Rapport maatschappelijke dialoog€¦ · initiatieven ondernomen rond de toekomst van de...
Transcript of Rapport maatschappelijke dialoog€¦ · initiatieven ondernomen rond de toekomst van de...
Rapport maatschappelijke dialoog
’50 jaar RIZIV’
www.kbs-frb.be
Uitgevoerd door de Koning Boudewijnstichting in opdracht van het
Rijksinstituut voor de Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV)
Maart 2014 – april 2015
2
INHOUD
1. De toevertrouwde missie
2. Het dialoogproces
3. Eerste stakeholderworkshop: naar een agenda voor de burgerdialogen
4. De burgerdialogen
5. Resultaten van de web-enquête van het RIZIV
Bijlage 1 – Deelnemers aan de eerste stakeholderworkshop, 10 juni 2014
Bijlage 2 – Stakeholderworkshop 10 juni 2014: inventaris van gebrainstormde trends met impact op
de toekomstige ontwikkeling van de Belgische gezondheidszorg
Bijlage 3 – Hoofdpunten uit de analyse van de kwantitatieve TOR-VUB analyse
Bijlage 4 – Werkdocument Analyse burgerdialogen
Bijlage 5 – Deelnemers aan de tweede stakeholderworkshop
Bijlage 6 – Overzicht van de antwoorden op de websurvey van het RIZIV
3
SAMENVATTING
In 2014 bestond het RIZIV vijftig jaar. Ter gelegenheid van dit jubileum heeft het RIZIV een aantal
initiatieven ondernomen rond de toekomst van de verzekering voor geneeskundige verzorging en
uitkeringen (GVU-verzekering). Eén van de sleutelementen in de waaier van jubileumaktiviteiten was
een maatschappelijke dialoog over prioritaire thema’s voor een betaalbaar, toegankelijk en
kwaliteitsvol gezondheidzorgsysteem. De bedoeling van deze maatschappelijke dialoog was om te
komen tot een beter begrip van de wijze waarop burgers over die toekomstige uitdagingen denken en
om aldus de visie van het RIZIV te verdiepen en aan te rijken. Er werd gekozen voor een kwalitatieve,
participatieve aanpak. Voor de methodologische ondersteuning van de maatschappelijke dialoog heeft
het RIZIV beroep gedaan op de Koning Boudewijnstichting (KBS-FRB).
Als inhoudelijk vertrekpunt werd gebruik gemaakt van twee belangrijke reflecties over de GVU-
verzekering die vroeg in het jubileumjaar beschikbaar kwamen: een kwantitatief opinie-onderzoek
uitvoeren door de onderzoeksgroep TOR-VUB (o.l.v. Prof. Mark Elchardus) waarin 1.200 Belgen
bevraagd werden over tal van thema’s in verband met gezondheidzorg, en een door het RIZIV
georganiseerde open, schriftelijke bevraging van de actoren die deelnemen aan het overleg binnen de
GVU-verzekering. Op basis van deze inputs werd in samenspraak met deze actoren een agenda
opgesteld voor een burgerdialoog die verliep via tien regionale rondetafelgesprekken (drie in Wallonië,
twee in Brussel en vijf in Vlaanderen). In totaal namen ongeveer 400 burgers aan deze goed
omkaderde gesprekken deel. Over het algemeen werden de dialogen bijgewoond door een relatief
homogene groep van geïnformeerde en gemotiveerde mensen die vanuit een positieve grondhouding
naar de Belgische gezondheidszorg keken. Uit de burgerdialogen kwamen de volgende inzichten naar
voren:
Deelnemers evalueren het huidige gezondheidzorgsysteem in zijn globale opzet positief. De
hoge kwaliteit van de zorg, de diversiteit en toegankelijkheid van het aanbod, de vrije keuze, de persoonlijke inzet van de zorgverstrekkers, en de gemiddeld genomen goede
betaalbaarheid worden hoog gewaardeerd.
Solidariteit, als waarde, wordt als de enige wenselijke basis gezien van een humaan
gezondheidzorgsysteem. Over het algemeen wordt de wijze waarop deze solidariteit gestalte wordt gegeven in de gezondheidzorg door de deelnemers als gemiddeld ingeschat. Veel
burgers komen behoorlijk aan hun trekken maar er zijn groepen (armen, ouderen) die uit de boot vallen. Niet alle burgers dragen bij naar vermogen.
De deelnemers begrijpen zeer goed dat het op solidariteit rustende herverdelings-mechanisme
vandaag onder druk staat onder invloed van maatschappelijke en economische krachten. Over
het algemeen is men pessimistisch over de toekomst van onze gezondheidzorg. Men verwacht een ontwikkeling naar meer privatisering en commercialisering, meer ongelijkheid, meer
beregeling en hogere kosten voor de burger.
Het gevoel van onbehagen over de toekomst van onze gezondheidzorg wordt versterkt door
het feit dat de burger zich in deze ontwikkeling nauwelijks vertegenwoordigd weet. De
gezondheidzorg zit in de greep van belangen-groepen (mutualiteiten, artsensyndicaten, farma). Dat ervaart men als verstikkend en ook onrechtvaardig. Bijkomend is het
gezondheidzorgsysteem zeer complex en weinig transparant voor de burger. Er is
overvloedige informatie over gezondheid en ziekte maar men percipieert een gebrek aan kwaliteit en coherentie.
4
Deelnemers aan de dialogen zijn sceptisch over de wenselijkheid van remedies geïnspireerd
door een ‘blinde’ besparingslogica en door een geloof in marktwerking. Een vaak gehoorde opmerking was: “Er zit geld genoeg in het systeem maar het wordt niet altijd oordeelkundig
ingezet.” Een leefbaar en humaan gezondheidzorgsysteem is mogelijk als de actoren in het
systeem geresponsabiliseerd worden met het oog op het verminderen van de ballast van overconsumptie (vooral gedreven door prestatiegeneeskunde), van systemische misbruiken
(door niet-geconventioneerde artsen, onredelijk hoge honoraria voor specialisten), en van institutionele incoherentie, professionele compartimentalisering en gebrekkig
informatiebeheer. Aan de andere kant is er ook een wens om als burger-patiënt geresponsabiliseerd en gemobiliseerd te worden. Door meer aandacht te geven aan preventie
wordt de burger gemobiliseerd in het behoud van de eigen gezondheid. In feite zou het
systeem er moeten op gericht zijn om mensen gezond te houden in plaats van ze gezond te maken. Tenslotte menen de deelnemers dat ook door een grotere betrokkenheid in het
zorgproces (re-humanisering) en door participatie van de burger in aansturing en kwaliteitsbewaking kunnen veel onnodige kosten bespaard worden.
Opvallend in de burgerdialogen was ook de relatieve afwezigheid van ‘visionaire’ elementen
zoals doorbraken op het vlak van medische technologie en ICT. Burgers zijn vragende partij
voor meer participatie maar naar belangwekkende institutionele ontwikkelingen van het laatste decennium – de wet op patiëntenrechten, de steeds belangrijkere rol van
patiëntenverenigingen en van ervaringsdeskundigheid in besluitvorming – wordt slechts spaarzaam gerefereerd. De deelnemers aan de dialogen zien over het algemeen ook weinig
heil in ingrepen om de solidariteit te moduleren naar leeftijd, gedrag, inkomen etc. Men ziet dit als onethisch en meestal ook als praktisch nauwelijks uitvoerbaar.
Rond invaliditeit/arbeidsongeschiktheid zijn er weinig nieuwe inzichten. Over het algemeen
heerst de opinie dat de sociale fraude hier niet mag overdreven worden. De problemen qua
stigmatisering (vooral wat betreft psychische aandoeningen) en herinschakeling worden erkend maar er zijn geen wonderoplossingen voor.
Er was over het algemeen een grote appreciatie voor de mogelijkheid tot deelname aan de
burgerdialoog. De verwachting leeft dat de input van de deelnemers echt een verschil kan maken. Er leeft ook een wens om dit soort van dialogen te bestendigen.
Een laatste luik van de burgerdialoog betrof een open enquête die door iedere bezoeker van de
RIZIV-website kon ingevuld worden.
De hoge graad van bescherming in het Belgische gezondheidzorgsysteem wordt positief
beoordeeld. Niettemin worden voorgestellen gedaan voor correcties die het systeem betaalbaarder en/of meer gelijkheidsbevorderend kunnen maken
De gezondheidzorg moet sterker inzetten op preventie om de lasten voor het systeem te
verminderen. Investeringen in preventie mogen wel niet ten koste gaan het budget voor ziektekosten.
De zorgverstrekking zou eerder kwalitatief dan kwantitatief (prestatiegeneeskunde) gestuurd
moeten worden.
Kwaliteitsbewaking, financieel beleid en een meer intense samenwerking tussen
zorgverstrekkers en diensten moeten ondersteund worden door up-to-date informatiemanagement.
De architectuur van het overleg rond het beheer van de gezondheidzorg wordt als positief
beoordeeld. Het mag wel gemoderniseerd worden.
5
1 DE TOEVERTROUWDE MISSIE
In 2014 bestond het RIZIV vijftig jaar. Ter gelegenheid van dit jubileum heeft het RIZIV een aantal
initiatieven ondernomen rond de toekomst van de verzekering voor geneeskundige verzorging en
uitkeringen (GVU-verzekering).
Eén van de sleutelelementen in de waaier van jubileumactiviteiten was een maatschappelijke dialoog
over prioritaire thema’s voor een betaalbaar, toegankelijk en kwaliteitsvol gezondheidzorgsysteem.
Allerlei maatschappelijke ontwikkelingen – nieuwe en toenemende noden van burgers, toename van
chronische ziekten, demografische trends, technologische vooruitgang – confronteren het Belgische
gezondheidzorgsysteem immers met belangrijke uitdagingen.
De bedoeling van deze maatschappelijke dialoog was om te komen tot een beter begrip van de wijze
waarop burgers over die toekomstige uitdagingen denken en om aldus de visie van het RIZIV te
verdiepen en aan te rijken. Er werd gekozen voor een kwalitatieve, dialoog-georiënteerde aanpak,
complementair met een kwantitatief opinie-onderzoek bij burgers dat ook deel uitmaakte van de
waaier aan jubileuminitiatieven.
Voor de methodologische ondersteuning van de maatschappelijke dialoog heeft het RIZIV beroep
gedaan op de Koning Boudewijnstichting (KBS-FRB). Dit rapport biedt een overzicht van de inzichten
die uit de maatschappelijke dialoog zijn naar voren gekomen.
2 HET DIALOOGPROCES
De dialoog verliep in drie opeenvolgende fasen over een totale periode van één jaar (maart 2014 tot
april 2015). Twee groepen werden actief in het proces betrokken. Enerzijds is er een diverse groep
van ongeveer vijftig actoren die deelnemen aan het overleg binnen de GVU-verzekering: de
ziekenfondsen, representatieve organisaties van werkgevers en werknemers, organisaties van
zorgverleners, patiëntenverenigingen, enz. Zij worden aangeduid als de ‘stakeholders’ van het RIZIV.
Daarnaast werd ook een gemengd publiek van ongeveer 400 burgers – verspreid over tien regionale
rondetafelsessies - rechtstreeks in de dialoog aan het woord gelaten.
Als inhoudelijk vertrekpunt werd gebruik gemaakt van twee belangrijke reflecties over de GVU-
verzekering die vroeg in het jubileumjaar beschikbaar kwamen:
Het RIZIV liet een kwantitatief opinie-onderzoek uitvoeren door de onderzoeksgroep TOR-VUB
(onderzoeksgroep voor de Studie van Tijd, Cultuur en Samenleving, onder leiding van Prof.
Marc Elchardus). Daarbij werden ruim 1.200 Belgen bevraagd over hun tevredenheid over de
gezondheidzorg, en hun houding ten opzichte van betaalbaarheid, technologie en solidariteit.
De resultaten van die enquête waren bij aanvang van de maatschappelijke dialoog ter
beschikking.
6
Bijkomend organiseerde het RIZIV ook een open, schriftelijke bevraging van de eerder
vernoemde stakeholders. Hierin werd gepeild naar concrete voorstellen, ideeën en suggesties
om de houdbaarheid, de toegankelijkheid en de kwaliteit van de verzekering te garanderen
tegen de achtergrond van mogelijke knelpunten op het vlak van betaalbaarheid, solidariteit,
sociale ongelijkheid en een groeiend aantal uitkeringsgerechtigde arbeidsongeschikten. Het
RIZIV heeft de resultaten van deze open bevraging geanalyseerd en gesynthetiseerd in het
document “Belgische verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen: Mijlpalen
van het verleden, bakens voor de toekomst” dat bij het begin van het jubileumjaar werd
gepubliceerd. Het document blikt enerzijds terug op de ontwikkeling van de GVU-verzekering
gedurende vijftig jaar (de ‘mijlpalen’) en formuleert ook een toekomstgerichte agenda rond
tien thema’s (de ‘bakens’).
Deze twee bevragingen boden een inhoudelijk startpunt voor de maatschappelijke dialoog. Het
dialoogproces werd dan als volgt gestructureerd (Figuur 1):
In een eerste stap werden de stakeholders van het RIZIV uitgenodigd op een workshop (op
10 juni 2014) om te reflecteren over de inzichten uit de vernoemde inhoudelijke inputs (de
kwantitatieve TOR-VUB enquête en de door het RIZIV zelf geleide open bevraging). Aan de
stakeholders werd zo de mogelijkheid geboden om op basis van die reflecties suggesties te
formuleren voor vragen die in een volgende stap rechtstreeks aan burgers zouden worden
voorgelegd. De ambitie van deze eerste workshop was dus om te komen tot een agenda voor
de brede dialoog met de burgers over de toekomst van de GVU-verzekering en van de
gezondheidzorg in het algemeen.
In een tweede stap werden de door de stakeholders gesuggereerde vragen en thema’s
voorgelegd aan burgers in een reeks van dialoogsessies. In totaal werden tien regionale
‘rondetafels’ georganiseerd gedurende de late zomer en herfst van 2014. Daarin waren ruim
400 burgers betrokken.
De resultaten van deze dialogen werden dan gesynthetiseerd en in een derde en laatste stap
opnieuw ter overweging aangeboden aan de stakeholders van het RIZIV tijdens een workshop
in april 2015. Deze reflectie resulteerde dan in een concrete set van aanbevelingen voor de
duurzaamheid van een betaalbare, toegankelijke en kwaliteitsvolle zorg.
7
Figuur 1: Schematische voorstelling van het dialoogproces
Dit participatieve luik van de maatschappelijke dialoog werd, tot slot, gecompleteerd met een open
bevraging via de website van het RIZIV. Gedurende een aantal maanden hadden bezoekers van de
website de gelegenheid om hun visie te delen op de toekomst van de GVU-verzekering via een online
enquête. De geregistreerde bijdragen werden door het RIZIV aan de Koning Boudewijnstichting
overgemaakt en een samenvatting daarvan is ook in dit rapport opgenomen.
In het vervolg van dit rapport worden de resultaten van de maatschappelijke dialoog stap voor stap
toegelicht.
8
3 EERSTE STAKEHOLDERWORKSHOP: NAAR EEN AGENDA
VOOR DE BURGERDIALOGEN
3.1 De stakeholderworkshop
Op 10 juni 2014 werd in het Philanthropy House te Brussel een eerste stakeholderworkshop gehouden
in het kader van de maatschappelijke dialoog. Uitgenodigd waren actoren die traditioneel deelnemen
aan het overleg binnen de GVU-verzekering. Meer bepaald werden ongeveer vijftig actoren benaderd
die een inhoudelijke bijdrage hadden geleverd in respons op de open bevraging van het RIZIV en
aldus blijk hadden gegeven van een bereidheid om deel te nemen aan een strategische,
toekomstgerichte reflectie.
Eenentwintig deelnemers wisselden een hele dag van gedachten met als bedoeling om een agenda te
formuleren die in een volgende stap ter reflectie aan de burgers kon worden voorgelegd. Het
deelnemersveld was voldoende divers met vertegenwoordigers van zowel ziekenfondsen, organisaties
van zorgverleners, patiëntenorganisaties en de farmaceutische industrie. De lijst met deelnemers is
opgenomen in Bijlage 1 van dit rapport.
De dag werd opgebouwd in drie delen:
In een eerste, inleidende deel werd de brede context verkend waartegen het debat over de
toekomst van de gezondheidzorg plaatsvindt. De bedoeling was om een gevoel te krijgen voor
het maatschappelijke krachtenveld en de trends die invloed zullen uitoefenen op het
functioneren van het Belgische gezondheidzorgsysteem.
In een tweede deel werden de stakeholders gevraagd om te reflecteren over de strategische
thema’s die het RIZIV naar voren schoof in het document ‘Mijlpalen en Bakens’. Zoals
aangegeven was deze publicatie deels een reflectie van de overwegingen die de stakeholders
hadden geformuleerd in respons op een open bevraging van het RIZIV. In deze workshop
konden de stakeholders kanttekeningen zetten bij deze synthese en er elementen uitlichten
die interessant waren om aan de burgers voor te leggen.
Tot slot werd van gedachten gewisseld over de kerninzichten uit de kwantitatieve TOR-VUB
enquête. Hoe keken de stakeholders daar tegenaan?
Elk deel werd afgesloten met een reflectie over belangrijke vragen die de stakeholders graag aan de
burgers in de tweede stap van de maatschappelijke dialoog wilden voorleggen.
Een gedetailleerd verslag van deze workshop is in dit rapport opgenomen als Bijlage 2.
9
3.2 Het consolideren van de agenda voor de burgerdialogen
De stakeholderworkshop resulteerde in een inventaris van pertinente vragen die de RIZIV
stakeholders wilden voorleggen aan burgers in de tweede fase van de maatschappelijke dialoog.
Een analyse na afloop van de workshop structureerde de vragen in vijf thematische velden:
Thema 1 – Solidariteit in de gezondheidzorg
Thema 2 – Terugbetaling van medische kosten
Thema 3 – Arbeidsongeschiktheid en Invaliditeit
Thema 4 – Participeren aan het gezondheidzorgbeleid
Thema 5 – Informatie over gezondheid en ziekte, betrokkenheid bij beslissingen over de eigen
gezondheid
Die vijf thema’s bepaalden de inhoudelijke scope van de burgerdialogen. Aan elk thema werden dan
een reeks van vragen gekoppeld. Daarbij werd de vrijheid genomen om de formulering van de door
de stakeholders gesuggereerde vragen wat aan te passen.
Thema 1: Solidariteit in de gezondheidzorg
Evoceer één woord, beeld of associatie bij het begrip solidariteit.
Hoe solidair is onze gezondheidzorg?
Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit? Door langer te werken? Zich verder te
verplaatsen? Door andere manieren van delen of bij te dragen?
Kan solidariteit beperkt worden? In functie van de leeftijd? In functie van het eigen gedrag?
In functie van het soort van tussenkomst? In functie van andere parameters?
Thema 2: Terugbetaling van medische kosten
Wat wordt vandaag terugbetaald? Wat wordt niet terugbetaald?
Wat zou je graag terugbetaald zien? Wat vind je overbodig wat vandaag wel wordt
terugbetaald?
Wat vind je van de criteria voor terugbetaling die vandaag worden gehanteerd: medische en
sociale behoefte, verlenging van het leven, verbetering van de levenskwaliteit, prijsniveau,
kosten/baten (kosteneffectiviteit), budgetimpact?
Zijn er andere criteria voor terugbetaling relevant?
10
Thema 3: Arbeidsongeschiktheid
Welke associaties of beelden maak je bij het begrip arbeidsongeschiktheid?
Wat met sociale fraude?
Hoe kan de capaciteit van mensen versterkt worden om het werk terug te hervatten?
Wat kunnen mensen doen om ondanks arbeidsongeschiktheid toch een waardevolle bijdrage
te leveren aan de samenleving?
Thema 4: Participeren aan het gezondheidzorgbeleid
Waarom nemen we vanavond deel aan deze burgerdialoog? Wat zijn de verwachtingen?
Hoe betrokken zijn burgers vandaag bij het beleid? Hoe betrokken zouden ze moeten zijn in
de toekomst?
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben voor het gezondheidzorgbeleid?
Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Hoe kunnen burgers deelnemen aan het gezondheidzorgbeleid?
Thema 5: Informatie over gezondheid en ziekte, betrokkenheid bij beslissingen over de eigen
gezondheid
Welke informatie gebruik je om in goede gezondheid te blijven? Welke informatie zou je
wensen?
Welke informatie gebruik je als je ziek bent? Welke informatie zou je wensen?
Hoe betrokken ben je vandaag bij beslissingen over de eigen gezondheid? Hoe betrokken zou
je in de toekomst moeten zijn? Wat moet er veranderen?
Wat zijn voordelen en risico’s van het delen van informatie over de eigen gezondheid via het
internet?
11
4 DE BURGERDIALOGEN
4.1 De praktische organisatie van de burgerdialogen
De burgerdialogen werden gehouden in de periode van september tot begin december 2014. Ze
werden regionaal georganiseerd als avondsessies (18:00u tot 22:00u) in negen centrumsteden:
Antwerpen, Hasselt, Gent, Brugge, Leuven, Brussel (1xFR, 1xNL), Mons, Namur en Liège.
Oorspronkelijk werden er ook dialogen voorzien in Arlon en Waver, maar bij gebrek aan inschrijvingen
werden deze geannuleerd. De mensen die zich hiervoor hadden ingeschreven, werden uitgenodigd
voor een andere workshop.
De recrutering verliep deels via de kanalen van de Koning Boudewijnstichting (nieuwsbrief, website,
contacten met onderwijsinstellingen). Ook werd gevraagd aan de mutualiteiten om de uitnodiging tot
de burgerdialogen via hun leden (burgers als verzekerden) te verspreiden. De mutualiteiten hadden
zich hiertoe unaniem bereid verklaard in het Nationaal Intermutualistisch College (NIC). Uiteindelijk
bleek dat via deze kanalen toch relatief weinig burgers hun deelname aan de dialogen registreerden.
Er werden aan burgers geen voorwaarden gesteld om deel te nemen. Uiteindelijk gingen 227
Nederlandstalige en 178 Franstalige burgers – samen 405 mensen – in op de uitnodiging.
Het is evident dat deze recruteringstrategie niet resulteerde in een representatieve dwarsdoorsnede
van de Belgische bevolking. Dat was ook niet de bedoeling. Een aantal elementen vielen op in het
deelnemersveld. Eerst en vooral viel de sterke motivatie en de aanzienlijke kennis over zorgkwesties
op. Een belangrijk aantal deelnemers beschouwde zichzelf als ervaringsdeskundige (omdat ze
rechtstreeks, als patiënt of mantelzorger, in een zorgsituatie betrokken waren). Er bleek ook een
sterke vertegenwoordiging van mensen die op één of andere manier – als medische professional,
ambtenaar of onderzoeker – toch een band hadden met de gezondheidzorg. Ruim de helft van de
mensen gaf aan omwille van ‘professionele redenen’ aan de dialogen te willen deelnemen. Een grote
meerderheid van de deelnemers had hoger onderwijs gevolgd.
Hier is slechts een greep van de motivaties zoals ze bij de registratie voor deelname aan de dialogen
werden genoteerd:
“Ik studeer verpleegkunde: 3e jaar, en ben zeer geïnteresseerd in maatschappelijke
gezondheidszorg en hoe we voor iedereen een toegankelijke gezondheidszorg kunnen
creëren.”
“Al jaren ben ik bezorgd rond de ontwikkelingen met betrekking tot een goede,
onderbouwde gezondheidszorg. Het is waar dat we, tot nu toe, een goede
gezondheidszorg hebben in België, maar er loopt ook zoveel fout.”
12
“Ik bevind me in een grote zorgsituatie: mijn man is persoon met MS, mijn beide ouders
zijn zorgbehoevend. Daarnaast ben ik moeder van 4 kinderen. Het is niet evident voor
kinderen om op te groeien in een gezin met een chronisch zieke ouder.”
“Ik ben maatschappelijk werker in een OCMW en wil graag de stem vertegenwoordigen
van vele cliënten die dit zelf niet kunnen.”
Belangrijk was de vaststelling dat verschillende leeftijdscategorieën in het deelnemersveld goed
vertegenwoordigd waren. Volgens de registratie module was ongeveer 10% van de deelnemers
jonger dan 29 jaar en bijna 20% ouder dan 65. Dat gaf althans in principe de mogelijkheid om
intergenerationele verschillen in mening over solidariteit te observeren.
Het deelnemersveld was zeker getekend door een ondervertegenwoordiging van kwetsbare groepen
in de Belgische samenleving (met name allochtonen).
Over het algemeen kunnen we stellen dat de dialogen bijgewoond werden door een relatief
homogene groep van goed geïnformeerde en gemotiveerde mensen die vanuit een positieve
grondhouding naar de Belgische gezondheidszorg keken. Onvermijdelijk reflecteren de resultaten van
de burgerdialogen deze oriëntatie van het deelnemersveld.
Elke burgerdialoog werd vakkundig ondersteund door een team van facilitatoren. Een
vertegenwoordiger van de Koning Boudewijnstichting leidde de dialoog in door de ambities van de
maatschappelijke dialoog rond vijftig jaar RIZIV te kaderen. Vervolgens namen de procesbegeleiders
het over. Elke dialoog verliep volgens hetzelfde stramien:
In een inleidende ronde werden burgers bevraagd over hun algemene appreciatie voor de
kwaliteit en toegankelijkheid van de Belgische gezondheidzorg. Hierbij werd zowel gepeild
naar positieve elementen, als bezorgdheden, als euvels en tekortkomingen.
Vervolgens werden twee thematische gespreksronden gehouden. Tussen de twee rondes
werd een broodjesbuffet aangeboden. De deelnemers waren telkens vrij om uit de vijf
thema’s te kiezen. Dus elke deelnemer kon maximaal participeren aan twee van de vijf
thema’s. Er werd wel gezorgd dat er groepjes van min of meer gelijke grootte over elk thema
van gedachten wisselden. Ieder groepje kon rekenen op de steun van een gespreksleider. Er
werd gebruik gemaakt van invulbare templates om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk
vragen binnen een thema aan bod kwamen.
De dialoog werd afgesloten met een plenaire eindronde waarin de deelnemers hun mening
konden geven over de dialoogavond en over de boodschap die zij nog willen meegeven aan
het RIZIV.
Na afloop werden de geschreven bijdragen op de templates getranscribeerd en verwerkt. Waar nuttig
voorzagen de gespreksleiders de bijdragen van commentaren wat betreft de geobserveerde
gespreksdynamiek.
13
Tot slot worden hier nog de inschrijvingen per regionale rondetafel vermeld:
11/09/2014 – Namur: 39 personen
25/09/2014 – Antwerpen: 33 personen
09/10/2014 – Mons: 34 personen
16/10/2014 – Liège: 45 personen
23/10/2014 – Hasselt: 30 personen
13/11/2014 – Brugge: 38 personen
20/11/2014 – Brussel: 13 personen (Nederlandstalig)
20/11/2014 – Brussel: 60 personen (Franstalig)
27/11/2014 – Leuven: 30 personen
04/12/2014 – Gent: 73 personen
4.2 Inzichten uit de burgerdialogen
Hieronder worden de belangrijkste inzichten uit de burgerdialogen samengevat. Daarbij werd gekozen
voor een narratief dat zich niet strikt houdt aan de thematische opdeling die aan de basis lag van de
dialogen. Natuurlijk komen alle thema’s aan bod, maar elementen ervan worden verweven in een
logica die de algemene teneur begrijpelijker maakt. De verslagen van de tien rondetafels werden
opgenomen als Bijlage 4. Voor de Nederlandstalige rondetafels werd een gedetailleerd verslag per
locatie opgemaakt; voor de Franstalige rondetafels werd de output in het verslag al in zeker mate
gesynthetiseerd.
Het Belgische gezondheidzorgsysteem wordt positief geëvalueerd. Niettemin zijn er enkele
betreurenswaardige lacunes.
Deelnemers evalueren het huidige gezondheidzorgsysteem in zijn globale opzet
positief. Het is een sleutelelement in het functioneren van de welvaartstaat. De hoge
kwaliteit van de zorg, de diversiteit en toegankelijkheid van het aanbod, de vrije keuze, de
persoonlijke inzet van de zorgverstrekkers, en de gemiddeld genomen goede betaalbaarheid
worden hoog gewaardeerd. De algemene indruk heerst dat veel deelnemers er zouden voor
willen kiezen om de status quo te kunnen behouden. In veel van de dialogen klinkt een
zekere nostalgie door, alsof men emotioneel afscheid neemt van iets dat wordt gewaardeerd
maar in de toekomst niet zal kunnen behouden blijven.
“De gezondheidzorg in België is nog zo slecht niet, zeker niet als je het vergelijkt met
andere landen.”
“Het klopt dat ons systeem over het algemeen goed werkt, maar wij zijn bang dat we
deze gezondheidszorg niet kunnen behouden!!!”
14
“En Belgique, on fait un peu bande à part, et c’est bien, parce qu’on reste dans un
système assez solidaire, mais on est à contre-courant de la construction européenne et
de la mondialisation et on se demande donc comment ça va évoluer.”
De globaal positieve perceptie wil niet zeggen dat er geen lacunes worden
onderkend: men signaleert een gebrekkige toegankelijkheid voor kwetsbare groepen, te
grote financiële druk voor langdurig zieken en ouderen, te weinig aandacht voor geestelijke
gezondheidzorg, geen steun voor moeilijk diagnosticeerbare aandoeningen (zoals Chronisch
Vermoeidheid Syndroom, Ziekte van Lyme). Sommigen betreuren ook dat de alternatieve
geneeskunde niet wordt erkend, andere deelnemers voeren manifest oppositie tegen een
erkenning van alternatieve geneeskunde.
“De standaardvoorzieningen zijn oké, maar van zodra je zwaardere problemen hebt (bv.
zwaar gehandicapt kind) wordt het moeilijker. Financieel is het nog oké, maar heel veel
regeltjes en zware administratie.”
“Het vangnet van de ziekteverzekering is onvoldoende als mensen echt en langdurig ziek
zijn. Dan wordt er echt te weinig terugbetaald.”
“Vooral voor ouderen – en nog specifieker kwetsbare ouderen – stellen zich
terugbetalingsproblemen. Vaak vallen mensen gewoon ook uit de boot omdat ze een
leeftijdsgrens hebben bereikt. Dat is ontoelaatbaar. Onze gezondheidszorg laat vandaag
echt de ouderen aan hun lot over.”
Solidariteit is de enige wenselijke basis, maar wordt in België niet altijd even oordeelkundig
georganiseerd.
Solidariteit, als waarde, wordt als de enige wenselijke basis gezien van een
humaan gezondheidzorgsysteem. Over het algemeen wordt de wijze waarop deze
solidariteit gestalte wordt gegeven in de gezondheidzorg door de deelnemers als gemiddeld
ingeschat. Veel burgers komen behoorlijk aan hun trekken maar er zijn groepen (armen,
ouderen) die uit de boot vallen. Niet alle burgers dragen bij naar vermogen. En er worden
vraagtekens gezet bij de wijze waarop de solidariteit in de praktijk wordt
georganiseerd.
“Le système était équilibré au départ, mais la solidarité cède le pas aux contraintes
budgétaires. La société ne se donne pas les moyens de ses ambitions (cf. nouveaux
enjeux éthiques, allongement de l’espérance de vie…). Aujourd’hui, le processus est
inversé : on part des moyens et on voit ce qu’on peut faire avec.”
“Iedereen draagt af aan de basis. Dat is solidariteit. Maar voor de armen is de ziekenzorg
ontoegankelijk. Voor hen is de solidariteit nihil.”
15
“Solidariteit betekent ‘herverdeling’. Maar nu werkt die solidariteit te weinig herverdelend.
Sommige mensen krijgen een te grote hap van die solidariteit (bv. sommige artsen
verdienen veel te veel geld omdat onze ziekteverzekering is gebaseerd op
prestatiegeneeskunde).”
“Il y a beaucoup de bonnes choses dans le système, mais aussi beaucoup de lacunes.
Actuellement, il y a par exemple une liste d’attente de 600 personnes handicapées
adultes qui attendent une place en institution !”
Bijgevolg hebben een aantal deelnemers moeite om zich te positioneren op een schaal
die het huidige en gewenste niveau van solidariteit weerspiegelt. Een groep heeft
zelfs geweigerd om op deze vraag te antwoorden, zeggende dat je dan “alle vakjes tegelijk
kon aanvinken”.
“Il y a une juste solidarité, mais elle est injustement répartie.”
“Il y a à la fois trop et trop peu de solidarité, le problème est surtout que cette solidarité
est mal organisée pour le moment.”
“En soi, la solidarité ne va jamais trop loin. Quand on dit qu’elle va trop loin, on veut
surtout dire qu’il y a des abus et un manque de conscience des coûts. Mais en même
temps elle ne va pas assez loin, par exemple au niveau de la prévention.”
De deelnemers begrijpen zeer goed dat het op solidariteit rustende
herverdelingsmechanisme vandaag ook onder druk staat van externe factoren:
budgetaire beperkingen, toenemende noden (door veroudering, psychische druk) en door een
toename van het individualisme. Het systeem van aanvullende (privé-) verzekeringen wordt
gezien als de aanzet tot een gezondheidzorg met twee snelheden. Over het algemeen is men
(erg) pessimistisch over de toekomst van het gezondheidzorgsysteem.
“We staan op een kantelpunt in onze maatschappij: er heerst een gevoel van malaise, er
is geen visie, er zijn tekortkomingen waarmee we geen raad weten. Het is beter om
daarover te praten dan in onze schulp te kruipen.”
“La solidarité donne une image du degré de civilisation d’une société. Pour le moment, on
est encore dans une société civilisée parce que notre système est très solidaire, mais il y
a une crainte qu’il se détériore. En Belgique, on fait un peu bande à part, et c’est bien,
parce qu’on reste dans un système assez solidaire, mais on est à contre-courant de la
construction européenne et de la mondialisation et on se demande donc comment ça va
évoluer.”
“Toename van privé-verzekeringen en hospitalisatieverzekeringen leiden steeds meer tot
een gezondheidszorg met twee snelheden.”
16
“Il y a un paradoxe entre la solidarité et la concurrence : d’une part, on nous demande
d’être solidaire, mais d’autre part on doit être de plus en plus concurrentiel, compétitif et
donc individualiste. Comment retrouver un humanisme dans une société capitaliste et au
service du profit?”
“On en revient un peu au principe ‘I want my money back’, comme disait Margaret
Thatcher : on en veut pour son argent. Mais par définition, dans un système de
solidarité, il y en a toujours certains qui paient trop ! Il faudrait le rappeler sans cesse
aux gens et l’expliquer aux plus jeunes dès l’école.”
Deze crisis van de solidariteit krijgt in sommige gevallen een intergenerationeel
karakter: jongeren verwijten de oudere generaties ‘een lege kassa’ achtergelaten te
hebben ; ze moeten een systeem financieren waar ze zelf niet zullen kunnen van genieten.
“Aujourd’hui, la jeune génération a l’impression de payer pour un système dont elle ne
profitera pas elle-même. Nous, les jeunes, on a parfois l’impression d’être une
‘génération perdue : la génération précédente a tout pris !”
“Wij zijn de jongsten. Ook wij maken ons zorgen. Er zijn besparingen op alle niveaus.
Maar wij weten niet hoe het systeem in elkaar zit en wat de plannen zijn voor de
toekomst. Hoe kunnen we dan daar iets zinnigs over zeggen en daaraan participeren?”
De burger voelt zich gemarginaliseerd in het debat over werking en toekomst van onze
gezondheidzorg.
Er leeft dus een gevoel van onbehagen over de toekomst van onze gezondheidzorg
en dat wordt nog versterkt door het feit dat de burger zich in deze ontwikkeling
helemaal niet vertegenwoordigd weet. Niemand, op de verkozenen des volks na, komt
op voor de belangen van de burger inzake gezondheidsvraagstukken. Van een min of meer
directe beïnvloeding van het gezondheidzorgbeleid door burgers is in de verste verte geen
sprake. Integendeel, de gezondheidzorg zit in de greep van belangengroepen (mutualiteiten,
artsensyndicaten, farma). Dat ervaart men als verstikkend en ook onrechtvaardig. De
mutualiteiten worden niet beschouwd als geloofwaardige vertegenwoordiger van de burger.
Zij hebben een belangenconflict (rechter en partij) en ze worden meer en meer meegezogen
in de logica van competitiviteit en commercialisering. Patiëntenorganisaties, waar overigens
zeer weinig naar gerefereerd wordt, komen op voor patiënten, niet voor de burger in het
algemeen.
“Ik hoop dat een aantal dingen die hier aan bod komen, ook echt gecapteerd worden. Ik
heb de indruk dat het beleid vandaag gestuurd wordt vanuit het budget, in plaats vanuit
de patiëntennood of nood van de bevolking. Ik wil daar een stukje aan meewerken om
dat om te buigen.”
17
“Ziekenfondsen: het blijven instellingen met een enorme ervaring en expertise die je niet
wegschuift, ze blijven waardevol binnen het systeem. MAAR: ze zijn vandaag rechter en
partij tegelijkertijd. En dat klopt niet. Ze meten zich taken en macht toe die niet
compatibel zijn met patiëntenbehartiging. Ze zijn commercieel ingesteld en spelen ook de
rol van zorgaanbieder.”
“Farmaceutische bedrijven, ook al zijn er een hele boel regels, hebben toch een hele
grote macht. Zij sturen het aanbod, de commercie stuurt onze gezondheidszorg.”
”De toekomst van het RIZIV … betekent dat nog meer macht aan de artsen en
artsensyndicaten?”
Bijkomend is het gezondheidzorgsysteem zeer complex en weinig transparant
voor de burger. Er is overvloedige informatie over gezondheid en ziekte maar men
percipieert een gebrek aan kwaliteit en coherentie. Een betrouwbare validering ervan zou
zeker gewenst zijn. Er zijn lacunes in het gezondheidsgerelateerde informatie-aanbod, met
name rond geestelijke gezondheid en rond preventie. De informatie van zorgverstrekkers laat
blijkbaar vaak te wensen over: ze is te technisch, te beperkt, te punctueel. De informatie-
uitwisseling vindt plaats binnen de traditioneel bevoogdende relatie tussen patiënt en
zorgverstrekker. Dat legt beperkingen op aan de scope ervan. Er is een veel voorkomende
vraag naar inzage in het eigen medisch dossier. Er wordt zeer weinig verwezen naar
patiëntenrechten als een hefboom in dit proces van informatie-uitwisseling.
“Il n’y a pas que la connaissance, il faut aussi le côté humain de la part des infirmiers et
des médecins, sinon autant se faire soigner par des machines.”
“Il faut une meilleure formation des médecins : pour qu’ils adoptent une autre position
vis-à-vis du patient (éviter le jugement, l’infantilisation, ne pas donner l’impression que le
médecin est un ‘dieu’) et pour qu’ils traitent le problème en profondeur : quand on est
malade, n’est-ce pas le moment de voir comment améliorer sa santé?”
“A l’hôpital, il est extrêmement difficile ‘d’attraper’ le chirurgien pour avoir des
informations sur l’opération prévue ou sur son déroulement. Et quand c’est le cas, c’est
pour 5 minutes tout au plus. Je connais le cas d’un hôpital où un médecin est
spécifiquement chargé d’assurer une fonction de relais et d’information auprès des
patients, sans effectuer d’intervention médicale lui-même.”
Er leeft dus duidelijk een gevoel dat de burger-patiënt in de besluitvorming rond
gezondheidzorg en in het zorgproces wordt gemarginaliseerd. Bijgevolg is er een
nadrukkelijke vraag naar meer participatie en naar een meer evenwichtige, co-
creatieve relatie tussen patiënt en verstrekker. Burgers en patiënten worden geacht
een betekenisvolle bijdrage te kunnen leveren tot het eigen genezingsproces en tal van
knelpunten in de zorg.
18
“Nous voulons un autre mode de vie, avec plus de solidarité avec les plus faibles, mais si
nous ne sommes pas correctement informés, nous ne pouvons pas influencer les
instances concernées.”
“Burgers moeten meer geïnformeerd worden en zo betrokken zijn. Wil je een draagvlak
blijven creëren voor onze gezondheidszorg, dan is naast solidariteit ook participatie
nodig.”
“Burgers kunnen aanbrengen dat de relatie zorgverlener/patiënt minstens even belangrijk
is als de ‘evidence based healthcare’ benadering.”
“Parce que les citoyens sont des bénéficiaires finaux et certains experts ne sont pas
neutres. La diversité et la multiplicité des avis citoyens permet d’éviter la subjectivité et
les lobbys.”
Burgers geloven niet in een ‘blinde’ besparingslogica. Er zijn middelen genoeg, maar ze worden vaak
onoordeelkundig ingezet.
Een bijkomende bron van onbehagen is het feit dat de remedies die vanuit het
beleid worden voorgesteld allemaal kaderen in een besparingslogica en dat men in
toenemende mate heil zoekt in marktmechanismen. Die logica dreigt echter meer
gewicht te geven aan de minder goede kanten van het systeem: toenemende ongelijkheid,
privatisering en commercialisering, en/of beregeling, controle, en nastreven van meetbare
efficiëntie.
“De Belgische gezondheidszorg is te commercieel: teveel mensen zien het als een niche
waarin ze rijk kunnen worden.”
“Wat gemeten wordt, stemt vaak niet overeen met kwaliteit. De indicatoren zijn soms
slecht gekozen en instellingen/zorgverleners stellen zich in op de indicatoren zodat het
lijkt alsof de zorg verbetert, maar in werkelijkheid kan ze zelfs verslechteren.”
“Mijn grote bezorgdheid naar de toekomst is de verschuiving van middelen puur
gebaseerd op efficiëntie. Er moeten ook andere argumenten kunnen spelen dan de puur
rationele.”
“Un exemple récent de dérive concurrentielle : une publication qui classe les hôpitaux
selon leur ‘qualité’. Ces études sont biaisées, le classement se fait en fonction de critères
purement quantitatifs et pas clairs du tout. Mais le résultat est que tout le monde va se
ruer vers les (soi-disants) ‘bons’ hôpitaux, avec un effet de cercle vicieux.”
19
Meer rekening houden met de ervaring van de burger-patiënt kan leiden tot een
betere allocatie van de beschikbare middelen. Meerdere malen werd door de
deelnemers verwezen naar eigen ervaringen rond noden waaraan niet tegemoet werd
gekomen, of omgekeerd, rond makkelijk vermiijdbare verspilling.
“Un problème tout à fait méconnu : les pansements et les bandages ne sont pas
remboursés. Or, ce n’est pas une dépense dérisoire pour des malades souffrant de
certaines pathologies de la peau, comme des plaies chroniques. Si on n’a pas les moyens
de payer ces pansements, on n’ose pas sortir de chez soi, ce qui renforce l’isolement
social.”
“Je voudrais citer un exemple concret d’abus qu’on pourrait facilement éviter : il y a des
héritiers qui revendent la chaise roulante de la personne invalide décédée. Mais ces
fauteuils roulants ont été remboursés par la sécurité sociale ! Il vaudrait mieux mettre en
place un système de location.”
“Pour moi, il est anormal qu’on n’oblige pas les médecins travaillant dans un hôpital à
être conventionnés puisqu’ils utilisent du matériel de pointe payé par la collectivité.
Aujourd’hui, ce conventionnement obligatoire ne concerne que les petits soins.”
Veel deelnemers stellen een ‘blinde’ besparingslogica echter in vraag. Men is
sceptisch over het veronderstelde gebrek aan middelen in de zorg. Er zijn middelen
genoeg maar ze worden vaak onoordeelkundig ingezet. Een historische accumulatie heeft
geresulteerd in een inefficiënt, versnipperd, bureaucratisch, log en weinig transparant
systeem (het institutioneel equivalent van de ‘Vlaamse koterijen’). De voortschrijdende
regionalisering versterkt de institutionele incoherentie. Tal van verkeerde incentives liggen
ingebed in het systeem: veel zorgverstrekkers worden rijk van de gezondheidzorg. Er is geen
goed woord voor de prestatiegeneeskunde, en de aanbodsgedreven overconsumptie. Ook het
medische shoppen aan de kant van de consument wordt nadrukkelijk veroordeeld.
“Ik hoop dat RIZIV nu na 50 jaar eindelijk eens volwassen wordt. Vandaag wordt een
systeem van overmatige administratie in stand gehouden. Ik hoop dat het RIZIV onder
de knoet van de ziekenfondsen uitkomt, en eindelijk kan uitgroeien tot een dynamische
organisatie. Het systeem moet veel transparanter worden. Pas dan komen die miljarden
terecht bij de mensen die het nodig hebben. Het geld moet op een juistere manier
worden toegewezen.”
“Ne faut-il pas aussi conscientiser davantage le citoyen à certaines dérives, comme le
shopping médical, à ce que chacun coûte, aux frais inutiles ? Il faut aussi balayer devant
sa porte avant d’accuser le politique.”
“Il faut repenser tout le système, par exemple revoir le principe de la rétribution à l’acte
dans les hôpitaux, qui a des conséquences catastrophiques. Ce n’est pas nécessairement
en consacrant plus d’argent qu’on aura forcément un meilleur système.”
20
“Besparingen treffen de burgers op een directe manier, terwijl er besparingen mogelijk
zijn die niet worden gemerkt, namelijk door verkwisting tegen te gaan.”
Deelnemers stellen drie belangrijke ingrepen voor om de toekomst van ons gezondheidzorgsysteem te
vrijwaren: elimineren van systemische misbruiken, meer aandacht voor preventie, rehumanisering van
de zorg.
Eerst en vooral moeten de incentives tot overconsumptie (prestatiegeneeskunde),
de compartimentalisering en de systemische misbruiken (niet-geconventioneerde
artsen, onredelijk hoge honoraria voor specialisten) weggewerkt worden.
““A éviter: les actes médicaux non pertinents, les examens redondants, les examens
prescrits de façon inconséquente ou par manque de coordination. Si un patient est
transféré dans un hôpital universitaire, celui-ci refait le scanner parce qu’il n’a pas
confiance dans la qualité du ‘petit hôpital de province’.”
“Un autre exemple de dérive technologique : pour l’appendicite, on ne fait plus d’examen
clinique, mais tout de suite une radio, plus chère, alors que dans 90% des cas un simple
examen clinique au toucher suffit pour établir un diagnostic.”
“Il faudrait instaurer la facturation au forfait plutôt qu’à l’acte : le soignant aurait intérêt à
ce que le patient soit en bonne santé et donc à bien faire son travail. Aujourd’hui, il n’y a
aucun incitant. Exemple : 10 pour cent des plombages peuvent être refaits dans l’année !
En oncologie aussi, la facturation au forfait éviterait la multiplication des actes inutiles."
Over het algemeen ziet men trouwens weinig heil in ingrepen om de solidariteit te moduleren naar
leeftijd, gedrag, inkomen etc. Men ziet dit als onethisch en meestal ook als praktisch nauwelijks
uitvoerbaar. Er is wel een algemene vraag om therapeutische hardnekkigheid af te zweren bij zeer
oude mensen (al geeft men er zich rekenschap van dat het niet altijd makkelijk af te bakenen is waar
die hardnekkigheid begint).
“Limiter la solidarité en fonction du type d’intervention : il est difficile de définir des
limites générales pour distinguer l’envie du besoin. Par exemple pour l’esthétique : une
perruque est indispensable pour une femme qui a perdu ses cheveux à la suite d’un
cancer du sein ; des oreilles très décollées peuvent être stigmatisantes (avec
conséquences psychologiques graves) pour un enfant. Mais à partir de quand ? Il est
difficile de fixer des critères et des balises.”
21
“Moeten we dan voor alles in de gezondheidszorg een oorzakelijk verband zoeken? Wie
gaat dit bepalen? Wie gaat vaststellen dat er een oorzakelijk verband is tussen gedrag en
de ziekte? Wie heeft de autoriteit om dat vast te stellen? Volgens mij is het duurder om
dat te onderzoeken voor elke persoon dan om iedereen gewoon te behandelen en
mensen niet voor hun verantwoordelijkheid te stellen. Wie gaat afwegen wie voor wat
verantwoordelijk is, komt op een hellend vlak. De grenzen tussen terugbetaling van
ziekte op basis van eigen verantwoordelijkheid zijn onmogelijk flou.”
“Aan een 87-jarige al of niet een nieuwe heup geven, daar kan je niet per definitie ja of
neen op zeggen. Je moet het laten afhangen van geval tot geval.”
Een tweede belangrijke piste is een veel grotere aandacht en middelen voor
preventie. Dit betekent een paradigmawissel voor het systeem dat zeer eenzijdig curatief en
pathologie-georiënteerd is. In feite zou het systeem er moeten op gericht zijn om mensen
gezond te houden in plaats van ze gezond te maken.
“Mieux financer la politique de prévention pour éviter des frais supplémentaires ultérieurs
: parfois, il faut attendre une rechute pour avoir droit à de nouveaux remboursements.”
“Preventie komt te weinig aan bod, zeker in de wetgeving, terwijl preventie een strategie
is om problemen en kosten te vermijden.”
“Le critère de remboursement rapport coût-bénéfice doit inclure l’aspect préventif : le
bénéfice est d’autant plus grand qu’il est précoce (le patient coûte 95% des frais dans les
10 derniers jours de sa maladie).”
“Een gezonde levensstijl wordt eigenlijk veel te weinig aangeleerd. Onbekend is
onbemind. Ik weet als twintigjarige weinig over mijn gezondheid. Ik mag gaan stemmen,
ik sta bijna op eigen benen, maar over mijn gezondheid weet ik eigenlijk niks.”
Een derde pijler is een re-humanisering van de zorg. Vandaag wordt veel
lippendienst bewezen aan het centraal staan van de patiënt, maar dat wordt in de
praktijk zo niet ervaren. De zorg wordt gedreven door financiële grootheden en door
onwrikbare regels, niet door waarden en reële noden. Zorgverstrekkers missen empathie en
communicatie-vaardigheden. Toenemende (tijds)druk laat ook niet toe dat die aan bod
komen. Huisartsen worden vaak gezien als het laatste bolwerk van menselijkheid.
“Même s’il faut des lois et des règles générales, il faut aussi toujours garder la dimension
humaine des soins. Un cas n’est pas l’autre, on a affaire à des personnes et non à des
objets.”
“De patiënt staat centraal op papier, maar in werkelijkheid gaat het er heel anders aan
toe. Bv. een nachtverpleegkundige die over 28 patiënten moet waken – het is onmogelijk
22
om dan goede zorg te geven. In werkelijkheid staan het budget, de financiën, het geld
centraal en voor de individuele zorgverlener (de verpleegster) staat tijd centraal.”
Bovenstaande logica ziet men ook weerspiegeld in de wijze waarop men over
terugbetalingscriteria denkt. Levenskwaliteit en medische/sociale behoefte zijn
voor de deelnemers primordiaal. Kosteneffectiviteit heeft ook zijn plaats in een
rationeel, menselijk zorgsysteem. Er wordt gepleit om preventieve interventies een
groter gewicht te geven. En ook thuiszorg verdient meer aandacht.
Arbeidsongeschiktheid: omvang van misbruiken mag niet overdreven worden.
Rond invaliditeit/arbeidsongeschiktheid zijn er weinig nieuwe inzichten. Over het
algemeen heerst de opinie dat de sociale fraude hier niet mag overdreven worden.
In de mate dat deze misbruiken bestaan worden twee verzachtende omstandigheden
ingeroepen: het kan gaan om een begrijpelijke reactie van ‘plantrekkerij’ wanneer men met
een incoherent of onrechtvaardig systeem wordt geconfronteerd; en de verantwoordelijkheid
voor de misbruiken wordt gedeeld met de zorgverstrekkers die dit mogelijk maken.
“La fraude sociale ne nous paraît pas si importante en ce qui concerne l’incapacité et
l’invalidité compte tenu des contrôles stricts, même si elle existe certainement ; il peut y
avoir des arnaques, comme des cas de double perception, mais ce n’est pas le plus grand
nombre.”
“J’ai un sentiment de colère quand on parle de fraude sociale : on fait un amalgame avec
la fraude fiscale, or les enjeux et les montants sont tout à fait différents. Un handicap
peut être invisible. L’incapacité, ce n’est pas de la triche!”
“Le système est souvent mal conçu : les grilles d’évaluation sont mal faites, les
procédures sont lourdes, les critères sont trop rigides et pas adaptés aux situations
réelles. Si on est juste en-dessous ou au-dessus de la limite, ça peut faire une différence
énorme. Cela pousse les gens à tricher.”
“On stigmatise la personne alors qu’il n’y a pas de fraude sans la complicité du corps
médical. Les médecins sont parfois les organisateurs de la fraude et acceptent de faire
des déclarations abusives ou des certificats de complaisance pour conserver leur
patientèle.”
De problemen qua stigmatisering (vooral wat betreft psychische aandoeningen) en
herinschakeling worden erkend maar er zijn geen wonderoplossingen voor. Suggesties
pleiten voor het mogelijk maken van een zekere flexibiliteit en progressiviteit in het proces
van herinschakeling. Dat moet aantrekkelijk gemaakt worden voor zowel werkgevers als
werklustigen.
23
“Er zijn teveel hindernissen om terug aan het werk te gaan na een langdurige ziekte. Het
systeem is verouderd. Er is te weinig inspiratie en creativiteit.”
“De samenleving, de mutualiteiten en ook de medische sector aanvaardt ook niet altijd
alle ziektebeelden (bv. MS (en de vermoeidheidstekenen), CVS, …). Gelukkig is er al
meer begrip voor psychische aandoeningen, dan vroeger het geval was. Toch is er nog
een verschil: iemand die een zwaar ongeval heeft gehad, en jarenlang op de ziekenkas
staat, dat vindt men oké. Iemand met een burn-out die langer dan een jaar thuis is, dat
is maatschappelijk moeilijk aanvaardbaar.”
“Le mi-temps médical est une bonne formule, mais qui doit être optimalisée. Il est trop
peu utilisé parce qu’il entraîne trop de conséquences négatives : impact fiscal,
paperasseries, limites rigides, discrimination par rapport aux possibilités de promotion,
contrats moins solides…”
Besluit: nood aan responsabilisering van de actoren, actieve betrokkenheid van de burger en een
focus op levenskwaliteit.
In zijn essentie stellen de deelnemers aan de burgerdialogen de
besparingsorthodoxie en de noodzaak tot marktwerking sterk in vraag. Een leefbaar
en humaan gezondheidzorgsysteem is mogelijk als de actoren in het systeem
geresponsabiliseerd worden met het oog op het verminderen van de ballast van
overconsumptie, systemische misbruiken en inefficiënties. Aan de andere kant is er ook een
wens om als burger-patiënt geresponsabiliseerd en gemobiliseerd te worden. Door meer
aandacht te geven aan preventie wordt de burger gemobiliseerd in het behoud van de eigen
gezondheid. Door een grotere betrokkenheid in het zorgproces (re-humanisering) en door
participatie in het aansturing en kwaliteitsbewaking kunnen veel onnodige kosten bespaard
worden.
Ter afsluiting: er werd weinig gerefereerd naar de rechten van de patiënt, naar de rol van
ervaringsdeskundigheid als hefboom, naar de uitdagingen van mantelzorgers, naar op handen
zijnde technologische ontwikkelingen.
Er was over het algemeen een grote appreciatie voor de mogelijkheid tot deelname
aan de burgerdialoog. De verwachting leeft dat de input van de deelnemers echt een
verschil kan maken. Er leeft ook een wens om dit soort van dialogen te bestendigen.
“On apprécie beaucoup d’avoir eu l’occasion de s’exprimer ici. C’est la première fois que
je vois ça en 30 ans.” (un professionnel des soins).
24
“Ik hoor veel negatieve dingen, maar als 21-jarige heb ik uit deze sessie veel geleerd. Ik
heb toch de indruk dat er heel veel positieve dingen in het systeem zitten. En die heb ik
vandaag ook geleerd. Dus misschien moeten we ophouden met vooral negatieve dingen
te zeggen, en ook de positieve kanten van ons systeem eens een keer in het licht
stellen.”
“Il serait dommage que ce ne soit qu’une opération ‘one shot’ : il faudrait poursuivre
cette réflexion, au-delà de la rédaction du rapport destiné à l’INAMI.”
“Met dit soort initiatieven kunnen we meer doen dan om de vijf jaar gaan stemmen.”
“Ces tables rondes sont un bel exemple d’intelligence collective.”
Figuur 2: Het bewaren van een kwaliteitsvolle, toegankelijke en solidaire gezondheidzorg.
Kernboodschappen uit de burgerdialogen.
25
5 RESULTATEN VAN DE WEB-ENQUETE VAN HET RIZIV
In 2014 hadden bezoekers van de website van het RIZIV de gelegenheid om deel te nemen aan een
uitgebreide web-enquête over de toekomst van de GVU-verzekering. De bevraging was gestructureerd
aan de hand van de 10 bakens voor de toekomst opgenomen in de publicatie ‘Mijlpalen en Bakens’
van het RIZIV (zie sectie 3.2 van dit rapport voor een beknopte samenvatting van deze visie-
elementen).
Per vraag werden tussen de tien à vijftien antwoorden geregistreerd. Het gaat dus om een erg kleine
steekproef. De verschillende respondenten hadden duidelijk een onderscheiden achtergrond en
agenda: er is een huisarts, een patiënt, iemand die tegen de ziekenfondsen is, iemand vanuit een
zelfhulpgroep, iemand vanuit de ICT-sector (die een programma heeft ontwikkeld voor de
gezondheidszorg), ... . De responsen oversnijden mekaar niet zo heel veel; de meeste personen
hebben heel erg vanuit hun eigen perspectief geantwoord.
Een analyse van de antwoorden – baken per baken – is in dit rapport opgenomen in Bijlage 5.
Het is, zoals gezegd, niet gemakkelijk om een rode draad te vinden doorheen de antwoorden.
