Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het...

35
Kennisportfolio individuele leerlijn jaar 1

Transcript of Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het...

Page 1: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Kennisportfolio

individuele leerlijn jaar 1

Gemaakt door: Jelle QuickDatum: 25-05-2015Klas: 49BKM1FV

Page 2: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

P1 - KennismakenBlok P1

Algemene Economie (micro)

Model/Theorie Auteur: Onderneming en omgeving. Dr. R. Schöndorff, drs. J.F.B. Pleus en dr. C.A. de Kam Vakgebied: Algemene economie

BeschrijvingMacro-economie Economie voor een groter geheel. Bijvoorbeeld een land.Meso-economie Economie van alle branchesMicro-economie Economie van een bedrijf of individu.

Marktvormen:- Monopolie- Oligopolie- Monopolistische concurrentie- Volkomen concurrentie

Vraag en aanbodElasticiteiten:- Prijselasticiteit van de vraag: % verandering van de vraag (gevolg) / %

verandering van de prijs (oorzaak)- Kruislingse prijselasticiteit: % verandering van de vraag goed A / %

verandering van de vraag goed B- Inkomenselasticiteit: % verandering van de vraag / % verandering van het

inkomenBreak-evenpoint kunnen berekenen.Relevantie/Te gebruiken voor:Met deze informatie weet je wanneer je een break-evenpoint hebt bereikt en wat je dan kan doen. Ook weet je hoe prijzen veranderen ten opzichte van de vraag of bij prijswijzigingen van producten.

Page 3: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Bedrijfseconomie

Model/Theorie Auteur: Reader van Avans – Bedrijfseconomie P1 Vakgebied: Bedrijfseconomie

BeschrijvingHoe maak je journaalpostenBalans opmakenResultatenrekening: Wordt ook wel winst- en verliesrekening genoemd. Bevat de kosten en opbrengsten van een onderneming.Liquiditeitsoverzicht: Bevat de mutaties op de liquide middelen en bevat de ontvangsten en uitgaven van een onderneming.

Relevantie/Te gebruiken voorDoor het opstellen/maken van een winst- en verliesrekening, liquiditeitsoverzicht en een balans weet je hoe een bedrijf er financieel voor staat.

Auteur: -Vakgebied:

BedrijfseconomieBeschrijving:Als de bezittingen verhogen en de schulden/E.V. verlagen heet dit debet boeking. Als de bezittingen verlagen en de schulden/E.V. verhogen heet dit credit boeking.Te gebruiken voor:Dit model is te gebruiken voor journaalposten. Door dit model te bestuderen is het duidelijk hoe je journaalposten moet maken.

Page 4: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Communicatie

Model/Theorie Auteur: MarCom – C. Essink & Matzinger en B. Van Veghel Vakgebied: Communicatie Beschrijving

Het communicatieplan:

1. Probleem2. Analyse3. Communicatiedoelgroepen4. Communicatiedoelstellingen5. Boodschap6. Communicatiestrategie7. Communicatiemiddelen8. Tijdsplanning9. Budget10. Evaluatie

Beschrijving

In dit model zie je hoe het communicatieproces werkt. Een zender encodeert een boodschap en gebruikt een medium om dit over te laten komen bij de ontvanger. De ontvanger decodeert de boodschap en kan hierop feedback geven. Als de zender hier weer op reageert noem je dit een terugkoppeling.

Relevantie/Te gebruiken voor

Dit model is te gebruiken als men ervoor wil zorgen dat het communicatieproces goed verloopt.

Corporate Imago het beeld dat publieksgroepen hebben van een organisatie.

Corporate Identiteit het beeld dat de organisatie van zichzelf heeft en wenst uit te stralen. Door kernwaarden, hart & ziel van de organisatie.

Corporate identity mix:

- Persoonlijkheid wat karakteriseert (ziel van het bedrijf) de organisatie. Dit komt tot uiting in kernwaarden.

- Gedrag het dagelijks handelen van medewerkers, het omgaan met klanten en met omstanders.

- Communicatie Berichtgeving door middel van folders, brochures, advertenties, internetpagina’s etcetera.

- Symboliek Het “visuele beeld” van de organisatie, bijvoorbeeld door logo, huisstijl, fotografie, lettertypen en mascotte.

Page 5: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

TheorieënEr zijn zes verschillende theorieën die je kunt toepassen om massa's mensen te bereiken.

1. One step flow theorie: via deze theorie wordt een grote groep mensen bereikt. Deze mensen worden dan ook direct aangespoord om het product of dienst te gaan kopen. 2. Two step flow theorie: de boodschap die de zender wil overbrengen komt het beste binnen via een tussenpersoon. Bijvoorbeeld als een bekende Nederlander een product geweldig vind dan gaan veel mensen het kopen.3. Agendasettingstheorie: de media zelf bepalen de boodschap. Wat de media plaatst over een onderwerp bepaald voor een groot deel want mensen daar over denken. 4. Usus-and-gratifications theorie: klanten gaan zoeken naar producten/diensten die ze kunnen gebruiken om in hun eigen behoefte te voorzien. Bijvoorbeeld, klanten gaan via Google opzoek naar een hotel i.p.v. via een krant. 5. The medium is the message theorie: wat doet het medium met de gebruiker. Bijvoorbeeld Twitter, veel mensen die blijven op de hoogte van nieuws en trends via Twitter. Wat op die sociale media site komt bepaald de vraag naar producten/diensten bij de mensen. 6. Selectieve perceptie theorie: mensen zien alleen dingen die in hun perceptie vallen, wat zij interessant vinden. Als jij bijvoorbeeld net een nieuwe auto hebt gekocht zie je die ineens overal rijden.

Relevantie/Te gebruiken voorDeze informatie kan gebruikt worden hoe een bedrijf beter moet communiceren met verschillende partijen en welke hulpmiddelen ze kunnen gebruiken.

BeschrijvingImago en identiteit hangen met elkaar samen. De een beïnvloed de ander. Relevantie/Te gebruiken voorEen bedrijf kan dit model gebruiken om ervoor te zorgen dat de identiteit die het bedrijf heeft ook daadwerkelijk te uiten en dus dat mensen een imago zien dat hetzelfde is als de identiteit die het bedrijf heeft.

