Modelrapport woningcorporaties 2015 - Zaamwonen · 2017. 10. 31. · Jaarverslag 2016 5 Inleiding...
Transcript of Modelrapport woningcorporaties 2015 - Zaamwonen · 2017. 10. 31. · Jaarverslag 2016 5 Inleiding...
Jaarverslag 2016
Jaarverslag 2016
Jaarverslag 2016 2
MAASKANT WONEN
Bezoekadres:
Drossaert Jonker van Kesselstraat 8 te Stein
Correspondentieadres:
Postbus 18, 6170 AA Stein
Telefoon:
(046) 420 35 35
Telefax:
(046) 420 35 45
E-mail:
Internet:
www.maaskantwonen.nl
Maaskant Wonen is een sociale verhuurder, die bijna 1.850 woningen verhuurt in Stein en
Elsloo. In deze twee woonkernen van de gemeente Stein wonen samen ongeveer 29.500
mensen, verdeeld over 8.800 huishoudens. Het woningaanbod varieert van eengezinswoningen
en eenvoudige flats tot zorgwoningen en ruime appartementen. De huurprijzen lopen uiteen
van circa 263 tot 988 euro per maand. Het marktaandeel in de huursector is ongeveer 70
procent. Naast woningen verhuurt Maaskant Wonen ook garages en parkeerplaatsen.
Jaarverslag 2016 3
Inhoudsopgave
Inleiding 5
Bestuursverslag 7
1. Onze organisatie 8
1.1 Organisatiestructuur en medewerkers 8
1.2 Partners en samenwerking in de volkshuisvesting 10
2. Kwaliteit woningbezit 12
2.1 Ontwikkeling kwaliteit woningbezit 12
2.2 Serviceabonnement huurdersonderhoud 14
2.3 Niet-planmatig onderhoud 15
2.4 Planmatig onderhoud 15
2.5 Nieuwbouw 17
2.6 Renovatie 18
3. Toewijzen, verhuren en vervreemden van woningen 19
3.1 Woningtoewijzing 19
3.2 Verhuren van woningen 20
3.3 Verkoop van huurwoningen 22
4. Leefbaarheid 23
4.1 Algemeen 23
5. Betrekken van bewoners bij beleid en beheer 27
5.1 Vertegenwoordiging in de raad van toezicht 27
5.2 Regionale klachtencommissie 27
6. Wonen en zorg 28
7. Financieel beleid en beheer 29
7.1 Algemeen beleid 29
7.2 Ontwikkelingen in 2016 29
7.3 Financiële kengetallen 30
7.4 Bevindingen Autoriteit Woningcorporaties (Aw) 31
7.5 Treasury 31
7.6 Investerings- en huurbeleid 32
7.7 Interne risicobeheersing- en controlesystemen 32
7.8 Algemene kengetallen 35
7.9 Realiseerbaarheid waarde onroerende zaken in exploitatie. 36
8. Verklaring van het bestuur 38
Jaarverslag 2016 4
9. Verslag van de Raad van Toezicht 39
10. Verklaring van de Raad van Toezicht 45
11. Jaarrekening 2016 46
11.1 Balans per 31 december 2016 47
11.2 Winst- en verliesrekening over 2016 48
11.3 Kasstroomoverzicht over 2016 49
11.4 Toelichting op de jaarrekening 50
11.5 Grondslagen voor de waardering van activa en passiva 55
11.6 Grondslagen voor de bepaling van het resultaat 58
11.7 Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht 61
11.8 Toelichting op de onderscheiden posten van de balans 62
11.9 Toelichting op de onderscheiden posten van de 80
winst- en verliesrekening 80
11.10 Toelichting op de onderscheiden posten van het kasstroomoverzicht87
11.11 Overige toelichtingen 88
12. Overige gegevens 93
13. Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 95
Jaarverslag 2016 5
Inleiding
De gevolgen van de nieuwe Woningwet werden dit verslagjaar voor het eerst in de volle
breedte merkbaar. Alle geledingen van de organisatie hadden direct met de nieuwe wetgeving
te maken. Vrijwel alle documenten op het gebied van governance werden herzien, een
financieel reglement werd opgesteld, bij de toewijzing van de woningen kregen we te maken
met ingrijpende passendheidsregels. De verantwoordingsdruk nam sterk toe, niet alleen naar
de Autoriteit woningcorporaties, maar ook naar de accountant. De kerntaken van de organisatie
komen daardoor onmiskenbaar onder druk te staan.
Aan het eind van het jaar werd duidelijk dat corporaties in krimpgebieden verplicht de full-
versie van de marktwaardering dienen toe te passen. Dit zorgt voor veel extra werk en kosten.
Bij de toewijzing van onze woningen kwamen we al gauw tot de conclusie dat de nieuwe
passendheidsregels een negatief effect hadden op de verhuurbaarheid. Huishoudens met een te
laag inkomen bleken niet meer in aanmerking te kunnen komen voor de recent opgeleverde
nieuwbouw. Andere huishoudens bleken te veel te verdienen om in aanmerking te kunnen
komen voor een betaalbare huurwoning. Voor Maaskant Wonen waren deze ontwikkelingen
reden om het huurbeleid aan te passen. We kozen ervoor om de huurprijs van zo’n 300
woningen bij mutatie te gaan verlagen, zodat het overgrote deel van onze voorraad
toegankelijk blijft voor de meeste woningzoekenden. De huurverhoging per 1 juli bedroeg
generiek 0,6%. We zagen af van een inkomensafhankelijke verhoging.
In maart 2016 startten we met een andere aanpak van het dagelijks onderhoud. Met 2 nieuwe
partners maakten we verregaande afspraken over samenwerking. Processen en prijzen werden
aangepast, met het doel om de klanttevredenheid te verhogen, de kosten blijvend te verlagen
en administratieve processen te vereenvoudigen. Op al deze onderdelen hebben we grote
stappen gezet, maar we zijn er nog niet.
Het afgelopen jaar investeerden we opnieuw grote bedragen in het energiezuinig maken van
onze voorraad. Dit keer waren 28 woningen in de Hayweghenstraat en 98 woningen in de
Drossaert-straten aan de beurt. Het laatstgenoemde project loopt door in 2017.
Op het gebied van nieuwbouw komen we in rustiger vaarwater terecht. In 2016 werden 12
duplexwoningen aan de P. Potterstraat in Elsloo gesloopt en de start gemaakt met de bouw van
10 levensloopbestendige woningen. De nieuwe woningen zijn gebouwd volgens een innovatief
concept: de bouw vond grotendeels plaats in een fabriekshal. Op locatie vond vervolgens in
korte tijd assemblage plaats.
Ook zijn we begonnen met de revitalisering van 42 appartementen aan de Van der Marckstraat
in Stein. Zowel het interieur als het exterieur worden grondig aangepakt. Ook dit project loopt
door in 2017.
Door vertragingen in de projecten en overstap naar vraaggestuurd binnenonderhoud bleef zo’n
kwart van het gereserveerde onderhoudsbudget in 2016 onbenut.
In 2016 nam Maaskant Wonen deel aan de Dorpsontwikkelingsplannen in de wijken Nieuwdorp
en Oud-Stein. De plannen zijn erop gericht om samen met bewoners te werken aan leefbare
wijken. In Nieuwdorp organiseerden we met bewoners en gemeente een opruimdag, gericht op
het opschonen van brandpaden en achterterreinen. De dag was een groot succes en krijgt
navolging in 2017.
In 2016 rondde de gemeente Stein een nieuwe Woonvisie af. Deze zal de basis vormen voor
prestatieafspraken voor 2018. In 2016 werden met de gemeenten en de huurdersorganisaties
prestatieafspraken in regionaal verband gemaakt. Ook maakten de corporaties en de
regiogemeenten afspraken over de toepassing van de Wet maatschappelijke ondersteuning.
Jaarverslag 2016 6
De onrust in de wereld leidde in 2015 en 2016 tot een stevige toename van de
vluchtelingenstroom. Ook Maaskant Wonen kreeg hiermee te maken door een grotere
huisvestingsopgave voor vluchtelingen met een verblijfsstatus. Bijna 10 % van de vrijkomende
woningen werd toegewezen aan deze doelgroep. Ondanks de toegenomen woningvraag
slaagden wij erin de taakstelling te halen. Deelname aan het zogenaamde
ontzorgingsarrangement, waarbij particulier huiseigenaren werden opgeroepen om leegstaande
woningen beschikbaar te stellen leverde helaas geen resultaat op.
Door de nieuwe Woningwet kreeg ook governance het afgelopen jaar veel aandacht. Een aantal
belangrijke documenten (visie op toezicht en besturen, profielschetsen en statuten) werden
vernieuwd. Daarnaast werd in 2016 het risicomanagement ingevoerd. De belangrijkste risico’s
voor de organisatie en de bijbehorende beheersingsmaatregelen zijn geïdentificeerd. Ieder
kwartaal worden risico’s en voortgang van de maatregelen gemonitord.
Aan het einde van het jaar zijn de eerste gesprekken gevoerd met Woningbeheer Born-
Grevenbicht over intensivering van de onderlinge samenwerking. Deze gesprekken hebben in
het eerste kwartaal van 2017 geleid tot de ondertekening van een intentieovereenkomst tot
fusie.
Door de fusie ontstaat een sterke en financieel gezonde woningcorporatie die goed in staat is
om de opgaven en uitdagingen in de Westelijke Mijnstreek te realiseren. De fusiecorporatie, die
gaat werken onder de naam Zaam Wonen, wil zich richten op het aanbieden van betaalbare
huurwoningen, eigentijdse dienstverlening en kwalitatief goede en duurzame woningen. De
fusiecorporatie hecht veel belang aan korte lijnen naar huurders. De nieuwe corporatie wil
zichtbaar en aanspreekbaar zijn in de wijken en buurten in haar werkgebied. Een actieve
samenwerking met huurders, gemeenten en andere belanghouders staat hoog in het vaandel.
Voor Maaskant is fusie een middel om de kwaliteit in de dienstverlening door te ontwikkelen, de
transitieopgave van haar bezit (kwaliteit en verduurzaming) waar te maken en tegelijkertijd
een passend antwoord te hebben op de impact en verantwoordingsdruk vanuit wet- en
regelgeving. Met fusie wordt de eigen organisatie in zowel capaciteit als professionaliteit
‘verbreed’ en blijft de lokale verankering binnen de Westelijke Mijnstreek geborgd.
Het formele fusie-traject alsmede de integratie van twee organisaties zal een groot deel van de
agenda van het lopende jaar bepalen.
Ik bedank op deze plaats iedereen die heeft bijgedragen aan de behaalde resultaten in het
afgelopen jaar
Stein, augustus 2017,
Karel Smitsmans,
Directeur-bestuurder
Jaarverslag 2016 7
Bestuursverslag
Jaarverslag 2016 8
1. Onze organisatie
1.1 Organisatiestructuur en medewerkers
Toelating en inschrijving
Naam: Stichting Maaskant Wonen
Drossaert Jonker van Kesselstraat 8
6171 KC STEIN
Toelating: Op 1 juli 2003 is de Stichting Maaskant Wonen opgericht.
Maaskant Wonen is ontstaan uit een fusie tussen de voormalige
woningstichtingen Elsloo en Stein.
Stichting Maaskant Wonen noemt zich Maaskant Wonen.
Inschrijving: Maaskant Wonen is ingeschreven in het handelsregister van de
Kamer van Koophandel voor Limburg onder nummer 14021210.
Laatste statutenwijziging: Op 29 augustus 2016 vond een statutenwijziging plaats. De
statuten zijn in overeenstemming gebracht met de nieuwe
Woningwet die per 1 juli 2015 in werking is getreden.
Statutair werkgebied: De stichting is een toegelaten instelling in de zin van artikel 19 van
de Woningwet. De stichting stelt zich ten doel uitsluitend
werkzaam te zijn op het gebied van de volkshuisvesting zoals
omschreven in artikel 45 van de Woningwet.
Organisatie
Organogram
Bestuurlijke organisatie
De directie wordt gevormd door de heer K.A.G. Smitsmans. De verantwoordelijkheden en
bevoegdheden van de directeur-bestuurder zijn vastgelegd in de statuten.
De raad van toezicht bestaat uit vijf personen en oefent toezicht uit op de directie en op de
algemene gang van zaken binnen de stichting. De bevoegdheden van de raad van toezicht zijn
vastgelegd in de statuten en nader uitgewerkt in een ‘Reglement raad van commissarissen’.
Raad van toezicht – 5 personen
Directie-bestuur – 1 persoon
Werkorganisatie – 15 personen
Jaarverslag 2016 9
Werkorganisatie
Op 31 december 2016 telde de werkorganisatie vijftien medewerkers. Op de afdeling financiën
zijn vier medewerkers werkzaam, op de afdeling woondiensten tien en op het
directiesecretariaat één. De directeur-bestuurder vormt samen met de afdelingshoofden het
managementteam dat verantwoordelijk is voor de dagelijkse gang van zaken.
Personele organisatie in cijfers
Op 31 december 2016 bedroeg de totale formatie (directie en werkapparaat) 14,9 voltijds
formatieplaatsen. Per 31 december 2016 hebben wij, inclusief de directie, zestien
personeelsleden in dienst. Het personeelsbestand bestaat uit negen mannen en zeven vrouwen.
Het percentage parttimers bedraagt 25. Het personeelsverloop is relatief laag, wat tot
uitdrukking komt in het gemiddeld lange dienstverband: 13,5 jaren. De gemiddelde leeftijd van
het personeel is 50 jaar waarbij onderstaande verdeling naar leeftijdsklassen is te zien:
Ziekteverzuim
Het ziekteverzuim bedroeg in 2016 1,7 procent. We streven ernaar om het verzuimpercentage
door een preventief verzuimbeleid, intensieve verzuimbegeleiding en samenwerking met onze
Arbodienst op een laag niveau te houden.
Personeelsvergadering
We beschikken niet over een ondernemingsraad en het personeel heeft ervoor gekozen om
organisatie-breed overleg te voeren met de directie via een zogenaamde
personeelsvergadering. In het verslagjaar hebben twee personeelsvergaderingen
plaatsgevonden. Belangrijkste onderwerpen van gesprek waren de voortgang van onze
nieuwbouw- en herstructureringsprojecten, diverse personele regelingen, het project
ketensamenwerking, het risicomanagement en de samenwerking/fusie met collega-corporatie
Woningbeheer Born-Grevenbicht.
Nevenfuncties- en structuren Wij zijn een onderneming die midden in de samenleving staat en werkt in intensieve
wisselwerking met de maatschappelijke omgeving. We zijn ons daarbij bewust van onze
bijzondere maatschappelijke verantwoordelijkheid. Op het gebied van integer ondernemen
worden er immers hoge eisen gesteld aan ons, als maatschappelijk ondernemer. Het is dan ook
van groot belang dat onze klanten en onze stakeholders vertrouwen (kunnen) hebben in onze
organisatie. Dit geldt dus niet alleen voor medewerkers, directie en de leden van de raad van
toezicht, maar ook voor bedrijven en instanties die in opdracht van ons werken.
Daarom hebben we een aantal zaken vastgelegd in een integriteitscode. In deze code willen wij
een aantal belangen veiligstellen: het belang van onze klanten, het belang van onze
medewerkers, het belang van onze corporatie en het belang van de samenleving. Onderdeel
van de integriteitscode is het vervullen van nevenfuncties. Nevenfuncties dienen altijd gemeld
te worden bij de directie.
Deze nevenfuncties mogen enerzijds niet in strijd zijn met de belangen van de organisatie en
anderzijds mogen geen onverenigbare nevenfuncties worden uitgeoefend zoals opgenomen in
31%
38%
25%
6%
Verdeling personeel naar leeftijdsklasse
55 jaar en ouder
45 - 55 jaar
35 - 45 jaar
18 - 35 jaar
Jaarverslag 2016 10
artikel 25 en artikel 30 van de Woningwet 2015. In 2016 is er dan ook geen sprake geweest
van nevenfuncties die hiermee in strijd zijn.
Daarnaast hebben wij in 2016 geen verbindingen met andere rechtspersonen of vennootschap-
pen.
1.2 Partners en samenwerking in de volkshuisvesting
Vanuit onze missie ‘Maaskant Wonen biedt kwalitatief goede en betaalbare huisvesting in een
prettige, schone en veilige omgeving aan mensen die een beroep doen op een sociale
huurwoning in de gemeente Stein. Wij vinden het belangrijk dat onze klanten tevreden zijn en
in Maaskant Wonen een betrouwbare partner zien’ werken wij samen met een veelheid van
partijen: gemeenten, collega-corporaties, zorg- en welzijn-aanbieders, politie, de
Huurdersbelangenvereniging en tal van andere maatschappelijke en commerciële instellingen.
Met de Huurdersbelangenvereniging onderhoudt Maaskant Wonen intensief contact en is er
regelmatig overleg op verschillende niveau’s. De samenwerking met de HBV draagt bij het
realiseren van onze missie en aan het verbeteren van de kwaliteit van onze dienstverlening.
Graag willen we de alle partners bedanken voor de goede samenwerking gedurende het
verslagjaar. Een samenwerking die we in de toekomst graag willen voortzetten.
Externe partijen
Gemeente Stein
De gemeente Stein is de belangrijkste overlegpartner met betrekking tot de volkshuisvesting.
Regelmatig vindt bestuurlijk overleg plaats. Daarnaast is er periodiek overleg over
woonwagenzaken.
Regiogemeenten
Samen met de gemeenten Sittard-Geleen, Stein, Schinnen en Beek, de
huurdersbelangenverenigingen uit de regio en onder leiding van een externe deskundige
hebben de corporaties in Westelijke Mijnstreek regionale prestatieafspraken gemaakt voor de
jaren 2016 tot en met 2018. In 2016 hebben gemeenten en corporaties een regionale
overeenkomst getekend ter uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
Jaarverslag 2016 11
Vivantes Zorggroep
Met de Vivantes Zorggroep, een regionaal opererende zorginstelling, vond tijdens het
verslagjaar overleg plaats over:
de toewijzing van corporatiewoningen aan ouderen met een zorgindicatie (complexen La
Famille en Aelserhof);
de ontwikkeling van een Zorg Innovatie Atelier, waarin zorg ondersteunende technieken
worden opgesteld en gedemonstreerd. Maaskant Wonen heeft voor dit doel een woning
in het complex Aelserhof beschikbaar gesteld die door het ZIA wordt gehuurd.
Samenwerkingsverbanden collega-corporaties
Samen met collega-corporaties werken wij in het Samenwerkingsverband van
Woningcorporaties in de Westelijke Mijnstreek (S.W.W.M.). De zeven toegelaten
instellingen in de regio Westelijke Mijnstreek werken samen binnen het overlegplatform
S.W.W.M. met als doel het voeren van gestructureerd overleg op regionaal niveau over
onderwerpen van gemeenschappelijk belang. Daarnaast heeft dit platform tot taak om
de corporatiebelangen te behartigen op gemeentelijk en gewestelijk, en zo nodig op
provinciaal en landelijk niveau tegenover de diverse overheden en andere instellingen.
De samenwerking heeft in het verleden onder andere geleid tot de instelling van een
regionale klachtencommissie. Ook hebben de S.W.W.M.-corporaties samen met de
gemeenten in de Westelijke Mijnstreek in het recente verleden een visie geformuleerd
op de gevolgen van de krimp voor de regionale woningmarkt. In het verslagjaar is het
bestaande Wmo-convenant in S.W.W.M.-verband geactualiseerd en hebben de
S.W.W.M.-corporaties, samen met de regiogemeenten en
huurdersbelangenverenigingen uit de regio, regionale prestatieafspraken gemaakt voor
de jaren 2016 tot en met 2018.
Wij zijn lid van Domaas, een samenwerkingsverband van 15 kleine woningcorporaties in
Limburg en één corporatie uit Noord-Brabant. De 16 corporaties in dit
samenwerkingsverband kiezen zowel voor zelfstandigheid als voor samenwerking.
Vertrekpunt is het vertrouwen in eigen kracht. De kracht van kleine corporaties is dat ze
een sterke binding hebben met de lokale gemeenschap en dicht bij hun klanten staan.
Door zelfstandigheid en eigen identiteit te behouden, blijft de lokale binding intact, maar
kunnen ze wel doelmatiger werken. Samenwerking wordt gerealiseerd door kennis en
kunde uit te wisselen. Doel is het verbeteren van het bedrijfsmatig en maatschappelijk
verantwoord functioneren. Deze community ondersteunt en draagt bij aan de realisatie
van die doelstelling.
Lidmaatschappen
Als lid van Aedes (vereniging van woningcorporaties) nemen wij deel aan diverse
activiteiten (districtsvergaderingen, studieconferenties en voorlichtingsbijeenkomsten),
die door onze brancheorganisatie worden georganiseerd. Door ons lidmaatschap
onderschrijven we de Aedescode en de Governancecode.
Daarnaast nemen we deel aan het MKW-Platform voor woningcorporaties, een vanuit
Aedes opererende community die zich ten doel stelt om een goede en effectieve
belangenbehartiging van middelgrote en kleine woningcorporaties te waarborgen.
Het Platform Limburgse Woningcorporaties is een community die de Limburgse
woningcorporaties een podium biedt waar standpunten gedeeld kunnen worden en
ervaringen uitgewisseld.
Vereniging Ons Limburg te Heerlen. De Vereniging Ons Limburg is van oudsher een
samenwerkingsverband van een dertigtal Limburgse woningcorporaties. De vereniging
heeft haar vermogen van 5,2 miljoen euro ondergebracht in een Fonds op Naam bij het
Oranje Fonds. Fonds Ons Limburg richt zich op leefbaarheid in de buurt. Bijdragen uit
Fonds Ons Limburg worden toegekend aan organisaties en initiatieven in de provincie
Limburg, die werkzaam zijn op het gebied van wonen en welzijn. Van het beschikbare
budget komt jaarlijks ten minste de helft ten goede aan organisaties en initiatieven op
het gebied van wonen. Bijdragen uit Fonds Ons Limburg worden gedaan van de
jaarlijkse rente op het vermogen.
Jaarverslag 2016 12
2. Kwaliteit woningbezit
In 2016 hebben we circa 4 miljoen euro besteed aan onderhoud en verbetering van ons
bestaande woningbezit. Het kwaliteitsniveau van een groot aantal woningen is hierdoor
wederom verbeterd.
In maart 2016 is de ketensamenwerking ingevoerd. Het ‘Niet Planmatig Onderhoud’ (NPO)
zoals klachten-, mutatie- en huurdersonderhoud en het ‘Vraag Gestuurd Binnen Onderhoud’
(VGBO) wordt uitgevoerd door onze ketenpartners Maasveste Berben Bouw en Smeets
Vastgoed Service. Beide ketenpartners maken gebruik van hetzelfde Klanten Contact Centrum
(KCC). Huurders die een reparatieverzoek indienen, komen via een telefoonmenu rechtstreeks
bij het KCC terecht. Zij dragen zorg dat de huurders zo snel en goed als mogelijk geholpen
worden.
Uit huurdersenquêtes blijkt dat, hoewel de klanttevredenheid iets gezakt is (van 7,8 naar 7,6),
wij alert reageren op meldingen en signalen van onze huurders en de HBV Maaskant. Huurders
zijn ook tevreden over de wijze waarop wij de service- en onderhoudsactiviteiten oppakken.
Gezien ons streven naar een 8.0 voor klanttevredenheid is komend jaar extra inspanning
gewenst.
2.1 Ontwikkeling kwaliteit woningbezit
Portefeuillestrategie
In 2014 is de ‘Portefeuillestrategie 2014-2030’ vastgesteld. In de portefeuillestrategie hebben
we de kaders bepaald waarbinnen we willen sturen op de thema’s wonen en vastgoed,
uiteraard passend binnen de beschikbare financiële ruimte. De portefeuillestrategie bevat
uitgangspunten die betrekking hebben op de gewenste omvang van de voorraad, de gewenste
typologieën, de doelgroepen, het huurprijsbeleid en het toewijzingsbeleid. We gaan er van uit
dat de woningvoorraad tot 2020 op het huidige peil blijft. In 2017 zal de portefeuillestrategie
worden geactualiseerd.
Strategisch voorraadbeleid
In 2016 heeft een werkgroep het ‘Strategisch Voorraad Beleid’ (SVB) geactualiseerd. In het
SVB zijn de beleidsuitgangspunten op het gebied van vastgoedbeheer verder uitgewerkt en is
de samenhang tussen de verschillende onderdelen beschreven en verduidelijkt. De
gedetailleerde uitwerking van deze beleidsuitgangspunten vindt uiteindelijk in de verschillende
beleidsdocumenten zoals het toewijzingsbeleid, huurbeleid en kwaliteitsbeleid plaats.
In de complexbeheerplannen is de strategie per complex aangegeven. Van belang is dat
continu wordt getoetst of de portefeuillestrategie, het SVB en de complexbeheer-plannen in
elkaars verlengde liggen. In 2016 zijn, vanwege de effecten van de overheidsregels op de
woningtoewijzing en ons huurbeleid, verschillende documenten (trendrapport markt en klant,
portefeuillestrategie, SVB, en de complexbeheerplannen) geactualiseerd.
In 2016 hebben wij het huurbeleid aangepast om de beschikbaarheid en betaalbaarheid van
onze huurwoningen veilig te stellen. De netto huurprijs van eengezinswoningen met een
(streef)huur boven € 586,- wordt bij mutatie afgetopt op € 586,-. Bij eengezinswoningen met
een (streef)huur kleiner dan € 586,- wordt uitgegaan van het streefhuurpercentage, tenzij in
de complexbeheerplannen gemotiveerd voor een ander streefhuurpercentage wordt gekozen.
Voor eengezinswoningen bedraagt dit regulier 75 procent van de maximaal redelijke huurprijs.
Jaarverslag 2016 13
Appartementen met lift (de nieuwere complexen) en grondgebonden woningen met tuin en met
een (streef-)huur groter dan € 586,- worden bij mutatie afgetopt op € 586,-.
