REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter...

53
1 INLEIDING De regering Michel staat in de steigers. Het regeerakkoord werd donderdag 09-10-2014 vrijgegeven. In onderstaande bijdrage willen wij u een algemeen beeld schetsen van de maatregelen die in het regeerakkoord vermeld staan. Vooraleer aan de lectuur te beginnen, willen wij u de volgende bemerkingen meegeven: - Ofschoon elk hoofdstuk van een regeerakkoord zijn consequenties heeft op de respectievelijke beleidsdomeinen, kunnen wij uiteraard niet in extenso elk van deze maatregelen ten volle analyseren. De nadruk wordt in eerste instantie dan ook op de hoofdstukken 1, 2, 3 en 4 gelegd. Desalniettemin worden enkele interessante items betreffende de hoofdstukken 5 tot en met 10 meegegeven. - Een regeerakkoord legt de krachtlijnen van een beleid vast. Derhalve ontbreekt het ons soms aan cijfermateriaal om concrete analyses te maken. Waar wij dit nodig achtten, hebben wij gewerkt met een [ ]. Dit duidt op een bedenking die met de nodige omzichtigheid moet bekeken worden. 1 1 Gelet op de techniciteit van de verschillende stelsels tijdskrediet en SWT, wordt in deze passages stilgestaan bij de huidige reglementering. REGEERAKKOORD MICHEL 11-10-2014 STUDIEDIENST / DIENST SOCIALE ZEKERHEID

Transcript of REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter...

Page 1: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

1

INLEIDING

De regering Michel staat in de steigers. Het regeerakkoord werd donderdag

09-10-2014 vrijgegeven.

In onderstaande bijdrage willen wij u een algemeen beeld schetsen van de

maatregelen die in het regeerakkoord vermeld staan.

Vooraleer aan de lectuur te beginnen, willen wij u de volgende bemerkingen

meegeven:

- Ofschoon elk hoofdstuk van een regeerakkoord zijn consequenties

heeft op de respectievelijke beleidsdomeinen, kunnen wij uiteraard niet

in extenso elk van deze maatregelen ten volle analyseren. De nadruk

wordt in eerste instantie dan ook op de hoofdstukken 1, 2, 3 en 4

gelegd. Desalniettemin worden enkele interessante items betreffende

de hoofdstukken 5 tot en met 10 meegegeven.

- Een regeerakkoord legt de krachtlijnen van een beleid vast. Derhalve

ontbreekt het ons soms aan cijfermateriaal om concrete analyses te

maken. Waar wij dit nodig achtten, hebben wij gewerkt met een [ ]. Dit

duidt op een bedenking die met de nodige omzichtigheid moet

bekeken worden.1

1 Gelet op de techniciteit van de verschillende stelsels tijdskrediet en SWT, wordt in deze

passages stilgestaan bij de huidige reglementering.

REGEERAKKOORD

MICHEL

11-10-2014

STUDIEDIENST / DIENST SOCIALE ZEKERHEID

Page 2: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

2

1. Werkgelegenheid & concurrentievermogen

De regering ambieert om het concurrentievermogen te versterken en extra

banen te creëren. Meer specifiek wil de regering tegen het einde van de

legislatuur een werkgelegenheidsgraad van 73,2 % bereiken, zoals bepaald

bij de nationale invulling van de Europa 2020-doelstellingen. Men wil dit

realiseren door de loonhandicap weg te werken en de arbeidsmarkt en

pensioenen verder te hervormen.

Sociaal overleg krijgt veel aandacht in de inleiding. Men wil het

interprofessioneel overleg verzekeren en bevestigt dat sociaal overleg een

stevige en creatieve basis vormt om de noodzakelijke hervormingen te

kunnen verwezenlijken. Sociaal overleg waarborgt de stabiliteit en legitimiteit

van de ondernomen hervormingen. De wederzijdse verantwoordelijkheid

wordt wel sterk benadrukt. Meer concreet wil de regering een

‘sociaaleconomisch macro-akkoord’ afsluiten, waarover structureel overlegd

zal worden met de groep van 10. De regering engageert zich om de tripartite

akkoorden die in dit kader wordt gesloten volledig uit te voeren.

1.1. Banenplan

Het scheppen van banen is de centrale prioriteit van deze regering. Om de

werkloosheidsgraad te verminderen zal de regering in overleg met de sociale

partners een banenplan uitwerken. De belangrijkste doelstelling van dit

banenplan is de economie op gang brengen door het

concurrentievermogen te versterken en de binnenlandse vraag en

koopkracht te ondersteunen.

De regering wil tegen het einde van de legislatuur de loonhandicap, die sinds

1996 zou opgebouwd zijn, wegwerken en deze vervolgens bewaren.. De

regering wil deze doelstelling bereiken door de sociale en fiscale lasten op

arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en

werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de

koopkracht van de werknemers te verhogen en door een daling van de

fiscaliteit op arbeid.

De regering wil de gemiddelde effectieve uittredingsleeftijd optrekken en een

activerend werkgelegenheidsbeleid voeren. Daarnaast zal men geografische

en professionele mobiliteit sterk aanmoedigen. Om deze zaken te realiseren

en ervoor te zorgen dat werkbaar werk loont, zal de regering een breed

loopbaanbeleid voeren. Concreet zal het banenplan zich richten op

volgende thema’s: lastenverlaging, levenslang leren, werkervaring,

jeugdwerkloosheid, langere en meer gevarieerde loopbanen en

kansengroepen. Men wil met het banenplan ook meer flexibiliteit aan

bedrijven en werknemers bieden (wordt verder toegelicht in 1.4). Er zal ook

een relancemaatregel “specifieke steun in ontwrichte zones” worden

ontwikkeld in samenwerking met de gewesten.

Page 3: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

3

De regering zal in het kader van het banenplan de opleidingsdoelstelling (die

momenteel bepaalt dat werkgevers 1,9 % van hun loonlast aan opleiding

dienen te spenderen) moderniseren om tot een effectieve en afdwingbare

verhoging van de opleidingsinspanning te komen. De formulering van een

nieuwe opleidingsdoelstelling moet opleiding in ondernemingen stimuleren.

Men rekent hierbij op de gedeelde en afdwingbare verantwoordelijkheid van

werknemers en werkgevers. Hierbij wordt onderzocht of de

opleidingsinspanning in een loopbaanrekening (cfr. 1.4) voor iedere

werknemer kan worden geïntegreerd.

Naast de opleidingsinspanningen wil men ook investeringen in onderzoek en

ontwikkeling versterken, door creativiteit aan te moedigen en ondersteuning

te bieden voor de ontwikkeling van efficiënte industriële productiewijzen. In

dit kader denkt men eraan om de vrijstelling van bedrijfsvoorheffing voor

onderzoekers te versterken.

De regering zal verder de impact van de reeds bestaande beperking in tijd

van en versterkte degressiviteit van inschakelingsuitkeringen opvolgen en stelt

dat er na deze evaluatie bijkomende maatregelen kunnen overwogen

worden.

Ten slotte wordt vermeld dat de regering een technisch kader uitwerkt om de

uitvoering van de staatshervorming op het vlak van arbeidsmarkt te

verzekeren. Men zal dit voorafgaand voorleggen aan de Gewesten.

1.2. Loonkostenhandicap verminderen

België zou volgens het technisch verslag van de CRB en het verslag van de

expertengroep “Concurrentievermogen en Werkgelegenheid” (juli 2013)

concurrentievermogen verloren hebben ten opzichte van de drie

referentielidstaten. Dit zou banengroei afremmen en bestaande banen,

vooral in de arbeidsintensieve industrie, vernietigen.

Daarom verbindt de regering zich ertoe om minstens de loonhandicap met

de buurlanden die sinds 1996 zou opgebouwd zijn vóór het einde van de

legislatuur weg te werken. Men wil hier zo snel mogelijk mee beginnen door

reeds in 2015 en 2016 volgende drie maatregelen door te voeren:

Een indexsprong in 2015. [Er worden geen details gegeven doch het is plausibel dat men in de overheidssector en

bepaalde PC’s die hetzelfde mechanisme hanteren, de indexering die zou moeten volgen

op het overschrijden van de spilindex zal overslaan.(2%). In PC’s waar de lonen op periodieke

basis (bijvoorbeeld trimestrieel of jaarlijks) worden geïndexeerd zal men (wellicht) geen

indexeringen doorvoeren tot ook zij 2 % loonsverhoging zouden gegenereerd moeten

hebben.]

Page 4: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

4

De regering zal de lastenverlaging vervat in het competitiviteitspact

vervroegen. [Ook hier worden er geen verdere details gegeven. Het competitiviteitspact voorzag in een

lastenverlaging van telkens 450 miljoen euro in 2015, 2017 en 2019. Dit wil ongetwijfeld zeggen

dat het vooropgestelde uitgavenpatroon versneld zal uitgevoerd worden.]

Een verdere periode van loonmatiging in 2015-2016 (of tot zolang de

competitiviteit niet hersteld is). [Opnieuw geen extra informatie, maar dit impliceert wellicht een loonnorm van 0 % voor

2015-2016, nog voor de interprofessionele onderhandelingen gestart zijn.]

Hoewel niet aan het mechanisme van automatische loonindexering wordt

geraakt, wordt er wel vermeld dat het mechanisme verder hervormd kan

worden. Het indexcijfer stijgt vandaag echter al minder snel ten gevolge van

reeds uitgevoerde hervormingen.

Om erop toe te zien dat de loonlasten effectief verminderen zal men enerzijds

de wet van 26 juli 1996 herzien en anderzijds maatregelen treffen om de

werkgeverslasten te verminderen.

1.2.1. Herziening van de wet van 1996

Er zullen verschillende aanpassingen worden doorgevoerd aan de wet van 26

juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en preventieve vrijwaring

van het concurrentievermogen. Dit is de wet die bepaalt dat de sociale

partners bij IPA een maximale marge voor loonkostenontwikkeling dienen vast

te leggen voor twee jaar. Een overzicht van de aanpassingen:

De loonkostenhandicap wordt verminderd bij elk IPA met als doel de

handicap weg te werken voor het einde van de legislatuur. Daarnaast

moeten de sociale partners niet alleen rekening houden met de

evolutie voor de komende twee jaar, maar ook met de evolutie van de

voorbije twee jaar. Vandaag wordt er echter alleen gekeken naar de

verwachte loonkostenontwikkeling in de drie referentielidstaten voor de

komende twee jaar bij het bepalen van de loonnorm.

De loonsubsidies die in aanmerking worden genomen voor het meten

van de loonhandicap worden bepaald bij KB. [Vandaag worden de loonsubsidies, goed voor 6,5 miljard euro of 3,35 % van de

loonlasten, niet in rekening gebracht bij het berekenen van de loonkosten.]

De loonnorm wordt vastgelegd via CAO indien de sociale partners tot

een akkoord komen. Komt men niet tot een akkoord, bepaalt de

ministerraad de loonnorm bij KB.

De bepalingen van het artikel 9 van de wet zullen strenger worden

gemaakt. Dit artikel heeft betrekking op de sancties voor werkgevers

die de loonnorm overschrijden.

Page 5: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

5

De regering zal een automatisch correctiemechanisme invoeren voor

de vastgestelde overschrijdingen.

Overheidsbedrijven (Bpost-Belgacom, …) zullen voortaan ook onder

het toepassingsgebied van de wet van 26 juli 1996 vallen.

1.2.2. De lasten verminderen

De regering zal de vermindering van de werkgeverslasten, waartoe reeds was

besloten in het kader van het competitiviteitspact, uitbreiden. Het grote

objectief is de werkgeversbijdragen verminderen van 33 % naar 25 %, een

objectief dat wettelijk verankerd zal worden.

De bestaande tarieven onder de 25 % (bijvoorbeeld voor lage lonen en de

eerste vijf aanwervingen) blijven behouden. Daar de maatregelen en

budgetten voor de structurele verminderingen van de lage lonen behouden

zullen blijven, zal men een budget voorzien voor structurele verminderingen

voor de hogere lonen. Dit budget moet ervoor zorgen dat het basistarief

effectief omlaag gaat, zonder dat daarbij het tarief voor de lage lonen

toeneemt tegenover de huidige situatie, inclusief het competitiviteitspact. De

budgetten voor de lage lonen zullen dus niet dalen, ook niet wanneer de

maatregelen in het kader van het competitiviteitspact in rekening worden

genomen.

De regering zal ook de versterking van de vrijstelling van bedrijfsvoorheffing

ten voordele van het ploegen- en/of het nachtwerk behouden. Deze

maatregel werd evenals in het competitiviteitspact besloten.

De algemene vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing van 1 %,

waar alle werkgevers uit de privésector sinds 2007 van genieten, zal worden

omgezet in een extra vermindering van het basistarief van de

werkgeversbijdragen.

Verder zal de regering de bijdragevermindering voor de eerste drie

aanwervingen in KMO’s versterken en vereenvoudigen, opdat meer banen

kunnen worden geschept in KMO’s.

De regering hoopt met deze vermindering van de werkgeversbijdragen de

competitiviteit van de ondernemingen te versterken en een aantrekkelijk

investeringsklimaat te creëren. Men zal er in dit kader op toezien dat de

loonlastenverlagingen effectief leiden tot een overeenkomstige daling van

de totale loonkost.

Ten slotte erkent de regering dat competitiviteit niet enkel afhankelijk is van

de loonkosten, maar ook van andere kostencomponenten zoals de

energiekost.

[Opmerking: budgettaire details over bovenstaande maatregelen worden niet gegeven,

noch wat betreft de kostprijs van de lastenverlagingen, noch wat betreft de financiering

ervan.]

Page 6: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

6

1.3. Werkloosheidsval wegwerken

Om werkloosheids- en inactiviteitsvallen weg te werken wil de regering het

nettoloon van werknemers verhogen, door middel van een daling van de

fiscale en sociale lasten die op het brutoloon worden afgehouden. Men wil

hiermee de consumptie ondersteunen en het verschil tussen de

vervangingsinkomens en de laagste inkomens uit arbeid vergroten.

1.4. Modernisering arbeidsmarkt / loopbanen

Dit subhoofdstuk behandelt de modernisering van de arbeidsmarkt. Er wordt

telkens melding gemaakt van het ‘advies van de sociale partners’.

De ‘vereenvoudiging en modernisering’ van de reglementering wordt, na

advies van de sociale partners, verdergezet. Dit omvat onder andere de

annualisering van de arbeidstijd, overuren, deeltijdse arbeid en

schoolbelcontracten.

De regering zal, na advies van de sociale partners, een nieuw

loopbaanmodel invoeren, rekening houdend met volgende elementen:

Meer soepelheid bij de arbeidsorganisatie;

Rekening houdend met de in het kader van de pensioenhervorming genomen

maatregelen;

Een beter evenwicht tussen werk en privéleven voor de werknemer;

Een loon dat meer in overeenstemming is met de competenties en productiviteit.

