Nederlandse rubberindustrie: een onderbelichte uitblinker? (april 2013)
-
Upload
david-kemps -
Category
Documents
-
view
470 -
download
0
description
Transcript of Nederlandse rubberindustrie: een onderbelichte uitblinker? (april 2013)
Kunststof Magazine I nummer 3, april 201310 Management
Rubber speelt een onopvallen-
de maar cruciale rol in allerlei
sectoren. Cruciaal, omdat het
niet te vervangen is door iets
anders. Onopvallend, omdat,
behalve in de bandenindustrie,
het over het algemeen op on-
zichtbare plekken wordt toe-
gepast. Het gaat daarbij vaak
om producten als O-ringen,
trillingsdempers, dempings-
platen, profielen, kraanbuffers,
afdichtingen en vele andere
onmisbare onderdelen die in
uiteenlopende industrieën wor-
den toegepast.
Ten opzicht van de kunststof-
industrie neemt rubber, zo lijkt
het, een bescheiden plekje in.
Een analyse van ABN AMRO
werpt echter een ander licht
over deze sector. David Kemps,
als sector banker verantwoor-
delijk voor de industrie, durft
zelfs te stellen dat de rub-
berverwerkende industrie door
haar specifieke expertise en
nicheproducten een unieke
positie binnen de rubberketen
heeft verworven. Een positie
als toeleverancier waar veel
kunststofbewerkers enkel van
kunnen dromen. De rubber- en
rubberverwerkende industrie
blijkt ook financieel een zeer
interessante tak van sport te
zijn, met een rijk verleden en
nog altijd een veelbelovende
toekomst.
STIJGENDE VRAAG NAAR RUBBER Het Amerikaanse onderzoeks-
bureau Freedonia voorspelt dat
de rubberconsumptie de ko-
mende tijd wereldwijd jaarlijks
met 4,3% zal groeien, van 24,8
miljoen ton in 2012 tot 30,5
miljoen ton in 2015. De meeste
groei zal in de zogenaamde
ASEAN landen en in India
plaatsvinden, aangewakkerd
door de stijging van autobezit
en de daarmee samenhan-
gende vervangingsmarkt voor
banden. Naast de bandenmarkt
wordt ook verwacht dat de we-
reldmarkt voor industriële rub-
berproducten op jaarbasis met
5,8% zal toenemen, van 105,5
miljard US$ in 2012 tot 140
miljard US$ in 2016. In 2016
zal 27% van de totale wereld-
vraag naar rubber vanuit China
komen. In India zal echter de
vraag het snelst toenemen.
Tot zover weinig verrassingen.
Daar waar er economische
activiteit is, stijgt de vraag naar
rubber. Fazilet Cinaralp, secre-
taris-generaal van de Europese
vereniging van banden- en
rubber producenten ETRMA,
signaleerde tijdens het Rubber
Congres in Wageningen vorig
jaar dat de groei van het bruto
nationaal product (en dus stij-
gend autobezit) de belangrijkste
drijver is achter de groeiende
vraag naar elastomeren in een
land…
Toch weet diezelfde ETRMA in
het rapport ‘Statistics 2012’ te
melden dat Europa zeker nog
een rol speelt voor wat betreft
de rubberverwerkende indus-
trie: Europa is, na China, nog
altijd de grootste gebruiker van
natuurrubber. In 2011 werd in
Europa 75% van het natuur-
rubber gebruikt voor banden;
producenten van zogenaamde
‘general rubber goods’ (GRGs)
verbruikten 54% van het syn-
thetische rubber. GRGs omvat-
ten de rubber industriële pro-
ducten, consumentenproducten
en latex producten zoals ma-
trassen; kortom, alles behalve
banden. Het rapport geeft
verder aan dat in 2011, de GRG
productie (in kg) in de EU is
gestegen met 26% tot 2,9 mil-
joen ton. De bandenproductie
steeg met 13% tot 4,8 miljoen
ton. De totale omzet in de EU
kwam in 2011 uit op 47 miljard
euro, hetgeen een stijging van
8% betekende ten opzichte van
2010. De rubbermarkt mag dan
wel ‘mature’ zijn in Europa, zij
speelt nog zeker een aanzien-
lijke rol van betekenis.
SITUATIE IN NEDERLANDVolgens de analyse van ABN
AMRO zijn er naar schatting 75
NEDERLANDSE RUBBER-VERWERKENDE INDUSTRIE: EEN ONDERBELICHTE UITBLINKER?
