Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk...

12
Bladzijde 2: Je kind leert praten: een wonder! Bladzijde 3: Thuis praat je niet dezelfde taal als op school Bladzijde 4: Vrolijk met taal in de opvang Bladzijde 5: School en ouders samen Bladzijde 6: Hip Hip Hoera! Feestjes Bladzijde 7: Zingen en vertellen, de hele dag door Bladzijde 8: Opvoeden doe je niet alleen Bladzijde 9: Regelmaat werkt Bladzijde 10: Gezin en familie. Voor iedereen anders Bladzijde 11: Je bent niet alleen mama of papa Bladzijde 12: Doe mee aan de wedstrijd! Taal en opvoeden … voor iedereen anders Omdat duidelijke taal over taal en opvoeden belangrijk is! Elk kind is anders. En elke ouder is anders. Er is dus ook niet één juiste manier om je kind op te voeden. Wat werkt bij het ene kind, lukt daarom niet bij het andere kind. Wat bindt jou dan met andere ouders? Jullie hebben één doel: een gelukkige zoon of dochter. Daar willen jullie veel voor doen. Een gelukkig kind Deze krant geeft geen pasklare recepten om een kind gelukkig te maken. Wel krijg je veel tips over opvoeden, en over taal. Heel belangrijk bij opvoeden is taal. Want opvoeden lukt niet zonder taal. Je praat met je kind: je vraagt je kind wat het wil, je legt uit wat het mag en niet mag ... En terwijl je kind groeit, leert het ook taal. Of talen. Tips en info Heel wat kinderen spreken elke dag twee, zelfs drie of meer talen. Dat is heel knap. Als ouder heb je misschien vragen over die taal of die talen van je kind. In deze krant geven we info en tips. Je leest over taal thuis en op school, in de opvang en op straat. Andere ouders vertellen welke taal of talen zij praten. Je krijgt Een krant over taal thuis, in de opvang, op school: die moet natuurlijk geschreven zijn in duidelijke taal! Wablieft schreef deze krant. Wablieft vindt dat iedereen recht heeft op informatie in duidelijke taal. Informatie in moeilijke woorden sluit mensen uit. Want niet iedereen begrijpt die moeilijke woorden. Wablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft Wablieft teksten van organisaties, scholen en overheden, zodat deze teksten duidelijk zijn voor iedereen. Wablieft geeft ook de training ‘duidelijk schrijven’ en geeft boeken uit in duidelijke taal. Op www.wablieft.be vind je meer info. tips om je kind te laten kennismaken met de rijkdom van taal. Je vindt ook antwoorden op vragen als: waarom is tijd maken voor jezelf belangrijk, welke boeken zijn leuk en waar ontmoet je andere ouders. Weg met de twijfels Als ouder maak je keuzes. Soms twijfel je over je keuze. Dat is best gezond. Met deze krant hopen we al enkele twijfels weg te nemen. Samen met … Wablieft maakte deze krant samen met Kind en Gezin, Vocvo, Groeimee.be, Vlaams Netwerk van Verenigingen waar armen het woord nemen, Federatie Centra voor Basiseducatie en Klasse voor Ouders. Waar vind je deze krant? Alle abonnees van Wablieft krijgen deze krant in de bus. Kind en Gezin verdeelt de krant in de consultatiebureaus, de Inloopteams en in de Opvoedingswinkels. Bij verenigingen waar armen het woord nemen. Wil je extra kranten? Die kan je bestellen bij Wablieft. Kijk op www.wablieft.be/projecten , stuur een mail naar [email protected] of bel naar 015 44 65 10. België - Belgique P.B. 8/1723 2099 Antwerpen X VERSCHIJNT WEKELIJKS ERKENNINGSNR. P910484 AFGIFTEKANTOOR 2099 ANTWERPEN X nummer 907 V.U.: Liliane Depuis, Kardinaal Mercierplein 1, 2800 Mechelen krant tekstadvies boeken

Transcript of Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk...

Page 1: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

Bladzijde 2: Je kind leert praten: een wonder!Bladzijde 3: Thuis praat je niet dezelfde taal als op school Bladzijde 4: Vrolijk met taal in de opvangBladzijde 5: School en ouders samenBladzijde 6: Hip Hip Hoera! FeestjesBladzijde 7: Zingen en vertellen, de hele dag doorBladzijde 8: Opvoeden doe je niet alleenBladzijde 9: Regelmaat werktBladzijde 10: Gezin en familie. Voor iedereen andersBladzijde 11: Je bent niet alleen mama of papaBladzijde 12: Doe mee aan de wedstrijd!

Taal en opvoeden … voor iedereen anders Omdat duidelijke taal over taal en opvoeden belangrijk is!

Elk kind is anders. En elke ouder is anders. Er is dus ook niet één juiste manier om je kind op te voeden. Wat werkt bij het ene kind, lukt daarom niet bij het andere kind. Wat bindt jou dan met andere ouders? Jullie hebben één doel: een gelukkige zoon of dochter. Daar willen jullie veel voor doen.

Een gelukkig kindDeze krant geeft geen pasklare recepten om een kind gelukkig te maken. Wel krijg je veel tips over opvoeden, en over taal. Heel belangrijk bij opvoeden is taal. Want opvoeden lukt niet zonder taal. Je praat met je kind: je vraagt je kind wat het wil, je legt uit wat het mag en niet mag ... En terwijl je kind groeit, leert het ook taal. Of talen.

Tips en infoHeel wat kinderen spreken elke dag twee, zelfs drie of meer talen. Dat is heel knap. Als ouder heb je misschien vragen over die taal of die talen van je kind. In deze krant geven we info en tips. Je leest over taal thuis en op school, in de opvang en op straat. Andere ouders vertellen welke taal of talen zij praten. Je krijgt

Een krant over taal thuis, in de opvang, op school: die moet natuurlijk geschreven zijn in duidelijke taal! Wablieft schreef deze krant. Wablieft vindt dat iedereen recht heeft op informatie in duidelijke taal. Informatie in moeilijke woorden sluit mensen uit. Want niet iedereen begrijpt die moeilijke woorden.

Wablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft Wablieft teksten van organisaties, scholen en overheden, zodat deze teksten duidelijk zijn voor iedereen. Wablieft geeft ook de training ‘duidelijk schrijven’ en geeft boeken uit in duidelijke taal. Op www.wablieft.be vind je meer info.

tips om je kind te laten kennismaken met de rijkdom van taal. Je vindt ook antwoorden op vragen als: waarom is tijd maken voor jezelf belangrijk, welke boeken zijn leuk en waar ontmoet je andere ouders.

Weg met de twijfelsAls ouder maak je keuzes. Soms twijfel je over je keuze. Dat is best gezond. Met deze krant hopen we al enkele twijfels weg te nemen.

Samen met …Wablieft maakte deze krant samen met Kind en Gezin, Vocvo, Groeimee.be, Vlaams Netwerk van Verenigingen waar armen het woord nemen, Federatie Centra voor Basiseducatie en Klasse voor Ouders.

Waar vind je deze krant?• Alle abonnees van Wablieft krijgen deze krant in de bus.• Kind en Gezin verdeelt de krant in de consultatiebureaus, de Inloopteams en in de Opvoedingswinkels. • Bij verenigingen waar armen het woord nemen.• Wil je extra kranten? Die kan je bestellen bij Wablieft. Kijk op www.wablieft.be/projecten, stuur een mail naar [email protected] of bel naar 015 44 65 10.

België - Belgique

P.B. 8/1723

2099 Antwerpen X

VERSCHIJNT WEKELIJKS

ERKENNINGSNR. P910484

AFGIFTEKANTOOR 2099 ANTWERPEN X

nummer 907V.U.: Liliane Depuis, Kardinaal Mercierplein 1, 2800 Mechelen

krant tekstadvies boeken

Heel wat kinderen spreken elke dag twee, zelfs drie of meer talen. Dat is heel knap. Als ouder heb je misschien vragen over die taal of die talen van je kind. In deze krant geven we info en tips. Je leest over taal thuis en op school, in de opvang en op straat. Andere ouders vertellen welke taal of talen zij praten. Je krijgt

Page 2: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

2

Je kind leert praten

Waarom? Waarom? Waarom?

“Nee.” “Jawel!” “Nee is nee.”Soms moet je nee zeggen. Anders loopt je kleuter de straat op of kruipt je peuter alleen op de trap. Leg uit waarom iets niet mag. Dat is beter dan luid nee zeggen. Zo leert je kind sneller wat mag en wat niet. Zeg erbij wat wel kan:“Nee hoor, blijf jij maar hier. Op straat rijden auto’s. We steken samen de straat over, als je mij een handje geeft.”“Kleine meid, die trap is een beetje te hoog voor jou. Zo kan je vallen.”

Als je meer dan één taal spreekt “Ik spreek thuis Frans met Abdel. Als we op bezoek gaan bij mijn ouders, spreken we Berbers. Zo heeft hij een sterkere band met zijn grootouders. Als we samen naar de bakker gaan, spreken we Nederlands.” -- mama Lina

Vele kinderen groeien op met meer dan één taal. Veel talen kennen is positief. Maar het is niet altijd gemakkelijk.

