Over stapjes en steentjes - schooljaar 2010/2011 - paaseditie

4e jaargang nr. 3 Pasen 2011

KLOOSTERSTRAAT 2 – 8210 VELDEGEM

Tel / 050/27.62.12 – fax : 050/27.93.21

[email protected] – www.vbsdestapsteen.be

mailto:[email protected]

http://www.vbsdestapsteen.be/

2


Inhoud Woordje van de directeur 3

Uit het dagboek van… 4

Uit de klas gegrepen : K1 6

Uit de klas gegrepen : K2-3 10

Zo zijn onze manieren : Stap 18

Uit de klas gegrepen : L1 19



Prikbord 31

Mijn talent 32

Zorg 34

Ouders aan het woord 35

Bezinning 36

Dansfeest 37



Jeugdillustrator Martijn van der Linden 42


Mankepootstekeblind 46

Marc de Bel 47

Topgeheim 48

Damiaanactie 49

Zo zijn onze manieren 51

Ontbijt op school 53

Top 10 54

Super mammie en pappie 55

Wegwijs op het web 57

Familieberichten 59

Tien ijzersterke redenen om mee te fietsen 60

Jabbedabbedoe 61

Kleurplaat detective 63

Fietstocht 64

3


Woordje van de directeur

In deze maand begint het voorjaar. De eerste bloembollen (die ik kocht tvv de

bosklassers) vertonen hun kleurenpalet, met een beetje geluk zien we de eerste

lammetjes in de wei en vogels beginnen weer hun nesten te bouwen. Ieder jaar ben

ik opnieuw verrast door de kracht van de natuur. De winterse kou heeft het niet

kunnen winnen van de levenskracht die ongezien in de natuur verborgen gaat.

In mensen zie ik soms hetzelfde gebeuren. Een mens die door een crisis in zijn

leven gaat blijkt vaak sterker dan hij ooit voor mogelijk hield… Waar geen uitweg

meer lijkt te zijn uit problemen daagt ineens toch weer het morgenlicht. Onze

gedachten gaan daarbij uit naar de inwoners van Japan die de akeligste lente ooit

meemaken.

Waar het op aankomt als alles tegenzit, is dat je uit blijft kijken naar betere

tijden, naar warmte, naar licht en je laat raken door de eerste tekenen van het

nieuwe leven.

“Het gaat niet om de bloemen, het gaat om wie ze voor je plukt.”

Ginette Cooleman, directeur

4


Uit het dagboek van…

Uit het dagboek van een leesmoeder

6.45 Tijd om op te staan! Koffie en thee zetten. Tafel

dekken.

Vandaag is het woensdag, dus fruitdag. Nootjes uit eigen tuin

worden in een doosje meegegeven naar school.

Na het eten en verfrissen zijn we klaar om naar school te vertrek-

ken.

8.25 Gewapend met fluojas en fietshelm stappen we op de fiets

richting de Stap en daarna de Steen.

8.45 De bel gaat. Ik neem mijn grabbeldoos, want ik ben leesmoeder

voor het 3de leerjaar, later dit jaar voor het 2de leerjaar. Als lees-

moeder heb je elke week 3 à 4 kinderen die je begeleidt om te le-

zen. Het gaat heel vlot en het gaat er speels aan toe in dit 25 minu-

ten durend leesmoment.

9.10 Jammer, voor deze week zit het er weeral op. Met de fiets terug

naar huis.

Ik begin aan het middageten. Deze middag eten we zelfgemaakte

lasagne met tomaten uit eigen tuin.

10.30 Ziezo, nog wat tijd over vooraleer de kinderen terug thuis zijn.

De reeds verworven compost uit de compostbak kan ik al in de serre

kwijt om bij warmer weer terug tomaten in te planten.

11.45 Met de fiets terug naar school om terug thuis, de lekkere lasagne

op te eten.

13.15 Vandaag is het boekenbeurs. Daar gaan we naar toe, want Marc

de Bel komt signeren.

5


16.00 Fleur samen met Jutta naar Stan en Marion voeren om dan samen

naar het crea-atelier te gaan.

16.30 Nogmaals naar het nieuws luisteren in verband met de ramp in

Japan waardoor ik aan de ramp van Tsjernobyl moet denken, op 26

april, reeds 25 jaar geleden. Jaarlijks komt onze Wit-Russische

dochter Julia naar hier om wat aan te sterken, want de bestraling is

er nog steeds te veel aanwezig. (www.chernobylkinderenvzw.be)

18.45 Fleur wordt thuis afgezet door Jutta‟s mama en nu kunnen we

samen eten.

19.30 Fleur en Julie nog even laten douchen en klaarmaken om te gaan

slapen.

20.00 Julie en Fleur liggen in bed.

20.15 Na wat opruimwerk nog een uurtje Russisch leren, want zaterdag

heb ik examen.

21.45 Het zit erop voor vandaag. Nu ga ik naar bed, maar eerst eens

telefoneren naar mijn man, papa Stefaan, want vandaag zit hij

in het buitenland. Deze week is dat Spanje.

Goedenavond!

Slaap lekker!

Nancy Boddin

http://www.chernobylkinderenvzw.be/

6


Uit de klas gegrepen

Kleuter 1a: Gedichtendag op 27 januari 2011. Gedichten? Gedichten? Wat zijn dat?

O, maar die zitten in een doosje? Welk gedichtje in welk doosje?

Ra, ra, ra, wat een leuke verrassing

7


Daarna kozen de kleuters een gedichtje uit en mochten ze dat versieren

We hadden samen een leuke dag!

8


Kleuter 1B

Gooi geen oude washandjes weg!

In het thema “hygiëne” hebben de kleutertjes een leuk knuffeltje gemaakt van een

washandje.

Knoopjes en wol werden gebruikt voor ogen en haar.

Iedereen was heel fier en wilde maar al te graag op de foto.

Goed ingepakt met een plastieken schortje konden de kleuters ook exploreren en

hun hartje ophalen met allerlei lege flesjes in zeepwater.

Ze vonden het fascinerend dat het water schuimde. De kleuters waren dan ook

heel geboeid in hun spel.

Juf Cecile

9


Kleuter 1c Naar aanleiding van het thema „ik sta op‟ mochten wij, de peuters van juf

Inge, vroeger naar school komen waar de ontbijttafel klaar stond.

Wannes, de klaspop, wachtte ons op aan de lange tafel.

Wit, bruin brood, confituur, choco,… ons maagje knorde bij al dat lekkers.

We lieten het ons geen twee keer zeggen,

het smaakte!

Melk, chocomelk, fruitsap, water,… voor

elk wat wils. Als afsluiter een yoghurtje

om de kleine gaatjes te vullen.

Veel handen maakten licht werk… dus

samen de ontbijttafel opruimen was er ook

bij. En of het gesmaakt heeft? Moeten we

het nog vertellen… alle boterhammen

waren op.!!

10


3e kleuterklas

Onlangs werd in de klas het thema „ DROMEN „ uitgewerkt.

Er kwamen enkele leuke activiteiten aan bod :

Elke kleuter heeft zelf een boekje gemaakt

„ Mannetje droomt een droom „

Elke kleuter maakte ook een dromenvanger om de enge, boze dromen op te

vangen.

De knuffel was er ook bij. Samen met knuffel werd er genoten van een

relaxatiemoment.


11


Op het einde van het thema organiseerden we nog een pyjama-fuif. Elke

kleuter mocht zijn pyjama/slaapkleedje meebrengen ( en dan ook

aantrekken)

Het werd een leuke afsluiter waarbij we samen veel plezier beleefden !

Hieronder enkele sfeerbeelden :

12



Tweede en derde kleuterklas: Rollebolle

Spelen is voor elk kind de meest natuurlijke en spontane vorm van bewegen.

Al spelend worden de fysieke en motorische mogelijkheden optimaal ontdekt

en ontwikkeld.

Door het vele aantrekkelijke en uitnodigende materiaal dat wordt aangeboden,

is ROLLEBOLLE een leerrijk speelparadijs !

De kleuters komen in een 10-tal speelhoeken via een doorschuifsysteem.

De kleuters proberen het evenwicht te bewaren bij houdingen op diverse

steunvlakken.

13


Hier kunnen de kleuters ruimtelijke hindernissen nemen d.m.v.

klimmen, klauteren, stappen, springen.

De kinderen proberen verschillende materialen uit. De kleuters merken dat er

verschillende manieren van voortbewegen zijn : door verschillende basisbewegingen de

ledematen functioneel en gecoördineerd

inschakelen.

Langs een parcours wordt het evenwicht geoefend.

14


Fietsen : de kleuters moeten kunnen samenwerken :

Afspraken naleven, rekening houden met de mede-fietsers.

Het springkasteel : de kleuters beleven plezier aan de fysieke inspanningen.

Bouwen, puzzelen, hinkelspel :

15


Overdekte doolhof, waarbij de kleuters zelf hun weg zoeken.

