Moord in de Gerardus Majella Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde...

25
Historische wandelingen door de Indische Buurt: 2. Verzuiling Inleiding Deze eerste historische wandeling begint en eindigt bij de bibliotheek op het Javaplein en is ongeveer vier kilometer lang. Tijdens deze wandeling krijg je vooral zicht op de verzuilde samenleving die de Indische Buurt vooral voor de Tweede Wereldoorlog was: niet alleen christenen van diverse achtergrond maar ook socialisten, communisten en nationaal-socialisten organiseerden zich binnen hun eigen wereldbeeld. Bijzondere aandacht is er voor de Joodse Indische Buurt, die door de deportatie en uitmoording van de Joodse bevolking in de Indische Buurt is verdwenen. We lopen via het Makassarplein, waar aan het begin van de twintigste eeuw een wielerbaan lag, langs de voormalige synagoge in de Molukkenstraat, naar het zuidoostelijk kwadrant van de Indische Buurt, waar in de jaren dertig op het Sumatraplantsoen door de communisten grote demonstraties werden gehouden. Daarna steken we over naar de voormalige Rooms-Katholieke enclave rond de Gerardus Majellakerk. Rond het Ambonplein vinden voor de Tweede Wereldoorlog ernstige schermutselingen plaats tussen communisten en nationaal-socialisten. We lopen via de Lutherse kapel, het communistisch bolwerk aan de Minahassastraat en de Marokkaanse moskee naar het noordwestelijk kwadrant van de buurt. De blokken tussen Celebesstraat, Ajtehstraten en Borneostraat vormen - met uitzondering van de Zeeburgerdijk - het oudste deel van de Indische Buurt. Hier vinden we zowel een voor- als een naloper van de Gerardus Majellakerk aan het Ambonplein. De voormalig Nederlands-Hervormden (nu PKN) zitten nog steeds in de Javastraat, waar ze ooit ook begonnen. We bezoeken de lokatie waar vroeger de hoofdzetel van de S.D.A.P. gevestigd was en bekijken ook de sinds enige tientallen jaren gevestigde Turkse moskee aan de Zeeburgerdijk. De Doopsgezinden zijn uit de buurt verdwenen. Het is bijzonder om te zien hoe al deze zuilen zich in eerste instantie afgescheiden van elkaar organiseerden en probeerden assimilatie met de andere groepen te vermijden. Overigens hield die verzuilde samenleving geen stand. Met name de jeugd kwam elkaar steeds meer tegen over de schuttingen van de verzuiling heen. Dit leidde na de Tweede Wereldoorlog uiteindelijk tot een gezamenlijke welzijnsaanpak, waarin de diverse zuilen ten dele opgingen. Inmiddels zijn in de buurt door immigratie weer nieuwe zuilen verschenen, waarvan de rond de moskee georganiseerde Turkse en de Marokkaanse de grootste zijn. Maar ook Surinaamse, Antilliaanse en Hindoestaanse groepen trekken regelmatig nog steeds min

Transcript of Moord in de Gerardus Majella Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde...

Page 1: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

Historische wandelingen door de Indische Buurt: 2. Verzuiling

Inleiding

Deze eerste historische wandeling begint en eindigt bij de bibliotheek op het Javaplein en is ongeveer vier kilometer lang. Tijdens deze wandeling krijg je vooral zicht op de verzuilde samenleving die de Indische Buurt vooral voor de Tweede Wereldoorlog was: niet alleen christenen van diverse achtergrond maar ook socialisten, communisten en nationaal-socialisten organiseerden zich binnen hun eigen wereldbeeld. Bijzondere aandacht is er voor de Joodse Indische Buurt, die door de deportatie en uitmoording van de Joodse bevolking in de Indische Buurt is verdwenen.

We lopen via het Makassarplein, waar aan het begin van de twintigste eeuw een wielerbaan lag, langs de voormalige synagoge in de Molukkenstraat, naar het zuidoostelijk kwadrant van de Indische Buurt, waar in de jaren dertig op het Sumatraplantsoen door de communisten grote demonstraties werden gehouden. Daarna steken we over naar de voormalige Rooms-Katholieke enclave rond de Gerardus Majellakerk. Rond het Ambonplein vinden voor de Tweede Wereldoorlog ernstige schermutselingen plaats tussen communisten en nationaal-socialisten. We lopen via de Lutherse kapel, het communistisch bolwerk aan de Minahassastraat en de Marokkaanse moskee naar het noordwestelijk kwadrant van de buurt.

De blokken tussen Celebesstraat, Ajtehstraten en Borneostraat vormen - met uitzondering van de Zeeburgerdijk - het oudste deel van de Indische Buurt. Hier vinden we zowel een voor- als een naloper van de Gerardus Majellakerk aan het Ambonplein. De voormalig Nederlands-Hervormden (nu PKN) zitten nog steeds in de Javastraat, waar ze ooit ook begonnen. We bezoeken de lokatie waar vroeger de hoofdzetel van de S.D.A.P. gevestigd was en bekijken ook de sinds enige tientallen jaren gevestigde Turkse moskee aan de Zeeburgerdijk. De Doopsgezinden zijn uit de buurt verdwenen.

Het is bijzonder om te zien hoe al deze zuilen zich in eerste instantie afgescheiden van elkaar organiseerden en probeerden assimilatie met de andere groepen te vermijden. Overigens hield die verzuilde samenleving geen stand. Met name de jeugd kwam elkaar steeds meer tegen over de schuttingen van de verzuiling heen. Dit leidde na de Tweede Wereldoorlog uiteindelijk tot een gezamenlijke welzijnsaanpak, waarin de diverse zuilen ten dele opgingen. Inmiddels zijn in de buurt door immigratie weer nieuwe zuilen verschenen, waarvan de rond de moskee georganiseerde Turkse en de Marokkaanse de grootste zijn. Maar ook Surinaamse, Antilliaanse en Hindoestaanse groepen trekken regelmatig nog steeds min of meer verzuild op. Ook hier is het vooral de jeugd die over de schuttingen kijkt.

Start wandeling 2

We starten de wandeling bij de bibliotheek op het Javaplein, gaan links af en slaan op het Javaplein weer links af, de Molukkenstraat in. We steken even over en wandelen door de Molukkenstraat richting de Zeeburgerdijk. Wanneer we bij de Niasstraat komen, gaan we naar rechts, de Niasstraat in, richting het Makassarplein (1).

Page 2: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

De wielerbaan

Eind negentiende eeuw worden op diverse plaatsen in de stad wielerbanen aangelegd. De wielersport is een uitvinding van de tweede helft van de negentiende eeuw. De eerste wielerwedstrijd wordt op 31 mei 1868 in Parijs gehouden en weldra verspreiden zich de wielerbanen over het continent.

Eind 1900 richt Bouwmaatschappij Nassaukade zich tot B & W Amsterdam met het verzoek een wielerbaan te mogen oprichten op een terrein aan de Zeeburgerdijk naast Hotel en Café Zeeburg, ongeveer daar waar nu het Makassarplein is gelegen. Het gaat in feite om een verplaatsing van de in 1895 ter gelegenheid van de Tentoonstelling van 1895 gebouwde, houten wielerbaan uit het Willemspark.

In juli 1901 is de volledige verplaatsing voltooid, waarbij de baan in tegenstelling tot in het Willemspark op een gemetselde fundering wordt gelegd. Op zondag 28 juli 1901 vindt de eerste wielerwedstrijd plaats: een 50-kilometerrace met gangmaker en vele andere, kleine races. Deelnemer is onder andere Jaap Eden, die overigens niets wint.

Het gaat niet voorspoedig met de wielerbaan, die ver van de stad gelegen is. Daarom wordt het repertoire al spoedig verbreed. Zo treedt in juli 1902 een zogenaamde Bedoeinengroep op, bestaande uit 70 personen, te weten Bedoeinen, Derwischen en Berber-negers met 20 Arabische volbloedhengsten, 12 renkamelen en 4 Egyptische ezels. De Bedoeinen maken een Europese tournee en hebben al opgetreden in Dresden, Berlijn, Leipzig, Glasgow, Kopenhagen, Aken en Keulen. In de winter van 1902 op 1903 wordt de wielerbaan gebruikt als verblijfplaats voor een detachement Cavalerie. Pas in juli 1903 starten de wielerwedstrijden weer, na een jaar te hebben stilgelegen.

De wielerwedstrijden worden nu met regelmaat voortgezet, met als toevoeging atletische (hardloop en snelwandel) wedstrijden. Ook het touwtrekken komt op het programma van de baan. In augustus 1905 houdt de Nationale Oranje-Bond ‘Wat ook vall’, trouw staat pal’ op Koninginnedag een vliegerwedstrijd, een bokkenwedstrijd en een wielrenwedstrijd. Het Oranjefeest wordt in 1906, 1907 en 1908 herhaald.

