NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel...

52
2019 | 2 TIJDSCHRIFT VOOR BIBLIOTHEEK & ARCHIEF Extra openingsuren zonder personeel: open+ in de Breese bibliotheek Nieuwe bovenlokale diensten en uitdagingen Wifi aanbieden: waarop moet je letten? Conservator Guy De Witte blikt terug op zijn carrière NAAR EEN BASISOPLEIDING VOOR INFORMATIEPROFESSIONALS Periodiciteit: Maandelijks • maart 2019 • Afgiftekantoor: Antwerpen X

Transcript of NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel...

Page 1: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

2019 | 2

TIJDSCHRIFT VOOR BIBLIOTHEEK

& ARCHIEF

Extra openingsuren zonder personeel: open+ in de Breese bibliotheekNieuwe bovenlokale diensten en uitdagingenWifi aanbieden: waarop moet je letten?Conservator Guy De Witte blikt terug op zijn carrière

NAAR EEN BASISOPLEIDING VOOR INFORMATIEPROFESSIONALS

Per

iod

icit

eit:

Maa

nd

elijk

s •

maa

rt 2

019

• A

fgif

teka

nto

or:

An

twer

pen

X

Page 2: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

VVBADomdat informatie belangrijk is

VLAAMSE VERENIGING VOOR BIBLIOTHEEK, ARCHIEF & DOCUMENTATIEStatiestraat 179 2600 Berchem+32 3 281 44 57 [email protected] www.vvbad.be

Page 3: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

META 2019 |2 | 1

De complexiteit van een recept voor een nieuwe opleiding

VERANTWOORDELUKE UITGEVER

Jessica Jacobs

Statiestraat 179, 2600 Berchem

HOOFDREDACTEUR

Jessica Jacobs • [email protected]

REDACTIE

Adeline Boeckaert, Paul Buschmann,

Lien Ceûppens, Rika Colpaert,

Gerd De Coster, Christophe Martens,

Kris Michielsen, Paul Nieuwenhuysen,

Veronique Rega, Eva Simon,

Stieve Van der Bruggen, Patrick Vanhoucke,

Marleen Vanneste, Bruno Vermeeren.

REDACTIESECRETARIS

Klaartje Brits • [email protected]

REDACTIEADRES

VVBAD • META

Statiestraat 179, 2600 Berchem

Tel. 03 281 44 57

[email protected] • http://www.vvbad.be/meta

Reageer op Twitter: #overmeta

ADVERTENTIES

Marc Engels • [email protected]

LAY-OUT

Marc Engels

DRUK

Coloma

META verschijnt 9x per jaar,

niet in januari, juli en augustus.

META is een uitgave van de VVBAD en is

begrepen in het lidmaatschap. Meer informatie

op http://www.vvbad.be/lidmaatschap.

ISSN 2033-639X

Patrick Vanouplines, voorzitter

Verderop in deze aflevering van META vinden we een aange-naam leesbaar artikel over het onderzoek naar de noden aan opleidingen voor informatieprofessionals.

Dat onderzoek leverde enkele bevestigingen op, maar ook enkele verrassingen. Een aangenaam aspect is dat er een databank werd opgesteld met daarin allerlei modules waarin de minder en meer beslagen informatieprofessional haar of zijn gading kan vinden. Dan trek ik meteen aan de alarmbel! Die databank is sinds gisteren, neen, zelfs eergisteren, verouderd. We zouden de middelen moeten hebben om deze schat aan gegevens niet alleen aan te vullen, maar ook up-to-date te houden en aan te bieden aan gegadigden. Echter, wie gaat dat betalen?

Laten we er meteen het beste van maken. Hier het recept. Men neemt uit de data-base enkele modules die al gedoceerd worden. Dat hoeven geen streekproducten te zijn, want producten van over de taalgrens en van over de landsgrens maken het gerecht des te aantrekkelijker. Men kruide het geheel met modules die nog niet bestaan. Warm opdienen en aankondigen als voedzame en gevarieerde scho-tel van informatieproducten. Kortom, een nieuwe opleiding om van te smullen.

In deze aflevering van META lezen we dat het recept er niet kant-en-klaar is: het moet dringend ontwikkeld worden. De ingrediënten (lesonderdelen of modu-les) verschillen enorm van prijs, al naargelang ze van Vlaamse of Nederlandse afkomst zijn, zodanig dat het erg lastig wordt om tot een gebalanceerd geheel te komen. Daarenboven willen de producenten van de ingrediënten misschien niet leveren, juist omdat de lesonderdelen of modules nu netjes in een bestaand menu verpakt zitten. Gelukkig zijn die producenten bereid gevonden om verder mee te praten en verder mee te denken.

Stel dat we de ingrediënten kunnen verkrijgen. Valt het recept dan in de smaak? Je weet dat nooit vooraf. Bijvoorbeeld de on hold geplaatste Antwerpse IBW-opleiding trok jaarlijks tientallen studenten aan. Gaat dat een paar jaar later, met een significant andere opbouw nog altijd zo zijn? En gaan werkgevers toestaan dat hun medewerkers het gerecht consumeren — zien die werkgevers van deze nuttiging voldoende de noodzaak in?

De prijsstelling van het gerecht is een lastig onderwerp. Op welk niveau moe-ten we aanbieden? Ook wat dat betreft zijn er nogal wat verschillen tussen Vlaanderen en Nederland.

Misschien moeten we de ingrediënten, eventueel aangevuld met onderdelen van eigen makelij, verder afzonderlijk aanbieden, via een overzichtelijke lijst? Misschien kan de VVBAD zelf zulke ingrediënten ontwikkelen en op de markt aanbieden? Dit vraagt verder onderzoek. We weten al wel uit onze beide uitge-werkte onderzoeksprojecten dat het de moeite loont.

Als het bovenstaande wat cryptisch is, maar u heeft de smaak te pakken, dan heb ik mijn doel bereikt, want dan gaat u meteen dit artikel lezen dat zo klaar is als een heldere bouillon, en heel wat serieuzer dan dit speelse editoriaal.

EDITORIAAL

Page 4: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

META 2019/2Jaargang 95 - maart 2019

VASTE RUBRIEKEN

1 EditoriaalDe complexiteit van een recept voor een nieuwe opleiding

4 Nieuws

21 InzetAdeline Boeckaert

22 EtalageLuisterpuntbibliotheek

24 SignalementLocHal

30 De vraagWaarop moet je letten als je gratis wifi aanbiedt? Joris Deene

32 Over de grens Calgary Central Library, CanadaStieve Van der Bruggen

34 InspiratieNieuwe bovenlokale diensten en digitaleuitdagingenCultuurconnect

35 Het plan

36 UitgepaktPubliek domeinAnnelies Van den Berghe

37 ColumnDe oude krokodil (6)Jan Lampo

37 Citaat

“ EEN RECENTELIJK GEDIPLOMEERDE IN DE ARCHIVISTIEK BEGON MIJ VORIGE WEEK NOG UIT TE LEGGEN HOE IK MIJN WERK MOET AANPAKKEN.”

38 Recensie

40 Kroniek• Oeps, het plan is gescheurd

43 Personalia

46 Toepassing

47 Zo gelezenMieke Opstaele

48 Uitzicht

2 | META 2019 | 2

INHOUD

Page 5: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

16

Uit onderzoek van KNVI en de VVBAD bleek dat er behoefte bestaat aan opleidingen voor informatieprofessionals binnen het hoger onderwijs. In de loop van 2018 werd een vervolgonderzoek gevoerd, om na te gaan of er een curriculum kan samengesteld worden met modules uit bestaande opleidingen in Vlaanderen, Nederland en eventueel daarbuiten. Die bevindingen liggen nu op tafel.

INTERVIEW

Guy De Witte

Open+ in de Breese bibliotheekAnnemie Arras

Naar een basisopleiding voorinformatieprofessionals

Floriske van Gennip en Bruno Vermeeren

10

26

ARTIKELS

“ WAT IK WEET IS NOG MAAR EEN FRACTIE VAN WAT ER TE WETEN VALT ”

INHOUD

26

22

Page 6: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

LINC vzw en de VVBAD zoeken aprilvissers

Fake news is hot. We zijn er allemaal mee bezig, en we trappen er allemaal ook wel eens in. Toch is er één dag waarop we doorgaans net iets kritischer zijn: 1 april. Voor LINC vzw hét ideale moment voor een kleine maar ludieke sensibiliseringsactie. Als beweging die enthousiast aan geletterdheid en mediawijsheid werkt, specialiseerde LINC vzw zich het afgelopen jaar immers in het fenomeen fake news. Nu is het tijd om het brede publiek te informeren en te wapenen tegen misleidende informatie in al haar vormen. In de eerste plaats door de verschillende vormen in kaart te brengen en daar-naast tips en duiding te geven.

LINC vzw wil gebruikmaken van 1 april om een eigen ludieke fakenews-bericht de wereld in te sturen. De VVBAD steunt deze actie met plezier. Om de actie te doen slagen kijken we in de richting van de bibliotheken. Met een erg kleine inspanning kan je bib deel uitmaken van een positieve campagne, waarbij je in het nieuws komt als kenniscentrum dat mensen sterker maakt in kritische informatiegaring.

Interesse? Neem contact op met Inne Van Engeland via [email protected].

In de zomer van 2018 uitte de vzw Vlaamse Erfgoed-bibliotheek (VEB, nu Vlaamse Erfgoedbibliotheken) haar bezorgdheid over een voorstel voor een nieuwe EU-richtlijn inzake de import van culturele goederen. Deze nieuwe EU-richtlijn heeft een nobel doel: het aan banden leggen van de internationale handel in geroofde kunstvoorwerpen en cultuurgoederen, waarmee sinds de oorlog in Irak ook terreur gefinancierd wordt. Het gaat vaak om voorwerpen die uit musea of van archeologische sites geroofd zijn, en die door terroristische organisaties via het internet ver-handeld worden.

De vzw Vlaamse Erfgoedbibliotheken vreesde echter dat het voorstel onbedoelde consequenties zou hebben voor de internationale handel in oude boeken en manuscripten. Zo zou het kunnen dat de strenge procedures ervoor zorg-den dat Vlaamse oude drukken die buiten de EU te koop worden aangeboden niet meer ingevoerd konden worden om de collecties van onze erfgoedbibliotheken aan te vul-len.

Tijdens de consultatieronde ging de VEB aan de slag om EU-parlementariërs en andere belanghebbenden op de hoogte te brengen van deze onbedoelde neveneffecten. We ontvingen positieve reacties zowel van Vlaamse en Belgische volksvertegenwoordigers, alsook van Europese

parlementsleden, van internationale erfgoedorganisa-ties en van koepelverenigingen van antiquaren. In het Europarlement werden belangrijke amendementen inge-diend, waaruit een werkbaar compromis ontstond.

Onder invloed van de vele reacties op het voorstel, waar-onder die van de VEB, werd de richtlijn geamendeerd. Het resultaat is een redelijk compromis, het Proposal for a regulation of the European Parliament and of the Council on the import of cultural goods – provisional agreement resulting from interinstitutional negotiations. De nieuwe regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor zo’n kostbare voorwerpen is het niet onredelijk dat er strenge (en dure) procedures toegepast worden, zoals de verplichting om de legale her-komst van het cultuurgoed te documenteren. Bovendien betreft het reglement enkel goederen die niet in de EU gecreëerd werden, wat de bezorgdheid van de Vlaamse Erfgoedbibliotheken grotendeels remedieert. Als Vlaamse Erfgoedbibliotheken kunnen we hier alleen maar tevreden mee zijn. Bovendien blijkt dat het consultatieproces werkt: als sector hebben we de nodige invloed kunnen uitoefenen op de Europese regelgeving.

Steven Van Impe & Mel Collier

Import van culturele goederen: een redelijk compromis

4 | META 2019 | 2

NIEUWS

Page 7: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

In 2018 verscheen 35 procent van de boeken in Vlaanderen en Nederland in de periode septem-ber/november. In 2017 was dat nog 40 procent. In de periode febru-ari-april steeg het aantal uitgaven dan weer van 23 procent naar 30 procent van het aantal uitgaven in dat jaar.

Bron: boekenpiramide Medio Europe

35

Nieuwe naam en nieuwe plek voor VEB

In 2018 vierde de Vlaamse Erfgoed-bibliotheek haar tienjarig bestaan en kwam er een einde aan de tweede be le idsper iode . In 2019 startte ze met veel enthousi-

asme aan een nieuw vijfjarenplan. Daarin zijn ambitieuze plannen terug te vinden, zoals een nieuwe databank voor middel-eeuwse handschriften, de lancering van een methodiek voor het waarderen van bibliothecair erfgoed, een verbeterde Collectiewijzer Erfgoedbibliotheken en een digitaliseringsproject voor kranten. Als netwerkorganisatie van en voor erf-goedbibliotheken wil de VEB meer dan ooit de motor zijn voor een expertisenet-werk waarin ontmoeting, open kennis-deling en samenwerking centraal staan. Bij deze nieuwe rol hoort ook een nieuwe naam: exit Vlaamse Erfgoedbibliotheek, welkom Vlaamse Erfgoedbibliotheken.

Bovendien is de vzw Vlaamse Erfgoed-bibliotheken vanaf 1 april te vinden in de Statiestraat in Berchem, samen met de VVBAD.

Bron: Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Bibliotheekcollectie DIVA opnieuw toegankelijk

De volledige bibliotheekcollectie van DIVA is opnieuw voor het publiek toegankelijk. In een smaakvol ingerichte leeszaal ontdekt de bezoeker gespecialiseerde magazines, kostbare werken en naslagwerken uit de onderzoeksbibliotheek. Voor de inrichting van het interieur sloot DIVA een sponsorovereenkomst af met de Scandinavisch geïnspireerde conceptstore MOOSE in the CITY.

DIVA’s bibliotheekcollectie telt ongeveer 23.000 publicaties en is een van de belangrijkste gespecialiseerde collecties in België met uniek documentair materiaal. Luk Lemmens, voorzitter van de Museumstichting: “We vinden het belangrijk dat DIVA niet alleen focust op tentoonstellingen, maar ook een kenniscentrum is waar men zich kan documenteren over alle facetten van de edelsmeedkunst, juwelen en diamant. Daarnaast willen we ook een open huis zijn met een lage drempel. De keuze vertaalt zich ook in het interieur, dat met zijn sobere lijnen een mooi contrast vormt met DIVA’s weelderige tentoonstellingskamers.”

Op enkele jaren tijd slaagde het bibliotheekteam van DIVA erin de bibliotheekcollecties van de voormalige musea voor Zilver en Diamant te integreren, de circa 1.500 kostbare werken te con-serveren, 23.000 werken te verhuizen naar het nieuwe depot en opnieuw publiek toegankelijk te maken. Ook een deel van de bibliotheekcollectie van het Modemuseum is vanwege reno-vatiewerken in de leeszaal van DIVA te raadplegen tot 2020.

Bron: Bibliotheek DIVA Foto’s: © DIVA

META 2019 | 2 | 5

NIEUWS

Page 8: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren viert twintigjarig bestaan

In 2019 bestaat de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren twintig jaar. Dit jubileum zal uiteraard niet onopge-merkt voorbijgaan. Heel 2019 zullen via verschillende kanalen de schijnwerpers worden gericht op deze digitale schatkamer, die wereldwijd vrij toegankelijk is voor iedereen. Zo komt in de nieuwsbrief maandelijks een bekende DBNL-fan aan het woord, die vertelt over een schat die hij of zij uit de digitale bibliotheek heeft opgediept.

De stichting Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren werd op 6 juli 1999 opgericht door de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde. In een tijd waarin het bezit van een computer met internetaansluiting lang niet zo vanzelfspre-kend was als nu, bouwde een groep pioniers aan een digitale bibliotheek over de literatuur- en cultuurgeschiedenis van het Nederlandse taalgebied. Al snel zag de overheid het belang van zo’n digitale bibliotheek en stelde via de Nederlandse Taalunie financiën beschikbaar voor de verdere ontwikkeling van de col-lectie. Inmiddels is de DBNL ondergebracht bij de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag en zijn de Taalunie en de Vlaamse Erfgoedbibliotheken als samenwerkingspartners betrokken bij het beleid, de financiering (Taalunie) en de uitvoering in Vlaanderen (Vlaamse Erfgoedbibliotheken).

De DBNL-collectie omvat op dit moment meer dan 15.000 titels en groeit maandelijks met zo’n 20.000 pagina’s. De DBNL wordt jaarlijks ruim vier miljoen keer gevonden door onderzoekers, docenten, studenten en boekenliefhebbers van over de hele wereld.

Bron: DBNL

Openbare Bibliotheek Amsterdam viert honderdste verjaardag

De Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA) bestaat dit jaar honderd jaar en viert dat met een feestperiode van honderd dagen. Die feest-periode ging in op 8 februari, exact een eeuw na de oprichting van wat als de voorganger van de OBA wordt gezien: de Amsterdamse Openbare Leeszaal en Bibliotheek. Tijdens de feestperiode worden er verschillende activiteiten georgani-seerd, onder andere een karavaan met gratis voorstellingen, muziek, theater, taal- en jeugd-activiteiten die alle stadsdelen aandoet.

De eerste Amsterdamse Openbare Leeszaal en Bibliotheek opende op 8 februari 1919 haar deu-ren aan de Keizersgracht. Ze omvatte een studie-zaal, een krantenzaal, gespecialiseerde studie-afdelingen in handel, economie en techniek en een muziek- en blindenbibliotheek. In 1930 waren er in Amsterdam zes officiële vestigingen en 49 wisselbibliotheken. Tot in de jaren zestig bestonden er naast de OBA ook veel kleinere, particuliere bibliotheken, meestal gevestigd in kantoorboekhandels, die vooral lichte ontspan-ningslectuur aanboden. Toen de OBA dat aan-bod ook bracht verdwenen de kleinere, concur-rerende winkelbibliotheken langzaamaan. In de jaren zeventig begon de OBA te streven naar spreiding en laagdrempeligheid door meer een buurtinstelling te worden. In de daaropvolgende decennia moest de bibliotheek steeds meer bezuinigen, waardoor ze uiteindelijk zeven ves-tigingen moest sluiten. Op 7 juli 2007 opende de OBA echter een nieuwe centrale bibliotheek op het Oosterdokseiland. Tegenwoordig omvat de OBA naast de centrale bibliotheek 26 vesti-gingen en is ze de grootste culturele instelling van Amsterdam.

Joostje Lakmaker en Elke Veldkamp beschreven honderd jaar bibliotheek in een jubileumboek Amsterdammers en hun bibliotheek.

Bron: Bibliotheekblad

Nieuw Steunpunt voor Bovenlokale Cultuur

Begin januari ging het Steunpunt voor Bovenlokale Cultuur van start. Het is een nieuwe organisatie die als doel heeft individuen, organisaties en besturen uit Vlaanderen en Brussel te onder-steunen en stimuleren bij hun praktijkontwikkeling, subsidie-aanvragen en beleidsvisie rond bovenlokale cultuur. De organi-satie vindt haar oorsprong in het nieuwe Decreet Bovenlokale Cultuurwerking en zal de ontwikkeling van het lokale en boven-lokale culturele veld stimuleren.

Het Steunpunt maakt nu werk van een dienstverlening in func-tie van de eerste projectaanvragen en aanvragen voor struc-turele ondersteuning voor intergemeentelijke samenwerkings-verbanden binnen het Decreet Bovenlokale Cultuurwerking. Tegelijkertijd werkt het aan een gedragen visie, actieplan en dienstverlening op lange termijn, die neergeschreven worden in een beleidsplan.

Bron: Steunpunt voor Bovenlokaal Cultuurwerk

> www.cultuurbovenlokaal.be

6 | META 2019 | 2

NIEUWS

Page 9: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

ACTIVITEITENKALENDER

12.03 Dag van de cultuureducatie

Departement Cultuur, Jeugd en Media

18.03 Studie- en ontmoetingsdag

WAP

West-Vlaams Archievenplatform

21.03 Algemene Ledenvergadering

VVBAD22.03 Inspiratiedag geletterdheid

Departement Onderwijs en Vorming

01.04 Dossiervorming en

klassement

Inovant26.04 Inspiratiedag geletterdheid

Departement Onderwijs en Vorming

30.04 Bijscholing School en Bib

VSPW Gent

Uw activiteit in deze kalender? Meld ze aan via onze website http://www.vvbad.be/activiteiten

Kinderen en jongeren in L.A. lezen hun bibliotheekboetes weg

Jonge lezers in Los Angeles moeten zich geen zorgen meer maken over boetes wan-neer ze hun boeken te laat inleveren. De bibliotheek voerde onlangs nieuwe regels in, waardoor lezers onder 21 jaar hun boetes kunnen ‘weglezen’. Bovendien krijgen scholieren automatisch een lidkaart van de bib via hun school, en ook het lidgeld kun-nen ze ‘weglezen’. De bibliotheek hoopt zo dat meer kinderen en jongeren de lees-microbe te pakken krijgen.

Heb je een openstaande schuld bij de bibliotheek, dan kun je langskomen en lezen. Per uur dat je leest gaat er vijf dollar van je openstaande schuld af. “Boetes voor beschadigde of verloren gegane materialen kunnen hoog oplopen,” vertelt assistent-bibliotheekbeheerder Darcy Hastings. “We merken dat zelfs een openstaande schuld van een paar dollar ervoor zorgt dat kinderen niet meer langskomen bij de biblio-theek. Met dit nieuwe programma willen we ervoor zorgen dat er geen kloof ontstaat tussen armen en rijken.”

Het ‘weglezen’ van schulden kan niet onbeperkt. Vanaf 50 dollar wordt er met een incassobureau gewerkt, maar niet voordat er via de ouders naar een oplossing wordt gezocht.

“Minstens honderd studenten per week lezen hun schuld af bij de East L.A. Library,” zegt jeugdbibliothecaris Aleah Jurnecka. “Ouders zijn ons dankbaar, want deze maat-regel vermindert de druk op veel gezinnen.”

Bron: L.A. Times

Zeeuws Archief wint Geschiedenis Online Prijs 2019

Op 7 februari werd in de Nederlandse Koninklijke Bibliotheek voor de tiende keer de Geschiedenis Online Prijs uitgereikt. Deze prijs wordt elke twee jaar uitgereikt door de Koninklijke Bibliotheek en DE REE archiefsystemen en wil het gebruik van internet voor de geschiedbeoefening belonen en goede ideeën voor websites, apps en andere digitale toepassingen op het gebied van geschiedenis aanmoedigen. Dit jaar stuurden 96 organisaties in totaal 154 accounts in. Twintig daarvan kwamen op de shortlist op grond van hun originele invalshoek, innovatief gebruik van digitale mogelijkheden, toegankelijkheid, niveau en/of fris design.De website Handelaars in Slaven van het Zeeuws Archief kreeg de eerste prijs van de jury. Deze website bevat een geschiedenis van mensenhandel en winstbejag uit ijzing-wekkende archiefstukken uit de collectie van het Zeeuws Archief. De jury oordeelde dat het Zeeuws Archief een belangrijk en controversieel verhaal op een bijzonder meeslepende manier vertelt aan de hand van een oud scheepslogboek. De site laat zien hoe toegankelijk een eeuwenoud archiefstuk kan zijn, en hoe archieven verhalen kunnen vertellen. Het verhaal is feitelijk, informatief, niet sentimenteel en toch bloed-stollend. Er werd optimaal gebruikgemaakt van het bestaande presentatieformat van Google Arts & Cultrure.Het Anne Frank Huis en My Inner Victorian delen de tweede plaats. De Anne Frank Stichting ontwikkelde naar aanleiding van de recente verbouwing een nieuwe web-site met een virtuele reconstructie van het Anne Frank Huis. Volgens de jury bevat het historische deel van de site een goed evenwicht tussen teksten, afbeeldingen en filmpjes. My Inner Victorian is een blog over de Victoriaanse tijd, geschreven door een enthousiaste liefhebber. De jury was onder de indruk van de veelheid aan verrassende invalshoeken waarmee de auteur de 19e eeuw benadert.