De kleuters zitten op een stoel in een kring. Elk heeft een bal.

De begeleidster geeft opdrachten :

Bv. de bal laten botsen en opvangen, rond de stoel stappen en de bal kaatsen

op de grond, de bal gooien en opvangen, de bal laten rollen onder de stoel…

Voor alle kleuters een leerrijke en leuke namiddag !

16


Vrijdagnamiddag 18 februari : slotnamiddag van het kleuterproject: „dromen‟

Na 2 weken klasoverschrijdend werken in de kleuterschool kwamen de ouders,

grootouders, tantes, nonkels,…. de werkjes van de kleuters bewonderen.

Meester Luc en een grote beer verwelkomden de mensen met een gedicht.

Alle kleuterklassen werkten samen op hun eigen niveau dit thema uit:

- De eerste kleuterklassen vertelden over knuffels, slapen gaan, pyjama‟s ,

wensdromen

- De 2-3 klassen over droomzuigers, dromenvangers, het boek “Nare dromen

pakken, lekkere taart van bakken” en “Mannetje droomt een droom.”

Dromen

17


.

Als slot werd er op het liedje van Samson en Gert „dromen‟ onder leiding van

juf Evelien gedanst!

Niet alleen de kleuters, maar ook de bezoekers waren laaiend enthousiast!

18


Zo zijn onze manieren

Ben je op zoek, kijk dan in deze hoek.

Jas uit,

sjaal af,

muts af,

in de mouw.

Handschoenen in de zak

en jas aan de kapstok.

Zo raken we niets kwijt!

Dat beeldden de leerlingen van het tweede leerjaar uit.

Nu hopen we dat de kinderen hun spullen minder vlug verliezen.

En gebeurt dat toch

19


UIT de klas gegrepen

Eerste leerjaar A

*Op donderdag 13/01/2011 namen wij samen met het tweede leerjaar deel aan

„Honkietonkie‟ te Torhout.

Deze activiteit werd opgebouwd uit 3 onderdelen.

-spelenmarkt

-reuzespelen (reuzetwister, reuzebal, klimtoren,…)

-coöperatieve spelen

(ballenbad,kwartetspel, regenboogparachute,…)

*Na de wekenlange sneeuw en ijzel mochten wij een sneeuwman knutselen in de

klas. Wat vinden jullie ervan?

*Heel wat kinderen namen deel aan de Damiaanactie. Zo konden wij met onze klas

twee levens redden.

20


*Wij leerden over de pinguïn. Wij vonden dit leuk en interessant.

*Op maandag 07/02/2011 kwam de papa van Sanne Lensen naar de school.

Hij liet ons kennismaken met verschillende attributen uit de dokterstas.

*Op donderdag 10/02/2011 brachten wij een bezoekje aan de plaatselijke bieb.

Rita maakte ons wegwijs in de bieb en las een verhaaltje voor.

Een woordje van dank aan de drie mama‟s die geholpen hebben met het

„mandjeslezen‟ in leerjaar 1A.

21


* Op 14/02/2011 kregen wij van onze juf een hartjesballon.

De mama‟s en de papa‟s werden verwend met een kaartje, een memobord

en lekker ruikende zeepjes.

*Wij mochten kennismaken met de illustraties van Greet Bosschaert op

donderdag 3 maart . Zij schilderde voor het eerste leerjaar een uiltje.

Wij mochten van de juf één uurtje eens een illustrator zijn zoals Greet.

Wij tekenden enkele van de kaften van haar boeken na en gaven ze als

geschenk. Dit vond ze heel leuk!

*Op donderdag 3 maart mochten wij de geloofstocht die onze ouders

„s avonds mochten doen ook eens spelen in de namiddag.

Dit was super-leuk!

22


Eerste leerjaar B

De dokter op bezoek

Dokter Lensens (de papa van Sanne)

kwam naar onze klas met een hoop

dokterspullen. Zo konden we luisteren

naar onze hartslag en onze bloeddruk

laten meten. Ook had de dokter een grote

spuit mee om de oren van kindjes die niet

goed horen uit te spuiten. Gelukkig was dit

voor niemand nodig !

Bezoek aan de bieb

Mevrouw Rita van de bieb gaf ons

een rondleiding in de bieb.

Ze toonde ons welke boekjes we hier

kunnen lenen. We namen er elk eentje

mee naar de klas. Dit ruilden we

ondertussen al voor een nieuw boekje.

Greet Bosschaert op bezoek in de bieb

De kinderauteur en illustrator Greet

Bosschaert kwam ons wat meer vertellen over

de boeken die ze schreef. Ze vertelde hoe ze

de illustraties voor een boek maakt. Ze bekeek

ook ons geknutselde boek : een boek met haar

verhaal en onze tekeningen. Ze vond het

superknap van ons !

Geloofstocht in de kerk

Priester Luc nodigde de mama‟s en papa‟s uit om

in de kerk een geloofstocht te volgen. In de

namiddag gingen wij met de klas al eens een

kijkje nemen. Er waren enkele leuke maar

moeilijke spelletjes.

Daarna maakten we samen een knoopkruis.

23


Professor Speurneus in de klas

Professor Speurneus kwam ons experimenten

tonen. Zo bekeken we welke voorwerpen kunnen

zinken en welke blijven drijven. We deden zelf

allerlei proefjes met magneten en leerden

kleuren mengen. Maar het leukste was wel

om met een ballon je haar laten rechtstaan.

Kloklezen

Mama, hoe laat is het ?

Voortaan zullen we dit niet meer moeten

vragen want we kunnen zelf al de klok

lezen. We leerden hoe we de wijzers

moeten tekenen voor het volle uur en het

halfuur. We plaatsen de klok ook al een uur of een

halfuur later of vroeger.

Betalen met euro en cent

Kijk eens wat wij nu al kunnen ?

Ja, hoor ! Wij kennen al de briefjes en

munten tot 20 euro en kunnen er al passend

mee betalen. Dit kunnen we ook al met de

munten tot 20 cent.

Mandjeslezen

Samen met enkele leesmama‟s deden we

aan mandjeslezen. Er waren verschillende

opdrachten waarbij telkens moest gelezen

worden. Zo was er een leesbingo en een

leesdomino. We lazen boekjes en deden allerlei

leuke leesspelletjes. Bedankt aan alle mama‟s en

oma om een handje te helpen !

24



Tweede leerjaar A

Hokus pokus pas! Hokus pokus pas!

Ik wou dat ik Ik wou dat ik

een slang was. een baby hamster was.

Dan zou ik Dan zou ik

kruipen door het moeras. klein blijven.

(Fleur Beernaert) (Elias Bonne)



een vallende ster was. Mega Toby was.


mijn wensen zien uit komen. de boeven pakken.

(Margot Clybouw) (Giuliano D‟Houst)



een fee was. een tijger was.


alles kunnen toveren wat ik wil. een mooie vacht hebben.

(Aline Hoedt) (Mathis Knockaert)



de baas van de chauffeurs was. een regenboog was.


alle vrachtwagens vele kleurtjes hebben en

op hun plaats kunnen zetten. de wereld mooier maken.

(Timmy Denolf) (Robin Keereman)

25




een leeuw was. een egeltje was.


heel hard kunnen brullen. honderden stekels hebben.

(Kyan Ruysschaert) (Julie Vervaecke)



een danslerares was. een kaars was


heel de wereld doen dansen. heel mooi kunnen branden.

(Emma Vandevelde) (Florian Wenning)



een pinguïn was. een clown was.


kunnen zwemmen veel grapjes maken

en op het ijs spelen. en ballonnen blazen.

(Annelies Vandecasteele) (Marion Schepens)



een ezeltje was. een muis was


veel lekkere kunnen piepen

worteltjes kunnen eten. en door holletjes kruipen.

(Romanie Vandierendonck) (Korneel Sap)



een zon was. een bloem was


de wereld warm houden. open bloeien voor jou.

(Kenny Vandierendonck) (Juf Kristien)

26


Tweede leerjaar – B

Wat nemen we mee naar een eiland hier ver vandaan?

Mijn lieve knuffel. Mijn poes.

Zonder hem kan ik niet slapen. Ze is zacht en heel lief voor mij. Margot Lukas

Vele blokken hout om vuur te maken. Mijn computer.

Zo heb ik het er niet koud. Ik hou van al die funnygames. Tiziano Ruben

Een grote vrachtwagen. Mijn pony Olily.

Dan kan ik daarin slapen. Op mijn pony kan ik lekker slapen. Jasper Ine

Mijn allerliefste pony‟s. Een vrachtwagen vol frietjes.

Zij kunnen mij gezelschap houden. Zo zou ik lang kunnen overleven. Jule Flor

Heel veel frietjes. Alle kinderen van de klas.

Dan kan ik elke dag frietjes eten. Dan kunnen we heel veel ravotten. Heleen Noah

Mijn Nintendo. Heel veel mooie kleren.

