofddebiteur en borgen op dezelfde wijze aan Otto en zijn erfgenamen alle bezigheden

tot op heden verricht in voornoemd huis en erf neer te leggen, uitgezonderd de jaarlijkse

betaling van 57 schellingen en 4 penningen, en behoudens de ene voet van de dijk en

behoudens die voornoemde weg. En indien betreffende het voorgaande zaak of zaken

genoemde Otto of zijn erfgenaam enige schade ondervindt of ondervinden, beloven

voornoemde hoofddebiteur en gezworenen getrouwelijk alsdan de aanmaning van

genoemde Otto of zijn erfgenamen een van de drie herbergen in Huessen binnen te gaan

en daar op eigen kosten te verblijven totdat Otto of zijn erfgenamen inzake genoemde

schade in voldoende mate satisfactie hebben gekregen. En zo van genoemde gezworenen

iemand intussen overlijdt, dient een andere gelijkwaardige gezworene gekozen te worden

om de plaats van de overledene in te nemen, na aanmaning van vaakgenoemde Otto of

zijn erfgen(aam) als straf aan te zitten bij voornoemde maaltijd.

En inzake al het voorgaande beloofde de hoofddebiteur voor zich en zijn erfgenamen

voornoemd (dat) de gezworenen de schuld geheel en al zullen erkennen op hun

onvoorwaardelijk bevel.

Ten bewijze waarvan het zegel der Schepenen van Huessen is aangehecht. Gedaan AD

1373, eerste zondag na de dag van de Heilige Apostelen Simon en Judas (2 november

1373).

Margetekst

Johannes de Angeren constituit fide iussores et promittit

waran dizare domum supradictam.

Johannes van Angeren heeft borgen gesteld en heeft beloofd

bovengenoemd huis als onderpand te geven.

Folio 36

Nos Tilemannus Ghysekini et Gerhardus Gerhardi Hector Scabini Hussenses Per

presentes testamur quod coram nobis constituti Jacobus de Palude et Hermannus Hoecke

eius gener recognoverunt se dedisse quandam petiam terre cum uno pede aggeris sitam in

longitudine inter fossam ecclesie ex uno fine et inter fossam Bernhardi generi Gerardi de

Wallam et eiusdem Gerhardi ex alio habentem sexaginta quatuor pedes in latitudine in

totali sua longitudine predicta Johanni de Angeren suscipienti eandem petiam terre in

hereditarium et annuum censum seu pactum quinquaginta septem solidorum et quatuor

denariorum parvorum legalium et bonorum in hunc modum: Videlicet, quod idem

Johannes et sui hæredes de dicta petia terre festo sanctorum Philippi et Jacobi

Apostolorum proximo venturo et deinceps annis singulis eodem quolibet termino

perpetue de dicta pecunia dicto Jacobo et suis heredibus Triginta solidos et octo denarios

Hermannoque predicto et suis heredibus Triginta solidos et octo denarios. Persolvent et

dabunt sub pena expandationis ut iuris est in Hussen expandari annuum censum et

pactum detentum et termine debito non solutum. Promiserunt etiam dicti Jacobus et

Johannes Hermannus dicto Johanni, quod ipse Johannes et sui heredes de dicta petia terre

nullam annalem pecuniam nullumque alium censum et pactum propter censum annuum

seu pactum predictum aliqualiter in perpetuum dabunt. Addendum est quod iidem

Jacobus et Hermannus et eorum haeredes per dictam petiam terre habebunt viam venendi

et adeundi terram suam, transeundi et redeundi ad faciendum dicte sua terre utilitatem et

Page 77: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

prefectum ut possibile et rationabile fuerit. Viamque illam habebunt ubi magis dicto

Johanni et suis hæredibus congruerit et plus conveniens et apta fuerit. In cuius rei

testimonium sigillum Scabinorum in Hussen est appensum. Datum Anno domini Mo

CCCmo

XLmo

nono domenica post nativitatis beati Johannis Baptistæ.

WijTilman Ghijskensz en Gerard Gerardsz. Hector, Schepenen te Hussen verklaren

hierbij dat:

Voor ons verschenen Jacob van den Broick en Herman Hoecke zijn zwager/schoonzoon

die verklaarden te hebben gegeven [een] zeker stuk land met één voet van de dijk tussen

de kerkgracht ann de ene kant en tussen de sloot van Berndt zwager/schoonzoon van Gert

van de Wal en diezelfde Gert, hebbende een totale lengte van 64 voet lengte voornoemd,

aan Johan van Angeren die ditzelfde stuk land in erflijk eigendom krijgt en jaarlijkse last

oftewel pacht van zevenenvijftig schellingen en vier kleine penningen wettig betaalmiddel

met de volgende afspraak: namelijk, dat dezelfde Johannes en zijn erfgenamen over dit

bedrag op het eerstvolgende feest van de HH Apostelen Philippus en Jacobus en

vervolgens ieder jaar altijd op dezelfde tijd een som van dertig schellingen en acht

penningen aan Jacob en erfgenamen voornoemd en dertig schellingen en acht penningen

aan Herman en zijn erfgenamen zullen betalen. Dat zij betalen en afstaan op straffe van

heffing zoals wettelijk gebruikelijk is in Hussen te heffen in geval van niet-betaalde

heffing of achterstallige pacht na verval van de betalingstermijn.

Voorts beloofden genoemde Jacob en Herman aan genoemde Johan, dat hij en zijn

erfgenamen over genoemd lapje grond nooit meer jaarlijkse pacht of anderszins vanwege

de jaarlijkse lasten of voornoemde pacht [hoefden] te betalen. Hierbij moet gezegd

worden dat dat dezelfde Jacob en Herman en hun erfgenamen over dit lapje grond recht

van overpad zullen hebben om van en naar hun land te gaan ten behoeve van mogelijke

en redelijke werkzaamheden aldaar. En deze weg zullen zij hebben voor zover het

genoemde Johan en zijn erven instemmen en het makkelijk en passend is. Ten bewijze

waarvan het zegel de Schepenen van Hussen is aangehecht. Gedaan in het jaar onzes

heren 1349, de zondag na de geboorte van de zalige Johannes de Doper (28 juni 1349).

Margetekst

Jacob van den Broick und Herman Hoeck sijn lidumb

geven over einen hont lantz mit einen foit dijcks

gelegen tolangs tussen die grafft der kerken mit einen

ende und tussen die grafft Berndts lidumbs Gerrit

van den Walle und den selven Gerrit halden 64 voit

lengsden Johan van Angeren vur erflichen jarlichen

tins 57 solidorum und IIII denario klein. Und sollen

Jacob und Herman dadurch hebben ein weg und

durchfart weg unnd weder oer lant to begadenn.

nu Herman Roevers huss.

Folio 37 in het manuscript is niet gevuld

Folio 38

Page 78: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Ex literis fundationis Capellaniæ sine Vicarie Altaris

divi Johannis Evangeliste templi Hussensis.

Uit de stichtingsbrieven van de Kapelanie of Vicarie van het altaar

van de heilige Johannes de Evangelist in de kerk van Huissen

Angainde VI golde franckricksche schilden Ott van Hessen der Vicarien

gevest heft jarlix to boeren uiter ein stuck landts geheiten die Uplage. Item

noch uit viff morgen landts gelegen up Sgrevenveldt. Item noch van III

alden schilt gainde jarlix uit dem kempken beneffen den kerckhoff.

Wij Gossen die Vriese unnd Johan Dericksen , Schepen to Huijssen, tugen dat vur ons

kommen is Otto van Hessen ind heft bekant mit sijnen vrijen wil vur oen ende vur sijn

erven dat hie in einen steden erffkoep verkoft heft heren Henrick van Vledinck, Priester

Vicarius des heiligen Altars Sunt Johans Evangelisten, gelegen in der kerspels kercken

toe Huessen tot behoif des Altars vurss sesz alde schilde erffrenthen gut van golde, recht

van gewicht, rechtverdig van munten skeisers van Romen of sKonincx van Vranckrick

of ander paijment darfur gelick gut in elcker tit der betalungen uit einen stuck landts

geheiten die Uplage, gelegen so wij verstain an die een side upwart neest erfnis

Gerbenden ende Grieten wilnere echte döchteren Bruijns Visschers ind mitter ander siden

nederwart nest erfnisse Berndt Snijpers. Mit den einen eijnde schietende an den dijck

ende mit den andren eijnde op den stranck van den Rhin ind vort uith viff mergen landts

gelegen so wij verstain up Sgrevenveldt die drie mergen upwart nest erfnisse Hermans

van den Rhijn mit der einre siden ende mit der ander siden nederwart nest unser

kerckenlandt. Mit den einen eijnde schietende up die Loostrait ende mit den anderen

eijnde up erfnis Derick Dumers ende sijnre kijnder. Ende die ander twee mergen gelegen

die eine sijde upwart nest erfnis Wilhem Masschops, ende die ander sijde nederwart nest

erfnisse Arnts van Holthusen. Mit den einen eijnde schietende up die Loostrait ind mitten

anderen eijnd up erfnis Aleijt Heijncken, nu up Sunt Peters dach ad Cathedram neest

komende na datum disz briefs angains ind so vort alle jar op den selven vurss termin

erffelick ind ewelick den Vicario des heiligen altars vurss tertit wesende tobetalen onder

ein peene der peindings als to Huijssen recht is van pacht, tins ende jargelt dat up sijnen

rechten termin uit betalt en worde. Ind die pande tobieden an onse Gasthus Capelle of an

die stede dar die vurss Capelle nu ter tit steet. Mede heft Otto vurss, verwilkoert ende

overgegeven. Off sackeweer dat die Vicarius des altars vurss tertit wesende in der

peindinge vurss enich gebreck lede als van den ses alden schilden jarlicker renthen uit

den drien stuck lands vurss dat hie dan dat gebreck vort peinden mach bij den Richter tho

Huijssen uith allen guden Otten van Hessen vurss rurende ind onrurende dat hie nu tertit

heft of hir namals werven mach mit der einre handt te peinden ende pande mit der ander

handt te verkopen

Folio 39

Page 79: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ind die pande to bieden als vurss is. Vort meer so heft Otte van Hessen vurss bekent mit

sijnen vrijen will vur oen ende vur sijn erven, dat hie in enen steden erfkoep verkoft heft

heren Henrick vurss tot behoiff des heiligen altars vurss derden halven alden schilt

erffrenthen, munten of paijments vurss so hie die jarlix hefft uith huijss, hofstat, hoff

ende bongart dar Henrick Lammoij nu ter tit woent, gelegen nest onsen kerckhoff mit der

einre sijden ind mit der ander sijden nest hoff die Aleijt Pellegrims wiff to wesen plach

ind hoff Mechtelde van Medel. Ind dat ein eijnde neest huijss ende hoffstede Leijten van

Vell ende oere kinder. Ind dat ander eijnde an die strate. Ind mede alsolicke brieve als

Otte vurss darup spreckende heff. Also dat die Vicarius des altars vurss ter tit wesende an

den derden halve alden schilt erfrenthen vurss ende an die vurss brieve geerfft is. Ind die

erflick ind ewelick tobesitten ende te gebrucken ende mitten vurss brieven te vorderen

ende vort te varen gelickerwies als Otte vurss vur datum dis briefs selver doin mucht.

Ende Otte vurss ende sijn erven darvan onterfft sijn ind gein recht meer noch to seggen

daran en behaldenn. Vort meer so heft Ott vurss gelaift heren Henrick vurss tot behoif der

Vicarien des altars vurss die derden halven alden schilt erfrenthen vurss to vrijen ende to

waren jar ende dach ende allen voirkommer aftedoin als erfrenthen koeps recht is tegen

all die geen die des ten rechten kommen willen. Ind heft mede verwilkoert. Of sacke were

dat die Vicarius des Altars vurss tertit wesende enigen vurkommer, hinder of gebreck mit

recht dar bij leden of dat oen ennichs jars gebrucke, den derden halven alden schilt

erfrenthen vurss to peinden of mit recht to verhalenn an dat huijs, hofstede, hoff inde

bongart vurss ende vort na ingehalt der vurss brieve darvan spreckende wes schade of

hinder der Vicarius des altarts vurss ter tit wesende dar bij lede, dat mucht hie peinden bij

den Richter vurss uit allen guden Otten vurss rurende ind onrurende dat hie nu ter tit heft

of hir namals werven mach ind mitt den panden vort te varenn als vurss is. Sunder all

Argelist ende nije vonde die den Vicario in der tit wesende hinderen muchten in orkonde

onss Schepen segel van Huijssen an desen brief gehangenn. Ind tot meerre vestenisse ind

getuge so heft Ot van Hessen vurss sijn segel bij onsen Schepen segel an desen brief

gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren duijsent vier hundert acht ende dertich des

neesten Sonnendages na Sunt Jacobs dach des heiligen Apostels. [zondag 30 juli 1438]

Margetekst

Ot van Hessen verkopt her Henrick Vledinck, Priester

Vicarius S. Jans Altars, III alden schilt uith husz, hofstat,

hoff ind bongart, nest den kerckhoff mit die ein sidt,

mit die ander sidt nest hoff die Alijt Pilgrums wijff to

wesen plach ind hof Mechtelde van Medel ind dat ein

eijndt nest huijss und hofstede Leijten van Vell ende

oerer kinder dat ander eijndt an die strait.

Vorbrieve Angainde dat kempken nest den kerckhof gelegen

Wij Henrick Rolofssons ende Gerit van Riszwick, Schepen to Huijssen, tugen dat vur ons

komen is Emmelrich die Vriese ende heft bekant mit sijnen vrijen wille. Dat hie in einen

steden erfkope verkocht heft heren Kerstant Wilhemss Priester ende sijnen erven die

rechte

Margetekst

Page 80: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Emelrich die Vriese verkopt Kerstant Willemsen Priester

die half scheidt der hoffstede bij dem kerckhove.

Folio 40

helfte, huijs, hofstedenn, haefs unde erfnisse mit alle sijne tobehoeringe so dat gelegen is

an den kerkckhove tho Huessen ende alsulcken lijff als hie an den wederdeel heft, welcke

wederdeil Pepelicke provende ende die kerck tho Huessen hebben sullenn, erfflick end

ewelick na dode Emmelricks vurss na inhalt der brieven die sie darvan spreckende

hebben. Welcke huijse, hofsteden, hof ende erffnisse vurss gelegen sijn nest den

kerckhove mit der einre sijden, ende nest erfnisse Mechtelden van Medel ende Pelgrims

van Kempen mit der ander siden. Mit den einen eijnde schietende up die strate ende mit

den anderen eijnde op erfnisse Jacobs van Velle. Also dat her Kerstant Wilhems Priester

ende sijne erven an die rechte helfte des vurss huijs, hofdsteden, haefs ende erfnissen

ende an dat wederdeil Emmelricks lijff vurss geerft wesen sullen, ende dat erffelick ind

ewelick besitten ind gebrucken sullen. Ende dat Emmelrick vurss ende sijne erven darvan

onterft sijn ende gein recht noch to seggen dar meer an en hebben noch in geinre wies en

behaldenn. Vort meer heft Emmelrick vurss gelaift hern Kerstant vurss ende sijnen erven

dit vurss erfnisse to waren jar ende dach tegen alle die gene die des then rechten kommen

willen ende allen voirkommer aftedoin, uitgenomen drie Vlemsche groit jarlicher renthen

uith sijner helften. Ende dar tho alsulcken dijck als mit recht dar up leegt. Anders enigen

vurkummer, hinder of gebreck als her Kerstant vurss of sijne erve mit recht dar bij leden,

dat mugen sie tot oerre maningen peijnden bij den Richter tot Huessen uit allen gude

Emmelrix vurss, rurende ende onrurende dat hie nu heft of namals werven mach, mit der

einre handt tho peinden ende mit der ander handt die panden to verkopenn. Sunder

Argelist. In orkunde onser Schepen segell van Huijssen an desen brieff gehangenn.

Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert ende twee ende twintich des woensdags na

sunte Bonifacius dach. [woensdag 10 juni 1422]

Margetekst

Uitgang III Vlemsche groet

Wij Evert Hoijckende, Gerrit van Risswick, Schepen to Huessen, tugen dat vor ons

kommen sijn her Wilhem ter Leense, Priester Pastor in der tit der kercken van Huessen

ende Johan van Huesselingen ende Henrick Wijer kerckmeistere in der tit derselver

kercken vurss ende hebben bekant ind verlijt mit oeren vrijen wille, dat sie vur oen ind

oere nakomelingen mit rade, consent ind tho doin Burgermeisters, Schepen ind Raids der

Stadt van Huessen avergegeven hebben ind verkoft in einen steden erfkope heren

Kerstant Willemsen Priester ind sijnen erven die rechte helfte huijss, hofsteden, haefs ind

erffnisse so dat alinge gehocht gelegen is an den kerckhave to Huessen. Welcke helfte

huijss, hofsteden, haefe ind erfnisse vurss Emmelricks die Vriese gegeven heft na sijner

doot tot behoif der Pepelicker Provenden in der kercken vurss vur sijnre alder memorien

ende dar her Kerstant vurss der kercken vurss oer deil afgekocht heft om ein bescheiden

Margetekst

Page 81: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Pastor unnd Kerckmeister over geven die ander

helffte des hoffs ind erfnisse die Emelrich gegeven,

tot der Pepelicher provendenn

Folio 41

summe gelts die vort in der kercken urbar gelacht ende dar hie den Pastor die nu is of

namals wesen sall vur sijn deil vur bewesen ende mit Schepenbrieven gevest heft an

twelff alde Vlemsche grote jarlicker renthen uit hus, hoffstede ind have Jacob Butsiers na

inhalt desselven briefs vurss. Welcke alinge husz, hofstede ind erfnisse vurss gelegen is

nest erfnisse Mechteldenn van Medel ende Pelgrims van Kempen mit der einre siden

ende nest den kerckhave mit der ander sijden. Mit den einen eijnde schietende up

erfnisse Jacobs van Velle ende mit den anderen eijnde op die strait. Also dat her Kerstant

vurss ende sijne erven an die rechte helfte huss, hofsteden, haefe ind erfnisse mit sijnre

tobehoeringe geerft wesen sullen ind dat erflick ende ewelich besittenn ind gebrucken

sullen ende dat her Wilhem Pastor ind die kerck van Huessen vurss ende oer

nakommelingen darvan onterft sijn ende geen recht noch to seggen dar meer an en

hebben noch in geinre wiesen behalden. Sunder Argelist. In urkunde unser Schepen segel

van Huessen an diesen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert

tweeindtwintig des sonnendages na sunte Johannes dach Decollatio. [zondag 30 aug

1422]

Wij Gerit van den Walle ende Derick die Smijt, Schepen to Huessen, tugen dat vur ons

kommen is her Kerstant Wilhemsson, Priester, ende heft bekant mit sijnen vrijen wille

dat hie verkoft heft in eenen steden erfcoope Engelbert Butken Henrickssohn ind sijnen

erven huijss, hofstede, hof ind erfnisse so dat gelegen is an den kerckhave tho Huessen

ind dat Emelricks Vriesen to wesen plach mit alle sijnre tobehoeringe nest erfnisse

Pelgrims van Kempen ind Mechtelden van Medel mit der einre siden ende nest den

kerckhave vurss mit der ander sijden. Mit den einen eijnde schietende up erfnisse Jacobs

van Velle ende mit den anderen eijnde up die strate. Also dat Engelbert vurss ende sijne

erven an dese vurss huijsz, hofstede, hof ind bongardt geerft wesen sullen ende die

erffelick ende ewelick besitten ind gebrucken sullen ende dat her Kerstant vurss ind sijne

erven darvan onterft wesen sullen ende geen anspracke, recht noch tho seggen dar meer

an hebben noch in geinre wiesz en behalden. Vort meer heft her Kerstant vurss

overgegeven Engelberde vurss ende sijnen erven alsulcke Schepenbrieve van Huessen

spreckende up dit vurss huijse, hofstede ind erfnisse, als her Kerstant vurss daraf

ontfangen heft. Also dat Engelbert vurss ende sijne erven an die vurss brieve desgelicks

geerft wesen sullen ende rechte volger darvan wesen sullen mit den vurss brieven te doin

ind to laten ende all oer recht darmede uitforderen na dat die inhalden ind begrepen

hebben in alle derselver manieren, dat her Kerstant vurss to vorn mucht hebben gedain.

Vort heft her Kerstant vurss gelaift Engelbert

Margetekst

Kersten Wilhemsen verkoft Engelbert Butken

Henricksson dat huijss ind hofstede bij dem kerkckhove

Page 82: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Folio 42

vurss ende sijnen erven dese vurss huijss, hofstede ind erfnisse to waren ende to vrijenn

vur alsolicken vurkommer als her Kerstant vurss darup muchte hebben gedain, diewiele

dat hie dat gehadt heft. Weert sack dat Engelbert vurss of sijn erven enigen vurkommer

darup leden den her Kerstant vurss bij sijnre tit darup gedain hed, den muchten Engelbert

vurss ende sijne erven peinden bij den Richter to Huijssen uit allen gude heren Kerstants

vurss rurende ende onrurende dat hie nu heft of namals werven mach mit der einre handt

te peinden ende mit der ander handt die pande te verkopenn. Sunder wederseggen ende

sonder Argelist. In urkunde onser Schepen segel van Huyssen an desen brieff gehangen.

Gegeven int jaar ons heren dusent vier hundert ende drieendetwintich des sonnendages na

Sunte Vits dach. [zondag 1 mei 1423]

Margetekst

Dit erf darvan folgt is nu gelegen an dem ort

dar nu Herman Röner Vicarius beneven woent dan up

den ander sidt van den kerckhof dar nu des Conventz

gehocht up steet oder oer kerck und gehort nit bij s.

Jans Vicarien brieff.

Wij Gerrit van den Walle ende Willem Knoop, Schepen to Huessen, tugen dat vur ons

kommen is her Kerstant Wilhemsson, Priester, ende heft bekant mit sijnen vrijen wille,

dat hie in einen witlicken steden erfkope verkoft heft Engelbert Butken Henrickssohn ind

sijnen erven, huss, hofstede ind erfnisse, so dat mit alle sijnre tobehoeringe gelegen is

achter den kerckhave to Huijssen ind dat Johans van Dornick ind Junfrauwe Agnese van

Doernick to wesen plach ende is gelegen nest erfnisse Goessens Vriesen mit der einre

siden ende nest have der kercken van Huessen ende der Stadt walle mit der anderer siden.

Mitten einen eijnde schietende up die strate streckende tusschen den kerckhave und die

vurss erfnisse, ende mit den anderen eijnde up erfnisse Gossens Vriesen ende Henrick die

Hengxt. Ende dartho so heft her Kerstant vurss avergegeven Engelbert vurss ende sijnen

erven alle alsulcke brieve als her Kerstant vurss daraf ontfangen heft van Johanne van

Doernick ind Jonffraw Agnesen vurss. Also dat Engelbert vurss ind sijne erven an die

vurss husz, hofstede, erfnisse ind brieve geerft wesen sullen ende die erflick ende ewelick

besitten ind gebrucken sullen, ende dat Engelbert vurss ende sijne erven mit den vurss

brieven vortfaren mugen al oer recht dar mede to vorderen na inhalt der vurss brieven

gelick of her Kerstant vurss selve were. Ende dat her Kerstant vurss ende sijne erven

darvan onterft sijn ende geen recht noch to seggen dar meer an en hebn noch in geinre

wiesz en behaldenn. Vort meer heft her Kerstant vurss gelaift Engelbert vurss ind sijnen

erven dese vurss husz, hofstede ende erfnisse mit alle sijnre tobehoeringe to waren jar

ende dach als erfkoeps recht is to Huyssen voir alsulcken voirkommer als her Kerstant

hadde gedain of mochte hebben gedain dieweile hie dat gehadt heft. Uitgenommen

sunderlinge alsolichen onrait als die selve brieven daran inhalden. Ind weert sacke dat her

Kerstant

Margetekst

Page 83: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Belangende die hofstede ind erfnisse dat Johan ind

Junfer Agnesen van Dornick

to wesen plach.

Folio 43

vurss enigen vorkommer darup gedain had binnen sijnre tit dat hie dat gehadt heft, den

mugen Engelbert vurss ende sijne erven peinden bij den Richter to Huessen uit allen

erfnisse ind gude rurende ind onrurende hern Kerstant vurss, dat hie nu heft of namals

werven mach ind verhalen an alle gude so war hie dat heft oen dar uit in to beschidden

mit geistlichen of wertlichen rechten. Sunder enigerhande Argelist. In orkunde unser

Schepen segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven int jar ons heren dusent

vier hundert ind drieendetwintich des neesten dinxdages na Sunt Andries dach. [dinsdag

7 dec 1423]

Wij Gerit van Riszwick ind Derick die Smit, Schepen to Huessen, tugen dat vur ons

kommen sijn Engelbert Butken Henricksson ind Ermgardt sijn echte wiff ende hebben

bekant mit oeren vrijen wille, dat sie in einen steden vasten erfkope verkoft hebben hern

Arnt van Hessen Ridder ende sijnen erven, huijss, hofstede, hoff ind erfnisse dat wilners

Emmelricx Vriesen to wesen plach. So dat gelegen is an den kerckhave tho Huessen mit

der einre siden ende nest erfnisse Pelgrims van Kempen ind Mechtelden van Medel mit

der ander siden. Mit den einen eijnde schietende up die strate, ende mit den anderen

eijnde op erfnisse Jacobs van Velle. Ende dartho alle alsulcke brieve spreckende up dit

vurss huss, hofstede, hoff ind erfnisse. Also dat her Arnt vurss ind sijne erven an dit vurss

huijss, hofstede, hoff, erfnisse ende brieve geerft wesen sullen ind die erflick ende

ewelick besitten ind gebrucken sullen. Ende dat her Arnt vurss ende sijne erven rechte

volger wesen sullen der vurss brieve darmede to doin ende to laten ind mit recht darmit

vort to farenn na inhalt der vurss brieve gelick dat Engelbert ind Ermgardt vurss ende

oere erven tovorn muchten hebben gedain. Ind dat Engelbert ind Ermgardt vurss ind oere

erven darvan onterft sijn ende geen recht noch to seggen dar mere an en behaldenn in

geenre wiess. Sunder Argelist. In orkunde unser Schepen segel van Huessen an diesen

brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert ende drieendetwintich des

Sondages na Sunter Clais dach.[zondag 12 dec 1423].

Margetekst

Engelbert Butken ind Ermgardt ehluede

updragen hern Arnt van Hessen die erfnisse

bij den kerckhave.

Wij Henrick die Zeelander ind Gerit van Riszwick, Schepen tho Huijssen, tugen dat vor

ons kommen sijn Gossen van den Gruijthus ind Aleit sijn echte wiff ende hebben bekant

mit oeren vrijen wille, dat sie in einen steden erfpachte ontfangenn ind angenommen

hebben van heren Arnde van Hessen Ridder huijsz, hofstede ind erfnisse so dat

Emmelricx Vriesen vortitz to wesen plach, gelegen nest den kijrckhave tho Huijsssen

mitter einre sijden, ende nest erfnisse Pelgrims van Kempen ind Mechtelden van Medel

mitter ander siden. Mit den eine eijnde schietende op erfnisse Jacobs van Velle ende mit

den anderen eijnde op die strait mit einen wege streckende van den vurss huijss ende

Page 84: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

hofstede tot an die strate tho. So die mit recht dar to behoert, als vur derdenhalven alden

schildt jarlicker renthen van munten des Keisers

Margetekst

Gossen van den Gruijthuss nimpt an in erfpacht

dat gut dat Emelrick Vriesen to hoeren plach van

hern Arnde van Hessen vur III alde schilde up

Peter ad Cathedram

Nota de via

Folio 44

van Rhomen of des Konincx van Franckrick. Of ander paijment dat dar gut vur is in

elcker tit der betalingen op Sunte Peters dach ad Cathedram nu nest tokommende aver

einen jar na datum des briefs angains hern Arnt vurss ind sijnen erven uit den vurss huse,

hofstede ind erfnisse ende so vort alle jar op denselven Sunt Peters dag vurss erflick ende

ewelich to betalenn under een pene der peindingen als to Huessen recht is van pacht, tinse

ende jargelde. Ende umb ein meerre seckerheit des vurss pachts ind jargeldes, so hebben

Gossen ende Aleit hir in verbunden ende tot einen rechten underpande gesat hern Arnde

vurss ind sijnen erven twee alde schilde jarlicher renthen gainde uit huss, hofstede ind

erfnisse Jan Kempen, Gossen ind Aleijden vurss tho behoerende gelegen in der Laijck

nest erfnis Engelbert Butkens mit der einre siden ende nest erfnisse dat Johans van

Huesselingen was mit der ander sidenn. Also dat her Arnt vurss ind sijne erven desen

vurss pacht also wal penden mugen bij den Richter to Huessen uit den vurss twee

schilden jarlicker renthen als uith den vurss huijss, hofstede ind erfnisse mit der einre

handt to peinden und mit die ander handt die panden to verkopen. Vortmeer heft her Arnt

vurss gelaift Gossen unnd Aleijden vurss ind oeren erve desen vurss erffpacht to halden

unverbreckelick ende to vrijen op drie vlemschen grote jarlicker renthen, die Gossen ind

Aleijt vurss ind oere erven ock jarlix up den Passche dach daruith betalen sullenn. Ende

sulcken dijck als dar mit recht tobehoert. Ende weret sacke dat Gossen ende Aleijt vurss

of oere erven anders eniger vurkommer, hinder of gebreck mit recht darbij leden, dat

mogen sie peinden tot oere maningen bij den Richter tho Huessen uit allen gude hern

Arndts vurss, rurende ind onrurende, mit der einre handt te peijnden ende mit der ander

handt die panden to verkopen. Sonder weder seggen ende sonder Argelist. In orkonde

unser Schepen segel van Huessen an diesen brief gehangen. Gegeven int jar ons heren

dusent vier hondert ende vierendetwintich des Vridages na der twelff Apostelen dach,

Divisio. [vrijdag 21 juli 1424]

Endt der vurbrieve

Margetekst

Uitgang III Vlemsch groit

Wij Henrick Porr unnd Giszbert van Will, Schepen to Huessen, tugen ende bekennen in

und avermitz desen apenen brieve. Dat vor ons kommen is die werdige her Harman van

Brockhusen mit Henrick Cock sijnen wertlicken mombar ind heft bekant mit sijnen vrijen

moetwillen vur hem ind sijnen erven. Dat hie van den werdigen heren Henrick Broiel

Page 85: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Vicarius van S. Johans Altar binnen der Kerck tot Huessen mit furweten, wil ind consent

unsers genedigen Furst und heren hern Wilhelm Hertogen to Cleve etc. als rechte

Collator der selviger Vicarien vurss van Bongartgen in der gemelter Vicarien gehorig mit

alle sijn recht unnd tobehoir. Vort mit alsolchen uitwech als dar mit recht tobehoert.

Schietende vur hent an der Lang strate und achter ander straten nest dem Convent und

Susterenhuss vermugen brief unnd segel in erfpacht ontfangen und angenommen heft mit

allen brieven darvan spreckende, altit to verbeteren und

Margetekst

Her Herman van Brockhuss nimpt an in erfpacht ein

Bongartgen in S. Jans Vicarie gehorig van her

Henrick Broiel Vicarien vur III alde schilt

No

Iterum de via

Folio 45

nit to verargerenn gelegen binnen der Stadt van Huessen ,mitter einre siden nest dem

kerckhof, mitter anderer siden nest Conventz Hoppenhoff und des Besierer Jans die

Kemps bongardt, schietende mit den einen eijnde an erfnis Herman Roevers, mit den

anderen eijnde an der straten nest des Convents vurss. Darfur her Herman vurss mit

sijnen wertlicken mombar bekant ind gelaift hefft mit sijnen walbedachten frijen

mutwillen vur hem ende sijnen erven jarlix ende alle jar erflick ende ewelick up alle S.

Peters dach ad Cathedram of binnen die neeste vierthiendagen vur of na unbefairt in

derselviger Vicarien van S. Johans Altar vurss to geenen und fromelick to betalen

derdenhalven golden schilt siars erflicker jarrenthen, gut van golde ende swar gnug van

gewichte of die gerechte werde darfur an anderen guden golden oder silveren paijment

genge ind geve in itlicker tit der betalungen allet bij pene van peindinge bij dem Richter

to Huessen an ende uith dem selvigen bongart mit sijner gerechtigheit und verbeteringe

unnd vort uit alle sijn ander erff ind gut reet ind onreet, rurende und onrurende, die her

Herman vurss nu heft of namals noch krigen mach, nit darvan uitgescheiden, mit die ein

handt daran to peijnden und mit die ander hant die pande to slijten unnd to verkopen.

Und darmit vorttofaren als tot Huijssen recht is van tinss, pacht ende jargulde. Sunder

Argelist. In orkonde der warheit hebben Wij Schepen vurss onsen gemeinen Schepen

segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jar ons heren viftienhundert

ind tweeindsestich, den XV dach des monatz Augusti. [zondag 15 aug 1562]

Folio 46

Wij Henrick Masschap ende Johan Derickxsoen, Schepen toe Huessen, tuegen dat voir

ons komme sijn Ermgardt Butkens echte wijff wilner Engbert Butkens, Henrick Butken,

Johan Butken, Koenegond ende Heilwich oer kindere ind hebn bekent mit hoeren vrien

will, dat sie in enen steden erfkoep verkoft hebben Haedwigen van Rijszwick echte wijff

wilner Gerits van Rijszwick, Bruijn, Henrick, Gerit, Koenegond ind Grieten oeren

kinderen ende oeren erven huijss, hoffstat, hoff ende bongardt gelegen so Wij verstain

mit der eenre siden neest der straten streckende van den wech neest unser Stadt muer tot

beneffen den kirchof ind mit der ander siden neest erfnis Haedwigen voirs ind oere

Page 86: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

kindere ende neest erfnis Goessens Vriesen. Schietende mit den enen eijnd an erve Johan

Cockx ind mit den anderen eijnd an den wech neest unser Stadt muer, ind an erfnis ons

kircken dat Peter van Merm in erfpacht heeft ind mede alsulke brieve als sie darup

spreckende hebben. Also dat Haedwich van Riszwick ind oer kinder voirs an dit huijs,

hofstat, hof ind bongart ind brieve vurss geerft sijn ind dat erflic ind ewelick besitten ind

gebrucken sullenn. Ind dat Ermgard Butkens voirs ind oer kinder vurgenoemd ind oer

erven darvan onterft sijn ind geen recht mere noch toeseggen dair an en hebn noch en

behaldenn. Voertmere so hebn Ermgert Butkens ind oer kinder voirsegt gelaift

Haedwigen van Rijsswick ind hoen kijnderen voirs ind hoen erven dit huijs, hofstat, hoff

ende bongart voirs te vrijen ende te warenn jair ende dach ind allen voirkommer aftedoin

als erfkoeps recht is, voir alle die geen die des ten rechten comen wille. Uitgenomen ein

hoeijn, twee pont, achtien groit ende achtehalff brabans, so dat jairlix dair mit recht uit

gheet. Ind sulken dijck als dar mit recht tohoert. Anders enigen voirkommer, hinder off

gebreck als Haedwich van Riswick ind hoer kinder voirs of oer erven mit recht darbij

ledenn dat were van Gerit of van Haedwigen, oeck kindere Ermgerden vurss of van

ijemant anders, dat moegen sie peijnden bij den Richter toe Huessen uit allen guden

Ermgerden vurss ind Henrick, Johans, Koenegonds ind Heilwigen oerren kinder vurss,

ruerende ende onrurende die sie nu tertit hebn of namals werven moge mit der eenre hant

te peijnden ind die pande mit die ander hant to verkopenn. Sonder Argelist. In orkond

onser Schepen segel van Huessen an diesen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren

dusent vierhondert achtendedartich des sonnendages na den heiligen kirszdach [zondag

28 dec 1438]

Margetekst

Ermgardt weduwe Engbert Butkens verkopen

Hadwich van Riszwick oer huijsz,

hoffstat, hoff und bongardt mit der einer siden nest

der straten streckende van den wech nest unser der

Stadt muer tot beneven den kerckhoff und mit der

ander siden nest erfnis Hadwigen vurss ende nest

erfnis Gossens Vriesen. Schietende mit den einen

ende an erve Jan Kocks und mit den anderen ende an

den wech nest der Stadt muer und an erfnis der

Kercken dat Peter van Merem in erf pacht heft.

Margetekst

Uitgang I hoen, II lb, XVIII groit, VIII brabans

Wij Johan Derickssoen ind Johannes van Aem, Schepen to Huessen, tugen dat voir ons

komen is Haedewich van Rijsswick echte wiff wilner Gerits van Rijswick ende heft

bekant mit oeren vrijen wille, dat sie all alsulck recht ind toeseggen als sie thent op datum

dis briefs gehadt mach hebben ind heft an huijsz, hofstede, hoff, bongart ende erfnis

gelegen mitter eenre sijden an huijsz, hofstat ende erfnis dat Johan Cocx to wesen plach

ind erfnis Gerit Rietstegen ind voirt all umb ende umb an den den Langen Wall an erfnis

Ceel Lomans ende an die gasse, streckende van den kerckhoff an den Langenwall ind mit

enen hornick an die gasse gelegen tusschen den kerchoff ende dese selve erfnis in ene

Page 87: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst

Hadwig van Riszwick verkopt oer husz, hoffstede,

hoff und bongart ende erff-

nis mit die ein sidt an husz, hoffstat eertitz Jan Kocks

und Gerritz Rietstegen und vort all umb und umb an

den Langen Wall an erffnis Ceel Loomans ende an

die gasse, streckende van den kerckhoff an den

Langenwal und mit einen horninck an die gasse

tusschen den kerckhoff und dese erfnis hern Gerrit

Negeler.

Folio 47

steden verkoep verkoft heft heren Gerit Negeler van Rees, Priester, ind den gheenen dar

hie dat ankerende werdt. Also dat her Gerit Negeler vurss ind die gene dar hie dat

ankerende werdt an all dat andeel, recht ende to seggen dat Haedewich vurgenoemd an

den vurss huijss, hofstede, hof, bongert ende erfnis thent up datum dis briefs gehadt mach

hebn geerft wesen sollen, dat erflich ende ewelich to besitten ende to gebruckenn. Ind

Haedewich vurgenoemd ende oer erven dairvan erflich ende ewelich ondterft sijn ende

geen recht meir noch to seggen dairan behaldenn en hebn. Voirtmere hebben Haedewich

vurss ende Henrick van Rijsswick oer soen dit vurss huijss, hofstat, hof, bonghart ende

erfnis gelaifft heren Gerit vurss ende den ghenen dar hie dat ankierende werdt to vrijen

ende to waren jair ende dach als erfkoeps recht is tegen all die geen die des ten rechte

kommen willenn ind allen voirkommer darvan aftedoin. Uitgenamen alsulcke erfreinten

als die kircke van Huijssen ind Derick van Wijlaeck dar jarlix mit recht uit hebn ind

sulcken tins alz onse gnedige here dair jarlix uith heft ind dijck ind weteringe als dar mit

recht tho hoerenn. Anders enigen voirkommer, hinder off gebreck als her Gerit

vurgenoemd ende die gene hie dit vurss erve an kierende werdt mit recht hir bij leden,

mogen sie verhalen ende peinden bij den Richter tho Huessen uith allen erve ind gude

Haedewiges ende Henricks oers sons vurss, rurende ende onrurende, reijde ind onreijde

dat sie nu tertit hebben of hirnamals werven moegenn mitter eenre hant to peinden ind die

pande mitter anderen hant to verkopen. Sunder Argelist. In oirkonde onser Schepen segel

van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons herenn dusent

vierhondert achtendeveirtich op Sunte Gregorius dach des Heiligen Paess. [dinsdag 12

mrt 1448]

Margetekst

Uitgang erfrenth an die kerck van Huijssenn und

Derick van Wijlick mijns gnedige hern tinsz.

Wij Herman uit den Werde ende Johannes van Aem, Schepen toe Huijssen, tugen dat voir

ons komen sijn Henrick Liemenssohn ende Aleijt sijn echte wijff ende hebn bekant mit

oeren vrieen wille, dat sij in enen steden erfkoep verkoft hebben Johan van Huessen ende

sijnen erven enen bonghart ende erfnis mit allen brieven darvan spreckende, so die

bongert ende erfnis Johans van Huessen voertits to wesen plach mit allen sijnen tobehoer

gelegen mitter eenre siden an den Langenwalle ende mitter anderen siden an erfnis dat

Henrick Lamaijen ende Mechteld van Medel to wesen plach. Schietende mitten enen

eijnde an die alijmöl so een gebont huijss an die alijmöl mede up dat vurss erve

Page 88: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

getijmmert is. Ind mitten anderen ende an die gasse. Also dat Johan van Huessen

vurgenoemd ende sijn erven an den vurss bongert ende erfnis ende brieve darvan

spreckende geerft wesen sollen ende dat erflich ende ewelich besitten ende gebrucken.

Ind Henrick ende Aleijt vurgenoemd ende oer erven darvan onterft sijn ende geen recht

meir noch to seggen dairaen behalden en hebn. Sunder Argelist. In orkonde onser

Schepen segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven in den jar ons heren

dusent, vierhundert soevenendeveirtich des neesten fridages na Sunte Marcus dach des

heiligen Evangelisten. [vrijdag 28 april 1447]

Up den rug steet geschreven Van onsen Bongert.

Margetekst

Henrick Liemens verkopt Jan van Huijssen einen

bongardt ende erfnis die vor tits Jan van Huijssen to

wesen plach, mit ein sidt an den Langewall mitter anderen

an erff Henrick Lamaijen. Schietende mit einen endt

an die alimol so ein gebont hus an die alijmöl so ein

gebont husz an die alymöl mede up dat vurss erff

getijmmert is, mit den anderen ende an die gasse.

Folio 48

Wij Bernt Snijepert ind Johan Knoep, Schepen toe Huijssen, tugen dat voir ons kommen

sijn Johan van Huessen ind Jonfer Gertrudt sijn echte wijff ende bekanden mit oeren

vrijen wille, dat sie in enen steden erfkoep verkoft hebn Henrick Hasen ende sijnen erven

enen bongert die gelegen is mitter eenre siden an erfnis Gerit Rijetstegen ende Peters van

Torn ind mitter anderen siden an den Langenwall ind an die alijmol. Schietende mitten

eijnen eijnde an erfnis dat hern Arnts van Hessen to wesen plach ende erfnis Henrick

Smeeds ind mitten anderen eijnde an die gasse mit allen brieven darvan spreckende. Also

dat Henrick Hase ende sijn erven an den vurss bongert geerft wesen sullen, den erflich

ende ewelich te besitten ende te gebrucken mitten brieven darvan spreckende. Ind Johan

van Huessen ende jonfer Gertruet vurss ende oer erven dairvan onterft sijn ind geen recht

meir noch toeseggen dair an behalden ende hebn. Voirtmere hebben Johan van Huessen

ende jonfer Gertruet vurss gelaeft Henrick Hasen vurss ende sijnen erven den vurss

bongert te vrijen ende te waren jair ende dach als erfkoeps recht is ind allen voirkommer

aftedoin. Uitgenamen anderhalven alden schilt ind twintich schillinge cleijn paijments

erfrenthen ind dijc ind weteringe als dair mit recht tohoirt. Anders enigen voirkommer,

hinder of gebreck als Henrick vurss off sijn erven mit recht darbij leden, mugen sie

verhalen ende peijnden bij den Richter toe Huessen an allen erve ind gude Johans van

Huessen ind jonfer Gertrueden vurss, rurende ende onrurende, reijde ende onreijde, dat

sie nu tertit hebben of hirnamals durven mogen mitter eenre handt to peijnden ind die

pande mitter anderen hant te verkopen.

Mede hebn Johan van Huessen ind jonfer Gertruet vurss erflich ende ewelich

overgegeven Henrick Hasen ende sijnen erven al alsulc recht ende toseggen als sie thent

up datum dis briefs gehadt muchten hebben an den alden Wijndmoelenberg die gelegen is

an den Langenwall. Alsoe dat Johan van Huessen ende jonfer Gertruet vurss of oer erven

geenrehande recht of toseggen daran behalden en hebben. Sunder all Argelist. In

oirkonde onss Schepen segel van Huessen an diesen brief gehangenn. Gegeven in den

Page 89: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

jaer ons heren dusent vierhundert ende tweendviftig op den lesten dag van der

Meijmaent. [woensdag 31 mei 1452]

Up den rug steet geschrevenn Van onsen bongert hijr bijnnen.

Margetekst Jan van Huijssen verkopt Henrick Hasen einen

Bongart gelegen mit ein sidt nest Gerrit Rietstegen

ende Peters van Torn, mit der ander siden an den

Langen wall ind an die Alijmul Schietende mit ein

ende an erf hern Arnts van Hessen to wesen plach

ende erfnis Henrick Smeets mitten anderen endt an

die gasse. Mede overgeven oer recht an den alden

Windmolenberg an den Langenwall.

Margetekst

Uitgang II alden schilden XX stuivers klein

Wij Berndt Bruijnssoen ende Bernt Snijepert, Schepen toe Huessen, tugen dat voir ons

kommen sijn Henrick Hase ende Griet sijn echte wijff ende bekanden mit oeren vrijen

will dat sie in enen steden erffkoep verkofft hebn hern Derick van Borckel, Priester, ende

sijnen erven enen bongart so die gelegen is mitter eenre sijden an erffnissen Gerit

Rijetstegen ende Peters van Torn ende mitter anderen sijden an den Langenwalle ende an

die Alijmoel so dat nu mit enen tuijn afgevracht is, schietende mitten enen eijnde an

erfnis dat hern Arndts van Hessen Ridders to wesen plach ende an erfnis Henrick Smeeds

ende mitten anderen eijnde an die gasse, ind mede al alsulc recht als sie hebn an den

Moelenberch neest den vurss bongert an der mueren gelegen, so Johan van Huessen den

Henrick Hasen

Margetekst

Henrick Hase verkopt hern Derick Borckell, Priester,

den nest vurss Bongardt mit dat vurss recht an den

molenberg als hie dat van Jan van Hussen gekoft

hadde.

Folio 49

vurss sijn recht dair van overgegeven ende gevest heft na inhalde eens Schepen briefs van

Huessen darvan spreckende. Mede hebn Henrick ende Griet vurss overgegeven hern

Derick vurss alle brieve spreckende van den bongert ende molenberg vurss. Also dat

Henrick Hase ende Griet sijn echte wijff vurss ende oer erven van den vurss bongert ende

molenberg ende brieven darvan spreckende onterft sijn ende gheen recht mere noch to

seggen daran behalden en hebn. Ende her Derick vurss ende sijn erven daran geerfft sijn,

die erfnis vurss erflich ende ewelich te hebben, te besitten ende te gebruijckenn. Ind

mitten vurss brieven te vorderen, te doin ende te laten in alinger wiesz als Henrick ende

Griete vurss voir datum dis briefs doin muchtenn. Sonder Argelist. In oirkonde onsser

Scepen segel an diesen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent,

vierhondert tweendeviftich op sunte Margarete dach Virginis. [donderdag 13 juli 1452]

Page 90: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Op den rug steet geschrevenn Van onsen Bongert hijr bijnnen.

Wij Jonffrouwe Johanna van Aller, Willem die Cock ende Bessel jonffrouwe Johanna

voirss kinderen doin kundt allen luden ende bekennen mit desen apenen brieve vor ons

ende vor onse erven. Also als die Susteren binnen Huessen ons guetlichen erde uitter

handt geleent hebben acht Averlense Rijns gulden op die huijsinge die Johan Cocks

zeliger gedachten toe te behoerd plach binnen Huessen gelegen in alduslicker manieren

ende vurwarden hirna beschreven. Te weten weert sacke dat wij dese vurss huijsinge nit

en begelden, of dat wij nijt en dedingden mit ons heren gnaden van Cleve ende die

huijsinge an eens anderen mans hant quame. So gelaven wij den vurss Susteren ende hoer

Nakomelingen wael te hantreicken ende te betalen die vurss acht Rijns gulden bijnnen

drie jaren na datum dijs briefs. Mar weert sacke dat wij dese vurss huijsinge behijlden,

vrijden ende mit onsen gnedigen heren van Cleve dedingden, soe en sollen wij dese vurss

huijsinge nijmant anders verkopenn bijnnen dese drie jaren neestkomende na datum dis

briefs dan alleen die Susteren van Huessen voirs. Welcke huijsinge die Susteren in

rechter huerweren hebben ende besitten sollen drie jairlang ende nu up sunte Petrus ad

Cathedram neestkomende na datum dis briefs ijerst angainde, ende dan dar enteijndens so

sall men die acht Rijns gulden vort afkorten. Voirt sijnt vurwerden oft sack were dat die

Susteren vurss binnen dese vurss drie jairen enige vijnsteren of doeren an dese voirs

huijsinge deden tijmmeren. Die soeln sie ten uitgainde honere huer jaerde wederumd doin

maken. In dien dat wij des gesinnende ende begerende an hoen sijn. Sonder all farpely off

Argelist. Oirkonde dis so hebbe ich jonffrouwe Johanna vurss mijnen segel vur mij ende

voir mijn erven an desen apenen brieve gehangen. En want wij Willem ende Bessel voirs

nu up dese tit gebreck hebben onssen segelen so hebben wij gebeden Roeloff Vonck van

Ewick dat hie dese selven brief mit sijnen segel over ons besegelen will. Dat ich Roelof

vurss ome beden ende begerten will Willems ende Bessels voirs gerne gedain ende dis to

getuge mijnen segel voir hen beiden hijr an gehangen heb. Gegeven in den jaren ons

heren dusent vierhundert drie ende viftich, ipso die Panthaleonis martyris. [zaterdag 28

juli 1453 ]

Op den rug steet geschreven Paters huijs.

Margetekst

Johan van Aller, Willem Kock und Bessel oer kindere

bekennen van die Susteren to Hussen geleent to hebbenn

8 rinsche gulden up die husinge Jan Kocks, mit

bescheidt so sie die husinge nit verdedingen bij den

Herzog to Cleve die als dan weder to geven, unnd so

sie die husinge verdedingen wollen sie die niemant an-

ders verkopen dan den Susteren, die die huijsinge drie

jar in oer huijrwer behalden unnd dar na die VIII Rijnsche

gulden korten sollenn.

Folio 50

Wij Johan van Gaids gnaden Hertoug van Cleve ind Greve van der Marck doen kont ind

bekennen avermits desen brief voir ons, onse erven ind nakomelinge, dat Wij an

Page 91: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

guden reden gulden paijment ontfangen hebn hondert averlensche Rinsche gulden van

den Susteren Sent Elisabeths Convents van der derder orden binnen onser Stadt Huessen,

dairvoir Wij aen erflicken hebn verkocht die alinger huijsing ind hoffsteden gelegen bij

den selven Convent ind die in vurtijden plach te wesen Goessens die Vriesen ind darna

Johans Kock ind vort vanwegen Johans Kocks vurss an uns gekommen is achter ind voir

mit all oerre havereijdingen ind tobehoeringe nit darvan uitgescheidenn. Beheltlick dat

Wij onse erven ind nakomelinge Hertogen van Cleve die huisinge ind hoffsteden vurss

alle wege wederumb kopen moigen mit hondert oeverlendsche Rijnsche gulden as nu

geng ind geve sijn, of mit guden gulden paijment den gelick gut. Ind as men dat doin will,

dat soilen Wij onse erven of nakomelinge vurss den vurss Susteren ein jairlang tho vorens

laten verkundigen. Ind so lang die loiss nit geschiet en is, sullen sie up oeren kost buijten

onsen schade die vurss huijsinge ind hoffsteden halden in daick ind guden gerecke ind

dar ock uit betalen nu vortan alsulcken tinse ind jairgelt as dar mit recht uitgeet. Oick is

bevoirwert of sie na oere gelegenheit bijnnen des vurss huijsinge ind weren wat

tymmeren wolden dat mogen sie doin, ind as dan die loisse geschieden, of wij of onse

erven ind nakomelinge vurss die tijmmeringe to behalden mit oen nit eens en wurden, so

mogen sie die wederumb afbrecken ind dan wederumb reformiren allet dat sie mit der

tijmmeringe of anders an der huijsinge verandersait hedden. Ind id is voirwerde, dat Wij

onse erven ind nakomelinge vurss des huijsinge mit alle oere tobehoeringen vurss ein

weer wesen soilen. Voir alle die gene die des ten rechten komen willenn. Ind alle sonder

Argelist. Ind dis tot oirkonde hebben Wij onsen segel an desen brief doin hangenn.

Gegeven in den jar onss heren dusent vierhundert drie ind viftich op sent Bartholomeus

avent. [donderdag 23 aug 1453]

Margetekst

Johan Hertog van Cleve etc. verkoft den Susteren vur

IC Rinsche gulden die husinge bij denselven Convent

gelegen Gossens die Vriese und dar na Jan Kocks mit

havereidung und to behoering up ein wederlosz.

Und sollen jargelt und tinsz daruith betalenn.

Folio 51 is leeg

Folio 52

Wij Willem Kock ind Jonfer Johanna van Aller, Willems vurss moeder, bekennen voir

ons ende Jonfer Bessel onse dochter ende suster mit desen apenenn brieve, dat die moder

ende dat Convent van sunte Elijsabets Convent bijnnen Huessen ons mijnlick geleent

hebben drie gude overlantsche Rijnsche gulden. Ende wij Willem ende Jonfrou Johanna

voers hebben oen gelaift ende laven voer ons ende onse erfgenamen. Dat wij of niemant

van onser wegen den Convent vurss behinderen en sullen rustelick ende vredelick onse

huijsinge vorss to bewoenen ende to behalden tot der tit tho, dat wij van onsen gnedigen

heren Hertogen van Cleve gescheiden sijn van der vurss husinge. Mer weert sacke dat

wij nit scheiden en konten van onsen gnedigen heren Hertogen van Cleve, so mogen wij

den Convent vurss betalen dese drie gulden ende die acht gulden die wij oen voir

schuldig waren ende proeven alszdan onse best ende to wat tijde onse huijss vorss weder

antasten willen. So sullen wij of onse erfgenamen den Convent vurss val ende wael

Page 92: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

betalenn die XI vurss gulden eer wij onse huijsinge vurss antasten sullen. All sunder

Argelist. In een tins der warheit so heb ick Willem vurss gebedenn Andries den Vriesen

dat over mij te segelenn om gebreck mijns segels up dese tit. Dat ick Andries vurss gerne

gedain heb om Willems vurss beden will. Ende ick jonfer Johanna vurss heb mijnen segel

vur mij ende Bessel mijn dochter mit Willem vurss gehangenn an desen brieff. Gegeven

int jaer ons heren dusent vierhondert ende vierendeviftich up sunte Benedictus avent des

heiligen Abts. [woensdag 20 mrt 1454]

Van paters huijs.

Margetekst

Willem Kock leent van den Convent noch

III Rinsche gulden facit mit die vurss acht

tosamen XI gulden. Und sofern sie mit den

Hertog van Cleve nit scheiden kunten,

willen sie die XI

gulden wedergeven Acta ut supra.

Wij Berndt Snijepert, Johan van Langeraeck, Gerit van Risswick ende Arnt van

Gesperden, Scepen toe Huessen, tugen dat voir ons komen sijn Jonfer Johan van Aller

echte huijsfrouwe wilner Johan die Cokx, Wilhem die Cock oer soen ende jonfer Bessel

oer dochter ende bekanden mit oeren vrijen wille, dat sie in enen steden erfkoep verkoft

hebben den Susteren van Sunte Elizabet Convent bijnnen Huessen ende oeren

Nakomelingen huijss, hoffstat ende erfnis so dat gelegen is mitter eenre sijden an erfnis

der Susteren vurss ende mitter anderen sijden ende mitten enen eijnde an erfnis Gerit

Rijetstegen. Schietende mitten anderen eijnde an die straet neest den kirchoff. Also dat

die Susteren van Sente Elijzabet Convent vurss ende oer nakomelinge an dit huijss,

hoffstat ende erfnis vurss geerfft wesen sullen, dat erflich ende ewelich, rustelich ende

vredelich tebesitten ende tegebrucken. Ende jonfer Johanna, Willem ende Bessel oer

kinder vurss ende oere erven genslich darvan onterfft wesen sullen ende geen recht mere

noch to seggen dairan behalden en hebben. In geenre wiess. Sunder Argelist. In orkonde

onser Scepen segel van Huijssen an diesen brieff gehangen. Gegeven in den jaren ons

heren dusent vierhondert achtendeviftich op Sente Cecilien dach virginis. [ woensdag 22

nov 1458]

Op den rug steet geschreven. Paters huijsinge.

Margetekst

Weduwe Jan Kocks und Willem

die Kock verkopen den Susteren

oer huss, hoffstat und erfnis mit die ein sidt

an erfnis der Susteren mit die

ander sidt und einen ende an erfnis Gerrit

Rietstegen, schietende mit den einen ende an

die strait nest den kerckhoff.

Folio 53

Wij Berent Snijepert ende Arnt van Gesperden, Scepen toe Huessen, tugen dat voir ons

kommen sijn Johan Hase ende Hille sijn echte wijff ind bekanden mit oeren vrijen wille,

Page 93: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

dat sie in enen steden erfkoep verkoft hebn Harman van Vliederden ende sijnen erven een

hoffstede daer die alijmoel to stain plach, so die gelegen is mitter eenre sijden an den

Langenwallen ende mitten anderen sijden ende mitten ene eijnde an erfnis der Susteren

van Sent Elisabet Convent ende mitten anderen eijnde an erfnis dat heren Arnts van

Hessen te wesen plach. Alsoe dat Harman van Vliederden vurss ende sijn erven an die

vurss hoffstat geerft wesen sullen, die erflich ende ewelich te besitten ende te

gebruckenn. Ind Johan Hase ende Hille vurss ende oer erven darvan onterft sijn ende

geen recht mere noch to seggen dair an behalden en hebn. Voirtmere hebben Johan ende

Hille vurgenoemd gelaeft Harman vurss ende sijnen erven dese vurss hofstat te vrijen

ende te waren jair ende dach als erfkoeps recht is tegen alle die geen die des ten rechten

kommen willen ende allen voirkommer dair van aftedoin. Uitgenamen dijck ende

weteringe als dair mit recht to horen. Anders enigen voirkommer, hinder of gebreck als

Harman vurss ende sijn erven mit recht dar bij leden hebn hoen Johan Hase ende Hille

vurss gelaift vur hoen ende voir oer erven optorichten ende volkomelich schadelois

dairvan te haldenn. Sunder weder seggen ende sunder al Argelist. In oirkonde ons Scepen

segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier

hondert negenendeviftich op dach Cosmi et Damiani martyrum. [donderdag 27 sep 1459]

Op den rug steet geschreven: Van onsen Bongert hijr bijnnen

Margetekst

Jan Hase verkopt Herman van Vliederden een

hoffstede dar die alijmul to stain plach, mit

die ein sidt an den Langenwalle ende mit die

ander sidt und mit einen ende an erfnis der

Susteren und mit den anderen ende an erfnis

Arntz van Hessen to wesen plach.

Wij Johan van Langraick ende Herman Wellenssoen geheiten Snijepert, Scepen toe

Hussen, tuegen dat voir ons angekomen sijn Herman Wellenssoen geheiten Snijpert

scepen vurss, tugende over hem selven ende Lijssbet sijn echte wijff ende bekanden mit

oeren vrijen wille dat sie overgegen ende volmechtigt hebben Suster Baet van den Rhin

Procuratrixe des Conventz ende Susterhues bijnnen Huijssen in behoif der gemeine

Susteren des Susterhuijs vurss ende oere Nakomelingen alle alsulcke loijsse ende

wederkoep ende alle brieve dairvan spreckende als sie ontfangen hadde van Heiseler van

Kempen ende Fijen sijnen echten wijve van enen bongert die Pellegrims van Kempen te

wesen plach, so die gelegen is mit beiden siden nest erffnis der Susteren vurss. Also dat

Suster Baet ende die gemein Susteren vurss und oere nakomelinge die loesse

volkommenlich hebben ende doin mogen. In alinger wiess als Herman ende Lijsbet vurss

voir datum dis briefs doin mochten. Sunder Argelist. In orkonde onser Schepen segel van

Huessen an desen brief gehangen. Gegeven in den jaeren ons heren dusent vier hondert

tweeendetsestich des manendages na onser liever frouwen dach Nativitatis [maandag 13

sep 1462]

Margetekst

Herman Wellenss geheiten Snijpert gift over und mechtigt

Suster Baet van den Rhin Procuratrix in behoif der gemeine

Page 94: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Susteren ein loese to doin vermuge der brieve ontfangen

van Heiseler van Kempen und Fijen sijner frouwen

an einen Bongardt Pilgrims van Kempen to wesen plach

nest erf der Susteren.

Folio 54

Wij Henrick Masscap ende Rheiner Hermanssoen, Scepen toe Huessen, tugen dat voer

ons koemen sijn Goessen die Vriese ende Mechtelt sijn echte wijff ende hebn bekent mit

oeren vrijen will dat sij in einen steden erfkoep gegeven hebben Johan die Kock

Geritssoen ende sijnen erven huijss, hoffstat ende bonghert gelegen mitter eenre sijden

nest huijss, hoffstat ende bongert Goessens vurss. Beheltelic Goessen vurss ende sijnen

erven oerre druppen van anderhalven voete ende mitter ander sijden neest huijss, hoffstat

ende bongert Gerits van Riszwick mitten halven grave, welck grave sich verliezen sall

aen dat alde huijs scarpe angainde, ende so recht vort uit langs den gevel van der kameren

opten meijnen wech. Schietende mitten enen eijnd aen die stege tusschen den

kerickmueren ende den huijs voersegt ende mitten anderen eijnd up Goesses haeve voirs

deels ende mitten halven grave. Also dat Johan die Kock voers ende sijn erven aen dit

huijss, hofstat ende bongert voirsegt geerft sijn, ende dat Goessen ende Mechtelt

voerssegt ende oer erven daer af onterfft sijn en daer geen recht aen en behaldenn.

Voertmere so gelaiven Gossen ende Mechtelt voirs denselven Johan die Kock vorss ende

sijnen erven dat huijs, hoffstat ende bongart voirs tewaren ende te vrien jaer ende dach

ende allen voerkummer af te doin als erfkoeps recht is tegen alle die geen die dis ten

rechten comen willen. Uijtgenomen twee pont jarlicker renthen. Ende leden Johan die

Kock voirs off sijn erven dar anders enigen voerkommer, hinder of gebreck bij mijt recht

daervoer hebn Gossen ende Mechtelt voersegt gesatt drie stucke lantz gelegen op Hadel,

daer dat nederste stuck af gelegen is neest der Stege straten mitter eenre sijden ende

mitter ander sijden aen enen kamp lants Otten van Hessen ende Johans van Huessen.

Schietende mitter enen eijnd an die Stege ende mitten anderen eijnd an die Lostrait. Ende

dat ander stuck is gelegen mitter eenre sijden neest erfnis Otten van Hessen ende Johans

van Huessen. Ende mitter ander sijden neest erfnis Johan Henrickssons. Schietende

mitten enen eijnd aen Campstuck ende mitten anderen eijnd an die Lostraet. Ende dat

derde stuck is gelegen nest erfnis Johan Bruijnssoens ende sijnre susteren mitter eenre

sijden, ende mitter andere sijden neest erfnis Hermans van den Rijn. Schietende mitten

enen eijnd an Campstuck ende mitten anderen eijnd an die Lostrait. Also dat Johan die

Kock voerss of sijn erven of sij an dit huijs, hoffstat ende bongert vorsss ennigen

voerkommer meer leeden dan vorsss steet. Dat sij den an dese drie stucke lantz voirss

verhalen moegen. Onder een peen der peindingen. Sunder enigerhandt Argelist. In

orkond onser Scepen segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven int jar ons

heren dusent vier hondert ende drieend dartich des neesten sonnendages na Sunte Egidius

dage umbtrint vier uren na den middage. [zondag 6 sep 1433]

Margetekst

Gossen die Vriese verkopt Jan Kock husz, hoffstat

ende Bongart, mit die ein sidt nest hus, hoffstat ende

Bongert Gossens vurss und mit die ander sidt nest

huijsz, hoffstat ende bongardt Gerritz van Riszwick

Page 95: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

mitten halven Grave, welck grave sich verliesen sal

an dat alde husz scharp angainde ende so recht vort

uith langs den gevel van der kameren opten gemeinen

wech. Schietende mit den einen endt an die Stege

tusschen der kerckmuijren und dem huse vurss,

mitten anderen ende up Gossens hoff deels ende

mitten halven grave.

Uitgang II lb.

Folio 55

Ic Otte van Lent make kont ende kenlic allen luden mit desen brieve, dat ic schuldig bin

van gerechter schout als van geleverden gelde Herwigh Hector of sijnen rechten erven

hondert goeder ouder Schilde goet van goude ende gerechte van gewichte. Voer wilc

vorssegt gelt ic hem tonderpande hebbe gesatt ende sette mit desen brieve mijn hues ende

hoffstede, die gelegen sijn te Huessen bi den Kijrchave ende die Johans van Angeren

plagen to wesen. Wilke hues ende hoffstede gelegen sijn tussen hues ende hofstede hern

Borren van Doernic Ridders an die ene side ende hues ende hofstede Henrics wijfs van

Brienen ende oere kindere an die ander side. Ende dat hues ende hofstede die mine waren

soelen Herwigh ende sijne erven vurss besitten ende tonderpande hebben. Also lange

ende tot der tit toe, dat ic of mijne erven die wederloessen mit hondert ouden schilden

vorssegt. Sonder Argelist. In kennisse der warheit so hebbe ic Otte van Lent vorgenoemd

minen segel an desen brief gehangenn. Gegeven int jaer ons heren dusent driehondert

vijfendetseventich op Sente Peters dach ad Cathedram [woensdag 22 feb 1475]

Up den rug steet geschreven: Onse husinge .

Margetekst

Ot van Lent verpant sijn husz van Jan van Angeren

gekofft Herwig Hector vur IC alde schilde dat selve

tobesitten bis to die wederloss, gelegen bij den

kerckhave tusschen Borren van Dornick Ridder und

mit die ander sidt Henricks wijff van Brijnenn nu

her Herman Roevers huss.

Wij Henric Butken ende Henric Roelofssoen, Scepen toe Huessen, tugen dat voer ons

comen is Jacob van Velle ende heft bekant mit sijnen vrijen wille sculdig te wesen

Lisbeth wilner echte wijff was Maes Henrickssoens ende oeren erven uut huijsz ende

hofstede gelegen nest huijsz ende hoffstede Jacob Houcken mit der eene side, ende

alreneest Johan Corthals ende Evert Houcken mit der ander side. Enen ouden scilt

jarlicker renten munte Skeisers of Skonigs van Vranckrijc of ander paijment dat daer gut

voer is van Sente Peters dage ad Cathedram nu naestcomunde over enen jare ende also

voert alle jaer up den selven Sente Peters dach. Elijsabet vorsss ende oeren erven uut

deer vurss huus ende hofsteden erflic ende ewelic te betalen onder eine pene der

peindingen als tho Huessen recht is van pacht ende jaergelde. In orkonde unser Scepen

segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven int jaer ons heren dusent vijr

hondert ende een up Sente Vincentius dach [zaterdag 22 jan 1401]

Up den rug steet geschreven: Jan van den Vel. Van onsen Bongert

Page 96: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst

Jacob van den Velle verschrift Liszbet husfrouwe Maes

Henricksen uiter oer huijs ende hofstede gelegen nest

huijsz ende hoffstede Jacob Houcken mit ein sidt ende

nest Jan Corthals mit die ander sidt ende Evert Houcken

einen alden schilt.

Nu her Herman Roevers hus.

Folio 56

Wij Henrick Butken ende Henric Rolofsoen, Scepen tot Huijssen, tugen dat vur uns

kommen is Elijzabet wijlene echte wijf Maes Henricssons was ende heft bekant mit oeren

vrijen wille, dat sie in einen steden erfpacht verpacht heft Jacob van Velle ende sijnen

erven ene hofstede also als die gelegen is alreneest erve Jacob Houcken mit der eenre

sijde, ende alrenest Johan Corthals ende Evert Houcken mit der ander side. Voer enen

ouden scilt jarlicker renthen guet van goude ende gerecht zwaer van gewichte van

munten Skeijsers of Skoninx van Vranckricke of ander paijment dat daer guet voer is

jaerlix te betalen up Sente Peters dage ad Cathedram. Des sint furwarden, dat Jacob vurss

of zijne erven jarlix betalen sollen uut der vorssz hofsteden een pont jarlicker Renthen

gainde Senter Clais altaer ende achtendetwintich grote Jacob Hoijcken vorssz of sijnen

erven. Ende dit jargelt betalen sollen Jacob van Velle of sine erven up sulke dagetijde als

men dat mit rechte pleecht te betalen over affslage des ouden sciltz vorssz. En Elijzabet

vorss sal Jacob vorss desen erfpacht houden onverbreckelick vur oer ende oere

nakomelinge. Vort so heft Elizabeth vor Jacob vorss ende sijnen erven dese hoffstede

vorss gelaift te waren jaer ende dach tegen alle die ghene die des ten rechten comen

willenn ende allen voercomer af te doin. Uitgenamen dien ouden scilt jaerliker Renthen

vorss ende anders niet. Ende weert sacke dat Jacob vurss of sijne erven anders enigen

onraet, crot, hinder of scade cregen mit rechte up dese vurss hoffstede, so mochten Jacob

vurss off sijne erven den vurss crot, hinder ende scade tot oerre mandagen peinden bij

den Richter tot Huessen uut alle gut Elizabet vurss rurende ende onrurende, mit der einre

handt to peinden ende mit der ander hant die pande te vercopenn. Mede sint furwarden

dat Jacob vurss dese vorss hoffstede niet bloten en sall noch niet upgeven dan mit

twijveldigen pacht. Sunder Argelist. In orconde unser Scepen segel van Huijssen an

desen brief gehangen. Gegeven int jar ons heren dusent vierhondert ende een up sente

Vincentius dach [zaterdag 22 jan 1401]

Up den rug deses briefs steet geschrevenn:

Van onsen Bongart tho Huijssen.

Margetekst

Liszbet Maesz Henricksons wijff gift Jacob van Velle

in erfpacht die vurss hofstede nest Jacob Houcken

mit ein sidt und Jan Corthals und Evert Houcken mit

die ander sidt vur I alden schilt.

Page 97: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Des sol Jacob darinth betalen I lb. und in S. Niclas

altar und XXVIII grotenn in afslach an den alden

schilt, an Jacob Hoijcken nu her Herman Roevers

huss.

Wij Derick Duijmer ind Rheiner Hermans soen, Schepen toe Huessen , tugen dat voer

ons komen is Johan van Huessen ende heft bekent mit sijnen vrijen wil, dat hie in einen

steden erfpacht uitgedain ende verpacht heft Johan van Vlijederden ind sijnen erven, hoff

ende bongart mijt enen gebont huijs ende mit enen uitlate gelegen so wij verstain mit der

eenre sijden an den gemeinen wech streckende langs onser Stadt muer, ind mit der ander

sijden an erfnis Henrick Lammaij ende Mechtelt van Meedel. Schietende mit den enen

eijnde an die alijmoelen ind mit den anderen eijnde an die gasse. Des Jars voer eenen

golden alden franckrijxschen schilt of paijment daer voer gelijc gut in der tijt der

betalingen. Ind voer vier Cappuijn. Johann

Margetekst

Jan van Huijssen gift in erfpacht Jan van Vliederden

einen hoff ende Bongart mit ein gebintt huss mit ein

uitlait. Mit ein sidt an den gemeinen wech langs die

Stadt muer, mit die ander sidt an erf Henrick

Lammaij ende Mechtelt van Meel, mit den einen

ende an die alimul, mit den anderen ende an die gas

vur I schilt und IIII Capun.

Folio 57

van Huijssen vorss ind sijnen erven jarlix op sunte Peters dag ad Cathedram ind voer

vifftien schillinge der kercken van Huijssen ind voer vijff schillinge die daer mit recht

uitgain jarlix op denselven voirs termin toe betalen. Voert sijn voerwarden dat Johan van

Vlijederden vorss of sijn erven den vorss alden schilt jarlicker renthen al jar op Sunte

Peters dach ad Cathedram voirs off een maindt dar na unbegrepen van Johan van Huessen

vorss of van sijnen erven vrijen ende quijten mogen voer veirtien goede alde

Franckrijxsche schilde ind voer enen alden schildt der jarlicker renthen voirs of ander

paijment den voirs alden schilden gelijc guet in der tit der betalingen. Vortmere heft

Johan van Huessen voirs gelaeft Johan van Vlijederden voirs ende sijnen erven desen hof,

Bongart mit den den gebont huijss ind mit den uitlaet voirs op den voirs erfpacht te vrijen

ende te waren jaer ende dach ende allen voerkummer aff te doin als erfpachtz recht is,

tegen alle die gheen die des ten rechten kommen willen. Uitgenomen sulken dijcke als

daer mit recht op leght. Anders enigen vurkommer, hijnder of gebreck als Johan van

Vlijederden voirs off sijn erven mit recht darbij leden dan als vursss is, mogen sij

peijnden bij den Richter tho Huijssen uit allen goeden Johans van Huessen voirs gelegen

in den Schependom van Huessen, rurende ende onrurende, dat hie nu tertijt heft of

namals werven mach, mitter eener handt toe peijnden ende mitter ander hant die pande to

verkoepen ende die pande to bieden als toe Huijssen recht is. Sonder Argelist. In

oirkonde onser Scepen segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven in den jar

ons heren dusent vijr hondert ind achtendedartich des nesten manendages na den heiligen

Pingstdage. [maandag 2 jun 1438]

Up den rug steet geschreven:

Page 98: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Van onsen bongart achter die muijre in die Stadt.

Margetekst

XV stuvers der kercken van Huijssen und noch V stuvers

Uund sal desen erfpacht lossen mugen mit XIIII schilde

und I schild erfpachtz.

Wij Berndt Bruijnssoen ind Johan van Langeraeck, Schepen toe Huessen, tugen dat voir

ons komen is her Derick van Borckel, Priester, ende bekande mit sijnen vrijen wille, dat

hie in einen steden erfkoep verkoft heft den Susteren van sunte Elizabet convent bijnnen

Huessen ende oeren Nakomelingen enen bonghert, die gelegen is mitter eenre sijden an

erfnis Gerijt Rijtstegen ende Peters van Torn ind mitter anderen sijden an den

Langenwalle ende an die alijmoelen so dat afgewracht is. Schietende mitten enen eijnde

an erfnis dat heren Arnts van Hessen tewesen plach ende erfnis Henrick Smeedts, ind

mitten anderen eijnde an die gasse. Ind mede alsulc recht als Johan van Huessen thebn

plach an den Molenberg na inhalt der brieve die her Derick vurss darvan heft. Mede heft

her Derick vorss overgegeven den Susteren des Convents vurss alle brieve die had

sprecken van den bonghert ende Molenberg vurss. Also dat Derick vurss ende sijn erven

van den bonghert Molenberg ende brieven vurss onterft sijn ende geen recht mere noch to

seggen

Margetekst

Her Derick van Borckel Priester verkopt den Susteren

einen bongert gelegen aen erfnis Gerrit Rietstegen

ende Peters van Torn, mit die ander sidt an den

Langenwall ende an die alijmol so dat afgewracht.

Schietende mit den einen ende an erfnis her Arnz

van Hessen to wesen plach ende erffnis Henrick

Smeetz, mit den anderen an die gasse mit alsolich

recht Jan van Huijssen to hebben plach an den Molenberg.

Separaat los ingelegd tekstblad na folio 57 (Fol 57c)

Extract uiter Rechnung der kercken to Huessen Otten ter Herenhave und Gerdt Ketelers

kerckmeisters up Sonnendag Misericordia Ao

XVC LXXXV [2de zondag na Pasen

1585] angainde, uund anno wederumb uitgainde up den vurss sonnendag

Anno XVC LXXXVI . [1586]

Item die Begijnen uiter oer Bouwhus XVI alde vlems. Uiter den Praestacker tho

Malbergen XIII alden flemsch. Uiter Rietstegens huss VIII alden flemsch und uiter die

Wade IIIII flems.