Aandacht voor voortgezette opleiding en stages tijdens en na de schoolopleiding

(rekening houdend met de bevoegdheden van de deelstaten);

Herziening en geleidelijke invoering van de loonbarema’s (minder nadruk op leeftijd +

anciënniteit en meer nadruk op competenties en productiviteit Deze oefening wordt

bovendien gekoppeld aan een vermindering van het aantal PC’s.

Na advies van de sociale partners, doet de regering bovendien voorstellen

om:

Meer soepelheid in de loopbaanspreiding in te voeren.

Een loopbaanrekening invoeren. Het principe kan als volgt worden

samengevat: werknemers kunnen zowel tijd en/of geld opsparen

tijdens hun actieve carrière. Deze opgespaarde rekening kan gebruikt

worden om loopbanen te onderbreken, als complement bij

werkloosheidsvergoedingen of als complement bij het wettelijk

pensioen. De regering spreekt bovendien over een integratie van

allerhande verlofstelsels (tijdskrediet, loopbaanonderbreking) in

dergelijk systeem.

De CAO rond telewerk [n° 85] te herzien.

De verdere harmonisatie van de statuten A/B binnen een strikt

tijdskader te bewerkstellingen, rekening houdend met de financiële

Page 7: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

7

impact voor alle betrokken actoren. Men maakt letterlijk melding van

volgende thema’s: gewaarborgd loon, jaarlijkse vakantie, tijdelijke

werkloosheid en het collectief arbeidsrecht. [Opnieuw worden de PC’s geviseerd: men spreekt opnieuw over een vermindering

van het aantal PC’s en over een modernisering van het sectoraal overleg, rekening

houdende met de eengemaakte statuten en de economische sectoren in de 21ste

eeuw.]

In dat kader, en op voorstel van de regering, wordt ook de rol van de

Fondsen voor Bestaanszekerheid herbekeken vanuit het oogpunt van

een versterkte transparantie en met betrekking tot de inning van

verplichte bijdragen.

De regering zal de sociale partners voorstellen de hervorming van de

opzegtermijnen en de schrapping van de proefperiode te evalueren,

teneinde eventuele hinderpalen in het aanwervingsbeleid te

vermijden.

Werknemers moeten zich inschrijven bij de gewestelijke

arbeidsbemiddelingsdiensten binnen de maand nadat de opzeg is

ingegaan. Dit is een voorwaarde om te kunnen genieten van de

werkloosheidsuitkering.

De modaliteiten te onderzoeken inzake een omzetting van het krediet

dat een student kan werken (aan verlaagd tarief) van dagen naar

uren, zonder dat dat de controle hierop in het gedrang komt.

Het stelsel van de havenarbeid, in overleg met de sociale partners, te

moderniseren. [FR: geen melding van overleg sociale partners]

Het juridisch kader inzake sluiting van onderneming + collectief ontslag

aan te passen, met het oog op kortere procedures om sneller

duidelijkheid te bieden. Fase I van een herstructurering kan bovendien

door een sociaal bemiddelaar afgesloten worden.

1.5. Tijdskrediet en loopbaanonderbreking

Harmonisering

De verschillen tussen het tijdskrediet en loopbaanonderbreking van de

privésector, de publieke sector en de non-profitsector worden in kaart

gebracht. Er wordt een traject uitgewerkt om de verschillende stelsels tegen 1

januari 2020 volledig met elkaar gelijk te schakelen.

Page 8: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

8

Niet-gemotiveerd tijdskrediet

Het niet-gemotiveerd tijdskrediet opent niet langer rechten op RVA-

uitkeringen en wordt niet langer gelijkgesteld voor de pensioenberekening. [Datum: 01-01-2015 of onbekend?]

Gemotiveerd tijdskrediet

Het gemotiveerd tijdskrediet – thematisch verlof blijft als dusdanig bestaan.

Wel zullen de loopbaanvoorwaarden en motieven strenger gecontroleerd

worden.

Gemotiveerd tijdskrediet zal 12 maand langer kunnen (nu 36 of 48 maanden)

en gelijkstelling voor pensioen indien volgende motieven worden

aangetoond:

Zorg over eigen kind tot 8 jaar (nu 36 maanden)

Palliatieve zorgen ( nu 36 maanden)

Bijstaan zwaar ziek of zwaar gehandicapt familie- of gezinslid (nu 36

maanden maar enkel voor gezinslid of familielid tot tweede graad

dat zwaar ziek is; 48 maanden voor eigen gehandicapt kind ; 48

maanden voor eigen minderjarig ernstig ziek kind of minderjarig kind

dat beschouwd wordt als deel uitmakend van het gezin) [Tijdskrediet met motief opleiding wordt niet met 12 maanden verlengd]

Landingsbanen

De uitzonderlijke landingsbanen tussen 50-54 jaar, doven uit.

Eindeloopbaantijdskrediet dat nu vanaf 55 jaar mogelijk is, wordt vanaf 1

januari 2015 mogelijk op 60 jaar voor de eerste aanvragen. [Datum uitdoving: 01-01-2025 of niet bekend?]

[Ter info: bestaande stelsels vanaf 50 jaar die zouden uitdoven hieronder]

Halftijds tijdskrediet: Zwaar beroep EN knelpuntberoep

Zwaar beroep: opeenvolgende ploegen, onderbroken diensten,

werk in nachtploegen

5 jaar in zwaar beroep tijdens laatste 10 jaar voorafgaand aan

aanvraag of 7 jaar in zwaar beroep over laatste 15 jaar die aan

aanvraag voorafgaan

Knelpuntberoep: verpleegster, verzorgend personeel in

ziekenhuizen, rust- en verzorgingstehuizen, beroepen hernomen op

officiële lijst

25 jaar beroepsverleden als loontrekkende

4/5 tijdskrediet vanaf 50: Zwaar beroep OF 28 jarige loopbaan

5 jaar in zwaar beroep tijdens laatste 10 jaar voorafgaand aan

aanvraag of 7 jaar in zwaar over laatste 15 jaar die aan aanvraag

voorafgaan

Page 9: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

9

Of 28 jarig beroepsverleden als een sector-CAO dit voorziet

Halftijds tijdskrediet en 4/5 tijdskrediet: ondernemingen in moeilijkheden en in

herstructurering

Datum van aanvang tijdskrediet situeert zich binnen periode van

erkenning van het bedrijf als onderneming in moeilijkheden of in

herstructurering;

De aanvraag gebeurt in het kader van een erkenning door de

minister van werk en viseert het vermijden van ontslagen;

De aanvraag tot erkenning moeten toelaten het aantal werknemers

in SWT te verminderen;

De minister verklaart duidelijk in haar beslissing dat de voorwaarden

tot erkenning zijn vervuld.

1.6. Loopbaaneinde

[Het regeerakkoord laat veel ruimte tot interpretatie. Niet alle SWT-stelsels worden behandeld

in het regeerakkoord. Een summier overzicht welke stelsels wél en niet worden behandeld.]

CAO 17 (algemeen stelsel)

[Dit stelsel wordt vermeld.]

Behoud huidige regels voor werknemers die opzeg uiterlijk op 31.10.2014

ontvangen. [In 2015 verdwijnt het SWT 58/38 lange loopbanen, ingevolge de hervorming van de Regering

Di Rupo I]

CAO 17 en Lange Loopbanen

Jaar Mannen Vrouwen

2010 58/37 60/30 58/33 60/26

2011 58/37 60/30 58/33 60/26

2012 58/38 60/35 58/35 60/28

2013 58/38 60/35 58/35 60/28

2014 58/38 60/35 58/38 60/28

2015 60/40 62/40 60/31 62/31

2016 60/40 62/40 60/32 62/32

2017 60/40 62/40 60/33 62/33

2018 60/40 62/40 60/34 62/34

2019 60/40 62/40 60/35 62/35

2020 60/40 62/40 60/36 62/36

2021 60/40 62/40 60/37 62/37

2022 60/40 62/40 60/38 62/38

2023 60/40 62/40 60/39 62/39

2024 60/40 62/40 60/40 62/40

[In blauw: de nieuwe leeftijds- en loopbaanvoorwaarden zoals weergegeven in het

regeerakkoord]

Page 10: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

10

Kliksysteem

Nog geen duidelijkheid

Bestaat momenteel enkel voor SWT CAO 17 en Lange Loopbanen

SWT 58/35 Zware Beroepen [Wordt niet vermeld in regeringsakkoord. Blijft dit stelsel als zodanig bestaan?]

Huidige regels:

Hervorming van Regering Di Rupo raakte niet aan dit systeem.

Sector- of ondernemings-CAO is vereist;

Zware beroepen: opeenvolgende ploegen, onderbroken diensten,

werk in nachtploegen;

7 jaar een zwaar beroep hebben beoefend over laatste 15 jaar die

aan aanvraag voorafgaan of 5 jaar zwaar beroep tijdens laatste 10

jaar voorafgaand aan aanvraag;

58 jaar worden uiterlijk op het einde van de overeenkomst bereikt en

tijdens CAO;

35 jaren loopbaan worden uiterlijk op het einde van de overeenkomst

bereikt, ongeacht de CAO nog van toepassing is of niet;

Opzegtermijn kan na geldigheidsperiode van CAO aflopen;

Vliegend personeel kan worden beschouwd als nachtwerker in het

kader van een SWT.

Voorbeeld [in hypothese dat dit SWT-stelsel geen impact ondervindt van regeerakkoord]):

CAO van 1.1.2012 tot en met 31.12.2014 wordt niet verlengd.

Er loopt een opzeg van 15.11.2013 tot en met 15.04.2015

Om in SWT te kunnen instappen, moet de werknemer uiterlijk op 31.12.2014 58 jaar

oud zijn (geldigheidsperiode CAO). De 35 jaren loopbaan moeten ten laatste op

15.04.2015 zijn bereikt.

Indien de CAO wordt verlengd, moet de werknemer uiterlijk op 15.04.2015 58 jaar zijn

geworden, op voorwaarde dat de verlenging hetzelfde leeftijdscriterium voorziet.

Medisch SWT 58/35 (CAO 105 NAR 2013-2014) [Wordt niet vermeld in regeringstekst. Blijft dit stelsel als zodanig bestaan?]

Huidige regels:

Hervorming van Regering Di Rupo I raakte niet aan dit systeem.

CAO van de NAR is vereist;

CAO 105 van de NAR van 28 maart 2013 (1.1.2013-31.12.2014)

Verlengbaar na evaluatie binnen de Commissie zware beroepen in de

schoot van de NAR;

Geen sector- of ondernemings-CAO vereist;

58 jaar worden uiterlijk op het einde van de overeenkomst bereikt en

tijdens CAO (tussen 1.1.2013 en 31.12.2014)

35 jaren loopbaan worden uiterlijk op het einde van de overeenkomst

bereikt, ongeacht de CAO nog van toepassing is of niet;

Opzegtermijn kan > 31.12.2014 aflopen;

Page 11: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

11

Statuut mindervalide werknemers of werknemers met ernstige

lichamelijke problemen.

SWT 57/ 38 verlenging oud stelsel (31.12.2014)

[Wordt niet vermeld in regeringstekst. SWT in dit stelsel niet meer mogelijk na 31.12.2014]

Huidige regels:

58 jaar geworden zijn uiterlijk op het einde van de overeenkomst en 38

jaar loopbaan.

CAO uiterlijk neergelegd op 31.05.1987, van toepassing zonder

onderbreking tot en met 31 december 2007 ; CAO moet uiterlijk zes

maanden na de datum van invoegetreding neergelegd worden

Verlenging mogelijk tot maximum 31.12.2014.

SWT 56/33 Bouw en nachtwerk (CAO 106 2013-2014) [Wordt vermeld in regeringstekst]

Huidige regels (van toepassing tot 30-10-2014):

Hervorming van Regering Di Rupo raakte niet aan dit systeem.

CAO van de NAR is vereist ofwel IPA;

CAO 106 van de NAR van 28 maart 2013 (2013-2014).

Sector-CAO is vereist;

56 jaar (of meer indien sector-CAO bouw) tijdens periode van 1.1.2013

tot en met 30.10.2014 [volgens regeerakkoord stijgt de leeftijdsvoorwaarde vanaf

31-10-2014 naar 58 jaar]

33 jaar loopbaan (of meer als CAO van de bouwsector dit vermeldt)

op het einde van de overeenkomst

Hetzij, 20 jaar hebben gewerkt in een stelsel met

nachtwerkprestaties

Hetzij PC 124 : over medisch attest beschikken

Opzegtermijn kan > 31.12.2014 aflopen

Suppletief stelsel voor 56 jarigen met 20 jaar arbeid met nachtprestaties

en 33 jaar loopbaan; activiteitstak die onder geen enkel PC ressorteert

of een PC dat niet in werking is; toetredingsakte

Wijzigingen aangebracht door regeerakkoord

Jaar 2014 2015 2016 2017

Huidig stelsel 56/33 --- -- --

Hervorming 56/33 58/33

56/33 als

opzeg <

30.10.2014

58/33 60/33

Page 12: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

12

SWT 56/40 (2008-2015) – zeer lange loopbaan [Wordt vermeld in regeringstekst]

Huidige regels:

CAO van de NAR is vereist.

Van 1.1.2011 tot en met 31.12.2015, geregeld door de wet van 12 april

2011 (artikel 47)

Geen sector- of ondernemings-CAO vereist.

56 jaar of meer tussen 1.1.2011 en 30.10.2014 [Volgens regeerakkoord stijgt

de leeftijdsvoorwaarde naar 58 jaar vanaf 31-10-2014 en naar 60 jaar vanaf 01-01-

2017.] Minstens 40 jaar gewerkt hebben als loontrekkende op het einde van

de arbeidsovereenkomst.

Opzegtermijn kan > 31.12.2014 aflopen

Jaar 2014 2015 2016 2017

Huidig stelsel 56/40 -- -- --

Hervorming 56/40 58/40

56/40 als

opzeg <

30.10.2014

58/40 60/40

Ondernemingen in moeilijkheden of in herstructurering [Wordt vermeld in regeringstekst]

Onder Di Rupo I werden de regels reeds verstrengd.

Huidig stelsel, als begin van de

periode van ministeriële

erkenning zich situeert:

na 31.12.2011 voor

bedrijven in

moeilijkheden

na 31.12.2012 voor

bedrijven in

herstructurering

Hervorming

vanaf

01/01/2017

SWT «

ondernemingen

in moeilijkheden

»

52 jaar in 2012 52 ½ jaar in 2013 ; 53 jaar in 2014

; 53 ½ jaar in 2015 ; 54 jaar in

2016 ; 54 ½ jaar in 2017 ; 55 jaar

in 2018

60 jaar behalve werknemers

die uiterlijk op 31.12.2016 zijn

ontslagen (huidige regels)

SWT «

ondernemingen

in

55 jaar in 2013

Tussen 2013 en 2017: bij

collectief ontslag = 20% + treft

Page 13: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

13

herstructurering

»

alle werknemers van TBE of van

bedrijfsafdeling die minstens

twee jaar bestaat op de dag

van bekendmaking van het

collectief ontslag: idem regel

ondernemingen in

moeilijkheden

1.7. Deelname aan de arbeidsmarkt aanmoedigen (Dienst Werkloosheid)

De regering zal de versterkte degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen,

die door de vorige regering werd ingevoerd, voortzetten.