Met mijn Nintendo verveel ik me niet. Zo trek ik elke dag iets leuks aan. Andres Fleur

Mijn WII. Een kast vol boeken.

Met mijn WII ben ik uren zoet. Ik lees enorm graag. Wouter Guinevere

Mijn lieve hond Chita. Een vrachtwagen vol stenen.

Chita ziet mij heel graag. Ik bouw op het eiland een huis. Yana Julie

Mijn voetbal. Heel veel zakken frietjes.

Die gaat overal met me mee. Ik ben dol op frietjes. Emiel Marilyn

Bezoek onze klasblog: http://veldegem2b.blogspot.com/

Juf Sabine, we duimen met ons allen voor een goed herstel!

http://veldegem2b.blogspot.com/

27



Derde leerjaar A Op woensdag 16 februari was het dikke-truiendag. We trokken allemaal onze dikke trui aan en

zetten de verwarming wat lager. In de klas leerden we over energie en hoe we zelf kunnen meewerken

om energie te besparen.

We maakten enkele elfjes over dikke-truiendag.

dikke-truiendag

verwarming lager

een beetje kouder

goed voor het milieu dikke- truiendag

super besparing milieu

dikke trui aan

verwarming een graad minder

warm

lucht

vieze stoffen dikke-truiendag

fabrieken maken stof verwarming uit

slecht voor het milieu veel truien aan

actie lekker warm met truien

joepie

In de taallessen werkten we rond strips. Wie onze lievelingsstripfiguren zijn lees je hier: Mijn lievelingsstripfiguur is Markske omdat hij super grappig is.

Soms doet hij een beetje onnozel. Ik vind Markske ook grappig met

zijn auto en hij zegt ertegen „Bolleke‟. Het is de grappigste

voetballer van F.C. de kampioenen. (Killian)

28


Carmen vind ik een hele toffe. Carmen die behandelt Xavier altijd als een hond. Ze

bemoeit zich altijd met andermans zaken. Ze maakt anderen jaloers en ze schept

veel op. (Noor)

Ik lees graag de strips van Klein Suske en Wiske.

Het zijn leuke stripfiguren. Het zijn echte strips voor kinderen.

Als ik zo‟n strip lees, wil ik die drie maal lezen.

Bert vind ik vooral leuk. Hij steekt grappige dingen uit.

En dat vind ik er zo leuk aan. (Jutta)

Jommeke is mijn lievelingsstripfiguur. Hij doet veel

leuke dingen. Daarom is hij de leukste. Hij doet dingen

die anderen niet kunnen.( Pauline)

In de lessen wereldoriëntatie werkten we rond vrije tijd en maakten een versje op rijm.

Mijn hobby‟s Vrije tijd

Mijn hobby‟s zijn : tekenen Ik zwem van hier tot daar.

en in de klas rekenen. Mijn opa staat klaar.

Hij springt het water in.

Thuis weer buiten springen Ik heb ook zo‟n zin.

en van mijn schommel swingen. Jammer het is gedaan.

We moeten nu echt gaan.

Bij mijn oma zorgen voor de schapen

En thuis weer schaken en slapen. (Aude)

Levensweg of monopoly

Ik zie je wel of zie ik je nie?

(Lore)

29


Derde leerjaar B Na Nieuwjaar leerden we heel veel nieuwe dingen. We kunnen al

cijferend optellen, aftrekken en zelfs vermenigvuldigen tot 1000.

Dit is heel boeiend! Weldra zullen we het cijferend delen leren.

We woonden een toneelvoorstelling in de Groene Meersen bij.

Het toneel Ik ging mee met Ina in de auto. Toen we in de Groene Meersen waren, moesten we onze jas aan de haak hangen. Dan moesten we wachten aan de deur, want we mochten nog niet binnen. Als we in de zaal waren, begon het spannend te worden. In het begin was het grappig, want de hoofdpersoon engel Gabriël beefde met zijn kopje op het bordje Ik vond de klanken van de muziekinstrumenten zoals de contrabas, de saxofoon en de gong mooi. Op het einde kregen de toneelspelers een groot applaus. (Cheyenne) In de taallessen hadden we het over strips. We mochten er zelfs elk 1

meebrengen van de bibliotheek en in de klas lezen.

Leuk zeg!

In de lessen muzische vorming bereidden we een toneeltje voor over Obelix en

de Romeinen. Dit mochten we voor de hele afdeling Steen opvoeren.

Ons klastoneel We begonnen met een strip te lezen van Asterix en Obelix. De man van juf Kristien had het toneel geschreven. Voor het toneel moesten een paar kinderen verkleedkleren meedoen. We begonnen eraan op dinsdag 22 februari 2011. Toen moesten we het een paar keer oefenen. Eindelijk was het zo ver! Alle klassen van de Steen kwamen en gingen op de banken zitten. Iedereen was zenuwachtig. Mijn hartje klopte hevig toen het toneel juist zou beginnen. Iedereen stond op zijn plaats. Lester die Julius Cesar speelde, begon te spreken. Iedereen was goed en juist bezig. Ikzelf vind dat iedereen zijn best heeft gedaan. (Ina)

30


Een plaatsje onder de zon voor iedereen. Op woensdag 2 maart 2011 moesten wij een toneel opdragen voor heel de afdeling Steen. Haike speelde Obelix, Jörgen was Asterix en Lester was Julius Cesar. De Romeinen hadden mooie kleren aan, gedrapeerde doeken rond hen en een zelfgemaakt schild in de handen. De Galliërs droegen lelijke kleren met grote scheuren in. Iedereen mocht iets doen. Ina was een oud vrouwtje, Willem was een kreupele Galliër en Quirine het kindje. Iedereen had zenuwen. Ik was ook een Galliër. Het was heel leuk! Op het laatste mocht ik een muziekstukje laten spelen en een paar andere kinderen toonden bordjes met daarop dat we moeten respect tonen voor andere mensen. Iedereen krijgt van mij een 10 op 10. (Chabèlli)

We mochten ook eens fantaseren en wegdromen.

Mijn droomrobot Mijn robot heet Jörgen 50475la. Ik heb hem nodig om naar school te gaan en om geld te geven. Eigenlijk voor alles. Hij kan goed werken en hij kan ook goed opruimen en spelen. Hij kost 10055 euro. (Jörgen) Mijn droommachine Mijn droommachine heet 888ona. Ik wil graag dat mijn machine mijn toetsen kan maken en mijn kamer mooi kan maken. Ik wil ook graag dat zij geld kan maken. Dan kan ik een villa met een zwembad en een sauna kopen. Ik zal dan op een knop drukken en daarna zeggen wat zij moet doen. Dan eventjes wachten en dan zal zij het prima doen. De machine is heel speciaal omdat ze kan veranderen van kleur. Ook omdat ik dan kan op reis gaan, want als zij naar school gaat, kan ik ondertussen op reis gaan. Zo weet je al wat meer over mijn droommachine. (Ona) Mijn droomrobot Mijn robot gaat naar school en komt ‟s avonds thuis. Dan vraag ik als hij mijn huiswerk wil maken. En als hij klaar is, mag hij beginnen aan de tafel te dekken. Dan m‟n kamer opruimen. Daarna mag hij eventjes rusten. Dan mag hij nog poetsen. En de volgende dag mag hij me eens masseren. Dat is pas leuk! (Emma)

31


prikbord

SScchhoooollaaffsspprraakkeenn

Op woensdagmiddag is er geen toezicht op de speelplaats.

Mogen we vragen dat de kinderen die niet onmiddellijk naar huis kunnen,

de rij volgen naar de Stap. Ze kunnen opgehaald worden in de opvang.

EEeenn ggrreeeepp uuiitt ddee kkaalleennddeerr

1 mei 2011 Eerste Communie

2 mei 2011 vrijaf

5 mei 2011 sportdag voor L1 en L2, schoolreis L3 en L4

9 tot 13 mei 2011 bosklas voor L5 en L6

19 mei 2011 sportdag voor L5 en L6

22 mei 2011 fietstocht

24 mei 2011 Hopsakee voor K2/3

28 mei 2011 Heilig Vormsel

31 mei 2011 schoolreis voor K2/3

2 juni t.e.m. 5 vrijaf: Hemelvaart

10 juni 2011 dia-avond van de bosklas

13 juni 2011 vrijaf: Pinkstermaandag

16 juni 2011 ouderavond overgang K3 naar L1

29 juni 2011 afscheid zesde klassers

30 juni 2011 namiddag vrijaf

DDiikkkkee ttrruuiieennddaagg Woensdag 16 februari 2011 was er opnieuw „dikke truiendag‟.

Hoewel die dag reeds voorbij is, vragen we om verder verstandig te blijven

omspringen met energie zowel op school als in het dagelijkse leven.

32


Mijn talent

Hallo,

Ik ben Macy en mijn passie is dansen. Het begon allemaal toen ik 5 jaar was. Ik

zette toen mijn eerste pasjes bij dansschool Ramon.