Naast een professionele jury kon ook het ruime publiek een stem uitbrengen. Met 853 stemmen ging de publieksprijs naar Erfgoed ’s Hertogenbosch, een website die ont-stond uit de samenvoeging van de gemeentelijke afdeling Bouwhistorie, Archeologie en Monumenten (BAM), Stadsarchief en Vestingwerken.

Bron: KB Nederland

> http://bit.ly/handelaarinslaven

©: Annie Spratt - Unsplass CC.

META 2019 | 2 | 7

NIEUWS

Page 10: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Bij Tracs geloven we heel sterk in The Blended Library als ‘the place to meet’ waar bezoekers veel meer kunnen doen dan boeken uitlenen en lezen. Om dit nieuwe concept vorm te geven is een up-to-date IT-infrastructuur onmisbaar. Hiervoor kunt u rekenen op de totaaloplossingen van Tracs Systems.

Denk hierbij aan cashless betalen, reserveren van publieke pc’s, van printen tot kopiëren en zelfs productverkoop. Maar ook de bijhorende digitale opslagsystemen (cloudoplos-singen) en IT beveiligingssoftware. Tracs Systems biedt het allemaal, op maat van uw organisatie en altijd ondersteund door een ervaren en vakkundige eigen helpdesk.

Dat doet Tracs niet alleen voor ruim 200 bibliotheken, maar ook voor lokale overheden, bedrijven en voetbalclubs in België, Nederland en Duitsland.

Met de nieuwste digitale betaaloplossing van Tracs, de PT-100 C, koppelen we de software aan uw beheer- en/of boekhoudsysteem, waardoor alle transacties rechtstreeks in uw administratie worden verwerkt. Bovendien beschikt de PT-100 C over een schitterend design waardoor het

Evolueer mee naar The Blended Library

Nieuwe digitale betaaloplossing voor uw organisatie

Cashless en contactloos betalen met VALINA van Worldline

uitermate geschikt is voor bibliotheken of andere afdelin-gen binnen de gemeente.

U beslist zelf hoe en waar u de PT-100 C wil gebruiken: aan de muur, op een zuil bevestigd, of volledig ingebouwd. Uiteraard is een 100% integratie mogelijk met alle andere Tracs-producten.

Om te kunnen genieten van de voordelen van onze Tracs betaaloplossingen, is een vlotte betaling cruciaal. Hiervoor vertrouwen we op VALINA, de nieuwste elektronische betaalterminal van Worldline. Deze cashless betaaloplos-sing laat uw bezoekers snel, veilig en contactloos betalen via een selfservice-automaat.

Innovatieve betaaloplossing voor bibliotheken

PUBLIREPORTAGE

Page 11: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

De bibliotheken in Bree en Almere hadden de primeur. Ondertussen ook in de bibliotheken Kapellen, Menen en Utopia Aalst.

Deze publireportage valt buiten De verantwoorDelijkheiD van De reDactie.

Worldline is Europees marktleider in elektronische betaalop-lossingen en biedt een compleet aanbod van omni channel oplossingen, betaalterminals, betaalkaartacceptatie, cadeau-kaarten en loyalty diensten enz. Kortom, een one-stop-shop voor het volledige betalingsbeheer, waarmee een betaalop-lossing volledig naar wens kan worden ingevuld. Precies wat Tracs Systems nodig had.

Een nieuwe betaaloplossing voor uw organisatie?

Contact: Anthony Vavrinek [email protected] +32 485 55 61 07

Interesse in de VALINA betaalterminal van Worldline?

Contacteer Worldline via [email protected] +32 (0)2 727 91 27

Primeur “ De betaalautomaat is gemakkelijk in gebruik. En het niet hoeven tellen van al dat cash geld levert een aanzienlijke tijdsbesparing op. Wij raden de PT-100 aan!

Suzanne Middelkoop, Bibliotheekdeskundige Kapellen

“ Digitale innovatie staat hoog op onze agenda en Tracs is hiervoor al jarenlang de uitgelezen partner. Al enige tijd zochten we naar een oplossing voor de vervanging van onze oude betaalautomaat die geen bancontact functie heeft. De PT100 cashless betaalautomaat biedt hiervoor een toekomstgerichte oplossing. Een luxe om dit in een apparaat aan te bieden aan de gebruiker. De installatie van de PT100 en de samenwerking met Worldline verliep vlekkeloos.

Annemie Arras, bibliothecaris Bree

PUBLIREPORTAGE PUBLIREPORTAGE

Page 12: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

IN DE BREESE BIBLIOTHEEK

Annemie Arras, Bibliotheek Bree

De wildste geruchten doen de ronde. De Breese bibliotheek is dag en nacht open voor ieder-een. Persaandacht is er genoeg, hoewel niet altijd correct. Maar men spreekt erover. Ook bibliothecarissen en beleidsmensen hebben interesse. De waarheid is eenvoudig. In Bree is de bibliotheek open van 10u00 tot 22u00: 30 uur met personeel en 54 uur zonder personeel voor de open+ gebruikers.

CONTEXTBree, 16.000 inwoners, is een relatief kleine stad met een regionale functie. Het ruime winkelaanbod, de wekelijkse markt, het culturele en vrijetijdsaanbod trekt mensen vanuit de omgeving naar onze stad. Daarnaast is er een uitgebreid scho-lenaanbod: ongeveer 1.600 leerlingen in het basisonderwijs en 2.200 leerlingen in het secundair onderwijs en het deeltijds kunstonderwijs. De Breese bibliotheek is gevestigd in een vrijstaand gebouw uit 1974 in het centrum van de stad en werd volledig gerenoveerd in 2006. Nu is de bibliotheek één open ruimte met grote ramen en een vide.

Het bibliotheekteam is klein maar dyna-misch: een voltijds bibliothecaris/coör-dinator vrijetijd, een voltijds deskundige jeugd/mediacoach, een halftijds deskun-dige communicatie/mediacoach, een halftijds bibliotheekassistent balie/medi-acoach en een halftijds bibliotheekassis-tent balie/jeugd.

De bibliotheek heeft een lange traditie van samenwerking met het onderwijs: een leerlijn voor het basisonderwijs met klas-uitleningen, auteurslezingen, voorleespro-ject en rondleidingen voor alle leerlingen

vanaf de derde kleuterklas. De samen-werking met het secundair onderwijs volgt vier sporen. De leerlingen van de eerste graad maken kennis met de biblio-theek aan de hand van een bezoek aan een lopende tentoonstelling in samen-werking met de leerkrachten plastische opvoeding. Leerlingen tweede en derde graad Verzorging worden door biblio-theekmedewerkers getraind in voorlezen. Nadien verzorgen ze voorleessessies in woonzorgcentra, kinderopvang en kleu-terklasjes. Het technisch onderwijs onder-steunt de Makerbib met nieuwe techno-logieën en ICT-ontwikkelingen. Ten slotte is er maatwerk dat in samenwerking met of op vraag van leerkrachten tot stand komt, waarbij de mediacoaches ingescha-keld worden. Er gaat eveneens veel per-soneelstijd en aandacht naar de samen-werking met senioren en mensen met een beperking.

ANALYSEDrie overwegingen liggen aan de basis van open+: openingsuren, automatisering en gemeenschapsvorming.

De openingsuren zijn historisch gegroeid en geënt op de lokale situatie. In 2006, na de renovatie, werden de openingsuren

aangepast na een studie van het aantal bezoekers per halfuur, een bevraging van de gebruikers en de resultaten van het gebruikersonderzoek. We streefden hier-bij naar openingsuren met structuur. De middagopening ontstond uit de vraag van gebruikers die in Bree werken en tijdens hun middagpauze de bibliotheek wil-len gebruiken. Krantenlezers konden zo ook in de voormiddag terecht in de bib. Ideaal zou 10u00 tot 13u00 geweest zijn, maar daarvoor hadden we niet genoeg personeelsuren. De langere opening op vrijdagmiddag werd ingevoerd omwille van de markt. De combinatie markt- en bibliotheekbezoek werkte. De avondope-ning start om 15u30, zodat leerlingen na school rechtstreeks naar de bibliotheek kunnen komen.

Enkele jaren later werd beslist om de laat-avondopening tot 20u00 op woensdag

maandag 11u00 – 13u00 15u30 – 19u00

dinsdag 11u00 – 13u00 15u30 – 19u00

woensdag 14u00 – 19u00

donderdag 11u00 – 13u00 15u30 – 19u00

vrijdag 10u00 – 13u00

zaterdag 10u00 – 15u00

10 | META 2019 | 2

ARTIKEL

Page 13: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

“ ER IS EEN SOORT VAN GEMEENSCHAPSGEVOEL EN BEREIDHEID OM DE BIBLIOTHEEK(WERKING) BETER TE MAKEN.

af te schaffen, en dan ook te sluiten om 19u00. Het aantal bezoekers was immers bedroevend laag.

De openingsuren zijn een duidelijk com-promis. De meeste gebruikers vinden wel een moment om naar de bib te komen. Toch is er regelmatig vraag naar andere/meer openingsuren: na 19u00, in de namiddag, op zondag, op zaterdag na 15u00. Ook het personeel heeft bedenkin-gen bij de openingsuren. De late middag-pauze beperkt de werking met school-groepen en andere doelgroepen zoals senioren van woonzorgcentra en Open Kans (instelling voor mensen met een beperking). Door de verregaande auto-matisering met zelfscanbalies (Nedap/Bibliotheca), betaalautomaat (Tracs), beheersysteem op de publieke pc’s (Tracs) gaan de gebruikers zelf aan de slag. Ze hebben het personeel niet altijd nodig.

Vanuit onze vrijwilligerswerking groeide het gevoel dat we gebruikers meer kun-nen betrekken bij de bibliotheekwerking. Momenteel zijn er ongeveer 25 vrijwil-ligers, zonder vrijwilligersvergoeding, actief in de bibliotheek. Uitgangspunt is dat zij geen basiswerk van het biblio-theekpersoneel overnemen maar dat we door hen extra diensten en projecten kunnen aanbieden. Als ze stoppen blijft de bibliotheek functioneren, weliswaar met een beperkter maar nog steeds een bibliotheekwaardig aanbod. De vrijwilli-gers kiezen ervoor om een deel van hun tijd te besteden aan de bibliotheek. Elke maandagochtend zetten vijf dames de hele collectie op orde, zodat het biblio-theekpersoneel enkel de binnenkomende materialen moet opruimen. De biblio-theek ziet er dan ook altijd picobello uit. Een groepje van acht vrijwilligers verzorgt het voorleeshalfuurtje elke woensdag en zaterdag. Twee vrijwilligers maken er af en toe een voorleesuurtje XL van door er een knutselactiviteit aan vast te kop-pelen. Twee vrijwilligers knappen aller-hande klusjes op in de bib, veelal klus-jes die te arbeidsintensief zijn voor de technische dienst, zoals extra meubilair maken, tentoonstellingen opbouwen en dergelijke. De hele boekencollectie wordt

geplastificeerd door een vrijwilliger. In het woonzorgcentrum zijn zeven voorle-zers aan de slag op dinsdagochtend. Elke maandagochtend organiseert een vrijwil-liger een babbelmoment rond de beebot met enkele bewoners. Daarnaast hebben we regelmatig vrijwilligers die omwille van gezondheidsredenen tijdelijk niet kunnen werken in een gewone arbeidssituatie. Door hun inzet in de bibliotheek slaagt een aantal van hen erin om na verloop van tijd terug te keren naar de arbeidsmarkt. Met hen werken we meestal een project op maat uit. Hieruit concluderen we dat gebruikers best wel bereid zijn zich in te zetten voor de werking van de organi-satie waarmee ze voeling hebben. Er is een soort van gemeenschapsgevoel en bereidheid om de bibliotheek(werking) beter te maken.

WAAROM OPEN+?Vertrekkend vanuit de vaststelling dat meer of andere openingsuren wenselijk zijn, dat gebruikers ons niet altijd nodig hebben en dat gebruikers zich best wel willen inzetten voor de bib, zijn we op zoek gegaan naar een concept dat het mogelijk maakt om onze openingsuren te verruimen.

We dachten na over een aanpassing van de huidige openingsuren met hetzelfde personeelskader, maar een goede oplos-sing was er niet. Op basis van bezoekers-aantallen konden we hier en daar wat schuiven, maar dat was niet echt een meerwaarde.

De tweede piste die we in overweging namen was een uitbreiding van het per-soneelskader. Samen met de personeels-dienst maakten we simulaties. Hoe groot is de personeelskost voor vijf of tien extra uren, met als uitgangspunt dat er tijdens elk openingsuur twee personeelsleden aanwezig zijn. De meerwaarde daar-van vonden we als personeelsgroep niet ingrijpend genoeg: één extra laatavond-opening, enkele extra uurtjes in de namid-dag, eventueel zaterdag tot 16u00. We bleven ook met de vraag zitten of het wel zinvol is om extra middelen en perso-neelstijd te investeren in extra openings-uren. Zouden we die niet beter inzetten om inhoudelijk meer aan de slag te gaan? Bovendien bleek deze piste voor onze beleidsmensen geen optie.

Als derde piste zochten we een oplos-sing in onze vrijwilligerswerking. Tot op heden vinden we gemakkelijk vrijwilligers en meestal blijven ze wel enkele jaartjes. Het zijn meestal jonggepensioneerden en daar knelt het schoentje. De pensi-oenleeftijd wordt steeds opgetrokken, en hoe lang zullen we nog vrijwilligers vinden? We vragen een ernstig engage-ment van onze vrijwilligers naar aanwe-zigheid en beschikbaarheid toe. Toch is er op bepaalde tijdstippen een tekort en moeten we de planningen aanpassen en personeel inschakelen.

Werken met vrijwilligers bleef toch de meest haalbare piste. We brachten in kaart wat de voor- en nadelen zijn van

META 2019 | 2 | 11

ARTIKEL

Page 14: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

de bibliotheek langer open te hou-den met vrijwilligers in de bibliotheek. Uitgangspunt is wel dat er altijd een per-soneelslid is.

Voordelen:• Beperkte kosten.• Veel extra uren zijn mogelijk: overdag

en ’s avonds.• Gebruikers en niet-gebruikers willen

zich inzetten voor de bibliotheek.• Betrokkenheid van gebruikers verho-

gen.

Nadelen:• Het personeel voelt zich bedreigd:

- Zal het beleid er op termijn niet voor kiezen om tijdens alle openingsuren te werken met vrijwilligers?

- Onze bibliotheek kiest ervoor om inhoudelijk en communicatief sterke medewerkers aan de balie te zetten. Kunnen zij vervangen worden door vrijwilligers?

- De kwaliteit van de dienstverle-ning gaat erop achteruit. Gebruikers maken geen onderscheid tussen bibliotheekmedewerkers en vrijwilli-gers. Ze verwachten dezelfde inhou-delijke begeleiding.

- Er komt een breuk tussen het balie-werk en de andere activiteiten en wer-king van de bibliotheek. Vrijwilligers hebben slechts een beperkt zicht op het totaalconcept van de bibliotheek.

• De begeleiding en opvolging van de vrijwilligers vraagt veel personeelsuren.

• Een ploeg van tien vrijwilligers is het minimum om voldoende extra ope-ningsuren te creëren.

• De personeelsgroep komt onder druk te staan: we merken nu al dat het een hele puzzel is om de openingsuren ver-deeld te krijgen als iemand ziek is of verlof heeft.

Het debat over de vrijwilligers was nog niet afgerond toen zich een opportuniteit aandiende: samen met Bibliotheca open+ als test opzetten.

WAT IS OPEN+?open+ is een concept dat komt over-waaien uit Scandinavië en Duitsland. Zo’n 850 bibliotheken werken er met het open-librarysysteem. Naast de bemande ope-ningsuren zijn er extra openingsuren zon-der personeel, onder strikte voorwaarden, voor hun vaste gebruikers. Het open+ concept is een spannende nieuwe uitda-ging voor de Breese bibliotheekmedewer-kers en de gebruikers. Dit vooruitstrevend project past helemaal in de (Maker)bib die de afgelopen jaren erg inzet op inno-vatie en technologie. En de werking ervan is eenvoudig. In de bibliotheek worden de

“ DE BREESE BIBLIOTHEEK IS HET LEVENDE BEWIJS DAT OPEN+ OOK IN EEN OUD GEBOUW KAN.

12 | META 2019 | 2

ARTIKEL

Page 15: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

technische installaties (verwarming, ver-lichting, elektrische deuren, alarminstal-laties, camera’s, luidsprekers, enz.) aan-gesloten op een librarycontroller. Via een dashboard heb je toegang tot een kalen-der en tools om je bibliotheek te beheren.

We zagen al snel de voordelen van dit systeem:• Zoveel extra openingsuren als we zelf

willen.• Een gemeenschapsproject, hopelijk lei-

dend tot een bibliotheekcommunity.• Diverse modellen zijn mogelijk: van vol-

ledig geautomatiseerd tot een combi-natie met personeel of vrijwilligers.

• Beperkte investeringskost met een jaar-lijkse onderhouds- en licentiekost die voor ons betaalbaar is.

TRAJECT Bibliotheca adviseert ons over het te vol-gen traject. Startpunt is een overleg met de stedelijke partners die samen dit ver-haal moeten schrijven: bibliotheekmede-werkers, ict-verantwoordelijken, techni-sche dienst en/of gebouwenbeheerder. Daarnaast moeten ook externe biblio-theekpartners hun plaats krijgen in het project: Tracs (leverancier van beheers-systeem op publieke pc’s), Real Dolmen (informaticapartner van Bree), Bidoc (hui-dig bibliotheeksysteem) en OCLC/HKA/Cultuurconnect (eengemaakt bibliotheek-systeem). Minder evidente gesprekspart-ners zijn de leveranciers van de automa-tische deuren, de alarminstallatie, de verlichting en de verwarming.

Een overleg met de hulpdiensten zoals politie en brandweer, maar ook met de stedelijke jurist en verzekeringsagent staan op het to-dolijstje.

Vanuit de bibliotheek kiezen we ervoor om het project als proefproject te lance-ren. Dit geeft voldoende speelruimte om stapsgewijs samen met de gebruikers het concept uit te tekenen.

TECHNISCHE UITWERKING Samen met Bibliotheca denken we na over de technische mogelijkheden om open+ in onze bibliotheek te implemen-teren. Dit resulteert in een wensenlijstje.• De bibliotheek is elke dag open van

10u00 tot 22u00. De bemande ope-ningsuren (30) en de extra openings-uren voor klassen en groepen zitten mee in dit stramien.

• De bibliotheek moet volledig automa-tisch zonder personeel openen en slui-ten.

• Tijdens de bemande openingsuren wil het personeel zelf de deuren openen

ARTIKEL

META 2019 | 2 | 13

Page 16: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

en eventueel sluiten en de verlich-ting manueel bedienen. Dit was voor Bibliotheca geen evidente vraag.

• Workshops en lezingen van de biblio-theek en haar partners krijgen een plaats in het concept.

• Een donker bibliotheekgebouw is niet uitnodigend. Een aanpassing van de verlichting is nodig.

• Het bibliotheekpersoneel is niet aanwe-zig en niet bereikbaar tijdens open+.

Alle technici maken van het wensenlijstje een bruikbaar model dat geïmplemen-teerd wordt in de librarycontroller, die alle installaties aanstuurt. De uitvoering ervan verloopt niet altijd probleemloos. Grootste struikelblok is het gerenoveerde bibliotheekgebouw: oude en nieuwe installaties door elkaar, waarvan een aantal technische schema’s ontbreken. Maar waar een wil is, is een weg. In een nieuwbouw of recent gebouw is dit tech-nisch proces veel eenvoudiger. De Breese bibliotheek is echter het levende bewijs dat open+ ook in een oud gebouw kan.

PARTICIPATIEPROCES MET DE GEBRUIKERSDe gebruikers staan centraal in het con-cept, want als het bibliotheekpersoneel niet aanwezig is zijn zij verantwoorde-lijk. Het is dan ook maar evident dat de gebruikers mee nadenken en beslissen over de uitbouw van open+. In juni lan-ceren we een oproep voor ambassadeurs die samen met ons onderzoeken wat open+ in de Breese bibliotheek kan zijn. In één week tijd dient zich een groep van 46 gebruikers aan. Met hen gaan we aan de slag. Gedurende zes weken werken we met vragenlijsten die het concept vorm moeten geven. De wekelijkse resultaten nemen we steeds mee in de volgende vra-genlijst. Omdat ook wij vooraf niet alles hebben bedacht en uitgewerkt, blijkt dit een ideale werkwijze. Bevragen in de zomervakantie heeft voordelen, maar ook nadelen. De meeste vragenlijsten komen vlot binnen omdat gebruikers er zin in hebben om tijdens de warme zomer over de bibliotheek na te denken. Als ambas-sadeurs echter op vakantie zijn volgen de vragenlijsten dadelijk na hun terugkeer. (Zie kadertekst).

Alle antwoorden worden verwerkt in een globale conclusie die enkele belangrijke aandachtspunten en inzichten opleveren. Gebruikers vinden het fijn dat ze het ver-trouwen krijgen om de bibliotheek zon-der tussenkomst van de bibliotheekme-dewerkers te gebruiken. Maar ze vragen naar een screening van de mensen die toegang krijgen. Ze omschrijven dit als

“het moeten plichtsbewuste, verantwoor-delijke en correcte bibliotheekgebruikers zijn”. Vooral dit laatste is het belangrijk-ste: bibliotheekgebruikers. De screening is ook de hamvraag voor de medewerkers, de leden van het managementteam, het College van Burgemeester en Schepenen, de buren van de bibliotheek en de Breese bevolking. Kortom voor iedereen. Het is duidelijk dat de slaagkansen in sterke mate hiervan afhangen. Bijkomend pro-bleem is de aantrekking die de biblio-theek op de regio heeft: een derde van de bibliotheekgebruikers komt van buiten de gemeente. Een ambassadeur vatte het als volgt samen: “je gaat onze bibliotheek toch niet te grabbel gooien”.

Samen met de stedelijke jurist trach-ten we objectieve criteria te formu-leren om te oordelen of iemand een goede bibliotheekgebruiker is. De cri-teria maken deel uit van het reglement. Bibliotheekgebruikers zijn niet automa-tisch open+ gebruikers. Hiervoor nemen ze een apart lidmaatschap.

De gebruiker van open+• moet 18+ zijn;• verkrijgt toegang met eID en pincode;• is minimaal drie maanden actief lid van

de bibliotheek;• ondertekent het reglement;• volgt een open+ infosessie.

Een bekentenis: boeken, kranten, tijdschrif-

ten, DVD’s, ontmoetingen, enz. Tot u schrijft

een die-hard, een doorwinterde bibliotheek-

fan. Ik hou van bibliotheken. Hoe wollig het

ook mag klinken. Van de geur. Van de sfeer.

Van de omgeving. Maar vooral van de aan-

wezigheid van zoveel verhalen en informa-

tie.

Een bibliotheek is een vergaarbak van infor-

matie waarin educatie en ontspanning hand

in hand gaan. Al sinds jaar en dag een soort

internet avant-le-lettre, maar dan georga-

niseerd op een aangename fysieke locatie.

Voor een jong-nostalgicus als ik, interessan-

ter dan het www, aangezien ik mijn leesvoer

liever op een bedje van papier dan op een

bedje van bits en bytes geserveerd krijg.

open+ maakt deze eerdergenoemde ver-

gaarbak toegankelijker dan ooit. Misschien

niet 24 op 24, zeven op zeven zoals veel-

vraat het internet, maar toch twaalf op

twaalf, zeven op zeven, wat ruimschoots

voldoet! Kortom: dank u open+.

