InhoudsopgaveInleiding......................................................................................................................................2Inhoudsopgave............................................................................................................................3KPN centrale...............................................................................................................................4Hoofdverdeler.............................................................................................................................4

Capaciteit hoofdverdelers.......................................................................................................5Verschillende aansluit systemen.................................................................................................6

Aansluitingen of poorten op een PRX/A nummercentrale:....................................................6Aansluitingen of poorten op een AXE nummercentrale:........................................................7Aansluitingen of poorten op een 5ESS nummercentrale:.......................................................7Intergrated switching line unit (ISLU)....................................................................................8Remote switching module en remote intergrated switching module line unit (RISLU2)......8Line unit (LU).........................................................................................................................8

PSTN ruimte...............................................................................................................................9Telco/SIP ruimte.......................................................................................................................10Kabelverdeler............................................................................................................................11IS/RA........................................................................................................................................13KPN netwerkstelsel...................................................................................................................14Nawoord....................................................................................................................................15

KPN centrale

In een centrale van KPN kan je onderscheid maken tussen 3 ruimtes. Hoofdverdeler PSTN ruimte Telco/SIP ruimte

Aan de hand van de hoeveelheid ruimte een gebouw te bieden heeft, worden de verschillende onderdelen geplaatst bij elkaar in 1 kamer of gescheiden van elkaar.Om het overzichtelijk te houden, gebruik ik de centrale van Nijverdal als voorbeeld.

Hoofdverdeler

Bij de hoofdverdeler komen alle diensten van de verschillende leveranciers en alle aangesloten klanten samen in een ruimte. Een hoofdverdeler is dus het koppel mutatie punt tussen het aansluitnet en de diensten van KPN en telco’s. Telco’s zijn telecommunicatie leveranciers zoals BBned.In de centrale van Nijverdal centrum wordt er gebruik gemaakt van een vrijstaande verdeler.Dat houdt in, dat de horizontale kant en de verticale kant van elkaar gescheiden zijn.Op de horizontale kant zitten alle diensten die aangeboden worden door onder andere KPN. Op de verticale kant van een hoofdverdeler, zitten alle klanten aangesloten.

Je hebt te maken met 2 verschillende hoofdverdelers, namelijk: Vrijstaande hoofdverdeler Wandverdeler

Verder zijn er ook verschillen types, namelijk: Conventioneel hoofdverdeler Hoofdverdeler type 70 Hoofdverdeler LSA plus

Het verschil tussen een vrijstaande hoofdverdeler en wandverdeler is dat, bij een vrijstaande hoofdverdeler de horizontale en verticale kant van elkaar zijn gescheiden.

Conventionele hoofdverdelers worden niet meer geproduceerd maar ze komen nog wel voor.Bij conventionele hoofdverdelers moet je de draden solderen. Het is daarom niet echt een efficiënte hoofdverdeler.Hoofdverdeler type 70 worden ook niet meer geproduceerd maar ze komen nog wel voor.Bij een hoofdverdeler type 70, moet je de kuisverbinding draden erop doggen.Dat doe je met behulp van een DOG1 en/of DOG2 tang. Zie foto 1.0

DOG 1 tang. Foto 1.0

2

Hoofdverdeler LSA plus is het laatste model en worden nog steeds geproduceerd.Een LSA plus hoofdverdeler is het meest efficiënt onder alle hoofdverdelers.Je zet een kruisverbinding draad op met behulp van een LSA plus tang. Zie foto 1.1

LSA plus tang. Foto 1.1

Capaciteit hoofdverdelers

Vrijstaande verdeler type 70 Per cassette bedraagt het aantal aan te sluiten dubbeldraden 300 Capaciteit per stijl met 8 cassettes = 8*300= 2400 dubbeldraden Capaciteit per stijl met 10 cassettes = 10*300= 3000 dubbeldraden Capaciteit per sectie = 3*2400 = 7200 dubbeldraden Capaciteit per sectie = 3*3000 = 9000 dubbeldraden

Vrijstaande verdeler type LSA plus

Per cassette kunnen 8*8 = 64 dubbeldraden worden verwerkt Per laag komt dit op 8*64 = 512 dubbeldraden Per sectie van 9 lagen *512 = 5632 dubbeldraden

3

Verschillende aansluit systemen

PRX/A AXE 5ESS

PRX/A staat voor Processor Reed eXchange/Analoog.Dit centraletype, geplaatst tussen 1974 en 1988, wordt bestuurd door middel van een in een computer opgeslagen programma.Alle door de centrale te verrichten functies zijn in het computergeheugen opgeslagen.Wanneer we dus een functie willen wijzigen moeten we een wijziging aanbrengen in het computergeheugen.