Niettemin lichten toch een aantal thema’s op:
De hoge graad van bescherming in het Belgische gezondheidzorgsysteem wordt positief
beoordeeld. Niettemin worden voorgestellen gedaan voor correcties die het systeem
betaalbaarder en/of meer gelijkheidsbevorderend kunnen maken: uitbreiden van het
persoonlijk aandeel in de kosten (zodat er meer middelen vrijgemaakt kunnen worden voor
kwetsbare groepen), terugbetalen van uitsluitend therapieën die hun effectiviteit bewezen
hebben, hogere tegemoetkomingen voor kwetsbare groepen en hogere bijdragen naargelang
economische draagkracht. Patiënten zouden ook feedback moeten krijgen over hun medisch
verbruik zodat ze zichzelf (eventueel in samenspraak met hun zorgverstrekker) kunnen
monitoren.
De gezondheidzorg moet sterker inzetten op preventie om de lasten voor het systeem te
verminderen. Investeringen in preventie mogen wel niet ten koste gaan van het budget voor
ziektekosten. Voor het Belgische systeem betekent preventie niettemin een uitdaging.
Medische kosten worden bijna onvoorwaardelijk terugbetaald. Hoe kunnen burgers dan
aangespoord worden om beter zorg te dragen voor hun gezondheid? Er moeten dus
incentives in het terugbetalingsysteem ingebouwd worden om mensen aan te zetten tot een
gezonde levenstijl.
Kwaliteit moet beloond worden. Vandaag is de vergoeding van de zorgverlener eerder
kwantitatief dan kwalitatief gestuurd (prestatiegeneeskunde). Wie meer gezondheid
genereert, zou beter moeten betaald worden. Nu worden huisartsen gepenaliseerd als ze
meer tijd investeren per patiënt. Zorgverstrekkers die actief zijn in chronische en ouderenzorg
zouden ook beter betaald moeten worden.
26
Kwaliteitsbewaking, financieel beleid en een meer intense samenwerking tussen
zorgverstrekkers en diensten moeten ondersteund worden door up-to-date
informatiemanagement. Zelfmanagement van de patiënt moet ondersteund worden via
een gecentraliseerd elektronisch dossier.
De architectuur van het overleg rond het beheer van de gezondheidzorg wordt als
positief beoordeeld. Het mag wel gemoderniseerd worden. De patiënt zou directer en actiever
moeten betrokken worden als een echte actor (eventueel moet daarvoor een hoger
persoonlijk aandeel in de medische kosten voor lief genomen worden). De ziekenfondsen
kunnen op weinig sympathie rekenen. Mutualiteiten zouden beter vervangen worden door
een federale of gewestelijke administratie, ondersteund door een centrale ICT.
27
BIJLAGE 1 - Deelnemers aan de stakeholder workshop, 10 juni 2014, Philantrophy
House, Brussel
Franstalige werkgroep
Karima Amrous Mutualités Libres
Régine Bastin Réseau Local Multidisciplinaire du Brabant wallon
Brigitte Charlier Centre Comprendre et Parler
Paul De Munck Groupement Belge des Omnipracticiens
Luc Detavernier Mutualités Libres
Micky Fierens Ligue des Usagers des Soins de Santé
Jean-Marc Laasman Mutualités Socialistes
Michel Lievens GBS
Jean-Jacques Rombauts Conseil National de l'Ordre des Médecins
Georges Veckmans Rare Disorders Belgium
Patrick Verhaegen Altéo
Nederlandstalige werkgroep
Michael Callens Christelijke Mutualiteiten
Katelijne De Nys Federale Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen
Roel Heijlen Vlaams Patiëntenplatform
Evelyne Hens Socialistische mutualiteiten
Hilde Janssens Belgische Orthoptische Vereniging
Jo Lambert Vereniging Dermatologie, UZ Gent
Gerrit Rauws Koning Boudewijnstichting
Roland Vanden Eede Mensura
Herman Van Eeckhout Pharma.be
Heidi Vanheusden Vlaamse Verpleegunie
28
BIJLAGE 2 - Verslag Stakeholderworkshop 10 juni 2014
In een eerste stap van het dialoogproces werden de stakeholders van het RIZIV uitgenodigd op een
workshop om te reflecteren over de inzichten uit twee inhoudelijke inputs de kwantitatieve TOR-VUB
enquête en de door het RIZIV zelf geleide open bevraging. Aan de stakeholders werd zo de
mogelijkheid geboden om op basis van die reflecties suggesties te formuleren voor vragen die in een
volgende fase van het dialoogproces rechtstreeks aan burgers zouden worden voorgelegd. De ambitie
van deze workshop was dus om te komen tot een agenda voor de brede dialoog met de burgers over
de toekomst van de GVU-verzekering en van de gezondheidzorg in het algemeen.
De dag werd opgebouwd in drie delen:
In een eerste, inleidende deel werd de brede context verkend waartegen het debat over de
toekomst van de gezondheidzorg plaatsvindt. De bedoeling was om een gevoel te krijgen voor
het maatschappelijke krachtenveld en de trends die invloed zullen uitoefenen op het
functioneren van het Belgische gezondheidzorgsysteem.
In een tweede deel werden de stakeholders gevraagd om te reflecteren over de strategische
thema’s die het RIZIV naar voren schoof in het document ‘Mijlpalen en Bakens’. Zoals
aangegeven was deze publicatie deels een reflectie van de overwegingen die de stakeholders
hadden geformuleerd in respons op een open bevraging van het RIZIV. In deze workshop
konden de stakeholders kanttekeningen zetten bij deze synthese en er elementen uitlichten
die interessant waren om aan de burgers voor te leggen.
Tot slot werd van gedachten gewisseld over de kerninzichten uit de kwantitatieve TOR-VUB
enquête. Hoe keken de stakeholders daar tegenaan?
Hieronder worden de hoofdelementen uit de discussie van die dag weergegeven.
Vragen aan burgers tegen de achtergrond van trends in de Belgische gezondheidzorg
De reflectie rond de toekomst van GVU-verzekering voltrekt zich tegen de achtergrond van
maatschappelijke trends die een belangrijke impact zullen hebben op de toekomstige ontwikkeling van
de Belgische gezondheidzorg. In deze eerste stap werd getracht om de contouren van dat
krachtenveld te schetsen.
29
Aan de stakeholders werd gevraagd om te brainstormen over externe trends die belangrijk zijn voor
de toekomst van de gezondheidzorg. Dat wil zeggen dat gepeild werd naar ontwikkelingen die
enigszins los staan van de wijze waarop specifiek de Belgische zorgverzekering en bij uitbreiding het
gezondheidzorgbeleid zich ontwikkelen. Het gaat om sociale, economische, politieke, en
technologische krachten die zich breed maatschappelijk manifesteren op Belgische, Europese en zelfs
mondiale schaal. De reflectie werd gevoerd in twee werkgroepen, een Franstalige en een
Nederlandstalige. Vervolgens werd ook aan elke groep gevraagd om de geïnventariseerde trends te
prioriteren op basis van een eenvoudige stemming per groep.
De Franstalige groep stelde de volgende lijst van trends voor, hier opgedeeld in twee clusters
volgens afnemend belang.
Als zeer belangrijk beoordeelde trends:
1. Toenemend belang van informatie en informatietechnologie in de gezondheidzorg;
toenemende virtualisering van de relatie tussen patiënt en zorgverstrekker; toenemend belang
van een adequate bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
2. Toenemende chronificering van aandoeningen; toenemende nood aan thuisverzorging;
3. Groeiende individualisering van de samenleving;
4. Toenemende spanning tussen de behoeften aan zorg en beschikbare middelen;
5. Toenemende multidisciplinariteit;
6. Toenemende verwachtingen van burgers met betrekking tot kwaliteit van de zorg;
7. Vervrouwelijking van het beroep van zorgverstrekker;
8. Toenemende complexiteit van (multi-factoriële) aandoeningen en hun behandeling;
Als minder belangrijk beoordeelde trends:
9. Schaarste in bepaalde zorgberoepen en toenemende uitdagingen om bepaalde noden
tegemoet te komen;
10. Toenemende levensverwachting; toenemend aantal patiënten met complexe chronische
aandoeningen;
11. Belangrijke invloed van de farma-industrie en andere belangengroepen (voedingsindustrie);
12. Toenemende emancipatie van de patiënt tegenover de medische instituties;
13. Toenemende kosten van gezondheidzorg;
14. Toenemende behoeften aan zorg en daarmee gepaard gaande toenemende behoefte aan
middelen;
15. Toenemende invloed van marktmechanismen en –actoren in de zorg;
16. Toenemende multiculturaliteit van de samenleving;
17. Toenemende specialisering (hyperspecialisering).
30
Deze brainstorm tekende de contouren van een zeer gelaagd en ingewikkeld krachtenveld, waarin
tentatief enkele zwaartepunten kunnen aangeduid worden:
Groeiende, wijzigende en ook complexere behoeften aan zorg (door chronificering,
toenemende multimorbiditeit, en door groeiende impact van levensstijl en milieufactoren);
Groeiende therapeutische mogelijkheden (door toenemende specialisering en door
vooruitgang op het vlak van biomedische wetenschappen en informatietechnologie) die echter
vaak duur en/of complex zijn en vaak ook met delicate ethische vraagstukken gepaard gaan;
Toenemend complexe maatschappelijke setting waarin de gezondheidzorg ligt ingebed
(ondermeer door toenemende individualisering en multiculturaliteit, maar ook door
fragilisering van ons welvaartsmodel);
Groeiende autonomie van burgers en patiënten in de gezondheidzorg en toenemende
verwachtingen wat betreft performantie en kwaliteit van het zorgsysteem;
Een toenemende druk op de beschikbare financiële en menselijke middelen in de
gezondheidzorg;
Belangrijke wijzigingen in governance en beheer van de gezondheidzorg (door toenemende
institutionele fragmentering, grotere invloed van marktmechanismen, erosie van het
corporatistische beheersmodel en door het steeds toenemend gewicht van kwaliteitscontrole
en outcome gegevens in zorgbeleid).
Vervolgens werd tegen de achtergrond van deze trends per werkgroep gereflecteerd over interessante
en stimulerende vragen aan burgers in het tweede luik van de maatschappelijke dialoog. Er werd
afgesproken dat die vragen betrekking konden hebben op het gezondheidzorgbeleid in het algemeen,
en niet enkel op de beleidsdomeinen waarvoor het RIZIV bevoegd is. Zo kon bijvoorbeeld ook een
vraag rond preventie geformuleerd worden, ook al is dit hoofdzakelijk een regionale bevoegdheid.
De volgende vragen werden in dit eerste deel van de workshop door de stakeholders naar voren
geschoven:
Wat vraagt en verwacht u op de allereerste plaats op het vlak van gezondheid?
Wat betekent concreet voor u, als burger, solidariteit op het vlak van gezondheidzorg? Wat is
het? Wat is het niet? Wat zou het moeten betekenen? En wat zou het niet mogen betekenen?
En wat betekent dat voor mij als burger en actor in de gezondheidzorg?
Vindt u zich als gebruikers van gezondheidzorg gehoord? Wat zou er eventueel moeten
gebeuren om die dialoog op alle niveaus te verbeteren?
Wat weet u van de Wet op de Patiëntenrechten van 22 augustus 2002?
In welke mate bent u bereid om gemakkelijke zorg kort bij huis te zoeken en voor meer
gespecialiseerde zorg naar verder gelegen excellentiecentra te gaan?
31
Met welk soort zorg zou u het liefst geholpen zijn? Mantelzorg vs professionele zorg? En met
welk type van professionele zorg?
Wie moet de beslissingen in de zorg nemen? Zorgvrager, zorgaanbieder, financierder?
Welke hulpmiddelen hebt u nodig om aan preventie te kunnen doen? Hebt u voldoende
informatie over uw gezondheid om daar preventief actie op te nemen?
Bent u bereid om een jaar langer te werken om het zorgaanbod te kunnen verruimen? Om het
voor iedereen toegankelijk te kunnen houden?
Welke criteria mogen meespelen in de beslissingen voor terugbetalingen?
Vragen aan burgers tegen de achtergrond van de sleutelelementen uit het RIZIV visiedocument
‘Mijlpalen en Bakens’
In een volgende stap werd de focus verlegd naar de sleutelelementen van een toekomstgerichte
agenda die door het RIZIV werd voorgesteld in de publicatie ‘Mijlpalen en Bakens’. Zoals al eerder
aangegeven was dit strategische luik een resultaat van een analyse van een open bevraging die de
stakeholders op vraag van het RIZIV hadden ingevuld. Die bevraging was er op gericht om concrete
voorstellen te verzamelen voor de toekomstige ontwikkeling van de verzekering voor geneeskundige
verzorging en uitkeringen. Die voorstellen werden door het RIZIV dan samengevat in een aantal
kerndoelstellingen die hier voor de goede orde nog eens zeer beknopt worden samengevat. Voor
meer informatie wordt verwezen naar de publicatie zelf.
Volgens het RIZIV moet op grond van de stakeholderbevraging in de eerste plaats van de volgende
doelstellingen werk worden gemaakt om een kwaliteitsvolle en toegankelijke zorg te vrijwaren:
Inzetten van de verzekering voor geneeskundige verzorging voor het realiseren van globale
doelstellingen van een goed gezondheidsysteem.
Verder ontwikkelen van een zorgvuldig en expliciet afwegingskader voor de continue
ontwikkeling van een aangepast en breed toegankelijk zorgpakket.
Terugdringen van ongelijkheden.
Moderniseren van het overleg.
Hervormen van het stelsel inzake arbeidsongeschiktheid.
Stroomlijnen van bestaande kwaliteitsbewakingstructuren.
Herijken van de betalingsmechanismen.
Aanmoedigen van integratie en samenwerking op het zorgniveau.
Aanmoedigen van samenwerking op het Belgische en Europese niveau.
Vergroten van de accountability van de actoren (zorgverleners, verzekeringsinstellingen,
verzekerden).
32
Vergroten van de besluitvaardigheid en wendbaarheid van het RIZIV.
De vraag die in deze workshop aan de stakeholders werd voorgelegd luidde als volgt:
“In welke mate bieden deze kerndoelstellingen een antwoord op de eerder besproken trends in de
Belgische gezondheidzorg? Welke doelstellingen ontbreken?”
Opnieuw werd er gewerkt in twee taalgeoriënteerde werkgroepen. De door het RIZIV voorgestelde
kerndoelstellingen werden niet in vraag gesteld. Niettemin werden een aantal interessante bijkomende
elementen naar voren gebracht:
Nadruk werd gelegd op de wenselijkheid van een aanpak die in het Frans omschreven werd
als ‘santé communautaire’ (en waarvoor in het Nederlands blijkbaar geen goed equivalent
bestaat). Dat vereist dat men voor het bepalen van gezondheidsdoelstellingen vertrekt van
de concrete leefsituatie van de burger-patiënten en de daar genoteerde behoeften
doorvertaald naar een meso, respectievelijk macroniveau. Er werd verwezen naar de werking
van de Samenwerkingsinitiatieven Eerstelijnsgezondheidzorg (SELs) in Vlaanderen en Brussel
maar er werd ook vastgesteld dat de patiënt daarin wellicht nog niet centraal genoeg staat.
Anderzijds werd ook gesuggereerd dat er behoefte is aan een federaal, geïntegreerd,
langetermijn gezondheidplan. De doelstellingen voor het RIZIV zouden zich daarin moeten
inschrijven.
Er moeten inspanningen gedaan worden om de patiënt te ondersteunen in zijn/haar
toenemend belangrijke rol als actieve actor in de zorg en in preventie.
Tot slot werd ook gepleit voor het vergroten van de transparantie op het vlak van prijs,
kwaliteit en performantie van zorgverstrekkingsprocessen.
Na deze reflectie werden de stakeholders opnieuw uitgenodigd om hier interessante en stimulerende
vragen aan te koppelen die in het kader van de maatschappelijke dialoog aan de burgers konden
worden voorgelegd.
De volgende vragen werden naar voren geschoven:
Wenst u als burger actiever betrokken te worden in vraagstukken met betrekking tot
gezondheidzorg? Zo ja, waarom en hoe moet dat dan gebeuren?
Zou u informatie over prijs en kwaliteit van behandelingen consulteren en, zo ja, zou u plaats
van behandeling en keuze van zorgverstrekker daarvan laten afhangen?
Wat betekent goede informatie over gezondheidzorg voor u? En wat niet?
Stel: u bent "arbeidsongeschikt". Hoe wilt u begeleid worden om uw
restcapaciteit/competenties op de arbeidsmarkt te valoriseren? Omgekeerd: welke
inspanningen wil u doen om "arbeidsongeschikten" op uw werkplek en in uw gemeenschap te
ondersteunen?
33
3.3 Vragen aan burgers tegen de achtergrond van de resultaten van de TOR-VUB enquête
In een laatste deel van de stakeholderworskhop werd nog kort gereflecteerd over de resultaten van
de kwantitatieve TOR-VUB enquête, uitgevoerd van september tot november 2013. In deze bevraging
waren ruim 2.000 Belgische burgers betrokken, tussen 18 en 75 jaar oud, geselecteerd op basis van
een louter toevallige steekproef getrokken op het Rijksregister.
De resultaten van die uitgebreide bevraging werden uitputtend gerapporteerd (Elchardus en te Braak,
2014). In dit rapport worden slechts enkele hoofdpunten uit de analyse hernomen in Bijlage 3.
In de workshop was slechts beperkte tijd beschikbaar om van gedachten te wisselen over deze zeer
omvattende bevraging. Niettemin drukten de stakeholders hun verrassing en ongerustheid uit over
sommige resultaten, met name wat betreft de erosie van de solidariteit als basis voor de
gezondheidzorg. Ook bij de perceptie van burgers wat betreft het significante gewicht van sociale
fraude werden vraagtekens gezet. Over het algemeen betreurden de deelnemers aan de workshop de
teneur van ‘parochialisme’ die door sommige resultaten werd gereflecteerd.
De vragen aan burgers die tegen de achtergrond van deze inzichten werden geformuleerd, luidden als
volgt:
Wat hoort voor u in het pakket 'basiszorg'? En wat niet?
Denkt u dat u zelf een bijdrage levert tot het verhogen van de kosten in de gezondheidzorg?
Zo ja, wat wilt u daar aan doen?
Zijn er omstandigheden waarin u terugbetaling van zorg niet meer wenselijk vindt?
Welke zijn de waarden en principes waarop ons sociale zekerheidsysteem moet steunen, met
name voor kwetsbare personen met een zwakke gezondheid?
Zijn er omstandigheden die een beperking van de solidariteit kunnen rechtvaardigen? Zo ja,
welke?
Hoe kan de solidariteit op alle niveaus – van individu tot collectief – versterkt worden?
Welke rol kunnen verschillende actoren opnemen in de publieke gezondheid?
Met deze reflectie kwam deze eerste stakeholderworkshop tot een besluit.
34
De Nederlandstalige groep stelde de volgende lijst van trends voor, opgedeeld in drie clusters
volgens afnemend belang.
Als zeer belangrijk beoordeelde trends:
1. Een toenemende spanning tussen enerzijds solidariteit en anderzijds responsabilisering als
basis voor het zorgsysteem;
2. Een toename van moeilijke ethische keuzen op het vlak van zorg;
3. Een toename van acute vragen rond betaalbaarheid van zorg;
4. Een toenemend belang van vraaggestuurde zorg;
5. Een toenemend belang van preventie;
6. Een toenemend belang van ‘outcome’ gegevens in het gezondheidzorgbeleid.
Als belangrijk beoordeelde trends:
7. Een toenemende nood aan zorgpersoneel en hulpverleners;
8. Groeiende mogelijkheden van gepersonaliseerde geneeskunde;
9. Toenemende aandacht voor ‘patient empowerment’;
10. Groeiende verwachtingen qua kwaliteit van zorg- en dienstverlening;
11. Toenemende noden qua geestelijke gezondheidzorg;
12. Toenemende noden qua chronische aandoeningen;
13. Groeiende technische mogelijkheden voor diagnostiek en behandeling;
14. Toenemende wens naar autonomie en ontvangen van zorg in de thuisomgeving.
Als minder belangrijk beoordeelde trends:
15. Toenemend belang van ‘health literacy’ van de bevolking;
16. Toenemend risico op een 2-snelheden zorgsysteem;
17. Beperkte economische groei binnen de EU;
18. Toenemende fragmentering van het gezondheidzorgbeleid
19. Toenemend belang van kwaliteitscontrole op zorgprocessen;
20. Toenemende impact van leefstijl en milieufactoren op gezondheid;
21. Toenemend belang van continue verantwoording van nieuwe therapieën;
22. Dalende beschikbaarheid van mantelzorgers;`
23. Toenemende ballast van ‘historische innovatie’ (vooral qua technische ingrepen);
24. Dalend belang van de corporatistische wijze waarop het zorgsysteem wordt bestuurd;
25. Toenemend strikte koppeling tussen technische mogelijkheden en de vraag naar diagnostiek
en behandeling;
26. Toenemende beschikbaarheid van niet-kwaliteitsvolle informatie over behandelingen.
35
36
BIJLAGE 3 – Hoofdpunten uit de analyse van de kwantitatieve TOR-VUB enquête
Hieronder volgen een aantal hoofdpunten uit de analyse van een kwantitatieve bevraging die door het
onderzoeksteam van TOR-VUB onder leiding van Prof. Mark Elchardus en Dr. Petrus te Braak werd
afgenomen in de periode september tot november 2013. Voor een volledige rapportage wordt
verwezen naar het onderzoeksrapport (Elchardus en te Braak, 2014).
De bevraagden waren over het algemeen zeer tevreden over de gezondheidzorg.
Niettemin zijn er een aantal aandachtspunten:
Het bedrag dat uit eigen zak moet worden betaald.
Het aanbod aan en dienstverlening in rusthuizen.
De informatie over de kost van een ziekenhuisopname.
Het gebrek aan hulp bij een ziekenhuisopname.
Onduidelijkheid over ziekenhuisfacturen.
Lange wachttijden, gebrekkige informatievoorziening, overbodige onderzoeken bij
specialisten.
De solidaire organisatie van de gezondheidzorg heeft een sterk draagvlak. Niettemin zijn
er elementen die er op wijzen dat dit draagvlak aan erosie onderhevig is:
Grote groepen geloven dat er veel sociale fraude is; men wil meer controles en strengere
straffen.
Het streven naar een mate van persoonlijke verantwoordelijkheid leidt bij 20 à 40% van de
bevraagden tot het aanvaarden van leeftijdsdifferentiatie (premie of terugbetaling).
Oorzaken van stijgende kosten in de gezondheidzorg die het vaakst belangrijk worden
geacht zijn :
de stijgende kost van medicamenten en behandelingen
het feit dat we betere medische zorg krijgen dan vroeger, maar daardoor ook duurdere zorg
de vergrijzing
de hoge winsten van de medische industrie genoemd (61% belangrijk, 9% onbelangrijk).
37
Er is een eerder beperkt draagvlak voor rationalisering in de gezondheidzorg.
Enkel de substitutieplicht voor apothekers, waarbij waarbij steeds het goedkoopste,
evenwaardige geneesmiddel wordt gegeven, kan rekenen op overweldigende steun.
Er is ook nog ruime steun voor de verplichting eerst langs de huisarts te gaan vooraleer zich
naar een spoeddienst te richten.
Voor alle andere gegeven rationaliseringsopties zijn de voor- en tegenstanders ongeveer even
groot in getal.
Er bestaat in ruime mate scepsis over de waarschijnlijkheid en wenselijkheid van
gevordere e-medicine toepassingen (diagnose op afstand via computer).
Een meerderheid van de bevraagden zou informatie willen met betrekking tot dragerschap
van erfelijke aandoeningen.
Uit de bevraging blijkt dat voor ongeveer 1 Belg op 10 de gezondheidzorg niet toegankelijk is
omdat ze de kosten niet kunnen dragen. 1 op 5 Belgen vreest dat zij ten gevolge van ziekte in
de armoede kunnen belanden.
38
BIJLAGE 4 – Werkdocumenten Analyse burgerdialogen
4.1 Verslagen Nederlandstalige rondetafels
4.1.1 Inleidingsronde
Antwerpen
Wat vinden we goed aan ons gezondheidszorgsysteem
Tevreden dat het systeem in België solidair is als je invalide bent
Lage toegang tot de ziekteverzekering en de gezondheidszorg, iedereen heeft toegang
Goede densiteit van medische diensten, zeer goede bereikbaarheid
Dat de meerderheid van de artsen en zorgverleners geconventioneerd zijn
De kennis, expertise en attitude van de zorgverleners
Zeer goede ervaring met en vertrouwen in de huisarts
Positieve ervaring met doorverwijzing door huisarts naar specialisten of ziekenhuis wat leidde
tot onmiddellijke opname
Vrije keuze van zorgverlener (tweede opinie is mogelijk)
Gezondheid staat centraal in het systeem, niet het maken van winst
Er wordt een begin gemaakt van kwaliteitsmeting (bv. ziekenhuizen in Vlaanderen)
Wijkgezondheidscentra met gratis geneeskunde en grote bekommernis voor kwetsbare
patiënten De eerstelijnsgezondheidszorg
Wat vinden we minder goed aan het gezondheidszorgsysteem
Veel mensen kunnen de behandelingen niet langer betalen, de ongelijkheid groeit
Voor een aantal leidt dat tot uitstelgedrag
Het systeem glijdt af naar minder solidariteit
Er is weinig ondersteuning van invaliden voor re-integratie en ‘hertewerkstelling’ (bv. deeltijds
werken) Dat er niet-geconventioneerde artsen bestaan, geen transparantie van wat je moet betalen
Sommige dingen zijn echt duur bv. terugbetaling borstreconstructie na kanker terwijl het toch
geen luxeproducten zijn
Als je tussen de regels/categorieën valt, kom je vaak ‘tussen schip en wal terecht’
Soms primeert de regelgeving op de nood van de patiënt
Er wordt soms zoveel terugbetaald (kleine dingen) dat er voor de grote zaken geen geld meer
is Er zit veel geld in het systeem, maar toch moeten er blijkbaar nog heel veel supplementen
worden betaald. Waarom is dat? Verdienen de artsen en zorgverleners niet genoeg vanuit het
systeem zelf? Soms wordt er een leeftijdsgrens gehanteerd voor terugbetalingen, mensen weten dat niet
Het systeem is niet transparant. Bv. voor de een wordt cataractoperatie nagenoeg niet
terugbetaald, voor de ander volledig. Waarom?
Nagenoeg geen terugbetaling van preventie zorg en psychotherapie. Gezondheidszorg is erg
toegespitst op acute medische zorg
Zonder diagnose (bij een psychisch probleem bij jongeren) kan men nergens terecht. De
wachtlijsten voor die diagnose zijn soms erg lang Samenwerking en coördinatie tussen medische disciplines en specialisten ontbreekt vaak
Weinig informatie over het systeem (bv. over tarieven van terugbetaling (overlapt voor een
deel met transparantie))
39
Zorgverleners bepalen de tarieven
Stiefmoederlijke behandeling van niet-reguliere therapieën
Prestatiegeneeskunde (bv. in ziekenhuizen, leidt tot verspilling)
Teveel administratie
Weinig ruimte voor creatieve initiatieven en aanvullende preventieve zorg
Toename van privé-verzekeringen en hospitalisatieverzekeringen leiden steeds meer tot een
gezondheidszorg met twee snelheden. Sommige groepen worden uitgesloten (bv. 65-plussers)
Lage drempel tot specialisten en ziekenhuizen leiden tot verspilling
Hasselt
Wat vinden we goed aan ons gezondheidszorgsysteem
Gezondheidszorg is bereikbaar
Persoonlijk goede ervaring met palliatieve zorgen
De gezondheidszorg is makkelijk beschikbaar, de standaardvoorzieningen zijn goed
uitgebouwd, financieel vallen de prijzen mee België is beter dan we denken
De terugbetaling is oké
De terugbetaling van chronische ziekten
De verplichte ziekteverzekering
Voor somatische zorg is er veel voorzien
Principe van solidariteit en toegankelijkheid
Vriendelijk zorgpersoneel
Neuropsychiater doet goed werk
Ons systeem van sociale zekerheid bestaat in veel landen niet
Goede medische scholing van oncologen
Door het ziekenfonds is zorg toegankelijk voor iedereen
Dat het gezin wordt ondersteund bij arbeidsongeschiktheid
In België zijn de wachtlijsten kort
Veel tegemoetkomingen voor personen met een handicap (OMNIO, MAF, …)
Lage drempel voor zorg, thuiszorg, kiné, verpleging, opvang, …
‘Mensen maken het verschil’ in de Belgische gezondheidszorg
Er is altijd een basisgezondheidszorg, voor iedereen
Goede rol van het ziekenfonds in het bijstaan van de patiënt bij ongeoorloofde facturen
Wat vinden we minder goed aan het gezondheidszorgsysteem zondheidszorgsysteem
Er zijn mensen die rijk worden van de gezondheidszorg en die zelf weinig bijdragen (bv.
ziekenhuisartsen die via vennootschappen werken)
Bezorgdheid over de toekomst. Kunnen we het huidige systeem en kwaliteit behouden?
Opvolging door specialisten, er wordt te weinig informatie gegeven
De standaardvoorzieningen zijn oké (preventie, vaccins, MAF, beschikbaarheid), maar van
zodra je zwaardere problemen hebt (bv. zwaar gehandicapt kind) wordt het moeilijker. Financieel nog oké, maar heel veel regeltjes en zware administratie.
Geen coördinatie tussen specialisten (ouders van zwaar gehandicapt kind zijn in feite zelf
zorgcoördinator en geven info van de ene specialist naar de andere door). Voor wie de regels kent, is er veel mogelijk. Wie de regels niet kent, valt uit de boot.
Belgische gezondheidszorg is te duur. Wat met de toekomst?
Om dingen terugbetaald te krijgen, is er soms een lange wachttijd.
Wachttijden bij specialisten en ziekenhuizen (voor behandelingen)
Beperking van terugbetaling terwijl de zorg toch nodig is
40
Voor geestelijke gezondheid zijn de voorzieningen onvoldoende
Bezorgd over betaalbaarheid in de toekomst
Profitariaat en verkwisting
Financiële tekorten bij opname in een woonzorgcentrum
Sommige zorgverleners zijn weinig vriendelijk of vertonen weinig medeleven
Sociale kloof
Specialisten creëren behoeften via herhaalafspraken
De communicatievaardigheid van de specialisten
Verzuiling, teveel structuren, schotten, inefficiëntie
Geen eenduidige informatie over expertise van artsen en psychologen
Legionella – op eigen kosten laten onderzoeken, te vroeg ontslagen uit ziekenhuis
Bezoek aan specialist gaat zeer snel, als leek weet je niet in hoeverre het gekregen advies
correct/waardevol is Waar kan je terecht na een zware diagnose (bv. kanker). Betere begeleiding is nodig.
Voor glutenintolerantie is de tegemoetkoming slechts 40 euro per maandag
De samenwerking tussen diensten in het ziekenhuis is niet goed, de informatie wordt niet
doorgegeven.
Medische problemen worden elk apart bekeken, de persoon in zijn geheel niet.
Iemand die zeer ernstig ziek of invalide is, krijgt toch weinig uitbetaald
Leeftijdsgrenzen: waarom moet iemand boven de 70 zijn vooraleer stifttanden worden
terugbetaald? Er is meer controle op artsen nodig.
Huisartsen en thuisverpleegkundigen moeten meer samenwerken.
Besparingen verhogen het risico op elitegeneeskunde
Betaling van artsen per prestatie leidt tot misbruiken. Dat geld kan beter worden besteed.
Zullen besparingen leiden tot minder innovatie? Minder nieuwe ontwikkelingen?
Besparingen treffen de burgers op een directe manier, terwijl er besparingen mogelijk zijn die
niet worden gemerkt (verkwisting tegengaan).
Niet iedereen is verzekerd.
Ziekenfondsen zijn weinig transparant over wat ze precies doen.
Weinig controle op personen die het systeem misbruiken
Vrees voor ‘pakkettenzorg’ in de toekomst.
Afstand tussen arts en patiënt is soms groot
Zorg ‘over de grens’ is niet gemakkelijk (bv. naar en vanuit NL)
Terugbetaling van psychotherapie
Informatieverspreiding – zeker voor oudere personen. Men moet veel zelf uitzoeken, ondanks
professionele diensten. Als mensen ernstig chronisch ziek zijn, voelen ze zich verloren. Er is weinig informatie, en
geen begeleiding naar het einde van het leven.
Bij palliatieve zorg kwamen er veel verenigingen aan huis die zich ‘opdrongen’.
Ondoorzichtigheid van de nomenclatuurnummers. Facturen en erelonensupplementen zijn
onduidelijk, …
België verliest zijn voorsprong ten opzichte van het buitenland (bv. ook bij ons toenemende
wachtlijsten, minder terugbetaling, innovatieve geneesmiddelen minder vaak terugbetaald etc.)
41
Brugge
Wat vinden we goed aan ons gezondheidszorgsysteem
Goede, kwalitatieve thuiszorg.
De gezondheidszorg in België is nog zo slecht niet, zeker niet als je vergelijkt met andere
landen. De toegankelijkheid is groot voor het grote publiek, bv. beschikbaarheid van
ziekenhuisdiensten en specialisten, ook een toegankelijke eerste lijn.
Er zijn in België heel veel gezondheidsvoorzieningen. Soms té … Het grote aanbod is echter
voor de patiënt en burger niet altijd zichtbaar. Het mankeert aan de informatievoorziening. Een verplichte ziekteverzekering beschermt iedereen, ook de zwakkeren
De solidariteit
De toegankelijkheid van het systeem door de grote beschikbaarheid van zorgverleners
De verzorging in de ziekenhuizen is prima
De vrijheid die patiënten hebben om hun arts, zorgverlener, ziekenhuis zelf te mogen kiezen.
De Belgische gezondheidszorg is een ‘paradijs’
Aandacht voor preventie: met goede voeding en beweging komt men al ver
De sterkte van ons systeem is de solidariteit, en die moet blijven
Er werken in de gezondheidszorg veel positieve, deskundige en gedreven mensen met een
groot engagement
Een sterk, breed, hoogkwalitatief en divers aanbod van zorg
De kwaliteit van de gezondheidszorg in het algemeen
Het bestaan van het vangnet van de ziekteverzekering
De goede kwaliteit en op dit ogenblik de goede en voldoende terugbetaling
Toegankelijkheid: de huisarts is snel bereikbaar, er is een vrije keuze van specialist
Wat vinden we minder goed aan het gezondheidszorgsysteem
De kostenstructuur is niet altijd transparant. Bv. de ziekenhuisfactuur is moeilijk leesbaar en
zijn alle aangerekende kosten wel gerechtvaardigd?
De betaalbaarheid is soms een probleem, bv. bij ziekenhuisopname
Bij invaliditeit/ziekteverzekering: heksenjacht tegen sommige ziekten, bv. chronisch
vermoeidheidssyndroom en andere zeldzame aandoeningen De Belgische gezondheidszorg is te commercieel: teveel mensen zien het als een niche waarin
ze rijk kunnen worden.
De prestatiegeneeskunde moet worden omgebogen naar een meer forfaitair gerichte
geneeskunde Actualisatie van vele wetten, regels, beslissingen laat te wensen over. Ook zijn veel regels te
weinig onderbouwd.
Het zorgstelsel is historisch ontstaan en geëvolueerd. Het levert het beeld van de ‘Vlaamse
koterijen’ op -> er is geen ontwerp, geen plan, geen visie. Het systeem is te log geworden zonder transparante structuur waardoor er veel geld niet meer efficiënt wordt besteed. De
Belgische gezondheidszorg gaat gebukt onder een rigide en logge administratieve structuur.
De gezondheidszorg lijkt toegankelijk, maar is dat niet altijd. Zeker niet voor mensen met
weinig middelen of voor kwetsbare mensen Er wordt veel dubbel gedaan in ziekenhuizen. De business moet er draaien. Terwijl men via
elektronische kanalen toch veel data kan uitwisselen vandaag.
Er is een groeiende neiging tot privatisering
Er is een opbod tussen ziekenhuizen om de beste technologieën in huis te halen. Dat leidt tot
overconsumptie en verspilling. De zware administratie die gepaard gaat met ziek zijn of invalide zijn.
Lange wachttijden, bv. voor een scan
Het prijskaartje + grote verschillen in terugbetaling tussen de ziekenfondsen
Toegankelijkheid kan verbeterd worden door betere doorstroming
Te grote medicalisering
De digitalisering verloopt te traag
42
De regels en regelgeving m.b.t. mantelzorg is achterhaald en complex
Te zware bureaucratie
De sociale fraude: bv. dokters die verkeerde honoraria aanrekenen of aanrekenen voor
prestaties die ze niet hebben uitgevoerd, materialen aanrekenen die niet werden gebruikt. Lang niet altijd duidelijk hoe en waar ik naartoe moet
Moeilijkheden met geestelijke gezondheid om in die sector goede en betaalbare zorg te
leveren (naar alle doelgroepen, maar zeker ook naar ouderen: eenmaal boven 65 valt er veel
ondersteuning weg) We voelen aan dat we keuzes moeten maken in de toekomst: maar welke?
Voor zwaar hulpbehoevenden heeft de thuisverpleging te weinig tijd
Teveel onderscheid tussen geestelijke gezondheid en welzijnszorg – de aanpak tussen beide is
teveel opgesplitst
Een sterk versnipperd landschap met weinig transparante bevoegdheidsverdeling.
Nog steeds een sterk residentieel beleid, denken en investeringsstrategie.
Preventie komt te weinig aan bod, zeker in de wetgeving, terwijl preventie een strategie is om
problemen en kosten te vermijden.
De kostprijs in het algemeen en het verschil in kostprijs tussen artsen (die nochtans tot
dezelfde disciplines behoren). Veel zaken worden niet terugbetaald (zeker voor chronische aandoeningen, burn out,
psychotherapie, …)
Het systeem staat onder druk. Er kunnen nog nauwelijks investeringen plaatsgrijpen.
De werkomstandigheden werken ziekte in de hand (vrachtwagenchauffeur): veel stress, geen
tijd om ziek te zijn, ongezonde voeding, weinig ontspanning … Grote bezorgdheid over duurzaamheid: teveel geld wordt verkwist in administratie.
Brussel
Wat vinden we goed aan ons gezondheidszorgsysteem?
De solidariteit die de gewesten overschrijdt – ik woon in Wallonië, maar ben nog lid van een
Antwerpse mutualiteit. Documenten in het frans daar naartoe sturen, vormt geen probleem. En dat
moet ook kunnen in een klein land als België.
We hebben een heel breed en toegankelijk systeem. Zowel als hulpverlener als patiënt heb ik het
gevoel dat ik goed kan werken omdat heel veel mensen toegang hebben tot het systeem. Dat moeten
we koesteren.
Zelf heb ik nog weinig aan de hand gehad. Ik ben blij dat er een vangnet is voor mensen die ziek zijn.
Wat vinden we minder goed aan het gezondheidszorgsysteem
Het gebrek aan informatie en kennis – ook bij professionelen. Het ontbreekt bij velen aan kennis over
specifieke ziekten (bv. als MS-patiënt maak ik dat bijna dagelijks mee), maar er is ook een gebrek aan
klantengerichtheid. Professionele zorgverleners zouden er beter aan doen om hun patiënten ook voor
een deel als ‘klanten’ te zien. Dat zou prestaties ten goede komen.
43
Wat kan beter: de patiënt wordt te weinig centraal gesteld. Vertrekken van wat de patiënt belangrijk
vindt, moet het beginpunt zijn van elke zorgrelatie.
Verder zie ik dat het systeem niet gemakkelijk verandert. Bv. hoe het systeem gefinancierd wordt.
Vaak blijven obsolete, oubollige behandelingen in het systeem zitten, terwijl er te weinig doorstroming
van nieuwe behandelingen is. Dan zie je dat er veel drempels zijn om de dingen te veranderen in de
financiering van de gezondheidszorg.
Er worden veel centen verkwist, bijvoorbeeld in het operatiekwartier, die ook aan andere dingen
kunnen besteed worden. De patiënt staat centraal op papier, maar in werkelijkheid gaat het er heel
anders aan toe. Bv. een nachtverpleegkundige die over 28 patiënten moet waken – het is onmogelijk
om dan goede zorg te geven. In werkelijkheid staan het budget, de financiën, het geld centraal en
voor de individuele zorgverlener (de verpleegster) staat tijd centraal.
Een voorbeeld van verkwisting in het operatiekwartier: een oude patiënt die geopereerd wordt voor
obstructie wordt soms drie keer na elkaar geopereerd, … dat kost heel veel geld, veel bloed … maar
de chirurgen moeten ook hun boterham verdienen. En dan na de derde operatie blijft de patiënt erin.
Men had die mens beter palliatieve zorg toegediend.
Mijn grote bekommernis is dat de middelen niet goed worden ingezet … toch niet op de plaatsen waar
het echt nodig is, terwijl het op andere plaatsen wordt verkwist. Daarom heb ik me sinds een paar
jaar ingeschreven bij artsen zonder grenzen … gewoon omdat ik me ongemakkelijk voel bij wat er
vandaag in de Belgische gezondheidszorg gebeurt.
Het vangnet van de ziekteverzekering is onvoldoende als mensen echt en langdurig ziek zijn. Dan
wordt er echt te weinig terugbetaald. Er zijn dan mensen die hun huis moeten verkopen. Ze worden
overspoeld door de kosten. Ze komen uiteindelijk bij het OCMW terecht. Kortom ze raken echt aan
lager wal omwille van de hoge kosten.
Er zijn ook mensen die in een gezondheid ‘basic’ terecht komen en anderen ‘de haves’ die alles wel
kunnen betalen. De bijkomende ziekteverzekeringen zijn een zegen maar tegelijk een vloek. Want het
creëert bevoorrechten en minder bevoorrechten. Dus we komen tot een tweesporenbeleid.
Vooral voor ouderen – en nog specifieker kwetsbare ouderen – stellen zich terugbetalingsproblemen.
Vaak vallen mensen gewoon ook uit de boot omdat ze een leeftijdsgrens hebben bereikt. Dat is
ontoelaatbaar. Onze gezondheidszorg laat vandaag echt de ouderen aan hun lot over. Ik ken bv. twee
broers die allebei een beroerte kregen. De een voor zijn 65, de andere nadien. De broer die voor 65
zijn beroerte kreeg, krijgt levenslang terugbetalingen voor hulpmiddelen. De persoon na 65, krijgt
helemaal niks-> er is dus wel degelijk een leeftijdsafhankelijk budget voor terugbetaling van bepaalde
hulpmiddelen en medische prestaties. Dat lijkt me ontoelaatbaar.
44
Leuven
Wat vinden we goed aan ons gezondheidszorgsysteem
Ik ervaar in de sector gezondheidszorg (ook bij het Riziv) een enorme drive om zo goed
mogelijk te werken. Mensen proberen echt hun best te doen om een goede gezondheidszorg te organiseren.
Zorgverleners proberen echt goede zorg te leveren.
Minstens de basisbehoeften worden in België goed gecovered. In vergelijking met andere
landen zijn wij verwend. De toegankelijkheid van de gezondheidszorg. Zorgverleners zijn heel toegankelijk (komen ook
vaak aan huis).
Het is een goed systeem in vergelijking met het buitenland
De Belgische gezondheidszorg is een ‘luxe-systeem’ (het beste ter wereld). Vooral de lage
instap (toegankelijkheid).
Een positief systeem
Hoge kwaliteit en goede betaalbaarheid
De toegang tot het systeem is positief
Het is een open systeem met goede toegankelijkheid
De uitgebreide dekking en het grote kwalitatieve aanbod
Er is een sociaal vangnet aanwezig
Er is een mooi beschermingssysteem dat solidair is met extra aandacht voor minderbedeelden
Groot aanbod in vergelijking met het buitenland
De Maximum factuur
Het urgentiesysteem
Veel mogelijkheden, je krijgt echt de medische zorg die je nodig hebt
Zeer tevreden met de huisarts
De kwaliteit van de gezondheidszorg in België
De betaalbaarheid van de zorg
De toegankelijkheid en de betaalbaarheid Toegankelijkheid van de zorg, voor iedereen (onafhankelijk van het inkomen)
Inzet van het zorgpersoneel (beyond the call of duty)
Dat er een discussie kan plaatsvinden over de relatieve voordelen vs de nadelen van het
zelfstandige statuut vs de loontrekkende
Globaal staan de mensen wel positief tegenover de kwaliteit en toegankelijkheid van de zorg
in België
Wat vinden we minder goed aan het gezondheidszorgsysteem
Ik ben bang voor de toekomst. De vergrijzing komt op ons af. Kunnen we dezelfde kwaliteit
blijven behouden voor iedereen? Evolueren we niet naar een gezondheidszorg met twee snelheden.
Teveel artsen zijn niet-geconventioneerd. Een groot aantal werkt zelfs via bvba’s en pleegt
fraude: ze zetten op hun briefjes dat ze 24 euro vragen terwijl ze in werkelijkheid 50 euro
vragen. Niet elke Belg is gelijk voor de wet, tenminste niet in de praktijk. In België zijn er mensen die
het gezondheidszorgsysteem gebruiken, maar het niet nodig hebben. Het systeem maakt te
weinig onderscheid tussen mensen die het echt nodig hebben terwijl mensen die het niet nodig hebben, er evengoed gebruik van maken.
In België vinden wij het normaal dat alles wordt terugbetaald, maar eigenlijk is dat niet goed,
want ‘niks is gratis’. Er is wel het remgeld, maar voor veel dingen ligt dat zo laag zodat mensen er geen idee van hebben wat dingen soms echt kosten. Daardoor is er onnodig
overgebruik.
45
Teveel curatief ingesteld
Is de kwaliteit van de sociale zekerheid blijvend? Gaan we naar een systeem met twee
snelheden -> naar ‘de have’s en de have’s not’ Sterk prestatiegericht en daardoor boet het in aan kwaliteit en leidt het tot verspilling.
De gezondheidszorg is te weinig patiëntgericht
Staat de patiënt centraal of het systeem?
Er wordt teveel in silo’s gedacht
De toegang moet voor iedereen gewaarborgd blijven. Vandaag weten veel mensen niet waar
ze moeten zijn.
Grote versnippering en verzuiling zodat de puzzelstukjes niet meer samenvallen
De bescherming geldt niet voor iedereen
De informatie over het systeem is weinig toegankelijk
Het systeem sluit mensen uit op basis van leeftijd
Hospitalisatieverzekeringen creëren een systeem van een tweesporen gezondheidszorg
Ik heb er moeite mee dat er naast een basisverzekering ook aanvullende verzekeringen
bestaan, die vaak echter duur zijn. De administratieve rompslomp
De psychiatrische zorg is in België problematisch
Alles is gericht op medische zorg, er is weinig aandacht voor een bredere kijk op zorg -> dat
heeft gevolgen voor het omgaan met gezondheid
Nooit een goede huisarts gevonden waar ik bij wilde blijven. Alle goede huisartsen zaten
volzet.
De houdbaarheid, betaalbaarheid van deze kwaliteit
Stiefmoederlijke behandeling van de geestelijke gezondheidszorg (ook qua betaalbaarheid)
Commercialisering van de zorg (tegengaan door kwaliteitsmeting op efficiëntiebasis)
Het principe van de autonomie moet meer voorop worden gesteld
De toename van de mensen met een hospitalisatieverzekering en de perceptie die er heerst
over de noodzaak daarvan -> er is een risico op uitholling van het basissysteem. Het anachronisme van de 1-persoonskamer die alleen toegankelijk is voor mensen met een
hoog inkomen of een bijkomende verzekering
Trend naar stroomlijning, meetbaarheid, efficiëntie, economisering om de betaalbaarheid te
vrijwaren. Er ontstaat in deze groep een discussie daarover: o Ik bevestig dat er een tendens is naar meten om te meten. Men kan het meten, dus
men meet het. o Die tendens is goed, want het zal inzicht geven over de kwaliteit en leiden tot
kwaliteitsverbetering.
o MAAR: In de GGZ zijn er heel veel zaken niet meetbaar. o MAAR: Wat gemeten wordt, stemt vaak niet overeen met kwaliteit. De indicatoren zijn
soms slecht gekozen en instellingen/zorgverleners stellen zich in op de indicatoren (zodat het lijkt alsof de zorg verbetert, maar in werkelijkheid kan ze zelfs
verslechteren).
De ondersteuning bij arbeidsongeschiktheid is ondermaats (zeker voor zelfstandigen)
46
Gent
Wat vinden we goed aan ons gezondheidszorgsysteem
Een van de beste sociale voorzieningen in heel de EU
Gratis thuisverpleging
Fantastische zorg in België
Wijkgezondheidscentra en gemotiveerde preventie
Grote medische expertise in België
Heel goede onderbouwde zorg
De dringende geneeskundige zorgverlening
Belastinggeld wordt goed besteed aan gezondheidsprojecten
De goede omkadering van de gezondheidszorg in België
Heel goede ziekteverzekering, goede samenwerking tussen mutualiteiten en
vertegenwoordigers van geneesheren Goede eerstelijn, zeer kwalitatief
De toegankelijkheid van de gezondheidszorg
Algemene toegang
Kostprijs blijft haalbaar (voor patiënt)
Het verzekeringsprincipe is zeer goed
Brede toegang
Er werken goede mensen in de gezondheidszorg. Eens je je weg hebt gevonden, loopt alles
vlot. (aanbod is wel versnipperd)
Het vrije initiatief moet gekoesterd worden. Het zijn de bouwstenen van de toekomst
Het is positief dat het mogelijk is om deeltijds te werken en deeltijds op ziekenkas te zijn als
het om gezondheidsredenen niet meer mogelijk is full time te werken De Belgische gezondheidszorg is/blijft betaalbaar, we mogen daar fier op zijn
Psychiatrie is zeer duur
Door de persoonlijke strijd en vechten voor mijn autistische zoon, ben ik heel mild geworden
tegenover anderen
Zorgt min of meer voor iedereen. Goede toegankelijkheid, zeker wijkgezondheidszorgcentra
met kans om verschillende disciplines aan te spreken. Ook de mogelijkheid van thuiszorg is positief
Sociale zekerheid en medische technologie is in België heel goed uitgebouwd
Mogelijkheid tot verhoogde tegemoetkoming
Mogelijkheid om basisbehoeften gratis te krijgen
Toegankelijkheid van de gezondheidszorg (multidisciplinair en goedkoop)
Betaalbare en performante gezondheidszorg
Toegankelijkheid van de gezondheidszorg
Goede opleiding van de professionelen. Overal op hoog niveau
De solidariteit die er heerst (oa. Wat betreft betaling)
Terugbetaling van concrete ziekte
Zeer toegankelijk
Dat het RIZIV bestaat als controle-organisme en om het solidariteitsprincipe in stand te
houden
De toegankelijkheid van de zorg
Goede snelle terugbetalingen en snelle opvolging
Toegankelijkheid
Solidariteitsprincipe
Goede sociale zekerheid die vele terreinen afdekt
Kwaliteit van de gezondheidszorg
Gezondheidszorg voor iedereen
Goede basiszorg
Goede eerstelijnszorg
Goede sociale zekerheid
Toegankelijkheid mutualiteiten = recht van de patiënt
47
Mantelzorg (maar vaak wordt er veel gevraagd van die mensen -> meer ondersteuning is
nodig) Keuzevrijheid (eigen huisarts, ziekenhuis, …)
Solidariteitsprincipe als fundament
Betaalbaarheid van zorg
Solidariteit als basisbeginsel
Traject na zwangerschap: Kind en Gezin
Wat vinden we minder goed aan het gezondheidszorgsysteem
Sociale fraude
Lange wachtlijsten
Misbruik van middelen
Strikt ‘evidence based’ van wijkgezondheidscentra
Slechte communicatie tussen de verschillende zorgverleners
De mondigheid/kennis van de patiënt wordt nog steeds niet gerespecteerd/gewaardeerd
Solidariteit en financiering staat onder druk van bepaalde categoriën van de bevolking
Prestatiefinanciering (waardoor overconsumptie ontstaat)
Medische impact bij zeldzame ziekten en gebrek aan opvang na ziekte en na revalidatie.
Opvang gebeurt vaak in het verkeerde type opvang met onvoldoende expertise.
Te weinig solidariteit waardoor het RIZIV in budgettaire problemen komt
Versnippering door overdracht van bevoegdheden. Verschil tussen Vlaanderen en Wallonië
Wachtlijsten
Beter inzetten op innovatie met betrekking tot de middelen
Honoraria van verschillende specialisten ligt te hoog
Duurzaamheid van het systeem en het budget globaal in de hand houden
Sommigen kunnen zich verrijken, waardoor anderen te weinig krijgen
Teveel gaten in het vangnet
Uitgangspunt nu is: gezondheid. Maar wat is dat precies? Waarom niet ongezondheid?
Voor de eenvoudige gebruiker vaak te complex
Vaak toch nog onbetaalbaar voor gewone mens
Tekort aan voldoende geestelijke gezondheidzorg
Te lage invaliditeitsuitkeringen voor de meest kwetsbaren
Het systeem is versnipperd. Het is moeilijk om de juiste weg te vinden. In de psychiatrie is er
geen maatwerk. Mensen (ook professionelen) hebben weinig begrip (bij onzichtbare ziekte). Veel privé-initiatieven moeten er worden genomen omdat er vanuit de overheid geen geld is.
Mensen verlangen veel van de overheid. De overheid moet de kans krijgen samen met privé-
initiatieven iets te doen.
Nog veel barrières tegenover de gezondheidszorg (veel specialisten zijn ontoegankelijk, geen
gelijke dialoog, onpersoonlijke aanpak Het komt vaak voor dat artsen zeggen: “je hebt een blijvende aandoening en je moet daar
mee leren leven!”
De toegankelijkheid vermindert
Alternatieve geneeskunde wordt teveel uitgesloten in het reguliere systeem (bv. osteopathie,
…) Thuiszorg verder uitbreiden
Begeleiding van ouders die kinderen hebben met een beperking
Verpleegkundigen (velen, niet allemaal) te betuttelend
Interdisciplinair werken verder ontwikkelen (discipline ego’s)
Evolutie ziekteverzekering met 2 pijlers. Degene die het het meest nodig hebben, kunnen het
zich vaak niet permitteren
Gebrek aan samenwerking tussen verschillende disciplines. Meer duidelijkheid in
geconventioneerde dokter en niet-geconventioneerden Doorgedreven specialisme en te weinig onderlinge communicatie.
Te grote bescherming van de regulier gezondheidszorg, men moet meer openstaan voor
alternatieven (bv. homeopathie) in de terugbetaling en de opleiding
Betaalbaarheid?
48
Stel mij vragen bij het zogenaamde overlegmodel
Teveel medisch en curatief, te weinig preventie
Controle-onderzoeken langdurig chronische zieken, te grote en complexe dossiers.
Besparingsmaatregelen
Financiële kant: beperkt inkomen van mensen die ziek zijn omdat hun normale inkomen
wegvalt Jaarlijkse controle: financiële onzekerheid
Kloof tussen zij die weten en zij die niet weten
Administratieve formaliteiten bij terugbetalingen en invaliditeit
Complexe regelgeving ivm het terug aan de arbeid gaan en recht blijven hebben op een
uitkering
Lange wachttijd voor beslissingen over uitzonderlijke tussenkomsten/ingrepen
Logge bureaucratische machinerie
Focus op curatieve, preventie wordt verwaarloosd
De continuïteit van de zorg is niet goed (bv. van ziekenhuis naar huis)
Complexiteit van de wetten en de regels
Moeilijke begrijpbare regels voor burgers
Weinig transparantie
Diversiteit in interpretatie van de regels -> burgers is daardoor afhankelijk van de
interpreteerder (burgers hebben dus weinig rechtszekerheid) Privatisering komt terug, ongelijkheid volgens inkomen
Tendens van ongelijkheid
Onbetaalbaarheid van hospitalisatieverzekering
Privatisering = opdrachten mutualiteiten = sport, tandheelkunde, kampen, …
Onderscheid geconventioneerde vs niet-geconventioneerde artsen
Niet voor iedereen toegankelijk omwille van financiële redenen
Mutualiteiten moeten zich enkel bezig houden met rechten van patiënten, niet met andere,
bv. hotels, vakanties, …
Verplaatsingen moeilijk voor ouderen -> op zichzelf aangewezen (d.i. een probleem van
toegankelijkheid)
Stiefmoederlijke behandeling van moeder- en kindzorg Niet terugbetalen van psychologische zorg
Het is zeer moeilijk om kwetsbare gezinnen te bereiken (1ste lijn moet veel beter worden
uitgebouwd)
Dure behandelingen -> tandzorg in basisverzekering
Overconsumptie!!