Page 6: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Inleiding Management I

Model/Theorie Auteur: Organiseren & managen, Het 7S-model toegepast

Albert Doelen & Andre Weber Vakgebied: Management

BeschrijvingHet 7S-model geeft een voorstelling van de organisatie door middel van zeven aspecten die in onderlinge samenhang de gezondheid van de organisatie bepalen. De zeven S-en zijn verdeeld in drie ‘harde’ (structuur, systemen en strategie) en vier ‘zachte’ (stijl, sleutelvaardigheden, shared values en staf)- Structuur de wijze waarop de organisatie in elkaar zit.

Oftewel hoe de organisatie is opgebouwd qua taakverdeling, afdelingen, hiërarchie en communicatiestromen.

- Systemen Hoe verschillende zaken in een organisatie geregeld zijn. Bijvoorbeeld procedures, handleidingen en instructies

- Staf (personeel) De mensen die in de organisatie werken. Hoe wordt er mee omgegaan?

- Stijl van managen/leidinggeven de manier van leidinggeven binnen een organisatie

- Sleutelvaardigheden/skills waar blinkt het bedrijf in uit?- Shared values/ gemeenschappelijke waarden de cultuur van de organisatie.

De verschillende bedrijfsprocessen in een organisatie.

Verschillende managementlagen

- Top, midden en operationeel management

Bedrijfscultuur

- Waarden en normen- Rituelen- Helden- SymbolenAuteur: Sanders en NeuijenVakgebied: Management

Relevantie/Te gebruiken voorWaar staat het bedrijf voor. Met deze theorie kun je de interne processen formuleren van een bedrijf.

Inleiding Recht

Model/Theorie Auteur: Nederlands recht begrepen- Lydia Janssen

Kluwer wettenbundels 2013 - 2014

Page 7: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Vakgebied: Recht, Privaatrecht en publieksrecht

Beschrijving

Om antwoord te geven op juridische vragen is er gebruik gemaakt van een stappenplan.

Stap 1: Benoem de partijenStap 2: Noem het onderwerpStap 3: Zoek de artikelen opStap 4: JurisprudentieStap 5: Noteer de vereistenStap 6: ToelichtenStap 7: ConclusieStap 8: Het antwoord

Verschil privaatrecht en publiekrecht.De verschillende rechtsbronnen

- Het internationaal verdrag- De wet- Jurisprudentie- gewoonte

Bronnen van het staatsrecht

- grondwet- organieke wetten- gewoonte- jurisprudentie- internationale verdragen- statuur voor het koninkrijk

Klassieke grondrechten

Sociale grondrechten

Publiekrechtelijke rechtspersonen

Privaatrechtelijke rechtspersonen

P2 - ManagenBedrijfseconomie P2

Maatschappelijk kapitaal:Is het maximale bedrag (gemeten in nominale waarde) waarvoor aandelen kunnen worden uitgegeven door de nv of bv zonder dat een statutenwijziging noodzakelijk is.Geplaatst aandelenkapitaal: In werkelijkheid kan het voorkomen dat slechts een gedeelte van het maatschappelijk kapitaal is geplaatst. Dit gedeelte noemen we het geplaatst aandelenkapitaal.

Page 8: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Gestorte aandelenkapitaal: Het gedeelte van het geplaatst aandelenkapitaal dat door de aandeelhouders reeds is gestort, heet het gestorte aandelenkapitaal. Op grond van de wet moet van het maatschappelijk kapitaal van een nv ten minste 20% worden geplaatst. Met een minimum van €45000.

Stockdividend: dat is een dividenduitkering in de vorm van aandelen. Cashdividend: uitbetaling in contanten.Keuzedividend: Als je een keuze mag maken tussen stockdividend en cashdividend heet het keuzedividend.

Nominale waarde:De nominale waarde van een aandeel is de waarde van de aandelen die in de statuten van de nv staat vermeld.  Volgens het Nederlandse recht moet aan een aandeel een nominale waarde worden toegekend en in de statuten worden vermeld. Het verschil tussen de emissieprijs (€1.50) en de nominale waarde (€0.10) noemen we agio (€1.40).

Waarom aandelen?:Voor een NV een financieringsfunctie => aantrekken van eigen vermogenMeestal ziet aandeelhouder zichzelf als belegger in plaats van eigenaar. Aandeelhouder heeft recht op winstuitkering (= dividenduitkering)

Soorten aandelen:1. Gewone aandelen                    (zeggenschap en dividend)2. Preferente aandelen               (bijzondere rechten) - vóór alle overige aandelen recht op een vast dividend- bij ontbinding van het bedrijf vóór de andere terugbetaald3. Prioriteitsaandelen                  (meer zeggenschap)- type preferent aandeel- de houders van deze aandelen kunnen bijvoorbeeld een nieuw bestuurslid benoemen

De waarde van het aandeel:Nominale waarde:waarde zoals die op het aandeel staat à staat op balans als aandelenkapitaal.Intrinsieke waarde:Waarde van het eigen vermogen van een onderneming / het aantal geplaatste aandelen.Rentabiliteitswaarde:Gebaseerd op de contante waarde van de toekomstige geldstromen.Beurswaarde:Wordt bepaald door vraag en aanbod.

Emissieprijs: De prijs die bij de uitgifte van de nieuwe aandelen per nieuw aandeel moet worden betaald. De emissieprijs bedraagt bijvoorbeeld €1.50 per nieuw aandeel.

