ONZE MUSICI - Wikimedia · 2019. 10. 19. · FIENRI ALBERS, Iste baryton aan de ALBERS. „Opera...

306
ONZE MUSICI Rotterdam Nijgh 8( Van Ditmar's Uitgevers-Maatschappij

Transcript of ONZE MUSICI - Wikimedia · 2019. 10. 19. · FIENRI ALBERS, Iste baryton aan de ALBERS. „Opera...

  • ONZE MUSICI

    Rotterdam Nijgh 8( Van Ditmar's Uitgevers-Maatschappij

  • ONZE MUSICI

  • 0 \Z EMUSICI

    PORTRETTEN ENBIOGRAFIEEN

    (Tweede, geheel hernieuwde druk)

    RotterdamNijgh & Van Ditmar's Uitgevers-Mij.

  • VOORBERICHT

    Deze tweede uitgave heeft uitsluitend den titel

    gemeen met den vorigen druk, al het andere,

    zoowel portretten als tekst is geheel nieuw.

    Een 15o-tal levende, Nederlandsche „Musici",

    in den algemeenen zin van dit woord, zijn opge-

    nomen. Wij hebben dit getal niet willen uitbreiden,

    want waar is anders de grens ?

    Voor hunne biografieên zijn geheel nieuwe

    gegevens verzameld, die uitgewerkt zijn tot op het

    tijdstip van verschijnen ; naast de biografie geven

    wij het laatste portret in artistieke reproductie.

    De biografieên en portretten van enkele musici,

    die wij to laat ontvingen voor opname in de alfa-

    betische volgorde, zijn aan het einde geplaatst.

    Moge ons boekje voor iedereen een aangenaam

    en interessant bezit zijn.

    DE UITGEVERS.

  • H ENRIFIENRI ALBERS, Iste baryton aan de

    ALBERS. „Opera Comique" in Parijs, werd

    I Februari 1866 te Amsterdam gebo-ren. Al vroeg kwam hij als leerling aan detooneelschool, waar mevrouw KLEINE-GA RTMANtot zijne opleiding bijdroeg. Nadat ALBERS alstooneelspeler gedebuteerd had, ging hij zich latergeheel aan de lyrische kunst wijden, en warenFaure (Parijs) en Bevignani (Milaan) zijne Zang-paedagogen. Op aanraden van MASSENET legdehij zich voornamelijk toe op het vormen van eenFransch repertoire. Al spoedig aan het Theatreroyal te Antwerpen verbonden, trad hij daar nu ookin verschillende belangrijke rollen op en werd laterachtereenvolgens geengageerd in Bordeaux enLonden, maakte daarop eene tournee door Amerikaen kwam bij zijn terugkeer (in 1894) als iste barytonaan de Opera Comique in Parijs, waar hij debu-teerde in Carmen en „Pecheurs de Perles" (Bizet).

    Na een seizoen in Brussel en Nice gezongente hebben, engageerde de directie der „OperaComique" hem opnieuw.

    In verschillende groote wereldsteden, trad ALBERSop, o.a. te Londen, Bordeaux, New-York, Berlijn,Weenen, Parijs, Rome, Nice, etc. Met bekende artis-ten, als EAIMA CALVE, MELBA, JEAN en EDOUARDDE RESKE, POL PLANCON, enz. zong hij te zamen.

    Tot zijn uitgebreid repertoire behooren partijenuit opera's als Tannhaaser, Hamlet, Salambo,Don Juan, le Chemineau, Mackbeth, L'Ancetre,(Saint-Satins), Therese, (Massenet) enz. enz.

    Sedert 1900 is HENRI ALBERS „officier de l'In-struction publique".

    8

  • WILLEM ANDRIESSEN is eenWILLEM onzer jongste toonkunstenaars.ANDRIESSEN.

    In 1887 te Haarlem geboren,ontving hij zijne muzikale opleiding aan hetAmsterdamsch Conservatorium, waar J. B. DEPAU W (piano) en BERNARD ZWEERS (compositie)zijne leermeesters waren (1903-1906). Nadat heteind-diploma hehaald was, trad ANDRIESSEN opals solist, zoowel in het buitenland als bier, o.a.te Frankfurt, Berlijn, Dresden, Leipzig.

    In 1908 viel hem de „Prix d' Excellence" voorpiano van het Conservatorium te Amsterdamten deel.

    Maar bovenal is AND RI ESSEN een onzer meestbelovende componisten. Van zijne werken noemenwij : Klavierconcert in des ; Drie Liederen, Orkest-werken ; — en afwijkend van de voorgaandecomposities, werd door hem in 1911 een „Open-luchtspel : Willem van Holland" getoonzet voorde Utrechtsche Lustrumfeesten.

    Van of I Januari 1912 a.s. zal WILLEM A NDRIES-SEN te 's-Gravenhage gevestigd zijn, waar hijsedert 1910 verbonden is als leeraar voor piano-spel aan het Koninklijk Conservatorium.

    I0

  • PETERAN ROOY.

    PETER VAN ANROOY, de corn-

    VAN ponist der bekende „Piet Hein"rhapsodie, is 13 October 1879

    te Zalt-Bommel geboren. Zijne opleiding kreeghij te Utrecht van JOHAN WAGENAAR en G. VEER-MAN, terwijl hij later te Moskou bij WILLEM KESstudeerde.

    Nadat zijne studiejaren achter den rug waren,werd de I ste violist-plaats in het Tonhalle-orkestte Zurich door hem ingenomen, daarna was hijwerkzaam te Glasgow.

    Weder in Holland teruggekeerd benoemde menhem nu achtereenvolgens als direkteur van hetStud. Muziekgez. „Sweelinck" te Amsterdam, tot2den dirigent van het Lyrisch Tooneel en in 1905,na een tijd van proef-dirigeeren, tot direkteur vanhet Harmonie-Orkest te Groningen.

    Als gast-dirigent trad hij op te Eastbourne(Engeland) en te Lausanne.

    Tegenwoordig is PETER VAN ANROOY direkteurder Arnhemsche Orkestvereeniging en der Zang-vereeniging van Toonkunst te Arnhem.

    Zijne voornaamste werken zijn : „Piet Hein",Hollandsche rhapsodie voor orkest, die te Berlijnen in verschillende Duitsche steden, als ook teBasel, Zurich, Kopenhagen uitgevoerd werd ; „dasKalte Herz", orkest-fragmenten ; Ballade, voor vioolmet orkest-begeleiding.

    12

  • Geboren te Willinge LangerakANION (tar.) i8 Februari 186i. ZijneAVERKAMP.

    ouders vestigden zich in 1863te Amsterdam en genoot hij zijne muzikale oplei-ding van DANIEL DE LANGE aldaar, later vanFRIEDRICH KIEL te Berlijn en JOSEPH RHEINBERGERte Munchen.

    HASSELBEEK te Munchen en MESSCHAERT teAmsterdam waren zijne leermeesters voor den zang.

    Van 1886-1903 was AVERKAMP verbonden alszangleeraar aan de Muziekschool van Toonkunstte Amsterdam, daarna stichtte hij aldaar eeneparticuliere inrichting voor zangonderwijs.

    Behalve eenige bundels liederen, en verschillendekoorwerken zijn van hem verschenen: opus 2 Sonatevoor piano en viool, opus 7 „Elaine and Lancelot",symphonische Ballade voor orkest, opus 8 „DecoraLux", Hymne voor solostemmen, koor en orkest, enz.Een paar ouverturen, eene symphonie en eeneopera : „De Heidebloem" bleven in manuscript.

    In 1890 stichtte AVERKAMP het Amsterdamscha Capella-koor, dat in de voornaamste steden vanons land optrad, en ook in Duitschland, Belgie,en Frankrijk veel bijval oogstte.

    AVERKAMP werd benoemd tot lid van verschil-lende Genootschappen en ontving in 1906 bij hetRembrandt-feest, paar aanleiding zijner „Rem-brandt-Hymne" het Ridderkruis in de orde vanOranje-Nassau.

    14

  • ARY Geboren 28 Mei 1870 te Am-BELINFANTE. sterdam. Hij ontving vroegtijdigmuziekonderwijs van zijn vader. Hoewel bestemdvoor de studie der medicijnen, besloot hij op21-jarigen leeftijd om zich geheel aan de muziekte wijden en studeerde twee jaar aan hetConservatorium te Amsterdam, onder leiding vanJULIUS RÔNTGEN (klavier) en DAN. DE LANGE(contrapunt en compositie) terwijI hij daarna de tech-nische zijde van zijn spel onder leiding van HENRITIBBE verder ontwikkelde.

    BELINFANTE werd in 1893 leeraar in klavierspel,in '94 ook voor muziekgeschiedenis, aan de orkest-school te Amsterdam. Na opheffing dier schoolstichtte hij met den heer S. VAN ADELBERG deEerste Particuliere Muziekschool, geheel op denvoet van Conservatorium ingericht.

    Tot zijne geschriften behoort : „Leiddraad bijhet onderwijs in de Muziekgeschiedenis", Welkeeen derden druk beleefde. Hij richtte met denheer J. H. GARMS JR, de Vereeniging vanMuziekonderwij zers en onderwijzeressen (M uziek-paedagogisch Verbond) op ; was sedert onafgebrokenvoorzitter dier Vereeniging en redacteur van hetMuziekpaedagogisch orgaan dier Vereeniging.

    ARY BELINFANTE trad bij herhaling in- en buitenAmsterdam als pianist op, o.a. met de orkestenvan Utrecht, Arnhem en Groningen.

    16

  • Geboren te Rotterdam 2 Sept,JOHANNES 1869, ontving hij zijn opleidingCORNELIS aan de M uziekschool van Toon-BERGHOUT. kunst, alwaar hij voor Vioole enPianospel alsmede voor Contrapunt en Composi-tieleer de kunstklassen volgde, toen onder leidingvan muziekautoriteiten als Professor FRIEDRICHGERNSHEIM en WILLY HESS.

    Onderwijs in harmonie en instrumentatieleergenoot BERGHOUT van den hoogst bekwamentoonkunstenaar FERDINAND BLUMENTRITT.

    Alhoewel hij reeds op jeugdigen leeftijd tot hetvak van muziekonderwijzer geroepen werd, en alszoodanig steeds tal van leerlingen om zich verza-meld zag, vond hij toch nog tijd en lust om zijngeliefkoosd werk, n.l. componeeren en instrumen-teeren, voort te zetten.

    In den loop der jaren verschenen dan ook tal-rijke composities van zijn hand, als : liederen,viool- en pianostukken, fantasiên, sonaten, eenklaviertrio en een klavierkwartet. Behalve dezewerken voor kamermuziek, schreef BERGHOUT ooktalrijke orkest- en koorwerken, waaronder :

    Ouverturen en fantasiestukken voor orkest, als-mede mannen- en gemengde koren, een Te Deumvoor gemengd koor, soli en orkest, de V IIIstePsalm voor gemengd koor (a capella) en een Can-tate „Winter" (woorden van G. LEENHEER) voordriestemmig kinderkoor en orkest.

    Binnen- en buitenlandsche koren en orkestenvoerden herhaaldelijk zijne werken uit, o. m. hetphilharmonisch orkest te Scheveningen.

    18

  • Den 7den Augustus 1869 teDAVID BLITZ.

    Rotterdam geboren , genoot

    DAVID BLITZ zijne opleiding aan de muziekschool

    aldaar. Zijne leermeesters waren JOH. H. SJKE-

    MEIER, (piano); GERESHEIM, (contrapunt) en

    WILLY HESS, (viool). In 1891 vertrok hij naar

    Parijs om zijne piano-studie voort te zetten onder

    DIEMER en sinds dien heeft hij zich als virtuoos

    op verschillende concerten in Frankrijk, Duitsch-

    land, Engeland, Italie, Oostenrijk, Rumenie en

    Nederland (in 1892 te Scheveningen) doen hooren.

    Ook in vereeniging met Jos. HOLLMAN en

    JACQUES THIBAUD, heeft hij zich in 't buitenland

    doen hooren.

    De benoemingen van „Officier de 1' Instruction.

    publique", en die van „Bene Merentie" (na een

    concert bij de Koningin van Rumenie) werden

    hem toegekend.

    20

  • 7 Mei 1885 te Amsterdam geboren.WI LLEIVI Het eerste viool-onderricht ontvingDE BOER. hij van G. TH. ZWART, aan demuziekschool van BAREND KWAST. Later werdH. W. HOFMEESTER zijn leeraar en ten slottekwam hij onder leiding van BRAM ELDERING. Bijdiens vertrek naar Keulen werd CARL FLESCHhoofdleeraar en het is vooral aan hem, dat hijzijne vorming te danken heeft.

    In 1904 verliet hij met eervol diploma hetConservatorium, werd al dadelijk lid van het Con-certgebouw-orkest, om dat echter een jaar daarnaweder te verlaten. Onder FLESCH bekwaamdehij zich voor „den Prijs van Uitnemendheid", die hijdan ook verwierf in 1906. Achtereenvolgens bezochthij nu Berlijn en Parijs, en leerde THIBAUD naderkennen.

    In den Winter van 1907 gaf hij te Amsterdameen eigen concert, dat veel bijval had en traddienzelfden winter op als solist met het concert-gebouw-orkest.

