OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in...

20
Mobiliteit en ruimtelijke ordening kunnen elkaar versterken Centrum Express lokt meer Mollenaars naar de bus Jongeren rijden gratis met bus en tram in Zwijndrecht 17 6 10 16 OP1 LIJN LOKALE BESTUREN EN DE LIJN, PARTNERS IN DUURZAME MOBILITEIT NR 94 - maart 2016 - driemaandelijks magazine afgiftekantoor Gent X - P409030 Voortaan staat combi-mobiliteit centraal Dossier Basis- bereikbaar- heid

Transcript of OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in...

Page 1: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

Mobiliteit en ruimtelijke ordening kunnen elkaar versterken

Centrum Express lokt meer Mollenaars naar de bus

Jongeren rijden gratis met bus en tram in Zwijndrecht17

610

16

OP1 LIJNLOKALE BESTUREN EN DE LIJN, PARTNERS IN DUURZAME MOBILITEIT

NR 94 - maart 2016 - driemaandelijks magazine afgiftekantoor Gent X - P409030

Voortaan staat combi-mobiliteit centraal

DossierBasis-

bereikbaar- heid

Page 2: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

2 | OP 1 LIJN - MAART 2016

Edito

Meer trams en bussen krijgen wifi

Vraag van een gemeente: Bierbeek

Korte berichten

Combi-mobiliteit vormt de kern van basisbereikbaarheid

Zo ziet combi-mobiliteit eruit

Mobiliteit en ruimtelijke ordening kunnen elkaar versterken

De Westhoek heeft een sterke kern van openbaar vervoer nodig

Bus krijgt prominente plek aan nieuwe scholencampus Heusden-Zolder

Centrum Express lokt meer Mollenaars naar de bus

Jongeren rijden gratis met bus en tram in Zwijndrecht

Op stap met de halteman

Ontdek Erfgoeddag met de duo-dagpas

COLOFON

De Vlaamse Regering wil het openbaar- vervoerlandschap omvormen van basis-mobiliteit naar basisbereikbaarheid. Eind vorig jaar keurde ze een conceptnota goed die de contouren daarvan uittekent. Het vervoeraanbod wordt in een gelaagd model opgebouwd. Het treinnet en het kernnet van De Lijn zorgen voor de belangrijkste verbindingen. Het aanvullend net zorgt voor de aanvoer naar het kernnet en voor functionele lijnen, zoals woon-werkvervoer. Het vervoer op maat staat in voor het voor- en natransport en doelgroepenvervoer. De samenwerking tussen de partners wordt op een andere leest geschoeid. En vooral bij de laatste twee ‘lagen’ zullen gemeenten een belangrijkere rol kunnen spelen. Het aanbod wordt georganiseerd per vervoerregio. Alle gemeenten van zo’n regio en de andere mobiliteitspartners beslissen samen over de invulling van het vervoeraanbod en de ruimere mobiliteitsaanpak.

Een meer structurele vorm van inspraak is een belangrijke verzuch-ting van de gemeenten in hun samen-werking met De Lijn. De vervoerregio’s bieden daartoe een kansrijk kader. Het concept kan zorgen voor een breder draagvlak en een grotere dynamiek, en dus voor grotere slaagkansen voor de doelstel-lingen van basisbereikbaarheid. Het beter invullen van de vervoernoden en een betere integratie van het vervoeraanbod, zowel het ‘klassieke’ openbaar vervoer als taxi’s, deelfietsen, diensten aangepast vervoer enzovoort, vereisen immers de erkenning van ieders stem en rol in dit verhaal.

De Lijn als aanbieder van openbaar vervoer en de gemeenten als wegbe-heerders en ondersteuners en soms zelfs organisatoren van vervoer, vormen samen twee sterke schouders om de basisbe-reikbaarheid op uit te bouwen. Hoe dat concreet kan worden ingevuld, leest u in dit magazine.

Succes!

Mark SuykensAlgemeen directeur VVSG

Basisbereikbaarheid als opstap naar structurele samenwerking

!

Inhoud

REACTIES ALTIJD WELKOM

Wil je graag reageren op een artikel in dit Op 1 Lijn-magazine? Of heb je suggesties voor een onderwerp dat in een volgend nummer aan bod kan komen? Laat het dan weten aan de redactie via [email protected].

VERANTWOORDELIJK UITGEVER Mark Cammaerts, De Lijn, Motstraat 20, 2800 Mechelen REDACTIE Katleen Put (Pantarein), Stefanie Holvoet (Pantarein), Katelijne Norga (Pantarein), Cécile Dusart (De Lijn), Astrid Hulhoven (De Lijn), Griet Similon (De Lijn), Michel Teughels (De Lijn), FOTOGRAFIE Jef Boes, Ivan De Cuyper, Stefaan Van Hul,

Edito

Meer nieuws en praktische info

vind je elke maand (behalve juli en augustus)

in ons gratis e-zine.Schrijf je nu in op

www.delijn.be/op1lijn-ezine

CONTACTPERSONEN Michel Teughels, De Lijn, Motstraat 20, 2800 Mechelen, tel: 015 40 89 24, fax: 015 40 89 99, [email protected] Erwin Debruyne, VVSG, Paviljoenstraat 9, 1030 Brussel, tel: 02 211 56 09, fax: 02 211 56 00, [email protected] EINDREDACTIE PantareinOPMAAK ArtoosDRUK Geers Offset

De papiersoort van het Op 1 Lijn-magazine, de Condat matt Perigord, heeft een label FSC-Mixed Sources.

