Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen...

48
Ontwikkellijnen Jeelo heeft doorlopende ontwikkellijnen voor groep 1 tot en met 8 voor: Kennis Competenties Taal Rekenen groep 1-8

Transcript of Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen...

Page 1: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

Ontwikkellijnen

Jeelo heeft doorlopende ontwikkellijnen voor groep 1 tot en met 8 voor:

• Kennis

• Competenties

• Taal

• Rekenen

groep 1-8

Page 2: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

i

Inhoud

Deel 1 Toelichting

Waarom ontwikkellijnen? i

Wat zijn ontwikkellijnen? iii

Werken met ontwikkellijnen v

Deel 2 de doelen

De kennislijnen 1

De competentielijnen 13

De taallijnen 28

De rekenlijnen 35

Waarom ontwikkellijnen?

Door de ontwikkellijnen hebben leerkracht, leerling en ouder altijd een actueel overzicht van welke doelen zijn behaald, waar aan gewerkt wordt en welke in de toekomst nog gedaan kunnen worden.

Als de leerling inlogt op Mijn Jeelo ziet de leerling in één oogopslag:• met welk project hij bezig is en welk leerroute hij

doet;• wat zijn persoonlijke ontwikkeldoel is;• en wat zijn vorderingen zijn op de 18 ontwikkellijnen.

Bekijk de korte animatie over de ontwikkellijnen.

Deel 1toelichting

Page 3: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

ii

Dit wil ik weten/kunnenPresenteren voor een groep.

Dit ga ik doen om mijn doel te bereikenIk ga een spreekbeurt houden over groepsdruk.

Ik krijg hulp vanJames. Hij kan goed vertellen voor de klas. We doen het samen.

Inge BijsterveldTip: Oefen samen hardop en neem de tijd op. 8 tot 10 minuten is goed.

alle doelen nieuw doel

bewerk

Mijn ontwikkelplanMijn ontwikkelplan

Mijn projectenMijn projecten

Mijn ontwikkellijnenMijn ontwikkellijnen

Omgaan met elkaar

84%

80%7

89%8

75%6

8

71%6

80%7

5

8

6

6

7

3

6

6

1

4

8

7

Mijn portfolio leerjaar

Sven Labado Afmelden

Sven LabadoHoe zorgen we dat het 10 minuten duurt?

C1

C4

C2

C2

B4

C1

C4

C2

C3

B3

C2

C2

C2

B4

C1

C3

C4

C3

Hier kan ik de vorige leerjaren

bekijken.Dit project doe ik nu. Hier sla ik een

foto van mijn projectresultaat op.

Hier kan ik een eigen foto als

achtergrond kiezen. En mijn portfolio

downloaden.

Dit is mijn doel waar ik dit project

aan werk.

Hier bekijk ik de inhoud van de

ontwikkellijnen.

Dit is mijn leerroute.

Hier zie ik welke stenen ik heb gedaan en nog

moet doen.

A

B

C

D

Mijn Jeelo Dit is mijn portfolio. Het is meteen mijn rapport. Dit is mijn portfolio. Het is meteen mijn rapport.

Dit is mijn voortgang op de ontwikkellijn.

Page 4: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

iii

Wat zijn ontwikkellijnen?

Jeelo gaat ervan uit dat elke leerling zich permanent ontwikkelt. Het tempo waarin verschilt per individu. Die ontwikkeling stopt niet na de schoolloopbaan. De ene leerling zal zich dus verder kunnen ontwikkelen dan een andere leerling binnen een bepaalde periode. En de ene leerling zal dus verder zijn dan een andere leerling aan het einde van de basisschool. Jeelo spreekt daarom bewust van ontwikkellijnen en niet van leerlijnen.

kennislijnen

competentielijnen

rekenlijnen

taallijnen

Jeelo deelt de ontwikkellijnen niet in vakken in. Jeelo gaat uit van kennis en competenties die nodig zijn voor sectoren en beroepen. Taal- en rekenvaardigheden zijn geïntegreerd.Jeelo heeft vier ontwikkellijnen:• Kennislijnen• Competentielijnen• Taallijnen • Rekenlijnen

Deze ontwikkellijnen met doelen dekken samen alle kerndoelen af voor groep 1 tot en met 8.

Page 5: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

iv

Gezondheid LichaamGezond gedrag

Natuur DierenPlanten

Omgeving Stad en landVerkeer en vervoer

Product ProductieHandel en consumptie

Maatschappij Kunst en cultuurOrganisatie en bestuur

Samenwerken OrganiserenCommuniceren

Zorgen Voor jezelf en anderenVoor natuur en milieu

Maken Naar eigen ideeVolgens instructie

Onderzoeken Waarnemen en metenAnalyseren en evalueren

PresenterenMondeling presenterenSchriftelijk presenterenMuzisch presenteren

Leren Bronnen gebruikenLeren leren

Bewegen Fijne motoriekGrove motoriek

Lezen en spellen

Leren lezenLeren spellen

Taal-beschouwing

TaalinzichtGrammatica

Handschrift-ontwikkeling

Van schrijfletters naar eigen lettersNaar een eigen hand-schrift-alternatief

Getalbegrip Getallen

Berekenen

Optellen en aftrekkenDelen en vermenigvuldigenGebroken getallen en verhoudingsgetallen

Meten Meten en vergelijkenTijd waarnemen

Ontwikkellijnen met A-, B-, C- en D-doelen

Voor elke ontwikkellijn is een set met doelen gedefinieerd. Het streven voor leerlingen is om alle doelen van C te behalen. Van leerlingen met uitstroomniveau vwo wordt verwacht dat zij ook de doelen van D halen.

De relatie tussen de ontwikkellijnen

Bij het samenstellen van de ontwikkellijnen streeft Jeelo ernaar om overlap tussen de ontwikkellijnen te voorkomen. Taal- en rekenvaardigheden spelen bij veel competenties een rol en worden in de projecten geoefend. Waar dat van toepassing is, zijn deze vaardigheden in de competenties verwerkt. Ze staan niet nogmaals genoemd bij de taal- en rekenlijnen. De taallijnen bevatten alle basistaalvaardigheden voor groep 1 t/m 8. De rekenlijnen bevatten alle basisrekenvaardigheden voor groep 1 t/m 8. De competenties bevatten de doelen waarin basisvaardigheden worden toegepast.

Competenties en taalIn veel competenties van Jeelo komen taalvaardigheden aan de orde. De competentie Presenteren bestaat volledig uit het toepassen van taalvaardigheden. Maar ook in de overige competenties wordt regelmatig een beroep gedaan op taalvaardigheden. Zo is bij de competentie Samenwerken een duidelijke en prettige communicatie met anderen belangrijk. Bij de competentie Leren beoordelen, lezen en gebruiken leerlingen verschillende bronnen. Bij de competentie Onderzoeken schrijven leerlingen verslagen en verwoorden zij hun onderzoek. De taalvaardigheden oefenen leerlingen dus tijdens de projecten.

Competenties en rekenenIn veel competenties van Jeelo komen rekenvaardigheden aan de orde. Bij de competenties Samenwerken en Zorgen organiseren leerlingen tijd, geld en middelen. Bij Maken en Onderzoeken is het berekenen van hoeveelheden, verhoudingen en meten essentieel. De rekenvaardigheden voor meetkunde zijn in de competentie Waarnemen en meten verwerkt. Ook bij Presenteren en Leren komen rekenvaardigheden aan de orde. Denk aan tabellen en grafieken lezen en maken. De rekenvaardigheden oefenen leerlingen dus tijdens de projecten.

Kennis en woordenIn de kennislijnen van Jeelo leren leerlingen heel veel nieuwe woorden. Woordenschatontwikkeling valt bij Jeelo dan ook onder de kennislijnen. In de competentielijn Leren leren wordt aandacht besteed aan de wijze waarop je woorden kunt leren.

Competentie met geïntegreerde taalvaardigheden Competentie met geïntegreerde rekenvaardigheden

Taall

ijn

en

Reken

lijn

en

Co

mp

ete

nti

elijn

en

Ken

nis

lijn

en

Page 6: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

v

Werken met de ontwikkellijnen

In Mijn Jeelo hebben zowel leerkracht, leerling als ouder zicht op alle ontwikkeldoelen. De leerkracht registreert welke ontwikkeldoelen zijn behaald. De leerkracht doet dat op basis van:

1. observaties in de groep; 2. individuele ontwikkelgesprekken met leerlingen; 3. gemaakte toetsen, ingevulde controlelijsten en

geleverde bewijzen per leereenheid.

Vervolgens kan de leerkracht samen met de leerling bepalen aan welke doelen vervolgens gewerkt gaat worden. De leerkracht arrangeert leereenheden voor de leerling.

De leerkracht kan blauwe stenen arrangeren om de leerling verder te laten ontwikkelen op de kennislijnen. Zo zijn er ook oranje stappers voor de competentielijnen en groene en paarse trainers voor de taal- en rekenlijnen.

}1 Voorbeeld: Een leerling laat zien in de stapper Presenteer een weerbericht dat hij goed aan de eisen van mondeling presenteren voldoet, maar ook bewijst hij dat hij verschillende weersverschijnselen kan verklaren (kennisdoelen).

}2 Voorbeeld: De leerling heeft laten zien dat hij in de teksten van het project overal het bijvoeglijk naamwoord kan onderstrepen en hij heeft ook een gedicht over het project gemaakt waarin hij bewust bijvoeglijke naamwoorden heeft verwerkt.

Op deze wijze worden de ontwikkellijnen van de leerling steeds langer. Hoe snel dat gaat zal verschillen per leerling en per ontwikkellijn.

Meer lezen?

Wil je meer lezen over projectmatig werken en ontwikkelingsgericht werken? Of over taal- en rekendoelen en geïntegreerd werken? • Setting the Standard for Project Based Learing,

J. Larmer e.a.• Leren zichtbaar maken, J. Hattie• Lezen en schrijven doe je samen, B. Pompert• Uitdagend en functioneel taalonderwijs, D. Janson• Rekenonderwijs kan anders, D. Janson

Kennislijnen met blauwe stenen

• Leerlingen werken in hoeken en circuits aan hun kennisdoelen door stenen te leren.

• Leerlingen hebben een test jezelf om zichzelf te controleren.

• Leerkrachten zetten een toets klaar zodra de leerling aangeeft de leerdoelen te beheersen.

• In plaats van toetsen kan de leerkracht de leerling ook een bewijs laten leveren tijdens het project waarin de leerling laat zien dat de kennisdoelen worden beheerst. }1

Competentielijnen met oranje stappers

• Leerlingen werken in hoeken en circuits aan hun competenties door stappers te maken.

• Leerlingen hebben een controleer jezelf (checklist met eisen) om zich zelf te controleren.

• Leerkrachten controleren aan de hand van de controlelijst zodra de leerling aangeeft dat hij denkt aan de eisen te voldoen.

Taallijnen met groene trainers

• Bij elke trainer ontvangen leerlingen instructie in groepjes. Ze ontdekken samen hoe taal werkt en bespreken taalregels.

• Leerlingen oefenen vervolgens in hoeken en circuits. Ze doen samen taalspelletjes.

• Tot slot leveren zij een bewijs waarin ze laten zien dat het taaldoel bereikt is. } 2

• Zodra het bewijs is geleverd , registreert de leerkracht dat in Mijn Jeelo.

Rekenlijnen met paarse trainers

• Bij elke trainer ontvangen leerlingen instructie in groepjes. Ze ontdekken hoe je handig kun rekenen en bespreken rekenregels.

• Leerlingen oefenen vervolgens in hoeken en circuits. Ze doen samen rekenspelletjes.

