NME centrum Betuwe · Kondig tot slot de volgende les (gastles) aan, waarin de leerlingen door...
Transcript of NME centrum Betuwe · Kondig tot slot de volgende les (gastles) aan, waarin de leerlingen door...
NME centrum Betuwe
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding
NME centrum Betuwe versie maart 2019 2
COLOFON Deze handleiding hoort bij het project “Energie?Zuinig!” Dit project is een combinatie van … … de Leskist “Energie? Natuurlijk Duurzaam!” … en het landelijke project “Energieke Scholen” Het project is ontwikkeld … … door Anna Regina de Jong van Stichting in2nature … voor en met NME-centrum Betuwe (Annemieke Jansen) … in opdracht van Gemeente Buren (maart 2014)
Meer informatie: NME-centrum Midden-Betuwe
Bezoekadres na afspraak: Tielsestraat 11b, 4043 JP Opheusden
Coördinator: Annemieke Jansen, bereikbaar op 0344-603758 of 06-20641777
Mail [email protected]
Website www.nmebetuwe.nl
NME centrum Betuwe
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding
NME centrum Betuwe versie maart 2019 3
INHOUDSOPGAVE
IN HET KORT .................................................................................................................................................. 4
LES 1 Inleidende les DUURZAAM ENERGIEGEBRUIK ..................................................................................... 5
BIJLAGE 1.1 Bordschema Energie ............................................................................................................ 10
BIJLAGE 1.2 Uitleg begrippen .................................................................................................................. 12
LES 2 Praktijkles “HOE kan ik?” ................................................................................................................... 15
LES 3 Afsluitende les OP ONDERZOEK ......................................................................................................... 18
EN DAN…… maatregelen nemen! ............................................................................................................ 23
BIJLAGE 3.1 Woordweb BINNENMILIEU ...................................................................................................... 24
BIJLAGE 3.2 Maatregelen voor een gezond binnenmilieu ...................................................................... 25
BIJLAGE 3.3 Maatregelen voor energiebesparing ................................................................................... 27
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding
NME centrum Betuwe versie maart 2019 4
IN HET KORT
Les 1 Inleidende les DUURZAAM ENERGIEGEBRUIK
gegeven door de leerkracht
1.1 “Wat weet ik?”
Ordenen van bestaande kennis en ervaring (45 min)
1.2 “WAAROM zou ik?”
Leerlingen maken werkbladen over energiebesparing en gebruik van duurzame energie
(30 min)
Les 2 Praktijkles “HOE kan ik?”
door gastdocent NME-centrum Betuwe
Terugkoppeling naar les 1 (20 min)
Leerlingen doen proeven “HOE kan ik?”. De proeven gaan over energie besparen en duurzame
energie gebruiken (90 min)
Nabespreking proeven (10 min)
Les 3 Afsluitende les OP ONDERZOEK
begeleiding door de leerkracht
3.1 Op onderzoek naar energiegebruik in de school (ca. 60 minuten, sommige opdrachten
worden verspreid over de dag uitgevoerd)
3.2 Presentatie aan de klas (30-60 minuten)
EN DAN……..
Maatregelen nemen! (optioneel)
Kleine of grote maatregelen, alles mag. Alle beetjes helpen!
Laat de gemeente weten wat jullie hebben gedaan of willen doen (pers vindt dit ook leuk).
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 1
NME centrum Betuwe versie maart 2019 5
LES 1 Inleidende les DUURZAAM ENERGIEGEBRUIK
gegeven door de leerkracht
Materialen
Bordschema ENERGIE (bijlage 1.1)
Woordweb ENERGIE BESPAREN (bijlage 1.1)
Uitleg begrippen (bijlage 1.2 – alleen voor uzelf ter voorbereiding)
Filmpje over energie (Bijv. https://www.youtube.com/watch?v=Z_OVinEfLso of bij Klokhuis
www.klokhuis.nl )
Werkblad 1.0: “Waar of niet waar?”
Werkbladen 1.1 tot en met 1.8: “WAAROM zou ik?”
Antwoorden van de werkbladen
Kaart (Noordwest) Nederland (=onderdeel van werkblad 1.5)
Voorbereiding door leerkracht
U leest bijlage 1.1 en 1.2 door.
U bestudeert alle werkbladen.
U bestudeert de antwoorden.
Zet het filmpje klaar op het digibord.