Bij overige appartementen wordt uitgegaan van het streefhuurpercentage tenzij in de
complexbeheerplannen gemotiveerd voor een ander streefhuurpercentage wordt gekozen. Voor
appartementen bedraagt dit regulier 70 procent van de maximaal redelijke huurprijs. Bij enkele
appartementencomplexen zonder lift wordt gekozen voor het aftoppen van de netto huur op €
475,-, € 425,- of € 410,-.
Met deze aanpassing wordt de betaalbaarheid en bereikbaarheid van ons woningaanbod voor
de primaire doelgroep gegarandeerd. Het leegstandsrisico wordt een stuk kleiner. De financiële
doorrekening laat zien dat de gemaakte keuze geen grote impact heeft op onze financiële
positie.
Met dit huurbeleid onderscheiden wij ons wezenlijk van andere corporaties. Alle sociale
huurwoningen zijn in deze variant bereikbaar voor onze primaire doelgroep. Daarnaast is dit
huurbeleid voor de woningzoekenden het meest duidelijk. De huurprijs in de advertentie wordt
niet aangepast aan de hand van de inkomenstoets.
Energielabel (Energie–Index)
De woonlasten bestaan niet alleen uit huur. Energielasten vormen een belangrijk deel van de
woonlasten. In de komende periode willen we de energielasten voor huurders beperken door de
uitvoering van energetische maatregelen in woningen. Concrete maatregelen staan beschreven
in het energiebeleidsplan. Daarnaast informeren wij onze huurders actief over mogelijkheden
om zuinig met energie om te springen.
We hebben ons voorgenomen om de energielabeling van ons woningbestand met ten minste
twee niveaus te verhogen tot maximaal label B. In 2016 is gestart met de uitvoering van het
energieproject Drossaertbuurt (98 woningen). Hiervan zijn 56 woningen in 2016 gerealiseerd.
De overige woningen worden in 2017 uitgevoerd.
Tevens is het energieproject bij 28 woningen aan de Hayweghenstraat gerealiseerd.
Jaarverslag 2016 14
In 2016 zijn binnen het project ‘zonnig Limburg’ 23 woningen van zonnepanelen voorzien:
complex Havenzicht - 6 woningen.
complex Dirgelen III - 14 woningen
Catsopperhof - 3 woningen
De energielabeling van ons woningbestand ziet er op 31 december 2016 als volgt uit:
label A 269 woningen
label B 287 woningen Label A+B 556 woningen
label C 472 woningen
label D 429 woningen
label E 204 woningen
label F 144 woningen
label G 34 woningen Label C+D+E+F+G 1.297 woningen
onbekend 14 woningen
Totaal 1.853 woningen
Voor een zittende huurder worden de energetische verbeteringen niet in de huurprijs
doorberekend. Uitzondering hierop zijn het plaatsen van cv-ketels en dubbele beglazing, deze
worden als geriefsverbetering aangemerkt. Zonnepanelen worden op wens van de bewoner
aangelegd en hiervoor vragen wij een bijdrage in de investeringskosten, die als servicekosten-
component wordt doorberekend.
Bij mutatie wordt de huurprijs van de woning geharmoniseerd, rekening houdend met de
aangepaste WWS-punten naar aanleiding van de aangebrachte energetische verbeteringen. In
welke mate huurharmonisatie wordt toegepast, wordt bepaald door de huurprijscategorie
waartoe de woning behoort volgens de regels van ons huurbeleid.
2.2 Serviceabonnement huurdersonderhoud
Het onderhoud dat binnen het ‘serviceabonnement huurdersonderhoud’ wordt uitgevoerd wordt
per definitie niet gezien als onderhoud, maar als een extra service aan de huurders die het
huurdersonderhoud niet zelf kunnen of willen uitvoeren. Per 1 januari 2016 waren 730
huurders lid van het serviceabonnement, op 31 december 2016 waren 784 huurders lid van het
serviceabonnement. Gemiddeld over 2016 zijn dit 757 leden.
Het ‘service- abonnement huurdersonderhoud’ wordt uitgevoerd door de ketenpartners en door
overige aannemers.
Opbrengst/inleg abonnement € 44.814 (€ 72 per jaar, per lid) Kosten onderhoud uit hoofde van serviceabonnement Ketenpartners 181 bonnen € 14.414 € 79,64 per bon Overige aannemers 106 bonnen € 10.852 € 102,38 per bon Totaal 287 bonnen € 25.266 € 88,03 per bon
Resumé: Opbrengst/inleg abonnementg € 44.814 Kosten onderhoud € 25.266 Saldo 2016: € 19.548
Serviceabonnement glasherstel
Overige aannemer 15 bonnen € 3.007 € 200,47 per bon
Jaarverslag 2016 15
2.3 Niet-planmatig onderhoud
Klachtenonderhoud
Het klachtenonderhoud heeft betrekking op het herstellen of vervangen van onderdelen op
basis van meldingen van huurders. Het klachtenonderhoud wordt uitgevoerd door de
ketenpartners en door overige aannemers.
Ketenpartners Afkoop 1.260 bonnen € 179.645 € 142,58 per bon Niet afkoop 113 bonnen € 124.387 € 1.100,77 per bon Totaal: 1.373 bonnen € 304.032 € 221,44 per bon Overige aannemers 918 bonnen € 291.276 € 317,29 per bon Totaal 2.291 bonnen € 595.308 € 259,85 per bon Doorbelast aan huurder: € 8.304 Kosten (per saldo): € 587.004 € 315,34 per woning
Mutatieonderhoud
Het mutatieonderhoud heeft betrekking op het herstellen of vervangen van onderdelen bij
mutatie. Het mutatieonderhoud wordt uitgevoerd door de ketenpartners en door overige
aannemers. Ketenpartners 85 bonnen € 69.503 € 817,68 per bon Overige aannemers 69 bonnen € 64.183 € 930,18 per bon Totaal gemiddeld 154 bonnen € 133.686 € 868,09 per bon Doorbelast aan huurder: € 25.028 Kosten per saldo: € 108.658 € 76,39 per woning
2.4 Planmatig onderhoud
In 2016 is er € 1.730.312 uitgegeven aan het planmatig onderhoud, hiervan is doorbelast aan
huurders € 46.530.
Uitgegeven aan PO: € 1.730.312 Doorbelast aan huurder: € 46.530 Kosten per saldo: € 1.673.782
Jaarverslag 2016 16
De werkzaamheden binnen het planmatig onderhoud bestonden hoofdzakelijk uit:
Binnen de woning
groot onderhoud aan het interieur (voornamelijk badkamer, toilet, keuken);
het vernieuwen van plafonds- en herstelwerk aan stucwerk;
cv-vervangingen en cv-onderhoud;
herstellingen doorvoeren aan elektrotechnische installaties;
Buiten de woning
herstelwerkzaamheden aan daken en schoorstenen;
herstelwerken aan buitengevels;
het buitenschilderwerk en kozijnherstel en –vervanging;
het herstellen van galerijophogingen;
herstelwerk en aanpassingen aan bellentableau’s;
het aanbrengen van balkonschermen;
het herstelwerk aan- en vervangingen van rioleringen;
contractonderhoud (liften, slagbomen/poorten, automatische deurdrangers,
brandbeveiliging, algemene verlichting enzovoorts);
het vernieuwen van garagepoorten;
het vervangen van bestratingen.
Woonomgeving
op diverse locaties opschonen van brandpaden;
op diverse locaties bestratingen repareren en vernieuwen;
regulier onderhoud uitvoeren aan groenvoorzieningen;
het gedeeltelijk herinrichten van het groen bij drie complexen.
Energetische verbeteringen
In 2016 is voor een bedrag van € 332.531 aan energetische maatregelen uitgevoerd
waartegenover geen huurverhoging stond.
Jaarverslag 2016 17
Geactiveerde investeringen bestaand woningbezit
Bij groot onderhoud of renovatie worden de al wat oudere woningen aangepast aan de eisen en
woonwensen van vandaag de dag. De aanpassing vindt plaats naar aanleiding van een mutatie
of op projectmatige basis. Om meer grip te krijgen op de budgetten is besloten om renovaties
op basis van een klacht alleen nog in uiterste noodzaak uit te voeren. De klacht wordt
verholpen en indien een renovatie wenselijk is, dan wordt deze voor het komende jaar
ingepland op projectmatige basis. De woningrenovaties hebben meestal betrekking op het
vernieuwen van de natte ruimten in de woning: toiletruimte, badkamer en keuken. In 2016 is
een bedrag van € 1.610.648 geïnvesteerd in bestaande woningen. Dit is te splitsen in
investeringen in woningen met- en zonder huurverhogingen. Hieronder staat een overzicht
zonder huurverhogingen.
De voornaamste investeringen zonder huurverhoging waren: Project Van der Marckstraat € 228.764 Daken en gevels energieprojecten € 600.409
Woningrenovaties en VGBO’s € 686.843 Totaal: € 1.516.016
Daarnaast zijn er bepaalde energie-investeringen waartegenover wel een huurverhoging staat
(cv-ketel, zonnepanelen en dubbelglas). De werkzaamheden bestonden uit het aanbrengen van
energetische maatregelen bij de projecten Drossaertbuurt en de Hayweghenstraat in Stein en
het aanbrengen van zonnepanelen (Zonnig Limburg) bij de complexen Havenzicht, Dirgelen III
en Catsopperhof (totaal zijn 24 woningen van zonnepanelen voorzien).
Deze investeringen worden geactiveerd: De voornaamste investeringen met huurverhoging waren: Energie-investeringen met huurverhoging € 76.282 CV’s en dubbel glas tegen huurverhoging € 18.350 Totaal: € 94.632
2.5 Nieuwbouw
In 2016 is gestart met de realisatie van 10 grondgebonden levensloopbestendige
eengezinswoningen aan de Paulus Potterstraat in Elsloo. De woningen zijn medio februari 2017
opgeleverd.
Jaarverslag 2016 18
2.6 Renovatie
In 2016 is gestart met de renovatie van 42 2-op-1-woningen aan de Van der Marckstraat in de
wijk Nieuwdorp. Zowel de binnen- als de buitenschil wordt aangepakt. In het bijzonder wordt
aandacht besteed aan de isolerende maatregelen. Er wordt buitengevelisolatie toegepast en de
gevels worden overwegend gestukt met metselwerk-accenten (nu geheel metselwerk). De vier
woonblokken zullen door de ingreep een frisse uitstraling krijgen.
Jaarverslag 2016 19
3. Toewijzen, verhuren en vervreemden van woningen
3.1 Woningtoewijzing
Het verhuren van woningen aan mensen die op basis van hun inkomen niet zelf in hun
huisvesting kunnen voorzien, behoort tot de kerntaak van een woningcorporatie. Wij hebben
hier in 2016 ruimschoots aan voldaan. 99,26 procent van de vrijgekomen woningen onder de
huurgrens van 710 euro hebben we, volgens de Europese richtlijn, toegewezen aan
woningzoekenden met een inkomen lager dan 35.739 euro. De resterende 0,74 procent heeft
betrekking op het huisvesten van een medisch urgente woningzoekende met een inkomen
gelegen tussen 35.739 en 39.874 euro.
Voor wat betreft het passend toewijzen hebben wij 4,31 procent (van de 5 procent toegestane
norm) niet-passend toegewezen. Het betrof hier 5 toewijzingen van zorgwoningen.
In 2016 is het besluit genomen om de kale huurprijs van alle sociale woningen bij nieuwe
verhuringen te verlagen naar de laagste aftoppingsgrens van 586 euro. Dit doen wij om onze
woningen beschikbaar en betaalbaar te houden voor al onze woningzoekenden met een
inkomen tot 36.165 euro.
Aanleiding voor dit nieuwe huurbeleid komt vanuit ervaringen van medewerkers met de regels
van de overheid over het passend toewijzen die sinds 1 januari 2016 van kracht zijn. Hierdoor
moeten woningen met een kale huurprijs onder de zogenaamde aftoppingsgrenzen worden
toegewezen aan huishoudens met recht op huurtoeslag. Veel corporaties hebben gekozen voor
het bepalen van de huurprijs op basis van de gezinssamenstelling en het huishouden. Dit levert
voor woningzoekenden veel onduidelijkheid op. Hierdoor is ervoor gekozen om bij alle nieuwe
verhuringen uit te gaan van de laagste aftoppingsgrens van 586 euro zodat iedereen met een
inkomen lager dan 36.165 euro kan reageren op alle vrijkomende woningen. Gedurende het
tweede half jaar 2016 hebben wij als zodanig al gehandeld, mede omdat er geen c.q. heel
kleine markt is voor woningen met een huurprijs boven de aftoppingsgrens. Daarnaast hebben
we een aantal woningen zodanig in prijs verlaagd zodat jongeren onder de 23 jaar op een
eenvoudige manier betaalbaar gehuisvest kunnen worden.
Sinds 1 februari 2012 hebben wij ons eigen woonruimteverdelingssysteem. In dit systeem
worden de woningen op basis van inschrijftijd en passendheid toegewezen. Daarnaast kan,
onder voorwaarden, een sociale of medische urgentie worden aangevraagd. Binnen maximaal 6
maanden proberen wij om een passende woonruimte aan te bieden.
Jaarverslag 2016 20
3.2 Verhuren van woningen
In 2016 heeft Maaskant Wonen 137 woningen verhuurd. Gelet op het aantal reacties per
geadverteerde woning blijft druk op de sociale woningvoorraad bestaan.
Type woning Aantal
geadverteerd Aantal
reacties Gemiddeld
aantal reacties
Appartement zonder lift 36 633 18
Eengezinswoning 24 711 30
Appartement met lift 16 188 12
Vrije sector woning 2 7 4
De vraag naar eengezinswoningen is sterk toegenomen: van 19 naar gemiddeld 30 reacties per
woning. De vraag naar appartementen met lift is afgenomen ten opzichte van 2015. Het aantal
reacties op appartementen zonder lift is beperkt toegenomen ten opzichte van 2015.
Van de 137 woningen behoren 135 woningen tot de voorraad met een huurprijs lager dan
710,48 euro. Hiervan zijn er 76 geadverteerd. De resterende woningen zijn toegewezen aan
urgente woningzoekenden, op basis van interne verhuizing en in het kader van de huisvesting
van asielzoekers.
Markt- en klantkennis
Periodiek komt er relevante markt- en klantkennis beschikbaar in de vorm van een
‘Trendrapport markt en klant’. Er is een structuur en werkwijze ontwikkeld, die waarborgt dat
dit rapport jaarlijks vanuit de eigen organisatie tijdig en volledig aangeleverd kan worden. Het
trendrapport is geënt op 3 pijlers:
1e pijler Externe ontwikkelingen (wetgeving, economisch-financieel, politiek).
2e pijler Demografische ontwikkelingen en inkomensgegevens van de gemeente en de regio.
3e pijler Informatie over woningzoekenden, woningvoorkeuren en het gedrag van
woningzoekenden evenals informatie over mutaties, aantal reacties en weigeringen
bij aangeboden woningen. Deze informatie komt uit het primaire systeem van
Maaskant Wonen.
Het ‘Trendrapport markt en klant’ bevat informatie voor diverse beleidsterreinen zoals het
huurbeleid, het onderhoudsbeleid en het ‘Strategisch voorraadbeleid’ (SVB). In de komende
jaren kunnen wij op basis van het ‘Trendrapport markt en klant’ conclusies gaan trekken en
trends opmerken. Momenteel zijn er nog geen uitzonderlijke trends waar te nemen. Niettemin
hebben wij op basis van voorlopige conclusies de leeftijdsgrens voor een aantal complexen in
2016 aangepast.
Jongeren
De Steinse Jongeren Adviesraad (SJAR) heeft, gesteund door lokale politieke partijen, aandacht
gevraagd voor de jongerenhuisvesting, ontgroening en krimp. In ons ondernemingsplan
hebben wij ons voorgenomen om dit te onderzoeken dan wel om extra aandacht te schenken
aan deze groep. Toch blijft het moeilijk om zowel de SJAR als de lokale politiek op basis van de
voorhanden zijnde cijfers duidelijk te maken dat jongerenhuisvesting geen specifiek probleem
is en dat jongeren ruimschoots aan bod komen bij ons. Zowel in de huur- alsook de koopsector.
Onderstaande cijfers maken dit zichtbaar.
Jaarverslag 2016 21
Vanaf 2014 is de folder ‘Op eigen benen’ speciaal voor jongeren beschikbaar. Daarnaast zijn
vrijkomende woningen voor jongeren via Facebook extra onder de aandacht gebracht. Wij
hebben vastgesteld dat de slagingskans van jongeren op de woningmarkt niet geringer is dan
die van andere woningzoekenden. Daarnaast is in 2016 besloten om van een groot aantal
woningen de huurprijzen aan te passen, waardoor deze bereikbaar zijn voor deze doelgroep.
Het betreft de 36 appartementen aan de Kuringen- en Baesweilerstraat evenals de 82
appartementen gelegen op de bovenste woonlaag van de Stadhouderslaan en omgeving.
Vergunninghouders
Gedurende het verslagjaar hebben wij 13 woningen voor vergunninghouders beschikbaar
gesteld. Eind 2016 hebben wij de taakstelling behaald voor wat betreft de huisvesting van
vergunninghouders. We hebben zelfs 2 personen meer gehuisvest.
De taakstelling van de gemeente Stein wordt opgelegd aan Wonen Limburg en aan onze
corporatie. Gezamenlijk bedroeg dit 64 personen voor 2016 waarvan 30 personen in het eerste
halfjaar en 34 personen in het tweede halfjaar.
De problematiek die wij ondervinden bij het huisvesten van deze doelgroep, is vooral het grote
aantal eenpersoonshuishoudens. Hiervoor hebben wij geen specifieke woningen beschikbaar en
die worden daarom gehuisvest worden in ruime appartementen die eigenlijk voor kleine
gezinnen geschikt zijn. Daarnaast worden wij steeds vaker geconfronteerd met
gezinsherenigingen waardoor wij voor het dilemma staan of wij op voorhand al
Jaar Geadverteerde
woningen
Geschikt voor jongeren Verhuurd aan
jongeren
2013 73 47 20
2014 77 49 24
2015 96 62 32
2016 78 63 28
Jaar Verkochte
woningen
Verkocht aan
zittende huurders
Verkocht aan
jongeren
2013 9 0 8
2014 14 4 6
2015 4 1 1
2016 6 1 2
Jaarverslag 2016 22
eengezinswoningen voor alleenstaande vergunninghouders beschikbaar moeten stellen. Dit
leidt tot maatschappelijke discussie.
3.3 Verkoop van huurwoningen
Ook in 2016 hebben wij uitvoering gegeven aan ons ‘Verkoopbeleid huurwoningen 2013-2017’.
Het beleid kent twee verkoopvarianten:
1. verkoop tegen marktwaarde;
2. verkoop met 10 procent korting voor zittende huurders of starters op de koopmarkt.
Voor 2015 is het verkoopprogramma aangepast. Het aantal jaarlijks te verkopen woningen
hebben we, gelet op de vraag naar eengezinswoningen, vanaf 2015 gehalveerd van tien naar
vijf.
Door ons verkoopbeleid creëren we gemengde wijken, met huur- en koopwoningen. Wij zijn
van mening dat dit een positieve bijdrage levert aan de leefbaarheid in Stein en Elsloo.
Daarnaast bieden wij starters op de koopmarkt een kans om een koopwoning te verwerven.
In 2016 hebben wij zes woningen verkocht. Eén woning is verkocht aan de zittende huurder,
vier woningen ten gevolge van mutatie en één woning ten gevolge van terugkoop. Deze vijf
woningen zijn in de vrije verkoop gedaan. Hiervan zijn vier woningen verkocht aan starters op
de koopmarkt, waarvan twee aan jongeren onder de 28 jaar.
Verkoop aan: Marktwaarde 10 procent korting Totaal
Zittende huurders 0 1 1
Overigen 2 3 5
Totaal 2 4 6
Jaarverslag 2016 23
4. Leefbaarheid
De woning en de woonomgeving bepalen de kwaliteit van wonen. Daarom geven wij
hoge prioriteit aan het investeren in leefbare wijken. In veel buurten waarderen bewoners de
leefbaarheid positief, zonder dat extra inzet wordt gevraagd. In
die buurten willen wij gewoon een goede ‘huisbaas’ zijn. Er zijn ook buurten waar wel een
actieve inzet op leefbaarheid nodig is om de woonomgeving voor verhuur en verkoop van
woningen op het gewenste niveau te brengen. Dat vraagt om een gezamenlijke inspanning van
bewoners, gemeente, corporaties en zorg- en welzijnspartijen in het beheer. Samen met deze
partners zorgen wij er voor dat de directe woonomgeving schoon en opgeruimd, heel, veilig en
toegankelijk is. En dat bewoners prettig wonen zonder overlast van elkaar te ondervinden. Als
bewoners en corporaties samen goed zorgen voor de algemene ruimten en de zichtbare (privé)
buitenruimten in complexen, zijn de wooncomplexen leefbaar en is het er prettig wonen.
Wij zijn actief in de bestrijding van woonoverlast, buurtbemiddeling, schuldsanering en
hanteren een laatste kansbeleid. Daarnaast verhogen we bij renovaties de veiligheid door het
aanbrengen van inbraakbeveiliging, brandpreventie, achterpadverlichting en het afsluiten van
portieken. Ook verzorgen wij het onderhoud van de algemene groenvoorziening rond onze
complexen.
4.1 Algemeen
Zowel bij groot onderhoud bij mutatie als bij planmatig onderhoud worden onze woningen
voorzien van inbraakwerend hang- en sluitwerk. Graffiti en zwerfvuil worden onmiddellijk door
ons verwijderd.
Overlastsituaties worden veelal gezamenlijk met de politie besproken en aangepakt. Gedurende
2016 hebben diverse gesprekken met huurders plaatsgevonden met betrekking tot
burengeschillen/overlastsituaties. Overlast wordt in overleg met de wijkagenten besproken,
waarbij gezamenlijk naar buiten getreden wordt. Huisbezoeken maken hiervan deel uit.
Daarnaast hebben wij samen met de wijkagent diverse wijken bezocht. Hier zijn wij
gezamenlijk opgetreden tegen wantoestanden zoals het illegaal dumpen van puin, overlast ten
gevolge van o.a. slecht onderhoud van tuinen en erfafscheidingen.
Jaarverslag 2016 24
Winterperiode
Maaskant Wonen zorgt er gedurende de winterperiode voor dat de toegangspaden rondom de
seniorencomplexen sneeuw- en ijsvrij zijn.
Hennepteelt
Als gevolg van hennepteelt/overtreding Opiumwet in woningen hebben wij in 2016 twee
nieuwe procedures tot ontbinding van een huurovereenkomst gestart. De bewoners hebben
niet gekozen om de huur vrijwillig op te zeggen, maar gekozen voor de gerechtelijke
procedure. In deze zaken zijn de procedures in gang gezet. In beide zaken heeft de gemeente
Stein gebruik gemaakt van het zogenaamde Damoclesbeleid.
In één zaak, daterend uit 2014, is in 2016 uitspraak gedaan. Hiertegen hebben wij hoger
beroep aangesteld.
In het kader van een zo effectief mogelijke bestrijding van hennepteelt werken we binnen een
in 2006 afgesloten hennepconvenant, samen met de corporaties in de Westelijke Mijnstreek, de
Politie Limburg Zuid, het Openbaar Ministerie, Essent, UWV en de regiogemeenten.
Zeer moeilijk plaatsbaren (ZMP-ers)
Ten aanzien van de doelgroep ‘Zeer moeilijk plaatsbaren’ (ZMP-ers) participeren wij in
regionaal verband in een samenwerkingsovereenkomst tussen het Streekgewest/GGD Zuid
Limburg en zeven corporaties. In deze overeenkomst is afgesproken dat de GGD één fulltime-
equivalent (fte) beschikbaar stelt ten behoeve van de vangnetwerkzaamheden voor deze
doelgroep. De kosten hiervan worden naar rato van het aantal woningen over de zeven
deelnemende corporaties verdeeld. Corporaties kunnen huurders met diverse problemen (zoals
verslaving, overlast, wanbewoning en dergelijke) hier aanmelden voor professionele
begeleiding. Gedurende 2016 hebben wij geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid.
Voor wat betreft het woongedrag van deze huurders zijn alle betrokken partijen (het
Veiligheidshuis, PIW (Partners In Welzijn) en Hulp at Home) tot op heden positief. Een aantal
ZMP-overeenkomsten is in 2016 omgezet in een gewone huurovereenkomst.
Housing Westelijke Mijnstreek
We nemen deel aan het project Housing Westelijke Mijnstreek. Dit is een
samenwerkingsverband van de gemeente Sittard-Geleen, S.W.W.M. en verschillende
zorgorganisaties die in de regio actief zijn (LEVANTOgroep, Zuyderland, Moveoo, Koraalgroep,
Gastenhof en Wonen Plus) met als doel om dak- en thuisloosheid te voorkomen en kansarme
mensen te ondersteunen bij de stap naar zelfstandig wonen.
Housing Westelijke Mijnstreek is bedoeld voor dak- en thuislozen die tijdelijk in een
beschermde woonomgeving of opvangvoorziening verblijven en hun eigen toekomst weer op
willen bouwen. Maar ook voor mensen die door hun huurdersgedrag, bijvoorbeeld door
financiële problemen, in het verleden (tijdelijk) niet in aanmerking komen voor toewijzing van
een woning. Wij hebben in 2016 geen woonruimte verhuurd via Housing Westelijke Mijnstreek.
Schuldsanering
In 2016 hebben wij ons beleid met betrekking tot huisbezoek bij huurders met een
huurachterstand van meer dan twee maanden gecontinueerd. Dit vindt plaats voordat wij
vorderingen in handen van de deurwaarder stellen. Doel van dit huisbezoek is om huurders een
laatste kans te bieden een betalingsregeling te treffen. Huurders ervaren deze huisbezoeken als
positief omdat de drempel vervalt om naar ons kantoor te komen om de financiële problemen
te bespreken. De resultaten met betrekking tot deze acties zijn terug te vinden in de cijfers van
de huurachterstand. Ondanks onze inspanningen en huisbezoeken hebben wij in 2016
negenentwintig keer een deurwaardersprocedure moeten starten. In de meeste gevallen
hebben wij een betalingsregeling kunnen treffen maar in achttien zaken hebben wij de
ontruiming moeten aanzeggen. In het merendeel van de zaken hebben de betreffende huurders
nog een regeling kunnen treffen, waardoor zij de ontruiming hebben kunnen voorkomen.