Eerste deel van een tweeluik over de rubberverwerkende industrie
Zeg ‘rubber’ en de meeste mensen komen niet verder dan ‘banden’. Helemaal niet vreemd: meer dan 70% van alle rubber – natuurlijk en synthetisch – dat geproduceerd wordt gaat inderdaad naar de bandenindustrie. Maar rubber is nog veel meer dan dat. In het eerste artikel van dit tweeluik over de rubberverwerkende industrie wordt ingegaan op de achtergronden van de rubberindustrie, de productie van rubber en op prijs- en marktontwikkelingen. In deel twee zullen aspecten als recycling, duurzaamheid en innovatie aan de orde komen.
Door Karen Laird
Serie over de rubberverwerkende industrie
Deel 1
11 I Kunststof MagazineManagement nummer 3, april 2013
gerindustrie, civiele projecten
en de energiesector. Het zijn
vaak omvangrijke projecten en
éénmalige producten die veel
engineering expertise, kennis
van rubber en precisie vereisen.
Een goed voorbeeld van een
dergelijke project zijn de tunnel-
afdichtingen die momenteel ver-
vaardigd worden door dit bedrijf
voor de langste afzinktunnel ter
wereld: een bijna zeven kilome-
ter lange tunnel die onderdeel
uitmaakt van een vaste oever-
verbinding tussen Hong Kong
en Macau. In dit gebied komen
aardbevingen voor, dus moeten
de 33 rubberen ‘seals’ die door
Trelleborg aangeleverd worden
in staat zijn om de beweging
van een eventuele aardbeving te
‘volgen’.
Volgens Peter Stello, directeur
van Trelleborg Infrastructure, is
rubber het enige materiaal dat
dit kan.
ing (Lelystad) en Polycomp
(Vorden). Dit zijn bedrijven die
klantspecifiek en oplossings-
gericht recepturen ontwikkelen
die geschikt zijn voor de ge-
vraagde toepassingen. Zij heb-
ben onderzoek en ontwikkeling
hoog in het vaandel staan om
dit soort maatwerk te kunnen
blijven leveren.
De overige ongeveer vijftig rub-
berverwerkende bedrijven zijn
actief in het segment ‘General
Rubber Goods’. De verschillen
in soort en maat van producten
die onder deze noemer wor-
den geproduceerd zijn echter
enorm, variërend van piepkleine
precisiecomponenten tot bag-
gerslangen en opblaasbare
leidingafsluiters. Een bedrijf als
Trelleborg Infrastructure in Rid-
derkerk, bijvoorbeeld, ontwikkelt
en produceert high-tech rub-
beroplossingen voor de bag-
en compounderen van rubber.
Voor het verwerkt kan worden
moet namelijk het natuur-
rubber dat van de plantages
komt of het synthetisch rubber
dat door de chemieconcerns
wordt geproduceerd gemengd
worden volgens recepturen
die per klant en per toepas-
sing verschillen. In Nederland
is er een handjevol bedrijven
die zelf nog mengen, maar dit
aantal neemt af. Er zijn slechts
drie bedrijven die echt als on-
afhankelijke rubbermengers of
compoundeurs gekwalificeerd
mogen worden: Trelleborg
Material & Mixing (Hoogezand),
Flevo Rubber Compound-
bedrijven in Nederland actief in
de rubberverwerkende indus-
trie. Tezamen vormen zij een
relatief kleine, maar stabiele
sector die beduidend minder
last van de recessie lijkt te heb-
ben dan andere spelers in de
maakindustrie. Een minderheid
van deze bedrijven is gespe-
cialiseerd in banden. Apollo
Vredenstein is nog de enige
echte bandenfabrikant hier
te lande; de andere bedrijven
houden zich voornamelijk bezig
met distributie en loopvlakver-
nieuwing.
Een klein groepje bedrijven
houdt zich bezig met het mixen
Rubberverwerkers in Nederland die innoverend bezig zijn en die specialistische kennis en toegevoegd waarde leveren, opereren ook vrijwel allemaal op internationaal niveau, met klanten
over de hele wereld. Foto: Edwin Wiekens.
‘DE RUBBERMARKT MAG DAN WEL ‘MATURE’ ZIJN IN EUROPA, ZIJ SPEELT NOG ZEKER EEN AANZIENLIJKE ROL VAN BETEKENIS’
Kunststof Magazine I nummer 3, april 201312 Management
liquiditeit) hebben opgebouwd.
Ook de marges bevinden zich
op een relatief hoog niveau.
Waar de technische kunst-
stofspuitgieters veelal rekenen
met een ebit% van 10-15%,
laat de GRG rubberindustrie
een gemiddelde zien van 26%
in 2011. ABN AMRO voorziet
dat deze ratio’s niet significant
zullen verslechteren in de toe-
komst.
VEEL SPECIFIEKE KENNIS NODIGIn deze branche is veel meer
sprake van schaalvergroting
dan van een toename van het
aantal bedrijven. ‘Je komt er
moeilijk tussen’, zegt Stello.