• Tot slot leveren zij een bewijs waarin ze laten zien dat het rekendoel bereikt is. } 2

• Zodra het bewijs is geleverd , registreert de leerkracht dat in Mijn Jeelo.

Page 7: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

Deel 2De doelen

Inhoud

Deel 1 toelichting

Waarom ontwikkellijnen? i

Wat zijn ontwikkellijnen? iii

Werken met ontwikkellijnen v

Deel 2 de doelen

De kennislijnen 1

De competentielijnen 13

De taallijnen 28

De rekenlijnen 35

Page 8: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

1  

Kennislijnen  

 Mens en gezondheid Kennis van de toestand van de mens, zowel lichamelijk, psychisch als sociaal. 

 Het lichaam Kennis van de onderdelen van het menselijk lichaam en het functioneren daarvan. 

 Gezond gedrag  Kennis van de invloed van gedrag op het welbevinden van de mens, zowel lichamelijk, psychisch als sociaal 

 Mens en natuur Kennis van planten, dieren en hun omgeving.  Dieren  Kennis van de kenmerken en eigenschappen van dieren en het functioneren van dieren in hun natuurlijke omgeving, in huis of in een productieomgeving.  Planten  Kennis van de kenmerken en eigenschappen van planten en het functioneren van planten in hun natuurlijke omgeving, in huis of in een productieomgeving.  

 Mens en omgeving Kennis van de gebouwen en de woonomgeving en de mate van duurzaamheid ervan en kennis van het veilig gebruiken van de openbare weg.  Stad en land  Kennis van kenmerken en eigenschappen van gebouwen voor wonen, werken en vrijetijdsbesteding en kennis van de kenmerken en eigenschappen van de leefomgeving (milieu) en het beheer ervan.  Verkeer en vervoer  Kennis van regels voor deelnemers aan het verkeer op de openbare weg en kennis van de handelingen en voorzieningen om transport van mensen en goederen efficiënt en veilig te laten verlopen.  

   

Page 9: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

2  

Mens en product Kennis van het maken, verhandelen en kopen van natuurlijke en niet‐natuurlijke producten.  Productie  Kennis van het maken van producten, zowel handmatig als machinaal, en kennis van de onderdelen en materialen waaruit die producten bestaan en het maken ervan.  Handel en consumptie  Kennis van kopen, verkopen en ruilen van producten en van het gebruik van goederen en diensten voor de bevrediging van behoeften.  

 Mens en maatschappij Kennis van het denken en handelen door mensen en van de sociale verhoudingen tussen mensen.  Kunst en cultuur  Kennis van de creaties, gewoonten en gebruiken van mensen, inclusief de kennis van de denkwijze van mensen over het leven, over normen en waarden, mensbeelden en godsdiensten.  Organisatie en bestuur Kennis van kenmerken en eigenschappen van organisaties die een rol spelen in de samenleving en kennis van het leiden van die organisaties en het beheren van menselijke en materiële middelen om de doelen van een land, organisatie of project te bereiken. 

Page 10: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

3  

     

Het lichaam 

Kennis van de onderdelen van het menselijk lichaam en het functioneren daarvan. 

Onderdelen lichaam 

Functie lichaamsdelen 

 Aandoeningen  

A  B  C  D 

herkent en benoemt onderdelen van het lichaam   benoemt de functie van zichtbare lichaamsdelen 

benoemt zichtbare en onzichtbare onderdelen van hoofd en handen  beschrijft de functie van de zichtbare en onzichtbare onderdelen van hoofd en handen  

benoemt gewrichten, spieren en onderdelen van het skelet en wijst die aan   beschrijft de functie van gewrichten, spieren en skelet en het belang van bewegen   herkent zichtbare wonden en aandoeningen aan de huid  

benoemt onderdelen van ademhalingsstelsel, bewegingsapparaat, verteringsstelsel, bloedsomloop en  voortplantingsstelsel   beschrijft de lichamelijke veranderingen in de puberteit in relatie tot seksualiteit en voortplanting  beschrijft het functioneren van ademhalingsstelsel, bewegingsapparaat, verteringsstelsel, bloedsomloop, voortplantingsstelsel en hersenen  beschrijft mogelijke aandoeningen aan ademhalingsstelsel, bewegingsapparaat, verteringsstelsel, bloedsomloop, voortplantingsstelsel en hersenen  

Page 11: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

4  

  

   

Gezond gedrag 

Kennis van de invloed van gedrag op het welbevinden van de mens, zowel lichamelijk, psychisch als sociaal 

Verzorging en hygiëne 

Voeding en lifestyle 

Emoties 

Sociaal gedrag  

A  B  C  D 

beschrijft de onderdelen van dagelijkse verzorging  maakt onderscheid tussen snoep en gezond eten  herkent basisemoties bij zichzelf en anderen  gebruikt de basiswoorden emotie in de context en definieert buiten de context  benoemt de spelregels van samen spelen   gebruikt de basiswoorden helpen in de context en definieert buiten de context 

benoemt het belang van goede dagelijkse verzorging en noemt gevolgen van niet‐goede dagelijkse verzorging   geeft voorbeelden van gezond en ongezond eten   benoemt emoties van zichzelf en anderen  herkent situaties waarin hulp nodig is 

geeft voorbeelden van voorkomen van ziekten en ongelukken  benoemt kenmerken  van gezond voedingspatroon  geeft voorbeelden van groepsdruk en beschrijft hoe hiermee om te gaan   herkent en noemt voorbeelden van pestgedrag en beschrijft hoe je met pestgedrag om kunt gaan vanuit verschillende rollen 

omschrijft veilig gedrag in relatie tot seksualiteit en voortplanting  legt een relatie tussen leefstijl en gezondheid en geeft voorbeelden van ongezonde leefstijl en verslavingen  beschrijft de psychische en emotionele veranderingen in de puberteit    geeft aan hoe je kunt bijdragen aan gezonde leefomgeving   herkent onveilige situaties (zowel live als online) en kan benoemen wat te doen in deze situaties 

Page 12: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

5  

 

   

Dieren 

Kennis van de kenmerken en eigenschappen van dieren en het functioneren van dieren in hun natuurlijke omgeving, in huis of in een productieomgeving. 

Kenmerken en eigenschappen 

Functioneren in de omgeving  

A  B  C  D 

herkent en benoemt veelvoorkomende dieren  beschrijft kenmerken en eigenschappen van de dieren  beschrijft (in eenvoudige bewoordingen) de groei van een dier   gebruikt de basiswoorden dieren in de context en definieert buiten de context  geeft voorbeelden van eten en gegeten worden in de dierenwereld    

herkent veelvoorkomende vogels  beschrijft het verschil tussen levendbarende en eileggende dieren en noemt voorbeelden  beschrijft het gedrag van dieren in verschillende seizoenen en de verschillende omgevingen   

herkent en benoemt insecten en vogels  beschrijft de verschillen tussen vleeseters, planteneters en alleseters en noemt voorbeelden  beschrijft het verschil in gedrag tussen solitair levende dieren en groepsdieren   geeft aan wat een voedselketen is en noemt een voorbeeld  beschrijft de belangrijkste aspecten van het verzorgen van (huis)dieren  

benoemt de indeling van het dierenrijk en beschrijft de kenmerkende verschillen  beschrijft de lichaamsbouw van dieren en legt een relatie met de voortbeweging  beschrijft de verschillende manieren waarop productiedieren worden gehouden  beschrijft de levenscycli van verschillende diersoorten  beschrijft de belangrijkste aspecten van dierenwelzijn van dieren in een productieomgeving  

Page 13: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

6  

   

Planten 

Kennis van de kenmerken en eigenschappen van planten en het functioneren van planten in hun natuurlijke omgeving, in huis of in een productieomgeving. 

Kenmerken en eigenschappen  

Functioneren in de omgeving  

A  B  C  D 

herkent en benoemt veelvoorkomende planten en bloemen  beschrijft kenmerken en eigenschappen van planten  herkent de meest voorkomende landschappen  beschrijft kenmerken en eigenschappen van landschappen  gebruikt de basiswoorden landschap in een context en definieert buiten de context 

herkent en benoemt planten in en om de sloot  beschrijft de onderdelen van planten, struiken en bomen  beschrijft de verandering van de natuur in de verschillende seizoenen  geeft voorbeelden van (onderdelen van) eetbare planten 

benoemt en beschrijft de hoofdgroepen van bomen en planten  beschrijft de functies van de onderdelen die te maken hebben met het groeiproces van een plant  beschrijft de kenmerken van de biotopen die in Nederland voorkomen  beschrijft de werking van een voedselketen  beschrijft de gevolgen van zwerfafval voor de natuur 

beschrijft de voortplanting van een plant  legt een relatie tussen de vorm van planten en bloemen en hun voortbestaan  beschrijft de begroeiingen in verschillende klimaatzones in de wereld  beschrijft de kringloop van stoffen  beschrijft de gevolgen van ontbossing voor de natuur  

Page 14: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

7  

Stad en land 

Kennis van kenmerken en eigenschappen van gebouwen voor wonen, werken en vrijetijdsbesteding en kennis van de kenmerken en eigenschappen van de leefomgeving (milieu) en het beheer ervan. 

Wonen en vrije tijd 

Klimaat en landschap 

Beheer leefomgeving 

De ontwikkeling van de omgeving  

A  B  C  D 

gebruikt de basiswoorden wonen in een context en definieert buiten de context  beschrijft de kenmerken en eigenschappen van het huis  beschrijft de kenmerken en eigenschappen van de straat  beschrijft de kenmerken en eigenschappen van het weer   beschrijft de kenmerken en eigenschappen van de seizoenen  gebruikt de basiswoorden seizoenen in een context en definieert buiten de context  

benoemt de kenmerken van verschillende soorten huizen en de omgeving waarin ze staan  beschrijft de wijze waarop de voorzieningen water, gas en licht in onze huizen komt  benoemt de windrichtingen en beschrijft het ontstaan van wind  benoemt verschillende vormen van neerslag en beschrijft het ontstaan van neerslag  beschrijft de kringloop van het water en gebruikt de termen verdampen, condenseren, bevriezen en smelten   vertelt op welke manier een wijk schoon en leefbaar gehouden wordt  beschrijft de verschillen tussen de woonomstandigheden van 100 jaar geleden en nu 

beschrijft de verschillende aspecten van de inrichting van een wijk   benoemt en beschrijft verschillende voorzieningen in een wijk  noemt kenmerken van toeristische gebieden in Nederland   beschrijft het ontstaan van verschillende landschappen in Nederland   beschrijft hoe in Nederland zee en rivierwater worden tegengehouden  geeft voorbeelden van polders, droogmakerijen en terpen in Nederland  beschrijft het proces van het droogleggen van land  herkent vormen van landschapsbeheer  benoemt gevolgen van zwerfafval in de steden, voor mens en natuur  beschrijft hoe mensen in de middeleeuwen leefden en geeft aan hoe we aan die kennis komen  

beschrijft de opbouw en functie van steden en dorpen  benoemt en beschrijft verschillende voorzieningen in een stad of dorp  verklaart het ontstaan en de ontwikkeling van toerisme  legt verband tussen de opbouw van de aarde en natuurverschijnselen zoals vulkanen, aardbevingen, weer, kringloop van water  legt verband tussen de  plaats en beweging van de aarde in de ruimte en ritmes in de natuur  benoemt verschillende vormen van energiebronnen en beschrijft het proces van opwekken van energie uit verschillende energiebronnen  geeft voor‐ en nadelen van de verschillende energiebronnen  herkent de problematiek rondom afval, verspilling en vervuiling en geeft voorbeelden van oplossingen hiervoor  geeft voorbeelden van wereldwonderen en geeft aan hoe het behoud hiervan wordt gewaarborgd  beschrijft in grote lijnen het ontstaan en de ontwikkeling van dorpen en steden  

Page 15: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

8  

 

   

Verkeer en vervoer 

Kennis van regels voor deelnemers aan het verkeer op de openbare weg en kennis van de handelingen en voorzieningen om transport van mensen en goederen efficiënt en veilig te laten verlopen. 