Vreemd vermogen:                                      - Lang > 1 jaar                                   - Obligatielening- Hypothecaire lening- Onderhandse lening- (achtergestelde lening)- VVL- voorzieningen

- Kort ≤ 1 jaar- Rekening-courantkrediet- Leverancierskrediet- Afnemerskrediet- Nog te betalen bedragen

Page 9: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

- KVV of vlottende passiva

Kengetallen:- Brutowinstmarge = EBIT / omzet (excl.BTW)- RTV = EBIT / gemiddelde totale vermogen- KVV = rentekosten / gemiddelde vreemd vermogen- REV = winst na belasting / gemiddelde eigen vermogen- Debt ratio = vreemd vermogen/totaal vermogen- Quick ratio = vlottende activa-voorraden/vlottende passiva- Current ratio = vlottende activa / vlottende passiva

REVvb  =     RTV + (RTV – KVV) x VV/EVREVnb  =     1-f x (RTV + (RTV – KVV) x VV/EV)

Liquiditeit = in staat tot betalen verplichtingen op korte termijn Solvabiliteit = in staat aflossen schulden bij liquidatieActiviteitskengetallen = (voorraad, debiteuren, crediteuren)

Liquiditeit:Current ratio = VLA / VVKQuick ratio = (VLA – voorraden) / VVKLiquiditeitsoverzichtWerkkapitaal

Solvabiliteit:Solvabiliteitspercentage = EV / TV * 100%Debt ratio = VV / TV * 100%OF: EV / VV * 100%

Activiteitskengetallen:Voorraad- Omzetsnelheid van de voorraad- Opslagduur van de voorraad

Debiteuren- Gemiddelde krediettermijn van debiteurenCrediteuren- Gemiddelde krediettermijn van crediteurenOmzet- Omloopsnelheid van het totaal vermogen

Omloopsnelheid van de voorraad:Inkoopwaarde van de omzet excl. btw        gemiddelde voorraad

Omloopsnelheid = omzetsnelheid

Opslagduur van de voorraad:365 * 1/omloopsnelheid van de voorraad

Gemiddelde krediettermijn debiteuren:  Gemiddelde debiteurensaldo         Verkopen op rekening           x365 dagen

Gemiddelde krediettermijn crediteuren:Gemiddelde crediteurensaldo          inkopen op rekening             x365 dagen

Page 10: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Rentabiliteit: De winst van een onderneming gedeeld door het gemiddeld (in die periode) geïnvesteerde vermogen noemen we rentabiliteit.

EBIT: Bedrijfsresultaat

Brutowinstmarge: EBIT (bedrijfsresultaat)/omzet excl. Btw     x 100%

RTV = Rentabiliteit van het totaal vermogen      NWM = NettowinstmargeREV = Rentabiliteit van het eigen vermogenKVV = Kosten van het vreemd vermogen

EBIT (bedrijfsresultaat) = Omzet excl. Btw – kosten van de omzet excl. interestkosten

Management P2

Skills belangrijk op 2 niveausMedewerkerniveau: competentiesOrganisatieniveau: strategisch sterke punten

MANS (management en arbeid nieuwe stijl)-niet veel maar goed produceren-medewerker moet zelf fouten corrigeren-verantwoordelijkheden bij uitvoerende medewerker-kwaliteit eindproduct moet makkelijk te meten zijn

3 waardedisciplines (treacy en wiersema)

Page 11: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

-customer intimacy-operational exellence-product innovation

Kernbekwaamheid; unieke combinatie van kennis, vaardigheden, structuren, technologieën en processen die een andere organisatie niet heeft.

Offensieve strategie; proberen kennis en kunde zo mooi mogelijk te brengen. Integrale strategie; accent op kerngebieden

Strijd om marktaandeel; marktleiders en uitdagersStrategieën;-positie verbeteringsstrategie-aanvalstrategie

Productmarkt-matrix van asoffGroeistrategieën;-marktpenetratie-marktontwikkeling-productontwikkeling-diversificatie

Marktcentraal, welk deel van de markt richten.-brede markt-smalle markt

Welk Concurrentievoordeel op de markt;-lage kosten-product differentiatie

Organigram; schema waarin structuur van een organisatie wordt afgebeeld naar de verschillende functies, afdelingen en relaties.

Groeperen in een organigram op basis van twee principesInterne differentiatie: op basis van afdeling, waarbij afdelingen afhankelijk van elkaar-functionele indeling: afdelingen met functionele bijdrage, efficiency staat centraal

Interne specialisatie: groeperen op basis van het eindproduct, daarna markt, product en omgeving onderscheiden. M, p en g indeling staat effectiviteit centraal

F-indeling nadelen;-lage flexibiliteit-eentonig werk

Nadelen aanpakken;-taakroulatie-taakverrijking-taakverbreding

Matrixstructuur; geeft antwoord op vraag 'hoe efficiënt produceren en toch flexibel inspelen op kansen en wensen in de omgeving'-medewerkers opdelen in productgroepen

Projectstructuur; werken in projectgroepen

Kwaliteitscyclus (PDCA)1) plannen van kwaliteitsdoelen en opstellen van normen2) uitvoeren van activiteiten3) resultaten controleren op eventuele afwijkingen van gestelde normen4) opstellen kwaliteitsdoelen op een hoger niveau met bijhorende normen

Page 12: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

ISO systeem; internationale normen voor kwaliteitEFQM-model; 9 aandachtsgebieden (leiderschap,beleid en strategie,personeelsmanagement,middelen management,management van processen,waardering door klanten,waardering door personeel,waardering door maatschappij en eindresultaten) ontwikkeling per gebied tot fase 5. -fase 5 is open systeem

Inhoud informatie systemen1) informerend systeem (delen van feiten)2) expressief systeem (delen van gevoelens)3) relationeel systeem (onderlinge relaties)4) sturend systeem (meedelen en opdragen)

Situationeel leiderschap; manager past zijn managementstijl aan op de situatieHersey en blanchardTaakvolwassenheid van hoog-bekwaam (t4) tot laag-onbekwaam (t1)Leiderschapsstijl van veel sturing (S1) tot weinig sturing (S4)S1-instrueren (telling)S2-overtuigen (selling)S3-overleggen (participeren)S4-delegeren (delegating)

Twee typen managers-de doener-de denkerMengvormen-de diplomaat; sociaal -de filosoof; veel belang aan symboliek, imago en charisma

Transformerend leiderschap: veranderd leiderschap, manager is vader van de organisatie, eigenschappen; charisma, visie, persoonlijk aandacht, uitdaging

Transactionele manager; ruilrelatie, beloning voor werkzaamheden

Manager eigenschappen-ontplooien-coachen van teams en individuen-cultuur beïnvloeden

Typen bedrijfscultuur1) machtscultuur; baas is spin in het web (startende bedrijven)2) de rollencultuur; regels en procedures liggen vast (banken)3) persoonscultuur; professionele individuen (advocaten)4) taakcultuur; taakgericht (in teamverband werken)

Persoonlijkheidsprofiel (typologie van Hofstede)ProcesgerichtWerknemersgerichtIntern gerichtOpen versus geslotenStrak of los karakterPragmatische versus normatieve instelling

Excellence organisatie waarde kenmerkenSterke betrokkenheid topmanagementTopmanagement heeft voorbeeld functie

Page 13: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Grote zorg werving en inpassing van nieuw personeelGrote zorg scholing en trainingBewustzijn van ruilrelatie tussen individu en organisatieIntensieve en open communicatie door organisatie

Klokkenluidsregeling; belangrijk vinden medewerkers die misstanden melden te beschermen

Human Resource Management P2

Het Fombrum model

Personele structuur is heel belangrijk in een bedrijf.