    Nu volgde de benoeming tot hoofd-leeraar aanhet Conservatorium en tot eerste concertmeestervan de ZUricher Tonhalle-Gesellschaft, en nam hijde leiding op zich van het strijkkwartet waarinmedewerken : LIDUS KLEIN, PAUL EssEH enENGELBERT RONTGEN. 3 Historische viool-concer-ten georganiseerd te Zurich, maakten grootenindruk. Op zijne kunstreis naar Schotland gaf hijeenige concerten met het bekende Schotsche orkesto.a. te Edinburg en te Glasgow, en datzelfde jaarontving hij de vereerende uitnoodiging van deTonhalle-Gesellschaft om het zeer zware viool-concert, A dur. op : 'Icn van MAX REGER „in denHerzen der Leuten hinein zu spielen".

    22

  • de bekende pianobegeleider,COENRAAD

    werd 7 December 1875 teVALENTIJN BOS,

    Leiden geboren. Zijne leer-meesters waren achtereenvolgens TH. ENDERLE,JULIUS RONTGEN (van 1892-95), te Leiden enAmsterdam en daarna gedurende slechts 6maanden PROF. RUDORFF en PROF. BARTH,beide laatsten van de Hochschule te Berlijn.Met het onderricht van PROF. RUDORFF was Bosechter geenszins ingenomen.

    Door een introductie van den toenmaligenDR. MAX FRIEDLAENDER, kwam hij als tijdelijkebegeleider van den zanger EUGEN GURA in degelegenheid, om te Greifswald en te Stralsund endaarna te Berlijn te concerteeren.

    De kritiek te Berlijn was toen reeds zoo op-vallend goed, dat hij van alle zijden als accom-pagnateur gevraagd werd. Het optreden alsbegeleider van GURA duurde een winter, waarnaBos vast begeleider werd van den beroemdenDuitschen liederzanger VON ZUR MUHLEN, metwien hij gedurende 4 jaren op alle concertensamenspeelde.

    Bos noemt deze 4_ jaren zijn leertijd en voelt

    dat het samenwerken met dezen grooten kunste-

    naar hem gemaakt heeft tot wat hij is. Met hetgrootste geduld en met veel toewijding heeft deze

    24

  • grootmeester hem gevormd, en vrij lang heeft het

    geduurd eer Bos de tevredenheid van den zangerkon verwerven. Eerst een jaar na hun eerstegezamenlijk optreden schreef VON ZUR MUHLEN

    hem woordelijk : „Heute muss ich Ihnen zumersten Male sagen, dass Sie sehr schOn begleitethaben massen, denn ich babe nicht bemerkt dass

    Sie da waren ; Sie haben mich keinen einzigenMoment gestOrt, also miissen Sie schOn begleitethaben".

    In dien tijd richtte Bos met Jos VAN VEEN en

    JACQUES VAN LIER het „HoMndische Trio" op,waarmede veel succes werd geoogst.

    Dit Trio gaf jaarlijks te Berlijn 6 concertenen buitendien speelde het in andere steden vanDuitschland, in Oostenrijk, Scandinavia, Holland,Italia en Spanje.

    Vele der grootste kunstenaars op muziekgebiedwaren dit trio zeer genegen en zij hebben hethunne er toe bijgedragen, om het bekend temaken, door er hunne medewerking aan te ver-leenen ; zoo traden op concerten van het Trio alssolisten Op : VON ZUR MUHLEN, JOSEPH JOACHIM,Prof. WIRTH, LUDWIG WULLNER, JULIA CULP,TILLY KOENEN, ELENA GECHARDT, SISTERMANS,

    ALEX HEINEMANN, GODOWSKI.

    In 1910 trad JOS. VAN VEEN uit, in zijn plaats

    26

  • kwam Prof. HUGO HEERMANN. Het Trio verloordaardoor wel eenigszins zijn recht op den naam

    „Holldndisches Trio", maar won een medewerker

    van zeer grooten naam.Toen VON ZUR MUHLEN ophield met con-

    certeeren en zich to Londen vestigde als zang-leeraar, is Bos begeleider geworden van DR.WIALNER, wien hij sedert dien geregeld bleefvergezellen in bijna alle landen van Europa enin 1910 en 1911 ook in Noord-Amerika en

    Californiê.

    27

  • LEON C. LEON C. BOUMAN werd 2 December

    .MANBOU i82 in Den Bosch geboren. De be-ginselen der muziek werden hemgeleerd door zijn vader en zijn beide oudere broe-ders. Later kwam hij onder leiding van den AbbeJANSEN en R. HoL. Veelzijdig muzikaal ontwik-keld, bespeelde hij op 10-jarigen leeftijd het orgelin de St. Jozefskerk (waar hij later directeur-organist was), en trad spoedig in het publiek op.

    Achtereenvolgens benoemde men BOUMAN nuals leeraar aan de Gemeente-muziekschool, aande Kweekschool voor onderwijzers, als directeurvan het Koor der St. Catharinakerk, directeurder Gem. Zang-vereeniging en van de Liedertafel„Oefening en Ontspanning", totdat hij zich in1894 verplaatste met de Rijks-Kweekschool naarNijmegen en daar een jaar later de aanstellingkreeg van directeur der Toonkunst-muziekschool.

    Tevens stonden de zangkoren: „Aurora", dezangvereenigingen (afd. Toonkunst) te Nijmegenen Arnhem, een a Capella koor, etc. tijdelijkonder zijne directie. Na eene ernstige ongesteld-heid moest hij zich tot 1909 het dirigeeren ont-zeggen. Van of dien datum is hij wederom dir.der Nijmeegsche Orkest-vereeniging, naast zijnevroegere ambten.

    Te Nijmegen stichtte hij „Kunstenaars-concerten",later opgedragen aan het Utr. Stedelijk Orkest enaan het Concertgeb.-Orkest, ook ondernam hijvolksuitvoeringen van oratoria en andere grootewerken in vereeniging met de Arnh. Toonk. Zangv.

    Corr. lid der Mij. t. b. v. T., jurylid bij wed.-strijden, zit hij ook in de examens der N. T. V.der T. M. en van het L. 0. te Arnhem.

    Talrijke composities van BOUMAN zijn in drukverschenen.

    28

  • ^3

    }k

    f

    -♦E

  • NICOLAAS ARIEMAN

    geb. i8 Jan. 1854 te Delft,

    BOUW ontving zune muzikaleding aan de Kon. Muziek-school in Den Haag (theorie NICOLA1, vioolMULDER, fluit BOTGOSCHEK) en later in Utrechtvan RICHARD HoL. Hij is een voortreffelijk fluit-virtuoos, alsmede goed violist. Als solo-fluitist enviolist was hij van 1871—'78 werkzaam aan hetStedelijk Orkest te Utrecht. In 1878 benoemdtot kapelmeester bij de Stafmuziek van het 3de Reg.Inf. te Bergen op Zoom, heeft hij het 3de gemaakttot een der beste (men zeide in 1896 het beste)van ons land. In 1887 behaalde hij hiermede teMechelen den I sten prijs. Te Bergen op Zoomrichtte B. een mannen- en een dameskoor op. In1897 benoemd tot kapelmeester der Kon. Mil.Kapel van het Reg. Gren. en Jagers, volgde in1901 de benoeming door de Koningin tot Luitenant-Directeur dezer kapel. De kapel bezit nu eenvoortreffelijk symphonie-orkest en het harmonie-orkest heeft zijn ouden roem op artistiek gebiedherwonnen. Zijne composition bestaan in werkenvan allerlei richtingen, o.a. ouvertures, solowerken,liederen, eenige mannen- en vrouwenkoren, verder2 werken voor koor-orkest en onderscheidene arran-gementen voor mil. harmonie-orkest.

    Eerelid van verschillende zangvereenigingen inden lande, bezit B. o. m. de volgende onderschei-dingen : Ridder in de orde van Oranje-Nassau,Huisorde van Oranje, Kroonorde van Duitsch-land en die van Belgié, Officier de l'Instructionpublique.

    In 1911, tijdens de taptoe te Amsterdam enDen Haag, had hij de eer door H. M. aan denKoning en de Koningin van Belgie en den Presi-dent FALLIERES voorgesteld te worden.

    30

  • Geboren 25 Sept. 1884 teJonkvrouwe 's-Gravenhage. Zij kreegHENRIETTEJ.VAN het eerste onderricht vanDEN BRANDELER.

    JOH. WAGENAAR aan demuziekschool der Mij. t. b. v. Toonkunst te Utrecht.

    Kort daarop vertrok zij echter naar den Haag ;heeft daar veel te danken gehad aan CAR. HAR-DENBERG en JOH. DE KONINGH, vervolgens werdenS. v. GRONINGEN en DIRK SCHAFER hare leer-meesters voor piano.

    Inmiddels waren reeds eenige liederen, kleinerepianostukken en meerstemmige vrouwenkoren metklavierbegeleiding door haar getoonzet.

    Hare eigenlijke compositie-studie nam echtereerst een aanvang toen BERNARD ZWEERS teAmsterdam haar leeraar werd.

    In 1906 verscheen de eerste bundel liederen opHollandsche en Duitsche teksten, o.a. van HELENELAPIDOTH-SWARTH, GESELLE, enz. Daarop volgden3 liederen voor alt (paysages tristes op tekst vanVERLAINE), 7 liederen op teksten van JACQUESPERK, BOUTENS, ANNA RITTER e. a., voorts 3sopraan-liederen op teksten van BOUTENS.

    Behalve deze uitgaven zijn verscheidene kleinekoor- en kamermuziek werken, liederen met orkest-begeleiding enz., in manuscript ; een werk voor koormet orkest is in bewerking.

    Jonkvrouwe HENRIETTE V. D. BRANDELER istegenwoordig te Breda gevestigd.

    32

  • Geboren in Amsterdam 20CAREL BUTTER December 1881. Hij studeer-VAN HULST.

    de 3 jaar aan het conserva-

    torium te Amsterdam voor Opera en Concertzanger,

    onder speciale leiding van den Heer en Mevrouw

    FR. MORELLO en werd bij het einde van het 3de

    studiejaar geEngageerd aan de Rembrandtopera

    en een half jaar daarna aan de Konigl. Hofoper

    te Berlijn.

    Hier zong hij o.a. met CARUSO als Tonio in

    Paljas (Italiaansch) en absolveerde zeer vele con-

    certen o.a. Petersburg, Moskau, Boedapest en verder

    Duitschland en Oostenrijk. Na weder een jaar in

    Holland vertoefd te hebben ter voltooling zijner

    studie bij MORELLO (tegelijkertijd verbonden aan

    de Rembrandtopera) nam hij een engagement aan

    als le bariton aan de KOnigl. Kaiserl. Hofoper

    in Weenen, waar hij nu van of September 1911

    voor den tijd van 6 jaren verbonden is, onder den

    naam CAREL VAN HULST.

    34

  • JAN W. F.12 September 1868 werd teZutfen geboren JAN WILLEMBRAN DTS BUYS.FRANS BRANDTS BUYS, de

    oudste zoon van M ARIUS A. BR. BUYS en CATO

    QUANJER. Op zijn 9e jaar beg-on zijn vaderhem te onderrichten in klavier- en orgelspel eri in

    1883 verschenen van zijn hand reeds een zestalLyrische Stiickchen and Variationen, ter eere

    van 2ijn grootvaders 71n verjaardag. Een jaar

    tevoren was hij voor 't eerst als solo-organist op-getreden op een concert van zijn vader.

    Na te Utrecht voor organist van de Domkerkhet vergelijkend examen te hebben meegemaakt(in 1888) kreeg hij een rijksbeurs om in hetbuitenland te studeeren en ging, op wensch vanzijn vader, naar het Raff-conservatorium te Frank-fort a. M. (1889). Tevoren was JAN BRANDTS

    BUYS benoemd tot organist van de Broederen-kerk in zijn geboorteplaats en dirigent van eendameskoor, dat manuscriptwerkjes van hem uit-voerde (1887-89).

    Behalve een Klaviersonate en een Toccate enFuga, die hij vroeger componeerde, verscheenvan hem als opus I een Trio voor klavier, vioolen cello. Daarna zagen het licht : onderscheideneafzonderlijke liederen en klavierstukken : Vier

    Nachtliedjes (uit VAN EEDEN 'S „Ellen") ; een

    36

  • Concertstuk ; een hymne voor bariton, koor enorkest „Die Liebe" ; Koraalwerken voor orgel,een Suite voor strijkinstrument, hoorn en harp ;

    een Suite im alten Stil ; „De zang der Zee"; eensymphonisch gedicht voor groot orkest, eenSerenade voor strijkkwartet — die o. a. eenrepertoire-stuk is van het FiTzNER-kwartet teWeenen, en een romantische opera „Das Veilchen-

    fest", die in 1910 te Berlijn vertoond is.

    Den 28n Augustus 1897 trad hij in de Her-

    vormde kerk te Krems in het huwelijk met

    mejuffrouw VALENTI C. E. VON DZIEMBOWSKY.

    37

  • Deze werd 19 OctoberLultenant-Kolonel

    1857 op het huffs „TerE. v. BRUCKEN FOCK.Hooge" bij Middelburg

    geboren, en opgeleid aan de Kon. Mil. Academie

    to Breda (1875-1877). In laatst genoemd jaar kreeg

    hij de benoeming tot 2den luitenant-ingenieur ; in

    188o tot 1sten luitenant — daarna tot kapitein,

    majoor en eindelijk in 1910 tot luitenant-kolonel.

    P,aar hij zich tevens op de muziek toegelegd had,

    werden o.a. door hem gecomponeerd : Liederen,

    orkestwerken, het muziek-drama „Seleneia" en

    een dramatisch fragment voor solo-stemmen en

    orkest : „Elainens Tod".