De wielerbaan wordt er inmiddels niet beter op. Wielertijdschrift De Fiets beklaagt zich er eind 2008 over en stelt dat het nodig is dat Amsterdam een nieuwe wielerbaan laat aanlegen, zodat men niet meer gebruik hoeft te maken van de haveloze ouderwetse baan aan de Zeeburgerdijk. Ook de publieksbelangstelling voor de wielersport lijkt tegen 1910 af te nemen, gezien het teruglopend aantal bezoekers. Men tracht de zaak in leven te houden door het organiseren van allerlei andersoortige activiteiten, zoals circussen etc.

In 1915 wordt de oude wielerbaan aan de Zeeburgerdijk uiteindelijk definitief afgekeurd. Plannen zijn nu om aan de Amstelveenseweg een nieuwe baan te bouwen. De Gemeente neemt het terrein van de Zeeburgse wielerbaan inclusief Hotel Zeeburg voor 200.000 gulden over, om er woningbouw te gaan realiseren. De wielerbaan wordt gesloopt.

Na het slopen van de wielerbaan worden begin jaren twintig de eerste huizenblokken opgetrokken rond wat dan nog het Niasplein heet. De bouw trekt een groot aantal kleine

Page 3: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

projectontwikkelaars, wat een rommelig geheel oplevert. Het plein zelf krijgt een speeltuinbestemming.

Het huidige Makassarplein heet in eerste instatie Niasplein. Het Niasplein wordt in de jaren twintig onder andere door de S.D.A.P. gebruikt om verkiezingsbijeenkomsten te houden. Vanaf 1928 wordt – mede op verzoek van Buurt- en Speeltuinvereniging Insulinde – een speeltuin op het plein ingericht, waar door de vereniging regelmatig evenementen georganiseerd worden. Een groot evenement is de op zondag 21 september 1928 op het Niasplein gehouden turn- en atletiekdemonstratie door de Amsterdamsche Turnbond. Aan deze demonstratie gaat een gezamenlijke tocht van turners en turnsters door de Indische Buurt vooraf.

Vanaf 1929 gaat het Niasplein voortaan als Makassarplein door het openbare leven, alhoewel tot 1933 de naam Niasplein incidenteel nog gebruikt wordt. Het plein wordt intensief gebruikt voor sportwedstrijden. Met name het korfbal (korfbalclub Archipel) is populair. Tot in de jaren zeventig wordt op het plein korfbal gespeeld.

In de buurt rond het Niasplein woonden voor de Tweede Wereldoorlog veel Joodse families. Typisch Joodse beroepen waren diamantbewerker, slager en handelaar/venter. Onderzoek heeft uitgewezen dat alleen al uit de Makassarstraat in de Tweede Wereldoorlog minimaal 44 Joodse buurtbewoners door de nationaalsocialisten naar Midden Europa afgevoerd werden en om het leven gebracht.

We steken even door via de Gorontalostraat naar de Javastraat. Op dit stukje, wat inmiddels volledig vernieuwd is, was destijds het Leger des Heils gevestigd (2). Vooral in Joodse en communistische kringen werd het Leger gevreesd wegens zijn kinderlokkende vermogens. Met name rond de kerst werd aan alle buurtkinderen hier wat lekkers of een kadootje aangeboden. Dit leidde dan regelmatig tot bijwonen van christelijke bijeenkomsten door die kinderen, waarvan natuurlijk de bedoeling bekering was. De C.P.N. vestigt als noodmaatregel zich tegenover het Leger des Heilspand in de Gorontalostraat met het Thälmannhuis.

Het Thälmannhuis

Op Gorontalostraat 53 is vanaf december 1933 het Ernst Thälmann-huis gevestigd, vlak tegenover het lokaal van het Leger des Heils. Het Thälmann-huis is genoemd naar de leider van de Duitse communistische partij, Ernst Thälmann, die op dat moment gevangen is genomen door de Nationaal-Socialisten en uiteindelijk in 1944 geëxecuteerd zal worden. Het Thälmann-huis is bedoeld voor de revolutionaire jeugd van de Indische Buurt, de Pioniers, om er te knutselen, te studeren, te werken en te vergaderen. Het Thälmann-huis zet zich daarbij sterk af tegen het aan de overkant gelegen Leger des Heils, zoals blijkt uit onderstaand artikel uit de Tribune van 2 januari 1934.

“DE HEILSSOLDAAT LIGT OP DE LOER

Page 4: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

Zorgt, dat de Pioniers werken kunnen!

Tweede Kerstdag. Voor het gebouw van het Leger des Heils staat een heilsoldaat, die probeert de voorbijgaande kinderen het gebouw binnen te lokken. Een paar jongens, die aankomen loopen, op weg naar het Thaelmannhuis aan den overkant, loopen bijna in de armen van den man.- Jongens! Komen jullie hier binnen! noodigt hij vriendelijk uit.- Nee! zegt er een, we gaan naar het Thaelmannhuis!- Kom maar bij ons! zegt de heilsoldaat. Hier is het veel gezelliger! Je krijgt er bovendien allemaal wat lekkers!De jongens laten zich echter niet overhalen. Ditmaal had de zieltjesjager geen succes, maar zal hij altijd zoo bot vangen? Voortdurend ligt het heilsleger op den loer om de arbeiderskinderen in zijn netten te krijgen: Onze pioniersbeweging heeft daar nu een krachtig tegenwicht voor gekregen in het Thaelmannhuis in de Gorontalostraat, waar wij reeds eerder over schreven.

Met de Kerstdagen zijn er niet minder dan 80 kinderen geweest, die daar prettig gespeeld en nuttig geleerd hebben. Maar er kunnen er nog meer komen. Allerlei spullen hebben de leiders reeds gekregen, maar toch ontbreekt er nog het een en ander. Vooral geld kan kam. Stam goed gebruiken. De kachel moet branden als de kinderen er zijn. Het heilsleger krijgt hulp van allerlei kapitalisten. De pioniers moeten het echter van de arbeiders hebben. Wie dus wat kwijt wil, laat hij een berichtje sturen aan kam. Stam, Gorontalostraat 53. Hij zorgt dan wel, dat het gehaald wordt.”

Het Thälmann-huis is geen lang leven beschoren. Na 1934 hoort men er niets meer van. De activiteiten van de C.P.H. verplaatsen zich deze periode grotendeels naar gebouw De Archipel aan de Minahassastraat.

We verlaten dit toneel van geestelijke strijd en komen in de Javastraat, waar we naar rechts gaan. Vlak bij het Javaplein gaan we achter het Badhuis langs naar links en komen in de Molukkenstraat, waar in het pand van de Albert Heijn op nummer 89 voor de Tweede Wereldoorlog de Synagoge van de Joodsche Vereniging voor de Indische Buurt, Rechouwous, gevestigd was (3).

Op zondag 8 november 1925 vindt in vergadergebouw De Tunnel de oprichtingsvergadering van Rechouwous plaats, de Joodsche Vereeniging voor de Indische Buurt. In de eerste jaren na aanvang bouw Indische Buurt rond 1900 woont er hooguit een tiental Joodse gezinnen in de buurt; in 1928 zijn dat er inmiddels ca. 600, waarvan ca. een derde door de activiteiten van Rechouwous bereikt zal worden.

Rechouwous, dat voor haar godsdienstoefeningen in aanvang gebruik maakte van de woning van het echtpaar Querido, maakt gedurende haar 17-jarig bestaan vooral gebruik van haar verenigingsruimte (met een cursuslokaal en een synagogelokaal) aan Molukkenstraat 89.

De vereniging, die aangesloten is bij de Bond van Joodsche Buurtvereenigingen te Amsterdam, heeft een duidelijk missionair karakter en kent ook een eigen propagandaclub. Doelstelling is het terugwinnen van Joodse inwoners van de Indische Buurt voor het Jodendom.

Page 5: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

Rechouwous organiseert vanuit de Molukkenstraat voor Joodse buurtbewoners allerhande cursussen (Hebreeuws, Joods Leven), godsdienstoefeningen (Chanooka), lezingen (voor grotere bijeenkomsten die regelmatig plaatsvinden wijkt de vereniging uit naar het Nederlands-Hervormde Gebouw Eltheto aan de Javastraat) heeft een damesafdeling (Ezras Nosjiem) die op huisbezoek gaat in Joodse gezinnen, een eigen Joodse school aan de Balistraat (meer dan 150 kinderen) en later in het Zeeburgerdorp, geeft jeugdcursussen en een analfabetencursus, voert een bibliotheek en richt een zang- en een toneelvereniging op en start vanaf februari 1926 een eigen maandblad. Tijdens uitjes naar buiten zingt men het ‘Rechouwouslied’.