Functiebeschrijving:- Taken– Bevoegdheden– VerantwoordelijkhedenCompetenties:- Kennis– Vaardigheden– Houding= FUNCTIE- EN COMPETENTIEPROFIELCompetenties: De combinatie van kennis, vaardigheden, persoonskenmerken en motivatie die iemand nodig heeft om succesvol te kunnen zijn. Een competentie uit zich inGedrag!Employer branding (werkgeversmerk):= Een authentieke en onderscheidende   voorkeurspositie verkrijgen en behouden als werkgever in de mindset van de (potentiele) medewerkers en hun beïnvloeders met als doel het aantrekken en behouden van de juiste medewerkers. Waarom? Volgens HR-directeuren is gezien de naderende krapte op de arbeidsmarkt, investeren en werken aan het Employer brand steeds belangrijker geworden in ‘the war for talent’.Internal branding: Het intern tot leven brengen van de belangrijkste (werkgevers)merkwaarden van de organisatie. Als medewerkers het werkgeversmerk omarmen en toepassen in hun houding en gedrag worden de mogelijkheden voor het waarmaken van de (wervings)doelstellingen van de organisatie vergroot.Krappe arbeidsmarkt:- veel vraag (vacatures), weinig aanbod (werkzoekenden)Ruime arbeidsmarkt:- weinig vraag (vacatures), veel aanbod (werkzoekenden) 

Page 14: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Instroom – Doorstroom – Uitstroom >>

Werving:Het geheel van activiteiten dat erop is gericht kandidaten te doen solliciteren naar bepaalde functies in de organisatie > Intern en/of extern. Je werving dient aan te sluiten op je werkgeversmerk en dus op je kernwaarden Selectie:Het geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures.Je selecteert op basis van:- Functie- en competentieprofiel– Potentiële ontwikkelingIntroductie:- Nieuwe medewerker voelt zich welkom– Kennismaking organisatie en collega’s– Bevordert productiviteit en voorkomt fouten– Professioneel    WerkgeversmerkWervingsmiddelen:- Internet– Dag- week- en vakbladen– Face to Face– Radio en TV– Intermediairs (UWV)Selectiemiddelen:– Sollicitatiebrief en CV (Curriculum Vitae)– Sollicitatieformulier– Sollicitatiegesprek– ReferentiesAssessment

Werktevredenheid de 4A’s:– Arbeidsinhoud; wat doe je?– Arbeidsomstandigheden; werkplek, temp., lawaai– Arbeidsverhoudingen; relatie met collega’s en LG– Arbeidsvoorwaarden; tijden, vakantie, loon,…Soorten Arbeidsvoorwaarden:– Primair: materieel, direct in geld Loon, vakantietoeslag, 13e maand, bonus– Secundair: materieel, indirect in geld uit te drukkenLease-auto, mobiele telefoon, laptop, vakantiedagen, werktijden– Tertiair: immaterieel, niet in geld uit te drukkenSfeer, arbeidsomstandigheden, verantwoordelijkheidJe werkt aan doorstroom door middel van Loopbaanmanagement.Van belang bij loopbaanamangement:1. Motivatie:De inwendige bereidheid van een persoon om bepaalde handelingen te verrichten.

Page 15: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Motivatie om te werken.Werkextrinsiek: zaken rond het werk– Werkomstandigheden– Beloning, emolumenten en status– Opbrengsten die met het werk worden behaald, werk is een instrumentWerkintrinsiek: direct te maken met het werk– Werk is een uitdaging– Werk is een belangrijk onderdeel van het leven– Werk leidt tot erkenning en ontplooiing– Motieven/drijfveren:2. Arbeidsethos:Kies een baan waarvan je houdt en je zult nooit in je leven meer een dag hoeven werken.– Nederland is traditioneel: arbeidsplicht– Maar: werken we om te leven of leven we om te werken?– Tegenwoordig bepaalt arbeid in hoge mate de positie in onze maatschappij3. Tevreden of ontevreden:Ontevredenheid: het niet meer zo nauw nemen, kantjes eraf lopen, privédingen doen etc.– Ziekte– WAO– Burn-out & Bore-outMedewerkertevredenheid meet je door:1. Tevredenheid over werkgever:Werkzaamheden, omstandigheden, leidinggevende, collega’s, beloning, ontwikkelingsmogelijkheden, organisatie, werkdruk  etc.2. PrestatiesHoe loopt het? Zijn de randvoorwaarden aanwezig?3. Persoonlijke instelling van medewerkers:    Zijn ze gemotiveerd?Zijn ze betrokken?Zijn ze loyaal?Vormen van uitstroom:1. VerloopNatuurlijkVrijwillig2. Ontslag3. Andere vormen van uitstroom

Recht P2Maatschap (art. 7A:1655 BW)Verdeling winst/verlies: art. 7A:1670 BW: als je niets afspreekt, evenredig naar inbrengAfwijken mag, maar beperkingen van art. 7A:1671 en art. 7A:1672 BW

beschikken: (art. 7A:1681 BW) alle maten gezamenlijk; 1 maat kan de ander niet bindenWel binding bij:- Volmacht (anderen geven vooraf toestemming)- Bekrachtiging (anderen zeggen achteraf dat het goed is)- Bij voordeel voor de maatschap VOF: (art. 16 WvK)bijzondere maatschap (overeenkomst) Art. 7A: 1655uitoefening van bedrijf   onder een gemeenschappelijke naamBedrijf: beroep waarbij niet de persoonlijke kwaliteiten van de beoefenaar op de voorgrond staanVerdeling winst/verlies zelfde als bij maatschapieder der vennoten bevoegd tot beheer en beschikken (art. 17,eerste lid, WvK)Tenzij (artikel 17, tweede lid, WvK): - buiten doel vennootschap of,afgesproken bevoegheidsbeperking - artikel 29 WvK 