Zet het ‘werkblad 1.5 Windenergie – kaart Nederland’ klaar op het digibord.
U print werkblad 1.0 voor elke leerling.
U print de werkbladen 1.1 t/m 1.8 allemaal één keer (LET OP: dubbelzijdig!).
U print het werkblad 1.5 windenergie – kaart Nederland’ één keer in zwart wit.
Lesopbouw
1.1 ‘Wat weet ik?’
Klassengesprek (20 min)
Filmpje over energie (10 min)
Werkblad 1.0 maken (individueel) en nabespreken (15 min)
1.2 ‘WAAROM zou ik?’
Werkbladen 1.1 t/m 1.8 maken in groepen (of klassikaal) en nabespreken (30 min)
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 1
NME centrum Betuwe versie maart 2019 6
LESBESCHRIJVING
LES 1 Inleidende les DUURZAAM ENERGIEGEBRUIK
1.1 ‘Wat weet ik?’ De leerlingen maken kennis met allerlei begrippen waaronder duurzaam energiegebruik en
energie besparen. U ordent bestaande kennis en laat voorbeelden zien van zuinig omgaan met
energie en van het gebruik van duurzame energiebronnen.
Klassengesprek
U introduceert het onderwerp aan de hand van het bordschema ENERGIE en het woordweb
ENERGIE BESPAREN in bijlage 1.1.
U begint met het bordschema met het woord ENERGIE. In het schema vindt u vragen. Door het
stellen van die vragen kunt u het schema stap voor stap uitbouwen. Wanneer u de inbreng van
de leerlingen direct ordent, houdt u het overzichtelijk.
Bijdragen van leerlingen die betrekking hebben op lichaamsenergie, voedsel, conditie etc.
schrijft u op een zijbord. Het zijn goede opmerkingen, maar vallen buiten het onderwerp van dit
lesprogramma, en worden dus niet in het schema opgenomen.
Als het schema klaar is bespreekt u het begrip duurzaam.
Daarna kunt u binnen het schema aangeven wat duurzame energie is (groen omcirkelen) en wat
niet-duurzame energie is (bruin/rood omcirkelen).
Tot slot bespreekt u het onderwerp van dit project: duurzaam energiegebruik. Hieronder vallen
twee dingen: • het gebruik van duurzame energie, • zuinig omgaan met energie, zodat je
energie bespaart. Gebruik hiervoor het woordweb ENERGIE BESPAREN.
Bewaar het bestand van het woordweb. Dit heeft u in les 3 nodig als evaluatie voor de leerlingen
zodat ze weten wat ze geleerd hebben. Het document t.z.t. uitprinten voor elke leerling.
In bijlage 1.2 vindt u uitleg over de begrippen broeikaseffect & klimaatprobleem, duurzaam
duurzaam energiegebruik, elektriciteitscentrale, fossiele brandstoffen en groene stroom.
Deze begrippen kunt u gaandeweg met de leerlingen bespreken.
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 1
NME centrum Betuwe versie maart 2019 7
Filmpje
Bekijk met de leerlingen het filmpje (Klokhuis-aflevering DUURZAME ENERGIE).
Werkblad 1.0 maken en bespreken
Alle leerlingen gaan aan de slag met werkblad 1.0. Ze moeten ieder voor zich beoordelen welke
uitspraken over duurzame energie juist zijn en welke niet. Wanneer ze klaar zijn, bespreekt u
het werkblad gezamenlijk na.
1.2 ‘WAAROM zou ik?’
Duurzaam energiegebruik heeft twee aspecten:
• zuinig omgaan met energie èn • duurzame energie gebruiken.
Elk aspect is in vier onderwerpen uitgewerkt (zie kader hiernaast).
Per onderwerp is er één werkblad.
De leerlingen gaan nu kijken naar het WAAROM van deze twee
aspecten.
Organisatie
U deelt de klas in 8 groepen en verdeelt de onderwerpen
(werkbladen) onder deze 8 groepen. Elke groep werkt aan één
onderwerp en vult het bijbehorende werkblad in.
Indien er tijd over is of meer tijd beschikbaar is, kunt u elke groep
een tweede onderwerp laten maken. Kies dan per groep voor een
onderwerp van het andere aspect. In dat geval moet u wel extra
kopieën maken.