Toenemende culpabilisering: bv. longkanker door roken
Begeleiding zwangerschap
Lobbygroepen kosten de samenleving veel geld. Daardoor blijft er weinig over voor innovatie
49
4.1.2 Thema 1 – Solidariteit
Antwerpen - Ronde 1
1. Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit
Iedereen
Herverdelen
Voor elkaar zorgen
Gezond helpt ziek
‘Hartopenend’ zijn
Iedereen gelijk
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores: 1,5; 2,5; 3,5; 4,5; 5; 5,5
Gemiddelde: 3,75
Commentaren (ik heb me daar gesitueerd op de lijn omdat …(van laag naar hoog))
Er is te weinig solidariteit voor ongeneeslijk zieken
Iedereen draagt af aan de basis. Dat is solidariteit. Maar voor de armen is de ziekenzorg
ontoegankelijk. Voor hen is de solidariteit nihil. Men moet rekening houden met de tijdsgeest: roken was vroeger normaal
Men moet meer preventief werken: stimuleren van gezonde voeding,
Objectief, individueel risicogedrag
De Belgische gezondheidszorg is de moeder Theresa van de wereld
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Langer werken
Akkoord Niet akkoord
Ja, te vroeg met pensioen gaan is onnodig Is niet haalbaar voor elke werknemer
Hangt af van het type beroep en hoe je dat invult
Zich verder verplaatsen
Akkoord Niet akkoord
Prima, op voorwaarde dat toegankelijkheid niet
in het gedrang komt. De 20% armsten moeten
ook aan gespecialiseerde zorg geraken. Daarvoor
moet eerst de eerstelijn beter worden
uitgebouwd en moet ziekenvervoer beter worden
ondersteund
50
Ik ben bereid om …
Akkoord Niet akkoord
Meer bij te dragen via belastingen, op
voorwaarde dat ik zelf mag beslissen wel
percentage van die belastingen naar
gezondheidszorg gaan
Niet akkoord
Meer bij te dragen als het geld niet naar
tussenorganisaties gaat zoals ziekenfondsen
(=verzuiling)
Mij meer in te zetten voor patiënten voor niet-
medische zorg (bv. eten geven, mee gaan
wandelen …) waardoor zwakkeren en
kwestbaren gezonder blijven
4. Kan solidariteit beperkt worden?
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
Neen. Het gaat meer om gezondheidstoestand
en kwaliteitsvol langer leven dan puur om leeftijd
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
Hoge inkomens meer laten betalen
Ondergrens vastleggen (onder een bepaald
inkomen minder betalen)
In functie van het eigen gedrag?
Akkoord Niet akkoord
Akkoord Niet akkoord
Akkoord Niet akkoord
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
Esthetisch: Maagverkleining als gevolg van
obesitas moet niet worden terugbetaald
Esthetisch: Als een esthetische misvorming het
gevolg is van bv. een ernstig ongeval, dan mag
het wel worden terugbetaald
51
In functie van andere parameters?
Akkoord Niet akkoord
Als een zware handicap kan voorspeld worden ->
niet zwanger worden
Als de toekomstige moeder een overdraagbare
ziekte heeft -> niet zwanger worden
Antwerpen - Ronde 2
1. Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit
Iedereen hetzelfde
De sterkste schouders moeten de zwaarste last dragen = fundament sociale zekerheid
Iedereen moet toegang hebben, ontvangen, en bijdragen naar vermogen
Schouderklopje van een jong iemand bij een zorgbehoevende
Heeft niet alleen met geld te maken
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores: 2; 2; 3; 4; 4,5; 4,5; 4,5
Gemiddelde: 3,5
Commentaren (ik heb me daar gesitueerd op de lijn omdat …)
Chronische ziekten vallen soms uit de boot
De bijdrage moet in verhouding zijn tot het inkomen
Het is nu ongeveer goed. Als je rijken meer zou laten betalen, gaan ze misschien afhaken
Er zijn nog noden in de gezondheidszorg die nog niet worden betaald. Bv. financiële
toegankelijkheid rusthuizen waar bovendien te weinig omkaderend personeel is Er kunnen nog andere inkomsten worden gezocht
Er is voldoende solidariteit maar we moeten nadenken over de aanwending van de middelen
(er is nu soms misbruik, nu worden dingen terugbetaald die niet altijd nodig zijn)
Er is een verschil tussen solidariteit en verzekeringen. Bv. je kan niet zonder
hospitalisatieverzekering vandaag Er is net voldoende solidariteit maar we zitten aan de grens van het systeem.
Privéverzekeringen zouden niet nodig moeten zijn
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Langer werken
Akkoord Niet akkoord
Omdat er andere bronnen zijn die moeten
worden aangeboord
De jeugdwerkloosheid is al groot
45 jaar werken is ruim voldoende
Je wordt ziek van te lang te werken
52
Zich verder verplaatsen
Akkoord Niet akkoord
Indien nodig Liever niet, wel als het moet
Indien het vervoer ook wordt
geregeld/terugbetaald
Ik ben bereid om …
Akkoord Niet akkoord
4. Kan solidariteit beperkt worden?
Algemene opmerkingen (buiten kader):
Nee, de middelen worden fout besteed, bv. de terugbetaling van geneesmiddelen kan efficiënter
De focus ligt te fel op de patiënt. Misschien moet men meer kijken naar de artsen, farmaceutische
industrie
Kleine medische kosten moeten niet worden terugbetaald door sociale zekerheid
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
Neen, want ieder leven is waardevol
Iedereen moet zelf kunnen beslissen over zijn
leven en levensbeëindiging
Het hangt af van de gezondheidstoestand,
levensverwachting en de redenen, niet van de
leeftijd
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
Bij terugbetaling mag er rekening worden
gehouden met het inkomen bv. nu ook met
WIGW-statuut, MAF = d.i. eerlijker
Solidariteit is voor iedereen. Iemand die rijk is,
kiest er ook niet voor om ziek te worden. Men
moet niet meer betalen of minder terugkrijgen
omdat men rijk is
Forfaitaire bijdragen zijn niet rechtvaardig bv.
zorgverzekering
53
In functie van het eigen gedrag?
Akkoord Niet akkoord
Dingen die voor het genot dienen (bv. roken)
moeten anderen niet betalen
Hoe ga je bewijzen dat een ziekte voortkomt uit
een bepaald gedrag?
Preventie is belangrijk Je weet niet wat de rol is van de erfelijke
context. Bestrijdt eerder de tabaksindustrie
Eigen schuld, eigen verantwoordelijkheid, dus
zelf betalen
Gedrag wordt vaak bepaald door sociale media
Extreem risicogedrag => niet terugbetalen
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
Sommige esthetische chirurgie moet worden
terugbetaald bv. borstreconstructie na ongeval of
kanker
Dit is moeilijk om over te oordelen: er zijn
mensen die ondraaglijk lijden omwille van hun
uiterlijk of lichamelijke kenmerken
Enkele aanvullingen
Leeftijd is slecht een criterium voor beslissingen ivm zorg of niet: gezondheidstoestand en/of
levensverwachting is relevanter Solidariteit is een complex begrip, dat niet door iedereen op dezelfde manier wordt ingevuld
Het is een kwestie van keuzes maken in een beperkt budget. De keuze die we als
maatschappij moeten/kunnen maken is: meer geld beschikbaar stellen voor gezondheidszorg
en bv niet voor legeraankopen
We weigeren mee te gaan in het discours dat er sowieso minder geld voor gezondheid zal zijn
De mutualiteiten kunnen afgeschaft worden. Dat leidt tot grote besparingen, geld dat kan
vrijgemaakt worden voor zorg. Ziekenfondsen zijn overbodig. Er zijn veel mensen die nog geen of onvoldoende toegang hebben tot gezondheidszorg:
daklozen, mensen zonder papieren. Die mogen we niet uitsluiten.
Risicogedrag bestraffen door uitsluiting van zorgen? Hoe bepaal je dan wat risicogedrag is?
Bv: roken was voor vorige generatie heel normaal, moeilijk dit gedrag te veranderen. Fietsen in de stad is ook gevaarlijk, moet je dan bij een ongeval de medische kosten niet
terugbetalen? Bovendien kiezen mensen niet altijd voor ongezond gedrag, ze zijn erin
getuimeld en dat is mee de schuld van de samenleving. Kan je gezond gedrag afdwingen? Voor een deel wel: cfr veilig rijden, rookverbod etc. Het
moet een combinatie zijn van positieve stimuli en straffen. Veel meer inzetten op het
voorkomen van ongezond gedrag en gezondheidsproblemen dan op het bestraffen ervan. Vb. sigarettenprijs x 10, geen btw op groenten en fruit.
Hogere inkomens meer betalen? Neen, wel lagere inkomens minder betalen.
Verpleegkundigen moeten veel meer wegen op het beleid van RIZIV! Nu wordt alleen naar
artsen geluisterd, vb. pegsonde, ingrepen bij dementerenden, dialyse bij palliatieven, 5 overbruggingen bij zware rokers zonder rookstopprogramma...
Macht van artsen en syndicaten bedreigt de goede zorg en is ook grote bron van verspilling
54
Hasselt - Ronde 1
1. Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit
(1. Student laborant) – is tegengestelde van racisme
(2. Student laborant) – geen mening
(3. Op rust, daarvoor werkzaam in gezondheidszorg) – er zijn (te) weinig middelen, toch krijgt de
gemiddelde Belg volwaardige zorg. Solidariteit is de enige manier om iedereen te laten deelnemen.
(4. XXX) – Wij, mensen die het goed hebben, delen ons ‘geluk’ met mensen die het minder goed
hebben. Het gaat over rechtvaardig verdelen van geld, is een universele waarde.
(5. Projectmedewerker gezondheidscentrum) – Ik heb het goed maar draag graag bij zodat anderen
het ook goed hebben
(6.Gepensioneerde, is door blijven werken tot 71j) – solidariteit is er vaak op de verkeerde plaats,
voor de verkeerde groepen, sommigen worden bevoordeeld
(7.Ziekenhuismedewerker) – solidariteit betekent ‘herverdeling’. Maar nu werkt die solidariteit te
weinig herverdelend. Sommige mensen krijgen een te grote hap van die solidariteit (bv. sommige
artsen verdienen veel te veel geld omdat onze ziekteverzekering is gebaseerd op
prestatiegeneeskunde.
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores + commentaren
1. Score: 3. Solidariteit is er op foute plaatsen en komt bij de verkeerde mensen terecht
2. Score: 3. Er is veel misbruik. Sommige mensen verdienen veel geld in de gezondheidszorg en laten
dat ook graag zien (villa’s, auto’s, …) -> zij vinden dat vaak nodig om hun plaats in het sociaal
weefsel te behouden
3. Score 2,5. Vandaag gaat de solidariteit niet ver genoeg. Bepaalde groepen kunnen meer bijdragen.
Anderen profiteren teveel van de solidariteit
4. Score 2,5. Solidariteit komt niet steeds bij de juiste personen (dit is mijn eigen professionele
ervaring -> de huidige regels zorgen voor geen juiste verdeling
5. Score 3. Kwetsbare mensen krijgen te weinig
6. Score 7. RIZIV blijft maar subsidies geven terwijl er weinig geld is. (Dat geld komt niet bij de juiste
mensen terecht, het is verkeerd verdeeld)
7. Score 1,5. een deel van de bevolking wil niet solidair zijn, en niet iedereen deelt mee
Gemiddelde score: 3,2
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Langer werken
Akkoord Niet akkoord
Ik hoop dat het daardoor voor de jeugd goed
blijft gaan
55
Zich verder verplaatsen
Akkoord Niet akkoord
Ja, waarom overal dezelfde zorg geven in elke
ziekenhuis. Betere spreiding is nodig om
middelen te sparen
Ik ben bereid om ‘te delen’, ‘bij te dragen’
Akkoord Niet akkoord
Is het profitariaat wel zo groot als er altijd wordt
beweerd? Ik betwijfel het. We moeten daarmee
niet overdrijven.
Alleen als er ook meer controle komt en er
minder mensen van het systeem profiteren.
Als meer personen bijdragen zodat de pot groter
wordt.
Als inkomsten uit loon en inkomsten uit kapitaal
gelijk bijdragen
Gelijke bijdrage voor iedereen, maar wel
voldoende hoog zodat basisbehoeften kunnen
gedekt worden door de gezondheidszorg
4. Kan solidariteit beperkt worden?
Noot: hierover is er aan de tafel een groot verschil hoe mensen denken. (hoe perceptie mensen
beïnvloed wordt door regering)
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
Men moet niet blijven doorbehandelen als dit
geen effect heeft -> dat geld kan men beter aan
palliatieve zorg geven
Men moet blijven terugbetalen van geboorte tot
dood
Geen puntensysteem zoals in NL
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
Men moet terugbetalen in functie van de reële
inkomsten (veel mensen hebben niet
overgegeven belastbare inkomsten)
Meer gelijkheid, meer solidariteit is nodig
56
In functie van het eigen gedrag?
Akkoord Niet akkoord
Solidariteit heeft zijn grenzen -> persoonlijke
verantwoordelijkheid moet een rol spelen (maar
men moeten deze mensen, bv. rokers, wel
begeleiden)
Verslaafde mensen zijn zieke mensen. Deze
mensen moeten genezen worden van hun ziekte.
We moeten solidair zijn met hen.
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
Esthetische behandelingen mogen niet worden
terugbetaald als het alleen over schoonheid gaat.
Wel als het om medische redenen gaat.
In functie van andere parameters?
Akkoord Niet akkoord
Preventie moet beter beloond worden
Alternatieve behandelingen moeten meer worden
goedgekeurd voor terugbetaling (als ze evidence
based zijn en ze gegeven worden door personen
met een erkende opleiding)
Hasselt - Ronde 2
1. Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit
1. (Student Laborant) – Delen
2. (Student Laborant) – Respect voor elkaar
3. (Ondersteuner thuiszorg OCMW) – Artsen voor het volk
4. (Verpleegkundige WZC) – Gedeelde lasten, gedeelde kosten, gedeelde lusten
5. (Gepensioneerde invalide) - Kameraadschap
6. (Student Laborant) – Samenwerken
Noot: opmerking rond verzuiling: Alle zorg blijft binnen de zuil. Er zou meer communicatie moeten
zijn: dat leidt tot meer kostenbesparing, efficiëntie. Zorgverleners moeten van hun eilanden afkomen.
Men moet veel meer interdisciplinair werken.
57
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores + commentaren:
1. Score 4.5 – geen commentaar, zie 2.
2. Score 4,5 – er zijn mensen die ervan profiteren, andere komen tekort, maar gemiddeld is het wel oke.
3. Score 3. – is eigenlijk nu wel goed, maar steeds meer mensen dreigen uit de boot te vallen
omdat de zorg voor hen te duur is. Het initiële bedrag dat ze moeten betalen ligt voor hen te hoog (alvorens ze terugbetaling krijgen).
4. Score 3,5 – sluit zich aan bij persoon 3. Conventionering zou de regel moeten zijn. Niet-conventionering de uitzondering. Maar het systeem is nu te complex en niet solidair genoeg.
Ik hou me aan bepaalde grenzen zodat iedereen mijn zorg kan betalen. Men zou het systeem
derdebetaler moeten uitbreiden. 5. Score 5 – het systeem in België is goed. Beter dan in veel andere landen.
6. Score 3,5 – sluit zich aan bij persoon 4. Gemiddelde: 4
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Langer werken
Akkoord Niet akkoord
Er bestaat altijd de mogelijkheid om zich om te
scholen indien de job in gevaar is
Voor mensen die vlak voor hun brugpensioen
staan, is dit moeilijk. Velen staan op een
kantelmoment
Als men verder van zijn pensioen afstaat, is dit
geen drempel.
Dit is niet voor alle beroepen mogelijk
Zich verder verplaatsen
Akkoord Niet akkoord
Niet elk ziekenhuis moet gespecialiseerd zijn op
alle domeinen
Op een of een beperkt aantal plaatsen bepaalde
expertise concentreren is beter
Ik ben bereid me verder te verplaatsen als ik
daardoor beter wordt behandeld
58
Ik ben bereid om ‘generieke producten te kopen’
Akkoord Niet akkoord
Nieuwe producten zijn vaak veel duurder. Als ik
met een goedkoper middel evengoed wordt
behandeld, ben ik bereid om het goedkopere
product te nemen. Dus ik vind voorschrijven op
stofnaam ipv productnaam oké, als de arts en
apotheker goed zijn geïnformeerd en de juiste
keuze maken.
We moeten dat samen beslissen met de artsen
(huisarts of specialist). Daar kunnen wij als
patiënt niet over beslissen of het ene product
beter is dan het andere -> er is in het publiek te
weinig geweten over alternatieve goedkope
producten . Arts en apotheker moeten hier
actiever rol in spelen.
De farmaceutische industrie ziet die witte
producten niet zitten. Ze kunnen daar te weinig
winst op maken. Zij promoten liever hun nieuwe
producten.
4. Kan solidariteit beperkt worden?
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
Elk leven is gelijkwaardig. Een jong leven = een
oud leven
Iedereen verdient de beste zorgen, ongeacht de
leeftijd
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
Het verschil in inkomen mag geen invloed
hebben op de kwaliteit van de zorg die men
krijgt. Wel moeten inkomens gedifferentieerd
bijdragen in functie van de grootte
59
In functie van het eigen gedrag?
Hier ontspint zich een vinnige discussie tussen twee deelnemers.
Persoon 4 stelt dat solidariteit ergens zijn grenzen heeft. Hij schetst het verhaal van iemand in het
rusthuis die obstinaat blijft roken maar tegelijk zuurstof krijgt toegediend. “Daar gaat voor mij
solidariteit erover. Voor mij heeft deze persoon aangetoond dat hij niet therapietrouw is. Voor mij is
de vraag of we deze mensen die obstinaat weigeren om verantwoordelijkheid over hun eigen
gezondheid te nemen, moeten blijven behandelen met stijgende en dus ook steeds duurdere
technologieën?”
Tegenargumentatie van persoon 3. “Moeten we dan voor alles in de gezondheidszorg een oorzakelijk
verband zoeken? Wie gaat dit bepalen? Wie gaat vaststellen dat er een oorzakelijk verband is tussen
gedrag en de ziekte? Wie heeft de autoriteit om dat vast te stellen? Volgens mij is het duurder om dat
te onderzoeken voor elke persoon dan om iedereen gewoon te behandelen en mensen niet voor hun
verantwoordelijkheid te stellen. Wie gaat afwegen wie voor wat verantwoordelijk is, komt op een
hellend vlak. De grenzen tussen terugbetaling van ziekte op basis van eigen verantwoordelijkheid zijn
onmogelijk flou.”
Anderen vullen aan:
We maken allemaal wel preventiefouten. Dus moet ons allemaal gezondheidszorg worden ontzegd?
Maar wat als mensen telkens weer hun therapie ondermijnen door hun gedrag. Moeten we hen dan
dure behandelingen blijven geven?
Het wordt steeds meer een gesprek van 1 tegen 4 (die in consensus vinden dat)
Akkoord Niet akkoord
Wie gaat de grenzen bepalen wat juist en fout is?
Dit leidt tot een deling in de samenleving met
een elitair gezondheidssysteem: basiszorg voor
iedereen, aanvullende zorg voor wie extra
betaalt. Alleen rijken zullen nog extra zorg
kunnen betalen.
60
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
Als het om louter schoonheidsingrepen gaat,
moet er niet worden terugbetaald. Wel als er een
medische nood is, als de oorzaak een ongeluk is.
Mensen kunnen last hebben van hun uiterlijk.
Hun ‘welbevinden’ kan er ernstig door geschaad
worden, ze kunnen er psychische problemen
door hebben, zich uitgesloten voelen uit de
samenleving -> dan moet de solidariteit wel
kunnen meespelen
De essentiële vraag waar onze gezondheidszorg
voor staat, is of we gaan voor de beste zorg of
voor voldoende zorg in functie van de middelen.
Brugge – Ronde 1
1. Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit
Geven, (her)verdelen, mensen helpen die met zware problemen kampen
Groot draagvlak, toegankelijk voor iedereen, verrekenen (zekerheid inkomen)
Verantwoordelijkheid om solidair te zijn
Moet niet wederkerig zijn
Van elkaar leren
Iedereen draagt bij, iedereen kan ontvangen
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores: 1, 3, 5, 7
Gemiddelde: 4
Commentaren (ik heb me daar gesitueerd op de lijn omdat …)
Er zijn mensen die te weinig bijdragen in functie van hun financiële middelen.
Sommigen dragen al veel bij, er zijn grenzen aan de solidariteit.
Werkgevers zouden meer verantwoordelijkheid moeten nemen voor de gezondheid van hun
werknemers, ze rekenen teveel op de solidariteit van de samenleving.
Er zijn teveel hindernissen om terug aan het werk te gaan na een langdurige ziekte. Het systeem is
verouderd. Er is te weinig inspiratie en creativiteit.
Sommige artsen profiteren ook, hollen ook de solidariteit uit. Ze vragen teveel, zetten solidariteit
onder druk, evenals de farmaceutische industrie.
61
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Langer werken
Akkoord Niet akkoord
We dragen al genoeg bij
Bijdrage mag niet alleen uit arbeid komen, maar
evengoed uit andere inkomens
Zich verder verplaatsen
Akkoord Niet akkoord
Ja, bijvoorbeeld voor gespecialiseerde
behandelingen/apparatuur
Alleen indien je zorgt voor mobiliteit voor
zwakkeren en kwetsbaren (bv. ouderen)
Ik ben bereid om …
Akkoord Niet akkoord
Aan het werk te gaan of vrijwilligerswerk te doen
(persoon die op invaliditeit staat)
4. Kan solidariteit beperkt worden?
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
Het is een ethisch debat, dat we niet uit de weg
moeten gaan.
Het is moeilijk om grenzen te trekken
Aan een 87-jarige al of niet een nieuwe heup
geven, daar kan je niet per definitie ja of neen
op zeggen. Je moet het laten afhangen van geval
tot geval.
Wel oppassen voor therapeutische
hardnekkigheid
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
Iedereen mag op een gelijke manier gebruik
maken van de gezondheidszorg, op voorwaarde
dat men bijdraagt volgens het echte, volledige
inkomen/vermogen
62
In functie van het eigen gedrag?
Akkoord Niet akkoord
Ja, in extreme gevallen Het is moeilijk om grenzen te trekken. We
moeten voor iedereen zorgen.
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
- -
In functie van andere parameters?
Akkoord Niet akkoord
- -
Opmerking die op de achterkant van de template was neergeschreven:
Oneerlijke verdeling van inkomsten van specialisten
Brugge - Ronde 2
1. Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit
Bijdragen in functie van het inkomen, ontvangen in functie van de behoeften
Tegengestelde van egoïsme
Niemanduit de boot laten vallen
Meer met groep, dan alleen
Kloof dichten
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores: 1, 3, 3, 5, 5, 5
Gemiddelde: 3,15
Commentaren (ik heb me daar gesitueerd op de lijn omdat …)
Vele ziekten worden niet gedekt door de solidariteit, omdat er gebrek is aan consensus over de
behandelingen/terugbetalingen (o.a. artsen, kosten en waarden van de behandelingen).
Bepaalde inkomensgroepen onttrekken zich aan de solidariteit.
Er zijn twee kanten aan het systeem: bijdragen en genieten van de middelen van de gemeenschap.
Wat betreft de bijdragen gaat het enkel om de gekende inkomens.
Solidariteit is meer dan inkomsten en uitgaven. Solidariteit betekent ook rekening houden met de
behoeften en dan kijken naar de acties die nodig zijn om die behoeften te lenigen.
63
Solidariteit is niet onbeperkt: we zullen keuzes moeten maken
-> bij uitkeringen wordt enkel rekening gehouden met inkomen niet met de uitgaven die mensen
hebben.
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Langer werken
Akkoord Niet akkoord
Mits aangepast werk Is dit de oplossing? En wat met de werkloosheid
bij jongeren?
Zich verder verplaatsen
Akkoord Niet akkoord
Blanco
Ik ben bereid om betalen voor de opvang van de kosten van de vergrijzing en multiproblematiek mits
efficiënt gebruik van overheidsmiddelen
Akkoord Niet akkoord
Iedereen heeft recht op gezond, kwalitatief ouder
worden
4. Kan solidariteit beperkt worden?
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
In geval van gevaar voor therapeutische
hardnekkigheid, is het de beslissing van de
patiënt/familie in samenspraak met de
zorgverlener die moet beslissen
Dit is pre-discriminatie. Men kan/mag geen grens
trekken en leeftijd gebruiken als een
exclusiecriterium
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
In functie van bijdrage, zou men kunnen
beperken wat mensen kunnen terugkrijgen?
Niet akkoord, dat leidt tot grotere dualiteit
In functie van het eigen gedrag?
Akkoord Niet akkoord
Blanco
64
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
Geen tussenkomst voor plastische chirurgie Behalve als het gaat om reconstructies na bv.
een mastectomie bij borstkanker. Het psychisch
lijden als gevolg van de verminking kan veel
meer kosten met zich meebrengen.
In functie van andere parameters?
Akkoord Niet akkoord
Blanco
Brussel – Dit thema werd niet besproken tijdens de Brusselse Rondetafel
Leuven – Ronde 1
1. Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit
Samen, gelijkwaardige mate, vangnet, ondersteuning, mondigheid (rechten kennen en gebruiken),
bescherming in tegenspoed, onbaatzuchtig, collectief handelen
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores: 1, 1, 1,5, 4
Gemiddelde: 2
Commentaren (ik heb me daar gesitueerd op de lijn omdat …)
Solidariteit moet nog verder worden uitgebouwd op voorwaarde dat ze niet misbruikt wordt
Opletten met misbruik van vermeende sociale fraude
Solidariteit heeft een prijs. Wat is de betaalbaarheid ervan op lange termijn? Zeker van dure
geneesmiddelen.
Er is een kloof in de solidariteit. Ongelijke remgelden voor ongelijke bevolkingsgroepen.
Het systeem kan ook bepaalde bevolkingsgroepen uitsluiten (cfr. Onderzoek in Nederland)
De geestelijke gezondheidszorg is een gesloten systeem
Conventionering vs niet-conventionering artsen: iedereen zou verplicht moeten aansluiten.
Men zou een (betalings)systeem moeten uitdokteren in functie van de mogelijkheden van de
patiënt
65
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Langer werken
Akkoord Niet akkoord
Ja, maar afhankelijk van het type van werk
(eventueel een switch maken), als er werk is
(eerste de jongeren aan werk helpen), als er een
aanbod is van gepast werk
Zich verder verplaatsen
Akkoord Niet akkoord
Dit is onvermijdelijk om verdere specialisatie
mogelijk te maken
Randvoorwaarde: er moet dan ook een betere
organisatie van de patiëntopvang gebeuren om
tijdverlies te voorkomen.
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
Alleen als er therapeutische hardnekkigheid in
het spel is
De leeftijd mag geen voorwaarde zijn
Kinderen met zeldzame ziekten moeten worden
geholpen (maar welke grenzen bepalen we)
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
Geheel van inkomen moet meetellen (links
leggen via kruispuntbank), verborgen inkomsten
in beeld brengen
Andere draagkracht, ook hogere bijdrage (nood
aan sluitende regeling)
Evenwaardige behandeling onafhankelijk van
inkomen
In functie van het eigen gedrag?
Akkoord Niet akkoord
Wat is risicogedrag
Hoe evenwaardig verdelen tussen verschillende
aandoeningen
Eigen gedrag is niet altijd eigen keuze:
levensgeschiedenis, verschillende indicatoren
66
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
Beperken van terugbetaling behandelingen die
een schoonheidsideaal nastreven
Enhancement of therapeutisch (eerste nooit
terugbetalen)
Grenzen stellen aan sommige tussenkomsten
-
In functie van andere parameters?
Akkoord Niet akkoord
Het is beter om in te zetten op preventie die
aanstuurt op gezond gedrag ipv premisse voor
eigen schuld
-
Leuven – Ronde 2
1. Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit
Gratis geneesmiddelen, niet meer vanzelfsprekend, stokpaardje, wat zit erachter,
rechtvaardigheid, het spel eerlijk spelen, individualisme, nieuwswaardigheid, zou basiskennis moeten zijn, waar gaat het naartoe (wat zijn de grenzen en hebben we die bereikt),
solidariteit zijn ‘rechten en plichten’, verharding, het mag niet evident zijn,
opvoeding=informatie,
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores: 2,5, 2,5, 4,5, 4,5
Gemiddelde: 3,5
Commentaren (ik heb me daar gesitueerd op de lijn omdat …)
Ik ben tevreden met wat ik krijg, maar ben bang voor de toekomst
We teren op vroegere solidariteit. Vandaag is er geen solidariteit meer.
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Langer werken
Akkoord Niet akkoord
Als iedereen het doet, ja, dus ook de rijken Verbeter het bijdragesysteem, laat hogere
inkomens meer betalen, ook inkomens op rente
Zich verder verplaatsen
Akkoord Niet akkoord
Maar dan moet er begeleiding komen voor
mensen die niet op die locatie kunnen geraken
67
Ik ben bereid om …
Akkoord Niet akkoord
Te betalen voor geneesmiddelen die nu gratis
zijn
4. Kan solidariteit beperkt worden?
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
Alleen om therapeutische hardnekkigheid tegen
te gaan
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
Iedereen moet recht hebben op
gezondheidszorg, ongeacht het inkomen
In functie van het eigen gedrag?
Akkoord Niet akkoord
Neen, want wat is risicogedrag? Wie bepaald dit?
Wordt anders beoordeeld naarmate de context
(bv. omwille van sociale klassenverschillen)
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
Moeilijke discussie -
In functie van andere parameters?
Akkoord Niet akkoord
- -
68
Gent – Ronde 1
Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit Gedeelde verantwoordelijkheid
Breedste schouders die de zwaarste lasten dragen (financieel, sociaal, …) -> conform met
draagkracht meer/minder bijdragen Generatiewissel -> hoe staan jongeren tegenover ouderen, middengeneratie moet hard
werken om jonge en oudere generatie voor een stuk te onderhouden, 60+ zullen meer
afhankelijk worden van een kleinere groep. Hoe gaan we om met de verschillende generaties? (intergenerationele werking!)
Gezondheid WHO fysisch, sociaal, …, welbevinden -> is een gedeelde verantwoordelijkheid in
brede zin gedefinieerd -> moet zodanig georganiseerd worden dat kwaliteiten en
vaardigheden benut blijven/worden Verantwoordelijkheid in de gezondheidszorg = gevaarlijk thema -< wederkerigheid,
samenleven
Functioneringsniveau maatschappij basis is DELEN. Zeker om u veilig te voelen
Meer inclusie voor personen met een beperking
Mix tussen sociale verplichtingen (het moet!) om een maatschappij te kunnen laten
functioneren en menselijke waardigheid (bv. Amerika -> ziekteverzekering niet verplicht met alle gevolgen van dien).
Terugbetaling van de behandeling longkanker …. (?? Kan niet ontcijferen) maken -> kan dit
wel, het moet maatschappelijk gedragen worden.
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores: 2, 2,5, 3, 3,5, 3,5, 4,5, 4,5
Gemiddelde: 3
Commentaren (ik heb me daar gesitueerd op de lijn omdat …)
Er is vrij veel solidariteit, maar op sommige vlakken nog te beperkt. (bv. terugbetaling
psycholoog)
Ten opzichte van andere landen is de solidariteit teveel politiek bepaald -> teveel een
rekening gemaakt zonder rekening te houden met de patiënt/cliënt
Sociale zekerheid bestaat en functioneert/ Remgeld = overbodig, rare keuze van wat wel en
wat niet wordt terugbetaald. Gezondheidszorg wordt veel te veel geleid door financiële aspecten, …
Solidariteit moet er eigenlijk zijn voor iedereen (bv. vluchtelingen, mensen die niet in orde zijn
met mutualiteit, …) Ik heb me in het midden geplaatst omdat bijna iedereen aan zijn trekken komt, ruim pakket
sociale zekerheid, inzet van geld staat ter discussie, redenen kan structuren opzetten om niet
meer solidair te zijn.
Ik plaatste me in het midden omdat langs een kant de verplichte solidariteit wel een positief
gegeven is, maar aan de andere kant er teveel financiële beperkingen zijn en er onvoldoende wordt rekening gehouden met de menselijke waardigheid van patiënten
Het is een goed systeem, maar er vallen nog teveel mensen uit de boot. Teveel mensen
ontberen basiszorg
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Niet besproken
69
4. Kan solidariteit beperkt worden?
Algemeen: geen beperkingen, maar wel meer controle -> meer sensibiliseren en ondersteuning
bieden in het maken van juiste gezonde keuze. -> meer opletten voor misbruiken
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
Akkoord Niet akkoord
In functie van het eigen gedrag?
Akkoord Niet akkoord
Solidariteit moet niet beperkt worden maar meer
sensibilisatie en preventie voor risicogedrag
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
-
In functie van andere parameters?
Akkoord Niet akkoord
-
70
Gent – Ronde 2
1. Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit
Begaan zijn met de anderen. Solidariteit voel je best als je er zelf mee te maken hebt
Solidarnosc in Polen. Begaan zijn met de anderen, tot op een zeker niveau.
Acties voor solidariteit (bv.11.11.11.), acties om geld in te zamelen
Basisprincipe van de sociale zekerheid. Financieel krachtige mensen meer bijdragen dan
degenen die het minder goed hebben. Er is steeds minder solidariteit in de samenleving. Het is een berekende solidariteit. Solidariteit is aan het verdwijnen. Solidariteit wordt met
negatieve verhalen geassocieerd. Dit is een evolutie die mij stoort. Gelijkheid >< ongelijkheid. Toch positieve signalen over solidariteit. Solidariteit begint bij
jezelf
Solidariteit = kenmerk van onze samenleving. Maar er is ook een tegentrend: meer
individualisme
Erkennen dat iemand een probleem heeft en daarmee een max. verbintenis aangaan, maar
dat de persoon zelf ook een verbintenis aangaat om zijn toestand te verbeteren. Dit tweede deel wordt minder bespreekbaar. Maar niet iedereen heeft daartoe dezelfde kansen bv.
bejaarde mensen moeten geholpen worden, maar moeten zelf ook inspanningen blijven doen. Dus inspanningsverbintenis langs beide kanten.
Solidariteit begint bij familie. Maar ook maatschappelijk probleem -> opvang ouderen is niet
voor iedereen betaalbaar. Overheid moet vergoeding geven aan familie die de oudere
opvangt. Ook ruimer budget voorzien voor thuisverzorgingssituaties. Een maatschappij moet een oudere bevolking opvangen
Pensioenen moeten voldoende groot zijn om een bejaardentehuis te kunnen betalen. RVTs
zijn niet meer betaalbaar.
Er moet meer solidariteit in onze samenleving komen. Meer zorg voor elkaar.
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores: (Slechts twee persoonlijke scores???)
3, 5
Gemiddelde:
Commentaren (ik heb me daar gesitueerd op de lijn omdat …)
Gratis bestaat niet. Er moet nog steeds remgeld worden betaald, en dit is een goede zaak. Er
moet een ‘rem’ bestaan. Want gezondheidszorg is anders niet meer betaalbaar.
Er is veel fraude in de gezondheidszorg. Het uitroeien van fraude kan meer middelen
beschikbaar maken.
Men moet bepaalde zaken flexibeler uit de nomenclatuur halen en andere erin plaatsen
Gratis moet niet bestaan, een minimumbijdrage is vereist. Dure behandelingen mogen niet
enkel voor de happy few zijn. Solidariteit wordt sterk bedreigd door fraude. Solidaire acties opzetten is goed. Anderzijds moeten we niet solidair zijn met profiteurs
Derdebetalersysteem afschaffen >< niet afschaffen
Door derdebetalersysteem kunnen mutualiteiten worden afgeschaft
Actoren uit de gezondheidszorg zijn soms ‘zakkenvullers’
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Langer werken
Akkoord Niet akkoord
71
Zich verder verplaatsen
Akkoord Niet akkoord
Ik ben bereid om …
Akkoord Niet akkoord
Meer middelen te geven als je weet wat er
tegenover staat
4. Kan solidariteit beperkt worden?
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
In functie van het eigen gedrag?
Akkoord Niet akkoord
Mensen moeten geresponsabiliseerd worden. Bv.
je bent verantwoordelijk voor je eigen beweging.
Grote vraag: hoe die responsabilisering
stimuleren?
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
-
In functie van andere parameters?
Akkoord Niet akkoord
- -
Algemene opmerking:
Er moet meer multidisciplinair worden gewerkt
Er moeten meer bewegingscoaches bestaan
Er moet een inspanningsverbintenis bij de patiënt zijn
Er zouden grote anti-drank campagnes opgezet moeten worden zoals deze tegen tabak
72
Gent – Ronde 3
1. Eén woord, beeld, associatie bij het begrip solidariteit Het komt in 1 pot terecht en gaat naar de mensen die ziek zijn.
Iedereen op dezelfde manier verzorgen en behandelen (arm, rijk, autochtoon, allochtoon)
Ook iedereen op gelijkwaardige manier laten bijdragen, afhankelijk van totaal inkomen.
Gezondheidszorg moet volledig onder solidariteit vallen en niet onder privéverzekeringen (cfr.
Hospitalisatieverzekering – mensen die er het meest nood aan hebben, kunnen het niet
betalen bv. gepensioneerden. Deze verzekeringen zijn een zeer kwalijke evolutie. Mensen met een hoog risico betalen enorme premies.
Doet me denken aan ‘solidarnosc’ in Polen. Vanuit de basis samenwerken aan een nieuw
systeem, moet mogelijk blijven zolang mensen erin geloven.
Prioriteitenstellen voor de meest hulpbehoevenden, maar geen systeem waar mensen rijker
van worden. Zorgen dat het geld gaat naar de mensen die het nodig hebben. Medische consumptie duwt mensen naar zaken die ze niet nodig hebben, bv. jeugd en
tandprothesen, geneesheren die per prestatie zeer veel krijgen. Hierdoor is er minder geld
voor mensen die het echt nodig hebben.
Preventie is in ons systeem zeer belangrijk: cfr tandzorg
Probleem van prestatiegerichte financiering
Gelijkwaardige behandeling maar geen gelijke behandeling
Men moet investeren in hen die achterstand hebben opgelopen
2. Hoe solidair is de gezondheidszorg?
Scores: 1, 2, 2, 2, 2, 2, 3
Gemiddelde: 2
Commentaren (ik heb me daar gesitueerd op de lijn omdat …)
Solidariteit wordt soms misbruikt om de solidariteit in vraag te stellen (moeten we solidair zijn
met rokers, dikke mensen, …)
Moeten we solidair zijn met mensen die de solidariteit misbruiken?
We kunnen niet solidair genoeg zijn
Iedereen moet kunnen genieten van de gezondheidszorg. Mensen onderaan de ladder leven
het ongezondste. -> dus meer informatie, opvoeding nodig voor die mensen Jammerlijke zaak dat preventie een Vlaamse bevoegdheid is en gezondheidszorg (RIZIV) een
federale materie
Gezondheidszorg behoort tot de non-profit, waaruit nooit winst moet gehaald worden.
Iedereen moet kunnen genieten van dezelfde gezondheidszorg Te weinig solidariteit -> bv. lange wachtlijsten, te weinig terugbetaling. Toch de vraag moet
er evenveel solidariteit zijn?
Veel geld wordt verkeerd besteed.
Kwaliteitscontrole: er is geen controle op de kwaliteit van dokters (zij worden niet
geëvalueerd), versnippering in de zuilen zorgen voor meer lasten, zuilen verdedigen nog
teveel hun belangen. Toch zijn zuilen ook positief, daardoor is er wat concurrentie. Bieden ziekenfondsen echter
niet teveel aan wat veraf van de gezondheidszorg ligt (bv. reizen, vakanties, …)
73
3. Willen we zelf meer bijdragen aan solidariteit?
Langer werken
Akkoord Niet akkoord
Ja, indien kwaliteit van werk dit toelaat
Stoppen met de antibelastingsrethoriek. Burgers
moeten geld over hebben om de solidariteit te
onderhouden. We hebben een mooi uitgebouwd
systeem dat we in stand moeten houden.
Verworvenheden en daar mag niet aan geraakt
worden. Bv. vakantiegeld en dubbelvakantiegeld.
Kan dat dubbel vakantiegeld niet gebruikt
worden om iedereen een
hospitalisatieverzekering te bekostigen
Zich verder verplaatsen
Akkoord Niet akkoord
Ik ben bereid om …
Akkoord Niet akkoord
Meer bij te dragen, maar dan moet iedereen dat
doen en dan zeker kapitaal dat moet bijdragen
Systeem van derdebetaler in heel de
geneeskunde invoeren
Meer remgeld laten betalen door mensen die
voldoende inkomsten hebben, derdebetaler
systeem meer veralgemenen voor mensen met
lage inkomsten
Ik ben bereid om meer naar de huisarts te gaan
en niet voor bv. een uitstrijkje naar de specialist.
Maar dan moet men ervoor zorgen dat de
huisarts goed bereikbaar is en beschikbaar is
4. Kan solidariteit beperkt worden?
In functie van de leeftijd
Akkoord Niet akkoord
In functie van het inkomen?
Akkoord Niet akkoord
74
In functie van het eigen gedrag?
Akkoord Niet akkoord
Omdat degenen met het hoogste risicogedrag,
vaak het laagst aan de maatschappelijke ladder
staan
In functie van het soort van tussenkomst?
Akkoord Niet akkoord
Esthetische ingrepen moeten niet terugbetaald
worden, toch zijn er uitzonderingen: bv.
borstreconstructies wel terugbetalen
In functie van andere parameters?
Akkoord Niet akkoord
- -
75
4.1.3 Thema 2 – Terugbetaling medische kosten
Antwerpen - Ronde 1
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Huisartsbezoek
Voorgeschreven geneesmiddelen
Kiné voor een beperkt aantal beurten
In sommige gevallen anticonceptie (pil)
Psychiater
Palliatieve zorg (via het statuut palliatieve zorg)
Overbruggingen en stents
Diabetes (als patiënten insuline nodig hebben)
Wat wordt niet terugbetaald?
Niet alle geneesmiddelen (vb. voor zeldzame ziekten, oogdruppels, …)
Orthodontie boven een bepaalde leeftijd Extra beurten kiné
Psychotherapie door psycholoog
Osteopathie, acupunctuur, homeopathie, …
Sondevoeding, sondepomp, …
Borstreconstructie met eigen weefsel
Palliatieve zorg (zonder palliatief statuut)
Experimentele kankerbehandelingen
Priknaaldjes voor diabetes
Preventieve ondersteuning of behandeling, gezonde levensstijl, …
2.3. Bespreking van de huidige criteria
Medische en sociale behoefte
3x +, 1x –
+
o een beter evenwicht tussen verdeling van de middelen tussen echte noden en
gecreëerde noden (gecreëerd door de farma-industrie) o acute kortstondige noden die goedkoop te behandelen zijn (bv. verkoudheid) niet
terugbetalen
o meer inzetten op ernstige en chronische ziekten -
o er zijn veel onnodige behandelingen, bv. prostaatbehandelingen
Verlenging van het leven
1x +, 0x –
+
o voor kinderen moeten alle middelen worden ingezet om hun leven te redden (bv.
zeldzame ziekten, experimentele geneesmiddelen sneller erkennen, …) -
o tegengaan van therapeutische hardnekkigheid
76
Verbetering van de levenskwaliteit
4x +, 1x –
+
o levenskwaliteit heeft voorrang op levensverlenging
o waar zit het individu, de patiënt in het verhaal? Wie bepaalt levenskwaliteit -> in de
praktijk vaak de arts, dit is niet goed Prijsniveau
1x +, 4x -
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
2x +, 1x –
Budgetimpact
1x+, 5x –
Bespreking van de drie financieel gerelateerde criteria:
o een mensenleven heeft geen prijs o men mag niet op een euro kijken als het over gezondheid van mensen gaat
o er zit genoeg geld in het systeem, er zijn mogelijkheden om te besparen op
oneigenlijk gebruik en op verkwisting (bv. onnodige dubbele onderzoeken, dure medicatie die niet altijd nodig is (alternatieve generische producten), ingrepen die niet
hoeven, …) o de gezondheidszorg mag niet aangestuurd worden vanuit financiële criteria
4. Andere criteria
Meer inzetten op preventiestrategieën
Uitbouw van netwerken eerstelijnsgezondheidszorg (o.a. wijkgezondheidscentra)
Meer objectieve criteria gebruiken (o.a. effectiviteit)
Eerst de behoeften duidelijk in kaart brengen (en verder kijken dan de puur medische) en
daarop systeem gezondheidszorg afstellen
Kiezen voor multidisciplinaire benaderingen en evaluaties. Samenwerkingen tussen
zorgverleners bevorderen (niet alleen artsen, ook verpleegkundigen en paramedici er meer bij betrekken). Meer kiezen voor een holistische benadering
Meer de oorzaken behandelen ipv de symptomen
Meer nadruk leggen op therapietrouw (regelmatig monitoren). Bij geen therapietrouw, ook
niet langer terugbetalen
Enkele algemene boodschappen aan het RIZIV:
Doe meer aan preventie, ipv curatie Flexibiliseer en buig de huidige starheid om: speel meer in op de noden van de patiënt ipv je
te laten aansturen door wat de farma op tafel legt, of toe te geven aan ziekenhuizen ‘die moeten draaien’
Verlaat het model van de prestatiegeneeskunde Doe voor dure geneesmiddelen prijsvergelijkingen met het buitenland en onderhandel lagere
prijzen. Pas het kiwimodel toe op alle geneesmiddelen Verlaat de technologische geneeskunde en vermenselijk de geneeskunde en de
gezondheidszorg Neem patiënten op in al je commissies
77
Antwerpen – Ronde 2
Na de korte voorstelling van de template, werd door een van de vijf deelnemers de opmerking
gemaakt dat de gehele participatieve oefening en, in het bijzonder, de rondetafel over dit thema
ervan uitging dat er bespaard moest worden in de gezondheidszorg. De persoon die deze opmerking
maakte, wees deze besparingslogica heel sterk af. Drie van de vijf andere deelnemers schaarden zich
achter deze opmerking. De vijfde deelnemer was het hiermee niet eens, maar zou al snel afhaken in
de discussie.
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Producten die weinig gezondheid bijbrengen
Tandzorg
Bril voor kinderen (indien ernstig)
Consultatie bij de dokter (ten minste in wijkgezondheidscentra)
Een aantal weesgeneesmiddelen
Wat wordt niet terugbetaald?
Bril voor andere mensen (behalve een kleine tegemoetkoming van het ziekenfonds)
Niet regulier behandelingen: acupunctuur, homeopathie, …
Een flink deel van de diagnoses en behandelingen worden onvoldoende terugbetaald
(remgeld, opleg, supplementen zijn veel te hoog)
Thuiszorg wordt onvoldoende terugbetaald
Chelatietherapie wordt niet terugbetaald (aangehaald door 1 deelnemer)
2.3. Bespreking van de huidige criteria
Opmerking deelnemer: dit is geen neutrale vraag, in tegendeel deze vraag is tendentieus. De vraag
over criteria is eigenlijk een vraag naar welke besparingen we toelaten in de gezondheidszorg. Is het
noodzakelijk om te besparen? Neen niet op gezondheid, wel op het leger en de auto.
Medische en sociale behoefte
3 +, 1 –
o Voor bestaande behandelingen is deze vraag irrelevant, wel belangrijk voor nieuwe,
innovatieve therapieën
o Er is meer nood aan behandelingen die echt inspelen op de nood van de patiënt. Veel geneesmiddelen vandaag werken niet en maken alleen de farmaceutische bedrijven
rijker. In veel gevallen wordt de patiënt er zelfs slechter van.
Verlenging van het leven
1 –
o Indien men zou besparen op behandelingen die het leven verlengen, komt men automatisch tot uitsluiting van ouderen.
o Vandaag is er veel therapeutische hardnekkigheid: mensen worden onnodig lang in
leven gehouden omdat dat opbrengt voor de ziekenhuizen en de artsen.
78
Verbetering van de levenskwaliteit
3x +
o Levenskwaliteit is veel belangrijker dan levensverlenging
o Wie bepaalt wat de levenskwaliteit van een patiënt is? Wordt er met de ervaring en
perceptie van de patiënt rekening gehouden? Prijsniveau
1x +
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
2x +
Budgetimpact
3x -
Bespreking van de drie financieel gerelateerde criteria:
o Er hoeft niet bespaard te worden, in het systeem zit genoeg geld, bv. bij de farmaceutische industrie
o Andere verdelingen zijn mogelijk. Er wordt vandaag ongelooflijk veel verkwist aan behandelingen die niet werken
o De mens moet tellen, niet de winst o Pas het sluismodel overal toe
o Bij gelijkwaardigheid van behandelingen, ga dan steeds voor de minst dure (pas het
kiwimodel altijd toe) o Negotieer voor nieuwe behandelingen conditionele terugbetaling -> indien de
behandeling niet werkt, wordt ze door de vertrekker (in casu de farmaceutische industrie) terugbetaald
o Ziekenhuizen en woonzorgcentra zouden de aankoop van hun geneesmiddelen meer
moeten verantwoorden. Vandaag maken ze winst op de deals die ze sluiten
4. Andere criteria
o Betaal alleen behandelingen terug die ‘essentieel’ zijn (moderator: wat maakt dan in
uw ogen dat een behandeling ‘essentieel’ is of niet? -> ‘Awel, dat de patiënt ervan geneest, of zich er beter mee voelt!’)
o Leg meer nadruk op veiligheid: geneesmiddelen of behandelingen die onveilig zijn,
moeten veel vroeger uit de handel worden genomen of stopgezet: bv. recente terugtrekking van touristil had veel vroeger moeten gebeuren, amalgaam
tandvullingen zijn een ander voorbeeld. Dit worden nog steeds geplaatst, …) o Meer nadruk op alternatieve therapieën: psychotherapie, beweging, kiné,
dieetproducten, minder focus op geneesmiddelen o Betere diagnose, beter voorschrijfgedrag aanmoedigen. Artsen die teveel
merkproducten voorschrijven penaliseren
o Oog hebben voor totaalzorg
Algemene opmerkingen rond terugbetalingen en organisatie van het systeem:
o Het Belgische consensusmodel moet worden vervangen. In de commissies worden enkel de belangen van de stakeholders verdedigd, niet die van de patiënt of de
samenleving o De manier waarop zorgverleners worden vergoed (prestatiegeneeskunde) moet
worden vervangen door een ‘pay-for-quality’-model (geen kwantiteit, wel kwaliteit)
o Patiënt wordt nooit betrokken bij het systeem o De huidige concurrentiestrijd tussen de ziekenfondsen (zie o.a. reclame op radio) vind
ik niet ernstig. Ziekenfondsen zijn organisaties die geënt zijn op de solidariteit en nu werken ze volgens marktmechanismen.
o Ik vind die concurrentie goed: ik kan shoppen waar ik het beste aan mijn trekken kom.
79
Opmerking vijfde deelnemer: ik heb de indruk dat ik in een ander België leef dan jullie. Ik ben zelf
heel tevreden over de gezondheidszorg. Ik heb een huisarts die heel goed voor me zorgt en die me
tijdig doorverwijst als dat nodig is. Ook dan blijft de factuur betaalbaar. Ik heb het niet breed, en toch
moet ik geen gezondheidszorg uitstellen omdat ik het niet kan betalen. Ik ken het systeem niet van
binnenuit, zoals jullie, maar toch ben ik er heel tevreden mee.
Hasselt – Ronde 1
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Thuisverpleging
Kinesist (beperkt aantal sessies)
Consultatie bij huisarts
Hulpmiddelen voor personen met een handicap (beperkt)
Vroedvrouw aan huis
Oogarts vanaf -8,25 bioptrie, 1 keer per jaar terugbetaald
Jaarlijkse controle tandarts – beperkt
Cochleaire implantaten na onderzoek dr RIZIV (op basis van dossier)
In residentiële context, vaak volledige teugbetaling specialist
Wat wordt niet terugbetaald?
Tandarts (implantaten) tenzij medico-plan
Psychotherapie voor volwassenen
Vacuümtherapie van wonden (zeer goede resultaten)
Veel hulpmiddelen voor personen met een handicap (bv. buggy en rolstoel in combinatie,
moesten drie jaar wachten na aankoop van rolstoel vooraleer buggy werd terugbetaald. Contactlenzen wel maar bril niet
Thuiszorg is meestal duurder
Consult bij eerstelijnspsycholoog is niet terugbetaald
Opname in de psychiatrie-residentieel (maar toch minder duur dan ambulant)
probleem van de niet-geconventioneerde artsen.
2. Hoe wensen we de praktijk
Wat zou je graag terugbetaald zien?
Psychotherapie voor volwassenen, GGZ in het algemeen terugbetalen voor iedereen,
laagdrempeligheid creëren net zoals met de huisarts
Meer aandacht naar preventie via de eerste lijn. Mensen in bv. school- en werkomgevingen
om bij negatieve ervaringen snel te begeleiden Maximumfactuur voor kosten die met comfortzorg te maken heeft voor personen met een
handicap. Die comfortzorg kan latere kosten voorkomen omdat er medisch moet worden
ingegrepen. Tandzorg (kan een vicieuze cirkel worden). Dure behandelingen, maar grote
maatschappelijke druk (want slechte tandzorg is vaak uiting van lagere sociale klasse).
80
Wat vind je overbodig wat vandaag wel wordt terugbetaald?
Ziekenfondsen beconcurreren elkaar met terugbetalingen van welnessactiviteiten.
Beter overleg voor kosten in residentieel vs. Ambulant
Rilatine na 18 jaar
Jaarlijks uitstrijkje bij gynaecoloog als blijkt dat eht om de drie jaar voldoende is
Pervasiviteit van het doorzetten van een behandeling in functie van de terugbetaling: bv. bij
een logopedist 2 jaar lang behandelen, omdat er 2 jaar wordt terugbetaald terwijl dat niet
altijd nodig is. Of 40 beurten kiné terwijl het na 10 beurten al oké is. Dit werkt verspilling in
de hand. Te weinig een getrapt systeem: (Op zon- en feestdagen is het goedkoper om naar de
spoeddienst te gaan ipv van naar de wachtdienst voor huisartsen.
3. Bespreking van de huidige criteria
Medische en sociale behoefte
Ook voor zeldzame aandoeningen
Verlenging van het leven
Individueel te bepalen -> opgepast met therapeutische hardnekkigheid
Verbetering van de levenskwaliteit
Prioriteit!!!
Gedrag beïnvloeden via terugbetaling want ook gedrag is belangrijk. Niet alleen oplossingen
zoeken via pilletjes. Sturend/stimulerend optreden
Prijsniveau
Minder belangrijk. We zijn bereid een hogere prijs te betalen indien er een hogere kwaliteit
aan verbonden is.
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
Is een absoluut criterium – welke interventie biedt de meeste baten. Welke gezondheidswinst
levert het op.
Budgetimpact
Een belangrijk item. Maar het is moeilijk om erover na te denken of het budget voor
gezondheidszorg moet toenemen.
4. Andere criteria
Op het vlak van proces: Welk zijn andere spelers die betrokken moeten worden? -> meer de
mening van de patiënt meenemen, ook rol voor patiëntenverenigingen Of interventies oplossingsgericht zijn: over de schotten heen kijken. De patiënt versterken in
zijn autonomie. Verder kijken dan de korte termijn. Bredere context mee in rekening nemen.
Invloed van levensstijl meenemen. Eerst gedrag aanpassen. Kijken naar de voorgeschiedenis
van de patiënt Andere deelnemers zijn het hier niet mee eens. (zie ook bij solidariteit)
81
Hasselt – Ronde 2
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Consultatie huisartsen, specialisten
Bloedverdunners
Tandarts, kine
Technische prestaties
De pil (tot 21 jaar)
…Consult bij de psychiater
Voorgeschreven logopedie
Thuisverpleging
Rookstop (tabakoloog)
Revalidatie
Podoloog, bij doorverwijzing
Wat wordt niet terugbetaald?
Psycholoog
Anticonceptiepil na 21 jaar
Alternatieve geneeswijzen (homeopathie, …)
Diëtiste (wel bij diabetes)
Plastische chirurgie
Zorg in het buitenland (wel als de zorg hier niet kan geleverd worden)
Brillen
Hoorapparaten
Tandverzorging buiten leeftijdscategorieën
2. Hoe wensen we de praktijk
Wat willen we wel terugbetaald zien?
Brillen, zijn toch voor veel mensen noodzakelijk en essentieel. Voor mindergegoede gezinnen
zijn dit een serieuze uitgavepost Tandzorg, preventiebevorderen, mensen waardigheid geven, -> leidt tot sociale isolatie en
andere problemen (o.a. hartproblemen)
Preventie: voedingssupplementen voor een gezonde levensstijl
Tegemoetkoming voor glutenvrije producten (nu slechts 40 euro per maand) bij
glutenintolerantie. Stimuleren van een gezonde levensstijl.
Innovatieve technieken die op termijn besparingen kunnen genereren, bv. bloedtest voor
downsyndroom
Keuzevrijheid voor de patiënt (ook als die zijn behandeling in het buitenland wil)
Wat vinden we overbodig?
Onnodige, dubbele onderzoeken (elektronisch medisch dossier dringend uitwerken)
Oude, inefficiënte technieken en behandelingen uit de nomenclatuur halen ten voordele van
nieuwe technieken. Kine gekoppeld aan een aantal beurten in het voorschrift die niet nodig zijn.
82
3. Bespreking van de huidige criteria
Medische en sociale behoefte
Medische problematiek is heel belangrijk
Sociale problematiek: arm maakt ziek, ziek maakt arm
Verlenging van het leven
Ja, maar steeds gekoppeld aan levenskwaliteit
Liever minder oud, maar een elven met levenskwaliteit
Zelfbeschikkingsrecht van de patiënt respecteren
Er wordt te weinig rekening gehouden met de wensen van de patiënt
Verbetering van de levenskwaliteit
Zie hierboven ‘Levensduur’
Prijsniveau
Betaalbaarheid is belangrijk
Wat maakt het duur? Is er iets anders op de markt dat even goed is? Substitutie door
generisch product.
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
Zou belangrijk criterium moeten zijn. Is de behandeling/terugbetaling verantwoord? -> maar
screenen op kosteneffectiviteit moet breed genoeg gebeuren: bv. antidepressiva vs
verpleegkundigen in rusthuizen, screening prostaatkanker, …
Budgetimpact
Overconsumptie tegengaan.
4. Andere criteria
RIZIV moet als een goede huisvader handelen: gaan voor grotere effectiviteit, er is nu geen
resultaatverbintenis Preventief en op lange termijn kijken
Investeren in nieuwe technologieën voor ziekten waar geen behandeling voor is.= prioriteiten
stellen, geen me too geneesmiddelen terugbetalen
Belang van thuiszorg waarderen.