In dit geheugen ligt echter ook nog andere informatie opgeslagen, zoals:Welke aansluitingen vrij zijn en welke bezet, maar ook de faciliteiten zoals, 0900 nummers,*21 enzovoort.

Aansluitingen of poorten op een PRX/A nummercentrale:

De poorten voor klantaansluitingen op een PRX/A centrale heten LijnCircuit, afgekort LC.Deze zijn steeds per rek gerangschikt (1024 aansluitingen)

Deze beginnen met de volgende nummers: 0400.0 t/m 0400.3. Achter dit reknummer vind je de 256 poorten van 000 t/m 255 en daarna nog meer rekken met 1024 poorten namelijk in volgorde 0401,0402,0403 en dan 0500, 0501 enzovoort.

AXE systeem wordt een Stored Program Control systeem (SPC) genoemd.Dit betekent dat de centrale wordt bestuurd door middel van een in de computer opgeslagen programma.

Het telefoniesysteem AXE schakelt verkeer (gesprekken/data) binnen de groep van eigen aansluitingen als mede verbindingen van en naar aansluitingen van een andere telefoniesysteem/centrale.

4

Aansluitingen of poorten op een AXE nummercentrale:

Line interface : LI of LI-2 = PSTNLine interface basic acces : LIBA = ISDNLine interface multiplex acces : LIMA= PSTNLine interface basic acces multiplex acces : LIBAMA= ISDN

Door de AXE een zogenaamde vrije Lic-klant relatie heeft, is het niet noodzakelijk dat bij nummerverwisseling een nieuwe kruisverbinding draad getrokken wordt! De AXE beschikt over een digitaal schakelnetwerk.

Op afstand bestuurde schakeltrap (RSS)

Een remote switching system (RSS) is een centrale eenheid welke 8000 nummer kan bedienen ook wel schakeltrap genoemd.Dit houdt in dat de besturing van de schakeltrap plaats vindt in de moedercentrale, terwijl de schakeltrap zelf geplaatst is in een eigen centralegebied.De RSS is verbonden met de moedercentrale via digitale linken zoals glasvezelkabel.

Aansluitingen of poorten op een 5ESS nummercentrale:

Ook het 5ESS systeem wordt een stored program control systeem (SPC) genoemd.Dit betekent dat de centrale wordt bestuurd door middel van een in een computer opgeslagen programma.

De 5ESS kan worden opgedeeld in 3 modules, namelijk de AM, CM en (R)SM.

AM staat voor: administration module

In de administration module staan alle gegevens betreffende de aansluitingen met hun faciliteiten maar ook het besturingsprogramma van de 5ESS telefooncentrale.

CM staat voor: communication module

De communication module bestaat uit 2 gedeelten.Een gedeelte wordt gebruikt voor gegevensverwerking richting de AM en een gedeelte waar zowel gegevens als data (spraak) in zit de SM en RSM.

SM staat voor: switching module

In de switching module zitten ISLU2 schakeleenheden welke bestaan uit 1024 of 2048 poorten (afhankelijk van het type hardware)Achter een SM kan ook een SM van een andere verafgelegen centralegebied worden geplaatst. In zo’n geval spreekt men van een remote switching module (RSM)De RSM is functioneel gezien hetzelfde als een SM want ook daar worden de diverse poorten ondergebracht.

5

Intergrated switching line unit (ISLU)

De intergrated switching line unit zijn poorten van 1024 stuks vanuit de telefooncentrale naar de locatie/aansluiting van de diverse klanten.Het type ISLU2 heeft een dubble poortcapaciteit van 2048 totaal.

Remote switching module en remote intergrated switching module line unit (RISLU2)

Het is mogelijk om kleine woonkernen vanuit een remote switching module over een afstand te voeden middels een remote intergrated switching module line unit 2.De capaciteit van deze eenheid bedraagt 512 poorten. De poortbenaming van de LCN C bestaat uit 10 cijfers en is bijvoorbeeld: LCN C 001 000 00 00.