    Zijne tegenwoordige woonplaats is De Bilt bij

    Utrecht.

    38

  • GERARD VON 28 December 1859 te Koude-kerke bij Middelburg- ge-

    BRUCKEN FOLK. boren, ontving hij aldaarhet eerst muziekonderwijs van VAN 'T KRUYS(vader van den componist), later van BEKKER enA. DE JONG.

    VOOr zijn heengaan naar Utrecht, dat ten doelhad, om zich onder leiding van R. H 01. te stellen,was reeds een bundel liederen van hem uitgegevenen had hij vele andere composities gemaakt. Zijneerste concert, te Middelburg- gegeven, in vereeni-ging met G. VEERMAN, G. V6LLMAR en S. VANADELBERG, dateert van 1878.

    Na een kort verblijf te Berlijn, waar hij werkteonder W. BARGIEL en FR. KIEL, woonde hij nuveelal te A'dam en dirigeerde er tijdelijk hetRemonstrantsch Zangkoor, en andere koren, ter-wijl zijne voornaamste werkzaamheid toch decompositie bleef.

    In 1904 vestigde hij zich te Aerdenhout bijHaarlem, waar hij nog woonachtig is, en zichook op het schilderen ging toeleggen.

    G. v. BRUCKEN Foci( gaf eene menigte con-certen in binnen- en buitenland, o. a. in samen-werking met TILIA HILL en CARL FLESCH."zijne gedrukte composities loopen tot opus 26,

    en dan zijn er nog vele in manuscript. Underdeze uitgegevene behooren : het Oratorium „DeWederkomst van Christus", vele Praeludién voorpiano, Duitsche en Hollandsche liederen ; onderde niet-uitgegevene : de Symphonie in bes ; 2„Lieder vom Meer", eene Pinkstercantate, piano-stukken etc.

    Op het oogenblik werkt hij aan een muziek-drama „Jozal", waarin de idee van „De Weder-komst van Christus", op sociaal gebied zal over-gebracht worden.

  • CORNELISCORNELIS COENEN is 19 Maart

    COENEN. 1838 in Den Haag geboren. Naleerling geweest te zijn aan de

    Kon. Muziekschool aldaar, trad hij reeds spoedigals solo-violist op, en maakte groote concertreizen.

    In 1859 benoemde men COENEN tot dirigent

    van het schouwburg-orkest te Amsterdam, eenjaar later echter werd hij dirigent van het StedelijkOrkest te Utrecht en Kapelmeester der Schutterij.Als zoodanig was hij ruim 30 jaar werkzaam.

    COENEN is dientengevolge gerechtigd tot hetdragen van het officierskruis van XXX jaar dienstals officier-kapelmeester bij de schutterij.

    Opgevolgd in 1892 door WOUTER HUTSCHEN-

    RUYTER, ging COENEN als viool-leeraar en direkteur

    van het Nijmeegsche Symphonie-Orkest naar

    Nijmegen.Zijne composities bestaan in : 2 suites, eenige

    ouverturen, koorliederen, kleinere werken voorsymphonie-orkest, intermezzo's, enz.

    42

  • x^ 3

  • WILLEM Hij werd geboren in Rotterdam,COENEN. 17November 1837 en kreeg uit-

    sluitend zijne opleiding van zijnvader en zijne zuster.

    Het allereerst optreden als pianist dateert van1852, en wel op een concert, gegeven door Mr.WILLEM PALING te Rotterdam.

    Op 17-jarigen leeftijd ging hij echter naar West-Indie, Paramaribo, Suriname, en bleef daar onge-veer 7 jaar, veel studeerend, geheel onafhankelijk,door het geven van lessen en concerten. Na dientijd ondernam COENEN eene kunstreis, concer-teerde in de voornaamste steden van Noord- enZuid-Amerika en ging in 1862 naar Londen, waarhij dadelijk zooveel succes had, dat het hem aan-moedigde om er zich voor goed te vestigen. Ditdeed hij dan ook, en in de 44 jaren van zijnverblijf aldaar, speelde hij op concerten in demeeste groote steden van Engeland en Frankrijk.Toen volgde de benoeming als eerste professoraan de Guildhall School of Music, en andere(muzikale) instellingen.

    Ook als componist heeft COENEN zich nietonbetuigd gelaten. Voor een concert door hemgegeven ten behoeve van Hollandsche armen teLonden, componeerde hij eene Caprice Concer-tante voor 8 piano's, door 16 pianisten uitgevoerd.Verder verschenen nog vele piano-werken enliederen.

    Toen hij nu vier jaar geleden naar rust ver-langde, nam hij ontslag uit zijne betrekking inLonden en vestigde zich in Lugano.

    44

  • geboren te Amsterdam 5 DecemberEVERT

    1884, kwam op I4-jarigen leeftijdCORNELIS

    op het Conservatorium aldaar, stu-

    deerde voornamelijk onder leiding , van J. B. C.DE PAULA en verliet die instelling met eind-

    diploma voor piano en den prijs van uitnemend-

    heid voor orgelspel in 1904. Van toen of zocht

    hij zich als dirigent te bekwamen en werd solo-

    repetitor bij de Vlaamsche Opera te - Antwerpen.

    Als pianist en organist deed hij in 1907 metMevrouw ALIDA LOMAN eene concertreis door

    onze Oost en Australia. Na zijn terugkeer be-

    noemd tot kapelmeester bij de Ned. Opera, onder

    C. V. D. LINDEN, debuteerde hij daar met „Hansel

    and Gretel" van HUMPERDINCK en in 1910 volgdezijne aanstelling tot Zen dirigent van het Concert-

    gebouw-orkest.

    46

  • „Uit het kleine land komen grooteJULIACULP.

    zangeressen” heeft pens een criticuste Weenen gezegd, toen kort na

    elkander Mevrouw NooRDEW IER-REDDINGIUS,

    TILLY KOENEN en JULIA CULP in de K eizerstad

    opgetreden waren. Inderdaad wordt JULIA CULPreeds sedert eenige jaren onder de eerste zange-ressen gerekend.

    JULIA CULP, te Groningen geboren op 6 Oc-tober 188o, toonde reeds als kind een mooie stemte bezitten. Reeds op twaalfjarigen leeftijd ont-ving zij zangonderricht van Mevrouw GRONEMAN

    te Groningen en de stem ontwikkelde zich der-mate, dat het besluit genomen werd om JULIA

    voor concertzangeres te doen opleiden. C 0 RNELIE

    VAN ZANTEN te Amsterdam en later ETELK AGERSTER te Berlijn zijn haar leeraressen geweesten hebben haar, van nature niet groot geluid,gevormd tot een stem van heerlijke welluidendheid,glans en draagkracht.

    JULIA CULP heeft vrijwel geheel Europa bereisd.Een refs door Spanje is eenige jaren geledenondernomen ; thans bestaan er plannen voor eengroote concertreis door de Vereenigde Staten.

    48

  • HUBERT Hij werd geboren den 26 Dec. 1873te Baexem bij Roermond, in welkeCUYPERS. stad hij zijne eerste muzieklessen(piano) ontving, totdat hij op 14-jarigen leeftijdonder leiding kwam van den Domchor-dirigentFRANZ NEKES te Aken, om zich in de klassiekekerkelijke toonkunst te bekwamen. Daar leerde hijde strenge werken der oude meesters kennen enals koorknaap in den Dom voelde hij eene diepevereering in zich ontwaken voor PALESTRINA...

    Na voltooide studie kreeg hij eene benoemingals Organist-Directeur te Amsterdam (van hetSt. Alphonsuskoor) en nam tevens de leiding derZangvereeniging „Arti et Religioni" en het„Utrechtsch Palestrinakoor" op zich.

    A.1 was zijn streven om de kerkelijke toonkunstin ons land op meer artistieke baan te Leiden, (inRome bestudeerde hij den traditioneel-Gregoriaan-schen zang der Benedictijnen en componeerde o.a.het „St. Alphonsus Oratorium, Missa Sancta Trini-tatis, een 8-stemmig 'Fe Deum), toch voelde hijzich zeer aangetrokken tot WAGNER en anderemoderne meesters.

    Bij BERNARD ZWEERS zette hij zijne studiênvoort en schreef nu het declamatorium „Terwe",dat sterk de aandacht trok als nieuwe kunstvorm,volmaking van het oude zoo gelaakte melo-drama.Kort daarna componeerde hij nog twee declama-toria „Die Wahlfart nach Kevlar" en „Dasklagende Lied".

    Op aanzoek van WILLEM ROOYAARDS bewerktehij voor diens tooneel-ensemble Vondel's drama„Adam in Ballingschap" en „Lucifer".

    Er bestaat plan om in 1912 VONDEL' S „Noach"met muziek van CUYPERS op te voeren.

    50

  • Geb. 3 Jan. 1877 te Schagen (N.-H.)THOM.

    Op het conservatorium te AmsterdamDEN IJS.

    ontving hij van 1896-1899 zijnemuzikale opleiding van de heeren DAN. DE LANGE,ZWEERS en DE PAUW. Mej. CORNELIE VANZANTEN was zijn leermeesteres voor den zang.

    Na het eindexamen conservatorium, werd hijdoor Hare Majesteit de Koningin in de gelegen-heid gesteld een jaar in Berlijn te studeeren.In 1900 1 e lyrisch-bariton aan het Arnst. Lyrisch-Tooneel, nam hij nog enkele lessen bij den ItaliaanALGIER te Parijs en verliet in 1903 dezeinstelling om als zangleeraar aan de Muziekschoolvan Toonkunst te Rotterdam werkzaam te zijn.Aangezien er nu spoedig veel te concerteeren viel,moest hij de lessen overlaten aan zijn vrouwEMMY DENIJS-KRUYT, die dan ook 5 jaar on-afgebroken als leerares aan de muziekschoolverbonden is geweest.

    Hij zong in de meeste groote steden van Neder-land, trad in het buitenland op : te Weenen, Parijs,Brussel, Antwerpen, Zurich, Bern en in talrijkeDuitsche steden. Zijn tegenwoordige woonplaatsis Berlijn, alwaar hij zich geheel aan de concert-carriere wijden zal.

    Reeds enkele malen zong THOM. DENIJS voorH. M. de Koningin, de Koningin-Moeder enden Prins.

    52

  • Geboren te 's-Gravenhage (1878),EM MY bracht deze zangeres haar jeugd ech-DENYS- ter door in Engelsch-Indie, waar haarKRUYT. wader consul-generaal was. Daar zijals kind reeds eene bizondere muzikaliteit aanden dag legde, gaf men haar al gauw pianoles enbezocht zij — na weder in Holland te zijn terug-gekeerd — het Kon. Conservatorium in Den Haag.Aanvankelijk voor piano bij AKKERMAN, kwamzij later voor zang onder leiding van ARNOLDSPOEL en besloot op 18 jarigen leeftijd om dezangcarriere te kiezen, niet zonder tegenwer-pingen van den kant haars vaders. Toen zij echtermet veel succes bij de Italiaansche Opera inDen Haag, in een kleine partij — die van „Willie" inMascagni's Opera „Rattcliff", — debuteerde (onderpseudoniem), moesten de bezwaren wel uit denweg geruimd worden. De jeugdige artieste stu-deerde nu nog 2 jaar te Parijs, bij ALGIER enMATHILDE MARCHESI, OM na dezen studie-tijd,waarin haar opera-repertoire gemaakt was, alsdramatische zangeres verbonden te worden aande Ned. Opera (dir. V. D. LINDEN) voor i winter,daarna aan het Amsterd. Lyrisch Tooneel.

    In 1905 benoemd tot leerares in solozang a. d.Muziekschool te Rotterdam, bleef zij daar werk-zaam tot 1911.

    Thans is zij te Berlijn gevestigd en wijdt zichverder aan de zang-paedagogiek. Een optredenin verschillende steden van Duitschland en Hollandals liederen- en oratorium-zangeres wordt tegemoetgezien.

    EMMY DENYS—KRUYT had de eer, voorH. H. M. M. en den Prins te zingen.

    54

  • BERNARD BERNARD DIAMANT is te DelftDIAMANT. geboren op 16 Juli 1872. Zijne

    eerste maatschappelijke schredenbewogen zich buiten het gebied der muziek. Dochreeds vroeg openbaarde zich bij hem een op-merkelijk-muzikale aanleg, die nog slechts leidingen ontwikkeling behoefde. Zulk een leiding vondDIAMANT, nadat J. H. B. SPAANDERMAN teGouda hem in de beginselen der muziek hadingewijd aan de Muziekschool te Rotterdam.Daar studeerde hij bij JoH. SIKEMEIER klavieren bij M. H. VAN ' T K RUIJS orgel, terwijl R.VON PERGER, ARTHUR SEIDEL, THEOD. VERHEYen F. BLUMENTRITT in hem een leerling vondenvoor de theoretische vakken.

    In 1896 werd D TAMA NT nu organist van deGroote Kerk der Ned. Herv. Gemeente te Delfs-haven, welke betrekking hij nog bekleedt.

    Sedert eenige jaren te Rotterdam woonachtig,volgde toen zijn benoeming- tot directeur der Chr.Gem. zangvereeniging „Excelsior", welker con-certen onder zijn leiding spoedig op een peil vanartistieke voornaamheid kwamen. Vele oratoriaheeft DTAMANT bij deze vereeniging gedirigeerd.

