New Opleiden, trainen en oefenen in de gemeentelijke … · 2017. 9. 19. · De expertgroepen...
Transcript of New Opleiden, trainen en oefenen in de gemeentelijke … · 2017. 9. 19. · De expertgroepen...
1
Opleiden, trainen en oefenen
in de gemeentelijke crisisbeheersing
Project ‘GROOTER’
Taakorganisaties, processen en producten
van Bevolkingszorg
2
2
Colofon Dit document beschrijft de taakorganisaties, processen en producten van Bevolkingszorg. Dit product is tot stand gekomen binnen het project GROOTER, een vervolg op het project GROOT. Opdrachtgever Landelijk Overleg Coördinerend Gemeentesecretarissen (Veiligheidsberaad) Ministerie van Veiligheid en Justitie Opdrachtnemer Dhr. M. Dewachter, adjunct coördinerend gemeentesecretaris, Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant Projectleiders Mw. K. Scheffers, gemeente Tilburg Dhr. R. van Zon, Advante Onderwijskundige ondersteuning Mw. A. Zonneveld, PLATO (Universiteit Leiden) Contactpersonen Expertgroepen Expertgroep Communicatie: Mw. S. van Petten, Veiligheidsregio Gelderland-Zuid (+ secretaris GROOTER)
Mw. M. Delfgaauw, Ministerie van Veiligheid en Justitie Expertgroep Publieke zorg: Mw. M. van Dalen, gemeente Den Haag
Dhr. M. van de Wetering, Veiligheidsregio Zeeland Expertgroep Omgevingszorg: Dhr. J. van der Heijden, gemeente Lingewaard Dhr. P. van der Pol, Veiligheidsregio Flevoland en Gooi en Vechtstreek Expertgroep Ondersteuning: Mw. M. de Bas, gemeente Papendrecht Mw. A. Barrett, Veiligheidsregio Twente Expertgroep Informatie: Dhr. H. van den Berg, Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland
Dhr. M. Schipper, Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Met dank aan mw. A. Vos, BMC (deskundige RCP/CENS2) en alle overige leden van de Expertgroepen. Adres www.veiligheidsberaad.nl/groot.html www.linkedin.com/e/vgh/1968218
Waar in dit document ‘hij’ staat geschreven wordt bedoeld: ‘hij/zij’. Waar ‘zijn’ staat wordt bedoeld ‘zijn/haar’. Waar ‘hem’ staat wordt bedoeld ‘hem/haar’. Voor de leesbaarheid is steeds voor de verkorte vorm gekozen. Datum: 22 april 2013 Versie: 1.1 Status: Definitief © Projectgroep ‘GROOTER’
3
3
Voorwoord
Het project GROOTER richt zich op de bevolkingszorgprocessen binnen de crisisbeheersingsorganisatie. Hiertoe zijn
binnen GROOTER een aantal documenten ontwikkeld. Het gaat om (beschrijvingen van):
- Taakorganisaties, processen en producten van Bevolkingszorg;
- Taakkaarten Bevolkingszorg;
- Opleidingskaders voor procesopleidingen Bevolkingszorg;
- Kwalificatieprofielen, opleidingskaders en model voor 'Proeven van bekwaamheid' voor functiegerichte
opleidingen Bevolkingszorg;
- Kwalificatieprofielen, opleidingskaders en model voor 'Proeven van bekwaamheid' voor sleutelfuncties
binnen de crisiscommunicatie (vastgesteld in september 2012 door het Landelijk Overleg Coördinerend
Gemeentesecretarissen).
Het eerste document, de beschrijving van taakorganisaties, processen en producten van bevolkingszorg, vormde de
basis voor het opstellen van de taakkaarten voor bevolkingszorg en de opleidingskaders voor de procesgerichte
opleidingen en de functiegerichte opleidingen (en daarbij behorende kwalificatieprofielen)1. De documenten moeten
dan ook in onderlinge samenhang worden bekeken.
Doel project GROOTER
Doel van de producten van GROOTER - en hiervoor GROOT - is enerzijds professionalisering van de bevolkingszorg en
anderzijds betere uitwisselbaarheid tussen gemeenten en veiligheidsregio's. De producten van GROOTER zijn
opgesteld door het veld en voor het veld. Dit betekent dat bij de ontwikkeling van de producten gebruik is gemaakt
van functionarissen die in de praktijk een rol binnen de (gemeentelijke) crisisbeheersing vervullen en die daarin ook
(praktijk)ervaring hebben opgedaan.
Gedurende de looptijd van het project GROOTER zijn we geconfronteerd met enkele andere landelijke projecten,
waaronder de uitkomsten van de Commissie 'Bevolkingszorg op orde' (juli 2012), 'Slachtofferinformatiesystematiek
(SIS)' (november 2012) en 'Bovenregionale samenwerking' (januari 2013). Onderstaand wordt aangegeven, hoe
binnen GROOTER gestalte is gegeven aan de relatie met deze projecten.
Relatie met 'Bevolkingszorg op orde'
Bij het opstellen van producten van GROOTER zijn de uitkomsten van de Commissie 'Bevolkingszorg op orde' en de
visie op zelfredzaamheid waar mogelijk meegenomen.
Daarnaast zijn, door de processen te beschrijven, de projectgroep en expertgroepen ook zelf tot de conclusie
gekomen dat het verder ontwikkelen van kwalificatieprofielen en opleidingskaders voor bepaalde processen en
functionarissen niet nodig was. Het belangrijkste voorbeeld daarvan is het proces Omgevingszorg. De werkzaamheden
die vallen onder omgevingszorg zijn praktisch geheel vergelijkbaar met de werkzaamheden die reguliere
gemeentelijke afdelingen zoals Milieu, Stadsbeheer en Bouw- en woningtoezicht dagdagelijks uitvoeren. Aanvullende
specifieke procesopleidingen en/of functiegerichte opleidingen zijn daarom niet nodig. Wel is het belangrijk dat de
betrokken leidinggevenden (HTo Omgevingszorg en teamleiders Milieubeheer, Ruimtebeheer en Bouwbeheer) en
procesmedewerkers aansluiting vinden in de crisisorganisatie. Een algemene basisopleiding Bevolkingszorg (uit
GROOT) of Crisisbeheersing (uit CENS2), en voor het hoofd taakorganisatie resp. de teamleiders tevens een algemene
opleiding tot hoofd taakorganisatie resp. teamleider (uit GROOT), volstaan daarbij.
1 Uitgangspunt voor het eerste document waren het Referentiekader Regionaal Crisisplan 2009 en het product van de Werkplaats
Oranje Kolom regionaal crisisplan (september 2011).
4
4
Relatie met 'Slachtofferinformatiesystematiek (SIS)’
In verband met de ontwikkeling van een slachtofferinformatiesystematiek (SIS) was bij de start van het project
GROOTER al besloten om het gemeentelijke proces Registratie van slachtoffers (‘CRIB’) nog niet uit te werken. Wel is
in de loop van het project besloten, na vaststelling van de slachtofferinformatiesystematiek, om het deelproces
Verwanteninformatie niet te positioneren onder de taakorganisatie Communicatie, maar dit terug te geven aan het
proces Registratie van slachtoffers. Informatieverstrekking over de uitvoering van verwanteninformatie is beschreven
als onderdeel van het proces Pers- en publieksvoorlichting. Het project SIS zorgt voor een goede aansluiting met de
regio's en de bevolkingszorgprocessen. De producten van GROOTER zijn daarbij een van de uitgangspunten.
Relatie met 'Bovenregionale samenwerking'
In januari 2013 heeft het Veiligheidsberaad ingestemd met de uitwerking van het advies van de bestuurlijke
werkgroep 'Bovenregionale Samenwerking'. Het verbeteren van de samenwerking tussen overheden richt zich in dit
advies o.a. op eenduidigheid in (bovenregionale) crisiscommunicatie (aspect 4). Bij de uitwerking van het advies is
uitgegaan van de proces- en productbeschrijvingen, kwalificatieprofielen en opleidingskaders ontwikkeld in het
project GROOTER.
Verdere professionalisering bevolkingszorg
Na vaststelling van bovengenoemde GROOTER-producten door het Landelijk Overleg Coördinerend
Gemeentesecretarissen (opdrachtgever project GROOTER) zijn deze beschikbaar voor veiligheidsregio's, gemeenten
en opleidingsinstanties. Zij kunnen op basis van deze producten hun medewerkers toerusten voor hun taak bij een
crisis of incident. Ik hoop dat hiermee een volgende stap kan worden gezet in de verdere professionalisering van
bevolkingszorg, maar ook in uniformiteit en uitwisselbaar van functionarissen in Nederland.
Ik wil allen die hieraan hebben meegewerkt hartelijk dankzeggen voor hun professionele inbreng en betrokkenheid.
Maarten Dewachter,
Opdrachtnemer namens het Landelijk Overleg Coördinerend Gemeentesecretarissen
5
5
Inhoudsopgave
Inleiding ..................................................................................................................... 7
Procesbeschrijvingen ................................................................................................. 8
Afkortingen van de beschreven processen ...................................................................................... 9
Communicatie ................................................................................................................................ 10
Het functioneren van de taakorganisatie Communicatie ....................................................................... 10
Proces: Analyse en advies ....................................................................................................................... 16
Proces: Pers- en publieksvoorlichting ..................................................................................................... 21
Publieke zorg .................................................................................................................................. 29
Het functioneren van de taakorganisatie Publieke zorg ........................................................................ 29
Proces: Opvang ....................................................................................................................................... 32
Proces: Voorzien in primaire levensbehoeften ...................................................................................... 44
Proces: Bijzondere uitvaartzorg .............................................................................................................. 52
Proces: Verplaatsen mens en dier .......................................................................................................... 57
Omgevingszorg ............................................................................................................................... 64
Het functioneren van de taakorganisatie Omgevingszorg ..................................................................... 64
Proces: Milieubeheer .............................................................................................................................. 67
Proces: Ruimtebeheer ............................................................................................................................ 73
Proces: Bouwbeheer ............................................................................................................................... 79
Ondersteuning ............................................................................................................................... 85
Het functioneren van de taakorganisatie Ondersteuning ...................................................................... 85
Proces: Bestuurs- en managementondersteuning ................................................................................. 87
Proces: Preparatie nafase ....................................................................................................................... 94
Informatie .................................................................................................................................... 100
Het functioneren van de taakorganisatie Informatie ........................................................................... 100
Proces: Informatiemanagement ........................................................................................................... 102
Productbeschrijvingen generiek ............................................................................. 108
Totaalbeeld .................................................................................................................................. 109
Inzetverzoek (strategisch plan) .................................................................................................... 110
Inzetopdracht ............................................................................................................................... 111
Aanvraag extra mensen en middelen .......................................................................................... 112
Inzetplan ....................................................................................................................................... 113
Advies ........................................................................................................................................... 114
6
6
Voortgangs- en afwijkingsinformatie ........................................................................................... 115
Logboek ........................................................................................................................................ 116
Evaluatierapport .......................................................................................................................... 117
Productbeschrijvingen (proces)specifiek ................................................................ 118
Omgevingsanalyse ....................................................................................................................... 119
Adviesrapport omgevingsanalyse ................................................................................................ 120
Pers- en publieksbericht .............................................................................................................. 121
Q&A’s ........................................................................................................................................... 122
Persstatement .............................................................................................................................. 123
Overdrachtsformulier nafase ....................................................................................................... 124
Overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT .............................................................................. 125
1e concept ‘plan van aanpak nafase’ ........................................................................................... 130
7
7
Inleiding
In dit document zijn eerst per taakorganisatie de processen met bijbehorende kerntaken, hulpmiddelen,
informatieproducten, samenwerkingen e.d. beschreven. Vervolgens is van de genoemde (informatie)producten een
productbeschrijving opgenomen.
De expertgroepen hebben als uitgangspunt voor deze beschrijvingen het Referentiekader Regionaal Crisisplan 2009
gebruikt, en het product van de ‘Werkplaats oranje kolom regionaal crisisplan’ (september 2011). De beschrijvingen
vormen de basis om procesgericht werken en sturen te implementeren en te borgen in de veiligheidsregio en haar
gemeenten.
Een belangrijk aspect van procesgericht werken is het scherp krijgen van de werkprocessen. Dit brengt helderheid in
de wirwar van activiteiten, zodat duidelijk wordt op welke wijze deze (moeten) samenhangen. Door zicht te krijgen op
de processen wordt het vermogen om flexibel in te spelen op de dynamiek van de omgeving aanzienlijk vergroot, tot
op het niveau van organisatie (en keten) als geheel.
Bij het beschrijven van de processen zijn wegens landelijke ontwikkelingen enkele processen achterwege gelaten. Dit
betreft de processen Registratie van schade (CRAS), Registratie van slachtoffers (CRIB/SIS) en Evacuatie (grootschalig
verplaatsen van mens en dier). Indien hier behoefte aan is, kunnen deze processen in een vervolgproject worden
beschreven.
De proces- en productbeschrijvingen van GROOTER kunnen als blauwdruk worden gebruikt voor het inrichten van de
bevolkingszorgprocessen in de regio's. Op basis van de blauwdruk kunnen regio's hun bevolkingszorgorganisatie
inrichten en draaiboeken, checklists en taakkaarten opstellen resp. aanpassen. Evenals bij het project GROOT, geldt
ook voor de producten van GROOTER dat is uitgegaan van een 80% - 20% verdeling: 80% van de inhoud van de
producten geldt uniform voor alle regio's; voor de overige 20% geldt een lokale en/of regionale invulling. Dit laatste
deel is mede afhankelijk van het regionale risicoprofiel, de organisatievorm en de lokaal en/of regionaal geldende
termen.
8
8
Procesbeschrijvingen
9
9
Afkortingen van de beschreven processen
Communicatie:
A&A Analyse en advies
P&P Pers- en publieksvoorlichting
Publieke zorg:
OP Opvang
PLB Voorzien in primaire levensbehoeften
BUZ Bijzondere uitvaartzorg
VMD Verplaatsen mens en dier
Omgevingszorg:
MB Milieubeheer
RB Ruimtebeheer
BB Bouwbeheer
Ondersteuning:
BMO Bestuurs- en managementondersteuning
PrNafa Preparatie nafase
Informatie:
IM Informatiemanagement
10
10
Communicatie
Het functioneren van de taakorganisatie Communicatie
Positionering van taakorganisatie in operationele hoofdstructuur
Doel van taakorganisatie
Voorzien in de maatschappelijke informatiebehoefte op basis van drie operationele doelen:
- informatie verstrekken;
- schade beperken;
- betekenis geven.
Randvoorwaarden/uitgangspunten van taakorganisatie
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling voor de
inzet van de taakorganisatie Communicatie, die garandeert dat de eerste activiteiten binnen 30 minuten na
alarmering kunnen starten (Besluit Veiligheidsregio’s).
- De overheid stimuleert vooraf en tijdens crises dat betrokkenen zichzelf en elkaar informeren (Commissie
‘Bevolkingszorg op orde’; zelfredzamen).
- Uiterlijk 30 minuten na aanvang van het incident wordt feitelijke informatie beschikbaar gesteld aan
betrokkenen, zodat zij zelfredzaam kunnen handelen (Commissie ‘Bevolkingszorg op orde’; zelfredzamen).
- Het boegbeeld (‘het gezicht van de overheid’) geeft binnen een uur na aanvang van het incident duiding aan
de crisis door afhankelijk van de situatie burgers op te roepen tot (zelf)redzaamheid (Commissie
‘Bevolkingszorg op orde’; zelfredzamen).
- Iedere 30 minuten wordt via de (social) media en op geëigende momenten via andere middelen, mede op
basis van behoeften van betrokkenen, feitelijke informatie beschikbaar gesteld. Indien nodig worden
concrete handelingsperspectieven en/of instructies geboden (Commissie ‘Bevolkingszorg op orde’;
verminderd-zelfredzamen).
- Het boegbeeld geeft binnen een uur na aanvang van het incident duiding aan de crisis door (afhankelijk van
de situatie):
o de geschoktheid van de samenleving te adresseren;
o burgers op te roepen om te handelen voor het algemene brede belang (Commissie ‘Bevolkingszorg
op orde’; verminderd-zelfredzamen).
- Iedere twee uur daarna duidt het boegbeeld, afhankelijk van de situatie, opnieuw de crisis (Commissie
‘Bevolkingszorg op orde’; verminderd-zelfredzamen).
11
11
- De communicatieaanpak wordt bepaald vanuit de drie operationele communicatiedoelen.
- Communicatie haalt ‘de buitenwereld’ naar binnen en brengt ‘de binnenwereld’ naar buiten, via een cyclisch
proces van analyse advies aanpak effectmeting.
- Communicatie wordt ingezet wanneer de maatschappelijke informatiebehoefte dit vereist, ongeacht of er
sprake is van multidisciplinaire opschaling.
- De taakorganisatie is ten minste vertegenwoordigd in het CoPI, ROT, BT en team Bevolkingszorg op lokaal of
regionaal niveau. Met andere woorden: op operationeel, tactisch en strategisch niveau.
- Bij crisisdreiging is de taakorganisatie Communicatie vertegenwoordigd in een (regionale) crisisstaf.
- De taakorganisatie Communicatie kent een bestuurlijk gemandateerde handelingsvrijheid voor mensen,
middelen en producten van de taakorganisatie.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ draagt zorg voor het vakbekwaam zijn, worden en blijven van de
communicatieprofessionals.
- Er zijn voldoende (technische) hulpmiddelen en faciliteiten ter beschikking.
- Er is een herkenbaar, veilig, toegankelijk en op grote bezoekersaantallen berekend (lokaal of regionaal)
internetdomein beschikbaar voor het verspreiden van actuele publieksinformatie.
- Er zijn samenwerkingsafspraken met de regionale omroep en andere externe crisispartners.
Inrichten van taakorganisatie
Voorbereiden taakorganisatie Communicatie
Het hoofd taakorganisatie Communicatie prepareert de inzetopdrachten voor de processen
Analyse en advies en Pers- en publieksvoorlichting
Het hoofd taakorganisatie Communicatie formuleert op basis van het inzetverzoek (strategisch plan) van de
Algemeen Commandant Bevolkingszorg (of de Officier van Dienst – Bevolkingszorg, na overleg met de
communicatieadviseur CoPI) en de beschikbare informatie, waaronder het totaalbeeld, een inzetopdracht per
benodigd communicatieproces, waarin de inrichting van de taakorganisatie in termen van samenstelling van het
team/de teams en de te hanteren hulpmiddelen is beschreven.
Hij activeert de bestaande samenwerkingsafspraken met ketenpartners en maakt werkafspraken met
sleutelfunctionarissen. Hij zorgt, op basis van een verzoek van de teamleider, voor de inzet van mensen en
middelen. Indien nodig doet hij bij het hoofd taakorganisatie Ondersteuning een aanvraag voor extra mensen en
middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
Hij legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van de taakorganisatie Communicatie
Bijbehorende deeltaken van het hoofd taakorganisatie Communicatie:
- Bepalen, afhankelijk van de aard en omvang van het incident en de
(verwachte) informatiebehoefte, welke teams en functionarissen
ingezet dienen te worden
- Vertalen van inzetverzoek in inzetopdracht(en), toewijzen van
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetverzoek (strategisch
plan)
Informatieproduct(en) als output:
12
12
concrete taken en acties
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten
- Regelen van herbezetting bij langdurige inzet
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante regels, plannen en
procedures door de taakorganisatie
- Regelen van het bijhouden van een logboek/verslaglegging in de
eigen taakorganisatie
- Inzetopdracht
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- (Mobiel) internet met toegang tot LCMS2, social media en e-mail
- (Mobiele) ICT en communicatiemiddelen (GSM)
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren taakorganisatie Communicatie
Het hoofd taakorganisatie Communicatie geeft leiding aan de taakorganisatie Communicatie
Het hoofd taakorganisatie Communicatie geeft leiding aan de teamleiders Analyse en advies en Pers- en
publieksvoorlichting, en aan de communicatieadviseurs in CoPI, ROT en BT. Op basis van de inzetopdracht stellen de
teamleiders een inzetplan op.
Het hoofd taakorganisatie Communicatie ziet erop toe dat de informatie-uitwisseling binnen de taakorganisatie
Communicatie en met de andere taakorganisaties (mono- en multidisciplinair) optimaal verloopt. Daartoe informeert
hij de teamleiders en overige hoofden van taakorganisaties en rapporteert, informeert en adviseert hij aan de
Algemeen Commandant Bevolkingszorg over de uitvoering van de processen van de taakorganisatie Communicatie.
Zodra afwijkingen in de procesuitvoering hiertoe aanleiding geven, zorgt hij voor aanpassing van de inzetopdracht. Bij
beëindiging van de activiteiten start hij de afbouw van de taakorganisatie Communicatie. Dit houdt in dat overdracht
van producten, faciliteiten en logboek plaatsvindt aan de incidentgemeente en/of het proces Preparatie nafase.
De teamleiders leggen de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laten deze vastleggen).
Zo nodig wordt het functioneren van de taakorganisatie en/of de uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd
taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op
verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan de evaluatie. De resultaten van de evaluatie worden, indien gewenst,
vastgelegd in een evaluatierapport.
2 LCMS = landelijk crisismanagementsysteem
13
13
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan de taakorganisatie Communicatie
Bijbehorende deeltaken van het hoofd taakorganisatie Communicatie:
- Leiding geven aan de medewerkers en communicatieadviseurs
binnen en buiten de taakorganisatie Communicatie, vanuit de visie
dat de maatschappelijke informatiebehoefte het uitgangspunt is van
waaruit de taakorganisatie werkt, en met de doelstelling:
informatievoorziening, schadebeperking en betekenisgeving
- Strategische en tactische kaders en opdrachten vertalen in concrete
taken en acties, deze uitzetten binnen de taakorganisatie, voortgang
bewaken en waar nodig bijsturen
- Zorg dragen voor het afstemmen van werkzaamheden en
woordvoeringslijn met externe en interne partners
- Opstellen inzetopdracht ten behoeve van teamleiders
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante regels, plannen en
procedures door de taakorganisatie
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
- (Aangepaste) inzetopdracht
Kerntaak 3: Adviseren, informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken van het hoofd taakorganisatie Communicatie:
- De Algemeen Commandant Bevolkingszorg en de andere hoofden
taakorganisatie informeren en adviseren over de voortgang van de
crisiscommunicatieoperatie
- Ontvangen van informatie vanuit de operationele en bestuurlijke lijn,
van de Algemeen Commandant Bevolkingszorg en het hoofd
Informatie Bevolkingszorg
- Ontvangen van informatie vanuit de taakorganisatie
- Zorg dragen dat informatie wordt uitgewisseld (tussen de teamleider
Analyse en advies, de teamleider Pers- en publieksvoorlichting, en de
communicatieadviseurs van CoPI, ROT en BT) over het totaalbeeld en
het adviesrapport omgevingsanalyse
- Afspraken maken over de woordvoeringslijn, de ingezette
communicatiemiddelen, de te ontwikkelen producten en de
taakverdeling daarbij
- Regelen van het bijhouden van een logboek/verslaglegging
- Erop toezien dat de communicatie-inbreng correct wordt
overgenomen in LCMS
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetopdracht
- Omgevingsanalyse
- Adviesrapport
omgevingsanalyse
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie (van
teamleider naar HTo)
Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie (van
HTo [die de informatie
heeft ontvangen van de
teamleider] naar ACBz,
andere HTo’s, teamleiders,
communicatieadviseurs)
- Logboek
Kerntaak 4: Zorg dragen voor debriefing en nazorg van de medewerkers
binnen de taakorganisatie Communicatie
Bijbehorende deeltaken van het hoofd taakorganisatie Communicatie:
- Zorg dragen voor de debriefing van de taakorganisatie en de
communicatieadviseurs van CoPI, ROT en BT
- Oog hebben voor emotionele druk en werkdruk bij medewerkers
- Zo nodig evalueren van het optreden en zorgen voor opstellen
eindrapportage over / evaluatie van het proces
- Bij afschaling zorg dragen voor overdracht naar reguliere organisatie
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. evaluatierapport
- Overdrachtsformulier voor
de nafase
14
14
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- (Mobiel) internet met toegang tot LCMS, social media en e-mail
- (Mobiele) ICT en communicatiemiddelen (GSM)
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Sturing en terugkoppeling binnen taakorganisatie
Sturing en terugkoppeling in GRIP 1-situaties:
Bij kleinschalige multidisciplinaire inzetten (GRIP 1-incidenten) ligt de coördinatie van de pers- en publieksvoorlichting
bij de communicatieadviseur CoPI. De OvD-Bz kan, na overleg met de communicatieadviseur CoPI, een inzetverzoek
doen voor extra (gemeentelijke) medewerkers pers- en publieksvoorlichting. De aansturing van deze medewerkers
vindt functioneel plaats door de communicatieadviseur CoPI. Operationeel ligt de aansturing bij de OvD-Bz3.
Sturing en terugkoppeling in GRIP 2-situaties en verder:
Vanaf GRIP 2-incidenten, of na monodisciplinaire (asynchrone)4 opschaling, vindt de aansturing van de teamleider
plaats door het hoofd van de taakorganisatie, die op zijn beurt werkt op basis van het inzetverzoek (strategisch plan)
van de Algemeen Commandant Bevolkingszorg. De teamleider stuurt het onder hem vallende team aan. Schematisch:
3 Functionele leiding: het geven van richtlijnen en aanwijzingen vanuit een specifieke vakinhoudelijke verantwoordelijkheid.
Operationele leiding: het resultaatgericht aansturen van een concreet werkproces, met de bevoegdheid werkopdrachten te geven binnen bepaalde kaders. 4 Asynchrone opschaling van de taakorganisatie Communicatie kan plaatsvinden als de mediadruk of publieke perceptie daartoe
aanleiding geeft. In formele zin is er geen sprake van een 'crisis' of 'ramp', maar de maatschappelijke impact is zodanig dat onder (delen van) de bevolking een informatiebehoefte ontstaat. De omvang van de taakorganisatie Communicatie hangt direct samen met de benodigde hoeveelheid menskracht. Die inschatting moet worden gemaakt in een samenspraak tussen de burgemeester en de communicatiefunctionaris van de getroffen gemeente.
ACBz
HTo
Teamleider
Inzetverzoek (strategisch plan)
Inzetopdracht per proces
Inzetplan voor het proces
Voortgangs- en afwijkingsinformatie ter informatie
Inzetplan ter vaststelling
Beschikbare informatie, waaronder totaalbeeld
15
15
Sturing van taakorganisatie in multidisciplinair verband
De Algemeen Commandant Bevolkingszorg staat onder leiding van de operationeel leider.
De adviseur in het CoPI ontvangt operationele leiding van de leider CoPI en functionele leiding van het hoofd
taakorganisatie Communicatie.
De adviseur in het ROT ontvangt operationele leiding van de operationeel leider en functionele leiding van het hoofd
taakorganisatie Communicatie.
De adviseur in het beleidsteam ontvangt operationele leiding van de voorzitter van het beleidsteam en functionele
leiding van het hoofd taakorganisatie Communicatie.
Afstemming en samenwerking
- Monodisciplinair:
De taakorganisatie Communicatie werkt op het niveau van de taakorganisatie samen met alle andere
taakorganisaties van Bevolkingszorg. Dit vindt plaats in het overleg van hoofden taakorganisatie (stafsectie
Bevolkingszorg).
- Multidisciplinair:
Afstemming: Er wordt via de ROT-adviseur multidisciplinair (tactisch) afgestemd met de hulpdiensten en
overige crisispartners die actief zijn op het gebied van communicatie naar pers en publiek. Dit vindt plaats in
het regionaal operationeel team. Multidisciplinaire afstemming waarvoor geen besluit van het regionaal
operationeel team nodig is, kan door onderling contact tussen de secties plaatsvinden (via het HTo).