Regels in het verkeer en openbaar vervoer 

Ontwikkeling van transport van goederen 

Kaarten en navigatie  

Topografie  

A  B  C  D 

gebruikt de basiswoorden verkeer in een context en definieert buiten de context  benoemt de belangrijkste verkeerstekens (borden, verkeersbrigadier)  beschrijft de regels als passagier   herkent en benoemt de belangrijkste (veiligheids)onderdelen van de fiets  

benoemt de basis‐verkeersafspraken om veilig te kunnen spelen, oversteken, lopen en fietsen in verschillende situaties  noemt de betekenis van 19 verkeersborden  benoemt verschillende vervoersmiddelen en geeft verschillen aan tussen vroeger en nu  legt uit hoe je een plattegrond ‘leest’ en hoe je een legenda gebruikt  benoemt de provincies, provinciesteden, wateren en gebieden van Nederland en wijst ze aan  

benoemt de voorrangsregels en voorsorteerregels in verschillende verkeerssituaties   noemt de betekenis van 36 verkeersborden  beschrijft de gedragsregels die gelden als je reist met het openbaar vervoer  beschrijft de ontwikkeling en het belang van de haven van Rotterdam  herkent verschillende soorten kaarten en hun doel  benoemt de onderdelen van een kaart   benoemt plaatsen, wateren en gebieden van de 12 provincies  en wijst ze aan 

benoemt de verkeersregels in complexe verkeersituaties, zoals verschillende rotondes, grote voertuigen  noemt de betekenis van 67 verkeersborden  legt uit hoe de dienstregeling van het openbaar vervoer werkt   beschrijft de ontwikkeling van transport van goederen  beschrijft het zoeken van gegevens in een atlas met de in de atlas aanwezige hulpmiddelen  legt de werking van gps uit  benoemt landen, plaatsen, wateren en gebieden in Europa en in de wereld en wijst ze aan  

Page 16: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

9  

 

   

Productie Kennis van het maken van producten, zowel handmatig als machinaal, en kennis van de onderdelen en materialen waaruit die producten bestaan en het maken ervan. 

Kenmerken en eigenschappen van materialen 

Productieprocessen 

Ontwikkeling van productieprocessen  

A  B  C  D 

gebruikt de basiswoorden materialen in een context en definieert buiten de context  beschrijft de kenmerken en eigenschappen van materialen  noemt voorbeelden van producten bij materialen   beschrijft kort het productieproces van producten (papier, aardewerk, kleding, brood)    

herkent en benoemt materialen en eigenschappen van materialen van spullen om ons heen   beschrijft het proces van het bouwen van een huis  beschrijft de uitvindingen die gedaan zijn van vuur tot lamp  beschrijft de ontwikkeling van de communicatie  

beschrijft kenmerken en eigenschappen van plastic en de toepassing ervan  beschrijft kenmerken en eigenschappen van verschillende soorten (kleding)stoffen   legt in grote lijnen de stappen uit van het maken van meubels en/of kleding  herkent en benoemt verbindingen bij het maken van meubels en of kleding  beschrijft het verschil tussen handgemaakte en industriële producten  legt het ontstaan van fabrieken uit  beschrijft de voor‐ en nadelen van duurzame productie 

legt een relatie tussen vorm, materiaal en functie van verpakkingen  beschrijft de stappen van ontwerp en ontwikkeling van een product  beschrijft in grote lijnen een productieproces van een product met een stroomschema: drinkwater, fiets, zeep  benoemt en beschrijft de ontwikkeling van hulpmiddelen in het productieproces  beschrijft de werking van een elektrische stroomkring  beschrijft de werking van sensoren en lopende banden in een productieomgeving  

Page 17: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

10  

    

Handel en consumptie Kennis van kopen, verkopen en ruilen van producten en van het gebruik van goederen en diensten voor de bevrediging van behoeften. 

Consumeren  

Verkopen en omgaan met geld  

Reclame 

De ontwikkeling in handel en consumptie  

A  B  C  D 

schat de waarde (van speelgoed) voor zichzelf en anderen in   geeft voorbeelden van de invloed van seizoenen op ons gedrag (recreatie, kleding)   gebruikt de basiswoorden winkel in een context en definieert buiten de context  beschrijft de werkzaamheden in de winkel  herkent reclame      

noemt vijf regels om bewust een aankoop te doen  legt verband tussen verschillende soorten speelgoed en verschillende behoeften  beschrijft het proces van kopen en verkopen  noemt de regels bij ruilen en kopen  herkent informatieve en misleidende teksten op verpakkingen van producten 

onderbouwt zijn keuzes voor het aanschaffen van een product of dier  beschrijft het proces van ruilen als een product niet voldoet  definieert en geeft voorbeelden van sparen, lenen, kasboek, begroting in relatie tot zakgeld   beschrijft de functie, de vormen, voor‐en nadelen en regels van reclame  beschrijft in grote lijnen de ontwikkeling van geld  vertelt over handel in de geschiedenis (slavernij, VOC, kolonisatie, Gouden Eeuw)  geeft aan wat er is veranderd door de televisie en het internet 

legt een relatie tussen consumeren of consuminderen en de gevolgen daarvan voor het milieu  beschrijft hoe het belang van consumenten beschermd wordt  beschrijft in grote lijnen de uitgaven van een gezin   herkent en benoemt verschillende vormen van beïnvloeding op onze consumptie  legt de term sociale zekerheid en het ontstaan ervan uit  legt een relatie tussen ontwikkelingen van consumptie en die van stroomverbruik 

Page 18: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

11  

 

 

   

Kunst en cultuur 

Kennis van de creaties, gewoonten en gebruiken van mensen, inclusief de kennis van de denkwijze van mensen over het leven, over normen en waarden, mensbeelden en godsdiensten. 

Samenlevingen vroeger en nu  

Gewoonten en gebruiken vroeger en nu 

Belangrijke personen/denkers uit de geschiedenis 

Groeperingen en godsdiensten   

A  B  C  D 

gebruikt de basiswoorden vroeger in een context en definieert buiten de context  geeft voorbeelden van het dagelijks leven van nu tot 100 jaar geleden  beschrijft het uiterlijk en innerlijk van zichzelf en anderen  gebruikt de basiswoorden vrije tijd in een context en definieert buiten de context  beschrijft de levensloop met levensfasen van een mens  vertelt over het leven en werk van Annie M.G. Schmidt 

beschrijft het gezinsleven en de omstandigheden in de tijd van opa en oma  beschrijft het spelen en het speelgoed van vroeger  vertelt over het leven van bekende personen van vroeger en wat hen bijzonder maakte (Rembrandt, Michiel de Ruyter, Anne Frank) 

beschrijft in grote lijnen de kenmerken van de samenleving in de verschillende tijdvakken   beschrijft hoe er opgravingen worden gedaan en welke vondsten er worden gedaan  beschrijft de veranderende rol van man en vrouw vroeger en nu   benoemt verschillende soorten vrijetijdsbestedingen  beschrijft wat de waarde en het gevaar kan zijn van social media  beschrijft de invloed van bekende personen op het leven in Nederland (Max Havelaar, Aletta Jacobs, Willem Drees)  beschrijft het ontstaan van verschillende groeperingen vroeger en nu en hun invloed in de samenleving 

beschrijft de betekenis van de verschillende tijdvakken voor de samenleving van nu  verklaart de economische en politieke veranderingen van de Gouden Eeuw tot de 18e eeuw  beschrijft wat een multiculturele samenleving inhoudt en legt uit hoe dit zichtbaar is in onze samenleving  beschrijft de betekenis en het belang van normen en waarden in een samenleving  legt de begrippen discriminatie, vooroordelen en racisme uit en geeft voorbeelden  noemt belangrijke (Nederlandse) hervormers, denkers, kunstenaars van de 16e eeuw tot nu en hoe ze ons land en leven hebben beïnvloed (Erasmus, Spinoza)  benoemt en beschrijft de belangrijkste kenmerken van de wereldgodsdiensten en geeft overeenkomsten en verschillen daartussen aan   beschrijft de invloed van de godsdienst op de ontwikkelingen in ons land door de eeuwen heen  

Page 19: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

12  

  

   

Organisatie en bestuur Kennis van kenmerken en eigenschappen van organisaties die een rol spelen in de samenleving en kennis van het leiden van die organisaties en het beheren van menselijke en materiële middelen om de doelen van een land, organisatie of project te bereiken. 

De ontwikkeling van beroepen en organisaties 

Overheid, wet‐ en regelgeving 

De ontwikkeling van landsbestuur  

A  B  C  D 

gebruikt de basiswoorden beroepen in een context en definieert buiten de context   herkent en benoemt beroepen  herkent het verschil tussen beroepen van vroeger en nu   herkent en benoemt hulpdiensten  legt de functie (het waarom) van taken en regels uit  

beschrijft beroepen die zichtbaar zijn in de wijk en de eigen omgeving  beschrijft de taken van de verschillende hulpdiensten  onderscheidt verschillende vormen van communicatie van vroeger tot nu   beschrijft het verschil tussen de rechten van vrouwen en kinderen vroeger en nu  beschrijft hoe wijken schoongehouden worden  

beschrijft soorten werk en benoemt beroepen  beschrijft beroepen in de middeleeuwen en vergelijkt deze met de beroepen van nu  geeft het verschil aan tussen arbeids‐omstandigheden vroeger en nu  geeft in grote lijnen de betekenis van de Ouderdomswet en Werkloosheidswet en beschrijft het ontstaan ervan (Drees)  beschrijft in grote lijnen hoe openbare speelruimten tot stand komen   

herkent het verschil van leidinggeven op basis van macht en gezag  benoemt lidstaten van de EU, beschrijft de taken van de EU en noemt voor‐ en nadelen van de EU   benoemt maatregelen en voorzieningen waarmee recht wordt gedaan aan gelijkheid voor iedereen   beschrijft het proces van een gastarbeider of asielzoeker in Nederland   beschrijft de taken en het bestuur van een gemeente  beschrijft hoe regering en parlement zijn opgebouwd en benoemt de taken van beide organen  beschrijft de rol van verschillende machthebbers in de 16e, 17e en 18e eeuw voor ons land (Willem van Oranje, Karel V, Napoleon)  legt de begrippen kolonisatie en dekolonisatie uit aan de hand van voorbeelden van Nederlandse koloniën  benoemt waar en wanneer de wereldoorlogen plaatsvonden, de rol van Nederland hierin en wat er nu wordt gedaan om oorlogen te voorkomen 

Page 20: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

13  

Competentielijnen   

Samenwerken Een bijdrage leveren aan een gezamenlijk resultaat door een optimale afstemming tussen de eigen kwaliteiten en de belangen van de groep.  Organiseren Efficiënt, effectief en flexibel inzetten van mensen, middelen, informatie, tijd en geld.  Communiceren Overbrengen of uitwisselen van ervaringen, meningen en gevoelens in een gesprek met twee of meer deelnemers.   

Zorgen Iets of iemand in een goede toestand brengen of houden.  Zorgen voor jezelf en anderen Jezelf en anderen in een goede toestand brengen of houden, zowel lichamelijk, psychisch als sociaal.  Zorgen van natuur en milieu Dieren, planten en hun omgeving in een goede toestand brengen of houden.   

