MILIEUCHEMIE OEFENINGEN - PBworksbiosdocumenten.pbworks.com/w/file/fetch/73056671...van en op het...
Transcript of MILIEUCHEMIE OEFENINGEN - PBworksbiosdocumenten.pbworks.com/w/file/fetch/73056671...van en op het...
1
MILIEUCHEMIE: OEFENINGEN
OEFENZITTING 1
1. De reactie tussen calciet (vaste stof; alkalisch) en (gas; zuur) is:
Waarvoor bij en totale druk; is de in de atmosfeer die in
evenwicht staat met de oplossing, de partieeldruk wordt uitgedrukt in .
Schrijf de evenwichtsconstante van de reactie. Wat is de oplosbaarheid van dit mineraal in
wanneer de partieeldruk gelijk is aan ? De ladingsbalans dicteert dat er
-ionen vrijkomen voor elke mol -ionen.
( )
[ ] [ ] √
De oplosbaarheid van calciet bedraagt
.
2. Beschouw de oplossingsreactie:
Waarbij en bij . Zilverchloride is ook gekend als het
mineraal cerargyriet. Deze reactie komt voor in het interne elektrolyt van pH-glaselektrodes.
De beperkte oplosbaarheid van cerargyriet limiteert ook de maximumconcentraties van zilver
in vele natuurlijke waters. Wat is de bij ?
Het effect van temperatuur op de evenwichtsconstante wordt gegeven door volgende
uitdrukking:
(
)
Dus:
(
(
))
( ( )
(
))
Het oplosbaarheidsproduct van cerargyriet bij bedraagt .
2
3. Wat is de oplosbaarheid (bij ) van in (a) zuiver water; (b) een oplossing
en (c) een oplossing ?
[ ] [ ]
(a)
[ ] [ ] [ ] √
(b)
( )
zie tabel met voorspelde waarden door de Davies-vergelijking
[ ] [ ] [ ]
[ ] [ ] √
(c) 𝐾𝐶𝑙 is analoog aan 𝐾𝑁𝑂 uit (b)
[ ] [ ] [ ] [𝐴𝑔 ] is veel kleiner dan [𝐾 ]
[ ]
[ ]
door toevoeging van een zout met een gemeenschappelijk ion, daalt de oplosbaarheid
4. Een zwak zuur dissocieert volgens met een evenwichtconstante .
Wordt de van de oplossing beïnvloed door het toevoegen van een neutraal zout (vb.
). Wordt de graad van dissociatie van het zuur [ ]
[ ] [ ] hierdoor beïnvloed?
Invloed op de
Evenwichtsconditie:
[ ][ ]
[ ]
Massabalans:
[ ] [ ]
Ladingsbalans:
[ ] [ ] [ ] [ ] [ ] [𝑁𝑎 ] [𝐶𝑙 ]
[𝑂𝐻 ] is verwaarloosbaar omwille van het zuur milieu
[ ] [ ]
Met deze gegevens kunnen we de evenwichtsconstante herschrijven
[ ][ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
3
[ ] is verwaarloosbaar t.o.v. , waardoor deze uitdrukking verder vereenvoudigd kan
worden:
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
De kan dan berekend worden:
√
is de activiteitscoëfficiënt van een
moleculaire species (het zuur ). Bij het
toevoegen van zout (dus het verhogen van
de ionische sterkte ), zal de
activiteitscoëfficiënt amper stijgen. Dit is
duidelijk te zien op figuur 1.3 op blz. 19 in
de cursus. Het toevoegen van zout heeft
dus nauwelijks invloed op de .
Invloed op de dissociatiegraad
De dissociatiegraad wordt gegeven door volgende formule:
Eerder hebben we deze vergelijkingen afgeleid:
[ ] [ ]
[ ]
[ ] [ ]
De dissociatieconstante kan herschreven* worden als:
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
√
√
√
√
In deze uitdrukking komt wel de activiteitscoëfficiënt voor van de ionische species. Bij het
toevoegen van zout, zal deze significant dalen (zie bovenstaande grafiek). Het toevoegen van
zout zal dus wel een merkbaar effect hebben op de dissociatiegraad.
