Onderwijs-OndersteuningprofielSamenwerkingsverband voortgezet onderwijsBergen op Zoom e.o.

GYMNASIUM JUVENAAT

Samenwerkingsverband Passend onderwijs i.o.afdeling voortgezet onderwijsBergen op Zoom e.o.

30.01

Inhoudsopgave

InhoudInhoudsopgave........................................................................................................................2

Onderwijsondersteuningsprofiel.................................................................................................3

1. Inleiding...............................................................................................................................3

2. Algemene gegevens............................................................................................................42.1 Contactgegevens...........................................................................................................42.2 Onderwijsvisie/ schoolconcept.....................................................................................42.3 Kengetallen leerling-populatie huidig schooljaar en afgelopen 3 schooljaren.............42.4 Toelatingscriteria, beleid en randvoorwaarden.............................................................5

3. Basisondersteuning.............................................................................................................63.1. Definitie.......................................................................................................................63.2 De vier aspecten van basisondersteuning.....................................................................6Preventie.............................................................................................................................6Ondersteuningsstructuur...................................................................................................10Planmatig werken (uit toezichtkader inspectie)................................................................11Kwaliteit............................................................................................................................15

4. Breedteondersteuning......................................................................................................15

5. Diepteondersteuning........................................................................................................17

6. Conclusie en ambities.......................................................................................................19

2

Onderwijsondersteuningsprofiel

1. Inleiding

Het ondersteuningsprofiel ondersteunt in de eerste plaats het antwoord op de vraag of een school kan voldoen aan de onderwijsbehoefte van een leerling. Daarnaast heeft het ondersteuningsprofiel een aantal andere functies.

CommunicatieHet ondersteuningsprofiel is de basis voor de communicatie met ouders. Op basis van het profiel wordt uitgelegd wat de school wel of niet voor hun kind kan betekenen. Als ouders hun kind aanmelden bij de school, dient het ondersteuningsprofiel als basis voor de afweging of een school de onderwijsondersteuning kan bieden waaraan een kind behoefte heeft.In de schoolgids van de school is een samenvatting van het ondersteuningsprofiel opgenomen.

ProfessionaliseringHet ondersteuningsprofiel ondersteunt het professionaliseringsbeleid van de school. Mede op basis van dit document kan bepaald worden welke competenties leerkrachten moeten beheersen om onderwijs en ondersteuning te verzorgen zoals de school heeft omschreven.Het ondersteuningsprofiel brengt de ambities van de school in kaart als het gaat om extra ondersteuningsmogelijkheden. Deze ambities kunnen worden meegenomen in het schoolplan en/of zorgplan en zijn medebepalend voor het professionaliseringsbeleid.

Bovenschoolse inzet van het ondersteuningsprofielEen samenwerkingsverband maakt eigen afspraken over de basisondersteuning en breedteondersteuning. Zo wordt bepaald aan welk niveau van ondersteuning elke school binnen het samenwerkingsverband moet voldoen. Door gebruik te maken van dit model zijn ondersteuningsprofielen onderling vergelijkbaar, zodat een bovenschools overzicht gemaakt kan worden. Dit helpt het bestuur van het samenwerkingsverband bij het bepalen:

- van het niveau van basisondersteuning, dat tegelijkertijd realistisch en ambitieus is;- of scholen medegefinancierd zullen worden uit ondersteuningsmiddelen om het niveau van

basis- en breedteondersteuning te realiseren;- of het samenwerkingsverband in staat is om alle leerlingen passend onderwijs te bieden,

waarmee het samenwerkingsverband aan de bestuurlijke zorgplicht kan voldoen.

Het Onderwijsondersteuningsprofiel in relatie tot andere documentenHet samenwerkingsverband maakt minstens eens in de vier jaar een ondersteuningsplan, waarin het uiteenlopende aspecten van haar beleid beschrijft. In het wettelijk kader is vastgelegd dat de onderwijsondersteuningsprofielen deel uitmaken van het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband. De samengevoegde onderwijsondersteuningsprofielen moeten inzichtelijk maken welke werking uitgaat van de afspraken die in het samenwerkingsverband worden gemaakt voor de basis- en breedteondersteuning en of in het samenwerkingsverband sprake is van een dekkend netwerk, op basis waarvan schoolbesturen aan hun zorgplicht kunnen voldoen om aan iedere leerling passend onderwijs te bieden.

3

2. Algemene gegevens

2.1 ContactgegevensNaam samenwerkingsverband: Samenwerkingsverband passend voortgezet onderwijs Bergen op Zoom e.o.Nummer: 30.01Naam van de school/locatie: Gymnasium Juvenaat Adres: Pater Dehonlaan 63Postcode: 4615 DCPlaats en huisnummer: Bergen op Zoom, 63Telefoonnummer: 0164-243650Email: info@juvenaat.nl Website: www.juvenaat.nl Rector: G.A.M. DerkseZorgcoördinator: R.J.J. Ernest

2.2 Onderwijsvisie/ schoolconcept

Het Gymnasium Juvenaat biedt in een kleinschalige omgeving categoriaal gymnasiale vorming aan alle leerlingen uit de regio Bergen op Zoom.

Het Gymnasium Juvenaat is een van oorsprong katholieke school waar leerlingen sinds de oprichting in 1900 gedegen onderwijs volgen geschoeid op een moderne leest.

Het onderwijs op het Gymnasium Juvenaat richt zich op leerlingen met uitgesproken talent en verantwoordelijkheid. Het Gymnasium Juvenaat ziet het als haar taak om leerlingen niet alleen cognitief beter te maken, maar hen ook te helpen om te gaan met de verantwoordelijkheid die hun talent met zich meebrengt.

Op het Gymnasium Juvenaat volgen alle leerlingen gymnasium: vwo met Latijn en/of Grieks. De leerlingen zijn aan elkaar gewaagd en stimuleren elkaar. Het Gymnasium Juvenaat biedt uitdagingen en kansen aan op zowel cognitief, cultureel en sociaal gebied.

Het Gymnasium Juvenaat is een hechte, kleinschalige gemeenschap, waarin docenten en leerlingen elkaar gemakkelijk weten te vinden.