Zoals normaal op die leeftijd, begon ik bij de kleuterdans. Ik zat toen bij de groep

van het tweede kleuter, maar vond het daar een beetje saai. Mijn dansleraar

vroeg me met Kerst of ik het niet zag zitten om een groep hoger te dansen. Alles

werd iets moeilijker, maar het lukte allemaal perfect.

Het volgende jaar sloot ik aan bij de jeugd en werd mij gevraagd om auditie te

doen voor wedstrijddansen. Ik was direct geslaagd.

Vanaf dan begon ik aan danswedstrijden deel te nemen, dit zowel in team als solo

en duo (hip hop en disco).

Vorig jaar had ik het geluk te mogen deelnemen aan een auditie bij Studio 100. Ik

was geslaagd. Het daaropvolgende jaar ging ik 3 keer per week dansen bij Studio

100 in Antwerpen.

Ik moest echter kiezen, ofwel wedstrijddansen ofwel Studio 100. Ik koos voor

wedstrijddansen omdat ik dit heel graag doe en ook omdat het te lastig werd om 3

maal per week naar Antwerpen te rijden.

In totaal won ik al 28 bekers in solo en duo dans. Onze formatie, waarvan ik deel

uitmaak, werd ook al 1 keer Belgisch kampioen.

33


Vanaf dit jaar ben ik overgestapt naar dansschool Life uit Izegem. Naast de al

opgesomde dansen, doe ik ook aan ballet en jazz. In de maand mei geven we een

grote show met de dansschool en dus moet er nu veel geoefend worden.

Momenteel train ik 9 uur per week en daarnaast neem ik nog deel aan 15

wedstrijden. Die wedstrijden duren een hele dag.

Duo disco doe ik met mijn vriendin Lisa en duo hip hop doe ik met mijn nicht. In hip

hop dansen winnen we meestal. In disco zit ik reeds bij de advance. Zondag 13

maart was er een wedstrijd ingericht door Happy Feet en wij behaalden er de

eerste plaats.

In september zijn er wereldkampioenschappen in Duitsland en we hopen er naartoe

te kunnen gaan.

Dansen is echt een passie voor mij en ik hoop nog vele bekers te winnen.

Groetjes,

Macy

34


Zorg

Hoe leer ik mijn kind voldoende nieuwe woorden aan? Als ouder wil je dat jouw kind het goed doet op school. Het aanleren van nieuwe woorden

is daarbij een grote hulp. Zo krijgt jouw kind een grote woordenschat. Een kind dat leert

lezen, gebruikt deze woordenschat om te begrijpen wat het leest en hoort.

Met jouw kind praten en samen met hem lezen zijn twee goede manieren om woordenschat

aan te leren. Dit hoeft echt niet lang te duren. Trek gewoon enkele minuten uit om over

het nieuwe woord te praten.

Keer daarna terug naar het gesprek of het verhaal uit het boek. Maak een zorgvuldige

keuze uit het aanbod van nieuwe woorden. Ga zeker niet dieper in op alle nieuwe woorden.

Dit maakt een gesprek of het lezen van een boek tot een zware klus. Kies bij voorkeur

woorden die volwassenen vaak gebruiken maar niet zo vaak voorkomen in kinderboeken.

Wanneer je nieuwe woorden aanbiedt aan jouw kind, houd dan rekening met de volgende

tips:

geef eerst een eenvoudige, kindvriendelijke definitie van het nieuwe woord;

vb. Enorm betekent dat iets heel groot is!

geef daarna een eenvoudig, kindvriendelijk voorbeeld van het woord dat past in het

dagelijks leven van het kind;

vb. De pompoen waar we een masker voor Halloween van maken, is enorm.

moedig jouw kind aan om een eigen voorbeeld te geven;

gebruik deze woorden regelmatig. Zo blijft het ze onthouden en gebruiken;

wijs jouw kind vervolgens ook op andere woorden die hetzelfde betekenen. Door die

woorden met elkaar te vergelijken, krijgt jouw kind niet alleen een grote, maar ook een

gevarieerde woordenschat.

35


Ouders aan het woord

Beste ouders,

Op 22 december sloten 24 kinderen van het vierde tot zesde leerjaar het jaar af met een

kookactiviteit van de oudervereniging. Ze maakten er o.a. een kerstboom die ze dan nog

mochten opeten ook! Die kerstbomen kwamen nog een keer in beeld op de

kerstboomverbranding. Klein probleem was dat verbranden. Door de regen van de dagen

voordien was er bijna geen vuur in te krijgen. De sfeer in de steen was er niet minder om.

De oudervereniging hoopt met deze activiteit de ouders en leerlingen van de stapsteen in

een gezellige sfeer samen te brengen. Daarnaast geeft ze de aanwezige leerlingen van 5

en 6 een steuntje in de rug om de bosklassen betaalbaar te houden.

Wanneer ik dit intyp, ben ik nog aan het bekomen

van de boekendag in de school. Deze voormiddag

kregen alle kleuters enkele ouders over de vloer

om een verhaaltje voor te lezen. Daarna maakten

de kleuters nog een regenboog die ze meenamen

naar huis. De lagere scholers hadden naar

jaarlijkse traditie een auteur op bezoek. En dit

jaar was dat er één met naam en faam: Marc de

Bel! Mijn kinderen kwamen alvast enthousiast

terug thuis. Deze namiddag bleef hij ook anderhalf uur boeken signeren op de

boekenbeurs.

Deze hele boekendag betekent voor de oudervereniging (ondanks het percentje op de

verkochte boeken) een hele investering. We doen dit graag omdat we denken dat het voor

de kinderen een leuke, interessante en leerrijke dag is.

Ondertussen kijken we al weer vooruit. De kookactiviteit voor L123 en de Eerste

Communie staan voor de deur. En ook aan de klasindeling voor volgend jaar wordt al

gedacht. We zijn blij dat het schoolbestuur zich engageert om al begin juni aan elk kind

mee te delen in welke klas die volgend jaar terecht komt. Het komt de rust van kinderen

en ouders ten goede.

Namens de oudervereniging,

Bert Feys

36


bezinning

Geen winter zonder lentezon

geen nacht zonder dageraad

Goede Vrijdag blijft niet duren

geen steen te groot om weg te rollen

wanhoop heeft niet het laatste woord

als mensen opstaan

het licht niet vrezen

kiemkracht niet verstikken

woorden spreken

opstandig en teder

geloven dat leven sterker is dan dood.

Dan gebeurt Pasen weer

heel dichtbij.

37


Dansfeest

Op zaterdag 26 februari 2011 ging ons

tweejaarlijks dansfeest door met barbecue.

Enkele aanwezige kinderen uit het derde

leerjaar A schreven hun bevindingen over die

avond.

Op zaterdag 26 februari 2011 was er schoolbal.

We kwamen toe en zochten een tafel. De

kinderen gingen spelen en de volwassenen dronken een glaasje. Daarna aten we. Toen

moesten we afdienen en in ruil kregen we een ijsje.

Als het ijsje op was begon een goochelshow. Daarna was er een kinderfuif. Ondertussen

konden de volwassenen lotjes kopen. Er was dan ook nog muziek voor groot en klein.

De prijzen konden afgehaald worden. Je kon boekjes krijgen en handdoekjes en nog veel

meer. De grote winnaar kreeg een fiets. Het was leuk, maar wel laat.

Er waren veel kinderen. Leuk!!! (Lore, Bjorn en Jutta)

Verslag schoolbal zaterdag 26 februari 2011.

We hebben buiten gespeeld. Dan hebben we gegeten. Het was heel lekker. Je kon kiezen

tussen worst, kip, appelmoes, aardappelen, broccoli, wortels, sla…

Dan hebben we nog gespeeld en daarna kwam er een goochelaar. Er mochten kinderen naar

voor komen. Hij deed trucjes met kleuren en nog veel meer. Daarna was er een disco. We

hebben ook ijsjes gegeten en er was lotjesverkoop. We gingen naar huis na een leuke

avond!

(Judith en Zita)

Dat het die avond slecht

weer was, hebben we geweten. De vele achtergebleven

paraplu’s zijn te vinden in het secretariaat.

38



Vierde leerjaar

Zondag 21 maart 2011. Veldegem staat weer op z’n kop!

Confetti !Maskers! Gekke snoeten! Praalwagens…

Carnaval! In de klas leerden wij er over.

C arnaval is een wereldlijk feest.

A lle Brazilianen houden zo van Carnaval.

R io de Janeiro is de hoofdstad van carnaval.

N ergens wordt carnaval zo uitbundig gevierd.

A llen dansen op sambamuziek.

V ier dagen lang feest!

A lle feestvierders dragen kleurrijke kostuums.

L ang leve carnaval!

