Over de kwestie van den dag

7
OVER DE KWESTIE VAN DEN DAG. Hot September-nummer van de Gid~ bevat eene belangrijko verhan- doling van Prof. S. u ,~over de kwestie van den dag" hot pauper~. Zooveel is or, over en weer, over deze kwestle geschreven, dat her aangenaam is om nu en dan eene halte in de diseussie te houden, en alsdan in een r~sum~ van hot aangevoerde een overzigt van de versehillende gevoelens te vinden.- Reeds uit dit oogpunt alleen, word~ door zoodanige wijze van behandeliug eene groote dienst aan den lezer bewezen, vooral bij een onderwerp dat de algemeene aandacht in hooge ma~e heeft opgewekt.- ~,n dit wordt to. meer van belang, wanneer dat overzig~ door zulk een bevoegd~:,beoordeelaar geschied~, ell in zulke aangename vormen wordt medegedeeld, als hier hot geval is. Gaarne zoude ik thans reeds de gemelde ~e~handeling in de ver- sehillende bijzonderheden willen nagaan, 0i~L ,daarbij eeaige eigen besehouwingen aangaande hot onderwerp tegenover die van den geaehten schrijver te stellen.- Thans ontbreekt mij daartoe de noodige ruimte; ik hoop in een later nummer daartoe, de,gelegenheid te vinden. Voor her oogen- blik bepaal ik mij tot twee hoofdpunteu, waarop des sehrijvers gevoelen grootendeels berust, en die naar miju bescheiden oordeel, voor gegronde tegenspraak vatbaar zijn. u den lezer die met de opmerkingen in de Gids onbekend is, worden zij bier kortelijk uit een gezet. ~ u anderen zij her ter herinnering. -- De sehrijver is van oordeel, dat de gedaehten welke men zieh van her armwezen in ons vaderland vormt, grootendeels overdreveu zijn. -- De reden van die overdrijving .ligt voornamelijk in de wijze waarop men de statistieke opgaven heeft geraadpleegd.- Uit de jaarlijksehe verslagen en tabel]en der regering heeft men verkeerde gevolgtrekkingen aangaande hot eijfer der bedeeldeu opgemaakt.

Transcript of Over de kwestie van den dag

OVER DE KWESTIE VAN DEN DAG.

Hot September-nummer van de Gid~ bevat eene belangrijko verhan- doling van Prof. S. u ,~over de kwestie van den dag" hot pauper~ .

Zooveel is or, over en weer, over deze kwestle geschreven, dat her aangenaam is om nu en dan eene halte in de diseussie te houden, en alsdan in een r~sum~ van hot aangevoerde een overzigt van de versehillende gevoelens te v i n d e n . -

Reeds uit dit oogpunt alleen, word~ door zoodanige wijze van behandeliug eene groote dienst aan den lezer bewezen, vooral bij een onderwerp dat de algemeene aandacht in hooge ma~e heeft o p g e w e k t . - ~,n dit wordt to. meer van belang, wanneer dat overzig~ door zulk een bevoegd~:,beoordeelaar geschied~, ell in zulke aangename vormen wordt medegedeeld, als hier hot geval is.

Gaarne zoude ik thans reeds de gemelde ~e~handeling in de ver- sehillende bijzonderheden willen nagaan, 0i~ L ,daarbij eeaige eigen besehouwingen aangaande hot onderwerp tegenover die van den geaehten schrijver te s t e l l e n . -

Thans ontbreekt mij daartoe de noodige ruimte; ik hoop in een later nummer daartoe, de,gelegenheid te vinden. Voor her oogen- blik bepaal ik mij tot twee hoofdpunteu, waarop des sehrijvers gevoelen grootendeels berust, en die naar miju bescheiden oordeel, voor gegronde tegenspraak vatbaar zijn.

u den lezer die met de opmerkingen in de Gids onbekend is , worden zij bier kortelijk uit een gezet. ~ u anderen zij her ter herinnering. - -

De sehrijver is van oordeel, dat de gedaehten welke men zieh van her armwezen in ons vaderland vormt, grootendeels overdreveu zijn. - - De reden van die overdrijving .ligt voornamelijk in de wijze waarop men de statistieke opgaven heeft g e r a a d p l e e g d . - Uit de jaarlijksehe verslagen en tabel]en der regering heeft men verkeerde gevolgtrekkingen aangaande hot eijfer der bedeeldeu opgemaakt.