Het Gymnasium Juvenaat vervult een regiofunctie; het dichtstbijzijnde categoriaal gymnasium is te vinden in Breda, waar er Zeeland geen enkel categoriaal gymnasium is.

2.3 Kengetallen leerling-populatie huidig schooljaar en afgelopen 3 schooljaren

Beschrijving 2009-2010

2010-2011

2011-2012

2012- 2013

HuidigSchoolj.

Aantal leerlingen 419 425 436 448 450Aantal leerlingen met lwoo of pro indicatie

0 0 0 0 0

Aantal leerlingen met een rugzakje REC-4 7 11 9 8 7Aantal leerlingen met een rugzakje REC-3 ? 1 1 1 2Aantal leerlingen met een rugzakje REC-2 ? 0 0 0 3

4

Aantal leerlingen met een rugzakje REC-1 ? 0 0 0 1Aantal leerlingen dat in een ZAT is besproken

- 2 7 10 0

Aantal leerlingen dat geplaatst is op een bovenschoolse voorziening (zorglocatie, rebound, plus, Op de rails, Herstart)

? 0 0 1 0

Aantal leerlingen dat is teruggeplaatst of geplaatst vanuit een bovenschoolse voorziening (zorglocatie, rebound, plus, Op de rails, Herstart)

? 0 0 1 0

Aantal leerlingen dat is verwezen naar VSO

? 0 1 0 0

Aantal leerlingen met dyslexie ? 11 12 12 14Aantal leerlingen met dyscalculie ? 1 1 1 0Aantal hoogbegaafde leerlingen Meerdere, maar nooit officieel vastgesteldAantal leerlingen met een vastgestelde ontwikkelingsstoornis (ADHD, PDD-NOS e.d.)

2.4 Toelatingscriteria, beleid en randvoorwaardenBeschrijving van de toelatingscriteria en beleid.Het is functioneel om randvoorwaarden en grenzen van de mogelijkheden van de school te formuleren. Bijvoorbeeld de vermelding dat de mogelijkheden niet onbegrensd zijn en dat zij alleen mogelijkheden zien als leerlingen leerbaar zijn en het klimaat voor medeleerlingen en leraren veilig is. Als de school de afweging moet maken of voor een individuele leerling (nog steeds) passend onderwijs kan worden geboden, kunnen deze randvoorwaarden meegewogen worden.

Om voor toelating op het Gymnasium Juvenaat in aanmerking te komen dient de leerling minimaal in het bezit te zijn van een Havo / Vwo advies vanuit de basisschool.

We vinden het belangrijk dat de leerlingen die starten op het Gymnasium Juvenaat ook echt de mogelijkheid hebben om uiteindelijk een gymnasiumdiploma te behalen.

Belangrijk is dat de leerling leerbaar moet zijn en dat er een veilig leerklimaat voor (mede)leerlingen en docenten te realiseren is.

Naast de keuze van de leerling voor het Gymnasium Juvenaat zullen wij als school de afweging moeten maken of voor een individuele leerling passend onderwijs kan worden geboden indien er sprake is specifieke onderwijs- en/of zorgbehoeften.

Aangezien de school relatief klein is, zijn de mogelijkheden niet onbegrensd. Om in te kunnen schatten of we een leerling voldoende ondersteuning kunnen geven, is het belangrijk om aan te geven wat we als school wel en niet kunnen bieden.

Enkele voorbeelden van leerlingen / situaties die we als school wel kunnen bedienen:- leerlingen met lichte vormen van ASS, autisme, Asperger, PDD-NOS

5

- leerlingen met dyslexie of dyscalculie- hoogbegaafde leerlingen

Enkele voorbeelden van leerlingen / situaties die we als school niet kunnen bedienen:- Leerlingen die geheel blind zijn- Leerlingen die geheel doof zijn- Leerlingen die een combinatie van blindheid en doofheid kennen.- Leerlingen die niet zelf naar het toilet kunnen.- Leerlingen die veel moeite hebben met spraak/taal. - Leerlingen die gebonden zijn aan een ziekenhuisbed.

In geval van twijfel of wij als school passend onderwijs kunnen leveren aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften gaan wij als school graag het gesprek aan om te bekijken of we in de behoefte kunnen voorzien.

3. Basisondersteuning

3.1. DefinitieDe basisondersteuning is het door het samenwerkingsverband afgesproken geheel van preventieve en licht curatieve interventies die binnen de onderwijsondersteuningsstructuur van de school planmatig en op een overeengekomen kwaliteitsniveau, eventueel in samenwerking met ketenpartners worden uitgevoerd.

3.2 De vier aspecten van basisondersteuningDe basisondersteuning van de school kent vier aspecten:

- preventie- inrichting van de ondersteuningsstructuur- planmatig werken- kwaliteit

In de beschrijving van de basisondersteuning zijn afspraken vastgelegd over licht curatieve interventies. Deze afspraken staan hieronder vermeld, met een beschrijving van hoe wij het geregeld hebben, een verwijzing naar documenten, een ambitieniveau een stappenplan voor verbetering. Genoemde interventies zijn structureel beschikbaar voor en/of binnen de school en moeten de continuïteit van de schoolloopbaan van een leerling ondersteunen.

Preventie1. De school heeft een aanbod voor leerlingen met dyslexie of dyscalculie (conform de protocollen).A. Wij hebben dit als volgt geregeld.Dyslexie:Op het Gymnasium Juvenaat is er een dyslexiecoach.Er zijn afspraken gemaakt over toetsing en begeleiding van dyslexieleerlingen. Deze zijn vastgelegd in het protocol Dyslexie (het volledige protocol is te vinden op onze site onder downloads).

Dyscalculie:Indien leerlingen in het bezit zijn van een dyscalculieverklaring worden er individuele afspraken

6

gemaakt met die leerlingen over het vormgeven van de rechten en over de begeleiding van de leerling.