Jan

open+ is een geweldige kans om de bib nog

vaker te ontdekken: zalig op eender welk

uur, zoals het mij uitkomt. Heerlijk rustig in

een hoekje door tijdschriften bladeren, iets

opzoeken, een tentoonstelling uitgebreid

bekijken of onverwachte ontmoetingen.

Alle vragen over veiligheid verdwenen stap

na stap, want het was al snel duidelijk dat

het goed doordacht was.

Door de extra openingsuren is het een stuk

rustiger geworden in de bib, want bezoe-

kers komen nu meer gespreid. open+ is een

echte meerwaarde.

Christiane

WE STELDEN EEN AANTAL VRAGEN­REEKSEN OP DIE ONS NUTTIGE INZICHTEN GAVEN OM OPEN+ TE REALISEREN. THEMA’S WAREN:

• Wanneer wil je open+ gebruiken?

> Dit gaf ons inzichten in hoe

we kunnen omgaan met

openingsuren en feestdagen.

• Wat doe je in de bibliotheek

tijdens open+?

> Zo kregen we zicht op het

bestaansrecht van open+• Wat vind je van het reglement?

> Met deze vragen toetsten we

het open+ reglement af.

• Wat verwacht je van de andere

open+ gebruikers?

> Zo kregen we zicht op wat als

storend gedrag ervaren wordt.

• Wat doe je bij problemen aan de

zelfscanbalies, betaalautomaat…?

> Zo kreeg onze FAQ vorm.

• Welke suggesties heb je nog

in verband met open+?

14 | META 2019 | 2

ARTIKEL

Page 17: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Uit de bevraging blijkt dat de helft van de ambassadeurs bereid is om te betalen voor open+. Voorlopig is het gebruik van open+ gratis, hoewel we een extra beta-lend lidmaatschap voor open+ en andere diensten overwegen. We hopen dat toe-komstige open+ bibliotheken samen met ons hierover nadenken.

De ambassadeurs formuleren vragen over veiligheid en toegankelijkheid. Een aan-tal aanpassingen aan het gebouw dringen zich op. De bibliotheek heeft een dubbele ingangsdeur met een sas. Hier staan rek-ken met flyers. Deze worden verwijderd waardoor mensen geen reden hebben om hier rond te hangen. De nooduitgang is volgens de normen aangeduid, maar geen enkele ambassadeur wist deze te vinden. Extra bewijzering wordt voorzien. De deu-ren worden uitgerust met deuropeners voor stroompanne.

Ook vanuit toegankelijkheidsprincipes zijn er enkele vragen. Waarom kan de

lift niet gebruikt worden tijdens open+? De lift is een platformlift en een mede-werker moet de liftgebruiker begeleiden. Sommige ambassadeurs ervaren dit als discriminerend. Juridisch gezien is dit niet zo want het gaat over een techni-sche beperking.

Infoboodschappen over het sluiten van de bibliotheek worden gegeven via luid-sprekers. Mensen met hoorproblemen zouden niet voldoende info krijgen. De boodschappen zijn enkel een geheugen-steuntje. Het blijft de verantwoordelijk-heid van de bezoeker om de bibliotheek op tijd te verlaten.

Na acht weken zijn we klaar om open+ door de ambassadeurs te laten testen. Na enkele problemen met de eID-lezer en de verlichting loopt het goed. Ondertussen leren we als personeel werken met het dashboard. De kalender raakt correct ingevuld. Na vier maanden is het dan zover: bibliotheekgebruikers kunnen

zich inschrijven voor open+ na het volgen van de infosessie waar alles op een rijtje wordt gezet. Er groeit stilaan een open+-community waar ieder lid beseft dat hij/zij verantwoordelijk is voor het slagen van dit project.

DE TOEKOMSTCommunicatie over en met de gebruikers van open+ is van essentieel belang. Aan de balie is er altijd tijd voor gesprekken en suggesties over open+. We werken met info op de website, een googleformulier en een fysiek infobord. Momenteel zijn er twee infosessies per week met vijftien deel-nemers. Samen met de ambassadeurs en de gebruikers starten we volgend jaar met een klankbordgroep.

Door open+ geven we de bibliotheek aan de gebruiker. Het respect dat we hiervoor krijgen, willen we continueren. Het is een geslaagd burgerparticipatieproject door techniek mogelijk gemaakt.

ARTIKEL

HEEL ERG BEDANKT, BIBLIOTHEEK BREE! De eerste Open Library bibliotheek in België met ons open+ concept. Nu 84 openingsuren per week, dagelijks van 10 tot 22 uur.

open ™

Inmiddels hebben we meer dan 850 open+ bibliothe-ken wereldwijd.

54 EXTRA OPEN+ UREN

Bart Ollevier: [email protected] Markus: [email protected] | facebook smartlibrariesNL.BE

Heeft u interesse, neem

dan contact op met ons!

G_LBAD1117_BE_2019_2_META_open+Dutch_final.indd 1 06.02.2019 13:27:41

Page 18: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Guy De Witte, conservator/restaurateur

“ Het gaat erom de juiste vragen te stellen en de juiste oplossingen te bedenken ”

Page 19: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Guy De Witte, conservator/restaurateur

“ Het gaat erom de juiste vragen te stellen en de juiste oplossingen te bedenken ”

Tekst: Klaartje Brits en Jessica Jacobs Foto’s: Jessica Jacobs

Met zijn adviesbureau en atelier De Zilveren Passer levert Guy De Witte al dertig jaar diensten aan organisaties en erfgoedinstellingen. Dat zal in de toekomst minderen, want Guy gaat stil-aan in pensioenmodus. Een uitgelezen moment om met hem in gesprek te gaan over het mooie beroep waar hij zo gepassioneerd door is.

In hartje Gent vinden we Guy De Witte in zijn atelier terug. Dat er hier goede beveiliging voorzien is, verbaast ons niet. Zeker wanneer Guy vertelt over de waardevolle stukken die hier pas-seerden. “Let op dat je niet tegen de canvassen aanstoot,” waar-schuwt hij. En zo starten we een boeiend gesprek met twee ingepakte kunstwerken als decor.

Je bent in de sector geen onbekende. Wat trok jou zo aan in het beroep van conservator/restaurateur?Ik ben al van kindsbeen af geïntrigeerd door geschiedenis en aardrijkskunde. Ik las graag en kocht al snel zelf boeken, ook oude boeken. Het idee dat iemand datzelfde boek honderden jaren geleden ook in handen heeft gehad vind ik iets magisch. Halfweg de jaren 1980 startte hier in Gent het HICOREB, het Hoger Instituut voor Conservatie en Restauratie van het Boek. Die studie heb ik gevolgd, en in 1987 ben ik afgestudeerd.

Had je toen al de intentie om daarvan je beroep te maken?Ja, uiteraard. De eerste jaren na mijn afstuderen werkte ik nog als ergotherapeut en deed ik restauraties in bijberoep. Maar dat viel niet vol te houden, dus na een tijd heb ik mijn job als ergotherapeut opgegeven en ging ik aan de slag als zelfstandig restaurateur en conservator.

Wat voor opdrachten kreeg je?In het begin waren dat vooral gedrukte werken. Het HICOREB had een goede reputatie als opleidingsinstelling. Veel instellin-gen gaven werken voor restauratie en conservatie aan de school, zodat de studenten die opdrachten onder begeleiding konden uitvoeren. Dat was een voordeel, want zo kon ik bij mijn start makkelijker contacten leggen. Ik kreeg dus altijd mooi werk. Na verloop van tijd ben ik mij meer gaan toeleggen op unieke en meer zeldzame stukken: handschriften, oorkonden, incunabe-len, landkaarten.

Wat was jouw taak dan precies?Dat hing ervan af. Sommige werken waren gescheurd, hadden last van schimmel of verzuring, soms was het een combinatie van verschillende factoren. Elk stuk is anders, elk werk is een uitdaging. Je moet dus ook investeren in degelijke materialen. Dat is best een dure zaak, en bovendien is de markt heel klein geworden. Perkament vind je bijvoorbeeld nog maar bij één leverancier in Engeland. Die levert perkament aan de Engelse staat, restaurateurs en kalligrafen. Maar goed, ik heb dus altijd boeiend werk gehad. Je werkt wel vaak met dezelfde materialen en technieken, maar elk stuk reageert anders.

Ik kan me voorstellen dat dit ook geen job is van negen tot vijf?Dat klopt. Ooit moest ik een kaart van Brussel restaureren. Die was op linnen gekleefd en was door schommelingen in

temperatuur en luchtvochtigheid uit elkaar gescheurd. Van 238 stukjes moest ik opnieuw één kaart maken. Daaraan ben ik veertien uur aan één stuk bezig geweest, want eens je bezig bent kun je daar niet zomaar mee stoppen. Zoiets kan ik nu fysiek niet meer aan. Je moet fit zijn, en je mag niet twijfelen. Experimenteren moet je op voorhand doen, dat kan niet op het stuk zelf. En omdat elk stuk anders is, is dat niet evident.

Werkte je vooral voor instellingen, of ook voor particulieren?Ik heb maar zelden voor particulieren gewerkt. Ooit kwam er iemand langs met een 17e-eeuwse prent die hij voor 50 euro op de rommelmarkt gekocht had. Die prent was gescheurd, er zaten gaten in, enz. Het was onmogelijk om al dat vuil eruit te krijgen, en zelfs als ik mijn prijs laag zou houden, zou het toch makkelijk 250 à 300 euro kosten om zo’n prent te restaureren. Als je het puur economisch bekijkt mag je eigenlijk maximum 40 procent van de waarde van een stuk in goede staat beste-den aan restauratie. Dat is ook meestal de maximumprijs die je terugkrijgt bij verkoop. Al is dat natuurlijk ook afhankelijk van factoren zoals onderwerp, inhoud, kunstenaar, zeldzaamheid en herkomst van het stuk. Ik werkte daardoor bijna uitsluitend voor instellingen, maar ik heb nooit zonder werk gezeten.

Hoeveel tijd besteedde je dan gemiddeld aan zo’n werk?Sommige werken namen veel tijd in beslag, want ik werk prak-tisch altijd alleen. Een van de grootste werken die ik gedaan heb is een atlas van de Koninklijke Oudheidkundige Kring van Sint-Niklaas. Zij bezitten als enige in België een IATO-atlas (Italian Atlas To Order), ook wel Lafreri-atlas genoemd. Hiervan zijn er wereldwijd nog een zestigtal van bekend. Het zijn eigenlijk ver-schillende kaartenbundels die op maat van de opdrachtgever samengesteld werden. De kaarten komen dikwijls maar in een paar atlassen voor. Het exemplaar van de KOKW bevat bijna honderd kaarten en plattegronden en zat in een flexibele per-kamenten kaft. Er was veel schade aan die atlas: valse vouwen, ontbrekende stukken, waterschade, schimmel, enz. We hebben dan eerst overlegd met de opdrachtgever hoe we die restaura-tie zouden aanpakken. Omdat men de atlas nog moest kunnen bestuderen is ervoor geopteerd om alle kaarten na conservatie te monteren in zuurvrije passe-partouts, en deze passe-partouts in zuurvrije dozen te bewaren. De procedure is volledig omkeer-baar en men kan de kaarten uit de passe-partouts halen en terug in de flexibele perkamenten band brengen. Aan die restauratie werkte ik bijna een jaar.

Deed je dan regelmatig verschillende opdrachten tegelijkertijd?Het probleem met zo’n grote opdrachten is: ofwel moet de opdrachtgever akkoord gaan om regelmatig een schijf te beta-len, ofwel moet je tussendoor andere opdrachten aannemen zodat je toch een inkomen hebt. Want een jaar zonder inkomen

META 2019 | 2 | 17

INTERVIEW

Page 20: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

kun je niet overbruggen. Op sommige momenten was het dus wel moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen.

Hoewel je vaak met dure stukken werkt is het dus geen job waarmee je fortuinen verdient?Nee, dat klopt. Je wordt niet betaald in functie van de waarde van de stukken waarmee je werkt. Maar goed, dat vind ik ook niet nodig. Mijn rijkdom zit tussen mijn twee oren.

Je hebt inderdaad heel wat diploma’s, je bent heel je carrière blijven bijleren?Ja, dit beroep is eigenlijk een passie. Je moet blijven leren. Ik ben enkel gespecialiseerd in bibliotheek- en archiefmaterialen. Papier, perkament, leder, enz. Wat ik weet is dan nog maar een fractie van wat er te weten valt. Er zijn zoveel aspecten die daar-bij komen kijken. Ik probeerde elk jaar een congres of een cur-sus bij te wonen om me bij te scholen, ook al was dat voor mij een enorme investering. Ik durf dus wel zeggen dat ik een grote achtergrondkennis heb. Door die kennis over te dragen via het lesgeven probeer ik mensen warm te maken voor het beroep.

Dus lesgeven is heel belangrijk voor jou? Hoe ben je daar inge-rold?Ja, inderdaad. Ik heb altijd al graag mijn kennis gedeeld. Waarom ook niet? Zolang de school vindt dat ik iets nuttigs te vertellen heb, blijf ik graag lesgeven. Toen ik begon te werken voor instel-lingen merkte ik dat verantwoordelijken een beperkte kennis hadden over het behoud en beheer van hun collecties. Daarom gaf ik zoveel mogelijk uitleg over conservatie en over mijn res-tauraties aan mijn opdrachtgevers, zodat ze zelf een referentie-kader konden uitbouwen op langere termijn.

Op een bepaald moment kreeg ik de vraag om een cursus te geven voor een aantal mensen uit verschillende instellingen. Nadien ging ik op vraag van Johan Vannieuwenhuyse de module preventieve conservatie doceren aan de pas opgerichte oplei-ding voor archiefmedewerkers aan het VSPW in Gent, en later werkte ik die module ook uit voor de bibliotheekopleiding. Daarbij lagen de accenten wat anders, en omdat het een gra-duaatsopleiding was lag de focus vooral op de theorie in plaats van de praktijk. Aan de VUB gaf ik jaarlijks drie dagen les over materiaal aan de master na master archivistiek. Op vraag van het museale middenveld sprak Leon Smets van Faro de directie van de VSPW en mij aan om een opleiding Behoudsmedewerker Erfgoed te ontwikkelen. We gingen toen rond de tafel zitten met het VSPW, FARO, de VVBAD en de musea van Antwerpen en Brugge om te bekijken hoe we dat zouden aanpakken. De keuze voor docenten viel voornamelijk op mensen die een grote exper-tise hadden in de conservatie van de verschillende materialen in de erfgoedwereld. Naast de specifieke modules rond schade-factoren en de materialen perkament, papier, boek en grafiek, gaf ik samen met Leon Smets, en later met Jürgen Vanhoutte en Wouter Lammens, de module over bewaaromgeving en depots.

Wat houdt die module precies in?Daarin komen alle aspecten van het depot aan bod: de bewaar-omstandigheden, het meubilair, de verpakking, het omgaan met de stukken, het management, onderhoud, calamiteiten, enz. Het

is de bedoeling dat de cursisten aan de hand van deze module leren hoe ze zelf het depot kunnen organiseren en op een goede manier beheren. Ze moeten ook ter plaatse gaan kijken in een instelling en op basis van wat ze geleerd hebben de bewaring en de toestand van de collectie, of een deel ervan, evalueren. Zo maken ze een analyse en krijgen ze een basis mee voor wan-neer ze zelf in de praktijk staan.

Wat zijn de belangrijkste dingen die studenten moeten mee-krijgen?Ze moeten weten dat ze een belangrijke rol spelen in het behoud van het erfgoed. Niet alleen door hoe ze er zelf mee omgaan en hoe ze de zaken bekijken, maar ook door de manier waarop ze het erfgoed presenteren. Eigenlijk zijn ze een soort van ambas-sadeurs. Daarnaast is hun kritische zin belangrijk. Ze moeten inzicht hebben, dingen begrijpen, kunnen communiceren, open-staan voor nieuwe dingen en leergierig zijn. Als ze aan het einde van de opleiding honger gekregen hebben, in de figuurlijke zin dan, dan ben ik in mijn opzet geslaagd. Het blijft een basiscur-sus, je kunt geen instelling runnen met wat je in de opleiding gezien hebt.

Wat ik ook belangrijk vind: tegenwoordig wordt erfgoed steeds vaker gedigitaliseerd. Ik ben daar voorstander van, maar het gevaar bestaat dat de ervaring beperkt blijft tot dat digitale beeld en dat dit beeld in de plaats komt van het erfgoed. Een origineel stuk is veel meer dan een foto of een 3D-beeld. Je moet dat met al je zintuigen kunnen ervaren: zien, ruiken, voelen, al zou ik er niet van proeven. Een origineel kunstwerk spreekt tot je, vertelt over zijn verleden en zijn heden. Dat is de échte toegevoegde waarde van een erfgoedobject. Die toegevoegde waarde ontbreekt als je alleen maar een gedigitaliseerd beeld hebt. Ik vind dat studenten moeten onthouden dat ze het con-tact met het object moeten blijven bewaren. En dat wil dus ook zeggen dat het erfgoed zichtbaar moet blijven voor het publiek. Voor heel wat doeleinden is een digitaal beeld zeer goed, ook als eerste kennismaking, maar je mag het verband met het origineel niet verliezen. Digitalisering moet aanvullend werken, niet vervangend.

Als dit een basiscursus is, bestaan er dan ook meer uitgebreide cursussen?Neen. De opleiding Behoudsmedewerker Erfgoed heeft een goede reputatie, en veel studenten zijn vragende partij voor een tweede jaar, maar in de huidige context gaat dat niet. De lesgevers zijn allemaal mensen die werken voor grote instellin-gen en betrokken zijn bij nationale en internationale projecten. Zij kunnen zich niet voltijds engageren voor de opleiding. We zouden wel meer stages kunnen inlassen, maar dan moet je vol-doende instellingen vinden waar de cursisten op een deskundige manier begeleid kunnen worden.

Daarnaast zou er ook een opleiding op een hoger niveau moeten zijn, waar studenten ook andere dingen leren doen: screenings doen, risicoanalyses en behoefteanalyses maken, project-management, nadenken over duurzaam bouwen en verbou-wen, enz. Dat is een heel ander niveau dan de opleiding die nu bestaat. Die vaardigheden heb ik zelf moeten verwerven

18 | META 2019 | 2

INTERVIEW

Page 21: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

en ontwikkelen tijdens mijn carrière. De meeste inspiratie en input vond ik in het buitenland op cursussen en congressen, in het contact met collega’s en in referentiewerken. Daardoor heb ik heel wat mooie projecten mogen doen. Onder andere voor Mechelen, dat al zijn erfgoed wilde onderbrengen op één locatie, of de omvorming van het gastenverblijf van de Abdij in Tongerlo tot een erfgoedgebouw en de verhuis van het stadsar-chief in Turnhout. Ik ben geen architect en geen ingenieur, maar mijn achtergrondkennis is voldoende om voorstellen te doen en de juiste vragen te stellen. Zo’n project is trouwens altijd team-werk, waar verschillende disciplines met respect naar elkaar luisteren. In mijn positie ben je dan ook dikwijls diegene die de wensen van de opdrachtgevers moet vertalen naar de taal van de technici en omgekeerd de mogelijkheden en beperkingen van de techniek moet vertalen naar het cultureel werkveld van de opdrachtgevers. Het gaat er steeds om de juiste vragen te stellen en de juiste oplossingen te vinden.

Welke vragen stel je dan?Het is de inrichtende macht die de krijtlijnen uitzet. Ik vul die dan aan met de noden van de collecties. Dat gebeurt door middel van een behoefteplan. Zo bekijk ik of een depot voldoet aan de noodzakelijke voorwaarden voor een goede bewaring. In een eerste fase verzamel ik zoveel mogelijk informatie om alles in kaart te brengen. Dat zijn vaak heel uitgebreide rapporten. Dat is zeer intensief werk, en daarvoor moet je een brede achter-grond hebben.

Wat staat er precies in zo’n rapport beschreven?Je start eerst met voorbereidende gesprekken, waarbij je polst wat precies de bedoeling is. Vaak weet men dat in de instelling zelf nog niet goed en is men nog op zoek naar een juiste for-mulering. Dus moet je vragen stellen, klankbord spelen, sug-gesties doen om een zo helder mogelijk beeld te krijgen van de verwachtingen van de opdrachtgevers. Vragen die je stelt zijn bijvoorbeeld: wat is de missie van de instelling, wat is de visie, wie zijn de gebruikers? In een tweede fase kijk je naar de collec-ties en de behoeften vanuit die collecties. En dan bekijk je het gebouw: is dat gebouw al dan niet geschikt, wat zijn de opties, enz. Ik kan geen beslissingen nemen, ik kan enkel aanbevelingen doen. Sommige zaken evolueren nog tijdens het proces. Het is een levend proces, je blijft dus ook constant in communicatie met de instelling en de teamleden. Mijn adviezen zijn altijd op maat van de instelling en de opdrachtgever gemaakt omdat elke situatie uniek is.

Dat is een totaal ander werk dan het restaureren op zich. Heb je een voorkeur voor een van de twee?Ik heb het handwerk nooit volledig verlaten. In de toekomst zal ik wel nog aan mijn persoonlijke objecten blijven werken.

Mijn job heeft een natuurlijke evolutie doorgemaakt. Ik heb steeds geprobeerd mijn opdrachtgevers te laten meegenieten van mijn kennis en inzichten en ze hebben dat blijkbaar wel gewaardeerd. Ze stimuleerden me om verder te doen op de ingeslagen weg en dat heeft uiteindelijk geleid tot wat ik nu ben. Jammer genoeg zijn er te weinig mensen waarbij je voor deze zaken terechtkunt.

Het is wel mooi dat jij als zelfstandige je kennis probeert over te dragen op mensen die uiteindelijk je concurrenten kunnen worden.Daar ben ik nooit bang voor geweest, er is werk genoeg. Ik ben zelf heel enthousiast over de job, en ik vind het fijn om andere mensen enthousiast te maken. We hebben nood aan jonge men-sen die verder doen. Alles verandert, je moet dus mee blijven evolueren met veranderende inzichten, daar heb ik geen pro-blemen mee.

Hoe zag jij de sector dan evolueren?Vlaanderen had een enorme achterstand op vlak van conserva-tie en restauratie van papier en boek. Toen ik startte met lesge-ven in Brugge had men nog nooit gehoord van een rampenplan voor bibliotheken. Ik kom dus uit een tijd waarin er zeer weinig voorhanden was.

We hebben in Vlaanderen al een lange weg afgelegd. Ik zie wel nieuwe en goede initiatieven in de sector, maar het kan nog altijd meer zijn. Zo vind ik dat de overheid meer moet investeren in onze eigen mensen. We hebben gemotiveerde deskundige mensen die vooruit willen, die internationale erkenning genieten en betrokken zijn bij prestigieuze projecten. Geef die mensen de kansen die ze nodig hebben, investeer in eigen talent en in eigen Vlaamse kennis en innovatie. We hebben de brains. Laten we er dan gebruik van maken.

Heb je hoop op beterschap?Je mag de hoop nooit opgeven, maar het is constant vechten. Veel mensen beschouwen cultuur en erfgoed als een sector die niets opbrengt. Maar cultuur en erfgoed hebben net veel toege-voegde waarde. Denk maar aan toerisme. Men mag alleen niet proberen om alles in cijfers te vatten. Een volk zonder erfgoed is een volk zonder geheugen. Het is helaas geen eenvoudige materie om te verkopen, het is niet altijd sexy. Werken in deze sector zal altijd een kwestie zijn van passie.

Kun je met een positief gevoel terugkijken op je carrière?Ik heb een mooie carrière gehad. Dankzij mijn job kon ik veel rei-zen. Een van de mooiste projecten waaraan ik heb meegewerkt was in het St-Katharinaklooster in de Sinaï-woestijn in Egypte. Het is een ervaring die ik nooit meer zal vergeten.