Folio 58

darvan behalden en hebn ind die Susteren des Convents vurss ende oere Nakomelingen

daran geerft sijn, die erfnis vurss erflich ende ewelich to besitten ende te gebrucken ind

mitten vurss brieven to vorderen, te doin ende tolaten in alinger wiess als her Derick

Page 99: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vurss voir datum dis briefs hed moegen doin. Sunder Argelist. In orkonde ons Scepen

segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren onss heren dusent

vier hondert drieindvijftich op ten neesten goedensdach na onser lieve frouwen Nativitas

[woensdag 12 sep 1453]

Up den rug steet geschreven: Van den Bongert langs die muijr

Wij Johanna van Aller, Willem van Aller ende Bessel van Aller, Johanna vurss kijnderen,

doen kont allen luden ende bekennen mit desen apenen brieve voir onss ende voir onse

erven, dat wij ter gueder tijt ontfangen ende geloift hebben van den Cloester ende

Convente der Susteren van Sente Elizabethen tot Huessen hondert averlentsche Rinsche

gulden van alsulcke huijsinge als wij bijnnen Huessen liggende hadden ende schelden

den vorss Cloester ende Convent der Susteren vurss ende oeren Nakomelingen der voirs

hondert Rijnsscher gulden ende dairtoe voirt van allen gelde so ons schuldig sijn off

wesen moge, volkomelicken loss, ledig ende quijt ende bedancken ons oirre darvan ende

oiren Nakomelingen voll ende all ginder titlicker betalingen ende vernuegungen. Sonder

all farpelij of Argelist. Oirkonde dis so hebbe ich Johanna van Aller voirs mijnen segel

vor mij ende voir mijn erven an desen apenen brieve gehangen. Ende want wij Willem

van Aller ende Bessel van Aller, Johanna vorss kijnderen, na up dese tit gebruck hebben

onss segelen so heb ich Willem voirs gebeden, Henrick Gijerwijsch ende ich Bessel voirs

Udo the Boickholt, dat sij desen selven brief mit oeren segelen aver ons, gelijck als oft

onss selfs segel ware, besegelen willen. Dat ich Henrich vorss onse beden ende begerten

wille Willems voirs ende ich Udo voirs onse beden ende begeerten wille Bessels voirs

gerne gedain ende dis to getuege onse segelen voir se ind in oer stede hijr an gehangen

hebben. Gegeven in den jair ons heren dusent vijerhondert negen ende vijfftich des

neesten woenssdaigen post Pauli conversion [woensdag 31 jan 1459]

Up den rug steet geschrevenn: Van des Paters huijs

Margetekst

Weduwe Jan Kocks quitirt dat Convent van IC

Rinsche gulden darfur sie oen oer huijsz als vurss

verkofft.

Wij Berndt Snijpert ende Johan van Langerack, Scepen to Huessen, tugen dat voir onss

komen sijn Johan van Langeraeck scepen vurss tugende over hoen selve ende Mechtelt

sijn echte wijff ende bekanden mit oeren vrijen wille. Alsoe die Susteren van sunt

Elizabet Convent bijnnen Huijssen belijen oerer twijer dochter om Gods wille ontfangen

ende tot hoen in oer Convent genomen hebben, soe dat sij om gods wil ind guder gonsten

die sie totten Susteren hebn den Susteren vurss gegeven hebben enen Bonghert, die

gelegen is mitter eenre sijden an erfnis dat Goessens Vriesen te wesen plach, ind mitter

anderen sijden ende mitten eijnen ende an den Straten. Schietende mitten

Margetekst

Jan van Langerack und sijn husfrouwe geven mit oer

dochter dem Convent einen Bongart mit ein sidt an

Page 100: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

erfnis Gossens Vriesen to wesen plach, mit der

anderer siden und ein endt an der Straten. Schietende

mitten anderen ende an erfnis Gertrudt Bruns.

Folio 59

anderen eijnde an erfnis Gertruijt Bruns mit allen brievenn darvan spreckende. Also dat

die Susteren vurss ende oire nakomelinge an den vurss Bonghert ende an die brieve

darvan spreckende geerft wesen sullen, den erflich ende ewelich te besitten ende te

gebruijken. Ende Johan van Langeraeck ende Mechtelt vurss ende oir erven darvan

onterft sijn ende geen recht mere noch to seggen daran behalden en hebben. Vortmere

hebben Johan ende Mechtelt vurss gelaeft den Susteren vurss ende oeren Nakomelingen

den vurss bonghert te vrijen en te waren jaer en dach als erfkoeps recht is tegen alle die

geen die des ten rechten komen willen ende allen voirkomer darvan aff te doin.

Uitgenamen acht alde vleems ende twelff groet jarlicks erfrenthen ende dijck ende

weteringe als dar mit recht tohoeren. Ind mede alsolichen tins als onsse gnedige here

jarlix dar uijt heft. Ander enigen voirkomer, hinder of gebreck als die Susteren vurss ende

oer nakomelinge mit recht darbij leden, mogen sij verhalen ende peijnden bij den Richter

toe Huessen an allen erve ende gude Johans ende Mechtelden vurss, rurende ende

onrurende, dat sij nu tertijt hebben ende hier namals werven mogen mitter eenre hant te

peijnden ende die pande mitter andern hant te verkopen. Sonder Argelist. In oirkonde ons

Scepen segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven in den jaren onss heren

dusent vierhundert achtende viftich op den neesten guedensdach post Gengulfo martyris.

[woensdag 10 mei 1458]

Up den rug steet geschreven: Van den Bonghert van Jan van Rhijn.

Margetekst

Uitgang VIII alde vlemsch

und XII groit

und unsers gnedigen hern tins.

Wij Berndt Snijepert ende Arndt van Gesperden, Scepen toe Huessen, tugen dat voir ons

komen sijn Harman van Vlijderden ende Hadewich sijn echte wijff ende bekanden mit

oeren vrijen wille, dat sie in enen steden erfkoep verkoft hebn den Susteren van sente

Elijzabet Convent een hoffstede dair die alijmoel to stain plach, soe die gelegen is mitter

eenre sijden an den Langenwalle ende mitter andern sijden ende mitten enen eijnde an

erfnis der Susteren van Sent Elizabet Convent vurss. Schietende mitten anderen eijnde an

erfnis dat hern Arnts van Hessen te wesen plach. Also dat die Susteren van Sent Elizabet

Convent vurss ende oere Nakomelnge an die vurss hoffstat ende mede an alle brieve dair

van spreckende geerft wesen sullen, die erflich ende ewelich te besitten ende te

gebrucken ende Harman ende Hadewich vurgenoemd ende oir erven darvan ondterft sijn

ende gheen recht mere noch to seggen dairan behalden en hebn. Voirtmere hebn Harman

ende Hadewich vurss gelaeft den Susteren vurss ende oeren Nakomelingen die vurss

hoffstat te vrijen ende te waren jair ende dach als erffkoeps recht is tegen alle die gheen

die des ten rechten komen willen ende allen voirkommer dair van aftedoin. Uijtgenamen

Page 101: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

dijck ende weteringe als dair mit recht tohoeren. Anders enigen voerkommer, hinder of

gebreck als die Susteren des Convents vurss

Margetekst

Herman van Vliederden verkopt

den Susteren ein hofstede

dar die alijmul to stain

plach mit ein sidt an den

Langenwall, mit die ander

sidt ende mitten einen ende

an erfnis der Susteren. Schietende

mit den anderen ende an

erfnis hern Arntz van Hessen

to wesen plach.

Folio 60

mit recht darbij leden, hebn hoen Harman ende Hadewich vurss vur hoen ende voir oer

erven gelaift upterichten ende volkomelich schadeloes darnag te haldenn. Sonder enich

weder seggen ende sonder all Argelist. In oirkonde onser Scepen segel van Huijssen an

desen brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vierhondert

negenendeviftich des neesten dages na Cosmi et Damiani martyrem. [vrijdag 28 sep

1459]

Up den rug steet geschreven: Van den hof bij onsen Bonghert.

Wij Johan van gods gnaden Hertough van Cleve ind Greve van der Marcke doen kont.

Also die huijsinge wilner Johans Kaick bijnnen unser Stadt Huessen gelegen mit oerre

tobehoeringen so voor die selve Johan die aldair to hebn ind togebrucken plach avermitz

versetenen pacht dair die tot onser behoif vur gesleten was. Ind doch ock nae van

lijffbrocken wegen an uns komen ind erfallen is. Ind die Susteren des beghijnen Conventz

bijnnen derselves unser Stadt die vurgenannte husinge aver eijn deil jaren leden vort van

uns gekregenn ind uns dair vur eijne somme geltz gegeven ind betalt hebn. So bekennen

Wij vur uns, unse erven ind nakomelingen, dat wij den vurss Susteren des vurgenannte Convents binnen unser Stadt Huesen die vurgenannte husinge ind woninge so wae die dar

mit oerre tobehoeringe gelegen ind an uns komen is, erflicken gevest ind dar up tot behoif

desselven Conventz vertegen hebn, vesten ind verthijen mit desen brieve. Ind all sonder

Argelist. Oirkonde unss segels werden an diesen brief gehangenn. In den jar unss heren

dusent vierhondert drieindtsestich des donresdachs na den hilligen Paischdage.

[donderdag 14 april 1463]

Margetekst

Johan Hertog to Cleve etc. vertijet vort up die

husinge Jan Kocks so dat Convent van S. G.

darbeforn up ein loss gekoft hadde.

Wij Johan van Overschald ende Lumme, echte huijsfrouwe Johans voirs, doin kondt allen

luden ende bekennen mit desen apenen brieve voir onss ende voir onser twijer erven, dat

Page 102: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

wij tot enen ewigen testament erflicken ende ewelicke duren, sal gegeven hebn den

Susteren van Sunte Elizabeth den Convent bijnnen Huessen gelegen een hoeffken

gelegen bijnnen der Stadt van Huessen, mit der eenre sijden ende enen eijnde an erve der

Susteren voirs, mit der ander sijden an erve Gerits erfgenamen van Marwijck, mit den

anderen eijnde an der Stadt Wall van Huessen. Dar wij Johan ende Lumme voirs jarlix

einen halven Rinsche gulden uith hebn. An wellicken hoeffken ende halven Rinsch

gulden voirs die Susteren des Conventz voirs ende huer Nakomelingen erflicken ende

ewelicken geerft sullen wesen. Ende wij Johan ende Lumme voirs ende onser twijer

erven sullen daraff onterfft wesen erflicken ende ewelicken then ewigen dagen thoe mit

allen brieven darvan spreckende. Oick sijnt voirwairden off dat sacke weer, dat die

Susteren des Convents voirs ende huer nakomelinge voerder vestenisse begerden van

Johan ende Lummen voirs of oerre twijer erven, dair sullen sie altoes hande ind munde to

doen hoe meer men oen dat weer gesinnende

Margetekst

Jan van Overschald ende Lumme sijn husfrouwe

geven den Susteren tot ein ewig testament ein

haefken selvers mit ein sidt ende ende an erve der

Susteren ende mit der ander siden an erve Gerritz

van Marwick ende mit den anderen ende an der Stadt

Wall dar sie einen halven Rinschen gulden uith hebn.

Folio 61

vanwegen der Susteren des Convents vorss ende huere Nakomelingen sunder enig

intrijcken ende sonder alle Argelist. In oirkonde ende getuch der wairheit aller puncten

ende voirwairden voirsz soe heb ick Johan vurss mijnen zegel voir mij ende voir mijnen

erven an desen apenen brief gehangen. Ende ick Lumme voirs, om gebrecks wil mijns

zegels op dese tit, heb gebeden ende bidde heren Derick Hamer, Priester, dat hie dit vur

mij ende over mij besegelen will. Dat ick her Derick voirs gern gedain heb om beden

Lummen vurss ende heb mijnen zegel voir oer ende voir oeren erven an desen apenen

brief gehangen. Gegeven in den jar onss heren dusent vier hondert sessendetsoeventich

des vridages na sunte Valentins dach des heiligen martelers. [vrijdag 16 feb 1476]

Up den rug steet geschreven: Van Johan van Overschalds hoff achter ons

cloister.

Brief van den halven Rinschen gulden darvan hirvur gemeldet.

Wij Herman Willemssoens,genoempt Snieperts ende Derick die Beijer, Schepen tho

Huessen, tugen dat voir onsz komen sijn Johan Toverschalt ende Lumb sijn echte

huijsfrou ind hebn bekant mit oeren vrijen wil voir oen ende oeren erven, dat sij in enen

erfpacht uitgedain ende verpacht hebn Johan Mathijen ende sijnen erven enen hoff

gelegen an den Langenwall, mitter eenre sijden an erve Gerijtz van der Merwijck ind

mitter ander sijden an erve Kathrine Rijetstegen ende oeren kinderen. Schietende mitten

enen eijnd op erve der Susteren Sente Elizabeten Convent bijnnen Huessen ind mitten

anderen eijnd op den Walstraet, mitter brieven darvan spreckende voir tijen burgonsche

wijtte stuvers of paijment dat dair gut voir is in elcker tit der betalingen op sente Peters

dach ad Cathedram nu nestokomende over ein jar na datum dis briefs angaens ind so vort

Page 103: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

alle jar op denselven dach Johan ind Lumben vurss ende oeren erven die tijen wijtte

burgonsche stuver erfrenthen voirs uitter vurss erfnis erflick ende ewelick to betalen

onder een peen der peijndingen als tho Huessen recht is van pacht, tijnze ende jargelde.

Voirt heben Jan ende Lumb voirs gelaift Jan Mathien vurss ende sijnen erven desen vurss

erfpacht to halden onverbrecklick ind den to waren ende to vrijen op tijen Burgonsche

stuvers erfrenthen vurss ind drie alder Vlemsche. Enen halven tins ende dijck ende

weteringe als mit recht geet uith den vurss hoff onder een peen der peijndingen uijt Jans

ende Lumben vurrs guede, rurende ende onrurende, dat se nu hebben of namaels werven

moegen mitter eenre hant to peijnden ende mitter ander hant die pande to verkopen.

Sonder Argelist. In oirkonde onss Scepen segel van Huessen an desen brief gehangen.

Gegeven int jar ons heren dusent vijfhondert achtendetsestich des dinsdage post Petri et

Pauli Apostolorum. [dinsdag 29 juni 1568]

Margetekst

Jan van Overschald und Lum sijn husfrow doin uith in

erfpacht vur X burgundsche witte stuvers jarlix Jan

Mathien den vurss hoff.

Margetekst

Uitgang III alde Vlemsch unnd I tins.

Wij Berndt Snijepert ind Johannes van Aemb, Scepen toe Huessen tugen dat voir ons

komen sijn Ceel Loman ende Mechtelt sijn echte wijff ind bekanden mit oeren vrijen

wille, dat sie in enen steden erfkoep

Folio 62

verkoft hebn den Susteren van sunte Elizabet Convent binnen Huessen ende oeren

Nakomelingen enen hoff die gelegen is mitter eenre siden an den Langenwall ende mitter

anderen sijden an erfnis der Susteren vurss. Schietende mit den eijnde an die Stege, mit

allen brieven darvan spreckende. Also dat die Susteren des Conventz vurss ende oer

Nakomelinge an den vurss hoff ende brieve darvan spreckende geerfft sijn, den erflich

ende ewelich to besitten ende to gebrucken. Ind Ceel Loman ende Mechtelt sijn echte

wijff vurss ende oer erven darvan onterfft sijn ende geen recht mere noch to seggen daran

behalden en hebn.

Vortmere hebn Ceel ende Mechtelt vurss gelaeft, den Susteren des Convents vurrs ende

oeren Nakomelingen den vurss hoff te vrijen ende te waren jair ende dach als erfkoeps

recht is tegen alle die geen die des ten rechten kommen willen, in allen voirkomer

aftedoin. Uitgesacht sesz alde Vleemsche groit ende enen halven brabants jarlicker

renthen ende dijck ende weteringe alz dair mit recht tohoeren. Anders enigen

voirkommer, hinder of gebreck als die Susteren des Convents vurss of oir Nakomelinge

mit recht darbij leden, moegen sie peijnden ende verhalen bij den Richter to Huessen an

allen erve ende guede Celen ende Mechtelden vurss rurende ende onrurende, dat sie nu

ter tijt hebben of hier namals werven moegen mitter eenre hant te pijnden ende die pande

mit die andere hant te verkopenn. Sonder Argelist. In oirkonde onss Schepen segel van

Huessen an diesen brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vierhondert

Page 104: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

eenende vijfftich op den neesten donresdag na Perpetue et Felicitatis. [donderdag 11 mrt

1451]

Up den rug steet geschreven: Van den hoff dar dat bouwhuss op steet.

Margetekst

Ceel Lomans verkopt den Susteren einen hof

gelegen mit einer siden an den Langen Walle ende

mit der anderer siden an erfis der Susteren. Schie-

tende mit den einen end an die Stege.

Uitgang sesz alde Vlemsche groit ende einen hal-

ven brabans.

Wij Burgermeister Schepen end Raidt der Stat van Huessen bekennen mit desen apenen

brieve. Alsoe as den Susterhuis binnen Huessen georloeft is in vriheiden te hebn ende to

betemmeren alsulc huijss, hoffstede, bonghert ende erfnis as Hadewich van Rijszwick

ende oer kinder liggen hadn in der Stadt Huessen, mitten enen hoirnick beslaten tusschen

den wech neest den Langen Walle in der gassen, streckende van den kerckhoff an den

wech vurss. Ind so dan Ceel Lomans ein klein haveken had rurende an dese erfnis vurss

mede bijnnen der gassen ende den wech vurss beslaten. Soe hebn wij voir uns ende voir

onsse Nakomelingen den vurss Susterhuis belieft, dat vurss haveken in vrijheit te hebn

ind dat te betemmeren. Gelijc der andere erfnis vurss alsoe veer als dat in onser macht is.

Beheltlich onssen genedigen here dairan all sijns rechten. Sonder Agelist. In oirkonde dis

hebn wij Burgermeister, Scepen ind Raidt der Stadt van Huessen vurss onss Stadt segel

voir ons ind voir onsse nakomelinge an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren

onss heren dusent vier hondert drieendeviftich op den neste donresdach na sunte Agathen

dage Virginis [donderdag 8 feb 1453]

Up den rug steet geschreven: Huiszbrieff.

Margetekst

Stadt Huijssen beliefft dwijl den Susteren georlofft in

friheit te hebn und to betijmeren een husz, hoffstede ,

bongart ende erffnis Hadewichs van Riszwick mit

einen horninck beslaten tusschen den wech nest den

Wall in der gassen. Streckende van den kerckhof an

den wech. Dat sie Ceel Lomans haefken mit

betijmeren ende in vriheit hebn mugen beheltlich

unseren genedigen hern sijn genedigen recht

Folio 63

Wij Berndt Snijepert ind Arnt Waetschert, Schepen toe Huessen, tugen dat voir ons

komen sijn Gerijt Rijetstege ind Catherine sijn echte wijff ind bekanden mit oeren vrijen

wille, dat sij gegont hebben ind gonne Heijseler van Kempen ende Fijen sijnen echten

wijve, dat sij ind oer erven van hoen ind van oeren erven loessen ende vrijen moegen

enen bonghert die Pellegrims van Kempen te wesen plach, so die gelegen is mit beiden

siden an erfnis der baginen, als van nu Sent Peters dage ad Cathedram neest komende na

Page 105: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

datum dis briefs over twee jar ende bijnnen alle jar op sunte Peters dach vurss of bijnnen

verthen nachten darna, unbegrepen ende vorder nijt mit twintich guden alden schilden,

anderhalven guden golden overlensse Rijns gulden voir den selven of paijment, den

Rijnsche gulden gelijc sint in tit der loessenn. Ind terstont vort do dese kenninge vurss

geschiet was, hebn Heijseler ende Fije vurss dese vurss loesse overgegeven ind gegont

Harman Snijepert. Also dat Harman vurss ende sijn erven die loesse volkomelich hebben

ind doin moegen in alinger wiess als vurss is. Sunder all Argelist.

In oirkonde unser Scepen segel van Huessen an desen brieve gehangenn. Gegeven in den

jaren ons heren dusent vier hondert einendetsestich op dach Tiburtii & Valeriani

martyrem. [dinsdag 14 apr 1461]

Op den rug steet geschreven:

Losse van einen Bonger Rijtstege die ald.

Margetekst

Gerrit Rietstege gunnet ein loese an einen Bongart

die Heseler van Kempen sal doin mugen an den

Bongart die Pilgrim van Kempen to wesen plach

mit beiden siden gelegen an erfnis der Susteren.

mit XX alde schilt, und Heseler gaf die losse vort

over Herman Snijpert.

Wij Gossen van Echt ind Henrick van Overschald, Schepen tot Huessen, tugen dat vor

ons komen is Kaerle Kije ind heft mit sijnen vrijen willen upgedragen ind avergegeven

hern Wilhem Ingen Nielandt, Pater des Conventz ind Susterhuijss tot Huessen, eijnen

verwijnbrieff ind koep hij spreckende had op huijsinge ind erfnisse Kathrin Rijtstegen to

wesen plege. Alsoe dat hie noch sijn erven gheen recht meer noch to seggen an behalden

en hebn. Ind dat her Wilhem vurss ind sijn erven tot behoif des Conventz vurss an die

vurss huijsinge, erffnisse ind verwinbrief darvan spreckende geerft wesen sullen,

erfflichen ende ewelichen moegen besitten, gebrucken, darmede doin ind laten gelick

Karll vurss vur datum sbriefs heft mogen doin ind laeten. Sonder Argelist. Inne oirkonde

onser Scepen segel ain desen brieff gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent

vijer hondert ind achtindtachtentich des neestes frijdages na den Sonnendach

Misericordia domini [vrijdag 25 apr 1488]

Up den rug steet geschreven: Van thuijs dar wij nu up wonen

Margetekst

Carl Kije overgift dem Pater des Susteren Convents

ein verwinsbrief und koep up husinge und erff Kathrin

Rietstegen to wesen plach nest erfnisse Dericks van

Huijssen to wesen plach.

Slijtbrief

Ick Wilhem van Halderen, Richter tot Huessen ind tot Malborgen, tugen in desen apenen

brieve, dat voir mij als vur einen geseten Richter, voir Schepen tot Huessen hir na

Page 106: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

beschreven, gekomen is her Wilhem Ingen Nuwlant, Pater des Conventz ind Susterhuijss

binnen Huessen, ind badd mij dat ick oen geven wolde Derick van Toirn geswaren bade

tot Huessen, toe peinden an huijsinge ind erfnisse Kathrin Rijtstegen to wesen plege,

gelegen nest den convent vurss ind neest erfnisse Derick van Huessen to wesen pleeg,

voir vier Rinsche gulden binnen jars

Folio 64

na vermugen sijns segel ind brieve ind schaeij mit recht. Darup ick Richter vurss hern

Wilhem vurss den geswaren bade vurss gegont heb toe peindenn. Des quam vur mij

Richter ind voir Schepen hirna beschreven. Derick van Toirn geswaren bade voirs und

gichten up sijnen eedt, dat hie tot behoif hern Wilhems vurss gepant heft an die vurss

husinge ind erffnisse voir vier Rinsche gulden binnen jairs pachts na vermogen sijns

segel ind brieve ind schaeij mit recht. Des fraigden her Wilhem mij Richter vurss woe hie

mit sijnen gepeijnden panden voirtvaren sold als recht is. Des ick Richter vurss den

Schepen vraigdenn. Des wiesden Wij Scepen also des her Wilhem vurss gepeint hed als

recht is, so solde hie die pande vercopen einen koepman ind genen die umb dat meeste

gelt, ind als hie die pande verkoft had, so solde hie die pande bieden den geenen die sie

afgepeint sijn ind allen den geenen die dairan gerechtigt sijn oirkunt Schepenn. Ind en

walden die der panden nit beschudden mitten gelde dairvoir sij vercofft sijn, so solde hie

die pande bieden den Richter van ons guedigen hern wegen. Ind en wolde der panden nijt

voir dit vurss gelt, so solde hie die pande sijnen koipman to slain die dair voir umb

gedingt hed ind al orkundt Schepen. Des heft her Wilhem vurss die vurgenoemde pande

vercofft Karolo Kij voir vier Rijnsche gulden paijment na vermoigen sijnes segel ind

brieve ind schaeij mit recht. Ind her Wilhem heft dieselve pande gebaden Ott van Lent ,

Flistis van der Waijen, Gerit van Bleeck, Thonis van Duijtsborch ind Aleijt van den Poll,

oirkont ons Schepen na beschreven, die do tertit van den selven nit beschuddt en worden

als recht is. Darna heft her Wilhelm mij Richter vurss die vurss pande gebaden van ons

gnedigen heren wegen gelick her Wilhem vurss von voir gewijst is, die ick ock vur dit

vurss gelt nijt hebn en wold. Des heft her Wilhem vurss die vurss panden Karolo Kij

sijnen koepman vurss oirkont ons Schepen nabeschreven overgegeven so hij dair voir

umb gedingt had gelick her Wilhem vurss oic voir gewijst is. Ind ick Richter vurss heb

Karolo vurss oirkont Schepen nabeschrevenn in die vurgenoemde pande geleijst als recht

is. Des fraigden Karl vurss mij Richter vurss, wie den der panden als der huijsinge ind

erfnisse vurss ein wair wesen sold ten rechtenn. Des fraigden ick Richter den Schepen

nabeschreven. Des wiesden Wij Schepen nabeschrevenn: Dat die Richter tot Huessen die

nu is ind namails wesen sall, die sal Karll vurss ind sijnen erven der panden als huijsinge

ind erfnisse vurss ein wair wesen van onss gnedigen heren wegen. Doch beheltlichen

einen ijgelicke sijns gueden rechten an den vurss huijsinge ind erfnisse uitgenamen den

genen die avermitz dese pandtslijtinge oer recht ind toseggen daran afgewonnen is.

Sunder Argelist. Hijr waren aver ind an Schepen tot Huessen, Thonis ter Mait, Wilhem

vander Weij, Goissen van Echt, Gabel Grijs, Henrick van Overschald, Wijer Masschop

ind Henrick van Dalre. Ind dis toe oirkonde ind getugenisse hebben wij Schepen vurss

onsen Schepen segel an desen brief gehangenn. Ind ick Richter vurss heb mede to

getuchnisse mijnen segel bij den Schepensegel an desen brief gehangen. Gegeven in den

jaren ons heren dusent vier hondert ind achtindtachtentich des neeste fridages na den

Sonnendag Misericordia domini. [vrijdag 25 apr 1488]

Page 107: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Folio 65

Wij Berndt Snijepert ende Arnt Waetschert, Scepen toe Huessen, tugen dat voir ons

kommen sijn Heiseler van Kempen ende Fije sijn echte wijff ende bekanden mit oeren

vrijen wille, dat sie in enen steden erffkoep verkoft hebn Gerit Rijetstegen ende sijnen

erven enen bongert so die gelegen is mitter eenre ende mitter anderen siden an erfnis der

bagijnen. Schietende mitten einen eijnde an erfnis Hadewigen van Torn ende mitte

anderen ende an die strait. Also dat Gerit Rijetstege ende sijn erven an den vurss bungert

geerft wesen sullen, den erflich ende ewelich to besitten ende te gebrucken. Ind Huiseler

ind Fije vurss ende oer erven darvan onterft sijn ende geen recht mere noch to seggen dar

an behalden en hebn.

Voitmere hebben Heijseler ende Fije vurss gelaift Gerit Rijetstegen vurss ende sijnen

erven den vorssz Bonghert te vrijen ende te waren jair ende dach als erfkorps recht is

tegen alle die gene die des ten rechten komen willenn ende allen voirkommer darvan

aftodoin, uitgenamen ein halve gans jairlix ende dijc ende weteringe als dar mit recht

thohoeren.

Anders einigen voirkommer, hinder of gebreck als Gerit vurss ende sijn erven mit recht

dar bij leden, mogen sie verhalen ende peinden bij den Richter toe Huessen an ende uit

allen erve ende gude Heijselers ende Fijen vurss, rurende ende onrurende, dat sie nu tertit

hebben ende hier namails werven mogen mitter eenre hant to peijnden ende die pande

mitten anderen hant te verkopenn. Sunder Argelist. In oirkonde onser Scepen segel van

Huessen an diesen brief gehangen. Gegeven in den jaren onss heren dusent vier hondert

eenendetsestich op dach Tiburtii & Valeriani martyrem. [dinsdag 14 apr 1461]

Margetekst

Heiseler van Kempen verkopt Gerrit Rietstegen einen

Bongart gelegen mit beiden siden an erfnis des Convents.

Schietende mit einen ende an erfnis Hadwig van Torn

ende mit den anderen ende an die strait.

Uitgang I gans

Wij Johan Haess ind Henrick Haverkamp, Schepen tot Huessen, tugen dat voir ons

kommen is Katherin Rijetstege ind heft bekant mit oeren wille vur oer ind voir oeren

erven, dat sie in enen steden erfkoep verkocht heft ind jairlix schuldig is Bert Smeeds ind

oeren erven twee golden Rinsche gulden jairlicker erfreinthen, twintich stuver voir enen

gulden of ander payment ter tit der betalingen dar gut vur, uiter huijsinge ind hof ind uiter

den alingen gesete, dat Katherin nu up datum sbriefs wonende is gelegen achter der

kercken, mitter eenre sijden nest den Convent van Sunte Elizabethen, mitter andere siden

gelegen neest huijsinge ind erfnis wilner Johans van Huijssen. Mitten enen eijnde

schietende op der Stadt Wall ind mit den anderen eijnde die strait achter den kerckhof.

Noch uiter drie margen landts gelegen in der Loostraten, mit der eenre sijden Maes van

Rhijn, mit der andere sijden neest der kerckenlandt van Huessen, dat ein eijnd schietende

up der bagijnen kempken ind mit den anderen eijnde die strait. Noch uiter twee margen

landtz ock gelegen in der Loostraiten, mit der einere sijden schietende an der Bagijnen

Page 108: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

lant, mit der andere sijden wilner Daem Belsters lant, dat ein eijnd schietende up erfnis

Harman Snijepertz ind dat ander eijnd schietende op die Loostrait. Noch uiter den drien

alden schilden mijn een ort schilds erflicker jarrenthen als Kathrin

Margetekst

Kathrin Rietstegen verkopt Bert Smits ein golden

Rinschen gulden, XX stuver vur einen gulden,

uiter oer huijsz, hoff und alingen geseet achter der

kerck, mit der einer siden nest den Convent mit der

ander siden nest husinge und erfnis Jans van Huijssen.

Mit den einen ende schietende up der Stadt Wall ende

mit den anderen ende die strait achter den kerckhoff.

Noch uit drie morgen lantz in die Lostrait. Mit die ein

sidt Mais van Rhin, mit der andere siden nest der

Kerckenlant van Huijssen, dat ein endt schietende up

der Beginnen kempken, dat ander end die strait.

Noch uiter II morgen in die Lostrait mit ein sidt an

des Conventz lant, die andere sidt Daem Belster.

Dat ein endt schietende up erfnis Herman Snijeperts,

dat andere end up der Loostrait.

Folio 66

vurss jarlich heft uiter Risewickse kamp gelegen up dat Sandt. Ind voirt uuter all guet,

reet inde onreet, dat Katherin vurss heft binnen den Schependom van Huessen of

hernamails krigen of werven mach op Sunte Peters dach ad Cathedram geheiten

neestkomende na datum sbriefs over een jair angainde ind so voirt alle jair op den

voirgenoemde dach erflick ende ewelick die vurss twee Rinss gulden erffrenthen

tobetalenn tot Arnhem ind kommerlois in frij secker behalt Beerten vurss of oeren erven

to leveren ind buten oeren kost ind hinder of schaden. Onder een peen der peindingen als

tot Huessen recht is van pacht, tins ende jaergulde. Ind weert sacke dat Beert vurss of oer

erven enich hinder of gebreck kregen of leden mit recht in der voirs pendinge tot enigen

tijden, dat gebreck ind hinder mogen Beert vurss of oere erven verhalen ind peijnden bij

den Richter tot Huessen aen ind uut alle Katherinen vurss erfnis ind gut, reet ind onreet,

gelick vorss steet mitter eijnre hant to peijnden ind die pande mit der andere handt te

verkopen. Ock sijn voir ons Scepen vorss kommen This van Oickhaven tertit Richter tot

Huessen ind Henrick Haes tertit Rentmeister ons gnedigen heren van Cleve ind hebn

bekant voir oen ind oeren erven. Weert sack dat Bert vurss of oere erven teijnden der

peijndingen vurss mit recht enigen schaden of hinder kregen of leden, dat sie of oere

erven den schaden of hinder peijnden mogen bij den Richter tot Huessen aen ind uut allen

guden, reet of onreet, rurende of onrurende, die die vurss This of Henrick hebn binnen

den Scependom van Huessen of hijrnamals krijgen of werven mogen. Ind mitter einre

hant to peijnden ind die pande mit der ander hant to verkoepen. Sunder Argelist.

Orkonde ons Scepen segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren

ons heren dusent vier hondert eenindtsoeventich des gudes dages na sunte Valentins dach

[woensdag 20 feb 1471]

Wij Johan Derickssoen ind Berndt Snijepert, Schepen tho Huessen, tugen dat voir ons

kommen is Mechtelt, echte wijff wilner Goessens Vriesen, ind bekande mit oeren vrijen

Page 109: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

willen, dat sie vor ein somme geltz die oer to willen wael betalt is, in einen steden

erfkoep verkofft heft den Susteren van Sunte Elizabet Convent binnen Huijssen ende

oeren Nakomelingen huijsz, hoffstede, hoff, bonghert ende erfnis, gelegen mitter eenre

siden an den kirchoff ind mitter anderen sijden an erfnis Gerit Rijetstegen ende erfnis

Mechtelt Smeeds. Schietende mit den enen eijnde an erfnis der Susteren des Convents

vurss dat Johans van Vel to wesen plach ende mit den anderen eijnde an die gasse ind

mede alle brieve darvan spreckende. Alsoe dat die Susteren des Conventz vurss ende

oere Nakomelingen an dit vurss huijsz, hoffstede, hof, bongert ende erfnis geerft sijn

ende an alle brieve darvan spreckende dat erflich ende ewelich tobesitten ende to

gebruijcken. Ind Mechtelt sVriesen vurss ende oer erven dair van ondterft sijn ende geen

recht meer noch to seggen dairan behalden en hebben. Voirtmere heft Mechtelt

Margetekst

Gossen Vriese verkopt den Susteren huijs hoffstede

hoff Bongart ende erfnis mitten einer siden an den

kerchof mitter ander siden an erf Gerrit Rietstegen

ende Mechtelt Smeedts schietende mit den einen

ende an erfnis der Susteren dat Jans van Vell to

wesen plach ende mit den anderen ende an die gasse.

Anno 1583 Dris van Bronkhus her Wilhensson beide

custers to Huijssen na einander na Willem van

Wijlick A. 86 unnd is itsunder een erfpachtgut van

S. Jans Vicarie

Folio 67

vurss gelaift den Susteren des Convents vurss ende oeren Nakomelingen dit vurss huijs,

hoffstat, hof, bongart ende erfnis to vrijen ende to waren jair ende dach als erfkoeps recht

is tegen alle die geen die des ten rechten kommen willen ende allen voirkommer dair van

aftedoin. Uitgesacht derdenhalven alden schilt ende drie vleemsche groot jarlickx

erfreijnten ende dijc ende weteringe als dar mit recht to hoeren. Anders enigen

voirkommer, hinder of gebreck als die Susteren des Conventz vurss ende oer

nakomelinge mit recht darbij leden, moegen sie verhalen ende peijnden bij den Richter

toe Huessen an allen erve ind gude MechteldsVriese vurgenoemde rurende ende

onrurende, reijde ende onreijde, dat sie nu tertit heft of hiernamals werven mach mitter

einre hant te peinden ende die pande mitter anderen hant to verkopenn. Sonder Argelist.

In oirkonde onss Scepen segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den

jaren ons heren dusent vier hondert ende viftich op den neesten vrijdach na des heiligen

Cruijs dach Inventio [vrijdag 7 mei 1450]

Up den rug steet: van Mechtelt Vriesen hoffstat bij den kerckhoff.

Margetekst

Uitgang III alden schilden ende III

Vlemsche groit.

Page 110: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Johan Dericksson ind Arnt van Gesperden, Schepen toe Huessen, tugen dat voir ons

komen sijn Berndt Snijepert ende Hille sijn echte wijff ind bekanden mit oeren vrijen

will, dat sie in enen steden erffkoep verkoft hebben den Susteren van sunte Elizabet

Convent bijnnen Huessen ende oeren Nakomelingen enen gueden alden schilt jarlicker

erfrente mijn een pont ind achtendetwintich groet jarlicker renthen die de Susteren vurss

jarlix van den alden schilt vorss betalen sollen. Soe Berndt vurss den alden schilt

erfrenthen gelijc vurgenoemd is jarlix te hebn plegt op sunte Peters dach ad Cathedram

uit huijs, hoffstat ende erfnis dat Jacobs van Vell to wesen plach, gelegen mitter eenre

sijden an erfnis der Susteren vurss dat Mechtelt sVriesen to wesen plach. Ind mitter

anderen sijden an erfnis Bruijns van den Rijn ende erfnis Johans van Vell. Schietende mit

den enen eijnde an erffnis dat Mechtelden van Medel te wesen plach ende erfnis dat Evert

Hoijck te wesen plach. Ind mitten anderen eijnde an den kirchof. Ind mede alle brieve

spreckende van den alden schilde erfreijnten vurss. Also dat die Susteren des Conventz

vurss ende oere Nakomelingen an den alden schilt erffreijnten gelijc vurss is ende an die

brieve darvan spreckende geerft sijn. Die erfreijnten vurss erflich ende ewelich te hebn, te

besitten ende to gebrucken ind mit den vurss brieven te vorderen, te doin ende to latenn

in alinger wiess als Berndt ind Hille vurss vur datum dis briefs doin muchtenn. Ind

Berndt ind Hille vurss ind oer erven van den alden schilt erfreijnten ende brieven vurss

ondterfft sijn ende geen recht mere noch to seggen dair an behalden en hebn. Sunder

Argelist. In oirkonde ons Scepen segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven

in den jaren ons heren dusent vier hondert ende viftich op den neesten vridag na onser

lieve Vrouwen dach Assumptio [vrijdag 21 aug 1450].

Margetekst

Berndt Sneijpert verkopt den Susteren einen alden schilt

min ein lb ind XXVIII groit die die Susteren van den alden

schilt betalen sollen uith huijss, hoffstat und erfnis Jacobs

van Vell to wesen plach mit die ein sidt an erfnis der

Susteren dat Mechtel Vriesen to wesen plach ind mit der

anderen siden Bruns van den Rhin ende erfnis Jans van Vell.

Schietende mit den einen endt an erfnis Mechtelden van Meel

to wesen plach ende erfnis Evert Hoijckenn ende ende mit den

anderen ende an den kerckhof her Herman Roevers huss.

Folio 68

Wij Berndt Snijepert ind Johan van Langeraeck, Scepen toe Huessen, tugen dat voir ons

komen sijn Ceelman Wijchmanssoen ende Lijsbet sijn echte wijff ende bekanden mit

oeren vrijen wille, dat sie in enen steden erffkoep verkoft hebn den Susteren van Sunt

Elijzabet Convent binnen Huijssen enen hoff die gelegen is an den Langenwalle, mitter

eenre sijden aen erfnis Gerits van Merwick ende mitter anderen siden ende mitten enen

eijnde an erfnis Gerit Rijetstegen, schietende mitten anderen eijnde an erfnis Johans van

Averschaldt. Alsoe dat die Susteren van Sente Elizabet Convent vurss ende oer

Nakomelinge an den vurss hoff geerft wesen sullen, den erflich ende ewelich te besitten

ende te gebrucken. Ende Ceelman ende Lisbet vurss ende oir erven dairvan onterft sijn

ende geen recht mere noch toe seggen dair aen behalden en hebn. Voirtmere hebben

Ceelman ende Lisbet vurss gelaift den Susteren vurss ende oeren Nakomelingen den

vurss hof te vrijen ende te waren jaer ende dach als erfkoeps recht is tegen all die gene

Page 111: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

die des ten rechten kommen willenn ende allen voirkommer dairna afftedoin. Uitgenamen

ein half pont ende ein ort van enen alden Vlemsche groten jarlicker erfrenthen ende dijck

ende weteringe als dar mit recht tohoeren. Anders enigen voirkummer, hinder of gebreck

als die Susteren ende oere Nakomelinge vurss mit recht dar bij leden, mogen sie verhalen

ende peinden bij den Richter tho Huijssen an ende uit allen erven ende gude Ceelmans

ende Lijsbet vuss, rurende ende onrurende, dat sij nu tertit hebn ende hiernamals krigen

mogen mitter eenre hant te peijnden ende die pande mitter andere hant te verkopenn.

Sunder Argelist. In oirkonde onss Schepen segel van Huessen an desen brief

gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vierhondert achtende viftich opten

neesten gudensdag post Gengulfi martyris [woensdag 10 mei 1458]

Up den rug steet geschreven: Van Ceelmans hoff an Merwicks bongert.

Margetekst

Ceelman Wichmanssohn verkopt den Susteren einen

hoff an den Langenwall mit einer siden ende mitten

einen ende an erfnis Gerrit Rietstegen, schietende mit

den anderen ende an erfnis Jan van Overschaldt

Uitgang I lb ende

I ort van I alden Vlems.

Wij Berndt Snijepert ind Harman Wellenssoen geheiten Snijepert, Scepen to Huessen,

tugen dat voir ons komen sijn Gerit van Rijsswick ende Lisbet sijn echte wijff ind

bekanden mit oeren vrijen wil, dat sie in enen steden erfkoep verkoft ind overgegeven

hebn hern Mathis van der Gevel, Priester, Pater ende Bichtvader der Susteren van Sunte

Elizabet Convent, tot behoef der gemeinre Susteren des Conventz vurss ende oere

Nakomelingen all alsulc recht ende to seggen als sie thent op datum dis briefs gehadt

mogen hebben an huijss, hofstat ende erffnis dat nu dat Susterhuijs is, so dat Gerits van

Rijsswick ende Hadewigen sijns echten wijfs te wesen plach. Ende Hadewich van

Rijswick ende Henrick oer soen dat voirtits den Susteren vurss verkoft hebn ind gelegen

is tusschen erfnis Gerit Rijetstegen ende den Langenwalle. Also dat die Susteren des

Convents vurss ende oere Nakomelingen an all dat recht ende toseggen dat Gerit vurss

ende Lisbet vurss an den huijss ind hoffstat gehadt hebben, geerft wesen sullen, dat

erflich ind ewelich te besitten ende tegebrucken. Ind Gerit ende Lisbet vurss ende oer

erven darvan onterft sijn ende geen recht meer noch toseggen dairan behalden en hebn.

Voirtmere hebn Gerit ende Lisbet vurss gelaeft den Susteren des Convents vurss ende

oeren Nakomelingen dat recht ende toseggen van den huijss ende hoffstat vurss te vrijen

ende te waren als

Margetekst

Gerrit van Riszwick verkopt Mathis van den Gevel,

Pater tot behoiff des Conventz, oer recht sie gehadt

mugen hebben an huss, hoffstat ende erfnis dat nu dat

Susterhuss is so dat Gerritz van Riszwick ende

Hadwigen sijns wijffs to wesen plach ende

Hadewich van Riszwick ende Henrick oer sohn dat

Page 112: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vortits den Susteren verkoft ende gelegen is tusschen

erfnis Gerritz Rietstegen und den Langenwalle.

Beheltlich Gerrit sijns rechten an twee alden schilden

die Hadewich van Riszwick Gerritz moder uith den

selven huse unnd hoffstat heft.

Folio 69

erfkoeps recht is in alle der maten ende manieren als hoen Hadewich ind Henrick vurss

dat gevrijt hebn. Anders enigen hinder of gebreck als die Susteren des vurss Conventz

ende oere Nakomelingen mit recht dar bijleden dat van Gerit ende Lijsbet vurss to

qweine, dat mogen sie verhalen ende peinden bij den Richter to Huessen an allen erve

ende gude Gerits ende Lijsbet vurss rurende ende onrurende, dat sie nu tertit hebn ind

hiernamails werven mogen, mitter eenre handt te peijnden ind die pande mitter anderen

hant to verkopenn. Beheltlich doch Gerijt ind Lijsbet vurss al oers rechten an tween alden

schilden erffreijnten die Hadewich van Rijsswick moder Gerits vurss jairlix heft uith den

huijss ende hofstat vursss. Sunder all Argelist. In oirkonde unser Scepen segel van

Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert

ende eenendesestich opten neesten manendag na Divisionis Apostolorum. [maandag 20

juli 1461]

Wij Berndt Bruijnssoen ende Johannes van Aem, Schepen to Huijssen, tugen dat vur uns

kommen is Mechtelt echte wijff wilner Gossens Vriesen ind bekande mit oeren vrijen

will, dat sie umb Gaeds wil tot einen ewigen testament ende tot eenre ewiger memorien

voer zielen Goessens Vriesen, wilnere oeres echten mans, ende Celen Svriesen, wilner

oers sons, ende voir oers selves ziele, gegeven heft den Susteren van Sunte Elizabet

Convent binnen Huijssen oer helfte van tween alden schilden ende die helft van enen

alden Vlemschen groten jarlicker erfrenthen, so Goessen die Vriese ende Maechtelt vurss

die erffrenthen vurss tesamen te hebn plagen. Uith huijss, hoffstede ende erfnis dair

Johan Hack te wonen plach gelegen an den Sande, mitter eenre siden an erfnis Jan

Bongertz ind mitter anderen siden an erffnis des jongen Jan Hacken. Schietende mitten

enen eijnde an erfnis dat IJwen Makijcx te wesen plach. Ende mitten anderen eijnde an

die Duijsterestrait. Also dat die Susteren des Conventz vurss die helfft van den tween

alden schilden ende die helft van enen alden Vlemsche groten erffreijnten vursss, dat is te

verstain enen alden schildt ende enen halven Vlemsch jarlicker renthen angaens uit den

vurss huijss, hoffstat ende erfnis heffen ende boeren sullen. Op sunte Peters dach ad

Cathedram neestkomende na datum dis brieffs ende so voirt alle jar erflich ende ewelich

op Sunte Peters dach ad Cathedram onder een peen der peijndingen als to Huijssen recht

is van pacht, tinse ende jargelde. Ind die Susteren des Convents vurss den alden schilt

ende halven Vlems erffreijnten vurss erfflich ende ewelich hebben, besitten ende

gebrucken sollen. Ende Mechteldt Svriesen vurss ende oer erven dairvan onterft sijn ind

geen recht meere noch toseggen daran behalden en sullen. In desen vur werden: Dat die

Susteren des Conventz vurss ind die Priestere die in den Convent wonen sullen anghaens

op den dach als Mechtelt vurss sterft ende aflijuich wirdt ende soe vort ewelick ende

oivermeere alsoelange als dat vurss Convent durende sall wesen alle jar up den selven

dach memorie doin sullen voir zielen Gossens Vriesen, Celen Svriesen ende Mechtelden

vurss mit Vigilienn

Page 113: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst

Mechtelt wilner Gossen Vriesen wijff gift S. Elizabeth

Convent I alden schilt, I alden Vlemsch uit Jan Hacken

huss angen Sandt mit die ein sidt an erf Jan Bongertz

mit die ander sidt an erf des jungen Jan Hacken schietende

mit den enen eijnd an erf IJwen Makijcx ende mit den

anderen end an die Duijsterstrait up Peter ad Cathedram.

Sielmissen memorie ende almissen darvan to geven

ende to doin und schint dat sie die propositionus

(voorwaarden) nit angenommen

Folio 70

zielmissen ende commendatien na allen gewoenten als men dat in allen kercken,

Cloesteren ende Conventen voir die zielen to doin plegt. Ind die Susteren des Conventz

vurss sullen van den alden schilde ende halven Vlemsch erfreinthen vurss den priesteren,

die dese memorie helpen doin, jarlix geven ein redlich loen ind voirt elcken vier Susteren

die in den Convente sijn ende wesen sullen einer Vlemschen groten tot weijten brode

ende bijer. Ind wes dan dairan overloept sullen sie voirt geven ende deilen den huijs

armen binnen Huijssen. Vort mere heft Mechtelt vurss umb Gaeds wil gegeven den

Susteren des Conventz vurss oer helft van achtendetwintich groten jarlix gainde uit

huijss, hoffstede ende erfnis, dat Johans van Vell te wesen plach, dat die Susteren vurss

nu hebben gelegen bij den kirchoff. Also dat sie die helft van den achtendetwintich

groten erfreinthen vurss jarlix heffen, boeren ende gebrucken sullen, dat heilige

Sacrament mede te beluchten ten ewigen dagen. Sunder all Argelist. In oirkonde onser

Schepen segel van Huijjssen an desen brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren

dusent vier hondert ende viftich opten neesten vrijdach na sunt Urbanus dach pape

[vrijdag 30 mei 1450]

Margetekst

Gift ock den Susteren umb Gadts wil oer helft van

XXVIII groten jarlix gainde uit huss, hofstede ende

erfnis dat die Susteren hebben van Jan van Vel bij

den kerckhof dat H. Sacrament darmit to be luchtenn.

Wij Berndt Snijepert ind Johan Knoep, Schepen to Huijssen, tugen dat vur ons komen

sijn Gerrit van Riswick ende Lisbet sijn echte wijff ende bekanden mit oeren vrijen

wille, off dat sacke weer, dat sie jarlix op sunte Peters dag ad Cathedram nit en betalden

Bruijn van Rijsswick ende sijnen erven anderhalven guden golden alden schilt.

Anderhalven guden golden overlensche rijns gulden vur den schilt of die rechte werde

darfur an anderen guden payment, so Bruijn van Rijsswick die anderhalven schilt jarlix

up sunte Peter ad Cathedram heeft uit enen bonghert den Susteren van Sunt Elisabet

convent binnen Huessen tohorende, die vortitz Jan van Vliederden to wesen plach, so die

gelegen is an den Langenwalle. Also dat die Susteren vurss tot eniger tit van Bruijn vurss

of van sijnen erven vur die anderhalven alden schilt gemaent ende gepeijnt worden ende

darbij enigen krot, hinder of gebreck leden, so mogen die Susteren vurss die anderhalven

alden schilt erfrenten vurss, mit allen hinder ende schaden sie bewislich darbij geleden

hedden tot allen tiden als oen des not were, peinden bij den Richter to Huijssen an ende

Page 114: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

uit huijss ende hofstat Gerits van Riszwick ende Lisbeten vurss, dat gelegen is mitter

eenre siden an erfnis dat Henrick Bonarts te wesen plach ende mitter anderen siden ind

mitten enen eijnde an den korten walle. Schietende mitten anderen eijnde an die

Arnhemsche strait ende vort an ende uit allen anderen erve ende gut Gerits ende Lisbet

vurss, dat sie nu hebben ende namals kriegen mogen mitter eenre hant te peinden en die

pande mitter anderen handt te verkopen en die pande te bieden an dit vurss huss ende

hoffstat. Sunder Argelist. In oirkonde onser Scepen segel van Huijssen an diesen brief

gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hundert achtendeviftich opten

neesten satersdach na unser liever Vrouwen dach Annunciatio Dominus [zaterdag 1 apr

1458]

Margetekst

Gerrit van Riszwick glaft an Brun van Riszwick

jarlix up Petri ad Cathedram uit den hoff gainde so

hie den Sustern verkofft ende eertitz Jan van

Vliederden to wesen plach an den Langenwal

gelegen, II alden schilden to betalenn stelt tot ein

wahr sijn huss und hoffstat, mit die ein sidt an erf

Henrick Bonartz to wesen Plach, mit die ander sidt

und mit den einen eijnd an den Korten Wall, mit den

anderen eijnd an die Arnhemsche strait gelegen.

in het manuscript zijn niet gevuld Folio 71, 72 en 73

Folio 74

Wij Johan van gaids gnaden Hertoug van Cleve ind Greve van der Marke doin kont allen

luden ind bekennen vur uns, unse Erven ind Nakomelingen, dat Wij umb eijne

bescheiden summe gulden, namentlick hondert ijnckele overlentsche Kurfurster Rinsch

gulden die Wij nu van den begijnen Convent bijnnen unser Stadt Huessen gelegen

ontfangen ind voirt in unse mitt ind urber gekiert hebn, denselven Convent ind oiren

Nakomelingen dar vur erflicken verkocht ind verleent hebn, verkopen ind verleenen

avermitz desen unsen brief, dat sie binnen der platzen van oiren Convent ein Rosmoelen

setten ind tijmmeren doin mogen, ind op derselver moelen als die pachtjaren van unser

moelen to Huessen, so die nu verpacht is, uns komen sijnt irstan ind dan voirtan ten

ewige daegen toe maelen mogen alle korn, dat sie vur die personen des Convents vurss

die dair nu sijnt ende in toekomende tijden in ontfangen sullen werden, ind voirt vur oire

huijssgesinde ind degelixschen kost ind oick vur oere beesten ind haene behoeven

werden. Sunder uns, unsen erven off Nakomelingen of ijmant anders daraf enich molffter

togeven durve. Ind is doch vurwerde, dat sie gein ander korn up der vurss moelen maelen

sullen dan dat sie in maten vurss behoeven sullen werden. Ind of sie darenboven ijmant

anders ennich korn op der vurss moelen maelen lieten of muelen, dat sich mit wairheit

bevunde, daran solden sie uns, unsen erven ind Nakomelingen gebroicht hebn van ijlcker

malder viff alde schilde. Ind want Wij willen dat dit den vurss Convent ind oiren

Nakomelingen vast ind stede blijve ind gehalden werde vur uns, unse erven ind

Nakomelingen. So hebben Wij des tot oirkonde unsen Segel mit uns rechter wetenheit an

Page 115: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

desen brief doin hangenn. Gegeven in den jare unss heren dusent vierhondert ind

tachtentich up saterdag neest na den heiligen Kirssdach. [zaterdag 31 dec 1480]

Margetekst

Johan Hertog to Cleve verkopt vur I C

Curfurstlichen

Rinsche gulden dem Convent, dat sie binnen oer platz

ein rossmul timmeren und darup malen mogen vur

die personen des Convents sunder mulffter to geve.

Wij Johan van gaids genaden Hertog van Cleve ind Greve van der Marcke doin kondt.

Also die Susteren des Begijnen huijses binnen unser Stadt Huessen ons nu an einer

alinger summen avergelevert ind betalt hebn drie hundert sessinddertich gulden, dertien

alb ijtlick gulden gereckent vur twintich sulcker stuver der nu negenindtwintich einen

ijnckelen overlendschen Kurfurster Rinscher gulden machen, die vur datum dis brieffs

gemunt ind geslagen sijn. Datselve gelt Wij vort in onsen nutte ind urbar hebn doin

keren. Ind Wij dan verstain, dat dieselve Susteren ons jarlix an geltrenthe, thins ind

hoenre geldende ind schuldig sijn van landt ende ander guede in unsen Ampt van

Huessen gelegen as die partes hirnestfolgende inhaldenn:

Item up Kampstuck einen mergen viftien herengroit ind ses penning cleijn. Item noch up

Kampstuck viftienhalven mergen, illicker mergen vierthiendehalff herengroit ind

vierdenhalven penninck cleijn. Item up Uijter Haidel vier mergen vier mergen illcker

mergen negentiendenhalven herengroit ind ein brabans. Item noch up Uijter Haidel twee

mergen illicker mergen negentien groit, anderhalf brabans. Item up die Stege twee

mergen, illicker mergen dertiendehalf herengroit. Item uiter een hofstat die Henrick

Henxt was int Rosendail gelegen ein tins mit twee honre. Item noch uiter ein hoffstat

darnaest gelegen int Rosendail ein tinss mit twee hoenre. Item uiter Clais van ders Kamp

int Rosendail gelegen eijn tinss mit twee haenre. Item uiter Herman Mouwier Kamp

Margetekst

Johan Hertog to Cleve etc. verkopt up ein wederloss

uit S. G. Rentmeisterie etliche erfpacht, tins unnd

honer.

Van dat Kampstuck XV groten

VI d(enarien) klein

Item van dat Kampstuck

Folio 75

int Rosendail gelegen, ein tijns mit twee hoenre. Item noch uiter einen kamp int

Rosendail gelegen ein tijns mit vier hoenre. Item noch uiter einen kampe gelegen an die

Laijck vierdenhalven tins mit VII hoenre. Item uiter einen hoff die Gertruijdt Bruijns to

wesen plach gelegen in unse Stadt van Huijssen achter dat begijnen huijs, twee hollans,

ein hoen. Item noch uiter einen Bongaert gelegen to Malbergen bij der kercken, die

Barnoet der Joden to wesen plach, tsestich herengroit. Dat sich allet tesamen beloept to

gelde geslagenn up achtien Rinsche gulden, sestien albos, negendehalf morcken. So

bekennen Wij vur unse erven ind Nakomelingen. Dat wij denselven Begijnhus vur die

Page 116: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vurgenoemde summe van drie hondert seesinddartich gulden dartien alb. (oude ponden)

die vurgenoemde geltrenthe thijns ende hoenre verschreven hebben ind verschrijven

overmitz desen onsen brief dieselve Renthe an sich to behalden. Ind ons noch onsen

erven ind Nakomelingen noch niemantz van onser wegen daraf enige uitrichtinge vortan

todoin. Beheltlich doch ons onsen erven ind Nakomelingen vurgenoemd ener losse daran

die wij ock altit doin mogen wanneer ons dat gaedt. Op onser liever Vrouwen

lichtmissdach [2 feb] of binnen vierthien dagen darna onbefangen mit sulken drie hondert

sessinddartich gulden ind dertijen alb. as vurgenoemd stain ind allet sunder argelist.

Oirkund onss segels hijr an gehangen. Gegeven in den jare onssheren duijsent vier

hundert drieindtachtentich up den Donrestag na Sunte Agneten dach Virginis & martiris.

[donderdag 23 jan 1483]

Anno 1634 den II dags meij heeftt den Rentmeester Conraedt Blaespeil in naehm des Graven, Adam von Swazenburg als pandt heer, diesen briefs affgelost met 181 rijksdaler onder quitings, met overleviringhe des originaels brieffs. Ende over mits den golt gulden niet hooger gerekent is als 80 stuiver clevffs, soo heefft het convent dese penninghe ontfanghen met sulken protest, dat op haer aenholden voor den goltgulden waer van dezen brieff is vermeldende, in die wederloss goltgulden in specie moet en getelt worden. Ende sall voortaen het convent nae luijt des brieffs den tiens ende iaer renten moeten betaelen.

in het manuscript zijn niet gevuld Folio 76 t/m 89

Folio 90-kop

Dit schint der gulden to sijn der uitgelost is mit believen her Jans van Will Doesborch

Vicarien S. Nicolaij uit dat hus her Jans van Wills dochter Nees und is verweesen uit

einen hoff in die Wigaertz Haven vur die Arnhemsche port gehort in die vurss Vicarie

Folio 90

Wij Johan Derickssoen ende Herman Butken, Schepen tho Huijssen, tugen dat voir ons

komen sijn Arnt Johanssoen geheiten Schaep ende Johan sijn echte wijff ende hebn

bekant mit oeren vrijen wille, dat sie in enen steden erfkoep verkofft hebn ende jarlix

schuldig sijn Henrick Veenman ende sijnen erven guden Overlenschen Rinschen gulden

jarlicker erfrenthen of die gerechte werde dair voir an anderen guden paijment in elcker

tit der betalingen uith oeren huijss, hoffstede, hoff, bonghert ende erfnis, gelegen so Wij

verstain mitter eenre sijden neest erfnis Henricke van Kessel ende mitter anderen sijden

an erffnis Johan Henricksons. Schietende mitten enen eijnde an enen bongart die Gossens

Vriesen te wesen plach ende mit den anderen ende an die strait op sunte Peters dach ad

Cathedram neestkomende na datum dis briefs, angaens ende so voirt alle jar erfflich ende

ewelich op sunte Peters dach ad Cathedram [22 feb] den Rinschen gulden jarlicher

erffreijnten vurss Henrick Veenman vurgenoemd ende sijnen erven uit den vurss erve vrij

ende komerlois te betalenn. Onder een peen der peijndingen als to Huessen recht is, van

pacht, tijnse ende jargelde. Ind weert sacke dat Henrick vurgenoemd of sijn erven enichs

Page 117: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

jars enich gebreck leden in der peijnding uith den vurss erve. Dat gebreck mogen sie vort

peijnden bij den Richter toe Huessen uit allen guede Arnts ind Johans sins echten wijves

vurss, rurende ende onrurende, dat sie nu ter tit hebn of hijr namals krijgen mogen, mitter

eenre hant to peijnden ende die pande mit der anderen hant to verkopenn. Sunder

Argelist. In oirkonde onss Scepen segel van Huessen an diesen brief gehangenn.

Gegeven in den jaren ons heren dusent vierhondert sesendeveirtich des neesten

Sonnendach na Sunte Servaes dach des heiligen Bisschops. [zondag 15 mei 1446]

Up den rug steet nu Johan Staeijck

Margetekst

Arnt Jansen geheiten Schaep verkopt Henrick

Venman einen overlenschen Rinschen gulden uit hus,

hoffstede, hoff, bongart ende erfnis mit die ein sidt

nest Henrick van Kessel mit die ander sidt an erfnis

Jan Henricksons. Schietende mitten einen endt an

einen bongart die Gossen Vriesen to wesen plach, mit

den anderen endt an die strait.

Dit gut heft Jan Schaijck gehadt A 1510 int Schaijcks

Ao 28. Jan Dericksen anno 1544 Arnt van Betow A

1555. Und Rijck van Betow Anno 1558. Vleut van

Betow A 1587 an die Legstrait gelegen wirdt

genompt die Santkamp of Sant

Wij Bernt Bruijnssoen ind Johan van Langeraeck Gijsbertssoen, Scepen toe Huessen,

tugen dat voir ons komen is Johan van Tije ende bekande mit seinen vrijen wille voir

hoen ende voir sijn erven schuldig te wesen van gerechter scholt Daem Belster ende

sijnen erven viftien gude golden overlensche Rijns gulden of die rechte werde dair voir

an anderen guden paijment in tit der betalingen up sunte Peters dach ad Cathedram neest

komende na datum dis briefs to betalenn. Voir dit vurss gelt heft Johan van Tije vurss tot

enen rechten onderpande gesat Daem vurss ende sijnen erven enen guden golden

overlensche Rijns gulden jairlicker erfrenthen of paijment dat dair gut voir is in elcker tit

der betalingen uijt sijnen huijss ende hofstede, gelegen mitter eenre sijden an erfnis Johan

Hasen ende mitter anderen sijden ende mitten enen eijnde an erfnis Hellen van Bouten

ende oere kinder. Ind mitten anderen eijnde schietende an die Vijrackerstrait. In desen

vurwerden. Off dat sacke weer dat Daem vurss ende sijnen erven die viftien overlensche

Rijnsgulden op den termijn der betalingen vurss nijet betalt en woirden, dat he dan die

overlensche Rijnsgulden erfreijnten vurss dairvoir vervallen wesen sall. Alsoe dat Daem

vurss ende sijn erven den overlensche Rijnsch gulden

Margetekst

Jan van Tije bekent schuldig te sijn Daem Belster XV

goudguldens darfur to onderpant stellen einen

overlensche Rinschen gulden jarlichse renten uit sijn

hus ende hofstede mit die ein sidt an erfnis Jan Hasen

ende mit die ander sidt ende einen ende an erfnis

Hillen van Bonten ende mit den anderen ende an die

Vierackersche strait nu.

Page 118: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Folio 91

erfreijnten vorss uith den vurss huijs ende hoffstatt ijrstwerve heffen ende boeren sullen

op sunte Mathijs dach des heiligen apostels [24 feb] neest komende na datum dijs brieffs

ind so voirt alle jar erflich ende ewelich op sunte Mathijs dach. Onder een peen der

peijndingen als to Huessen recht is van pacht, tinze ende jairgelde mitter eenre hant to

peijnden ende die pande mitter anderen hant to verkoepenn. Sonder Argelist. In oirkonde

ons scepen segel van Huessen an diesen brief gehangen. Gegeven in den jaren onss heren

dusent vier hondert sessende viftich op dach Juliane Virginis. [maandag 16 feb 1456]

Up den rug steet geschreven:

Daem Belster I Rinschen gulden mede Henrick Haverkamp.

Wij Berndt Snijepert ind Johan van Langeraeck, Schepen to Huessen, tugen dat voir ons

komen is Alijt, echte huijsfrouwe wilner Henrick Kerskorfs, ende bekande mit oeren

frijen wille, dat sie in einen steden erffkoep verkoft ende overgegeven heeft den Susteren

van sente Elizabet Convent binnen Huessen, die helfte van einen Arnoldus golden

Arnemschen gulden erffrenthen. So Alijt vurss den selven gulden jarlix op sente Peters

dach ad Cathedram te hebn ende te boeren plegt uit huijss, hoffstat ende erfnis dat Johans

van Thije te wesen plach, so dat gelegen is mitter eenre sijden an erfnis Johan Hasen

ende mitter anderer sijden ende mitten ene eijnde an erfnis dat Rolofs van Bouten te

wesen plach. Schietende mitten anderen eijnd an die Vieracker strait. Also dat die

Susteren van sente Elizabet Convent vurss ende oer Nakomelinge an die helft van den

Arnoldus Arnemsche gulden erffrenthen vurss geerfft wesen sullenn, die alle jair erflich

ende ewelich op Sunte Peters dach ad Cathedram uith den huijss, hoffstat ende erfnis

vurss to heffen ende te boeren, onder een peen der peijndingen als te Huessen recht is van

pacht, tijnsse ende jaergelde. In Alijt Kerskorfs vurss ende oer erven van der helft van

den Arnoldus Arnemsche gulden erfreijnten ondterft wesen sullen ende gheen recht mere

dair an behalden en hebn. Mede heft Alijt Kerskorfs vurss mit oeren vrijen wille bekant,

dat sij in einen steden erfkoep verkoft ende overgegeven heft den Susteren van Sente

Elizabet Convent vurss negen alde Vlemsche groet erfreijnten. So Alijt vurss die jairlix te

hebn ende te boeren plegt op sente Jacobs dach des heiligen Apostels uit huijss, hofstede

ende hoff Henricks van Horssen, gelegen mitter eenre sijden an erfnis dat Peter

Remerssons te wesen plach ind mitter anderen sijden an erfnis Berndts Snijepertz.

Schietende mitten enen eijnde an erfnis Henricks van Risswick ende mitten anderen

eijnde an die Arnemsche straet mit enen Schepen brief darvan spreckende. Also dat Alijt

Kerskorfs vurss van den negen alde Vlemsche groete erfreijnten vurss ende van den

brieve dairvan spreckende ondterft wesen sal ende sij noch oer erven geen recht mere

daran behalden en sullen. Ende die Susteren des Convents vurss dairan geerfft wesen

sullen, die negen alde Vlemsche groet erfreijnthen vurss erflich ende ewelich

Margetekst

Alheidt echte husfrouw Henrick Kerskoffs verkopt

den Susteren die helft van einen Arnoldus Arnhemsche

gulden erfrenten up Peter ad Cathedram uith hus, hoffstat

ende erfnis Jans van Tije te wesen plach, mit ein

Page 119: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

sidt nest erfnis Jan Hasen, mit die ander sidt ende einen

eijnde dat Rolefs van Bouten to wesen plach. Schietende

mit den anderen ende an die Vierackersche strait.

Margetekst

Item verkopt oen IX alde Vlemsch groet erfrenthen

uith huijs, hoffstat ende hoff Henricks van Horsen, mitter

einer siden an erfnis dat Peter Reinersssohns to wesen

Plach, mitter ander siden an ernfis Berndt Snijperts.

Schietende mitten einen ende an erfnis Henrick van

Riswick mit den anderen ende an die Arnhemse strait.

Meester Lenier

Chirurgijn

Folio 92

Op sente Jacobs dach vurss te heffen ende te boerenn. Ind mitten vurss brieve te manen,

te vorden, te doin ende te laten in alinger wies als Alijt vurss vur datum dis briefs doin

mocht. Sunder Argelist. In oerkonde ons Scepen segel van Huessen an diesen brief

gehangen. Gegeven in den jaren ons heren Mo . CCCC

o. LVIII

o op sente Cecilien dach

Virginis. [woensdag 22 nov 1458]

Up den rug steet Henrick van Kessel nu Henrick Havercamp

Wij Berndt Snijepert ende Johan van Langhraick, Schepen tho Huijssen, tuegen dat voir

ons komen sijn Daem Belster ende Lijsbet sijn echte wijff ende bekanden mit oeren

vrijen wille, dat sie in enen steden erfkoip verkofft ind overgegeven hebben den Susteren

van Sunte Eliszbetz Convent binnen Huessen einen gueden overlenschen Rinschen

gulden jarlichker Renthen so sie den jarlix te hebn ende te boeren plegen op sunte

Mathijs dach des heiligen Apostels uit huijs, hofstat ende erfnis dat Johans van Thye te

wesen plach, so dat gelegen is mitter eenre sijden neest erffnis Johan Haesen ende mitter

ander sijden ende mitten enen eijnde an erfnis dat Rolofs van Bouten te wesen plach.

Schietende mitten anderen eijnde an die Vierackersche strait, mit enen Schepenbrief

darvan spreckende. Alsoe dat Daem ende Lisbet vurss ende oere erven van den Rinschen

gulden jarlicker Renthen vurss ende van den brieve darvan spreckende onterft wesen

sullen ende gheen recht meer noch to seggen daer an behalden en hebben. Ende dat die

Susteren van Sente Elizabetz Convent vurss ende oere nakomelinge daeran geerft wesen

sullen den Rijnschen gulden jairlicker erffrenthen vurss alle jaren na Inhalt des brieves

dairvan spreckende erflich ind ewelich te hebn, te boeren ende te gebrucken ind mitten

brieve darvan spreckende te manen ende te vorderen, te doin ende te laten alinger wies

als Daem ende Lisbetz vurss voir datum dis briefs doen mochten. Voirt sijnt vurwerden

Off quame dat de Susteren vorss of oere nakomelinge enichz jars gebreck leden in der

talingen ofte maninge dattet vurss huijs, hoffstat ind erfnis also gut nit en bleeff dat sie

den vurss Rijnschen gulden erffrenthen daer nit an verhalen en konden, soe mogen sie

den vort verhalenn ende peijnden bij den Richter toe Huijssen an ende uit Daems en

Lijsbettes oere huijse, hoffstat ende erffnis, so dat gelegen is mitter eenre sijden neest

Page 120: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

erffnis Wijers van Eijmeren (op den Engel) ende mitter anden sijden neest erfnis Alijt

Wijnkelmans ende oerer dochter ende Aelbert Kaelkens ende sijnre stijffkijnder.

Schietende mitten enen eijnde an die Arnhemse strait ende mitten anderen eijnde an

erfnis Gabel Grijs, mitter eenre hant te peijnden ende die pande mitter ander hant te

verkopen. Sunder Argelist. In oirkonde onser schepen segel van Huessen an desen brief

gehangen.

Gegeven in den jar ons heren dusent vierhondert drieende tsestich des manendages post

assumptionis domini. [maandag 23 mei 1463]

Up den rug steet geschreven Henrick van Kessel. Henrick Haverkamp

modo Rijck Masscop

Margetekst

Daem Belster verkopt den Susteren einen guden

Overlenschen Rinschen gulden up S. Mathis dag

toboeren uit huijs, hofstat ende erfnis dat Jans van

Tije to wesen plach, gelegen mit der einer siden nest

erfnis Jan Hasen ind mitter ander siden ende mitten

einen ende an erfnis Rolofs van Bouten to wesen

plach. Schietende mit den anderen ende an die

Vierackersche strait.

Folio 93 Wij Maes van Rhijn ind Johan van Eijmeren, Scepen to Huessen, tugen dat voir ons

kommen ijs Alit Kerskorffs ind heft bekant mit oeren vrien wille voir oer ind voir oeren

erven, dat sie umb heil ind tröst oere Zielen opgedragen ind overgegeven heft Bernt

Snijpert ind Heimerick van Rhijn, Giltmeisters tertit onser liever Vrouwen gilde tot

Huessen in behoef des vorss gilds ind des Conventz van Sunte Elizabeth binnen Huessen,

einen golden Arnoldus Arnemsche gulden jarlicker Reijnten uter huijssinge ind hoffstede

gelegen in der Vierackerscher straten wilner Willem van Ossel tobehoerende, mit der

eijnre siden ind enen eijnde Steven van Bolten, mit der ander siden den watergang

tusschen den voirs huijss ind Johan Haesen, ind mit den anderen eijnde die strait. To

betalen die ein helft des voirs guldens jairlix ind all jar den Giltmeisters unser liever

frouwen gilde voirs ind die ander helft des voirs guldens jairlix to betalen den Convent

van Sunte Elijzabeth bijnnen Huijssen. Also dat die voirs Alijt ind oer erven van den

vurss gulden onterfft wesen sullen ind geenerhant recht noch te seggen meer dairaen

behalden en hebn. Ind dat die voirs Giltmeister und oer nacomelinge tot behoeff des voirs

gilds ind dat voirs Convent daeraen geerfft sijn ind den vurss gulden jarlicker Renthen

erfflick ind ewelick moegen besitten ind gebrucken ind daer mede moegen doin ind laten

tot behoiff des voirs giltz ind Conventz in alinger wies als Alit voirs voir datum sbriefs

selver hedde moegen doin buten bekroen Aliden voirs off ijmans van oer wegen. Sunder

Argelist. In oirkonde onser Scepen segel van Huessen an diesen brief gehangen.

Gegeven in den jair ons heren dusent vier hondert vierindtseventich des donredags post

Viti & Modesti martyrum. [donderdag 16 jun 1474]

Up den rug des briefs Modo Maindt Smalenelt.

Up die I pressul des segel under steet geschreven

Een halven Arnemsche gulden uitter Kessels huijjsinge

Page 121: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Up die ander Rijck Mascop

Margetekst

Alheidt Kerskorfs dreegt up unser L. Vrouwen Gildmeisteren

tot behoif des gildts ind des Conventz einen golden

Arnoldus Arnhemschen gulden uiter husinge ind hofstede

in der Vierackersche strait wilner Willem van Oeffel

tobehoerende. Mit der einer siden Steve van Bollten, mitter

ander siden den watergang tusschen den vurss huijs und Jan

Hasen ind mit den anderen ende die strait.

Wij Gabel Grijs ind Johan van Dalre, Schepen to Huessen, tugen dat voir ons komen sijn

Evert van Huessen ind Gertruijdt sijn echte wijff ind bekanden mit oeren vrijen willen

voir oen ind oeren erven, dat sij in eijnen steden witlicken erfkoep vercofft hebn ind jarlix

schuldig sijn Jacob Dockelspoel ind sijnen erven eijnen alden schilt erfflicker jairrenthen

dartich stuver genge ind geve in ilken tit der betalinghe voir den vurss schilt. Uith huijss

ind hoff gelegen mitter eijner sijden neest erfnisse Henrix van Kessel ind erfnisse Jan

Haissen tewesen pleegh. Mitter anderer sijden neest erfnisse ind huijsinge Gabel Grijs,

schietende mitten eijnen eijnde an den Wedum grave ind mitten anderen eijnde voir an

die Vierackersche strait. Ind voirt uuter all erve ind guede Evertz ind Gertruijden vurss,

dat sij nu up datum sbriefs in den Schependumb van Huessen hebn of noch krigen

mogen. To betalen nu eijn neesten to komende Sent Peters dach ad Cathedram ierstwerf

ind so voirt alle jair upten vurss Sent Peters dag onder

Margetekst

Evert van Huijssen verkopt Jacob Dockelspoel einen

alden schilt domals XXX stuver genge und geve uiter hus

und hoff, gelegen nest erfnisse Henrick van Kessel

mitter einer siden ind erfnisse Jan Hasen to wesen plach,

mit der ander siden mit der ander siden nest husinge

Gabel Gris. Schietende mit den einen ende an die

Wedum grafft ind mit den anderen ende vur an die

Vierackersche strait nu Juffer van Hessenn.

Folio 94

ein pene der peijndongen bij den Richter tot Huessen ain ind ut vurss huijsinge ind

erfnisse mitter eijner handt to peijenden ind die pande mitter ander handt teverkopen ind

darmede voirt to varen als tot Huijssen recht is van pacht, tins ind jargulde. Sonder

Argelist. Inne oirkonde onsen Schepen segel van Huessen beneden an diesen brieff

gehangenn. Gegeven in den jaer ons heren dusent vier hondert ind viffindtachentich des

neesten manendages na des heiligen Sacramentz dach. [maandag 6 jun 1485]

Wij Bernt Snijepert ind Johan Langeraeck Gisbertssoen, Scepen toe Huessen, tugen dat

voir uns komen sijn Wijer van Eijmeren ende Bele sijn echte wijff ind bekanden mit

oeren vrijen wille, dat sij in enen steden erfkoep verkoft hebn ende jarlix schuldig sijn

Gerit van den Damme ende sijnen erven drie gude alde schilde jarlicker erfreijnten,

anderhalve gueden golden overlenschen Rijns gulden van elken schilt of paijment den

Page 122: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vurss Rijns gulden gelijc gut in elcker tit der betalingen uijt huijss, hoffstat ende erfnis,

gelegen mitter eenre sijden an huijss, hoffstat ende erfnis dat Derick Dumers te wesen

plach. Ind mitter anderen sijden an huijs, hoffstat ende erfnis Daem Belsters. Schietende

mitten enen eijnde an erfnis Gabel Grijs ende Johan Hasen. Ind mitten anderen eijnde an

die strait. Op die Heilige Hochtit Paesschen neestkomende na datum dis briefs ijrstwerve

ind so voirt alle jair op die Heilige Hochtit Paesschen erflich ende ewelich te betalenn.

Onder een peen der peijndingen als to Huessen recht is van pacht, tins ind jairgelde mitter

eijnre hant te peijnden ende die pande mitter anderen hant to verkopenn. Sonder Argelist.