B. DocumentatieDe school is in het bezit van een protocol Dyslexie

C. AmbitieniveauDyslectische leerlingen moeten, met een goede inzet, in staat zijn om een gymnasium diploma te halen. D. Stappenplan voor verbeteringAls school blijven we voortdurend zoeken naar mogelijkheden / hulpmiddelen om ook leerlingen met dyslexie een gymnasiumdiploma te laten halen. De ontwikkeling van digitale hulpmiddelen biedt daarbij steeds meer kansen.

2. De school biedt onderwijsprogramma’s en leerlijnen die zijn afgestemd op leerlingen met een meer of minder dan gemiddelde intelligentieA. Wij hebben dit als volgt geregeld.We bieden zowel leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben bij het onderwijsleerproces, als de leerling die om extra uitdaging vragen zoveel mogelijk een programma op maat.

De vakdocenten maken gebruik van een PDCA-cyclus (plan, do, check, act) waardoor een plan van aanpak ontstaat voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben.

Daarnaast biedt het Gymnasium Juvenaat getalenteerde leerlingen extra mogelijkheden aan zoals het Thalesprogramma in de onderbouw. Leerlingen kunnen onderwerpen van eigen interesse onderzoeken en vormgeven, deels tijdens reguliere lestijd. In de bovenbouw worden leerlingen gestimuleerd extra vakken te nemen, deel te nemen aan (internationale) wedstrijden zoals Olympiades of aan het Honoursprogramma van de zelfstandige gymnasia.

B. DocumentatieMomenteel zijn we op school bezig met het vormgeven en het ontwikkelen van een beleidsplan hoe begeleiding aan begaafde leerlingen structureel een plaats kan krijgen binnen en buiten de lessen.De school heeft het predicaat Olympiadeschool.C. AmbitieniveauWe willen een doorlopende lijn ontwikkelen vanuit het Thalesprogramma naar de bovenbouw. Ook in de bovenbouw moet er een structureel aanbod komen voor de meer- en hoogbegaafde leerlingen.D. Stappenplan voor verbeteringOntwikkelen van kant en klare verdiepings- en verrijkingsprogramma’s voor begaafde leerlingen. Mogelijkheden van het predicaat ‘cum laude’ onderzoeken.Ontwikkelen van een structurele doorloop van het Thalesprogramma naar de bovenbouw.Deelname realiseren aan het Honoursprogramma van Stichting het Zelfstandig Gymnasium

3. De school is fysiek toegankelijk , heeft aangepaste werk- en instructieruimtes en beschikt

7

over hulpmiddelen voor leerlingen die dit nodig hebbenA. Wij hebben dit als volgt geregeld.Als school hebben wij geen aangepaste werk- en instructieruimtes. Wel hebben we op school een lift om leerlingen die dit nodig hebben te kunnen vervoeren tussen twee verdiepingen, namelijk de begane grond en de eerste verdieping.

De school is op de verdieping zelf gelijkvloers en begaanbaar voor leerlingen in een rolstoel. B. DocumentatieHier hebben wij geen specifieke documentatie over.C. AmbitieniveauGezien de schoolgrootte zijn wij beperkt toegankelijk voor leerlingen met een lichamelijke handicap.D. Stappenplan voor verbetering

4. De school biedt (ortho) pedagogische en/of (ortho)didactische programma’s en methodieken die gericht zijn op de sociale veiligheid en het voorkomen en aanpakken van gedragsproblemen.A. Wij hebben dit als volgt geregeld.Vanaf de start in klas 1 is er veel aandacht voor groepsvorming. Aan het begin van het eerste schooljaar is er een kennismakingskamp. Elke klas heeft een mentor. In de mentorlessen is er, naast aandacht voor leren leren, aandacht voor het welbevinden van de leerlingen. Daarnaast is de zorgstructuur met leerlingbegeleiders, vertrouwenspersonen en externe ondersteuning goed op orde. De school heeft het predicaat ‘Veilige school’. B. DocumentatieIn het zorgplan staat beschreven hoe wij leerlingen opvangen met sociaal-emotionele problemen of met leerproblemen.Er is een protocol ‘Veilige school’.C. AmbitieniveauDe zorgstructuur wordt voortdurend zowel in het intern zorgoverleg als ook in het ZAT (Zorg-Advies-Team met externe begeleiders) besproken. Docenten en begeleiders zullen steeds geïnformeerd en getraind worden in het herkennen en begeleiden van leerlingen binnen het zorgprofiel dat wij bieden. In andere gevallen zal er een doorverwijzing zijn naar externe ondersteuners.D. Stappenplan voor verbeteringHet borgen van de geleverde zorg heeft onze voortdurende aandacht.

5. De school heeft een protocol voor medische handelingenA. Wij hebben dit als volgt geregeld.De school beschikt over voldoende gekwalificeerde BHV-ers. Een aantal van hen heeft ook een EHBO-diploma.Leerlingen die in de loop van de dag ziek worden, melden zich bij de conciërge (een van de BHV-ers). Hij bekijkt of een leerling met bijvoorbeeld een paracetamol toch op school kan blijven. In andere gevallen wordt er contact met thuis opgenomen.In het geval van leerlingen met bijzondere ziektebeelden worden alle BHV-ers geïnstrueerd over het herkennen van de ziekteverschijnselen en, in overleg met de ouders, over de specifieke aanpak bij de betreffende leerling.B. Documentatie

8

C. AmbitieniveauVaardigheden en kennis van de BHV-ers regelmatig trainen en actualiseren.D. Stappenplan voor verbetering

6. Er zijn afspraken gemaakt over de curatieve zorg en ondersteuning die de school samen met ketenpartners kan biedenA. Wij hebben dit als volgt geregeld.Op het Gymnasium Juvenaat is er wekelijks een intern zorgoverleg. Leerlingen met specifieke onderwijszorgbehoeften worden door de mentoren en afdelingscoördinatoren aangemeld bij de zorgcoördinator en worden vervolgens besproken in het interne zorgoverleg. Daar wordt de zorgroute bepaald en worden eventuele interventies in gang gezet. Indien de interne zorgstructuur ontoereikend is met betrekking tot de hulpvraag kan een leerling worden ingebracht in het zorgadviesteam (ZAT).