*Afhankelijk van de gebruikte vereenvoudigingen zal men een andere uitdrukking bekomen. De
activiteitscoëfficiënt voor ionische species zal steeds in de uitdrukking blijven.
4
OEFENZITTING 2
oefening 1-3: je mag activiteitscoëfficiënten gelijk stellen aan
voor oefening 4 neem je aan dat
1. Wat is de van een azijnzuur ( ) oplossing, als je weet dat de
zuurconstante ? Vermeld in je antwoord de oplossingsconcentraties van
en (acetaat-ion).
Evenwichtsconditie:
Ladingsbalans:
[ ] [ ] [ ] [𝑂𝐻 ] is verwaarloosbaar omwille van het zuur milieu
Massabalans:
[ ] [ ] [ ]
Uitwerking:
[ ] [ ]
[ ]
[ ] [ ]
[ ]
[ ] [ ] vierkantsvergelijking oplossen
[ ]
2. Als je weet dat de zuurconstante van waterstofcyanide ( ) gelijk is aan
bij , wat is de van een natriumcyanide oplossing? Wat zijn de
concentraties van en in deze oplossing?
Reactievergelijkingen:
Evenwichtsconditie:
Ladingsbalans:
[ ] [ ] [ ] [ ] [𝐻 ] is verwaarloosbaar omwille van het basisch milieu
[ ] [ ] [ ]
Massabalans:
[ ] [ ]
[ ] [ ] aangezien [𝐶𝑁 ] [𝑂𝐻 ] 𝑀 en [𝐶𝑁 ] [𝐻𝐶𝑁] 𝑀
5
Uitwerking:
[ ] [ ]
[ ]
[ ][ ]
[ ]
[ ] [ ]
[ ] [ ]
3. Wat is de van een waterige oplossing verzadigd met amorf silica? De oplossingsreactie van
silica is: met en de van
is
.
Reactievergelijkingen en evenwichtscondities:
(
)
Uitwerking (zonder aannames):
[ ] [ ]
[ ] [ ]
[ ] komt overeen met de concentratie protonen in oplossing, min het aantal protonen
daarvan afkomstig van de dissociatie van water. Deze laatste protonen komen overeen met
[ ].
[ ] [ ] [ ]
([ ]
[ ]) [ ]
[ ]
[ ] √
6
4. De reactie tussen calciet (alkalisch mineraal) en (het zuur) is:
Waarvoor geldt, bij :
( )
met in . Wat is de en de oplosbaarheid van het calciet (vb. de -concentratie)
bij, respectievelijk, en ? Het bicarbonaat (
) kan nog verder
omgezet worden naar en , voor beide reacties kan je de -waarden pz eken…
Neem aan dat .
Tip: beide laatste vormen kan men in de ladingsbalans verwaarlozen in het traject
waar je met dit alkalisch mineraal zal eindigen!
Evenwichtscondities:
[ ] [
]
[ ][
]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ][ ]
[ ]
[ ][ ]
[ ]
[ ]
[ ] [ ]
Activiteitscoëfficiënten:
. Bijhorende waarden opzoeken in de tabel levert op:
voor kan benaderd worden met de Setchenow-vergelijking.
Er zijn 6 onbekenden en 5 vergelijkingen. We dienen dus 1 veronderstelling te maken.
