Modernestad

16
MODERNE STAD Freya Van den Bossche ‘Voor stadsbewoners is de kwaliteit van de openbare ruimte van cruciaal belang’ SEPTEMBER 2013 Logistiek Slagaders naar het hart van de stad Urban Mining Op weg naar de materiaalneutrale stad Duurzaam Meten, weten, isoleren METROPOOL OP MENSENMAAT DIT DOSSIER WORDT GEPUBLICEERD DOOR SMART MEDIA EN VALT NIET ONDER DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE REDACTIE VAN KNACK Trend Een tweede leven voor de elektrische auto Bevolkingsgroei Steden op creatieve en leefbare manier verdichten

description

Bijlage van Smart Media bij Knack

Transcript of Modernestad

Page 1: Modernestad

Moderne stad

Freya Van den Bossche

‘Voor stadsbewoners is de kwaliteit van de openbare ruimte van cruciaal belang’

september 2013

Logistiek Slagaders naar het hart van de stad

Urban Mining Op weg naar de materiaalneutrale stad

Duurzaam Meten, weten, isoleren

MetroPooL oP MensenMaat

DIT DOSSIER WORDT GEPUBLICEERD DOOR SmaRT mEDIa EN VaLT NIET ONDER DE VERaNTWOORDELIJKHEID VaN DE REDaCTIE VaN KNaCK

Trend Een tweede leven voor de elektrische auto

Bevolkingsgroei Steden op creatieve en leefbare manier verdichten

Page 2: Modernestad

2

Wil jij schrijven voor deze bijlage?

Smart Media Publishing is op zoek naar journalisten met een aantoonbare technische/bedrijfseconomische achtergrond die op freelance basis voor ons willen werken. We hebben journalisten nodig die artikelen

en interviews voor dit soort bijlagen kunnen aanleveren. Gelieve niet te reageren zonder een technische/bedrijfseconomische achtergrond of in ieder geval een diepgaande interesse in de onderwerpen!

Een aantal jaar ervaring als journalist is een vereiste. Ervaring bij een krant of magazine is een grote plus.

Interesse? Mail! [email protected]

www.smartmediapublishing.com

Colofonproject manager: Ruben Lancksweerdt, [email protected] productieleider: Oskar Wästlund Hoofdredactie: Jerry Huinder, [email protected] beeld cover: Sander de Wilde tekst: Frederic Petitjean, Senne Starckx Grafische vormgeving: Leon Mooijer Drukkerij: Roularta Printing

Voor meer informatie kunt u een e-mail sturen naar [email protected] Smart Media Publishing Belgium BVBA, Leystraat 27, 2018 Antwerpen, Belgium. Tel +32 3 289 19 40, www.smartmediapublishing.com

Over Smart MediaSmart Media ontwikkelt, produceert en financiert themabijlagen die via landelijke, gerenommeerde kranten worden verspreid. Elke themabijlage wordt gemaakt door zorgvuldig samengestelde redactie- teams. De grafische productie wordt verzorgd door creatieve vormgevers met gevoel voor de productie van moderne tijdschriften. Onze basisgedachte is een sterke onderwerpgerichtheid. Door zichtbaar te zijn in onze themabijlagen bereiken onze klanten het gehele verspreidingsterrein van de dragende krant. En selecteren ze automatisch de doelgroep die in de markt is voor de producten en diensten van het bedrijf. Smart Media is een jonge en dynamische onderneming met hoge doelstellingen. Wij ontwikkelen ons snel en onze planning is erop gericht een van de toonaangevende bedrijven van Europa in ons vakgebied te worden. Op dit moment zijn we vertegenwoordigd in Zweden, Noorwegen, Zwitserland, België en Nederland.

Volg ons

DIT DOSSIER WORDT GEPUBLICEERD DOOR SmaRT mEDIa EN VaLT NIET ONDER DE VERaNTWOORDELIJKHEID VaN DE REDaCTIE VaN KNaCK

kwaliteitsonderwijs voor iedereen en een gezonde leefomgeving dragen bij tot de sociale vooruitgang. Economi-sche activiteiten die in zo’n stedelijke context thuishoren, maken van de stad een innoverende kracht voor de hele samenleving. Daarvoor mag ze niet worden opgesloten in haar administra-tieve grenzen. De ontwikkeling van stadsgebieden en van duidelijke relaties met de omliggende steden en met het platteland zijn nodig.

‘De januskop van de moderne stad’“De stad is niet langer synoniem voor verloedering, onveiligheid, criminali-teit en armoede. Vrij recent kreeg ze (opnieuw) een positief imago: als labo- ratorium voor individuele en collectie- ve vormen van dynamiek en creativiteit. Niet alleen voor wetenschap en techno- logie, maar ook voor nieuwe vormen van samenleven, voor tolerantie en wederzijds respect. Stadslucht maakt nog altijd vrij en de stad was altijd al synoniem voor diversiteit; recent wordt zelfs gewaagd van superdiversiteit en hyperdiversiteit. Deze vele elkaar door- kruisende vormen van verscheidenheid worden nog te vaak uitsluitend als be- dreiging gezien; de erin vervatte oppor- tuniteiten worden verwaarloosd. Maar steden waren, zijn en blijven de knoop- punten van de Europese beschaving.

Kan de Kracht van de stad nog ver- sterken? Door haar compacte struc- tuur en haar ruimtelijke en sociale diversiteit is de stad een uitgelezen laboratorium voor ecologisch bouwen en leven. Oude en nieuwe vormen van individueel en collectief transport kunnen worden samengebracht, met bijzondere aandacht voor de stadswan-delaar. Traagheid, publieke plekken en een florerend verenigingsleven helpen om van de stad een platform voor de- mocratie, culturele dialoog en diversi- teit te maken. Diverse woonvormen,

ontwikkelingen. Ook de vergrijzing kan bijdragen tot de creativiteit van een gemeenschap, net als de vergroening. Maar dan moet vooral het verwaar-loosde menselijke kapitaal bij de allochtone jongeren wordt aangeboord. Nieuwe vormen van structurele solidariteit en cohesie moeten worden ontwikkeld, voorbij aan de uitersten van buurtfeesten en van controlerende en sanctionerende initiatieven zoals bewakingscamera’s en GAS-boetes. Conflictsituaties mogen zeker niet worden uitgebuit om groepen tegen elkaar op te zetten of voor persoonlijk gewin. Ze vormen een uitstekende opstap om mensen en instellingen te doen nadenken over waar ze met de stad heen willen. Ook hier geldt het eeuwenoude adagium: ‘Au choc des idées jaillit la lumière’ (Boileau).

dat moet gebeuren binnen innovatie- ve vormen van urban governance. Wat houden die in? Een holistisch model van duurzame stedelijke ontwikkeling, waarin de uitdagingen geïntegreerd en binnen een langetermijnperspectief worden aangepakt. De vraag naar wat er eerst komt – de bebouwde ruimte of de samenlevende mensen en groepen – is niet relevant. Naast de formele beleids- en bestuursstructuren moeten ook de flexibelere informele circuits worden aangesproken.”

Jan VrankenEmeritus gewoon hoogleraar Universiteit Antwerpen

Vlaanderen moet zijn ingewortelde angst voor de stad overwinnen. Brengen we dus de sterke punten van het stedelijke samenleven voor het voetlicht. De stad vormt immers de grondlaag voor de economische, sociale en politieke kracht van Europa.

‘Steden blijven de knooppunten van de Europese beschaving’

Zo’n dynamische en creatieve stad vereist ook dat de ‘klassieke’ stedelijke problemen worden aangepakt, tegelijk met en via zo’n dynamisch beleid. De binnenstedelijke tweedeling tussen de rijke en de achtergestelde buurten kunnen worden overwonnen door een echt polycentrische ruimte te scheppen. De stedelijke arbeidsmarktparadox moet worden aangepakt door tegelijk het opleidingsniveau van lagerge-schoolden te verhogen en aangepaste kwalitatieve jobs te voorzien. Dan zijn er de uitdagingen van de demografische

04 Meten, weten en isoleren

06 Urban mining: op weg naar de materiaal- neutrale stad

08 Profielinterview: Freya Van den Bossche

10 Een tweede leven voor de elektrische auto

12 Slagaders naar het hart van de stad

14 Steden op creatieve en leefbare manier verdichten

e ditor ial

12

08

10

04

Page 3: Modernestad

Het Vlaams Materialenprogramma wordt gerealiseerd in samenwerking met:

Het Vlaams Materialenprogramma heeft de ambitie van Vlaanderen een Europese topregio op vlak van duurzaam materialenbeheer te maken. In het Vlaams Materialenprogramma bundelen de bedrijfswereld, de overheid, kennisinstellingen en het maatschappelijk middenveld de krachten en combineren we ambitieuze langetermijn visie-ontwikkeling met beleidsrelevant onderzoek en concrete acties op de korte termijn. In nauw overleg metalle sleutelactoren in Vlaanderen op het vlak van materialenbeheer, identi�iceerden we 9 he�bomen die tegen 2020 de basis moeten leggen voor een economie waarin materialen draaien in slim gesloten kringlopen.

www.ovam.be/vlaamsmaterialenprogramma

In Vlaanderen zijn weinig grondstoffen aanwezig. Daardoor zijn we sterk a�hankelijk van invoer. Onze bedrijven worden nu al geconfronteerd met schommelende grondstofprijzen en op lange termijn zullen deze stelselmatig de hoogte in gaan. Maar er valt binnen onze sterk verstedelijkte regio een schataan materialen te recupereren. Door oude producten en gebruikte materialen in te zamelen, te recycleren en vervolgens opnieuw te gebruiken remmenwe de nood aan primaire grondstoffen af. Het succes van onze economie zou in de toekomst wel eens kunnen gaan a�hangen van hoe goed we de Vlaamse‘stadsmijn' exploiteren. Het Vlaams Materialenprogramma wil dit helpen realiseren.