DossierBasis-

bereikbaar- heid

2

3

4

4

14

16

17

18

20

6

9

10

12

Page 3: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

3MAART 2016 - OP 1 LIJN |

Meer trams en bussen krijgen wifiDe Lijn trekt het aantal bussen en trams met gratis wifi op tot 250. Dat is een uitbreiding met 45 voertuigen (+ 22 procent). De gratis wifi is mogelijk door een samenwerking tussen De Lijn, haar reclamedochter LijnCom en Hello Bank!, die de wifi aanbiedt. In 2015 telde het systeem al meer dan 75 000 gebruikers, goed voor 601 413 wifi-sessies. In 2016 wordt de gratis wifi uitgebreid naar enkele veelgebruikte lijnen tussen grote steden. Wie gratis wil surfen, moet zich eerst registreren met zijn gsm-nummer. Geregistreerde reizigers hebben een gebruikslimiet van 250 megabyte per maand: ruim voldoende om te surfen, mails te lezen en apps of sociale media te gebruiken.

In beeld

3MAART 2016 - OP 1 LIJN |

Page 4: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

4 | OP 1 LIJN - MAART 2016

Het antwoord

Vroeger werd het tarief (korte of lange afstand) bepaald door het aantal doorlopen zones. Dat was vervelend voor gemeenten zoals Bierbeek, waar ver-schillende zones aan elkaar grensden. Een zone-over-schrijdende Gemeentekaart was een goede oplossing. Met die kaart betaalden alle inwoners hetzelfde tarief voor hun verplaatsingen binnen de gemeente en naar Leuven. Het saldo werd bijgepast door de gemeente. In februari 2015 werd het zonetarief vervangen door een tijdstarief: met een Lijnkaart kun je nu één uur reizen met alle bussen en trams van De Lijn, ongeacht de route.

JongerenDe gemeente Bierbeek zal haar DBS-budget voortaan gebruiken om een andere doelstelling te realiseren: jongeren goedkoper openbaar vervoer aanbieden. De gemeente gaf ons het aantal jongeren door van 6 tot 12 jaar en van 12 tot 24 jaar. Met die cijfers konden wij verschillende scenario’s uitwerken die binnen het-zelfde budget haalbaar waren. Uiteindelijk heeft de gemeente beslist om 10 procent korting te geven op een Buzzy Pazz voor kinderen en jongeren van 6 tot 24 jaar. De gemeente wil vooral jonge mensen motiveren om vaker met het openbaar vervoer te reizen. Met de nieuwe maatregel kunnen de Bierbeekse jongeren van 6 tot 24 jaar goedkoper reizen met alle bussen en trams van De Lijn. •

TONI WAELBURGS, RELATIEBEHEERDER DE LIJN VLAAMS-BRABANT

DE TIJDLIJN 27 januari

40 miljoenste sms-ticket verkocht.

Vraag van een gemeente

BIERBEEK

‘De gemeente Bierbeek stimuleerde het busvervoer jarenlang met een tegemoetkoming op Lijnkaarten. Met een speciale Gemeentekaart reisden de inwoners goedkoper

binnen hun gemeente en naar Leuven, ongeacht de zone waar ze vertrokken. Begin 2015 verving De Lijn het zonetarief door het tijdstarief. We vroegen De Lijn om een nieuw DBS voor te stellen met hetzelfde budget maar met een focus op jongeren.’ CIL CUYPERS, SCHEPEN VAN MOBILITEIT BIERBEEK

IKEA Hasselt mikt op openbaar vervoerOp 3 februari opende IKEA een nieuwe winkel in Hasselt. Samen met De Lijn Limburg wil de meubelgigant zoveel mogelijk mensen aansporen om met het openbaar vervoer te komen.

IKEA zet sterk in op duurzaamheid. De nieuwe vestiging in Limburg – de grootste van België – is vlot bereikbaar met het openbaar vervoer. Vanaf Hasselt Station ben je met buslijn H2 op amper 9 minuutjes ter plaatse. De dienstregeling is afgestemd op de openingsuren van de winkel, zodat ook late shoppers en het personeel met de bus naar huis kunnen. Op vrijdag vertrekt de laatste bus om 21.15 uur, op zaterdag om 20.15 uur.

ComfortDe bushalte ligt op het terrein van IKEA, dicht bij de ingang. Bij regenweer wandel je onder een luifel tot aan de deur. In de winkel komt een scherm met realtime info: zo weet je precies wanneer je kunt vertrekken en hoef je niet buiten te wachten. Wil je spullen kopen die te groot zijn voor de bus? Dan biedt IKEA een waaier aan diensten aan om je goederen thuis te krijgen. Wie in februari met de bus naar IKEA Hasselt ging, werd getrakteerd op gebak. Op vertoon van een speciale voucher en hun vervoerbewijs kregen onze reizigers gratis taart in het restaurant van IKEA. De vouchers waren beschikbaar op alle bussen van lijn H2.

40 miljoenste sms-ticket verkochtEind januari verkocht De Lijn haar 40 miljoenste sms-ticket. Steeds meer reizigers kopen een kaartje met hun gsm: ‘Het is makkelijker en goedkoper.’

Het sms-ticket is populairder dan ooit. Bijna een miljoen Vlamingen betalen geregeld een bus- of tramrit met hun gsm. ‘Sinds de invoering van het sms-ticket in 2007 is de biljetverkoop bij de chauffeur meer dan gehalveerd’, zegt Filip Brutsaert, manager Klant & Verkoop. ‘Die trans-acties vroegen veel tijd en zorgden voor vertragingen. Omdat het sms- ticket goedkoper en gemakkelijker is, betalen veel mensen tegenwoordig met hun gsm.’ In 2015 verkocht De Lijn meer dan 11 miljoen sms- tickets: goed voor bijna twee derde van alle vervoerbewijzen voor een enkele rit. In 2016 mikt de vervoer-maatschappij op meer dan een miljoen sms-tickets per maand.

?

Heb jij ook een vraag?

Wij beantwoorden ze graag!

Mail je vraag naar

[email protected]

Page 5: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

5MAART 2016 - OP 1 LIJN |

De Lijn past de tarieven aan.