Maken Vormgeven, creëren, vervaardigen, construeren of onderhouden van een product.  Naar eigen idee maken Vormgeven aan eigen ideeën door het maken van originele producten, zoals schetsen, tekeningen, modellen en bouwwerken met behulp van gereedschappen, materialen en/of digitale middelen.  Volgens instructie maken Vervaardigen, construeren of onderhouden van producten met stappenplannen, gereedschappen, materialen en/of digitale middelen.   

   

Page 21: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

14  

   Onderzoeken Bestuderen hoe iets werkt of in elkaar zit of de oorzaak of reden van iets achterhalen.  Waarnemen en meten Vaststellen van een kenmerk of eigenschap van een object of proces op een doelgerichte en systematische manier door het gebruiken van de zintuigen of door te meten, bijvoorbeeld met een instrument, door te tellen of te vragen.  Analyseren en evalueren Uiteenrafelen van situaties (in technische of sociale context) of het bestuderen van producten en processen en het achteraf bespreken en beoordelen van de kwalitatieve of kwantitatieve waarde ervan.    

Presenteren Het overbrengen van informatie en ideeën aan een groep op een duidelijke en zo nodig boeiende of enthousiasmerende wijze met relevante middelen.  Mondeling uiten en presenteren Het overbrengen van informatie door gesproken teksten met relevante audiovisuele ondersteuning.  Schriftelijk presenteren Het overbrengen van informatie door geschreven teksten met relevante grafische ondersteuning.  Muzisch uiten en presenteren Het overbrengen van expressie door dans, drama, muziek of geluid met relevante visuele ondersteuning.   

Leren Het ontwikkelen van het vermogen om op basis van bronnen of ervaringen een onderwerp beter te begrijpen of een taak efficiënter, beter te verrichten dan tevoren.  Bronnen gebruiken Het verzamelen, vinden, beoordelen en analyseren van informatie in verschillende informatiedragers.  Leren leren Het leren van vaardigheden, technieken en methoden die het leren efficiënter en effectiever maken.   

Bewegen  De ontwikkellijnen Ontspanning en Inspanning worden later ontwikkeld.   

Page 22: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

15  

Organiseren Efficiënt, effectief en flexibel inzetten van mensen, middelen, informatie, tijd en geld. 

Taakinitiatie en taken verdelen 

Informatie en middelen organiseren (R) 

Plannen in de tijd (R) 

Taken volgens plan uitvoeren  

Geld bewaken (R)  

A  B  C  D 

speelt samen met andere kinderen  voert samen een taak uit  vraagt om dingen die hij nodig heeft  pakt zelf materialen die hij nodig heeft   deelt beschikbare materialen met andere kinderen  begint direct met de taak  werkt door aan een taak van 5 tot 10 minuten  rondt een eenvoudige taak af binnen de tijd   houdt zich aan regels  past zich aan een situatie aan, schakelt tussen taken   ruimt materiaal op   kan ruilen  

verdeelt taken met een ander  zorgt voor de juiste en het juiste aantal benodigdheden voor het uitvoeren van de eigen taak  maakt een eenvoudige tijdsplanning voor de eigen taken  begint direct bij ontvangst van de taak  werkt gestructureerd aan een taak  werkt door aan een taak van 10 tot 20 minuten  kan zich aanpassen aan nieuwe ideeën of situaties  kan iets kopen en verkopen 

verdeelt taken en rollen en is zich daarbij bewust van het belang van gelijkwaardige deelname  kiest en verzamelt benodigdheden voor een opdracht  maakt een tijdsplanning voor gezamenlijk werk  begint direct aan een taak nadat hij zijn plan heeft gemaakt  werkt gestructureerd aan achtereenvolgende taken en controleert tussentijds  verandert zijn plan als dat voor de nieuwe situatie nodig is  maakt zijn taak af voordat hij aan iets anders begint  kan uitgaven en inkomsten noteren 

verdeelt taken en rollen en benut daarbij ieders talent  stelt benodigdheden voor een opdracht vast en zorgt dat hijzelf of anderen deze tijdig leveren  toont verantwoordelijkheid voor de tijdsplanning en stelt bij waar nodig  stelt prioriteiten bij meerdere taken en begint met de belangrijkste, dat hoeft niet de leukste te zijn  werkt gestructureerd en zet door op lastige momenten tijdens een opdracht  toont verantwoordelijkheid voor eigen bijdragen en het gezamenlijke resultaat  is flexibel, speelt actief in op nieuwe situaties  houdt uitgaven en inkomsten bij tijdens de uitvoering van een opdracht  

 Note: (R) = rekenen geïntegreerd in de leerdoelen 

   

Page 23: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

16  

Communiceren Overbrengen of uitwisselen van ervaringen, meningen en gevoelens in een gesprek met twee of meer deelnemers. 

Boodschap overbrengen (T) 

Luisteren naar de ander (T)  

Eigen behoeften aangeven (T) 

Lichaamstaal gebruiken (T) 

Gesprekken voeren (T)  

A  B  C  D 

neemt initiatief tot gesprek in een groep  zet gesprek voort  beantwoordt voor hem bestemde vragen  herkent taalgrapjes (figuurlijk taalgebruik)  geeft bij kinderen aan wat hij wel of niet wil  maakt zijn gevoelens en intenties kenbaar  zegt zijn mening  richt zich naar de spreker (non‐verbaal)  spreekt met intonatie  neemt initiatief in gesprek met een ander  wacht op z'n beurt in een gesprek  gebruikt je‐vorm en u‐vorm  

spreekt in logische volgorde over eigen ervaringen  luistert en stelt vragen ter verduidelijking  komt voor zichzelf op door eigen behoefte te verwoorden  vertelt eigen verhaal met expressie  neemt ruimte in een gesprek  geeft anderen voldoende ruimte in een gesprek  

brengt doelgericht de boodschap of ervaring over  luistert, vraagt door en vat samen wat een ander heeft gezegd  durft een standpunt in te nemen en te verdedigen  gebruikt intonatie, houding en handgebaren passend bij het gesprek   bewaakt sfeer en evenwichtige deelname in groepsgesprekken  

brengt doelgericht de boodschap of ervaring over met een passende inleiding en afsluiting  luistert, vraagt door en houdt daarbij rekening met gevoelens van anderen  toont assertief gedrag in communicatie met anderen  maakt bewust gebruik van lichaamstaal om een verhaal te versterken  herkent en benoemt lichaamstaal van anderen  bewaakt sfeer en evenwichtige deelname in groepsgesprekken   neemt zo nodig de leiding in een groepsgesprek 

 Note: (T) = taal geïntegreerd in de leerdoelen     

Page 24: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

17  

Zorgen voor jezelf en anderen Jezelf en anderen in een goede toestand brengen of houden, zowel lichamelijk, psychisch als sociaal. 

Verzorgen lichaam/conditie 

Kiezen goede voeding 

Positief zelfbeeld en emotieregulatie 

Omgaan met anderen, zich staande houden in de groep 

Veilig in het verkeer 

EHBO  

A  B  C  D 

kleedt zichzelf aan   wast zijn handen zorgvuldig  bereidt zich voor op een gezondheidsonderzoek (GGD)  weet wat gezonde voeding is  durft zelf een taak te doen  toont en herkent emoties  herkent emoties bij anderen en benoemt ze  lost eenvoudige conflicten zelf op   speelt veilig op de stoep  steekt zelfstandig over  probeert het nog eens als iets niet lukt  vraagt hulp als het nodig is  

verzorgt zijn eigen lichaam en behandelt het bij eenvoudige wonden en ongelukjes  maakt een eenvoudig gezond gerecht volgens recept  toont zelfvertrouwen bij het oppakken van nieuwe taken  geeft kritiek en complimenten en houdt daarbij rekening met het eigen gevoel en dat van anderen  neemt de tijd om rustig te worden als het tegenzit en gaat dan weer verder  fietst veilig in eenvoudige verkeerssituaties  gaat hulp halen bij lichamelijk letsel 

meet de eigen lichamelijke conditie en trekt conclusies daaruit  stelt gevarieerde maaltijd samen met de Schijf van Vijf   benoemt positieve eigenschappen van zichzelf  blijft rustig en werkt door als het tegenzit  helpt en komt op voor anderen en draagt daarbij bij aan een positief klimaat in de groep  neemt veilig deel aan het verkeer  biedt hulp door op juiste wijze 112 te alarmeren  

stimuleert zichzelf en anderen om het lichaam in goede conditie te houden  maakt eenvoudige, gezonde gerechten op een veilige en hygiënische manier  regelt zijn emoties bewust en werkt ongestoord verder  toont zelfvertrouwen bij complexe opdrachten en is zich bewust van de eigen inbreng  handelt in belang van de groep met respect voor iedereen, inclusief zichzelf  neemt als volwaardige verkeersdeelnemer deel aan het verkeer  handelt veilig volgens EHBO‐regels bij extern en intern lichamelijk letsel  

  

   

Page 25: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

18  

Zorgen voor natuur en milieu Dieren, planten en hun omgeving in een goede toestand brengen of houden. 

Zorg voor dieren 

Zorg voor planten 

Zorg voor milieu/eigen leefomgeving  

A  B  C  D 

benadert op de goede wijze een dier  verzorgt een dier onder begeleiding  verzorgt planten  scheidt afval 

voert eenvoudige verzorgingstaken uit bij kleine huisdieren, zoals eten geven, schoonmaken  verzorgt een plant volgens instructie  houdt de eigen omgeving schoon 

verzorgt huisdier volgens eigen plan over een langere periode   verzorgt een plant gedurende een langere periode    neemt initiatieven om in de eigen omgeving milieuvriendelijk te handelen  

verzorgt jonge dieren vanaf het begin van hun leven (rups, kikker, kuiken)  verzorgt jonge planten van zaad of stek tot plant  toont milieuvriendelijk gedrag en spreekt daar anderen op aan   

    

Page 26: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

19  

Naar eigen idee maken Vormgeven aan eigen ideeën door het maken van originele producten, zoals schetsen, tekeningen, modellen en bouwwerken met behulp van gereedschappen, materialen en/of digitale middelen. 

Ideeën en eisen bedenken (R) 

Schetsen en ontwerpen (R) 

Kleur, materiaal en constructie kiezen  

A  B  C  D 

verwoordt zijn idee  maakt een vrije tekening, waarbij de dingen een relatie hebben  verzint zelf een constructie met constructiemateriaal  verzint een product van papier, kosteloos materiaal en karton  verzint een product van klei  

heeft ideeën voor een product  maakt een eenvoudige schets van zijn idee  denkt na over kleur en materiaal die passen bij zijn idee 

houdt rekening met doel, gebruik en doelgroep van het product tijdens het vormen van ideeën  maakt schetsen van zijn ideeën en komt tot een weloverwogen keuze  kiest kleuren en materialen die passen bij doel, gebruik en doelgroep van het product 

stelt een programma van eisen op voor het maken van een product  maakt schetsen of modellen van zijn ideeën, rekening houdend met het programma van eisen  kiest kleuren,  materialen en constructies die aansluiten bij het programma van eisen 

 Note: (R) = rekenen geïntegreerd in de leerdoelen      

Page 27: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

20  

Volgens instructie maken Vervaardigen, construeren of onderhouden van producten met stappenplannen, gereedschappen, materialen en/of digitale middelen. 