• Spreek je zelf niet zo goed Nederlands? Praat met je kinderen in je eigen taal. Het is belangrijk dat je kind jouw taal goed kent. Dan zal het later ook makkelijker Nederlands leren. Ben je zelf enthousiast over een taal? Dan zal je kindje dat ook zijn.

• Welke taal spreek je het best met je kind? Zeker als jij, je partner en familie verschillende talen spreken, is het niet altijd gemakkelijk. Denk samen na hoe je kind in contact komt met de verschillende talen.

• Je kind heeft tijd nodig heeft om verschillende talen te leren. Zorg ervoor dat je kind genoeg kansen krijgt om de verschillende talen te gebruiken.

• Maak taal leuk: zing samen liedjes, blader in prentenboeken of kijk samen televisie in jouw taal en in het Nederlands.

• In de speeltuin en in het park spelen kinderen met elkaar, en leren ze taal van elkaar! Je kind kan Nederlands ook oefenen in een sportclub.

• Laat zien dat je Nederlands leuk vindt. “Wow! Ken je al zoveel woordjes in het Nederlands? Weet jij wat jouw juf zegt tegen een ‘wąż’?” “Dat is een slang, mama.”

Elk kind leert anders praten. Dat is een heus wonder. Het begint al in de wieg.

Net geboren ...Je baby geniet als je tegen hem praat. Hij reageert met zijn hele lichaam op je stem. “Mijn vader praat altijd als hij mijn dochtertje Anne vasthoudt. Hij vertelt over het weer, over zijn werk, en de hele wereld. Zij wordt er helemaal rustig van. Als Anne weent, is Bompa soms de enige die kan helpen.” -- Katja, mama van Anne (3 weken)

2-6 maandenJe baby doet ‘rrr’ en ‘ggg’. Baby’s gillen soms, als ze plezier hebben.

“Als ik Simon uit bed haal, gilt hij van plezier.”-- Anna, Mama van Simon (3 maanden)

6 maanden – 1 jaar“De eerste keer dat Jonito ‘mama’ zei, was ik zo blij! Ook al wist hij nog niet wat het betekent … Die week zei hij de hele dag ‘mamama’ en ‘papapa’.” -- Anissa, mama van Jonito (8 maanden)

1 jaar – 1,5 jaarKinderen begrijpen al veel. “Na het aankleden zette ik Kasper op de grond. Hij wilde meteen gaan spelen. Ik zei: ‘We gaan eerst jouw schoentjes aantrekken’. Ik schrok toen hij zijn schoenen nam en ze naar mij bracht. Hij begreep het echt!” -- Koen, papa van Kasper (15 maanden)

1,5 jaar – 2 jaarJe peuter kent al heel wat woordjes. Soms klinken die woordjes nog een beetje fout. Niet erg, mama en papa begrijpen het best.

“Boe”, zegt Arune en wijst naar haar boek. Tijd om voor te lezen, weet ik dan.-- Bram, papa van Arune (18 maanden)

2 jaar – 3 jaarJe kindje kan nu al echt praten. Stilaan kent je peuter het verschil tussen ‘jij’ en ‘ik’.

“Papa, dat ben jij”, zei Gloria en ik glunderde.-- Matthias, papa van Gloria (2,5 jaar)

Waarom moet ik gaan slapen? Waarom doe jij dat? Waarom ga jij werken? Waarom heb ik een zus?

Kleuters stellen vragen. Soms wel de hele dag. Je hebt niet altijd een antwoord klaar. Wil of kan je even niet antwoorden? Dan zeg je: “Ik weet het niet”. Dat doen alle ouders wel eens. Of je verzint een verhaaltje. Niets zo leuk als samen fantaseren. Kwam die zus uit de wolken? Of lag ze in de supermarkt en vond je ze erg lief? Je kind leert veel door waarom-vragen: veel woorden, en veel over de wereld.

Kinderen begrijpen al veel. “Na het aankleden zette ik Kasper op de grond. Hij wilde meteen gaan spelen. Ik zei: ‘We gaan eerst jouw

Waarom?

Valentina spreekt Italiaans met haar papa Paulo. Met haar mama praat ze Frans. In de crèche en bij de bakker hoort ze Nederlands. Paulo: “We merken dat Valentina in de war is met haar talen. Ze spreekt nog niet en ze begrijpt weinig … We hebben Valentina niet op 2,5 jaar naar school gestuurd. Dat zagen we niet zitten. In de crèche mag ze blijven tot ze 3 is. We hopen dat ze binnenkort de talen uit elkaar houdt. We hebben gehoord dat kinderen zoals Valentina meer tijd nodig hebben om de verschillende talen te leren. Later bieden al die talen alleen maar voordelen.”

Page 3: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

3

Even stil …Kinderen die een nieuwe taal leren, hebben soms een ‘stille periode’. Dat betekent niet dat ze niets bijleren. Ze luisteren wel naar de nieuwe taal. Ze durven de taal nog niet goed spreken. Dat kan enkele maanden duren. In het begin gaat het nog moeilijk. Soms praten kinderen verschillende talen door elkaar. Na een tijdje gaat dat voorbij. Kinderen leren wanneer ze welke taal moeten gebruiken. Ze weten dat mama Berbers praat en de juf Nederlands.

GataarlijkAmina (23 jaar) spreekt Arabisch met haar ouders en Nederlands met haar broers. “Buitenshuis spreken we enkel Nederlands. Ik heb nooit het gevoel gehad dat ik ‘een andere taal’ leerde. Het ene moment brabbelde ik Arabisch en als ik even niet op een woord kwam, gebruikte ik het Nederlandse woord. En andersom. Soms maakte ik zelf grappige woorden. Zo zei ik ‘gataarlijk’, een mix van het Nederlandse ‘gevaarlijk’ en het Arabische ‘gataar’ wat ook gevaarlijk betekent. M’n eerste dag op de kleuterschool was een nachtmerrie. Ik begreep niemand en niemand begreep mij. Gelukkig had ik een lieve juf. Ik maakte al vlug vriendinnen en leerde Nederlands door te spelen. In het eerste leerjaar begreep ik alles. Ik spreek nu vloeiend drie talen: Nederlands, Arabisch en Duits. Arabisch heeft me geholpen toen ik andere talen leerde. Veel Arabische woorden lijken bijvoorbeeld op Franse woorden.”

Thuis praat je niet dezelfde taal als op school …

Tips:• Praat veel met je kind, stel vragen, speel, lach ... Praten kan altijd en overal: als je een nieuwe luier geeft, als je naar de bakker wandelt of op de tram wacht.• Praat rustig. Spreek in korte en volledige zinnen, gebruik de juiste woorden. Zeg bijvoorbeeld ‘we gaan slapen’ en niet ‘we gaan dodo doen’.• Zegt je kind een foutje? Gebruik het woord juist in je antwoord: “Papa, ik vind fi etsen het leukerste dat er is.” “Ja hé, fi etsen is het leukst!”• Niet elk kind leert even snel taal. Volg het tempo van je kind. Laat merken dat je trots bent op wat je kindje wel al kan.

3 jaar – 4 jaar“Sarah wil nu echt alles weten. ‘Waarom’ is haar favoriete woordje.” -- Danny, papa van Sarah (3,5 jaar)

4 jaar – 5 jaarDe meeste kinderen praten vlotjes. Ze kijken naar de wereld op hun eigen manier: “Mama, de wereld regent, maar ik blijf in de zon”. -- Lou (4 jaar)

Veel ouders vinden het belangrijk dat hun kind de taal van de ouders of grootouders kent. Perfectie is niet nodig, het gaat vooral over de familieband.

Nadia: “Ik gebruik vaak West-Vlaamse woorden. Mijn kinderen spreken het zelf niet, maar verstaan het wel. Ze vinden het heerlijk om naar oma’s verhalen te luisteren. Zij vertelt in mooi West-Vlaams over haar familie en over hoe het vroeger was.”

Nederlands?Mama Martine: “Na de eerste dag in de kleuterschool kwam Nora thuis met groot nieuws. De juf had verteld over de boerderij. En wat wij een ‘koei’ noemen, is een ‘koe’!”De meeste mensen in Vlaanderen spreken thuis geen perfect Nederlands. Sommige dialecten klinken heel anders dan de taal van de juf op school.

Andere talenMeer dan één op vijf baby’s in Vlaanderen wordt geboren in een gezin dat een andere taal dan het Nederlands spreekt. Thuis leren ze dus Frans, Arabisch of een andere taal. Op school moeten ze Nederlands spreken.

Joyce (zie foto) sprak thuis Libanees met haar ouders en Frans met haar broer en zus. “Ik leerde Nederlands op school. Maar ik heb het pas goed geleerd door mijn buurmeisje. Ik praatte veel met haar. Zij leende me ook boeken van

Roald Dahl en stripboeken van Kiekeboe in het Nederlands. Dat heeft me veel geholpen. Nu spreek ik vijf talen. Ik vind het super dat ik met veel mensen kan praten. Soms meng ik verschillende talen, als ik een woord niet vind in een taal.”

Waarom?

Page 4: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

4

Vrolijk met taal in de opvang

Peuters doen het zelf!Aan de muur hangen haakjes. Boven het haakje: een foto van een peuter. Aan het haakje: een slabbetje. De peuters weten het goed: tijd om te eten? Dan gaan ze zelf hun slabbetje halen. Na het eten hangen ze hun slabbetje weer op.