De remote switching line unit type 2 wordt ingezet op veel locaties waarop klanten met een verhoogde verkeerswaarde, maar ook voor klanten die een intergrated system digital network (ISDN) aansluiting wensen.Ook op afstand wordt de RISLU2 ingezet omdat er soms een ander type telefooncentrale staat die geen ISDN verkeer kan verwerken.

Line unit (LU)

De line unit is onderdeel van een switching module of remote switching module.Deze heeft een capaciteit van 5120 LU aansluitingen, welke niet op afstand van de SM of RSM kan worden geplaatst.Poortbenamingen van de LEN L bestaat uit 10 cijfers en dan bijvoorbeeld LEN L;001 000 1 000. De kabel wordt GRID genoemd.Op een LU zijn 10 GRID’s aangesloten ter waarde van 0 t/m 9.

6

PSTN ruimte

Zoals vermeld, heeft een hoofdverdeler 2 kanten.Een horizontale (KPN) en een verticale kant (klant).Beiden bevatten een SIP en een poortkant.

De horizontale poortkant van een hoofdverdeler zit aangesloten op de PSTN kastenPSTN staat voor: Public Switched Telephone Network, dat maakt telefoneren mogelijk.Zoals vermeld zijn er 3 soorten:

PRX/A AXE 5ESS

Je kunt PSTN kasten herkennen aan het lawaai wat geproduceerd wordt door de koelers.Verder zijn het rechthoekachtige blauw en beige gekleurde kasten. Zie foto 1.2.

Public Switched Telephone Network kasten. Foto 1.2.

Bovenstaande PSTN kasten zijn van het type 5ESS.

Alle huizen met een koperkabel aansluiting hebben een plekje in een PSTN kast.Vanaf de PSTN kast liggen er draden die aangesloten zijn op de hoofdverdeler horizontale kant.Vanaf de horizontale kant van een hoofdverdeler trek je een kuisverbinding draad naar de verticale hoofdverdelerkant zodat je een uitgaande signaal krijgt richting de klant. Dit geldt alleen als je een analoge lijn hebt zonder ADSL.

7

Telco/SIP ruimte

In de Telco ruimte staat de apparatuur van verschillende leveranciers zoals KPN, BBned en Babyxl. De zogenaamde DSLAM’s.

DSLAM staat voor: Digital Subscriber Line Access Multiplexer.

In een DSLAM zit de apparatuur wat gebruik maakt van Asymmetric Digital Subscriber Line om klanten breedband Internet aan te bieden. Zie foto 1.3.

Alcatel 7300 ADSL2+ DSLAM. Foto 1.3

Om bij de hoofdverdeler te komen wordt er gebruik gemaakt van zogenaamde SIP kasten.SIP staat voor: Session Initiation Protocol. Door middel van draden word er vanaf de SIP kast die aangesloten zit op een DSLAM, verbinding gemaakt met de horizontale SIP kant van een hoofdverdeler.

Als een klant een analoge lijn heeft maar ook graag ADSL erbij wilt nemen dan wordt er als volgt gehandeld.

Order komt binnen bij KPN met de mededeling dat klant x met straatnaam x en huisnummer x een ADSL lijn heeft aangevraagd.

We slopen eerst de oude verbinding door de huidige kruisverbinding draad bij de hoofdverdeler eruit te halen.Vervolgens gaan we vanaf de horizontale poortkant naar de verticale SIP kant.En ten slotte trekken we een draad vanaf de horizontale SIP kant naar de verticale hoofdverdeler kant.Zoals vermeld, zitten de diensten op de horizontale kant en de klanten op de verticale.Zo creëer je een cirkel zodat er zowel een telefoon signaal en een ADSL signaal op de uitgaande kant van een hoofdverdeler komt te zitten. De verticale hoofdverdelerkant dus!

8

Kabelverdeler

Kabelverdeler, ook wel wijkkast genoemd, worden gebruikt om de kabels die van het centrale komen te verspreiden over de huizen in een wijk.

