Opdracht
description
Transcript of Opdracht
Opdracht
Begroting - rekening
Instructie
• In groepjes van drie• Elk groepslid krijgt een eigen opdracht• Als je klaar bent, krijgen jullie gezamenlijke
opdracht• Tafels tegen elkaar zetten• Tijd: tot einde les• Eerst elkaar om hulp vragen, dan pas leraar
Begroting: omzet
• Bereken de verwachte omzet– Hij verwacht in 2014 1.000 herenfietsen en 2.000
damesfietsen te maken.– Hij verwacht 3.000 kinderfietsen te maken– Hij verkoopt de heren- en damesfiets voor € 1.000
per stuk– De kinderfietsen verkoopt hij voor € 500 per stuk
omzetdamesfietsen 2.000 x € 1.000 € 2.000.000
Herenfietsen 1.000 x € 1.000 € 1.000.000
kinderfietsen 3.000 x € 500 € 1.500.000
Totaal € 4.500.000
Begroting: inkoopwaarde
• Bereken de verwachte inkoopwaarde van de omzet– Voor het maken van elke fiets moet ook worden
ingekocht.– Voor elke heren- en damesfiets koopt hij voor €
100 aan metaal in, voor € 10 aan banden en voor € 40 aan overige materialen.
– De kinderfietsen worden niet zelf gemaakt, maar als geheel ingekocht in China. De inkoopprijs per fiets is € 200
Inkoopwaarde omzetdamesfietsen 2.000 x € 150 € 300.000
Herenfietsen 1.000 x € 150 € 150.000
kinderfietsen 3.000 x € 200 € 600.000
Totaal € 1.050.000
Begroting: kosten
• Bereken de verwachte kosten per jaar• De kosten van de fietsfabriek bestaan uit– Personeelskosten: € 1.500.000 per jaar– Huur bedrijfspand: € 1.000.000 per jaar– Energiekosten: € 2.000 per maand– Reclame en marketing: 10 % van de omzet– Overige kosten: € 50.000 per jaar
kostenpersoneelskosten € 1.500.000
Huur € 1.000.000
Energiekosten 12 x € 2.000 € 24.000
Reclame en marketing 10% van € 4.500.000 € 450.000
Overige kosten € 50.000
totaal € 3.024.000
Begroting 2014Kosten Inkomsten
Inkoopwaarde omzet 1.050.000 Omzet 4.500.000
Kosten 3.024.000
Netto winst 426.000
Totaal 4.500.000 totaal 4.500.000
Opdracht
• Met elkaar:– Bereken de verwachte brutowinst– Bereken de verwachte netto winst– Maak en teken een begroting.
Rekening: omzet
• Bereken de werkelijke omzet. Vanwege de crisis daalt de verkoop.– Hij verkoopt in 2014 800 herenfietsen en 1.600
damesfietsen.– Hij verkoopt 2.800 kinderfietsen.– Hij verkoopt de heren- en damesfiets voor € 1.000
per stuk. De verkoopprijs blijft dus hetzelfde– De kinderfietsen verkoopt hij voor € 500 per stuk.
De verkoopprijs blijft dus hetzelfde
omzetdamesfietsen 1.600 x € 1.000 € 1.600.000
Herenfietsen 800 x € 1.000 € 800.000
kinderfietsen 2.800 x € 500 € 1.400.000
Totaal € 3.800.000
Rekening: inkoopwaarde
• Bereken de werkelijke inkoopwaarde van de omzet– Voor het maken van elke fiets moet ook worden
ingekocht.– Voor elke heren- en damesfiets koopt hij voor € 100
aan metaal in, voor € 10 aan banden en voor € 40 aan overige materialen.
– De kinderfietsen worden niet zelf gemaakt, maar als geheel ingekocht in China. Hij onderhandelt stevig met de Chinezen waardoor de inkoopprijs per fiets daalt naar € 180
Inkoopwaarde omzetdamesfietsen 1.600 x € 150 € 240.000Herenfietsen 800 x € 150 € 120.000
kinderfietsen 2.800 x € 180 € 504.000
Totaal € 864.000
Rekening: Kosten
• Bereken de werkelijke kosten per jaar• De kosten van de fietsfabriek bestaan uit– Personeelskosten: € 1.400.000 per jaar– Huur bedrijfspand: € 1.000.000 per jaar– Energiekosten: € 2.000 per maand– Reclame en marketing: 10% van de werkelijke
omzet– Overige kosten: € 50.000 per jaar
kostenpersoneelskosten € 1.400.000
Huur € 1.000.000
Energiekosten 12 x € 2.000 € 24.000
Reclame en marketing 10% van € 3.800.000 € 380.000
Overige kosten € 50.000
totaal € 2.854.000
Rekening 2014Kosten Inkomsten
Inkoopwaarde omzet 864.000 Omzet 3.800.000
Kosten 2.854.000
Netto winst 82.000
Totaal 3.800.000 totaal 3.800.000
Opdracht
• Met elkaar:– Bereken de werkelijke brutowinst– Bereken werkelijke netto winst– Maak en teken een rekening– Bepaal waarom de werkelijke winst of het verlies
afwijkt van de begrote winst of verlies