In Elmer leren de kindjes hoe ze zelf dingen kunnen doen. Elke dag deelt één peuter de bekers rond. Alle peuters leggen zelf hun tasje in de bak, als ze klaar zijn met drinken. De peuters brengen hun bordje naar de verzorgster. Zij schept eten op. De peuter loopt daarna zelf terug naar tafel. Natuurlijk werkt dat niet bij elke peuter meteen goed. Elmer geeft hen de kans om het te leren.

De wastafels hangen op de hoogte van peuters. Zo kunnen ze zelf hun handen wassen. Via een trapje kruipen de peuters op de verzorgingstafel. Ze leren dus veel zelf doen. Dat is niet alleen goed voor de peuters. Dat helpt ook de verzorgsters. Ze moeten peuters minder vaak tillen en hebben daarom minder pijn aan de rug. Rugpijn is een van de grote klachten bij verzorgsters.

Het is niet eenvoudig om je kleine schat elke dag naar de opvang te brengen. Zullen ze goed voor jouw pruts zorgen? Kan je daar als ouder terecht met je vragen?

Je hebt waarschijnlijk heel wat vragen als je kind naar de opvang komt. Dat weten de mensen van de opvang ook. Zij zoeken hoe ze zo goed mogelijk jouw vragen kunnen beantwoorden. Wablieft ging op bezoek bij kinderopvang Elmer in Sint-Jans-Molenbeek. De kindjes zitten in drie groepen. Elke groep telt 11 kinderen. Sommigen komen vijf dagen per week. Ook kindjes die één of twee dagen komen, kunnen terecht bij Elmer.

Ouders zijn belangrijkZodra ik binnenkom, merk ik dat Elmer ouders belangrijk vindt. Op een tv-scherm zie ik foto’s van kindjes. Ze spelen in de tuin. Ik zie ook wat de kindjes deze week eten. Leuk: het menu is gemaakt van foto’s. Deze week eten de peuters onder andere prei en worteltjes. Sonja Cassiman vertelt dat al het vlees in Elmer halal is. De kinderen eten ook elke week vis en een keertje vegetarisch.

Wablieft: Ouders vinden het soms moeilijk om hun kind naar de opvang te brengen. Hoe pakken jullie dat aan?Sonja Cassiman: Wij geven ouders de tijd om samen met hun kind te wennen aan de opvang. Ouders mogen een dag hier blijven, samen met hun kind. De dag erop mogen ze een halfuurtje blijven. Daarna vragen we om sneller afscheid te nemen. Elk kindje heeft één vaste begeleidster. Aan haar kunnen de ouders al hun vragen stellen.

Wat doet die vaste begeleider?Die volgt het kindje op zolang het in de groep zit. Die begeleidster praat ook het vaakst met de ouders. Ze vertelt hoe het kind groeit. Als het kind twee jaar is, vraagt ze aan de ouders

Nederlands in de opvangWablieft: Elmer ligt in Brussel. Veel kindjes horen heel wat verschillende talen: thuis, op straat, in de opvang … Welke taal spreken jullie?Sonja Cassiman: Met de kinderen praten we alleen Nederlands. We zingen ook Nederlandse liedjes. Is het kind nieuw in de opvang, en spreekt het geen Nederlands? Dan proberen we wel de taal te gebruiken die het kind thuis spreekt. We vinden het belangrijk dat het kind zich hier snel thuis voelt. We blijven de thuistaal gebruiken, telkens we merken dat het kind het even moeilijk heeft.We zien dat kinderen veel Nederlands leren in de opvang. Dat helpt als ze naar school gaan. Sommige kindjes spreken amper Nederlands. Maar wij merken dat ze wel Nederlands begrijpen. ‘Doe je jas aan’, ‘We gaan soep eten’: die zinnen begrijpen ze.

Zo gaan de wieken“Ik ben een van die ouders die haar kind niet graag afgeeft. Marthe begon niet te huilen toen ik haar voor het eerst naar de opvang bracht. Ik wel, ik stond te snotteren. Ondertussen gaat ze al bijna anderhalf jaar naar de opvang. Als ik ’s ochtends de fi ets voor het raam van de opvang zet, zit Marthe al te springen in haar stoeltje. Ik krijg nog amper een zoen. Ze wil meteen spelen. Dat is heerlijk.

Marthe leest heel graag boeken. Dat doet ze ook in de opvang. En elke dag luisteren ze hier naar liedjes. Marthe kent veel liedjes uit het hoofd. Ze zingt die ook ’s avonds

en in het weekend. Nu maakten de verzorgers een boekje met de teksten voor de ouders. Dat

boekje kreeg ik als cadeautje met Kerstmis. Wat heerlijk! Nu kunnen we met ons

tweetjes zingen. ‘Zo gaan de wieken, de wieken, de wieken’ zingen we elke dag. En dan zwaaien we met onze armen. We zijn dan een echte molen.”-- Linda, mama van Marthe

of hun kind op het potje mag gaan. Ze geeft ook info over scholen. Zo weten ouders dat ze hun kind tijdig moeten inschrijven in de kleuterklas.

Welke activiteiten hebben jullie voor ouders?Wij proberen elke maand iets voor ouders te organiseren. In de zomer doen we een barbecue. Er is een feestje voor Nieuwjaar, met carnaval was er een stoet. Wie wilde, kon met de kindjes meelopen op straat. Soms is er een ontbijt met de ouders. We willen dat zij elkaar leren kennen. Soms blijven ouders elkaar ontmoeten, ook als hun kinderen naar school gaan.

Wat doen jullie nog voor ouders?Heel wat ouders kopen eten in potjes voor hun kinderen. Dat is duur. We hebben eens samen met hen gekookt. We leerden hen hoe ze zelf papjes kunnen maken van groenten en fruit. Zowel van verse groenten, als van groenten uit de diepvries.

Hier hangen prenten van baby’s. Waarvoor dienen die?Wij werken elke twee weken rond een ander thema: lente, Kerstmis ... We hangen dan prenten van het thema op. Nu is het thema ‘broertje en zusje’. Want heel wat mama’s zijn zwanger.

Page 5: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

5

School en ouders samen: een uitdagingJe kind brengt veel tijd door op school. Wat gebeurt daar allemaal? Wablieft ging op bezoek bij de school Sint-Joost-aan-Zee in Sint-Joost, Brussel. Sven Moens is directeur. Nathalie Heymans is de brugfi guur tussen kinderen, ouders, de school en de wijk.

Het gebouw van de school valt meteen op: erg mooi, oud en toch nieuw. Het gebouw is meer dan 100 jaar oud. Het is helemaal vernieuwd. Er is een nieuwe tuin. Ouders leggen hier een moestuin aan. De eerste planten krijgen hier blaadjes. Er zijn bakken voor compost.

Veel ruimteDe school voelt heel ruim aan. Er zijn hoge plafonds, brede trappen en ‘balkons’ op de eerste verdieping. Met 350 leerlingen is dit een grote school, maar door het ruime gebouw wordt het niet snel té druk.

KnusHet klasje voor de peuters lijkt op een woning voor een familie. Dit deel van de school was vroeger ook een huis. De peuters van 2,5 tot 3 jaar kunnen hier rustig spelen. Ze eten in de keuken en slapen in een knusse ruimte. Kinderen uit de lagere school helpen de peutertjes naar bed. Ze trekken mee schoentjes uit, en gaan even met de kleintjes naar het toilet.

Graag naar school komenSven Moens is directeur van deze school. Wat vindt hij belangrijk?

• Graag naar school: “We willen dat onze leerlingen graag naar school komen. Dat vinden we het belangrijkst.”

• Ouders: “We willen dat ook de ouders graag naar school komen. Ouders zijn elke dag welkom. Ze mogen hun kinderen tot in de klas brengen. De leerkrachten zijn er dan ook. Ouders kunnen dus elke dag eventjes praten met de leerkracht. We willen dat ouders ons vertrouwen. Daarom gaan leerkrachten soms thuis op bezoek. Als er een broertje of zusje wordt geboren, als een kind nieuw is op school ... Zo leren wij de families beter kennen en ook de verschillende culturen waarin onze leerlingen opgroeien.”

• Nederlands: “Op onze school zitten kinderen van 153 nationaliteiten. Al onze leerlingen samen spreken tientallen talen. Wij zijn een Nederlandstalige school. Voor veel kinderen is Nederlands de tweede of zelfs de derde taal. We weten ook dat onze leerlingen per jaar maar 180 dagen naar school komen. Dat is de helft van het aantal dagen in een jaar. Op die dagen proberen wij onze kinderen zo veel mogelijk mee te geven. We weten dat een kind een woord pas echt kent, als het dat woord in zeven verschillende contexten gebruikt. Dat proberen we op school te doen.In de klas praten we allemaal Nederlands. Op de speelplaats bieden we spellen aan. De kinderen spelen dan samen, in het Nederlands. Maar we zijn geen politie. Kinderen mogen op de speelplaats ook een andere taal spreken als ze spelen.”