Page 16: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

- vennoten zijn hoofdelijk aansprakelijk (art. 18 WvK)(d.w.z.: ieder afzonderlijk kan voor 100% worden aangesproken!)- de vof heeft een afgescheiden vermogen; schuldeisers van de vof hebben voorrang op dit vermogen boven privéschuldeisers- ook verhaal op privévermogen van vennoten- Maatschappelijk kapitaalHet maximale bedrag waarvoor de BV ingevolge de statuten aandelen mag uitgeven (niet verplicht)- Geplaatst kapitaalDat deel van het maatschappelijk kapitaal dat ook daadwerkelijk aan de aandeelhouder(s) is uitgegeven- Gestort kapitaalHet geplaatst kapitaal voorzover aan de daartegenoverstaande stortingsplicht is voldaan (art. 2:191 BW)Vereisten voor oprichting BV (art. 2:175, tweede lid BW):- oprichtingshandeling (eenzijdig of meerzijdig)- notariële akte van oprichting- ondertekening door de oprichters en door elke aandeelhouder die aandelen bij oprichting neemt- BV wordt opgericht op moment dat de notariële akte wordt ondertekend bij de notarisArt. 2:180 BW Inschrijven in handelsregisterStatuten moeten bevatten (art. 2:177 BW):- de naam, de zetel en het doel van de vennootschap (art. 2:177 BW)- het nominale bedrag van de aandelen (art. 2:178 BW)Van aanvullend recht kun je bij statuten afwijken!!!!!Doeloverschrijding:- rechtshandeling vernietigbaar bij wetenschap tegenpartij (art. 2:7 BW) - Aansprakelijkheid bestuurder t.o.v. de rechtspersoon Vermogen:- het geheel van rechten en plichten dat op een bepaald moment aan iemand toekomt en dat op geld waardeerbaar is.- Er zijn absolute en relatieve vermogensrechten -> absoluut: geldt tegenover iedereen zonder onderscheid (voorbeeld: eigendom)-> relatief: werkt slechts tegenover een of enkele personen (voorbeeld: een overeenkomst) Art. 6:213 BW:- een meerzijdige rechtshandeling - waarbij een (of meerdere) verbintenis(sen) wordt (worden) aangegaan Rechtshandeling art. 3:32 BHoofdregel (lid 1): ieder natuurlijk persoon is handelingsbekwaam Uitzondering (lid 2): een rechtshandeling van een onbekwame is vernietigbaar - Wie is handelingsonbekwaam?Minderjarigen: zie art. 1:234 en art. 1:235 BWOnder curatele gestelden: zie art 1:378 BW- Wat is vernietigbaar?Moet worden ingeroepen door beschermde partij Dan: rechtshandeling heeft nooit bestaan Rechtspersoonlijkheid:heeft een onderneming of organisatie, wanneer het zelfstandig schulden en bezittingen heeft, en dus een eigen afgescheiden vermogen heeft. De aansprakelijk van de eigenaren gaat niet verder dan de waarde van hun aandelen.Ondernemingsvormen zonder rechtspersoonlijkheid:Geen afgescheiden vermogen:- Eenmanszaak- MaatschapAfgescheiden vermogen:- VOF Ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid- NV- BV- (vereniging, coöperatie, OWM, stichting)

Page 17: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Eenmanszaak:- Een onderneming die toebehoort aan een natuurlijk persoon- Onderneming inschrijven in het Handelsregister - Administratie voeren- Geen scheiding zakelijk en privé-vermogen - Hoe zit het met winst/verlies, bevoegdheid en externe aansprakelijkheid? Maatschap:Definitie (art. 7A:1655 BW)- Overeenkomst (vormvrij)- twee of meer personen- verbinden om iets in (a) gemeenschap (b) in te brengen- oogmerk: winstdelingVerdeling winst/verlies:- art. 7A:1670 BW: als je niets afspreekt, evenredig naar inbreng- Afwijken mag, maar beperkingen van art. 7A:1671 en art. 7A:1672 BW- geen afgescheiden vermogen- geen hoofdelijke aansprakelijkheid (art. 7A:1679)- aansprakelijkheid voor gelijke delen (art. 7A:1680); dus ook indien winst/verliesdeling intern anders is geregeld- art. 7A:1681: indien een onbevoegde handeling van een der maten tot voordeel van de maatschap heeft gestrekt, overige maten toch gebondenRechtspersoon:- Drager van rechten en plichten - Deelnemer aan het rechtsverkeer- Gelijk gesteld aan natuurlijk persoon (art. 2:5 BW)- Privaatrechtelijke rechtspersonen (art. 2:3 BW)- besloten vennootschap- naamloze vennootschapMotieven voor oprichting B.V:Belastingtechnisch:- Vennootschapsbelasting lager dan hoogste tarief inkomstenbelastingAansprakelijkheid:- Rechtspersoon eigen vermogen - Bestuurder niet aansprakelijk in privévermogen - Aandeelhouder aansprakelijk tot ingebrachte bedrag.

Marketing P2

-Kotler: Sociaal en managementproces waarin individuen en groepen verkrijgen waaraan zij behoefte hebben en wat zij wensen, door producten en waarde te creëren en deze met anderen uit wisselen

-Bedrijfseconomisch: winstgevende relaties met afnemers opbouwen en in stand houden dmv waardecreatie via ruil (binnen kader ondernemingsdoelstellingen)

 Marketingmanagementconcepten

Page 18: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Toepassingsgebieden: Consumentenmarketing (B2C) ,  Industriële marketing (B2B) , Detaillistenmarketing (trade), Detailhandelsmarketing (retail), Dienstenmarketing, Non-profitmarketing

Marketingmix: Product, Promotie, Prijs, Plaats , (Personeel, Proces)

Hier zie je het Abell-diagram

Marketing proces: bestaande uit 5 stappen

Page 19: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

1) de markt en behoefte/wensen van klanten doorgronden2) een klant-gestuurde marketingstrategie ontwikkelenRichten op één van de vijf verschillende marketingmanagementconcepten 3) een marketingprogramma opzetten dat superieure waarde levert4) winstgevende relaties opbouwen en optimale klanttevredenheid realiseren5) waarde van klanten krijgen om winst en optimale klanttevredenheid te realiseren