Schrijf in via www.ovam.be/vlaamsmaterialenprogramma en kies één van de interactieve sessies. De domeinen bouw, kunststoffen, metalen en bio-economie ontmoeten elkaar in een verstedelijkte omgeving en tonen hun speci�ieke bijdrage tot de moderne stadsmijn. Experts uit de verschillende sectoren zullen samen met minister-president Kris Peeters, toonaangevend architect Thomas Rau, minister van leefmilieu Joke Schauvliege en Rosalinde Van der Vlies van het kabinet van EU commissaris Potocnik ingaan op hoe onze steden kunnen evolueren tot werkelijke stadsmijnen.

^

Urban mining: de jacht op grondstoffen in Vlaanderen

CONGRES

12 november 2013

Smart grid: een muSt voor elke moderne StadHet elektriciteitsnet van de stad van de toekomst verbindt zogenaamde ‘prosumers’: gezinnen of bedrijven die zowel stroom van het net afnemen als eraan toevoegen. Om kortsluitingen te vermijden, is een smart grid onontbeerlijk. CG Power Systems ontwikkelt hiervoor slimme producten en diensten.

Slimme elektriciteitsnetwerken, of smart grids, zijn al volop aanwezig in Vlaanderen. Alleen zijn ze nog niet volledig zichtbaar voor de eindcon-sument. Momenteel is het hoogspan-ningnet reeds ‘slim’ – waardoor de windmolens aan de Belgische kust bijvoorbeeld probleemloos konden worden aangesloten op het landelijke net en grote energiestromen worden uitgewisseld met de buurlanden. Het is investeren tot ook het laagspan-ningsnet (het distributienetwerk) is opgewaardeerd vooraleer we écht van een smart grid kunnen spreken.

En ze krijgen genoeg te doen, want een netwerk dat zowel voorziet in afname als in toevoer van elektriciteit – waar-van de hoeveelheden afhangen van grillige factoren zoals het weer en dagdagelijks menselijke gedrag – kan niet anders dan uitgroeien tot een hypercomplex geheel.

Afhankelijk van de continu fluctue-rende vraag en aanbod in een wijk of stad, communiceren de smart active substations met elkaar, regelen ze de stromen en optimaliseren ze de kwa- liteit van de afgegeven stroom. Als we verder innoveren kunnen ze eventueel dienst doen voor elektriciteit opslag. Declercq: “De nu passieve transforma-torhuisjes worden omgetoverd tot actieve elementen in het smart grid.”

‘Transmissie en distributie van elektriciteit zal in de toekomst niet meer denkbaar zijn zonder communicatie’

Dr. Jan Declercq, CTO van CG Power Systems

“Elektriciteit wordt het transport-medium van de toekomst”, zegt Jan Declercq, chief technology officer (CTO) van CG Power Systems uit Mechelen, de Belgische dochter van de CG-groep - die internationaal actief is met producten, systemen en diensten op het vlak van productie, transmissie en distributie van energie. CG Power Systems is betrokken in tal van demon- stratieprojecten – in binnen- en buiten- land – waarbij met smart grids wordt geëxperimenteerd. Dat gebeurt in nieuwe woonwijken, in bedrijvencentra of zelfs in kleine steden.

Wat vormt de kern van een smart grid? Declercq: “Transmissie en distributie van elektriciteit zal in de toekomst niet meer denkbaar zijn zonder communicatie. Bovendien zal zowel de stroom als de communicatie in twee richtingen gaan. Als we onze elektrische wagen ’s avonds inpluggen aan de laadpaal in de garage zodat hij ’s ochtends weer startklaar is, doet z’n grote batterij dienst als stroombuffer voor het elektrische thuisnetwerk. Het woonhuis wordt een mini-energiecen-

vlakte enorm veel ‘prosumers’ – gezin-nen of bedrijven die elektriciteit afne- men, maar ook toevoegen aan het net – bij elkaar. Daardoor zullen de gevolgen van een smart grid in de stad vele keren zichtbaarder zijn dan bijvoor-beeld op het dunbevolkte platteland.”Als ook het distributienet slim wordt, dan zullen bovenop de communicatie de klassieke, groene transformatorhuis-jes omgebouwd worden tot zogeheten smart active substations. Die vormen in feite de flexibele adaptieve knooppun-ten van het slimme laagspanningsnet.

trale, zeg maar. Want met zonnepanelen op het dak levert dat huis op regel- matige tijdstippen stroom aan het net. In een smart grid is alles met elkaar ver- bonden, en door slimme software en apparatuur is alles op elkaar afgesteld.”

Volgens Declercq zijn naast rurale ge- bieden en industriezones vooral steden – en verstedelijkte omgevingen, zoals Vlaanderen – gebaat bij een slim elektriciteitsnet. “Een smart grid is een absolute must voor een moderne stad. De stad brengt op een kleine opper-

advertOrial

Page 4: Modernestad

4

Pluk de vruchten van eeneigen zonnestroominstallatieProduceer zelf groene stroom en geniet seizoenenlang van een voordelige en stabiele energieprijs.Vind alle voordelen en een vakman in zonnestroomin uw buurt op www.stroomvaneigenkweek.be

Stroom van eigen kweek

Pluk de vruchten van eeneigen zonnestroominstallatieProduceer zelf groene stroom en geniet seizoenenlang van een voordelige en stabiele energieprijs.Vind alle voordelen en een vakman in zonnestroomVind alle voordelen en een vakman in zonnestroomin uw buurt op

Stroom van eigen kweeksalon

bouw- & immobis

BRENG EEN BEZOEK AAN ONZE STAND IN HAL 3 TIJDENS BIS,BIS,DÉ BOUWBEURSDÉ BOUWBEURS

BIS,DÉ BOUWBEURS

BIS,BIS,DÉ BOUWBEURS

BIS, VAN

05 TOT 13 OKTOBERIN FLANDERS EXPO

stroom_van_eigen_kweek_adv_knack_255x120.indd 1 11/09/13 10:03

Willen we een leefbare planeet achterlaten voor onze kinderen, dan zullen we energie moeten besparen en onze CO2-uitstoot drastisch terugdringen. Ook in de stad kan dat perfect, al moet de technologie dan wel een handje helpen.

teKst FREDERiC PETiTJEAN

meten, weten en isoleren

Het aandeel van de verwarming van gebouwen was in 2010 goed voor zowat twintig procent van de totale CO2-uitstoot in Vlaanderen, zo blijkt uit het Vooruitgangsrapport 2011 van het Vlaams klimaatbeleid. Als we kijken naar de totale CO2-emissies, exclusief de grootindustrie (die onder Europees geregelde emissiehandels-systemen valt), stijgt dat zelfs naar 38 procent.

daar valt dus duidelijK nog een flinke vooruitgang te boeken, zeker in een zwaar verstedelijkt gebied als Vlaanderen. Ook de overheid beseft dat en daarom geeft ze een hele resem premies en subsidies aan mensen die de energie-efficiëntie van hun huis of appartement willen opkrikken. Maar wat zijn nu eigenlijk de mogelijkheden om dat te doen? En wat levert het op? Wij gingen ons licht opsteken bij Sara Van Dyck, energiespecialiste van de Bond Beter Leefmilieu. “Er zijn heel wat manieren om op een schone manier elektriciteit, warmte en warm water op te wekken”, zegt Van Dyck. “Maar de allerbelangrijkste en eerste stap die je moet zetten, is isoleren. Zeker in onze steden zijn er nog hele wijken met oude gebouwen die slecht geïsoleerd zijn. En als je dat niet eerst aanpakt, zijn alle andere ingrepen eigenlijk nutteloos.”

bij dat isoleren moet je niet op een centimeter kijken, geeft Van Dyck mee. “Je moet het doorgedreven doen. Als het kan, pak je best ook meteen het hele gebouw aan. Lukt het niet om dat in één keer te doen, omwille van praktische of financiële obstakels, dan

maak je best een totaalplan, waarbij je stapsgewijs isoleert en de verschil-lende werkzaamheden (dak, ramen, muren…) op elkaar afstemt. Eenvoudige maatregelen zoals dakisolatie zijn goed, maar niet voldoende. Een totaalplan geeft direct het beste rendement.”