Wist je dat …

de Veldegemse carnavalsorde “De orde van de Stropers” heet. onze reuzen luisteren naar de namen: “Stella en Dorten”. de stoet dit jaar voor de 49ste keer uit gaat.

er elk jaar weer een Prins Carnaval gekozen wordt. men in Aalst soms een jaar lang werkt aan de kostuums en praalwagens. ze daar elk jaar opnieuw de draak steken met de politiek.

men vroeger in Ieper levende katten van een hoge toren gooide.

Dan weer hier en dan weer daar

En ze lachen en zingen maar.

Het is carnaval voor jong en oud

Een feest waar iedereen van houdt!

39



Vijfde leerjaar stelopdracht: Een huisruilaanbod Hallo, ik ben --- en ik wil huisruil doen.

Ons huis heeft veel voordelen.

Er zijn vier kamers en één badkamer. In drie kamers staat er een tv en in de

badkamer is er een wc, een douche en een wastafel. Buiten is er ook een toilet.

In de keuken is er een grote tafel waar je met acht kunt aan zitten. Er is veel

speelgoed voor de kinderen. We hebben ook een wasmachine en droogkast. Overal

is er verwarming.

We hebben een grote tuin met daarachter een weide. In de tuin staat een bank

met daarin een zwembad dat u kunt oppompen. Je kan ook op een trampoline

spelen. Bij mooi weer kan je de barbecue gebruiken. Als we huisruilen moet je wel

onze dieren verzorgen: de kippen en de poezen eten geven.

Wij wonen op maar twintig km van Brugge. Daar kun je op bootjes varen of een

terrasje doen. We wonen ook niet ver van de kust. Je kan naar Oostende om in de

zee te springen of naar de Panne of Plopsaland gaan. De markt op woensdagmorgen

in Torhout is ook een uitstap waard. Om de hoek is er een warenhuis en op de

markt enkele bakkers en een krantenwinkel. Onze fietsen mag je natuurlijk

gebruiken.

Indien je een probleem hebt ga

dan naar de buren waar je ook

de sleutel kan afhalen.

Wij willen ruilen in augustus en

liefst met een gezin uit Spanje.

Ben je geïnteresseerd? Neem

dan contact op met ---

40


Dit schreven enkele leerlingen bij de stelopdracht „Als ik de baas was‟:

Ik zou het gewoon zwembad laten ombouwen tot een subtropisch zwembad.

Een hippe pizzahut zetten waar je oneindig veel pizza‟s kan smullen!

Een paar keer per maand autoloze straten zodat kinderen meer buiten

kunnen spelen, stoeien of fietsen op straat.

Ik zou het leuk vinden moest er een grote speeltuin à la Warande zijn in

Veldegem.

In de transportfirma zou ik dan zorgen voor allemaal mooie trucks met bed,

tv en frigo. Zo zijn de verre reizen naar bv. Spanje ook tof.

Op zaterdag moeten alle mensen, jong en oud, gaan sporten. De jonge mensen

kunnen basket, voetbal of baseball spelen. Oudere mensen moeten gaan

stappen, lopen, fitnessen of dansen.

Als ik de baas was zou ik vrede brengen, minder belastingen, werk voor

iedereen. Meer met de fiets gaan en minder afval kopen.

Elke week zal er kookles zijn waarbij we lekkere gerechten maken en de

kinderen mogen hun pantoffels dragen in klas.

Meer bossen en grotere speelplaatsen.

Ik zou regelmatig een schaaktornooi maken. Er zijn er veel die dat graag

doen.

Ik zou zorgen dat onze hond niet alles kapotbijt en dat hij leert met mij te

wandelen.

De planeet Mercurius een nieuwe naam geven en met enkele astronauten de

lengte van een ster gaan meten.

Een nieuwe letter

uitvinden.

Voetbal verbieden en in

alle speelgoedwinkels van

het land de prijzen

verlagen.

41


En dit is een boekgedicht:

Hebbes!

Crapuultjes!

De verdwenen jongen

Ontvoerd in de tropen.

Wat dacht je van een stiftgedicht: door woorden uit een krantenartikel

zwart te maken, komt vanzelf een stukje poëzie tevoorschijn. Aan de

lezer om er iets van te maken of bij te bedenken.

Vijfde leerjaar B Ter gelegenheid van gedichtendag trokken we naar de bieb

van Zedelgem. Daar hadden we een afspraak met auteur Frank Pollet. Wat die man

ons allemaal te vertellen had over taal en vooral wat je creatief met taal kunt

doen, was echt ongelooflijk.

Hierbij enkele staaltjes van ons kunnen na zijn aanstekelijke uiteenzetting.

En met 31 (5+7+5+7+7) lettergrepen maak je een Japanse kyoka:

Er was eens een kind

Dat leerde nu toveren

Maar het was niet echt.

Het was maar een speelgoedje,

Dat hij van zijn oma kreeg.

42


met klas 5 naar illustrator Martijn vd Linden Op woensdag 23 maart waren wij te gast in de Veldegemse bibliotheek voor een

babbel met een bekende boekenillustrator. Hij is amper elf jaar met dat beroep

bezig en heeft al heel wat prachtige prenten gemaakt.

Wie is hij?

Martijn van der Linden werd in 1979 in Oostburg geboren.

Hij studeerde van 1997 tot 2001 aan de Willem de Kooning

Academie in Rotterdam, waar hij de richting illustratie

volgde. In het derde jaar kreeg hij zijn eerste opdracht van

uitgeverij Lemniscaat. Tegenwoordig werkt hij voor veel

verschillende uitgeverijen. Hij maakt omslagen, binnenwerk

en prentenboeken.

Eerst toonde hij enkele van zijn

omslagtekeningen en vroeg er onze mening

over. Zo leerden we dat een goede

omslagprent de lezer nieuwsgierig mag

maken naar het boek. Je moet als lezer

ook de juiste indruk krijgen: een grappig

boek mag een grappige voorkant hebben

terwijl een spannend verhaal best schuilt

achter een blitse actieprent.

Hij verklapte ook dat hij vaak eerst een

werkfoto neemt of een plaatje zoekt op

internet om die dan deels over te tekenen.

We zagen dat hij heel bonte schilderijen

levert. Het is zeker ook die kleurenpracht

die veel van zijn „binnenwerk‟ zo fantastisch mooi maakt. Vooral zijn versierde

dieren spreken tot de verbeelding van jong en oud.

Het laatste kwartiertje mochten we op een stukje „scraperboard‟ een vis

voorstellen. Daarvoor moet je het zwarte bovenlaagje deels wegkrabben om je

gewenste figuur over te houden.

43


Zulke werkjes van MvdL:

Enkele van onze mooie Veldegemse school zeegedrochten:

44



ZESDE LEERJAAR Kijkkasten!

Dit jaar kende de jeugdboekenweek een ongelooflijk

tof thema : geheimen. En de zesdeklassers zijn op dat

gebied specialisten ter zake. Wij hebben geheimen zat

en kregen dan ook de eer om de boekenbeurs aan te

kleden met kijkkasten. Eerst bouwden we een ferme

mindmap op rond dit thema: woorden als stiekem – masker – spion – geheime liefde – dagboek – moord – verrader… kwamen aan het

bord te staan. Gedurende heel wat knutsellessen maakten we in groepjes onze

eigen Geheime Kijkkast . Het werd een rush tegen de tijd: om klokslag 15.55 uur

stonden de kasten in de turnzaal waar ‟s anderendaags de boekenbeursbezoekers

ze konden bewonderen!

Op naar het secundair!

Op 22 maart zijn we naar het VTI in het Rembertinstituut in Torhout geweest.

Eerst bezochten we de afdeling waar ze metaal bewerken. Ze toonden alle

machines en gaven veel uitleg. Dat was zeer interessant. We gingen ook naar een

zaal waar ze hout aan het bewerken waren. De leraar toonde verschillende soorten

hout en gaf ook goed uitleg. We maakten ook mooie maanlichtjes. De leraren kozen

voor de maan omdat dit betaalbaar is, en het uit drie verschillende materialen

gemaakt is: hout, metaal en elektriciteit. Ik vond het leuk en heel leerzaam. Einde.

(Jasper B)

Ik ben een

muis en ik heb

geen huis.

45


We gingen op maandag 28 februari naar Spes Nostra

in Zedelgem. We mochten eventjes de lessen

meevolgen in het eerste jaar om zo de sfeer van het

secundair en van de school in ons op te nemen.

Sommigen kozen voor Latijn, anderen voor

gezinstechnieken, en nog een paar anderen voor

nijverheidstechnieken. In de gezinstechnieken kon je

een sleutelhangertje van vilt in de vorm van een hartje maken. Over de middag

kregen we een heerlijk broodje en een drankje. In de namiddag hebben we

leefsleutels gedaan. We eindigden met de Spesquiz zodat we de website konden

verkennen. Het was een toffe dag en nu weten we toch al een beetje wat ons

volgend jaar te wachten staat! (Yanna)

DE SPELENBOOM

Het is gedaan met ruzie maken, want vanaf nu is de speelplaats

van de Steen een echte SPEELplaats geworden en dit dankzij

de nieuwe Spelenboom. Aan deze boom hangen een 50-tal

spelletjes die in groep kunnen gespeeld worden.