• De wijk en de stad: “Onze leerlingen gaan vaak op uitstap. We moeten niet ver gaan: Sint-Joost ligt in de stad Brussel. Alles ligt dichtbij: musea, theater, bibliotheek, kinderboerderij … We vragen ouders altijd om mee te gaan. Dan leren ze de stad beter kennen. Als ze willen, kunnen ouders later opnieuw naar het museum of de kinderboerderij, samen met hun kind.

Brugfi guur NathalieNathalie is de ‘brugfi guur’ op de school. De brugfi guur is er voor de ouders, voor de school en voor de kinderen. De brugfi guur laat de ouders weten wat er gebeurt op school, in de wijk en in de stad. • Vragen: “Soms hebben ouders een vraag over papieren die ze moeten invullen. Of ze zoeken info over een huis huren. Of ze zoeken opvang tijdens de schoolvakanties. Ik wijs hen de weg naar de juiste dienst. Ik ga soms ook mee met ouders.“

• Woensdag: “Elke woensdag zijn ouders welkom met hun vragen. Eén keer per maand organiseren we een uurtje over een thema. Dat kan gaan

over straffen en belonen, of de taal je die thuis met je kinderen spreekt … Soms

nodigen we een specialist uit.”

• Koffi e: “Elke vrijdagochtend zijn de ouders welkom voor een tas koffi e. Dat duurt tot 9 uur. Dan kunnen ouders ook vragen stellen. Ze leren ons beter kennen, en wij hen. Zo bouwen we vertrouwen op.”

• Samen aan de computer: “Kinderen en ouders kunnen twee

keer per week ’s ochtends samen oefenen aan de

computer. Ik ben er dan ook, om ouders en

leerlingen te begeleiden. Kinderen en hun ouders

doen samen spelletjes op de computer. Ze oefenen er met verhaaltjes die de kinderen ook horen in de klas. Een goede oefening voor de kinderen, en ook voor de ouders! Die zien hoe snel hun kinderen leren werken met de computers. Dat motiveert de ouders om ook zelf met de computer te leren werken.”

Kip zoekt kokOuders, Nathalie en de school

maakten samen een kookboek: ‘Kip zoekt kok’. Nathalie: “In bijna elke cultuur koken mensen met kip. Daarom kozen we kip voor dit project. Elke maand kookten we met een groepje ouders één recept.

We proefden elkaars recepten, en elkaars cultuur. We bundelden

alle recepten in dit boek.”

Ouders volgen les

Niet alle ouders spreken goed Nederlands. Ouders kunnen op school les volgen. Een leerkracht van Centrum

voor Basiseducatie Brusselleer geeft les. Ouders praten in de les ook

vaak over hun kinderen.

Page 6: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

6

Kinderen hebben een goede invloed op elkaar. Ze zetten elkaar aan om nieuwe dingen te proberen. Maar de druk kan groot zijn. Sommige kinderen denken dat anderen hen pas leuk vinden als ze dezelfde kleren of hetzelfde speelgoed hebben.

Hip hip hip … hoera!Je kind is jarig, en dat wil je vieren! Hoe pak je het aan en hoe blijft het betaalbaar? Hier zijn enkele tips voor een leuk feestje.

Nodig niet te veel vriendjes uit. Wat vind je van de regel: evenveel vriendjes als de leeftijd van de jarige? Dus vijf kindjes als je kind vijf jaar wordt.

Blijf je thuis of hou je het feest ergens anders? Bij mooi weer kan je naar de speeltuin of het park trekken. Neem een bal mee of enkele fl esjes bellenblaas. Laat de kinderen rennen en spelen. Pret verzekerd! Bij slecht weer kan je thuis feesten. Zorg dat er plaats is om te spelen. Leg potloden, papier, lijm en scharen klaar en laat de bende knutselen.

Hou het eten simpel. Pannenkoeken zijn

een topper: goedkoop en snel klaar. Laat

de kleine feestvierders de tafel versieren

met slingers en ballonnen. Meehelpen

vinden ze super.

Gasten rommelen graag in het speelgoed van je kind of kinderen. Zet het speelgoed klaar waarmee ze mogen spelen. Wil je dat ze van sommige spullen afblijven? Leg die dan ver weg.

Simpele dingen zijn meestal het leukst:

oude lakens, kartonnen dozen ...

Kinderen maken er kastelen en burchten

van. Ook poppenkast, verkleedkleren of

verstoppertje spelen, zorgen voor sfeer.

Vraag iemand om te komen helpen.

Terwijl de een pannenkoeken bakt, kan

de ander mee verstoppertje spelen.

Gratis naar school?In België is onderwijs gratis. Dat betekent dat je niet moet betalen om je kind in te schrijven. Een school mag wel geld vragen voor opvang, maaltijden en drankjes. Ouders mogen zelf beslissen of ze deze diensten wel of niet willen: een kind mag zelf een gezond drankje meebrengen naar school. Elk jaar mag de kleuterschool niet meer dan 20 euro per kind vragen. Dit bedrag dient voor uitstappen naar het theater, een museum of de zoo. Voor kinderen uit de lagere school is dat 65 euro per kind per jaar.

Zie ook www.schoolkosten.be

“Ik wil dat ook hebben!”

“Milla gaat met veel plezier naar school. Wat haar juf en de andere kinderen zeggen, vindt ze heel belangrijk. Soms is dat grappig. Zo zei Milla plots dat ze naar de Efteling wilde. We wisten niet eens dat ze de Efteling kende. Een kindje van haar klas was er geweest en had daarover verteld. Onze dochter wilde ook het bed van Sneeuwwitje zien. Soms is het minder leuk. Milla heeft een kleedje met Minnie Mouse. “Dit kleedje draag ik het liefst van allemaal”, vertelde ze aan iedereen. Tot ze thuiskwam van school. Kato van haar klas vond het kleedje niet mooi. Dat vond ze zo erg. Ze bleef herhalen wat Kato zei. Hoe leg je aan een meisje van vier jaar uit dat ze niet te veel moet letten op meningen van anderen?” -- Jessica, mama van Milla

Het is normaal en gezond dat je kind de mening van andere kinderen belangrijk vindt. Zo ontdekken ze ook wat ze zelf denken.

Dat doe je al goed!Een kind dat zich goed voelt over zichzelf, staat sterker. Dan heeft het minder snel die kleren of die boekentas nodig, die ook de andere kinderen hebben. Vertel je kind daarom vaak wat het goed doet. Vertel je dochter of zoon ook vaak hoeveel je van haar of hem houdt.

Zelf beslissenEen kleuter moet nog leren dat hij zelf verantwoordelijk is voor wat hij doet. “Maar het was zijn idee om in de vijver te zwemmen”, mag je niet aanvaarden. Je kind moet leren dat het zelf beslist om ‘nee’ te zeggen als een vriendje iets wil doen wat niet mag.

Veel pratenPraat met je kleuter over school. Zo weet je wie de vriendjes van jouw kind zijn. In een gesprek kan je de zorgen van je kleuter wegnemen: “Jouw vriendje vindt paarse kleren leuk, maar jij houdt meer van gele broeken. Dat is zo, en dat is goed. Weet je welke kleur bomma het leukst vindt?”

MeedoenNatuurlijk mag je kind ook meedoen

met de anderen! Op scholen is er altijd wel een rage. Plots dragen alle kinderen kleren van K3. Wil je kind graag meedoen? Dan is vaak een T-shirt al genoeg. Kijk eens in een tweedehandswinkel of kringwinkel. Daar vind je dezelfde kleren voor minder geld.

Blijf je thuis of hou je het feest ergens anders? Bij mooi weer kan je naar de speeltuin of het park trekken. Neem een bal mee of enkele fl esjes bellenblaas. Laat de kinderen rennen en spelen. Pret verzekerd! Bij slecht weer kan je thuis feesten. Zorg dat er plaats is om te spelen. Leg potloden, papier, lijm en scharen klaar en laat de bende

Simpele dingen zijn meestal het leukst:

oude lakens, kartonnen dozen ...

Kinderen maken er kastelen en burchten

van. Ook poppenkast, verkleedkleren of

verstoppertje spelen, zorgen voor sfeer.

Vraag iemand om te komen helpen.

Terwijl de een pannenkoeken bakt, kan

de ander mee verstoppertje spelen.

Gratis naar school?In België is onderwijs gratis. Dat betekent dat je niet moet betalen om je kind in

Waar vind je speelgoed en boeken?

• Gratis boeken in de bib“Elke zaterdag gaan wij naar de bib. Dat is een heel belangrijk moment voor onze zoon en dochter. Ze lopen binnen en rennen meteen naar de boeken. Ze kiezen elk drie boeken en één dvd. We lezen ook altijd een boek in de bib. In onze bib is er elke maand een uurtje waarop vrijwilligers voorlezen, zingen en knutselen met kleuters. Dit uurtje is voor ons een vaste afspraak.” -- Dirk, papa van Trevor (7 jaar) en Yenthe (3 jaar)

Je kan gratis boeken lenen in de bib. Je vindt er ook dvd’s, cd’s en spelletjes om op de computer te spelen. In de meeste bibs kan je ook samen met je kind een spelletje spelen op de computer.

• Leen speelgoed in de speel-o-theekBlokken, een trein, speelgoed voor in de tuin, spelletjes: in een speel-o-theek kan je speelgoed lenen. Vaak mag je het speelgoed gratis mee naar huis nemen en enkele weken houden. Soms betaal je een waarborg. Via de speel-o-theek hebben je kinderen geregeld nieuw speeldgoed. Je vindt er ook materiaal om met groepen kinderen te spelen, zoals het bekende spel Twister.