Pas nadat je de isolatie in orde hebt gebracht, kun je verdere stappen overwegen. En dan komen zaken als zonnepanelen en -boilers, windener-gie, warmtepompen en stadsverwar-ming in beeld. “Zonnepanelen kennen de meeste mensen al, maar een zonneboiler is eigenlijk nog een beter idee, omdat het rendement daarvan

te krijgen. Het systeem is niet bepaald goedkoop om te installeren, maar daarna produceer je bijna gratis warm water, bijvoorbeeld voor je vloerver-warming. Stadsverwarming is dan weer een collectief verwarmingssys-teem, waarop meer dan één huis wordt aangesloten. De restwarmte van bijvoorbeeld grote industriële sites of verbrandingsovens wordt daarbij gebruikt om huizen te verwarmen. Omdat er flink wat graafwerk bij komt kijken, ligt het grootste potentieel bij deze techniek, vooral in nieuw te ontwikkelen stadswijken.

doordat Ze ons energieverbruik en onze CO2-uitstoot onder controle helpen te houden, zijn al deze technieken een zegen voor het milieu. Maar ze brengen ook zo hun eigen, onvermoede problemen mee. Ons elektriciteitsnetwerk, waarvan de fundamenten meer dan honderd jaar geleden werden gelegd, is eigenlijk niet voorzien op een bevolking die zelf energie gaat opwekken, via zonnepane-len en windturbines. Gelukkig hebben slimme ingenieurs ook hier een oplossing voor klaar: de smart grid of het ‘slimme’ elektriciteitsnetwerk.

“tot nog toe vloeide elektriciteit van een centrale via een transport- en distributienetwerk naar een consu-ment”, zegt Thomas Zeebergh, smart grid-specialist bij Siemens. “Met de hernieuwbare energiebronnen injecteert de consument vandaag ook zelf energie in het netwerk. Die productie is moeilijk te voorspellen en ook niet constant: soms is er veel zonneschijn en wind en soms ook

hoger ligt dan van panelen. Er bestaan varianten die zo goed de warmte vasthouden, dat je ze zelfs niet naar het zuiden moet oriënteren. Op die manier zijn ze makkelijker te plaatsen en beter bereikbaar voor meer mensen.”

ooK de warmtePomP kan bij de energiespecialiste op goedkeurend geknik rekenen. Met zo’n warmte-pomp kun je water verwarmen met gratis energie die je uit de grond of het grondwater haalt. Ook in hartje winter zit er diep in de grond namelijk nog voldoende warmte om dat voor elkaar

‘Zonder te isoleren zijn alle andere ingrepen eigenlijk nutteloos’Sara Van Dyck

i nspi rati e du u r zaam

Page 5: Modernestad

5

More than a rock. It’s a natural choice.De unieke combinatie van thermische, isolerende en accumulerende eigenschappen maakt ROCKWOOL producten tot uiterst duurzame bouwmaterialen. Kou en hitte worden effectief uit een gebouw geweerd, waardoor een laag energieverbruik wordt gerealiseerd. ROCKWOOL producten dragen substantieel bij aan CO2-reductie en hebben een positieve ‘carbon footprint’. ROCKWOOL rotswol is 100% recyclebaar en kan worden herwerkt tot hoogwaardige nieuwe producten.

www.rockwool.be

3 vragen aan...

geert FliPts,

communicatieverantwoor-delijke van het Vlaams Energieagentschap (VEa).

■ wat is de beste manier om

je energieFactuur snel te

doen dalen?

“Het isoleren van muren en daken en dubbel glas plaatsen. Een dak van 100 m2 isoleren, kost gemiddeld 2.120 euro, of 850 euro na subsidies. Op minder dan twee jaar is dit terugver-diend. Na-isolatie van spouw- muren heb je op vier jaar terugverdiend. Een condensa-tieketel in je CV-installatie bespaart 20 tot 30 procent op je energiefactuur. Ook het gebruikersgedrag is belangrijk. Verwarm je op 20°C of op 22°C?”

■ welKe steunmaatregelen

van de overheid mag je ZeKer

niet vergeten?

“De netbeheerders subsidië-ren alle isolatiemaatregelen in bestaande huizen: dak, muur, vloer, glas. Er is een belastingvermindering van 30% voor dakisolatie en premies voor een zonneboiler of warmtepomp. Voor grotere renovaties is er de Vlaamse renovatiepremie die kan oplopen tot 10.000 euro.”

■ gaat de burger

tegenwoordig bewuster met

energiebesParing om?

“Negen op tien Vlamingen vinden energiebesparing belangrijk, zeven op tien om- schrijven zichzelf als zuinig qua verbruik. Energiebespa-ring is dus een prioriteit.”

niet. Het probleem daarbij is dat de productie en het verbruik van stroom eigenlijk altijd in evenwicht moeten zijn. Wat geproduceerd wordt, moet meteen verbruikt worden en omgekeerd, omdat het momenteel economisch bijna onmogelijk is om geproduceerde stroom op te slaan. Doordat de energie die de consument zelf opwekt erg onvoorspelbaar is, wordt dat evenwicht steeds moeilijker te bereiken.”

de smart grid bestaat uit een heleboel technologieën die er op gericht zijn om verbruik en productie opnieuw in balans te brengen. Een belangrijk onderdeel is de slimme meter die bij de eindverbruiker wordt geïnstalleerd en die heel veel informa- tie geeft over het verbruik en de status van het netwerk. “Als je consumenten bewust maakt van hun gedrag, zal dat hun gedrag ook beïnvloeden”, zegt Zeebergh. Die meter communiceert met het energienetwerk en (in de toekomst) ook met de toestellen die in huis staan. Zo zal bijvoorbeeld je wasmachine aanspringen wanneer er veel stroom is op het netwerk. Of je vaatwasser stelt zijn programma uit wanneer er weinig stroom is, allemaal volledig automatisch. “Dat hoeft ook niet noodzakelijk ’s nachts te zijn. In de toekomst zal de prijs van elektriciteit schommelen per uur of zelfs per kwartier, volledig afhankelijk van de vraag en het aanbod aan stroom.”

voor de leveranciers scheppen deze nieuwigheden nog een interessant

commercieel voordeel, zegt Zeebergh. “De stroomproducenten zullen heel scherpe gebruikersprofielen kunnen opstellen en hun productportfolio daar op afstemmen. Een gezin met twee kinderen heeft immers een heel ander profiel dan een alleenstaande gepensioneerde.” Er lopen in ons land momenteel al verschillende proefpro-jecten met smart grids en slimme me- ters. De echte uitrol zal heel gefaseerd gebeuren en verschillende jaren in beslag nemen, meent Zeebergh. “Technisch gezien kan het, het zal vooral zaak zijn om een economisch zinvol model te vinden. De kostprijs blijft een zeer belangrijke parameter.”

datZelFde geldt trouwens ook voor alle technologieën die energie besparen en opwekken bij de consument. Toch is zo’n investering bijna altijd rendabel. “Een Duitse studie van het Jülich Research Centre toont aan dat elke euro die de overheid investeert in energiebesparende maatregelen, onmiddellijk vijf euro opbrengt”, zegt Sara Van Dyck. “Een groot deel daarvan via de bouw, die een zeer lokale economie is en heel veel werkgelegen-heid schept. Energiebesparing in gebouwen links laten liggen omwille van economische besparingen is dan ook een zeer kortzichtige aanpak.” Van Dyck wijst daarnaast op nog een mogelijke financieringsbron: de opbrengsten uit de emissiehandel. “De Europese lidstaten mogen de komende jaren kiezen hoe ze die gaan besteden. Ons lijkt het logisch dat ze die toch minstens voor een deel zullen inzetten voor het renoveren van hun patrimonium.”

‘Met de hernieuwbare energiebronnen injecteert de consument vandaag ook zelf energie in het netwerk’Thomas Zeebergh

Page 6: Modernestad

6

Onze verstedelijkte leefomgeving moet zoveel mogelijk in haar eigen grondstoffen gaan voorzien. Maar hoe? Sloop van gebouwen levert nieuwe bouwmaterialen op, sanering van vervuilde bodems genereert nieuwe open ruimte en producten die worden afgedankt, worden gerecycleerd en elders hergebruikt.

teKst SENNE STARCkx

Op weg naar de materiaalneutrale stad

actu e e l u r ban m i n i ng

Vorig jaar werden door Febelauto, de beheerder voor afgedankte voertuigen in België, meer dan 160.000 afgedank-te voertuigen ingezameld. Na een intensief recyclageproces leverde dat dezelfde hoeveelheid op aan nuttige materialen zoals koper, aluminium, ferro-metalen en diverse kunststoffen. Liefst 93 procent van die gerecupe-reerde materialen werd gerecycleerd – in een nieuwe auto of een geheel ander product – of verbrand om elektrische stroom mee op te wekken (energetisch gevaloriseerd). Tegen 2015 wil Febelauto de mijlpaal van 95 procent halen. Daarmee schaart de organisatie zich volledig achter de idee van urban mining. Waarom (vaak dure) materialen uit het buitenland importeren, als er dagelijks 6 miljoen ‘mobiele metalen’ over de Belgische wegen denderen?

selectieve inZameling en recyclage van materialen is cruciaal bij het exploiteren van de zogenaamde ‘Vlaamse stadsmijn’. Maar urban mining houdt natuurlijk veel meer in. “Slim design, een betere samenwer-king tussen alle actoren binnen een materiaalketen – van de ontwerper over de distributie en de consument tot de eindverwerker – en een aangepast regelgevend kader zijn nodig om de waardevolle materialen, die momenteel gestockeerd zijn in

onze huizen, goederen en bedrijven, maximaal terug te winnen”, vertelt Jan Verheyen, woordvoerder bij de Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM).