De leerlingen van onze klas hebben die spelen uitgeschreven en

aan een boom gehangen. We hebben de spelenboom plechtig

geopend. Maar er komen nog meer spelenbomen! De leerlingen van het 3e, 4e, en 5e

klas zullen ook nog spelletjes maken. Aan de voorkant van het blad staat de uitleg

van het spel, het aantal spelers en het materiaal voor het spel. Aan de achterkant

van het blad staat de opstelling. Met deze Spelenboom hopen we dat de verveling

op de speelplaats stopt. Slim toch? Vind je niet? (Jasper VDC.)

46


Mankepootstekeblind

Op dinsdag 1 maart fietsten de leerlingen van vijf en zes naar de Groene Meersen waar ze het toneel bekeken „Mankepootstekeblind‟. Het was geen alledaags toneel, met slechts 2 spelers die alle rollen op zich namen. Het verhaal was er één uit vroegere tijden…

“De Grieken geloofden heel lang geleden dat er verschillende goden

waren. Deze goden woonden op de grootste berg van Griekenland, de

Olympus, en Zeus was hun oppergod. Deze goden verveelden zich wel

eens en dan gedroegen ze zich soms als kleine kinderen. Ze maakten

onderling ruzie of ze begaven zich onder de gewone mensen. De

mensen waren niet opgewassen tegen die machtige goden. Als de

mensen probeerden zelf over het verloop van hun leven te beslissen, of iets te doen wat

één van de goden niet zinde, werden ze daarvoor gewoonlijk genadeloos gestraft. Zij

dachten dat het hun lot was. Dat het noodlot over hun leven besliste.

Zo ook Oedipus en zijn moeder Iokaste in dit verhaal. Zij zijn op het einde zo beschaamd

dat Iokaste zelfmoord pleegt en Oedipus zichzelf de ogen uitsteekt. Hij wil niet dat zijn

ogen nog zouden kunnen zien wat hij aangericht heeft. Hij legt zich dus nog een extra

straf op. Enkel één van zijn dochters, Antigone, zal hem nog helpen. Vanaf nu gaat hij niet

alleen als een mankepoot maar ook stekeblind door het leven…

De Grieken dachten dus dat het lot bepaalde wie je was en wat je overkwam en dat sommige mensen door het noodlot gedwongen werden om slecht te handelen, zelfs al wilden zij dat niet. In veel verhalen proberen mensen toch zelf hun lot te bepalen en het verloop van hun leven zelf in handen te nemen. Hoezeer ze ook hun best deden, gewoonlijk lukte dit niet en werden ze door de goden gestraft voor hun hoogmoed. De goden waren namelijk de enigen die het lot zouden kunnen veranderen. Gelukkig denken wij in deze moderne tijd heel anders over het noodlot. Vandaag zouden we de meeste dingen die Oedipus overkomen, ongelukkig toeval noemen. Wij kunnen zelf beslissen wat we in ons leven doen en zijn daar zelf verantwoordelijk voor. Gelukkig hangen wij niet af van zo‟n stelletje ruziemakers op een hoge berg!”

Voor wie nog eens een stukje wil (her)bekijken:

http://www.youtube.com/watch?v=NtjXwFyTeAc

Ik ben een

muis en ik heb

geen huis.

http://www.youtube.com/watch?v=NtjXwFyTeAc

47


Marc de bel

Op 16 maart kwam Marc de Bel op bezoek naar onze

school. Hij vertelde ons over zijn jeugd en over zijn

boeken. Hij zei dat zijn eerste boek ontstaan is door

les te geven. Hij vertelde toen iedere vrijdag een

verhaal aan zijn leerlingen. Maar op het einde van het

schooljaar was dat boek nog niet af. Toen besloot hij

in de vakantie heel het verhaal , dat uiteindelijk een

boek werd, te schrijven. Het boek noemt:”Het ei van oom Trotter”.

Na zijn bezoek mochten wij ook een kijkje nemen op de boekenbeurs. We kregen

een blaadje met opdrachten waarbij we moesten zoeken naar soorten boeken. Het

was heel leuk. (Enrico, klas 6)

Dag lezers van ons schoolkrantje, Op woensdag 16 maart mochten wij in onze school de bekende schrijver Marc de Bel ontvangen. Het vierde, vijfde en zesde leerjaar mocht als eerste een uurtje met Marc de Bel praten. Hij deed een hele uitleg over hoe hij schrijver is geworden, en iedereen luisterde heel aandachtig, daarna werden er ook nog een paar vragen gesteld. Hij sloot af met een gedichtje. Nadien kon je je boek door hem laten signeren. In de namiddag was Marc de Bel ook aanwezig op de boekenbeurs om te signeren . (Margaux V., klas 6)

Ik ben een

muis en ik heb

geen huis.

48


topgeheim

Themadag Jeugdboekenweek

Op één der eerste lentedagen was de Steen herschapen in een

groot opleidingscentrum voor Geheim Agenten. Alle leerlingen van

de lagere school doorliepen er 5 workshops die van hen echte

detectives moesten maken.

Superdetective Sherlock Holmes had hen in een openingstoneeltje al warm

gemaakt met een aantal tips die heel belangrijk zijn bij het spioneren. De school

had op geen cent gekeken en de meesters in de spionage gevraagd om hun

leerlingen op te leiden: met grote namen als James Bond, Mata Hari, Poirot ,

Merlina…die de leerlingen onderdompelden in hun diepste geheimen moest dit wel

een geslaagde activiteit worden.

Zo leerden de kinderen silhouetten herkennen. Ze maakten

robotfoto‟s, vermomden gezichten met opplaksnorren en baarden.

Ze oefenden in het herkennen van geluiden en op de tast iets herkennen.

Anonieme boodschappen werden doorgegeven. En in een laatste werkatelier

leerden ze het geheimschrift kennen.

Tijdens een slotmoment ontvingen alle leerlingen hun eigen Geheim

Agentcertificaat. Veldegem, wees op uw hoede : onze spionnen doorgronden zo uw

diepste geheimen!

49


Damiaanactie

Damiaanactie 2011

Soms moet je een klein beetje geluk hebben… En

dat had ik toen ik Timo Descamps, peter van

Damiaanactie 2011, kon strikken om tijdens zijn

doortocht in West-Vlaanderen, ook ons schooltje

aan te doen. Een betere start konden we ons niet

voorstellen. Timo vertelde ons over zijn

ervaringen met Arun en Kannan in Indië.

Bovendien kon hij ons overtuigen dat

Damiaanactie echt wel mensen geneest en dat het de moeite waard is om ons voor

Damiaanactie in te zetten. Zijn choreografe leerde ons nog enkele danspasjes aan

op het liedje „Tomorrow‟ dat Timo speciaal schreef voor Arun en Kannan. Ik kan

jullie verzekeren: de start van een nieuwe campagne is nog nooit zo spetterend

geweest. Tot slot kreeg iedereen een steen mee. We mochten die bijhouden en

even nadenken of wij dit jaar ons steentje echt wilden bijdragen en ons eens extra

wilden inzetten voor Damiaanactie.

Alle klassen kregen nog wat extra informatie door het bekijken van

filmfragmenten of de nieuwe campagnefilm. Zo kwamen we te weten dat Arun en

Kannan tot voor kort op een vuilnisbelt leefden. Vanuit hun bewondering voor de

filmsterren van Bollywood werden ze vrienden. Beiden zijn echter ziek. Kannan

heeft tbc en is besmet met het hiv-virus. Arun heeft een klauwhand ten gevolge

van lepra. Op een doortastende manier probeert Manickman, een fysiotherapeut

die werkt voor Damiaanactie, de jongens ertoe te bewegen om zich te laten

behandelen. Kannan is genezen van tbc maar moet blijven medicatie nemen om zijn

hiv-besmetting onder controle te houden. Hij gaat weer naar school en droomt

ervan om dokter te worden. Arun heeft zich laten opereren en hij kan zijn hand

weer normaal gebruiken. De Damiaanactie zorgde ervoor dat zijn familie manden

kan vlechten die ze op de markt kunnen verkopen. Het geld dat ze daarmee

verdienen, zorgt ervoor dat ze „makkelijker‟ kunnen leven: er is voldoende eten, ze

kunnen een klein huisje bouwen,… .

En het leek alsof, zowel groot en klein, het begrepen had: elk van ons kan, door een

beetje van onze tijd te gebruiken om stiften en sleutelhangers te verkopen, een

mens een nieuwe kans geven op een zinvol en waardig leven. Per 40 euro kreeg de

klas een „rode‟ steen. En zo anders dan andere jaren hoorde ik niet: „ik heb al 2

Ik ben een

muis en ik heb

geen huis.

50


pakjes stiften gekocht‟, maar hoorde ik wel: onze klas heeft al 2 mensenlevens

gered‟.