In 1928 beginnen de moeilijke jaren voor Rechouwous. De synagoge wordt weliswaar druk bezocht en moet eigenlijk ten tweede male uitgebreid worden, maar tegelijk is echter zojuist ook een nieuwe, veel grotere synagoge aan de Linneausstraat geopend en het is impliciet de bedoeling dat de Joodse inwoners van de Indische Buurt deze voortaan gaan bezoeken. Bij niet-sluiting van de sjoel aan de Molukkenstraat dreigt zelfs intrekking van de centrale subsidie door de Nederlandsch Israelische Hoofdsynagoge.

Uiteindelijk vindt intrekking subsidie niet plaats en de synagoge-activiteiten in de Indische Buurt vinden voorlopig nog hun voortgang in een synagogelokaal aan Insulindeweg 169. Het ledental begint begin jaren dertig echter aanzienlijk terug te lopen. Eind 1932 kent de vereniging nog 195 leden en 22 donateurs. In maart 1934 zijn er nog maar 91 leden. Het gaat hard nu, ook omdat de crisis inmiddels onverbiddelijk toeslaat. De toneelvereniging heeft zijn activiteiten inmiddels moeten staken wegens gebrek aan middelen. Voorzitter L. Vuisje legt zijn functie neer in 1934. De financiële situatie wordt nijpend en de vereniging begint door de buurt, van lokaal tot lokaal te zwerven. Wanneer halverwege 1936 blijkt dat de centrale subsidie over een half jaar volledig zal wegvallen, waardoor de synagogedienst gestaakt zal moeten worden, neemt het zittende bestuur collectief ontslag. Het synagogelokaal zal nu verplaatst worden van de Insulindeweg naar Javastraat 196, in een voormalige melkwinkel. Het is bekend dat de synagoge hier nog daadwerkelijk in functie is geweest. De overige activiteiten vinden plaats in Gebouw Archipel aan Minahassastraat 1, bij bestuursleden thuis of weer op het alleroudste en allereerste adres: Zeeburgerdijk 226. Onder een nieuw bestuur komt het tot een licht herstel en zelfs enige ledenaanwas. De gebeurtenissen elders in Europa beginnen echter hun schaduw vooruit te werpen. Steeds vaker worden inzamelingen georganiseerd voor Joodse vluchtelingen of slachtoffers in het buitenland. In verband met de treurige gebeurtenissen wordt het Chanoekafeest begin 1939 afgelast.

De inval van de Duitsers op 10 mei 1940 brengt het einde. De Synagoge wordt gesloten. Beis Jisroeil en de bibliotheek gaan nog even verder, maar verhuizen eind mei uit de buurt. Er wonen nog 250 Joodse gezinnen in de buurt. In opdracht van het bestuur van

Page 6: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

de Nederlandsch Israelische Hoofdsynagoge zal door de laatste voorganger van de Synagoge van de Indische Buurt, S. Verdoner, in augustus 1940 nog eenmaal een poging tot herstart gedaan worden. Wat hiervan geworden is, is niet bekend, maar vanaf 1942 zijn er geen tekenen van leven meer van Rechouwous. Na de oorlog kwam Rechouwous niet terug.

We lopen nu verder langs de Molukkenstraat, steken de Insulindeweg over en gaan rechtdoor totdat we aan onze linkerhand de Tidorestraat inslaan. Hier treffen we op nummer 107 Speeltuinvereniging Batavia (4) aan. Ook het speeltuinwezen is voor de Tweede Wereldoorlog onderdeel van een sterk verzuilde wereld. Men maakt zich met name druk over de jeugd, die weliswaar overdag naar de eigen verzuilde school gaat en daar niet in aanraking kan komen met andersdenkenden, maar 's middags en in het weekend de straat op gaat.

Verzuiling in het jeugdwerk

Het bewaren van de eigen verzuilde identiteit in de Indische Buurt van de jaren twintig van de vorige eeuw, is het moeilijkst vol te houden in de schoolvakanties. Kinderen zijn dan maandenlang niet in hun eigen vertrouwde en verzuilde schoolomgeving, maar zwerven op straat rond, waar ze niet alleen voortdurend in aanraking komen met andersdenkende leeftijdgenootjes, maar ook aangetrokken worden door de wervende activiteiten die door andere zuilen juist voor kinderen worden georganiseerd. Zo zijn bijvoorbeeld communistische en Joodse organisaties in de buurt als de dood voor de aantrekkingskracht voor de jeugd van het Leger des Heils (middels het aanbieden van chocolademelk en andere lekkernijen), en stellen hier hun eigen jeugdactiviteiten tegenover, zoals Tsengierij Rechouwous of het Thälmannhuis.

Ook de Rooms-Katholieken zien de noodzaak voor de eigen jeugd verzuilde activiteiten te organiseren, zo blijkt uit de toespraak van Joh. G. Beumer van het hoofdbestuur van de R.K. Vereniging Vacantieschool “Licht en Lucht”, bij de oprichting van de R.K. Vacantieschool H, Gerardus Majella begin augustus 1927. De spreker wijst op het gevaar van neutrale verenigingen, die op zondagochtend met muziek en tromgeroffel rondtrekken om de jeugd te trekken. Gelukkig stelt de vacantieschool Gerardus Majella hier iets tegenover en ijvert om de Roomse kinderen voor de Roomse zaak te behouden!

De vakantieschool wordt gehouden op een terrein aan de Cruquiusweg, en men verzuimt niet op triomfantelijke wijze in vol ornaat dwars door de Indische Buurt te trekken.

Voorafgegaan door de R.K. Mondorgelclub “Utile Dulci”, welks leider de heer Copier geheel belangeloos de medewerking van zijn club, tot verhooging van de feestelijke stemming had toegezegd, trok de lange stoet door de zonnige, Zondagsche straten der Indische buurt. Twee fraai-beschilderde, geel-witte doeken werden in den stoet meegedragen. Bij aankomst aan het terrein verrastte de aanblik van de vrolijk wapperende vlaggen en vlaggetjes in pauselijke en vaderlandsche kleuren. Ingetwijfeld was dit alles wel in staat de in grooten getale aanwezige ouders en belangstellenden de overtuiging te schenken, dat hier de Roomsche kinderen van de Indische Buurt zeer zeker aangename vacantieweken zouden kunnen doorbrengen.

Het vakantiekamp wordt geopend door pastoor Hogeman; ook zijn er toespraken van sprekers van de Bond voor groote gezinnen, en de R.K. Volksbond. De volgende jaren zal in de vakantieweken na de viering van de Heilige Mis steeds een fraaie optocht – van tot wel 500 kinderen in 1932 - zich vanaf het Ambonplein naar diverse terreinen (Nieuwe Vaartweg, Archimedesweg, Nieuwe Diep, Schagerlaan) begeven, steeds voorafgegaan door de Mondorgelclub Utile Dulci en voorzien van geel-witte vlaggen, om daar onder

Page 7: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

deskundige leiding te gaan spelen en knutselen. In totaal doen in heel Amsterdam 5.000 kinderen mee aan de vakantiescholen van “Licht en Lucht”.

In de jaren dertig verandert de vakantieschool Gerardus Majella in de Speeltuinvereniging Gerardus Majella. Ook deze speeltuinvereniging, die speeltuin ‘Majella’ opricht, is uitsluitend voor Rooms-Katholieke kinderen bedoeld. Dit leidt tot een fel en nogal bitter stukje, Brief van een Roomsch kameraadje, in het communistische dagblad De Tribune. De niet-toegankelijkheid van de nog steeds aanwezige speeltuin aan de Tidorestraat levert tot vandaag de dag nog gekwetste reacties op van voormalige buurtkinderen die graag mee hadden wilden doen, maar niet binnen de hekken mochten komen.

Halverwege de jaren dertig begint het verzuilde tij te keren in de Indische Buurt. Mede verontrust door de ernstig toegenomen baldadigheid van de jeugd, wordt door het Comité Indische Buurt in 1937 een gemeenschappelijke grote Jeugddag te organiseren, waaraan diverse gezindten (o.a. socialisten, katholieken) zullen deelnemen. Deze activiteiten leiden tot grote toenadering tussen met name beide genoemde groepen en zullen een opmaat vormen tot de stichting in 1950 van het Amsterdamse Gemeenschap Wijkcentrum Indische Buurt, vanaf 1951 Sociaal Cultureel Wijkcentrum Indische Buurt. Hierin werken alle godsdienstige en politieke stromingen van de buurt met elkaar samen. Overigens zal de katholieke zuil in 1956 wegens vergaand verschil van inzichten het Wijkcentrum weer verlaten.

We wandelen nog even door in de Tidorestraat en komen op Tidorestraat 172 de voormalige Speeltuinvereniging Gerardus Majella (5) tegen. We lopen nu weer terug richting Sumatraplantsoen, gaan linksom het plein rond en lopen via de Sumatrastraat weer naar de Molukkenstraat, die we oversteken. Het Sumatraplantsoen is in de jaren dertig regelmatig het toneel van grote demonstraties (6), die georganiseerd worden door de Communistische Partij.