nog dit najaar organiseert OVAM een congres over urban mining. Dit naar aanleiding van de tweede verjaardag van het Vlaams Materialenprogramma. In dat initiatief bundelen de bedrijfswereld, de overheid, kennisinstellingen en het maatschappelijk middenveld hun krachten om materialengebruik in Vlaanderen te verduurzamen. Verheyen: “We combineren daarbij een ambitieuze visievorming voor de lange termijn met gericht wetenschap-pelijk onderzoek en concrete projecten op het terrein. De gedeelde ambitie is om tegen 2020 koploper te zijn in Europa op het vlak van materialenbeheer. Zo zal de Vlaamse economie minder afhankelijk zijn van grondstoffenimport. We streven naar de omvorming van een lineair productiesysteem naar een kringloop-economie, waarbij materialen in gesloten kringlopen bewegen.”

het is immers een feit dat in Vlaanderen weinig grondstoffen aanwezig zijn, waardoor onze regio

erg afhankelijk is van invoer. En dit in een internationale context waarin grondstofprijzen volatiel zijn. “Aan de andere kant valt er in onze sterk verstedelijkte regio een schat aan materialen te recupereren”, gaat Verheyen verder. “Door afgedankte producten en gebruikte materialen in

geldt niet alleen voor aardolie als basis voor heel wat plastics, maar ook voor koper, lood en zelfs fosfaat (een essentiële grondstof bij de productie van landbouwgewassen). Ook de zeldzame aardmetalen, die nodig zijn in groene technologieën zoals windmolens en zonnepanelen, en heel wat courante gebruiksgoederen, zoals (elektrische) auto's, mobiele telefoons en laptops, worden steeds zeldzamer.

de vlaamse stadsmijn bevat niet alleen waardevolle, recycleerbare materialen. Een andere, niet-tastbare grondstof is ruimte – een schaars goed in onze dichtbevolkte, verstedelijkte regio. “Sanering van bodems, het vrijkomen of hergebruik van ruimte past natuurlijk helemaal in de kwalitatieve transformatie naar een duurzame, moderne stad”, weet Verheyen. “Die ruimten kunnen nieuwe combinaties bevatten van wonen, werken, produceren, consume-ren en recreëren. Met nieuwe mobiliteitsdiensten en nieuwe bedrijvigheid. Aan het einde van de rit moeten al deze ontwikkelingen samen uitmonden in de zogenaamde ‘materiaalneutrale stad’.”

bij recyclage denken we in de eerste plaats aan de recuperatie van

nuttige materialen uit ons elektronisch afval of uit afgedankte voertuigen, maar de materiaalneutrale stad eist dat ook hele gebouwen worden gerecycleerd. “Daarbij is het belangrijk dat de puinfracties, net zoals dat van toepassing is voor andere afval-stromen, goed van elkaar worden gescheiden”, vertelt Lieven Fermon van afvalinzamelaar en -verwerker SITA. “In een van onze filialen onderzoeken we momenteel hoe we dit scheidingsproces beter kunnen afstemmen op de huidige tendensen – waarin het aandeel van niet-traditionele bouwmaterialen zoals gyproc aan belang wint. Zo willen we bijvoorbeeld handpicking vervangen door robotische selectie om tot een betere scheiding en dus recyclagekwaliteit te komen.”

sita onderZoeKt ook hoe het bouwmaterialen kan vervaardigen uit afval. “Bij Valomac, een filiaal gespecialiseerd in de valorisatie van bodemassen (assen van verbrand restafval), is men erin geslaagd om op basis van een specifiek procedé een nieuwe soort betonblok te maken”, aldus Fermon. “De stapelbare blokken gebruiken we momenteel in de scheidingscompartimenten van onze sorteer- en verwerkingsinstallatie.”

er is nog altijd behoefte aan nieuwe inventieve recyclagemethodes. Ook bij Febelauto wordt volop onderzoek gedaan naar nieuwe, hoogtechnologische manieren om nog meer te recycleren nadat een afgedankt voertuig is ‘geshredderd’. “Zo zetten we bijvoorbeeld bacteriën in om concentraten van ultrafijne metalen te filteren uit het shredder-residu”, zegt Catherine Lenaerts van Febelauto. Daarnaast recupereren we diverse kunststoffen uit het shredder-residu van afgedankte voertuigen, zodat ze als grondstof kunnen dienen voor kunststofcomponenten bij de productie van nieuwe voertuigen. Dit soort unieke knowhow zorgt ervoor dat België op het vlak van post-shred-dertechnologie tot de besten in Europa behoort.”

‘België behoort op het vlak van post-shreddertechnologie tot de allerbesten in Europa’ Catherine Lenaerts

‘Grondstofprijzen zouden in de toekomst wel eens kunnen afhangen van hoe goed we de Vlaamse stadsmijn exploiteren’ Jan Verheyen

te zamelen, te recycleren en vervol-gens opnieuw te gebruiken, kan de nood aan primaire grondstoffen afgeremd worden. Grondstofprijzen zouden in de toekomst wel eens kunnen afhangen van hoe goed we de Vlaamse stadsmijn exploiteren.”

bovendien worden veel materialen steeds schaarser en dus duurder. Dat

Page 7: Modernestad

ADVERTORIAL

Steden en gemeenten moeten zich voorbereiden op klimaatveranderingDe verandering van het klimaat laat zich ook in Vlaanderen duidelijk voelen. Een hogere zeespiegel, verdroging van de bodem en een gewijzigd neerslagpatroon zijn effecten die nu al meetbaar zijn. Om te anticiperen op deze en toekomstige gevolgen, is het nu het moment om op lokaal niveau in te grijpen met adaptieve maatregelen.

De juiste ingrepen op ruimtelijk vlak creëren niet enkel oplossingen voor hemelwater maar dragen ook bij tot een aangenamere leefomgeving.

Onze winters worden steeds natter, waardoor het waterpeil in beken en rivieren hoger komt te staan. In de zomer regent het dan weer beduidend minder vaak, zoals ook de voorbije maanden was vast te stellen. En àls het regent in de zomer, zijn de buien meestal kortstondig en feller dan vroeger. Het water krijgt niet of nauwelijks de kans om in de bodem te dringen, enerzijds door de intensiteit van de bui, maar anderzijds ook door de toenemende hoeveelheid verharde oppervlakte. Beide oorzaken zorgen voor een daling van de grondwatervoorraden, die in Vlaanderen op dit moment al erg klein zijn in vergelijking met andere Europese landen.

Wateroverlast voorkomenMeer neerslag in de winter en piekbuien in de zomer verhogen de kans op waterover-last. Natuurlijk kan je als nieuwbouwer het risico op wateroverlast in je woning voor een groot stuk beperken door bijvoorbeeld niet te bouwen in overstromingsgevoelig gebied of door ‘waterproof’ te bouwen. Maar ook de rioleringssector nam maat-

regelen om plotse pieken van hemelwater op te vangen. Nieuwe ontwerprichtlijnen voor rioolstelsels, die aangepast zijn aan recente neerslagparameters, moeten ervoor zorgen dat de riolen in de toekomst grote hoeveelheden regenwater beter aankun-nen. Daarnaast zullen het inbouwen van bergingscapaciteit in het rioolstelsel en wachtbekkens voor de tijdelijke opvang van grote neerslaghoeveelheden, een teveel aan water op één punt vermijden.

Helaas kan niemand met zekerheid zeg-gen hoe het klimaat verder zal evolueren. Maar modellen met verwachtingspatronen tonen niet meteen een ommekeer van het probleem aan, eerder in tegendeel. Wat vandaag beschouwd wordt als een bui die slechts om de twintig jaar voor komt, kan tegen 2100 misschien wel een vijfjaarlijkse bui zijn. Dat is geen rampscenario, maar de realiteit. Zowel Europa als Vlaanderen benadrukken in hun adaptatiestrategieën dat ze actie verwachten op lokaal niveau en dus van de steden en gemeenten.

Visie op maatRuimte geven aan water blijft hoe dan ook de belangrijkste maatregel tegen wateroverlast. Algemeen bestaat de strategie erin om regenwater zoveel mogelijk ter plaatse te laten infiltreren.Waar dat niet kan, worden ruimtes voor-zien om het water tijdelijk te bufferen of gecontroleerd te laten overstromen. Voor hemelwater dat niet op een van deze manieren kan ‘verwerkt’ worden, moeten afvoermogelijkheden voorzien worden.

Steden en gemeenten kunnen ervoor kiezen om een hemelwaterplan te laten opmaken. Dat geeft aan waar best voor welke optie gekozen wordt. De Vlaamse riool-waterzuiveraar Aquafin maakt ook zo’n hemelwaterplannen op voor lokale besturen. Gezien Aquafin de gewestelijke rioleringsinfrastructuur beheert in gans Vlaanderen, beschikt het bedrijf over een uitgebreide gebiedskennis. Dat is uiteraard een belangrijke troef en zelfs een voor-waarde om in een plan alle hydrologische

aspecten van het gebied en de interactie tussen waterlopen en riolen in kaart te brengen. Bovendien heeft Aquafin hierdoor ook een helikopterzicht op de waterhuis-houding in Vlaanderen, zodat het in een bepaalde gemeente geen maatregelen zal voorstellen die nadelig zijn voor een buurgemeente.

