Paragraaf 5.3 Gelijkheid voor iedereen. In de Tweede kamer zaten alleen liberalen. Want alleen...
-
Upload
guus-janssens -
Category
Documents
-
view
213 -
download
0
Transcript of Paragraaf 5.3 Gelijkheid voor iedereen. In de Tweede kamer zaten alleen liberalen. Want alleen...
Paragraaf 5.3Gelijkheid voor iedereen
In de Tweede kamer zaten alleen liberalen. Want alleen rijke mannen mochten
stemmen. Bij liberalisme zou alles vanzelf
goedkomen. Niemand kwam op voor de arbeiders.
1848
Kwam wel op voor de arbeiders. Iedereen moest gelijk zijn. Grond, fabrieken en machines moeten
van de staat zijn. De staat moet dan alle winst eerlijk
verdelen.
Socialisme
Bedacht door Karl Marx De staat moest zich dus juist wel
bemoeien met de economie. Tegenstander van het liberalisme.
Socialisme
Wilden meedoen aan verkiezingen. En wilden wetten zodat ze een beter leven
zouden krijgen. Ze wilden: Stemrecht. Verbod op kinderarbeid Kortere werkdag, enz.
Socialisme
Sociaal-Democratische Bond Leider: Ferdinand Domela
Niewenhuis. Was lid in de Tweede Kamer. Niemand luisterde naar hem. Hij was teleurgesteld en ging
weg Hij ging voortaan door
revoluties dingen veranderen.
SDB
Sociaal-democratische Arbeiderspartij.
Leider: P.J. Troelstra. Hij wilde wel
veranderingen via de Tweede Kamer.
SDAP
Door de socialisten kwamen er wetten om de arbeiders te helpen:
1864: kinderwet 1901: sociale verzekering en ongevallenwet 1919: 45-urige werkweek
Sociale wetten
Socialisme: politieke stroming die opkomt voor gelijkheid
Begrippen