Helaas moesten we in vier gevallen tot ontruiming overgaan. Ondanks dat wij ook slepers
(huurders die de huur structureel één maand te laat betalen en hun betalingspatroon weigeren
Jaarverslag 2016 25
te wijzigen ondanks diverse aanmaningen) aan de deurwaarder hebben doorgegeven, is het
aantal deurwaarderszaken niet gestegen. In 2015 betrof dit 30 zaken en in 2016 zijn dit 29
zaken.
Daarnaast hebben wij met de gemeente Stein afgesproken dat wij, voordat de deurwaarder
wordt ingeschakeld, de schuldhulpverlening een signaal geven. Zij kunnen vervolgens de
betreffende klant eerst vanuit de gemeente benaderen. In 2017 zal een en ander in een
convenant worden vastgelegd.
Laatste kansbeleid
In 2010 zijn de kaders van het laatste kansbeleid op papier gezet. Uitgangspunt is om zowel
intern als extern duidelijkheid te verschaffen met betrekking tot de laatste kans die wij aan
probleemhuurders op het gebied van gedrag en/of betaling willen bieden. Uiteraard zal elke
kwestie zorgvuldig gewogen dienen te worden vooraleer nadere besluitvorming met betrekking
tot het bieden van deze laatste kans plaatsvindt. In het verslagjaar hebben wij niemand een
laatste kans hoeven te bieden.
Woonfraude
In 2016 hebben we vanuit de huisbezoeken en signalen uit de omgeving aandacht besteed aan
illegale verhuur/onderverhuur. Door de gemeente Stein zijn wij geattendeerd op een illegale
woningruil. In deze kwestie hebben wij een juridische procedure gestart.
Buurtbeheerder
Wij beschikken over een buurtbeheerder. Deze buurtbeheerder fungeert als aanspreekpunt
voor bewoners met betrekking tot de netheid en veiligheid van de woonomgeving. Daarnaast is
de buurtbeheerder verantwoordelijk voor de schoonmaak- en tuincontrole en houdt toezicht op
het juiste gebruik van brandgangen en algemene ruimten. In samenwerking met de teamleider
woondiensten en de opzichter dagelijks onderhoud zorgt de buurtbeheerder voor een optimale
leefbaarheid in de wijk. Vragen en klachten van bewoners worden zorgvuldig afgehandeld. We
streven naar snelle en effectieve oplossingen. Daarnaast behandelt de buurtbeheerder alle
voorkomende overlastzaken.
Jaarverslag 2016 26
DOP
De gemeente Stein heeft in 2012 een nieuwe werkwijze geïntroduceerd om de betrokkenheid
van de bewoners bij hun wijk of dorp te vergroten, het dorpsontwikkelingsproces (DOP). Bij de
DOP’sgewijze aanpak staan de dorpen en inwoners centraal. Inwoners gaan in dialoog met
elkaar over de huidige situatie en de toekomst van het dorp en ze bepalen samen wat er op de
agenda komt van het DOP. Inwoners werken aan oplossingen die ze zelf, of samen met andere
partijen, bedenken.
In 2016 hebben wij zeer actief geparticipeerd in vier werkgroepen die vanuit het DOP zijn
opgericht. Het betreft initiatieven in de wijken Nieuwdorp en Oud Stein. In de wijk Nieuwdorp
zijn wij initiërend geweest bij een opruimdag waarbij achterpaden en tuinen zijn opgeschoond
met behulp van vrijwilligers en medewerkers van gemeente Stein en onze corporatie.
Daarnaast hebben wij een zwerfvuil actie opgezet, waarbij in de wijk Nieuwdorp zwerfvuil
verwijderd is.
Sociaal team
We participeren in het sociaal team binnen de gemeente Stein. In dit sociaal team worden
diverse thema’s aan de orde gesteld en verbindingen gelegd met gemeente, politie en een
divers scala van zorg- en welzijnspartijen. Hierdoor kunnen bij problemen op adequate wijze
partners benaderd worden om te komen tot een gezamenlijke aanpak.
Jaarverslag 2016 27
5. Betrekken van bewoners bij beleid en beheer
In het verslagjaar hebben wij regelmatig overleg gevoerd met de huurdersbelangen-vereniging
HBV Maaskant. De wederzijdse taken en bevoegdheden evenals de te bespreken thema's zijn
vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst die in 2009 is opgesteld. Met de HBV Maaskant
is gesproken over het huurprijsbeleid 2016, de jaarstukken, de onderhouds- en financiële
begrotingen, onze nieuwbouw-, herstructurerings- en revitalisatieplannen en diverse actuele
ontwikkelingen op het gebied van de volkshuisvesting. Ook dit jaar heeft het overleg weer op
een prettige en constructieve wijze plaatsgevonden. Daarnaast hebben onze medewerkers
actief deelgenomen aan de ledenvergadering van de huurdersorganisatie, onder andere door
het geven van toelichting op onze plannen of door het beantwoorden van vragen van huurders.
We hebben onze huurders geïnformeerd over onze activiteiten via een advertorial in de krant
‘Thuiskomen’, een huis-aan-huisblad dat wordt uitgegeven door Vivantes Zorggroep. Dit blad
werd bezorgd bij alle inwoners van de gemeente. Uiteraard informeren wij onze huurders en
woningzoekenden ook via onze website www.maaskantwonen.nl. De vernieuwde website, die in
2015 gelanceerd is, hebben wij gedurende het verslagjaar adequaat van alle nieuwe
ontwikkelingen en informatie voorzien. Daarnaast hebben wij het plaatsen van vrijkomende
woningen en nieuwsberichten op Facebook gecontinueerd.
Daar waar bijzondere kwesties spelen zoals herstructurering en ingrijpende
onderhoudswerkzaamheden worden de betreffende huurders persoonlijk of via
voorlichtingsbijeenkomsten geïnformeerd. Er is een voorlichtingsbijeenkomst geweest over de
energetische maatregelen bij de 98 woningen in het centrum van Stein. Daarnaast zijn deze
bewoners individueel bezocht om aanvullende informatie te verstrekken en vragen te
beantwoorden.
De bewoners van het energieproject in de Hayweghenstraat zijn allen individueel geïnformeerd
middels huisbezoeken en schriftelijke documentatie.
Er is een werkgroep van acht personen uit de Van der Marckstraat, waarmee het
onderhoudstraject wordt afgestemd. Deze groep vergaderd geregeld in bijzijn van een van
onze medewerkers. Ook voor wat betreft de overige planmatige onderhoudswerkzaamheden
worden de huurders tijdig schriftelijk in kennis gesteld. Van deze correspondentie ontvangen
wij een afschrift.
5.1 Vertegenwoordiging in de raad van toezicht
Volgens artikel 11 van onze statuten hebben de huurders en de in het belang van die huurders
werkzame organisaties het recht om voor twee zetels in de raad van toezicht een persoon uit
hun kring voor te dragen voor benoeming. De organisaties hebben van dit recht gebruik
gemaakt. In het verslagjaar waren de heren Bongaerts en Schrijer lid van de raad van toezicht,
op voordracht van de HBV Maaskant.
5.2 Regionale klachtencommissie
Wij stellen onze huurders en woningzoekenden in de gelegenheid om klachten over ons
handelen of nalaten in te dienen bij een geschillencommissie. Deze Regionale
klachtencommissie is een initiatief van de woningcorporaties in de Westelijke Mijnstreek die
samenwerken in het Samenwerkingsverband van Woningcorporaties in de Westelijke Mijnstreek
(S.W.W.M.). De samenstelling en werkwijze van deze commissie zijn in een klachtenreglement
nader omschreven. Bij de Regionale klachtencommissie is in 2016 één klacht ingediend over
Maaskant Wonen. Deze wordt in 2017 behandeld.
Jaarverslag 2016 28
6. Wonen en zorg
Dankzij het taakveld Wonen en zorg levert de toegelaten instelling een bijdrage aan de
totstandkoming van huisvesting voor personen die zorg en/of begeleiding nodig hebben.
Wij verhuurden het voormalige kantoorpand van de Woningstichting Elsloo aan de Joannes
Riviusstraat 15 in Elsloo sinds 2004 aan de Stichting Gehandicaptenzorg Limburg. De stichting
heeft de huur van het pand per 1 augustus 2014 opgezegd. Het pand stond sindsdien in de
verkoop. De inschakeling van een gespecialiseerd makelaar in bedrijfsonroerendgoed en
vergaande onderhandelingen met een mogelijke koper hebben in het verslagjaar het gewenste
resultaat opgeleverd. Het pand is per 15 december 2016 verkocht.
Een aantal oudere huurders is nog afnemer van het ServicePlus-dienstenpakket dat destijds
door Vivantes Zorggroep aan oudere bewoners werd aangeboden. Wij hebben in 2013 besloten
om de bestaande abonnementen te continueren maar geen nieuwe abonnementen meer aan te
bieden. De Vivantes Zorggroep heeft in 2016 het ServicePlus-dienstenpakket overgeheveld
naar Benefits. Het aantal deelnemers zal jaarlijks afnemen.
Ook participeren wij in het lokale sociaal team nieuwe stijl. Hierin komen maandelijks
professionals bijeen die werkzaam zijn bij diverse maatschappelijke en overheidsinstellingen
die betrokken zijn bij bewoners met problemen in het bijzonder op het gebied van wonen en
zorg. Belangrijkste doelstelling van dit overleg is om problemen gezamenlijk op te pakken en te
voorkomen dat vanuit een diversiteit van instellingen zonder onderlinge afstemming hulp wordt
verleend.
Jaarverslag 2016 29
7. Financieel beleid en beheer
7.1 Algemeen beleid
De jaarstukken 2016 zijn opgesteld conform de door de Raad voor de Jaarverslaggeving
herziene Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting (2016).
Ten gevolge van de nieuwe Woningwet (ingegaan op 1 juli 2015), wordt het bezit in de
jaarrekening 2016 voor het eerst gewaardeerd op marktwaarde in verhuurde staat. Voorheen
werd deze gewaardeerd op bedrijfswaarde. Dit heeft geleid tot een stelselwijziging in de
jaarrekening. Het waarderen op marktwaarde heeft grote impact op de vermogenspositie van
Maaskant Wonen. Hierbij dient opgemerkt te worden dat het gepresenteerde vermogen nooit
volledig gerealiseerd of liquide gemaakt kan worden. Immers, uitponden van het volledige bezit
is niet aan de orde terwijl de marktwaarde hier wel soms van uitgaat.
Voor ons is de kasstroom uit de operationele activiteiten een belangrijk gegeven omdat dit
aangeeft of de reguliere exploitatie van de corporatie rendabel is.
De kasstroom uit de operationele activiteiten vertoont een positief saldo van 3.569.000 euro.
Wij bewaken onze kasstromen zorgvuldig. Maandelijks stellen we voortschrijdende begrotingen
op van de inkomende en uitgaande kasstromen die we vervolgens voortdurend bewaken en
kijken of er bijstellingen nodig zijn. Naast de kasstroom uit operationele activiteiten volgen we
ook de kasstromen uit investeringsactiviteiten en de kasstromen uit financieringsactiviteiten.
Het jaarresultaat over 2016 bedraagt 9.745.529 euro positief. Ten opzichte van 2015 neemt
het nettoresultaat exploitatie vastgoedportefeuille met circa 500.000 euro toe. Dit wordt in
belangrijke mate veroorzaakt door stijgende huuropbrengsten en opbrengsten
servicecontracten ad 250.000 euro, lagere onderhoudsuitgaven ad 350.000 euro, hogere lasten
verhuur- en beheeractiviteiten (voornamelijk hogere verhuurderheffing) ad 150.000 euro en
lagere lasten overige directe operationele lasten exploitatie bezit ad 50.000 euro. De lasten van
waardeveranderingen vastgoedportefeuille nemen met circa 600.000 euro af. Dit wordt in
belangrijke mate veroorzaakt door niet-gerealiseerde waardeveranderingen
vastgoedportefeuille. Mede door de vorming van latente belastingvordering verliescompensatie
neemt het belastingresultaat toe met 2.401.000 euro.
Door de nieuwe waarderingsgrondslag is de solvabiliteit (77 procent) hoog.
Uit de later in dit verslag gepresenteerde financiële
kengetallen blijkt dat wij een goede financiële positie
hebben. Ondanks onze goede financiële positie blijven we
de ontwikkeling van onze beheerkosten goed volgen. In de
Aedes benchmark 2016 scoren we op het onderdeel
‘Bedrijfsvoering’ een B en zitten we zodoende in de
middengroep.
7.2 Ontwikkelingen in 2016
Woningwet
Als gevolg van de per 1 juli 2015 ingevoerde nieuwe Woningwet is ons sociaal vastgoed in de
jaarrekening 2016 voor het eerst gewaardeerd op marktwaarde in verhuurde staat. Voor de
waardering dienen we daarbij gebruik te maken van het ‘Handboek modelmatig waarderen
marktwaarde’ met peildatum 31 december 2016.
Voor het bepalen van de marktwaarde zijn twee methodieken ontwikkeld, de basisversie en de
full-versie. In eerste instantie zouden wij gebruik kunnen maken van de basisversie. Bij de
basisversie kan een corporatie op basis van het ‘Handboek modelmatig waarderen
marktwaarde’ de marktwaarde bepalen. Er mag in dit geval niet afgeweken worden van de
Score
B
Jaarverslag 2016 30
parameters uit het Handboek. Een externe taxateur hoeft in dit geval niet ingeschakeld te
worden.
Eind november 2016 is door het ministerie besloten dat woningcorporaties in krimpgebieden
(waaronder de Westelijke Mijnstreek) de marktwaarde op basis van de full-versie moeten
opstellen. Dit houdt onder andere in dat we voor het bepalen van de marktwaarde een externe
taxateur hebben ingeschakeld.
Scheiding DAEB/niet-DAEB
Een belangrijk onderwerp van de Woningwet betrof de scheiding van DAEB (Diensten Algemeen
Economisch Belang) en niet-DAEB-bezit. Omdat wij opteren voor het verlicht regime kunnen we
volstaan met een scheiding van baten en lasten. Het voorlopig voorstel voor de baten/lasten-
scheiding DAEB/niet-DAEB hebben wij voor 1 januari 2017 voorgelegd aan de Aw.
Herziene Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting (2016)
Toepassing van deze herziene Richtlijn heeft geleid tot veranderingen in de manier waarop het
jaarverslag vorm is gegeven. Er zijn aangepaste modellen voor de balans en de winst- en
verliesrekening opgenomen. Dit heeft tot een aanzienlijke administratieve druk geleid.
Huurbeleid
Nieuwe regels ten aanzien van de woningtoewijzing hebben ertoe geleid dat we ons huurbeleid
hebben aangepast. Dit om onze primaire doelgroep te kunnen blijven huisvesten. Bij mutatie
worden vrijkomende woningen met een huur onder de liberalisatiegrens afgetopt naar 586 euro
(de aftoppingsgrens voor 1- en 2-persoonshuishoudens per 1-1-2016) of lagere streefhuur.
Reglement financieel beleid en beheer
Om inzicht te geven in de wijze waarop Maaskant Wonen haar financiële continuïteit borgt
hebben wij conform de Woningwet in 2016 een Reglement financieel beleid en beheer
opgesteld. Als uitganspunt voor dit model is het door Aedes opgesteld model als uitganspunt
gehanteerd.
Het Reglement financieel beleid en beheer is op 12 augustus 2016 vastgesteld door het bestuur
en goedgekeurd door de raad van toezicht. Op 12 oktober 2016 is het reglement goedgekeurd
door de Autoriteit woningcorporaties.
7.3 Financiële kengetallen
Interest Coverage Ratio (ICR)
De ICR laat zien of de exploitatie van de corporatie voldoende winstgevend is. De ratio wordt
berekend door de exploitatiekasstroom te delen door de financieringslasten. Voor het bepalen
van de exploitatiekasstroom wordt de winst- en verliesrekening gezuiverd van
waarderingsvraagstukken, zichtbare non-cash en niet-exploitatie gerelateerde onderwerpen
zoals afschrijvingen en verkopen. De ICR bedroeg 4,0 per 31 december 2016 (2015: 4,6). Het
Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) hanteert als minimale norm 1,4.
Debt Service Coverage Ratio (DSCR)
De DSCR geeft aan of er voldoende operationele kasstromen worden gegenereerd voor rente
en aflossing. Hoe hoger de DSCR, hoe gunstiger. De DSCR behoort minimaal 1,0 te bedragen
volgens het WSW en bedroeg 2,3 per 31 december 2016 (2015: 1,6).
Loan to value
Loan to value laat zien welke waarde van het bezit is gefinancierd, ofwel, de financiering
uitgedrukt in een percentage van de waarde van het bezit. Uitgaande van de bedrijfswaarde
bedraagt deze ratio per 31 december 2016 46,66 procent (2015: 48,74 procent). Het WSW
hanteert een maximum van 75 procent.
Jaarverslag 2016 31
Solvabiliteit
Het eigen vermogen komt in 2016 uit op 131.774.618 euro. Het solvabiliteitscijfer ultimo 2016
bedraagt 77 procent (2015: 75 procent).
7.4 Bevindingen Autoriteit Woningcorporaties (Aw)
Op grond van artikel 61 lid 3 van de Woningwet 2015 beoordeelt de Aw jaarlijks integraal de
corporatie. Het integrale toezicht is gericht op de governance, integriteit, rechtmatigheid en
bescherming van het maatschappelijk vermogen. Via de Oordeelsbrief 2016 van 2 november
2016 heeft de Aw de resultaten van het onderzoek kenbaar gemaakt. De Aw komt tot de
conclusie dat de integrale beoordeling geen aanleiding tot interventies geeft.
7.5 Treasury
Leningportefeuille
Ultimo 2016 bedraagt de totale leningportefeuille 34,8 miljoen euro (in 2015: 35,7 miljoen
euro). Van de leningportefeuille is 33,5 miljoen euro geborgd door het WSW. De gemiddelde
rentevoet van de leningportefeuille over 2016 bedraagt 3,33 procent (in 2015: 3,37 procent).
Ten aanzien van financiering hebben er in 2016 geen activiteiten plaatsgevonden.
Treasurystatuut
In 2016 hebben wij ons treasurystatuut uit 2015 geactualiseerd. Aanleiding voor het
actualiseren van het treasurystatuut was de inwerkingtreding van de Woningwet en het
opstellen van het reglement financieel beleid en beheer.
Het treasurystatuut is op 8 juni 2016 vastgesteld en goedgekeurd door de raad van toezicht. Kredietfaciliteit
Voor ons tijdelijke liquiditeitstekorten konden we gebruik maken van een kredietfaciliteit van
2,4 miljoen euro bij de BNG Bank. Ultimo 2016 wordt geen gebruik gemaakt van deze
kredietfaciliteit.
WSW borgingsplafond
Op basis van de Prospectieve informatie (dPi) 2016 – 2020 heeft het WSW het borgingsplafond
voor de jaren 2016 tot en met 2018 vastgesteld.
Overzicht borgingsplafond:
2016 2017 2018
Geborgde leningportefeuille WSW
per 1 januari
35.993.000
36.328.000
33.697.000
Financieringsbehoefte DAEB* 5.320.000 1.085.000 884.000
Interne financieringsbronnen -3.385.000 -3.716.000 -4.334.000
Borgingstegoed -1.600.000 0 0
Borgingsplafond ultimo jaar 36.328.000 33.697.000 30.247.000 * Diensten van Algemeen Economisch Belang
WSW borgbaarheidsverklaring
Op 2 december 2016 heeft WSW (op basis van het jaarverslag 2015 en de prognosegegevens
2015) verklaard dat wij voldoen aan de eisen die het WSW stelt aan een corporatie als
deelnemer.
Derivaten
Wij maken geen gebruik van derivaten.
Beleggingen
In 2016 hebben wij tijdelijk overtollige middelen gestort op een bedrijfsspaarrekening van de
Rabobank.
Jaarverslag 2016 32
7.6 Investerings- en huurbeleid
Investeringen
De investeringen in 2016 ad 3.031.000 euro hebben betrekking op:
Investeringen in de bestaande complexen 1.611.000 euro.
Er is voor een bedrag van 687.000 euro geïnvesteerd in verbeteringen bij complexen waar in
voorgaande jaren is besloten om levensduurverlenging toe te passen en 229.000 euro in het
revitaliseringsproject Van der Marckstraat.
Daarnaast hebben investeringen plaatsgevonden waartegenover een huurverhoging staat, zoals
de aanleg van centrale verwarming (8.000 euro), het plaatsen van dubbel glas (10.000 euro)
en het aanbrengen van energetische maatregelen (677.000 euro).
De uitgaven die betrekking hebben op de realisatie van nieuwbouwprojecten, bedragen
1.406.000 euro. Dit bedrag heeft volledig betrekking op de sloop- en bouwkosten van het
herstructureringsproject Paulus Potterstraat te Elsloo.
In het verslagjaar is voor een bedrag van 14.000 euro geïnvesteerd in onroerende en roerende
zaken ten dienste van de exploitatie. De belangrijkste investeringen waren de aanschaf van
iPads (6.000 euro) en de aanschaf van software (Qlikview en redesign portaal planmatig
onderhoud).
Desinvesteringen
In 2016 zijn in totaal 6 woningen verkocht en een kantoorpand. Het kantoorpand en 2 van de 6
verkochte woningen stonden ultimo 2015 onder de post Voorraden op de balans. De
daadwerkelijke opbrengst is 49.000 euro lager dan de balanswaarde. De opbrengst van de
overige 4 woningen bedroeg 417.000 euro. De marktwaarde van de verkochte woningen was
336.000 euro en de verkoopkosten bedroegen 36.000 euro. Verwacht wordt dat de woningen
die ultimo 2016 zijn opgenomen bij de Voorraden een positief verkoopresultaat hebben van
27.000 euro. Tevens is in 2016 een stuk grond verkocht voor 12.000 euro. Als de
doorberekende organisatiekosten ad 18.000 euro in mindering wordt gebracht op bovenstaande
resteert een positief verkoopresltaat ad 17.000 euro.
Huren
De gemiddelde huurstijging per 1 juli bedroeg 0,6 procent.
7.7 Interne risicobeheersing- en controlesystemen
Ondernemingsplan en jaarplan
Ook voor het jaar 2016 is een jaarplan opgesteld dat afgeleid is van ons ondernemingsplan
‘Samen verantwoordelijk’. Dit ondernemingsplan heeft betrekking op de periode 2016-2019.
Toetsing van het jaarplan vindt plaats via de kwartaalrapportages die ook door de raad van
toezicht besproken worden.
Risicomanagement
In 2016 hebben wij een traject doorlopen om risicomanagement systematisch in te bedden in
de organisatie. Vanaf de start zijn alle geledingen van de organisatie betrokken bij het traject
risicomanagement en maakt risicomanagement nu onderdeel uit van de Planning & Control-
cyclus.
Jaarverslag 2016 33
Soorten risico’s
Ons risicomanagement is verdeeld in drie onderdelen:
1. Risico’s die op de een of andere wijze het behalen van de doelstellingen van de
organisatie (vastgelegd in het ondernemingsplan) beïnvloeden.
Voor het in kaart brengen van de risico’s die de doelstellingen van ons
ondernemingsplan beïnvloeden, hanteren we een strategiekaart. De strategiekaart geeft
inzicht in het motto, de doelstellingen, kritieke succesfactoren en de risico’s van
Maaskant Wonen. Het motto en de doelstellingen zijn afgeleid van het
ondernemingsplan. In verschillende sessies met het MT en een afvaardiging van de
medewerkers zijn de kritieke succesfactoren bepaald waarna de risico’s aan deze
kritieke succesfactoren zijn gekoppeld. Deze kritieke succesfactoren hebben een grote
invloed op de realisatie van de doelstellingen, waardoor het beheersen van de risico’s bij
deze kritieke succesfactoren van essentieel belang is.
2. Risico’s waarop we door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) worden
beoordeeld.
In januari 2016 hebben we met een werkgroep bestaande uit MT en een afvaardiging
van het personeel de 24 business risks-vragen van het Waarborgfonds Sociale
Woningbouw besproken en zijn we tot een risico-oordeel gekomen. De conclusies
hiervan zijn gedeeld met de raad van toezicht. De oordelen zijn vastgelegd in een
schema waarin een aantal risico’s zijn gekoppeld aan de risico’s die terugkomen in de
strategiekaart van het eerste onderdeel.
3. Frauderisico’s.
Bij risicomanagement gaan wellicht de eerste gedachten uit naar dit onderdeel, de
frauderisico’s. Deze risico’s zijn in eerste instantie in kaart gebracht in overleg met
diverse medewerkers. Hierna is het ingevulde model door het MT beoordeeld en
geaccordeerd.
In de vergadering van september 2016 heeft de raad van toezicht de systematiek voor
risicomanagement goedgekeurd. De raad wordt via de kwartaalrapportage geïnformeerd over
de actuele stand van zaken.
Administratieve organisatie & Interne controle (AO/IC)
In 2016 is de lijn uit voorgaande jaren voortgezet om te komen tot een verdere optimalisatie
van de AO/IC. Voor de beschreven processen zijn procesverantwoordelijken aangewezen die
ervoor zorgen dat de procesbeschrijvingen periodiek beoordeeld en geactualiseerd worden. In
de loop van het jaar vinden diverse verbijzonderde controles plaats, ook op processen die (nog)
niet beschreven zijn. Bij een aantal kritische processen zoals woningverkopen en
woningtoewijzing vindt een uitgebreidere verbijzonderde controle plaats. Interne controle heeft
een doorlopend karakter en is ingebed in het reguliere werk van medewerkers. Over de
bevindingen en aanbevelingen van de controles wordt gerapporteerd aan de directie. Via de
kwartaalrapportages wordt ook de raad van toezicht hiervan in kennis gesteld.