1 februari

Tram 4 rijdt tot in het hart van het UZ Gent.

13 maart

Het getal

In 2016 bestaat De Lijn 25 jaar! De Lijn is op 1 januari 1991 ontstaan uit de opsplitsing van de Nationale Maatschappij van Buurtspoorwegen (NMVB) in een Vlaams en een Waals deel. Het Vlaamse deel is gefu-seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting van De Lijn is een rechtstreeks gevolg van de tweede staats-hervorming waardoor het stads- en streekvervoer door de bijzondere wet van 8 augustus 1988 werd geregionaliseerd.

Korte berichten

Tielt-Winge heeft na 120 jaar nieuwe stelplaatsOp zaterdag 20 februari opende De Lijn haar nieuwe stelplaats en onderhoudscentrum in Tielt-Winge. Die is volledig gerenoveerd: reizigers, chauffeurs en technici krijgen meer ruimte en voorzieningen.

De busstelplaats in Tielt-Winge dateert al van 1879. Na bijna 120 jaar waren de site en de gebouwen volledig verouderd. De nieuwe, uitgebreide site is dubbel zo groot: 16 000 in plaats van 8 000 vierkante meter. De vernieuwde stelplaats beschikt onder meer over een nieuw dienstgebouw met douches en een eet-zaal, een carwash met waterrecuperatie, een tankstraat en een eigen onder-houdscentrum. Aan het milieu is ook gedacht. Zonnepanelen zorgen voor 25 procent van de energie. En het regenwater wordt gerecupereerd om de bussen schoon te maken. Ook de halteaccommodatie voor de reizigers is vernieuwd, met zes ruime en toegankelijke perrons en een comfortabele wachtruimte. De nieuwe stelplaats beschikt over een parking voor 18 auto’s en een ruime fietsenstalling. Fietsers kunnen het terrein veilig bereiken via een autovrije ‘trage weg’. Voor dit grote renovatieproject sloeg De Lijn de handen in elkaar met de gemeente Tielt-Winge. Deze leidde het overleg met de buurt- bewoners in goede banen en verlegde ook de trage weg.

De Lijn bestelt 131 milieuvriendelijke bussen De Lijn heeft 131 nieuwe, milieuvriendelijke bussen besteld. De eerste voertuigen worden eind 2016 in gebruik genomen. Door de aankoop beschikken straks alle bussen van De Lijn over een roetfilter.

De Vlaamse busbouwer VDL zal alle bussen voorzien van een Euro VI-motor, de minst vervui-lende dieselmotor op de markt. Ze krijgen ook een roetfilter. De afgelopen jaren liet De Lijn op al haar nieuwe én oude voertuigen roetfilters plaatsen. De bussen van De Lijn stoten intussen 80 procent minder fijn stof uit.

Als alle nieuwe voertuigen geleverd zijn, zal 77 procent van de bussen van De Lijn over klimaatregeling beschikken. Zo’n 80 procent zal toegankelijk zijn voor mensen met een beperking. Intussen werd ook een procedure gestart voor de aan-koop van 146 nieuwe trams.

Page 6: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

6 | OP 1 LIJN - MAART 2016

DossierBasis-

bereikbaar- heid

Op 18 december 2015 keurde de Vlaamse Regering de conceptnota basisbereikbaarheid goed. Die bepaalt de manier waarop het vervoeraanbod in Vlaanderen wordt georganiseerd. De nota heeft ook gevolgen voor de dienstverlening van De Lijn. De vervoermaatschappij zal haar takenpakket straks delen met lokale vervoersinitiatieven, stelt CEO Roger Kesteloot: ‘Voortaan staat combi-mobiliteit centraal.’

CEO Roger Kesteloot

Combi-mobiliteit vormt de kern van basisbereikbaarheid

Wat was de aanleiding om over te schakelen van basismobiliteit naar basisbereikbaarheid?Roger Kesteloot: ‘De Vlaamse Regering had verschillende argumenten. Enerzijds was het hoofddoel van basismobiliteit – overal een basisaanbod aan open-baar vervoer verzekeren – niet in heel Vlaanderen haalbaar. Op sommige plaatsen bleef vervoersarmoede bestaan. Anderzijds bleek het systeem heel duur te zijn. Tot slot werd basismobiliteit enkel gezien in termen van openbaar vervoer, terwijl ook andere systemen een steentje kunnen bijdragen.’

Het uitgangspunt van basisbereik-baarheid is combi-mobiliteit. Wat wordt daarmee bedoeld?Roger Kesteloot: ‘Het openbaar vervoer kan niet alle vervoernoden oplossen: dat is duur en onpraktisch. Er is nood aan een geïntegreerd netwerk waarin trein, tram en bus een belangrijke rol spelen, maar waarin ook de fiets, taxi’s en buurtbusjes een plaats hebben. Daarbovenop moeten we voldoende knooppunten voorzien waar reizigers kunnen overstappen van de auto of de fiets naar het openbaar vervoer en omgekeerd. Minister van Mobiliteit

Weyts noemt dat combi-mobiliteit: een combinatie van vervoermethodes om in de mobiliteitsbehoefte van mensen te voorzien.’

‘Er bestaan heel wat alternatieven voor het openbaar vervoer, maar die initiatieven zijn versnipperd. Veel part-ners geven elk een pak geld uit om voor één groepje mensen te zorgen. Als we al die financiële middelen samenbrengen, zijn er meer mogelijkheden. Vooral op het lokale niveau kan combi-mobiliteit een oplossing zijn.’

Critici stellen dat combi-mobiliteit te omslachtig is. Geraken mensen vlot op hun bestemming als ze ver-voermiddelen moeten combineren?Roger Kesteloot: ‘Een overstap wekt vaak weerstand op, tenzij je reizigers goede resultaten kunt garanderen. Als mensen vlot kunnen overstappen en snel op hun bestemming geraken, vinden ze het niet erg. Dat zien we bijvoorbeeld bij de tramlijnen tussen Zwijndrecht en Antwerpen: daar verliest de auto terrein. Als je grote vervoercorridors snel en efficiënt kunt bedienen, staan mensen ervoor open. Al moet je ze ook geen drie keer laten overstappen.’