Interne analyse- Gericht op Micro omgeving- Onderzoekt de situatie binnen het eigen bedrijf- Brengt sterkten en zwakten van een bedrijf in kaart

Marketing mix- Inventariseer wie de concurrenten zijn- Beschrijf bij alle concurrenten hun invulling van de 4P’s- Inventariseer bij het eigen bedrijf de invulling van de 4P’s- Vraag aan potentiële klanten waarin het eigen bedrijf beter of slechter is dan haar concurrenten

Drie strategieën van Porter1) kostenleiderschap-laagste productie- en distributie kosten2) differentiatiefocus-uniek product3) kostenfocus-zelfde als 1 of 2 maar speciaal voor een deel van de markt

Marketingmix 4P's-product-prijs-plaats-promotieAndere benadering: drie R's (gaat er van uit dat 4p's een randvoorwaarde is)-relatie-ruil-reputatie

Beschrijf de concurrentie intensiteit Concurrenten: Hoge / lage / gemiddelde concurrentie intensiteit, zitten in dezelfde branche als jou, beschrijven hoe de onderlinge rivaliteit zit (naamsbekendheid, snelle hap)Substituten: goederen die een goed kunnen vervangen (Pizza i.p.v. een hamburger)Potentiële toetreders: macht van nieuwe toetredersLeveranciers: wat is de inspraak macht van de leveranciersAfnemers: Zeer zwak, omdat je vaak alleen komt

Strategie ontwikkelingMissie: Waarom, bestaansrecht, waar staan we voorVisie: Wat, toekomstvisie, gaan we voorStrategie: Hoe, onderneming en marketing mix , doelstellingen

Groeistrategieën-Positieve groei -Geen groei (consolideren) -Negatieve groei (uitmelken, terugtocht) – bij verzadigde markten

Marketingplan

Page 20: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

-samenvatting van inschattingen, doelen en aanbevelingen-omgevingsanalyse-SWOT-analyse-marketingstrategie en doelstellingen-marketingplan

Marketinganalyse: planning , implementatie, controle Operationele controle: continue prestaties afzetten tegen jaarplanning, ingrijpen waar nodigStrategische controle: controle op basisstrategieën goed passen bij kansenMarketingaudit: systematische onafhankelijke en periodieke doorlichting van de omgeving, doelstellingen, strategieën en activiteiten van bedrijf

Micro-omgeving: krachten van bedrijf die van invloed zijn succesvolle relaties met geselecteerde klanten op te bouwenMacro-omgeving: brede maatschappelijke krachten die de meso en micro omgeving beïnvloeden

Meso-omgeving: afnemers, bedrijfstak, leveranciers, concurrenten, distributiekolom, externe belangengroepenMacro-omgeving: demografische, economische, sociaal-cultureel, technologische, ecologische, politiek-juridische factoren

Intermediairs: helpen het bedrijf bij de promotie, verkoop en distributie van zijn goederenE-commerce: internet marketing

Soorten producten-consumentenproducten: voor persoonlijk gebruik/verbruik afnemer-convenience products: worden gekocht met zeer weinig koopinspanning (meestal routinematige producten: zeep etc..)-shopping products: waar enig moeite voor gedaan wil worden (meubels)-specialty goods: unieke producten waar koopinspanning voor wordt gedaan. (Luxe horloge..) -unsought goods: waar de consument niet gemotiveerd voor is (uitvaard verzekering)-industriële producten: worden gebruikt voor verdere verwerking of gebruik in bedrijf-kapitaal goederen: gedurende diverse productieprocessen gebruikt (machines..)

Brand equilty: kennen van merknaam heeft response van een klant

Productfasen (Productlevenscyclus)1) product ontwikkeling2) introductie3) groei: toenemende winsten4) volwassenheidsfase: gelijke winsten5) neergang

Product dimensiesBreedte: aantal productgroepen Diepte: aantal productvarianten (binnen groep) Lengte: totaal aantal artikelen (binnen groep)Consistentie: Zien waarom dingen bij elkaar horen.

Assortiment uitbreidenProduct-line intensivation: uitbreiding binnen huidige productlijnen         Product-line extension: uitbreiden buiten huidige productlijnen

Waarom marketingcommunicatie KHG modelWeten (k) is kennenVinden (H) is houden vanDoen (G) is trouwen

Page 21: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Strategische keuzes Themacommunicatie: Lange termijn, Kennis  + Houding Actiecommunicatie: Korte termijn, Gedrag

CommunicatiebudgetSluitpost, budgetten naar percentage van de omzet, concurrentiegeoriënteerde methode, taakstellende methode

Salespromotion-consumentenpromoties: afzet op korte termijn verhogen, of marktaandeel op lange termijn op te bouwen. -trade promotions: detaillisten motiveren om nieuwe artikelen en grotere voorraad te voeren-sales force promotions: vertegenwoordiger meer ondersteuning, stimuleren meer nieuwe klanten binnen te halen

MarketingNarrowcasting: beperkte doelgroep, klein uitzenden van promotie bjivoorbeeld op een tv’tje bij de tandartsOut of home media: Billboards In-game advertising: In games adverterenViral marketing: In zo’n kort mogelijke tijd een zo groot mogelijk bereik creëren door digitale kanalenBuzz: Ophef creëren, zoomen Experience marketing: op Events, sportmarketing en sponsoring en entertainmentmarketingGuerilla marketing: met beperkte middelen groot resultaat bereiken! P3 - Groeien

Algemene economie (macro)

Model/Theorie Auteur: Onderneming en omgeving – dr. R. Schöndorff, drs. JFB. Pleus, dr. CA de

Kam Vakgebied: Macro economie

BeschrijvingDe economische kringloopTaken van DNBHet ontstaan van de economische crisisConjunctuurcyclusInvloed overheid op de economie en de conjunctuurInvloed van het buitenland op de economie of de conjunctuur (import/export)

Relevantie/Te gebruiken voorDe vier actoren van de economische kringloop hebben effect op bedrijven.