    Als directeur van de Rotterdamsche I.ieder-tafel, tot welke betrekking hij in 1902 werd be-noemd (in 1906 nam hij ontslag), bezorgde hij ophet 4o-jarig bestaansfeest dezer vereeniging deeerste uitvoering in ons land van „II Paradisoperduto" van ENRICO BOSSI.

    In zijne betrekking van leeraar aan de Gem.Vormschool tot Opleiding van Onderwijzeressente Rotterdam heeft hij zich als paedagoog vooralnaam gemaakt. De laatste jaren maakte hij deeluit van jury's voor vele muziekwedstrijden.

    DIAMANT is gehuwd met de operazangeresMARIE TAVERNE.

    56

  • CORN.CORNELIS DOPPER werd 7 Febr. 1870

    DOPPER. te Stadskanaal geboren. Hoewelvoornamelijk autodidact studeerde

    hij toch ook van 1887—'90 aan het conservatoriumte Leipzig, onder LEO GRILL, WENDEL1 NG enREINECKE.

    Bij zijn terugkeer benoemd tot leider eenerzangvereeniging te Hoogezand, vestigde hij zichin 1891 als muziekleeraar te Groningen. Daar corn-poneerde hij zijn opera ; „De Blinde van CastelCuille", waarmede hij in de Amsterdamsche Stads-schouwburg debuteerde. H ierop volgden tweesuites v. orkest, een aantal klavier-stukken, liede-ren, de Opera Frithjof en later nog 5 symphonién,verschillende opera's en andere werken.

    Langen tijd repetitor bij de vroegere Nederl.Opera (dir. C. v. D. LINDEN), is hij thans metEVERT CORNELIS plaatsvervangend dirigent vanhet Concert-gebouw-orkest te Amsterdam.

    Op zijne kunstreizen bezocht CORN. DOPPER :de Vereenigde Staten van Noord-Amerika, Canadaen Mexico.

    58

  • 20 April 1881 te Amsterdam ge-SEM boren. Zijne eerste muzieklessenDRESDEN. voor viool en piano ontving hij o.a.van MAURICE HAGEMANN en T. TOGNI te Am-sterdam.

    Aanvankelijk bestemd voor den handel, dochkunstenaar in zijn hart, vol ambitie om eene ern-stige muziekstudie te maken, zeide hij eindelijkhet kantoorleven vaarwel en stelde zich onderleiding van BERNARD ZWEERS (compositie entheorie), MAX LANDOW en HANS PFITZERER(Beide laatsten te Berlijn.)

    In 1905 werd hij directeur van enkele zang-vereenigingen te Tiel. Thans is hij directeur derToonkunst-afdeeling te Laren en van een dames-koor te Amsterdam.

    Als leeraar in het pianospel en theoretischevakken is hij van of 1 September 1911 verbondenaan de „eerste particuliere muziek school" (dir.V. ADELBERG en BELINFANTE) te Amsterdam.

    Behalve de uitgegeven „studiewerken" bestaanzijne composities uit : Liederen, eene viool-sonate,een Trio, een sextet voor piano en strijk-instru-menten en kleinere pianowerken. (Alles nog inmanuscript.)

    Het „Lied des Storms", mannenkoor a capella,werd uitgevoerd o.a. te Tiel en te Utrecht.

    SEM DRESDEN is getrouwd met de zangeresJACOBA DHONT.

    6o

  • Geboren te Amsterdam,FREDERIK HENDRIK 3o April 1860, is werk-VAN DUINEN. zaam te Amsterdam inden handel, als makelaar in metalen. Reeds opjeugdigen leeftijk trok VAN DUINEN ' S fraaie zang-stem veler aandacht. Op circa 2o-jarigen leeftijdzong hij op kerkconcerten ; ook trad hij bij ver-schillende liedertafels als solist op.

    Hij stelde zich onder leiding van ANT. AVER-KAMP en heeft ook veel aan Mr. HENRI VIOTTAte danken, bij wien hij rollen van zijn Wagner-repertoire instudeerde. In 1895 trad hij bij deNed. Opera, Dir. C. v. D. LINDEN op. Aanvankelijkals gast, vervulde hij allengs het geheele emplooivan 'sten Bas. Op dit moment is zijn repertoireruim 40 rollen.

    VOOr dat optreden had hij vaak bij uitvoeringender Wagnervereeniging verschillende rollen ge-zongen.

    In het buitenland en bij de opvoeringen derOpera-vereeniging trad hij herhaalde malen op enwerkte met de voornaamste buitenl. artisten vaaksamen.

    H. M. de Koningin benoemde hem in 1907 totRidder in de Orde van Oranje-Nas'au.

    62

  • 8 Juli 1865 te GroningenProfessorgeboren, kreeg hij zijne

    BRAM ELDERING.eerste viool-lessen aldaar

    van POORTMAN. Later zette hij zijne studiên voortte Brussel bij JEW, HUBAY om zich ten slotteonder leiding te stellen van den „grooten" JOACHIMin Berlijn.

    Na afloop van dezen studietijd kwam hij nu alsconcertmeester aan het Berlijnsche Philharmonischorkest en de Meininger Hofkapelle, — vervolgensin Holland teruggekeerd werd hij tot leeraar aanhet Amsterdamsch conservatorium benoemd. Tegen-woordig is BRAM ELDERING aan het Conserva-torium te Keulen verbonden.

    Achtereenvolgens was hij de leider van hetMeininger-kwartet, het Amsterdamsch-Conserva-torium kwartet en thans van het KOlner-kwartet.

    In de voornaamste steden van Duitschland,Holland, Belgiê, Engeland en Oostenrijk liet hijzich als solist hooren.

    De kOnigliche Professor titel, „das Verdienst-kreuz fur Kunst and Wissenschaft" (Meiningen)en de Ridderorde van de Ernestinische Hausorden"werden hem toegekend.

    64

  • CATO ENGELEN-SEWING, gebo-CATO ren te Amsterdam, kreeg hareENGELEN -

    opleiding bijna uitsluitend in dezeSEWING.

    stall, waar HEINZE, JACOB KWAST,mevrouw COLLIN-TOBISCH en JOHAN MES-SCHAERT hare paedagogen waren.

    In April 1890 debuteerde zij als Opera-zangeresen was nu 8 jaar verbonden aan de NederlandscheOpera te Amsterdam, eerst als jeugdig-drama-tische-, later als l e coloratuur-zangeres.

    Na 1898 werd zij achtereenvolgens geéngageerdaan de „KOnigliche Oper" in Hannover en aanhet Amsterdamsch Lyrisch Tooneel, daarna tradzij eenige jaren als gast op bij de Ned. Opera enVlaamsche Opera te Antwerpen, aan welk laatsteopera-gezelschap zij voor een seizoen nu vastverbonden bleef. Vanaf 1908 maakt zij deel uit vande Opera in het Rembrandt theater te Amsterdam.

    Als concertzangeres had zij o. a. te Londen,Leipzig, enz. een doorslaand succes.

    Bij de Nederlandsche Opera heeft mevr. ENGE-LEN-SEWING samengewerkt met ALBERS, URLITS,TIJSSEN, ORELIO, ARNOLDSON, ISALBERTI, enz.Haar repertoire is enorm uitgebreid — van delichte coloratuurpartijen, als Lakme, Philine enOphelia tot de zware dramatische rollen vanValentine, Elsa, Sieglinde enz.

    In vele groote steden, ook in het buitenland,is zij in verschillende rollen opgetreden.

    66

  • EDUARDEDUARD ERDELMANN, den

    i sten Maart 1865 te BarmenERDELMANN.geboren, kwam in 1888 als op-

    volger van WILLEM KES te Dordrecht. Zijne

    muzikale opleiding had hij aan het Conservato-

    rium te Keulen ontvangen van JAPHA (V1001),

    HOMPESCH (piano) en G. JENSEN en dr. v. HILLER

    voor harmonic- en contrapunt.In 1884 ging hij zijne militaire dienstplichten

    waarnemen en werd toen concertmeester en onder-kapelmeester in het 57e regiment infanterie teWesel. Gedurende zijn verblijf aldaar, trad hij

    meermalen als solist op.In 1883 werd hij nu direkteur van Toonkunst,

    en van de orkestvereeniging te Dordrecht, tevensleeraar aan de viool-, koor- en orkestklassen der

    Muziekschool,Als i ste violist maakt de heer ERDELMANN

    deel uit van het Kamermuziek-kwartet te Dord-recht. Aan de Muziekschool waar hij vroegerals leeraar werkzaam was, is hij sedert 1904 tot

    direkteur benoemd.

    68

  • BERTHA FRENSELGeboren in 1874, te

    WEGENER-KOOPMAN. Bloemendaal, genoot

    zij hare opleiding aan

    de Muziekschool van „Toonkunst" en het Conser-

    vatorium, beide te Amsterdam en verliet laatst-

    genoemde instelling met einddiploma voor kiavier

    en compositie.

    Als pianiste trad ze gedurende 15 jaar in 't

    openbaar op, zoowel ten onzent als in Duitschland.

    Menigmaal maakt zij zich verdienstelijk door

    het begeleiden van koren en solisten.

    Hare composities bestaan uit een vijf-en-twintig

    tal liederen en een Stabat Mater voor vrouwen-

    koor en solo, welke alle meermalen en met veel

    succes, ook in het buitenland werden uitgevoerd.

    70

  • Geboren to 's-Gravenhage in 1875,FRITSGA I LLARD. studeerde FRITS GAILLARD op

    het Kon. Conservatorium voor

    muziek, in zijne geboorteplaats, als leerling van den

    Heer J. GIESE. Op i8-jarigen leeftijd gediplomeerd,

    was hij in verschillende orkesten werkzaam, o. a.

    bij JoH. M. COENEN, daarna in 't Concertgebouw,

    waar hij voor 7 jaar geleden als i ste solo-cellist

    benoemd werd. Deze plaats bekleedt hij thans nog.

    Tevens is GAILLARD sedert October 1910 benoemd

    als leeraar aan het Kon. Conservatorium voor

    muziek in Den Haag. Als solist trad hij zoowel

    bier als in 't buitenland op (Duitschland, Engeland

    en Rusland), steeds met zeer veel succes.

    72

  • JAN JAN VAN GILSE werd II MeiVAN GILSE. 1881 te Rotterdam geboren. Na

    zijne eerste muzikale opleidingaldaar genoten te hebben bij Mevrouw KINDLER(piano) en FR. BLUMENTRITT (theorie), bezochthij van 1897 tot 1902 het Conservatorium te Keulen,studeerde daar piano bij MAX VAN DE SANDT envooral directie en compositie bij den toenmaligendirekteur FRANZ WaLLNER.

    In Dec. 1902 behaalde hij met zijne eerste sym-phonic, gedurende zijne studiejaren gecomponeerd,een door den Verein „Beethoven- Haus" te Bonnuitgeschreven tweejarigen prijs, waarna hij aan de„Meisterschule" te Berlijn, als leerling van ENGEL-BERT HUMPERDINCK zijne studien voortzette.

    De directie van het stedelijk theater te Bremenengageerde VAN GILSE in 1905 en was hij aldaardrie jaar als operakapelmeester in functie. Daar-na bekleedde hij diezelfde betrekking gedurendeeen seizoen aan de Noord-Nederlandsche Operate Amsterdam.

    VAN GILSE' S derde symphonie, in 1908 te Mun-chen voor het eerst uitgevoerd, werd in Mei 1909bekroond door de Berlijnsche Kunstacademie metden Michael-Beerprijs. Aan dezen prij s is de bepalingverbonden dat de bekroonde een jaar in Italie ver-blijf moet houden en zoodoende had VAN GILSE tothet voorjaar 1911, Rome als woonplaats gekozen.Thans is hij voorloopig te Munchen gevestigd.

    Van zijn hand verschenen : eene Ouverture, driesymphomeên, de cantate „Sulamith", de muziek bijDehmel's Festspiel „Eine Lebensmesse" voor soli,koor en orkest, orkestvariaties over een Sint-Nikolaasliedje, alsmede een aantal liederen engezangen met piano zoowel als met orkest. Eenmuziekdrama is in bewerking.

    74

  • S. VAN GRONINGEN, woonachtigS. VAN te Oegstgeest bij Leiden, werdGRONINGEN. 23 Juni 1851 geboren te Deven-ter. Na te Delft het eind-examen aan de Poly-technische school te hebben afgelegd, was hijeenige jaren als technoloog werkzaam. Op , raadvan RUBINSTEIN ging hij nu echter de lessenvan LISZT in Weimar volgen, en van de P'rofes-soren OSCAR RAIF, BARTH, KIEL en SPITTA, aande KOnigliche Hochschule in Berlijn, en wijddezich verder uitsluitend aan de Kunst. Wederterug in Holland, vestigde hij zich als pianist inZwolle, daarna in Den Haag. Tijdens het verblijfin deze laatste stad was hij hoofdleeraar aan demuziekschool der M. t. b. v. Toonkunst te Utrecht.

    Thans is de directie der muziekschool (M. t. b. v.Toonkunst) te Leiden in zijne handen.

    Zijn eerste optreden had plaats in Berlijn, methet orkest van JAUKE, later deed hij zich nogdikwijls als concert-pianist hooren en wel met :MESSCHAERT, A NNA BLAUW, Mevr. LOMAN,ZALSMAN, BRAM ELDERING, WILLEM KES, enz.,ook trad hij veel alleen op, en speelde o. a. allesonates van BEETHOVEN, in Amsterdam, DenHaag, Rotterdam en Utrecht.