Er zijn 6 verschillende wijkkasten: B3 (solderen) B12 (solderen) B20 (solderen 1200 kast 2000 kast 2400 kast (LSA plus)

Bij alle B series van de kabelverdeler bestaat de aan en afvoerstroken uit 60 pens soldeerstroken. Voor vaste verbindingen worden er 40*2 onderzoekklinkenstroken gebruikt.Om in een B serie kabelverdeler te kunnen werken. Moet je de volgende gereedschappen bij je hebben!

Zijkniptang Draadkrabber Soldeer Soldeerbout (geen gasbout)

Bij een 1200 kast komen de draden in het midden de grond uit en worden vervolgens verspreid over 6 cassettes die in een halve cirkel zijn gezet. Zo zijn ze ook bij de naam spinnenkop gekomen en voor om draden vast te zetten wordt er gebruik gemaakt van LSA-CA insteekhulzen. Die je met een insteekhulzen tang erop kan zetten. Zie foto 1.4

Insteekhulzen trekker tang. Foto 1.4

9

Bij een 2000 kast komen de draden aan de onderkant verspreid over een bepaalde lengte uit de grond. Vervolgens worden ze verspreid over 4 stroken. De aan en afvoerstroken bestaan uit stijlen met schroefverbindingen. Voor vaste verbindingen worden LSA-CA insteekhulzen gebruiken. Zie foto 1.5

2000 kast met schroefverbindingen. Foto 1.5

Om te kunnen werken met een 2000 kast ben je de volgende gereedschappen nodig. Zijkniptang Draadkrabber Schroevendraaier 3.5 mm Insteekhulzen trekker

Een 2400 kast is van de laatste generatie en maakt gebruik van LSA plus aansluitstroken als verbindingstechniek.Ook bij een 2400 kast komen de kabels verspreid over een bepaalde lengte de grond uit.Vervolgens worden ze verdeeld over 4 rijen met elk 1 cassette waarop KPN haar diensten kan leveren. De overige cassettes worden gebruikt om de klanten aan te sluiten.

10

IS/RA

IS/RA staat voor infrastructuur/randapparatuur.

Een aansluitpunt is het eindpunt van de telecommunicatie infrastructuur, dat dient voor het aansluiten van randapparatuur.Bij KPN spreekt men van een IS/RA aansluitpunt en heeft dit vorm gekregen door een IS/RA aansluitdoos, paal of kast. Hierbij kan de infrastructuur van KPN gescheiden worden van de randapparatuur van de klant. Anderen dan KPN moeten de mogelijkheid hebben om randapparatuur te leveren, te installeren, in bedrijf stellen en te onderhouden, zonder dat men de infrastructuur kan (mee) muteren. Met “anderen” worden onder meer installatiebedrijven en onafhankelijke leveranciers van telecommunicatie apparatuur bedoeld.

Er zijn verschillende IS/RA aansluitpunten, namelijk: IS/RA aansluitdoos IS/RA aansluitpaal IS/RA aansluitkast 20M IS/RA aansluitkast 100M IS/RA aansluitkast 20/20 IS/RA aansluitkast 30/30 IS/RA aansluitkast 40/40 IS/RA aansluitkast 60/60 IS/RA aansluitkast 100/100; 200/200 en 300/300

Een IS/RA aansluitdoos wordt gebruikt bij particulieren thuis.Een IS/RA aansluitpaal wordt gebruik voor op woonboten.De rest van de IS/RA aansluitkasten worden meestal toegepast in het bedrijfsleven.

Waar wordt het IS/RA aansluitpunt geplaatst?

Volgens de regelgeving wordt een IS/RA aansluitpunt geplaatst in: De meterkast Een technische ruimte Indien er geen aanwezig is, moet het IS/RA aansluitpunt geplaatst worden op ongeveer

3 meter achter het invoerpunt. De ruimte is alleen toegankelijk voor de contractant

Wat bepaalt de grote van het te plaatsen IS/RA aansluitpunt?

De capaciteit van de invoerkabel bepaald de grote van het IS/RA aansluitpunt.

Benodigde gereedschappen: Schroevendraaier 4.5 mm voor bevestiging aan de wand Schroevendraaier 3.5 mm voor aandraaien contactschroeven Mes Zijkniptang Draadkrabber Sleutel t.b.v. de sluitpen handmetaalzaagje

11

KPN netwerkstelsel

Plaatje hieronder laat zien hoe het KPN netwerk eruit ziet. Zie plaatje 1.5

KPN netwerkstelsel. Plaatje 1.5

12