Bedrijfseconomie

Model/Theorie Auteur: Bedrijfseconomie voor het besturen van organisaties – A.W.W. Heezen Vakgebied: Bedrijfseconomie

BeschrijvingBerekenen integrale kostprijsmethodeDe klassieke methodeDe geanalyseerde methode

Page 22: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Bezettingsresultaat op vaste kostenVerschil kosten, uitgaven, opbrengsten en ontvangsten herkennen uit de resultatenrekeningVijf kostenindelingen van bedrijvenVerschil variabele en vaste kostenBegrote en werkelijke resultatenrekening

Relevantie/Te gebruiken voorMet deze informatie kan er bekeken worden welke kosten er zijn in een bedrijf. Je kan er achter komen wanneer en waarom die kosten telkens veranderen.

Page 23: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Belastingrecht

Model/Theorie Auteur: Belastingrecht voor Bachelors en masters 2013/2014 – G.A.C. Aartsen

Belastingwetten 2013 Pocketeditie, Ch. PA Geppaart Vakgebied: Belastingrecht

BeschrijvingVerschillende soorten belastingen

- Directe belasting- Indirecte belasting- Tijdvakbelasting- Tijdstipbelasting

Dienstbetrekking

- Privaatrechtelijke dienstbetrekking (art 7:610 BW) Gezagsverhouding, loon, arbeid

- Fictieve dienstbetrekking (Art 3 & art 4 wet LB)

Inkomstenbelasting

Box 1: Werk en woning (art 2.10 wet IB)

Box 2: Aanmerkelijk belang (art 2.12 wet IB)

- 5% aandelen van minstens 5% in een BV/NV, tarief 25%Box 3: Sparen en beleggen (art 2.13 wet IB)

- 4% rendement, tarief is 30%- Heffingsvrijevermogen €21.139

Ondernemersfaciliteiten:

Investeringsaftrek

- Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek- Energie-investeringsaftrek- Milieu-investeringsaftrek

Oudedagsreserve Mag met maximaal 12% van de winst uit een onderneming met een maximum van € 9.542 (art. 3.68 wet IB)

Ondernemersaftrek (art 3.74 wet IB)

- zelfstandigenaftrek- Startersaftrek- Aftrek speur- en ontwikkelingswerk- Meewerkaftrek- Stakingsaftrek

MKB-winstvrijstelling 14% van de winst ( na vermindering van het ondernemingsaftrek)Vennootschapsbelasting

Relevantie/Te gebruiken voor

Page 24: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Met deze informatie weet je hoe je belasting moet betalen. Belasting betalen over het loon en als ondernemer.

HRM

Model/Theorie Auteur: Operationeel personeelsmanagement – I. Schoemakers en F. Koopmans Vakgebied: Personeelsmanagement

BeschrijvingInstroom van personeel

- Werving en Selectie

Arbeidsmarktcommunicatie

Arbeidsmarktimago

Arbeidscommunicatieplan Strategische arbeidsmarktcommunicatie

1. Probleemstelling: opdracht - centrale vraag2. Doelstellingen (smart)3. Doelgroep (analyse)4. Boodschap (wat willen we overbrengen?)5. Strategie (hoe gaan we dat aanpakken?)6. Werving- en selectiemiddelen/ Media7. Organisatie en planning (draaiboek werving én selectie)8. Budget9. Evaluatie

Directe werving & job branding

OGI-model

- Organisatieniveau- Groepsniveau- Individueel niveau

Wervingsprocedure en wervingskanalenWervingscampagne

SelectiemiddelenSelectieprocedure:1. Brief- en CV selectie (waar let je eerst op? Harde eisen, kennis, opleiding)2. Ongeschikte kandidaten afwijzen3. Potentiële kandidaten uitnodigen voor interview4. Vervolggesprek / tests / assessment / referenties5. Selectie (+ eventueel vervolggesprek / arbeidsvoorwaarden)6. Bevestig de aanname7. Arbeidscontract + informeren medewerkers

Introductie = onboarding

Relevantie/Te gebruiken voorHoe je het beste personeel kan werven.

Page 25: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Management

Model/Theorie Auteur: Reader P3 Management Vakgebied: Management

Beschrijving: Zeven groeistadia: Groeimodel van KeuningStadium 1: BestaansopbouwGroeifase (Evolutie): Groei door creativiteitCrisis (Revolutie): Leiderschapscrisis Stadium 2: OverlevenGroeifase (Evolutie): Groei door dirigeren Crisis (Revolutie): Autonomiecrisis Stadium 3: SuccesGroeifase (Evolutie): Groei door delegatieCrisis (Revolutie): BeheerscrisisStadium 4: ExpansieGroeifase (Evolutie): Groei door coördinatieCrisis (Revolutie): BureaucratiecrisisStadium 5: Optimale verhoudingenGroeifase (Evolutie): Groei door samenwerkingCrisis (Revolutie): OverlegcrisisStadium 6: VerstarringGroeifase (Evolutie): Groei door verzakelijking en deregulering Crisis (Revolutie): IdentiteitscrisisStadium 7: Nieuwe vormen van groei Groeifase (Evolutie): Groei door geïntegreerd mens- en omgevingsgericht beleidCrisis (Revolutie): Verantwoordelijkheidscrisis

Veranderingsmodel van Lewin1. Unfreezing2. Moving3. Freezing

Veranderingsstrategieën van Ezerman1. Ontwijken2. Faciliteren3. Informeren4. Educatieve strategieën5. Onderhandelen6. Overtuigen7. Macht, dwang en pressiestrategie

Reorganisatie

Relevantie/Te gebruiken voorKijken naar de groei en ontwikkeling van een organisatie. En hoe veranderingen worden doorgevoerd.

P4 – Innoveren

Page 26: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

BedrijfseconomieModel/Theorie Auteur: Bedrijfseconomie voor het bestuderen van organisaties

A.W.W. Heezen Vakgebied: Bedrijfseconomie

Beschrijving:Theorie van de afgelopen drie blokken.Werken met Excel:

- Investeringsbegroting- Resultatenrekening- Liquiditeitsbegroting- Financieringsbegroting- eindbalans

De genoemde begrotingen moeten in Excel worden opgesteld en met elkaar in verband worden gebracht.

Relevantie/Te gebruiken voorHandig om te gebruiken voor het opstellen van financiële stukken in Excel.