Het ZAT is een periodiek multidisciplinair afstemmingsoverleg ten behoeve van leerlingenzorg waarin naast vertegenwoordigers van de school ook functionarissen van externe voorzieningen participeren. Het gaat bij het overleg vooral om het zoeken naar de geschikte ondersteuning voor een zorgleerlingen en over het versterken van samenwerking tussen de verschillende zorgpartners die bij de school betrokken zijn.B. DocumentatieZorgplan en protocol dyslexie.Protocol zorgadviesteamC. AmbitieniveauWe willen als school leerlingen met een havo/vwo-advies kansen bieden op het behalen van een gymnasium diploma ook wanneer (tijdelijk) meer zorg nodig is.Het belangrijkste doel is om te komen tot het meest efficiënte onderwijszorgtraject om leerlingen te kunnen ondersteunen.D. Stappenplan voor verbeteringWe vinden het als school belangrijk om de zorgstructuur op school, met de daarbij horende afspraken, te borgen. Belangrijk is dat problematiek bij leerlingen sneller wordt gesignaleerd door mentoren en vakdocenten. De casuïstiek in het zorgadviesteam willen we sneller in kaart brengen, waardoor leerlingen door de juiste ketenpartners kunnen worden ondersteund. Daarnaast vinden we het belangrijk dat de rol van de school ten opzichte van ketenpartners duidelijk is en blijft.

9

OndersteuningsstructuurExpertise van het ondersteuningsteamA. Naam functies of taken leden ondersteuningsteamDe mentorenDe afdelingscoördinatorenDecaanLid MT onderwijs en leerlingzakenBegaafdencoach Vertrouwenspersonen Zorgcoördinator LeerlingbegeleidersDe studiebegeleiderPersonal coaches (begeleiding van rec-geïndiceerde leerlingen) Begeleider hoogbegaafde leerlingenB. ExpertiseMet behulp van bovenstaande specialisten worden leerlingen met sociaal-emotionele problematiek en leerproblematiek voorzien van een passende zorgroute. Indien dit niet door de school kan worden geleverd, zorgen we er samen met ketenpartners voor dat de juiste hulp voor de leerling geboden wordt. C. Hoe is deze zichtbaar binnen de school?Alle leerlingen worden op school in een mentorklas geplaatst. De mentor is in eerste instantie de spil in de begeleiding rondom de leerling. De mentor is het aanspreekpunt voor de ouders en leerlingen op school.

Diverse interne specialisten worden in het eerste schooljaar aan leerlingen voorgesteld. Tijdens voorlichtingsavonden van klas 1 wordt de zorgcoördinator aan ouders voorgesteld. Voor ouders en leerlingen wordt de interne zorgstructuur beschreven in de schoolgids en in het zorgplan.Daarnaast reiken we de leerlingen een folder aan waarin de specialisten op school, maar ook de specialisten die geregeld op school aanwezig zijn worden voorgesteld, zodat deze laagdrempelig kunnen worden benaderd.D. Hoe wordt samengewerkt met welke ketenpartners?Wekelijks is er een intern zorgoverleg waarbij de zorgcoördinator samen met de leerlingbegeleiders samenkomt om ingebrachte hulpvragen van leerlingen met elkaar te bespreken en te komen tot interventies of een doorverwijzing.

De ketenpartners die besproken worden onder het kopje breedtezorg komen 5 maal per jaar samen in het zorgadviesteam om casussen te bespreken en te komen tot interventies en/of doorverwijzing van leerlingen met specifieke hulpvragen.

Daarnaast is het afhankelijk van de hulpvraag van de leerling met welke ketenpartner er tussen de contactmomenten van het zorgadviesteam door contact wordt opgenomen. We streven er als school naar om leerlingen zo snel mogelijk op de juiste plaats te krijgen om te worden geholpen.

De school maakt gebruik van de schoolmaatschappelijk werker en psycholoog die in dienst zijn van het samenwerkingsverband. De schoolmaatschappelijk werker spreekt om de week leerlingen op school die met toestemming van ouders zijn aangemeld via de zorgcoördinator.De psycholoog spreekt leerlingen met toestemming van ouders op school op afspraak.

10

Planmatig werken (uit toezichtkader inspectie)1. Het personeel werkt met effectieve methoden en aanpakken.De aangeboden leerinhouden maken afstemming mogelijk op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. Leerlingen zijn actief betrokken. Docenten stemmen de instructie, verwerkingsopdrachten en de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen. De school heeft een specifiek aanbod om sociale competenties te ontwikkelen. Het aanbod is afgestemd op het vervolgonderwijs of beroepspraktijk.A. Wij hebben dit als volgt geregeld.Docenten stemmen de instructie en verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen. Leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, krijgen herhalingsopdrachten binnen de les of ondersteuning in een ingeroosterd ondersteuningsuur, via studiebegeleider of een externe RT.Voor leerlingen die in minder tijd de basisstof beheersen, zijn er verrijkingsopdrachten binnen de vakken of extra mogelijkheden buiten de vakken om.

Sociale competentiesIn de onderbouw hebben alle leerlingen een mentoruur. Naast studievaardigheden wordt in de mentorlessen aandacht besteed aan sociale competenties zoals samenwerken, omgaan met elkaar. Leerlingen leren bijvoorbeeld ook steeds meer verantwoordelijkheid te nemen. In allerlei, door leerlingen georganiseerde activiteiten, komen de sociale competenties tot uiting.Leerlingen die sociaal minder vaardig zijn, kunnen ondersteuning krijgen van de leerlingbegeleider. Ook bieden we assertiviteitstrainingen en faalangstreductietrainingen aan.

B. DocumentatieBeleidsplan begaafden (in ontwikkeling)C. AmbitieniveauVoor leerlingen een zo goed mogelijk op maat gesneden programma aanbieden.D. Stappenplan voor verbeteringSysteem van analyseren van de resultaten van leerlingen en op grond daarvan een plan van aanpak met leerlingen maken, verbeteren.Doorlopende lijn van onderbouw naar bovenbouw in aanbod voor meer- en hoogbegaafde leerlingen ontwikkelen.Begaafdenbeleid verder ontwikkelen en implementeren in de school.