Anti-oorlogsbijeenkomsten

In juni 1930 wordt door de C.P.H. een suksesvolle anti-oorlogsbijeenkomst gehouden op het Sumatraplantsoen, als opmaat voor de grote landelijke anti-oorlogsbijeenkomst die vanaf het Amstelveld wordt georganiseerd. Er zijn ongeveer 300 aanwezigen, vooral jeugdige arbeiders en ‘veel sociaal-democraten en AJC-ers’. Er worden 60 Tribunes verkocht en men luistert naar o.a. een toespraak van communistisch voorman Louis de Visser. De bijeenkomst wordt in 1932 herhaald, dan maar met 100 aanwezigen.

Op zaterdag 21 maart 1931 wordt een andere bijeenkomst op het Sumatraplantsoen georganiseerd, tegen de inmiddels ingevoerde (gedwongen) werkverschaffing. De bijeenkomst, met enige honderden aanwezigen, heeft in eerste instantie een georganiseerd karakter, maar loopt na een mars door de stad op het Kattenburgerplein volledig uit de hand door knokpartijen met de politie.

In augustus 1932 vindt een grote bijeenkomst tegen steunverlaging plaats op een braakliggend terrein in de Soembawastraat. Hierbij zijn maar liefst 500 mensen

Page 8: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

aanwezig. Leuzen zijn verder tegen oorlog en fascisme gericht. Het lijkt erop dat hoe zwaarder de crisis inzet, hoe meer aanhang naar deze bijeenkomsten komt. In Duitsland is het nationaal-socialisme inmiddels aan de macht gekomen en de C.P.H. Indische Buurt gaat zich nu meer tegen het fascisme richten dan tegen eerdere geliefde tegenstanders als de Rooms-Katholieke Kerk en S.D.A.P. Dat is ook wel te begrijpen, want anders dan kerk en S.D.A.P. stellen zich de nationaal-socialisten zeer militant op. Zo worden in maart 1933 op allerlei woningen van communisten in de buurt hakenkruizen geschilderd, ook op die van geliefd ontspannings- en vergaderlokaal Rimboe aan het Ambonplein. In die laatste gelegenheid worden inmiddels de meeste vergaderingen en bijeenkomsten gehouden, zoals in april 1934, wanneer een discussie plaatsvindt tussen Sal Tas (van de O.S.P. van Jacques de Kadt) en CPH-man Seegers. De C.P.H. richt zich in deze periode behalve tegen de fascisten kortstondig ook nadrukkelijk tegen de trotskisten van O.S.P. en Henk Sneevliet.

We wandelen aan de overkant van de Molukkenstraat door. Het heet hier nog steeds Sumatrastraat. We nemen de eerste straat rechts (Halmaheirastraat). Voor ons zien we het Roomse blok van de buurt rond de Gerardus Majellakerk, dat bestaat uit kerk, zusterhuis en een aantal scholen (7). We gaan na 100 meter links, de Batjanstraat in. In de Gerardus Majellakerk, inmiddels aan onze rechterhand, speelde zich in 1929 een vreselijk drama af.

Moord in de Gerardus Majella

Op 29 maart 1929, op Goede Vrijdag, gebeurt er tijdens de bouw van de RK Gerardus Majellakerk aan het Ambonplein een vreselijk ongeluk. Leidekker Leendert Arkenbout stort tijdens het werk uit de toren van de kerk naar beneden en blijft ter plekke dood. In eerste instantie denkt men aan een ongeluk, maar langzamer maar zeker beginnen geruchten de ronde te doen dat hier sprake is van moord. Zo blijkt de Haagse patroon van de leidekker, de van geboorte Duitse 46-jarige J.G. Maring, een levensverzekering van maar liefst fl. 50.000 te hebben afgesloten op het leven van de werknemer, die tevens compagnon was. Deze verzekering wordt uitbetaald, maar als Maring op de opvolger van de jammerlijk omgekomen knecht direct een nieuwe levensverzekering wil afsluiten, ditmaal ter hoogte van enige honderdduizenden guldens, begint men ten kantore van het levensverzekeringsbedrijf ernstig wantrouwen te koesteren. Begin november 1930 komt het tot een arrestatie.

De verdachte wordt geruime tijd vastgehouden, maar hij ontkent voortdurend en met verontwaardiging. Het lijk van de omgekomene wordt daarom opgegraven voor nader onderzoek en overgebracht naar het Wilhelmina-Gasthuis voor nader anatoom-pathologisch onderzoek. De uitslag van de lijkschouwing laat even op zich wachten, maar de verdenkingen tegen Maring worden ook daarbuiten steeds sterker, ook vanwege ernstig bezwarende verklaringen. Er zouden namelijk grote spanningen tussen de beide compagnons bestaan hebben. Dan wordt de uitslag van de autoptie bekend: de schedel van Arkenbout is met een leidekkershamer ingeslagen, alvorens hij naar beneden is gevallen.

Page 9: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

Maring tracht nu de schuld te schuiven op meesterknecht W.H. Wessendorp, maar doet dat op een wel zeer onhandige wijze, namelijk door in het Amsterdamse huis van bewaring een briefje in een stuk brood te verstoppen en dat te overhandigen aan een medegedetineerde, met het verzoek een valse getuigenis af te leggen tegen W. Dit briefje wordt echter onderschept door een oplettende bewaker.

Zeer bezwarende feiten komen in de rechtzitting boven tafel tegen de nog steeds agressief ontkennende verdachte. Zo zijn boven in de koepel bloedsporen van Arkenbout aangetroffen door hoofdinspecteur J.F. van Slobbe. Na beschuldigingen van meesterknecht Wessendorp aan zijn adres, komt verdachte nu met een nieuwe verklaring, waarbij hij meldt dat hij zelf getuige is geweest van een gevecht in de koepel tussen Arkenbout en Wessendorp, waarbij de laatste de eerste de hersens ingeslagen zou hebben. Wessendorp zou hem ernstig bedreigd hebben en daarom had hij deze versie niet eerder bekend gemaakt. De rechtzaak sleept zich voort, want nog steeds niet kan met zekerheid de schuld van de heftig ontkennende verdachte worden vastgesteld.

Dan maakt Maring een tweede ernstige fout: in een alweer onderschepte brief uit de gevangenis, ditmaal aan zijn zoon, vraagt hij om getuige Wessendorp, woonachtig in ‘s-Hertogenbosch, met een pistoolschot om het leven te brengen en bij diens lijk een vervalste zelfmoordbrief te leggen. Het net sluit zich nu om de verdachte. De Openbaar Aanklager eist eind oktober 1931 levenslang. De straf wordt door de rechtbank toegekend. De verdachte roept uit: ”Al eist de rechtbank duizend jaar, ik ben onschuldig! en de moordenaar loopt vrij rond.” Deze uitroepen herhalend wordt hij door de veldwachters weggevoerd.

Maring gaat in hoger beroep maar wordt opnieuw tot levenslang veroordeeld. In juli 1932 wordt hij naar Leeuwarden overgebracht om zijn straf uit te zitten.

Na nog even uitgebreid rondgekeken te hebben bij het Gerardus Majellacomplex, wat niet langer een religieuze functie heeft (de kerkelijke gemeenschap verhuisde in 1992 naar een kleiner gebouw aan de Lombokstraat), richten we nu onze aandacht op het Ambonplein. Dit plein heeft zijn historische karakter na de stadsvernieuwing in de jaren tachtig grotendeels verloren, maar was in het jaar 1934 tafereel van uitgebreide vechtpartijen tussen aanhangers van de C.P.N. en de N.S.B.. Een en ander draaide vooral om het gebruik van de vergaderlocatie in (het verdwenen) gebouw Rimboe aan het Ambonplein. Dit is de vaste vergaderplek van de communisten, maar verhuurster mej. Leen Symon besluit de zaal voor 5 gulden meer in de week te verhuren aan de N.S.B. Honderden C.P.H.-ers staan tijdens de eerste N.S.B.-vergadering te scanderen. Het komt tot ernstige schermutselingen. Ook later zullen met name communistische buurtbewoners de confrontatie met N.S.B.-ers zoeken, die regelmatig vanuit de Watergraafsmeer met hun dagblad Volk en Vaderland komen colporteren.

We zoeken de Sumatrastraat weer op en komen op de Insulindeweg, waar we naar links gaan en bij de eerstvolgende straat weer naar links: de Toministraat. Hier zat op de begane grond van nummer 18 van 1931 tot 1983 de Evangelisch-Lutherse Rogatekapel (8), en vanaf 1983 tot 1995 de Marokkaanse Nasr Moskee, die daarna verhuist naar een nieuw en groter pand aan de Celebesstraat. Er is inmiddels niets meer van te zien.