Daarnaast vindt multidisciplinaire (operationele) afstemming plaats via de OvD-Bz in het CoPI.
Voor de taakorganisatie Communicatie geldt, dat afstemming met hulpdiensten en overige crisispartners op
alle niveaus plaatsvindt.
Samenwerking: Er wordt op alle niveaus multidisciplinair in de uitvoering samengewerkt met hulpdiensten en
overige crisispartners die actief zijn op het gebied van communicatie naar pers en publiek. Dit betreft onder
andere Openbaar Ministerie, Nationaal Crisis Centrum, uitvoeringsorganisaties en bedrijfsleven. Afstemming
vindt plaats in het regionaal operationeel team.
16
16
Communicatie
Proces: Analyse en advies
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Opstellen van een omgevingsanalyse en een adviesrapport omgevingsanalyse, naar aanleiding van het
omgevingsbeeld, op basis waarvan communicatiemiddelen en –activiteiten kunnen worden ontwikkeld
(geproduceerd) en ingezet.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten5 na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie en de teamleider van het
betreffende proces.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
Het team Analyse en advies beschikt over:
- toegang tot radio en televisie in de werkruimte (niet alleen via internet);
- onbelemmerde toegang tot (mobiel) internet, social media en e-mail;
- onbelemmerde toegang tot (mobiele) ICT-voorzieningen;
- onbelemmerde toegang tot LCMS;
- gedrukte media.
5 Conform artikel 2.3.1, onder f, van het Besluit Veiligheidsregio's dient het hoofd taakorganisatie Communicatie binnen 30
minuten te starten met de werkzaamheden. Voor de sectie Bevolkingszorg (waaronder communicatie) geldt een tijdspanne van 90
minuten. Natuurlijk is het wenselijk om zo snel mogelijk te starten met de werkzaamheden.
17
17
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Voorbereiden analyse en advies
De teamleider Analyse en advies bereidt aan de hand van de inzetopdracht Analyse en advies het proces Analyse
en advies voor
De inzetopdracht Analyse en advies vraagt om de inzet van het team Analyse en advies. De teamleider Analyse en
advies is de aangewezen verantwoordelijke voor de voorbereiding van dit proces. Hiertoe maakt hij een inzetplan.
De teamleider Analyse en advies vormt zich op basis van het totaalbeeld een beeld van de aard en omvang van het
incident en de (verwachte) maatschappelijke impact en informatiebehoefte. Hij zorgt voor de inzet van mensen en
middelen. Indien nodig doet hij bij het hoofd taakorganisatie Communicatie een aanvraag voor extra mensen en
middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
Hij legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van het team Analyse en advies
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
- Inzetplan Analyse en advies
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Vertalen van de inzetopdracht in een inzetplan
Analyse en advies
TL A&A
- Bepalen samenstelling en bezettingsgraad team TL A&A
- Alarmeren van de medewerkers in het team TL A&A
- Toewijzen van taken TL A&A
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten, mensen
en middelen
TL A&A
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL A&A
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- (Mobiel) internet met toegang tot LCMS, social media en e-mail
- (Mobiele) ICT en communicatiemiddelen (GSM)
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
- Software ten behoeve van analyseren social media en traditionele media
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
18
18
Uitvoeren analyse en advies
De teamleider Analyse en advies stuurt de communicatiemedewerkers aan, die verantwoordelijk zijn
voor het opstellen van de omgevingsanalyse en het adviesrapport omgevingsanalyse
Aan de hand van het inzetplan Analyse en advies kan worden gestart met de uitvoering van het proces Analyse en
advies, onder leiding van de teamleider Analyse en advies. De omgevingsanalist ontvangt van de teamleider Analyse
en advies de opdracht een omgevingsanalyse van 'de buitenwereld' te leveren. Vervolgens ontvangen de
communicatieadviseurs van de teamleider Analyse en advies de opdracht om het totaalbeeld (LCMS) en de
omgevingsanalyse te vertalen in een adviesrapport omgevingsanalyse aan het hoofd taakorganisatie Communicatie.
De teamleider Analyse en advies draagt zorg voor de taakverdeling, continuïteit en informatie-uitwisseling binnen het
team en met de taakorganisatie. Ook stemt hij het adviesrapport omgevingsanalyse af met het hoofd taakorganisatie
Communicatie en de teamleider Pers- en publieksvoorlichting.
Eventuele afwijkingen in de uitvoering worden door de teamleider medegedeeld aan het hoofd taakorganisatie
Communicatie, met behulp van het product voortgangs- en afwijkingsinformatie. Dit kan leiden tot aanpassing van de
inzetopdracht. Indien nodig doet de teamleider bij het hoofd taakorganisatie Communicatie een aanvraag voor extra
mensen en middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Zo nodig wordt de uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en
intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan
die evaluatie, in de overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan het team Analyse en advies
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Vertalen inzetplan in concrete taken en acties TL A&A
- Bepalen van de frequentie, scope en doelstelling
van de analyses en adviezen
TL A&A
- Bewaken van de voortgang van het proces; waar
nodig bijsturen
TL A&A
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL A&A
- Bewaken van het welzijn van de medewerkers in
het team
TL A&A
- Zo nodig zorg dragen voor het aanvragen van
extra mensen en middelen
TL A&A
Kerntaak 3: Adviseren, informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie
- Het hoofd taakorganisatie Communicatie
informeren en adviseren over voortgang,
productie en eventuele afwijkingen in de
procesuitvoering
TL A&A
19
19
- Zorgen dat binnen het team iedereen op de
hoogte is van voortgang, productie, prioriteiten
en effectiviteit
TL A&A - Logboek
- Afstemmen met hoofd taakorganisatie
Communicatie, teamleider Pers- en
publieksvoorlichting, communicatieadviseur ROT
en communicatieadviseur BT
TL A&A
- (Laten) bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL A&A
Medewerkers
A&A
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Analyse en advies
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
- Q&A’s
Informatieproduct(en) als output:
- Omgevingsanalyse
- Adviesrapport
omgevingsanalyse
- Opstellen (en monitoren) van een
omgevingsanalyse, mede op basis van het
totaalbeeld, het (online) mediabeeld (toon,
sfeer, gedrag, vragen, geruchten, onjuistheden,
tegenstrijdigheden, onzekerheden, angsten,
trends, (voorgenomen) activiteiten en
ontwikkelingen), pers- en publieksvragen (FAQ’s)
en websites van stakeholders
Omgevingsanalist
- Opstellen van een adviesrapport
omgevingsanalyse
Communicatie-
adviseur
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
evaluatierapport
- Geven van een inhoudelijke overdracht (door de
teamleider aan het hoofd taakorganisatie), ten
behoeve van de nafase
TL A&A
- Zo nodig op verzoek van het hoofd
taakorganisatie een bijdrage leveren aan de
evaluatie van de uitvoering van het proces, in de
overeengekomen (evaluatie)vorm
TL A&A
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- (Mobiel) internet met toegang tot LCMS, social media en e-mail
- (Mobiele) ICT en communicatiemiddelen (GSM)
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
- Software ten behoeve van analyseren social media en traditionele media
20
20
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau. Daarnaast kan monodisciplinaire afstemming en samenwerking
plaatsvinden met de communicatieadviseur CoPI, ROT en BT. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden via LCMS,
telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Analyse en advies en proces Pers- en publieksvoorlichting:
- De geregistreerde informatiebehoefte (omgevingsanalyse) vormt de input voor een gerichte
communicatieaanpak. Deze wordt door de communicatieadviseur A&A uitgewerkt in het adviesrapport
omgevingsanalyse. De informatiebehoefte wordt mede bepaald op basis van veelgestelde publieks- en
persvragen. Deze FAQ’s worden niet alleen onttrokken aan social media en traditionele media, maar ook aan
interne en externe front offices (zoals het gemeenteloket), informatie- en opvangcentra, websites en het
publieksinformatienummer, die alle onder regie staan van het team Pers- en publieksvoorlichting. De FAQ’s
worden door dit team verzameld en doorgegeven aan het team Analyse en advies.
Tussen proces Analyse en advies, proces Pers- en publieksvoorlichting en de communicatieadviseurs CoPI, ROT en BT:
- Het adviesrapport omgevingsanalyse (van het proces Analyse en advies) bevat de (geactualiseerde)
communicatieaanpak. Ze vormt het productiekader voor de producten en diensten van het team Pers- en
publieksvoorlichting en de communicatieadviseurs CoPI, ROT en BT. Het adviesrapport omgevingsanalyse
geeft een gerichte aanpak voor:
o doel- en doelgroepaccenten;
o op te stellen pers- en publieksberichten;
o keuze van communicatiemiddelen en -kanalen;
o woordvoeringslijnen;
o gewenste bijdrage(n) van ‘het boegbeeld’;
o organisatie, locatie en timing van publieks- en mediaoptreden.
- Het proces Analyse en advies kan (door te monitoren) zien of de uitvoering van de communicatieaanpak tot
het gewenste effect leidt of dat aanpassing nodig is. De voortgangs- en afwijkingsinformatie is onderdeel van
het periodiek te actualiseren adviesrapport omgevingsanalyse.
Tussen proces Analyse en advies en proces Preparatie nafase:
- Het proces Preparatie nafase ondersteunt de overdracht van de crisisorganisatie naar de projectorganisatie
Nafase. Lopen na afschaling nog taken en/of werkzaamheden van de crisisorganisatie door (vanuit het proces
Analyse en advies), dan worden deze uitgevoerd door de nafase-organisatie.
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Niet van toepassing.
21
21
Communicatie
Proces: Pers- en publieksvoorlichting
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Voorzien in de maatschappelijke informatiebehoefte, door het leveren van communicatieproducten en -diensten.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie en de teamleider van het
betreffende proces.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
Het team Pers- en publieksvoorlichting beschikt over:
- toegang tot radio en televisie in de werkruimte (niet alleen via internet);
- onbelemmerde toegang tot (mobiel) internet, social media en e-mail;
- onbelemmerde toegang tot (mobiele) ICT-voorzieningen;
- mobiele ICT-voorzieningen voor pers- en publieksvoorlichters op locatie (informatie- en opvangcentra)
- een herkenbaar, veilig, toegankelijk en op grote bezoekersaantallen berekend (lokaal of regionaal)
internetdomein voor het verspreiden van actuele publieksinformatie;
- regionale faciliteiten om NL-Alert ‘maatwerkberichten’ te versturen;
- faciliteiten voor het inrichten van een lokaal of regionaal publieksinformatienummer;
- faciliteiten voor het inrichten van een lokaal of regionaal persinformatienummer.
De producties van het team Pers- en publieksvoorlichting stimuleren (zelf)redzaamheid.
22
22
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Voorbereiden pers- en publieksvoorlichting
De teamleider Pers- en publieksvoorlichting bereidt aan de hand van de inzetopdracht Pers- en publieksvoorlichting de pers- en publieksvoorlichting voor
De inzetopdracht Pers- en publieksvoorlichting vraagt om de inzet van pers- en publieksvoorlichting. De teamleider
Pers- en publieksvoorlichting is de aangewezen verantwoordelijke voor de voorbereiding van dit proces. Hiertoe
maakt hij een inzetplan. Hij analyseert en vormt zich een oordeel over de wijze waarop pers- en
publieksvoorlichting gerealiseerd kunnen worden. Daarbij maakt hij gebruik van checklists, die al in de
preparatiefase zijn gemaakt. De teamleider Pers- en publieksvoorlichting vormt zich, mede op basis van het
totaalbeeld en het adviesrapport omgevingsanalyse (op basis van de omgevingsanalyse), een beeld van de aard en
omvang van het incident, de (verwachte) maatschappelijke impact en informatiebehoefte. Hij zorgt voor de inzet
van mensen en middelen. Indien nodig doet hij bij het hoofd taakorganisatie Communicatie een aanvraag voor
extra mensen en middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
Hij legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van het team Pers- en publieksvoorlichting
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
- Omgevingsanalyse
- Adviesrapport
omgevingsanalyse
Informatieproduct(en) als output:
- Inzetplan Pers- en
publieksvoorlichting
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Vertalen van de inzetopdracht in een inzetplan
Pers- en publieksvoorlichting
TL P&P
- Bepalen van de samenstelling en bezettingsgraad
van het team
TL P&P
- Alarmeren van de medewerkers in het team TL P&P
- Toewijzen van taken TL P&P
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten, mensen
en middelen
TL P&P
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL P&P
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- (Mobiel) internet met toegang tot LCMS, social media en e-mail
- (Mobiele) ICT en communicatiemiddelen (GSM)
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
23
23
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren pers- en publieksvoorlichting
De teamleider Pers- en publieksvoorlichting stuurt de communicatiemedewerkers aan, die verantwoordelijk zijn
voor de uitvoering van de pers- en publieksvoorlichting
Aan de hand van het inzetplan Pers- en publieksvoorlichting, het totaalbeeld en het adviesrapport omgevingsanalyse
van het team Analyse & Advies, ontvangen de pers- en publieksvoorlichters de opdracht van de teamleider Pers- en
publieksvoorlichting, om communicatiemiddelen voor te bereiden en uit te voeren. Dit betreft onder andere pers- en
publieksberichten, Q&A’s en persstatements.
Terwijl de pers- en publieksvoorlichters vervolgens actief informatie aan pers en publiek verstrekken, zorgt de
teamleider Pers- en publieksvoorlichting voor de taakverdeling, continuïteit en informatie-uitwisseling binnen het
team en met de taakorganisatie. Ook zorgt hij voor afstemming met publieks- en persvoorlichters op locatie, externe
callcentra en de teamleider Analyse en advies. Gedurende de periode dat pers- en publieksvoorlichting wordt
uitgevoerd, verstrekt de teamleider Pers- en publieksvoorlichting informatie aan het hoofd taakorganisatie
Communicatie over de voortgang van de uitvoering.
Ook eventuele afwijkingen in de uitvoering worden medegedeeld aan het hoofd taakorganisatie Communicatie, met
behulp van het product voortgangs- en afwijkingsinformatie. Dit kan leiden tot aanpassing van de inzetopdracht.
Indien nodig doet de teamleider bij het hoofd taakorganisatie Communicatie een aanvraag voor extra mensen en
middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Zo nodig wordt de uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en
intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan
die evaluatie, in de overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan het team Pers- en publieksvoorlichting
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
- Omgevingsanalyse
- Adviesrapport
omgevingsanalyse
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Vertalen inzetplan in concrete taken en acties TL P&P
- Bepalen welke communicatiemiddelen worden
ingezet
TL P&P
- Bewaken van de voortgang van het proces; waar
nodig bijsturen
TL P&P
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL P&P
- Bewaken van het welzijn van de medewerkers in
het team
TL P&P
24
24
- Zo nodig zorg dragen voor het aanvragen van
extra mensen en middelen
TL P&P
Kerntaak 3: Adviseren, informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie
- Logboek
- Het hoofd taakorganisatie Communicatie
informeren en adviseren over voortgang,
productie en eventuele afwijkingen in de
procesuitvoering
TL P&P
- Zorgen dat binnen het team iedereen op de
hoogte is van voortgang, productie, prioriteiten
en effectiviteit
TL P&P
- Afstemmen met hoofd taakorganisatie
Communicatie en teamleider Analyse en advies
TL P&P
- (Laten) bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL P&P
Medewerkers
P&P
- Erop toezien dat de communicatie-inbreng
correct wordt overgenomen in LCMS
TL P&P
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Pers- en publieksvoorlichting
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
- Omgevingsanalyse
- Adviesrapport
omgevingsanalyse
Informatieproduct(en) als output:
- Pers- en publieksberichten
- Q&A’s
- Persstatement
- Opstellen van pers- en publieksberichten en
verspreiden door middel van beschikbare
communicatiemiddelen
Medewerkers
P&P
- Opstellen van Q&A-scripts op basis van FAQ’s en
beschikbare (proces)informatie
Medewerkers
P&P
- Organiseren van publieksvoorlichting op locatie
(zoals informatie- en opvangcentra) en via
(externe) front offices (gemeenteloket,
publieksinformatienummer en calamiteiten-
website)
Medewerkers
P&P
- Opstellen van persstatement voor
persbijeenkomst/persconferentie
Medewerkers
P&P
- Organiseren van persconferentie Medewerkers
P&P
- Begeleiden (desgevraagd) van autoriteiten
tijdens contacten met de media en het publiek
Medewerkers
P&P
- Uitvoeren woordvoering bij persvragen Medewerkers
P&P
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
25
25
- Geven van een inhoudelijke overdracht (door de
teamleider aan het hoofd taakorganisatie), ten
behoeve van de nafase
TL P&P evaluatierapport
- Zo nodig op verzoek van het hoofd
taakorganisatie een bijdrage leveren aan de
evaluatie van de uitvoering van het proces, in de
overeengekomen (evaluatie)vorm
TL P&P
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- (Mobiel) internet met toegang tot LCMS, social media en e-mail
- (Mobiele) ICT en communicatiemiddelen (GSM)
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau. Daarnaast kan monodisciplinaire afstemming en samenwerking
plaatsvinden met de communicatieadviseur CoPI, ROT en BT. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden via LCMS,
telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting, proces Analyse en advies en de communicatieadviseurs CoPI, ROT en BT:
- Het adviesrapport omgevingsanalyse (van het proces Analyse en advies) bevat de (geactualiseerde)
communicatieaanpak. Ze vormt het productiekader voor de producten en diensten van het team Pers- en
publieksvoorlichting en de communicatieadviseurs CoPI, ROT en BT. Het adviesrapport omgevingsanalyse
geeft een gerichte aanpak voor:
o doel- en doelgroepaccenten;
o op te stellen pers- en publieksberichten;
o keuze van communicatiemiddelen en -kanalen;
o woordvoeringslijnen;
o gewenste bijdrage(n) van ‘het boegbeeld’;
o organisatie, locatie en timing van publieks- en mediaoptreden.
- Het proces Analyse en advies kan (door te monitoren) zien of de uitvoering van de communicatieaanpak tot
het gewenste effect leidt of dat aanpassing nodig is. De voortgangs- en afwijkingsinformatie is onderdeel van
het periodiek te actualiseren adviesrapport omgevingsanalyse.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Opvang:
- Op de opvanglocatie geeft een publieksvoorlichter informatie aan gedupeerden (de publieksvoorlichter op de
opvanglocatie werkt samen met de leider opvanglocatie).
26
26
- Op de opvanglocatie kan een persvoorlichter de aanwezige pers te woord staan.
- Pers- en publieksvoorlichters zijn ‘ogen en oren’ in de opvanglocatie: zij melden specifieke
informatiebehoeften aan het team Pers- en publieksvoorlichting en zorgen dat FAQ’s worden beantwoord via
Q&A’s.
- Een verzoek voor een persvoorlichter en/of een publieksvoorlichter op de opvanglocatie wordt gedaan door
de teamleider Opvang, aan de teamleider Pers- en publieksvoorlichting.
- Vanuit het proces Opvang wordt de opvanglocatie (plus eventueel het adres) gemeld aan het proces Pers- en
publieksvoorlichting. Het proces Pers- en publieksvoorlichting kan deze informatie communiceren via de tot
haar beschikking staande communicatiemiddelen, zoals website, Twitter en calamiteitenzender.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Voorzien in primaire levensbehoeften:
- Als vanuit het proces Voorzien in primaire levensbehoeften goederen of diensten worden verstrekt, dan moet
hierover gecommuniceerd worden via het proces Pers- en publieksvoorlichting. Het gaat dan om informatie
over bijvoorbeeld te leveren goederen/diensten, distributiepunten en tijdstippen. Het proces Voorzien in
primaire levensbehoeften levert deze informatie aan het proces Pers- en publieksvoorlichting, die op basis
hiervan pers- en publieksberichten opstelt en publiceert via de beschikbare communicatiemiddelen en via de
publieksvoorlichter Opvanglocatie.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Bijzondere uitvaartzorg:
- Het proces Bijzondere uitvaartzorg levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over
bijvoorbeeld herdenkingsdiensten en stille tochten.
- Het proces Pers- en publieksvoorlichting ondersteunt het proces Bijzondere uitvaartzorg door:
o het leveren van pers- en publieksvoorlichters bij de activiteiten;
o het opstellen en verspreiden van pers- en publieksberichten;
o het volgen van een communicatieaanpak, die voor dit doel wordt bepaald door het team Analyse en
advies, met het accent op informatie verstrekken en betekenis geven.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Verplaatsen mens en dier:
- Het proces Verplaatsen mens en dier levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over
opstaplocatie en nadere instructies, voor de op te stellen pers- en publieksberichten.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Milieubeheer:
- Het proces Milieubeheer levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over:
o het voorkomen en beperken van milieuschade door burgers en bedrijven;
o de door de overheid genomen of te nemen milieumaatregelen.
- Als bij de bevolking vragen leven over het milieuproces, dan kan het proces Milieubeheer zorg dragen voor
antwoorden voor bijvoorbeeld de Q&A’s, welke worden opgesteld en verspreid door het proces Pers- en
publieksvoorlichting.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Ruimtebeheer:
- Het proces Ruimtebeheer levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over:
o het voorkomen en beperken van schade aan de openbare ruimte;
o de door de overheid genomen of te nemen maatregelen.
27
27
- Als bij de bevolking vragen leven over het ruimteproces (bijvoorbeeld over het afsluiten van wegen), dan kan
het proces Ruimtebeheer zorg dragen voor antwoorden voor bijvoorbeeld de Q&A’s, welke worden
opgesteld en verspreid door het proces Pers- en publieksvoorlichting.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Bouwbeheer:
- Het proces Bouwbeheer levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over:
o het voorkomen en beperken van vervolgschade aan gebouwen;
o de door de overheid genomen of te nemen maatregelen.
- Als bij de bevolking vragen leven over het bouwproces (bijvoorbeeld de toegankelijkheid van gebouwen), dan
kan het proces Bouwbeheer zorg dragen voor antwoorden voor bijvoorbeeld de Q&A’s, welke worden
opgesteld en verspreid door het proces Pers- en publieksvoorlichting.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Bestuurs- en managementondersteuning:
- Het proces Bestuurs- en managementondersteuning levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting
informatie over bijvoorbeeld noodverordeningen, noodbevelen en overige bestuurlijke zaken die van belang
zijn voor de te volgen gedragslijn door het publiek (schadebeperking).
- Deze informatie wordt door het proces Pers- en publieksvoorlichting verwerkt in pers- en publieksberichten
en verspreid via beschikbare of aangewezen communicatiemiddelen.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Preparatie nafase:
- Het proces Preparatie nafase levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over het
informatie- en adviescentrum en alle andere activiteiten in de nafase.
- Pers- en publieksvoorlichting is geborgd binnen het informatie- en adviescentrum.
- Het proces Preparatie nafase ondersteunt de overdracht van de crisisorganisatie naar de projectorganisatie
Nafase. Lopen na afschaling nog taken en/of werkzaamheden van de crisisorganisatie door (vanuit het proces
Pers- en publieksvoorlichting), dan worden deze uitgevoerd door de nafase-organisatie.
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Registratie slachtoffers:
- Het proces Registratie slachtoffers (‘CRIB’) levert via de Algemeen Commandant Bevolkingszorg aan het
proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over:
o waar (bij welke front office) verwanten en getroffenen6 zich kunnen melden (verwanteninformatie-
nummer, locatie of website);
o hoeveel getroffenen inmiddels zijn geregistreerd.
- Het proces Pers- en publieksvoorlichting neemt deze informatie op in de pers- en publieksberichten. Daarin
wordt/worden:
o zelfredzame betrokkenen/getroffenen gestimuleerd zelf actief contact te zoeken met (de
contactpersoon van) hun verwanten;
o verwanten gestimuleerd zelf actief contact te zoeken met hun betrokken/getroffen familielid/kennis;
o verwanten geïnformeerd over doel, doelgroep (verminderd-zelfredzamen) en proces van registreren
en informeren;
o uitgelegd hoe zelfredzame betrokkenen/getroffenen waar nodig worden gefaciliteerd om in contact
te komen met hun verwanten.
6 In lijn met de commissie Bruinooge wordt hier gesproken over ‘getroffenen’, waar voorheen over ‘slachtoffers’ werd gesproken.
Dit past in de landelijke discussie over veerkracht en zelfredzaamheid.
28
28
- Het proces Pers- en publieksvoorlichting zorgt ervoor dat ‘het boegbeeld’ (als onderdeel van de duiding)
uitlegt hoe het proces ‘informeren van verwanten’ is georganiseerd, en welke problematiek dit met zich
meebrengt (waaronder zorgvuldigheid versus snelheid).
Tussen proces Pers- en publieksvoorlichting en proces Registratie schade:
- Het proces Registratie schade (‘CRAS’) levert (eventueel via Stichting Salvage) aan het proces Pers- en
publieksvoorlichting informatie over:
o het totale schadebeeld;
o waar gedupeerden onverzekerbare of verzekerbare schade kunnen melden: bij hun verzekeraar of
elders.
- Als bij gedupeerden vragen leven over het schadeproces, dan kan het proces Registratie schade (eventueel
i.s.m. Stichting Salvage) zorg dragen voor antwoorden voor bijvoorbeeld de Q&A’s, welke worden opgesteld
en verspreid door het proces Pers- en publieksvoorlichting.
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Er wordt multidisciplinair in de uitvoering afgestemd en samengewerkt met betrokken hulpdiensten, lokale/
regionale/ nationale overheden en overige betrokken crisispartners die actief zijn op het gebied van communicatie
naar pers en publiek. Dit betreft onder andere Openbaar Ministerie, Nationaal Crisis Centrum, uitvoeringsorganisaties
en bedrijfsleven. Afstemming vindt formeel plaats in het regionaal operationeel team. Informeel kunnen producten op
procesniveau worden afgestemd (bijvoorbeeld gezamenlijk opstellen Q&A’s en pers- en publieksberichten).
29
29
Publieke zorg
Het functioneren van de taakorganisatie Publieke zorg
Positionering van taakorganisatie in operationele hoofdstructuur
Doel van taakorganisatie
Tijdelijk voorzien in de basisbehoeften van getroffenen (mensen en dieren) ten tijde van een (dreigende) ramp of
crisis. Tevens wordt, op basis van behoeften van bevolking en hulpdiensten, de bijzondere uitvaartzorg gefaciliteerd of
mede georganiseerd.
Randvoorwaarden/uitgangspunten van taakorganisatie
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling voor de
inzet van de taakorganisatie Publieke zorg, waardoor de eerste activiteiten binnen 60 minuten na alarmering
kunnen starten.
- De taakorganisatie Publieke zorg kent een bestuurlijk gemandateerde handelingsvrijheid voor mensen,
middelen en producten van de taakorganisatie.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ draagt zorg voor het vakbekwaam zijn, worden en blijven van de
functionarissen binnen de taakorganisatie Publieke zorg.
- Er zijn voldoende (technische) hulpmiddelen en faciliteiten ter beschikking.
30
30
Sturing en terugkoppeling binnen taakorganisatie
Sturing en terugkoppeling in GRIP 1-situaties:
In geval van kleinschalige multidisciplinaire inzetten (GRIP 1-incidenten) vindt de aansturing van de teamleider plaats
door de OvD – Bevolkingszorg. De teamleider stuurt op zijn beurt het betreffende team aan.
Sturing en terugkoppeling in GRIP 2-situaties en verder:
Vanaf GRIP 2-incidenten vindt de aansturing van de teamleider plaats door het hoofd van de taakorganisatie, die op
zijn beurt werkt op basis van het inzetverzoek (strategisch plan) van de Algemeen Commandant Bevolkingszorg. De
teamleider stuurt het onder hem vallende team aan.
