Magische Ontdekkingsreizen naar Innerlijke Schatten€¦ · Mini-training helende verhalen...

Magische

Ontdekkingsreizen

naar Innerlijke

Schatten

Helende verhalen voor je (innerlijk) kind

Eveline van Dongen www.innertreasure.nl

Mini-training helende verhalen schrijven InnerTreasure

InnerTreasure



Inleiding

De opdrachten zijn gebaseerd op de vijf fasen van hetInnerTreasure Persoonlijk Ontwikkelingsmodel en helpenje helder te krijgen wat je wensen zijn, wat je tegenhoudten wat jullie samen kunnen doen om wel je dromen terealiseren.

Per opdracht hoef je maar 1 à 2 alinea’s te schrijven van+/- 10 regels. Het vergt dus niet veel tijd, maar geeft eenMEGA verandering in het bewustzijn van jou en je kind.

Aan het einde van elke opdracht staat een voorbeeld vanhoe je antwoord kan zijn en/of hoe je verhaal eruit kankomen te zien.

Na 5 dagen zet je deze 5 door jullie samen geschrevenstukjes achter elkaar in het magisch werkboek en is jullieMagische Manifesto 2017 klaar.

Veel plezier!

Liefs,

Eveline

Dit magisch werkboekje is onderdeel van de mini-training helende verhalen schrijven



Stap 1: Waar droom je van?

1.1 Kies een hoofdpersoon: je eigenpersonage/karakter. Dit kan een persoon zijn metkarakteristieke eigenschappen of heel symbolischeen dier, of een magisch wezen.

Je kunt zelfs nog kiezen voor de typische karakterszoals de sluwe kat, de bange muis, de wijze uil, devurige draak, de lompe beer, de slome slak, deblinde mol, de snelle haas, etc. Maar dat hoeft niet.Het kan ook gewoon een personage zijn die jeaantrekt.

Je kunt je eigen personage dus creëren zoals jij vindtdat die representatief is voor jou. Want dan wordthet personage herkenbaar en kun je je ermeeidentificeren.

Zowel jij als je kind kiezen dus iemand die symboolvoor jou staat.



1.2 Beschrijf dan wat je wensen, verlangens ofdromen zijn in 2017. Wil jij meer zelfvertrouwen?Meer geluk? Een medaille winnen? Je zwemdiplomabehalen? Een cursus schilderen? Het kan van alleszijn. Hou het simpel en bij voorkeur bij maar 1 of 2doelen. En ook dit kun je letterlijk of door middelvan symboliek omschrijven.



1.3 Dan koppel je deze 2 stukjes aan elkaar doormiddel van een situatieschets waarin je dehoofdpersonages introduceert. Dus kies waar je hetverhaal wil laten afspelen. Meestal volgt ditlogischerwijs op de keuze voor de karakters. Eenbeer zal je niet in een flat laten lopen. Een tor zalgeen raket willen besturen. Als je de situatie weetdan begin je eerst vanuit de droom/wens van je kinden zijn personage gezien te schrijven. Dan vul je hetaan met die van jezelf in de tweede persoon.Dit is je begin setting..



BIJVOORBEELD:

Kay wil graag zwemmen net als een otter. Ik wil megraag vrij voelen als een zwaan. Het verhaal speeltzich dus af rond een meer.

Als je dit dan in een verhaal zet krijg je de volgendebeginsituatie:

Otto de otter zit aan de rand van het water. Hij staartvoor zich uit en ziet de andere otters, maar ookeenden en zwanen op het meer zwemmen. Wat zouhij dat ook graag doen! Vol bewondering kijkt hijnaar de zwanenfamilie aan de andere kant van hetmeer. Ze glijden gracieus door het water. “Kon ik datook maar,” denkt hij.

Op datzelfde moment krijgen Zira de zwaan en haarbroertjes en zusjes vliegles van hun vader enmoeder. Het is best moeilijk. Zira wil heel graagvliegen en doet altijd supergoed haar best. Somszelfs te goed. Dan gaat ze uren door en belandt zeuiteindelijk van vermoeidheid ergens in het riet.



Stap 2: Wat houdt je tegen?2.1 Schrijf zowel voor je kind als voor jezelf uit wat jetegenhoudt. Dit mag in steekwoorden of langezinnen.



Stap 2: Wat houdt je tegen?2.2 Vertaal dit nu (symbolisch) naar je personage.

Dus nadat hij/zij is weg gedroomd geeft hij/zij aanwaarom hij dit niet doet. Welke angsten, gevoelensen gedachten heeft hij?

Misschien is er eerder iets gebeurd waardoor je hetnu niet meer durft? Is het al eerder mislukt? Ben jebang om uitgelachen te worden? Ben je onzeker?

LET OP: Pas bij de volgende stap koppelen we ditweer terug naar het verhaal. Dus nu hoef je dit nogniet te plaatsen in je verhaal.



