Afghanistan1. Kaboel : Nadat Belgische militairen tien jaar lang het internationale vliegveld van Kaboel

hebben beveiligd, droegen ze op 1 oktober 2012 de fakkel over aan de Hongaren. Op 14 december 2012 was de terugtrekking voltooid en was al het materieel aangekomen in de haven van Zeebrugge.Momenteel werkt nog een twintigtal Belgen in de Afghaanse hoofdstad, op diverse hoofdkwartieren en bij een logistiek steunpunt.

2. Mazar-e-Shariff : in Mazar-e-Shariff werkt een Belgisch detachement van 54 militairen. Zij zorgen voornamelijk voor de vorming en begeleiding van Afghaanse militairen. Belgische geniesoldaten leren hun Afghaanse collega's aan hoe ze springtuigen kunnen detecteren en onschadelijk maken, obstakels kunnen vernietigen of verdachte voertuigen kunnen inspecteren.

IrakOperatie Desert Falcon : Zo'n 120 Belgische militairen, waaronder technici en piloten, nemen deel aan de operatie Desert Falcon. Een maand lang zullen ze opereren vanuit de luchtmachtbasis Azraq in het noorden van Jordanië. Van daaruit vliegen de F-16-jachtvliegtuigen naar de operatiezone in Irak. In buurland Syrië zullen de Belgen geen opdrachten uitvoeren.De Belgische jachtvliegtuigen voeren verkenningsvluchten uit maar mogen ook bombarderen.Operatie is ondertussen al verlengt tot juni 2015.

LibanonIn Libanon ondersteunde een detachement Belgische ontmijners de VN-opdracht UNIFIL. De opdracht was om de Blue Line te markeren, een grenslijn die de Verenigde Naties heeft vastgelegd tussen Israël en Libanon, in een gebied bezaaid met mijnen en clustermunitie. Die opdracht is na acht jaar tot een einde gekomen.De cijfers: op acht jaar tijd zuiverde het Belgische leger een oppervlakte van meer dan anderhalve vierkante kilometer. Daarbij ontdekten en vernietigden ze 15.000 mijnen en andere explosieven. Dat is goed voor zo'n veertig procent van de volledige ontmijningsprestatie van UNIFIL, de VN-troepenmacht in Libanon.In het UNIFIL-hoofdkwartier in An Naqourah werken wel nog enkele Belgische militairen.Sinds de conflicten in 1978 zijn er permanent VN-blauwhelmen langs de grens tussen Libanon en Israël. Die opdracht kreeg de naam UNIFIL: United Nations Interim Force in Lebanon.Vanaf 10 december 2014 is dat ontmijningsdetachement niet meer actief en op 18-22 december zijn ze naar België teruggekeerd. Ook humanitair werk verricht daar, zoals onder meer bouwen van bruggen en een veldhospitaal. Defensie investeerde ook in de renovatie van een lokaal ziekenhuis. Marine was er ook actief : het fregat Leopold I leidde in 2009 een VN-patrouille-operatie voor de Libanese kust. Vier doden gevallen in Libanon.

Democratische Republiek Congo1. Kinshasa : België heeft een militair partnerschap (PPM) met de Democratische Republiek

Congo, dat gecoördineerd wordt door de Belgische defensieattaché in Kinshasa.Ons land neemt met drie militairen deel aan EUSEC RD Congo (European Union Security Sector Reform Mission République démocratique du Congo). Met die opdracht ondersteunt en helpt de EU de Congolese regering om de veiligheidssector in haar land te hervormen, waaronder het leger. Dat doen ze door de financiële activiteiten, het militaire statuut, de vormingen, boekhouding en openbare contracten te controleren.

2. Kindu : In de oostelijk stad Kindu vormen, adviseren, trainen en coachen Belgische militairen sinds 2009 Congolese rekruten. In 2013 leidden paracommando’s uit Tielen het derde en voorlopig laatste Congolese bataljon op tot een snellereactie-eenheid. Die moeten nu stabiliteit brengen in het oosten van het land.In de buurt van het kamp coördineert een Belgisch geniedetachement de bouw van logementen voor de families van de militairen in opleiding. Dit project – Famiki – biedt de families van het eerste Congolese bataljon onderdak, sanitair, een school en kippenkwekerij. In het militaire kamp van Lokandu, veertig kilometer verderop, zullen de families van het tweede bataljon een onderkomen vinden binnen het project Familo.

3. Kananga : Ongeveer 500 km naar het zuidwesten begeleiden een Belgische officier en onderofficier de commandant van de Congolese Militaire Academie in Kananga.

MaliTot half juni 2015 heeft België ongeveer tachtig militairen in Mali, voor de European Union Training Mission (EUTM Mali). Ze werken er in een internationale compagnie, in het kamp van Koulikoro, om de installaties, de instructeurs en het personeel van de EUTM te beschermen. De Belgen voeren die opdracht uit in samenwerking met een Malinese compagnie voor troepenbescherming.Ze escorteren er ook konvooien tussen het kamp van Koulikoro en het hoofdkwartier in de hoofdstad Bamako, ongeveer zestig kilometer verderop. Bij incidenten kunnen ze deelnemen aan een snellereactiemacht.Momenteel is het Belgische detachement in Koulikoro samengesteld uit militairen van Bataljon Carabiniers - Grenadiers uit Leopoldsburg.