Toetsingskader investeringen
Ons toetsingskader voor investeringen bestaat uit de volgende beleidsstukken:
financieel beleid en beheer;
calculatiestatuut;
inkoopbeleid.
De procesgang bij investeringen wordt daarnaast getoetst aan een procesbeschrijving die vanaf
het eerste initiatief tot de realisatie van een project inzichtelijk maakt welke activiteiten er
moeten plaatsvinden en wie deze uitvoert. Door middel van fasedocumenten wordt de raad van
toezicht geïnformeerd over de voortgang van projecten. De raad dient de fasedocumenten goed
te keuren alvorens een volgende fase wordt gestart. In het calculatiestatuut zijn de
rendementseisen die we bij investeringen hanteren concreet ingevuld.
Jaarverslag 2016 34
Derivaten
Net als voorgaande jaren hebben wij besloten, ook in 2016, geen gebruik te maken van
derivaten om renterisico’s af te dekken. We lopen daarom uit dien hoofde geen financiële
risico’s.
Jaarverslag 2016 35
7.8 Algemene kengetallen
2016 2015
Gegevens woningbezit
Goedkope woningen (< € 409,92) 230 241
Betaalbare woningen (€ 409,92-628,76) 1.329 1.308
Dure woningen(> € 628,76) 294 321
Totaal woningen en woongebouwen 1.853 1.870
Overig 1 2
Subtotaal 1.854 1.872
Garages en parkeerplaatsen 282 283
Totaal 2.136 2.155
Gemiddelde marktwaarde in verhuurde staat per woning in € 87.000 84.000
Gemiddelde bedrijfswaarde per woning in € 41.144 40.152
Gemiddelde historische kostprijs
(exclusief afschrijvingen) per woning in €
45.064
44.767
Mutaties in het woningbezit
Aantal opgeleverd - 44
Aantal verkocht 5 4
Waarvan verkocht met 10 % korting 3 3
Aantal sloop 12 -
Kantoorpand verkocht 1 -
Parkeerplaatsen uit exploitatie 1 -
Kwaliteit van het woningbezit
Planmatig onderhoud per woning in € 903 708
Niet planmatig onderhoud per woning in € 375 407
Energetisch onderhoud in € 179 519
Totaal onderhoud per woning in € 1.458 1.634
Verhuur van woningen
Huurstijging in % per 1 juli 0,6 1,71
Mutaties in % totaal aantal woningen 7,4 7,8
Huurachterstand in % jaarhuur 0,47 0,50
Huurderving in % jaarhuur 0,37 0,44
Financiën
Solvabiliteit in % 77 75
Rentabiliteit totaal vermogen in % 5,71 4,61
Eigen vermogen per woning in € 71.114 65.256
Interest Coverage Ratio 4,0 4,6
Debt Service Coverage Ratio 2,3 1,6
Loan to value in % 46,66 48,74
Personeelsbezetting
Aantal personeelsleden incl. directieleden 16 17
Fulltime formatieplaatsen 14,9 15,7
Jaarverslag 2016 36
7.9 Realiseerbaarheid waarde onroerende zaken in exploitatie.
De waardering van het vastgoed op marktwaarde in verhuurde staat is in overeenstemming
met het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde bepaald. Op basis van dit
waarderingshandboek is Maaskant Wonen met het volledige bezit in een krimpgebied verplicht
om de full-versie taxatie toe te passen. Hierbij is het inschakelen van een externe taxateur
verplicht. In de full-versie taxatie is het volgens handboek mogelijk om op basis van toetsing
door een externe taxateur om tot een aanpassing van de op basis van het handboek
modelmatig vastgestelde waarde te komen. Deze aanpassingen zijn beperkt tot een twaalftal in
dit handboek gestelde vrijheidsgraden ( o.a. markthuur, exit yield, leegwaarde, onderhoud en
discontovoet ). De door Maaskant Wonen ingeschakelde externe taxateur heeft gekozen voor
aanpassingen in de markthuren, leegwaarde, disconteringsvoet en exit yield.
Na het toepassen van de full-taxatie komt de marktwaarde in verhuurde staat uit op
162.089.00 euro. De bedrijfswaarde bedraagt 76.582.000 euro.
Per 31 december 2016 is in totaal 88.710.000 euro aan ongerealiseerde herwaarderingen in de
overige reserves begrepen (2015: 84.927.000 euro) uit hoofde van de waardering van het
vastgoed in exploitatie tegen marktwaarde in verhuurde staat. De waardering van dit vastgoed
is in overeenstemming met het Handboek modelmatig waarderen bepaald en is daarmee
conform de in de Woningwet voorgeschreven waarderingsgrondslag en daaruit afgeleide
ministeriele besluiten geldend ten tijde van het opmaken van de jaarverslaggeving. De
realisatie van deze ongerealiseerde herwaardering is sterk afhankelijk van het te voeren beleid
van Maaskant Wonen. De mogelijkheden voor de corporatie om vrijelijk door (complexgewijze)
verkoop of huurstijgingen de marktwaarde in verhuurde staat van het DAEB bezit in exploitatie
te realiseren zijn beperkt door wettelijke maatregelen en maatschappelijke ontwikkelingen
zoals demografie en ontwikkeling van de behoefte aan sociale (DAEB) huurwoningen. Het
bestuur van Maaskant Wonen heeft een inschatting gemaakt van het gedeelte van de
herwaarderingsreserve dat bij ongewijzigd beleid niet of eerst op zeer lange termijn
realiseerbaar is. Deze schatting ligt in lijn met het verschil tussen de bedrijfswaarde van het
DAEB bezit in exploitatie en de marktwaarde in verhuurde staat van dit bezit en bedraagt circa
84.728.000 euro. Dit impliceert dat circa 64% van het totale eigen vermogen niet of eerst op
zeer lange termijn realiseerbaar is.
Opbouw eigen vermogen (x € 1.000)
Eigen vermogen op basis van de marktwaarde in
verhuurde staat
€ 131.775
Af: Volkshuisvestelijke vermogensbestemming (
Marktwaarde in verhuurde staat -/- Marktwaarde
o.b.v. streefhuren en doorexploiteerscenario )
25% € 32.775
Eigen vermogen minus volkshuisvestelijke
vermogensbestemming
€ 99.000
Af: Bedrijfsmatige vermogensbestemming 55% € 54.417
Verwacht eigen vermogen o.b.v. bedrijfswaarde € 44.583
Indien de marktwaarde in verhuurde staat bepaald wordt door de markthuur te vervangen door
de lagere streefhuur en het gehele bezit door te exploiteren in plaats van uit te ponden komt
de marktwaarde 32.775.000 euro lager uit. Dit gedeelte van het eigen vermogen verbonden
Jaarverslag 2016 37
aan de volkshuisvestelijke bestemming (25 procent) achten wij dan ook niet of eerst op zeer
lange termijn realiseerbaar.
Het verwacht eigen vermogen o.b.v. bedrijfswaarde ligt lager (55 procent) dan het eigen
vermogen minus de volkshuisvestelijke bestemming. Dit noemen we de bedrijfsmatige
vermogensbestemming. Hogere bedrijfslasten als gevolg van ons maatschappelijke karakter:
inzet op gebied van leefbaarheid, buurtbemiddeling, verplichte woningtoewijzingen en de extra
administratieve lasten als gevolg van de toegenomen eisen op gebied van verslaglegging en
verantwoording. Daarnaast zorgt de meer dan noodzakelijke inzet op onderhoud en
verbetering van ons vastgoed voor een lagere bedrijfswaarde.
Jaarverslag 2016 38
8. Verklaring van het bestuur
Het bestuur verklaart hierbij dat alle beschikbare middelen van Maaskant Wonen in 2016
uitsluitend in het belang van de volkshuisvesting zijn besteed.
Tevens verklaart het bestuur dat er in het verslagjaar geen transacties hebben plaatsgevonden
waarbij tegenstrijdige belangen aan de orde waren.
Stein, augustus 2017
Het bestuur van Maaskant Wonen,
K.A.G. Smitsmans,
directeur-bestuurder
Jaarverslag 2016 39
9. Verslag van de Raad van Toezicht
Bestuurlijke organisatie
De bestuurlijke organisatie bij Maaskant Wonen is ingericht volgens het zogenaamde
tweelagen-model, met een eenhoofdige raad van bestuur en een raad van toezicht.
Bestuur/directie:
Het bestuur of de directie is verantwoordelijk voor de voorbereiding, vaststelling en uitvoering
van beleid. De directie van Maaskant Wonen werd gedurende het verslagjaar gevormd door
K.A.G. (Karel) Smitsmans (1958).
De bevoegdheden van de directeur-bestuurder zijn vastgelegd in de statuten. De directeur-
bestuurder heeft geen nevenfuncties.
Raad van toezicht
De raad van toezicht heeft tot taak toezicht te houden op het bestuur en op de algemene gang
van zaken binnen de corporatie. De raad staat het bestuur tevens met raad terzijde. Op 31
december 2016 waren de volgende personen lid van de raad van toezicht:
S.J.A.M. Ackermans (1971), lid; concerncontroller Koraal Groep.
J.C.G. Bongaerts (1952), vice-voorzitter/lid op voordracht van de HBV Maaskant;
zelfstandig adviseur.
R.W. Janssen (1967), lid; advocaat en vennoot Thuis & Partners Heerlen/Maastricht.
F.H.W. Schrijer (1952), lid/op voordracht van de HBV Maaskant; operations manager
Alro BV Dilsen-Stokkem.
J.P.J. Stoffens (1970), voorzitter; directeur Private Banking Zuid Limburg F. van
Lanschot Bankiers Maastricht.
Een lijst met nevenfuncties is beschikbaar.
De samenstelling van de raad is in de loop van het verslagjaar niet gewijzigd.
Reglement raad van commissarissen
De raad beschikt over een reglement, het ‘Reglement raad van commissarissen’. Hierin zijn
bepalingen opgenomen over de taken en de samenstelling van de raad, de spelregels voor een
geval van belangentegenstelling, de vergaderprocedures, de informatievoorziening van het
bestuur richting de raad, benoemingen, schorsingen, ontslagen, afwezigheid van het bestuur,
overleg met derden, de verslaglegging door de raad en honoreringen.
Met uitzondering van de Treasurycommissie maakt de raad, mede gezien de omvang van de
corporatie, geen gebruik van instrumenten als commissies omdat de raad die instrumenten
afbreuk vindt doen aan de verantwoordelijkheid van iedere toezichthouder voor het totale
functioneren van de corporatie. Namens de raad van toezicht neemt – conform het
Treasurystatuut - de heer Ackermans als toehoorder deel aan het Treasuryoverleg.
Profielschets voor de raad van toezicht
Maaskant Wonen beschikt over een uitgebreide profielschets voor het bestuur en de raad van
toezicht. De profielschets voor de raad van toezicht is verbijzonderd in zeven onderdelen:
volkshuisvestelijk/ruimtelijke ordening;
vastgoedontwikkeling en -beheer/projectontwikkeling;
financiën, control en risicobeheersing;
juridisch en governance;
bedrijfsvoering/organisatie;
voorzitter;
vertegenwoordiger huurdersbelangenvereniging (HBV).
Jaarverslag 2016 40
Als team dient de raad van toezicht over een aantal basisvaardigheden te beschikken ten
aanzien van open cultuur, zelfreflectie, rolopvatting en samenstelling. Daarnaast zijn de
volgende criteria voor de individuele commissaris van belang: authenticiteit, bestuurlijk inzicht,
helikopterview, integriteit en moreel besef, maatschappelijke (omgevings-) sensitiviteit en
verantwoordelijkheid, onafhankelijke oordeelsvorming, teamspeler, vakinhoudelijke kennis en
visie en zelfreflectie.
Visie op toezicht en bestuur
Maaskant Wonen heeft een ‘Visie op toezicht en bestuur’ opgesteld waarin de taakopvatting
van de raad van toezicht is vastgelegd. De raad houdt toezicht op het functioneren en
presteren van de organisatie, treedt op als werkgever voor de directeur-bestuurder en staat
het bestuur met raad terzijde. De directeur-bestuurder is als eerste verantwoordelijk voor het
functioneren en presteren van de organisatie en legt daarover verantwoording af aan de raad
van toezicht.
De raad van toezicht vervult zijn functie vanuit een maatschappelijk perspectief. Dat wil zeggen
dat hij op de eerste plaats let op het behalen van de maatschappelijk gewenste doelen (de
maatschappelijke opgave) van de corporatie. Daarnaast let de raad op de financiële continuïteit
en de effectiviteit en efficiency van de bedrijfsvoering. Hij draagt bij aan het behalen van de
doelstellingen van Maaskant Wonen door inbreng van specifieke expertise.
Rooster van aftreden
Volgens de statuten treden leden van de raad van toezicht uiterlijk vier jaar na hun benoeming
af volgens een door de raad op te maken rooster. Herbenoeming is slechts eenmaal mogelijk.
Gedurende het verslagen was geen lid van de raad van toezicht aftredend volgens rooster. Het
rooster van aftreden luidt per 31-12-2016 als volgt:
Rooster van aftreden Eerste datum van benoeming Aftredend per
S.J.A.M. Ackermans 3 november 2010 2 november 2018
J.C.G. Bongaerts (op voordracht huurdersorganisatie) 12 juni 2013 11 juni 2017
R.W. Janssen 10 april 2013 9 april 2017
F.H.W. Schrijer (op voordracht huurdersorganisatie) 18 december 2013 17 december 2017
J.P.J. Stoffens 10 april 2013 9 april 2017
Beloning aan de directeur-bestuurder
De directeur-bestuurder, de heer Smitsmans, is bij zijn benoeming per 1 oktober 2012
ingeschaald volgens de ‘Sectorbrede beloningscode bestuurders woningcorporaties’ in
functiegroep C. Voor de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en
semipublieke sector (WNT) valt de heer Smitsmans onder de overgangsregeling. Dit betekent dat bestaande beloningsafspraken vier jaar worden gerespecteerd na inwerkingtreding van de
WNT-staffel (1 januari 2014), gevolgd door een afbouw van de bovenmatige bezoldiging in drie
jaar na deze vierjaars-periode.
Vergoeding aan de leden van de raad van toezicht
De leden van de raad van toezicht ontvangen een vergoeding voor hun werkzaamheden die in
overeenstemming is met de WNT. De leden ontvangen 5.195 euro, de voorzitter 6.404 euro. In
het verslagjaar werd aan vergoedingen in totaal uitgekeerd een bedrag van 27.184 euro.
Vergaderingen van de raad van toezicht
De vergaderingen van de raad worden voorbereid door de directie in nauw overleg met de
voorzitter van de raad. Uitgangspunten voor de agendering zijn:
Naam Functie Totaal vast
inkomen
Variabel inkomen
Inkomen op
termijn
Vaste vergoedingen
Uitkering bij beëindiging
dienstverband
Totaal
K.A.G. Smitsmans
Directeur-bestuurder
€ 97.986 € 0 € 17.977 € 783 € 0 € 116.746
Jaarverslag 2016 41
de statutaire bepalingen over vereiste voorafgaande goedkeuring van de raad voor
bepaalde bestuursbesluiten;
de afspraken die in het ‘Reglement RvC’ vastliggen over de door de raad gewenste
informatie, zodat de raad de ontwikkelingen in het bedrijf en in de branche kan volgen;
de door de raad en directie wenselijk geachte transparantie over nieuw beleid en
wijzigingen in het beleid van Maaskant Wonen;
de afspraak tussen raad en bedrijfsleiding om via sturingsinformatie zoals
kwartaalrapportages, verantwoording af te leggen over de voortgang van de
voorgenomen doelen en prestaties;
de wens van de raad om zo nu en dan ook zelf rechtstreeks contacten te onderhouden
met de accountant, de gemeente en de huurdersorganisatie.
In 2016 hebben vijf reguliere vergaderingen van de raad van toezicht plaatsgevonden. Tijdens
de vergaderingen werd ook overlegd met externe deskundigen, wat verderop wordt toegelicht.
In de vergaderingen waren de belangrijkste gesprekspunten:
de goedkeuring van de jaarstukken 2015: Jaarrekening en Jaarverslag 2015;
de goedkeuring van de Financiële meerjarenbegroting 2017-2026 en
Investeringsbegroting 2017-2021;
de goedkeuring van het Treasury statuut en het Treasury jaarplan 2016;
de goedkeuring van het Reglement financieel beleid en beheer;
de goedkeuring van de geactualiseerde statuten, het reglement raad van
commissarissen, het bestuursreglement, profielschetsen voor bestuur en raad van
toezicht evenals een visie op toezicht en bestuur;
de goedkeuring van het risicomanagement;
de goedkeuring van het Reglement sloop, renovatie en (groot)onderhoud;
de goedkeuring van het op het Ondernemingsplan 2016-2019 gebaseerde
Jaarplan 2017;
de goedkeuring van het geactualiseerde huurbeleid;
de checklist Governancecode;
de huurverhoging 2016;
de Managementletter 2015 (de interimcontrole van de accountant);
de kwartaalrapportages over het vierde kwartaal 2015 en het eerste, tweede en derde
kwartaal 2016;
de voortgang van nieuwbouw-, herstructurerings-/revitalisatie- en energieprojecten
zoals:
herstructurering Paulus Potterstraat/Elsloo: sloop 12 seniorenwoningen gevolgd door
vervangende nieuwbouw van 10 levensloopbestendige prefab woningen;
revitalisatie Van der Marckstraat: 42 appartementen ondergaan een bouwtechnische
make-over en worden tegelijkertijd energetisch verbeterd;
energieproject 2016: 126 eengezinswoningen verdeeld over een drietal complexen
worden energetisch verbeterd; tegelijkertijd worden de daken van 98 woningen
vernieuwd en geïsoleerd.
de voortgang van het project ketensamenwerking;
de resultaten van het Werknemerstevredenheidsonderzoek 2016;
het jaarverslag 2015 van de Regionale klachtencommissie S.W.W.M.;
de woningmarktscan van de gemeente Stein;
diverse rapportages zoals de ‘Oordeelsbrief 2016’, ‘Aedes benchmark 2016’ en het
‘Trendrapport Markt en klant 2015’;
diverse beleidskaders zoals het ‘Inkoopbeleid’, het ‘Strategisch voorraadbeleid 2016-
2019’ en de ‘Routeplanner Woningwet’;
het rapport ‘Zelfevaluatie RvT Maaskant Wonen 27 januari 2016’.
In zijn algemeenheid geldt dat de raad, naast bovengenoemde onderwerpen, alle zaken op het
terrein van financiële continuïteit, de volkshuisvestelijke prestaties, de personele situatie en de
toekomst van corporatie heeft besproken.
Jaarverslag 2016 42
Naast de reguliere vergaderingen heeft er op 8 juli een “heisessie” plaatsgevonden. Deze sessie
kwam voort uit de bij de zelfevaluatie uitgesproken wens van de raad van toezicht aan om
samen met de directeur-bestuurder dieper in te gaan op de visie en strategie en het
functioneren van de organisatie Maaskant Wonen.
Op 27 september is de voltallige raad bijeengekomen voor een incompany actualiteitensessie
Woningwet, samen met de raad van toezicht van Woningbeheer Born-Grevenbicht.
Het toetsingskader van de raad van toezicht bij het uitoefenen van zijn taak
Om een oordeel te kunnen vellen over de zaken die in de vergadering ter sprake komen,
beschikt de raad over een aantal toetsingsinstrumenten. De belangrijkste daarvan zijn:
het Ondernemingsplan en het daarop gebaseerde jaarplan;
de Meerjarenbegroting;
de stuurvariabelen uit het Financieel beleid en het Calculatiestatuut;
het treasurystatuut en -jaarplan;
het Huurbeleidsplan 2013-2016 en het geactualiseerde huurbeleid 2016;
de nota Verkoopbeleid huurwoningen 2013-2017;
de gestructureerde kwartaalrapportages waarin alle verantwoordingsvelden aan bod
komen inclusief een voortschrijdende resultatenrekening per kwartaal en een
geactualiseerde eindejaar verwachting en investeringsbegroting per kwartaal;
de Managementletter van de accountant;
de gesprekken van de raad met de accountant;
de regionale prestatieafspraken.
Over het algemeen kan de raad zijn goedkeuring geven aan de voorgenomen bestuursbesluiten
die voorgelegd worden en kan hij ook instemmen met de overige zaken die ter verantwoording
of ter kennisgeving worden besproken. Op geen enkel moment heeft de raad in 2016 een
afwijkend standpunt ingenomen.
(Zelf)evaluatie raad van toezicht
Eind 2015 is een begin gemaakt met een evaluatie van de raad van toezicht onder leiding van
een externe deskundige. Deze evaluatie is in februari van het verslagjaar afgerond en
vastgelegd in een notitie ‘Zelfevaluatie RvT Maaskant Wonen 27 januari 2016’ opgesteld door
adviesbureau Atrivé.
De raad heeft de rolopvatting van ieder afzonderlijk lid en van de raad als geheel eind 2016 zelf
geëvalueerd. De resultaten van deze evaluatie zijn verwerkt in een referentiekader, het
‘Evaluatierapport Raad van Toezicht Woning Corporatie Maaskant Wonen, december 2016’.
Naar aanleiding van deze rapportage concludeert de raad dat alle scores met betrekking tot de
diverse gezichtspunten positief zijn en dat er, in vergelijking met de zelfevaluatie van 2014,
sprake is van een verbeterde score. Het rapport is door de raad van toezicht vastgesteld in zijn
vergadering van 22 februari 2017.
Overleg met externen
De raad heeft in 2016 overleg gevoerd met externen. Zo werd de accountant uitgenodigd voor
een toelichting op het rapport van bevindingen naar aanleiding van de controle van het
Jaarverslag en de Jaarrekening 2015 van Maaskant Wonen. Adviesbureau Zanders Treasury &
Finance Solutions werd uitgenodigd voor een toelichting op het Treasuryjaarplan 2016, het
Nederlands Adviesbureau Risicomanagement voor een toelichting op het risicomanagement.
Met het bestuur van de huurdersbelangen-vereniging HBV Maaskant werd in het verslagjaar
eenmaal informeel overleg gevoerd. Met de verantwoordelijke wethouder volkshuisvesting
binnen de gemeente Stein werd nog in het verslagjaar een overleg gepland met de voorzitter
en vice-voorzitter op 11 januari 2017. Bij dit gesprek was ook de directeur-bestuurder
aanwezig.
Jaarverslag 2016 43
Permanente educatie
Toezichthouders moeten binnen twee jaar minimaal 10 PE-punten behalen, wat neerkomt op
10 “studiebelastinguren”. Bestuurders moeten binnen drie jaar 108 ‘PE-punten’ behalen, ofwel
108 “studiebelastingsuren”. De punten kunnen alleen behaald worden bij geaccrediteerde
opleiders die hun aanbod koppelen aan PE-punten, in de volgende aandachtsgebieden:
strategie, beleid en communicatie, veranderkunde en innovatie, leiderschap en cultuur,
governance en risk, vastgoed en financiën en maatschappelijke verankering.
De directeur-bestuurder heeft in 2015 en 2016 gezamenlijk 76 PE-punten behaald.
De leden van de raad van toezicht hebben in 2015 en 2016 de volgende PE-punten behaald:
S.J.A.M. Ackermans 14 PE-punten
R.W. Janssen 11 PE-punten
J.C.G. Bongaerts 25 PE-punten
F.H.W. Schrijer 23 PE-punten
J.P.J. Stoffens 12 PE-punten
Vaststelling van de jaarstukken 2015
De directie van Maaskant Wonen heeft het Jaarverslag en de Jaarrekening 2015 opgesteld. In
dat verband heeft de raad van toezicht kennis genomen, zowel schriftelijk als in een gesprek
met de accountant, van de bevindingen van de accountant naar aanleiding van de controle van
het Jaarverslag en de Jaarrekening. Mede op basis hiervan heeft de raad het Jaarverslag en de
Jaarrekening 2015 vastgesteld en décharge verleend aan de directie voor het gevoerde beleid.
Governancecode/Aedescode/lidmaatschap VTW
Als lid van Aedes conformeert Maaskant Wonen zich aan de Governancecode Woningcorporaties
als onderdeel van de Aedescode, die direct betrekking heeft op de rol (respectievelijk de
rolvervulling) en de verantwoordelijkheid van het bestuur en de raad van toezicht. Maaskant
Wonen wenst nadrukkelijk deze Governancecode na te leven. De door Aedes en VTW
opgestelde “Checklist Governancecode”, waarmee woningcorporaties de naleving van de code
kunnen monitoren, is behandeld in de RvT-vergadering van 28 september.
De statuten, integriteitscode, klokkenluiderregeling, een beschrijving van de
governancestructuur, het bestuursreglement, het reglement voor de raad van commissarissen,
het jaarverslag evenals een uitgebreide profielschets voor bestuur en raad van toezicht, een
visie op toezicht en bestuur, de samenstelling van de raad van toezicht, het rooster van
aftreden evenals een overzicht van de nevenfuncties zijn gepubliceerd op internet
(www.maaskantwonen.nl).
De raad van toezicht is lid van de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW).