    In het buitenland concerteerde hij te Berlijn,Potsdam, Leipzig, Parijs, Londen en Antwerpen.

    Onder de weinige composities van hem, behooren :2 vioolsonates, een trio, een pianokwartet ; eenesuite voor 2 piano's ; eene suite voor strijkorkest ;een pianoconcert ; verder liederen en piano-stukken.

    76

  • W I LLE M Geboren te Rotterdam, 24 September

    DE HAAN. 1849, ontving hij op de muziekschoolaldaar het eerste onderwijs bij

    W. HUTSCHENRUYTER (koorzang) en JOH. BREMER(piano.) Op zestienjarigen leeftijd werd hij leerlingvan W. P. G. NICOLAI (theorie), later vanW. BARGIEL en genoot van nu of aan als leerlingvan S. DE I,ANGE JR. diens onderwijs voor piano.

    Reeds als 12-jarige knaap maakte hij eenigecomposities, zelfs twee opera's, doch zijn meer ern-stige werken dateeren van na 187o, toen hijRotterdam verliet, voor het buitenland. Te Leipzigontstonden eene Vioolsonate (op 3) en eene Orkest-Ouverture. In Berlijn maakte hij later kennis metJOACHIM, te Weenen met RUBINSTEIN en BRAHMS,te Keulen met FERD. HILLER.

    Begin 1876 werd hij direkteur van den Mozart-Verein te Darmstadt en in het volgend jaar 2ekapelmeester van het hoftheater, terwijl hij in 1878den hofkapelmeester GUST. SCHMIDT voor goedopvolgde. In deze betrekking leidde hij zijne eigenOpera's „Die Kaiserstochter" (1885), in 1886 teRotterdam opgevoerd en „Die InkasOhne" (1895).

    DE HAAN ' S jongste werk is : „das Marchen anddas Leben" (nog in manuscript).

    In 1898 dirigeerde hij de Wagnervereeniging alsplaatsvervanger van Mr. H. VIOTTA.

    WILLEM DE HAAN is ridder van Russische,Pruisische en Hessische orden. Hij ontving de Hes-sische gouden medaille voor kunst en wetenschap.Bij zijn 25-jarig jubileum als hofkapelmeester ver-leende hem de Groothertog het gouden Eereteekenvoor 25 j. trouwen dienst, en den titel „Hofrat".

    DE HAAN dirigeert te Darmstadt de opera-uit-voeringen in het hoftheater, de Simfonieconcertender hofkapel, de oratorium-opvoeringen van denMusikverein en de uitvoeringen der Kamermuziek.

    78

  • Mevr. A. P. A. P. DE HAAN-MANIFARGESDE HAAN— werd geboren 4 April 1872 teMANIFARGES Rotterdam, waar zij ook nugevestigd is. Zij ontving onderricht aan demuzl ekschool der afdeeling Toonkunst Rotterdam,piano van v. D. SANDT, zang van L. F. BRANDTSBUIJS. Later leerde zij bij PAUL HAASE ; voltooidehare studie bij Prof. J. STOCKHAUSEN te Frankf.a/Main. Daarna trad zij op als oratorium-altzangeres in Holland, Belgie, Duitschland, Frank rijk,Zwitserland, Engeland, Oostenrijk en werkte opverschillende muziekfeesten mede o.a. te Berlijn,Mainz, Zurich, Basel, Munchen etc., etc. In delaatste jaren geeft mevr. DE HAAN-MANIFARGES invereeniging met mevr. NOORDEWIER en den HeerA. B. H. VERHEY geregeld serieen KerkelijkeLieder- en Duettenconcerten in Holland en ook in't buitenland, waar beide zangeressen als Duetten-zangeressen grooten naam hebben en dikwijls alszoodanig op groote uitvoeringen en muziekfeestenmedewerken.

    Mevrouw DE HAAN-MANIFARGES geeft ooksolo-zanglessen aan meergevorderden.

    8o

  • HENRI HENRI HACK, i ste Violist van het

    HACK. Haagsche Toonkunst-Kwartet, werd ge-

    boren te 's-Gravenhage den 24sten Nov.

    van het jaar 1879.

    Zijne eerste opleiding was aan het Kon. Con-

    servatorium van zijn geboortestad. Na het diploma

    daar verkregen te hebben, vervolgde hij zijne

    studies, in het jaar 1897, onder leiding van Prof.

    HUGO HEERMAN te Frankfurt a/M.

    Vervolgens trad hij als Solist op in verschil-

    lende plaatsen van Duitschland, Belgie, I.uxem-

    burg en Nederland.

    Ook met zijn Trio speelde hij in de voornaam-

    ste plaatsen van Belgiê.

    In 1903 kreeg hij van H. M. de Koningin de

    vereerende uitnoodiging om als solist op een concert

    ten Paleize op te treden.

    Hij is de gelukkige bezitter van eene der mooiste

    Stradivarius-violen.

    82

  • JACQUES JACQUES HA RTOG werd geboren 24HARTOG. October 1837 te "Galt-Bommel ; hij

    kreeg aldaar op zeer jeugdigen leef-tijd het eerste onderwijs in muziek van C. A.BRANDTS BUYS. Na diens vertrek kwam hij onderleiding van C. A. LEENHOFF. Toen hij later teCrefeld het gymnasium bezocht om opgeleid teworden in de rechten, ontving hij in die stad lessenvan FRANZ BOLTEN (piano), daarna van HAUSERen CARL WILHELM. Later onder leiding van denorkest-direkteur DR. FERD. HILLER in Keulen,studeerde hij tegelijkertijd zang bij CARL SCHNEI-DER, en slechts korten tijd piano bij MORTIER DEFONTAINE en LOUIS BRASSIN.

    Op aanraden van JOH. I. H. VERHULST kwamhij nu te A'dam en vormde daar tal van leerlin-gen in zang, theorie en muziekgeschiedenis. Sedert1887 is hij daar verbonden a. d. Maatsch. t. b. d.Toonkunst, aan het Conservatorium, en de Muziek-school en ook aan de Muziekschool van genoemdeMaatschappij te Haarlem om muziekgeschiedeniste doceeren. De beer HARTOG is Privaat-docentin muziekgeschiedenis a. d. Sted. Universiteit teAmsterdam.

    In 1881 richtte hij te Bussum de Gem. Zang-vereeniging „Cxcilia" op, opgevolgd door G. A.HEINZE in 1884.

    H ARTOG is eerelid van verschillende vereenigin-gen. Hij leverde artikelen en kritieken over muziekin buiten- en binnenlandsche bladen. . Zijne com-posities zijn o.a.: een Concertino voor viool (metorkest), een Concert-ouverture, gem. Koren, talvan liederen enz., alle nog in manuscript.

    JACQUES HARTOG is Ridder in de Orde vanOranje-Nassau.

    84

  • GERARDDe naam HEKKING heeft in demuziekwereld een uitstekendenHEKKING.klank ; bier te lande is vooral

    bekend de violoncellist ANTON H EKKING, deoom van onzen solist.

    GERARD werd den 2I sten Augustus 1879 alszoon van den violist Lours HEKKING te Nancygeboren ; na drie-jarige -studie onder BOUMAN te's-Gravenhage deed hij met goed gevolg examenvoor het Conservatoire te Parijs, waar hij .van de35 candidaten als No. I werd toegelaten. InFrankrijks hoofdstad werkte hij drie jaren onderDELSART en verwierf in 1899 den eersten prijs.

    Van toen of dateert zijn optreden als solist inverschillende steden als : Parijs, Havre, Rijssel,Nancy, Nantes, Scheveningen (met het Philhar-monisch orkest onder REBICEK) en nog onlangste Hamburg, waar hij met het Violoncel-concertvan HENRI MARTEAU (dat bier ter stede, onderleiding van den componist door hem werd voor-gedragen) een groot en welverdiend succes behaalde.

    Behalve solo-violoncellist van het Concertgebouw-orkest, is de beer HEKKING hoofdleeraar voorvioloncel aan het Conservatorium der Maatschappijtot bevordering der Toonkunst te Amsterdam.

    Hij gaf kamermuziek- en sonate-soirees metDIRK SCHN.FER als pianist.

    86

  • SOPH I ESOPHIE HEIJMANN,

    sedert haar huwelijkHEIJIYIANN - ENGEL.

    met den „Hofzahnarzt"ENGEL, in Berlijn woonachtig, werd 28 Januari1875 te Amsterdam geboren. Zij was leerlingevan de beroemde Parijsche zang-leerares MmeMARCHESI. Later studeerde zij bij Frau JoAcHimte Berlijn een volledig liederen-repertoire in, enmaakte hiermede eene tournee door Duitschlanden Frankrijk. Haar debuut als opera-zangeresvond plaats in Berlijn, als „Rosine" in den Barbiervon Seville. Aan dit opera-gezelschap bleef zijeen jaar vast verbonden, trad daarna echter meestals gast op. Deels alleen, deels met hare zusterJOHANNA, de pianiste, bezocht zij op op harekunstreizen (als concert-zangeres) Duitschland,Holland en Engeland. In den laatsten tijd is hethaar doel den humor van vergeten meesterwerkente doen herleven en was zij het, die op eigenkosten, met uitstekende krachten (in het „Deut-sche Theater" en in de „Hochschule fir Musik") inBerlijn voor het eerst — na langen tijd — wederomwerken van PERGOLESE, HAYDN, GLUCK, GRATRY,OFFENBACH, en ook o.a. de Kaffee-Cantate vanBACH, ten gehoore bracht. Deze opvoeringenhebben zeer veel succes beleefd.

    88

  • J• IVII* SO JACOB MARTIN SEVERINTJM

    HEUCKEROTH. HEUCKEROTH, geb. te Am-sterdam 17 April 1853, leerde

    reeds als kind van zijn vader, den solo-pistonnistJACOB HEUCKEROTH, verschillende instrumentenbespelen. Zijne vioolstudiên zette hij later voort bijC. C. FISCHER, JOH. HRIMALY, EM. WIRTH enCARL BAIJER en trad zelfs meermalen met hetbekende Park-Orkest van STUMPFF als solist enconcertmeester op.

    Voor compositie waren DAN. DE LANGE, DE LAFUENTE en JACOB KWAST zijne onderwijzers.

    In 1889 werd HEUCKEROTH benoemd tot Luite-nant-Kapelmeester en leeraar aan de stedelijkemuziekschool te 's-Hertogenbosch. Vier jaren later,toen WILLEM KES direkteur was van het Con-certgebouw-Orkest te Amsterdam, werd hij daarbenoemd tot 2den direkteur, waarop spoedig nude aanstelling tot direkteur der Arnhemsche Or-kestvereeniging te Arnhem, volgde. Hier vondhij gelegenheid dit orkest op een hoop muzikaalstandpunt te brengen. Zoo heeft hij o.a. op hetgroote muziekfeest in 1901 voor het eerst met eenkoor van ± 600 en een orkest van 120 personende „negende" van BEETHOVEN, het Te Deum vanBRUCKNER en Cantates van BACH uitgevoerd.Twee jaar later, op het groote muziekfeest in 1903,had onder zijne leiding de 1ste uitvoering vanGUSTAV MAHLER'S 3de Symphonie met Solo enKoor, in Nederland plaats.

    Na twaalf jaar in Arnhem werkzaam geweestte zijn, kwam hij wederom als 2de dirigent aanhet Concertgebouw te Amsterdam, thans onderWILLEM MENGELBERG. Op 't oogenblik is hij direk-teur van de Nederlandsche Opera te Amsterdam.

    HEUCKEROTH componeerde voor Strijk- en Har-monie-orkest, mannenkoor, piano en zang.

    90

  • TILIA HILL, (Mevrouw J. V. LINDENTILIAHILL. V. D. HEUVEL), werd te Vlaardingen

    geboren en kreeg al vroeg pianoles,

    trad ook vaak in haar geboorteplaats op als

    pianiste, terwijl er oorspronkelijk geen kwestie

    van zingen was ; totdat zij ten slotte les ging

    nemen bij Mevrouw SCHLOSSER-JAiDE te Rotter-

    dam. Na twee jaar werd zij leerlinge van Mej.

    ZEGERS VEECKENS te Utrecht, die haar ook voor

    't examen der Maatschappij tot Bevordering der

    Toonkunst opleidde. Vervolgens stond zij eenige

    maanden onder leiding van Mej. v. OLDENBAR-

    NEVELT te Berlijn, en studeerde later nog eenigen

    tijd bij RAIMOND VON ZUR MaHLEN.

    Behalve in Nederland trad TILIA HILL op

    in vele steden van Duitschland, verder in Belgie

    en in Rusland, en zong onder leiding o. a.

    van NIKISCH, STRAUSS, MUCK, MENGELBERG,

    KES, enz.

    Voor het concertseizoen is Berlijn haar woon-

    plaats, waar zij zich dan ook sedert drie jaren

    gevestigd heeft.