De definitie van ‘passende dienstbetrekking’ zal worden aangepast om meer

rekening te houden met de competenties van de werkzoekende en zij zal na

evaluatie herzien worden om de arbeidsmobiliteit aan te moedigen.

Er wordt een federaal kader uitgewerkt voor de invoering van een

gemeenschapsdienst voor langdurig werkzoekenden. Dit wordt uitgevoerd in

een samenwerkingsakkoord met de Gewesten.

Dit kader moet voldoen aan de volgende voorwaarden:

De gemeenschapsdienst bestaat uit twee halve dagen per week;

De uitoefening van de gemeenschapsdienst mag de beschikbaarheid

voor de arbeidsmarkt niet verminderen;

De gemeenschapsdienst moet worden ingepast in een traject naar

werk;

De Gewesten krijgen de mogelijkheid om langdurig werkzoekenden die

een aangeboden gemeenschapsdienst weigeren, te schorsen.

De IGU-toeslag voor deeltijds werkenden wordt opnieuw berekend zoals voor

2008. Na 2 jaar deeltijds werken met IGU-toeslag, wordt deze toeslag met 50%

verminderd. Er wordt geëvalueerd in welke mate deze maatregel de

uitstroom naar werk dan wel de terugkeer naar de volledige werkloosheid

stimuleert.

De regering zal de werkloosheidsreglementering aanpassen, met betrekking

tot de werkzoekenden die:

Na meer dan twee jaar werkzoekend te zijn, prestaties leveren ten

dienste van de samenleving met behoud van hun recht op

werkloosheidsuitkeringen;

Page 14: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

14

Een opleiding volgen in een knelpuntberoep of die een bedrijfsstage

voltooien.

Vanaf 1 januari 2015 wordt voor de nieuwe instroom onder de leeftijd van 21

jaar het recht op een inschakelingsuitkering gekoppeld aan een minimale

diplomavereiste. Deze extra voorwaarde geldt zolang de betrokkene de

leeftijd van 21 jaar niet heeft bereikt.

De maximale leeftijd in de inschakelingsuitkering wordt verlaagd naar 25 jaar.

De actieve en passieve beschikbaarheid van werklozen voor werk wordt

uitgebreid tot 65 jaar.

De anciënniteitstoeslag voor oudere werklozen wordt afgeschaft voor de

nieuwe instromers vanaf 1 januari 2015.

De regering zal overleg plegen met de deelstaten om ervoor te zorgen dat

de werkloosheidsreglementering zo goed mogelijk de gewestelijke

beleidslijnen op het vlak van tewerkstelling ondersteunt.

[Eerste commentaar

De maatregelen voorzien als een aanmoediging van deelname aan de arbeidsmarkt zijn

veelal zeer vaag en laten vooralsnog niet toe de preciese impact ervan te beoordelen.

In het oog springen vooral de besparingen door een verdere afbouw van rechten en een

verstrenging van de verplichtingen voor de werklozen, zulks vooral in hoofde van jongere en

oudere werklozen.

1) Verderzetting van de degressiviteit van het werkloosheidsbedrag

De onder de vorige regering ingevoerde versterkte degressiviteit van de uitkeringen zal

luidens het regeerakkoord worden verdergezet.

Sedert 11/2012 werden de regels voor de geleidelijke vermindering van het uitkeringsbedrag

(degressiviteit) gevoelig uitgebreid en verscherpt, naargelang de werkloosheidsduur en het

beroepsverleden. Dat geldt niet alleen voor samenwonenden maar ook voor gezinshoofden

en alleenstaanden.

De regering zal die versterkte degressiviteit verderzetten. Er komt geen beperking van het

recht op ‘werkloosheidsuitkeringen’ in de tijd.

2) Aanpassing van de notie Passende dienstbetrekking

Een werkweigering of werkverlating wordt bestraft als de betrekking passend is.

Het regeerakkoord voorziet dat de definitie van passend werk zal worden aangepast en ge-

evalueerd om meer rekening te houden met de competenties van de werkzoekende.

Actueel moet het passend karakter van een werk stééds beoordeeld worden rekening

houdend met de geschiktheden en vorming (fysieke geschiktheid, intellectuele

mogelijkheden, beroepservaring, studieniveau, etc).

Daarnaast geldt er op het vlak van de beroepskwalifcatie een bijzondere bescherming:

Vanaf 50 jaar is een betrekking in principe maar passend als ze o.m. aansluit bij het

aangeleerde beroep of aanverwante beroepen. Voor minder dan 50-jarigen geldt die

bescherming slechts gedurende de 1ste 3 of 5 maanden werkloosheid (naargelang de

leeftijd en het beroepsverleden). Nadien moet men een betrekking aanvaarden in een

Page 15: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

15

ander beroep. Die bescherming geldt niet als de kans op tewerkstelling in dat beroep zeer

beperkt is volgens de bevoegde gewestinstelling.

3) Invoering van een verplichte Gemeenschapsdienst

[Wie te lang werkloos is moet gemeenschapsdienst doen gedurende 2 halve dagen per

week, zulks op straffe van schorsing. Die gemeenschapsdienst mag de beschikbaarheid

voor de arbeidsmarkt niet verminderen en moet ingepast worden in een traject naar werk.

Vele vragen zijn onbeantwoord.

Wie wordt beschouwd als langdurig werkloze?

Hoe valt die verplichting te rijmen met het feit dat ze de beschikbaarheid voor de

arbeidsmarkt niet mag verminderen?

Hoe zal gewaarborgd worden dat het gaat om kwaliteitsvol werk?

Met welke criteria zal er rekening gehouden worden om het passend karakter ervan

te beoordelen?

Welk sociaal statuut zal betrokkene genieten?

Zullen de betrokkenen voor die gemeenschapsdienst een bijkomend inkomen

verwerven bovenop hun werkloosheidsuitkering?

Zal zulks de werkloosheid niet eerder bestendigen dan wel een overgang naar de

klassieke werkgelegenheid bevorderen? Zal die maatregel kleine precaire jobs niet

extra onder druk zetten?

Zal bij weigering de schorsing tijdelijk zijn of definitief?

Zal er rekening gehouden worden met wie al vrijwilligerswerk verricht?

Hoe zal voorzien worden in een aangepaste begeleiding van de betrokkenen?

Moeten niet eerder reguliere arbeidscircuits gecreëerd worden voor het verrichten

van gemeenschapsdienst?

4) Nadeliger berekening van de inkomensgarantie-uitkering (IGU) bij deeltijdse

werkhervatting

Het regeerakkoord voorziet om de IGU-toeslag opnieuw te berekenen zoals vóór 2008.

Bovendien zal die toeslag met 50% verminderd worden na 2 jaar deeltijds werken met IGU.

Een 21-plusser zal dan ook nog maar recht hebben op een IGU als zijn brutomaandloon

lager is dan € 1501,82. Actueel bedraagt de loongrens voor het recht op IGU nog € 1559,38.

Bovendien wordt de forfaitaire uurtoeslag voor de uren die men presteert boven 1/3 van een

voltijdse betrekking verlaagd in hoofde van samenwonenden en alleenstaanden.

Die uurtoeslag is momenteel dezelfde voor alle gezinscategorieën maar was vóór 07/2008

lager voor samenwonenden en voor alleenwonenden.

Voorbeeld:

Een samenwonende heeft het werk halftijds hervat aan een deeltijds maandloon van € 1000

bruto.

Volgens de berekening van vóór 07/2008 zou de uurtoeslag € 1,10 geweest zijn, terwijl hij

volgens de berekening van na 07/2008 en dus volgens de huidige berekening € 2,76 zou

bedragen ( indexmultiplicator van destijds)

Dat komt neer op een IGU = € 256,13 volgens de berekening van vóór 07/2008 resp. op €

379,05 volgens de huidige berekening (verschil= € 122,92)

Page 16: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

16

5) Aanpassing reglementering voor wie na 2 jaar werkloosheid

gemeenschapsdienst verricht en voor wie een opleiding in een

knelpuntberoep volgt of een bedrijfsstage voltooit.

Het regeerakkoord bevat hieromtrent geen verdere gegevens, alleen een intentieverklaring.

6) Beperking van het recht op inschakelingsuitkeringen

Beperking van de toegang tot het recht op uitkeringen na studies

Om vóór zijn 21 jaar nog inschakelingsuitkeringen te kunnen genieten moet men vanaf

01/01/2015 beschikken over een minimaal diploma. Men zal dus moeten geslaagd zijn voor

de vereiste studies.

Geslaagd zijn in zijn studies was tot hiertoe geen voorwaarde. Actueel volstaat dat men

bepaalde studies of een leertijd ‘voleindigd’ heeft (met of zonder diploma) of studies

gevolgd heeft in het hoger onderwijs (al of niet voltooid) op voorwaarde dat men voordien

minstens 6 jaar gestudeerd heeft (ongeacht het niveau).

Jonge laag- en ongeschoolde werkzoekenden zullen hierdoor tot hun 21 jaar uit de boot

vallen. Wat zullen hun rechten zijn in de andere takken van de sociale zekerheid ?

- Verlaging van de maximale leeftijd tot 25 jaar

Alleen wie na de beroepsinschakelingstijd en vóór zijn 25ste verjaardag uitkeringen heeft

aangevraagd kan voortaan recht krijgen op inschakelingsuitkeringen.

Tot nu toe lag die leeftijdsgrens op 30 jaar.

Hoger geschoolden en zittenblijvers riskeren hierdoor niet meer in aanmerking te komen voor

uitkeringen na studies, en hierdoor evenmin voor zekere tewerkstellingsmaatregelen. Zij

riskeren in armoede te verzeilen of terug te vallen op leefloon.

7) Optrekking leeftijd mbt beschikbaarheid van werkzoekenden

Werklozen zullen tot hun 65ste beschikbaar moeten zijn voor werk.

Ze zullen tot hun 65 jaar actief moeten zoeken naar werk en als werkzoekende moeten

ingeschreven blijven (actieve beschikbaarheid). Actueel zijn enkel werkzoekenden jonger

dan 55 jaar (58 jaar vanaf 2016) onderworpen aan de controle op het actief zoekgedrag

naar werk (Dispo).

Bovendien zullen werklozen tot hun 65 jaar passend werk of een passende opleiding moeten

aanvaarden op straffe van sanctie (passieve beschikbaarheid).

Actueel geldt er vrijstelling van inschrijving als werkzoekende en mag men passend werk of

een opleiding weigeren vanaf 60 jaar en zelfs vanaf 50 jaar na 1 jaar werkloosheid en 38 jaar

beroepsverleden.

8) Afschaffing anciënniteitstoeslag

Een oudere werkloze kan actueel vanaf zijn 55 jaar genieten van een toeslag bovenop zijn

normale werkloosheidsuitkering (anciënniteitstoeslag), na 1 jaar werkloosheid en mits hij 20

jaar beroepsverleden heeft. Die toeslag verschilt volgens de leeftijd en de gezinssituatie.

Luidens het regeerakkoord zal die toeslag afgeschaft worden voor nieuwe instromers vanaf

01/01/2015.

Page 17: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

17

Voorbeeld :

Een oudere samenwonende werkloze van minstens 58 jaar ontvangt na 1 jaar werkloosheid

per maand gemiddeld een werkloosheidsuitkering van maximum € 859,30 zonder

anciënniteitstoeslag resp. maximum € 1181,44 met anciënniteitstoeslag (verschil van €

322,14/m)]

1.8. Re-integratie van personen die arbeidsongeschikt zijn

Hervorming van de verzekering arbeidsongeschiktheid m.o.o. het bevorderen

van de re-integratie van de betrokkenen. ( uitgangspunt is wat de

betrokkene nog kan en niet wat hij niet meer kan.)

Opzetten herintegratieprogramma voor de terugkeer naar werk en specifieke

opleidings-mogelijkheden versterken om zo een snellere herintegratie op de

arbeidsmarkt te bevorderen.

Ten laatste 3 maanden na de start van de arbeidsongeschiktheid wordt een

re-integratieplan en voor wie het nodig is tevens een tijdelijk

herinschakelingstraject opgemaakt met prioritaire aandacht voor de

(rest)mogelijkheden op de arbeidsmarkt. (multidisciplinaire aanpak,

elektronische communicatietool, responsabiliserend systeem).

Regelmatige opvolgingsgesprekken worden georganiseerd, waarbij de

voormalige werkgever en de gewestelijke arbeidsbemiddelingsdienst

betrokken worden.

Nu: de mogelijkheid voor personen met een arbeidsongeschiktheid van

minstens 50% om gedeeltelijk het werk te hervatten.

Onderzoek: Uitbreiding van deze mogelijkheid naar personen met een lager

percentage AO.

Versterken en uitvoeren samenwerkingsakkoorden tussen het RIZIV en de

gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling om specifieke

opleidingsmogelijkheden en begeleiding te voorzien voor de professionele re-

integratie van arbeidsongeschikten.

Onderzoek mogelijkheid gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid.

Versterken mogelijkheden op integratie AO op de arbeidsmarkt.

Onderzoek toename arbeidsongeschikten met psychische pathologieën.

Ontwikkelen van guidelines voor de evaluatie van arbeidsongeschiktheid.

Oprichten Raad voor medische evaluatie.

Procedures inzake erkenning, evaluatie, controle en activering van

werknemers en ambtenaren sterker op elkaar worden afgestemd.

Verstrengen procedure voor de toekenning van de uitkeringen in het stelsel

van de RIZIV-uitkeringen en de controle versterken en frequenter maken.

Page 18: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

18

De periode van gewaarborgd loon bij arbeidsongeschiktheid wordt op 2

maand gebracht. Zo worden werkgevers geresponsabiliseerd en krijgen ze de

mogelijkheid om via preventieve maatregelen en aangepast werk, te

vermijden dat de werknemers definitief de arbeidsmarkt verlaten en

arbeidsongeschikt blijven.

[Door het recht in te voeren op twee maanden gewaarborgd loon, te betalen door de

werkgever, moet er minder snel beroep gedaan worden op het ziekenfonds wat een

besparing betekent van 300 miljoen euro. Echter de helft daarvan, 150 miljoen, zou

terugvloeien naar de werkgever in de vorm van een loonlastenverlaging. Volgens sommige

werkgeversorganisaties zou deze besparing aan de werkgevers veel meer dan het

vooropgestelde bedrag kosten indien de werknemer een gewaarborgd loon gelijk aan het

normale brutoloon krijgt. In ieder geval zal deze maatregel ongetwijfeld het sociaal overleg

betreffende de harmonisatie van de statuten zwaar beïnvloeden.]