In oirkonde onser Scepen segel van Huessen an diesen brief gehangen. Gegeven in den

jaeren onss heren dusent vier hondert soevenindvifftich op den neesten dinsdach na sunte

Urbanus dach. [dinsdag 31 mei 1457]

Up den rug steet geschreven: Henrick Foets. Ott van den Kerckhof

Ienneken Egberts huijsinge. nu Mews Rutgers metzeler.

Margetekst

Wijer van Eijmeren verkopt Gerrit van Damme III

gude alde schilde II Rinsche golden overlensche

gulden vur elcken schilt uith huss hoffstat ind erfnis,

gelegen mitter einer siden an hus, hof ende erfnis

Derick Dumers to wesen plach mit der anderer siden

an hus, hoffstat ind erfnis Daem Belsters. Schietende

mit den enen ende an erfnis Gobel Gris ende Jan

Hasen ind mit den anderen ende an die strait.

Up Paschen

Wij Derick ther Heijden ind Geritken, echte huijsvrouwe Dericks voirs, doin kondt allen

luden ind bekennen mit desen apenen brieve voir ons ind voir onsen twijer erven, dat wij

wittelicken ind wael verkofft hebn in enen steden gerechten erfcoep ewelicken ind

erflicken toe durende heren Derick Bartholmeussen Priester, ind Vlenden, heren Dericks

vorss moder, enen alden schilt erflicker jairrenthen, anderhalve golden Rinschen gulden

vur den schilt gerekent of paijment gelick gut in der tijt der betalingen, alle jar toe betalen

op die hochtijt van Paeschen nu na datum des briefs erflicken alre erste toecomende als

pacht uith allen onsen gude ind renthen so waer dat gelegen weer, dat wij nu op datum

des briefs hebn of hijr namals krigen of werven muegen. In wat heren landt dat dat guet

ind renthen gelegen weren of oick gericht, dat sij rede of onrede, rurende of onrurende,

dat heren Derick ind Vlent vurss ind huer erven daran peinden ind

Margetekst

Derick ter Heiden verkopt hern Derick Bartolomeuss,

Priester, einen alden schilt erflicher jarrenthen II

golden Rinschen gulden vur den schilt up Passchen

uith allen guderen und Renthen Dericks vurss und so

daran nit to verhalen uit erff und gut Gerits van

Riszwick to pendenn.

Folio 95

Page 123: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

verhalen mogen den alden schilt jarlix vors ind allen bewisselicken schade, dien sij dair

an geleden hedden bij den alden schilt vors als verschenen heren pacht ind thijns. Voir

welcken vors alden schilt Wij Derick ind Geritken vors, dien Wij jarlix geven sullen hern

Derick ind Vlenden vurss ind hueren erven van ontfangen hebn een sume geltz, die uns

wal tot onsen will vol ind alle betalt is. Ind dancken hern Derick ind Vlenden voirs dair af

guder talingen ind schulden sie daraf qwit, ledich ind loss. Ind van desen alden schilt

jarlix sullen Wij Derick ind Geritken voirs ind onser twijer erven af onterft wesen ind

geenerhande recht noch aensprack dairan hebn noch behalden. Noch oick nijemant van

onser wegen die mit recht sprecken will ind heren Derick ind Vlent voirs ind huer erven

dair aen geerft sullen wesen ind dat hem dat vast ind stede bliven sall ten ewigen dage

toe. Sunder enig bekroen van onss Derick ind Geritken voirs ind van unsen twijer erven

of van ijmant van unser wegen, die mit rechte sprecken will. Ind wij Derick ind Geritken

voirs ind onse twijer erven sullen heren Derick ind Vlenden voirs ind huere erven dess

alden schilt jaerrenthen voirs vrijen ind waren ind allen voirkommer af doen als erfcoeps

recht is. Mede want Wij Derick ind Geritken vors willen dat dit van ons ind onsen twijer

erven gehalden sall werdenn als voirs steet. So hebn Wij gebeden Gerit van Rijsswick,

Geritken voirs oem, dat hie voir gelaven wil als een warburgen. Off dat sacke dat dan

weer dat heren Derick ind Vlent voirs ind huer erven desen alden schilt jarrenthen jairlix

niet gependen en konden noch ock verhalen an Dericks ind Geritken voirs ind huere

twijer erven guedt ind renthen, dat sie ind huer erven dat verhalen ind penden mogen an

alle guede Gerits van Rijswick voirs ind sijne erven so waer dat gelegen weer in wat

heren lande, ind dit en sullen Wij Derick ende Geritken voirs noch onse twijer erven niet

wedersprecken mit geestelicken noch mit weerlicken rechten noch ick Gerit van Riswick

voirs mede. Ind dit alsomael sunder Argelist. In oirkonde ind getuijch der warheit aller

punten vors soe heb ick Derick vorss mijnen segel voir mij ind voir mijnen erven an

desen brief gehangen. Ind want ick Geritken voirs op dese tit geen zegel en heb, ick

Geritken voirs heb gebeden Walter van Gesperden mijnen sweger, dat hie desen brief

aver mij besegelen will. Dat ick Walter voirs gern gedain heb ind heb mijnen segel vur

oer ind voir oeren erve an dese brief gehangen. Ind ick Gerit van Rijswick als een

warburge voirs dess voirs schiltz toe merre vestenisse mijnen zegel an desen brief

gehangenn voir mij ind voir mijnen erven.

Gegeven int jar onss heren dusent vier hondert ind twee ind tsestich op sunte Ambrosius

dach des heiligen Biscoeps. [zondag 4 apr 1462]

Up den rug steet geschreven: Peter Bellert modo Rutger Velthoff

Folio 96

Wij Willem van Halderen die ailde ende Johan Eijmeren, Scepen toe Huessen, tugen dat

voir ons komen is her Derick Bartolomeus, Priester, anders geheiten Haemer, ind

bekande mit sijnen vrijen wille voir uns sijne erven ind testamentoren, dat hie in enen

steden erffkoep verkocht, opgedragen ende overgegeven hadde hern Herman Tack,

Priester, ende sijnen erven enen ailden schilt erffrenthen siars, anderhalven golden

rijnsschen gulden voir den schilt gerekent. So hie den jarlix opten heiligen Paessdach heft

uit allen erve gude ende Renthen Dericks ter Heiden ende Geritken sijns echten wijves,

so wair dat erve ind guet ind renthen gelegen weren, na inhalt eens briefs den hie van

Page 124: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Derrick ind Geritken vurss hadde, den wij Scepen gesien hebn ind horen lesen, besegelt

met segelen Dericks ter Heijden vurgenoemt, Walter van Gesperden ind Geritz van

Rijsswick, welcken vurss brief hie hern Harmen Taeck, Priester vurgenoemt, mede

overgegeven heft. Also dat her Derick Hamer vurgenoemt ende sijne erven van den voirs

alde schilt jarlicker erfrenthen ende van den vurss brieve dairvan spreckende onterfft sijn

ind geen recht mere noch toeseggen dair aen behalden en hebben. Ind her Harman Tack,

Priester vurgenoemt, ende sijne erven dair aen geerft sijn, den alden schilt erfrenthen

vurss alle jar erfflick ind ewelick opten heiligen Paessdach vurss uit allen erve ind gude

ind Renthen vurss Dericks ind Geritkens vurgenoemt of oere erven gebreck oere toe

heffen, to boeren ind toe gebruken ind mitten vorss brieve die vurss Renthe te maenen ind

mit recht toe vorderen ind dairmede toe doin ind to laten in alinger wies als her Derick

Hamer vurgenoemt voir datum dis brieves doin moichte. Mede so gelaifden heim her

Derick vurgenoemt voir um ende sijne erven dis vurss alden schilts erffrenthen vurss een

gerechte waer toe wesen voir alle die ghiene die des ten rechten komen willen ind allen

voirkummer ind gebreck dair op komen mochten afftedoin. Sunder Argeliste. In oirkonde

unser Scepen segel van Huessen an desen brief gehange. Gegeven in den jair ons heren

dusent vier hondert twee ind tachtentich des naisten dinxsdages na den Sonnendage

Reminiscere in der heiliger vasten. [dinsdag 5 mrt 1482]

Margetekst

Her Derick Bartolomeus, Priester, genannt Hamer

verkopt her Herman Tack, Priester, den vurss I alden

schilt gainde uit erve Dericks ter Heidenn.

Wij Maes van Rhijn ind Henrick van Overschald, Schepen tot Huessen, tugen dat voir

ons komen is Herman Taijck, Priester, ind heft bekant mit sijnen vrijen willen voir oin

ind sijnen erven, dat hie in eijne vasten steden, witlicken erfkoip vercofft, upgedragen ind

overgegeven heft her Wilhem Ingen Nuulant, Pater des Conventz ind Susterhuijs bijnnen

Huessen, tot behoif des Conventz vurss eijnen alden schilt erflicker jairrenthen die hie

jarlix geldende had uiter huijsinge Johans van der Heijen, gelegen neest der Stadt Hoig

Huijss mit alle brieven darvan spreckende. Also dat her Herman vurss ind sijn erven

dairvan onterfft wesen sullen ind gheen recht mere noch toe seggen ain behalden

en hebben ind dat her Wilhem vurss ind sijn Nakomelingen dar an geerft wesen sullen

erfflick ind ewelick

Margetekst

Her Herman Tack, Priester, verkopt her Willem

Ingen Nulant, Pater, den vurss alden schilt jarrenthen

uit husinge Jans van der Heijen gelegen nest der Stadt

Hoge Huijss nu Rutger Velthoff.

Folio 97

mogen besitten, gebrucken, dair mede doin ind laten, gelick her Herman vurss vur datum

sbrievs heft mogen doin ind latenn. Sonder Argelist. Inne oirkonde ons Schepen segel

van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vijrhondert

ind tnegentich up Sent Marthens avent obitu. [woensadg 10 nov 1490]

Page 125: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Henrick Oeverschald ind Jorien van Halderen, Schepen tot Huessen, tugen dat voir

ons komen sijn Henrick Verschuijren ind Lijsbet sijn echte wijff ind hebn bekant mit

oeren vrijen willen voir ons ind oeren erven, dat sij in einen vasten steden erffkoep

vercoip vercofft hebben ind jairlix schuldig sijn Johan ind Hadewich, nagelaten kijnden

zelige Johan Molners, ind oeren erven eijnen golden Hertoch Philippus gulden ind een

halffort van einen Philppus gulden of die gerechte werde an anderen paijment den golden

Philippus gulden gelick gut wesende uiter huijsinger, hoffstat ind erffnisse, gelegen

mitter einre sijden nest die Rosmoelen ind husinge ind erfnisse Lucas van Beinhem, mit

der andere zijden neest erfnisse Zegewalt ter Heren Have. Schietende mitten eijnen eijnde

neest erfnisse des Conventz tot Huessen ind mitten anderen eijnde neest die Arnhemsche

strait. Tobetalen nu eijn neest toe komende Paisdag ind so voirt alle jair upten vurss

Paischdach onder pene der peijndongen bij den Richter tot Huessen ain ind uiter

huijsinge ind erfnisse vurss, mitter einre handt toe peijnden ind die pande mitter ander

handt to vercoepen, ind dar mede vort tovaren als tot Huessen recht is van pacht, tinze ind

jairgulde. Allet sonder Argelist. Inne oirkonde ons Schepen segel van Huessen an desen

brief gehangenn. Gegeven in den jaren onss heren dusent vijffhundert ind negen up

gue(den)sdach post obitum Martini Epi(scopus). [woensdag 14 nov 1509]

Margetekst

Henrick Verschuijren verkopt Jan Malners einen golden

Hertog Philips gulden ende ein half ort van einen Philippus

gulden uiter hus, hofstat ende erfnis nest die Rosmul ende

husinge ende erfnisse Lucas van Beinhem, mit die ander

sidt nest erfnis Segewaltz ter Heren Have, up Paschdach

tobetalenn, schietende mit den einen ende an erfnis des

Conventz ende mit den anderen ende nest die Arnhemsche

strait.

Deser brief is Anno 1584 up Passchen gelost mit consent

van furstliche Rhedenn und der nest vurss brief van I erf

schilt sol dar mit gelost wezen.

Wij Zegewalt ten Heren Have ind Harman Snijppert, Schepen tot Huessen, tugen dat voir

ons gekoemen bennen Haedewich Mallers, echte nagelaten dochter zelige Johan Mallers,

ind Lijsbet Mascops, wilner echte huijsfrow Johans vurss gewest is Haedewich vurss oer

vader ind moder gewest bijnnen, ind Hillick Vossen ind Hillicken Vossen oer Beste

moder, ind hebben bekant mit oeren vrijen will voor oer ende oeren erven, dat sie

opgedragen ende overgegeven hebn her Henrick Visser, Pater ind bichtvader des Susteren

huijs ind Conventz van Sunte Elizabethden oerde ind Suster erffs Oosterholz Procuratrix

des vurss Convents, eenen Philippus gulden siars ind een halff ort van eenen Philippus

gulden in behoif des vurss Conventz ind oeren nakomelinge als sie geldende had uiter

huijsinge ind erfnisse Henrick van Coelens beneven den Rosmoelen gelick die principal

Reintbrief dat vors mede brengt mit allen brieven darvan spreckende. Also dat Hadewich

inde Hillicken oer Bestemoder ind oer erven van den vurss Philippus gulden inde half ort

van eenen Philippus gulden erflicke jar-

Margetekst

Jan Molners weduwe und kinder verkopen her Henrick

Page 126: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Visscher, Pater und Convent, die Renth van einen

Philippus gulden siars ende ein half ort van einen

Philippus gulden darvan nest vurss.

Folio 98

reijnth ind brief onterft ind ontrechtigt sullen wesen ind geen recht vorderden an

enbehaldenn. Ind dat die Pater ende Procuratrix des vurss Convents inde oer

Nakomelinge an den vurss Philippus gulden ind half ort vurss inde brief geerft ende

gerechtigt sullen wesen, erflicke ind ewelicken besitten inde gebruijcken, dairmeed doin

ind laten gelick Hadewich inde Hilleken oer Bestemoder vurss vur datum des briefs

hebben mogen doin ind laten. Allet sunder Argelist. In oirkunt ind getuijg der warheit

hebben Wij Schepen vurss onse Schepen segel an diesen brieff gehangen. Gegeven in den

jar ons hern dusent vijff hundert ind tweeinddartich feria secunda post Agnetis virginis.

[donderdag 22 jan 1532]

Wij Joerien van Halderen ind Johan van Halderen, Schepen tot Huessen tugen dat voir

ons komen is die erber Vrouwe Aelijt van Bockhorst, weduwe zelige her Willem van

Bockhorst Ridder, inde heft bekant mit oeren vrijen will vur oer ind oeren erven, dat sie

om sunderlinge noetsacken die oer dartho bewegen hebn um heil ind troest oere beider

zijelen will voir een ewige testament ind memorie puerlick om gaetzwil gegeven hebn dat

Convent ind Susterenhuijss van Sunte Elijzabeth orden bijnnen Huessen een malder gutz

becker weits siars, erflicke jarreijnth uiter huijss ind hoffstede ind erffnisse gelegen in

den Schependum van Huessen, mit die eenre zidt neest die Bergsche strait ind mit die

ander zijdt neest erffenisse Zegwaltz ten Heren Have, streckende mitten enen eijnd op die

Huessensse Zeeg inde mitten anderen eijnd an die vurss strait. To betalen nu en

toekomende onss Lijver Vrouwen Lichtmis dach [2 feb] nae datum dis briefs irstwerf

inde so voirt alle jair opten vurss taeldach onder peene der peijndinge bij den Richter tot

Huessen an ind uiter die vurss huessinge ind erffenisse ind vort uit alle ander erffnisse ind

gut reed ind onreedt, rurende inde onrurende, jarreijnthen als sij nu up datum diss briefs

in den Schependumb van Huessen heft of hijrnamals noch chrigen inde werven mach mit

die eenre handt te peijnden inde mit die ander die pande verkopen ind darmede vortfaren

also tot Huessen recht is van pacht,tins inde jairgelt. Beheltlicke dat mij Vrouwe vursss of

oer erven alle jair erflicke ind ewelicke dat vurss malder weits siars sullen moegen

loessen op unser Liever Frouwen Lichtmisdach [2 feb] mit sestien malder gut becker

weitz inde mit die verscheenen pacht off die werd dairvoir an geld wes ein gut malder

weits in tit der loessen gilt tot Arnhem of tot Huessen. Allet sunder Argelist. In oirkont

inde getuege der wairheit hebn wij Schepen vurss onsen Schepen segel van Huessen an

desen brieff gehangen. Gegeven in den jair onss heren dusent viff hondert inde drie

entwintich ipsa die Viti et Modesti martyrum. [maandag 15 jun 1523]

Margetekst

Aleidt weduwe Willem van Bockhorst Ridders gift

den Convent ein malder weits jarrenthen uith hus,

hoffstede ind erfnis mit die ein sidt nest die

Bergersche strait, mit die ander sidt nest erfnisse

Segewaltz ter Hern Have, streckende mit den einen

Page 127: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

endt up die Hussensche Seeg ind mit den anderen

ende an die vurss strait mit XVI malder of die werd

darfur und einen pacht to lossen.

(Ander handschrift)

Dit malder weijts iaer renthen is affgeloest door

Gerrit van Poijlick ende Dirck van Eijmeren met XVI

malder weijts & tverloop van die op heden den VI

martij Anno domini 1621 ende des brieff met segel

gescheurt.

Wij Henrick die Zeelander ind Henrick Menne Scepen toe Huessen tugen dat voir ons

komen sijn Johan van Vliederden ind Fije sijn echte wijff ende hebben bekant mit oeren

vrijen wille, dat sij in einen steden erfkope

Folio 99

verkocht hebben Johan Derixsoen ind sijnen erven enen kamp lantz mit alle sijnre

tobehoeringe als die gelegen is neest erfnisse Johan Bruijnssoens ind sijnre susteren mit

der eenre sijden, ende neest erfnisse Ruelof Caen mit der ander sijden, mit den enen

eijnde schietende up die wade ind mit den anderen ende op die strate. Alsoe dat Johan

Derixsoen vurss ind sijne erven aen des vurss kamp lantz mit sijnre tobehoeringe geerft

wesen sullen ind dien erfllich ind ewelich besitten ind gebrucken sullen, ende dat Johan

van Vliederden ind Fije vurss ende oer erven daer van onterft sijn ende geen anspracke,

recht noch to seggen dar meer an en behaldenn. Vortmere so hebben Johan ind Fije vurss

gelaift Johan Derixsoen ind sijnen erven desen kamp lands to waren jair ende dach als

erfkoep recht is tegen alle die gheene die des ten rechte kommen willenn ind allen

voirkommer aftedoin. Uutgename vier pont jarlicker renthen, negen hoenre, eens gans

ende derthien brabansche jarlix te tijnsse ende sulken dijck ende weteringe als daer mit

rechte toebehoirt. Ander einigen voirkommer, hinder off gebreck als Johan Derickssoen

vurss ende sijne erven daer bij leden, mogen sij tot oere maningen peinden bij den

Richter toe Huessen uut allen guede Johans ind Fije vurss, rurende ende onrurende, mit

der eenre hant toe penden ende mit der ander hant die pande te verkopenn. Sunder

Argelist. In oirkonde unser Scepen segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven

int jar ons heren dusent vier hondert ende seventien des neesten manendagh na onsser

liever vrouwen dach Annunciatio [maandag 29 mrt 1417].

Margetekst

Jan van Vliederden verkopt Jan Dericksen einen kamp

lantz nest erfnisse Jan Bruijns sons mit die ein sidt ende

nest erfnisse Rolof Caen, mit die ander sidt mit den einen

ende schietende up die Wade mit den anderen ende up

die strait.

Margetekst

Uitgang IIII lb

IX hoenre

I gans

XIII brabans.

Page 128: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Johan Derickssoen ind Berndt Snijepert Scepen toe Huijssen tugen dat voir ons

komen sijn Johan Derickssoen, Scepen vursss, tugende over hem selven ind Nese sijn

echte wijff, ind bekanden mit oeren vrijen will, dat sie voir ein summe gelds die hoen to

willen wail betalt is in eenen steden erfkoep verkoft hebn den Susteren van Sunte

Elijzabet Convent bijnnen Huessen ind oeren Nakomelingen huijs, hoffstede, have,

bongarde ende erfnis, gelegen an den Zande. Mitter eenre sijden an erfnis Zeeger Bollix

ind mitter anderen sijden an der gemeindt, geheiten dat Sandt. Schietende mit den enen

eijnde an die Legstrait ende mit den anderen eijnde an die Duijsterstrait. Ind mede een

stuck lands gelegen mitter einre sijden an erfnis heren Johan Schudmouwen Priesters, ind

mitter anderen sijden an erfnis Geert Bruijns. Schietende mit den enen eijnd an die Waeij

ind mit den anderen eijnd an die Legstrait. Ind mede alle brieve spreckende van der erfnis

vursss. Also dat Johan Derickssoen ind Nese vurss ende oer erven van den huijss,

hofstede, have, bongarde ende stuck lands ind allen brieven darna spreckende, onterft sijn

ind geen recht mere noch to seggen daran behalden en hebn. Ind die Susteren des

Conventz vurss ende oer Nakomelinge an dat huijs, hofstede, have, bongarde, erfnis ind

stuck lantz vurss ind mede an alle brieve daer van spreckende geerft sijn, die erfnis vurss

tsamen te hebben ind die erflich ende ewelich to besitten ende to ge-

Margetekst

Jan Dericksen verkopt den Susteren hus, hofstede, have,

bongart ende erfnis an den Sande, mit ein sidt an erfnis

Seger Bollex, mit die ander sidt an die Gemeint dat Sant.

Schietende mit den einen endt an die Leegstrait mit den

anderen endt an die Duijsterstrait.

Item ein stuck lands mit die ein sidt an erfnis Jan Schudmouw

Priesters mit die ander sidt an erfnis Geert Brunss, schietende

mit den einen end an die Waij, mit den anderen ende an die Leegstrait.

Folio 100

bruijckenn ind mit den brieven te vorderenen, te doin ende tolaten in alle der maniren als

Johan ind Nese voirs voir datum dis briefs doen muchten. Voirtmere hebn Johan ende

Nese vurss gelaift den Susteren des Conventz vurss die huijs, hoffstede, have, bongarde,

erfnis ind stuck lantz vurss to vrijen ende to waren jair ende dach als erfkoeps recht is

tegen alle die genen die des ten rechten komen willen. In allen voirkommer dair van

aftedoin. Uitgesacht uit den huijs, hoffstede, have, bongerde ende erfnis vurss jarlicker

reijnten twee alde schilde, een quartir alds schilds, ses pont, anderhalf pont, vier hoenre

ende enen tins. Ind uith den stuck landts vurss jarlix vier pont, derthien brabans, thien

hoenre ind een gans. Ind dartho dijc ende weteringe als dar mit recht tohoren. Sonder

Argelist. In oirkunde onss Scepen segel van Huessen an diesen brief gehangenn. Gegeven

in den jaeren ons Hern dusent vierhondert ende viftich op den neesten vridach na des

Heiligen Cruijs dach Inventio. [vrijdag 8 mei 1450]

Margetekst

Uitgang uith dat huijs, hofstede, have, bongard

II alde schilde, I quartir (=kwart) schilts

Page 129: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

VI lb II lb. IIII honer. I tins .

Uit dat lant IIII lb XIII brabans, X höner, I gans

Wij Berndt Bruijnssoen inde Berndt Snijepert Scepen to Huessen tugen, dat voir ons

komen is Conegond echte huijsfrouwe wilner Willem Knoeps ind bekande mit oeren

vrijen mutwille voir oer ende voer oere erven, dat sij in enen steden erfkoep verkoft heft

hern Gerit Negeler van Rees Priester, sijnen erven of den geenen dar hie dat an kerende

wurdt, enen guden alden schilt ende een quartir alds schilds jarlicker erffreinthen van

tween alden schilden ende een quartir alds schilds jarlicker erfreijnten so Conegond vurss

die jarlix heft op sunte Peters dach ad Cathedram uijt huijs, hofstede, have ende erfnis

Johan Dericks soens, gelegen mitter einre sijden an erfnis Johan Dericks soens vurss ind

mitter anden sijden neest den Zande, schietende mitten enen eijnde an die Legstrait ind

mit den anderen eijnde an die Duijsterstrait. Alsoe dat her Gerit vurss sijn erven ende die

geen dar hie dat ankerende wurdt den alden schilt ende quartir alds schilds erffreijnten

vurss uith den vurss huijs, hoffstede, have ind erfnis angaens heffen ende boeren sollen

op Sunte Peters dach ad Cathedram neestkomende na datum dis briefs ind so voirt alle jar

erflich ende ewelich op sunte Peters dach vurgenoemd onder een peen der peijndingen als

toe Huijssen recht is van pacht, tinse ende jairgelde Ind her Gerit vurss sijn erven ind die

geen dair hie dat ankerende wurdt an den alden schilt ende quartir aldz schildz

erfreijnthen vurss geerft sijn, erflich ende ewelich tebesitten ende te gebruijcken. Ind

Conegond vurgenoemd ende oir erven dair van onterfft sijn ende geen rechte noch

toezeggen daraen behalden en hebn.

Mede sijnt vurwerden weert sacke, dat her Gerit vurss sijn erven of die geen daer hie dese

erffreijnthen vurss ankerende wurdt enich gebreck leden in der peijndingen uith den

huijs, hoffstede, have ende erfnis vurss, dat gebreck mogen sij verhalen ind peijnden bij

den Richter to Huessen an enen alden schilt erffreijnthen den Connegond vurss jarlix

behelt uith den huijss, hoffstede, have ind

Margetekst

Willem Knoops Wed. verkopt her Gerrit Negeler van

Res Priester einen alden schilt, I quart alds schilds

erfrenten van tween alden schilden ende I quart so sie

heft uith hus, hoffstede, have ende erfnis Jan

Dericksens mit die ein sidt an erfnis Jan Dericksens,

mit die ander sidt nest den Sande schietende mitten

einen ende an die Leegstrait mitten anderen ende an

die Duisterstrait.

Margetekst

In gebreck der mistalung to penden an den einen

alden schild so sie behelt uith dem selven huse und

twee Arnhemsche Rinsch gulden so sie hefft uith ein

stuck lantz, have ende bongart gelegen an die Laijck

dat Hermans van Berchere to wesen plach und vort

uit all erff und gut Dericks van Loeffen to wesen

plach.

Folio 101

Page 130: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

bongerden erfnis vurss ind voirt an twee Arnemsche Rijns gulden erffreijnten so

Conegond vurss die jarlix heft uit enen stuck lands, have ind bongert gelegen an der

Laijck, dat Hermans van Bercheren te wesen plach ind vort uit allen erve ende gude dat

Dericks van Loeffen te wesen plach, na inhalt oere brieve, die sie darvan heft. Mitter

eenre hant te peijnden ende die pande mitter anderen hant to verkopen. Sonder Argelist.

In oirkonde onss Scepen segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven in den

jaren ons hern dusent vierhondert ende viftich des neesten vridages na Sunte Mathias

dach Apostoli. [vrijdag 27 feb 1450]

Wij Berndt Snijepert ind Johannes van Aemb Scepen toe Huessen tugen dat voir ons

komen is Conegond, echte wijff wilner Willem Knoeps, ind bekande mit oeren vrijen

wille, dat sij in enen steden erffkoep verkoft heft den Susteren van Sunte Elizabet

Convent binnen Huessen ind oeren Nakomelingen enen guden alden schilt van munten

Skeisers van Romen of Skonnincx van Vranckrijc ende vier hoenre jarlicker erffreijnten,

so Conegond vurss die erffreijnthen jarlix op sunte Peters dach ad Cathedram heft uit

huijs, hoffstede, haven, bongarden ende erfnis dat Johan Dericx soens to wesen plach

ende den Susteren vurss nu tohoert gelegen an den Sande, mitter eenre sijden an erfnis

dat Johan Dericx sons te wesen plach dat die Susteren vurss ock nu hebn. Ind mitter

anderen sijden an den Sande. Schietende mit den enen eijnde an die Legstrait ind mitten

anderen eijnde an die Duijsterstrait. Alsoe dat die Susteren des Convents vurss den alden

schilt ende vier hoenre erffreijnthen vurss uith den vurss huijss, hoffstede, have,

bongarden ende erfnis angaens heffen ende boeren sollen op sunte Peters dach ad

Cathedram neest komende na datum dis briefs ende so voirt alle jar op denselven termijn

vurss onder een peen der peijndingen als toe Huijssen recht is van pacht, tijnse ende

jargelde. Ind die Susteren des Convents vurss ende oer Nakomelinge an den alden schilt

ende vier hoenre erfreijnthen vurss geerft sijn, die erflich te hebben ende te gebrucken.

Ind Connegond vurss ende oer erven dairvan onterft sijn ende geen recht ende noch to

seggen dairan behalden en hebn. Voirtmere heft Conegond vurss gelaift den Susteren des

Conventz vurss ende oere Nakomelingen die erfrenthen vurss te vrijen ende te waren jair

ende dach als erfreijnten koeps recht is tegen alle die geen die des ten rechten kommen

willen. Enigen hinder of gebreck als die Susteren vurss of oer Nakomelinge mit recht

darbij leden, mogen sie peinden an twee Wilhelmus Schilde erffreinthen die Conegond

vurss jarlix heft uit drie margen lantz die Peter van Torn thohoeren gelegen op

Sgrevenvelde mit beiden siden an erfnis Berndt Snijeperts. Schietende mitten enen eijnd

an die Lostrait ende mitten andern eijnde an Holthusenn mitten enre hant te peinden ende

die pande mitten anderen hant te verkopenn. Sonder Argelist. In oirkunde onser Scepen

segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven in den jaren ons Heren dusent vier

hondert eenendeviftich op den neesten satersdag na Sunt Bartholomeus dach Appostoli.

[zaterdag 28 aug 1451]

Margetekst

Willem Knoops Weduwe verkopt den Susteren einen

alden schilt ende vier honer sie to boeren plach uit hus,

hoffstede, have ende bongard Jan Dericksens na

Conventz angen Sande tusschen die Leegstrait und

Duijsterstrait als nest vurss gelegen.

Margetekst

Page 131: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

In gebreck der mistalung to penden an twee Wilhelmus

schilde renthen gainde uith III morgen lantz Petrus van

Torn up Sgrevenfelt, mit beiden siden an erfnis Berndt

Sniperts. Schietende mit den einen end an die Loostrait

mit andern ende an Holthus.

Folio 102

Wij Bernt Bruijnssoen ind Gerit van Rijsswick Scepen to Huessen tugen dat voir ons

komen is Arnt Johanssoen geheiten schaep ind bekende uit sijnen vrijen wille: dat hie in

enen steden erffpacht angenomen ind ontfangen heft van Johan van Huessen enen

bongart, die gelegen is mitter eenre siden an die Legstrait ind mitter anderen sijden ind

mitten enen eijnde an erfnis Evert Loefs ende erfnis dat Goderts van den Poll to wesen

plach, schietende mitten anderen eijnde an erfnis hern Johan Schudmouwen Priesters,

voir drie Cappuijn ind voir enen Rinschen guldenn jairlicker erfreijnten, dair men pacht

in den Schependom van Huessen jarlix mede betalen mach of paijment, dat dar gut vur is

in elke tit der betalingen op Sunte Martins dach in den wijnter neest komende na datum

dis briefs angains ende so voirt alle jar op Sunte Martins dach in den wijnter Johan van

Huessen ende sijnen erven uith den vurss bongert erflich ende ewelich to betalenn. Onder

een peen der peijndingen als to Huessen recht is van pacht, tinse ende jargelde. Mede heft

Arnt vurss bekant ende gelaeft vur hoen ende voir sijn erven, dat hie den vurss bonghart

uit ergeren noch bloeten ende sall of den ock in geenre wies opgeven dan mit dubbelen

pacht onder een peen der peindingen an ende uith allen erve ende gude Arnts vurss,

rurende ende onrurende, rede ende onrede, dat hie nu ter tit heft ind hier namals krigen

mach, mitter eenre hant to peijnden ind die pande mitter anderen handt to verkopen.

Sunder Argelist. In Oirkonde onser Schepen segel van Huijssen an desen brief

gehangenn. Gegeven in den jaren onss hern dusent vier hondert vier ind viftich op den

neesten manendach na ons liever vrouwen dach Visitatus. [maandag 8 jul 1454]

Margetekst

Arnt Jansen geheiten Schaep ontfangt in erfpacht van

Jan van Huijssen einen Bongart gelegen mit ein sidt

an die Legstrait, mitter ander siden ende mitten einen

ende an erfnis Evert Loefs ende erfnis Godertz van

den Poll to wesen plach, schietende mit den anderen

eijnde an erfnis Jan Schudmouwen Priester vur III

Capun ende einen Rinschen gulden up Martinii

Wij Willem van der Weij ind Thonis ter Mait Schepen tot Huessen tugen dat voir onss

komen sijn Gerit Derixs ind Sween sijn echte wijff ind hebn bekant mit oere vrijen willen

voir oen ind oeren erven, dat sie in eijnen steden erfpacht angenomen ind gepacht hebn

van den erben her Wilhem Ingen Nuulandt, Pater des Conventz ind Susterhuijss tot

Huessen, twee margen lantz gelegen mitter eijnre zijden neest erve Gerits van Cleve,

mitter andere zijden neest erve Gerit Dericks, schietende mitten eijner eijnde neest die

Bloome, mit den anderen eijnde neest die strait, jairlix vur drie Rinsche gulden als die

Stadt van Huessen van oeren pacht boirt in tit der betalingen betalen alle jair op Sent

Petrus dach ad Cathedram, onder pene der peijndungen bij den Richter tot Huessen ain

ind uiter der vurss twee margen lantz mitter eenre hant daran toe peijnden ind die pande

Page 132: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

mitter ander hant toe vercoepen ind darmede voirt toe varen als toe Huijssen recht is van

pacht tins ind jargelde. Voirtmaal so bekeenden Gerit ind Zween vurss voir oen ind

oeren erven wert saick, dat sie enich jars in der betalingen versuijmelicken worden ind

den bijnnen jarss pacht alle jair nit en betailden voir Sent Victors dach dair dan neest na

Sent Peters dach vurss volgende, soe sullen die vurss twee margen landts den Convent

vurss dan verfallen wesen ind dat Convent sal die twee margen lantz dan weder umb na

sich mogen nemen ind gebrucken sunder enich recht of tho seggen

Margetekst

Gerit Dericksen ontfangt in erfpacht van den Pater

ende Convent II morgen landts gelegen mit ein sidt

nest erf Gerrits van Cleve mit die ander sidt nest erve

Gerit Dericksen schietende mit den einen ende nest

die Bloom mit den anderen ende nest die strait vur III

Rinsche gulden

(Ander handschrift)

Dit betaelt den Heer Cappelaen Roume coeper en

David Fransen vercoeper 1640 18 februarii

Folio 103

Gerit vurss of sijn erven dair an toe hebn of to behalden. Doch weertsack dat Gerit die

twee margen lantz mit paten of anders bewijselick eers verbetert hed, datselve sal dat

Convent vurss oen ind sijn erven tot seggen twee guder manneir betalen ind vermuegen

ind die verschenenn pachten sall dat Convent alsdan mogen verhalen ind peijnden ain ind

uiter al erve ind guet, rede ind onrede, als Gerit ind Zween vurss in den Schependum van

Huessen hebn of noch kriegen mogen ind darmede voirt to varen als to Huessen recht is

ind allet sunder Argelist. Inne oirkonde onser Schepen segel van Huessen an desen brief

gehangenn. Gegeven in den jaeren ons heren dusent vier hondert ind tweeind tnegentich.

[1492]

Wij Herman Wellenss genoempt Snijpertz ende Arnt van Gesperden Scepen to Huessen

tugen, dat voir ons komen sijn Derick Henrixsoen ende Stijn sijn echte wijff ind hebn

bekant mit oen vrijen wil vur oen ende oen erven dat sie in enen steden erfkoep verkoft

ende overgegeven hebn hern Mathies van den Gevel, Pater sente Elesabethen Convent

bijnnen Huessen, tot behoef des vurss Conventz ende oer Nakomelingen een hofstede

ende erfnis gelegen an den Sande, mitter eenre sijden neest erve Jan Arntsen die moellen

ind mitter ander sijden ant Zant vurss geheiten die meijnt. Schietende mitten enen eijnd

op die Dusterstrait ind mitten anderen eijnde op die Legstrait mitter brieven dair van

spreckende. Als dat Derick ende Stijn vurss ind oer erven van der hoffsteden erfnis ende

brieven vurss af onterfft wesen sullen ende geen recht meer noch to seggen dair an

behalden en hebben ind dat her Mathies dat vurss tot behoef der vurss Conventz ind oen

Nakomelingen dair an geerft sijn ind die erflick ind ewelick to besitten ende to gebrucken

ind mit vurss hofsteden, erfnis ind mitter vurss brieven dair van sprecken doin ende laten

mach tot behoif des vurss Convents in alle dermaten als Derick Henrixs ende Stijn sijn

echte wijff vurss selven voir datter dis briefs doin hedden muegen. Sonder Argelist.

Page 133: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

In oirkonde onser Scepen segel van Huessen an desen brief gehangen.

Gegeven int jair ons heren dusent vier hundert achtende tsestich des anderen dages post

Lebuini. [zondag 13 nov 1468]

Margetekst

Derick Henricksen verkopt den Pater ende Convent ein

hoffstede ende erfnis an den Sande mit ein sidt nest erve

Jan Arntsen die Molner ende mit die ander sidt ant Sant

geheiten die gemeint mit der ein ende up die Duijs-

terstrait mit den anderen ende up die Leegstrait.

Wij Maes van Rhin ind Thonis ther Mait Schepen tot Huessen tugen dat vur ons komen

sijn Kathrin van Loe, Jan ind Zeelgen oer echte kinder, ind hebben becandt mit oeren

vrijen willen, dat sie in einen steden erfpacht angenamen ind gepacht hebben van den

Convent in Susterhuijss bijnnen Huijssen ein huijs ind hofstat gelegen mitter eijne zijden

der gemeinten geheiten dat Sant ind mitter ander zijden nest erfnisse Johan Mallners,

schietende mit beiden enden an twee straten. Jarlix vur dardenhalven gulden ind eijnen

stoeter ind drie hoener, die vurss dardenhalven gulden ind eijnen stoeter jarlix toe betalen

op Sent Peters dach ad Cathedrum ind die vurss III hoenre altit up Sent Martins dach in

den winter. Nementlicken twintich stuver als die Stadt van Huessen jarlix van oeren pacht

boert vur

Margetekst

Kathrin van Loe nimpt in erfpacht van den Convent ein

huijs ende hoffstat mit einer siden die gemeint dat Sant,

mit die ander sidt Jan Molners. Mit beiden enden an

twee stratenn vur III gulden ende einen stoter ende

III höner up Martini

(ander handschrift)

Hendrich den Metsslaer in de wasch coper

Folio 104

ilke gulden to betalenn onder eijn peen der peijndong bij den Richter tot Huessen an ind

uit die vurss husinge ind hofstat vurss ind vort uit alle erve ind gude Kathrin ind oeren

kinderen vurss, dat sie nu up datum sbriefs in den Schependom van Huessen hebben of

noch wijnnen ind werven mogen, mitter eijne handt daran to peijnden ind die pande

mitter ander handt te copenn ind dairmede voirt te varen als tot Huessen recht is van

pacht, tijnze ind jairgulde. Sunder Argelist. Inne oirkunde ons Scepen segel van Huessen

ain dese brief gehangen. Gegeven in den jaren ons hern dusent vier hondert drij

indtachtentich des neesten manendages na Sent Bartholomeus dach Apostoli [maandag

25 aug 1483]

Wij Berndt Bruijnssoen ind Bernt Snijepert Scepen toe Huessen tugen, dat voir ons

komen is Her Johan Schudmowe Priester Pastor to Huessen ende heft bekant mit sijnen

vrijen wille, dat hie in einen steden erffkoep verkoft heft Suster Alijt Gronds, moder des

Page 134: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

bagijnen Convents bijnen Huessen, ind voirt den gemeinen Susteren des Convents vurss

ende oeren Nakomelingen twee gude golden overlendsche Rinsche gulden jairlicker

erffreijnthenn uit tween stucken landts die voirtits Johan van Huessen to wesen plagen

ind nu heren Johan voirs tohoren. Dat een stuck landts gelegen mit der eenre siden an

erffnis Johan Dericksoens ind mitter anderen siden an erfnis Johan van Huessen ende

erfnis dat Goderts van den Poll te wesen plach. Schietende mit den enen eijnde an die

Waeij ind mit den anderen eijnde an die strait. Dat ander stuck landts gelegen mitter

eenre siden an erfnis dat Goderts van den Poll te wesz plach ind erfnis dat Robert Costers

te wesen plach. Schietende mit der anderen siden ende mit den enen eijnde an die Waeij

ende mede rurende dat stuck lands vurss.

Also dat die gemein Susteren des Convents vurss ende oir Nakomelinge dese twee

overlensche Rijns gulden erfreijnthen vurss uit den vurss erve angains heffen ind boeren

sollen up sunte Peters dach ad Cathedram neest komende na datum dis briefs ind so voirt

alle jair erflich ind ewelich op sunte Peters dag vurss onder een peen der peindingen als

to Huijssen recht is van pacht, tins ende jairgelde, mitter eenre handt to peijnden ind die

pande mitter anderen hant to verkopenn. Sunder Argelist. In oirkonde ons Scepen segel

van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaeren ons hern dusent vier

hondert negenendeveirtich des neesten gudendages na alre Heilichen dach. [woensdag 5

nov 1449]

Op den rug stet geschreven Desen brief hebn die Pater ind Procuratrix

den Pastor upgedragen vur separatie voirtitz

mit Her Johan Schudmow gemackt.

Margetekst

Her Jan Schudmow Pastor to Huijssen verkopt dem

Convent II golde Rinsche gulden rhenten uit tween

stucken die vortitz Jan van Huijssen to wesen plag en

dat ein mit einer siden an erf Jan Dericks, mitter

andern siden ann erf Jan van Huijssen ende erf dat

Goderts van den Poll to wesen plach. Schietende mit

den einen endt an die Waij mit den anderen endt an

die strait. Dat ander stuck mit ein sidt an

erfnis dat Goderts van den Pol to wesen plach ind

erfnis Robert Costers to wesen plach. Schietende mit

der anderer siden ende einen eijnd an die Waij ende

mede rurende dat stuck lantz vurss.

IN NOMINE DOMINI AMEN. Anno nativitatis eiusdem millesimo quadringentesimo

quinquagesimo primo Indictione decima quarta.Mensis vero Augusti die vicesima

septima hora vespera vel qui Pontifice sanctissimi in christo Prisbyteris ac domini nostri

domini Nicolai providentia pape quinti Anno eius quinto. In mei notarii publici ac testium

infrascriptorum ad hoc specialiter vocatorum et rogatorum presentia personaliter

constitutus venerabilis vir dominus Gerardus Negeler de Rees presbiter frater ordinis

tertii sancti francisci de penitentia professus quandam literam venerabilis viri domini

Johannis

Page 135: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

IN NAAM DES HEREN AMEN. In het jaar der geboorte deszelfs duizend vierhonderd

vijftig [en]een. In de veertiende indictie. In de maand Augustus, de 27e dag in het

avonduur ofwel qui, tijdens het ponticficaat van de zeer heilige Paus en Presbyter in

Christus en onze heer heer Nicolaas V paus door voorzienigheid in zijn vijfde jaar. In

mijn notariaat, in het openbaar en in aanwezigheid van hiertoe speciaal geroepen en

uitgenodigde getuige van het hieronder geschreven is persoonlijk verschenen de heer

Gerard Negeler van Rees, priester en broeder in de derde orde van St Franciscus van de

penitentie met vertoon van zekere brief van de eerwaarde heer Johan

Folio 105

Schudmou presbiteri curati parochialis Ecchlesiae in Huesen ac idem literae premissae

quondam transfixam Reverendi in christo presbiteris ac domini nostri domini Rodolphi

de Diepholt divina providentia Episcopus Traiectensis, sanas et integras non cancellatas

non abrasas domini Rudolphi de Diepholt ne Johannis Schudmou promissorum veris

sigillis ut ex caracteribus prima facie ac plane apparuit sigillatas ac omni prorsus

suspitione carentes, quarum tenore infra infra, de verbo ad verbum inseritur mihi Notario

publico presentavit et exhibuit transsumendas. Asserens & attendens propter viarum

discrimina & sociorum distantias ipsas literas originales ad diversa loca tute deferri non

posse. Requisivit instanter me notarium quatenus ipsas literas copiarem transsumerem ac

transcriberem ac alias sub tali forma redigerem, ut ipsis copiis seu transsumptis tanquam

dictis literis originalibus originaliter predictis in iudicio & extra adhiberi valeat plena

fides.

Unde ego Notarius publicus infra scriptus dicte requisitioni tanquam rationi consonae

annuens prefatas literas originales presentibus testibus infrascriptis tetigi

ac de verbo ad verbum perlegi et in hanc publicam formam redegi, Ut presenti

transsumpto seu transscripto tanta fides in iudicio et extra adhiberi valeat, uti literis

originalibus memoratis. Tenor autem literae primae sequitur et est talis.

EGO IOHANNES SCHUDMOW Curatus licet immeritus ecclesiae parochialis in

Huessen universis et singulis presentia visuris seu audituris cupio fore notum. Quod

cognoscens laudabilem vitam et conversationem denotarum personarum faeminae sexus

in paupertate, castitate humilitate ceterisque virtutibus sub obedientia sancte iuris

ecclesiae et suorum prelatorum domino deo in dicta parochia mea hucusque

devotesermentium perpendo dictis devotis personis faemineis tam intente domino deo

adherere mente conantibus pro plantatione, conservatione ac perseverantia virtutum cura

vigilantiorem ac custodiam solicitiorem supra quam communibus christianis non

tamare te domino deo sese domino alligantibus impenditur fore revera pernecessariam.

Huic estquod ego piis profectibus dictarum personarum congaudens in augmentum divini

cultus ac favorem earundem mature deliberatione super hoc prehabita pro me

successoribusque meis quantum in me est quatenus sacerdotem concessionem gratiosam

Illustrissimi principis ac domini domini Adolfi felicis recordationis ac bonae memoriae

quondam Ducis Clevensis ac Comitis Marckensis etcetera in area habitationis suae

Capellani cum Altaribus et Cimiterio erigere consecrari facere et habere,in ipsisque

coram se pia divina officia cum omnibus devotione et solempnitate celebrari facere,

Omniaque ecclesiastica Sacramenta et Sacramentalia cum omnibus honore et reverentia

debitis & consuetis reservari facere.

Page 136: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Ipsaque sibe per earum Confessorem vel erga adiutorem vel adiutores quotiens id

earundem exegerit devotio necessam fuerit vel certe oportunum ministrari facere.

Ante vero Capella,Altarium ac Cimeterii consecrationem portatili premissa in quantum

iura communã non vetant celebrari reservari ac ministrari facere Eundemque

confessorem sacerdotem dictum tamen maioris vel certe sanioris earum partis qui per se

vel adiutorem confessionibus earum auditis ac penitentia iniuncta salutari absolutionis

beneficiendum impendat eligere ac quotiens necessem fuerit reeligere, dominumqIueI

carum in Conventum seque ex imperfectiori statu et seculari in statum perfectiorem et

religionis sub professione tertiae regula de penitentia sancti francisci etiam sub inclusione

perpetua qua earum devotio in anterioribus huiusque perficere super avida faciendum id

iudicaverit, rehtransferre, deinceps licite possint ac auctoritatem habeant specialem, ipsis

earum continuis commensalibus causa hospitii ad eas declinantibus ac eis

succedentibus& auctoritate superiorium eorum quorum interest pariter accedente

favorabiliter largior pleneque concedo. Verum ne in aliquo Ecclesiae meae dicta

portionem faciam quod absit viliorem; nolo quod mihi Curato pro tempore meisque

successoribus rite intrantibus Ecclesiae sepedictae fretus consilio iurisperitorum pro

omnibus,&

Schudmou priester en pastoor van de Huessense parochiekerk, en evenzo verzonden

brieven ooit gezegeld heb door de Eerwaarde priester in Christus, onze heer, heer Rudolf

van Diepholt bij goddelijke voorzienigheid bisschop van Utrecht [te bevestigen dat deze

brieven] van Rudolf Diepholt en Johan Schudmouw gaaf en volledig zijn zonder

doorstrepingen en raderingen, dat deze brieven [van] echte zegels [zijn voorzien] zoals

bij eerste aanblik duidelijk uit de afbeelding blijkt [en dat zij] boven elke verdenking

verheven zijn, ten bewijze waarvan mij, openbaar Notaris, vervolgens nodig leek en bleek

hieronder woord voor woord over te nemen en op te schrijven.

Bevestigend en erop wijzend dat door de verschillende verzendplekken en de afstanden de

de originele brieven niet veilig naar de verschillende plaatsen [konden] over te brengen

zijn verzocht hij mij, notaris, onmiddellijk deze brieven te kopiëren, over te nemen, en te

transcriberen en de andere op zo’n manier te redigeren, dat deze kopieën of

overschrijvingen geheel en al [infra judicio et extra] in overeenstemming zijn met de

originelen. Hierop kan men volledig vertrouwen.

Vandaar [verklaar] ik, ondergetekende, Notaris, ten aanzien van dit verzoek en

overeenkomstig deze gedachtegang [dat ik] genoemde originelen in het bijzijn van

onderstaande getuigen in handen heb gehad en van woord tot woord heb doorgelezen en

in deze publieke vorm heb geredigeerd, dat het voor u liggende afschrift en transcriptie

geheel en al overeenkomen zodat [het lijkt of] u de originelen herinnert (dwz. ziet).

Vervolgens nu de eerste brief die luidt als volgt:

Ik Johannes Schudmow Curator, hoewel Emeritus,van de parochiekerk in

Huissen, wil gaarne aan eenieder die dit [nu] en in de toekomst zal zien of horen lezen

laten weten dat:

Daar ik het lofwaardig leven en de omgang ken van genoemde vrouwspersonen, levend

in armoe, kuisheid en anderszins deugdzaam, overweeg ik ernstig genoemde devote

dames die de Heer zo hartstochtelijk vereren, en geestelijk streven naar onderwijs,

behoud en voortgang in deze deugden, , lijkt het mij in werkelijkheid zeer noodzakelijk

dat [wij] met meer aandacht, zorg en oplettendheid – meer dan bij gewone Christenen-

[dat zij zich] niet lichtzinnig aan de here God of de heer verbinden.

Page 137: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Het is daarom dat ik mij, medeverheugend in de vrome resultaten van genoemde dames

inzake de verbreiding van de Eredienst en deszelfs bevordering, na rijp beraad inzake het

voorgaande, voor mij en mijn opvolgers voor zover het in mijn vermogen ligt, in mijn

functie als priester verkregen van wijlen de zeer doorluchtige Vorst en Heer Adolf – in

dierbare en dankbare gedachtenis, eertijds Hertog van Kleef en graaf van Marck etc. etc

om in zijn domein kapelaanschappen met altaren en begraafplaatsen te [doen]

consacreren en vestigen, en in dezelfden de eredienst publiekelijk met alle devotie en

plechtigheid heeft doen celebreren, en alle kerkelijke Sacramenten en Sacramentalia met

alle verschuldigde normale plichtplegingen en eerbied deed uitvoeren.

Evenzo kwam aan hem het recht biechtvaders dan wel assistenten of helpers te

benoemen, als dat voor het verrichten van de eredienst noodzakelijk zou zijn.

Aldus is het alvorens kapel, altaar en kerkhof worden ingewijd volgens algemeen recht de

bediening daarvan te regelen. En de bedoelde biechtvader of assistent-

biechtvadermoeten het recht hebben de absolutie te verlenen en de dagelijkse zielzorg in

het convent te verrichten en zich met de stoffelijke en geestelijke zaken in het convent

bezig te houden. Dit vanuit de beoefening van de derde regel van de Heilige Franciscus.

Hij dient de rechten te hebben de zaken ten aanzien van het gasthuis en wat daarmee

samenhangt volgens zijn gezag te regelen. Van die rechten doe ik ten aanzien van hem

afstand.

Op geen enkele wijze echter mag het aandeel van mijn kerk slechter worden; ik wil niet,

dat zij mijn recht of dat van mijn opvolgers als pastoor van de meergenoemde kerk wordt

geschonden door rechtsvermindering enz.

Folio 106

Singulis quoiusmodo juribus matrici ecclesie debitis aut eidem a communitatibus

fidelibus fecimus solitis et consuetis, ac singulis emunitatibus suprascriptis sorores

antedictae eisque succedentes singulis in aevum annis adventuris in festo sancti Petri ad

Cathedram dicto vel infra octo dies proximo sequentes duos florenos Renenses Electoris

Imperii valentis auri & iusti ponderis aut presentem datam monetatos portione pro

canonica obligatae erunt et solvere tenebuntur. Quosquidem duos florenos Renenses

annuales iustitia ex habundanti ex petiis quibusdam terrae seu campis quondam ad

Johannem Huessen pertinentibus, ex uno latere iuxta campum Johannis Theodrici, ex alio

vero iuxta campumos Johannis Huessen et heredum Godefridi van de Poll sitos opten

Sande vulgariter nuncupatis, valorem venera horum duorum annualium florencum in

tripla portione et amplis excedentibus ex nunc et deinceps tollendos mihi

successoribusque meis ac perpetue sublevandos, sic quod pro iustitia pro legali

satisfactioneque pro competenti ego successoresque mei debeamus non immerito

contentari de his duobus annualibus florenis sorores prefatas ac eis succedentes ac

obligatione solutionis earundem ut promittitur cum actione gratiarum penitus

perpetueque absolvendo fideliter procurarunt.

Insuper quod in sororum sepedictarum consecranda Capella seu consecrata aliquomodo

coram meis parochialibus publice & cum pulsatione campanae pro ipsis advocandis

missarum solempnia tempore exequiarum aut precipuarum fes finitatum nisi si id facere

decreverit Offertorio in ecclesia parochiali omni de consummato aperteque celebrentur,

aut quod verbum predicationis eo saltem tempore quo id in ecclesia parrochiali fuit et

consuetudine publice proponatur aut quod que nec unque defunctum in earum Cimiterio

Page 138: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

sepulturam eligentem nisi officio exequiarum in ecclesia parrochiali mea per amicos

celebrato vel certe rite et ut moris est proxime celebrando ac curato pro tempore de

duobus florenis Renensibus eidem de hoc semel dandis bene contentato sepelire

presumant aut terrae commendare nulla tenus volo ipsis nec contendo. Quodque

oblationes si qua a parrochialibus meis ad Altaria devenerint si saltem publice ac apertis

ianuis divina coram eis celebrari fecerint et non alias mihi successoribusque meis ex

integro volo cedant ac fideliter presententur. Verum alicuius sororum investitionis

tempore professionis ac inclusionis et diebus Capelle Altariumque dedicationis a quovis

si quod in ibi oblatum fuerit aut alias quomodolibet legatum in usus sororum cedat pro

dictorum ad decus aut ornatum Capelle saepedictae, Dolo quoque & fraude in hiis

semper seclusis. Harum testimonio literarum in robur et fidem promissorum omnium &

singularum Sigilli mei appensione munitarum.Anni domini Millesimi Quadringentesimi

quadragesimi noni die obitus sancti Martini Episcopi datarum

TENOR AUTEM SECUNDAE Literae premisse litere transfixe sequitur et est talis.

RODOLPHUS dei gratia Episcopus Traiectensis. Universis & singulis tam presentibus

quam futuris cupimus fore notum. Quod nos omnia singula contenta narrata &

conscripta in hac patenti literas sigillo discreti viri domini Johannis Schudmou Curati

parochialis ecclesiae in Huessen nostrae diocesae ut prima facie ex literis et caracteribus

dicti sigilli legi poterat et cognosci apparuit sigillam . cui haec presentia nostra

confirmationis litera est transfixa fore vera utilitati et necessitati tam curae dictae

parrochials eccliesiiae in Huessen qua beghinis et devotis personis in dicta parrochia de

Huessen commorantibus convenientia fore et oportuna repperiimus. Ideo earum

supplicationibus inclinati huiusmodi literam & contenta in eadem ex certa scientia

ratificamus, approbamus, rata & firma habemus et inviolabiliter volumus observari.

Eaque

Volgens de diverse rechten van de moederkerk zullen vanwege de gelovigen uit de

gemeenschap de genoemde zusters elk jaar twee Rijnse guldens, volgens keurvorstelijke

waarde en van goud, of geldig geld voor die waarde betalen op Petrus ad Cathedram of

binnen acht dagen daarna. Welke twee Rijnse guldens als jaargeld te verkrijgen zijn uit

een stukje land of kamp dat wijlen Johannes Huessen toebehoorde, aan de ene kant

tussen de kamp van Johannes Dirkszoon, aan de andere naast de kamp van Johannes

Huessen en de erven van Godfried van de Poll gelegen op wat men in de volkstaal “opten

Sande” noemt,

waarvan de waarde in werkelijkheid de waarde van deze twee florijnen Rijns meer dan

drievoudig overstijgt, en nu en in de toekomst door mij en mijn opvolgers geïnd zullen

worden, zo dat de rechtvaardigheid [hiervan] voor de juridisch [geschoolde] en tot

voldoening van de deskundige, ik en mijn opvolgers niet ten onrechte over deze twee

florijnen bij genoemde zusters en hun opvolgsters en ter betaling van hun schuld getrouw

zijn toegezegd.

Bovendien geldt, dat de meergenoemde in te wijden kapel of anderszins ingewijde zaken

niet bestemd zijn voor openbaar gebruik door mijn parochianen en dat ze niet met

klokgelui op plechtige dagen tot bezoek aan de missen zullen worden opgeroepen, tenzij

zij voor offertorium en predicatie op de bestemde tijd in de parochiekerk zijn. En

niemand mag er op het kerkhof worden begraven, tenzij er een mis is geweest door een

van mijn vrienden in de parochiekerk of enige mis is gedaan ten tijde van de betaling der

twee Rijnse guldens. Ten aanzien van de gelovigen dient naar mijn opvolgers ook zo

Page 139: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

gehandeld te worden. Wel zal ten tijde van de investituur van een zuster en op de dagen

van kapel- en altaarwijding mogen worden bijgedragen aan de versiering en het

ornament van de meergenoemde kapel.

List en bedrog hierbij altijd uitgesloten. Ten bewijze van deze brief ter bekrachtiging en

authenticatie van alle en enkele eerder gezonden brieven met aanhechting van mijn zegel

voorzien. In het jaar des Heren Duizend Vierhonderd negen en veertig, op de sterfdag

van St. Maarten Bisschop (11 november 1449).

Vervolgens dan de volgende brief , die door de genoemde brief is gestoken:

RUDOLF bij de gratie Gods bisschop van Utrecht. Aan iedereen nu en in de toekomst

begeren wij te laten weten[dat]wij alle de inhoud verteld en beschreven in de

aangehechte brief met zegel van de geachte heer de heer Johannes Schudmou,

parochiecurator van de kerk in ons diocees Huessen, zoals men onmiddellijk aan brief en

zegel kan zien en kennen. Voor wie deze onze bevestigingsbrief is gezegeld tot werkelijk

nut en bate zowel voor de zorg van genoemde parochiekerk als voor de begijnen en

devote personen in deze genoemde parochie verblijvend; dat wij dit passend en

opportuun vinden.

Derhalve, gehoor gevend aan hun verzoeken bevestigen wij op deze wijze de inhoud van

dezelfde brief uit volle overtuiging, keuren hem goed,houden hem voor geldig en

vaststaand, en willen hem onverlet in acht nemen. En deze

Folio 107

auctoritate nostra ordinaria in dei nomine confirmamus nostrarum festio literarum.Datum

Anno domini Millesimo quadringentesimo quadragesimo nono (1449) in profesto beate

Catherinae virginis. Ar: byndop S. Acta sunt haec Doesborch in domo habitationis

presbyterorum & clericorum in conventi inventium. Presentibus ibidem honestis et

discretis viris dominis Henrico de Gravia ac Johanne Michaelis presbiteris in ecclesia

Doesbergense perpetuis vicariis Traiectensis diocesis ac domino Reynero de Neer

presbytero Traiectensis diocesis testibus fidedignis ad promissa vocatis specialiter et

rogatis.

Et ego Hermannus Hertzebol de Maesbommel Clericus Traiecten

biographus publicus imperiali auctoritate ac ordinaria admissione

Notarius approbatus quia premissis omnibus & singulis dum sicut

premittitur agerentur et fierent una cum prenominatis testibus presens

interfui, eaque sic fieri vidi et audivi, Johanno presens publicum

instructum exinde confeci quod per alium me aliis occupato fideliter

scriptum subscripsi manu mea propria signoque et nomine meis solite ac

consuete signavi rogatus requisitus in testimonium omnium premissorum.

zaken bevestigen wij met onze bevoegdheid in de naam van god met onze bevestiging van

de brief. Gedaan in het jaar onzes Heren 1449 aan de vooravond van het feest van de H.

maagd Catharina (24 november 1449) .Ar: bijndop β. Gedaan te Doesburg in het

woonverblijf van priesters en geestelijken in het jongerenconvent. Aldaar aanwezig

waren de geachte en geerde heren Henrik van Grave en Johan Michielse, priesters in de

kerk van Doesburg, permanent vicarissen van het Utrechts diocees en de Heer Reynder

van Neer, priester in het diocees Utrecht als betrouwbare getuigen en speciaal voor deze

zaak gevraagd en opgeroepen.

Page 140: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

En ik, Herman Hetrzebol van Maasbommel, Utrechts geestelijke

en openbaar biograaf op keizerlijk gezag en erkend notaris bij

gewone toelating [verklaar dat ik aanwezig was bij] al het

voorgaande gebeurd en geopenbaard in overeenstemming met

voornoemde getuigen, en dat ik deze zaken zag en hoorde

gebeuren; [dat] Johan aanwezig was en in het openbaar

geïnstrueerd is; vervolgens heb ik opgeschreven wat mij door een

derde getrouwelijk schriftelijk bericht werd, terwijl ik met andere

zaken bezig was; dit heb ik eigenhandig ondertekend en van mijn

zegel en naam voorzien, zoals te doen gebruikelijk. Ten bewijze

van al het voorgaande zoals gevraagd.

Rodolphus dei et apostolice sedis gratia Episcopus Traiectensis universis et singulis tam

presentibus quam futuris cupimus fore notum, Quod nos omnia et singula contenta

narrata & conscripta in literam domini Johannis Schudmou curati in Huessen huic

publico Instrumento per modum transsumpti sive vidimus de verbo ad verbum inserta,

cui haec nostra presens litera confirmationis est transfixa fore vera, utilitati & necessitati

tam curae dicte parochialis ecclesiae in Huessen quam Beghynis et denotis personis infra

terminos et limites dictae parrochie de Huessen commorantes convenientes fore &

oportuna comperimus. Idcirco earum supplicationibus inclinati contenta huiusmodi

literae ex certa scientia ratificamus, approbamus rata & firma habemus et inviolabiliter

volumus observari, eaque autem nostra ordinaria in dei nomine confirmamus Quodque

confessor protempore dictarum sororum auditis confessionibus earundem absolutionis

beneficium, in casibus etiam occultis nobis a iure statuto privilegio aut consuetudine

specialiter reservata impendere, Vota quoque minora in alia pietatis opera commutare

valeat ipsis et earum continuis commensalibus utriusque sexus de gratia speciali etiam

perpetue impartimur. Nostrarum testimonio literarum Datum Anno domini millesimo

quadringentesimo quinquagesimo primo. Mensis Septembris die prima.

Rudolf, bij de gratie Gods en die van de apostolische stoel Bisschop van Utrecht willen

aan iedereen, nu en in de toekomst, laten weten:

Dat wij alles dat mondeling en schriftelijk is vastgelegd in de brief van heer Johannes

Schudmou priester te Huessen door dit openbaar instrument via kopie of vidimus

woordelijk hebben zien opnemen, waarvan deze brief van ons een gegarandeerde

erdoorheen gestoken bevestiging is. Ten nutte en behoeve zij van zowel het bestuur van

genoemde parochiekerk als de Begijnen en genoemde personen verblijvend binnen de

grenzen en afpalingen van genoemde parochie Huessen; zulks bevinden wij nuttig.

Ten aanzien van de inhoud van hun verzoeken een willig oor lenend, bevestigen en

bekrachtigen wij uit volle overtuiging met deze brief, en wij willen voor eens en voor

altijd bekrachtigen in acht te nemen, en wij bevestigen in onze regelingen, in naam des

Heren:

Dat, naar gelang de omstandigheden, de biechtvader, na het horen van de biecht van

genoemde zusters en hun absolutie, een beneficium zal krijgen, ook in onvoorziene

omstandigheden, volgens statutair recht en privilege of uit gewoonterecht, en ook

kleinere wensen inzake vrome werken voor hen en hun huisgenoten van beiderlei kunne

zal kunnen vervullen; dit schenken wij uit speciale gunst.

Ter getuigenis van onze brief, gegeven Anno domini 1451, 1 September.

Page 141: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Decanus & Capitulum Ecclesiae Divine virginis Marie Clivensis Universis et singulis

Christi fidelibus visuris, audituris & lecturius. Notum facimus per presentes. Cum olim

Dominus Johannes Schudmou ecclesiae parochialis in opido de Huessen Traiectensis

Diocesis Capitello nostro incorporatae curatus et perpetuus vicarius cum Beguinagis

seu conventu sororum in dicta parrochia in Huyssen certos contractus rationaliter iniit

ut ipse Sorores deo quietius inservire valeant, cum tamen successu temporis Conventui &

Sororibus predictis, a nonnullis dictae ecclesiae Curatis dissentionis materia et querelae

materia mota est, eo quod huiusmodi contractus per dictum curatum cum antefato

Conventu de nostro consensu minime essent facti et initi. Quapropter Pater et Sorores

dicti conventus nunc temporis maiores dissensiones & sectiones in futurum verisimile

formidantes de illis oportune provideri nobis humiliter supplicarunt. Ut nostrum

consensum dicto con

Deken en kapittel van de Kerk van de heilige maagd Maria te Kleef, aan alle gelovige

Christenen die dit zullen lezen, horen of zien, maken wij hierbij bekend dat:

Daar in het verleden de Heer Johannes Schudmou, pastoor en eeuwig vicaris van de

parochiekerk in de stad Huessen in het bisdom Utrecht, geïncorporeerd in ons kapittel,

met de Begijnen ofwel kloosterzusters in genoemde parochie in Huessen bepaalde

overeenkomsten bewust is aangegaan, opdat deze zusters de Heer rustig konden dienen,

dat toch, in de loop der tijd tegen het klooster en voornoemde zusters, door enigen van

het bestuur van genoemde kerk bezwaren en conflictstof is aangedragen, zodat van dit

contract door genoemd bestuur met genoemd convent naar onze mening zeer weinig is

uitgevoerd of in gang gezet. Derhalve verzoeken de Pater en Zusters van genoemd

convent, in tijden van ernstige meningsverschillen, en in de toekomst soortgelijke

conflicten vrezend, u nu nederig om een voor hen gunstige beslissing te nemen. Om onze

goedkeuring aan het genoemde con-

Folio 108

tractum ad hiberemus. Nos igitur provide maturis consiliis revolventes nihil melius fore

quam pacem & concordia inter curatum et conventum confovere ac sectiones et

discordias nunc et in perpetuum amputare per oportunum remedium removere omnia et

singula coniunctum et divisum in dictis literis contenta enarrata et per Reverendissimum

dominum Rodolphum dei & Apostolice sedis gratia felicis recordationis Episcopum

Traiectensem approbata & confirmata ratificamus et quantum in nobis est confirmamus

er approbamus et inviolabiliter ut in dictis literis habetur observare perpetuo volumus. Et

ad huiusmodi firmitatis evidentiam, nos Decanus & Capitulum Ecclesiae nostrae Sigillum

presenti transfixo appendi fecimus. Actum in domo Capitulari nostro. Anno domini

Millesimo Quingentesimo Vigesimo nono quarta mensis Septembris.

tract te hechten, hebben wij dus voorzichtig na rijp beraad overwegend dat er niets beter

is dan vrede en eendracht tussen bestuur en convent samenklinke, en dat afscheiding en

onenigheid eens en voor al te verwijderen, door passende middelen; alles, niets

uitgezonderd. wat in de brief genoemd is et op de wijze van de eerwaarde Rudolf, bij de

gratie Gods en van de H. Stoel bisschop van Utrecht, zaliger gedachtenis, goedgekeurd

en bevestigd. Dit onderschrijven wij en bevestigen en ondersteunen dit naar in ons

Page 142: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vermogen is, en wij willen erop toezien dat het in de brief genoemde onverlet en eeuwig

gehandhaafd worde.

En ten bewijze van de geldigheid in dezen, hebben wij, Deken en Kapittel het zegel van

onze Kerk aan deze brief aan doen hechten en hangen. Gedaan in ons Kapittelhuis.

In het jaar des Heren 1529, de 4e van de maand September

Wij Adolph van Gaids gnaden, Hertoug van Cleve ind Greve van der Marcke, doin kont

allen luden. Want ons onse Stadt Huessen to kennen gegeven heft, dat sie umb to meir

lude tot eijnen guden leven to kommen ind den dienst Gadts bijnnen derselver onser Stadt

vermeirret to werden ind oick umb ander nutticheit sie meijnen, dat onser Stadt vurss

Burgeren ind Ingeseten tot Huessen darin gelegen sulle wesen gerne hedn, dat ein

vergaderinge van Susteren weren binnen onser Stadt vurss van al sulken leven ind

regiment als die Suster vergaderingen sijn bijnnen onsen steden Cleve ind Calckar. Ind

dat tot eijnre woeninge ind verblijff vur die vergaderinge ein huijs bijnnen deser Stadt

vurss. Nementlick dat huijs dat Hadewichs van Rijswick huijssvrou was wilner Geritz

van Riszwick to wesen plach. So as dat mit sijnen have ind platzen achter den kerckhof

bij onser Stadt muijre gelegen is, gekocht ind gegeven sij. Ind onse Stadt vurss ons

gebeden hevet onse Confent gnade ind friheit hirto willen geven.Hijr umb ind want Wij

den dinst Gaidts ock gerne vurderen solden. So bekenne Wij overmitz desen brief, dat

Wij al sulcke Sustervergaderinge van leven ind regiment as vurss is binnen onser Stadt

Huessen to wesen ind in den vurss huijse ind platze oere woijninge ind bedrijff to hebben

geconsentirt ind belieft hebn, consentiren ind believen vur ons, onse erven ind

nakomelinge. Ind hebben datselve huijs ind platze dair toe gevrijet ende vrijen avermitz

desen selven brieff van alre schattinge, dienstlast ind onraide as ons dat schuldich wesen

mach. Mede gunnende dat die vergaderinge op der platzen vurgenoemd vurder

tijmmeren mogen so vele oen des tot oeren gereke ind bedrieve behoeff wesen sall. Ind

oick dat sie van Capelle dair bijnnen mogen doin macken mit Altaren ein of meer dar sie

bij sich selve misse hebn mogen. Ind voirt dat sie die derde Regule sent Fransiscus

namals as aengenoiget mogen annemenn. Ind dit doin Wij all so vele in ons is ind ons

antreffen mach. Ind beheltlick ons andert ind voirt mallick sijne rechtenn. Ind all sonder

Argelist. Ind dis tot orkonde ind ewiger vestenisse hebben Wij onsen segel mit onser

rechten wetenheit an desen brief doin hangenn. Gegeven in den jair ons Heren dusent vier

hondert achtindviertich op onser liever Vrouwen avent Nativitatis. [vrijdag 7 sep 1448]

Op den rug steet geschreven: Privilege van ons Kercke

Margetekst

Hertog Adolph van Cleve consentirt dat Gerrit van

Riszwicks huss achter den kerckhoff tot ein Susteren

vergaderinge ende wonunge moge getijmmert

werden. Dat selve hus frijende van alte Schattinge,

dienstlast ende onrait. Und sullen ein Capelle mit

altaren dar ock binnen moge doin macken.

Folio 109

Page 143: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Henrich Menne und Derich die Smijt Schepen to Huessen tugen, dat voir ons komen

is Henrich van der Hueven ind heft mit sijnen vrijen wille bekant, dat hie schuldig is van

gerechter schult Steven van den Loo ind sijnen erven twintich overlentsche Rijntsche

gulden up Sunte Lambertz dage nu naist toekomende na datum dess briefs to betalen, voir

welcke summe geltz vurss Henrich vurss gesat heft Steven vurss ind sijnen erven tot

einen rechten underpande enen overlentschen Rinschen gulden jarlicker renthen als hie

heft ind to boeren pleecht uith hus, hoffstede, have ind bongert Derics Drogen wijlener,

gelegen naest erfnisse hern Derichs van Bylandt Ridders mit der eenre siden ende neest

hus, hoffstede ind have Henrics Lewen mit der ander siden. Mit den einen eijnde

schietende up have Johans van Coninxwerde ende mitten anderen eijnde up die

Gemeinte. Ind dartho alsolke brieve darup spreckende. In desen voirwarden wert sacke

dat dese vurss summe geltz Steven vurss ind sijnen erven op den vurss termijne niet

betalt en worde, dat dan dien vurss Rintschen gulden jarlicker renthen ind die brieve

darop spreckende Steven vurss ind sijnen erven verfallen wesen solde ind dien erflich

ende ewelich besitten ind gebrucken solden. Ind dat dan Henrich vurss ind sijne erven

darvan onterft wesen solden ind geen recht noch to seggen dar meere an en behieldenn.

Beheltlich Derics nakomelingen vurss alsolker losse als sie hebben an den vurss guldenn

jarlicker renthen na inhalt eins Schepen briefs van Huijssen darvan spreckende. Sunder

Argelist. In orkunde ons Schepen segel van Huijssen an desen brief gehangen. Gegeven

int jar ons heren dusent vier hundert ind dertich. Op sunte Johans dach Decollationis.

[dinsdag 29 aug 1430]

Op den rug steet modo Evert Gabelen.

Margetekst

Henrich van der Hoeven bekent Steven van den Loo

schuldig to sijn XX overlensche Rinsche gulden up

S. Lambert Ao 1430 to betalen. Und selbt darfur to

underpant een renth van einen overlensch Rinschen

gulden als sie heft uith huijs, hoffstede, have ind

bongardt wilner Derix Droegen nest her Derick van

den Bilant Ridders mit der einer siden ende nest

huijs, hofstede ind have Henricxs Leuwen mit der ander

siden mit den einen eijndt up have Johan van Conincx-

werde ende mit den anderen ende up die Gemeint. Wilch

gulden imfal der mistalung oen verfallen wesen sall

beheltlich Derick Droegen sijn loss.

Wij Aernt van der Weijden ind Herman uit den Werde Scepen to Huijssen tugen, dat voir

ons komen sijn Steven van den Loo ind Hille sijn echte wijff ind hebben bekent mit oeren

vrijen wille, dat sie in einen steden erfkoep verkoft hebben Herman Hessel ind sijnen

erven einen goeden overlenschen Rinsche gulden erfrenthen so als sij dien jarlix hebben

uit hus, hoffstatt, have ind Bongart gelegen so Wij verstain mitter einre sijden nest hus,

hoffstede ind have Jan Hacken dat Henrichs Leuwen to wesen plach. Ind mitter ander

siden nest erfnis hern Diderichs van Bijlant Ritters. Schietende mit den einen eijnde op

die strait ind mit den anderen eijnd op erfnis Herman Butkens. Ind mede alsulck brieve

als sie darup spreckende hebben. Als dat Steven ind Hill vurss en oer erven van den

Rinsche gulde erfrenthen ind brieven vurss onterft sijn ind geen recht mere noch to

seggenn daran en behaldenn. Ind dat Herman Hessel vurss ind sijn erven an den Rinschen

Page 144: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

gulden erfrenthen ind brieve vurss geerft sijn ind dat sie die erfrenth vurss erflick ende

ewelick besitten ende gebrucken moegen ind mit den vurss brieven na allen oeren

ingehalt vorderen ind darmede vortfaren mogen gelickerwiess als Steven ende Hill vurss

voir datum dis briefs selve doin mochten. Beheltelic nochtant Johan Hacken sijner

loessen an desen Rinsche gulden erfrenthen vurss na inhalt eens Schepen brieffs van

Hussen so die darvan spreckende is. Sunder Argelist. In orkond unser Schepen segel van

Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert soevein

ende dartich des neesten saterdages na Sunte Peternellen dag [zaterdag 1 jun 1437]

Margetekst

Steven van den Loo verkopt Herman Hessel einen

overlensch Rinschen gulden erfrenthen uit hus,

hoffstat, have ind bongart mit ein sidt nest hus,

hoffstede ind have Jan Hacken dat Henrick Leuwen

to wesen plach ind mitter ander siden nest erf

H. Dericks van den Bilandt Ritters. Schietend mit

den einen endt up die strait, mit den anderen endt up

erf Herman Butkens. Beheltlich Jan Hacken sijner loss.