“ ALS STUDENTEN AAN HET EIND VAN DE OPLEIDING HONGER HEBBEN, IN DE FIGUURLIJKE ZIN, BEN IK IN MIJN OPZET GESLAAGD.

META 2019 | 2 | 19

INTERVIEW

Page 22: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Hoe ben je daarbij terechtgekomen?De beroepsvereniging in Engeland riep een Professional Accreditation Board in om een erkenningsprocedure uit te werken voor het beroep van restaurateur. Ik heb die procedure doorlopen, en ben sinds 2000 geaccrediteerd, wat wil zeggen dat ik voor heel Engeland, en zelfs voor heel de Commonwealth erkend ben als restaurateur. Sindsdien krijg ik via de Institute of Conservation meldingen over wat er omgaat in de sector in Engeland. Op een bepaald moment vroeg men mensen voor het St-Catherine Foundation Project. Het Katharinaklooster is na het Vaticaan de belangrijkste Christelijke bibliotheek ter wereld. Men wilde een pool maken van mensen die bereid waren om af en toe een vijftal weken in Egypte te gaan werken om handschriften te beschrijven. Er solliciteerden 300 mensen vanuit heel Europa, en tot mijn grote verbazing werd ik samen met een dertigtal anderen geselecteerd.

Wat is je taak daarbij?De eerste stap die we ondernamen was archeologie van de codex. Wat wij in het Westen wisten over de geschiedenis van het boekbinden is gebaseerd op handschriften die gerestau-reerd zijn of waarvan essentiële delen en informatie verdwe-nen zijn. We hadden dus een onvolledig zicht. Maar in het Katharinaklooster heeft men boeken die teruggaan tot de negende eeuw. Deze vertonen allerlei materialen en structuren die hier verloren gegaan zijn of hier nooit werden gebruikt. We maakten een analyse van al die banden: Griekse, Egyptische, Koptische, Syrische en Palestijnse banden vanaf de negende eeuw, de hele boekbandgeschiedenis tot de 18e en 19e eeuw. De handleiding omvatte meer dan 100 pagina’s. Ik moest een bijkomende opleiding volgen in de British Library, heel boei-end. Alle kennis die uit die analyses kwam zit nu verzameld in Londen. Die informatie wordt nu onderzocht door PhD stu-denten. De volgende stap in het project is het bouwen van de nieuwe bibliotheek. Daarna volgen het verpakken in specifieke dozen en de minimale conservatie.

Ben je momenteel nog bij het project betrokken?Ik heb nog contacten, maar momenteel zit het project in een fase waarbij ik niet onmiddellijk betrokken ben. Ik werk wel mee aan de thesaurus van de boekbandterminologie, samen met men-sen uit vijftien andere Europese landen. Aan die Engelstalige

thesaurus worden de zestien Europese talen gekoppeld. Al is de vraag wat ermee zal gebeuren na de Brexit.

Je bent ook veel bezig met klimaatverandering. Je stelt dat de klimaatverandering een bedreiging is voor het erfgoed?Natuurlijk, dat is een kwestie van gezond verstand. Neem nu de stijging van de zeespiegel. Dat heeft een rechtstreekse impact op depots. Depots mag je niet onder de grond stoppen. Of er nu een lek is, of er moet geblust worden, of de zeespiegel stijgt, of een rivier treedt uit haar oevers: water loopt naar beneden, dat is een objectief feit. En toch blijft men archieven of muse-umdepots onder de grond stoppen.

Zijn er nog dingen waarop men moet letten in het kader van de klimaatverandering?Mensen moeten begrijpen wat er aan de hand is. Als het min-der sneeuwt en meer regent krijg je meer overstromingen in de winter en worden er in lente en zomer minder smeltwater via de rivieren afgevoerd. In de zomer droogt de grond uit. Daardoor ontstaan er grondverzakkingen, waardoor er scheuren ontstaan in gebouwen. Stel je voor dat je depot zich in de kelder van een gebouw bevindt, en daar komen scheuren in. In combinatie met wateroverlast is dat nefast.

Kun jij oplossingen formuleren die op korte termijn het erfgoed kunnen beschermen?Het eerste wat ons te doen staat is ons over de problematiek buigen en proberen te begrijpen wat de praktische gevolgen van de klimaatverandering voor ons erfgoed en het Werelderfgoed betekenen. We moeten er ons van bewust zijn dat we niet alles zullen kunnen bewaren. We zullen ons gezond verstand moe-ten gebruiken en prioriteiten stellen. En we moeten daar nu dringend werk van maken, niet alleen op nationaal vlak maar vooral op internationaal vlak. En Vlaanderen kan hierbij niet achterblijven gezien onze kwetsbaarheid. Vlaanderen hoort niet voor niets bij de Lage Landen. Zo zullen we moeten overwegen om ook een deel van ons Vlaams en Europees erfgoed te ver-spreiden over andere delen van de wereld. Dat is een vorm van preventieve conservatie. Tien jaar geleden waarschuwde ik al voor de gevolgen van de klimaatverandering op het behoud en beheer van erfgoed. Toen werd het afgedaan als fictie, nu wordt het realiteit. Unesco en tal van andere internationale erfgoedor-ganisaties erkennen de klimaatverandering nu als de grootste bedreiging voor ons collectief geheugen. We moeten dringend werk maken van het zoeken naar oplossingen. Zoals Emile de Girardin ooit zei: “Gouverner, c’est prévoir; et ne pas prévoir, c’est courir à sa perte”.

Ik heb de indruk dat je het niet helemaal zult loslaten tijdens jouw pensioen. Nee, dat zal niet lukken. Maar grote projecten doe ik niet meer. Ik zal wel moeten ontwennen. Ik heb nog genoeg plannen, maar niet de tijd om ze allemaal uit te voeren, ik zal dus prioriteiten moeten stellen. Zo zou ik nog graag bloggen over erfgoed en over klimaatverandering. Ik houd daarbij het adagium voor ogen: “Maak plannen alsof je 100 jaar wordt, maar leef alsof elke dag je laatste is”.

20 | META 2019 | 2

INTERVIEW

Page 23: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

“ Het is noodzakelijk om constant bij te scholen ”

Geboren op 7 april 1982 in Waregem

Werkt sinds 1 mei 2013 bij Sint Lucas Antwerpen

Eerste baan: lerares muzi-kale opvoeding

Vrije tijd: reizen, bibliothe-ken & musea bezoeken, in boekenwinkels snuffelen

Inspiratie: muziek

ADELINE BOECKAERT

Adeline Boeckaert

Hoe ben je in de bibliotheeksector beland?Na mijn studies Musicologie werkte ik eerst voor Resonant – Centrum Muzikaal Erfgoed in Leuven en vervolgens als wetenschappelijk mede-werker bij het Studiecentrum voor Vlaamse Muziek en de bibliotheek van het Koninklijk Conservatorium in Antwerpen. Daar kreeg ik positieve stimulansen om me verder te profes-sionaliseren in de bibliotheeksector: in 2009 behaalde ik het certificaat initi-atie bibliotheekwezen en documentaire informatiekunde en in 2011 het post-graduaat in de informatie- en biblio-theekwetenschap. Sinds mei 2013 ben ik bibliotheekcoördinator van Sint Lucas Antwerpen.

In hoeverre hebben je studies je voor-bereid op je huidige job?Zowel de initiatie als het postgraduaat vormden een goeie basis, maar heel wat vakkennis bouw je natuurlijk gewoon on the job op. Zeker in een snel verande-rende sector als die van de bibliotheek is het noodzakelijk om constant bij te scholen.

Met welke thema’s ben je beroepsmatig veel bezig?Werken in een bibliotheek aan een kunsthogeschool omvat twee belang-rijke facetten. Langs de ene kant heb je de collectie zelf, die in grote mate afgestemd wordt op het onderwijs dat aan Sint Lucas gegeven wordt en het artistieke onderzoek dat er gevoerd wordt. Zo werd de collectie op vraag van enkele docenten recentelijk uitge-breid met toonaangevende uitgaven over kunst en ontwerp uit de MONA-regio (Midden-Oosten & Noord-Afrika). Langs de andere kant ligt de klemtoon op de dienstverlening naar studenten toe. Hen wegwijs maken in de collectie, de catalogus en de databanken vormt een van onze belangrijkste opdrachten.

Hoe ziet een werkdag er voor jou uit?Het dagelijkse beheer van de biblio-theek zorgt voor een enorme verschei-denheid aan taken, van collectiebeheer, catalografie en boekverzorging tot het helpen van studenten en docenten met allerhande vragen. Elke dag ziet er anders uit en brengt nieuwe uitdagingen met zich mee. Dat maakt het voor mij enorm boeiend.

Wat heb je al kunnen verwezenlijken?Door actief te participeren aan pro-jecten binnen de school probeer ik de drempel naar de bibliotheek zo laag mogelijk te maken. In 2015 werd naar aanleiding van 75 jaar Sint Lucas een groots project georganiseerd: 80 studenten en 25 docenten trokken een week naar Venetië om als eer-ste Belgische kunsthogeschool deel te nemen aan de Biënnale Sessions en er tentoon te stellen. Zelf begeleidde ik er een workshop rond de bibliotheek-collectie en het fotoarchief van de Fondazione Giorgio Cini.

Welke ambities koester je?In februari verhuist Sint Lucas Antwerpen naar een nieuwe campus en zal de bibliotheek een centrale plaats innemen in de school. Er staan allerlei activiteiten gepland: een lezingenaan-bod, kleine voorstellingen, enkele ten-toonstellingen, enz. Op die manier willen we uitgroeien tot de ontmoetingsplek bij uitstek, een plek waar studenten en docenten graag vertoeven. En waar ook andere geïnteresseerden natuurlijk steeds welkom zijn.

Wat was je motivatie om lid te worden van de redactieraad van META?Collega’s uit andere secties ontmoeten, samen nadenken over actuele tenden-sen in de sector, ideeën uitwisselen, en — nog voor het verschijnen van META — artikels kunnen (na)lezen, waren de belangrijkste redenen.

Adeline Boeckaert is bibliotheekcoördinator van Sint Lucas Antwerpen (Karel de Grote Hogeschool) en redactielid van META.

META 2019 | 2 | 21

INZET

Page 24: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

LUISTERPUNTBIBLIOTHEEK

Aantal gebruikers: 7.230 Daisy-lezers en 228 braillelezers (eind 2018). Per leesbeperking: 9 procent blind, 31 procent slechtziend, 3 procent met fysieke beperking, 45 procent met dyslexie en 12 procent andere (vaak meervoudige beperking).

Collectie: 26.360 Daisy-luisterboeken en 15.862 brailleboeken (eind 2018).

Topstuk: De gloriedagen van mijn vader: herinneringen aan mijn kindertijd van Marcel Pagnol en De helden van Arnout: in het spoor van acht vergeten Belgen van Arnout Hauben bij de volwassenen, Harry Potter en de steen der wijzen van J.K. Rowling en Hoe je een vulkaan kunt blussen en andere weetjes over IJsland van Alda Berglond Egilsdóttir en Wannes Cappelle bij de jeugd.

Ons lievelingsstuk: boeken die de auteur zelf heeft ingelezen. Onze lezers (en wij) vinden dat fantastisch! Elk jaar lezen zo’n 35 auteurs hun eigen werk in, je kunt ze aan het werk zien en horen op ons YouTubekanaal (www.youtube.com/user/Luisterpuntbib).

Leukste compliment ooit gekregen: We merken vaak dat onze lezers heel dankbaar zijn voor de toegankelijke boeken en onze snelle dienstverlening. Zie ook in de tekst.

“ De lieve woorden van onze gebruikers zeggen ons veel over de impact van ons werk.”

Luisterpuntbibliotheek

Wanneer werd Luisterpuntbibliotheek opgericht?Luisterpuntbibliotheek werd begin 2008 opgericht, vorig jaar vierden we ons tienjarig bestaan. Daarvoor waren al lange tijd twee bibliotheken actief, zij stopten hun werking en richtten samen Luisterpunt op om hun krachten te bun-delen.

Wat is jullie opdracht en hoe vullen jullie die in?Luisterpunt leent als Vlaamse biblio-theek Daisy-luisterboeken en braille-boeken uit aan personen met een lees-beperking (blind, slechtziend, fysieke beperking, afasie, dyslexie).

Wat hebben jullie al kunnen verwezenlijken?Sinds de opstart in 2008 is het aan-tal leden verdubbeld en bouwden we samenwerkingen uit met heel veel bibliotheken, scholen en woonzorgcen-tra. In 2009 werkten we, in samenwer-king met de Vlaamse ouderenraad en de rusthuizenkoepels en met steun van de Vlaamse overheid, een campagne uit voor ouderen: Daisy doet je lachen,

Daisy ontroert je, Daisy bezorgt je rillin-gen en Daisy verbaast je. In 2011 stapten we over van ingebonden brailleboeken (één exemplaar) naar braille op aan-vraag, zodat meerdere mensen tegelijk hetzelfde boek kunnen lezen, zonder wachttijd. Mede dankzij de uitwisse-ling van alle brailleboeken met onze Nederlandse collega’s hebben we nu meer dan 15.000 brailleboeken in onze collectie. Nog in 2011 konden we onze doelgroep uitbreiden, o.a. naar kinde-ren en jongeren met dyslexie, en we lanceerden de campagne Ik haat lezen. Daarvoor werkten we samen met Eureka ADIBib dat toegankelijke schoolboeken aanbiedt. We werken vaak samen met Iedereen Leest (bv. voor de boeken die genomineerd zijn voor KJV, voor studie-dagen, enz.). Sinds eind 2014 kunnen onze lezers kiezen tussen Daicy-cd (het boek wordt dan opgestuurd op een schijfje) en Daisy-online (streamen én downloaden). Onze leden lezen deze boeken meestal met de (voor hen gra-tis) anderslezen-app. Ook bibliotheken, scholen en woonzorgcentra kunnen online-boekenplanken met Daisy-boeken maken voor hun Daisy-lezers.

Zo zijn onze 26.000 boeken steeds beschikbaar bij alle organisaties die lid zijn.

Welke ambities koesteren jullie nog?Samenwerken vinden we bij Luisterpunt ontzettend belangrijk: met de biblio-theeksector, het onderwijs, andere lees-bevorderaars (Wablieft, Iedereen Leest, enz.), auteurs en uitgevers, de zorgsec-tor, enz. We willen nog meer en beter samenwerken met openbare bibliothe-ken, zodat mensen met een leesbeper-king in hun eigen vertrouwde omgeving toegankelijke boeken kunnen vinden. We willen graag bereiken dat mensen die Nederlands leren ook Daisy-boeken mogen gebruiken. Hiervoor werken we al samen met Wablieft en de uitgeverij Eenvoudig communiceren. Dat is goed, maar niet voldoende. de vraag is groter, zeker van bibliotheken en scholen. We moeten ook overleggen met de uitge-vers.

Hoe meet je de impact van jullie werk?We weten hoeveel leden we hebben, hoeveel boeken ze lenen, welke leesbe-perking ze hebben en hoe oud ze zijn.

22 | META 2019 | 2

ETALAGE

Page 25: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

TEAM

Luisterpunt verenigt haar medewerkers in een

aantal teams:

Lezers en collectie: Lieve Van Vaerenbergh

(teamverantwoordelijke), Tom Gabriëls (uitleen-

dienst), Véronique Rutgeerts (uitleendienst – con-

tact organisaties), Lieven Vanpoucke (uitleen-

dienst) en Pascale Denys (collectie)

ICT en Innovatie: Dries Blanchaert (teamverant-

woordelijke), Tom Gabriëls (postproductie), Ann

Voet (catalogus), Hendrik Van Dorsselaer (Mijn

Luisterpunt, IT)

Communicatie en Promotie: Saskia Boets (team-

verantwoordelijke), Mark De Haeck (redacteur

huistijdschirft), Diego Anthoons (communicatie

en promotie, secretaris stemmencommissie), Rita

Waeytens (studiomedewerker)

Directie: Geert Ruebens (directeur), Saskia Boets

(hoofd dagelijkse werking)

We weten hoeveel personen braille-boeken lezen, hoeveel personen met Daisy-cd’s en met Daisy-online werken. Die cijfers zeggen veel, maar niet alles. We weten hoeveel en welk soort orga-nisaties lid zijn en hoe vaak ze hun col-lectie vernieuwen. Maar we weten niet hoeveel mensen onze boeken lezen via een andere organisatie zoals een bib, een school of een WZC. We kunnen ook niet inschatten hoeveel mensen we niet bereiken omdat er geen exacte cijfers bestaan over hoeveel mensen slecht-ziend zijn, wegens een fysieke beper-king geen boek kunnen vasthouden of pagina’s kunnen omslaan, hoeveel kin-deren en jongeren met dyslexie Daisy-boeken als hulpmiddel echt nodig heb-ben enz.

Maar die lieve woorden van Caroline die niet meer zonder onze boeken kan, de e-mail van de dochter die schrijft dat de wereld en de levenslust van haar blinde vader zoveel groter zijn dankzij Daisy-boeken, Nico die ons zegt dat zijn honden en onze boeken hem behoed hebben van een depressie na zijn onver-wachte ernstige oogziekte, of de juf van Laura die ons mailt — met een foto van Laura met boek en tablet — dat Laura op haar tiende eindelijk een volledig gewoon boek heeft gelezen dankzij de

Daisy-versie, of de mama die haar zoon met dyslexie net lid heeft gemaakt van een KJV-leeskring (ondersteund door Daisy-boeken natuurlijk): al deze berich-ten zeggen ons zoveel over de impact van ons werk!

Welke achtergrond hebben de teamle-den?Wij zijn met dertien, met uiteenlopen de achtergronden: een aantal collega’s hebben een bibliotheekopleiding, ande-ren zijn meer IT-gericht, nog anderen meer thuis in communicatie. We hebben een studiomedewerker, veel luisterende oren en bereidwilligheid in onze uitleen-dienst, een redacteur voor ons (gespro-ken) huistijdschrift, enz. Belangrijk bij ons is dat je goed kunt samenwerken, dat je sociaal voelend bent en dat je niet bang bent van verandering en technolo-gische vernieuwingen.

Hoe zou je de teamspirit omschrijven?We zijn een kleine organisatie, waar het soms alle hens aan dek is om iets tijdig klaar te krijgen. En dan gaan we er ook voor. We hebben niet zoveel mankracht, maar we branden van ambitie om te evolueren: op vlak van technologie, maar ook op vlak van het aantal mensen dat we bereiken; er is nog zoveel groei-marge.

“Laura kon op haar tiende eindelijk een volledig boek uitlezen dankzij de Daisy-versie.” Foto © Sarah Beyens.

Achteraan v.l.n.r.: Tom, Mark, Dries, Lieven en Ann

Midden v.l.n.r.: Rita, Saskia, Pascale, Lieve, Diego

en Geert

Vooraan v.l.n.r.: Véronique en Hendrik

META 2019 | 2 | 23

ETALAGE

Page 26: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

24 | META 2019 | 2

SIGNALEMENT

Eind januari vond de feestelijke opening van LocHal, de nieuwe bibliotheek in Tilburg, plaats. Vanaf het station Tilburg kijken voorbijgangers nu direct de nieuwe openbare bibliotheek in. De locomotiefwerk-plaats transformeerde tot een publieke stadshal met een indrukwekkende vitrine naar het spoor, stoere stalen constructies en een openbare evenementenruimte voor de stad.

LocHal faciliteert de lezende boekenconsument, maar biedt ook nadrukkelijk ruimte aan de creatie van kennis. Naast verschillende evenementen- en lezingenruimtes zijn er ook laboratoria waar je wordt uit-gedaagd nieuwe kennis op te doen en nieuwe technieken te leren kennen.

LocHal

© Arjen Veldt.

© Gerdien Wolthaus Paauw.

© Gerdien Wolthaus Paauw.

© Arjen Veldt.

Page 27: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

META 2019 | 2 | 25

SIGNALEMENT

© Gerdien Wolthaus Paauw. © Stijn Bollaert.

© Stijn Bollaert.

© Arjen Veldt.

© Arjen Veldt.

© Arjen Veldt.

© Arjen Veldt.

Page 28: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

NAAR EEN BASISOPLEIDING VOOR INFORMATIEPROFESSIONALSFloriske van Gennip en Bruno Vermeeren

Uit onderzoek van de beroepsverenigingen KNVI en VVBAD bleek dat er in Nederland en Vlaanderen behoefte bestaat aan opleidingen voor informatieprofessionals binnen het hoger onderwijs (META 2017/6). Het gaat daarbij enerzijds om een brede basisopleiding, anderzijds om modules die inspelen op specifieke ontwikkelingen in de sector en die gebruikt kunnen worden als bijscholing voor mensen die al in de praktijk werken.

De VVBAD-KNVI-werkgroep, die het behoefteonderzoek bestelde, besliste in de loop van 2018 om werk te maken van een vervolgonderzoek. Uitgangspunt was de eerste aanbeveling van de onderzoe-kers. Zij stelden voor om na te gaan of er een curriculum samengesteld kan worden met modules uit de bestaande opleidin-gen in Vlaanderen, Nederland en eventu-eel daarbuiten. Daarnaast moest onder-zocht worden welke modules ontbreken en of deze ontwikkeld kunnen worden. De modules zouden in eerste instantie aan-geboden kunnen worden als bijscholing

maar zouden daarnaast mogelijk ook de basis vormen van een volledige basisop-leiding tot informatieprofessional.

EEN DATABANKOm deze inventarisatie uit te voeren werd beroep gedaan op een onderzoeker-sta-giair. Zes maanden lang werkte Floriske van Gennip als tijdelijk medewerker van de VVBAD aan een overzicht van rele-vante modules binnen bestaande biblio-theek- en archiefopleidingen en poten-tieel interessante modules in andere bestaande opleidingen in Vlaanderen en

Nederland. Om tot een goede aansluiting tussen de opleidingen en het beroepsveld te komen werd het inventarisatieproject breed opgezet. Daarbij werd zowel reke-ning gehouden met de nood aan bijscho-ling als met de nood aan een volwaardige basisopleiding tot informatieprofessional. Naast bestaande, opgeheven en niet-gerealiseerde opleidingen voor het infor-matievak en relevante opleidingen binnen aanleunende disciplines uit het reguliere opleidingsaanbod hoger onderwijs wer-den ook voorbeelden van cursussen en opleidingen van commerciële aanbieders

26 | META 2019 | 2

ARTIKEL

Page 29: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

meegenomen in het onderzoek. Het valt daarbij op dat er in Nederland een veel groter aanbod is dan in Vlaanderen. De informatie over opgeheven opleidingen dient vooral om een beeld te krijgen van de mogelijke samenstelling van het cur-riculum.

Bij bestaande bibliotheek- en archief-opleidingen en opleidingen met duide-lijke raakvlakken is het relatief eenvoudig om tot een eerste selectie van relevante modules te komen. Bij disciplines binnen het bredere opleidingsveld is dit minder eenvoudig, onder meer omwille van het grote aantal opleidingen die hiervoor in aanmerking komen. Recente ontwikke-lingen met betrekking tot de informatie-opleidingen in Vlaanderen en Nederland, waarbij onder andere aansluiting werd gezocht bij ICT-, business-, media- en communicatieopleidingen, tonen aan dat de invulling van het curriculum van het informatievak veel ruimte laat voor dis-cussie. Zonder ideale blauwdruk voor een brede basisopleiding tot informatiepro-fessional is het zeer moeilijk om te bepa-len welke modules binnen deze curricula nu juist relevant zijn. Bovendien behoren informatieprofessionals vaak niet tot de doelgroep van deze opleidingen. Zo rijst de vraag in hoeverre deze modules eerst vertaald moeten worden naar de noden binnen kennisintensieve organisaties om als scholing te kunnen dienen voor infor-matieprofessionals.

“ HET BEDRIJFSLEVEN ONDERSCHAT DE MEERWAARDE VAN INFORMATIEPROFESSIONALS, WAARDOOR DUIDELIJKE KANSEN OP DE ARBEIDSMARKT ONTBREKEN.