1.9. Arbeidsmarkt inclusief maken

Beoogde doel: gelijkheid van kansen (toegang werk en loon in verhouding

tot competenties) op de arbeidsmarkt voor bepaalde kansengroepen zijnde:

Vrouwen: steun bij toegang tot bestuurs- en directiefuncties

Werknemers van buitenlandse afkomst

Personen met een arbeidshandicap: uitbreiding combinatie

integratietegemoetkoming met beroepsinkomsten én verhoging van

de plafonds voor de toegelaten beroepsinkomsten in aanvulling op

een arbeidsongeschiktheid – of invaliditeitsuitkering

Ouderen: verhoging participatie [Formulering gebruikt door tekst

regeerakkoord] Jongeren: opvoeren strijd tegen jeugdwerkloosheid

Aandachtspunten:

Aandacht voor loonkloof

Verzoening werk-privéleven

Verticale en horizontale segregatie van de arbeidsmarkt

Het voeren van een divers en niet-discriminerend personeelsbeleid in

zowel de private als de publieke sector

1.10. KMO’s

De regering stelt dat KMO’s de ruggengraat van de Belgische economie zijn

en tussen 2002 en 2010 85 % van de nieuwe banen gecreëerd hebben. Om

de groei van KMO’s en jobcreatie te bevorderen zal men gerichte

beleidsmaatregelen ontwikkelen om hun concurrentievermogen te

ondersteunen. Men wil in dit kader vooral lagere arbeidskosten en een

vermindering van de administratieve lasten. Om deze doelstellingen te

realiseren zal de regering een KMO-plan uitwerken.

Page 19: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

19

1.10.1. Elektronische handel

De regering zal een verzelfstandigd platform voor elektronische handel

ontwikkelen in samenwerking met de vertegenwoordigers van de

verschillende sectororganisaties. Men wil e-commerce alle kansen geven en

in dit kader de structurele handicap ten opzichte van het buitenland

wegwerken.

Men wil dit realiseren door de ontwikkeling van een betrouwbaar online

betaalplatform te ondersteunen en de online veiligheid te verbeteren. Een

belangrijk element is het feit dat men in het kader van e-commerce de

wetgeving inzake nachtarbeid zal onderzoeken, in functie van het

concurrentieel maken van het nachtelijk voorbereiden van verzendingen.

Daarnaast zal men ook de haalbaarheid van een volledig dekkend ADR-

systeem (alternatieve geschillenbemiddeling) onderzoeken.

1.10.2. Horeca

De regering zal in overleg met de sector een fiscale lastenverlaging van de

overuren van 180 naar 360 uren toekennen teneinde de arbeidskosten te

verlagen.

De wettelijke interne grens wordt van 143u naar 250u gebracht.

Daarnaast wordt bij de gelegenheidsarbeid voor de werkgever de grens (dit

is de berekening van de socialezekerheidsbijdragen op een voordelige

forfaitaire basis van 7,5 € per uur en 45 € per dag) van 100 op 200 dagen

gebracht. Werknemers met minimaal een 4/5 job bij een andere werkgever

kunnen in de horeca bijverdienen aan het nettoloon verhoogd met 25%

bevrijdende bedrijfsvoorheffing. De regering onderzoekt bovendien alle

aspecten van een mogelijke uitbreiding van dit systeem naar de handel en

bouwsector. [Tekst is nogal vaag]

Deze maatregelen, in de loop van 2015 ingevoerd, zullen via de controle via

de geregistreerde kassa verlopen.

1.10.3. Financiering van ondernemingen

De regering zal een reeks maatregelen treffen om liquiditeits- en

financieringsproblemen bij KMO’s te verhelpen. Men zal onder meer de

wetgeving op betalingstermijnen aanscherpen en de nieuwe wetgeving op

de relaties tussen banken en ondernemingen evalueren. Daarnaast zal de

regering onderzoek uitvoeren naar onder meer de invoering van de wettelijke

schuldvergelijking naar Nederlands model en de integratie van

faillissementsberichten en collectieve schuldenregelingen in het publiek

toegankelijk deel van het centraal beslagregister.

1.11. Administratieve vereenvoudiging

De administratieve lasten werden voor het jaar 2012 op 5,13 miljard euro of

1,37% van het BBP geraamd.

Page 20: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

20

Doelstelling is het vermindering van de administratieve lasten met 30%, door

o.a. het opstellen en toepassen van een plan voor de vereenvoudiging van

de administratieve lasten die op de bedrijven wegen, bijvoorbeeld de

veralgemening van de elektronische facturatie en de vereenvoudiging van

de toepassing van de fiscale en sociale wetgeving.

1.11.1. De elektronische facturatie

Dit vormt een competitief voordeel voor onze ondernemingen op

internationaal vlak dus moet ze nog meer gebruikt worden.

De regering zal op de volgende punten inspanningen doen:

Uitbreiding van het lopende pilootproject tot alle departementen zodat

deze de elektronische facturen van hun leveranciers via Fedcom

kunnen ontvangen en behandelen

De elektronische facturatie zal voor de overheid verplicht worden vanaf

2016

De leveranciers van de overheid moeten hun facturen via hetzelfde

elektronisch platform kunnen doorzenden, ongeacht of de

bestemmeling de federale, de regionale of de lokale overheid is, dit in

het kader van de vereenvoudiging

De federale overheid zal ertoe aangezet worden om een elektronische

factuur van haar leveranciers te eisen.

Aanmoedigingsacties om het gebruik van de elektronische facturatie

binnen de KMO’s te bevoordelen en te bevorderen

1.11.2. Optimalisatie van de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO)

De opdrachten van de KBO moeten versterkt worden. De KBO moet de enige

administratieve gesprekspartner van de KMO’s en van de Gewesten worden.

Alle ondernemingen en zelfstandigen (opgelijst in de KBO), moeten melding

geven van een e-mailadres. Dit wordt het officieel adres en zal erkend

worden als het fysieke adres van de maatschappelijke zetel.

1.11.3. KMO –test

In het kader van “Think Small First” zal de nagestreefde vereenvoudiging

worden bereikt door de omzetting van de bestaande richtlijnen voor de

Europese “KMO-test” De administratieve formaliteiten zullen verminderd

worden om te garanderen dat de KMO’s gemakkelijk toegang krijgen tot

overheidsopdrachten.

Page 21: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

21

1.11.4. Only once

Vereenvoudiging van het versturen van informatie tussen ondernemingen en

overheid. Gebruik van de verklaring op erewoord en de informatie en

documenten waarop de verklaring op erewoord betrekking heeft,

elektronisch via het Telemarc systeem te consulteren.

1.11.5. Overheidsopdrachten

De KMO’s zijn zelden op de hoogte van het openen van

overheidsopdrachten. Om gemakkelijker toegang te geven tot

overheidsopdrachten voorziet men een elektronische ontvangst van de

betreffende lastenkohieren voor ondernemingen die belangstelling hebben

getoond voor een bepaalde type van overheidsopdrachten.

Aanmoediging van de systematische bekendmaking van de aankondigingen

van opdrachten op de bestaande elektronische portaalsites

“overheidsopdrachten”.

Vereenvoudiging van de boekhoudingswetgeving voor bedrijven maar met

behoud van verplichting tot publicatie van een jaarrekening.

Voor wat de jaarrekening betreft: Het voorzien van de nodige regels die

rekening houden met KMO’s en die het only-once principe respecteren,

vooral voor aspecten met betrekking tot de sociale balans.

Zij zullen elektronisch verstuurd kunnen worden, waardoor de publicatiekosten

met de helft dalen.

Een uitgebreide samenwerking tussen de federale regering en de gewesten

en gemeenschappen dient te worden voorzien in dit kader.

Tot vereenvoudiging van de administratieve lasten van een onderneming is

het noodzakelijk om een ex post analyse van de wetgevingen en van de

administratieve voorschriften te voorzien

Evalutie en rationalisatie van het takenpakket van de federaal erkende

ondernemersloketten met het oogpunt de administratieve kostprijs voor

ondernemingen te doen dalen.

Het voorzien van een reglementair kader voor de private begeleidende

organisaties in uitvoering van de WCO-wet.

Er wordt gesnoeid in de uitgevoerde NIS- enquête.

1.12. Een proactief beleid voor het vermijden van faillissementen en het

herstarten na faillissement.

In het kader van de wet betreffende de continuïteit van de ondernemingen

(WCO) plant de regering de volgende initiatieven:

Page 22: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

22

Een verplicht voorafgaande opportuniteitstoets door de Kamers voor

handelsonderzoek wanneer een bedrijf beroep doet op de WCO wet;

Een gehele evaluatie van de wet;

Een aanpassing van de wettelijke en reglementaire bepalingen

betreffende de faillissementen aan de WCO wet en de

verschoonbaarheid van de gefailleerde.

Page 23: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

23

2. Pensioenhervorming

Voor de periode tot 2030 hervorming van de pensioenen met het rapport van

de commissie pensioenhervorming 2020-2040 als wetenschappelijke basis

evenals een loopbaanhervorming. Hervormingen treden in werking tussen nu

en 2030. De regering zal over de pensioenhervoming ( 10 principes) intensief

sociaal overleg plegen met de sociale partners.

De omschakeling naar een puntensysteem (zal voor de berekening van het

pensioen) worden uitgewerkt.

Oprichting adviserend Nationaal Pensioencomité: zal instaan voor opvolging

sociale en financiële houdbaarheid drie stelsels. Samengesteld uit : regering,

werknemers, zelfstandigen, ambtenaren en overheidsniveau’s. Ondersteund

door Kenniscentrum voor de Pensioenen en door Academische raad ( =

commissie pensioenhervorming). Ook betrokkenheid van Federaal

Planbureau, Studiecommissie vergrijzing en universiteiten.

Evaluatie 5j na invoering puntensysteem.

2.1. Actief ouder worden

2.1.1. Uitstellen van pensionnering

2.1.1.1. Vervroegd pensioen

Behoud groeitraject Di Rupo voor 2015 en 2016 en uitbreidingen leeftijd en

loopbaanvoorwaarden tot 2019.

minimumleeftijd Loopbaanvoorwaarde Uitzonderingen lange

loopbanen

Di

Rupo

2014 61j 39j 60j indien 40j loopbaan

2015 61,5j 40j 60j indien 41j loopbaan

2016 62j 40j 60j indien 42j loopbaan

61j indien 41j loopbaan

Michel

2017 62,5j 41j ? 60j indien 43j loopbaan?

? 61j indien 42j loopbaan?

2018 63j 41j ? 60j indien 43j loopbaan?

? 61j indien 42j loopbaan?

2019 63j 42j 60j indien 44j loopbaan

61j indien 43j loopbaan

Vandaag kan je op je 61j met vervroegd pensioen als je een loopbaan van

39 jaar bewijst. Tegen 2016 wordt dat dan 62 jaar voor een loopbaan van 40

jaar. De nieuwe regering trekt de minimumleeftijd in 2017 op naar 62,5 jaar en

Page 24: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

24

tot 63 jaar in 2018. De loopbaanvoorwaarde stijgt naar 41j in 2017 en 42 j in

2019.

Er blijft wel een uitzondering voor de lange loopbanen. In 2019 kan je nog

steeds op 60 met vervroegd pensioen, als je op dat moment een loopbaan

van 44 jaar hebt of op 61 jaar met 43 loopbaanjaren. ( de uitzonderingen

voor 2017 en 2018 zijn niet expliciet in het akkoord vermeld !)

Wie voor eind 2016 aan de voorwaarden vervroegd pensioen voldoet

behoud zijn recht op vervroegd pensioen. Idem voor wie voor 28 november

2011 overeenkomst vervroegd pensioen op 60j gesloten heeft met hun

werkgever (35jloopbaan) , idem indien opzegtermijn ingegaan voor 1/1/2012.

Overgangsbepaling voor wie 58j is in 2016 max 2 jaar bijkomend werken en bij

59 j max 1 jaar. Overleg met sociale partners is voorzien.

2.1.1.2. Wettelijke pensioenleeftijd

Indien kortere loopbaan dan 45j keuze om al dan niet op 65j met pensioen te

gaan.

Verlengen van de wettelijke pensioenleeftijd: tot 2024 blijft de wettelijke

pensioenleeftijd 65 jaar. In 2025 komt er een verhoging naar 66 jaar, en vanaf

2030 wordt dit 67 jaar. De modaliteiten zullen besproken worden in het

Nationaal Pensioencomité.

Concreet :

Ben je momenteel ouder dan 57 jaar, dan verandert er niets en blijf je

onder de huidige pensioenregeling.

Ben je momenteel 57 jaar (en 59 in 2016), dan werk je maximaal één

jaar langer dan onder de huidige pensioenregeling.

Ben je momenteel 56 jaar (en 58 in 2016), dan moet je er maximaal

twee jaar bijdoen.

Ben je momenteel tussen de 51 en 55 jaar, dan wordt de wettelijke

pensioenleeftijd 66 jaar.

Ben je momenteel jonger dan 51 jaar, dan wordt de wettelijke

pensioenleeftijd 67 jaar.

Wie werkt na het bereiken van de referentieloopbaan zal bijkomende

pensioenrechten opbouwen (dus wie meer dan 14040 dagen(

=45j*312d) werkt blijft pensioenrechten opbouwen).

Wie na 65j werkt kan rechten openen op economische werkloosheid

en ziekte-uitkeringen.

Page 25: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

25

2.1.1.3. Toegestane arbeid

Geen cumulbeperking pensioen met beroepsinkomsten meer na de

wettelijke pensioenleeftijd OF na 45 j loopbaan. Jaren beroepsarbeid openen

dan wel geen bijkomend pensioenrecht.

In andere gevallen bij overschrijding toegelaten grenzen wordt de sanctie in

verhouding gebracht tot de overschrijding ( nu volledige schorsing pensioen

indien overschrijding 25% bedraagt en vermindering van het pensioen met

percentage overschrijding indien overschrijding minder dan 25%).

Bij vervroegd pensioen behoud van huidige inkomensgrenzen.

2.1.1.4. Complement grensarbeid

Belgische pensioenen die betaald worden aan wie in het buitenland werkte

en geen bijdragen in België betaald heeft worden minder genereus en

doven uit op termijn. ( uitz weduwen(-aars)).

2.1.2. Automatische aanpassingsmechanismen

2.1.2.1. Puntensysteem pensioenberekening

Ten laatste in 2030 zal een puntensysteem voor de pensioenberekening in

werking treden. De regering zal hierover overleggen met de sociale partners

en het nationaal Pensioencomité.

Pensioen = (aantal punten) x (waarde van het punt)

Het aantal punten hangt af van :

- De verhouding tussen de eigen beroepsinkomsten en het gemiddeld

arbeidsloon van de actieven in het eigen stelsel EN

- De lengte van de eigen loopbaan t.o.v de referentieloopbaan in het

eigen stelsel.

De waarde van het punt is een functie van het gemiddeld arbeidsinkomen

van de actieven in het eigen stelsel op het moment van de opname van het

pensioen.

2.1.2.2. Moment openen recht op pensioen.

Ten laatste in 2030 zullen de voorwaarden om het wettelijk of vervoegd

pensioen op te nemen automatisch worden aangepast rekening houdend

met demografische, financiële evoluties van het pensioensysteem en de

stijging van de levensverwachting. Overgangsbepaling van drie jaar voorzien.