Folio 110

Wij Arndt van der Weijden ende Walraven van Gent Schepen to Huijssen tugen, dat voir

ons komen is Henrick Baers ende heft bekent mit sijnen vrijen will, dat hie verkoft heft in

einen steden erffkoep Johan Hacken als einen mumbar Johans Leuwen ende Jutten sijnre

suster ende in behoef Johans Leuwen ende Jutten vurss ende oere erven al alsulck recht

ende toeseggen als Henrich vurss had an hus ende hoffstede, gelegen so Wij verstain mit

der einre siden neest erfnis Jan Dericksons, mit der ander siden nest erffnis Jan Hacken

vurss. Schietende mit den einen ende an erfnis Mechtelt Beatrijs ende mit den anderen

eijnde an die Meijnt. Ind vort al have ende goet, weijde ende onweide, rurende ende

onrurende, so Henrick vurss ende Heilwich sijn echte wijff seliger gedachten dat tsamen

beseten ende gehadt hebn ende geen gut darvan uitgescheidenn. Alsoe dat Johan die Lew

ende Jutte vurss ende oer erven an dat huijs, hoffstede, weijde, have ende goet vurss

geerfft wesen sollen ende dat erflijc ende ewelijc besitten ende gebrucken sollen ende

Henrick vurss ende sijn erven darvan onterfft wesen sollen ende geen recht meere noch to

seggen daran behaldenn en sollen in gheenre wijs. Sonder Argelist. In orkonde ons

Schepen segel van Huijssen an desen brieff gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren

dusent vier hondert negenendedertich des neesten sonnendages na Sunte Marcus dach des

heiligen Evangelisten [zondag 26 april 1439]

Margetekst

Henrick Baers verkopt Jan Hacken als einen mumbar

Jans Lowen ende sijner suster Jut ende in behoef der

selven all sijn recht ende to seggen an hus ende

hoffstede mit der einer siden nest erfnis Jan Hacken

mit der ander sidt nest erff Jan Dericksens.

Schietende mit den einen endt an erff Mechtelt

Beatris ende mit den anderen endt an die Meint.

Page 145: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Berndt Bruijnsson ende Bernt Snijepert Scepen to Huessen tugen dat vur ons

kommen is Johan van den Walle als van wegen Jutten van den Walle sijnre suster ende

van oer gemechtigt ende heft bekant mit sijnen vrijen wille, dat Johan die Leuve ende sijn

erven quijten, frien ende weder kopen mogen van Jutten van den Walle vurss ende van

oeren erven einen Rinschen gulden jarlicker renthen so Jutte vurss den jarlix heft van Jan

die Lewe vurss uifh huijs ende hoffstede gelegen angen Sande, mitter eenre sijden nest

erfnisse Jan Dercksons ende mitter andern siden nest erfnis Jan Hacken na uitwiesunger

eens Schepenbriefs van Hussen den Jutte vurss darvan spreckende heft. Als van nu Sunte

Peters dage ad Cathedram neest komende na datum dis briefs over acht jar of hijr en

bijnnen alle jar op Sunte Peters dach ad Cathedram mit elff guden overlenschen

Rijnschen gulden ende mit den vurss verschenen jarrenthen off mit andere paijment den

vurss Rijnschen gulden gelijc gut in der tit des wederkoeps, sonder enich wederseggen

Jutten vurss of oere erven. Sonder argelist. Oirkonde unser Scepen segel van Huessen an

desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hundert

tweeendeveirtich up Sunte Pauwels dach conversio [donderdag 25 jan 1442]

Up den rug staat geschreven modo Derick van Bijnen

Margetekst

Jut van den Walle bekent oeren broder Jan die Leuwe

ein los an einen Rinschen gulden so sie heft uit Jan

die Lewes huijs ende hofstat angen Zand, mit ein sidt

nest erf Jan Dericksens ende mit die ander sidt nest

erf Jan Hacken.

Wij Berndt Snijepert ende Berndt Bruijnsson Scepen toe Huijssen tugen, dat vor ons

komen is Johan die Leuwe ende heft bekant mit sijnen vrijen wille, dat hie verkoft heft in

einen steden erfkoep ende jarlix schuldig is Jutten van den Walle sijnre suster ende oeren

erven enen Rinsch gulden jarlicker renthen off paijment dat dar gut vur is in elcke tit der

betalingen uit huijs ende hoffstede gelegen so wij verstain angen Sande, mitter eenre

siden an erfnis Johan Derickssons ende mitter ander siden an erfnis Jan Hacken.

Schietende mit den einen eijnde an erfnis Mechtild Beatrijs ende mitten anderen eijnde an

die gemeint. Also dat Johan die Lewe vurss off sijne erven Jutten vurss ende oeren

Margetekst

Johan die Lewe verkoept sijne suster Jut van den

Wall einen Rinsche gulden uit huijs, hofstede angen

Zande mit ein sidt an erf Jan Dericksens, mit die

ander sidt an erfnis Jan Hacken. Schietende mit den

einen endt an erfnis Mechtelt Beatris, mit den nderen

endt an die Gemeint ende dar mit sijn Jan ende Jut

gescheiden van dem huijs ende hoffstede, dien oen

van oerer tweier moder angeerfft was.

Folio 111

erven den Rinschen gulden jarlicker renthen vurss uit den vurss huijs ende hoffstede

angains geven ende betalen sollen up Sunte Peters dach ad Cathedram neestkomende na

Page 146: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

datum dis briefs over ein jar ende so voirt alle jar erflijc ende ewelijc up sunte Peters

dach ad Cathedram, onder een peen der peindingen als to Huijssen recht is van pacht,

tinze ende jairgelde. Ende hirmede sijn Johan ende Jutte vurss mit mallicanderen

gescheiden van den huijs ende hoffstede vurss, so oen beiden dat angestorven ende geerft

was van dode oerer twijger moder. Also dat Jutte vurss vorder geen recht noch to seggen

hebben noch behalden en sollen den vurss huijs ende hoffstede ende sij ende oer erven

genslich darvan onterft wesen soilen. Beheltlich doch Jutten vurss al oeres rechten an

allen anderen guede, dat oer voirt angestorven ende geerft mach wesen als van dode oerer

moder. Sunder Argelist. In oirkonde onser Schepen segel van Huijssen an desen brief

gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert twee ende deirtich up

Sunte Pauwels dach Conversio [vrijdag 25 jan 1432].

Up den rug steed geschrevenn Nu Derick van Bijnen.

Wij Johan Dericksen ende Berndt Snijepert Scepen to Huessen tugen, dat voir ons

kommen sijn IJelis van Tuel ende Jutte sijn echte wijff ende hebn bekant mit oeren vrijen

wille, dat sij in einen steden erfkoep verkoft hebben den Susteren des Susterhuijs binnen

Arnhem in der Nijerstatt op der Beeck ende oeren Nakomelingen Susteren des huijs vurss

enen overlenschen Rinschen gulden jarlicker erfrinthen so IJelis ende Jutte vurss dien to

hebben plagen uit huijs ende hoffstatt Johans Leuwen gelegen buten Huijssen anghen

Sande na uitwiesunge eines Schepenbriefs van Huijssen darvan spreckende. Welken

Schepenbrief vurss IJelis ende Jutte vurss den Susteren des Susterhuijs mede opgedragen

ende overgegeven hebben. Also dat die Susteren des Susterhuijs vurss ende oer

Nakomelinge volgere des vurss briefs wesen sollen alle voerwerden gelijc die vurss brieff

uitwiest ende begrepen heft mit recht to vorderen ende darmede te doin ende tolaten

gelijc dat Jelis ende Jutte vurss voir datum dis briefs selver doin mochten ende dat die

Susteren des Susterhuijs vurgenoemd ende oer Nakomelinge an den Rinschen gulden

erfrijnten vurss ende brieve darvan spreckende geerft wesen sollen. Ind die erflich ende

ewelich besitten ende gebrucken sollen. Ende IJelis ende Jutte vurss ende oer erven

darvan onterfft sijn ende geen recht meer noch to seggen daran behalden en sollen.

Beheltlich doch Jan die Leuwe vurss eerre lossen an den Rinschen gulden erffreijnten

vurss na uitwiesunge eins Schepenbrieffs van Huijssen hie darvan spreckende heft.

Sonder Argelist. In orkonde onss Schepen segel van Huessen an desen brieff gehangenn.

Gegeven in den jarenn ons heren dusent vier hundert ses ende veirtich des neesten

sonnendages na Sunte Gregorius dach des heiligen Paus [zondag 13 mrt 1446].

Margetekst

IJelis van Tuel verkopt den Susteren in die Niestat op die

Beeck to Arnhem den nest vurss Rinsch gulden uit huijs

ende hofstat Johans Leuwen angen Sande, beheltlich Jan

die Lew sijner lossen daran.

Wij Johan Dericksson ende Berndt Snijepert Scepen toe Huessen tugen, dat voir ons

komen is Johan van den Walle, Geritz sohn, ende heft bekant mit sijnen vrijen wille, dat

hie gelaift heft den Susteren des Susterhuis bijnnen Arnhem in der Nijerstat op der Beeck

ende oeren Nakomelingen Susteren des Susterhuijs vurss enen Overlenschen Rinsch

gulden jarlicker erffrenthen den sij gekofft hebben van IJelis van

Page 147: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst

Jan van den Wall Gerits gelaift den Susteren in die

Niestat op die Beek to Arnhem den overlensche

Rinsch gulden vurss gekoft van Jelis van Tuel uit

huijs ende hofstat Jans Leuwen to warenn, beheltlich

Jan die Lewe sijnre lossen daran

Folio 112

Thuel ende Jutten sijnen echten wijve, gainde uith huijs ende hofstat Johans Leuwe na

uitwiesung der brieve darvan spreckende to vrijen ende to waren jar ende dach als

erfrenthen koeps recht is tegen alle die geen die des ten rechte kommen willenn. Enigen

hinder of gebreck den die Susteren des Susterhuijs vurss mit recht darbij leden, mogen sij

peijnden ende verhalen bij den Richter to Huessen an allen erve ind gude Johans van den

Walle vurss, rurende ende onrurende, dat hie nu tertit heft in den Scependump van

Hussen of hiernamals werven mach, mitter einer handt to peijnden ende die pande mitter

andern handt to verkopenn. Sunder Argelist. Beheltlich doch Johan die Leuwe vurss

eenre lossen an den Rijnsch gulden erffrijnthen vurss na uitwiesunge eines Schepenbriefs

van Huessen darvan spreckende. In orkonde unser Schepen segel van Huijssen an desen

brieff gehangenn. Gegeven in den jaren ons hern dusent vier hundert ses ende voirtich

des neesten sonnendages na sunte Gregorius dach des heilichen Paus [zondag 13 mrt

1446].

Op den rug Nu Derick van Bijnen

Wij Berndt Bruijnsson ind Berndt Snijepert Schepen to Huessen tugen dat voir ons

komen sijn Suster Geertruet van den Walle ind Suster Mechtelt Otten, Susteren des

Susterhuijss binnen Arnhem op ter Beeck in der Nijerstatt, ind bekanden mit oeren vrijen

will, dat sie volmechtich van wegen ende beveel der gemeinre Susteren des Susterhuijss

vurss in enen steden erfkoep verkoft hebben den Susteren van Sunte Elisabet Convent

binnen Huessen ende oeren Nakomelingen enen guden Overlenschen Rijnsch gulden

jarlicker erfreijnten, so die Susteren binnen Arnhem vurss den jarlix hebben uit hoffstede

ende erffnis dat Johans Leuwen te wesen plach, gelegen angen Sande na allen begrijp

ende inhalt der Schepenbrieve van Huijssen darvan spreckende. Mede hebben die

Susteren des Susternhuses binnen Arnhem vurss overgegeven den Susteren van Sunte

Elisabet Convent binnen Huijssen vurss alle alsulcke brieve als sie hadden spreckende

van de Rijnsch gulden erffreijnthen vurss. Also dat die Susteren des Susternhuijss binnen

Arnhem vurss ende oere Nakomelinge van den Overlenschen Rijnsch gulden

erffreijnthen vurss ende brieven darvan spreckende onterft sijn ende geen recht mere

noch to seggen darvan behalden en hebn. Ind die Susteren van Sunte Elisabet Convent

binnen Huessen ende oere Nakomelinge dairan geerft sijn den overlenschen Rijnsch

gulden erfreijnten vurss na inhalt der vurss brieve erfflich ende ewelich te heffen, te

boeren ende te gebruijckenn ind mit den vurss brieven te maenen, to furderen, te doin

ende te laten in alinger wies als die Susteren des Susterhuijss binnen Arnhem vurss vur

datum dijs briefs doin mochten. Sonder Argelist. In orkonde onss Schepen segel van

Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert

Page 148: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

een ende viftich up den neesten dinsdag na sunt Johans dach [dinsdag 30 jun 1451] of

[dinsdag 28 dec 1451]

Up den rug staat geschreven Derick van Bijnen

Margetekst

Susteren binnen Arnhem upte Beck in die Nijestat

verkopen den Susteren Convent binnen Huessen

einen guden overlenschen Rinsch gulden vurss uit

hus ende hofstat Jans Leuwen angen Sande inhalt

des Scepenbrief van Hussen die sie mit overgeven.

Wij Berndt Bruijnssoen ind Arndt van Gesperden Scepen toe Huijssen tugen dat vur uns

kommen sijn Otte van Kessel ende Khaterine sijn echte wijff ind bekanden mit oeren

frijen will, dat sie in einen steden erfkoep verkoft hebben den Susteren van Sunte

Elisabeth Convent bijnnen Huessen ende oeren Nakomelingen twee pacht hoenre

Folio 113

erffreijnten. Ind einen halven Rijnsch gulden jarlicker erfreijnten off paijment, dat dair

gut vur is in elcke tit der betalingen uith oere hoffsteden ende erfnis dat Johans Leuwen te

wesen plach. Gelegen angen Sande mitter eenre siden an erfnis Johans van der Vorsst ind

mitter anderen siden an erfnis dat Johan Hacken te wesen plach. Schietende mit den einen

eijnde an erfnis Johans van Berchgeren Beatris. Ind mit den anderen eijnde an die

gemeint. Op sunte Peters dach ad Cathedram neestkomende na datum dis brieffs angaens

ind so vort erfflich ende ewelich te betalenn. Onder een peen der peijndingen als toe

Huijssen recht is van pacht, tinsze ende jargelde, mitter einre handt to peijnden ende die

pande mit der andern handt to verkopen. Sunder Argelist. In oirkonde unser Schepen

segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons hern dusent vier

hondert twee ende viftich op den naesten goedensdach post Divisionis Apostolorum

[woensdag 20 jul 1452]

Up den rug steet: Nu Derick van Bijnen.

Margetekst

Ot van Kessel verkopt den Susteren binnen Huijssen

twee pachthoner erfreijnten ende I Rinsch gulden

erfreinten uit hofstede Johans Leuwen to wesen plach

angen Sande nest erf Jan van der Voirst mit die ein sidt,

mit die ander sidt Jan Hacken to wesen plach. Schietende

mit den einen eijndt an erf Jans van Bercheren Beatris.

Mit den anderen endt an die Gemeint up Peter ad

Cathedram, nu Ao 1583 [22 feb]

patet ex hus [staat ter beschikking uit het huis] dat Jan

Hacken Ao so doet umb

Page 149: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Rotgher die Driese ind Arnt Waetschert Scepen toe Huessen tugen dat voir ons

komen sijn Johan van Berchgeren ende Henrick sijn echte wijff ind Johan Henricks vurss

dochter ende bekanden mit oeren vrijen wille, dat sij in enen steden erfkoep verkoft

hebben ind jarlix schuldig sijn Gerit van Rijswick ende sijnen erven enen gueden golden

Overlenschen Rijnschen gulden erffreijnten off die rechte werde darfur an anderen guden

paijment in elcker tit der betalingen uit huijs, hoffstat ende erfnis dat gelegen is buten der

Stadt, mitter einre siden an der Gemeint geheiten dat Sant ind mitter anderen siden an

erfnis Goederts van den Poll. Schietende mit den einen eijnde an erfnis Johans van

Bercheren Beatrijs. Ind mit den anderen eijnde an die Gemeint. Op sunte Peters dach

Apostoli ad Cathedram nu neestkommende na datum dis briefs irst angains ind so voirt

alle jar op Sente Peters dach vurss erfflich ind ewelich uit den vurss huijs, hoffstat ende

erfnis te betalen. Onder een peen der peijndingen als tho Huijssen recht is van pacht, tinse

ende jargelde. Vort sijnt vurwerden off dat sacke weer, dat Gerit van Rijswick vurss off

sijn erven enichs jars gebreck leden in der peijndingen ende sie die erffreijnt vurss an den

vurss erve nijt verhalen en konden. Dat gebreck mogen sij tot allen tiden als hoen des

nootweer peijnden bij den Richter tot Huijssen an ende uit allen erve ende gude Johans

Henricks ende Johans vurss, rurende ende onrurende, reijde ende onreijde, dat sie nu tertit

hebben ende hirnamals werven mogen, mitter eenre handt te peijnden ende die pande

mitter andern handt te verkopenn. Sonder Argelist. In orkonde onser Schepen segel van

Huessen an desen brieff gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert

een endetsestich op den neesten guedensdach na Sente Gertruijden dach [woensdag 18

mrt 1461].

Bijnens hoffstede.

Margetekst

Johan van Bercheren verkopt Gerrit van Riszwick einen

golde overlenschen Rinsch gulden uit huijs, hofstat ende

erfnis angen Sant mit einer sid, mit die ander sidt an erff

Godert van den Poll. Schietende mit den einen endt an erf

Joris van Bercheren Beatris, mit den anderen eijndt die

Gemeint. Up Petri ad Cathedram [22 feb].

Folio 114 en 115 zijn niet gevuld

Folio 116

Wij Burgermeister Schepen ind Raid der stadt van Huessen

doin kundt allen luden ind bekennen mit desen apenen brieff voir oins ind voir onsen

Nakomelingen, dat wij mit einen voirgehadden berade als om noitsacken will onser Stadt

anliggende, voir een sume gelds die ons wal to danck ind te willen gedaen, gelevert ind

betalt ijs den lesten penning mit den irsten. Ind Wij die vort in onser Stadt nut ind urber

gekert hebben ind darmede geloest sestien Rijnsche gulden jarlicker renthen, die onse

stadt vurss jarlix te geven plege, erflick ind ewelick in einen steden verkoep verkocht

hebben ind jarlix schuldig sijn den eirberen devoten Susteren van sunte Elijsabets

Convent bijnnen Huessen gelegen ind oeren Nakomelingen. Uiter onser Stadt alle czijsen

ind renthen ind vort uiter allen erfnis ind gueden onser stadt tobehoerende, rurende ind

Page 150: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

onrurende, reet ind onreet, so woe ind war die mit allen oeren rechten ind tobehoer in

onsen Schependom van Huijssen gelegen, illiff Rinss gulden jarlicker renthen, twintich

stuver of ander gut paijment dat dar gelicke gut vur is in ilker tit der betalingen vur enen

der vorsss Rijnss gulden tobetalenn. Wulke illiff Rinsche gulden jairlicker renthen vurss

Wij Burgermeister, Schepen ind Raidt vurss voir ons ind voir onsen nakomelingen

gelaefft hebben ind gelaven, den erberen devoten Susteren des vurss Conventz ind oeren

Nakomelingen to geven ind wael tobetalen jarlix up sunte Peters dach ad Cathedram

geheiten neest komende na datum sbriefs off bijnnen vierthien dagen darna neest

volgende onbegrepen irst werf angainde, ind soe vortan alle jar die vurss ijllif Rinsche

gulden erffrenthen, erfflick ind ewelick tobetalen op denn vurss dach ind termijn. Onder

een peen der peijndingen als tot Hussen recht is van pacht, tins ind jargulde. Ind weert

sacke, dat Wij of onse nakomelingen dair inne versunelicken worden. Ind die betalinge

alle jar up dach ind termin als vurss steet niet en deden dat Gott verhueden will. So

moegen dese vurss Sustern dis voirs Conventz of oere Procuraetsters doe vurss illiff

rijnsche gulden jarlicker renthen bij den Richter tot Huijssen peijnden an ind uith allen

aller zijfen, renthen, erfnis ind gueden, reet ind onreet ind rurende ind onrurende onse

stadt vurss nu heft up datum sbriefs of hernamals werven mach bijnnen den

Schependumb van Huessen mit der einre handt to peinden ind die pande mit der ander

handt to verkopenn. Ind die pande nit vorder to bieden dan an den Burgermeister in der tit

tot Huessen wesende. Mede so sijnt voirwerden, so dat vurss Convent onser stadt vurss

jarlicx schuldig is, so sullen Wij Burgermeister, Schepen ind Raidt voirs van den vurss

illiff Rinsch gulden jarlicker renthen all jar inhalden sulke jargulde als dat Con-

Margetekst

Stadt Huijssen verschrift uiter oer aller zisen ende

renthen dem Convent ilff Rinsch gulden up Petri ad

Cathedram, doch so dat Convent der Stadt jarlix

schuldig is solle dat selve daran ingehalden werdenn.

Item XXIX alde flemsch so dat Convent der Kercken

jarlix schuldig sall die Stadt die betalen ende dem

Convent kortenn. Dem gasthus II alde Vlemsch, dem

Schoilmeister ende Custer VII alde vlemsch, der

Pepelicker provende II malder havern. In der H.

Ewige altar II lb. In S. Jans vicarie I lb verrichten und

an die XI gulden kosten up ein wederloss.

Folio 117

vent vurss op datum sbriefs der Stadt vurss schuldig is jarlix. Ock sijnt voirwarden, so dat

Convent vurss ock jarlix schuldig is der Kerckenn van Huijssen uiter oeren gehoegt ind

tot Malbergen dair die Sume af beloept negenindtwintich alde Flemsch. So sall die Stadt

vurss die ock betalenn ind den Convent vurss ock kosten an die voirs illiff Rinss gulden

jarlicker renthe. Ind ock den Gasthus tot Huijssen to betalen van des Conventz vurss

wegen twee alder Vlemsch jarlix. Dem Schoilmeister unnd Custer der Kercken tot

Huijssen under oen beiden seven alde Vlems jarlix. Der Pepelicker Provende tot

Huijssen jarlix van des vurss Conventz wege twee malder haverenn. Ind dartho to betalen

van des vurss Convents wegen jarlix der Vicarien des Heiligen Cruijs altar bijnnen der

Page 151: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Kercken van Huijssen anderhalf pont. Ind de Vicarien van Sunte Johans Altar in der

vurss Kercken jairlix ein half pont. Ind allet in af slach der voirs illif Rinss gulden

jarlicker renthen. Also dat dat Convent vurss dar genen schaden bij en heft of en kriegt.

Ind weert sacke dat Convent vurss tot enigen tiden dair hijnder ind schaden bij lede of

kreeg, ind die Stadt vurss in afslach der illif Rijnss gulden voirs jarlicker renthen die

vurss scholt der vorss partes nit en betalden an den voirs parthien, so mach dat Convent

of oer Procuraesters vurss den schaden ind hinder peijnden mit allen achterstedigen pacht

bij den Richter tot Huessen aen ind uith all gut der Stadt vurss ind darmede vortofaren als

voirs steet.

Beheltelick doch der Stadt vurss ein erffloes van den vurss ijlliff Rijnss gulden jarlicker

renthen vurss in den brief darvan spreckende. Also dat Wij Burgermeister, Schepen ind

Raidt ind onse Nacomelinge die voirs erffrenthen in behoiff unser Stadt die loesen ind

wederkoepen muegen na vermoegen eens loesbriefs die darvan gemaeckt ind bekant is.

Sunder all Argelist. Oirkonde des ind tot vaster stedigheit alre punten vurss. So hebben

Wij Burgermeister, Schepen ind Raidt voirs vor ons ind voir onsen Nacomelingen unser

Stadt vurss Segel an desen brieff gehangen. Gegeven in den jar ons heren dusent vier

hundert seven indtseventich op Sunte Peters ind Pauwels dach Apostolorum. [zondag 29

juni 1477]

Folio 118

Wij Amptman, Richter, Burgermeister, Schepen ind Rait der Stadt, der Stadt van Huessen

doin kont allen luijden ind bekennen in desen apenen brieve voir onss ind onsen

Nacomelingen, dat Wij mit guden vurgehadden rijpen berade om sunderlinge mitt ind

orber onser Stadt eindrachtlicken ind veestlicken geslaiten ind aver komen sijn mitten

eersamen onderscheidenen hern Wilhelm Ingen Nuwlandt biechtvader ind mijtten

gemeinen Convent des beslaten Susterhuijss binnen Huessen, dat datselve Convent up

mueren ind op oeren kost maicken sullen laten ein grote geraick mueren bij Ravensborch

nedergefallen is ind oick ein stuck mueren, dat bij der Arnhems poirten verfallen ind

versoncken is, oiren stein ind calck dartho to doin. Ind ock so onse Stadt denselven

Convent oic jairlix schuldig was illiff ijnckel golden overlensche Rijnsche gulden sjairs,

dartegen dat Convent ons Stadt wederumb schuldig was illiff marck sjars, darthien

kromstarten ind twee blencken ind soe den brief van denselven illif ijnckel gulden vurss

vorder vermocht van pontgelde ind Vlemschen onse Stadt afcorttinge der oevering van

den illiff gulden den Pastor, Vicarien ind onser Kercken jarlix toe betalen. So sijn

dieselve illif ijnckel gulden, illiff marcke, darthien kromstartten, twee blencken ind

pontgelde Vlemschen vurss dat eine tegen den anden gerrijt, gros uijt ind alle brieve

darnair wesende doit bededint ind dat Convent vurss heft onse Stadt vurss van der

oevering der illif gulden quitgescholden. Voir welcke twee gevack mueren up toe macken

ind quietlatinge der vorss renthen Wij Amptman, Richter, Borgermeister, Schepen ind

Raidt vurss mit consent ind believen ons lieven gnedigen heren Hertouge van Cleve ind

Greve van der Marcke wederumb vrij quijtgegeven hebben ind quijtgeven, avermitz

desen tegenwoordigen brief den vurgenoemde Convent ind Susterhuss bijnnen Huessen

ind oeren nacomelingen erflick ind ewelick vrij toe wesen van alle aller zijsen, gruijten,

schattingen, beden, anraiden ind van allen diensten ind gebaden van waicken, poerten toe

hueden, boerwercken, ewelicken vrij ind darvan onbelast toe blijvenn sunder ummermeer

Page 152: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ijetzwat van oeren Convent. Woningen ind huijsingen sie nu up dach datum briefs

bijnnen der Stadt van Huessen hebn toe dorven doin halden of doin doin, sullen bijsunder

mede vrij wesen, genieten alle unsen privilegien, statrechten, gude alde gewoonten, oir

ind oiren nacomelingen darunde to werdeding beschudden ind beschermen als wij onse

ingeseten Burgern schuldig sijn to doin. Doch alsoe dat Gerit Penongh onse medeborger

altit als die noet geboert of sijn erven voir ditselve Convent een waick halden sullen ten

ewigen dagen tho dar voer hie van denselven Convent ontfangen ind angenomen heft

einen hof achter onse schoelen liggende, die dat Convent oen dair voer erfflicken

upgedragen heft ind oir sall dieselve Gerrit dar toe oir een waijck halden van sijnre

huijsinge als hie voirtitz to doin pleeg. Ind wert oir sack, dat dat selve Convent noch

enige woningen koepende worden, dair sullen sij van doin als geboirlick is. Ind wert oir

sack dattz einige quade wegen buijten of bijnnen ons Stadt gevijelen

Margetekst

Stadt Huijssen dewijl dat Convent up mueren end up

oere kost macken sullen laten ein groit gefack

muijren bij Ravensborch und ein stuck versuncken

muijren bij die Arnhemsche port und die stadt dem

Convent jarlix schuldig was ijlff golde Rinsche

gulden dartegen dat Convent weder schuldig was ijlff

marck, XIII kromstarten II blencken und so der brief

van die XI gulden widers vermach van pontgelt,

Vlemschen die Stadt in afkortinge der oevering vande

XI gulden den pastor, vicarie und der Kercken jarlix

to betalenn. So sijn die XI gulden, XI marc, XIII

Kromstarten, II blencken pontgelt Vlemschen dat ein

tegen den anderen gefrijt, gequit ind alle brieff doet

gededingt und dat Convent schuldet die oevering

quit. Darfur wirdt dat Convent frij gegeven van

Aczisen, gruten, schatting, beden, onrait, dinsten,

gebaden, wacken, portwachten, bouwwerck.

Sullen ock Stadt privilegien genieten.

Margetekst

Gerrit Penning ontfengt ein hoff achter die schol

darfur hie erflick vur dat Convent waicken sall.

Anno 1583 Peter Komeling Her Herman Roever.

Folio 119

toe macken. Dair toe sullen sie mede helpenn und of enig belech voir onser Stadt van den

vijanden geviele, soe sullen sie onser Stadt als dan bijstendig ind beholplichen wesen als

dat billix geboert. Anders sal dat Convent vurss van allen gebaden, diensten ind van allen

onraide, schattinge ind anders dair onse Stadt macht ind aver toegebieden heft, vrij wesen

glick vurss is. Ind want ditselve vur sunderlinge mitt ind orber deser Stadt geschiet is,

hebben wij Amptman, Richter, Burgermeister, Schepen ind Raith der Stadt van Huessen

gebeden dem Hoichgebaren Fursten ind hern Hern Johan Hertouge van Cleve ind Greve

van der Marck ons lieven gnedigen Hern vurgenoemd vortmere voirder vestenisse wille

desen tegen brief mede toe willen doin besegelen. Dat Wij Johan Hertouge van Cleve ind

Page 153: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Greve van der Marcke umb bedenwill ons lieven getrouwen Ambtman, Richter,

Borgermeister, Schepen ind Raith vurss gerne gedain ind hebn onsen decreet segel mede

ain desen brieve doin hangen. Ind want Wij Amptmann, Richter, Burgermeister, Schepen

ind Raith vurss den vurss Convent alle dese vurss puntten ind voirwerden volcomentlick

gelaven tohalden ind voltreckenn. Soe hebn Wij in getuegnisse der warheit onss ind onse

Stadt segel ain desen brief gehangenn. Gegeven in den jar onss heren dusent vier hondert

ind twee ind negentich des neesten dinxdags postea omnium sanctorum [dinsdag 6 nov

1492]

Margetekst

Wanneer belech dur die Stadt felt unnd bose wege to

marcken sall dat Convent behulplick sijn.

Wij Henrick Haverkamp ind Maes van Rhijn, Scepen to Huessen, tugen dat voir ons

kommen is Johan van Wijlick Ambtman tot Huessen ind heft bekant mit sijnen vrien

willen voir om ende sijnen erven, dat hie in eine vasten steden erfkoep vercoft,

upgedragen ind overgegeven heft den Convent des Susterhuijss binnen Huessen twee

margen lantz Johan van Boom to wesen pleeg, gelegen mitter einre zijden neest erve des

Convents vurss, mitter anderer sijden neest die Zeege. Schietende mitten enen eijnde

neest erve des Ambtmans vurss ind mitten anderen eijnde nest den tochgraff, ind ock

sulke panden ind jairrenthen als des Ambtmans doir alderen voirtitz uiter Husinge des

Conventz to hebben plegen, die den Amptman avermitz broderscheidinge togedeilt waren

ind ock ein gans die hie jarlix to hebben pleeg uiter Pennongs hoff die den Convent to

wesen pleeg mit allen brieven darvan spreckende. Als dat die vurss Ambtman ind sijn

erven darvan onterft sijn ind geen recht meer noch to seggen an behalden en hebben ind

dat dat Convent vurss daran geerft wesen sall, erfflicken ende ewelicken mogen besitten,

gebrucken doin ind laten gelick die vurss Ambtman voir datum sbriefs heft mogen doin

ind laten. Ind allet sunder Argelist. Inne orkunde onser Scepen segel van Huessen an

desen brief gehangen. Gegeven in den jaren onss heren vifftien hundert. In Profesto Viti

et Modesti [zondag 15 jun 1500]

Margetekst

Jan van Wijlick Ambtman to Huessen verkopt dem

Convent aldar twee morgen lantz upt Kampstuk die

Jan van Boom to wesen plegen mitter einre siden neest

erve des Conventz, mit der ander siden nest die Zeege.

Schietende mit den einen ende nest erf des Ambtmans,

mit den anderen eijnde den toch grafft. Item die

panden ende jarrenthen sijn vur alderen uit des Conventz

husinge to hebben plegen und oen togedeilt.

Ock ein gans uiter pennings hoff.

Folio 120

Wij Burgermeister, Scepen ind Raide der Stadt van Huessen doen cond ende kenlich

allen luden avermids desen apenen brieve. Dat Wij vur uns ende onse Nakommelinge van

onser Stadt wegen van Huessen verkocht hebben in einen steden erfkope Engelbert

Butken Heilwige soen ende sijnen erven dat vierdendeil van viftenhalven hont lantz van

luttel meer of mijn toe guder maten also alse dat gelegen is op den alden grave onss Stadt

Page 154: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vurgenoemd neest erfnisse Rijquins van Dolren mit der eenre siden ende neest erfnisse

Engelbertz vurss mit der ander siden. Mit den einen ende schietende op Henricks Costers

hoff ende mit den anderen eijnde op erfnisse hern Chris Vlemmings Priesters voir een

summe geltz die Engelbert vurss ons van wegen onser Stadt vorgenoemde wal betalt heft.

Also dat Engelbert voirs ende zijne erven aen dat vors deel lands geerft wesen sullen

ende dat erflich ende ewelic besitten ende gebrucken sullen ende dat onse Stadt van

Huessen voirs daraf onterft is ende geen recht noch to seggen dair meer an en heft noch

en behelt. Sunder Argelist. In oirconde ende getuuchenisse der warheit so is onser Stat

segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier

hundert ende een op sunte Odulphs dage. [zondag 12 juni 1401 ]

Margetekst

Stadt Huijssen verkopt Engelbert Butken dat vierde

deel van IIIII hont lantz gelegen up den alden Stadt

graven nest erfnis Ricquin van Dolre mit der einer

siden ende nest erve Engelbertz vurss mit der ander

siden. Mit den einen einde schietende up Henrick

Costers hoff mitten andern ende up erf Clais

Vlemings.

Wij Johan Reinerssoen ende Evert Hove Scepen to Huessen tugen dat voir ons comen is

Johan die Smit Simonss ende heft bekant mit sijnen vrijen wille dat hie schuldig is van

gerechter schult Herman Butken Engelberts soen ende sijnen erven viftich gelresche

gulden op sunte Jacobs dach eens heiligen Apostels, nu naist tokomende te betalen na

datum des brieffs voir welcke summe gelds vurss Johan vurss gesat heft Herman voirs

ende sijnen erven tot enen rechten onderpande een stuck lands, dat gelegen is neest erve

Engelbert Butkens mitter eenre siden ende neest erve Jacobs van den Brouc mitter ander

side. Mitten einen eijnde schietende op erfnisse Henrics Butkens ende mitten anderen

eijnde op erve Engelbert Butkens voirs. In desen voirwardenn: Weert saec dat dese vurss

summe gelts Herman vurss ende sijnen erven nit betalt en worde op den vurss termin, dat

dan dat stuck lands vurss Herman vurss ende sijnen erven verfallen ware en dat besitten

ende gebrucken solden erflic ende ewelic ende Johan vurss ende sijne erven geen recht

noch to seggen dair meer an en behaldenn. In oirconde onss Scepen segel van Huessen an

desen brief gehangenn. Gegeven int jair ons heren dusent, vier hondert ende soeven op

Sente Vits dach. [donderdag 28 apr 1407]

Margetekst

Johan die Smijt Simonsson bekent schuldig te sijn

Herman Butken Engelbertz son L. Gelrische Rider up

nest tokomende Jacobi tebetalen und set der fur to

underpant ein stuck lantz gelegen nest erve Engelbert

Butkens mitter einer siden ende nest erve Jacobs van

den Brouck mit die ander side. Mitter einen eijnde

schietende up erf Henrick Butkens ende mitten

andern einde up erve Engelbert Butkens

Wij Johan Bruijnssoene ind Johan van Huesselingen Scepen to Huessen tugen dat voir

ons komen sijn Vlent, die wilewe echte wijff was Wilhems van Hoijckmate, Evert van

Page 155: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Hoijckmate ind Lambert van Hoijckmate ind Hadewich oer suster, witlicke kindere

Wilhems vurss ind hebn bekant mit oeren vrijen wille, dat sie in einen steden erfkope

verkocht hebben Henrich van Lantorpe ind sijnen erven een derdendeil van achte hont

landtz to guden maten, so dat gelegen is tusschen erfnisse Hermans Butkens mit beiden

sijden. Ind mit den enen eijnde ende mit den anderen eijnde op den alden Stadt grave.

Beheltlich dat Henrich ind Herman vurss mallich den anderen uitwegen sullen up den

Margetekst

Vlent weduwe Willems van Hoijckmate verkopt

Henrick van Lantorp ein derdendeil van VIII hont

lantz gelegen mit beiden siden tusschen erfnis

Herman Butkens mit den einen ind mitten anderen

eijnde up den alden Stadt grave.

Folio 121

minsten schade. Alsoe dat Henrich vurss ende sijne erven aen dat derdeel van den acht

hont lantz vurss geerft wesen sullen ind dat erfelich ende ewelich besitten ind gebruckenn

solen. Ind dat Vlent, Evert, Lambert ind Hadewich vurss ind oere erven darvan onterft

sijn ind geen anspracke, recht noch toseggen dairmeer an en behaldenn.Voirtmere so

hebben Vlent, Evert, Lambert ind Hadewich gelaeft alse sackwaldenn ind Herman

Butken vurss als een warburge Henrich van Lantorpe vurss ind sijnen erven dit vurss

derdeel landts to waren ind to vrijen jair ind dach als erfkoep recht is toe Huessenn tegen

alle die gheene die des ten rechten kommen willenn ind allen voirkummer aftedoin

uitgenamen een derdeel van einre marck brabansch jarlicker renthen ende een derdeel

van sesse brabanschen ind thien hoenre jarlix to tinse ende sulken dijc ind weteringe als

dair mit rechte opleegt. Anders enigen voirkommer, hinder of gebreck als Henrick vurss

of sijne erven mit rechte darbij leden, mogen sie tot oere maningen peijnden bij den

Richter to Huessen uit allen erfnisse ind gude Hermans Butkens des wairburgen vurss

rurende ind onrurende mit der eenre hant toe peijnden ende mit der ander hant die pande

to verkopen. Sonder enich wederseggen ind sonder Argelist. In oirkunde unser Scepen

segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven int jair ons hern dusent vier hundert

ind achteinde twintich des dinxdages na sunte Ambrosius dach. [dinsdag 7 apr 1428]

Margetekst

Uitgang I derdendeil van ein marck brabans ende I

derdedeil van VI brabans ende X honer to tins

Wij Rheiner Hermanssoen ende Herman uit den Werde, Scepen to Huessen, tugen dat

voir ons komen sijn Herman Butken ind Lijsbet sijn echte wijff ende hebben bekent mit

oeren vrijen will, dat sij verkoft hebben in einen steden erfkoep na dode Herman Butkens

vurss Berndt Bruijnssoen ende sijnen erven die tweedeel van enen stuck landts haldende

anderhalven morgen enwenich mijn of meer gelegen so Wij verstain int Rosendail. Mit

der eenre siden nest erfnis Herman Butkens vurss ende mit der ander siden nest erfnis

Henricks van Lantorp, schietende mit der enen eijnde an erfnis Arnts van Holthusen ende

Herman Butkens vurss ende mit den anderen eijnde an den alden Stadt grave. Also dat

Bernt vurss ende sijn erven na dode Herman Butkens vurss an die tweedeel van den stuck

Page 156: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

landts vurss geerft wesen soellen ende dat erfflic ende ewelic besitten ende gebrucken

soln. Ende Herman Butken ende Lisbet vurss ende oere beider erven na dode Herman

Butkens vurss dar van onterft wesen soellen ende geen recht noch to seggen in

geenrewies daran hebben noch behalden en sollen. Beheltlick doch dat die erfgenamen

Herman Butkens vurss ende Lisbet vurss ende oer erven na dode Hermann Butkens dat

derdeel van den stuck landts vurss hebn ind behalden sollen an die side neest erfnis

Henrix van Lantorp vurss. Voirtmere hebben Herman Butken ende Lisbet vurss gelaeft

Bernde vurss ende sijnen erven die tweedeil van den stuck lands vurss te vrijen ende te

waren jaer ende dach ende allen voirkommer aftedoin als erfkoeps recht is tegen al die

geen die des ten rechten kommen willen. Uitgenamen van twee deil van eenre marck

brabans jarlicker reijnten ende die twee deill van des brabants ende tween hoenren jarlix

te tinse ende dijc ende wetering als dar mit recht opleegt. Anders enigen voirkomener,

hinder

Margetekst

Herman Butken verkopt Berndt Bruijnssoen II deel van II

morgen landts int Rosendail mit die ein sidt nest erf

Hermans Butkens vurss mit die ander sidt nest erf

Henrick van Lantorp. schietende mit einen eijnde an erf

Arnts van Holthusen ende Herman Butkens vurss, mit den

anderen eijnde an den alden Stadtgravenn

Margetekst

Uitgang II deel van I marc

Brabans: II deel van VI brabans

II honer to tins.

Folio 122

of gebreck als Bernt vurss of sijn erven mit recht darbij leden, mogen sie peinden bij den

Richter to Huessen uit allen gude Hermans ende Lisbet vurss, rurende ende onrurende,

dat sie nu tertit hebn of hirnamals werven mogen, mit den eenre hant te peijnden ende die

pande mit den ander hant te verkopenn ende die pande to bieden an die wonstat Herman

Butkens ind Lisbeten vurss dair sie op datum dis briefs woneftich sijn. Sonder Argelist.

In urkunde unser Scepen segel van Huessen an diesen brief gehangenn. Gegeven in den

jaren onss Hern dusent vijfhondert negenendertich des anderen sonnendages na Sunte

Ambrosius dach. [donderdag 10 apr 1539]

Wij Johan Derickssoen ende Herman uit den Weerde Scepen toe Huessen tugen dat voir

ons komen sijn Henrick van Lantorp ende Lisbet sijn echte wijff ende hebben bekent mit

oeren vrijen will, dat sie in einen steden erfkoep verkoft hebben Berndt Bruijnssoen ende

sijnen erven een derdedeel van acht hont lantz to guder maten, gelegen so Wij verstain

tussen erfnis Herman Butkens mit beiden siden ende mit den enen eijnde, schietende mit

den anderen eijnd op den alden Stadt grave. Beheltlick dat Herman Butken ende Bernd

vurss malck den anderen uitwegen sollen op den minsten schade na uitwiesinge eens

Scepen brieffs dar van spreckende. Also dat Bernd vurss ende sijn erven aen dat derdeel

van den acht hont lants vurss ende den voirs Scepenbrief geerft sijn ind dat erflich ende

ewelich besitten ende gebrucken soln. Ende Henrick ind Lisbet vorss ende oere erven

Page 157: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

darvan onterft sijn ende geen recht meer noch to seggen dair aen en behaldenn. Voirtmere

hebn Henrick ende Lisbet vurss gelaeft Bernde vurss ende sijnen erven dit derdeel van

den acht hont lantz vurss te vrijen ende te waren jair ende dach ende allen voir kommer

aftedoin als erfkoeps recht is tegen all diegeen die des ten rechten kommen willen.

Uitgenamen een derdeel van eenre marck brabans jarlicker reijnthen ende een derdeel

van zes brabantschen ende tweeen hoenre jarlix te tijnse ende sulcken dijck ende

weteringe als dair mit recht op legt. Anders enige voirkummer, hinder of gebreck den

Berndt vorss of sijn erven mit recht darbij leden, mogen sie peijnden bij den Richter toe

Huessen na uitwiesunge des vorss Scepen brieffs den sie darvan spreckende hebben.

Sunder Argelist. In oirkonde onser Scepen segell van Huessen an desen brief gehangenn.

Gegevenn in den jaren ons heren dusent vier hondert achtendedertich des neesten

Sonnendages na sunte Jacobs dach des heiligen Apostels.[zondag 27 jul 1438]

Margetekst

Henrick van Lantorp verkopt Bernt Bruijnssoen ein

derdendeil van VIII hont lantz tusschen erf Herman

Butkens to beiden siden ende mit einen eijnde ende

mit der anderen eijnde up den alden Stadt grave

schietende.

Margetekst

Uitgang I derdendeil van I marc Brabants renthen, I

derdedeel van VI brabantsch II tins honer uts ( = acta

ut supra)

Wij Rheiner, Hermanssoen ende Herman uit den Werde Scepen toe Huessen tugen dat

voir ons komen sijn Berndt Bruijnssoen ind Vlent sijn echte wijff ende hebben bekennt

mit oeren vrijen will, dat sie upgedragen ende mechtig gemackt hebben Herman Butken

tot sijnen lijve een derdeel van een stuck landts haldende anderhalven mergen enwenich

mijn of meer, soe dat stuck landts vurss sementlich gelegen is so Wij verstain int

Rosendail, mit der eenre siden nest erfnis Herman Butkens vurss ende mit der ander siden

neest erfnisse Henricks van Lantrop. Schietende mit den eenen eijnde an erfnis Arndts

van Holthusen ende Hermans vurss ende mit den anderen eijnd an den alden Stadt grave.

Also dat Herman

Margetekst

Berndt Bruijnsson dreegt Herman Butken ad vita

ende sijnnen lijve up einderdendeel van II morgen

lantz so dat stuck to samen gelegen int Rosendail mit

ein sidt nest Herman Butken mit die ander sidt nest

Henrick van Lantorp, schietend mit den einen eijnd

an erf Arntz van Holthus ende Hermans vurss, mitter

andern eijnde an den alden Stadtgrave.

Folio 123

Butken vurss dat derdeel van den stuck lands vurss besitten ende gebrucken sall sijn

leven lanck. Voirtmere sall Herman vurss jairlix darvan geve ende betalen sulck jairgelt

Page 158: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ende tins als darmit recht uitgeet. Sunder Argelist. In oirkunde onser Scepen segel van

Huessen an desen brieff gehangen. Gegeven in den jarn ons hern dusent vijr hondert

negen ende dertich des anderen sondages na sunte Ambrosius dach. [zondag 6 apr 1539]

Wij Henrick Lammaije ind Harman uit den Werde Scepen to Huessen tugen dat voir uns

kommen sijn Bernt Bruijnssoen ind Vlent sijn echte wijff ind hebn bekant mit oeren

vrijen wille, dat sie einen margen lants gelegen int Rosendail mit beiden siden an erfnis

dat Herman Butkens to wesen plach, schietende mitten enen eijnde an erfnis dat Arnts

van Holthusen to wesen plach ind an erfnis dat Herman Butkens to wesen plach ind

mitten anderen eijnde an erfnis dat Gerits van Riszwick to wesen plach mit allen brieven

darna spreckende, in enen steden erfkoep verkoft hebn hern Gerit Negeler van Rees

Priester ind den geenen dar hie den ankierende wurdt. Also dat her Gerit vurss ind die

geene dar hie den vurss margen lantz ankierende wurdt an den vurss margen lands ind an

die brieve darvan spreckende geerft wesen sollen ind den erflich ind ewelich hebn,

besitten ende gebrucken sollen. Ind Berndt ind Vlent vurss ende oir erven dair van onterft

sijn ind geen recht meir noch to seggen dairan behalden en hebn.

Voirtmeer hebben Berndt ende Vlent vurss gelaift den vurss margen lants hern Gerit

vurss ind den genen, dar hie den ankerende wurdt, to vrijen ende to waren jair ende dach

als erfkoeps recht is tegen all die gheen die des ten rechten komen willen ind allen

voirkommer darvan aftedoin. Uitgenamen die twee deel van eenre marck brabans jarlik

erfreijnten ende sulken tins alz onse guedige Her dar jarlix uit hefft ende dijc ende

weteringe alsdair mit recht tohoren. Anders enigen voirkommer, hinder of gebreck als her

Gerit vurss of die geene dar hie den mergen landts ankerende wurde mit recht darbij

leden, mogen sie peijnden bij den Richter to Huessen uit allen erve ind gude Berntz

vurss, rurende ende onrurende, dat sie nu tertit hebn of hijr namails werven mogen mitter

einer hant to peijnden ind mitter anderen hant die pande te verkopenn. Sunder Argelist.

In oirkonde onss Scepen segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den

jaeren ons Hern dusent vierhundert acht ende veirtich des neesten goedendags na den

heiligen jairs dach. [woensdag 3 jan 1448]

Margetekst

Berndt Bruijssoen verkopt hern Gerrit Negeler Priester

einen morgen lantz gelegen int Rosendail mit beiden

siden an erfnis dat Herman Butkens to wesen Plach,

mit einen eijnde an erfnis Arntz van Holthus to wesen

plach ende dat ander eijnde an erfnis dat Gerrit van

Riszwick to wesen plach.

Margetekst

Uitgang II deel van I marc brabans ende unsers gnedigen hern tins.

Wij Bernt Bruijnssoen ind Johan vd Langeraeck Gisbertzson Schepen to Huessen tugen

dat voir ons gekommen is Lisbet, echte wijff wilner Herman Butkens, ind heft bekant mit

oeren vrijen wille vur oir ind voir oere erven, dat sie in enen steden erfkoep verkoft heft

hern Gerit Negeler van Rees Priester ind den ghenen dar hie dat ankerende wurdt twee

stuck lands gelegen int Rosendail, dat een stuck mitten eenre siden an den alden Stadt

grave ind mitten anderen siden an erfnis hern Gerits vurss dat ock Herman Butkens ende

Page 159: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Lisbet vurss to wesen plach. Schietende mitten enen eijnde an enen graven nest erfnis dat

Geritz van

Margetekst

Lisbet Harman Butkens Weduwe verkoept her Gerrit Negeler

twee stuck lantz int Rosendail. Dat ein mit der einre siden

an den alden Stat grave ende mitter ander siden an erf

h. Gerritz vurss dat ock Harman Butkens to wesen plach.

Schietende mitten enen eijnd an einen graven nest erff

Gerritz van Riszwick to wesen plach ende mitten anderen

eijnd an erf dat Henrick Zeelanders to wesen plach. Dat

ander mitter einer siden an erfnis hern Gerrits vurss ende

mitter ander siden an erffnis Berndt Brunssoens. Schietende mit den enen eijnde an erfnis dat Arnt van

Holthus to wesen plach ind mitten andern eijnde an enen grave nest erfnis Gerritz van Riszwick to wesen

plach. Und mit to den vurss lande to gebrucken einen uitwech durch erfnis dat Herrick Zeelanders to wesen

plach an die straet.

Folio 124

Rijsswick te wesen plach ind mitten anderen eijnde an erfnis dat Henrick Zeelanders te

wesen plach. Ind dat ander stuck landz gelegen mitter eenre sijden an erfnis her Gerits

vurss ind mitter anderen siden an erffnis Bernt Bruijnssoens. Schietende mitten enen

eijnde an erffnis dat Arnts van Holthusen te wesen plach. Ind mitten anderen eijnde an

ene grave nest erfnis dat Gerits van Riszwick to wesen plach ind mede tot den vurss lande

te gebrucken einen uitwech doer erfnis dat Henrick Zeelanders to wesen plach an die

strait so die van alds gelegen is ind mede alle brieve spreckende van den vurss lande.

Also dat her Gerit Negeler vurss ind die geene dar hie dat ankierende wurdt an die twee

stuck landts vurss an den uitwech ende brieve vurss geerft sijn, erflich ende ewelich to

besitten ende to gebrucken. Ind Lisbet Butkens vurss ende oer erven darvan onterft sijn

ind geen recht meer noch to seggen dairan behalden en hebn. Voirtmere heft Lisbet vurss

die twee stuck lands her Gerit vurss ende den genen dar hie die die ankierende wurdt

gelaift te vrijen ende to waren als erfkoeps recht is ind allen voirkommer dairvan aftedoin

tegen alle die geen die des ten rechten kommen willen. Uitgesacht al alsullick jair gelt,

pacht ende tins als dair mit recht uitgeet. Anders enigen voirkommer, hinder of gebreck

als her Gerit vurss ende die geene dar hie dat ankierende wurdt mit recht hir bij leden,

mogen sie peinden bij den Richter toe Huessen uit allen erve ind gude Lisbet Butkens

vurss, rurende ende onrurende, dat sie nu tertit heft of hirnamals werven mach, mitter

eenre hant to peinden ende die pande mitter anderen hant to verkopenn. Mede sullen her

Gerit vurss ende die geene, dar hie dit erve vurss ankierende wurdt, verwaren sulken

dijck ende weteringe als tot desen vurss erve mit recht hoerenn. Sonder Argelist. In

oirkonde onser Scepen segel an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren

dusent vier hondert negen ende veirtich op sunte Valentins dach. [vrijdag 14 feb 1449]

Margetekst

Capittel van Cleve verkopt den Susteren XII und I

alden vlemschen grote jarlix tins uit erf Herman

Butkens bij der Laeck

Page 160: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Decken ende Capittel onser liever Vrouwen Kercke to Cleve bekennen voir onss ind

onsen Nacomelingen dat Wij eindrechtlicke mit waelberaeden muede verkocht hebben

den devoten Susteren bijnnen Huessen wonen de twelff ind enen halven alden Vlemschen

groten jarlix tinss, die Wij ind ons voirvaderen alle jair hadden ind toboeren plagen uit

erve bij der Laeck eermals Herman Butkens ind ons altit wail betalt sijn tot desen dage

toe. Darfur Wij nu van enen ijegelicken penning ontvangen hebben achtien penningen,

die Wij in nut ende orber unser kercken an guden erfrinthen wal weder belacht hebben

onsen kercken bet gelegenn. In gelden darvan den Convent vurss ind allen die daraf

quitscheldens behoeven alinclick quit ind losledig . Sunder Argelist. To orkonde hebn

Wij Decken ind Capittel onss Capittels segel an diesen brieff gehangenn. In den jair ons

Hern dusent vier hondert tweeindseventich Remigij Episcopi. [woensdag 1 okt 1472]

Wij Johan van Langeraeck ende Willem van der Waijen Schepen toe Huessen tugen dat

voir ons komen is meister Derick Kijdsken ind be-

Folio 125

kande mit sijnen vrijen moitewille voir uns ende voir sijne erven, dat sie mit guden

voirberade ende mit believen Bartruden sijnre gute frouwe ind omb heil ind salicheit

sijns ende sijnre alderen zielen in formen srechte ind avermitsz giften sijns Testamentz

toe gerechten Testament gegevenn hadde ind gaff den Susteren van Sente Elijsabet ind

oeren Nakomelingen Susteren van der derder orden Sancti Francisci bijnnen Huessen

wonende een pont siars erfrenthen die hie jarlix geldende hadde uit oere erfnissen

geheiten den Rosendail na uitwiesungen eens besegelden Scepen briefs van Huessen

dairvan spreckende den hie oen mede overgegevene heft. Voir uns ende sijnre alderen

zielen te biddenn. Ind all sonder Argeliste. Oirkonde onsen Scepen segel van Huessen an

desen brief gehangenn. Gegeven in den jair ons heren dusent vier hondert

sevenindtseventich Ipso die [op dezelfde dag/ op de dag zelf] Crispini et Crispiniani

martyrum. [zaterdag 25 okt 1477].

Margetekst

Derick Kijdsken gift Testamentlich den Susteren een lb

jarlicher renthen so hie hadde uitter oer Rosendaill.

Folio 126

Wij Johan van Langraeck ende Willem Verweij Scepen toe Huessen tugen dat voir ons

komen sijn Berndt Snijepert, Helle sijn echte wijff, ind bekanden mit oeren vrijen wille

voir um ende voir oire erven. dat sie ome salicheit oirre zielen ende oirre alderen zielen in

rechten testament gegeven hebben ind geven den Susteren van Sunte Elisabet binnen

Huessen ende oeren Nakomelingen Susteren desselven Conventz van Sunte Elizabet

vurss een pont siars erfflicker Renthen uith enen stuck lands geheiten dat Rosendail mit

sijnre thobehoringe, als dat gelegen is mitter eenre siden so Wij verstain nest den Pastor

ende mitter ander siden nest erffnisse Berndt Snijeperts ende Tonis Odijck Thonissen,

ende mitten enen eijnde die Susteren van sunte Elisabethen Convent vurss. Van der

eijnde Jacob Dockenspoil in die Laijck welck pant jairgelts erfrenten vurss men jarlix

betale sall op Sunte Peters dach ad Cathedram. Also dattet Convent ende die Susteren van

Page 161: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Sunte Elisabet vurss ind oere Nakomlingen Susteren desselven Convent vurss an dit vors

pont jairlicker erffrenthen erflicken gevest sullen wesen ind dat erflick ende ewelick

besitten ind gebrucken. Ende dat Berndt ende Helle echte wijff Berndts vurss ende oere

erven dairaf onterfft sijn ind geen recht noch toeseggen dair meer an behalden en hebn

ind gelaufden mede dit voirs pont testamentz den vurss Susteren ende oeren

Nakomelingen voirs ein gerechte waer te wesen ind allen voirkommer dair van aftedoin.

Sunder Argelist . In oirkonde onser Scepen segel van Huessen an desen brieff gehangenn.

Gegeven in den jair ons heren dusent vier hondert negenindtseventich in crastino [op de

volgende dag/ op de dag daarna] conceptionis gloriosissime semper virginis Marie.

[woensdag 8 dec 1479]

Margetekst

Berndt Snijpert gift den Susteren testamentlich een lb

jarlicher renthen uiter ein stuck lantz geheiten

Rosendäl, mit ein sidt nest den Pastor, mitter anderer

siden nest Bernt Snijpertz ende Tonis Odick Tonissen

mitten enen eijndt die Susteren van der eindt Jacob

Dockenspoell in die Laijck

Wij Derick Boemert unnd Johan van Westrick Schepen tot Huessen tugen ind bekennen

vermitz desen apenen brief dat voir uns personlich erschenen sint Henrick Vosberch und

Reintgen sijn echte husfrouwe und hebben mit uren frien wille bekant vur ur und uren

erven, dat sie erflick und ewelick in einen erfpacht angenamen ind entfangen hebben van

Broder Johan van Beick Pater, Suster Aleit van Boer mater, Suster Alitgen van Wilhesen

ondermater und suster Grietken van Eick Procuratersche und voirt van den freundlichen

Conventuale des Susteren Conventz van Sanct Elisabet bijnnen Huijssen ein hoixken

lantz gelegen binnen den Scependump van Huijssen, mitter ener side nest erfnis Henrick

Vosbergs vurss, mitter andere side nest erfnis Henrick van Huijssen. Schietende mitten

voirsten eijnde an die Laick, mit den echtersten eijnde an des Conventz Rosendail gelick

dat mit enen graiff afgegraven ind afgerrecht is, den die echte lude up eren costen buten

schade ind tho doin des Convents erflick ind ewelick halden ind waren sullenn. Dit allet

dijck ende weteringe vrij. War fur die echte lude vurss of ur erven jarlix to erfpacht geven

sullen up Martini in den winter of bijnnen die neeste viertien dagen voir of na unbefairt

acht stuver brabants valuirt of die rechte werde die irstmal sullen erschienen up Martini

vurss als men schrieft twee ind seventich allet to betalen na

Margetekst

Jan van Beck pater, gift Henrick Fosberg in erfpacht ein

hoixken lantz mit ein sidt nest erf Henrick Fosbergs, mit

die ander sidt nest Henrick van Hussen. Schietende mitten

vornsten eijnde an die Laijck mit den achtersten ende an

des Conventz Rosendall vur VIII stuver brabants jarlichs

privatum preferens publico commodo [de voorkeur gevend aan privé gebruik boven algemeen gebruik]

Jan van Alpen Coeper en besitter Modo 1640

Folio 127

Page 162: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

erfpacht recht. Und pennen van pendung bij den Richter tot Huessen an ind uter dit

vurss hoixken lands, und uter ur landt ind erfnis gelick dat hirbeneffen an, in sijn voir ind

palung gelegen is. Voirt uith alles wat die echte lude up dato van desen in den

Schependumb van Huijssen hebben. Tsij reet of onreet, rurende of unrurende. Und wat

sie noch namals krigen, winnen und werven mogen nit uit gescheidenn, mit die ene handt

dairan to penden mit die ander handt die pande to verkopenn und darmit vortfaren als tot

Hussen recht is van tins, pacht, jairgulde ind erfpacht rent. Sonder all Argelist. In

urkunde der warheit unsen gemeinen Schepen segel van Huijssen an desen apenen brieve

gehangen. Gegeven in den jair na Christi uns heren geburt dusent vifthundert

einindseventich den twee ind twintichsten Aprilis. [dinsdag 22 apr 1571]

Wij Henrick Porr und Gossen die Kordt Schepen tot Huessen tugen und bekennen

vermitz diesen apenen brieff, dat vur uns personlich erschenen sindt Sander Kyvit mit

Berdt sijn echte huijsvrouwe und hebben bekant vur oer und oeren erven, dat sie erflick

und ewelick in einen erfpacht ontfangen und angenamen hebben van her Johan van Beck

Pater, Suster Alijt van Geer mater und Suster Margriet van Eck procuratorsche und den

semptlichen Conventualen des Susternhus van sunte Elisabet binnen Huijssen ein stuxken

Weylantz gnant dat Tiggelkempken gelegen binnen den Schependumb van Huijssen

buten die Arnhemsche port. Mitter einer siden nest erfnis Albert Goetinck, mit der ander

siden nest erfnis gehoerende in unser liever frouwen gilde binnen Huessen. Schietende

mit den einen eijnde an erfnis Zelige Henrick Smalevelt mit den anderen eijnde an den

dijck, mit dijck ende weteringe darto gehoerende. Warfur die echte lude vurss vur oer und

oeren erven erflicken verkoft hebben und jarlix bekant schuldig to sijn den vurss Convent

unnd Susterenhuijs ein erfpachtrenth van viff enckel bescheiden uprechte daler jarlix

dartich valuirde brabantz stuver vur iedern daler to betalenn of ander gut gelickwerdig

paijment darfur genge und geve in ieder tit der betalung. Und to betalen jarlichs und alle

jar up Martini in den winter of binnen die neeste viertien dagen vur off na unbefart.

Darvan Martini vurss in diesen jar sesundtsestich die irste erffpachtrent der viff daler,

vurss irstmal erschenen wesen sall. Und so vort jarlix und alle jar up Martini vurss under

penen van pendunge bij den Richter tot Huessen an und uiter ein bongartgen, gelegen

mitter einer sijde nest die Laijck, mitter anderer siden nest des vurss Conventz hoffstede.

Schietende mit den enen eijnde an erfnis Zeliger Gerit van Schaijck, mit den anderen

eijnde an erfnis Derick Funck. Noch uit dat vurss Tiggelelkempken gelegen als vur gerurt

steet. Unnd vort uit alle der vurss echte lude erfnissen und guderen, reet und onreet,

rurende und onrurende jarlixe renthen als die echte lude Sander und Bert in den

Schependumb van Huessen hebben of namals krigen mugen, nit darvan uitgescheiden.

Mit die ein handt daran tho peinden und mit die ander handt die pande tho slijten und to

verkopen und darmit vorttofaren als tot Huijssen van erfpachtrent vort tins und jargulde

recht is. Sunder all Argelist. In orkunde der warheit hebben Wij Schepen vurss unsen

gemeinen Schepen segel van Huijssen an desen apenen brief gehangen. Gegeven in den

jar uns heren viftien hundert sesundtsestich den vierthienden dag des Maents Februarij.

[donderdag 14 feb 1566]

Margetekst

Sander Kyvit ontfengt in erfpacht ein stuxken weijlants

genant dat Tichelkempken buiten die Arnhemsche port

Page 163: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

mit die ein sid nest erff Albert Goetinck, mit die ander

sidt nest erf gehoerende in unser liever frouwen gilde

binnen Huijssen. Schietende mit den einen eijnde an

erfnis Zeliger Henrick Smaleveltz, mit den anderen eijnde

an den dijck.

Margetekst

dit besit Neeltien vanVincelaer ‘t Arnem 1640

desen briff is afgelost den 6 Augusti 1640

met 300 Gl Hollants

Folio 128

Wij Gossen die Kordt unnd Johan van Westrick Schepen tot Huijssen tugen unnd

bekennen vermitz desen apenen brief, dat voir uns komen sint her Derick Baidt Pastor to

Huijssen, Arndt Westhoff Burgermeister in der tit und brueder Johan van Beeck Pater, als

rechte Collatoren der Vicarien van Sanct Barbaren Altar bijnnen der kircken to Huijssen

und hebben voir ur ind uren Nakomelingen wederom gegont ind togelatenn den

Conventualen des Susteren Convents van Sanct Elisabeth bijnnen Huijssen ind uren

Nakomelingen alle jair erflick ind ewelick up Sanct Peters avent ad Cathedram of binnen

die neeste vierthien dagen voir of na unbefairt wederom tsullen mogen afloissen, quiten,

frijen ind weder koepen al so danige drie rider gulden jarlichs als dat Convent vurss jarlix

geldende is in gemelter Vicarien van Sanct Barbaren vurss na inhalt, segel ind brieve

uith des Conventz Rosendail ind anderen guderen bijnnen den Schependom van Huijssen

gelegen to loessen mit die summe van viftich rider gulden, den gulden vier undt nointich

gude stuver of seven und twintich lopende stuver brabants of gelickwerdig paijment

genge ind geve in tit der afloessen mit drie rider gulden bijnen jairsche verschenen renth

ind alle achterstedige unbetailde renthen darbij to leggenn unnd die loesse ein firdel jars

tho forens to verkundigenn. Sonder all Argelist. In urkund der warheit unsen gemenen

Schepen segel van Huijssen an desen apenen brief gehangenn. Gegeven in den jair ons

heren dusent vif hundert twee ind seventich den thienden dach Martij. [maandag 10 mrt

1572]

Margetekst

Collatorn van S. Barbaren Vicarie vergunnen dem

Convent ein los der verschreven III rider gulden in

die vurss Vicarie mit L Rider gulden to doin.

(Ander handschrift)

Dit heeft H. Frans Vermaet, pater, afgelost mit den

achterstedijghe verschenen renten den XIII decembris

1606

Wij Berndt Snijepert, Johannes van Aem ind Johan van Langerack Gisbertssohn,

Schepen to Huessen, tugen dat voir ons komen sijn Gerit van Merwick ende Jonffer

Johan sijn echte wijff ind bekanden mit oeren vrien wille, dat sie Belien oer dochter

geoffert hebben in Sunte Elisabet Convent binnen Huessen ind hebben oere dochter

vurgenoemd ind den Convent vurss gegeven ter eeren Gadts to medegaven voir al gut als

Page 164: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

oer ankommen mach van dode oeres vaders ende oere moder. So dat sie off dat Convent

vurss nu of to geenre tit dar meir af boeren en sollen anders dan hijr na bescheven steet.

In den irsten twee margen lands gelegen up Sgrevenveldt mitter eenre siden an erffnis

Otten van Hessen ende mitter anderen siden an erfnis dat Herman van den Rhijn te wesen

plach. Schietende mit den enen eijnde an erfnis Henrick Henrixsons, Henrick Smeeds

ende sijnre kinder ende mitten andern eijnde an die Loostrait. Item noch ein stuck lands

gelegen up Sgrevenvelde mitter einre siden an erfnis dat Hermans van den Rhijn te wesen

plach ind mitter anderen side an einen uitwech. Schietende mit den einen eijnd an erfnis

Henrick Henrichsons, Henrick Smeeds ende sijnre kinder ende mit den anderen eijnde an

die gemeint ende an den dijck. Item ein stuck lands gelegen up Kampstuck mitter einre

sijden an erfnis Henrick Kirskorfs ende mitter anderen siden ende mit den enen eijnde an

erfnis dat Peter Reiners sohns to wesen plach ende mit den anderen eijnde an die Grote

strait. Item enen alden schilt jarlicker erfrenthen gainde uith einen stuck lands gelegen an

den Zande mitter einre siden an erffnis dat Peter Reiners sons to wesen plach ind mitter

anderen siden ende mit den enen eijnd an erfnis Roloff Verwalts, schietende mit den an-

Margetekst

Gerrit van Merwick hift mit sijn dochter in dat

Convent II morgen lantz up Sgrevenvelt mit die ein

sidt an erf Ott van Hesse ende mit die ander sidt an

erf dat Herman van den Rhin to wesen plach.

Schietende mitten enen eijnd an erf Henrick

Henricksons, Henrick Smeeds ende sijne kinder ende

mitten anderen eijnd an die Loostrait.

Item ein stuck lands up Sgrevenvelt mit ein sidt an

erf Hermans van den Rhin te wesen plach, mit die

ander sidt an enen uitwech. Schietende mit den enen

eijnd an erf Henrick Henricksons, Henrick Smeetz

ende mitten andern eijnde an die gemeint ende den

dijck.

Item ein stuck landts up Kampstuck mitten eenre

siden an erf Henrick Kerskorfs mitten ander siden

ende ein eindt an erf Peter Reiners sons to wesen

plach. Mitten andern eijnd an die grote strait.

In I ald schilt jarlich renthe uit ein stuck lands an den

Sande mitten einer siden an erf Peter Reinerssons to

wesen plach mitten anderen siden ende einen eijnde

an erf Roloff Verwalts mitten anderen eijnde an die

strait.

Folio 129

deren eijnde an die strait.Welcken vurss alden schilt erfrenthen die ewige namen

Henricks Lammaijen quiten ende vrijen mogen van Sunt Peters dach ad Cathedram neest

komende aver twee jar ende hir en binnen mit twelf guden alden schilden ende mit den

verschenen jarrenthen. Item twee pont erfrenthen gainde uit enen kempken lantz dat

Gerits van Ansem to wesen plach. Gelegen mitter eenre siden an erfnis Derick

Rosennouwen ind mit anderer siden an erfnis Bertrijt Tonis ende oers sons. Schietende

mit den enen eijnd an erfnis dat Arntz van Holthusen to wesen plach ende mit den

anderen eijnde an ener uitwech. Item ein tins hoen ende enen tins groten jarlix gainde uit

Page 165: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

enen hoff gelegen bij der Borch, die Stijnen Wijers ende oeren kinderen toe hoert.

Vortmere alsulcken losse recht ende to seggen als Gerrit ende Jonfer Johan vurss hebben

an enen stuck lands gelegen int Rosendail, mitter einre siden an erfnis Bernt Bruijnssoens

ind mitter anderen siden an erfnis Derick Rosennouwen ende erfnis Bertrijt Tonis ende

oers sohns. Schietende mit den enen eijnde an erfnis des Convents vurss ende mit den

anderen eijnde an erfnis dat Brun Sniders to wesen plach ind an die Laick. Also dat die

gemein Susteren des Conventz vurss ende oere Nakomelingen an dese vurss erfnis ende

erffreinten geerft sijn, die erflich ende ewelich te besitten ende te gebrucken. Ind Gerit

ende Jonfer Johan vurss ende oer erven darvan onterft sijn ende geen rechten noch to

seggen daran behalden en hebben. Vortmere hebn Gerit ind Jonfer Johan vurss gelaift den

Susteren ende Convent vurss dese vurss erfnis te vrijen ende te waren jar ende dach tegen

al die gene die des ten rechten kunnen willen ende allen voirkommer darvan aftedoin.

Uitgesacht sulken pacht als unse gnedige Here ende die Stadt van Huessen dar jarlix uith

hebben. Ind dijc ende weteringe als dar mit recht to hoerenn. Anders enigen vurkommer,

hinder off gebreck als die Susteren des Conventz vurss mit recht darbij leden, hebn hoen

Gerit ende Jonfer Johan vurss vur hoen ende vur hoer erven gelaeft opterichtenn ende

schadenlois darvan te haldenn. Sonder Argelist. In oirkonde onser Schepen segel van

Huessen an desen brieff gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert

ende viftig up ten neesten sonnendag na Sunte Anthonis dach Abbatis. [zondag 18 jan

1450]

Op den rug steet geschreven. Van Belij van Merwicks mede gave.

Margetekst

Item II lb erfrenten uit ein kempken lantz dat Gerrits van

Ansem te wesen plach mit ein sidt an erf Derick Rosenouwen

ende mitter ander siden an erf Bertrijt Tonis ende oere sons.

Schietende mit den enen eindt an erff Antz van Holthus te

wesen plach ende mit den anderen eijnd an einen uitwech.

Item ein tins hoen ende enen tins groten uit einen hof bij

der Borch die Stijnen Weijers to behoeren plach.

Item ein los an ein stuck lands int Rosendail mit ein sidt an

erf Bernt Brunssoens ende mitter ander siden an erf Derick

Rosenouwen ende Bertrijdt Toniss ende oere sons, schietende

mitten enen eijnd an erf des Conventz ende mitten anderen

eijnd dat Brun Snijers to wesen plach. Ind an die Laick.

Wij Herman uten Werde ende Henric Piec Scepen tot Huessen tugen dat vur ons comen

sijn Johan Lubberts soen ende Luutghert sijn echte wijff ende hebben bekant ende verliet,

dat sie in enen witlicken rechten erfkoep vercocht hebben Elbert van Angeroije ende

sijnen erven drie margen lands, thien vaeden mijn mit eggen ende mit eijnden als die

gelegen sijn, mit alsulcken pacht, weteringe ende dijck als dar mit recht uitgeet ende

upleecht, mit halven graven an beiden sijden ende an dit een eijnde tot Gerit Masscops

lande wart. An dat ander eijnde tot Johan Banghert wart vurss den alingen grave, als die

grave buten dwers geplellinct is ende van den plellingen derdehalf voet dwers intlant

gemeten lijnrecht aver alinc wesen sall Johans vurss ende sijne erven, welc landt vurss

gelegen is up Sgrevenvelt mit den einre zijden an landt Johans vurss ende mit den eenen

Page 166: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

eijnde ende mit der ander zijde aver Derick Voet ende mit den anderen eijnde Gerit

Masschops vurss. Also dat Johan Luutgert ende oere erven vurss

Margetekst

Johan Lubbertsson verkopt Elbert van Angeroij III morgen

lantz, neve X roden mit halven graven an beiden siden ende

an dat ein eijnd tot Gerit Masschops lant ward, an dat ander

ende tot Jan Bongert wart den alingen grave als die grave

buten dwersch geplellinckt is ende wen deze plellingen III voet

dwers int lant gemeten linrecht aver, mit die ein sidt an lant

Jans vurss ende mit den enen eijnd ende mit der ander zijde an

Derick Voet ende mitten anderen eijnde Gerrit Masschops vurss

Folio 130

vurss an desen vurss lande geenre hande recht noch to seggen worden en behauden en

hebben ende daraf onterft sijn ende Elbert vurss ende sijne erven daran geerft sijn ende

oer is. Sunder enigerhande Argelist. In orkonde onser Schepen segel van Huessen an

desen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent drie hundert negenentnegentich

des neesten dinxdages na Letare. [dinsdag 11 maart 1399]

Wij Herman uten Werde ende Henric Pieck Schepen tot Huessen tugen dat vur ons sijn

comen Johan Lubberssoen ende Luutgart zijn echte wijff ende hebben bekant te waren

Elbert van Angeroije ende sijnen erven sulc erffenisse als hie tegen om gecocht heft jar

ende dach ende allen vurcomende aftedoin als erffcoep recht is. Uitgenamen sulken

pacht, weteringe ende dijc als dar mit recht uit geet ende upleegt na al begrijp ende inhalt

eins scepenbriefs darvan spreckende. Welc erffenisse vurss gelegen is up Sgrevenveldt

mit der eenre zijde an erve ende landt Johans vurss ende mit den enen eijnde ende mit der

ander zijde an Derick Voet, ende mit den anderen eijnde an Gert Masscop. In alsulcken

vurwerdenn: Weert sacke dat Elbert vurss of zijne erven dat vurss gebreck penden mugen

uut enen bongert mit enen stuc lands gelegen alre neest Elbert vurss dat Johans was vurss

mit der eenre zijde ende mit der andere zijde an Wendol Bastards, bij den Richter tot

Huessen mitter eenre hant te penden ende mit der ander handt die pande to vercopen.

Sonder eniger hande Argelist.

In orkonde onser Schepen segel van Huessen an diesen brief gehangenn. Gegeven in den

jare ons heren dusent vier hundert negenendtnegentich des naesten dinxdages na letare.

[dinsdag 11 maart 1399]

Margetekst

Jan Lubberts son gelaift to waren Engelbert van

Angeroije die drie vurss morgen lantz up Sgreven-

velt. Ind so dar gebreck an viele so set hie einen

bongart mit ein stuck lantz gelegen alreneest Elbert

vurss dat Johans was vurss mit der eenre sijde an

Wendel Bastards.