Samenwerking Woningbeheer Born-Grevenbicht
Maaskant Wonen en Woningbeheer Born-Grevenbicht zien zich in toenemende mate
geconfronteerd met sterke veranderingen binnen hun werkgebied op volkshuisvestelijk en
maatschappelijk terrein. Er ontstaat, mede als gevolg van de bevolkingskrimp, een verhoogde
druk op het vastgoed, met risico’s in termen van kwaliteit, prijs en beschikbaarheid. Deze
risico’s zijn ook erkend door de externe toezichthouders, waaronder het WSW. Verder vraagt
de verandering van doelgroep die door de corporaties wordt gehuisvest, om meer en
intensievere aandacht en inzet op het gebied van wonen, zorg en leefbaarheid. Tot slot zien
beide corporaties zich geconfronteerd met stringentere wetten en regels vanuit de overheid en
groeiende verantwoordingsdruk. Dit leidt ertoe dat bij beide corporaties meer kwaliteit,
professionaliteit en capaciteit gevraagd worden om de taken, activiteiten en opgaven
verantwoord en efficiënt te kunnen blijven uitvoeren. De bestuurders van Maaskant Wonen en
Woningbeheer Born-Grevenbicht zien en voelen dat deze toegenomen druk op de organisatie
en de eisen die daaraan worden gesteld, beide organisaties kwetsbaarder maken. Zij zien
verdergaande samenwerking als een manier om deze kwetsbaarheid te verminderen, maar
Jaarverslag 2016 44
zeker ook om beter gebruik te maken van elkaars schaalvoordelen in termen van effectiviteit
en efficiëntie.
Vanuit de bestaande, goede samenwerking tussen Maaskant Wonen en Woningbeheer Born-
Grevenbicht, onder andere binnen het project ketensamenwerking, en rekening houdend met
overeenkomsten tussen beide corporaties in termen van woningmarkt, doelgroep, opgave en
organisatie hebben de raden van toezicht van beide corporaties de bestuurders op 27
september opdracht gegeven voor een verkennend onderzoek naar verdere samenwerking
tussen beide corporaties. Doel van het verkennend onderzoek is om in beeld te brengen of
verdergaande samenwerking volkshuisvestelijke, maatschappelijke, financiële en
organisatorische meerwaarde heeft voor beide corporaties.
Het onderzoek heeft geresulteerd in een bestuurlijke notitie ‘Verkenning samenwerking
Woningbeheer Born-Grevenbicht-Maaskant Wonen’, die door de raden van toezicht van beide
corporaties is besproken op 21 december. Deze bespreking heeft geleid tot de ondertekening
van een intentieovereenkomst op 6 februari 2017, waarin Maaskant Wonen en Woningbeheer
Born-Grevenbicht het voornemen uitspreken om te fuseren per 1 januari 2018.
Jaarverslag 2016 45
10. Verklaring van de Raad van Toezicht
De raad van toezicht van Maaskant Wonen heeft, ingevolge artikel 25 van de statuten, de
Jaarrekening en het Jaarverslag over 2016 onderzocht en heeft daarbij kennis genomen van de
door Deloitte accountants afgegeven controleverklaring van de onafhankelijke accountant bij de
Jaarrekening, die in het Jaarverslag is opgenomen.
De raad van toezicht besluit, conform artikel 25 van de statuten van Maaskant Wonen, de
verantwoordingsstukken 2016 van Maaskant Wonen vast te stellen.
Stein, 23 augustus 2017
De raad van toezicht:
De heer S.J.A.M. Ackermans
De heer J.C.G. Bongaerts
De heer F.H.W. Schrijer
De heer J.P.J. Stoffens
Jaarverslag 2016 46
11. Jaarrekening 2016
Jaarverslag 2016
47
11.1 Balans per 31 december 2016
(na resultaatbestemming)
31.12.2016 31.12.2015 31.12.2016 31.12.2015
€ € € €
Actief Passief
Vaste activa Eigen vermogen Herwaarderingsreserve 88.709.838 84.927.267
Materiële vaste activa Overige reserve 43.064.780 37.101.822
DAEB vastgoed in exploitatie 158.063.778 153.709.243 131.774.618 122.029.089
Niet DAEB vastgoed in exploitatie 3.869.040 3.708.835
Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden 1.793.677 1.692.122 Voorzieningen Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 1.277.697 36.000
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie 877.385 972.714 Voorziening onrendabele investeringen
165.881.577 160.118.914 en herstructureringen 0 119.980
Overige voorzieningen 46.170 45.214
Financiële vaste activa 46.170 165.194
Latente belastingvorderingen 2.492.106 119.366 Overige vorderingen 157.358 176.179 Langlopende schulden
2.649.464 295.545 Schulden/leningen 33.898.487 34.830.664
Verplichtingen uit hoofde van onroerende
Som der vaste activa 168.531.041 160.414.459 Zaken verkocht onder voorwaarden 1.835.398 1.762.859
35.733.885 36.593.523
Vlottende activa
Kortlopende schulden
Voorraden Schulden aan kredietinstellingen 932.177 895.462
Vastgoed bestemd voor verkoop 184.000 573.000 Schulden aan leveranciers 955.130 1.163.158
184.000 573.000 Belastingen en premies sociale
verzekeringen 276.683 281.061
Schulden ter zake van pensioenen 16.901 18.988
Vorderingen Overige schulden 34.877 41.585
Huurdebiteuren 109.540 107.716 Overlopende passiva 860.803 938.919
Overheidsinstellingen 6.811 44.243 3.076.571 3.339.173
Overige vorderingen 1.323 1.169
Overlopende activa 129.551 58.385
247.225 211.513
Liquide middelen 1.668.978 928.007
Som der vlottende activa 2.100.203 1.712.520
Totaal activa 170.631.244 162.126.979 Totaal passiva 170.631.244 162.126.979
Jaarverslag 2016
48
11.2 Winst- en verliesrekening over 2016
Functioneel model 2016 2015
€ € Huuropbrengsten 11.516.546 11.292.390
Opbrengsten servicecontracten 394.529 366.163 Lasten servicecontracten -349.012 -353.518 Lasten verhuur- en beheeractiviteiten -1.848.358 -1.691.939 Lasten onderhoudsactiviteiten -2.701.976 -3.055.124 Overige directe operationele lasten
exploitatie bezit -965.357 -999.135
Nettoresultaat exploitatie vastgoedportefeuille 6.046.372 5.558.837 Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille 299.041 214.345
Toegerekende organisatiekosten -17.891 -18.031 Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille -336.669 -218.018
Nettoresultaat verkoop vastgoedportefeuille -55.519 -21.704
Overige waardeveranderingen
vastgoedportefeuille -571.001 -433.884 Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 4.103.556 4.612.022 Niet-gerealiseerde
waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden 101.555 61.963
Waardeveranderingen vastgoedportefeuille 3.634.110 4.240.101
Opbrengsten overige activiteiten 7.085 6.997 Kosten overige activiteiten -7.085 -6.997
Nettoresultaat overige
activiteiten 0 0
Overige organisatiekosten -970.629 -968.798 Leefbaarheid -89.457 -90.157 Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten 1.601 26.450 Rentelasten en soortgelijke kosten -1.193.688 -1.240.365
Saldo financiële baten en lasten -1.192.087 -1.213.915
Resultaat voor belastingen
7.372.789
7.504.364
Belastingen 2.372.740 -27.711
Resultaat na belastingen 9.745.529
7.476.653
Jaarverslag 2016
49
11.3 Kasstroomoverzicht over 2016
(Volgens de directe methode)
2016
2015
€ €
Ontvangsten
Huren
Zelfstandige huurwoningen 11.453.917 11.251.911
Parkeervoorzieningen 85.339 83.491
Vergoedingen 420.257 392.653
Overige bedrijfsontvangsten 11.172 21.318
Renteontvangsten 1.430 84.903
Saldo ingaande kasstromen 11.972.115 11.834.276
Uitgaven
Personeelsuitgaven
Lonen en salarissen -876.019 -891.083
Sociale lasten -135.925 -134.449
Pensioenlasten -209.644 -228.811
Onderhoudsuitgaven -3.283.454 -2.577.454
Overige bedrijfsuitgaven -1.845.538 -1.773.370
Rente-uitgaven -1.214.408 -1.288.311
Sectorspecifieke heffing onafhankelijk van het resultaat -9.117 -5.006
Verhuurderheffing -828.674 -376.207
Saldo uitgaande kasstromen -8.402.779
-7.274.691
Kasstroom uit operationele activiteiten 3.569.336 4.559.585
MVA ingaande kasstroom
Verkoopontvangsten bestaande huur-, woon- en
niet- woongelegenheden
828.150
384.595
Verkoopontvangsten woongelegenheden (VOV) na
inkoop
112.500 0
Verkoopontvangsten grond 11.995 0
Tussentelling ingaande kasstroom MVA 952.645 384.595
Nieuwbouw huur-, woon- en niet- woongelegenheden -1.377.402 -1.793.775
Woningverbetering, woon- en niet-
woongelegenheden -1.360.903 -1.207.567
Aankoop woongelegenheden (VOV) doorverkoop 0 -104.550
Sloopuitgaven, woon- en niet woongelegenheden -117.440 -32.043
Investeringen overig -17.006 -140.170 Externe kosten bij verkoop -31.617 -27.450
Tussentelling uitgaande kasstroom MVA -2.904.369 -3.305.555
FVA
Ontvangsten overig 18.821 18.821
Saldo in- en uitgaande kasstroom FVA 18.821 18.821
Kasstroom uit (des) investeringen -1.932.903 -2.902.139
Financieringsactiviteiten ingaand
Nieuwe te borgen leningen 0 1.500.000
Uitgave
Aflossingen geborgde leningen -895.462 -2.460.454
Kasstroom uit financieringsactiviteiten -895.462 -960.454
Mutatie geldmiddelen 740.971 696.992
Liquide middelen per 1 januari 928.007 231.015
Liquide middelen per 31 december 1.668.978 928.007
Jaarverslag 2016
50
11.4 Toelichting op de jaarrekening
ALGEMEEN
Deze jaarrekening heeft betrekking op de periode 1 januari 2016 tot en met 31 december
2016.
Alle bedragen luiden in euro’s, tenzij anders vermeld.
ACTIVITEITEN
De activiteiten van Maaskant Wonen, statutair en feitelijk gevestigd en kantoor houdende aan
de Drossaert Jonker van Kesselstraat 8 in Stein, zijn erop gericht mensen te huisvesten in de
gemeente Stein.
Het KvK-nummer van Maaskant Wonen is 14021210.
ALGEMENE GRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN DE JAARREKENING
De jaarrekening van Maaskant Wonen is opgesteld volgens de bepalingen van het Besluit
toegelaten instellingen volkshuisvesting (BTIV). In dit besluit wordt voorgeschreven Titel 9
Boek 2 BW toe te passen, behoudens enkele uitzonderingen van specifieke aard. Tevens is deze
jaarrekening opgesteld volgens de door de Raad voor de Jaarverslaggeving uitgegeven Richtlijn
645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting.
De waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis
van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende grondslag voor de specifieke balanspost
anders wordt vermeld, worden de activa en passiva gewaardeerd volgens het kostprijsmodel.
Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Winsten
worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verplichtingen en
mogelijke verliezen die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in
acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Vergelijking met voorgaand jaar
De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten
opzichte van het voorgaande jaar, met uitzondering van de toegepaste stelselwijzigingen zoals
opgenomen in de navolgende paragraaf. De reden voor de toegepaste stelselwijzigingen is dat
in juni 2016 de nieuwe Richtlijn voor de Jaarverslaggeving voor woningcorporaties van kracht is
geworden (RJ 645 Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting). Voortvloeiend uit deze richtlijn
alsmede uit de Woningwet 2015 met als ingangsdatum 1 januari 2016, respectievelijk de
Regeling Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (RTIV) en het Besluit Toegelaten Instellingen
Volkshuisvesting (BTIV) zijn voor de jaarverslaggeving 2016 van corporaties meerdere
veranderingen van toepassing ten opzichte van de jaarverslaggeving 2015. Middels de
stelselwijziging wordt aangesloten bij de op grond van gewijzigde wet- en regelgeving van
toepassing zijnde veranderingen.
Jaarverslag 2016
51
Stelselwijzigingen
Algemeen
De voor stichting Maaskant Wonen belangrijkste wijzigingen voortvloeiend uit het
implementeren van de nieuwe RJ 645, de Woningwet 2015, respectievelijk de RTIV en BTIV
zijn:
- De waardering van vastgoed in exploitatie tegen marktwaarde in verhuurde staat, bepaald
overeenkomstig het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde en het hiermee
samenhangend niet langer afschrijven van vastgoed in exploitatie;
- De waardering van vastgoed in ontwikkeling (bestemd voor exploitatie) tegen verkrijgings-
of vervaardigingsprijs, danwel lagere marktwaarde;
- Het opnemen van aangepaste modellen voor de balans, de resultatenrekening en het
kasstroomoverzicht.
De hiervoor genoemde wijzigingen en keuzemogelijkheden hebben ertoe geleid dat stichting
Maaskant Wonen haar stelsel van waardering en resultaatbepaling vanaf 2016 heeft gewijzigd
op de volgende onderdelen:
- De tot en met 2015 voor sociaal vastgoed gevolgde waardering tegen bedrijfswaarde
verminderd met cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen is vanaf 2016
gewijzigd in waardering tegen marktwaarde in verhuurde staat, bepaald overeenkomstig het
Handboek modelmatig waarderen marktwaarde voor vastgoed in exploitatie.
- De tot en met 2015 voor vastgoed in ontwikkeling (bestemd voor exploitatie) gevolgde
waardering tegen verkrijgings- en/of vervaardigingsprijs, danwel lagere bedrijfswaarde is
vanaf 2016 gewijzigd in waardering tegen verkrijgings- en/of vervaardigingsprijs, danwel
lagere marktwaarde.
Marktwaarde
Algemeen
Met ingang van 1 juli 2015 is de nieuwe Woningwet van kracht voor toegelaten instellingen.
Hierin is opgenomen dat toegelaten instellingen met ingang van het boekjaar 2016 het
vastgoed in exploitatie tegen de reële waarde, zijnde de marktwaarde in verhuurde staat
moeten waarderen conform het door de Minister voorgeschreven waarderingshandboek.
Maaskant Wonen past de full-versie van het waarderingshandboek toe. Voorheen werd het
vastgoed in exploitatie gewaardeerd tegen actuele waarde conform RJ 212. Een verdere
uiteenzetting van de nieuwe grondslag voor de waardering van het vastgoed in exploitatie
wordt gegeven onder de grondslagen voor materiële vaste activa. De wijziging van de
grondslag is in de jaarrekening 2016 verwerkt conform RJ 140 ‘Stelselwijzigingen’ volgens de
retrospectieve methode. Dit betekent dat de cijfers per primo 2015 zijn herrekend naar de
nieuwe grondslag. Deze cijfers dienen als basis voor de vergelijkende cijfers en de cijfers over
het boekjaar.
Impact op vermogen en resultaat
De wijzigingen in de waarderingsgrondslagen zoals hiervoor genoemd zijn als stelselwijziging
verwerkt in het vermogen en resultaat, waarbij de vergelijkende cijfers 2015 in de jaarrekening
2016 zijn aangepast. Op basis van deze stelselwijziging is het vermogen per 1 januari 2015
herrekend. Het eigen vermogen is toegenomen met een bedrag van € 78.014.878 naar
€ 114.541.788. Het resultaat over 2015 bedraagt op basis van de nieuwe grondslagen
€ 7.476.653. Indien op de oude grondslagen zou zijn gewaardeerd, dan zou het resultaat
€ 187.545 hebben bedragen.
Jaarverslag 2016
52
Eigen vermogen per 1 januari 2015 € 17.128.615
Hogere waardering DAEB-vastgoed in exploitatie € 77.266.504
Hogere waardering niet-DAEB-vastgoed in exploitatie € 816.272
Hogere waardering DAEB-vastgoed in ontwikkeling € 3.642
Hogere waardering van in exploitatie nemen complex € 152.406
Wijziging latente belastingvordering €-71.540
Wijziging voorziening onrendabele investering € -152.406
Overheveling herwaarderingsreserve € -61.166.098
Herrekende overige reserve per 1 januari 2015 € 33.977.395
Herwaarderingsreserve per 1 januari 2015 € 19.398.295
Overheveling Eigen Vermogen € 61.166.098
Herrekende herwaarderingsreserve per 1 januari 2015 € 80.564.393
Resultaat boekjaar voor stelselwijziging 2015 € 187.545
Lagere afschrijvingen € 1.741.673
Wijziging belastingen als gevolg van wijziging latentie € 117.417
Wijziging niet-gerealiseerde waardeverandering € 4.988.087
Wijziging realisatie verkopen € -64.896
Wijziging verkopen € -85.458
Wijziging mutatie voorraadwoningen € 6.965
Wijziging dotatie onrendabele investeringen € 585.320
Herrekend overige resultaat per 31 december 2015 € 7.476.653
Verschillen individuele balansposten
Balans per 01-01-2015 Jaarrekening
2015
Na
stelselwijziging
Effect
stelselwijziging
Activa:
Materiële vaste activa:
DAEB-vastgoed in exploitatie
niet-DAEB-vastgoed in exploitatie
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor
eigen exploitatie
Financiële vaste activa:
Latente Belastingvorderingen
67.447.661
2.749.000
3.402.854
206.202
144.714.165
3.565.272
3.406.496
134.662
77.266.504
816.272
3.642
-71.540
Totaal 73.805.717 151.820.595 78.014.878 Passiva:
Eigen vermogen: Overige reserves
Eigen vermogen:
Herwaarderingsreserve
Subtotaal effect eigen vermogen
Voorzieningen:
Voorziening onrendabele investeringen
en herstructurering
17.128.615
19.398.295
0
33.977.395
80.564.393
0
16.848.780
61.166.098
0
Totaal 36.526.910 114.541.788 78.014.878
Jaarverslag 2016
53
Balans per 31-12-2015 Jaarrekening
2015
Na
stelselwijziging
Effect
stelselwijziging
Activa:
Materiële vaste activa:
DAEB-vastgoed in exploitatie
niet-DAEB-vastgoed in exploitatie
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor
eigen exploitatie
Financiële vaste activa:
Latente Belastingvorderingen
71.653.601
3.296.000
32.358
58.737
153.709.243
3.708.835
36.000
104.614
82.055.642
412.835
3.642
45.877
Totaal 75.040.696 157.558.692 82.517.996
Passiva:
Eigen vermogen: Overige reserves
Eigen vermogen:
Herwaarderingsreserve
Subtotaal effect eigen vermogen
Voorzieningen:
Voorziening onrendabele investeringen
en herstructurering
17.316.160
21.762.019
552.894
37.101.822
84.927.267
119.980
19.785.662
63.165.248
-432.914
Totaal 39.631.073 122.149.069 82.517.996
Voor de individuele balansposten worden de verschillen met de oorspronkelijke cijfers in de
jaarrekening 2015 in de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten in de jaarrekening
2016 vermeld in verloopoverzichten
Impact op volgende jaren
De impact op volgende jaren van de stelselwijziging is nu nog niet in te schatten. Dit is
afhankelijk van de ontwikkeling van de marktwaarde in verhuurde staat van het vastgoed de
komende jaren.
Functionele indeling winst-en-verliesrekening
Algemeen
Met ingang van 1 juli 2015 is de nieuwe Woningwet van kracht voor toegelaten instellingen.
Hierin is opgenomen dat toegelaten instellingen met ingang van het boekjaar 2016 de winst-
en-verliesrekening conform het functionele model moeten presenteren. Voorheen werd de
winst-en-verliesrekening conform de categorale indeling gepresenteerd. De wijziging van de
grondslag is in de jaarrekening 2016 verwerkt conform RJ 140 ‘Stelselwijzigingen’ volgens de
retrospectieve methode. Dit betekent dat de vergelijkende cijfers zijn gepresenteerd conform
de nieuwe grondslag.
Impact op vermogen en resultaat
De presentatie van de winst-en-verliesrekening conform het functionele model heeft geen
impact op het vermogen en resultaat.
Directe methode kasstroomoverzicht
Algemeen
Met ingang van 1 juli 2015 is de nieuwe Woningwet van kracht voor toegelaten instellingen.
Hierin is opgenomen dat toegelaten instellingen met ingang van het boekjaar 2016 het
kasstroomoverzicht moeten opstellen conform de directe methode. Voorheen werd het
Jaarverslag 2016
54
kasstroomoverzicht conform de indirecte methode bepaald. De wijziging van de grondslag is in
de jaarrekening 2016 verwerkt conform RJ 140 ‘Stelselwijzigingen’ volgens de retrospectieve
methode. Dit betekent dat de vergelijkende cijfers zijn gepresenteerd conform de nieuwe
grondslag.
Impact op vermogen en resultaat
De bepaling van het kasstroomoverzicht conform de directe methode heeft geen impact op het
vermogen en resultaat.
Schattingen
Bij het opstellen van de jaarrekening maakt het bestuur diverse schattingen. Dit is inherent aan
het toepassen van de geldende verslaggevingsstandaarden. In het bijzonder is dit van
toepassing op de bepaling van de marktwaarde van het vastgoed in exploitatie. De
waardebepaling van het vastgoed is geen exacte wetenschap en tevens betreft dit de grootste
schattingspost waar het bestuur een inschatting over moet maken voor de jaarrekening van
stichting Maaskant Wonen.
De marktwaarde is als volgt te definiëren:
Marktwaarde is het geschatte bedrag waartegen vastgoed tussen een bereidwillige koper en
een bereidwillige verkoper na behoorlijke marketing in een zakelijke transactie zou worden
overgedragen op de peildatum, waarbij partijen met kennis van zaken, prudent en zonder
dwang zouden hebben gehandeld.
Voor de waardering in de jaarekening wordt de marktwaarde in verhuurde staat gehanteerd.
Om een inschatting van de marktwaarde te maken wordt gebruikt gemaakt van taxaties. De
vraag is wat de nauwkeurigheid van deze taxaties is of binnen welke bandbreedte de
opdrachtgever het waardeoordeel mag verwachten. Uitgaande van de gegeven definitie van de
marktwaarde en de aan de taxateur opgelegde norm op het gebied van kennis en uitvoering
wordt in de markt de nauwkeurigheid van de waardering geacht te liggen binnen een
bandbreedte van 10 procent plus en min de waarde. Uit marktonderzoek waarbij de
verkoopprijs van verkochte objecten wordt vergeleken met de meest recente taxatie
(onderzoek IPD en RICS) blijkt een gemiddeld verschil van 9 procent tussen de getaxeerde
waarde en de opbrengstwaarde.
Jaarverslag 2016
55
11.5 Grondslagen voor de waardering van activa en passiva
MATERIËLE VASTE ACTIVA
DAEB- en niet-DAEB-vastgoed in exploitatie
DAEB-vastgoed omvat woningen in exploitatie met een huurprijs onder de huurtoeslaggrens,
het maatschappelijk vastgoed en het overige sociale vastgoed. De huurtoeslaggrens is een
algemeen huurprijsniveau dat jaarlijks per 1 juli door de minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties wordt vastgesteld. Ultimo 2016 bedraagt deze grens € 710,68 (2015:
€ 710,68). Het niet-DAEB-vastgoed omvat woningen in exploitatie met een huurprijs boven de
huurtoeslaggrens en commercieel vastgoed.
Maatschappelijk vastgoed is bedrijfsonroerendgoed dat is verhuurd aan maatschappelijke
organisaties, waaronder zorg-, welzijns-, onderwijs- en culturele instellingen en dienstverleners
en tevens is vermeld op de bijlage zoals deze is opgenomen in de Beschikking van de Europese
Commissie d.d. 15 december 2009 aangaande de staatssteun voor toegelaten instellingen.
Grondslag waardering tegen actuele waarde gebaseerd op marktwaarde:
Het DAEB- en niet-DAEB-vastgoed in exploitatie wordt bij eerste verwerking gewaardeerd
tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, inclusief transactiekosten. Na eerste verwerking
wordt het vastgoed in exploitatie gewaardeerd op basis van actuele waarde. Op grond van
artikel 31 van het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 vindt de waardering
plaats tegen de marktwaarde. Het Besluit actuele waarde is niet van toepassing.
Op grond van artikel 14 van de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 vindt de
waardering tegen marktwaarde plaats overeenkomstig de methodiek die is opgenomen in
bijlage 2 van de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 (‘Handboek modelmatig
waarderen marktwaarde’).
Bij het toepassen van het ‘Handboek modelmatig waarderen marktwaarde’ wordt de full-versie
gehanteerd. Voor een verdere toelichting op de toepassing van het waarderingshandboek wordt
verwezen naar de toelichting op de balans.
Winsten of verliezen, ontstaan door een wijziging in de marktwaarde van het vastgoed in
exploitatie, worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening over de periode waarin de
wijziging zich voordoet.
Daarnaast wordt ten laste van de resultaatbestemming, hetzij ten laste van de overige
reserves, een herwaarderingsreserve gevormd. De herwaarderingsreserve wordt gevormd voor
het verschil tussen de boekwaarde op basis van verkrijgings- of vervaardigingsprijs en de
marktwaarde van het vastgoed in exploitatie waar de reserve betrekking op heeft.
Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden
Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden die zijn gekwalificeerd als een
financieringstransactie worden gewaardeerd op de getaxeerde leegwaarde onder aftrek van de
korting.
Winsten of verliezen ontstaan door een wijziging in de marktwaarde van onroerende zaken
verkocht onder voorwaarden worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening over de
periode waarin de wijziging zich voordoet, onder de categorie Niet-gerealiseerde
waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden. Daarnaast wordt ten
laste van de overige reserves een herwaarderingsreserve gevormd. De herwaarderingsreserve
betreft het ongerealiseerde positieve verschil tussen de actuele waarde en de historische
kostprijs.
Jaarverslag 2016
56
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie betreft complexen in aanbouw ten
behoeve van toekomstige verhuurexploitatie. De complexen in aanbouw worden gewaardeerd
tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs dan wel de lagere marktwaarde.
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie
De onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gewaardeerd op basis
van de verkrijgingsprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en indien van
toepassing met bijzondere waardeverminderingen. De afschrijvingen worden gebaseerd op de
geschatte economische levensduur en worden berekend op basis van een vast percentage van
de verkrijgingsprijs. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. Op
terreinen wordt niet afgeschreven.
FINANCIËLE VASTE ACTIVA
Latente belastingvorderingen
Onder de financiële vaste activa zijn actieve belastinglatenties opgenomen, indien en voor
zover het waarschijnlijk is dat realisatie van de belastingclaim te zijner tijd zal kunnen
plaatsvinden. Deze actieve latenties zijn gewaardeerd tegen nominale waarde waarbij
discontering plaatsvindt tegen de nettorente en hebben overwegend een langlopend karakter.