Tip: u kunt ook ervoor kiezen om klassikaal enkele onderwerpen te bediscussiëren. Neem dan
één onderwerp over zuinig omgaan met energie en één onderwerp over duurzame energie
gebruiken.
Onderwerpen per aspect
Zuinig omgaan met energie:
1. let op de lampen
2. zuinig zijn met stroom
3. isolatie
4. zelf energie leveren
Duurzame energie gebruiken:
5. windenergie gebruiken
6. zonnewarmte gebruiken
7. zonnestroom gebruiken
8. bio-energie gebruiken
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 1
NME centrum Betuwe versie maart 2019 8
Toelichting werkbladen
Elk werkblad bestaat uit een stuk tekst (een gesprek tussen twee personen) en een opdracht –
invulblad.
Werkblad 1.1: Waarom zou ik letten op de lampen?
opdracht: uitzoeken wat de relatie is tussen brandende lampen en luchtvervuiling, onderzoekje
op school
Werkblad 1.2: Waarom zou ik letten op stroomslurpers en sluipverbruikers?
opdracht: interview in de school over stroomverbruik van apparaten
Werkblad 1.3: Waarom zou ik warmte vasthouden?
opdracht: tekst bij een stripverhaaltje schrijven
Werkblad 1.4: Waarom zou ik zelf energie leveren?
opdracht: vragen beantwoorden, eigen mening formuleren
Werkblad 1.5: Waarom zou ik windenergie gebruiken?
opdracht: windmolens plaatsen (intekenen) en daarbij een keuze maken tussen verschillende
locaties
LET OP: zet voor deze opdracht het ‘Werkblad 1.5 Windenergie-kaart Nederland’ klaar op het
digibord.
Werkblad 1.6: Waarom zou ik zonnewarmte gebruiken?
opdracht: tekening zonneboiler interpreteren, juistheid aantal stellingen beoordelen
Werkblad 1.7: Waarom zou ik zonnestroom gebruiken?
opdracht: tekst bij een stripverhaaltje schrijven
Werkblad 1.8: Waarom zou ik bio-energie gebruiken?
opdracht: drie omschrijvingen van het begrip bio-energie beoordelen
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 1
NME centrum Betuwe versie maart 2019 9
Nabespreking werkbladen 1.1 t/m 1.8
Bespreek de opdrachten na. Hiervoor kunt u de bijgeleverde antwoorden gebruiken. Laat de
groepen aan elkaar vertellen welke opdracht zij hebben gemaakt en wat zij hebben ontdekt en
geleerd. Bespreek met de leerlingen de vragen: “Waarom zou je zuinig omgaan met energie?”
en “Waarom zou je duurzame energie gebruiken?”
U vraagt naar de argumenten vóór, maar ook bezwaren en problemen mogen aan bod komen.
Kondig tot slot de volgende les (gastles) aan, waarin de leerlingen door middel van proefjes
gaan ontdekken HOE ze zuinig kunnen omgaan met energie en HOE je duurzame energie kunt
opwekken en gebruiken.
Extra filmpjes en meer informatie over (duurzame) energie
Filmpjes
Klokhuis (www.klokhuis.nl) heeft veel meer filmpjes over (duurzame) energie. Mocht u tijd
hebben, dan kunt u ook filmpjes bekijken over onder andere stroom, de gasbel, windmolens op
zee, spaarlamp, bewegingsenergie, batterij, zonnewagenrace, alternatieve energie, duurzame
energie, etc. Zoektermen als ENERGIE, ALTERNATIEVE ENERGIE, ENERGIEBRONNEN leveren veel
filmpjes en nieuwe zoektermen op.
Websites
Leuke kinderwebsite met veel informatie: www.energiegenie.nl
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 1
NME centrum Betuwe versie maart 2019 10
BIJLAGE 1.1 Bordschema Energie
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 1
NME centrum Betuwe versie maart 2019 11
Woordweb ENERGIE BESPAREN
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 1
NME centrum Betuwe versie maart 2019 12
BIJLAGE 1.2 Uitleg begrippen
Binnenmilieu
Het binnenmilieu is het milieu in gebouwen. Hier tegenover staat het buitenmilieu. Beide
kunnen een relevante invloed op de gezondheid hebben. Meestal wordt met binnenmilieu de
lucht en zijn chemische bestanddelen bedoeld, maar het kan ook om bijvoorbeeld licht, straling
of geluid gaan.