Page 7: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

7MAART 2016 - OP 1 LIJN |

Dossier Basisbereikbaarheid

De conceptnota basisbereikbaarheid schuift een ‘overkoepelende mobili-teitsregie’ naar voren. Wat moeten we ons daarbij voorstellen?Roger Kesteloot: ‘Basisbereikbaarheid vertrekt van een systeem van knooppunten dat verschillende vervoermiddelen samenbrengt. Maar dat moet wel efficiënt gebeuren: er moet een overkoepelende visie zijn die door alle betrokkenen wordt gedragen. Neem nu Park & Rides. Op dit ogenblik legt iedereen in Vlaanderen parkings aan: steden, gemeenten, het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV), de NMBS, De Lijn … Maar er is geen geïntegreerd Park & Ride-beleid. Als we die maatregelen beter op elkaar afstemmen, kunnen we meer mensen overtuigen om de auto vaker in te ruilen voor het openbaar vervoer.’

‘Meer verantwoordelijkheid, maar ook meer kansen’

Binnen basisbereikbaarheid zijn de lokale besturen mee verantwoor-delijk voor het aanvullend net en het vervoer op maat. Ze mogen zelf (binnen bepaalde grenzen) mee beslissen hoe ze lokale vervoernoden invullen. Roger Kesteloot: ‘De vrijheid om het lokale vervoerbeleid mee vorm te geven, is een mooie kans voor de steden en gemeenten. Ze krijgen meer erkenning en kunnen hun kennis van de lokale vervoerproblematiek optimaal benutten.’‘Tegelijk kan het de samenwerking tussen de lokale besturen en het open-baar vervoer verbeteren. Op dit moment liggen de verwachtingen van steden en gemeenten en de financiële mogelijkheden van De Lijn soms ver uit elkaar. Die kloof zal hopelijk verkleinen als we samen afspraken maken over een gedeelde verantwoordelijkheid.’

FinancieringVeel lokale besturen maken zich zorgen over de financiële gevolgen van basisbereikbaarheid. ‘Dat zal wel meevallen’, meent Roger Kesteloot. ‘Op dit moment zijn de financiële middelen sterk verspreid. Als we alle bestaande potjes samenbrengen, kunnen we met hetzelfde geld meer realiseren. Daar ben ik van overtuigd.’

Page 8: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

8 | OP 1 LIJN - MAART 2016

Dossier Basisbereikbaarheid

De concrete invulling van basisbereik-baarheid moet nog gebeuren. Hoe zal dat verlopen?Roger Kesteloot: ‘Om tot de beste aanpak te komen, worden momenteel verschillende proefprojecten opgestart. Er zijn drie proefregio’s aangeduid: Mechelen, Aalst en de Westhoek. Binnen die regio’s brengen we heel gedetailleerd het mobiliteitsaanbod in kaart. Met die input werken de vervoerre-gio’s zelf een geïntegreerd mobiliteitsplan uit. Die plannen zouden tegen eind 2017, als de proefprojecten worden afgerond, klaar moeten zijn. Gezien de krappe timing zullen we de concrete effecten van de plannen op het terrein in een later stadium moeten evalueren.’

Kan de integratie van het beleid nog verder gaan? Kan ruimtelijke orde-ning bijvoorbeeld een rol spelen in mobiliteit?Roger Kesteloot: ‘Uiteraard blijven we hameren op een weldoordachte ruimtelijke ordening. De locatie van woonzones, scholen en ziekenhuizen is heel belangrijk om een efficiënt vervoernet te kunnen uitbouwen. Helaas zijn er in Vlaanderen tal van voorbeelden van hoe het niet moet. Denk maar aan ziekenhuiscampussen die op een afgelegen terrein worden aange-legd omdat de bouwgrond daar goedkoper is. Maar stilaan hebben lokale besturen toch meer aandacht voor de mobiliteits- effecten van hun beslissingen. We zijn op de goede weg.’ •

‘Wie met het openbaar vervoer sneller op zijn bestemming raakt, vindt het niet erg om de auto te laten staan’

CEO Roger Kesteloot

4 PIJLERS VAN BASISBEREIKBAARHEID

1. HiërarchieBasisbereikbaarheid vertrekt van een gelaagd vervoermodel.

• Treinnet als ruggengraat door Vlaanderen en België.

• Kernnet van bussen en trams als ruggengraat van stads- en streekvervoer.

• Aanvullend net: lijnen die aanvoeren naar het kernnet + functionele lijnen (zoals woon-werkverkeer).

• Vervoer op maat: bijv. leerlingenvervoer, aangepast vervoer voor rolstoelgebruikers en vraagafhankelijk vervoer. Vooral op dit niveau is meer integratie met lokale initiatieven mogelijk.

2. Overkoepelende regieAlle aanbieders van vervoer, zowel openbaar als privé, maken deel uit van een mobiliteits- netwerk. Een ‘regisseur’ stemt alles op elkaar af. Roger Kesteloot: ‘Het belangrijkste is dat je alle spelers rond de tafel krijgt om tot een gedeelde visie te komen. Wie de ‘regisseur’ wordt, is van ondergeschikt belang: er moet vooral een positieve overlegcultuur ontstaan.’

3. Vervoerregio’sDe geïntegreerde aanpak van vervoer wordt per regio georganiseerd. Binnen een vervoerregio werken de verschillende partners samen. Roger Kesteloot: ‘Het aanvullend net en vooral ook het vervoer op maat kunnen binnen een vervoerregio efficiënt worden uitgewerkt. Treinsporen, auto-strades en het kernnet van De Lijn doorkruisen meerdere regio’s: daar is een aanpak op Vlaamse schaal nodig.’