Ladingsbalans:
[ ] [ ] [ ] [ ] [
] het milieu is noch (extreem) zuur noch basisch
𝐶𝑂 mag verwaarloosd worden (zie gegeven)
[ ] [ ]
7
Concentratie berekenen:
[ ][
]
√
√
Concentratie berekenen:
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
Concentratie berekenen:
[ ][ ]
[ ]
[ ]
√
[ ]
√
Concentratie berekenen:
[ ] [ ] [ ]
[ ]
√
√
√
berekenen:
( √
)
8
5. Een zwak zuur (waarvan de gekend is) met een concentratie wordt getitreerd met
een sterke base ( ). Toon aan dat de buffercapaciteit gelijk is aan (met
vereenvoudigingen):
[ ]
En dat de hoogste waarde ( ) verkregen wordt bij .
De buffercapaciteit wordt gedefinieerd als:
Ladingsbalans:
[ ] [ ] [ ] [ ] in de gebufferde zone verwaarloosbaar
[ ] [ ]
Berekening :
( )
[ ] [ ]
Afleiding :
[ ]
( ) ( )
( )
( )
( )
( )
Afleiding van :
( n
n )
Samengevoegd:
( )
[ ]
[ ]
9
Om het maximum te vinden moet de afgeleide van deze uitdrukking 0 zijn:
(
[ ] ) (
[ ] )
[ ] [ ]
[ ]
[ ] [ ] [ ]
[ ]
[ ] [ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
De hoogste waarde wordt bereikt wanneer .
[ ]
[ ]
10
OEFENZITTING 3
1. Bereken de vrije ionconcentraties van bij een totale opgeloste concentratie in water
van in aanwezigheid van fulvuszuren bij . De voor is
en de voor is .
Reactievergelijkingen & evenwichtscondities:
Massabalans:
[ ] [ ]
[ ] [ ]
[ ] [ ] [ ]
[ ] [ ] [ ] [ ] [ ]
[ ] [ ]
[ ] [ ]
Er zijn 5 vergelijkingen en 5 onbekenden. Uitwerking:
[ ]
[ ][ ]
[ ] [ ]
[ ]
[ ] [ ] [ ] [ ] [ ]
[ ] [ ]
[ ]
[ ][ ]
[ ]
[ ] ( [ ] )
[ ]
[ ] [ ]
( [ ] [ ]
) [ ]
[ ] [ ] [ ]
[ ] [ ]
[ ]
11
2. Wat is de concentratie van opgelost in een bodemoplossing bij in aanwezigheid
van (a) of (b) fulvuszuur wanneer ferrihydriet ( ) aanwezig is?
Neem aan dat de voor met fulvaat (gedeprotoneerde vorm van
humuszuur) gelijk is aan en dat de van een model fulvuszuur gelijk is aan . Gebruik
Figuur 1.8 uit de cursus om de concentraties -hydrolyseproducten te schatten.
Reactievergelijkingen & evenwichtscondities:
Massabalans:
[ ] [ ] [ ]
[ ] [ ]
[ ] [ ] ∑
(a) fulvuszuur
[ ][ ]
[ ]
[ ]
∑
(b) fulvuszuur
De aanwezigheid van fulvuszuren heft geen invloed op de andere evenwichten. Een deel van de
ijzeri nen w rdt ‘ p es a en’ a s c mp ex en de andere evenwichten stellen zich weer in. De
concentraties van de andere componenten blijven dus gelijk aan de situatie zonder fulvuszuur.
[ ]
[ ][ ] [ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ][ ]
[ ] [ ] [ ] [ ] [ ]
[ ] [ ] [ ] [ ] [ ]
[ ] [ ]
[ ]
[ ]
[ ] [ ]
[ ] [ ] ∑ [ ]
12
3. Beschouw water dat , ,
; colloïdaal
en colloïdaal bevat. Hoe veel DOC (in , met formule )
is er nodig om dit systeem te reduceren tot net onder de grens? Neem aan dat
gereduceerd wordt tot en niet tot .
Na het opstellen van de juiste redoxreacties, kan door middel van de stoichiometrie van de
reactie bepaald worden hoeveel DOC er vereist is om elke component te reduceren.