2. Taal- rekenbeleid, leerwegondersteuning, praktijkonderwijsDe school heeft doelen gesteld die er op gericht zijn achterstanden te bestrijden.De school met een substantieel percentage taal- en/of rekenzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een aanbod aan leerinhouden dat past bij de onderwijsbehoeften van deze leerling .A. Wij hebben dit als volgt geregeld.M.b.v. een toets uit het Cito-leerlingvolgsysteem krijgen we aan het begin van leerjaar 1 informatie over de kennis en de vaardigheden waarover de leerlingen beschikken bij Nederlands, Engels en wiskunde.B. Documentatie

C. AmbitieniveauVia gedifferentieerd, remediërend materiaal willen we proberen leerachterstanden bij Nederlands, Engels of wiskunde zo snel mogelijk weg te werken.D. Stappenplan voor verbeteringOntwikkelen van gedifferentieerd, remediërend materiaal.

11

3. Leerlingen ontwikkelen zich in een veilige leeromgevingDe leerlingen voelen zich aantoonbaar veilig op school. De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en in de incidenten die zich op gebied van sociale veiligheid voordoen. Leerlingen gaan op een respectvolle manier met elkaar en anderen om. Mentoren stimuleren het welbevinden en de motivatie van leerlingen.A. Wij hebben dit als volgt geregeld.Om leerlingen zich veilig te laten voelen op school wordt actief gewerkt aan preventie van onveilige situaties, door leerlingen in een mentorklas te plaatsen. De mentor werkt samen met de leerlingen aan een veilig klassenklimaat en begeleidt de leerlingen op sociaal-emotioneel gebied. Dit gebeurt zowel individueel als in de groep met speciale programma’s die tijdens de mentorles worden behandeld.

Op school hebben we korte lijnen met elkaar om problemen zo snel mogelijk te signaleren en onveilige situaties met elkaar bespreekbaar te maken.

Daarnaast vindt er geregeld een overleg plaats tussen de afdelingscoördinator en leerlingen om een dialoog met elkaar aan te gaan over mogelijke aandachtspunten in de school. Dit heeft ook betrekking op onveilige situaties.B. DocumentatieAnti-pest protocolProtocol veilige schoolC. AmbitieniveauWe willen als school scherp blijven om onveilige situaties te blijven signaleren en bespreekbaar te maken met elkaar.D. Stappenplan voor verbeteringWe willen snel kunnen inspelen op acute situaties.

4. De school heeft continue zicht op de ontwikkeling van leerlingen.De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van prestaties en de ontwikkelingen van leerlingen. Leerlingen behalen het opleidingsniveau dat mag worden verwacht en lopen weinig vertraging op tijdens de opleiding. School- en examencijfers zijn van een aanvaardbaar niveau. Leraren volgen en evalueren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van leerlingen, ook in het vervolgonderwijs of beroepspraktijk.A. Wij hebben dit als volgt geregeld.Toetsen worden altijd van te voren besproken binnen de sectie of eventueel met een externe vakgenoot.De school maakt gebruik van het leerlingvolgsysteem Magister om de prestaties en ontwikkelingen van leerlingen te gebruiken.Cijfers van toetsen, school- en examencijfers zijn voortdurend aanleiding om kritisch te kijken naar de toetsen en naar het onderwijsleerproces.Bij tegenvallende resultaten wordt met individuele leerlingen een plan van aanpak ter verbetering gemaakt.B. DocumentatieAfspraken over het gebruik van het leerlingvolgsysteemToetsbeleid; met daarin opgenomen: Afspraken over omgaan met toetsresultatenC. Ambitieniveau

12

Uitstroom terugdringen naar 3%.D. Stappenplan voor verbeteringSysteem van analyseren van de resultaten van leerlingen en op grond daarvan een plan van aanpak met leerlingen maken, verbeteren.

5. Het personeel heeft zicht op de onderwijsbehoeften van haar leerling-populatie en werkt opbrengst- en handelingsgericht aan het realiseren van de onderwijsarrangementen (ontwikkelingsperspectief).Op basis van analyse van verzamelde gegevens bepaalt de school tijdig de aard van de ondersteuning voor zorgleerlingen, voert de zorg planmatig uit en evalueert regelmatig de effecten van de zorg.A. Wij hebben dit als volgt geregeld.Waar het zorgleerlingen op sociaal-emotioneel gebied betreft, vindt de ondersteuning van de zorgleerlingen, het uitvoeren van de zorg en de evaluatie van de geleverde zorg plaats binnen het intern zorgoverleg.Zorg bij leerachterstanden wordt in eerste instantie geleverd door de vakdocent. De mentor houdt de resultaten van de leerlingen in de gaten en bespreekt met de afdelingscoördinator voor welke andere vorm van ondersteuning de leerling in aanmerking komt.B. DocumentatieZorgplanC. AmbitieniveauWaar nodig individuele of groepsgewijze hulp bieden aan leerlingen.D. Stappenplan voor verbeteringSysteem van analyseren van de resultaten van leerlingen en op grond daarvan een plan van aanpak met leerlingen maken, verbeteren.

6. Het personeel werkt continue aan hun handelingsbekwaamheid en competenties.Docenten signaleren vroegtijdig leerproblemen en/of ontwikkelingsproblemen bij leerlingen en hebben zicht op behoeften van ouders bij de opvoeding. Docenten beschikken over juiste technieken bij effectieve interventies. De school kent een scholingsaanbod gericht op de hulpvraag van leerlingen. Het personeel beschikt over didactische, organisatorische en pedagogische competenties voor de begeleiding van leerlingen met extra onderwijsbehoeften. Het personeel wordt gestimuleerd en gefaciliteerd voor deelname aan lerende netwerken over leerlingenzorg, staat open voor reflectie en ondersteuning bij hun handelen en werkt continue aan hun handelingsgerichte vaardigheden.A. Wij hebben dit als volgt geregeld.Ieder personeelslid neemt jaarlijks deel aan de gesprekscyclus. Onderdeel van het gesprek is o.a. de vraag “welke scholing heb je nodig om je didactisch, organisatorische en pedagogische competenties op peil te houden?”Ieder personeelslid maakt bovendien deel uit van een van de drie afdelingen binnen de school. Binnen de afdelingen wordt gesproken over effectieve interventies naar leerlingen of groepen en over de vormgeving van het onderwijs.B. DocumentatieScholingsbeleidC. Ambitieniveau

13

De school wil een lerende organisatie zijn: een organisatie die zich continu wil verbeteren en waar we met elkaar werken aan de schoolontwikkeling. D. Stappenplan voor verbeteringOnderling lesbezoek door docenten.In gesprekken met mensen van ‘School aan Zet’ bekijken welke stappen verder gezet moeten worden ter realisatie van het ambitieniveau.Leerlingen en ouders actiever betrekken bij de schoolontwikkeling.