Brugge – Ronde 1
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Consultatie bij de arts (huisarts, specialist)
Tandprothesen als je ouder bent dan 55 jaar
Medicatie (bv. diabetes, dementie, …)
Prothesen (heup, knie, …)
Hospitalisatiekosten (kamer > 1)
Radiografieën
Hulpmiddelen (rolstoel, rollator, … (maar wel niet binnen bepaalde termijnen, bv. 4 jaar na
eerste aankoop)) Verpleegkundige zorgen (thuiszorg)
83
Wat wordt niet terugbetaald?
Netvliesscan (OCT-onderzoek) dat moet uitgevoerd worden bij bepaalde oogonderzoeken
Brilglazen onder een bepaalde bioptrie…
Tandprothesen voor mensen jonger dan 55 jaar
Tandimplantaten
Alles wat te maken heeft met CVS/fibromyalgie, maar ook met andere minder voorkomende
aandoeningen (bv. MS)
Ziekenvervoer naar privépraktijk van arts/specialist (naar ziekenhuis vaak/soms wel)
Terugbetalingen voor orthodontie zijn sterk afhankelijk per ziekenfonds (al of niet met
aanvullende verzekering – door sommige deelnemers wordt de huidige concurrentiestrijd
tussen de ziekenfondsen een schande genoemd. Andere deelnemers verdedigen de gedifferentieerde aanpak van de ziekenfondsen met hand en tand)
Kostprijs orthodontie afhankelijk van de conventioneringsstatus van de arts. (‘het is een echt
probleem hoe weinig deze sector geconventioneerd is, volgens sommigen) Ziekte van Lyme
Hulpmiddelen als ze binnen de wachtperiode vallen (bv. vernieuwing van onaangepaste
rolstoel omdat ziekte sneller verslechterde)
Opmerking: de rekening van veel artsen (vooral specialisten) is weinig transparant. Zij factureren ook
vanuit een bvba. Dat vinden een aantal deelnemers wel heel ‘raar’.
2. Hoe wensen we de praktijk
Wat zou je graag zien terugbetaald worden?
Een snellere erkenning van bepaalde aandoeningen (bv. gevolgen van de ziekte van Lyme,
CVS/fibromyalgie, …) bv. verhaal van een militante CVS-patiënt die maandelijks 1500 euro
extra medische kosten heeft. Deze kosten worden niet terugbetaald. Wie kan maand-na-maand 1500 euro op tafel leggen als je ongeschikt bent om te werken?
Bij sommige patiënten evolueert de ziekte sneller dan gebruikelijk. Toch zijn de
terugbetalingen/erkenningen daar vaak niet op afgestemd. Er ontstaat dan een groot onevenwicht tussen de behoeften en de rechten/terugbetalingen waarvoor mensen in
aanmerking komen.
Brillen voor kinderen zijn toch essentieel. Je kan toch niet functioneren in de samenleving als
je slecht ziet. Voor scheve tanden betalen we hoge orthodontische kosten terug, voor brillen voor kinderen en jongeren nauwelijks iets.
Een hogere terugbetaling voor borstreconstructies na borstcarcinoom is nodig. (Maar ook bij
borstafwijkingen (bv. grote en kleine borst, te grote borsten, als die tot een medisch of psychologisch probleem leiden)).
Wat is overbodig?
De ziekenfondsen zouden zich moeten beperken tot hun ‘corebusiness’. Al het perifere, bv.
reizen, terugbetalen van fitnessabonnementen, …, moeten ze afstoten. Ook de rol van
ziekenfondsen als privéverzekeraars (aanvullende verzekering wordt in vraag gesteld) Er ontspint zich een vinnige discussie over de rol van de ziekenfondsen. Twee deelnemers
nemen deze instellingen op de korrel: ze vragen zich af hoe de ziekenfondsen zichzelf
eigenlijk zien in de toekomst? Als spreekbuis van de patiënten, een ledenorganisatie, een dienstverlener van zorg (in de thuiszorg en ziekenhuizen), als reisorganisatie, als aanbrenger
van gezondheidsinformatie(in kader van preventie), als begeleider van patiënten in hun zorgparcours, als politieke beslisser?? … zij vinden het onmogelijk om al deze rollen in de
toekomst aan te houden en toch tot een transparantie gezondheidszorg te komen. Een vertegenwoordigster van het ziekenfonds gaat hiertegen in door te stellen dat de
ziekenfondsen niet alleen historisch maar ook nog vandaag de bewakers zijn van de
solidariteit en kwaliteitsvolle gezondheidszorg. Ze vormen een dam tegen het egoïsme en de commerciële benadering van (sommige) artsen en de farmaceutische industrie.
84
Medicatie tegen dementie – een zorgverlener in een woonzorgcentrum klaagt aan dat mensen
met ernstige dementie nog steeds geneesmiddelen krijgen voorgeschreven (o.a. choline-esterase-inhibitoren) die voor hen niet meer werkzaam zijn. Voor dergelijke, niet-effectieve
medicatie zou de terugbetaling moeten stopgezet worden.
Een deelnemer stelt voor om de zeer goedkope geneesmiddelen op voorschrift niet meer terug te betalen, bv. maagzuurremmers, cholesterolremmers. Niet alle deelnemers zijn het
daarmee eens. Zelfs geneesmiddelen die voor een dagdosis minder dan 1 euro kosten, komen
op jaarbasis toch op 350 euro. Sommige mensen met een chronische aandoening moeten verschillende van deze geneesmiddelen nemen. Voor hen is de terugbetaling zeker nodig.
In ziekenhuizen en bij specialisten gebeuren veel diagnostische onderzoeken dubbel of zelfs
driedubbel. Allemaal op kosten van de gemeenschap. Daar moet men paal en perk aan stellen.
2.3. Bespreking van de huidige criteria
Opmerking: er bleef nog weinig tijd over om over de criteria te discussiëren. De moderator zag toch
nog gauw kans om te laten stemmen over het belang van de bestaande criteria. Ziehier de uitslag:
Medische en sociale behoefte
1+
Verlenging van het leven
0
Verbetering van de levenskwaliteit
5,5+
Prijsniveau
0
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
0,5+
Budgetimpact
0
4. Andere criteria
Geen tijd voor bespreking
85
Brugge – Ronde 2
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Consultatie bij de huisarts
Het gros van de voorgeschreven medicatie
Mobiliteitshulpmiddelen
Alles wat onder nomenclatuur valt
Wat wordt niet terugbetaald? –en wat zou toch moeten (combinatie van vraag 1 en 2)
Bril
Niet-vergoedbare geneesmiddelen. Daar zijn er toch een aantal bij die erg nuttig zijn. Die zou
men beter terugbetalen. Weesgeneesmiddelen – hier zou men echter ook de industrie moeten responsabiliseren om de
prijzen te matigen.
Medicatie voor post-polio-syndroom (ziekte wordt niet erkend en dus ook de medicatie niet)
Preventie!!!
Psycholoog
Alternatieve geneeswijzen (chiropraxie, osteopathie, accupunctuur …)
Communicatiehulpmiddelen (aangepaste gsm, eenvoudige spraakcomputers, … - er wordt pas
terugbetaald als het om heel complexe instrumenten gaat voor mensen met grote beperkingen. Maar voor mensen met kleinere beperkingen, die met relatief eenvoudige
hulpmiddelen toch heel goed geholpen worden om hun leven comfortabeler, kwaliteitsvoller
en meer geïntegreerd te maken, is er weinig voorzien). Nieuwe technologieën die recent wetenschappelijk onderbouwd werden. België is heel traag
met het terugbetalen van nieuwe medische technologie in vergelijking met de ons
omringende landen. Vaak moeten wij het doen met oude geneesmiddelen, therapieën, technieken. Hier zit zeker een element van kosteneffectiviteit in. Meestal neemt men aan dat
innovatieve dingen veel duurder zijn, maar dat hoeft niet zo te zijn. Vandaag worden vaak
oude, minder effectieve behandelingen wel terugbetaald, terwijl nieuwe, meer effectievere behandelingen (op basis van evidence) niet worden toegepast. Door een betere efficiëntie kan
men vaak ook sterk besparen. Aanpassingen voor mensen met beperkingen om deel te nemen aan sport- en recreatieve
activiteiten. Het is niet zozeer het clubabonnement dat men zou moeten terugbetalen, wel de
extra onkosten die mensen met beperkingen moeten maken voor hun deelname aan de ‘ontspannings’-samenleving. (bv. omdat een geschikte sportclub verderaf gelegen is van hun
woonplaats dan een normale sportclub, maar die geen mensen met beperkingen opneemt).
Wat is overbodig?
Overmaat aan prestaties die kunnen vervangen worden door meer innovatieve technologieën
Aanbodgestuurd overgebruik (bv. als mensen een prothese krijgen, maar deze niet gebruiken,
krijgen ze na een bepaalde tijd (enkele jaren) het aanbod voor een nieuwe prothese omdat ze
‘daar recht op hebben’. Wat voor zin heeft het om deze mensen een nieuwe prothese te geven als ze die toch niet gebruiken. Dergelijke toestanden moest men onmogelijk maken.
Lidgelden van sportclubs, wellness, en onverantwoorde preventie-initiatieven
86
2. Verkenning van de huidige criteria
Medische en sociale behoefte
Weinig commentaar…
Verlenging van het leven
Is belangrijk, maar alleen als er ook levenskwaliteit is
Verbetering van de levenskwaliteit
Wordt door de deelnemers gezien als het belangrijkste criterium, samen met
kosteneffectiviteit
Prijsniveau
Men zou een correct evenwicht moeten vinden tussen de betaalbaarheid van een
geneesmiddel (voor de samenleving en het individu) en de winstmarge zodat de innovatie niet stilvalt. Dit vraagt inspanningen en transparantie van alle betrokkenen, inclusief de
farmaceutische industrie, de artsen en andere zorgverleners, de overheid …. Ook zou men
een aantal tussenechelons kunnen schrappen, zodat de kosten verlagen (bv. invoerders, verkopers, …)
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
Wordt door deze groep, samen met levenskwaliteit , beschouwd als het belangrijkste
criterium.
Budgetimpact
Geen commentaar
3. Andere criteria
Te weinig tijd voor verdere discussie
…
Brussel – slechts 1 ronde
De discussie focuste zich met deze kleine groep snel op een aantal behandelingen/prestaties
die vandaag (te) weinig worden terugbetaald of aspecten waarvoor er te weinig aandacht is in
het huidige systeem. Dus de eerste twee punten van de template worden hier samen
besproken:
Tandzorg tot 12 jaar wordt vandaag volledig terugbetaald. Maar er moet daar ook een
opvoedkundige taak zijn, bv. bij migranten blijven kinderen heel lang aan de borst. Daarom
moeten wij voor die kinderen dan heel vaak zware orthodontische behandelingen op
toepassen. Achteraf zeggen die ouders wel ‘hadden we het geweten, dan …’. Er is echter in
het systeem geen ruimte voor dat soort van preventieve educatie.
Paradontologie wordt niet terugbetaald vanaf een bepaalde leeftijd. Dat is nochtans nuttig.
Algemeen wordt rond tandzorg veel niet terugbetaald (implantaten, operaties, …). Er wordt
veel te weinig aan tegemoet gekomen. Bovendien: Hoe ouder je wordt, hoe behoeftiger je
wordt. En toch wordt vooral voor ouderen minder terugbetaald. Dus meer aandacht voor
ouderen.
87
Hoe zit het met de conventionering van zorgverleners? Is het misschien zo dat we in België
tandzorg weinig terugbetalen, omdat de sector heel weinig is geconventioneerd.
De deelnemers schuiven twee opties naar voor om de problematiek van al dan niet-
geconventioneerde artsen tegen te gaan:
- Artsen en andere zorgverleners moeten zich verplicht conventioneren (het
probleem kan dan wel zijn dat patiënten ‘onder tafel’ of ‘in het zwart’ moeten
bijbetalen). - Artsen die niet-geconventioneerd zijn, moeten dan maar werken buiten het
systeem van de verplichte ziekteverzekering. Als ze zichzelf buiten het systeem willen zetten, moeten ze daar ook de gevolgen van dragen.
Wat betreft tarificatie moet er veel meer via het derdebetalersysteem gebeuren. Dat verlaagt
de toegangsdrempel en bovendien worden misbruiken tegengegaan. Het nieuwe voorstel om
voor patiënten met een erkend statuut chronische patiënt dit systeem van derdebetaler
verplicht te maken, kan op goedkeuring van de deelnemers rekenen. Dit systeem zou men
moeten uitbreiden.
Ook aan de terugbetaling van psychotherapie moet een mouw worden aangepast. Maar dat
moet gecontroleerd gebeuren, een erkenning van de zorgverlener is daarin prioritair. Men
moet een onderscheid kunnen maken tussen de charlatans en de goed opgeleide psychologen
die effectieve behandelingen leveren.
Osteopathie en homeopathie – twee deelnemers zeggen dat die dingen alleen mogen
terugbetaald worden als de effectiviteit ervan bewezen is (als ze evidence based zijn). Een
deelnemer zet toch een boom op over homeopathie. Voor deze persoon is het eerder de
subjectieve ervaring van de patiënt die moet meespelen bij de beslissing over terugbetaling.
Niet alles kan worden bewezen. Het is onmogelijk om de effectiviteit van homeopathie te
bewijzen volgens de klassieke klinische studies, aldus deze deelnemer. Een derde deelnemer
neigt naar evidence based medicine, maar geeft toe om zelf ook homeopathische producten
te gebruiken ‘omdat ze zich er beter mee voelt’.
Een aantal commerciële aspecten moeten verdwijnen. Bv. Ziekenfondsen die met elkaar de
concurrentie aangaan door weegschaal, reizen, abonnementen etc. terug te betalen.
Robotchirurgie moet terugbetaald worden: mensen moeten veel minder lang in het
ziekenhuis, komen sneller uit bed, revalideren veel sneller …… en toch moeten deze mensen
nu 1500 euro zelf betalen. Als mensen meer comfort hebben van nieuwe behandelingen, moet
men dat beter meenemen in de terugbetalingen.
We zijn in België te traag met terugbetaling van innovatieve behandelingen. Al besef ik dat
niet alle nieuwe dingen onmiddellijk kunnen worden terugbetaald. Maar het proces van de
beslissing voor innovatieve dingen verloopt toch traag. Misschien moeten we dat ook meer
doen op Europees niveau.
88
Een grote besparing zou zijn om met kleinere verpakkingen te werken van geneesmiddelen
ipv de huidige ‘familieverpakkingen’. Ook in de zorg moet men af van de grote pakketten (bv.
iemand in de psychiatrie die van 9 tot 4 in de dagopvang zit, wordt terugbetaald terwijl die
met een 2 uur durende behandelingssessie zou toekomen. Maar als die persoon maar 2 uur
komt, wordt dat niet terugbetaald. Door die persoon zolang in de opvang te houden, ontstaan
extra kosten (de omkadering van een ganse dag, maar ook omdat de kinderen naar de
opvang moeten, de patiënt niet deeltijds kan werken etc.)
Van het principe dat ‘iedereen alles doet’, moeten we af. Voor specifieke
gezondheidsproblemen moeten we veel meer werken met gespecialiseerde expertisecentra
waar de kennis rond een aandoening/groep van aandoeningen gebundeld is.
Bestaande criteria
Doeltreffendheid: de moderator laat de voorgaande discussie naadloos overgaan naar de
bestaande criteria door de brug te maken naar effectiviteit/doeltreffendheid. De discussie rond
evidence based, placebo-effect en zelfs ‘gebedsgeneeskunde’ zet zich verder. Eén groep
zweert bij de wetenschap, één deelneemster legt de nadruk op patiëntenbeleving.
Kosten-baten: sommige dingen zijn duur, maar toch weten we dat ze effectief kunnen zijn.
Bv. iemand in de psychiatrie heel lang opnemen, kan effectief zijn, maar is toch zo duur, dat
we dat niet langer doen. “Dus ik kan leven met het principe van kosteneffectiviteit. Wel stel ik
me de vraag of er dan ergens een grens is aan wat we willen/kunnen betalen voor een
behandeling. Wat is een jaar gezondheid waard? Er wordt daar een prijs op gezet. Die staat
op 50.000 euro. Wat moeten we doen met die hele dure behandelingen die boven de 50.000
euro zitten. We kunnen niet om het even wat betalen. Er moet ergens een grens zijn, al ligt
dat moeilijk. Kunnen we dat eigenlijk? Ik zou zeggen van wel, zelfs redenerend vanuit de
solidariteit: want we weten dat de pot ooit op zal zijn. En als we die pot dan opgebruiken aan
enkele patiënten met een bijzonder dure behandeling, dan blijft er te weinig over voor
anderen. Ook die hebben recht op een goede gezondheid en een behandeling als ze ziek zijn.”
Anderen vinden het ongepast om met grenswaarden te werken. “Wie bepaalt dan overigens
die grenswaarde, en hoe gaan we dat toepassen. En omdat je pech hebt dat er voor jouw
ziekte alleen maar dure behandelingen zijn, zou je uit de boot vallen. In vind dat een
wansmakelijke gedachte die niks met solidariteit heeft te maken. Solidariteit betekent iemand
helpen naargelang zijn noden.”
Zorg voor betere regulering van de kostprijzen. Pas het kiwi-model maximaal toe. Misschien
niet alleen op geneesmiddelen, maar ook op andere prestaties. Ga bovendien op Europees
niveau werken. Maak tussen regeringen afspraken dat prijzen Europees worden genegotieerd.
89
Leuven – Ronde 1
1. Verkennen van de praktijk Wat wordt wel terugbetaald?
Consultaties artsen
Ziekenhuisopname
Tandartsbehandeling (maar moet meer dan 1x per jaar worden terugbetaald)
Medische beeldvorming zoals MRI, rontgenfoto’s, …
Wat wordt niet terugbetaald?
Als je binnen de correctiegrenzen valt voor een bril
Consultatie bij de psycholoog
Innovatieve technieken
2. Hoe wensen we de praktijk
Wat zou je graag zien terugbetaald worden?
Tandartsbehandeling voor preventie 2x per jaar terugbetalen
Correctiegrenzen voor bril minder hoog stellen, want ook met minder slecht zicht ben je toch
beperkt zonder bril of lenzen
Psychologische behandelingen worden (komt ook nauwelijks aan bod bij symptoom ziektes
(???)
Innovatieve technieken en behandelingen (bv. diagnostische testen)
Antibiotica terugbetalen in functie van het voorschrijfgedrag van de arts
Wat is overbodig?
Oude geneesmiddelen die minder (goed) werken dienen niet meer voorgeschreven en
terugbetaald te worden Thuisverpleging wordt (te) overvloedig terugbetaald. Het remgeld zou daar omhoog moeten
om het systeem betaalbaar te houden. Bovendien moet men beter controleren op misbruik
(via statische analyses op de zorgverlener)
Het voorschrijfgedrag van artsen moet worden aangepakt (statistieken hierover bijhouden)
Grote verpakkingen: veel geneesmiddelen worden weggegooid omdat de verpakkingen te
groot zijn. Dus meer stimuleren van kleinere verpakkingen of leveringen a rato van wat je echt nodig hebt.
3. Bespreking van de huidige criteria
Medische en sociale behoefte
In de praktijk wordt de medische behoefte veel belicht dan de sociale. Men moet ook rekening
houden met de effectiviteit van de behandelingen
Verlenging van het leven
Verlenging van het leven en levenskwaliteit zijn onafscheidelijk gemengd. Levensverlenging
moet in functie van de levenskwaliteit worden benaderd.
Verbetering van de levenskwaliteit
Verbetering of behoud.
Is op zich belangrijker dan levensverlenging. Een nieuwe behandeling hoeft niet altijd te
focussen op levensverlenging, wel op levenskwaliteit
Prijsniveau
Te enge benadering. Een dure behandeling is niet altijd noodzakelijk een betere.
90
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
Aanpak moet resultaatgericht benaderd worden
Hangt samen met budget
Budgetimpact
Meer doorzichtigheid in hoe budgetten besteed worden. Voor de burger is dit niet duidelijk.
Bv. via gezondheidsraden
Nota: Er is onder het publiek grote onwetendheid over de impact van bepaalde terugbetalingen, maar
omdat het nu eenmaal wordt terugbetaald, laten we het maar zo.
4. Andere criteria
Er moet een rode draad worden uitgewerkt voor lange termijnbeslissingen in gezondheidszorg Rond preventie moet meer worden terugbetaald –< geeft een langetermijneffect
Behandelingen holistische aanpakken, in een breder kader zien. Bv. fysieke klachten van
patiënt in samenhang zien met combinatie van psychische en sociale i.p.v. revalidatie in
functie van maatschappelijke criteria
Meer coördinatie tussen de verschillende ministers moet leiden tot vereenvoudiging van
procedures Responsabilisering van patiënten! Informatie geven zodanig dat patiënten niet hervallen in
vicieuze cirkels en dit linken aan terugbetaling der behandelingen.
Leuven – Ronde 2
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Mobiliteitshulpmiddelen
Alle tandheelkunde tot 18 jaar
Begeleiding om te stoppen met roken
Geneesmiddelen categorie A
Screenings (naar kanker)
Vaccins
Ziekenhuisopname (beperkt)
Wat wordt niet terugbetaald?
Tandprothesen onder 50 jaar/implantaten
Behandelingen van zeldzame ziekten
Brillen voor +18 jaar
Plastische chirurgie
Logopedie (voor lichte gevallen)
Psycholoog
Diëtist (beperkt)
Homeopathie (en andere geneeskunde)
91
2. Hoe wensen we de praktijk
Wat zou je graag zien terugbetaald worden?
Brillen voor mensen die ouder zijn dan 18 (goed zien is een basisrecht)
Paradontologie en gerodontologie (goede mondhygiëne is belangrijk voor algemene
gezondheid)
Eerstelijnspsycholoog
Preventie- en gezondheidscoaching
Zeldzame ziektes (je moet niet gestraft worden omdat slechts een beperkt aantal mensen
deze ziekte heeft) Voorzetkamer + bloeddrukmeter + nodige info over correct gebruik
Wat is overbodig?
Welness (is een luxeproduct – vandaag door sommige ziekenfondsen terugbetaald)
Derde, vierde, vijfde, … opinie. Mensen moet ontraden worden om onnodig te
‘gezondheidszorgshoppen’ Voorschriftgedrag van de arts moet beter worden gecontroleerd
Medicatie waar goedkopere alternatieven voor zijn
3. Bespreking van de huidige criteria
Medische en sociale behoefte
Dit is het belangrijkste criterium. Als het pure noodzaak is, moeten behandelingen voorrang
krijgen op andere
Verlenging van het leven
Verbetering van de levenskwaliteit
Prijsniveau
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
Budgetimpact
4. Andere criteria
Preventieve maatregelen al dan niet opvolgen
Gedragsaanpassing / responsabilisering
Gent – Ronde 1
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Diagnoses en medische behandelingen
Preventieve tandzorg
92
Wat wordt niet terugbetaald?
Psycholoog
Preventiediensten (opzetten van een heus educatiebeleid vanuit de 1ste lijn)
Bredere zorgaspecten worden veel minder terugbetaald. (meer rekening houden met
welzijnsaspecten dan met louter en alleen medische aspecten)
Trage erkenning van een aantal ziekten (zoals CVS, fibromyalgie, verslaving, …)
2. Hoe wensen we de praktijk
Wat zou je graag zien terugbetaald worden?
Psycholoog wordt niet terugbetaald (nu 80 euro per consult uit eigen zak betalen). Er gaat nu
teveel geld naar pillen en medicatie. Hieris een duidelijk kostenbesparend effect mogelijk: door een betere integratie van geestelijke gezondheidszorg in de praktijk (en terugbetaling)
kunnen kosten worden bespaard als gevolg van burn-out, depressie etc. omdat mensen
minder ziektedagen zullen opnemen. Meer preventiemaatregelen terugbetalen: ook in geestelijke gezondheidszorg (via huisarts en
eerstelijnspsycholoog). Werkt wel enkel op voorwaarde dat mensen regelmatig hun huisarts
zien, en een vaste huisarts hebben. Systeem werkt wel in wijkgezondheidszorgcentra Een aantal ziekten zouden sneller erkend moeten worden (vandaag heel laattijdige
terugbetaling) (bv. CVS, fibromyalgie …)
Bredere terugbetaling van welzijnszorg
Multidisciplinaire benadering in de eerstelijnszorg (huisarts, kine, diëtist, psycholoog, …)
Wat is overbodig?
Een deel van de tandzorg. Sommige deelnemers vragen zich af of bv. bij kinderen en
jongeren alle tandzorg wel volledig moet terugbetaald worden. Is dit wel kosteneffectief en zit
er geen druk achter van de sector (tandartsen, orthodontisten). Daardoor wordt een te groot deel van het preventiebudget voor jongeren opgesoupeerd. Kinderen/jongeren hebben ook
andere noden (bv. geestelijke gezondheid, gedragsproblemen, eetstoornissen, obesitas, te
weinig bewegen …) Anderen menen dat het inschakelen van mensen met andere opleidingsniveaus
kostenbesparend kan zijn: bv. in de tandzorg kunnen preventieve educatie en
tandsteenverwijdering ook door minder hoog opgeleiden worden uitgevoerd. Hetzelfde geldt ook voor de eerstelijnszorg (bv. bloeddruk laten nemen door verpleegkundige, inspuitingen,
sommige controle-onderzoeken, …) Een aantal preventie-initiatieven missen hun doel.
Van de regeling 3de betaler is bewezen dat dit leidt tot fraude – er worden meer bonnetjes
geschreven voor prestaties die nooit zijn uitgevoerd (zonder 3de betaler is de klant
‘controleur’)
Overconsumptie van laboratoriumonderzoeken, medische beeldvorming, …
3. Bespreking van de huidige criteria
Algemeen: de overheid zou meer moeten optreden als een ‘goede huisvader’. Er zou meer moeten
gewerkt worden vanuit langetermijndoelstellingen en met een globaal overzicht van de budgettering.
Nu wordt er teveel in hokjes gedacht en wodt er te weinig gekeken naar de globaliteit.
Medische en sociale behoefte
Verlenging van het leven
Verbetering van de levenskwaliteit
Is de belangrijkste parameter, maar is moeilijk te scoren. Bv. alzheimermedicatie: verbetert dit echt
de levenskwaliteit van de ouderen of niet? Of vooral van de omgeving?
93
En hoe onderscheid je statistische gegevens van persoonlijke beleving. Wat als
matelzorgers/familieleden zeggen ‘wij denken echt wel dat ons vader/moeder zich beter voelt met die
pillekes’
Voorafgaande zorgplanning is een belangrijk onderdeel van levenskwaliteit bij het levenseinde. Als
mensen echt hebben kunnen nadenken en bespreken hoe ze hun leven willen eindigen, is de kwaliteit
van sterven veel hoger.
Prijsniveau
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
Budgetimpact
4. Andere criteria
Niet meer besproken
Gent – Ronde 2
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Dialyse (thuis en in het ziekenhuis)
Tandzorg (bij kinderen +++)
Raadplegingen en bezoeken
Thuisverpleging
Hospitalisaties
Kine, logopedie … en andere paramedische handelingen
Ziekenvervoer (beperkt)
Heelkunde
Geneesmiddelen
Technische zorg
Wat wordt niet terugbetaald?
Niet urgent vervoer
Preventie
Psychiatrische zorg
Coaching
2. Hoe wensen we de praktijk
Wat zou je graag zien terugbetaald worden?
Psychologische ondersteuning
Coaching
Naalden voor diabetici + diabetes preventie
Kosten bij handicap en ongeval
Zeldzame ziekten
Tandzorg
Optiek
Hoe palliatieve zorg behouden?
Wat met eigen verantwoordelijkheid???
94
Wat is overbodig?
Sportongevallen/amateurletsels
1ste keer levertransplantatie bij alcoholici oke, maar 2de en 3de keer?
Ongelimiteerd gebruik van de zorg in tijd en hoeveelheid (vanuit aanbod (arts) en vanuit
patient) -> bv. wekelijks consult van ouderen bij de huisarts voor bloeddrukcontrole
Teveel gebruik van vruchtbaarheidstrajecten
Nomenclatuurgeneeskunde
Moeten we onmiddellijk naar de tweede lijn kunnen gaan?
Onbeperkt gebruik van 2de opinie
3. Bespreking van de huidige criteria
Medische en sociale behoefte
Belangrijk criterium, maar waar liggen grenzen (wat is een belangrijke behoefte en wat niet)
Verlenging van het leven
Ja, waar keuzevrijheid (geen therapeutische hardnekkingheid)
Nee, ethisch is het moeilijk te beoordelen wat nog een meerwaarde kan zijn
Verbetering van de levenskwaliteit
Ja, maar patiënt moet zelf mee betrokken worden
Prijsniveau
Op zich het minst belangrijke criterium
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
Belangrijker dan prijs alleen
Budgetimpact
Geen commentaar
4. Andere criteria
Is het logisch dat iedereen een ‘buikwandcorrectie’ (???) krijgt? Pusch vanuit artsen om ‘zorg’
te geven, teveel, te duur, …
Inkomensgerelateerde zorgkosten
EVB in buitenland (???) in buitenland > waarom dan hier investeren in onderzoek? Willen wij
terugbetalen? Sociale correcties ‘JA’, maar waarom is ‘gewone zorg’ zo goedkoop
OMNIO, MAF, oke, maar waarom per gezin en niet enkel rekening houden met de zieke.
Gent – Ronde 3
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Medicatie (deelaspecten)
Consultaties
Prestaties (arts, kine, verpleging, …)
95
Wat wordt niet terugbetaald?
Consultaties psycholoog
Veel aspecten van orthodontie
Voeding
Ziekenvervoer
2. Hoe wensen we de praktijk
Wat zou je graag zien terugbetaald worden?
Terugbetaling psycholoog -> basisonderdeel van de gezondheidszorg
Osteopathie: voorkomen van ingrijpende en dure ingrepen
Voedingsadvies, vooral met preventief doel
Homeopathie: hierover was in de discussiegroep helemaal geen consensus.
Implantaten (tand?): eveneens geen consensus
Wat is overbodig?
Botox: indien geen evidence based indicatie
Puur esthetische ingrepen
3. Bespreking van de huidige criteria
Medische en sociale behoefte
Zie omschrijving WHO
Verlenging van het leven
Ja, uit humane en ethische overwegingen
Nee, geen levensduur zonder levenskwaliteit
Verbetering van de levenskwaliteit
Ja, uit humane en ethische overwegingen
Prijsniveau
Altijd het goedkoopste terugbetalen, maar wel voor dezelfde kwaliteit
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
Goede basis maar de kosten moeten correct worden bepaald
Budgetimpact
Als prijszetting en kostenbaten goed is geanalyseerd met de impact op het budget
beheersbaar zijn.
4. Andere criteria
Meer evidence based inbrengen, meer gebruik van zorgprotocollen -> mar mits motivatie
moet afwijking mogelijk zijn (niet noodzakelijk kan elke meidshce handeling ondersteund
worden met evidence)
De premisse van het beperkt budget wordt in vraag gesteld
96
Gent – Ronde 4
1. Verkennen van de praktijk
Wat wordt wel terugbetaald?
Huisarts
Medicamenten
ZP3-programma: ondersteuning van mantelzorger bij dementie
Kind en gezin (zeer goed)
Wat wordt niet terugbetaald?
Bril
Infiltraties voor gewrichten (terwijl die toch kostenbesparend zijn want er wort mee vermeden
dat te jonge mensen een knieprothese moeten krijgen) Sommige dure kankergeneesmiddelen
2. Hoe wensen we de praktijk
Wat zou je graag zien terugbetaald worden?
Een systeem als ‘kind en gezin’ zou er ook moeten komen voor andere leeftijdsgroepen (bv.
voor ouderen)
De toegang voor kwetsbare ouderen tot de zorg en geneesmiddelen ligt te hoog (bv.
verplaatsingen naar ziekenhuis, specialist) In de ouderenzorg is het gebruik van de CAT-schaal heel subjectief. Toch gebeurt de
terugbetaling/classificatie op basis van deze score. Dat moet met meer verfijnde instrumenten
gebeuren. Ondersteuning van mantelzorg moet worden uitgebreid
Het probleem van de geconventioneerde en niet-geconventioneerde artsen:
o Artsen moeten transparanter zijn over hun status
o Zeker gecombineerde status zou moeten verboden worden: bv. op maandag en
woensdag niet geconventioneerd, op andere dagen wal???? Hoe valt dat voor de patiënt te rijmen als hij wordt opgenomen in het ziekenhuis.
o Anderen pleiten voor de volledige afschaffing: alleen nog geconventioneerde artsen. Wie andere tarieven wil hanteren, krijgt helemaal geen terugbetaling (noch arts, noch
patiënt)
Artsen, ziekenfondsen en farma-industrie moet veel transparanter zijn over hun prijsvorming.
Patiënt heeft hier nauwelijks zicht op. Weet niet waarvoor hij betaalt. Breder terugbetalen van medisch begeleide sportactiviteiten (in het kader van revalidatie),
hulp in huis (als dat noodzakelijk is vanuit medisch standpunt), etc.
Wat is overbodig?
Artsen functioneren als kleine zelfstandigen. Hierdoor wordt de prestatiegeneeskunde in stand
gehouden en wordt fraude in de hand gewerkt. Het systeem moet omgebogen worden en gebaseerd op zorgkwaliteit en op ‘pay for outcome’ ipv ‘pay for performance’
Spoeddiensten worden teveel gebruikt
Ziekenfondsen die het gebruik van Becel sponsoren (dit is ongewenste commercie en
klantenbinding) Merkproducten moeten meer vervangen worden door generische voorschriften (arts moet
voorschrijven op stofnaam, niet op productnaam, apotheker moet goedkoopste product met
gegarandeerde kwaliteit afleveren)
97
Opmerking: men wordt doorgaans slecht geïnformeerd over zijn rechten. (bv. terugbetaling van ziekte
bij zelfstandigen/ondernemers, terugbetaalbaarheid van medische zorg en kosten voor zwakkere
groepen, …. In verband met sommige terugbetalingen is er een zeer zware procedure die vaak moet
herhaald worden. Dit moet eenvoudiger, flexibeler en transparanter kunnen.
3. Bespreking van de huidige criteria
Medische en sociale behoefte
Iedereen heeft recht op een goede levenskwaliteit en effectieve terugbetalingen, zonder
onderscheid.
Sociale aspecten die een ziekte met zich meebrengen worden heel vaak onderschat
Verlenging van het leven
Verbetering van de levenskwaliteit
Levenskwaliteit primeert op levensduur. Maar wie is in staat om levenskwaliteit te beoordelen?
Hoe objectief is dat?
Prijsniveau
Kosten/baten (kosteneffectiviteit)
Innovatie gaat zeer snel en is doorgaans heel duur, maar kan in een aantal gevallen ook
besparend zijn omdat ze minder effectieve behandelingen kunnen vervangen.
Waarom moet innovatie zo duur zijn? Veel van de innovatie is al vanuit de overheid
gesubsidieerd. Betaalt de overheid hier geen twee keer?
Budgetimpact
De gezondheidszorg moet keuzes maken om innovatief, kwalitatief en betaalbaar te blijven.
4. Andere criteria
Niet besproken
98
4.1.4 Thema 3 – Invaliditeit en arbeidsongeschiktheid
Antwerpen - Ronde 1
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Geen arbeid kunnen verrichten, na 1 jaar arbeidsongeschiktheid kan een medische raad
beslissen om iemand op invaliditeit te zetten Invaliditeit doet mij denken aan iemand die in een rolstoel zit
Psychische redenen worden nog te weinig erkend als arbeidsongeschiktheid
Gradatie van invaliditeit van 1% tot 100%, afhankelijk hiervan kunnen mensen nog ingezet
worden en nuttig zijn voor de samenleving
Arbeidsongeschiktheid door sportongeval, verkeersongeval, werkongeval (soms ergonomische
oorzaak-daar wordt te weinig aandacht aan besteed)
Kan zowel fysisch als psychisch (burn-out), ongeacht de leeftijd
2. Sociale fraude
Stigmatisering van de mensen met een arbeidsongeval of mensen die op invaliditeit staan
Eén persoon loopt de kantjes eraf en de andere 9, wel terechte gebruikers, worden over
dezelfde kam geschoren Controle intensiveren (technologische vooruitgang, werkpas, aanpakken van sociale fraude)
Personen zijn niet altijd op de hoogte van hun rechten (dit is een vorm van omgekeerde
sociale fraude, ze krijgen geen tegemoetkoming terwijl ze er wel recht op hebben) -> om dit
te voorkomen zouden gespecialiseerde personen moeten worden ingeschakeld die informatie kunnen geven
Sociale fraude vanuit de farmaceutische sector die te dure geneesmiddelen wil verkopen, en
vanuit de medische zorgverleners en ziekenhuizen die aandringen op een eenpersoonskamer
omdat de verzorging daar beter is (maar die wel veel duurder is).
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Aangepast werk
o Werkgever (via zijn sociale dienst, human resources, vakbonden, comité veiligheid en
gezondheid, ondernemingsraad); RVA
o Gevoel van zelfwaarde, sociale contacten behouden (vermijden om geïsoleerd te raken)
Flexibele uren
o Werkgever (via sociale dienst, human resources, idem hierboven); tussenkomst van de overheid of sociale zekerheid
o Idem item 1 Deeltijds regime voor invalide
o Werkgever, maar zonder verlies van invaliditeitsstatuut of een flexibiliteit van statuut
(invalide/werknemer) met een opvolging op het werk door de arbeidsgeneeskundige
dienst Vrijwilligersstatuut
o Via erkende organisaties (goedgekeurd door ziekenfondsen en RVA)
o Kostendekkende verloning (fiscaal vrijgesteld, bv.1000 euro per jaar voor 1 dag per week vrijwilligerswerk), verzekering moet in orde zijn. Wel opletten dat er geen
volwaardige jobs door sneuvelen!!!
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Vrijwilligerswerk (zie hierboven)
Bijstuderen
99
o voorbeeld Camille Paulus Stichting – gratis lessen, gratis advies, ter beschikking stellen van materiaal (bv. computer), onder begeleiding van paramedici en sociaal
assistenten en in samenspraak met RVA
o Sociale integratie, nuttig bezig zijn, zelfwaarde opkrikken, traject inzetten om steentje bij te dragen
Antwerpen – Ronde 2
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Stigmatisatie
Weinig tot geen flexibiliteit, gradatie … geen ruimte om residuele capaciteiten/kwaliteiten in te
brengen in de samenleving Angst en stress
Willekeurige beslissingen van de adviserende geneesheren, zelfs ivm vrijwilligerswerk
2. Sociale fraude
Ondermijnt het beeld over de invalide
Misbruik langs beide zijden: patiënten die niet ziek zijn, artsen die zich verrijken
Waarom moet men steeds ‘BEWIJZEN’ dat men invalide is. Ziektebeelden worden niet altijd
erkend of geloofd.
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Differentiatie job-inhoud naar eigen mogelijkheden
o Werkgever ism werknemer
o Participatie aan de samenleving betekent een meerwaarde
Vrijheid, keuze tot participatie aan de samenleving op een andere wijze
o De mens o Keuzevrijheid
Garantie om terug te vallen op invaliditeit
o Adviserend geneesheer o Stressreductie
Kans krijgen geleidelijk arbeidsprestaties op te bouwen, ruimte voor creatieve inbreng
o Adviserende geneesheer in samenspraak met werkgever Wat als er geen geschikte werkgever meer is?
o Sociale diensten zoeken naar alternatieve opleiding, invoerbanen
o Werk aangepast aan de mogelijkheden van de mens
Opmerkingen op en onder deze kader(spelfouten niet verbeterd) :
Toegevoegd aan de cel ‘Waarom’: financiële draagkracht behouden ‘Hartopenend’ zijn We zijn mensen met gelijke angsten, ‘gelijke voelen’ ‘Overlevingskloof’ (???) is te laag Noodzaak aan grondige herverdeling
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Niemand in de maatschappij verbieden tot participatie, zinvolle vreugdevolle invulling van de
dag o RIZIV moet minder restrictief en meer opbouwend werken
o Iedereen heeft recht op participatie, recht niet ontzeggen, menswaardigheid
behoudend
100
Foutief beeld van vrijwilligerswerk: als je vrijwillig kan werken, kan je zogezegd ook
arbeidsactief en productief zijn o Mensmededogend zijn, flexibiliteit inbouwen in het systeem
o Onderhouden van handeling oefening tot ‘leven actief zijn’, niet uitstoten uit de
maatschappij Eigentijdse herwaardering van beschutte werkplaats
o –
o Angst voor verlies van sociale status
Opmerkingen aangebracht op de kader:
In de cel ‘Wat’: Mededogend menselijk belonend respecterend zijn In de cel ‘Waarom’: Opwaardering
Hasselt – Ronde 1
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Onzichtbaar
Veel gecontroleerd worden
Beeldvorming
Schuldgevoel
+66% invalide, <66% dop
Veel naar de dokter
2. Sociale fraude
Er moet een beleid worden opgezet dat de profiteurs eruit vist
Degene die niet profiteren moeten boeten voor zij die wel profiteren
Huisarts motiveert mensen om te gaan werken -> niet werken is ongezond (te hard werken
ook ;-) -> bv bij lage rugpijn moet men net veel bewegen
Controledokters spelen onder 1 hoedje -> belangenvermenging, huisartsen zouden geen
praktijk mogen hebben en tegelijk controle-arts zijn Experten van de verzekering in Limburg maken afspraken onder elkaar. Het zijn altijd dezelfde
waar je mee te maken krijgt.
Het systeem werkt sociale fraude in de hand, ook voor werkgevers is het soms interessanter
dat de werknemer op de ziekenkas staat. Huisartsen die te gemakkelijk briefjes schrijven
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: Deeltijds werk mogelijk maken…
Wie: Samenspel tussen mutualiteit en werkgever
Waarom: Langzame overstap naar terug fulltime werken
Wat: aangepast werk voorzien
Wie: Arbeidsgeneeskundige dienst, Vlaams Fonds (moet blijven bestaan) Waarom: Voorkomen dat men blijft ‘hangen’ in de ziekte
Wat: Positieve benadering / erkenning van de ziekte
Wie: Controle-artsen, huisarts, behandelende arts Waarom: Om mensen mentale te laten maken, neerwaartse spiraal doorbreken
Wat: Fijn onthaal
Wie: De werkgever Waarom:Motivatie
101
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: Coaching en herscholing
Wie: VDAB, maar die zijn te log, VZWs
Waarom: Omdat ze het alleen niet kunnen, inspiratie voor zelfbeeld doen stijgen
Wat: vrijwilligerswerk faciliteren (niet verplicht maken, niet te streng in zijn)
Wie: RIZIV voor combinatie vrijwilligerswerk en invaliditeit Waarom: Zelfbeeld laten toenemen, dat er een flow zou zijn, vermaatschappelijking van de
zorg
Wat: Stages (bv. gehandicapte die kan proeven van diverse ‘jobs’)
Wie: verenigingen, scholen; provincie (instantie die neutrale overkoepelende positie heeft;
OCMW via vormingslus (moeten daar financiële middelen voor krijgen); Platform dat vraag en aanbod regelt.
Waarom: Proeven-doelgericht kansen creëren; eens iets anders doen.
Hasselt – Ronde 2
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Financieel
Blijvend
Stigmatisering: opzij gedrongen worden door zij die het wel beter hebben
Profitariaat
Moeilijke erkenning
Lange weg om invaliditeit te krijgen – mensen kennen lijdensweg niet
2. Sociale fraude
Definitie: iemand die gebruik maakt van het solidariteitsprincipe maar bijvoorbeeld in de buurt
klusjes gaat opknappen (tegen betaling) Sociale fraude: solidariteit ondermijnen, iemand anders zijn werk afpakken
Er is een stuk dat betaald wordt door de werkgever, daardoor vaak niet solidair tegenover
collega’s (collega’s die wel solidair zijn raken overbelast)
Profiteurs worden er niet uitgehaald, worden integendeel financieel beloond -> als je ziek valt
tijdens weekend, krijg je toch weekendpremie Huisarts is vaak schuld van fraude in sommige gevallen
Frustratie bij degenen die het altijd moeten oplossen
Mensen die echt arbeidsongeschikt zijn worden over dezelfde kam geschoren
Maatschappij verzuurt, mensen luisteren weinig
Mensen in invaliditeit komen op termijn in de financiële problemen
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: meer controle en vaste regels ivm controle
Wie: Adviserend geneesheer
Waarom: financieel interessanter, nuttig voelen, dagindeling, sociaal
102
Wat: heroriëntering van beroep
Wie: werkgever, sociale dienst van ziekenfonds, adviserend geneesheer geeft voorzet, VDAB, ziekenfonds
Waarom: Om mensen uit invaliditeit te halen, een menswaardig bestaan te kunnen leiden, uit
het IZIV te halen
Wat: werkgever moet preventief optreden, burn-out voorkomen
Wie: Werkgever, werknemer neemt zelf verantwoordelijkheid, kleine bedrijven verwijzen door Waarom: Langdurige uitval te voorkomen
Wat: ziek zijn minder aantrekkelijk maken
Wie: werkgever, geen premies voor weekendwerk
Wat: Meer mensen die invalide zijn en willen werken, moeten meer ondersteund worden (zie
punt 4)
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: Meer mensen die willen werken, meer helpen
Wie: VDAB, VAPH (?) -> duurt te lang Waarom: Zich gewaardeerd voelen, d.i. beter voor de samenleving
Wat: Kansen geven aan iemand met invaliditeit
Wie: Werkgevers – flexibiliteit, collega-werknemers moeten meehelpen; Media – rolmodellen
(Let op: ook in het reguliere arbeidscircuit, niet alleen in beschutte werkplaatsen)
Waarom: Solidariteit aanzwengelen, tonen dat ze iets kunnen. Het zijn geen ‘minder’-validen, maar ‘anders-validen’
Wat: Verschil tussen mentaal en fysiek gehandicapten. Fysiek gehandicapten kunnen
makkelijker vrijwilligerswerk doen -> kleine vergoeding als stimulans
Wie: Gemeentebestuur, OCMW, Mutualiteiten, vzw’s, …
Waarom: Zich gewaardeerd voelen, zich belangrijk voelen in de maatschappij
Wat: Schrik hebben dat ze hun uitkering verliezen
Wie: VDAB op advies van geneesheer met behoud van 66% invaliditeit Waarom: Om drempel te verlagen, mensen te laten proberen om aan te sluiten bij de
samenleving
Wat: Deeltijds werken met behoud van 66% invaliditeit
Wie: Als het bij dezelfde werkgever is, geen probleem, als het niet dezelfde werkgever is, bij
VDAB Waarom: Mensen in hun waarde laten
103
Brugge – Ronde 1
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Fysiek, hoge kosten, effect op omgeving (familie), psychisch, controle, inkomensverlies,
ongeval, isolement, terug aan de slag willen, gewaarborgd loon, afname van sociaal contact, veel toekomstvragen, lager loon voor samenwonenden, fraude
Invaliditeit is een lelijk woord!!
2. Sociale fraude
Fraude betekent ook dat professionele hulpverleners betaalt krijgen voor prestaties zonder dat
ze een effectieve zorgverlening hebben gegeven
(Patiënten) Arbeidsongeschiktheid voor mensen die niet echt arbeidsongeschikt zijn
(Artsen) Ze verklaren iemand arbeidsongeschikt terwijl dit niet zo is…
Sociale fraude is eerder de uitzondering dan de regel
Druk op controle wordt groter
Als werkgever kan je sociale fraude moeilijk in vraag stellen
Sociale fraude komt niet altijd alleen
Vrijheid van keuze van artsen versterkt (soms) het systeem van sociale fraude
Anonieme meldingen kunnen gebeuren bij het ziekenfonds en de vakbond
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: Er mag geen financiële afstraffing zijn voor personen met een beperking die willen
werken. Als mensen deeltijds gaan werken, verliezen een flink deel van hun oude rechten.
Wie: Vlaamse en federale politici
Waarom: - Wat: Goede ondersteuning vanuit werkgever t.a.v. arbeidsongeschiktheid (bv bij terugkeer
naar oude job)
Wie: interne dienst, preventiebescherming werk, arbeidsgeneesheer
Waarom: Mensen blijven betrekken bij hun werk
Wat: Goede begeleiding bij heroriëntering (zowel bij zoektocht, opleiding, psychische
begeleiding)
Wie: Artsen, VDAB/GTB, mutualiteiten -> met een goede communicatie tussen deze actoren Waarom: Kansen op de arbeidsmarkt verhogen, mensen zouden beter kunnen omgaan met
hun beperkingen Wat: Beter begeleiden van mensen met psychische beperking tijdens het hervatten van hun
werk (trajectbegeleiding)
Wie: -
Waarom: Herval vermijden Wat: Openheid, meer mogelijkheid tot progressief werken (beginnen met enkele dagen en
langzaam terug opbouwen)
Wie: werkgevers, mutualiteiten Waarom: -
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: Mensen begeleiden in vrijwillige tewerkstelling
Wie: Vrijwilligersorganisaties (bv. gemeentelijk), vzw’s Waarom: Sociaal contact verhogen, er is onvoldoende kennis over de mogelijkheden van
vrijwilligerswerk bij langdurig zieken of mensen op invaliditeit Wat: ‘Erkende’ arbeidszorg, want de vraag is groot
104
Wie: gezonde valorisatiemodellen, overheid
Waarom: Sociaal contact, financieel haalbaar, herval vermijden
Brugge – Ronde 2
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Ziekte/langdurig chronisch, depressie, zwangerschap, beroepsziekte, verslaving, ongeval
(arbeid, privé, sport), verlies aan contact (partner, vrienden), isolement, verlies van loon
(armoede), beperking inkomen (vervangingsinkomen), hoge medische kosten, moeizame heropname in de samenleving, gehandicapt zijn
2. Sociale fraude
2 vormen: slimme sociale fraude (met opzet) en ongewilde fraude omdat men de regels
onvoldoende kent
fraude door werkgever en werknemer
onterechte doktersattesten, omwille van ‘klanten’- of ‘patiënten’-binding
onterechte parkeerkaarten
noodzakelijke fraude (uit armoede – bijklussen om rond te komen)
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: waken over progressieve tewerkstellingsregels en de rechtvaardige toepassing daarvan
Wie: Medisch adviseur
Waarom: om het systeem te vrijwaren en invaliden uit hun isolement te halen
Wat: heroriëntering van beroep
Wie: GTB
Waarom: beter zelfbeeld, beter inkomen
Wat: Financiële redenen om opnieuw te gaan werken
Wie: Overheid/wetgeving
Waarom: Progressieve tewerkstelling maakt soms dat je wel gaat werken maar dat daardoor
je inkomen daalt. (Zeker bij herval)
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: Vrijwilligers moeten toelating vragen aan de adviserend geneesheer, fiscale vrijstellingen
zouden verhoogd moeten worden Wie: vzw’s, openbare instellingen, Rode Kruis, Buurtwerk (bv. mantelzorgers ondersteunen),
Waarom: zinvol bezig zijn, nuttig zijn voor de maatschappij, meer vrijwilligerswerk doen
Wat: Invaliditeitsvergoeding verhogen
Wat: Levenslang leren stimuleren
Wie: overheid, vrijwilligerswerk, vzw’s Waarom: sociaal contact
105
Brussel – Slechts 1 ronde
1. Woorden beelden en associaties
Onderscheid tussen ziekte en ongeval – ziekte is dan vaak meer chronisch, ongeval meer
acuut. Meegemaakt vanuit een professionele ervaring in het ziekenhuis: Iemand op het werk heeft
een arbeidsongeval, wordt geopereerd, en de revalidatie duurt een vol jaar. De
beroepsverzekering neemt echter slechts een half jaar voor haar rekening, en dan valt die persoon op ziekenkas -> hoe kan dat? Waarom wordt de (privé-) beroepsverzekering niet
verplicht om de hele revalidatieperiode uit te betalen, zodat de gemeenschap na 6 maanden
niet moet overnemen? Voor mij lijkt flexibiliteit een belangrijk thema -> je moet mensen niet altijd volledig terug aan
het werk zetten. Veel mensen moeten toch kunnen deeltijds of voor een deel hun vroegere
job kunnen opnemen. Vandaag is het teveel alles of niks. Voor mij wordt het beeld opgeroepen van discussies tussen adviserende/controlerende
geneesheer van de mutualiteiten en de patiënten, rond het aanvaarden van de ziekte/het
ziek-zijn door de controlerende geneesheer. Deze artsen zijn vaak niet gespecialiseerd in de
aandoening en hebben alleen de neiging om je van de ziekteverzekering af te sluiten. Adviserende geneesheren hebben ook vaak te weinig kennis van de pathologie waarover ze
moeten oordelen. Ik hoor dat de laatste jaren de adviserende geneesheer vooral een nieuwe functie krijgen om
mensen te begeleiden naar integratie in de samenleving. Om hen terug te begeleiden naar
het arbeidscircuit. De samenleving, de mutualiteiten en ook de medische sector aanvaardt ook niet altijd alle
ziektebeelden (bv. MS (en de vermoeidheidstekenen), CVS, …). Gelukkig is er al meer begrip
voor psychische aandoeningen, dan vroeger het geval was. Toch is er nog een verschil:
iemand die een zwaar ongeval heeft gehad, en jarenlang op de ziekenkas staat, dat vindt men oké. Iemand met een burn-out die langer dan een jaar thuis is, dat is maatschappelijk moeilijk
aanvaardbaar.
2. Sociale fraude
In mijn 40 jarige ervaring ben ik niemand tegengekomen die echt jarenlang de ziekenkas aan
het lijntje houdt. Maar goed, misschien kwamen mensen niet naar mijn consultatie omdat ik
alleen ziektebriefjes schreef als mensen ook echt ziek waren.
Iemand (een ambtenaar, onderwijs) die tegen zijn pensioen aan nog vijf jaar ‘ziekenverlof’
opneemt ook al is men niet ziek. De mensen die dat doen, plegen in mijn ogen sociale fraude.
Ook de dokter die een briefje schrijft voor die mensen, pleegt sociale fraude. Het gaat hier om
bedrog. -> Gaat het hier om een recht of gaat het om bedrog? Er is daar enige discussie over.
Als die mensen een ‘recht’ hebben om die dagen op te nemen, moet dat echter niet door de
ziekenkas worden betaald.
Het mes snijdt vaak ook aan de andere kant: in het onderwijs worden ziektedagen van
vastbenoemden door directies gebruikt om vervangers langer aan het werk te kunnen
houden. Aan vastbenoemden wordt dan gezegd ‘blijf nog maar even wat langer thuis, dan kan
X of Y het volledige jaar uitdoen.’
Ook over psychische ziekten zijn er vooroordelen. Mensen met een psychologische ziekte
hebben het moeilijker en worden vaak met de nek aangekeken. Van hen neemt men vaker
aan dat ze de ‘kantjes eraf lopen’, in plaats van de rug te rechten en weer aan het werk te
gaan.
106
Dokters die briefjes voor prestaties schrijven die ze niet hebben geleverd, ook dat is fraude.
Zo worden bijvoorbeeld besnijdenissen omwille van religieuze redenen vaak uitgevoerd onder
het mom van medische redenen (fimosis/vernauwing van de voorhuid).
Zorgverleners die voorschrijven naargelang de terugbetalingen (bv. veel meer kine dan echt
nodig is, omdat het systeem nu eenmaal 20 behandelingen toelaat) -> dit heeft te maken met
de prestatiefinanciering. Dat leidt tot vals spelen.
In geestelijke gezondheidszorgcentra krijgen mensen een vast loon krijgen. Die zijn altijd
geboycot door de artsenbonden omdat ze een voorbode waren voor vaste lonen i.p.v.
prestatielonen.
3. Wat moet er gebeuren om mensen aan het werk te krijgen
Chronische patiënten die aan het werk gaan en hervallen, moeten nu voor een maand door de
werkgever worden betaald. Dat systeem werkt tegendraads en betekent voor de werkgever
een hoge drempel om iemand te laten terugkomen. Het is beter om de ziekenkas onmiddellijk
te laten tussenkomen. Daardoor gaan werkgevers makkelijker deze patiënten opnieuw
integreren.
Mensen zouden deeltijds moeten kunnen werken. Maar mensen die deze inspanningen doen,
worden afgestraft als ze terug ziek worden, want dan vallen ze terug op een lagere
vergoeding. Degene die niks doet, krijgt nog steeds zijn volledige uitkering. Dat soort
mechanismen moet aangepast worden: mensen die inspanningen doen, mogen niet afgestraft
worden. Integendeel, die verdienen beloning.
Voor mensen die lang afwezig zijn en die toch een goed werkkracht waren, daar zou de
werkgever toch een engagement moeten nemen om die mensen af en toe eens te
contacteren en verbinding te laten houden met het werk en de vorige werkomgeving. Maar
wel oppassen: want dat kan ook controlerend overkomen. Zieken worden van de ene dag op
de andere gecoupeerd van hun werk, je zou een systeem moeten vinden waar mensen toch
wel contact blijven houden. In de praktijk lijkt dit wel te gebeuren, vooral door de directe
chefs en door collega’s.
Men zou mensen moeten helpen in hun traject. Wie moet daarbij helpen: de
arbeidsgeneesheer, de adviserend geneesheer (combinatie van beiden), indien het bij de
vorige werkgever niet lukt, betrek dan ook de VDAB daarbij. Binnen de FOD een groep van
casemanagers aanstellen die chronische patiënten kunnen begeleiden, ook naar werk toe. In
de geestelijke gezondheidszorg hebben we de neiging om met twee casemanagers te werken:
iemand die de ziekte kent en iemand die de werkomgeving kent. Zulke duo’s werkt wel.
Het is nog niet zolang dat mensen ook deeltijds kunnen werken en deeltijds invalide zijn. Dat
is voor veel mensen toch een uitkomst.
107
4. Mensen in statuut van invaliditeit, hoe kunnen we die mensen toch laten bijdragen
aan de samenleving.