Met voorbeeld of (bouw)tekening maken (R) 

Volgens recept of stappenplan maken (R) 

Correct en veilig materialen en gereedschappen gebruiken  

A  B  C  D 

maakt een patroon na  maakt een eenvoudig werkstuk na vanaf voorbeeld  maakt een product volgens een stappenplan  tekent een mensfiguur  mengt kleuren  gebruikt eenvoudige materialen met hulp  

maakt constructies met papier, karton en kosteloos materiaal volgens tekening   tekent onderwerpen na door goed naar het object te kijken  maakt een product volgens een stappenplan met zes eenvoudige stappen  gebruikt materialen en hulpmiddelen volgens instructie  

maakt product en constructies met hout en stof volgens schematische tekening  maakt een product door het volgen van een stappenplan  gebruikt materialen, hulpmiddelen en gereedschappen volgens instructie 

maakt een constructie van verschillende materialen op basis van een (bouw)tekening op schaal  maakt een ontwerp op schaal  maakt een samengesteld product door het volgen van processtappen  gebruikt zelfstandig materialen, hulpmiddelen en gereedschappen op een juiste en veilige manier  

 Note: (R) = rekenen geïntegreerd in de leerdoelen  

   

Page 28: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

21  

Waarnemen en meten Vaststellen van een kenmerk of eigenschap van een object of proces op een doelgerichte en systematische manier door het gebruiken van de zintuigen of door te meten, bijvoorbeeld met een instrument, door te tellen of te vragen. 

Doel van waarneming of meting bepalen (R) 

Observeren van kenmerken en eigenschappen van producten en processen met zintuigen (R) 

Meten van kenmerken en eigenschappen van producten en processen met meetinstrument (R) 

Registreren, interpreteren en verwerken meetgegevens (R)  

A  B  C  D 

sorteert voorwerpen op eigenschappen  vergelijkt lengte, inhoud en gewicht op het oog of via direct meten  vergelijkt en ordent op omtrek en oppervlakte op het oog  gebruikt zintuigen voor onder andere koud, warm, ruw, glad, zoet, zout  tekent na door observeren  laat met instrumenten zien dat de tijd verstrijkt (zandloper, klok)  maakt puzzels van 25 tot 60 stukjes  vergelijkt en ordent op lengte, inhoud en gewicht met een vaste maat   voert een opdracht uit met een spiegeltje  voert een opdracht uit met licht en schaduw  wijst op een eenvoudige plattegrond iets aan  lokaliseert iets door gebruik te maken van  herkenningspunten  neemt een standpunt in en tekent of verwoordt dan wat je niet ziet  tekent realistische maten  tekent een eenvoudige plattegrond  

bedenkt gerichte kijk‐ vragen om een object of situatie te onderzoeken  beschrijft of tekent een object of situatie door nauwkeurig te kijken, proeven, ruiken, voelen of luisteren  bepaalt lengte, inhoud, gewicht met (zelfgemaakte) meetinstrumenten  noteert meetresultaten op nauwkeurige en gestructureerde manier  verbindt een eenvoudige betekenis aan verzamelde gegevens  geeft meetgegevens weer in een eenvoudige tekening, plattegrond, staafdiagram of tijdlijn  

kiest een passende meetmethode om antwoord te krijgen op een gegeven onderzoeksvraag  vergelijkt  eigenschappen van  processen of  producten door nauwkeurig te kijken, proeven, ruiken, voelen of luisteren   vergelijkt eigenschappen van processen en producten door het uitvoeren van  metingen met verschillende meetinstrumenten   registreert meerdere meetresultaten in een logboek of eenvoudige tabel  trekt conclusies uit verzamelde (meet)gegevens  verwerkt meetgegevens in een schematische tekening, grafiek, tijdbalk of kaart met legenda  

kiest een passende meetmethode om antwoord te krijgen op een eigen onderzoeksvraag  observeert de eigenschappen van een proces of product volgens een eigen onderzoeksopzet  voert een kwalitatieve meting uit met bijvoorbeeld enquête, interview, experiment  registreert kwalitatieve meetresultaten in een tabel of verslag  legt verbanden tussen  verschillende soorten onderzoeksgegevens  kiest en maakt een overzichtelijke weergave van de meetgegevens 

Note: (R) = rekenen geïntegreerd in de leerdoelen 

Page 29: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

22  

Analyseren en evalueren Uiteenrafelen van situaties (in technische of sociale context) of het bestuderen van producten en processen en het achteraf bespreken en beoordelen van de kwalitatieve of kwantitatieve waarde ervan.  

Onderkennen probleem  

Uiteenrafelen probleem of situatie 

Komen tot een oplossing 

Reflecteren op werkresultaat 

Reflecteren op werkproces (metacognitie en zelfmonitoring)  

A  B  C  D 

herkent een probleem  noemt een oorzaak of gevolg van het probleem of situatie  bedenkt een oplossing voor zichzelf  reflecteert op werkresultaat (wat is goed, kan beter)  controleert iets op enkele punten  reflecteert op werkproces (wat ging goed, kan beter)  reflecteert op eigen ervaring (wat is leuk, niet leuk) 

beschrijft een probleem in eigen woorden  benoemt enkele gevolgen of oorzaken van het probleem of situatie   bedenkt meerdere oplossingen en betrekt anderen daarbij om een keuze te maken  reflecteert op werkresultaat met controlelijst en stelt op verzoek bij   reflecteert onder begeleiding op werkproces en ervaringen en pakt aangereikte tips op 

bekijkt en beschrijft het probleem vanuit verschillende invalshoeken  onderscheidt oorzaken en gevolgen van het probleem of situatie  stelt eerst criteria op waaraan de oplossing moet voldoen en bedenkt dan oplossingen  reflecteert op werkresultaat met controlelijst en stelt op eigen initiatief bij  reflecteert op (groeps)proces en ervaring en formuleert zelf (of samen) verbeteringen 

schat van tevoren in of er een probleem kan ontstaan  rafelt het probleem of situatie uiteen, zodat oorzaken en gevolgen helder worden  maakt en verantwoordt een plan van aanpak om tot een oplossing te komen   formuleert eigen onderzoeksvraag en maakt daarbij een eigen  plan van aanpak  reflecteert tussentijds op werkresultaat met controlelijst en stelt op eigen initiatief bij  reflecteert tussentijds op (groeps)proces en ervaring en stelt tussentijds (samen) bij  

    

Page 30: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

23  

Mondeling uiten en presenteren Het overbrengen van informatie door gesproken teksten met relevante audiovisuele ondersteuning. 

Opbouw presentatie (T)  

Hulpmiddelengebruik (T) 

Stemgebruik, houding en gebaren (T) 

Betrekken publiek (T)  

Taalgebruik ‐ bereiken luisteraars (T)  

A  B  C  D 

vertelt over een gebeurtenis of handeling  beschrijft kenmerken en eigenschappen van zaken of personen  geeft informatie met behulp van voorwerpen  articuleert voldoende  kijkt de groep in 

presenteert een aantal facetten van een onderwerp  ondersteunt de presentatie met een beeld of woordweb  spreekt verstaanbaar en staat rechtop voor de groep  maakt oogcontact met de luisteraars  vertelt in eigen woorden 

presenteert een onderwerp volgens een logische opbouw met een passende inleiding en afsluiting  ondersteunt de presentatie met verschillende hulpmiddelen  gebruikt afwisseling in het spreken en gebruikt gebaren  betrekt luisteraars bij een presentatie door vragen te stellen   stemt de woordkeuze af op de luisteraars 

bouwt de presentatie zo op dat het boeiend blijft tot het einde  kiest en gebruikt passende (digitale) media om de presentatie te ondersteunen  gebruikt bewust stemvolume, intonatie en gebaren om informatie overtuigend over te brengen   betrekt luisteraars bij een presentatie door een actieve werkvorm te gebruiken, bijvoorbeeld een quiz of opdracht   stemt toon en woordkeus af op het doel van de presentatie en de luisteraars   

 Note: (T) = taal geïntegreerd in de leerdoelen  

Page 31: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

24  

Schriftelijk uiten en presenteren Het overbrengen van informatie door geschreven teksten met relevante grafische ondersteuning. 

Doelgerichtheid (T) 

Expressiviteit (T) 

Taalverzorging (T) 

Opmaak (T) 

Taalgebruik – bereiken lezers (T)  

A  B  C  D 

schrijft (krabbelt) functionele briefjes (1)  tekent een verhaal (2) 

schrijft korte tekstjes bij een onderwerp (1)  uit eigen ideeën in zelfbedachte verhaaltjes (2)  onderscheidt afzonderlijke zinnen met hoofdletters en punten (3)  kiest passende beelden bij een stukje tekst (4)  werkt verzorgd aan schriftelijk werk (4)  gebruikt korte, begrijpelijke zinnen (5) 

schrijft een formele tekst op basis van een schrijfdoel, indeling en kernwoorden (1)  uit eigen gevoel en gedachten in gedicht, brief of verhaal (2)  houdt bij het schrijven rekening met spelling, zinslengte en interpunctie (3)  maakt gebruik van beeld, witregels en lettergrootte (4)  stemt woordgebruik en zinsopbouw af op het doel van de tekst  (5) 

schrijft een formele tekst op basis van een vooraf gemaakt schrijfplan (1)  kan een mening, boodschap of emotie overbrengen op anderen in een passende informele schrijfvorm (2)  streeft naar correcte spelling en grammatica en gebruikt daarbij hulpmiddelen en tegenlezers (3)  voorziet tekst van passende opmaak, bijvoorbeeld met titelblad, inhoudsopgave, en illustraties (4)  stemt de opbouw, woordkeus en toon af op het soort tekst, het doel en de doelgroep (5)  

 Note: (T) = taal geïntegreerd in de leerdoelen       

Page 32: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

25  

Muzisch uiten en presenteren Het overbrengen van expressie door dans, drama, muziek of geluid met relevante visuele ondersteuning. 

Drama, rollenspel (T) 

Zang en geluid 

Dans en ritme 

Foto en film  

A  B  C  D 

beeldt iets uit  speelt poppenkast of een spel  speelt een rollenspel  bootst geluiden na  zegt een versje op  zingt alleen een lied  volgt een eenvoudig ritme 

beeldt een kort verhaaltje of scène uit  experimenteert met geluiden op (zelfgemaakte) instrumenten  zingt met een groepje voor anderen  danst vrij op ritme en  tempo  maakt een foto van voorwerp of situatie 

beeldt een verhaal uit met gebruik van emoties  maakt muziek bij een lied  zingt voor de groep  improviseert met  danspassen op verschillende soorten muziek   maakt met foto’s een verhaal of instructie 

speelt een rol en kiest daarbij passende stem, houding, beweging en mimiek   maakt en/of kiest muziek bij een situatie  zingt een zelfbedacht lied voor de groep   drukt eigen gevoel of idee uit in dans  geeft een verhaal filmisch vorm met aandacht voor beeld, geluid en tekst  

 Note: (T) = taal geïntegreerd in de leerdoelen  

     

Page 33: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

26  

Bronnen gebruiken Het verzamelen, vinden, beoordelen en analyseren van informatie in verschillende informatiedragers. 