Page 10: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

We lopen door en buigen naar rechts af, de Minahassastraat in, en komen aan onze rechterhand een groot gebouw tegen. In deze voormalige openbare school voor voorbereidend onderwijs (9), gebouw de Archipel genoemd, trekt in 1934 de Communistische Partij, die immers uit gebouw Rimboe aan het Ambonplein is verdreven. De Communistische Partij is overigens niet de enige organisatie die gebruik

maakt van het pand, dat speciaal is ingericht als ontmoetingsruimte voor verenigingen en clubs die niet over een eigen pand beschikken.

Agitprop aan de Minahassastraat

Op vrijdag 12 januari 1934 spreekt op een vergadering van de Vereniging Vrienden van de Soviet-Unie afdeling Indische Buurt in gebouw Archipel aan de Minahassastraat kameraad Thonhauser, een bouwvakarbeider die zojuist is teruggekeerd van een bezoek aan de Soviet-Unie, als afgevaardigde van de Amsterdamse bouwvakarbeiders. Onder de Amsterdamse communisten bestaat een grote bewondering voor de verrichtingen van de communistische Sovietstaat. Slechts een minderheid, waaronder de bekende Henk Sneevliet, kiest na de verbanning van Trotzki tegen Stalin. Ook in de Indische Buurt is de Vereniging Vrienden van de Soviet-Unie actief, die overigens door de overheid beschouwd wordt als mantelorganisatie van de Komintern. Gebouw Archipel is vaste vergaderplaats voor de V.V.S.U.

Niet alleen communistische arbeiders zijn de doelgroep van de V.V.S.U. Zo wordt woensdagmiddag 19 december 1934 in de Archipel een speciale Proletarische Kindermiddag georganiseerd, bedoeld voor alle kinderen van de Indische Buurt. Op het programma staan een goochelaar, muziek, poppenkast, film en een optreden van de Agitprop-troep van de pioniers “Weest Bereid.” Toegang is slechts 5 cent.

Gebouw Archipel wordt langzaam maar zeker het communistische bolwerk van de buurt. De C.P.H. organiseert er verkiezingsbijeenkomsten en feestavonden, zoals de grote Tribune-feestavond op 28 maart 1936, met declamatie, vioolspel, het Rode Cabaret en de Avanti-band, en op 17 februari 1937 met onder andere spreker A.S. de Leeuw. In april 1936, ter gelegenheid van de 50-ste verjaardag van de voorzitter van de Duitse communistische partij, Ernst Thälmann, die in 1933 door de Nationaal-Socialisten is gevangengenomen en uiteindelijk in 1944 Buchenwald werd omgebracht, worden in 50 landen door communistische partijen feestelijkheden georganiseerd. In de Indische Buurt is dat uiteraard in gebouw de Archipel, met zang van Lies van Assen en als spreker Mr. P. van ‘t Hoff Stolk. Voor de Tweede Wereldoorlog worden verder avonden georganiseerd door het Vrouwencomité voor Volkswelvaart (Oost), het Neutrale Werklozen Comité, schaakvereniging Botwinnik; ook is er een protestavond in het kader van de burgeroorlog in Spanje.

Na de Tweede Wereldoorlog richt de C.P.N. nieuwe mantelorganisaties op: de Eenheids Vakcentrale, de Nederlandse Vrouwenbeweging, de A.N.J.V. en de Volksbeweging voor Nationale Welvaart. Ook die vergaderen voortaan op de hoek van de Minahassastraat en de Celebesstraat, met als spreker onder andere wethouder Ben (Benjamin Sally) Polak, die in 1953 door de partij geroyeerd zal worden omdat hij niet gelooft aan de door Stalin in het leven geroepen samenzweringstheorie over een complot van Joodse artsen in de Soviet-Unie. Daarnaast worden door de C.P.N. vooral veel lezingen met lichtbeelden, films (georganiseerd door de Waarheid-filmdienst) over de zegeningen van de Soviet-

Page 11: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

Unie en het communisme in zijn algemeenheid vertoond (Kameraad Szabo, Het leven in de Citadel, Partisanen van de Spoorwegen, De Bloeiende Oekraïne, Koebankozakken, Alarm Gestapo!, De Eerste Dagen, De Regenboog, De Dorpsarts, Grensgevechten, Een Ontmoeting aan de Wolga, Maximca) en cursussen gegeven, waaronder de cursus Stalin en het Stalinisme in december 1949. Ook worden voor de (A.N.J.V.-)jeugd bijeenkomsten voor vrede en tegen oorlog georganiseerd, bijvoorbeeld de zogenaamde Meetings voor Vrede en Brood en acties tegen de herbewapening van Duitsland, in deze kringen genaamd ‘herbewapening van de nazi-Wehrmacht’.

Vanaf 1950 worden de eerste acties in het kader van huurverhogingen georganiseerd vanuit de Minahassastraat (al in 1926 weten bewoners van de Gorontalostraat door het dreigen met massale opzegging, huurverlaging door te drukken, ook de bewoners van het Ceramplein voeren in dit jaar een dergelijke actie; 1932 worden in de Indische Buurt acties voor huurverlaging gevoerd door een comité van bewoners van de Niasstraat en de Ternatestraat; beide jaren worden de acties intensief aangemoedigd en mogelijk gedirigeerd door Tribune/C.P.H.). Uit deze acties zal later door de C.P.N. het Huurderscomité Indische Buurt worden opgericht. Opvolger hiervan wordt begin jaren zeventig de Werkgroep Wonen, die vanuit het Wijkcentrum opereert en eind jaren zeventig een sterke radicalisering van diverse bewonersgroepen weet te realiseren.

Bij de hoek van de Minahassastraat gekomen slaan we rechtsaf de Celebesstraat in. Direct aan onze rechterhand treffen we de Marokkaanse An Nasr Moskee (10) aan.

An Nasr Moskee

Aan Celebesstraat 78 staat op de plaats van het voormalige, gesloopte Wijdeveldblok sinds 1995 de Marokkaanse An Nasr Moskee, met als architect Duinker – Van der Torre. Het moskeegebouw vervangt de moskee aan de Toministraat (de voormalige Rogate Kapel). Voor 1982 was de Nasr moskee in de Batjanstraat gevestigd.

De druk bezochte moskee, die op de begane grond gelegen is en volledig ingebouwd is in een woningcomplex, is van buiten nauwelijks herkenbaar als moskee. De binnenruimte biedt aan ca. 1.000 bezoekers; er is een grote zaal met een oppervlakte van 450 m2. De An Nasr moskee is eigendom van Stichting An Nasr. An Nasr is lid van de UMMON en de Marokaanse Raad Amsterdam Oost, en organiseert ook soms activiteiten met deze organisaties. Hoofddoelstelling van de stichting is het instand houden van de moskee Nasr, het geven van godsdienstonderwijs (Koranles en Arabisch voor kinderen) en het dienen van de belangen van moslims in het algemeen. De moskee is behoudend en kent relatief veel leden van de religieuze beweging Djamaat al-Tablir wa Dawa, die er naar streven afdwalende moslims weer op het goede pad te krijgen.

De An Nasr Moskee wordt zeer druk bezocht door bezoekers van binnen en buiten de Indische Buurt en is vandaag met afstand het meest invloedrijk religieus centrum van de buurt.

We lopen verder langs de Celebesstraat naar de Insulindeweg. Aan onze linkerhand bevindt zich het Muiderpoortstation, vanwaar in de Tweede Wereldoorlog vele tienduizenden Amsterdamse Joden naar Westerbork en verder werden getransporteerd. We steken de Insulindeweg en gaan aan de overkant naar rechts. Wanneer we aan onze linkerkant de Riouwstraat tegenkomen, lopen we die in. Alhoewel de Riouwstraat bij het oudste noordwestelijk kwadrant van de Indische Buurt hoort, is de straat zelf pas in de tweede bouwfase van de buurt, vanaf de jaren twintig, gebouwd.

De aanleg van de Riouwstraat

Page 12: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

De Riouwstraat, die in het oudste deel (het noordwestelijk kwadrant) van de Indische Buurt ligt, is jonger dan de meeste straten daar. In eerste instantie was het de bedoeling dat de Riouwstraat net als de andere straten in het noordwestelijk kwadrant, vanaf 1901 aangelegd zou worden; de straat is ook op de oudste plattegronden van de buurt te vinden, aan de rand van de stad. Vanwege het niet onmogelijk maken van de uitbreiding van het spoorwegennet ten zuiden van Amsterdam, wordt echter in 1902 besloten de aanleg Riouwstraat vooralsnog van de planning af te halen en zelfs uit de concrete planvorming te verwijderen. Daarmee ligt de Tweede Atjehstraat duus voorlopig aan de weilanden. Het uitbreidingsplan van 1902 kent niet langer de Riouwstraat.

Verdere bouw van de Indische Buurt ligt na de eerste bouwfase, eind jaren 1910, enige tijd stijd stil. Pas in 1924 komt de volgende bouwfase op gang en komen ook de eerste woningen aan de Riouwstraat gereed. De Indische Buurt wordt nu snel voltooid en is begin 1930 gereed. Als laatste komen de Boeton- en de Soembawastraat aan de beurt in 1933 en 1934. Het stratenplan zal nu tot eind jaren zeventig ongewijzigd blijven. Van de oorspronkelijke bebouwing van de Riouwstraat is overigens vandaag de dag weinig meer over.

