NEN 1010: de neuzen dezelfde kant...

1

Click here to load reader

Transcript of NEN 1010: de neuzen dezelfde kant...

Page 1: NEN 1010: de neuzen dezelfde kant opmagazine.installatiejournaal.nl/digitaleeditie/2016/5/20160622... · de galerijen van lats en gezamenlijke hallen van appartementsgebouwen. In

20Installatie Journaal

Juni-juli 2016

Wijzigingen - Verplicht - Mogelijkheden

REGELGEVING

De nieuwe versie van NEN 1010 uitgave 2015

wordt deze zomer wettelijk aanwezig ter

vervanging van de NEN 1010:2007. Vanaf 1 juli

moet een nieuwe installatie of uitbreiding aan

de norm voldoen. Reden voor diverse

leveranciers om het land in te trekken. Vorige

maand bezochten we een themamiddag van

ABB en deze keer is de Eaton theatertour aan

de beurt. Meer dan 300 installateurs kwamen

naar de bijeenkomst in Ede.

Abstracter

Trainer Pouw Jongbloed, die in diverse

commissies zitting heeft, leidde de dag. Meer

dan 400 wijzigingen, waarvan 200 belangrijke,

staan in de 2015-versie van de norm. Ook zijn

er 100 bladzijden aan toegevoegd. “Nieuw is

verlichting, laadpalen, beveiliging tegen een arc

lash en de eisen aan leidingsystemen in

vluchtwegen.” Maar ook is de norm nog

abstracter geworden, het gevolg van meer

‘Europa’ in de NEN 1010. Er staat minder vaak

voorgeschreven hoe iets moet worden

opgelost. Met andere woorden: “De NEN 1010

geeft veel meer mogelijkheden voor eigen

verantwoordelijkheden.”

Misschien wel het belangrijkste is de vraag

waar iets nu precies staat in de norm. Veel

installateurs hebben weliswaar de digitale

versie op hun computer staan en met Ctrl-F

kun je lekker snel zoeken. Maar een zoekterm

als aardlek levert al meer dan veertig hits op.

Als je die allemaal langs moet lopen, is de

aardigheid er snel af. Jongbloed gaf de

belangrijke tip: “Tot en met deel 6 staan de

eisen aan installaties in kantoren en woningen

met weinig risico. In deel 7 staan ‘gevaarlijke

installaties’ zoals de elektrotechnische

laagspanningsinstallatie in een badkamer of

fabriek.” Een belangrijke verbetering, want

voorheen stond het door elkaar. Jongbloeds

lezing ging in op de gevolgen van de nieuwe

NEN 1010 voor woonhuisinstallaties. Dat is

waar de meeste installateurs dagelijks mee te

maken hebben. Je hoorde dan ook dat

blocnootjes werden opengeslagen en de

pennen ijverig meeschreven.

Lichtschakelaars

Was in 2007 al de tabel met het aantal

wandcontactdozen geschrapt, de NEN

1010:2015 is nog minder concreet. Je moet het

doen met de tekst: ‘Er moeten voldoende

contactdozen en aansluitpunten voor

verlichting zijn.’ Dat is een leuk puntje voor

minder royale installateurs om bij de oferte in

te snoeien. Zelfs de eis van schakelaars voor

verlichting is geschrapt. Die mag simpelweg

ontbreken. Natuurlijk met de gedachte om

domoticasystemen meer ruimte te geven,

maar het kan ook weer uitnodigen tot misbruik.

“Ja beste klant. Dat is meerwerk.” Overigens:

wandcontactdozen zijn ook passé. Ze heten

voortaan contactdoos, afgekort cd. Dat is nog

even wennen. Ook nog een eis aan de

bekabeling. De fase en nuldraden moeten

minsten 2,5 mm2 zijn. Dat is een andere eis dan

in Duitsland waar een eindgroep van 16A ook bij

VD-draad van 1,5 mm2 mag worden gebruikt.

Dat komt doordat bij onze oosterburen

automaten verplicht zijn en die schakelen

sneller af dan smeltzekeringen die in Nederland

nog veelvuldig worden gebruikt. Ze zijn ook

trager en daardoor is bij overbelasting van een

VD-draad 1,5 mm2 een reëel brandgevaar.

Tegelijkertijd zijn sommige eisen minder zwaar

geworden. De keuken hoef je niet meer te

verdelen over twee eindgroepen en ook hoeft

een verbruiker van meer dan 2 kW niet meer

NEN 1010: de neuzen

dezelfde kant op

Vanaf 1 juli is de nieuwe NEN 1010 verplichte kost. In vogelvlucht

werden tijdens Eatons theatertour belangrijke veranderingen

toegelicht. Vooral gericht op installateurs in de woningbouw.

Tekst Richard Mooi Beeld Ebel-Jan Schepers

Sommige eisen zijn minder zwaar geworden

21Installatie Journaal

Juni-juli 2016

REGELGEVING

een aparte eindgroep te krijgen. De eis nu:

‘Voldoende eindgroepen om apparatuur

gelijktijdig te kunnen gebruiken.’ Jongbloeds

conclusie: “Het is nu aan jullie. Best lastig.”

