Presentatie Vlakke figuren Theorie Rekenvoorbeelden.
-
Upload
dirk-vedder -
Category
Documents
-
view
224 -
download
0
Transcript of Presentatie Vlakke figuren Theorie Rekenvoorbeelden.
Presentatie
Vlakke figuren Theorie
Rekenvoorbeelden
• Driehoeken
•Soorten driehoeken & rekenen met hoeken
•Rekenvoorbeelden Hoekensom-regel
•Rekenvoorbeeld Gestrekte hoek.
•Uitwerking som 6 blz. 6
• Bijzondere lijnen
•Bissectrices
•Middelloodlijnen
•Zwaartelijnen
•Bijzondere lijnenpuzzel
Als je mij ziet kun je op mij klikken om terug te keren
naar de inhoudsopgave!
Inhoudsopgave
TIP: Pak ook je boek er
even bij!!
• Vierhoeken
•Bijzondere vierhoeken
•Vierhoeken puzzel
• Hoeken berekenen
•Overstaande hoeken
•Z-hoeken
•F-hoeken
• Kennen & Kunnen
• Formules en Hoeken
• Einde presentatie
Driehoeken in
alle soorten en
maten.
Er bestaan drie soorten
bijzondere driehoeken
1. Rechthoekige driehoeken
2. Gelijkbenige driehoeken
3. Gelijkzijdige driehoeken
1 90o
Eigenschap:
Er is één rechte hoek
2
Eigenschappen:
• 2 gelijke benen
• 2 gelijke basishoeken
• 1 symmetrieas (wit gestippeld)
3
Eigenschappen:
• 3 gelijke zijden
• 3 gelijke hoeken van 60o
• 3 symmetrieassen
Rekenen met hoeken
in driehoeken.
A B
C
A + B + C = 180o
Spreek uit:Hoek …
De hoekensomregel:
In alle soorten driehoeken (bijzonder of niet)
zijn de drie hoeken samen 180o
Rekenen met gestrekte hoeken
(In b.v. een driehoek)
A B
C
Lijnstuk CD verdeeld hoek D in twee stukken:
D1 en D2 zijn samen 180o
D12 heet een gestrekte hoek.
D1 2
Rekenvoorbeeld 1
A B
C Gegeven: A = 34o
C = 22o
Bereken: B
Oplossing: A + C =
34o + 22o = 56o
B = 180o – 56o
B = 124o
Hóóóóó,éérst zelf proberen makker!
Rekenvoorbeeld 2
P Q
R Gegeven: P = 64o
ΔPQR = gelijkbenig
Bereken: R
Oplossing: P = Q (want PR = QR)
P + Q = 128o
R = 180o – 128o
R = 52o
Hóóóóó,Eérst zelf
proberen
!
Rekenvoorbeeld 3
Gegeven: T1 = 74o
Bereken: T2
Oplossing: T12 = een gestrekte hoek
T2 = 180o – 74o
T2 = 106o
Hóóóóó,Eérst zelf
proberen
!
K T
M
L1 2
Oplossing: In ΔABC:
A + B = 78o
C123 = 180o – 78o
C123 = 102o
C1 = 102o : 3 = 34o
A
C
B50o 28o
Rekenvoorbeeld 4
Gegevens: C1 =C2= C3
(zie tekening)
Bereken: C1
EA
C
B1 1
1
50o 28o2 2
2 3
D
Oplossing: In ΔADC:
A + C1 = 84o
D1 = 180o – 84o
D1 = 96o
Gegevens: C1 =C2= C3
Bereken: Bereken in ΔCDE alle hoeken.
Eerst D1 EA
C
B1 1
1
50o 28o2 2
2 3
D
Rekenvoorbeeld 4
C1 = 34o
50o
34o
?
Gegevens: C1 =C2= C3
Bereken: Bereken in ΔCDE alle hoeken.
Nu D2EA
C
B1 1
1
50o 28o2 2
2 3
D
Rekenvoorbeeld 4
D12 is een gestrekte hoek, dus:
D2 = 180o – 96o = 84o
D1 = 96o
50o
34o
96o ?
Oplossing: In ΔCDE:
D2 + C2 = 118o
E1 = 180o – 118o
E1 = 62o
EA
C
B1 1
1
50o 28o2 2
2 3
D
Rekenvoorbeeld 4
E12 is een gestrekte hoek, dus:
E2 = 180o – 62o = 118o
34o
84o ?
34o
84o ?
Gegevens: C1 =C2= C3
Bereken: Bereken in ΔCDE alle hoeken.
Nu E1 en E2
C2 = 34o
D2 = 84o
Bijzondere
Lijnen.
De bissectrice
of deellijnDe bissectrice of deellijn van
een hoek deelt die hoek doormidden.
Het maakt niet uit hoelang de benen van de hoek zijn!
Een deellijn verdeelt de hoek altijd in 2
gelijke hoeken.
De bissectrice
of deellijn In een driehoek snijden de driedeellijnen elkaar in één punt.
Als de vorm van de driehoek veranderd zullen de deellijnen
meeveranderen.
Ze blijven elkaar in één punt snijden.
De middelloodlijn
De middelloodlijn van een lijnstuk gaat
door het midden van dat lijnstuk
en staat er loodrecht op.
De hoek tussen het lijnstuk AB en de middelloodlijn is
altijd 90o.
De middelloodlijn gaat altijd door het midden van
lijnstuk AB.A
B
De middelloodlijn
In een driehoek snijden de middelloodlijnenvan de zijden elkaar in één punt.
Als de vorm van de driehoek veranderd
zullen de middelloodlijnen meeveranderen.
Ze blijven elkaar in één punt snijden.
Zwaartelijnen
Een zwaartelijn van een driehoek is een lijn die gaat dooreen hoekpunt en door het midden van de overstaande zijde.