Innovatie theorieModel/Theorie Auteur: Business Model Generatie

Alexander Osterwalder & Yves Pigneur.

Marketing de essentiePhilip Kotler

Vakgebied: Management

BeschrijvingBusiness Model Canvas (BMC): Een model bestaande uit negen verschillende bouwstenen om de organisatie in kaart te brengen. Het model laat de huidige strategie zien of om een nieuwe strategie op te zetten.

Business Model Patronen (BMP): Ontbundeling, Long Tail Businessmodellen, multi-sided platforms, Free waaronder Freemium en Balt & Hook en Open business modellen.Patronen zijn verschillende manieren van bedrijfsvoering.

Trend Canvas: Trends en ontwikkelingen om de bedrijfsvoering in kaart te brengen.

Page 27: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

Aankoop gedrag van de consumenten van een bedrijf- Innovators- Early adopters- Early majority- Late majority- Laggards

Product Levens Cyclus (PLC): Levens cyclus van een product. Er zijn vijf fasen:1. Productontwikkeling2. Introductie3. Groei4. Volwassenheidsfase5. Neergang

Productinnovatie proces (Kotler)1. Ideeën genereren2. Ideeën screenen3. Concept ontwikkelen en testen4. Marketing strategie5. Bedrijfseconomische analyse6. Productontwikkeling7. Test marketing8. Introductie

Relevantie/Te gebruiken voorHet bedenken van een goede innovatie en deze uitvoeren in de praktijk. Ook weet je hoe er moet worden geïnnoveerd.

Innovatie praktijk: Zelfde als innovatie theorieIntellectueel Eigendomsrecht

Model/Theorie Auteur Vakgebied: Recht Beschrijving

Definitie I.E: Het uitsluitend recht van de mens op de producten van zijn denkarbeid.- Geestelijke eigendom- Een monopolie bepaalde handelingen te verrichten- Merkenrecht, recht op handelsnaam, octrooirecht, auteursrecht,

portretrecht.Auteursrecht: art 1 • artikel 4 Auteurswet: vermoeden van auteurschap

Page 28: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

• Artikel 6 Auteurswet: BIJV. Architect• Artikel 7 Auteurswet: In loon dienst iets maken. Dan rust auteursrecht bij werkgever.

Doet het in opdracht van.

Portretrecht: Artikel 20 en 21 AuteurswetOctrooirecht: Artikel 4, 6, 7, 24, 70, 75

Merkenrecht BVIE: 2.20, 2.21Merk (art 2.1 BVIE)

• een teken (woord, naam afbeelding etc)• waarmee de handelswaren / diensten• van een onderneming onderscheiden worden van handelswaren / diensten van

concurrenten

Functies merk• Herkomstfunctie (onderscheidt, individualiseert)• Garantiefunctie (voor bepaalde kwaliteit)• Reclamefunctie

Typen merken• Woordmerken• Beeldmerken• Vormmerken• Kleurmerken• Slagzinnen

Rechtmatig (art 2.20 lid 1 sub A)• Gebruik teken onrechtmatig indien:

– Teken gelijk aan merk– Voor dezelfde waren – merkgebruik derde doet af aan functies merk OP BASIS VAN UITSPRAAK! Zelf

onthouden(laatste vereiste op basis van jurisprudentie)

Rechtmatig (art. 2.20 lid 1 sub B)• Gebruik teken onrechtmatig indien:

– Teken gelijk is/overeenstemt met merk– Gebruikt voor zelfde/soortgelijke waren– Door gebruik ontstaat verwarring bij publiek

Rechtmatig (art 2.20 lid 1 sub C)• Gebruik teken onrechtmatig indien:

– Teken gelijk is/overeenstemt met merk

Page 29: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

– Gebruikt voor niet soortgelijke waren– Indien sprake is van een bekend merk– Door gebruik zonder geldige reden

• Wordt ongerechtvaardigd voordeel getrokken• Afbreuk onderscheidend vermogen/reputatie merk

Rechtmatig (art 2.20 lid 1 sub D)• Gebruik teken onrechtmatig indien:

– Teken gebruikt anders dan ter onderscheiding waren/diensten– Door gebruik zonder geldige reden

• Wordt ongerechtvaardigd voordeel getrokken• Afbreuk onderscheidend vermogen/reputatie merk

Handelsnaam• De naam waaronder de onderneming wordt gedreven (art. 1 Hnw)

– Doel is het onderscheiden van een onderneming– iedere ondernemer is vrij om een handelsnaam te kiezen, de wet geeft slechts

een aantal verbodsbepalingen– Ontstaat door gebruik

Als je de naam als eerste gebruikt dan ben je beschermd.

Misleidende handelsnamen• Misleiding omtrent eigendom (art 3 Hnw)• Misleiding omtrent rechtsvorm (art 4 Hnw)• Overige misleiding (art 5b Hnw)

Conflicterende handelsnamen• Artikel 5 Hnw: Het is verboden een handelsnaam te voeren die:

– Reeds door een andere onderneming wordt gevoerd – Deze door de ander rechtmatig werd gevoerd,– Indien sprake is van verwarringsgevaar door:

• Aard onderneming• Plaats vestiging

Botsing handelsnaam en merk• Artikel 5a Hnw: Het is verboden een handelsnaam te voeren die:

– Een beschermd merk bevat– De handelsnaam lijkt teveel op merk– Waarbij verwarringsgevaar over herkomst is te duchten

10 stappen analyse rechtspraak

Page 30: Portfolio Jelle Quick · Web viewHet geheel van activiteiten dat gericht is op en leidt tot het uitkiezen van de juiste personen voor de invulling van vacatures. Je selecteert op

1. Rechterlijke instantie2. Welke plaats3. Datum uitspraak4. Partijen5. Feiten6. Argumenten partijen7. Vordering(en)8. Relevante wetsartikelen9. Beslissing10. Motivering

Rechterlijke instantie1. Rechtbank2. afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van state bestuursrechtelijke zaken

hoger beroep3. College van beroep voor het bedrijfsleven4. Centrale Raad van beroep5. Gerechtshof hoger beroep6. Hoge raad cassatie, alleen feiten

Relevantie/Te gebruiken voor:Het beschermen van ideeën en merken van een bedrijf.