Wij Herman uter Werde ende Henric Pijeck Schepen to Huijssen tugen dat vor ons sijn

comen Elbert van Angeroije ende Gertrudt sijn echte wijff ende hebben bekant mit oeren

Page 167: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vrijen wille dat sie in enen steden vercope vercocht hebben Deric die Duemer ende

sijnen erven een stuck lands alsoe alse dat gelegen is mit sijnre tobehoeringen up

Sgrevenveldt nest erfnisse Johan Voets mitter eenre sijde, ende neest Aleide wijleneer

Johan Lubberts sons dochter was, mitter ander zijde schietendede mitten enen eijnde up

erve Derics Bonartz, ende mitter anderen eijnde up die meijnte streckende langs den

dijck. In desen vurwarden, dat Deric die Duemer vurss ende sijne erven an dit vurss

erfnisse geerft wesen sullenn ende dat besitten ende gebrucken sullen erflicke ende

ewelicke. Ende Elbert ende Bertrijdt vurss noch oere erven dar geen recht noch to seggen

meer an behaldenn en hebben ende daraf onterft sijn. Vort meer so hebben Elbert ende

Gertrudt vurss gelaift Deric vurss ende sijnen erven dit vurss erfenisse te waren jar ende

dach als erfkops recht tegen alle die geene die des ten rechten comen willenn ende allen

voircomer aftedoin. Uutgenamen soeven ende twintich grote uut elken mergental

jarlicker renthen ,welc jargelt vurss die Stadt van Huijssen vurss daruut heft durwelken

vurcummender, hinder ende schade Elbert ende Gertrut vurss gesat hebben Deric vurss

ende sijnen erven tot einen rechten underpande oir huus ende hofstede, dat gelegen is nest

huus ende hoffstede Henrick Elbertssoens mit ter einre sijden ende nest die Rosmole

mitter ander sijde ende vort alle gut rurende ende onrurende dat sie nu tertit hebben of

hirnamals crigen mogen. In desen vurwerden dat Deric vurss ende sijne erven al alsulken

vorcomer, hinder ende schade als sie up dit vurss erfnisse leden nu of hyrnamals anders

dan vurss is, peijnden mugen bij den Richter toe Huijssen uut den vors huus, hofstede

ende gude mitter eenre handt te peijnden ende mit der ander handt die pande te vercopen

sunder enig wederseggen. Vort

Margetekst

Engelbert van Angeroije verkopt Deric die

Duemer ein stuck lands mit sijne tobehoring

nest erf Jan Voets mit der einre siden ende

neest Aleidt wilner Jan Lubbert sons dochter

was, mitter ander sijde schietende mitten

einen eijnde up erve Derick Bonarts ende

mitten anderen eijnde up die meijnte

streckende langs den dijck.

Margetekst

Uitgang XXVII grote uit elken morgen

jarlicher renthen der Stadt. Und settet tot ein

war sijn hus ende hofstat nest hus ind hofstat

Henrick Elbert sons mitter einer siden ind

nest die Rosmul mit der ander sidt.

Folio 131

mere sint vurwerdenn, dat Derick vurss ende sijne erven verwaren sullen alsulken dijc

ende weteringe als des vurss erffnisse to behoert. Sunder enigerhande Argelist. In

orkonde ende getuuchenisse des so is onsser Scepen segel van Huijssen an desen brief

gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vijr hondert ind vier up des heiligen Cruijs

dach Exaltatio. [zaterdag 14 mei 1404]

Page 168: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Borgermeister Scepene ende Rait der Stadt van Huijssen die nu sijn ende die

darnamals wesen sullen doen kont allen luden ende bekennen in desen apene brieve, dat

wij mit guden berade ende eendrachtigheit om gemeinen nutticheit ende orbare onser

Stadt vurss vercocht hebben Henric Pijc den Jongen ende sijnen erven vier pont ende

thien schillinge jarlicker renthen, die Henric vurss onser vurgenoemde Stadt schuldig was

uut twee margen lands ende anderhalf hont, die gelegen sun up Sgrevenveldt tusschen

lant Hermans Reiners soens mitter eenre side ende tusschen landt Jacob Heucken ende

Maes Henrics sons mitter ander siden. Alle vur een summe golds die Wij van Henric

vurss an gereden golde ontfangen ende geboert hebben en die Wij rechtevoert in onser

vurgenoemde Stadt orbare gekeert ende geleecht hebben, alse dat Wij darmede gequit

ende geloest hebben van Alarde van Jamerloe een deele van den Campe lands gelegen op

ten Zande. Also dat Henrick vurss ende sijne erven dese vurss twee margen lands ende

anderhalf hont erflick ende ewelick besitten ende gebrucken mogen, vrij ende comerloos

losse ende ledig van den vurss vier pont ende tien schillingen jarlicker renthenn . Alse dat

onse vurgenoemde Stadt daran geenrehande recht noch to seggen ende behauden en sall.

In orconde hir af so hebben Wij unser Stadt segell van Huessen an desen brief gehangen.

Gegeven int jar ons heren dusent drie hondert ende negentich op sente Mathias avent.

[woensdag 23 feb 1390]

Margetekst

Stadt Huijssen verkopt Henrick Pieck den Jungen

IIII lb ende X stuver jarlicher renthen uit II morgen

ende II hont lands up Sgrevenveldt tusschen lant Herman

Reinerssons mitter einer sijden ende tusschen landt

Jacob Heucken ende Maes Henricksons mitter ander

siden vur ein sum geltz darmit sie van Alarde unde

Jamerloe gelost hebben ein deil van ein Kamp lantz

op ten Sande.

Wij Gerit van Riswick ind Wilhem Knoep Schepen to Hussen tugen dat vur ons komen

sijn her Everwijn Dumer, Derich ende Jacob sijne brueder, ende hebben bekant mit oeren

vrijen wille dat sie overgegeven hebben ind bewesen Gisbert Rijmminck ende Lisbet

sijnen echten wijve als van scheidingen ind deilungen alsulks erfnissen ind guts, rurende

ende onrurende als der vurss Lisebeten an verstorven is van dode Lisbet Dumers oere

moder, dat derdendeel van drien morgen lands to guder maten so die gelegen sijn up

Sgrevenveldt neest erfnisse Stijne Bonarts ende oerer kinder mit der eenre siden ende

neest erfenisse Deric Duemers mitter ander siden. Mitten enen eijnde schietende up die

gemeinte onser stadt van Huessen ende mit den anderen eijnde up erfnisse heren Arnts

van Hessen Ridders. Vortmere ander halven alden schilt jarlicker renthen uijt huus ende

hoffstede Johans Conincks wilnere, gelegen neest huus ende hoffstede Pelgrims van

Kempe mit der eenre siden ende neest einen hoffstedeken Evertz Hoijken dat Hermans

Wellensoens was mitter ander siden ende uijt sijnen erfnisse na inhalt eines

Schepenbriefs van Huessen sprekende van den vurss jargelde. Welken brief vurss her

Everwijn Derich ind Jacop vurss bewesen ende avergegeven hebben Lisbet ende

Lijsbeten vurss. Alste dat Ghijsebert ende Lisbert vurss ind oere erven an dit vurss

erfenisse jargelt reischap ind ingedoempt geerft wesen sullenn ende dat erflich ind

ewelich besitten ind gebrucken sullenn. Ind dat her Everwin Derich ind Jacob vurss noch

oere erven gein recht noch to seggn dar meer an en behalden. Sonder Argelist. In orconde

Page 169: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ons Schepen segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren

dusent vier hondert ende vierendetwintich des neesten dages na den heiligen derthien

dage. [vrijdag 7 jan 1424]

Margetekst

Her Everwin Duijmer Derich ende Jacob sijne brodere gene

in der deilung oerer Suster Lisbet suster Gisbert Bijmminck

van oerer moder versterf ein derde deel van drie morgen

lantz up Sgrevenvelt nest erf Stijn Bonartz mitter einre siden

ende nest erve Derick Dumers mit der ander sid, mitten

einen eijnde schietende up die gemeint ende mitter ander

endt up erf her Arnts van Hessen Ridders. I alden schilt

erfrenthen uit hus ende hoffstat Jan Konings wilner

gelegen nest hus ende hoffstat Pilgrims van Kempen mit

der einre siden ende nest ein hofstedeken Everts Hoijken

dat Hermans Wellenssons was mitter ander siden ende uit

sijn erffnisse.

Extra bijlage (Fol 131c)

Extract uiter Rechnung der Kercken te Huessen Otten ter Herenhaeff ende Gerdt Ketelers

kerckmeisters up Sondag Misericordia domini anno XVC

LXXXV angainde end

wederumb uitgainde up den vurss sonnendag anno XVC

LXXXVI.

Item uit Henrick Ravens kinder hofstat gelegen an die Legstrait die hie in erfpacht hefft.

Modo Albert Hanen vur VI gl. current min I ort. Hir fur und vur den golde gulden und V

st. current die Jan Dericksen afgelost heft. Hubert van der Weij der Kercken gevestigt III

daler jarlix erschint up Petri ad Cathedram etc. IIIII gl. brabants.

Folio 132

Wij Berndt Snijpert ende Johan van Langeraeck Schepen to Huessen tugen dat vur ons

kommen sijn her Everwijn die Dumer Priester Canonick to Xanten, her Derick die Dumer

Priester Pastor to Gennip ind Jacob die Dumer gebrueder ind bekanden mit oeren vrien

wille, dat sie in enen steden verkoep verkoft ind overgegeven hebben Derick Kijdsken

oeren swager ende sijnen erven al oer recht ende to seggen als sie hebben an drie margen

lands so die gelegen sijn op Sgrevenveldt. Mit der eenre siden an erfnis unser kercken

van Huessen ende an erfnis Henrick Bonarts ende mitter anderen siden an erfnis Johans

van Averschald ende Bruijns van den Rhijn. Schietende mitten enen eijnde an erfnis dat

hern Arndts van Hessen te wesen plach ende mitten anderen eijnde an erfnis Henrick

Bonarts ind an die gemeint. Mit allen brieven darvan spreckende. Alsoe dat her Everwijn,

her Derick ende Jacob gebrudere vurss ende oir erven van den drien margen lands vurss

ende van allen brieven darvan spreckende genslich onterft sijn ende geen recht ende noch

to seggen daran behalden en hebben. Ende Derick Kijdsken vurss ende sijn erven daran

geerft sijn die erfnis vurss erflich ende ewelich te besitten ende te gebrucken. Ind mitten

brieven darvan spreckende te doin ende te laten in alinger wies als her Everwin, her

Derick ende Jacob gebrueder vurss vur datum dis brieffs hedden mogen doin. Sonder all

Argelist. In orkonde onser Scepen segel van Huijssen an diesen brief gehangenn.

Page 170: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert ende tsestich opten neesten donrestag

na alre Apostolen dage Divisione Apostolorum. [ donderdag 18 jul 1460]

Margetekst

Her Everwin die Dumer Canonick te Xanten, her

Derick die Dumer Pastor tho Gennep ende Jacob die

Dumer verkopen Derick Kijdsken oeren swager oer

recht an III morgen lantz up Sgrevenvelt mit ein sidt

an erf der Kercken ende an erffnis Henrick Bonertz

ende mitter ander siden an erf Jan van Overschald

ende Bruns van den Rhin. Schietende mit den enen

eijnd an erf her Arntz ven Hessen to wesen plach

ende mitten anderen eijnde an erf Henrick Bonarts

ind an die gemeijnt.

Wij Johan Dericksson, Berndt Snijepert ind Arnt van Gesperden Scepen to Huessen

tugen dat vur uns komen sijn Arnt van Gesperden Scepen vurss tugende over hoenselve

ind Heilwich sijn echte wijff, Johan van den Rhijn ind Heijmerick van den Rhijn

gebruedere ind bekanden mit oeren vrijen wil, dat sie Baten van den Rhijn, Heilwigen

vurss dochter ind suster Johanna, Maes ende Heijmericks, gebrudere vurss, geoffert hebn

in Sunte Elisabeth Convent binnen Huijssen. Ind hebben Baten ende den Convent vurss

ter eeren gode ter medegaven ind mede vur al alsullic erve ende gut, rurende ende

onrurende, reijde ende onreijde, als Baten vurss dat angestorven ind angeerft mach wesen

van dode Harmans van den Rhijn, oers vaders, enen kamp lands haldende omtrint negen

margen die gelegen is op Sgrevenvelde mitter eenre siden an erfnis Berndt Sneperts ind

mitter andern siden an erfnis der Susteren vurss, Henrick Henrikssons ende Henrick

Smeeds. Schietende mit den einen eijnde an Holthusen ind mit den anderen eijnde an die

Loestrait. Mit allen brieven darvan spreckende. Beheltelich doch Henrich van der Muel

sijns erves dat hie in den vurss kamp liggende heft. Alsoe dat Arnt, Heilwich, Bate,

Johan, Maes ind Heijmerick vurss ende oer erve van desen kamp lands vurss ind van den

brieven darvan spreckende onterft sijn ende geen recht mere noch to seggen daran

behalden en hebben. En die Susteren des Convents vurss ende oere Nakomelingen daran

geerfft sijn ende den kamp lands vurss erflich ende ewelich te hebn, te besitten ende te

gebrucken. Ind mit den vurss brieven tedoin ende telaten in alinger wijs als Arnt ind

Heilwig, Bate, Johan, Maes ende Heijmerick vurss voir datum dis briefs doin mochten.

Ind hirmede sall Bate vurss genslich van Arnt ende Heilwigen vurss gescheiden ende

onterfft wesen van allen versterff erve ende gude, rurende ende onrurende, reijde en

onreijde, dat oir angestorven ind geerft is van dode oers vaders. Sonder al Argelist. In

orkonde onser Scepen segel van Huessen an desen brieff gehangenn. Gegeven in den

jaren ons hern dusent vier hundert ende viftich op den neesten saterdag na Sunte Gallen

dach Abbatis. (zaterdag 17 oktober 1450)

Margetekst

Arnt van Gesperden, Jan van den Rijn ende

Heimerick van den Rijn, Gebroederen, geven mit

Baten van den Rijn, Arnt van Gesperdens suster,

dochter Jans Maes ende Heimerix van den Rijn

Suster in dat Convent all oers vaders Hermans van

den Rijns gut dat oer angeerfft is van dode oers

Page 171: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vaders. Negen morgen lantz up Sgrevenveldt mit ein

sidt an erf Berndt Snijperts ende mit die ander sidt an

erf der Susteren, Henrick Henricksons ende Henrick

Smeeds. Schietende mit den enen eijnd an Holthusen

mit den anderen eijnd an die Loostrait.

Beheltlich Henrich van der Mül sijnes erves an den

vurss kamp.

Folio 133

Wij Johan Reinerson, Henric die Zeelander ende Evert Hove, Scepen toe Huessen, tugen

dat voir ons sijn comen Bate echte wijff was Henrics Pijecs, Jacob Geritz soen ende

Gijsel sijn echte wijff ende hebben bekant mit oeren vrijen wille, dat sie in enen steden

erfkope vercocht hebben Peter van der Muele ende sijnen erven een stuck lands gelegen

op Sgrevenveldt neest erfnisse Hermans van den Rijne mitter eenre sijde ende mit den

enen eijnde ende mitter ander sijde neest erve Hermans Reinerssons, mitter anderer sijden

ende mitten anderen ende op die Lostrait. In desen vurwerden dat Peter vurss ende sijne

erven an dat vurss stuck lands geerft wesen sullen ende sullen dat erflich ende ewelic

besittenn ende gebrucken. En dat Bate, Jacob ende Ghijsel vurss ende oer erven darvan

onterft sijn ende geen recht noch to seggen dar meer an en behaldenn. Sunder Argelist. In

orconde onser Schepen segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven int jar ons

heren dusent vier hundert ende negen des neesten dages na onser liever frouwen dachs.

Annunciatio [dinsdag 26 mrt 1409]

Margetekst

Bate Henrick Pijecks wijff ende Jacob Gerrits verkopen

Peter van der Muelle ein stuck lantz up Sgrevenveldt nest

erf Hermans van den Rijn mit die ein sidt ende mit den

enen eijnde ende mit die ander sidt nest erve Herman

Reinersons, mit die ander sidt ende mitten anderen eijnde

up die Loostrait.

Wij Beernt van Huessen, Evert Hoijck ind Gerit van Riszwick, Scepen toe Huessen,

tugen dat voir ons komen sijn Arnt van den Bongert, Bernt van Huessen scepen vurss,

Henrich Roeloffs soen ende Gerit van Ewick ende hebben bekant mit oeren vrijen wille,

dar sie van gerechter schult schuldig sijn Peter van der Muele ende sijne erven twelff alde

schilde van munten des Keisers van Romen of Skoninx van Franckrijc op sunte Philips

ende Jacobs dach nu naist to komende na datum des briefs te betalenn. Voir welke

summe gelts vurss dese vurgenoemde personen tot ener rechten onderpande geset hebben

Peter vurss ind sijnen erven vier pont ende thien schillinge jarlicker renthen als se hebben

ind toboeren plegen uit tween mergen lands ende anderhalff hont Peters vurgenoemd,

gelegen up Sgrevenveldt neest erfnisse Hermans van den Rijne mit der einre siden ende

nest erfnisse Gherits van Riszwick mit der ander siden. Ende dar to alsulke brieve

spreckende van den vurss jargelde. In desen vurwardenn: Weret sacke dat dese vurss

summe geltz Peter vurss ende sijnen erven op den vurss termijnen uit betalt en worde.

Dat dan die vurss vier pont ende thien schillingen jarlicker renthen Peter vurss ende

sijnen erven vervallen wesen solden ende die erflich ende ewelich besitten ende

gebrucken soldenn. Ende dat Arnt, Beernt, Henrich ende Gherit vurss ende oere erve dan

darvan onterft wesen solden ende van den vurss brieven darop spreckende ende geen

Page 172: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

recht noch to seggen dar meer an en behielden. Ende wert sacke dat Peter vurss of sijne

erven enig gebrec mit recht darbij leden, dat mogen sie peijnden tot oere maningen bij

den Richter tot Huessen uit allen gude Arnts, Bernts, Henrichs ende Gerits vurss, rurende

ende onrurende, mit der eenre hant te peijnden ende mit der andere hant die pande te

verkopenn. Beheltlich onser stadt van Huijssen der lossen die sie heft an den vurss

jargelde. Sonder Argelist. In orkunde unser Schepen segel van Huessen an diesen brief

gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert ende tweendetwintich op den

neesten dinxdage na sunte Tiburtius ende Valerinus dach. [dinsdag 21 apr 1422]

Margetekst

Arnt van den Bongart, Bernt van Huessen Henrick Roloffs

son ende Gerrit van Riszwick bekennen Peter van den Muel

schuldig sijn XII alde schild. Stellen dafur to underpant

vier lb X st. jarlicher renthen uith II morgen, II hont lantz

desselven Peters, mit die ein sidt nest erf Hermans van den

Rhin, mit die ander sidt nest erf Gerrits van Riszwick.

Int fall der mistalung sollen die IIII lb X st. verfallen sijn.

Wij Johan van Langerack, Gisberts soen ende Gerit van Riszwick Scepen to Huijssen

tugen, dat voir ons komen sijn Henrick Smijt ende Helsken sijn echte wijff,Wilhem

Clerck ende Hije sijn echte wijff ende Gertrudt Henrick Smede dochter. Ind bekanden mit

oeren frijen will, dat sie in enen erfkoep vercoft hebben Arnt van Gesperdenn ende sijnen

erven twee stuck lands die bijde gelegen sijn op Sgrevenvelde Dat ein stuck mitter einre

sijde

Folio 134

ind mitten enen eijnde an erfnis der Susteren van Sunte Elisabet Convent ind mitter

anderen sijden ende mitten anderen einde an erfnis Henrick Henricksons. Ind dat ander

stuck gelegen mitter einre sijden an erfnis dat Henrick Heijncken to wesen plach. Ind

mitten anderen sijden ende mitten enen eijnde an erfnis Henrick Henricksons vurss.

Schietende mitten anderen eijnde an die Gemeint. Uit allen brieven darvan spreckende.

Also dat Arnt van Gesperden vurss ende sijn erven an die twee stuck lands vurss ende

andre brieve darvan spreckende geerft sijn, die erflich ende ewelich te besitten ende te

gebrucken. Ind Henrick Smijt ende Helsken sijn echte wijff, Wilhem Clerck ende Fije

sijn echte wijff, ind Gertrudt vurss ind oere alre erven darvan onterfft sijn ind geen recht

mere noch to seggen daran behalden en hebben.

Margetekst

Henrick Smijt , Willem Klerck ende Gertrudt,

Henrick Smits dochter, verkopen Arnt van

Gesperdenn II stuck landts up Sgrevenfeldt. Dat ein

mit ein sidt ind mitten einen eijndt an erfnis der

Susteren, mit die ander sidt ende mit den anderen

eijndt an erf Henrick Henricksons. Dat ander stuck

mit ein sidt an erf Henrick Heijnecken to wesen

plach. Mit die ander sidt ende mitten einen eijnd an

erf Henrick Henricksons, schietende mit den

anderen eijnd an die gemeint.

Page 173: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Vortmere hebben Henrick, Helsken, Wilhem, Frije ende Gertrudt vurss gelaift Arnt van

Gesperden vurss ende sijnen erven dese twee stuck lands vurss te vrijen ende to waren

jaer ende dach als erfkoeps recht is tegen alle die geen die des ten rechten kommen

willen. Ind allen voirkommer darvan aftedoin. Uitgenamen alsulken pacht als onse Stadt

jarlix dar uith heft ende dijck ende weteringe als dar mit recht to hoeren. Anders enigen

voirkommer, hinder of gebreck als Arnt vurss of sijne erven mit recht darbij leden,

moegen sie verhalen ende peijnden bij den Richter to Huijssen an huijs ende hoffstat dar

Henrick Smijt ende Helsken vurss nu ter wonen gelegen in die Arnhemsche strait mitter

einer siden an erfnis Otten van Hessen ind mitter anderen siden an erfnis Peters van Torn

ende an die Rosmoil ind voirt an allen erve ende gude, rurende ende onrurende, dat dese

vurgenoemde nu hebben of hirnamals werven mogen, mitter hant to peijnden ind die

pande mitter andern handt te verkope. Sonder Argelist. In orkonde onser Scepen segel

van Huessen an dese brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hunder

vierindviftich op sunte Joris dach martyris [dinsdag 23 apr 1454]

Margetekst

Uitgang an die Stadt.

Die war sol sijn huijs ende hof dar Henrick Smit

wont in die Arnhemsche strait mit ein sidt an erf

Otten van Hessen, mit die ander sidt an erf Peters van

Torn ende an die Rosmul.

Wij Berndt Snijepert ind Gerit van Riszwick, Schepen to Huessen, tugen dat voir ons

komen sijn Henrick Henricksson ind Griet sijn echte wijff ind bekanden mit oeren vrijen

wille dat sie in enen steden erfkoep verkoft hebben Arnt van Gesperden ende sijnen erven

twee stuck lands die gelegen sijn op Sgrevenveldt. Dat ein stuck mitter einre siden an

erfnis Alit Heijncken ind mitter anderen sijden ende mitten enen eijnde an erfnis Arnts

van Gesperden vurss. Schietende mitten anderen eijnde an erfnis der Susteren van Sunte

Elisabet Convent. Ind dat ander stuck gelegen mit der eenre siden ende mitten enen

eijnde an erfnis der Susteren vurss. Ind mitter anderen sijden ind mitten anderen eijnde an

erfnis Arnts vurss. Also dat Arnt van Gesperden vurss ende sijn erven an die twee stuck

lands vurss geerft wesen sullen ind die erflich ende ewelich te hebn, te besitten ende te

gebrucken. Ind Henrick Henricksson ende Griet sijn echte wijff vurss ende oer erven

darvan onterfft sijn ind geen recht mere noch to seggen daran behalden en hebben.

Vortmere hebben Henrick ende Griet vurss gelaift Arnde vurss ende sijnen erven dese

twee stuck lands vurss te vrijen ende te waren jar ende dach als erfkoeps recht is tegen

alle die geen die des ten rechten komen willen ende alle voirkommer darvan aftedoin.

Uitgenamen vif ort Vlemsch erfrenthen ind dijck ende weteringe als dar mit recht tho

hoeren. Anders enigen voirkommer, hinder of gebreck als Arnt vurss

Margetekst

Henrick Henricks sons verkopt Arnt van Gesperden

II stuck landts up Sgrevenveldt. Dat ein mit ein sidt

an erf Alijt Heijncken ende mit die ander sidt ende

mit einen eijnd an erf Arnts van Gesperden

Page 174: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Schietende mitten andern eijndt an erf der Susteren.

Dat ander mit ein sidt ende mit ein eijndt an erf der

Susteren ende mitter anderer sidt ende mitten anderen

eijnd an erf Arnts vurss.

Margetekst

Uitgang V ort Vlemsch

Folio 135

van sijn erven mit recht darbij leden, mogen sie verhalen ende peinden bij den Richter to

Huijssen an ende uit allen erve ende gude Henricks ende Grieten vurss,rurende ende

onrurende, dat sie nu tertit hebn ende namals werven mogen mitter eenre handt te

peijnden ende die pande mitter anderen hant te verkopenn. Sunder Argelist. In orkonde

onser Schepen segel van Huijssen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons

hern dusent vier hondert soevenindviftich op den neesten dinstag na Sunt Matthis dach

Apostel.[dinsdag 30 sep 1457]

Wij Berndt Snijepert ende Johan Langeraeck Gisbersson Schepen to Huijssen tugen, dat

voir ons komen sijn Arnt van Gesperden ende Helwich sijn echte wijff ende Tomass van

den Rijn ende Heijmerick van den Rijn, gebruder, der vurss Heilwigen echte soene ind

bekanden mit oeren vrijen wille, dat sie in einen steden erfkoep verkoft hebben den

Susteren van Sunte Elisabet Convent binnen Huijssen ende oeren Nakomelingen een

stuck lands, dat gelegen is op Sgrevenvelde mit eenre siden an erfnis dat Henrick

Heijncken te wesen plach ind mitter anderen siden ende mit beiden eijnden an erfnis der

Susteren vurss ende an die Meijnt, mit allen brieven darvan spreckende. Also dat die

Susteren van Sunt Elisabet convent vurss ende oere Nakomelinge an dat stuck lands vurss

ende an alle brieve darvan spreckende geerft wesen sullen, dat erflich ende ewelich te

besitten ende te gebrucken. Ende Arnt, Heilwich, Thomas ende Heijmerick vurss ende

oer erven darvan onterft sijn ende geen recht mere noch to seggen daran behalden en

hebben.Vortmere hebn Arnt, Heilwich, Tomas ende Heijmerick vurss gelaift den

Susteren vurss ende oeren Nakomelingen, dat vurss stuck lantz te vrijen ende te waren jar

ende dach als erfkoeps recht is tegen alle die gene die des ten rechten kommen willen

ende allen vorkommer darvan aftedoin. Uitgenamen sulken pacht als onse Stadt dar jarlix

uit hoft ende dijck ende weteringe als dar mit recht to hoeren. Anders enigen

voirkommer, hinder of gebreck als die Susteren ende oer Nakomelinge mit recht darbij

leden, mogen sie verhalen mitten dur brieven vurss ende der warschap gebrucken gelijc

die vurss brieve darvan uitweisen ende dat begrepen hebn ind mitter vurss brieven te

vorderen te doin ende te laten in alre maniren als Arnt, Heilwich, Thomas ende

Heimerick vurss vur datum dis briefs hedden mogen doin. Sonder all Argelist. In orkonde

onser Schepen segel van Huijssen an desen Brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons

heren dusent vier hundert acht endevirtich up Sente Cecilien dach virginis. [donderdag

22 nov 1448]

Margetekst

Arnt van Gesperden, Tomas ende Heimerick van den Rijn

Page 175: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

gebroderen verkopen den Susteren ein stuck lands up

Sgrevenveld mit ein sidt an erf Henrick Heijncken to wesen

plach, mit die ander sidt ende mit beiden eijnden an erf der

Susteren ende an die Meijnt.

Margetekst

Uitgang an die Stadt

Wij Berndt Snijepert ende Johan van Langeraeck Schepen toe Huijssen tugen, dat vur ons

komen is Derick Kijdsken ende bekant mit sijnen vrijen wille, dat hie in enen steden

erfkoep verkoft heft Lisbet echte wijff wilner Harman Beijers ende Derick die Beijer

oeren soen ende oere twijer erven drie margen landts so die gelegen sijn up Sgrevenveldt,

mitter einre siden an erfnis unser Kercken van Huijssen ende an erfnis Henrick Bonarts

ende mitter anderen sijden an erfnis Johans van Averschald ende Bruins van den Rhijn.

Schietende mitten enen eijnde an erffnis dat heren Arnts van Hessen te wesen plach.

Ende mitten anderen eijnde an erfnis Henrick Bonarts ende die gemeint mit allen brieven

Margetekst

Derick Kijdsken verköpt Lisbet Huijssen, Harman Beiers

ende Derick oeren son III morgen lantz up Sgrevenveldt

mit ein sidt an erf der Kercken ende Henrick Bonartz ind

mitten anderen siden an erf Jans van Averschaldt ende

Bruns van Rijn, schietend mitten eijnen ende an erf Arntz

van Hessen to wesen plach ende mitten anderen eijnde an

erff Henrick Bonartz ende die gemeint.

Folio 136

darvan spreckende. Also dat Lisbet ende Derick vurss ende oer erven an dese drie margen

lands vurss ende an die brieve darvan spreckende geerft wesen sullen,die erflich ende

ewelich te besitten ende te gebrucken. Ende Derick Kijdsken vurss ende sijn erven darvan

onterft sijn ende geen recht mere noch to seggen daran behalden en hebben. Vortmere

heft Derick Kijdsken vurss gelaift Lisbet Beiers ende Derick oeren soen vurss ende oeren

erven dese vurss drie margen lands te vrijen ende te waren jair ende dach als erfkoeps

recht is tegen alle die geene die des ten rechten komen willen ende allen vurkommer

darvan aftedoin. Uitgename uit elken margen vurss negen schillinge erfrenten alle jar in

dijck ende weteringe als dar mit recht tohoerenn. Anders enigen vorkommer, hinder of

gebreck als Lisbet ende Derick oer soen vurss mit recht darbij leden, heft hoen Derick

Kijdsken vurss gelaift vur hoen ende voir sijn erven opterichten ende volkomelick

schadlos darvan te halden. Sonder wederseggen ende sonder all Arglist. In orkonde onser

Schepen segel van Huijssen an desen brieff gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren

dusent vier hundert ende tsestich op ten neesten vridag na alre Apostelen dage Division

Apostolorium [vrijdag 19 juli 1460]

Margetekst

Uitgang uit elken morgen IX schillingen.

Page 176: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Johan Knoep ende Arndt van Gesperden Schepen toe Huijssen tugen, dat voir ons

komen sijn Lisbet echte wijff wilner Harmans die Beier ind Derick die Beijer oer son ind

bekanden mit oeren vrijen wille dat sie in einen steden erfkoep verkoft hebben den

Susteren van Sunte Elisabet Convent binnen Huijssen ein stuck lands haldende omtrent

drie margen, dat gelegen is op Sgrevenveldt. Mitter eenre sijden an erfnis onser Kercken

ende an erfnis Henrick Bonarts ende mitter anderen siden an erfnis Johans van

Averschald ende Bruns van den Rijn. Schietende mitten einen eijnde an erfnis dat hern

Arnts van Hessen te wesen plach ind mitten anderen eijnde an erfnis Henrick Bonartz

ende an die gemeint, mit allen brieven darvan spreckende. Also dat die Susteren des

Convents vurss ende oer Nakomelinge an dat stuck lands vurss ende an alle die brieve

darvan spreckende geerft wesen sullen, dat erflich ende ewelich te besitten ende te

gebrucken. Ind Lisbet Beiers ende Derick oer soen vurss ende oere erven darvan onterft

sijn ende geen recht mere noch toseggen daran behalden en hebben. Vort hebn Lisbet

ende Derick vurss den Susteren vurss gelaeft dat stuck lands vurss te vrijen ende te waren

jar ende dach ende allen vurkommer darvan aftedoin als erfkoeps recht is tegen alle die

geene die des ten rechten kommen willen. Uitgenamen uit elken margen jarlix negen

schillingen erffreijnten ende dijck ende weteringe als dar mit recht tohoren. Anders

enigen voirkommer, hinder of gebreck als die Susteren des Conventz ende oer

Nakomelinge mit recht darbij leden, mugen soe verhalen ende peinden bij den Richter to

Huijssen an ende uit allen erve ende gude Dericks die Beier vurss, rurende ende

onrurende, dat hie nu tertit heft ende hirnamals werven mach mitter einre handt to

peinden ende die pande mitter anderen handt te verkopen. Sunder Argelist. In orkonde

unser Scepen segel van Huijssen an diesen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons

heren dusent vier hondert een ende tsestich op ten neesten gudesdach na Sente Lucien

dach virg. [woensdag 16 dec 1461]

Margetekst

Lisbet wilner Harman die Beiers wijff ende Derick

oer son verkopen den Susteren III morgen op

Sgrevenfelt, mit ein sidt nest erf der Kerk ende

Henrick Bonartz ende mit die ander sidt an erf Jans

van Averschaldt ende Bruns van den Rijn. Schietende

mitten enen eijnde an erf Arntz van Hessen to wesen

plach ende mitten anderen eijnde an erf Henrick

Bonartz ende an die Gemeint.

Margetekst

Uitgang uit iedern morgen IX schillingen

Wij Berndt Snijepert ende Arnt Waetschert Scepen to Huessen tugen, dat vur ons komen

sijn Wemmer Bolle ende Alijt sijn echte wijff ind bekanden mit hoeren vrijen wille, dat

sie in enen steden erfkoep verkoft hebn den Susteren van Sente

Folio 137

Page 177: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Elisabet Convent binnen Huessen ende hoeren Nakomelingen voir thien hont lands so die

gelegen sijn op Sgrevenveldt, mit beiden sijden ende mit den enen eijnde an erfnisse der

Susteren vurss ende mitten andern eijnde schietende an die Loestrait, mit allen brieven

darvan spreckende. Also dat die Susteren vurss ende oer Nakomelingen an dese vierthen

hont lantz vurss ende an die brieve darvan spreckende geerft wesen sullen, die erflich

ende ewelich te besitten ende te gebrucken. Ind Wemmer ende Alijt vurss ende oer erfven

darvan onterfft sijn ende geen recht mere noch to seggen daran behalden en hebben. Vort

mere hebben Wemmer ende Alijt vurss gelaift den Susteren vurss ende hoeren

Nakomelingen dit vurss stuck lands te vrijen ende te waren jar ende dach als erfkoeps

recht is tegen alle die geene die des ten rechten kommen willen ende allen vorkommer

darvan aftedoin. Uitgenomen dijck ende weteringe als dar mit recht thohoerenn. Anders

enigen vurkommer, hinder of gebreck als die Susteren des Conventz vurss mit recht

leden, hebn hoen Wemmer ende Alijt vurss gelaift vur oen ind oer erven upterichtenn

ende volkomelich schadelos darvan tehaldenn. Sunder enig wederseggen ende sonder all

Argelist. In orkonde onser Scepen segel van Huijssen an desen brieff gehangen. Gegeven

in den jaren ons herenn dusent vier hundert eenendetsechtig op dach Tiburni et Valerini

martyrum [dinsdag 14 apr 1461]

Margetekst

Wennemar Bol verkopt den Susteren XIIII hont lands

up Sgrevenvelt mit beide siden ende enen eijnd an erff

der Susteren ende mitten anderen eijnd an die Loostrait.

Wij Jan Knoep ende Herman Wellenss genombt Snijepertz, Scepen to Huessen, tugen dat

vur ons komen is Kathrin Rietstegen ende heft bekant mit oeren vrijen wille vur oer ende

oeren erven, dat sie in enen steden erffkoep verkoft heft ind jarlix schuldig is Jan van den

Boom ende sijnen erven twee Rijnschen gulden erflicker jarrenthen uit viff mergen lands,

darvan drie der vurss mergen lands opt Screvenveld gelegen sijn. Mitter eenre sidt nest

erfnisse Maes ende Heijmerix van den Rhijn, gebroederen, ende Bruijns ven den Rhijn

ind mitter ander sidt nest erve onser Kercken van Huessen tobehoerende. Schietende

mitten enen eijnd op erve der Susteren van Sunte Elizabethen Convent binnen Huijssen

ende mit den andern end op die Lostrait. Ind noch die ander twee ingelands ock op

Screvenveld gelegen, mitter eenre siden an erve Daem Belster ind mitter ander sijden an

erve der Susteren vurss. Schietende mitten enen eijnd op erve Herman Snijepertz ind

mitten anderen eijnd op die Lostrait. Tobetalen op sunte Ambrosius dach nu neest

komende na datum dis briefs irstwarve angaens ind so vort alle jar erflich ende ewelich

die twee Rijnsch gulden erfreinthen vurss uitter vurss viff mergen lands op den vurss

dach tebetalenn onder een peen der peijndingen als to Huijssen recht is van pacht, tinse

en jargelde tot Arnhem Jans vurss sijnre erven vrij secker behalt. Ind wert sack dat

Katrien vurss of oer erve die talinge vurss alle jar up terminen vurss also nijt en dede ind

enichs jars dar imer versunelich wurd, so mogen Jan vurss ende sijn erven ter irster

maningen alle jar na den vurss taldag van Kathrinen vurss ind oeren erven reckenen ind

nemen tot eenre verwilkoerder penen ene wijtten pennincksdage hent tertit ind also lange

Jan vurss ind sijnen erven die twee Rijns gulden erfrenten mit alle der peenen darup

gekomen wael betalt ind vernuget were. Ind Jan vurss ende sijn erven mogen die vurss

twee Rijns gulden erfrenten mitter penen alle jar darop gekomen peijnden bij den Richter

te Huijssen uit die vijff mergen lands vurss ind voirt uit allen erve ind gude, rurende ende

Page 178: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

onrurende Kathrinen vurss, dat sie nu heft of hinamals werven mach mitter einre hant to

peinden ind mit der ander hant die pand to verkopenn. Beheltlich Kathrinen vurss

Margetekst

Cathrin Rietstegen verköpt Jan van den Boom II Rinsch

gulden jarrenten uit viff morgen lands. Darvan drie up

Sgrevenfeld gelegen. Mit ein sidt nest erf Mais ende

Heijmerix van den Rhijn, gebroderen, ende Bruns van

den Rijn. Mit die ander sidt nest erf der Kercken.

Schietende mitten enen eijnd up erf der Susteren ende

mitten anderen eijnd up die Loostrait. Die ander II ock

up Sgrevenfeldt. Mit ein sidt an erff Daem Belsters,

mit die anderen sidt an erf der Susteren. Schietende

mitten enen eijnd up erve Herman Snijperts ende

mitten anderen eijnd op die Loostrait. In gebreck der

mistalung ter irster maningen II alb ieders dags up die

II gulden ter penen to nemen to loss mit XXV gl. van

iederen gl. XX Burgund schillinge stuivers

Folio 138

ind oeren erven hoerre erfloesen an den vurss tween Rijns gulden erfrenten to mogen

vrijen ende qwijten alle jar erflich ende ewelich op sunte Ambrosius dage mit viven ende

twintig Rijnschen gulden, twintig Burgonscher stuver vur elken gulden gerekent of gut

ander paijment den vurss gelijc gut in elker tit der loessenn. Ind wanneer Khatrin vurss of

hoer erven den wederkoepen loesse doin willenn, so sullen sie Jan vurss ind sijnen erven

die vurss vive ende twintich Rijnsch gulden mit allen verschenen pacht leveren ind

betalen binnen der Stadt Arnhem. In sijn of sijnre erven vrij secker behalt bute sijnen

schadenn ind anxt. Sonder Argelist. In orkonde onser Scepen segel van Huijssen an desen

brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert acht ende tsestich des

woensdages na sunte Ambrosius dach. [woensdag 8 dec 1468]

Wij Johan van Dalre ind Wilhem van Halden Scepen tot Huessen tugen dat voir ons

komen sijn Johan van den Boom ind Arnt sijn echte weiff ind bekanden mit oiren vrijen

willen vur oin ind oeren erven dat sie in enen steden erfkoep vercofft, upgedragen ind

overgegeven hebn den convent ind Susterhuijss tot twee gulden sjars erfrenten painde

uiter vijff margen landts darvan drij margen gelegen sijn up Sgevenveldt mitter eijnre

zijden neest erfnisse Mais van Rijn ind mitter anderer zijden neest der Kerken landt tot

Huessen. Schietende mitten einen eijnde an erfnisse des Conventz vurss ende mitten

anderen eijnde die Loostrait. Die ander twee margen oic liggende up Sgrevenvelt mitter

einer sijden nest erfnisse Daem Belster to wesen pleeg ind mitter anderer siden der

Susteren vurss. Schietende mitter enen eijnde nest erfnisse Herman Snijpert ind mitten

anderen eijnde die Loostrait. Mit allen brieven darvan spreckende. Also dat Johan ind

Arnt vurss darvan onterft sijn ind geen recht meer noch to seggen an behalden en hebn.

Ind dat dat Convent ind Susterhuijs vurss an den vurss twee gulden sjars erfreinten ind

allen brieven darvan spreckende geerft wesen sal, erflick ind ewelicken sal mogen

besitten, gebrucken, darmede doin ind laten gelijc Johan ind Arnt vur datum sbrieffs hebn

mugen doin ind laten. Sonder Argelist. In orkonde onser Scepen segel van Huijssen an

desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent, vier hondert ses ind

Page 179: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

tachtentich des neesten donresdages na den Heilichen Paschdag. [donderdag 30 mrt

1486]

Margetekst

Jan van den Boom verkopt dem Convent II gulden

erfrenten uit die vurss viff morgen lands.

Wij Berndt Snijepertz ende Jan Knoep Scepen to Huessen tugen dat vur ons komen sijn

Gerit van der Merwick ind Joffer Janna sijn echte huijsfrou ind hebben bekant mit oeren

vrijen wille vur oen ind oeren erven, dat sie overgegeven hebn hern Mathis Pater sunte

Lisbeten convent bijnnen Huijssen tot behoef des vurss conventz ende oeren

Nakomelingen alsulke wilgen als sie stainde hebben an ein stuck landts gelegen up

Sgrevenveldt in den dijck binnen dijcks, dat den vurss Convent tobehoert. Ind weret

sacke die vurss wilgen den Convent vurss tot eniger tit mitten rechten afgewonnen of

bespirt wurdenn. So sint furwarden dattet vurss Convent ende hoer Nakomelingen als dan

darfur hebben ind behalden sullen also voel wilgen gelegen an der meijnten bijnnen

dijcks tusschen Sgrevenveldt vurss ende t Sgrevenvelds ende Nijlands dijck. Also dattet

vurss Convent ende hoer Nakomelingen die alsdan darfur wederome rustelick ind

vredelick gebrucken ind orberen mogenn buten eijmantz bekroenen of toseggen. Sonder

Argelist. In orkonde ons Schepen segel van Huessen an diesen brief gehangenn. Gegeven

int jar ons heren dusent vijr hundert negenendetsestich des sonnendages na sente

Franciscus dach.[zondag 8 okt 1469]

Margetekst

Gerrit van der Merwick gift over hern Matis pater des

Convents alsoliche willigen als sie stainde hebn an

ein stucks lands up Sgrevenfeldt in den dijck binnen

dijcks dat dem Convent thohort. Und imfal die oen

bespirt wurde, soll dat Convent so voel andere

willigen an der Meinten binnen dijcks tusschen

Grevenveldt und Grevenfeltz und Nielands dijck

darfur hebn.

Folio 139 ontbreekt

Folio 140

Wij Henrick Masscap ende Reijner Hermanssohn Scepen to Huessen tugen, dat vur ons

komen sijn Herman Butken ende Lisbeth sijn echte wijff ende hebben bekant mit oeren

frien wil, dat sie in einen steden erfkoep verkoft hebben ende jarlix schuldig sijn Evert

die Heijnxt ende sijnen erven drie gude Arnoldus Arnhemsche gulden erflicker renthen of

ander peijment dar voir gelick gut in elker tit der betalingen uith einem stuck landts

gelegen in der Lake so wij verstain. Mitter einre sijde nest erffniss Gossens Driessen ende

mitter ander siden nest erfnisse Peter Reinerssons. Schietende mitten einen eijnd an erfnis

Goessens Driesen vorsss ende mit den anderen ende an die Lake. Op sunte Peters dach ad

Cathedram nu neest to komende na datum sbriefs angains ende also vort erflick ende

ewelick alle jar up den vurss termin te betalen onder een peen der peindingen als to

Huessen recht is van pacht, tinse ende jargulde. Vortmere so gelaven Herman Butken

Page 180: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ende Lisbeth sijn echte wijff vurss den voergenoemde Ever de Heijnxt ende sijnen erven

dese vurss erfrenth te vrien ende to waren jaer ende dach ende allen voirkommer aftedoin

als erfrenthen koeps recht is binnen den Schependumb van Huessen tegen al die geen die

des ten rechten kommen willen. Ende wert sacke, dat Evert die Heijnxt vurss of sijn

erven dair enige voirkommer, hinder of gebreck bij leden mit recht den voirkommer,

hijnder ende gebreck moegen sij peinden bij den Richter tot Huijssen an allen guden

Hermans ende Lisbeten vurss, rurnede ende onrurende, die sij nu tertit hebben of namals

werven muegen, mitter einre handt to peijnden ende die pande mitter ander handt te

verkopenn. Sonder Argelist. In orkond unser Schepen segel van Huessen van Huessen an

desen brief gehangen. Gegeven int jare ons heren dusent vier hondert ende

vierendedeirtich up den lesten dach van den Meert. [woensdag 31 mrt 1434]

Up den rug steet geschreven Modo Geesken Voets in die Lake

Margetekst

Ein morgen landts geheiten Kerckhoff dar

Jan Kocken hofstat up steet nu Anno 1584

Otten Lends dochter

Herman Budken verschrijvet III Arnoldus

Arnhemsche gulden uit ein stuck lands in

die Lake mit ein sidt nest erfnis Gossen

Driese ende mit die ander sidt nest erf Peter

Reinerssons. Schietende mit den einen endt

an erf Gossen Driesen ende mit den anderen

eijnde an die Lake. An Evert Heijnxt

Wij Berndt Bruijnssoen ind Johan van Langerack Scepen toe Huijssen tugen, dat voir ons

komen is Evert die Henxt ind heft mit sijnen vrijen wille bekant, dat hie in einen steden

erfkoep verkoft heft Johan Hacken ende sijnen erven een stuck lands geheiten die

Kerckhoff, gelegen mitter eenre sijden ind mitten einen ende an erffnis dat Goessens

Driesen to wesen plach. Ind mtter anderen siden an erfnis Peter Reinerssonsss.

Schietende mitten anderen eijnde an die Gemeint geheiten die Laeck. Ind mede alle

brieve spreckende van der erfnis vurss. Also dat Evert die Henxt vurss ende sijn erven

van den stuck landts vurss ende brieven darvan spreckende onterft sijn ende geen recht

meer noch to seggen dar an behalden en hebben. Ind Johan Hack vurss ende sijn erven

daran geerft sijn die erfnis vurss erflich ende ewelich to besitten ende to gebrucken. Ind

mitten brieven te vorderen, tedoin ende telatenn als Evert vurss voir datum dis briefs doin

mucht. Sonder Argelist. In orkonde ons Scepen segel van Huessen an desen brief

gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert negen ende viertich des

neesten Sondages na Sunte Aghaten dach der Heiliger Jonfern. [zondag 9 feb 1449]

Up den rug steet geschreven I morgen Heit Kerckhof modo Geesk Voets

Margetekst

Ever Heijnxt verkopt Jan Hackenn ein stuck lands

geheiten Kerckhof, gelegen mit ein sidt ende einen

eijnde an erf Gossen Driesen to wesen plach, mitter

Page 181: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

anderer side an erf Peter Reinerssons. Schietende

mit den anderen eijnde an die Gemeint geheiten Die

Laeck.

Wij Berndt Bruijnssoen ende Johan Butken Scepen toe Huijssen tugen, dat voir ons

komen sijn Harman van Gent ende Lisbet sijn echte wijff ende hebben mit oeren vrijen

will opgedragen ende overgegeven Griet

Folio 141

Hacken, echte wiff wilner Johan Hackenn, al alsulic recht ende to seggen als sie gehadt

mogen hebn thent up datum dis briefs an einen stuck lands dat voertits Harman Butkens

to wesen plach ende na Evertz die Henxt dat geheiten is die Kerckhof, gelegen mitter

einre sijden ende mit den einen eijnde an erfnis dat Goessens Driesen to wesen plach

ende mitter anderen siden an erfnis Peter Reinerssoens ende sijnre dochter. Schietende

mit den anderen eijnde an die Gemeint. Also dat Griet vurss ende oer erven an dat recht

ende to seggen dat Herman van Gent ende Lisbet vurss an den stuck lands vurss gehadt

mogen hebbenn geerfft sijn. Dat erfflich tho gebruckenn. Ind Harman ende Lisbet vurss

geen recht meer noch to seggen an den vurss stuck lands noch an genen gude dat Evertz

Henxt to wesen plach in geenre wiess behalden en hebbenn. Sunder Argelist. In orkonde

unser Schepen segel van Huijssen an diesen brieff gehangen. Gegeven in den jaren ons

heren dusent vier hondert negen ende viertich des neesten manendages na Sunte Andreas

dach Apostel. [maandag 31 nov 1449]

Margetekst

Harman van Gent dreegt up Griet Hacken Jan Hacken wiff

al recht an ein stuck lantz dat vurtitz Harman Butkens to

wesen plach ende na Evert die Heijnxt geheiten die Kerckhof.

Mit ein sidt ende ein endt an erf Gossen Driesen to wesen plach.

Mitter anderen siden an erff Peter Reinerssons. Schietende

mit den anderen eijnd an die Gemeint.

Wij Berndt Bruijnssohn ind Berndt Snijepert Schepen tho Huijssen tugen, dat voir ons

kommen is Griet echte wijff wilner Johan Hacken ind bekande mit oeren vrijen will also

Johan Hack wilner oer echte man ende sie Lisbet oere twier dochter geoffert ind gegeven

hebben in sunte Elisabet Convent binnen Huessen ind sij den vurgenoemde Convent

darmede gelaefden te geven ter eeren Gots ende ter rechter medegaven een stuck lands

geheiten die Kerckhoff gelegen in der Laeck. Mitter eenre siden ende mitten einen eijnde

an erfnis dat Goessens Driesen to wesen plach. Ind mitter andern siden an erfnis dat Peter

Reinerssohns to wesen plach. Ind mit den anderen eijnde schietende an die Laijck. Wellic

vurss stuck lands den Susteren des Convents vurss doe nit gevest en waert overmitz dat

Johan Hacken vurgenoemd starf. So bekande Griet vurss dat sij Lisbet oerer dochter ind

den Susteren des Conventz vurss ende oeren Nakomelingen dat vurss stuck lands

overgegeven heft tot rechter medegaven ind in afscheidunge van alle alsulken erve ende

gude, rurende ende onrurende, als Lisbet vurss angekomen ind angeerft is van dode oeres

vaders ind mede vur al erve ende gut, rurende ind onrurende, dat Lisbet vurss noch

ankommen ind anerven mach van dode oerer moder. Ind in deser maten vurss hebben die

Susteren des Convents vurss dat vurss stuck lands mit allen brieven darvan spreckende

Page 182: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

van Grieten vurss ontfangenn ind overgenamen. Also dat die Susteren des Convents vurss

ind oer Nakomelingen an dit vurss stuck lands ende an alle brieve darvan spreckende

geerft sijn, dat erflich ende ewelich tobesitten ende to gebruckenn. Ind Griet vurss ende

oer erven darvan onterft sijn ende geen recht meer noch to seggen daran behalden en

hebben. Mede heft Lisbet vurss belaeft, dat dit vurss stuck erfs den Convent vurss erflich

ende ewelich blieven sal. Ind sie ende oer erven darvan onterft sijn. Mede heft Griet vurss

gelaeft vur Gertrut oer dochter, die noch onmundig is, dat die ock als sie tot oeren

mondigen dagen gekomen is van desen vurss stuck lands vertichnis doin sal. Ind den

Susteren des Conventz vurss dat vesten als Griet vurss gedain heft bij eenre peenen der

peindingen bij denn Richter toe Huessenn. Uit ende an all erve gut Grieten vurgenoemd,

rurende ende onrurende, reide ende onreijde, dat sie nu heft of namals werve

Margetekst

Griet Jan Hacken wijff offert dem Convent mit oer dochter

ein stuck lands geheiten Kerkhof gelegen in der Lake mit

ein sidt ende mit den einen eijnde an erf dat Gossen

Driesen to wesen plach. Mit der anderen siden an erf

Peter Reinerssons to wesen plach, mitten anderen eijnde

an die Laijck.

Folio 142

mach, mitter eenre handt te peijnden ende die pande mitter andern handt to verkopenn.

Sunder Argelist. In orkonde unser Schepen segel van Huijssen an diesen brieff

gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert eenendevijfftich op den

neesten Sonnendach post Agate Virginis. [zondag 7 feb 1451]

Wij Berndt Bruijnssoen ind Berndt Snijepert Schepen to Huijssen tugen, dat voir ons

komen sijn Henrick Kirskorff ende Alijt sijn echte wijff ende bekanden mit oeren vrijen

wil, dat sie mit einen vurgehadten berade ende mit oeren vrijen mutwille gegeven hebben

Alijden Bastart dochter Henrick Kirskorffs vurss viftenhalven margen lands die gelegen

sijn up Kampstuck, mitter eenre siden an den Hadelschen tochgrave ind mitter anderen

siden an erfnis der Susteren van Sunte Elisabet convent binnen Huijssen ind an erfnis dat

Peter Reinerssons to wesen plach ende an erfnis Gertruden van Gael. Schietende mit den

enen eijnde an die Stege ind mit den anderen eijnde an die Grote strait.

Ind mede huijs, hofstat ende erfnis dat Harwechs Koninx to wesen plach. Gelegen in die

Arnhemsche strait, mitter eenre siden an erfnis Bruns van den Rhijn ind mitter anderen

siden an erfnis Alijt Pellegrijnis ende Mechtelt Smeedts. Schietende mitten enen eijnde

an erfnis Mechtelt vurss ind mit den anderen eijnde an die strait. Ind darto

soeventheindenhalven alden schilt an reijden gelde dar Alijt Henricks dochter mede

quiten ende vrijen sall anderhalven alden schilt erffreinten so die jarlix gain uit den

huijss, hofstat ende erfnis vurss. Also dat Alit Henricks dochter vurss ende oer erven

an die viftenhalven morgen lands, huijs, hoffstat ende erfnis ende reijde gelt vurss geerft

wesen sullen, dat erflich ende ewelich to hebn, te besitten ende te gebrucken. Ende

Henrick Kirskorff ende Alit sijn echte wijff vurss ende oer erven darvan onterft sijn ende

geen recht meer noch to seggen daran behalden en hebn. In desen vurwerden of dat sacke

were dat Alit Henricks dochter vurss storve ende aflivich worde sonder enige witlick

gebort na oer blivende, so sal dit erve ende gut vurss semelich weder erven ende komen

Page 183: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

op Henrick Kirskorff vurss ende op sijn erven. Mer wert sacke, dat sie bij rade oerer

vriende in eenen geestlicken oorden of Convent gebracht worde, off dat sie bij rade oers

selves in enen Geistlicken orden of Convent genge, profes darinne dede ind darinne

bleve, so sall dat erve ende semelicke gut vurss mir oer in den orden of Convent komen

ende erflich darinne bliven. Sunder Argelist. In orkonde onser Schepen segel van

Huijssen an desen brieff gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert

eenendeviftich op Sunte Willibrords dach Episcopus to vesptit. [zondag 7 nov 1451]

Margetekst

Henrick Kirskorf gift mit sijn bastart dochter den

Convent IIIII morgen lantz up Kampstuck mit ein

sidt an den Haldelschen tochgrave und mitter

anderer siden an erf der Susteren ende Peter

Reinerssons to wesen plach ende Gertrudt van Gael.

Mitten einen eijnd an die Stege, mit den anderen

eijnd an die grote strait.

Item Gus Hofstat und erf dat Harwechs Koninx to

wesen plach in die Arnhemsche strait mit ein sidt an

erf Bruns van Rhin mit die ander sidt an erf Alit

Pilgrums ende Mechtelt Smeetz. Schietende mit den

enen eijnd an erf Mechtelt vurss ende mit den

anderen end an die strait. Darto XVII alde schilde

darmit to frien II schillingen uitgangs.

Anno 158 [?] is dit Henrich Vlotens hof gewest

beneven her Herman Reners huijs achter die schoel.

Wij Johan van Langerack ende Johan Knoep Schepen to Huessen tugen, dat vur ons

kommen is her Matthis van den Gevell Pater Sunte Elisabeten Convent binnen Huessen

uund heft bekant, dat hie van wegen des vurgenoemde Convents ende oeren

Nakomelingen in einen steden erfpacht uitgedain und verpacht heft Gisbert Dericksen

ende sijnen erven umtrint einen morgen landts geheiten den Kerckhof, ende is gelegen

mit die einre sidt nest erfnisse Margetekst

Kerckhof einen morgen lantz in erfpacht uitgedain

Kercken hoffstatt nu Malburg ten eijndt

Folio 143

Arndts van Wijck ende mit die ander sidt nest erfnisse Jan Haas. Schietende mitten einen

eijndt an erfnisse her Gerrit Bennen to wesen pleeg. Ende mitten anderen eijnde up die

Laijck. Vur eilliff ort golden Rijns gulden als onse Stadt jarlix van oer erfpacht duet

boeren ende vier Capuen erflicke jarrenth nu up sunte Peters dach ad Cathedram

neestkommende na datum sbriefs over ein jar irstwerf die vurss eijlliff ort Rijns gulden

den vurgenoemde Convent ende oeren Nakomelingen to betalen. Ind die vurss vier

Capuen up Sunte Martens dag in den winter nu nestkommende den vurgenoemde

Convent ende oere Nakomelingen die vurss erfrenth uitter die vurss erfnisse als dan ock

irstwerf angains tobetalenn ende so vort alle jar den vurgenoemde Convent ende oeren

Page 184: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Nakomelingen die vurss erfrenth mitter die vurss erfnisse up die vurss taldagenn ind

terminen erflick ind ewelick te betalen sonder ein peen der peijndinge als tot Huessen

recht is van pacht, tins ende jargelt.

Vortmeer heft her Matthis vurgenoemde van wegen des vurgenoemde Convents ende oer

Nakomelingen Gisbert Dericksen vurss ende sijnen erven desen vurss erfpacht

onverbreecklick to halden inde den vurgenoemde morgen landts gelaift te vrijen ende te

waren, ind allen vurkommer darvan aftodoin. Uitgenommen ons gnedigen heren tins inde

eilliff ort golden Rijns gulden vier Capuen erfrenth vurss ende dijck ende wetering mit

recht darto behoert. Anders enigen vurkommer, hinder of gebreck als Gisbert vurss of

sijn erven mit recht darbij leden, mugen sie dan vortan verhalen ind peijnden bij den

Richter to Huessen an ende uit allen anderen erven ende gude, rurend ende onrurende, dat

vurss Convent nu heft of hirnamals winnen inde ervenn mach mit die einre handt te

peinden ende mit die ander hant die pant to verkopenn. Inde sijn furwarde: dat Gisbert

vurss up dese vurgenoemde erfnisse setten inde doin tijmmeren sall ein huijsinge van

drien gebunden ind ock dese vurss erfnisse hie ende die sijn beteren sullenn ind tot geinre

tit bloeten noch ergeven en sullen. Ind weert sacke des also nit en geschieden ind dat

vurss Convent nu of hirnamals hinder of gebreck darbij leden,dat mach dat vurss Convent

ende alle oere Nakomelinge mit recht verhalen inde mit den panden vort to faren als

vurss is. Sunder Argelist. In orkunt onsen Schepen segel van Huessen an desen brief

gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hundert ind tseventich den

manendag na Sunte Agneten dag der Heiligen Junfferenn.[maandag 22 jan 1470]

Folio 144

Wij Henrick Masscap ende Aernt van der Weijden Scepen toe Huessen tugen, dat voer

ons komen sijn Derick van Dolre ende Alit sijn echte wijff ind hebben bekent mit hoeren

vrien wil, dat sie in enen steden erfkoep verkoft hebn Herman Uiten Werde ende sijnen

erven twee alde scilde ende darde half quartir van einen alden scilt goet van golde ende

van gewicht, rechtverdich van munten sKeisers van Romen of sKoninx van Franckrick

jarlicker erfrenten off ander paijment dair voer gelijc guet in elcker tit der betalingen uit

drie mergen ende vif hont lantz wenich meer of mijn ter goeder maten gelegen op

Campstuck, mit der eenre siden so Wij verstain nest erfnis geheiten Hadel ende nest

erfnis Herwich Coenincx ende mit der ander siden nest erfnis dat Evertz ten Hage to

wesen plach ende neest erfnis Peter Reinerss ende nest erfnis Herman Sniepertz to wesen

plach. Schietende mit den enen eijnd an die Stege ende an erfnis Herwich Coninx vurss

ende mit den anderen eijnd an die grote strait ende ock an erfnis Herwichs vurgenoemd.

Ind uit twee mergen lands ter goeder maten gelegen opt Nielant mit der einre siden so

Wij verstain neest erfnis Gerits van Averveldt, ind mit der anderer sijden nest erfnis

Bruijns van den Rhin. Schietende mit den enen eijnd an die Loostrait ende mit den

anderen eijnd an erfnis Arntz van Holthusen. Op sunte Peters dach ad Cathedram nest

comende na datum dis briefs angaens ind so voert erflick ende ewelic alle jar op den

vurss termin te betalen onder een peen der peijndingen als to Huessen recht is van pacht,

tins ende jargelde. Ind weert sacke, dat Herman vurss of sijn erven in der peijndinge

vurss enich gebreck leden an dese drie mergen ende vif hont lantz ende an dese twee

mergen lands vurss, dat gebreck mogen sie vort peinden bij den Richter to Huessen an

enen Kamp lantz gelegen in der Oplage, mit der eenre siden nest erfnis Daem Belsters

Page 185: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ende mit der ander siden nest erfnis Johan Bruijnssons ende sijnre susteren. Schietende

mit den enen eijnd an den dijck ende mit den anderen eijnd in den stranck. Mit der eenre

handt te peinden ende die pande mit der andere hant te verkopen. Beheltlick dat Derick

van Dolre vurss ende sijn erven van den erfreijnten vurss enen alden schilt wederkopen

ende quieten mogen alle jar erflick ende ewelick up Sunte Peters dach ad Cathedram of

binnen verthien dagen darneest volgende mit veertien ald scilden hoefstels paijmentz

vorss ind mit den verschenen erffrenthen. Ind wanneer dit geschiet were, dat als dan die

een alde schilt ind dardehalf quartier alde schiltz blijvender renthen gain sullen uit den

drie mergen ende vijf hont lants vurss gelegen op Campstuck ende anders nergent uith.

Ind die daran te verhalen ind nijet veeder. Sonder Argelist. In oirkond ons Scepen segel

van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hondert

achtende dartich up Sunte Anthonis dach. [vrijdag 17 jan 1438]

Margetekst

Derick van Dolre ende Alijt sijn echte wijff verkopt

Herman uitten Werde II alde schilde ende III

quartieren van einen schilde uit III morgen ende V

hont lands op Campstuck mit ein sidt nest Hadel ende

erf Herwich Kunnings ende mit der anderen sidt nest

erf dat Evertz ten Hage to wesen plach ende nest erff

Peter Reinerssons ende nest erf dat Herman Snipertz

to wesen plach. Schietende mitten einen eijnde an die

Stege ende an erfnis Herwich Konings ende mit den

anderen eijnd an die grote strait ende ock an erfnis

Herwichs vurss. Item uit II morgen lands up Nielant

mit ein sidt nest erff Geritz van Averfeldt mit die

ander sidt nest erff Bruins van den Rhin. Schietende

mit den enen eijndt an die Loostrait ende mit den

anderen eijndt an erff Arnts van Holthus.

Margetekst

Ein schilt losbar van dat gefrijet sall dat ander up

Kampstuck stain blivenn.

Wij Bernt Bruijnssoen ind Jacob van der Lijnden Scepen toe Huessen tugen, dat voer ons

komen is Herman uit den Werde ende heft bekant mit sijnen vrien wil, dat hie in einen

steden erfkoep verkoft heft Henrick Kirskorff ende sijnen erven twee alde scilde ende

dardehalf quartier van enen alden schilt jarlicker erfrenthen. So Herman vurss die voir

tits gekoft heft van Derick van Dolre ende Aleijden sijnen echten wijve uit drie mergen

ende vif hondt lands gelegen up Campstuck ende uit twee mergen lands gelegen opt

Nielant na uitwiesunge eens scepenbriefs van Huessen darvan spreckende op Sunte

Peters dach ad Cathedram neest

Margetekst

Herman uit den Werde verkopt Henrick Kerskorf die

nest vurss II alde schilde ende III quartieren schilde

eertitz van Derick van Dolre gekofft uit III mergen

Page 186: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ende V hont up Kampstuck ende II mergen up

Nielant.

Folio 145

komende na datum diss briefs angains ende so vort erflic ende ewelic alle jar op den

vurss termin uit den vurss erve te heffen ende te boeren onder een peen der peijndingen

als to Huessen recht is van pacht, tinze ende jairgelde. Vortmere heft Herman vurss

upgedragen ende overgegeven Henrick Kirskorff vurss enen Scepenbrief van Huessen

spreckende van den tween alden schilden ende darde half quartir van enen alden schilt

erffrenthen vurss. Also dat Henrick vurss ende sijn erven rechte volgere des vurss

Scepenbriefs wesen sollen alle voirwerden gelijc die vurss brieff uitwijst ende begrepen

heft mit recht te vorderenn ende darmede te doen ende telaten gelijc dat Herman vurss

voir datum dis briefs doin mocht. Ind Henrick vurss ende sijn erven an die erfrenthen

vurss ende brief darvan spreckende geerft sijn ende die erflic ende ewelic besitten ende

gebrucken sollen ende Herman vors ende sijn erven darvan onterft sijn ende geen recht

meer noch to seggen daran behalden en sollen. Sunder Argelist. In orkonde onser Scepen

segel van Huijssen an desen brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier

hundert vifendeviertich des neesten manendages na Sunte Tiburtius ende Valerianus

dach. [maandag 19 apr 1445]

Wij Henrick Masscap, Henrick Lamaije, Harman uit den Werde, Johan Dericks son ind

Berndt Snijepert, Scepen to Huessen tugen, dat Derick Roesennouwe Bastert Richter to

Huessen vur ons gesicht ende gesagt heft, dat an oen quam Agnese Dumers echte wijff

Derick Dumers ind badt oen, dat hie oer geven wolde Johan ter Stegen den geswaren

bade te Huessen to peijnden Derick Mommen an erfnis ende gut, dat Harwich Koninx te

wesen plach, als vur anderhalven alden schilt verschenenre jarrenthen na uitwiesunge

oere brieve die sie darvan hed. Ind dat hie oer den brief vurss bade darup gegeven had.

Des quam vur den Richter ende vur ons Scepen vurss Johan ter Stegen vurss ende gichten

als ein geswaren bade, dat hie tot behoef Agnesen vurss gepeijnt hed an erfnis ende gut,

dat Harwich Konincx to wesen plach ende nu Derick Mommen to hoert. Als mit namen

an huijs, hoffstede ende erfnis gelegen mitter einre siden an erfnis dat Pelegrims van

Kempen te wesen plach ind erfnis Arntz van Aem ind mitter anderen siden an een ledige

hoffstede, die legt tusschen deser vurss erfnis ende erfnis Bruijns van den Rijn. In mede

an erfnis Bruijns vurss. Schietende mitten enen eijnde an erfnis Arntz vurss ende mitten

anderen eijnde an die strait. Ind mede an viftehalff houtlands to guder maten gelegen up

Kampstuk , mit eenre siden an Hadel ende mitter andern siden ind mit beiden eijnden an

erffnis Henrick Kirskorfs, als vur anderhalven alden schilt erffreijnten na uitwiesunge

oerer brieve gelijck vurss is. Des vragden Agnese vurss den Richter vurss een vondenis,

woe sie mit oeren gepeijnden panden vortfaren solde als recht is. Des fragden die Richter

vurss vort ons Scepen vurss. Des wijsden Wij scepen vurss. Sintemal dat ons kondich

were, dat Derick die Dumer Agnesen sijne echten wijve sijn gut, orkonde ons Schepen

vurss gemechtijgt hed darmede to doin ende to laten gelijc oen selve, hed Agnese vurss

dan mit recht gepeijnt, so solde sie die pande verkopen enen koepman ind genen die umb

et meiste gelt ind als sie die pande verkoft hed, so solde sie die pande bieden, orkonde

Scepen, den genen den sie die pande afgepeijnt hed, of hie die pande net beschudden

wolde mit den gelde dar sie vur verkoft weren ind en wolde die der pande nit

Page 187: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst

Agnes echte wijff Derick Dumers slijt Derick Mommen

erff ende gut dat Harwich Koninx to wesen plach.

Nemblich hus, hofstede ende erf mit ein sidt an erff

Pilgrums van Kempen to wesen plach ind erfnis Arntz van

Aem, mitter ander siden an ein ledige hofstede, die ligt

tusschen deser erfnisse ende erfnis Bruins van den Rhin

ind mede an erfnisse Bruins vurss. Schietende mit den einen

eijnde an erfnisse Arnts vurss ende mitten anderen eijnde

an die strait. Item IIIII hont lantz up Kampstuck mit ein sidt

an Hadel, mit die ander sidt ende beiden eijnden an erfnis

Henrick Kerskorfs, die dat pant an sich gekofft vur II alde schilt.

Folio 146

beschudden dat hie dan die pande den Here solde bieden ind en wolde die Here die pande

nit hebben, dat hie dan die pande sijnen koepman geven solde. Des heft Agnese vurss die

vurss pande verkoft, oirkonde ons Scepen vurss, Arnt van den Bonghert voir anderhalven

gueden alden schilde ende vur sulcken onrait als dar mit recht op komt. Ind Arnt van den

Bongart vurss heft den selven koep, orkonde ons Scepen vurss, Henrick Kirskorfs

overgegeve ende den koep vurss van Agnesen vurss tontfangen gelijck dat hij hed mogen

doin. Ind Agnese vurss heft die vurss pande ijrst gebaden, orkonde ons Scepen vurss,

Derick Mommen wulke vurss pande doe nit beschudt en worden als recht is. Darna heft

Agnese vurss die vurss pande gebaden, orkonde uns Scepen vurss, den Richter vurss, an

ons guedigen Hern behoiff, die ock der pande nit hebben en wolde vur dit vurss gelt. Des

heft Agnese vurss die vurss pande, orkonde ons Scepen vurss, gepeijnt Henrick Kirskorff

oeren koepman. Want oen Arnt van den Bongert vurss den koep overgegeven had gelijc

vurss is. Ind die Richter vurss heft Henrick Kirskorff vurss in die vurss pande geleijt als

recht is. Doe fragden Henrick Kirslorff vurss den Richter vurss ein vondenis wie oen der

vurss pande ende erfnis een weer hoefen solde.Ten rechten des fragden die Richter vurss

voirt ons Scepen vurss. Dess wiesden Wij Scepen, dat die Richter to Huessen die na is

ende die namals wesen sall, die sal Henrick Kirchkorff vurss ende sijnen erven der vurss

pande ende erfnis ein waer wesen aan uns gnedigen Heren wegen. Beheltlich daran enen

ijgelicken sijns rechten. Sunder Argelist. In orkonde ende getuch der warheit so heb ick

Derick Rosenouwe Richter vurss mijnen segel bij der Scepen segel van Huessen an desen

brieff gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert soevenende

viertich des nesten dinsdages na onser liever frouwen dach Conceptio. [dinsdag 28 mrt

1447 ]

Wij Lambert ter Heren Have ind Henrich van Dalre Schepen tot Huessen tugen, dat voir

ons komen is Johan van den Sande ind heft bekant mit sijne vrien willen vor oin ende

sijnen erven, dat hij in einen vasten steden erffkoep vercofft, upgedragen ind

overgegeven heft hern Wilhem Inghen Nuwlant, Pater des Conventz ind Susterhuijss tot

Huessen, tot behof des Conventz vurss vier margen lantz to guder maten gelegen mitter

eijnre zijden nest erfnisse des Convents vurss, des hofmeisters Maes van Rhin ind der

Vicarien lant van S. Johans Altar binnen der Kerck van Huessen. Mitter anderer zijden

neest erfnisse Jan Heijkamps. Schietende mit den enen eijnde ain der Hoeven ind mitten

Page 188: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

anderen eijnde an Hadel, mit allen brieven darvan spreckende. Also dat Johan van der

Sande vurss ende sijn erven darvan onterfft sijn ende geen recht meer noch to seggen an

behalden en hebn ind dat dat Convent vurss daran geerft wesen sall, erfflicken ende

ewelicken sal mogen besitten, gebrucken, dar mede doin ende laten gelic Johan vurss voir

datum briefs heft mogen doin ind laten. Vortmere gelaifden Johan vurss voir oin ende

sijnen erven den vurss Convent dese vurss erfnisse to vrijen ende to waren jair ende dach

vur ene frij eijgen erve ind allen voirkomer darvan afftedoin. Uitgenamen uiter elcken

morgen jarlix painde

Margetekst

Jan van den Sant verkopt h. Willem Ingen Nuulant

Pater IIII morgen lants mit ein sidt nest erfnis des

Convents, des hoffmeisters Mais van Rhin ind der

vicarien lant van S. Jans Altar, mitter ander siden

nest erfnis Jan Heijkamps. Schietende mit den einen

eijnd an die Hoeven mit den andern eijndt an Hadel.

Uitgang uit iedern morgen XIII herngroten min I

holland

Folio 147

darthien herengroten mijn eijnen Hollands, dijck ende wetering als dar mit recht to

behoert. Anders enigen voirkommer, hinder of gebreck als dat Convent vurss mit recht

darbij lede of krege, to mogen verhalen ind peinden bij h. Richter tot Huessen ain ind

uiter twee alden schilden sjars painde uiter husinge Frerick Poppinx ind voirtan ind uiter

al erfnisse ind gude Johans vurss, rede ind onrede, rurende ind onrurende, dat hie nu up

datum sbriefs in den Schependumb van Huessen heft. Mitter einre handt daran toe

peinden ind die pande mitter ander hant tvercopen ind darmede vort to faren als tot

Huessen recht is. Sonder Argelist. Inne oirkonde uns Scepen segel van Huessen an desen

brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hundert ind einindtnegentich

des neesten dinsdags na den Sondag Letare Jhrlm (Laetare Jerusalem). [dinsdag 16 feb

1491]

Margetekst

Wahr II alde schilde jarrenthen uit husinge Frerick Poppincks

Ick Wilhelm van Halderen Richter tot Huessen ind tot Malbergen tuge apelicken in desen

apenen brief, dat vur mij ind vur Scepen tot Huessen hir na beschreven, gekommen is

Gordt Keteler ind bad mij dat ick oen geven woll Henrick van Dalre geswaren baedt tot

Huessen to peinden an ein stuck lands gelegen an die Breede strait genompt dat

Kampstuck, dat Rickquin Heijmerick zelige mit sijnen tween dochteren den Convent

binnen Hussen van Sunte Elizabete orden gegeven heft. Als vur einen halven tins sjars als

ons gnediger Her jarlix uith sijnen huijs hefft ind van verlopen achterstedigen thijns ind

schaed vur wilkoeren halven tins Gordt vurss dat vurss Kampstuck to warburg gelacht is.

Darup ick Richter vurss Gaerdt vurss den vurss geswaren baed gegunt heb to peinden

tallen rechten. Des quam vur mij Richter ind vur Schepen nabeschreven Henrick van

Page 189: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Dalre geswaren baed ende gichten up sijnen endt. Dat hie tot behoif Gordt Ketelers vurss

gepeint heft an ein stuck lantz geheiten dat Kampstuck, gelegen in der Breeder strait mit

die eine sidt ind enen eijnd an erfnisse Arnt Everwin ind mit der ander siden nest erfnisse

Juncker Dericks van Wijlacks Erfhofmeister unsers gnedigen Hern. Streckende mit den

anderen eijnd an die Breede strait vurss als vur einen halven tins siars, die uiter Gaerdts

Husinge jarlix geet dar fur Gordt vurss dat vurss Kampstuck to warburg gelacht is ind

vort vur verlopen achterstedigen tins ind schad mit recht. Des fraegden Gordt vurss mij

Richter woe hie mit sijnen gependen pande vort solde faren als recht is. Des fragden ick

Richter vurss den Schepen na beschreven. Des wijsden Wij Schepen also herr Gordt

vurss gepant heft als recht is. So solde hie die pande verkopen einen koepman ende

geiven die umb dat meeste gelt ind als hie die pande verkoft hed, so solde hie die pand

irst bieden, orkunt Schepen, den geenen die sie afgepeint sijn. Wolde die die pande nit

beschudden mit den gelde dar sie vur verkoft sijn, so solde hie die pande den Herm

bieden. Wolde die Her die pand nit, so solde hie die pand sijnen koepman thoslaen ind all

orkonde Schepen. So heft Gordt Keteler vurss die vurss pand Johan van Arnhem vur den

halven tins ind verlopen achterstedigen tins ind schadt mit recht verkoft. Ind hie heft die

pandt, orkunt Schepen, gebaden Derick Heijmerick ind Willem van Halderen, Joriens son

echte man Alit Heimericks, ind Gerrit Kerskorf, Lisbet Heijmericks oeren echten man to

Nimwegen an sijnen hus mit einen Schepen Weetbrieff mit den geswaren baed der Stadt

van Huijssen, gelick die badt dat gericht heft die do tertit nit beschudt en worden als recht

is. Darna so heft Gordt Keteler vurss

Margetekst

Gordt Keteler slijt ein stuck lands an die Breede strait

genoempt dat Kampstuck, dat Ricquin Heijmerick

zaliger mit sijnen 2 dochteren den Convent gegeven

heft, vur I tins mijn sl. (zaliger) her uit sijn Hus jarlix

heft ende den achterstant vur wilchen I hus dat Kampstuc

te warburgs gelacht, mit ein sidt ende ein eijndt an erf

Arnt Everwins mit die ander sidt nest erf Juncker Dericks

van Wilacks Erf so smeisters streckende mit den andern

eijnd an die Breede strait.