Voor aardlekbeveiliging komt er een verbod op

vierpolig schakelen. Voortaan moet elke fase

een eigen aardlek krijgen. Het betekent dat bij

een kleine nieuwbouwwoning met standaard 3

x 25 aansluiting minimaal drie aardlekken

nodig zijn. “Of je moet de derde fase niet

aansluiten. Maar netwerkbeheerders zullen er

niet blij mee zijn als iedereen dat doet.” Nog

eentje dan voor de woningbouw, met gevolgen

voor de aansluiting voor de buitenlamp.

“Leidingen moeten eindigen in een omhulling.

Nu de draden uit de pvc-buis laten bungelen

met een lasdopje op het einde is verboden. Of

er moet een inbouwdoos komen, of de

installateur moet een (goedkoop) buitenarma-

tuurtje plaatsen.

Brandwerendheid

Ook voor (kleine) utiliteit zijn er enkele

wijzigingen met grote gevolgen. Een belangrijke

is wel de eis van brandwerendheid van

bekabeling in vluchtwegen in gebouwen vanaf

de klasse BD 2 tot en met BD4. Dat zijn vrijwel

alle gebouwen, ook woongebouwen van het

type hoogbouw, vanaf pakweg de twee etage.

De vluchtwegen in zulke gebouwen zijn de

gangen in kantoorpanden en zorginstellingen,

de galerijen van lats en gezamenlijke hallen

van appartementsgebouwen. In zo’n gang,

zeker in kantoorpanden, loopt ook de

bekabeling, keurig in kabelgoten. Maar vanaf

nu moeten kabels brandwerend zijn uitgevoerd,

ook al hebben ze geen functiebehoud.

Brandwerend bekabeling voorkomt rook

waardoor de vluchtroute wordt belemmerd. “Je

wilt ook niet bedolven worden onder vallende

brandende kabeldeeltjes.” De kabel moet dus

brandwerend zijn, maar hoeft geen functiebe-

houd te hebben. Veel keuze uit zulke bekabe-

ling is er nog niet. Het kan zijn dat hier nog

uitstel op mogelijk is, totdat de industrie in

ieder geval in 2017 voldoende aanbod

beschikbaar heeft. En let even op: de eis van

brandweren bekabeling geldt niet alleen voor

de laagspanningsinstallatie, maar ook voor

UTP-kabels. Ook die mogen de vluchtweg niet

langer belemmeren. De term hoogbouw kan

nog een leuk discussiepunt met de opdracht-

gever opleveren. Wat is nu precies hoogbouw?

Voor Jongbloed alle gebouwen hoger dan twee

etages van waar springen vanuit het raam

onmogelijk is. België hanteert een andere

Pouw Jongbloed: “Het is nu aan jullie.”

deinitie. Hoogbouw geldt vanaf een hoogte van

25 meter.

Extra kabelgoot

Voor grotere installaties zijn de belangrijkste

wijzigingen meestal ingrijpender. Bijvoorbeeld

de regels die gelden bij uitbreiding van

installaties. Nieuwe bekabeling heeft invloed

op bestaande kabels. Meer kabels in de

kabelgoot betekent ook dat de huidige kabels

warmer worden waardoor de reductiefactor

oploopt. Niet alleen de nieuwe kabels moeten

dikker zijn, dat geldt ook voor de bestaande

kabels. Jongbloed heeft de eerste reacties van

installateurs al gehoord. “Ik leg er wel een extra

kabelgoot naast.” Voor agrarische ruimtes zijn

de eisen ten aanzien van potentiaalverefening

fors toegekomen. Een koeienstal moet een

ijnmazig aardnet krijgen. Tip: “Lees hoofdstuk

zeven goed door voordat je ’n aanbieding doet.”

Installatieontwerpers moeten steeds meer de

selectiviteit bepalen van automaten en achter

een ups luistert dat nauw. Als voorbeeld

noemde Jongbloed een installatie met een ups

van 80A met een kortsluitstroom van 160A.

Met vier automaten van elk 16 ampère kan dat

al een kapotte ups opleveren. De kortsluit-

stroom van één automaat is 10 x In = 160 A. Tel

daarbij het verbruik van de overige drie

eindgroepen van in totaal 50A en zo ontstaat er

een kortsluitstroom van 210A. Dat is te veel

voor de ups, en vermogenselektronica raakt

beschadigd. “Wen er maar aan. We krijgen

steeds meer DC-netten. Die voedingsbron kan

weinig kortsluitstroom leveren. Selectiviteit

wordt daarom enorm belangrijk.”

Documenten

Tenslotte: iedere installatie moet zijn voorzien

van geschikte documenten. “Maar wat is

geschikt?” Ter geruststelling: Voor eenvou-

dige (woonhuis)installaties volstaat een

grondschema en groepenverklaring. Voor

grotere installaties wordt het steeds

belangrijker om alles vast te leggen, ook

iedere wijziging. De eindgroep van een

pv-installatie moet ook zichtbaar worden

gemaakt. De brandweer kan bij bluswerk-

zaamheden waarbij de elektriciteit wordt

uitgeschakeld zo in één oogopslag zien dat er

zonnepanelen op het dak liggen. En dat ze

voorzichtig moeten zijn met bluswater.