De kinderraad lanceerde de „pyjamafuif‟ en ook daarvan ging de opbrengst, 120

euro, naar Damiaanactie.

Op het slotmoment was de spanning te snijden:

hoeveel geld hadden we bijeen gebracht?

Hoeveel mensenlevens kunnen wij redden? De

jongens en de meisjes van het zesde leerjaar

dansten op het liedje „Tomorrow‟ en droegen een

groot Damiaanhart:

2480 euro of 62 mensenlevens.

Een historisch moment. Nog nooit eerder gezien

in de Stapsteen. Van Stapsteners kon je verwachten dat ze iets van stenen

kenden. Maar sommige leerlingen droegen niet alleen hun steentje bij, soms waren

het echte keien. En nog anderen stopten niet voor ze in hun eentje, een echte

rotsblok bijdroegen. We mogen, met z‟n allen, terecht fier zijn. We weten dat we

samen tot heel wat in staat zijn, En onze steen houden we bij ons of geven we een

plaatsje in onze kamer,… en we onthouden: stop nooit. Geef nooit op. Morgen

wordt het beter.

Tweeduizendvierhonderdtachtig maal DANK, DANK, DANK,…dank, dank, … .

Een supertrotse juf Kristien__ .

51


Zo zijn onze manieren

januari – februari :

Ik draag mijn steentje bij!

Niet enkel de mensen die dicht bij ons leven hebben recht

op onze waardering en erkenning, ook de mensen die veraf

leven dragen onze erkenning en waardering mee.

Kunnen wij helpen?

De Damiaanactiecampagne 2011 zet India in de kijker, in haar strijd tegen

melaatsheid, tuberculose en HIV. Allemaal aandoeningen die leiden tot

vormen van uitsluiting. De Damiaanactie ondersteunt de plaatselijke

medewerkers financieel zodat die er alles kunnen aan doen om zowel de

ziekte zelf, als de uitsluiting, aan te pakken. Met 40 euro red je een

mensenleven. Met 40 euro genezen de dokters en verpleegkundigen van

Damiaanactie een lepra- of tbc-patiënt.

maart – april :

Een plaatsje onder de zon voor iedereen!

Zieken, ouderen, gehandicapten, migranten,… zijn geen aparte

groep, maar horen samen met alle andere mensen.

Het anders – zijn…

Ook ervaren de kinderen zelf dat iedereen gebreken en talenten heeft….

Je hoeft niet met iedereen bevriend te zijn, maar je moet wel tegen iedereen

vriendelijk zijn. Tegen iedereen met wie je samen leeft!

52


Greep uit de kinderraad:

Het ontbijt is voor herhaling vatbaar: leuk om het jaar te starten. Misschien

ook wel voor het einde van het schooljaar.

14 februari : pyjamafuif: de opbrengst schenken we aan de Damiaanactie.

De opbrengst was € 120 euro waarmee we 3 mensenlevens redden.

De werking van „de gele zon‟ wordt nog eens uitgelegd: kinderen die zich

geplaagd of uitgesloten voelen, mogen hierop staan. Anderen helpen hen dan.

We vragen aan de leerkrachten of we eens een dag mogen organiseren waarin

we tijdens de speeltijd een snoepje mogen.

…

Pluimpje van de maand

gaat naar juf Tanja : ze hielp ons bij het

organiseren van het ontbijt

gaat naar : de mama en de opa van Jennifer en

Jörgen Demilde : als gemachtigde opzichters

zorgen ze ervoor dat wij veilig naar school

kunnen.

Op de pyjamafuif was onze dj Evy zowaar

ook in pyjama. Ze draaide met haar

disco Halifax de hipste nummers.

Dank je wel

53


Ontbijt op school

“ Een nieuw jaar kun je beginnen met je mooiste kleren aan dat is wel erg gezellig maar je hebt er niet veel aan.

Een nieuw jaar kun je beginnen met een grote zak vol goud maar dat heeft weinig waarde, als niemand van je houdt.

Een nieuw jaar kun je beginnen met een lekker ontbijt

maar als dat op is, wat dan nog, er moet iets beters zijn.

Een nieuwjaar kun je beginnen met een heel erg mooi gedicht Maar het beste is nog altijd: Begin met een blij gezicht!”

Uit naam van de kinderraad wenste de burgemeester ons met bovenstaand gedicht

een gelukkig en gezond 2011. Dat deed ook mevrouw de directeur met haar

nieuwjaarsbriefje. Op initiatief van de kinderraad startten we het nieuwe jaar met

een gezellig ontbijtbuffet. Net wat we nodig hadden om het nieuwe trimester te

beginnen. Bedankt aan alle helpers en zeker aan de kinderraad. We hopen hier een

vaste traditie van te maken!

Ik ben een

muis en ik heb

geen huis.

54


Top tien

Weet je welke gezelschapsspellen de kinderen uit de klas van juf Els het liefst spelen?

1. Dokter Bibber

6. Wie is het?

2. Uno

7. Vier op een rij

3. Ganzenbord

8. Doolhof

4. De toren van Pisa

9. Zumba de rups

5. Monopoly

10. Dammen

55


Super mammie en pappie

Klaar voor het eerste leerjaar?

Voor sommige kinderen is het binnenkort overduidelijk te zien dat ze toe zijn aan de nieuwe uitdagingen van het eerste leerjaar. Kinderen die al simpele sommetjes maken (hoeveel is 1 plus 1?) en kinderen die al meer willen schrijven dan hun eigen naam, lijken helemaal klaar te zijn voor het eerste leerjaar. Dit terwijl een groep leeftijdsgenootjes helemaal nog niet geïnteresseerd is in lezen, rekenen of schrijven, toch ook mee zal gaan naar het eerste leerjaar.

Nog niet naar het eerste leerjaar? Voor enkele kinderen kan het wenselijk zijn om nog een jaartje in de derde kleuterklas te

blijven. Onzekerheid, faalangst, nog erg speels zijn, wat onstabiele motoriek of sociaal

emotioneel nog niet toe zijn aan het eerste leerjaar, zijn allemaal aspecten die tot dit

besluit kunnen leiden. Voor een kind dat niet toe is aan het eerste leerjaar, kan het heel

fijn zijn om nu eens de oudste te zijn in de klas. Het zelfvertrouwen groeit en het is een

stimulans om te laten zien wat het kind in zich heeft.

Wanneer is een kind aan het eerste leerjaar toe? De meeste kinderen starten in het eerste leerjaar, het jaar dat ze zes worden. In

diezelfde groep zitten ook kinderen die het eerste leerjaar overzitten en kinderen die

een jaartje langer in de derde kleuterklas bleven. Het leeftijdsverschil binnen de groep in

het eerste leerjaar loopt dus op tot twee jaar. Dat dit tot verschillen in ontwikkeling

leidt, ligt voor de hand. Daar komt ook nog bij dat elk kind zich aan een eigen tempo

ontwikkelt. Hoe een kind zich ontwikkelt wordt enerzijds bepaald door de rijping van het

centraal zenuwstelsel en anderzijds door de stimulans van de omgeving. De motorische

vaardigheden, de taalvaardigheden en de waarnemingsvaardigheden die nodig zijn om het

leerproces in het eerste leerjaar te kunnen volgen, hebben de meeste kinderen verworven

rond de leeftijd van zes jaar.

Hoe weet je of een kind toe is aan het eerste leerjaar? Om goed te kunnen functioneren in het eerste leerjaar moet een kind zich een half uur

kunnen concentreren. Dit wil zeggen dat een kind een half uur aan één stuk met

hetzelfde moet kunnen bezig zijn, zonder onderbreken. Dit lukt vaak voor iets wat het

kind graag doet. Maar een kind moet zich ook minstens een kwartier kunnen concentreren

op een moeilijke of niet zo leuke opdracht.

56


Een kind in het eerste leerjaar moet ook taakgericht kunnen bezig zijn. Dit wil zeggen dat

het met die taak of opdracht bezig is, zonder dat het zich door andere dingen laat

afleiden. Een kind in het eerste leerjaar moet ook enige tijd stil kunnen zitten.

Een kind in het eerste leerjaar moet ook zelfstandig kunnen werken. Natuurlijk is er in

het eerste leerjaar veel ruimte voor persoonlijke aandacht en begeleiding. Maar er moet

ook een hoop zelfstandig gewerkt worden nadat instructies gegeven zijn. Daarvoor moet

het kind voldoende zelfvertrouwen hebben.

Er komen veel nieuwe dingen op het kind af, veel nieuwe leerstof, er worden nieuwe eisen

aan het kind gesteld. Het kind moet daartegen weerbaar zijn om zich prettig te kunnen

voelen in het eerste leerjaar.

Een kind in het eerste leerjaar moet duidelijk en verstaanbaar spreken. Het moet een

logisch verhaal kunnen vertellen dat voor anderen begrijpbaar is. Daarnaast moet het

kind aandachtig kunnen luisteren naar de leerkracht en begrijpen en onthouden wat het

moet doen. Ook de fijne motoriek (potlood juist vasthouden, kleine schrijfpatronen

nadoen) moet op niveau zijn om het eerste leerjaar aan te kunnen.