351

Maar ten ~weede, al ware dat eijfer met juistheid uit de tabellen optemaken, dan nog zoude men geen genoogzamen grondslag h e b b e n - hot is geen statistiek der armoede die men alsdan veer zieh heeft, maar een statistiek der weldadighoid; en tusschen doze twee zaken is een breed verschil.

Hot oersto godeelte van de verhandeling van Prof. u betreft her misbruik der statistiek.

~De heer LU'rT•NBERG", ZOO zegt in substantie do sehrijver, ,,heeft het eerst getraoht, om uit de officieele verslagen der rege- ring een doorloopend geheel omtrent den voortgang der armoede optemaken. - -

Doch ook hij vergat dat die statis~iek eigonlijk niet is eene sta- tistiok der armoede, maar der bedee~ing, en hij verzuimde vele bijzonderheden optemorken, die in her oog moeten gehoudeu wor- den, wanneer men de jaarlijks zwellende oijfers besehouwt.

Zijne volgors zijn op dezen verkeerden weg nog verder gegaan. - - LUTT~NB~.a6 had , zeer verstandig, aangenomen dat uit de geheele reeks der officieele opgaven, alleen die omtrent de bedeeting der zoogenaamde ,huiszittende armen" tot maatstaf kunnen dienen.- - Onze latere voorstanders van hot pauperismo hebben zioh daaraan nlet gehouden :"

Ten bewijze hiervan w o r d e n ~ c h e i d e n e plaatsen aangevoerd uit eenige geschl'if~en ~nz. over her Armwezen, bepaaldelijk van de heeren M~. L. I~/~:~:;,VA'N DrN BERGIt, ~AN D . ~ VAN ISSP, LT,

BI~.~UPOT TEN CATR~}M a'. VAN ZUYLEN VAN NYEYELT, de heeren Tv~)v.,~x~ en ~ s K ~ Deze sohrijvors hebben zich alle, in meerdero of mindore mate ann ~ezolfde overdrijving schuldig gomaakt, terwijl ten slotte wordt aangevoerd: ,Evenmin heeft de heer Ds BltuYN KoPs ,)zieh goheel van dozen valstrik knnnen vrijhoudon. Hoe is onze ~tegenwoordigo toestand? vraagt hij in zijne Korte Bcsohouwingen ,,over hot Az'mwezen bl. 33 :" hot antwoord luidt: ,zeer ongunstig. ,Over hot geheele rijk wordt circa ~l/o der bevolking door de ,,overigen onderhouden. In Noord-Holland is hot t /~, op en- ,kele plaatsen is hot hog ergot.

~Wat zullen wij nu hiervan zoggen ? Is hot moedwillige ver- ),kraehtiging van de waarheid? Is her grove onkunde die doze ,,mannen alzoo doer spreken? Voorzeker niet , maar hot is gebrek ,ann bedaard onderzoek, hot is onwillekeurig overdrijven in hot ,belang ooner goede zaak."

Ziodaar hot vrij gestrenge oordeel dat alzoo over de genoemde per- sonen in massa wordt uitgesproken, een oordeel, waartegen i k ,

352

veer zooverre de aanhaling mijner geschriften betreft, veer een oogen- blik verlang optekomen.

Ik zeide (Korto Besehouwingen over her Armwezen) hot getal van diegenen die niot door eigen middelen kunnen bestaan, maar door giften van andoren hun onderhoud vinden, veer hot geheele. rijk. op t/6 der bevolking te siellen; in Noord-Holland op t /4; terwijl het op enkele plaatsen hog erger is.