De nettorente bestaat uit de voor Maaskant Wonen geldende rente voor langlopende leningen
(3,33%) onder aftrek van belasting op basis van het effectieve belastingtarief (25%). De
actieve belastinglatentie heeft betrekking op tijdelijke verschillen tussen waardering in de
jaarrekening en de fiscale waardering en op de aanwezige compensabele verliezen.
De opgenomen latentie heeft betrekking op complexen bestemd voor de verkoop en
langlopende schulden. Ultimo 2016 zijn er geen verhuureenheden bestemd voor sloop en
herontwikkeling. Voor het overige bezit is niet aan te duiden wat de bestemming zal zijn en is
vanuit het oogpunt van voorzichtigheid de latentie op nihil gewaardeerd.
Voortvloeiend uit de mogelijkheid tot voorwaartse verliescompensatie is een latente
belastingvordering gevormd. Uitgangspunt hierbij is dat naar verwachting in de toekomst
voldoende fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee aanwezige fiscale verliezen kunnen
worden gecompenseerd en derhalve verrekeningsmogelijkheden kunnen worden benut.
Aangezien de verwachting is dat verliescompensatie over de komende jaren wordt gerealiseerd,
is de latentie gerubriceerd onder de financiële vaste activa en vindt waardering plaats tegen
nominale waarde.
Overige vorderingen
De overige financiële vaste activa worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële
waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, die gelijk is aan de
nominale waarde, onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen.
VOORRADEN
Vastgoed bestemd voor verkoop
Vastgoed bestemd voor verkoop betreft de voorraad woningen die ultimo boekjaar te koop
staan, maar nog niet verkocht zijn. Vastgoed bestemd voor verkoop wordt gewaardeerd tegen
de taxatiewaarde of lagere opbrengstwaarde.
Jaarverslag 2016
57
VORDERINGEN
De vorderingen worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens
gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. De reële waarde en geamortiseerde kostprijs
zijn gelijk aan de nominale waarde. Noodzakelijk geachte voorzieningen voor mogelijke
verliezen als gevolg van oninbaarheid worden in mindering gebracht. Deze voorzieningen
worden bepaald op basis van individuele beoordeling van de vorderingen.
LIQUIDE MIDDELEN
De liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan
twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan
kredietinstellingen onder de kortlopende schulden.
De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Indien middelen niet ter vrije
beschikking staan, dan wordt hiermee bij de waardering rekening gehouden.
VOORZIENINGEN
Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen
In de jaarrekening worden naast juridisch afdwingbare verplichtingen tevens feitelijke
verplichtingen verwerkt die kunnen worden gekwalificeerd als “intern geformaliseerd en extern
gecommuniceerd”.
Hiervan is sprake wanneer uitingen namens de woningcorporatie zijn gedaan richting huurders,
gemeenten en overige stakeholders aangaande verplichtingen inzake toekomstige
herstructureringen en toekomstige nieuwbouwprojecten. Een feitelijke verplichting is gekoppeld
aan het besluitvormingsproces van de woningcorporatie rondom projectontwikkeling en
herstructurering. Van een feitelijke verplichting is sprake indien de formalisering van de
verplichting heeft plaatsgevonden.
Verwachte verliezen als gevolg van onrendabele investeringen en herstructureringen worden
als bijzondere waardeverandering in mindering gebracht op de boekwaarde van het complex
waartoe de investeringen gaan behoren. Indien en voor zover de verwachte verliezen de
boekwaarde van het desbetreffende complex overtreffen, wordt voor dit meerdere een
voorziening gevormd. Onder verwachte verliezen wordt in dit verband verstaan de netto
contante waarde van alle investeringsuitgaven minus de aan deze investering toe te rekenen
marktwaarde.
Overige voorzieningen
Tenzij anders vermeld, worden de overige voorzieningen gewaardeerd tegen de nominale
waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de betreffende
verplichtingen af te wikkelen.
LANGLOPENDE SCHULDEN
Opgenomen leningen en schulden worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële
waarde en vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs.
De aflossingsverplichting voor het komende jaar is opgenomen onder de kortlopende schulden.
Maaskant Wonen heeft in het kader van de verkoop van woningen onder voorwaarden een
terugkoopverplichting die afhankelijk is van de waardeontwikkeling van de woningen.
De terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd. Indien de verwachting bestaat dat de
Jaarverslag 2016
58
terugkoop binnen één jaar zal plaatsvinden, is de verplichting onder de kortlopende schulden
verantwoord.
KORTLOPENDE SCHULDEN
De kortlopende schulden worden bij eerste verwerking opgenomen tegen de reële waarde
(indien deze lager is dan de verkrijgings-/vervaardigingsprijs) en vervolgens gewaardeerd
tegen de geamortiseerde kostprijs, die gelijk kan is aan de nominale waarde.
11.6 Grondslagen voor de bepaling van het resultaat
Huuropbrengsten
Hier worden de huuropbrengsten opgenomen die uit de exploitatie van het vastgoed worden
gegenereerd. Dit zijn zowel de huuropbrengsten uit de exploitatie van het DAEB-vastgoed als
het niet-DAEB-vastgoed.
De jaarlijkse huurverhoging is van overheidswege gebonden aan een maximum. De gemiddelde
huurstijging per 1 juli 2016 bedroeg 0,6%. De opbrengsten uit hoofde van huur worden
aangemerkt als zijnde gerealiseerd in het jaar van opeisbaarheid daar bij tussentijdse
beëindiging van het huurcontract geen terugbetalingsverplichting geldt.
Opbrengsten en lasten servicecontracten
Opbrengsten servicecontracten betreffen overeengekomen bijdragen van huurders en worden
aangemerkt als zijnde gerealiseerd in het jaar van levering van de goederen en verlening van
de diensten.
De bijdragen zijn voor de dekking van de te maken en gemaakte servicekosten. Verrekening op
basis van daadwerkelijke bestedingen vindt jaarlijks plaats. Gemaakte servicekosten worden
verantwoord onder de lasten servicecontracten in het verslagjaar waarop de servicekosten
betrekking hebben.
Lasten verhuur en beheeractiviteiten
Hier worden de directe en indirecte kosten verantwoord die rechtstreeks zijn te relateren aan
de verhuur- en beheeractiviteiten. Hierbij kan worden gedacht aan:
- lonen en salarissen voor personeel dat primair bezig is met de exploitatie van het vastgoed;
- kosten klanten contact center;
- verhuurderheffing.
De systematiek van toerekening is toegelicht onder “Toerekening baten en lasten”.
Lasten onderhoudsactiviteiten
Aan deze post worden de lasten toegerekend die betrekking hebben op de onderhoudslasten.
Dit betreffen naast onderhoudslasten ook personeelslasten en overige bedrijfslasten. De
systematiek van toerekening is toegelicht onder “Toerekening baten en lasten”.
Onder onderhoudslasten worden alle direct aan het verslagjaar toe te rekenen kosten van
onderhoud verantwoord. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke
werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden.
Reeds aangegane verplichtingen waarvan de werkzaamheden nog niet zijn uitgevoerd op
balansdatum worden verwerkt onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen.
Jaarverslag 2016
59
Overige directe operationele lasten exploitatie bezit
Aan deze posten worden de directe lasten met betrekking tot de exploitatie van het bezit
toegerekend die geen betrekking hebben op de verhuur en beheeractiviteiten of
onderhoudsactiviteiten. Gedacht kan worden aan:
- onroerendezaakbelasting;
- verzekeringskosten.
De systematiek van toerekening is toegelicht onder “Toerekening baten en lasten”.
Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille
De post nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille betreft het saldo van de behaalde
verkoopopbrengst minus de boekwaarde van het bestaand bezit en de toegerekende
organisatiekosten. Opbrengsten worden verantwoord op het moment van levering (passeren
transportakte).
Waardeveranderingen vastgoedportefeuille
Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille
De overige waardeveranderingen worden gevormd door de waardevermindering die is ontstaan
door gedurende het verslagjaar nieuw aangegane juridische en feitelijke verplichtingen met
betrekking tot investeringen in nieuwbouw en herstructurering.
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille betreffen winsten of mogelijke
verliezen, die ontstaan door een wijziging in de waarde van de vastgoedportefeuille in het
verslagjaar.
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden
In deze post worden de ongerealiseerde waardeveranderingen van de vastgoedportefeuille
verkocht onder voorwaarden verantwoord die zijn ontstaan door een wijziging in de waarde van
de vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden in het verslagjaar.
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop
In deze post worden de ongerealiseerde waardeveranderingen verantwoord van de
vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop die zijn ontstaan door een wijziging in de waarde
van de vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop in het verslagjaar.
Opbrengsten en kosten overige activiteiten
Hieronder worden onder andere de opbrengsten van overige dienstverlening en incidentele
opbrengsten verantwoord.
Afschrijvingen (im)materiële vaste activa ten dienste van exploitatie
De afschrijvingen (im)materiële vaste activa ten dienste van exploitatie worden gebaseerd op
de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Afschrijvingen vinden plaats volgens de lineaire
methode op basis van de geschatte economische levensduur. Afschrijving van het actief vindt
plaats tot de restwaarde is bereikt.
De afschrijvingen worden aan de verschillende activiteiten toegerekend middels de systematiek
toegelicht in “Toerekening baten en lasten”.
Jaarverslag 2016
60
Lonen, salarissen en sociale lasten
Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de
winst-en-verliesrekening voor zover zij verschuldigd zijn aan werknemers. Van
toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben
plaatsgevonden door de werknemers. De lonen, salarissen en sociale lasten worden aan de
verschillende activiteiten toegerekend middels de systematiek toegelicht in “Toerekening baten
en lasten”.
Pensioenlasten
Maaskant Wonen heeft een pensioenregeling bij pensioenuitvoerder SPW
(bedrijfstakpensioenfonds). De regeling wordt gefinancierd door afdrachten aan
pensioenuitvoerders, te weten het bedrijfstakpensioenfonds. De pensioenverplichtingen worden
gewaardeerd volgens de “verplichting aan de pensioenuitvoerder benadering”. In deze
benadering wordt de aan de pensioenuitvoerder te betalen premie als last in de winst-en-
verliesrekening verantwoord.
Ultimo 2016 (en 2015) waren er voor Maaskant Wonen geen pensioenvorderingen en geen
verplichtingen naast de betaling van de jaarlijkse aan de pensioenuitvoerder verschuldigde
premie.
De pensioenlasten worden aan de verschillende activiteiten toegerekend middels de
systematiek toegelicht in “Toerekening baten en lasten”.
Overige organisatiekosten
Dit betreffen de kosten die niet aan reguliere bedrijfsactiviteiten toegerekend kunnen worden
middels de systematiek toegelicht in “Toerekening baten en lasten”.
Leefbaarheid
Leefbaarheid omvat gemaakte kosten voor fysieke ingrepen die de leefbaarheid in buurten en
wijken bevorderen. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in
het verslagjaar hebben plaatsgevonden.
Financiële baten en lasten
Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de
effectieve rentevoet van die betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de
rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen
leningen.
Rentelasten worden geactiveerd voor kwalificerende activa gedurende de periode van
vervaardiging van een actief, indien het een aanmerkelijke tijd vergt om het actief
gebruiksklaar of verkoopklaar te maken. De te activeren rente wordt berekend op basis van de
verschuldigde rente over specifiek voor de vervaardiging opgenomen leningen en van de
gewogen rentevoet van leningen die niet specifiek aan de vervaardiging van het actief zijn toe
te rekenen, in verhouding tot de uitgaven en periode van vervaardiging.
Belastingen
De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst-
en-verliesrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit
voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en
vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt
rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente
belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief.
Jaarverslag 2016
61
Sinds 1 januari 2008 vallen de woningcorporaties integraal onder de vigerende
belastingwetgeving. Eind 2008 is er overeenstemming bereikt tussen Aedes en de
Belastingdienst betreffende de Vaststellingsovereenkomst 2 (VSO 2). De VSO 1 is eenzijdig in
2008 door de Belastingdienst opgezegd. Maaskant Wonen heeft de VSO 1 en VSO 2 getekend.
Per 1 december 2016 loopt de tussen woningcorporaties en de Belastingdienst gesloten
vaststellingsovereenkomst (VSO2) af. Met dien verstande dat de overeenkomst stilzwijgend
met 1 jaar wordt verlengd, indien deze niet vóór 1 december is opgezegd.
Maaskant Wonen heeft op basis van de uitgangspunten van VSO 1 en VSO 2 de fiscale positie
ultimo 2016 en het fiscale resultaat 2016 bepaald. Doordat jurisprudentie inzake de uitwerking
van VSO 1 en VSO 2 voor woningcorporaties nog ontbreekt, kan de werkelijk te betalen of te
verrekenen belasting afwijken van de in de jaarrekening opgenomen schatting.
Toerekening baten en lasten
Om tot de functionele indeling van de winst-en-verliesrekening te komen wordt gebruik
gemaakt van een kostenverdeelstaat. Hierbij worden de personeelslasten verdeeld op basis van
de werkelijke activiteiten van de werknemers. De overige bedrijfskosten worden daar waar
mogelijk direct toegewezen en anders verdeeld door een verdeelsleutel te hanteren op basis
van fte’s en vierkante meters.
11.7 Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de directe methode.
De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit liquide middelen.Ontvangen interest en
betaalde interest worden opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten.
Jaarverslag 2016
62
11.8 Toelichting op de onderscheiden posten van de balans
Materiële vaste activa
Materiële vaste activa in exploitatie
Een overzicht van de materiële vaste activa in exploitatie is hierna opgenomen:
Per 31 december 2016 is de som van de in de vaste activa in exploitatie opgenomen
herwaarderingen € 88.710.000. Deze heeft voor € 87.735.000 betrekking op het DAEB-
vastgoed en voor € 975.000 op het niet-DAEB-vastgoed.
Marktwaarde
Zowel het DAEB- als het niet-DAEB-vastgoed in exploitatie is gewaardeerd tegen de
marktwaarde in verhuurde staat die is bepaald op basis van het ‘Handboek modelmatig
waarderen marktwaarde’ die als bijlage is opgenomen bij de Regeling toegelaten instellingen
volkshuisvesting (RTIV). Hierbij wordt op basis van de toekomstige kasstromen de
marktwaarde middels de Discounted Cash Flow (DCF) Methode bepaald.
DAEB-
vastgoed in
exploitatie
Niet-DAEB-
vastgoed in
exploitatie
Totaal
€ € €
1 januari 2016
Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs 79.222.883 3.153.739 82.376.622
Cumulatieve waardeveranderingen en
afschrijvingen
-7.569.282
142.261
-7.427.021
Boekwaarde per 1 januari 2016 71.653.601 3.296.000 74.949.601
Effecten stelselwijziging 82.055.642 412.835 82.468.477
Boekwaarde per 1 januari 2016 153.709.243 3.708.835 157.418.078
Mutaties
Investeringen – uitgaven na eerste verwerking 1.610.648 0 1.610.648
Verkoop -336.669 0 -336.669
Sloop -285.150 -1.268 -286.418
Overboekingen naar voorraden -156.531 0 -156.531
Aanpassing marktwaarde 3.522.237 161.473 3.683.710
Totaal mutaties 2016 4.354.535 160.205 4.514.740
31 december 2016
Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs 162.110.823 3.565.306 165.676.129
Cumulatieve herwaarderingen -4.047.045 303.734 -3.743.311
Boekwaarde per 31 december 2016 158.063.778 3.869.040 161.932.818
Jaarverslag 2016
63
Bij het bepalen van de marktwaarde is de full-versie van het waarderingshandboek gehanteerd.
De variabelen in de berekening zijn conform het waarderingshandboek gehanteerd met
uitzondering van de volgende vrijheidsgraden:
Schematische vrijheid
Markthuur(stijging):
Ten behoeve van de Full-versie heeft de taxateur de markthuur comparatief bepaald. Hierbij
zijn aanbod- en transactie-referenties in de directe omgeving van het getaxeerde geanalyseerd.
In de objectrapportage van de betreffende objecten zijn hiertoe referenties opgenomen. Op
grond van een analyse van het object en de referenties is de markthuur per object vastgesteld.
De markthuur in de Basis-versie wordt door opdrachtgever ingevoerd en is conform opgave
opdrachtgever bepaald aan de hand van de huidige huurinkomsten van de objecten. Het kan
derhalve voorkomen dat de huurinkomsten niet in lijn liggen met de markthuur. Dit is
hoofdzakelijk te verklaren door veranderende marktomstandigheden.
Voor de objecten waar in de Full-versie is afgeweken van de Basis-versie kan worden gesteld
dat de huurinkomsten conform taxateur niet in lijn liggen met de huidige markthuur.
Exit yield:
Ten behoeve van de Full-versie is de Exit-Yield door taxateur in eerste instantie comparatief
bepaald. Hierbij wordt uitvoerig gekeken naar verschillende objectkenmerken, zoals ligging,
staat van onderhoud en aard van het object. De Exit-Yield is vervolgens vastgelegd in het
rekenmodel van taxateur. De in het rekenmodel vastgestelde waarde en parameters worden
vervolgens verwerkt in het TMS. In de Basis-versie wordt bij het bepalen van de Exit-Yield in
mindere mate rekening gehouden met de in bovenstaande genoemde objectkenmerken. Dit
blijkt uit de bandbreedte van de Exit-Yield uit de Basis-versie. Uit analyse door taxateur in het
kader van de Full-versie blijkt dan dat de Exit-Yield onvoldoende aansluit bij het type
object. Op basis hiervan kan de afwijking van de Basis-versie grotendeels verklaard worden.
Leegwaarde(stijging):
Ten behoeve van de Full-versie heeft de taxateur de leegwaarde comparatief bepaald. Hierbij
zijn aanbod- en transactie-referenties in de directe omgeving van het getaxeerde geanalyseerd.
In de objectrapportage van de betreffende objecten zijn hiertoe referenties opgenomen. Op
grond van een analyse van het object en de referenties is de leegwaarde per object
vastgesteld.
De leegwaarde in de Basis-versie wordt door opdrachtgever ingevoerd en is conform opgave
opdrachtgever bepaald aan de hand van de huidige WOZ-waarden van de objecten. Het kan
derhalve voorkomen dat de WOZwaarden niet in lijn liggen met de leegwaarde.
Voor de objecten waar in de Full-versie is afgeweken van de Basis-versie kan worden gesteld
dat de leegwaarde conform taxateur niet in lijn liggen met geïndexeerde WOZ-waarde.
Disconteringsvoet:
Ten behoeve van de Full-versie is de disconteringsvoet door taxateur in eerste instantie
comparatief bepaald. Hierbij wordt uitvoerig gekeken naar verschillende objectkenmerken,
zoals ligging, staat van onderhoud en aard van het object. De disconteringsvoeten zijn
vervolgens vastgelegd in de rekenmodellen van taxateur. Hierbij is deze in zijn geheel
vastgesteld zonder onderscheid te maken in de diverse opslagen zoals het Handboek
voorschrijft. Om de vertaling naar het handboek en TMS te maken is vervolgens per opslag-
categorie de analyse gemaakt en is een uniforme verdeling gemaakt per type object en ligging.
In de Basis-versie wordt bij het bepalen van de disconteringsvoet in mindere mate rekening
gehouden met de in bovenstaande genoemde objectkenmerken. Dit blijkt uit de bandbreedte
van de disconteringsvoet uit de Basisversie. Uit analyse door taxateur in het kader van de Full-
versie blijkt dat de disconteringsvoet onvoldoende aansluit bij het type object. Op basis hiervan
kan de afwijking van de Basis-versie grotendeels verklaard worden.
Jaarverslag 2016
64
Complexindeling
Een waarderingscomplex is een samenstel van verhuureenheden, dat in principe bestaat uit
vergelijkbare verhuureenheden wat betreft type vastgoed, bouwperiode en locatie, en dat als
één geheel aan een derde partij in verhuurde staat verkocht kan worden. Er bestaat geen
minimum of maximum voor het aantal verhuureenheden in een waarderingscomplex. Het kan
voorkomen dat een waarderingscomplex bestaat uit zowel DAEB- als niet-DAEB-vastgoed. De
waarderingscomplexen ten behoeve van de berekening van de marktwaarde zijn door middel
van de volgende indeling bepaald op basis van:
de wijken in de gemeente Stein;
woningtype (eengezins-/meergezinswoning/BOG/MOG);
bouwjaar;
DAEB/niet-DAEB.
Disconteringsvoet
De volgende spreiding van de disconteringsvoet is gebruikt voor de verschillende categorieën
onroerende zaken:
Categorie onroerende zaken Spreiding disconteringsvoet
Woongelegenheden 4,0% - 8,5%
Bedrijfsmatig en maatschappelijk onroerende
goed
6,0% - 12,0%
Parkeergelegenheden 6,0% - 12,0%
Parameters
Bij het bepalen van de toekomstige kasstromen voor de DCF-berekening wordt gebruik
gemaakt van de volgende parameters:
Parameters woongelegenheden 2016 2017 2018 2019 2020 e.v.
Prijsinflatie 0,20% 0,60% 1,07% 1,53% 2,00%
Looninflatie 1,60% 1,70% 1,57% 2,03% 2,50%
Bouwkostenstijging 1,60% 1,70% 1,57% 2,03% 2,50%
Leegwaardestijging (afhankelijk van
ligging)
3,80% 2,90% 2,40% 2,00% 2,00%
Instandhoudingsonderhoud naar type en bouwjaarklasse:
Type Bouwjaar
<1960 1960-1974 1975-1989 1990-2004 >=2005
Instandhoudingsonderhoud per vhe
– EGW
€ 909
€ 984
€ 837
€ 858
€ 861
Instandhoudingsonderhoud per vhe
– MGW
€ 849
€ 969
€ 787
€ 859
Mutatieonderhoud per vhe – EGW € 823
Mutatieonderhoud per vhe – MGW € 618
Achterstallig onderhoud per vhe –
EGW
N.V.T.
Achterstallig onderhoud per vhe –
MWG
N.V.T.
Beheerkosten per VHE – EGW € 420
Beheerkosten per VHE – MGW € 413
Gemeentelijke OZB (% van de WOZ) 0,17%
Belastingen, verzekeringen en
overige zakelijke lasten (% van de
WOZ)
0,13%
Jaarverslag 2016
65
Verhuurderheffing (% van de WOZ) -% 0,536% 0,569% 0,569% 0,569%
Huurstijging boven prijsinflatie –
zelfstandige eenheden
1,20%
0,80%
0,40%
0,00%
0,00%
Huurstijging boven prijsinflatie –
onzelfstandige eenheden
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
Huurderving (% van de huursom) 1,00% 1,00% 1,00% 1,00% 1,00%
Mutatieleegstand – gereguleerde
woningen (in maanden)
0
0
0
0
0
Mutatieleegstand – geliberaliseerde
woningen (in maanden)
0
0
0
0
0
Juridische splitsingskosten per
eenheid
€ 500
€ 500
€ 500
€ 500
€ 500
Technische splitsingskosten per
eenheid
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
Verkoopkosten bij uitponden (% van
de leegwaarde)
1,70%
1,70%
1,70%
1,70%
1,70%
Overdrachtskosten (% van de
berekende waarde)
3,00%
3,00%
3,00%
3,00%
3,00%
Parameters bedrijfsmatig- en
maatschappelijk onroerend goed
2016
2017
2018
2019
2020
e.v.
Instandhoudingsonderhoud per m2 BVO € 5 € 5 € 5 € 5 € 5
Mutatieonderhoud per m2 BVO € 10 € 10 € 10 € 10 € 10
Marketing (% van de marktjaarhuur) 14% 14% 14% 14% 14%
Achterstalling onderhoud per vhe N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T.
Beheerkosten – BOG (% van de
markthuur)
3,00%
3,00%
3,00%
3,00%
3,00%
Beheerkosten – MOG (% van de
markthuur)
2,00%
2,00%
2,00%
2,00%
2,00%
Gemeentelijke OZB (% van de WOZ) 0,17% xx% xx% xx% xx%
Belastingen, verzekeringen en overige
zakelijke lasten (% van de WOZ)
0,13%
0,13%
0,13%
0,13%
0,13%
Mutatieleegstand (in maanden) 6 6 6 6 6
Overdrachtskosten (% van de berekende
waarde)
7,00%
7,00%
7,00%
7,00%
7,00%
Parameters parkeergelegenheden
2016
2017
2018
2019
2020
e.v.
Instandhoudingsonderhoud parkeerplaats
per jaar
€ 46
€ 46
€ 46
€ 46
€ 46
Instandhoudingsonderhoud garagebox per
jaar
€ 154
€ 154
€ 154
€ 154
€ 154
Beheerkosten parkeerplaats per jaar € 25 € 25 € 25 € 25 € 25
Beheerkosten garagebox per jaar € 35 € 35 € 35 € 35 € 35
Belastingen, verzekeringen en overige
zakelijke lasten (% van de WOZ)
0,25%
0,25%
0,25%
0,25%
0,25%
Juridische splitsingskosten per eenheid € 500 € 500 € 500 € 500 € 500
Technische splitsingskosten per eenheid N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T.
Verkoopkosten per eenheid € 500 € 500 € 500 € 500 € 500
Mutatieleegstand (in maanden) 6 6 6 6 6
Overdrachtskosten (% van de berekende
waarde)
7%
7%
7%
7%
7%
Jaarverslag 2016
66
In 2016 is 100% van het bezit getaxeerd. De hoogste waarde van de twee scenario’s
(doorexploiteren of uitponden) leidt tot de marktwaarde van het waarderingscomplex. Eens in
de drie jaar worden de onroerende zaken in exploitatie getaxeerd door een onafhankelijke en
ter zake deskundige externe taxateur, ingeschreven bij het Nederlands Register Vastgoed
Taxateurs. In het jaar dat niet getaxeerd wordt, wordt een taxatie-
update/aannemelijkheidsverklaring verstrekt door de taxateur. Het taxatierapport en het
taxatiedossier waarin de waardering en de daarbij gehanteerde aanpassingen ten opzichte van
de basisvariant zijn onderbouwd en vastgelegd zijn in het bezit van Maaskant Wonen en op
aanvraag beschikbaar voor de Autoriteit woningcorporaties.
Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden en vastgoed in ontwikkeling
Een overzicht van de onroerende zaken verkocht onder voorwaarden en het vastgoed in
ontwikkeling is hierna opgenomen:
Onroerende
zaken
verkocht
onder
voorwaarden
DAEB vastgoed
in ontwikkeling
bestemd voor
eigen
exploitatie
€ €
1 januari 2016
Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs 1.954.927 32.358
Cumulatieve herwaarderingen -262.805 0
Boekwaarde per 1 januari 2016 1.692.122 32.358
Effecten stelselwijziging 0 3.642
Boekwaarde per 1 januari 2016 1.692.122 36.000
Mutaties:
Investeringen 0 1.406.414
Onttrekking voorziening onrendabele investeringen 0 -164.717
Overige waardeverminderingen en terugnemingen
daarvan
101.555
0
Totaal mutaties 2016 101.555 1.241.697
31 december 2016
Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs 1.954.927 1.442.414
Cumulatieve herwaarderingen -161.250 -164.717
Boekwaarde per 31 december 2016 1.793.677 1.277.697
Jaarverslag 2016
67
Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden: 2016 2015
Terugkoopplicht Terugkoopplicht
Aantal verhuureenheden 1 januari 20 21
Verkopen boekjaar 0 0
Terugkopen boekjaar 0 -1
Aantal verhuureenheden 31 december 20 20
Bij de contracten gebaseerd op het “Terugkoopplicht”-principe geldt dat er sprake is van
verleende kortingen van 30%. Daarnaast heeft Maaskant Wonen een terugkoopverplichting.
Het aandeel van Maaskant Wonen in de waardeontwikkeling van de woning is 50% in 2016 en
50% in 2015.
De actuele waarde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden is gebaseerd op de
ontwikkeling van de Prijsindex Bestaande Koopwoningen, zoals gepubliceerd door het Kadaster.
De index is een gezamelijke uitgave van het Kadaster en het CBS.
Materiële vaste activa ten dienste van de exploitatie
Een overzicht van de materiële vaste activa ten dienste van de exploitatie is hierna
opgenomen:
De afschrijvingstermijnen en gevolgde systematiek luiden als volgt:
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de
exploitatie:
Bedrijfsgebouwen lineair 50 jaar
Terreinen geen afschrijvingen - jaar
Inventaris lineair 3-5-10-15 jaar
Vervoermiddelen lineair 5 jaar
Onroerende en
roerende
zaken ten
dienste van de
exploitatie
€
1 januari 2016
Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs 1.644.651
Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen -671.937
Boekwaarde per 1 januari 2016 972.714
Mutaties
Investeringen 14.302
Afschrijvingen -109.631
Totaal mutaties 2016 -95.329
31 december 2016
Cumulatieve verkrijgings- of vervaardigingsprijs 1.658.953
Cumulatieve waardeveranderingen en afschrijvingen -781.568
Boekwaarde per 31 december 2016 877.385
Jaarverslag 2016
68
Het onroerend goed is wat betreft vreemd vermogen nagenoeg in zijn geheel gefinancierd met
rijksleningen of met kapitaalmarktleningen onder overheidsgarantie waarvoor jegens
Waarborgfonds Sociale Woningbouw een obligoverplichting geldt, die is opgenomen onder de
‘Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen’. Als gevolg hiervan is het onroerend
goed dat met deze leningen is gefinancierd niet hypothecair bezwaard.
De activa zijn verzekerd tegen het risico van brand- en stormschade.
In de post DAEB-vastgoed in exploitatie zijn 1.834 (2015: 1.853) verhuureenheden opgenomen
en in de post niet-DAEB zijn 302 (2015: 303) verhuureenheden opgenomen. De geschatte
waarde gebaseerd op de aanslag 2016 WOZ-beschikkingen van deze verhuureenheden
bedraagt € 211.752.000 (2015 € 207.537.000).
Bedrijfswaarde
Omdat de doelstelling van Maaskant Wonen is te voorzien in passende huisvesting voor hen die
daar niet zelf in kunnen voorzien, zal van de onroerende zaken in exploitatie slechts een
beperkt deel vervreemd worden. Dit betekent dat slechts een deel van de in de jaarrekening
verantwoorde marktwaarde in de toekomst zal worden gerealiseerd. Derhalve wordt hier onder
de bedrijfswaarde van de onroerende zaken in exploitatie, zoals deze jaarlijks aan het
Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) toegelicht. Deze bedrijfswaarde sluit aan op het
beleid van Maaskant Wonen en beoogt inzicht te geven in de verdiencapaciteit van haar
vastgoed uitgaande van dit beleid.
De bedrijfswaarde van het DAEB-vastgoed in exploitatie bedraagt per 31 december 2016
€ 73.336.000 (31.12.2015 € 72.098.000).
De bedrijfswaarde van het niet-DAEB-vastgoed in exploitatie bedraagt per 31 december 2016
€ 3.246.000 (31.12.2015 € 3.440.000).
De uitgangspunten voor de bedrijfswaardeberekening van het vastgoed in exploitatie zijn:
2016 2015
Jaarlijkse huurverhogingen:
Oplopend van
0,30% in 2017 tot
2,00% vanaf 2021
Oplopend van
0,60% in 2016 tot
2,00% vanaf 2021
Mutatiegraad Per complex
berekend o.b.v.
realisatie verleden
Per complex berekend
o.b.v. realisatie
verleden
Jaarlijkse huurderving 0,75% 0,75%
Norm klachten- en mutatieonderhouds-
kosten per vhe DAEB
387
381
Norm klachten- en mutatieonderhouds-
kosten per vhe niet-DAEB
387 000.0
00
415
381
Norm kosten planmatig
onderhoud per vhe
Conform onderhouds-
begroting
Conform onderhouds-
begroting
Jaarlijkse stijging
onderhoudskosten
Oplopend van
1,6% in 2017 tot
2,5% vanaf 2020
Oplopend van
1,6% in 2016 tot
2,5% vanaf 2020
Norm exploitatielasten per vhe Conform begroting Conform begroting
Jaarlijkse stijging
exploitatielasten
Oplopend van
1,6% in 2017 tot
2,5% vanaf 2020
Oplopend van
1,6% in 2016 tot
2,5% vanaf 2020
Minimale levensduur 15 jaar 15 jaar
Maximale levensduur 60 jaar 60 jaar
Jaarverslag 2016
69
Restwaarde grond Afhankelijk van het
type verschilt dit van
€ 5.000 tot € 16.000
Afhankelijk van het
type verschilt dit van
€ 5.000 tot € 16.000
Disconteringsvoet 5% 5%
Moment van discontering medio-numerando medio-numerando
Tabel parameters voor bedrijfswaardeberekening 2016:
Periode Huur-
stijging in %
Prijsinflatie
in %
Stijging
loonkosten in
%
Stijging
kosten
onderhoud
Stijging
overige var.
lasten in %
2017 0,30% 1,60% 1,60% 1,60% 1,60%
2018 0,60% 1,90% 1,90% 1,90% 1,90%
2019 1,07% 2,20% 2,20% 2,20% 2,20%
2020 1,53% 2,50% 2,50% 2,50% 2,50%
2021 2,00% 2,50% 2,50% 2,50% 2,50%
2022-EV 2,00% 2,50% 2,50% 2,50% 2,50%
Maaskant Wonen heeft geen inkomensafhankelijke huurverhoging toegepast.
Tabel verkoopopbrengsten
De in de bedrijfswaarde opgenomen verwachte opbrengstwaarde van woningen geoormerkt
voor verkoop wordt gedefinieerd als de contante waarde van het bedrag dat kan worden
verkregen bij vrijwillige verkoop binnen een verwachte termijn, onder aftrek van verkoopkosten
die niet door de koper worden gedragen. Ter bepaling van dit bedrag worden taxaties
uitgevoerd door onafhankelijke externe deskundigen of worden vergelijkbare onroerende zaken
als referentie gehanteerd.
De verkopen van 2 woningen in 2017 worden in de waardering betrokken.
Jaar 2017
Aantal verkopen 2
Opbrengstwaarde
(verkoopprijs minus verkoopkosten)
€ 184.000
Oorspronkelijke boekwaarde € 157.000
Exploitatielasten
De exploitatielasten per verhuureenheid zijn ontleend aan de begroting van Maaskant Wonen.
De exploitatielasten bestaan uit de volgende elementen:
Directe exploitatielasten, onder andere belastingen, verzekeringspremies etc.
Indirecte exploitatielasten die betrekking hebben op het DAEB vastgoed (geen kosten van
projectontwikkelingsactiviteiten). Deze kosten bestaan onder andere uit administratieve
lasten, beleid en automatisering. Maaskant Wonen heeft de totale indirecte exploitatie
toegerekend op de verdeelsleutel van het aantal vhe’s dat betrekking heeft op DAEB
vastgoed.
Heffingen van overheidswege die gekoppeld zijn aan het DAEB vastgoed in exploitatie, die
conform het wettelijk kader zijn geformaliseerd.
Saneringsheffing.
Bijdrageheffing Autoriteit Woningcorporaties.
Jaarverslag 2016
70
Levensduur
De gehanteerde uitgangspunten bij de bepaling van de resterende economische levensduur
zijn:
Bij de geschatte resterende economische levensduur wordt rekening gehouden met
marktomstandigheden, het kwaliteitsbeleid van de corporatie en de feitelijke staat van
onderhoud. De levensduur vormt de basis voor de looptijd van de verwachte kasstromen.
Jaarlijks wordt vastgesteld of aanpassing van de levensduurinschatting noodzakelijk is.
Het strategisch voorraadbeleid van Maaskant Wonen is leidend. Voor ons woningbezit wordt
in principe uitgegaan van een resterende levensduur van maximaal 60 jaar en minimaal 15
jaar.
Restwaarde
De bepaling van de restwaarde van de grond opgenomen in de bedrijfswaarde vindt, voor zover
er nog geen herbestemming van de grond heeft plaatsgevonden, plaats op basis van de huidige
vergelijkbare kavel of vierkantemeterprijs voor een sociale huurwoning. Deze kavelprijs wordt
geïndexeerd naar het einde van de levensduur en verminderd met verwachte sloopkosten en
kosten van uitplaatsing. Indien feitelijk dan wel in rechte afdwingbare verplichtingen zijn
aangegaan die consequenties hebben voor de bestemming van de grond, dan wordt met deze
gewijzigde bestemming in de waardering rekening gehouden.
Indeling in kasstroomgenererende eenheden
De kasstroomgenererende eenheden zijn bepaald in overeenstemming met het strategisch
voorraadbeleid van Maaskant Wonen. De indeling van het strategische voorraadbeleid is
gebaseerd op de indeling van productmarktcombinaties, geografische ligging, woningtype en
levensduurinschatting.
Financiële vaste activa
Latente belastingvordering(en)
Het saldo betreft latente belastingvorderingen die zijn ontstaan uit hoofde van verschillen
tussen de waarde van activa en passiva voor de fiscale resultaatbepaling en de waarde in deze
jaarrekening. De latentie heeft tevens betrekking op verliescompensatie. De
waarderingsverschillen betreffen de waardering van vastgoed dat voor verkoop is gelabeld en
de waardering van leningen. Per 31 december 2016 bedraagt de latentie op het vastgoed
€ 11.253 en op de leningen € 16.735.
Het verloop van de post latente belastingvordering voor verkoop bestemd vastgoed is als volgt:
2016 2015
€ €
Boekwaarde per 1 januari 58.737 206.202
Effecten stelselwijziging 45.877 -71.540
Boekwaarde per 1 januari 104.614 134.662
Mutatie in het boekjaar -93.361 -30.048
Boekwaarde per 31 december 11.253 104.614
De latentie is gebaseerd op het verschil tussen de commerciële en de fiscale waarde van het
voor verkoop bestemd vastgoed:
Commerciële waarde onroerend goed per 31 december € 165.245
Fiscale waarde onroerend goed 31 december € 211.092
Verschil € 45.847
Jaarverslag 2016
71
De contante waarde van het verschil uitgaande van een nettodisconteringsvoet van 3,75
procent, gerekend met een verwacht gemiddeld verkoopmoment, bedraagt 45.010 euro. De
latentie gebaseerd op het huidig vennootschapsbelastingtarief van 25 procent, bedraagt 11.253
euro.
Het verloop van de post latente belastingvordering leningportefeuille is als volgt:
2016 2015
€ €
Boekwaarde per 1 januari 14.752 12.415
Mutaties 1.983 2.337
Boekwaarde per 31 december 16.735 14.752
De latentie is gebaseerd op het verschil tussen de commerciële en de fiscale waarde van de
leningportefeuille:
Commerciële waarde leningportefeuille per 31 december € 34.830.664
Fiscale waarde leningportefeuille per 31 december € 34.713.309
Verschil € 117.355
De contante waarde van het verschil uitgaande van een nettodisconteringsvoet van 3,75
procent, gerekend over de looptijd van de leningen, bedraagt 65.629 euro. De latentie
gebaseerd op het huidig vennootschapsbelastingtarief van 25 procent, bedraagt 16.735 euro.
Het verloop van de post latente belastingvordering verliescompensatie is als volgt:
2016 2015
€ €
Boekwaarde per 1 januari 0 0
Mutaties 2.464.118 0
Boekwaarde per 31 december 2.464.118 0
Op basis van de aangiften tot en met 2015 heeft Maaskant Wonen de beschikking over een
compensabel verlies van 12.846.673 euro. Na verrekening van het fiscaal resultaat over 2016
(2.990.202 euro) resteert een bedrag van 9.856.471 euro. Maaskant Wonen verwacht dat er,
binnen de daarvoor geldende verrekeningstermijn, voldoende toekomstige fiscale winst
beschikbaar zal zijn om het compensabel verlies volledig te verrekenen. Derhalve is in het
verslagjaar ten gunste van de winst- en verliesrekening een actieve belastinglatentie voor
fiscale verliescompensatie gevormd van 2.464.118 euro (25 procent van 9.856.471 euro).
Totaal belastinglatenties 2.492.106 119.366
Overige vorderingen Het saldo betreft een meerjaarse vordering op geïnvesteerde zorginfrastructuur in het complex
“La Famille” te Elsloo. De vordering wordt in 20 jaar ontvangen. De vordering is opgenomen
tegen de nominale waarde.
Het verloop van de post overige vorderingen is als volgt:
2016 2015
€ €
Boekwaarde per 1 januari 176.179 195.000
Mutaties -18.821 -18.821
Boekwaarde per 31 december 157.358 176.179
Jaarverslag 2016
72
Voorraden
Vastgoed bestemd voor verkoop
2016 2015
€ €
Boekwaarde per 1 januari 573.000 478.100
Af: Boekwaarde verkochte woningen -573.000 -116.100
Bij: Woningen bestemd voor verkoop 184.000 211.000
Boekwaarde per 31 december 184.000 573.000
In totaal zijn er per ultimo 2016 2 (2015: 3) woningen verantwoord als vastgoed bestemd voor
verkoop. De verwachting is dat 2 woningen met een boekwaarde (marktwaarde) van € 157.000
binnen een jaar worden verkocht. De verwachte opbrengst bedraagt € 184.000.
Vorderingen
2016 2015
€ €
Huurdebiteuren 109.540 107.716
Gemeenten 6.811 44.243
Overige vorderingen 1.323 1.169
Overlopende activa 129.551 58.385
247.225 211.513
Huurdebiteuren
Het saldo huurdebiteuren kan als volgt worden gespecificeerd:
2016 2015
€ €
Huurdebiteuren 208.840 201.144
Af: voorziening wegens oninbaarheid -99.300 -93.428
Boekwaarde per 31 december 109.540 107.716
De huurachterstand huurdebiteuren eind 2016 is 0,47% van de nettojaarhuur (2015: 0,50%).
Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als volgt:
2016 2015
€ €
Boekwaarde per 1 januari 93.428 122.381
Dotatie ten laste van de exploitatie 36.910 52.038
Afgeboekte oninbare posten -31.038 -80.991
Boekwaarde per 31 december 99.300 93.428
Jaarverslag 2016
73
Overheid
De vordering op de Gemeente Stein betreft:
2016 2015
€ €
Verrekening standplaatsen 6.811 42.077
Bijdrage wet maatschappelijke ondersteuning 0 2.166
Totaal vorderingen op overheidsinstellingen per 31 december 6.811 44.243
Overige vorderingen en overlopende activa
Het saldo overige vorderingen en overlopende activa kan als volgt worden gespecificeerd:
2016 2015
€ €
Overige vorderingen 1.323 1.169
Vooruitbetaalde verzekeringspremies 5.263 26.895
Nog te ontvangen verzekeringsuitkeringen inzake schade 1.795 2.248
Vooruitbetaalde ziektekostenverzekering 27.456 0
Vooruitbetaalde facturen planmatig onderhoud 42.151 0
Overige overlopende activa 52.886 29.242
Totaal overige vorderingen en overlopende activa per 31
december
129.551
58.385
Liquide middelen
2016 2015
€ €
Kas 993 332
Rekening-courant banken 180.567 327.675
Bedrijfsspaarrekening 1.487.418 600.000
Totaal liquide middelen per 31 december 1.668.978 928.007
De liquide middelen staan ter vrije beschikking van Maaskant Wonen.
Eigen vermogen
De invloed van het cumulatieve effect van de stelselwijziging(en) op het eigen vermogen is als
volgt weer te geven:
Herwaarderingsreserve
2016 2015
€ €
Stand per 1 januari volgens jaarrekening 21.762.019 19.398.295
Effect stelselwijziging(en) 63.165.248 61.166.098
Stand per 1 januari volgens jaarrekening 84.927.267 80.564.393
Realisatie uit herwaarderingsreserve (verkoop) -320.984 -249.149
Realisatie sloopwoningen en uit exploitatie halen parkeerplaats -90.235 0
Mutatie boekjaar 4.193.790 4.612.023
Stand per 31 december volgens de jaarrekening 88.709.838 84.927.267
Jaarverslag 2016
74
Het verloop van het aandeel van de woningcorporatie in het niet-gerealiseerde vermogen is als
volgt:
Herwaarderingsreserve
DAEB vastgoed in
exploitatie
Herwaarde-
ringsreserve niet
DAEB vastgoed
in exploitatie
Totaal
€ € €
Boekwaarde per 1 januari 2015 79.867.545 696.849 80.564.393
Realisatie uit hoofde van
verkoop -249.149 0 -249.149
Toename uit hoofde van
stijging van de marktwaarde 4.561.286 132.180 4.693.466
Afname uit hoofde van daling
van de marktwaarde -81.444 0 -81.444
Boekwaarde per
31 december 2015 84.098.238 829.029 84.927.267
Boekwaarde per 1 januari 2016 84.098.238 829.029 84.927.267
Realisatie uit hoofde van
verkoop -320.984 0 -320.984
Realisatie uit hoofde van sloop -89.710 0 -89.710
Realisatie uit hoofde van uit
exploitatie nemen 0 -525 -525
Toename uit hoofde van
stijging van de marktwaarde 7.547.140 153.715 7.700.855
Afname uit hoofde van daling
van de marktwaarde -3.499.927 -7.138 -3.507.065
Boekwaarde per
31 december 2016 87.734.757 975.081 88.709.838
Overige reserves
Algemene bedrijfsreserve
Het verloop van de post overige reserves is als volgt:
2016 2015
€ €
Stand per 1 januari volgens jaarrekening 17.316.160 17.128.615
Effect stelselwijziging(en) 19.785.662 16.848.780
Stand per 1 januari volgens jaarrekening 37.101.822 33.977.395
Jaarresultaat 9.745.529 7.476.653
Realisatie uit herwaarderingsreserve (verkoop) 320.984 249.149
Correctie voorraadmutatie 0 10.648
Effect mutatie herwaarderingsreserve -4.193.790 -4.612.023
Realisatie sloopwoningen en uit exploitatie halen parkeerplaats 90.235 0
Stand per 31 december 43.064.780 37.101.822
De herwaarderingsreserve wordt bepaald op vhe-niveau op basis van het verschil in de
boekwaarde van het vastgoed in exploitatie op basis van marktwaarde ten opzichte van de
boekwaarde van het vastgoed in exploitatie op basis van historische kosten. Hierbij wordt er bij
Jaarverslag 2016
75
de bepaling van de boekwaarde op basis van historische kosten geen rekening gehouden met
afschrijvingen en waardeverminderingen.
Voorstel tot bestemming van het resultaat over het boekjaar 2016
Het bestuur stelt aan de raad van toezicht voor het resultaat over het boekjaar 2016 ten
bedrage van € 9.745.529 geheel ten gunste van de overige reserves te brengen.
Dit voorstel is als zodanig in de jaarrekening verwerkt.
Het resultaat over het boekjaar 2016 ten bedrage van € 9.745.529, dat geheel ten gunste van
de overige reserves wordt gebracht, betreft € 5.962.958 gerealiseerd resultaat en € 3.782.571
niet-gerealiseerde waardeveranderingen.
Bestemming van het resultaat over het boekjaar 2015
De jaarrekening 2015 is vastgesteld in de vergadering van de raad van toezicht die gehouden
is op 8 juni 2016. De vergadering heeft de bestemming van het resultaat vastgesteld conform
het daartoe gedane voorstel.
Voorzieningen
Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen
Het verloop van de post voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen is als
volgt:
2016 2015
€ €
Boekwaarde per 1 januari volgens jaarrekening vorig boekjaar 552.894 0
Effect stelselwijziging(en) -432.914 0
Boekwaarde per 1 januari 119.980 0
Dotaties 44.737 426.084
Onttrekkingen -164.717 -306.104
Boekwaarde per 31 december 0 119.980
Overige voorzieningen
Het verloop van de post overige voorzieningen is als volgt:
2016 2015
€ €
Boekwaarde per 1 januari 45.214 44.060
Dotaties 6.900 7.500
Uitgaven -5.944 -6.346
Boekwaarde per 31 december 46.170 45.214
De overige voorzieningen hebben betrekking op het loopbaanontwikkelingsbudget. Deze
voorziening is gevormd op basis van de van toepassing zijnde regelgeving zoals opgenomen in
de cao-Woondiensten. Aangezien het moment waarop deze voorziening zal aflopen onzeker is,
is deze voorziening tegen nominale waarde gewaardeerd. Ten aanzien van deze voorziening is
niet aan te geven welk deel in de toekomst zal komen te vervallen.
Jaarverslag 2016
76
Langlopende schulden
Schulden/leningen overheid en schulden/leningen kredietinstellingen
Het verloop van de post schulden/leningen overheid schulden/leningen kredietinstellingen voor
leningen van Maaskant Wonen is als volgt:
2016 2015
€ €
Boekwaarde per 1 januari 34.830.664 35.826.126
Bij: nieuwe leningen 0 1.500.000
Af: aflossingen -932.177 -895.462
Af: aflossing lening met variabele hoofdsom 0 -1.600.000
Boekwaarde per 31 december 33.898.487 34.830.664
Marktwaarde per 31 december 44.389.000 45.444.000
De marktwaarde van de leningen is de waarde van de leningen, waarbij de toekomstige
aflossingsverplichtingen contant gemaakt zijn tegen actuele rentetarieven.
Het gemiddelde rentepercentage bedraagt 3,33 procent (2015:3,37 procent).
Borging door WSW
Per ultimo 2016 is er in totaal voor een schuldrestant ad € 35.141.000 (2015: € 35.992.000)
borging verstrekt door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Voor een schuldrestant ad
€ 1.290.000 (2015: € 1.334.000) zijn er garanties door overheden verstrekt.
WSW-obligoverplichting
Per 31 december 2016 heeft Maaskant Wonen een obligoverplichting jegens WSW ten bedrage
van € 1.334.000 (31 december 2015: € 1.366.000) uit hoofde van door WSW verstrekte
borgstelling.
Rente- en kasstroomrisico
Hieronder is de leningportefeuille uitgesplitst naar rentepercentage en naar resterende looptijd:
Renteperce
ntages
€ Renteherzienings-
periode
€ Resterende looptijd €
0% - 1% 1.900.000 van 3 tot 6 maanden 400.000 van 1 tot 5 jaar 400.000
1% - 2% 2.000.000 van 6 maanden tot 1
jaar
0 van 5 tot 10 jaar 10.800.000
2% - 3% 9.600.000 van 1 tot 5 jaar 5.100.000 van 10 tot 15 jaar 11.000.000
3% - 4%
11.300.000
van 5 tot 10 jaar 10.800.000 van 15 tot 20 jaar 10.000.000
4% - 5%
6.500.000
> 10 jaar 18.500.000 > 20 jaar 2.6000.000
5% - 6%
1.900.000
> 6% 1.600.000
34.800.000 34 800.000 34.800.000
Aflossingsverplichtingen binnen 12 maanden na afloop van het boekjaar ter hoogte van
€ 932.000 zijn niet begrepen in de hierboven genoemde bedragen, maar opgenomen onder de
kortlopende schulden.
Jaarverslag 2016
77
Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken verkocht onder voorwaarden (VOV)
De terugkoopverplichting woningen VOV betreft de terugkoopverplichting van onroerende
zaken die onder een regeling Verkoop onder Voorwaarden zijn overgedragen aan derden. De
terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd en getoetst aan de bij overdracht ontstane
verplichting. Bij de jaarlijkse toetsing van de terugkoopverplichting wordt rekening gehouden
met de waardeontwikkelingen van onroerende zaken en specifieke contractvoorwaarden met derden.
De samenstelling en het verloop is als volgt:
31.12.2016 31.12.2015
€ €
Boekwaarde per 1 januari 1.762.859 1.804.323
Mutaties
Terugkoop 0 -85.724
Opwaarderingen 72.539 44.260
Boekwaarde per 31 december 1.835.398 1.762.859
Ultimo 2016 zijn 20 woningen (2015: 20) onder een VOV-regeling overgedragen aan derden.