Op het einde van het schooljaar is er op onze school een informatie-avond voor de ouders

die een kind hebben dat in september start in het eerste leerjaar. Op deze avond zal u

nog meer details te horen krijgen over het eerste leerjaar.

En dan… hoera, naar het eerste leerjaar! De eerste maanden in het eerste leerjaar vragen veel van de kinderen. Bijna alle kinderen

maken een gewenningsperiode door. Sommige kinderen hebben het de eerste weken

moeilijk. Andere kinderen krijgen het moeilijk na een viertal weken of zo. We zien dan

dat het kind wat onzeker wordt, wat moeite heeft met naar school gaan, lastiger gedrag

laat zien thuis. Enkele kinderen krijgen een tijdje moeite met inslapen of gaan enkele

keren weer bedplassen. Dit zijn normale zaken in het begin van het eerste leerjaar.

Maakt u zich als ouder, niet teveel zorgen hierover. Het is vooral belangrijk er als ouder

over te waken dat het kind niet teveel belast wordt de eerste maanden in het eerste

leerjaar. Het kind moet zich buiten schooltijd goed kunnen ontspannen: veel buiten spelen.

Ook goed is het om erop te letten dat het kind voldoende nachtrust krijgt.

Ouders willen natuurlijk dat hun kind het goed doet in het eerste leerjaar, maar het is

niet goed wanneer ouders teveel gericht zijn op goede prestaties, goede punten. Het kind

begeleiden, wat helpen met lezen oefenen, is prima in die eerste maanden van het eerste

leerjaar. Maar help het vooral met een positieve houding om te wennen aan “de grote

school.”

57


wegwijs op het web

Bloxorz: Een prachtig gratis denkspel (van 9 tot 99 jaar)

http://www.bloxorzgame.com/

Klik op Start New Game om het spel te starten.

Je krijgt dan een Engelstalige handleiding,

waarvan je de vertaling hieronder terug vindt.

Om die uitleg over te slaan,

klik je op Skip instructions.

Handleiding

1. Bedoeling van het spel is om het blok in het vierkant gat te doen

vallen op het einde van het terrein. Er zijn in totaal 33 niveaus.

2. Om het blok te verplaatsen, gebruik je de 4 pijltjestoetsen op jouw

toetsenbord. Let op dat het blok niet over de rand naar beneden

valt, anders herbegin je in hetzelfde niveau.

3. In verschillende niveaus kan je gebruik maken van bruggen en

schakelaars. Een schakelaar wordt actief als je er met het blok op

staat. Je moet niet op de schakelaar blijven staan opdat de brug zou

gesloten blijven.

4. Er zijn 2 soorten schakelaars. Een harde schakelaar met een X

wordt enkel actief als je er met een rechtstaand blok op staat.

Bij een zachte schakelaar O is het voldoende dat het blok er op ligt,

maar staan mag natuurlijk ook.

58


5. De schakelaars reageren op verschillende manieren. Sommige

schakelaars sluiten een brug, terwijl andere schakelaars een brug

sluiten, maar ook terug openen als je de schakelaar opnieuw

activeert. Sommige vierkanten lichten rood of groen op als ze als

brug actief worden.

6. Oranje tegels zijn heel breekbaar. Als je er met een rechtstaand

blok op staat, dan kunnen ze dit blok niet dragen en zakt het blok

erdoor.

7. Er is nog een 3de soort schakelaar ( ) Het verplaatst je blok op het

speelveld en splitst het blok in 2 kleinere kubussen. Deze 2 kubussen

worden weer 1 blok als ze tegen elkaar staan.

8. Met de spatiebalk selecteer je welke kubus er actief wordt. [ ]

Kubussen kunnen nog een zachte schakelaar activeren, maar geen

harde schakelaar. Enkel een volledig blok mag door het vierkant gat,

niet 2 aparte kubussen.

9. Bovenaan rechts zie je een code. Schrijf deze code op als je in een

volgend niveau komt. Later kan je deze code van 6 cijfers ingeven als

je klikt op Load Stage. Je start dan direct met het niveau waarmee

je de vorige keer stopte.

10. Veel speelplezier.

Klik op Toggel Sound om het geluid uit te schakelen.

juf Evy

59


Familieberichten

Wenst u ook een familiebericht mee te delen aan de lezers van onze krant, dan kan

u altijd een bericht opsturen of afgeven op het schoolsecretariaat. Hierbij de

familieberichten:

OVERLIJDENS

Mevr. Petra Vandierendonck, tante van Maarten Vandierendonck (L3B)

Dhr. Dirk Simoens, oom van Chionne Bonny (K1A)

Onze oprechte en christelijke deelneming

GEBOORTEN

Wout, een broertje voor Ella Verplancke (K2-3B) en kleinkind voor Lieve Missiaen

(onderhoud)

Briek, een kleinkind voor Lieve Missiaen (onderhoud)

Arne, een broertje voor Devos Elise (K1A)

Een hartelijk proficiat aan de ouders!

60


1. De fietstocht is goedkoop. Geef toe dat deelnemen aan de fietstocht een heel

kleine investering is, als je dit vergelijkt met een ingangsticket voor een pretpark.

Bovendien krijg je onderweg een gratis drankje met gebak. En kunnen alle

stapsteenfietsers die dag gratis in het Doolhof te Loppem!

2. De fietstocht is gezond. Je bent buiten in de frisse lucht en je bent in beweging.

Iets gezonders kan haast niet.

3. De fietstocht stimuleert de geest. De beweging die je hebt in de buitenlucht

zorgt voor een fris hoofd en een betere bloedsomloop. Dit zorgt ervoor dat je

hersenen beter functioneren.

4. De fietstocht is veilig. Op de fiets ben je relatief kwetsbaar bij ongelukken.

Maar cijfers wijzen uit dat bromfietsers, scooters en auto’s veel vaker ernstige

ongelukken hebben dan fietsers. En je hebt natuurlijk nog altijd de fietshelm.

5. De fietstocht is goed voor het milieu. Geen vervoermiddel is zo

milieuvriendelijk als de fiets, de step en de benenwagen. Een uitstapje met de fiets

in plaats van met de auto is dus een steentje bijdragen aan een gezondere wereld.

6. Op de fiets ben je flexibel. Daarnet iets gezien waarvoor je even wil stoppen?

Met de fiets draai je je zo om. En je hebt bovendien geen problemen om een

parkeerplaats te vinden.

7. De fiets versterkt je identiteit. Een hippe moeder met een bakfiets, een

student op een afgetrapte omafiets, een prinsesje op een roze bloemetjesfiets, een

sportieve kerel op een moutainbike, een zakenman op een degelijke herenfiets. De

fiets is een verlengstuk van jezelf. Het zegt iets over wie je bent en wat je

uitstraalt.

8. De fiets is snel. In steden en dorpscentra is de fiets het snelste vervoermiddel.

Wist je dat je drie keer sneller door de Baron Ruzettelaan bent met de fiets dan met

de auto?

9. De fietstocht is een beleving. Op de fiets maak je wat mee. Je ziet vanalles om

je heen. Je ruikt de natuur. Wat is er heerlijker dan op je fiets

de eerste geuren van de lente ruiken. En de behagelijkheid

van de warmte in huis is ’s winters lang niet zo lekker zonder

een fietstocht achter de rug.

10.De fietstocht is leuk en gezellig. Fietsen is hartstikke

leuk. Samen gezellig met de familie fietsen, of met een

vriendinnetje kletsen is toch heerlijk!

Tien ijzersterke redenen om mee te fietsen

op de fietstocht van VBS De Stapsteen

op 22 mei 2011

61


Jabbedabbedoe

Als je in onderstaand woordrooster de gegeven woorden schrapt (horizontaal,

verticaal en diagonaal) kun je met de overgebleven letters een passend woord

vormen. Je hebt nog ongeveer één week tijd. Succes!

avondmaal eierdop

chocolade eieren

Goede Vrijdag lam

haas kruis

kuikens versiering

lente mandje

paasei paaskonijn

paasontbijt paastak

penseel verf

oplossing:

Om te weten

wat Langoor

meeheeft

moet je deze

rebus oplossen.

Maar als de

zon schijnt

heb je

niet veel tijd!

Succes!

62


63


64


FIETSTOCHT

ZONDAG 22 MEI 2011 Afstand: 20 km – 35 km

Vertrek : tussen 13u30 en 14u30 op speelplaats afdeling Steen, Kon. Astridstraat 2, Veldegem

Gratis koffie en gebak op de stopplaats

Gratis ingang DOOLHOF voor alle deelnemers!

Over stapjes en steentjes - schooljaar 2010/2011 - paaseditie

Documents

Transcript of Over stapjes en steentjes - schooljaar 2010/2011 - paaseditie