Nu wordon door Prof. u de eijfers van de sohrijvers o.ver ons armwezen op verseMUende gronden bestreden, en onder anderen hierom, dat. ~men", de tabellen der regering ten grondslag nemende, eenvoudig al de personen, door de vorsehillende soor- teu van weldadige instellingon ondersteund, bij olkander telde ; waardoor men indedaad verbazend groote eijfers verkrijgt, zonder nategaan dat dezelfde persoon die bij de eene instelling ondorsteu- ning genoot, dikwijls ook bij een andere onderstand karl genieten, zoodat alsdan werkelijk dezelfde armo beurtelings op versehillende tabellon kan versehijnen.

De Instellingen v a n woldadigheid women vroeger in de oflieieele tabellen vordeeld in

1. Inrigtingen tot Verloai~n van onderstand. $. Inrigtingen om hot ~ " ai'men te verminderen. 8. Inrigtiugen tot voorkomim d van ,armQM_e.

Hot verslag over 1849 maakt veer her . e ~ n e nieuwe verdee- ling, on ondersehoidt alle instellingen in t w e ~ o r t e n :

1. Instellingen tot verzo~ylng der armen, ook door work en on. dorwijs;

daartoe behooren a lmstellingen tot bedeeling van huis,ltt, nde armed. 3 Genootschappen veer ,ehamele armen. e Genootsehappen veer behoeftige kraamvrouwen. d De Godshuize~. e Gas~ of ziekenhuizen. jo Soholen tot onderwij,. g ~trerk*choZen. h Gestlehten veer doofstommen. i Gesticht veer blinden.

~trerLTlaa~sen van liefdadigheid. l Koloni~h dot maatschappij van liefdadigheid.

353

2. Iustelllngen tot uoor~omin# van armoede. Banken van Leening.

b Zieken- en begrafenisbussen. c Spaarbanken en spaarkassen.

Wil men nu uit de opgaven dezer instellingen Hot werkelijke cijfer der armoede opmaken, dan zal men - - d i t ben ik volkomen e e n s - - , diegenen welke slech~s aan de instellingen der tweede soort deel nemen, buiten de berekening moeten laten. Hij die zijn gold in de spaarbank brengt, is daarom nog geenzins als arme te rangsehikken: integendeel~ hij vol~ den bestr weg die van de armoedo 'afbrengt.

En war nu de inri~ingen van de eerste soort betreft, zoo is bet ook waarheid, dat men evenzeer een onjuisten maats~af, zou erlangen, indien men de eijfers van al de personen op die tabellen eenvoudig bij elkandcr telde. Immers, een persoon kan van versehillende diet inrlgtingen onder.stand gehad hebben, en hij moge dan telkens .als een afzonderlijk eijfer op de versehillende tabellen voorkomen, hij blijft niettemiu slechts ~ n arme.

,,Neemg een gezin," zegt Prof. Yzss~Rmo teregt, - - ~dat bedeeld ~wordt door ~ n e , mlsschieu wel door twee Diakoni~n ell een bur- ~gerlijk armbestuur; w ~ r de vrouw i n r loop des jaars kraam-

vrouw is geweest, en eene D o r c ~ . ~ h u l p * h e e R gehad; waarvan een ~of meet leden in bet gas thu i s~Dben ziek gelegen; waarvan de ,,kinderen op de armenscheol gaan, eu de m a n ' s winters in een werk- ,~mngting" " is o ~ Zulk .een gezin ,,van 6 ~ 7 hoofden ~oeit

e dePr I wilde opmaken, z~)u zieh voorzeker aan grove onnaauwkeurigheid sehuldig maken. Dit zal zonder moeite worden toegegeven; maar thans wordt de vraag: ~Welke der gemelde sohrijvers hebben zich aan die grove fouten sehuldig gemaaktP" En dan zie ik, veer zooveel mij .betreft, geen her mlnste bewijs aangevoerd; on reeds dadelijk zal ik bier bewijzen hoe ik i~ de aangehaalde plaats tot her eijfer van I/6 der bevolking als bedeelden kwam, juist met vermijding van die dubbelzinn~g- lieden, waaromtrent men indedaad niet te voorzigtig kan zijn.