Om de theorie aan de praktijk te toetsen, werkt Aquafin momenteel aan een hemelwaterplan voor twee Vlaamse gemeenten. Na deze testcases is het uiteraard de bedoeling om het hemel-waterplan ook aan andere gemeenten aan te bieden. Bij de uitwerking van het plan wil Aquafin steeds maximaal rekening houden met de omgeving en de functies van het gebied dat in kaart wordt gebracht. Door de goede oplos-singen voor hemelwater te combineren met architecturale stadslandschappelijke elementen, kan het hemelwaterplan ook een toegevoegde waarde bieden op het vlak van stadsontwikkeling. ■

Page 8: Modernestad

8 8

i nte rvi ew

‘We moeten slimmer omgaan met de beschikbare ruimte’ Wonen en (samen)leven in de stad van de toekomst. Wat moeten we ons daarbij voorstellen? Een en ander staat in het Woonbeleidsplan waaraan Vlaams minister van Steden, Energie en Wonen, Freya Van den Bossche, momenteel de laatste hand legt. “Eerst en vooral zullen we met nog meer samenleven op een beperkte ruimte.”

teKst SENNE STARCkx beeld SANDER DE WiLDE

tuin. Als er meer mensen dichter bij elkaar komen wonen, is er ook nood aan meer en kwaliteitsvolle open ruimte. Dat besef is het laatste decennium in onze Vlaamse steden sterk gegroeid. Op het vlak van stadsvernieuwing hebben we flinke stappen vooruit gezet, en heus niet alleen in de grootsteden Antwerpen en Gent. Ook in centrumsteden wordt gewerkt aan stadsvernieuwing door wijken te herdenken. Niet enkel ruimtelijk, maar ook sociaal. Zoals die

steden de afgelopen jaren fors geïnvesteerd hebben in de kwaliteit van hun openbaar domein, moet dat ook gebeuren op het vlak van openbaar vervoer. Als we een aangename en groene woonomgeving willen creëren voor alle stedelingen, zullen we immers geen extra wegen en parkeergarages kunnen blijven aanleggen. Nu al gebruiken steeds meer mensen in de stad het openbaar vervoer of de fiets. Die trend is onomkeerbaar.”

‘Ik weet niet of vaker de fiets of bus nemen een kleinere mentaliteitswijziging vergt dan je dak of je muren isoleren’

Zal in de stad van de toeKomst het

delen van auto’s en Fietsen meer

regel dan uitZondering Zijn?

“Ik denk het wel. Ik ben ervan overtuigd dat we op mobiliteitsvlak nog veel collectiever zullen gaan leven en denken. Denk maar aan het succes van de fietsdeelsystemen in Antwerpen en Brussel, of de opkomst van autodeel-systemen zoals Cambio en de autodeelgroepen die her en der ontstaan. Waarom zelf een dure auto kopen die je nergens kwijtgeraakt om die vervolgens 95 procent van de tijd te laten stilstaan? Samen met mijn collega Hilde Crevits (Vlaams Minister van Mobiliteit, nvdr.) investeer ik daarom in de verdere uitbouw van die fiets- en autodeelsystemen in onze steden.”

hoe PaKKen we het Probleem van

leegstand en verKrotting aan in

de moderne stad? dit staat de

verdichting en de levensKwaliteit

immers sterK in de weg.

“Wanneer de ruimte schaars wordt, kun je het je niet permitteren om ze te verkwisten. Een doorgedreven aanpak van leegstand en verkrotting is daarom noodzakelijk. Als ik nu al zie hoe duur een eigen huis wordt voor jonge mensen, vind ik het wraakroepend dat anderen hun eigendommen zomaar laten leegstaan in de hoop er later nog meer aan te kunnen verdienen. Het is echter in de eerste plaats aan de steden zelf om daar een beleid rond te voeren – zij zitten er met hun neus bovenop en ze beschikken over de instrumenten. Een flinke leegstandsheffing kan

In september 2012 zette minister Van den Bossche de krijtlijnen uit van een toekomstvisie op wonen in Vlaanderen in 2050. Dit ambitieuze ‘Woonbeleidsplan’ moet de Vlaamse overheid de komende jaren in staat stellen een doeltreffend en duurzaam woonbeleid te voeren. Van den Bossche hoopt dat het plan ten laatste begin volgend jaar door de Vlaamse regering wordt goedgekeurd.

uw woonbeleidsPlan heeFt 2050

als horiZon. wat Zullen de

belangrijKste verschillen Zijn, oP

woongebied, met de huidige situatie

in vlaanderen?

“Eerst en vooral zullen we met nog meer samenleven op een beperkte ruimte. In 2050 zijn we naar schatting met een miljoen Vlamingen meer dan nu, en die zullen voor een groot deel leven en wonen in onze steden. We zullen dan ook op een andere en vooral slimmere manier moeten leren omgaan met de beschikbare ruimte, zodat ieders levenskwaliteit en wooncomfort er op kan vooruitgaan. Want dat blijft de ambitie.”

die beschiKbare ruimte Zal dan wel

oP een andere manier moeten

worden ingevuld...

“Dat is waar. Onze publieke ruimte wordt een nog kostbaarder goed. Zeker voor stadsbewoners is de kwaliteit van de openbare ruimte van cruciaal belang. Ze wonen doorgaans kleiner en hebben vaak geen tuin. De pleinen zijn hun terras, de parken hun

dé bouwbeurs5 – 13 oktober

Schrijf u in voor gratis

bouwadvies via www.bisbeurs.be

iedereen kan op bis terecht!

www.bisbeurs.be bis de bouwbeurs

Openingsuren: week ➞ 13u-18u30 weekend ➞ 10u-18u30 vrijdag 11 oktober ➞13u-23u

nacht van bis

Op zoek naar de perfecte gevelsteen?

Wilt u een huis kopen of laten bouwen?

Benieuwd van welke bouw- premies u kan genieten?

Voelt het toch wat koud aan zonder geïsoleerd dak?

Dringend tijd voor een nieuwe keuken?

Page 9: Modernestad

9

bijvoorbeeld sturend werken. Maar de steden kunnen dat niet alleen. Ook voor Vlaanderen is een belangrijke rol weggelegd. Zo hebben we de procedu-res voor onteigening en het ongeschikt of onbewoonbaar verklaren van woningen veel efficiënter gemaakt.”

toch Zijn er steden en gemeenten

voor wie dit geen Prioriteit is.

“Inderdaad. Ik vind dan ook dat we hard tegen hen mogen optreden. Alle Vlaamse steden en gemeenten zijn verplicht om een leegstandsregister op te maken. Doen ze dat niet, wil ik daar sancties aan verbinden.”

in uw woonbeleidsPlan hebt u het

over een ‘Perimeter duurZaam

wonen’. wat bedoelt u daarmee?

“Gebieden gelegen binnen die perimeter zijn geschikt om verder te ontwikkelen en vernieuwen. Het is onder meer daar dat we de bevol-kingsgroei kunnen opvangen. Maar dan liefst in compactere en energie-zuinige woningen. De overheid zou haar steunmaatregelen – renovatie- en aanpassingspremies, fiscale stimuli – dan in de eerste plaats in gebieden binnen die perimeter inzetten.”

de stad van de toeKomst is ooK

duurZaam. vraagt dat een

mentaliteitswijZiging?

“Ik weet niet of vaker de bus of fiets nemen en een auto delen een kleinere mentaliteitswijziging vergt dan je dak of je muren isoleren. Integendeel misschien zelfs. Maar we zullen in

ieder geval beide moeten doen als we het wonen en leven in onze steden betaalbaar en comfortabel willen houden. Sowieso moeten alle nieuwe woningen van Europa vanaf 2021 ‘quasi energie-neutraal’ zijn, en ik wil zelf zeker ook blijven inzetten op energiebesparende maatregelen. Die zijn niet alleen goed voor het milieu, maar ook voor de portefeuille van de bewoners. Op het vlak van energie zullen we collectiever gaan denken. Fabrieken, grote bedrijven en verwer-kingsinstallaties produceren vaak heel wat restwarmte. Ze blazen die nu doorgaans gewoon de lucht in. Je zou die restwarmte evengoed kunnen gebruiken om de huizen en apparte-menten in de buurt te verwarmen. In Kopenhagen worden ondertussen al hele wijken verwarmd via zo’n warmtenet. Dit jaar nog maken we in Vlaanderen middelen vrij om de eerste warmtenetten aan te leggen.”

Als Freya Van den bossche niet de politiek was inge-gaan, dan was zij...?

“Ik wilde vroeger oorlogs-journalist worden, om zo de wereld te veranderen. Tonen wat er gebeurt, in de hoop de mensen wakker te schudden. Toen mijn dochter werd gebo- ren, heb ik echter voor een veiligere job gekozen waarin ik evenwel ook de wereld kon veranderen: de politiek.”

smart Facts

alex PolFliet,

voorzitter van PV-Vlaanderen

■ waar moet de stad van de

toeKomst Zijn hernieuwbare

energie vandaan halen?

“We moeten gaan naar maximale integratie van hernieuwbare energie. Zonnepanelen lenen zich daar uitstekend toe, omdat ze bovenop daken of geïntegreerd in gevels kun- nen worden geplaatst en dus geen extra ruimte innemen. Ook microwindturbines kunnen een optie worden.”

■ houdt een smart grid

automatisch een lager energie-

verbruiK voor Particulieren in?