Verzamelen en zoeken (T) 

Ordenen en beoordelen (T)  

Analyseren en begrijpen (denkvragen en leesstrategieën als middel) (T) 

Concluderen en waarderen (T)  

A  B  C  D 

doet voorspellingen over een bron op basis van kaft en titel  bladert door een boek van voor naar achter  weet dat je van links naar rechts leest  kiest een bron aan de hand van plaatjes en eigen interesse  vertelt over wie het verhaal gaat, herkent hoofdpersonen, weet waar het verhaal zich afspeelt  stelt zelf wie‐, wat‐, waar‐, wanneer‐ en welke‐vragen over een boek of informatie   legt uit of het echt gebeurd kan zijn   herkent en benoemt eenvoudige pictogrammen uit de omgeving  heeft plezier in (voor)lezen van boeken en verhalen  geeft een mening over een boek (waarderen)  

gebruikt titel, tussenkopjes en achterflap om te voorspellen waar de bron over gaat   herkent of een bron informatief of verhalend is   kiest een bron op basis van eigen interesse of onderwerp   vertelt in het kort waar een tekst over gaat  kan belangrijke woorden uit een bron aanwijzen en ordenen (bijvoorbeeld in woordweb)  onderscheidt dromen en wensen, goed en kwaad en fantasie en werkelijkheid van elkaar in een tekst  herkent en benoemt beeldtaal in een bron  heeft plezier in het zelf lezen van boeken en verhalen  deelt zijn leesbeleving van een gekozen boek met anderen 

zoekt informatie met en zonder internet met inhoudsopgave, legenda en trefwoorden  herkent verschillende stijlen, tekstsoorten en genres  beoordeelt een bron op bruikbaarheid aan de hand van vooraf gestelde eisen  bepaalt het hoofdonderwerp en de centrale vraag van een tekst  geeft de kern van een bron in woorden weer (bijvoorbeeld mindmap, strip)  kan opvattingen met elkaar vergelijken   haalt de boodschap uit eenvoudige infografics  is zich bewust van bepaalde voorkeuren voor onderwerpen, genres en schrijvers en kan dit verwoorden en motiveren 

zoekt en verzamelt doelgericht informatie op internet door verschillende zoekmachines (google, netwijs, kennisnet) te gebruiken  voorspelt de bedoeling van de schrijver en legt verbanden met voorkennis en eigen ervaring  beoordeelt of een bron bruikbaar, betrouwbaar, juist en volledig is   is zich bewust van het belang om meerdere bronnen te selecteren   bepaalt hoofdonderwerp, hoofd‐ en bijzaken en bedoeling van de schrijver in een tekst  maakt een samenvatting van de bron aan de hand van zelfgekozen kernwoorden  onderscheidt feiten en meningen in een tekst  leest en interpreteert gegevens uit samengestelde infograpics   onderbouwt welke onderwerpen en genres hij leuk vindt met emotieve argumenten  concludeert in welke mate de gebruikte bronnen hebben  bijgedragen aan het doel  

 Note: Waar in de leerdoelen wordt gesproken van bronnen worden alle soorten informatiedragers bedoeld, zoals boeken (van verhalend tot informatief), teksten, posters, infografics, weblogs, et cetera.  (T) = taal geïntegreerd in de leerdoelen   

Page 34: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

27  

Leren leren Het leren van vaardigheden, technieken en methoden die het leren efficiënter en effectiever maken. 

Doelen stellen en strategie kiezen 

Plannen  

Reguleren leerproces (T) 

Toetsen van je kennis (T) 

Reflecteren van het leerproces (metacognitie en zelfmonitoring)   

A  B  C  D 

kiest uit aangeboden taken  voert een korte opdracht binnen de geboden tijd uit en pakt vervolgwerk  vraagt naar de betekenis van een onbekend woord  kan een opdracht navertellen  maakt gebruik van hulp wanneer dat nodig is  kan omgaan met uitgestelde aandacht  controleert of een taak klaar is  controleert zijn eigen taak  vertelt wat hij heeft gedaan  luistert aandachtig als iemand iets vraagt  heeft plezier in leren van nieuwe dingen  

schat moeilijkheidsgraad van een taak voor zichzelf  kiest  een eenvoudige leermethode (bijvoorbeeld woordweb, leren met een maatje)  plant het leren van een eenheid of taak  denkt na voordat hij begint  stelt vragen als hij iets niet begrijpt  wacht zijn beurt af  geeft aan wat hij  verwacht te kunnen qua taak en tijd  kan in eigen woorden vertellen wat hij al weet   houdt vol als iets niet direct lukt en zoekt hulp als het echt niet lukt  toetst zijn eigen kennis en herhaalt  waar nodig  vertelt hoe hij de leertaak heeft aangepakt  kan complimenten en kritiek ontvangen 

stelt zichzelf een uitdagend leerdoel  onderzoekt verschillende  leermethoden (bijvoorbeeld spiekbriefje, samenvatting, vraag‐ en antwoordschema)  plant meerdere eenheden of taken achter elkaar (meer dagen)  vraagt bij onduidelijkheden om verduidelijking  geeft aan wat hij verwacht te kunnen qua eigen vaardigheid   kan vertellen welke informatie hij nodig heeft en bekijkt welke stappen hij moet zetten  neemt maatregelen bij externe afleiding (zoekt rustige omgeving, gebruikt koptelefoon)  toetst eigen kennis en onderbouwt zijn mening over de kwaliteit van zijn leertaak  reflecteert op het leerproces  stelt vorderingen en verbeterpunten bij zichzelf vast   kan feedback vragen en ontvangen  

formuleert een eigen leerdoel voor een taak of project  kiest leermethode passend bij leerdoel en eigen leerstijl  past eerder aangeleerde kennis en vaardigheden in verschillende situaties toe  maakt een (huiswerk) planning op basis van prioriteiten, geschatte leertijd en eerdere ervaringen  legt bij onduidelijkheden een voorstel voor  kan de ervaringsspiraal toepassen op het leren: ervaren, evalueren (bewuste terugblik), verbeteren (bewuste vooruitblik)  neemt maatregelen bij interne afleiding (bijvoorbeeld zoekt motivatie door leren met een maatje, andere leermethode)  toetst regelmatig eigen kennis gedurende een leertaak en past op basis daarvan de leerstrategie aan   reflecteert op voorbereiding, proces en resultaat van de leertaak  benoemt eigen leerpunten op basis van reflectie  kan feedback vragen, ontvangen en geven 

 Note: (T) = taal geïntegreerd in de leerdoelen 

   

Page 35: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

28  

Taallijnen   

Lezen en spellen Het omzetten van gedachten of spraak naar schrift. Lezen is het betekenis geven aan het schrift.  Leren lezen Het aanvankelijk en technisch lezen.  Het gaat om de motivatie om te leren lezen, het verbinden van klanken aan tekens om te komen tot woorden (grafeem‐foneem koppeling), technieken voor het herkennen van woorden, vloeiend lezen en intonatie  Leren spellen Het foutloos kunnen schrijven van gesproken of gedachte woorden. Het gaat om de motivatie om correct te schrijven, klanken, klankgroepen en letters, woorden spellen en hoofdletters in woorden gebruiken  

Taalbeschouwing Het inzicht in taal om doelgericht te kunnen luisteren, spreken, lezen of schrijven.   Taalinzicht Hoe gebruik je zelf en hoe gebruiken anderen taal? Het gaat om het nadenken en praten over betekenis‐, gebruiks‐ en vormaspecten van taal. Het gaat om het nadenken en praten over betekenis‐, gebruiks‐ en vormaspecten van taal.  Het gaat om tekstvormen, interpretatie van taal, interpunctie en afkortingen.  Grammatica Het gaat om de functie en rol van woorden in een zin en hun onderlinge relatie.  Er wordt onderscheid gemaakt tussen ontleden in woordsoorten en ontleden in zinsdelen.  

Handschriftontwikkeling Het noteren van woorden en zinnen door handgeschreven letters (grafemen).   Van schrijfletters naar eigen letters Het ontwikkelen van een handschrift, eerst in schrijfletters, daarna in eigen letters. Het gaat om motivatie voor duidelijk en gelijkmatig schrijven, de greep en houding, het schrift zelf en tempo van schrijven.  Naar een eigen handschrift ‐ alternatief Alternatief: Als het doel is dat de leerling een duidelijk eigen handschrift heeft, kan ook gekozen worden om de leerling direct in blokletters te laten schrijven. De leerling wordt dan niet afgeleid door lussen en verbinding tussen letters en kan direct focussen op duidelijk en gelijkmatig schrijven.     

Page 36: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

29  

Leren lezen Het aanvankelijk en technisch lezen. Het gaat om de motivatie om te leren lezen, het verbinden van klanken aan tekens om te komen tot woorden (grafeem‐foneem koppeling), technieken voor het herkennen van woorden, vloeiend lezen en intonatie. 

 

A  B  C  D 

wil net als anderen lezen, imiteert  doet pogingen om aan gedrukte woorden klank en betekenis te geven  wijst zinnen en woorden aan in  teksten  herkent de eigen naam  herkent enkele woorden – van voor het kind belangrijke dingen ‐ als plaatje  herkent lettervormen in alle situaties  verklankt lettervormen  

is gemotiveerd om te leren lezen, 

legt het belang voor zichzelf uit 

leest letters door er klanken aan te verbinden (analyse) en voegt klanken samen (synthese)  ontsleutelt en herkent klankzuivere (km‐,mk‐ en mkm‐) woorden zonder eerst de afzonderlijke letters te verklanken  

herkent klankzuivere letterpatronen (o.a. sch,  ch, au, ai, ui, oe, st, sl)  leest klankzuivere woorden (van het type mmkm, mkmm en mmkmm)  herkent niet‐klankzuivere letterpatronen (o.a. horen, beren, overal, vreselijk)  herkent voor‐ en achtervoegsels als letterpatronen   leest korte (uitheemse) woorden 

met afwijkende spellingpatronen 

(flat) 

herkent steeds meer woorden automatisch  houdt tijdens het (voor)lezen 

rekening met punten 

kiest gemotiveerd zelf een bron 

om van te genieten of om meer 

te weten 

ontsleutelt en herkent alle woorden zonder eerst de afzonderlijke letters te verklanken  

herkent het unieke 

letterpatroon van (uitheemse) 

woorden (politie, tram, etalage)  

leest in een vloeiend  tempo met begrip  houdt tijdens het (voor)lezen 

rekening met leestekens 

legt het 

maatschappelijke belang 

van lezen uit 

leest een tekst met intonatie, rekening houdend met de inhoud  

     

Page 37: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

30  

Leren spellen Het foutloos kunnen schrijven van gesproken of gedachte woorden. Het gaat om de motivatie om correct te schrijven, klanken, klankgroepen en letters, woorden spellen en hoofdletters in woorden gebruiken  

A  B  C  D 

weet dat je gesproken of gedachte woorden kunt schrijven  spreekt woorden juist uit als voorwaarde voor het onderscheiden van klanken  herkent en legt ook zelf de klemtoon in een woord  onderscheidt woorden in een zin  benoemt klankgroepen van een woord  benoemt klanken van een woord  herkent rijm  rijmt met begin‐ en eindklank  maakt woorden na (letterdoos, stempelen, tekenen, kleien, op pc e.d.)  onderscheidt lettervormen  noemt de letters bij de alfabetnaam  onderscheidt (in klank) klinkers en  medeklinkers  doet pogingen om gesproken woorden om te zetten in letters  schrijft de eigen naam  schrijft enkele woorden bij voor het kind belangrijke dingen  

is gemotiveerd om correct te spellen, legt het belang voor zichzelf uit  kiest bij de klanken van klankzuivere woorden de bijbehorende letters (klankanalyse)  onderscheidt (in klank) lange en korte klinkers  herkent de sjwa in woorden  schrijft klankzuivere woorden correct  schrijft Nederlandse niet‐klankzuivere woorden correct  

is gemotiveerd om correct te spellen en zoekt spelling op bij twijfel  herkent woorden met grondwoord en voorvoegsel  schrijft woorden met een klinkerbotsing correct (zoals ruïne)  schrijft bekende en vernederlandste niet‐klankzuivere uitheemse woorden correct  * Zie note  maakt de juiste keuze voor wel of geen hoofdletter aan het begin van namen, feesten en historische gebeurtenissen 

legt het maatschappelijke belang van correct spellen uit  legt uit wat de stam van een werkwoord is als voorbereiding op de spelling van de persoonsvorm  spelt de persoonsvorm in een zin correct   maakt de juiste keuze bij los of aan elkaar schrijven van samenstellingen en woordgroepen  maakt de juiste keuze voor wel of geen tussen‐n in een samenstelling  maakt de juiste keuze voor een verbindingsstreepje of apostrof in een samenstelling  of afleiding (KLM‐vliegtuig, sms’je)  kent de functie van een afbreekstreepje en past dit op de juiste wijze toe in eigen tekst  schrijft minder bekende niet‐klankzuivere uitheemse woorden correct  maakt de juiste keuze voor wel of geen hoofdletter bij afkortingen, schooltypen en merken 

 

* Note: schrijft werkwoorden die geen persoonsvorm zijn volgens de spellingregels van de woorden (er worden geen aparte 

regels aangeboden)   

   

Page 38: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

31  

Taalinzicht  Hoe gebruik je zelf en hoe gebruiken anderen taal?  Het gaat om het nadenken en praten over betekenis‐, gebruiks‐ en vormaspecten van taal.  Het gaat om tekstvormen, interpretatie van taal, interpunctie en afkortingen.  