Extra voordeel aan de speel-o-theek: meestal kunnen je kinderen ter plekke spelen, terwijl jij praat met andere ouders.

Page 7: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

7

Badboekje (voor baby’s)Jij zegt: “Kijk, een beer”, en je geeft het boekje. Baby bijt in het boekje en gooit het weer weg. Dan kruipt hij naar het boekje, pakt het op en geeft het aan jou. Jij zegt: “Zullen we eens kijken wat er op de volgende bladzijde staat? Goh zeg, een kikker! Helemaal groen!”Knisperboekjes, plastic boekjes: ookheel jonge kinderen houden al van boeken. Plastic boekjes kunnen bovendien mee in bad, handig!

‘Kom bij mij’ (2+)Is je peuter dol op dieren? Prima! In dit boekje gaan de dieren vliegen, telkens het kindje in het boek te dichtbij komt. Fluister samen met je peuter “Pst! Kom bij mij!” Geef je kind een knuffel op het einde van het boek en … kijk samen rond op straat of in het park. “Kijk, daar is de duif uit het boek!”

‘Op een grote paddenstoel’(voor iedereen)Samen liedjes zingen: later zal je kind zeggen dat dit het leukste moment van de dag was. In dit boek staan liedjes die je kind ook op school of in de opvang hoort. Ook de prenten zijn schitterend om samen naar te kijken. Waar kruipt dat spinnetje naartoe?

‘Tien bolle biggetjes’ (3+)Kruip samen onder de deken en geniet. Tien biggetjes sluipen het huis uit, terwijl mama slaapt. De maan schijnt. De biggetjes duiken in een plas en dansen in de wei. Tot een grote wolk voor de maan schuift … Is jouw kleuter ook bang in het donker? Of heb je ook speelvogeltjes in huis? Dit is een ideaal boek om samen mee te grinniken. Bovendien geeft de maan écht licht als je het boek in een donkere kamer leest.

Vertellen doe je overalDe mooiste verhalen staan misschien niet in een boek. Je kind luistert graag naar alles wat je vertelt. Wat heb je vandaag gedaan? Wat ga je morgen doen? Ook vertellen bij foto’s vinden kinderen geweldig. Wat deden ze een jaar geleden? En kijk, is dat oma toen ze nog een kind was? En wat deed tatan op die foto?

In welke taal?Je kind merkt meteen of je graag vertelt. Zorg dus dat je je goed voelt in de taal die je gebruikt. Of dat nu dialect, Berbers, Nederlands of Russisch is.

Blijf voorlezen!Binnenkort leert je kind lezen. Het is belangrijk dat je blijft voorlezen. Door het verhaal te beluisteren, door erover te praten, en door samen te zijn.

Voorlezen, wanneer doe je dat?De dag zit snel vol. Tijd maken om even samen een boek te lezen, is niet eenvoudig. Toch betekent samen lezen zoveel. Je kind leert de wereld en veel woorden kennen. Je kan elkaar even knuffelen en je bent dicht bij elkaar. Ook al heb je nog heel wat klussen te doen, of was het een moeilijke dag: even voorlezen doet echt deugd.

Zingen en vertellen, de hele dag door

Overal beeldenKleuters en zelfs peuters vinden de weg naar de computer. Ze zitten op je schoot als je een mailtje stuurt. Ze praten via de computer met hun oom of hun baba. Ze willen de eerste letter van hun naam tikken. Als je zelf vaak met een computer bezig bent, is het erg normaal dat je kind ook wil ‘spelen’ op de computer.

Een aparte computer voor kinderen kopen, hoeft niet. Je kan samen naar enkele leuke sites gaan, en daar spelletjes spelen. Voorbeelden zijn de site van Nijntje (www.nijntje.nl) en van LEGO (www.lego.be). Blokken stapelen, met de trein rijden … Je kind zal er dol op zijn!

Heeft je kind geen zin om op de computer te spelen? Dring niet aan. Dat komt later wel.

FilmsOok jonge kinderen kijken erg graag naar fi lmpjes. Eerst naar Muis en Bumba, en voor je het weet, kijken ze naar langere fi lms. Als je hen vraagt wat er gebeurd is, krijg je de gekste antwoorden. “Ze waren boos op elkaar”, vertelt Pablo (3 jaar) over de fi lm van Aladdin.

Kies fi lms waarbij je kan vertellen. Samen met je kind praten over wat er gebeurt, is leuk. Als jullie samen kunnen fantaseren, wordt het nog beter.

Praten met gebarenBirgit is mama van Tiemen (4,5 jaar) en van Maren (2 jaar). Maren heeft het syndroom van Down. Deze kindjes leren later praten dan de meeste kinderen. Daarom gebruikt Birgit SMOG-gebaren. SMOG staat voor Spreken Met Ondersteuning van Gebaren. Birgit: “Ik volgde een cursus over SMOG. In twee avonden leerde ik gebaren maken. Maren kende zeer snel het gebaar voor ‘mama’. Als ik mijzelf noemde, maakte ik telkens het gebaar. Als ik ‘nee’ zeg, maak ik ook het gebaar voor nee.”

Gesproken taal en gebaren"Nu gebruik ik geen gebaren meer voor‘mama’. Dat zegt Maren nu zelf. Ik gebruik wel woorden en gebaren voor ‘dansen’, ‘bravo’, en ‘boekje lezen’. Dat vindt Maren een moeilijk gebaar. Ze kent het nog altijd niet. Ze is wel dol op boeken. Ze ‘leest’ ook zelf, en volgt dan met haar vinger de lettertjes." Tien woordjes"Maren is nu twee jaar. Ze kan ongeveer tien woordjes zeggen: ‘bal’, ‘Bumba’ ... Ze roept ook veel klanken. Eén klank

Voorlezen met een peuter is anders dan met een kleuter. Voor elke leeftijd bestaan gepaste boekjes, in alle kleuren en maten. Uit welke boeken kan je voorlezen? Wablieft geeft vier tips.

kan veel betekenen. Dat hangt af van hoe ze die klank uitspreekt. Ik ben haar mama, en ik herken wat ze wil zeggen. Voor andere mensen is dat moeilijker."

Naar school"Ook in de crèche gebruiken ze SMOG. Toen ik de cursus volgde, kwamen enkele verzorgsters mee. Zij wilden ook met Maren praten via SMOG. Maren mag in de crèche blijven tot ze 3,5 jaar is. Ze zal dan naar dezelfde school gaan als haar broer. De directeur vindt dat goed. Ik weet nog niet of de juffen en meesters in de kleuterschool ook SMOG zullen leren. Misschien praat Maren tegen dan al meer. We moeten nog bekijken hoe we dit aanpakken. Ik ben wel blij dat Maren toch zeker een tijdje naar dezelfde school zal gaan als haar broer.”

Page 8: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

8

Waar kan je terecht met al je vragen?Blijf niet alleen met je vraag. Bij een van deze organisaties vind je vast een luisterend oor. Mensen kunnen samen met jou een antwoord vinden.

Kleine kindjes, veel vragen … Kind en Gezin geeft gratis advies. In een consultatiebureau krijgt je

baby of peuter de nodige vaccins. Je kan er terecht met al je vragen rond opvoeding, ontwikkeling, voeding, gezondheid en verzorging.

Gezinszorg is er voor gezinnen die het moeilijk hebben. De medewerkers van deze organisaties zijn geen experten in opvoeding. Ze kunnen wel rust en ruimte brengen en zijn een hele hulp in het huishouden. Bij het OCMW of het ziekenfonds kan je meer info vragen over Gezinszorg.

Op school kan je praten met de juf of meester. Die kennen jouw kind goed. Een directeur kan je ook verder helpen. Misschien verwijzen ze je door naar het CLB, het Centrum voor Leerlingenbegeleiding. Het CLB werkt samen met ouders en school. Ze zoeken samen met jou uit wat het beste is voor jouw kind.

Kinderen opvoeden is niet altijd gemakkelijk. Daarom zijn er heel wat organisaties waar je een vraag kan aan stellen of informatie kan vinden. Je kan

bijvoorbeeld bellen of mailen naar de Opvoedingslijn (078 150 010) of langsgaan bij een Opvoedingswinkel in je buurt.

Opvoeden doe je niet alleen

Niet graag naar school

“Iemand die je kan vertrouwen”Familiehulp is een van de organisaties die Gezinszorg biedt. Familiehulp helpt gezinnen die het even moeilijk hebben. Een medewerker komt bijna elke dag langs. Hij of zij helpt met allerlei klusjes en ook met papieren als dat nodig is.

Sinds een jaar helpt Ilse bij het gezin van Ellen. Ellen heeft twee kindjes: Luna (bijna 3 jaar) en Milan (bijna 2 jaar).

Ellen: “Ik ben alleen, en dan is het moeilijk om overal te geraken. Ilse gaat mee naar de winkel, helpt met papieren en brengt het huis mee in orde. Als ik dat allemaal alleen moet doen, ben ik de hele dag bezig.