“Niet noodzakelijk, maar het kan wel beter de noden op het aanbod afstemmen. Concreet: wanneer de zon schijnt, dalen de prijzen op de elektriciteitsmarkt doordat er veel gratis stroom van zonnepanelen op het net komt. Slimme verbruikers kunnen dan een deel van hun verbruik verschuiven naar die goedkope uren.”

■ en voor bedrijven?

“In de industrie worden momenteel reeds de eerste stappen gezet inzake demand response management. Bepaalde installaties slaan automatisch aan of af, naargelang de prijzen op de markt. Een voorbeeld: de koeling van een datacenter hoeft niet de hele tijd aan vol vermogen te draaien zolang er geen bepaalde maxima worden overschreden.”

‘Dit jaar nog maken we in Vlaanderen middelen vrij om ook hier de eerste warmtenetten aan te leggen’

De zon onder controleEen effi ciënte buitenzonwering zorgt voor een aangename temperatuur in de woning, zelfs op warmere zomerdagen. De wind-vaste Fixscreen®, een luifel met aluminium lamellen boven het raam of de beweegbare Loggia®-schuifpanelen laten de gebruiker toe de zon onder controle te houden en

oververhitting te vermijden, zonder het zicht naar buiten te verliezen.

Verleng de zomerAls de zon gaat schijnen, willen we echter naar buiten. Lekker zonnen of loungen, ja zelfs buiten koken. Maar we moeten ook rekening houden met de grillen van de natuur: teveel zon, een plotse regenbui, een koude bries, …. De terrasoverkappingen Algarve®, Camargue® en Lagune® bieden dan een oplossing. Geen last van zon of regen dankzij het dak met roteerbare lamellen of windvaste doekzon-wering en de intelligente regenwaterafvoer. Volledig afsluitbaar naar eigen wens met windvaste screens, glazen schuifwanden of Loggia®-schuifpanelen. Als de zon ’s avonds onder gaat, kan de sfeervolle verlichting aan en als het plots gaat afkoelen, zorgen geïn-tegreerde verwarmingselementen voor een aangename warmte.

RENSON® is een specialist in ventilatie, zonwering en terrasoverkappingen. Vraaggestuurde ventilatie en een e� ciënte buitenzonwering zorgen voor een gezond binnenklimaat in de woning of het appartement. Dankzij een terrasoverkapping kan de gebruiker echt van de zomer genieten, het hele jaar door.

RENSON® zorgt voor een lager E-peil en een gezond binnenklimaat

ADVERTORIAL

Slim ventilerenHet vraaggestuurde ventilatiesysteem C+®EVO IIen zijn uniek Smartzone-principe passen de ventilatie aan de leefstijl van de gebruiker aan. Er wordt automatisch meer geventileerd in die ruimtes, waar de bewoners zich bevinden, ook in de slaapkamer. Op die manier garandeert RENSON® niet alleen een optimale lucht-kwaliteit in elke ruimte, maar ook een E-peilverlaging tot 24 punten in woningen en zelfs tot 27 punten in appartementen.

EXIT 5RENSON® opende onlangs zijn Experience & Meeting center EXIT 5 in Waregem. Maak een afspraak, bezoek deze showroom en ontdek alles over ventilatie, zonwering en terrasover-kappingen.

Meer info? www.renson.be

Page 10: Modernestad

10

De meeste specialisten zijn het er over eens: de ontploffingsmotor loopt op zijn laatste benen. De kans is groot dat we binnenkort allemaal elektrisch rijden. Als die batterijen nu toch eens beter werden.

teKst FREDERiC PETiTJEAN

een tweede leven voor de elektrische auto

tr e n d ve rvoe r

Geen mens die het nog weet, maar in de kindertijd van de auto reden er al elektrische auto’s rond. Meer nog, het leek er lange tijd zelfs op dat elektriciteit het zou gaan halen als hét aandrijf-middel voor deze nieuwe uitvinding. De ontdekking van olie in de VS, de spotgoedkope benzine die daar uit werd geraffineerd én de populariteit van de Ford Model T, die op benzine liep, maakten een einde aan de elek-trische droom. Dat elektrische wagens toen al dezelfde problemen hadden als nu (zware batterijen, lange oplaadtij-den) hielp ook al niet.

ruim honderd jaar later lijkt de elektrische auto klaar voor een comeback. Hoewel het nog altijd wachten is op de grote doorbraak. De meeste specialisten twijfelen er echter niet aan dat dit een kwestie van tijd is. Ook heel wat stadsbesturen pushen de schone elektrische of hybride voertuigen. In Londen bijvoorbeeld betalen chauffeurs van elektrische auto’s niet mee aan de beruchte congestion charge. “Er zijn wel enkele redenen te bedenken waarom de elektrische auto nog niet is doorgebroken”, zegt Joachim De Vos van het onderzoeksinstituut Living Tomorrow in Vilvoorde. “Heel wat chauffeurs hebben bijvoorbeeld last van range anxiety, de angst om met een platte batterij aan de kant van de weg te staan. Helemaal onrealistisch is die angst niet, maar de constructeurs doen er alles aan om de autonomie van hun voertuigen te verbeteren. Er komen steeds meer laadpalen en snelladers bij, waarmee je op 15 minuten weer een opgeladen batterij hebt.”

ondertussen Zijn er al elektrische auto’s waarmee je in alle comfort (met de airco en de lichten aan) zo’n 200 kilometer ver geraakt. Sommige modellen zijn ook uitgerust met een

overheid, zegt De Vos. “In Nederland of Californië zijn de incentives om elektrisch te rijden veel groter dan in België. De meeste elektrische auto’s zijn ook behoorlijk prijzig, omdat de batterijtechnologie zo duur is.” Al moet je als chauffeur ook wel verder kijken dan de aankoopkost alleen. In verbruik en onderhoud is een elektrische wagen stukken goedkoper dan zijn benzine- en dieselbroertjes. Schoon is zo’n elektrische auto natuurlijk ook, al schuilt daar wel een addertje onder het gras. “Het hangt er natuurlijk wel van af met wat voor stroom je hem oplaadt”, zegt De Vos. “Is dat groene stroom, dan is er geen probleem. Is dat stroom uit een gas- of bruinkoolcentrale, tja, dan verplaats je het probleem alleen maar.”

en als we met z’n allen elektrisch gaan rijden, moeten we dan geen twintig kerncentrales bijbouwen om de massale vraag naar stroom op te vangen? Zo’n vaart zal het wellicht niet lopen, zegt Walter Van den Bossche, CEO van de netdistributiebeheerder

Eandis. “Hopelijk hebben we tegen dan voldoende groene energie ter beschikking om de pieken op te vangen en is onze afhankelijkheid van kernenergie afgebouwd.”

het is volgens Van den Bossche ook geen uitgemaakte zaak dat elektriciteit de volgende standaard zal worden in autoland. “Afhankelijk van de afstand die je wilt afleggen en het soort auto waar je mee rijdt, zijn er alternatieven. CNG of SNG bijvoorbeeld (twee soorten aardgas-varianten, nvdr.) zijn erg interessant, vooral voor vrachtwa-gens. Veel zal inderdaad ook afhangen van de batterijen, want de grote doorbraak is er nog niet geweest op dat gebied.” Ook De Vos onderkent de mogelijke alternatieven voor elektrici-teit. “Het voordeel van CNG is dat er al een aardgasnetwerk ligt. En hoewel niet helemaal emissieloos, zijn ook deze motoren erg schoon. Vooral voor vrachtwagens zou dit wel eens kunnen werken, want batterijen ontwikkelen voor een dertigtonner, dat wordt helemaal een moeilijke zaak.”

‘In Nederland of Californië zijn de incentives om elektrisch te rijden veel groter dan in België’Joachim De Vos

‘Veel zal inderdaad ook afhangen van de batterijen, want de grote doorbraak is er nog niet geweest op dat gebied’Walter Van den Bossche

kleine benzinemotor, die de elektri-sche batterij opnieuw oplaadt als ze plat is. Op die manier hoef je geen angst meer te hebben om stil te vallen.

een tweede grote hinderpaal zijn de zwakke fiscale stimuli van de

cambio autodelen... eenvoudig elektrisch rijdenOntdek de mobiliteit van de toekomst vandaag!

Cambio autodelen telt momenteel ruim 200 ophaalpunten, verspreid over steden als bvb. Antwerpen, Gent, Leuven en Mechelen. Op deze locaties staan dag en nacht deel-auto’s voor je klaar. Afhankelijk van je rit kies je voor een stadswagen, een zevenzitter, een kleine bestelwagen ... Reserveren kan 24/24 en 7/7

(telefonisch, via internet of met de cambioApp) en weg ben je. Naar de auto’s zelf heb je geen omkijken. Cambio zorgt voor verzekering, poetsen, onderhoud, ... Op het einde van de maand volgt de afrekening. Je betaalt volgens het

gebruik, de vaste kosten zijn minimaal. Rij je minder dan pakweg 10.000 km per jaar, dan spaar je al snel heel wat geld uit. Voor wie slechts enkele duizenden kilometer rijdt, kan deze besparing al snel oplopen tot enkelen duizenden euro op jaarbasis.