7. Voor alle (zorg) leerlingen is een ambitieus onderwijszorgarrangement vastgesteld.De school is gericht op het stimuleren van talent en op het leveren van (intellectuele) prestaties. De school stelt bij plaatsing voor iedere leerling een ontwikkelingsperspectief vast. De school volgt of de leerlingen zich ontwikkelen conform het ontwikkelingsperspectief en maakt naar aanleiding hiervan beredeneerde keuzes. Ouders en leerlingen zijn hierbij nauw betrokken.A. Wij hebben dit als volgt geregeld.Het ontwikkelingsperspectief voor alle leerlingen is: het behalen van een gymnasiumdiploma.Goede leerlingen dagen wij uit meer vakken dan het verplichte minimum te volgen en/of deel te nemen aan activiteiten zoals het Thalesprogramma, Olympiade-wedstrijden, toneel en het Honoursprogramma.3x per jaar zijn er rapportvergaderingen waarop het docentteam beoordeelt of de leerlingen zich ontwikkelen conform het perspectief. Daar wordt een plan van aanpak besproken.Tussentijds volgt de mentor de ontwikkelingen van zijn leerlingen.B. DocumentatieBeleidsplan begaafden (in ontwikkeling).C. AmbitieniveauHet Gymnasium Juvenaat biedt uitdagingen en kansen aan op zowel cognitief, cultureel en sociaal gebied.D. Stappenplan voor verbeteringPdca-cyclus consequent toepassen bij begeleiden van leerlingen. Wat is het plan van aanpak? Wat levert het op? Moet het bijgesteld worden?Implementatie van het begaafdenbeleid.

8. De school draagt leerlingen zorgvuldig over.Leerlingen met extra onderwijsbehoeften worden goed begeleid bij de overgang naar een andere school voor vo, een bovenschoolse voorziening, het vso of het mbo. Scholen zorgen voor een warme overdracht.A. Wij hebben dit als volgt geregeld.Wanneer een leerling voortijdig de school verlaat, is er altijd contact met de ontvangende school. Deze wordt geïnformeerd over het functioneren en over het welbevinden van de leerling.B. Documentatie

C. AmbitieniveauSamen met leerling en ouders bespreken waar een leerling het beste op zijn plaats is en zorgen voor een warme overdracht.D. Stappenplan voor verbetering

9. De school heeft een effectieve interne zorgstructuur en zorgteam.

14

De zorgstructuur is beschreven in het zorgplan van de school. Leden van het zorgteam hebben een duidelijke taakomschrijving. Taken en verantwoordelijkheden van leraren en directie zijn duidelijk en transparant.A. Wij hebben dit als volgt geregeld.Er is op school zowel een intern zorgoverleg als een zorgadviesteam. De samenstelling van het interne zorgteam en het externe zorgteam staat vermeld in het zorgplan van de school. Daarnaast is er een stroomschema opgenomen in het zorgplan waarin de zorgstructuur is afgebeeld. Naast het zorgplan zijn specifiekere afspraken en regels rondom het zorgadviesteam vastgelegd in een protocol. B. DocumentatieZorgplanProtocol ZATC. AmbitieniveauWe brengen het zorgplan in lijn met het zorgprofiel binnen het samenwerkingsverband.D. Stappenplan voor verbeteringOp grond van het zorgprofiel wordt gekeken welke scholing nodig is voor docenten en begeleiders.

KwaliteitCriterium hiervoor is het landelijk vastgestelde toezichtkader van de onderwijsinspectie waarin een minimumnorm voor basiskwaliteit wordt genoemd: de opbrengsten van een school zijn tenminste voldoende en daarnaast voldoen het onderwijsleerproces en de zorg en begeleiding aan de gestelde norm. Voor de meeste scholen geldt dat de inspectie dit akkoord heeft bevonden en dat de school onder normaal toezicht staat. Kwaliteitskaart kan hier toegevoegd worden.

Als de onderwijsinspectie aanleiding heeft gezien om de kwaliteit van de school nader te onderzoeken, of een verbeteringsprogramma met de school heeft afgesproken, kan dat hier kort worden omschreven.

Het gymnasium Juvenaat heeft de afgelopen jaren in het toezichtkader van de onderwijsinspectie altijd voldaan aan de gestelde eisen voor de basiskwaliteit. Voor de actuele gegevens over het basistoezicht en de meerjarenopbrengsten verwijzen we u naar de site van de inspectie: www.onderwijsinspectie.nl

4. Breedteondersteuning

De school wil zelf de verantwoordelijkheid blijven dragen voor het onderwijs, de ondersteuning en de ontwikkeling van de leerling, maar heeft daarbij hulp van specialisten van buiten de school nodig.

Externe expertiseA. Naam functies of taken externe specialisten waarmee wordt samengewerkt

Enkele vaste externe partners vanuit het ZAT- Schoolmaatschappelijk werker- Psycholoog gelieerd aan de school- GGD-arts- Leerplicht ambtenaar

15

- Wijkagent- Vertegenwoordiger CJG (jeugdzorg)- Vertegenwoordiger Bureau Jeugdzorg

Enkele externe partners waar veel mee wordt samengewerkt- Ambulant begeleiders vanuit het REC 1,2,3 & 4 onderwijs.