De binnenlucht is vaak veel meer vervuild dan de buitenlucht. Daarom speelt de kwaliteit van de
binnenlucht een belangrijke rol in de levenskwaliteit. Voorbeelden van gevolgen van een slecht
binnenmilieu zijn het ontstaan of verergeren van aandoeningen zoals astma, allergie, hoofdpijn,
misselijkheid, vermoeidheid en irritatie van ogen, neus of keel. Bepaalde types
binnenmilieuvervuiling kunnen tot verschillende soorten kanker en zelfs tot de dood leiden.
Broeikaseffect en Klimaatverandering
Eén van de gassen die vrijkomt bij verbranding van steenkool, aardolie en aardgas is
koolstofdioxide (CO2). Dit gas houdt de warmte van de zon vast. Net als het glas van een
broeikas, waarin bijvoorbeeld tomaten groeien.
Te veel broeikasgassen zorgen ervoor dat de aarde te warm wordt. Daardoor verandert het
klimaat. Het wordt bijvoorbeeld warmer. Dat is een probleem. Dit noemen we ook wel het
klimaatprobleem. Veel planten en dieren zullen verdwijnen. Het ijs aan de noord- en zuidpool
smelt en de gletsjers verdwijnen. Ook de hoogte van het zeewater zal stijgen. Hierdoor krijg je
overstromingen.
Duurzaam
Duurzaam betekent: het gaat lang mee en is van goede kwaliteit.
► Energie uit fossiele brandstoffen is niet duurzaam. De voorraad olie, aardgas en steenkool
raakt immers op. Bovendien ontstaat bij verbranding van fossiele brandstoffen milieuschade
(broeikaseffect). In het bordschema (zie bijlage) is deze niet-duurzame energie bruin
omcirkeld.
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 1
NME centrum Betuwe versie maart 2019 13
► Energie van wind, water, zon of biomassa is wel duurzaam. Het raakt niet op en
veroorzaakt geen milieuschade. In het bordschema (zie bijlage) is deze zogenaamde
groene energie groen omcirkeld.
Duurzaam energiegebruik
Duurzaam energiegebruik gaat verder dan alleen maar duurzame energie gebruiken.
Het heeft 2 aspecten:
1. duurzame energie gebruiken (windenergie, zonne-energie, bio-energie)
2. zuinig zijn met energie (energie besparen)
Elektriciteitscentrale
In een elektriciteitscentrale wordt steenkool, aardgas of aardolie verbrand. Soms ook hout of
afval. Verbranding geeft warmte. Daarmee wordt water gekookt. Er ontstaat stoom. Stoom
heeft veel kracht (denk aan een fluit op een fluitketel). Die stoomkracht laat een groot rad
(turbine) draaien. Deze draaiende beweging wordt doorgegeven aan een generator. In een
generator zitten een magneet en spoelen koperdraad. Als de magneet snel langs de spoelen
koperdraad draait, ontstaat er elektriciteit (stroom).
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 1
NME centrum Betuwe versie maart 2019 14
Fossiele brandstoffen (aardolie, aardgas en steenkool)
Fossiele brandstoffen bevinden zich in de bodem en zijn gevormd uit zeer oude plantenresten.
Het gebruik van fossiele brandstoffen heeft 2 grote nadelen:
1. ze raken op (de volgende generaties zitten straks zonder)
2. bij verbranding komen gassen in de lucht die zorgen voor het broeikaseffect en
klimaatverandering.
Groene stroom
Groene stroom wordt niet wordt opgewekt door de verbranding van aardolie, aardgas of
steenkool. Groene stroom wordt opgewekt door gebruik te maken van schone energiebronnen
zoals windenergie en zonne-energie. Ook verbranding van biomassa (hout en andere
plantenresten) levert groene stroom op. Hierbij komt wel kooldioxide (CO2) vrij, maar evenveel
als dat door de planten wordt opgenomen. De hoeveelheid kooldioxide neemt daardoor niet
toe.
Groene energie is een breder begrip dan groene stroom. Bij het vergisten van biomassa
bijvoorbeeld komt gas vrij ('groen gas') en aardwarmte kan gebruikt worden om kassen op de
juiste temperatuur te brengen ('groene warmte').
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 2
NME centrum Betuwe versie maart 2019 15
LES 2 Praktijkles “HOE kan ik?”