De Riouwstraat komt kruist de Sumatrastraat. Op de tegenover ons liggende hoek zien we het nieuwe gebouw van de Insulindeschool. Deze school is een voortzetting van de in 1924 in de Riouwstraat gebouwde, van de Nederlands Hervormde kerk uitgaande Eerste Elthetoschool (11). Wij gaan hier naar links, de Sumatrastraat in en komen op een pleintje, waarop aan de linkerhand zowel de Eerste als de Tweede Atjehstraat uitkomen. Wij gaan de Tweede Atjehstraat in. In een gecombineerd pand (Eerste Atjehstraat 58/Tweede Atjehstraat 55) zat gedurende lange tijd het gereformeerde hoofdkwartier (12) van de Indische Buurt.

Gereformeerd in de Indische Buurt

Het duurt tot eind jaren twintig voordat er gedacht wordt aan de bouw van een eigen gebouw voor de Gereformeerde Kerken in de Indische Buurt. Dat komt omdat vlak buiten de buurt, aan de Zeeburgerstraat, al in 1889 de reusachtige Funenkerk gebouwd is. Als tussen 1920 en 1930 het nieuwe deel van de Indische Buurt vorm krijgt, worden vanuit de Gereformeerde Kerken initiatieven ontplooid om, naast de al actieve Nederlands Hervormde Elthetokerk en de Rooms-Katholieke Gerardus Majellakerk, wat meer in deze nieuwe buurt te gaan betekenen. De gereformeerde J.V. Onze Verwachting, die zich in eerste instantie vanuit de Commelinstraat op de Indische Buurt richt, verhuist al spoedig naar Wijkgebouw Eltheto aan de Javastraat en is daar enkele jaren gevestigd.

In de tweede helft van de jaren twintig ontstaat er een heus kerkbouwplan voor de Indische Buurt. Het moet een kerkgebouw van bescheiden omvang worden. Er vinden verkennende gesprekken met de Gemeente Amsterdam plaats, die in eerste instantie gunstig verlopen. In april 1930 doet de Commissie van Beheer van de Gereformeerde Kerk van Amsterdam daarom een verzoek aan B & W van Amsterdam haar een perceel te verkopen van 475 m2 aan het Ceramplein. Direct komt er echter verzet op gang van buurtvereniging Ceram. Ceram organiseert op donderdag 15 mei een protestbijeenkomst in het St. Bavohuis. Een groot aantal adressen tegen de kerkbouw wordt bij B & W ingediend. Met name vertegenwoordigers van de Communistische Partij Holland betogen dat, ondanks de toezeggingen van de gemeente, de buurtbewoners van de Indische Buurt behoefte hebben aan voldoende parkruimte, alhoewel het inderdaad een feit is dat volgens het bestemmingsplan hier bebouwing bestemd is (oorspronkelijk was hier een Badhuis gepland). Alhoewel de Christen-Democraten en ook de Rooms-Katholieken pleiten voor de bouw van de kerk, die immers slechts een klein deel (nl. 5%) van het plein in beslag zal nemen, gaat de Gemeente in oktober 1930 uiteindelijk overstag en gaat de bouw niet door. Het communistisch dagblad De Tribune triomfeert in een kort artikel:

Page 13: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

De gereformeerde kerk op het Ceramplein komt er niet

Woensdag heeft de raad van Amsterdam de voordracht van B. en W. verworpen om een stuk van het Ceramplein te Amsterdam te verkoopen aan de geref. kerk te Amsterdam. De Indische Buurtvereeniging heeft al maanden een krachtige actie gevoerd tegen het plan om het plein door een “godshuis” te ontsieren. Deze actie is thans met succes beloond. Partijgenoot Seegers merkte in de raad op dat de bevolking in de buurt oordeelt, dat de kerk er niet komen moet. Daarmee is het pleit beslist. In Rusland zou men een kerk zelfs sloopen, als de bevolking dit wenscht.

De Commissie laat nu haar oog vallen op twee percelen en koopt de panden Eerste Atjehstraat 58 en Tweede Atjehstraat 55. De benedenruimten van deze panden worden verbouwd tot wijkgebouw, die tot opheffing van de Funenkerk blijven bestaan. In deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia, de Gereformeerde Vrouwenvereniging Brandende Harten, Zendingskrans Door Liefde Gedreven (werkt voor zendingsziekenhuizen in Indonesie en Suriname), meisjesclub Van Knop tot Bloem, jongensclub Weest Getrouw, de Bejaardenkring der Gereformeerde Kerk en de Kring Woord en Daad gevestigd. Ook het Gereformeerde evangelisatiewerk in de Indische Buurt heeft de Atjehstraat als uitvalsbasis. In eerste instantie richt men zich vooral op de jeugd met onder andere films; vanaf 1951 tot 1961 is evangelist J. Schouten, die zich meer op ouderen richt. Zondagschool wordt in het gereformeerde schoolgebouw gehouden aan Javastraat 126.

Vanaf begin jaren zestig vindt een grote uittocht uit de Funenkerk plaats. Dit hangt mede samen met het verhuizen van de oorspronkelijke bewoners naar de tuinsteden. Er wordt, met ds. J. van Tuinen, samenwerking gezocht met de Nederlands Hervormde Muiderkerk. Beide gemeenten zijn geinteresseerd in het appel tot het elkaar kerkelijk opzoeken, gedaan in 1961 door 18 predikanten uit zowel Nederlands Hervormde als Gereformeerde Kerken. In ieder geval vanaf 1970 (mogelijk al eerder) experimenteren Funenkerk en Muiderkerk met gezamenlijke kerkdiensten. In eerste instantie worden daarvoor de steeds minder bezochte tweede of avonddiensten voor gebruikt.

Zo vormt de Funenkerk, na een laatste eigen dienst op maart 1974 (voorganger ds. J.H. Alderse Baas), samen met de Muiderkerk een nieuwe Samen-op-Weggemeente en trekt bij de laatste in. In 1975 wordt de Funenkerk aan de Zeeburgerstraat definitief gesloopt.

We lopen de Tweede Atjehstraat door. Aan de raampartijen aan de begane grond valt nog te zien dat hier vroeger heel veel kleine winkeltjes zaten, net als in de Eerste Atjehstraat. Op Tweede Atjehstraat nummer 10 was in de jaren zestig het Doopsgezind Jeugdhonk (13) (Mennista Bouwersgroep) gevestigd. Er is verder weinig bekend van Doopsgezinde activiteiten in de buurt.

Bij de Celebesstraat aangekomen gaan we naar rechts, richting Javastraat. Het viaduct (14) onder het spoor tussen Javastraat en Dapperbuurt komt in de tweede helft van de jaren dertig tot stand, met de aanleg van de spoordijk. Voor die tijd ligt de Indische Buurt zeer geisoleerd, van de stad afgescheiden door spoorbomen die soms meer dan dertig minuten in een uur gesloten zijn, vanwege het drukke

Page 14: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

treinverkeer vanaf de Rietlanden. Later behelpt men zich met een noodbrug. Wij lopen door langs de spoordijk, totdat we aan het eind van de Celebesstraat bij de Zeeburgerdijk aankomen. Vlak om de hoek, op Borneostraat 8, was van 1928 tot 1933 het hoofdkwartier van de S.D.A.P., de voorloper van de Partij van de Arbeid. Het gebouw is inmiddels afgebroken.

Gebouw De Schakel

In groepsgebouw De Toorts aan het Zeeburgerpad vinden vanaf 1925 de vergaderingen plaats van de S.D.A.P. Afdeling VII, die daarvoor opereerde vanuit een lokaal in de Eerste van Swindenstraat. Andere activiteiten zijn samenkomsten van de kinderkommissies van de afdelingen V, VI en VII, en van de Vrouwenklub, die vanuit de Toorts onder andere hun propagandatochten voorbereidt en lezingen organiseert. Er wordt ook een Instituut voor Arbeidersontwikkeling opgericht. Verder geeft de heer Matrow mandolinelessen, vindt er de voorbereiding van het Lentefeest en van het Sint-Nicolaasfeest plaats, vergadert het Religieus Socialistisch Verbond in de Toorts, wordt gesproken over drankbestrijding, draagt Theo Thijssen voor uit eigen werk, en is tenslotte De Toorts ook een van de lokaties waar de leden van de A.J.C.-groep Insulinde bijeenkomen.