Empowerment – een andere houding van hulpverlening, inspelen op de capaciteiten van de
patiënten. Dat ze zelf meester blijven van hun chronische aandoening, dat ze assertief zijn en
zelf nog initiatief nemen om te integreren in de samenleving. Ook de hulpverleners moeten
zich daar op instellen: ze moeten de sterke kanten van mensen zien, en hen stimuleren.
De belangrijkste kost van depressie is de arbeidsongeschiktheid, niet de medicamenten of de
verzorging. Als je deze mensen zinvolle dingen kunt laten doen, kost het ook minder voor de
samenleving. In de geestelijke gezondheidszorg zijn daar duidelijke studies over.
Een ander aspect is sport- en beweging voor chronische zieken. In Leuven is er een project
‘bewegen op voorschrift’. Dit is een studietraject. Er ontstaat toch enige discussie omtrent dit
onderwerp: “Moeten de prioriteiten in de gezondheidszorg echt wel bij fitness liggen”, stelt
een deelnemer. “Zijn er geen andere prioriteiten voor de ziekteverzekering. Moeten wij ons
bezig houden met de terugbetaling van sportabonnementen, en kunnen we het niet beter
geven aan iemand die een hoorapparaat nodig heeft en geen 3000 euro kan betalen.”
Leuven – Ronde 1
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Invalide zijn = een stempel dragen
Flexibiliteit op de werkvloer
Invaliditeit met arbeidsongeschiktheid tot gevolg
Ziek zijn en werken = dansen op een slappe koord
Minderwaardig zijn
Drang om terug te gaan
Job niet langer kunnen uitoefenen omwille van gezondheidsredenen
Zo gauw mogelijk terug willen
Carrièrecultuur. Ziek zijn betekent stap terug zetten
Medisch adviseur
Controle
“Nooit meer werken”, denken de mensen
Progressieve werkhervatting
Willekeur
Omwille van de job ongezond zijn
Perceptie van profitariaat
Soms krijg je niet de impuls om terug te gaan werken
Steeds opnieuw moeten bewijzen dat je niet kan werken
108
2. Sociale fraude
Het bestaat!!!
Het is onrechtvaardig tegenover anderen
‘Overrated’. Er is minder sociale fraude dan men meestal denkt
Fraude is niet altijd toe te schrijven aan de verantwoordelijkheid van de patiënt
Ziekte ‘faken’ om niet te hoeven werken, of ziek zijn en tegelijkertijd zwartwerken
Fraude omwille van te weinig inkomen (kan eindjes niet aan elkaar knopen)
De medisch adviseur heeft een moeilijke rol
Behandelend geneesheer fraudeert: schrijft ziekteverlof voor op basis van onbestaande ziekte,
of schrijft te lang voor. Het is te wit-zwart. Je bent ziek of je werkt, maar er bestaat geen tussenweg. Er is geen
grijze zone. Terwijl veel mensen wel parttime zouden kunnen werken.
Cumuleren voor voordelen: vergoeding, kinderbijslag, sociale voordelen gelinkt aan
voorkeurstarieven
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: na langdurige ziekte -> behandelend arts+adviserend geneesheer moeten samen
bekijken wat patiënt nog kan
Wie: behandelend arts+ adviserend geneesheer + werkgever direct betrekken
Waarom: Mogelijkheden/capaciteiten bevestigen in functie van beperkingen -> heroriëntatie
Wat: Financiële verantwoordelijkheid bij werkgever voor arbeidsgerelateerde activatie
Wie: Adviserende arts + werkgever en sociale inspectie
Waarom: Incentive aan werkgever om zieke werknemer opnieuw te activeren en bonus voor
zelfbeeld van werknemer
Wat: De kloof tussen ziek en werken moet gedicht worden. Bv. Bepaald %
arbeidsgeschiktheid om ook effectief te kunnen werken Wie: Beleid, overheid, RIZIV
Waarom: Minder arbeidsongeschikten, beter zelfbeeld van de patiënten, zieke mensen hun
ervaringen en talenten laten inzetten
Wat: Investeren in preventie -> meer recht op arbeidsduurverkorting
Wie: Beleid
Waarom: Mensen langer aan het werk houden en niet in ziekte laten vervallen
Wat: Hulpmiddelen, aanpassingen aan de werkpost. Bestaande maatregelen meer in de
praktijk zetten (informeren van de werkgever) Wie: Arbeidsgeneesheren, VAPH, Multidisciplinair team
Waarom: Mensen met een aandoening opnieuw laten integreren, preventie
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: Maatschappelijke waarde onderschrijven van iemand die arbeidsongeschikt is -> via
psychologische coaching
Wie: Huisarts, organisaties die zich bezighouden met arbeidshandicap
Waarom: Zelfbeeld opkrikken
Wat: Andere kijk op aanpak en omgang met ziekte -> aandacht in opleiding van artsen
Wie: Universiteiten, overheid
Waarom: Ziekte breder opentrekken naar welzijn en werk
Wat: Fysieke en mentale toegankelijkheid van de maatschappij verbeteren
Wie: de overheid
Waarom: Isolement doorbreken
109
Wat: Ervaringsdeskundige maken van mensen op invaliditeit
Wie: mensen op invaliditeit, opleiding (vorming)
Waarom: Zelfbeeld, maatschappelijke meerwaarde: ziek zijn betekent niet minderwaardig zijn.
Leuven – Ronde 2
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Identiteit: erkend worden <-> je bent gehandicapt/ziek
Zelfbeeld
Bedlegerig
Misbruik
Ziek
Frustratie
Mobiliteit/beweging
De maatschappij stigmatiseert
2. Sociale fraude
Misbruik maken van het systeem
Niet bijdragen aan het systeem
Overroepen: kleinere individuele fraude <-> georganiseerde systeemfraude
Niet willen maar wel kunnen
Zich goed voelen in zijn werksituatie vermijdt sociale fraude
Slachtofferrol waar je moeilijk uitgeraakt
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: Individuele trajecten
Wie: werkgever medeverantwoordelijk, overheid moet hier regelingen voor treffen
Waarom: Betere begeleiding naar gepast werk
Wat: Financiële stimulans dat werken meer verdiend dan niet doen als je kan werken
Wie: Overheid in interactie met werkgever: die krijgt een deel van de vroegere uitkering om
het loon te compenseren als hij de werknemer terug in dienst neemt
Waarom: Om te zorgen dat er werkzekerheid is voor de werknemer
Wat: Meer tewerkstellingsmogelijkheden creëren buiten de NEC (???)
Wie: Overheid en vzw’s
Waarom: Omdat veel mensen niet kunnen meedraaien in het normale economische circuit
Wat: Iedereen een basisinkomen en als je werkt, kan je meer verdienen
Wie: Overheid
Waarom: mensen vanuit eigen noden te laten vertrekken om zo te stimuleren om te werken,
maar zij die pech hebben toch een opvangnet aanbieden.
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Voor elk item in volgorde: wat, wie, waarom?
Wat: Toegankelijkheid voor invaliden (bv. blinden, rolstoelpatiënten, …)
Wie: Gemeenten en steden, media, bedrijven
Waarom: Basisvoorwaarde : invaliden moeten kunnen wat anderen ook kunnen
110
Wat: Vertrouwenspersoon/individuele trajecten
Wie: Overheid, vrijwilligers/mantelzorg (Solidariteit)
Waarom: Kwaliteiten te leren kennen en die gebruiken, zelfbeeld vergroten
Gent – Ronde 1
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Onzekerheid
Arbeidsethiek -> wie niet werkt, telt niet mee in de samenleving
Niet aanvaarden van zijn eigen situatie
Armoede
Geen toekomst hebben. Ziek zijn = niet nuttig voelen
Schaamte
Hoe beoordeelt men arbeidsongeschiktheid
Wordt niet aanvaard wanneer de handicap niet zichtbaar is – in onze samenleving moet alles
meetbaar zijn
Door arbeidsongeschikt te zijn, krijg je een stempel opgelegd
2. Sociale fraude
Zwaar overtrokken in de perceptie. Sociale fraude wordt te sterk beklemtoond
Door een aantal politieke partijen sterk uitgebuit
Bestaat in het hele systeem: ook de wijze waarop artsen omgaan met ziekte en om diagnose
te stellen (overgebruik van tests en consultaties -> geldverspilling) Controle is soms te permanent
Meer fraude bij arbeidsongeschiktheid
Wanneer ziekte niet zichtbaar is, wordt vlug gedacht aan fraude
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Wat: snellere opvolging van de patiënt
Wie: Adviserend geneesheer
Waarom: Meer kans om eruit te geraken
Wat: expertise gebruiken van de mensen met een probleem
Wie: Centraal beheer
Waarom: Kansen creëren
Wat: Plaatsen voorzien om wie terug aan het werk wil of kan
Wie: Overheidsinstelling en het voor vorige werkgevers aantrekkelijker maken om langdurig
zieke werknemers gradueel terug op te nemen in het arbeidsproces
Waarom: vergemakkelijken van overgang tussen ziek zijn en opnieuw aan eht werk gaan.
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Wat: Pleidooi voor een ander taalgebruik (taal creëert een realiteit)
Wie: Politieke taal, minder polariseren
Waarom: Beeldvorming/iemand meer in zijn totaliteit beschouwen
Wat: Minimum uitkering is ontoereikend om iets extra te doen (bv. sociaal leven, het
opbouwen of behouden van een sociaal leven is dan ook zeer moeilijk voor iemand met een
ziekte-uitkering)
Waarom: zogenaamde extra’s mogelijk maken, die eigenlijk helemaal geen extra’s zijn.
111
Wat: Betere voorzieningen en meer toegankelijkheid van openbare gebouwen
Waarom: bereikbaarheid en toegankelijkheid
Wat: Meer vrijwilligerswerk faciliteren (bv in de palliatieve zorg)
Gent – Ronde 2
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Geen geluk in het leven
Nog kunnen werken als vroeger
Meer sociale en beschutte werkplaatsen zijn nodig
Te weinig rekening houden met soms zwaar getroffen gezinnen
Armoede
Alleenstaand, eenzaamheid
Echtscheidingen
2. Sociale fraude
Zogezegd ziek zijn en zwaar werk doen
Gescheiden gaan wonen om meer uitkeringen te krijgen
Artsen kunnen ook meewerken aan fraude
Controleartsen volgen advies van behandelende artsen niet op (kennen patiënt niet)
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Wat: Stapsgewijs integreren in het arbeidscircuit
Wie: Geestelijke gezondheidszorg
Waarom: Om afhaken te voorkomen
Wat: Individuele benadering
Wie: Gespecialiseerd team
Waarom: Vertrouwen geven
Wat: Bij niet lukken, moeten ze kunnen terugvallen op oude rechten sociale zekerheid
Wie: VDAB
Waarom: Om succes meer te garanderen
Wat: Aangepaste opleiding
Wie: Beroepsopleiding, onderwijs
Waarom: Om succes te garanderen
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Wat: Vrijwilligerswerk
Wie: Sociaal assistenten
Waarom: Tijd nuttig kunnen invullen
Wat: Hobby
Wie: Verenigingen
Waarom: Sociale contacten behouden, Niet vereenzamen
Wat: Persoonlijke aanpak
Wie: Begeleiders (instelling)
Waarom: Elk individu is anders
Wat: Stimuleren van gevoelens
Wie: Vertrouwenspersoon (evt. Ouders)
Waarom: Persoon eigenwaarde terugschenken
112
Wat: Zieke/invalide als een volwassene behandelen
Wie: Ganse omkadering
Waarom: au sérieux worden genomen, je niet behandeld voelen als een kind
Gent – Ronde 3
1. Beelden bij arbeidsongeschiktheid/invaliditeit
Beperking
Nutteloos zijn
Schaamte
Zelfredzaamheid
Niet werken
Verlies sociale contacten
Financiële achteruitgang
Onzekerheid
Teveel tijd
Stress
Dokterskosten
Afhankelijk zijn van wat anderen denken van u -> geen zelfbeschikking
2. Sociale fraude
Moeilijk te controleren bij zelfstandigen
Mensen van een andere origine die in hun thuislanden wel werken gedurende de
vakantiemaanden
Veel geruchten/roddels om het ‘systeem’ te misbruiken
‘Instrumenten’ die de overheid hanteert moeten waterdicht zijn/streng zijn om sociale fraude
tegen te gaan
3. Hoe de capaciteit versterken om het werk terug te hervatten?
Wat: Mensen niet fulltime laten herbeginnen
Wie: Werkgever en ziekenfonds
Waarom: Om meer kans op slagen te hebben bij de herintrede
Wat: Wettelijk kader scheppen
Wie: Overheid/RIZIV
Waarom: Deel van de genezing, zingeving, waardigheid
Wat: Streven naar personeelstevredenheid
Wie: Werkgevers
Waarom: Werknemer levert meer kwaliteit, creëert een veilige werkomgeving
Wat: Arbeidsgeneesheer moet meer kennis hebben over psychische aandoeningen
Wie: Opleiding geneeskunde
Waarom: Stelt totaalbeeld van de patiënt voor
4. Wat doen om toch een waardevolle bijdrage te kunnen leveren aan de
samenleving?
Wat: Zinvol vrijwilligerswerk -> centraliseren/informeren
Wie: Uitbouw van een steunpunt vrijwilligerswerk
Waarom: Zinvolle activiteiten vinden
Wat:
Wie:
Waarom:
113
Wat: Systeem begeleid VAPH verbreden naar alle personen op invaliditeit
Wie: Overheid,
Waarom: Mensen in grensgebied weghalen uit isolement
Wat: Termijnen van terugbetaling verlengen en flexibeler maken
Wie:
Waarom:
114
4.1.5 Thema 4 – Participatie
Antwerpen - Ronde 1
1. Waarom we hier vanavond deelnemen
Motivatie:
Ervaring uit het verleden: burgers krijgen te weinig de kans om hun vrije mening te geven
Omdat participatie belangrijk is als er vanuit een positieve ingesteldheid kan worden
deelgenomen. Maar er moeten wel voldoende kanalen worden geopend zodat ook kansarmen
deelnemen Wat is participatie daadwerkelijk? Als thema?
Vooral in de zorg is er nauwelijks een beleid
Individuele motivatie = antwoord op medisch falen: te weinig inspraak
Er is te weinig inspraak/deelname van rechtstreeks betrokkenen (bv. op vlak van migratie)
Professionelen trekken te vaak het laken naar zich toe: de patiënt moet meer gehoord worden
Verwachtingen:
Toegang tot gezondheidszorg moet verbeteren: juridisch, financieel, psychologisch
Meer informatie over/toepassing van rechten van de patiënt (bestaat 10 jaar)
Ecologisch en sociale thema’s opnemen in budget gezondheidszorg, bv. preventie
Gezondheidszorg in een breder kader plaatsen, niet alleen ziekteverzekering
Gezondheidszorg socialer maken
2. Betrokkenheid van burgers bij beleid
Vandaag -> Toekomst
1 -> 8
1 -> 8
1 -> 8
1 -> 8
3 -> 6
4,5 -> 4,5
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben
Nu zitten we in een gezondheidszorgsysteem dat zoekt naar oplossingen voor ziekte, het zou
veel meer moeten evolueren naar een systeem dat gezondheid behoudt. Burger kunnen
aansturen op die ombuiging.
Burgers zijn onafhankelijk van de belangen van betrokkenen (bv. farmaceutische bedrijven),
zij kunnen veranderingen en ideeën aanbrengen waarvan de mens echt beter wordt.
3. Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Telkens thema en waarom
Multiculturaliteit en gezondheidszorg
Beslissen over al dan niet terugbetalen achteraf
o Alleen bij grote bedragen
Benadrukken van verschil tussen zorg en ziekte Een andere inbreng dan belangenverenigingen bv. mutualiteiten, vakbonden, ziekenhuizen,
farmaceutische industrie, artsensyndicaten, orde van geneesheren, …
Vrije keuze garanderen: ziekenhuis, zorgteam, ethische keuzes …
Helpen om de kwaliteit te bewaken
115
4. Hoe de burgers laten deelnemen
Hoe?
Deskundige burgers kunnen advies verlenen in ziekenhuizen als tegengewicht van artsen
Hefbomen, kanalen om meer geld in preventie te steken ipv in ziekenhuizen (idee: de
nucleaire rente en de dieseltaks zou moeten gaan naar preventie)
Verandering in onderlinge samenwerking artsen – patiënten
Promoten van rechten van de patiënt (zijn artsen wel op de hoogte van de rechten van de
patiënt?)
Interessante manieren
Gespreksgroep van burgers met beleid (politici, ziekenhuisdirecties) over gezondheidszorg
Over belangrijke beslissingen (bv. euthanasie) een bevraging organiseren bij de bevolking,
verenigingen, ervaringsdeskundigen (niet enkel bij artsenverenigingen, mutualiteiten, farmaceutische firma’s
Patiëntenverenigingen erkennen, financieren en betrekken
Participeren in ziekenhuizen (raden van beheer, …)
Opmerking: men zou informatie over ziekenhuizen moeten verspreiden. Bv. dat dit een
gevoelige/onveilige plek is voor patiënten (bv. ziekenhuisbacterie).
Antwerpen – Ronde 2
1. Waarom we hier vanavond deelnemen
Motivatie:
In familiale levenssfeer vaak geconfronteerd met gezondheid (of het ontbreken daarvan) en
de positieve ervaring van de dienstverlening (over de ganse lijn) In familie en persoonlijk slechte ervaringen gehad met gezondheidszorg
Als mondig betrokken burger
Bezorgdheid dat onze gezondheidszorg evolueert naar een Nederlands model met zijn nadelen
(beperking keuzevrijheid, kostprijs, gebrekkige toegankelijkheid, …)
Niet objectief benaderen van niet of minder reguliere behandelingen (psychotherapie,
homeopathie, osteopathie, …)
Verwachtingen:
Beter rekening houden met de ganse bevolking en het beschikbaar stellen van een goede
gezondheidszorg Dat er iets verbetert aan onze gezondheidszorg
Bijdrage als neutrale burger aan de samenleving
Onze gezondheidszorg behoeden voor afbraak en objectiever maken
2. Betrokkenheid van burgers bij beleid
Vandaag -> Toekomst
1 -> 4
2 -> 5
2,5 -> 8
5 -> 7,5
116
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben
Burgers worden niet gehoord. Er is een inhaalbeweging nodig
Onvoldoende representativiteit v.h. middenveld in de organisatie van de gezondheidszorg +
onvoldoende voeling met de basis
Burgers worden niet bevraagd. Hebben geen stem. Een bepaalde betrokkenheid is
noodzakelijk, maar het moet beheersbaar blijven
3. Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Telkens thema en waarom
Gewenst kwaliteitsniveau monitoren
o Prijs en beleid
Criteria voor terugbetaling
o Invulling, ook ruimte geven aan alternatieve therapieën die op een objectieve manier bewezen zijn
Mogelijk individueel bijdragen aan extra zorg voor anderen
o De discussie opentrekken
Diverse beleidsbeslissingen
o Maatschappelijke draagkracht verkrijgen, bv. via referendum Waarom thema’s uitsluiten. Alles moet kunnen besproken worden
4. Hoe de burgers laten deelnemen
Hoe?
Draagvlak verbreden door participatieve initiatieven van de burger (beleid niet door strot
duwen)
Feedback geven over gemaakt beleid
Burger ernstig nemen
Interessante manieren
Internetbevraging, referendums via internet
Transparantie geven over besluitvorming in gezondheidszorg
Initiatieven zoals deze van vanavond uitbreiden
Eerstelijnshulp inschakelen als doorgeefluik van burger naar de overheid
Hasselt – Ronde 1
1. Waarom we hier vanavond deelnemen
Motivatie:
Te kijken wat de ideeën zijn die onder mensen leven
Gezondheidszorg is een luxe in België, hoe houden we dat? En hoe zien we dat 20-40 jaar
verder evolueren? Welke verworvenheden zijn er dan?
Worden wij later niet de dupe van de besparingen waarmee we nu worden geconfronteerd?
Mening van anderen te horen?
Betrokkenheid en bezorgdheid naar de toekomst van de gezondheidszorg.
Bezorgdheid, vooral voor 65-plussers, Systeem is zeer complex
Wil het systeem verstaan.
117
Verwachtingen:
Dat er naar de burger wordt geluisterd. Ook door dokters.
Schijnwerpers richten op bepaalde situaties en ook met oplossingen komen.
Dat er informatie komt. Ook in de scholen info geven en trainen op hulpverlening
Dat ziekenfondsen zich bekommeren om alle leeftijdscategorieën
Betere argumenten (alternatieven??) vinden voor de inefficiëntie die nu heerst
2. Betrokkenheid van burgers bij beleid
Vandaag -> Toekomst
Scores
1 -> 4,5
2,5 -> 6,5
3,5 -> 5
3,5 -> 7
3,75-> 5,5
4,25 -> 5
4,5 -> 5,5
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben
Voor de gematigde groep: inspraak ‘niet volledig’
Input van burgers moet en kan, maar ten gepaste tijden -> uiteindelijk in 1 groep beslissen
Input van burgers/patiënten is er al via de sociaal assistenten en de mutualiteiten
Voor de extremere groep: inspraak intensiever
Meer informatie en inspraak omwille van lagere loopbaan, verlaagde mantelzorgkansen, en
toch bekommernis over algemene zorg
Noot:
Informatie komt er pas als men er voor openstaat. Vandaag heerst er hierover
onverschilligheid, er is geen interesse voor tenzij men ermee wordt geconfronteerd van zodra men ziek is.
3. Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Telkens thema en waarom
Solidariteit
Waarom: Financiering en onderlinge steun
Efficiëntie
Overlapping diensten
4. Hoe de burgers laten deelnemen
Hoe?
Gespreksavond
Vrijwilligerswerk
Info door onderwijs (van kleuter tot hoger onderwijs) over preventie en informatisering
Integratie zelfhulpgroep/ervaringsdeskundigen
Interessante manieren
‘Algemene dienstplicht’ standaard vertalen naar ‘vrijwilligersbijdrage’ (systeem
‘maatschappelijke vorming hogescholen)
118
Hasselt – Ronde 2
1. Waarom we hier vanavond deelnemen
Motivatie:
Vanuit persoonlijke ervaring (een gehandicapt kind) -> ideeën over hoe het systeem/beleid
beter zou kunnen
Boeiend om te horen hoe andere mensen hierover denken – ideeën opdoen
Vanuit mijn opleiding (medisch administratief bediende)
Ik ben vader van 2 kinderen en mijn eigen vader is invalide – de gezondheidszorg is voor mij
heel belangrijk
Mijn zus is gehandicapt, mijn vader is invalide
Vanuit een maatschappelijk engagement + gezondheidszorg is belangrijk
Verwachtingen:
Zelf iets bijleren, info opdoen
Dat het RIZIV met onze adviezen aan de slag gaat
Beter inzicht krijgen in hoe de patiënt kan participeren
Terugkoppeling van dit verslag aan de deelnemers
2. Betrokkenheid van burgers bij beleid
Vandaag -> Toekomst
2-> 7
2,5 -> 5,5
3 -> 6,5
3 -> 5
3,5 -> 5
3,5 -> 5,5
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben
De wens naar betrokkenheid is afkomstig vanuit de privé-situatie (mama van zwaar
meervoudig gehandicapt kindje) – vooraleer mijn gehandicapt zoontje er was, was deze behoefte er niet.
Via politiek stemmen op beleid van partij – maar dat is onvoldoende. De burger moet meer
betrokken zijn Er wordt veel te weinig informatie gegeven, de burger heeft hier meer recht op bv. kosten,
ziektevoortgang etc.
Bevragingen betrokkenheid is oké, maar steeds in samenwerking met professionals
Standpunt van de patiënt is zeer belangrijk -> in de eigen behandeling, om solidariteit in
stand te houden
3. Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Telkens thema en waarom
Thema’s waarmee ik persoonlijk betrokken ben, en dus ervaring mee heb
Waarom: vanuit eigen ervaring kan ik een waardevolle inbreng hebben (enkel inspraak, niet
noodzakelijk beslissingsmacht
De eindgebruiker betrekken bij de technologische ontwikkelingen
Waarom: Technologie aangepast aan de noden en behoeften van de eindgebruiker; bewaking
van gevaar voor commercialisering
119
Loopbaanonderbreking voor medische bijstand
Waarom: Inspraak in de regelgeving
Gehandicaptenzorg
Waarom: Hoge kosten
Inspraak in behandeling – persoonlijke behandeling en in protocollen/aanbevelingen
Waarom: Meer afstemming op de patiënt en zijn behoeften/noden
4. Hoe de burgers laten deelnemen
Hoe?
De rol van de media die hierin schromelijk tekortschiet (informatie vs nieuws)
Referenda op voorwaarde van goede informatie vooraf
Proeftuinen van universiteiten/hogescholen (als onafhankelijke organisaties) om
eindgebruikers te betrekken via bv. vragenlijsten, co-creatie in groep Gesprekstafels
Interessante manieren
Communicatiekanalen afgestemd op de doelgroep
Via google analytics
Gesprekstafels aanbieden, zoals vandaag
Brugge – Ronde 1
1. Waarom we hier vanavond deelnemen
Motivatie:
Gezondheid is belangrijk
Ik neem deel vanuit een verantwoordelijkheid als burger, maar ook als betrokkene bij
organisaties die actief zijn in de sociale wereld en de wereld van de gezondheidszorg
Als vertegenwoordiger vanuit het werkveld
Vanuit een persoonlijke, familiale en professionele context kijken naar ziekte
Opkomen voor zwakke groepen
Een grote groep mensen kunnen gezondheidszorg niet betalen
Ik wil mijn steentje bijdragen
Mee debatteren over de besluitvorming bij de overheid
Verwachtingen:
Dat het RIZIV rekening houdt met wat de burgers zeggen
Dat ook naar iedereen (die hier en op andere vergaderingen aanwezig zijn) de verslagen
hierover worden gecommuniceerd
Dat er ook door de overheid wordt bijgestuurd
120
2. Betrokkenheid van burgers bij beleid
Vandaag -> Toekomst
1,5 -> 4,5
1,5 -> 5
1,5 -> 5
2 -> 5,5
2,5 -> 7
3 -> 6
4 -> 5,5
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben
Noden van de burgers sijpelen door naar het beleid als de betrokkenheid er is
Er wordt minder boven ons hoofd beslist (vooral over grote gezondheidsvraagstukken)
Minder verzuiling als de burger meer inspraak heeft
Meer nadruk op gezondheid zelf en minder op financiering (het moet wel betaalbaar blijven).
Nu zijn het enkel de organisaties en het middenveld die beslissen.
3. Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Telkens thema en waarom
Betaalbaarheid van de gezondheidszorg
Ook persoonlijke functie (geld en leefbaarheid) <-> armoede Sowieso kunnen voorzien in de basisbehoeften
Informatie verschaffen
De … (niet te ontcijferen) Terugbetaling
Instap vanuit praktijk (in bepaalde gevallen worden beslissingen genomen zonder inspraak
van de patiënt)
Gezondheidspromotie en ziektepreventie
(Niet te ontcijferen)
4. Hoe de burgers laten deelnemen
Hoe?
Rondetafelconferenties
Gebruikerscommissies op federaal niveau
Anonieme enquêtes zowel op papier als digitaal
Via middenveldorganisaties: meer dan nu het geval is
Gerichte feedback vragen vanuit het beleid
Meewerken aan bottom-up i.p.v. top-down
Dit burgerdebat is een heel goed voorbeeld
Interessante manieren
Gestructureerde organisatie vanuit het middenveld in opdracht van de overheid
Inspraak op maat van de doelgroep met zo laag mogelijke drempel
121
Brugge – Ronde 2
1. Waarom we hier vanavond deelnemen
Motivatie:
Geboeid door sociale zekerheid
Dagelijkse discussie: over wie profiteert en wie niet?
Als vertegenwoordiger van psychische kwetsbaarheid
Geboeid door debat
Horen wat er leeft
Verwachtingen:
Ik hoop dat het RIZIV hier iets mee doet, dat de enquête niet alleen prestige is, maar dat
deze oefening leidt tot een zichtbaar resultaat Dat het een gebruik wordt om deel te neme aan participatieve oefeningen, om je mening te
geven, dat er meer mensen hun mening geven
2. Betrokkenheid van burgers bij beleid
Vandaag -> Toekomst
1,5 -> 3
1,5 -> 4
1,5 -> 4
1,5 -> 4,5
1,5 -> 6
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben
Het beleid weet soms niet wat er leeft bij de burgers, beleidsmakers leven soms ver van de
realiteit
Wat gaat er mis? Burgers signaleren de foutjes van het systeem
3. Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Telkens thema en waarom
Verzorging
Is een basisbehoefte (bv. ’s nachts je behoefte moeten doen in een pamper bij opname in een RVT)
Zorgplan
Inspraak hebben in je behandeling, welke zorg is nodig Mantelzorg
Mantelzorgers staan dicht bij de patiënt, cliënt
Betaalbaarheid
Hoeveel mag iets kosten, medicatie, verzorging
Statuut vrijwilliger
Welke taken voor wie? Meestal vrouwen. Het vrijwilligersstatuut is vandaag een slecht statuut. Via burgerparticipatie zou er daarover langer en grondiger worden nagedacht
122
4. . Hoe de burgers laten deelnemen
Hoe?
Dit is een eenmalige oefening – dat is te weinig om iets te betekenen. Dergelijke oefeningen
moeten een regelmatig en structureel karakter krijgen
Via gezondheidsclubs die regelmatig samenkomen
Beginnen op school met participatie daarrond
Bestaande platforms die er zijn kunnen gebruikt worden (families, mutualiteiten, …)
Interessante manieren
We hebben daar (nog) geen cultuur rond
Op microvlak (patiënt-arts) reeds mondiger dan vroeger, nog veel te doen op macrovlak
Kan het RIZIV ook geen burgercommissie oprichten?
Over ziekte kan je niet discussiëren, over zorg en kwaliteit van zorg wel.
Toegankelijkheid op alle gebied
Brussel – Thema niet besproken
Leuven – Ronde 1
1. Waarom we hier vanavond deelnemen
Motivatie:
Nood aan inspraak rond hospitalisatie en aanvullende verzekeringen. Ik werk in de
gezondheidszorg, vaak moet ik zwijgen om mijn bedenkingen te formuleren, nu kan ik
eindelijk mijn mond opendoen. Ik wil mijn stem ne keer laten horen. Maatschappij en gezondheidszorg: kijken of er meer kan gedaan worden met de beschikbare
middelen (via participatie). Met dit soort initiatieven kunnen we meer doen dan om de vijf jaar
gaan stemmen. Aan sensibilisering kan veel worden gedaan: -> studenten gezondheidszorg dichter bij de
leefwereld van de patiënt en de burger brengen via initiatieven als dit (zelf studente
geneeskunde) Discrepantie helpen wegwerken tussen goede zorgverlening en inkomsten (voor kwaliteit
moet vaak extra worden betaald, high-tech behandelingen zijn te kostelijk voor gewone
mensen). Kwaliteit daalt omdat besparingen en rationaliteit de bovenhand halen. Het is niet
bewezen dat de high-tech geneeskunde die nu wordt gepromoot, ook daadwerkelijk mensen beter helpt.
Vandaag wordt het wetenschappelijk onderzoek gestuurd door de farma. De patiënt wordt
gegijzeld door de farma. Uit tevredenheid over de huidige gezondheidszorg. Mijn medicatie kost de gemeenschap
21.000 euro per jaar. En dat al tien jaar lang. Ik ben enorm blij dat de gemeenschap dat wil
betalen. Maar toch stel ik vast dat de patiënt in het hele verhaal van de participatie aan de
gezondheidszorg volkomen ontbreekt. Ik wil hier de stem van de patiënt laten horen omdat ik vrees dat we naar een toekomst van een lagere kwalitatieve gezondheidszorg gaan.
De gezondheidszorg is quasi gratis in België. Daarom appreciëren mensen niet wat voor hun
wordt gedaan. Het is beter om de gezondheidszorg duurder te maken, zodat ze ook aanvoelen wat daar de werkelijke kosten van zijn. Die boodschap wil ik eigenlijk overbrengen.
-> er moeten wel sociale correcties worden aangebracht voor hen die een basispakket niet kunnen betalen.
123
Verwachtingen:
Zelf vat te krijgen op mijn eigen ideeën over hoe ik zou kunnen participeren aan dit geheel.
Het gaat om een complexe problematiek, en zelf ben ik daar nog niet uit. Ook hoe je burgers
kan laten participeren, daarover had ik eigenlijk nog niet nagedacht, en dit hier vormt een
aanzet. Ik ben zelf bezig met het opzetten van een patiëntenplatform om inspraak te krijgen in het
systeem en bij de politiek. Ik bekijk het natuurlijk sterk vanuit patiëntstandpunt. Als patiënt
ervaar je veel dingen als stigmatiserend. Vanuit preventiestandpunt bijvoorbeeld, voelen patiënten zich soms beschuldigend aangesproken. In de zin van: je ziekte was te voorkomen,
en nu ben je toch ziek, dus het is aan jezelf te danken. Ik wilde eigenlijk hier een aantal van
onze denkpisten en standpunten aftoetsen. Ik hoop dat een aantal dingen die hier aan bod komen, ook echt gecapteerd worden. Ik heb
de indruk dat het beleid vandaag gestuurd wordt vanuit het budget, in plaats vanuit de
patiëntennood of nood van de bevolking. Ik wil daar een stukje aan meewerken om dat om te buigen.
Gesprek hebben met andere mensen over hoe zij denken over gezondheidszorgbeleid en de
gezondheidszorg De dood van participatie is dat mensen deelnemen, er achteraf niks meer van horen en het
gevoel hebben dat er niets mee gebeurd is!!!
2. Betrokkenheid van burgers bij beleid
Vandaag -> Toekomst
1,5 -> 8
1,5 -> 3
1,5 -> 7
2 -> 4,5
3 -> 7
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben
Op dit soort vragen reageer je anders als burger dan als patiënt. Als patiënt ben je al veel
meer betrokkene dan als burger. Soms is het als patiënt wel makkelijker om in te haken op de beleid omdat je meer kanalen hebt via bv. patiëntenverenigingen. -> via de VPP wordt er
veel gedaan, maar er zou nog veel meer moeten. Burgers kunnen signaleren wat niet goed werkt. (Daarvoor zouden ook meldpunten moeten
opgezet worden, signaalplekken), bv. ivm wachtlijsten, d.i. een kleine stap om als eerste te
realiseren. De betrokkenheid van burgers en patiënten is nodig naast solidariteit en mede-eigenaarschap. Burgers zouden mee kunnen bepalen welke zorgtrajecten moeten uitgebouwd
worden. Nu gaat het te vaak om vooral een medische inslag. Burgers kunnen duidelijker zelf
bepalen ipv trajecten die opgelegd worden. Het aanbod ligt te vast (= kiezen in overleg) Burgers moeten meer geïnformeerd worden en zo betrokken zijn. Wil je een draagvlak blijven
creëren voor onze gezondheidszorg, dan is naast solidariteit ook participatie nodig.
Burgers zijn in staat om ook andere levensdomeinen in beeld te brengen die je als patiënt
ervaart (social determinants of health) Burgers kunnen aanbrengen dat de relatie zorgverlener/patiënt minstens even belangrijk is als
de ‘evidence based healthcare’ benadering.
Evidence based medicine is oké, maar heeft ook zijn beperkingen. Als je alleen evidence
based zorg zou toelaten, zou er veel uit de boot vallen. Zaken die we nu al terugbetalen en
die ook echt wel werken maar die moeilijk wetenschappelijk zijn te bewijzen. Participatie werkt alleen maar als er impact is, als mensen gehoord worden, als er reactie is.
We beseffen ook wel dat niet alles onmiddellijk kan rechtgetrokken worden, maar het zou
toch goed zijn als er transparantie komt over waar het naartoe gaat.
124
3. Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Telkens thema en waarom
Aanvullende verzekering
Waarom: Wat moet er in het basispakket, is dit toegankelijk en toereikend. Een brede
gedragenheid creëren voor het basispakket
Ervaringsdeskundigheid
Waarom: Zorg beter afstemmen op de noden van de patiënt, inbrengen van
ervaringsdeskundigheid naast medische/academische/wetenschappelijke deskundigheid
Hospitalisatie (verzekering)
Waarom: Tweesporenbeleid tegengaan
Wat is zorg (gezondheidszorg)
Waarom: Welzijn koppelen aan gezondheid en omgekeerd, meer facetten van gezondheid
binnenbrengen, begrip gezondheid verbreden
Omgaan met minderheidsgroepen/kwetsbare groepen
Waarom: welke behoeften hebben zij? Wie vertegenwoordigt hen? (zij maken geen gebruik
van hun rechten)
Feedback voor zorgverleners
Waarom: Effectiviteit van behandeling, therapie, medicatie, …
4. Hoe de burgers laten deelnemen
Hoe?
Er is nood aan een onafhankelijke organisatie/gezondheidscoach die mensen kan begeleiden,
ook in hun administratief traject. Vandaag nemen de ziekenfondsen die rol niet op omdat ze zelf teveel bezig zijn producten te verkopen.
Een idee is om patiënten-expertisecentra op te zetten. De ervaringsdeskundigheid van
patiënten koppelen tussen patiëntenorganisaties en aanbieden aan anderen. Patiënten ook opleiden tot ervaringsdeskundigen en deze ook inschakelen in de opleiding van mantelzorgers
en zelfs professionele zorgverleners.
Burgeravonden organiseren op regelmatige basis, zodat de beleidsmaker feedback krijgt.
Interessante manieren
Beleid openstellen voor input, input van burgers en patiënten actief verzamelen
Meer inspraak van burgers bij zorg
Meer diversiteit in participatieoefeningen brengen. Om kwetsbare mensen te bereiken: hen in
duo laten komen
Bestaande netwerken benutten om mensen te bereiken
Leuven – Ronde 2
1. Waarom we hier vanavond deelnemen
Op tijd onze zeg kunnen doen, want we zijn bezorgd over de toekomst
Is de gezondheidszorg – het systeem – houdbaar in de toekomst? We moeten ook nadenken
over de toekomende generaties (ook zij moeten het goed hebben) Mijn mening te kunnen geven op het moment dat het er toe doet
Indien de toegankelijkheid niet meer wordt gegarandeerd wordt de nood aan zorg groter
We staan op een kantelpunt in onze maatschappij: er heerst een gevoel van malaise, er is
geen visie, er zijn tekortkomingen waarmee we geen raad weten -> het is beter om daarover
te praten dan in onze schulp te kruipen Ik zie het als mijn plicht om hier te zijn (een vorm van burgerzin, persoonlijke
verantwoordelijkheid opnemen)
Het is een onderwerp dat iedereen aanbelangt
125
Motivatie:
Dat deze informatie deel zal uitmaken van ‘een stem’ met een ambitieus vervolg in functie om
van gezondheid het ‘hoogste goed’ voor iedereen te maken
In de complexiteit van de gezondheidszorg toch te proberen om antwoorden te formuleren en
zelfs een continu proces van overleg op gang te brengen
Een mogelijkheid om te lobbyen -> het zou een soort evidentie moeten zijn (maandelijks
engagement om over een maatschappelijk thema te spreken)
Verwachtingen:
2. Betrokkenheid van burgers bij beleid
Vandaag -> Toekomst
2,5 -> 7
2,5 -> 7
3 -> 7
4 -> 7
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben
Referenda zijn niet telkens de goede oplossing, het is niet vaak ‘ja’ of ‘neen’, wit of zwart
Meer empathie creëren in functie van complexe situaties en niveaus van informatie
Genuanceerd denken – constructief denken – proactief denken
Weg uit het NIMBY-denken
3. Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Telkens thema en waarom
Financiering van de gezondheidszorg
Alle beslissingen mbt de gezondheidszorg hebben een financiële impact
Zoeken naar een langetermijnvisie over gezondheidszorg (hoe ziet de gezondheidszorg eruit
binnen bv. 20 jaar) De toekomst en de ontwikkelingen op maatschappelijk vlak volgen, doelstellingen definiëren
Nadenken over wat een goede gezondheid is.
De patiënt moet centraler staan = vanuit het perspectief van de patiënt de gezondheidszorg
aanleveren.
Er is een belangrijke shift tussen gezond zijn en niet-gezond zijn
Een maatschappelijke visie ontwikkelen omtrent ‘on-welzijn’ en omgaan met ziekte –
eindigheid (taboe over het lijden doorbreken). ‘On-welzijn’ betekent in de praktijk in onze
samenleving niet-productief zijn, uit de maatschappij worden gestoten.
Responsabilisering
Waarom: Belang van gezondheidzorg voor iedereen
Maatschappelijk risico: ‘de maatschappij is slechts zo sterk als het belang dat zij hecht aan de
zwakste’. Hoe ver willen we gaan in onze maatschappij? -> responsabilisering koppelen aan
correcte en respecterende begeleiding
Benadrukken van belang van eerste lijn (ook in de preventie -> maar zonder betutteling)
Bewaken van de kwaliteit van zorg
Wie doet dit nu? Aan wie laten we dit over? (Certificatieorganisaties – overheid – patiënten -
…) (protocollen, administratieve lasten tov kwaliteit bieden in core business)
126
4. Hoe de burgers laten deelnemen
Hoe?
Debatten -> gestructureerd + gecoacht met ‘Outcome’
Discussiemomenten
Een systematische en gestructureerde bevraging (als fundamenteel onderdeel van het beleid)
Naast patiëntparticipatie ook burgerparticipatie
Consensusvorming -> top-down maar ook bottom-up
Interessante manieren
Informeren
Debat mogelijk maken en ervoor zorgen dat er over gezondheid mag gesproken worden ->
het taboe weghalen (bv. rond geestelijke gezondheid) Communiceren over resultaten van een dergelijk debat
Een school voor democratie opzetten -> opleiding communicatie – omgaan met diversiteit en
verschillende meningen en visies.
Gent – Ronde 1
1. Waarom we hier vanavond deelnemen
Motivatie:
Dat je als burgers ook kan deelnemen aan beleid en iets kan aanbrengen. Ook jonge mensen
kunnen een visie en ideeën hebben, ook al hebben ze zelf weinig ervaring met ziek zijn en de
gezondheidszorg Ik pleit ervoor dat er meer wordt geïnvesteerd in de jeugd en kinderen (zij zijn de toekomst
van de samenleving)
Het is belangrijk om deel te nemen aan burgerparticipatie, zeker als er grenzen zijn en
prioriteiten moeten worden gesteld Goed dat je vanuit verschillende posities kan denken en andere kan horen over dit thema
Overstijgt de discussie van de belangengroepen
Verwachtingen:
Dat er echt iets mee gedaan wordt
Dat er meer rekening wordt gehouden met ouderen in de maatschappij (zij hebben veel meer
in te brengen dan ze vandaag kunnen) Dat er steeds meer burgerparticipatie moet komen ipv politici alle beslissingen vanuit hun
ivoren toren te laten nemen
Dat het RIZIV beter aanvoelt dat de ziekenfondsen niet de correcte vertegenwoordiger van de
burgers zijn
Dat er vanuit burgerbewegingen andere machten op gang komen
2. Betrokkenheid van burgers bij beleid
Vandaag -> Toekomst
1 -> 4
1-> 5
1-> 8
2,5 -> 6
3 -> 7
3,5 -> 7
4 -> 6
127
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben
Vaak worden medische beslissingen over het hoofd van de patiënten genomen
Als iemand zich begrepen voelt, als iemand weet waarom, zal een behandeling beter aanslaan
Laat niet alles over aan de politiek
Burgers moeten meer over zowel algemene principes als eigen zorg betrokken worden
Enquêtes en onderzoeken zijn niet genoeg. Rechtstreekse inbreng is ook belangrijk
Betrokkenheid is nu een te ‘formeel’ gegeven cfr. Mutualiteit, beroepsgroep – los daarvan is er
nood aan onafhankelijke betrokkenheid
3. Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Telkens thema en waarom
Preventie arbeidsongeschiktheid (burn-out)
Meer preventie algemeen
Meer inspraak in aanpak van problemen in de GGZ
Campagnes voor gezondheid, preventie en levensstijl: ze bereiken de doelgroepen niet
4. Hoe de burgers laten deelnemen
Hoe?
Burgerdialogen: veel vaker organiseren
Online enquêtes van ziekenfondsen naar hun leden om hen te bevragen
Herdefiniëring rol van de mutualiteiten -> verplicht om hun leden te bevragen, ook over de
moeilijke onderwerpen + objectieve rapportering hierover. Dit moet een deel van hun
opdracht zijn. Zelfhulpgroepen en patiëntenverenigingen actief bevragen
In ziekenhuis: participatie in het beleid van de burger (nu heb je alleen de ombudsdienst); lid
van de RVB met regelmatige wisseling van personen
Groepen die nu niet gehoord worden actief uitnodigen bv. migranten met GGZ problemen
(want nu krijgen ze de zorg niet die ze verdienen -> de mutualiteiten vertegenwoordigen hen zeker niet.
Wijkgezondheidscentra = centrale rol (mensen meer verplichten om naar dit soort van centra
te gaan) -> in deze centra de bestaffing vergroten zodat er meer tijd is om te luisteren naar
de patiënten
Interessante manieren
Kan individuele burger ‘de’ burger vertegenwoordigen of moet hij vanuit een vereniging
worden afgevaardigd (discussie tijdens het gesprek)
‘Vergeten’ groepen in de samenleving in kaart brengen, documenteren en actief benaderen
(via verenigingen)
Patiënten zijn mondiger geworden maar met hun stem wordt weinig rekening gehouden ->
iets ontwikkelen om hen te horen Instellingen moeten zelf participatiever zijn bv. familie en omgeving en patiënt bevragen en
die resultaten aan beleid doorgeven
Door prestatiegerichte financiering af te bouwen
Luisteren moet ook gehonoreerd worden
128
Gent – Ronde 2
1. Waarom we hier vanavond deelnemen
Motivatie:
Belang van beleid in België en Vlaanderen
Belastingdruk is hoog, geen verspilling, toeziend oog van de burger
Burger = patiënt => participatie is noodzakelijk
Toekomstvisie -> Groot belang in de gezondheidszorg
Patiënten komen te weinig aan bod
Informatie opdoen. Hoe wordt er nagedacht over gezondheid in de breedste zin?
Fijn om gehoord te worden
Beleid in gezondheidssector is boven het hoofd van de patiënt
Belang van patiëntenverenigingen
Verwachtingen:
We moeten meer naar een vertegenwoordigende democratie
Overheid moet goede huisvader zijn -> good governance is belangrijk
Als patiënt ben je ook kiezer! Democratische stem
Patiënten worden mondiger en willen inspraak. Is het RIZIV een democratische
vertegenwoordiging van de samenleving?
2. Betrokkenheid van burgers bij beleid
Vandaag -> Toekomst
1,25
1,5
1,75
5
(geen stemming over ‘gewenst’)
Welke meerwaarde kunnen burgers hebben
3. Over welke onderwerpen kunnen burgers worden betrokken bij het beleid?
Telkens thema en waarom
Toegankelijkheid van de zorg -> patiënten en burgers ondervinden dit aan den lijve
Ervaringsdeskundigen -> hen daarom laten deelnemen aan overeenkomstencommissies Expertise van burgers gebruiken = blijk van verandering -> bevraging van mantelzorgers en
families bv. DIMARSO-bevraging in de woonzorgcentra. Opmerking: Opletten met het
bevragen van patiënten over de kwaliteit van de zorg. Zijn patiënten in staat om dat te
beoordelen? De patiënt is bovendien zeer afhankelijk van de zorgaanbieders, daardoor worden patiënten monddood want ze zijn afhankelijk van hun zorgaanbieders.
Patiënttevredenheid kan je wel meten, en ook dat is een onderdeel van zorgkwaliteit. Via de wet op de patiëntenrechten zijn er nu al de ombudsdiensten, maar dat moeten verbreed
worden. Bv. vertrouwensverpleegkundigen. (wat zijn de moeilijke punten hier in dit dossier,
waar liggen de specifieke problemen etc.) Patiënten betrekken als partners in zorg in zorginstellingen
129
4. Hoe de burgers laten deelnemen
Hoe?
Via patiëntenverenigingen
Via ziekenfondsen: het blijven instellingen met een enorme ervaring en expertise die je niet
wegschuift, ze blijven waardevol binnen het systeem. MAAR: ze zijn vandaag rechter en partij
tegelijkertijd. En dat klopt niet. Ze meten zich taken en macht toe die niet compatibel zijn met patiëntenbehartiging. Ze zijn commercieel ingesteld en spelen ook de rol van zorgaanbieder.
Ziekenfondsen zijn sterke lobbygroepen en zijn verzuild, maar spreken ze wel met de stem
van hun patiënten en leden?
Om het kwaliteitsniveau van ziekenhuizen en zorginstellingen te bewaken kunnen patiënten
gemakkelijke participeren -> eerder dan op het grotere strategische niveau van het RIZIV. Actieve vertegenwoordiging van het VPP
Teveel macht aan de artsen. Zij verdrukken de andere gezondheidszorgberoepen.
Interessante manieren
130
4.1.6 Thema 5 – Informatie
Antwerpen - Ronde 1
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven
Gebruikte informatie:
Huisarts
Gezond verstand
Via de sport
Media en internet
Er is teveel informatie
Van ervaringsdeskundigen
Gewenste informatie:
Preventie-informatie van huisarts – huisarts dient beter te informeren
Naar de toekomst elektronisch toezicht om onze levensstijl te beoordelen
Vraag naar een ‘label’ voor kwaliteit van informatie op het internet
Bedenkingen en reflecties:
Mogelijkheden van telegeneeskunde, maar in hoeverre is die informatie correct?
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Huisarts tijdens consultatie
In 2de instantie specialist
Gewenste informatie:
Na verwerking van eerste informatie komen nieuwe vragen
Weinig inzage in medisch dossier dat over patiënt wordt bijgehouden (informatie is bovendien
niet in verstaanbare termen) Te weinig informatie over verder verloop van ziekte + noodzakelijke behandelingen
Over mogelijke risico’s
Communicatie in ‘verstaanbare taal’ aangepast aan niveau en kennis van de patiënt
Bedenkingen en reflecties:
Informatie wordt alleen gegeven op expliciete vraag
Patiënt moet informatie bij elkaar harken
Er is geen centralisatie van informatie
Ook tussen zorgverleners wordt informatie onvoldoende doorgegeven
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
Vandaag -> In de toekomst
5 -> 8
5 -> 8
5 -> 8
5 -> 8
6,5 -> 8
7 -> 8
8 -> 8
131
Wat moet er veranderen?
Verduidelijken van medisch jargon naar patiënt
4. Informatie geven over je eigen gezondheid
Voordelen
Informatie is snel toegankelijk
Beter doorgeven van informatie aan alle partijen (patiënt en gezondheidsverleners)
Risico’s
Betrouwbaarheid van de bron
Privacy
Misbruik
Moeilijk om kwaliteitsinfo te vinden (zie eerder kwaliteitslabel voor gevalideerde informatie)
Algemene opmerkingen:
Medische informatie wordt door dokters/specialisten ook niet altijd eenduidig geïnterpreteerd -
> tegenstrijdige berichten -> bv. rond dikkedarm- en borstkankerscreening -> is deze screening een goede zaak of een risico?
Bij publicatie van wetenschappelijke onderzoeken zou verplicht de sponsor (farmaceutische
bedrijf) moeten vermeld worden -> probleem met betrouwbaarheid van resultaten
Antwerpen – Ronde 2
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven
Gebruikte informatie:
Huisarts
Media
Mutualiteit
Apotheker + folders
Vrienden
Ervaringsdeskundigen
Verpleegkundigen
-> algemene informatie en basisinformatie is onvoldoende
Gewenste informatie:
Bevattelijke taal
Informatie van artsen -> toegankelijkheid artsen
Dokters werken per prestatie -> snel, snel, snel - > dus geen informatie
Op school meer gezondheidsinformatie (gericht op preventie)
Bedenkingen en reflecties:
Afhankelijk van dokter tot dokter krijgen we te weinig informatie
Als patiënt niet mondig is, krijgt hij minder informatie
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Zelfde bronnen als bij informatie over gezond zijn
Specialisten
132
Gewenste informatie:
Verpleegkundigen zouden meer informatie moeten mogen geven, zij hebben een betere
aansluiting bij de patiënt
Artskeuze wordt vaak bepaald volgens pathologie, niet omwille van zijn of haar communicatie-
capaciteit
Vaak is er een gebrek aan objectieve informatie bij doorverwijzing (bv. keuze van
hartcentrum, risico’s van behandelingen, mogelijke complicaties of overlijden, …) Gezondheidsinfo via de media (openbare omroep -> maatschappelijke opdracht)
Bedenkingen en reflecties:
Een goede stap is de bekendmaking van kwaliteitsgegevens van ziekenhuizen: zou zowel online als op papier moeten bekend worden gemaakt
Belangrijk voor patiënt om opties te kunnen kiezen
Opmerking: toch mogen we blij zijn dat onze gezondheidszorg heel goed is, in vergelijking met andere
landen.
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
Vandaag -> In de toekomst
5 -> 7
5 -> 7
7 -> 7
7 -> 7
Wat moet er veranderen?
Ik ben tevreden: ik heb een goede huisarts, heb daar een goede band mee, die mij
doorverwijst als hij het zelf niet weet
Het kan nog beter, vooral op vlak van preventie
Graag een volledige vrijgave van de kwaliteitsscores van ziekenhuizen
4. Informatie geven over je eigen gezondheid
Voordelen
De informatie is snel te consulteren, vergelijken is mogelijk
Het is een breed medium
Informatie over preventie is hier goed terug te vinden: vb. ik ga vliegen en loop een risico op
embolie, wat moet ik doen? Of ik ben zwanger, wat mag ik doen en wat niet.
Risico’s
Verkeerde info … verkeerde conclusies
Ego van arts als je met eigen diagnose komt
Het is complex
Eigen verhalen gaan een leven leiden
Imaginaire aandoeningen
Let op: veel is reclame en bevat weinig objectieve info
Afhankelijkheid van aanbod
Je moet al een PC hebben met internet
Zeker niet geschikt voor alle doelgroepen: bv. mensen met mentale problemen.
133
Hasselt – Ronde 1
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven
Gebruikte informatie:
Internet
Dokter
Teleshops
Ervaringen anderen/sportclub
Apotheker
Boeken, infobrochures, lectuur
Ziekenfonds
School
Specialist
Gewenste informatie:
Infosessies ziekenfonds
Infoavonden over thema’s bv. ouderen, rokers
Dokters moeten meer spontaan info geven
Media, op een positieve manier
Folder ziekenfonds waarin bepaalde thema’s besproken worden
Bedenkingen en reflecties:
Opletten met maatschappelijke normen
Voldoen aan ideaalbeeld is niet mogelijk
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Specialist, dokter
Ziekenfonds
Verzekeringen/hospitalisatie
Psycholoog
Individuele begeleiding via groepssessies op school
Gewenste informatie:
Betere begeleiding
Emotionele begeleiding moet beter
Dokters hebben oog voor fysieke problemen, niet voor emotionele
Ziekte als totaalbeeld ontbreekt
Betere begeleiding, evt. Door verschillende personen
Verschillende dokters: hoe werken die samen?
Bedenkingen en reflecties:
Gezondheidsbeleid: centen niet altijd goed verdeeld
Informatie door dokters, in gewone begrijpbare taal, die duidelijk is voor patiënten
Duidelijke communicatie patiënt-dokter
134
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
1-> 8
1,5 -> 1,5
2 -> 2
2 -> 2
3 -> 4
7 -> 7
7 -> 7
Wat moet er veranderen?
Rekening houden met de wensen van de patiënt indien mogelijk
Luisteren naar de patiënt, tijd maken
Alternatieven mogelijk maken (2de opinie)
Strenger toezicht in vlieghavens
Verschil tussen acute en chronische aandoeningen
Blijven doorvragen aan dokter, assertief zijn helpt, alert blijven
4. Informatie geven over je eigen gezondheid
Voordelen
Bijsluiter van voorgeschreven medicament geeft bijkomende info
Forums
Kennis over eigen ziekte delen
Info over premies, tussenkomsten, deze info wordt niet altijd spontaan gegeven, hierbij helpt
zoekwerk op internet
Lotgenoten vinden
Gemeenschappelijk dossier (dokter-specialist)
Risico’s
Teveel aan informatie (niet altijd betrouwbaar)
Ieder geval is specifiek
Iedereen kan reageren
Slechte diagnose
Foutieve interpretatie
Hasselt – Ronde 2
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven
Gebruikte informatie:
Luisteren naar eigen lichaam
Media, campagnes (antibiotica, darmonderzoek …)
Maandblad ziekenfonds
Magazines (goed gevoel, Libelle)
Internet
Huisarts
Info wordt in de schoot geworpen
verpleegster (in de familie)
info over pijnbestrijding bij ontslag ziekenhuis
135
Gewenste informatie:
Weinig info beschikbaar over geestelijke gezondheid
Te benaderen op hetzelfde vlak als lichamelijke preventie
Ontslagbrief met richtlijnen en telefoonnummers voor nazorg, aanbevelingen voor nazorg
Ervaringsgroepen om info te delen. Maar hoe kom je ermee in contact?