Je spaart echter niet alleen je portemonnee, maar ook het milieu .. zeker met de elektrische deelwagens van cambio. Leen er eens één uit en ontdek de voordelen van elektrisch rijden: je rijdt heel vlot dankzij de automaat en de geruisloze motor staat garant voor een ontspannen en

aangename rit. Kortom, de ideale wagen voor je kortere ritten in en rond de stad (tot pakweg 60 km). Vergeet dus die eigen wagen die meestal stilstaat voor de deur en ontdek de voordelen van (elektrisch) autodelen, de mobiliteit van de toekomst voor wie in de stad woont.

Van bescheiden stads- wagen tot zevenzitter of bestelwagen... cambio autodelen biedt je altijd een auto op maat. En voor je kortere verplaatsingen in of rond de stad kan dit nu zelfs 100% elektrisch. Zo spaar je niet alleen je portemonnee, maar ook het milieu.

Wil ook jij elektrisch rijden? Of de voordelen ontdekken van een (deel)auto op maat?Probeer cambio autodelen twee maanden vrijblijvend uit.Ontdek ons tijdelijk proef-aanbod op www.cambio.be

advertorial

Page 11: Modernestad

2,9 KG/100 KM • 79 G CO2/KM Milieu-informatie (KB 19/03/2004) : www.volkswagen.be

www.volkswagen.be

Volkswagen breidt het aanbod van zijn ultieme stadswagen uit met een versie op aardgas (CNG). CNG, niet te verwarren

met LPG, beschikt vandaag de dag over tal van economische en ecologische voordelen. Een voorbeeld: 1 kg aardgas kost

30 tot 40% minder dan een liter diesel en dat voor hetzelfde rendement. Daarnaast zorgt de schonere verbranding van

aardgas voor minder CO2-uitstoot en minder fi jn stof in de lucht en laat het ook minder schadelijke stoffen achter in

de motor. Dit betekent minder onderhoudskosten en een langere levensduur van de motor. Zowel het milieu als

uw portemonnee profi teren van de nieuwe ECO up!

Kom meer te weten over de nieuwe ECO up! op www.eco-up.be

De nieuwe ECO up! Mobiliteit heruitgevonden.

DIETUP6196_365x255_ECOUP_NL.indd 1 19/09/13 12:30

Page 12: Modernestad

12

België heeft een reputatie hoog te houden als logistiek centrum in Europa. Al wil dat niet zeggen dat er geen uitdagingen en problemen zijn voor de transportsector.

teKst FREDERiC PETiTJEAN

slagaders naar het hart van de stad

ve r di e p i ng log isti e k

Een stad is een levend organisme. Elke dag vertrekken er goederen en mensen uit de stad. En elke dag komen er goederen en mensen aan. Aan- en afvoer, zoals bij een hart dat bloed rondpompt. Om dat in goede banen te leiden, moet je een beroep doen op een goed uitgebouwd distributienetwerk. Door onze centrale ligging in Europa, onze grote havens en luchthavens en ons fijnmazig wegennet is België een logistieke draaischijf.

“logistieK en transPort zijn in België even belangrijke sectoren als de chemie of de bouw”, zegt transport-econoom Thierry Vanelslander van de Universiteit Antwerpen. “Ook indirect. De transportbewegingen van pakweg Colruyt zijn gigantisch, maar dat staat natuurlijk zo niet in de boeken.” Vergeleken met de meeste buurlanden steekt België er echt wel boven uit, zegt Vanelslander. “Nederland heeft natuurlijk ook die reputatie en de ervaring, hun havens gaan ook al eeuwen mee. In Duitsland of Frankrijk is dat al minder. Frankrijk heeft zijn havens altijd vrij centralistisch geleid, terwijl de uitbouw van onze havens meer aan ondernemers werd overgelaten. Dat heeft zijn vruchten afgeworpen.”

dat de transPortsector econo-misch ontzettend belangrijk is en zeer veel werkgelegenheid schept, betekent niet dat er geen problemen zijn. Vooral het wegvervoer ligt onder vuur. “Wegvervoer brengt heel wat externaliteiten mee”, aldus

Vanelslander. “Problemen die wel veroorzaakt worden, maar die niemand vergoedt. Neem bijvoorbeeld de files: we staan er allemaal in, maar het tijdsverlies krijgen we niet vergoed. Hetzelfde met lawaaihinder of de uitstoot van vervuilende stoffen. Zelfs ongevallen kun je in die categorie onderbrengen. Het bedrag van de verzekering dekt nooit helemaal de (maatschappelijke) kost, laat staan het moreel verlies.”

ooK PhiliPPe degraeF van de transportfederatie Febetra onderkent de problemen, maar niet alle zonden mogen in de schoenen van de sector geschoven worden, zegt hij. “Een serieus probleem waar we nu mee kampen, is dat er geen goederen mogen gelost worden tussen acht uur ’s avonds en vijf uur ’s ochtends. Als we dat meer konden spreiden, zouden al veel moeilijkheden opgelost zijn. In industriezones kan dat volgens mij perfect.” Zoiets werkt wel alleen maar als ook de rest van de logistieke ketting volgt, waarschuwt Degraef. En dat zal geld kosten. Ook op nieuwe wegen moeten we voorlopig niet rekenen, meent Degraef. “Nog maar bij het plannen van een nieuwe weg regent het

al klachten en procedures, denk maar aan de Oosterweelverbinding. Gewoon de missing links tussen de grote assen afwerken, zou al een hele stap in de goede richting zijn.”

vanelslander Kent de verzuchting van de transportsector. “Als je een verbod invoert op nachtelijk laden en lossen, creëer je een enorme puzzel om alles goed op mekaar af te stemmen. Er zullen zo ook veel extra transportbewegingen bijkomen. Je zou

krijgen.” Is transporteren via het spoor of het water dan geen oplossing? Vanelslander: “Het spoor is een oude overheidssector waar de werkorgani-satie te weinig op efficiëntie gericht is. Die markt is ook al een tijdje vrijgemaakt, zodat de interessantste stukken al weg zijn. Alleen de minder rendabele verbindingen blijven over. Ik denk dat het management van de NMBS wel wil, maar er is ook een sterke politieke insteek, wat het allemaal nogal gecompliceerd maakt.”

de binnenvaart KamPt met ongeveer dezelfde problemen, zegt de transporteconoom. “Die doet haar werk zoals ze dat al eeuwen doet. De sector is heel kleinschalig en niet efficiënt genoeg. Jonge schippers willen wel schaalvergroting, maar grote boten kunnen dan weer de te kleine kanalen niet op.” Een oplossing ligt in het baggeren of verbreden van kanalen, wat handenvol geld kost en op veel maatschappelijke weerstand botst. Of je kunt innoveren, met kleine, zuinige schepen. Maar dan heb je de banken nodig, die door de crisis compleet risicoavers zijn geworden.

ooK vervoerders zelf zijn met die alternatieven bezig, zegt Degraef. “Er zijn al traditionele transportbedrijven die ook via het water vervoeren, maar een aansluiting op wegvervoer blijft nodig. De last mile naar de winkels en de bedrijven kun je niet via het water afleggen. Het hangt ook af van het soort transport dat je verkiest. Voor bulktransport kan dit werken, voor pakjes lijkt me dat al heel wat lastiger.”

samengevat: als we de rol van logistiek centrum willen houden, is er werk aan de winkel. “Dat is zeker geen verworven recht”, zegt Vanelslander. “De markt verandert in een razendsnel tempo. De rol van de havens verandert, Azië lonkt naar bedrijven als consumptieparadijs. Iedereen zal moeten innoveren en creatief zijn om deze sector sterk te houden, inclusief de overheid.”

‘Een serieus probleem waar we nu mee kampen, is dat er geen goederen mogen gelost worden tussen acht uur ’s avonds en vijf uur ’s ochtends’Philippe Degraef

‘Iedereen zal moeten innoveren en creatief zijn om deze sector sterk te houden, inclusief de overheid’Thierry Vanelslander

ook alternatieve transportmiddelen kunnen promoten, fietskoeriers bijvoorbeeld. Alleen is dat niet voor alles geschikt, een piano of een koelkast ga je zo niet vervoerd

KilometerheFFing voor trucKs vanaF 2016

Vanaf 2016 zullen vrachtwa-gens vanaf 3,5 ton en meer een kilometerheffing moeten betalen. Het systeem, dat ViaPass werd gedoopt, zal gebaseerd zijn op gps-tech-nologie en zal elke verreden kilometer registreren en be- lasten. Een vrachtwagen die veel rijdt, zal dus meer moe- ten betalen dan een truck die minder rijdt. met de opbrengst (geschat op ongeveer één miljard euro per jaar) wil de overheid de weginfrastruc-tuur en mobiliteit verbete-ren. De tarieven van het nieuwe systeem zijn nog niet bekendgemaakt.

eleKtrische Fiets ruKt oP

Ongeveer één fiets op acht die momenteel in België wordt verkocht, is een elektrische fiets. Dat blijkt uit cijfers van Federauto. Elk jaar worden er in ons land 400.000 tot 430.000 fietsen verkocht. momenteel zijn al ongeveer 50.000 daar- van met een elektrische mo-tor uitgerust. In 2010 waren dat er nog maar 20.000. In heel Europa gaan jaarlijks zo’n 690.000 elektrische fietsen over de toonbank. Tegen 2015 verwacht de sector dat het er vlot drie miljoen zullen worden.

veel vraag naar vrachtwagens

De vrachtwagenbouwers in België werven honderden mensen extra aan. Bij DaF in Westerlo gaat het om zowat 250 tijdelijke contracten, bij Volvo in Gent zelfs om 350. Er is momenteel veel vraag naar vrachtwagens met een Euro5-motor. Vanaf 1 januari 2014 mogen immers alleen nog trucks met een schonere Euro6-motor verkocht wor- den, maar die zullen een stuk duurder zijn dan de huidige modellen, tot wel 8.000 euro.