2.2. 2.2. Pensioenbonus

Wordt afgeschaft vanaf 1/1/2015 voor wie niet aan de voorwaarden voldoet

om hem op te bouwen.

Uitzondering : behoud huidige regels voor wie reeds pensioenbonus aan het

opbouwen is.

Page 26: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

26

2.3. Ambtenarenpensioenen

Pensioenhervormingen in nauw overleg met ambtenarenvakbonden m.o.o.

harmonisering met de wetgeving privésector.

Behoud van de in het ambtenarenstelsel opgebouwde pensioenrechten.

Onderhandelingen over :

Afbouw diplomabonificatie vanaf 2015 met 6 maanden per jaar

voor de opening van het vervroegd pensioenrecht.

Mogelijke persoonlijke regularisatiebijdrage voor studieperiodes

wordt doorverwezen naar het Nationaal Pensioencomité.

Preferentiële tantièmes worden vervangen door 1/60e zowel voor de

opening van het pensioenrecht als voor de pensioenberekening (

uitz zware beroepen).

Politie: uitvoering arrest grondwettelijk hof – uitz wie op 10/7/2014

reeds pensioen kon aanvragen + overgangsregeling voor wie 53

jaar is op 10/7/2014)

Contractueel overheidspersoneel benoemd na het regeerakkoord

geen opname meer van contractuele jaren voor het

ambtenarenpensioen. ( uitz tijdelijke personeelsleden onderwijs) De

inwerkingtreding van deze maatregel is gekoppeld aan een tweede

pijler pensioen voor contractuelen.

De voorwaarde dat een statutair ambtenaar minimaal vijf

effectieve dienstjaren moet hebben om aanspraak te kunnen

maken op een wettelijk rustpensioen als statutair ambtenaar wordt

opgeheven vanaf 2015.

Hervorming van het ziektepensioen naar een dekking door het RIZIV

: te onderzoeken door het Technisch Comité voor de pensioenen

van de overheidssector.

2.4. Zware beroepen

In overleg met sociale partners specifieke pensioenmaatregelen treffen voor

zware beroepen in de privésector en de openbare sector nl. :

- Opstellen objectieve criteria voor opstellen voor herziening vatbare

lijst van zware beroepen en preferentiële tantièmes.

- Voordeliger modaliteiten loopbaanvoorwaarden en

pensioenberekening.

Specifieke maatregelen om de loopbaan verder te zetten nadat men een

zwaar beroep heeft uitgeoefend.

Sociale partners bepalen op interprofessioneel niveau een maximum aantal

zware beroepen.

2.5. Uitbreiden aandeel van gewerkte periodes.

Evaluatie van de loonplafonds voor de inaanmerkingname van gewerkte en

niet-gewerkte periodes voor het pensioen.

Page 27: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

27

De regering zal de gelijkstellingen tussen de verschillende pensioenstelsels

harmoniseren. Ze zal deze wegen in functie van twee criteria: het al dan niet

vrijwillig karakter, en de maatschappelijke meerwaarde van de periodes die

gedekt worden door een gelijkstelling.

Ziekte, invaliditeit, arbeidsongeschiktheid, arbeidsongeval, beroepsziekte en

moederschapsrust worden volledig en aan het laatst verdiende loon

gelijkgesteld.

De gelijkstelling voor niet-gemotiveerd tijdskrediet en loopbaanonderbreking

wordt afgeschaft. [cfr. 1.5]

Gemotiveerd tijdskrediet, loopbaanonderbreking en thematische verloven

worden volledige en aan het laatst verdiende loon gelijkgesteld.

De gelijkstelling en het recht voor het gemotiveerd tijdskrediet wordt

uitgebreid met maximum 12 maanden als het opgenomen wordt voor de

volgende motieven:

Om te zorgen voor zijn kind tot de leeftijd van 8 jaar;

Om palliatieve zorgen toe te dienen;

Om een zwaar ziek of gehandicapt gezins- of familielid bij te

staan of te verzorgen.

2.6. Armoedebestrijding en minimumpensioen.

Alle gewerkte of gelijkgestelde dagen, ongeacht het stelsel waarin ze

gepresteerd worden, zullen een recht geven op een minimum pensioen, op

voorwaarde dat minstens een bepaald minimum aantal dagen gepresteerd

of gelijkgesteld wordt over de hele loopbaan.

Wie gedurende een volledige loopbaan voltijds heeft gewerkt, moet op die

manier recht hebben op een minimumpensioen dat minstens 10 % hoger is

dan de armoededrempel. Ook de IGO wordt verder versterkt.

De nadelige gevolgen van een gemengde loopbaan werknemer-

zelfstandige voor het minimumpensioen worden weggewerkt.

Page 28: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

28

2.7. Gezinsdimensie pensioenen en gewijzigde maatschappelijke tendensen

2.9. Democratisering van de aanvullende pensioenen.

[Enkel de punten die relevant zijn voor de werknemers worden hier aangehaald. De meeste

punten in dit hoofdstuk betreffen een verderzetting van initiatieven vanuit de vorige

legislatuur.]

Aanpassen van het huidige rechtskader van aanvullend pensioen tot een

stelsel voor contractuelen bij de overheid.

Parallel met de invoering van een gemengd pensioen (een pensioen van

werknemer voor de jaren als contractueel en een overheidspensioen voor de

jaren als statutair)

Doel:

1. aanmoediging van de openbare besturen en de

overheidsbedrijven aangemoedigd worden om een aanvullend

pensioenstelsel te ontwikkelen bij contractueel

overheidspersoneel

2. een begin maken met de opbouw ervan voor het federaal

overheidspersoneel met een voldoende bijdrageniveau.

3. invoeren van een geleidelijke verplichting tot het uitvoeren van

het aanvullend pensioen aan een pensioeninstelling.

De fiscale behandeling van de uitkering in rente of kapitaal.

De opname in rente of kapitaal van het aanvullend pensioen moet op elkaar

afgestemd worden.

De bestaande fiscale voordelen worden niet verlaagd.

Het stimuleren van het aanbod van renteproducten op de markt.

Er moet een analyse gemaakt worden van de te nemen maatregelen om dit

aanbod te stimuleren.

Onderzoeken met het Nationaal Pensioencomité en het Kenniscentrum voor

de Pensioenen, op welke manier een modernisering van de gezinsdimensie

en een hervorming van afgeleide rechten in het pensioensysteem kunnen

worden doorgevoerd ( gezinstarief, pensioensplit gehuwde en wettelijk

samenwonende, billijker overlevingspensioen).

Voldoende lange overgangsperiodes worden voorzien. Inwerkingtreding van

deze hervormingen ten vroegste plaats op het moment van inwerkingtreding

van het puntensysteem.

2.8. Opname deeltijds pensioen wordt onderzocht.

Page 29: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

29

80%-regel.

De toepassingsproblemen van de fiscale 80%-regel dienen onderzocht te

worden. Een bijkomend onderzoek om deze 80%-grens ook uit te drukken in

punten.

Nieuwe berekeningsbasis:

1. Identificeerbare parameters die rekening houden met de reeds

gepresteerde loopbaan.

2. Een gemiddeld loon over een aantal jaren (om kunstmatige

verhogingen van het loon (op het einde van de loopbaan) te

voorkomen)

3. De parameters voor de berekening van de nieuwe grens zullen in

overeenstemming gebracht worden met de beschikbare

informatie in de databank “Opbouw Aanvullende Pensioenen”. [Om te vermijden dat in een groepsverzekering te grote bedragen worden verzekerd, heeft

de fiscus een maximum vastgelegd betreffende de aftrekbaarheid van de premies. De som

van het wettelijk pensioen en de aanvullende voordelen mogen niet meer dan 80% van de

jaarlijkse brutobezoldiging bedragen. De vergoedingen derde pijler worden hier niet

meegeteld.]

Minimum rendementsgarantie

Er dient een minimum rendementsgarantie te blijven doch het is essentieel

dat nieuwe toezeggingen opnieuw verzekerbaar worden volgens de

regering. Er moet in die optiek een billijke verhouding tussen deze

rendementsgarantie en de reële rendementen gevonden worden. [Tot op heden is de rendementsgarantie vastgelegd op 3.25 % voor werkgeversbijdragen en

3.75% voor werknemersbijdragen. Men gaat dus de optie bekijken om een soort van

mechanisme in te voeren waarbij indien de reële rendementen dalen respectievelijk stijgen,

de minimum rendementsgarantie ook daalt respectievelijk stijgt.]

Bijdrageniveau in elke sector van minimaal 3%

Elke sector dient voor aanvullende pensioenen een bijdrageniveau van

minimaal 3% te bereiken. De sociale partners worden gevraagd om te

onderzoeken in welke mate een bepaald percentage van de loonstijgingen

bij akkoord kan worden aangewend voor bijdragestortingen in de

aanvullende pensioenen om tot dit minimum niveau te komen. Deze

mogelijkheid kan in een meerjarenperspectief opgevat worden maar moet

wel bindend gemaakt worden. De regering stelt voor om dit dossier toe te

voegen aan de agenda van het volgend interprofessioneel akkoord.

Opbouw van een vrij aanvullend pensioen in de 2° pijler door de werknemer.

Opbouw via inhoudingen op het loon van de werknemer door de werkgever.

Het bedrag kan door de werknemer bepaald worden binnen bepaalde

grenzen. De fiscale voordelen zijn gelijk aan deze van de aanvullende

pensioenstelsels ingesteld door de werkgever.

Page 30: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

30

Vervroegde uittreding voor het wettelijk pensioen.

De regering wenst de vervroegde uittrede inzake aanvullende pensioenen te

ontmoedigen zodat het aanvullend pensioen niet kan opgenomen voor de

wettelijke pensioenleeftijd. Er zal een verbod worden ingesteld, mits

overgangsmaatregelen, tot vermelding in het pensioenreglement van

regelingen tot vroegtijdige pensionering.

België moet aantrekkelijk blijven voor pan-Europese pensioenfondsen.

Pensioeninstellingen zijn lang een exclusief nationale materie geweest. De

Europese IORP-richtlijn 2003/41/EG heeft de creatie van Pan-Europese

fondsen, pensioeninstellingen die in meerdere landen van de EU werkzaam

zijn, mogelijk gemaakt.

De regering zal verder onderzoek voeren naar:

- Een versterking van de 3° pijler.

- De in aanmerking name van de parameters voor de berekening van

de solidariteitsbijdrage onderzoeken.

2.10. Tranparante informatie aan (toekomstige) gepensioneerden.

“De opbouw van de wettelijke pensioenen moet transparant zijn: iedere

burger moet jaar na jaar zijn pensioenopbouw kunnen volgen, ook de

jongeren”, verwijzing naar het rapport van de pensioencommissie.

Er zal vanuit de regering, samen met de sociale partners, toegezien worden

op de verdere uitbouw van de reeds opgestarte gemeenschappelijke (RVP,

RSVZ en PDOS) pensioenmotor (my pension) en de databank tweede pijler

(DB2p).

Page 31: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

31

3. Sociale vooruitgang en gezondheidszorg

3.1. Waarborgen van de financiering van de sociale zekerheid

Herzien manier waarop de sociale zekerheid wordt gefinancierd.

De Belgische sociale zekerheid omvat een delicaat evenwicht tussen een

solidariteitsprincipe en een verzekeringsprincipe. Het globale budget van de

sociale zekerheid van de werknemers wordt momenteel vooral gefinancierd

via sociale bijdragen. Deze vertegenwoordigen ongeveer twee derden van

de sociale-zekerheidsontvangsten.

Het overblijvende derde wordt momenteel gefinancierd door de Staat via

een rijkstoelage, een systeem van meerdere alternatieve financieringen

(gevormd uit een percentage van btw- en andere fiscale ontvangsten),

alsook een “evenwichtsdotatie” die het evenwicht waarborgt van de

rekeningen van de sociale zekerheid.

De evenwichtsdotatie wordt elk jaar bij koninklijk besluit bepaald, zodat de

sociale zekerheid geen surplus of tekort vertoont op haar rekeningen.

Vervolgens wordt deze verdeeld tussen de globale beheren

“loontrekkenden” (90%) en “zelfstandigen” (10%).

Twee elementen zullen een wijziging vergen van de financiering van de

sociale zekerheid:

- Daling van de uitgaven na de zesde staatshervorming

- Verminderingen van sociale bijdragen ( rekening houden met

terugverdieneffecten via creatie van nieuwe jobs)

De evenwichtsdotatie heeft geen wettelijke basis meer vanaf 2015. Om de

financiering van ons sociaal-zekerheidsstelsel te waarborgen, zal de regering

de evenwichtsdotatie verlengen en evalueren in het perspectief van

transparantie en responsabilisering.

Aan de sociale partners wordt gevraagd na te denken over de financiering

van de gezondheidszorgen. In overleg met de sociale partners zullen de

financieringsbronnen worden geëvalueerd om rekening te houden met de

impact van de 6de staatshervorming. De regering wil ook de alternatieve

financiering vereenvoudigen.

Page 32: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

32

3.2. Zelfstandigen

De regering zal het pensioen van alleenstaande zelfstandigen afstemmen

op dat van alleenstaande loontrekkenden. De regering zal tevens een

oplossing bieden voor de impact van een gemengde loopbaan op het

minimumpensioen.

De tweede pensioenpijler zal toegankelijk gemaakt worden voor

zelfstandigen die als natuurlijke persoon werken.

De nieuwe berekeningswijze van de sociale bijdragen zal vanaf 1 januari

2015 worden toegepast en het voorwerp uitmaken van de door de wet

voorziene evaluatie.

Nieuwe verbeteringen zullen onderzocht worden in zoverre de budgettaire

mogelijkheid dit toelaat, waaronder prioritair:

De uitbreiding van de faillissementsverzekering tot alle gedwongen

stopzettingen, inclusief voor economische redenen;

De verbetering van de procedure voor vrijstellingen van het betalen

van sociale bijdragen;

De werking van de Commissie voor de Vrijstelling van bijdragen wordt

verder gestroomlijnd om de dienstverlening naar de zelfstandigen te

verbeteren en versnellen. Zelfstandigen die een vrijstelling van sociale

bijdragen krijgen geven we de mogelijkheid om later een

regularisatiebijdrage te betalen en daarmee toch pensioenrechten

op te bouwen voor de betreffende kwartalen;

onderzoeken of het statuut meewerkende echtgenote kan worden

omgevormd tot een co-ondernemerscontract;

De opportuniteit van de toekenning van een pensioenrecht als

tegengewicht voor een minimumbedrag aan sociale bijdragen die

zelfstandigen in bijberoep betalen, om beter rekening te houden met

periodes van gemengde activiteit (deeltijds loontrekkende/deeltijds

zelfstandige), zal worden bestudeerd door het ABC-Zelfstandigen;

De versoepeling van de voorwaarden voor toekenning van

vergoedingen voor arbeidsongeschiktheid en gedeeltelijke

hervatting, om beter rekening te houden met de specifieke aard van

de zelfstandige activiteit.