OVERZICHT VAN BESTAANDE BIBLIOTHEEK­ EN ARCHIEF­OPLEIDINGEN EN NAUW VERWANTE OPLEIDINGEN

ARCHIEFOPLEIDINGEN

> Vlaanderen:

• Graduaat Informatiebeheer: bibliotheek en archief – spe-

cialisatie archief, (niveau 5) – Arteveldehogeschool en

Erasmushogeschool.

• ManaMa Archivistiek: Erfgoedbeheer en Hedendaags

Documentbeheer, (niveau 7) – VUB

> Nederland:

• De Archiefschool/HBO-ICT – Archivistiek B, (post-HBO) –

Hogeschool van Amsterdam

• Duale Master Archival and Information Studies – Archivistiek

A, (niveau 7) – UvA

• Duale Master Preservation and Presentation of the Moving

Image, (niveau 7) – UvA.

• MA Archival Studies – specialisatie van de MA Geschiedenis,

(niveau 7) – UL

BIBLIOTHEEKOPLEIDINGEN

> Vlaanderen:

• Graduaat Informatiebeheer: bibliotheek en archief – spe-

cialisatie archief, (niveau 5) – Arteveldehogeschool en

Erasmushogeschool.

OPLEIDINGEN MET DUIDELIJKE RAAKVLAKKEN MET DE BIBLIOTHEEK­ EN/OF ARCHIEFSECTOR

> Vlaanderen:

• Ma Cultuurmanagement, (niveau 7) – UA

> Nederland:

• BA Business Information & Media Studies (BIMS), (niveau 6) –

Haagse Hogeschool.

• MA Erfgoedstudies, (niveau 6) – Reinwardt Academie.

• Duale Master Archival and Information Studies, (niveau 7) –

UvA

• MA Boekwetenschap, (niveau 7) – UvA

• MA Book and Digital Media Studies, (niveau 7) – UL

META 2019 | 2 | 27

ARTIKEL

Page 30: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

De beschikbare gegevens werden ver-zameld in een databank. Meer dan 300 modules uit 90 verschillende opleidin-gen, georganiseerd door 50 verschillende instellingen in binnen- en buitenland, werden hierin beschreven. De databank is een werkinstrument. Het opleidingen-landschap is voortdurend in beweging en de databank bevat naast reguliere oplei-dingen ook informatie over bijscholings-modules die vaak maar sporadisch aan-geboden worden. De informatie publiek beschikbaar maken is dan ook weinig zin-vol, toch zeker zonder adequate finan-ciering om onderhoud van de gegevens op langere termijn te garanderen. De beschikbare gegevens worden wel opge-nomen in het eindrapport van het project.

EEN COMPETENTIEBOOMOm een duidelijke link te kunnen leggen tussen de nodige competenties voor infor-matieprofessionals en bepaalde oplei-dingen en modules binnen het huidige onderwijsaanbod is, naast een blauwdruk van de ideale opleiding, ook een duide-lijk overzicht van de competenties nodig waaraan deze modules afgetoetst kunnen worden. Het eerder genoemde behoefte-onderzoek presenteerde de gemiste en de benodigde competenties in een alge-meen, ongestructureerd overzicht van kennis en vaardigheden voor toekomstige informatieprofessionals. Het gaat om een honderdtal competenties, zonder onder-verdeling op basis van inhoud of deel-sector. Tijdens het project werden twee workshops gepland, een in Vlaanderen en een in Nederland, om meer structuur aan te brengen in dit overzicht door te sorteren op inhoudelijke samenhang en overbodige of overlappende elemen-ten te identificeren. De ontstane clusters werden ingepast in een boomstructuur, waarbij een onderscheid gemaakt werd tussen algemene (stam) en meer specia-listische (takken) kennis en vaardigheden. Ondanks de verschillende achtergrond van de deelnemers die het volledige bibliotheek- en archieflandschap verte-genwoordigden werden veel competen-ties in de gemeenschappelijke wortels en stam van de competentieboom onderge-bracht. Het stimuleren van kennisdelen,

klantgerichtheid, samenwerking en inter-disciplinair werken horen volgens de deel-nemers als basisvaardigheden thuis in het wortelstelsel. Algemene competen-ties rond management, marketing, com-municatie en publieksbereik, didactiek, informatie- en onderzoeksvaardigheden, juridische kennis en een breed maat-schappelijk bewustzijn werden onder-gebracht in de stam, samen met clusters rond collectievorming, behoud en beheer van digitale en fysieke collecties, catalo-grafie en metadatering, kennis van ICT en informatiesystemen en van nieuwe media. De takken werden gevormd door speci-alistische clusters zoals digitalisering, datamodellering en data-analyse, veran-deringsmanagement, gebouw en inrich-ting, research data management, linked open data, open science, enz.

Door de korte looptijd van het project kon alleen de workshop in Antwerpen plaats-vinden. Hoewel ze dus verder afgetoetst moeten worden, versterken de resulta-ten het beeld dat er in toenemende mate sprake is van een overlapping tussen de informatieprocessen binnen de verschil-lende deelsectoren en dat er genoeg gemeenschappelijke elementen zijn om tot een brede basisopleiding te komen.

BEDENKINGEN VAN DE OPLEIDINGENIn de loop van het onderzoek werden ver-kennende gesprekken gevoerd met oplei-dingsverantwoordelijken en docenten van bestaande bibliotheek- en archief-opleidingen en opleidingen met dui-delijke raakvlakken met de sector. Doel van de gesprekken was om af te tasten in hoeverre opleidingen de problematiek rond scholing voor informatieprofessio-nals erkennen en bereid zijn tegemoet te komen aan de noden die door de sec-tor geformuleerd worden. Gezien het feit dat er momenteel in Nederland een groter aanbod is, vinden de meeste gesprekken daar plaats.

De gesprekken kenden een positief ver-loop, al maken de gesprekspartners een aantal interessante kritische kanttekenin-gen. Zo twijfelen de opleidingen eraan

dat er vanuit de studenten voldoende interesse is voor een nieuwe opleiding tot informatieprofessional, mede gezien het dalende aantal inschrijvingen waar-mee velen zich geconfronteerd zien. Bovendien onderschat het bedrijfsleven de meerwaarde van informatieprofessio-nals, waardoor duidelijke kansen op de arbeidsmarkt ontbreken. Deze bezorgd-heden lijken wel meer van toepassing op de bacheloropleidingen aan de hoge-scholen dan op de masteropleidingen aan de universiteiten.

Vanuit de opleidingen is er ook weinig animo voor het idee om modules uit bestaande opleidingen als bijscholing aan te bieden, laat staan om losse modu-les van verschillende opleidingen samen te voegen tot een internationale basisop-leiding. Inhoudelijk ondermijnt het ‘knip-pen en plakken’ van modules de opbouw en de samenhang van de opleiding. Competenties worden tijdens een oplei-dingstraject immers zowel in de breedte als in de diepte ontwikkeld doorheen het hele curriculum.

Bij een mogelijke internationale samen-werking tussen Vlaamse en Nederlandse onderwijsinstellingen moet ook rekening gehouden worden met grote prijsverschil-len. In Nederland liggen de studiekosten aanzienlijk hoger dan in Vlaanderen. Ook de prijzen van commerciële aanbieders liggen in Nederland veel hoger.

NOOD AAN EEN BLAUWDRUKWat de bestaande opleidingen betreft werd het curriculum op het niveau van modules in kaart gebracht, evenals een aantal bijscholingsmogelijkheden bui-ten het reguliere aanbod. Het curriculum van bestaande, opgeheven en niet gere-aliseerde bibliotheek-, archief en infor-matieopleidingen, met name in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten geven daarnaast een beeld van hoe een oplei-ding er zou kunnen uitzien. Er moet ech-ter ook rekening gehouden worden met de noden zoals die recent geformuleerd zijn door de sector in Vlaanderen en Nederland. Een gestructureerd overzicht van kennis en vaardigheden op basis van

28 | META 2019 | 2

ARTIKEL

Page 31: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

de resultaten van het behoeftenonder-zoek zou als uitgangspunt kunnen dienen om de grote lijnen van een nieuw curricu-lum uit te zetten.

De gevoerde gesprekken met leden van de stuurgroep en de resultaten van de workshop geven een duidelijke indica-tie dat, mits er voldoende respect is voor de eigenheid van de verschillende dis-ciplines, één gemeenschappelijke basis-opleiding een logische ontwikkeling zou zijn. De nieuwe graduaatsopleiding Informatiebeheer aan de Artevelde- en de Erasmushogeschool vormt in die zin een interessante case voor de toekomst. Het samenbrengen van de bibliotheek- en de archiefsector binnen een gemeenschap-pelijke basisopleiding Informatiebeheer op niveau vijf kan onder andere een bij-drage leveren aan een veranderende beeldvorming van het beroep. Met het oog op een brede basisopleiding tot informatieprofessional op niveau zes of zeven kunnen ook lessen geleerd worden over hoe zo’n opleiding best in de markt gezet wordt.

De invulling van het curriculum hangt deels samen met het niveau waarop het curriculum zich situeert. Het behoef-tenonderzoek spreekt van de nood aan een hogeschoolopleiding op niveau zes in zowel Vlaanderen als Nederland, en daarnaast van de nood aan een acade-mische opleiding op niveau zeven in Vlaanderen. Met de komst van het gra-duaat Informatiebeheer: bibliotheek en archief op niveau vijf zullen de hoge-scholen in Vlaanderen echter allicht wil-len afwachten hoe deze opleiding zal evo-lueren voor zij eventueel willen investeren in een opleiding op niveau zes. Binnen de stuurgroep gaat de voorkeur uit naar een

opleiding op niveau zeven, onder andere met het oog op het belang van acade-misch onderzoek. Blijvend onderzoek is immers nodig om de snelle veranderingen binnen de sector te kunnen opvolgen en om statistische gegevens te kunnen voor-zien en duiden, bijvoorbeeld met het oog op beleidsondersteuning. In Nederland lijken de gesprekken met bacheloroplei-dingen er dan weer op te wijzen dat er onder studenten weinig animo is voor een opleiding voor het informatievak op dat niveau, en wordt het opleidingsaanbod van particuliere opleidingsinstellingen zoals GO opleidingen als een waardevol alternatief beschouwd.

Er moet dus vanuit de sector werk gemaakt worden van een blauwdruk voor het ideale curriculum, waarin duidelijk beschreven wordt welke kennis en vaar-digheden daarin zeker niet mogen ont-breken. Ook lijkt het raadzaam om daar-bij duidelijk aan te geven op welk niveau deze opleiding zich best situeert.

IMAGO, BEELDVORMING EN ZICHTBAARHEIDHet inventarisatieproject werpt ook een ander licht op de resultaten van het behoeftenonderzoek, en toont aan dat er een spanning is tussen de wensen vanuit de sector en de visie van de opleidingen. Wat de behoefte aan een nieuwe oplei-ding voor het informatievak vanuit stu-denten betreft zijn er volgens de stuur-groep voldoende argumenten om aan te tonen dat een opleiding voor het infor-matievak wel degelijk noodzakelijk én rendabel is. De IBW-opleiding trok jaar-lijks voldoende studenten aan. De mas-ter Archival Studies aan de UL weet zich verzekerd van een toeloop van studen-ten als specialisatie van de opleiding

Geschiedenis. De Manama Archivistiek aan de VUB was tot voor kort een spe-cialisatie van de opleiding Geschiedenis, maar stelde zich recent ook open voor studenten uit andere disciplines. Gezien de brede reikwijdte van het informatie-vak en de duidelijke raakvlakken met een aantal andere disciplines liggen hier ook mogelijkheden voor een brede instroom van studenten. Zo zou er enerzijds een instroom verwacht kunnen worden van generatiestudenten vanuit zowel mens-wetenschappelijke als meer technolo-gische richtingen zoals informatiewe-tenschappen of ICT-opleidingen die de opleiding kunnen volgen als een soort specialisatie. Anderzijds zou ook ingezet kunnen worden op permanente vorming, waarbij zij-instromers aangetrokken wor-den die al in de sector werkzaam zijn en zich willen bij- of omscholen.

Om tot een levensvatbare opleiding te komen moeten het belang van het beroep en de tewerkstellingsmogelijkheden bin-nen de sector wel beter in de markt gezet worden. Hierbij is een belangrijke taak weggelegd voor de sector. Als vragende partij is het aan hen om onderwijsinstel-lingen te overtuigen dat het rendabel is om een opleiding voor het informatievak in te richten en om hen inhoudelijke argu-menten aan te reiken die opleidingen op hun beurt kunnen gebruiken om studen-ten te overtuigen de opleiding te volgen. Daarom moet er nagedacht worden over het imago van de sector. Het is immers een feit dat bij veel mensen een duidelijk beeld van de rol en betekenis van kennis-intensieve organisaties en informatiepro-fessionals ontbreekt. Het klassieke beeld van de functies en taken van bibliotheken en archieven moet bijvoorbeeld dringend bijgesteld worden en vertaald worden

“ HET INVENTARISATIEPROJECT TOONT AAN DAT ER EEN SPANNING IS TUSSEN DE WENSEN VANUIT DE SECTOR EN DE VISIE VAN DE OPLEIDINGEN.

META 2019 | 2 | 29

ARTIKEL

Page 32: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

naar de hedendaagse functies en invulling van de rol van ken-nisintensieve organisaties binnen de samenleving. Dit sluit aan bij de tweede aanbeveling van het behoeftenonderzoek, waarin gepleit wordt voor de nood aan een “heldere, bijtijdse definitie van de rol en meerwaarde van toekomstige kennisorganisatie en de taken van informatieprofessionals daarbinnen.”

PRAKTISCHE HAALBAARHEIDTot slot blijkt uit het onderzoek dat er nog heel wat praktische vragen beantwoord moeten worden om tot een nieuwe oplei-ding te kunnen komen. In de loop van het project werden door de stuurgroep en de gesprekspartners een hele reeks perti-nente vragen geformuleerd met betrekking tot de financiering en de organisatie van de opleiding. Zijn verschillende instellin-gen bereid om samen te werken? Hoe zit het dan met bv. de affiliatie van de docenten en de uitwisseling van studentenge-gevens? Hoe zit het met collegegeld binnen een internationale opleiding? Bieden Europese programma’s zoals Erasmus+ of Erasmus Mundus een kader om deze opleiding (projectmatig) te ontwikkelen of uit te testen? Zal samenwerking met Britse universiteiten nog mogelijk zijn na de Brexit?

Om tot concrete resultaten te komen wordt het belangrijk om het organisatorische en financiële kader uit te tekenen waarin deze opleiding kan functioneren. Daarbij zal rekening gehouden moeten worden met de belangen van de instellingen, de docen-ten en de (toekomstige) studenten. Als er inderdaad gestreefd wordt naar een internationale opleiding verdient het aanbeve-ling om na te gaan welke antwoorden bestaande internationale opleidingen gevonden hebben op deze vragen.

BESLUITHet inventarisatieproject heeft geen eenduidig overzicht opge-leverd van modules die zo gebruikt kunnen worden om een nieuwe opleiding voor informatieprofessionals uit te werken op het niveau van het hoger onderwijs. Al evenmin heeft het geleid tot een helder overzicht van modules die nog ontwikkeld moe-ten worden. Het onderwijslandschap bleek daarvoor te com-plex en de opleidingsnoden van de sector te ongestructureerd.

Toch zijn er belangrijke stappen vooruit gezet. Het opleidings-landschap is in zijn volle breedte in kaart gebracht. Uit het vorige onderzoek bleek duidelijk waar de noden van de informatie-sector lagen. Met dit vervolgonderzoek hebben we nu voor het eerst ook zicht op de houding van de onderwijsinstellingen ten aanzien van de problematiek. Het zal van belang zijn om een duidelijk antwoord te bieden op de vragen die zij in de loop van het project geformuleerd hebben. Een belangrijke vaststelling is dat onderwijspartners in elk geval bereid zijn om het gesprek aan te gaan en constructief mee na te denken.

30 | META 2019 | 2

ARTIKEL

Waarop moet je letten als je gratis wifi aanbiedt?

Joris Deene

Menig bibliotheek of archief biedt haar bezoekers draad-loos internet (wifi) aan. Het opzetten van een dergelijk draadloos netwerk voor bezoekers roept veel vragen op. Moet je de identiteit van de bezoekers vragen? Ben je aansprakelijk voor wat de bezoekers doen via de inter-netverbinding? Valt het aan-bieden van gratis wifi onder de strenge regels van de Wet elektronische communicatie? Kun je sites monitoren en blokkeren, en is dit onder de privacy wetgeving wel toe-gelaten? Deze bijdrage geeft een antwoord op deze vragen.

AANSPRAKELIJKHEIDDe belangrijkste vraag van veel aanbie-ders van draadloos internet is of ze aan-sprakelijk zijn als er illegale handelingen gebeuren via de door hen geleverde wifiverbinding. Het antwoord is in de meeste gevallen negatief. Als de aanbie-der een louter passieve rol speelt draagt hij geen aansprakelijkheid (art XII.17 Wetboek Economisch Recht).

Om niet aansprakelijk te zijn voor het doorgeven van informatie middels het verschaffen van toegang tot een com-municatienetwerk is het belangrijk dat de aanbieder van het netwerk geen ini-tiatief neemt om de informatie door te geven, niet bepaalt aan wie de informa-tie doorgegeven wordt en de informa-tie niet selecteert of wijzigt. Dit prin-cipe werd door het Europees Hof van Justitie bevestigd in een arrest van 15 september 2016 (C-484/4) in een pro-cedure tussen bedrijfsleider McFadden en Sony Music. McFadden stelde in zijn winkel gratis en anoniem toegang tot het internet ter beschikking van zijn klanten. Een gebruiker steelde via het netwerk muziek online. Sony Music eiste een schadevergoeding van McFadden. Het Hof van Justitie oordeelde dat dat niet kon: de aanbieder van een netwerk is slechts een doorgeefluik. Hij oefent geen invloed uit en neemt geen initiatief

Page 33: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

META 2019 | 2 | 31

DE VRAAG

Waarop moet je letten als je gratis wifi aanbiedt?

bij de doorgifte van informatie. Hij kan dus niet veroordeeld worden tot een schadevergoeding.

Het Hof stelt wel dat een rechtbank de aanbieder van een netwerk wel kan opleggen om de inbreuk op het auteurs-recht te beëindigen of te voorkomen. Zo kan de rechtbank de aanbieder opleg-gen om het netwerk te beveiligen met een wachtwoord waarbij gebruikers ver-plicht zijn hun identiteit op te geven om het wachtwoord te krijgen.

PRIVACYDit brengt ons bij de volgende vraag. Kan een instelling het internetverkeer van haar bezoekers monitoren, loggen en controleren? Dat heeft immers een impact op de privacy van die bezoe-kers. Het monitoren en controleren van internetverkeer houdt het ver-werken van persoonsgegevens in, waarop de Algemene Verordening Gegevensbescherming (GDPR) van toe-passing is. Volgens de GDPR mogen persoonsgegevens enkel verwerkt wor-den voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doel-einden. Het monitoren van het inter-netverkeer van bezoekers zonder enige motivering is dus uitgesloten.

Er moet bovendien een rechtmatige grondslag zijn voor de gegevensver-werking. De GDPR geeft een limitatieve lijst van grondslagen, waaronder deze drie. Ten eerste is het monitoren moge-lijk mits toestemming van de bezoeker. Die toestemming moet vrij, specifiek, geïnformeerd en ondubbelzinnig zijn. Bezoekers moeten dus duidelijk weten dat ze hun toestemming geven voor het monitoren en controleren van hun internetverkeer, bv. om controle uit te oefenen wanneer er aanwijzingen zijn van misbruik. De bezoeker kan de toe-stemming weigeren, maar de aanbieder kan dan uiteraard de toegang tot het netwerk weigeren.

Ten tweede kan het verwerken van per-soonsgegevens noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een overeenkomst waarbij de bezoeker partij is. Men kan immers argumenteren dat gebruikers

door in te loggen ingaan op het aanbod van gratis wifi, waardoor er een over-eenkomst tot stand komt. In dat geval is het monitoren van het internetverkeer noodzakelijk voor de uitvoering van de overeenkomst als het leveren van een veilig en betrouwbaar netwerk deel uit-maakt van de overeenkomst.

Tot slot is monitoren van het wifinet-werk mogelijk als de verwerking van persoonsgegevens noodzakelijk is voor de behartiging van de gerechtvaar-digde belangen van de aanbieder. Het Hof van Justitie oordeelde in een arrest van 19 oktober 2016 (C-582/14) dat het opslaan van persoonsgegevens (in casu IP-adressen) toegelaten is om een website te beschermen tegen cyberaan-vallen. Ook bij het beschermen van het wifinetwerk geldt een dergelijk gerecht-vaardigd belang.

Bezoekers moeten in ieder geval, onge-acht de grondslag, geïnformeerd wor-den over de gegevensverwerking. Dat gebeurt meestal via een privacyverkla-ring. Bovendien moet je bij het monito-ren en controleren van het internetver-keer steeds rekening houden met het principe van proportionaliteit en subsi-diariteit. Dit houdt in dat het monitoren van het internetverkeer zoveel mogelijk anoniem moet gebeuren. Alleen in geval van klachten of concrete aanwijzingen kun je een specifieke bezoeker contro-leren.

In plaats daarvan kun je als aanbieder bepaalde websites of diensten automa-tisch filteren of blokkeren. In dat geval worden bezoekers niet gemonitord of gecontroleerd en is de GDPR niet van toepassing.

GEBRUIKERSVOORWAARDENKan een instelling haar aansprake-lijkheid beperken tegenover gebrui-kers die eventueel schade lijden door het gebruik van een wifinetwerk (bv. door virussen)? Dat kan, als ze gebruikersvoorwaarden oplegt waar-bij de gebruiker akkoord gaat dat de

aansprakelijkheid van de aanbieder sterk beperkt wordt. Hou wel rekening met de vrij strenge consumentenwet-geving, die zeer kritisch is tegenover het beperken van aansprakelijkheid tegen-over consumenten. Anderzijds kun je argumenteren dat bij het aanbieden van een gratis wifinetwerk deze inperking te rechtvaardigen is.

Zorg er wel voor dat de gebruiksvoor-waarden correct aanvaard worden, zodat ze juridisch tegenstelbaar zijn aan de gebruikers. De gebruiksvoorwaar-den moeten aan de gebruikers bekend-gemaakt worden vooraleer ze gebruik-maken van het wifinetwerk en moeten uitdrukkelijk aanvaard worden. Zorg er ook voor dat gebruikers deze voorwaar-den kunnen opslaan of afdrukken.

WET ELEKTRONISCHE COMMUNICATIEHet aanbieden van elektronische com-municatienetwerken valt in principe onder de Wet van 13 juni 2005 betref-fende elektronische communicatie. Die wet bepaalt dat wie openbare netwer-ken aanbiedt zich moet aanmelden bij het Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie (BIPT). Er moet aan allerlei eisen voldaan worden, zoals het identificeren van de gebruikers, het bewaren van gegevens en het samen-werken met de gerechtelijke overheden en de inlichtingen- en veiligheidsdien-sten. In principe, want deze regels zijn enkel van toepassing op aanbieders van openbare netwerken. Daarvan is pas sprake wanneer iedereen, zonder nadere eisen (behalve eventueel beta-ling) toegang krijgt tot het internet. Wanneer de toegang beperkt wordt tot een duidelijk afgebakende groep, zoals de bezoekers van een bibliotheek of archief, is er geen sprake van een open-baar netwerk.

Tot slot is het principe van netneutrali-teit (vervat in de Europese Verordening 2015/212) niet van toepassing op der-gelijke aanbieders. Hierdoor kan de toe-gang tot bepaalde websites of applica-ties verboden worden. Het gebruik van bijvoorbeeld Spotify of Netflix kan dus beperkt worden.