Sturing van taakorganisatie in multidisciplinair verband
De Algemeen Commandant Bevolkingszorg staat onder leiding van de operationeel leider.
ACBz
HTo
Teamleider Inzetverzoek (strategisch plan)
Inzetopdracht per proces
Inzetplan voor het proces
Voortgangs- en afwijkingsinformatie ter informatie
Inzetplan ter vaststelling
Beschikbare informatie, waaronder totaalbeeld
OvD-Bz
Teamleider
Inzetopdracht per proces
Inzetplan ter vaststelling
Beschikbare informatie, waaronder totaalbeeld
Inzetplan voor het proces
31
31
Afstemming en samenwerking
- Monodisciplinair:
De taakorganisatie Publieke zorg werkt op het niveau van de taakorganisatie samen met alle andere
taakorganisaties van Bevolkingszorg. Dit vindt plaats in het overleg van hoofden taakorganisatie.
- Multidisciplinair:
Afstemming: Er wordt via de Algemeen Commandant Bevolkingszorg multidisciplinair afgestemd met de
hulpdiensten en overige crisispartners die actief zijn op het gebied van publieke zorg. Dit vindt plaats in het
regionaal operationeel team. Multidisciplinaire afstemming waarvoor geen besluit van het regionaal
operationeel team nodig is, kan door onderling contact tussen de secties plaatsvinden (via het HTo).
Daarnaast vindt multidisciplinaire afstemming plaats via de OvD-Bz in het CoPI.
Samenwerking: Er wordt via de teams, in het CoPI en eventueel in het ROT multidisciplinair in de uitvoering
samengewerkt met hulpdiensten, crisispartners en overige betrokkenen, onder andere Openbaar Ministerie,
Nationaal Crisis Centrum, uitvoeringsorganisaties en bedrijfsleven.
32
32
Publieke zorg
Proces: Opvang
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Voorzien in tijdelijke opvang en basale verzorging (zoals ontbijt/lunch/avondeten en zo nodig een overnachtingsplek)
van getroffenen op een veilige locatie.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie en de teamleider van het
betreffende proces.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- ‘Tijdelijke opvang’ dient te worden begrepen als een - meestal - acuut ontstane opvangsituatie, die niet
bedoeld is om langer te duren dan strikt noodzakelijk. Zodra een verblijf beschikbaar is dat meer is
toegesneden op de individuele noden en behoeften (waaronder terugkeer naar het eigen woonadres of
vervangende woonruimte), wordt de opvang beëindigd.
- Het proces Opvang richt zich op de opvang van niet-medisch-geïndiceerde en (indien nodig) T3-geïndiceerde
getroffenen, dieren en/of eventueel andere betrokkenen (verwanten, getuigen e.a.). Het GHOR-proces Triage
(taakorganisatie Spoedeisende medische hulpverlening) voorziet in de medische indicatie van de getroffen
doelgroep. Binnen de groep niet-medisch-geïndiceerden richt het proces Opvang zich met name op de niet-
of verminderd-zelfredzamen en het vanuit de opvangsituatie (waar mogelijk) faciliteren van het herstel van
zelfredzaamheid.
- Afbakening: de eerste opvang (verzamelplaats) bij acute ontruiming komt doorgaans voor rekening van de
parate diensten; snelle overname door het proces Opvang is gewenst, in verband met andere prioriteiten van
de parate diensten.
33
33
- Het proces Opvang verzorgt tijdelijke opvang en het basale verzorgingsniveau (zoals ontbijt/lunch/avondeten
en zo nodig een overnachtingsplek) in opvangcentra. Een hoger verzorgingsniveau (bijvoorbeeld ook kleding
en financiële middelen) en vervangende woonruimte valt in eerste instantie onder het proces Voorzien in
primaire levensbehoeften, maar kan desgewenst en indien de situatie dit toelaat ook geregeld worden door
het team Opvang.
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Onderstaande procesfasen gaan uit van de warme fase, d.w.z. een situatie waarin daadwerkelijke uitvoering van het
proces Opvang aan de orde is.
Voorbereiden opvang
De teamleider Opvang en de leider opvanglocatie bereiden aan de hand van de inzetopdracht Opvang de opvang
voor
De inzetopdracht Opvang vraagt om de opvang van mensen (en/of dieren). De teamleider Opvang is de aangewezen
verantwoordelijke voor de voorbereiding van dit proces. Hiertoe vertaalt hij de inzetopdracht, mede op grond van
het totaalbeeld, in een inzetplan. Aan de hand van de inzetopdracht en de verdere informatie die de teamleider
Opvang ontvangt van het hoofd taakorganisatie Publieke zorg of de OvD – Bevolkingszorg, vormt hij zich een beeld
van de aard en omvang van het incident en maakt hij een inschatting van de opvangbehoefte. Hij analyseert de
situatie en bepaalt de eerste stappen die nodig zijn om de opvang te realiseren. Hiertoe gebruikt hij de checklists en
overzichtslijsten met onder andere locaties, andere middelen en externe partijen. Deze overzichten zijn opgesteld in
de preparatiefase en worden voortdurend geactualiseerd. Uiteindelijk bepaalt de teamleider Opvang de aard en de
omvang van de in te zetten hoeveelheid mensen en middelen en de opvanglocatie(s), in samenspraak met de
leider(s) opvanglocatie. Indien nodig doet hij bij het hoofd taakorganisatie Publieke zorg een aanvraag voor extra
mensen en middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
De teamleider Opvang zorgt er ook voor dat hijzelf (met zijn team) kan beschikken over een passende werkplek en
bijbehorende faciliteiten (de back office Opvang). In zijn team bevinden zich in elk geval een logboekschrijver en een
algemeen assistent.
De teamleider Opvang geeft per opvanglocatie een leider opvanglocatie opdracht de opvanglocatie voor te bereiden
met de hiervoor benodigde mensen en middelen. De leider opvanglocatie informeert de teamleider over de
voortgang. Nadat de voorbereidingen zijn afgerond – en voor zover nodig ook tijdens de voorbereidingen –
rapporteert de teamleider Opvang aan het hoofd Publieke zorg of de OvD – Bevolkingszorg dat de opvanglocatie(s)
gereed is/zijn. De teamleider Opvang en leiders opvanglocatie zorgen voor het vastleggen van de ondernomen
activiteiten in een logboek.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten
Op te splitsen in:
Kerntaak 1a: Inrichten van de back office Opvang bij de start van de opvang
Kerntaak 1b: Inrichten van de opvanglocatie(s) bij de start van de opvang
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
34
34
Kerntaak 1a: Inrichten van de back office Opvang bij de start van de opvang
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
- Inzetplan Opvang
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Opstellen van het inzetplan Opvang, op basis van
de inzetopdracht en het totaalbeeld:
o Analyseren van de informatie (in elk
geval inzetopdracht en totaalbeeld)
o Inschatten van de aard van de
doelgroep op te vangen mensen en/of
dieren
o Inschatten verwachte tijdsduur opvang,
wel/niet overnachten
o Inschatten van de zorgbehoefte en
bepalen zorgniveau
o Kiezen type opvanglocatie en bepalen
(voorkeurs)locatie(s) voor opvang
o Bepalen locatie back office (wel/niet in
opvangcentrum)
TL Opvang, evt.
met hulp van
medewerkers
back office
Opvang
- Bepalen van de samenstelling en bezettingsgraad
van de back office en de opvanglocatie
TL Opvang
- Alarmeren
o Raadplegen alarmeringslijst
o Formuleren alarmeringsboodschap(pen)
met o.a. informatie over aard incident,
veiligheidsaspecten, opkomstlocatie en
aanrijroute
o (Laten) alarmeren leider(s)
opvanglocatie(s)
o (Laten) alarmeren sleutelhouder(s)
opvanglocatie(s) (= locatie-beheerders)
o (Laten) alarmeren medewerkers back
office
o (Laten) alarmeren medewerkers
opvanglocatie(s)
o Afhankelijk van de ingeschatte eerste
zorgbehoefte en in overleg met de
leider opvanglocatie: alarmeren / om
assistentie vragen van interne en
externe partners (bijvoorbeeld NRK,
GHOR/GGD, verbindingen, logistiek,
catering)
TL Opvang
- Toewijzen van taken TL Opvang
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten voor de
back office, waar nodig met aanvraag extra
mensen en middelen
TL Opvang
35
35
- (Laten) bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL Opvang
Medewerkers
back office
Opvang
Kerntaak 1b: Inrichten van de opvanglocatie(s) bij de start van de opvang
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
- In overleg met de teamleider Opvang bepalen en
inrichten van de organisatie op de opvanglocatie
Leider
opvanglocatie
- Toewijzen van taken op de opvanglocatie
Leider
opvanglocatie
- Bepalen van de fysieke inrichting van de
opvanglocatie
Leider
opvanglocatie
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten voor de
opvanglocatie via de back office, waar nodig met
aanvraag extra mensen en middelen
Leider
opvanglocatie
- (Laten) bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
Leider of
medewerkers
opvanglocatie
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren opvang
Het team Opvang voert de opvang uit, onder leiding van de teamleider Opvang
Aan de hand van het inzetplan Opvang, alsmede het totaalbeeld, kan worden gestart met de uitvoering van het
proces Opvang. De teamleider Opvang draagt zorg voor de taakverdeling, continuïteit en informatie-uitwisseling
binnen het team en met de taakorganisatie.
De leider opvanglocatie ontvangt van de teamleider Opvang de opdracht om de opvanglocatie open te stellen, te
bemensen en in te richten. De leider opvanglocatie zet hiertoe het team Opvang in, en maakt gebruik van checklists
en vragenlijsten die in de preparatiefase tot stand zijn gekomen en voortdurend worden geactualiseerd.
36
36
Afhankelijk van aard en omvang van het incident en van het aantal (verwachte) getroffenen op de opvanglocatie,
bepaalt de leider opvanglocatie de indeling en structuur van het team Opvang. Waar nodig wijst de leider
opvanglocatie groepsleiders of coördinatoren aan, voor bepaalde taken op de opvanglocatie.
De leider opvanglocatie omringt zich naar behoefte met een aantal directe medewerkers (bijvoorbeeld
logboekschrijver, telefonist, algemeen assistent). Tevens bepaalt hij de overlegstructuur en -frequentie, tussen alle
betrokken groepsleiders en coördinatoren (ook die van externe partijen) die op de opvanglocatie werkzaam zijn.
Wanneer de opvanglocatie gereed is, meldt de leider opvanglocatie dit onmiddellijk aan de teamleider Opvang. Op
de opvanglocatie worden de taken gericht op het realiseren van de tijdelijke opvang en basale verzorging uitgevoerd.
De back office Opvang ondersteunt en faciliteert de opvanglocatie. Komt de leider opvanglocatie tot de conclusie dat
bepaalde voorzieningen of faciliteiten, die niet aanwezig zijn op de opvanglocatie, op korte of langere termijn nodig
zijn, dan dient hij een gemotiveerd verzoek hiertoe in bij de teamleider Opvang.
De leider opvanglocatie rapporteert periodiek – afhankelijk van de situatie – aan de teamleider Opvang. Met deze
overlegt hij ook over de voortgang van de opvang. Tevens bepaalt de leider opvanglocatie het aflossingsschema voor
zijn medewerkers op de opvanglocatie. Waar nodig, overlegt de leider opvanglocatie met de teamleider Opvang over
de inzet van medewerkers uit andere processen of van externe partijen.
Is beëindiging van de opvang in zicht, dan bereidt de leider opvanglocatie samen met zijn team de afbouw voor.
Eventuele afwijkingen in de uitvoering worden door de teamleider Opvang medegedeeld aan het hoofd
taakorganisatie Publieke zorg, met behulp van het product voortgangs- en afwijkingsinformatie. Dit kan leiden tot
aanpassing van de inzetopdracht. Indien nodig doet de teamleider bij het hoofd taakorganisatie Publieke zorg een
aanvraag voor extra mensen en middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
Alle activiteiten en besluiten die op de opvanglocatie worden genomen/uitgevoerd, worden vastgelegd in het
logboek. De leider opvanglocatie is hiervoor verantwoordelijk.
Zo nodig wordt de uitvoering van het proces op passende wijze met de betrokkenen geëvalueerd.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven
Op te splitsen in:
Kerntaak 2a: Leiding geven aan de back office Opvang
Kerntaak 2b: Leiding geven aan het team op een opvanglocatie; afhankelijk
van de grootte van de hulpvraag te splitsen in leiding:
- door de leider opvanglocatie (multidisciplinair)
- door de groepsleiders (monodisciplinair)
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen
en middelen
Kerntaak 2a: Leiding geven aan de back office Opvang
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
- Vertalen inzetplan in concrete acties en taken in
de back office
TL Opvang
- Opdrachten geven tot het uitvoeren van de
opvang, o.a.:
o Waar?
o Hoe lang?
o Hoeveel?
o Welk zorgniveau?
TL Opvang
37
37
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL Opvang
- Bewaken van de veiligheid en het welzijn van de
medewerkers in het team
TL Opvang
- Bewaken van de voortgang van het proces
Opvang en zo nodig bijsturen
TL Opvang
- Erop toezien dat het team gedurende het
incident over de benodigde mensen en middelen
kan beschikken; zo nodig zorg dragen voor het
aanvragen van extra mensen en middelen en/of
zorg dragen voor tijdige aflossing van de
ingezette medewerkers
TL Opvang
Kerntaak 2b: Leiding geven aan het team op een opvanglocatie;
afhankelijk van de grootte van de hulpvraag te splitsen in
leiding:
- door de leider opvanglocatie (multidisciplinair)
- door de groepsleiders (monodisciplinair)
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
- Vertalen inzetplan in concrete acties en taken op
de opvanglocatie
Leider
opvanglocatie
- Opdrachten geven tot het uitvoeren van de
opvang, o.a.:
o Groep(en) samenstellen en taken
verdelen, incl. afspraken met externe
partijen
o Zo nodig groepsleiders aanwijzen
o Waarnemer/observator aanwijzen
o Werkplekken/ruimtes voor
medewerkers en getroffenen bepalen
o Huisregels bepalen
Leider
opvanglocatie
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
Leider
opvanglocatie
Groepsleider
- Bewaken van de veiligheid en het welzijn van
allen die op de opvanglocatie werkzaam zijn en
de opgevangen doelgroep
Leider
opvanglocatie
Groepsleider
- Bewaken van de voortgang van het proces
Opvang op de opvanglocatie (hiertoe ook fysieke
inrichting opvanglocatie checken en toetsen aan
eerste zorgbehoefte); zo nodig bijsturen
Leider
opvanglocatie
Groepsleider
- Erop toezien dat het team gedurende het
incident over de benodigde mensen en middelen
kan beschikken; zo nodig zorg dragen voor het
aanvragen van extra mensen en middelen en/of
Leider
opvanglocatie
Groepsleider
38
38
zorg dragen voor tijdige aflossing van de
ingezette medewerkers via de back office
Kerntaak 3: Adviseren, informeren en rapporteren
Schematisch verloopt de informatieoverdracht als volgt:
TL Opvang ↔ Leider opvanglocatie ↔ Groepsleider(s)
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie (incl.
bericht ‘Gereed voor
opvang’)
- Logboek
- Informeren/adviseren van de leider
opvanglocatie over de voortgang, productie en
eventuele afwijkingen in de procesuitvoering ten
opzichte van het inzetplan
Groepsleider
- Informeren/adviseren van de teamleider Opvang
over de voortgang, productie en eventuele
afwijkingen in de procesuitvoering ten opzichte
van het inzetplan
Leider
opvanglocatie
- Informeren/adviseren van het hoofd
taakorganisatie Publieke zorg over de voortgang,
productie en eventuele afwijkingen in de
procesuitvoering ten opzichte van het inzetplan
TL Opvang
- Zorgen dat iedereen (de medewerkers back
office en allen die op de opvanglocatie werkzaam
zijn en/of daar worden opgevangen) op de
hoogte is van ontwikkelingen in totaalbeeld,
voortgang, prioriteiten en effectiviteit
TL Opvang
Leider
opvanglocatie
Groepsleider
- Fungeren als aanspreekpunt voor de teamleider
Opvang, de medewerkers en andere disciplines
op de opvanglocatie
Leider
opvanglocatie
- Activiteiten, besluiten en ingekomen/uitgaande
berichten laten bijhouden in logboek
TL Opvang
Leider
opvanglocatie
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Opvang
Op te splitsen in:
Kerntaak 4a: Uitvoeren taken in back office Opvang
Kerntaak 4b: Uitvoeren taken op een opvanglocatie
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Kerntaak 4a: Uitvoeren taken in back office Opvang
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
- Ondersteunen en faciliteren van de
opvanglocatie, bijvoorbeeld:
o regelen van drinken, voedsel,
communicatiemiddelen en andere
zaken voor het benodigde zorgpakket
o aanvragen van de inzet vanuit andere
TL Opvang
Medewerkers
back office
Opvang
39
39
processen/teams (bijvoorbeeld
afstemming met proces Verplaatsen
mens en dier, medische en/of
psychosociale en geestelijke
hulpverlening, inzet crisiscommunicatie,
eventueel registratie getroffenen)
o zorgen voor aflossing voor medewerkers
in back office en opvangcentrum
o zorgen voor goede informatie naar het
opvangcentrum (ontwikkelingen
totaalbeeld e.d.)
Kerntaak 4b: Uitvoeren taken op een opvanglocatie
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
- Leiden van het periodieke afstemmingsoverleg
met groepsleiders en vertegenwoordigers van
andere disciplines; doel is afstemming en
coördinatie tussen de diverse processen,
bijvoorbeeld:
o afstemmen met en bepalen van
ruimtelijke indeling en routering
(bijvoorbeeld ruimte voor psychosociale
en geestelijke hulp, ruimte voor
EHBO/medische hulp)
o afstemmen huisregels met de andere
procesvertegenwoordigers
o afstemmen interne communicatie, zodat
alle hulpverleners goed geïnformeerd
zijn en blijven (o.a. ontwikkelingen in
totaalbeeld)
o afstemmen informatie naar opgevangen
doelgroep (eenduidige en liefst
geïntegreerde informatie), zowel over
de situatie op de opvanglocatie als de
ontwikkelingen rond het incident (o.a.
op basis van het totaalbeeld)
o afstemmen afscherming/bewaking
Leider
opvanglocatie
- Deelnemen aan het periodieke
afstemmingsoverleg onder leiding van de leider
opvanglocatie, voor afstemming en coördinatie
tussen de diverse processen die op de
opvanglocatie actief zijn
Groepsleider
- Openen van de opvanglocatie voor de ontvangst
van getroffenen
Medewerkers
opvanglocatie
- Ruimtes voor getroffenen (voor zover mogelijk)
gereed maken
Medewerkers
opvanglocatie
40
40
- Routing aanduiden Medewerkers
opvanglocatie
- Huisregels verspreiden Medewerkers
opvanglocatie
- Doorlopend zorgbehoefte van getroffenen
monitoren, t.b.v. bepalen zorgniveau
Medewerkers
opvanglocatie
- Aandacht geven aan speciale groepen (kinderen,
ouderen, gehandicapten e.d.)
Medewerkers
opvanglocatie
- Verzorgen van getroffenen: voedsel, kleding,
informatie etc.
Medewerkers
opvanglocatie
- Doorlopend de gang van zaken op de
opvanglocatie ‘op de vloer’ monitoren
Medewerker
opvanglocatie
(waarnemer/
observator)
- Ontvangen en verzorgen van huisdieren Medewerkers
opvanglocatie
- Verzorgen van de algemene logistiek op de
opvanglocatie, o.a. schoonmaak
Medewerkers
opvanglocatie
- Indien nodig: getroffenen en locatie
voorbereiden op langdurige opvang, in het
bijzonder nachtopvang
Medewerkers
opvanglocatie
- Faciliteren en waar nodig stimuleren van
zelfredzaamheid en zelfwerkzaamheid van
getroffenen op de opvanglocatie
Leider
opvanglocatie
Groepsleider
Medewerkers
opvanglocatie
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
evaluatierapport
- Voorbereiden van beëindiging van de opvang TL Opvang
- Signaal ‘Einde opvang’ geven Leider
opvanglocatie
- Opvanglocatie(s) ontruimen, schoonmaken en in
oude staat herstellen
Medewerkers
opvanglocatie
- Na beëindiging van de opvang: opvangteam(s)
ontbinden en opvanglocatie(s) laten sluiten
TL Opvang
Leider
opvanglocatie
Groepsleider
- Bijdrage leveren aan de inhoudelijke overdracht
(aan HTo Publieke zorg) t.b.v. de nafase, onder
andere door het inventariseren van lopende
activiteiten, mede in relatie tot het totaalbeeld
Allen
- Debriefen van de deelnemers aan het
afstemmingsoverleg
Leider
opvanglocatie
41
41
- Op verzoek van HTo Publieke zorg: zorgen dat
het proces op passende wijze wordt geëvalueerd
TL Opvang
- Evalueren van de totale gang van zaken op de
opvanglocatie
Leider
opvanglocatie
- Zo nodig zorg dragen voor begeleiding en nazorg
van de ingezette gemeentelijke medewerkers
TL Opvang, in
samenspraak met
leider
opvanglocatie en
groepsleider
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau, tenzij anders geregeld. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden
via LCMS, telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Opvang en proces Pers- en publieksvoorlichting:
- Op de opvanglocatie geeft een publieksvoorlichter informatie aan gedupeerden (de publieksvoorlichter op de
opvanglocatie werkt samen met de leider opvanglocatie).
- Op de opvanglocatie kan een persvoorlichter de aanwezige pers te woord staan.
- Pers- en publieksvoorlichters zijn ‘ogen en oren’ in de opvanglocatie: zij melden specifieke
informatiebehoeften aan het team Pers- en publieksvoorlichting en zorgen dat FAQ’s worden beantwoord via
Q&A’s.
- Een verzoek voor een persvoorlichter en/of een publieksvoorlichter op de opvanglocatie wordt gedaan door
de teamleider Opvang, aan de teamleider Pers- en publieksvoorlichting.
- Vanuit het proces Opvang wordt de opvanglocatie (plus eventueel het adres) gemeld aan het proces Pers- en
publieksvoorlichting. Het proces Pers- en publieksvoorlichting kan deze informatie communiceren via de tot
haar beschikking staande communicatiemiddelen, zoals website, Twitter en calamiteitenzender.
Tussen proces Opvang en proces Voorzien in primaire levensbehoeften:
- Is er een opvanglocatie ingericht, dan hebben de teamleider Opvang en de teamleider Voorzien in primaire
levensbehoeften afstemmingsoverleg over hun taken en verantwoordelijkheden bij de opvang van
gedupeerden en eventueel de overdracht hiervan.
42
42
Tussen proces Opvang en proces Verplaatsen mens en dier:
- De teamleider Opvang en de teamleider Verplaatsen mens en dier wisselen informatie uit over:
o het adres van de opvanglocatie;
o wanneer de opvanglocatie geopend is;
o wanneer de opvanglocatie weer wordt gesloten en de bewoners kunnen terugkeren naar huis of
vervangende huisvesting.
Tussen proces Opvang en proces Bestuurs- en managementondersteuning:
- Als er bijvoorbeeld hoogwaardigheidsbekleders naar de opvanglocatie komen, dan kan vanuit het team
Bestuurs- en managementondersteuning protocollaire ondersteuning en advies komen aan de teamleider
Opvang.
Tussen proces Opvang en proces Preparatie nafase:
- Het proces Preparatie nafase ondersteunt de overdracht van de crisisorganisatie naar de projectorganisatie
Nafase. Lopen na afschaling nog taken en/of werkzaamheden van de crisisorganisatie door (vanuit het proces
Opvang), dan worden deze uitgevoerd door de nafase-organisatie.
Tussen proces Opvang en proces Registratie slachtoffers:
- Op verzoek van de teamleider Registratie slachtoffers, kan registratie van getroffenen plaatsvinden op de
opvanglocatie.
Tussen proces Opvang en proces Registratie schade:
- Op verzoek van de teamleider Opvang:
o kan schaderegistratie plaatsvinden op de opvanglocatie; of:
o kan iemand vanuit het proces Registratie schade aan gedupeerden informatie verstrekken over het
afhandelen van de schade (bijvoorbeeld afhandeling van schaderegistratie door Stichting Salvage of
individuele verzekeraars).
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Uitgangspunt voor de externe samenwerking is dat externe partijen (naar behoefte) worden ingeschakeld door of via
de teamleider Opvang. De leider opvanglocatie geeft aan de teamleider Opvang aan, welke ondersteuning nodig is. Bij
twijfel beslist de teamleider Opvang. Het kan gaan om onder andere de volgende externe partijen (niet limitatief):
- drinkwatervoorziening;
- leveranciers van noodstroomvoorzieningen;
- cateraars;
- grootwinkelbedrijven/groothandels/supermarkten;
- vervoersbedrijven;
- huisartsen/dierenartsen;
- NRK/EHBO (eventueel BHV);
- psychosociale hulpverleners;
- geestelijk verzorgers / kerkelijke instellingen;
- maatschappelijk werk;
- slachtofferhulp;
- financiële instellingen (stads- of kredietbank);
- dierenasiels/kinderboerderijen/boerenorganisaties;
43
43
- tolkendiensten;
- verzekeraars/salvage;
- bewakingsbedrijven;
- schoonmaakbedrijven;
- telecombedrijven.
Al deze externe partijen werken op of bij de opvanglocatie onder verantwoordelijkheid van de leider opvanglocatie.
Uiteraard hebben zij daarbij hun eigen professionele verantwoordelijkheid, maar ten aanzien van de gang van zaken
op de opvanglocatie is de leider opvanglocatie leidend.
44
44
Publieke zorg
Proces: Voorzien in primaire levensbehoeften
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Voorzien in noodhulp op een hoger verzorgingsniveau (naast eten en drinken bijvoorbeeld ook kleding en financiële
middelen), voor getroffenen die in geval van een ramp of crisis tijdelijk zelf niet in hun levensbehoeften kunnen
voorzien, anders dan de tijdelijke opvang en basale verzorging op een opvanglocatie.
NB 1. Die ‘tijdelijke opvang en basale verzorging op een opvanglocatie’ vinden namelijk plaats binnen het proces
Opvang.
NB 2. Afhankelijk van waar de getroffenen verblijven, vindt het proces Voorzien in primaire levensbehoeften plaats
op een opvanglocatie of in de eigen omgeving van de getroffenen.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie en de teamleider van het
betreffende proces. De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in
staat stellen hun rol naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- Het proces Voorzien in primaire levensbehoeften beperkt zich in principe tot de verzorging van particulieren.
De problematiek van getroffen bedrijven wordt inzichtelijk gemaakt, om te kunnen beoordelen of
gemeentelijke bijstand wenselijk is.
- In grote lijnen wordt bij het proces Voorzien in primaire levensbehoeften onderscheid gemaakt in twee
situaties:
o Voorzien in primaire levensbehoefte indien mensen (al dan niet tijdelijk) ontheemd raken.
In dit geval moeten de getroffenen worden opgevangen in een opvangcentrum. In een opvangcentrum
voorziet het proces Opvang in het basale verzorgingsniveau (zoals ontbijt/lunch/avondeten en zo nodig
een overnachtingsplek). Een hoger verzorgingsniveau (bijvoorbeeld ook kleding en financiële middelen)
45
45
valt in eerste instantie onder het proces Voorzien in primaire levensbehoeften maar kan, indien de
situatie dit toelaat, ook geregeld worden door het team Opvang.
o Voorzien in primaire levensbehoefte indien mensen in hun eigen omgeving afgesloten raken van de voor
hen essentiële hulpbronnen of voorzieningen.