Insgelijks van meening zijnde, dat bij eerie algemeene beoor- deeling van hot armwezen voornameli~k de huiszittends armen, echter met de godshuizen, in aanmerking dienen te komen, beyond ik bij her schrijven der ~korte besehouwingen", de laatst uitge- komen verslagen der regerlng raadplegende, dat men de volgende eijfers bekwam :

354

Hulszitteude armbestureu.

Getal Bededdeu. Godshuizeu.

1846. 468.656 16.760 I 485.416

lS47. 473.109 17.556 1 490.665 1848. 425.339 15.943 441.282

Wanneer wij nu deze eijfers met de bevolking in Nederland van 3,000,000 zielen vergelijken, dan hebben wij reeds hierdoor

I

alleen de verhouding van t/6 nagenoeg bereikt, en hier zijn dan noch de ondersteuningen der schamele armen, noch de Doreassen enz., noch het gratis onderwijs of de werk-inrigtingen medege- rekend, -- en wanneer men. dan daarbij in aanmerki~g neemt,

I o. dater dan toch zeker onder deze laatstgenoemde instel- lingen een goed getal personen is, welke niet onder de huis- zittende armen en de godshuizen voorkomen;

2 ~ dat de gemelde eijfers der huiszittende armeu veer elk jaar nog te vermeerderen zijn met de bedeelden van 200 ~ 300 instel- lingen, waarvan geene of geen volledige opgaven zijn ontvangen (veer de genoemde jar:e~!~ 234,281,356) ;

3 ~ dat de koloni~n "van ~ . ~ . . ~ g h e i d met hare bevolking onder de aangehaalde cijfers nlet z ~ ' d e . g e r e k e n d , - - en voora]

4 ~ dat er dag aan dag a]lergan~erkelijlk~te~ sommen aau ]let heirleger bedelaars worden uitgereikt;.. . . ~ " ~ ' .

dan is her toch indedaad geen g e ~ / ~ veronderstelling, indien men het cijfer van hen, die op : ~ f andere wijze van anderen hun onderhoud ontvangen op ~/6 ~'~';d~ bevolkiug stelt. ~

Zooveel ter regtvaardiging van her door Prof. VIss~.a]~o verooro deelde cijfer van i/6 veer het geheele rijk. Veer Noord-I-Iolland vlndt men door her nagaan derzelfde cijfers, de verhouding reel sterker; ond'er andereu voor 1847 alleen van huiszittende 'armbe- sturen en godshuizen, 256 per 1000 inwoners ; of ruim een vierde.

Hier is .dus aangetoond, op welke wijze ik gekomen was tot het bovengemelde gevoelen ten aanzien van het armwezen in Ne- derland, door overname uit' de tabellen der regering, met inacht- neming van dezelfde zaken, met dezelfde ziftingen, welke de Heer VISS~.RINe in deze voorselu'ijft, ~ en dan meet ik bekennen, niet te kunnen begrijpen, waar ik in den valstrik der overdrijving zou zijn gevaUen.

Dan doer zieh onwillekeurig de gedachte veer, dat de geacht~ schrijver, tegenover her pessimisme, da t hij, welligt niet ten onregte,

355

bij eenigen recent te ontwaren, niet geheel is vrijgebleven van her andere uiterste, en dat hij al schrijvende niet heeft kunnen weer- staan ann de lust , om eens even a! de ganoemde schrijvers in massa sis , oppervlakkige statistici" te classiflceren.

s Lv~xNBzao was den goeden weg ingetreden"; ~,egt Prof. V1ssEg~i~o: ,maar wat deden oaze statistici? Z~ telden al die personen van al die instellingen bijeen, en verkregen alzoo inder- daad verbazende cijfers." Volgen eenige plaatsen van de Heeren Mr. L. Pc. C. vxN Dc-N BSRCH en andere schrijvers, en het is waar, dat deze eerstgenoemde vooral, zich niet weinig schijnt vergrepen te hebben, maar de zucht tot generaliseren is toch vergedreven, wan- neer men de feilen van enkelen, in het algemcen ann ,onze schrij- vers over her pauperisme" toeschrijft.