Page 13: Modernestad

www.smartmediapublishing.com

Wil jij in de toekomst een

bedrijf managen?

Smart Media is een snelgroeiend mediabedrijf waar jij het heft in handen hebt. Ook als Belg, want na Zweden, Zwitserland en Nederland zijn wij ook actief in België. Wij bepalen

onze limieten niet, dat doe jij!

Wij weten hoe belangrijk het is om het juiste personeel te hebben. Daarom bieden we goede werknemers de kans om snel door te groeien naar een sleutelrol binnen onze organisatie. Zo is de country manager van België onze zeer gewaardeerde collega

Ellen D' hondt. Net zoals iedereen kwam zij als project manager met een sterke sales

drive binnen, nu zo’n 2 jaar geleden.

Interesse in eenzelfde succesvolle carrière als Ellen?

Mail [email protected]

Page 14: Modernestad

14

ch ron icle

steden op creatieve en leefbare manier verdichtenprocent die voor wonen is bestemd. De forse aangroei van de Vlaamse bevolking opvangen binnen de reeds afgebakende gebieden impliceert wel een grotere verdichting, met name in stedelijk gebied, en tegelijk de volledige benutting van de oppervlakte die voor wonen is bestemd, inclusief de woonuitbreidingsgebieden.

van de circa 2,2 miljoen woonge-bouwen in Vlaanderen waren in 2012 40 procent een viergevelwoning, 25 procent een driegevelwoning, 30 procent een rijwoning en amper 5 procent een flatgebouw. Maar bij de bouw van nieuwe woningen is er de voorbije jaren een sterke trendbreuk opgetreden, waarbij er nog zeer weinig viergevelwoningen worden gebouwd. De ommekeer is erg snel gebeurd en met name op privaat initiatief onder druk van de markt zelf.

daarnaast Zullen we de mogelijk-heden om hoger te bouwen meer moeten benutten. Op dit ogenblik tellen 46 procent van de woon-

De bevolkingsgroei in Vlaanderen zal hoger uitvallen dan in de meeste andere West-Europese landen waardoor we veel indringendere maatregelen moeten nemen om die aanwas te kunnen opvangen. Een creatieve verdichting van al de gebieden die voor wonen zijn bestemd, kan hier een oplossing bieden.

Vlaanderen kan alle bijkomende uitdagingen op het vlak wonen, werken, recreatie en mobiliteit grotendeels oplossen binnen de 26 procent van de Vlaamse oppervlakte die voor harde bestemmingen is voorbehouden en binnen de 16,5

teKst MARC DiLLEN VAN VLAAMSE

CONFEDERATiE BOUW

gebouwen slechts één bouwlaag, 52 twee tot drie bouwlagen en slechts 2 procent meer dan drie bouwlagen. Sedert het begin van deze eeuw merken we echter dat het aantal gebouwen met twee of drie bouwlagen groeit en het aantal gebouwen met vier bouwlagen en meer nog forser toeneemt. Deze evolutie zal de komende jaren nog moeten versnellen.

in vlaanderen zouden er in totaal 116 moderne torengebouwen van 15 verdiepingen bestaan. De overgrote meerderheid van deze torengebouwen dateren van de jaren 60 en 70. Nadat in de jaren 80 het oprichten van nieuwe torengebouwen bijna tot stilstand kwam, zien we de laatste jaren een vernieuwde interesse in deze manier van bouwen. Wanneer we de functies van de 116 gerepertorieerde torengebouwen bekijken, valt het op dat de residentiële functie sterk over- weegt. Vooral gebieden die gelegen zijn vlakbij rivieren, kanalen en vijvers of bij bossen en parken maken een leefbare hoogbouw mogelijk.

om te verhinderen dat de concentra-tie van het wonen in de steden tot een schrale omgeving zal leiden, moeten we creatieve oplossingen bedenken om in een stedelijke omgeving meer groen te integreren. Horizontale groenstructu-ren in de vorm van groendaken komen steeds meer op. Daarnaast zien we wereldwijd een belangrijke tendens naar verticale groene structuren in de vorm van groene gevels.

omwille van de bePerKte ruimte wordt het bovendien almaar belangrijker om functies te vermen-gen in nieuwe multifunctionele complexen. De verwevenheid van functies wint aan belang. Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen koppelde het wonen en werken te strikt aan de steden. Het wonen moet eveneens groeikansen krijgen in gebieden langs de grote verkeersassen waar nieuwe jobs ontstaan.

bereKeningen wijZen uit dat, omwille van de forse bevolkingsgroei er ongeveer 309.000 woningen

moeten bijkomen tegen 2020 en nog eens ongeveer 268.000 extra woningen tegen 2030. Deze doelstel-ling bereiken is slechts mogelijk door een combinatie van maatregelen: door een versnelde vernieuwing van stadscentra, door het slopen van gebouwen en hun vervanging door nieuwbouw met een groter aantal wooneenheden en door de oprichting van woontorens.

maar ZelFs met een Forse verhoging van het aantal woontorens en van het aantal bijkomende woningen dat ontstaat via stadsver-nieuwing en via renovatie en afbraak, blijft het noodzakelijk bijkomend onbebouwde percelen aan te snijden, ook in woonuitbreidingsge-bieden. In het ruimtelijk beleid bestaan echter tendensen om op elk van deze domeinen het initiatief te gaan afremmen. Woningtype-toetsen remmen de appartements-bouw af en woonuitbreidings-gebieden worden van verdere bebouwing uitgesloten.

‘Omwille van de forse bevolkingsgroei moeten er ongeveer 309.000 woningen bijkomen tegen 2020’Marc Dillen

ECOSCANECOSCAN

Ik feliciteer u en uw bedrijf van harte met het behaalde resultaat!Daarnaast geven wij u de garantie dat SITA blijvend met u meedenkt om de milieu-impact van uw afval nog verder te verminderen.

Ellen JoncheereGeneral Manager SITA België en Luxemburg

Op basis van diverse wetenschappelijke bronnen is een milieuanalyse gemaakt van de verwerking van het bedrijfsafval van

De combinatie van afvalpreventie en -scheiding in uw bedrijf en de inzamel- en verwerkingstechnieken van SITA, heeft geresulteerd in een

totale verminderde milieu-impact van

Energieverbruik

UW BESPARINGEN:

Toxiciteit CO2-uitstoot

CO2

Landverbruik Fijn stof Waterverbruik

44%UW BEDRIJF

Hoe groot is de ecologische voetafdruk van uw bedrijf?Is hij bewonderenswaardig klein, mag de hele wereld dat weten. Is hij verontrustend groot, dan is er nood aan een actieplan. SITA brengt met de EcoScan op wetenschappelijke wijze de invloed van het afvalbeheer van uw bedrijf op het milieu in kaart, door de ‘milieuscore’ (ReCipe Single Score) te berekenen. Ook geeft de Ecoscan gedetailleerde informatie over 7 subcategorieën zoals energieverbruik, CO2 - uitstoot, toxische emissies, fi jn stofvorming en exploitatie van land, water en grondstoffen.

Heeft u interesse in een EcoScan? Surf dan naar www.sita.be of contacteer ons op 0800/90 789 voor een afspraak.

CO2

SITA_AdvertentieEcoscan.indd 1 10-09-13 16:40

Page 15: Modernestad

www.mbg.be

MBG realiseert al uw bouwprojecten op maat, zowel nieuwbouw als renovatie. De deskundigheid van onze medewerkers verzekert u een kwalitatieve uitvoering met de grootste zorg voor uw budget en timing.

Verbeelding krijgt vormGyproc biedt U de oplossingen

Uw gids in duurzame en innovatieve afbouwsystemen

SAINT-GOBAIN CONSTRUCTION PRODUCTS BELGIUM NVDivisie GYPROCSint-Jansweg 9 - Haven 1602 - B9130 KALLOTel.: +32 (0)3 360 22 11 - Fax: +32 (0)3 360 23 80www.gyproc.be - [email protected]

SILVERSILVER

Page 16: Modernestad

Nieuwbouw, verbouwing, bestaande woning?

ONE Smart Control tovert je klassieke elektriciteitsnetwerk om in een slim netwerk.

Alle drukknoppen en stopcontacten worden veelzijdiger dan ooit èn je kan alles bedienen met je smartphone.

Lichten gegroepeerd in- en uitschakelen, sferen creëren, verwarming aanzetten vanop afstand, muziek bedienen ...

Een waaier aan mogelijkheden, maar jij kiest enkel wat voor jouw woning past.

ONE Smart Control geeft ook je energieverbruik weer, zodat je kan ingrijpen waar nodig om energie te besparen.

Bovendien is het systeem gemakkelijk installeerbaar, zonder nieuwe bekabeling of breekwerk.

www.onesmartcontrol.com

SLIMME ELEKTRICITEIT VOOR ELKE WONING.

Advertentie Moderne Stad 0913.indd 1 17/09/13 16:36