‘Expertise is belangrijk, en refe-
renties zijn cruciaal. Als je geen
naam hebt opgebouwd – als je
geen historie hebt – kun je het
vergeten.’
Het heeft alles te maken met
het feit dat er veel kennis nodig
is om rubber te verwerken.
Rubber is een niet-lineair ma-
teriaal en daarom moeilijk om
berekeningen op te maken. Het
modelleren van bijvoorbeeld
rubberverbindingen gaat ge-
paard met enorme onzekerhe-
den en variabiliteit vanwege dit
niet-lineaire gedrag. Om aan
het vereiste niveau van kwaliteit
en precisie te komen is veel
ervaring en een hoge mate van
expertise essentieel – en juist
op dit gebied scoort Nederland
hoog.
Helvoet, bijvoorbeeld, dat sinds
1939 actief is in deze sector,
onderscheidt zich weer door
de kennis van rubber, maar
dan in combinatie met ther-
moplasten en thermoharders.
Hier zit, aldus Helvoet CEO
Peter Rijkoort in een eerder
interview, voor Helvoet juist de
meerwaarde in. ‘Dat zie je niet
veel terug in de industrie. Wij
zijn wél in staat om daar com-
Daartegenover staat bijvoor-
beeld een bedrijf als Zorge
Industrie bv dat, naast een
reeks andere producten, ook
afdichtingen maakt, maar van
een hele andere orde. Hier gaat
het om TPE- of siliconenaf-
dichtingen voor verpakkingen,
medische of automotive toe-
passingen; kleine producten die
juist seriematig kunnen worden
geproduceerd.
Wat zij echter gemeen hebben,
samen met veel andere rub-
berverwerkers die ondanks het
huidige economische klimaat
succesvol draaien in Neder-
land, is een forse kennis van
technologie en materiaal, een
internationale klantenkring en
een voortdurende drang naar
innovatie om zich te blijven on-
derscheiden: een terugkerend
thema in de rubberverwerkende
industrie in Nederland.
ONDERSCHEIDEND DOOR KENNIS EN TOEGEVOEGDE WAARDEVolgens Peter Stello klopt dat
ook wel. ‘In Nederland worden
relatief weinig simpele pro-
ducten gemaakt. Producenten
van standaardproducten heb-
ben logischerwijze meer (prijs)
concurrentie dan spelers die in
niches actief zijn. Wellicht dat in
de toekomst de productie van
deze ‘usables’ steeds meer ge-
outsourced zal worden buiten
Europa,’ merkt hij op.
Op het gebied van de speci-
alistische producten, echter,
lijken er volgens ABN AMRO
zich weinig problemen voor te
doen. De slinkende marges die
momenteel de kunststofver-
werkende sector teisteren zijn
hier veelal afwezig, omdat de
prijsfluctuaties eenvoudigweg
aan de klanten worden doorge-
geven. Daarnaast is het concur-
rentieveld kleiner en gaat het in
de rubberverwerkende industrie
veelal om maatwerk: hiermee
onderscheiden de bedrijven
zich, waardoor er niet of nau-
welijks op prijs wordt geconcur-
reerd.
De figuren 2, 3 en 4 laten zien
dat de bedrijven binnen de sec-
tor de afgelopen jaren, ondanks
de recessie, een comfortabele
kapitaalbuffer (solvabiliteit en
‘EXPERTISE IS BELANGRIJK, EN REFERENTIES ZIJN CRUCIAAL’
Bron: KvK, ABN AMRO (NL bedrijven actief in ‘General Rubber Goods‘, omzet > €5 mio)
13 I Kunststof MagazineManagement nummer 3, april 2013
binaties van te maken, die zeer
belangrijke functies verrichten
in de componenten van onze
klanten.’ Helvoet is gespeci-
aliseerd in narrow-tolerance,
hoogwaardige kunststof en
rubber precisiecomponenten
en assemblages, voor diverse
branches, waaronder de au-
tomotive industrie, medische
verpakkingen en drankensyste-
men. ‘Wij horen bij een selecte
groep en worden gezien als een
van de zeer gewaardeerde toe-
leveranciers voor de Tier-1’s,’
vertelde Rijkoort verder.
Het eerder genoemde Zorge
Industrie zoekt het in LSR-tech-
nologie. Het bedrijf beheerst als
één van de weinigen in Neder-
land de techniek van het spuit-
gieten met liquid silicone rubber.