4. Permanente monitoringEen geïntegreerd vervoerbeleid moet permanent worden opgevolgd. Welke aspecten worden gemoni-tord, en op basis van welke criteria, wordt later dit jaar vastgelegd. Het gaat bijvoorbeeld over door-stroming, combi-mobiliteit, capaciteit, reisinformatie …

Page 9: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

9MAART 2016 - OP 1 LIJN |

Dossier Basisbereikbaarheid

TreinnetKernnetAanvullend netVervoer op maat

TAXISTANDPLAATS

PARK & RIDE

TREINSTATION

LOKAAL VERVOER

KERNNET

BUSSTATION

AANVULLENDNET

AANVULLEND

AANVULLENDNET

KERNNET

COLLECTIEVE TAXI

FIETSPUNT

CAMBIO STANDPLAATS

Zo ziet combi-mobiliteit eruit

Page 10: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

10 | OP 1 LIJN - MAART 2016

De Vlaamse steden zijn dichtbevolkt, maar op het platteland wonen we verspreid. ‘Basisvoorzieningen zoals winkels en ziekenhuizen voor iedereen bereikbaar houden wordt een uitdaging’, meent Thomas Vanoutrive van de Universiteit Antwerpen. ‘Een aangepaste ruimtelijke ordening kan de mobiliteit ondersteunen.’

Mobiliteit en ruimtelijke ordening kunnen elkaar versterken

Waarom wonen Vlamingen zo verspreid?

Thomas Vanoutrive: ‘Tussen de Eerste en de Tweede Wereldoorlog werd het tram- en treinverkeer in België sterk uitgebreid. Men-sen konden vlotter van een dorp naar de stad pendelen. Met de opkomst van de auto werd dat nog makkelijker. Vandaag gaan weer meer mensen in de stad wonen, maar de typisch Vlaamse gezinnen kiezen toch vooral voor de buitenwijken of rustige dorpen. Dat zal niet meteen veranderen. In Nederland wonen mensen traditioneel dichter bij elkaar, maar ruimtelijke planners vrezen ook daar voor meer verspreide bewoning en ruimtelijke wanorde.’

Dossier Basisbereikbaarheid

De auto nemen om een brood te gaan kopen, of een uur onderweg zijn voor een afspraak in het ziekenhuis: het is geen uitzondering in Vlaanderen. In dunbevolkte gebieden is de toegang tot basis-voorzieningen niet voor iedereen evident. De Vlaamse overheid heeft daarom de doelstelling ‘basisbereikbaarheid’ opgenomen in het Vlaams Regeerakkoord.

‘De term basisbereikbaarheid erkent dat ieder-een, ook wie minder mobiel is, recht heeft op diensten en activiteiten die nodig zijn om deel te nemen aan onze samenleving. Dat is een positief uitgangspunt’, zegt UAntwerpen- onderzoeker Thomas Vanoutrive. ‘Basisbereik-baarheid focust niet enkel op openbaar vervoer, maar plaatst mobiliteit in een bredere context van sociale inclusie.’

Dorpskernen uitbreidenHoe kunnen we basisbereikbaarheid voor iedereen realiseren in een regio met veel kleine dorpen en verspreide bewoning? ‘Een mogelijke oplossing is het ver-sterken van dorpskernen en minder centraal gelegen stadswijken. Daar zijn de afgelopen jaren veel voorzieningen verdwenen. Als opnieuw meer bakkers en kruideniers neerstrijken in lan-delijke gebieden, is het probleem al voor een stuk opgelost’, zegt Thomas Vanoutrive. ‘Maar mobiliteit en ruimtelijke ordening kunnen elkaar ook versterken. Op termijn kunnen we bijvoorbeeld crèches, apotheken en dorpsscholen groeperen rond belangrijke bus-, tram- en trein- haltes. De toegang tot gezond-heidszorg, onderwijs, werk, winkels en openbare diensten zal altijd belangrijk blijven.’

Page 11: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

11MAART 2016 - OP 1 LIJN |

Dossier Basisbereikbaarheid

Iedereen naar de stad? In de stad gaan wonen is natuurlijk ook een oplossing: daar heb je een bakker, slager en supermarkt om de hoek. Waarom verhuizen minder mobiele mensen dan niet? Thomas Vanoutrive: ‘Niet iedereen kan zomaar kiezen waar hij of zij wil wonen. Betaalbare woningen in het centrum zijn schaars. Mensen met een lager inkomen, zoals ouderen of alleenstaanden, worden meer en meer verdrongen naar de rand van de stad, waar minder voorzieningen zijn. Als ze dan geen auto hebben, raken ze geïsoleerd. Dat is zeker een werkpunt voor ons woonbeleid. Iedereen – zeker gezinnen zonder auto – moet kunnen wonen in een buurt met voldoende basisvoorzieningen.’

Rol van de overheidVolgens Thomas Vanoutrive moet de overheid een grote rol blijven spelen in onze mobiliteit. Dat betekent niet alleen investeren in open-baar vervoer, maar ook in fiets- en voetpaden en publieke voorzieningen. ‘Naast het regu-liere openbaar vervoer zijn er alternatieve oplossingen ontstaan, zoals vrijwilligers die minder mobiele mensen vervoeren. Zulke alternatieven zijn het onderzoeken waard. Maar het is aan de overheid om alles in goede banen te leiden en te garanderen dat niemand wordt uitgesloten.’ •

‘Op termijn kunnen we crèches, dorpsscholen en apotheken combineren rond belangrijke bus-, tram- en trein- haltes’

Thomas Vanoutrive, onderzoeker UAntwerpen

Page 12: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

12 | OP 1 LIJN - MAART 2016

In de Westhoek loopt sinds 2015 een project dat de concrete vervoernoden in kaart brengt. De eerste resultaten ondersteunen het concept van basisbereikbaarheid: ‘Lokale vervoermogelijkheden kunnen het openbaar vervoer aanvullen.’