Bedenkingen en reflecties:
Meer aandacht naar preventie, daar wordt te weinig rond gedaan
Vroeg mee beginnen (bv. om obesitas tegen te gaan)
Preventie via eerstelijnsgezondheidswerkers, bv. huisarts
Weinig aandacht voor bv. preventieve tandverzorging
Belonen van preventieve acties, bv. kansarmen belonen voor preventie
Hoe echte info van publiciteit onderscheiden
Informatie nemen met een korrel zout
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Huisarts/specialist
Lotgenoten in latere fase
2de opinie Voor levensbedreigende ziekten zeker 2de opinie -> verplichten vanuit ziekenfonds
Contradictorische info…
Gewenste informatie:
Behandelende arts moet eerlijk contact hebben met patiënt, de manier van communicatie
Eerlijke info over kosten, niet alles zelf moeten uitzoeken
Wat kan men zelf doen ipv onmiddellijk medicatie -> sector moet dit stimuleren
Info naar mensen in rusthuis
Info op verschillende manieren aanbieden’ bv. aan kansarmen
Bedenkingen en reflecties:
Kwaliteitszorg is belangrijk: opvolging, resultaten, …
Kenniscentrum oprichten en die laten beslissen over behandelingen (nationaal beslissen)
Kosten voor de gemeenschap spelen mee
Einde levensfase: duidelijke info, wat moet er gebeuren aan het levenseinde (verplicht,
regelmatig herzien). De zorg rond het levenseinde beter omkaderen en voorbereiden
Donorinformatie: nationaal?
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
Vandaag -> In de toekomst
1,5 -> 7,5
6,5 -> 6,5
6,5 -> 6,5
7 -> 7
7,5 -> 7,5
7,5 -> 7,5
8 -> 8
136
Wat moet er veranderen?
Mensen moeten durven hun artsen zelf vragen te stellen (velen volgen klakkeloos wat hun dokter
zegt. Niet iedereen vraagt het.
Rusthuis: ander kader, veel medicatie, hangt van afdeling af
Goede ervaring met betrokkenheid
Persoon die van 1,5 -> 7,5 gaat
Ik had vertrouwen in mijn specialist. Hij zit altijd juist. Maar ik wil toch meer inspraak vanuit
betrokkenheid. Bovendien gaf hij niet altijd mijn bloeduitslagen door aan de huisarts.
4. Informatie geven over je eigen gezondheid
Voordelen
Opzoeken oké, maar betrouwbaarheid?
Zoeken naar objectieve site
Vita-link: overlegplatform, niet voor iedereen toegankelijk
Toekomst: via id-card situatie opvraagbaar
Geneeskundig dossier, maar wat met beveiliging
Risico’s
Internet heeft geen voordelen
Geen betrouwbare informatie
Angstaanjagend
Beschikbare gegevens kunnen gehackt worden -> beveiliging
Brugge – Ronde 1
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven Gebruikte informatie:
Internet, apps, parate kennis, opleiding, school, huisarts, arts, folders, tijdschriften,
ziekenfondsen, sociaal leven…
Gewenste informatie:
Soms meer uitleg nodig van de huisarts
Bedenkingen en reflecties:
Is de informatie degelijk en correct? Gevalideerd? Onderbouwd? Betrouwbaar?
Informatie op zich is niet voldoende. Hoe ermee omgaan? Interpretaties naar mijn
persoonlijke context? Verduidelijking van wat het voor mij betekent?
Goede relatie met huisarts is belangrijk
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Diagnose (niet altijd / soms ongekend of verzwegen door de zorgverlener en soms/veelal met
te weinig informatie over nazorg)
137
Gewenste informatie:
Meer informatie over totale begeleidingsproces en nazorg. Nu te afhankelijk van de
zorgverlener zelf
Bedenkingen en reflecties:
Ernstige diagnose / slecht nieuws moet persoonlijk gegeven worden, niet per telefoon en niet
op te korte tijd (opbouw van informatie)
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
Vandaag -> In de toekomst
4 -> 7,5
4 -> 7,5
4,5 -> 7,5
8 -> 8
Wat moet er veranderen?
Bij minder mondige mensen, bv ouderen, is er minder betrokkenheid bij beslissingen
Bij ziekenhuisopname eerder minder betrokken bij beslissingen
Graag toegang tot mijn volledig dossier -> moeilijk te verkrijgen (recht op inzage), via
huisarts?
4. Informatie geven over je eigen gezondheid (via internet of elektronisch)
Voordelen
Referentie voor anderen met hetzelfde probleem
Steun bij verwerking
Snel en onmiddellijk beschikbaar voor anderen
Risico’s
Te veel info, waarop moet men zich baseren om te beslissen?
Persoonlijke info wordt te vaak veralgemeend
Zelfmedicatie en te lang wachten om professionele medische hulp te zoeken
Privacy-problemen
Brugge - Ronde 2
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven
Gebruikte informatie:
De arts, mutualiteiten (websites), internet (zoeken naar betrouwbare sites), boeken,
campagnes van de overheid, patiëntenverenigingen, gezondheidsmagazines van de
mutualiteit, bij de apotheker
Gewenste informatie:
Huisarts (als doorverwijzer naar de specialist, diëtist, kine etc.)
Afschrikkende boodschappen
Ziekenfondsinfo laten geven volgens gekende pathologie en gericht op de patiënt.(gerichte
info m.b.t. terugbetaling, ook algemeen belangrijke info… Ongezonde producten duurder maken (meer belasten)
Gezondheidsvoorlichting en opvoeding in het onderwijs…
138
Bedenkingen en reflecties:
Ongezonde producten belasten zou geen effect hebben gehad in Scandinavische landen
Sommige patiënten die met ziekte worden geconfronteerd gaan plots veel gezonder leven
omdat ze de nadelen ondervonden hebben (soms te laat)
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Van de arts, specialist
Vaak wordt niet alles verteld
Websites
Brochures
Boeken
Gewenste informatie:
Heropstart van de poliklinieken
Wijkgezondheidscentra
Bedenkingen en reflecties:
Niet elke patiënt kan aan de websites
Krijg niet steeds de volle waarheid (soms maar halve waarheid)
Soms is consultatie te vlug en is er geen tijd voor arts om voldoende info te geven (arts
neemt soms geen tijd)
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
Vandaag -> In de toekomst
0 (nog geen ervaring met gezondheidsbeslissingen) -> 7
0 -> 7
0 -> 7
1 -> 4
4,75 -> 4,75 (wens ook niet alles te weten)
4,75 -> 7
7,5 -> 7,5
8 -> 8
Wat moet er veranderen?
-
4. Informatie geven over je eigen gezondheid (via internet of elektronische weg)
Voordelen
Telemonitoring (rechtstreekse info naar je huisarts)
Info op internet zet anderen aan tot nadenken
Relevantie van bepaalde vragen op voorhand bekijken vooraleer naar arts te gaan
Risico’s
Hoe beveiligd is elektronisch gegevensverkeer/opslag over persoonlijke gezondheid en ziekte
Facebook? En wat met privacy en misbruik?
Soms positief als info –> maar interpretatie naar eigen situatie is soms moeilijk
Risico tot stigmatisering
Soms misleidend … niet steeds betrouwbaar in vergelijking met direct contact met arts. Ook
niet alle gegevens (de context) zijn beschikbaar.
139
Brussel – Slechts 1 ronde
Informatie om gezond te blijven.
Nota: ook hier antwoorden de 4 deelnemers heel sterk vanuit een professionele reflex, veel minder
vanuit een eigen ervaring als burger of patiënt. Dus het gaat vooral over wat er moet gewijzigd
worden aan het systeem:
Rond tandverzorging moet er toch meer informatie worden gegeven. Vaak moet dat meer
onder de vorm van gerichte preventie op bepaalde doelgroepen (bv. mensen met een etnisch-
culturele achtergrond, jongeren, …)
Reclame vanuit de farmaceutische industrie, moet beperkt worden.
Ook minder reclame voor schadelijke gewoonten (roken, alcohol, slechte voeding, …)
Informatie op internet.
Om het even wat, om het even wie kan iets op internet zetten. Dat is een groot probleem.
Vooral als het gaat om aandoeningen die ernstig zijn. Bv. voor ms-patiënten was er de
kwakkel dat stenose van de halsslagader de oorzaak kon zijn van ms en dat een ingreep dit
kon verhelpen. Het verhaal werd door een Italiaanse arts de wereld ingestuurd. Ook in België
zijn tientallen patiënten behandeld. Zoiets verspreid zich heel snel, wereldwijd en is moeilijk
tegen te houden. Zelfs niet met valideerde informatie.
Het is supermoeilijk om betrouwbare informatie te geven/te vinden op internet.
De media spreekt voortdurend over nieuwe doorbraken, maar zij willen vooral headlines
geven omdat dat verkoopt. De media speelt een belangrijke rol in het ‘hypen’ van nieuwe
dingen. Ze zijn vaak heel ongenuanceerd. Maar het zijn ook professionelen die deze verhalen
verkopen. Ook de industrie.
In de wetenschappelijke tijdschriften moeten professionelen hun conflict of interest geven. Ze
zouden dat ook in de media moeten doen.
De mantelzorgers zijn een belangrijke groep om via het internet geïnformeerd te worden over
de ziekte van hun naaste.
Gemodereerde internetfora kunnen voor de patiënten en mantelzorgers een belangrijke
meerwaarde bieden. Het forum van de ms-liga werkt vrij goed. Vooral aan Nederlandstalige
kant. Aan Franse kant wat minder.
Ook voor eetstoornissen is er goede ervaring met internetfora. Daar moet weinig aan
gemodereerd worden. Die faceboekpagina doet haar eigen ding. Het is een belangrijk
instrument voor die meisjes, en ze reguleren heel erg zichzelf.
Patiënten vinden ook steeds meer soelaas in apps voor het monitoren van hun
lichaamsparameters en hun gezondheid. Ook om zichzelf dagelijks te monitoren en het nadien
met hun arts te bespreken.
140
Persoonlijke betrokkenheid bij beslissingen over eigen gezondheid:
7 -> 7
7 -> 7, maar mijn eigen patiënten zitten ook dicht bij de 7. Principieel geef ik ze alle keuzen die
mogelijk zijn. Ik geloof heel erg in empowerment. Hoe meer mensen weten, hoe aangenamer ik het
vind, als arts. Voor mij bestaat de ‘moeilijke patiënt omdat hij veel weet, veel vragen stelt, eigen
keuzes naar voor schuift’ niet.
7 -> 7
4,5-> 7
Leuven – Ronde 1
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven
Gebruikte informatie:
Algemene media (tijdschriften, (hoofdzakelijk) internet), maar er is een overaanbod.
Bovendien is het moeilijk (vooral voor internet) te weten of de informatie juist of fout is. Zeker
als de info en de bron onbekend is Gericht zoeken naar concrete informatie (selecties maken en vergelijken)
Mutualiteiten hebben veel info (gezonde boterhammendoos, bewegen etc.)
Kennis evolueert (TestAankoop –> meer gezondheidsgericht geworden, kan filteren en
bundelen)
Gewenste informatie:
Over het algemeen: informatie moet correcter, neutraler en objectiever
Te weinig info over hoe je gezond blijft: informatie is te weinig gericht op preventie teveel op
curatie.
Voor informatie over preventie zijn er de ziekenfondsen (doch zij doen dat ‘op hun manier’).
Er is ook de sociale dienst van de ziekenfondsen. Is hier een rol weggelegd voor de hulpkas? Als ‘basismutualiteit’
Algemene info: KCE en RIZIV
Via scholen
Huisarts (maar helpt doorgaans niet veel tov preventie) (Soms geeft hij/zij naar patiënten wel
correct advies -> bv. meer bewegen)
Bedenkingen en reflecties:
Wat vroeger waardevol was, is dat nu niet meer
Tendentieuze berichtgeving (bv. over psychische aandoeningen)
Digitale geletterdheid – ‘gezondheidsgeletterdheid’
o Opgepast: niet iedereen zit op internet, niet iedereen heeft een kritische blik Wikipedia = gevalideerd door medici (Pubmed)
Onderzoekers spreken elkaar tegen
1. Willen weten wat ons staat te wachten in de toekomst: aan de hand van gegevens (bv. DNA) -> groep zegt nee
2. Zwangerschap onderzoek -> bepaalde symptomen (doch beslissen voor geboorte)
3. Prematuren laten leven (nu vanaf 26-27 weken): ethische vragen, menselijke impact 4. Ouders -> bv. 60 jaar -> rokers -> longproblemen -> operatie ja of nee
Welk leven willen we? Dilemma: empowerment, radicale beheersingsdrang
Informatie: gebruikt of misbruikt (-> beslissingen)
141
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Wetgeving: recht om te weten, maar ook recht om niet te weten
Voor onderzoek bepalen of we het resultaat willen weten
Slecht nieuws melden (soms zorgverleners, huisarts (zeer belangrijke rol)
Zeer belangrijk: hoe na de eerste lijn -> in de klinische wereld een contactpunt of
direct aanspreekpunt vinden (hangt af van engagement tussen artsen)
Gewenste informatie:
Wie: vooral 1ste lijn
Nu onvoldoende info over wat aandoening veroorzaakt, om te vermijden dat het erger wordt,
om in de toekomst de voorkomen -> belangrijke preventiecomponent
Alternatieven: van tweede opinie over andere behandelingswijzen tot alternatieve
geneeskunde Over mogelijke behandelingsopties, hoeveel levenstijd er nog overblijft, wat de kwaliteit van
leven is
Bedenkingen en reflecties:
Nu teveel curatieve informatie
Niet altijd impact op alles – willen we alles wel controleren?
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
Vandaag -> In de toekomst
Geen individuele scores gegeven
Wel een nota bij ‘Ik wil sterk betrokken worden bij beslissingen’
MAAR:
1. Niet alleen belangrijk om betrokken te worden, maar ook hoe (humaan proces) en wie daarbij betrokken is (een vertrouwenspersoon, in casu de huisarts)
2. Wat betekent ‘betrokken worden’ a. Proces van informatie-uitwisseling waarbij arts nog altijd de finale beslissing neemt of
sterk doorweegt in de beslissing
b. De patiënt zelf de beslissing kan nemen
4. Informatie geven over je eigen gezondheid (via internet of elektronisch)
Werd niet behandeld
Nota’s gemaakt op de zijkant van de template
1. Fragmentatie 2. Mix van redelijk betrouwbaar tot onbetrouwbaar
3. Laagdrempeligheid van internet is vloek en zegen tegelijk 4. Genetische risico-analyse: geen consensus rond de tafel -> dilemma ‘empowerment’ vs
‘totalitarisme (fascisme)’. Wat met de beheersbaarheid
(empowerment wordt automatisch gekoppeld aan keuzelogica)
142
Leuven – Ronde 2
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven
Gebruikte informatie:
Huisarts
Internet (voor alles) -> is ruimer
Bibliotheek
Media (kranten)
Tijdschriften mutualiteiten
Posters, folders, flyers
Medische tijdschriften (EBM)
Signalen van eigen lichaam
Gezondheidsforum
Gewenste informatie:
Informatie uit betrouwbare en degelijke klinische studies omvormen naar duidelijke
menselijke taal
Bedenkingen en reflecties:
Media is niet objectief
Voorstel: medische kennis (bv. via opleiding) zorgen voor betere en snellere selectie van wat
goede gezondheidszorg is bij burgers/patiënten Beter beoordelen v.d. informatie op het internet
Men ziet het bos door de bomen niet meer (teveel informatie)
Eenzijdige of te commerciële informatie
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Huisarts
Specialist
Bijkomende info (internet, bibliotheek -> zie hierboven)
Gewenste informatie:
Huisarts zou informatie van specialist beter moeten vertalen naar patiënt
Bedenkingen en reflecties:
Internet -> zelfdiagnose -> kan positief uitpakken (bv. bijsturing behandeling)
-> vergt kennis en tijd van patiënt (is die kennis en
competentie wel aanwezig???)
Internet -> oneindigheid -> bij de ene geen vertrouwen in de kwaliteit, volgens de anderen
wel betrouwbaar. Huisarts als centraal informatiepunt voor de patiënt: -> dan wordt de patiënt extra afhankelijk
van de huisarts, sommige deelnemers willen meer opties openhouden.
Kan de arts de patiënt in zijn totaliteit zien? Op een holistische manier (inclusief sociale
context)
143
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
Vandaag -> In de toekomst
1,5 -> 6,5
4 -> 4
4,5 -> 7,5
6,5 -> 6,5
7 -> 8
Wat moet er veranderen?
Meer naar gezondheid kijken en minder naar medische behandelingen.
Traditionele gezondheidsbehandelingen verruimen
Grootste verschuiving: Artsen beschouwen zich/worden gezien nog steeds als enige experten
(medici hebben een monopolie)
Minste verschuiving: focus op vertrouwensrelatie met je huisarts die meer heeft dan een
passieve rol (ook actieve interactie met patiënt). Indien die relatie niet klopt, beslis je zelf om naar een andere huisarts te gaan.
Opinie van de arts is oké, maar de eigen opinie moet gedeeld worden met de opinie van de
arts en daar moet hij/zij rekening mee houden.
4. Informatie geven over je eigen gezondheid (via internet of elektronisch)
Voordelen
Tweede opinie
Basis
Controle
Risico’s
Alle informatie kan gemonitord worden -> wat wordt ermee gedaan? - > big brother
Problemen met accuraatheid
Toegang van verzekeringen tot gezondheidsgegevens -> premie omhoog
Vaker (verkeerde) zelfdiagnose
Gent – Ronde 1
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven
Gebruikte informatie:
Vanuit opleiding (verpleegkundige + vroedvrouw)
Vanuit opvoeding
Omgeving -> vrienden, familie, …
Huiverig tegenover forums op het internet - > tekort aan degelijke, duidelijke en betrouwbare
websites
Onderliggende interesses als persoon
Volgen van opleidingen (bv. voedingsconsulent)
Contradictorische info
Gewenste informatie:
Goed een betrouwbare websites
Meer gezondheidsaandacht in scholen, vanaf kleuterschool tot hogere opleidingen
Bedenkingen en reflecties:
De bestaande info komt niet terecht bij de gebruiker -> goede websites in het Nederlands
worden niet gevonden
144
Wij zijn een select publiek -> veel mensen willen niet geïnformeerd worden of lezen de
aangeboden informatie niet Preventie! -> zodat we niet ziek worden, op die manier kan miljarden worden uitgespaard
Onderwijs en scholing hebben een belangrijke rol te spelen
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Dokter, specialist, diagnose – en verder zelf opzoeken op het internet (bv. iemand met een
zeldzame aandoening)
Rol van de huisarts als vertaler van informatie en coördinator van het gezondheidsdossier
Gewenste informatie:
Verwijzing naar zelfhulpgroepen en patiëntenverenigingen -> correcte info
Andere instanties: bv. zieenfondsen -> welke keuzes zijn er, mogelijke aanbieders, -> maar
wat is hun specifieke rol Door klassieke dokters -> weinig doorverwijzing, elk blijft op zijn eigen terrein. Patiënt wordt
nooit in zijn totaliteit behandeld.
In cc zetten van huisarts bij het doorsturen van info
Doorverwijzen van huisarts naar specialist
Conventionering arts -> hoeveel mensen weten dit? Kennen de status van hun arts?
Bedenkingen en reflecties:
Trend tot zelfdiagnose via het internet -> daar kunnen we niet meer omheen
Verbetering is nodig: Voldoende communicatie tussen zorgverleners + zelfde boodschap
geven aan de patiënt
Opname van informatietijdens het gesprek met de huisarts -> tot op welk niveau?
Vertrouwen en toegang krijgen tot GMD
Second opinion?
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
Vandaag -> In de toekomst
3,5 -> 7,5
4,5 -> 7,5
5,5 -> 7,5
6,5 -> 7,5
6,5 -> 7,5
6,5 -> 7,5
6,5 -> 7,5
7,5 -> 7,5
7,5 -> 7,5
Wat moet er veranderen?
Informatie moet beter terechtkomen
Boodschappen moeten eenduidig worden gebracht
Multidisciplinaire benadering van informatieverstrekking
Hoe wordt de patiënt op de hoogte gebracht van de informatie die tussen zorgverstrekkers
worden doorgestuurd
Patiënten moeten de informatie over hun eigen ziekteproces op de voet kunnen volgen
145
4. Informatie geven over je eigen gezondheid (via internet of elektronisch)
Voordelen
Internet kan een uitlaatklep zijn (mensen die ergens hun verhaal kwijtwillen)
Zelfhulpgroepen kunnen via blogs over de ziekte veel info/ervaringsinfo verschaffen
Lezen van verhalen ivm ziekte -> bevestiging/herkenning van eigen verhaal
Risico’s
Sterk gekleurde info
Misbruik van informatie (bv. werkgever, ziekenfonds, verzekering, anderen)
Delen van geneeskundige informatie tussen artsen -> in hoeverre wordt de patiënt hiervan op
de hoogte gebracht, zelf over geïnformeerd, wanneer en hoe wordt de info gedeeld? Alle zorgactoren moeten mee in het informatieverhaal
Gent – Ronde 2
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven
Gebruikte informatie:
Media
Testaankoop
Mutualiteiten
Medisch korps (artsen, verpleegkundigen, …)
Internet
Voordrachten
Bijsluiter
Familie
Lotgenoten
Wijkgezondheidscentra
Verenigingen (migranten)
Gewenste informatie:
Eigen medisch dossier kunnen inkijken (doel=inzicht krijgen in mijn ziekte) (via huisarts,
mutualiteiten, … vanuit een beveiligde omgeving met toegang via het rijksregisternummer)
Bijsluiter -> toegankelijker maken (cfr. Internet bijsluiter)
Accreditatie van gezondheidssites op het internet (wie, wat -> RIZIV, Testaankoop, …)
Bedenkingen en reflecties:
Jonge artsen staan meer open voor info en overleg
Preventie-informatie -> info over ziekte -> behandeling <= in die informatiecascade is
structuur nodig voor de patiënt
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Opinie en diagnostiek van de arts -> maar bij ongelijke opinie, welke is de juiste?
Je moet toch heel veel zelf vragen
Gewenste informatie:
Arts moet meer tijd maken, zich meer als vertrouwenspersoon opstellen, veel info zou
spontaner moeten meegegeven worden Een opwaardering van de huisarts als een informatiebron is noodzakelijk
146
Bedenkingen en reflecties:
Een arts kiezen of telkens opnieuw vrije keuze?
Huisarts kent het ‘hele huis’ / ‘de hele familie’
Artsen kunnen geen specialist zijn in alles, er wordt van hen verwacht dat ze van alles de
meest up-to-date kennis hebben
Patiënten zijn vaak zelf vragende partij voor medicatie
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
Vandaag -> In de toekomst
1,5 -> 7
3 -> 7
3 -> 8
4,5 -> 4,5
4,75 -> 4,75
7,5 -> 7,5
7,5 -> 7,5
Wat moet er veranderen?
Niet boven het hoofd beslissen
Vertrouwen als basis
Ziek zijn = afhankelijke positie tegenover arts, dat maakt beslissingskeuze moeilijk
De arts heeft niet altijd tijd
Patiënt kan beslissing in eigen handen nemen door zelf naar een alternatief te zoeken
Verwachting van jezelf als patiënt, bij de specialist veracht je zijn oplossing
4. Informatie geven over je eigen gezondheid (via internet of elektronisch)
Voordelen
Geen, info op internet is nutteloos, face-to-face is veel beter
Fora van lotgenoten in beveiligde site-omgeving,
Voordelen: inzichten en ervaringen delen, hoop geven, netwerk aan kennis en
informatie optimaal inzetten
Monitoren van problemen gebeurt online cfr pacemakercontrole (bij sporters)
Preventie bij zware inspanning - > zelfmanagement is dan nodig
Info over ziektes die niet direct landgebonden is (kennisdeling)
Risico’s
Waarde en bron van de informatie zijn vaak moeilijk te achterhalen
Uit data worden foute conclusies getrokken, vaak is er ook teveel data
Persoonlijke info komt mogelijk terecht bij werkgever, verzekeraar, … => kans op misbruik
Overbehandeling door zorg, over-preventie, overdreven ongerustheid
147
Gent – Ronde 3
1. Informatie om in goede gezondheid te blijven
Gebruikte informatie:
Internet / website overheid ‘Gezondheid’
Huisarts
Opvoeding
Opleiding
Mutualiteit -> nieuwsbrieven
Patiëntenverenigingen
CLB
Naar eigen lichaam luisteren
Gewenste informatie:
Via school
Wat is er nu correct, nood aan een controleren orgaan (systemen voor de patiënt)
Controle op reclame
Zorgmanager -> belangrijke schakel voor doorverwijzing
Bedenkingen en reflecties:
Huisartsen maken vaak onvoldoende tijd voor goede informatieverstrekking
We moeten zelf veel opzoeken, gericht vragen -> weinig proactiviteit van huisarts
Niet iedereen is hier evenveel mee bezig
Zelf opzoeken -> mogelijke risico’s op verkeerde interpretatie
Tijdschriften -> veel informatie maar vaak niet helemaal betrouwbaar
Iedereen hier is hoogopgeleid -> maar mensen met lage sociaaleconomische status -> waar
vinden zij info? En zoeken ze naar info? Hier is werk voor de mutualiteiten en voor de OCMWs
(via doorverwijzing) Ouders meer betrekken en ondersteunen (zeker mensen met sociaaleconomisch lagere
status) -> gezondheidsinfo bv. op school moet praktischer)
Splitsing preventie en geestelijke gezondheid is nefast (Vlaams – federaal)
2. Informatie als we ziek zijn
Gebruikte informatie:
Huisarts of specialist -> afhankelijk van persoon (tijd, verstaanbare taal, …)
Gewenste informatie:
Schriftelijke info -> nadien herlezen
Doorverwijzingen -> kinesist, diëtist, … (samenwerking, multidisciplinair)
2de opinie
Bedenkingen en reflecties:
Assertiviteit is nu te belangrijk -> durven vragen
Miscommunicatie -> onderling tussen zorgverleners, naar de patiënt
Multidisciplinair werken -> 1 dossier -> patiënt moet toegang hebben tot zijn eigen dossier,
GMD verplichten
Men mag sommige info niet bij de patiënt vragen - > bloedgroep in ziekenhuis, enkel baseren
op ziektebeschrijving patiënt (????) Dossier is basis van alles -> moet ingevuld worden door professional, niet door patiënt zelf
(met uitzondering van wilsbeschikking).
Er is een kader nodig waarin afspraken worden gemaakt om te beslissen wat aan wie mag
worden doorgegeven
148
3. Betrokken zijn bij beslissingen over eigen gezondheid
Vandaag -> In de toekomst
1 -> 4,5
1,5 -> 7
1,5 -> 7
4,5 -> 7,5
4,5 -> 7,5
6 -> 7,5
7 -> 7,5
7,25 - > 7,5
7,5 -> 7,5
Wat moet er veranderen?
Alternatieven voor behandelingen
Sterk betrokken -> vooral feit dat je dit zelf opeist
Huisarts = sterke betrokkenheid met patiënt
Specialist = geen betrokkenheid, behalve gynaecoloog
4. Informatie geven over je eigen gezondheid (via internet of elektronisch)
Voordelen
Lotgenoten zoeken
Tips van lotgenoten
Steun zoeken
Risico’s
Men kan in een negatieve spiraal terechtkomen, een klaagzang
Foute info en tips
149
4.1.7 Eindronde
Antwerpen - Ronde 1
Alle deelnemers zaten in een grote cirkel en konden nog even gezamenlijk napraten/discussiëren.
Er zitten hier wel veel mensen uit de medische branche. Ik behoor daar ook toe. Maar toch
spijt het me dat we deze oefening 10 jaar geleden niet hebben gemaakt. De gezondheidszorg
zou er anders uitzien – zo’n burgerbevraging kan echt wel dingen in beweging zetten.
Het is een interessant initiatief: samen praten met mensen met verschillende opinies en
ideeën. Er zitten goede zaken aan onze gezondheidszorg, maar het kan de verkeerde kant op gaan. Ook de bevraging vind ik tendentieus, er zit een besparingslogica in. We mogen niet
praten over een aantal zaken, bv. de farmaceutische industrie -> ik vrees dat dingen tegen ons gaan gebruikt worden, dingen die in de grijze zone zitten. Ik wil over andere dingen
praten.
Toch is het gelukt (ondanks de framing in het begin), heb ik wel het gevoel dat ik mijn ei toch wel heb kunnen leggen.
Er is een gebrek aan diversiteit. We zitten hier met gelijkgezinden. Heel weinig jongeren, geen
allochtonen, de armen ontbreken. Participatie moet op een andere manier. Denk als RIZIV en
KBS na hoe je wel alle lagen van de bevolking kunt betrekken. Dan moet je in de eerste plaats op een andere manier rekruteren.
Ik vind dat we te weinig tijd hadden om alles tot op de bodem uit te discussiëren. Bovendien
was de hele oefening geframed. Ik hoop dat we een volledige synthese krijgen van wat er is gezegd.
Gisteravond zag ik op de BBC een getuigenis van een 90-jarige man. Zijn zus is begraven in
een armengraf, mijn buurvrouw is gestorven aan kanker schreeuwend van de pijn. We
moeten niet terugkeren naar het verleden. We moeten vooruit kijken. Naar de toekomst. De toekomst van het RIZIV … betekent dat nog meer macht aan de artsen en
artsensyndicaten?
Het deed deugd om hieraan deel te nemen. Ik heb veel bijgeleerd en hoop dat mijn bijdrage
relevant is. Ik hoop dat we onze gezondheidszorg kunnen behouden zoals hij is. Ik ben blij dat de KBS als partner is gekozen voor deze oefening. De Stichting is een
geloofwaardige partner. Wat ik mis is de dialoog met de opdrachtgever, het RIZIV. Konden zij
hier niet aanwezig zijn? Ik vrees een beetje dat wat er ook uit de bus gaat komen, dat dat weer een compromis is. Een gedrocht. Daar heb ik wel schrik voor.
Het verhaal van de besparingen. Mensen die buiten de kaders vallen, vallen uit de boot.
Mensen die het effectief nodig hebben, komen niet aan hun trekken. Ook die mensen dragen
bij, maar halen minder uit de pot. Dat is unfair en staat haaks op solidariteit. Ook de pers zegt dat er bespaard moet worden in de gezondheidszorg. Dat hoeft niet
noodzakelijk ten koste van de patiënt zijn. Er zit veel log geld in het systeem. Daar kan
bespaard worden. - Anderen menen toch dat dit ‘wishfull thinking’ is. Mijn verwachtingen zijn niet zo hoog. Maar toch ben ik blij dat ik mijn mening mocht zeggen
en mocht bijdragen.
150
Hasselt
Alle deelnemers zaten in een grote cirkel en konden nog even gezamenlijk napraten/discussiëren.
Er zijn hier veel mensen uit bezorgdheid over de toekomst. Dat wil zeggen dat mensen niet
goed weten wat er aan de hand is en waar het naartoe gaat. Ik heb dat in verschillende discussies ook gemerkt.
Wij zijn de jongsten. Er is ook weinig informatie over de gezondheidszorg. Ook wij maken ons
zorgen. Er zijn besparingen op alle niveaus. Maar wij weten niet hoe het systeem in elkaar zit
en wat de plannen zijn voor de toekomst. Hoe kunnen we dan daar iets zinnigs over zeggen
en daaraan participeren.
Overal horen we dat er moet bespaard worden. Ook in gezondheidszorg. Die gaat in de
komende jaren niet groeien. Kunnen we dan nog investeren in innovatie (in nieuwe geneesmiddelen). Men doet de besparingen naar de mensen zelf, naar de patiënten. Weet
men in feite wel in hoeverre de mensen nog kunnen besparen. Houdt men er wel rekening
mee dat de burger en de patiënt op het tandvlees zitten. Ook rationalisatie en zoeken naar efficiëntiewinst zal tot besparingen leiden, maar zal tegelijk duizenden jobs kosten, bv; in de
ziekenfondsen. (betoog van een vertegenwoordiger van een ziekenfonds)
Automatiseren zal eerst altijd jobs kosten, maar leidt uiteindelijk tot nieuwe en meer
hoogwaardige jobs. Dat hebben andere sectoren laten zien. Je moet geloven in de toekomst
en innovatie zijn werk laten doen. We kunnen toch moeilijk inefficiënte processen in stand houden.
Ik hoop dat RIZIV nu na 50 jaar eindelijk eens volwassen wordt. Vandaag wordt een systeem
van overmatige administratie in stand gehouden. Ik hoop dat het RIZIV onder de knoet van
de ziekenfondsen uitkomt, en eindelijk kan uitgroeien tot een dynamische organisatie. Het
systeem moet veel transparanter worden. Pas dan komen die miljarden terecht bij de mensen die het nodig hebben. Het geld moet op een juistere manier worden toegewezen.
Farmaceutische bedrijven, ook al zijn er een hele boel regels, hebben toch een hele grote
macht. Zij sturen het aanbod, de commercie stuurt onze gezondheidszorg. Er zit aan
geneesmiddelen een economisch luik. Het geld dat zogezegd aan onderzoek is gespendeerd,
moet daaruit gehaald worden. Maar wij als gebruiker/patiënt hebben daar heel weinig zicht op. Het maakt mij in ieder geval ongemakkelijk. Het is big business.
Ik vrees dat we in een tweestromenbeleid zitten: een elitegeneeskunde en een geneeskunde
voor de arme man, met alleen maar mainstream geneesmiddelen.
Als zorgverlener: hoe komt het dat iedereen hetzelfde bedrag betaalt? Iemand die drie keer
per jaar op cruise gaat betaalt evenveel als iemand die geen vakantie kan betalen. Kan er geen meer gedifferentieerd systeem komen?
Transparantie en communicatie is op dit ogenblik een heel probleem.
Ook zogenaamde humanitaire organisaties hebben boter op het hoofd. Bv. Stichtingen tegen
kankeronderzoek. Ze subsidiëren onderzoek en van zodra die onderzoekers iets gevonden
hebben, verkopen ze het aan de farmaceutische industrie die er dan winsten mee maken. Ze moeten daarover veel transparanter zijn.
Het zou goed zijn dat de gebruikers, de betalers beter zien wat er gebeurt, en daar misschien
toch wel inspraak krijgen.
151
We kunnen daar ook moderne middelen gebruiken, via het internet. Het hoeft niet altijd met
grote referenda en dergelijke te gebeuren.
Het medisch dossier zou moeten opengesteld worden voor patiënten, en moet beter gedeeld
worden door zorgverleners.
Ik hoor veel negatieve dingen, maar als 21-jarige heb ik uit deze sessie veel geleerd. Ik heb
toch de indruk dat er heel vel positieve dingen in het systeem zitten. En die heb ik vandaag
ook geleerd. Dus misschien moeten we ophouden met vooral negatieve dingen te zeggen, en ook de positieve kanten van ons systeem eens een keer in het licht stellen. (Algemeen
applaus)
Dat klopt allemaal, maar wij zijn bang dat we deze gezondheidszorg niet kunnen behouden!!!
Moeten we de structuur veranderen? Ik denk het wel. Zo moeten we meer expertise
samenbrengen. Moet alles aangeboden worden op een plaats? Of is het beter om
gespecialiseerde behandelingen toe te wijzen aan gespecialiseerde ziekenhuizen. Die vragen leven toch ook bij veel mensen. Mijn idee is dat je veel meer moet concentreren. We gaan
Toch niet meer met paard en kar naar Brussel, weet je. Mensen hebben toch veel meer vervoersmogelijkheden dan vroeger.
We mogen niet evolueren naar een elitair systeem. Er is het probleem van eigen
verantwoordelijkheid. Dat werd een geanimeerd gesprek.
Aandacht voor preventie en curatie. We hebben veel aandacht voor curatie. We moeten in
ons systeem toch meer aandacht hebben voor preventie om dat risicogedrag te proberen om te buigen.
De beperktheid van wat we leren. Een gezonde levensstijl wordt eigenlijk veel te weinig
aangeleerd. Onbekend is onbemind. Ik weet als twintigjarige weinig over mijn gezondheid. Ik maak gaan stemmen, ik sta bijna op eigen benen, maar over mijn gezondheid weet ik
eigenlijk niks.
Maar ook daar is er een plaats voor eigen verantwoordelijkheid. Wie niet geïnteresseerd is in
zijn eigen gezondheid, maakt ook geen gebruik van de informatie die er is. Ons daar bewust
van zijn, dat is voor een deel ook eigen verantwoordelijkheid.
Ik wil toch een oproep doen aan het RIZIV: veel mensen gaan vandaag niet naar de dokter,
kunnen niet naar de tandarts of oogarts, omdat ze het geld daarvoor niet meer hebben. Misschien zit daar toch een taak voor het riziv en andere overheidsorganisaties om
geneeskunde voor deze mensen ook mogelijk te maken.
Er bestaat daarvoor een heel goed systeem: de wijkgezondheidscentra. Ik wil daar toch
reclame voor maken. Men wordt daar lid van voor 2 euro per jaar en verder worden er daar
geen kosten aangerekend. Meteen heb ik wel een punt van kritiek naar dit initiatief: er zitten hier geen mensen die horen tot de zwakkeren en kwetsbare doelgroepen. Die komen hier niet
aan bod.
Misschien moet er gewerkt worden met hun tussenpersonen. Mensen die hen kunnen
vertegenwoordigen. Ook mensen van andere origine zijn er niet.
Ook de toegankelijkheid voor de geestelijke gezondheid kan verbeterd worden.
152
Brugge
Alle deelnemers zaten in een grote cirkel en konden nog even gezamenlijk napraten/discussiëren.
De werkvorm is goed. Er was voldoende ruimte voor een vrije babbel, maar tegelijk was alles
toch goed voorbereid. Ondanks tegenstellingen in opinies, was er toch steeds respect voor elkaar. We luisteren wel naar elkaar.
Maar we zijn dan ook geen politiekers, hé
Ik vind het een goed initiatief om dit te doen. De vrijheid om je mening te geven en de
mogelijkheid om op eigen initiatief onderwerpen aan te brengen, vond ik goed. Ook de
veelzijdigheid van de thema’s was goed.
Dit zou meer moeten gebeuren.
Ik heb heel weinig gehoord dat ons systeem fundamenteel anders moet. Er lijkt toch een heel
breed draagvlak om het systeem te houden. Er worden veel vraagtekens geplaatst bij het
beheer van het systeem. Dat kan moderner. Maar het systeem zelf staat niet in vraag.
Het systeem is echter teveel versnipperd. Het zou ook simpeler moeten. Het zit te complex in
elkaar en geeft dus weinig vertrouwen. Ik weet vaak niet waar ik terecht moet. Vaak moet je dingen bewijzen die overduidelijk zijn. Maar je staat er alleen voor.
Het riziv moet meer luisteren naar patiënten en patiëntenverenigingen. Moet dan werkelijk
alles bewezen zijn? Je kan toch niet alles bewijzen. (CVS patiënt).
De nieuwe minister gaat alleen betalen wat er bewezen is. Dus het zal er niet op vooruitgaan.
Het valt mij op dat hier geen tegenstanders van de solidariteit zijn. Misschien zitten we hier
wel samen met allemaal gelijkgestemden. Waar zit de andere partij?
Ik vond het wel zinvol om bij een paar begrippen stil te staan; bv. sociale fraude, solidariteit
… ik vond het voor mezelf een verrijking om daar dieper op in te gaan.
Het had een dag moeten zijn … misschien nog met een dagje congé erbij (algemeen gelach). Nee, serieus, dit soort initiatieven moeten herhaald worden: we zijn niet uitgepraat, we zitten
nog niet in de fase van conclusies. We moeten dit debat nog verder verdiepen … en uitdiepen … maar dat vraagt tijd.
Deze debatten worden wel gevoerd, maar ze zijn altijd gekleurd en ze worden altijd door
dezelfde denkgroep gevoerd. Als syndicaal vertegenwoordiger voer je dagelijks die debatten,
maar met dezelfde denkers. Er wordt te weinig met de ‘andere kant’ gepraat, met de mensen
die er andere ideeën op nahouden. Het blijft op die manier een beetje steriel en bij ‘pleiten voor eigen publiek’.
We hebben recht op gezondheidszorg, ons systeem zit wel goed in elkaar (bv. in vergelijking
met de VS), maar toch is het vaak te wit/zwart, alles of niets, bv. rond zeldzame ziekten. Er is
in het werkelijke leven veel grijs. De overheid zou meer gevoelig moeten zijn voor die
grijstinten.
Niet iedereen krijgt waar hij recht op heeft. Ook niet in het kader van solidariteit.
153
Voor mij mocht het algemener over gezondheid gaan (het leek soms een beetje te gefocust)
en soms moest de discussie te beperkt worden gevoerd.
Ik heb een beetje het standpunt van de overheid gemist. Hoe staat die tegenover solidariteit,
financiering, … dat standpunt heb ik hier gemist. Waarom is het RIZIV zelf niet hier?
Het omgekeerde is ook waar. Heel vaak komt alleen de overheid aan bod. Daarom vind ik het
belangrijk om het standpunt van de burgers te horen.
Ik vond het heel moeilijk om niet professioneel te denken en te praten. Ik ben zelf betrokken
in de gezondheidszorg en heb hier toch vaak gepraat vanuit mijn professionele betrokkenheid en vaak te weinig als burger. Achteraf bekeken heb ik een beetje spijt van de rol die ik heb
gespeeld. Maar ik vond het heel moeilijk.
Brussel Mijn grote bezorgdheid naar de toekomst is de verschuiving van middelen puur gebaseerd op
efficiëntie. Er moeten ook andere argumenten kunnen spelen dan de puur rationele.
Er is nog ruimte voor controle op hulpverleners die buiten de lijntjes kleuren. Daar kan nog
veel op bespaard worden, en bovendien bieden deze zorgverleners vaak ondermaatse zorg.
Dus meer controle op de ‘professionele profiteurs’ leidt tot betere zorg en besparingen.
Er wordt hier in Brussel teveel naar de spoed gegaan. Maar ziekenhuizen zijn daar dubbel
over. Officieel willen ze het gezegd hebben, maar intern weet ik dat ze vaak maar al te blij zijn met die patiënten omdat ze ‘opbrengen’.
Het RIZIV moet federaal blijven. België is te klein om de gezondheidszorg te splitsen. Als het
gesplitst wordt, dan moet er veel overleg blijven tussen de gemeenschappen want elke Belg moet even veel recht hebben op gezondheid.
Leuven
Deze keer verliep de eindronde in subgroepen (dezelfde als de beginronde), waarbij iedereen nog 1
idee mocht formuleren. Op het einde formuleerde de hele subgroep ook een ‘boodschap aan het
RIZIV’.
Subgroep 1
Verbazend:
Draagvlak voor solidariteit lijkt groter dan uit onderzoek blijkt
Er zitten vooral niet-verzuurde mensen rond de tafel
Nood aan interactie tussen burgers in complexe materie blijkt vrij groot te zijn
Boeiend + aanvullend:
Een zekere vorm van technocratie is gezond ten opzicht van pure participatie van burgers
omdat burgers niet alles weten. -> vraag om extra media-aandacht maar media beïnvloeden wereldbeeld vooral negatief (bv. euthanasie is een verhaal op zich geworden terwijl het een
onderdeel zou moeten zijn van goede palliatieve zorg) Leren van anderen/herkenbaarheid. Misschien moet ons ideaalbeeld/maatschappelijk beeld
over levenskwaliteit bijgesteld worden: wat is essentie, wat is bijzaak/luxe?
154
Boodschap:
Preventiebeleid is ook de aanduiding van wat levensnoodzakelijk is en wat luxe/bijkomstig is.
Subgroep 2
Verschillende meningen, maar er is toch een tendens naar gelijkvormigheid (streven naar zo
goed mogelijke zorg) Iedereen spreekt vanuit eigen ervaring en is eerlijk voor zichzelf
Je wordt ermee geconfronteerd en moet erover nadenken
Hoe eenvoudig het ook lijkt: het is een complexe materie
Blik minder divers, niet representatief voor de maatschappij. Vooral hooggeschoolden.
Leerzaam, het komen om te participeren. En een interactief proces
Beperktheid naar het medische, maar het gaat ook over welzijn, werk, … Je kan dit allemaal
niet loskoppelen
Paternalistisch systeem, betuttelend,
Boodschap:
Sensibilisatie, solidariteit en communicatie
Blijven vragen stellen en elke sociale groep bevragen. Opentrekken van de discussie.
Subgroep 3
Medici hebben monopolie op gezondheid -> dit moet doorbroken worden
Jonge mensen doorbreken monopolies omdat ze minder vertrouwen hebben in artsen
De echte burger ontbrak in het debat. Basiseducatie?, onwetendheid?
Inzetten op preventie om betaalbaarheid te garanderen
Responsabilisering gaat samen met informeren, juist kaderen en coachen -> dan pas werkt
het Solidariteit moet onvoorwaardelijk zijn - > geen responsabilisering mogelijk (=delicaat)
Boodschap:
We denken teveel in silo’s (zo is het systeem opgebouwd) -> we moeten investeren in
preventie (dit moet meer beloond worden), niet in behandeling.
Het ‘gratis’ systeem van de gezondheidszorg schept opportuniteiten voor fraude en misbruik -
> patiënt moet meer zicht krijgen op het financiële aspect van bepaalde keuzes van
behandeling en preventie (dit moet gemoderniseerd worden).
Subgroep 4
Het is niet noodzakelijk om bij het ziekenfonds te gaan, men kan ook terecht bij de hulpkas
(geen lidgeld) De problematiek van de invaliditeit is heel diep -> 1. stigma met grote invloed op het levens
(en de levenskwaliteit), 2. De huidige financiering lost de problemen niet op
Hoe bevoogdend is het systeem? (bv. doorverwijzingen vanuit de medische wereld, alleen via
vaste kanalen, weinig echte keuze zelden echte goede zorgpaden) Goede discussies, wel homogene groep van ideeën onder gelijkgezinden
Complexiteit van gegevens (niet simpel, zelfs niet voor ons als groep met gelijkgestemde
waarden)
Er is veel verandering nodig, maar dat gebeurt niet. Het onderwijs is gebaseerd op het
huidige systeem, zodat dit systeem in stand wordt gehouden. Een verandering van rollenpatroon is nodig.
Boodschap:
Wat is gezondheid, wat is gezondheidszorg? Vandaag nog teveel curatief/te weinig preventief.
Gezondheid vormt het fundament van welzijn. De scheidingslijn tussen gezond zijn en ziek
zijn is vandaag te groot en moet worden weggewerkt.
Het systeem aanpassen/veranderen is moeilijk. Men moet starten bij het onderwijs.
155
Gent
Vanwege de grote opkomst in Gent verliep de eindronde in subgroepen (dezelfde als de beginronde),
waarbij iedereen nog 1 idee mocht formuleren. Op het einde formuleerde de hele subgroep ook een
‘boodschap aan het RIZIV’.
Subgroep 1
De betaalbaarheid van medische zorg in de toekomst wordt moeilijk. Er is weinig ruimte voor
innovatie. Vaak heerst er ook een mentaliteit bij zorgverleners en ziekenhuizen dat de investeringen in machines moeten opbrengen ipv te denken aan het belang van de
gezondheid van de mensen In het kader van sociale fraude moet het geld beter worden besteed en moet de controle
verbeteren
Bij burgers leven veel ideeën en voorstellen. Deze komen echter zelden tot bij de instanties.
Welzijnszorg (vooral ook de psychische component) wordt veel te weinig ondersteund in
vergelijking met fysieke en medische zorg
Nood aan sneller ingrijpen bij beginnende problematiek (bv. in de geestelijke gezondheid)
Avonden als deze zijn wel fijn. Ze geven het gevoel gehoord te worden. Ter zijde: het is wel
belangrijk dat er begeleiding van de KBS was om het gesprek te leiden. Een probleem is wel dat er weinig deelname is van mensen van andere origine, mensen met een beperking, …
Boodschap:
Er is te weinig aandacht voor de geestelijke gezondheidszorg, vooral ook voor beginnende
problematiek. Tevens is het belangrijk dat de financiële middelen op de meest optimale
manier worden besteed. We vinden het wel opvallend dat er nauwelijks minderheidsgroepen aanwezig zijn op deze
Rondetafel.
Subgroep 2
Er waren hier zoveel verschillende disciplines/invalshoeken bij elkaar. Dat was een pluspunt
Het beperkte budget moet in twijfel worden getrokken. Er moet ergens geld zijn -> er is nood
aan herverdeling
Een beetje meer samenwerking tussen de verschillende disciplines zou al veel verandering
brengen Een groot kapitaal aan kennis/inzichten aanwezig bij de gewone bevolking. Dit zou moeten
doorgetrokken worden op beleidsniveau
Definitie WHO is aanvaard, implicaties voor terugbetaling & solidariteit -> moet meegenomen
worden, biopsychosociaal bekijken
Boodschap:
Financiële ruimte creëren om meer solidariteit te verkrijgen via herverdeling. Hervorming van
het RIZIV, VAPH, … Burgers/patiënten moeten meer betrokken worden in het beleid (bv. rond terugbetalingen,
beheer van het RIZIV, …)
Subgroep 3
Men moet inspanningen doen om ‘oneigenlijk’ gebruik te verminderen
Voor iedereen meer responsabilisering
Veel verschillende visies over burgerparticipatie: wanneer is dit representatief?
Invaliditeit =< er zijn veel inspanningen nodig om mensen weer aan het werk te krijgen
Veel verschillende meningen zorgt voor groter inzicht en bredere visie
Jammer: preventie op Vlaams niveau <-> zorg op federaal niveau
Solidariteit: consensus dat het deel van de overheid eerlijk moet geïnd worden
156
Boodschap:
Rond informatie: Niemand heeft een goede oplossing voor het probleem van de ongelijkheid –
zij de weten en zij die niet weten
Subgroep 4
Eenzelfde problematiek vanuit heel verschillende standpunten bekeken
Grote betrokkenheid van deelnemers
Ik neem weinig mee van deze avond
Maximaal geleerd over solidariteit
Het gevoel van terug te keren naar het werk
Het boeiende van verschillende generaties door elkaar
Boodschap:
Hoe complex het RIZIV ook is, wij zijn tevreden dat ze toch willen rekening houden met de
mening van de gewone burger
Subgroep 5
Participatie aan beleid: iedereen wil participeren. Het is een positief signaal
Select gezelschap van zeer gemotiveerde en geëngageerde mensen
Grote bereidheid tot solidariteit – willen bijdragen. Dat is hartverwarmend
Meningen ontstaan uit eigen ervaringen en hoe er daarmee wordt omgegaan. Let op voor
verzuurde maatschappij Dergelijke evenementen zijn erg belangrijk in de huidige context van egocentrisme
Jammer dat er alleen sterk gemotiveerde en geëngageerde mensen zijn vandaag
Om hieraan te participeren is een zekere deskundigheid en tijd nodig
Ik versus de rest
Boodschap:
Engagement – solidariteit – select gezelschap
Subgroep 6
Nog veel vragen die achter solidariteitsprincipe zitten en die we in vraag willen stellen
Afstemming terugbetaling RIZIV en gemeenschapsverantwoordelijkheid. Balans vinden tussen
preventief en curatief Online dossier met persoonlijke gegevens (wist niet dat het bestond)
Visie op invaliditeit in de groep is empathisch. Maar in de maatschappij heest de perceptie van
het profitariaat
Ziekenfondsen zijn niet nuttig, dit type van uitbetalingsinstanties zijn vandaag niet meer
nodig.
Meer eenvoud (bv. minder structuren, ook geen onderscheid meet tussen geconventioneerd
en niet-geconventioneerd) Geëngageerde groep maar geen representatief staal van de bevolking -> er zit grote bias op
deze info
Hoelang gaan we als samenleving naast onze schoenen blijven lopen, vooraleer we erin staan
Boodschap:
Hoe ga je patiënten meer betrekken bij beleid -> participatie realiseren
157
Subgroep 7
Er is wel geld bij het RIZIV. Er zijn wel werkgevers die met zorg met hun medewerkers
omgaan
Veel verschillende problemen waarvoor een oplossing moet gevonden worden
Hoe regels de genezing of de re-integratie kunnen tegenhouden!
Hoop dat dit initiatief niet 50 jaar zal nodig hebben om nogmaals door te gaan.
Zinvol om toch meer infomomenten zoals deze te organiseren
Meer gezondheidszorg op maat!!!
Opleiding van dokters in vraag durven stellen. Dokters functioneren zoals ambtenaren
Boodschap:
Misschien moeten we de gezondheidszorg als maatstaf nemen van een gezonde samenleving
Subgroep 8
Wat gebeurt er met de resultaten van deze participatie-oefening?
Veelheid aan ideeën maar verbaasd over ‘teveel’ kritische kijk.
Zijn diegenen die er iets over kunnen zeggen hier zelf aanwezig?
Ongerustheid rond betaalbaarheid, blijft sterk aanwezig
Gebrek aan belangstelling rond wat politiek is en de evolutie van de gestage opsplitsing van
de sociale zekerheid
Boodschap:
Continuïteit van beheer en beleid binnen een budgettair kader met nodige veranderingen en
a.u.b. stel de klant/cliënt/patiënt/individu centraal.
Subgroep 9
Solidariteit, ja maar, er zijn grenzen aan solidariteit. Afhankelijk van in welke situatie je zit.
Tof dat ik mijn eigen thema/verhaal heb kunnen bijbrengen. En dat er naar mij geluisterd
werd.
Onbekend is onbemind:. Er is veel informatie en veel desinformatie. Ik heb bijgeleerd van de
andere deelnemers. Moraal van het verhaal: als men te weinig of verkeerde informatie heeft, dan trekt men de verkeerde conclusies. Er was veel respect om naar elkaars verhaal te
luisteren.
Gezondheidszorg is zo moeilijk in regels te gieten. Het moet permanent worden bijgestuurd.
De ‘beter geïnformeerde’ mensen vinden de weg gemakkelijker naar de gezondheidszorg. Ik zou niet graag in de schoenen van de overheid staan.
Boodschap:
Nooit zwart/wit denken. Zoveel mogelijk maatwerk, want het gaat steeds over individuen.
Men kan mensen niet in hokjes steken.
158
4.2 Rapports des tables rondes francophones
4.2.1 Thème Solidarité
1. Mots, images et idées associés à la solidarité
Certains groupes ont, conformément à la consigne, noté les mots qui leur venaient spontanément à
l’esprit quand on évoque la solidarité. Principaux termes proposés (regroupés par thème) :
- En lien avec l’idée d’égalité et de justice :
Forme d’égalité, équité, chacun contribue en fonction de ses revenus et reçoit en fonction de
ses besoins, redistribution selon les besoins
- En lien avec l’idée de lien social, de communauté :
Vivre ensemble, collectif, bien-être collectif, partage (de connaissances, de biens,
d’expériences), mutualiser, participatif
- En lien avec les grandes valeurs fondatrices de la démocratie :
Humanité, déclaration universelle des droits humains, universalité, civilisation, valeurs
communes, valeur fondamentale du contrat social et garante de la paix sociale
- En lien avec l’idée d’aide et d’inclusion :
Aide, entraide, altruisme, assistance, appui, accompagnement, attention aux plus faibles,
écoute, intergénérationnel, solidarité intergénérationnelle entre différentes périodes de la vie,
accessibilité quel que soit l’âge, le genre, l’origine
- En lien avec la dimension politique, le financement et l’avenir du système de protection :
Choix politiques, à conserver, monde du travail, cotisations, efficience (le meilleur résultat
avec les moyens dont on dispose) >< rapport qualité-prix, financement, sécurité sociale
- Termes antagonistes (la solidarité est le contraire de…)
Commercialisation, marchandisation des soins de santé, individualisme, repli sur soi
- Termes généraux
Nécessité, force, essentiel, valeur à remettre en avant
D’autres groupes ont préféré échanger leurs réflexions sur le concept même de solidarité :
- La solidarité donne une image du degré de civilisation d’une société. Pour le moment, on est
encore dans une société civilisée parce que notre système est très solidaire, mais il y a une
crainte qu’il se détériore. En Belgique, on fait un peu bande à part, et c’est bien, parce qu’on
reste dans un système assez solidaire, mais on est à contre-courant de la construction
européenne et de la mondialisation et on se demande donc comment ça va évoluer.
- On est dans un système où l’économie prédomine, avec un paradoxe : plus on est riche, plus
les gens deviennent individualistes. Il faudrait essayer de sortir de ce paradoxe.
- Il y a un autre paradoxe entre la solidarité et la concurrence : d’une part, on nous demande
d’être solidaire, mais d’autre part on doit être de plus en plus concurrentiel, compétitif et donc
individualiste. Comment retrouver un humanisme dans une société capitaliste et au service du
profit ?
159
- Mais c’est une contradiction qui a toujours été au cœur même de la société industrielle
capitaliste : ainsi, ce sont de grands patrons capitalistes qui ont créé les premiers systèmes de
solidarité.
- L’intérêt personnel n’est-il pas au cœur de l’âme humaine ? Un participant qui vit dans un
habitat groupé livre ce témoignage : auparavant, l’espace vert central appartenait à tous les
membres de l’habitat groupé et n’était jamais entretenu ; depuis que chacun dispose de son
petit coin à lui, il s’en occupe et c’est parfaitement propre. Il s’interroge : est-on capable de
solidarité si on n’a pas un intérêt personnel ?
- Il ne faut pas oublier non plus que la solidarité est même une obligation légale puisque notre
pays a signé la Convention européenne des droits de l’homme (le droit à la santé pour tous
est garanti à l’article 22)
- Le système de solidarité ressemble un peu à un jeu de poupées russes : il est difficile pour les
jeunes (= les ‘petites poupées’) de se mettre à la place des générations plus âgées (= les
‘grandes poupées’). Aujourd’hui, la jeune génération a l’impression de payer pour un système
dont elle ne profitera pas elle-même et se considère parfois comme une ‘génération perdue’
(‘la génération précédente a tout pris’)
- Mais d’autres disent qu’ils ont eu la même crainte il y a 25 ans ou 30 ans ! Attention au
racisme anti-vieux, ne créons pas de fossé entre nous, ne nous trompons pas d’adversaire !
- Il y a une mauvaise compréhension de la solidarité. On en revient au principe ‘I want my
money back’ (cf. Margaret Thatcher) : on en veut pour son argent. Mais par définition, dans
un système de solidarité, il y en a toujours certains qui paient trop ! La solidarité, ce n’est pas
inné, ça s’apprend (valeurs et pratiques). Il faudrait bien expliquer cela dès l’école
- La solidarité apparaît parfois comme un mot désuet, usé
2. Quelle solidarité ? Pas assez loin >< trop loin
Les participants étaient invités à se positionner sur une échelle graduée allant de 0 à 8 et à motiver
ensuite leur choix.