Volgens eigenaar directeur Dino
Zorge vergt dit een langdurig
leerproces, maar ‘vanaf het
moment dat we met LSR begon-
nen hebben we dit in drie jaar
kostendekkend gekregen’. Ook
bij Zorge Industrie wil men zich
blijven onderscheiden. ‘Wat wij
steeds zoeken is vernieuwing in
productietechnieken, die aan-
sluiten bij wat we al doen, maar
die een bepaalde exclusiviteit
hebben,’ zegt Dino Zorge. ‘Zo
krijg je een opeenstapeling van
niches, waar toch ook weer een
rode draad in kan worden ont-
dekt.’
Al met al lijkt de rubberver-
werkende industrie een kleine,
maar bestendige sector.
Rubberverwerkers hier in Ne-
derland die innoverend bezig
zijn en die specialistische
kennis en toegevoegd waarde
leveren, opereren ook vrijwel
allemaal op internationaal ni-
veau, met klanten over de hele
wereld. Zij zien de toekomst
dan ook vol vertrouwen tege-
moet. n
Tijdens een bezoek aan Trelleborg Infrastruc-
ture bv in Ridderkerk, dringt de realiteit van
een rubberverwerkend bedrijf al meteen door
bij aankomst op de parkeerplaats. Op het
terrein liggen enorme stukken zwart rubber
en rubberproducten. ‘Ze moeten er tegen
kunnen’, zegt Peter Stello, directeur Trel-
leborg Infrastucture. ‘Onze producten moeten
zich staande houden onder vaak barre
omstandigheden: in zee, in gebieden waar
aardbevingen veel voorkomen, in vrieskou,
noem maar op.’
De producten die hier worden vervaardigd
zijn zeer gespecialiseerd en worden vaak voor
klanten op maat gemaakt. Het producten-
gamma is breed, variërend van trillingsdem-
pers voor een golfenergiegenerator in Ierland,
tunnelafdichtingen en slangen die in Canada
bij de oliewinning uit teerzanden worden
gebruikt tot dilatatievoegen, rioolpluggen en
‘ search & rescue’ hefkussens, die in staat
zijn bij verkeersongelukken zelfs bussen op
te tillen.
Op planken in de opslagruimte naast de
enorme productiehal liggen stapels rubber-
compounds, gemengd volgens recepten die
ontwikkeld zijn door zusterbedrijf Trelleborg
Material & Mixing. ‘Wij geven aan welke spe-
cifieke eigenschappen wij nodig hebben voor
een bepaalde toepassing,’ zegt Stello. ‘Dat
hebben wij berekend en getest aan de hand
van simulaties. Zij moeten een recept ontwik-
kelen dat aan onze eisen kan voldoen. Door
de toevoeging van verschillende additieven
en vulmiddelen kunnen allerlei verschillende
eigenschappen worden gecreëerd. Hier zit
een enorm stuk kennis achter.’
Het rubberverwerkingsproces op zich lijkt vrij
eenvoudig. Als voorbewerkingsstap kan het
rubber worden gekalanderd tussen verwarmde
walsen waarna het geperst en gevulkaniseerd
wordt in een matrijs. Extrusie en daarna vrije
vulkanisatie in een autoclaaf, zoutbad of
magnetron is een andere manier om rubber te
verwerken. Vulkanisatie is een niet omkeerbaar
proces waarbij de polymeerketens zich gaan
vernetten. Hierdoor verandert het materiaal
van een zachte, plastische substantie in een
sterk, elastisch product.
De processen zijn niet geautomatiseerd. Rub-
berverwerking vraagt om ‘fingerspitzengfuhl’,
volgens Stello. Toch heeft het bedrijf inmiddels
wel de eerste robot aangeschaft.
‘Wij leveren een hele range rioolpluggen,’
zegt Stello. ‘Het zijn opblaasbare afsluiters die
gebruikt worden bij het aanleggen, reinigen,
inspecteren of repareren van leidingen en
rioleringen. Deze pluggen zijn opgebouwd uit
met aramidekoord versterkt rubber dat in een
bijzonder patroon wordt geweven. Hierdoor
kan de plug, eenmaal opgeblazen, de druk
goed weerstaan. Aramide heeft een enorme
treksterkte, is corrosiebestendig en sterker
– maar veel lichter – dan staal. Het weven
gebeurde voorheen met de hand.’ Inmiddels
heeft het bedrijf een robot aangeschaft die
deze taak sneller en beter uitvoert. ‘De robot
gebruikt minder materiaal, waardoor de plug-
gen minder wegen – altijd een pluspunt – en
minder kosten om te produceren. Bovendien
is de kwaliteit altijd perfect en werkt het
probleemloos 24/7. We zijn er uiterst tevreden
mee en, ja, de tweede zal ook wel snel
komen.’
TRELLEBORG INFRASTRUCTURE BV
Hefkussens vormen een onderdeel van het bijzondere productportfolio van Trelleborg.