Gegeven door gastdocent NME-centrum Betuwe
Deze les wordt door de gastdocent van het NME-centrum Betuwe verzorgd. De gastdocent zorgt
voor alle specifieke materialen ten behoeve van de proeven. Met deze proeven ontdekken ze
HOE energiebesparing en duurzame energieopwekking in zijn werk gaat.
Organisatie
Er zijn negen proeven. Zes proeven hebben dezelfde
onderwerpen als in les 1. Drie proeven zijn anders en hebben
betrekking op de meetinstrumenten die ook in les 3 gebruikt
worden (zie kader).
De leerlingen werken in dezelfde groepen als in les 1.
Het kan zijn dat de groepen niet alle proeven kunnen doen in
de beschikbare tijd. Ze moeten tenminste één proef van elk
aspect hebben gedaan. De gastdocent regelt welke groep bij
welke proef begint.
Er zijn binnenproeven en buitenproeven. Het is handig om een
hulpouder ter ondersteuning te hebben. Dan is er zowel binnen
als buiten iemand (leerkracht en hulpouder) die de boel in de
gaten houdt en de leerlingen kan helpen. De gastdocent loopt
zoveel mogelijk alle groepjes langs om waar nodig te assisteren.
Bij proef 2 moet er van allerlei apparaten in de school de
stroom gemeten worden. Als de leerlingen niet zelfstandig door
de school mogen, moet u een derde hulpouder regelen.
Onderwerpen per aspect
Zuinig omgaan met energie:
1 . zelf energie leveren
2. zuinig zijn met stroom
3. isolatie
Duurzame energie gebruiken:
4. zonnestroom gebruiken
5. windenergie gebruiken
6. zonnewarmte gebruiken
Meten = Weten:
7. Lichtsterkte meten (LUX-meter)
8. Geluid meten (DECIBEL-meter)
9. Vieze lucht meten (CO2-meter)
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 2
NME centrum Betuwe versie maart 2019 16
Materialen door leerkracht
Mobiel muziek-medium (radio, laptop, mp3-speler, telefoon o.i.d.)
Handdoek
Voorbereiding door leerkracht
U print voor elke groep één werkboek les 2 (LET OP: dubbelzijdig!).
Regelen van een of twee hulpouders ter ondersteuning indien de groep groter is dan 20
leerlingen.
Zorgen voor een kleine ruimte, liefst met raam, voor de CO2-proef (opdracht 2.9).
Toelichting opdrachten les 2
2.1: Hoe kan ik zelf energie leveren?
De leerlingen meten hun eigen kracht (energie).
2.2: Hoe kan ik letten op stroomslurpers en sluipverbuikers?
De leerlingen meten en vergelijken het stroomverbruik van elektrische apparaten op school met
een stroommeter.
2.3: Hoe kan ik warmte binnenhouden?
De leerlingen bouwen een huisje met een kacheltje erin. De ene kant van het huis is geïsoleerd
en de andere kant niet. Ze vergelijken de temperatuur aan de buitenzijde.
Uitkomst: de geïsoleerde kant is minder warm aan de buitenkant (minder warmteverlies)
2.4: Hoe kan ik zonnestroom gebruiken?
De leerlingen experimenteren met zonnecellen en een ‘zon’ (= felle lamp).
2.5: Hoe kan ik windenergie gebruiken?
De leerlingen ontdekken hoe een windmolen stroom levert en meten de windkracht buiten.
2.6: Hoe kan ik zonnewarmte gebruiken?
De leerlingen bekijken hoe (zon)licht water verwarmt en ontdekken waarom een zonnecollector
zwart is.
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 2
NME centrum Betuwe versie maart 2019 17
2.7: Hoe meet ik de lichtsterkte?
De leerlingen meten de lichtsterkte met een LUX-meter.
2.8: Hoe meet ik geluid?
De leerlingen meten het geluidsniveau met een DECIBEL-meter.
2.9: Hoe meet ik vieze lucht?
De leerlingen meten de lucht met een CO2-meter.
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 18
LES 3 Afsluitende les OP ONDERZOEK
Begeleiding door de leerkracht
Materialen
Woordweb BINNENMILIEU (bijlage 3.1)
Zes werkboeken les 3, onderzoek 3.1 t/m 3.6
Leskistje les 3 met CO2-meter, decibelmeter, luxmeter, energiemeter, 4 thermometers,
rolmaat, meetlint en meetlat. (neemt de gastdocent mee)
Voorbereiding door de leerkracht
U leest de werkboeken (onderzoeken) door.