De Westhoek heeft een sterke kern van openbaar vervoer nodig

Dossier Basisbereikbaarheid

Project ‘Service Design’

‘Vrijwilligers en lokale vervoers- initiatieven kunnen een kernnet van bussen en trams aanvullen’

Dieter Hoet, coördinator Westhoekoverleg

De Westhoek is een van de meest lande-lijke regio’s van Vlaanderen. Er zijn veel vlotte autoverbindingen en de inwoners doen het merendeel van hun verplaatsin-gen met de wagen. ‘Maar mensen die geen wagen hebben of er niet mee overweg kunnen, willen we een duurzaam alterna-tief aanbieden’, vertelt Dieter Hoet van Westhoekoverleg. ‘Om aan te tonen dat het ook zonder auto kan, namen wij in 2015 deel aan het project ‘Service Design in de Westhoek’. We wilden de vervoer-noden van de Westhoek in kaart brengen voor wie zich zonder wagen verplaatst.’

DesignbureauHet project ‘Service Design’ was een initia-tief van de afdeling Design Vlaanderen (Agentschap Ondernemen).

Westhoekoverleg trad op als lokale partner. Ook De Lijn en Fietsberaad Vlaanderen namen deel.

Dieter Hoet: ‘We lieten ons begeleiden door designbureau Yellow Window. Samen onderzochten we hoe we het vervoeraanbod (‘service design’) in de Westhoek beter kunnen afstemmen op de vraag. Dat gebeurde op verschillende manieren. Enkele medewerkers verplaats-ten zich een tijdlang in de Westhoek zonder auto. We organiseerden ook workshops met deelnemers die maximaal representatief waren voor de bevolking. In het Streekhuis van Westhoekoverleg hebben we hele dagen participatieve onderzoeken gevoerd. Zo konden we veel informatie verzamelen.’

Nieuwe visieDe denkoefening wierp vruchten af: Westhoekoverleg besloot zijn eigen mobiliteitsvisie bij te sturen. Dieter Hoet: ‘Na de besparingen van De Lijn in 2012 hadden we al met de lokale besturen bekeken wat we zelf konden doen. De visie van toen is nu met nieuwe elementen aangevuld. Een interessant concept is het streven naar ‘dorpshubs’ of dorpspunten waar zoveel mogelijk lokale vervoersmoge-lijkheden worden aangeboden. Die worden dan gekoppeld aan grote assen van het openbaar vervoer.’

‘Een belangrijke conclusie is: een lokaal bestuur kan pas zijn verantwoordelijkheid opnemen op het vlak van mobiliteit als

Page 13: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

13MAART 2016 - OP 1 LIJN |

Dossier Basisbereikbaarheid

er voldoende openbaar vervoer is. In de Westhoek is het aanbod veeleer beperkt, en dat vormt een struikelblok voor lokale initiatieven. Je kunt niet van vrijwilli-gers of plaatselijke vervoersinitiatieven verwachten dat ze lange afstanden over-bruggen. Ze moeten ergens op kunnen aansluiten. Concreet voor de Westhoek is er nood aan twee grote assen door de streek waarop andere initiatieven kunnen “aantakken”. Zonder die ruggengraat lukt het niet.’

Kleine woonkernenOok inzake ruimtelijke ordening is veel verbetering mogelijk. Om vervoer efficiënt te organiseren, is geconcen-treerde bebouwing beter dan verspreide woonkernen. Dieter Hoet: ‘Idealiter mikken we in de Westhoek op vlotte verbindingen van en naar de vier klein- stedelijke centra: Veurne, Diksmuide, Ieper en Poperinge. Vanuit die kleine steden moeten we geconcentreerd vervoer aanbieden naar de buitenregio’s. Door sociale en commerciële functies zoveel mogelijk te integreren, kunnen

we de mobiliteitsfunctie lokaal onder-steunen. Maar zoiets vraagt tijd. De Westhoek is wat ze is: een uitgestrekt gebied met 102 kleine woonkernen, verspreid over 18 gemeenten. Dat kun je niet zomaar wegvegen. Voorlopig moeten we ons vervoeraanbod afstemmen op de reële situatie.’

BouwblokkenHet project ‘Service Design in de Westhoek’ liep van januari tot december 2015. Het eindrapport werd in januari afgewerkt. ‘De lessen die we geleerd hebben, willen we nu zoveel mogelijk delen met de Vlaamse overheid en de lokale besturen’, zegt Dieter Hoet. ‘Met het ‘Service Design’-project hebben we een nuttig kader ontwikkeld met bouwblokken waarmee lokale besturen zelf aan de slag kunnen. Dat instrument wil-len we met anderen delen. Zo werken we samen aan een optimale mobiliteit.’ •

Wat is het Westhoekoverleg?

Het Westhoekoverleg is een samen- werkingsverband tussen de 18 steden en gemeenten van de Westhoek. In een samenwerkingsprotocol spreken ze dui-delijke doelen af om de belangen van de Westhoekgemeenten te verdedigen en de onderlinge samenwerking te verbeteren. Een samenwerkingsprotocol is telkens zes jaar geldig. Het eerste protocol dateert van 1994.

Page 14: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

14 | OP 1 LIJN - MAART 201614 | OP 1 LIJN - MAART 2016

Page 15: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

15MAART 2016 - OP 1 LIJN |

Het verhaal achter de foto

Bus krijgt prominente plek aan nieuwe scholencampus Heusden-Zolder

Vanaf 1 september 2016 delen de twee campussen van het Sint-Franciscuscollege in Heusden-Zolder één stek: de uitgebreide en vernieuwde Campus Berkenbos. De Lijn verplaatst haar bushalte naar de nieuwe hoofdingang: ‘Samen met de gemeente en de school zorgen we voor veilige en comfortabele bushalte-infrastructuur.’