Ilse is als een vriendin voor mij. Het is zo belangrijk dat je iemand kan vertrouwen. Ik kan haar over alles vertellen, en zij kan raad geven. In het begin hielp Ilse veel met de kindjes. Nu kan ik het zelf. Na een tijdje konden we de hulp afbouwen. Toen ik verhuisde, kwam ze weer vaker. Ilse hielp inpakken en verhuizen. Dat was me alleen echt niet gelukt.”

Ilse Willems vertelt wat zij allemaal doet voor gezinnen met jonge kinderen.Ilse: “Mensen die in armoede leven,

hebben soms behoefte aan meer structuur. Door de dagen samen door te brengen, ervaren ze die structuur weer. Ik ga mee boodschappen doen. We maken een gezonde maaltijd en eten die samen op. Niet één keer, maar meerdere dagen per week.

Soms helpt het om alles op te schrijven. Dan hangen we een papier aan de muur. Daarop staat wanneer de baby een fl esje krijgt. Of wanneer de baby in badje gaat. Ouders weten meestal vanzelf hoe ze hun kindje moeten verzorgen. Maar ze hebben toch bevestiging nodig. Als ik een beetje help, zijn ze minder onzeker.

Ik help met brieven van school of formulieren van de bank. Als het druk is, breng ik de kindjes een keertje naar school. Dat geeft de ouders evenruimte om op adem te komen. Mensen kunnen bij mij met alles terecht. We zien elkaar zo vaak, dat ze me op den duur al hun problemen toevertrouwen.”

“Elke ouder wil het beste voor zijn of haar kind.” Dat zegt ook Carien. Zij is mama van twee kinderen, een jongen en een meisje. Carien ging niet graag naar school. Ze ziet nu hetzelfde gebeuren bij haar kinderen.

Carien: “Mijn jongste dochter is laat beginnen stappen. Ze was ook laat zindelijk. Ze is maar laat naar school gegaan. Ik liet haar niet graag achter in de kleuterschool. Ik zag dat ze alleen in een hoekje speelde en niet met de andere kinderen. De juffrouw was soms niet lief voor haar, omdat ze niet altijd luisterde in de klas.”

OudercontactCarien: “Op school spraken ze van achterstand, maar wat kan ik daaraan doen? Ik ga niet graag naar een oudercontact, want ik ben bang dat ze mij uitlachen. Ik versta hun moeilijke woorden niet altijd, en ik kan het ook niet zo goed uitleggen.”

Het kan ook andersCarien: “Op de school van mijn zoon gaat het veel beter. Als ik iets aan de directeur wil zeggen, biedt hij mij een kop koffi e aan. Tegen hem kan ik ook eens zeggen wat er op mijn lever ligt.” (met dank aan De Vrolijke Kring Ronse)

gemakkelijk. Daarom zijn er heel wat organisaties waar je een vraag kan aan stellen of informatie kan vinden. Je kan

bijvoorbeeld bellen of mailen naar de Opvoedingslijn (078 150 010) of langsgaan bij een Opvoedingswinkel in je buurt.

Page 9: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

999

Regelmaat werkt “Nog een knuffel voor zebra, een knuffel voor jou … en nu gaat het licht uit.”

GodsdienstAls je gelovig bent, wil je dat meestal doorgeven aan je kinderen. Peuters en kleuters kan je betrekken bij jouw rituelen. Ze vinden het leuk om samen dingen te doen.

“Voor mij is godsdienst heel belangrijk. Ik voed mijn kinderen katholiek op. Voor het eten bidden we. Het brengt onze familie samen.” Primus, papa van Femi (4 jaar)

“Bij de start van de ramadan maken we samen een slinger. Malik mocht gekleurd papier in 30 lange repen knippen. Samen maakten we er een ketting van. Elke dag neemt Malik een papiertje weg. Als de slinger leeg is, vieren we het Suikerfeest!” -- Rida, mama van Malik (5 jaar)

Om altijd bij elkaar te zijnAfscheid nemen, verhuizen, een nieuwe school: kinderen hebben het soms moeilijk met een nieuwe gebeurtenis. Ze weten niet wat er komt. Ze hebben ook vaak verdriet. Ook dan is praten belangrijk. Soms helpen dingen of tekeningen beter dan woorden.

Anca (5 jaar): “Elk jaar gaan we een maand naar Roemenië. Ik blijf dan bij mijn tante. Dat is super fi jn. Als we vertrekken, huil ik altijd. Vorig jaar had mijn tante een idee. Ze gaf mij een veer van Roemenië. Ik stuurde er haar eentje uit België. Zo zijn we altijd een beetje bij elkaar. Mis ik mijn tante? Dan kijk ik even naar de veer.”

Zal mijn baby kunnen slapen in de crèche?

In elk gezin zijn er rituelen. Kleine dingen die we elke dag opnieuw doen. Dat is belangrijk voor kinderen. Zo voelen ze zich veilig thuis.

“Overdag is het zo druk. Ik studeer, mijn man werkt en Naomi gaat naar de crèche. Elke morgen en avond zit ze even op mijn schoot. Ze drinkt rustig haar melk. Het is ons moment.” -- Yaëlle, mama van Naomi (6 maanden)

Opstaan, aankleden, eten … snel snel snel!“Soms duurt het erg lang om Gio aan te kleden. Hij wil zelf zijn kleren kiezen en gaat op de grond liggen als hij zijn zin niet krijgt. Nu geef ik een knikker als hij fl ink meewerkt. Is zijn potje vol? Dan mag hij iets kiezen wat hij niet vaak krijgt, een ijsje of

zo. Het blijft moeilijk om de ‘juiste’ manier te vinden. Ik zoek vaak tips op het internet en in boeken. Er is spijtig genoeg geen algemene handleiding. (lacht) Doen wat werkt, zeker?” -- Giuseppe, papa van Gio (4 jaar)

“Vroeger vond ik aankleden stom … Maar nu doe ik altijd wedstrijdje met papa. Om ter snelste klaar. En ik win bijna altijd!” -- Steve (5 jaar)

Structuur geeft een veilig gevoel“De meeste avonden in ons gezin zien er hetzelfde uit: om halfzeven doet Julie haar pyjama aan, kijkt ze een beetje tv met een beker melk. Rond zeven uur poetsen we tandjes en dan naar bed. We lezen elke avond een verhaaltje voor, soms ik, soms papa. Nog een slaapmuziekje op en het licht gaat uit.

Deze aanpak geeft Julie een veilig gevoel. Nu komt ze zelf vragen of ze mag gaan slapen. Als ze bij familie logeert, vraagt ze hetzelfde ritueel.

Als Julie niet fl ink meedoet en een keertje haar tanden niet wil poetsen, lezen we geen verhaaltje voor. Dat vindt ze vreselijk! Het gebeurt dan ook niet vaak.

Structuur is belangrijk, vind ik. Maar kindjes moeten ook leren omgaan met uitzonderingen. Dus af en toe moet het ook eens kunnen dat de avond een beetje anders verloopt.” -- Anneke, mama van Julie (3 jaar) en Emile (7 maanden)

Sommige ouders geven hun kindjes niet graag af. In de opvang zijn er misschien andere regels en gewoontes dan thuis.

Chris De Kimpe werkt voor de dienst Kinderopvang van de Stad Gent. In zeven crèches werkt ze aan een manier om kindjes zich goed te laten voelen.

“Vroeger moesten ouders en kinderen zich aanpassen aan de opvang. Nu doen we het andersom. Ouders en kindjes vertellen en tonen hoe ze met elkaar omgaan. De begeleiders schrijven alles op. Ze proberen zo veel mogelijk de aanpak van de ouders over te nemen.

We letten op vijf dingen 1. Verzorgen: even over het buikje aaien of een rijmpje zeggen, net zoals papa of mama het doet.2. Eten: ouders tonen ons wat hun kind thuis eet. Hoe ziet het eruit, hoe smaakt het en hoeveel eet de peuter? Aan tafel of op de schoot?3. Spelen: hoe speelt mama of papa met de baby? We herhalen enkele spelletjes met het kindje.4. Verdriet: woordjes sussen, een liedje brengt troost. We gebruiken de liedjes van thuis.

5. Slapen: sommige baby’s slapen thuis in een draagdoek of een hangmat (zie foto). Dat kan hier ook.

Natuurlijk kunnen we niet alles overnemen. We doen wel ons best. Als kindjes binnenkomen, zeggen we ‘goeiemorgen’ in hun thuistaal. We vragen de ouders om ons enkele woordjes in hun taal te leren. Zeker als we huilende kindjes troosten, helpt dat. Een mama die altijd zingt voor haar dochtertje, heeft haar liedjes opgenomen. We spelen het nu af voor ze gaat slapen. De bekende stem maakt haar rustig.

Soms moeten we een gewoonte veranderen. Dat doen we altijd in overleg met de ouders. We hadden een peutertje dat altijd bij haar ouders in bed sliep. Dat kan natuurlijk niet in de crèche. We lieten het meisje eerst in de speelzaal slapen. De begeleidster bleef erbij zitten tot ze sliep. Elke dag zat de begeleidster een beetje verder van het peutertje. Nu kan ze bij de andere kindjes in de slaapzaal slapen.

We vinden de mening van ouders belangrijk. Dat stelt hen gerust. Ze kunnen altijd bij ons terecht. Opvoeden doen we tenslotte samen.”