    92

  • WILLEM WILLEM HUTSCHEN-RUYTER, geboren teHUTSCHENRUYTER. Rotterdam, 22 Septem-

    ber 1863, is bekend als organisator en strijdervoor verheffing en hervorming van het openbaarmuziekleven. Aanvankelijk dilettant, aanvaarddehij in 1889 eene plaats in het Amsterdamsch Con-certgebouw-Orkest, welke hij tot 1901 vervulde.In 1891 werd HUTSCHENRUYTER tevens secretarisder exploitatie dezer inrichting, 3 jaar adjunct-administrateur, vervolgens administrateur en tenslotte direkteur-administrateur. In 1904 nam hijals zoodanig ontslag. Van 1898-1908 was hijtevens adjunct-direkteur van Muziekschool en Con-cervatorium van Toonkunst te Amsterdam en van1894-1909 (met uitzondering van de jaren 1901-1904) voorzitter der Amsterdamsche Toonkunste-naars-Vereeniging en Redakteur van het vereeni-gingsorgaan. Hij nam het initiatief tot deoprichting eener algemeene Nederl. vak-organisatievan musici en behoorde in 1907 (te Milaan) totde oprichters der „Confederation internationaledes artistes musiciens", waarvoor hij reeds her-haaldelijk in binnen- en buitenland had gepleit.

    In 1908 verscheen het geschrift „Het Beetho-venhuis" waarin hij zijne muzikale hervormings-denkbeelden uiteenzette. nit geschrift vond eens-deels warmen bijval, anderzijds heftigen tegen-stand en vormt nog steeds een onderwerp vanhardnekkigen strijd. Intusschen werd een jaarlater te Amsterdam de vereeniging „Het Beet-hovenhuis" opgericht, met het doel zijne beginselenin ons land te verwezenlijken.

    Het genoemde geschrift verscheen ook in Duit-sche vertaling.

    94

  • WOUTER WOUTER HUTSCHEN-HUTSCHENRUYTER. RUIJTER, thans woon-

    achtrg- te Utrecht, werd15 Augustus 1859 te Rotterdam geboren. Als noonvan wijlen den bekenden chef der Rotterdamscheschutterij-stafmuziek, ontving hij het eerste piano-onderwijs van zijn vader, later ook van C. VANDE SANDT en FR, GERNSHEIM. Voor viool leerdehij bij EM. WIRTH en ten slotte droegen C. C.A. DE VLIEGH en TH. VERHEY eveneens hethunne tot zijne muzikale ontwikkeling bij.

    Na als 2de Kapelmeester der d.d. Schutterij,leeraar aan de Muziekschool en direkteur derZangvereeniging „Euphonia" eenige jaren te Rot-terdam doorgebracht te hebben, werd HUTSCHEN-RUYTER in 1890 beroepen tot 2 den orkestdirekteurvan het Concertgebouw-Orkest te Amsterdam,(met WILLEM KES), welk ambt hij na 2 jaarverwisselde met het direkteurschap van hetUtrechtsch Stedelijk Orkest en van het CollegiumMusicum Ultrajectinum, welke beide functies hijnu nog bekleedt.

    Bovendien was hij leeraar aan de Orkestschoolen aan het Conservatorium (tot 1905) te Amster-darn, en . privaat onderwijzer in piano, theorie encompositie.

    WOUTER HUTSCHENRUYTER was meermalenjurylid bij verschillende muziekconcoursen en werd31 Augustus 1902 benoemd tot Officier in deOrde van Oranje-Nassau.

    Te Berlijn dirigeerde hij een concert in hetConcerthaus en bij eene uitvoering te I,uik diri-geerde hij zijn eigen Utrechtsch Sted. Orkest.

    96

  • CORNS. Geboren te Rotterdam, 29 Augustusnvi pn iG JR. 1867, genoot hij het eerste onder-

    richt in orgelspel en harmonieleervan den beroemden contrapuntist en organistJ. B. LITZAU. Spoedig trad hij op verschillendekleine concerten op en behaalde in 1888 hetdiploma der Nederlandsche Toonkunstenaars-vereeniging-. Toen IMMIG'S leermeester, LITZAU,organist der Luthersche Kerk te Rotterdam, ont-slag nam, werd Imm 1 G zijn opvolger en stichttede bekende kerkconcerten.

    Van FERDINAND BLUMENTRITT, den grootenpaedagoog, ontving hij onderwijs in harmonie encontrapunt. Als vrucht van deze studie mag welgenoemd worden zijn sprookje „Prinses Zonne-glans", voor soli, dames- en kinderkoor met orkest-begeleiding. Verder instrumenteerde I MMIG HOL'S„Ouderhuis" (uitgevoerd in 1911 te Rotterdam) be-nevens vele kleinere koorwerken. Ook componeerdehij vele orgelwerken, o.a.: Paraph,ase over hetoude Wilhelmus, variaties op „Die Wacht amRhein", verschillende liederen en nummers voorviool en orgel. Met A. KRUL Jr. vormde 1 MMIGeenigen tijd de redactie van de uitgave „Harmo-nium" en redigeerde ook enkele jaren „Het Orgel".

    Bovendien verschenen van zijn hand verschil-lende vertalingen van Duitsche theoretische werken,te veel om hier op te sommen.

    In December 1892 bedankte hij voor een beroepnaar St. Petersburg.

    Begin 19oo nam hij zijn ontslag en trok zichuit het muzikale Leven terug. Ofschoon nu endan nog zijne medewerking verleenende op ver-schillende concerten, blijft dit optreden toch zeerbeperkt.

    98

  • JAN INGENHOVEN is geborenJANINGENHOVEN. te Breda, 19 Mei 1876.I

    Reeds heel vroeg toont hijeen groote muzikale begaafdheid te bezitten ; alsjongen van 7 jaar in het jongenskoor der R. K.Kapel opgenomen, wordt hij op 12-jarigen leeftijdreeds klarinettist bij het Stedelijk Muziekkorps.Trots zijne begaafdheid wordt er echter niet aangedacht hem uitsluitend your muziek op te leiden,daar hij bestemd was om zijn vader in zaken opte volgen.

    Als zanger in de kerk (waar hij wel zijn sterkstemuzikale indrukken ontving) worden hem spoedigde soli toevertrouwd.

    Dan begint ook zijn loopbaan als Dirigent. AlsJ6-jarige, kiest men hem tot direkteur van deHarmonie- en Zancy,vereeniging „Cxcilia" te Te-teringschen Dijk bij Breda en met zijn klein aantalgeheel zelf gevormde zangers behaalt hij in1900 tegenover 1 1 koren van veel grooter leden-aantal, den eersten prijs op het Concours teDordrecht.

    Hierop wordt hem het direkteurschap van deKoninklijke Zangvereen. „Breda's Mannenkoor"aangeboden en van de Koninklijke Orkestvereen.„Vlijt en Volharding", en krijgt hij toestemming dezaak van zijn vader te verlaten en de muziekgeheel als beroep te beoefenen.

    Hij studeert dan in 1902 en 1903 bij LUDWIG

    TOO

  • FELIX BRANDTS BUYS en begint zich ernstig opcomponeeren toe te leggen.

    Tot dirigent der Zangvereeniging „Zanglust"in Dordrecht benoemd, wordt er in Breda onderzijn leiding een „Gemengd Capella-koor" op-gericht. Wederom werd hiermede een eerstenprijs behaald te Rotterdam, in 1904.

    In 1905 trouwt INGENHOVEN. Bid een bezoekaan Munchen treft hem de geniaal-muzikale leidingvan F. MOTTL, en gaat hij korten tijd bij hemstudeeren, voornamelijk om instrumentatie, Mozart-en Wagner-tradition met hem door te nemen.

    Tijdens dat verblijf in Munchen dirigeert hijeen „Hollandsch-Konzert" met het Kaim-Orchesteren nu is het de „Orchester-Verein" aldaar, die hemvraagt de leiding van hun orkest op zich te nemen.

    Fen ruimer veld van werkzaamheden voor zichgeopend ziende dan in Holland, besluit hij zichvoor goed in Munchen te vestigen.

    Hij dirigeert daarna, behalve te Munchen, con-certen in Mannheim, Berlijn, Parijs, Den Haag,en wordt bijzonder als Mozart-vertolker geroemd.

    Hier in Munchen vindt hij nog gelegenheidbij Prof. TOrrsleff een speciale studie voor Ton-bildung te maken en zijn glansrijke tenorstemte versterken.

    Van 1908-1909 krijgt hij de leiding der Sym-phonie-Konzerten van het „Miinchener Philhar-monisch Orchester". Dit orkest werd in 1909

    102

  • ontbonden (als gevolg van den toen bestaandenMiinchener orkeststrijd), zoodat hij, daardoor ookzonder vaste plaatsing als orkestleider in Miinchen,thans slechts als gast-dirigent optreedt,

    In December 1909 werd hij benoemd tot diri-gent der „Manchener Madrigal-Vereinigung", eensolisten-ensemble, waarmee hij bij de eerste uit-voering in Mei 1910 zoo'n succes heeft, dat dadelijkuitnoodigingen volgen tot medewerking bij het„Fransche Muziekfeest" to Miinchen, September1910, tot concerten in Zwitserland en een concert-reis in Italiê, seizoen 1911-1912.

    Naast dit, blijft hij den zang, klarinet en kiavierbeoefenen en wijdt zich in hoofdzaak aan zijnecomposities. In druk verschenen o.a. 2 Liederen,4 Quatuors, eene Ballade voor Baryton, Blumen-lieder, een Cyclus, etc.

    103

  • CHARLES VAN ISTERDAELCHARLES

    in 1873 te Mons geborenVAN ISTERDAEL.

    uit eene zeer muzikale fa-

    milie (zijn vader was muziekdirekteur), kreeg zijne

    opleiding van SERVALS, later van JACOBS en ver-

    liet reeds op i6-jarigen leeftijd het Conservatoire

    te Brussel, in het bezit van een 1sten prijs en

    allerhoogste onderscheiding. Direct werd hem nu

    eene plaats aangeboden als solo-violoncellist aan

    de Fransche Opera ; daarna vervulde hij tijdelijk

    de betrekking van leeraar aan het Conservatorium

    te Mons.

    Van of 1903 is CHARLES VAN ISTERDAEL leeraar

    aan het Kon. Conservatorium te 's-Gravenhage.

    Als solist treedt hij dikwijls op, zoowel hier te

    lande als elders. Buitenslands concerteerde VAN

    ISTERDAEL in de voornaamste steden van Frankrijk,

    Belgie, Spanje, Portugal en Duitschland.

    104

  • WILLEM 16 Februari 1856 te Dordrecht geboren.

    .KES 0 nze beroemde landgenoot, die tegen-woordig direkteur van het Muziek-Instituut te Coblenz is, studeerde tot 1871 te Dordtbij BOHME, THIJSSENS en NOTHDURFT (viool,piano en compositie) en vertrok op 15-jarigenleeftijd als pensionaire van Koning WILLEM IIInaar Leipzig om daar 2 jaren te studeeren bijDAVID en REINECKE en later nog 14 jaar onderleiding te kOn1en van WIENIAWSKI en KUFFERATH.Toen vertrok hij naar Berlijn, voltooide er zijnestudiên onder JOACHIM en W. BARGIEL.

    In 1876 werd KES concert-meester van hetPark-orkest te Amsterdam, tevens direkteur vanToonkunst (afd. Dordrecht), in 1883 direkteur vanhet Park-schouwburg-orkest en in 1884 direkteuren leeraar aan de Muziekschool.

    Al deze betrekkingen verliet hij, toen in 1888het concertgebouw te Amsterdam tot stand kwamen hij tot dirigent benoemd werd. Opgevolgddoor MENGELBERG in 1895, verliet hij ons landom eerst als direkteur van het Scottish Orchestrate Glasgow, daarna als direkteur van de Philhar-monische-Gesellschaft te Moskau werkzaam te zijn.Als violist en dirigent maakte hij zich bekend inDuitschland, Belgiê, Schotland en Rusland. Bij deuitvoeringen v. d. Beethoven-Cyclus, April 1911,kwam WILLEM KES, voor deze gelegenheid, deMessa Solemnis in Den Haag dirigeeren.

    Onder zijne composities behooren : „DerTaucher", voor soli, koor en orkest ; een viool-concert (bekroond door de N. T. V.) ; een violoncel-concert ; sonaten voor viool en piano enz.

    De beer KES is eerelid van verschillende ver-eenigingen, ridder in de orde van Oranje-Nassauen van de Stanislaw-orde (Rusland). Hij draagtde titels van: Professor en General Musikdirector.

    Io6

  • Deze nog zeer jonge cellist werdHANS

    8 Januari 1892 te Rotterdam ge-KINDLER.

    boren, en is nu reeds leeraar aan

    het Klindworth-Scharwenka Conservatorium te

    Berlijn. De eerste violoncel-lessen kreeg hij van

    EBERLE en BOUWMAN, doch MOSSEL heeft wel

    het meest aan zijne muzikale ontwikkeling gewerkt.

    In 1907 debuteerde hij met de Orkestvereeniging

    „Symphonia", onder direktie van G. RIJKEN, en

    liet hij zich nu al spoedig als solist, ook in het

    buitenland hooren, o.a. te Berlijn en te Birming-

    ham, optredend onder dirigenten als Dr. RUN-

    WALD en LANDOW RONALD ; in Nederland onder

    P. VAN ANROOY, \VOUTER HUTSCHENRUYTER enz.

    KINDLER is gevestigd te Berlijn— Wilmersdorf,

    waar hij bovengenoemde betrekking vervult, en

    zich geheel aan het concert-beroep wijdt.

    108

  • TILLY Geboren 25 Dec. 1873 te Salatiga(Java). Haar vader was kommandant

    KOENEN. der kavalerie aldaar. Beide ouderszijn Hollanders. Toen TILLY acht jaren oud was,verliet zij Indiê, en vestigde de familie zich teApeldoorn. Zij kreeg al spoedig piano-les daaren werd op 18 jarigen leeftijd gediplomeerd.