In 1928 verhuist de S.D.A.P. naar gebouw De Schakel op de hoek van de Borneostraat en de Zeeburgerdijk. Hier worden weer vergaderingen gehouden, maar nu ook lichtbeeldenavonden georganiseerd, is er een Kinderkommissie en worden Volks-voorstellingen voor kinderen gegeven, komt de AJC bijeen (Groep Insulinde), de Sociaal-Democratische Vrouwenclub, geeft het Instituut voor Arbeidersontwikkeling lezingen, geeft de Socialistische Arbeiders Tooneelvereeniging De Schakel (opgericht in 1928) voorstellingen (er is later ook een Arbeiderstooneelvereeniging ‘Uit Eigen Kring’, die o.a. De Moeder van Gorki opvoert), repeteert een eigen mandolineclub, is er een handwerkclub, sportgroepen, worden EHBO-cursussen georganiseerd, een propaganda-avond ter oprichting van de V.A.R.A. (er is zelfs een V.A.R.A. afdeling Indische Buurt; sprekers op 2 april 1929 zijn S. v.d. Woude: “Recht en Vrijheid in den Aether” en L. Reens: “Nou ook wij”), komt de Vereeniging van Modern Georiënteerde Ongeorganiseerde Werkloozen “Voorwaarts” bijeen etc. etc..

Vanuit het gebouw aan de Borneostraat worden ook de verkiezingsactiviteiten georganiseerd (folderen, plakken etc.). Ook wordt de ruimte wel eens verhuurd aan sprekers van een andere gezindte, zoals bijvoorbeeld de Vrijzinnig Nederlands Hervormden die op zondagochtend 10.30 uur zondagbijeenkomsten houden (er zijn ook goede contacten met de religieus socialisten van de Vrije Gemeente aan de Weteringschans, het tegenwoordige Paradiso), en Rechouwous, de Vereeniging ter behartiging der Joodsche Belangen in de Indische Buurt. In oktober 1932 is er een grote Esperanto-tentoonstelling van de afdeling III van de Federatie Arbeiders Esperantisten ”Tagigas en l’Oriento”, waarvan het secretariaat aan Sumatraplantsoen 7 gevestigd is.

We lopen nu naar de Zeeburgerdijk, laten het voormalig pomphuis - waarin nu een restaurant gevestigd is - aan onze rechterhand en lopen richting het oosten. Aan de overkant is op de hoek

een klein wit gebouwtje te zien. In dit voormalig padvindersonderkomen zat gedurende zeer lange tijd - tot in de jaren zestig - de C.M.J.V. Excelsior. Aan onze rechterhand komen we op zeer korte afstand van elkaar maar liefst drie voormalig schoolgebouwen tegen: de openbare Rycklof van Goensschool,

de Gereformeerde school en de Rooms-Katholieke Gerardus Majellaschool. Het volgende gebouw aan de rechterhand is het kleine Rooms-Katholieke kerkje (16) van de buurt

aan Lombokstraat 2, dat nog in functie is. We gaan straks de Lombokstraat in, maar lopen nu nog even een klein stukje door, langs prachtige gedenkstenen van woningbouwvereniging Eigen Haard, tot aan de aan de overzijde van de straat gelegen, Turkse Ulu Moskee (17).

Page 15: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

Dit voormalig GG & GD gebouw biedt niet alleen onderdak aan een moskee, maar is tevens ontmoetingscentrum voor een groot deel van de Turkse Indische Buurt inclusief omstreken. In de zomer is hier een openbaar terras, en er is ook een Turkse winkel in het pand gevestigd. Van harte aangeraden hier eens naar binnen te lopen; de toegang is vrij en de ontvangst hartelijk.

We lopen weer terug naar de Gerardus Majellakerk en lopen de Lombokstraat in. We komen via de voormalige Technische School op het Timorplein, waar nu een bioscoop, een cafe en de Stayokay gevestigd zijn, op de Borneostraat, gaan daar even naar rechts en steken dan over. Voor ons ligt het Bavohuis.

Het Bavohuis

Wanneer de ouders van schrijver Bertus Aafjes begin 20e eeuw in de Indische Buurt komen wonen, is er nog geen katholieke kerk in de buurt, zo schrijft Aafjes in zijn boek In de Nederlanden zingt de tijd.

Zij gingen daarom ter kerke in de Sint Bonifatius, die in de Oosterparkbuurt lag, niet ver van het Oosterpark. Na de mis van tien uur maakten zij een wandeling, mijn vader was een groot wandelaar en de wandeling omvatte een niet gering gedeelte van de binnenstad. Zij liepen door de Utrechtsestraat naar het Rembrandtsplein en keerden door de Doelenstraat en de Plantage langs Artis huiswaarts. Om een uur bereikten zij ons huis weer, het was dan etenstijd.

Na enige jaren ontstaan plannen om tot kerkbouw in de Indische Buurt over te gaan. Bouwpastoor wordt pastoor Hogeman. De in 1871 geboren Gerardus Hogeman wordt in 1896 tot priester gewijd. In 1912 is Hogeman kapelaan van de Annaparochie op de Eilanden, wanneer hij opdracht krijgt als bouwpastoor tot bouw van een nieuwe kerk in de Indische Buurt. Hiertoe wordt in mei 1913 door de Gemeente grond in erfpacht gegeven aan de hoek Borneostraat/Sumatrastraat. Het kerkgebouw gaat de naam dragen van de beschermheilige van de nieuwe parochie, de achttiende-eeuwse Italiaanse wonderdoener Gerardus Majella. Omdat de in 1893 door paus Leo XIII zalig- en in 1904 door paus heiligverklaarde Gerardus Majella (1726-1755) een grote schare volgelingen onder de armen had, lijkt deze een ideale beschermheilige voor de nieuwe buurt, in de opvattingen van Hogeman. Op 25 maart 1914 wordt de kerk officieel geopend.

In de eerste jaren kent de Gerardus Majellaparochie de oprichting van allerlei verenigingen: de H. Familie, de Sint Jozesgezellen, de Mariacongregatie. In de Borneostraat wordt een jongenpatronaat ingericht; ook is er een meisjespatronaat. Verder is er een katholieke bibliotheek, de RK Voetbalvereniging India en een Armbestuur. In 1920 zijn er ongeveer 3.700 katholieken aangesloten bij de Gerardus Majellaparochie; in 1925 zijn dat er, vanwege de uitbreiding van de Indische Buurt, inmiddels 9.300.

In 1925 begint de bouw van de grote nieuwe Gerardus Majellakerk aan het Ambonplein, die in december 1926 wordt ingezegend. Het oude kerkgebouw aan de Sumatrastraat krijgt nu de naam Sint Bavohuis. Het Bavohuis dient het katholieke verenigingsleven (RK Toneelverenigingen, Bond van RK Verzekeringspersoneel, RK Dekanale Bridgebond, Bond van RK Transportarbeiders, Rederijkerskamer De Pius), maar ook wordt de zaal wel verhuurd voor activiteiten van derden, zoals de Amsterdamsche Atletiek Bond, de gymnastiekvereniging Zeeburg, Speeltuinvereniging Muiderpoort en Omgeving, Speeltuinvereniging Insulinde, Mondaccordeonvereniging Utile Dulci, Billiardclub de Twaalf, Geheelonthouderstooneelvereniging Excelsior, Mandolineclub Ardito, de Joodse toneelvereniging van Sch-Anski en de damvereniging Gezellen Tien.

Daarnaast worden er typisch propagandistische activiteiten georganiseerd. Vanuit het Sint Bavohuis vergadert de RK Kiesvereniging, de RK Volksbond (met als spreker Anton van Duinkerken), zet de RK Drankweer zich in voor ’het reddingswerk van RK

Page 16: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

drankzuchtigen’ (door o.a. bedevaarttochten naar het putje van Heiloo); ook is het Bavohuis uitvalsbasis voor de Algemene RK Propagandaclub afdeling Gerardus Majella.

In de loop van de jaren dertig krijgt het Bavohuis steeds meer het karakter van een algemeen clubhuis. Wel vinden er nog typisch eigen activiteiten plaats (waaronder recepties bij aanstelling nieuwe priesters), maar het algemene en niet-specifiek RK verenigingsleven krijgt in de programmering langzamerhand de overhand. Zo is er in 1937 zelfs een optreden in het Bavohuis van het socialistische (V.A.R.A.) radio-dansorkest de Ramblers. De socialistische activiteiten in het Bavohuis zijn overigens een doorn in het oog van de N.S.B., die hier driftig over rapporteert. Met name het feit dat een katholiek die zich voor de N.S.B. inzet, door de RK Kerk niet tot de communie wordt toegelaten, terwijl de goddeloze communisten blijkbaar in het Bavohuis vrij spel hebben, steekt de nationaal-socialisten.

In de Tweede Wereldoorlog blijven de activiteiten beperkt hun voortgang vinden in het Bavohuis. Uiteraard zijn ‘communistische’ bijeenkomsten niet langer mogelijk. Nu zijnn het juist de nationaal-socialisten die het gebouwtje huren. Zo wordt op donderdag 20 maart 1941 een gezellige Kameraadschapsavond georganiseerd. Deze staat in het kader van de Winterhulp, een nationaal-socialistische vereniging voor maatschappelijke hulpverlening, in Amsterdam Oost onder leiding van districtshoofd Ernst Zilver. Op de avond treden diverse sprekers op en ook het Winterhulp-symphonie-orkest.

