maken. Web viewBrancheverbijzondering Geestelijke gezondheidszorg. ... r een procesbeoordeling...

71
Opleidingsplan MBO- Verpleegkundige BOL, 4 jarig Crebonummer : 95520 Kwalificatie Dossier : 2011 Leerweg : BOL Sector : Zorg en Welzijn Cohort : 2013

Transcript of maken. Web viewBrancheverbijzondering Geestelijke gezondheidszorg. ... r een procesbeoordeling...

Opleidingsplan

MBO- Verpleegkundige BOL, 4 jarig

Crebonummer : 95520

Kwalificatie Dossier : 2011

Leerweg: BOL

Sector: Zorg en Welzijn

Cohort: 2013

InhoudsopgaveOpleidingsplan11.Beeld van het beroep42.Het opleidingstraject62.1 Beroepsgericht: kerntaken en werkprocessen72.2 Generieke onderdelen82.2.1 Nederlands.8De eisen voor Nederlands zijn: alle vaardigheden op 3F82.2.2 Rekenen.82.2.3 Loopbaan en Burgerschap92.2.4 Moderne Vreemde Taal.92.3 Fases in de opleiding en BPV model103. Begeleiding133.1 Studie loopbaan begeleiding133.2 Beoordeling13Examinering:13Voortgangsbeoordeling:133.3 Keuzes maken15Keuzemomenten in de opleiding154. Onderwijs164.1 Inleiding161e leerjaar periode 1 Fase 1171e leerjaar periode 2 Fase 1191e leerjaar periode 3 Fase 1201e leerjaar periode 4 Fase 1 en Fase 2212e leerjaar periode 1 Fase 2 en Fase 3232e leerjaar periode 2 Fase 2 en Fase 3242e leerjaar periode 3 Fase 2 en Fase 3252e leerjaar periode 4 Fase 2 en Fase 3263e leerjaar periode 1, Fase 2 en Fase 3273e leerjaar periode 2, Fase 2 en Fase 3283e leerjaar periode 3, Fase 2 en Fase 3293e leerjaar periode 4, Fase 2 en Fase 3304 e leerjaar periode 1 , Fase 3314 e leerjaar periode 2 , Fase 3324 e leerjaar periode 3 , Fase 3344 e leerjaar periode 4 , Fase 3344.2 Voortgangsbeoordeling355. Examens385.1 Inleiding385.2 Examenplan385.2.1 Beroepsgerichte exameneenheden38Tentamen48Procedure aanvraag extra herkansing .48Planning afname tentamen.48Wanneer kan een bewijsmap worden ingeleverd en hoe moet dat?505.2.2 Moderne Vreemde taal515.2.3 Beroepspraktijkvorming (BPV)515.3 Aantal malen per jaar waarop je examen kunt afleggen515.4 Diploma eisen51Wanneer kom je in aanmerking voor een diploma?526.Overige informatie53

1. Beeld van het beroep

Jouw baan

Je werkt op het snijvlak van zorg, wonen en welzijn. Met jouw algemene opleiding kun je in tal van beroepspraktijken en omgevingen aan de slag. Bijvoorbeeld in ziekenhuizen, verpleeg- of verzorgingshuizen, instellingen voor psychiatrie of verslavingszorg, woonvormen voor gehandicapten, maar ook in de thuissituatie van zorgvragers of in combinaties daarvan. (De zorgvrager wordt in de gehandicaptenzorg ook clint genoemd)

Je verleent verpleegkundige zorg aan verschillende categorien zorgvragers van alle leeftijden. Doelgroepen zijn bijvoorbeeld oudere zorgvragers, chronische zieken, revaliderende zorgvragers, zorgvragers met een handicap, klinische zorgvragers, zorgvragers met psychiatrische problematiek, zwangeren, kraamvrouwen en pasgeborenen en kinderen en jeugdigen met potentile of feitelijke gezondheids- of bestaansproblemen. Ook werk je vaak samen met de mantelzorgers. Dat zijn de naasten van de zorgvrager, zoals ouders en andere verzorgers.

Je richt je met name op de verpleegkundige zorg voor de individuele zorgvrager en zijn directe omgeving. Je kunt ook voor een groep zorgvragers werken, bijvoorbeeld in een kleinschalige woonomgeving.

Je werkt in de ziekenhuiszorg, de verplegings- en verzorgingshuiszorg en thuiszorg, de gehandicaptenzorg of de geestelijke gezondheidszorg. Na diplomering moet je je in het BIG-register als verpleegkundige laten registreren.

Jouw werk

Je draagt bij aan het herstel van de zorgvrager en aan de verbetering van de kwaliteit van leven van de zorgvrager op het gebied van gezondheid, wonen en welzijn.

Je stelt een verpleegkundige diagnose, schrijft een verpleegplan, ondersteunt bij persoonlijke basiszorg, zoals het wassen van zorgvragers en het verzorgen van wonden. Je deelt medicijnen uit, biedt ondersteuning als een zorgvrager bijvoorbeeld emotionele of gedragsproblemen heeft. Je begeleidt de zorgvrager ook heel praktisch door ze bijvoorbeeld te leren hoe ze met krukken kunnen lopen. Je geeft voorlichting, advies en instructie, bijvoorbeeld over gezond gedrag of over gebruik van hulpmiddelen. Je voert verpleegtechnische handelingen uit, bijvoorbeeld het verzorgen van een stoma en injecteren en je cordineert de zorgverlening.