U leest de bijlagen 3.1, 3.2 en 3.3 door.
U print elk werkboek één keer (LET OP: dubbelzijdig!).
Zet de instructie van het onderzoek klaar op het digibord.
U brengt directeur, conciërge en collega’s op de hoogte dat uw leerlingen onderzoek
gaan doen door de hele school. Maak eventueel een afspraak wanneer de leerlingen bij
de directeur, andere leerkrachten of conciërge terecht kunnen voor een interview.
Lesopbouw
3.1 Op onderzoek uit in de school (ca. 1 uur, sommige opdrachten worden verspreid over de dag
uitgevoerd)
3.2 Presentatie van resultaten (ca. 1 uur)
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 19
LESBESCHRIJVING
3.1 Op onderzoek uit
Introductie
De leerlingen gaan in deze les op onderzoek uit in de school. Vier onderzoeken gaan over
energie en borduren voort op les 1 en les 2. Twee onderzoeken gaan over het binnenmilieu. Dit
is een nieuw begrip.
Het binnenmilieu is van belang voor de gezondheid van de leerlingen. Hoe beter het
binnenmilieu hoe beter de leerlingen presteren. Energie besparende maatregelen als
bijvoorbeeld ramen en deuren gesloten houden omdat de verwarming aanstaat, kunnen
tegenstrijdig zijn met een goed binnenmilieu. Het CO2-gehalte stijgt wanneer alle ramen en
deuren gesloten zijn, waardoor de leerlingen suf worden.
Waar denken de leerlingen aan bij het begrip binnenmilieu? Bespreek het begrip binnenmilieu
aan de hand van het woordweb BINNENMILIEU (bijlage 3.1). Pak daarna het woordweb ENERGIE
BESPAREN uit les 1 er bij en vergelijk. Komen er dezelfde woorden in voor? Wat is de relatie
tussen binnenmilieu en energie besparen?
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 20
Op onderzoek door de school
Vertel de leerlingen dat ze in 6 teams de school gaan onderzoeken. Voordat ze op onderzoek uit
gaan, moeten ze weten hoe het onderzoekt in elkaar zit. Lees samen de instructie. Neem
vervolgens kort de opzet van de opdracht door met de leerlingen:
1. Lees eerst alle vragen (’opdrachten’) in de eerste kolom door.
2. Ga op onderzoek uit, probeer de vragen (‘opdrachten’) uit.
De middelste kolom geeft extra uitleg.
3. Vul je antwoord in de laatste kolom in door een kruisje te zetten
onder ja, nee of weet ik niet.
4. Beantwoord eerst alle vragen.
5. Voer de bijbehorende opdracht(en) uit.
6. Ga terug naar de klas.
7. Bepaal tot slot voor elk onderdeel de TIPS (verbeterpunten) en TOPS
(wat gaat al goed). Maak hierbij onderscheid tussen TIP klas en TIP
school:
• Een TIP klas kunnen de leerlingen zelf binnen een dag veranderen,
eventueel met een klein budget. Denk bijvoorbeeld aan het
aanschaffen en plaatsen van spaarlampen, het plaatsen van
tochtstrippen, posters over energiebesparing maken voor herinnering
in de klas bij de lichtknop, enzovoort.
• Een TIP school is groot en neemt meer tijd in beslag. Dit kan de
leerling zelf niet doen, maar moet ‘de school’ doen. Denk
bijvoorbeeld aan het isoleren van de school, het aanschaffen van
zonnepanelen, het plaatsen van dubbelglas, enzovoort.
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 21
Onderzoek 3.4 lijkt op opdracht 2.2 van de gastles. Let er bij de verdeling van de teams
op dat er geen leerlingen in team 4 zitten die opdracht 2.2 al hebben gedaan.
Verdeel de klas in 6 teams en verdeel de zes onderzoeken. Elk team doet maar één onderzoek:
3.1 Binnenmilieu: vocht en vieze luchtjes – CO2 meter
3.2 Binnenmilieu: stof, viezigheid en geluid – Decibelmeter
3.3 Energie: verlichting en zonlicht - Luxmeter
3.4 Energie: Stekkers en apparaten - Stroommeter
3.5 Energie: verwarming en isolatie – Rolmaat en thermometer
3.6 Energie: energie gebruik en schone energie – Rolmaat
Geef elk team het juiste werkboek en het juist meetapparaat eventueel met
gebruiksaanwijzing.