In dit geval hoeven de getroffenen niet te worden opgevangen in een opvangcentrum, omdat ze zelf
onderdak hebben gevonden of in hun eigen woning kunnen blijven. Ze hebben echter wel primaire
levensbehoeften nodig. In dit geval wordt het proces Voorzien in primaire levensbehoeften direct
gestart.
Primaire levensbehoeften worden onderverdeeld in een aantal productgroepen:
o eten en drinken;
o kleding, toiletartikelen, sanitaire artikelen;
o medicamenten;
o financiële noodhulp;
o huisvesting, onderdak, noodonderkomen;
o aggregaten voor stroom, warmte, koude/koelte, indien cruciaal voor particulieren/instellingen.
De distributie van nooddrinkwater valt onder het proces Voorzien in primaire levensbehoeften.
Waterleidingmaatschappijen nemen in voorkomende gevallen de levering van nooddrinkwater voor hun
rekening. Hiertoe is/wordt een (regionaal) convenant afgesloten.
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Voorbereiden voorzien in primaire levensbehoeften
De teamleider Voorzien in primaire levensbehoeften bereidt aan de hand van de inzetopdracht Voorzien in
primaire levensbehoeften het voorzien in de benodigde primaire levensbehoeften voor
De inzetopdracht vraagt om de verstrekking van primaire levensbehoeften. De teamleider Voorzien in primaire
levensbehoeften is de aangewezen verantwoordelijke voor de operationele voorbereiding van dit proces. Hiertoe
maakt hij een inzetplan. Hij vormt zich, mede op basis van het totaalbeeld, een beeld van aard en omvang van het
incident en de behoefte aan primaire levensbehoeften, aan de hand van de inzetopdracht Voorzien in primaire
levensbehoeften en het totaalbeeld. Hij analyseert en vormt zich een oordeel over de wijze waarop de primaire
levensbehoeften gerealiseerd kunnen worden. Op basis hiervan bepaalt hij de aanpak en maakt hij een inzetplan
Voorzien in primaire levensbehoeften. Hierbij maakt hij gebruik van de checklist Voorzien in primaire
levensbehoeften en overeenkomsten met leveranciers/locaties/middelen, die al in de preparatiefase zijn gemaakt.
Hij zorgt voor de inzet van mensen en middelen. Indien nodig doet hij bij het hoofd taakorganisatie Publieke zorg
een aanvraag voor extra mensen en middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
Hij legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van het team Voorzien in primair levensbehoeften
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
46
46
- Opstellen van het inzetplan Voorzien in primaire
levensbehoeften, op basis van de inzetopdracht
en het totaalbeeld:
o Randvoorwaarden opnemen t.a.v. de
kwaliteit van de zorgbehoeften (incl.
financiën)
o Bepalen wat de behoeften en
prioriteiten zijn (aan wie eerst wordt
uitgegeven)
o Bepalen op welke wijze er wordt
uitgegeven en wat de distributiepunten
zijn (één of meerdere locaties; huis aan
huis)
o Bepalen wat de aanrijroute is t.b.v. de
distributiepunten
o Bepalen wie de goederen levert en
vervoert
o Handelingsperspectief opnemen t.b.v.
zelfredzaamheid: wat kunnen de
mensen zelf doen?
o Bepalen van de informatievoorziening
en communicatiestrategie
TL PLB - Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
- Inzetplan Voorzien in
primaire levensbehoeften
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Bepalen van de samenstelling en bezettingsgraad
van het team
TL PLB
- Formuleren van het alarmeringsbericht; regelen
menskracht door alarmeren van de
medewerkers in het team
TL PLB
- Toewijzen van taken TL PLB
- Verwerven en laten leveren van de goederen:
o Contacten leggen met leveranciers, wie
wat op welk tijdstip kan regelen
o Afspraken maken over de levering en
vervoer; zijn er externe partijen
(bijvoorbeeld Defensie) nodig?
o Afstemmen met de coördinatoren van
de distributiepunten
TL PLB en/of
medewerker PLB
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL PLB en/of
medewerker PLB
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
47
47
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren voorzien in primaire levensbehoeften
Het team Voorzien in primaire levensbehoeften voert het voorzien in primaire levensbehoeften uit, onder leiding
van de teamleider Voorzien in primaire levensbehoeften
Aan de hand van inzetplan Voorzien in primaire levensbehoeften, alsmede het totaalbeeld, kan worden gestart met
de uitvoering van het proces Voorzien in primaire levensbehoeften. De teamleider Voorzien in primaire
levensbehoeften draagt zorg voor de taakverdeling, continuïteit en informatie-uitwisseling binnen het team en met
de taakorganisatie.
De teamleider Voorzien in primaire levensbehoeften verwerft aan de hand van het inzetplan de benodigde goederen
en diensten. Hij draagt zorg voor het (doen) verstrekken van de benodigde primaire levensbehoeften. Op de
distributiepunten stemt hij de operationele activiteiten periodiek af met de betrokken (keten)partners. Gedurende de
periode dat goederen en diensten worden verstrekt, verstrekt de teamleider informatie aan het hoofd
taakorganisatie Publieke zorg over de voortgang van de uitvoering. Eventuele afwijkingen in de uitvoering worden
door teamleider Voorzien in primaire levensbehoeften middels het product voortgangs- en afwijkingsinformatie
doorgegeven aan het hoofd van de taakorganisatie. Bijstelling van de inzetopdracht respectievelijk het inzetplan vindt
plaats door het hoofd van de taakorganisatie respectievelijk de teamleider.
Indien nodig doet de teamleider bij het hoofd taakorganisatie Publieke zorg een aanvraag voor extra mensen en
middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
Zodra de activiteiten worden beëindigd, start de teamleider Voorzien in primaire levensbehoeften met de afbouw
van het proces. Iedere medewerker in het proces legt de door hem ondernomen activiteiten vast in een logboek.
Zo nodig wordt de uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en
intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan
die evaluatie, in de overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan het team Voorzien in primaire levens-
behoeften, op het distributiepunt en in de back office
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Vanuit het totaalbeeld vertalen van het inzetplan
in concrete acties en taken
TL PLB
- Opdrachten geven tot het voorzien in primaire
levensbehoeften (= coördineren van de
TL PLB
48
48
werkzaamheden van de medewerkers)
- Bewaken van de voortgang van het proces
Voorzien in primaire levensbehoeften; zo nodig
bijsturen
TL PLB
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL PLB
Coördinator
distributiepunt
- Bewaken van de veiligheid en het welzijn van de
medewerkers, op de distributiepunten en/of bij
de verstrekking van goederen
TL PLB
Coördinator
distributiepunt
- Erop toezien dat het team gedurende het
incident over de benodigde mensen en middelen
kan beschikken; zo nodig zorg dragen voor het
aanvragen van extra mensen en middelen en/of
zorg dragen voor tijdige aflossing van de
ingezette medewerkers
TL PLB
Kerntaak 3: Adviseren, informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie, incl.
bericht ‘Gereed voor
distributie’
- Logboek
- Informeren van de teamleider Voorzien in
primaire levensbehoeften over de voortgang van
het inzetplan en eventuele knelpunten op het
distributiepunt
Coördinator
distributiepunt
Medewerkers
PLB
- Informeren van de teamleider Voorzien in
primaire levensbehoeften wanneer men gereed
is voor distributie
Coördinator
distributiepunt
- Het hoofd taakorganisatie Publieke zorg
informeren/adviseren over de voortgang van het
inzetplan, productie en eventuele afwijkingen in
de procesuitvoering, incl. doorgeven van het
bericht ‘Gereed voor distributie’ (afkomstig van
de coördinator distributiepunt)
TL PLB
- Zorgen dat binnen het team iedereen op de
hoogte is van voortgang, productie, prioriteiten
en effectiviteit
TL PLB
- Informatie uitwisselen over het verloop van het
voorzien in primaire levensbehoeften met de
medewerkers
TL PLB
- Doorlopend afstemmen met gerelateerde
teamleiders en partners op operationeel niveau
(al dan niet via tussenkomst van OvD-Bz in CoPI)
TL PLB
- Activiteiten, besluiten en ingekomen/uitgaande
berichten (laten) bijhouden in logboek
TL PLB
Medewerkers
PLB
- Bijhouden van de personele bezetting in de back Verslaglegger/
49
49
office archiveerder
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Voorzien in primaire
levensbehoeften
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
- Verwerven van primaire levensbehoeften en
verzorgen van alle logistieke processen rond de
uitvoering van de taken
Medewerker
PLB
- Coördineren van de uitgifte van producten op
het distributiepunt
Coördinator
distributiepunt
- Inrichten van het distributiepunt Coördinator
distributiepunt
- Prioriteiten faciliteren (in overleg met de
teamleider Voorzien in primaire
levensbehoeften): wie ontvangt wanneer welk
product?
Coördinator
distributiepunt
- Registreren van de uitgifte t.b.v. de
voorraad/inkoop
Medewerker PLB
- Zorgen voor orde, rust en veiligheid op het
distributiepunt
Coördinator
distributiepunt
- Afstemmen t.b.v. de voorraad Coördinator
distributiepunt
Medewerker PLB
- Communicatie t.b.v. de uitgifte bepalen: zijn er
tolken nodig?
Coördinator
distributiepunt
bepaalt,
medewerker PLB
regelt
- Ondersteunen van de coördinator distributiepunt
bij het inrichten van het distributiepunt en de
uitgifte van goederen
Medewerker PLB
- Uitvoering geven aan de communicatiestrategie
t.b.v. de uitgifte van goederen: exact bepalen
wat/wanneer/waar wordt uitgegeven, en
vervolgens met team Communicatie afstemmen
wat/wanneer/door wie hierover wordt
gecommuniceerd
TL PLB (in
samenwerking
met team
Communicatie)
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
evaluatierapport
- Geven van een inhoudelijke overdracht (door de
teamleider aan het hoofd taakorganisatie), ten
behoeve van de nafase
TL PLB
- Inventariseren lopende projecten, mede in
relatie tot het totaalbeeld
TL PLB
- Zo nodig op verzoek van het hoofd TL PLB
50
50
taakorganisatie een bijdrage leveren aan de
evaluatie van de uitvoering van het proces, in de
overeengekomen (evaluatie)vorm
- Zo nodig zorg (laten) dragen voor begeleiding en
(psychologische) nazorg van de ingezette
medewerkers
TL PLB
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau, tenzij anders geregeld. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden
via LCMS, telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Voorzien in primaire levensbehoeften en proces Pers- en publieksvoorlichting:
- Als vanuit het proces Voorzien in primaire levensbehoeften goederen of diensten worden verstrekt, dan moet
hierover gecommuniceerd worden via het proces Pers- en publieksvoorlichting. Het gaat dan om informatie
over bijvoorbeeld te leveren goederen/diensten, distributiepunten en tijdstippen. Het proces Voorzien in
primaire levensbehoeften levert deze informatie aan het proces Pers- en publieksvoorlichting, die op basis
hiervan pers- en publieksberichten opstelt en publiceert via de beschikbare communicatiemiddelen en via de
publieksvoorlichter Opvanglocatie.
Tussen proces Voorzien in primaire levensbehoeften en proces Opvang:
- Is er een opvanglocatie ingericht, dan hebben de teamleider Opvang en de teamleider Voorzien in primaire
levensbehoeften afstemmingsoverleg over hun taken en verantwoordelijkheden bij de opvang van
gedupeerden en eventueel de overdracht hiervan.
Tussen proces Voorzien in primaire levensbehoeften en proces Ruimtebeheer:
- Het proces Ruimtebeheer kan ondersteuning leveren aan het proces Voorzien in primaire levensbehoeften bij
het inrichten van een distributiepunt, bijvoorbeeld door het zorg dragen voor dranghekken of bewaking.
Tussen proces Voorzien in primaire levensbehoeften en proces Bestuurs- en managementondersteuning:
- Het proces Bestuurs- en managementondersteuning kan juridische ondersteuning leveren bij de uitvoering
van het proces Voorzien in primaire levensbehoeften. Dit betreft bijvoorbeeld het opstellen van noodbevelen
en noodverordeningen, maar ook het leveren van algemene juridische kennis over wetgeving op dit punt.
51
51
Tussen proces Voorzien in primaire levensbehoeften en proces Preparatie nafase:
- Het proces Preparatie nafase ondersteunt de overdracht van de crisisorganisatie naar de projectorganisatie
Nafase. Lopen na afschaling nog taken en/of werkzaamheden van de crisisorganisatie door (vanuit het proces
Voorzien in primaire levensbehoeften), dan worden deze uitgevoerd door de nafase-organisatie.
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Er wordt multidisciplinair afgestemd en samengewerkt met:
- Andere kolommen:
o politie: voor de processen ordehandhaving, bewaken en beveiligen (in geval van distributiepunten);
o brandweer: eventueel assistentie van de taakorganisatie Ondersteuning binnen Brandweerzorg, met
facilitaire en personele middelen. Dit is met name van toepassing bij transport en logistiek,
eventuele pompen/verlichting en eventuele catering van personeel rond distributiepunten.
- Externe partners (niet limitatief):
o Nutsbedrijven (water, energie, telecom e.d.);
o leveranciers van noodstroomvoorzieningen;
o grootwinkelbedrijven/groothandels/supermarkten;
o vervoersbedrijven;
o maatschappelijk werk;
o financiële instellingen (stads- of kredietbank);
o tolkendiensten;
o verzekeraars/salvage.
Uitgangspunt voor de externe samenwerking is dat externe partijen (naar behoefte) worden ingeschakeld
door of via de teamleider Voorzien in primaire levensbehoeften.
52
52
Publieke zorg
Proces: Bijzondere uitvaartzorg
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Faciliteren en/of (mede) organiseren van de collectieve rouwverwerking (stille tochten en herdenkingsdiensten) en
bijzondere uitvaartzorg, op basis van behoefte van de bevolking en hulpdiensten.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie en de teamleider van het
betreffende proces.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- Bij dit proces wordt de reguliere uitvaartzorg buiten beschouwing gelaten.
- Op verzoek van de hulpdiensten kan gevraagd worden een morgue in te richten. Dit dient in de preparatieve
fase georganiseerd te worden.
53
53
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten
Voorbereiden bijzondere uitvaartzorg
De teamleider Bijzondere uitvaartzorg bereidt aan de hand van de inzetopdracht Bijzondere uitvaartzorg de
bijzondere uitvaartzorg voor
De inzetopdracht Bijzondere uitvaartzorg vraagt om bijzondere uitvaartzorg. De teamleider Bijzondere uitvaartzorg is
de aangewezen verantwoordelijke voor de operationele voorbereiding van dit proces. De teamleider vormt zich,
mede op basis van het totaalbeeld, een beeld aan de hand van de aard en omvang van het incident en de behoefte
aan bijzondere uitvaartzorg. Hij analyseert en vormt een oordeel over de wijze waarop deze bijzondere uitvaartzorg
gerealiseerd kan worden. Op basis hiervan bepaalt hij de aanpak en maakt hij een inzetplan Bijzondere uitvaartzorg.
Hierbij maakt hij gebruik van de checklist Bijzondere uitvaartzorg, die al in de voorbereidingsfase is gemaakt.
Afhankelijk van de aard van de bijzondere uitvaartzorg en het aantal benodigde mensen, doet hij een aanvraag voor
extra mensen en middelen bij het hoofd taakorganisatie Publieke zorg. Wanneer er een akkoord is op de aanvraag
mensen en middelen kan de uitvoering starten.
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van het team Bijzondere uitvaartzorg
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
- Inzetplan Bijzondere
uitvaartzorg
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Vertalen van de inzetopdracht in een inzetplan
Bijzondere uitvaartzorg
TL BUZ
- Bepalen van de samenstelling en bezettingsgraad
van het team
TL BUZ
- Alarmeren van de medewerkers in het team TL BUZ
- Toewijzen van taken TL BUZ
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten, mensen
en middelen
TL BUZ
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL BUZ
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
54
54
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren bijzondere uitvaartzorg
Het team Bijzondere uitvaartzorg voert de bijzondere uitvaartzorg uit, onder leiding van de teamleider Bijzondere
uitvaartzorg
Aan de hand van het inzetplan Bijzondere uitvaartzorg, alsmede het totaalbeeld worden mensen en middelen
verworven en locatie(s) ingericht. Het team Bijzondere uitvaartzorg draagt er zorg voor dat de activiteiten worden
uitgevoerd. De teamleider Bijzondere uitvaartzorg draagt zorg voor de taakverdeling, continuïteit en informatie-
uitwisseling binnen het team en met de taakorganisatie.
De teamleider Bijzondere uitvaartzorg stemt de operationele activiteiten periodiek af met de betrokken
(keten)partners. Er wordt informatie verstrekt over de voortgang van de uitvoering. Eventuele afwijkingen in de
uitvoering worden medegedeeld aan het hoofd taakorganisatie Publieke zorg, zodat nieuwe besluiten kunnen
worden genomen. Dit leidt tot aanpassing van de inzetopdracht. Na beëindiging van de activiteiten wordt gestart met
de afbouw van het proces en/of vindt een doorstart plaats in de nafase (zie proces Preparatie nafase). Indien nodig
doet de teamleider bij het hoofd taakorganisatie Publieke zorg een aanvraag voor extra mensen en middelen, boven
de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
De teamleider legt alle ondernomen acties vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Zo nodig wordt de uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en
intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan
die evaluatie, in de overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan het team Bijzondere uitvaartzorg
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Vanuit het totaalbeeld vertalen van het inzetplan
in concrete acties en taken
TL BUZ
- Opdrachten geven tot het voorbereiden van de
bijzondere uitvaartzorg
TL BUZ
- Bewaken van de voortgang van het proces
Bijzondere uitvaartzorg; zo nodig bijsturen
TL BUZ
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL BUZ
- Bewaken van het welzijn van de medewerkers in
het team
TL BUZ
- Zo nodig zorg dragen voor het aanvragen van
extra mensen en middelen
TL BUZ
Kerntaak 3: Informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
55
55
- Het hoofd taakorganisatie Publieke zorg
informeren over de voortgang, productie en
eventuele afwijkingen in de procesuitvoering
TL BUZ
Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie
- Logboek
- Informatie uitwisselen over het verloop van (het
voorbereiden van) de bijzondere uitvaartzorg
met de medewerkers in het team
TL BUZ
- Afstemmen met de betrokkenen buiten het team TL BUZ
Medewerkers
BUZ
- (Laten) bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL BUZ
Medewerkers
BUZ
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Bijzondere uitvaartzorg:
maken van een advies voor de bijzondere uitvaartzorg
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Advies (aan GBT/RBT)
m.b.t. de bijzondere
uitvaartzorg, incl.
bijvoorbeeld:
o draaiboek voor
herdenkings-
bijeenkomst
o draaiboek voor
stille tocht
- Maken van een globale analyse van de omgeving Medewerkers
BUZ
- Analyseren van het netwerk en de sociale
omgeving
Medewerkers
BUZ
- Maken van een plan van aanpak voor uitvoering
van het proces Bijzondere uitvaartzorg
Medewerkers
BUZ
- Actief netwerkpartners betrekken bij de
uitvoering van het proces
Medewerkers
BUZ
- Afspraken maken met de teamleider Bijzondere
uitvaartzorg over verantwoordelijkheden en
taakverdeling bij de bijzondere uitvaartzorg
Medewerkers
BUZ
- Advies (aan GBT/RBT) opstellen voor de
bijzondere uitvaartzorg, incl. bijvoorbeeld:
o draaiboek voor herdenkingsbijeenkomst
o draaiboek voor stille tocht
Medewerkers
BUZ
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
evaluatierapport
- Geven van een inhoudelijke overdracht (door de
teamleider aan het hoofd taakorganisatie), ten
behoeve van de nafase
TL BUZ
- Zo nodig op verzoek van het hoofd
taakorganisatie een bijdrage leveren aan de
evaluatie van de uitvoering van het proces, in de
overeengekomen (evaluatie)vorm
TL BUZ
- Zo nodig zorg (laten) dragen voor begeleiding en
(psychologische) nazorg van de ingezette
medewerkers
TL BUZ
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaart teamleider Bijzondere uitvaartzorg
56
56
- Checklist inrichten bijzondere uitvaartzorg (benodigde faciliteiten, capaciteit en middelen ten behoeve van
inrichten morgue of organiseren herdenkingsdienst en/of stille tocht)
- Netwerkkaart (inclusief korte taakomschrijving) / telefoonlijsten
- Alarmeringslijst regionale pool bijzondere uitvaartzorg; alarmeringslijst/overzicht grote uitvaartonderneming
- Voorbeeld draaiboek herdenkingsbijeenkomst
- Voorbeeld draaiboek stille tocht
- Wet op de lijkbezorging
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau, tenzij anders geregeld. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden
via LCMS, telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Bijzondere uitvaartzorg en proces Pers- en publieksvoorlichting:
- Het proces Bijzondere uitvaartzorg levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over
bijvoorbeeld herdenkingsdiensten en stille tochten.
- Het proces Pers- en publieksvoorlichting ondersteunt het proces Bijzondere uitvaartzorg door:
o het leveren van pers- en publieksvoorlichters bij de activiteiten;
o het opstellen en verspreiden van pers- en publieksberichten;
o het volgen van een communicatieaanpak, die voor dit doel wordt bepaald door het team Analyse en
advies, met het accent op informatie verstrekken en betekenis geven.
Tussen proces Bijzondere uitvaartzorg en proces Bestuurs- en managementondersteuning:
- Het proces Bestuurs- en managementondersteuning kan het bevoegd gezag ondersteunen in geval van
herdenkingsdiensten en stille tochten, bijvoorbeeld door het opstellen van een noodverordening/noodbevel
of bij protocollaire zaken.
Tussen proces Bijzondere uitvaartzorg en proces Preparatie nafase:
- Het proces Preparatie nafase ondersteunt de overdracht van de crisisorganisatie naar de projectorganisatie
Nafase. Lopen na afschaling nog taken en/of werkzaamheden van de crisisorganisatie door (vanuit het proces
Bijzondere uitvaartzorg), dan worden deze uitgevoerd door de nafase-organisatie.
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Er wordt multidisciplinair in de uitvoering samengewerkt met:
- Politie: Op verzoek van de politie kan gevraagd worden een morgue in te richten, in geval van veel
(onherkenbare) slachtoffers en/of lichaamsdelen.
- Externe partners: Er kan worden samengewerkt met vervoerders (transportbedrijven); Defensie (bijvoorbeeld
bij het inrichten van een morgue); brancheorganisaties van uitvaartondernemingen.
- Burgers: Het initiatief om te herdenken ligt vaak bij burgers. De gemeente(n) kunnen meedenken, regie
voeren en/of coördineren.
57
57
Publieke zorg / Evacuatie
Proces: Verplaatsen mens en dier
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
In veiligheid brengen van mensen en dieren, door deze te verplaatsen of te zorgen dat zij zich verplaatsen van een
getroffen of bedreigde plaats naar een veilige plaats.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie en de teamleider van het
betreffende proces.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- Het hoofd taakorganisatie Publieke zorg treedt tevens op als hoofd taakorganisatie Evacuatie. Dit tenzij de
situatie zo complex en/of grootschalig is, dat een extra HTo wordt ingezet als hoofd taakorganisatie
Evacuatie.
- Afbakening: de eerste verplaatsing (naar de verzamelplaats) bij acute ontruiming komt doorgaans voor
rekening van de parate diensten. Het proces Verplaatsen mens en dier richt zich in dit geval op de eventuele
verdere verplaatsing van de verzamelplaats naar een beter toegeruste opvanglocatie.
58
58
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Voorbereiden verplaatsen mens en dier
De teamleider Verplaatsen mens en dier bereidt aan de hand van de inzetopdracht Verplaatsen mens en dier de
verplaatsing voor
De inzetopdracht vraagt om de verplaatsing van mensen (en dieren). De teamleider Verplaatsen mens en dier is de
aangewezen verantwoordelijke voor de operationele voorbereiding van dit proces. Hiertoe maakt hij een inzetplan.
Hij vormt zich een beeld van aard en omvang van het incident en de behoefte aan vervoer/transport, aan de hand
van de inzetopdracht Verplaatsen mens en dier en het totaalbeeld. Hij analyseert en vormt een oordeel over de
wijze waarop de verplaatsing gerealiseerd kan worden. Op basis hiervan bepaalt hij de aanpak en maakt hij een
inzetplan Verplaatsen mens en dier. Hierbij maakt hij gebruik van de lijst met leveranciers en overeenkomsten.
Indien de benodigde inzet van menskracht en middelen het mandaat van de teamleider overstijgt, doet de
teamleider een aanvraag voor extra menskracht en/of middelen. Hij legt de ondernomen activiteiten vast in een
logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van het team Verplaatsen mens en dier
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
- Inzetplan Verplaatsen mens
en dier
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Opstellen van het inzetplan Verplaatsen mens en
dier, op basis van de inzetopdracht en het
totaalbeeld:
o Analyseren inzetopdracht en totaalbeeld
o Analyseren aard en volume te
verplaatsen doelgroep
o Bepalen aanpak (benodigde menskracht,
middelen en tijd)
o Afstemmen met benodigde partners
voor het verplaatsen van mens en dier
(binnen Bevolkingszorg, multidisciplinair
en met derden):
Bepalen en afstemmen
opstapplaatsen (meestal i.o.m.
politie/CoPI)
Bepalen en afstemmen routes
(meestal i.o.m. politie/CoPI)
Bepalen en afstemmen
bestemming (meestal i.o.m.
Opvang)
Aandragen handelings-
TL VMD (evt. met
ondersteuning
van mede-
werkers VMD)
59
59
perspectief niet-zelfredzamen
naar Pers- en
publieksvoorlichting
o Afstemmen met benodigde partners
voor het stimuleren en faciliteren van
zelfredzaamheid, zodat mensen zichzelf
gaan verplaatsen:
Aandragen
handelingsperspectief
zelfredzamen naar Pers- en
publieksvoorlichting
Afstemmen met
politie/wegbeheerders i.v.m.
routering, begidsing,
verkeersbegeleiding/-
management
- Bepalen van de samenstelling en bezettingsgraad
van het team
TL VMD
- Formuleren van het alarmeringsbericht (met o.a.
aard incident, opkomstlocatie, eventuele
aanwijzingen voor eigen veiligheid en/of
aanrijroutes); regelen menskracht door
alarmeren van de medewerkers in het team
TL VMD
- Regelen van vervoerscapaciteit, routes,
opstelplaatsen, uitgangsstelling, opstapplaatsen
TL VMD (evt. met
ondersteuning
van mede-
werkers VMD)
- Toewijzen van taken TL VMD
- Aanvragen eventueel benodigde extra
menskracht en/of middelen via HTo Publieke
zorg (bijvoorbeeld communicatiemiddelen)
TL VMD
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL VMD
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
60
60
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren verplaatsen mens en dier
Het team Verplaatsen mens en dier coördineert de uitvoering van de verplaatsing, onder leiding van de teamleider
Verplaatsen mens en dier
Aan de hand van het inzetplan Verplaatsen mens en dier, alsmede het totaalbeeld, kan worden gestart met de
uitvoering van het proces Verplaatsen mens en dier. Aan de hand van het inzetplan voorziet de teamleider
Verplaatsen mens en dier in de benodigde vervoerscapaciteit. De teamleider Verplaatsen mens en dier stemt de
operationele activiteiten af met zijn (keten)partners. Hij draagt zorg voor de taakverdeling, continuïteit en informatie-
uitwisseling binnen het team en met de taakorganisatie.