Page 10: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

10

Gezin en familie: voor iedereen andersTwee mama’s en twee papa’s

Birgit is een ‘bewust alleenstaande mama’. Voor haar is haar netwerk erg belangrijk. Ze maakt een verschil tussen twee netwerken:

Het praktische netwerkBirgit: “Ik werk vier dagen per week. Af en toe moet ik ook ’s avonds werken. Ik heb dus regelmatig een babysit nodig. Mijn ouders komen vaak. Mijn twee kinderen hebben elk twee meters en twee peters. Daar koos ik bewust voor. Ook mijn broer helpt, en een ex-collega die zelf geen kleinkinderen heeft. Zonder dit netwerk was ik verloren.”

Het emotionele netwerk“Ik ken ook veel andere bewust alleenstaande moeders, de BAM’s. Ik noem hen ‘mijn emotionele netwerk’. We sturen elkaar veel e-mails. We ontmoeten elkaar ook regelmatig. Onze kinderen kennen elkaar. Zo leren ze ook dat ze ‘niet alleen’ zijn. Als mijn zoontje later vraagt waarom hij geen papa heeft, kan ik uitleggen dat ook Janne en Tirza geen papa hebben. We vinden het belangrijk dat onze kinderen zien dat elk gezin anders is. Niet in elk gezin is er een mama, een papa en kindjes.”

Een nieuwe broer of zus

Joepie! (of toch niet?)Mama en papa zijn heel blij. Er komt een nieuw kindje in het gezin. Iedereen vindt dat leuk nieuws. Of toch niet?

Voor een peuter of een kleuter is kleine broer of zus vaak een last. De nieuwe baby vraagt heel veel aandacht. Dat vindt grote broer of zus niet leuk. Peuters en kleuters willen liefst alle aandacht voor zich.

Peuters en kleuters kunnen fl ink opstandig worden door een nieuwe baby. Soms gedragen ze zich zelf weer als een baby. Soms zijn ze heel jaloers. Boos worden heeft geen zin. Je oudste kind vraagt alleen om aandacht. En dat is heel goed te begrijpen.

Jaloezie kan je nooit helemaal voorkomen. Je kan je oudste kind of kinderen wel goed voorbereiden op de verandering:• Vertel voor de geboorte over de nieuwe broer of zus.• Lees boekjes over baby’s.• Laat grote broer of zus mee spullen klaarzetten voor als de baby komt.• Speel ook met je oudste kind als de baby wakker is. Speel je alleen als baby slaapt? Dan lijkt het of de baby belangrijker is dan je oudste kind.• Geef knuffels en toon grote broer of zus dat je hem of haar nog even graag ziet als voor de geboorte van de baby.

Veel koppels scheiden. Vaak hebben ze kinderen. Die kunnen veel last hebben van een scheiding. Sommige ouders ontmoeten een nieuwe partner. Kinderen hebben dan plots twee mama’s en twee papa’s.

Kleine kinderen begrijpen een scheiding niet goed. Plots gaat papa of mama ergens anders wonen. Ze zien hun ouders niet meer samen. Dat is heel vreemd.

Niet kiezenKinderen kunnen op veel manieren reageren. Vaak worden ze triest, boos, angstig of zelfs alles samen. Kinderen houden van allebei hun ouders. Ze willen niet kiezen tussen mama of papa. Ouders mogen dat ook niet van hun kinderen verwachten.

Allebei ouderMama en papa zijn geen koppel meer. Maar ze blijven wel allebei ouder. Dat maken ouders hun kinderen het best meteen duidelijk. Gescheiden ouders maken beter geen ruzie waar hun kinderen bij zijn.

Tijd krijgenWat als mama en papa een nieuwe partner vinden? Veel kinderen hebben het daar moeilijk mee. Ze willen hun ouders liever weer bij elkaar zien. Kinderen moeten alle tijd krijgen om te wennen aan de nieuwe partner. De nieuwe partner dringt zich het best niet op. Hij of zij moet ook respect hebben voor de andere ouder. Dat is en blijft nog altijd de echte mama of papa van het kind.

Eén familie“Flor en Cis vonden het eerst spannend: één week in het huis bij mama, één week in het huis van papa. Toen kreeg ik een nieuwe vriendin. Mét een dochter, Fanny. Dat vonden Cis en Flor maar niets. Toch besloten we dat mijn vriendin en Fanny bij ons zouden komen wonen. We willen graag een familie zijn. Daarom willen we dat Flor, Cis en Fanny dezelfde week bij ons wonen. We halen ze maandag op na school, en zetten ze de volgende maandag weer af op school. De andere week zijn we kinderloos. Dat is de week om extra hard te werken. En ook de week om met twee uit te gaan.” -- Papa Marcel (43 jaar)

Tijd voor ons allemaal

Samen dingen doenVeel ouders hebben het druk, thuis en buitenshuis. Kinderen gaan naar school of de opvang. Een gezin heeft vaak weinig tijd samen. En toch is die tijd samen erg belangrijk. Ouders en kinderen kunnen dan samen genieten van kleine dingen.

Aan tafelIedereen samen rond de tafel. Dat is een leuk moment met het gezin. Aan tafel is er ook tijd om met elkaar te praten. Dat is vooral ’s avonds zo. Iedereen vertelt over haar of zijn dag. Je kan aan tafel ook plannen maken om leuke dingen te doen.

SpeeltijdKinderen houden van spelletjes. Ze spelen heel graag met mama of papa. Liefst nog met allebei samen. Voor ouders is dat ook erg fi jn. Helaas hebben mama of papa niet altijd genoeg tijd.

Veel ouders plannen daarom hun ‘speeltijd’ met de kinderen. Ze houden een bepaalde tijd vrij. Dan hebben ze die dag of die uurtjes zeker tijd om te spelen. Kinderen vinden dat erg fi jn. Naar bedBedtijd is ook een bijzonder moment. Mama of papa is dan even alleen met zoon of dochter. Met kleine kindjes kan je nog even kort babbelen en knuffelen. Een verhaaltje voorlezen kan ook zorgen voor een rustig einde van de dag.

Page 11: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

11

Je bent niet alleen mama of papaKinderen, liefde, werk, huishouden, hobby’s … We willen alles goed doen. Dat is elke dag opnieuw een hele uitdaging. En toch lijkt het heel vaak alsof je alleen bezig bent met je kinderen. Kinderen hebben veel zorg nodig. Ze moeten naar school en willen een verhaaltje horen. Ze huilen ‘s nachts, en je staat telkens op om te troosten. Elke ouder zoekt een manier om in balans te komen: met wat kan, met wat moet en met wat je wil. Enkele tips:

Jij en andere ouders

Je bent niet alleenFamilie, vrienden, buren: vaak helpen zij met plezier. Misschien kan je kind daar eens gaan slapen, of wil iemand elke week je kind één dag van school halen. Als jij hulp durft te vragen, komt die wel.

Zelf kiezen …Vaak kiezen ouders zelf: ze gaan niet meer drie keer per week sporten. Of ze blijven enkele jaren thuis bij de kleine kindjes. Wie geld heeft, laat een poetshulp komen. Belangrijk is dat je zelf kiest, en je goed voelt bij je keuze.

Of moeten kiezenSoms moet je kiezen. Als de opvang van je kind sluit om 18 uur, kan je dus niet tot 19 uur die cursus volgen. Kiezen is hard: soms moet je veel werken, omdat je geld nodig hebt om rond te komen. Of soms moet je minder gaan werken, omdat de school van je kind vroeg sluit. Ook al lijkt een beslissing hard, vergeet niet: de meeste keuzes zijn tijdelijk. Binnen enkele jaren ziet je leven er weer anders uit.

Tijd voor jezelfNeem op tijd rust. Zorg voor jezelf. Deze simpele raad is misschien wel de moeilijkste van al. Gaan joggen of even tv kijken terwijl er nog strijk ligt? Mag dat wel? Ja, zeker: iets leuks doen voor jezelf laadt je weer op. Daarna ben je opnieuw een ouder met energie.

Verdeel het werkJe moet niet alles zelf doen. Durf met je partner te bespreken hoe je het werk in huis kan delen. Laat ook je kinderen helpen. Kleuters kunnen al helpen om de tafel te dekken. Grotere kinderen kunnen hun eigen boterhammen smeren. En het speelgoed opruimen, doe je het best samen.

Alleen spelenJe moet niet altijd met je kind bezig zijn. Kinderen kunnen alleen spelen. Het is ook niet erg als ze zich even vervelen. Ze vinden wel iets om te doen. De tv kan een goede hulp zijn. Laat je kind gerust elke dag 20 minuutjes naar een fi lmpje kijken terwijl jij kookt. Dat is prima.

kunnen hun eigen boterhammen smeren. En het speelgoed opruimen,

Je moet niet altijd met je kind bezig zijn. Kinderen kunnen alleen spelen. Het is ook niet erg als ze zich even vervelen. Ze vinden wel iets om te doen. De tv kan een goede hulp zijn. Laat je kind gerust elke dag 20 minuutjes naar een fi lmpje kijken terwijl jij kookt. Dat is prima.