Folio 148

dieselve pand gebaden, mij Richter vurss, tot behoif onss gnedigen Heren, die ick ock vur

de vurss gelt nit hebben en wold. Des so heft Gordt Keteler vurss die vurss pand sijnen

koopman vurss overgegeven so om dat vurgeweist is van den Schepenen. So heft Johan

van Arnhem koepman vurss dieselve pand, orkont onsseren Schepen, terstunt wederumb

upgedragen ind overgegeven Gordt Keteler vurss und ick Richter vurss heb Gordt vurss

in die vurss pandt geheert als recht is. Des fragden Gordt vurss mij Richter vurss ein

ordell wie um der pand ein waer wesen solden ten rechten. Des wisden Wij Schepen, dat

die Richter die nu is of hir namals wesen soll, die soll Gordt vurss ende sijnen erven der

pand ein waer wesen van ons gnedigen Heren wegen. Doch beheltlick ein ygelick

sijns guden rechten an die vurss pandt to behaldenn. Uitgenomen die goen oer recht ende

to seggen overmitz dese pantslietunge afgewonnen is. Sunder Argelist. Hir waren over

ende an als Schepen tot Huijssen Segewalt ter Hern Haeff, Derick Smalevelt ind Arndt

Everwin ind Jorien van Halderen. Dis in orkond ende getugnisse der warheid heb ik

Page 190: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Richter vurss mijnen segel an desen brief gehangenn. In Wij Schepen vurss hebben om

die mere vestenisse willen ons Schepen segel van Huijssen an desen gehangen. Gegeven

in den jar ons heren dusent viff hondert ende einentwintich up S. Gallen dach Confessors.

[woensdag 16 okt 1521]

Wij Berndt Snijepert ind Berndt Bruijnsson Schepen to Huessen tugen, dat vur uns komen

sijn Goessen die Henxt ende Gertrudt sijn echte wijff, Johan van Horlen ende Griet

Hacken ind bekanden mit oeren vrijen will voir hoen ind voir oer erven schuldig te wesen

van gerechter schult den Susteren van Sunte Elisabet Convent binnen Huessen ende oeren

Nakomlingen Susteren des Convents vurss twintich gude golden overlenschen Rijnschen

gulden of paijment dat dar gut vur is in der tit der betalingen op onser liever Vrouwen

dach Lichtmisse neest komende na datum dis brieffs te betalen. Vur dese vurss summe

gelts hebben Goessen , Gertrudt, Johan ende Griet vurss tot einen rechten onderpande

gesat den Susteren van Sunte Elisabet Convent vurss ende oeren Nakomelingen enen

margen lantz ter guder mate gelegen up Uiter Haijdel, mitter eenre siden an erfnis der

Susteren vurss ende mitter anderen siden an erfnis Derick Smeeds ende Lijla Butkens.

Schietende mitten enen eijnde an Stege ende mitten anderen ende an die Loostrait. In

desen vurwerden: Off dat sacke were dat die vurss summe gelts guden den Susteren des

Conventz vurss op den termin der betalingen vurss nijt betalt en worde in alinger wiess,

so sal die margen landts vurss mit allen brieven darvan spreckende den Susteren van

Sunte Elisabet Convent vurss ende oeren Nakomlingen Susteren des Convents vurss dar

fur verfallen wesen. Also dat die Susteren des Convents vurss ende oeren Nakomelingen

an den vurss margen lands ende an allen brieven darvan spreckende geerft sollen wesen

den erflich ende ewelich te hebben, te besitten ende te gebrucken. Ind Gossen, Gertruet,

Johan ende Griet vurss ende oer erven dan darvan onterft wesen sollen. Ind geen recht

meer noch to seggen dan daran behalden en sollen. Ind weret sacke dat den Susteren des

Convents vurss dese vurss margen lands verfiel in maten vurss, so hebben Goessen,

Gertrudt, Johan ind Griet vurss gelaeft den Susteren des Convents vurss den vurss

mergen lands te vrijen ende te waren jar ende dach als erfkoeps recht is tegen alle die

geen die des ten rechten komen willen ende allen

Margetekst

Gossen die Henxt, Jan van Horlen ende Griet Hacken

bekennen dem Convent schuldig te sijn XX golde

overlens Rinsch gulden up nest folgen Lichtmis to

betalen ende steten darfur tonderpant I morgen landtz

up Uiter Haijdel mit ein sidt an erf der Susteren.

Mit die ander sidt an erf Derick Smeetz ende Lila

Butkens. Schietende mit den enen eijndt an Stege

ende mit den anderen eijndt an die Loostrait. Imfal

mistaling sal der morgen verfallen sijn.

Folio 149

voirkommer darvan aftedoin. Uitgesacht achtien Herngroit ende enen brabans jarlicker

erfrenten ende dijc ende weteringe als dair mit recht tohoeren. Anders enigen

voirkommer, hinder of gebreck als die Susteren des Convents vurss ende oer

Nakomelinge mit recht darbij leden, hebben oen Gossen, Gertruet, Johan ende Griet vurss

Page 191: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

gelaift mit gesamender hant ende ellic vur al vur hoen ende vor oer erven optorichten

ende volkomelich schadelos darvan te halden. Voirtmere heft Griet Hacken vurss gelaift

vur Gertruet oere onmondige dochter dat sie tot oeren mondigen dagen den Susteren des

Convents vurss sal van den margen lands vurss vestnis ende warschap doin in alre maten

als vurss is. Onder een peen der peijndingen an allen erve ende gude Grieten vurss,

rurende ende onrurende, dat sie nu heft of namals werven mach. Mitter eenre handt te

peinden ende die pande mitter anderen handt te verkopenn. Sonder Argelist. In oirkonde

ons Schepen segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren

dusent vier hondert eenende vifftig die beati Anthonii. [zondag 17 januari 1451]

Margetekst

Uitgang I Herngroit I brabans

Wij Berndt Bruijnssoen ind Berndt Snijepert Schepen toe Huessen tugen, dat vur ons

komen sijn Lijla echte wijff wilner Henrick Butkens ind Haderich echte wijff wilner

Geritz van Riszwick ende bekanden mit oeren frien wille dat sie in einen steden erfkoep

verkoft hebben den Susteren unde Sunte Elisabet Convent binnen Huessen ende oeren

Nakomelingen enen margen lands gelegen up Uijter Hadel mitter eenre siden an erfnis

Derick Smeeds ende erfnis dat Johans van Wensen to wesen plach. Ind mitter anderen

siden an erfnis Derick Smeeds ind an die Stege strait. Schietende mit den enen eijnde an

Stege ind mit den anderen eijnde an die Loostrait. Mit allen brieven darvan spreckende.

Als dat Lijla ende Hadewich vurss ende oere twijer erven darvan onterft sijn ende geen

recht meer noch tho seggen daran behalden en hebben. In die Susteren des Convents

vurss ende oere Nakomelinge daran geerft sijn, die erfnis vurss erfflich ende ewelich te

hebben, te besitten ende te gebrucken. Ind mitten vurss brieven te vordere, te doin ende te

laten in alle dermaten ende manieren als Lijla ende Hadewich vurss vur datum dis briefs

doin mochten. Sunder Argelist. In orkonde onser Schepen segel van Huessen an desen

brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert eenendeviftich up

Sunte Pancratius dach. [woensdag 12 mei 1451]

Margetekst

Lila wilner Henrick Butkens wijff ende Hadewich echte

wiff Geritz van Riszwick verkope den Susteren I margen

lants up Uiter Hadel mit ein sidt an erf Drick Smeetz ende

erf Dericks Johan van Wensen to wesen plach. Mitter

ander siden an erf Dericks ende an die Stegestrait.

Schietende mitten enen eijn an Stege ende mitten anderen

eijnd an die Loostrait.

Wij Berndt Bruijnsson ind Berndt Snijepert Schepen to Huessen tugen, dat vur ons

komen sijn Derick Smijt ende Lisbet sijn echte wijff ende bekanden mit oeren vrien

wille, dat sie in einen steden erffkoep verkoft hebben den Susteren van Sunte Elisabet

Convent binnen Huessen ende oeren Nakomelingen enen margen landtz to gude maten

gelegen up Uijter Haijdel, mitter einre siden an erfnis der Susteren vurss ind mitter

anderen siden an die Stegestrait. Schietende mitten enen eijnde an Stege ende mitten

anderen eijnde an die Loostrait. Also dat die Susteren van Sunte Elisabet Convent vurss

ende oere Nakomelingen an den margen lants vurss geerft wesen sullen, den erflich ende

Page 192: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ewelich te besitten ende te gebrucken. Ind Derick Smijt ende Lisbet sijn echte weiff vurss

ende oer erven darvan onterft sijn ende gein recht mere noch to seggen daran behalden en

hebben. Vortmere hebben Derick ende Lisbet vurss gelaift den Susteren vurss ende oer

Nakomelingen den margen lands vurss to frijen ende to waren jar ende dach tegen alle

die geen, die des ten rechten komen willen. Ind allen

Margetekst

Derick Smijt verkopt den Susteren I morgen lantz up Uijter

Haijdel mit ein sidt an erf der Susteren, mit die ander sidt

an die Steegstrait. Schietende mit den enen eijnd an Stege

ende mit den anderen eijnd an die Loostrait.

Folio 150

voirkommer darvan aftedoin. Uitgesacht alsulcken pacht als onse gnedige Here dar jarlix

mit recht uit heft ende dijc ende weteringe als dar mit recht tohoren. Anders mugen

voirkommen, hinder of gebreck als die Susteren des Convents vurss mit recht darbij

leden, mugen sie verhalen ende peinden bij den Richter to Huessen an ende uit den huijs

ende hofstede dar Derick ende Lisbet vurss nu ter tit wonen, gelegen tusschen huijs ende

erfnis Daem Belsters ende tusschen hus ende hoffstat dat Derick Dumers to wesen plach.

Mitter einre handt to peinden ende die pande mit der anderen handt to verkopenn. Sonder

Argrlist. In orkonde onser Scepen segel van Huessen an desen brieff gehangen. Gegeven

in den jaren ons heren dusent vijr hondert tweende viftich up den neesten gudensdag na

Bonifacii Episcopus. [woensdag 7 jun 1452]

Margetekst

Uitgang mijns g.H. pacht

Margetekst

Wahr Derick Smeets huss tusschen hus ende erf

Daem Belster en tusschen hus ende hofstat Derick

Dumers to wesen plach

Wij Berndt Snijepert ende Rotger die Vriese Schepen to Huessen tugen, dat voir ons

komen sijn Johan die Leuwe, Rembolt van Vlodorp ende Katherine sijn echte wijff ende

bekanden mit oeren vrijen wille, dat sie in einen steden erffkoep verkoft hebben Harman

Willensson geheiten Snijepert ende sijnen erven twee margen lands, die gelegen sijn up

Uijter Haijdel. Mit der einre siden an erfnis der Susteren van Sent Elisabet Convent

binnen Huessen ende mit der anderen siden an erfnis dat Henrick Heijncken to wesen

plach. Schietende mitten einen eijnde an Stege ende mitten anderen eijnde an die

Loostrait. Also dat Harman vurss ende sijn erven an die twee margen lands vurss geerft

wesen sullen, die erfflich ende ewelich te besitten en te gebrucken. En Johan die Leuwe,

Rembolt ende Katherina vurss ende oer erven darvan onterft sijn ende geen recht meer

noch to seggen daran behaldenen hebben. Vort meere hebn Johan die Leuwe, Rembolt

ende Katherine vurss gelaift Herman vurss ende sijnen erven die twee margen lantz vurss

te vrijen ende te waren jair ende dach als erfkops recht is. Vur alle die ghene, die des ten

rechten komen willen ende alles voirkomer darvan aftedoin. Uitgenamen alsulcken pacht

Page 193: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

als onse gnedige Her dar jarlix uit heft ende dijck ende weteringe als dar mit recht

tohoeren. Anders enigen voirkommer, hinder of gebreck als Harman vurss ende sijn

erven mit recht darbij leden, mogen sie verhalen ende peijnden bij den Richter tho

Huijssen an allen erve ende gude Johans Leuwen, Rembolts ende Katherinen vurss

rurende ende onrurende, reijde ende onerijde. Dat sie nu tertit hebben ende hijr namals in

den Schependumb van Huijssen krigen mogen, mitter einre handt to peijnden en die

pande mitter andern handt te verkopenn. Sonder Argelist. In orkonde unser Schepen segel

van Huijssen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier

hondert acht ende viftich op Sente Benedictus dach des Heiligen Abts. [dinsdag 21 mrt

1458]

Margetekst

Jan die Lew, Rembolt van Vlodorp verkopen Herman

Wellensson geheiten Snijpert II margen lands up

Uijter Haijdel mit ein sidt an erf der Susteren, mit die

ander sidt an erf dat Henrick Heijncken to wesen

plach. Schietende mitter einen eijnd an Stege ende

mitten andern eijndt an die Loostrait.

Margetekst

Uitgang mijns g. H. pacht

Wij Johan Dericksson ende Berndt Snijepert Scepen toe Huessen tugen, dat vor ons

komen sijn Berndt Snijepert, Schepen vurss, tugende over hoen selve ind Hille sijn echte

wijff ind bekanden mit oeren vrijen wille, dat sie in einen steden erffkoep verkoft hebben

den Susteren van Sunte Elisabet Convent binnen Huessen ende oeren Nakomelingen enen

margen lands gelegen up Uijter Haijdel. Mitter eenre sijden an erfnis der Susteren des

Conventz vurss ind mitter anderen siden an erfnis Rembolts van Vlodorp. Schietende mit

den enen eijnde an die Stege ende mit den anderen eijnde an die Loostrait. Mit allen

brieven darvan spreckende. Also dat die Susteren des Conventz vurss ende oere

Nakomelinge an den margen lands

Margetekst

Berndt Snijepert verkopt den Susteren I morgen up

Uiter Hadel mit ein sidt an erf der Susteren, mit die

ander sidt an erff Remboltz van Vlodorp. Schietende

mit den enen eijndt an die Stege ende mitten andern

eijndt an die Loostrait

Folio 151

vurss ende an die brieve darvan spreckende geerft sijn, den erflich ende ewelich to

besitten ende te gebrucken ind Berndt ind Hille vurss ind oer erven darna onterft sijn ind

geen recht meer noch te seggen daran behalden en hebben. Voirtmere hebben Berndt ind

Hille vurss gelaift den Susteren des Convents vurss ende oeren Nakomelingen den vurss

margen lands te vrijen ende to waren jar ende dach als erfkoeps recht is tegen alle die

geen die des ten rechten kommen willenn. Ind allen voirkommer darvan aftedoen.

Page 194: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Uitgesacht achtien herengroit so onse gnedige Here die jarlix daruith heft ende dijc ende

weteringe als dar mit recht to hoeren. Anders enigen vurkommer, hinder of gebreck als

die Susteren des Convents vurss of oere Nakomelinge mit recht darbij leden, mogen sij

verhalen ende peinden bij den Richter to Huijssen uit vierdenhalven morgen lantz Berndt

ind Hillen vurss to hoerende gelegen Op Loe, mitter eenre siden an erfnis dat Herwech

Kunninx to wesen plach. Ind mitter anderen siden an erfnis dat Gerits van Averfelt to

wesen plach. Schietende mitten enen eijnde an Holthus ind mitten anderen eijnde an die

Loostrait, mitter eenre handt to peinden en die pande mitter anderen handt te verkopen.

Sonder Argelist. In orkonde unser Schepensegel van Huessen an diesen brieff gehangenn.

Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert ende viftich op den neesten vridag na

des Heiligen Cruijsdach Inventio. [vrijdag 8 mei 1450]

Margetekst

Uitgang XVIII Herngroit mijns ge. hern erfpachtz

Margetekst

Wahr IIII morgen lantz Op Loe mit ein sidt an erf

Herwech Kunnings mit die ander sidt an erfnis dat

Gerits van Averfelt to wesen plach Schietende mit

den einen eijndt an Holthus, mit den anderen eijndt

an die Loostrait.

Wij Derick van Els ende Peter Bellert Schepen tot Huessen tugen, dat vur vur uns komen

is Gordt Keteler unnd Vlent sijn echte huijsfrow und hebben bekant mit oeren vrijen will

vur oer ende oeren erven, dat sie vur ein summe gelts die oer wal to willen unnd to danck

uitgericht und betalt is, upgedragen und overgegeven hebben Suster Eeffs Oesterhowts

Procuratrix des Susterhuss und Convents van Sunte Elisabetz orden binnen Huijssen in

behoif des vurss Convents alle sullicken verwijn recht als sie hadden an ein stuck lands

genompt dat Kampstuck, na vermugen und inhalt ein verwins brieff die sie terstunt Suster

Eeffs Pocuratrix in behoiff des vurss Conventz meed overgegeven hebben. Also dat

Gordt und Vlent die echte luijd vurss und oer erven van dat vurss stuck lands und

verwinsbrief onterfft sullen wesen und geen recht meer daran behalden und dat vurss

Convent an dat vurss stuck lands und brief geerfft unnd gerechtigt sall wesen, besitten,

gebrucken doin und late gelick Gordt und Vlent die echte luijd vurss vur datum dis briefs

hebben mogen doin und laten. Vort mere hebben die echte lued vurss gelaift vur oer und

oeren erven, dat vurss Convent to frijen und to quieten van den vurss halven tins siaers

als uiter oeren huijs geet dat an die Stadt Wall leijts, tegen over dar dat alde Tolhus pleeg

to stain. Und hebben darfur tho warburg gelacht die vurss husinge und vort al oer gut, dat

sie in den Schependumb van Huijssen hebben of dat sach were, dat Convent vurss tot

eniger tit hinder of gebreck mit recht darbij leden, sulck gebreck, hinder uund schade

mach dat vurss Convent altit verhalen und penden bij den Richter tho Huijssen an die

vurss husinge ind gut der echte lued vurss, mit die ein handt to penden und mit die ander

handt die pand verkopen und darmit vort tofaren als tot Huijssen recht is. Sunder

Argelist. In orkond der warheit hebben Wij Schepen vurss onsen Schepen segel van

Huijssen an desen brief gehangen. Gegeven in den jar uns heren dusent viff hundert und

einundtwintich up S. Tomas avent des heiligen Apostels. [vrijdag 20 dec 1521]

Page 195: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst

Gordt Keteler verkopt den Convent dat verwin an ein

stuck lands geheiten dat Kampstuck und gelaift datselve

to frijen van den halven tins jarlix als uiter sijnem huse

an die Stadt wal tegen dat alde tolhus aver geet, darfur

dat vurss stuck landtz to pande unnd werburg gelacht

unnd ingesloten was.

Folio 152

Wij Henrich die Zeelander ind Henrich Rolofs sone Schepen toe Huessen tugen, dat vur

ons kommen sijn Derich Bonart und Stijne sijn echte wijff ende hebben bekant mit oeren

vrijen wille, dat sie gelaift hebben Jacob van den Wiel Henrickssone ende sijnen erven

toe wairen jar ende dach alse erfkoep recht is een stuck lands, so dat gelegen is in die

Stege nest Kampstuck mit der eenre siden ende nest erfnisse Goderts van der Linden mit

der anderen siden. Mit den eenre eijnde schietende up Hadel ind mit den anderen eijnde

op die Hueven tegen alle die gene dies ten rechten kommen willen ende allen vurkommer

aftedoin. Uitgenamen sessentwintich Vlemsche grote paijmentz als die Her van sijnen

pacht duet boeren. In elker tit der betalingen ende enen cleinen penninck of twee meer of

min ind alsulcken dijck ende weteringe als dar mit rechte op leegt. Anders enigen

vurkommer, hinder of gebreck als Jacob vurss of sijne erven mit rechte dar bij leden,

mogen sie tot oere maningen peijnden bij den Richter toe Huijssen uit allen gude Dericks

ende Stijnen vurss, rurende ende onrurende, sdat sie nu hebben of hirnamals werven

mugen, mitt der einre handt to peijnden ende mit der ander hant die pande to verkopen.

Sunder enich wederleggen. Hir fur hebben gelaift als warburgen Gerit van Riswich ende

Johan Bavendorp in des vurwerdenn wert sache, dat Jacob vurss deser peindingen vurss

enich gebreck lede of sijne erven an Dericks ende Stijnen gude vurss, dat gebreck mugen

Jacob vurss ende sijne voirt peijnden bij den Richter vurss uit alle guede deser warburgen

vurss, rurende ende onrurende, ende mit die vortofaren als vurss is. Sunder Argelist. In

orkonde onser Schepen segel van Huessen an desen brief gehangen. Gegeven in den jaren

ons hern dusent vier hondert ende negentien op Sunte Wilbrords avent. [dinsdag 7 nov

1419]

Margetekst

Derick Bonart stelt warburgen Jacob van den Wiel to

waren ein stuck lands in die Stege nest Kampstuck

mit die ein sidt, nest erf Godertz van Linden mit die

ander sidt. Mit den einen eindt schietende up Hadel

mit den anderen eijndt up die Hueven.

Margetekst

Uitgang XXVI grote I Vlemsche klein

Wij Henrich die Zeelander ind Henrich Roelofs sone Schepen to Huessen tugen, dat vur

uns kommen sijn Derich Bonart ende Stijne sijn echte wijff ende hebben bekant mit oeren

vrijen wille, dat sie in enen steden erfkoepe verkocht hebben Jacob van den Wijele

Page 196: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Henricks son ind sijnen erven een stuck lants, dat gelegen is in die Stege nest dat

Kampstuc mit der eenre siden ende neest erfnisse Gaderts van der Lijnden mit der ander

siden. Mit den ene eijnde schietende op Hadel ende mit den anderen eijnde up die

Hueven. Also dat Jacob vurss ende sijnen erven an dit vurss stuck lands mit alle sijnre

tobehoeringen geerfft wesen sullen ende dat erflich ende ewelich besitten ind gebrucken

sullenn. Ende dat Derich ende Stijne vurss ende oere erven darvan onterft sijn ende geen

anspracke, recht noch tho seggen dar meer an en hebben noch in geenrewies en

behaldenn. Sonder Argelist. In orkonde onser Schepen segel van Huessen an desen brieff

gehangen. Gegeven int jar ons heren dusent vierhundert ende negentien up Sunte

Wilbrords avent. [dinsdag 7 nov 1419]

Margetekst

Derick Bonart verkopt Jacob van den Wiell ein stuck

lands in die Stege nest dat Kampstuck mit ein sidt

ende nest erf Godertz van der Linden mit der ander

sidt, mit den einen eijndt up Hadel, mit den anderen

eijndt up die Hueven.

Wij Harman uit den Werde ind Johan Dericks son Schepen to Huessen tugen, dat vur ons

komen sijn Derick Rosenmouwe ind Henrick sijn echte wijff ind hebn bekant mit oeren

vrijen wille, dat sie in enen steden erfkoep verkoft hebben Hadewich Riszwick ende

Lielen Butkens ind oere erven enen morgen lands gelegen mitter eenre siden an erfnis

Derick Smeeds ende erfnis dat Johans van Wensen te wesen plach. Ende mitter andern

siden an erfnis Derick Smeeds ende an die Stege straet. Schietende mitten enen eijnde an

Stege ende mitten anderen eijnde an die Loostrait ind mede

Margetekst

Derick Rosemow verkopt Hadewich van Riszwick

und Lilen Butkens I morgen lantz mit ein sidt an erf

Derick Smeeds ende erf dat Jan van Wens hem to

wesen plach. Mit der ander siden an erf Derick

Smeeds ende an die Hoge strait. Schietende mitten

enen eijnd an die Stege mit den anderen eijnd an die

Loo strait.

Folio 153

alle brieve spreckende van den margen lands vurss. Also dat Derick ende Henrick vurss

ende oer erven van den vurss margen lands ende brieven darvan spreckende onterft sijn

ind geen recht meer noch to seggen daran behalden en hebben. Ind Hadewich ende Lijla

vurss ende oer erven daran geerfft sijn, den margen lands vurss erflich ende ewelich te

besitten ende te gebrucken. Ind mitten vurss brieven te werven, te vorderen, te doin ende

te laten als Derick ind Henrick vurss vur datum dis briefs doin muchten. Sonder Argelist.

In orkonde ons Schepen segel van Huessen an desen brieff gehangenn. Gegeven in den

jaren ons heren dusent vier hondert soeven ende viertich des neesten fridages na Sunte

Andreas dach des Heiligen Apostels. [vrijdag 30 nov 1447]

Page 197: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Henrick Lammaeij ind Johan van Langeraeck Gisberts son Schepen to Huijssen

tugen, dat vur ons kommen sijn Henrick van der Muel ind Alit sijn echte wijff ind hebben

bekant mit oeren vrijen will, dat sie in enen steden erffkoep verkoft hebn Roetert Goderts

son ind sijnen erven ein stuck lands gelegen up Stege, mitter eenre siden an erfnis

Roeterts vurss ind mitter anden siden an erfnis dat Hermans uit den Werde te wesen

plach. Schietende mit den enen eijnde an die Hueven ende mit den anderen ende an

Hadel. Also dat Roetert vurss ende sijn erven an dat stuck lands vurss geerfft sijn, dat

erflich ende ewelich te besitten ind te gebrucken. Ind Henrick ind Alijt vurss ende oer

erven darvan onterft sijn ind geen recht meer noch to seggen daran behalden en hebben.

Voirtmere hebn Henrick van der Muel ind Alijt sijn echte wijff vurss gelaeft Roetert

vurss ende sijnen erven dit vurss stuck lands to vrijen ende to waren jar ende dach als

erfkoeps recht is tegen alle die gheen, die des ten rechten kummen willen. Ind allen

voirkommer darvan aftedoin. Uitgesacht soeventien Herengroit so onse gnedige Here die

jarlix daruith heft ind van derdeel van eenen groten vurss ende dijck ende weteringe als

dar mit recht tohoeren. Anders enigen vorkommer, hinder of gebreck als Roetert

vurgenoemd ende sijn erven mit recht darbij leden, mogen sie verhalen ende peijnden bij

den Richter to Huessen uit allen erve ende gude Henricks van der Muel ind Alijden vurss,

rurende ende onrurende, reijde ende onreijde, dat sie nu tertit hebn of hijrnamals werven

mogen. Mitter eenre handt to peijnden ind die pande mit der andern hant to verkopen.

Sunder Argelist. In orkonde unser Schepen segel van Huessen an desen brief gehangen.

Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hundert negen ende viertich des neesten

manendages na Sunte Matheas dach des Heiligen Apostels. [maandag 22 sep 1449]

Margetekst

Henrick van der Mull verkopt Rotert Godertsson ein stuck

lands up Stege mit ein sidt an erf Roters vurss ende mit

der ander siden an erf Hermans uit den Werde to wesen

plach. Schietende mit den einen eijnd an die Hoeven,

mit den anderen eijnd an Hadell

Margetekst

Uitgang XVII groit

Wij Johan Dericks soen ende Arnt van Gesperden Schepen to Huessen tugen, dat vur uns

komen sijn Henrick van der Lijnden ende Godert van der Lijnden gebruder ind bekanden

mit oeren vrijen wille vur hoen ende vur oer erven, dat sie in enen steden erfkoep verkofft

hebben Godert Roeterts son ende sijn erven den derdeel van enen stuck landts dar

Goedert Roeterts son vurss die tweedeel af to hoeren tsamen gelegen in die Stege. Mit

eenre siden an erfnis Goedert Roeterts sons vurss ind mitter andern siden an erfnis

Henricks ende Goederts van der Lijnden gebroedere vurss. Schietenede mit den enen

eijnde an Hadel ende mit den anderen eijnde an die Hueven. Also dat Godert Rotertssons

ende sijn erven an dat derdeel van den stuck landts vurss geerft sijn, dat erflich ende

ewelich te besitten, te hebn ende te gebrrucken ind Henrick van der Lijnden ende Godert

van der Lijnden gebrueder vurss ende oer erven darvan onterft sijn ende geen

Margetekst

Page 198: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Henrick van der Lijnden mit seinen broder Godert verkopen

Godert Roterts son ein stuck lands dar Goderts Roterts son

II deil af tho hoeren gelegen in die Stege, mitter einer

siden an erf Godert Roterts son mit der ander siden an erf

Henrick ende Goderts van der Lijnden gebroedere.

Schietende mit den einen eijndt an Hadel mit den anderen

eijndt an die Hoeven.

Folio 154

recht ende noch to seggen daran behalden en hebben. Vort meer hebben Hendrick van der

Lijnden ende Godert van der Lijnden gebroedere vurss gelaift, Godert Roetersson vurss

ende sijnen erven den derdeel van den stuck lands vurss te vrijen ende te waren jar ende

dach als erfkoeps recht is tegen alle die geen die des ten rechten kommen willen ende

allen voirkommer darvan aftedoin. Uitgesacht alsulken pacht als onse gnedige Here dar

jarlix mit recht uit heft. Ind dijck ende weteringe als dar mit recht tohoeren. Anders

enigen voirkommer, hinder of gebreck als Godert Roeterts son vurss of sijn erven mit

recht darbij leden, dat mugen sij verhalen ende peijnden bij den Richter te Huessen an

allen erve ende gude Henricks ende Goderts van der Lijnden gebrueder vurss, rurende

ende onrurende, reijde ende onreide, dat sie nu tertit hebn of hijrnamals werven mugen,

metter eenre handt to peijnden ende die pande mitter anderen hant to verkopen. Sunder

Argelist. In orkonde onser Schepen segel van Huijssen an desen brieff gehangen.

Gegeven in den jaren ons Heren dusent vier hondert een ende viftich op den nesten

Satersdag na Sunte Servaes dach Episcopus. [zaterdag 15 mei 1451]

Margetekst

Uitgang mijns gnedige Hern pacht

Wij Berndt Bruijnssoen ende Berndt Snijepert Schepen to Huijssen tugen, dat vur uns

kommen is Gertrudt van der Lijnden echte dochter wilner Jacobs van der Lijnden ende

bekande mit oeren vrijen will, dat sie umb gaeds wil in een ewich testament vur zielen

oere alderen ende vur oer ziel over gegeven heft den Susteren van Sunte Elisabet Convent

bijnnen Huessen ende oeren Nakomelingen oer huijs ende hoffstat dat Bruijn Mennen

was en gelegen an den marckt neest huijs ende hoffstat dat Peter Puelmans te wesen

plach ende neest hus ende hoffstat Hermans van Trijst des Kupers ende an der straten. Ind

vort all erffnis ende gut, rurende ende onrurende, so Gertruden vurss dat angeerft is vur

doden Bruijn Mennen ende Alijden sijns echte wijffs. Mede heft Gertrudt vurss

overgegeven den Susteren des Conventz vurss al erfnis ind gut rurende ende onrurende,

reijde ende onreijde, dat oer angeerft is van doden Jacobs van der Lijnden oers Vaders

ende Gertruden oer moder. Also dat Gertrudt van der Lijnden vurss ende oer erven van

den hus, hofstat ende allen erve ende gude vurss onterft wesen sullen ende geen recht

meer noch tho seggen daran behalden en sullen. Ende die Susteren des Convents vurss

ende oere Nakomlingen an dat huijss ende hofstat ind an al dat erve ende gut vurss geerft

sijn ende dat erflich ende ewelich hebben, besitten ende gebrucken sullen. Ind et sijnt

vurwerden, dat die Susteren des Conventz vurss al alsulck gut als Gertrudt vurss noch

gebrechlich is an desen vurss gude dat oer angeerft is in werven ende mit recht vorderen

sullen ind darmede doin ende laten in alingerwies als Gertrudt vurss vur datum dis briefe

hed doin mugen. Sunder Argelist. In urkunde ons Schepen segel van Huijssen an desen

Page 199: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

brief gehangen. Gegeven in den jaren uns heren dusent vier hondert twee endeviftich up

den neesten gudensdag na Sunte Victors dach. [woensdag 2 aug 1452]

Wij Gerit van Riszwick ende Arnt van Gesperden Schepen to Huessen tugen, dat vur ons

kommen is Jutte echte wijff wilner Goderts Roeterts sons ende bekande mit oeren vrijen

wille, dat sie in enen steden erffkoep verkoft heft Gerit van den Damme ende sijnen erven

vier margen lands

Margetekst

Gertrudt van der Lijnden wilner Jacobs van der

Linden dochter hift den Susteren oer hus ende hofstat

dat Bruin Mennen was, gelegen an den marckt nest

hus ende hofstat Peter Puelmans to wesen plach ende

neest hus ende hof Hermans van Trijst des Kupers an

der straten ende vort al gut ende erf oer angeerft is an

dode Bruin Mennen ende van dode Jacobs van er

Linden ende Gertruden oeres Vaders ende moders.

Folio 155

die gelegen sijn ingen Stege, mit der eenre sijden an erfnis Harmans uit den Werde ende

Goders sijne sons ende mitter anderen sijden an Kampstuck. Schietende mit den enen

eijnde an Haijdel ende mit den anderen eijnde an die Hoeven. Also dat Gerit van den

Damme ende sijn erven die vier margen lands vurss geerft wesen sullen ende die erflich

ende ewelich to besitten ende te gebrucken. Ende Jutte vurgenoemd ende oer erven

darvan onterfft sijn ende geen recht mere noch te seggen daran behalden en hebben.

Vortmere heft Jutte vurss gelaift Gerit vurss ende sijnen erven die vier margen lands

vurss te vrijen ende te waren jar ende dach als erffkoeps recht is tegen alle die geene die

des ten rechten kommen willen. Ende allen voirkommer darvan aftedoin. Uitgenamen

alsulken pacht als onse gnedige Here dar jarlix uith heft ende dijck ende weteringe als dar

mit recht to hoeren. Anders enigen vurkommer, hinder off gebreck als Gerit vurss ende

sijn erven mit recht darbij leden, heft soen Jutte vurss gelaift vur oer ende vur oer erven

opterichten sie darvan te quijten ende volkomelich schadelos darvan te haldenn sunder

enig wederseggen ende sunder al Argelist. In orkonde unser Scepen segel van Huessen an

desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hundert acht ende

viftich op den neesten manendag na sente Vitalis dach martijris. [maandag 31 april 1458]

Margetekst

Jut wilner Godert Roterts sons wijff verkopt Gerrit van Damme

IIII mergen lands ingen Stege, mit ein sidt an erf Hermans

uit den Werde ende sijns sons Goderts, mit der anderer siden

an Kampstuck. Schietende mit den einen eijndt an Hadel,

mit den anderen eijndt an die Hueven.

Margetekst

Uitgang mijns gnedigen hern pacht.

Page 200: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Berndt Snijepert ende Johan van Langeraeck Scepen to Huessen tugen, dat vur ons

kommen sijn Albert Kaelken ende IJsenbel sijn echte wijff, die witlicke wijff to wesen

plach Jacobs van der Lijnden ende bekanden mit oeren vrijen wille. Also die Susteren

van Sunte Elizabet Convent binnen Huijssen in oer Convent ontfangen ende genamen

hebn Lisbet van der Lijnden echte dochter wilner Jacobs van der Lijnden ende IJsenbelen

vurss. Hebben Albert ende Ijsenbeel vurss den Susteren vurss mit Lijsbet vurss

overgegeven sullic erve ende gut als oer van versterff als van dode Jacobs wilner oeres

vaders vurss angeerft is, mit namen een stuck lands haldende umbtrint twee margen

gelegen in die Steghe mitter eenre siden an erfnis Daem Belsters ende mitter anderen

siden an erfnis dat Evertz van Vasen to wesen plach. Schietende mit den enen eijnde an

die Hueven ende mit den andern eijnde an Uijter Haijdel. Also dat die Susteren van Sunte

Elisabets Convent ende oer Nakomelinge an dat vurss stuck lands geerfft wesen sullen,

dat erfflich ende ewelich te besitten ende te gebrucken. Ind Albert ende IJsenbeel vurss of

oer erven geen recht noch to seggen daran behalden en hebn. In geenre wies. Mede sint

vurwerden tusschen Albert ende IJsenbeelen vurss ende Lisbet van der Lijnden ende den

Susteren des Convents vurss dat Lisbet vurss mit desen vurss stuck lands vertegen ende

vernuegt sal wesen van alle versterf erve ende gude rurende ende onrurende, dat oer van

dode oers vaders vurss angeerft mach wesen gelijc Lisbet ende die Susteren vurss mit oer

dat genslich belieft ende overgegeven hebn. Vortmere hebn Albert ende IJsenbeel vurss

gelaeft den Susteren vurss ende oeren Nakomelingen dit vurss stuck lands te vrijen ende

te waren als erfkoeps recht is tegen alle die geen die des ten rechten kommen willen ende

alle vorkummer darvan aftedoin. Uitgenamen sulken pacht als onse gnedige Here jarlix

dar uith heft ende dijck ende weteringe als dar mit

Margetekst

Albert Kaelken ende IJsebel sijn wijf geven den Convent

mit Lijsbet van der Lijnden echte dochter wilner Jacobs

van der Linden ende IJsenbeelen vurss eijn stuck landts

van II morgen in die Stege. mit ein sidt an erve Daem

Belsters ende mitter anderen siden an erfnis dat Evert

van Vasen to wesen plach. Schietende mit den einen

end an die Hoeven ende mit den anderen eijndt an Uiter Haijdell.

Margetekst

Uitgang mijns gnedigen Hern Erffpacht

Folio 156

recht to gevenn. Anders enigen vurkommer, hinder of gebreck als die Susteren des

Conventz vurss mit recht darbij leden, hebben hoen Albert ende IJsenbeel vurss gelaifft

vur hoen ende voer oer erven aftedoin ende schadelos darvan te halden. Vortmere hebben

Albert ende IJsenbeel vurss gelaift vur Gerbergen IJsenbele vurss dochter die noch

onmundig is als wanneer sie tot oeren mondigen dage gekommen is, dat sie dan ock up

dit vurss stuck landts vertijen ende vestnisdom sall tot behoif der Susterenn des Convents

vurss in alle der maten als Albert ende IJsenbeel vurss nu gedain hebben. Ind wert sacke

dat des nijt en geschiedenn ende die Susteren vurgenoemd hinder of gebreck darbij

Page 201: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

kregen of ledenn, dat mugen sie verhalen ende peijnden bij den Richter to Huessen an

allen erve ende gude Albertz ende IJsenbeelen vurss, rurende ende onrurende, dat sie nu

tertit hebben ende hijrnamals werven mugen. Mitter eenre hant te peijnden ende die

pande mitter andern handt te verkopenn. Sunder Argrlist. In orkonde onser Schepen segel

van Huijssen an dese brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert

achtende viftich up sente Cecilien dach virginis. [woensdag 22 nov 1458]

Wij Johan Knoep ende Wilhelm van Halderen Schepen tot Huessen tugen, dat voir ons

kommen sijn Derick Roeterssoen ind Henrick Roeterssoen gebruders ind hebben bekant

mit oeren vrien wille vur oen ind vor oeren erven, dat sie in einen steden erfkoep

verkocht, upgedragen ind overgegeven hebben Gerrit van den Damme ind sijnen erven

ein stuck lands gelegen in der Stegen, mit der einre siden erfnis der Bagijnen van Sunte

Elisabeten Convent binnen Huessen, der Kercken landt van Huessen, Derick van Wijlack,

Maes van Rijn ind der Vicarien landt van Sunte Johans Altar binnen der Kercken vurss

mit der anderer siden Willem van Wamen. Mit den enen ende die Hoeven ind mit den

anderen eijnde schietende an Haijdel. Also dat Gerrit van den Damme vurss ende sijne

erven an dat vurss stuck lands geerfft wesen sullenn ind dat erflick ind ewelick tebesitten

ende te gebrucken. Ind dat Derick ende Henrick gebroeders vurss ind oere erven darvan

onterft sijn ind geen recht noch te seggen meer daran behalden en hebben ind Gerrit vurss

ende sijne erven darmede doin ende laten mogen in alinger wies als Derick ende Henrick

vurss vur datum sbriefs hedden mogen doin.

Vortmeer hebn Derick ende Henrick vurss Gerrit ende sijnen erven vurss gelaeft dit

vurss stuck lands to vrijen ende to waren jar ende dach als erfkoeps recht is tegen allen

den geenen die des ten rechten kommen willen. Ind allen vurkommer darvan aftedoin.

Uitgesacht al alsulcken pacht als ons Heren gnaden van Cleve dar jarlix uit hebben. Ind

dijck ind weteringe dar mit recht uphoert. Anders enigen hinder of gebreck als Gerrit

vurss of sijne erven mit recht darbij leden, dat mugen sie verhalen ind peinden bij den

Richter tot Huijssen an ind uith all gut dat Derick ind Henrick vurss hebben up datum

sbriefs binnen den Schependumb van Huijssen of hirnamals werven muegen, mit der

einre handt to peinden ind die pande mit der ander handt te verkopenn als tot Huijssen

recht is. Sunder Argrlist. Orkonde ons Schepen segel van Huessen an desen brief

gehangenn. Gegeven in den jar ons heren dusent vier hundert einindtseventich des

dinstags post Pontiani. [dinsdag 15 jan 1471]

Margetekst

Derick ende Henrick Roeterssoen verkopen Gerrit

van Damme ein stuck lands in der Stegen mit die ein

sidt an erfnis der Begijnen to Huijssen, der Kercken

lant tho Huijssen, Derick van Wijlant, Maes van Rhin

end der Vicarien landt van S. Jans Altar. Mit die

ander sidt Willem van Wamen mit den einen eijndt

an die Hoeven ende mit den anderen eijndt

schietende an Haijdell.

Margetekst

Uitgang mijns gnedigen Hern pacht

Page 202: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Folio 157 ontbreekt

Folio 158

Wij Wilhelm van Halderen unnd Henrick van Duerschald Schepen to Hussen tugen, dat

vur ons kommen is her Wilhem van Ambstel Priester unnd heft mit sijnen frijen willen

verkoft, upgedragen ende overgegeven hern Wilhem Ingen Nielant Pater des Conventz

ind Susterhus binnen Huessen tot behoif des Conventz vurss vierdenhalven Rinschen

gulden sjars gainde uiter erfnisse Grieten van Gesperden ind oere kinderen und twee

schilde sjars uiter eijnen bongart thobehoerende Frederic Poppinck ind sijnre huijsfrouw,

gelegen an den Rosendail, unnd twee Rinsche gulden sjars uiter erfnisse Kathrin

Rietstegen to wesen pleeg. Allet liggende ind bepalt na uitwiesunge der principal brieven

darvan spreckende. Also dat her Wilhelm van Ambstel vurss end sijn erven van den vurss

jargulde ind van allen brieven darvan spreckende onterft wesen sullenn inde geen recht

mere noch to seggen an en behaldenn. Ind dat die vurss Pater tot behoif des Conventz

vurss daran geerft wesen sall, erflicken ind ewelicken sal mugen besitten, gebrucken,

darmede doin ind laten gelick her Wilhem van Ambstel vurss vur datselve sbriefs heft

mugen doin ind laten. Sonder Argelist. In orkonde onser Schepen segel van Huijssen

beneden an diesen brief gehangen. Gegeve in den jaren ons heren dusent vier hondert

sesindtachtentich des neesten gudesdages na den sonnendag Misericordia dominii.

[woensdag 12 april 1486]

Margetekst

Her Willem van Ambstel Priester verkopt her Willem

Ingen Nielant Priester Pater IIII Rinschen gl.jarlix

uith erfnis Griet van Gosperden und twee schilde

uiter einen bongart tobehoerende Frerick Poppinx

ende sijnen husfrouw, gelegen an den Rosendail und

II Rinsche gulde uit erfnisse Cathrin Rietstegen.

Wij gemein Schepen tot Huessen tugen apenbarlicken in desen apenen brieve. Also Johan

van den Sande burger tot Arnhem alhir tot Huessen hirbevoren gepant heft an husinge

Frerick Poppinx vur seckere jarrenten na vernugen sijnre segel und brieve dar Frerick

pantweringe tegen dede ind voirt gericht dingden, dat Johan vurss dieselve jarrenthen

alleine nit mechtig en solde sijn toboeren mit meer reden. So heft Johan van den Sande

vurss ter selver tit in den gericht getoent van onsen Secretaris doin lesen ind vort in onsen

signaten doin uitschrijven einen Maggescheit brieff volsegelt darmede hie bewiesden

dieselve Renthen ind meer ander renthen oen in Maiggescheidt tegededingt were. Welke

Maghescheidt haldende van woirden tot woirden glick hirna beschreven volget. Wij

REIJNER VAN DEN SANDE ind Gadert Doijs, van wegen Bele van den Sande Reiners

vurss moder weduwe Zeligen Geritz van Damme husfrowe was, an eine zijde ind meister

Johan van den Rosen ind Arnt van den Sande van wegen Johans van den Sande, die oir

Belen vurss soen is, die alsolick verstarf ind achtergelaten gut als Gerit van Damme

Zeliger gedachten achtergelaten had, gekoft heft van Erfgenamen Geritz vurss na

uitwiesunge segel ind brieve darvan spreckende ende an die ander zijde als vrund ind

magen van beiden zijden gededingt ind gemackt hebben tusschen Bele van den Sande ind

Johan van den Sande, Belen vurss soen, van wegen der erffgenamen Geritz vurss dar sie

Page 203: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

an gerechtigt mochten wesen. In den ersten so sall Beel vurss dar uit hebben dat hus dar

sie nu in woent mit alle sijnen tobehoir vur oer morgengave. Item noch sall sie hebben tot

oeren gescheit drie alde schilde uiter Francken hus. Item dat hus in die Vercken strait mit

sijnen tobehoer. Item tot Angeren uit Mett Falx hus einen alden schilt sjars ind noch tot

Angeren uit Herman Jansen husinge ind hoffstatt twee alde schilden sjars mit alsulke

brieve darvan spreckende. Item hirtegen sal Johan van den Sande vurss hebben als vur

verstarff Geritz vann Damme Zeliger gedachten in den irsten uit Hugen van den Steens

Husinge ind Bangerd siars viftenhalve alden schilt. Item noch tot Huijssen uit Hermans

hus van Xancten siars drie alden schilden. Item noch tot Huijssen vier margen landts

gelegen up die Stege. Item tot Angeren uiten Winckel drie Vlemsche gulden und twelff

alde butgen sjars

Margetekst

Machgescheidt Reiners van den Sande ind Godert

Doijs van wege Beele van den Sande Reiners moder

Weduwe Zeliger Geritz van Damme. Und meister

Johan van den Rosen und Arnt van den Sande van

wegen Johans van den Sande, die ock Beelen vurss

Sohn was.

Folio 159

ind einen halven Capuin mit sulcke brieven die van desen vurss gude spreckende sijn.

Vort so sal dat gut to Halderen ind die Poelrick to Bemmel ind die Driegarden tot

Angeren so dat to hoer in den Dijck gegeven is. Dat sal noch tertit ongescheiden ind

ongedeilt blivenn. Ind Johan vurss sall dat gut verwaren ind al schult und wederschult up

boeren, uitgeven ind dat sijner moder ter verkenningen brengenn. Hirmede ind in alren

maten als vurss steet, sullen Beel unnd Johan van den Sande van versterfnisse ind

achtergelaten gude Gerits van Damme Zeliger gedachten, verleecken ind gescheiden

wesen erflicken ind ewelicken, rustlick ind vredelick ind allet sunder Argelist. Deser

brieve sijn twee alleens spreckende dar Beel ind Johan ilke eine van hebben. Des to

orkonde ind getugenisse der warheit all der sacken vurss hebben Wij seegslude vurss an

beiden sijden ilke unsen segel an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren

dusent vier hundert achtindsoeventich up Sent Agate dag virginis. Inne orkunde unser

Schepen segell beneden an diesen brieff gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren

dusent vier hundert ind tweeindtnegentich des neesten gudesdags na Sent Bonifacius

dach.

Up den rug steet Desen brief wiest hoe wij an den III schilde renthen

van Frerick Poppinck und IIIII schilde van Robert van de Stein komen.

Wij Herman Snijpert ind Thoenis ter Maet Schepen tot Huessen tugen, dat vur ons komen

is Suster Johan Clara Procuratrix des Conventz ind Susterhuijss binnen Huessen ind heft

mit oeren vrijen willen als einrechte to vengersche des vurss Conventz upgedragen ind

overgegeven hern Wilhem Ingen Niuland Pater des Conventz vurss als ein Vicarius des

Heiligen Cruijs, Sent Pouwels ind Senter Claes altar binnen der kercken van Huessen ind

sijnen Nakomelingen Vicarien vurss twee golde Franckricksche schilden erflicke

Page 204: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

jarrenten, een rentlicken anderhalven korfurstlichen oeverlentsche Rinsche gulden vur

ilke schilt, painde uiter bongardt ind erfnise Frerick Poppinx gelegen in der Laicken.

Mitter einer siden ind mitten einen eijnde neest erfnisse des Convents vurss. Mitter

anderer siden nest die Laijck ind mitten anderen eijnde nest erfnisse Johans van Huessen

to wesen pleeg. Mit allen brieven darvan spreckende. Also dat dat vurss Convent darvan

onterft wesen sall ind geen recht meer noch to seggen an behalden en heft und dat die

vurss Vicarius ind sijn Nakomelingen daran geerft sijn erflicken ind ewelicken mogen

besitte, gebrucken, darmede doin ind laten gelick dat vurss Convent vur dat sbriefs heft

mogen doin ind laten. Doch also dat die Vicarius ind sijn Nakomelingen up allen

saterdagen up den vurss heiligen Cruijs altar ein misse lesen sall van onser liever

frouwen. Tenwere sack dat die heilige Kirck up enigen saterdag ein sunderling officium

haldende were. So sall die Vicarius ind oir altit up den saterdag truwelick in der missen

onser lieven gade bidden vur sielen Zeliger Willem van der Poll ind Aleide sijner

husfrouwen. Ind wert ock sacke dat die vurss twee golden Franckricksche schilde tot

eniger tit gelost worden ind men die min lossen mugt dan mit viftich enckel golden

gulden. Dat selve daran dan gebreckende sal dat Convent vurss altit darup leggen. Ind

weert ock sacke dat Convent vurss dese vurss twee golde Franckricksche schilden oir

wederumb loesden, dat sie doch altit doin mugen up te taldage na vermugen der brieven

mit viftich enckel golden overlensche Rinsche gulden ind mitten verschenen pacht. Ind

mitten selven vifftich ijnckel gulden sal dat Convent alsdan wederumb kopen twee

golden Franckricksche schilden uit guden onderpande dar die vicarie mede bewart sall

sijn. Ind weert ock sacke dat die Vicarius des vurss Altars

Margetekst

Convent dreegt dem Pater up II golde Franckricksche

schilde erflich renthen gainde uit bongart und erfnisse

Frerick Poppincks in die Laick, mit die ein sidt und

mit den einen eijnde nest erffnisse Jan van Huijssen

to wesen plach.

Folio 160

tot eniger tit tot Huijssen nit en woenden of die missen selver nit en deden, so sall dat

Convent vurss die vurss twee golde Franckricksche schilden boeren ind die missen

darvan doin laten bis tertit die Vicarius die missen selver wederumb doinde is als vurss is.

Ind allet sunder Argelist. Inne orkonde onser Schepen segel van Huijssen an desen brief

gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hondert ind vierindtnegentich in

profesto Ascensionis Domini. [donderdag 8 mei 1494]

Wij Segewalt ter Heren Have ind Jorien van Halderen Scepen tot Huessen tugen, dat vur

ons komen sijn Henrick ind Lisbet van Huessen echte kindere Zalige Henricks van

Huessen ind hebben upgedragen ind avergegeven Derick van Huijssen oeren naturlicken

Broder ein kempken landtz, dat sie liggende hadden in den Rosendail tusschen erfnisse

Ermgardt Cuckelmans, Frederick Poppinck, der Heren van Wissel ind meer anderen

daran schietende, nu ein neesten toekomende Sent Petres dach ad Cathedram antofangen

ind so vortan to gebrucken na sijnen nut ind orber dan hie nu sal, buten believen Henricks

ind Lisbeten vurss die boem darup stande nit verhouwen of verargerd. Anders sall hie sijn

Page 205: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

schoenste ind best darmede mogen doin. Ock so hebn Henrick ind Lisbet den vurss

Derick ind sijnen erven dese vurss erfnisse gelaift tho vrijen jar ind dach ind allen

vurkommer darvan aftodoin. Uitgenamen dijck ende wetering mit recht dartho

gehoerende, anders einigen vorkommer, hinder ende gebreck als Derick ind sijn erven

mit recht dar bij leden of kregen, mogen sie verhalen ende peinden bij den Richter tot

Huessen an ind uiter huijs, hoff ind al erfnisse ind gude, rede ind onrede, rurende ind

onrurende, als Henrick ind Lisbet vurss nu up datum sbriefs binnen den Schependump

van Hussen hebben of noch krigen mugen ind darmede vorttofaren als tot Huijssen recht

is van pacht, tins ind jargulde. Doch so mugen Henrick, Lisbet ind oer erven dit vurss

stuxken landts nu ein neesten to komende Sent Peters dach ad Cathedram over vier jaren

und so erflicken ind ewelicken teinden dese vurss verjaren alle jar up Sent Peters dach

vurss wederumb mogen lossen, vrijen, quiten ind wederkopen mit twintich ijnckel golde

gulden, twee Hornsche gulden gereckent vur ijlkz gulden of die gerechte werde darfur an

anderen guden paijment, allet ongeferlich ind sunder Argelist. Inne orkonde onser

Schepen segel van Huijssen an diesen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren

viftien hundert ind viff up saterdag neest na Sent Marcus dach Evangelist. [zaterdag 1

mei 1405]

Margetekst

Henrick van Huijssen dreegt up Derick van Huijssen

sijnen naturlicken broder ein Kempken lands int

Rosendail tusschen erfnisse Ermgardt Cuckelmans,

Frederick Popping, der heren van Wisschel und meer

anderen dar an schietende.

Folio 161 ontbreekt

Folio 162

Wij Adolff van Wilick Ritter, Herter Diersfoirt, Erffhofmeister, Ambtman tot

Ringenberge etc. doin kundt unnd bekenne vur mij und mijn erven, dat ick in eine

stedigen erfpacht verpacht heb den ersamen Goedeshuijs ende Susterhus vann Sunte

Elisabet binnen der stadt Huijssen gelegen ind oeren Nakomelinge viftenhalven morgen

lands gelegen an die Karbrugge ter guder maten, mit dijck, weteringe darto behoerende.

Hoerende in dat Erfhofmeister ampt, dar boven neest gelegen is die Lantweteringe van

Overbetow. Noortwart erf der Susteren vurss. Suijdwart streckende mit der straten langs

Boelenkamp. Westwart die Karstrate ende allet als men segt: vur wulcke viftenhalven

morgen vurss mij oft mijne erven die vurss Susteren jarlix geven sullen vijff golden Rijns

gulden erflicker jarrenten tobetalen up Sunt Peter ad Cathedram sunder enige langer

vertreckinge. Ende weert sacke, dat die talinge nit en geschege, so mach ick penden an

alle oere rede ende onrede gut binnen Huessen of buten Huijssen gelegen, ende die pande

slijten als men vur heren schulde dar gewöntlick is te slijten. Vort sullen die

Susteren vurss den dijck ende weteringe ende allen onrait tot dem lande hoerende macken

waren buten mij oft mijn erven hinder, schade offt last. Sunder all Argelist. Orkonde der

warheit heb ick Adolf van Wijlick uitter vurss mijnen segel an dussen brief gehangenn.

Gegeven int jar ons heren dusent viff hundert ende viertien up manendag na den

sonnendag Innocavit.

Page 206: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Margetekst

Adolph van Wijlick Erfhofmeister doit in erfpacht

dem Convent IIIII morgen lands an die Karbrugge

dar nest gelegen die lantweringe van Overbetow

Noordwart erf der Susteren. Suijdwart streckende

mit der strate langs Bosenkamp. Westwart die

Karstrate. Vur V golde Rinsch gulden jarrentenn

Ick Steven van der Capellen Richter in der Overbetouwe tuge apenbarlick in desen

apenen brieve, dat vur mij ende vur gerichtz lude hirna beschreven komen sijn int gericht

Frederick Lippit ende Elisabet Verborch sijn echte huijsvrouwe mitten selven Frederick

oeren echten man tot einen Mombar gekaren, die oer van mij Richter mit vondenisse der

gerichtz lude darto gegeven wart ende dartho Derick van Gent, Elisabet van Gent, Heil

van Gent mit Derick van Gent oeren gekaren momber die oer van mij Richter mit

vondenisse der gerichtz luden darto gegeven wart ende hebben sementlicken mit oeren

vrijen mutwille vur hoer ende oeren erven ende overmitz einen witlicken steden erfkoep

upgedragen, overgegeven ende erflick vercofft ende jarlix bekent schuldig to wesen den

ersamen hern Heer Wilhem Ingen Nuulant Pater des Conventz van Huessen ende oeren

Nakomelingen soeven enckel golden Koirfurster Rinsche gulden des jars jarlicke renthen

of die gerechte werde darfur an guden anderen paijment denselven golden enckelen

Rinsche gulden intit der betalinge gelic gut wesende van nu up Sunte Peter dach ad

Cathedram neestkomende na datum sbriefs vur den ijrsten termin ende so vort alle jar den

vurgenoemde hern Heer Wilhem Ingen Nuulant Pater des Convents vurss ende oeren

Nakomelingen den vurgenoemde hern Heer Wilhem vurss ende in behoef des Conventz

vurss ende oeren nakomelingen wal to betalen uiter vier mergen lantz geheiten dat

Kampstuck dar oostwart ende noortwart neest geerft is Derick Verborch. Suijdwart die

Kampsche strait. Weestwart dat Convent van Huijssen. Item noch uit sestenhalven

mergen lands geheiten dat Gruijthuss dar oostwart neest geerft is die Kampsche strait.

Westwart Derick Verborch. Suijdwart Henrick Verbeet ind noordwart Henrick van

Huijssen so dat vurss erf ende gut mit eggen, mit eijnden, mit allen sijnen tobehoer

gelegen is in den Kerspel van Angeren ende in den Ampt van Overbetuwe. Ende weret

sack dat dese vurss soeven enckel golde Rinsche gulden des jars erflick jarrenten jarlix

ende alle op ten vurss termin der betalingen nit betalt en worden als vurss is, so hebben

Frederick, Elisabet, Derick, Elisabet ende Hilla vurss vur hom ende oeren verlijdt ende

bekant, dat hern her Heer Wilhem Ingen Nuulandt Pater vurss in behoif des Convents

vurss ende oeren Nakomelingen of enich van

Margetekst

Frederick Lippit mit Elisabet Verborch Derick,

Elisabet, Heil van Gent verschrijven dem Convent

VII Churfurster Rinsche gulden jarrenthen up Petri

ad Cathedram uiter IIII morgen lantz geheiten dat

Kampstuck und VI morgen geheiten Gruijthus in dem

Kespel van Angeren.

Folio 163

Page 207: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

wegen des Conventz vurss als dan sullen mogen uit doin panden mit enen dagelixen

gesworen peinder uitter der erfnisse vurss, rede ende onrede, ende mitten selven panden

vorttofahren als recht is in den Ambt van Overbetuwe. Welke soeven enckel golde

Kurfurster Rinsche gulden des jars die vurgenoemde Fredrick, Elisabet, Derick, Lisbet

ende Hilla vur hoen ende oeren erven also vur op gedragenn ende na darup vertegen

hebben mit hande, halme ende mit monde, als dat fondenisse der gerechtz enden darup

wesen vur recht. Dat sie ende oere erven erflicken unnd ewelicken daraf onterft ende

ontrechtigt weren ende niet merre recht noch to seggens darane behalden en hebben. In

eniger wies. En dat heren Wilhelm Ingen nulandt Pater vurss in behoif des Conventz ende

oere Nakomlingen vurss erflicken ende ewelick darane geerft ende gerechtigt sijn ende

sullen wesen ten ewigen dagen toe sunder ijmantz wederseggenn. Vort mere so gelaifden

Vrederick, Lisbet, Derick, Elisabet ende Hilla vurss vur oer ende oeren erven die

vurgenoemde soeven enckel golde Rinsche gulden des jars den vurgenoemde hern Hl

Willem Pater vurss in behoif des Conventz ende oer Nakomelingen vurss als in einen

vrijen eigen erve ende gude to vrijen ende to waren jar ende dach tegen ende vor allen

den genen die des ten rechten stain ende komen willen ende allen vur komener die darup

were alinge aftodoin als erfkoeps recht is in den Ambt van Overbetouwe. Uitgenamen die

Dompraist Tutert ende Ot vanden Horst einen schilt jarlicx ende dijck ende weteringe mit

recht. Sunder Argelist. Dar dit geschieden waren over ende an als gerichtz lude

Gossen van Bemmel ende Johan Ingen Nulandt. In orkunde der warheit. So hebben Wij

Richter ende gerichtslude vurss onse segelen an diesen apenen brieve gehangenn.

Gegeven inde jar ons heren dusent vijff hundert ende negen up donerdag post Lebuinus.

[donderdag 15 nov 1509]

Mit ein cedel is desen brief angehangen.

Item van VII golde gulden des jars die ons Lis van Gent schuldig is, dar heft sie afgelost

III gulden verschreven mit XXXV gulden. Derick Verborch richten dat gelt uit Anno XV

honderd ende XVso man int reckenboick desselve jars finden sall.

Wij Gerrit Jansen ind Heese echte huijsvrow Gerritz vurss doin kundt ind bekennen in

desen apenen brieve vur ons ind onsen erven. Dat Wij verkoft ind upgedragen hebben,

verkopen ind updragen in einen steden vasten erfkoep orkunt erfpachteren nabeschreven

stain hern Henrick Fisscher van der Borch Rector ende Behueder der Susteren ind

Conventz van Sunte Elisabet binnen Huijssen ind Elisabet vander Haeven Matersche

mitten gemeinen Susteren desselven Convents vurss achtenenhalven philippus gulden,

vif indtwintich stuver brabantz of ander paijment gelick gut darfur genge ind geve in der

tit der betaling jarlix tobetalen up Sunte Peters dach ad Cathedram naist komende ind so

vort alle jar erflicken ind ewelicken uter eenre hoffstede gelegen in den Kerspel van

Angeren mitter einre siden naist erve Arnt Jansen geheiten die Peddepoel, mitter anderer

siden langes den Bandijck van Betow. Mitten einen eijnde over den Bandijck up den

grave an den hogen wardt ind mitten anderen eijnde langes die Peddepoelsche strait mit

half der straten. Ind wij echte lude vurss hebben darup vertegen mit halm, hand ind

monde als wij mit recht doin solden. Also dat vondenis der Erfpechteren na beschreven

wisden vur recht dat Geret ind Hees echte lude vurss ind oer erven darvan onterft ind

ontrechtigt sijn ind geen recht daran behalden en hebben in geenrelei wiess. Ind dat here

Henrick Rector ind die Matersche des Conventz vurss ende hoer Nakomeling daran geerft

Page 208: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ind gerechtigt sullen bliven ten enigen dagen tho. Sunder ijmantz bekroen van ons of van

unser erven wegen. Vort gelaven wij echte lude vurss vur ons ind onsen erven of tot

eniger tit twist of twedracht in den lande quame vermitz orloge dar Gott vur verhuede,

sullen wij ind ons erven dartho verbonden ind gehalden sijn, die achtenhalven philippus

gulden jarlicker renthen vurss

Margetekst

Gerrit Jansen koept in einen erfpacht van dem Convent tho

Huijssen ein Hoffstat in dem Kerspel van Angeren geheiten

die Upleeg vur VIII philippus gulden jarrenthen.

Folio 164

kommerlos frij leveren binnen der Stadt van Huijssen in secker behalt des Rectors ind

Matersche des Conventz vurss ind hoer Nakomeling. Vort gelaven Wij Geret ind Hees

echte luede vurss vur ons ind onsen erven of tot eniger tit die achtenhalven gulden

jarlicker renthen paijmentz vurss nit betalt of versumelick in der betalinge wurden, dat

die Rector des Conventz ind Matersche vurss of hoer Nakomelinge ind gene betalinge en

kregen ind gebreck darbij leden, mogen sie die gebrecken alsdan penden of doin penden

uiter ein stuck lands dat Wij echte lude vurss setten tot einen rechten underpande ind

warburg. In den Kerspel vurss gelegen op Vergert haldende umbtrint viff mergen lands

ein wenig mijn of meer ter guder maten ind is ein tinsgut des dumbpraisten van Utrecht.

Mitter einre siden an erve Jans van Palandt, mitter anderer siden langs erve des Closters

van Redinchem, mitten enen eijnde an erve Kerstgens van Hezelenborch ind mitten

anderen eijnde an die twee dreven dar den uitwech doir gait. Ind want wij echte luede

vurss dese vurss viff mergen lands vurss nit tot rechter warschap vur die achtenhalven

philippus gulden paijmentz vurss dar uit verwilkoeren mugen buten den Tinsmeister ind

vulmechtichs des dumbpraisten vurss, so hebn Wij echte lude vurss Rolof die Ruijter als

vulmechtig des Dumprasten vurss die vif mergen lands vurss vur ons ind onsen erven

upgedragen ende overgegeven orkunt tins genoten nabeschreven. Dat die Rector vurss

ende Matersche des Convents vurss ende hoer Nakomelinge die achtenhalven philippus

gulden jarlicker renthen paijments vurss daruit mugen peinden of doin peinden als man

vur heren tins ind heren pacht penden mach als recht is in de Ambt van Overbetouw ind

dar geen pantweringe tegen laten geschien dat ons of van onsen erven. Ock bekennen Wij

echte lude vurss vur ons ind onsen erven, dat dese vif morgen vurss ein frij eigen erve

wesen sullen, uitgenomen sulken tins als die Dumpraist ind die frow van Montfordt dar

jarlix uit hebben ind dijck ind wetering dar mit recht tohoert. Mede so Wij echte lude

vurss ein unmundig kindt hebben ind tot sijnen jaren nijt gekomen en is, ende dat kindt

totter deiling deser viff mergen lands vurss angeerft ind gerechtigt is, hebben wij echte

lude vurss gelaift ind laven tot welcker tit dattet kindt mundig ind tot sijnen jaren

gekomen is, salt dese opdracht ende overgift mede doin als wij echte lude vurss gedain

hebben ind dattet kindt des nije van stade en were ind nit doin en wolde als vurgenoemd

is, so sall dat kindt vurss die deilung van der hoffstede vur gepailt steet nit angeerft noch

gerechtigt sijn of enige to seggen daran hebben. Allet sunder Argelist. Des in

orkonde der warheit hebben Wij Gerit ind Hees echte lude vurss gebeden ind bidden Jan

van Huessen ind Henrick van Huessenn desen brief vur ind aver ons willen besegelen in

gebreck onser beider segelen, want wij geen segel en hebben. Dat wij Jan ende Henrick

Page 209: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

mede als erfpechters ind tinsgenoten om bede wil Gerits ind Heesen gerne gedain hebben

ind hebben ilker onse segel an desen brief gehangen. Ind ick Rolof die Ruijter volmechtig

Tinsmeister vurss, want mit mijnen will is deser overgiften der achtenhalven philippus

gulden jarlixe renthen paijments vurss uiter die viff mergen lands vurss mij belieft

beheltelicken mijn heer den Deijmpraits vurss sijnes guden rechten. So heb ick Rolof

vurss als ein Tinsmeister mijn segel an desen brief gehangen. Gegeven in den jar ons

heren dusent viff hundert ende tweeendetwintich up Sunte Brictius dach des heiligen

mertelers. [donderdag 13 nov 1522]

Margetekst

War gelegen up Vergert vif morgen lantz tinsgut des

Dumbpraisten van Utrecht

Wij Evert ten Haeff ind Gerritgen Henricksen echte huijsfrouw Everts vurss doin kundt

undt tugen ind bekennen vur ons ind onsen erven avermitz desen apenen brieven. Dat

also Gerrit Jansen unse Stifvader ind Hees sijn echte

Folio 165

huijsfrouwe onse moder in verleden jaren angenomen ind gecofft hebben in een erfpacht

van den Convent Sunte Elisabet binnen Huijssen een hoffstat mit eggen ind eijnden ind

mit allen oeren rechten ind tobehoeren gelegen in den Kerspel van Angeren. In den

Ambte van Overbetow geheiten die Uplage vur achtenhalven philippens gulden erflicker

jarrenthen des jars den Convent to betalen uiter die vurss hoffstatt ind vort uiter vijff

margen landts up Vergert gelegen, die in vortiden Walter ten Haeff thobehoeren plegen.

Ind Gerrit ind Hees onse stifvader ende moder die vurss viff margen tsamen an hande des

Conventz tot een rechte onderpant ind warschap gesat ind gestalt hebben vur die vurss

achtenhalven phillipus gulden erflicke jarrenthe. Allet na vermoegen een erfkoeps brief

darvan wesende. Ind so dan mij Evert vurss drie deel van die vurss viff margen

angekommen ind anbestorven sijnen. Ind ick Evert ten Haeff vurss in denselven

erfkoepbrief mede benottelt ind benoimpt stae als ein unmundig kijndt. Wanneer ick tot

mijnen mundigen jaren gekommen were, sulx mede to laten, consentiren ind confirmiren

solde. So bekennen Wij Evert ten Haeff ind Gerritgen Henrix echte lude vurss vur uns ind

onsen erven, dat wij mit onsen vrijen mutwillen hebben upgedragen ind overgegeven,

updragen ind overgeven avermitz desen apenen brieve onse angekommen drie deel van

die vurss viff margen lands up Vergert gelegen, den Convent van Sunt Elisabet binnen

Hussen vurss van rechte waer ind warschap to wesen erflicken ind ewelicken to bliven

vur die vurss achtenhalven philippus gulden erflicke jarrenthe. Beheltelick ons echte

luden vurss onse angekommen ind togescheiden vierdendeel van der vurss hoffstat na

vermugen eens machgescheidtsbrief darvan wesende. Sunder Argelist. In orkunde ind

getuchnisse der warheit so hebben Wij Evert ind Gerritgen echte lude vurss gebreck

onser segelen gebeden ind bidden Henrick van Huijssen up Gruijthus ind Henrick van

Huijssen upten Wardt als seeckere getugen hir over onthalt desen brieff over ons ind

onsen erven to willen besegelenn. Dat wij Henrick vann Huijssen up Gruijthus ind

Henrick van Huijssen upten Wardt als seckere getugen hir over onthalt also gerne gedain

hebben. Ind hebben elck onsen Segel an desen apenen brief gehangenn. Gegeven in den

Page 210: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

jar ons heren dusent viff hundert vierindviertich up Sunte Andris dag Apostell. [ zondag

30 nov 1544]

Margetekst

Evert ten Haeff unmundig als der vurss erfpacht angenomen

consentirt dat sijn drie deel van viff morgen up Vergert mit

ein warschap bliven sollenn.

Ick Frow Merrij van Homoit, Weduwe Zeligen Sweer van Montfoirt, doe kundt ind

bekennen avermitz desen apenen{brieve} vur mij ind mijnen erven, dat ick gegeven heb

purlick umb Gaitzwille tot einen ewigen Testament umb heil ind salicheit der Zielen

mijner Zaligen Huijshere Sweren van Montfort vurgenoemd ind mijner liever alderen den

Susterhuijs ind Convent van Sent Elisabet binnen Huessen gelegen alle alsulcke tins ind

pennongelt als ick Vrow Merrij vurss jarlix geldende heb uiter erve ind gude gelegen in

den Kerspel van Angeren in den Ambt van Overbetow geheiten die Vergert. Also dat ick

Joffer Merrij vurss ind mijn erven darvan onterft sijn ind geen recht noch to seggen daran

behalden en hebben ind dat Convent vurss daran beerfft ind gerechtigt sullen sijn,

besitten ind gebrucken, darmede doin ind laten gelick ick Joffer Merrij ind mijne erven

vur datum sbriefs hebben mugen doin ind laten. Allet sunder Argelist. Inner erkunde ind

getugenisse der warheit heb ick frow Merrij vurss vur mij ind mijnen erven mijnen segel

an diesen brief gehangenn und umb merer vestenisse heb ick vrow Merrij gebeden

Henrick van Huessen up Gruijthuijss ind Derick van der Borch als tins genoten desen

brief mede willen besegelenn. Dat Wij Henrick van Huijssen ind Derick van der Borch

vurss umb bede willen frow Merrijen vurss gerne gedain hebben ind hebben illix onsen

segel an desen brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vijff hundert ind

twintich up Sent Philips ende Jacobs dach Apostolorum [dinsdag 1 mei 1520]

Margetekst

Frow Merrij van Homoit weduwe Sweers van Montfoirt

gefft dat penninggelt und hus als se erst dat Vergert hefft

dem Convent.

Folio 166

Ick Derick Rosenmouwe bastert Richter to Huijssen ind to Malborch tuge apenbarlich mit

diesen apenen brieve. Dat vur mij als vur einen geseten Richter ind vur Scepen toe

Malborch hirna beschreven gekommen is int gericht to Malborch Arnt van Hessen ind

heft mit sijnen vrijen wille bekant vur oen ende vur sijne erven schuldig to wesen van

gerechter schult Otten van Hessen ende sijnen erven twee hundert ende vier ende twintich

gude Churfurster Overlende golde Rijnsche gulden, die vur datum diss briefs gemunt ind

geslagen sijn of die rechte werde darfur an anderen guden gulden paijment in tit der

betalingen op Sunte Martins dach in den winter neest komende na datum dis briefs to

betalenn. Vur dese vurss summe gelts heft Arnt van Hessen vurgenoemd tot einen

rechten underpande gesatt Otten van Hessen vurss ende sijnen erven ses margen lands to

guder maten geheiten Stevens Kamp mit allen oeren tobehoer gelegen in den Kerspel van

Malborch mitter einre siden ende mit den enen eijnde an erfnis Johans van Dornick in

desen vurwarden. Off dat sacke were dat Arnt van Hessen vurss off sijn erven Otten vurss

Page 211: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ende sijnen erven die vurss somme gulden op den termin der betalinge vurss nit en

betaldenn in alinger wies, So sullen Otten vurgenoemd ende sijnen erven dese vurss ses

margen lands darfur vervallen wesen. Also dat Otte vurss ende sijn erven dan an dese ses

margen lands vurss geerft wesen sollenn ind die dan erflich ende ewelich besitten ende

gebrucken ind Arnt vurss ende sijn erven dan darvan onterft wesen sollen en geen recht

meer noch te seggen dan daran behalden en sollen. Vortmeer heft Arnt vurgenoemd vur

oen ende vur sijn erven gelaift Otten vurss ende sijnen erven dese vurss ses margen lands

of oen die na furwarden vurss verfielen to vrijen ende to warenn jar ende dach als

erfkoeps recht is tegen alle die geen die des ten rechten kommen willen als vur ein frij

eigen erve ende mit vorwerde dijck frij ind allen vorkommer darvan aftedoin. Enigen

vurkommer, hinder of gebreck als Otto vurss ende sijn erven dan mit recht darbij leden,

mugen sie verhalen ende peinden bij den Richter tot Malborch uit allen erve ind gude

Arnts van Hessen vurss, rurende ende onrurende. dat hie nu ter tit heft in den gericht van

Malborch of hirnamals krigen mach. Ind mit den pand vortfaren als tho Malborch recht

gelegen is. Sunder Argelist. Dit geschieden to Malborch. Hir waren over ende an Jacob

Bollic ende Willem Claesson als Schepen to Malborch sunderlinge hirto unthaelt ende

verkorenn. Orkonde dis ende in getuch der warheit heb ick Derick Rosennouwe Richter

vurss mijnen segel an desen brief gehangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier

hundert soevenendeveirtich op den sonnendag unser liever frouwen dach Annunciato.

[zaterdag 25 mrt 1447]

Margetekst

Ossenkamp. Arnt van Hessen stelt to underpant vur II honderd

XXIIII Churfurster Rinsche gulden Otten van Hessen

VI morgen lantz geheiten Stevenskamp in den

Kerspell van Malbergen mit der einre siden und mit

einen ende an erfnis Jans van Dornick die imfal der

mistalung verfallen sollen sijn.