    Ook hare stem, die als kind reeds ieders belang-stellmg gewekt had, ging zij nu op raad harermoeder, tot ontwikkeling brengen, en wijdde zijzich van toen of geheel aan den zang. M ej. VANH AFTEN was hare eerste leermeesteres, daarnaging zij naar Amsterdam om aan het Conservato-rium, onder leiding van CORNELIE V. ZANTENverder te studeeren. „Dat is eene stem, die slechtsBens in de honderd jaar geboren wordt", was steedsde uitspraak van deze bekende zang-leerares.

    In 't begin harer carriere heeft men vaak gepro-beerd TI LLY KOENEN het vertrouwen te ontnemenin hare leermeesteres, doch steeds is zij doof ge-bleven voor dergelijke raadgevingen. Met energievervolgde ze den eenmaal ingeslagen weg en zijheeft er geen spijt van gehad...

    In 1910 maakte ze, na haren zegetocht doorAmerika, kunstreizen door Nederland met LOUISROBERT. TILLY KOENEN is thans te Berlin ge-vestigd. Voor vele vorstelijke personen heeft zijgezongen. Aan ons Hof treedt zij dikwijls op enna cene muzikale soiree, gegeven door H. M. deKoningin op het slot te Dobbin, werd haar deHuisorde van Oranje voor Kunst en Wetenschap,eigenhandig aangeboden door H. M. KoninginWI LHELMINA en Z. K. H. den Prins.

    TILLY KOENEN is zeer vereerd met deze deco-ratie daar zij de eerste vrouw is, die deze ordeverwierf.

    I I0

  • PAULUS CHRISTOPHORUSPAULUS KOERMAN, geboren te Am-C. KOERMAN. sterdam, den 10 Nov. 1851,

    ontving zijne eerste muzi-kale opleiding in zijn geboorteplaats van J. SIEVER-DING en W. A. SMIT. Op tienjarigen leeftijdhad hij het reeds zoover gebracht, dat hij de 3deMis van HAYDN op het orgel in de kerk konbegeleiden. Gedurende de jaren 1870-72 bezochthij het Conservatorium te Keulen, waar FERD.HILLER, FR. GERNSHEIM, ISIDOR SEISS enFRANZ WEBER zijne leermeesters waren. NadatGERNSHEIM tot direkteur der M. t. Bev. d. T.te Rotterdam was benoemd, zette hij, weder teAmsterdam wonende, onder dezen nog eenigejaren zijne muzikale studien voort.

    In 1873 werd KOERMAN benoemd tot leeraarin het klavierspel aan de muziekschool van deM. t. Bev. d. T., afdeeling Amsterdam, en in1879 tot direkteur van de zangvereeniging en vande muziekschool der afdeeling Alkmaar, welkebetrekkingen tegelijk door hem werden waar-genomen.

    In 1896 verkreeg hij uit deze functies eervolintslag om te kunnen optreden als direkteur derzangvereeniging „Concordia" te Leeuwarden. Alszoodanig, en tevens als direkteur van een mannen-en kerkkoor, is hij thans nog te Leeuwardenwerkzaam.

    Van zijne composities werden uitgevoerd eeneouverture voor groot orkest en een cantate voormannenkoor, soli en orkest „De Stroom", dieo.a. ook voorkwam op het programma van hetzangersfeest te Rotterdam in 1882.

    I12

  • G. B. VAN KRIEKEN is 30 AprilG. B. VAN 1836 te Oude Tonge geboren enKRIEKEN.

    ontving zijn eerste muziekonderrichtaan de Rotterd. Muziekschool, later van NICOLAI,

    J. A. VAN EYKEN te Elberfeld (orgel) en Jot'.

    VERHULST (harmonie, compositie en contrapunt).Eerst benoemd tot organist van de Eng.-Pres-

    byteriaansche Gemeent werd hij in 1864 organistin de Zuiderkerk der Ned. Herv. Gemeente teRotterdam, welke betrekking hij ook nu nog ver-vult. Vele orgelconcerten werden door hem gegevenen gedurende de Parijsche tentoonstelling (1889)

    bespeelde VAN KRIEKEN daar een der groote

    orgels, op verzoek van A. GUILMANT.Van zijne composities noemen wij : een Koraal-

    boek, de Cantate „David", Orgel-Preludium

    „Eroica", (opgedragen aan N. W. GADE), inge-voerd aan het Conservatorium te Kopenhag-en,

    geinstrumenteerd door C. MULLER BERGHAUS ;

    verder ruim 200 orgelvoorspelen, yolks- en stede-liederen, koorwerken ; een Kroningslied (1898), ook

    feestliederen (H. H. M. M. bij een bezoek aanRotterdam en Gouda toegezongen). In laterejaren verschenen nog verscheidene kleinere werken.

    Niettegenstaande zijn hoogen leeftijd werden in1910 nog orgels door hem ingewijd.

    114

  • RICHARD KRUGER, geboren teR. KRUGER. Gera (Reuss J. L.) den 13 den

    Februari 1856, ontving in het eerstvioolles. Aangetrokken door het eigenaardig geluidvan de hobo, koos hij nu echter deze als hoofd-instrument en werkte daarvoor 3 jaar bij den Istenhoboist van het Sted. Orkest te Gera. Na werk-zaam te zijn geweest in Bautzen, Dresden enLeipzig, kwam hij in '77 naar Nederland, waarhij als I ste hoboist in het Arnhemsche Orkestoptrad. Het volgend jaar ging hij naar STUMPFF'SParkorkest te Amsterdam over, om de I ste vioolen Engelschen hoorn te bespelen. In 1882 werdKRUGER I ste hoboist en Eng.-hoornist in deA'damsche Orkestvereeniging, 't volgend jaar inhet nieuwe Parkorkest (onder W. KES). Van1885—'88 was hij als zoodanig werkzaam inWEDEMEYER 'S Orkestvereeniging, om bij de op-richting van het Concert gebouw als solo-hoboisten Eng.-hoornist eene plaats in te nemen inhet nieuw-gevormde orkest. Thans wordt dezebetrekking nog door hem bekleed.

    Sedert 1895 is de beer KRUGER tevens leeraaraan het Conservatorium en Muziekschool t. b. d.T. te Amsterdam. Van 1896-1901 was hij 20evoorzitter en van 1901-' 04 I ste voorzitter van deA'damsche Toonkunstenaarsvereeniging.

    Nadat in 1906 de Nieuwe Toonkunstenaars-vereeniging door hem opgericht was, werd hijdaarvan I ste voorzitter. Bovendien is KRUGERpresident der Maatschappij „Ccilia" te Adam.Als solist trad hij dikwijls op. In groote uit-voeringen der Matthaus-Passion en H-moll misvan BACH, gegeven door de M. t. b. d. T. of deKon. Oratoriumvereeniging is KRUGER de Istevertolker der Oboe-d'amore-partijen.

    116

  • M. H. VAN MARINUS HENDRIK VAN 'T KRUYSgeboren 8 Maart 1861 te Oudewater.

    'T KRUYS. - ••Zlin vader, de muziek-direkteur(later organist der Hoofdkerk te Middelburg, gafhem het eerst onderwijs in piano, orgel, viool entheorie. Hierna bezocht hij de Kon. Muziekschoolin Den Haag, waar WIRTZ, NICOLAI en MULDERveel bijdroegen tot zijne muzikale ontwikkeling.

    Na voltooiing van zijne studién werd VAN 'TKRUYS muziekdirekteur en organist te Winters-wijk, vervolgens organist der Groote Kerk enleeraar aan de Muziekschool te Rotterdam en in1897 kwam de benoeming tot direkteur der Mu-ziekschool te Groningen, waar hij tegelijkertijd hetdirekteurschap van het orkest der Harmonie ender Gem. Zangvereeniging waarnam.

    Vanaf 1905 wijdt hij zich uitsluitend aan hetcomponeeren en heeft zitting als jurylid in ver-schiliende muziekwedstrijden.

    Tot zijne werken behooren : De Ruyter-Cantate(voor Vlissingen gecomponeerd in 1907), die in deGroote Kerk te Vlissingen, onder zijne leidingwerd uitgevoerd in tegenwoordigheid van PrinsHendrik ; de Koningin Emma-Cantate ; „Oranjeen Nederland", na de geboorte van 'rinses Julianaonder zijne leiding uitgevoerd, door ruim 3000dames en heeren ; de Oranje-Nassau-Cantate,een reuzen-aubade in 1910 op den Dam ten ge-hoore gebracht door 69 zangvereenigingen en 8militaire kapellen ; verder nog tal van andere com-posities ruim Ioo, waaronder 2 symphoniên, 4orgelsonates. Ook schreef hij een „Beknopte Mu-ziekgeschiedenis". Sinds September 1911 leeft VAN'T KRUYS te Montreux, waar hij zich bezig houdtmet zijn muzikalen arbeid, doch tevens rustig genietvan het heerlijk klimaat en de prachtige natuur.VAN ' T KRUYS is Ridder der Oranje-Nassau Orde.

    118

  • 21 April 1877 te Alblasserdam geboren.KOR

    Het eerste muziekonderwijs kreeg hijKUILER.

    te Zwolle van R. F. BOKELMANN.Later werd het Amsterdamsch Conservatorium

    zijn leerschool, waar hij speciaal voor compositie

    en piano studeerde bij B. ZWEERS en JULIUS

    RONTGEN. Na voleindiging van zijne studiên

    werd KOR KUILER orkestdirekteur der Vereeniging

    „De Harmonie" te Groningen en trad hij tevens

    veel op als pianist.

    Tegenwoordig staan de gemengde koren : „Bek-

    ker" te Groningen en „Cxcilia" te Zwolle onder

    zijne direktie, en wijdt hij zich verder aan het

    componeeren.

    Bekende werken van KUILER zijn : eene ouver-

    ture, eene suite voor orkest „Spela", een bekroonde

    concertaria (N. T. V.), eene groote Kinder-cantate

    met orkestbegeleiding, een vioolsonate enz., terwijl

    ook nog vele klavierwerken, liederen en kinder-

    liederen tot zijne composities behooren.

    120

  • . BAREND'r KWAST, geb. 28 Dec. 1854BARENDA te Purmerend. Hij heeft zijne muzi-KWAST. kale opleiding voornamelijk te danken

    aaa zijn vader JACOB KWAST enaan zijn oom J. KWAST te Dordrecht. in 1871vertrok hij naar Amsterdam, behaalde er heteinddiploma Handelsschool, ging op een kantoor,doch al spoedig ging hij zich uitsluitend aan dekunst wijden.

    Eerst organist der Waalsche gemeente enmuziekonderwijzer in Amsterdam, volgde hijdaarna MAURICE HAGEMAN op als direkteurder muziekschool en der nieuwe zangschool teLeeuwarden, en was tevens corresp. lid derN. T. V. Daarna ging hij naar Arnhem, tradmeermalen in verschillende steden van ons landals solo-pianist op en vesiigde zich ten slotte teAmsterdam als direkteur van de door hemzelfopgerichte „Academie voor Muziek", waar hijook onderwijs geeft in piano en paedagogie.Bovendien kreeg hij te Amsterdam de benoemingtot directeur der mannenzangvereeniging „Onder-tinge Oefening", met Welke vereeniging hij ver-schillende prijzen behaalde.

    B. KWAST is verscheidene jaren werkzaamgeweest als verslaggever van de „A msterdamscheCourant" en „Nieuwe Courant" te 's-Gravenhage.Bij wedstrijden neemt hij eene plaats in als jury-lid.Thans is hij ook direkteur van het StedelijkMuziekkorps te Purmerend (van of 1900).

    Van zijne composition noemen wij : Valse-impromptu, (bekroond door de N. T. V.) „DeReuzen van het Woud", voor mannenkoor ;„Phantasie-impromptu", voor piano en orkest ;„Het ruitertje en de bloemkorf", ballade; „Schaduwen licht", voor gemengd koor, etc.

    122

  • J. A. KWAST. Geboren 25 April 1851 te Pur-merend, genoot hij zijn eerste

    opleiding in zijn geboortestad, later bij NICOLAIte 's-Gravenhage en aan het Conservatorium teKeulen. Na in verschillende kleinere steden alsmuziekdirekteur werkzaam geweest te zijn, werdhij in 1876 na afgelegd examen bij DUNKLERbenoemd als kapelmeester bij het 8 ste Reg. In-fanterie te Arnhem, welk muziekcorps hij in zeerkorten tijd tot een der beste wist op te voeren.Na deze betrekking bijna 12 jaren te hebben be-kleed, stichtte hij, daartoe in staat gesteld dooreen kunstvriend, de Arnhemsche Orkestvereeni-ging. Twee jaar later verliet hij Arnhem om deleiding op zich te nemen van het PhilharmonischOrkest te Warschau, waar hij als dirigent zeergevierd werd.

    Achtereenvolgens dirigeerde hij nu te Warschauen te Lodz in Rusland, en was twee seizoenendirigent der Kurkapel te Bad Kreuznach.