Daarnaast zijn er ook externe partners die op uitnodiging deelnemen aan het zorgadviesteam.B. Welke expertise wordt ingezet?De expertise die wordt ingezet is zeer divers.

- Expertise op gebied van sociaal-emotionele en/of opvoedkundige problematiek wordt aangereikt door de schoolmaatschappelijk werker, vertegenwoordiger vanuit bureau jeugdzorg en de vertegenwoordiger vanuit het CJG.

- Expertise op gebied van psychische problematiek word aangereikt door de psychologe.- Expertise vanuit het medisch oogpunt wordt aangereikt door de GGD-arts.- Expertise op gebied van handhaving van verzuim en de leerplichtwet wordt aangereikt door

de leerplichtambtenaar.- Expertise op gebied van veiligheid op school, de omgeving en de thuissituatie van de leerling

wordt aangereikt door de wijkagent. - Expertise op gebied van begeleiding aan leerlingen met een visuele handicap wordt

aangereikt door de ambulant begeleider van het REC1 onderwijs.- Expertise op gebied van begeleiding aan leerlingen met spraak en taalproblematiek wordt

aangereikt door de ambulant begeleider van het REC2 onderwijs.- Expertise op gebied van begeleiding aan leerlingen met een lichamelijke handicap of

leerlingen die langdurig ziek zijn wordt aangereikt door de ambulant begeleider van het REC3 onderwijs.

Expertise op gebied van begeleiding aan leerlingen met gedragsproblematiek wordt aangereikt door de ambulant begeleider van het REC4 onderwijs.C. Hoe is deze zichtbaar binnen de school?Naast de interne begeleiders op school is er nauw contact met diverse ketenpartners.

De personal coaches van de rec-geïndiceerde leerlingen hebben geregeld contact met de ambulant begeleiders uit het speciaal onderwijs, zodat gebruik gemaakt kan worden van de expertise die zij bezitten.

De schoolmaatschappelijk werker en de schoolpsychologe maken deel uit van het zorgadviesteam op school. In de regel voeren zij op school gesprekken met leerlingen. Voor leerlingen zijn zij vaak al wat meer bekende gezichten.

De overige ketenpartners komen 5 maal op school samen tijdens een bijeenkomst van het zorgadviesteam. Daarnaast vindt er geregeld individueel overleg plaats tussen de ketenpartners en diverse specialisten op school.D. Hoe wordt samengewerkt met deze ketenpartners?Diverse ketenpartners komen 5 maal per jaar samen in het zorgadviesteam om casussen te bespreken en te komen tot interventies en/of doorverwijzing van leerlingen met specifieke hulpvragen.

Om een leerling zo snel mogelijk hulp te kunnen bieden hebben we korte lijnen met de ketenpartners. Er vindt geregeld overleg plaats tussen interne ondersteuners en de ketenpartners.

16

Daarnaast is het afhankelijk van de hulpvraag van de leerling met welke ketenpartner er tussen de contactmomenten van het zorgadviesteam contact wordt opgenomen. We streven er als school naar om leerlingen zo snel mogelijk op de juiste plaats te krijgen om te worden geholpen.

De school heeft een effectief ZorgAdviesTeam (ZAT).Het ZAT draagt zorg voor het organiseren van hulp om de school. Werkwijze, taken en verantwoordelijkheden zijn vastgelegd in het zorgplan. Het ZAT draagt zorg voor verwijzing van leerlingen naar de diepteondersteuning via het indiceringloket.A. Wij hebben dit als volgt geregeld.De school heeft geregeld een overleg met ketenpartners in het zorgadviesteam. Zoals eerder beschreven zijn er korte lijnen met de ketenpartners. Ook buiten de overlegmomenten is er geregeld overleg hoe de leerling zo snel mogelijk bij de juiste hulp terecht komt. Hierbij is een nauwe samenwerking met ketenpartners van groot belang.B. DocumentatieZorgplanProtocol ZATC. AmbitieniveauDe afspraken die met ketenpartners gemaakt zijn, worden geborgd . Jaarlijks worden ze op structuur en handeling geëvalueerd met de ketenpartners. De casussen worden na beëindiging met ouders en met ketenpartners besproken.D. Stappenplan voor verbeteringTijdens de zorgadviesteamvergaderingen worden de genomen stappen besproken, geëvalueerd en zonodig bijgesteld.

5. Diepteondersteuning

Dit is de extra ondersteuning, met inzet van extra middelen uit het samenwerkingsverband, in de klas of in een gespecialiseerde onderwijssetting binnen de school. De leerling volgt een afwijkend onderwijsprogramma (arrangement), er is een ontwikkelingsperspectief opgesteld en er wordt handelingsgericht gewerkt. Toewijzing van extra middelen vindt plaats via het indiceringloket. Wanneer de school de extra ondersteuning niet kan bieden, wordt de leerling doorverwezen naar een andere school of gespecialiseerde onderwijsvoorziening.De extra ondersteuning kan bestaan uit:

- leer- en ontwikkelingsondersteuning- fysiek medische ondersteuning- sociaal- emotioneel en gedragsondersteuning- ondersteuning in de thuissituatie

De school kent de volgende arrangementen (format samenwerkingsverband)

Arrangement InvullingDe school heeft een aanpak voor (hoog)begaafdeleerlingen.

DeskundigheidDe school heeft veel ervaring met hoogintelligente leerlingen. M.b.t. meer- en hoogbegaafde leerlingen groeit de kennis en ervaring.

17

Aandacht en tijdIn veel lessen kunnen goede leerlingen aan de slag met extra opdrachten. Daarnaast biedt de school deze leerlingen de mogelijkheid aan de slag te gaan met eigen onderwerpen.