Indien deze woningen aan Maaskant Wonen worden aangeboden, dan hebben wij een
terugkoopplicht waarbij de waardeontwikkeling van deze woningen voor 50 procent voor
rekening van Maaskant Wonen komt. De terugkoopplicht met betrekking tot deze woningen
staat op de balans verantwoord onder de materiële vaste activa “onroerende zaken verkocht
onder voorwaarden”.
Kortlopende schulden en overlopende passiva
31.12.2016 31.12.2015
€ €
Schulden aan kredietinstellingen 932.177 895.462
Schulden aan leveranciers 955.130 1.163.158
Belastingen en premies sociale verzekeringen 276.683 281.061
Schulden ter zake van pensioenen 16.901 18.988
Overige schulden 34.877 41.585
Overlopende passiva 860.803 938.919
Totaal kortlopende schulden en overlopende passiva 3.076.571 3.339.173
Schulden aan kredietinstellingen
31.12.2016 31.12.2015
€ €
Kortlopend deel van de langlopende schulden 932.177 895.462
Totaal schulden aan kredietinstellingen 932.177 895.462
Maaskant Wonen heeft bij de BNG Bank een kredietfaciliteit ter grootte van € 2.400.000 (2015:
€ 2.400.000). Deze faciliteit is op balansdatum niet benut.
Jaarverslag 2016
78
Schulden aan leveranciers
31.12.2016 31.12.2015
€ €
Onderhoudscrediteuren 732.053 932.193
Nieuwbouwcrediteuren 70.087 124.242
Overige 152.990 106.723
Schulden aan leveranciers 955.130 1.163.158
Belastingen en premies sociale verzekeringen
Het saldo te betalen belastingen en premies sociale verzekeringen kan als volgt worden
gespecificeerd:
31.12.2016 31.12.2015
€ €
Loonheffing en premies sociale verzekeringen 37.007 38.083
Omzetbelasting 239.676 242.978
Totaal belastingen en premies sociale verzekeringen 276.683 281.061
Schulden ter zake van pensioenen
De post schulden ter zake van pensioenen is als volgt samengesteld:
31.12.2016 31.12.2015
€ €
Schulden ter zake van pensioenen 16.901 18.988
Totaal schulden ter zake van pensioenen 16.901 18.988
Overige schulden
De post overige schulden is als volgt samengesteld:
31.12.2016 31.12.2015
€ €
Nog te verrekenen servicekosten huurders 34.777 41.500
Nog te betalen netto lonen 100 85
Totaal overige schulden 34.877 41.585
Overlopende passiva
De post overlopende passiva is als volgt samengesteld:
31.12.2016 31.12.2015
€ €
Niet vervallen rente 625.766 646.475
Vooruitontvangen huren 113.160 112.748
Reservering vakantierechten 77.648 64.500
Controle jaarrekening 13.582 11.314
Overige overlopende passiva 30.647 103.882
Totaal overlopende passiva 860.803 938.919
Jaarverslag 2016
79
Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen
Aankopen en investeringen
Voor de bouw van de woningen aan de Paulus Potterstraat (DAEB vastgoed) te Elsloo zijn voor
€ 77.440 verplichtingen aangegaan.
Voor het herstructureringsproject aan de van de Marckstraat (DAEB vastgoed) te Stein zijn
voor € 1.653.995 verplichtingen aangegaan.
Maaskant Wonen is ten behoeve van uit te voeren werkzaamheden met betrekking tot
planmatig onderhoud per 31.12.2016 verplichtingen aangegaan ter grootte van € 788.000
(31.12.2015: € 14.242).
WSW obligoverplichting
Een obligo is een voorwaardelijke verplichting van de deelnemer om aan het WSW een bedrag
over te maken, de hoogte is afhankelijk van het bedrag aan geborgde leningen. Per 31
december 2016 heeft Maaskant Wonen een obligoverplichting jegens WSW ten bedrage van
€ 1.334.000 (31 december 2015: € 1.366.000).
Volmacht WSW
In 2014 heeft Maaskant Wonen een onherroepelijke en onvoorwaardelijke volmacht als bedoeld
in het Reglement van Deelneming ondertekend. Het verstrekken van de volmacht houdt in dat
het WSW de mogelijkheid heeft om over te gaan tot hypotheekvestiging, zonder medewerking
van de corporatie.
Aanspraken tekorten pensioenvoorzieningen
De pensioenen zijn verzekerd bij pensioenuitvoerder SPW (het bedrijfstakpensioenfonds).
Maaskant Wonen verwerkt de aan de pensioenuitvoerder te betalen premie als last in de winst-
en verliesrekening. Voor zover de aan de pensioenuitvoerder te betalen premie niet is voldaan,
wordt deze als verplichting op de balans opgenomen. Indien de reeds betaalde premiebedragen
de aan de pensioenuitvoerder te betalen premie overtreffen, wordt het meerdere opgenomen
als een overlopend actief voor zover sprake zal zijn van terugbetaling door de
pensioenuitvoerder of van verrekening met in de toekomst verschuldigde premies. Maaskant
Wonen heeft in geval van een tekort bij het SPW geen verplichting tot het voldoen van
aanvullende bijdragen anders dan hogere toekomstige premies.
Ultimo 2016 bedraagt de beleidsdekkingsgraad van het SPW 109,5% ( ultimo 2015: 109% ).
Gebeurtenissen na balansdatum
Er zijn geen relevante gebeurtenissen na balansdatum die van invloed zijn op de jaarrekening.
Wel is er op 1 februari 2017 een intentie verklaring tot fusie met Stichting Woningbeheer Born-
Grevenbicht getekend.
Jaarverslag 2016
80
11.9 Toelichting op de onderscheiden posten van de winst- en verliesrekening
Huuropbrengsten
2016 2015
€ €
Huuropbrengsten DAEB-vastgoed in exploitatie
Woningen en woongebouwen 11.263.312 11.051.872
Af: huurderving wegens leegstand -41.369 -48.115
Subtotaal huuropbrengsten DAEB-vastgoed in exploitatie 11.221.943 11.003.757
Huuropbrengsten niet-DAEB-vastgoed in exploitatie
Woningen en woongebouwen 202.245 199.428
Onroerende zaken, niet zijnde woningen 95.529 94.024
297.774 293.452
Af: huurderving wegens leegstand -3.171 -4.819
Subtotaal huuropbrengsten niet-DAEB-vastgoed in exploitatie 294.603 288.633
Totaal huuropbrengsten 11.516.546 11.292.390
Opbrengsten servicecontracten
2016 2015
€ €
Overige goederen, leveringen en diensten 384.528 366.164
Serviceabonnement huurdersonderhoud 44.844 42.989
Bijdrage glasfonds 914 306
430.286 409.459
Af:
Opbrengstenderving wegens leegstand -980 -1.796
Te verrekenen met huurders -34.777 -41.500
Totaal opbrengsten servicecontracten 394.529 366.163
Lasten servicecontracten
2016 2015
€ €
Overige goederen, leveringen en diensten 320.739 322.472
Serviceabonnement huurdersonderhoud en glasfonds 28.273 31.046
Totaal servicecontracten 349.012 353.518
Lasten verhuur- en beheeractiviteiten
2016 2015
€ €
Toegerekende personeelskosten 550.783 557.670
Toegerekende overige organisatiekosten 245.672 218.305
Toegerekende afschrijvingen 43.229 34.854
Verhuurderheffing 1.008.674 881.110
Totaal lasten verhuur- en beheeractiviteiten 1.848.358 1.691.939
Jaarverslag 2016
81
Lasten onderhoudsactiviteiten
2016 2015
€ €
Onderhoudslasten (niet cyclisch) 695.662 761.178
Onderhoudslasten (cyclisch) 1.673.782 1.323.791
Energetische maatregelen 332.532 970.155
Totaal lasten onderhoudsactiviteiten 2.701.976 3.055.124
2016 2015
€ €
Lasten onderhoudsactiviteiten DAEB-vastgoed in exploitatie 2.599.461 3.021.385
Lasten onderhoudsactiviteiten niet-DAEB-vastgoed in
exploitatie
102.515 33.739
Totaal lasten onderhoudsactiviteiten 2.701.976 3.055.124
De onderhoudslasten voor het DAEB-vastgoed in exploitatie zijn te verdelen in:
2016 2015
€ €
Planmatig onderhoud 1.610.888 1.308.444
Mutatieonderhoud 107.591 173.198
Klachtenonderhoud 574.756 569.588
Energetische maatregelen 306.226 970.155
Totaal onderhoudslasten 2.599.461 3.021.385
De onderhoudslasten voor het niet-DAEB-vastgoed in exploitatie zijn te verdelen in:
2016 2015
€ €
Planmatig onderhoud 62.894 15.347
Mutatieonderhoud 1.067 4.935
Klachtenonderhoud 12.248 13.457
Energetische maatregelen 26.306 0
Totaal onderhoudslasten 102.515 33.739
Overige directe operationele lasten exploitatie bezit
2016 2015
€ €
Toegerekende heffingen 827.218 857.138
Toegerekende overige organisatiekosten 138.139 141.997
Totaal overige directe operationele lasten exploitatie bezit 965.357 999.135
Jaarverslag 2016
82
Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille
Nettoverkoopresultaat vastgoedportefeuille betreft het resultaat/de opbrengsten uit verkopen
van bestaand bezit DAEB-vastgoed aan derden en is als volgt te specificeren:
2016 2015
€ €
DAEB-vastgoed in exploitatie
Opbrengst verkopen bestaand bezit 417.150 260.200
Gerealiseerd verkoopresultaat voorraadwoningen -49.500 0
Verwacht verkoopresultaat voorraadwoningen 27.469 0
Af: direct toerekenbare kosten -35.534 -38.996
Af: boekwaarde -336.669 -218.018
Af: toegerekende organisatiekosten -17.891 -18.031
Verkoopresultaat bestaand bezit 5.025 -14.845
Opbrengst speculatiebeding 0 12.600
Opbrengst verkoop grond 11.995 0
Terugkoopwoning VOV 0 24.801
Mutatie terugkoopverplichting verkoop onder voorwaarden -72.539 -44.260
Totaal verkoopresultaat onroerende zaken bestaand bezit
DAEB vastgoed in exploitatie
-55.519
-21.704
Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille
2016 2015
€ €
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie
Dotatie voorziening onrendabele investeringen DAEB -44.737 -426.084
Kosten geannuleerde projecten DAEB 0 -11.422
Regeling Vermindering Verhuurderheffing 180.000 504.903
Waardemutatie DAEB als gevolg van stijging marktwaarde 1.204.746 555.707
Waardemutatie DAEB als gevolg van daling marktwaarde -194.701 0
Waardemutatie DAEB onrendabele investeringen -1.535.015 -1.068.371
Waardemutatie DAEB als gevolg van sloop -195.446 0
Waardemutatie niet-DAEB als gevolg van stijging
marktwaarde
24.459
11.383
Waardemutatie niet-DAEB als gevolg van daling marktwaarde -9.564 0
Waardemutatie niet-DAEB als gevolg van uit exploitatie
nemen
-743
0
Totaal overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille -571.001 -433.884
Voor een verdere toelichting op de totstandkoming van de marktwaarde en de overige
waardeveranderingen wordt verwezen naar de toelichting op de materiële vaste activa.
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
2016 2015
€ €
DAEB-vastgoed in exploitatie
Niet gerealiseerde waardeveranderingen stijging marktwaarde 7.547.139 4.561.286
Niet gerealiseerde waardeveranderingen daling marktwaarde -3.499.926 -81.444
Niet gerealiseerde waardeverandering als gevolg van sloop -89.710 0
Totaal overige waardeveranderingen DAEB-vastgoed in
exploitatie
3.957.503
4.479.842
Jaarverslag 2016
83
2016 2015
€ €
Niet-DAEB-vastgoed in exploitatie
Niet gerealiseerde waardeveranderingen stijging marktwaarde 153.716 132.180
Niet gerealiseerde waardeveranderingen daling marktwaarde -7.138 0
Niet gerealiseerde waardeverandering als gevolg van uit
exploitatie nemen
-525
0
146.053 132.180
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille
4.103.556
4.612.022
Voor een verdere toelichting op de totstandkoming van de marktwaarde en de overige
waardeveranderingen wordt verwezen naar de toelichting op de materiële vaste activa.
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder
voorwaarden
2016 2015
€ €
Vastgoed verkocht onder voorwaarden
Waardeverandering van terugkoopverplichtingen 101.555 61.963
Totaal niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoed
verkocht onder voorwaarden
101.555
61.963
Voor een verdere toelichting op de totstandkoming van de marktwaarde en de niet-
gerealiseerde waardeveranderingen van het vastgoed verkocht onder voorwaarden wordt
verwezen naar de toelichting op de materiële vaste activa.
Nettoresultaat overige activiteiten
2016 2015
€ €
Opbrengsten beheerdiensten 7.085 6.997
Toegerekende personeelskosten -7.085 -6.997
Totaal overige bedrijfsopbrengsten 0 0
Afschrijvingen materiële vaste activa
2016 2015
€ €
Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie 109.631 91.477
Totaal afschrijvingen op (im)materiële vaste activa 109.631 91.477
Jaarverslag 2016
84
Lonen, salarissen, sociale lasten en pensioenlasten
2016 2015
€ €
Lonen en salarissen 917.650 919.716
Sociale lasten 136.008 129.063
Pensioenlasten 150.781 170.544
Totaal lonen, salarissen, sociale lasten en pensioenlasten 1.204.439 1.219.323
Het gemiddelde aantal bij Maaskant Wonen werkzame werknemers, berekend op fulltimebasis
en uitgesplitst naar activiteiten, bedroeg:
2016 2015
Directie 1 1
Secretariaat 1 1
Afdeling woondiensten (verhuur) 4,6 4,6
Afdeling woondiensten (nieuwbouw en techniek) 4,8 5,7
Afdeling financiën 3,5 3,4
Totaal 14,9 15,7
Geen van de werknemers is buiten Nederland werkzaam.
Overige organisatiekosten
2016
2015
€ €
Beheerkosten:
Toegerekende personeelskosten 574.730 581.916
Toegerekende afschrijvingen 62.098 53.416
Toegerekende algemene beheers- en administratiekosten 46.448 42.629
Toegerekende accountants- en advieskosten 57.409 71.047
Toegerekende automatiseringskosten 99.735 104.611
Toegerekende bestuurs- en toezichtskosten 36.500 34.946
Toegerekende huisvestigingskosten 51.304 50.026
Toegerekende overige personeelskosten 42.405 30.207
Totaal overige organisatiekosten 970.629 968.798
Leefbaarheid
2016 2015
€ €
Toegerekende personeelskosten 59.867 60.616
Toegerekende afschrijvingen 3.586 2.672
Toegerekende overige organisatiekosten 21.586 23.722
Toegerekende overige personeelskosten 4.418 3.147
Totaal leefbaarheid 89.457 90.157
Jaarverslag 2016
85
De leefbaarheidskosten verdeeld in DAEB- en niet-DAEB vastgoed in exploitatie:
2016 2015
€ €
Leefbaarheid DAEB-vastgoed in exploitatie 85.879 86.576
Leefbaarheid niet-DAEB-vastgoed in exploitatie 3.578 3.581
Totaal leefbaarheid 89.457 90.157
Honoraria accountantsorganisatie:
2016
Deloitte
Accountants
Overig Deloitte
netwerk
Totaal Deloitte
netwerk
€ € €
Controle van de jaarrekening 30.976 0 30.976
Fiscale adviesdiensten 0 5.144 5.144
Andere niet-controlediensten 0 13.800 13.800
30.976 18.944 49.920
2015
Deloitte
Accountants
Overig Deloitte
netwerk
Totaal Deloitte
netwerk
€ € €
Controle van de jaarrekening 33.992 0 33.992
Fiscale adviesdiensten 0 6.908 6.908
33.992 6.908 40.900
Financiële baten en lasten
Andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten
2016 2015
€ €
Rentebaten rekening-courant en deposito’s 1.589 1.418
Overige rentebaten 12 25.032
Totaal andere rentebaten en soortgelijke opbrengsten 1.601 26.450
Rentelasten en soortgelijke kosten
2016 2015
€ €
Rentelasten leningen overheid en kredietinstellingen 1.180.564 1.225.941
Overige rentelasten 13.124 14.424
Totaal rentelasten en soortgelijke kosten 1.193.688 1.240.365
Jaarverslag 2016
86
Belastingen
2016
2015
€ €
Mutatie latentie verkoopwoningen -93.361 -30.048
Mutatie latentie leningen 1.983 2.337
Mutatie latenie belastingvordering 2.464.118
Totaal belastingen 2.372.740 -27.711
Aansluiting commercieel en fiscaal resultaat:
2016
€
Commercieel resultaat voor vennootschapsbelasting 7.372.789
Af:
Fiscale afschrijving op vastgoed in exploitatie 339.236
Correctie mutatie marktwaarde 4.103.556
Fiscale toevoeging HIR 80.440
Fiscaal resultaat verkopen 150.245
Fiscale verkoopkosten 7.127
Correctie onderhoud 494.614
Waardemutatie verkoop onder voorwaarden 29.016
Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek 4.004
Bij:
Correctie afschrijvingen (geen fiscale kosten) 31.226
Fiscale vrijval disagio leningen o/g 5.508
Correctie rentebaten projecten in ontwikkeling 34.592
Correctie dotatie voorziening onrendabele top 44.737
Gemengde kostenaftrek 3.324
Correctie overige waardeverandering 706.264
Belastbaar bedrag 2.990.202
Ofschoon er voor het boekjaar 2016 sprake is van een positief belastbaar bedrag
ad 2.990.202 euro zal er naar verwachting geen sprake zijn van een acute belastinglast. Deze
omstandigheid wordt veroorzaakt doordat er bij het indienen van de aangifte over 2013
standpunten zijn ingenomen die leiden tot een negatief belastbaar bedrag, welke verrekend
kunnen worden met het positief belastbare bedrag van 2014, 2015 en 2016 waardoor dit nihil
zal worden.
Jaarverslag 2016
87
11.10 Toelichting op de onderscheiden posten van het kasstroomoverzicht
Toelichting op kasstromen
Onder de investeringen in materiële vaste activa zijn alleen de investeringen opgenomen
waarvoor in 2016 geldmiddelen zijn opgeofferd.
Samenstelling geldmiddelen
€
Liquide middelen/Geldmiddelen per 31 december 2015 928.007
Balansmutatie geldmiddelen in 2016 740.971
Liquide middelen/Geldmiddelen per 31 december 2016 1.668.978
Alle per 31 december 2016 aanwezige geldmiddelen staan ter vrije beschikking.
Jaarverslag 2016
88
11.11 Overige toelichtingen
Bezoldiging van bestuurder en commissarissen
Voor de bezoldiging van bestuurder kwam in 2016 een bedrag van € 126.523 (2015:
€ 129.795) ten laste van de woningcorporatie.
Voor de bezoldiging van commissarissen van de woningcorporatie kwam in 2016 een bedrag
van € 29.020 (2015: € 29.081) ten laste van de woningcorporatie.
De bezoldiging van bestuurder omvat:
Periodiek betaalde beloningen (zoals salarissen, doorbetaling bij vakantie en ziekte, sociale
lasten, vakantiegeld en belaste vergoedingen).
Beloningen betaalbaar op termijn (pensioenlasten).
De bezoldiging van de bestuurder van de woningcorporatie is als volgt:
2016 2015
€ €
Naam K.A.G. Smitsmans K.A.G. Smitsmans
Periodiek betaalde beloning 108.546 109.463
Beloningen betaalbaar op
termijn
17.977
20.332
126.523 129.795
Functie directeur bestuurder directeur bestuurder
Duur van het dienstverband onbepaalde tijd onbepaalde tijd
Omvang dienstverband 36 uur per week 36 uur per week
Op het moment dat de bestuurder in dienst trad, is hij ingeschaald op basis van de
“Sectorbrede beloningscode bestuurders woningcorporaties” in functiegroep C. Met de
bestuurder maakten wij geen afspraken over een variabele bezoldiging op basis van bepaalde
prestatiecriteria.
De bezoldiging van de toezichthouders van de woningcorporatie is als volgt:
Naam Bezoldiging als lid van de raad Totaal (inclusief sociale lasten) 2016 2015 2016 2015
€ € € € S.J.A.M. Ackermans 5.195 5.195 5.546 5.556 J.C.G. Bongaerts 5.195 5.195 5.546 5.556 R.W. Janssen 5.195 5.195 5.546 5.556
J.P.J. Stoffens 6.404 6.404 6.836 6.849 F.H.W. Schrijer 5.195 5.195 5.546 5.564
27.184 27.184 29.020 29.081
Naam Startdatum Functie
S.J.A.M. Ackermans 3-11-2010 Lid raad van toezicht
J.C.G. Bongaerts 12-6-2013 Lid raad van toezicht
R.W Janssen 10-4-2013 Lid raad van toezicht
F.H.W. Schrijer 18-12-2013 Lid raad van toezicht
J.P.J. Stoffens 10-4-2013 Voorzitter raad van toezicht
Jaarverslag 2016
89
WNT-verantwoording 2016 Maaskant Wonen
Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en
semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de
volgende op Maaskant Wonen van toepassing zijnde regelgeving: Regeling bezoldigingsmaxima
topfunctionarissen toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015.
Het bezoldigingsmaximum in 2016 voor Maaskant Wonen is € 105.000. Dit geldt naar rato van
de duur en/of omvang van het dienstverband.
1. Bezoldiging topfunctionarissen
1a. Leidinggevende topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen met dienstbetrekking.
Tevens leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand van de
functievervulling
bedragen x € 1 K.A.G. Smitsmans
Functiegegevens Directeur/bestuurder
Aanvang en einde functievervulling in 2016 1/1 - 31/12
Omvang dienstverband (in fte) 1,0
Gewezen topfunctionaris? nee
(Fictieve) dienstbetrekking? nee
Individueel WNT-maximum 105.000
Beloning 97.986
Belastbare onkostenvergoedingen 783
Beloningen betaalbaar op termijn 17.977
Subtotaal 116.746
-/- Onverschuldigd betaald bedrag 0
Totaal bezoldiging 116.746
Motivering overschrijding:
De directeur-bestuurder, de heer Smitsmans, is bij zijn benoeming per
1 oktober 2012 ingeschaald volgens de “Sectorbrede beloningscode
bestuurders woningcorporaties” in functiegroep C. Voor de Wet
normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke
sector (WNT) valt de heer Smitsmans onder de overgangsregeling. Dit
betekent dat bestaande beloningsafspraken vier jaar worden
gerespecteerd na inwerkingtreding van de WNT-staffel (1 januari 2014),
na deze vierjaars-periode gevolgd door een afbouw van de bovenmatige
bezoldiging in drie jaar.
Jaarverslag 2016
90
Gegevens 2015
Aanvang en einde functievervulling in 2015 1/1 - 31/12
Omvang dienstverband 2015 (in fte) 1,0
Beloning 97.983
Belastbare onkostenvergoedingen 2.249
Beloningen betaalbaar op termijn 20.331
Totaal bezoldiging 2015 120.563
1b. Leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking kalendermaand 1-12
Maaskant Wonen heeft geen topfunctionarissen zonder dienstbetrekking.
1c. Toezichthoudende topfunctionarissen
bedragen x € 1 J.P.J. Stoffens S.J.A.M.
Ackermans
J.C.G.
Bongaerts
R.W Janssen F.H.W. Schrijer
Functiegegevens VOORZITTER LID LID LID LID
Aanvang en einde
functievervulling in 2016
1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12
Individueel WNT-maximum 15.750 10.500 10.500 10.500 10.500
Beloning 6.404 5.195 5.195 5.195 5.195
Belastbare
onkostenvergoedingen
0 0 0 0 0
Beloningen betaalbaar op
termijn
0 0 0 0 0
Subtotaal 6.404 5.195 5.195 5.195 5.195
-/- Onverschuldigd betaald
bedrag
0
0 0 0 0
Totaal bezoldiging 6.404 5.195 5.195 5.195 5.195
Jaarverslag 2016
91
Motivering overschrijding n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
Gegevens 2015
Aanvang en einde
functievervulling in 2015
1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12
Beloning 6.404 5.195 5.195 5.195 5.195
Belastbare
onkostenvergoedingen
0 0 0 0 119
Beloningen betaalbaar op
termijn
0 0 0 0 0
Totaal bezoldiging 2015 6.404 5.195 5.195 5.195 5.314
2. Uitkeringen wegens beëindiging dienstverband aan topfunctionarissen met of zonder
dienstbetrekking
Maaskant Wonen heeft in 2016 geen uitkeringen verricht wegens beëindiging dienstverband
aan topfunctionarissen met of zonder dienstbetrekking
3. Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNT
Naast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met
dienstbetrekking die in 2016 een bezoldiging boven het individuele WNT-maximum hebben
ontvangen. Er zijn in 2016 geen ontslaguitkeringen betaald aan overige functionarissen die op
grond van de WNT dienen te worden vermeld, of die in eerdere jaren op grond van de WOPT of
de WNT vermeld zijn of hadden moeten worden.
Jaarverslag 2016
92
Ondertekening van de jaarrekening
Opmaken van de jaarrekening
Het bestuur:
De heer K.A.G. Smitsmans
Stein, 23 augustus 2017
Vaststellen van de jaarrekening
De raad van toezicht:
De heer S.J.A.M. Ackermans
De heer J.C.G. Bongaerts
De heer F.H.W. Schrijer
De heer J.P.J. Stoffens
Stein, 23 augustus 2017
Jaarverslag 2016
93
12. Overige gegevens
Jaarverslag 2016
94
Controleverklaring van de onafhankelijk accountant
Hiervoor wordt verwezen naar de hierna opgenomen verklaring.
Statutaire regeling betreffende de bestemming van het resultaat
In de statuten van Stichting Maaskant Wonen is geen nadere statutaire regeling aangaande de
resultaatbestemming vastgelegd.
Jaarverslag 2016
95
13. Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Jaarverslag 2016
96
Jaarverslag 2016
97
Jaarverslag 2016
98