De teamleider draagt zorg voor het (doen) vervoeren. De teamleider verstrekt informatie over de voortgang en
eventuele afwijkingen in de uitvoering aan hoofd taakorganisatie Publieke zorg of de OvD – Bevolkingszorg, zodat
waar nodig nieuwe besluiten kunnen worden genomen. Dit leidt tot aanpassing van de inzetopdracht. Zodra de
mensen op de opvanglocatie en dieren in dierenasiels/dierenpensions of elders zijn ondergebracht, start de
teamleider (na goedkeuring van het hoofd taakorganisatie Publieke zorg of de OvD – Bevolkingszorg) met de afbouw
van het proces.
Eventuele afwijkingen in de uitvoering worden medegedeeld aan het hoofd taakorganisatie Publieke zorg, met
behulp van het product voortgangs- en afwijkingsinformatie. Dit kan leiden tot aanpassing van de inzetopdracht.
Indien nodig doet de teamleider bij het hoofd taakorganisatie Publieke zorg een aanvraag voor extra mensen en
middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Zo nodig wordt de uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en
intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan
die evaluatie, in de overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan het team Verplaatsen mens en dier
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Vertalen inzetplan in concrete taken en acties TL VMD
- Bewaken van de voortgang van het proces
Verplaatsen mens en dier; waar nodig bijsturen
TL VMD
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL VMD
- Bewaken van de veiligheid en het welzijn van de
medewerkers in het team
TL VMD
- Erop toezien dat het team gedurende het
incident over de benodigde mensen en middelen
kan beschikken; zo nodig zorg dragen voor het
TL VMD
61
61
aanvragen van extra mensen en middelen
Kerntaak 3: Adviseren, informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie, incl.
bericht ‘Gereed voor
vervoer’
- Logboek
- Informeren van de teamleider Verplaatsen mens en dier over de voortgang en eventuele knelpunten
Medewerkers
VMD
- Informeren/adviseren van de ‘opdrachtgever’
(het hoofd taakorganisatie Publieke zorg / de
OvD-Bz) over de voortgang, productie en
eventuele afwijkingen in de procesuitvoering ten
opzichte van het inzetplan, incl. doorgeven van
het bericht ‘Gereed voor vervoer’
TL VMD
- Informatie uitwisselen over het verloop van het
verplaatsen van mens en dier met de
medewerkers in het team
TL VMD
- Doorlopend afstemmen met en informeren van
gerelateerde teamleiders en partners op
operationeel niveau (al dan niet via tussenkomst
van OvD-BZ in CoPI)
TL VMD
- Activiteiten (laten) bijhouden in logboek TL VMD
Medewerkers
VMD
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Verplaatsen mens en dier
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
- Uitvoeren van de taken in de back office:
uitzoeken, plannen, regelen onderdelen van het
inzetplan, bepalen van opstapplaatsen, routing
e.d.
TL VMD en
medewerkers
back office VMD
- Feitelijk verplaatsen van mens en dier Medewerkers
VMD in het veld
- Begeleiden bij opstapplaatsen Medewerkers
VMD in het veld
- Begeleiden tijdens vervoer Medewerkers
VMD in het veld
- Informeren van de te verplaatsen doelgroep: wat
is er aan de hand, waar gaan we heen? Dit mede
o.b.v. de door de teamleider geleverde
informatie uit het totaalbeeld
Medewerkers
VMD in het veld
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
evaluatierapport
- Geven van een inhoudelijke overdracht (door de
teamleider aan het hoofd taakorganisatie), ten
behoeve van de nafase.
TL VMD
- Inventariseren lopende projecten, zowel vanuit
het eigen proces als met het oog op het
TL VMD
62
62
totaalbeeld
- Zo nodig op verzoek van het hoofd
taakorganisatie een bijdrage leveren aan de
evaluatie van de uitvoering van het proces, in de
overeengekomen (evaluatie)vorm
TL VMD
- Zo nodig zorg (laten) dragen voor begeleiding en
(psychologische) nazorg van de ingezette
medewerkers
TL VMD
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau, tenzij anders geregeld. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden
via LCMS, telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Verplaatsen mens en dier en proces Pers- en publieksvoorlichting:
- Het proces Verplaatsen mens en dier levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over
opstaplocatie en nadere instructies, voor de op te stellen pers- en publieksberichten.
Tussen proces Verplaatsen mens en dier en proces Opvang:
- De teamleider Opvang en de teamleider Verplaatsen mens en dier wisselen informatie uit over:
o het adres van de opvanglocatie;
o wanneer de opvanglocatie geopend is;
o wanneer de opvanglocatie weer wordt gesloten en de bewoners kunnen terugkeren naar huis of
tijdelijke huisvesting.
Tussen proces Verplaatsen mens en dier en proces Bestuurs- en managementondersteuning:
- Bij een evacuatie kan een noodverordening worden afgekondigd, om mensen te gelasten een bepaald gebied
te verlaten (geen verplichting om het huis te verlaten). Het proces Bestuurs- en managementondersteuning
kan een dergelijke noodverordening opstellen voor het proces Verplaatsen mens en dier.
Tussen proces Verplaatsen mens en dier en proces Registratie slachtoffers:
- Op verzoek van de teamleider Registratie slachtoffers, kan ook al registratie van getroffenen plaatsvinden
tijdens of voorafgaand aan het vervoer naar de opvanglocatie.
63
63
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Op multidisciplinair niveau kan als volgt worden samengewerkt:
- M.b.t. brandweerzorg (in geval van besmetting):
o samenwerken met het brandweerproces Redding. Dit proces zorgt ervoor dat mensen verplaatst
worden uit een gevaarlijke situatie. Hierna kan verdere verplaatsing worden overgenomen door het
proces Verplaatsen mens en dier;
o samenwerken met het brandweerproces Ontsmetten mens en dier, ten behoeve van besmette
medewerkers van het team Verplaatsen mens en dier;
o samenwerken met het brandweerproces Ontsmetten voertuigen, ten behoeve van besmette
voertuigen die zijn ingezet voor het verplaatsen van mens en dier.
- M.b.t. geneeskundige zorg:
o samenwerken met het GHOR-proces Triage, om te bepalen wie wel/niet vervoerd kan worden en in
hoeverre speciaal vervoer nodig is;
o samenwerken met het GHOR-proces Vervoeren, zodat de mensen vervoerd worden die door
medische omstandigheden niet vervoerd kunnen worden door het proces Verplaatsen mens en dier.
- M.b.t. politiezorg:
o samenwerken met de politieprocessen Statisch verkeersmanagement en Dynamisch
verkeersmanagement, om te zorgen dat de juiste verplaatsingroutes bepaald worden en
verkeerstechnisch mogelijk gemaakt worden. Ook dienen deze politieprocessen de verplaatsing van
wél zelfredzamen (met eigen vervoer) verkeerstechnisch te ondersteunen;
o samenwerken met de politieprocessen Crowdmanagement en Crowdcontrol, in die situaties dat
door schaarste aan vervoersmogelijkheden ordeproblemen verwacht kunnen worden bij de
verzamel-/opstappunten.
- M.b.t. (maatschappelijke) partners en m.b.t. zelfredzaamheid/zelfwerkzaamheid:
o samenwerken met vervoerders (o.a. spoor- en busvervoer en transportbedrijven);
o samenwerken met het Nederlandse Rode Kruis (met name m.b.t. speciaal vervoer en eventuele
begeleiding);
o samenwerking met Defensie;
o samenwerking met brancheorganisaties, instellingen en dergelijke. Voorbeelden zijn: land- en
tuinbouworganisaties en het betreffende ministerie m.b.t. verplaatsing van vee;
dierenasiel/dierenambulance m.b.t. verplaatsing van kleinere dieren; zorginstellingen m.b.t.
verplaatsing van minder- of niet-zelfredzame bewoners; bedrijven m.b.t. verplaatsing van hun
medewerkers;
o samenwerken met de bevolking m.b.t. onderlinge (buren)hulp.
Deze actoren dienen waar nodig gefaciliteerd en/of gestimuleerd en gecoördineerd te worden vanuit met name het
proces Verplaatsen mens en dier, in combinatie met Communicatie. Bovenstaande opsomming laat zien waarop de
samenwerking zich richt. Vaak valt de uitvoering van die activiteiten onder de verantwoordelijkheid en bevoegdheid
van die organisaties.
64
64
Omgevingszorg
Het functioneren van de taakorganisatie Omgevingszorg
Positionering van taakorganisatie in operationele hoofdstructuur
Doel van taakorganisatie
Voorzien in maatregelen t.b.v. een veilige en leefbare samenleving door de volgende drie operationele doelen:
- beperken van schadelijke effecten voor mens, dier en omgeving;
- beperken van economische schade;
- treffen van veiligheidsvoorzieningen om fysieke schade te beperken.
Randvoorwaarden/uitgangspunten van taakorganisatie
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling voor de
inzet van de taakorganisatie Omgevingszorg, die garandeert dat binnen 90 minuten na alarmering het proces
Omgevingszorg kan worden gecoördineerd en uitgevoerd7.
- De aanpak van de omgevingszorg wordt bepaald vanuit de drie operationele doelen.
- Omgevingszorg voorkomt of beperkt (vervolg)schade via een cyclisch proces van analyse advies aanpak
effectmeting.
- Omgevingszorg wordt ingezet wanneer milieu, veiligheid of schadebeperking dit vereist, ongeacht of er
sprake is van een multidisciplinaire opschaling.
- De taakorganisatie Omgevingszorg handelt ten tijde van crisis in opdracht van de Officier van Dienst –
Bevolkingszorg of de Algemeen Commandant Bevolkingszorg.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ draagt zorg voor het vakbekwaam zijn, worden en blijven van de
medewerkers omgevingszorg, met specifieke aandacht voor het functioneren in een crisissituatie.
- Er zijn voldoende hulpmiddelen ter beschikking.
- Er zijn schriftelijke samenwerkingsafspraken met samenwerkingspartners.
7 Mogelijk wordt deze bereikbaarheid en beschikbaarheid uitgevoerd door de Regionale Uitvoerings Dienst (RUD), voor wat betreft
milieubeheer en/of bouwbeheer.
65
65
Sturing en terugkoppeling binnen taakorganisatie
Sturing en terugkoppeling in GRIP 1-situaties:
In geval van kleinschalige multidisciplinaire inzetten (GRIP 1-incidenten) vindt de aansturing van de teamleider plaats
door de OvD – Bevolkingszorg. De teamleider stuurt op zijn beurt het betreffende team aan.
Sturing en terugkoppeling in GRIP 2-situaties en verder:
Vanaf GRIP 2-incidenten vindt de aansturing van de teamleider plaats door het hoofd van de taakorganisatie, die op
zijn beurt werkt op basis van het inzetverzoek (strategisch plan) van de Algemeen Commandant Bevolkingszorg. Het
hoofd van de taakorganisatie is in basis het hoofd van de taakorganisatie Publieke zorg. Indien de span of control te
groot wordt, wordt het hoofd taakorganisatie Omgevingszorg geactiveerd en vindt de aansturing via hem plaats8.
De teamleider stuurt het onder hem vallende team aan.
8 Voor de leesbaarheid is ervoor gekozen het hoofd taakorganisatie aan te duiden als ‘hoofd taakorganisatie Omgevingszorg’, ook
wanneer deze functie wordt ingevuld door het hoofd taakorganisatie Publieke zorg.
ACBz
HTo
Teamleider
Inzetverzoek (strategisch plan)
Inzetopdracht per proces
Inzetplan voor het proces
Voortgangs- en afwijkingsinformatie ter informatie
Inzetplan ter vaststelling
Beschikbare informatie, waaronder totaalbeeld
OvD-Bz
Teamleider
Inzetopdracht per proces
Inzetplan ter vaststelling
Beschikbare informatie, waaronder totaalbeeld
Inzetplan voor het proces
66
66
Sturing van taakorganisatie in multidisciplinair verband
De Algemeen Commandant Bevolkingszorg staat onder leiding van de operationeel leider.
Afstemming en samenwerking
- Monodisciplinair:
De taakorganisatie Omgevingszorg werkt op het niveau van de taakorganisatie samen met alle andere
taakorganisaties van Bevolkingszorg. Dit vindt plaats in het overleg van hoofden taakorganisatie.
- Multidisciplinair:
Afstemming: Er wordt via de Algemeen Commandant Bevolkingszorg multidisciplinair afgestemd met de
hulpdiensten en overige crisispartners die actief zijn op het gebied van omgevingszorg. Dit vindt plaats in het
regionaal operationeel team. Multidisciplinaire afstemming waarvoor geen besluit van het regionaal
operationeel team nodig is, kan door onderling contact tussen de secties plaatsvinden (via het HTo).
Daarnaast vindt multidisciplinaire afstemming plaats via de OvD-Bz in het CoPI.
Samenwerking: Er wordt via de teams, in het CoPI en eventueel in het ROT multidisciplinair in de uitvoering
samengewerkt met de hulpdiensten en overige crisispartners die actief zijn op het gebied van omgevingszorg.
Dit betreft onder andere RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu), Arbeidsinspectie, NVWA
(Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit), KLIC (Kabels Leidingen Informatie Centrum), AGS/RAGS
(adviseurs gevaarlijke stoffen), waterleidingbedrijven, waterschappen, rijksheren, uitvoeringsorganisaties en
bedrijfsleven.
67
67
Omgevingszorg
Proces: Milieubeheer
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Voorkomen en beperken van milieuschade door het geven van adviezen en het coördineren van maatregelen.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart9.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie en de teamleider van het
betreffende proces.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente zorgt voor toegang tot en ontsluiting van lokale geo- en milieu-informatie.
- De gemeente zorgt voor een regionale mandatering voor toezichthoudersfuncties.
- De gemeente zorgt voor een eenduidige mandatering voor bestuursdwang.
- De medewerkers omgevingszorg hebben voor de uitoefening van hun functie toegang tot de ramplocatie.
- De gemeente zorgt ervoor, dat de toegang tot de back office is geregeld.
9 Mogelijk wordt deze bereikbaarheid en beschikbaarheid uitgevoerd door de Regionale Uitvoerings Dienst (RUD).
68
68
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Voorbereiden milieubeheer
De teamleider Milieubeheer bereidt aan de hand van de inzetopdracht Milieubeheer het inzetplan Milieubeheer
voor
De inzetopdracht van het hoofd taakorganisatie Omgevingszorg of de OvD – Bevolkingszorg vraagt om de inzet van
milieubeheer. De teamleider Milieubeheer is de aangewezen verantwoordelijke voor de voorbereiding van dit
proces. Hiertoe maakt hij een inzetplan. De teamleider vormt zich een beeld van aard en omvang van het incident,
aan de hand van de opdracht en het totaalbeeld. Hij analyseert en vormt een oordeel over de wijze waarop het
doel van de opdracht gerealiseerd kan worden. Hij bepaalt de aanpak en maakt een inzetplan Milieubeheer. Daarbij
maakt hij gebruik van checklists. Op basis van het inzetplan vraagt hij, indien nodig, extra mensen en middelen aan.
Wanneer het plan past binnen de inzetopdracht en/of de opdrachtgever akkoord gaat met de aangepaste
inzetopdracht, kan de uitvoering starten.
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van het team Milieubeheer
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
- Inzetplan Milieubeheer
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Vertalen van de inzetopdracht in een inzetplan
Milieubeheer
TL MB
- Bepalen van de samenstelling en bezettingsgraad
van het team
TL MB
- Alarmeren van de medewerkers in het team TL MB
- Toewijzen van taken TL MB
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten, mensen
en middelen
TL MB
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL MB
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Veiligheidsinstructie medewerkers
- Checklists
- Afhandelscenario’s
- Beschikbaarheid van meteogegevens
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
69
69
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren milieubeheer
Het team Milieubeheer draagt zorg voor de uitvoering van milieubeheer, onder leiding van de teamleider
Milieubeheer
Aan de hand van het inzetplan Milieubeheer en het totaalbeeld worden de te treffen milieumaatregelen
gecoördineerd door de teamleider Milieubeheer. De teamleider draagt zorg voor de taakverdeling, continuïteit en
informatie-uitwisseling binnen het team en met de taakorganisatie. De teamleider stuurt de medewerkers aan en
stemt de operationele maatregelen periodiek af met de betrokken (keten)partners. Indien nodig geeft hij een
milieuadvies aan het proces Werk verdelen. De teamleider draagt zorg voor het (doen) uitvoeren van de
werkzaamheden. Er wordt informatie verstrekt over de voortgang van de uitvoering. Eventuele afwijkingen in de
uitvoering worden direct gemeld, zodat nieuwe besluiten kunnen worden genomen. Dit leidt tot aanpassing van de
inzetopdracht.
Indien nodig doet de teamleider bij het hoofd taakorganisatie Omgevingszorg een aanvraag voor extra mensen en
middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
Zodra de benodigde maatregelen zijn getroffen en er geen extra schadelijke gevolgen meer zijn voor het milieu,
wordt gestart met de afbouw van het proces als onderdeel van de crisisorganisatie.
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen). Zo nodig wordt de
uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en intensiteit van zo’n
eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan die evaluatie, in de
overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan het team Milieubeheer
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Vertalen inzetplan in concrete taken en acties TL MB
- Bewaken van de voortgang van het proces
Milieubeheer; waar nodig bijsturen
TL MB
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL MB
- Bewaken van de veiligheid en het welzijn van de
medewerkers in het team
TL MB
- Zo nodig zorg dragen voor het aanvragen van
extra mensen en middelen
TL MB
Kerntaak 3: Adviseren, informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
70
70
- Bepalen van de frequentie van de
voortgangsinformatie
TL MB
Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie
- Logboek
- Het hoofd taakorganisatie Omgevingszorg
adviseren/informeren over aanpak, voortgang,
productie en eventuele afwijkingen in de
procesuitvoering, mede ten behoeve van het
overleg in de stafsectie (communicatie en
informatie)
TL MB
- Zorgen dat binnen het team iedereen op de
hoogte is van voortgang, productie, prioriteiten
en effectiviteit
TL MB
- Afstemmen met de betrokkenen buiten het
team, o.a. teamleiders Ruimtebeheer en
Bouwbeheer, taakorganisatie Informatie en
taakorganisatie Ondersteuning
TL MB
- (Laten) bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL MB
Medewerkers
MB
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Milieubeheer
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
- (Laten) inventariseren, analyseren en
rapporteren m.b.t.:
o Aard en kenmerken verontreinigende
stoffen
o Aard en omvang bedrijven/
bewoners binnen bron- en effect-
gebied
o Kwaliteit compartimenten
o Milieuhygiënische bedreigingen
o Maatregelen voor beperken resp.
saneren milieuverontreiniging
o Relevant kaartmateriaal en/of
vergunningen bron- en effectgebied
o Liaisons en derden (waterschappen,
RIVM)
o Toezicht en handhaving
TL MB
Medewerkers
MB
(Keten)partners
- (Laten) beperken van de aard en omvang van de
verontreinigingen
TL MB
Medewerkers
MB
(Keten)partners
- (Laten) uitvoeren van de overige in het inzetplan
vastgestelde maatregelen m.b.t. het
daadwerkelijk zorgen voor handhaving kwaliteit
milieu of leefomgeving
TL MB
Medewerkers
MB
(Keten)partners
71
71
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
evaluatierapport
- Vaststellen uiteindelijke aard en omvang
verontreiniging, saneringsmaatregelen,
overtreder en aansprakelijkheid
TL MB
- Geven van een inhoudelijke overdracht (door de
teamleider aan het hoofd taakorganisatie), ten
behoeve van de nafase
TL MB
- Zo nodig op verzoek van het hoofd
taakorganisatie een bijdrage leveren aan de
evaluatie van de uitvoering van het proces, in de
overeengekomen (evaluatie)vorm
TL MB
- Zo nodig zorg (laten) dragen voor begeleiding en
(psychologische) nazorg van de ingezette
medewerkers
TL MB
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists
- Productinformatiebladen milieu
- Vergunningen
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- Toegang tot en gebruik van ICT en communicatiemiddelen
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau, tenzij anders geregeld. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden
via LCMS, telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Milieubeheer en proces Pers- en publieksvoorlichting:
- Het proces Milieubeheer levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over:
o het voorkomen en beperken van milieuschade door burgers en bedrijven;
o de door de overheid genomen of te nemen milieumaatregelen.
- Als bij de bevolking vragen leven over het milieuproces, dan kan het proces Milieubeheer zorg dragen voor
antwoorden voor bijvoorbeeld de Q&A’s, welke worden opgesteld en verspreid door het proces Pers- en
publieksvoorlichting.
Tussen proces Milieubeheer en proces Ruimtebeheer:
- Als sprake is van (dreigende) milieuschade in de openbare ruimte, dan kunnen door het team Ruimtebeheer
schadebeperkende maatregelen worden genomen. Vanuit het proces Milieubeheer kan een deskundige
advies geven over de te nemen (schadebeperkende) milieumaatregelen in de openbare ruimte.
72
72
Tussen proces Milieubeheer en proces Bouwbeheer:
- Als sprake is van (dreigend) vrijkomen van gevaarlijke stoffen (o.a. asbest), dan zal afstemming plaatsvinden
tussen de teamleider Milieubeheer en de teamleider Bouwbeheer over de te nemen (schadebeperkende)
maatregelen t.a.v. gebouwen.
Tussen proces Milieubeheer en proces Bestuurs- en managementondersteuning:
- Het proces Bestuurs- en managementondersteuning kan juridische ondersteuning bieden met betrekking tot
het proces Milieubeheer, bijvoorbeeld aangaande het inzetten van handhavende bevoegdheden en/of
noodbevoegdheden.
Tussen proces Milieubeheer en proces Preparatie nafase:
- Het proces Preparatie nafase ondersteunt de overdracht van de crisisorganisatie naar de projectorganisatie
Nafase. Lopen na afschaling nog taken en/of werkzaamheden van de crisisorganisatie door (vanuit het proces
Milieubeheer), dan worden deze uitgevoerd door de nafase-organisatie.
Tussen proces Milieubeheer en proces Registratie schade:
- Bij schade ten aanzien van het milieu kan registratie daarvan plaatsvinden door het team Registratie schade.
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Multidisciplinaire afstemming:
De procesbewaking van de activiteiten van milieubeheer heeft vooral te maken met:
- de gevolgen van bron- en effectbestrijding;
- eventuele ontsmettingsactiviteiten;
- toegankelijk maken en opruimen van het rampterrein;
- de gevolgen van de schade;
- indien van toepassing: (acuut) waarschuwen van de bevolking.
Ook kan er een relatie zijn met volksgezondheid en de preventieve geneeskundige hulpverleningsketen.
Communicatie naar alle betrokkenen is essentieel. Milieu-incidenten hebben in de regel een intensief nazorgtraject,
vooral in strafrechtelijke en financiële zin.
Multidisciplinaire samenwerking in de uitvoering:
Er wordt multidisciplinair in de uitvoering samengewerkt met de hulpdiensten en overige partners die actief zijn op
het gebied van milieubeheer. Hierbij kan worden gedacht aan provinciale diensten en rijksdiensten, en ook aan
particuliere organisaties (al dan niet als uitvoering van de dagdagelijkse activiteiten en/of via
waakvlamovereenkomsten). Afhankelijk van het incident betreft dit onder andere RIVM, Arbeidsinspectie, NVWA,
KLIC, AGS/RAGS, waterleidingbedrijven, waterschappen, rijksheren, uitvoeringsorganisaties en bedrijfsleven.
73
73
Omgevingszorg
Proces: Ruimtebeheer
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Voorkomen en beperken van schade aan de openbare ruimte door het geven van adviezen, het coördineren van maatregelen en het inzetten van personele en materiële ondersteuning. Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie en de teamleider van het
betreffende proces.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente zorgt voor toegang tot en ontsluiting van lokale geo-informatie, bijvoorbeeld met betrekking
tot kabels, leidingen en rioolstelsels.
- De medewerkers omgevingszorg hebben voor de uitoefening van hun functie toegang tot de ramplocatie.
- De gemeente zorgt ervoor, dat de toegang tot de back office is geregeld.
74
74
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Voorbereiden ruimtebeheer
De teamleider Ruimtebeheer bereidt aan de hand van de inzetopdracht Ruimtebeheer het inzetplan Ruimtebeheer
voor
De inzetopdracht van het hoofd taakorganisatie Omgevingszorg of de OvD – Bevolkingszorg vraagt om de inzet van
ruimtebeheer. De teamleider Ruimtebeheer is de aangewezen verantwoordelijke voor de voorbereiding van dit
proces. Hiertoe maakt hij een inzetplan. De teamleider vormt zich een beeld van aard en omvang van het incident,
aan de hand van de opdracht en het totaalbeeld. Hij analyseert en vormt een oordeel over de wijze waarop het
doel van de opdracht gerealiseerd kan worden. Hij bepaalt de aanpak en maakt een inzetplan Ruimtebeheer.
Daarbij maakt hij gebruik van checklists. Op basis van het inzetplan vraagt hij, indien nodig, extra mensen en
middelen aan. Wanneer het plan past binnen de inzetopdracht en/of de opdrachtgever akkoord gaat met de
aangepaste inzetopdracht, kan de uitvoering starten.
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van het team Ruimtebeheer
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
- Inzetplan Ruimtebeheer
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Vertalen van de inzetopdracht in een inzetplan
Ruimtebeheer
TL RB
- Bepalen van de samenstelling en bezettingsgraad
van het team
TL RB
- Alarmeren van de medewerkers in het team TL RB
- Toewijzen van taken TL RB
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten, mensen
en middelen
TL RB
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL RB
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Veiligheidsinstructie voor medewerkers
- Checklists, o.a. checklist Ruimtebeheer
- Afhandelscenario’s
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
75
75
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren ruimtebeheer
Het team Ruimtebeheer draagt zorg voor de uitvoering van ruimtebeheer, onder leiding van de teamleider
Ruimtebeheer
Aan de hand van het inzetplan Ruimtebeheer en het totaalbeeld worden de te treffen maatregelen gecoördineerd
door de teamleider Ruimtebeheer. De teamleider draagt zorg voor de taakverdeling, continuïteit en informatie-
uitwisseling binnen het team en met de taakorganisatie. De teamleider stemt de operationele maatregelen periodiek
af met de betrokken (keten)partners. Indien nodig geeft hij een advies aan het proces Werk verdelen. De teamleider
draagt zorg voor het (doen) uitvoeren van de werkzaamheden. Er wordt informatie verstrekt over de voortgang van
de uitvoering. Eventuele afwijkingen in de uitvoering worden direct gemeld, zodat nieuwe besluiten kunnen worden
genomen. Dit leidt tot aanpassing van de inzetopdracht.
Indien nodig doet de teamleider bij het hoofd taakorganisatie Omgevingszorg een aanvraag voor extra mensen en
middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
Zodra de benodigde maatregelen zijn getroffen en er geen extra schadelijke gevolgen meer zijn voor de openbare
ruimte, wordt gestart met de afbouw van het proces als onderdeel van de crisisorganisatie.