Het Sint-Franciscuscollege in Heusden-Zolder bestaat al decennia, maar de afgelopen twee jaar kreeg de campus er heel wat nieuwe gebouwen bij. Daardoor ligt de hoofdingang voor leerlingen en personeelsleden nu in een andere straat. ‘Door de uitbreiding van de campus is de Minderbroedersstraat, waar vroeger de ingang was, een doodlopende straat geworden’, zegt Michaël Berten, deskundige Doorstroming bij De Lijn Limburg. ‘Daarom hebben we onze bushalte verplaatst naar de nieuwe hoofdingang aan de Pater Amideuslaan. De nieuwe routes van onze bussen kwamen tot stand in overleg met de gemeente en het college.’

Meer ruimteDe gemeente hield bij de herinrichting van de Pater Amideuslaan uitgebreid rekening met het openbaar vervoer. ‘De oude bushalte was vrij klein, en de leerlingen konden maar in één bushokje schuilen. Aan de nieuwe bushalte hebben de leerlingen meer ruimte om te wachten. Er staan ook vier schuilhuisjes’, vertelt Gunther Awouters, verantwoordelijke wegen en verkeer bij de dienst Patrimonium Heusden-Zolder. ‘De bushalte is volledig gescheiden van het doorgaande verkeer, zodat iedereen veilig kan op- en afstappen.’

De nieuwe bushalte ligt vlak voor de hoofdingang van de campus. Het omliggende terrein wordt onder meer gebruikt als parking voor de personeelsleden van de school. De nieuwe halte is ook toegankelijk voor mensen met een beperking. Gunther Awouters: ‘De samenwerking met De Lijn en het college is heel vlot verlopen: in minder dan twee jaar was alles goedgekeurd én aangelegd. De kennis en expertise van De Lijn kwamen goed van pas bij het ontwerp van de halte en de nodige ingrepen voor toegankelijkheid. De gemeente Heusden-Zolder heeft het project grotendeels gefinancierd. Het resultaat is een ruime, veilige en comfortabele bushalte voor alle leerlingen van de nieuwe campus.’ •

Page 16: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

16 | OP 1 LIJN - MAART 2016

Centrum Express lokt meer Mollenaars naar de busSinds september zijn de belbussen in de gemeente Mol vervangen door twee nieuwe, vaste buslijnen. Die verbinden enkele gehuchten met het centrum van Mol. De nieuwe Centrum Express is een succes: het aantal reizigers stijgt elke maand.

Actueel

Vorig jaar werden heel wat belbussen in de provincie Antwerpen afgeschaft. Ook de belbus van Mol was daarbij. De maatregel was een gevolg van besparingen bij De Lijn. ‘Door de afschaffing geraakten inwoners van kleine gehuchten nog moeilijk in het centrum van Mol’, zegt schepen van Mobiliteit Paul Vanhoof. ‘Vooral minder mobiele senioren vroegen een alternatief.’ Daarom besliste De Lijn in overleg met de gemeente om de vroegere belbusjes om te vormen tot twee vaste lijnen.

Naar het stationDe bussen van Lijn 1 en Lijn 2 rijden eenmaal per uur tussen het centrum van Mol en enkele gehuchten. ‘De vroegere belbussen werden vooral gebruikt om naar het station te rijden. Daarom hebben we het uurrooster van de nieuwe lijnen afgestemd op de vertrekuren van de treinen’, zegt Kasper Smets, medewerker Marketing bij De Lijn Antwerpen. De Mollenaars zijn alvast enthousiast. Paul Vanhoof: ‘We krijgen veel positieve reacties. In oktober hadden we al driemaal meer reizigers dan de maanden voordien. Dankzij een promotiecampagne is dat aantal sindsdien nog gestegen.’

Gratis proberen De Lijn staat in voor de financiering van de nieuwe lijnen, de gemeente Mol zorgt voor de promotie. Zo verscheen in december een bon in het gemeente-blad waarmee Mollenaars de buslijnen gratis konden uitproberen. In totaal ruilden 275 passagiers de bon in voor een gratis rit. ‘Intussen zijn we gestart met een nieuwe campagne, die we “Rondje Mol” hebben genoemd’, zegt Paul Vanhoof. ‘Met die actie kunnen mensen voor 10 euro een tienritten- kaart kopen. De kaarten gelden op alle bussen van De Lijn in de gemeente Mol. De financiering gebeurt via een derdebetaler- systeem. We doen er alles aan om de Centrum Express te doen slagen.’ •

! De Centrum Express rijdt op weekdagen tussen 6.30 uur en 20.30 uur. Op zaterdag, zon- en feestdagen kun je de bus nemen tussen 8.30 uur en 18.30 uur.

Page 17: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

Het gemeentebestuur van Zwijndrecht heeft samen met De Lijn een nieuw derdebetalersysteem uitgewerkt. Een jaarabonnement kost daardoor nog maximaal 28 euro. Ter vergelijking: een Omnipas voor een volwassene kost nor-maal 299 euro. Jongeren tot 25 jaar krij-gen hun abonnement zelfs gratis. ‘Met die maatregel willen we het openbaar vervoer in onze gemeente een pak goedkoper maken’, zegt burgemeester André Van de Vyver. ‘Tot voor kort konden alleen kin-deren tot 12 jaar gratis met de bus en de tram rijden. Nu geldt dat voor alle scho-lieren. Een gezin met drie kinderen spaart zo al snel 600 euro uit.’ Voor 65-plussers kost een jaarabonnement 51 euro, maar de gemeente betaalt de meerprijs van 23 euro terug.