Component Hoeveelheid
(mM) Redoxreactie
Vereiste DOC
(mM)
0,25
0,125
0,2 0,025 0,05
Systeem
Er is in totaal vereist om het systeem te reduceren.
Dit komt overeen met 7,8 milligram koolstof per liter.
4. Vervolledig de volgend redoxreacties:
a) Oxidatie van pyriet ( ) met zuurstof naar sulfaat en opgelost (in heel zure
omstandigheden), naar sulfaat en opgelost (matig zuur) en naar sulfaat en
(pH neutrale omstandigheden).
b) Reductie van arsenaat ( ) naar arseniet ( ) met organische stof.
(a)
(b)
13
OEFENZITTING 4
1. Bepaal het ladingstekort in het rooster van volgende kleimineralen en dus de hoeveelheid
uitwisselbare , in mol per eenheidscel . Tot welke klasse van bladsilicaten behoren
deze structuren (1:1, 2:1, di- of tri-octaëdrisch)?
Algemeen overzicht onderscheid tussen 1:1 en 2:1, di- en tri-octaëdrisch
1:1, di-oct.:
2:1, di-oct.:
1:1, tri-oct.:
2:1, tri-oct.:
a) ( )
di-octaëdrisch 2:1-klei
b) ( )( )
tri-octaëdrisch 2:1-klei
2. De ‘beschikbare’ kati nen in de b dem zijn de s m van de kati nen p het
uitwisselingscomplex en de kationen in de bodemoplossing. De van een bodem is
droog gewicht en de bodemoplossing ( ) bevat en
. Wat is de verhouding van kationen in de bodemoplossing tot het totaal aantal
beschikbare kationen? Neem aan dan het volumetrisch vochtgehalte water is en
dat de bodemdichtheid gelijk is aan drooggewicht vochtige bodem.
[ ] [ ]
(
)
14
3. Een bodem bevat drooggewicht orthofosfaat ( ). De bodem bevat
bovendien bindingsites voor en de is . Wat is de
concentratie orthofosfaat in oplossing? Het gravimetrisch watergehalte van de bodem is
water per drooggewicht.
Evenwichtsconditie:
[ ]
[ ][ ]
Massabalans:
[ ]
[ ] [ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ] [ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ][ ]
[ ]
(
[ ]) [ ]
(
[ ]) [ ]
[ ]
[ ] [ ]
[ ]
[ ] [ ]
[ ]
15
4. Bereken de concentratie orthofosfaat in de bodemoplossing voor dezelfde situatie als in de
vorige oefening, maar wanneer concurreert met de sorptie-sites.
De voor is en de totale hoeveelheid is
drooggewicht.
Evenwichtsconditie:
[ ]
[ ][ ]
[ ]
[ ][ ]
Massabalans:
[ ]
[ ] [ ] verwaarloosbaar omdat veel kleiner dan [𝑃𝑠]
[ ]
[ ] [ ] [ ] verwaarloosbaar omdat veel kleiner dan [𝑃𝑠 ]
[ ]
[ ][ ]
[ ]
[ ] [ ] [ ]
[ ] [ ] [ ]
[ ] [ ] [ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ] [ ] [ ] [ ] [ ] [ ]
[ ]
[ ][ ] [ ]
[ ]
[ ]
5. Een bodem heeft een en een . Toon aan dat de
wanneer je aanneemt dat de reacties omkeerbaar zijn.
[ ]
[ ] [ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ] [ ] [ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
16
6. Beschouw een humussubstantie met een gemiddelde (gecorrigeerd voor ionische
sterkte . Eén gram van dit materiaal heeft zure groepen en is opgelost in
bij . Wat is de concentratie (in drooggewicht) van specifiek en niet-specifiek
geadsorbeerde protonen wanneer je aanneemt dat de voor niet-specifieke
sorptie ?
[ ]
[ ]
Er zijn 1000 keer meer -ionen dan protonen niet-specifiek geadsorbeerd.
Van de zure groepen is de helft dus bezet.