Moyenne générale des évaluations sur l’échelle graduée : 2,4
Il est à noter que la moyenne était plus élevée dans les trois villes wallonnes, en particulier à Namur,
qu’à Bruxelles, où un grand nombre de participants ont donné un score de 0 (certains ont même placé
leur croix à la gauche du 0) et où il n’y a eu aucune note supérieure à 4. A Namur, par contre,
l’évaluation moyenne était de 4,25.
Commentaires et motivations
Vision globalement positive
l’équilibre actuel est satisfaisant ; il est difficile d’avoir un système qui est tout à fait juste
le système est bien conçu : ni trop, ni trop peu solidaire. Mais il y a des abus qui le
dérégulent, d’où la nécessité d’un contrôle et d’une conscientisation de chacun aux coûts. Par
exemple : on peut comprendre la revendication de gratuité, mais sommes-nous conscients de
ce que cela coûte à la société (shopping médical, surconsommation…) ?
bon accès pour tous (sous contrôle)
160
il y a ‘juste assez de solidarité’ : bonne accessibilité globale
des améliorations sont possibles, mais la solidarité existe en Belgique
Vision positive, avec des réserves, des nuances ou des craintes
bonne solidarité entre ceux qui cotisent, mais pas vis-à-vis des personnes qui sont en dehors
du système (SDF, sans papiers…)
il y a beaucoup de possibilités, mais elles sont trop méconnues
le niveau moyen de solidarité est raisonnable, ce qui n’enlève rien au fait qu’il y a certains
excès et certains manques
il y a un bon niveau de solidarité, mais il faut réorganiser le financement, qui ne peut pas être
uniquement basé sur le travail
il y a une juste solidarité, mais elle est injustement répartie
il y a beaucoup de bonnes choses, mais aussi beaucoup de lacunes. Exemple : liste d’attente
de 600 personnes handicapées adultes qui attendent une place en institution !
jusqu’ici, la solidarité est satisfaisante, mais elle a tendance à reculer
le système est encore relativement solidaire aujourd’hui, mais qu’en sera-t-il dans 10 ans ?
Est-ce qu’on pourra encore permettre le même accès aux soins ?
y a-t-il assez d’argent dans le pot commun pour continuer à financer le système de solidarité ?
Sinon, le risque est double : charité ou marketing !
Vision négative : la solidarité va trop loin
notre modèle est déficitaire, les ressources sont limitées, il y a aussi des « profiteurs »
il y a trop d’abus, pas assez de règlements et de contrôles pour que cela reste performant
Vision négative : le système n’est pas/plus assez solidaire
l’exclusion existe et elle augmente
le système était équilibré au départ, mais il ne s’est pas adapté et a créé des écarts
d’accessibilité aux soins
la solidarité a cédé le pas aux contraintes budgétaires et a perdu une part importante de son
objet
il y a des gens qui ne cotisent pas en fonction de leurs moyens et qui ne reçoivent pas en
fonction de leurs besoins
il faut revoir l’assiette du financement pour que chacun soit réellement solidaire en fonction de
tous ses revenus, et pas uniquement des revenus du travail
Autres commentaires, réflexions plus globales (au-delà du degré de solidarité proprement dit)
il est difficile de répondre à cette question sans indicateurs. Nous sommes solidaires pour
certaines choses, mais comment cela est-il redistribué ? Quelle est la part de solidarité dans le
budget global ?
161
un groupe n’a pas pu/voulu se prononcer sur l’échelle graduée parce qu’on pourrait cocher
toutes les cases en même temps. Il y a à la fois trop et trop peu de solidarité, le problème est
surtout que cette solidarité est mal organisée pour le moment
en soi, la solidarité ne va jamais trop loin. Quand on dit qu’elle va trop loin, on veut surtout
dire qu’il y a des abus et un manque de conscience des coûts. Mais en même temps elle ne va
pas assez loin, par exemple au niveau de la prévention
la solidarité existe, mais elle est mal organisée. En période de vaches maigres, pourquoi ne
pas développer la médecine au forfait plutôt qu’à l’acte comme le font les maisons
médicales ? Des études de l’INAMI montrent aussi que c’est moins cher tout en étant aussi
efficace
le système de solidarité est de plus en plus compromis par des dérives concurrentielles et une
logique de marchandisation. Exemple récent : une publication qui classe les hôpitaux selon
leur ‘qualité’. Ces études sont biaisées, le classement se fait en fonction de critères purement
quantitatifs et pas clairs du tout. Mais le résultat est que tout le monde va vouloir se précipiter
vers les (soi-disants) ‘bons’ hôpitaux, avec un effet de cercle vicieux
contre-argument de certains participants : la médecine au forfait est un concept intéressant,
mais on ne peut pas l’imposer. La médecine est un art et pas une science exacte, la liberté de
choix du patient reste primordiale. Attention au risque de coercition, par exemple aux Pays-
Bas, où on doit se faire soigner dans son quartier. Une certaine ‘concurrence’ peut être saine
3. Sommes-nous prêts à contribuer davantage à la solidarité ?
Deux possibilités concrètes (travailler plus longtemps, se déplacer plus loin) étaient proposées aux
participants, qui avaient aussi la possibilité de formuler d’autres idées.
Travailler plus longtemps ?
D’accord
D’accord pour assurer la viabilité du système (2 x)
Oui, si ma santé le permet
D’accord mais…
Sur base volontaire, mais en laissant le libre choix
Mais est-ce que ça va vraiment rendre le système plus accessible ?
D’accord si c’est pour avoir une carrière complète (pas plus qu’une carrière complète, mais
éventuellement travail après 65 ans pour ceux qui n’ont pas encore de carrière complète à cet
âge-là)
Pas d’accord
Ce n’est pas une solution
Non, il faut que les jeunes aient du boulot ; il faut du travail pour les jeunes, pas pour les
vieux ; non parce que cela réduit les possibilités d’emploi pour les plus jeunes (2x)
162
Se déplacer plus loin ?
D’accord mais…
Pas de problème pour moi, mais ce n’est pas possible pour tout le monde
Pourquoi pas ? Mais aujourd’hui, c’est différent de la situation réelle le jour où j’y serais
confronté
Oui, à condition que les offres de première ligne et les conditions d’accessibilité aux services
soient bien assurées
D’accord s’il y a des possibilités de transport à prix abordable
Pas d’accord
Une fois que l’on est malade, on est justement moins mobile
Non car la sécurité sociale doit pouvoir proposer un médecin ou un spécialiste proche des
citoyens dans une zone définie
Je suis prêt à…
Faire du bénévolat : par exemple une matinée avec des personnes âgées
Avoir un dossier médical global pour éviter les doublons, rationaliser les soins et améliorer le
suivi (mais sans payer le médecin pour cela : le dossier médical global doit être gratuit !)
Payer plus, à condition que ce soit pour financer un système cohérent, de qualité et mieux
organisé (plus de transparence, bonne répartition dans la subvention des hôpitaux…) (2 x)
Partager mon dossier médical pour éviter les gaspillages et les examens inutiles, mais
seulement avec des experts/autres soignants, pas avec les mutualités et les assurances. Est-
ce possible ? Certaines craignent le piratage et les atteintes à la vie privée. Suggestion :
instaurer le partage des dossiers par défaut (d’office, sauf si la personne s’y oppose
expressément)
Devenir végétarien, ne pas fumer, polluer moins, faire tout ce qui est en mon pouvoir pour
être en bonne santé
Ne pas me faire rembourser la première consultation du généraliste (sauf pour les BIM)
Renoncer au libre choix du médecin par le patient (qui favorise le shopping médical)
Payer davantage mes soins via un système progressif de remboursement en fonction des
revenus
Renoncer au remboursement de certains frais médicaux ‘légers’ pour permettre davantage le
remboursement de traitements lourds (mais la limite est difficile à placer)
Un groupe estime qu’il est difficile de se positionner sur cette question parce qu’on est dans
un système où il est très difficile à l’individu de savoir de quelle marge de manœuvre il
dispose personnellement. C’est le système global qui est en question : si on considère les
gens comme des numéros (ex. à l’hôpital), on ne peut pas leur demander individuellement
des choses sur lesquelles ils n’ont pas de prise
163
Un autre groupe refuse de répondre à cette question. Il n’est pas prêt à contribuer davantage
à la solidarité parce qu’il a l’impression qu’il y a une sorte de rupture de contrat qui entraîne
un manque de confiance par rapport à tout ce qui pourrait être demandé : “tout ce qu’on
nous demande de faire est suspect”. Ou alors, il faudrait plutôt répondre en disant : je suis
prêt à une fiscalité plus juste, je suis prêt à chercher des moyens dans la fraude fiscale et
sociale, je suis prêt à ce que les politiciens revoient leur grille de répartition, je suis prêt à ce
que les plus nantis paient une cotisation sociale généralisée sur leur revenu réel (et non pas
sur leur revenu déclaré)…
4. La solidarité peut-elle être limitée ?
Les citoyens pouvaient choisir de limiter (ou non) la solidarité en fonction de l’âge, du revenu, du
comportement à risque ou du type d’intervention médicale. Ils pouvaient aussi suggérer d’autres
critères.
En fonction de l’âge :
D’accord mais…
Oui, mais uniquement s’il s’agit d’éviter l’acharnement thérapeutique (ce qui n’est pas toujours
facile à juger dans des cas concrets)
Décision à prendre plutôt en fonction de l’espérance de vie et du type d’intervention
Pas d’accord
D’un point de vue éthique, l’âge ne peut être un critère de rupture de la solidarité
Non, c’est une discrimination
Pas de limite d’âge
Autre commentaire
Plutôt que limiter en fonction de l’âge, faire davantage de prévention avec les personnes
vieillissantes (comme l’ONE pour les enfants)
L’âge ne peut jamais être un critère en soi pour limiter la solidarité, mais certaines
interventions ne se justifient plus d’un point de vue médical et n’apportent pas un plus en
termes de qualité de vie à la personne très âgée. C’est un critère de pertinence (médicale) qui
peut éventuellement jouer, pas un critère de solidarité.
On observe une escalade thérapeutique qui n’est demandée ni par les patients âgés, ni par
leurs proches. Il faut certes accompagner la fin de vie, mais le système de soins induit des
comportements pervers de certains prestataires (ex. nouvelle prothèse dentaire alors que la
personne n’a plus que quelques semaines à vivre)
En fonction du revenu :
D’accord
Adapter peut-être le ticket modérateur au revenu et allouer ces ressources au renforcement
du maximum à facturer
Remboursement décroissant en fonction du revenu
C’est déjà en partie le cas
164
Pas d’accord
Non, car trop complexe à mettre en place : le revenu comprend uniquement le salaire ou
aussi les loyers, par exemple ? Attention par exemple au cas de personnes âgées qui ont une
petite pension et qui survivent en fait grâce à un petit capital (loyers ou revenus du capital)
Non car on peut tout perdre du jour au lendemain (par exemple accident, AVC,…)
Pas de limite, même droit pour tout le monde
La contribution doit être dépendante des revenus, y compris du capital, mais ce qu’on reçoit
doit être la même chose pour tous (principe universel)
Autre commentaire :
Un groupe n’a pas réussi à trancher la question. Il y a consensus pour qu’en amont, chacun contribue
au système de manière proportionnelle à tous ses revenus. En aval, au niveau de la redistribution, il y
a débat : pour certains, cela doit rester un droit inconditionnel par rapport aux revenus de la
personne, d’autres acceptent qu’on puisse remettre en question ce caractère inconditionnel.
En fonction du comportement à risque :
D’accord
Oui, plus de remboursement par exemple après trois fois
D’accord mais…
S’il y a un lien établi, on peut agir simultanément du côté de la prévention et de la sanction
Combiner le bâton (ex. petit supplément pour le fumeur) et la carotte (incitants, politique de
prévention)
Oui si l’assuétude par exemple diminue l’efficacité d’un traitement
Pas d’accord
L’individu n’est pas toujours responsable des facteurs extérieurs, il y a aussi une
responsabilité collective dans les comportements individuels. Exemple : MacDo aménage une
plaine de jeux – la seule du quartier – juste à côté du fast food et favorise ainsi de mauvais
comportements alimentaires dès le plus jeune âge
Pas de limite : celui qui a cotisé a droit à la solidarité
Danger de la mise en place d’un tel principe : où s’arrête-t-on ? On stigmatise deux types bien
précis de comportements à risque, le tabac et l’alcool. Or, on sait que les mauvaises habitudes
alimentaires jouent un rôle beaucoup plus important, mais les lobbys empêchent de dénoncer
la malbouffe. Plutôt que de stigmatiser, il faut faire de la prévention, de l’éducation et de la
sensibilisation à tout ce qui est nocif
Il y a un risque de mettre le doigt dans un engrenage dangereux
Les dépendances (alcool, drogues…) sont des symptômes de souffrances, des réponses à des
angoisses… Ce qu’il faut, c’est activer des politiques de prévention.
165
En fonction du type d’intervention médicale :
D’accord
La solidarité ne doit pas financer pas un caprice individuel (ex. chirurgie esthétique)
Si nomenclature, remboursement ; si pas de nomenclature, pas de remboursement
S’il n’y a pas de plus-value en termes de santé, on peut imposer des limites
D’accord mais…
La différence entre les soins de base et les soins de confort doit se faire au cas par cas
Cela relève d’un dialogue entre le soignant et le patient : on peut envisager certaines
limitations au cas par cas, mais pas dans le cadre d’une réglementation générale
Pas d’accord
Dans certains cas, une intervention esthétique peut être indispensable pour le bien-être global
(exemple : réduction mammaire car maux de dos)
Il faut être très prudent avec tous ces critères limitatifs, on arrive très vite à une forme
d’eugénisme
Autre commentaire
Il est difficile de définir des limites générales pour distinguer l’envie du besoin. Par exemple
pour l’esthétique : une perruque est indispensable pour une femme qui a perdu ses cheveux à
la suite d’un cancer du sein ; des oreilles très décollées peuvent être stigmatisantes
(conséquences psychologiques graves) pour un enfant. Mais à partir de quand ? Il est difficile
de fixer des critères et des balises
C’est un débat de fond : la beauté est-elle un luxe ou bien un droit ? Pas le temps ici pour
approfondir cette question ‘philosophique’
Autres limites suggérées par les citoyens :
La solidarité peut être limitée en cas d’abus flagrants et répétés, si la personne n’est pas
solidaire des autres (égoïsme)
On finance aussi des choses qui sont perdues d’avance : on finance la maladie et la mort alors
qu’il faudrait plutôt changer de paradigme et financer la santé
Ne plus rembourser une série d’actes médicaux (exemple des radiographies qui ne sont pas
utiles), au contraire valoriser davantage le temps humain plutôt que le temps technique.
Retour au bon sens clinique : dans beaucoup de cas, pas besoin d’une batterie de tests pour
faire un bon diagnostic
Deux débats de société sont nécessaires : sur tout le matériel implantable (prothèses
remboursables ou non) ; sur les médicaments génériques qui, contrairement à ce qu’on croit,
ne sont pas encore assez favorisés (parce que le pharmacien est un commerçant et qu’il n’a
pas intérêt à vendre des produits qui lui laissent une moins grande marge).
166
5. Commentaires transversaux
Quelques avis de citoyens qui touchent au thème de la solidarité de manière plus générale ou
transversale :
Le système était équilibré au départ, mais la solidarité cède le pas aux contraintes
budgétaires. La société ne se donne pas les moyens de ses ambitions (cf. nouveaux enjeux
éthiques, allongement de l’espérance de vie…). Aujourd’hui, le processus est inversé : on part
des moyens et on voit ce qu’on peut faire avec.
On nous demande sans cesse des efforts sous prétexte que les moyens sont limités. En fait,
ils ne sont pas limités, mais la logique économique s’est introduite dans les soins de santé
(système de l’offre)
Faire plus avec moins ? Faire moins avec moins ? Ou faire autrement ? L’offre de soins est
souvent gonflée : examens médicaux inutiles ou qui sont refaits plusieurs fois… A cela
s’oppose par exemple la désertification de l’offre médicale en zone rurale.
Il faut repenser tout le système, par exemple revoir le principe de la rétribution à l’acte dans
les hôpitaux, qui a des conséquences catastrophiques. Ce n’est pas en consacrant plus
d’argent qu’on aura forcément un meilleur système (comme ces projets très coûteux en
Afrique, mais qui ne sont pas adaptés aux besoins). Il faut réaffecter certaines dépenses et
repenser la politique de santé pour qu’elle soit plus proche des gens.
La solidarité ne doit pas être régie par des décrets, mais être modulée par des comportements
plus conscients. Si une autorité fixe un cadre général, il faut toujours laisser une marge de
manœuvre pour évaluer des cas individuels.
Exemple pour l’âge : ne pas traiter de la même manière une personne de 95 ans encore
pleine de vitalité qui reçoit pour la première fois une prothèse de hanche et une personne de
88 ans qui en est déjà à sa troisième prothèse, qui ne sait plus marcher… Chaque situation
doit être évaluée au cas par cas. Mais ce n’est pas une personne ou un soignant qui décide
seul, mais bien une équipe multidisciplinaire.
Le système contient des éléments de perversité qui induisent des abus : les soignants ont
intérêt à ce qu’on soit malade (plus il y a de malades, plus ils sont riches). Il faudrait plutôt
mettre en avant les pratiques (préventives) ‘d’evidence-based medecine’. Cf. au Canada où on
distingue ‘être en santé’ et ‘avoir la santé’ : là-bas, tout est fait pour qu’on ‘soit’ en santé,
avec un accent sur le préventif
167
4.2.2 Thème Remboursement
1. Frais médicaux remboursés et non remboursés
Les participants étaient invités à citer spontanément des frais médicaux qui, aujourd’hui, sont ou ne
sont pas remboursés. Leurs réponses sont plus ou moins classées par ordre de fréquence : d’abord,
celles qui sont citées par une (grande) majorité des groupes, parfois avec des nuances ou des
restrictions, pour terminer par celles qui n’ont été mentionnées que de manière plus sporadique. On
notera que certaines interventions figurent à la fois dans la catégorie ‘remboursé’ et ‘non remboursé’
(elles n’ont évidemment pas été citées par les mêmes groupes).
Ce qui est remboursé :
- consultation chez le médecin
- médicaments : médicaments de catégorie A, médicaments de classe A et B, antibiotiques,
médicaments pour les enfants
- frais d’hospitalisation (de base), soins hospitaliers (urgents), urgence SAMU
- soins dentaires : consultation et autres prestations sous conditions, soins dentaires pour les
enfants
- kiné : kiné réparatrice, supplément kiné pour maladies chroniques, kiné (avec plafond)
- certains implants, certaines prothèses
- infirmière à domicile, soins infirmiers à domicile, aide ménagère (mais forfait tierce personne
s’arrête à 65 ans : devrait être assimilé à soins de santé)
- matériel pour soins palliatifs
- dépistage
Mentionné par un groupe seulement :
- oncologie
- soins périnataux
- imagerie médicale et labo
- revalidation
- placement en institution
- dépistage
- vaccins
- transport
- soins à l’étranger (mais pas partout)
- dialyse
- centre de cure (mais pas les conséquences)
168
- matériel d’adaptation du domicile
- certaines prestations paramédicales (sophrologie pour quelques séances)
- certains soins liés à des maladies chroniques
Ce qui n’est pas remboursé :
- thérapies alternatives, médecines douces (sauf exceptions)
- psychologues et psychothérapeutes, prestations ordinaires de santé mentale
- certains médicaments : médicaments de confort, certains antidouleurs, médicaments sans
prescription, certains psychotropes
- prévention, médecine préventive, éducation à la santé, certains actes préventifs (ex. frottis
vaginal annuel), médicaments préventifs (ex. osthéothérapie)
- transport retour domicile, frais de transport (pour les soins oncologiques, ambulances, taxi),
transport en ambulance
- lunettes et lentilles
- prothèses (marche)
- maladies orphelines
- suppléments hospitaliers, certains coûts d’hospitalisation
- médecins spécialistes
- certains frais dentaires : implants dentaires du dessus, extractions dentaires, dentiers, soins
dentaires sans limite d’âge
Mentionné par un groupe seulement :
- chirurgie esthétique (non réparatrice)
- aide à domicile (aides familiales et aides soignantes)
- soins hors convention
- nouveaux traitements
- chirurgie correction vue
- pansements
- diététique
- tabacologue
- certaines prises de sang
- implants (cancers, problèmes cardiaques)
- certaines vitamines (exemple vitamine D)
- remboursements liés aux sondes urinaires
169
- oncologie (NB : pas de consensus dans le groupe)
- orthodontie
- bien-être en MRS (pédicure, langes…)
- matériel auditif (en partie remboursé mais pas assez)
- soins donnés par d’autres prestataires que les médecins
- l’accompagnement bien-être (non remboursé -> récupéré par assurances complémentaires
des mutuelles -> concurrence)
2. Comment souhaiterions-nous que cela se passe ?
La formulation de cette question a été un peu modifiée au cours des tables rondes. Dans certaines
villes, les participants devaient lister ce qui ne devrait plus être remboursé et, au contraire, ce qui
devrait l’être. Par la suite, on leur a demandé d’indiquer de manière plus générale ce qu’ils
appréciaient et ce qui leur posait problème dans le système actuel de remboursement.
Qu’est-ce qui devrait être remboursé ?
Les consultations chez le psychologue
Les campagnes de prévention et de dépistage
La prévention dans les écoles maternelles et primaires
Les lunettes
Les médecines alternatives, plus durables et moins chères (cf. marijuana thérapeutique)
Des thérapies manuelles douces comme la chiropraxie
Le forfait ‘aide tierce personne’ devrait être assimilé à des soins de santé, sans limite d’âge :
harmonisation des critères avec le Budget d’assistance personnelle
Les pansements : ce n’est pas une dépense dérisoire pour des malades souffrant de certaines
pathologies de la peau (plaies chroniques). Si on n’a pas les moyens de payer ces
pansements, on n’ose pas sortir de chez soi (isolement social)
Remboursement à 100% en cas d’incident thérapeutique (en cas d’hospitalisation plus longue
à cause de cet incident)
Mieux tenir compte des nouvelles pathologies et des pathologies rares
Harmoniser les critères de remboursement
Davantage rembourser les soins dentaires même pour des personnes plus âgées, en tenant
compte notamment du vieillissement de la population : ne pas pouvoir mettre de dentier peut
être un facteur d’isolement
Frais de transport : enjeu important en région rurale, surtout par rapport à la politique de
concentration des établissements de soins
Maison de repos
170
Revoir les critères de remboursement pour du matériel comme des voiturettes électriques
pour handicapés : la voiturette est remboursée seulement si la personne elle-même est
capable de l’utiliser seule, donc on ne tient pas compte de l’entourage qui peut l’aider à le
faire ! Cas d’une maman d’un jeune handicapé adulte qui n’est pas capable d’utiliser lui-même
la voiturette et qui n’y a donc pas droit, ce qui limite fortement son autonomie et sa qualité de
vie (et celle des proches), alors que la maman pourrait très bien l’aider à l’utiliser
Augmenter le remboursement des consultations post-partum
Rembourser les frais provoqués par des formes de dépendance (liés à l’âge, au handicap…)
Rembourser les soins de confort en cas de maladie grave
La prévention des problèmes de santé mentale : pour le bien-être individuel et pour réduire
l’absentéisme (deuxième cause d’absentéisme)
Des thérapies innovantes et efficaces
Chirurgie bariatrique
Maladies orphelines ? Pas de consensus entre les partisans du principe d’une solidarité
inconditionnelle et ceux qui estiment que celle-ci s’arrête à partir d’un certain niveau de coût
par patient
Qu’est-ce qui ne devrait pas être remboursé ?
Soins de pédicure pour certaines personnes âgées
Les actes médicaux non pertinents, les examens redondants (utilité du dossier médical
global), les examens prescrits de façon inconséquente. Beaucoup d’actes médicaux à l’hôpital
sont remboursés de manière inutile : méconnaissance des radios et examens faits ailleurs, qui
sont refaits (manque de coordination). Autre exemple : si un patient est transféré dans un
hôpital universitaire, celui-ci refait le scanner parce qu’il n’a pas confiance dans la qualité du
‘petit hôpital de province’
Prescription abusive de médicaments psychotropes (incitants de l’industrie). Le problème est
particulièrement criant dans des maisons de repos, où les pensionnaires sont littéralement
‘bourrés de médicaments’ et où on facture même des médicaments non pris !
Première consultation de l’année, en fonction des revenus et avec un système de progressivité
échelonnée (NB : pas de consensus)
Premier jour d’incapacité de travail : c’est à ce niveau-là qu’il y a le plus de dérive (NB : pas
de consensus)
Orthodontie
Chaussure orthopédique : individualiser le remboursement en fonction des besoins
Dafalgan, Nurofen… Uniquement sur prescription car facteur de gaspillage (automédication).
Pas de consensus : pour d’autres, ce sont des médicaments de base
Dermatologue si le traitement est purement esthétique (et non s’il a un impact sur la vie
sociale)
171
Équipement technologique de pointe qui remplace une médecine à visage plus humain (ex.
monitoring vs. sage-femme). Autre exemple de dérive technologique : pour l’appendicite, on
ne fait plus d’examen clinique mais tout de suite une radio, plus chère, alors que dans 90%
des cas un simple examen clinique au toucher suffit pour établir un diagnostic
Ce qui est apprécié :
Le niveau modéré du ticket modérateur
L’existence même de l’assurance-maladie
Des réductions spéciales pour des patients ayant un certain statut (mais un participant
déplore des abus à ce niveau : nombre exagéré de VIPO)
Ce qui pose problème :
Le manque de transparence du système (savoir à l’avance ce que ça va coûter), notamment
au niveau des factures d’hôpital
Les lourdeurs administratives
L’inadaptation du système par rapport aux progrès de la science
Les difficultés d’accès à certaines prises en charge (psychologue, soins de confort…)
Le fait que les remboursements ne sont pas liés au revenu
Le recours abusif aux services de garde
Les traitements devraient être plus ciblés (exemple mammographie vs. échographie)
Le manque de cohérence et de vision : d’abord on ferme des lits en institution pour
développer l’aide à domicile, et puis on rogne aussi sur l’aide à domicile
La logique de l’INAMI, qui est une logique hospitalière : tarification à l’acte plutôt qu’au forfait
et par pathologie plutôt que par rapport à la santé globale du patient (résultat : des patients
se présentent chez le pharmacien avec des prescriptions redondantes ou contradictoires parce
que personne n’a une vision d’ensemble de son problème)
Le manque d’importance accordée à la prévention et à certaines thérapies qui permettraient
d’éviter des coûts supplémentaires de prise en charge en aval. Il faut voir la globalité du
coût : un traitement préventif apparemment coûteux revient moins cher qu’une hospitalisation
ultérieure
Le manque de souplesse de certains critères de remboursement : si on est juste au-dessus ou
en-dessous de la limite, cela peut faire une différence énorme. On plaide pour une plus
grande progressivité : dans certains cas, il faut être très malade pour pouvoir être remboursé
Trop d’examens à certains moments, examens multiples parfois superflus. Notamment pour
les actes radiologiques : éviter les abus (trop de radios, radios mal faites ou mal ciblées,
salaires trop élevés des radiologues). Mais attention aussi, disent certains, à respecter la
liberté du patient : le double avis peut avoir du sens
172
3. Analyse des critères actuels
Six critères actuels de remboursement étaient proposés à l’évaluation des citoyens.
Besoin médical et social
Pour :
Oui, si c’est une nouveauté dans les recherches sur les maladies graves
C’est la base de tout
Oui parce que c’est objectivable
Il est important d’écouter le patient
Contre ou avec des réserves :
Un nouveau médicament est-il toujours réellement nécessaire ? Le budget des ménages et
des mutuelles est limité
S’il y a un besoin médical mais qu’un nouveau médicament n’apporte aucune plus-value, il n’y
a aucun intérêt à le lancer
Non s’il existe déjà quelque chose
On a tendance à attendre qu’un besoin ou un problème de santé soit officiellement reconnu
(ex. fibromyalgie)
Prolongement de la vie
Pour :
C’est bien d’avoir des médicaments plus efficaces pour le patient
Contre ou avec des réserves :
Pas à des coûts démesurés ! Attention si le médecin influence trop le patient dans son libre
arbitre
Ne pas abuser de médicaments, pas avec un objectif de « vivre pour vivre
Tout dépend de la qualité de vie !
Pas d’acharnement en fin de vie : quand le pronostic vital est très compromis, l’escalade
thérapeutique est-elle justifiée ?
Mauvais critère s’il n’est pas lié à la qualité de vie
Ça dépend de qui on parle (personne jeune ou très âgée), mais c’est lié à la qualité de la vie
Un groupe a barré le critère ‘prolongement de la vie’ et l’a remplacé par ‘valeur thérapeutique’.
Amélioration de la qualité de vie
Pour :
Tous les groupes se sont clairement prononcés pour ce critère, dans des termes assez similaires et en
le traitant souvent en même temps que le critère précédent :
Le confort et la qualité de vie sont primordiaux. Aider à vivre, à supporter la maladie.
Importance pour l’entourage et par extension pour la société
Il ne sert à rien de prolonger la vie si c’est pour une faible qualité de vie
Ne pas se focaliser sur l’allongement de la vie, chercher aussi à diminuer les inégalités par
rapport à la qualité de la vie
Critère essentiel pour certains patients (ex. maintien à domicile)
Permet une action plus ciblée et plus individualisée, une plus grande autonomie du patient
Un seul groupe a posé cette question critique :
Mais la qualité de vie, c’est très subjectif : le patient et le médecin sont-ils sur la même
longueur d’onde par rapport à cette notion ?
173
Niveau de prix
Ce critère a suscité assez peu de réponses, plusieurs groupes ne l’ont pas traité. Ceux qui ont répondu
ont plutôt formulé des réflexions générales sur le coût des médicaments, sans qu’il soit toujours
possible de classer clairement leurs arguments en ‘pour’ ou ‘contre’.
Les entreprises pharmaceutiques doivent être mieux contrôlées et encadrées. Le lobbying est
trop important
Pour le patient, le coût ne doit pas être un frein pour se soigner. Pour la société, certains
soins présentent un coût réel élevé (exemple machines médicales)
Le prix d’un médicament ne devrait pas être un frein. Ajuster les tarifs aux coûts de
développement supportés
Le pharmacien ne fixe pas le prix, qui est fixé par une commission
Non, cela ne doit pas être un critère !
Rapport coût-efficacité
Pour :
Critère incontournable : permet une utilisation rationnelle des moyens, compte tenu de
l’épidémiologie et des bénéfices objectifs.
Critère le plus rationnel et indispensable pour préserver la viabilité du système
Le rapport coût-efficacité doit inclure l’aspect préventif : le bénéfice est d’autant plus grand
qu’il est précoce (le patient coûte 95% des frais dans les 10 derniers jours de sa maladie)
Dépenser plus pour compenser ou prévenir une maladie qui serait plus onéreuse pour la
société ou le patient
C’est bien d’améliorer le rapport coût-efficacité pour le bien-être du patient
Important parce que les ressources sont limitées
Cas des maladies orphelines : aussi difficile cette décision soit-elle, le rapport coût-efficacité
ne justifie pas un remboursement quand le nombre de patients est vraiment trop réduit
Contre ou avec des réserves :
Oui, mais pas à n’importe quel coût et pas avec des pseudo-médicaments qui n’ont pas de
réelle efficacité ou qui ne sont que du marketing
Le travail sur les médicaments génériques prouve qu’on peut soigner autrement
Impact sur le budget
Pour :
Un médicament doit rester payable pour la société. Encadrement des prix
Question : le budget de qui ? Patient, État, mutuelle ? Le but, c’est que le patient puisse se
soigner à un coût en rapport avec ses revenus
Ne pas dépenser plus que ce qu’on a !
Mauvais qui critère en soi… mais incontournable
Oui, car les budgets publics doivent aussi servir à financer d’autres choses que la santé
Important de prendre en compte l’intérêt global de la société
Contre ou avec des réserves
Le budget doit s’adapter aux résultats obtenus
Le coût total ne doit pas être un critère
Un groupe fait part de sa perplexité à propos de cette question :
Pas possible d’être d’accord à cause de la manière dont c’est rédigé
174
Deux groupes estiment, à propos de l’ensemble des critères proposés, que :
Les critères sont sujets à interprétation
Il y a une formulation ambiguë des critères.
4. Autres critères
Les citoyens avaient la possibilité de suggérer d’autres critères de remboursement. Dans la pratique,
certains groupes en ont aussi profité pour aborder d’autres sujets touchant à la consommation et au
remboursement des médicaments, à la politique de l’INAMI…
Critères suggérés
le bien-être du patient : par exemple, prise en compte de la douleur lors du traitement
l’écoute des minorités : par exemple, ne pas oublier les maladies orphelines qui entraînent des
frais médicaux importants, voire insupportables
la dose du traitement : à adapter à la durée de la maladie (quid des tonnes de médicaments
jetés à la pharmacie)
statut social (moyens financiers du patient)
âge du patient : critère permettant la prévention de maladies futures (exemple : soins
dentaires, orthodontie,…)
efficacité par rapport à d’autres alternatives
diminution des coûts indirects : il faut élargir la vision, une thérapie chère peut permettre à
des gens de retravailler et donc de peser moins sur d’autres budgets publics (chômage etc.)
Cas du critère de ‘responsabilisation du patient’. Ce critère est suggéré par deux groupes :
le patient est peu responsabilisé : on rembourse totalement certaines pathologies pour
lesquelles il est responsable
faire jouer la responsabilité du patient (cf. fumeurs, assuétudes…)
Un autre groupe le rejette, après en avoir débattu :
comportements à risque : on comprend les motifs, mais cela pose un problème éthique !
Exemple : il y a une différence entre celui qui continue à fumer avec un cancer du poumon et
le drogué qui souhaite décrocher
Autres réflexions
éviter la surmédication pour certains médicaments, par exemple les antidépresseurs
l’efficacité du médicament devrait être prouvée avant la commercialisation
il faudrait pouvoir disposer de statistiques sur l’utilisation des soins de santé
les remboursements doivent-ils tenir compte du niveau des revenus ? Aujourd’hui, un
pensionné diabétique qui touche une pension de 5.000 euros bénéfice du même
remboursement qu’un autre qui a une pension de 800 euros
175
facturation au forfait plutôt qu’à l’acte : le soignant devrait avoir intérêt à ce que le patient
soit en bonne santé et donc à bien faire son travail. Aujourd’hui, il n’y a aucun incitant.
Exemple en dentisterie : 10 pour cent des plombages peuvent être refaits dans l’année ! En
oncologie aussi, la facturation au forfait éviterait la multiplication des actes inutiles
conventionnement obligatoire des médecins travaillant à l’hôpital puisqu’ils utilisent du
matériel public de pointe. Aujourd’hui, le conventionnement ne concerne que les petits soins
publication par l’INAMI de la liste des médecins qui pratiquent le tiers payant
le patient devrait pouvoir avoir au moins une estimation du prix (sorte de ‘devis’) avant
l’intervention. NB : certains dans le groupe doutent que ce soit possible en pratique
résorber le retard de l’INAMI sur le plan de l’utilisation des outils électroniques : il y a encore
beaucoup trop de paperasses et beaucoup de choses pourraient être mieux gérées grâce à
une meilleure utilisation de l’informatique (exemple : éviter de refaire les mêmes analyses)
l’aspect émotionnel (cf. certains cas très médiatisés) ne devrait pas avoir sa place dans les
décisions de remboursement
idée d’un ‘pot’ individuel dans lequel chacun pourrait puiser pour financer des soins préventifs
ne pas financer l’acharnement thérapeutique
176
4.2.3 Thème Incapacité et Invalidité
1. Images de l’incapacité/invalidité
- En lien avec la santé, l’état physique :
maladie (psychique), santé mentale, handicap, accident du travail, diminution des capacités
- En lien avec les conséquences individuelles :
souffrance, stress, soucis financiers, perte de revenus, précarisation, dépression, peur de
l’avenir, perte d’autonomie
- En lien avec les conséquences familiales et sociales :
désorganisation familiale, peur du regard des autres, rupture sociale, isolement (les amis
partent, se comptent sur les doigts de la main), rejet, exclusion, discrimination, charge pour la
société, dévalorisation sociale, stigmatisation, manque de considération, invisibilité, inactivité
- En lien avec le système de protection :
système complexe, lourdeurs administratives, (bureaucratie des) médecins conseils, contrôle
important et strict, protection, paperasseries, ONEM, AWIPH, salaire garanti, contrôle du
malade, culpabilité, toujours devoir se justifier, ‘débrouillardise’ des citoyens (NB : en réaction
à ces contraintes et ces contrôles abusifs), appel au réseau des services psycho-médico-
sociaux, abus
- En lien avec le travail et la réinsertion :
réinsertion, temps partiel médical, difficulté pour reprendre le travail (manque de
performance), présentéisme au travail, impossibilité de sortir de l’incapacité/invalidité
- En lien avec le contexte socio-professionnel (qui ‘produit’ de l’incapacité) :
évolution du travail : plus de pression, absence de prévention, multiplication des risques
(intérim), absence de responsabilisation des employeurs, on ne contrôle pas le respect des
règles du bien-être au travail, ‘obsolescence programmée’ (difficulté de rester actif dans la
durée)
Dans deux villes, les citoyens ont tenu à distinguer explicitement ‘incapacité’ et ‘invalidité’ :
Incapacité :
temporaire, moins d’un an, laps de temps difficile à déterminer, 66%, accident de travail,
différents types d’incapacité (physique, mentale…), peut être physique mais aussi
psychologique (on parle plus souvent du physique que du mental), ‘mon corps me parle et me
dit stop’, reconversion à envisager/à accompagner
Invalidité :
à plus long terme ou permanente, plus d’un an, échec, handicap, difficulté de prendre en
compte les besoins réels de la personne (analyse trop rapide des dossiers),
psychologiquement inacceptable, tendance à réduire le patient à sa maladie alors qu’il est
aussi ‘autre chose’ que sa maladie, Conseil médical invalidité (CMI), burn-out, accordée trop
facilement en Belgique (point de vue psychologique), précarisation, stigmatisation (évoque
‘invalide de guerre’), ‘c’est la société qui vous dit stop’, accès plus difficile vers une
réorientation, aménagements spécifiques selon le handicap
177
Commentaires généraux :
il y a des inégalités dans les limites de l’incapacité de travail entre le public, le privé et les
indépendants
situation spécifique des fonctionnaires (moins de lieux d’écoute)
le terme même d’invalidité est stigmatisant : évoque ‘invalide de guerre’, ‘handicap’
connotation négative de ces termes, mais une chance d’avoir une solidarité portée par la
société
sentiment que les situations individuelles sont peu écoutées
frustration d’avoir (ou pas) un travail adapté, différences de rythme de travail au sein d’une
équipe
il y a souvent une confusion avec le handicap
possibilité de recours sans grands frais en cas d’erreur médicale ?
l’explosion du nombre d’invalides coïncide aussi avec l’allongement de la carrière pour les
femmes dans des métiers pénibles -> certaines sont ‘cassées’ et sont mises en incapacité en
fin de carrière
2. Fraude sociale
On demandait aux citoyens d’exprimer leur avis sur la fraude sociale, qui était parfois évoquée comme
un problème pour le système de protection sociale.
Confirmation de la réalité de la fraude sociale :
une fraude administrative est possible par des patients qui peuvent bénéficier pendant un
certain temps d’un cumul entre un emploi et une indemnité de la mutuelle
nécessité de renforcer les contrôles et les sanctions en cas d’abus (des personnes non
malades qui se déclarent malades)
piège à l’emploi –> travail au noir –> pas assez de contrôles
la fraude existe : histoire personnelle de quelqu’un qui a fait usage de la maladie dans un cas
de licenciement arbitraire
petits trucs qu’on se refile… Mensonges pour obtenir suffisamment de points
exemple concret : les héritiers de personnes âgées revendent des chaises roulantes qui leur
ont été remboursées par la sécurité sociale ! Il vaudrait mieux mettre en place un système de
location de ces fauteuils roulants
Reconnaissance de la fraude sociale avec des nuances ou des circonstances atténuantes :
la fraude sociale ne nous paraît pas si importante en ce qui concerne l’incapacité et l’invalidité
compte tenu des contrôles stricts, même si elle existe certainement ; il peut y avoir des
arnaques (exemple : double perception), mais ce n’est pas le plus grand nombre
système individuel (débrouille, recherche de solutions) plutôt qu’organisé
178
certains se sentent obligés de frauder à cause de la précarité familiale
il y a plus de souffrance que de tentatives d’échapper au travail par ce biais
la fraude est moins présente dans l’invalidité que dans l’incapacité (grâce notamment au CMI)
système qui étiquette les gens et pousse à rester inactif : il faut se battre pour pouvoir
travailler
système (à points) incite à tricher pour avoir accès à des droits de base (ex. carte de
stationnement pour handicapés : on cherche à tout prix à atteindre les 12 points)
grille d’évaluation mal faite, trop rigide, pas ajustée aux situations -> on triche ou on exagère
pour pouvoir rentrer dans les critères
lourdeur des procédures : à l’AWIPH, il faut avoir ouvert un dossier avant 65 ans, sinon plus
moyen d’être reconnu comme handicapé. Cela pousse des personnes à inventer ou à exagérer
une plainte juste avant d’arriver à cet âge-là. Autre exemple : pour qu’une obésité soit
reconnue comme ‘morbide’ et donne droit au remboursement, il faut atteindre un certain
poids, au kilo près. On cite le cas d’une personne obèse qui se trouve juste sous le seuil et qui
mange exprès une nourriture grasse (hamburgers etc) pour atteindre la limite !
Mise en doute de l’ampleur ou de la réalité de la fraude sociale :
sentiment de colère : amalgame avec fraude fiscale, or les enjeux et les montants sont tout à
fait différents. Un handicap peut être invisible. L’incapacité, ce n’est pas de la triche !
il y a peu de fraude (en tout cas, nettement moins que ce que les politiques font croire), cela
reste marginal, mais cela jette le discrédit et stigmatise l’ensemble des personnes vraiment
malades et amplifie le climat de suspicion. On prépare l’opinion aux futures économies
(inquiétudes face aux intention du nouveau gouvernement)
contrôles disproportionnés par rapport à la répression de la grande faute fiscale : un bazooka
contre la fraude sociale, un lance-pierre contre la fraude fiscale
on met l’accent sur le contrôle au lieu de travailler sur la prévention et les conditions de travail
c’est le symptôme d’une société qui va mal, qui n’est pas assez solidaire
plus l’âge de la pension recule, plus il y a d’incapacité et d’invalidité dans la vie active
‘légitimité paradoxale’ du comportement de fraude : droit de souffler, de s’arrêter,…
Rôle du médecin-conseil, fraude des assurés sociaux et/ou des prestataires de soins ?
aussi fraude de la part des prestataires de soins : déclarations abusives pour acquérir ou
conserver une patientèle, certificats de complaisance ou faux certificats médicaux, recours
abusifs à logopède ou kiné. Il y a souvent une alliance objective entre le soigné et le soignant
fraude des malades et cumul d’indemnités mais aussi fraude des professionnels (exemple :
certificats de complaisance)
on stigmatise la personne alors qu’il n’y a pas de fraude sans la complicité du corps médical :
les médecins sont parfois les organisateurs de la fraude
179
le médecin-conseil est extérieur au dossier, il se montre souvent froid et irrespectueux, il n’a
pas de vue globale sur la situation réelle. Cela pousse certains patients à exagérer leurs
traumatismes pour pouvoir tout de même être reconnus
la mauvaise foi existe dans les deux sens : par exemple, un médecin-conseil qui renvoie au
travail un patient atteint d’une encéphalite herpétique
problème de la formation et des compétences des médecins-conseils
parfois aussi, c’est l’inverse : les médecins n’écoutent pas suffisamment les patients dans leur
désir de retravailler ; on ne devrait pas avoir besoin d’aller voir le médecin conseil pour
reprendre le travail
Difficulté de faire la part des choses, d’avoir un système juste :
comment distinguer les abus en fonction du symptôme ?
il y a aussi une difficulté de jugement sur ces maladies, ce qui entraîne une suspicion de
fraude, justifiée ou non
les concepts de solidarité, d’assistanat et de fraude sociale ne sont pas toujours faciles à
distinguer : où cela commence-t-il ?
il peut parfois y avoir une perception erronée de l’état psychique de malades au long cours,
dont l’état n’est pas ‘apparemment déficient’ mais qui sont tout de même incapables de
travailler ; isolement moral face aux autres personnes, qui ne perçoivent rien des difficultés
réelles
comment contrôler plus efficacement tout en respectant la confidentialité (bases de données
croisées, déontologie des professionnels) ? Est-ce que multiplier les contrôles ne revient pas
finalement plus cher ?
3. Que faire pour renforcer la capacité à reprendre le travail ?
Pour chacune de leurs suggestions, les citoyens avaient l’occasion de préciser qui devait se
charger de sa mise en œuvre et pourquoi cette mesure leur semblait utile. Ces trois réponses sont
séparées par une barre oblique (lorsque le groupe a répondu aux trois questions).
Formules souples et modulables de retour au travail ou de reprise d’activités :
Possibilité de (re)travailler à temps partiel / Entre le malade et le médecin ou l’employeur /
Permettre à la personne de rester active et d’avoir sa place dans la société
Aménagements du temps de travail / L’entreprise et la législation / Remettre à temps partiel
allège ; de même, le télétravail peut dans certains cas est une solution momentanée ou
définitive
Proposer des formations alternatives, adaptées à la capacité réduite de la personne / par le
médecin-conseil de la Mutualité (convention Forem) / pour permettre la réintégration de la
personne dans le monde du travail
Permettre le travail en alternance ou la reprise d’activités physiques progressives, par exemple
dans le cadre d’une maladie chronique / par les employeurs et les médecins / pour que la
personne reste active et ne travaille pas au noir
180
Le mi-temps médical est une bonne formule, mais qui doit être optimalisée (ex. conséquences
fiscales négatives, paperasseries, limites horaires, discrimination par rapport aux possibilités
de promotion, contrats moins solides)
Elargir les possibilités de bénévolat pour les personnes qui ne peuvent plus travailler :
législation trop rigide, assouplir les conditions / médecin-conseil, mutuelle, décideurs
politiques (adapter la législation)
Permettre davantage de possibilités de télétravail / employeur
Aménagements du lieu de travail
Adaptation des postes de travail / L’entreprise, les services ergonomiques, les services de
médecine du travail, les comités de prévention et de sécurité… / (Ré)accueillir quelqu’un sans
pression excessive
Adaptation du poste de travail : mobilier, matériel... Mais aussi gestion du temps et contenu
du travail / par l’employeur, sur avis du médecin du travail – AWIPH : élargir les conditions
des tuteurs sur le lieu de travail / pour faciliter reprise du travail
Adapter les prestations de travail à la santé du patient
Travail adapté / l’employeur, subsides, quotas / valorisation, lien social
Aménagement des postes et des horaires de travail / par l’employeur sur place, l’ONEM
(médecine du travail), les mutuelles / pour favoriser l’accès au travail
Conditions de travail (en général) :
Améliorer les conditions de travail / employeur, CPPT, législateur, administrations / pour
favoriser le retour au travail sans rechute
Assurer plus vite le remplacement / employeur / éviter d’augmenter la pression sur les autres
travailleurs et le risque de rechute du malade
Créer une fonction de conseiller en prévention pour les aspects de bien-être au travail
Suivi, encadrement, accompagnement de la personne en incapacité de travail
Job coaching / Forem, services sociaux / Aide à la réorientation
Vérification des contextes professionnels et des conditions familiales / L’entreprise, les
syndicats, des associations professionnelles, les associations d’usagers / (Ré)accueillir
quelqu’un sans pression excessive
Mise en place de supervision et de coaching d’équipes (ex. harcèlement, burnout…), de
psychologues d’entreprise -> ouverture de l’entreprise aux sciences humaines / Comités de
prévention et de sécurité, services de médecine de travail, syndicats / Permettre au travailleur
de se sentir reconnu dans les difficultés rencontrées et de se voir proposer un contexte travail
plus serein. Bonne gestion des ressources humaines, meilleure connaissance de ce qui
favorise un burn-out
Assurer aussi un suivi et un accompagnement des personnes réinsérées : ne pas les lâcher
dans l’arène ! Notamment pour des personnes qui reprennent le travail après un burnout /
mutualités : elles devraient se rendre dans l’entreprise
181
Nouvelle fonction d’accompagnement sur le lieu de travail par une personne extérieure à
l’entreprise / … / réinsérer le plus vite possible les personnes
Améliorer l’accompagnement de la personne en invalidité (mobilier adapté, voitures
adaptées…) / services sociaux, mutuelle
Renforcer l’accompagnement / employeur, CPPT, législateur, administrations, services
externes de prévention et de santé au travail / pour favoriser le retour au travail sans rechute
et améliorer les relations de travail dans l’entreprise
Plan d’accompagnement / Par médecin-conseil, mutuelles, associations, employeurs, coach… /
Impossible de s’en sortir seul
Formation, réorientation, aide à la réinsertion :
réorientation et formation des personnes concernées / … / équilibre budgétaire, éviter la
sortie du circuit du travail
Persuader la personne en incapacité qu’elle est capable de retravailler (au moins
partiellement) : quel que soit son handicap, chacun a des potentialités
Améliorer les possibilités de recyclage, en respectant le choix de la personne / agences
d’insertion, Forem,VDAB, Actiris, INAMI / réinsertion dans un autre emploi
Autres suggestions :
Contrôle / par le médecin contrôle / pour faire baisser le taux d’absentéisme
Être plus à l’écoute des besoins de la personne et lui donner la possibilité de retravailler / Les
médecins / Prise en compte des besoins de la personne et la recadrer si nécessaire
Stimuler la reprise d’activités physiques / par les mutuelles (informer des possibilités
existantes)
Avoir une situation de plein emploi pour laisser moins de choix aux employeurs / pouvoirs
publics, employeurs, syndicats / reconnaissance, estime de soi
Diminuer le taux de chômage, augmenter l’emploi / les politiques / structurel
Améliorer l’information à propos des aides (AWIPH) / médecin-conseil, AWIPH
Augmenter les primes à l’insertion ou accorder des incitants non financiers / les services
d’intégration des personnes handicapées / se donner les moyens pour insérer les personnes
Améliorer la considération pour l’employé dans la culture d’entreprise en mettant des garde-
fous / employeur / pour que la personne se sente soutenue et non pas culpabilisée
182
4. Que faire pour renforcer la contribution à la vie de la société ?
Même consigne et même remarque que pour la question précédente.
Développement personnel, valorisation des capacités
Évaluation des capacités de la personne / Médecin en liaison avec une équipe
multidisciplinaire, voire avec l’employeur / Pour se retrouver dans l’emploi
Évaluation, valorisation du potentiel de la personne / Une équipe de spécialistes, coach / Pour
se retrouver dans l’emploi
Evaluer quelles sont les capacités qui restent / par une cellule psychosociale particulière
attachée aux mutuelles / pour le bien-être et la valorisation de la personne
Faire reconnaître ou découvrir ses talents par la personne elle-même / Par médecin-conseil,
mutuelles, associations, employeurs, coach… / Pour une société inclusive
Valoriser les compétences autres que professionnelles / Par médecin-conseil, mutuelles,
associations, employeurs, coach… / Pour ‘ouvrir les tiroirs’
Stimuler des activités à plus-value sociale (pas nécessairement rémunérées) :
Bénévolat, formation / La personne elle-même, en lien avec les services de guidance / Estime
de soi, ouverture à d’autres perspectives, réorientation
Transmission de savoirs et d’expérience / La personne, en accord avec l’employeur / Partage
d’expériences, nouvelles vocations
Permettre l’exercice du bénévolat (activité citoyenne) en restant vigilant à ne pas remplacer
un autre poste (rémunéré) / Législation, position des médecins conseils / Estime de soi,
valorisation, se sentir utile au sein de la société
Permettre un travail à temps très partiel dans des cas particuliers (ex. indépendants
complémentaires incapables d’exercer à temps plein ou de manière régulière) / Législation,
position des médecins conseils / Estime de soi, valorisation, se sentir utile au sein de la
société
Inciter la personne en incapacité à donner des séances d’information, par exemple dans les
écoles / par la personne en incapacité elle-même, avec l’autorisation des différents
partenaires / pour éviter l’isolement
Développer les travaux communautaires et inviter les personnes en incapacité à en faire / les
communes, les écoles, les asbl / pour développer la participation à la vie sociale et rompre
l’isolement
Engagement citoyen dans le but de témoigner sur le vécu de la maladie et de partager
l’expérience vécue
Information, sensibilisation, image
Davantage de campagnes de sensibilisation via les mutuelles et les mouvements associatifs
sur le thème de l’incapacité/invalidité pour une meilleure compréhension de tous les citoyens /
Mutuelles, mouvements associatifs, AWIPH, Région wallonne,… / Mieux faire connaître les
souffrances traversées pour éviter au maximum les préjugés
183
Changer l’image, la visibilité des personnes handicapées dans les médias, pas seulement de
manière ponctuelle lors de CAP 48. Des journalistes ou présentateurs handicapés ?
Mieux faire connaître les possibilités de bénévolat
Eduquer et sensibiliser à la différence et à la diversité / les parents, l’école dès la crèche /
pour éviter la stigmatisation et la discrimination et pour favoriser l’inclusion
Accompagnement, encadrement
Prévoir un accompagnement avant la reprise / accompagnateur social / lien social,
reconnaissance
Favoriser l’accompagnement à domicile / professionnels, aidants proches / estime de soi,
solidarité
Améliorer l’encadrement des travailleurs handicapés : soutien, coaching, tutorat / désigner un
responsable ‘travailleurs handicapés’ sur le lieu de travail
Approche collective
Organisation de groupes de parole pour travailler en collectif l’estime de soi et faire connaître
certaines pathologies mal connues (exemple fatigue chronique) / La personne, soutenue par
une association (usager, mutuelle etc.) / Estime de soi et reconnaissance de pathologies ou
de handicaps méconnus (trop vite jugés inexistants ou de confort)
Favoriser l’échange de connaissances, de compétences, de l’expérience de vie / personne en
incapacité ou invalidité, public / citoyenneté, vivre ensemble
Mesures politiques, action sur le contexte sociétal plus large
Envisager un cumul des revenus (indemnités et travail) / accord entre les différents acteurs
sociaux / pour garantir un pouvoir d’achat suffisant
Obligation légale d’employer ces personnes (avec différentes modalités) / législateur
Les entreprises et les administrations doivent répondre au quota de travailleurs handicapés
(3%). Mais si un autre membre du personnel devient handicapé, il vient s’ajouter à ces 3%,
donc il ne ‘compte pas’ et l’entreprise n’est pas incitée à le réinsérer. Il faudrait pouvoir en
tenir compte pour favoriser sa réinsertion
Faciliter les démarches des organismes potentiellement employeurs (sous forme de salariat ou
de bénévolat)
Assouplir les critères d’accès à l’activité (rémunérée ou pas) en maintenant un système qui
évite la fraude ou la création de chômeurs / ensemble de la société / respect
Autres suggestions
Privilégier les contacts humains et le relationnel / la personne en incapacité elle-même, en
partenariat, avec l’autorisation ou sous l’autorité d’autres acteurs / pour éviter l’isolement
Améliorer la formation des médecins-conseils par rapport à de nouvelles pathologies ou à des
pathologies moins connues (ex. maladies cycliques)
Besoin de simplification des termes utilisés par l’INAMI, clarification : une bronchite chronique
n’est pas une maladie chronique
184
Recentrage sur les missions sociales des entreprises de travail adapté / gouvernements
régionaux
185
4.2.4. Thème Information
1. Les informations pour rester en bonne santé
Les citoyens ont énuméré les informations qu’ils utilisent déjà pour rester en bonne santé et celles
dont ils auraient besoin. Ces sources sont plus ou moins classées par ordre de fréquence : les
premières sont celles qui ont été le plus souvent citées. Les participants étaient aussi invités à
formuler leurs réflexions à ce sujet.
Informations utilisées :
Sources médicales, professionnels des soins :
le médecin traitant/généraliste pour les conseils, les précautions à prendre, les examens à
passer… (NB : cité, souvent en premier lieu, par tous les groupes)
personnel médical
maisons médicales : informations sur les associations de patients etc.