De verbeteringen aan het sociaal statuut van de zelfstandigen zullen

gefinancierd worden, hetzij via de voorziene enveloppe, hetzij vanuit het

Globaal Beheer van de zelfstandigen.

De strijd tegen de fictieve starters zal worden opgevoerd.

Page 33: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

33

3.3. Sociale bescherming en armoedebestrijding

3.3.1. Een menswaardig inkomen

Onderzoek of de regelgeving van het leefloon nog aangepast is aan actuele

samenlevingsvormen en/of zorgvormen.

Geleidelijk verhogen van de minimum sociale zekerheidsuitkeringen en de

sociale bijstandsuitkeringen tot het niveau van de Europese

armoededrempel. Prioriteit gegeven aan personen met het hoogste

armoederisico. De sociale voordelen die met sommige sociale uitkeringen

gepaard gaan, zullen worden meegeteld in vergelijkingen met Europese

armoedenorm.

De welvaartsenveloppes 2015-2016, 2017-2018 en 2019-2020 zullen voor 100%

besteed worden. De regering zal dus de vermindering met 40% van de

enveloppes besloten door de vorige regering voor de periode 2013-2014

ongedaan maken. Dit zal gebeuren via de fiscale weg.

De berekening van de enveloppes zal aangepast worden om rekening te

houden met de overdracht van de gezinsbijslag aan de Gemeenschappen.

Bij de besteding van de enveloppes zal erover gewaakt worden

werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen te vermijden.

3.3.2. Toekomstgericht armoedebeleid

De regering zal een meerjaren federaal actieplan armoedebestrijding

opstellen.

o Het Netwerk van Federale Armoedeambtenaren wordt belast met

de opvolging van de maatregelen uit het federaal actieplan

armoedebestrijding (maakt deel uit van de POD Maatschappelijke

Integratie, Armoedebestrijding en Sociale Economie).

De doelstelling om zoveel mogelijk rechten automatisch toe te kennen is

prioritair voor het Netwerk. Het Netwerk zal de reeds bestaande en nog te

realiseren automatische toekenningen evalueren en voorleggen aan de

regering.

Binnen dit actieplan wordt specifieke aandacht besteed aan

De bestrijding van de kinderarmoede

Armoede bij personen met een migratie-achtergrond.

De regering zal het subsidiebeleid herzien waarbij gestreefd wordt naar een

projectfinanciering over meerdere jaren. Deze toelagen zullen toegekend

worden op basis van een resultaatsgerichte en responsabiliserende aanpak

met als doel zo veel mogelijk mensen uit de armoede te halen.

Page 34: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

34

3.3.3. Armoede na echtscheiding.

Maatregelen van de regering omtrent:

Een meer objectieve en transparante berekening van de

onderhoudsuitkeringen, zowel voor de alimentatie voor kinderen als

voor de gewezen partner

Het wegwerken van het misbruik dat zich kan voordoen bij het zich

onvermogend laten verklaren.

3.3.4. Sociale tarieven

De bestaande sociale tarieven in het kader van energie, telecom en

mobiliteit worden geëvalueerd met het oog op een verbetering. Waar

mogelijk worden de sociale tarieven automatisch toegekend.

De sociale energiefondsen (gas, elektriciteit en stookolie) worden

geëvalueerd en eventueel geherstructureerd of aangepast.

3.3.5. Ondersteuning van de OCMW’s en lokale besturen

Omdat armoedebestrijding prioritair een taak is van de lokale besturen en de

OCMW’s, blijft de regering de ondersteuning van de OCMW’s verzekeren.

Een eventuele stijging van het aantal leefloners zal zo mogelijks leiden tot

bijkomende compensatiemiddelen voor de OCMW’s.

De regering evalueert de bestaande middelen om de OCMW’s te

sanctioneren en te controleren. Er wordt tevens onderzocht in welke mate de

beleidsaanbevelingen van de studie van 2014 over fraudebestrijding bij de

OCMW’s kunnen ingevoerd worden.

Na evaluatie en rekening houdend met de beleidsaanbevelingen uit de

begeleidende studie worden de bestaande overlegplatformen

kinderarmoedebestrijding eventueel verder gefinancierd.

De regering zal aan de lokale besturen nieuwe instrumenten aanreiken inzake

sociale en maatschappelijke integratie (via een aanpassing van de

wetgeving), om binnen het GPMI (= Geïndividualiseerd Project

Maatschappelijke Integratie) een gemeenschapsdienst voor leefloners uit te

werken. (cfr. 1.7) Het initiatief van de cliënt wordt hierbij maximaal

gerespecteerd. Verder wordt een progressieve maatschappelijke en/of

professionele re-integratie nagestreefd met de bedoeling het sociaal weefsel

te versterken, kansen te creëren en sociale vaardigheden uit te bouwen.

De regering onderzoekt hoe de OCMW’s kunnen aangespoord worden om

een grotere doorstroming van leefloners naar duurzaam werk en sociale

integratie te bewerkstelligen.

Page 35: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

35

Het wettelijk kader wordt aangepast zodat een organieke integratie van de

gemeentebesturen en de OCMW’s mogelijk wordt, weliswaar met behoud

van de huidige opdrachten van de OCMW’s.

3.3.6. Een toegankelijke gezondheidszorg voor iedereen

Volledige uitrol project Mediprima. Men behoudt het principe van dringende

medische hulp aan personen zonder wettig verblijf doch de notie dringend

karakter dient verduidelijkt te worden, in overleg met medische experten.

Deze verduidelijking mag niet tot gevolg hebben dat er een lijst wordt

gecreëerd met ziekten die al dan niet door de federale staat in aanmerking

worden genomen.

3.3.7. Eigen instrumenten van de overheid gericht op armoedebestrijding

Het Steunpunt Armoedebestrijding wordt overgeheveld naar de federale

administratie in het kader van een verdere optimalisatie van de

armoedebestrijding.

Er komt een evaluatie en eventuele bijsturing van de werking van

ervaringsdeskundigen.

Het elektronisch sociaal dossier wordt verder ontwikkeld. Een betere

samenwerking tussen de verschillende spelers in het armoedebeleid zullen

zorgen voor een correct en efficiënt sociaal beleid en waar mogelijk een

automatische toekenning van rechten.

3.3.8. Digitale kloof bestrijden.

Onderzoek tot het intensifiëren van de bevordering van e-inclusie samen met

de Gemeenschappen en het middenveld, op vlak van toegankelijkheid en

gebruik van ICT in het dagelijks leven.

Operatoren worden aangemoedigd een laagdrempelig basisaanbod te

voorzien.

De universele dienst vermijdt uitsluiting en zal gelijke tred houden met de

evolutie van de telecomnoden en- technologie.

3.3.9. Dakloosheid en winteropvang

Er wordt benadrukt dat de lokale besturen in eerste instantie verantwoordelijk

zijn voor de opvang van daklozen doch de regering verklaart zich bereid om

samen met de Gewesten en de Gemeenschappen binnen hun

bevoegdheden de nodige inspanningen te doen indien de lokale

inspanningen maximaal uitgeput zijn.

Page 36: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

36

3.4. Strijd tegen sociale fraude en sociale dumping

Voor een rechtvaardige overheid is een gelijke verdeling van de rechten en

plichten onontbeerlijk. De strijd tegen de sociale fraude moet opgevoerd

worden. Bijdragefraude, uitkeringsfraude en grensoverschrijdende sociale

fraude tasten de draagkracht van onze sociale zekerheid aan en moeten

samen en met gelijke slagkracht worden aangepakt.

De regering verbindt zich er dan ook toe om de reeds opgestarte

engagementen verder uit te voeren en nieuwe maatregelen te nemen.

Goedkeuring van het jaarlijkse actieplan sociale fraude met bijzondere

aandacht voor sociale dumping.

Voldoende ondersteuning en zo nodig versterking van de sociale

inspectiediensten opdat hun doelstellingen (controles in

fraudegevoelige sectoren) kunnen behaald worden.

Verdere inzet op datamining en kruising van gegevens tussen

inspectiediensten, de socialezekerheidsinstellingen, de fiscale

administratie, de Kruispuntenbank van de Ondernemingen en derde

instanties om dubbel gebruik van sociale uitkeringen of oneigenlijke

cumuls van een uitkering met een loon te vermijden en om ontduiking

van sociale bijdragen tegen te gaan.

Verder zetten van de coördinatie tussen de diverse inspectiediensten,

en desgevallend versterkt, om meer slagkracht te verkrijgen, door een

integratie van verschillende diensten daar waar overlapping is, zonder

de inningsprocessen in gevaar te brengen.

3.4.1. Sociale dumping

Prioriteit van de regering: Geen tewerkstelling meer voor werknemers en

zelfstandigen zonder respect voor het arbeids-en socialezekerheidsrecht en

om de deloyale concurrentie ten aanzien van bonafide bedrijven tegen te

gaan.

Middel: Oprichten van een rondetafel. Evalueren geldboetes in

transportsector om oneerlijke concurrentie te vermijden (inclusief andere

risicosectoren: o.a. bouwsector)

Doel van deze rondetafel: Het bestrijden van sociale dumping in

risicosectoren en deloyale concurrentie. Responsabilisering van deze

sectoren met respect van de Europese regels aangaande sociale dumping.

De regering zal toezien op het respecteren van de geldende loons- en

arbeidsvoorwaarden in deze sectoren.

Page 37: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

37

3.4.2. Uitkeringsfraude

Reden: Alle uitbetalingsinstellingen van sociale prestaties en uitkeringen

moeten, bij de opening van het recht, kunnen controleren of de

toekenningsvoorwaarden vervuld zijn.

Middel: Uitbreiding van de uitwisseling van elektronische gegevens, (indien

mogelijk)

Optimale benutting van de beschikbare elektronische gegevens

Doel van de regering:

Initiatieven om misbruiken van tijdelijke werkloosheid tegen te gaan via

onder meer gerichte preventieve controles (via gegevenskruising).

Verder aanpakken van de frauduleuze onderwerping aan de sociale

zekerheid (bijvoorbeeld het verkopen en verwerven van valse C4-

ontslagformulieren, fictieve vennootschappen,…)

Het fraudebestendig maken van verschillende uitkeringsstelsels.

De referteperiodes voor de berekening van de werkloosheids- en

arbeidsongeschiktheidsuitkeringen zullen berekend worden op een

referteperiode van 12 maanden (verlenging).

Acties om identiteitsfraude te voorkomen en te bestrijden, zoals in de

verplichte ziekteverzekering en de aanmelding bij

ondernemingsloketten.

Versterking van de huidige administratieve sancties ten laste van

arbeidsongeschikten en werklozen.

Het tegengaan van domiciliefraude via samenwerking tussen de politie,

het Rijksregister en de sociale inspectiediensten

3.4.3. Bijdragefraude

Verhoging van de terugvordering van ten onrechte betaalde bedragen en in

te vorderen bijdragen, met aandacht voor de gelijke behandeling van de

sociaal verzekerden en de ondernemingen.

Een mogelijke integratie van de invorderingsprocedure zal nagestreefd

worden. Voldoende ondersteuning en eventueel versterking van de diensten

belast met invordering. Verder zal werk worden gemaakt van de strijd tegen

het geheel of gedeeltelijk onttrekken aan het betalen van sociale bijdragen

(bv. zwartwerk), vormen van sociale ontduiking en schijnzelfstandigheid.

Page 38: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

38

3.4.4. Grensoverschrijdende sociale fraude

Bijzondere inzet op de strijd tegen de grensoverschrijdende sociale fraude en

de detacheringsfraude.

Omzetting van de Europese handhavingsrichtlijn (*)in nationale wetgeving

(*)Deze richtlijn preciseert onder andere de taken van de EU-lidstaten

betreffende het toezicht op de naleving van de detacheringsrichtlijn en

beoogt een verbeterde samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten in de

EU lidstaten.

Misbruiken met detachering verder inperken.

Naast de eigen maatregelen die sectoren en bedrijven reeds genomen

hebben worden de sociale partners, de bedrijven en de diverse sectoren

gevraagd om voorbeelden van goede praktijken in kaart te brengen en te

verspreiden.

Op Europees niveau zal de regering de volgende initiatieven nemen:

Er zal gepleit worden voor de invoering in elke lidstaat en volgens de

eigen modaliteiten van elke lidstaat van een referentie-minimumloon,

interprofessioneel of per sector.

Er zal ingezet worden op de evaluatie, de aanpassing en de

afstemming van de regelgeving m.b.t. detachering, om oneigenlijk

gebruik van detachering tegen te gaan. Dit beoogt de verbetering van

de handhaving en het tegengaan van misbruiken op arbeidsrechtelijk

en socialezekerheidsrechtelijk vlak in België en de lidstaten van

oorsprong.

Er zullen administratieve samenwerkingsprocedures ingevoerd worden

voor een betere samenwerking tussen de nationale inspectiediensten,

onder meer voor de uitwisseling van gegevens (bijvoorbeeld de

uitbreiding van het systeem Limosa en de ontwikkeling van de EESSI

databank) en samenwerking van en tussen inspectiediensten in de

lidstaten, en een permanente Europese structuur.

3.4.5. Specifieke maatregelen

Versterken van het Belgische wetgevende kader voor een aantal

risicosectoren in overleg met de sectorale en interprofessionele sociale

partners.

Een aangepast controle- en sanctiebeleid, onder andere via:

Betere identificatie van werknemers op de werkplaats

Een scherper veiligheidstoezicht

Page 39: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

39

"Knipperlichtprocedures" om via informatie uit diverse bronnen

risicosituaties op te sporen

Aangepaste sancties die illegale werksituaties en sociale fraude bij alle

gecontroleerden bestraffen, maar welwillend zijn wanneer materiële

fouten of vergetelheden bij het vervullen van diverse formaliteiten

worden vastgesteld, met respect voor een gelijke behandeling

Een eventuele uitbreiding van de hoofdelijke aansprakelijkheid naar

andere sectoren.

Er wordt actie ondernomen om het misbruik van vennootschapsstructuren en

onder meer het gebruik van fictieve maatschappelijke zetels, doelgericht aan

te pakken

3.5. Kunstenaarsstatuut

Het apart statuut voor de kunstenaar wordt erkend met evaluatie van de

huidige regelgeving, bijsturing en optimalisering om misbruiken te voorkomen

en de werkloosheidsval tegen te gaan.

3.6. Betaalbare, toegankelijke en kwalitatief hoogstaande

gezondheidszorgen.

Het beleid zal afgestemd worden op gezondheidsdoelstellingen, gekoppeld

aan een stabiele budgettaire meerjarenplanning, en op de principes van

evidence based practice. Alle actoren worden hiervoor geresponsabiliseerd.

3.6.1. Bevorderen toegankelijkheid.

Terugdringen gezondheidskloof.

Wegwerken van financiële drempels.