gene andere stelling van den Heer V. in overcenstemming met den Heer D/$ BOSCH gg~lPga, is deze: dat de verslagen en tabellen der regering over dit onderwerp eigenlijk niet zijn een.statistiek der .4rmoede, maar der Bedeelinq, zoodat de voortgang~der eerste daaruit niet kan blijken. Het eerste gedeelte zal gaarne worden toegegeven: Immers armoede is ,,het ontbreken van voedsel, kleeding, woning" en dit is onder geen ci~fers te breng~. - - ma~. ~ a t een juiste statistiek

armoede, in dezen zin, n i m ~ v . a r t ~ g e n is, daaruit volgt nog tier niet dat men geen ander statisti~te bast nemen, en alsdan zal men bevinden da~:~.t~.~ ti~ "~'~weldadigheid (ofschoon op zich zelf seen s t a t i s t i ~ , . ~ ~ d e zijnde) eehter nagenoeg het eenige middel is om tot ~ r m o e d e te geraken. Geven wij eens de tegen- werping t o e : - ' ~ i geen statistiek der armocde die de oflicieele #e~agen ons anngev~rVhet is een statistiek der weldadigheid,"-- .W'at bevinden wij dan? Volgens mijn beseheiden oordeel dit, dat deze twee zaken in den grond op hetzelfde neerkomen; namelijk in zooverre dat eene voortdurend en regelmatig toenemende weldadigheid (of liever bedeeling: laten wij al wat geld geven is, niet met den schoonen naam van weldadigheid bestempelen), ook oaafseheidelijk ecn bewi~s van tocnemend pauperisme met zich vocrt, zoodat men op grond van een gcregeld vermeerderen der giften, wel ten geregelde vermeerdering van pauperisme moet annnemen.

Immers cen van beide is waar: bf zij san wie de gelden gegeven werden, hadden die inderdaad

noodig, en leden gebrek- met andere woorden, waren armea bf wel, z/j hadden het niet zoozeer noodig, zij behoorden niet

onder de paupers Maar data zal er toch wel geen gesehikter middel zion om hen op

356

de kortst mogelijke manier tot paupers te maken. Kan er eeu ver- derfelijker en meet verarmende zaak uitgedaeht worden, dan dit stelselmatig uitdeelen, van ondersteuningsgelden san personen die her n~et noodig hebben ?

Veerkracht van ziel ell ligehaam, spsarzaamheid, soberheid en overleg, ziedaar de eenige middelen waardoor de behoeftige arbeids- man zijn lot kan verzaehten, zich her noodige brood kan verschaffen, produeteur kan blijven. Deze grondwaarheid der Economie zal toch hier niet ontkend worden. Brengen wij her vraagstuk in zijne we- tensehappelijke formule : ~ A_rbeid en kapitaal zijn onmisbaar tot pro- duetie - - mawr kapitaal is slechts mogelijk waar besparing is, en besparing wordt tegengewerkt waar gelden worden uitgereikt. Der- halve heeft een systematisehe uitdeeling van bedeelings-gelden, welke spaarzaamheid en overleg minder dringend noodig maakt, onfeilbaar eene strekkiug om de kapitaalvorming tegen te gaan.

Van hier,~.c!eze gevolgtrekking : toenemende bedeeling, toenemende armoede,.:

En de Sehrijv.er zelf zal ons dit wel moeten toegeven. Immers pag. 276 lezen wij :, her vrag~n en geven van subsidi~n is zoo gemakkelijk ge- worden, dat,, een ho0~'~fr van b~ec|den kans gceft op een goede subsidie"--en p. g90 O v e r a l ~ . ~ onder den eeu of anderen vorm: ,de eigene verantwoordelijkh~..]~.dt opgeheven, daar ontstaat de , wanverhoudlng tusschen bevolkmg ~ , . v q ~ t ~ . ' n g . "

Ziehier dus door den schrijver zelf d e ~ v e n loop erkend, eu de strekkmg Lot vermeerdenng van m ~ en de pauperise. rends strekking van die uitdeelingen.

Dus armoede lokt bedeeli,g, en bedeeli~,.-k,veekt armoede:~- volgens des sehrijvers eigen verklaring.

Toenemende Bedeeling, toenemende Armoede. R~D.