VoorzieningenHet Gymnasium Juvenaat is een Olympiadeschool. Leerlingen kunnen aan veel verschillende olympiades deelnemen. Regelmatig nemen er leerlingen op nationaal en internationaal niveau deel aan vervolgrondes van de olympiades.De school biedt leerlingen de mogelijkheid Cambridge Engels en Delf junior (Frans) examens te doenIn de onderbouw kunnen leerlingen deelnemen aan het Thalesprogramma.In de bovenbouw dagen we leerlingen uit extra vakken te volgen. Voor die leerlingen die nog meer aan kunnen, wordt met de leerling gekeken wat hij kan gaan doen. Junior-med-school of deelname aan het honoursprogramma van de zelfstandige gymnasia zijn een aantal mogelijkheden.Daarnaast is de school bezig met het ontwikkelen van onderwijs op maat toegesneden voor de meer- en hoogbegaafde leerlingen.GebouwVoor deze arrangementen zijn geen speciale voorzieningen in het gebouw nodig.

SamenwerkingVoor de ontwikkeling van kwalitatief hoogwaardig onderwijs en begeleiding aan hoogbegaafde leerlingen zoekt het Gymnasium Juvenaat contact met de Vereniging BegaafdheidsProfielScholen.Voor de ontwikkeling en vormgeving van het honoursprogramma werkt de school samen met de andere zelfstandige gymnasia in de SHZG (Stichting Het Zelfstandig Gymnasium).

Handelingsgericht werken

De volgende standaarden worden gebruikt voor het beschrijven van handelingsgericht werken. (Onder leerkrachten wordt verstaan de mentor en docenten in samenspraak met leden van het begeleidingsteam)- De onderwijs- en begeleidingsstructuur is voor eenieder duidelijk. Er zijn heldere

afspraken over wie wat doet, waarom, waar en wanneer.- Alle teamleden zijn open naar collega’s, leerlingen en ouders over het werk dat

gedaan wordt of is. Motieven en opvattingen worden daarbij inzichtelijk gemaakt.- Leerkrachten verkennen en benoemen de onderwijsbehoeften van leerlingen o.a. door

observatie, gesprekken en het analyseren van toetsen.- Leerkrachten bekijken en bespreken de wisselwerking tussen de leerling, de

leerkracht, de groep en de leerstof om de onderwijsbehoeften te begrijpen en daarop af te stemmen.

18

- Leerkrachten reflecteren op hun eigen rol en het effect van hun gedrag op het gedrag van leerlingen, ouders, collega’s

- Leerkrachten zijn zich bewust van de grote invloed die zij op de ontwikkeling van hun leerlingen hebben.

- Alle teamleden zoeken, benoemen en benutten sterke kanten en interesses van de leerlingen, de leerkrachten, de ouders en het schoolteam.

- Leerkrachten werken samen met hun leerlingen. Ze betrekken hen bij de analyse, formuleren samen doelen en benutten ideeën en oplossingen van leerlingen.

- Leerkrachten werken samen met ouders. Ze betrekken hen als ervaringsdeskundigen en partner bij de analyse van de situatie en het bedenken en uitvoeren van de aanpak.

- Leerkrachten benoemen hoge, reële SMART-geformuleerde doelen voor de lange en korte termijn. Deze doelen worden gecommuniceerd en geëvalueerd met leerlingen, ouders en collega’s.

- Leerkrachten werken met een groepsplan waarin de doelen en de aanpak voor de groep, subgroepjes en mogelijk een individuele leerling beschrijven.

- Leerkrachten bespreken minstens drie keer per jaar hun vragen betreffende het opstellen, uitvoeren en realiseren van hun (groeps)plannen met de zorgcoördinator of het zorgteam

6. Conclusie en ambities

In deze paragraaf wordt verwoord welke ondersteuningmogelijkheden de school in de nabije toekomst wil en kan realiseren (zie ook hoofdstuk 3 en 4).

Het onderwijs op het Gymnasium Juvenaat richt zich op leerlingen met uitgesproken talent en verantwoordelijkheid. Het Gymnasium Juvenaat ziet het als haar taak om leerlingen niet alleen cognitief beter te maken, maar hen ook te helpen om te gaan met de verantwoordelijkheid die hun talent met zich meebrengt. Het Gymnasium Juvenaat biedt uitdagingen en kansen aan op zowel cognitief, cultureel en sociaal gebied.

Het Gymnasium Juvenaat wil kansen bieden aan leerlingen. Naast de sociaal-emotionele begeleiding wordt daarom in de mentorlessen veel aandacht besteed aan ‘leren leren’.Tevens wil het Gymnasium Juvenaat ook leerlingen met een meer dan gemiddelde intelligentie uitdagen om hun talent optimaal te benutten.

Uitgaande van het bovenstaande kan het Gymnasium Juvenaat onderwijs bieden aan de volgende groepen leerlingen met desbetreffende en specifieke problematiek:

Leerlingen met een beperkte handicap binnen het voormalige cluster 1 en cluster 2 (slechthorend en slechtziend)

Leerlingen met een beperkte vorm van aandachtstekortstoornissen (AD(H)D) of een beperkte vorm van ontwikkelingsstoornissen (autisme, Asperger, PDD-NOS) . De school heeft ervaring opgedaan in het omgaan met voormalige cluster-4 leerlingen en zal in de toekomst aan dit punt blijven werken.

Voor onderwijs aan leerlingen met ernstige gedragsproblemen is de school niet toegerust. Maar voor leerlingen met een minder zware problematiek, zowel wat betreft

19

gedragsproblemen als wat betreft leerproblemen, wil de school graag met hen en hun ouders de uitdaging aangaan hoe onderwijs te volgen op een categoriaal gymnasium.

Dyslectische leerlingen en leerlingen met dyscalculie, wanneer zij, ondanks deze handicap, laten zien over voldoende capaciteiten te beschikken.

Hoogintelligente en (onderpresterende) hoogbegaafde leerlingen. Op dit terrein wil de school haar expertise vergroten, zowel wat diagnostiek als aanpak betreft.

Nadat een leerling de keuze gemaakt heeft voor het Gymnasium Juvenaat zullen wij als school de afweging moeten maken of voor die individuele leerling passend onderwijs kan worden geboden. Voor leerlingen met een specifieke onderwijs- en/of zorgbehoeften is er daarom na de aanmelding altijd een gesprek van de leerling en zijn ouders / verzorgers met de afdelingscoördinator leerjaar 1 en de zorgcoördinator om vast te stellen of wij die leerling de passende onderwijsplek kunnen bieden.

20