Schone luchtDe nieuwe maatregelen kosten Zwijn-drecht zo’n 900 000 euro per jaar. ‘Dat is veel, maar het loont de moeite’, vindt burgemeester André Van de Vyver. ‘Zwijndrecht ligt tussen twee grote

snelwegen en krijgt veel fijn stof te slikken. Hoe meer mensen de auto aan de kant laten staan, hoe beter. Bovendien sta je toch steeds vaker in de file. In plaats van op openbaar vervoer te besparen, vinden wij het als gemeente beter om er extra in te investeren.’

Meer capaciteitDe onderhandelingen tussen Zwijndrecht en De Lijn namen enkele maanden in beslag. Er komen geen extra lijnen, maar De Lijn onderzoekt wel of ze de capaciteit van de trams kan verhogen. De gemeente financiert het derdebeta-lersysteem en voert actief promotie. Het nieuwe DBS lijkt aan te slaan: in de eerste weken van januari werden al 9 000 abon-nementen voor volwassenen verkocht. •

17MAART 2016 - OP 1 LIJN |

Jongeren rijden gratis met bus en tram in Zwijndrecht

Sinds 1 januari genieten de inwoners van Zwijndrecht van een nieuw derdebetalersysteem (DBS). Jongeren tot 25 jaar rijden gratis met de bussen en trams van De Lijn. Alle andere inwoners krijgen 90 procent van hun abonnement terugbetaald. De gemeente investeert jaarlijks 900 000 euro in de maatregel.

Nieuw derdebetalersysteem

‘We vinden het beter om in openbaar vervoer te investeren dan erop te besparen’

Burgemeester André Van de Vyver

3 83

Page 18: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

18 | OP 1 LIJN - MAART 2016

In februari startte De Lijn met een grondige inventarisatie van haar haltes. De haltemannen evalueren elke halte op het vlak van locatie, toegankelijkheid, beheer en mogelijke verbeteringen. Het doel: het comfort van de reizigers verhogen. Wij gingen een dag op stap met haltemannen François Van Aerschot en George Aelbrecht in Tervuren!

Wat kan er beter aan onze haltes?

Op stap met de halteman

Hoe toegankelijk is de halte?

Halteman François Van Aerschot: ‘Ik controleer alles wat een invloed kan hebben op de toegankelijkheid van een halte. Kunnen ouders met een kinderwagen de stoep oprijden? Is de haag langs de weg smal genoeg om rolstoelgebruikers niet te hinderen? Is het trot-toir in goede staat? Verbeterpunten meld ik aan de gemeente waar de halte staat.’ In de toekomst zullen reizigers met de routeplanner van De Lijn kunnen opzoeken of een halte toegankelijk is. Het staat ook met iconen aangegeven op het haltebord: niet toegankelijk, toegankelijk voor personen met motorische beperkingen, toegankelijk voor personen met motorische beperkingen met assistentie en/of toegankelijk voor personen met visuele beperkingen. Zo kies je mak-kelijk een geschikte halte. Op termijn wil de Vlaamse overheid werken aan meer toegankelijke haltes.

Waar bevindt de halte zich? Halteman George Aelbrecht: ‘Met een tablet met gps kan ik de pre-cieze ligging van elke halte bepalen. Die moet juist zijn, want De Lijn werkt met hypermoderne boordcomputers. Die geven real time-in-formatie over waar de bus zich op elk moment bevindt. Zonder die informatie loopt onze planning in het honderd. Reizigers kunnen ook nauwkeurig in de gaten houden wanneer hun bus eraan komt.’ De Lijn deelt haar informatie met de lokale besturen. Zo kunnen steden en gemeenten hun stratenplannen verfijnen.

Page 19: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

19MAART 2016 - OP 1 LIJN |

Op stap met de halteman

Wat kan er beter aan onze haltes?

Michaël Dhoore

Welke voorzieningen zijn er?

Halteman George Aelbrecht: ‘Ik controleer de toestand van de schuilhuisjes aan een halte nauwkeurig. Regent het niet binnen? Beschikt het schuilhuisje over een zitbank en een vuilnisbak? Is er een fietsenstalling? Zijn de informa-tieborden met de dienstregeling van de bussen voldoende leesbaar? En is de informatie up-to-date? Ik bekijk ook of er voorzieningen ontbreken. Zie ik her en der fietsen staan, dan noteer ik dat er nood is aan fietsbeugels of een fietsenstalling.’

Zijn er extra verbeterpunten?Halteman François Van Aerschot: ‘Bij elke controle van een halte kan ik speciale opmerkingen toevoegen aan mijn verslag. Als een schuilhuisje bijvoorbeeld dringend een onderhoud nodig heeft, zal ik dat melden.’

Page 20: OP1 LIJN Op1Lijn-maart2016-LR_tc… · seerd met de MIVA en de MIVG, de stadsvervoerders in respectievelijk Antwerpen en Gent tot de Vlaamse Vervoermaatschappij (De Lijn). De oprichting

Uitsmijter

ONTDEK ERFGOEDDAG MET DE DUO-DAGPASVan een plechtig huwelijk tot ‘hout vasthouden’: mensen gebruiken al eeuwenlang kleine en grote rituelen om hun leven meer betekenis te geven. Wil je meer weten over leuke of opvallende rituelen in Vlaanderen en de wereld? Heb je interesse in het Vlaamse en Brusselse erfgoed? Kom dan op zondag 24 april naar de zestiende editie van Erfgoeddag, met als thema ‘Rituelen’.

Gratis inkomVoor de prijs hoef je het alvast niet te laten: alle evenementen zijn gratis en De Lijn ondersteunt Erfgoeddag met een duo-dagpas. Wie de bon uit de folder van Erfgoeddag knipt en aan de bus- of tramchauffeur geeft, krijgt twee dagpassen en mag gratis reizen naar een deelnemend evenement. De dagpassen zijn enkel geldig op zondag 24 april.

! Meer info: www.erfgoeddag.be of www.delijn.be