Marine1. Atalanta : Met operatie Atalanta wil de Europese Unie een halt toeroepen aan de piraterij

voor de Somalische kust. Onder VN-mandaat beschermt Atalanta de schepen van het Wereldvoedselprogramma (WFP) en de African Union Mission in Somalia (AMISOM) die hulp aanvoeren naar de vluchtelingen in Somalië.Sinds 2009 voeren schepen uit twaalf EU-lidstaten de opdracht uit. België stuurde al drie keer het fregat Louise-Marie en één keer het fregat Leopold I naar de Hoorn van Afrika.

2. De Standing NATO Maritime Group 1 (SNMG1) is een maritiem eskader dat bestaat uit vier tot zes fregatten en torpedobootjagers, en één commandoschip.Het eskader behoort tot de maritieme Immediate Reaction Forces van de NAVO. De Canadese, Nederlandse, Duitse en Amerikaanse marine leveren elk permanent één schip. De marines van België, Italië, Denemarken, Noorwegen, Polen, Portugal en Spanje vullen het eskader aan, telkens voor zes maanden.Operatie Active Endeavour heeft een centrale plaats in de activiteiten van de SNMG1. Het eskader patrouilleert in de Middellandse Zee om wapensmokkel en terroristische activiteiten te voorkomen en om de algemene veiligheid te verzekeren.Daarnaast nemen de schepen deel aan oefeningen en operaties in Europese wateren en de Atlantische Oceaan. Doorlopend evalueert de groep de maritieme procedures, tactieken en effectiviteit van de NAVO.Sinds de SNMG1 in 1967 werd opgericht, hebben meer dan 660 schepen en 150.000 bemanningsleden er deel van uitgemaakt. Elk jaar legt de groep ongeveer 50.000 zeemijl af, of meer dan twee keer rond de wereld.

3. Elk jaar neemt een Belgisch marineschip deel aan de operaties van de Standing NATO Mine Counter-Measures Group 1 (SNMCMG1). Die interventievloot van mijnenjagers en -vegers heeft als belangrijkste opdracht om zeemijnen op te sporen en onschadelijk te maken.De SNMCMG1 werd in 1973 opgericht om tijdens een eventueel conflict de vaarroutes naar de belangrijkste handelshavens open te houden. In de loop der jaren verschoof haar opdracht naar mijnenjagen, maar de SNMCMG1 kan ook helpen om piraterij te bestrijden, reddingsopdrachten uit te voeren of bemanningen van schepen in nood te evacueren.

De schepen van de SNMCMG1 voeren hun opdracht voornamelijk uit op de Noord-Europese zeeën, maar kunnen in principe over heel de wereld werken.

4. De Standing NATO Mine Countermeasures Group 2 (SNMCMG2) is een NAVO-interventievloot die bestaat uit mijnenvegers en mijnenjagers. Normaal bestaat het eskader uit acht schepen afkomstig van België, Duitsland, Griekenland, Italië, Turkije, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten.De SNMCMG2 wordt voornamelijk ingezet om zeemijnen op te sporen en te vernietigen. De schepen begeleiden ook bezoeken aan havens binnen en buiten de NAVO en staan paraat om onvoorziene opdrachten uit te voeren. Ze voeren hun opdrachten hoofdzakelijk uit in de Middellandse Zee, maar als dat nodig is kan de NAVO ze over de hele wereld inzetten.Sinds zijn oprichting in 1999 heeft het eskader deelgenomen aan operatie Allied Harvest in 1999 en operatie Allied Harvest II in 2000. In de Adriatische Zee ruimden de schepen springtuigen op die er gedropt waren tijdens operatie Allied Force in Kosovo. Daarnaast nemen zo voortdurend deel aan diverse oefeningen, zowel in NAVO-verband als daarbuiten.

5. African Partnership Station : het commando- en steunschip Godetia helpt al enkele jaren om Afrikaanse marinebemanningen op te leiden.Op die manier kunnen de marines rond de Golf van Guinee zich beter wapenen tegen de permanente dreiging van piraten. Net als rond de Hoorn van Afrika en voor de Somalische kust vallen die ook hier containerschepen en andere vaartuigen aan.Op enkele weken tijd leren de zeelui diverse technieken aan: schepen aanroepen en enteren, reddingsacties op zee, verdachte vaartuigen en bemanningen controleren, enzovoort.Dit opleidingsprogramma, getiteld African Partnership Station,  is opgestart door de Verenigde Staten. Omwille van onze kennis over Afrika, is België een historische partner waar niemand omheen kan. In maart 2014 vertrok de Godetia voor een nieuwe opleidingscampagne.

Andere operatiesDefensie voert opdrachten uit van de Verenigde Staten tot het Midden-Oosten. Overal zetten onze militairen zich in voor de veiligheid van de bevolking, om de relaties met andere landen te verbeteren of om buitenlandse strijdkrachten op te leiden.In het Midden-Oosten nemen twee Belgische militairen deel aan de United Nations Truce Supervision Organization (UNTSO). Zij helpen er toezicht te houden op de vredesakkoorden en het staakt-het-vuren.In de buurt van Berlijn werken de Belgisch en Duitse krijgsmacht elke dag nauw samen in hetEinsatzführungskommando der Bundeswehr. In Italië is een Belgisch bemanningslid gestationeerd van de AWACS-radarvliegtuigen. Die nemen deel aan de NAVO-operatie Active Endeavour. Defensie heeft ook een verbindingsofficier op het Franse operatiecentrum.In Florida (VS) is een Belg de schakel tussen de Belgische staf en het Amerikaanse hoofdkwartier voor de operaties in het Midden-Oosten.