Mijn vrouw en ik hebben allebei een fi jne job, maar ook allebei één met veel

werk. We hebben twee kinderen, en soms

dromen we van een derde kind. We waren

allebei actief in veel verenigingen, voor er kinderen

waren. Nu lijken we ons dubbel te plooien om gezin,

werk en andere activiteiten te combineren. Soms zijn

mijn vrouw en ik boos op elkaar. We vinden van elkaar

dat we te weinig thuis zijn. Misschien zouden we

beter boos zijn op onszelf? We moeten gewoon durven kiezen en minder gaan doen. Dat klinkt mooi, nu

moet ik het nog echt doen. -- papa Thomas, 34 jaar

mijn vrouw en ik boos op elkaar. We vinden van elkaar

dat we te weinig thuis zijn. Misschien zouden we

beter boos zijn op onszelf? We moeten gewoon durven kiezen en minder gaan doen. Dat klinkt mooi, nu

moet ik het nog echt doen. -- papa Thomas, 34 jaar

Ik woon nu acht

jaar in België. Mijn man en ik

werken allebei voltijds. Ons leven is

best vol, met twee kinderen. We hebben

niet veel tijd voor hobby’s. Mijn man en ik zijn

allebei lid van de oudervereniging op school. We

kennen nu ook veel ouders. We spreken af tijdens

vakanties. We doen dan samen leuke dingen met

onze kinderen. Soms neemt een andere ouder

mijn dochter mee, dan moet ze niet in de opvang

blijven. Op woensdag komt er een vriendinnetje

eten bij ons. Dan breng ik mijn dochter en

haar vriendinnetje naar de dansles.

-- Zjelka, mama van Amelie

(6 jaar) en Luca (3 jaar)

Veel ouders voelen zich ‘alleen’. Ze hebben het gevoel dat ze enkel met hun kinderen praten. Ze willen andere mensen ontmoeten, vrienden maken.

Je kan ook op veel plaatsen andere ouders met kleine kinderen ontmoeten: in de speeltuin, op de bus, in de bibliotheek, aan de schoolpoort …

SamenDe speeltuin is meer dan een plek waar je kind kan schommelen en klimmen. Je ontmoet er andere ouders. Terwijl je allebei je kleuter op die moeilijke glijbaan helpt, vind je al snel iets om over te praten. Je weet niet veel van elkaar, maar wel dat je allebei kinderen hebt. Dat geeft meteen stof voor een gesprek. Je kan ook praten over wat je daar samen ziet: de schommel die een nieuw likje verf kan gebruiken, de vele kinderen die een fi ets meebrachten … Begin niet meteen je hele leven te vertellen. Niemand verwacht dat. Het kan zelfs afschrikken.

OnderwegOp weg naar de winkel, naar school, naar familie merk je het meteen: bijna alle mensen lachen naar kleine kinderen. Mensen spreken kleine kinderen ook graag aan. Fatima leerde zo een nieuwe vriendin kennen: “Ik wachtte met mijn dochter op de tram. Ze vond de boodschappentas van de vrouw naast haar zo mooi, en vroeg of ze die mocht aanraken. We begonnen te babbelen. Een week later kwamen

we elkaar weer tegen. We bleven babbelen. Nu gaan we samen met onze kinderen naar het park.”

GoedendagBeginnen praten met iemand die je niet kent? Veel ouders vinden dat moeilijk. Je kan beginnen met altijd goedendag te zeggen en mensen aan te kijken. Je hoeft niet te twijfelen: begin gewoon te praten! Je zal zien dat de ander dat meestal prettig vindt.

Perfect?Aan de schoolpoort lijkt het alsof andere ouders de perfecte kleren aanhebben, en hun kinderen altijd braaf zijn. Word jij wel eens boos als je kind niet ophoudt met zeuren? Lijkt het dan alsof alle andere ouders naar je kijken? Wees gerust: het lijkt alleen maar alsof de anderen het beter doen. Zodra je met elkaar praat, merk je dat andere ouders vertellen over de kleine probleempjes en de grote vreugdes van mama of papa zijn.

Page 12: Opvoedingskrant 2012 001 v2 - Kind en GezinWablieft brengt elke week een krant uit in duidelijk Nederlands. Je vindt ook elke week enkele artikels op onze website. Daarnaast herschrijft

12

Onye tiri nnwa ne-ebe akwa?

Egbe tiri nnwa ne-ebe akwa

Weta uziza weta ose

Weta amangororo ofe

Kúmu nnunu rachaa ha

Kókpo tum tum kpogbue ha

Egbe oo egbe oo

Het beste van ons geven; het beste in hen sterk laten groeien

Opvoeden is voor iedereen anders, maar steeds een uitdaging. Het is een taak die nooit af is, maar loont als men ze met toewijding vervult. Ik wens alle ouders, grootouders,ooms, tantes, familieleden ... eenhartelijke ‘Week van de Opvoeding’toe. -- Herman Van Rompuy, Belg en president van de Europese Unie

Een lieve dame vraagt enkel de naam van de kindjes en hun leeftijd. Greet Verschaeren legt uit: “Hier is de ouder de baas. De vrijwilligers verzorgen enkel het onthaal. Ik toon waar alles staat. Er is een keukentje waar je ook je kind kan verzorgen. Er zijn potjes voor de peuters.”

OntspannenDe kindjes zijn ontspannen, want mama en papa zijn in de buurt. Voor de ouders is het fi jn om over de kleintjes te praten. Zo merk je dat we vaak dezelfde vragen hebben. In een halfuurtje krijg je tips over een goede huisarts of hoe je kindje beter zal slapen.

Een nieuwe plekGreet: “Ouders en kinderen komen vooral voor het contact. Je praat hier in een rustige sfeer. Niets moet.” Als de kindjes honger krijgen, haalt iedereen koeken, fruit of brood boven. We zitten gezellig aan de kleine stoeltjes. Kleine oogjes bekijken elkaar

Elkaar ontmoetenBij de Speelbrug in Antwerpen staan de deuren open voor kinderen tot drie jaar en hun mama of papa. Thee en koffi e staan klaar. Ik voel me meteen welkom.

Doe mee en winWablieft en de andere partners horen graag wat jij vond van deze krant! Doe mee aan onze wedstrijd! Tien winnaars krijgen het Wablieft-boek ‘ Opvoeden van A tot Z’ van Wendy Bosmans en een proefabonnement van 10 weken op de Wablieft-krant.

Stuur je antwoorden naar:Wablieft - Wedstrijd krant over opvoedenKardinaal Mercierplein 12800 Mechelen

Vraag 1: welk artikel uit deze krant vond jij het meest interessant?……………………………………………………………………………………………………………………………………..........................................................

Vraag 2: welke tip over opvoeden heb jij nog voor andere ouders? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………………………………………………………………………………..………………………………………………..

De leukste tips lezen jullie in september 2012 in de Wablieft-krant.Vergeet niet ons jouw naam en adres te bezorgen:

Naam: .................................................................................................Voornaam: .........................................................................................Straat: .................................................................................................Nummer: ....................... Bus: .......... Postnummer: ........................ Gemeente: .........................................................................................

krant tekstadvies boeken

Redactie: Ruud Meert, Winke Brits, Ilona Plichart – met dank aan iedereen die info en getuigenissen leverde

Eindredactie: Farida Barki, Ilona Plichart Foto’s: iStockphoto, Familiehulp, Elmer, Sint-Joost-aan-Zee en vele ouders

Lay-out: Kevin Verboven

Druk: Corelio Printing

Oplage: 45.000

nieuwsgierig. Wie niets meeheeft, krijgt een koek van de Speelbrug. Greet: “Voor vele kinderen is dit een goede overgang naar de opvang of naar de kleuterschool. Ze leren wennen aan een nieuwe plek. En vooral aan andere kinderen.”

OntmoetingsplaatsenOveral in Vlaanderen en Brussel vind je ontmoetingsplaatsen. Als ouder, grootouder of opvoeder kan je er samen met je baby of peuter naartoe. Je komt er tot rust bij een kopje koffi e en een fi jn gesprek. Je kind ontmoet er leeftijdsgenootjes.

InloopteamOok bij een Inloopteam kunnen jij en je kind terecht om te spelen en andere ouders te ontmoeten. Je kan er ook met problemen en vragen terecht. Bij het Inloopteam kan je vaak ook speelgoed lenen. De deuren staan open voor alle kinderen die nog niet naar school gaan.

Kijk-tip• Groeimee tvGroeimee maakte fi lmpjes over opvoeden. www.groeimee.be/groeimeetv

• TvklasseOok bij Klasse kan je fi lmpjes bekijken over opvoeden en onderwijs.www.klasse.be/tvklasse

Zoek je een ontmoetingsplaats of Inloopteam in je buurt? Voor info kan je bellen naar:

• Kind en Gezin-Lijn (voor kinderen van 0-3 jaar): 078 150 100• Opvoedingslijn (voor kinderen vanaf 3 jaar): 078 150 010

Of surf naar www.groeimee.be > klik op ‘wie is wie’ > vul jouw gemeente in en klik op ‘zoek’.

Slaap kindje slaap

daarbuiten loopt een schaap

een schaap met witte voetjes

het drinkt zijn melk zo zoetjes

slaap kindje slaap

Todas las nochesencendiendo estrellasun duende sin cochelas hace más bellas

Küçücüktüm, o büyüttübana emek verdikana dini gerdiannem, annem. Ey bir tanem