A  B  C  D 

herkent eenvoudig figuurlijk taalgebruik  herkent verschillende soorten teksten, zoals een boodschappenlijstje of fantasieverhaal  

herkent verschillende soorten teksten, zoals een sprookje of een recept  speelt met figuurlijk taalgebruik  speelt met zinnen, kan zinnen duidelijker of spannender maken  gebruikt een hoofdletter en punt om een afgeronde zin te maken 

herkent verschillende soorten teksten, zoals een artikel of reclame  legt het verschil tussen letterlijk en figuurlijk taalgebruik uit  houdt rekening met de ontvanger bij gebruik van emoticons  herkent en onderzoekt spreekwoorden en gezegden  herkent en gebruikt variatie in toon van spreken  herkent signaalwoorden en verwijswoorden voor beter tekstbegrip  kent de functie van vraagteken en uitroepteken en past deze functioneel toe in eigen schrijfwerk  gebruikt komma’s tussen opsommingsleden en om leespauzes aan te geven (3)  kent de functie van dubbele punt en past deze functioneel toe in eigen schrijfwerk (3) 

herkent verschillende soorten teksten, zoals een nepbericht of een draaiboek  herkent verschillende vormaspecten van een gedicht, zoals rijmschema en ritme  herkent het schrijversperspectief en past variatie toe in eigen teksten  illustreert het verschil in effect van letterlijk en figuurlijk taalgebruik  varieert in woorden en zinsopbouw bij het schrijven  varieert in tekstopbouw  gebruikt signaalwoorden en verwijswoorden om eigen teksten duidelijker te maken  kent de functie van  haakjes en past deze functioneel toe in eigen schrijfwerk  kent de functie van het beletselteken,  aanhalingstekens en accenttekens en past deze functioneel toe in eigen schrijfwerk  herkent afkortingen en achterhaalt de betekenis 

   

Page 39: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

32  

Grammatica Het gaat om de functie en rol van woorden in een zin en hun onderlinge relatie.  Er wordt onderscheid gemaakt tussen ontleden in woordsoorten en ontleden in zinsdelen.  

A  B  C  D 

kan woorden in een zin inwisselen voor een ander woord van dezelfde woordsoort  snapt dat sommige woorden in een zin bij elkaar horen 

herkent woordgroepjes   

kent de functie van en benoemt in een zin:  ‐ lidwoorden ‐ telwoorden ‐ zelfstandige naamwoorden ‐ bijvoeglijke naamwoorden ‐ werkwoorden ‐ voorzetsels ‐ onbepaalde 

voornaamwoorden ‐ bezittelijke 

voornaamwoorden  ‐ persoonlijke 

voornaamwoorden ‐ aanwijzende 

voornaamwoorden  onderscheidt als voorbereiding op het werkwoordelijk en  naamwoordelijk gezegde:  ‐ doen‐ en zijnzinnen  

kent de functie van en benoemt in een zin: ‐ bijwoorden ‐ voegwoorden  kent de functie van en benoemt in een zin: ‐ onderwerp ‐ persoonsvorm ‐ lijdend voorwerp ‐ meewerkend voorwerp ‐ werkwoordelijk gezegde ‐ naamwoordelijk gezegde 

   

Page 40: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

33  

Van schrijfletters naar eigen letters Het ontwikkelen van een handschrift, eerst in schrijfletters, daarna in eigen letters.  Het gaat om motivatie voor duidelijk en gelijkmatig schrijven, de greep en houding, het schrift zelf en tempo van schrijven.  

A  B  C  D 

krabbelt, doet pogingen tot schrijven in verschillende situaties  hanteert een juiste  potlood‐ en pengreep met de voorkeurshand  heeft een correcte houding om te tekenen en schrijven  doet poging tot vormen van letters volgens halenstructuur van de letters, het traject 

is gemotiveerd om schrijfletters te leren schrijven  heeft met de voorkeurshand een correcte schrijfhouding, papierligging en ondersteuning van de andere hand  vormt letters volgens de halenstructuur van de letters, het traject  verbindt letters correct bij schrijfletters  houdt voldoende ruimte tussen de woorden  maakt onderscheidt tussen hoofdletters en kleine letters  schrijft duidelijk en gelijkmatig in schrijfletters  

schrijft regelmatige lettergrootte, ook bij kleinere letter en ook bij minder hulplijnen  schrijft op ongelinieerd papier en verdeelt de tekst helder over de pagina  schrijft duidelijk op een tablet met pen  gebruikt vlot een handschrift met schrijfletters  

blijft aandacht houden voor duidelijk en gelijkmatig schrijven, ook bij gebruik van eigen handschrift 

    

Page 41: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

34  

Naar een eigen handschrift – alternatief Alternatief: Als het doel is dat de leerling een duidelijk eigen handschrift heeft, kan ook gekozen worden om de leerling direct in blokletters te laten schrijven. De leerling wordt dan niet afgeleid door lussen en verbinding tussen letters en kan direct focussen op duidelijk en gelijkmatig schrijven.  

A  B  C  D 

krabbelt, doet pogingen tot schrijven in verschillende situaties  hanteert een juiste  potlood‐ en pengreep met de voorkeurshand  heeft een correcte houding om te tekenen en schrijven  doet poging tot vormen van letters  

 is gemotiveerd om letters te leren schrijven  heeft met de voorkeurshand een correcte schrijfhouding, papierligging en ondersteuning van de andere hand  vormt letters  houdt voldoende ruimte tussen de woorden  maakt onderscheidt tussen hoofdletters en kleine letters  schrijft duidelijk en gelijkmatig  

kent het belang van vlot en duidelijk schrijven  schrijft regelmatige lettergrootte, ook bij kleinere letter  schrijft op ongelinieerd papier en verdeelt de tekst helder over de pagina  schrijft duidelijk op een tablet met pen  gebruikt vlot een eigen  handschrift 

blijft aandacht houden voor duidelijk en gelijkmatig schrijven 

 

 

 

   

Page 42: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

35  

Rekenlijnen   

Getalbegrip Het begrijpen van de verschillende waardes van getallen en hun onderlinge relaties.   Getallen Het begrijpen van de verschillende waardes van hele en gebroken getallen en hun onderlinge relaties. Het gaat om hele getallen, breuken, kommagetallen, procenten, hoeveelheidsgetallen en verhoudingsgetallen.   

Berekenen Het uitvoeren van een rekenkundige bewerkingen.  Optellen en aftrekken Het uitvoeren van een rekenkundige bewerking, waarbij een getal met één of meerdere hele getallen vermeerderd en verminderd wordt. Het gaat om optellen, aftrekken, schatten en afronden.  Delen en vermenigvuldigen Het uitvoeren van een rekenkundige bewerking die hetzelfde resultaat heeft als het herhaald aftrekken of optellen van steeds hetzelfde hele getal. Het gaat om delen, vermenigvuldigen en tabellen (de tafels).  Gebroken getallen en verhoudingsgetallen Het uitvoeren van rekenkundige bewerkingen met getallen waarbij er een lineair verband is tussen de getallen. De verhouding wordt beschreven in de verhouding van getallen tot elkaar of samengevat in één getal. Het gaat om kommagetallen, breuken en procenten.   

Meten De maat en tijd bepalen met meetinstrumenten.   Meten en vergelijken Het bepalen van een waarde van een grootheid door deze te vergelijken met een relevante eenheid. Deze rekenlijn beperkt zich tot lengte, oppervlakte, inhoud en gewicht. Andere metingen komen aan de orde in de competentielijn Waarnemen en meten.  Tijd waarnemen Het bepalen van dag, maand en jaar en het bepalen van de tijd met analoge en digitale klokken. Het gaat 

om jaren, maanden, dagen, uren, minuten en seconden. 

  

Page 43: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

36  

Getallen Het begrijpen van de verschillende waardes van hele en gebroken getallen en hun onderlinge relaties. Het gaat om hele getallen, breuken, kommagetallen, procenten, hoeveelheidsgetallen en verhoudingsgetallen.  

A  B  C  D 

gebruikt in context de begrippen laatste en eerste, meer en minder  herkent namen van getallen  herkent cijfers in de omgeving  noemt de getallen tot en met 10  kent de volgorde van de telrij tot en met 10  gebruikt de rangtelwoorden tot en met tiende  zegt de telrij en wijst synchroon aan  telt tot 10, bepaalt de hoeveelheid door resultatief tellen  schrijft de cijfers 0 t/m 9  

noemt en kent de volgorde en hoeveelheden van de getallen tussen 10 en 20   begrijpt hoe getallen tussen 20 en 100 heten  telt vlot tot 100 en terug  spreekt honderd‐ en duizendtallen uit en noemt het voorafgaande en volgende getal   schrijft getallen met honderd‐ en duizendtallen   benoemt en schrijft getallen met miljoenen, miljarden en biljoenen   

herkent gebroken getallen en leg de naam ('noemer') uit   legt de rol van de teller in een breuk uit   herkent of een breuk een of meer 'helen' heeft   vereenvoudigt (of vermoeilijkt) een breuk   schrijft een gesproken breuk of kommagetal goed op  maakt van een breuk een kommagetal   spreekt kommagetallen juist uit, ook in situaties zoals geld, tijd en maat   

herkent verhoudingsgetallen en hoeveelheidsgetallen en legt het verschil uit  legt uit wat het voordeel van rekenen in procenten is  vertaalt een percentage in twee verhoudingsgetallen en omgekeerd  

 Note: De leraar hanteert het verschil tussen getal en cijfer.  

 

Page 44: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

37  

Optellen en aftrekken Het uitvoeren van een rekenkundige bewerking, waarbij een getal met één of meerdere hele getallen vermeerderd en verminderd wordt. Het gaat om optellen, aftrekken, schatten en afronden.  