Ick Derick Rosennou bastert Richter to Huijssen ende to Malborch tuge apenbarlick mit

desen apenen brieve. Dat vur mij als vur einen geseten Richter ind vur Scepen van

Malborg hirna beschreven gekomen sijn int gericht tot Malborg Arnt van Hessen ende

Junfer Agnese van Lewen sijn echte wijff mit Arnt vurss oeren man ende gekaren

momber die oer van mij na vondenis der Schepen gegeven wardt als recht is ende hebben

semelic mit oeren vrijen vurbedachten wil mit hand ende mit monde vor opgedragen ind

bekant jarlix schuldig te wesen Herman Hermanssoen van Ambsterdam ende sijnen erven

vier gude alde scilde erfreinten van munten sKeisers van Romen of sKoenix van

Franckrick, anderhalven gude Churfurster overlensche Rinsche gulden die vur datum dis

briefs gemunt en geslagen sijn vur elken schilt of die rechte werd darfur an anderen

guden gulden paijment in elker tit der betalingen. Up den irsten dach van Meij neest

komende na datum dis briefs angains ende so vort alle jare erflic ende ewelick op den

irsten dach van Meij off binnen vierthien dagen dar neest folgende. To betalen uit allen

erve ende gode so Arnt van Hessen ende jonfer Agnese vurss dar hebben liggende in den

Kerspel van Malborg, geen gut darvan uitgescheiden. Ind mit namen uit einen stuck

landts geheiten dat Hoge Veldt haldende umbtrint viff hont landts ende

Margetekst

Page 212: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Arnt van Hessen verschrieft Herman Hermansen van

Ambsterdam IIII alde schilde uit sijn erff ende gut to

Malbergen ende mit uit Stevenskamp nu geheiten

Ossenkamp

Folio 167

is gelegen mit der einre sijden an die wetering ende mit der ander siden an erve des

Closters van Betanien. Schietende mit den einen eijnd an erfnis dat Johans van Rossum to

wesen plach. Ind mit den anderen eijnd an erfnis dat Rickolt Winterpols te wesen plach.

Ind vort uith einen stuck lands geheiten Eselsriet haldende umb trint vier margen gelegen

mit der einre siden an erve Jacob Bollix geheiten die Hegge ende mit der ander siden an

erfnis dat Johans van Rossum to wesen plach, an erve des Closters van Bethanien, der

Heren van Scepen Johan ende der Custerien van Malborg. Schietende mit den einen eijnd

an erfnis dat Johans van Rossum to wesen plach ind an erfnis dat Rijckolt Winterpols te

wesen plach ende mit den anderen eijnd an den gemeinen Veltwech. Item uith einen

stuck lands gelegen in dat Hoge Veldt haldende umbtrint drie mergen gelegen mit der

einre siden an erfnis des Hertogen van Cleve, mit der ander siden ende mit den einen

eijnd an erfnis dat Johans van Rossum te wesen plach. Schietende mit den einen eijnd an

erfnis der Kercken van Malborg ende an erfnis der van Bijland. Item uit enen stuck lands

geheiten Stevenskamp haldende umbtrint ses mergen gelegen mit der einer siden ende

mit den einen eijnd an erfnis, dat Johans van Rossum to wesen plach ende mit der ander

siden an erfnis Johans van Renes ind mit den anderen eijnde an erve Johans van

Daernick. Item uit einen stuck lands mit tween Bongerden geheiten die Praist haldende

umbtrint viff merge gelegen mit der einre siden an den dijck ende mit der ander siden an

der gemein strait. Schietende mit den enen eijnde an erfnis dat Jans van Diedem te wesen

plach ind mit den anderen eijnd an erfnis dat Berndts van Hedem te wesen plach. Item uit

enen stuck lands geheiten die Capruen haldende umbtrint elff mergen, gelegen mit der

einre siden an erfnis des Hertogen van Cleve ind mit der ander siden ende mit beiden

eijnden an die gemein straten. Item noch uit einem stuck lands haldende umbtrint vier

mergen gelegen mit der einre siden an erfnis des Hertogen van Cleve ind mit der ander

siden an erfnis der van Bilandt ende an erfnis dat Rijckolt Winterpols te wesen plach.

Schietende mit den einen eijnd an die strait ind mit den anderen eijnd an die Lantwere bij

Holthusenn. Beloept tesamen drie ende dartich mergen ende viff hont lands wenig mere

of minter guder maten mit alle oeren rechten ende tobehoer in den Kerspel van Malborg

gelegen. Vort mere to hebben Arnt van Hessen ende Jonfer Agnese vurss up die vier alde

schilde erfrenthen vurss na vertegen so als sie mit recht doin solden. Also dat ordel ende

vondenis der Schepen wiesden vur recht dat Herman Hermans vurss ende sijn erven

daran geerft sijn, die erflic te besitten ende te gebruckenn. Ind dat Arndt van Hessen ind

jonfer Agnese vurss ende oer erven darvan onterft sijn ind geen recht mere daran

behalden en hebben. Mit alduslicken vurwerden, dat Herman Hermans vurss ende sijn

erven dese vier alde schilde erfrenthen vurss also duck als die up den termin der

betalingen vurss onbetalt bleven penden mugen bij den Richter to Malbergen uit alle

deser erfnis vurss mit der einre handt te peinden ind die pande mit der ander handt to

verkopen. Sunder enigerhandt upbadinge darvan to doin. Ind die pande te bieden an dat

vurss stuck lands Stevenskamp geheiten. Vort mere so hebben Arnt van Hessen,

Jonfer Agnese vurss, Ott van Hessen, Ott Tengnagel ende Derick in den Bongert mit

Page 213: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

gesamender handt ende elc vur al gelaift Herman Hermans vurss ende sijnen erven diese

vier alde schilde erfrenthen vurss ind vurss erfnis te vrien ende te waren jar ende dach als

in einen vrij eigen erve ende gode tegen al die geen die des ten rechten kommen willenn.

Ind allen vorkommer van der vurss erfnis aftedoin. Uitgenamen alsulc pontgelt ende

penninckgelt als dar jarlix mit recht uitgeet ind dijck ende wetering als dar mit recht

tobehoerenn. Ind ock uitgescheiden alsulcke vier ende twintich alde schilde des jars als

Herman Hermans vurss ind Johan van Ewicks te boeren

Folio 168

hebben uit den erfnis ende gude vurss. Anders eingen vurkommer, hinder off gebreck als

Herman Hermans vurss of sijn erven mit recht darbij leden, mugen sie verhalen mit

peinden of anders mit recht uit allen gude Arntz van Hessen ende jonfer Agnesen vurss,

Otten van Hessen , Ot Tengnegels ind Derick in den Bongert vurss, rurende ende

onrurende, dat sie nu ter tit hebben in den gericht tot Malborg of hijrnamals werven

mugen. Mit der einre handt te peinden ende die pande mit der ander handt te verkopen

ind mit den panden vort te varen ende te bieden an dat stuck lands vurss geheiten

Stevenskamp gelic vurss is. Ind al sunder Argelist. Hir waren over ende an als Schepen to

Malborg Ott Tengnegel ind Gisbert van Taern. Ind des tot enen getuge der warheit. Da

heb ick Richter vurss mijnen segel an diesen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren

dusent vier hundert drie ende viftich op den neesten sonnendach na sunte Jacobs dach des

merre (= de meerdere) eins Heiligen Apostels. [zondag 1 aug 25 juli 1423]

Ick Derick Rosennou Richter to Huessen ende to Malborg, tuge overmids desen brief, dat

vur mij als vur enen gesetenen Richter ende vor Scepen van Malborgen hir na beschreven

comen sijn in tgerecht van Malborg Johan van Ewick ende Herman Hermanssoen van

Ambsterdam en hebben bekent, verwilkoert ende overgegeven mit oeren vrijen will, dat

Arnt van Hessen ende jonfer Agnese van Lewen sijn echte wijff ende oer erven van oer

vrijen quiten ende loessen mugen vier ende twintich alde schilde des jars erfrenten so sie

der elck twelf hebben uit erfnis ende goede Arnts ende junfer Agnesen vurss gelegen tot

Malborg na uitwiesingen der brieve die sie darvan hebben. Ind darto acht alde schilde des

jars erfrenthen so sie der elc vier hebben uit denselven erffnis ende goede na

uitwiesungen der brieve darvan spreckende. Ind die vier ende twintich alde schilde ende

die acht alde schilde erfrenten vurss mit den brieven darup spreckende semelic ende

onverscheiden of die vier ende twintich alde schilde erfrenten vurss besunder ind die acht

alde schilde erfrenten vurss ock besunder to loessenn. Welck dat Arnt ind jonfer Agnese

vurss of oer erven daraf verkiesenn. Ind so mogen Arnt ind jonfer Agnese vurss of oer

erven die vier ende twintich alde schilde erfrenthen vurss loessen mit vier hundert ende

acht ende dartich goede gulden alde schilde van munten sKeisers van Romen of sKonix

van Franckrick. Ind mit vurwerden vur elcken schilt vurss anderhalven guede golden

Kurfurster overlensche Rinsche gulden die vur datum dis briefs gemunt ende geslagen

sijn. Off ander gut gulden paijment vur oer werde in der tit der betalingen ende

loessingen vurss ind mit den verschenen anbetalden erfrenten. Ind so mogen sie die acht

alde schilde erfrenhten vurss loessen elck schilt mit dartien alde schilden gerechts

hoefstels paijments als vurss is. Ind mit den verschenen anbetalden erfrenten ind mit acht

postulaitz gulden of die gerechten werde darfur die dar van segel gelde, schrijven gelde

ind van anderen onrade opgekommen sijn. Ind dit vurss gelt vrijen kummerlos to leveren

Page 214: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

tot Arnhem in Sunte Johans Kerck opt hoge Altär in secker behalt Johans van Ewick ind

Hermans Hermanss vurss ende oeren erven. Ind dese loesse to geschien op den ijrsten

dach van den Maij nest komende na datum dis briefs over ses jaren, over soeven jaren,

over acht jaren, over negen jaren of over thien jaren ende darenteinden nijt. Ind dat in

dutlicke vurwardenn. Wanneer dat Arnt van Hessen ende jonfer Agnese vurss of oer

erven dese vurss erfrenten semelick of bijsunder, gelick vurss is, loessen willen up enige

van den termijnen vurss, dat sullen sie Johan van Ewick ende Herman Hermans vurss

ende oeren erven ein jar tevoren verkundigen up den irsten dag van den Maij anders so en

mogen sie dese erfrenten vurss uit loessenn. Ind wert ock sacke dat Arnt van Hessen ende

jonfer Agnese vurss of oer erven dese vurss

Folio 169

loese verkundigd eine denselven Johan van Ewick ende Herman Hermansson vurss of oer

erven als van den erfrenten vurss semelick of bijsunder gelick vurss is ind sie dan na den

verkundigen vurss die loesse uit en deden des irsten jars, darna op den irsten dach van

den Maij. So weren Arnt van Hessen ind jonfer Agnese vurss ende oer erven erflick

verfallen van der loessen der erfrenten, dar sie die loesse also tevoren af verkundigt

heddenn. Ind so solden die erfrenten vurss uit den vurss erfnis ind goede bliven ende gain

erflick ende ewelick na uitwiesingen der brieve die Johan van Ewick ende Herman

Hermanssons vurss daraf hebn. Ind all sunder Arglist. Hir waren over ende an als

Schepen van Malborg Ott Tengnegel ind Gisbert van Taern. Ind des tot einen getuge der

warheit so heb ick Richter vurss mijnen segel an desen brief gehangen. Gegeven int jar

ons heren dusent vier hundert vier ende viftich up Sunte Peters dag ad vincula des

heiligen Apostels. [ St Petrus Banden, donderdag 1 aug 1454]

Wij Johan van Ewick ende Herman Hermanssoen van Ambsterdam doin kunt allen

luden. Dat ende also als ons Arnt van Hessen ende jonfrou Agnese van Lewen sijn echte

wijff erflich verkoft hebben uiter oeren erve ende goede gelegen to Malburgen

vierendetwintich alde Franricksche schilden des jars ende noch darto ock acht alde

Franckrixe schilden des jars uiter denselven oeren erve ende guede tot Malburgen vurss.

Te weten guede alde gulden schilde van munten sKeisers van Romen of sKonix van

Franckrick of anderhalven enckelen Koirfurster Averlentsche Rinscher goldener guldene

vur datum dis briefs geslagen ende gemunt vur den alden schilt vurss of al ander gut

gulden paijment in gelicker werde darfur in elke tit der betalinge. Te betalene jarlix up

alle Meijdage sunder enich langer vertoch na alinge begrijp ende uitwiesinge onser

gerechtelicker brieven hiraf. So bekennen Wij Johan ende Herman vurss vur ons ende vur

onsen erven dat Wij dieselve vurgenoemde Arnt ind jonfer Agnese vurgenoemd ende

oeren erven een wederkope ende loesse an dese vurgenoemde jarlicke erfrenthe nu

wederumb gegeven hebben ende geven aver mids desen selven brieve. In deser maten.

Off sie die vurggenoemde vierendtwintich alde schilden siars of die acht alde schilden

siars of die heel jarrenthe vurss tsamen tot eniger tit weder loessen wolden. Dat sie ons of

onsen erven dat altit als dan namelick op den ijrsten dach van Meijdach een heel jar

tebevorens wittigen of ons mit oeren brieven dat laten weten sullen, mer anders nit ende

ons dan dat gelt daraf kommerfrij tot Arnhem in Sente Johans Kercke op dat Hoge altar

in onse secker wisse behalt televeren. Te weten die vierendetwintich alde schilden siars

vurss mit drie hundert ende achtendetwintich alde Franckrixe schilden paijmentz vurss.

Page 215: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Off die acht alde schilden siars vurss elck alden schilt bijsunder daraf mit dertien alde

schilden gerechtz hoef stels vurss ende acht golden Postulatz gulden of die gerechte

werde darfur ende mitter jarrenthen als dan opelicken termin vurss verschenen of so weg

van vur of van na dan daraf onbetalt blieven were in desen vurbescheidenen vurwerden

aldus. Off Arnt off Agnese vurss of oer erven ons Johan ende Herman vurss of onsen

erven die loesse van deser vurgevurter jarrenthen, het sij van den vurgenoemde

vierendetwintich alde schilden siars of van den acht alde schilden siars of van die alinge

Renten samelick siars vurss, ons aldus die loesse daraf tot eniger tit tevoren wittichden of

upschrieven ende die loesse ende wederkope daraf van hem als dan op ten ijrsten dag van

Meijdag tendens dat irste jar der ijrster weten ofte der upschrijvinge vurss van eniger dar

jarrenthen vurss also nit en geschieden alse vurss stoet. Dat sie alsdan tot geenen tiden

dar entendens dar sie also versumelick in worden gein losse meer daran hebben noch

behalden en sullen geens sins, ende sullen ons ende onsen erven dan dar en tendens na

inhalt onser brieven daraf namelick onse erflicke Renthen jarlix wesen en blieven. Sonder

ijmantz wederseggen in enigerlei wies. Sonder all ferpelij of Argelist. In orkonde dis

hebben Wij Johan ende Herman vurss samelick onse segelen vur uns ende vur onse erven

an diesen apenen brieve gehangen. Gegeven in den jar ons heren dusent vierhundert

vierendetsestich des dinstages post Remigij et Bavonis. [dinsdag 2 okt 1464]

Folio 170, 180 en 181 zijn blanco

Folio 182

Ick Bërt Knoeps doe kont allen luden mit desen apenen brieve, dat ick schuldig bin te

betalen Henrick Poiter ende sijnen erven alle jaer op sunte Martens dach in den winter of

binnen vierthien dagen darna tot Arnhem of tot Oosterbeck anderhalven alden schilt van

munten Skeisrix of koninx van Vrancrick of ander gut paijment darfur ende acht hoener

uit eenre hofsteden ende bongart die ick van hem in erfpacht heb. In orkonde

erfpachteren her Derick ten Eijlze, Priester, ende Arnt van den Hoevelwijck, die gelegen

is in den kerspel van Angeren tusschen erven an die ein sijde ende an den einen eijnde

Henricks van Huessen, an die ander side Henricks van Vreden ende an den anderen

eijnde die strait ende dar heb ick in geleget mijn hus ende hofstede, die ick liggende heb

in den selven kerspel tusschen erven an die ein side Steven Beckers, an die ander sijde

mijn dochtere, an den einen eijnde die strait ende an den anderen eijnde die gemein

kirchwech. Mer wert sacke dat ick of mijn erven dat vurss jargelt ende hoenre niet en

betalden Henrick Potter vurss ende sijnen erven op den termin vurss soe ken ick vur mij

ende mijn erven, dat die vurss hoffsteden, bongart ende huijjss vervallen sijn Henrick

vurss ende sijnen erven ende ick of mijn erven dar gein recht noch tho seggen meer an

behalden en hebben. Sunder Argelist. In orconde ende getugenisse so heb ick Bërt vurss

gebeden ende bid hern Dirck ende Arnt vurss dat sie desen brief over mij besegelen

willen om gebreck mijns segels. Ende Wij her Dirck ende Arnt vurss om beden wil

Beerten vurss ende want wij tot diesen furwarden gebeden ende geropen sijn gewest, so

hebben wij unse segelen an diesen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier

hundert ende elve op sunte Severins dach des heiligen Bisschops. [zondag 23 okt 1411]

Up den rug steet geschreven In Angeren II schilde en VIII honre van Mais Potter

Page 216: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Hubert van Poelwick ende Belij dochter Huberts vurss doin kont ende kenlic allen

luden mit diesen apenen brieve, dat wij mit onsen vrijen wil verpacht hebben in enen

gerechten wittelicken erfpacht, in orkonde erfpachteren hirna beschreven stain, Geudert

Wouters ende sijnen erven die helft van einen morgen lands, een luttel meer of mijn, ter

goeder maten gelegen in den kerspel van Angeren buten dijcks, mitter einre siden an erve

des Doempraets van Utrecht, mitter ander sidt an erve Henrics van Lijn. Mitten enen

eijnd an den Bandijck ende mitten anderen eijnde an des Grevenwerdt vur enen appel des

jars te betalen ons ende onsen erven alle jar up sunte Vichtors dag [28 juli] als pacht.

Ende Wij Hubert ende Belij vurss hebben gelaift ende gelaiven Guedert vurss ende sijnen

erven desen vurss erfpacht vast, stede ende unverbreckelic te halden vur ons, onse erven

ende nakomelingen ende voer alle die gene die des ten rechten kommen willen ende allen

vurkommer af te doin als erfpachts is sunder ijet dartegen te seggen of te doin in

geistlichen of in werlicken rechten. Alle Argelist uitgescheidenn. Hier hebben over ende

an gewest Bruijn van Huijssen ende Deric Mom als erfpachter ende ander meer guder

lude. In oirkonde ende getugenisse aller deser sacken ende puncten vurss so heb ick

Hubert vurss mijnen segel mit mijnre rechter wetenheit an diesen brief gehangen. Ende

want ic Belij selve up dese tit geen segel en heb so heb ick gebeden ende bid Engbert

mijnen broeder, dar hie desen brief mede over mij segelen will. Dat ick Engbert vurss

gedain heb umb beden will Belijen münre suster, ende om die meere vestenisse will, want

Wij Willem willen dat dit over vast en stede gehalden sall wesen, so hebben Wij Hubert

ende Belij vurss gebeden ende bidden Bruijen ende Derick vurss dat sie diesen brief

mede over uns segelen willenn. Dat Wij Bruijn ende Derick vurss gedain hebben umb

beden wil Hubertz ende Belijen vurss onse segelen mede an diesen brief gehangenn.

Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert ende elleff opten heiligen Pingsteravont.

[zaterdag 30 mei 1411]

Op den rug steet Clein uplage.

Wij Arnt Becker ende Haijwich echte wijff Arnts vurss doin kunt ende kenlic allen luden

mit desen apenen brieve, dat wij vercoft hebben in einen gerechten wittelicken erffcoep

Guedert Wouterssoen, geheiten van der Uplagen, ende sijnen erven een stuc lands

gelegen in den kerspel van Angeren, mitter overster sidt an erve Guederts vurss, mitter

nederster sidt an des Dompraets landt van Utrecht. Mitten

Folio 183

einen eijnde an den Bandijck ende mitten anderen eijnde an des Grevenwardt ende is

geheiten die Uplag, ende eijnen halven mergen landts, ein luttel meer of min ter guder

maten. Gelegen in den kerspel vurss mitter overster sijden an des Dompraets landt vurss

mitter nederster sidt an erve Henricks van Lijn. Mitten einen eijnde an den bandijck vurss

ende mitten anderen eijnde an des Grevenwardt vurss vur ein som gelts die ons Guedert

vurss wal betalt ende verburget heft also dat ons daraf genueget. Ende Wij Arnt ende

Haijwich vurss kennen ende verlijen mede in diesen apenen brieve dat Wij noch onse

erven gheenrehant recht ansprack noch tho steggen en hebben noch en behalden an desen

vurss erve ende daraf onterfft sijn ten ewigen dagen toe. Sunder enigerhande argelist of

verpelie darin te suecken of to treckenn. In orkonde ende getugenisse der warheit alle

deser sacken ende punten vurss so heb ick Aert vurss mijnen segel mit mijnre rechter

Page 217: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

wetenheit an diesen brief gehangenn. Ende want ic Haijwich selve up dese tit gein

segelen heb so heb ic gebeden ende bid Johan Cloeck mijnen vader, dat hie diesen brief

over mij besegelen will. Dat ick Johan vurss gedain heb om beden will Haijwigen mijnre

dochter vurss mijnen segel an diesen brief gehangenn. Gegevn int jar ons heren dusent

vier hondert ende twaelleff op sunte Lucien dach der heiliger jonc frouwenn. [dinsdag 13

dec 1412]

Up den rug steet Henrick die Beest, clein Uplage

Ick Henrick van Huijssen doe kont allen luden ende beken mit diesen apenen brieve, dat

ick geseten heb als ein tinscher to tinsrecht ind vur mij ende vur tinsgenoten hirna

beschreven gekommen sijn Wolter van der Uplagen ende Griet van Arde sijn rechte wijff

en hebn mij mit oeren vrijen wille vur upgedragen ende overgegeven na volcommenre

formen des rechten anderhalven guden alde schilt erfrenthen van munten skeisers van

Romen of skonincx van Franckrijc of ander gut paijment den schilden vurss gelijc gut in

elcker tit der betalingen nu up sunte Peters dach ad Cathedram nestkomende na datum

diss briefs irstwerf ende so vort alle jar erflich ende ewelich op sunte Peters dach vurss to

betalen uit oere hofsteden, die gelegen is in den kerspel van Angeren mitter einre sijden

an einre hofstat die Gossen Mommen to wesen plach ende is ein tinsgut Henricks van

Huessen ind mitter anderen siden an pachtgut der heren van Xanten ende an ein tinsgut

Henricks van Huijssen. Schietende mitten einen eijnde an die Peddepoilsche strait ind

mitten anderen eijnde an den Hogenwerdt ind Wolter ende Griet hebben mit oeren frijen

wille na vertegen op die anderhalven schilt erfrenthen vurss, also dat vondenis derselver

tinsgenoten nabeschreven wisden vur recht, dat Wolter van der Uplagen ende Griet sijn

echte wijff vurss ende oer erven van den anderhalven schilde erffrenthen vurss onterft

sijn ende geen recht meer noch to seggen daran behalden en hebben. Ende dat ick

Henrick van Huijssen, tinshere vurss, daran geerft bun ind mijnen vrijen wille darmede

doin mach. Terstunt vort der dit geschiet was heb ick Henrick van Huijssen, tinshere

vurss, orkonde derselver tinsgenoten nabeschreven dese anderhalven alden schilt

erfrenthen vurss overgegeven Henrick van Riszwick nu tertit tolner tho Huessen ende

sijnen erven vur upgedragen ende na dar op vertegen als ick mit recht doin solde. Also

dat vondenis derselver tinsgenoten nabeschreven wijsden vur recht. Dat ick Henrick van

Huijssen, tinshere vurss, ende mijn erven van den anderhalve alden schilt erfrenthen

vurss onterft sijn ind geen recht mere noch tho seggen daran behalden en hebben ind

Henrich van Riszwick vurss ende sijn erven daran geerft sijn ind dat hem die erflich ende

ewelich stede ende vast ten ewigen dagen bliven sullen. Sunder enig bekroen of

wederseggen van Wolter ende Grieten vurss of van ijemande van oere wegen. Vortmere

hebn Wolter ende Griet vurss gelaift Henrick van Riszwick vurss ende sijne erven die

anderhalven alden schilt erfrenthen vurss in der vurss hoffstat te vrijen ende to waren jar

ende dach als erfkoeps recht is in Overbetou. Ind

Folio 184

allen voirkommer darvan aftedoin. Uitgenamen der Kercken van Angeren jarlix uith der

hofsteden vurss viftehalf pont was jargelts ende mij Henrick van Huijssen ende mijnen

erven jarlix viff brabants te tijnse. Ende wer dat sacke dat Henick van Riszwick vurss of

sijn erven hirbij enigen krot, hinder, schaden of gebreck leden of kregen, darfur hebben

Page 218: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wolter van der Uplagen, Wolter van der Borch ind Johan van den Walle Jansson gelaift

als rechte gude samende warburgen ende ellic van hoen vur al ende gelaift ende geseckert

in guden trouwen bij oere eren ende in gerechter eedt stat. Dat sie tott maningen Henricks

van Riszwick sijnre erven of oere ennichs seckeren baden, dat sie an oeren mont of an

oere wonsteden darfur in sullen kommen elc mit oers selffs lijve of om nootsacken wil

elc van hoen ene guden anderen man vur hem in seinden bijnnen der Stadt Huijssen in ein

eersame herberge, die hem dar mitter maningen bewesen wurde ind darinne liggen leisten

als gude manne ende berue gaste te leijsten plegen hem selven te wijnnen ende te quiten

an den Werde ende Werdinne ind nummer leistens uptohalden Henrick van Riszwick

vurss ende sijnen erven en were irst aling verricht ende vernuegt allen bewislicken krot,

schade, hinder ende gebreck sie bij den erfreinthen vurss geleden ende gehadt hedden.

Sonder enich weder seggen mit enigerhande hulpe, reden of rechten geistlicx of wertlicx

of in eniger wies. Beheltlich mij, tinshere vurss, mijnen tinsrechten ende al mijns guden

rechten an der hofsteden vurss ind al sonder Argelist. Hir waren over ind an als

tinsgenoten Wolter van Borch ind Wilhem van Betou. Oirkonde die heb ick, Henrick van

Huessen, als ein tinshere ind mede om beden wille Wolters van der Uplagen ende Grieten

vurss mijnen segel to getuge an diesen brief gehangen. Ind Wij Wolter van der Uplagen

ind Griet vurss, want Wij willen dat dit omer stede ende vast wesen sall, hebben Wij

onse segele te getuge mede an diesen brief gehangen. Ind hebben vort gebeden Wolter

van der Borch ind Johan van den Walle onse warburgen vurss. Ind Walter van der Borch

ende Johan van den Walle tinsgenoten vurss desen brief te getuge als rechte warburgen

ende tinsgenoten mit oeren segelen over ons te besegelen ende Wij Wolter van der Borch

ende Johan van den Walle vurss bekennen, dat Wij hirfur gelaeft hebben als rechte gude

warburgen in maten vurss ind hebben darom onse segele als warburgen. Ind Wij Wolter

van der Borch ind Wilhem van Betou onse segele als tinsgenoten inde mede umb bede

wil Wolters van der Uplagen ende Grieten vurss to getuge an diesen brief gehangen.

Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hundert vifendeviftich up Sente Pouwels

dach Apostoli Conversionem [zaterdag 25 jan 1455].

Ick Johan van Huessen doe kunt allen luden ind bekenne mit diesen apenen brieve vur

mij ind vur mijnen erven, dat Wolter van der Oplaeg ind Griet, echte huijsfrouwe Wolters

vurss, ind huer twijer erven quijt kopen ind lossen mogen alsulcke twee Franckrijcksche

golden alde schilde erflicker jarrenthen, anderhalven enckelen Kuerforste golden Rinsche

gulden vur elleke schilt gereckent, die vur datum des briefs gemunt ind geschlagen sijn of

gut ander golden paijment in tit der betalungen erflicker ind ewelicker durende als hie

heft uith einen kampken landts gelegen in den kerspel van Angeren na uitwiesinge eens

besegelden briefs darvan spreckende. In maten also verre als Wolter ind Griet vurss ind

huer twijer erven Johan van Huijssen ind sijnen erven die twee alde schilde vurss betalen

up sunte Peters dach ad Cathedram of binnen vierthien dagen darna unbegrepen ind mede

tobetalen allen achterstedigen pacht. Went Johan van Huessen vurss up den selven brief

noch na een vervalle brief heft dar oen Wolter ind Griet vurss ind huer twijer erven in

vervallen mogen noch drie jar langk vanden kampken ind mede van den pacht guet dat

tot den krommen stäffe hoert dat tegen her Wijnalt van Arnhem Ridder gepacht is.

Folio 185

Page 219: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Ind dat sall dan tot behoif Johans van Huessen vurss ende sijnre erven gepacht wesen. Ind

Wolter ind Griet vurss ind huer tweijer erven en sullen dar dan geen recht an hebben toe

loessen noch ock behalden up denselven Sunte Peter vurgenoemd na datum des briefs als

dijt niet en geschiet Johan van Huessen ind sijnen erven van Wolter ind Grieten vurss ind

hueren twijer erven. Dan als Wolter ind Griet vurss dese vurgenoemde alde schilde willen

loessen, so sullen sie Johan van Huessen ind sijnen erven geven ind betalen

vierendtwintich golden alde Franckricksche schilde hoefstoels ind allen verschenen pacht

mede anderhalven enckelen Koerfurstliche golden Rinsche gulden vur ellicken schilt

gereckent die vur datum dis briefs gemunt ind geslagen sijn of gut ander golden paijment

in tit der loessingen of betalingen. Ist sacke dat dit dan niet en geschuijt in allen

vurwarden vor gerurt van Wolter ind van Grieten vurss ind van huere tweijer erven, so

sall Johan van Huessen vurss ende sijne erven antasten ind gebrucken dat kampken mit

den pachtgude vurss tot sijnen schoensten sunder enig wederseggen van ijemant. Ind die

loesse sal dan ock vervallen wesen Johan van Huessen vurss ind sijnen erven ind dit

altomal sunder Argelist. In orkonde der warheit so heb ick Johan van Huessen mijnen

segel vur mij ende vur mijnen erven an diesen brief gehangen. Gegeven int jar ons heren

dusent vier hundert viffindtsestich des donredages na Sunte Mathijs dach. [donderdag 26

sep 1465]

Wij Wolter van der Oplagen ende Margrete van Aerde echte huijsfrouwe Wolters vurss,

doen kunt allen luden ende bekennen mit desen apenen brieve voir ons ende vur onse

erven, dat wij in einen steden witlicken erfkoep verkoft hebn Johan van Huessen ende

sijnen erven twee gude golden alde schilde jarlicker erfrijnthen van munten Skeisers van

Romen of Skonincx van Franckrick. Anderhalven gude golden Overlenschen rijnsch

gulden vur elcken schilt of ander paijment den rijnsch gulden gelijc, gut in elker tit der

betalingen op sunte Peters dach ad Cathedram en nestkomende na datum dis briefs over

ein jar ijrstwerve. En so vort alle jar erflich ende ewelich op sunte Peters dach ad

Cathedram to betalen als pacht uit enen stuck lands gelegen in den kerspel van Angeren

mitter onerster siden an erfnis der Doem Prastijnen van Utrecht ende mitter ander siden

an erfnis Johans van Aemb, schietende mitten einen eijnde an den Hogenwerdt ind mitten

anderen eijnde an den Bandijck. Ende Johan van Huessen vurss ende sijn erven mugen

die twee alde schilde erfrenthen vurss uith den vurss stuck lands jarlix peijnden als tot

Angeren gewoenlich is van pacht uit to peijnden. Ende wij Wolter ende Margriet vurss

bekennen dat wij van den tween schilden erfrenthen vurss onterft sijn ende wij noch onse

erven geen recht daran behalden en hebben. Ende Johan van Huessen vurgenoemd ende

sijn erven daran geerft sullen wesen ende hoen die stede ende vast to lantrecht bliven

sullen sunder enich bekroen van ons, van onsen erven of van ijemande van unser wegen.

Vortmere gelaven wij Wolter ende Margriet vurss vur ons ende vur onse erven Johan van

Huessen vurss ende sijnen erven dese twee alde schilde erfreijnthen vurss in den vurss

erve to vrijen ende te waren jar ende dach als in einen vrijen eigenen erve tegen alle die

geen die des ten rechten kommen willen ende allen vurkommer darvan aftedoin.

Uitgesacht alsolic recht als Derick van Gent daran heft van warschap na inhalt sijnre

brieve die hie heft spreckende van Grutels kempken. Anders enigen voirkommer, hinder

of gebreck als Johan van Huessen vurss of sijn erven mit recht dar bij leden, hebben wij

hoen gelaift ende gelaven vur ons ende vor onse erven opterichten ende volcomelich

schadeloos darvan te halden sunder enig wederseggen ende sonder all Argelist. Oirkonde

dis ende in getug der warheit hebn wij Wolter ende Margriet echte lude vurss onse segele

Page 220: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vur ons ende voir onse erven an desen brief gehangen. Gegeven in den jaren ons heren

dusent vier hundert soevenindviftich op sunte Agaten dach virginis. [zaterdag 5 feb 1457]

Folio 186

Wij Wolter van der Oplaeg ende Griet echte huijsfrouwe Wolters vurss doin kundt allen

luden ind bekennen mit desen apenen brieve vur ons ind vor onsen twijer erven, dat Wij

schuldig sijn van pacht Johan van Huessen ind sijnen erven twellef alde schilde. To

betalen dese twellef alde schilde vurss binnen vier jaren: die drie alde schilde nu up sunte

Peters dach ad Cathedram nest to comende na datum des briefs. Ind die ander negen

darna bijnnen drien jaren up denselven termijn vurss alle jar drie alde schilde of binnen

vierthien dagen darna onbegrepen. In diesen vieren jaren vurss in alduslicker maten:

Weert sacke dat Wj Wolter ende Griet vurss ind onsen twijer erven hir versumentlicken

in wurden ind dit nijt en geschieden Johan vurss ende sijnen erven op den vurss termijn

als vurss steet, so sullen Wolter ende Griete vurss ind huere twijer erven vervallen wesen

Johan van Huessen ind sijn erven van der erfnisse, dar Johan vurss sijn jargelt uit heft ind

mede van alsulcken pacht gut als Wolter ende Griete vurss in pacht hebben van her

Wijnnalt van Arnhem Ridder. Welcke erfnisse ind gut her Wijnalt vurss gepacht heft van

den Dombprast van Uterecht van wegen der Domprastien. Ock sijnt furwarden wert

sacke, dat Wolter ende Griet vurss ende huere twijer erven binnen diesen vurss jaren op

den vurss termin loesden alsoliche twee alde schilde als Johan van Huijssen vurss heft na

uitwiesingen sijns briefs, so sullen Wolter ind Griet vurss ind huere twijer erven allen

verschenen pacht mede betalen, sunder enich intrecken ind weder spreckenn. Ind dit alle

sunder Argelist. In orkonde der warheit so hebben Wij Wolter van der Oplaeg ind Griet

vurss onse zegelen vur uns ende vur onsen twijer erven an diesen gehangen. Ende om der

merre getugenisse aller puncten vurss so heb ick Wolter van der Oplaeg vurss gebeden

Wolter van der Borch dit mede te besegelen. Dat ick Wolter van der Borch vurss om

sijnre beden wil gern gedain heb. Ind hebbe mijnen segel mede an diesen brief gehangen.

Ind ick Griete vurss heb gebeden Frederick van Aerd mijnen Oem ock to merre

getugenisse aller puncten vurss dit mede to besegelen. Dat ick Frederick vurss om

Grieten vurss mijnre Nichten gern gedain heb ind heb mijnen segel an desen brief

gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert vierindtsestich up sunte

Ciriacus dach des heiligen martelers ind Pauwes. [woensdag 8 aug 1464] .

Ick Arndt van der Lawick, richter in der Overbetue, tuge apenbarlick in desen apenen

brieve, dat vur mij und vur gerichtz lude hyrna beschreven komen is int gericht Henrick

van Monnichuijsen, Burger Tarnhem, ende heft mit sijnen vrijen moitwille vur hem ende

sijnen erven overgegeven ende upgedragen den Ersamen hern Wilhem Ingen Nuulandt

Priester ende Rector des Cloisters ende Conventz to Huessen in behoeff desselven

Conventz, vur ein summe geltz die den vurgenoemde Henrick van Monnichuijsen van

hern Wilhem vurss wal to danck betalt is den lesten penninck mitten yrsten die rechte

helfte van einen kamp lantz geheiten die Oplae haldende tho samen umbtrint achtien

margen lantz ein luttel mere of mijn ter guder maten in den kerspel van Angeren buten

dijcx gelegen. Oostwart an erve Johans van der Horst, zuijdwart den bandijck, westwart

Wolters erfgenamen van der Oplae ende noortwart Gerits erfgenamen van Hackfort.

Ende die vurgenoemde Henrick van Monnichuijsen heft die rechte helfte der erfnissen

Page 221: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vurss also vur opgedragen ende na darup vertegen mit halm, hande ende mit monde als

dat tfondenisse der gerichtz luden wilden vur recht, dat die vurgenoemde Henrick van

Monnichusen ende sijne erven erflick daraf ende ontrechtigt sijn ende geen recht noch

tho seggen mere daran behalden en hebben in ennigerwiess. Ende dat hern Wilhem

Folio 187

Ingen Nuulandt Rector vurss of die Rector in der tit in behuef des Conventz vurss erflick

ende ewelick daran geerft ende gerechtiget is ende dat hem dat na den lantrecht van

Overbetue tot ewigen dagen vast ende stede wesen sall, sunder ijemants wederseggen.

Vortmere so heft Henrick van Monnichusen vurss gelaift vur oen ende sijnen erven die

rechte helfte der erfnissen ende lands vurss den vurgenoemde hern Wilhem Ingen Nulant

in behoif des Convents vurss, als vur ein vrij eigen erve ende gut jar ende dach te vrijen

ende te weren tegen alle die ghene die des ten rechten stain ende kommen willen. Ende

allen voirkommer die dar op were aling aftedoin als erfkoeps rechts is in den Ampt van

Overbetue. Uitgenamen twelf pont botteren die Henrick van Huijssen uiter den

vurgenoemde alingen gehelen Camp landts jarlix mit recht geldende heft. Ende all sonder

Argelist. Dit geschieden opten Praist. Dar bij an ende over waren als gerichtz lude

Wijchman Roeloffssoen ende Werner van Horssen ende meer guder lude. In orkonde der

warheit, so hebn Wij Richter ende gerichtz lude vurss onse segelen an desen apenen

brieve gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert drie ende tachtentich op

des heiligen Cruijs dach Exaltationes. [zondag 14 sep 1483]

Warschap van der Oplaeg

Wij Herman van Wije ende Johan Gruijter, Schepenen tot Arnhem, tugen mit desen

apenen brieve dat vur ons kommen is in Schependom Henrick van Monickhusen ende

hevet bekant, also hie hern Willem Ingen Nuulandt Rector des junfferen Closters binnen

Huijssen tot behoif des Closters vurss verkochten vor den Ambtman in Overbetue, na den

Lantrecht upgedragen ende avergegeven heft, die helfte van einen stuck lands geheiten

die Oplage, gelegen in Overbetuwen in den kerspel van Angeren. Bij also dat uitten vurss

helen stuck landts des sijars nijet meer uitgain noch gelden en sall dan twelleff pont

botteren, dar dat Closter vurss alle jar van betalen sal, vur die helfte van den lande vurss

ses pont botterenn ende nijt ind allet na vermugen des Ambtmans briefs darvan wesende,

ende hefft die helfte van den stuck landts vurss darop gelaift te vrijen ende te waren jar

ende dag tegen allen den gheenen, die des ten rechten komen willen. Weret sack dat nu of

namals in der warschap vurss enig gebreck, hinder were of qweme, hebn Henrick van

Monickhusen, Burchgart van den Nijenhus ende Wijchman van Eijmeren sementlichen

verlijt ende overgegeven, sulck gebreck mach ter kennis dis briefs die Richter in der tit

tot Arnhem den vurss Cloester of enich oers seken ende gewanden baden of helder diss

briefs mit oeren wille altoes doin peijnden uitter huijss ende hofstat to gehoerende

Henrick van Monickhusen, gelegen upten hueck van der Rhijnstrat en voer der

Rhijnporte tusschen huijs ende hofstat Johans van der Sande op die een sijde, hus ende

hofstat Johans van Eijmeren op dander sijde, ende uiter huijs ende hofstat Burchart van

den Nijenhus gelegen an Sunte Johans platse tusschen huijss ende hofstat wilner Henrick

Sadelmacker op die een side, ende huijss ende hofstat over der Stegen Gijsbert van Deest

op dander side, ende uiter einen kamp landts togehoerende Wijchman van Eijmeren vurss

gelegen buten Sunte Johans porte opter Stadt Grave. Schietende mitter einre siden ende al

Page 222: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

langs den perde marckt, mitter ander siden ende vort uit allen andere erve ende gudere

Henrick Burchgart ende Wijchmans vurss, rurende ende onrurende, rede ende onrede,

geenrehande gut dar inne uitgescheiden, als se nu tertit in der vrijheit van Arnhem hebn

of namals krigen mogen sunder clage vur gerichte ende die pande verkopen of sie in

gerichte verwunnen weren, dat gebreck altoes daraf to nemen sunder enich wederseggen

van hem of ijmants anders van heure wegen. In orkonde dis briefs besegelt mit onsen

segelen. Gegeven int jar ons hern dusent

Folio 188

vier hundert vierendetachtentich des saterdages na Sunte Simon ende Judas dag der

heiliger Apostelenn. [zaterdag 30 okt 1484]

Wij Maes van Rijn ind Wilhem van der Weij Schepen tot Huessen tugen, dat vur ons

kommen is Cornelis Petersen ind heft mit sijnen vrijen willen upgedragen, mechtig

gemackt ind overgegeven hern Wilhem Ingen Nuwlandt, Pater des Convents ind

Susterhuijs tot Huessen, alsulcke brieve als hij spreckende had up Johan ind Reijner van

den Sande, inhaldende van sess hundert ind sesindtwintich Rijnsche gulden. Dieselve

summen mitten principal brieven van Johans nagelaten gut ind oic van Reijner na inhalt

des briefs to mogen manen, mit recht dar van te vorderen, heffen, boeren, quitschelden,

doin ind laten in alinger wiese Cornelis vurss selver heft mogen doin ind latenn. Sonder

Argelist. Inne oirkonde onsen Schepen segel van Huessen an diesen brief gehangenn.

Gegeven in den jaren ons hern dusent vierhundert ind einindtnegentich des neesten

saterdages na Sent Marien Magdalenen dag. [zaterdag 23 juli 1491]

Up den rug steet Jan van den Sande Halderenn.

Ick Johan Faes doe kont allen luden ende beken avermitz diesen apenen brief vur mij

ende vur mijnen erven, dat ick van guden geleenden gelde schuldig ken to wesen jonffer

Heijlwich Zioden, mijnre zwegersche, vijfendedartich enkel golden Rijnsche gulden gut

van golde ende zwar van gewichte, die sie mij in mijnen noden geleent heft. So gelave

ick Johan Faes vurss vur mij ende vur mijne erven bij mijnre eeren ende manwarheit,

junffer Helwich sJoden of Helder sbriefs die vurss penningen wederom tebetalen ende in

oer vrij secker behalt to leveren en up sunte Peters dag ad Cathedram neestkommende,

sunder enich langer vertreck als men schrieft dusent viff hundert ende drie. Ende weert

sacke dat eijnich gebreck der mistalingen halven hir in geviel dat Gott vorssije. So sall

ende mach jonffer Heijlwich sJoden of Helder sbriefs vurss alle jar heffen ende boeren

vur die vurss viffendedartig golden gulden ter renthen siars drie enckel golde gulden

erflick uiter mijnen guden geheiten Rijckxwoirde woe dat dar gelegen is mit eggen, mit

eijnden in den kerspel van Eelst ende in den Ampt van Overbetuwe ende uiter al mijnen

erven ind guderen. die ick nu tertit heb of hirna anwerven of verkrigen mach in wat

Heren lande die gelegen mogen wesen, reet ende onreet nit dar inne uitgescheiden.

Allet tot oeren koer, dart oer of Helder sbriefs best gelegen sall wesen te heffen ende

teboeren ende te maenen mit geistlichen of wertlichen rechten dar ick of mijn erven in

eniger wiess geen weer tegen en sullen doin of van mijnre wegen laten geschieden in

eniger maniren, den lesten penninck mit den ijrsten en sij irst gantz ende aling betalt ind

dat jonffer Heijlwichs Joden of Helder sbriefs oeren simpelen woorden togeloven. Ende

Page 223: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ick beken diesen selven brief van sulcker werden ende machten to wesen oft ein Richters

brieff were ende vur Schepen uitgegain als recht is. Vort sijnt vurwarden to wat tijde dat

Johan Faes vurss of sijn erven die vurss viffendedartich enckel golde gulden mit die

verschenen rinthen darup wesende ende mitten resten joffer Heijlwichs Joden of Helder

sbriefs betaldenn in oer frij secker behalt leverden. Dan sullen die drie enckel golde

gulden erfguts jarlix mede gevrijet ende gelost wesen. Vort beken ick Johan Faes vurss

vur mij ende vur mijne erven, of jonffer Heijlwich Zioden of Helder sbriefs tot eniger tit

vorder vestenissen van mij begerden, dar sall ick altit willig in wesen tot oeren gesinnen

to doen, sunder eijnigerleij indracht of wederseggen. Alle argelist, nije vonde, quade lose

behendicheit, behulp mit geistlichen of wertlichen rechten, heren gebot of verbot ende

vort alle dat men tegen des briefs puncten enichsins erdencken oft versieren konde

gentzelick ende altomail hir inne uitgescheiden. In tuijs der warheit heb ick Johan Faes

vurss mit mijnen will ende weten vur mij ende mijnen

Folio 189

erven mijnen segel an diesen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren viftien hundert

ende een des anderen dages na den heiligen derthien dag. [donderdag 7 jan 1501]

Wij Gadert van der Uplagen, IJde van der Uplagen, This Mont ende Berthe echte

husfrowe Thiss vurss, doin kont allen luden ende bekennen mit diesen apenen brieve vur

ons ind onsen erven, dat wij erkunt erfpechteren als Henrick van Gent ind Wilhem van

Bethouw in einen vasten steden erfkoep vercofft, upgedragen ind overgegeven hebben

Henrick die Beest ind sijnen erven twee stucken landts, ilk stuxken haldende umbtrint

einen halven margen ter guder maten, gelegen in den kerspel van Angeren. Dat ein

stuxken mit der einer siden nest die Uplage, mitter ander zijden nest erve des

Doemprasten van Utricht, schietende mitten eine eijnde neest den Hogenwerdt ind mitten

enderen eijnde nest den bandijck. Ind dat ander stuxken gelegen mitter einre zijden nest

erve des Dumprasters vurss, mitter andere sijden nest erve jonffer van der Borchs,

schietende mitten eijnen eijnde nest den Hogenweerdt ind mitten anderen eijnde den dijck

vurss, mit allen brieven darvan spreckende. Also dat Gadert, IJde, This ind Berthe vurss

ende oer erven darvan onterft sijn ind geen recht meere noch tho seggen an behalden en

hebben ind dat Henrick vurss ind sijn erven daran geerft sijn. Erflicken ind ewelicken mit

allre wrachten willigen ind holt to halden ind to gebrucken gelijck Gadert, IJde, This ind

Berthe vurss vur datum sbrieffs hebben mogen doin ind laten ind Wij Gadert ind IJde

vurss hebn gebeden den Ersamen hern Henrick die Lewe, Priester tot Angeren, desen

brief vur ind over uns to willen besegelen umb gebreck onser zegelen. Ind Wij This ind

Berthe, echte lude, hebn gebeden Derick van der Borch ind Herman Garissen diesen brief

vur ons to besegelen. Dat wij Pastor, Derick ind Herman vurss ter begerten van desen

vurss gerne gedain hebben ind hebben illick onsen segel in getuge der warheit an diesen

brief gehangenn, ind umbdie mere vestenisse will so hebben Wij Henrich van Gent ind

Wilhem van Betow illick onsen segel mede an diesen brief gehangenn. Gegeven in den

jaren ons heren vifthien hundert ind twee up Sent Mathis avent Apostolis. [woensdag 23

feb 1502]

Up den rug steet Klein Oplage

Page 224: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Wij Henrick van Oeverschald ind Jorien van Halderen, Schepen tot Huessen, tugen dat

vur ons kommen sijn Derick van Huessen ind Henrica sijn echte wijff ind hebben mit

oeren vrijen willen upgedragen ind overgegeven hern Wilhem Ingen Nuulant, Pater des

Susteren Convents binnen Huessen, alsulcke pachtrecht als sie hadden an ein stuxken

landts gelegen nest der Uplagen mitter einre zijden, ind mitter anderer sijden neest

erfnisse Jacob van Koverden, schietende mitten einen eijnde nest den Hogenwerdt ind

mitten anderen eijnde nest den Bandijck. Also dat Derick ende Henrica echte lude vurss

dar van ind van allen brieven darvan spreckende onterft sijn ind geen recht meer noch tho

seggen daran behalden en hebben. Ind dat die vurss Pater tot behoif des vurss Conventz

daran geerft ind gerechtigt sall sijn to mogen besitten ind gebrucken, doin ind laten gelick

Derick ind Henricx vurss vur datum sbriefs hebben mogen doin ind laten. Vortmere so

gelaifden Derick vurss of die vurss Pater of dat convent vurss tot enniger tit vorder

vestenisse behoifden of hebben wolden, dat were vur den Ambtman in Overbetow of

erfpechteren, dat hie of sijn erven die vorder vestnisse altit den Pater of Convent doin

sullen tot oeren gesinnen mit handt ind munde als sich dat na den lantrecht geboert. Allet

sunder Argelist. Inne orkonde unser Schepensegel van Huessen an diesen brief gehangen.

Gegeven in den jaren ons heren dusent viff hundert ind thien up Sent Franciscus avent

Confessor. [donderdag 3 okt 1510]

Up den rug steet Die klein Oplage.

Folio 190

Wij Evert van den Staide ende Herman Tengnagel, Schepen tot Arnhem, tuegen mit

desen apenen brieve dat vur ons in Schependom is kommen Henrick van Poelwijck ende

verlijeden wie dat tusschen hem ind der Ersamer jonffrow Elisabet, nagelatener weduwe

zelige Johan Phaes, schellongen ind gebrecken geresen ende ein titlang gewest sijn,

herkommen van sijns vaders zeliger gedachten versterve ind nagelaten guderen. Darome

Henrick van Poelwijck vurss opter vurgenoemde jonffrow Elizabet gevordert ende

vervolgt mocht hebben als hij bekande. Und woe dan die gebrecken tusschen beiden

verlopen ind tot her toe gestain hebben, bekande Henrick vurss vur hem ende sijnen

erven. Dat die nagelatene weduwe zelige Johan Phaes vurss der alinge gebrecken ende

schellongen sijns vaders versterve halven gutlicken mit hem verdragen ende daraf

verenicht, verlecken ende gescheiden were, dat hij des ein benugen heb ind scholde se

daraf los, ledig ind qwijt und bekenden mede, dat he ind sijn erven des versterfshalven tot

oer ind oeren erven geen ansprack, recht noch tho seggen meer en had noch en behielden

in geenrewiess. In oirkonde sbriefs besegelt mit onsen segelen. Gegeven int jar ons heren

viftien hundert ende sestien des vridages up Sunt Martens dach translationis. [vrijdag 14

nov 1516]

Wij Segewalt ten Herenhave ind Arnt Everwin, Schepen tot Huessen, tugen dat vur ons

komen ind verschenen is Henrick van Huijssen up Gruijthus ende heft bekant mit sijnen

frijen will vur oen ind sijnen erven, dat hie gutlick ende mijnnenstlick bij den richter

Wilhelm van Halderen ende Derick Smalevelt, Burgermeister, in der tit gescheiden ende

verleecken is mit dem Convent ind Susterenhuijs binnen Huessen van Sunte Elizabeten

orden van alle gebreck ind geschelen woe ind die her muchten kommen, die sie tot

deessen dag toe mit malckanderen te doin gehadt hebben niet darvan uitgescheidenn als

Page 225: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

namentlick van achterstedige tins ind botter als Henrick van Huijssen vurss jarlix uiter

die alinge uplaeg meijnde te hebben. Darfur sall Henrick van Huijssen vurss ind sijne

erven ontledigt ende verlaten wesen alsulcke schult hie den Convent vurss schuldig is

woe ind wes des is. Ind dartho sall hie sijn Canthoer mit dat gheen dar in is mit brieven

ind anders na sich nemen, furen ind laten kieren ende wenden war oen dat believen sall.

Des sal dat Convent vurss ind oer Nakommelinge ten ewigen dagen tho verlaten wesen,

alsolicke tins Henrick van Huijssen vurss jarlix uiter den hoff up die Karbrug den

Convent to behoerende geldende had herkomende van Gaert van Dair, geheite

Meelslandt, ind dartho alsolick dijr klock, als dat Convent van Henrick van Huijssen

vurss heft, sal dat Convent ock behaldenn ind gebrucken tot oeren schoensten. Hirmit

sullen Henrick van Huijssen ind sijne erven ind dat Convent vurss erflicke ind ten ewigen

dagen gescheiden wesen ind bliven van alle sacke sie mit malckanderen to doin gehadt

hebben, nit darvan uitgescheidenn ind en sullen achter den dag geen ansprack int clein

noch int groit mit malckanderen forder to doin hebben ind allet ongeverlick. Sunder

Argelist. In orkund ind getug der warheit alre punten vurss hebn Wij Schepen vurss onse

Schependumbs segel van Huessen an desen brief gehangenn. Gegeven in den jar ons

heren dusent, viff hundert ind drieendetwintigh des fridags na den Sondag Quasi modo

geniti. [Vrijdag 10 april 1523]

Ick Bertolt van Gent, Richter ende Dijckgref in Overbetuwe, oirkunde ende tuge

apenbarlick, dat ick in dem jar ons heren dusent vier hundert eenendtnegentich up ten

Meijdach mit mijnen alingen heimraet hirna beschreven als opten rechten schoudach den

Bandijck geschout heb up den Waell. So hebben ten selven mael geschiert die heimraet,

dat die dijck sall hebben sijn hoghe ende breide dat is to verstain van den scharen

twintich voet breedt ende up die scharen vierendetwintich voet breedt ende vort kaen

ende barmen up ende an den dijck to macken

Folio 191

gelijck dat na vermogen des signats under meer andere punten begrepen geschiert is; umb

sunderlingen grote noitsacken will des gemeinen lands van Overbetuen ben (ik) darna mit

mijnen alingen heimraet hirna beschreven up der rechter laefschouwen die gekundigt was

alst recht is. Nementlicke des vridages na Sunte Bonifacius dach komen rijden tot

Halderen op den vurss dijck ende want dar liggen een stuck dijcs van umbtrint

soevenendeviftich roeden, dat nit hoge noch breedt genoch en was na schierunge der

heimraden ende uitwiesinge des signats. Welcke dijck niemant annemen en wolde noch

ock vurlaven en wolde, so dat ick tenselven mael mijnen heimraet fragden ein ordel, woe

ick mitten verlaren dijck vortvaren solde alst recht weer. Die hem doe beriedt ende

wiesden vurrecht, dat ick fragen solde off hem des dijcks noch niemant ondervinden en

wolde ende gelaven tho macken na koer des heimraeidts ende uitwiesinge des signats.

Ende wolde des nijmant doin, dat ick den dijck dan verdingen ende bestaden solde

tomacken als hem die heimraet gekoirt hadde om den minsten penninck dat dat ijmants

doin wolde. Doe vragden ick, Dijckgreve vurss, of dien dijck ijmant macken wolde om

gelt,want dar nijmant en were die hem des dijcks onderwonde. Doe ijesch daraf te

macken als hem die heimrait gekoert hadde Spaen vander Oplage van ijtlicker rade

vifendtwintich golde Franckricksche schilde. Doe frage den ick, Dijckgreve vurss, of dat

Page 226: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

ijemant mijn doin wolde eenwarf, anderwarf ,dordwerf ende doe dar nijmant en was noch

en quam die dat mijn doin wolde. Doe vragden ick, Dijckgreve vurss,mijnen heimrait ein

ordel of ick den vurss verdinger den slach geven mocht ende solde mit recht sijnt dar

nijmant en were noch en queme die dat mijn doin wolde. Die heimraden berieden hem

doe ende wijsden vur recht sijnt dar nijmant en were noch en qweme die dat mijn doin

wolde. Dat ich den vurss verdinger mit recht schuldig weer te geven den slach, doe sloeg

ick, Dijckgreve vurss, den vurss Spaen van der Oplage den slach van den vurss dijck te

macken tho ende gelaifden hem vur elcker roeden vifendtwintich alde schilde tot des

heimraidts seggen.

Darna terstont so quam dese vurss Spaen van der Oplage weder an mij, Dijckgreve vurss,

ende gesan mij dat ick Albert die Ruijter ontfangen wolde in sijn verdingde stat ende

ontfangen hem tot einen verdinger van den vurss dijck te macken ende gelaven hem dat

gelt in alre maten als ick hem darfur den slach af hadde gegeven ende sijn gelt gelaift en

schelden hem daraf quijt. Dat ick, Dijckgreve vurss, doe dede ende schalt Spaen vurss

doe convijt ende ontfienck den vurss Albert die Ruter tot einen verdinger den vurss dijck

to macken ende gelaufden hem van elcker rode dat vurgenoemde gelt. In alrematen als ik,

Dijckgreeffe vurss, Spaen vurss tevoren gedain hadde. Dar na up der gebadenre schouw

en die gekundigt was alst recht is, dat ein ijegelick sijnen dijck gemackt solde hebben van

erden. Nementlicke des vridages na unser liever vrouwen dach Assumption [15 aug]

quam ick, Dijckgreve vurss, rijden mit mijnen alingen heijmrait hirna beschreven upten

vurss dijck tho Halderen, ende dar hielt mij Albert die Ruijter vurss up de vurss dijck

ende ijesch mij sijn vurss gelt als ick hem gelaift hadde als ein Dijckgreve gelick vurss

steet van den vurss dijck to macken. Doe fragden ick mijnen heimrait een ordel, wes ick

hem mit recht schuldig were tho doin. Die hem doe berieden ende wisden vur recht, dat

ick noch vragen solde of ijemant were, dien den dick sijn were of die hem annemen ende

halden wolde en den verdinger vernuegen ende mij als ein Dijckgreff van wegen mijnes

gnedigen heren die broken verplegen, en weer dar nijmant die hem des dijcks

underwinden wolde. Dat ick dan die Soeven darop kiesen, eisschen ende verdagen solde

als recht were ende dat die Soeven dan den vurss dijck schuldig weren tho heren ende den

onrait te bewijsen up hoeren eedt. Doe koer ick rechte noert die neeste dijckgenoten als

vier baven ende drie beneden ende ijesch

folio 192

die ende verdagden die eenwerf, anderwerf, derdwerf over vierthien dagen darna upten

dijck to kommen ende dien dijck dan te geven ende te heren ende den onrait te bewiesen

na hoeren vijff sinnen op hoeren eedt dar hie mit recht hoerden. Doe en quamen die vurss

Soeven op den vierthienden dach nit voir, ende saten op hoer bannen ende boeten, twee

vierthien nachten lanck, die ick beide hielt ende reedt mit mijnen heimrait ende

verdagden sie vort bij den heimrait alst recht was. En up den lesten dag van den ses

wecken doe dese Soeven nit langer en muchten sitten ende dat oer uitdragende dach was

to geven, doe quamen sie upten vurss dijck vur mij, Richter ende Dijckgreve vurss, ende

vur den alingen heimrait hijr beneden beschreven. Doe eijden ick Dijckgreve vurss die

Soeven alst recht was. En die berieden hem doe ende gaven dien dijck op hoeren eijdt bij

hoeren viff sinnen op die geen die den dijck tot her to gebracht hebben op sijn recht

anschoet bijnnen ende buijten dijcks. In den irsten op alsulck gut dar Johan van den

Sande in bestorven is, gelegen tot Halderen in den kerspel ende gelegen tot Angeren in

Page 227: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

den kerspel. Ende is des nijt genug so geven wij vort op huijs ende hofstat gelegen tot

Angeren die Wolter van der Oplage tho te behoeren plach. Ende noch up vierdenhalven

margen lants die Herman Garijs ende Henrick van Gent nu hebben ende Wolters van der

Uplagen tho tebehoeren plachen. En noch up vier hont landts die ock Wolters vander

Oplagen tho tehoeren plagen geheiten Gruters haefken ende al dit gut mit sijnen uitgang

ende ingang woe dat gelegen is, ende hapen dat des genug is, na unsen viff sinnen. Ende

is des noch nit genug so geven wij dar vort up achtien margen lands gelegen tot Angeren

buten dijcks geheiten die Oplage, mit sijnen uitgang ende ingang nu tobehoerende dat

Susterhus bijnnen Huessen ende Gerlich Morre ende hapen dat des gnug is. Ende is des

noch nit gnug geven wij dat vort up Rheiners gut van den Sande war, dat gelegen is in

den kerspel van Heteren ende mit sijnen inganck ende uitganck. Doe dese vurss Soeven

den vurss dijck gegeven hadden in manieren als vurss steet vragden ick, Dijckgreve

vurss, mijnen heimraidt hir na beschreven, woe ick mit den vurss guden in den vurss

dijck gegeven vortvaren solde alst recht were. Die dar up wijsen vur recht. Dat ick solde

doin peijnden mit mijnen geswaren peijnder: erfgenamen Johan van den Sande, Reinier

van den Sande en Willem van den Sande, Griet van der Oplage, Herman Garis, Henrick

van Gent, Hill van Gent, hern Willem Ingen Nuulant, Rector des Susterhus binnen

Huijssen, Gerlich Morre ende alle die ghene die sich rechts daran vermeten, an all oer

vurss gut in den dijck gegeven, vur brocken ende onrait opten vurss dijck geschiet. Des

nam ick Rijckquin Jansen als ein anleider ons alre gnedigsten heren des Romischen

Conincx etc. die mij doe bad, umb einen peijnder van der herlicheit wegen hem mede to

peijnden an alle dit vurss erve ende gut gelick die Soeven dat in den vurss dijck gegeven

hebben, gelegen ter platzen gelick vurss steet in den ambt van Overbetuwe vur dusent

golden overlensche Rinsche gulden als van brocken up den verlaren dijck to Halderen,

die mitten rechten verlaren waren ende van den vurss gesworen Soeven opten vurss

guderen gegeven wardt na uitwiesunge des signalls ende vort vur den onrait mit recht

darup gainde. Des gaff ick hem Werner van Horssen, mijnen gesworen peijnder, hem

mede uittepeinden tallen rechten dese vurss dusent enckele golden Rinsche gulden mitten

onrade vurss. Diewelcke Ricquin Jansen naderhant quam an mij, Richter vurss, ende mit

hem Werner van Horssen, peijnder vurss, ende gichten up sijnen eedt vur mij Dijckgreve

ende heimrait hir na beschreven. Dat hie Rickquin Jansen als ein anleider vurss tallen

rechten gepeijnt hedde an dit vurss erve ende gut als dese vurss personen liggende hebben

ter steden ende platzen ende kerspelen gelick vurss in den ampt van Overbetu als vur

dusent Rinsche gulden ende vur den onrait gelick vurss steet. Ende doe hie pande vurss al

uit

folio 193

verbaden ende opgebaden hadde als recht is. Doe begerden Rickquin Jansen vurss ein

ordel, woe hie mit sijnen gepeijnden panden vortfaren solde als recht were. Dar wart hem

gewijst vur recht van mij, Richter ende Dijckgreve vurss, gevragt dat hie die pande vurss

verdingen ende verkopen solde om dat schonste ende meeste gelt, dat dar ijemant vur

geven wolde. Ende tot wulcker tit hie sijnen koepman wust, dat hie den vurss koep dan

bieden solde erfgenamen Johans van den Sande, Griet van der Oplage, Hil van Gent,

Herman Garijs, Henrick van Gent, here Willem Ingen Nuulant Rector des Susterhus

vurss, Griet, Gerlich ende Maes Morren an hoere tegenwoordicheit of an hoere weren so

verre sie ein weer hedden in den ambt van Overbetuw gelegenn of op enen Sonnendag

Page 228: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

onder Missen, dar dese vurss gudere gelegen weren in den kerspelen vurss. Doe

verdingden Ricquin Jansen vurss ende verkoft dese vurss pande, erve ende gut Willem

van Halderen als vur dusent golden Rinsche gulden ende vur den onrait vurss ende koep,

den vurss koep van den erve ende guden vurss gelick hem tordelen vondenisse wisden

ende recht is erfgenamen Johans van den Sande, Grieten van der Oplagen, Hil van Gent,

Herman Garis, Henrick van Gent, heren Willem Ingen Nuulant Rectoir vurss, Griet,

Gerlich ende Maes Morren vurss, up einen Sonnendag tho Halderen, tho Bemmel ende to

Angeren in der kerck, of sie ende alle die gene die sich rechts dartho vermeten den vurss

koep ijet hebben wolden ende oere gut beschuddenn. Des sie nit en beschudden noch

nijmant van oere wegen. Doe boet Ricquin Jansen vurss mij, Richter vurss, den vurss

koep in behoif ons gnedigsten heren Romisch koninck etc. ende bad ende gesan mij, dat

ick hem sijn gelt vurss geven wolde, des ick nit hebben noch doin en wolde ende hiet

hem den vurss koep geven sijnen koepman, die dat vurgedingt ende gekoft hadde. Doe

gaff ick, Richter ende Dijckgreve, den vurss koep Willem van Halderen vurss die dat vur

gedingt ende gekoft hadde. Doe begerden die vurss Willem van Halderen ein ordel, wie

hem des koeps vurss een ware wesen solde mit recht. Dar wart hem gewiest vur recht van

mij, Richter vurss, gefragt die here van den lande of die Richter in der tit van sheren

wegen. Darom gelave ick, Richter ende Dijckgreve vurss, den vurgenoemde Willem van

Halderen des koeps vurss een ware to wesen van sheren wegen hem darinne to waren

ende to halden als een Richter ende Dijckgreve van den Lande schuldig is to doin. Ende

all sonder Argelist. Dar dit geschieden in alre manieren gelijck vurss steet, dar hebben bij

an ende aver gewest als heimrade ende gerichtz lude Beernt Hackfurt, Engelbert Haick

van Ruijtenberg, Heijmerick Hueijck van Avezait, Derick Vaeck ende Johan van

Meckeren. Want alle dese vurss punten ende sacken ons Richter, Dijckgreve ende

heimraden vurss kundich ende all mit recht ende ordel van ons gewesen geschiet sijn. So

hebben Wij Richter Dijckgreve ende Wij heimrade ende gerichtz lude vurss elck onse

Segel an diesen apenen brief gehangenn. Gegeven in den jar ons hern dusent vier hundert

eenendetnegentich des woensdages na sunte Lucien dach virginis et martijris [woensdag

14 dec 1491]

Ick Gossen van Bemmel, Richter ende Dijckgreve in der Overbetu. tuge apenbarlick in

diesen apenen brieve, dat vur mij ende heimrade hirna beschreven komen is Willem van

Halderen ende gesan mij, dat ick oen setten solde in huijs ende hofstatt dat Grieten van

der Oplaege to tebehoeren plege ende in achtien margen landts geheiten die Oplage, die

hern Willem Ingen Nuulant Rector des Susterhuijs binnen Huijssen ende Gerlich Morren

to tebehoeren plegen, gelegen in den kerspel van Angeren in den ambt van Overbetu na

uitwiesinge sijns heimraits briefe die hie daraf heft. Dar ick Richter vurss up fragden, wat

ick den vurgenoemde Willem van Halderen daraf schuldig were to doin mit recht. Dat

tfondenisse der heimrade up wisden vur recht, dat ick den vurgenoemde Willem van

Halderen

folio 194

na den Dijckrechten in dat vurss huijs ende hofstat ende achtien margen landts setten

ende halden solde na wiesinge der heimrade, na uitwiesunge sijnes heimraitz briefs vurss.

Ende verbieden Grieten van der Uplagen, heren Willem Ingen Nuulant, Gerloch Morren

Maess Morren, Griet Morren ende alle die geene die sich rechts dartho vermeten, den

Page 229: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

anfanck daraf bij oeren lijve ende guede tertit toe ende solange thent Willem van

Halderen vurss mit einen beteren Dijckrecht daruith gesleten ende gewunnen wurde. So

heb ick, Richter ende Dijckgreve vurss, den vurgenoemde Willem van Halderen in die

vurss husinge ende hofstat ende achtien margen landts na den Dijckrechten gesatt. Na

wiesunge der heimrade, na uitwiesunge sijnes heimraits briefs vurss. Ende heb Grieten

van der Oplagen, hern Willem Ingen Nuulant, Gerlich Morren, Maes Morren ende Griet

Morren vurss ende alle die gene die sich rechtz darto vermeten den anvanck ende bruck

weer daraf verbaden bij oeren lijve ende gude ende will den vurgenoemde Willem van

Halderen dar in halden solange, wes hie mit einen beteren recht na den Dijckrecht daruith

gesleten ende gewinnen wurdt als ick schuldig bijn tedoin na den Dijckrecht van

Overbetuu. Ende all sunder Argelist. Dit geschiedenn tot Angeren dar bij an ende over

waren als heimrade Peter van der Hoevelick ende Evert van den Staide ende meer guder

lude. In orkunde der warheit so hebben Wij Richter ende Dijckgreve ende heimrade vurss

onse segelen an desen brief gehangen. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert

tweeendetnegentich up Sente Gertruden avent der heiliger junckfrouwenn. [vrijdag 16

mrt 1492]

Anno 1493 up S. Johans Baptisten avent [zondag 23 juli] is Gerrit Strijwerdt overdragen

mit hern Willem Ingen Nuulant Rector des Conventz ind Susterenhus binnen Huijssen,

mit Reiner van den Sande ind mit Mais Morre dese dijcken neste VI jar alrena tfolgen na

datum sbriefs to halden macken ende to bewaren als Johan van den Sande in dem Ambt

van Overbetuw liggen te hebben plege: barmen, ronwaels binnen ende buten, woe die

geschiert is ende geschirt mach worden, allen onrait, brocken ende allet dat men darup

setten ende winnen mach allein to dragen, die schouwe dar aver te vrijen ende te leveren

buten kost her Willems, Reiners, Maes. Ende so sie enig gebreck darbij leden, mugen sie

an Clais Muijltgens ende Derick Grobb als sack wolden altit verhalen en peijnden bij den

geswaren peijnder van Overbetow uiter al erfnisse ende gude, rede ende onrede, rurende

ende onrurende, als die sackwal den binnen dem Ambt van Overbetow hebn of krigen

mogen etc. Ind sollen darvan alle jar geven XLVII gulden current XX stuver gereckent

vur ilcker gulden der die XXXIIII stuver einen ynckelen gulden macken. Dartegen sie

wederumb bewesen ende gekort hebn XXVII gulden paijment vurss, die Gerrit aen dese

VI jaren geven solde van alsulck erve ende gut als Jan van den Sande zaliger to Bemmel

end tot Halderen binnen ind buten dijcx liggend to hebn plege, dat Gerrit vur die vurss

XXVII gulden jarlichs gepacht had. Ock so hebn her Wilhem, Reiner, Maes, Gerrit vurss

an gereiden gelde uitgericht XCIIII derselver gulden afcortinge dat gebreck van den vurss

XXVII (47 later bijgeschreven) Rinsche gulden tho ses jaren vurss, so dat sie Gerrit dese

vurss jaren darvan nit uitrichte ind betalen en sullenn dan tosamen XXVI Rinsche gulden.

Ick Arnt van der Lawijck, Richter in der Overbetow, tuge apenbarlick in desen apenen

brieve, dat tot mij quam Johan die Hont als ein anleider mijns guedigen lieven heren

tshertogen van Gelre etc. ende badt mij umb einen peijnder hem mede te peijnden dese

nabeschreven personen als Griet Morren, Gerlich Morr, Maes Morr ende Jut Morren an

die gerechte helfte van der Oplagen als sie liggend hebben in den kerspel van Angeren in

den ambt van Overbetuwe vur dusent alde Franckricksche schilde als van brocken up den

dijck tho Halderen ende vur alsolichen onrait als dar mit recht upgeet. Des gaf ick hem

Werner vann Horsen, mijnen gesworen peijnder, hem mede uitto peijnden tallen rechten

Page 230: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

dese dusent alde Franckricksche schilde vurss mitten onrade vurss, diewelcke Johan die

Hont naderhant quam an mij Richter vurss ende mit hem Werner

folio 195

van Horssen, peijnder vurss, ende gichten op sijnen eedt vur gerichtz luden, dat hie

Johan die Hont vurss tallen rechten gepeijnt had an die gerechte helffte van der Uplagen

vurss als Griet Morren, Gerlich Mor, Maes Morr ende Jut Morren vurss liggende hadden

in den kerspel van Angeren in den Ambt van Overbetue als vur dusent alde

Franckricksche schilde van brocken upten dijck ende vur den onrait gelick vurss steet.

Ende dat hie die pande vurss all uit verbaden ende opgebade hed als rechts is. Doe

begerden Johan die Hont vurss ein ordel, woe hie mit sijnen gepeijnden panden vortvaren

solde als recht were. Dar wart hem gewiest vur recht van mij Richter vurss gefragt, dat

hie die pande vurss verdingen ende verkopen solde om dat schoenste ende meeste gelt dat

dar ijmant om geven wolde. Ende tot welcker tit hie sijnen koepmanwinst, dat hie den

vurss koep dan bieden solde desen vurgenoemde personen an hoere tegenwordicheit of an

hoere weren so verre sie ein werre hedden in dem Ambt van Overbetuwe gelegen of up

enen sonnendag onder missen in der kercken dar dese vurss pande gelegen sijn in den

kerspell. Doe verdingden Johan die Hont vurss ende verkofft heren Willem Ingen

Nuulant Pater tho Huijssenn ende Reiner van den Sande dese vurss pande, erve ende gut

vurss als vur dusent alde Franckricksche schilde ende vur den onrait vurss ende boet den

vurgenoemde koep van den erve ende gut vurss gelick hem tfondenisse ende tordel

wijsden ende recht is Griet Morren, Gerlich Mor, Maes Mor ende Jutt Morren vurss op

einen sonnendag onder missen tot Angeren in der kercken of sie den vurss koep ijet

hebben wolden ende oer gut beschudden, des sie nit en beschudden noch niemant van

oere wegen.

Doe boet Jan die Hont vurss mij, Richter vurss, den vurgenoemde koep in behuef mijns

gnedigen lieven heren Tshertogen van Gelre etc. ende badt ende gesan mij dat ick hem

sijn gelt vurss geven wolde: des ick nit hebn noch doin en wolde. Ende hiet hem den

vurss koep sijnen koepmannen geven die dat vur gedingt ende gekoft haddenn. Doe gaf

Jan die Hont vurss den vurgenoemde koep hern Willem Ingen Nuulant ende Diemer van

den Sande vurss die dat vur gedingt ende gecoft hadden. Doe begerden die vurgenoemde

her Willem Ingen Nuulant ende Reiner van den Sande ein ordel wie hem des koeps vurss

ein warr wesen solde mit recht. Dar wart hem gewiest vur recht van mij Richter vurss

gebragt die here van den Lande of die Richter in der tit van sheren wegen. Darom gelave

ick Richter vurss den vurgenoemde hern Willem Ingen Nulant ende Reiner van den

Zande des koeps vurss ein ware to wesen van sheren wegen, hem darinne the waren ende

te halden als ein Richter ende een Ambtman van den lande schuldig is to doin. Ende al

sunder Argelist. Dar dit geschieden waren over ende an als gerichts lude Gerit van Lent,

Janss ende Johan Meijners ende meer guder lude. In urkunde der warheit so hebben Wij

Richter ende gerichtz lude vurss onse segelen an diesen brief gehangenn. Gegeven int jar

ons heren dusent vierhundert sesendetnegentich up unser liever frouwen dach

Presentationis [maandag 21 nov 1496].

folio 195a-recto

Page 231: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

To achter folgen den Compromesse tusschen hern Wilhem Ingen Nuwlant, Pater des

Susteren huess bynnen Huessen van wegen des vorgenoemde Convents an eyne ind der

nagelatenen weduwen ind erffgenamen zeligen Reynars van den Sande van der anderen

zijdt bededijngt ind verpeent, bij hondert alde scillde voer Johan Grueters ind Herman

van Wye. Actum des dynxdags post Andree Anno etc. 7o (1507) leggen die vorgenoemde

weduwe ind erffgenamen in oere bewijss reden ind bescheijt as nabescreven volget.