    In Holland teruggekeerd werd hij dirigent derNederlandsche Opera en wist met de voorstellingenonder zijne leiding een groot succes, zoowel bij depers als het publiek te behalen. Na het „overlijden"der verschillende Opera-gezelschappen keerde hijweer naar Arnhem terug om opnieuw de leidingvan de Arnhemsche Orkestvereeniging op zich tenemen, om ten slotte weer bij de Opera terug tekeeren en wel bij die in het Rembrandt-Theaterte Amsterdam. Als gast-dirigent trad hij op teKeulen, Frankfort a/M., Londen, Antwerpen,Groningen en Rotterdam, waar hij het eersteconcert der Rotterdamsche Orkestvereeniging di-rigeerde. Als opera- en orkestdirigent iS JACOBKWAST zeer bemind en populair.

    124

  • AN NA Deze werd in 1876 te RotterdamLAM BRECHTS- geboren en genoot muziek-Vos. onderwijs van Joz. SCHRAVE-SANDE, Rotterdam (piano, theorie en orgel) terwijlzij later les ging nemen van JOH. SIKEMEIER(piano), BERN. ZWEERS (contrapunt) en WOUTERHUTSCHENRUYTER te Utrecht (instrumentatie).

    Van of haar I7rle jaar organiste van de Doopsge-zinde Kerk, gaf zij daar ook meerdere orgelconcer-ten. Sinds I September 1910 is ANNA LAMBRECHTS-Vos Direktrice van het (in 1847 reeds opgerichtte)zangkoor „Amphion" (Rotterdam).

    Voornamelijk echter bekend als componiste,noemen wij bier eenige van hare werken :

    Kinderliederen, 2 sonates voor viool en piano,trio voor piano, viool en cel., 3 strijkkwartetten,klavier-variaties, orkest-variaties, ouverture MonnaVanna voor groot orkest, liederen, verschillendetoonwerken, o.a. „Neerlands Taal" voor mannen-koor" en „Licht" voor gem. koor, benevens nogvele composities in manuscript.

    Hare composities werden uitgevoerd o.a. inWeenen, Zurich, Triest en Keulen.

    Een liedje, op i8-jarigen leeftijd getoonzet,„Te meie", werd bekroond, 2 strijkkwartetten, ge-titeld : „In Memoriam Parentum" en „à celui quim'a sauve la vie", kregen te Triest (Conservatoriamusicale) eene bekroning en zijn later in Berlijnuitgegeven.

    ANNA LAMBRECHTS-VOS woont nog steeds teRotterdam.

    126

  • MARIE LAN DRE. M. LANDRE werd 9 Mei 1877te Amsterdam geboren.

    Het eerste onderwijs ontving zij aan de muziek-school der Maatschappij tot Bevordering derToonkunst te Amsterdam van H. TIBBE, lateraan het Conservatorium van J. RONTGEN.

    In 1899 maakte zij eene tournee door ons landmet NELLA GUNNING en Mevr. TIJSSEN-BREMER-KAMP, terwijl zij verder meest in Bussum optrad inkamermuziekavonden als soliste met CHR. FREIJER

    en JOH. SCHOONDERBEEK, waar zij ook verschil-lende solisten begeleidde, o.a. C. FLESCH, B. ELDE-

    RING, TILIA HILL, H. V. OORT.In Bussum is zij leerares aan de Muziekschool

    der Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst.Sinds 1900 begeleidt zij steeds de repetities der

    Kon. Oratorium Vereeniging te Amsterdam,waarop verschillende componisten hun eigenwerken dirigeerden, o.a. WEINGARTNER, PIERNE,

    W. DE HAAN, G. HENSCHEL. Bij de uitvoeringen

    van WAGENAAR ' S „Schipbreuk" vervulde zij onderdiens leiding de pianopartij. Hare woonplaatsis Laren.

    128

  • evenals 7de meeste jongelioiWILLEM LANDRE, andsche componisteneen leerling van BERNARD ZWEERS, is te Amster-dam geboren 12 Juni 1874. Reeds vroeg toondehij muzikaal talent en ZWEERS, om raad gevraagd,achtte het mogelijk dat dit talent tot ontwikkelinggebracht werd.

    Gedurende zijn studietijd componeerde LANDREeene groote opera „De Roos van Dekama" (MR.VAN LOGHEM heeft den tekst geschreven) die teHaarlem (twee keer) en te 's-Gravenhage ten ge-hoore gebracht is. 1)e Nederlandsche opera namhet werk in studie, doch tot een vertooning is hetin de „eeuwig failliete" opera niet kunnen komen.

    Na voltooiing van zijne studies vestigde LANDREzich te Haarlem, waar hij in 1899 aangesteld werdtot muziekreferent aan de Oprechte HaarlemscheCourant. In 1901, hij de oprichting van de NieuweCourant te 's-Gravenhage vertrok de jonge toon-kunstenaar naar de Residentie als muziekredakteurvan dat blad. Vijf jaar later, Januari 1906, zaghij zich aangesteld tot muziekredakteur van deNieuwe Rotterdamsche Courant. Als zoodanig isLANDRE nu nog werkzaam.

    Behalve de reeds genoemde opera, heeft LANDREgecomponeerd eene Ballade voor piano, Legendevoor viool met orkest, Erklârung, scene voor bary-ton met orkest, „Maria die soude naer Bethlehemgaen" (voor vocaal-kwartet), een symphonisch voor-spel voor orkest, een symphonisch gedicht voororkest, een klavier kwintet, eene sonate voor violon-eel en piano (door I. MOSSEL en PERCY GRAINGERgespeeld), eene Inleiding en Fuga voor strijkorkest,Rozeknopje, een sprookje voor kinderkoor ensoli _en dan nog liederen. Thans werkt LANDREaan een drama van M AETERLINCK „Scur Beatrice",waarvan het eerste bedrijf gereed is.

    130

  • DANIEL DANIEL DE LANGE werd II Juni1841 te Rotterdam geboren. Hij

    DE LANGE. kreeg het eerste onderricht vanzijn vader, organist der Groote Kerk ; daarna vanJOH. VERHULST, J. F. DUPONT (harmonie encornpositie) en S. Ganz (cello), om vervolgensnaar Brussel te gaan en verder te studeeren bijF. SERVAIS en B. DAMCKE. Na afloop van dezenstudietijd maakte hij in gezelschap van zijn broer,kunstreizen door Oostenrijk-Hongarije, Duitschlanden Belgie, werd hierop leeraar aan het Conser-vatorium te Lemberg en in 1863 leeraar voorvioloncel aan de muziekschool te Rotterdam. Toenvertrok hij tijdelijk naar Parijs, waar hij organistder Protestantsche Kerk en Koordirigent was.

    Wederom terug in Holland, kreeg DE LANGEnu eene betrekking als leeraar a. d. muziekschoolte Amsterdam, terwijl hij tegelijkertijd vele kunst-reizen ondernam met artiesten van naam, en grootesteden bezocht als : Weenen, Lemberg, Brussel,Parijs, Londen, Berlijn, Leipzig, Dresden etc.

    Ten laatste werd hij direkteur van het Conser-vatorium waarvan hij mede-oprichter was, enmuziek-redakteur van het „Nieuws van den Dag",welke beide functies hij nog vervult, ondanks zijnhoogen leeftijd.

    Tot zijne composities behooren : 2 symphonieen,eene opera : Lioba (2 de deel uit v. Eeden's gedicht);Liederen voor eene zangstem.

    In 1911 vierde hij zijn 70sten verjaardag en werdhem door vrienden en bewonderaars een geschenkin geld aangeboden, bestemd tot versterking vanhet door hem ingestelde studie-fonds, voor hen diehet Conservatorium wenschen te bezoeken.

    DAN. DE LANGE is ridder i. d. orde van denNed. Leeuw en ridder i. d. orde v. d. EiserneKrone. (0 ostenrijk).

    132

  • C. VAN CORNELIS V. D. LINDEN geboren24 Aug. 1839 te Dordrecht, is deDER LINDEN. man die met groote energie ge-

    tracht heeft aan ons land eene vaste NederlandscheOpera te geven. Hij ontving reeds zeer vroeg muziek-onderwijs en wel van BOHmE (theorie en compo-sitie), JACOB KWAST SR. (piano), LUDWIG (fluit)en van NOTHDURFT (hobo en viool). Na voleindi-ging van zijne studien maakte hij eene kunstreisnaar Belgie, Duitschland, Italie, vertoefde teParijs, en keerde in 1862 naar Dordrecht terug,waar hij F. MI-TATE opvolgde als direkteur vanhet Harmonie-orkest. Na o.a. benoemd te zijnals direkteur der Muz. afd. van „Kunstmin" en„Musis Sacrum" te Dordrecht, „Vlijt en Volhar-ding" te Breda, van de Gem. Zangver. „Aurora"te Kinderdijk, welke vereenigingen onder zijneleiding een groot aantal composities van Neder-landsche componisten uitvoerden — werd VANDER LINDEN in '88 I ste dirigent bij de Ned. Operate Amsterdam (directie DE GROOT).

    In 1894 brak hij met DE GROOT en nam zelfde directie over, tot 1903, toen VAN DER LINDENzich genoodzaakt zag de directie der opera neerte leggen. Hij vertrok toen naar Amerika om eenopera- en concertreis te ondernemen en compo-neerde in dien tijd eene opera op Engelsche tekst :„Mrs. Simmons of Kansas" en eenige symphonischewerken.

    Van 1877—'88 was hij I ste secretaris der N. T. V.Onder de vele composition van hem noemen

    wij o.a. de opera's „Catharina en Lambert" en„Leiden's Ontzet" ; een aantal liederen, gemengdekoren, cantates, mannenkoren met strijkorkest ena capella ; ouvertures ; het zangspel „Teniers"enz. enz. Vele Nederlandsche opera's werdenonder zijne leiding opgevoerd.

    134

  • Geboren te Breda,Mevrouw

    GeboreJanuari 1869, ge-

    VAN DER LINDEN noot zij het eersteVAN SNELREWAARD. muziekonderricht bijG. DORRENBOOM aldaar en trad in 1884 voor heteerst op in een concert van Breda's Mannenkoor.

    In 1887 deed zij het toelatings-examen aan hetconservatorium te Keulen, studeerde daar pianobij MAX PAUER, orgel bij ARNOLD MENDELSSOHN,contrapunt en compositie bij Prof. GUSTAV JENSEN,volgde den Seminar-cursus voor klavierleerarenen de koorzanglessen van Prof. Dr. FRANZWaLLNER en kreeg 2 jaar later openlijk eeneeervolle vermelding voor al deze vakken.

    Nadat in 1890 eenige door haar gecomponeerdeliederen door de koorklasse, onder leiding vanDr. WaLLNER waren gezongen, verliet zij het con-servatorium, in het bezit van eind-diploma voororgel en piano en vestigde zich te Breda ; zij zagechter al spoedig aan Bien werkkring een eindegemaakt door haar huwelijk met Mr. H. 0, VANDER LINDEN VAN SNELREWAARD.

    In 1895 verscheen haar eerste bundel : „Zes lie-deren voor alt", op teksten van Fl ALENE SWARTH,gevolgd door composities voor orgel, piano enmeerdere liederen, terwijl in 1901 haar eerstebubdel kinderliederen : „Kinderleven" uitkwam.In 1903 componeerde zij het kinderzangspel„Jantje in Modderstad", hetwelk, na met succesin Rotterdam te zijn opgevoerd, al spoedig overalin ons land gegeven werd, verder ook in Oost- enWest-Indie, Zweden en Finland. Nog verschil-lendeanderecomposities verschenen, of zijn ter perse.

    Mevrouw VAN DER LINDEN gaf orgelconcertenin meerdere plaatsen van ons land en traddikwijls op als begeleidster, o.a. in de Liederen-avonden van Mevr. P. A. DE HAAN-MANIFARGES.

    136

  • Mevrouw LOMAN-LUTKEMAN (geb.Mevrouw te Amsterdam 7 Februari 1869)A. LOIVIAN- was van huis uit niet bestemd omLUTKEIVIAN.

    concertzangeres te worden. Toenmen echter haar bizonder mooi sopraan-geluidontdekte, deed zij het toelatingsexamen Conser-vatorium, en kwam daar onder leiding van JOH.MESSCHAERT. Vijf jaar werkte zij aan hetConservatorium, ondertusschen reeds optredendin de concertzaal.

    Na het einddiploma te hebben behaald, ging zijnaar Parijs, om onder de dames FANNY LEPINE,M A R CHEST en TRELAT verder te studeeren. Dezelaatste maakte prof. GEVAERT te Brussel attentop de zeer-mooie stem en bizondere muzikaliteitvan hare leerling, waarop GEVAERT aanbood omhaar van zijne lessen te laten profiteeren. Vanafdien tijd reisde zij alle 3 weken naar Brussel,gedurende een jaar.

    Haar debuut had plaats te Nijmegen in de„SchOpfung", met MESSCHAERT als „ADAM".

    Verschillende landen als Belgie, Frankrijk enDuitschland, bezocht zij op hare kunstreizen en in1907-1908 maakte zij eene groote tournee doorNed.-India, Nieuw Zeeland en ook Australia, waarzij met den organist EVERT CORNELIS, orgelcon-certen gaf te Adelaide-Melbourne en kleinereplaatsen. Java doorkruiste zij driemaal, concer-teerend te Medan, op Sumatra en Makasser.

    Thans is Mevrouw LOMAN-LUTKEMAN weder teAmsterdam gevestigd, waar zij ook werkzaam isals leerares in solo-zang.

    138

  • PHILIP LOOTS, 22 Augustus 1865 tePHILIP Amsterdam geboren, was leerling vanLOOTS. J os.j A. VERHEYEN en van de Kon.muziekschool in den Haag.

    Piano-, orgelspel en verschillen