Page 34: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Een bibliotheek om naar uit te kijken: Calgary Central Library, Canada

Openbare bibliotheken, en onze sector tout court, krijgen meer dan ooit media-aandacht. Soms met uitdagend nieuws, waarvan ik helaas geen voorbeelden moet geven, maar ook steeds vaker met positieve en verhelderende feiten: bibliotheek Utopia te Aalst, #bibvooriedereen en het gebruikersonderzoek BIB2018. Gelukkig zijn er niet enkel in ons kleine Belgenland positieve ontwikkelingen waar te nemen. De nieuwe centrale openbare bibliotheek van Calgary, Alberta (Canada) is hiervan een uitmuntend voorbeeld. Ik neem jullie dan ook graag even mee over de grens om een blik te werpen op dit verbazingwekkende miljoenenproject aan het andere einde van de wereld.

ENKEL HET BESTE VOOR HAAR INWONERSHet startschot voor de bouw van de nieuwe centrale bibliotheek werd in 2013 gegeven toen het uitgewerkte voorstel, ontworpen door architecten-bureaus Snøhetta (Noorwegen) en DIALOG (Canada), werd gekozen door het grote publiek. Een jaar later werd de omvang van het project duidelijk voor de bibliotheekverantwoordelijken. Ze wilden niet enkel een nieuw gebouw neerpoten, maar een geheel nieuwe ser-vice en ervaring voor de gebruikers én het personeel. Daarom werd er verder

gekeken dan gewone bibliotheekwer-king: de projectverantwoordelijken huurden experts in uit onder andere het onderwijs, musea en eventmanagement. Expertisedeling was noodzakelijk, want de bibliotheek wilde meer zijn dan een uitleenpost. Het geheel moest een inno-vatief uithangbord worden voor de hele gemeenschap. Het uiteindelijke design moest ervoor zorgen dat iedereen zich altijd welkom en slim zou voelen.

In november 2018 ging de bib, die vol-gens Library Journal “een van de meest geanticipeerde bibliotheken van 2018” zou zijn, eindelijk open voor het grote publiek. De centrale en verhoogde lig-ging van de site in het midden van de stad is een duidelijk statement van het stadsbestuur. Ze wilden een publieke plek waar innovatie, technologie, kunst, samenwerking en onderzoek voor ieder-een bereikbaar was. De nieuwe site verbindt Downtown Calgary met East Village. Daarnaast zorgt een spoorlijn, die onder de site doorloopt, ervoor dat de verschillende stadsdelen letterlijk samenkomen in de nieuwe bibliotheek. De bibliotheek dient zo als verbinding tussen en een baken van de verschil-lende gemeenschappen.

Het project kost de gemeenschap 146 miljoen Canadese dollar, maar verzet tegen de hoge kostprijs is er niet, stel-len de architecten en het stadsbestuur.

De inspiratie voor de architectuur van het gebouw haalden ze enerzijds uit de omliggende landschapsheuvels, waar-voor Calgary gekend is. Anderzijds haal-den de architecten hun mosterd bij de bestemming van het gebouw: een open leer- en creatieruimte voor alle leeftij-den. Ze hebben duidelijk ervaring met het uittekenen van moderne bibliothe-ken, want Calgary Public Library bouwt verder op eerdere ontwerpen. Denk bijvoorbeeld aan de parel van North Carolina State University: James B. Hunt Jr. Library. De indeling, inrichting en het gebruik van glas en licht zijn vergelijk-baar. Het resultaat is uiteindelijk een verbindende bibliotheek die alle inwo-ners uitnodigt tot een bezoek.

VEEL RUIMTES, DRUK BEZOCHT, INTENS GEBRUIKT Calgary is een grootstad in Alberta. Met meer dan 1,2 miljoen inwo-ners is er een enorme nood aan een goed gevulde cul-turele agenda. De plaats van de nieuwe centrale open-bare bibliotheek was dan ook evident, stelde het stadsbe-stuur. De nieuwe bibliotheek moest samen met Studio Bell (National Music Centre), the Arts Commons en the Glenbow Museum een cul-tuurvierhoek vormen in het hart van de stad. De nieuwe belevingsruimte blijkt het alvast goed te doen, want de bib telt al meer dan 670.000 leden.

Zoals bij veel nieuwe bibliotheek projecten is de focus van Calgary Public Library breed. Een scala aan services zorgt ervoor dat alle gebrui-kers hun gading vinden in de verschil-lende ruimtes, van plezier tot serieus. De indeling van de verschillende

Stieve Van der Bruggen, Thomas More hogeschool

32 | META 2019 | 2

OVER DE GRENS

Page 35: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

verdiepingen is vergelijkbaar met de nieuwe centrale bibliotheek van Helsinki, Oodi: van stedelijke drukte op het gelijk-vloers tot stille studie op de bovenste verdieping. De imposante hoofdingang van het gebouw zuigt potentiële bezoe-kers naar binnen. De houten bekleding van de boog omarmt elke persoon in een warme sfeer, zoals enkel een biblio-theek dat kan. Bij het betreden van de inkomhal is het duidelijk dat licht en hout een centrale rol spelen in het ontwerp. Daarnaast omarmen ver-schillende multifunctionele ruimtes op het gelijkvloers de gebruikers. Deze verdieping is een verlengstuk van het urbane leven: rumoerig, druk en levend. De ruimtes worden gebruikt door de bibliotheek om workshops, bijscholin-gen en evenementen te organiseren. Daarnaast zijn verenigingen meer dan welkom om zelf iets uit te werken in

die ruimtes. De andere verdiepingen focussen elk op een andere behoefte, van digitale tot analoge, van groeps- tot individuele interacties. Je vindt er Foto’s: commons.wikimedia.org

verschillende flexlokalen, makerspaces, leercentra en lounges. Leven, beleven en kennisdeling staan duidelijk voorop. De bovenste verdieping, die the Great Reading Room herbergt, wordt door de medewerkers gezien als het pronkstuk van hun bibliotheek. De cirkelvormige leesruimte wordt met houten planken als een juwelenkist ingesloten in het gebouw. Hier is het vooral de bedoeling om gebruikers fysieke papieren materia-len aan te bieden in een stille studieplek, opgebouwd uit stijlvolle houten vloeren, muren en meubilair.

Eén element, dat kenmerkend is voor alle bibliotheken van Calgary, is de nadruk op leren en creëren via het aan-bieden van verschillende leercentra voor kinderen van 0 tot 5 jaar. Deze Early Learning Centers zijn gratis ruimtes in de bibliotheken waarin leren door spe-

len gestimuleerd wordt, aldus Calgary Public Library: “These vibrant and interactive spaces are designed to nur-ture children’s early learning develop-ment through acti-vities and features that support the five early literacy practi-ces: talking, singing, reading, writing, and playing. Early Learning Centres are designed to be flexible, open-ended, and interac-tive. Features such as experiential and moveable activity centres, props, and

games support play and active lear-ning.” Deze unieke service toont alvast aan dat ook de jongste gebruikers wel-kom zijn.

BESLUIT Calgary investeerde in de toekomst van haar stad. Voor buitenstaanders is het in de eerste plaats een monument, een culturele trekpleister, een bibliotheek. Voor de Calgarians is het echter eerder een verbinding en een investering in de toekomst, stelt CEO Bill Ptacek: “This building is an investment the city made in the potential of the people who live here. It’s not about a pretty place to hang out but [being a place] where peo-ple get access to free and open ideas, information, and culture. All these are things that can make their lives bet-ter, can allow them to participate in and improve their communities.”

META 2019 | 2 | 33

OVER DE GRENS

Page 36: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Nieuwe bovenlokale diensten en digitale uitdagingenCultuurconnect

Twee jaar geleden lanceerde Cultuurconnect een allereerste oproep naar cultuurprofessio-nals om een zicht te krijgen op de digitale uitdagingen in de cultuursector. We selecteerden zestien uitdagingen en onderzochten samen met lokale partners volgens de leanstartup-methode of het probleem reëel is en of er een digitale oplossing voor is. We bevroegen mensen uit het veld en eindgebruikers, we testten, ontwikkelden prototypes en als het moest begonnen we opnieuw. We evalueerden en trokken conclusies. In het slechtste geval leerden we veel uit het experiment — en deelden we dat met de sector. Acht experimenten waren succesvol genoeg om op te schalen tot bovenlokale dienst voor alle geïnteresseerde bibliotheken en cultuurcentra.

WELKE EXPERIMENTEN SCHAALT CULTUURCONNECT OP VOOR BIBLIOTHEKEN?BIEBLO, LEESINSPIRATIE VOOR KINDERENBieblo is een spel dat kinderen tussen acht en elf jaar helpt boeken te vinden die aansluiten bij hun persoonlijke inte-resses en leeftijdscategorie. De toepas-sing wordt per bibliotheek gekoppeld aan de catalogus, zodat kinderen bij de leestips enkel boeken te zien krijgen die op dat moment in de bib beschikbaar zijn. Bij het kiezen van een cover krij-gen spelers een beknopte detail pagina met een korte uitleg over het boek en de plaatsingsinfo zoals die in de bib gebruikt wordt. Uit de testfase blijkt dat de tips ook vaak meteen uitgeleend worden.

E-BOEKEN UITLEENPLATFORMEr liepen de voorbije twee jaar verschil-lende experimenten rond e-boeken om de mogelijkheden af te toetsen bij ver-schillende doelgroepen. Zo kregen we zicht op de noden en wensen van alle partijen (gebruikers, bibs, uitgeverijen, enz.), om van daaruit te starten met een

dienstverlening rond e-boeken waarvan alle bibliotheken gebruik kunnen maken. Cultuurconnect is sinds april 2018 bezig met de aanbesteding van een e-boeken-dienst volgens het single-usemodel, om zo snel mogelijk een Nederlandstalig aanbod met e-boeken in de biblio-theken te kunnen lanceren.

[JOUW STAD] LEEST, LEESCOMMUNITY[Jouw stad] Leest wil de plek zijn voor alles wat er in je stad op literair vlak leeft, met leestips van lokale ambassa-deurs, alle events rond lezen en litera-tuur, de leukste leesplekken en andere inspiratie. Leuven Leest is intussen een sterk merk. Lezers appreciëren het uit-gesproken niet-commerciële, neutrale, lokale karakter dat lezen en leesplezier centraal stelt. Het digitaal platform en de lokale community versterken elkaar. Cultuurconnect ondersteunt de ontwik-keling van een multisiteplatform, dat aangepast kan worden aan de eigen look & feel van de lokale leescommunity. De eerste twee steden gaan live tegen de zomer van 2019.

MOBIELE ARCADEGAMESCultuurconnect verhuurt drie sets van drie handgemaakte houten kasten met coöperatieve games. Tijdens de expe-rimentfase met een mobiele arcade-hal liet de doelgroep jongeren zich niet onbetuigd. De arcadehal kan kaderen in een mediawijstraject, in samenwerking met jeugdhuizen of scholen. Tijdens de testfase werd in CC Deurne bijvoorbeeld via workshops aansluiting gezocht bij het lessenpakket van enkele klassen van de Spectrumschool: een workshop elek-tromechanica, met uitleg rond de tech-niciteit van de spellen, en een workshop

Houtbewerking, met uitleg rond de cre-atie van de arcades.

MIJNLEESTIPPER, LEESTIPS OP MAATMet MijnLeestipper ontvangen leners aanbevelingen uit de bibliotheekcollec-tie. De leestips worden geselecteerd op basis van inhoud van het boek, leen-historiek en lezersprofiel, maar ook door de deelnemende bibliotheken én een algoritme dat voortdurend bijgesteld wordt door redacteurs met literaire ken-nis.

OPLEIDINGSTRAJECT MAKERSPACES UNCOVEREDIn negen steden en gemeenten onder-zocht het projectteam de lokale meer-waarde van een makerspace en de toepasbaarheid voor bibliotheken en cultuurcentra. De experimenten lever-den negen makerspaces op. Welke makerwerking of makerspace een toe-gevoegde waarde is hangt sterk samen met wat er lokaal al voorhanden is. In een vierdaagse opleiding voor cultuur-huizen verwerken we wat we hieruit leerden en krijg je een zicht op de mogelijkheden om een interessante werking of maakplek uit te bouwen in jouw lokale context.

EEN NIEUWE OPROEP VOOR DIGITALE UITDAGINGENEen belangrijke les die we leerden uit onze eerste experimenten is niet te vertrekken van een concrete oplos-sing, maar vanuit effectieve noden van je gebruikers. Bij de eerste oproep in 2016 vroegen we cultuurprofessionals om een idee in te dienen. We ontvin-gen er 100. Na een aantal masterclas-ses selecteerde een jury zestien ideeën die Cultuurconnect in cocreatie met

Foto: Sien Verstraeten.

34 | META 2019 | 2

INSPIRATIE

Page 37: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

lokale partners zou onderzoeken. De meeste waren echter al te concreet gericht naar een oplossing. Zo sla je een aantal belangrijke stappen over. Wat je eerst wil weten is of de uitdaging de moeite waard is om te onderzoeken. Welk probleem willen we oplossen? Is het iets waar veel cultuurprofessionals/gebruikers mee te maken krijgen? Eens dit bevestigd wordt door gebruikerson-derzoek, interviews, enquêtes, deskre-search, enz. gaan we pas op zoek naar mogelijke oplossingen.

Bij de tweede oproep in de zomer van 2018 pakten we het anders aan. We vroegen cultuurprofessionals om een uitdaging in te dienen. We ontvingen 38 uitdagingen, waaruit duidelijk bleek wat nu juist de kern van het probleem was en voor wie. Dit mondde uit in één shortlist met digitale uitdagingen voor bibliotheken en één shortlist voor cul-tuur- en gemeenschapscentra. Deze keer stemde de hele sector mee, online én in de vorm van een klankbordgroep van digitale pioniers en experten uit de cultuursector.

Op basis van die stemming besloten we om een oplossing te zoeken voor deze uitdagingen voor de bibliotheken:• Bibliotheek 24/7: De openingsuren

van de bibliotheek matchen niet altijd met het drukke leven van bezoekers en leden van de bib. Wat als de bib open blijft na de openingsuren, zon-der personeel? Voor welke dien-sten van de bib kan dat nuttig zijn?

• Leesplezier bij 12- tot 15-jarigen bevorderen: Uitleencijfers tonen aan dat twaalf- tot vijftienjarigen afha-ken. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat deze doelgroep (opnieuw) graag boeken leest? In welke taal en via welke digitale kanalen bereiken we jongeren best? Hebben jongeren hier nood aan en waarom wel/niet?

De komende maanden onderzoeken we mogelijke oplossingen voor deze digi-tale uitdagingen, zoals steeds in cocre-atie met lokale partners.

> www.cultuurconnect.be/diensten

META 2019 | 2 | 35

HET PLAN

Nieuw huis voor Bibliotheek Hertoginnedal

De Nederlandstalige gemeentelijke openbare bibliotheek van Oudergem, Bibliotheek Hertoginnedal, ontstond ruim 60 jaar geleden als een vrijwilligersbibliotheek. Sinds 2007 is de bib officieel erkend door de gemeente, sinds 2008 door de Vlaamse overheid. Sindsdien is ze gehuisvest in een voormalig bankge-bouw dat eigendom is van de gemeente, dat niet aangepast is aan de noden van een hedendaagse bibliotheek. Ze is gezellig, maar door de niveauverschillen, de onoverzichtelijke hoekjes en kantjes en de inherente gebreken van het gebouw kwam een toekomstgerichte werking in het gedrang.

Op een steenworp van de huidige bib kwam ruimte vrij. Begin 2019 verhuizen we naar de gloednieuwe site, waar ook het dien-stencentrum en de computerruimte van de naburige middelbare school te vinden zijn.

Een bib voor iedereen, dat is een toegankelijke bib. Eindelijk zul-len rolstoelgebruikers, kinderwagens en iedereen die moeilijk te been is makkelijk over de drempel geraken. Daarnaast zullen we werken in één lichte en open ruimte met mobiele meubels, waar-door de inrichting van de ruimte kan variëren. Zo kunnen we veel vlotter groepen ontvangen en dus onze educatieve functie versterken. Door de frisse en flexibele inrichting zullen we onze collectie ook beter kunnen presenteren. Een absolute blikvan-ger wordt het terras, waarvan we in de zomer een schaduwrijke leesplek zullen maken.

Dankzij de open inrichting en dankzij de nabijheid van partners kunnen we in de nieuwe bib onze ontmoetingsfunctie ten volle uitspelen. Activiteiten opzetten en ruimte delen met het dien-stencentrum bv, en zo publiek bereiken dat nu nog niet ver-trouwd is met de bib. Ook met de middelbare school bouwen we de samenwerking verder uit. We zullen zo de scholieren beter bereiken en dankzij de computerruimte kunnen we einde-lijk initiatieven nemen om informatiegeletterdheid van kinderen en jongeren te bevorderen.

We willen van de nieuwe bib een huiskamer in de stad maken, ook met de collectie. We zijn en blijven een uitgesproken jeugd-bib. Anderzijds merken we dat een volwassen publiek bereiken minder vanzelfsprekend wordt. In ons nieuw, huiselijk gebouw zullen we een minder omvangrijke volwassen collectie aanbie-den, maar ze wordt uitdagender gepresenteerd. Extra kranten, tijdschriften en een leeshoek nodigen mensen uit om wat langer in de bib te vertoeven.

Ten slotte is er de introductie van de automatische zelfscan. Leners moeten niet langer voor elke transactie beroep doen op personeel, waardoor we ons vrij kunnen maken om bezoekers beter te helpen en onze dienstverlening inhoudelijk te verster-ken. Met de school, het kinderdagverblijf en het dienstencen-trum kunnen we dan ook een veel intensievere samenwerking aangaan. We dromen al luidop van bezoekjes van de peuters aan de bib of jongeren die senioren lesgeven op de computer.Samengevat: onze nieuwe locatie biedt meer mogelijkheden om de uitdagingen van de toekomst aan te gaan.

Page 38: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

36 | META 2019 | 2

UITGEPAKT

Publiek domeinAnnelies Van den Berghe, PACKED / VIAA

Het publiek domein is de term die, in de context van auteursrechten, gebruikt wordt om aan te duiden dat creatieve werken (programmatuur, teksten, beel-den en geluidsopnamen) niet langer onder de bescherming van het auteurs-recht en aanverwante rechten vallen. Er is dan geen rechthebbende, je moet dus niet langer de toestemming hebben om de werken te gebruiken.

Het auteursrecht bepaalt dat een werk tot een vastgesteld aantal jaren na het overlijden van de auteur(s) niet door anderen veranderd of opnieuw gepu-bliceerd mag worden zonder expliciete toestemming van de auteur(s) of de erfgenamen. De meeste creatieve wer-ken vallen door het maken automatisch onder het auteursrecht, ook als de auteur dit niet expliciet opeist.

Werken die in het publiek domein lij-ken te zijn kunnen echter niet altijd vrij gebruikt worden. Het is immers mogelijk dat er nog andere intellectuele eigen-domsrechten op rusten dan auteurs-rechten, bv. naburige rechten van de uitvoerende kunstenaars en de produ-centen. Ook werken die gebaseerd zijn op werken in het publiek domein kun-nen beschermd zijn. Een vertaling wordt bijvoorbeeld beschouwd als een werk op zichzelf, met eigen auteursrechten. Men zal in dergelijke gevallen alsnog toestemming aan de rechthebbenden (of hun vertegenwoordigers) moeten vragen.

Er zijn verschillende manieren waarop werk in het publiek domein terechtkomt:

• Het auteursrecht is gewoon niet van toepassing, bv. bij wiskundige formules en methodes uit de fysica, wetgevende teksten en ori-ginele werken die gecreëerd zijn voordat het auteursrecht bestond.

• Het auteursrecht op een werk kan vervallen zijn, doordat de wettelijke termijn van bescherming door het auteursrecht in het land in kwestie verlopen is. Het werk komt dan op 1 januari van het vol-gende jaar in het publiek domein.

• Een werk kan expliciet door de maker in het publiek domein geplaatst wor-den, of de status kan aan het werk worden toegekend. De auteur ziet dan af van de bescherming die anders automatisch geldt. Het is belangrijk dat auteurs bij afstand van rechten op een origineel werk een correcte rechtenverklaring meegeven bij publi-catie. Alleen dan zijn de werken echt vrij van rechten en heeft de (her)gebruiker ervan rechtszekerheid.

zeventig jaar na rechtmatige publicatie van het werk. In andere landen kunnen andere termijnen gehanteerd worden, meestal tussen vijftig en zeventig jaar na de dood van auteur.

Om voor potentiële (her)gebruikers aan te duiden dat een werk zich in het publiek domein bevindt, kun je ze bij publicatie vergezeld laten gaan van een rechtenverklaring. Met het Public Domain Mark (PDM) kun je werken mar-keren waarvan het auteursrecht verlo-pen is. PDM is bedoeld voor werken die al publiek domein zijn. Hiermee kun-nen instellingen die werken beheren die in het publieke domein liggen, deze bij publicatie als publiek-domeinwerk aan-merken. De CC0-verklaring (CC Zero) is bedoeld voor auteursrechthebbenden om werk vrij te geven aan het publiek domein. Het is een verklaring waarmee een auteur kan aangeven dat hij aan al zijn auteursrechten verzaakt voor zover dit wettelijk is toegestaan. Werken die gepubliceerd zijn onder PDM of CC0 kunnen voor eender welk doel worden (her)gebruikt, zelfs zonder naamsver-melding.

Publiek domein is erg belangrijk voor de beschikbaarheid en vind-baarheid van erfgoed door het grote publiek. De online publicatie van materiaal uit het publiek domein kan relatief eenvoudig zijn, vooral als je gebruikmaakt van al bestaande open platformen en infrastructuur, zoals de Wikimediaplatformen. Publiekdomeindag kan een goede aan-leiding zijn om hier een eerste keer iets rond te organiseren, bv. een beelddona-tie of edit-a-thon.

De vorig jaar opgestarte publiek-domeinwerkgroep organiseert acties rond Publiekdomeindag, maar wil ook de inspanningen rond het ontsluiten van werken in het publiek domein doorheen het jaar aanmoedigen en monitoren. Voorstellen of vragen rond het ontslui-ten van publiek domein in jouw col-lectie kun je voorleggen aan PACKED-medewerker Sam Donvil.

Tegenwoordig verlopen de auteursrech-ten in Europa zeventig jaar na de dood van de langstlevende rechthebbende auteur, of — als de auteur niet is aange-duid of slechts een instelling, bedrijf of organisatie als auteur is aangeduid —

Page 39: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

find “I get slightly obsessive about working in

archives because you don’t know what you’re

going to find. In fact, you don’t know what

you’re looking for until you find it.”

Antony Beevor

CITAAT

De oude krokodil (6)Jan Lampo

Opeens behoor ik tot de categorie men-sen die binnen enkele jaren met pensioen gaan. Dat komt, denk ik, doordat jongere collega’s in de meerderheid zijn. De zes-tigplussers (niet zo heel plus, een klein beetje) worden er vriendelijk, maar in niet mis te verstane termen op gewezen waar de uitgang is.

Zelfs de bijna-vijftigers kijken met een superieur airtje onze kant op — niet besef-fend hoe snel ook hun tijd gekomen zal zijn. Enfin, wie weet moeten zij tot hun zevenenzestigste aan de slag blijven. Om ons pensioen mee te betalen. Misschien zit de wereld toch nog niet zó slecht in elkaar. Wij lopen dan wel een verhoogd risico op allerlei nare ziektes, maar onze digitale skills raken in dit leven niet meer achterhaald.