Maakt afspraken met de teams over hoe ze met elkaar samenwerken, hoe lang ze met hun
onderzoek bezig mogen zijn, hoe ze met de meetapparaten omgaan en wat ze gaan doen als ze
klaar zijn. Ze kunnen bijvoorbeeld al hun TIPS en TOPS bedenken.
De teams kunnen aan de slag!
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 22
3.2 Presentatie van de resultaten
Materialen
• een groot vel of flap voor ieder team
• stiften & tekenmateriaal
Voorbereiding
• Zorg ervoor dat de teams hun werkboek bij de hand hebben.
• Deel de vellen uit en leg de stiften klaar.
• Lees bijlage 2 en 3. Hier staan maatregelen die u kunt uitvoeren voor het verbeteren van
het schoolgebouw. Met deze maatregelen in uw achterhoofd kunt u uw leerlingen
inspireren bij het bedenken van hun eigen TIPS.
TIP-TOP-poster maken
Bespreek met de leerlingen hoe ze de TIP-TOP-poster
gaan maken:
1. Bekijk en bespreek de opgeschreven TIPS en TOPS
(in de werkboeken).
2. Kies één TOP die jullie belangrijk vinden. Deze schrijf je
alvast op de poster.
3. Bespreek de voordelen en nadelen van jullie TIPS en
beantwoordt voor iedere TIP de volgende vragen:
Kunnen wij zelf de TIP uitvoeren (TIP klas) of moet
de school dat doen (TIP school)?
Kost de TIP geld om uit te voeren?
Is de TIP goed voor het binnenmilieu én
energiebesparing?
4. Kies één TIP klas en één TIP school. Schrijf bij iedere gekozen TIP een voordeel en nadeel op.
Voorbeeld TIP-TOP-poster
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 23
Presentatie
Ieder team presenteert zijn resultaten aan de klas aan de hand van de TIP-TOP-poster.
Laat ieder teamlid aan de beurt komen:
Inleiding, welk team, voorstellen
Wat onderzocht
Hoe onderzocht
Resultaten: TOP
Resultaten: TIP klas
Resultaten: TIP school
De andere leerlingen kunnen na iedere presentatie, naar aanleiding van hun eigen TIPS en TOPS,
vragen stellen.
Het is belangrijk dat de teams de resultaten met elkaar uitwisselen. Door alle resultaten te
verzamelen en hierover te praten kan de klas erachter komen wat zijzelf en de school het best
kunnen doen om het schoolgebouw te verbeteren. In de discussie zal naar voren komen of een
TIP goed is voor het binnenmilieu én voor de energiebesparing.
EN DAN…… maatregelen nemen!
Dan is er de mogelijkheid om daadwerkelijk aan de slag te gaan met de TIPS die de leerlingen
hebben bedacht.
Sommige tips kunnen makkelijk worden uitgevoerd, gratis of met een klein budget. Kijk of er
binnen de school een potje hiervoor is. Of start een actie met de leerlingen om geld op te halen.
De leerlingen kunnen hiervoor posters of flyers maken waarin duidelijk wordt wat ze gaan doen
(de actie) en waarvoor het is (de maatregel).
Andere tips zijn duurder om uit te voeren. Ook hiervoor kunnen acties worden bedacht om geld
op te halen voor de uitvoer van maatregelen ter verbetering. Ook via crowdfunding is geld op te
halen. Klik op de link en kijk voor meer informatie en voorbeelden op de site van
Energieke Scholen. (www.energiekescholen.nl)
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 24
BIJLAGE 3.1 Woordweb BINNENMILIEU
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 25
BIJLAGE 3.2 Maatregelen voor een gezond binnenmilieu
Eenvoudige kleine maatregelen die leerlingen & leerkrachten in een dag kunnen doorvoeren op het gebied van het binnenmilieu voor de school. De maatregelen kosten €500,- tot €1000,-.
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 26
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 27
BIJLAGE 3.3 Maatregelen voor energiebesparing
Eenvoudige kleine maatregelen die leerlingen & leerkrachten in een dag kunnen doorvoeren op het gebied van energiebesparing in de school. De maatregelen kosten €500,- tot €1000,-.
Project “Energie? Zuinig!” Docentenhandleiding les 3
NME centrum Betuwe versie maart 2019 28