Sources écrites :
internet – dans un groupe, plusieurs personnes précisent : internet est le premier réflexe, les
informations sont plus facilement disponibles que via le médecin : soit Wikipédia ou des sites
considérés comme fiables (ex. ABC Santé), soit des groupes ou des forums de discussion (voir
aussi la dernière question)
les médias : radio et télévision, les messages santé dans les médias, les campagnes de
prévention et de dépistage
des livres sur les méthodes de santé naturelles, l’hygiène alimentaire etc.
le bulletin ou l’e-news de la mutualité, les folders (mutuelles, hygiène de vie…)
les magazines et les revues (notamment les publications gratuites disponibles en pharmacie)
les informations commerciales (même si pas toujours objectives), les publicités
(alimentation…)
Autres sources :
l’entourage, la famille (cas semblables dans le réseau familial ou les amis) ; le réseau informel
et familial, par exemple pour les bonnes habitudes alimentaires. Quelqu’un fait observer à ce
sujet : c’est aussi un générateur d’inégalités parce que tout le monde ne possède pas un
réseau très riche
soi-même (écoute de son corps)
les centres sportifs
des groupes de base (exemple Femmes et Santé)
Informations supplémentaires souhaitées :
Un système de validation ou d’accréditation de l’information (suggestion faite, sous une forme ou sous
une autre, dans chacune des quatre villes) :
des moyens fiables pour valider l’info
186
un label pour les sites internet validés par le corps médical (ce système existerait en Suisse)
un site crédible et sans sponsoring, géré par des scientifiques indépendants
un centre de référence pour la santé qui regrouperait et diffuserait les informations fiables,
une plate-forme aisément accessible
Autres suggestions :
une information sur les risques sanitaires des produits de grande consommation
des informations sur l’alimentation quotidienne
un carnet de santé (cf. carnet du nouveau-né), avec dates des dépistages et informations +
possibilité d’y noter d’autres choses
un outil informatique simple, avec un arbre de décision
des conférences accessibles à Monsieur et Madame tout le monde
intégrer l’éducation à la santé dans les programmes scolaires
des recommandations pratiques, réalistes, non culpabilisantes, avec des conseils concrets
d’application
une information sur les médecines alternatives (pour éviter une orientation trop rapide vers le
spécialiste)
savoir quels sont les moyens qui sont alloués à la promotion de la santé
un label, un centre d’expertise
Réflexions :
il y a trop d’avis divergents ou incohérents, il n’y a pas toujours de consensus scientifique
(exemple sur les ondes de Wifi ou GSM). Les informations sont parfois contradictoires et non
ciblées, le grand public se sent ‘noyé’ ; on a tellement d’info qu’on ne sait plus qui croire ;
trop d’info tue l’info : ça finit par ne plus être entendu
exemple d’une information ‘brute’, qui risque d’être en grande partie perdue : à l’hôpital, on
reçoit une valisette avec des folders et des brochures, mais personne ne prend le temps
d’expliquer au patient ce qu’il y trouvera, comment l’utiliser…
certains messages sur la santé peuvent être anxiogènes, d’où la nécessité d’en parler avec
son médecin, qui a un rôle d’accompagnement pour décoder ces informations. Les
prestataires de première ligne doivent conseiller
mais les médecins n’ont pas le temps de travailler la prévention avec leurs patients.
Proposition : créer une profession reconnue par l’INAMI qui travaillerait spécifiquement sur la
prévention, ce qui réduira le coût des soins curatifs (rôle des infirmières communautaires,
mais cette fonction n’est pas connue)
il y a un effort de vulgarisation qui est nécessaire, non seulement à propos de l’offre de santé
au sens strict (médicaments, traitements…), mais aussi sur les risques sanitaires de produits
de grande consommation. Par exemple : les perturbateurs endocriniens. Pourquoi des
instances comme l’INAMI restent-elles si ‘timides’ à cet égard ?
187
il est difficile de faire des campagnes générales car nous sommes tous différents
une meilleure visibilité sur des informations crédibles et des liens vers des associations fiables
la mise en pratique des conseils santé pose problème à certaines catégories sociales
sensation d’être seul face à sa maladie
les informations n’arrivent au malade que s’il connaît quelqu’un qui cherche l’information pour
lui ou s’il peut discuter avec d’autres personnes ; donc quand on a l’information, c’est parfois
trop tard
les informations et les conseils de prévention ne devraient pas être payants : il faudrait un
service d’information dans les hôpitaux
pourquoi faut-il avoir un certain niveau d’instruction ou être proactif pour avoir accès à
l’information ? Cf. le ‘parcours du combattant’ d’une personne qui a dû rechercher des
informations sur le cholestérol. Tout le monde n’a pas le temps ou les moyens pour le faire
donner plus de moyens à la prévention, aux associations de patients, à la promotion de la
santé
donner des moyens pour une meilleure recherche
il faudrait développer une vision globale de la santé
il faudrait créer des espaces de discussion (maisons médicales, maisons de quartier…)
2. Les informations quand on est malade
La consigne était la même pour les informations utilisées ou souhaitées en cas de maladie.
Informations utilisées :
médecin (traitant), spécialiste
infirmière (‘traduit’ ce que les autres ont dit)
pharmacien
internet
associations de patients
diagnostic
traitement, durée, posologie, effets secondaires
Informations supplémentaires souhaitées :
Sur la maladie et le traitement :
informations sur les risques de certains traitements ou interventions ; sur les causes du
problème, les complications possibles ; meilleure information sur les effets secondaires des
médicaments, la posologie
explications sur la maladie, l’opération, le temps d’attente
188
des informations sur les différentes étapes suivies par le patient, sur les parcours de soins
un dossier sur le schéma type (durée, traitements…)
accès au dossier médical : qui y a réellement accès aujourd’hui ?
idem pour les radios : avant, on les recevait et on les gardait chez soi, aujourd’hui on n’y a
plus accès
Sur les sources d’information :
valoriser les mutuelles en tant que services (aides)
besoin d’un relais entre le patient et le médecin
il faudrait des brochures faites par d’anciens patients
une extension du Réseau Santé wallon, qui permet une meilleure coordination de l’info, avec
des logiciels gratuits et des formats ouverts (mais on fait aussi remarquer que les patients
doivent disposer pour cela d’un outil informatique adapté, cf risque fracture numérique)
Autres suggestions :
info sur : comment faire dans la vie de tous les jours ?
comment faire pour avoir une carte de stationnement pour handicapés ?
mieux expliquer aux gens qu’ils ont aussi le droit de refuser la chimio
meilleure formation des médecins : pour qu’ils adoptent une autre position vis-à-vis du patient
(éviter le jugement, l’infantilisation, ne pas donner l’impression que le médecin est un ‘dieu’)
et pour qu’ils traitent le problème en profondeur : quand on est malade, n’est-ce pas le
moment de voir comment améliorer sa santé ?
mieux informer sur les différentes options possibles en psychothérapie
Réflexions :
Sur l’information donnée par les médecins et les professionnels de la santé :
les informations sont données de manière brutale et parfois erronée, même par des médecins
et des spécialistes (exemple : sur des maladies orphelines qu’en fait ils ne connaissent pas)
j’aurais aimé voir mon médecin traitant une fois par mois, mais elle ne s’est jamais souciée de
moi
peu d’humanité des médecins en oncologie : leur bureau était à 3 mètres, mais ils ne sont
jamais venus me voir
l’oncologue me montrait des statistiques pour me forcer à faire de la chimio
les informations peuvent être très variables d’un médecin à l’autre
c’est ma fille qui a trouvé qu’il existait un médecin de la douleur. J’avais vraiment mal et
l’oncologue ne m’en a jamais parlé
189
on manque de temps pour approfondir la relation avec le patient et répondre à leurs
questions personnelles, c’est pourquoi la relation reste encore très verticale et superficielle (on
en reste au diagnostic)
les infirmières (en oncologie) font les traitements, mais n’ont pas le temps de parler,
d’informer, d’accompagner
il n’y a pas que la connaissance, il faut aussi le côté humain de la part des infirmiers et des
médecins, sinon autant se faire soigner par des machines
des brochures, c’est bien, mais ça ne suffit pas ; les brochures sont trop ‘médicales’, on ne
comprend pas tout
à l’hôpital, il est extrêmement difficile ‘d’attraper’ le chirurgien pour avoir des informations sur
l’opération prévue ou sur son déroulement. Et quand c’est le cas, c’est pour 5 minutes tout au
plus. On cite l’exemple d’un hôpital où un médecin est spécifiquement chargé d’assurer une
fonction de relais et d’information auprès des patients, sans effectuer d’intervention médicale
lui-même
Sur d’autres aspects du système de santé :
dossier médical global : cela prend énormément de temps aux médecins, cela représente une
charge administrative très lourde et finalement cela ne sert pas à grand-chose. Cas vécu :
expérience d’un patient qui doit fortement insister auprès de son médecin traitant pour qu’il
lui fasse un DMG (‘bon, je vais vous le faire puisque vous y avez droit’…). Mais en fait, ça ne
sert à rien : à l’hôpital X, on lui dit qu’il faut refaire les prises de sang et les radios parce qu’ils
n’utilisent pas les mêmes protocoles et standards qu’à l’hôpital Y ! Est-ce bien un problème
purement technique (dans ce cas, il y a un effort de standardisation à faire) ou bien un
prétexte de l’hôpital pour pouvoir facturer ces actes très ‘rentables’ ?
il y a encore et toujours beaucoup trop de papiers ! On cite l’exemple de tous les documents à
remplir pour une simple entorse. Comme l’hôpital connaît la mutuelle du patient, la procédure
pourrait être largement automatisée au lieu de devoir chaque fois fournir les mêmes
renseignements
de plus en plus de cas où des acteurs privés mettent la main sur les dossiers
importance d’un partage avec d’autres malades (groupe de soutien)
problème de la pénurie des prestataires de soins
même quand le patient veut être partenaire, il est très peu informé. Pourtant, chacun est
dépositaire de sa santé et a un rôle important à jouer
la tarification à l’acte pousse à la rentabilité et engendre un manque d’humanité dans
l’information
3. Implications dans les décisions
Les citoyens pouvaient se positionner sur une double échelle graduée allant de 0 à 8 et devaient relier
leur deux scores afin de montrer dans quel sens allait leur souhait :
- Dans quelle mesure avez-vous été impliqué jusqu’ici dans des décisions relatives à vos
traitements ? Score moyen : 4,8
190
- Dans quelle mesure souhaitez-vous être impliqué à l’avenir dans des décisions relatives à vos
traitements ? Score moyen : 6,5
La grande majorité des lignes reliant les deux échelles vont dans le sens d’une plus grande implication
souhaitée, sauf quelques personnes qui ont déjà été fort impliquées et qui souhaitent rester au même
niveau d’implication.
Il est à noter que le premier score a été influencé positivement par le groupe de Liège (moyenne :
6,1), où beaucoup de citoyens se sont situés dans la partie droite de l’échelle et où plusieurs ont
même coché le degré maximal d’implication. Il s’agit de patients qui se sont eux-mêmes fortement
impliqués dans leur traitement et qui ont l’habitude de poser des questions aux médecins, de discuter
de tout avec eux… Ils indiquent néanmoins qu’ils sont conscients que cela dépend du niveau
d’instruction et du milieu social et qu’une telle possibilité d’implication n’est pas donnée à tout le
monde.
Ce qui devrait changer
À peu près tous les commentaires concernent l’implication du patient et sa relation avec les
soignants :
je souhaite un partenariat plus affirmé, tout en laissant aux spécialistes les décisions
techniques
je veux être acteur, écouter, mais laisser la place au professionnel qui prend une décision
je souhaite rester active par rapport à ma santé et avoir la possibilité de continuer à
apprendre
être dans une relation d’adulte à adulte avec le médecin, dans laquelle chacun assume sa part
de responsabilité
aujourd’hui, je dois me battre et insister pour que le médecin n’implique !
la médecine n’est pas une science exacte, le médecin est un conseiller de santé (donc, pas de
relation verticale entre quelqu’un qui ‘sait’ et un autre qui ‘ne sait pas’) ; exemple de bonne
pratique : je me suis impliqué, j’ai participé, j’ai pesé le pour et le contre, avec l’aide des
connaissances du médecin
on reçoit des explications sur le traitement, mais sans avoir le choix ; la liberté de choix doit
être respectée
avoir plus de temps pour discuter avec le médecin, pour comprendre, pour pouvoir choisir
entre différentes options
laisser plus de temps pour prendre un autre avis. Ne pas imposer un calendrier sous prétexte
que la personne est malade : c’est infantilisant, on peut encore prendre soi-même ses rendez-
vous
suivi après le diagnostic, humanisation des soins
je n’aime pas beaucoup en savoir trop. On n’a jamais de vue d’ensemble sur les différents
examens, on ne sait pas bien s’organiser
si on s’implique trop, il y a un risque de déresponsabilisation du médecin. Le patient doit être
impliqué, mais il peut aussi manquer de recul et d’expertise. Il faut une responsabilité selon
un rapport d’environ 60/40 entre le médecin et le patient
191
il n’y a pas de proposition d’autres technologies dans d’autres hôpitaux ; aujourd’hui, il faut
aller chercher l’information. On nous envoie deux étages en dessous alors qu’il y a mieux
ailleurs (l’hôpital devient une sorte de ‘shopping center’)
développer les aides fournies par les associations de patients
4. L’information sur internet
La dernière question portait spécifiquement sur les avantages et les risques de l’utilisation d’internet
comme source d’informations en matière de santé.
Avantages :
Par rapport à l’accessibilité et à la qualité de l’information :
gratuit
immédiat et encyclopédique ; avoir tout et tout de suite (le meilleur et le pire !)
très descriptif : images et vidéo
accès à d’autres témoignages ; seul endroit où on trouve des témoignages vécus qui
permettent une orientation vers d’autres portes : kinésiologie, AWIPH…
diversité des sources. Ex. de blog spécialisé : plusieurs avis, beaucoup d’informations (pas
forcément les meilleures mais très diversifiées)
plus grande place pour les médecines alternatives
internet réduit l’asymétrie de l’information
accès à des centres de référence ailleurs qu’en Belgique. Exemple : il existe en France depuis
1990 un Plan des maladies orphelines, où on peut trouver des informations qui ne sont pas
disponibles chez nous
si les échanges sont bien cadrés, les patients peuvent en retirer beaucoup de bienfaits
(exemple d’un forum intrahospitalier)
Par rapport à l’isolement du malade :
ne pas se sentir seul
partage de l’information
partager les problèmes, les défis, en particulier sur des thématiques très spécifiques.
Exemple : même il y a 20 ans, au tout début d’internet, il y avait déjà des sites et des forums
sur certaines maladies rares -> précieuse source d’info alors qu’on ne trouvait pas ces
informations ailleurs
anonymat : se libérer d’un poids, rejoindre une communauté, pas de jugement, solidarité,
informations autrement inaccessibles
je mets tout sur Facebook, avec les photos. J’ai eu beaucoup de réponses de mes amis
continuité des soins : la transmission de données permet aux équipes soignantes d’être mieux
informées
192
Risques
Source inutile de stress :
augmentation du stress et baisse du moral, parfois sans fondement (mauvais autodiagnostic)
‘j’ai eu aussi des réponses d’imbéciles, ce qui m’a angoissée’
‘j’ai arrêté de lire sur le cancer du sein sur Internet, car cela me stressait’
nécessité de prendre du recul : les forums de discussion peuvent propager des inquiétudes
inutiles
Dérives commerciales :
fausses contributions sur les forums : certains intervenants parlent au nom d’acteurs
commerciaux
consultations soi-disant ‘gratuites’
la santé devient une valeur commerciale
risque de marchandisation des données par le secteur privé
publicité et placement de produits : les moteurs de recherche débouchent souvent en premier
lieu sur des offres commerciales, des compléments alimentaires, de faux médicaments sans
autorisation de mise sur le marché…
Informations ‘brutes’, non fiables, qui compliquent le travail du médecin :
mauvaise interprétation à cause d’informations tronquées, faux conseils
risque de confusion : une question sur un cas précis suscite des réponses à partir d’autres cas
différents ; chaque cas est différent, c’est pourquoi je ne vais jamais voir sur internet
perte de la crédibilité du médecin et de la confiance en lui
perte de temps pendant la consultation parce que le médecin doit d’abord recadrer le patient
automédication
pas de modérateur dans les forums, absence de cadre ; peu d’informations sur la fiabilité de
l’émetteur
beaucoup de forums sont de faux espaces de parole : simple déversoir à cause d’un manque
de possibilités d’expression dans le monde réel
Respect de la vie privée :
révélation au grand jour d’une situation médicale privée qui ne doit pas sortir de ma relation
avec mon médecin
traçabilité des informations, d’où risque pour la protection de la vie privée en cas de mauvaise
utilisation de ces données
quid de la traçabilité sur internet par la carte EID qui remplace la carte SIS ?
193
Autres réflexions :
comment faire la part des choses, trier les informations ?
ne pas utiliser Internet pour le diagnostic, qui est du ressort du médecin
importance de l’éducation aux médias
194
4.2.5 Thème Participation
1. Pourquoi participons-nous ici ?
Principales motivations avancées par les participants :
En lien avec des enjeux du système de santé en général :
pour discuter de l’avenir des soins de santé, dans un contexte de craintes de privatisations et
de risques de scissions régionales
à cause du risque de privatisation insidieuse du système de soins de santé qui est en cours
inquiétude face à l’avenir des soins de santé dans le contexte de la régionalisation
s’interroger sur l’intérêt de certaines firmes de créer des risques
entendre les perspectives d’avenir de l’INAMI, recevoir des informations sur l’INAMI
pour mieux comprendre comment fonctionne le système actuel (souvent opaque) pour
pouvoir être plus critique
pour soutenir notre modèle basé sur la solidarité
en raison de mon intérêt pour la politique des soins de santé et pour les enjeux de santé
publique (comme l’accessibilité)
pour modifier le système (médecine devenue aujourd’hui trop commerciale)
En lien avec certains aspects particuliers de l’assurance-maladie :
pour parler des maladies orphelines et des enfants qui en souffrent : les parents doivent
s’endetter et sont peu soutenus, situation de détresse pour les familles qui n’ont pas les
moyens…
pour porter des préoccupations nouvelles (comme l’accès à la santé mentale et aux
médecines alternatives)
pour améliorer le mode de financement des hôpitaux, pour que la redistribution se fasse là où
c’est vraiment nécessaire
pour sensibiliser les instances politiques à l’informatisation nécessaire de la médecine
pour s’interroger sur la qualité des produits consommés (aliments, cosmétiques,…) et sur les
risques liés à ces produits (cancer, pollution)
Dans un esprit d’engagement citoyen, de démocratie participative :
parce que je veux contribuer à améliorer la société
une bonne société implique une action citoyenne
écoute du terrain, de Monsieur et Madame Tout le monde
pour avoir une société qui ressemble à ses citoyens
195
pour être acteur, faire entendre la voix du citoyen vis-à-vis des décideurs, donner un point de
vue citoyen sur l’actuelle et future organisation des soins de santé, qui est un enjeu important
parce que les politiques sont souvent en retard d’une guerre, le citoyen peut donner des idées
et proposer des choses concrètes
Pour faire entendre la voix des patients (auprès de l’INAMI) :
pour recueillir l’avis des citoyens en tant qu’usagers des soins de santé
pour faire remonter vers l’INAMI des questions venant des usagers
pour répondre à l’interpellation de l’INAMI et co-construire un processus
Pour contribuer à l’émergence d’un autre modèle de société, s’opposer à la politique actuelle :
nous voulons un autre mode de vie, avec plus de solidarité avec les plus faibles, mais si nous
ne sommes pas correctement informés, nous ne pouvons pas influencer les instances
concernées
pour que les choses changent, mais selon une méthode douce
Parce que nous vivons une période de transformation du modèle social vers quelque chose
auquel je n’adhère pas
contre des politiques à court terme, économo-ciblées
Objectif de rencontre, d’échange et de partage d’information :
entendre les autres citoyens
intérêt d’un lieu de rencontre et d’échange
pour partager avec d’autres générations
apprendre des autres, entendre d’autres points de vue
Effets attendus :
Au niveau de la prise en compte par l’INAMI et les décideurs :
prise en compte de ces réflexions par l’INAMI, implication de l’INAMI, attente de résultats de
ces débats
une écoute de l’INAMI pour améliorer le système
attente d’une transparence des actions de l’INAMI et des mutuelles : quelle est la fonction de
chacun ? Clarification au niveau des remboursements
définition de priorités axées sur les besoins réels, actuels et futurs
pour qu’on développe la prévention, l’éducation et l’information pour toutes les catégories
sociales
pour que cela permette plus de personnel auprès des patients (burnout du personnel médical)
pour faire remonter l’information du terrain vers le politique et que celui-ci en tienne compte
Au niveau de l’implication des citoyens et de l’évolution de la société :
196
avoir une meilleure information du citoyen, avec la possibilité qu’il s’implique dans les
discussions
pouvoir exploiter la force de proposition de la participation citoyenne
respecter le rapport de force de l’opinion publique
du changement ; que les choses bougent
qu’on mette fin à la dictature financière
créer un contre-pouvoir contre les manipulations dont nous sommes l’objet
réinventer et adapter notre solidarité au vingt et unième siècle, inventer un nouveau modèle
Au niveau du processus participatif :
avoir un feed-back et une continuité de ce type de rencontre ; un feed-back sur l’ensemble du
processus
avoir au moins un suivi, le moins filtré possible, et un bon feed-back sur la suite (par exemple
avec un document de travail et un comparatif entre régions)
une prise en compte et une diffusion de nos avis
pas nécessairement de retour, le plus important est la circulation effective des idées
que des experts indépendants soient consultés sur l’avis des citoyens
2. Implication des citoyens dans la politique de santé
Les citoyens évaluent à 1,3 (sur une échelle de 0 à 8) leur implication actuelle dans la politique de
santé. Leur degré d’implication souhaitée, par contre, s’élève à 5,5 en moyenne.
Ce qui devrait changer
De manière générale :
meilleure représentation du citoyen vis-à-vis des pouvoirs décideurs, associations actives,…
les citoyens sont en manque d’information (ou sont désinformés) -> informer sans manipuler
pour favoriser le contrôle citoyen des décideurs
améliorer la prévention au niveau des écoles, des mutuelles
un dialogue équilibré avec le monde politique est nécessaire. Le système actuel est opaque
la parole citoyenne est capturée par des lieux de décision loin du citoyen, il faut beaucoup
plus de participation aux décisions
les dossiers sont complexes, il faut éviter que les intérêts particuliers influencent la prise de
décision ; éviter que les décisions soient confisquées par des lobbys (financiers)
il faut éviter que les vieilles logiques continuent à s’appliquer
il faut réduire le pouvoir des médecins
197
les politiciens prennent les décisions en fonction de critères budgétaires et pas en fonction des
besoins
en tant qu’organisations : bonne implication (à condition d’être une grosse organisation) ; en
tant que citoyens : implication nulle. On se sent seul, on ne peut rien faire, on est découragé
niveau macro (démocratie représentative) : le citoyen est un peu concerné par les politiques
de santé par son vote, le droit de vote permet une orientation générale des soins de santé ;
au niveau méso et micro : très peu de concertation. Il faut accroître l’implication citoyenne en
développant des alternatives à la démocratie représentative / réduire la particratie politique /
s’appuyer sur l’expertise existante et sur les lieux de concertation qui fonctionnent déjà
Créer des espaces de parole (comme celui-ci), susciter une mobilisation citoyenne :
multiplication de ce type de rencontre
aujourd’hui, c’est la première fois que je suis interpellé. Il faudrait l’être plus : dialogue,
politiques plus adaptées
réaction par le bas, de la part du citoyen. Faire masse pour influencer les dirigeants des
mutuelles et les responsables politiques
nous sommes tous concernés : il faudrait un plus grand mouvement pour défendre le principe
de solidarité et lutter contre la privatisation des soins
consultations régulières via différents canaux (réunions citoyennes, enquêtes en ligne, etc.)
Faire évoluer les organes intermédiaires, en particulier les mutuelles :
il y a un blocage des mutuelles par rapport à la représentation du patient
à quoi sert la concurrence entre les mutuelles ?
je suis allé à l’assemblée générale de ma mutuelle : que de manœuvres pour que les citoyens
n’aient rien à dire !
cela pose la question de l’intérêt des vecteurs d’information (une mutuelle n’est pas
nécessairement neutre). Pourquoi pas l’INAMI pour une information neutre ?
je suis dans le monde médical et je me rends compte qu’il y a un fossé entre le citoyen que
j’étais et l’acteur de la santé que je suis devenu : il y a beaucoup d’échanges entre
professionnels, mais très peu avec le citoyen
Nuances et objections par rapport à la revendication de participation :
ne pas aller vers la démocratie participative totale (je ne crois pas à la démocratie directe),
mais un système à quatre piliers : INAMI, hôpitaux, soignants, patients
il faut rester réaliste : la santé n’est pas le seul problème, il est impossible de ne s’occuper
que de santé
3. Sur quels sujets impliquer les citoyens et quelle serait leur contribution ?
Vu la grande diversité des sujets suggérés, il est difficile de faire un regroupement thématique. Seuls
quelques enjeux sont communs à plusieurs groupes se détachent quelque peu. Les autres suggestions
sont plus ou moins reprises pêle-mêle.
198
En matière de prévention :
prévention (davantage de sport et moins de médicaments) : le citoyen pourrait montrer que
la santé passe aussi par des activités hors INAMI et que prévenir est moins cher que guérir
prévention de la santé : via les associations, impliquer les citoyens dans les programmes de
prévention, transformer la cible en acteur. Développer une politique de santé basée non pas
sur des pathologies, mais sur des facteurs qui aident à rester en bonne santé
prévention car : coût pour la société. Mais sans tomber dans la ‘maladisation’, la peur, la
culpabilisation (tabac)
prévention et éducation : responsabilisation parentale
En matière de bonne gouvernance, de gestion, de lutte contre les gaspillages :
économies, ressources : proposer des solutions pour économiser sur certains postes et
garantir le financement du système
remboursement des prestations de santé : viser le remboursement des prestations qui ont un
meilleur rapport coût/bénéfice à long terme, augmenter les remboursements de santé
mentale au détriment des médicaments
financement des institutions et des soins : peser sur les choix de financement, sur les
constructions d’hôpitaux etc. pour qu’ils ne se livrent pas un jeu de concurrence
chasse au gaspillage, notamment dans la gestion administrative
Autres suggestions :
régionalisation : cohérence entre différentes régions
impact de la régionalisation des soins de santé : le citoyen devrait faire pression pour éclaircir
les enjeux de la régionalisation, il doit être mieux informé
politique des maisons de repos et des maisons de repos et de soins : aller vers une
uniformisation des tarifs, donner plus de poids à la population vieillissante
maisons de repos et soins à domicile : étude des besoins et attentes réels
privatisation des soins : harmonisation des tarifs et des conditions, meilleure compréhension
des impacts sur les citoyens
projet de vie, dimension éthique : éviter les coûts inutiles, introduire les valeurs dans les
discussions politiques
transparence des factures et des coûts, montrer les contributions des différents acteurs
(patients, mutuelle, taxes,…) : le regard de l’usager du vécu, c’est lui qui paye et qui lit la
facture
solidarité intergénérationelle : parce que les citoyens sont des bénéficiaires finaux et certains
experts ne sont pas neutres. La diversité et la multiplicité des avis citoyens permettent d’éviter
la subjectivité et les lobbys
transparence sur l’accès à l’information du dossier médical du patient : un droit de regard sur
sa vie et sur son historique permet au patient d’être plus impliqué dans sa vision sur la
politique des soins de santé
199
DMG : le rendre plus efficace, permettre aux citoyens de se l’approprier (le DMG appartient au
patient !)
solidarité : éviter la privatisation, responsabilisation dès l’école, diminution des coûts
transparence : si on n’a pas une idée claire de comment ça fonctionne, on risque d’être trop
exigeant
projet global de société : référendum comme en Suisse
politique de l’INAMI : agrément des médecins
nouveaux remboursements : médecines alternatives
qualité des soins : regard des personnes sur la qualité des soins pour aider les décideurs à
mieux concevoir un système de qualité du point de vue des usagers
vision de la maladie : d’un point de vue humain et pas ‘économique’
vis-à-vis des mutuelles : elles sont un bon intermédiaire pour diffuser la voix du citoyen, mais
il faut s’impliquer pour qu’elles redeviennent plus ‘démocratiques’
amélioration des rouages du système médical (étapes, pratiques…) pour faire jouer la
concurrence, permettre aux citoyens des choix plus faciles
radiations ionisantes : trop d’imagerie
concilier les points de vue politique, scientifique et citoyen
choix du remboursement : qu’est-ce qui est remboursé et pourquoi ? Pour donner un choix
plus large avec les informations associées. Exemple contraception : aujourd’hui il y a une
focalisation sur la pilule, on ne sait pas que d’autres moyens existent
information car l’information permet aux citoyens de choisir de façon globale et de mieux
s’exprimer dans le cadre de la consultation
4. Comment faire participer les citoyens ?
Au travers du monde associatif, du mouvement citoyen:
consultation de la société civile organisée (associations existantes)
implication des citoyens au sein de ces associations
inviter les citoyens à rejoindre les associations qui les représentent
impliquer les praticiens de la santé (médecins, infirmiers…) dans des initiatives citoyennes
contacter des groupes de travail constitués
par les mutuelles, à condition qu’elles redeviennent démocratiques
organiser des débats citoyens, des débats participatifs
200
expérimenter la co-construction par le citoyen des décisions touchant à la santé
forums locaux citoyens : plus proche des gens ; quand on prend le système globalement, c’est
trop complexe
Au travers de l’INAMI :
en prévoyant une place pour le citoyen au sein des conseils de l’INAMI, selon un système de
tournante pour ne pas en faire des experts ou en l’associant de manière ponctuelle, en
fonction de la problématique
en imposant des obligations légales à l’INAMI : obligation de transparence, de consultation sur
certains sujets, de réponse en cas d’interpellation…
Au travers d’une action politique :
démocratie dans la manière de voter : expliquer un vote responsable
voter pour des projets plutôt que pour des partis ou des personnes. Par exemple, le ministère
de la santé présente un projet bien précis : on vote pour ou contre ce projet
Par l’éducation dès le plus jeune âge :
d’abord en motivant les citoyens et en partant de la base : cours de civisme à l’école primaire
par l’éducation des plus jeunes, dans les écoles, et par la sensibilisation aux moyens de
prévention
Autres pistes :
nomination d’un ombudsman pour centraliser les plaintes et les demandes
rencontrer les difficultés à partir des médecins du travail, des comités de bien-être au travail
contrer les tentatives pour obscurcir les choses dans des « nuages de fumée » et d’en faire
des sujets trop techniques
responsabilité personnelle : il faut avoir le courage de ses idées
enquête de santé pour explorer toutes les dimensions du système
inviter des citoyens lors de colloques
organiser plus de sondages et de référendums
développer la prévention dans les médias, augmenter les budgets qui y sont consacrés et
réduire la publicité qui favorise des comportements nocifs pour la santé
Comment ?
par une meilleure visibilité de l’INAMI
inviter au débat en jouant aussi sur l’émotion, par exemple : ‘que pensez-vous si, dans six
mois, 50 % de nos soins de santé ne sont plus remboursés par la mutuelle ? Venez donner
votre avis !’
ne pas hésiter à interpeller, réagir, répondre quand les décideurs s’expriment ! Même par
courrier
mieux informer les gens des canaux existants
201
soutenir l’apprentissage des citoyens, car ce n’est pas facile – multiplier les expériences –
moderniser la communication (facebook, twitter) – mais attention aussi à ne pas creuser la
fracture numérique
vulgariser l’information et les politiques
les citoyens font trop souvent cavalier seul, il y a un éparpillement des bonnes volontés.
Cesser de « diviser pour régner »
développer la citoyenneté participative, élargir les canaux
financer les associations de patients
développer une politique de proximité vis-à-vis des citoyens, aller dans les lieux de vie,
multiplier les canaux d’expression
soutenir les communes qui s’impliquent en matière de santé
campagnes d’information, d’éducation et de sensibilisation par les médias et les réseaux
sociaux
utilisation d’une pédagogie moderne, avec des renforcements positifs
202
4.2.6. Tour de table final
La soirée se clôturait traditionnellement par une séance plénière lors de laquelle chacun avait
l’occasion d’exprimer son avis sur cette initiative, de formuler des suggestions ou des critiques ou
d’adresser un message général à l’INAMI.
Sur l’organisation concrète des tables rondes :
souhait d’un rôle plus actif joué par les animateurs de table pour préciser certains termes et
cadrer les échanges
mais pour un autre participant, cela implique aussi le risque que cet animateur oriente les
échanges plutôt que de laisser librement s’exprimer les citoyens. Il a apprécié au contraire
que les animateurs restent dans une rôle très neutre
on propose de s’inspirer du fonctionnement des ‘cafés philo’ : l’animateur distribue la parole et
prend note en reformulant ce qui a été dit. Il s’assure que les participants se reconnaissent
bien dans ce qui est reformulé (c’est ce qu’ils ont voulu dire, mais c’est mieux exprimé)
Sur le choix des thèmes abordés et des questions posées :
les questions interrogent plus l’expérience personnelle des participants que des enjeux de
société qui dépassent le cas personnel. On ne répond pas nécessairement de la même
manière selon qu’on se réfère à son cas individuel ou qu’on envisage la question plus
globalement
sur le thème de la solidarité, le questionnement était uniquement axé sur la dimension
financière, comme si on ne pouvait pas repenser le système d’une autre manière
deux thèmes oubliés : la satisfaction (ou non) du patient, les soins de santé à l’étranger (nous
sommes très mal informés sur nos droits dans un pays étranger)
un participant aurait souhaité que l’on donne une information générale avant de répondre aux
questions afin de cadrer les débats, par exemple en rappelant ce qu’est l’INAMI
les questions étaient très larges et très ambitieuses compte tenu du timing. Ne faudrait-il pas
poser des questions plus pointues, par exemple sur la privatisation ou la régionalisation des
soins ?
un sujet non abordé : le mode de fonctionnement des commissions de remboursement, où les
lobbies sont présents mais pas les citoyens, ce qui ne favorise pas une bonne acceptabilité
des décisions qui y sont prises
on n’a pas évoqué l’avenir des soins de santé compte tenu des transferts de compétences et
de la politique de régionalisation (partielle) de la santé. Or, le financement futur se fera avec
des enveloppes fermées, sur la base de dotations, alors que le budget de l’INAMI pouvait
toujours être négocié. Cela risque donc de devenir très difficile… Mais ce sera peut-être aussi,
dit un autre participant, une épreuve salutaire qui permettra à la Wallonie de mettre ses
propres accents, par exemple en matière de prévention
une personne a été choquée que la question de la fraude sociale ait été évoquée ici. Il y en a
sans doute, mais ce n’est pas la bonne porte d’entrée pour parler de l’incapacité et de
l’invalidité
203
quelqu’un a l’impression que la santé reste un domaine très isolé des autres enjeux du débat
politique. Cette table ronde l’illustre encore : la solidarité a été uniquement envisagée dans le
cadre limité de soins de santé, or il y a des personnes qui échappent tout à fait à ce système.
Sur l’initiative elle-même :
plusieurs participants apprécient beaucoup d’avoir eu l’occasion de s’exprimer ici. “C’est la
première fois que je vois ça en 30 ans”, dit un professionnel des soins
quelqu’un se demande si tout cela n’est pas un peu dérisoire compte tenu de la situation
économique actuelle. On parle, on parle… et rien ne bouge vraiment. En plus, tous ces
colloques et séminaires coûtent cher (même si elle admet que, dans le cas présent tout a été
organisé très sobrement) et c’est de l’argent qui ne va pas aux malades
prendre le temps d’analyser la situation permet aussi de faire des économies, lui répond
quelqu’un
ce fut une très bonne expérience, cela nous donne une possibilité de s’exprimer à laquelle
tout le monde devrait avoir accès
c’est aussi l’occasion d’élargir nos connaissances en matière de soins de santé (‘j’ai beaucoup
appris ce soir’), la formule devrait pouvoir être étendue à d’autres thèmes
problème d’information : un participant a cru que c’était une initiative organisée par la
mutuelle et portant sur des questions concrètes de remboursement. Le lieu n’était pas
précisé, il a dû téléphoner à sa mutuelle qui n’était au courant de rien et qui l’a finalement
renvoyé à la Fondation pour plus de renseignements
beau niveau d’intelligence collective ! La consigne de participer ‘en tant que personne’ est
importante. Nous ne sommes pas représentatifs de toute la population, mais il est important
d’avoir des lieux de parole en dehors des institutions officielles – pour autant que les
décideurs aient confiance dans cette parole et que celle-ci ne disparaisse pas dans des
archives poussiéreuses
un participant a apprécié le processus de participation, qui permet l’expression de la diversité
des opinions. Cela a complètement changé sa perception de l’INAMI. Il y a un changement de
paradigme, les processus de collecte de la parole citoyenne se répandent, il a confiance dans
les changements qui s’opèrent peu à peu : 5% de citoyens décidés, qui ‘en veulent’ vraiment,
c’est parfois suffisant pour changer une société. Ces processus participatifs sont une manière
de ‘réenchanter la société’
Sur le suivi de cette initiative :
un participant s’interroge sur la suite qui sera donnée à toutes les idées et les propositions qui
ont été émises ; en ce qui le concerne, il est partant pour revenir par exemple dans six mois
ou un an pour un feed-back
il serait dommage que ce ne soit qu’une opération ‘one shot’ : il faudrait poursuivre cette
réflexion, au-delà de la rédaction du rapport destiné à l’INAMI. Pourquoi ne pas se retrouver
dans un an par exemple ?
204
d’autant plus, ajoute une autre participante, qu’on a fait un simple arrêt sur image sur la
situation actuelle alors qu’on est dans un contexte en constante évolution.
Conclusions et messages généraux de citoyens :
l’idée centrale que retient une participante : même s’il faut des lois et des règles générales, il
faut aussi toujours garder la dimension humaine des soins. Un cas n’est pas l’autre, on a
affaire à des personnes et non à des objets.
ne faut-il pas aussi conscientiser davantage le citoyen à certaines dérives, comme le shopping
médical, à ce que chacun coûte, aux frais inutiles ? Il faut aussi balayer devant sa porte avant
d’accuser le politique
ne va-t-on pas vers un système de soins à deux vitesses, pour les riches et pour les pauvres ?
c’est déjà un peu le cas avec les médecins conventionnés ou non, estime quelqu’un : certains
patients sont prêts à débourser plus parce qu’ils s’imaginent qu’ainsi ils seront mieux soignés
(alors qu’on sait que c’est loin d’être toujours le cas)
il ne faut pas simplement se positionner par rapport à l’INAMI, mais définir clairement la voie
dans laquelle nous, citoyens, voulons nous engager : au fond, quelle société voulons-nous ?
un participant regrette l’absence d’un responsable de l’INAMI pour écouter et rencontrer les
citoyens ce soir (mais c’est un choix délibéré, lui explique-t-on, pour permettre une parole
plus libre
il faudrait attirer l’attention de l’INAMI sur la tendance à vouloir transférer les soins à des
assurances privées : c’est un risque majeur pour notre système de soins
on rappelle aussi qu’il existe des associations de patients et que celles-ci sont regroupées au
sein de la LUSS, qui assure une fonction de représentation des patients au niveau politique.
cela nous rappelle aussi que ce sont les employeurs et les travailleurs, c’est-à-dire nous, qui
finançons le système de remboursement, nous devons donc nous réapproprier cet enjeu
un autre participant corrige la précédente affirmation : les employeurs ne paient pas, les
cotisations sociales ne sont rien d’autre qu’un salaire différé, ça ne vient pas de leur poche ! Il
se réjouit de constater le large consensus sur les valeurs entre les personnes présentes : les
différences entre nous ne portent que sur des détails. Il est rassurant de voir les gens prêts à
s’engager
205
206
BIJLAGE 5 – Deelnemers aan de tweede stakeholderworkshop
207
208
BIJLAGE 6 – Overzicht van de antwoorden op de websurvey van het RIZIV
BAKEN I - Van een verzekering tegen ziektekosten naar een hefboom voor een goede
gezondheid
Belang van preventie!
o Initiatieven steunen die gezondheid in stand houden door het nemen van proactieve
maatregelen. Bijvoorbeeld: door het terugbetalen van opleiding rond moderne
natuurlijke methoden van geboorteplanning, zou het RIZIV veel terugbetalingen van
anticonceptiva uitsparen.
o Preventie is essentieel, maar 2 moeilijkheden:
De bijna volledige tussenkomst is quasi onvoorwaardelijk: hoe motiveer je het
individu dan om te investeren in zijn/haar gezondheid?
Prestatiegerelateerde vergoeding van de zorgverlener: het vergoeden van de
zorgverlener is eerder kwantitatief dan kwalitatief gestuurd.
o Een deel van het budget moet naar preventie gaan, maar preventie mag niet ten
koste gaan van het budget voor ziektekosten: niet iedereen is in de mogelijkheid om
gezond te leven, want dat kost geld. Er zijn arbeiders die in ongezonde
omstandigheden moeten werken, kinderen die opgroeien in ongezonde
omstandigheden.
o Een nauwere samenwerking is nodig tussen het RIZIV en de dienstverleners en
zelfhulpgroepen die hun klanten een gezondere en positievere levenshouding willen
aanleren.
Kwaliteitszorg!
o Moet ook vanuit de beroepsgroepen van de artsen komen (cfr. Nederland) en moet
aantoonbaar zijn.
o Doelstellingen per pathologie, en deze effectief meten en opvolgen.
o Evidence based policy.
Belang van echelonnering in de gezondheidszorg.
Efficiëntie:
o Adequate IT met centrale databanken
o Mutualiteiten zouden beter vervangen worden door een federale of gewestelijke
administratie, ondersteund door een centrale ICT.
209
BAKEN II - Universele sociale bescherming op basis van een aangepast en breed
toegankelijk zorgpakket.
1. Wie is beschermd?
Meerderheid van de respondenten geeft aan dat iedereen beschermd moet worden.
Vooral de sociaal zwakkeren moeten beschermd worden – er mag meer onderscheid gemaakt
worden naar financiële draagkracht.
Er wordt de vraag gesteld of het nuttig is om alle voorzieningen voor alle groepen beschikbaar
te stellen: bv. in hoeverre heeft een dementerende 80-jarige nood aan een pacemaker bij
hartproblemen.
Er zijn patiëntengroepen (bv. fibromyalgie) die niet de zorgen krijgen die ze eigenlijk nodig
hebben, omdat ze geen of onvoldoende terugbetaling krijgen.
2. Waarvoor is men beschermd?
Verschillende respondenten (3 op 16) vinden dat alle gezondheidszorgen terugbetaald moeten
worden.
Er wordt gepleit voor het enkel terugbetalen van therapieën / geneeskundige zorg in de brede
zin van het woord (bv. met inbegrip van preventie) die hun effectiviteit bewezen hebben.
Het is belangrijk om niet in hokjes te denken. Sommige investeringen op korte termijn kunnen
besparingen zijn op lange termijn.
Medicatieterugbetaling volgens kiwi-model; getelde medicatie in potje of doosje cf. Nederland.
Opdrijven van het ‘persoonlijk aandeel’ kan zorgen voor een grote besparing, zodat er meer
middelen vrijkomen voor minder ‘kansrijken’.
Dekking koppelen aan persoonlijk engagement: opvolgen van richtlijnen rond levensstijl kan
resulteren in extra dekking, negeren van dergelijke richtlijnen kan resulteren in sanctionering.
Het zou goed zijn om een gecentraliseerd persoonlijk dossier te hebben van elke patiënt, met
onderlinge uitwisselbaarheid van technische prestaties en laboresultaten, zodat het shoppen
van bepaalde patiënten een halt wordt toegeroepen.
3. In welke mate is men beschermd?
Er wordt gepleit voor een bijdrage volgens draagkracht. De sociaal-economisch zwakkeren
mogen een hogere tussenkomst krijgen, op voorwaarde van een strakke controle en sancties
voor zorgverstrekkers die teveel aanrekenen.
Verder wordt de mogelijkheid geopperd om een aantal voorwaarden te verbinden aan een
hogere tussenkomst:
o Deelname aan preventie
o Persoonlijk investeren in gezondheid
210
o Therapietrouw – iemand plaatst hierbij volgende kanttekening: therapieontrouw is
zeker niet altijd de schuld van de patiënt; bij sommige patiënten gaat het gewoon niet
(meer); in sommige gevallen laat de kwaliteit van de opvolging en begeleiding door
de huisarts te wensen over.
BAKEN III - Terugdringen van ongelijkheden.
Er wordt gepleit voor een hogere bescherming voor de sociaal zwakkeren.
Er worden een aantal suggesties gegeven om ongelijkheid in gezondheid van armeren versus
rijkeren te verkleinen:
o Coaching programma, met belangrijke rol voor ziekenfonds.
o Autonomie vergroten door programma’s waarbij selfmonitoring belangrijker wordt.
o Sociaal zwakkeren maken vaak geen gebruik van instanties die er zijn om hen te
helpen, omdat ze denken dat het hen meer zal kosten dan dat het zal opbrengen. Er
zijn informatie- en publiciteitscampagnes nodig die duidelijk maken dat ze niet in de
kou staan.
Moederschapsrust voor zelfstandigen is onrechtvaardig kort in vergelijking met andere
statuten.
BAKEN IV - Modernisering van het overleg.
1. Organisatie van het overleg
Er worden enkele suggesties gedaan mbt stakeholders die betrokken kunnen /moeten
worden in het overleg:
de patiënten willen zichzelf vertegenwoordigen via hun organisaties.
de industrie: verschillende bedrijven bouwen expertise op die verder gaat dan
medicatie as such en zoeken actief mee naar oplossingen met als doel betere
outcomes voor patiënten door artsen en apothekers te ondersteunen, …
alle bevolkingsgroepen, ook de 60-plussers
delegaties van monodisciplinaire groepen (huisartsensyndicaat)
het overleg moet misschien gemoderniseerd worden maar men mag niet afstappen van
de structuur van het overleg, met de moderne middelen kan men nog steeds dezelfde
structuur aanhouden en die structuur werkt goed
verslagen en agenda’s toegankelijk maken.
Dit initiatief is een mooi voorbeeld van de intentie van een "participatieve democratie".
Denktanken in combinatie met digitale platformen waar de burger constructieve
voorstellen kan posten is een fantastische manier om overleg vorm te geven.
211
2. Scope van het overleg
overleg tussen zorgverstrekker en instellingen/ziekenfondsen is nodig om prijsafspraken
te maken zodat kosten niet de pan uit swingen. Er moet gewaakt worden over een modern overleg met goede afspraken en modaliteiten die door iedereen gerespecteerd
worden.
Maar: eens afspraken gemaakt zijn op overlegniveau, zal de markt nauwelijks
prijsregulerend optreden, omdat de patiënt nauwelijks opdraait voor de kost. Dus bv. een
vast eigen aandeel van x % invoeren, zodat de patiënt een gesprekspartner wordt en de
zorgverstrekker zal moeten ‘verkopen’.
Goede en betaalbare gezondheidszorg voor allen; een gezondere samenleving.
3. De partners bij het overleg
Huidige partners moeten behouden blijven.
Patiënten(organisaties) moeten betrokken worden, eventueel na opleiding in wirwar van
tegemoetkomingen en tussenkomsten. Het is belangrijk dat de personen die de patiënten
vertegenwoordigen op de hoogte zijn van de regelgeving.
De overheid moet betrokken worden, maar wel op een objectieve manier.
BAKEN V - Een paradigmashift inzake arbeidsongeschiktheid
Actieve re-integratie moet opgedreven worden. Er moet snel na het begin van de
arbeidsongeschiktheid begonnen worden moet de zoektocht naar aangepast werk / opleiding.
Kwaliteitsvol werk aanbieden aan personen met blijvende ongeschiktheid is een belangrijke
maatregel.
Meer controles, steekproefgewijs aan huis.
BAKEN VI - Kwaliteit telt meer dan ooit
Kwaliteit moet beter verloond worden: wie meer gezondheid genereert, wordt beter vergoed.
Nu worden huisartsen minder vergoed als ze meer tijd investeren per patiënt, als ze niet
noodzakelijke attesten of voorschriften weigeren, … .
Kwaliteit moet ook aantoonbaar zijn en gebaseerd zijn op databanken en spiegelinformatie.
Dit is enkel te bekomen via een centrale databank met centrale IT.
De bevolking is gebaat bij ziekenhuizen die gespecialiseerd zijn. Bepaalde centra die zich
specialiseren in een aspect van de zorg, zullen de kwaliteit omhoog trekken, maar dit mag
niet resulteren in hogere kosten voor de patiënt.
212
BAKEN VII - Herijking van de betalingsmechanismen
Betaling per prestatie kan zeer goed gepaard gaan met kwaliteit! De kwaliteit moet echter
met richtlijnen en veldnormen vastgelegd worden en vervolgens aantoonbaar gemaakt
worden door zorgverlener en ziekenhuis.
Quality time voor de patiënt, hoeft niet per se door de arts gegeven te worden. Cf Nederland:
het delegeren naar nurse practitioners is een zegen voor de patiënten.
meer vergoeding per patiënt / per pathologie dan per contact - de contacten zijn veel
uitgebreider geworden met de toenemende preventieve zorg (gmd+)
technische prestaties wegen nog te zwaar door. Meer aandacht voor artsen die actief zijn
chronische en ouderenzorg.
Graden van patiëntoutcome dienen belangrijker te worden in de betaling van artsen.
BAKEN VIII - Samenwerking: meer dan ooit een onmisbare pijler.
1. Samenwerken op zorgniveau.
eHealth ontwikkelen is prioritair.
Samenwerking organiseren tussen artsen en apothekers
er moet op alle niveau' s samengewerkt worden zodat de persoon de optimale zorg krijgt die
hij nodig heeft en ook de nodige begeleiding op alle vlak. Soms zijn de noden niet alleen medisch maar ook psychisch en sociaal.
Samenwerken op zorgniveau mag uitgebreid worden met ‘preventieniveau’ en kan starten bij
de vorming van de prille medemens.
Om service te leveren dienen andere, niet-medische beroepen ook als partner gezien te
worden, bv. ICT.
Het casemanagement is bij uitstek een taak voor de huisarts.
2. Samenwerken op Belgisch beleidsniveau.
RIZIV – FOD – ICT met een landelijk elektronisch patiëntendossier.
de aangeboden zorg moet zo goed mogelijk afgestemd worden op de vraag die er is.
Samenwerking op alle vlakken is hierbij meer dan noodzakelijk.
Uitwisseling van zorgverleners (via stage of werkgelegenheid) tussen de beide
gemeenschappen stimuleren.
213
3. Samenwerken op Europees niveau.
de rechten op zorg zijn inderdaad niet te stoppen aan de landsgrenzen; er is een Europese
samenwerking nodig maar die zal wel zijn prijskaartje hebben. Elke samenwerking mag niet
lijden tot de afbraak van ons huidig systeem prijszetting geneesmiddelen en medische hulpmiddelen zou op Europees niveau moeten
gebeuren.
Goede steriliseerbaarheid van invasieve medische hulpmiddelen moet een Europese norm
worden.
BAKEN IX - Accountability van de actoren.
1. Zorgverleners
De prestatiegeneeskunde heeft nog veel te veel de overhand. Er moet veel meer nadruk
worden gelegd op positieve (financiële en andere) incentives voor de gezonde patiënten.
verplichting tot gegevensverstrekking van ELK contact met een patiënt. Voorschrijfgedrag
moet ook gemonitord worden (wie voorschrijft, de patiënt, wat voorgeschreven wordt,
wanneer en voor welke aandoening).
we moeten stoppen om enkel naar financiële zaken te kijken ivm zorgverleners. Cf Nederland:
hier is er responsabilisering van de beroepsgroepen die elke 5 jaar een visitatie uitvoeren en
een actieve praktijk komen bezoeken en beoordelen. Hier volgt een rapport uit met evaluatie tot zwaarwegende adviezen. Indien het de spuigaten uitloopt is de visitatiecommissie verplicht
de inspectie in te lichten en kan een praktijk in quarantaine gezet worden en artsen geschorst.
Er mag van de zorgverleners verwacht worden dat zij door behulp van voorafgaandelijk
samen overeengekomen indicatoren hun kwaliteit aantonen.
2. Verzekeringsinstellingen
Mbt de rol van de ziekenfondsen, worden volgende suggesties vermeld:
o Verwijder de mutualiteiten uit het systeem o De mutualiteiten met hun personeel zijn belangrijke kostenverbruikers. Als de
terugbetaalbaarheid van zorgen rechtstreeks tussen zorgverlener en RIZIV zou
gebeuren, moet de rol van mutualiteiten dan niet herbekeken worden?
Verzekeringsinstellingen nemen waar mogelijk administratieve taken van de arts over
(terugbetaling medicatie etc). Artsen kunnen rechtstreeks hun prestaties met de verzekeringsinstelling afrekenen.
Hier en daar zal schaalvergroting aan de orde zijn. Die zal vermoedelijk moeten gestuurd
worden vanuit de overheid.
214
3. Verzekerden
Drie respondenten pleiten voor een (beperkte) financiële “straf” / incentive voor enkele zaken
die objectief toetsbaar zijn (zoals versuikeringsgraad in bloed bij diabetici): de meest
efficiënte manier om accountability van verzekerden te verhogen is ervoor zorgen dat de mensen er zelf alles aan doen om gezond te blijven. Informatiecampagnes helpen hierbij
onvoldoende. Eventuele financiële incentives moeten ook een onderdeel van de responsabilisering vormen.
de verzekerden moeten de zekerheid krijgen dat ze op de beste zorgverlening en
ondersteuning kunnen rekenen. Er zijn daartegenover ook de plichten dat de verzekerde niet mag frauderen,... zich ter beschikking houden voor controle en voor een aangepaste job.
Patiënten zouden feedback moeten krijgen over hun medicatie consumptie voor hun
aandoening. Als die veel hoger ligt dan het gemiddelde van patiënten met dezelfde
aandoening, kan de patiënt met zijn zorgverlener hierover in dialoog gaan.
BAKEN X - Een proactief en creatief RIZIV
1. Het organiseren van een stevig financieel beheer
Het RIZIV moet belangrijker en groter worden. Het is de basis van onze gezondheidszorg.
Niet besparen op de eerste lijn!
Het financieel beleid moet correct en transparant verlopen. De nodige middelen moeten ter
beschikking zijn om de organisatie te moderniseren, de informatie te digitaliseren.
Meer vergoeding per patiënt / per pathologie dan per contact: de contacten zijn veel
uitgebreider geworden door de toenemende preventieve zorg (gmd+)
2. Het ontwikkelen van kennisbeheer en expertise voor overleg en
beleidsondersteuning
Centraal beheer van (publiek) gezondheidszorggegevens voor functionarissen en
onderzoekers; een centrale nationale EPD; modernisering van de informaticatoepassingen.
De informatie die ziekenfondsen hebben rond patiënten actief gebruiken in het beleid.
3. Het uitbouwen van de rol van toezichthouder
RIZIV zou meer controlebevoegdheden moeten krijgen. Opsporing van fraude is een grote
troef, die nog meer zou moeten uitgewerkt worden dan het nu al is. Niet enkel controles bij de kleine visjes en de grote die in een sterke lobby zitten met rust
laten.
4. Het doorvoeren van de noodzakelijke modernisering en administratieve
vereenvoudiging
215
Dit is dringend nodig. Er wordt gedacht aan een centrale databank, het verder uitbouwen van
elektronische gegevensoverdracht, met voldoende garanties om misbruik te voorkomen en privacy te garanderen. Dossiergegevens zouden inkijkbaar moeten zijn op een selectieve
manier, niet door iedereen, maar met traceermogelijkheid (zodat je kan zien wie in welke
hoedanigheid wanneer het dossier raadpleegde).
216
5. Het verstrekken van goede informatie en communicatie
Een goede communicatie en informatiestroom zijn essentieel. Men zou meer aandacht moeten
hebben voor het begrijpelijker maken van communicatie en informatie voor mensen die geen
opleiding genoten hebben of Nederlands als 2de taal hebben.
Verschillende respondenten vinden dat het RIZIV op dit vlak goed bezig is.
Andere suggesties? Opmerkingen?
Kievitgroep: 20-tal gezondheidsexperten hebben 6 centrale thema’s uit hun boek “dokter ik
heb ook iets te zeggen” verder ontwikkeld in werkvergaderingen (zie http://www.lannoocampus.be/dokter-ik-heb-ook-iets-te-zeggen)
Minder papieren/attesten die werkdruk onnodig verhogen
Afschaffing van de verzuilde ziekenfondssystemen
Erkenning voor de MMA om wettelijk en onder toezicht van een gestructureerde equipe
beperkte verpleegtechnische handelingen uit te voeren ifv de uitbouw van de eerstelijn.
Europa is een voorbeeld wat betreft zorgverlening voor iedereen. Van over heel de wereld
wordt naar ons gekeken en worden we aanzien als voorbeeld en rolmodel. Ik hoop dat we de
eerste van de klas kunnen blijven.
217
Team
Voor de Koning Boudewijnstichting: Gerrit Rauws – Brigitte Duvieusart – Pascale Criekemans
Met de medewerking van volgende consultants :
Steun bij het concept, het beheren van de relaties met de stakeholders en redactie van het
eindrapport: Philippe Vandenbroeck, ShiftN
Facilitatoren van de maatschappelijke dialogen: Momentum consult (Mark Hongenaert) en
Athanor (Stéphane Delberghe) Medewerking aan de rapporten : Peter Raeymakers en Michel Teller
Koning Boudewijnstichting Samen werken aan een betere samenleving
De Koning Boudewijnstichting is een onafhankelijke en pluralistische stichting die actief is op zowel
lokaal, regionaal, federaal, Europees als internationaal niveau. We willen de maatschappij ten
goede veranderen en investeren daarom in inspirerende projecten of individuen. In 2014 gaven de
Koning Boudewijnstichting en de Fondsen die ze beheert 30 miljoen euro steun aan 270 individuen
en 1.712 organisaties voor projecten rond armoede, gezondheid, ontwikkeling, maatschappelijk
engagement, erfgoed,…
Verder organiseert de Stichting ook studiedagen, rondetafels en tentoonstellingen, deelt
ervaringen en onderzoeksresultaten via (gratis) publicaties, gaat partnerschappen aan en
stimuleert filantropie ‘via’ en niet ‘voor’ de Koning Boudewijnstichting.
2.122 personen in onze stuurgroepen, begeleidingscomités, bestuurscomités en onafhankelijke
jury’s, stellen hun expertise ter beschikking. Hun vrijwillige inzet zorgt voor kwalitatieve keuzes,
onafhankelijkheid en pluralisme.
De Stichting werd opgericht in 1976 toen Koning Boudewijn 25 jaar koning was.
Brederodestraat 21 – 1000 Brussel
Tel. +32-2-511 18 40 – [email protected]
www.kbs-frb.be – Abonneer u op onze nieuwsbrief of e-news
Volg ons op Facebook | Twitter | YouTube