Sinds kort brengen de jongelui allemaal hun laptopje mee naar steeds talrijker vergaderingen waar hun smartphone voortdurend ligt te trillen en te zoemen. Ik gebruik nog altijd een notitieboekje of godbetert mijn papieren agenda en een potlood (ja, een potlood!). Gelukkig heb ik in een Deens winkeltje een leesbril van vijf euro gekocht die niet alleen een stuk duurder lijkt dan hij was, maar mij er ook nog enigszins intelligent doet uitzien.

“Ja,” zegt de baas, “jullie moeten ervoor zorgen dat jullie je expertise doorgeven.” Ik knik. Dat is helemaal waar en aan mij zal het niet gelegen hebben, zoals ze hier zeggen. Maar expertise, dat zijn vooral vaardigheden en daar zijn de jongelui van zichzelf al heel goed in. Een recentelijk gediplomeerde in de archivistiek begon mij vorige week nog uit te leggen hoe ik mijn werk moet aanpakken.

Zo iemand vertellen wie Herman Teirlinck was of — om even echt moeilijk te doen — Julius De Geyter, daar ga ik me niet meer mee bezighouden, denk ik soms bij mezelf. Waar is anders het internet voor? Uit pure tegendraadsheid heb ik alle handschriften van diezelfde Julius de Geyter vorige week stoemmelings inge-voerd in onze database. De liefhebbers van de liberale rijmelarij uit de tweede helft van de 19e eeuw zullen blij zijn.

Gediplomeerden in de management-kunde (heet dat echt zo?) zullen mij nu ongetwijfeld indelen bij de cynici. Dat zijn de mensen met neuzen die weleens de andere kant op staan. Maar artrose en papegaaienbekken eisen bij de oudere werknemer hun tol. Die kan soms met zijn kop en dus ook met zijn neus de gewenste

kant niet meer op. Dat is geen cynisme, maar een constatering.

Daarstraks, toen het jonge volkje zich nog enthousiast en werkgroepsgewijs op de digitale toekomst zat te verheugen, heb ik de zes vuilnisbakken naar buiten geduwd. Men was dat vergeten en hoewel het vuil werk is, moet iemand het doen. Ik voelde mij helemaal één worden met het oud papier. Niet slecht, voor een archivaris.

Jan Lampo (Antwerpen, 1957) is his-toricus. Hij werkt in het Letterenhuis, waar hij archieven van Vlaamse schrijvers inventariseert. Van 1990 tot 1995 was hij redacteur van de krant De Standaard. Lampo publiceerde twee romans, een verhalenbundel en de thriller De Engel met de Zaag, die in 2008 genomineerd werd voor de Hercule Poirotprijs. Voorts verscheen van zijn hand een tiental historische boeken over Antwerpen.

META 2019 | 2 | 37

COLUMN

Page 40: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Eind 2018 verscheen Curatorial archives in curatorial practices, een e-publicatie uitgegeven door het gereputeerde kunst-instituut en onderzoekscen-trum SALT in Istanbul, Turkije. Deze instelling, opgericht in 2011, heeft op korte tijd veel expertise opgebouwd met betrekking tot onderzoek naar actuele en artistieke valorisa-tiemogelijkheden van culturele archieven. Een visueel indruk-wekkend voorbeeld daar-van is de installatie Archive Dreaming van beeldend kun-stenaar Refik Anadol. Een computer genereert algorit-mes die meer dan anderhalf miljoen gedigitaliseerde docu-menten uit archieven door-zoeken en onderlinge rela-ties ertussen visualiseert. De installatie zelf is in België niet te zien, maar wie een idee wil hebben, moet zeker eens een kijkje nemen op Vimeo: www.vimeo.com/218573298. De documenten waarop de instal-latie zoekt worden bewaard in SALT. Want zelf herbergt dit instituut tal van culturele archieven uit Turkije, gaande van architectuur over thea-ter en film tot kunst(enaars)archieven. Hun collectie is online raadpleegbaar via www.archives.saltresearch.org.

De diverse archieven wor-den in en door SALT gedegen bewaard, en in een eenvou-dige databank ter beschik-king gesteld voor onder-zoekers. Reflectie over deze archieven staat centraal in de werkzaamheden van SALT, de door Michela Alessandrini samengestelde publicatie over archieven van curatoren past hierin. Hiervoor interviewde ze verschillende gezaghebbende curatoren en onderzoekers uit alle windstreken, waaron-der Charles Esche van het Van

Curatorial archives in curatorial practices

Abbemuseum in Eindhoven; Vasif Kortun, oprichter van SALT; Ferran Barenblit, direc-teur van bekende Museu d’Art Contemporani de Barcelona (MACBA) en Hans Ulrich Obrist, auteur van onder meer A brief history of cura-ting (2011) en Ways of curating (2014). Opvallend is de afwe-zigheid van archivarissen.

De interviews worden voor-afgegaan door een introduc-tie van de samenstelster van deze bundel. Haar uitgangs-punt is dat het archief van een curator meer is dan de optelsom van de documen-ten waaruit het bestaat, enkel bruikbaar voor specialisten. Wie die specialisten zijn wordt niet toegelicht, wel worden ze weggezet als wereldvreemd, want hun onderzoekswerk draagt niet bij tot the world’s organization. Deze zonder meer vage motivatie voor het opstellen van de publi-catie tracht ze nader toe te lichten door te definiëren wat archieven van curatoren dan wel zijn: “A curatorial archive is much more than a curator’s archive; it is also an instru-ment and working place for the curator and/or the insti-tution that hosts the archive. This publication aims to pro-mote the idea that curatorial archives should be conside-red not only as resources for objective research, but also as systems or operational structures where curatorial visions are set out. In other words, a place where prac-tice is expressed and takes shape; a salon where it is pos-sible to enter into discussion with individual and collective methodologies. Here I intend to consider curatorial archives as extensions of the curator and his/her methodology.”

De vraag blijft waarom zo nodig wetenschappel i jk onderzoek in tegenspraak wordt gezien met het archief als een werkplek. Het zijn verschillende manieren van omgaan met een archief, het ene sluit het andere niet uit. Bovendien is het idee van een archief als salon geens-zins vernieuwend: het is eigen aan archieven dat ze aldus fungeren, of het nu bedrijfs-, overheids- of culturele archie-ven zijn. Alessandrini vertrekt vanuit een impliciete, vreemd-soortige veronderstelling dat archieven afgesloten van tijd en werkelijkheid bestaan en dat onderzoek hierop zich (bijgevolg) beperkt tot een wereldvreemde objective research.

Verderop in haar voorwoord wijst ze op een andere urgen-tie voor deze publicatie: “[…]a cohesive bibliography on this specific matter was still missing when I started this research. If much has been said about artists’ and art cri-tics’ archives, serious consi-deration of curatorial archives is still lacking at present. I embarked on this series of interviews hoping to contri-bute to filling this gap and fin-ding connections between a curator’s personal approach to archives and exhibitions, i.e. in terms of building struc-tures and conceiving the dis-play of various materials and works”. Dat wordt verderop in het voorwoord beaamd: “[…] while major archives continue

38 | META 2019 | 2

RECENSIE

Page 41: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

to be established, a less well-known and promoted — yet equally important — type of archive is growing, the cura-tor’s archive.” Onderzoek naar en publicaties over archieven van curatoren en in het bij-zonder over hoe deze ingezet kunnen worden in een dyna-mische curatoriële praktijk zijn inderdaad vooralsnog zeld-zaam. Laat vooral daarin de verdienste van deze publicatie liggen. Het beoogt geen alles-omvattende studie te leveren, wel een aanzet tot verdere reflectie. Door verschillende curatoren en onderzoekers aan het woord te laten slaagt Alessandrini in dit opzet. Maar liefst negentien geïnter-viewden bieden in Curatorial archives in curatorial practices een panorama aan invalshoe-ken en praktijken.

Om de veelheid aan infor-matie enigszins te ordenen onderscheidt Allesadri drie grote rubrieken: institutional curatorial archives, personal curatorial archives en exhibi-tions reactivation and exhi-bited archives. Boeiend om lezen is hoe velen een (insti-tutioneel museum)archief belangrijk achten, maar hoe weinig bewust het wordt samengebracht of bewaard, vaak om praktische redenen zoals tijdgebrek. Vincenzo de Bellis, als curator verbonden aan het Walker Art Center in

Minneapolis, zegt hierover: “My archive comes from a spontaneous and temporary need, so there are no traces of my research as a whole, only of some fragments that have hel-ped me develop it. The entire foundation of my theoretical research, which comes toge-ther only to a minor extent in my exhibitions and that I cultivate mostly for personal reasons, is not collected in this archive.” De grens tussen wat een curator als persoon-lijk archief beschouwt en dat-gene wat hij van belang acht voor het museum of de galerij, lijkt voor velen niet altijd even duidelijk. Abdellah Karroum, die aan het hoofd staat van Mathaf: Arab Museum of Modern Art in Doha, Qatar, ziet zo’n onderscheid niet: ook zijn persoonlijke notities maken onlosmakelijk onder-deel uit van het archief van de instelling: “For curatorial archives, it is the physical or digital information that con-nects me with the memory of the art experience, of pro-duction, display, and con-text.” De beschikking over een integraal archief maakt dat hij zijn werk als curator ten volle kan ontplooien. Het nut van zo’n archief reikt vol-gens hem verder dan zijn per-soonlijke carrière: “Projects need to be available; they have to have the capacity to be reactivated by others in

” HET ARCHIEF VAN EEN CURATOR IS MEER DAN DE OPTELSOM VAN DE DOCUMENTEN WAARUIT HET BESTAAT.

the future for example, to exist in a space that is lar-ger.” Ook Giovanni Carmine, hoofd van Kunst Halle Sankt Gallen in Zwitserland, pleit om een gelijkaardig reden voor zorg voor archieven van curatoren: “It is important that [the archive] has a structure, whether catalogued or not. And above all, it is essential that other ideas, other know-ledge come out of that mate-rial.” Zij komt aan het woord in de tweede rubriek van deze publicatie, waarin ingezoomd wordt op particuliere archie-ven van curatoren, niet inge-bed in een instituut. Ook deze rubriek biedt plaats aan genu-anceerde visies op inhoud, bereik en nut van het archief van een curator. Hou Hanru, artistiek directeur van het MAXXI, het Nationaal Museum 21e-eeuwse kunst in Rome erkent net als het merendeel van zijn collega’s het belang van bewaring en beschikbaar stellen van het archief van de curator. Maar waar anderen tijdgebrek aangeven als rem op de archiefvorming, ziet hij een andere bedreiging: “In the old days, it was easier to make an archive because there was more physical material such as slides, paper documents, faxes, letters, etc. Up to 2000, I have kept the documentation for every step of the projects’ evolution: the research, the technical and administrative

parts, the press, photograp-hic documentation, the pro-ject itself. After 2000, things became much more chaotic: everything is on my compu-ter, there are many emails to go through and they can be lost easily. I can save about 80% of the material but, still, I am always surprised to see how digital facilities make life more complicated.”

Met deze publicatie biedt Alessandrini een kaleido-scopisch beeld van visies op curators archives en curato-rial archives, waarom en hoe deze bewaard kunnen wor-den, hoe ze ingezet kunnen worden voor onderzoekers en collega curatoren en musea, wat de huidige en toekom-stige bedreigingen zijn voor deze archieven, en de vele onderzoeksmogelijkheden die ze bieden. Dit en het enthou-siasme van de geïnterview-den, de liefde voor hun vak en voor de archieven die het genereert, maken — in tegen-stelling tot de introductie- de echte noodzaak van deze publicatie duidelijk.

Jan Stuyck, M HKA

> http://passthrough.fw­notify.net/

download/233589/http://saltonline.

org/media/files/curatorial_archives_

in_curatorial_practices__scrd­2.pdf

META 2019 | 2 | 39

RECENSIE

Page 42: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Oeps, het plan is gescheurd13 december 2018

Bouwtekeningen komen vaak voor in archieven en erfgoed-bewaarplaatsen. Door de gebruikte materialen en tech-nieken is een duurzame bewa-ring van deze plannen echter niet vanzelfsprekend. Op de studiedag Oeps, het plan is gescheurd werd deze proble-matiek geduid, aangegeven wat een aangewezen aanpak is en hoe eventuele schade her-kend en opgelost kan worden.

BOUWDOSSIERS ALS BRON VOOR BOUWGESCHIEDENIS Luk Verpoest (ku LeuVen)De dag startte met een lezing over bronnen voor bouwhis-torisch onderzoek. Verpoest toonde vanuit het perspec-tief van de archiefgebrui-ker de mogelijke bronnen over de geschiedenis van de gebouwde omgeving. Het bronnenmateriaal reikt verder dan het traditionele project-dossier met bouwtekeningen, ook de onderzoeker bouwt een eigen verzameling van documentatie en archiefstuk-ken over zijn studiecases. Ook eindproducten zoals thesissen, doctoraatsverhandelingen of publicaties zijn een bron voor later onderzoek naar de gebouwde omgeving en haar geschiedschrijving.

Verpoest liet ons kennisma-ken met andere archivalische bronnen voor bouwhistorisch onderzoek. Hij toonde het informatieve belang van brie-ven, productstalen en -cata-logi. Daarbij is het gebouw in kwestie steeds de primaire bron. Zelfs na sloop of decon-structie leiden eventuele res-tanten van het gebouw een ander leven in het commerci-ele circuit. ‘Handelswaar’ als huisnummers, balustrades, schouwmantels enz. blijven een bron voor onderzoek en

herdenken het gewezen bouw-geheel.

WAARDEREN VAN ARCHITECTUURARCHIEVEN Wim LoWet (VAi)Met de steun van de Vlaam se Overheid waar-deerde het Archi tec tuur- archief, onder deel van het Vlaams Architectuurinstituut (VAi), zijn collectie architec-tuurarchieven tijdens de peri-ode 2017-2018.

Er zijn verschillende redenen voor het waarderingstraject. De hoofdopdracht van het Architectuurarchief is sinds januari 2018 het verzamelen, beheren en publiek maken van een architectuurcollectie op Vlaams niveau met inter-nationale referentiewaarde. Met deze ambitie komt de historische collectie van het Architectuurarchief, die reeds vanaf de jaren 1980 werd uit-gebouwd, in een nieuw licht te staan. Er is een nieuw kader nodig voor de uitbreiding van de collectie met respect voor het bestaande archiefbezit. Daarbij komt dat er meerdere spelers zijn in het veld van architectuurarchieven. Het VAi moet dan ook onderzoeken wat zijn positie is in die (inter)nationale context. In functie daarvan is een denkoefening aan de orde over welke archie-ven intern bewaard en verwor-ven worden, en welke beter op andere plaatsen bewaard wor-den.

Daarnaast is er het debat over de zin en onzin van het bewa-ren van gedigitaliseerde infor-matie in de originele vorm. Het substitueren van papieren documenten als bouwplannen gaat niet altijd op, omdat som-mige plannen als object een erfgoedwaarde hebben. Maar

waaruit bestaat die waarde dan? Het waarderingstraject levert mogelijk nieuwe inzich-ten op in dit debat, zowel voor de definiëring van de waardes die een archief kan bevatten als voor de vragen over de praktische organisatie van een waarderingstraject.

Een van de basisnormen voor een kwaliteitsvol waarderings-traject is een helder waarde-ringskader met vooraf vastge-legde criteria. Het VAi stelde een waarderingskader voor architectuurarchieven op in samenspraak met verschil-lende collega’s en twee klank-bordgroepen. Enerzijds de prioritaire doelgroepen van het VAi (architectuurhistorici, specialisten onroerend erf-goed en culturele organisaties voor architectuur), anderzijds partners uit de erfgoedsec-tor, met een focus op de pro-vincie Antwerpen. Het waar-deringskader bestaat uit vier

grote onderdelen met elk een set criteria. Samengevat wordt er informatie verzameld over de archiefvormer en zijn oeu-vre, de gebruiks- en erfgoed-waarde van het archief. Het volledige waarderingskader vind je in het projectrapport op de website van het VAi.

De waarderingsoperatie werd opgevat als een leermoment voor het archiefteam. Naast inhoudelijke medewerkers werden ook depotbeheerders, administratieve medewerkers en personeelsleden van het voormalige Centrum Vlaamse Architectuurarchieven betrok-ken. Zo werd de kennis over de collectie over heel de orga-nisatie verspreid en werd een breder draagvlak gecreëerd voor toekomstige beslissin-gen over 120 archieven uit de collectie.

De uitvoering gebeurde in drie stappen. De archieven

40 | META 2019 | 2

KRONIEK

Page 43: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

werden eerst over verschil-lende medewerkers verdeeld om zoveel mogelijk informatie over de archieven te verzame-len volgens het waarderings-formulier. De waarderingscri-teria werden in een Google Form gegoten, wat erg han-dig bleek. Het Slack-kanaal om weetjes te delen was min-der succesvol. Nadien kregen medewerkers een maand tijd om in de archieven te duiken. Die tijdsbegrenzing en tijdige communicatie hadden een positief resultaat. Ten slotte werden de archieven collec-tief gewaardeerd en gequo-teerd. Deze stap vereiste heel wat aanpassingen en cours de route. De initiële aanpak, iedere woensdag twee uur uit-trekken, ging te traag, daarom werd zoals bij stap twee ruim van tevoren een groter tijds-bestek ingepland. Er werden toegevingen gedaan op de methode, zoals het niet meer quoteren van criteria voor de

betekenis van de archiefvor-mer. En het team werd in twee gesplitst, zodat de capaciteit verdubbelde.

De praktische aanpak zal verschillen per traject en is afhankelijk van de doelstellin-gen, hoeveelheid van het erf-goed, de beschikbare tijd en het aantal mensen dat men wil betrekken.

Het VAi deed dankzij dit tra-ject veel ervaring op met het opzetten van waarderingspro-jecten. Zo bleek dat er voort-durende procesopvolging en –evaluatie nodig is. Voldoende doorlooptijd is belangrijk, vooral bij het betrekken van externe klankbordgroepen. Men moet prioriteiten stellen en methodes durven bijstellen.Het Architectuurarchief van het VAi beschikt nu over een instrument waarop het col-lectiebeleid verder gebouwd kan worden. De basiswaarde van de archieven is in kaart gebracht, verbanden zijn gelegd, de toegangen zijn verrijkt, enz. Het hele archief-team nam de tijd om kritisch

te reflecteren over de collectie en het beheer ervan. De kennis is nu beter verspreid over alle medewerkers. Tot slot kan het gecreëerde waarderingskader verder dienen om te beslissen over acquisities of om part-ners te ondersteunen bij het

waarderen van archieven. Archieven en erfgoed waar-deren is voor het VAi een zin-volle investering met een rijke return. Dit eerste waarderings-project was zonder twijfel een succes.

STEEN, PAPIER, MAAR GEEN SCHAAR. DE COLLECTIE BOUWTEKENINGEN VAN HET VLAAMS ARCHITECTUURINSTITUUT. stefAAn Grieten en sArA truyts (VAi)Hoe ziet een collectie bouw-tekeningen eruit en wat houdt het beheer ervan in? Met deze lezing namen we een duik in plannenkasten, roldozen en archiefdozen van het VAi.

Het Architectuurarchief van het VAi is pas operationeel sinds 1 januari 2018, maar de wortels gaan dertig jaar terug. Het ontstond na integratie van het Architectuurarchief van de Provincie Antwerpen en het Centrum Vlaamse Architectuurarchieven binnen het VAi. De directe aanleiding hiervoor was de afslanking van de provincies, maar de intentie

om nauwer samen te werken leefde al langer.

De basis van de collectie die eind jaren 80 ontstond docu-menteert de gebouwde omge-ving en de architectuurprak-tijk sinds 1800. Die omvat

privéarchieven en -bibliothe-ken van architecten als Léon Stynen, Paul De Meyer en Eduard Van Steenbergen en cultureel erfgoed van perso-nen, organisaties en bedrijven die actief zijn in architectuur, ruimtelijke ordening, steden-bouw, monumentenzorg en interieurarchitectuur. De col-lectie ontstond initieel vanuit provinciaal standpunt, maar door specifieke bewaarve-reisten van architectuurar-chieven kwamen ook archie-ven van buiten de provincie Antwerpen in APA terecht en ontwikkelde de collectie een landelijke betekenis.

De inhoud van een archi-tectuurarchief is heel divers en is veel meer dan tekenin-gen en projectdossiers. Ook o.a. stalen, productcatalogi, foto’s, maquettes en meubi-lair horen erin thuis. Het ini-tiële verwervingsbeleid van het Architectuurarchief was heel inclusief, aanwervingen gebeurden door overlijden van een architect of stopzet-ting van een kantoor. De col-lectie bestaat dus uit divers samengestelde archieven, meestal in een redelijke mate-riële staat. Helaas gaat dit niet voor de hele collectie op: de manier waarop archiefvormers hun materiaal bewaarden laat zijn sporen na op de collectie. Daaruit vloeit een duidelijke problematiek: hoe pakt men het materiële beheer aan van grote, gevarieerde archieven waarvan sommige delen niet in goede staat zijn? Tot op heden doet men aan preven-tieve conservering: archieven worden van vuil, nietjes en stof ontdaan en verpakt in zuur-vrije archiefdozen. Tekeningen worden indien nodig en moge-lijk uitgevlakt bewaard in plan-nenkasten. Maar een planning

“ DE INHOUD VAN EEN ARCHITECTUURARCHIEF IS HEEL DIVERS EN IS VEEL MEER DAN TEKENINGEN EN PROJECTDOSSIERS.

META 2019 | 2 | 41

KRONIEK

Page 44: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

“ HOE PAKT MEN HET MATERIËLE BEHEER AAN VAN GROTE, GEVARIEERDE ARCHIEVEN WAARVAN SOMMIGE DELEN NIET IN GOEDE STAAT ZIJN?

op lange termijn over con-servering en restauratie ont-breekt. Pijnpunten kunnen per archief gelokaliseerd wor-den, maar de kennis daarover zit verspreid onder de mede-werkers en is dus niet duur-zaam verankerd. Bovendien is een schadebeeld per archief moeilijk te veralgemenen naar de collectie. Het is dus moeilijk om voor de hele collectie con-clusies te trekken over materi-ele bewaring en aan te duiden waar de noden liggen.

Daarom besloot men om de collectie in kaart te bren-gen met een statisch scha-deonderzoek toegespitst op tekeningencollecties, de Universal Procedure for Archive Assessment – Maps and Drawings (UPAA-MD), ontwikkeld door het Nationaal Archief in Nederland. Met een schadeformulier wordt de materiële staat van de collec-tie geregistreerd. Het actuele formulier sloot echter niet vol-ledig aan bij de collectie en bij de vragen die tijdens het tra-ject opkwamen. Het werd dus aangepast, o.a. door aquarel en pastelkrijt aan de technie-kencategorie toe te voegen. De methode voor het uit-eenzetten van de steekproef vroeg specificering. Wat wordt als een tekening beschouwd? Wordt elke schets bij een bespreking geteld of enkel op zichzelf staande tekeningen?Toch was het uittesten van deze methode een zeer leer-rijk proces. We kunnen al een cijfer plakken op de hoeveel-heid tekeningen in de collec-tie. Daarbij zijn niet alleen de evidente categorie van teke-ningen in de plannenkasten geteld, maar ook de gevou-wen exemplaren in de archief-dozen. De huidige steek-proefresultaten geven al een

algemener beeld over de samenstelling van de collectie en de materiële staat ervan. Ook ontdekten we tijdens het nummeren en tellen lege plek-ken in het depot, wat de ber-ging optimaliseert.

MATERIËLE ZORG VOOR BOUWPLANNEN HiLde scHALkx (HooGduin pApierrestAurAtoren)De zorg voor bouwtekenin-gen kent veel uitdagingen. De chemische samenstelling van het materiaal, het formaat en de materiële conditie varië-ren sterk. Krullen, scheuren en andere schadevormen zor-gen voor de nodige obstakels. Toch zijn er basisacties die de collectiebeheerder kan nemen om de materiële staat van een tekening te verbeteren.

Hoe men een tekening bewaart of behandelt hangt af van de noden van de tekening.