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Zo nodig wordt de uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en
intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan
die evaluatie, in de overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan het team Ruimtebeheer
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Vertalen inzetplan in concrete taken en acties TL RB
- Bewaken van de voortgang van het proces
Ruimtebeheer; waar nodig bijsturen
TL RB
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL RB
- Bewaken van de veiligheid en het welzijn van de
medewerkers in het team
TL RB
- Zo nodig zorg dragen voor het aanvragen van
extra mensen en middelen
TL RB
Kerntaak 3: Adviseren, informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
- Bepalen van de frequentie van de TL RB
76
76
voortgangsinformatie Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie
- Logboek
- Het hoofd taakorganisatie Omgevingszorg
adviseren/informeren over aanpak, voortgang,
productie en eventuele afwijkingen in de
procesuitvoering, mede t.b.v. het overleg in de
stafsectie (communicatie en informatie)
TL RB
- Zorgen dat binnen het team iedereen op de
hoogte is van voortgang, productie, prioriteiten
en effectiviteit
TL RB
- Afstemmen met de betrokkenen buiten het
team, o.a. teamleiders Milieubeheer en
Bouwbeheer, taakorganisatie Informatie en
taakorganisatie Ondersteuning
TL RB
- (Laten) bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL RB
Medewerkers RB
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Ruimtebeheer
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
- (Laten) inventariseren, analyseren en
rapporteren m.b.t.:
o Ondergrondse en bovengrondse
infrastructuur (wegen, kabels, leidingen,
riool etc.)
o Maatregelen voor beperken schade
resp. saneren infrastructuur
o Liaisons en derden (waterschappen,
netwerkbeheerders)
TL RB
Medewerkers RB
(Keten)partners
- (Laten) beperken van de aard en omvang van de
schade aan de infrastructuur
TL RB
Medewerkers RB
(Keten)partners
- (Laten) uitvoeren van de overige in het inzetplan
vastgestelde maatregelen, door te faciliteren in
mensen en materieel (denk aan bijvoorbeeld
verkeersregelaars, wegafzettingen, grondverzet
en logistiek)
TL RB
Medewerkers RB
(Keten)partners
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
evaluatierapport - Vaststellen uiteindelijke aard en omvang schade,
saneringsmaatregelen, overtreder en eventuele
aansprakelijkheid
TL RB
- Geven van een inhoudelijke overdracht (door de
teamleider aan het hoofd taakorganisatie), ten
behoeve van de nafase
TL RB
- Zo nodig op verzoek van het hoofd
taakorganisatie een bijdrage leveren aan de
TL RB
77
77
evaluatie van de uitvoering van het proces, in de
overeengekomen (evaluatie)vorm
- Zo nodig zorg (laten) dragen voor begeleiding en
(psychologische) nazorg van de ingezette
medewerkers
TL RB
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists
- Productinformatiebladen ruimtebeheer (KLIC)
- Vergunningen
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- Toegang tot en gebruik van ICT en communicatiemiddelen
- Inzet specifiek materieel (gemeentelijk en/of van derden)
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau, tenzij anders geregeld. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden
via LCMS, telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Ruimtebeheer en proces Pers- en publieksvoorlichting:
- Het proces Ruimtebeheer levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over:
o het voorkomen en beperken van schade aan de openbare ruimte;
o de door de overheid genomen of te nemen maatregelen.
- Als bij de bevolking vragen leven over het ruimteproces (bijvoorbeeld over het afsluiten van wegen), dan kan
het proces Ruimtebeheer zorg dragen voor antwoorden voor bijvoorbeeld de Q&A’s, welke worden
opgesteld en verspreid door het proces Pers- en publieksvoorlichting.
Tussen proces Ruimtebeheer en proces Voorzien in primaire levensbehoeften:
- Het proces Ruimtebeheer kan ondersteuning leveren aan het proces Voorzien in primaire levensbehoeften bij
het inrichten van een distributiepunt, bijvoorbeeld door het zorg dragen voor dranghekken of bewaking.
Tussen proces Ruimtebeheer en proces Milieubeheer:
- Als sprake is van (dreigende) milieuschade in de openbare ruimte, dan kunnen door het team Ruimtebeheer
schadebeperkende maatregelen worden genomen. Vanuit het proces Milieubeheer kan een deskundige
advies geven over de te nemen (schadebeperkende) milieumaatregelen in de openbare ruimte.
Tussen proces Ruimtebeheer en proces Bouwbeheer:
- Bij (dreiging van) schade aan gebouwen, kan het proces Ruimtebeheer ondersteuning leveren aan het proces
Bouwbeheer bij het afzetten en afschermen van het betreffende gebouw.
78
78
Tussen proces Ruimtebeheer en proces Preparatie nafase:
- Het proces Preparatie nafase ondersteunt de overdracht van de crisisorganisatie naar de projectorganisatie
Nafase. Lopen na afschaling nog taken en/of werkzaamheden van de crisisorganisatie door (vanuit het proces
Ruimtebeheer), dan worden deze uitgevoerd door de nafase-organisatie.
Tussen proces Ruimtebeheer en proces Registratie schade:
- Bij schade ten aanzien van de openbare ruimte kan registratie daarvan plaatsvinden door het team
Registratie schade.
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Multidisciplinaire afstemming:
De procesbewaking van de activiteiten van ruimtebeheer heeft vooral te maken met:
- bron- en effectbestrijding;
- afzetten van het rampterrein;
- inzichtelijk maken van het ondergrondse leidingnetwerk;
- connecties met nutsbedrijven en gespecialiseerde grondaannemers;
- indien van toepassing: (acuut) waarschuwen van de bevolking.
Multidisciplinaire samenwerking in de uitvoering:
Er wordt multidisciplinair in de uitvoering samengewerkt met de hulpdiensten en overige partners die actief zijn op
het gebied van ruimtebeheer. Hierbij kan worden gedacht aan voornamelijk particuliere organisaties die actief zijn op
dit terrein (al dan niet als uitvoering van de dagdagelijkse activiteiten en/of via waakvlamovereenkomsten).
Afhankelijk van het incident betreft dit onder andere RIVM, Arbeidsinspectie, NVWA, KLIC, AGS/RAGS,
waterleidingbedrijven, waterschappen, rijksheren, uitvoeringsorganisaties en bedrijfsleven.
79
79
Omgevingszorg
Proces: Bouwbeheer
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Voorkomen en beperken van vervolgschade door het geven van adviezen en het coördineren van maatregelen.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart10
.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie en de teamleider van het
betreffende proces.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente zorgt voor toegang tot en ontsluiting van informatie over bouwvergunningen en constructieve
veiligheid.
- De gemeente zorgt voor een regionale mandatering voor toezichthoudersfuncties.
- De gemeente zorgt voor een eenduidige mandatering voor bestuursdwang.
- De medewerkers omgevingszorg hebben voor de uitoefening van hun functie toegang tot de ramplocatie.
- De gemeente zorgt ervoor, dat de toegang tot de back office is geregeld.
10
Mogelijk wordt deze bereikbaarheid en beschikbaarheid uitgevoerd door de Regionale Uitvoerings Dienst (RUD).
80
80
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Voorbereiden bouwbeheer
De teamleider Bouwbeheer bereidt aan de hand van de inzetopdracht Bouwbeheer het inzetplan Bouwbeheer
voor
De inzetopdracht van het hoofd taakorganisatie Omgevingszorg of de OvD – Bevolkingszorg vraagt om de inzet van
Bouwbeheer. De teamleider Bouwbeheer is de aangewezen verantwoordelijke voor de voorbereiding van dit
proces. Hiertoe maakt hij een inzetplan. De teamleider vormt zich een beeld van aard en omvang van het incident,
aan de hand van de opdracht en het totaalbeeld. Hij analyseert en vormt een oordeel over de wijze waarop het
doel van de opdracht gerealiseerd kan worden. Hij bepaalt de aanpak en maakt een inzetplan Bouwbeheer. Daarbij
maakt hij gebruik van checklists. Op basis van het inzetplan vraagt hij, indien nodig, extra mensen en middelen aan.
Wanneer het plan past binnen de inzetopdracht en/of de opdrachtgever akkoord gaat met de aangepaste
inzetopdracht, kan de uitvoering starten.
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van het team Bouwbeheer
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
- Inzetplan Bouwbeheer
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Vertalen van de inzetopdracht in een inzetplan
Bouwbeheer
TL BB
- Bepalen van de samenstelling en bezettingsgraad
van het team
TL BB
- Alarmeren van de medewerkers in het team TL BB
- Toewijzen van taken TL BB
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten, mensen
en middelen
TL BB
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL BB
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Veiligheidsinstructie voor medewerkers
- Checklists, o.a. checklist Bouwbeheer
- Afhandelscenario’s
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
81
81
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren bouwbeheer
Het team Bouwbeheer draagt zorg voor de uitvoering van bouwbeheer, onder leiding van de teamleider
Bouwbeheer
Aan de hand van het inzetplan Bouwbeheer en het totaalbeeld worden de te treffen maatregelen gecoördineerd
door de teamleider Bouwbeheer. De teamleider draagt zorg voor de taakverdeling, continuïteit en informatie-
uitwisseling binnen het team en met de taakorganisatie. De teamleider stemt de operationele maatregelen periodiek
af met de betrokken (keten)partners. Indien nodig geeft hij een advies aan het proces Werk verdelen. De teamleider
draagt zorg voor het (doen) uitvoeren van de werkzaamheden. Er wordt informatie verstrekt over de voortgang van
de uitvoering. Eventuele afwijkingen in de uitvoering worden direct gemeld, zodat nieuwe besluiten kunnen worden
genomen. Dit leidt tot aanpassing van de inzetopdracht.
Indien nodig doet de teamleider bij het hoofd taakorganisatie Omgevingszorg een aanvraag voor extra mensen en
middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
Zodra de benodigde maatregelen zijn getroffen en er geen extra schadelijke gevolgen meer zijn op het vlak van
bouwbeheer, wordt gestart met de afbouw van het proces als onderdeel van de crisisorganisatie.
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Zo nodig wordt de uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en
intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan
die evaluatie, in de overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan het team Bouwbeheer
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Vertalen inzetplan in concrete taken en acties TL BB
- Bewaken van de voortgang van het proces
Bouwbeheer; waar nodig bijsturen
TL BB
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL BB
- Bewaken van de veiligheid en het welzijn van de
medewerkers in het team
TL BB
- Zo nodig zorg dragen voor het aanvragen van
extra mensen en middelen
TL BB
Kerntaak 3: Adviseren, informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Bepalen van de frequentie van de
voortgangsinformatie
TL BB
82
82
- Het hoofd taakorganisatie Omgevingszorg
adviseren/informeren over aanpak, voortgang,
productie en eventuele afwijkingen in de
procesuitvoering, mede t.b.v. het overleg in de
stafsectie (communicatie en informatie)
TL BB - Voortgangs- en
afwijkingsinformatie
- Logboek
- Zorgen dat binnen het team iedereen op de
hoogte is van voortgang, productie, prioriteiten
en effectiviteit
TL BB
- Afstemmen met de betrokkenen buiten het
team, o.a. teamleiders Milieubeheer en
Ruimtebeheer, taakorganisatie Informatie en
taakorganisatie Ondersteuning
TL BB
- (Laten) bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL BB
Medewerkers BB
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Bouwbeheer
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
- (Laten) inventariseren, analyseren en
rapporteren m.b.t.:
o constructieve veiligheid van
bouwwerken
o aanwezigheid van asbest
TL BB
Medewerkers BB
(Keten)partners
- (Laten) beperken van de aard en omvang van
verontreinigingen, indien asbest wordt
aangetroffen
TL BB
Medewerkers BB
(Keten)partners
- Gebruiksbeperking (laten) opleggen en/of veilig
(laten) stellen of slopen van de constructie
TL BB
Medewerkers BB
(Keten)partners
- (Laten) uitvoeren van eventuele overige in het
inzetplan vastgestelde maatregelen
TL BB
Medewerkers BB
(Keten)partners
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
evaluatierapport
- Vaststellen uiteindelijke aard en omvang
eventuele asbestverontreiniging en
saneringsmaatregelen
TL BB
- Geven van een inhoudelijke overdracht (door de
teamleider aan het hoofd taakorganisatie), ten
behoeve van de nafase
TL BB
- Zo nodig op verzoek van het hoofd
taakorganisatie een bijdrage leveren aan de
evaluatie van de uitvoering van het proces, in de
overeengekomen (evaluatie)vorm
TL BB
- Zo nodig zorg (laten) dragen voor begeleiding en
(psychologische) nazorg van de ingezette
TL BB
83
83
medewerkers
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists
- Vergunningen
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- Toegang tot en gebruik van ICT en communicatiemiddelen
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau, tenzij anders geregeld. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden
via LCMS, telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Bouwbeheer en proces Pers- en publieksvoorlichting:
- Het proces Bouwbeheer levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over:
o het voorkomen en beperken van vervolgschade aan gebouwen;
o de door de overheid genomen of te nemen maatregelen.
- Als bij de bevolking vragen leven over het bouwproces (bijvoorbeeld de toegankelijkheid van gebouwen), dan
kan het proces Bouwbeheer zorg dragen voor antwoorden voor bijvoorbeeld de Q&A’s, welke worden
opgesteld en verspreid door het proces Pers- en publieksvoorlichting.
Tussen proces Bouwbeheer en proces Milieubeheer:
- Als sprake is van (dreigend) vrijkomen van gevaarlijke stoffen (o.a. asbest), dan zal afstemming plaatsvinden
tussen de teamleider Milieubeheer en de teamleider Bouwbeheer over de te nemen (schadebeperkende)
maatregelen t.a.v. gebouwen.
Tussen proces Bouwbeheer en proces Ruimtebeheer:
- Bij (dreiging van) schade aan gebouwen, kan het proces Ruimtebeheer ondersteuning leveren aan het proces
Bouwbeheer bij het afzetten en afschermen van het betreffende gebouw.
Tussen proces Bouwbeheer en proces Bestuurs- en managementondersteuning:
- Het proces Bestuurs- en managementondersteuning kan juridische ondersteuning bieden met betrekking tot
het proces Bouwbeheer, bijvoorbeeld aangaande het inzetten van handhavende bevoegdheden en/of
noodbevoegdheden.
Tussen proces Bouwbeheer en proces Preparatie nafase:
- Het proces Preparatie nafase ondersteunt de overdracht van de crisisorganisatie naar de projectorganisatie
Nafase. Lopen na afschaling nog taken en/of werkzaamheden van de crisisorganisatie door (vanuit het proces
Bouwbeheer), dan worden deze uitgevoerd door de nafase-organisatie.
84
84
Tussen proces Bouwbeheer en proces Registratie schade:
- Bij schade ten aanzien van gebouwen kan registratie daarvan plaatsvinden door het team Registratie schade.
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Multidisciplinaire afstemming:
De procesbewaking van de activiteiten van bouwbeheer heeft vooral te maken met:
- bronbestrijding;
- beoordelen van de veiligheid van gebouwen/constructies op het rampterrein;
- inzage geven in de voor gebouwen/constructies verstrekte vergunningen;
- treffen van tijdelijke maatregelen;
- indien van toepassing: (acuut) waarschuwen van de bevolking.
Multidisciplinaire samenwerking in de uitvoering:
Er wordt multidisciplinair in de uitvoering samengewerkt met de hulpdiensten en overige partners die actief zijn op
het gebied van bouwbeheer. Dit betreft o.a.:
- OvD – Brandweer;
- OvD – Politie;
- aannemers en constructeurs, waarmee in de regel ook dagdagelijks zaken worden gedaan via
dienstverleningsovereenkomsten.
85
85
Ondersteuning
Het functioneren van de taakorganisatie Ondersteuning
Positionering van taakorganisatie in operationele hoofdstructuur
Doel van taakorganisatie
De taakorganisatie Ondersteuning omvat de processen Bestuurs- en managementondersteuning en Preparatie
Nafase. Het hoofd van de taakorganisatie draagt zorg voor deze processen. Beide processen zijn zodanig verschillend,
dat niet één omvattend doel op het niveau van de taakorganisatie Ondersteuning kan worden aangegeven.
Randvoorwaarden/uitgangspunten van taakorganisatie
Beide processen (Bestuurs- en managementondersteuning en Preparatie nafase) zijn zodanig verschillend, dat er geen
algemeen geldende randvoorwaarden/uitgangspunten op het niveau van de taakorganisatie Ondersteuning kunnen
worden aangegeven.
Sturing en terugkoppeling binnen taakorganisatie
Sturing en terugkoppeling in GRIP 1-situaties:
In geval van kleinschalige multidisciplinaire inzetten (GRIP 1-incidenten) vindt de aansturing van de teamleider plaats
door de OvD – Bevolkingszorg. De teamleider stuurt op zijn beurt het betreffende team aan.
OvD-Bz
Teamleider
Inzetopdracht per proces
Inzetplan ter vaststelling
Beschikbare informatie, waaronder totaalbeeld
Inzetplan voor het proces
86
86
Sturing en terugkoppeling in GRIP 2-situaties en verder:
Vanaf GRIP 2-incidenten vindt de aansturing van de teamleider plaats door het hoofd van de taakorganisatie, die op
zijn beurt werkt op basis van het inzetverzoek (strategisch plan) van de Algemeen Commandant Bevolkingszorg. De
teamleider stuurt het onder hem vallende team aan.
Sturing van taakorganisatie in multidisciplinair verband
De Algemeen Commandant Bevolkingszorg staat onder leiding van de operationeel leider.
Afstemming en samenwerking
- Monodisciplinair:
o De taakorganisatie Ondersteuning werkt op het niveau van de taakorganisatie samen met alle
andere taakorganisaties van Bevolkingszorg. Dit vindt plaats in het overleg van hoofden
taakorganisatie.
o De back office Ondersteuning kan alle processen ondersteunen bij het regelen van extra mensen en
middelen.
- Multidisciplinair:
Afstemming: Er wordt via de Algemeen Commandant Bevolkingszorg multidisciplinair afgestemd met de
hulpdiensten en overige crisispartners die actief zijn op het gebied van ondersteuning. Dit vindt plaats in het
regionaal operationeel team. Multidisciplinaire afstemming waarvoor geen besluit van het regionaal
operationeel team nodig is, kan door onderling contact tussen de secties plaatsvinden (via het HTo).
Daarnaast vindt multidisciplinaire afstemming plaats via de OvD-Bz in het CoPI.
Samenwerking: Er wordt via de teams, in het CoPI en eventueel in het ROT multidisciplinair in de uitvoering
samengewerkt met hulpdiensten, crisispartners en overige relevante betrokkenen partijen, deels ook buiten
de crisisorganisatie (zie verder de uitwerking bij de processen).
ACBz
HTo
Teamleider
Inzetverzoek (strategisch plan)
Inzetopdracht per proces
Inzetplan voor het proces
Voortgangs- en afwijkingsinformatie ter informatie
Inzetplan ter vaststelling
Beschikbare informatie, waaronder totaalbeeld
87
87
Ondersteuning
Proces: Bestuurs- en managementondersteuning
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Het adequaat ondersteunen van het (regionaal) beleidsteam op inhoudelijk gebied:
- juridische zaken;
- financiële zaken;
- protocollaire zaken;
- representatieve zaken;
- kabinetszaken.
Het adequaat ondersteunen van het (regionaal) beleidsteam en het team Bevolkingszorg op beheersmatig gebied:
- telefonie;
- verslaglegging;
- ICT;
- facilitaire zaken.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De medewerkers van het proces hebben toegang tot en kennis van de (geautomatiseerde) systemen die
benodigd zijn om hun taken uit te voeren.
- De medewerkers van het proces hebben ervaring in de taken die hen opgedragen worden.
- De medewerkers van het proces zijn bekend met de werkwijze van de gemeente waar zij ondersteuning
bieden.
88
88
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Voorbereiden bestuurs- en managementondersteuning
De teamleider Bestuurs- en managementondersteuning bereidt aan de hand van de inzetopdracht Bestuurs- en
managementondersteuning het inzetplan Bestuurs- en managementondersteuning voor
De inzetopdracht vraagt om de inzet van Bestuurs- en managementondersteuning. De teamleider Bestuurs- en
managementondersteuning is de aangewezen verantwoordelijke voor de operationele voorbereiding van dit proces.
Hiertoe maakt hij een inzetplan. De teamleider Bestuurs- en managementondersteuning vormt zich een beeld van
aard en omvang van het incident, aan de hand van de opdracht en het totaalbeeld. Daarnaast is het van belang een
beeld te krijgen van de vragende partij. Dit kan het GBT/RBT zijn, maar ook het team Bevolkingszorg.
Op basis van deze beeldvorming bepaalt de teamleider hoe de advisering en ondersteuning op het gebied van onder
andere juridische zaken (bijvoorbeeld noodverordeningen of mate van aansprakelijkheid), financiële zaken,
protocollaire zaken en/of beheersmatige zaken wordt vormgegeven en zet hij opdrachten uit binnen het team.
Hierbij maakt hij gebruik van de taakkaarten en plannen die al in de voorbereidingsfase zijn gemaakt. Afhankelijk van
de aard van het incident en het aantal benodigde mensen, doet hij een aanvraag voor extra mensen en middelen.
Hij legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van het team Bestuurs- en managementondersteuning
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
- Inzetplan Bestuurs- en
managementonder-
steuning
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Vertalen van de inzetopdracht in een inzetplan
Bestuurs- en managementondersteuning
TL BMO
- Bepalen van de samenstelling en bezettingsgraad
van het team
TL BMO
- Alarmeren van de medewerkers in het team TL BMO
- Toewijzen van taken TL BMO
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten, mensen
en middelen
TL BMO
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL BMO
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten hoofd taakorganisatie Ondersteuning en teamleider Bestuurs- en managementondersteuning
- Checklists/formats
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
89
89
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren bestuurs- en managementondersteuning
Het team Bestuurs- en managementondersteuning voert de bestuurs- en managementondersteuning uit, onder
leiding van de teamleider Bestuurs- en managementondersteuning
Aan de hand van het inzetplan (inclusief opdrachten) worden mensen en middelen verworven en locatie(s) ingericht.
Het team Bestuurs- en managementondersteuning draagt er zorg voor dat de activiteiten worden uitgevoerd. Er
wordt informatie verstrekt over de voortgang van de uitvoering. Eventuele afwijkingen in de uitvoering worden
medegedeeld aan het hoofd taakorganisatie Ondersteuning, zodat nieuwe besluiten kunnen worden genomen.
Zodra het advies (bijvoorbeeld een advies/voorstel op juridisch, financieel of protocollair gebied, een concept-
noodverordening/-noodbevel of een advies/voorstel op het gebied van de openbare orde) gereed is, wordt dit via het
hoofd taakorganisatie Ondersteuning door de ACBz ingebracht in het ROT. Indien het ROT akkoord is, wordt aan het
(R)BT een besluit gevraagd. Daarna kan uitvoering worden gegeven aan de activiteiten. Deze worden door de
operationeel leider binnen het ROT weggezet.
De teamleider Bestuurs- en managementondersteuning draagt zorg voor de taakverdeling, continuïteit en
informatie-uitwisseling binnen het team en met de taakorganisatie. Indien nodig doet de teamleider bij het hoofd
taakorganisatie Ondersteuning een aanvraag voor extra mensen en middelen, boven de beschikbare capaciteiten
en mogelijkheden.
Na beëindiging van de activiteiten wordt gestart met de afbouw van het proces of vindt een doorstart plaats in de
nafase (zie het proces Preparatie nafase).
De teamleider legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Zo nodig wordt de uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en
intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan
die evaluatie, in de overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan het team Bestuurs- en management-
ondersteuning bij het proces Bestuurs- en managementondersteuning
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Vertalen inzetplan in concrete taken en acties TL BMO
- Bewaken van de voortgang van het proces
Bestuurs- en managementondersteuning; waar
nodig bijsturen
TL BMO
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL BMO
90
90
- Bewaken van het welzijn van de medewerkers in
het team, met name zorg dragen voor een tijdige
aflossing
TL BMO
- Zo nodig zorg dragen voor het aanvragen van
extra mensen en middelen
TL BMO
Kerntaak 3: Informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie
- Logboek
- Het hoofd taakorganisatie Ondersteuning
informeren over voortgang, productie en
eventuele afwijkingen in de procesuitvoering
TL BMO
- Zorgen dat binnen het team iedereen op de
hoogte is van voortgang, productie, prioriteiten
en effectiviteit
TL BmO
- Afstemmen met de betrokkenen buiten het team TL BMO
Medewerkers
BMO
- (Laten) bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL BMO
Medewerkers
BMO
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Bestuurs- en
managementondersteuning
Op te splitsen in:
Kerntaak 4a: Maken van een plan van aanpak voor uitvoering van het
proces Bestuurs- en managementondersteuning
Kerntaak 4b: Faciliteren van de crisisteams
Kerntaak 4c: Adviseren aan GBT/RBT
Kerntaak 4a: Maken van een plan van aanpak voor uitvoering van het proces
Bestuurs- en managementondersteuning
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Tussenproduct(en) als output:
- Plan van aanpak voor
uitvoering proces Bestuurs-
en managementonder-
steuning
- Maken van een globale analyse van het
totaalbeeld en de bestuurlijke/
financiële/juridische omgeving
Medewerkers
BMO
- Vertalen van de informatie naar een concreet
plan van aanpak voor uitvoering van het proces
Bestuurs- en managementondersteuning
Medewerkers
BMO
Kerntaak 4b: Faciliteren van de crisisteams
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Tussenproduct(en) als output:
- Inventariseren behoefte crisisteams TL BMO
- Maken van een plan van aanpak voor de inzet
van personeel en faciliteiten
TL BMO
91
91
- Zorg dragen voor extra mensen en middelen TL BMO - Plan van aanpak voor inzet
personeel en faciliteiten
Kerntaak 4c: Adviseren aan GBT/RBT
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
En daarnaast tevens de volgende
tussenproducten als input:
- Plan van aanpak voor
uitvoering proces Bestuurs-
en managementonder-
steuning
- Plan van aanpak voor inzet
personeel en faciliteiten
Informatieproduct(en) als output:
- Advies (aan GBT/RBT)
- Monitoren van de geldstromen TL BMO of
medewerker(s)
BMO met deze
specifieke taak
- Afstemming zoeken met de (externe)
crisispartners en de getroffen gemeente(n)
TL BMO of
medewerker(s)
BMO met deze
specifieke taak
- Producten maken/opleveren, bijvoorbeeld
noodverordening
TL BMO of
medewerker(s)
BMO met deze
specifieke taak
- Maken van het advies voor GBT/RBT.
Bijvoorbeeld een advies/voorstel op juridisch,
financieel of protocollair gebied, een concept-
noodverordening/-noodbevel of een
advies/voorstel op het gebied van de openbare
orde
TL BMO of
medewerker(s)
BMO met deze
specifieke taak
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
evaluatierapport
- Geven van een inhoudelijke overdracht (door de
teamleider aan het hoofd taakorganisatie), ten
behoeve van de nafase
TL BMO
- Zo nodig op verzoek van het hoofd
taakorganisatie een bijdrage leveren aan de
evaluatie van de uitvoering van het proces, in de
overeengekomen (evaluatie)vorm
TL BMO
- Zo nodig zorg (laten) dragen voor begeleiding en
(psychologische) nazorg van de ingezette
medewerkers
TL BMO
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten voor:
o hoofd taakorganisatie Ondersteuning
o teamleider BMO
o juridisch bestuursadviseur
o financieel bestuursadviseur
o protocollair bestuursadviseur
- Checklists:
o lijst met regionale experts op het gebied van juridische, financiële en protocollaire ondersteuning
o checklists bestuurlijk-juridische activiteiten
92
92
- Formats voor:
o noodverordeningen/noodbevelen
o financieel overzicht
- Alarmeringslijst team BMO
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau, tenzij anders geregeld. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden
via LCMS, telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Bestuurs- en managementondersteuning en proces Pers- en publieksvoorlichting:
- Het proces Bestuurs- en managementondersteuning levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting
informatie over bijvoorbeeld noodverordeningen, noodbevelen en overige bestuurlijke zaken die van belang
zijn voor de te volgen gedragslijn door het publiek (schadebeperking).
- Deze informatie wordt door het proces Pers- en publieksvoorlichting verwerkt in pers- en publieksberichten
en verspreid via beschikbare of aangewezen communicatiemiddelen.