A  B  C  D 

beschrijft wat je doet als je wilt weten hoeveel iets samen is of hoeveel er overblijft   gebruikt in context de begrippen erbij, eraf, samen, blijft over, zoveel meer en minder   

legt uit waarom uitrekenen handiger is dan tellen  legt uit wat optellen en aftrekken is  legt uit dat optellen en aftrekken elkaars spiegelbeeld zijn en dat het steeds over dezelfde drie getallen gaat (trio’s)  herkent dat een hoeveelheid verschillend te splitsen is  maakt bij optellen of aftrekken in context vier sommen van 3 getallen (trio's), twee sommen met plus en twee met min   maakt bij een plus‐ of minsom de drie andere sommen  maakt een plus‐ of minsom tot 10 vlot, en noemt vlot de andere 3 sommen  rekent sommen tot 20 handig uit door eerst tot 10 aan te vullen of leeg te maken  rekent sommen tot 100 uit door eerst tot 10 aan te vullen of leeg te maken  noemt vlot de vier trio's van sommen tussen 0 en 20  gebruikt de kennis van trio's t/m 20 bij sommen tot 100  legt de getallenlijn met eenheden, tientallen en honderdtallen, enz. uit   springt naar rechts voor optellen en naar links voor aftrekken op een lege getallenlijn   maakt geen sprongen van één tiental of één honderdtal, want tellen is niet meer nodig   maakt optel‐ en aftreksommen met grotere getallen uit het hoofd 

schat door handig af te ronden de uitkomst en geeft aan of hij te hoog of te laag zit   schat door handig afronden de uitkomst en rekent vervolgens precies uit met de hoeveelheid van afronding  kan grote getallen optellen en aftrekken (met de splitsaanpak vanaf links)  kan grote getallen  (max. vier cijfers) optellen en aftrekken op verkorte wijze, dus zonder tussenantwoorden (met de splitsaanpak)   gebruikt bij grotere getallen een rekenmachine  

 

 * trio’s = sommen met dezelfde drie getallen, zoals 4+ 6=10 en 10‐6=4.  *kwartet: de vier trio’s/de vier sommen met drie dezelfde getallen, zoals 4+ 6=10 en 6+4=10 en 10 –4=6 en 10‐6=4. 

Page 45: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

38  

Delen en vermenigvuldigen  Het uitvoeren van een rekenkundige bewerking die hetzelfde resultaat heeft als het herhaald aftrekken of optellen van steeds hetzelfde hele getal. Het gaat om delen, vermenigvuldigen en tabellen (de tafels).  

A  B  C  D 

verdeelt hoeveelheden in context op eigen wijze  legt uit hoe eerlijk delen gaat 

herkent wanneer sprake is van herhaald optellen en aftrekken  legt uit wanneer vermenigvuldigen of delen handiger is dan optellen of aftrekken    legt in een concrete situatie uit welke getallen nodig zijn voor vermenigvuldigen of  delen (maakt de vertaalslag van herhaald optellen en aftrekken)  laat in een concrete situatie zien dat vermenigvuldigen en delen elkaars spiegelbeeld zijn  herkent bij vermenigvuldigen of delen in context om welk model het gaat (groepjes,  rechthoek of lijn)  demonstreert waarom en hoe je getallen in een vermenigvuldiging en deling mag wisselen van plaats  maakt een vermenigvuldig‐ en een deeltabel (tafel) van 1 en weet dat in beide tabellen altijd vermenigvuldig‐ en deelsommen staan met dezelfde trio's*  herkent de relatie van de sommen in een tabel van 2 meer of minder, het dubbele of de helft van  vult de tabel van 2 vlot in en herkent de trio’s*  herkent de relatie van de sommen in de tabellen van 3, 4, 5 en 10, 1 meer of minder, het dubbele of de helft van  vult de tabellen van 3, 4, 5 en 10 vlot in en herkent de trio’s 

vult de sommen in de tabellen van 6, 7, 8 en 9 in, die hij al weet  vult de overgebleven sommen in de tabellen van 6, 7, 8 en 9 in  vult bij sommen uit de tabellen van 1 t/m 10 vlot het derde getal in, herkent de trio’s*  noemt de meeste sommen (trio's) van de tabellen van 1 t/m 10 binnen 2 seconden op  weet precies van welke trio's uit de tabellen 1 t/m 10 hij de trio’s niet meteen weet  noemt nu ook de lastige sommen van de tabellen van 1 t/m 10 binnen 2 seconden op (het gaat om de trio’s van alle kwartetten*)   vermenigvuldigt en deelt met tien‐ en honderdtallen en legt uit wat het effect van een of meer nullen is  vermenigvuldigt en deelt door de sommen te splitsen in combinaties die hij herkent en legt uit hoe je hierbij kladpapier gebruikt  

vermenigvuldigt en deelt met tien‐ en honderdtallen door deze onder elkaar te noteren (en vanaf links te rekenen)  gebruikt bij grotere getallen een rekenmachine   

 *tabellen: andere term voor de tafels *trio’s: sommen met drie dezelfde getallen, zoals 5 x 3 = 15 en 15 : 3 = 5. *kwartet: de vier trio’s/de vier sommen met drie dezelfde getallen, zoals 5 x 3 = 15 en 15 : 3 =5 en 3 x 5 = 15 en 15 : 5 =3     

Page 46: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

39  

Rekenen met gebroken getallen en verhoudingsgetallen  Het uitvoeren van rekenkundige bewerkingen met getallen waarbij er een lineair verband is tussen de getallen. De verhouding wordt beschreven in de verhouding van getallen tot elkaar of samengevat in één getal. Het gaat om kommagetallen, breuken en procenten.  

A  B  C  D 

herkent situaties waarin je 1 (de 'hele') in gelijke stukken moet verdelen ('breken')  gebruikt in context de begrippen veel en weinig en legt uit dat dat relatief is (zonder het woord relatief te gebruiken) 

legt aan de hand van voorwerpen van verschillende schaal uit waarom dat niet ‘past’   

legt uit dat je het getal waarmee je stukken van een 'hele' noteert, breuk noemt  legt de rol van de teller en de noemer van de breuk uit met een toepassing  legt uit dat als de teller en noemer gelijk zijn, de waarde van de breuk 1 is  kan optellen en aftrekken met breuken van dezelfde noemer  kan optellen en aftrekken met breuken met verschillende noemers, als die over dezelfde 'helen' gaan   

legt uit hoe het komt dat als je een heel getal vermenigvuldigt met een breuk het antwoord kleiner is dan dat getal  legt uit hoe het komt dat als je een heel getal deelt door een breuk het antwoord groter is dan dat getal  vermenigvuldigt een breuk met een breuk  deelt een breuk door een breuk  legt uit dat kommagetallen ook breuken zijn en hoe je die het beste uitspreekt  legt uit waarom de helen in een kommagetal bepalen waar de komma komt  plaatst, door schattend rekenen met de helen, de komma juist en kan zo kommagetallen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen  legt met voorbeelden het verschil uit tussen rekenen met hoeveelheidsgetallen en verhoudingsgetallen  past verhoudingsgetallen toe op hoeveelheidsgetallen   zet twee verhoudingsgetallen om in een percentage  legt uit waarom je percentages van verschillende groepen niet mag optellen en de hoeveelheidsgetallen die  daarbij horen wel  past percentages toe op hoeveelheidsgetallen  vertelt in welke situaties je een verhoudingstabel gebruikt en wanneer niet 

 

Page 47: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

40  

Meten en vergelijken Het bepalen van een waarde van een grootheid door deze te vergelijken met een relevante eenheid. Deze rekenlijn beperkt zich tot lengte, oppervlakte, inhoud en gewicht. Andere metingen komen aan de orde in de competentielijn Waarnemen en meten.  

A  B  C  D 

gebruikt in context de begrippen om te vergelijken: kort, lang, groot, klein, dik, dun, hoog, laag, breed, smal, zwaar, licht, vol en leeg  meet en vergelijkt de lengte van iets met een zelfgekozen maat  meet en vergelijkt een inhoud van een voorwerp met zelfgekozen kleine voorwerpen of water en een zelfgekozen maatbeker  meet en vergelijkt een oppervlakte met een daarbij zelfgekozen maat  meet en vergelijkt een gewicht van een voorwerp met een balans en zelfgekozen gewichten   

legt met voorbeelden uit op basis van ervaring waarom het beter is te werken met afgesproken maten dan met zelfgekozen maten  demonstreert en legt uit dat een omtrek een soort lengtemeting is  meet en vergelijkt lengte, omtrek, oppervlakte, gewicht en inhoud van iets met een (passende zelfgekozen) maat    

kent de standaardmaten van lengte, oppervlakte, inhoud en gewicht   bepaalt lengte, omtrek, oppervlakte, inhoud en gewicht met meetinstrumenten  geeft voorbeelden waaraan hij persoonlijk onthoudt hoe groot de meest gebruikte maten zijn (bv. liter = pak melk) 

herkent de systematiek 

van vergroten en 

verkleinen van maten 

(milli, centi, deci, deca, 

hecto, kilo) 

kiest de best passende 

grootte van die maat 

bij wat hij meet 

gebruikt een komma of 

nullen om de maten 

naar elkaar te vertalen 

schat de omtrek en 

oppervlakte van een 

cirkel met het 

bijbehorende vierkant  

berekent de omtrek en 

oppervlakte van een 

cirkel met een formule  

legt uit waarom je bij 

de omtrek en 

oppervlakte van de 

cirkel het getal 3,14 

gebruikt  

      

Page 48: Ontwikkellijnen - Jeelo · Van schrijfletters naar eigen letters Naar een eigen hand-schrift-alternatief Getalbegrip Getallen Berekenen Optellen en aftrekken Delen en vermenigvuldigen

© Jeelo 2019 

41  

Tijd waarnemen Het bepalen van dag, maand en jaar en het bepalen van de tijd met analoge en digitale klokken. Het gaat om jaren, maanden, 

dagen, uren, minuten en seconden. 

A  B  C  D 

gebruikt de begrippen vroeg, 

laat, eerder, nu, toen, straks, 

lang en kort en legt uit dat dat 

relatief is (zonder het woord 

relatief te gebruiken) 

gebruikt de indeling dag ‐ 

nacht en ochtend ‐ middag ‐ 

avond 

gebruikt morgen ‐ vandaag ‐ 

(eer)gisteren en 

morgenochtend ‐ gisteravond 

‐ vanmiddag 

gebruikt de namen van de 

dagen van de week en kent 

de volgorde 

weet dat je op een klok kunt zien hoe laat het is en dat er meerdere vormen van klokken zijn  onderscheidt analoge en digitale klokken (zonder deze begrippen te noemen)  herkent voor hem belangrijke tijden op de klok, bv. de tijd om naar school te gaan  

gebruikt de namen van de maand, 

kent de volgorde en het aantal 

dagen van de maand 

herkent en benoemt de hele uren op de digitale en analoge klok  herkent of het bijna een heel uur is op de digitale en analoge klok   herkent en benoemt de halve uren op de digitale en analoge klok  spreekt de getallen op een digitale klok uit als 8 uur 30  legt uit dat op sommige digitale klokken 1.00 hetzelfde is als 13.00  weet dat er 60 minuten in een uur zitten  gebruikt kwartieren voor en na (en in spreektaal 'over') op de analoge klok  noemt de minuten voor en na het hele en halve uur  (kwart over negen, veertien voor half tien, enz)  spreekt de tijd op een digitale 

klok ook uit als op een analoge 

klok en omgekeerd 

weet dat een jaar 365 dagen 

heeft en elk vierde jaar een 

schrikkeljaar is met een dag 

meer 

weet dat een jaar vier kwartalen heeft en ruim 52 weken  rekent de tijd tussen twee tijdstippen uit  rekent uit hoe laat het is over een aangegeven tussentijd  legt de secondewijzer uit, legt uit dat er 60 seconden in een minuut zitten en wanneer secondes relevant zijn  

legt uit waarom in bepaalde situaties de tijd in tienden en honderdsten, soms in duizendsten seconden wordt gemeten 

 Note: Bij A aansluiten bij wat de leerling thuis gewend is: analoog of digitaal.