Stof, vuil en metaal verwijde-ren is evident. Ook plastics met weekmakers en plak-band moeten verwijderd wor-den, maar dit is enkel moge-lijk als er expertise is in de organisatie. Qua verpakking en bewaring van tekeningen zijn er veel mogelijkheden. Bewaring gebeurt bij voor-keur vlak, maar bij gebrek aan expertise of ruimte om uit te vlakken is het, afhankelijk van de raadpleegfrequentie, veili-ger om het stuk gevouwen of opgerold te houden. Adequate verpakking is prioritair. Die

verpakking moet steeds gro-ter zijn dan het object. Om te vermijden dat objecten schui-ven in de verpakking kan men vullers gebruiken, genoeg steun voorzien met papier of ander duurzaam materiaal of de stukken sorteren op for-maat. Verpakking voorziet ook chemische bescherming tegen lucht, licht en stof. Dat is belangrijk bij gevoelig mate-riaal zoals blauwdrukken en diazotypieën. Gebufferderde verpakking gaat verzuring van papier tegen, maar sommige pigmenten, zoals bij blauw-drukken, zijn net heel gevoe-lig voor de hoge pH in gebuf-ferde verpakking. Wanneer objecten al zeer zuur zijn kan het uitdampen van ammonia of zwavel gevaarlijk zijn voor andere stukken. Dan kunnen tussenvellen soelaas bieden. Andere aandachtspunten zijn het aantal objecten per ver-pakking, een duidelijke iden-

tificatie en richtlijnen voor de hantering van bepaalde stuk-ken en verpakkingen.

Voordat men acties en behan-delingen inplant moet men de collectie en diens con-ditie kennen. Een methode voor statisch schadeonder-zoek voor tekeningencol-lecties is de UPAA-MD (zie supra). Het Nationaal Archief in Nederland werkt aan een aangepaste versie met een kostenanalyse. Daarnaast is de Schadeatlas Archieven een welgekend instrument

voor schadeonderzoek op archiefcollecties. Er is ech-ter nood aan een versie spe-cifiek gericht op architec-tuurtekeningen. Daarom werkt Metamorfoze samen met het Nieuw Instituut aan een nieuwe Schadeatlas voor bouwtekeningen, met daarin nieuwe inzichten zoals de gevolgen van warmte op cal-queerpapier, een belangrijk facet bij het digitaliseren van tekeningen.

RESTAURATIE VAN BOUWPLANNEN mArtine eeckHout (AteLier eeckHout)Martine Eeckhout gaf een blik achter de schermen van een grootschalige restauratie- en inventarisatieopdracht van 2.092 bouwplannen uit de periode 1900-1940. Het pro-ject ging van start in 2012 in opdracht van het Stadsarchief Brugge en werd in 2016 afge-

rond. Alle aspecten van mate-riële zorg kwamen aan bod: schadebeelden opstellen, stukken reinigen en herstellen en bouwplannen verpakken en inventariseren.

Veel bouwplannen waren in slechte staat met scheuren, rafelraden, sporen van schim-mels en insecten. Stof, vuil, roestig metaal en plakband moesten verwijderd worden. Tijdens het droogreinigen en afzuigen werden regelma-tig schimmeltesten gedaan om te verzekeren dat alles

42 | META 2019 | 2

KRONIEK

Page 45: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

grondig gereinigd werd. De dragers, 19e- en 20e-eeuwse materialen zoals houthoudend papier, linnen en kortvezelig transparant papier waren ver-zuurd en broos. De collectie tekeningen bevatte daarnaast grote formaten en verschil-lende technieken gaande van originele potloodtekeningen tot afdrukken zoals blauw-drukken, ammoniakafdrukken of diazotypieën en VanDyke-afdrukken.

Het proces werd gedocumen-teerd met foto’s en statisti-sche metingen en de stuk-ken werden geïnventariseerd en opgeborgen in duurzame verpakking. Uit het statistisch schadebeeld bleek onder meer dat veel tekeningen weinig of geen schade hadden en dat hoofdzakelijk kleine ingrepen nodig waren. Toch had onge-veer een vijfde van de collectie grote tot zeer grote herstelling nodig. Grootschalige herstel-lingen werden in overleg met de stadsarchivaris beslist.

SOCRATISCHE DIALOOG: NIET RESTAUREREN MAAR DIGITALISEREN EN WEGGOOIEN BiLL Wei (rce)De dag werd afgesloten met een socratische dia-loog over substitutie, geleid door Bill Wei van het Rijks-erf goedlaboratorium Amster-dam. Substitutie bracht binnen de archiefwereld een debat op gang over het al dan niet bewaren van gedigitaliseerde informatie in de orginiele vorm. De deelnemers kon-den zich nu over deze kwes-tie uitspreken. In kleine groep-jes werd gediscussieerd, en elke groep koos nadien twee essentiële boodschappen die uit de gesprekken voortkwa-men.

De conclusie? Algemene ver-nietiging na digitaliseren werd niet unaniem gesmaakt. Vooral de mogelijke erfgoedwaarde van een origineel stuk, maar ook de emotionele belevings-waarde maken van substitutie een heikele kwestie. Ook het onomkeerbare karakter weegt zwaar op de beslissing.

Toch wordt substitutie niet volledig uitgesloten. Er gingen stemmen op voor stuksgewijze selectie op basis van de con-text. Er is nood aan algemene selectielijsten en waardenka-ders om zich op te baseren bij het nemen van zulke beslissin-gen. Digitalisering is ook een deel van conservering. Het wordt daarbij beschouwd als een extra veiligheids- en raad-pleegkopie.

Nieuwe directeur ADVN

Op 1 januari 2019 trad Ann Mares aan als direc-teur van het ADVN. Zij is doctor in de geschiede-nis, werkte sinds 1991 aan de Vrije Universiteit Brussel en was ook nauw betrok-ken bij de uitbouw en het beheer van BRIO, het Brussels Informatie-, Documentatie- en Onderzoekscentrum. Sinds 2016 was zij tevens waar-nemend directeur van het Archief en Museum voor het Vlaamse Leven te Brussel en kent ook in die hoedanigheid het erfgoedveld. De nieuwe directeur stelt haar kennis van en ervaring in de academische wereld en de erfgoedsector voortaan ten dienste van het ADVN.

PERSONALIA

META 2019 | 2 | 43

KRONIEK

Page 46: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Antwerpsesteenweg 20B (A12 Boom - Antwerpen)

2630 Aartselaar

BIBLIOTHEEK TOEPASSINGEN

LIDKAARTEN

Blanco - bedrukt barcode - nummering

magneetstrip MiFare - chip

KAARTPRINTERS

Single - dual sided monochroom – kleur

magnetic encoder

BARCODE SCANNERS

Laser - imager USB - draadloos mobile - 1D - 2D

BOEKLABELS

Bedrukt - blanco barcode -

nummering

RFID TAGS & LABELS

Alle afmetingen, alle soorten,

voor elke toepassing

T: +32 3 877 03 33 F: +32 3 877 11 44

E-mail: [email protected]

Page 47: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Antwerpsesteenweg 20B (A12 Boom - Antwerpen)

2630 Aartselaar

BIBLIOTHEEK TOEPASSINGEN

LIDKAARTEN

Blanco - bedrukt barcode - nummering

magneetstrip MiFare - chip

KAARTPRINTERS

Single - dual sided monochroom – kleur

magnetic encoder

BARCODE SCANNERS

Laser - imager USB - draadloos mobile - 1D - 2D

BOEKLABELS

Bedrukt - blanco barcode -

nummering

RFID TAGS & LABELS

Alle afmetingen, alle soorten,

voor elke toepassing

T: +32 3 877 03 33 F: +32 3 877 11 44

E-mail: [email protected]

PUBLIREPORTAGEPUBLIREPORTAGE

Hoe werkt de vochtgereguleerde warmte-methode?Thermo Lignum heeft een techniek ontwik-keld om op een perfecte veilige en stabiele manier kunstwerken en erfgoedobjecten te behandelen. Het principe omvat een compu-tergestuurde warmtebehandeling waarbij de klimatologische omstandigheden permanent gemonitord en bijgestuurd worden. De maxi-male warmte (max. 52-55°C) en duurtijd per objectcategorie wordt op maat afgesteld. De methode is volledig ecologisch omdat ze geen gebruik maakt van toxische stoffen en dus ook geen risico op emissie inhoudt voor ope-rator en bezoeker/onderzoeker.

Voor welk type aantasting is de methode geschikt?Een heel divers spectrum van insecten kan behandeld worden van houtworm over tex-tielkever tot zilvervisjes. Lepisma (zilvervis) is wijd verspreid maar ook de donkerder vari-ant, de Ctenolepisma (longicaudata), maakt meer en meer opgang en blijkt resistenter en minder gevoelig aan vochtigheid. Deze grotere soort tast boeken, archieven en ook wel eens textiel aan, door het oppervlak af te schrapen waardoor dunne en gekartelde gaten ontstaan. Beide kunnen met de vocht-gereguleerde warmtemethode effectief en ecologisch behandeld worden.

Hoe verloopt de behandeling in de praktijk?In de Benelux fungeert IPARC als exclusief partner van Thermo Lignum voor de uitvoering van behandelingen. Het proces wordt voltrok-ken onder de coördinatie van een restaura-tor gespecialiseerd in de betrokken materi-alen geassisteerd door een IPM-specialist.De behandelingen kunnen ter plekke, aan de archiefinstelling of erfgoedbibliotheek, gebeuren in een mobiele behandelingskamer (geïntegreerd in een vrachtwagen met contro-lekamer), ofwel in de vaste behandelingska-mer in de ateliers van IPARC in Kampenhout (Vlaams-Brabant).

De objecten worden op deskundige manier opgesteld in de warmtekamer zodat de lucht optimaal kan circuleren en de capaciteit van 30m3 zo optimaal mogelijk kan benut

worden. Na een cyclus van ca. 24 uur kun-nen de objecten terug geplaatst worden. De resultaten van de behandeling (referen-tiestalen en de tem-peratuur- en vochtig-heidscurves van de monitoring van de warmtekamer) worden geconsolideerd in het behandelingsverslag.

Zijn er studies die aantonen dat opwarming tot gemiddeld 52 °C niet schadelijk is voor hout, schilderijen, papier en polychromie of nog voor textiel, voor leder, en andere mate-rialen? Er is een hele reeks studies beschikbaar. De temperatuur, zelfs boven 55°C (wat niet aan de orde is aangezien insecten en larven/eitjes bij minder dan 55°C sterven) vormt geen echt risico. Een groter risico zou een fluctuerende relatieve vochtigheid (RV) zijn maar dit wordt opgevangen omdat de RV eveneens gecontro-leerd wordt en bijgesteld in relatie tot opwar-ming en afkoeling. Hier dient ook opgemerkt dat warmte toch een relatief aanwezig ele-ment is in de conservatie-restauratie (objec-ten achter glas warmen op door zonlicht; warme tafels worden gebruikt in de restau-ratie) maar dat hier zeker ook een psycholo-gische barrière speelt.

Warmte zet chemische processen in gang; hoe wordt gegarandeerd dat dit voor deli-catere objecten en materialen geen risico vormt, of gaat het om het afwegen van risi-co’s? Hoe hoger de temperatuur des te sneller de chemische veroudering; echter de gebruikte energie is niet te vergelijken met de ener-giehoeveelheid van bijv. gammastralen. De behandeling waarvan de temperatuur boven de dertig graden gaat duurt in totaal +/- 12 uur (en de temperatuur van 52-55°C tijdens de holding phase slechts 1 uur) op een totale gemiddelde behandelingsduur van 24u per cyclus en is dus zeer beperkt in de levens-duurte van een object van bijvoorbeeld 300

jaar oud. De schade die de zilvervis aanricht is vele malen groter. De verouderingsproces-sen zijn bij deze temperaturen en binnen dit tijdsbestek uiterst beperkt.

Wie bepaalt welke stukken zonder risico de behandeling kunnen ondergaan? De restauratoren van IPARC — in samenspraak met de opdrachtgever — evalueren welke stukken in aanmerking komen, en dit per materiaaltype. Via fotodocumentatie wordt de toestand steeds gedocumenteerd voor en na behandeling. Het stapelen van objecten in de behandelingskamer gebeurt om die reden ook door IPARC omdat zo behalve maximaal ruimtegebruik, ook optimale circulatie en sta-biele plaatsing verzekerd zijn.

Hoe staat IPARC tegenover de vraag van klanten om het zekere voor het onzekere te nemen en preventief behandelingen uit te voeren voor grote verzamelingen voorwer-pen waarvan er (misschien) slechts enkele aangetast zijn? In ieder geval is het belangrijk dat ook de opslagruimte/depot/bewaringsomstan-digheden zorgvuldig geëvalueerd wor-den. Aantasting door zilvervis, is — zeker in de beginfase — moeilijk op te sporen. Waakzaamheid is dus steeds geboden. Vele factoren moeten in ogenschouw genomen en veel hangt af van de individuele casus. In geen geval is de methode preventief, maar enkel curatief.

Deze publireportage valt buiten De verantwoorDelijkheiD van De reDactie.

Vochtgereguleerde warmtebehandeling tegen zilvervis van archiefmaterialen en bibliotheken met Thermo LignumPapierrestaurator Annelies Van Den Wijngaert en Lucy ‘t Hart, consulent preventieve conservatie, gaan in gesprek over de inzet van de Thermo Lignum-methode bij de bestrijding van zilvervis-aantasting.

https://www.iparc.eu/nl/integrated-pest-management-ipm/

© DBP Entomology.

Page 48: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

TOEPASSING

“ NIETS BESTAAT DAT NIET IETS ANDERS AANRAAKT

Jeroen BrouWers Bezonken rood

Ben jij nog mee?

Ilse Depré, BiB IDee

Je smartphone of tablet heeft, net zoals een pc, al een bestu-ringssysteem geïnstalleerd. Koop je een iPhone of iPad, dan is dat iOS. De meeste andere fabrikanten gebruiken Android, het gratis besturingssysteem van Google. Een kleine groep van mobiele toestellen draait op Windows. Maar dat besturingssys-teem krijgt ook wel eens een update.

Bij Apple-toestellen kun je daar moei-lijk omheen. De update staat klaar in de app Instellingen, categorie Algemeen, bij Software-update. Daar kun je nalezen wat er allemaal nieuw en/of verbeterd is in de laatste versie, en kun je de update downloaden en installeren. Lig je daar liever niet van wakker, dan kun je automatische updates inschakelen om de nieuwste versie van iOS ‘s nachts auto-matisch te laten installeren. Stel je het updaten te lang uit, dan zal je toestel na een tijdje je regelmatig een melding geven dat je bestu-ringssysteem aan een opfrissing toe is.

Bij Androidtoestellen valt een beschikbare update minder gemakkelijk op. In principe verschijnt er een melding in het berichten-centrum. Je kunt ook checken op updates via de app Instellingen. Helemaal onderaan in het menu heb je de rubriek Over mijn telefoon/tablet, Toestelinfo of Systeem. Daar vind je de huidige versie van Android en indien er een update klaarstaat kun je die van daaruit uitvoe-ren. Het probleem is dat niet elke fabrikant de Androidupdates aanbiedt, waardoor je toestel snel veroudert.

Nog enkele tips. Zorg ervoor dat je toestel voor minstens de helft opgeladen is, want het updaten zelf vraagt veel energie. Eventueel sluit je de smartphone/tablet via de kabel aan op net-stroom. Update je toestel ook enkel via een wifiverbinding en niet via mobiele data (4G), want de updates zijn vaak erg groot!

> Meer info en nuttige apps: http://bibidee.blogspot.com

46 | META 2019 | 2

TOEPASSING

Page 49: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

MIEKE OPSTAELE

Mieke Opstaele is collectieverantwoordelijke in de bibliotheek van Oostende. Ze heeft een passie voor literatuur en laat zich af en toe verleiden tot het schrijven van een recensie. Na de uren pikt ze graag een lezing of toneelstuk mee, kan ze uren luisteren naar de verhalen van mensen en verliest ze zich wel eens in het spelen van denkspelletjes.

META 2019 | 2 | 47

“ De boodschappenlijstjes van Jeroen Brouwers ”

Mieke Opstaele

ZOGELEZEN

Atlas van de Imaginaire Verklaringen, Handboek voor de Patafysicus, Willem Vanhuyse.

Welk boek ligt er nu op je nachtkastje?Daar ligt Het bewijs, het tweede boek uit de tweelingtrilogie van de Hongaarse schrijfster Ágota Kristóf te wachten. Een beklijvend verhaal van een jonge twee-ling tijdens de oorlog. Het leest als een volwassenensprookje dat je confronteert met de ambiguïteit van goed en kwaad. Een van onze vaste bezoekers tipte het boek. Altijd leuk als het uitwisselen van leestips tweerichtingsverkeer wordt. Het eerste boek, Het dikke schrift, was zeer knap in zijn eenvoud. Ik kijk ernaar uit om het vervolg te lezen. Maar nu ben ik nog bezig in Wat er op het spel staat van his-toricus Philip Blom. Op het eerste gezicht een boeiende analyse van het probleem van consumentisme en hoe de klimaatop-warming het neoliberale model van eco-nomische groei onderuithaalt, waardoor zich een nieuw soort economie en poli-tiek aan onze samenleving opdringt. Een moeilijk thema dat me wel eens bezig-houdt.

Welke boeken wil je aan de META-lezers aanraden?Een van mijn favorieten is Tongkat van Peter Verhelst. Een boek waarin je bij elke lezing opnieuw kunt verdwalen en nieuwe dingen kunt ontdekken. Door de mythische en sprookjesachtige wereld van Verhelst, die bestaat uit een laby-rint van verhalen, en zijn unieke zin-tuiglijke stijl kreeg ik de smaak van het lezen te pakken. Daarnaast vind ik alles

van Jeroen Brouwers heerlijk om lezen: van zijn romans tot zijn Kladboeken en Hamerstukken. Ik zou zelfs met plezier zijn boodschappenlijstjes verslinden, haha. Hij beheerst en belichaamt voor mij het schrijverschap tot in de perfectie. Ik herken mezelf vaak in de ik-personages van zijn romans; dat schept een bijzon-dere band. Of het ermee te maken heeft dat Jeroen en ik op dezelfde dag gebo-ren zijn? Geen idee, maar telkens ik iets van Brouwers lees, kriebelt het om zelf in de pen te kruipen. Bezonken Rood is het eerste boek dat ik van hem las en is nog altijd mijn favoriete Brouwers. Recenter genoot ik dan weer erg van La Superba van Ilja Leonard Pfeijffer en Zuivering van Tom Lanoye.

Wat vertelt jouw boekenkast over jou?Los van mijn interesses? Moeilijke vraag. Volgens een vriend verklapt ze dat ik een denker ben, die houdt van zelfrela-tivering en een gezonde dosis humor. Zo vind je tussen een reeks filosofieboeken, naast een verdwaalde Rubik’s cube, ook de Atlas van de imaginaire verklaringen, een handboek Patafysica en heel wat aanverwante auteurs als Queneau, Perec, Calvino, Borges, Sterne, Kousbroek, Krol, Van Boxsel, Jongstra, enz. Boeken die onze menselijke redeneringen en denkwe-reld op de korrel nemen en doorprikken.

Lees je alle boeken uit of stop je als je een boek niet goed vindt?Ik leg er wel eens een weg als het mij echt niet kan boeien, maar dat gebeurt niet vaak. Ik veroordeel een boek niet graag na enkele bladzijden en hou wel van wat uitdaging. Soms zijn de boeken waarin je veel energie investeert juist die waaruit je achteraf het meeste plezier en voldoe-ning haalt. Het is als bij sport: ontspan-ning gaat samen met inspanning.

Wat zijn je leesgewoontes?Ik lees doorgaans op papier, zelden digi-taal. Niet uit principe, maar uit gewoonte. Ik vrees dat ik ook een potlood in de hand heb om mooie of cruciale passages aan te duiden — enkel in mijn eigen boeken natuurlijk, nooit in bibexemplaren! Het liefst lees ik op een rustige plek buiten: in de tuin, aan het strand, in het park.

Page 50: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Brugge, Openbare Bibliotheek, Ms. 685 ff. 208v-209r; Brugge, 1452; Oudst gedateerde kaart van Vlaanderen in Manuscript 685 Cronache de singniori di Fiandra e de loro advenimenti.

48 | META 2019 | 2

UITZICHT

Page 51: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

Wegwijzer bibliotheken en documentatiecentra maakt deel uit van de e-bib, een abonnementssysteem volledig op maat van de gebruiker:

Aantal exemplaren: VVBAD-lid:

Abonnementsformule:

Stuur of fax onderstaande bestelbon naarPoliteia • Keizerslaan 34 • 1000 BrusselFax: 02 289 26 19 • Tel: 02 289 26 10, of bestelvia www.politeia.be • e-mail: [email protected]

De prijs van het basisboek is eenmalig te betalen bij de opstart van het abonnement. De prijs van het abonnement is jaarlijks te betalen.

* Het betreft hier een publicatie met jaarabonnement. Een abonnement loopt van januari tot december van hetzelfde kalenderjaar. De getoonde prijs komt overeen met de prijs van het abonnement voor het volledige kalenderjaar inclusief de prijs van het basisboek (eenmalige aankoop). De prijs voor de lopende jaargang van uw nieuw abonnement wordt berekend op basis van het instapmoment. Check voor actuele prijzen steeds onze website www.politeia.be.Uw gegevens worden in vertrouwen behandeld en niet aan derden doorgegeven. Overeenkomstig de wet op de privacy heeft u inzage- en correctierecht.

y Kies uw formule: print, digitaal of print + digitaal y Info waar, wanneer en op welke drager u het wilt y U betaalt één jaarprijs, alles inbegrepen

print digitaal print + digitaal

Print € 458 € 418

y Basisboek € 109 € 69 y Abonnement € 349 € 349

Digitaal € 378 € 338

y Basisboek € 99 € 59 y Abonnement € 279 € 279

Print + Digitaal € 568 € 528

y Basisboek € 129 € 89 y Abonnement € 439 € 439

Standaard VVBAD Standaard VVBAD Standaard VVBAD

VVBADomdat informatie belangrijk is

VLAAMSE VERENIGING VOOR BIBLIOTHEEK, ARCHIEF & DOCUMENTATIEStatiestraat 179 2600 Berchem+32 3 281 44 57 [email protected] www.vvbad.be

Page 52: NAAR EEN BASISOPLEIDING - Amazon S3 · regels voor het invoeren van cultuurgoederen gelden nu enkel voor handschriften en gedrukte boeken die meer dan 18.000 euro waard zijn. Voor

dé totaalleverancier voor uw bibliotheek Dankzij de expertise van ons team, bieden wij persoonlijke service afgestemd op de doelen van uw bibliotheek, in Nederland en België. MedioEurope leert elke klant persoonlijk kennen, zodat we de beste oplossingen kunnen bieden voor uw behoeften en workfl ow.

MedioEurope heeft de mensen, hulpmiddelen én expertise in huis om u te helpen eenvoudig en effi ciënt de juiste boeken voor uw klanten te krijgen.

Wilt u ook profi teren van onze service? Kijk op www.medioeurope.com voor meer informatie.

www.medioeurope.com

uw partner op elk vlak in de workfl ow van uw bibliotheek.

Voor meer informatie neem contact op met Roel of Yves:[email protected]ë: +32 (0)15 51 41 10Nederland: +31 (0)341 78 82 70

Leuvensteenweg 2863190 Boortmeerbeek - België

■ Kastklaar & snel geleverd■ SSO: Uw collectie automatisch

aangevuld■ DSO: Big data in uw voordeel■ Koppel uw bibliotheek systeem

naadloos met dat van MedioEurope■ Doorlopende analyse boekenaanbod

MedioEurope_META_Magazine_A4_v3.indd 1 31-01-19 09:36