Als de vorm van de driehoek veranderd zullen
de zwaartelijnen meeveranderen.
Ze blijven elkaar in één punt snijden. Dit punt wordt het ZWAARTEPUNT van de
driehoek genoemd.
Bijzondere lijnen puzzel
De stippellijnen met de kleur:
Blauw zijn …………..……?
Rood zijn …………..……..?
De groene lijnen zijn ………...…...?
Goed kijken en eerst zelf proberen!!!
bissectrices.
middelloodlijnen.
zwaartelijnen.
De snijpunten van de drie soorten
bijzondere lijnen liggen niet op
dezelfde plaats in de driehoek !!!
Vierhoeken.
Vierkant
Hoeken Zijden Diagonalen4 rechte hoeken 4 gelijke zijden Snijden elkaar
loodrecht
Delen elkaar doormidden
De 2 diagonalen zijn gelijk
Rechthoek
Hoeken Zijden Diagonalen4 rechte hoeken Overstaande
zijden evenwijdig
Delen elkaar doormidden
Overstaande zijden gelijk
De 2 diagonalen zijn gelijk.
Als je een vierkant langer
maakt ontstaat er een rechthoek.
Ruit
Hoeken Zijden DiagonalenOverstaande hoeken zijn
gelijk
Vier gelijke zijden
Snijden elkaar loodrecht
Overstaande zijden
evenwijdig
Delen elkaar doormidden
Als je een vierkant
vervormt kun je er een ruit van
maken.
Parallellogram
Hoeken Zijden DiagonalenOverstaande hoeken zijn
gelijk
Overstaande zijden evenlang
Delen elkaar doormidden
Overstaande zijden
evenwijdig
Als je een rechthoek vervormt
kun je er een parallellogram van
maken.
Gelijkbenig
Trapezium
Hoeken Zijden DiagonalenDe 2 bovenste
hoeken zijn gelijk
De bovenste zijde en onderste
zijde zijn evenwijdig
De 2 diagonalen zijn gelijk
De 2 basishoeken zijn gelijk
De linker- en rechterzijde zijn
gelijk
Als je een rechthoek vervormt
kun je er een gelijkbenig
trapezium van maken.
Trapezium
Hoeken Zijden DiagonalenDe bovenste
zijde en onderste zijde zijn
evenwijdig
Een gewoon trapezium heeft
géén gelijke benen.
Vlieger
Hoeken Zijden Diagonalen
De linker- en rechter hoek zijn gelijk
De 2 bovenste zijden zijn
gelijk
snijden elkaar
loodrecht
De onderste 2 zijden zijn
gelijk
De verticale diagonaal snijdt de
horizontale middendoor
Door een ruit te veranderen kun je er een vlieger
maken.
Bijzondere vierhoeken
puzzel
Alle eigenschappen van een:
• ruit gelden voor ...................................?
• Parallellogram gelden ook voor een ………….?
Een vierkant is een bijzonder soort …………………….?
Een rechthoek is een bijzonder soort …………………..?
géén van de andere vierhoeken.
ruit.
ruit.
parallellogram.
Goed nadenken en eerst zelf proberen!!!
Hoeken
berekenen.
Overstaande
hoekenBij twee snijdende lijnen zijn de overstaande hoeken gelijk.
•Twee snijdende lijnen
•Gelijke overstaande hoeken
Z-hoeken
In een Z-figuur zijn twee lijnen evenwijdig en zijn de Z-hoeken gelijk.
•Twee evenwijdige lijnen
• Twee paren gelijke Z-hoeken
Z-hoeken
Z-hoeken
In een Z-figuur zijn twee lijnen evenwijdig en zijn de Z-hoeken gelijk.Evenwijdige lijnen
•Twee evenwijdige lijnen
•Gelijke Z-hoeken
F-hoeken
In een F-figuur zijn twee lijnen evenwijdig en zijn de F-hoeken gelijk.
•Twee evenwijdige lijnen
•Gelijke F-hoeken
Kennen ! Kunnen!&
1. De eigenschappen van de drie bijzondere driehoeken, rechthoekige-, gelijkbenige- en gelijkzijdige driehoeken.
2. In een driehoek zijn de hoeken samen 180o. (De hoekensom regel)
3. De begrippen lijn-, punt- en draaisymmetrie.
4. De bijzondere lijnen, bissectrice, middelloodlijn en zwaartelijn.
5. De eigenschappen van de bijzondere vierhoeken, vierkant, rechthoek, parallellogram, ruit, trapezium en vlieger.
6. Het begrip overstaande hoek.
7. Het begrip Z-hoek.
8. Het begrip F-hoek.
9. Het begrip gestrekte hoek.
1. In een gelijkbenige driehoek de tophoek of de basishoeken berekenen.
2. Als er van een driehoek twee hoeken bekend zijn, de derde hoek met de hoekensomregel berekenen.
3. Met gestrekte hoeken rekenen.
4. In vlakke figuren, stap voor stap gevraagde hoeken met behulp van de hoekensomregel, gestrekte-, overstaande-, Z- en F- hoeken berekenen.
5. De eigenschappen van bijzondere lijnen leveren gegevens op over hoeken en/of zijden. Deze gegevens moet je kunnen herkennen en gebruiken bij het berekenen van hoeken.
6. De eigenschappen van bijzondere vierhoeken leveren gegevens op over hoeken en/of zijden. Deze gegevens moet je kunnen herkennen en gebruiken bij het berekenen van hoeken.
7. Gegevens in vlakke figuren door middel van symmetrische eigenschappen herkennen en gebruiken in berekeningen.
Wiskunde leer je óók door veel te oefenen met sommen.
Onder
Constructie...
Einde
presentatie