Tussen proces Bestuurs- en managementondersteuning en proces Opvang:
- Als er bv. hoogwaardigheidsbekleders naar de opvanglocatie komen, dan kan vanuit het team Bestuurs- en
managementondersteuning protocollaire ondersteuning en advies komen aan de teamleider Opvang.
Tussen proces Bestuurs- en managementondersteuning en proces Voorzien in primaire levensbehoeften:
- Het proces Bestuurs- en managementondersteuning kan juridische ondersteuning leveren bij de uitvoering
van het proces Voorzien in primaire levensbehoeften. Dit betreft bijvoorbeeld het opstellen van noodbevelen
en noodverordeningen, maar ook het leveren van algemene juridische kennis over wetgeving op dit punt.
Tussen proces Bestuurs- en managementondersteuning en proces Bijzondere uitvaartzorg:
- Het proces Bestuurs- en managementondersteuning kan het bevoegd gezag ondersteunen in geval van
herdenkingsdiensten en stille tochten, bijvoorbeeld door het opstellen van een noodverordening/noodbevel
of bij protocollaire zaken.
Tussen proces Bestuurs- en managementondersteuning en proces Verplaatsen mens en dier:
- Bij een evacuatie kan een noodverordening worden afgekondigd, om mensen te gelasten een bepaald gebied
te verlaten (geen verplichting om het huis te verlaten). Het proces Bestuurs- en managementondersteuning
kan een dergelijke noodverordening opstellen voor het proces Verplaatsen mens en dier.
Tussen proces Bestuurs- en managementondersteuning en proces Milieubeheer:
- Het proces Bestuurs- en managementondersteuning kan juridische ondersteuning bieden met betrekking tot
het proces Milieubeheer, bijvoorbeeld aangaande het inzetten van handhavende bevoegdheden en/of
noodbevoegdheden.
93
93
Tussen proces Bestuurs- en managementondersteuning en proces Bouwbeheer:
- Het proces Bestuurs- en managementondersteuning kan juridische ondersteuning bieden met betrekking tot
het proces Bouwbeheer, bijvoorbeeld aangaande het inzetten van handhavende bevoegdheden en/of
noodbevoegdheden.
Tussen proces Bestuurs- en managementondersteuning en proces Preparatie nafase:
- Het proces Preparatie nafase ondersteunt de overdracht van de crisisorganisatie naar de projectorganisatie
Nafase. Lopen na afschaling nog taken en/of werkzaamheden van de crisisorganisatie door (vanuit het proces
Bestuurs- en managementondersteuning), dan worden deze uitgevoerd door de nafase-organisatie.
Tussen proces Bestuurs- en managementondersteuning en proces Registratie schade:
- Het team Bestuurs- en managementondersteuning kan juridische expertise leveren aan het proces Registratie
schade, bij het registeren en eventueel verhalen van schade en bestrijdingskosten.
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Er wordt multidisciplinair afgestemd met:
- Het GBT/RBT. Het GBT/RBT heeft als taak, besluiten te nemen m.b.t. de aanpak van de crisis/calamiteit.
Adviseurs m.b.t. juridische, financiële en protocollaire zaken kunnen via het team Bestuurs- en
managementondersteuning het GBT/RBT ondersteunen bij deze besluitvorming. Daarnaast kan het GBT/RBT
een beroep doen op ondersteuning in de vorm van notulisten en facilitaire zaken, zoals catering en materiaal.
- Politiezorg: uitvoering geven aan bijvoorbeeld noodverordeningen of noodbevelen.
- Externe partners: uitvoering geven aan facilitaire zaken, zoals catering en postbezorging.
94
94
Ondersteuning Proces: Preparatie nafase
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Ondersteunen van de overdracht van de crisisorganisatie naar de projectorganisatie Nafase11
, door in de acute fase
een 1e concept ‘plan van aanpak nafase’ op te stellen en te laten goedkeuren door het beleidsteam.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over toegang tot de daartoe (in eerste instantie) benodigde
voorbereide locaties en (ICT-)faciliteiten.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt met externe partijen.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over bevoegdheden ten aanzien van
capaciteitsinzet en budget van minimaal het hoofd van de taakorganisatie en de teamleider van het
betreffende proces.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De medewerkers van het proces hebben kennis en inzicht van de monodisiplinaire en multidisciplinaire
processen.
- De medewerkers van het proces kunnen zich een beeld vormen van de doelgroep.
- De medewerkers van het proces analyseren de informatiebehoefte op basis van de crisisbeheersing en de
omgeving.
- De medewerkers van het proces vertalen informatie ter voorbereiding op de nafase.
11
In de projectorganisatie Nafase worden alle crisisbeheersingsprocessen geborgd, die nog niet zijn afgerond in de acute fase.
95
95
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Voorbereiden preparatie nafase
De teamleider Preparatie nafase bereidt aan de hand van de inzetopdracht Preparatie nafase het inzetplan
Preparatie nafase voor
De inzetopdracht vraagt om de inzet van het team Preparatie nafase. De opdracht kan tweeledig zijn. Vanuit het
operationeel team kan het verzoek gedaan worden om een ‘overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT’ of een ‘1e
concept plan van aanpak nafase’ te maken12
. Ook vanuit het beleidsteam kan het verzoek gedaan worden om een ‘1e
concept plan van aanpak nafase’ te maken.
In beide gevallen is de teamleider Preparatie nafase de aangewezen verantwoordelijke voor de operationele
voorbereiding van dit proces. Hiertoe maakt hij een inzetplan. De teamleider Preparatie nafase vormt zich een beeld
van aard en omvang van het incident, aan de hand van de opdracht en het totaalbeeld.
Om de inzetopdracht te realiseren alarmeert de teamleider Preparatie nafase het team en zet hij opdrachten uit
binnen het team. Hierbij maakt hij gebruik van de taakkaarten en plannen die al in de voorbereidingsfase zijn
gemaakt. Afhankelijk van de aard van het incident en het aantal benodigde mensen, doet hij een aanvraag voor extra
mensen en middelen. Hij legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van het team Preparatie nafase13
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- Totaalbeeld
- Inzetopdracht
Informatieproduct(en) als output:
- Inzetplan Preparatie nafase
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Logboek
- Vertalen van de inzetopdracht in een inzetplan
Preparatie nafase
TL PrNafa
- Bepalen van de samenstelling en bezettingsgraad
van het team
TL PrNafa
- Alarmeren van de medewerkers in het team TL PrNafa
- Toewijzen van taken TL PrNafa
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten, mensen
en middelen
TL PrNafa
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL PrNafa
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie
- Checklists/formats
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
12
Welk verzoek gedaan wordt is afhankelijk van de taakopvatting van het ROT: het ‘overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT’
bevat uitsluitend operationele gegevens inclusief adviezen hieromtrent; het ‘1e concept plan van aanpak nafase’ bevat, naast
gegevens uit het overdrachtsdossier, ook bestuurlijk advies op thema’s die verder strekken dan het werkterrein van het ROT. 13
De teamleider Preparatie nafase bepaalt per inzet de omvang en samenstelling van zijn team; dit is afhankelijk van de opdracht.
96
96
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren preparatie nafase
Het team Preparatie nafase voert de inzetopdracht Preparatie nafase uit, onder leiding van het hoofd
taakorganisatie Ondersteuning
Aan de hand van het inzetplan Preparatie nafase start het team Preparatie nafase zijn werkzaamheden en wordt
gestart met het verzamelen van input voor het overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT en (indien verzocht) 1e
concept ‘plan van aanpak nafase’. Het team vormt zich, mede op basis van het totaalbeeld, een beeld van aard en
omvang van het incident en de behoefte aan nazorg, zoals geconstateerd vanuit de operationele diensten. Het team
analyseert en vormt zich een oordeel over de wijze waarop de projectorganisatie Nafase gerealiseerd kan worden.
Het team Preparatie nafase ontvangt van alle betrokken taakorganisaties het overdrachtsformulier nafase. De
teamleider Preparatie nafase bewerkt deze tot het overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT. Is de opdracht te
komen tot een 1e concept ‘plan van aanpak nafase’, dan gebruikt de teamleider Preparatie nafase dit vastgestelde
overdrachtsdossier en door GBT of RBT vastgestelde kaders14
waarbinnen het proces Nafase georganiseerd moet
worden, om dit 1e concept ‘plan van aanpak nafase’ te maken.
Het hoofd taakorganisatie Ondersteuning biedt het overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT of het 1e concept
‘plan van aanpak nafase’ aan de Algemeen Commandant Bevolkingszorg aan, die dit vervolgens aan het ROT ter
besluitvorming aanbiedt. Na instemming van het beleidsteam (bevoegd gezag) heeft het ROT alle nog openstaande
activiteiten overgedragen en kan afschalen.
Indien vanuit het ROT alleen het overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT is voorgelegd aan het beleidsteam en
het beleidsteam alsnog behoefte heeft aan een uitgebreider advies (een 1e concept ‘plan van aanpak nafase’), dan
wordt dit gedaan door het team Preparatie nafase. Het overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT wordt daarbij als
input gebruikt. Het 1e concept ‘plan van aanpak nafase’ wordt in dit geval rechtstreeks aan het beleidsteam
aangeboden – al dan niet door tussenkomst van de Algemeen Commandant Bevolkingszorg.
De teamleider Preparatie nafase draagt zorg voor de taakverdeling, continuïteit en informatie-uitwisseling binnen het
team en met de taakorganisatie. Eventuele afwijkingen in de uitvoering worden medegedeeld aan het hoofd
taakorganisatie Ondersteuning, met behulp van het product voortgangs- en afwijkingsinformatie. Dit kan leiden tot
aanpassing van de inzetopdracht.
Indien nodig doet de teamleider bij het hoofd taakorganisatie Ondersteuning een aanvraag voor extra mensen en
middelen, boven de beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
De teamleider Preparatie nafase legt de ondernomen activiteiten vast in een logboek (of laat deze vastleggen).
Zo nodig wordt de uitvoering van het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut, noodzaak en
14
Dit betreft eerdere besluitvorming met een relatie naar de inhoud en duur van de nafase.
97
97
intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De teamleider kan daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan
die evaluatie, in de overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven aan het team Preparatie nafase
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Vertalen van inzetplan in concrete taken en
acties
TL PrNafa
- Opdracht geven tot starten voorbereidingen
preparatie nafase
TL PrNafa
- Bewaken van de voortgang van het proces
Preparatie nafase; waar nodig bijsturen
TL PrNafa
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door het team
TL PrNafa
- Bewaken van het welzijn van de medewerkers in
het team, m.n. zorg dragen voor een tijdige
aflossing
TL PrNafa
- Zo nodig zorg dragen voor het aanvragen van
extra mensen en middelen
TL PrNafa
Kerntaak 3: Informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Inzetplan
Informatieproduct(en) als output:
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie
- Logboek
- Het hoofd taakorganisatie Ondersteuning
informeren over de voortgang, productie en
eventuele afwijkingen in de procesuitvoering
TL PrNafa
- Informatie uitwisselen over het verloop van (het
voorbereiden van) de preparatie van de nafase
met de medewerkers in het team
TL PrNafa
- Afstemmen met de betrokkenen buiten het team TL PrNafa
Medewerkers
PrNafa
- (Laten) bijhouden van een
logboek/verslaglegging in het eigen team
TL PrNafa
Medewerkers
PrNafa
Kerntaak 4: Uitvoeren van het inzetplan Preparatie nafase: maken van een
overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT en (indien verzocht) een 1e
concept ’plan van aanpak nafase’
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Totaalbeeld
- Inzetplan
- Overdrachtsformulieren
nafase (van
taakorganisaties)
- Eventueel: overdrachts-
dossier nafase (incl. advies)
- Analyseren van het totaalbeeld voor de
doorvertaling naar de nafase
TL PrNafa of
medewerker(s)
PrNafa met deze
specifieke taak
98
98
- Signaleren van de behoefte van de omgeving TL PrNafa of
medewerker(s)
PrNafa met deze
specifieke taak
ROT
Informatieproduct(en) als output:
- Overdrachtsdossier nafase
(incl. advies) ROT
- Eventueel: 1e concept ‘plan
van aanpak nafase’
- Verzamelen van overdrachtsformulieren nafase
bij andere taakorganisaties, t.b.v. het opstellen
van het overdrachtsdossier nafase (incl. advies)
ROT en (indien verzocht) het 1e concept ‘plan
van aanpak nafase’
TL PrNafa of
medewerker(s)
PrNafa met deze
specifieke taak
- Opstellen van het overdrachtsdossier nafase
(incl. advies) ROT en (indien verzocht) het 1e
concept ‘plan van aanpak nafase’
TL PrNafa of
medewerker(s)
PrNafa met deze
specifieke taak
- Aanbieden van het document aan de Algemeen
Commandant Bevolkingszorg, ter besluitvorming
in het ROT
HTo
Ondersteuning
- Eventueel: ontvangen van het
overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT van
de ACBz / sectie Bevolkingszorg ROT, ten
behoeve van het 1e concept ‘plan van aanpak
nafase’ in opdracht van het BT
TL PrNafa of
medewerker(s)
PrNafa met deze
specifieke taak
- Verkrijgen van informatie over besluiten van het
BT m.b.t. thema’s voor de nafase, via de
informatiecoördinator van het team
Bevolkingszorg
TL PrNafa of
medewerker(s)
PrNafa met deze
specifieke taak
- Indien hierom gevraagd is door BT: aanbieden
van 1e concept ‘plan van aanpak nafase’ aan BT –
al dan niet door tussenkomst van ACBz; zo nodig
op verzoek aanpassen
TL PrNafa
Kerntaak 5: Afronden van het proces
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. bijdrage aan
evaluatierapport
- Zo nodig op verzoek van het hoofd
taakorganisatie een bijdrage leveren aan de
evaluatie van het proces, in de overeengekomen
(evaluatie)vorm
TL PrNafa
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten/werkinstructie functie teamleider Preparatie nafase
- Checklist thema’s nafase en checklist externe expertise
- Netwerkkaarten
- Alarmeringslijst teamleiders Preparatie nafase
- Alarmeringslijst teamleiders Bevolkingszorg
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
99
99
Monodisciplinaire afstemming en samenwerking
In principe vindt dit plaats op teamleiderniveau, tenzij anders geregeld. De informatie-uitwisseling kan plaatsvinden
via LCMS, telefonisch, per mail of face-to-face.
Onderstaand zijn de hoofdvoorbeelden van monodisciplinaire afstemming en samenwerking opgenomen. Dit is dus
niet een uitputtend overzicht.
Tussen proces Preparatie nafase en alle andere processen:
- Lopen na afschaling nog taken en/of werkzaamheden van de crisisorganisatie door, dan worden deze
uitgevoerd door de nafase-organisatie. Het gaat dan bijvoorbeeld om langdurige opvang, beperken of
opruimen van milieuschade, slachtofferhulp, financiële afhandeling en publieksvoorlichting.
Specifiek tussen proces Preparatie nafase en proces Pers- en publieksvoorlichting:
- Het proces Preparatie nafase levert aan het proces Pers- en publieksvoorlichting informatie over het
informatie- en adviescentrum en alle andere activiteiten in de nafase.
- Pers- en publieksvoorlichting is geborgd binnen het informatie- en adviescentrum.
Specifiek tussen proces Preparatie nafase en proces Registratie slachtoffers:
- Het team Preparatie nafase maakt gebruik van registratiegegevens van getroffenen en eventueel hun
verwanten van het team Registratie slachtoffers.
Multidisciplinaire afstemming en samenwerking
Er wordt multidisciplinair in de uitvoering samengewerkt met:
- andere kolommen (politie, brandweer en GHOR);
- externe partijen (rijksheren of andere instanties);
om een advies voor de nafase op te stellen. Het advies bevat namelijk ook onderwerpen die andere
overheden/instanties moeten uitvoeren, onder regie van de gemeenten.
100
100
Informatie
Het functioneren van de taakorganisatie Informatie
Positionering van taakorganisatie in operationele hoofdstructuur
Doel van taakorganisatie
Het leveren van een basisvoorziening voor het team Bevolkingszorg om alle beschikbare en benodigde informatie op
de juiste wijze te kunnen genereren, ten behoeve van:
- een snel en efficiënt besluitvormingsproces;
- het ondersteunen van alle betrokken teams bij de uitvoering van de processen, zowel multidisciplinair als
monodisciplinair.
Randvoorwaarden/uitgangspunten van taakorganisatie
Voldoende mensen en faciliteiten, en kennis van het proces en de taakorganisatie (inclusief heldere werkafspraken).
Sturing en terugkoppeling binnen taakorganisatie
Sturing en terugkoppeling in GRIP 1-situaties:
In geval van kleinschalige multidisciplinaire inzetten (GRIP 1-incidenten) kan afstemming of informatie-uitwisseling
plaatsvinden tussen het HTo Informatie en/of de teamleider back office Informatie en de OvD – Bevolkingszorg (of
gemeentelijke vertegenwoordiger). Het HTo en/of de teamleider is/zijn verantwoordelijk voor het (laten) opstellen
van het monodisciplinaire totaalbeeld.
OvD-Bz
HTo / teamleider
Opdracht tot opstart van het proces
Samenwerking en terugkoppeling
Beschikbare informatie, waaronder het multidisciplinaire totaalbeeld
101
101
Sturing en terugkoppeling in GRIP 2-situaties en verder:
Vanaf GRIP 2-incidenten vindt de aansturing van de teamleider plaats door het hoofd van de taakorganisatie, die op
zijn beurt werkt op aansturing van de Algemeen Commandant Bevolkingszorg. De teamleider stuurt de onder hem
vallende back office Informatie aan. Deze back office Informatie is het informatieknooppunt van het team
Bevolkingszorg.
Sturing van taakorganisatie in multidisciplinair verband
De Algemeen Commandant Bevolkingszorg staat onder leiding van de operationeel leider.
Afstemming en samenwerking
Afstemming en samenwerking tussen de taakorganisatie Informatie en alle andere processen van Bevolkingszorg: de
back office Informatie ontvangt van alle processen informatie en vraagt actief informatie ten behoeve van het
informatieproces (middels LCMS).
ACBz
HTo
Teamleider Aansturing
Opdracht tot opstart van het proces
Opstarten en aansturen van de back office Informatie en regievoering op uitgevoerde acties
Voortgangs- en afwijkingsinformatie ter informatie
Samenwerking en terugkoppeling
Beschikbare informatie, waaronder het multidisciplinaire totaalbeeld
102
102
Informatie
Proces: Informatiemanagement
Het proces Informatiemanagement onderscheidt drie hoofdfuncties, te weten:
- hoofd taakorganisatie Informatie;
- teamleider back office Informatie;
- informatiecoördinator Bevolkingszorg.
Positionering van proces in structuur
Doel van proces
Genereren, verwerken en verstrekken van informatie (onder andere middels LCMS), zodat deze informatie bruikbaar
wordt voor de aansturing en uitvoering van de multidisciplinaire processen in het algemeen en de processen
Bevolkingszorg in het bijzonder.
Generieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over een bereikbaarheids- en beschikbaarheidregeling die
garandeert dat zo spoedig mogelijk, maar in elk geval binnen 90 minuten na alarmering, het betreffende
proces kan worden gestart.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ beschikt over LCMS.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft afspraken gemaakt over de wijze waarop het systeem wordt gebruikt.
- De gemeente/veiligheidsregio ‘X’ heeft voorzieningen getroffen waardoor medewerkers netcentrisch werken
en in staat zijn de gegenereerde informatie op een actieve wijze te presenteren.
- De medewerkers van het proces beschikken over de specifieke competenties, die hen in staat stellen hun rol
naar behoren uit te voeren.
Processpecifieke randvoorwaarden/uitgangspunten van proces
- De medewerkers van het proces hebben toegang tot en kennis van de (geautomatiseerde) systemen die
benodigd zijn om hun taken uit te voeren.
- De medewerkers van het proces kunnen beschikken over LCMS en de overige benodigde hulpmiddelen.
- De medewerkers van het proces zijn opgeleid en getraind om hun taak naar behoren te kunnen uitvoeren.
- De medewerkers van het proces hebben inzicht in de processen van Bevolkingszorg en kunnen daarbij de
relevante informatie verzamelen, verstrekken en duiden.
103
103
Activiteiten, hulpmiddelen en informatieproducten van proces
Voorbereiden informatiemanagement
Het hoofd taakorganisatie Informatie faciliteert de borging van informatiestromen
van en naar de taakorganisaties van Bevolkingszorg
Het hoofd taakorganisatie Informatie is de aangewezen verantwoordelijke voor de operationele voorbereiding van
het proces Informatiemanagement. Hij zorgt dat al in de koude fase de juiste randvoorwaarden worden gerealiseerd.
De start van het proces Informatiemanagement in de warme fase kan er als volgt uitzien:
De taakorganisatie Informatie wordt na alarmering opgestart15
. Het is de verantwoordelijkheid van het hoofd
taakorganisatie Informatie ervoor te zorgen dat een actueel monodisciplinair totaalbeeld wordt opgesteld, en dat dit
ter beschikking wordt gesteld aan het gehele team Bevolkingszorg en alle multidisciplinaire diensten. Op basis van
specifieke verzoeken van de Algemeen Commandant Bevolkingszorg kan het hoofd taakorganisatie specifieke
informatie ter beschikking (laten) stellen. Het HTo draagt daartoe in de voorbereidende fase zorg voor de inrichting
van de taakorganisatie Informatie in termen van samenstelling van het team en te hanteren hulpmiddelen, conform
regionaal beleid (regionaal inrichtingsplan Informatie). Hij vormt zich een beeld van aard en omvang van het incident,
op basis van de beschikbare informatie. Het is van belang dat het HTo inzicht krijgt in de informatiebehoefte die op
dat moment bestaat bij de verschillende teams binnen de processen van Bevolkingszorg. Op basis van deze
beeldvorming bepaalt hij hoe het proces informatiemanagement zal worden ingezet. Hierbij wordt gebruik gemaakt
van LCMS, taakkaarten, plannen en/of formats voor informatieproducten die al in de voorbereidingsfase zijn
gemaakt. Er zijn afspraken gemaakt over de alarmering van de medewerkers van de taakorganisatie Informatie.
Het hoofd taakorganisatie Informatie faciliteert zijn medewerkers om hun taak naar behoren uit te voeren.
Hij legt de ondernomen activiteiten vast (of laat deze vastleggen).
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 1: Inrichten van de taakorganisatie Informatie (na alarmering)
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en)* als input:
- In principe alle beschikbare
output uit de andere
processen van
Bevolkingszorg
Informatieproduct(en) als output:
- Monodisciplinaire bijdrage
van Bevolkingszorg aan het
multidisciplinaire
totaalbeeld
- Aanvraag extra mensen en
middelen
- Bepalen (afhankelijk van de aard en omvang van
het incident) welke teams en/of functionarissen
ingezet dienen te worden
HTo Inf.
- Verdelen van de werkzaamheden onder de
medewerkers, op basis van de
informatiebehoefte (continu proces); de aard
van de werkzaamheden wordt afgestemd op de
informatiebehoefte
HTo Inf.
- Regelen van (aanvullende) faciliteiten HTo Inf.
- Regelen van herbezetting bij langdurige inzet HTo Inf.
15
Wie dit doet, is regionaal bepaald.
104
104
- Zorg dragen voor het hanteren van relevante
regels, plannen en procedures door de
taakorganisatie
HTo Inf. - Logboek
- Regelen van het bijhouden van een
logboek/verslaglegging in de eigen
taakorganisatie
HTo Inf.
- Melden aan ACBz dat de taakorganisatie
operationeel is
HTo Inf.
Hulpmiddelen**, waaronder:
- Taakkaarten voor:
o Hoofd taakorganisatie Informatie
o Teamleider back office Informatie
o De drie rollen van de informatiecoördinator Bevolkingszorg:
Informatiecoördinator GBT/RBT
Informatiecoördinator back office
Informatiecoördinator sectie Bevolkingszorg
- LCMS
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- Convenanten/overeenkomsten
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
* Informatieproducten zijn producten die in de operationele fase van een calamiteit worden gecreëerd. Input-informatieproducten zijn afkomstig
uit een ander proces of een andere procesfase/activiteit. Output-informatieproducten kunnen als input voor andere processen of
procesfasen/activiteiten worden gebruikt. Achter in dit document zijn de formats voor alle genoemde informatieproducten opgenomen.
** Hulpmiddelen zijn ondersteunende documenten en faciliteiten, die in de preparatieve fase zijn voorbereid om de activiteit te kunnen uitvoeren.
Uitvoeren informatiemanagement
De taakorganisatie Informatie voert het proces Informatiemanagement uit,
onder leiding van het hoofd taakorganisatie Informatie
De basis van de uitvoering van de taken van Bevolkingszorg is monodisciplinaire en multidisciplinaire informatie. Bij
de uitvoering van het proces Informatiemanagement wordt informatie gezocht, geanalyseerd en beschikbaar gesteld
voor alle monodisciplinaire en multidisciplinaire teams, op een actieve en reactieve manier. Dit zijn de taken van de
taakorganisatie Informatie.
Aan de hand van een regionaal inrichtingsplan Informatie worden mensen en middelen verworven en locatie(s)
ingericht. De taakorganisatie Informatie (bestaande uit het hoofd taakorganisatie Informatie, de teamleider back
office Informatie, de informatiecoördinatoren en de medewerkers) draagt er zorg voor dat de informatieactiviteiten
worden uitgevoerd. De activiteiten bestaan uit het inwinnen/ontvangen van informatie, het delen / beschikbaar
stellen van informatie en het monitoren van de informatie en acties die daaruit voortvloeien. Het HTo informeert de
105
105
ACBz over de voortgang van deze activiteiten; intern (binnen het proces) informeert o.a. de teamleider aan het hoofd
taakorganisatie Informatie over de voortgang.
Indien nodig doet het hoofd taakorganisatie Informatie een aanvraag voor extra mensen en middelen, boven de
beschikbare capaciteiten en mogelijkheden.
Het hoofd en de informatiecoördinatoren van de taakorganisatie Informatie leggen de ondernomen activiteiten
vast in een logboek (of laten deze vastleggen).
Zo nodig wordt de uitvoering van de taakorganisatie / het proces geëvalueerd. Het hoofd taakorganisatie bepaalt nut,
noodzaak en intensiteit van zo’n eventuele evaluatie. De medewerkers van de taakorganisatie / het proces kunnen
daarbij, op verzoek van het HTo, een bijdrage leveren aan die evaluatie, in de overeengekomen (evaluatie)vorm.
Kerntaken, bijbehorende deeltaken en informatieproducten:
Kerntaak 2: Leiding geven
Op te splitsen in:
Kerntaak 2a: Leiding geven aan de teamleider back office Informatie en de
informatiecoördinatoren
Kerntaak 2b: Leiding geven aan de informatiecoördinatoren binnen het team
back office Informatie
Informatieproduct(en) als input:
- In principe alle beschikbare
output uit de andere
processen van
Bevolkingszorg
Informatieproduct(en) als output:
- Aanvraag extra mensen en
middelen
Kerntaak 2a: Leiding geven aan teamleider back office Informatie en de
informatiecoördinatoren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
- Leiding geven aan de medewerkers van de
taakorganisatie Informatie
HTo Inf.
- Leiding geven aan de back office van het team
Informatie
HTo Inf. /
TL back office
Informatie
- Laten uitvoeren van de opdracht door
medewerkers (middels concrete taken en acties),
voortgang bewaken en waar nodig bijsturen
HTo Inf. /
TL back office
Informatie
- Zorg dragen voor het uitwisselen van informatie
met interne en externe partners
HTo Inf.
(eindverant-
woordelijke)
- Zorg dragen voor het werken volgens de
gemaakte afspraken
HTo Inf.