Progressief toekennen recht op verplichte derdebetalersregeling bij

de huisarts, vanaf juli 2015 voor personen met verhoogde

tegemoetkomingen;

Verbod op ereloonsupplementen bij daghospitalisatie in twee of

meerpersoonskamers;

Onderzoek uitbreiding maximumfactuur psychiatrische patiënten

Versterken tariefzekerheid ….

Bevorderen zelfzorg en zelfmanagement.

Patiënt moet beschikken over informatie betreffende kwaliteit en

prijs van de zorg

Toegang tot je elektronisch patiëntendossier

Aansporing tot kiezen van een referentiehuisarts

Page 40: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

40

3.6.2. Aanbod aansluitend op de zorgnoden.

Opmaken kadaster zorgberoepen. Herzien regelgeving stages en invoering

aangepast sociaal statuut artsen in opleiding.

Herwaardering van het beroep van verpleegkundige.

Uitvoering attractiviteitsplan verpleegkundigen.

Via Mycarenet de administratieve lasten van zorgverleners verlichten(

elektronische facturatie).

Onderzoek tot herzien regels a priori controle op het voorschrijven van

geneesmiddelen.

Aanpassing arbeidsreglementering van loon- en weddetrekkend personeel

om betere zorgcontinuïteit te kunnen realiseren.

Verplichting tot deelname aan wachtdiensten.

Ontmoedigen niet-gerechtvaardigde opname in een spoeddienst.

Evaluatie regeling sociale voordelen voor zorgverleners.

Erkenning osteopaten en chiropractors.

Behandelingen van moeilijke of zeldzame aandoeningen of in geval van dure

technologie of infrastructuur evolueren naar ziekenhuiszorg geconcentreerd

in gespecialiseerde centra.

Versterken zorgcircuits in geestelijke gezondheidszorg en voor personen met

chronische aandoeningen.

3.6.3. Moderne organisatiestructuur.

Gezondheidsdoelstellingen vastleggen gekoppeld aan stabiel budgettair

meerjarenplan.

Oprichting instituut voor de toekomst.

Modernisering van het overleg tussen zorgverleners en mutualiteiten.

Bevorderen samenwerking rond patiënt.

Ontwikkelen van nieuwe zorgvormen in overleg met de deelstaten.

Elektronisch patiëntendossier tegen einde legislatuur met vlotte raadpleging.

Page 41: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

41

Verlichten administratieve taken zorgverleners via eHealth…

Uitbouwen van een efficiënt kennissysteem. Voorkomen dat persoonlijke

aandelen die werden betaald door een derde verzekeraar worden

opgenomen in de maximumfactuur.

Uitbreiden financiële verantwoordelijkheid mutualiteiten.

Doorlichten kostenstructuur ziekenfondsen.

Aanvullende verzekeringen mutualiteiten moeten beantwoorden aan de

principes van evidence based practices.

3.6.4. Correcte prijszetting.

Het financieringssysteem van de ziekenhuizen wordt grondig herzien.

Herijking en vereenvoudiging nomenclatuur.

Transparantere kostprijs geneesmiddelen en medische materialen.

Nieuwe geneesmiddelen sneller ter beschikking stellen.

3.6.5. Nadruk op Evidence Based Practices en doelmatigheid.

Page 42: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

42

4. Financiën

4.1. Fiscale hervorming

De fiscale en parafiscale druk in België is erg hoog. De impliciete

belastingdruk op arbeid is zelfs de hoogste in de EU. Bovendien is de

belastingdruk onevenwichtig gespreid tussen enerzijds de arbeidsinkomsten

en anderzijds de andere inkomsten.

Door de toenemende complexiteit ervaren de belastingplichtigen het

systeem niet meer als rechtvaardig.

De fiscaliteit moet de groei bevorderen, d.i. ondernemerschap ondersteunen

en private tewerkstelling creëren. De regering zal de uitgaven beheersen en

een parafiscale en fiscale verschuiving, de zogenaamde ‘tax shift’,

doorvoeren om een voldoende omvangrijke lastenverlaging te kunnen

financieren. De belastingdruk op arbeid, die bestaat uit fiscale en parafiscale

lasten, zal hierdoor aanzienlijk worden verminderd, rekening houdend met

nationale en internationale aanbevelingen.

4.1.1. Principes fiscale hervorming

Terwijl de regering de overheidsfinanciën verder saneert, verbindt ze er zich

toe om het fiscaal systeem te hervormen, te vereenvoudigen en te

moderniseren. Bedoeling is te komen tot een daling van de globale fiscale en

parafiscale druk, zonder de budgettaire situatie te verergeren.

De hervorming bouwt verder op volgende principes:

Bevordering van groei, aanmoediging van werk, creatie van

toegevoegde waarde: een belastingsysteem moet mensen

aanmoedigen om initiatief te nemen. Een ondernemingsvriendelijk

klimaat is nodig.

Rechtvaardig: een rechtvaardig belastingsysteem houdt in dat

iedereen zijn deel bijdraagt en dat, in een progressief

inkomstenbelastingstelsel. De strijd tegen fraude wordt verdergezet.

Stabiliteit en rechtszekerheid: een belastingstelsel moet burgers en

ondernemingen de nodige rechtszekerheid en stabiliteit bieden.

De fiscale hervorming leidt tegen het einde van de regeerperiode tot

een wezenlijke verlaging van de lasten op arbeid en productie.

Eenvoud en transparantie.

Doelmatigheid: belastingen kunnen ook wenselijke

gedragsveranderingen met zich meebrengen (vb groene fiscaliteit).

Page 43: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

43

Efficiëntie: belastingen moeten op een zo zuim mogelijke grondslag

worden geheven en tegen een zo laag mogelijk %.

Respect voor de belastingplichtige.

De administratieve controleprocedures worden geëvalueerd en, indien

nodig, aangepast.

4.1.2. De werkbonus

De sociale werkbonus blijft behouden en de fiscale werkbonus wordt

versterkt zoals bepaald in het competitiviteitspact.

4.1.3. Personenbelasting

De lasten op arbeid in de personenbelasting zijn te zwaar. Er moet nagegaan

worden of een verschuiving naar belastingen op andere inkomsten dan uit

arbeid, indirecte belastingen en/of eco-fiscaliteit mogelijk is.

Bij het begin van de regeerperiode wordt onmiddellijk een verschuiving van

de belasting op arbeid naar belasting op andere inkomsten doorgevoerd, dit

door een verhoging van de forfaitaire aftrek van beroepskosten. Dat

resulteert in een netto verhoging van het inkomen voor werknemers die hun

werkelijke kosten niet bewijzen. De kostprijs van deze maatregel zal

gefinancierd worden door accijnsmaatregelen (tabak, diesel), een

uitbreiding van handelingen die onderworpen zijn aan de btw, en een

belasting van trusts en andere juridische constructies in het buitenland: de

zogenaamde ‘doorkijkbelasting’. [De forfaitaire aftrek van de beroepskosten wordt eveneens progressief berekend.]

De ‘doorkijkbelasting’ is een belasting op vermogen dat verstopt zit achter

ingewikkelde structuren zoals ‘trusts’. [Het is niet gemakkelijk een passende omschrijving te vinden voor een Angelsaksische

rechtsfiguur als de trust. De trust wordt immers beheerst door principes die wij op het Europese

vasteland niet kennen. Wij zijn vertrouwd met het numerus claususbeginsel van zakelijke

rechten en het principe van eenheid van eigendom. Het essentiële kenmerk van de trust is

echter de opsplitsing van het eigendomsrecht in juridische en economische eigendom.]

In de personenbelasting moet de inactiviteits- en de promotieval worden

weggewerkt en de koopkracht worden ondersteund, door o.a. de

beroepskosten te verhogen.

Het loonbegrip wordt op fiscaal, sociaalrechtelijk en arbeidsrechtelijk vlak

gestroomlijnd, zonder de totale fiscale en parafiscale druk te verhogen.

Het pensioensparen in de derde pijler wordt sneller belast. De bestaande

heffing op het pensioensparen wordt verlaagd van 10 % naar 8 %. De

Page 44: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

44

verminderde heffing wordt vervroegd ingehouden en dit gespreid over

meerdere jaren; de praktische modaliteiten moeten nog uitgewerkt worden [Mogelijkheid: Tot nu toe werd men belast op de 60ste verjaardag aan 10 %; nu zal men elk

jaar 1 % van wat al gespaard is belasten, en dit gedurende 5 jaar. Op het einde ondergaat

het bedrag – dat nu al werd belast – een belasting van 3 %]

De automatische indexering van de fiscale uitgaven, andere dan diegene

die een impact hebben op de activiteitinkomsten, wordt beperkt [Het gaat eventueel hier om het niet indexeren van belastingverminderingen met

uitzondering van het huwelijksquotiënt]

4.1.4. Vennootschapsbelasting

Een ‘fiscaal pact’ zal afgesloten worden om de onzekerheid in de

economische en fiscale omgeving van de ondernemers weg te werken. De

vangnetbepaling in de belasting van niet-inwoners (BNI) wordt beperkt tot

die gevallen waarvoor zijn oorspronkelijk zijn bedoeld (perverse

neveneffecten wegwerken).

De groei van de ondernemingen wordt blijvend ondersteund. Aandacht

wordt gegeven aan KMO’s door o.a. het aanmoedigen van productieve

investeringen. KMO’s kunnen jaarlijks een deel van hun belaste winst

reserveren op een afzonderlijke passiefrekening; hierop wordt een

anticipatieve heffing van 10 % betaald door de vennootschap.

Reserves die op de passiefrekening worden geboekt, zullen bij liquidatie

belastingvrij worden uitgekeerd aan de aandeelhouders.

Wordt deze reserve na 5 jaar uitgekeerd als dividend, zal een aanvullende

roerende voorheffing van 5 % verschuldigd zijn; is dit binnen de 5 jaar, dan is

een RV van 15 % van toepassing is.

4.1.5. Btw

De belastbare basis voor de heffing van de btw wordt verbreed. Voortaan

wordt op niet-medische chirurgische ingrepen 21 % btw betaald. [Voorheen gold een btw-vrijstelling]

Elektronische diensten afgenomen door Belgische particulieren bij Europese

ondernemingen worden voortaan onderworpen aan btw in België. [Buitenlandse online-aankopen; dit is een gevolg van een Europese richtlijn waarbij de btw

van toepassing is van het land van de koper]

De ouderdomsvereiste bij werken in onroerende staat aan privé-woningen

wordt verhoogd van 5 naar 10 jaar. [Het verlaagde tarief van 6 % geldt voortaan enkel voor huizen van 10 jaar of ouder.]

Page 45: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

45

4.1.6. Ecofiscaliteit

De accijnzen op tabak worden hervormd en de accijnzen op diesel worden

verhoogd zonder effect op de terugbetaling van de professionele diesel.

De accijnzen worden jaarlijks geïndexeerd, rekening houdend met de inflatie

en het risico op concurrentienadeel.

De energieprijzen en energiebelastingen worden geëvalueerd.

De milieuheffing – de zogenaamde picknicktaks op o.a. wegwerptassen,

foliën etc. – wordt opgeheven.

Om ondernemingen aan te moedigen te investeren in milieuvriendelijke

wagens, wordt onderzocht of het minimaal bedrag inzake VAA (= voordeel

alle aard bedrijfswagens) kan worden afgeschaft.

4.1.7. Versterkt vertrouwen

Dit onderdeel gaat hoofdzakelijk over het wederzijds vertrouwen tussen de

belastingplichtigen en de belastingadministratie.

Enkele voorbeelden: geen nodeloos strenge aanpak van mensen die te

goede trouw zijn, een aanpassing van de bijzondere aanslag van 309 %, een

hervorming en vereenvoudiging van het stelsel van de verworpen uitgaven.

Het btw-boetesysteem en de nalatigheidsintresten worden hervormd,

opnieuw met als uitgangspunt de goede trouw van de belastingplichtige.

De federale fiscale wetgeving zal gecoördineerd en gebundeld worden in

een Federale Codex Fiscaliteit.

Er worden hulpmiddelen uitgewerkt waardoor de belastingplichtige snel

inzicht verwerft in zijn belastingsituatie (zoals een module voor de berekening

van een voordeel van alle aard).

Om de rechtszekerheid van de belastingplichtige te vrijwaren, worden de

fiscale procedures geharmoniseerd.

4.1.8. Een moderne en performante Douane als krachtige economische en

financiële hefboom

Een efficiënte en performante Douane kan een economische hefboom zijn

met gunstige financiële gevolgen via de invoerrechten.

Page 46: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

46

4.1.9. Administratieve vereenvoudiging

De administratieve lasten ten gevolge van de fiscale wetgeving, worden

verminderd.

Er zal nagegaan worden of de btw-vrijstellingsdrempel voor kleine

ondernemingen kan verhoogd worden tot € 25.000.

De administratieve btw-verplichtingen worden herbekeken in het licht van

andere boekhoudkundige verplichtingen.

Het voorstel van de Europese Commissie tot standaardisering van de btw-

aangifte wordt aangegrepen om de bestaande verplichtingen te evalueren

en te moderniseren (indieningstermijn, betalingstermijn).

De communicatie tussen belastingplichtige en belastingadministratie wordt

verder gedigitaliseerd.

De digitale raadpleging van de fiscale en parafiscale inhoudingsplicht wordt

geïntegreerd en de griffierechten worden gemoderniseerd.

De wetgeving inzake de federale patrimoniale documentatie wordt

gecoördineerd in één wetboek.

4.2. Financiële sector: bank- en verzekeringswezen

4.2.1. Een financiële sector ten dienste van de samenleving

De regering zal een overleg organiseren met de relevante stakeholders over

de rol van Brussel al financieel centrum. Men wil daarbij de behoeften van de

bedrijfswereld en de aanbieders van financiële diensten identificeren, en in

dit kader maatregelen ontwikkelen die kunnen bijdragen aan de groei en

werkgelegenheid in de sector.

De regering zal risicokapitaal stimuleren in functie van het verzekeren van

voldoende financiering voor ondernemers. Daarnaast wil men ook

financiering via crowdfunding ondersteunen, onder andere door de

‘crowdfunding platforms’ beter te omkaderen. De regering engageert zich er

ook toe om een betere samenwerking met de multilaterale investerings- en

ontwikkelingsbanken tot stand te brengen.

Op Europees vlak wil men dat België constructief blijft meewerken aan de

geleidelijke invoering van een financiële transactietaks. Meer concreet zal

men ervoor pleiten dat deze taks zich focust op aandelen en derivaten met

een speculatief karakter. De regering wil dat de reële economische activiteit,

pensioenfondsen, verzekeringsondernemingen en overheidseffecten buiten

schot blijven. Als compensatie voor deze financiële transactietaks zou men

onderzoeken of men de bestaande beurstaks al dan niet wil behouden.