Ten eirsten eijnen Collacionijerde Copie enes gerechtlichen breves van Gertalt van Lent

Richter ind Dijckgreve van aver betuwen, ind van den heymraeden ind gerichtz lueden

besegelt kregenen inden jaren onsz hern dusent vier hondert eijn inde negentich des

wonsdachz nae suntte Lucien dach onder anden inhoilden, dat die dickgreve die Soeven

op oeren vesten genechtdach voer em ind synnen aclingen heymrait geEedet heifft die

sich berijeden ind gaenen doden dick tot Halderen op oeren eet bij oeren vvijff synnen up

die ghenne die den dick tot her to gebracht hebben up sijn recht anschot bijnnen ind

bueten dickx. In den eersten op allsulck guet daer Johan van den Sande in bestorven is,

gelegen tot Halderen inden kerzpell ind geleggen tot Angeren voert op huiss ende

hoffstat gelegen tot Angeren die Wolters van der Oplagen to tbehoeren plach ind noch op

vierden halven margen lantz, die Herman Garijs ind Henrickh van Lent nu hebbn ind

Wolters van der Oplagen to tbehoeren plegen ind noch op vijer hont lantz geheijeten

Grueters Haeffken ind all dijt guet myt synnen uijtganck ind inganck wo dat gelegen is

ind haepen dat des genoech is na onsen vvijff synnen. Ind is des noich nyet genoich, soe

geven wij dat voert op achtijen margen lantz gelegen tot Angeren bueten dicks gehijeten

Die Oplaege myt sijnnen uijtganck ind inganck nu to behoeren dat Susterenhuiss bynnen

Huessen ind Gerlich Morre ind haepen dat des genoech is. Ind is des noch nyet genoech

gheven wy dat voert op Reynars guet van den Sande waer dat gelegen is in den kerspell

van Setten myt synnen uytganck ind inganck.

As dan dat Suesterenhuess bynnen Huessen ind Gerlich Morre voersegt Reynar van

Sande in den dyck gegeven gewest is synt wo vorgenoemde steyt hefft die vorgenoemde

Pater maenyeren ind behendicheijden gesocht omw Reynar van den Sande voersegt em

ind in den dijck to brengen as nabeschreven volget.

Folio 195a-verso

To weten as Johan van den Sande van Greve Gerdt van Oldenborgh gespolijert ind tot

sijnnen onvermeynneliken verderffliken schaeden gekomen ind etzliken anderen

koeplueden mercliken schuldich gebleven was, hefft hye remeedijen gesocht, den

vorgenoemde koepman opt gevoichlichste dat hije konde to vvreden to stellen, ind hefft

den koeplueden wijllen versetten uijthen vorgenoemde sijnnen gueden, dat na der hant in

den dijck gegeven is wo vorgenoemde steijt ind as die koepluede dan besorchden dat het

selve guet Reijnar van den Sande

daer to vermocht dat die

vorsigeswege midde aver en gegaen is, geluk offte em dat selve guet medde tobehoerden

omb den koepman, also wilde tbeth to consentijren, dat vorgenoemde in em sellffe nyet

gewest en is as men hijer na bescreven bewijsen sall ind as Reynar vanden Sande

indessen versegelonge ock omb dis quaeden dijcke wijlle bewegen was hefft Arnt van

Page 232: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

den Lawijck ter selver tijt Amptman Hendrick geantwyert, ind eijn harth gesprocken,

wat em hijnderen solde die versegellonge die an sijn guet nyt en genge.

As dan die versegellinge in maeten vorgenoemd voermaels gescheijt hefft die Pater die

koepluede in den haegen wonachtich omb die selven breve tot sijnen handen to krijgen in

meijninge van den koeplueden vorgenoemd dat hie hun tot oire betalinge helpe solde,

omb mytten breven Johans guet van den Sande to verwijnnen indem dan dat verwijn offte

daer den koeplueden believen solde wech aver togheven , as die vorgenoemde pater

gelaevet ind dair op die breve van daer tot sijnen handen verkregen hefft, op gued

geloegnen as men hijr nabeschreven bewijesen sall.

Nyet to myn die pater hefft fraudelenter gewandert nyet des koepmans aan sijns sellffs

vordell gesocht omb der vorgenoemde breve to gebrucken ind daer mede Raynar van den

Sande voer em in den Dijck to brengen. In schijn dat Johans guet vanden Sande dat voer

in den quaeden Dijck gegeven gewest is Reynart vanden Sande medde tobehoeren solde,

dat men contrarije bewijesen sall Nochtant is Reynar vanden Sanden vermytz eynen

tractaet uytch oersaek der selven breven, ind myt bedrange as me waill weet, mede in

den quaeden Dijck gebracht, ind hefft der wegen an den pater myt bereyden gelde betaelt

van synen geleddenen schaeden, C (100) golden Rhijnsche gulden ind an den Amptman

XX golden Rhijnsche gulden daer alle verloep ind geledden schaeden des quaeden

Dijcks, mede doet ind quytt gededijnt is as men mytten selven tractaet bewijeset.

Folio 195b-recto

Die naegelaten weduwe ind erffgenamen vorgenoemd bewijesen dat Johans van den

Sande guet, dat in den quaeden Dijck voergenoemd gegeven gewest is Reynar van den

Sande nyt medde tobehoert en hefft

Ten eersten myt eyenen koepbreff gegeven Anno XIVC LX daer Emelrijck Spaen ind

Griete sijn echte huesfrouwe Inne verkofft hebben Gereijt van den Dam ind sijnen erven

twellff mergen lantz gehijeten Drijgaerden tot Angeren gelegen na inhalt des selven

besegellden breves.

Ten anderen myt tween koepbreven dair die Erffgenamen Gerijtz van den Dam all sijn

nagelaeten guet ind verkofft hefft, hebben Johan van den Sande die eyne gegeven Anno

LXXVIII des donresdages na pontiam die ander koepbreffe is gegeven Anno XIVC

LXXVIII des vrijdages nae Agnete allet na inholt der selve breven, daer van is eijne

Scepenbreff van Arnhem bij Johan van Broeckhuesen ind Wijchert then Haeve besegelt.

Ten derden maell bewijesen sie as vorgenoemd steyt, myt tween Schepenbreven van

Huezen. Den eynen breff inden jaer van LXXVIII ind den anden inden jaer van LXXIX

daer ind Johan van Sande alle nagelaeten guet Gerijtt van den Dam gekofft hefft nae

inholt der selven breven.

Page 233: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Die nagelaeten weduwee ind erffgenaemen vorgenoemd seggen op dyt vorgenoemd oere

ingelachte bewijss dat die Pater noch dat Convent van Huesen nyet en sullen bewijesen

koennen dat Reynar van den Sande sych des guetz sijns broeders, dat voer in den quaeden

Dijck gegeven is, tot ennijger tijt gekrodet, gebruijckt off besijtt part off veell daer am

gehatt heb van hije die vorgenoemde segellonge tot beholp sijnss broeders, omb den

koepman to stillen medde aver end heb laeten geschijen, ind sye dair omb van den Pater

die fraudelenter gewandert hefft baeven richt ind reden, inden quaeden Dijck gebracht,

ind hebn daer bij to schaeden gehadt, gereyden uijtgelachte gelden behalven schaeden

die em noch alle dage daer van anstaende is aver --------------- twellff hondert golden

Rhijnsche gulden

Folio 195b-verso

As van dije Pater in verfolge des fechten gewest is tot behoiff der koepluede an den

gerijchte ind inden Schependom van Huesen op dat nagelaten guet Johans vanden Sande

hefft Reynar van den Sande die koepluede betalt ind to wreden gestalt in meynongen die

pater sijn recht ueytth verfolge ind dan sijn werwijn over geven solde as hij gelaevet

hadde. As die Pater vernomen hefft dat sijn verfolg Reynar van den Sande to staede

komen solde, hefft hije sijn verfolg laeten vallen ind synre geloefften nyet genoug

gedaen.

Dan as Henrick die Rueter ock myt Rechte verfolgden op dat nagelaeten guet inden

Schependom van Huesen as vorgenoemd synen schulde hefft die pater waergenomen,

heft die koep den hem geboeden wort, ind daer van den koep insgelijck verworven, ind

Henrich der Rueter tot sijnen Eedt gedrongen, wes hern Johan vanden Sande schuldich

gebleven weer dat nyt meer en was van ombtrynt XXX gulden corrent, welck die Pater

an em betaelt, ind daer voer sonder ennig ander redelicke oersaeke dat alijnge verwijn

ansijch genomen, ind daer aff tot desen dage to inbeholden ind ontfangen hefft jaerlix

VIII olden franckrijxen Schilt van Renten tot Huesen ombtrijnt XV off XVI jarenlanck

achterstedich, ind eyns XX golden Rijnschen gulden die hie Johan van den Sanden

schuldich was van IIII mergen lantz hie van em gekofft hadde tot Huesen ander Stegen

gelegen, ind hefft alsus Reynar van den Sande baeven sijnen gelaeffte in schaeden

gebracht eerst maell int principaell an den koplueden nae uijtwijsonge der schuldbreve

thijn jarenlancke jarlix LX golden gulden ind eyns XVII pont groyt vlemssch facit VIC

IX gulden ind XVII pont groyt vlemsch.

Item dat die pater inbeholden ind ontfangen hefft XVI jaren herwertz behalven dat voer

achterstedich wesen moechte beloept die VIII schilt jaers, ind ons die XX golden

Rhijnsche gulden hie schuldich gebleven was tsaemen getaxiert --------------------- IIC

golden Rhijnsche gulden

Hijr teghen hefft die pater eyns betalt an Henrich die Rueter ombtrijnt XXX gulden

Corrent ind wes hye bewyesen kan dat ijdt verwijn em gekost mach hebben

Daer en tege steyt to vermercken ind aff to reken dat genot dat die Pater die XX golden

Rhijnsche gulden eyns, ind die VIII golden franckrixen schilt, die vorgenoemde

jarenlanck ondergehat ind gebruket hefft.

Page 234: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Folio 195c-recto

Die nagelaeten weduwe ind erffgenaemen bewijsen mijt eynen gerechtelicken

getuigesschijne dat die pater op geloven, die mechteschapp der schultbreven ansijch

genommen ind daer op myt rechte verfolgen, ind dat verwijn weder avergheven solde war

vorgenoemd steijt

Mytten selven schijen ind mytten selven Schultbreven bewijesen sije, dat Reynar van den

Sande die koepluede betalt, ind oer gerechticheit, as dat verwijn des paters an sijch

verworven hefft , ind dat die pater gelaevet hefft wanneer hije die breve op den quaeden

Dijck getoent hedde, dat hije dan die breve mytten verwinne Reynar van den Sande aver

geven solde.

Noch bewijesen sye myt Seess Schepen breven van Huesen van tween is die datum Anno

14 vijertich die derde Anno XIVC XLIII die vierde is die datum Anno XIV

C vijfftich

die wijffte is die datum Anno XIVC LVI ind die Seste is die datum Anno XIV

C LVII

ut patebit in litteris, dat die wijfften halven golden franckrixen schilt Johan van den

Sande, nywerlde tot eneyger tijt to behoert en hebben, dan dat Reynar van den Sande die

gekofft hefft in den jaren van LVI.

As dan die pater hijr en tegen behelpen wijll myt eyn maechgescheijt tusschen Johan van

den Sande an eyne, ind Beelen sijnre moeder van der anderen sidt bededijngt dair Johan

van den Sande die wijfften halven golden franckrixen schilt tot Huesen uytt Huegen van

den Stens huesynge ind bongart, to bescheiden solden wesen, ind Beelen sijnre moeder

drye schilde tot Angeren inholt des selves breves.

Seggen daer op die nagelaten weduwee ind erfgenamen dat ijdt selve maechgescheijt

tusschen moeder ind soen in eyn behulp op frenntliken geloven der twijer broeder

gemaket gewest is al soe dat Johan van den Sande daer midde gemechtich vort die IIII

olden schilt tot Huesen in Stadt Reynars to verfolgen ind to gebrucken daer Johan

vorgenoemd Reynar en tegen lijet gebrucken twije margen lantz in Velper brouck, die nu

to behoren Wolter van Lunenborgh, ind wert die pater myt gegeven Segellen ind breven

contrarije bewijssen en kan dat Beelen van den Sanden noch Johan van den Sande, noch

ock Gerijt van den Dam, die IIII olden franckrixen schijlt to behoert hebben. In die

nagelaten weduwee ind erfgenamen bewijesen myt Soess Schepen breven van Huesen

dat Reynar vorgenoemd die IIII olden schijlt gekofft hefft van eynen burger tArnhem

genoemt Roleff Henricks ind van Stynen sijnre echten huesfrouwen. Styet na aller

billichte ind allen bescheijden genoech to verklaren dat idt maechgescheijt nyet van

werden dan in eyn beholp

Folio 195c-verso

as voergenoemde steijt gemaket gewest ind vordder steijt wall klair to vermercken dat ijdt

nyet van werden gewest en is by den dreen schilden tot Angeren die Beelen van den

Sanden to ind Johan van den Sanden aff gescheijden synt ind doch enenmaell die Pater

sijch der drijen schilden gekroedt hefft gelick alle ander guet Johans van den Sande dat

inden verlaren Dijck voer verlaeren guet verbleven is. Ind wanner dat maechgescheijt van

Page 235: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

werde solde wesen solde ommers die pater gijen reden hebben totten dreen schylden tot

Angeren wentte die Johan vanden Sande mytten maechgescheijt aff gescheyden sijnt.

Alsus schermet die pater mytt tween sweerden. In macht vanden maechgescheijt wijll

hije hebben die IIII olden schylt tot Huesen. Ind in ommacht van den maechgescheijt

wijll hij sijch kroeden, der dryer schylde tot Angeren wo vorgenoemde steyt.

Doch wo dem allent wesen mach en hefft die pater noch sijn Convent ommers geyn recht

totten nagelaten gueden Johans van den Sande vordergenoemd, dan die behoeren totter

selven Dijckasijen ind inden quaeden Dijck gegeven sijnt, daer bije ock billichen midde

to wrede gewest werd, want Johan van den Sande tot Halderen ind tot Angeren waill soe

voille guetz liggen hadde dat waill ombtrijnt XLIIII olde schijlde jaerlix wert was ind

daer hoerden to ombtrijnt XXII roeden Dijcks. Ind noch hebbn die soenen geswaren

totten verlaren Dijck gegeven soe voille goetz tot Angeren gelegen. Dat jaerlix vert is

ombtrijnt X olde schylde ind offte des nyet ghenouch en weer soe hebben die soenen daer

ock ingegeven XVIII margenlantz, geheyten die Oplage, wo in den gerichtelicken breff

vorgenoemd steyt ind as Johans guet van den Sande as XLIIII schylde jaerlix ind daer to

noch X schylde to Angeren voer verlaren guet in den quaden Dijck is bleven liggen. Ind

die pater van Huessen ind Griete Morren die XVIII margen lantz nyet en hebben wijllen

verlaten, hebben sye myt oeren vryen wijll den quaden Dijck mytten verlaren gueden

totter Dijcasijen ghehoeren ingenommen , wo vorgenoemd steyt, ind hebben na der hant

Reynar van den Sande myt drange vermytz eynen tractaet totten quaeden Dijck boven

recht ghedrengen ind went dan die VIII olden schijlt tot Huesen in en anden Dijckastije

gelegen in dessen verlaren Dijck nyet en hoeren noch nyet gegeven gewest in sijnt in en

kan hije ghen reden hebben ind daer ain gyenen schaeden verhalen want Johan van den

Sande gyen guet meer verliesen en konde dan totter Dijckasijen hoerde.

Oik leggen sye in eyn bewijss as die selve Dijcke voermaels inden jaren LXXIIII

gegeven gewest is na inholt des Signatuur. Also wanneer Gerijt van den Dam noch Johan

van den Sande, sijch nyet gekroedt en hadden der XII margenlantz van Emelrijck Spaen

ind sijn huesfrouwe gekofft, geheyten die Drygarden, solde all oer guet van des Dijcks

voorgenoemd, onbelestiget gebleven hebben, ind die XVIII margenlantz geheyten die

Oplage. Die sijch die Pater myt Griete Morren broeder solden voer an in den Dijck

gegaen hebben myt mer ander gueden nae inholt

Folio 195d-recto

Des Signatuur ind Seggen daer ombb dat die Pater geyen schaeden bij Johan van den

Sande dan dat Johan van den Sande bij den pater schaden geleden hefft.

Doch alle verloep van den schaeden wo die in den tractaet gededijngt is hefft Reynar van

den Sande an gereyde gelde op gelacht, ind all waell betalt as sie mytten tractaet

bewyesen.

Concluderen hijer ombb die nagelaten weduwe ind erffgenamen zelige Reynars van den

Sande op oer ingelachten bewijsse reden ind bescheyt dat die pater ind dat Convent van

Huesen geholden ind schuldich soellen wesen, ind restucij t doen van allen schaeden bij

den quaden Dijck geledden nementliken twelff hondert golden Rhijnsche gulden

Page 236: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

behalven den schaeden daer van noch anstaendt is. Ten anderen maell die pennonge, an

den koeplueden gekijert nementliken VIC Rhijnsche gulden ind seventhyn pont groyth

vlemssche affte then myneste daer voer as hy gelaevet hefft twye hondert golden

Rhijnsche gulden van op geboerden gelde, as van XX golden Rhijnsche gulden eynss, ind

van VIII olden franckryxen schylt jaerlix XVI jarenlanck herweren op geboert. Ind daer

to datmen sie sonder myddell weder ombb stellen sall tot rostliken ind vredeliken

gebrucke. Der VIII olden franckryxen schijlt, ind laeten dan anstaen die drye olde schylt

to Angeren totter Dijckasijen ind seggen dat dijt allent myt reden ind Rechtferdich

vijlligen gheboren sall, ombb den pater ind synen Convent to brengen totten wech der

waerheijt ind oer ewijger zalicheijt, wert guede gyesteliken lueden to behoert, recht op to

wandelen ind s nyet fraudulenter of nyet bije bedroijch, ind stellen dijt allent tot klaringe

der heren ind frinden myt oeren averman, daer desse zacke an gepromijttijert is, ind

submijttijren em daer ombb van allen tot ore verklaringhe, ind wijllen sijch daer medde

vanden peenen, hijr op gestalt gevrijget ind ontleddiget hebben.

Folio 196

Wij Segewalt ter Herenhave ind Johan van Halderen Schepen tho Huijssen, tugen dat vur

ons kommen sijn die Erbare her Wilhem Ingen Nuulant, Pastor ende Rector des Susteren

huijs ind Conventz van Sunte Elizabeten orden binnen Huijssen ind Suster Eeffs

Oesterholtz, Procuratrix des vurss Convents ind Susterhuijss ind hebben uns laten sehen

ind horen lesen einen ongecantzellirden ind volsegelde Quitantzie, inhaldende van wort

to wort hiran beschrevenn. Wij Wilhelm Broder tot Egmunt Her tot Haps ind

Buxmeer, bekenne mit dieser tegenwordiger Quitantzien. Also onse ambtman in

Overbetuw Bertolt van Gent, her tot Loonen van unser wegen ind in onsen name

gekommen is mit Heimray in den jar van Ein ende tnegentich lestverleden upten Dijck to

Halderen in denselven kerspel gelegen vormals Johan van den Sande thobehoerende ind

nu avermitz dode Johans vurss wairloos gefunden heft ende dar sijnne vorder tenmal

gegeven is ein stuck landts gelegen buten dijcx in den kerspel van Angeren geheiten die

Oplaag warvan die gerechte helfte togehoerende was den Susterenhuijs binnen Huijssen.

So dan datselve Susterhuijs ons van onsers Ambtswegen brockhaftig geweesen was ende

onse Ambtman tot onsen behoif overmitz ein hantschrift seckerlicken gelaift had hundert

golde gulden tobetalenn in onse secker frij behalt.

Want dan dat Susterhuijs zeer groten schad ind verderflicken last van brande geleden heft

an oeren Clooster hebben wij umb Gotswil ter beden van sunderlingen eerlicken frunden

tot vollest einer nijer kercken to tijmmeren den Pater ende Gotshuse der susteren dieselve

hundert golde gulden vurss verlaten tobetalen. Ende schelde hem die volkommelicken

qwijt. Ende verlaten ende ontlaten onsen Ambtman vurss ons darvan bewiss ende

verkeninge to doin. Bij also ende up sulcke furwarden, dat die Pater ende Susteren vurss

andechtelicken vur ons Got almachtig bidden wij onder up spacium dieser Quitantie

onser segel van unser rechter wetenheit heiten ende doin druckenn. In den jar ons heren

dusent vier hundert ende drieendetnegentich in julio den drieendetwintichsten dag [23 juli

1493]. Ende allet sunder Argelist. In urkunde ende getug der warheit hebben wij

Schepen vurss onse Schepensegell van Huijssen an diesen brief gehangenn. Gegeven in

den jar ons heren dusent vifhundert ind einendetwintich des sonnendags na sunte Thomas

dach des heiligen Apostels. [zondag 22 dec 1521]

Page 237: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Folio 197 is leeg

Folio 198

Ick Wilhem van Gent Ridder als ein leenheer tuge apenbar mit desen apenen brief dat ich

orkonde mijnre manne van leen, die hijr aver ende an gewest hebn ind hijrna beschreven

stain vrij los ind qwijt gegeven heb Gerit van Rijswich ende sijnen erven een stuck lands

haldende in der maten twee margen gelegen in Amermate neest erffnisse hern Arnts van

Hessen Ridders mit beiden siden. Alsoe als he dat van mij te lene pleecht te halden. Ende

ich heb oen dit vurs stucke landts weder om gegeven tot enen vrij eigen erve oen ind

sijnen erven erflich ende ewelich te besitten ende te gebrucken sonder Argelist. Hir waren

over ende an als manne van leen Henrich die Zeelander ind Henrich Roelofssen. In

orkunde ind getuge des so heb ick Wilhem van Gent leenhere vurs mijnen segel an desen

apenen brief gehangenn. Ende want wij Henrich ende Henrich vurs hir aver ende an

gewest heb als manne van leen hern Wilhems van Gent vurs so hebben wij onse segelen

mede an diesen brief gehangenn.

Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert ende twintich op alre heiligen dach.

[zaterdag 1 nov 1420]

Ick Johan van Bilant Ritter doe kond allen luden ende bekennen mit diesen apenen brieve

vur mij ende vor mijne erven dat ick geseten heb als ein tinsher ende vur mij ende vur

tinsgenoten hirna beschreven is gekommen Rutger van Wijnhaven ende heft mij mit

sijnen vrijen wille vor opgedragen vijff mergen lands ende een hunt, geheiten die

Vergert, gelegen in den kerspel van Angeren oostwert nest erve Johans van Huessen.

Zuijdwert an erve Egbert Snuecks. Westwert an die weteringe, noirtwert an erve Evert

van Hoickmaet ende hern Wijnants van Arnhem Ridders, ende heft mij dat upgedragen

mit vrijen wille darmede tho doin. Welck erve ende landt vurs ich Johan van Bilant Ritter

vurs rechte wort updroich ende avergaf denselven Rittger vurs ende sijnen erven in einen

rechten erftins orkond derselver tinsgenoten hier na beschreven.

Also dat die vondenisse ende ordel der tinsgenoten wijsden vur recht, dat Rutger vurs

ende sijne erven dar an geerft sijn ende dat hem dat vast ende stede bliven sall ten ewigen

dagen tho sonder Argelist. Ind allet dat man tegen desen brief begrijpen mach dat Rutger

vurs ende sijnen erven in enigerwies tegen gain mucht alinck ende al gensilick hir in

uitgescheidenn. Hir hebn aver ende an gewest als tinsgenoten Lambert van der Steegen

ende Gossen Smeisters ende meer ander gude manne hir bij onthalt ende gebedenn. In

orkund ende getuge der warheit heb ich Johan van Bilant Ritter mijnen segel als ein

tinsher des vurgenoemde lands ende erffs vur mij ende vor mijnen erven an desen apenen

brief gehangen.

Gegeven in den jar ons heren dusent vier hundert ende viftich op Sunte Remigius dag

Episcopus. [donderdag 1 okt 1450]

Ic Ot van den Stade Richter in der Averbetue, tuge apenbarlick in desen apenen brieve,

dat tot mij quam Rutger van Wijenhaven ende bat mij omb einen peinder hem mede te

peinden an ein stuck ernes gelegen in den kerspel van Angeren, geheiten die Vergert,

haldende omtrint viff mergen landts ende einen hont luttel mere of mijn te guder maten

dar oostwert nest geerft is Johan van Huijssen ende Egbert Schock, Zuijdwert nest

gelegen die weteringe. Westwart her Wijnant van Arnhem ende noortwert Evert

Page 238: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Heuckemaet als vur sestien einselven gulden ende vur alsulcken onrait als dar mit recht

up gegain is. Des gaf ick hem Jan van den Walle mijnen gesworen peinder hem mede

uittepeinden dese sestien rinschen gulden mitten onrait vurs tot allen rechten. Die

naderhant quam an mij Richter vurs ende mit hem Jan van den Wall vurs ende gichten up

sijnen eet vur gerichtslude dat hie Rutger vurs gepeint hed tot allen rechten an viff

mergen landts ende einen hont, geheiten die Velgert gelegen in den kerspel van Angeren,

so als die vurs bepaelt stain als vur XVI Rinschen gulden ende den onrait vurs ende dat

hie die pande vurs all uit verbaden ende opgebaden had als recht is. Doe begeren Rutger

vurs een ordel hoe hie mit sijnen gepeinden panden vortwaren sold alsrecht were. Dar

wart hem gewiest vur recht van mij Richter vurs gefragt, dat hie die panden vurs

verdingen ende verkopen sold omb dat schoenste ende neeste gelt dat dar ijmant umb

geven wold. Ende tot welcker tit hie sijnen koepman wust dat hie dan den vurs koep

bieden sold ijmant die dat vurs erve ende gut werant werden wolde an sijn

tegenwordicheit of an sijnre weren also verre hie ein weer hedde in den ambt van

Overbetuwe gelegen of op einen Sonnendach

Folio 199

onder missen in der kercken dar dese vurs pande gelegen sijn in den kerspel. Doe

verdingden Rutger vurs ende verkocht Jan van der Stege dese vurs pande ende gut als vur

sestien rijnsche gulden ende vur den onwart vurs gelick vurs staet. Ende boet den

vurgenoemde koep van den erve vurs gelick hem tfondenisse ende ordel wisden ende

recht is op enen Sonnedag onder missen tot Angeren in der kercken, of ijmant den vurs

koep heben wolde ende dat vurs gut beschudden wold des nijmant hebben noch

beschudden en wold. Doe boet Rutger vurs mij Richter vurs den vurgenoemde koep in

behueff mijns lieven gnedigen heren Shertogen van Gelre ind van Gulich ende Sgreven

van Zutphen, ende bat ende gesan mij, dat ick hem sijn gelt vurs geven wold des ick nit

hebben en wold ende hiet hem geven sijnen koepman die dat vur gedingt ende gekoft

had. Doe gaff Rutger vurs den vurgenoemde koep Jan vurs die dat vur gedingt en gekoft

had. Doe begerden Jan vurs ein ordel wie hem des vurs koeps ein waer wesen sold. Dar

wart hem gewiest vur recht van mij Richter vurs gefragt die here van den Lande of die

Richter van sheren wegenn. Darumb so gelave ick Richter vurs den vurgenoemde Jan des

koeps vurs een waer to wesenn van sheren wegen dar in tewaren ende te halden als ein

Richter ende Ambtman van den lande schuldig is to doin. End all sonder Argelist. Dit

geschieden in den kerspel van Elst dar an ende aver waren als gerichtzlude Albert van

Bemmel ende Evert van Herwen ende meer gude lude. In orkunde der warheit. So hebben

wij Richter ende gerichtzlude vurs onse segelen an diesen apenen brief gehangen.

Gegeven int jar ons heren dusent vier hondert eenende viftich des neesten Sonnendages

na Sunte Michiels dach Archangeli. [zondag 2 okt 1451]

Ick Derick van Aemb Janss doe kunt allen luden. Dat vur mij als vur einen tinshere van

wegen Dirckx van der Doernt ende voer tinsgenoten die hirna beschreven stain komen is

Rutger van Wijenaven ende heft mij tinshere vurs upgedragen in mijnen handen twee

mergen landts gelegen in der Overbetuwe na uitwiesinge eens besegeldenn Richters brief,

den dieselve Rutger vurs darup gesleten ende gewunnen had. Ende dar heft Rutger

vurgenoemd na up vertegen mit hande ende mit munde also dat dat vondenisse der

tinsgenoten wijsden vur recht, dat ick tinshere vurs, daran gerecht ende geerft were ende

Page 239: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

mijnen vrienwill darmede doin ende laten muchte. Doe dit aldus geschiet was doe gaff

ick tinshere vurs in orkonde derselver tinsgenoten wederumb aver dese vurs twee mergen

lands to guder maten een wenich meer of mijn denselven vurgenoemdeRutger van

Wijenhaven also dat dat fondenisse derselver tinsgenoten vur recht wisden. Dat hij ende

sijn erven daran gerecht ende geerft sijn solle ende hem ende sijnen erven dat vast ende

stede wesen ende bliven sall ende dat rustelick ende vredelick besitten ende gebrucken

solen, sonder ijmantz bekroen of weder seggen. Beheeltelick mij tinshere vurs tot behoeff

Dirx van der Doernt vurs mijns tins ende all mijns guden rechten ende een ijgelick des

sijns. Hir waren over ende an als tinsgenoten Jacobs van Aemb umb gebreck wil der

mijnre up dese tit Sander van Welij ende Sweer van Angeren ende anders meer guder

mannen die dat mede sagen ende hoerden sunder all Argelist. In orkonde der warheit so

hebbe ick tinshere vurs van wegen Dirix van der Dornt mijn segel an dese apen brief

gehangen. Gegeven in den jar ons heren dusent vier hundert ende twee ende viftich des

dinxdages post Barbare Virginis. [dinsdag 5 dec 1452]

Ick Ot van den Stade, Richter in der Averbetue, tuge apenbarlick in desen apenen brieve

dat vur mij ende voer gerichtzlude hirna beschreven komen is int gericht Johan van der

Stegen ende heft mit sijnen vrijen wille vor oen ende voer sijnen erven overgegeven ende

opgedragen Rutger van Wijenhaven ende sijnen erven all alsulcken koep end

Richtersslijtbrieve als hie spreckende had up viff mergen lands ende enen hont lands,

geheiten die Velgert, so dat gelegen is in den kerspel van Angeren gelick die

Richtersslijtbrief vurs dat begrijpende uitwiest. Also dat Rutger vurs ende sijne erven

darmede vorderen, doin ende laten mogen gelick als of Jan van der Stegen vurs dat selve

weer. Ende Jan van der Stegen vurs hefft dat also vur opgedragen ende na darup vertegen

als dat tfondeniss der gerichtzlude wijsden vur recht. Dat hie ende sijne erven daraf

onterft weren ende niet meer rechts noch to seggens dar verder an en hebben behalden in

enigerwies. Ende

folio 200

dat Rutger vurs ende sijne erven daran geerft ende gerechtig sijn ende hem dat ten

Lantrecht vast ende stede wesen ende bliven sal. Ende all sunder Argelist. Dit geschieden

tot Bemmel dar an ende aver waren als gerichtzlude Sweder van Angeren ende Bruijn

van Loissen ende meer guder lude. In orkunde der warheit so hebben Wij Richter ende

gerichtzlude vurs onse segelen an desen apenen brieff gehangen. Gegeven int jar ons

heren dusent vier hundert drieende viftich des neesten dijnxdages na den heiligen

derthiendach [dinsdag 9 jan 1453]

Ick Ott van den Stade, Richter in der Overbetue, tuge apenbarlick in diesen apenen brieve

dat vur mij ende gerichtzlude nabeschreven kommen is int gericht Steven van Puijlwick

ende heft mit sijnen vrijen wille vur hem ende sijnen erven drie hundert gude enckel

golden Churfurster overlensche rijnsche gulden of die rechte werde darfur an anderen

guden paijment in der tit der betalingen wal to betalen ende in secker kommer vrij behalt

des vurgenoemde Gerits van Rijsswick of sijnre erven te levere des neesten dinxdages na

sente Bonifacius dach [dinsdag 8 juni 1456] dats mit namen des neesten dingsdages na

datum dis brieffs. Ende weert sacke dat die vurgenoemde betalingen also nit en

geschieden gelick vurs steet. So mach Gerit van Rijsswick vurs of sijne erven dese drie

Page 240: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

hundert rijnsche gulden vurs uit doin peijnden mit einen gesworen peijnder van

Averbetue uter enen kamp landts haldende derthien mergen landts luttel meer of mijn te

guder maten, geheiten die Vergart gelegen in den kerspel van Angeren in den Ambt van

Averbetue. Dar oostwert nest geerft is Johan van den Wall. Zuijdwert dat Convent ten

Nijenclooster. Westwert erfnisse tobehoerende den Erfhaefmeister Ampt des lants van

Cleve ende Nordwert desselven Erfhafmeisters Ambts landt ende Johans van den Walle

vurs ende mit den panden vorttofarenn in alre maten ende manieren gelick of dat reijt gut

were sonder ijmantz becroen of wederseggenn. Ende all sonder Argelist. Dit geschieden

tot Valborch dar an ende aver waren als gerichtzlude Goert de Ghier en Johan Reinerss

ende meer guder lude. In orkunde der warheit, so hebben wij Richter ende gerichtzlude

vurs onse segelen an desen apenen brief gehangen. Gegeven int jar ons heren dusent vier

hundert sesende vifftich op sente Bonifacius dach martelers. [zaterdag 5 juni 1456]

Ick Ott van den Stade,Richter in der Overbetue, tuge apenbarlick in diesen apenen brieve,

dat tot mij quam Gerrit van Riswick ende badt mij umb einen peinde hem mede te

peinden an twelf mergen lands luttel meer of mijn te guder maten gelegen in den kerspel

van Angeren tobehoerende Steven van Puelwijck. Dar oostwert neest geerft dat Convent

ten Niencloster. Westwart Derick van Wijlack. Zuijdwert Gerit van Riswick ende

noordwart Jan van den Wall ende vort an al erve ende gut, reide ende onreide, als

dieselve vurgenoemde Steven liggende had in den kerspel van Angeren ende in den Ambt

van Overbetue als vur drie hundert rinsche gulden ende vur den onrait die dar mit recht

opgegain weer. Des gaf ick hem Jan van den Wall mijnen gesworen peijnder hem mede

uit te peinden dese drie hundert Rinsche gulden tallen rechten mitten onrade vurs die

naderhant quam an mij Richter vurs ende mit hem Jan van den Wall vurs ende gichten up

sijnen eedt vur gerichtzlude, dat hie Gerit van Riswick tallen rechten gepeint hed an

twelff mergen lands gelegen in den kerspel van Angeren tobehoerende Steven van

Puelwick ende vort an al erve ende gut, reijde ende onreide,als dieselve vurgenoemde

Steven liggende hed in den kerspel van Angeren ende in den Ambt van Overbetue gelick

vurs steet als vur drie hundert Rinsche gulden ende vur den onrait die dar mit recht

opgegain weer. Ende dat hie die pande vurs al uith verbaden hed als recht is. Doe

begerden Gerrit van Riswick vurs ein ordel woe hie uit sijnen gepeinden panden

vortfaren sold als recht weer. Dar wart hem gewiest vur recht van mij Richter vurs

gefragt, dat hie die pande vurs verdingen ende verkopen sold omb dat schonste ende

meeste gelt dat dar ijmant umb geven wold ende tot welcker tit hie sijnen koopman wust,

dat hie dan den vurs koep bieden sold Steven vurgenoemd an sijne tegenwordicheit of an

sijne weren also verre als hie ein

Folio 201

eijn weer hed in den Ampt van Overbetuwe of up einen sonnendach in der missen in der

kercken dar dese vurs pande gelegen sijn in den kerspel. Doe verdingde Gerrit vurs ende

verkocht Jan ten Have dese vurs pande, erve ende gut als vur drie hundert rijnsche gulden

ende vur den onrait vurs. Ende boet den vurgenoemde koep van den erve ende gude vurs

gelick hem tfondenis ende ordel wijsden ende recht is Steven vurs up einen sonnendag

onder missen tot Angeren in der kercken of hie den vurs koep ijet hebben wold ende zijn

gut beschudden des hie nit en beschudden noch niemant van sijnre wegen. Doe boet Gerit

van Riswick vurs mij Richter vurs den vurgenoemde koep in behoif mijns lieven

Page 241: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

gnedigen hern sHertogen van Gelre ende van Gulick ende sGreven van Zutphen ende

badt en gesan mij, dat ick hem sijn gelt vurs geven wold. Des ick nit hebben en wold

ende hiet hem geven sijnen koepman die dat vur gedingt ende gekocht had. Doe gaf Gerit

vurs den vurgenoemde koep Jan vurs die dat vur gedingt ende gekocht had. Doe begerden

Jan vurs ein ordel wie hem des koeps vurs een waer wesen sold. Dar wart hem gewiest

vur recht van mij Richter vurs gefragt die here van den Lande of die Richter van sheren

wegen. Dar omme so gelave ick Richter vurs den vurgenoemde Jan des koeps vurs een

waer to wesen van sheren wegen dar inne te waren ende te halden als een Richter ende

een Ambtman van den lande schuldig is to doin. Ende all sunder Argelist. Dit geschieden

tot Angeren dar an ende aver waren als gerichtzlude Jacob van Aemb ende Derick van

der Laewick ende meer guder lude.

In urkunde der warheit: so hebben wij Richter ende gerichtzlude vurs onse segelen an

diesen brief gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert soevenendeviftich

des donredages na sente Margrietendach [donderdag 14 juli 1457]

Wij Derick die Roede, Wolter van der Borch ind Arnt van Betouwe doen kunt allen

luden. Also Evert van Hoijckmait ende Hille sijn echte wijff ind Derick die Roede vurs

ende Mechtelt sijn echte wijff overmits einen Richtersbrief gevest hebn Derick van

Huijssen ende Gerit van Riswick ende oeren erven vier margen landts en wenig meer of

mijn to guder mate, geheiten Vergert, gelegen in den kerspel van Angeren na allen

begrijp des vurs Richtersbrief. So bekennen Wij Derick, Wolter ende Arnt vurs vur ons

ende vur onse erven, dat Wij alse gerechte gude warburgen mit gesamender hant

ongescheiden gelaift hebn vur die vier margen lands vurs in desen furwarden. Of dat sack

weer dat Derick van Huijssen ind Gerit van Riswick vurs of oer erven tot eniger tit enich

gebreck, hinder of schaden leden of kregenn mit recht an den vier morgen lants vurs, so

seckeren ende gelaven Wij mit gesamender hant vur ons ende vor onse erven in guden

truwen bij onsen eeren ende seckerheiden ellic van uns dan terstunt ter irster maningen

Dericks van Huijssen ind Gerits vurs of oere erven darfur into kommen of ijgelick van

uns enen anderen guden man kostel gelic ons schien vur hem into peinden binnen dat

Darp Angeren in ein ersame herberge, die ons dan dar mitter maningen vurs beteickent

worde dar inne to liggen, leisten ende rechte dagelixe maltiden to halden na berner gaste

ende guder manne zede ende gewoenten ons selves kost ende teringe ende der geenre die

Wij vur ons seindende wurden in der herbergen te wijnne ende te quiten an den werde

ende werdmann. Ind wanneer Wij gemaent sijn wer Wij dan leisten of nit en leisten, so

mugen Derick van Huessen ende Gerit vurs of oere erven up uns verteren of tot eenre

rechter verwilkoerder penen van ons nemen alle dage vier alde Vlemsche groit. Ind Wij

en sullen ock uiter herbergen nit scheiden noch nummer enichs leistens opgehoeren of up

doin gehoeren, noch der vurs penen ock nit verlaten wesen vur der tit, dat Derick ind

Gerit vurs ende oeren erven volkomelich afgedain sij allen hinder, schade ind gebreck sie

mit recht bij den vurs lande geleden ende gekregen hedn dat bewislich weer. Sunder

enich weder seggen ind sonder all Argelist. Orkonde dis hebben Wij Derick, Wolter ende

Arnt als gude warburgen vurs onse segele vur ons ende vur onse erven an diesen brief

gehangen. Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hundert soevenindviftich up sunte

Bonifacius dach Episcopus. [zondag 5 juni 1457]

Folio 202

Page 242: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Ick Wilhem van der Borch bekenne mit desen apenen brieve, dat ick als ein tinsmeister

volmechtig van wegen heren Wijnands van Arnhem Ritters to gericht geseten heb to

tinsrechte ende vur mij ende vur tinsgenoten hirna beschreven gekommen sijn Johan ten

Have ende Jutte sijn echte wijff mit Johan vurs oeren echten manne ende gekaren

momber, die oer na vondenis der tinsgenoten nabeschreven van mij gegeven ward als

recht is. Ende hebn mij mit oeren frijen wille vur upgedragen na volkommenre formen

des rechten drie margen landts to guder maten mit allen oeren rechten ende tobehoir in

den kerspel van Angeren up Vergert gelegen, mit der einre siden an erfnis Johans ten

Have vurs ende mitter anderen sijden an erfnis Derick Gruters. Schietende mitten einen

eijnde an erfnis Grieten van Hoijckmait ende oere kinder ende Arnts van Gesperden ind

mitten anderen eijnde an erfnis Grieten van Hoijckmait ende oere kinder vurs. Ende

Johan ten Have ende Jutte sijn echte wijff vurs hebn vort mit oeren vrijen wille op dese

drie margen lands vurs mit halme handen ende gichtigen munde vertegen.

Also dat vondenis der tinsgenoten nabeschreven wijsden vur recht, dat Johan ende Jutte

vurs ende oer erven van den drien margen landts vurs gentzlich onterft sijn ende geen

recht meer noch to seggen in geenre wies daran behalden en hebben. Ind ick Willhem van

der Borch tinsmeister vurs tot behoif heren Wijnands van Arnhem Ritters vurs mijns

lieven herschops daran gerechtigt weer mijnen vrijen will darmede to doin ende te latenn.

Eerstunt doe dit geschiet was heb ick Wilhem tijnsmeister vurs van wegen ende bevele

hern Wijnands mijns lieve Herschops vurs orkonde der tinsgenoten nabeschreven dese

drie margen lands vurs mit allen oren tobehoer vort overgegeven ende opgedragen ende

darup vertegen als ick mit rechte doin solde Gerit van Riswick ende sijnen erven. Also

dat vondenis derselver tinsgenoten nabeschreven wisden vur recht, dat Gerit van Riswick

vurs ende sijnen erven an die drie margen landts vurs mit allen oeren thobehoer erflic

ende ewelic geerft sijn ende hoen die ten ewigen dagen stede ende vast bliven sullen,

sunder bekroen van ijemande. Vort heben Johan ten Have ende Jutte sijn echte wijff vurs

vur mij tinsmeister vurs orkunde den tinsgenoten nabeschrevenn gelaeft vur hoen ende

vur oer erven Gerit van Riswick vurs ende sijnen erven dese drie margen lands vurs te

vrijen ende te warenn jar ende dag als erfkoeps recht is in Overbetue vur ein vrij erve

tegen alle die gene die des ten rechten kommen willen ende allen vurkommer darvan

aftedoin. Uitgenommen dijck ende weteringe als dar mit recht thohoeren. Anders enigen

vurkommer hinder of gebreck, als Gerit van Riswick vurs of sijn erven mit recht darbij

leden, mugen sie mit peijndingen verhalen an allen erve ende gude Johan ten Have ende

Jutten vurs, rurende ende onrurende, so woe ende war dat gelegen weer. Beheltlich heren

Wijnande van Arnhem Ritter mijnen herschop vurs, die ein tinshere is van desen vurs

lande van wegen der Dumprastien Tutricht sijns tins, tinsrechten ende vort all sijns guden

rechten an desen drie margen lands vurs. Sunder all Argelist. Hir waren aver ende an als

tinsgenoten hir tho onthailt: Wolter van der Borch ende Wilhem van Betouwe. Ind ick

Wijnandt van Arnhem Ritter, Tinshere vanwegen der Doemprastien Tutricht van desen

vurs lande bekenne so Wilhem van der Borch mijn dienre hijr aver geseten heft van

mijnre wegen als ein Tinsmeister, dat dat van mijnen beveel is geschiet. Ind heb dis tot

orkonde der warheit als ein tinshere vurs ende om beden will der parthien an beiden siden

mijnen segel an diesen brief gehangenn. Ende Wij Wolter van der Borch ind Wilhem van

Betouwe so Wij over dese vurs punten onthaelt sijn ind hiraver gestain hebben als

tinsgenoten, hebben Wij tot meren getuge der warheit ind mede omb bede will Johans ten

Have ind Jutte sijns echten wijffs onse segele mede an diesen brief gehangenn. Gegeven

Page 243: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

in den jaren ons heren dusent vier hundert achtendeviftich up den neesten donredag na

sunte Ambrosius dage Episcopus. [donderdag 6 apr 1458]

Ick Willem Heuck, Richter in der Overbetue, tuge apenbarlick in desen apenen brieve.

Dat vur mij ende vur gerichtzlude hirna beschreven komen is int gericht Johan

Foilo 203

van Huessen ende heft mit sijnen vrijen mutwille vur hem ende sijnen erven overgegeven

ende opgedragen Gerit van Riswick ende sijnen erven sestiendenhalven mergen landts ter

guder maten in den kerspel van Angeren ende in den Ampt van Overbetue gelegen mitter

overster siden an erve Derick Gruters ende mitter nederster ende andere siden an erve

Gerrits van Riswick vurs ende Rutgers van Wijnhaven. Schietende mitten einen eijnde op

erve Hermans van IJsendoren ende Griets ten Have mit oeren kinderen ende mitten

anderen eijnde op die Lantweteringe. Welcke sestiendenhalven margen landts vurs ende

bepaelt Johan van Huessen vurgenoemd vur hem ende sijnen erven also vur upgedragen

heft ende na darup vertegen mit hande halm ende mit monde. Also dat tfondenisse der

gerichtzlude wissden vur recht, dat hie ende sijne erven daraf onterfft ende ontrechtigt

weren ende nit meer rechtz noch to seggens dar vorder ende meer an behalden en hebn

noch verwachtende en waren in eniger wiess. Ende dat Gerit van Riswick vurs ende sijn

erven daran geerft ende gerechtigt weren. Ende dat hem ende sijnen erven dat na den

lantrecht van Overbetue vast ende stede wesen ende bliven sall. Sunder ijmants

wederseggenn. Vortmere so gelaifden die vurgenoemde Johan van Huessen als een

saicwalt ende mit hem Henrick van Huessen ende Henrick van Huessen Henricxsoen vurs

als waer sackwalden mit gesamenderhant ende elck oerre een vur all vur oen ende oeren

erven den vurgenoemde Gerit van Riswick ende sijnen erven dese vurgenoemde

sestiendenhalven margen lands vurs to vrijen ende to warenn vur ein vrij eigen erve ende

gut jar ende dach tegen alle die gene die des ten rechten kommen ende stain willenn ende

allen vurkommer die darup weer aftodoin als erfkoeps recht is in den Ambt van

Overbetue. Uitgenamen dijck ende weteringe mit recht dartho gehoerende. Sunder al

Argelist.

Dit geschieden tot Angeren dar an ende aver waren als gerichtzlude Henrick van Huessen

vurs ende Willem van der Horst ende meer gude lude. In orkunde der warheit, so hebben

Wij Richter ende gerichtzlude vurs onse segelen an desen apenen brieve gehangenn.

Gegeven int jar ons heren dusent vier hondert ende tsestich des dinstages na sunte Johans

dach nativitatis to midzommer. [dinsdag 31 juni 1460]

Ick Willem Heuck Richter in der Overbetue tuge apenbarlick in desen apenen brieve dat

vur mij ende vur gerichtzlude hierna beschreven kommen sijn int gericht Henrick ende

Derick van Huessen gebruedere echte soene ende kindere Johans van Huessen ende

hebben mit oeren vrijen mutwillen etc. als hirnest vur. Vortmeer so gelaifden die

vurgenoemde Henrick ende Derick van Huijssen gebroedere soene ende echte kindere

Johans van Huessen als saickwaldenn ende mit oen Henrick van Huessen ende Henrick

van Huijssen die junge Henricksson vurs als waer saicwalden mit gesammenderhant etc.

Actum ut supra.

Page 244: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Ick her Derick van Huijsen, Priester, als een rentmeister ende Tinshere in der tit van

wegen ende bevele heren Johans van Hemert Ritters doe kondt allen luden ende bekenne

in diesen apenen brieve, dat vur mij ende vur tinsgenoten hirna beschreven komen sijn

Rutger van Wijnhaven burger tot Nimmegen ende Weindel sijn echte huijsfrouwe

denselven Rutger vurs tot einen momber gekaren, die oer van mij mit tfondenisse der

tinsgenoten darto gegeven wart. Ende hebn mit hoeren vrijen mutwille vur oen ende

oeren erven mij als einen Tinshere vurs avergegeven ende opgedragenn drie margen

landts geheiten die Vergert gelegen in den kerspel van Angeren, mitter einre siden langs

ende an erve des Dompraistes van Utrecht ende mitter andere siden an erve ende datselve

landt, dat tinsgut is Dericx van Doirnick. Schietende mit den einen eijnde opten wall ende

mitten anderen eijnde up erve Gerrits van Riswick. Welck erve ende landt vurs Rutger

ende Wendel echte lude vurgenoemd mij als einen tinshere vurs vur oen ende oeren erven

also voer opgedragen hebn ende na darup vertegen mit hande halm ende mit monde. Also

dat tfondenisse derselver tinsgenoten hirna beschreven wisden vur recht. Dat Rutger van

Wijenhaven ende Weijndel echte lude vurs ende oer erven daraf onterft ende ontrechtigt

weren ende geen recht noch tho seggen vorder ende meer daran behalden en hedden in

ennigerwies. En dat ick als ein

Folio 204

tinshere vurs daran geerft ende gerechtigt were ende mijnen vrijen wille darmede doin

ende laten mucht. Rechtevoirt ende terstunt mede als dit vurs geschiet was, gaf ick

tinshere vurgenoemdt dese drie margenerfs ende landts vurs vort aver ende op Gerit van

Riswick ende sijnen erven also dat tfondenisse derselver tinsgenoten doe vort wijsden vur

recht. Dat Gerit van Riswick vurs ende sijn erven an die vurgenoemde drie margen lants

vurs geerft ende gerechtigt weren mit recht ende dat hem ende sijnen erven dat na

tinsguts recht vast en stede wesen ende bliven sall ende dat rustlick ende vredelick

gebrucken ende besitten sal, sijnen wille darmede to doin ende te laten ten ewigen dagen

tho sunder ijmants wederseggen.

Beheltlick ende uitgesacht heren Johan van Hemert Ritters sijne jarlicken tins ende

gudenrechtenn ende enen ijgelicken sijns guden rechten daran te hebben ende te

behalden. Ende mede uitgesacht dijck ende weteringe mit recht dartho gehoerende. Ende

al ding sunder Argelist. Dar dit geschieden waren aver ende an als tinsgenoten Henrick

van Huijssen Henricksson ende Johan ten Have ende meer guder lude. In orkonde der

warheit so heb ick hern Derick van Huijssen, Priester, als een Rentmeister ende tinshere

van wegen heren Johans van Hemert Ritters vurs dess mijnen segel an desen brief

gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert eenendetsestich des manendags

na Sante Anthonius dage abbatis [maandag 19 jan 1461]

Wij Elizabet van Bruijchusen, Abdisse ende gemein Convent des Closters van

Sgrevendail geheiten dat Nije Closter, doen kunt allen luden ende bekennen mit desen

apene brieve vur ons ende vur onse Nakomelinge, dat wij uitgegeven ende in einen

lijfpacht verpacht hebben Derick van Huijssen ende Gerit van Rijswick tot oerer beider

lijve te gebruckenn alsulcken erve mit einre hofstat als wij in den kerspel van Angeren bij

der karbruggen liggende hebben, mit der einre siden an erfnis der Dumbpraestien tot

Uitrecht ind mitter anderen sijden an erfnis Gerrits van Riswick. Schietende mit den

einen eijnde an erfnis Henricks van Huijssen, Johans van Brienen ende Johans van den

Page 245: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Walle ende mitten anderen eijnde an die Weteringe als vur vierdenhalven alden schilt

sjars te reijnten als dar man int gemein pacht mede betalen mach in Overbetou alle jar op

sunte Peters dag ad Cathedram ons of onsen Rentmeijster tot onser behoif te betalenn. Ind

weer datselve dat Derick ende Gerit vurs den vurs pacht als die verschenen weer bijnen

jars to guder tit nit en betalenn so dat die ein pacht den anderen rurden: so sullen ons

Abdisse ende Convent vurs ende onsen Nakomelingen darfur genslich verfallen wesen

alsulcke vier margen landts als Derick ende Gerit vurs ock hebben bij der karbruggen die

Dericks Roden to wesen plagenn, so die gelegen sijn mitter einre sijden an erfnis Johans

van Huessenn ind mitter anderen sijden an erfnis der Dumbprastien to Uitrecht,

schietende mitten einen eijnde an erfnis Henricks van Huijsse ende mit den anderen

eijnde an erfnis Rutgers van Wijenhaven. Ind mede sullen sie dan terstunt vort verfallen

wesen van desen vurs lijffpacht ende datselve onse erve vurs dan ock nit langer

gebruckenn. Ind wij ind onse Nakomelinge sullen dan an die vier margen lands vurs die

Derick Roden to wesen plagen geerft wesen, die erflich ende ewelich te hebn ind te

gebruckenn. Ind Derick ende Gerit vurs ende ör erven sullen dan darvan onterfft wesen

ende geen recht dan meer daran behaldenn. Vort sijnt furwarden, dat Derick van Huijssen

ende Gerit van Riswick vurs dit vurs onse erve gelijck mitten ende gebrucken sullen oere

beider leven langk. Ind is dat sack dat ein van hem beiden vurs aflivich wurde vur den

anderen so sullen des ghenen erfgenamen die aflivich geworden is datselve onse erve

gebrucken mugen mitten levenden lijve gelick also lange als die leste van hem beiden

vurs leefft ind dan nijt meer. Ock sullen Wij Abdisse ind Convent vurs ende onse

Nakomelinge Derick ende Gerit vurs in oeren beider leste jar den lesten pacht korten

ende hoen des verlatenn. Sunder all Argelist. In orkonde der warheit so hebn Wij

Elijzabet van Bruijchusenn Abdisse vurs vur ons ende vur onse Convent

Folio 205

vurs ende vur onse Nakomelinge onser Abdiensegel mit onser rechter wetenheit an diesen

brief doin hangenn. Gegeven in den jaren ons heren dusent vierhondert sesendeviftich op

sunte Bonifacius dag [zaterdag 5 juni 1456]

Wij Elizabet van Broichuesen Abdisse ende vort wij gemein Convent van Sgrevendail,

geheiten Nijencloster, doen kond ende bekennen in desen apenen brieve vur ons ende vur

onse Nakomelinge. Also Gerit van Riswick van ons in pacht heft gehadt tot tween lijven

een stuck lands mit einre hoffstat in den kirspel van Angeren, bij der karbruggen

liggende, mit einer sijden an erfnisse der Doemprastien tot Utrecht ende mitter ander

siden an erf Gerits vurs. Schietende mit einen eijnde an erfnisse Henricks van Huessen,

Johans van Brijnen ende Johans van den Wall ende mit den anderen eijnde op die

weteringe vur vierdenhalven golden alden schilt sjars. Wulcken pacht Gerit vurs ons ende

onse Gaidshues uit einen kamp landts to Gent gelegen gevest ende bewiest heft vort an to

heffen ende to boeren. Waromme Wij Abdisse ende gemein Convent vurs vur ons ende

onse Nakomelingen dat vurbeschreven lant mitter hoffstat van den vurgenoemde pacht

gevrijet, qwijt geschalden ende Gerit vurs ende sijnen erven los ledich overgegeven

hebben ind mit desen tegenwordigen brief vrijen, quijtschelden ende overgeven erflick

ende ewelick dat te notten ende te gebrucken na sijnen wille. Vertijende up dit vurs landt

ende hofstat mit diesen tegenwordigen brieve ten ewigen dagen. Ock gelaven Wij

Abdisse ende gemein Convent vur ons ende onsen Nakomelingen Gerit vurs ende sijnen

Page 246: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

erven dese vurs erfnisse te weren jar ende dag vur alle die ghene dies ten rechten

kommen willenn als erfcoeps recht is als vur ein vrij eigen erve. Uitgenomen alsulcke

dijcken ende weteringen als dar mit recht tobehoerenn. Alle Argelist nije loze vunden hir

in uitgescheidenn. In orkonde der warheit so hebben Wij Abdisse ende Wij gemein

Convent vurs ons gemeinen Conventzsegel bij onser rechter wetenheit an desen apenen

brief doin hangen. Gegeven in den jar ons heren dusent vier hundert soevenendetsestich

op onser liever frouwen avent Assumptionis [vrijdag 14 aug 1467]

Wij Johan van Langeraick ende Herman Wellensson, genompt Snijpertz, Schepen to

Huessen, tugen dat vur ons komen is Steven van Poelwick ende heft bekant mit sijnen

vrijen will vur oen ende sijnen erven van gerechter bekander schult schuldig te wesen

Gerit van Riswick ende sijnen erven vierendetwintich alde franckrixs schilt gut van golde

ende gerechte van gewichte. Te betalen up den heijlgen Kersdach nu neest tokommende

na datum dess briefs. Ind hirfur heft Steven vurs vur oen ende sijnen erven to verval ende

enen rechten onderpande gesat Gerit van Riswick vurs ende sijnen erven twee mergen

lants en wenich mijn of meer ter guder maten gelegen op Vergert, mitter einre siden neest

erve Gerit vurs ind mitter ander siden neest erve Dericks van Wijlaick, hoerende totten

haiffmeister Ampt ons gnedigen heren van Cleve. Schietende mitten enen eijnd op erve

Jans van den Wall ind mitten anderen eijnd op erve Dericx van Wijlaick vurs behoerende

totten selven hafmeister Ambt vurs mit allen brieven darvan spreckende. In furwarden off

sack were, dat dese vurs somme geltz Gerit van Riswick vurs of sijnen erven opten vurs

termin nit betalt en wurd, so sullen Gerit vurs ind sijnen erven dese twee mergen lands

vurs vervallen wesen. Also dat Gerit vurs ende sijn erven an die vurs twee mergen lands

ind an allen brieven darvan spreckende geerft wesen sullen ende erflicken ende ewelicken

besitten ende gebrucken sullen. Ind dat Steven vurs ende sijn erven van die vurs twee

mergen lands ende brieven darvan spreckende onterft sijn ind geen recht noch tho seggen

tot genen dagen tho daran en hebn noch en behaldenn. Ind dat Gerit van Riswick vurs

ende sijn erven mitter vurs erfnis ende brieven darvan spreckende doin ende laten

Folio 206

mogen gelickerwies Steven vurs selve vur datum dis briefs hed mogen doin. Sunder

Argelist. In orkonde onser Schepen segel van Huijssen an diesen brief gehangen.

Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert vierendetsestich op den manendag post

Simonis ende Judas dach Apostolorum [maandag 29 okt 1464].

Ick Arnt van der Lawick, Richter in der Overbetue, tuge apenbarlick in desen apenen

brieve, dat vur mij ende vur gerichtzlude hirna beschreven kommen sijnt int gericht Gerit

ende Bruijn van Riswick, gebrueders ende Alit echte huijsfrouwe Gerits vurs. Ende

Thonis van Riswick ende Alit ende Tonis vurs hebben gekaren Gerit van Rijswick

vurgenoemd tot enen momber die oer beiden van mij mit vondenis der gerichtzlude darto

gegeven ward ende hebben mit hoeren vrijen mutwille vur hoen ende oer erven

avergegeven ende opgedragen ende bekent schuldig te wesen hern Willem Ingen

Nijwelant Rector ende tot behoif des Susterhus ende convents van Sunte Elisabet binnen

Huijssen twelff Rijnsche gulden siars erflicker jar twintich witte stuver vur elcken

Rijnsche gulden vurs gereckent of gut ander paijment, dat darfur gut genge ende geve is

in tiden der betalingen. Dar die irste taldag afwesen sall Sunte Peter ad Cathedram als

Page 247: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

men schrieft dusent vier hundert vierendetachtentich ende so wort alle jar erflick ende

ewelick op alle Sunte Peter ad Cathedram vurs uiter eenre alinge bouwinge lands gelegen

an der Karbruggen, mit der nederste sidt schietende an des havemeisterslant mitten einen

eijnde an Jans lant van den Wall thent an Henricks lant vann Huijssen, mitter einre siden

an Waetselers lant ende mitten eijnde vort op die weteringen. Item noch ein stuck lands

gelegen an Henricks lant van Huijssen mitter einre siden vort an der kercken lant van

Angeren ende vort an Buckincx. Also dese vurgenoemde bouwinge mit hues mit hoff

van stuck tho stuck ende mit allen oeren rechten tobehoer gelegen is in den kerspel van

Angeren. In den Ambt van Overbetu haldende tosamen tweeindviertich mergen landts,

luttel meer of mijn ter guder maten als uiter einen vrijen eigen erve, uitgesacht sijn dijck

ende weteringen mit recht dartho hoerende. Ende hebben dese twelf gulden siars vurs

also vur upgedragen ende na dar mit hande ende monde op vertegen. Als dat vondenisse

der gerichtzluden wisden vur recht dat sie ende hoer erven daraf onterft werenn ende nit

meer rechts noch toseggens dar vorder an en hebben behaldenn in eniger wies. Ende dat

dat Convent ende Susternhues vurs dar vort an geerfft ende gerechtigt were ende oen die

ten ewigen dagen ten lantrecht vast ende stede wesen ende blijven sullen, sunder ijmantz

wederseggen. Ende weert sacke dat dese twelf Rijnsche gulden vurs jarlix nijt betalt en

worden op sunte Petersdag vurs, so mach die Rector of ein gewaerdt Bade des Convents

vurs dese twelf Rijnsche gulden vurgenoemd uit dem peinde mit einen geswaren peinder

van Overbetu uiter den erve ende guden vurs ende mitten panden vorttofaren als of sij mit

allen rechten uitgesloten ende gewonnen weren. Beheltlick den here sijns guden rechten.

Ende al sonder Argelist. Dit geschieden tot Lent dar an ende over waren als gerichtzlude

Bernt van Lent Bernts ende Gerit Bernts van Lent ende meer guder luijde. In orkunde der

warheit, so hebben wij Richter ende gerichtzlude vurs onse segelen an desen brief

gehangenn. Gegeven int jar ons heren dusent vier hundert twee ende tachtentich des

dinstages post conceptionis beate Marie Virginis [dinsdag 10 dec 1482].

Wij Maes van Rhijn ind Henrick van Averschald, Schepen tot Huijssen, tugen dat vur ons

kommen sijn Bruijn van Riswick ind Koenrit Otter ind hebben bekant mit oeren vrijen

willen vur oen ind oeren erven, dat sij in einen vaste steden erfkoep verkoft, upgedragen

ind overgegeven hebn her Wilhelm Ingen Nuulant, Pater des Conventz ind Susterhues tot

Huijssen, tot behoif des

Folio-zA

Convents vurs oere bouwinge gelegen up die Karbrugge mit al oeren rechten ind

tobehoer. Darmede ingehoerende ein stuck lands ende erfnisse gelegen binnen den

Schependom van Huijssen mitter einre sijden nest erfnisse Adolphs van Wijlick,

Erfhafmeister Slantz van Cleve, mitter anderer sijden nest erfnisse gehoerende totter

selver bouwinge. Schietende mit den einen eijnde nest erfnisse des Hafmeisters vurs ende

mitten anderen eijnde nest erfnisse Geritz van den Wall, mit allenn brieven darvan

spreckende. Also dat Bruijn, Koenrit ind oer erven darvan onterft wesen sullen ende geen

recht meer noch toseggen anbehalden en hebben.

Ind dat die vurs her Wilhem tot behoif des vurs conventz daran geerft wesen sall,

erflicken ende ewelicken sal mogen besitten, gebrucken, darmede doin ind laten gelick

Bruijn ende Koenrick vur datum sbriefs hebben mogen doin en laten.

Vortmere gelaifden Bruijn ind Koenrit vurs wanneer dat Thonisken Koenrits vurs

huijsfrouwe hijr tot Huijssen kommende wurdt, dat sie dan hir up vertijen ind oir

Page 248: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

vestenisse doin sall gelick Bruijn ind Koenrit vurs nu gedain hebbenn. Ind allet sunder

Argelist. In orkonde onser Schepensegel van Huijssen an desen brief gehangenn.

Gegeven in den jaren ons heren dusent vier hundert ind tnegentich up den Sonnendach

Exaudi. [zondag 23 mei 1490]

Dat tegenwordig Register van Siegel und brieve des Susteren Convents to

Huessen durch mij vor diesen in dem jare 1584 als noch in bedienung des

Fürstlichen Tols und Rentmeisterien darselfs gewesen uit den princip alen

versiegelten originalen afgeschreven und denselven mijnes besten wetens

gleichludendesing aller dinges van wort tho wort gleichludende seije

solicks bekenne Ich underschreven. To waren urkundt wie ock vor

Schepen aldar, so hirunder benant mundtlich geschiet, mit dieser meiner

eigener handt Signatum Lobit den sevenden Julij, Anno dusent ses

hundert vierendtwintich.

Peter Boegel alter Tolner tho Lobit

Wij Arnoldt van Will, und Johan Kanis, Schepen der Stadt Huijssen, doen kundt ende

CERTIFICIREN voer die rechte waerheitt dat ther Instantie des Ehrwurdigen und

Wollgelehrten Herren BERNARDI VERANIJ Pateren und Joffer Sophie van Dornigk

Matersche des Susteren Conventz alhier binnen Huissen voer uns compariert und

erschienen is der Ehrnachtbar und vornehmer Peter Boegell, voer diesem gewesener

Zolner und Rendtmeister alhir thoe Huissen und heefft bekandt wie dat sein L: im Jahr

duisendt fijfhondert vier und tachtentigh, up dhoenmaels gewesenen Paters und Conventz

voers versueck und begeren dit tegenwordigh Registrum Literarum tott behoefs des

voersgenoemde Conventz mit eigener Handt geschreven und solch in alles van Wordt tott

Wordt seines besten Wetens mit den Originaell und Principaell Segell und brieven

ACCORDIERDEN wie dan oeckh sein L: solches hierbaven under sein eigen handt

geattestiert und bekrefftight heefft. In urkundt der waerheit hebben Wij Schepen diese

ATTESTATION mit eigenen hand geschreven und underschreven.

Actum Lobits den sevenden Julij Anno sestienhondert vierundtwintigh. [7 juli 1624]

Arnoldt von Will Johan Kanis

Folio zB

Item is te weten dat op huijden den XVden

Octobris den heer Gossen van Manen als

holder des briefs van XXI Rijder soe dat Convent iz. Heer Hubert van Manen schuldig

wat jaerlicks te betalen en seven jaren achterstadich onbetaele gebleven weren, heeft op

gemelte Goessen van Manen desen Convent te Huijssen quijt gegeven. Drije pachten.

Und heeft voort geloeft zoe veer Jan zijn zoen eerst storff eer zijn vader Goessen voers,

soe sall den voerss brieff van den XXI Rijders voerss gensselicken doot en te nijet wesen

en dat Convent voers ewelick daer van ontslagen, vrij und quijt wesen. Sonder alle

Argelist. Orkonde deses hebben de frunden den heer ener und aen zijn geweest. Dit met

Goessen voerss onderteijkent. Acta ut supra.

Page 249: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Heer Johan van Beeck Priester, Goessen van Manen, her Jan van Maenen, Derck

Bemers, Antonius Heisstinck, Scholmeister.

Item soe als heer Johan van Manen seght den voers brieff van XXI Rijders hem toe te

behoren, hebben wij in presens des pastoers opte huijdige den XIIIde

aprilis 73 met hem

gerekent en blijven staen umbetaelt (dese voers quijtscheldongh afgeslagen) noch 84

Rijders. En is queijten noch van een jaer dar hier nijet met in gerekent en is en sall blijven

staen te voorder bewijs ende hiervan heeft opgemelte heer Johan een notele van pastors

hant en durch ons onderteijkent, en soe veer heer Johan voers totten voers brieff

gequalificirdt is, en den selven in zijnen handen und gewalt heeft, sall terstond alsdan

hem voortaen betalden, en soe nijet, sall terstond altijt betalen den helder des briefs.

Acta ut supra

Folio zC is vervallen

Folio zD

Anno 1577

Vertichnis up den Verwijn

vandes Conventz Grevenfelt.

Folio zE

Op huijden, datum onderschreven, sijn bijden anderen erschenen, Heer Johan van Beeck,

Pater tot Huessen, voir hem selven peins heifs, ende mede van wegen der Conventualen,

des Conventz van Huijssen, ende Johan van Manen Conincklijker Maiesteijtz

Renthmeister tot Batenborch, anderdeils, mitten anderen gerekent hebbende in presentie,

des Erentfesten, ind fromen Joncker Arndt die Cock van Opijnen. Ende heer Sander van

Spee, van Breij, ordinis S. Johannis binnen Nijmegen, van alle alsulcke achterstedige

jairrenthen tot eenen twintich rijder guldens siairs, dairmit in gerekent sijn die jairrenth

Michaelis anno 73 verschinende ter summen van hondert rijder guldens ijder gulden ad

24 st brabants Rijder, gerekent toe betalen dieselve summen voer 78 in twe terminen toe

weten den ijrsten termijn Kersmis nestcommende ende die andere op Meijdach anno 74

veerthien dagen voer, adir nha wail betailt to sijn. Verbijndende hier doer mijne persoon,

ende alle des Conventz voers guederen, rede ende onrede, rurende ende onrurende, gein

dairvan uthgesondert, bij heerlickt ende rijale executie van den Have, Cleeff, Gelre ende

andere rechten dair dij selvige liggende sijn renuncierende alle geistelicke ende wertelick

rechten vrijheden ende privilegien, die desen eniech sijns hinderlick moogen sijn. Alles

sonder argelist. In orconde der wairheit, da heb ick heer Johan van Beeck, Pater, in der

qualiteit als boven, dese obligatie mit mijner eijgener handt onderschreven, ende

dairneffens gebeden tot meerder bevestenis, dem Erentfeste ende fromen Joncker Arndt

die Cock, ende H. Sander van Bree (boven benomipt stainde) omb mit mij dese willende

onderteicken, twelck sij gern gedain hebben.

Geschiet den XVo september, Anno 73.

(Gehele bovenstaande tekst van dit blad is in het manuscript doorgestreept)

Page 250: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Dit principael is bij den voers frunde onderteijckent ende den voers Rentmeester geldent

Dit is geschreven opten XXVo July 74 aen hand der huijsfrouwen Johans van Manen

Butner

Folio-zF

Weerdiger aandechtiger heer en guede frunt, gelesen hebbende Uwe Werde schreiven,

belangende die saecke tusschen mijnen vader ende Johan van Huijssen, als sol ick in der

fruntschappen met hem netwes henliggen twelcken zeer vrempt schijnt, gemerckt Uwe

Werde beeter weeten, dan dat men met sulcke loese practijcke daer Huijssen met

omgegaen ende sich heeft beholpen om mijn vader te bedriegen, sol eenige frundschap

plegen, tae stondt beeter onvrundtschap te handelen, wes Uwe Werde gevordert worde

om eenige kondtschap hun te geven daer an bin ich vredigh sulcx geschie zoe id Huijssen

verstaet und sett hun dienthalven ten mijnen deer.

Belangende onseren opgerichten beteijkenden verdrach van die hondert rijder gulden,

waer van ick die helft ontfangen und Maij negstleden die ander heeft behoerden to

ontfangen, begeer ick gans fruntlich Uwe Werde mij die selvige schult bij een seeckeren

boede overschicken ofte bij ijemantz laeten weeten om als die peindingen gereet zijn, dat

ick den amijegetogen verdrach unde geboerlicke quitantie van dijen mach overseijnden,

als ick vertrouw te sullen geschien van Uwe Werde dieselvige in schutz des Almechtigen

bevelende vnijt Nijmegen den XXn January

XV

C LXXIIII [20 jan 1574]

Uwe Weerde

Dienstwilliger

Daer is er een clooster

Joffer die eijscht up J van Manen

mijnen vader eenich

schult bin ick vredich

Uwe Werde oir die selvige

schult van die voirsz

peinding afftrecke tselve

ann goede betalinge

zall trecken

Datum ut supra

Folio zG

Den weerdigen Aendechtigen Heeren ,

Heeren Johan van Beeck Pater des

Convents binnen Huijssen mijnen

Page 251: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Gunstigen goede Vrundt

Tot Huijssen

Folio zH

Aendechticher Heer, vergangen dagen heb ick een schrijven ontfange belangende onseren

verdrach van die verschenen ende achterstedige jaerrenten des Conventz halven gehalden

waervuijt ick verstaen, als sol Henrick Wissinck wesende volmechtige van Meester Johan

van Manen mijnen neve aenfanck van wegen met peijndong hebben gedaen vermoegens

brieff ende segel, zoe nu mijn neeff die vermeijnte zegel en brieven nijet toe en staen dan

mij alleen daervan ick goede besegelde verwins ende updrachtz brieven heb erhalden zo

hij oick nijet sal kunnen, ader moegen bewijsen den rechten genouch zijnde, dat hij met

eenge updrachtz ader maiggescheitz brieven offent anderen vromen uprechten tijtel aen

die gernijnte brieven gecomen zij, soe recht is.

Daeromme sullen Uwe Weerde mitten rechten daerover in schaden komen, bin ick in

meijnens wederom to vergelden, oick voir den Convent Intreden en afftodragen,

wegerende derhalven Uwe Weerde willen morgen Saterdach metten pastoors van

Huijssen to Bemmel op mijnen kost erschijnen, om volgens inder saecken te remuniceren

wes dat recht ende billickheijt zal eijsche als ick vertrouw te sullen geschreven, deselve

in schutz des Almechtigen bevelende dess den XVIIIde

Junij XVC LXXIIII [18 jun

1574]

Uwe Weerde:

gansswilliger

J. van Manen

Folio zI

Den Weerdigen Aendechtigen Heeren Johan van Beeck pater sGaedtzhuijs binnen

Huijssen mijnen Insunderen goede frunt.

Tot Huijssen

Folio zK

Page 252: Registrum Literarum Conventus in Huÿssen 1583 …...requiescat in pace. Pater te Huijssen heer Cornelius Joannis Cool Gaudanus overleed in het klooster anno 1623 op 10 mei om 5 uur

Verdrach gehalden met Jan van Manen vanden XXI Rijder guldens jaerlix. vanden

Januari LXV incluijs bis den Januari LXXIII incluijs. Belopen IC LXXXIX Rijder

guldens, geaccordet met IC Rijders den 89 quijtgeslagen . XX September 73.

Folio zL

Copia

Voir den Richter Thonis van Sevenar, Schepen Henrich van Smalevelt unnd Henrick van

Floeten, is persoenlich erschenen Johan van Ratingen, volmechtigher des Werdigen heren

Mr Johan van Maenen priester. Innd heft van wegen sijnes heren ind principalen voirs in

witlicher formen des Rechtenn upgedragen unnd wederom avergegeven an handen Johan

Pors Rentmeister tot erfflich unnd ewich behuiff des Susteren Conventz bijnnen Huijsen,

alsulchen vollen verwijn als sie mit recht mit pendungh ind upgefolchte rechtz

furderungh. Inhalt des Gericht Signaitz gekregen hadde, up des Conventz Landt genant

Sgrevenfeldt, bijnnen den Schependom van Huijssen gelegen. Voir thien jaren

achterstedige verlopen umbetailde Renthen ind enen bijnnen jairs, alle jair ilfftenhalven

rider jairlichs, inhalt Brieff innd Siegell. Gelopende in als ter sumen van hondert innd

sesthiendenhalven rider guldens jair van Barch Bruistges, als Burge voir Johan van

Manen, vifftich der selviger rider.

(So Johan van Manen vurs, die mit unrecht van den Convents gebuirt, und vermoge ener

uitspraicken moeten restitueren.) In des volmechtigen Johan van Ratingens handen getalt.

Unnd dat rest nementligh sest innd sestichstenhalven rider Johan Pors des Convents

Rentsmeijster van wegen

Folio zM

des Conventz dairbij gelaift. Dair van sich Johan van Ratingen volmechtiger ind van

wegen sijnes principales -bedanckt sehr- guder voller unnd uprechter betalungh der vurs

summen. Und hefft folgens renunciert upten vurs verwijn, mit handt inne mondt, ind eijn

ewige vertichnisse gedaen. Also dat her Johan van Manen dair van enterft innd

entrechtigt. Unnd dat die Conventualenn wederom an den vurs lande geerft sullenn sijn

tot uren schoensten tho gebruicken. Sonder all argelist. Actum bijnnen Huijssen. Den

XXIX te

Maij . Anno XV de

ind LXXVII. [29 Maij 1577]

Accordiert mitten Bericht-

Signaet urkunt mijn eigen handt

Heer: Cock secretaris

Dairselffs