BIJVOORBEELD:

Kay is bang voor water geworden door een hele nareervaring waarbij hij bijna verdronk.

Ik ben zo onzeker geworden, omdat ik klein ben.

Als je dit weer vertaalt naar je verhaal krijg je zoiets:Otto durft niet te zwemmen, hij is bang omdat hijvroeger bijna verdronk. Zira is onzeker omdat zekleiner is dan de andere zwanen en haar vriendjeszeggen altijd dat ze daardoor toch niet kan vliegen.



Stap 3: Wat doe je?3.1 Schrijf op wat je doet en welk gedrag jij en jekind vertonen naar aanleiding van je eigenbelemmerende gedachten en overtuigingen? Het ishet bekende vecht, vlucht of bevries verhaal. Ga jenog harder je best doen, vaak te hard? Vlucht je wegin allerlei excuses of misschien vlucht je welletterlijk? Of doe je juist helemaal niets?



3.2 Als je dit hebt uitgeschreven kun je stap 2 en 3weer koppelen en het vertalen naar je verhaal. Ditvormt namelijk je middenstuk.



BIJVOORBEELD:

Bij stap 2 kwam eruit dat Otto bang is gewordendoor vroegere ervaringen en uit stap 3 blijkt dat hijnu helemaal niets meer doet. En bij stap 1 werdduidelijk dat Zira zo onzeker is dat ze zich er letterlijkin gaat vastbijten, en gefrustreerd probeert decontrole te behouden en dus net zo lang blijftdoorgaan tot het inderdaad mislukt.

Als je dit dan in de setting bij het meer invoegt krijgtje:Otto de Otter droomt er al zijn hele leven van om tezwemmen, maar hij durft niet. Hij vindt het nat enkoud en is heel erg bang dat hij verdrinkt. Vroegerheeft hij het weleens geprobeerd, maar toen ging hijkopje onder. Hij schrok er zo van, dat hij daarnanooit meer het water in is gegaan. Soms staat hijweleens, net als nu, bij de waterkant en wil hij nietsliever dan zwemmen. Maar als de andere otterskijken, raakt hij in paniek en rent hij weg. Hij weetook wel dat het niet helpt, maar als iemand naarhem kijkt, durft hij helemaal niet meer.

Zijn blik gaat weer over het water. De jonge zwanenzwemmen samen met hun vader en moeder middenop het water. De grote zwanen spreiden hunvleugels en binnen enkele krachtige slagen vliegenze hoog in de lucht. De andere dieren op het meerkijken vol bewondering, maar Zira niet. Zo klein alsze is, ze probeert direct ook weer te vliegen. Wildflappert ze met haar vleugels, maar ze komt niet losvan het water. “Het lukt me nooit!” roept ze uit.Boos slaat ze met haar vleugels op het water.



Stap 4: Wat kun je anders doen?4.1 Bedenk samen wat je kind wel zou kunnen doenom uit de situatie te stappen en wel zijn of haardromen waar te maken? En bedenk hoe je dit dooreen symbolische vergelijking of metafoor kantoelichten/verbeelden. En laat het personage van jekind dit ontdekken door jouw personage teontmoeten die juist datgene doet dat hem of haarhelpt om zelf ook stappen te zetten.

Bedenk ook alvast wat jij zou kunnen doen. Maar dithoef je nog niet mee te nemen in het verhaal.



4.2 Bedenk hoe je dit door een symbolischevergelijking of metafoor kan toelichten/verbeelden.

En laat het personage van je kind dit ontdekken doorjouw personage te ontmoeten die juist datgene doetdat hem of haar helpt om zelf ook stappen te zetten.



4.3 Vertaal dit weer naar je verhaal



BIJVOORBEELD:

Wat kan Otto doen? Misschien het eens stap voorstap proberen, misschien als niemand kijkt of samenmet iemand die hij vertrouwt? Of misschien moet hijom hulp vragen? Of helpt rustig ademen als hij inpaniek raakt.

Je kind weet vaak heel goed wat wel en niet helpt.Dus luister en laat je kind ook de antwoorden inzichzelf ontdekken. Hiermee vormt ook zijn/haareigen wijsheid zich. En natuurlijk kun je hem of haarhelpen door jouw eigen inzichten te delen,eventueel in soortgelijke situaties).

Als je dit dan weer in de setting van je verhaal zetkrijg je:Otto de otter is even stil. Hij herkent de frustratievan de kleine zwaan, alleen wordt hij niet boos,maar verdrietig. Dan ziet hij de vader- enmoederzwaan terug op het water komen. Zemoedigen hun kinderen aan om het vliegen ook teproberen. De vijf jonge gruis-bruinige zwanen slaanvoorzichtig hun vleugels uit. Krachtig zwaaien ze hunvleugels op en neer, maar geen van allen komen zehelemaal uit het water. Het is net alsof ze eroverheen rennen. Dat is een grappig gezicht en Ottomoet lachen. Gespannen kijkt hij toe, zouden hunvader en moeder ze uitlachen? Maar dan hoort hijde moeder zeggen: “Goed zo jongens, stap voorstap, en blijven proberen, dan lukt het jullie vanzelf.”