Page 47: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

47

De regering hecht belang aan de bescherming van de financiële consument

en de financiële opvoeding. Men wil op Europees niveau bijdragen aan een

versterkte regelgeving die de ontwikkeling van financiële producten

reguleert. De regering zal ook de maatregelen die in het verleden werden

getroffen ter bescherming van de financiële consument evalueren en

vereenvoudigen waar mogelijk. Een belangrijk aspect hierbij is de veiligheid

van internetbankieren. Om ook de consument die een verzekering aanneemt

te beschermen zal de regering erop toezien dat er een gelijk ‘level playing

field’ bestaat tussen alle informatie die de verzekeraars ter beschikking stellen

aan de verzekeringsnemer.

Verder is ook de bescherming van de spaarder van belang voor de regering.

In dit kader zal men de nieuwe Europese Depositogarantie-richtlijn omzetten.

Er wordt ook werk gemaakt van een hervorming van de jaarlijkse taksen op

de kredietinstellingen, de collectieve beleggingsinstellingen en de

verzekeringsondernemingen.

De regering wil een werkzame regeling uitwerken die kan worden toegepast

bij een schadeloosstelling voor natuurlijke personen die als coöperanten van

erkende financiële coöperatieven functioneren.

Men zal ook de regels tot afronding van veelvouden van 5 cent bij cash

betalingen evalueren, en deze regel eventueel uitbreiden tot alle cash

betalingen.

4.2.2. Financiële regelgeving

De regering zal de geplande evaluatie van de bankenwet uitvoeren en een

eventuele bijkomende evaluatie maken daar waar het nuttig en gepast is.

4.2.3. Rationaliseren van bestaande bevoegdheden en werking

De regering zal het Rentenfonds afschaffen. Het Rentenfonds is een

zelfstandige openbare instelling die instaat voor de liquiditeit op de

beursmarkt in overheidseffecten http://www.nbb.be/rk/nl/tasks/stock.html

vooral ten gunste van personen die niet handelen als beroepsactiviteit. Men

wil dit doen met respect voor de sociale rechten van het personeel van het

Rentenfonds.

De compensatiebetaling door de NBB voor de effectisering van de

geconsolideerde oorlogsschuld wordt afgeschaft.

4.2.4. De staat als aandeelhouder

Aangezien België aandeelhouder is van een aantal financiële instellingen, zal

de regering gebruik maken van de ‘corporate governance gedragscode

voor staten die participeren in bedrijven’ van de OESO om deze taak te

vervullen. Hierbij zal men goede afspraken maken met de bestuurders die de

Page 48: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

48

staat vertegenwoordigen binnen deze financiële instellingen, opdat de

bedrijfsethische normen worden gerespecteerd.

De regering wil de participaties van de staat in de financiële sector echter

tijdig en op verstandige wijze herwaarderen.

4.3. Fraudebestrijding

Het verlies aan inkomsten ten gevolge van sociale en fiscale fraude wordt

blijvend tegengegaan. De invorderings- en controleprocedures worden

gemoderniseerd:

Inzetten van meer middelen op sectorcontroles.

Verderzetten van de strijd tegen carrouselfraude.

Verdere uitwerking van een performant systeem van inning van

fiscale en niet-fiscale schulden (waaronder ook

alimentatievorderingen en penale boeten) teneinde de inningsratio

gevoelig te verhogen.

Volle inzet op administratieve samenwerking, zowel met binnenlandse als

buitenlandse administraties. Concreet, versterking van de samenwerking

tussen:

De Sociale Inspectie- en Opsporingsdiensten, de Algemene

Administratie van de Fiscaliteit en de Algemene Administratie

Fraudebestrijding.

Verdere uitbouw van gegevensuitwisseling met derde landen.

Aanzienlijke verscherping van het toezicht op de elektronische handel, onder

meer op het vlak van toepassing van de btw. Overleg met de sector binnen

het op te richten platform inzake e-handel. Het Belgium Internet Service

Center wordt transversaal ingezet.

Actief verder zetten van de strijd tegen witwaspraktijken en tegen de

financiering van terrorisme en proliferatie van massavernietigingswapens

rekening houdend met de internationale evolutie:

Verduidelijking van het begrip ernstige fiscale fraude in de

witwaswet.

Initiatieven met het oog op een nog efficiëntere toepassing van de

aanbevelingen van de Internationale Financiële Actiegroep (FAG).

Page 49: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

49

5. Hoofdstukken 5 – 11

[Betreffende de hoofdstukken 5 tot en met 11 kiezen wij ervoor om de lezer enkele interessante items mede te

delen. Wij hebben ons in die optiek dan ook beperkt tot een bloemlezing van enkele interessante items, en

behandelen deze hoofdstukken voorlopig niet in extenso.]

5. Energie, leefmilieu en wetenschapsbeleid

De energiebevoorradingszekerheid moet voor de gezinnen en bedrijven

gegarandeerd worden.

Om de huidige zwakte van onze productiecapaciteit op te vangen, heeft de

regering beslist dat de kernreactoren langer open zullen blijven.

De regering zal daarnaast verschillende maatregelen nemen om de

energiebevoorrading op lange termijn te verzekeren, zoals bijvoorbeeld het

onderzoek en ontwikkeling aanmoedigen inzake elektriciteitsopslag

aanmoedigen en het uitwerken van de offshore windmolenparken via ELIA.

De regering zal ten aanzien van het Europese en internationale klimaatbeleid

voorstellen om slechts 1 EU-doelstelling per lidstaat op te leggen: namelijk

deze voor de uitstoot van broeikassen. Hernieuwbare energie en energie-

efficiëntie zullen dan enkel als middelen beschouwd worden.

De regering zal ten aanzien van het Gewestelijk klimaatbeleid voornamelijk

een ondersteunende rol spelen.

In het kader van het wetenschapsbeleid gaat de regering voor een “digitale

federale overheid” tegen het einde van de legislatuur. De regering wil een

inventaris maken van alle federale steunmaatregelen, premies en subsidies

die op elk beleidsniveau aan onderzoek worden besteed. Daarnaast moet

de mogelijkheid gecreëerd worden om deze gegevens digitaal op te slaan

en uit te wisselen. De regering wil op die manier zijn gegevens voor het

publiek toegankelijk maken.

6. Justitie en veiligheid

Gerechtelijke reorganisatie

1 van de belangrijkste vooropgestelde doelstelling van de regering

betreffende het luik justitie, is het gerechtelijk apparaat te hervormen zodat

het efficiënter en eenvoudiger functioneert.

Een voorbeeld hiervan is het opstarten van een proefproject waarbij

eenheidsrechtbanken worden gerealiseerd, en waardoor de rechtbank van

koophandel, de arbeidsrechtbank en de rechtbank van eerste aanleg

gegroepeerd worden.

Page 50: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

50

De regering zal bijvoorbeeld ook alles in het werk stellen om ervoor te zorgen

dat de rechterlijke uitspraken geveld worden binnen het jaar na het

opstarten van de zaak.

De strijd tegen de gerechtelijke achterstand zal de regering samen met de

magistraten voeren. Er zullen nauwkeurige en becijferde doelstellingen

opgenomen worden in de beheerscontracten, alsook de middelen om dit te

bereiken.

De regering zal in overleg met de vredegerechten nagaan of het opportuun

is om de kaart van de gerechtelijke kantons de hertekenen, met respect voor

de nabijheid van justitie voor de burger.

De regering voorziet dat het strafrechtelijk beleid hervormd zal worden

middels het modernisering van het strafwetboek.

Een voorbeeld hiervan is dat de gevangenisstraf gebruikt zal worden als

laatste strafmiddel, en zal waar nodig vervangen kunnen worden door een

werkstraf, een elektronisch toezicht of een autonome probatie.

Een ander voorbeeld is dat voor zeer ernstige misdrijven de rechter een

beveiligingsperiode zal kunnen uitspreken, tijdens dewelke er geen

voorwaardelijke invrijheidsstelling mogelijk is.

Ook het wetboek van strafvordering zal door de regering hervormd worden.

De strafprocedure moet verkort en vereenvoudigd worden, verjaring en

procedurefouten moeten maximaal vermeden worden.

Voor wat betreft het aspect van de strafuitvoering ligt de prioriteit van de

regering bij de versterking van de geloofwaardigheid, en geeft de regering in

het regeerakkoord de garantie dat alle straffen uitgevoerd zullen worden.

Daarnaast voert de regering ook een gegarandeerde dienstverlening in bij

het gevangeniswezen om zo de basisrechten van de gedetineerden te

vrijwaren. De modaliteiten hiervan zullen worden bepaald in overleg met de

sociale partners.

De regering kiest voor een gecoördineerde aanpak inzake het

veiligheidsbeleid, dat zowel gericht is op samenwerking, preventie en

doortastend optreden van de veiligheidsdiensten.

Er zal dan ook een Nationale Veiligheidsraad worden opgericht die het

centrale aanspreekpunt wordt voor veiligheid en inlichtingen (vroegere

College van Inlichtingen en Veiligheid).

Naar aanleiding van de groeiende dreiging van radicalisering en terrorisme is

de veiligheid van de burgers en het vrijwaren van de democratische

rechtsstaat een absolute prioriteit. De regering zal werk maken van een

Page 51: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

51

integrale aanpak waarbij zowel preventieve, strafrechtelijke als wetgevende

initiatieven zullen worden genomen.

Een voorbeeld hiervan is dat de mogelijkheid voor de rechter om de

Belgische nationaliteit te ontnemen in geval van bestraffing van terroristische

misdrijven wanneer betrokkene over de dubbele nationaliteit beschikt, wordt

uitgebreid.

Een ander voorbeeld is dat er een wettelijk kader zal komen dat het anoniem

patrouilleren op het internet zal regelen, ter bestrijding van radicaliserende

inhoud van websites en sociale media.

Er zal ook bijzondere aandacht besteed worden aan de opvolging van

teruggekeerde strijders.

7. Asiel en Migratie

Het beleid inzake asiel en migratie heeft de laatste jaren grondige wijzigingen

ondergaan. De federale regering gaat verder op de ingeslagen weg en

voorziet daarbij een kwaliteitsvolle opvang, eenvoudige en snelle procedures

en een humaan en kordaat terugkeerbeleid.

De wetgeving betreffende asiel en migratie zal gecoördineerd worden in een

Wetboek Migratie.

8. Ambtenarenzaken en overheidsbedrijven

Uit dit hoofdstuk kan vermeld worden dat het HR-beleid van de overheid

wordt afgestemd op dat van de privé-sector, wat betreft de stelsels voor

deeltijds werk en de verlofstelsels.

De regering wil daarenboven, na overleg met de vakbonden, de mobiliteit

van het overheidspersoneel versterken.

Uitzendarbeid bij overheidsdiensten – en bedrijven zal door de regering

wettelijk voorzien en geïmplementeerd worden.

9. Internationaal beleid

De regering benadrukt in haar akkoord dat in budgettair moeilijke tijden, de

middelen die worden ingezet voor ontwikkelingssamenwerking zo efficiënt

mogelijk besteed moeten worden.

België zal alsnog inspanningen doen om de norm van 0,7 % van het BNP te

bereiken, met het engagement transparantie te bieden van de globale

begrotingsuitgaven.

Page 52: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

52

De regering heeft beslist om in het kader van de gouvernementele

samenwerking het aantal partnerlanden tot maximaal 15 te verminderen.

Aan deze fragiele landen zal er echter een totaalpakket aan hulp worden

geboden: naast armoedebestrijding zal er ook aandacht zijn voor vrede en

stabiliteit, veiligheid, migratie en klimaatbeleid, alsook stimulering van de

privésector.

De regering vreest voor versnippering van het

ontwikkelingssamenwerkingsbeleid, zowel op het vlak van niet-

gouvernementele samenwerking als op het vlak van multilaterale

samenwerking. Voor deze laatste stelt de regering dan ook voor om het

aantal partnerorganisaties te verminderen van 20 naar 15.

Voor wat betreft de niet-gouvernementele samenwerking stelt de regering

voor om de kwaliteitsvereisten voor de Actoren van de Niet-

gouvernementele Samenwerking aan te scherpen en het aantal te erkennen

organisaties verder te beperken, in overleg met de sector. Alle

samenwerkingsvormen zullen de volgende jaren moeten bijdragen aan de

besparingsinspanningen. De regering zal in overleg met de sector het

akkoord van 2009 met de Belgische NGO’s binnen het hernieuwd wettelijk

kader van 2014 te evalueren en indien nodig bij te sturen.

Daarnaast zal de regering een evaluatie-instrument ontwikkelen met als doel

de begrotingssteun te kunnen afstemmen op het resultaat van de

inspanningen en verwezenlijkingen en de relevantie ervan op lange termijn te

kunnen beoordelen.

De regering zal tenslotte de hervorming aan het humanitaire

samenwerkingsbeleid de komende legislatuur uitvoeren.

10. Mobiliteit

Ten einde de verkeersveiligheid te optimaliseren zal de politie intensieve

controles uitvoeren: 1 op de 3 bestuurders zal gecontroleerd worden op

alcohol, drugs & gordeldracht, en 40 miljoen voertuigen zullen gecontroleerd

worden op snelheid. Deze maatregelen moeten leiden tot 50 % minder

verkeersdoden tegen 2020 en dit ten opzichte van het aantal verkeersdoden

van 2010.

Grote aandacht gaat uit naar het financieel gezond maken én de

verbetering van de dienstverlening van de NMBS en infrabel.

De stiptheid van het spoor zou verbeterd moeten worden door onder meer

het variabele loon van het topmanagement te linken aan de effectieve

realisatie van deze doelstelling.

Page 53: REGEERAKKOORD MICHEL - ACLVB...arbeid aanzienlijk te verlichten. Men wil arbeid netto beter verlonen, en werkloosheidsvallen en inactiviteitsvallen gevoelig verminderen door de koopkracht

53

Om de continuïteit van de dienstverlening te garanderen in geval van

staking, draagt de regering de NMBS en infrabel op om, na overleg met de

sociale partners, een voorstel uit te werken.

Het valt op dat de regering zichzelf de mogelijkheid geeft om een

wetgevend initiatief hieromtrent te nemen indien geen akkoord bereikt kan

worden binnen een redelijke termijn.

Daarenboven zal de regering de publieke spoorbedrijven intern voorbereiden

op de openstelling van de markt van het nationaal reizigersvervoer en deze

liberalisering van de markt reglementair en wettelijk voorbereiden.

11. Transverale thema’s

De regering maakt werk van een sterk gelijke kansenbeleid.

De regering houdt dan ook vast aan een nultolerantie inzake discriminatie, in

het bijzonder op de arbeidsmarkt en zal hierop toezien.

Zowel in de private als in de publieke sector moet er een divers en niet-

discriminerend personeels – en aanwervingsbeleid gevoerd worden met

aandacht voor verworven competenties.

De regering zal dan ook zelf een positief beleid voeren ten aanzien van

personen met een handicap middels het respecteren van het quotum van 3

% in haar personeelsbestand. Ook het bestaande quotum voor vrouwen in

topfuncties wordt behouden en gerealiseerd.

Bovendien zal de regering bij regelgevend en uitvoerend werk maatregelen

nemen om in de samenstelling van het personeelsbestand de diversiteit van

de samenleving te weerspiegelen.