NL10_ sept '10_column1

1
column advertentie bio Michael Barzilay verruilde Rot- terdam talloze keren voor een andere stad, telkens moest hij erkennen dat de havenstad toch echt zíjn stad is. Als journalist, filmer, programmamaker en cre- atieveling werkte hij voor Talpa, DIF, Goodies en RTL, hij maakt wekelijks reportages voor o.a. City Media Rotterdam en schrijft voor diverse landelijke magazines. Zijn debuutroman is in de maak en verschijnt eind 2012. en weer omhoog. “Heb jij geen koude tenen?” vraagt ze zachtjes. Ik kan natuurlijk nee zeggen. Maar dan lieg ik. Alhoewel de herfst buiten met bakken uit de lucht komt, blijft het moeilijk afscheid nemen van de teen- slipper. Eenmaal de kast in, is de zomer definitief voorbij. Door teenslippers te dragen in weer en wind maak je een statement: kijk ‘ns wat een vrije jongen ik ben! “Nou een beetje wel,” zeg ik geani- meerd. “Maar daarom doe ik ook teenoefeningen. Worden ze lekker warm van.” Dat is nieuw voor haar. Nog voordat ze opnieuw haar moeders aandacht vraagt zeg ik: “Ik draag ze de hele winter door.” Stilte. Eenmaal de kast in, is de zomer voorbij Teenslipper Terwijl ik afreken en wegloop hoor ik moeder nog zeggen. “Nee, schatje, daar is het nu te koud voor. (…) Die meneer maakte een geintje.” Buiten staat het regenwater inmiddels enkelhoog. Ik zet aan tot een kleine spurt, maar de pees van mijn rechter- teenslipper glipt door het zoolgaatje. Meisje en moeder passeren zwijgend terwijl ik het rubbertje terugwring. De moesson dendert onverminderd door. Moeder laadt haastig haar dochter en de boodschappen in de auto. Ik flipflap voorbij en ren de Westzeedijk op. Halverwege het grasheuveltje verliezen de slippers grip en duik ik voorover de modder in. Terwijl het meisje me door de voorruit onaangedaan aanstaart, murmel ik vloekend in mezelf: “Klote- herfst.” < M am,” zegt het meisje voor me vanuit het kinderzitje van supermarktkar,” die meneer heeft wél zijn slippers aan. Mam kijkt even om, lacht spaarzaam: “Dat moet die meneer weten.”Het meisje heeft een half geblindeerd brilletje op de neus, en kan haar niet-luie oog nauwelijks van mijn teenslippers afhouden. Ik friemel losjes met de tenen. Even kijkt ze on- derzoekend omhoog, maar blikt alweer naar beneden. “Krijgt die meneer geen koude tenen?“ vraagt ze, alsof ik niet besta. “Ik weet het niet lieverd. Vraag het even.” Het meisje heeft bedenktijd no- dig. Moeders boodschappenkar is nog lang niet leeg. Ik recht mijn rug. Weet niet of ik wel zin heb in een confronta- tie. De kleine cycloop in het kinderzitje kijkt me aan, dan weer naar beneden, | 15 september - 28 september 2010 | nl10 | 9 beeld julIA DE BoEr studio jAxSTuDIo.Nl michaEl barzilay NL10_19p09.indd 9 14-09-2010 13:25:32

description

M am,” zegt het meisje voor me column Terwijl ik afreken en wegloop hoor ik moeder nog zeggen. “Nee, schatje, daar is het nu te koud voor. (…) Die meneer maakte een geintje.” advertentie studio jA xSTuDIo.Nl beeld julIA DE BoEr bio “

Transcript of NL10_ sept '10_column1

Page 1: NL10_ sept '10_column1

column

advertentie

bio

Michael Barzilay verruilde Rot-terdam talloze keren voor een andere stad, telkens moest hij erkennen dat de havenstad toch echt zíjn stad is. Als journalist, filmer, programmamaker en cre-atieveling werkte hij voor Talpa, DIF, Goodies en RTL, hij maakt wekelijks reportages voor o.a. City Media Rotterdam en schrijft voor diverse landelijke magazines. Zijn debuutroman is in de maak en verschijnt eind 2012.

en weer omhoog. “Heb jij geen koude tenen?” vraagt ze zachtjes. Ik kan natuurlijk nee zeggen. Maar dan lieg ik. Alhoewel de herfst buiten met bakken uit de lucht komt, blijft het moeilijk afscheid nemen van de teen-slipper. Eenmaal de kast in, is de zomer definitief voorbij. Door teenslippers te dragen in weer en wind maak je een statement: kijk ‘ns wat een vrije jongen ik ben! “Nou een beetje wel,” zeg ik geani-meerd. “Maar daarom doe ik ook teenoefeningen. Worden ze lekker warm van.” Dat is nieuw voor haar. Nog voordat ze opnieuw haar moeders aandacht vraagt zeg ik: “Ik draag ze de hele winter door.” Stilte.

Eenmaal de kast in, is de zomer voorbijTeenslipper

Terwijl ik afreken en wegloop hoor ik moeder nog zeggen. “Nee, schatje, daar is het nu te koud voor. (…) Die meneer maakte een geintje.” Buiten staat het regenwater inmiddels enkelhoog. Ik zet aan tot een kleine spurt, maar de pees van mijn rechter-teenslipper glipt door het zoolgaatje. Meisje en moeder passeren zwijgend terwijl ik het rubbertje terugwring. De moesson dendert onverminderd door. Moeder laadt haastig haar dochter en de boodschappen in de auto. Ik flipflap voorbij en ren de Westzeedijk op. Halverwege het grasheuveltje verliezen de slippers grip en duik ik voorover de modder in. Terwijl het meisje me door de voorruit onaangedaan aanstaart, murmel ik vloekend in mezelf: “Klote-herfst.” <

“Mam,” zegt het meisje voor me vanuit het kinderzitje van

supermarktkar,” die meneer heeft wél zijn slippers aan. Mam kijkt even om, lacht spaarzaam: “Dat moet die meneer weten.”Het meisje heeft een half geblindeerd brilletje op de neus, en kan haar niet-luie oog nauwelijks van mijn teenslippers afhouden. Ik friemel losjes met de tenen. Even kijkt ze on-derzoekend omhoog, maar blikt alweer naar beneden. “Krijgt die meneer geen koude tenen?“ vraagt ze, alsof ik niet besta. “Ik weet het niet lieverd. Vraag het even.” Het meisje heeft bedenktijd no-dig. Moeders boodschappenkar is nog lang niet leeg. Ik recht mijn rug. Weet niet of ik wel zin heb in een confronta-tie. De kleine cycloop in het kinderzitje kijkt me aan, dan weer naar beneden,

| 15 september - 28 september 2010 | nl10 | 9

beel

d ju

lIA

DE

BoEr

stu

dio

jAxS

TuD

Io.N

l

michaEl barzilay

NL10_19p09.indd 9 14-09-2010 13:25:32