[ ] [ ] [ ] [ ]
[ ]
17
OEFENZITTING 5
1. Een bodem heeft een van drooggewicht en zijn gravimetrisch vochtgehalte
is water drooggewicht. De bodemoplossing bevat: , ,
en . De is . Bereken (a) de fractie equivalenten
van en op het uitwisselingscomplex (neem aan dat beide kationen de kwantitatief
bezetten) en (b) de samenstelling van de bodemoplossing wanneer de bodem uitdroogt tot
een gravimetrisch vochtgehalte van water drooggewicht. Het tweede deel (b) van dit
probleem leidt tot een derdegraadsvergelijking maar kan vereenvoudigd worden met behulp
van de conclusie uit oefening 14, d.w.z. de kationen in oplossing dragen niet veel bij tot de
massabalans van de beschikbare kationen.
(a)
[ ]
[ ]
(b)
Het aantal geadsorbeerde kationen is veel groter dan het aantal kationen in oplossing. en
blijven dus onveranderd.
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ]
[ ] [ ] [ ]
De zoutconcentratie ( ) is na uitdroging 3 keer hoger in de verdroogde bodem dan in de
natte bodem. Er vindt enkel uitwisseling plaats, geen neerslag. Ladingsbalans:
Initieel: [ ] [ ] [ ] [ ]
Finaal: ([ ] [ ] )
([ ] [ ] )
[ ] [ ] [ ] [ ] [ ]
[ ] [ ]
[ ] [ ]
18
2. De jaarlijkse verzurende depositie op een bodem is en dit mengt zich in de
toplaag (dichtheid ). Bijkomend is er een verzuring door jaarlijkse nitraatuitspoeling
van uit die toplaag en deze nitraat is netto afkomstig uit
mineralisatie+nitrificatie van bodem organische- ( De
bodem heeft een initiële , een effectieve van en
baseverzadiging. Hoe lang duurt het tot de is waarbij de effectieve daalt tot
waarvan slechts bezet is met neutra e “base” kati nen
Verlies uitwisselbare basen toegevoegd Initieel ( ) ( baseverzadiging) basen per basen per Finaal ( ) ( baseverzadiging)
basen per Verlies
basen per
Zure regen
Nitraatuitspoeling
Totaal
Massa per hectare
Verzuring per kilo bodem
Benodigde tijd
basen per
19
3. Men wil een lood verontreinigde bodem ( d.s.) saneren door het te
immobiliseren met fosfaten, het heeft een oplosbaarheidsproduct van
. De bodem heeft een en lood is geadsorbeerd op de organisch stof
van de bodem met een voor de bodem van . Men voegt d.s.
orthofosfaat toe. De oxides van de bodem adsorberen echter fosfaat en op de bodem zijn er
bindingssites met een sorptieconstante van orthofosfaat
(elke vorm, dus , enz.). Het gravimetrisch vochtgehalte van de bodem
d.s. Kan neerslaan als fosfaatzout in die condities? De ionische sterkte van de
oplossing is (constant). De ’s van orthofosfaat zijn , en . Ga ervan uit
dat de Langmuir-waarde verwijst naar de concentratie orthofosfaat [ ] en niet naar de
activiteit .
Gegeven:
Evenwichtscondities
Massabalans
[ ]
[ ]
[ ]
[ ] [ ] [
] [ ]
[ ]
Gevraagd:
neerslaan
< in oplossing blijven
Uitwerking
Stap 1: berekenen
[ ]
[ ] [ ] [ ] [ ] [ ]
[ ]
(
)
[ ]
20
Stap 2: berekenen
[ ]
[ ][ ]
met [ ] [ ]
[ ] [ ] [ ]
[ ]
[ ]
[ ] [ ] [ ] [
] [ ] [ ]
[ ] [
] [ ] [ ]
(
)
(
)
Stap 3: oplosbaarheid
zal neerslaan.
Veel succes!!!