Na de bevrijding vinden juist in het Bavohuis vele bevrijdingsbijeenkomsten plaats. Er is een sfeer van algemene verzoening, ook in de Indische Buurt. Zuilen lijken weg te vallen en er ontstaan op grote schaal nieuwe verenigingen, met name op de jeugd gericht. Dit leidt in 1951 tot het Amsterdamse Gemeenschap Wijkcentrum Indische Buurt, gevestigd in gebouw Archipel aan Minahassastraat 1. Veel verenigingsactiviteiten verplaatsen zich nu naar het nieuwe wijkcentrum. Het Bavohuis blijft daarbij ook gebruikt worden en organiseert steeds uiteenlopender activiteiten, zoals bijvoorbeeld een tentoonstelling van de Nederlandse Konijnenfokkers Bond en alle mogelijke recepties en vieringen.

Het aantal katholieken in de buurt begint vanaf begin jaren zestig steeds sneller af te nemen. Dit leidt ertoe dat uiteindelijk in 1968 het Bavohuis door de Gerardus Majellaparochie wordt afgestoten. Het is daarna nog tot in ieder geval halverwege de jaren negentig in gebruik voor uiteenlopende verenigingsactiviteiten.

Tegenwoordig is in het gebouw weer een kerk gevestigd, de wereldwijde UKGR Evangelisch Centrum (Universele Kerk). Het UKGR, dat in de jaren zeventig in Brazilië werd opgericht, is onderdeel van de pinksterbeweging.

We steken langs het Bavohuis de Sumatrastraat en en komen kruisen de Javastraat, die we, nadat we overgestoken zijn, naar links in lopen. Na een paar honderd meter komen we aan de rechterkant op Javastraat 116 de protestante Elthetokerk (21) (P.K.N.) tegen. Net als de Gerardus Majellakerk zag de Elthetokerk zich aan het eind van de jaren tachtig genoodzaakt een kleinere behuizing te zoeken. Zij trokken in hun eigen voormalig wijkgebouw aan de Javastraat, dat onlangs is gerenoveerd en uitgebreid met een woongemeenschap boven de kerk. In tegenstelling tot de voormalige Gerardus Majellakerk werd de grote Elthetokerk aan de

Page 17: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

Riouwstraat gesloopt. Samen met Stichting Philadelphia exploiteert de Elthetokerk het naast de kerk gelegen buurteethuisje LT, waar de bediening plaatsvindt door mensen die doof of slechthorend zijn. Van harte aanbevolen. Het voormalig wijkgebouw dateert van 1913.

Wijkgebouw Eltheto

Ds. A.G.H. van Hoogenhuyze doet begin 1912 zijn intrede in Amsterdam als 30e predikant van de Nederlands Hervormde Gemeente. Hem is toegewezen de nieuwe wijk aan de oostkant van de stad: de Indische Buurt. De oprichting van een nieuwe predikantsplaats in Amsterdam was mogelijk gemaakt door een gift van fl. 100.000. De buurt heeft op dat moment 24.000 inwoners, waaronder 2.200 Nederlands Hervormde gezinnen.

Op 20 december 1913 wordt het nieuw wijkgebouw aan de Javastraat 118-112, met daarboven 15 woningen en genaamd Eltheto geopend. Eltheto betekent ” Uw Koninkrijk kome.” Het gebouw met 9 bovenwoningen was namens de Vereeniging Eltheto door de heren C.A. Zeeman en P.C. Breet in juli 2013 onderhands aanbesteed aan aannemers K. Bakker en M. de Jong.

De zaal kent direct al een gevarieerde programmering. Zo zal er in het gebouw een Christelijke Jongemannen Vereniging bijeenkomen, een Werkmansbond, zullen naaikransen opereren, zangverenigingen optreden en zal een leeszaal en een volkskoffiehuis aan het gebouw verbonden zijn. Daarnaast is sprake van een kinderkliniek en diaconessen.

Bij de opening is ook het Nederlandsch Jongelingsverbond betrokken. Er zijn daarnaast diverse goedwillende dames van de gegoede stand aan het Eltheto-initiatief verbonden, zoals mevr. Barones de Vos Roëll van Steenwijk (echtgenote van de burgemeester van Amsterdam (1910-1915) Jonkheer Anthonie Röell, later Baron (vanaf 1937)) en mej. A.F. van Knuttel van Rijswijk, die op 5 maart 1914 een lezing houdt over Palestina, zelf daarbij stemmig gekleed in klederdracht uit Palestina. Op 6 maart geeft zij een lichtbeeldenvoorstelling van haar reis naar Palestina. Of ze ook daarbij in klederdracht optreedt vertelt het verhaal niet. Op 28 maart 1914 wordt onder leiding van ds. van Hoogenhuyze een muziekavond gehouden door de drie dames Frank (piano en zang) en dhr. De Booy (viool).

Rond de mobilisatie van 1914 besluit de Eltheto, in samenspraak met het Nederlandsch Jongelingsverbond, nadrukkelijk de deuren te openen voor in de stad ingekwartierde militairen. Hier kunnen de militairen hun vrije tijd op aangename wijze doorbrengen. Er is gelegenheid tot onderling gezellig verkeer, er is een goed voorziene leestafel en de militairen wordt nadrukkelijk de gelegenheid geboden om te schrijven aan hun verwanten. Consumptie is daarbij gratis, terwijl voor muzikale onderhouding gezorgd zal worden door de diverse kerkelijke muziekgezelschappen. Ook worden avonden met lichtbeelden georganiseerd. Een nieuwe doelgroep zijn de werklozen. Ook daarvoor worden vanaf december 1914 ontspannende avonden georganiseerd. De eerste bazar in het Elthetogebouw voor zover bekend wordt gehouden op 28 en 29 maart 1915. Deze wordt georganiseerd door de Knapenvereeniging van de Sectie Muiderpoort van de C.J.M.V. Excelsior, waarbij door hen zelf vervaardigde voorwerpen te koop worden aangeboden. Er zullen nog vele van dergelijke bazars volgen in het Elthetogebouw. De laatste was enige weken geleden.

Page 18: Moord in de Gerardus Majella  Web viewIn deze panden zijn onder andere de Gereformeerde Mannenvereniging Dr. A. Kuyper (later: Vrienden Kring), het Accordeon Orkest Hymnia,

Ook politiek laat de Eltheto zich niet onbetuigd in die eerste jaren. Op vrijdag 23 juni 1916 wordt vanaf 20.30 uur in het kader van de verkiezingen een Propaganda-avond voor de rechtsche kiezer gehouden, waarop Mr. Paul J. Reijmer spreekt. Op 21 maart 1919 spreekt generaal-majoor A.R. Ophorst voor de C.H.U. over “Beginselen der Christelijk Historische Unie”. Beroemd predikant die in die eerste jaren in het wijkgebouw aan de Javastraat optreedt is A.H. den Hartog. Deze spreekt in juni 1919 over het gezag van de Heilige Schrift.

Al in 1919 vestigt zich een arts in het Elthetogebouw (de laatste is nog maar net enkele jaren vertrokken). Het is C. Carsten, die zich met name in huidziekten en ziekten der urinewegen specialiseert. Ook de Vereeniging tot Bevordering van het Onderwijs in kinderverzorging en opvoeding organiseert cursussen in het wijkgebouw, met name gericht op meisjes en moeders.

Begin 1922 wordt in het wijkgebouw een avond georganiseerd voor een dubbel doel: het ondersteunen van Nansen in zijn aciviteiten om de ontstane hongersnood in Soviet Rusland te leningen, en het ledigen van de nood in de Drentse Venen. De organisatie van de avond, die voornamelijk uit declamatie bestaat, is in handen van de declameerclub “Oefening en Ontspanning”. Ook is in dat jaar een schaakclub in het gebouw aan te treffen. Het Elthetogebouw wordt voor allerlei doeleinden verhuurd, waaronder ook aan een boekhoudclub en de Joodse vereniging Rechouwous.

De eerste jaren van de Eltheto worden afgesloten in 1924, wanneer bekend wordt dat er serieuze plannen zijn voor de bouw van een echte Nederlands Hervormd kerkgebouw in de Indische Buurt. Deze kerk zal worden gebouwd aan de Insulindeweg/hoek Kramatweg.

Vlak naast de Elthetokerk is op Javastraat 126 het uit 1912 daterende, tegenwoordig nauwelijks meer als dusdanig herkenbare gebouw van de eerste gereformeerde school (21) in de buurt aan te treffen. En hiermee zijn we aan het eind van onze tweede historische wandeling door de Indische Buurt gekomen en arriveren weer bij de bibliotheek aan het Javaplein.

Einde wandeling 2