Je verricht ook handelingen die de gezondheid van de samenleving als geheel bevorderen. Dan gaat het onder meer om het voorkomen van gezondheidsproblemen. Je geeft bijvoorbeeld adviezen over gezond gedrag en leert mensen omgaan met ziektes en beperkingen.

Je werkt veelal zelfstandig, in midden tot hoog complexe situaties. Je hebt te maken met langdurige maar ook met acute, klinische, psychiatrische of onvoorziene zorgsituaties.

Je treedt vooral op als de gezondheids- of leefsituatie van de zorgvrager ingewikkelder wordt. Bijvoorbeeld omdat hij of zij meerdere gezondheidsproblemen of beperkingen en levensvragen heeft.

De zorg die je verleent kan variren per zorgvrager. De inhoud kan elke dag verschillen. Je werkt op het moment dat daar behoefte aan is binnen de instelling. Dat kan op elk moment van de dag of de week zijn.

In alle werkvelden werk je samen met andere disciplines, zoals helpende zorg & welzijn, verzorgende, artsen, andere medische en paramedische zorgverleners en sociaalagogisch werkers.

Je bent werknemer van een zorginstelling of je werkt als zelfstandige verpleegkundige. In de zorginstelling werk je samen met collegas, volgens de visie en richtlijnen van de instelling. Naast het verlenen van zorg en ondersteuning lever je een bijdrage aan de professionalisering van het beroep en aan de kwaliteitsverbetering van de werkzaamheden. Dat kun je doen door met collegas en leidinggevenden over jouw werk te praten en door deel te nemen aan deskundigheidsbevordering.

Jouw sector

Je bent opgeleid om in alle branches van de zorg te kunnen werken. Daarnaast heb je gekozen om je extra te bekwamen in n van de branches: de Ziekenhuiszorg, Verpleeg- en verzorgingshuiszorg en thuiszorg, Gehandicaptenzorg of de Geestelijke gezondheidszorg.

2. Het opleidingstraject

Landelijk is vastgesteld welke onderwerpen aan de orde moeten komen in een Mbo-opleiding. Dit zijn beroepsgerichte onderwerpen en algemene onderdelen.

De beroepsgerichte onderdelen zijn beschreven in het kwalificatiedossier dat door de Minister wordt vastgesteld. Het zijn de kerntaken en werkprocessen die je in je toekomstige beroep moet uitvoeren.

De algemene, of generieke onderdelen bestaan uit Nederlands, Engels, rekenen en Loopbaan en Burgerschap. Elke beroepsopleiding kent verschillende taalvaardigheids eisen en rekenvaardigheideisen waar je wettelijk aan moet voldoen. Voor sommige opleidingen is ook een vreemde taal verplicht.

In het onderdeel Loopbaan en Burgerschap gaat het om je persoonlijke ontwikkeling en loopbaan en over het burger zijn in Nederland en Europa. Dat betekent kennis en deelname aan politiek, werknemer zijn en een gezonde levensstijl hebben: een politiek-juridische, economische, en sociaal-maatschappelijke dimensie en vitaal burgerschap. Het onderdeel Loopbaan gaat over je mogelijkheden en je toekomst. Dat kan zowel zijn in een beroep als in een vervolgstudie.

Hieronder is uitgewerkt welke onderdelen voor jouw opleiding zijn vastgesteld. Deze onderdelen zul je straks tegen komen in het onderwijs, de beroepspraktijkvorming en in de examens.

2.1 Beroepsgericht: kerntaken en werkprocessen

Legenda:

B1: Ziekenhuizen (ZH)

B2: Verpleeg- en Verzorgingshuizen en Thuiszorg (VVT)

B3: Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

B4: Gehandicaptenzorg (GHZ)

Kwalificatie

Kerntaak

Werkproces

B1

ZH

B2

VVT

B3

GGZ

B4

GHZ

Kerntaak1;

Bieden van zorg en ondersteuning op basis van het zorgdossier

1.1

Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op

X

X

X

X

1.2

Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden

X

X

X

X

1.3

Voert verpleegtechnische handelingen uit

X

X

X

X

1.4

Begeleidt een zorgvrager

X

1.5

Begeleidt een groep zorgvragers

X

X

X

1.6

Geeft voorlichting, advies en instructie

X

X

x

1.7

Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties

X

X

X

X

1.8

Cordineert de zorgverlening

X

X

X

X

1.9

Evalueert de zorgverlening

X

X

X

X

Kerntaak 2;

Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken

2.1

Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep

X

X

X

X

2.2

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

X

X

X

X

2.3

Geeft werkbegeleiding

X

X

X

X

2.2 Generieke onderdelen

De generieke onderdelen zijn Nederlands, Engels , rekenen, Loopbaan en Burgerschap.

Hieronder kun je zien aan welke niveaus voor taal en rekenen je moet voldoen. Ook zie je of je voor een bepaald onderdeel een centraal ontwikkeld examen krijgt.

De eisen zijn voor Engels, Spaans en Duits beschreven in de niveaus van het Europees Referentiekader, voor Nederlands en Rekenen staan de eisen beschreven in het Referentiekader Taal en Rekenen.

2.2.1 Nederlands.

Tijdens je opleiding werk je aan leerdoelen die je nodig hebt om later goed je beroep te kunnen uitoefenen. Dat geldt ook voor talen. Als je leert, heb je de Nederlandse taal nodig. Ook is Nederlands van belang om mee te doen in de samenleving en om je te blijven ontwikkelen als werknemer.

Hoe leer je een taal?

Vooral door de taal te gebruiken! Je leert hoe je jouw beroep gaat uitoefenen en hoe