Otto is zo gespannen aan het kijken dat hij middenin het water valt. Hij hoopt niet dat iemand hemgezien heeft. Snel kruipt hij eruit. Eén van de zwanenheeft hem echter wel zien vallen. Ze zwemt naarhem toe. “Gaat het?” vraagt de zwaan. Otto kniktverlegen. “Ik ben Zira, heb je zin om te spelen? Ikweet een leuk plekje aan de andere kant van hetmeer.” Otto twijfelt en zegt dan: “Ik kan niet mee, ikkan niet zwemmen.” Zira kijkt Otto verbaasd aan:“Maar jij bent toch een otter? Natuurlijk kun jezwemmen.” Er loopt een traan langs Otto's wang enmet horten en stoten legt hij alles uit aan Zira: dathij niet kan zwemmen, omdat hij niet durft.



Stap 5: Wat kun je anders doen?5.1 Bedenk als eerste wat jij anders zou kunnendoen in jouw situatie. Hoe kan jouw personage welbereiken wat zij wil. Misschien heb je bij stap 4 hieral over nagedacht toen je met je kind dit gingbespreken.



5.2 Kijk dan hoe jij je kind kan helpen en hoe jouwkind jou iets leert. Dit doe je vanuit een wederzijdseherkenning en erkenning. Vertaal dit daarna naar depersonages. Hoe kan jouw personage iets doen waarhet personage van je kind wat van kan leren enandersom.



5.3 Eindig als laatste met een feelgood moment. Ditzorgt voor een glimlach op het gezicht en helpt hetsysteem van jezelf en je kind weer ontspannen. Endeze ontspanning zorgt er niet alleen voor dat dezaadjes die geplant zijn beter kunnen aarden, maarook voor een fijne ervaring waardoor het verhaalook graag vaker gelezen wordt.



BIJVOORBEELD:

Zira de zwaan moet leren ontspannen en loslaten.Otto kan dit heel goed. En zij kan Otto leren omdingen stap voor stap te doen. Ze willen samengraag spelen.

Het verhaal kan dan zo eindigen:Zira luistert en legt dan uit hoe zwanen lerenvliegen, stap voor stap. Otto begrijpt het, hij zag hetimmers net zelf. Ook hoe trots de vader en moederwaren en hoeveel plezier ze erin hadden. “Zal ik jehelpen?” vraagt Zira. Otto wil dat maar wat graag ensamen gaan ze het water in. Het zwemmen gaat bestgoed, totdat Zira in paniek raakt. De zwaan zit methaar poot vast in de waterplanten en kan geen kantop. Ze schreeuwt en draait en flappert met haarvleugels. Otto probeert haar te kalmeren doorzachtjes tegen haar te praten. Het lukt - Zira wordtrustiger en Otto kan haar losmaken. Hij duikt onderwater en haalt de planten van haar poot af.

“Sorry dat ik zo in paniek raakte,” zegt Zira, “ik benzo bang om vast te zitten en dat ik dan nooit meerloskom. Ik wil zo graag vrij zijn. Daarom doe ik ook zomijn best om te leren vliegen.” Otto kijkt haarbegrijpend aan. “Ik denk dat wij nog veel van elkaarkunnen leren,” zegt hij. “Ik weet heel goed wat het isom te ontspannen. Otters drijven graag uren op hunrug in het water, zo slapen ze en komen ze tot rust.Ik heb het mijn familie vaak zien doen. Toen ik kleinwas, lag ik altijd op mijn moeders buik en danfluisterde ze lieve woordjes. Dat is pas vrijheid.”



Zo, zonder dat Otto het in de gaten heeft, zwemt hijal kletsend samen met Zira naar de overkant van hetmeer en ze spelen daar de rest van de dag. En vanafdie dag weten zij allebei dat ze hun eigen angstenkunnen overwinnen. Soms met een beetje hulp vaneen goede vriend.

~

De laatste stap is nu alles achter elkaar zetten in hetinvulbaar pdf.

Dan is jullie Magische Manifesto 2017 af!

Leuk dat je meeging

op deze Magische Ontdekkingsreis

naar Innerlijke Schatten!

InnerTreasure

Liefs,


Werkboek ‘5 tips om door verhalen het zelfvertrouwen te vergroten’

Eveline

Magische Ontdekkingsreizen naar Innerlijke Schatten€¦ · Mini-training helende verhalen...

Documents

Transcript of Magische Ontdekkingsreizen naar Innerlijke Schatten€¦ · Mini-training helende verhalen...