(eindverant-
woordelijke)
- Zo nodig zorg dragen voor het aanvragen van
extra mensen en middelen
HTo Inf.
(eindverant-
woordelijke)
- Toezien op het monitoren (door de teamleider
back office Informatie) van de teamacties
HTo Inf.
Kerntaak 2b: Leiding geven aan de informatiecoördinatoren binnen het team
back office Informatie
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
106
106
- Monitoren van acties van het team back office
Informatie binnen het proces: bijhouden van
openstaande acties en zo nodig bijsturen en/of
rapporteren
TL back office
Informatie
Kerntaak 3: Informeren en rapporteren
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- In principe alle beschikbare
output uit de andere
processen van
Bevolkingszorg
Informatieproduct(en) als output:
- Monodisciplinair
totaalbeeld in LCMS
- Voortgangs- en
afwijkingsinformatie
- Evt. logboek
- Uitvoeren van het proces
Informatiemanagement
Medewerkers
taakorganisatie
Informatie
- De Algemeen Commandant Bevolkingszorg
informeren over de voortgang
HTo Inf.
- Zorgen dat binnen de taakorganisatie iedereen
op de hoogte is van voortgang van de acties,
productie, prioriteiten en effectiviteit
HTo Inf.
(eindverant-
woordelijke)
- Indien gewenst: (laten) bijhouden van een
logboek/ verslaglegging
HTo Inf.
Kerntaak 4: Uitvoeren van de taken op het gebied van
Informatiemanagement
Op te splitsen in:
Kerntaak 4a: Inwinnen/ontvangen en analyseren van informatie uit de
betrokken taakorganisaties/teams t.b.v. de crisisorganisatie
Kerntaak 4b: Verwerken van informatie (actief en reactief)
Kernaak 4a: Inwinnen/ontvangen en analyseren van informatie uit de
betrokken taakorganisaties/teams t.b.v. de crisisorganisatie
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Multidisciplinair
totaalbeeld
- In principe alle beschikbare
output uit de andere
processen van
Bevolkingszorg
- Vaststellen van de informatiebehoefte, op grond
van het beeld van het incident
HTo Inf.
(eindverant-
woordelijke)
- Inwinnen/ontvangen van monodisciplinaire en
multidisciplinaire informatie (vanuit
Bevolkingszorg en ROT) en dit borgen
HTo Inf.
(eindverant-
woordelijke)
- Analyseren van informatie
HTo Inf. en
info.coörd.
Kerntaak 4b: Verwerken van informatie (actief en reactief)
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als input:
- Multidisciplinair
totaalbeeld
- In principe alle beschikbare
output uit de andere
processen van
Bevolkingszorg
Informatieproduct(en) als output:
- Monodisciplinair
totaalbeeld in LCMS, met
- Op grond van de analyse bepalen voor wie de
informatie relevant/noodzakelijk is en in welke
vorm deze wordt aangeboden
Info.coörd.
- Delen / beschikbaar stellen van informatie Info.coörd.
107
107
alle beschikbare
onderliggende
documenten
Kerntaak 5. Zorg dragen voor beëindiging van het proces en nazorg van de
medewerkers binnen de taakorganisatie Informatie
Bijbehorende deeltaken en functionarissen:
Informatieproduct(en) als output:
- Evt. evaluatierapport
- Overdrachtformulier voor
de nafase
- Zorg dragen voor debriefing van de
taakorganisatie
HTo Inf.
(eindverant-
woordelijke)
- Oog hebben voor emotionele druk en werkdruk
bij medewerkers
HTo Inf.
(eindverant-
woordelijke)
- Zo nodig evalueren van het optreden en zorgen
voor opstellen eindrapportage over / evaluatie
van het proces
HTo Inf.
(eindverant-
woordelijke)
- Bij afschaling zorg dragen voor overdracht naar
de reguliere organisatie
HTo Inf.
(eindverant-
woordelijke)
Hulpmiddelen, waaronder:
- Taakkaarten voor:
o Hoofd taakorganisatie Informatie
o Teamleider back office Informatie
o De drie rollen van de informatiecoördinator Bevolkingszorg:
Informatiecoördinator GBT/RBT
Informatiecoördinator back office
Informatiecoördinator sectie Bevolkingszorg
- Checklists
- LCMS
- Netwerkkaarten/telefoonlijsten
- Plannen/procedures/alarmeringslijsten
- ICT en communicatiemiddelen
- E-mailaccounts
- Kantoor- en werkplekfaciliteiten
Afstemming en samenwerking
Afstemming en samenwerking tussen de taakorganisatie Informatie en alle andere processen van Bevolkingszorg: de
back office Informatie ontvangt van alle processen informatie en vraagt actief informatie, ten behoeve van het
informatieproces (middels LCMS).
108
108
Productbeschrijvingen
generiek
109
109
Productbeschrijving
Totaalbeeld
Toelichting
Het totaalbeeld is een informatieproduct dat wordt gegenereerd in de multidisciplinaire hoofdas van de
crisisbeheersingsorganisatie in het landelijk crisismanagementsysteem (LCMS). Bevolkingszorg is niet verantwoordelijk
voor het product ‘totaalbeeld’, maar levert er wel een bijdrage aan. Tevens is dit een informatieproduct dat input
levert voor het inzetverzoek (strategisch plan), de inzetopdracht en het inzetplan.
Om deze reden is er geen separate productbeschrijving opgenomen van het product ‘totaalbeeld’.
110
110
Productbeschrijving
Inzetverzoek (strategisch plan)
Doel
Op hoofdlijnen duidelijk maken welke prestaties er, gegeven de situatie, gerealiseerd moeten worden door de sectie
Bevolkingszorg en de bijdrage daarin van de onderscheiden taakorganisaties, alsmede de daarvoor benodigde
randvoorwaarden.
Minimale inhoud
Toestand (Wat is er aan de hand?)
Uitvoeringskader:
o Thema’s (alleen bij Preparatie nafase)
o Te behalen prestatie (op hoofdlijnen)
o Beleidsuitgangspunten
o Prioritering
o Randvoorwaarden
o Tolerantiegrenzen
o Toelichting
o Gemaakte (multidisciplinaire) afspraken
o Gewenst moment van terugkoppeling
Feitelijke opdracht: Start de betreffende taakorganisatie(s) op en formuleer een inzetopdracht.
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Algemeen Commandant Bevolkingszorg
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder Operationeel leider
4. Afnemer Hoofd taakorganisatie van de onderscheiden taakorganisaties
5. Archiveerder Informatiecoördinator van de betreffende taakorganisatie
111
111
Productbeschrijving
Inzetopdracht
Doel
Duidelijk maken welke prestaties er, gegeven de situatie, gerealiseerd moeten worden door de taakorganisatie en de
bijdrage daarin van de onderscheiden teams, alsmede de daarvoor benodigde randvoorwaarden.
Minimale inhoud
Toestand (Wat is er aan de hand?)
Uitvoeringskader:
o Thema’s (alleen bij Preparatie nafase)
o Te behalen prestatie
o Beleidsuitgangspunten
o Prioritering
o Randvoorwaarden
o Tolerantiegrenzen
o Toelichting
o Gemaakte (multidisciplinaire) afspraken
o Gewenst moment van terugkoppeling
Feitelijke opdracht: Vertaal de inzetopdracht in een inzetplan voor het proces
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Hoofd van de betreffende taakorganisatie*
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder N.v.t.
4. Afnemer Teamleider van het betreffende team
5. Archiveerder Informatiecoördinator van de betreffende taakorganisatie
* Bij het proces Preparatie nafase betreft dit de Algemeen Commandant Bevolkingszorg (in de praktijk zal de opdracht
vanuit het beleidsteam komen).
112
112
Productbeschrijving
Aanvraag extra mensen en middelen
Doel
Zorgen dat de benodigde extra mensen en middelen beschikbaar komen voor de uitvoering.
Minimale inhoud
Toestand (Hoe is de situatie in relatie tot mensen en middelen?)
Uitvoeringskader:
o Benodigde mensen (aantal en kwaliteit)
o Benodigde middelen (soort, aantal en kwaliteit)
o Gewenste levertijd/periode
o Gewenste inzetlocatie
Feitelijk verzoek: aanvraag extra mensen en middelen
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Teamleider van het betreffende team
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder N.v.t.
4. Afnemer Hoofd van de betreffende taakorganisatie waaronder het team valt*
5. Archiveerder Informatiecoördinator van de betreffende taakorganisatie
* Indien het hoofd taakorganisatie de aangevraagde mensen en middelen zelf niet kan organiseren, wordt de
aanvraag door het HTo doorgezet naar het hoofd taakorganisatie Ondersteuning.
113
113
Productbeschrijving
Inzetplan Doel Vertalen van de in de inzetopdracht genoemde prestaties naar concrete acties.
Minimale inhoud
Het inzetplan16
geeft aan hoe de inzetopdracht wordt vormgegeven. Het inzetplan geeft onder andere het volgende
aan:
Op welke locatie(s)
Gevraagde capaciteit (kwantitatief en kwalitatief)
Benodigde middelen/materialen
Uitwerking van prioritering en volgorde van handelen
Andere te betrekken (gemeentelijke) processen
Te betrekken externe partijen
Verwachte tijd die nodig is voor realisatie van (onderdelen van) de te leveren prestaties
Zo nodig continuïtieitsplanning in relatie tot verwachte inzetduur
NB: Het is niet de bedoeling – en ook niet mogelijk – om in het inzetplan uitputtend te beschrijven welke activiteiten
voor het proces uitgevoerd moeten worden. Daarvoor zal de beschikbare informatie in de aanvangsfase te summier
zijn en bovendien is het opzetten van een dergelijk uitgebreid plan te tijdrovend. Het inzetplan zal – gegeven de
beschikbare informatie – zo concreet mogelijk moeten omschrijven tot welke acties de teamleider en zijn mensen in
eerste instantie moeten overgaan. De acties moeten helder, volgtijdelijk en logisch omschreven zijn.
Het plan kan worden opgezet aan de hand van de checklist / voorbereide vragenlijst van de teamleider en zal tijdens
de uitvoering van het proces voortdurend moeten worden bijgesteld.
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Teamleider
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder N.v.t.
4. Afnemer Medewerkers in het team
5. Archiveerder Informatiecoördinator van de betreffende taakorganisatie
16
Het inzetplan kan schriftelijk of mondeling worden gegeven. Het is van belang dat de teamleider de acties bijhoudt / laat
bijhouden in het logboek.
114
114
Productbeschrijving
Advies
Doel
Geven van advies over de te nemen maatregelen, op basis waarvan besluitvorming kan plaatsvinden.
Minimale inhoud
Aard situatie
Omvang
Risico’s
Voorgestelde maatregelen
Overwegingen
Alternatieven
Financiële consequenties
Advies/voorstel
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Teamleider
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder N.v.t.
4. Afnemer Hoofd van de taakorganisatie
5. Archiveerder Informatiecoördinator van de betreffende taakorganisatie
Opmerking
Deze productbeschrijving is een algemeen format voor het opstellen van een advies. Dit format kan bij alle processen
gebruikt worden, uitgezonderd bij het proces Analyse en advies. Daar wordt het product ‘Adviesrapport
omgevingsanalyse’ gebruikt, omdat het doel en de minimale inhoud van dat advies anders zijn.
115
115
Productbeschrijving
Voortgangs- en afwijkingsinformatie
Doel
Informatie delen over de voortgang van het werk en/of die nodig is om besluiten te heroverwegen.
Minimale inhoud
Datum/tijdstip van rapportage
Welke van de te behalen prestaties worden gerealiseerd?
Welke van de te behalen prestaties worden niet gerealiseerd?
o Redenen waarom de prestaties niet kunnen worden gerealiseerd
o Beschrijving mogelijke consequenties bij continueren oorspronkelijk plan
o Beschrijving beslispunten, zo mogelijk voorzien van voorstel aanpassing opdracht
o Beschrijving mogelijke consequenties van de beslispunten
o Gewenst moment van besluitvorming/uitvoering van beslissing
Beschrijving van mogelijke toekomstige knelpunten ten aanzien van de te behalen prestaties
Mogelijke rapportagemomenten
Gereed voor uitvoeren (deel van) proces, bijvoorbeeld:
o Gereed voor opvang
o Gereed voor distributie
o Gereed voor vervoer
Bereiken van prestaties
Constateren van knelpunten en afwijkingen
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Teamleider van het betreffende team
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder N.v.t.
4. Afnemer Hoofd van de betreffende taakorganisatie
5. Archiveerder Informatiecoördinator van de betreffende taakorganisatie
NB: Let er bij rapportage op, dat hetgeen het meest cruciaal is voor de gebruiker (met name afwijkingsinformatie en
informatie over ‘gereed voor’) eruit springt, bijvoorbeeld door dit bovenaan op te nemen.
116
116
Productbeschrijving
Logboek
Doel
Belangrijke informatie (discussies, besluiten, inkomende, uitgaande informatie etc.) vastleggen ten behoeve van:
- het bewaken van de voortgang van activiteiten;
- de overdracht;
- de evaluatie en verantwoording achteraf.
Minimale inhoud
De betreffende taakorganisatie respectievelijk de betrokken teams houden hun eigen logboek bij. In het logboek
worden bijvoorbeeld de volgende zaken bijgehouden:
Tijdstippen
Opdrachten
Afspraken
Acties
Actiehouders
Actoren
Complicaties
Resultaten
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent HTo of teamleider van het betreffende team (eindverantwoordelijke)
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder N.v.t.
4. Afnemer N.v.t.
5. Archiveerder Informatiecoördinator van de betreffende taakorganisatie
117
117
Productbeschrijving
Evaluatierapport
Doel
Komen tot een evaluatie van de inzet van de taakorganisatie tijdens een incident of crisis in de
gemeente/veiligheidsregio ‘X’. Het evaluatierapport van de taakorganisatie vormt een onderdeel van de totale
evaluatie van het deel Bevolkingszorg.
Minimale inhoud
Aanleiding
Duur van de inzet
Inzet mensen/middelen
Melding en alarmering
Op- en afschaling
Leiding en coördinatie
Informatiemanagement
Communicatie
Samenwerking/afstemming met andere processen en partners
Verloop van de overdracht aan staande organisatie
Knelpunten/verbeterpunten
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Hoofd taakorganisatie
2. Controleur Algemeen Commandant Bevolkingszorg
3. Goedkeurder Coördinerend gemeentesecretaris
4. Afnemer Vertegenwoordiger Bevolkingszorg in het multidisciplinaire evaluatieteam
5. Archiveerder Veiligheidsregio ‘X’
118
118
Productbeschrijvingen
(proces)specifiek
119
119
Productbeschrijving
Omgevingsanalyse
Doel
Inzicht verkrijgen in wat zich in de buitenwereld (bij media, bij het publiek en op het internet) afspeelt, welk gevoel in
de samenleving bestaat over de ramp of crisis, en meten/bepalen wat de effectiviteit is van de huidige
communicatieaanpak.
Minimale inhoud
Naam analisten
Analysebronnen
Analyseperiode
Samenvatting:
o Wat speelt en leeft er onder het publiek en in de media?
o Wat is de effectiviteit van de huidige communicatieaanpak?
Gespecificeerd omgevingsbeeld:
o Informatiebehoefte (Welke vragen leven er? Welke geruchten doen de ronde?)
o Schadebeperking (Vertoond gedrag, hulpvraag, zelfredzaamheid)
o Betekenisgeving (Hoe wordt het incident buiten geduid?)
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Medewerker team Analyse en advies
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder Teamleider Analyse en advies
4. Afnemer Hoofd taakorganisatie Communicatie, teamleider Pers- en publieksvoorlichting,
Communicatieadviseur CoPI, communicatieadviseur ROT, communicatieadviseur BT
5. Archiveerder Informatiecoördinator taakorganisatie Communicatie
120
120
Productbeschrijving
Adviesrapport omgevingsanalyse
Doel
Doen van een voorstel voor (aanpassing van) de communicatieaanpak, op basis van de omgevingsanalyse.
Minimale inhoud
Analyseperiode
Samenvatting omgevingsbeeld:
o Wat speelt en leeft er onder het publiek en in de media?
o Wat is de effectiviteit van de huidige communicatieaanpak?
Gespecificeerd omgevingsbeeld:
o Informatiebehoefte
o Schadebeperking
o Betekenisgeving
Voorstel (aanpassing) coummunicatieaanpak:
o CoPI
o ROT
o BT
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Communicatieadviseur
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder Teamleider Analyse en advies
4. Afnemer Hoofd taakorganisatie Communicatie, teamleider Pers- en publieksvoorlichting,
communicatieadviseur CoPI, communicatieadviseur ROT, communicatieadviseur BT
5. Archiveerder Informatiecoördinator taakorganisatie Communicatie
121
121
Productbeschrijving
Pers- en publieksbericht
Doel
Verzorgen van:
- algemene informatie;
- gedrags- en handelingsalternatieven;
- verklaring en toelichting van het beleid van de burgemeester over de bestrijding van de crisis.
Minimale inhoud
Titel van het bericht
Plaats, datum, tijdstip
Inhoud van het bericht:
o Algemene informatie over het incident
o Gedrags- en handelingsalternatieven
o Verklaring en toelichting van het beleid van de burgemeester over de bestrijding van de crisis
Standaard-achtergrondinformatie
Noot voor de redactie (niet voor publicatie)
Contactpersoon en bereikbaarheidsgegevens
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Medewerker team Pers- en publieksvoorlichting
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder Teamleider Pers- en publieksvoorlichting
4. Afnemer Webredacteur
5. Archiveerder Informatiecoördinator taakorganisatie Communicatie
122
122
Productbeschrijving
Q&A’s
Doel
Verzorgen van een lijst met antwoorden op de meest gestelde vragen tijdens een incident of crisis, om hiermee te
voldoen aan de informatiebehoefte van bij het incident of de crisis betrokken personen.
Minimale inhoud
Vragen
Antwoorden
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Medewerker team Pers- en publieksvoorlichting
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder Teamleider Pers- en publieksvoorlichting
4. Afnemer Webredacteur, communicatieadviseur CoPI, medewerker pers- en publieksvoorlichting,
medewerker publieksvoorlichting op de opvanglocatie, coördinator publieks-
informatienummer, informatiecoördinator communicatie
5. Archiveerder Informatiecoördinator taakorganisatie Communicatie
123
123
Productbeschrijving
Persstatement
Doel
Opstellen van een korte verklaring over de crisis en de gevolgen ervan voor de samenleving.
Minimale inhoud
Duiding, dat wil zeggen: wat betekent de crisis voor de samenleving?
Algemene informatie over de crisis
Gedrags- en handelingsadviezen
Verklaring en toelichting van het beleid van de burgemeester over de bestrijding van de crisis
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Medewerker team Pers- en publieksvoorlichting
2. Controleur Teamleider Pers- en publieksvoorlichting
3. Goedkeurder Communicatieadviseur BT
4. Afnemer Burgemeester of operationeel leider
5. Archiveerder Informatiecoördinator taakorganisatie Communicatie
124
124
Productbeschrijving
Overdrachtsformulier nafase
Doel
Overdragen van informatie vanuit de taakorganisatie naar de reguliere organisatie. De overdrachtsformulieren van de
taakorganisaties worden door het team Preparatie nafase samengevoegd tot een overdrachtsdossier nafase (incl.
advies) ROT en (indien verzocht) een 1e concept ‘plan van aanpak nafase’, afhankelijk van de regionale voorkeur.
Minimale inhoud
Wat is de huidige situatie?
Wat is er tot nu gebeurd?
Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Hoofd van de betreffende taakorganisatie
2. Controleur N.v.t.
3. Goedkeurder Getrapt: via teamleider Preparatie nafase naar ROT
4. Afnemer Getrapt: via teamleider Preparatie nafase naar ROT
5. Archiveerder Informatiecoördinator Ondersteuning
125
125
Productbeschrijving
Overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT
Doel
Bevorderen van een soepele overdracht van de crisisbeheersingsorganisatie tijdens de operationele fase naar de
nafase.
Achtergrond
Uit bestudering van eerdere incidenten waarbij de nafase een belangrijke rol speelt, is gebleken dat overdracht van de
crisisbeheersingsorganisatie tijdens de operationele fase naar de nafase vaak moeizaam verloopt.
Preparatie op de nafase hoort tot de taken van het ROT. Niet zelden wordt een hiaat ervaren in de overdracht van de
operationele fase naar de nafase. Tot nog toe is de meest gebruikelijke wijze van overdracht het verzoek van de
operationeel leider (ROT) aan de opperbevelhebber om te mogen afschalen, omdat alle operationele zaken in goede
banen zijn geleid. Vaak wordt in dit contact nog kort stilgestaan bij de nog openstaande zaken en dan is het aan de
burgemeester (formeel: het college van B&W) om de nafase vorm te geven.
Een soepele overgang hangt vooral af van het gegeven of het beleidsteam i.c. de burgemeester in staat is en gesteld
wordt om de nafase – die toch ook veel uitvoerende aspecten kent – adequaat ter hand te nemen. Het ROT speelt
hierin een rol van grote betekenis. Het team Preparatie nafase is verantwoordelijk voor het opstellen van een
overdrachtsdossier nafase (incl. advies) ROT en (indien verzocht) een 1e concept ‘plan van aanpak nafase’. Het
multidisciplinair voorbereide overdrachtsdossier nafase vanuit het ROT, aangevuld met adviezen vanuit de (opgedane)
kennis en ervaring van de deelnemers aan het ROT, biedt essentiële input voor het opzetten van het 1e concept ‘plan
van aanpak nafase’. Belangrijk is dat pas afgeschaald wordt als het beleidsteam i.c. de burgemeester heeft
aangegeven voldoende informatie en advies te hebben gekregen om de nafase adequaat ter hand te nemen.
Mogelijke inhoud
Dit document omvat een beknopt overzicht van de activiteiten en afspraken binnen een aantal thema’s, en per thema
een advies vanuit het ROT over de vervolgaanpak. Onderstaand worden de thema’s benoemd die mogelijkerwijs
onderdeel kunnen uitmaken van de nafase én raakvlak hebben met operationele activiteiten.
Thema ‘Informatie en coördinatie’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Wat is er tot nu gebeurd?
o Waar hebben direct betrokkenen tot nu toe informatie kunnen halen?
o Hoe is de interne informatiedeling tot op heden georganiseerd?
o Welke bestuurlijke contacten zijn er geweest?
o Zijn er klachten over het optreden van de hulpdiensten?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
126
126
Thema ‘Communicatie getroffenen, interne communicatie, publieks- en mediacommunicatie’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Wat is er tot nu gebeurd?
o Hoe is het contact met direct betrokkenen tot op heden onderhouden?
o Waar hebben mensen tot nu toe informatie kunnen halen?
o Is er een scheiding tussen getroffenencommunicatie, publieksinformatie en persinformatie?
o Welke vragen spelen er nog? Voeg de FAQ-lijst toe.
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
Thema ‘Hulpverlening aan getroffenen en verwanten’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Wat is er tot nu gebeurd?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
Thema ‘Zorg aan de eigen organisatie’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o In hoeverre is tot dusverre aandacht besteed aan het welzijn van het personeel van de eigen
organisatie?
o Zijn bedrijfsopvangteams actief geweest?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
Thema ‘Rouwverwerking en herdenking’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Zijn er signalen dat op korte termijn herdenkingen o.i.d. georganiseerd worden?
o Wat is er tot nu gedaan op dit vlak?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
127
127
Thema ‘Regionale, landelijke en/of internationale afstemming’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Zijn er regionale/(inter)nationale componenten? Bijvoorbeeld direct getroffenen die niet in de
betrokken gemeente wonen, een buitenlandse verdachte e.d.? Welke zijn dit en hoe is daar tot nog
toe mee omgegaan?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
Thema ‘Monitoren maatschappelijke impact/onrust’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Wat is er tot nu gebeurd?
o Op welke wijze wordt het monitoren vormgegeven?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
Thema ‘Juridische afwikkeling’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Zijn er juridische vraagstukken actueel binnen het ROT?
o Hoe is daarmee omgegaan?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
Thema ‘Schademanagement’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Wat is er tot nu gedaan aan schademanagement?
o Is er iets afgesproken m.b.t. aansprakelijkheid?
o Zijn bij werkzaamheden (te verhalen) kosten gemaakt?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
128
128
Thema ‘Financiën’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Welke voor de nafase relevante uitgaven zijn er gedaan of afgesproken?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Welke actiepunten staan nog open?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
Thema ‘Herstelwerkzaamheden’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Wat is er tot nu gedaan aan herstel?
o Is er iets afgesproken m.b.t. aansprakelijkheid?
o Zijn bij werkzaamheden (te verhalen) kosten gemaakt?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
Thema ‘Strafrechtelijk onderzoek’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Is er overleg met het openbaar ministerie geweest?
o Welke afspraken zijn er gemaakt over woordvoering?
o Welke overige afspraken zijn er gemaakt? En met wie?
o Wat speelt er nog?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
Thema ‘Advisering beleidsteam’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Welke bestuurlijke dilemma’s zijn vanuit het ROT voorgelegd aan het BT?
o Welke besluiten zijn genomen en hoe is daar uitvoering aan gegeven?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van nog openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: Overwegende dat er nog diverse openstaande acties zijn en dat borging van een zorgvuldige
afhandeling in de lokale organisatie noodzakelijk is, adviseert het ROT aan het BT om dit document te
integreren in het plan van aanpak voor de nafase.
129
129
Thema ‘Verantwoording’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Is vanuit het ROT reeds ingegaan op verantwoordingsvraagstukken? Op welke wijze en richting wie?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van nog openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: ………..
Thema ‘Overig onderzoek en evaluatie’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Welke onderzoeksinstanties hebben zich waar gemeld?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
o Wat gaat er nog spelen op dit vlak?
Advies ROT: Aanwijzen van een centrale contactpersoon voor alle onderzoekende instanties.
Thema ‘Verslaglegging en archivering’
Input vanuit het ROT:
o Wat is de huidige situatie?
o Wat is er tot nog toe gebeurd aan verslaglegging en archivering?
o Waar zijn stukken te vinden?
o Met wie zijn afspraken gemaakt? En welke afspraken zijn gemaakt?
o Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de openstaande acties?
Advies ROT: ………..
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Team Preparatie nafase
2. Controleur Algemeen Commandant Bevolkingszorg
3. Goedkeurder ROT
4. Afnemer GBT/RBT
5. Archiveerder Informatiecoördinator Ondersteuning
130
130
Productbeschrijving
1e concept ‘plan van aanpak nafase’
Doel
Opstellen van een 1e concept ‘plan van aanpak nafase’ in de acute fase, voor de overdracht van de crisisorganisatie
naar de projectorganisatie Nafase.
Minimale inhoud
Openstaande acties uit de crisisorganisatie
Afschalingscriteria / overdracht naar reguliere organisatie
Projectorganisatie nafase
Uitgangspunten nafase
Doelgroepen
Doelstellingen
Opdrachtgever en opdrachtnemerschap
Beleggen van verantwoordelijkheden (evt. mandaten)
Voortgang en rapportage
Verantwoording
Thema’s voor de nafase. Beschrijf per thema:
o Doelstelling en doelgroepen
o Verantwoordelijke
o Activiteiten
o Planning
o Benodigde capaciteit
o Budget
o Tijdpad
Actoren Functionaris / Team / Afdeling
1. Producent Teamleider Preparatie nafase
2. Controleur HTo Ondersteuning/ Algemeen Commandant Bevolkingszorg
3. Goedkeurder (Regionaal) Beleidsteam
4. Afnemer Projectleider projectorganisatie Nafase (van de getroffen gemeente)
5. Archiveerder Informatiecoördinator Ondersteuning